LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel...

28
8 bewerkingen BLOK 6 1 2 3 Hoofdrekenen tot 100 000 Wat ga je doen? optellingen, aftrekkingen, vermenigvuldigingen en delingen met ronde getallen tot 100 000 maken LES 4 Hoeveel fietsers gemiddeld per route? Noteer de bewerking en reken uit. Jaar Aantal fietsers Aantal routes Gemiddelde aantal fietsers per route 2009 24 600 3 : = 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? Vul de tabel verder aan. Jaar Aantal fietsers Aantal wandelaars Totale aantal deelnemers 2014 67 500 32 500 2015 49 900 70 319 2016 54 300 77 303 2017 38 009 20 040 2018 45 001 68 025 Hoe groot is het totale aantal fietsers? Noteer de bewerking en reken uit. Jaar Aantal startplaatsen Gemiddelde aantal fietsers per startplaats Totale aantal fietsers 2011 4 12 200 x = 2012 3 16 000 x = 2013 5 9 600 x = Fiets je mee? 100 000 20 419 23 003 58 049 23 024 4 12 200 48 800 3 16 000 48 000 5 9600 48 000 24 600 3 8200 36 180 6 6030

Transcript of LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel...

Page 1: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

8

bewerkingen

BLOK 6

1

2

3

Hoofdrekenen tot 100 000Wat ga je doen?

• optellingen, aftrekkingen, vermenigvuldigingen en delingen met ronde getallen tot 100 000 maken

LES 4

Hoeveel fietsers gemiddeld per route? Noteer de bewerking en reken uit.

Jaar Aantal fietsers Aantal routes Gemiddelde aantal fietsers per route

2009 24 600 3 : =

2010 36 180 6 : =

Hoeveel wandelaars en fietsers samen? Vul de tabel verder aan.

Jaar Aantal fietsers Aantal wandelaarsTotale aantaldeelnemers

2014 67 500 32 500

2015 49 900 70 319

2016 54 300 77 303

2017 38 009 20 040

2018 45 001 68 025

Hoe groot is het totale aantal fietsers? Noteer de bewerking en reken uit.

JaarAantal

startplaatsenGemiddelde aantal

fietsers per startplaatsTotale aantal fietsers

2011 4 12 200 x =

2012 3 16 000 x =

2013 5 9 600 x =

Fiets je mee?

100 000

20 419

23 003

58 049

23 024

4 12 200 48 800

3 16 000 48 000

5 9600 48 000

24 600 3 8200

36 180 6 6030

Page 2: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

9

4

5

6 Lees het vraagstuk. Noteer de bewerking en reken uit. Noteer een antwoordzin.

Het inschrijvingsgeld voor ‘de Matz-tocht’ bedraagt € 5 per persoon.Welk bedrag ontvangt men van 18 300 wandelaars?

Bewerking: _____________________________________________________________________________________

Antwoord: _____________________________________________________________________________________

Er werden 13 300 verpakkingen gekocht. Hoeveel drankjes kan men uitdelen?

Bewerking: _____________________________________________________________________________________

Antwoord: _____________________________________________________________________________________

Reken uit. Je mag splitsbeentjes tekenen en tussenuitkomsten noteren.

2 x 33 400 =

5 x 12 030 =

6 x 10 120 =

4 x 23 200 =

Reken uit. Je mag splitsbeentjes tekenen en tussenuitkomsten noteren.

30 600 : 6 =

15 400 : 2 =

35 420 : 7 =

96 800 : 8 =

66 000 + 800 = 66 800

60 000 + 150 = 60 150

60 000 + 720 = 60 720

92 000 + 800 = 92 800

33 000 400

12 000 30

10 000 120

23 000 200

80 000 80016 000

5000 + 100 = 5100

7000 + 700 = 7700

5000 + 60 = 5060

10 000 + 2000 + 100 = 12 100

30 000 600

14 000 1400

35 000 420

5 x 18 300 = 50 000 + 40 000 + 1500 = 91 500

Men ontvangt 91 500 euro van 18 300 wandelaars.

3 x 13 300 = 39 000 + 90 = 39 900

Men kan 39 900 drankjes uitdelen.

Page 3: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

10

meten

BLOK 6

1

Op ‘vadroei’ door BrusselWat ga je doen?

• de analoge klok lezen tot op 5 minuten nauwkeurig• de digitale klok lezen tot op 5 minuten nauwkeurig als ... voor/over• de digitale klok lezen als half ...

LES 5

© Onthaal en Promotie Brussel

Volg de route op je plattegrond.

Op de volgende pagina vind je het verslag van

onze wandeling.

Page 4: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

11

• We vertrokken aan het grote beursgebouw op de Anspachlaan, recht tegenover een

hamburgerrestaurant. Hier hadden we net gegeten.

De Anspachlaan is een heel drukke straat. We moesten dan ook even wachten aan het

verkeerslicht.

• Midden op het voetpad ontdekten we een roltrap die ons onder de straat bracht.

Onder de grond kun je hier een soort tram nemen. Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe

je kaartjes kunt kopen en hoe we het plannetje van de metro moesten lezen.

• Terug boven de grond en na een korte wandeling kwamen we bij een pleintje met een oude

kerk (Olivetenhof). Deze kerk was lang geleden het vertrekpunt van een lange bedevaartstocht

naar Santiago de Compostela. Dat is meer dan 2000 km stappen!

• Voor we naar Brussel kwamen, had ik al veel gehoord over Manneke Pis en ineens stond hij

daar ... Hij was niet erg groot, maar alle toeristen maakten toch foto’s van het beeldje. Ik vraag

me wel af of hij niet moe wordt van dat eindeloze plassen!

• De Grote Markt van Brussel, volgens de gids het mooiste plein van Europa, heeft heel veel

mooie oude gebouwen. Elk huis heeft een naam. Dat komt omdat er vroeger nog geen

huisnummers bestonden. We hebben hier een hele tijd naar die prachtige gebouwen gekeken

en een spelletje gespeeld.

• In de Boterstraat stopten we bij een fontein. Nu hebben we allemaal kraantjes in onze huizen.

Maar lang geleden kwamen de Brusselaars hier hun water halen.

• Deze stop was niet voorzien, maar tijdens onze wandeling ontdekte ik een grote

speelgoedwinkel. Daar moest ik natuurlijk even binnengaan. Moest je ook naar Brussel gaan

en je wilt de speelgoedwinkel bezoeken, dan zijn er een heleboel cafeetjes in de buurt waar je

ouders even kunnen uitrusten.

• In de Sint-Hubertusgalerij vind je heel wat winkels, maar ik was vooral geïnteresseerd in de

chocolade. Het eerste stuk van deze galerij heet de Koninginnegalerij. Het tweede stuk is

de Koningsgalerij. En verder is er nog het kleinere Prinsengalerijtje. De gids vertelde me dat

enkel de rijke mensen hier lang geleden kwamen winkelen. Toen moest je zelfs toegangsgeld

betalen …

• In een doodlopend straatje vonden we het vriendinnetje van Manneke Pis: Jeanneke Pis. Zij

zat er maar wat verlaten bij. Dan krijgt haar vriendje toch heel wat meer gezelschap van de

toeristen.

• Onze wandeling bracht ons ten slotte bij de Muntschouwburg. Een grote zaal waar je kunt

genieten van opera, ballet of concerten met klassieke muziek. De gids toonde ons nog waar de

grote winkelstraat van Brussel is en waar we achteraf de metro naar het station konden nemen.

Page 5: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

12

meten

BLOK 6

2

LES 5

Hoe laat is het? Verbind.

kwart over 6

kwart voor 3

20 over 10

10 over 4

5 voor 9

half 2

25 over 6

25 voor 9

Op ‘vadroei’ door Brussel

Page 6: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

13

3

4

5 Lees, zoek op in de dienstregeling en vul in.

• Met de bus naar Mechelen Station!

Ik ben om half 9aan de halteLier Markt.

Ik ben om kwart na vijf ‘s avonds aan de halte Duffel Station.

Vertrek:

Aankomst:

Vertrek:

Aankomst:

Vul de digitale klok in.

Ik sta op om 25 voor 10.

Om 10 voor 3 ga ik bij een

vriendje spelen.

Hoe lees ik de tijd? Vul in.

_________________________5 over 1

_________________________

_________________________

_________________________

550 Lier - Duffel - Mechelenmaandag tot vrijdag

Ritnummer 2 6 10 14 7014 18 26 30 34 38 42 46 48 50 54 58 62 66 70 74 78

Lier VeemarktLier MarktLier StationLier LintsesteenwegDuffel GemeentehuisDuffel StationDuffel AZ Sint-MaartenDuffel GemeentehuisDuffel Onze-Lieve-VrouwlaanSt.-Katelijne-Waver Lange Zandstr.St.-Katelijne-Waver Clemenceaustr.Mechelen EikestraatMechelen CaputsteenstraatMechelen VeemarktMechelen Station

05:3505:3905:4205:4505:5005:5205:5405:5605:5706:0106:0506:0806:1006:1206:17

06:0506:0906:1206:1506:2006:2206:2406:2606:2706:3106:3506:3806:4006:4206:47

06:3506:3906:4206:4506:5006:5206:5406:5606:5707:0107:0507:0807:1107:1307:18

07:0507:0907:1407:1807:2407:2607:2807:3107:3207:3607:4007:4307:4607:4807:53

07:3207:3407:3707:3807:4207:4607:4907:5207:5407:59

07:2007:2407:2907:3307:39

07:4107:4507:4907:5207:5507:5708:02

07:3507:3907:4407:4807:5407:5607:5808:0108:0208:0708:1108:1408:1708:1908:24

07:5507:5908:0408:0908:1508:1708:19

08:3508:3908:4408:4908:5408:5608:5809:0109:0209:0609:1009:1309:1509:1709:22

09:3509:3909:4309:4709:5209:5409:5609:5910:0010:0410:0810:1110:1310:1510:20

10:3510:3910:4310:4710:5210:5410:5610:5911:0011:0411:0811:1111:1311:1511:20

11:3511:3911:4311:4711:5211:5411:5611:5912:0012:0412:0812:1112:1312:1512:20

12:1512:1912:2312:2712:3212:3412:3612:3912:40

12:3512:3912:4312:4712:5212:5412:5612:5913:0013:0413:0813:1113:1313:1513:20

13:3513:3913:4313:4713:5213:5413:5613:5914:0014:0414:0814:1114:1314:1514:20

14:3514:3914:4314:4714:5214:5414:5614:5915:0015:0415:0815:1115:1315:1515:20

15:3515:3915:4315:4715:5315:5515:5716:0016:0116:0616:1016:1316:1616:1816:23

15:5015:5415:5916:0416:1016:1216:1416:1716:18

16:0516:0916:1416:1916:2516:2716:2916:3216:3316:3816:4216:4516:4816:5016:55

16:3516:3916:4416:4916:5516:5716:5917:0217:0317:0817:1217:1517:1817:2017:25

17:0517:0917:1417:1917:2517:2717:2917:3217:3317:3817:4217:4517:4817:5017:55

9 3514 50

kwart over 6 5 voor 4

half 1

21 voor 9

22 over 9

27 over 5

5 voor 6

Page 7: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

T3 Rem 14: de bedoeling van een verkleinwoord

De bedoeling van een verkleinwoord

Verkleinwoorden kun je gebruiken om:• iets klein te maken; Voorbeeld: Dit boompje zal wel moeten groeien.• iets lief te maken; Voorbeeld: Mijn broer is een echt schatje!• iets minder erg te maken; Voorbeeld: Zal ik je wondje verzorgen?• iets spottend te maken. Voorbeeld: Wat ben jij een flauw mannetje.

Kleiner, liever, of minder erg

■ Maak het kleiner.■ Omkring het best passende woord.

De draak eet een koek / koekje.

Het monster staat leuk te dansen op een tafel / tafeltje.

Die kleine draak is haar broertje/ broer.

■ Maak het liever.■ Omkring het best passende woord.

Mag ik een koffiekoek, liefje / lief?

Dat meisje is een schat / schatje.

Dat monster is wel een zoetje / zoet.

■ Maak het minder erg.■ Omkring het best passende woord.

Je moet in de rij wachten. Dat zal maar vijf minuten / minuutjes duren.

Dat is maar een stuk / stukje taart. Eet het maar op!

Ik heb een wondje / wond op mijn knie.

1

29© De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 8: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Hoe deed ik de taak?

Ik denk Juf/Meester vindt

Verkleinwoorden in de zin

■ Lees de zinnen.■ Waarvoor wordt het verkleinwoord gebruikt?■ Schrijf de verkleinwoorden bij de juiste uitleg.

Dat babydraakje heeft groene pootjes.

Dat brandje was enkel in de tuin van oom Bas.Dat is een schattig monstertje!

Noem je dat gebakje een taart?

om iets kleinte maken

om iets liefte maken

om iets minder ergte maken

om iets spottendte maken

Wat is de bedoeling?

■ Markeer de verkleinwoorden in de zinnen.■ Kruis aan waarvoor het verkleinwoord wordt gebruikt.

Naast ons huis staat een boompje met een boomhut.

om het minder erg te laten klinken om het spottend te maken om het lief te makenvoor kleine dingen

Liefje, ga je mee naar de speeltuin? om het minder erg te laten klinken om het spottend te makenom het lief te maken

voor kleine dingen

Wil jij ook graag een kommetjetomatensoep?

om het minder erg te laten klinken om het spottend te maken om het lief te makenvoor kleine dingen

We vertrekken nu naar huis. Het is maar een uurtje rijden.

om het minder erg te laten klinken om het spottend te maken om het lief te maken voor kleine dingen

Dat is niet zo erg. Het was maar een ongelukje.om het minder erg te laten klinken

om het spottend te maken om het lief te maken voor kleine dingen

Dat was echt niet leuk! Dat was een stomme mop van dat mannetje!

om het minder erg te laten klinkenom het spottend te maken

om het lief te maken voor kleine dingen

2

pootjes monstertje brandje gebakje

3

×

×

×

×

×

×

30 © De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 9: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Verkleinwoorden vormen

Verkleinwoorden vorm je door een stukje aan het grondwoord te plakken:

woord + je woord + tje woord + pje woord + etje

huis + je = huisje stoel + tje = stoeltje film + pje = filmpje ring + etje = ringetje

Verkleinwoorden zoeken

■■ Lees de woorden.■■ Markeer de verkleinwoorden.

bezem

griezel

regenjas

wezentje

heks

bezempje

broertje

katje

peer

probleembrilletje

zaaltje

dingetje

toren

broer

kaboutertje

slangetje

kringetje

bolletje

Mooi geordend

■■ Lees de woorden.■■ Markeer in elk verkleinwoord het grondwoord.

-je(s) -tje(s) -pje(s) -etje(s)

mopjekransjekatjeskikkerpootjesheksje

lepeltjesspeeltuintjegriezeltjezaaltjepeertjes

bloempjebezempjesprobleempjeskraampjeboompjes

bolletjeswangetjekringetjeringetjesbrilletje

1

2

T3 Rem 15: verkleinwoorden vormen

31© De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 10: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Hoe deed ik de taak?

Ik denk Juf/Meester vindt

Grondwoorden opsporen

■ Lees de woorden.■ Markeer in elk verkleinwoord het grondwoord.

3

rugzakje

kringetjes

hondjes

potje

kraampje

voetjes

brilletje

filmpjes

bloempjes

toverboekje

tafeltje

stoeltjedingetje

appeltjes

boompjes

rekje

slangetje

bezempjes

toverdrankje

schaartje

wezentjes

32 © De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 11: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Verkleinwoorden vormen

Verkleinwoorden vorm je door een stukje aan het grondwoord te plakken:

woord + je woord + tje woord + pje woord + etje

huis + je = huisje stoel + tje = stoeltje film + pje = filmpje ring + etje = ringetje

Verkleinwoorden zoeken

■ Lees de woorden.■ Markeer de verkleinwoorden.

Woorden met een staartje

■ Lees de woorden.■ Markeer het grondwoord.■ Verbind elk woord met het juiste achtervoegsel.

griezeltje

boompje

ringetjes

lachje

poortje

peertje

wangetje

bezempjes

1

pennetje

toverboek

bezem

voet

raam

bezemsteel

boek

broer

kabouter

gezicht

rugzakje

stemmetje

torentje

kikkerpootjes

katjes

ringetje

minuutjes

poortje

bolletjes

wezentje

monstertje

mopje

tasje

filmpje

2

-je(s)-je(s)-je(s)-je(s)-je(s)-je(s)

-tje(s)-tje(s)-tje(s)-tje(s)-tje(s)-tje(s)

-pje(s)-pje(s)-pje(s)-pje(s)-pje(s)-pje(s)

-etje(s)-etje(s)-etje(s)-etje(s)-etje(s)-etje(s)

T3 Rem 16: verkleinwoorden vormen

33© De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 12: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Hoe deed ik de taak?

Ik denk Juf/Meester vindt

Verkleinwoorden sorteren

■ Lees de zinnen.■ Markeer de verkleinwoorden in de zinnen.■ Schrijf de verkleinwoorden op de juiste plaats in de tabel.

1 Dat slangetje kruipt langs de deur naar binnen.

2 Vertel het geheim met een zacht stemmetje in mijn oor.

3 Grappig! Dat was het beste mopje van de avond!

4 Laat het maar uit het raampje vallen! Ik vang het!

5 Mijn broer heeft al een torentje gebouwd.

6 Ze is heel lief, ze is geen griezelig heksje!

7 Kijk dat filmpje op het internet.

8 Dat feest was in een zaaltje op de hoek van de straat.

-je(s) -tje(s) -pje(s) -etje(s)

3

mopje

heksje

torentje

zaaltje

raampje

filmpje

slangetje

stemmetje

34 © De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 13: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Verkleinwoorden vormen

Verkleinwoorden vorm je door een stukje aan het grondwoord te plakken:

woord + je woord + tje woord + pje woord + etje

huis + je = huisje stoel + tje = stoeltje film + pje = filmpje ring + etje = ringetje

Voorbeelden: • Een kleine film is een filmpje.• Een kleine slang is een slangetje.• Een kleine toren is een torentje.

Zinnetje zoekt woordje

■■ Lees de zinnen.■■ Verbind met het bijbehorende verkleinwoord.

Een kleine peer is een kraampje.

Een kleine toren is een peertje.

Een kleine film is een torentje.

Een kleine ster is een filmpje.

Een klein kraam is een sterretje.

1

T3 Rem 17: verkleinwoorden vormen

35© De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 14: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Hoe deed ik de taak?

Ik denk Juf/Meester vindt

Kleiner maken

■ Vul de zinnen aan met het verkleinwoord.

Een kleine toverdrank is een .

Een kleine broer is een .

Een kleine bril is een .

Een klein ding is een .

Een kleine heks is een .

Een kleine griezel is een .

Een kleine poort is een .

Een kleine kring is een .

Een kleine rugzak is een .

Een kleine zaal is een .

Een kleine voet is een .

Een kleine geest is een .

Een kleine hoed is een .

Een kleine bloem is een .

Een kleine lepel is een .

2

toverdrankje

broertje

brilletje

dingetje

heksje

griezeltje

poortje

kringetje

rugzakje

zaaltje

voetje

geestje

hoedje

bloempje

lepeltje

36 © De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 15: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Het lidwoord

• is een kort woord dat bij een zelfstandig naamwoord hoort. • de – het – een

Bij verkleinwoorden kun je altijd ‘het’ gebruiken: het stoeltje, het kommetje …Bij meervoudsvormen gebruiken we altijd ‘de’: de stoelen, de kommetjes …

Voorbeeld: Zij is een juf in het kleinste klasje op de grootste school in Brussel.

Lidwoorden kleuren

■■ Markeer de lidwoorden.

maar alseen

op

ismet

hetde

hij

zijn

Lidwoorden in zinnen

■■ Markeer de lidwoorden in elke zin.

De winnaar van de wedstrijd mocht op nummer één gaan staan.

Een heel jaar met de bus naar school gaan is heel leuk!

We gaan naar de winkel om een nieuw brilletje te kiezen.

Het mannetje stapte uit het ruimteschip en wandelde naar mij.

De heksen zetten de ketels op de wankele vuren.

1

2

T3 Rem 18: lidwoorden aanduiden

37© De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 16: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Hoe deed ik de taak?

Ik denk Juf/Meester vindt

Wist je dat …

■ Markeer in elke tekst de lidwoorden.

Een zeester heeft geen hoofd. Hij heeft dus ook geen hersenen. Een zeester heeft ook geen

oren, neus of ogen. De armen die hij heeft, gebruikt hij om prikkels op te van gen.

In de woestijn regent het bijna nooit, maar als het regent, dan regent het heel hard. Dan vallen

er grote hoeveelheden water op de grond. Dat kan heel gevaarlijk zijn voor vakantiegangers,

die meestal geen regen verwachten. Kijk dus zeker naar het weerbericht, als je naar de woestijn

gaat.

Olifanten waarschuwen elkaar voor mensen. De olifant maakt dan een geluid. De olifant kan

het stemgeluid van andere stammen uit zijn omgeving nadoen. Zo waarschuwen ze andere

olifanten voor mensen.

De ogen van een rendier worden groengeel in de zomer. In de winter verandert dat naar

diepblauw. Zo kunnen ze in elk seizoen goed zien.

Een bultrugwalvis zingt een moeilijk lied dat je op een afstand van dertig kilometer kunt

horen. Het lied is voor elke groep uniek. Het lied duurt ongeveer tien tot twintig minuten

en wordt urenlang herhaald. Het verandert langzaam van jaar tot jaar. De zingende walvissen

zijn mannetjes.

3

38 © De Taalkanjers 4, Plantyn Remediëring toetsen – Thema 3

Page 17: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Ik hou van …

Dit kan ik al!Ik kan woorden met au of ou schrijven en daarbij aan het au-verhaal denken.

Deze les gaat over …

Saus met stukjes

Werk samen met je buur.Zoek stukjes bij elkaar tot ze een goed woord vormen.Schrijf de woorden op.

Tip!Je kunt de puzzelstukjes die bij elkaar horen in dezelfde kleur kleuren.

1

nauwd

ap

beplaus

pau

ze

nauw

rig

flauw

len

wenk

wen

keu

val

brau

kauwen

auma

to

ten

klau

ren

te

LES1

4

automaten, benauwd, nauwkeurig, wenkbrauwen, pauze, kauwen, applaus,

klauteren, flauwvallen (ook andere antwoorden zijn mogelijk)

Page 18: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Aan de slag!

Ik maak geen fout

Kleur in de woorden au of ou.Schrijf de woorden in het goede vak.

klauteren – houthakker – schrijffout – flauwvallen – kousenbroek – applaus – wenkbrauwen – vertrouwen – kabouter – lichtblauw

au ou

Au-zinnen

Vul elke zin aan met een au-woord.Je kunt de woorden zoeken in het au-verhaal.

Na het optreden was er een luid .

Tijdens het toneel is er een zodat je een drankje kunt kopen.

Dat vlees is niet gezouten, het is heel .

Wanneer je boos bent, frons je soms je .

Een blikje frisdrank kun je kopen aan de .

Als je werkt, maak je minder fouten.

Bij mooi weer kleurt de lucht .

De is geladen met zand.

Je mag je niet op de grond gooien.

Die roofvogel heeft scherpe .

2

3

1.1

1.1

5

klauteren

flauwvallen

applaus

wenkbrauwen

lichtblauw

houthakker

schrijffout

kousenbroek

vertrouwen

kabouter

applaus

pauze

flauw

wenkbrauwen

automaat

nauwkeurig

blauw

vrachtauto

kauwgom

klauwen

Page 19: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Hou jij ook van …?

Vul in de woorden au of ou in.Schrijf de woorden in het goede hart.

vleess s ijsk d water kab ters l we melk bl we lucht

appl s tr wfeesten g dvissen k wgom springt w

au ou

Iedereen auteur

Bedenk een verhaal met de woorden uit het kader.Je hoeft niet alle woorden te gebruiken.

pauze – kauwen – kauwgom – trouwen – auto – wenkbrauw – trouwjurk – verkouden – lichtblauw – vertrouwen

4

5

6

au ou ou au au

ouauououau

vleessaus

lauwe melk

blauwe lucht

applaus

kauwgom

ijskoud water

kabouters

trouwfeesten

goudvissen

springtouw

eigen antwoord

Page 20: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Dit heb ik vandaag geleerd!

• Ik herhaalde het schrijven van woorden met au en ou.

Flits!

Luister goed.Schrijf de zinnen op.

1

2

3

4

5

Een foutje mag. Schrijf het hier eenmaal goed. Vertel me hoe je het doet!

7

Ik draag graag blauwe kousen.

Hij gaat bijna flauwvallen.

Ik haal een drankje uit de automaat.

Hij kauwt op een rauw stukje vlees.

Dat verdient een applaus.

Page 21: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Kunstenaars in al hun vormen

Dit kan ik al!Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd schrijven.

Deze les gaat over …

Kunst in de klas

Lees de zinnen. Omkring de persoonsvorm met blauw.Onderstreep het onderwerp met groen.

De leerkracht vertelt dat er deze week een projectweek is op school.

We werken rond kunst.

Sommige leerlingen halen hun neus op.

Eli verwacht veel bezoeken aan het museum.

Maar … kunst is veel meer dan schilderijen.

Je moet het ruimer bekijken.

Een schilder is een kunstenaar.

Maar tekenaars, schrijvers, dirigenten, muzikanten, acteurs en beeldhouwers zijn ook kunstenaars.

Aan de slag!

Jij gooit en ik vang

Vul de tabel verder aan.

infinitief stam stam + t

fietsen Ik Jij

lopen Ik Hij

gooien Ik Anna

turnen jij? Emy

rusten Ik Oma

vangen Ik Mama

springen jij? Lars

vallen Ik Jij

1

6

2

7

LES2

8

fiets

loop

gooi

Turn

rust

vang

Spring

val

fietst

loopt

gooit

turnt

rust

vangt

springt

valt

Page 22: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Vul in elke zin het juiste werkwoord in.Kies werkwoorden uit het kader hiervoor.

Jan elke dag naar school met zijn nieuwe fiets.

Ik tien rondjes rond het voetbalveld.

Elke zaterdag Elise in de sporthal.

Ik de bal en Hendrik de bal.

Pas op dat je niet !

Na de loopwedstrijd de atleet even uit.

Tia het hoogst van allemaal.

Muziek graag

Zoek het passende werkwoord.Schrijf eerst de stam van het werkwoord op.Schrijf het werkwoord daarna in de juiste persoon.

blazen – drummen – fluiten – zingen – klappen – dansen – slaan – houden – leiden

Ik op de trompet.

De trompetspeler op de trompet.

Ik terwijl ik een liedje .

De popster terwijl ze een liedje .

Ik op mijn dwarsfluit.

De fluitist op zijn dwarsfluit.

Ik op mijn drumstel.

De drummer op zijn drumstel.

Ik de cimbalen tegen elkaar.

De muzikant de cimbalen tegen elkaar.

Ik mijn handen tegen mijn oren.

Hij zijn handen tegen zijn oren.

Ik het orkest.

De dirigent het orkest.

Ik in mijn handen.

Het publiek in de handen.

3

2.1

2.17

9

fietst

loop

turnt

gooi/vang

valt

rust

springt

gooit/vangt

blaas

blaast

dans zing

zingtdanst

fluit

fluit

drum

drumt

sla

slaat

houd

houdt

leid

leidt

klap

klapt

Page 23: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Cartoons

Schrijf bij elke cartoon een passende zin.Gebruik de werkwoorden uit het kader.

spelen – voetballen – snijden – maken – springen

4

10

voetballen; zinnen zijn eigen antwoord

springen

maken

spelen

snijden

Page 24: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Dit heb ik vandaag geleerd!

• Ik herhaalde het schrijven van werkwoorden in de tegenwoordige tijd.

Maak kennis met …

Stel een kunstenaar voor die jij bewondert.Zoek informatie op internet.Schrijf minstens vijf zinnen over jouw kunstenaar.

Flits!

Luister goed.Vul de ontbrekende werkwoordsvormen in.

Elke zaterdag ik naar de muziekschool.

Dan ik gitaar.

De muziekleraar om elke dag een kwartier te oefenen.

Mijn zus niet van gitaren.

Zij liever op haar viool.

Daar ik dan weer niet van.

Welk instrument jij het liefst?

Een foutje mag. Schrijf het hier eenmaal goed. Vertel me hoe je het doet!

5

11

eigen antwoord

ga

speel

vraagt

houdt

speelt

houd

hoor

Page 25: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Meeroefeningen

Les 1

Zet de letters in de goede volgorde.Op de plaats van het vraagteken vul je au of ou in.Begin met de gekleurde letter.

? t o a t v ch r z n e ? e g t b i ch l l ? t w

k g r ? n w eu i v ? m w r e k d ? v n r e e

Kies twee woorden uit.Gebruik elk van de woorden in een goede zin.

1

2

Les 2

Gebruik elk van de werkwoorden in een goede zin.Pas de werkwoordsvorm aan zodat hij in de zin past.

bestellen

vermijden

verhuizen

verkopen

beloven

1.1

7

2.1

18

vrachtauto

nauwkeurig

gezouten

mevrouw

lichtblauw

verkouden

eigen antwoord

eigen antwoord

Page 26: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Les 3

Schrijf de zinnen in de verleden tijd.

1 De hond blaft omdat hij een auto hoort voorbijrijden.

2 Het regent de hele dag.

3 We vieren woensdag mijn verjaardag.

4 Oma naait mijn knoop weer aan mijn broek.

S p e e l j e m e e ?

Drie zinnen zijn door elkaar geraakt.Schrijf de zinnen goed op.

Tip!Kijk naar het lettertype.

inDEdedeautomaatjuffrouwHOUTHAKKERtrouwdeHAKTEzitinDEkauwgomaugustusBOOMOM

1

2

3

17

3.1

19

De hond blafte omdat hij een auto hoorde voorbijrijden.

Het regende de hele dag.

We vierden woensdag mijn verjaardag.

Oma naaide mijn knoop weer aan mijn broek.

In de automaat zit kauwgom.

De houthakker hakte de boom om.

De juffrouw trouwde in augustus.

Page 27: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Weeroefeningen

Les 1

Op de plaats van het vraagteken schrijf je au of ou.Schrijf het woord op.

? t o m a a t k a b ? t e r f l ? w v a l l e n

h ? t h a k k e r k ? w g o m v e r t r ? w e n

Kies een woord.Gebruik dat woord in een goede zin.

Les 2

Schrijf de stam van elk werkwoord.Onderstreep het onderwerp met groen.Vul de juiste vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.

infinitief stam

blazen De jongen de kaarsen uit.

rijden jij soms met de bus mee?

vertellen De schrijver een spannend verhaal.

kopen De drummer een nieuw drumstel.

verbieden De agent me om over te steken.

vertalen De juf de woordjes naar het Frans.

verhuren jullie een huis aan zee?

verkiezen je vader moderne of klassieke muziek?

lijden De gewonde renner veel pijn.

1.1

7

2.1

16

automaat kabouter flauwvallen

vertrouwenkauwgomhouthakker

blaast

Rijd

vertelt

koopt

verbiedt

vertaalt

Verhuren

Verkiest

lijdt

blaas

rijd

vertel

koop

verbied

vertaal

verhuur

verkies

lijd

eigen antwoord

Page 28: LES 4 Hoofdrekenen tot 100 000 - Hofke van Thys · 2020. 3. 22. · 2010 36 180 6 : = Hoeveel wandelaars en fietsers samen? ... Dit heet een ‘metro’. De gids legde uit hoe je

Les 3

Omkring de werkwoorden die niet van klank veranderen.Schrijf van die werkwoorden de gevraagde vormen in de tabel.

infinitief stam verleden tijd enkelvoud

S p e e l j e m e e ?

Volg de lijnen.Voeg de woorden samen tot een zin.Schrijf de zin op.

1 De meester maakte lauwe verhaal.

2 Onze kabouter drinkt een melk.

3 De peuter vertelde een schrijffout.

1

2

3

17

3.1

vertellen

lopen

gelovenzwemmen

straffenplaatsen

verkiezen

17

vertellen

geloven

plaatsen

straffen straf

plaats

geloof

vertel vertelde

geloofde

plaatste

strafte

De peuter drinkt lauwe melk.

Onze meester vertelde een verhaal.

De kabouter maakte een schrijffout.