Leesvoer nr. 2 - 2012

28
Jaargang 15 | nummer 2 | april 2012 2012 2 LEES VOER Fit! Resultaat met voer op maat

description

Leesvoer is hét huisorgaan van De Heus Voeders B.V. en verschijnt vijfmaal per jaar.

Transcript of Leesvoer nr. 2 - 2012

Jaargang 15 | nummer 2 | apr i l 2012

2012

2

Leesvoer

Fit!Resultaat

met voer op maat

U vindt alles over Leesvoer ook op internet. Ga naar

www.de-heus.nl

Op de cover

Dankzij Fit! presteren de hennen van Jaap

en Anneke Dogterom optimaal

2 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

4

8

10

In dit nummer

r u n d v e e

Geleidelijke overgang naar volledig weiden 6

Ruud Michorius: ‘Goede zorg loont’ 10

Investering in Bonsilage Plus rendeert 17

v a r k e n s

Verbeter de voeropname 8

De Heus RisicoDemper, zeker nu! 19

GPS voor vleesvarkens en biggen 19

De Heus steunt Varkens Vandaag 19

Nieuwe voermodule: GPS biggenvoeding 26

Voerwinst 2011 onder de loep 24

p l u i m v e e

Fit! Nieuw concept voor betere resultaten 4 Pluimveehouder met een lange adem 14

Snel naar een gezonde voerefficiëntie 18

Zorg voor optimale bezetting 20

Scoren met het Pluimvee Prestatie Plan 23

a g r a - m a t i c

Nieuwbouw opfokstal in volle gang 9

'Overleg over bouwblok was nodig' 16

Nieuw Bouwbesluit in werking 22

a l g e m e e n

Team De Heus fietst Alpe d’Huzes 12

Welkom 3

Ontmoet De Heus 13

4

'Zo veel mogelijk liters melken van

een kilo voer'

coloFonLeesvoer is het huisorgaan van De Heus

Uitgever: De Heus Voeders B.V.

Redactieraad: Patrick van Vugt, Franko van

Lankvelt, Nico Woudenberg,

Augustine van Ree en Joost Belt

Redactieadres: Postbus 396 6710 BJ Ede,

telefoon 0318 – 675 497

e-mail [email protected]

Productie: Iris communicatie & reclame,

Lichtenvoorde

Druk: BDU Barneveld

Leesvoer 2 | april 2012

Welkom!

Leesvoer wordt gedrukt op FSC

gecertificeerd houtvrij silk mc papier.

PresterenAcht van mijn collega’s gaan deze zomer een prestatie van formaat neerzetten. Ze gaan namelijk de strijd aan met de Alpe d’Huez. In het kader van Big Challenge gaan ze meerdere keren de Nederlandse berg in de Franse Alpen bedwingen om geld in te zamelen voor de bestrijding van kanker. We willen altijd presteren, zoeken steevast de competitie op en hebben altijd het belang van anderen voor ogen. Ook u plukt de vruchten van onze dadendrang. Met het voerconcept Fit! Voer op maat bijvoorbeeld: elk legpluimveebedrijf zijn eigen voer. We willen ook dat vleeskuikenhouders beter kunnen presteren. Daarom ontwikkelden we het Pluimvee Prestatie Plan. We scoren er goed mee. Maar dat leest u verderop in deze Leesvoer wel.

Van de redactie

Augustine van Ree, Marketing & Communicatie

} [email protected]

Kijk op Gras 2012

De Heus Voeders neemt productielocatie van Agrifirm overWellicht heeft u er in de agrarische media al over gelezen. De Heus Voeders en Agrifirm hebben overeenstemming bereikt over de verwerving door De Heus van de fabriek van Agrifirm in Maasbracht. De Heus ziet de overname van deze fabriek als vervanging van haar productielocatie in Den Bosch. Deze is verkocht aan de gemeente, waarvan de locatie momenteel wordt gehuurd.

De Heus is zeer verheugd met de nieuwe productielocatie in Maasbracht.Vanwege de groeiende omzet in Brabant, Limburg en België zitten wij met de nieuwe productielocatie dichter bij onze klanten in die regio’s. Net als de andere De Heus productielocaties ligt Maasbracht bovendien aan een prachtige waterweg. Een efficiënte aanvoer van grondstoffen is hierdoor mogelijk. Er zal door De Heus fors worden geïnvesteerd om de productiefaciliteiten in Maasbracht te moderniseren. Na deze investeringen zal een gedeelte van de vleeskuikenvoeders en legpluimvoeders medio 2013 hier in productiebworden genomen.

om u als melkveehouder van actuele adviezen over de kwaliteit van weidegras te voorzien, startte De Heus in week 15 het versgrasonderzoek Kijk op Gras. De deelnemende melkveebedrijven liggen verspreid over het land en hebben verschillende grondsoorten. op deze bedrijven worden wekelijks monsters genomen van vers gras, waarvan Blgg AgroXpertus de samenstelling onderzoekt. Daarnaast wordt door De Heus samen met Barenbrug onderzoek gedaan naar het optimale maaimoment.

Nieuwsgierig naar de resultaten in uw regio? Ga naar www.kijkopgras.nl

4 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

'Nieuw concept voor betere resultaten'onder de naam Fit! Voer op maat vernieuwt De Heus het voerprogramma voor legpluim-

veebedrijven. Geen standaardvoer, maar een specifiek voer voor elk afzonderlijk bedrijf.

Hiermee presteren de hennen optimaal.

et de introductie van het Fit!-concept

zetten we exact neer waar we in de

toekomst met onze sector naartoe

willen’, zegt John Achterstraat, sectorhoofd Leg-

hennen en Eenden bij De Heus. ‘Bij ons staan de

pluimveebedrijven centraal. Elk individueel bedrijf

heeft zijn eigen wensen. Allemaal hebben ze als

kerndoel: maximaal rendement. Wij inventariseren

de wensen en passen onze voeders daarop aan.

Door de kennis van De Heus te combineren met de

toepassing van specifieke voeders op de bedrijven,

realiseren we gezonde ondernemingen die klaar

zijn voor de toekomst.’

Voer op maatElk legpluimveebedrijf is uniek. De combinatie van

leghen, stal, klimaat, management en ei-gewicht

is bij iedere pluimveehouder anders. Bovendien

heeft iedere ondernemer zijn eigen doelstellingen

en wensen. Dit alles heeft invloed op de voerkeuze.

Wij van De Heus onderkenden dit en ontwikkelden

een concept waarmee we voor elk bedrijf een spe-

cifiek voer maken. We analyseren uw bedrijfssitu-

atie, vragen uw doelstellingen en wensen en komen

met het juiste voeradvies. Dit concept noemen we

Fit! Voer op maat. Hiermee beschikt u over voer

waarmee u de beste resultaten behaalt.

M

'Uw wensen vertalen we in het best

passende voer'

Pluimveehouders Jaap en Anneke Dogterom:

‘Het resultaat mag er zijn’Jaap en Anneke Dogterom hebben een pluimveebedrijf met 32.000 leghennen in een volièrestal. Daarnaast hebben ze een akkerbouwbedrijf, waar ze onder andere aardappelen en uien verbouwen. Een prima combinatie, vinden ze.Op beide bedrijven is het van belang optimale resultaten te halen voor een maximaal rendement. ‘Daarbij ben ik kritisch’, zegt Jaap, ‘zowel naar mijzelf als naar mijn leveranciers. Ik geloof niet in de beste hen of in het beste voer alleen. Ik moet ook leveranciers hebben die het beste bij mijn bedrijf passen.’‘Het prettige van De Heus is dat dit bedrijf serieus en flexibel omgaat met onze vragen en wensen’, zegt Anneke. ‘Hierbij speelt Richard Bos een grote rol. Het resultaat hiervan mag er zijn. Zo hebben we de laatste ronde 380 eieren geraapt per opgezette hen op 80 weken!’

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 5

Fit! begint met een gedegen analyse van uw bedrijf

aan de hand van acht aspecten die op uw bedrijf

spelen. Deze analyse wordt vastgelegd op het Fit!-

analyseformulier. U heeft het dan bijvoorbeeld over

gezondheid, de leghen en de productiviteit. Samen

met de specialist legt u vast hoe u met behulp van

voeding de productie van de leghennen wilt bij-

sturen. Bij De Heus vertalen we uw wensen in een

klantspecifiek advies en het best passende voer.

De productie van voeders bij De Heus is zeer flexi-

bel, waardoor wij elke pluimveehouder met voer

op maat kunnen bedienen. Het legpluimveevoeder

wordt zorgvuldig bereid met inzet van een moderne

walsentechniek. Deze techniek zorgt voor een ho-

mogene structuur van het voer, die selectief pikken

voorkomt. Uw hennen krijgen dus alle noodzake-

lijke voedingstoffen binnen. Fit! is de beste garantie

dat u met dit voer optimale resultaten op uw bedrijf

behaalt.

John Achterstraat

Sectorhoofd Legpluimvee

} [email protected]

p l u i m v e e

Specialist Richard Bos:

‘Fit! werkt buitengewoon goed’‘Tijdens mijn opleiding kwam ik op een pluimveebedrijf terecht en dat heeft mij vanaf het begin geboeid. Ik vind moderne pluimveehouderij interessant en daarom werk ik met veel plezier in deze sector. Mijn doel is om de pluimveehouder betere resultaten te laten halen. De houding van de pluimveehouder zelf is daarbij belangrijk. Alertheid in de stal en snelheid van handelen bepalen het resultaat. Het FIT!-concept werkt buitengewoon goed. Elke pluimveehouder krijgt het voer dat het beste past bij zijn omstandig-heden. Zo simpel werkt het. Bij het Fit!-concept werk ik onder andere samen met de pluimveehouders Jaap en Anneke Dogterom. Dit gaat erg plezierig, want zij geven inzage in hun situatie en doelstellingen. We discussiëren samen over de toekomst van het bedrijf en over de bijdrage die wij als De Heus kunnen leveren.’

r u n d v e e

6 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

Geleidelijke overgang naar volledig weidenna de regen van januari en de kou van februari kwam de grasgroei traag op gang.

Weidegras van april is dus een superjong gewas. Denk er dus om dat u de overgang

naar volledig weiden geleidelijk laat verlopen.

m u als veehouder steeds van actuele

adviezen over gras te kunnen voorzien, is

het project ‘Kijk op Gras’ weer opgestart

(zie pagina 3). Aan de hand van de veranderingen

in voederwaarde kan de keuze voor het mengvoer

zo nodig worden aangepast. Uit dit onderzoek

komt de grote variatie in kwaliteit door seizoens-

en weersomstandigheden duidelijk naar voren (zie

grafiek). Het eerste voorjaarsgras is erg smakelijk,

bevat veel energie en heeft vaak een hoog eiwitge-

halte. De hoeveelheid structuur is echter te gering.

Zorg daarom voor een geleidelijke rantsoenover-

gang. Beperk in de overgangssituatie de grasop-

name en verminder geleidelijk het aandeel winter-

rantsoen. Te snelle overgangen leiden tot slechte

benutting en veroorzaken conditieproblemen. Ook

liggen klauwproblemen op de loer. Dit kost te veel

productie en zet het melkeiwitgehalte onder druk.

Te weinig krachtvoer kan resulteren in een te hoge

voerefficiëntie, wat productie kost. Zorg daarom voor

een uitgebalanceerd rantsoen, dat conditieverlies

voorkomt en niet leidt tot vervetten. Dat veroorzaakt

problemen bij het opstarten in de volgende lactatie.

Aandacht voor grasgroei Afhankelijk van het beweidingssysteem kiest u

het juiste inschaarmoment. Bedenk daarbij dat de

maximale daggroei van 200 kg ds per hectare pas

na ruim dertig hergroeidagen optreedt. Na twee-

enhalve week is de daggroei ongeveer 100 kg ds

per hectare. Een halve week eerder starten met

beweiden scheelt meer dan 15 procent drogestof-

opbrengst. Te vroeg inscharen heeft dus twee na-

delen: er staat te weinig gras en er groeit te weinig.

Door het grasrantsoen aan te vullen met een

energierijk, eiwitarm product verbetert u de benut-

ting van het gras. Dit kan door een gerichte keuze

van het mengvoer en de aanvulling in de vorm van

bijvoorbeeld snijmaïs of bietenpulp. Zetmeel in het

rantsoen biedt de koe de gelegenheid te voorzien

in haar behoefte aan glucogene energie.

Aanvullende weidebrokSynchro Zomer is een weidebrok met veel glucoge-

ne energie uit maïs- en tarwezetmeel en is daarom

de weidebrok bij uitstek. Euromix bevat iets minder

glucogene energie, maar wel standaard een pens-

o

Benut de hoge voederwaarde van

gras. Kies daarvoor een veilig aanvullend

mengvoer. Hiermee verlaagt u de voerkos-ten, houdt u de koeien

gezond en zorgt u voor een beter saldo

'Laat de voor-delen van be-weiding geen

nadeel worden. Bied smakelijk weidegras aan, maar verstrek

daarnaast op stal ook voldoende

ruwvoer'

Actueel zomerassortiment Het zomerassortiment van De Heus is aange-past aan de actuele inzichten. Goed verteerbare ruwe celstof geeft een extra dimensie aan deze brokken. Een belangrijke plaats binnen het zomerassortiment is ingeruimd voor Synchro Zomer (code 5053). De stabiele samenstelling van deze brok resulteert in een hoge benutting van energie en eiwit uit weidegras. Meer gluco-gene nutriënten (GLV) verbetert de eiwitbenut-ting en verhoogt de melkeiwitproductie.

De voederwaarden van Synchro Zomer zijn:GLV 130 g/kgVEM 940 g/kgSDVE 90 g/kgRuw eiwit 140 g/kgZetmeel 200 g/kg

ZORG VOOR VOLDOENDE STRUCTUUR

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 7

buffer. Deze brok is bedoeld voor rantsoenen met

zeer jong gras met weinig stengel. Bij structuurte-

korten zet u Synchro Optiferm of Bestermine Buffer

in om problemen te voorkomen. Een ander belang-

rijk aandachtspunt is de drinkwatervoorziening; zorg

dat er altijd vers, smakelijk water beschikbaar is.

Weersinvloeden en opnameExtreme weersomstandigheden hebben grote effec-

ten op de productie. Dat heeft in belangrijke mate

te maken met de sterk wisselende hoeveelheid en

kwaliteit van het gras. Bij hogere temperaturen ne-

men koeien minder ruwvoer op, waardoor de belas-

ting voor de koe vermindert. Hierdoor verandert het

opgenomen rantsoen ten opzichte van het advies en

loopt de voerbenutting terug. Het gevaar van pens-

verzuring ligt dan op de loer. Controleer daarom aan

de hand van de pensvulling en mestconsistentie of

de voeropname adequaat is en pas de keuze van

het krachtvoer aan op de omstandigheden.

Gezonde koeien en kalverenVerstrek weidend vee voldoende mineralen, spoor-

elementen en vitaminen. Doordat de koeien ‘s

zomers weinig mengvoer krijgen, dreigt de minera-

lenvoorziening in gevaar te komen. Vooral jongvee en

droogstaande koeien lopen een verhoogd risico. Dit

resulteert later in een verminderde vruchtbaarheid, een

traag geboorteverloop en zwakke of doodgeboren kal-

veren. Kunt u geen losse mineralen verstrekken? Dan

bieden MIVIT (code 5134), Droogstand Mg (code 5140)

of een mineraalemmer uitkomst. Bestermine Totalvit is

de emmer voor jongvee/melkvee (code 85618), Bester-

mine Optivit die voor droogstaand vee (code 85619).

Toplac Droogstand PlanHet Toplac Droogstand Plan beschrijft welk rantsoen

in welke fase de beste voorbereiding op de nieuwe

lactatie geeft en een gezond kalf oplevert. Weidegras

zorgt niet voor de beste resultaten. Beweiding is posi-

tief voor de activiteit, maar de vrije opname van eiwit

en energie is ongewenst. Uitloop op zand is positief

voor de beweging van uw koeien. Het hoge kalium-

gehalte in gras kan leiden tot problemen, zoals zucht

en melkziekte. Houd daarom de droogstaande koeien

bij voorkeur binnen. Wilt u toch beperkt weiden, zorg

dan voor een perceel dat niet of weinig bemest is en

beperk het grasaanbod in de weide. Zorg daarnaast

op stal voor bijvoer dat afgestemd is op de energie-,

eiwit- en mineralenbehoefte van deze dieren.

Inkuiltip: lasagnekuilen en Bonsilage Plus® Bij een kort groeiseizoen met veel zon bevat de eerste snede vaak veel eiwit en suiker, maar weinig structuur. Om de voederwaarde van deze snede effici-ent om te zetten in melk met hoge gehalten, is het zaak om de eerste snede te combineren met zomerkuilen die minder eiwit en energie, maar meer struc-tuur bevatten. Het aanleggen van zogenaamde lasagnekuilen is de laatste jaren succesvol gebleken, vooral wanneer gemengd voeren niet mogelijk was. Wellicht een idee om rekening mee te houden bij het aanleggen van de eerste kuilen. Denk hierbij ook aan een inkuilhulpmiddel als Bonsilage Plus®. Toevoe-ging hiervan voorkomt onnodige verliezen en levert direct rendement op.

Rantsoensituatie april / mei / juni juli / augustus / september

Volop weidegras Synchro Zomer Protex Gras Euromix cP Synchro Oranje Volop weidegras Synchro Optiferm cP Protex Gras + 5 tot 10 kg snijmaïs Synchro Zomer Synchro Oranje

Overdag weiden Euro Rood/Groen Synchro Oranje + 15 kg snijmaïs + ER Balans/Rucom 12 + ER Extra/Rucom 12

Jacob Goelema

Productmanager Rundvee

} [email protected]

(Bron: De Heus Voeders, Kijk op Gras 2009-2011)

1050

1000

950

900 20 22 24 26 28 30 32 34 36 38 40

Variatie in de voederwaarde van vers gras

2010

VEM

per

kg

ds

Weken

2009 2011

Het spenen betekent een grote verandering voor de

darmen van de biggen. De bacterieflora in de darm

verandert plotseling, omdat de opname van melk

van de zeug wegvalt. Door stress en door een te lage

voeropname de eerste dagen na het spenen, wordt

vervolgens nog een behoorlijke aanval gepleegd op

de darmvlokken van de big. De darm kan daarbij zelfs

gaan ‘lekken’ en ongewenste bacteriën doorlaten.

Om dat te voorkomen is het belangrijk dat alle biggen

voor het spenen zo veel mogelijk vast voer opnemen,

zodat de voeropname direct na het spenen voor alle

biggen al meteen hoog is. Om de voeropname van

alle biggen na het spenen nog verder te verhogen,

worden vaak tijdelijk extra (ronde) voerbakjes ge-

plaatst, gevuld met droogvoer, brij of alleen water.

Onlangs is het effect van extra voerbakjes op voer-

opname bepaald op ons proefbedrijf. Daarbij werd

in de grote droogvoerbak in alle gevallen Romelko

Blauw verstrekt. Vervolgens werd de extra voer-

opname gemeten als gedurende vijf dagen via de

bijzetbakjes extra Romelko Blauw, alleen water of

Romelko Oranje (als brij) verstrekt werd. De resulta-

ten hiervan ziet u in onderstaande grafiek.

Uit het onderzoek blijkt dat de totale EW-opname

door het bijvoeren van Romelko Blauw of Romelko

Oranje (als brij) gedurende de eerste vijf dagen

na het spenen maar liefst met 46 respectievelijk

67 procent toeneemt! Deze hoge EW-opname is

uitermate belangrijk voor het behoud van gezonde

darmvlokken na het spenen.

Hoewel een hoge voeropname direct na spenen

zeer gewenst is, zie je op veel bedrijven dat de ge-

zondheid van de biggen na de eerste week na het

spenen gebaat is bij een meer gematigde voerop-

name. De bijzetbakjes worden daarom meestal na

zeven dagen weer verwijderd.

De voeropname van biggen tijdens de eerste dagen na het spenen is heel belangrijk voor

het behoud van de darmfunctie. U kunt de voeropname gemakkelijk verbeteren.

Godfried Groenland

Dierenarts sector Varkens

} [email protected]

Verbeter de voeropname

8 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

v a r k e n s

GrafiekGemiddelde van

EW-opname per big de eerste vijf dagen

na het spenen

Extra ronde bijzet-bakjes in het hok

ExTRA VOERBAkJES PLAATSEN

2

1,5

1

0,5

0 controle extra bak met extra bak met extra bak met Romelko Blauw water Romelko Oranje

gem

idde

lde

EW-o

pnam

e

1,076

1,503

1,173

1,696

TipPlaats per tien biggen

een extra bijzetbakje en vul die minimaal twee

maal daags bij. Tijdens het bijvullen zullen de biggen meteen

interesse tonen voor het voer

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 9

Voor pluimveehouder cor van de Steeg moet een stal lekker praktisch zijn, waardoor hij

tijd kan besparen. Daarom heeft hij zijn nieuwe opfokstal voor 20.000 hennen voorzien

van een volledig oplierbare inrichting.

Cor van de Steeg in Voorthuizen had jarenlang

een gemengd bedrijf met vleeskuikens en vlees-

varkens. Met de uitbraak van vogelgriep in 2003

verruilde hij de vleeskuikens voor opfokhennen.

In 2010 stopte Van de Steeg met de vleesvarkens

en specialiseerde hij zich in de opfok van (ouder-

dieren van) leghennen. De ondernemer sloopte de

oude stallen en bouwde een nieuwe stal voor

20.000 opfokhennen. Na de metamorfose telt

het bedrijf 35.000 dieren.

Nadat samen met Agra-Matic het vergunningentra-

ject soepeltjes was doorlopen, werd afgelopen jaar

begonnen met de bouw van de nieuwe stal, door

de pluimveehouder zelf gecoördineerd. De stal

van vijftig bij twintig meter is tot een meter hoogte

opgebouwd uit gevelpanelen van prefabbeton.

De stalen spanten zijn aan de buitenzijde van

de betonpanelen op de betonpoeren geplaatst.

Boven de betonpanelen zijn geïsoleerde stalen

profielplaten gemonteerd, zodanig dat de binnen-

zijde vlak is met de betonpanelen.

Bij de bouw van de stal had Van de Steeg altijd

één doel voor ogen: de stal moet praktisch in het

gebruik zijn om tijd en mankracht te besparen.

Vanuit deze praktische optiek koos de pluimvee-

houder voor een volledig oplierbare inrichting.

Naast de voer- en drinklijnen kan de pluimveehou-

der ook de roostervloer volledig optillen. Het grote

voordeel hiervan is dat het reinigen van de stal een

stuk gemakkelijker gaat. Wanneer de opfokhennen

naar het legbedrijf zijn vervoerd, wordt de volledige

stalinrichting van de vloer gehesen. Vervolgens

verwijdert Van de Steeg met zijn shovel de mest

en spuit hij de stal schoon.

Begin maart nam Van de Steeg de stal in gebruik.

In de stal bevinden zich momenteel twee verschil-

lende soorten ouderdieren: de Lohamann Brown

Classic en de Lohamann Brown Lite van broederij

Ter Heerdt uit Babberich. Om de soorten te schei-

den, is de stal via een scheidingsnet in tweeën

verdeeld. Ook dat is praktisch werken, volgens

Cor van de Steeg.

Rodey Hartkamp

Adviseur Pluimveehouderij

} [email protected]

Doordat de vloer is uitgevoerd in vezelbe-ton, kan de betonmixer probleemloos de stal inrijden en is een dure betonpomp niet nodig

De eerste ronde kuikens is inmiddels opgelegd. De dieren doen het goed

Nieuwbouw opfokstal in volle gang

'Een prachtstal'Cor van de Steeg mag trots zijn op zijn mooie en vooral praktische nieuwe stal. Dat bleek begin vorige maand tijdens het open huis dat voor genodigden werd gehouden. De vele bezoekers waren vol lof over de uitvoering van de stal en de bijzondere inrichting.

DE DOORDACHTE OPFOKSTAL VAN COR VAN DE STEEG

A D V I E S M I L I E U B O U W

Adviesbureau voor de veehouderij

Meer informatie opwww.agra-matic.nl

10 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

Menigeen denkt bij voerefficiëntie alleen aan maaien, inkuilen en voeren. Ruud Michorius

niet. Bij voerefficiëntie denkt hij allereerst aan zijn koeien. ‘Zo veel mogelijk liters melken

van een kilo voer. Dat lukt je niet alleen met een perfect rantsoen.’

uud Michorius is melkveehouder in het

Overijsselse Haaksbergen. Hij is een vak-

man pur sang, maar verliest de essentie

van zijn bedrijf geen seconde uit het oog. ‘Binnen

een bedrijf gaat het om één ding: een inkomen ver-

dienen. Daarvoor moeten de opbrengsten zo hoog

mogelijk en de kosten zo laag mogelijk zijn. Al een

jaar of drie ben ik daarom bezig met het kengetal

voerefficiëntie. Dat is voor mij een manier om de

financiële opbrengst te verbeteren.’

Een kengetal als voerefficiëntie is voor Ruud iets

vertrouwds. Hij hield namelijk als beginnende

veehouder naast melkkoeien ook varkens. ‘Bij

de varkens is het heel normaal dat je werkt met

kengetallen als groei en voerconversie.’ Het doel

bij de voerefficiëntie is zo hoog mogelijk scoren.

Dat wil zeggen zo veel mogelijk liter melk produ-

ceren per kilogram drogestof. Ruud zit momenteel

op voerefficiëntie van 1,42 liter melk per kilogram

drogestof.

VeelomvattendHet kengetal voerefficiëntie raakt bijna alle as-

pecten van het bedrijf. Als we door de stal lopen,

vertelt Ruud direct over zaken die invloed hebben

op de efficiëntie. Dat begint met de koeien.

‘De melkkoeien lopen hier in een serrestal', zegt

hij. ‘Dit is een hoge, open en vooral lichte stal. Het

is hier ook erg rustig. Dat merk ik zelf niet zo, maar

andere mensen valt dit altijd op. Rust is goed voor

de koeien.’

De melkkoeien hebben een leeftijd van gemiddeld

5 jaar en 7 maanden. Ruud probeert de leeftijd zo

hoog mogelijk op te voeren, zonder overigens krak-

kemikkige koeien te hoeven melken. Het draait om

een goede verzorging. Sinds kort zijn de koeien uit-

gerust met temperatuur- en bewegingsmelders in

het oor. ‘Ze zijn voornamelijk bedoeld om tochtige

koeien mee op sporen. Maar ze registreren meer.

Ik kan zelfs zien welke koeien minder vreten en dat

is bij pas afgekalfde koeien belangrijk’, zegt Ruud.

‘Snel kunnen ingrijpen is belangrijk en dat gaat op

die manier steeds beter.’

WellnesscentrumOmdat het afkalven bepalend is voor het verdere

verloop van de productie, krijgen de hoogdrach-

tige en pas afgekalfde koeien de beste zorg. Ruud

richtte voor deze groep een heus wellnesscentrum

R

'Goede zorg loont' RUUD MICHORIUS kOERST OP VOEREFFICIëNTIE

r u n d v e e

Ruud Michorius schenkt veel aan-

dacht aan de koeien

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 11

in: een grote ruimte met stro. ‘Aan de ene kant

van een draad verblijven de hoogdrachtige koeien,

aan de andere kant de afgekalfde dieren die extra

aandacht nodig hebben. Oudere koeien krijgen

standaard een antimelkziekte-infuus. De klauw-

bekapper komt niet twee, maar acht keer per jaar

om de drachtige dieren zo rond zes weken voor het

kalven te behandelen.

In de rest van de stal besteedt de melkveehouder

ook veel aandacht aan het comfort van de koeien.

Ze moeten zacht en gerieflijk liggen en daarom

gebruikt hij paardenmest als vulling voor de boxen.

Goedkoop en met goed resultaat. Niet één van de

koeien heeft bijvoorbeeld een dikke hak.

Dure biomaïsRuud Michorius kwam in 2006 op het spoor van

het kengetal voerefficiëntie. Directe aanleiding

hiervoor was de prijs van maïs die in dat jaar explo-

sief steeg: van € 800 per hectare naar maar liefst

€ 1.500. ‘Wij wonen hier dicht bij de Duitse grens,

waar veel boeren – gesubsidieerd door de overheid

– investeerden in biogasinstallaties. Deze boeren

gebruikten snijmaïs om te vergisten. Tientallen,

soms zelfs honderden hectares. Omdat wij veel

maïs moesten aankopen, joeg dat onze voerkosten

omhoog.’

Anno 2012 is Ruud nog altijd kien op lage voer-

kosten. Hij probeert ze zo laag mogelijk te houden,

bijvoorbeeld door de voederwinning aan te passen.

‘Om de structuur op peil te houden, wordt het

gras tegenwoordig niet meer gehakseld, maar met

de opraapwagen binnengehaald. Om dezelfde

reden heb ik tegenwoordig liever een te droge dan

een te natte kuil. Een droge kuil heeft meer prik.

Een rantsoen mag wel wat kosten, als er maar

melkproductie tegenover staat. Daarom voer ik

bijproducten zoals perspulp, bierbostel, soja en

tarwegistconcentraat. Het rantsoen breng ik met

een voermengwagen voor de koeien. Het huidige

rantsoen is goed voor een dagproductie van dertig

kilogram melk. Dat betekent dat de koeien op dat

niveau moeten produceren. De hoogproductieve

koeien krijgen natuurlijk krachtvoer bijgevoerd in

de krachtvoerbox.’

nog efficiënterRuud streeft ernaar om de efficiëntie verder te

verhogen. Hij heeft al de tussenkalftijd verkort door

de koeien eerder op 55–60 dagen te insemineren.

Vanzelfsprekend streeft hij naar een lange levens-

duur. Oudere koeien geven immers meer melk

dan jonge. Ook probeert hij met fokken met de

aAa-methode de koeien meer in balans te krijgen.

Efficiënter voeren betekent kleine maatregelen

nemen op veel verschillende gebieden. Ruud

Michorius ziet daarvan de sport wel in en zeker

het nut.

Jan van Hoef

Specialist rundvee

} [email protected]

Welnesscentrum voor hoogdrachtige en pas afgekalfde koeien

In het kort Wie? Ruud MichoriusWat? Melkveebedrijf met ruim 100 koeien in HaaksbergenQuotum? 1 miljoen kg, 4,38 procent vetWaarom? Toepassing voerefficiëntie

Paardenmest vormt een ideaal ligbed

12 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

Al dateert de laatste Nederlandse overwinning op

de Alpe d’Huez in de Tour de France alweer uit

1989, deze berg brengt met zijn 21 karakteristieke

bochten nog altijd veel teweeg in Nederland. Wan-

neer in juni 2006 een zestal wielerfanaten besluit

om de uitdaging aan te gaan en zes keer de Alpe

d’Huez te beklimmen voor het goede doel, verkla-

ren veel mensen hen voor gek. Echter: anno 2012

volgen een kleine 8.000 mensen dit voorbeeld en is

het streven 30 miljoen aan sponsorgeld voor KWF!

Big challenge Binnen de Alpe d’HuZes hebben 180 mensen uit de

veehouderijsector zich verenigd in Big Challenge.

Hiertoe behoort ook team De Heus. Big Challenge

en team De Heus danken hun bestaan aan twee

grote inspiratoren, Herman Houweling en Hans

Banken, die beiden als verkoopleider bij De Heus

werkzaam waren. Helaas moesten we van deze twee

kanjers veel te vroeg afscheid nemen. Beiden zetten

zich op een grootse wijze in voor KWF Kankerbestrij-

ding en de veehouderij. Ook hebben zij deze sector

dusdanig weten te enthousiasmeren dat velen dit

voorbeeld nu volgen. Het afgelopen jaar wist de vee-

houderijsector, vertegenwoordigd door tachtig fiet-

sers, € 642.607 op te halen. Team De Heus beklom

met acht mensen maar liefst 41 keer de Alpenreus.

Geweldige ervaringOp 9 juni 2011 stonden de eerste fietsers al om

4.30 uur in de morgen aan de start. Het was nog

donker en bovendien behoorlijk fris. De kou en het

afzien wogen echter niet op tegen de geweldige

ervaring! Met zoveel gemotiveerde mensen voor

het goede doel de Alpe d’Huez opfietsen, aange-

moedigd door de vele Nederlandse supporters,

was voor iedereen een onvergetelijke en vaak ook

emotionele ervaring. Thuisgekomen bleek dan ook

snel dat de eerste deelname van team De Heus

een vervolg zou krijgen in 2012. Op 6 en 7 juni

2012 staat er opnieuw een getrainde, gespannen

maar zeer gemotiveerde ploeg klaar om zich in te

zetten voor KWF en zo anderen te faciliteren om

goed, gelukkig en gezond te leven met kanker.

Voor het tweede achtereenvolgende jaar neemt De Heus met een bedrijventeam deel aan

Alpe d’HuZes. Het team gaat de strijd aan met de ‘nederlandse berg’ onder het motto

Veehouderij tegen kanker om zo geld op te halen voor KWF Kankerbestrijding.

Team De Heus Voor het tweede opeenvolgende jaar neemt De Heus met een bedrijfsteam deel aan dit wielerevenement. Acht enthousiaste fietsers proberen om zes maal op één dag de 21 haarspeldbochten, 14 kilometer en 1.071 hoogtemeters van de Alpe d’Huez te overwin-nen. Dit jaar fietsen mee in team De Heus (v.l.n.r): Jan van crey Technische dienst lorenz Roelofs Nutritionist corvin van Dinther Productiechef Jimmy Banken Zoon Hans Banken Evert Spijkerboer Productiechef nic Salden Internationaal Nutritionist Steven Borgijink Medewerker R&D Henk Manting Verkoopleider

TEAM DE HEUS FIETST wEDEROM ALPE D’HUZES

Geen berg te hoog…

U kunt het team steunen

door een donatie via: http://deelnemers.alpe-

dhuzes.nl/teams/ big-challenge-de-heus/

team.aspx

Steven Borgijink

Medewerker R&D

} [email protected]

a l g e m e e n

Meer mogelijkheden met social mediaVeel mensen krabben zich achter de oren wanneer Facebook, Twitter en LinkedIn ter sprake komen. Wat moet je ermee? Aanvankelijk was ik ook sceptisch over social media, maar inmiddels weet ik dat ze wer-ken. Recent hebben wij namelijk een website online gezet voor het werven van medewerkers, met name voor internationale functies. We doopten de website heel toepasselijk exploreyourworldwithus.com. De site ziet er fantastisch uit en is ontwikkeld met het oog op social media. Surf er maar eens naartoe. Op de ver-schillende pagina’s ziet u buttons staan voor de social media Twitter, Facebook en LinkedIn. Mensen kunnen via deze media contact opnemen, informatie krijgen en ‘volger’ worden. Onze medewerkers werden enthousiast over de nieuwe site en de inzet van social media. Zij zien en ervaren de mogelijkheden en zijn er volop mee aan de slag gegaan. Kijkt u op Twitter maar eens op @De_Heus_Voeders of op Facebook naar deheusanimalnutrition.Dat social media écht werken, werd duidelijk toen onze nieuwe site online was gezet. We kregen reacties van over de hele wereld. Er waren ook reacties bij van mensen die serieus belangstelling hadden om bij ons te werken en hun cv opstuurden. Als iemand binnen De Heus nog twijfel had over het effect van social media, dan was deze in één keer weggenomen.Het zal u niet verbazen dat wij op de ingeslagen voet verdergaan. We vernieuwen onze nationale website en gaan volop aan de slag met social media. We gebrui-ken de nieuwe mogelijkheden om de communicatie en samenwerking met u te verbeteren. U hoort van ons, persoonlijk en online.

Ad loos, Algemeen directeur De Heus} [email protected]

Ontmoet De Heus

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 13

Lijntrekraadsel

Succes!

Verbind de punten in de juiste volgorde met elkaar en zie welk dier het is.

Voor 2012 hebben we een nieuwe prijs samengesteld; het De Heus

Promopakket. Los het raadsel hierboven goed op en mail de

oplossing vóór 18 mei naar [email protected]. Vermeld in deze

mail naast het antwoord ook even je naam en adres.

Prijswinnaars Leesvoer nr. 1

Er zijn heel veel goede antwoorden binnen gekomen op de prijsvraag in Leesvoer nr. 1. De winnaars van het De Heus Promopakket zijn:

• Resi Bens Haps

• Wouter en Mathijs Berkhof Scherpenzeel

• Thijs Ammerlaan Gelderswoude

1

23

45

6

7

8

9

10

11

12

13

14 15

161718

19

20

21

2223

24

26

2728

29

3031

32

33

34

35

36

37

39

40

41 42

43

44

45

46

47

48

4950

5152

5354

55

5657

58 5960

616263

64

65

6667

6869

70

71

72

73

38

25

14 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

De overheid heeft het plan om bedrijven in natuurgevoelige gebieden te verplaatsen

naar landbouw ontwikkelingsgebieden. Verplaatsen is echter gemakkelijker gezegd

dan gedaan, weet Marcel Hoenselaar.

n 2005 meldde Marcel Hoenselaar zich aan

voor de Verplaatsingsregeling Intensieve

Veehouderij. Hij had op dat moment twee

bedrijven in Sint Anthonis: een bedrijf met 77.000

vleeskuikens op Vlagberg en een bij huis met nog

eens 100.000 dieren. De stal op Vlagberg stond

dichtbij een natuurgebied. ‘Dat zette mij aan het

denken’, zegt Hoenselaar. ‘De stallen waren niet up-

to-date en erg bewerkelijk. Bovendien zat het bedrijf

op slot. Er was geen ontwikkeling meer mogelijk.’

Marcel wilde het bedrijf op Vlagberg met subsidie

laten verplaatsen naar een gebied waar nog wel

uitbreidingsmogelijkheden zijn. Voorwaarde voor

subsidie was dat hij zijn oude bedrijf moest slopen.

ParadijsIn zijn zoektocht naar een nieuwe plek voor het

bedrijf kwam Hoenselaar terecht in Paradijs, even

ten noorden van Elsendorp. Hier mocht worden

uitgebreid. Hoenselaar kocht een bestaand bedrijf

om er een bedrijf met 200.000 vleeskuikens te

stichten. ‘Ik dacht eerst aan 100.000’, zegt de

pluimveehouder. ‘Maar dat werd mij afgeraden.

Dit aantal zou economisch niet rendabel zijn.’

De problemen begonnen nadat Hoenselaar in 2007

de grond had gekocht. De omwonenden kregen in

de gaten dat hier een nieuw bedrijf zou komen en

keerden zich tegen de plannen. De reactie bij de ge-

meente was dat procedures stroever gingen lopen

en meer tijd in beslag gingen nemen. Hoenselaar

moest regelmatig in actie komen om de voortgang

erin te houden. ‘Ik ben zelfs geswitcht van advies-

bureau voor iemand die beter zaken kan doen met

gemeenteambtenaren.’ De specialist van De Heus

is altijd Hoenselaars vaste sparringpartner geweest.

‘Met hem kon ik alles goed op een rij zetten en dat

is toch wel belangrijk in zo’n hectische periode.’

Naarmate Hoenselaar langer bezig was, groeide bij

hem de druk om de bedrijfsverplaatsing met succes

af te ronden. ‘Ik had de grond gekocht en was steeds

meer geld kwijt aan advies en dergelijke. Als je er

i

Pluimveehouder met een lange adem

MARCEL HOENSELAAR VERPLAATST ZIJN BEDRIJF

p l u i m v e e

Bij de constructie staan de spanten

binnen. Wel kan Hoenselaar op

willekeurige plekken iets ophangen

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 15

tussentijds mee stopt, heb je wel heel veel kosten ge-

maakt, maar heb je er geen nieuw bedrijf voor terug.’

nieuwbouwIn juni vorig jaar kwam eindelijk de laatste gerech-

telijke uitspraak, waardoor de nieuwbouw van het

bedrijf kon starten. Toen brak voor Hoenselaar een

schitterende tijd aan. ‘Ja’, zegt hij, ‘bouwen is mijn

lust en mijn leven. Ik heb al tien stallen gebouwd en

het is elke keer weer mooi om te doen.’ In record-

tempo werd het bedrijf op Vlagberg afgebroken en

verrezen er vier kuikenstallen van 50.000 dieren elk

in het Elsendorpse buitengebied.

Hoenselaar is een echte liefhebber van het pluimvee-

vak. ‘Ik vind het begin van een ronde altijd erg mooi.

Die jonge kuikens snel te zien groeien. Een ronde is

zo voorbij. Het is een snelle sector waar allerlei za-

ken van het ene op het andere moment veranderen.’

EigengereidHoenselaar heeft zijn eigen opvattingen over stal-

bouw. ‘Een stal moet eenvoudig zijn. Geen inge-

wikkelde apparatuur of constructies, maar rechttoe

rechtaan’, zegt hij. ‘Ik heb ervaring met een stal

met een geperforeerde vloer (het Perfo-systeem)

om de ammoniakuitstoot te verlagen. Dat was een

ramp. Er waren altijd problemen met condens. De

dieren hadden het in deze stal slecht en de pluim-

veehouder ook. Bij het schoonmaken raakte je van

top tot teen onder de troep.’

De vier stallen die hij het afgelopen jaar bouwde,

zijn simpel. Allemaal identiek met een eenvoudig

klimaatsysteem. Bijzonder is de dakconstructie van

fabriekswanden. Zogenaamde binnendozen gevuld

met glaswol en afgedekt met een damwandprofiel-

plaat. Een voordeel is dat Hoenselaar overal iets

aan het plafond kan hangen. De staalconstructie

bevindt zich in de stal. Sommigen zeggen dat dit

moeilijker schoonmaakt, maar Hoenselaar heeft die

ervaring niet. ‘Het schoonmaken is geen probleem.’

BijzonderhedenOndanks de simpele bouw bevatten de stallen

toch enkele bijzonderheden. Om de ammoniakuit-

stoot te verlagen hebben ze een Elstar-systeem.

Dit is een variant op het verwarmingssysteem met

indirect gestookte warmteheaters met luchtmeng-

systeem voor droging van de strooisellaag. Door

droging van de mest wordt de ammoniakuitstoot

kleiner. Het verschil met andere luchtmengsyste-

men is dat het Elstar-systeem een horizontale in

plaats van verticale luchtbeweging heeft. ‘Dit is na-

tuurlijker en werkt daarom beter’, zegt Hoenselaar.

Fijnstof bestrijdt hij met een vernevelaar. Ook dit

is een nieuw systeem. Hoenselaar: ‘Het effect is

groot. Als je normaal in een stal met licht schijnt,

zie je het stof dwarrelen. Dat is nu niet meer het

geval.’

Voor het bedrijf staat nog een lege woning. Het is

de bedoeling dat hier binnenkort een medewer-

ker intrekt die de kuikens gaat verzorgen. Marcel

Hoenselaar rondt dan een intensieve periode af die

veel inspanning kostte, maar hem wel een mooi

bedrijf met toekomst opleverde.

John van Rens

Specialist Vleespluimvee

} [email protected]

De specialist van De Heus is vaste sparringpartner voor Marcel Hoenselaar

In het kort Wie? Marcel Hoenselaar Wat? nieuw vleeskuikenbedrijf Waar? Paradijs, Elsendorp Hoeveel? Bedrijfstotaal 300.000 kuikensWaarom? Bedrijfsverplaatsing uit natuurgebied

Een vernevelaar haalt het stof uit de lucht

Eind jaren zestig begonnen de ouders van Dirk Aart,

Gerard en Corrie van Leersum, met een bedrijf met

melkvee en varkens in Woudenberg. Enkele jaren la-

ter, in 1973, bouwden ze een ligboxenstal. Deze is na

35 jaar intensief gebruik financieel en technisch afge-

schreven. In 2008 benaderden Dirk Aart en Hanneke

Agra-Matic om uit te zoeken hoe ze hun rundveetak

konden ontwikkelen en de varkenstak geleidelijk kon-

den beëindigen. Concreet kwam het erop neer dat zij

150 melkkoeien wilden gaan houden. Voor 112 koeien

zou er dan een nieuwe stal gebouwd moeten worden.

Bouwblokvorm probleemBij het ontwerpen van de stal bleek dat het bouwblok

in principe groot genoeg was. De bouwblokvorm in

het bestemmingsplan kwam echter niet overeen met

de beste plek voor de nieuw te bouwen stal. Dit is

tegenwoordig bij meer bedrijven een probleem, met

name omdat oude bestemmingsplankaarten worden

hergebruikt in het nieuwe ontwerpbestemmingsplan.

Als je buiten een ingetekend bouwblok wilt bouwen,

kan dat grote problemen opleveren. Gemeenten

hanteren namelijk strakke regels op het gebied van

ruimtelijke ordening. Vaak hebben gemeenten wel de

bevoegdheid om vrijstelling te verlenen bij beperkte

overschrijding van het bouwblok.

Gesprek met de gemeenteAgra-Matic: ‘Belangrijk is dat de gemeente goed uit-

gelegd krijgt waarom bouwen buiten het ingetekende

bouwblok soms noodzakelijk is. Dat hebben wij in het

geval van Van Leersum ook gedaan. We hebben met

Tipcontroleer bij publicatie

van een ontwerpbe-stemmingsplan of het

ingetekende bouwblok groot genoeg is voor

de plannen die u de ko-mende tien jaar wilt re- aliseren en of de bouw- blokvorm daarbij past.

de wethouder en ambtenaren een goed gesprek ge-

voerd over de situatie. Aan de ene kant wil Van Leer-

sum gunstige looplijnen en een goede ventilatie. Aan

de andere kant wil de gemeente graag dat de nieuw-

bouw goed aansluit bij de bestaande bebouwing. We

hebben vervolgens in een motivatie nog eens een uit-

gebreide toelichting gegeven. We gaven uitleg over de

arbeidsomstandigheden, de ventilatie, de diergezond-

heid, de beplanting enzovoort. Het resultaat was dat

de gemeente het bouwplan goedkeurde. Ons advies

is om bij het maken van plannen rekening te houden

met het bouwblok en als het nodig is hierover tijdig

overleg te voeren met de gemeente.’

Dick Heideman

Adviseur Rundveehouderij

} [email protected]

Het resultaat is een nieuwe 0-4-0 ligboxenstal, met 2 x 10 visgraat melkstal

In het kort Wie? Dirk Aart en Hanneke van leersum Bedrijf? Melkvee- en vleesvarkenshouderijHoeveel? 150 melkkoeien met bijbehorend jongvee Wat? nieuwbouwstal voor 112 melkkoeien Waarom? oude stal uit 1973 is afgeschreven Opmerkelijk? overleg met gemeente over bouwblokoverschrijding

HANNEkE EN DIRk AART VAN LEERSUM

'Overleg over bouwblok was dringend nodig'

In bestemmingsplannen staan de bouwblokken van bedrijven aangegeven. Tegenwoordig

zijn nieuwe rundveestallen hoger, langer en breder dan vroeger en passen ze niet altijd

meer in het bouwblok. of blijkt de stal op een andere plaats te moeten staan dan het

bouwblok aangeeft. Een lastig probleem.

16 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

a g r a - m a t i c

>> 'Laat het bouwblok geen struikelblok worden.

Kom tijdig in actie'

A D V I E S M I L I E U B O U W

Adviesbureau voor de veehouderij

Meer informatie opwww.agra-matic.nl

Investering in Bonsilage Plus rendeert snel

Investeringen met een korte terugverdientijd hebben het hoogste rendement voor uw

bedrijf. Het inkuiltoevoegmiddel Bonsilage Plus is zo’n investering.

Het principe van conserveren is het remmen van de

groei van ongewenste bacteriën. Bij inkuilen zorgen

we voor een zuurstofloze omgeving, waardoor

gewenste zuurvormende bacteriën wel groeien, maar

rottingsbacteriën niet. Het inkuilen van droog gras

tussen de 50 en 80 procent drogestof is niet aan te

raden, omdat door te slechte verdichting er te veel

zuurstof in blijft zitten. Bij een kuil werkt de conserve-

ring optimaal bij een drogestofgehalte tussen 30 en 50

procent. Bij afwezigheid van zuurstof en met suikers

als brandstof, verlagen melkzuurvormende bacteriën

de pH en zorgen zij voor een optimale conservering.

Het doel van de conservering is om de voeder-

waardeverliezen te beperken. De volgende

verliezen kunnen optreden:

Veldverliezen 0–15%

Perssapverliezen 0–8%

Ademhaling 1–2%

Fermentatie 4–10%

Broeienschimmel 0–40%

U verkleint de veldverliezen door het aantal veld-

dagen en het aantal keren schudden van het gras

te verminderen. Voederwaardeverliezen door zand

of grond in de kuil kunt u eveneens beperken. Dit

doet u door een goede mollenbestrijding en het

juist afstellen van maaier en schudder.

Unieke kracht BonsilageMet Bonsilage minimaliseert u fermentatie- en

uitkuilverliezen door broei- en schimmelvorming.

De unieke kracht van Bonsilage bestaat uit de

combinatie van melk- en azijnzuurvormende

bacteriën. Enerzijds versnellen de melkzuur-

vormende bacteriën de conservering, doordat

ze zorgen voor een snelle pH-daling (figuur 1a).

Anderzijds remmen de azijnzuurvormende

bacteriën de groei van schimmels en gisten

bij uitkuilen (figuur 1b).

ONTDEk DE kRACHT VAN BONSILAGE PLUS

Opbrengsten Hogere voederwaarde inkuilproces (15 VEM/kg ds) * € 10,88 Minder broeiverlies bij uitkuilen (100 VEM/kg ds) ** € 33,95 Minder voerresten aan het voerhek (2,5%) *** € 6,53 Totaal opbrengsten € 51,36

kosten Bonsilage Plus (€ 7,00 / ton ds) € 10,15

Opbrengsten – kosten **** € 41,21

Rendement kosten: opbrengsten ***** 1 : 5

* inkuilproces versneld: stabiele kuil binnen 5 dagen in plaats van 3 weken = +15 VEM/kg ds

** minder/geen broei en schimmels bij uitkuilen: 5 dagen ~ +20 graden Celsius = 100 VEM/kg ds

*** minder voerresten aan het voerhek: 2,5 procent minder

**** € 41,21 per dag = € 15.042 per bedrijf per jaar

***** € 10,15 : € 51,36 = 1: 5 € 1 investeren levert € 5 op! 17

Tabel 1 Voordeel van Bonsilage Plus voor een bedrijf met 100 melkkoeien en een opname van 1.450 kg drogestofkuilgras per dag

Figuur 1b Azijnzuur-vormende bacteriën

Principe inkuilproces

Figuur 1a Snelle pH-daling door Bonsilage

6,5

6,0

5,5

5,0

4,5

4,0

1000000

100000

10000

1000

100

0 4 7 14 46 90

dag 0 dag 30 dag 90

dagen na inkuilen

dagen na inkuilen

pHaa

ntal

per

gra

m

streefwaarde

norm

onbehandeld

onbehandeld

Bonsilage Plus

Bonsilage Plus

René Knook

Productmanager Rundvee

} [email protected]

AFWEZIGHEID o2

SUIKERS ZUREn

BAcTERIën

18

r u n d v e e

Samen met cRV en de Melkveeacademie hield De Heus in maart themabijeenkomsten over

voerefficiëntie. De Melkveeacademie bracht daarmee een levendige discussie op gang

tussen veehouders en ‘expertboeren’, waardoor veehouders ook veel van elkaar leerden.

CRV concludeerde tijdens de bijeenkomsten dat er

een grote genetische variatie tussen koeien is voor

wat betreft de voerefficiëntie. Dit is positief, omdat

veel variatie betekent dat de fokkerij hierop kan

selecteren. Fokken op een efficiënte productie

kent drie aspecten:

1 melkproductie;

2 levensduurendiergezondheid;

3 voerefficiëntie.

Vanaf 1999 is duurzaamheid in de fokkerij-index

opgenomen. Er vindt nu selectie plaats op basis

van de NVI-index, zodat levensduur en diergezond-

heid belangrijke parameters zijn geworden, naast

de melkproductie. Nadeel bij het specifiek fokken

op voerefficiëntie is dat de individuele drogestofop-

name per koe momenteel niet geregistreerd wordt.

BerekeningenDe Heus berekende op tachtig bedrijven de voeref-

ficiëntie. Het gemiddelde kwam uit op 1,39 (tabel

1). Dit betekent dat de koeien 1,39 kg meetmelk

produceren uit 1 kg drogestof van het totale rant-

soen. De opname van de melkkoeien was 21,4 kg

drogestof per dag, met een gemiddelde melkpro-

ductie van 29,7 kg. De bedrijven met de hoogste

voerefficiëntie hebben een kleiner aandeel vaarzen

plus tweedekalfskoeien. Dit verklaart voor een deel

de hogere voerefficiëntie in de kopgroep.

Een betere vruchtbaarheid en het verkorten van

de tussenkalftijd beïnvloeden de voerefficiëntie.

Koeien tot 60 dagen realiseren een voerefficiëntie

van minimaal 1,8, terwijl koeien met meer dan

305 lactatiedagen maximaal 1,2 scoren. Laat

daarom het gemiddeld aantal lactatiedagen niet

hoger worden dan 190. Het belangrijkste stuurmid-

del voor de voerefficiëntie is de ruwvoerkwaliteit. De

bedrijven met de hoogste voerefficiëntie realiseren

een hogere energiedichtheid (+12 VEM/kg ds) met

zelfs een iets hoger ruwvoeraandeel in het rantsoen

(tabel 1). Daarom kan men met minder kilogram-

men drogestof volstaan. Kwalitatief goed ruwvoer

is dus van essentieel belang. U beïnvloedt dit door

de graslandkwaliteit en het graslandmanagement te

verbeteren, de veldverliezen en het aantal velddagen

te beperken en conserveringsverliezen te vermijden.

conclusieEen hoog rendement met een gezonde voerefficiën-

tie bereikt u door:

de levensduur van de koeien te verhogen en

het vervangingspercentage te verlagen;

de melkproductie en de diergezondheid

(vruchtbaarheid) te verhogen;

de ruwvoerkwaliteit te verbeteren door gras-

landvernieuwing en inkuil- en uitkuilverliezen te

beperken (Bonsilage Plus).

Snel en praktisch naar een gezonde voerefficiëntie

Theo van der Weiden

Rundveespecialist

} [email protected]

Efficiëntie per VEM per VEM per gemiddeld aantal % vaarzen en kg kg % ruwvoer Stikstof Fosfaat

kg meetmelk kg drogestof kg meetmelk lactatiedagen 2e kalfskoeien drogestof meetmelk in rantsoen efficiëntie efficiëntie

veestapel

Kop 15% 1,53 967 649 186 56 19,8 30,2 68 31 39

Gemiddeld 1,39 963 707 179 58 21,4 29,7 67 29 35

Staart 15% 1,21 955 795 191 60 22,1 26,8 63 25 30

Deelnemers aan de bijeenkomsten konden

meepraten en stemmen

Figuur 1 De erfelijke aanleg voor uierge-

zondheid en productie is gestegen en die

voor vruchtbaarheid is gedaald (bron: CRV)

102

100

98

2000 2005 2010

Vruchtbaarheid Uiergezondheid Productie

SCC

jaar van geboorte

VRU KGH

Tabel 1 Resultaten van kengetallen ingedeeld naar kop 15%, gemiddelde en staart 15%

v a r k e n s

De Heus RisicoDemper, zeker nu!

De Heus steunt Varkens VandaagGPS voor

vleesvarkens en biggen

Vleesvarkensbedrijven met minder dan 1.500 plaatsen die overschakelen op bedrijfs all-in all-out halen een hoger saldo van € 10 per vleesvarkensplaats: dankzij betere technische resultaten en lagere logistieke kosten. Het overstappen op all-in all-out houdt echter wel een prijsrisico in. Omdat in 2011 de biggenprijzen erg laag waren en de vooruitzichten voor de vlees-prijs gunstig, besloten varkenshouders die vorig jaar overschakelden op all-in all-out de prijsrisico’s zelf te dragen. Sinds oktober stijgen de biggenprijzen echter gestaag. Het niveau ligt nu al meer dan € 20 per big hoger dan vier tot vijf maanden geleden. De prijsrisico’s nemen daarbij ook toe. Bij dergelijk hoge biggenprijzen moeten de vleesprijzen ook op een hoog niveau blijven om een goed rendement te maken. Afhankelijk van de fluctuaties in de opbrengstprijzen is de RisicoDemper van De Heus dan een interessant middel om de marktprijzen te nivelleren en de risico’s

te beperken. De RisicoDemper neemt sterke fluc-tuaties in de marktprijzen van big en vleesvarken weg, zodat de vleesvarkenshouder volop profiteert van de betere technische resultaten.

U doet als varkenshouder erg uw best om maatschappelijk verantwoord te ondernemen, welzijns- en milieumaatregelen te nemen en goed om te gaan met uw dieren. Dan is het bijzonder frustrerend wanneer de media voortdurend negatieve berichten naar buiten brengen over onze sector. Een aantal varkenshouders is de negatieve houding beu en heeft zich tot doel gesteld om de sector positiever in de media te brengen. Ze richtten de stichting Varkens Vandaag op. De stichting doet goed werk. Zo zijn tal van evenementen rond de varkenshouderij in verschil-lende media onder de aandacht gebracht. Net als vele varkenshouders en bedrijven uit de agrarische sector ondersteunt De Heus Varkens Vandaag. Dankzij deze steun blijven ook in de toekomst de mogelijkheden behouden om de varkenssector te profileren in de maatschappij.

Meer weten over Varkens Vandaag en haar goede werk? Kijk dan op de website www.varkensvandaag.nl Op deze site kunt u zichzelf ook opgeven voor deperiodieke nieuwsbrief of u aanmelden als sponsor.

In 2009 introduceerde De Heus Voeders GPS-vleesvarkens (Guide for Practical Support vleesvarkens). Deze programmatuur heeft zich intussen enorm goed bewezen. Met dit hulpmiddel kunnen vleesvarkenshouders het voedingsadvies beter afstemmen op de daadwerkelijke voerop-name en de resultaten. Na GPS-vleesvarkens is nu ook GPS-big ontwikkeld. Met behulp van GPS-big verbeteren vermeerderaars de voeding van de biggen verder. De werkelijke voeropname per dag wordt gerefereerd aan de gewenste voeropname met gezondere biggen en een scherpere voederconversie als resultaat. Zeugenhouders kunnen samen met hun specialist GPS-big toepassen op het bedrijf. Dit programma krijgt het predicaat ‘doelgericht voeren’ en leidt tot een hoger rendement voor de varkenshouder.

1,60

1,58

1,56

1,54

1,52

1,50

1,48

1,46

1,44

1,42

1,40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 1 2 3 4 5 6 7 8

Risicodemper vleesvarkens

opbr

engs

tprij

s €

/ kg

beurs geslacht Risicodemper

2011 2012

Henk van Kuyk

Sectorhoofd Varkens

} [email protected]

Franko van lankvelt

Verkoopleider Varkens

} [email protected]

v a r k e n s

Rudy van den Heuvel

Verkoopleider Varkens

} [email protected]

20 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

p l u i m v e e

Er zijn nieuwe richtlijnen voor de bezetting van vleeskuikenstallen van kracht geworden.

Deze hebben invloed op het aantal dieren dat u kunt houden. Daarnaast zijn er ook zaken

als de afleverstrategie en de bezettingsgraad om rekening mee te houden.

r is een Europese vleeskuikenrichtlijn

ingesteld om het welzijn van vleeskuikens

te verbeteren. Volgens deze richtlijn mag u

een maximale bezetting van 42 kg/m2 hebben. Om

voor dit maximum in aanmerking te komen, mag

de uitval niet hoger zijn dan 3,5 procent (42 dagen)

en moet u voldoen aan de maximale score voor

hakdermatitis. Er zijn nog aanvullende regels voor

voetzoolleasies in voorbereiding. Als u meer uitval of

een slechtere score voor hakdermatitis hebt, gaat de

maximale bezetting terug naar 39 of zelfs 33 kg/m2.

De invoering van deze richtlijn betekent dat aan-

passing nodig is om de toegestane kg/m2 optimaal

te benutten en in te spelen op de afzet. De vraag is

of het realiseren van de maximale bezetting van

42 kg wel altijd wenselijk is.

Groeipotentie benuttenWanneer kuikens onbelemmerd groeien, kunnen

ze op 35 dagen een groei behalen van 60 gram per

dag. Dit komt neer op een diergewicht van 2.100

gram. Bij 42 dagen leeftijd ligt de groei boven de

65 gram en is het dier 2.750 gram. Deze groeicijfers

leiden tot een gemiddeld aflevergewicht van 2.600

gram met een voederconversie van ongeveer 1,65.

Om deze resultaten te behalen is naast een goede

verzorging, een goed klimaat, goed management,

een goede inrichting en een goede kwaliteit een-

dagskuiken, ook een juiste afleverstrategie van

belang. Hierbij speelt de vraag: ‘Benutten we het

potentieel van het kuiken voldoende?’ De bezet-

tingsgraad en het aflevergewicht hebben hier grote

invloed op.

Gewichtsverschillen en bezettingsgraadIn het begin van de ronde is de bezettingsdichtheid

over het algemeen geen probleem. Later wel en

dit houdt sterk verband met de gewichten van de

kuikens. Kuikens wegen op 21 dagen 800 tot

900 gram, met tussen de bedrijven een verschil van

100 gram tussen het zwaarste en lichtste kuiken.

Op 28 dagen zien we al een groter verschil, namelijk

300 gram (1.200 tot 1.500 gram) en op 35 dagen

worden er kuikens uitgeladen van 1.700 tot 2.100

gram. Na het uitladen krijgen de kuikens ruimte en

kunnen ze per dag een eindgroei van 100 gram reali-

seren. De gewichtsverschillen blijven echter bestaan.

Over het algemeen wordt er gedacht: ‘als we maar

niet boven de 42 kg/m2 komen, dan gaat het wel

goed.’ Niets is minder waar. Op een leeftijd van

25 dagen zien we de stal ‘volgroeien’ doordat de

kuikens sterk in omvang toenemen. Het ligopper-

vlak van een kuiken van 1.800 gram is ongeveer

450 cm2. Dit betekent dat met 22,2 kuikens per

e

Zorg voor optimale bezetting

AFLEVERSTRATEGIE BEPAALT TECHNISCH RESULTAAT

Grafiek 1Op te zetten aantal kuikens per m2 in relatie tot de bezettingsgraad bij uitladen

23,0

22,5

22,0

21,5

21,0

20,5

20,0

19,5

19,0

18,5

18,0 16+20=36 17+20=37 18+20=38 19+20=39 20+20=40 21+20=41 22+20=42

kuik

ens

per m

2

22,5

21,7

21,1

20,5

20,0

19,5

19,0

bezetting in kilogram per m2 (= uitlaadgewicht (per 100 gram) + 20)

Patrick van Vugt

Productmanager Vleespluimvee

} [email protected]

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 21

onderdeel van het Pluimvee Prestatie Plan van De

Heus. Maak met uw voorlichter ook voor uw bedrijf

een berekening.

vierkante meter de stal in theorie vol ligt. Maar

een kuiken is niet vierkant en het gevolg is dat de

kuikens in de verdrukking komen. Dit gebeurt al

bij een bezetting van 40 kg/m2, dus lager dan de

maximaal toegelaten bezetting van 42 kg/m2. Wordt

er dan nog steeds niet uitgeladen, dan zien we dat

de voeropname sterk afneemt en daarmee ook de

groei. De stal wordt natter en gladder, omdat er

geen verse lucht meer tussen de kuikens komt. De

druk op de gezondheid neemt toe. Het probleem is

dat de stal te vol is.

Het is belangrijk om voor uw bedrijf opnieuw de

strategie van mesten en afleveren vast te stellen.

Welk gewicht vraagt de slachterij en laadt u uit?

Hoeveel gaat u uitladen en welk gewicht wilt u

laden? Antwoorden op deze vragen bepalen

hoeveel dieren u in de stal opzet.

Richtlijnen voor de bezetting In de praktijk kunnen we voor de bezettingsgraad

bij uitladen de volgende vuistregel gebruiken:

het aantal kg/m2 = het uitlaadgewicht (in ons) + 20.

Een voorbeeld: het uitlaadgewicht is 1.900 gram.

Een richtlijn voor de maximale bezetting bij uitladen

is dan 19 + 20 = 39 kg/m2.

Dit resulteert in 20,5 kuikens per vierkante meter.

U kunt dit aflezen in grafiek 1. U ziet dat bij een

bezetting van 39 kg/m2 het aantal kuikens per

vierkante meter 20,5 is.

Bovenstaand voorbeeld maakt duidelijk dat een

goede afstemming met de planning van belang is

om de optimale bezetting te realiseren. Het bepa-

len van de juiste bezetting- en afleverstrategie is

Het groeipotentieel van kuikens goed be-nutten, doet u onder andere door het juiste aantal op te zetten

Afleverstrategie bij uitlaadgewichten van 1.700 en 2.200 gram en weglaadgewichten van 2.700 gram

Theorie toegepast

Stel een bedrijf heeft een oppervlakte van 4.000 m2. De slachterij vraagt uitlaad-gewichten van 1.700 en 2.200 gram en weglaadgewichten van 2.700 gram. Eerst wordt het aantal weg te laden kuikens berekend: 42 kg/m2 / 2.700 gram = 15,6. We vermenigvuldigen dit met het aantal vierkante meters 4.000 m2. Dit betekent 62.000 kuikens wegladen. Bij 2.200 gram mogen we 19 kuikens / m2 bezetting hebben (zie grafiek 1): 76.400 - 62.000 = 14.400 uit-laden. Bij 1.700 gram mogen we 21,7 kuikens / m2 bezetting hebben: 86.800 - 76.400 = 10.400 uitladen. In totaal mogen er niet meer dan 90.000 eendagskuikens worden opgezet, gebaseerd op 86.800 +3,5% uitval.

90.000 86.800 76.400 62.000

3,5% uitvalover 42 dagen

14.400 uitladen 62.000 wegladen10.400 uitladen90.000 kuikens

37 kg/m2 42 kg/m2 42 kg/m2

22 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

Waaruit bestaat het nieuwe Bouwbesluit? Dit

besluit is een samenvoeging van de voorschriften

uit het Bouwbesluit 2003, het Besluit brandveilig

gebruik bouwwerken (Gebruiksbesluit) en alle

gemeentelijke bouwverordeningen, bijvoorbeeld

voorschriften van procedurele aard met betrekking

tot de gebruiksmeldingplicht en het uitvoeren van

bouw- en sloopwerkzaamheden.

Het doel van de wijzigingen is meer samenhang

binnen de bouwregelgeving, minder regeldruk en

een betere leesbaarheid en toegankelijkheid.

opvallende zakenEnkele opvallende zaken in het nieuwe Bouwbesluit

zijn de gebiedsaanduidingen en de omvang van

een brandcompartiment bij lichte industrie. Binnen

een gebruiksfunctie is de ruimte opgedeeld in twee

gebieden: het gebruiksgebied en het restgebied.

Het gebruiksgebied kan worden verdeeld in functie

en verblijfsgebied, beide met hun eigen functie en

verblijfsruimte. Voor de land- en tuinbouw, waar we

meestal over lichte industrie spreken, heeft deze

indeling niet zo veel gevolgen.

Waar in het Bouwbesluit 2003 een maximale op-

pervlakte was voorgeschreven van 1.000 m² voor

een lichte industriefunctie, is deze oppervlakte in

het nieuwe bouwbesluit maximaal 2.500 m². De

grenswaarde voor geïsoleerde gevels wordt in het

nieuwe Bouwbesluit verhoogd. De grenswaarde

voor isolatie is van toepassing op een ten behoeve

van het gebruik door mensen verwarmd gebouw.

IndelingHet Bouwbesluit uit 2003 bestond uit zes hoofd-

stukken. Hier zijn drie hoofdstukken bijgekomen.

De eerste vijf hoofdstukken zijn in grote lijnen gelijk

gebleven. In hoofdstuk 6 zijn nu de voorschriften

voor installaties opgenomen; deze waren eerder

verspreid opgenomen in het Bouwbesluit 2003.

Hoofdstuk 7 geeft voorschriften over het gebruik

van bouwwerken, open erven en terreinen. In

hoofdstuk 8 staan voorschriften over het uitvoeren

van bouw- en sloopwerkzaamheden. Hoofdstuk 9

bevat de overgangs- en slotbepalingen.

a g r a - m a t i c

Nieuw Bouwbesluit in werking

Bart Dijkgraaf

Adviseur Bouw en milieu

} [email protected]

naar verwachting treedt op 1 april 2012 een nieuw Bouwbesluit in werking. Voor de

land- en tuinbouw betekent deze wijziging dat een brandcompartiment groter mag zijn.

TipDe aanvragen die zijn ingediend vóór het in

werking treden van het nieuwe Bouwbe-sluit moeten volgens

het Bouwbesluit 2003 worden beoordeeld

A D V I E S M I L I E U B O U W

Adviesbureau voor de veehouderij

Meer informatie opwww.agra-matic.nl

Met het nieuwe Pluimvee Prestatie Plan van De

Heus kunt u als moderne vleeskuikenhouder heel

gericht inspelen op uw specifieke bedrijfssitu-

atie. Centraal binnen het Pluimvee Prestatie Plan

staan twee duidelijk van elkaar te onderscheiden

voerlijnen: de Opti-lijn en de Vita-lijn. Zo kan op elk

gewenst moment een evenwicht worden bereikt

tussen voerverbruik en groeiprestaties en kan er

worden ingespeeld op de veranderende bedrijfs-

omstandigheden: ‘Snel als het kan, gecontroleerd

als het moet.’

Binnen het Pluimvee Prestatie Plan werkt u als

vleeskuikenhouder nauw samen met uw specialist

van De Heus en uw dierenarts. Samen bepaalt

u voor elke ronde de voerstrategie. Veranderen

tijdens de ronde de omstandigheden, dan speelt u

hier gericht op in met een wisseling tussen voeders

uit de Opti- en de Vita-lijn.

Praktijk positiefHet nieuwe Pluimvee Prestatie Plan werd ge-

presenteerd op de Landbouwdagen Intensieve

Veehouderij (LIV). Vleeskuikenhouders reageerden

enthousiast op de aanpak en de manier waarop De

Heus het Pluimvee Prestatie Plan presenteerde. In

een Formule 1-simulator konden ondernemers hun

eigen snelheid testen. Daarbij werden de verschil-

len in rijstijl tussen de racende pluimveehouders

mooi zichtbaar, maar werd ook duidelijk dat ze

geen onnodige risico’s wilden nemen: ‘Snel als

het kan, gecontroleerd als het moet.’ Net als in de

vleeskuikenstal.

Inmiddels zijn de eerste ervaringen met de Opti-

en Vita-lijn bekend. Ze zijn goed. Zo werd op een

bedrijf in het eerste deel van de groeifase van

de Opti-lijn overgeschakeld naar de Vita-lijn.

Hiermee werd een verbetering van de

strooiselkwaliteit bereikt. Na

deze ‘rustige’ periode schakelde

de pluimveehouder over op het

volgende voerprogramma van de

Opti-lijn. Dit gebeurt naadloos. De

ronde werd met uitstekende resultaten

afgesloten.

Door de snel veranderende marktomstandig-

heden moet u als pluimveehouder voortdurend

op ontwikkelingen inspelen. U moet presteren.

Het Pluimvee Prestatie Plan helpt u daarbij.

Behalve aan de voeding wordt namelijk aandacht

besteed aan alle factoren die van invloed zijn op

de bedrijfssituatie.

Scoren met het Pluimvee Prestatie Plan

Patrick van Vugt

Productmanager Vleespluimvee

} [email protected]

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 23

Vleeskuikenhouders zijn enthousiast over het nieuwe Pluimvee Prestatie Plan van De

Heus. De eerste rondes die volgens het concept zijn gevoerd, behaalden goede resultaten.Adviesoverleg met uw pluimveespecialist hoe u de voerlijnen opti en Vita succesvol inzet. Evalueer wat de invloed was van ver-schillende variabelen op de resultaten

p l u i m v e e

Voordelen op een rijDit zijn de plussen van het Pluimvee Prestatie Plan:

n Twee voerlijnen: Opti en Vita n Opti voor maximale groei met een laag voerverbruikn Vita voor gecontroleerde, rustige opname en groein Beschikbaar in compleet voer en concentraatn Toepasbaar voor de verschillende rassenn Speelt in op de nieuwe welzijnsnormen

v a r k e n s

24

De voerwinst maakt duidelijk of een bedrijf voldoende arbeidsinkomen heeft en kan

reserveren. In dit artikel analyseren we de magere voerwinsten van 2011: welke

verschillen zijn er en waardoor worden deze veroorzaakt?

e voerwinst is voor u als varkenshouder

een waardevol kengetal. Het koppelt de

technische resultaten aan de opbrengst-

prijzen en laat dus zien hoe goed uw vakmanschap

en handelsgeest zijn. In grafiek 1 en 2 staan voor

zowel zeugen als vleesvarkens de voerwinsten van

1996 tot en met 2011. De groene lijnen zijn het

langjarig gemiddelde, waar bijvoorbeeld banken

mee rekenen. Opvallend is dat de afgelopen vijf jaar

de voerwinst achterbleef bij het langjarig gemiddel-

de. De vooruitzichten voor 2012 zijn echter positief.

ZeugenhouderijIn 2011 realiseerden zeugenhouders een gemid-

delde voerwinst van € 406 per zeug. Tussen de

20 procent beste en 20 procent slechtste bedrijven

zit een verschil van maar liefst € 304. De reden?

Betere technische resultaten en een hogere meer-

DKees Janssen

Directeur Agra-Matic

} [email protected]

Voerwinst 2011 onder de loep

600

400

200

0 1998 2000 2002 2004 2006 2008 2010

Voerwinstverloop zeugen

jaar

euro

's

prognose

gerealiseerde voerwinst

125

100

75

50

0 1998 2000 2002 2004 2006 2008 2010

Voerwinstverloopvleesvarkens

jaar

euro

's

Aantal zeugen Alle bedrij- 220-299 300-375 376-554 > 555 ven (409)

Biggen/zeug/jaar 27,6 27,4 27,6 27,9 28,0 Opbrengst/big (€) 39,97 39,18 40,24 40,81 42,54 Voerprijs big/100 kg (€) 41,22 41,34 41,45 41,08 41,36 Voerprijs zeug/100 kg (€) 29,18 29,09 29,09 29,19 29,24 Voerwinst/zeug (€) 406 370 424 437 497

Grootgebrachte Alle 26,2-27,1 27,2-28,2 28,3-29,1 > 29,2 biggen/zeug/jaar bedrijven

Gem. kengetal 27,6 26,6 27,7 28,7 30,2 Gem. aanwezige zeugen 409 402 426 418 447 Opbrengst/big (€) 39,97 39,64 40,15 40,17 40,28 Voerprijs big/100 kg (€) 41,22 40,41 41,28 41,44 41,72 Voerprijs zeug/100 kg (€) 29,18 29,03 29,05 29,17 29,35 Verkoop zeugen+biggen (€) 1169 1120 1180 1215 1282 Voerwinst/zeug (€) 406 393 409 436 466

Grafiek 1 Voerwinst zeugen (1996 - 2011)

Grafiek 2 Voerwinst vleesvarkens (1996 - 2011)

Tabel 1 Voerwinst zeugen gesorteerd naar bedrijfsgrootte

Tabel 2 Voerwinst zeugen gesorteerd naar aantal grootgebrachte biggen per zeug/jaar

VERBETERPUNTEN OPSPOREN EN AANPAkkEN

prognose

gerealiseerde voerwinst

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 25

prijs voor de biggen. Uit tabel 1 blijkt dat grotere

bedrijven om diezelfde reden een hogere voerwinst

halen dan kleinere bedrijven. Een hoge voerwinst

halen ook de bedrijven met veel biggen per zeug

(tabel 2). De meest productieve bedrijven brengen

2,6 meer biggen groot en behalen hiermee bijna € 60

meer voerwinst. Daarnaast halen bedrijven met veel

biggen voordeel uit de iets hogere biggenprijs. Wel

hebben ze gemiddeld een iets duurder voerpakket.

In tabel 3 staan factoren die de voerwinst beïnvloe-

den. De verschillen in voerwinst worden voor

70 procent verklaard door het aantal verkochte

biggen en de biggenprijs. Een hogere biggen-

prijs wordt overigens niet alleen bepaald door de

koppelgrootte, maar ook door de uniformiteit, de

gezondheid en de genetica van de big.

VleesvarkenshouderijIn 2011 behaalden vleesvarkenshouders een

gemiddelde voerwinst van € 80 per gemiddeld

aanwezig vleesvarken (droog- en brijvoerbedrijven

samen). Ook hier is het verschil tussen de meest

en de minst verdienende bedrijven groot: € 64.

In tabel 4 is de uitsplitsing naar bedrijfsomvang

gemaakt. In de categorie bedrijven met gemiddeld

4.423 vleesvarkens zitten met name vleesvarkens-

bedrijven die brijvoer verstrekken. Uit deze tabel

blijkt dat de hogere voerwinst in belangrijke mate

wordt bepaald door de lagere voerkosten per kilo-

gram groei. De hogere opbrengstprijs per kilogram

geslacht gewicht wordt tenietgedaan door een

hogere biggenprijs en een lagere groei.

Dat de verschillen in voerwinst voornamelijk wor-

den bepaald door de voerkosten op brijvoerbedrij-

ven, blijkt ook uit tabel 5. Het gemiddelde droog-

voerbedrijf realiseert een voerwinst van € 73; het

gemiddelde brijvoerbedrijf haalt € 90. Alleen de top

van de droogvoerbedrijven scoort een voerwinst

hoger dan het gemiddelde van alle bedrijven.

Ook bij de vleesvarkens zijn er verschillende

factoren die de voerwinst beïnvloeden (tabel 6).

Anders dan bij de zeugen zijn deze factoren nauw

met elkaar verbonden. Als gekozen wordt voor een

voerpakket dat € 1 per 100 kg duurder is, zou bij

gelijkblijvende overige kengetallen de voerwinst

met 10 procent dalen. Resulteert het duurdere

voerpakket in een lagere voerconversie en/of

hogere groei, dan stijgt de voerwinst.

Voerwinst en financieringDe voerwinst heeft een rechtstreekse invloed op de

de financieringsmogelijkheden van een bedrijf. Een

bedrijf heeft een ondergrens aan voerwinst nodig

om de overige bedrijfskosten (variabele dierkosten,

mestkosten, onderhoud en arbeid) te kunnen

betalen. Wat er daarna aan voerwinst resteert, is

beschikbaar voor reservering en rentekosten. Een

10 procent hogere voerwinst betekent voor de zeu-

genhouderij dat er € 500 per gemiddeld aanwezige

zeug gefinancierd kan worden. Voor de vleesvarkens

is dit € 80 per gemiddeld aanwezig vleesvarken.

Tabel 2 Voerwinst zeugen gesorteerd naar aantal grootgebrachte biggen per zeug/jaar

Tabel 3 Gevoeligheidsanalyse voerwinst zeugen Tabel 4 Voerwinst vleesvarkens bij verschillende bedrijfsomvang

Tabel 5 Voerwinst vleesvarkens droogvoer versus brijvoer

Tabel 6 Gevoeligheidsanalyse voerwinst vleesvarkens

Aantal vleesvarkens Gem. 1851 845 4423

Groei/dier/dag (gr) 799 798 784 Uitval (%) 2,4 2,3 2,6 Biggenprijs (€) 40,68 40,79 41,50 Opbrengstprijs/kg gg (€) 1,48 1,47 1,49 Voerkosten/kg groei (€) 0,73 0,75 0,69 Voerwinst/gavlv (€) 80 75 90

Bron cijfers en tabellen:

Agrovision

Invloedfactor € / zeug %

1 big + of - € 28,00 7 € 1 opbrengstprijs per big + of - € 27,50 7 50 kg zeugenvoer per zeug + of - € 14,60 3,5 1 kg biggenvoer per big + of - € 11,30 3 € 1 voerprijs per 100 kg + of - € 17,00 4 5 verliesdagen uitval zeugen + of - € 5,50 1,5

Aantal vleesvarkens Mengv (1232) Brij (2571)

Groei/dier/dag (gr) 801 794 Uitval (%) 2,4 2,4 Biggenprijs (€) 40,20 40,97 Opbrengstprijs/kg gg (€) 1,47 1,48 Voerkosten/kg groei (€) 0,75 0,70 Voerwinst/gavlv (€) 73 90

€ / vleesvarken %

10 gr groei/dier/dag + of - € 1,00 1,3 0.1 v.c. + of - € 8,40 11,5 0,5 % uitval + of - € 1,40 1,8 € 1 per 100 kg voer + of - € 7,60 10,6 € 1 biggenprijs + of - € 3,00 4,1 € 0,01 opbrengstprijs/kg gg + of - € 2,75 3,8

Een hoge voer-winst is geen garantie voor rendement, maar wel het begin van een goed rendement

26 De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012

v a r k e n s

Wie zijn biggen optimaal weet te voeren, bereikt een betere kwaliteit dieren en een hoger

saldo. optimaal voeren valt in de praktijk echter niet altijd mee. De Heus helpt met de

nieuwe voermodule GPS biggenvoeding.

n navolging van de succesvolle voermodule

GPS vleesvarkensvoeding presenteert De

Heus nu ook een speciale voermodule voor

vermeerderaars: GPS biggenvoeding. Met deze

applicatie kunnen varkenshouder en specialist de

voedingsbehoefte van de moderne big nauwkeurig

inschatten en zo heel gericht werken aan optimale

resultaten. De module werkt als een navigatiesys-

teem. Allereerst wordt het vertrekpunt ingegeven: de

voeropname van de biggen, de groei, de gebruikte

voeders, hun voedingswaarden en de overschakel-

momenten. Daarna wordt de bestemming inge-

voerd; de gewenste groei bijvoorbeeld. Vervolgens

rekent de module nauwgezet uit of er boven, op

of onder de voedingsbehoefte wordt gevoerd. Een

mogelijke aanpassing van de voerstrategie is dan

vaak de logische volgende stap.

Verloop voeropname De voermodule GPS biggenvoeding houdt bij het

uitstippelen van de route naar betere technische

resultaten rekening met het verloop van de voerop-

name. Voor een goede darmgezondheid is het na-

melijk essentieel dat de voeropname van de biggen

geleidelijk toeneemt. Wanneer in zeer korte tijd veel

meer voer wordt opgenomen, bestaat het risico op

overvreten met als gevolg diarree en darmschade.

Om goed te kunnen navigeren, is door De Heus op

diverse bedrijven het verloop van de voeropname

op een praktische, eenvoudige manier vastgesteld.

De verzamelde gegevens zijn vervolgens in GPS

biggenvoer ingevoerd. Op basis daarvan kan de

specialist per bedrijf de juiste voeders en overscha-

kelmomenten adviseren.

In de tabel hiernaast ziet u hoe het navigeren ten

aanzien van het voeropnameverloop in de praktijk

gaat. In de tweede week na spenen gaan de biggen

zeer snel veel voer opnemen. Om de voeropname te

temperen, krijgt het bedrijf het advies om op onge-

veer één week na het spenen over te schakelen op

een andere voersoort. Het gevolg is dat de voerop-

name geleidelijker stijgt.

i

De navigatie voor betere resultaten

NIEUwE VOERMODULE: GPS BIGGENVOEDING

Albert Timmerman

Productmanager Varkens

} [email protected]

'Voor een juiste voerkeuze is zicht

op de werkelijke voeropname

noodzakelijk'

TabelNavigeren op basis van de voeropname

1000

900

800

700

600

500

400

300

200

100

0 1 2 3 4 5

Voer

opna

me

(gra

m/d

ag)

weken na spenen

n bedrijf n hoog

Navigeren met GPS biggenvoeding

In de module GPS biggenvoeding is de huidige situ-

atie op het bedrijf ingevoerd. Zichtbaar wordt wat de

eiwitbehoefte (uitgedrukt in grammen darmverteer-

baar lysine per dag) is om een groei van 318 gram

per dag te bereiken. In het rantsoen zit voldoende

lysine voor deze groei.

Zit in het huidige rantsoen voldoende darmverteer-

baar lysine om een groep van 350 gram per dag te

realiseren? Nadat het doel van 350 gram groei per

dag in de module GPS biggenvoeding is inge-

voerd, blijkt dit niet het geval. Om op dit bedrijf een

hogere groei te behalen, moeten de biggen meer

voer opnemen en/of voeders worden ingezet met

een hoger niveau aan verteerbare aminozuren.

Door de specialist en de vermeerderaar is gekozen

voor biggenvoeders die zorgen voor een iets hogere

voeropname en een duidelijk hoger gehalte aan ver-

teerbare aminozuren. De voermodule GPS biggen-

voeding toont aan dat in het rantsoen nu voldoende

darmverteerbaar lysine zit voor een groei van 350

gram per dier per dag.

Om u een idee te geven hoe het navigeren naar betere technische resultaten met GPS biggenvoeding gaat, laten we een korte voorbeeldberekening zien van een bedrijf met gezonde Piëtrain-biggen. De biggen groeien 318 gram per dag met een voederconversie van spenen tot afleveren van 1,63. De vermeerderaar wil een hogere groei realiseren, zodat er zwaardere biggen geleverd kunnen worden. In situatie 1 is het rantsoen niet gewijzigd. In situatie 2 is het rantsoen wel gewijzigd.

Huidige en nieuwe rantsoen (€ per afgeleverde big) Huidige nieuwe situatie situatie

Groei (geboorte – afleveren) in gram per dag 318 350Voerkosten per kg groei € 0,583 € 0,571Aflevergewicht big 25,2 kg 27,6 kgExtra opbrengst (i.v.m. zwaarder leveren) € 1,92Extra saldo per big € 0,76

Ondanks het duurdere nieuwe voer is het saldo € 0,76 per afgeleverde big hoger.

De Heus · Leesvoer 2 | apr i l 2012 27

1 3 5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43

DV L

ysin

e (g

/dag

)

Vergelijk aanbod en behoefte dv lysine

AanbodBehoefte

1 3 5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43

DV L

ysin

e (g

/dag

)

Vergelijk aanbod en behoefte dv lysine

AanbodBehoefte

Huidige situatie: 318 gram groei Alternatief 1: 350 gram groei, geen rantsoenwijziging

Alternatief 2: 350 gram groei, wel rantsoenwijziging

1 3 5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43

DV L

ysin

e (g

/dag

)

Vergelijk aanbod en behoefte dv lysine

AanbodBehoefte

Romelko® OranjeWim van Vulpen, SPF zeugenbedrijf, Bunnik

“Zorgeloze overgang van vloeibaar naar vast voer rond spenen met Romelko® Oranje”

Geïnteresseerd?

Neem vrijbli jvend contact op met 0318 - 675 430.

DOELGERICHTDOELGERICHTDOELGERICHTVOERENVOERENVOEREN

Samen voor resultaatDe Heus Voeders B.V. Postbus 396 6710 BJ Ede Tel. 0318 - 675 430 KvK 14626985 [email protected] www.de-heus.nl