LESVOORBEREIDINGSFORMULIER...

19
LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF) Stationsstraat 36 3590 Diepenbeek tel 011 350429 fax 011 350428 e-mail [email protected] www.cvolimlo.be Naam en voornaam student Inneke Achten Onderwijsvorm, studierichting, graad, leerjaar, vak BSO, verzorging, 3e graad, 2e jaar, verzorging Lesgroep DCO 17106 Stageplaats PSSD Green High Lector Lise Bogaers Datum en uur 27 januari 2018 om 8u30 Lesonderwerp (agenda) Diabetes Mellitus Doelstellingen 1 Leerplandoelstelling(en): (noteren doelstelling + referentie leerplan met hyperlink) De leerlingen kunnen het begrip diabetes type I en diabetes type II algemeen toelichten. Referentie : http://pro.g-o.be/blog/documents/2008-025.pdf 2 Hoofddoel: De leerlingen kunnen het begrip ‘diabetes (type I en type II)’ toelichten waarbij ze de kenmerken ervan kunnen herkennen en oorzaken kunnen verklaren. De leerlingen kunnen ook bij elk type een behandelingsmethode uitleggen. 3 Lesdoelstellingen: chronologische opsomming van lesdoelstellingen + nummering + aanduiding kennis, vaardigheden of attitudes 1. De leerlingen geven het begrip ‘diabetes’ in eigen woorden weer en verduidelijken de oorzaken hiervan. (Inzichtelijke

Transcript of LESVOORBEREIDINGSFORMULIER...

Page 1: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)

Stationsstraat 36 3590 Diepenbeek tel 011 350429 fax 011 350428 e-mail [email protected] www.cvolimlo.be

Naam en voornaam student

Inneke Achten Onderwijsvorm, studierichting, graad, leerjaar, vak

BSO, verzorging, 3e graad, 2e jaar, verzorging

Lesgroep DCO 17106 Stageplaats PSSD Green High

Lector Lise Bogaers Datum en uur 27 januari 2018 om 8u30

Lesonderwerp(agenda)

Diabetes Mellitus

Doelstellingen 1 Leerplandoelstelling(en): (noteren doelstelling + referentie leerplan met hyperlink)

De leerlingen kunnen het begrip diabetes type I en diabetes type II algemeen toelichten.

Referentie : http://pro.g-o.be/blog/documents/2008-025.pdf

2 Hoofddoel:

De leerlingen kunnen het begrip ‘diabetes (type I en type II)’ toelichten waarbij ze de kenmerken ervan kunnen herkennen en oorzaken kunnen verklaren. De leerlingen kunnen ook bij elk type een behandelingsmethode uitleggen.

3 Lesdoelstellingen: chronologische opsomming van lesdoelstellingen + nummering + aanduiding kennis, vaardigheden of attitudes1. De leerlingen geven het begrip ‘diabetes’ in eigen woorden weer en verduidelijken de oorzaken hiervan. (Inzichtelijke

Page 2: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

kennis)2. De leerlingen kunnen de kenmerken benoemen van zowel diabetes type I als diabetes type II (hypo- en hyperglycemie).

(Geheugenkennis)3. De leerlingen kunnen behandelingsmethoden van diabetes toelichten. (Inzichtelijke kennis)4. De leerlingen kunnen preventieve maatregelen nemen en hun leefgewoonten aanpassen. (Cognitieve vaardigheid)5. De leerlingen gaan respectvol om met het materiaal en met de medeleerling waar ze actief mee samenwerken.

(Attitude)

Beginsituatie Leerling:

Kennis: De leerlingen gaan zeker en vast al met dit thema in contact gekomen zijn (reclamefiche apotheker, huisarts, ziekenhuis, openbare toiletten, …). Sommige leerlingen hebben al een stageperiode achter de rug, waardoor ook zij in contact zijn gekomen met handhygiëne. Deleerlingen bezitten over het algemeen een beperkte voorkennis, die na een korte opfrissing als basis moet dienen om nieuwe en verdiependeleerinhouden snel en efficiënt bij te brengen.

Vaardigheden: We streven ernaar om een goede basis te leggen zodat de leerling de sleutelvaardigheden kan ontwikkelen die hij/zij in zijn/haar beroepsuitoefening als verzorgende verder kan ontwikkelen. De verzorgende moet kunnen functioneren in een evenwichtig team waarin mensen met verschillende persoonlijkheden en ervaringen elkaar aanvullen.

Attitudes: De leerlingen zijn geïnteresseerd in het onderwerp omdat het heel erg aanleunt aan hun opleiding. De leerlingen hebben liever praktijk dan theorie. Ze hebben reeds een voorkennis, waarop we verder kunnen bouwen. Dit zorgt ervoor dat de leerlingen 'iets' weten overhet onderwerp, waarbij de interesse normaliter hoger zal liggen dan bij een onderwerp waar ze totaal niets van weten. De leerlingen kunnen de leerkrachten soms versteld doen staan van hun gedrevenheid bij bepaalde thema's. Zij halen dan zelf voorbeelden aan van uit de praktijk (stage) en dat toont vaak onverwachts een hoge interesse in de leerstof. De leerkracht waarschuwt mij dat de gedrevenheid vaak snel wegebt, dit komt vaak doordat ze afgeleid raken door medeleerlingen (groepsdynamiek). De leerlingen zijn vaak sterk gemotiveerd als ze zelf dingen mogen inoefenen. Het is dus belangrijk dat ik de leerlingen continu actief probeer te betrekken bij de les en ze zelf dingen laat oefenen.Omgevingsfactoren die hun interessepeil positief kunnen beïnvloeden hebben vooral betrekking op het creëren van een positief klasklimaat waar er ruimte is voor open communicatie, het tonen van interesse in hun leefwereld, samenwerking en positieve feedback of affirmatie van mij als leerkracht.Het is belangrijk dat de beginnende leerlingen op de hoogte zijn van de elementaire attitudes die de leerlingen verzorging moeten bezitten : empathie echtheid onvoorwaardelijke acceptatie uitstraling van menselijke warmte

Page 3: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

Metacognitie: Het beroepssecundair onderwijs (bso) is een praktijkgerichte onderwijsvorm waarin je naast beperkte algemene vorming vooral een specifiek beroep aanleert. Het bso wil je niet voorbereiden op verder studeren, maar wel op het werken. Verder studeren blijft onder bepaalde voorwaarden, wel mogelijk. Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De leerlingen zijn hier voornamelijk intelligent in de verschillende praktijkvakken. In deze opleiding wordt ook minder aandacht besteed aan de 'theorie', de klemtoon ligt echt op de praktijk. Bso-leerlingen hebben een relatief langere leertijd nodig, waardoor in veel gevallen de reeds opgedane kennis en basisbegrippen hernomen moeten worden. De leerlingen hebben verder veel begeleiding nodig bij het verwerven van de leerstof. Ze moeten wel sterk gestimuleerd worden om te leren. Ze kunnen zelfstandig werken wanneer de materie hen boeit of deze aansluit bij hun praktijkervaring (bijvoorbeeld wat ze al op stage meemaakten). De leer- en denkstrategieën die ze verworven hebben zijn zeer praktisch gericht omdat het een praktijkgerichte opleiding is en ze veel stage ervaringen opdoen. De leerlingen zijn geïnteresseerd in het onderwerp wanneer hun aandacht getrokken wordt (verrassingseffect) d.m.v. het tonen van aanschouwelijk materiaal of het lesonderwerp te relateren aan hun leefwereld (of stage ervaringen).

Groep: Er zitten 4 meisjes en 2 jongen in de klas.Er wordt les gegeven op een donderdag avond, gedurende 50 minuten.

Omgeving:De uitrusting en inrichting van lokalen, in het bijzonder de lokalen voor het aanleren van specifieke vaardigheden, dienen te voldoen aan de technische voorschriften betreffende arbeidsveiligheid van de Codex over het Welzijn op het werk, van het Algemeen Reglement voor arbeidsbescherming (ARAB) en van het Algemeen Reglement op de elektrische installaties (AREI). Alle ruimten moeten voldoende ruim, veilig en hygiënisch zijn om een dergelijke opleiding te kunnen realiseren.Er dient voldoende didactisch materiaal beschikbaar te zijn voor het bereiken van de algemene doelstellingen. Omwille van de noodzaak van het werken met professionele en recente materialen en benodigdheden, pleiten we voor de beschikbaarheid van materialen en benodigdheden op de school – eventueel tijdelijk door middel van huren bij mediotheek, spel-o-theek ... - of beschikbaarheid op de stageplaats, externe opleidingscentra, enz. We denken hierbij bijvoorbeeld aan:

Materialen en benodigdheden: algemeen - Beschikbaarheid van actuele vakliteratuur - Audiovisuele apparatuur zoals bv. camera/opnameapparatuur. Materialen en benodigdheden in functie van de praktijk: - (Ziekenhuis)bed (hoog-laag), kinderbed en bedlinnen - Kleine en grote pop - Reanimatiepoppen - Transportwagens, zoals bv. linnenkar, verzorgingskar, voedseltransportwagen - Transfermaterialen voor gebruikers, zoals bv. rolstoel, rollator, tillift…

Page 4: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

- Verzorgingsmaterialen Geraadpleegde bronnen

Bronnen op eigen niveau: http://www.opvoedadvies.nl/gewicht.htm https://www.gezondheidsnet.nl/diabetes/wat-doet-je-alvleesklier https://prezi.com/3o7ekad-i2xm/klinische-les-diabetes-mellitus/ https://nl.lifescan.be/knowledge/article/insulin/insulin-explained https://www.diabetesfonds.nl/over-diabetes/soorten-diabetes/verschil-tussen-diabetes-type-1-en-2 https://www.diabetes.be/wat-type-1-diabetes https://www.scholieren.com/opdracht/3103

Bronnen op niveau van leerling: https://www.dietcetera.nl/ziektes-en-aandoeningen/spijsvertering https://www.schooltv.nl/video/de-spijsvertering-de-weg-die-het-voedsel-in-het-lichaam-aflegt-van-mond-tot-einddarm/ https://www.schooltv.nl/video/diabetes-diabetes-wordt-ook-wel-suikerziekte-genoemd/

Media Bord PowerPoint presentatie Afbeeldingen/tekst die op het bord worden gekleefd/genoteerd Kwartetspel 10 huisjes, 10 sleutels, 3 houders van de sleutels Cursus voor de leerlingen Toets en bijhorende verbetersleutel Glucometer om te oefenen

Page 5: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

PER LESFASE: vermeldinglesdoelstelling

UITSCHRIJVEN LESAANPAK: o.a. lesfasen, werkvormen, media, evaluatie …

TIJD

LDS 4LDS 5

MOTIVATIEFASE

Werkvorm : Onderwijsleergesprek Media : PowerPoint presentatie met afbeeldingen

Ik start de les met snoepjes uit te delen aan alle leerlingen.Terwijl ik dit doe, laat ik op een PowerPoint presentatie afbeeldingen zien van voedingsmiddelen. Ik vraag hierbij aan de leerlingen hoeveel gram suiker er in de getoonde afbeeldingen zit.

Ketchup: 45 klontjes suiker (100g = 22g suiker) Smoothie: 1 glas = 8,5 klontjes suiker (ter vergelijking : in een glas cola zitten 8 klontjes)

(100g = 10g suiker) = Hoeveel stukken fruit mogen we per dag eten ? Maximum 3 stukken fruit◦ Waarom is een smoothie dan zo ongezond ? Door het mixen van fruit, breken we de vezels

af. De suiker komt daarom meteen in de maag terecht, van waar het via de darmen ineenswordt opgenomen in het bloed. Daar bouwt suiker zich op, waardoor je gaat verdikken en vet gaat opstapelen.

Ben & Jerry’s ijs: 1 pot = 21 klontjes suiker En dan de snoepjes (die ze tijdens de les kregen): 100g = 57g suiker

Bijhorend vraag ik aan de kinderen of het mogelijk is dat men teveel snoep/suiker zou eten ? De leerkracht licht toe aan de leerlingen dat we met dit antwoord tijdens de les nog verder gaan.

Het lesonderwerp 'diabetes mellitus' wordt aangekondigd. Ik deel aan de leerlingen mee welke doelstellingen er bereikt moeten worden tijdens deze les.

Het begrip ‘diabetes’ (type I en type II) De oorzaken en kenmerken van diabetes (type I en type II) De kenmerken van een hypo- en een hyperglycemie De behandelingsmethode Preventieve maatregelen

3’

Page 6: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

LDS 1

LDS 1

LEERFASE

Verwerkingsfase 1Werkvorm : Onderwijsleergesprek/doceren

Media : PowerPoint presentatie met afbeeldingen/bordschemaDe leerkracht toont een afbeelding van de weg die het voedsel in hetlichaam aflegt. (deze afbeelding werd vorige les toegelicht)Hierbij wordt er gevraagd of de leerlingen deze kunnen invullen. Om debeurt wordt een leerling aangeduid om de opeenvolgende cijfers toe telichten. Er wordt duidelijk aangetoond dat er vandaag dieper wordt ingegaanop de alvleesklier of de pancreas.

Indien de leerkracht merkt dat de leerlingen moeilijkheden hebben metde afbeelding toe te lichten, wordt er een kort filmpje getoond van despijsvertering (duur 3’16):https://www.schooltv.nl/video/de-spijsvertering-de-weg-die-het-voedsel-in-het-lichaam-aflegt-van-mond-tot-einddarm/ Dit filmpje staat ook op smartschool. Er worden ernkele lessen gegevenomtrent de spijsvertering. Elke les wordt een ander orgaan onder deloop genomen. De leerlingen kunnen daarom bovenstaand filmpjesteeds herbekijken om de basistheorie terug op te frissen.

Verwervingsfase 1Werkvorm : Doceren/presenteren

Media : PowerPoint presentatie metafbeeldingen/bordschema

De leerkracht vraagt aan de leerlingen wat de alvleesklier of de pancreas in ons lichaam doet. Definitie : De alvleesklier maakt enzymen die grote voedselmoleculen in de darm afbreken. (De leerlingen zouden hier enige kennis over moeten hebben, omdat ze al de organen van het

3’

5’

Page 7: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

LDS 1LDS 5

lichaam leerden kennen in het 1e jaar van de 2e graad).

De leerkracht licht de functies van de pancreas toe a.d.h.v. een bordschema (1):De pancreas heeft twee belangrijke functies. Een eerste belangrijke functie van de alvleesklier is de productie van pancreassap die afgevoerd wordt naar de twaalfvingerige darm. Dit gaat helpen bij de vertering van het voedsel. Ze noemen dit ook de exocriene functie. De tweede functie van de alvleesklier speelt een belangrijke rol bij het regelen van de bloedsuikerspiegel. De alvleesklier produceert twee hormonen, namelijk glucagon en insuline. Deze hormonen regelen je bloedsuikerspiegel. Insuline verlaagt je bloedsuikerspiegel en glucagon zorgt ervoor dat deze stijgt.

Verwervingsfase 2

Werkvorm : Onderwijsleergesprek/klasgesprek/ijsbrekerMedia : PowerPoint presentatie/bordschema/zelfgemaakt materiaal

Indien er nu ‘iets’ gebeurt met de tweede functies (aanmaak en afgifte van hormonen om bloedsuikerspiegel normaal te houden), kan men diabetes krijgen.Er bestaan verschillende typen diabetes. Diabetes type I, diabetes type II en zwangerschapsdiabetes. Wij gaan het vandaag over de eerste twee hebben.

Om dit zo aanschouwelijk mogelijk te maken, deelt de leerkracht aan alle leerlingen een zelfgemaakt huisje uit. De leerkracht zegt op voorhand dat de leerlingen eerst naar de uitleg moeten luisteren voor ze met het huisje spelen. De huisjes worden voornamelijk gebruikt om het woord insuline te verduidelijken en hierop verder te gaan met de definitie van diabetes.Als je eet zorgt je alvleesklier ervoor dat er insuline aangemaakt wordt. Er zit een metertje in de pancreas die continu aan het meten is hoeveel bloedsuiker er in het lichaam zit. De leerkracht toont dealvleesklier op een afbeelding of op een aanwezige pop. Via het bloed gaat de insuline naar je spieren. De leerkracht tekent dit eventueel op het bord. Insuline is een soort sleutel die cellen opent zodat er suiker/glucose de cel in kan. De leerkracht toont dit aan de leerlingen aan de hand van de huisjes.Soms als je overgewicht hebt, gaan de cellen niet meer zo makkelijk open. Ze zijn minder gevoelig voor insuline. De alvleesklier moet extra insuline maken en raakt overbelast. Je hebt dan medicijnen nodig. Zodra je afvalt gaat de ongevoeligheid van de cellen weg, suiker wordt weer in de cellen opgenomen en de alvleesklier kan de aanmaak van insuline weer aan. Dit noemt men diabetes type 2.De leerkracht tekent dit op het bord (bv. 8 huisjes langs elkaar waarvan er 2 slechts een hele kleine opening hebben. Hier zal de sleutel nooit inpassen, waardoor de deur (de cel) dus ook niet kan openenen zo geen bloedsuiker kan opnemen. (aantonen met de zelfgemaakte huisjes)

5’

Page 8: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

LDS 1LDS 5

Soms wordt er minder insuline (sleutels) aangemaakt door de alvleesklier. Waardoor er wel voldoende huisjes (cellen) zijn, maar niet genoeg sleutels om deze te openen. Dit betekent dat ze ook geen bloedsuiker kunnen opnemen en dit alleen maar gaat opstapelen in het bloed. Dit is een tweede oorzaak van diabetes type 2.Een derde probleem dat er kan ontstaan is dat de alvleesklier helemaal geen sleutels (geen insuline) meer gaat aanmaken. Dit komt omdat het afweersysteem per ongeluk de cellen in de alvleesklier die de sleutels (insuline) aanmaken vernielt. Dit noemt men diabetes type 1 en is de minst voorkomende.

Bij alle drie de vormen ontstaat er een ontregeling van het evenwicht van suikerof een ongelijke weegschaal. Er treedt in het bloed een teveel en in de cellen eentekort aan bloedsuiker (glucose) op, zonder dat dit kan worden gecorrigeerd. Ditnoemt men suikerziekte of diabetes mellitus. De leerkracht bootst de weegschaalzelf na (op de linkerhand hangt een papier met suiker in het bloed en op derechterhand hangt een papier met suiker in de lichaamscellen).

Diabetes of suikerziekte is dus eigenlijk een chronische (langdurige) ziekte waarbij het suikergehalte in het bloed te hoog is. Dit komt doordat de alvleesklier niet genoeg insuline aanmaakt of doordat het lichaam de insuline niet goed gebruikt.

Verwerkingsfase 2

Werkvorm : GroepswerkMedia : Zelfgemaakt materiaal

De leerlingen mogen dan per twee de huisjes uittesten. Ze krijgen hiervoor 5 minuten de tijd. Het is debedoeling om de leerlingen zelf de theorie te laten inoefenen aan de hand van de huisjes zoals gezien tijdens de les. Ze zitten telkens per twee zodat ze elkaar kunnen aanvullen.Er worden op voorhand duidelijke instructies doorgegeven door de leerkracht :

Jullie werken allemaal per twee. Indien er vragen zijn, steek je je hand op en wacht je in stilte tot de leerkracht bij je komt. Als het belletjes na 5 minuten afgaat, wordt er niet meer met de huisjes gespeeld. De les gaat

dan verder, nadat de huisjes terug van voor bij de leerkracht staan. Probeer de 3 oorzaken van diabetes te overlopen en hieraan de oorzaken van diabetes type 1

en diabetes type 2 te koppelen. Achteraf probeer je samen een algemene definitie te bekomen. Ze mogen gebruik maken van de aantekeningen op het bord.

5’

Page 9: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

LDS 3LDS 4

Verwervingsfase 3

Werkvorm : Onderwijsleergesprek/klasgesprekMedia : Zelfgemaakt materiaal (huisjes)/bordschema

We hebben net geleerd wat er kan misgaan in ons lichaam, waardoor we diabetes kunnen krijgen. Er werd ook duidelijk gezegd dat het lichaam dit niet zelf kan corrigeren. De buitenwereld gaat dus moeten helpen om deze aandoening te stabiliseren.In deze fase wordt er ook plaats gelaten om eventuele ervaringen van op stage mee te delen.

Wat zouden wij als behandelingsmethoden kunnen gebruiken bij diabetes type 2 ?De leerkracht toont opnieuw een huisje waarbij enkele openingen verkleind zijn. De sleutel (insuline) past hier niet op. Dit betekent dat er minder bloedsuiker (glucose) kan opgenomen worden in de cellenen er meer blijft hangen in het bloed. De weegschaal gaat dus weer ongelijk hangen. Het bloedsuiker is veel hoger in het bloed dan in de cellen. Wat kunnen wij hieraan doen om dit te voorkomen of om dit op te lossen ? De leerkracht probeert met voorbeelden correcte antwoorden te vinden bij de leerlingen.

PREVENTIE : Wat kunnen wij doen om suikers te verbranden in ons lichaam ?

◦ Lichaamsbeweging Wat kunnen wij doen om minder suiker in ons lichaam te krijgen ?

◦ Hoe komen die suikers in ons lichaam ? Door suikers te eten▪ Gezond eten (letten op wat we eten)

◦ Het gaat erom de juiste voedingsmiddelen op het juiste tijdstip te gebruiken en overgewicht te voorkomen.

De leerkracht licht duidelijke toe dat dit preventieve maatregelen zijn (ter voorkoming), maar dat dit niet wordt gezien als definitieve behandeling. BEHANDELING :

Indien men diabetes heeft, blijft de persoon in kwestie last hebben van de weegschaal die ongelijk is. Zou de dokter hier dan iets aan kunnen doen ? ◦ Medicatie : per oraal (pillen om per os in te nemen)◦ Het is belangrijk dat deze personen zelf voldoende kennis bezitten over hun ziekte. Ze

moeten het belang weten van waarom ze dit allemaal moeten doen. ◦ Vaak is het zo dat de patiënt in het beginstadium enkel met leefstijladvies geholpen zullen

zijn. Na verloop van tijd stijgt hun nood aan medicatie.Men moet ook weten hoeveel tabletten de patienten moeten innemen. Daarom is het belangrijk dat depatiënt zelf weet hoeveel dat zijn bloedsuikerspiegel bedraagt.De leerkracht licht toe dat men via een aparaat dit bloedsuikergehalte kan meten/controleren. Dit moet

5’

Page 10: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

binnen bepaalde waarden liggen. Soms komt een verpleegkundige dit meermaals per dag controleren, maar vaak doen de patiënten dit zelf. Zij kunnen dan kijken of hun bloedsuikerspiegel (de weegschaal)normaal blijft of vaker afwijkt (hoger of lager dan de normaalwaarden).

Indien de bloedsuikerspiegel nog steeds afwijkt, ondanks voldoende lichaamsbeweging, gezond eten en per orale medicatie, kan de arts ook insulinepennen voorschrijven. ◦ Dit zijn de sleutels (insuline) die de patiënten zichzelf dagelijks moeten injecteren. Dit

zorgt ervoor dat het bloedsuiker uit het bloed wordt genomen en in de cellen wordt vervoerd. De weegschaal komt dan weer in balans te staan. (De leerlingen hebben enige voorkennis en praktijkervaring waardoor ze weten dat sommige patiënten enkele malen per dag inspuitingen krijgen).

De leerkracht construeert in de tussentijd een schema op het bord van behandelingsmethoden (zie bordschema 2).

Wat zouden wij als behandelingsmethoden kunnen gebruiken bij diabetes type 1 ? De leerkacht toont opnieuw enkele huisje met normale sleutelgaten (openingen). Wanneer je eet, maakt de alvleesklier 2 dingen aan. Pancreassap en hormonen. In dit geval komt er eten en dus suikerbinnen die door insuline worden opgevangen. De alvleesklier gaat dus normaal gezien sleutels (insuline) maken om de deur van de cellen te openen zodat deze bloedsuiker (glucose) kunnen opnemen. Maar bij diabetes type 1 hadden wij gezien dat ze helemaal geen sleutels (insuline) meer konden aanmaken. Dit betekent dat de weegschaal nu weer helemaal omlaag gaat staan aan één zijde. Er is dus heel veel suiker in het bloed en geen suiker in de cellen. Wat betekent als wij gaan etendat er alleen maar meer en meer suiker in ons bloed komt, maar dat er niets wordt weggebracht door de cellen. Dit kan zeer schadelijk zijn voor het lichaam. Wat zou de persoon in kwestie kunnen doen zodat de weegschaal terug in evenwicht komt ? De leerkracht bootst deze weegschaal zelf na (op de linker hand suiker in het bloed en op de rechter handsuiker in de lichaamscellen).

Zorgen dat er opnieuw sleutels (insuline) wordt voorzien. Zo kunnen de cellen weer worden geopend en kan het bloedsuiker terug worden afgevoerd. De weegschaal komt terug in balans.(Leerkracht bootst deze weer na).

Hoe zouden we dit kunnen doen ? Allereerst moet er voor gezorgd worden dat er voldoende lichaamsbeweging aanwezig is. Verder is het ook bij diabetes type 1 belangrijk dat de persoon in kwestie gezond eet. Er wordt bij diabetes type 1 totaal geen sleutels (insuline) aangemaakt, daarom is het

belangrijk om levenslang insuline (sleutels) in te spuiten.De leerkracht licht toe (a.d.h.v. de huisjes) dat de spuiten eigenlijk de sleutels (insuline) zijn om de cellen terug open te maken. Zo ontstaat er ook hier weer een balans in de weegschaal.De leerkracht construeert in de tussentijd een schema op het bord van behandelingsmethoden (zie

Page 11: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

LDS 1

LDS 2

bordschema 2).

Verwervingsfase 4

Werkvorm : Onderwijsleergesprek/klasgesprekMedia : PowerPoint presentatie/bordschema

We weten ondertussen dat lichaamsbeweging en gezond eten belangrijk zijn ter preventie van diabetes. Er worden opnieuw aan de leerlingen enkele vragen gesteld: “Kan iemand te veel suiker eten ?”

De leerlingen antwoordden hier reeds op in de motivatiefaseWat zouden de nadelen zijn als we continu suiker zouden eten ? Wat gebeurd er als men te veel eet ?

Zou dit iets veranderen aan ons lichaamsgewicht ? ◦ De persoon krijgt overgewicht

▪ Iedereen weet dat suiker heel veel caloriën bevat. Wat zou dan een gevolg kunnen zijn op dit overgewicht ? Gaan deze

kinderen/jongeren/volwassenen nu net meer of minder bewegen al ze obees zijn ?◦ Gebrek aan lichaamsbeweging

Speelt de leeftijd hierbij een rol ? ◦ De afgelopen 20 jaar is het aantal kinderen met overgewicht verdubbeld.

De leerkracht noteert tegelijkertijd op het bord, waardoor er opnieuw een bordschema ontstaat (bordschema 3). Dit schema wordt klassikaal overlopen.

Verwervingsfase 5

Werkvorm : Onderwijsleergesprek/klasgesprek/leeractiviteitMedia : PowerPoint presentatie/bordschema

We hebben al kort gezien dat wanneer men wilt weten hoeveel dat iemand zijn bloedsuikerspiegel bedraagt, we een glucometer nodig hebben. Dit gaat een heel specifieke waarde weergeven. Het is de snelste manier om te weten hoeveel de bloedsuikerspiegel precies bedraagt. Het is belangrijk dat wij, als zorgkundigen kunnen opmerken wanneer de bloedsuikerspiegel bij een diabetespatiënt afwijkt. Wanneer wij bepaalde symptomen/tekens opmerken kunnen we dit controleren met de glucometer. We gaan nu even samen op zoek naar de verschillende symptomen van een hypo- en een hyperglycemie. Als je bijvoorbeeld enkel ‘s morgens een licht ontbijt hebt gehad en je de hele dag hard gewerkt hebt of hevig hebt moeten sporten. Wat gebeurt er met je lichaam of hoe voel je je dan ?

5’

5’

Page 12: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

Beven (trillen, na hevig sporten) Honger (als je lange tijd niet gegeten hebt) Hoofdpijn (vaak is de oorzaak van hoofdpijn te weinig vocht/voeding, dit verdwijnt ook snel

nadat men gegeten heeft) Wisselend humeur (je zit op restaurant en je zit al 2 uur te wachten, ben je dan nog vriendelijk

?) Concentratiestoornissen (als je de hele dag niets hebt gegeten, ben je dan nog even oplettend

tijdens de les ?) Moe (we zagen in het begin van de les dat eten je energie geeft, als je geen energie meer

binnenkrijgt, ben je vaak moe) Zweten (bv. bij een zware inspanning)

=> HYPOGLYCEMIE (of een te lage bloedsuikerspiegel)Dit kan doordat er teveel sleutels (insuline) zijn toegediend die op hun beurt teveel cellen gaanopenen. Hierdoor zit er te weinig suiker in het bloed. (te veel insuline per os/per injectie gekregen, te weinig voedingsstoffen binnengekregen, ...). De weegschaal gaat afhangen naar de andere kant.

Welke tekens zullen er zichtbaar zijn wanneer men te veel gaat eten ? Veel plassen (doordat er veel suiker is, gaat er meer insuline worden gemaakt, waardoor er

ook veel zout is, zout zal zorgen voor vocht) Veel dorst (als je veel moet plassen, heb je veel dorst) Misselijk, buikpijn (als je héél veel op restaurant hebt gegeten, voel je je dan goed ?) Eetlust verdwijnt (doordat je al veel gegeten hebt) Lusteloos (als je veel gegeten hebt op restaurant en je legt je hierna in de zetel, voel je je

vaak lusteloos) Droge tong (één van de eerste kenmerken!)

=> HYPERGLYCEMIE (of een te hoge bloedsuikerspiegel)Dit is weer een teken dat de sleutels niet passen op de cellen of dat er te weinig of geen sleutels aangemaakt worden. Afhankelijk van hoe hoog de bloedsuikerspiegel is, zullen wij de natuur een handje helpen en nieuwe sleutels toegooien (insuline inspuiten).

Page 13: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

LDS 1LDS 3LDS 4

SLOTFASE

Verwerkingsfase 3

Werkvorm : Klassiale opdrachtMedia : Werkblad

Alle leerlingen krijgen een blanco lesoverzicht/schema. Het is de bedoeling dat de leerlingen dit klassikaal met behulp van de leerkracht gaan oplossen. Indien er geen tijd meer over is, wordt dit als huistaak meegegeven. Pas vanaf dat alle leerlingen de taak hebben gepost/binnengebracht, wordt de antwoordsleutel weergegeven op smartschool.

De leerkracht geeft duidelijk aan dat dit zeer belangrijk kennis is en dat dit eventueel wordt gebruikt op het examen.

5’

Page 14: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

LDS 1LDS 2LDS 3LDS 4LDS 5

Verwerkingsfase 4

Werkvorm : Activerende werkvorm/ SpelvormMedia : Kwartetspel

Om de les af te sluiten, voorziet de leerkracht een kwartetspel over diabetes.Iedere leerling krijgt een papier waarop de spelregels staan vermeld. De leerkracht deelt dit uit. Het is de bedoeling dat de leerlingen dit in stilte zullen doornemen:

De leerkracht vraagt of alle leerlingen alles begrepen hebben. Hij/zij laat één leerling de spelregels uitleggen, zo weet men zeker dat iedereen het begrijpt en wordt er tijdens het spel tijd gewonnen.De leerkracht deelt de kaarten uit en duidt willekeurig iemand aan die mag beginnen (indien hier moeilijk over wordt gedaan, zal de leerkracht een nummer op papier schrijven en moeten de leerlingendit raden. Degene die het juist raad mag beginnen).De leerkracht observeert en grijpt in indien er een fout gebeurt of indien er vragen zijn. Telkens als een persoon een kwartet heeft, mag hij/zij haar kwartet toelichten. Bijvoorbeeld het kwartet ‘diabetes type 1’. De leerling mag de luikjes opheffen en voorlezen of zelf in eigen woorden uitleggen waarvoor haar kwartet staat. Het is de bedoeling om te differentiëren. Leerlingen die makkelijker/vlotter leren kunnen tijdens het spel de luikjes opheffen en lezen om zich zo te differentiëren van andere leerlingen. Dit zal ook niet opvallen t.o.v. de leerlingen die minder snel kennis opdoen.

10’

Page 15: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

Op het einde van de les wordt de agenda ingevuld. “ 27 januari 2018 : DIABETES” - Cursus Sugarrush pag. 1 t.e.m. 13 (zie bordschema)Ook dienen ze tegen de volgende les de uitgedeelde cursus door te lezen. De leerkracht geeft aan dat er de volgende les mogelijks een kleine toets volgt over het onderwerp dat ze vandaag behandelde.

2’

Page 16: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

BORDSCHEMA

BORDSCHEMA 1 (cursus) BORDSCHEMA 3 (cursus)

BORDSCHEMA 2 (cursus)

Page 17: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

PANCREAS

- PancreassapSpijsvertering - Darm - Voedingsstoffen opnemen

FUNCTIE

BLLOEDSUIKERSPIEGEL ↓ HORMONEN AFGEVEN

INSULINE GLUCAGON↑ bloedsuikerspiegel ↓ bloedsuiker- spiegel

DIATYPE 1

PROBLEEM

Alvleesklier maakt geen insuline

PREVENTIE/BEHANDELING

Geen preventieve maatregelenInsuline inspuitingen

POPULATIE/RISICOFACTOREN

Vooral kinderen en jongeren= erfelijk

BETESTYPE 2

PROBLEEM

Alvleesklier maakt te weinig insulineof

Cellen zijn ↓ gevoelig voorbeschikbare insuline

PREVENTIE/BEHANDELING

LichaamsbewegingGezond eten (gewicht!)

Insuline tabletten of inspuitingen

POPULATIE/RISICOFACTOREN

Vanaf ± 40 jaar = erfelijk

Risicofactoren: overgewicht &gebrek aan lichaamsbeweging

AGENDA :27 januari 2018 : “DIABETES”Cursus Sugarrush pag. 1 t.e.m. 13

Page 18: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

PERSOONLIJKE REFLECTIEVoorbereidingsfase Terugblikfase (cyclus Korthagen)

1. Noteer kort waar je tijdens de voorbereiding speciale aandacht aanschonk en wat de belangrijkste bekommernis(sen) was (waren). Zijndit zelf-, taak- of leerlingbekommernissen?Allereerst vind ik het belangrijk om rustig te blijven(zelfbekommernis). Het is een examenles, waarvoor ik waarschijnlijkiets meer zenuwen ga hebben dan andere lessen.Zenuwachtig zijn tijdens de les komt vaak onzeker over bij deleerlingen. Ik ben de leerkracht die de les geeft en het vakgebiedkent. De onzekerheid omtrent vragen/opmerkingen van deleerlingen/externe leerkrachten die ik mogelijks niet kanbeantwoorden, baart me soms zorgen.Verder ben ik bij al mijn lessen erg bekommert om de leerlingen.Gaan ze mijn uitleg begrijpen ? Vorige les was er bijvoorbeeld eenleerlingen die tijdens de les enkele keren fronste, wat erop leek datze het niet begreep. Als ik hier dan achter vroeg, stelde zeingewikkelde vragen waardoor ik erg nerveus werd. Ook vraag ik mij steeds af of er leerlingen zich gaan vervelen tijdensmijn les ? Is de les interessant genoeg ? Is er voldoende herhaling(BSO-niveau), maar toch niet té veel zodat ze het saai vind ?Allemaal punten om mee rekening te houden met deze examenles.

2. Noteer je aandachtspunten uit de vorige oefening en hoe je dezeplant te remediëren.Ik probeer steeds op mijn taalgebruik te letten. Het komt soms nogvoor dat mijn stem de hoogte in gaat, maar vooral het té snel pratenis nog problematisch. Door de zenuwen ga ik soms de theorieafratelen, wat onaangenaam is voor de leerlingen. Ik ga hier deze leszeker op letten. Vorige les had ik een quiz voorzien waarbij er teveel vragen waren. Ikprobeer dit bij mijn andere werkvormen ook steeds toe te passenzodat de leerlngen geïnteresseerd blijven (bv. Korte inoefenperiodesinlassen ; met de huisjes krijgen ze slechts 5 minuten om dit in teoefenen).Bij mijn vorige les, tijdens de quiz werden er geen scores toegekendom te voorkomen dat leerlingen zich ‘dom’ voelen omdat ze

DCP/DCO:Maak een reflectieverslag over je les. Voor meer uitleg hierover, zie hoofdstuk beginsituatie, gedeelte reflecteren.

DCS:1. Geef aan wat jouw belangrijkste bekommernis was tijdens het lesggeven. 2. Noteer of de les volledig is gelopen zoals gepland. Heb je tijdens de les

onverwachte beslissingen genomen? Welke? 3. Formuleer de beste fase/herinnering aan de les en verantwoord dit. 4. Geef aan over welke lesfase je het minst tevreden was en verantwoord dit. 5. Formuleer tenslotte waar, rekening houdend met deze les, je voor de

toekomstige lessen extra aandacht aan zal schenken.

Page 19: LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)werkgroepict.cvolimlo.be/uitwisselingdcx/sites/default/files/2018-03... · Over het algemeen ligt het intelligentieniveau lager dan in het aso. De

bijvoorbeeld laatste zijn geëindigd. De leerlingen houden vancompetitie, daarom zal de winnaar van het kwartetspel een extrasnoepje krijgen.Ik heb in deze les geen teksten die afgelezen moeten worden doorde leerlingen. Hier zijn belangrijke valkuilen die men in hetachterhoofd moet houden zoals bijvoorbeeld iemand met dyslexie diezich gaat verstoppen.

3. Noteer voor iedere les tenminste één methodologische wenk uit hetleerplan of vakdidactische advies waarmee je rekening houdt. Een pedagogisch-didactische wenk uit het leerplan van hierbovenbestaat uit algemene doelstellingen bereiken door opdrachten uit tevoeren met een lage moeilijkheidsvraag (toepassen op routines).Verder dienen ze opdrachten uit te voeren aan de hand vanduidelijke instructies en onder directe begeleiding van de leraar. Deleerlingen van het BSO hebben een hoge nood aan duidelijkeinstructies. Hierdoor zorg ik ervoor dat ik alle opdrachten duidelijkuitleg en eventueel nog een keer herhaal op een andere manier. Ookprobeer ik de leerlingen voldoende te begeleiden in verschillendetaken door eventueel individuele opdrachten klassikaal te controleren(zoals bijvoorbeeld het lesoverzicht samen verbeteren, toch is dit nogterug te vinden op smartschool EN in de cursus).