Kubus

23
STUDENT: ING. ARJEN SEFFINGA STUDENTEN NR.: 0781740 DATUM: 20-09-2011 DOCENT: ANDRE WALRAVEN VAK: INSTAPPROJECT BOUWTECHNIEK VAKCODE: 7X315 PUBLISHED ON: 17/10/11 ARCHITECTURE KUBUS

description

Kubus ontwerp Tajiri

Transcript of Kubus

STUDENT: ING. ARJEN SEFFINGA

STUDENTEN NR.: 0781740

DATUM: 20-09-2011

DOCENT: ANDRE WALRAVEN

VAK: INSTAPPROJECT BOUWTECHNIEK

VAKCODE: 7X315PUBLISHED ON: 17/10/11

ARCHITECTURE

KUBUS

Digitale versie? Scan de code.

Technische Universitiet Eindhoven

AD&P, Bouwtechniek

Ing. Arjen Seffinga

KUBUS

Oktober 2011

4 van 23

_0. INHOUD

_0. INHOUD 4

_1. VOORWOORD 5

_2.1 Opdracht omschrijving 6

_2. OPDRACHT 6

_2.2 PVE 6

_3. TAJIRI 7

_3.1 Tajiri de kunstenaar 7

_3.2 Het kunstwerk 8

_4. PROMENADE 10

_5. INSPIRATIE 11

6.1 Concept kubus 12

_6. CONCEPT 12

6.2 Concept PROMENADE 16

_7. UITWERKING 20

_8. CONCLUSIE 24

5 van23

_1. VOORWOORD

Voor u ligt het ontwerp van het Tajiri

Expositie Paveljoen. Als student aan de

Technische Universiteit van Eindhoven

heb ik een expositieruimte ontworpen

voor het kunstwerk “Fortress” van de

kunstenaar Tajiri.

Tajiri is een kunstenaar met veel geschie-

denis en heeft in de loop der jaren veel

meegemaakt. Zij kunst komt voort uit zijn

ervaringen en belevingen, maar beperkt

zich niet tot een type kunst. Om zijn

kunstwerk goed ten toon te kunnen stel-

len heb ik een ontwerp gemaakt dat hier

naadloos op aansluit.

Amsterdam, Oktober 2011

6 van 23

_2. OPDRACHT

_2.1 OPDRACHT OMSCHRIJ-VING

_2.2 PVEIn het landschap dat zich aandient als

eindeloze groene grasvlakte bevindt zich

een klein paviljoen die één van de ob-

jecten van Tajiri bevat. Deze is geplaatst

binnen de cirkel van n weerbarstig ZOAB

in drie verschillende gemanipuleerde om-

standigheden. Het landschap is aange-

past of verrijkt met uitzonderingen die de

eindeloze grasmat verder niet kent: wand.

De paviljoens zijn het resultaat van een

meervoudige opdracht. Op de locatie

zal het paviljoen verrijken met overeen-

komstige karaktertrekken. De opdracht

verlangde een ontwerp van een paviljoen

in de vorm van een kubus met een ribbe

van 6m. De kubus wordt geplaatst op het

maaiveld binnen een wand van 0,5x2m.

Rondom de paviljoens ligt een verharde

strook (bv schelpenzand) 2m breed.

Het ontwerp voor een kubusvormig

paviljoen waarin een object van Tajiri kan

worden opgesteld binnen de daarvoor

gedachte envelop.

Het paviljoen is een gesloten volume

dat kan worden ontsloten middels een

of meerder deuren met een minimum

hoogte van 2,2m.

• De ruimte is ter plaatse van het beloop-

bare gedeelte tot in ieder geval 2,5m vrij

van dragende elementen.

• De kubus wordt opgebouwd uit staven

die ter plekke worden gemonteerd.

• De huid van de kubus bestaat uit platen

van 22mm die transparant, translucent

of dicht zijn. Deze platen zijn maximaal

verkrijgbaar in de afmeting 1,25x2,5m.

• De kubus wordt niet verwarmd of ge-

koeld, maar ventilatie is geboden op een

eenvoudige niet kwetsbare wijze.

7 van23

_3. TAJIRI

_3.1 TAJIRI DE KUNSTENAARShinkichi Tajiri, geboren in Los Angels,

Amerika, zoon van Ryukichi Tajiri en Fuyo

Kikuta. Zijn ouders zijn tussen 1906 en

1913 geïmmigreerd naar Amerika en wa-

ren de eerste generatie immigranten.

Tajiri bracht zijn jeugdjaren door in San

Diego, maar in 1942 (tweede wereld-

oorlog) werden hij en zijn familie in

het interneringskamp geplaatst. Deze

kampen waren bedoeld voor de Japans-

Amerikaanse burgers, zo wilde de Ame-

rikaanse regering voorkomen dat er een

tweede Pearl Harbor zou plaats vinden. In

1944 melde Tajiri zich bij het Amerikaanse

leger om zo uit het kamp te ontsnappen.

Tajiri kwam in Europa terecht en vocht

daar in Italie waar hij gewond raakte. Bij

terugkomst in Amerika, 1946, startte hij

de kunst studie aan de Art Institute van

Chicago.

In 1949 vertrok Tajiri naar Parijs en

ontmoete daar onder meer Karel Appel.

Vanaf dit moment is hij veel in Nederland

en in dat zelfde jaar exposeert hij in het

Stedelijke Museum in Amsterdam waar

de Cobra groep een tentoonstelling heeft.

In 1951 geeft hij les in Berlijn wat hem

tijd en rust geeft, omdat hij nu een vast

inkomen heeft staat het sculpturen op

een laag pitje. Taijri begint met andere

kunst medium te werken en wint in 1955

de Gouden Palm in Cannes voor zijn korte

film “The Vipers”. In Duitsland maakt hij in

een periode van twee jaar foto’s van elk

stuk Berlijnse muur.

Tajiri heeft een rijke geschiedenis, maar

heeft veel meegemaakt. Vanaf 1962

woont Tajiri in Nederland en onderneemt

hij nog veel en is nog steeds bezig met

kunst. De kunst van Taijri bestaat vooral

uit knopen, erotiek en krijgers. Dit is een

van de kenmerken van der verschillende

kunstwerken die hij in de loop der jaren

heeft gemaakt. Hij beperkte zich hierbij

niet door alleen sculpturen te maken,

maar maakte ook foto- en filmkunst. Tajiri

wilde graag nieuwe dingen leren en had

hij dit eenmaal onder de knie dan wilde

8 van23

hij het volgende weer leren. Ook vond

hij dat hij niet alles kon uitbeelden in een

soort type kunst, bijvoorbeeld iemand die

rookt of drugs gebruikt dat kon hij niet

of moeilijk uitbeelden met een sculptuur.

Hiervoor wende hij zich tot de fotografie

en film om zo zijn kunst scala uit te brei-

den. Tajiri vindt het fijn om snel resultaat

te zien en dit vondt hij nog wel eens lastig

met sculpturen.

Zijn meest bekende kunstwerken zijn

knopen, nu is elke knoop anders, maar

toch is het steeds een knoop. Tajiri vindt

dat waar je ook ter wereld bent of komt er

knopen zijn en die door elk beroep wordt

gebruikt. Een knoop kan in Nederland

een andere betekenis hebben als in

Japan, dit doordat de context afhankelijk

is, maar in essentie is het altijd een knoop.

De knoop van het dagelijkse leven.

De kunst van Tajiri komt overeen met zijn

geschiedenis, zijn krijgers komen voort

uit zijn oorlogsperiode. De knopen ko-

men vooruit uit moeilijkheden, keuzes die

we het dagelijkse leven moeten maken.

De kunst heeft veelal het zelfde thema,

maar is steeds anders uitgevoerd. Daar-

naast ontwerp Tajiri met eenheidsmaten,

de verhoudingen zijn essentieel in een

ontwerp.

(NOS, 2006)

(Taijri, 2011)

_3.2 HET KUNSTWERKHet kunstwerk dat binnen in de expositie

ruimte komt te staan is het “Fortress” uit

1963. Dit kunstwerk dat door Tajiri is ver-

vaardigd uit een brons gietwerk geeft een

beschadigd en verjaard fort/vesting weer.

Een prachtige bijkomstigheid is dat het

kunstwerk een kubus vorm heeft. Het

kunstwerk staat daarnaast op een statief

waardoor er onderdoor kan worden geke-

ken. De zes vlakken van het kunstwerk

zijn niet aan elkaar gelijk. Het ene vlak is

geperforeerd wat doet denken aan een

kogelgat en het bovenste vlak is voorzien

van een opstand in het midden waarbij

het lijkt of er kollommen of palen aanwe-

zig waren, maar die door de oorlog zijn

beschadigd en nu nog maar half aanwe-

9 van23

zig zijn.

Iets typerend voor het kunstwerk is dat

het een verkoolde uitstraling heeft, alsof

het tijdens of na de oorlog is afgebrand

en niet meer in gebruik is.

(Tajiri, 1963)

fig. 1

fig. 1

fig. 3

10 van 23

_4. PROMENADE

De eerste indruk is het meest bepalend

van hoe wij naar het object kijken. Onze

mening over het object is dan al gevormd

en het is soms lastig om deze dan bij te

stellen. Maar het kan wel degelijk, de toe-

schouwer kan bijvoorbeeld van de ene

kant iets ruws zien, maar vanaf de andere

kant iets zachts. Maar welke kant moet er

eerst worden getoond, de harde en ruwe

kant of juist de zachte kant. Dit is lastig,

maar wordt dit goed opgelost dan geeft

dit meerwaarde aan het object.

Een promenade architecturale is niets

anders dan de benadering van het object,

hoe komt de bezoeker voor het eerst in

aanraking met het volume. Vanuit welke

hoek, wat is de lichtsinvalshoek en wat

ziet men, maar hoe gaat men verder met

het benaderen van het volume, blijft men

rechtdoor lopen of draait met af en ziet

het ook van de andere kant om zo het

schouwspel van het volume te beschou-

wen.

Volgens Le Corbusier was dit een be-

langrijk aspect van het gebouw, hoe zag

men het gebouw voor het eerst als men

aankwam. “ Men treedt binnen: terstond

ontvouwt zich voor de blik het architecto-

nische schouwspel; men neemt een route

en het ene perspectief volgt het andere

in grote verscheidenheid; men speelt

met het binnenvallende licht dat de

muren verlicht of juist schaduw maakt. De

vensters bieden uitzicht op het exterieur

waardoor de eenheid van de architectuur

wordt hervonden. Gebaseerd op de spe-

cifieke werking van de kleuren hebben

de eerste proeven met polychromie in

het interieur de ‘architectonische camou-

flage mogelijk gemaakt, dat wil zeggen

het verstevigen van bepaalde volumes of

omgekeerd het verdoezelen ervan.” (Le

Corbusier, 1929)

De promenade architecturale kan op

twee manieren worden gebruikt het ver-

sterken van het gebouw of het verstop-

pen van het gebouw.

(Jan de Heer, JdH., 2008, De architectoni-

sche kleur: de polychromie in de puristi-

sche architectuur van Le Corbusier, 1st)

11 van23

_5. INSPIRATIE

fig. 4

fig. 5

fig. 6

fig. 7 fig. 8

12 van 23

_6. CONCEPT

Het kunstwerk en de kubus komen in

zeker mate overeen wat betreft de vorm.

De expositie ruimte moet het kunstwerk

versterken en dit zal gebeuren door de

expositie ruimte te ontwerpen als een

fort, robuust, gesloten, ruw, rauw en de

context.

De definitie van een fort: Militair gebouw

dat is ingericht om een eenheid militairen

te herbergen en dat is geschikt zich te

verdedigen tegen vijandelijke aanvallen.

Een paar belangrijke kenmerken van de

context van een fort zijn grachten, wallen,

muren, palissade en torens. Deze ken-

merken komen terug in de context van

de expositie ruimte. Rondom de expositie

ruimte is een meer gesitueerd, bij een fort

wordt dit een palissade genoemd, een

overeenkomst. Het is de bedoeling dat

de bezoeker onderweg naar de expositie-

ruimte al naar het kunstwerk toeleeft.

De expositie ruimte zelf zal compact en

robuust zijn. De constructie zal zich bin-

nen in de schil bevinden, maar van bin-

nen niet te zien zijn. De binnen afwerking

zal het zelfde als buiten zijn om zo een

massief idee te geven van de expositie-

ruimte.

Door gebruik te maken van kleine vier-

kante platen krijgt de vrij grote expositie-

ruimte een minder grote uitstraling, waar-

door het kleinschaliger oogt. De vlakken

zijn het zelfde verdeeld, geen ramen, wel

deuren, deze zijn van de zelfde platen

voorzien als de schil zelf. De vloer is net

als de binnen en buitenschil voorzien van

de zelfde platen. Een fort, vaak gebouwd

uit beton of baksteen, heeft het zelfde

materiaal voor de vloer als van de muur.

Het is een massieve ruimte

6.1 CONCEPT KUBUS

13 van23

fig. 9 fig. 10

14 van23

Wat zijn de mogelijkheden met de gevel

in verband met de vast plaat maten. De

bovenste twee zijn rechthoekige platen

die verticaal (links) en horizontaal (rechts)

zijn geplaatst.

Linkonderin is het als een diagonaal

verdeeld om wat een compleet ander

beeld geeft. Dit kan natuurlijk on dder

elke hoek. De laatste is een gelijkmatige

verdeling van het valk, de gene die ook

is toegepast. Dit omdat het kleine platen

zijn die het robuste van een fort geven

daarnaast moet dit de sterkte van de

kubus geven net als een fort.

fig. 11 fig. 12

fig. 13 fig. 14

15 van23

Een geexplodeerd detail. Het

stalen frame waaruit de kubus is

opgebouwd draagt de buitenste

schil. Door gerbuik te maken

van plasitc stel elementen waar

vier gevelplaten op aanslui-

ten kunnen deze in de x, y en

z richting worden gesteld. De

plastic stelelementen bestaan

uit een deel dat wordt bevestigd

op het stalen frame waarover

een tweede plastic deel schuift

waardoor men in de x richting

kan stellen. Dezen wordt dan

gefixeerd als deze op de juiste

plek zit waarna de gevelplaten er

tegen aan worden bevestigd.fig. 15

16 van23

6.2 CONCEPT PROMENADEDe promenade moet de kubus, maar

ook het kunstwerk versterken. Om dit te

bereiken zullen er onderdelen van een

fort terug komen in de omgeving, maar

er zal ook voornamelijk worden gespeeld

met licht.

De forten vroeger werden voorzien van

pallisade’s (muren) om zo het fort te

verdedigen. Maar een muur is een blok-

kade, beveiliding en kan ook dienen als

een begeleiding voor de bezoeker. Door

een muur te doorbreken is de blokkade

verworpen, maar dit kan ook worden be-

reikd door de muur omlaag te brengen.

Er is dan nog sprake van een beveiliging

en de bezoeker wordt zo naar de kubus

begeleidt. (zie fig. 16).

Door de muur bij de entree en uitgang

omlaag te brengen is er zicht op het

kunstwerk binnen in de kubus (zie fig. 19).

Doordat er binnen in de kubus maar een

lichtpunt aanwezig dat staat gericht op

het kunstwerk krijgt dit de volle aan-

dacht. Om dit ook van buiten te laten zien

is het belangerijk om met licht te spelen.

Als men buiten staat waar het licht is ziet

men het licht binnen in de kubus niet,

dit komt doordat het licht van buiten het

licht van binnen overstemd. Maar als men

in een donkere omgeving staat en dan

naar de kubus kijkt ziet men wel het licht

dus het kunstwerk.

Door de bezoeker vanuit een donkere

plek te laten komen ziet men het kunst-

werk, naarmate men verder komt wordt

men begeleid door de muren die het

beeld niet belemmeren.

De zon draait over de bomen heen waar-

door de bezoeker geen directe lichtbron

ziet en wat het effect nog eens versterkt

zie figuur20 tot en met 24.

17 van23

Muur: Blokkade, maar ook beveiliging,

door deze te doorbreken wordt het geen

blokkade maar blijft het nog steeds be-

veiliging, dit kan ook worden bereikt door

de muur omlaag te brengen. Hiernaast

wordt het een begeleiding voor de be-

zoeker en beveiliding voor de kubus.

fig 17. De kubus is bijna niet meer zicht-

baar met een hoge muurt.

fig 18. Nogmaals de kubus met een hoge

muur

fig 19. De kubus met een oplopende

muur waardoor de entree en uitgang

zichtbaar zijn en het kunstwerk kan wor-

den gezien van uit de aankomst.

fig. 16

fig. 18

fig. 19

fig. 17

18 van23

Looproute #1

Looproute #2: definitief

fig. 20

fig. 21

fig. 22

19 van23

fig. 23

fig. 24

20 van 23

_7. UITWERKING

Op de komende pagina’s is de uitwerking

van het concept te vinden met een aantal

presentatie afbeeldingen. In de bijlage is

de technische uitwerking te vinden. Een

overzichtstekening met plattegrond, dak,

drie doorsnedes, gevel en de situatie.

Daarnaast een zestal details.

fig. 25

fig. 26

21 van23

fig. 26

fig. 27

22 van23

fig. 28

fig. 29

23 van23

Het ontwerpen van een kubus waarvaan

de maten en vele andere eisen al vast

staan is al lastig, maar als deze ook nog

speciaal moet worden ontworpen voor

een speciaal object doet dit er nog een

schepje boven op. Het is belangerijk om

alle punten mee te nemen en om geen

een punt onder te belichten of te laten

_8. CONCLUSIE onderdoen voor de andere. Hoe men de

kubus benaderd is van groot belang en

hoe kan dit bijdragen aan het kunstwerk.

Dit zijn intressante vragen die hierbij

goed zijn behandeld en wat resulteerde

in een geweldig uitdagende opdracht.

Het eindresultaat is dan ook erg span-

nend door de versterkende effecten van

elkaar en het spelen met licht.

fig. 29