MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor...

27
INTRODUCTIE MACROFOTOGRAFIE Een kleine wereld, gedetailleerd vastgelegd. SAMENVATTING Macrofotografie spreekt bij veel mensen tot de verbeelding. Details van alledaagse voorwerpen kunnen er heel onverwacht uitzien. Ook krijgen bijvoorbeeld insecten en bloemen, vergroot gefotografeerd, een extra gedetailleerde dimensie, die normaal voor het menselijke oog verborgen blijft. In deze introductie worden diverse macro fotografische technieken toegelicht en wordt aandacht besteed aan fotoapparatuur speciaal gericht op macrofotografie. Harry Sterken

Transcript of MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor...

Page 1: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

INTRODUCTIE

MACROFOTOGRAFIE

Een kleine wereld, gedetailleerd vastgelegd.

SAMENVATTING Macrofotografie spreekt bij veel mensen tot de verbeelding. Details van alledaagse voorwerpen kunnen er heel onverwacht uitzien. Ook krijgen bijvoorbeeld insecten en bloemen, vergroot gefotografeerd, een extra gedetailleerde dimensie, die normaal voor het menselijke oog verborgen blijft. In deze introductie worden diverse macro fotografische technieken toegelicht en wordt aandacht besteed aan fotoapparatuur speciaal gericht op macrofotografie.

Harry Sterken

Page 2: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

2

Copyright © 2017 HPM Sterken, Deurne Auteur: Harry Sterken

Versie: 16 mrt 2017 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt worden in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch of door fotokopieën, opname, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.

www.harrysterken.nl

www.flickr.com/photos/harrysterken

Email: [email protected]

INHOUD

1. Inleiding ............................................... 3 1.1. Voorbeelden .................................................. 3

2. Fotoapparatuur voor macrofotografie ... 3 2.1. Camera ........................................................... 3

2.1.1. Compact-camera .............................. 3 2.1.2. Camera met verwisselbaar objectief 4 2.1.3. Smartphone ...................................... 5

2.2. Meer vergroting ............................................. 6 2.2.1. Tussenringen ..................................... 7 2.2.2. Balg ................................................... 8 2.2.3. Teleconverter .................................... 8 2.2.4. Omkeerring en adapterring .............. 9 2.2.5. Voorzetlens ....................................... 9

2.3. Objectieven .................................................. 10 2.3.1. Macro-objectief............................... 10 2.3.2. Standaardobjectief ......................... 12 2.3.3. Speciale macro-objectieven ............ 12 2.3.4. Microfotografie ............................... 12

2.4. Macro accessoires ........................................ 13 2.5. Verlichting .................................................... 13

2.5.1. Witbalans ........................................ 13 2.5.2. Omgevingslicht ............................... 13 2.5.3. Flitsers ............................................. 14 2.5.4. Continue verlichting ........................ 15

2.6. Statief ........................................................... 15

3. Fototechnische uitdagingen ................ 16 3.1. Scherptediepte............................................. 16 3.2. Scherpstellen ............................................... 17 3.3. Onscherpte in de foto .................................. 17

4. Fotoshoot locatie ................................ 18 4.1. Vergroting .................................................... 18 4.2. Autofocus .................................................... 18 4.3. ISO-instelling ................................................ 18 4.4. Diafragma .................................................... 19

5. In de natuur fotograferen ................... 19 5.1. Compositie ................................................... 19 5.2. Ondergrond en achtergrond ....................... 20 5.3. Omstandigheden ......................................... 20 5.4. Hoe te werk gaan ......................................... 21 5.5. Veel foto’s maken ........................................ 22

6. Thuis/studio fotograferen ................... 23 6.1. Ondergrond en achtergrond ....................... 23 6.2. Hoe te werk gaan ......................................... 24

7. Het nabewerken ................................. 24 7.1. Uitsnijden .................................................... 25 7.2. Verscherpen en Ruis verwijderen ............... 26

8. Enkele algemene tips .......................... 26 8.1. Planning ....................................................... 26 8.2. Ken de apparatuur ....................................... 26 8.3. Informatie over macrofotografie ................ 27 8.4. Veel proberen .............................................. 27

9. Tot Slot ............................................... 27

Behalve de afbeeldingen van de besproken

apparatuur zijn alle in dit document opgenomen foto’s

gemaakt door- en eigendom van de auteur ©.

Vlinder op bloem

Page 3: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

3

1. INLEIDING

Men spreekt van “macrofotografie” als het beeld

op de beeldsensor van de gebruikte camera groter

of gelijk is aan het gefotografeerde onderwerp. Dit

klinkt misschien ingewikkeld maar wordt verderop

in deze introductie toegelicht.

Voor macrofotografie is het doorgaans heel

eenvoudig om aan interessant onderwerpen te

komen. Alledaagse objecten kunnen, vergroot

afgebeeld, er onverwacht uitzien, soms met veel

details. Menige toeschouwer, die een macrofoto

laat zien krijgt (maar vaak ook de fotograaf zelf),

zal verbaasd zijn. Hoewel veel fotografen meteen

denken aan het fotograferen van insecten en

bloemen leveren juist deze (soms snel) bewegende

“onderwerpen” vaak de grootste technische

uitdagingen op om tot een goed geslaagde macro-

opname te komen.

Voor macrofotografie zijn er voor ieder

cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale

macro-objectieven te koop, maar het hoeft niet

meteen veel geld te kosten. Er zijn diverse

goedkopere alternatieven beschikbaar. Soms kan

zelfs met een smartphone-camera mooie

macrofoto’s gemaakt worden.

In deze introductie macrofotografie worden

diverse macro fotografische mogelijkheden

toegelicht, en wordt macro-specifieke

fotoapparatuur besproken. Ook komen enkele

technische uitdagingen, en mogelijke oplossingen

hiervoor aan de orde. Verder worden diverse tips

gegeven, die kunnen helpen bij het maken van

geslaagde macrofoto’s.

1.1. VOORBEELDEN

Macrofotografie kent vele toepassingen. Denkt aan

het fotograferen van insecten, bloemen of kleine

voorwerpjes. Maar macrofotografie heeft ook

zeker toepassingen bij trouwfotoreportages, het

fotograferen van baby’s, productfotografie en bij

creatieve- en abstracte fotografie. Foto’s van

trouwringen, details van bloemstukken,

babyhandjes en voetjes, sieraden en horloges zijn

voorbeelden hiervan.

In deze introductie zijn diverse voorbeeld

macrofoto’s opgenomen, de mogelijkheden zijn

echter eindeloos en zijn vaak zeer verrassend.

2. FOTOAPPARATUUR VOOR

MACROFOTOGRAFIE

Dit hoofdstuk is geheel gewijd aan de

fotoapparatuur gericht op en handig voor gebruik

bij macrofotografie. Hierbij komen zowel de

diverse cameratypes, de objectieven als diverse

macroaccessoires aan de orde. Als beginnende

macrofotograaf kan dit mogelijk helpen om een

apparatuur keuze te maken of fotoapparatuur voor

macrofotografie te willen uitbreiden.

2.1. CAMERA

Camera’s, die geschikts zijn voor macrofotografie,

zijn er in vele vormen, soorten en maten. Allemaal

met eigen voor- en nadelen. Hieronder worden

enkele van de meest gebruikte camera’s

toegelicht.

De nieuwste generaties camera’s worden steeds

beter wat betreft lichtgevoeligheid (vooral bij

weinig licht), dynamisch bereik en zijn voorzien

allerlei speciale functies. Dit heeft ook zeker

voordelen bij macrofotografie (zie verderop).

2.1.1. COMPACT-CAMERA

Een compact-camera (soms ook wel point and

shoot camera genoemd) kenmerkt zich vooral door

het gebruik van een niet verwisselbare objectief.

Dit cameratype heeft vaak voorgeprogrammeerde

instellingen gericht op een specifieke functie. Zo

ook de macrofunctie wat wordt

aangegeven met het tulp

symbool. Het cameraobjectief

heeft een instelbaar diafragma en

heeft vaak een flink optisch zoombereik. Tevens is

meestal ook beeldstabilisatie aanwezig. Beeldfocus

kan vaak alleen automatisch worden ingesteld

maar meestal kan het focuspunt wel zelf bepaald

worden. Handig, bijv. bij het werken dicht bij de

grond, is dat bijna alle compact-camera’s een in

vrijwel alle richtingen kantelbaar

aanrakingsgevoelig display hebben. Daarnaast is,

Page 4: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

4

zoals de naam al aangeeft, de camera

relatief klein qua formaat en licht in

gewicht, zodat meenemen vaak geen

groot probleem is. Hoewel de

technieken in deze camera’s steeds

verbeteren kunnen hogere ISO-

waardes snel zorgen dat (te) veel

beeldruis ontstaan. Dit wordt o.a.

veroorzaakt door de relatief kleine

beeldsensor. Sommige compact-

camera’s kunnen ook RAW-beelden

opslaan.

Voor dit cameratype zijn de creatieve

mogelijkheden voor macrofotografie

op een aantal gebieden beperkt maar

(soms) toch goed bruikbaar. Denk

hierbij vooral aan stilstaande (of langzaam

bewegende) onderwerpen. Voor bijv. snel

bewegende insecten is dit cameratype minder

geschikt door de vaak aanwezige “vertraging”

wanneer de opnameknop indrukt wordt.

De nieuwste generatie camera’s hebben overigens

geen grote vertraging meer en er zijn zelfs

compact-camera’s die meer dan 10 beelden per

seconden kunnen opnemen.

De ingebouwde flitser kan bij maximale vergroting

meestal niet gebruikt worden (zie verderop).

2.1.2. CAMERA MET VERWISSELBAAR

OBJECTIEF

Er zijn in hoofdzaak twee1 soorten camera’s

waarbij het mogelijk is objectieven te wisselen: de

systeemcamera en spiegelreflexcamera.

Een systeemcamera heeft geen opklapbare spiegel

en overbrugt het functionele gat tussen

compact-camera en

spiegelreflexcamera. Een voorbeeld

hiervan zijn de z.g. Micro Four Third

(MFT) camera’s. De beeldverhouding

1 De midden- en grootformaat camera’s worden buiten beschouwing gelaten. 2 In de macrofotografie wordt zowel de termen vergroting, vergrotingsfactor als afbeeldingsmaatstaf gebruikt. Hiermee wordt de verhouding tussen de

van de sensor is 4:3. De oppervlakte van de sensor

is ongeveer 30% kleiner dan van een APS-C

camera.

Voordelen

De zeer grote vrijheid in de keuze van instellingen,

het gebruik van allerlei cameraobjectieven en

andere accessoires geven dit cameratype creatieve

vrijheden, die bij geen enkel ander cameratype

aanwezig is. Daarnaast start de camera snel op, is

doorgaans snel in focusseren (is ook afhankelijk

aan het gebruikte objectief) en heeft vrijwel geen

vertraging als op de ontspanknop wordt gedrukt.

Perfect geschikt voor alle vormen van fotografie en

dus ook voor macrofotografie. Natuurlijk mits

voorzien van het juiste objectief, flitser etc. en de

foto genomen wordt met de juiste instellingen

passend bij de scene en omstandigheden.

Cropfactor

Er zijn camera's te koop met diverse formaten

beeldsensoren. Het grootste formaat (behalve de

midden- en grootformaat camera’s) is de full-

frame camera waarbij de grootte van de

beeldsensor overeenkomt met het vroegere

gebruikte filmformaat van 36 x 24mm. Deze

camera’s worden ook wel FX-camera’s genoemd.

Verder zijn er veel camera’s met een kleinere

beeldsensor, ook wel cropfactor camera genoemd.

Zo’n “cropfactor” camera registreert een kleiner

deel van het beeld dan een full-frame (FX) camera.

De vergroting2 van de camera wordt mede bepaald

werkelijke grootte van het object en de grootte van het geprojecteerde beeld op de beeldsensor van de camera bedoeld. Als de uiteindelijke foto op bijvoorbeeld een poster afgedrukt is zal de uiteindelijke “vergroting” veel groter zijn.

Herfstblad in tegenlicht

Page 5: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

5

door de cropfactor van de camera. Voor een Canon

APS-C (DX) camera is de cropfactor 1,6 en voor een

Nikon DX-camera iets kleiner namelijk 1,5.

De eerdergenoemde MFT-camera heeft een

cropfactor van ongeveer 2.

Om de vergroting ten opzichte van een FX-camera

te kunnen berekenen, moet de cropfactor van de

camera worden vermenigvuldigd met de

vergroting van het gebruikte objectief. Een kleinere

beeldsensor kan daardoor, met beperkingen die

verderop beschreven worden, heel interessant zijn

voor macrofotografie. Dit alles mits het onderwerp

even groot wordt afgebeeld vergeleken met een

camera met een grotere beeldsensor.

MFT-camera’s hebben, bij gelijkblijvende

vergroting en omgerekend naar FX-formaat, de

grootste scherptediepte. Daarna komen de DX-

camera’s (zie verderop).

Nadelen

Met name de spiegelreflexcamera kent voor

macrofotografie naast veel voordelen ook enkele

nadelen. Dit zijn:

Dit cameratype is behoorlijk groot en heeft,

samen met een objectief, een fors gewicht.

Vergeleken met de compact-camera (maar

vooral de smartphone) zijn deze camera’s veel

minder gemakkelijk mee te nemen. Bij

handgebruik heeft het gewicht van de camera

en objectief wel een gunstig effect om

trillingen te verminderen en zorgt daardoor

voor meer stabiliteit.

Door het gewicht, vooral bij grote vergrotingen,

is vaak een stevig statief nodig om het

gewenste focuspunt precies, trillingvrij en

stabiel in te kunnen stellen.

Veel van de huidige spiegelreflexcamera’s

hebben een Lcd-display waarop in liveview de

actuele scene bekeken kan worden. Maar vaak

is het display niet aanrakingsgevoelig. Ook zijn

veel displays niet of beperkt kantelbaar wat

bijv. het werken op grondniveau kan

bemoeilijken. Er is wel een trend dat komende

camerageneraties meer functionaliteit in deze

richting zullen gaan krijgen. Er zijn overigens

diverse accessoires te koop die dit probleem

kunnen helpen verminderen (bijv. de hoek-

zoeker of een afstandsbediening voor de

camera).

Een goede kwaliteit camerabody, in combinatie

met een speciaal macro-objectief, vergt een

flinke investering (zie verderop). Dit zorgt voor

een flinke instapdrempel.

Om camera en macro-objectief optimaal

voor macrofotografie te kunnen gebruiken is

de “leercurve” helaas vrij stijl. Dit wordt

mede veroorzaakt doordat de camera veel

instelmogelijkheden heeft. Flexibiliteit is

natuurlijk altijd erg handig, maar soms is

door de bomen het spreekwoordelijke bos

niet meer zichtbaar, en is het moeilijk om de

juiste combinatie van instellingen (speciaal

voor macrofotografie) te kiezen.

Opmerking 1: De meeste systeemcamera’s

zijn overigens wel redelijk klein, hebben veel

functies, en zijn licht in gewicht. Bovendien

hebben de huidige systeemcamera’s vaak wel

kantelbare aanraakgevoelige displays.

Opmerking 2: Voor diverse systeemcamera’s zijn

speciale (helaas dure) conversie-ringen te koop,

zodat ook objectieven van bijv. Canon of Nikon op

een Olympus- of Panasonic camera gebruikt

kunnen worden.

2.1.3. SMARTPHONE

De smartphone is niet meer weg te denken en veel

fotografen hebben deze “camera” daarom altijd

bij. Er zijn bovendien heel veel apps beschikbaar

voor speciale fotografische taken. Optisch zoomen

en diafragmeren is niet mogelijk met een

smartphone-camera. Fotograferen gebeurt altijd

met volle lensopening. Ondanks dit is de

Vuurjuffer met flitslicht in het oog

Page 6: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

6

scherptediepte doorgaans groot. Indien dit niet

gewenst is kan dit gecorrigeerd worden met

speciale apps of in de nabewerking met bijv.

Photoshop. Er is wel een groot aanrakingsgevoelig

display aanwezig maar dit kan uiteraard niet los

van de camera worden gekanteld. Bij het dicht bij

de grond fotograferen kan dit onhandig zijn omdat

er onvoldoende zicht is op het display. Daardoor

kan het moeilijk zijn de scene goed te beoordelen.

Bij veel omgevingslicht kan het display eveneens

moeilijk afleesbaar zijn (geldt voor alle camera’s).

Hoewel, vooral bij weinig licht, de smartphone-

camera, het qua beeldkwaliteit vaak aflegt

tegenover andere cameratypes (door de kleinere

beeldsensor) wordt ook hier de beeldkwaliteit (en

andere creatieve mogelijkheden) met de komst

van nieuwe generaties steeds beter. Dit geldt

zowel voor de kwaliteit en grootte van de

beeldsensor maar ook voor de kwaliteit en

lichtsterkte van de lens (f/2.0 of lager).

Omgerekend naar FX-formaat heeft het camera-

lensje een brandpuntsafstand van 24-28mm. De

cropfactor van de beeldsensor is ongeveer 6.

Vooral bij voldoende licht, zijn de foto’s van

smartphone-camera’s van goede kwaliteit maar

ook onder slechtere omstandigheden, zijn de

resultaten vaak toch behoorlijk goed. En met de

komst van nieuwere generaties wordt de kwaliteit

alleen maar beter. Sommige smartphone-camera’s

zijn bovendien voorzien van beeldstabilisatie en

kunnen zelfs RAW-beelden opslaan. Dit verbetert

de mogelijkheden in de nabewerking sterk.

Ook bij de smartphone-camera

wordt de macrostand met het

bekende tulp symbool aangegeven.

Smartphone-camera’s zijn vaak

prima geschikt om macrofoto’s te

maken al hangt dit van het

gebruikte cameralensje af.

Ook de vaak minder krachtige

interne ledflitser kan bij dichtbij

fotograferen toch voldoende licht

produceren. Soms wel met harde

schaduwen dus de

gebruiksmogelijkheden zijn

afhankelijk van de situatie.

Het is wel noodzakelijk de

smartphone goed stil te houden,

de kleinste beweging levert

bewegingsonscherpte op, zeker bij gebruik van een

langzamere sluitertijd.

Zoals bij alle camera’s is het beter niet digitaal in te

zoomen. Dit heeft geen enkel voordeel en kan

daarom veel beter in bijv. Lightroom gebeuren.

Voorzetlensje

Voor diverse smartphone-camera’s zijn er, soms

voor enkele Euro’s, (universele)

macrovoorzetlensjes te koop, die het mogelijk

maken nog dichterbij het onderwerp te kunnen

fotograferen. Natuurlijk is voor deze lage prijs de

kwaliteit niet vergelijkbaar met een speciale

macro-objectief maar het grote voordeel is dat

deze “camera” (met zo’n eenvoudig lensje) vrijwel

altijd beschikbaar is. Het met

voldoende scherpte

fotograferen van bijv.

bewegende insecten is vaak niet

mogelijk. Ook kan het precies

focusseren soms problemen

opleveren.

2.2. MEER VERGROTING

Zoals in de inleiding al aangegeven draait het bij

macrofotografie om vergroting. Het gaat erom om

dichterbij te kunnen fotograferen waardoor het te

fotograferen onderwerp groot in beeld gebracht

wordt. Hieronder worden diverse macro-

hulpmiddelen, accessoires en objectieven

beschreven, die dit mogelijk maken.

Zweefvliegen

Page 7: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

7

2.2.1. TUSSENRINGEN

Tussenringen worden tussen het objectief en de

camerabody geplaatst. Ze bevatten geen optische

elementen dus kunnen de

beeldkwaliteit niet beïnvloeden. Ze

worden specifiek per cameramerk

gemaakt. Vaak worden deze

tussenringen in setjes van 3 ringen

verkocht in lengtes van bijv. 12mm,

20mm en 36mm. Er kunnen een of

meerdere ringen samengevoegd

worden. Dit mogen ook meer dan 3

tussenringen zijn. Hierbij geldt dat hoe

meer tussenringen worden samen-

gevoegd des te meer dichterbij het

onderwerp gefotografeerd kan worden

en des te groter de vergroting zal zijn.

Er zijn tussenringen te koop in diverse

prijsklassen van diverse fabrikanten.

Let er bij voorkeur op dat elektrische

contacten aanwezig zijn, zodat de juiste signalen

tussen camera en het objectief kunnen worden

doorgegeven (tenzij een volledig manuele objectief

gebruikt wordt zonder elektrische contacten). Bij

heel goedkope varianten is dit soms niet altijd het

geval. Hiermee is het niet mogelijk automatisch te

focusseren, werkt de evt. beeldstabilisatie niet

meer en, nog erger, werkt de diafragma-aansturing

ook niet meer. En diafragmeren is bij

macrofotografie van groot belang, zoals verderop

zal blijken.

Vaak blijkt goedkoop ook duurkoop. Ik heb dit ook

aan den lijve mogen ervaren door in eerste

instantie een goedkoop setje te kopen. De

constructie van de ringen bleek, vooral bij gebruik

van meerdere ringen, echter te slap om een

relatief zwaar 105mm Nikon macro-objectief goed

te kunnen ondersteunen. Daarnaast zorgde deze

tussenringen ervoor (bij gebruik om een FX-

camera) dat bij de gemaakte foto’s een hinderlijke

vignettering zichtbaar was. Dit betekende

uiteindelijk ook nog de aanschaf van een duurdere

set Kenko (= merknaam) tussenringen. Deze ringen

hebben beide problemen niet. Dat betekende dus

twee keer geld uitgeven ☹.

Verder wordt de uiteindelijke vergroting niet alleen

bepaald door de lengte van de tussenringen maar

ook door de brandpuntsafstand van het gebruikte

objectief. Bij gebruik van bijv. een 36mm

tussenring i.c.m. een 60mm objectief wordt een

grotere vergroting bereikt dan dezelfde 36mm

tussenring met een 100mm objectief.

Dit klinkt allemaal heel leuk maar zijn er ook

nadelen? Jazeker, met de volgende “nadelen”

moet rekening worden gehouden:

Tussenringen zorgen ervoor dat de weglengte

van het intredende licht toeneemt, waardoor

de effectieve lichtsterkte van het objectief

afneemt (hogere f-waarde). Hierbij geldt: hoe

meer lengte tussenring(en) wordt toegevoegd,

des te groter het lichtverlies zal zijn. Dit

lichtverlies kan ervoor zorgen dat de camera

niet meer in staat is automatisch te focusseren.

Dit geldt meestal bij een (effectieve) lichtsterkte

van f/8 of hoger. Verder neemt de mechanische

stabiliteit af naarmate meer ringen worden

gecombineerd.

De scherptediepte wordt snel zeer gering

doordat de afstand vanaf de voorkant van het

objectief en het voorwerp (vrije werkafstand)

verkort wordt. Dit kan het focusseren, maar ook

het verlichten van de scene, bemoeilijken.

Focusseren op “oneindig” (∞) (of op enige

afstand) is niet meer mogelijk. Wanneer

Springspinnetje

Page 8: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

8

bijvoorbeeld een 105mm macro-objectief wordt

gecombineerd met 68mm tussenringen dan is

de maximale focusafstand slechts 35cm (FX-

camera). Het objectief staat dan ingesteld op ∞.

Het is moeilijk vooraf te bepalen welke

combinatie het gewenste resultaat geeft.

Daardoor moet soms meerdere keren

tussenringen worden gewisseld, omdat de

vergroting niet optimaal is. Daardoor wordt de

binnenkant van de camera vaker blootgesteld

aan mogelijke vervuiling.

Het gebruik van tussenringen is zeker aan te raden

voor de fotograaf, die wil kijken of macrofotografie

iets is zonder meteen een duur macro-objectief

aan te hoeven schaffen. Bovendien kunnen deze

ringen later altijd nog combineren worden met een

macro-objectief om nog meer vergroting te krijgen.

Dus geen weggegooid geld. De prijs van een

kwalitatief goede set ligt ongeveer op € 150,-.

Originele tussenringen van Canon of Nikon zijn ook

prima maar zijn aanzienlijk duurder. Verder is een

tussenring gemakkelijk mee te nemen (bijv.

vakantie) en biedt de mogelijkheid om toch een

macrofoto (of eigenlijk close-up foto) te kunnen

maken als geen specifieke macro-objectief

beschikbaar is.

Tip: Sluit niet gebruikte tussenringen meteen af

met de bijgeleverde afsluitkapjes. Dit minimaliseert

de kans dat stofjes en vuil in het binnenste van de

tussenring(en) kan komen.

2.2.2. BALG

Een andere mogelijkheid

om de afstand tussen het

objectief en camerabody

te vergroten is door

gebruik te maken van

een z.g. balg. Hiermee

kan deze afstand traploos

worden ingesteld wat de flexibiliteit t.o.v.

tussenringen vergroot. Ook de balg is eveneens

cameramerk specifiek. Het gebruik van een balg

kent vrijwel dezelfde nadelen als het gebruik van

tussenringen. Let op dat alleen bij bepaalde dure

balgen de elektrische signalen van de camera naar

het gebruikte objectief zullen worden

doorgegeven. Er zijn hiervoor ook speciale

(prijzige) hulpmiddelen te koop.

Let op: Er zijn ook hier heel goedkope balgen te

koop (bijv. € 30,-). Op zich prima maar verwacht

hiervan geen wonderen. Vaak laat de mechanische

stabiliteit van de instelmogelijkheden te wensen

over, speciaal bij gebruik van zwaardere camera’s

en objectieven.

2.2.3. TELECONVERTER

Ook een teleconverter kan als soort “tussenring”

gebruikt worden. De brandpuntsafstand van het

objectief wordt dan ook nog vergroot maar de

werkafstand blijft vrijwel gelijk. Een teleconverter

bevat in tegenstelling tot tussenringen en de balg

wel optische elementen waardoor de

beeldkwaliteit beïnvloed wordt. Eveneens is er ook

hier sprake van lichtverlies (afhankelijk van de

verlengingsfactor van de teleconverter). Het

focusseren op oneindig (∞) is met een

teleconverter overigens wel mogelijk.

Globaal wordt de oorspronkelijke beeldvergroting

van het macro-objectief vergroot met de

vergrotingsfactor van de teleconverter. Uitgaande

van een FX-camera kan een macro-objectief met

een afbeeldingsmaatstaf van 1:1 i.c.m. een 1,4x

teleconverter een totale vergroting van 1,4x

opleveren bij een lichtverlies van ongeveer 1 stop.

Let op: Niet ieder objectief is geschikt om samen

met een teleconverter te worden gebruikt!

Close-up foto van miniatuur kippen

Page 9: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

9

Raadpleeg hiervoor eerst de handleiding van het

objectief of teleconverter.

2.2.4. OMKEERRING EN ADAPTERRING

Met een omkeerring is

het mogelijk een

objectief

achterstevoren op een

camerabody te

bevestigen. Let er wel

op dat de moderne

elektronica in het omgekeerde objectief dan

absoluut niet meer werkt, dus geen autofocus,

geen beeldstabilisatie (van het omgekeerd

objectief) en geen diafragma-aansturing. Het

voldoende kunnen diafragmeren is echter wel

essentieel omdat anders de volle

diafragmaopening gebruikt wordt wat een zeer

geringe scherptediepte betekend. Het is met een

truck wel mogelijk om een diafragma (eenmalig) in

te stellen (en te behouden) voordat het objectief

achterstevoren geplaatst wordt maar dit is niet aan

te raden. Daarom worden voor deze “omkeer”

objectieven vaak oudere (tweedehandse) volledig

handmatig instelbare objectieven gebruikt met een

vaste brandpuntsafstand tussen 20mm en 50mm.

Objectieven met een langere brandpuntsafstand

hebben vrijwel geen vergrotend effect en zijn

daarom voor dit doel nutteloos. Leesbril

Om een objectief achterstevoren op de voorzijde

van een ander objectief te plaatsen (als een sterke

“leesbril”) is een speciale adapterring nodig om de

filterdraad van de “omkeerlens” op de filterdraad

van een andere objectief te kunnen schroeven. Het

is ook mogelijk een objectief van de concurrent te

gebruiken, immers alleen de filterschroefdraad

wordt gebruikt. Het allergrootste nadeel is dat de

achterzijde van het objectief (dat normaal in de

camera geschroefd wordt) open en bloot zichtbaar

is. Vuiltjes en stofjes hebben zo vrij toegang tot het

inwendige van het objectief. Indien dit objectief

ook nog als “normale” objectief gebruikt wordt is

het mogelijk dat deze vuiltjes, vanuit het

“omkeer”objectief, worden overgedragen naar het

binnenste van de camera, en daardoor op de

beeldsensor terecht kunnen komen. Met een

beetje creativiteit en huisvlijt is het wel mogelijk

om een bestaande achterste lenskap zodanig te

modificeren dat deze als “zonnekapje” kan

functioneren en het inwendige van het objectief

enigszins beschermd. De vrije opening naar het

binnenste van het objectief wordt zo wel beperkt

maar blijft wel bestaan.

Vergroting

Bij gebruik van een full-frame camera geeft een

omgekeerd objectief met een brandpuntsafstand

van 50mm een afbeeldingsmaatstaf van iets meer

dan 1:1. Met bijv. een 24mm omgekeerd objectief

is een vergroting van zelfs 2 x (2:1) mogelijk. Deze

vergroting moet nog vermenigvuldigd worden met

de APS-C of MFT-camera cropfactor. De vrije

werkafstand, de afstand tussen de voorkant van

het objectief en het voorwerp, is slechts enkele

cm. De scherptediepte is zeer gering en zal

daardoor ongeschikt zijn om bijv. bewegende- of

bange insecten te fotograferen. Het mooi

verlichten van de scene kan bij deze zeer korte

werkafstand ook een uitdaging opleveren. Maar dit

is in ieder geval een heel goedkope optie om met

macrofotografie kennis te maken.

Een omgekeerd objectief kan bijv. ook in

combinatie met tussenringen gebruikt worden.

Deze combinatie geeft een nog grotere vergroting.

Omkeerringen kosten tussen € 10,- en € 20,- en zijn

voor vrijwel alle cameramerken leverbaar.

2.2.5. VOORZETLENS

Met een voorzetlens (ook wel close-up lens, close-

up filter of dioptrie filter genoemd) wordt de

bestaande brandpuntsafstand van het objectief

verkort. Eigenlijk dezelfde functie als een leesbril

heeft. Hierdoor is het mogelijk om het te

fotograferen onderwerp dichterbij te benaderen

en daardoor een grotere vergroting te krijgen.

Voorzetlenzen zijn niet camera specifiek maar

worden op de voorkant van het gebruikte objectief

geschroefd. Zoals ook een lensfilter gebruikt

wordt. Het is niet nodig om eerst het objectief van

de camerabody te verwijderen zoals bij

het gebruik van tussenringen wel nodig

is. Een duidelijk voordeel.

De filterdiameter van het objectief

waarmee de voorzetlens wordt

uitgerust is hierbij wel van belang. De

filtermaat wordt op het objectief

aangegeven (bijv. ø 68mm).

Page 10: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

10

Voorzetlenzen zijn in diverse sterktes en

kwaliteiten te koop en de prijs ligt tussen € 25,- en

€ 75,- per stuk.

Het is mogelijk om diverse voorzetlenzen op elkaar

te schroeven om een grotere vergroting te krijgen

maar hieraan kleven de nodige nadelen.

Bij gebruik van een voorzetlens met een te grote

filterdiameter kan deze, met een passend

verloopring, geschikt gemaakt worden voor een

objectief met een kleinere filterdiameter.

Een speciale variant voorzetlens is de Raynox DCR-

250 Super Macro (voorzet)lens, welke door diverse

macrofotografen gebruikt wordt. Deze voorzetlens

is bruikbaar op objectieven met een filtermaat

tussen de ø 52 en ø 67mm en kost ongeveer € 80,-.

Op het internet zijn veel mooie foto’s te vinden,

die met deze voorzetlens gemaakt zijn. Persoonlijk

heb ik hiermee geen ervaring. Er is zelfs ook een 12

x vergrotende variant verkrijgbaar.

Nadelen

Het gebruik van een voorzetlens heeft de volgende

nadelen:

De beeldkwaliteit, vooral in de hoeken, wordt

slechter. Afhankelijk van de kwaliteit van de

voorzetlens is vaak ook meer chromatische

aberratie en extra vervorming waar te nemen.

Lightroom zal deze vervorming niet

automatisch corrigeren.

Een extra voorzetlens is gevoeliger voor

strooilicht waardoor de kwaliteit van de

opname negatief beïnvloed kan worden. Dit

geldt zeker bij tegenlichtopnames.

3 De afbeeldingsmaatstaf van een objectief is het grootst bij de kleinst mogelijke focusafstand.

Het vergrotend effect van een voorzetlens

wordt minder bij objectieven met een

brandpuntsafstand kleiner dan 80-100mm.

Focusseren op oneindig (∞) is niet meer

mogelijk.

Voorzetlenzen kunnen vignetering

veroorzaken.

Uiteraard kunnen voorzetlenzen ook

gecombineerd worden met bijv. een macro-

objectief en/of tussenringen.

Bij gebruik van een camera met een vast

objectief is het gebruik van een voorzetlens

eigenlijk de enige praktische optie om

dichterbij te kunnen focusseren.

2.3. OBJECTIEVEN

Naast de camera speelt natuurlijk ook het

gebruikte objectief een heel belangrijke rol. Voor

macrofotografie zijn er diverse mogelijkheden.

Hieronder volgt een opsomming van speciaal op

macrofotografie gerichte objectieven.

2.3.1. MACRO-OBJECTIEF

“Echte” macro-objectieven zijn speciaal ontwikkeld

om van heel dicht een onderwerp te kunnen

fotograferen. Verder wordt ervan uitgegaan dat de

afbeeldingsmaatstaf 1:1 (of meer) bedraagt3. Dit

betekent dat een voorwerp van 1 cm breed

(gemeten parallel aan het sensorvlak) ook 1 cm

breed op de beeldsensor wordt afgebeeld. Deze

objectieven hebben een vaste

brandpuntsafstand, zijn lichtsterk,

zijn speciaal ontworpen voor

dichtbij opnames en leveren

daardoor beelden van zeer hoge

kwaliteit. Bovendien zijn enkele

voorzien van beeldstabilisatie wat

zeker voordelen heeft als met

langzamere sluitertijden gewerkt

wordt. Indien echter een snelle

sluitertijd gebruikt wordt heeft

beeldstabilisatie geen of weinig toegevoegde

waarde. Bij gebruik van een statief dient de

beeldstabilisatie worden uitgeschakeld.

Verder hebben vooral de nieuwere objectieven

vaak een snelle autofocusmotor wat (zeker als een

Luchtbelletjes in olie

Page 11: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

11

beperkt focusbereik gekozen is en bij het uit de

hand fotograferen) het automatisch focusseren

kan vergemakkelijken. Helaas hangt aan dit alles

wel een stevig prijskaartje maar bij een passie voor

macrofotografie is aanschaf van een macro-

objectief absoluut de moeite waard.

Bovendien zijn de meeste macro-objectieven ook

heel goede portretobjectieven!

Brandpuntsafstand

Maar welke macro-objectieven zijn er te koop?

Voor wat de FX- en APS-C (DX) DSLR camera’s

betreft is er keuze uit brandpuntsafstanden van

pakweg 35mm tot wel 200mm. De meest gebruikte

brandpuntsafstand is 60mm, 90mm of 105mm

gerelateerd bij gebruik op een FX-camera. Houdt

daarom, bij gebruik op een DX-camera, rekening

met al eerdergenoemde cropfactor. Dit betekent

bijv. dat een 100mm FX-objectief bij gebruik op

een DX-camera resp. 150mm (Nikon) en 160mm

(Canon) effectieve brandpuntsafstand bedraagt.

Ook op het gebied van Micro Four Third camera’s

zijn eveneens uitstekende macro-objectieven

verkrijgbaar van bijv. Olympus of Panasonic. Hierbij

is de cropfactor (van 2) verrekend in de

brandpuntsafstand van het objectief. Een 30mm

Panasonic MFT macro-objectief komt daarom

overeen met 60mm objectief in FX-formaat. De

afbeeldingsmaatstaf van zo’n objectief is 1:1 (op de

MFT-beeldsensor) maar

vergeleken met een FX-

formaat camera 2:1!

Bij maximale vergroting is de

afstand van voorwerp tot

sensorvlak van de camera

ruim 10cm. De vrije werkafstand vanaf de voorkant

van het objectief tot het te fotograferen

onderwerp bedraagt dan slechts enkele

centimeters.

Grote werkafstand

De werkafstand van een objectief met een lange

brandpuntsafstand (bijv. 180mm) is groter dan een

objectief met kortere brandpuntsafstand wat voor

het fotograferen van bijv. insecten handig kan zijn.

Ze worden minder snel verjaagd en het

beschikbare licht wordt bovendien minder snel

geblokkeerd. Een nadeel bij “langere” objectieven

is dat het moeilijker is om bewegingsonscherpte te

voorkomen in vergelijking met een objectief met

een wat kortere brandpuntsafstand. Zeker bij

gebruik van wat langere belichtingstijden. Verder is

met name het 180mm of 200mm FX-macro-

objectief behoorlijk zwaar wat de

gebruiksmogelijkheden beperkt. Een lange

werkafstand kan eveneens de inzet van

(ring)flitsers beperken. Het licht wordt bij een

langere werkafstand snel ongewenste

slagschaduwen veroorzaken.

Eenvoudige (led)ringflitsers zijn mogelijk ook niet

krachtig genoeg om de grotere werkafstand

voldoende te kunnen overbruggen.

Effectief diafragma

Een volgend aandachtspuntje is de lichtsterkte van

de diverse macro-objectieven. Op een enkeling na

hebben vrijwel alle macro-objectieven als grootste

diafragmaopening f/2.8. Deze f-waarde geldt

echter alleen als op oneindig (∞) scherp is gesteld.

Bij macrofotografie is dit echter nooit het geval.

Het feitelijke diafragma (effectieve f-waarde

genoemd) wordt hoger naarmate de vergroting

toeneemt. Bij bijv. een vergroting van 1x is de

effectieve lichtsterkte in plaats van de aangegeven

f/2.8 ongeveer f/5. Dit wordt veroorzaakt doordat

de weglengte van het licht verlengd wordt door de

interne verschuiving van lenzenstelsels in het

macro-objectief. Raadpleeg hiervoor de

handleiding van het macro-objectief.

In tegenstelling tot Canon geeft Nikon op de

camera altijd de effectieve diafragmawaarde aan

(niet in combinatie met tussenringen etc.).

Prijzen

Zoals eerder aangegeven zijn macro-objectieven

niet goedkoop. Natuurlijk zijn er ook goede

tweedehands objectieven te koop maar anders

moet rekening worden gehouden met prijzen

tussen € 400 en € 1500,-. Gelukkig zijn er naast de

traditionele DSLR-merken zoals Canon, Nikon of

Sony ook prima macro-objectieven te koop van

Tokina, Zeiss, Sigma en Tamron. De prijs van een

MFT-objectief ligt doorgaans een stuk lager dan de

hierboven genoemde macro-objectieven.

Combineren

Natuurlijk kan een macro-objectief ook nog

gecombineerd worden met bijv. tussenringen om

een nog grotere vergroting te krijgen. Doordat de

Page 12: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

12

vergroting toeneemt, neemt ook de effectieve

diafragmawaarde toe!

2.3.2. STANDAARDOBJECTIEF

Sommige standaard(zoom)objectieven hebben een

z.g. macrostand (zie foto). Hiermee is mogelijk het

onderwerp dichterbij te

fotograferen maar het is

geen “echt” macro-

objectief. Meestal

bedraagt de vergroting

van deze objectieven

maximaal 0,5x.

Soms wordt dit close-up

fotografie genoemd.

Vlinders en veel

bloemen kunnen

bijvoorbeeld met dit

objectief in volle

grootte gefotografeerd worden.

Qua prijs, en vanwege de grote inzetbaarheid van

dit objectieftype, kan het daarom interessant zijn

om bij aanschaf van bijv. een nieuw objectief

hierop te letten. Zeker in combinatie met het

croppen van de uiteindelijke foto kan dit toch een

erg mooi gedetineerde macrofoto opleveren.

Verder heeft de iets geringere vergroting het

voordeel dat de scherptediepte groter is dan bij

een 1 x vergroting (zie verderop in deze

introductie).

Voor een “standaard” zoomobjectief zonder

macrostand is de vergroting een stuk geringer.

Volledig ingezoomd bedraagt bijv. de vergroting

van een 18-200mm Nikon DX-zoomobjectief

ongeveer 0,25x. Maar gecombineerd met een

36mm tussenring wordt de vergroting bij deze

combinatie ongeveer 0,7x.

2.3.3. SPECIALE MACRO-OBJECTIEVEN

Voor de echte macrofotografie liefhebbers zijn

macro-objectieven te koop bedoeld voor specifieke

taken.

Hieronder vijf voorbeelden:

Alleen voor Canon is er bijv. het volledig

manuele MP-E 65mm f/2.8 1-5 x Macro

objectief waarmee voor FX-camera’s tot 5 x

zonder extra accessoires kan worden vergroot!

Helaas is er o.a. voor Nikon geen vergelijkbaar

alternatief objectief te koop .

Dit objectief is (bij grote

vergroting) ongeschikt om

bewegende onderwerpen te

fotograferen.

Het Chinese bedrijf Venus

Optics heeft twee specifieke

manuele macro-objectieven

in haar assortiment:

o de Laowa 60mm 2 x vergrotende macro-

objectief voor APS-C camera’s.

o de Laowa 15mm groothoek f/4 1:1 macro-

objectief. Dit FX-objectief heeft eveneens

een (beperkte) shift mogelijkheid en is

speciaal bedoeld om bijv. insecten in hun

omgeving te kunnen fotograferen. Dit

laatste is met bijv. een 60mm macro-

objectief niet mogelijk. De scherptediepte

van een 60mm objectief is veel te gering en

de achtergrond zal hierbij zeer snel volledig

onscherp worden. Bij 1 x vergroting is de

vrije werkafstand van het 15mm objectief

minder dan 1 cm, dus ongeschikt voor het

fotograferen van (snel) bewegende insecten.

Fotograferen op oneindig (∞) is met dit

groothoekobjectief wel mogelijk.

O.a. voor MFT-camera’s is het Nanoha 5 x Super

macro objectief te koop. Dit objectief heeft zelfs

ingebouwde verlichting. Dit is nodig omdat de

vrije werkafstand (bij 5 x vergroting) minder dan

1 cm vanaf de voorkant van het objectief

bedraagt! Fotograferen op oneindig is met dit

objectief niet mogelijk.

Met dit objectief is het vrijwel onmogelijk

bewegende insecten te fotograferen.

Z.g. Tilt-Shift objectieven kunnen vaak tot 0,5 x

vergroten en bieden mogelijkheden om (t.o.v.

de beeldsensor en zonder focus-stacking)

bepaalde schuin gerichte vlakken in één foto

scherp in beeld te krijgen (met de tilt functie).

Helaas zijn deze objectieven doorgaans erg

duur en worden vaak met statief gebruikt.

2.3.4. MICROFOTOGRAFIE

Naast de genoemde speciale macro-objectieven

zijn er ook nog microscoopobjectieven te koop die

in combinatie met tussenringen tot wel 20 x (of

meer) kunnen vergroten. Fotograferen vanaf 10 x

vergroting wordt doorgaans microfotografie

genoemd. Deze techniek wordt in deze introductie

niet verder behandeld. Indien hiervoor interesse is

Page 13: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

13

kan ik hiervan voorbeelden laten zien en evt.

helpen met het maken van een speciale (heel

stabiele) opstelling om dit mogelijk te maken.

Doordat de scherptediepte vaak maar een deel van

een mm bedraagt, moet meestal gebruik gemaakt

worden van het z.g. focus stacking. Hierbij wordt

een groot aantal opnames (steeds gemaakt op een

gering gewijzigde werkafstand) samenvoegt tot

één enkele foto. De stacking-software gebruikt

hiervan alleen de scherpste delen van de

fotoreeks. Dit specifiek onderdeel van de

nabewerking (en de speciale programma’s, die dit

mogelijk maken) worden in deze introductie niet

verder beschreven.

Zeker bij microfotografie is de

werkafstand veel te gering om

hiermee bijv. bewegende insecten te

kunnen fotograferen.

2.4. MACRO ACCESSOIRES

Er zijn allerlei specifieke accessoires

te koop bedoeld voor meer specifiek

en gevorderd macro- en

microfotografie gebruik. Deze zijn

vaak noodzakelijk bij gebruik van

grote vergrotingen waar

positienauwkeurigheid en stabiliteit

een absolute vereiste is. Bepaalde

accessoires zullen dan zelfs

onmisbaar zijn. Deze worden echter

niet verder toegelicht.

2.5. VERLICHTING

Zoals ook voor alle andere takken van de fotografie

kan bij macrofotografie gebruik gemaakt worden

van het aanwezige omgevingslicht, continue

verlichting en/of flitsverlichting. Het verschil met

andere vormen van fotografie is dat

macrofotografie slechts het fotograferen van een

klein onderwerp betreft. Hiervoor is het niet nodig,

heel grote verlichtingsboxen of studioflitsers te

gebruiken. Soms is dit zelfs onpraktisch.

Opmerking: bij macrofotografie is het soms nodig

om de zonnekap van het macro-objectief te

verwijderen omdat anders het te fotograferen

onderwerp door de zonnekap afgeschermd wordt

van voldoende verlichting.

2.5.1. WITBALANS

Om zo min mogelijk werk te hebben in de

nabewerking is het niet aan te bevelen om externe

lichtbronnen met verschillende

kleurentemperatuur in één scene te combineren.

Kies, tenzij hiervoor speciaal wordt gekozen, liefst

voor één kleurentemperatuur voor alle gebruikte

lichtbronnen. Indien mogelijk kan vooraf ook een

referentiefoto gemaakt worden van een klein

stukje wit, grijs of zwart papier. In bijv. Lightroom

kan op basis hiervan de juiste witbalans bepaald

worden. In RAW fotograferen verdient dan wel de

voorkeur.

2.5.2. OMGEVINGSLICHT

Vooral bij zonnig en helder weer kan gebruik

worden gemaakt van het beschikbare licht. Soms is

bijv. een diffuser nodig om harde schaduw te

verminderen. Bij veel omgevingslicht kan mogelijk

een snelle sluitertijd worden gekozen om ook

bewegende onderwerpen, zonder

bewegingsonscherpte, te kunnen fotograferen. Bij

donker weer, of in een beschutte (bos)gebied, is

het vrijwel niet mogelijk om zonder extra

verlichting met snelle sluitertijden te werken.

Het fotograferen van statische onderwerpen is dan

natuurlijk nog wel mogelijk (zoals bijv.

paddenstoelen). Het gebruik van een statief is dan

waarschijnlijk wel noodzakelijk.

Kiwi schijfje (achtergrondverlichting)

Page 14: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

14

2.5.3. FLITSERS

Zoals eerder aangegeven is de ingebouwde flitser

van een camera meestal onbruikbaar. Deze is

doorgaans niet in staat om het flitslicht vlak voor

het objectief op het te fotograferen voorwerp te

brengen. Hetzelfde geldt ook bij gebruikt van de

reportageflitser, die op het flitsschoentje van de

camera gestoken wordt. Met wat creativiteit,

kennis van zaken en handigheid is hiervoor wel een

oplossing te vinden.

Een kant-en-klaar oplossing voor dit probleem zijn

(led)ringflitsers, die aan de voorkant van het

objectief bevestigd worden. Vaak is het

flitsvermogen aan beide zijde van de flitser

onafhankelijk instellen. Dit zorgt voor meer

gestructureerd licht wat meer diepte in de foto

brengt. Ringflitsers zorgen bovendien dat er geen

harde schaduwen ontstaan omdat de scene

rondom verlicht wordt. Doordat de ringflitser een

vaste mechanische constructie heeft kan het

voorkomen dat het flitslicht “over” het voorwerp

schijnt. Dit kan voorkomen als het te fotograferen

onderwerp zich heel dicht bij de voorkant van het

objectief bevindt (bijv. als een macro-objectief

combineert wordt met tussenringen). Hiervoor is

een flitser nodig met liefst 2 onafhankelijk

instelbare flitskoppen, die op het onderwerp

gericht kunnen worden.

Opmerking 1: Ledflitsers zijn vaak minder krachtig.

Opmerking 2: In een studio-omgeving is het ook

mogelijk om twee (of meer) onafhankelijke maar

gesynchroniseerde reportageflitsers te gebruiken.

Opmerking 3: Bij gebruik op een macro-objectief

met lange brandpuntsafstand is een (led)ringflitser

mogelijk minder geschikt.

Reflecties

Om hinderlijke reflecties te verminderen is het

vaak noodzakelijk het flitslicht diffuus te maken.

Hiervoor zijn diverse oplossingen mogelijk. Zorg er

bovendien voor dat de lichtbundel van de flitser zo

breed mogelijk gespreid wordt om het licht verder

te verzachten. Doordat de afstand van de flitser tot

het onderwerp klein is voldoet vrijwel altijd een

fractie van het beschikbare flitsvermogen.

Voor macrofotografie is de (led)flitser van een

smartphone wellicht wél bruikbaar. Deze bevindt

zich vrijwel altijd direct naast de smartphone-

camera en kan daardoor prima het te fotograferen

onderwerp verlichten. Hoewel deze flitsers niet

krachtig genoeg zijn om een flinke werkafstand te

overbruggen is dit voor macrofotografie geen

probleem. De werkafstand is immers vaak (erg)

klein. Dit is een kwestie van uitproberen. Houdt

wel rekening met hard frontaal gericht licht en

mogelijke sterke reflecties op glanzende

oppervlakken. Mogelijk helpt ook hier een kleine

lokale diffuser.

De Laowa Macro Twin Flash

is een speciale macroflitser

met twee flitskoppen op

flexibele armen, die in elke

positie gebogen kunnen

worden. Verder is ook nog

een hulplicht aanwezig om

het scherpstellen te

vergemakkelijken.

Soms zijn voor de flitskopjes

nog twee diffusors nodig om

het flitslicht te verzachten. Het flitsvermogen is per

flitskop instelbaar.

Prijzen

De prijs van een specifieke macroflitser varieert

sterk. Een eenvoudige led-ringflitser kost ongeveer

€ 50,- en een speciale macroflitser van Nikon of

Canon ongeveer € 600. Deze bestaan uit twee

onafhankelijke flitsers, die aan de voorzijde van het

objectief bevestigd kunnen worden. De Laowa

macroflitser kost ongeveer € 370,-.

Page 15: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

15

2.5.4. CONTINUE VERLICHTING

Continue lichtbronnen zijn vooral geschikt voor het

verlichten van statische voorwerpen/objecten. Dit

zijn bijv. een zaklamp, lampje van een smartphone

of andere lamplicht. Om bijv. harde

schaduwpartijen te verminderen zijn soms twee of

meer verlichtingsbronnen nodig. Afhankelijk van

het soort licht wordt de juiste witbalans gekozen.

Indien in RAW wordt gefotografeerd kan deze ook

later tijdens nabewerking bepaald worden. De

hoeveelheid licht bepaalt (bij een gekozen ISO-

waarde en diafragmawaarde) de sluitertijd.

Zoals eerder aangegeven kies bij gebruik van twee

of meer verlichtingsbronnen liefst voor bronnen

met dezelfde kleurentemperatuur.

Voor gebruik in bijv. een thuisstudio kan

een flitser of continue lichtbron ook van

een kleurenfilter worden voorzien om

(lokaal) kleureneffecten toe te voegen.

Indien geen speciale kleurenfilter

aanwezig is dan is soms een gekleurd

transparant boterhammenzakje of

snoeppapiertje voldoende om een

kleureneffect te creëren. Het gebruik

van kleurenfilters zorgt er doorgaans

wel voor dat het onderwerp langer

verlicht moet worden. Immers,

kleurenfilters absorberen een deel van

het uitgezonden licht. Hoeveel minder

licht hangt af van de dichtheid van het

gebruikte filter. Probeer dit vooraf,

zodat bekend is welk effect bepaald filter geeft.

Soms is het overigens ook leuk om verrast te

worden welk effect verkregen wordt.

2.6. STATIEF

Vooral in een studio-omgeving (maar zeker als met

grote vergrotingen gewerkt wordt) is een goed

statief belangrijk. Een statief zorgt ervoor dat zo

weinig mogelijk bewegingsonscherpte in de

opname terug te zien zal zijn. Zeker bij gebruik van

langere sluitertijden. Maar ook bij het fotograferen

in de natuur kan het gebruik van een statief

voordelen bieden. Echter bij het fotograferen van

bewegende insecten en/of als het nodig is snel van

standpunt te wisselen dan is een statief minder

geschikt.

Er zijn heel veel statieven te koop variërend van

€ 25,- tot € 1500,-. Licht en zwaar, gemaakt van

aluminium of carbon, groot en klein, voor in de

studio of speciaal voor op reis.

En dan is er nog de keuze welke soort

bevestigingskop het beste bij de gewenste

gebruiksmogelijkheden (en budget) past. Als de

camera ook op grondniveau gebruikt moet kunnen

worden stelt dit ook weer andere eisen aan een

statief. Kortom, eigenlijk een onderwerp op zich.

Een speciale statiefvorm is het eenbeen-statief.

Uiteraard veel minder stabiel dan een driepoot

statief maar wel veel flexibeler en sneller in te

zetten. Dit type is helaas niet bruikbaar als op

grondniveau gefotografeerd wordt.

Tip 1: Zoals al eerder aangegeven dient bij gebruik

van een statief de beeldstabilisatie van het

objectief worden uitgeschakeld. Anders kan lichte

beeldonscherpte zichtbaar worden. Raadpleeg

hiervoor de camera- en of objectief handleiding.

Tip 2: Gebruik, i.c.m. een statief, een remote

trigger/control of de zelfontspanner om de camera

niet aan te hoeven raken bij het maken van de

opname. Bij veel spiegelreflexcamera’s is het

bovendien mogelijk een belichtingsvertraging in te

stellen (bijv. 2 sec), zodat de spiegel eerst opklapt,

dan gedurende de ingestelde vertragingstijd kan

“uit-trillen” en dat daarna pas de echte opname

gemaakt wordt.

Tip 3: Indien de opname gemaakt wordt zonder

het oculair te gebruiken dan wordt aanbevolen het

oculair eerst af te sluiten met de oculairsluiter.

Trouwring

Page 16: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

16

Tip 4: Sommige statieven hebben voorzieningen,

die voor macrogebruik handig zijn. Bijvoorbeeld

een verwijderbare middenkolom, zodat de camera

ook zijdelings naast het statief geplaatst kan

worden. Voor het fotograferen heel dicht op

grondniveau kan de middenkolom (met camera)

ondersteboven aan het statief worden bevestigd.

Hiervoor is overigens ook een rijst- of zandzakje of

een z.g. “bean bag” geschikt.

3. FOTOTECHNISCHE

UITDAGINGEN

Hoe leuk en interessant macrofotografie ook is

levert deze tak van fotografie wel de nodige

“uitdagingen” op waarmee rekening moet worden

gehouden. Kennis hiervan en weten wat mogelijke

beperkingen en oplossingen zijn voorkomt

teleurstellingen en verhoogt het aantal foto’s wat

na een macrofotografie sessie “bruikbaar” zijn.

Hiermee worden foto’s bedoeld, die scherp zijn op

de gewenste plaats.

Natuurlijk volgt dan nog de selectie welke

uiteindelijk “de beste” foto (qua compositie) is.

Hieronder een opsomming van deze technische

uitdagingen en mogelijke oplossingsrichtingen.

3.1. Scherptediepte

Een van de belangrijkste uitdagingen bij

macrofotografie is dat de scherptediepte

gering tot zeer gering is. Normaliter wordt de

scherptediepte bepaald door de afstand tot

het te fotograferen onderwerp, de

brandpuntsafstand van het gebruikte objectief

en de ingestelde diafragmawaarde.

Echter bij macrofotografie is naast het

gebruikte diafragma de gebruikte vergroting

van belang en niet zo zeer de

brandpuntsafstand van het gebruikte objectief.

Hierbij geldt dat des te groter de vergroting is

des te kleiner de scherptediepte zal zijn. Dit

betekent dat het soms moeilijk kan zijn het

gewenste deel van het te fotograferen

onderwerp in focus te krijgen. Het kan ook

voorkomen dat met één enkelvoudige opname

niet het hele te fotograferen onderwerp

scherp in beeld kan worden gekregen.

Diafragmeren helpt wel maar een te groot

gekozen diafragma-waarde zorgt ervoor dat er

heel veel (flits)licht nodig is en bovendien de

algehele beeldscherpte licht zal afnemen (zie ook

verderop in de tekst).

Om een idee te krijgen welke scherptediepte voor

jouw camera- en objectiefcombinatie geldt, kan

een speciale macro DOF apps geraadpleegd

worden. DOF is een Engelse afkorting van “depth

of field” wat scherptediepte betekend. In dit

hoofdstuk is een tabel opgenomen waarin de

scherptediepte is weergegeven van enkele

cameratypes, vergrotingen en diafragma

instellingen.

In tegenstelling tot bijv. landschapsfotografie ligt

het scherptegebied symmetrisch verdeeld rond het

ingestelde focuspunt. Om de maximale

beeldscherpte te krijgen kan bij macrofotografie

het mogelijk noodzakelijk zijn om op een ander

deel van het onderwerp scherp te moeten stellen

dat wellicht verwacht.

Uit proefjes met een Nikon 105mm macro-

objectief en een D800-camera (vergroting 1x)

bleek dat alle geteste diafragmastanden een iets

grotere scherptediepte waarneembaar is dan de

scherptedieptetabel aangeeft. Hiervoor worden in

de tabel specifieke regeltjes gehanteerd maar het

gaat uiteindelijk om de tevredenheid over het

eindresultaat. Het eindresultaat kan bij een lage

resolutie afbeelding zal er heel anders uitzien dan

Scherptedieptetabel

Page 17: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

17

bij een grote afdruk. Bij deze laatste zal bijv.

algemene beeldscherpte een veel belangrijkere rol

spelen.

Feit blijft overigens dat de scherptediepte bij 1 x

vergroting een kwestie is van slechts millimeters!

Tip: Bij gebruik van de zoeker van een

spiegelreflexcamera kan nog voordat de foto

genomen wordt een indruk worden krijgen van de

uiteindelijke beeldscherpte door de

scherptedieptecontroleknop in te drukken. Het

zoekerbeeld wordt dan wel donkerder omdat het

diafragma naar de ingestelde f-waarde sluit.

3.2. SCHERPSTELLEN

Doordat bij macrofotografie de scherptediepte

gering tot zeer gering is kan het moeilijk zijn het

gewenste deel van de scene precies in focus te

krijgen. Lees in het volgende hoofdstuk de diverse

mogelijkheden om scherp te stellen en de

mogelijke afhankelijkheid van de fotoshoot locatie.

3.3. ONSCHERPTE IN DE FOTO

Een veel voorkomend probleem (vooral) bij

macrofotografie is ongewenste onscherpte van de

gemaakte foto. Deze ongewenste onscherpte kan

ontstaan doordat:

De camera bewogen wordt tijdens het maken

van de opname4. In dit geval is de gehele foto

onscherp. Dit geldt voor zowel achter- en

voorgrond maar ook het te fotograferen

hoofdonderwerp.

4 Vaak in combinatie met een relatief lange sluitertijd en/of grote vergroting en/of de lange brandpuntsafstand van het gebruikte objectief.

Het kan erg moeilijk zijn om, bij een flinke

vergroting, de camera heel stabiel te houden.

Als uit de hand wordt gefotografeerd kan de

beeldstabilisatie van de camera of objectief

zeker helpen. Gebruik van een statief en een

goede techniek voor het vasthouden van de

camera kunnen eveneens helpen

bewegingsonscherpte te minimaliseren.

Het te fotograferen onderwerp

beweegt tijdens het maken van de opname.

Bijv. doordat een insect beweegt of doordat

de wind ervoor zorgt dat bloemen / planten

/ struiken in de wind heen en weer

bewegen. Deze situatie is te herkennen,

doordat de statische (in focus)

onderwerpen scherp afgebeeld zullen zijn

maar alle andere beeldelementen onscherp.

Een snellere sluitertijdkeuze of flitslicht

toepassen zijn, naast rustiger weer

afwachten bij te harde wind, eigenlijk de

enige oplossingen voor dit probleem.

Er is een te kleine diafragmaopening (is hoge f-

waarde) gekozen. Dit optische fenomeen

(diffractie) zorgt ervoor dat bijv. bij f/22 (maar

soms al bij een lagere f-waarde) een lichte

algehele beeldonscherpte kan ontstaan. Als een

grotere scherptediepte noodzakelijk is verdient

dit soms toch de voorkeur. Bij deze kleine

diafragmaopeningen is wel veel licht nodig.

Overigens geldt dat des te kleiner de

beeldsensor is deze onscherpte al bij lagere

diafragmawaardes zichtbaar wordt.

De camera niet op het juiste onderwerp

gefocusseerd heeft. Doordat de scherptediepte

gering is kan het voorkomen dat de

automatische focusbepaling van de camera op

een niet gewenst deel van de scene scherpstelt.

Dit kan voorkomen als het gewenste scherpste

deel van de foto weinig contrastrijk is, terwijl de

directe omgeving wel contrastrijk is. Manueel

focusseren is voor deze situatie een oplossing.

Indien toch automatisch gefocusseerd wordt

gebruik dan zo weinig mogelijk focuspunten

(liefst alleen het middelste). Houdt de camera

zo stabiel mogelijk en richt precies op het

hoofdonderwerp rekening houdend met de

symmetrische scherptediepteverdeling.

Springspin

Page 18: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

18

De beeldstabilisatie staat aan bij statiefgebruik.

Schakel in deze situatie beeldstabilisatie uit.

Sommige camera’s hebben voor precieze

focussering een erg handig hulpmiddel. In het

liveview display kan door middel van het zg. “Pixel

(of Focus) Peaking” precies worden bepaald op

welk deel van de scene wordt gefocusseerd. Bij het

fotograferen van stationaire onderwerpen is er nog

een andere mogelijkheid door het liveview scherm

te gebruiken. Dit in combinatie met (handmatig

extra) inzoomen op het gewenste focuspunt. Maar

met een geringe scherptediepte blijft het altijd

lastig om op het gewenste deel van de scene te

focusseren. Verder kan het behoorlijk moeilijk zijn

om op het Lcd-schermpje van de camera de

scherpte van de opname heel nauwkeurig te

beoordelen. Zeker als de omgeving erg helder of

zonnig is. Vaak kan beeldscherpte pas achteraf op

het computerbeeldscherm goed beoordeeld

worden als de opnames met grotere vergroting

weergegeven worden.

4. FOTOSHOOT LOCATIE

De technische uitdagingen zoals hierboven

beschreven geven niet in alle situaties dezelfde

oplossingsrichting. Soms kan de situatie worden

beïnvloed maar in de natuur is dit niet altijd

mogelijk en is het noodzakelijk om op een meer

geschikt moment terug te gaan naar de locatie.

Hieronder enkele algemene overwegingen en

basisinstellingen bij het fotograferen in de natuur

en in een eigen thuis(studio) omging. Verderop

wordt hierop specifieker ingegaan.

4.1. VERGROTING

Bij het starten met macrofotografie kies dan liefst

niet meteen voor het fotograferen met de

maximale mogelijke vergroting, zeker niet als uit

de hand gefotografeerd wordt. De reden hiervoor

is dat o.a. de (te) geringe scherptediepte en

algehele beeldonscherpte snel voor teleurstellende

resultaten kan zorgen. Als enige ervaring is

opgedaan probeer dan de grotere vergrotingen.

Enige ervaring is nodig om o.a. bovengenoemde

problemen te voorkomen of onvolkomenheden te

corrigeren.

Tip: probeer eerst in een rustige gecontroleerde

omgeving goede macrofoto’s van stationaire

onderwerpen (met statief en daarna uit de hand)

te maken en ga daarna pas de natuur in.

4.2. AUTOFOCUS

Hoewel verderop zal blijken dat in een aantal geval

autofocus niet mogelijk is kies bij het fotograferen

van statische objecten, vanaf statief, liefst voor

enkelvoudige autofocus. Het focuspunt wordt dan

eenmalig bepaald wanneer de sluiterknop half

wordt ingedrukt (of AF-ON gebruikt wordt). Bij het

fotograferen van bewegende objecten gebruik dan

altijd continue autofocus. In alle gevallen kies liefst

voor zo min mogelijk focuspunten. Hierdoor wordt

maximale controle verkregen over het punt

waarop scherp wordt gesteld.

4.3. ISO-INSTELLING

Onafhankelijk van macrofotografie kies vrijwel

altijd voor een zo laag mogelijke ISO-waarde.

Meestal ISO 100 of 200. Pas bij onvoldoende

mogelijkheden om het gewenste diafragma

en sluitertijd in te stellen verhoog dan pas de

ISO-waarde. Nieuwe cameratypes zijn

overigens vaak (veel) toleranter voor hogere

ISO-waardes dan oudere types. Ook geldt

doorgaans hoe groter de gebruikte

beeldsensor is des te hogere de ISO-waarde

ingesteld kan worden voordat ruis hinderlijk

zichtbaar wordt. Bij te veel ruis in de foto

gaan bovendien mogelijke belangrijke details

van het onderwerp verloren.

Vogeltje (close-up)

Page 19: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

19

4.4. DIAFRAGMA

Zoals eerder aangegeven speelt het gebruikte

diafragma een cruciale rol als het om het gebied

gaat wat scherp wordt afgebeeld. Dit geeft veel

creatieve mogelijkheden maar ook de nodige

beperkingen. Het gebruik van lage

diafragmawaardes (= grote opening) is, bij een

grote vergroting, eigenlijk uitgesloten. Praktisch

start met diafragmawaarde f/8 of hoger. Verderop

volgt meer toelichting over dit onderwerp.

5. IN DE NATUUR FOTOGRAFEREN

In de natuur fotograferen hoeft niet te betekenen

dat ergens in het bos of op de heide

gefotografeerd moet gaan worden. Ook in de

buurttuin of eigen voor- of achtertuin kan vaak

goed worden gefotografeerd. Een geliefd

onderwerp zijn de bloemen en de aanwezige

kleine dieren zoals allerlei insecten en spinnen

(en spinnenwebben). Naast de keuze voor het te

fotograferen onderwerp is het weer een

belangrijk element om rekening mee te houden.

Is het bewolkt, wat donker of juist zonnig? Is het

windstil? Voor het maken van bepaalde

specifieke foto’s kan ook bijv. het jaargetijde en

het tijdstip van de dag belangrijk zijn.

Als in de natuur gefotografeerd gaat worden

moet alle noodzakelijke fotoapparatuur worden

meegenomen. Planning is in dit geval zeker

belangrijk.

5.1. COMPOSITIE

Hieronder enkele aandachtspunten met betrekking

tot compositie van een macrofoto.

Kleine diertjes fotograferen

Bij het fotograferen van kleine diertjes zoals

insecten komt het vaak voor dat er niet veel tijd is

om veel aandacht aan een goede compositie te

besteden. Als te lang gewacht wordt kan het

diertje al weer verdwenen zijn. Naast het snel

scherpstellen moet ook nog worden gedacht aan

achter- en voorgrond, het scheiden van het

onderwerp van de achtergrond (scherptediepte)

etc. Snelheid is daarom vaak geboden. Het

rekening houden met bijv. de regel van 1/3 kan er

weleens bij inschieten. Zorg er daarom voor dat

het onderwerp niet te krap gefotografeerd wordt.

De compositie kan later worden verbeteren door

bijv. een deel van de voor- of achtergrond weg te

snijden (croppen). Een iets mindere vergroting

heeft bovendien een gunstig effect op de

scherptediepte.

Positie

Een ander onderdeel van de compositie is de

positie waarin bijv. een insect gefotografeerd

wordt. Vaak worden bijv. bijen, zweefvliegen of

vlinders van bovenaf gefotografeerd zittend op een

bloem. Dat kan heel mooi zijn maar vaak zijn

opnames van insecten op ooghoogte veel mooier

(kwestie van smaak). Kies voor het maken van

foto’s van planten en bloemen of paddenstoelen

ook eens een ander (vaak lager) standpunt en

fotografeer eens de kleine details. Dit zal

verrassende resultaten opleveren.

Ogen

Ook bij het fotograferen van kleine diertjes moeten

de ogen perfect scherp in beeld zijn. Zonder

scherpe ogen is de foto eigenlijk waardeloos. Dit

geldt eveneens als de ogen niet in beeld zijn omdat

bijv. een grassprietje een of beide ogen (deels)

afdekt. Foto’s van de achterzijde van een insect

worden vaak als minder beoordeeld. Soms wordt

pas later duidelijk wat de voor- of achterkant van

een insect is. Een voorbeeld hiervan is de foto van

het rupsje (hierboven weergegeven). Pas bij het

uitvergroten in Lightroom werd duidelijk waar de

ogen van het heel klein rupsje zitten (aan de

linkerzijde).

Maximale scherpte

Al diverse malen is het onderwerp scherptediepte

besproken. Door optimaal gebruik te kunnen

Rupsje

Page 20: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

20

maken van de beschikbare scherptediepte kan

bepaald worden welk deel van bijv. een insect

scherp of onscherp in beeld zichtbaar wordt. Soms

blijft er een beperking en moet een andere positie

worden gekozen om een insect (of ander

onderwerp) maximaal scherp in beeld te kunnen

krijgen. Als bijv. een juffer (5-10cm lang insect)

vanaf de voorkant met maximale vergroting

gefotografeerd wordt, zijn mogelijk alleen de ogen

(of alleen het kopje) scherp in beeld. Dit in

tegenstelling wanneer parallel aan het lange lijfje

van het diertje gefotografeerd wordt. Dan wordt

zowel het lijfje als kopje van het insect scherp

afgebeeld. Als de vleugels uitgevouwen zijn zullen

deze overigens toch onscherp op de foto zichtbaar

zijn. Indien het gewenst is deze ook scherp in beeld

te hebben dan zal de afstand tot het insect moeten

worden vergroot (= kleinere vergroting).

5.2. ONDERGROND EN ACHTERGROND

In de natuur wordt uiteraard datgene gebruikt wat

beschikbaar is. Soms is het mogelijk de voor- of

achtergrond een beetje aan te passen door bijv. te

grote grassprietjes, blaadjes weg te halen of takjes

weg te buigen. Of juist, in de achtergrond, een blad

of tak toevoegen, zodat een te saaie of lichte

achtergrond (onscherp) gecamoufleerd wordt. Dit

geldt overigens vrijwel alleen bij het fotograferen

van bijv. bloemen, planten of paddenstoelen. Bij

snel en onverwacht bewegende insecten is

hiervoor vrijwel nooit tijd en zal genoegen moeten

worden genomen met wat aanwezig is. Kleine

onvolkomenheden kunnen evt. ook nog later met

Photoshop worden weghalen. Door de geringe

scherptediepte is het vaak erg moeilijk te

voorspellen hoe bijv. de kwaliteit van de

achtergrond in de foto zal worden (bokeh).

5.3. OMSTANDIGHEDEN

Bij het buiten in de natuur fotografeert moet

rekening worden gehouden met wind en regen,

mist, wolken en zon etc. Kortom met elementen

waarop weinig/geen invloed kan worden

uitgeoefend. Planning is dan ook van belang. Soms

moet een andere dag of tijdstip worden gekozen

omdat de situatie buiten alleen maar problemen

zal gaan opleveren. Als het bijv. hard waait en

bloemen in het open veld gefotografeerd moeten

worden is dit mogelijk al voorop kansloos. De

bloemen zullen door de wind snel heen en weer

bewegen waardoor het vrijwel onmogelijk is een

mooi scherpe foto te kunnen maken. Natuurlijk

kan worden geprobeerd om de bloemstengels met

een klemmetje elkaar te laten ondersteunen (of

gebruik maken van een windschermpje) maar het

blijft lastig. Hetzelfde geldt bij regenachtig- of

donker weer. De sluitertijd moet dan mogelijk te

lang open blijven staan (of de ISO-waarde te hoog).

Een externe lichtbron kan uitkomst bieden maar

soms is het beter om te wachten op betere

weersomstandigheden.

Het is overigens wel mogelijk

om bij het vaak minder

geschikte felle zonlicht te

fotograferen. Met een diffuus

transparant schermpje kan

het felle zonlicht heel goed

worden getemperd.

Tip 1: Bij het fotograferen van bijv. bloemen is het

soms handig om een watervernevelaar mee te

nemen om daarmee regendruppels te kunnen

nabootsen. Dit voegt soms een extra dimensie aan

de foto toe.

Slakkenhuisje

Page 21: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

21

Tip 2: Indien waterdruppels

toegevoegd moeten worden aan

bijv. bloemen gebruik dan bijv. een

pipetflesje of injectiespuit gevuld

met water of Glycerine. Glycerine

(te koop bij de drogist) is iets

“stroperiger” dan water en leent

zich beter om mooie druppels te

maken.

Tip 3: Vaak wordt in de natuur op

grondniveau gefotografeerd. Neem

daarom een plastic tas of iets

dergelijks mee. Hiermee kan de

fotoapparatuur worden beschermd

tegen vuil of nattigheid. Soms kan

zo’n tas ook goede diensten

bewijzen als bijv. geknield moet

worden. Kleding wordt minder snel vuil of nat.

5.4. HOE TE WERK GAAN

In de natuur insecten fotograferen geeft een ander

uitgangspunt dan wanneer bijv. paddenstoelen

gefotografeerd moeten worden. Paddenstoelen

zijn statische onderwerpen en bewegen doorgaans

niet in de wind. Er kan dus vrijwel altijd een

langere sluitertijd gewerkt worden, zeker bij

gebruik van een statief. De scene kan zo nodig iets

worden aangepast en er is voldoende tijd om alles

keurig op te stellen, evt. extra te verlichten en

uiteindelijk de foto te maken.

Hoe anders is dit bij het maken van foto’s van bijv.

insecten. Hierbij is vrijwel geen tijd beschikbaar en

kan het insect plotseling bewegen. Bij onvoldoende

tijd is het gebruik van een statief daarom vrijwel

uitgesloten, mogelijk kan een eenpoot-statief nog

wel. Er moet bovendien vaak snel van positie

worden gewisseld om het insect vanuit allerlei

posities te kunnen fotograferen.

Scherpstellen

Een ander belangrijk onderdeel is het

scherpstellen. Afgaan op een automatische

camera-instelling gaat vrijwel niet. Er kunnen wel

scherpte foto’s worden genomen maar mogelijk

niet van de gewenste deel van bijv. een insect.

Vaak kan er niet automatische gefocusseerd

worden en zal handmatig, door (minimaal) op en

neer richting onderwerp te bewegen het juiste

focuspunt moeten worden bepalen. Het bewegen

van een insect op een bloem in de wind maakt het

allemaal nog moeilijker of soms onmogelijk. Of er

is, in deze situatie, veel geluk nodig om precies op

het juiste moment af te drukken.

Witbalans

Bij het fotografen in de natuur is er soms geen tijd

om eerst een proefopname te maken van een

grijskaartje of kleurenwaaier. Bovendien kunnen

de verlichtingsomstandigheden per locatie snel

wisselen. Fotograferen in RAW geeft in ieder geval

de mogelijkheden om achteraf de witbalans

correct in te stellen. Soms kan hierbij achteraf ook

nog gebruik gemaakt worden van natuurlijke

aanwezige zwart, grijs of witte delen in de foto.

Diafragma

Welke diafragma-instelling kiezen? Zoals eerder

aangegeven bepaalt het gebruikte diafragma in

hoge mate de scherptediepte. Bij een flinke

vergroting dan is vrijwel altijd diafragma f/8 of

hoger nodig. Maar bij f/8 is wel licht nodig anders

wordt de foto mogelijk onderbelicht. Als

bovendien in een wat donkere omgeving

gefotografeerd wordt ontstaat een nog grotere

uitdaging. De ISO-waarde verhogen zou nog een

optie kunnen zijn maar dit kan snel tot te veel

beeldruis in de foto aanleiding geven, dus deze

waarde moet liefst zo laag mogelijk worden

ingesteld. De enige optie, die overblijft, is het

toevoegen van extra licht, in de vorm van continue

licht (bijv. zaklamp) of gebruik maken van een

(ring)flitser.

Zeepbelletjes in water

Page 22: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

22

Sluitertijd

Doordat bijv. het insect op een bloem een klein

beetje beweegt is een snelle sluitertijd nodig om

de beweging5 te “bevriezen”. Misschien wel 1/250

sec of sneller. Maar een snelle sluitertijd in

combinatie het een hoge diafragmawaarde (en

liefst een zo laag mogelijke ISO-waarde) kan alleen

als voldoende licht aanwezig is.

Tip: Bij het uit de hand fotograferen neem als

startwaarde een minimale sluitertijd van

1/brandpuntsafstand van het gebruikte objectief.

Dus bij een 100mm objectief zal de sluitertijd

minimaal 1/100 sec moeten zijn. Als het objectief

voorzien is van beeldstabilisatie zijn er doorgaans

meer mogelijkheden om een langzamere sluitertijd

te gebruiken. Bij het fotograferen van bewegende

objecten kan het echter toch noodzakelijke zijn om

een (veel) snellere sluitertijd toe te passen, zodat

bewegingsonscherpte wordt geminimaliseerd.

Flitsen

Het gebruik van bijv. een flitser biedt de

mogelijkheid om bewegende onderwerpen zoals

insecten zonder bewegingsonscherpte te

fotograferen. Er kan meestal geen gebruik gemaakt

worden van de ingebouwde flitser van de camera

en ook niet van een externe opsteekflitser. Beide

zullen meestal niet in staat zijn het onderwerp, dat

zich vlak voor het objectief bevindt, voldoende te

verlichten. Tenzij de werkafstand voldoende is

zorgt het objectief (met evt. zonnekap) ervoor dat

het te fotograferen onderwerp zich in de

“schaduw” van de flitser bevindt. Vaak zal de flitser

daarom los van de camera gebruikt worden. Dit is

misschien wel lastig in gebruik en vergt enige

oefening en kennis van het gedrag van de flitser in

diverse situaties. Maar met een zeer korte flitsduur

zal vrijwel iedere beweging “bevroren” worden.

Omdat de flitser zich vlakbij het te fotograferen

onderwerp bevindt is vaak maar een klein deel van

het totaal beschikbare flitsvermogen nodig. Nadeel

van deze methode is dat het flitslicht vrij hard kan

zijn en ongewenste slagschaduw kan veroorzaken.

Een kleine witte reflector (bijv. een wit papiertje),

welke aan de overstaande zijde van de flitser

geplaatst wordt, kan dit probleem grotendeels

verhelpen. Een kwestie van proberen. Een

5 Bij een grote vergroting heeft de kleinste beweging al een flink effect op de beeldscherpte.

eenvoudige diffuser voor de flitser, of gebruik

maken van een ringflitser, kan dit probleem

eveneens minimaliseren. Echter het kan wel

voorkomen dat reflecties van de flits in sterk

reflecterende delen van bijv. een insect zichtbaar

blijven. Bijv. in de rugschildjes van een

lieveheersbeestje of in de ogen van sommige

andere insecten. Maar ook hier kan, indien

gewenst, Photoshop uitkomst bieden.

Tip: Let er wel op dat de sluitertijd van de camera

niet sneller wordt ingesteld dan de maximale sync-

snelheid van de camera. Meestal is dit 1/200 sec

(tenzij high-speed sync gebruikt wordt maar dat is

een onderwerp op zich).

De ingestelde sluitertijd bepaalt overigens wel

mede de invloed van het aanwezige omgevingslicht

op de totale belichting van de gemaakte foto. Dit

geldt met name voor de achtergrond.

5.5. VEEL FOTO ’S MAKEN

Zoals eerder is aangegeven moet met veel facetten

rekening worden gehouden. Hierdoor is de kans

aanwezig dat er toch iets vergeten wordt en het

perfecte moment gemist wordt. Of door

ongewenste onscherpte de opname mislukt. Een

manier om dit zoveel mogelijk te voorkomen is

vooraf de apparatuur te controleren en een macro

proefopname te maken van een stilstaand

onderwerp. Dit kan bijv. een klein bloemetje zijn

wat afschermt wordt van invloeden van de wind.

Als het niet lukt om in deze gecontroleerde

omstandigheden een goede opname te maken

hoeft niet worden geprobeerd insecten of

Stamper van een Hibiscus

Page 23: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

23

bewegende bloemen te fotograferen. Kies eerst de

juiste instellingen van de camera en zorg er eerst

voor dat deze “statische” foto perfect lukt. Maak

daarna van het hoofdonderwerp liefst heel veel

foto’s. Zeker als geprobeerd wordt precies het

gewenste focuspunt vast te leggen. Zet daarom de

camera eerst in AF-C (Nikon) of AI-servo (Canon)

wanneer een serie foto’s gemaakt wordt. De

camera zal dan tussen iedere opname opnieuw

scherpstellen. Een snel geheugenkaartje is dan aan

te raden om de (grote) hoeveelheid data snel te

kunnen wegschrijven.

Niet “spray and pray” maar weloverwogen. Kijk

daarbij goed of de beeldscherpte goed is en of het

focuspunt op de juiste plek ligt (bijv. ogen).

Corrigeer jezelf en kies zo nodig handmatig focus

als autofocus niet of onvoldoende werkt. Probeer

diverse standpunten en maak zowel liggende als

staande opnames. En dan weer op zoek naar het

volgende “onderwerp”. Dit levert niet alleen veel

plezier op maar ook mooie en soms onverwacht

gedetailleerde foto’s.

Veel foto’s maken heeft natuurlijk ook nadelen, de

foto’s zullen allemaal moeten worden inladen in

bijv. Lightroom en dat kost naast veel

harddiskruimte ook de nodige tijd om alle foto’s te

beoordelen.

Tip 1: Speciaal als in RAW wordt gewerkt zullen ten

minste enkele basisbewerkingen moeten worden

uitgevoerd. Anders zijn de foto’s meestal te vlak en

flets en niet optimaal scherp. Enkele favoriete

basisbewerkingen kunnen ook direct bij het

importeren in Lightroom worden uitgevoerd.

Nadat de gewenste keuze is gemaakt kunnen de

specifieke bewerkingen worden uitgevoerd.

Tip 2: Verwijder onscherpe- of bewogen foto’s

meteen vanuit Lightroom. Dat scheelt veel ruimte

op de harddisk en komt uiteindelijk de snelheid

van Lightroom ook ten goede omdat de catalogus

niet onnodig groot wordt.

6. THUIS/STUDIO FOTOGRAFEREN

Thuis op de keukentafel, hobbyruimte, garage of

eigen studio zijn de omstandigheden waarin

gefotografeerd wordt veel meer “controleerbaar”.

Je hebt geen last van de wind en met een

plantenspuit is het zelfs mogelijk “regendruppels”

te maken. De scene, voor- achter- en ondergrond

en het licht kan zelf bepaald worden. Er worden

doorgaans statische scènes gefotografeerd hoewel

het ook mogelijk is om bijv. slakjes, bladluizen of

rupsen uit de tuin binnen te fotograferen.

Bepaalde (huis)spinnen kunnen ook heel lang stil

kunnen blijven zitten, zodat deze ook vrij

gemakkelijk gefotografeerd kunnen worden. Een

“studio ”omgeving leent zich bovendien heel goed

om allerlei creatieve macro fotografische ideeën te

proberen. In deze introductie zijn enkele voorbeeld

foto’s hiervan opgenomen.

6.1. ONDERGROND EN ACHTERGROND

Bij het thuis fotograferen van bijv. kleine objecten

kan de achtergrond doorgaans zelf bepaald

worden. Zo kan met allerlei kleuren gewerkt

worden of met bijv. spiegels. Spiegels, of

spiegelende oppervlakken, kunnen ook gebruikt

worden als ondergrond waarop het onderwerp

geplaatst wordt. De reflectie geeft soms heel

mooie effecten. Houd er wel rekening mee dat bij

spiegels de glasdikte voor een extra (vaak

ongewenste) reflectie zal zorgen. Dit komt omdat

de reflecterende laag van een spiegel aan de

“achterkant” van het glas is aangebracht. Een

glimmend kunststof oppervalk heeft dit probleem

niet. De reflectie is hiervan wel een stuk minder

dan bij gebruik van een echte spiegel. In ieder

geval geeft dit extra creatieve mogelijkheden. Zorg

er wel voor dat het oppervlakte zoveel mogelijk vrij

is van stofjes en vuiltjes. Dit kan bijv. met een

eenvoudig blaasbalgje. Het scheelt later een boel

tijd in de nabewerking als stofjes toch nog uit de

foto’s verwijderd moeten worden.

In een aantal

gevallen kan

heel goed

gebruik

gemaakt

worden van

een

(zelfgemaakte)

tentje om mooi

diffuus licht te krijgen. De hoeveelheid licht en

lichtverdeling is goed controleerbaar en zal (binnen

een scene) vrijwel niet veranderen.

Page 24: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

24

Tip: met een tablet/iPad kunnen allerlei

achtergronden worden gemaakt! Het gekozen

beeld van de tablet dient dan bovendien als

“achtergrondverlichting”.

6.2. HOE TE WERK GAAN

Omdat de omstandigheden vrijwel volledig

gecontroleerd kunnen worden zijn een diverse

camera-instellingen veel minder kritisch. Er is

meestal veel meer tijd om de optimale

instelling(en) te bepalen dan in de natuur. Verder

zijn er veel meer mogelijkheden om de juiste

compositie te bepalen en is vaak ook meer

fotoapparatuur beschikbaar.

Scherpstellen

Scherpstellen (focusseren) kan meestal vanaf

statief en er kan perfect worden scherp gesteld

met bijv. liveview van de camera.

Lightroom biedt ook de mogelijkheid om z.g.

“tethered” te fotograferen. Beeldscherpte en

compositie van de foto kunnen dan op een

computerbeeldscherm veel gedetailleerder

beoordeeld worden. Een beeldopname wordt dan

vanuit Lightroom gestart en niet door de

opnameknop in te drukken. De camera moet

daarom met een USB-kabel met een computer

verbonden zijn. Door deze wijze van fotograferen

wordt ook bewegingsonscherpte, door het niet

aanraken van de camera, geminimaliseerd.

Scherptediepte is en blijft echter belangrijk en

daarmee ook het optimale focusvlak waarop moet

worden scherp gesteld.

Opmerking: Naast Lightroom zijn er ook nog

andere programma’s, die het mogelijk maken om

een camera op afstand te bedienen. Soms zelfs

draadloos vanaf een smartphone of tablet.

Witbalans

In een studio/thuis omgeving zijn veel meer

mogelijkheden om de witbalans perfect te bepalen

en, indien gewenst, ook de kleuren te kalibreren.

Diafragma

Wat de diafragma-instelling betreft gelden

dezelfde regels als bij het fotograferen in de

natuur. Echter, in de natuur bestaat er vaak geen

tweede mogelijkheid om de opname nogmaals te

maken met bijv. een andere instelling. In de

thuisstudio kunnen daarentegen meestal meerder

opnames met bijv. diverse diafragma-instellingen

worden gemaakt.

Sluitertijd

Omdat vaak van statief gefotografeerd wordt is de

gekozen sluitertijd van minder groot belang. Tenzij

het onderwerp beweegt.

Houd wel rekening met de snelst toegestane

sluitertijd als met flitsers gewerkt wordt.

7. HET NABEWERKEN

Als een macro-opname van het gewenste

onderwerp wordt gemaakt wordt ook ongewenste

objecten vergroot afgebeeld. Hoe groter de

vergroting, des te sneller en duidelijker deze zullen

opvallen. Zo kunnen bijv. grassprietjes, kleine

blaadjes of takjes, zandkorreltjes of andere stofjes,

vlekjes en vuiltjes de aandacht van het gekozen

hoofdonderwerp afleiden. Probeer daarom altijd

een zo “schoon” mogelijke werkomgeving te

creëren voordat de foto gemaakt wordt. Dat

scheelt (soms veel) werk in de nabewerking.

Persoonlijk houd ik van zo min mogelijk “afleiding”

in de foto en moet daarom soms flink met

Photoshop aan de slag om digitaal “gras te

maaien”, “te poetsen” of “op te ruimen”. Sommige

fotografen halen “ongewenste” objecten niet weg,

het immers de natuur, zo zegt men. En dat is

natuurlijk ook helemaal prima!

Opmerking: Lightroom is overigens minder

geschikt als veel moet worden geretoucheerd en

wordt meestal erg traag. Photoshop kent deze

beperking niet.

Paddenstoeltje

Page 25: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

25

7.1. UITSNIJDEN

Een andere bewerking, die veel in de nabewerking

wordt uitgevoerd is het bepalen van de meest

optimale compositie door middel van uitsnijden

(croppen). Een camera met een hoog oplossend

vermogen (veel megapixels) geeft hiervoor

doorgaans de meeste mogelijkheden. Afhankelijk

hoe groot de foto minimaal moet worden kan

soms erg veel van de oorspronkelijke foto worden

weggesneden om alleen het interessante deel over

te houden. Zo is bijv. voor publicatie op Facebook

geen erg hoge resolutie nodig, terwijl voor een

posterafdruk juist wel een hoge resolutie nodig is.

Het uitsnijden heeft tot op zekere hoogte hetzelfde

effect als het onderwerp van dichterbij wordt

gefotografeerd. Dus eigenlijk meer vergroting (niet

op de beeldsensor!). Hierbij geldt dat niet alleen

het onderwerp vergroot wordt maar ook alle

imperfecties zoals vuiltjes, krasjes en chromatische

aberratie etc.

Ook zal ongewenste beeldonscherpte en

aanwezige beeldruis sneller opvallen, terwijl dit

anders wellicht net niet opvalt. Bovendien gaat van

het onderwerp mogelijk fijne details verloren als

het eigenlijk te klein werd gefotografeerd en later,

in Lightroom, sterk wordt “gecropt”. Dit wordt

vooral zichtbaar wanneer de foto daarna ook nog

eens vergroot wordt afgedrukt.

Tip: Nadat een foto in Lightroom uitgesneden is

probeer ook eens de foto enigszins te roteren. Of

maak van een liggend foto een staande uitsnede,

zodat het meest interessante deel van de foto zo

optimaal mogelijk op de uiteindelijke foto komt.

Kijk hierbij naar lijnen en vlakken en bijv. de positie

van insecten. Zo is het wellicht mogelijk een

“scheef” zittend insect mooi horizontaal op de foto

te positioneren. Dit geeft niet altijd het beste

resultaat maar is iets om eens te proberen. In

onderstaande foto van het lieveheersbeestje is

bijv. de uitsnede zodanig gedraaid dat het

stengeltje diagonaal door het beeld loopt (en het

lieveheersbeestje op ongeveer 1/3 van het beeld).

Kijk ook naar mogelijke storende vlakken in de

achtergrond. Onscherpe lichte vlekken in de

Vlieg met uitsnede

Page 26: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

26

achtergrond zullen er bijvoorbeeld voor zorgen dat

daar het eerst naar wordt gekeken in plaats van

naar het hoofdonderwerp.

7.2. VERSCHERPEN EN RUIS

VERWIJDEREN

RAW-foto’s moeten altijd bewerkt worden want ze

komen vrijwel onbewerkt uit de camera. Naast

andere bewerkingen wordt bij macrofotografie het

verscherpen van de foto’s en het verwijderen van

ruis veelvuldig toegepast. Met betrekking tot deze

bewerkingen is de huidige generatie

fotobewerkingssoftware, zoals Lightroom of

Photoshop, veel krachtiger en nauwkeuriger dan

een aantal jaren geleden. Toch blijft het oppassen.

Het is verleidelijk om foto’s, die licht onscherp zijn,

flink te verscherpen. Dit kan echter ongewenste

halo’s veroorzaken waardoor de foto onnatuurlijk

kan overkomen. Bovendien wordt ruis hierdoor

versterkt. Kies er bij voorkeur voor om alleen het

hoofdonderwerp te verscherpen. Dit geldt zeker

als de foto (flink) moet worden gecropt.

Opmerking: Het gebruik van de Helderheid

(= Clarity) instelling van Lightroom heeft ook een

effect op de beeldscherpte. Gebruik deze instelling

echter ook met mate.

Ruis verwijderen

Er kan te veel beeldruis ontstaan als de foto met

een hoge ISO-waarde genomen wordt. Het te sterk

verwijderen van deze ruis kan ervoor zorgen dat de

foto “vlak” gaat lijken en dat belangrijke (micro)

details van het hoofdonderwerp verloren gaan. Het

verdient daarom de voorkeur ook deze bewerking

met beleid toe te passen en niet te overdrijven.

Het krachtiger verwijderen van beeldruis in

onscherpe delen van de foto kan natuurlijk zonder

enig probleem worden uitgevoerd.

8. ENKELE ALGEMENE TIPS

Naast de hierboven genoemde aandachtspunten

hieronder nog enkele aanvullende tips.

8.1. PLANNING

Zoals al eerder genoemd is ook bij macrofotografie

vooraf plannen erg belangrijk. Maak daarom eerst

een plan wat bereikt moet worden. Waar moet het

publiek dat de foto bekijkt boeien? Welke

apparatuur is beschikbaar en welke kan worden

meegenomen naar de fotoshoot? In welke

omgeving vindt de fotoshoot plaats en welke

insecten, paddenstoelen of bloemen kunnen daar

aangetroffen worden?

Natuurlijk is niet alles controleerbaar en is het niet

altijd mogelijk dag, tijdstip en omstandigheden vrij

te kiezen. Er moet soms geroeid worden met de

riemen die er zijn. En soms moet de fotoshoot

gewoon worden uitstellen.

Ondanks alles kan het toch voorkomen dat geen

enkele “geplande” foto voldoet. Pech gehad.

8.2. KEN DE APPARATUUR

Bij het fotograferen van een bepaalde macroscène

is het soms vooraf moeilijk in te schatten welke

combinaties van apparatuur het

beste resultaat zal gaan

opleveren. Denk bijv. aan

scherptediepte en beeldveld (en

de hieraan gekoppelde

vergroting). Maak daarom

vooraf een lijstje van alle

combinaties, die beschikbaar zijn

en bewaar deze in de fototas.

Als bijv. één objectief en een

setje van 3 tussenringen wordt

gecombineerd zijn 8

verschillende combinaties

mogelijk!

Tip: Neem bij in de natuur

fotograferen altijd een reserve Kleurenpatronen in een zeepbel

Page 27: MACROFOTOGRAFIE verborgen blijft. In deze introductie worden · Voor macrofotografie zijn er voor ieder cameratype (met verwisselbaar objectief) speciale macro-objectieven te koop,

Introductie macrofotografie

27

(volle) accu mee. Zeker als veel liveview gebruikt

wordt. Het gebruik van liveview vergt meer van de

accu dan bij gebruik van de zoeker. En vergeet niet

reservebatterijen voor bijv. de (macro)flitser mee

te nemen.

8.3. INFORMATIE OVER

MACROFOTOGRAFIE

Op het internet is heel veel gratis (veelal

Engelstalige maar zeker ook Nederlandstalige)

informatie te vinden over macrofotografie. Zowel

fotografisch als ook met betrekking tot specifieke

apparatuur en de verschillende technieken.

Kijk vooral ook op YouTube. Hier zijn o.a. veel

filmpjes over creatieve macro ideeën te vinden.

Maar ook laten fotografen, die zich bijv. speciaal

toegelegd hebben op het fotograferen van

insecten, zien hoe ze te werk gaan, en welke

apparatuur hiervoor gebruikt wordt.

En dan zijn er nog veel filmpjes waarin camera’s,

objectieven, flitsers, statieven etc. beoordeeld

worden. Altijd handig om even te kijken voordat

tot aanschaf van bijv. een specifiek objectief wordt

overgegaan.

Let er wel op dat diverse fotografen door

fabrikanten gesponsord kunnen worden en

daardoor niet altijd volledig onbevooroordeeld in

hun oordeel zijn.

8.4. VEEL PROBEREN

Maar na het vergaren van informatie is er maar

een advies: proberen, kijken waar verbeteringen

mogelijk zijn en nog eens proberen en nog eens...

Praat en overleg met collega fotografen, en vraag

advies als je er even niet meer uitkomt. Hetzelfde

geldt wanneer je iets nieuws wilt gaan proberen,

en je weet eigenlijk niet goed hoe dit aan te

pakken. Misschien gaat een collega fotograaf wel

mee om samen te fotograferen, en is het wellicht

ook mogelijk bijv. een macro-objectief, een

tussenring of flitser te lenen.

Erg leuk, leerzaam en zeker aan te bevelen!

Maak, zoals eerder aangegeven, veel foto’s en ben

niet meteen teleurgesteld als het even niet lukt.

Probeer na te gaan wat er fout is gegaan of wat

verbeterd kan worden. Leer hiervan voor de

volgende keer.

Indien macrofotografie goed beheerst wordt zal dit

ook zeker z’n vruchten afwerpen bij andere

vormen van fotografie.

9. TOT SLOT

Bij vragen of indien iets onduidelijk, onjuist of

onvolledig is weergegeven, neem dan gerust

contact op! Dit geldt eveneens bij suggesties over

dit thema of over deze tekst.

Heel veel plezier met macrofotografie!

Vliegengevecht