Kropsla 2020 Rassenproef Zomer - Inagro · 2020. 10. 2. · VC (%) 3,63 4,71 2,91 4,12 p-waarde...
Transcript of Kropsla 2020 Rassenproef Zomer - Inagro · 2020. 10. 2. · VC (%) 3,63 4,71 2,91 4,12 p-waarde...
PROEFVERSLAG
Kropsla 2020 – Rassenproef
Zomer
Proefnummer: OO_GLA20KSL_RA03
Identificatie opdrachtgever:
Protocol identificatie opdrachtgever: INAGRO
VERSYCK Ronny
Ieperseweg 87 , Rumbeke
uitgevoerd door: Inagro VZW
Ieperseweg 87
8800 Rumbeke-Beitem
Manager: Greet Ghekiere
Onderzoeksleider: Bleyaert Peter
Praktijkonderzoeker: Decombel An
Expert: Versyck Ronny
Periode: 2020
Goedgekeurd door:
Onderzoeksleider: Manager:
Onderzoek financieel gesteund door de Vlaamse overheid, Departement Landbouw en Visserij, Afdeling
Ondernemen en Ontwikkelen.
Pagina: 2/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
1. Inhoudsopgave
1. INHOUDSOPGAVE .................................................................................................................. 2
2. DOELSTELLINGEN ................................................................................................................... 3
3. MATERIAAL EN METHODEN .................................................................................................... 3
3.1. DE EXPERIMENTELE CONDITIES VAN DE PROEF ......................................................................................3
3.2. OBJECTEN ......................................................................................................................................3
4. PROEFOMSTANDIGHEDEN...................................................................................................... 3
4.1. PROEFTERREIN ................................................................................................................................3
4.2. BODEMTYPE ...................................................................................................................................4
4.3. KLIMAAT ........................................................................................................................................4
4.4. WATERGIFT ....................................................................................................................................4
4.5. OVERZICHT VAN TEELT- EN PROEFVERLOOP ..........................................................................................4
5. RESULTATEN .......................................................................................................................... 5
5.1. OPBRENGST ...................................................................................................................................5
5.2. KWALITEIT .....................................................................................................................................6
5.3. HOUDBAARHEID ..............................................................................................................................9
5.3.1. Algemene presentatie ......................................................................................................9
5.3.2. Nerven ........................................................................................................................... 10
5.3.3. Snijvlak........................................................................................................................... 11
6. BESLUIT ................................................................................................................................ 12
7. BIJLAGEN .............................................................................................................................. 13
Pagina: 3/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
2. Doelstellingen
Onderling vergelijken van de zomerrassen kropsla van verschillende zaadhuizen.
3. Materiaal en methoden
3.1. DE EXPERIMENTELE CONDITIES VAN DE PROEF
Plantafstand 30 x 27 cm
Experimentele eenheid Netto: 36 Planten
Bruto: 77 Planten
Aantal parallellen 4
3.2. OBJECTEN
Nr Cultivar Zaadhuis Resistenties
1 Cosmopolia Rijk Zwaan Bl: 16-25,27,30-32 , NR:0, Pb
2 Fairly Enza Bl:16-34,36EU/Nr:0/TBSV
3 Lucrecia Rijk Zwaan Bl: 16-32,34,36EU, NR:0, Pb
4 Macumba Gautier-Semences Bl: 16-35EU, NR:0
5 42-123 RZ (= Letha) Rijk Zwaan Bl: 16-36EU, NR:0, IR: Fol4
6 42-BU1851 RZ Rijk Zwaan Bl: 16-36EU, NR:0, HR: Fol4
Bl: Bremia lactucae (valse meeldauw); Nr: groene slaluis; Pb: wortelluis; TBSV: Tomato bushy
stunt virus ; Fol: Fusarium oxysporum f.sp. lactucae (HR: hoog resistent; IR: intermediair resistent)
4. Proefomstandigheden
4.1. PROEFTERREIN
De proef werd aangelegd op volgende locatie: Inagro, Ieperseweg 87 Rumbeke: afdeling 12
Serre met een dubbele plastiekfolie in de zijwanden en een enkel folie in het dak. Bij het luchten
werd steeds een volledige kap geopend. Dit had tot gevolg dat bepaalde parallellen een iets anders
klimaat hadden dan de anderen en plaatselijk soms drogere zones werden gecreëerd.
Pagina: 4/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
4.2. BODEMTYPE
Grondanalyse voor bemesting (Uitgevoerd door Bodemkundige dienst van België):
Grondsoort Zandleem
Volumedichtheid 1,135 kg/l
Humusgehalte 1,8 %C
pH-KCl 7,4 Zout 1293 mg/l grond
Nitraat-N 149 kg N/ha
Ammonium-N 3 kg N/ha
Fosfaat 1273 mg P2O5/l grond
Kalium 631 mg K2O/l grond
Magnesium 489 mg MgO/ l grond
Kalk 6290 mg CaO/l grond
Natrium 73 mg Na2O/l grond
4.3. KLIMAAT
Gemiddelde Maximum Minimum
Kastemperatuur (°C) 19,4 36,0 8,1
Relatieve vochtigheid (%) 74 100 35
Buitentemperatuur (°C) 16,9 32,0 5,5
4.4. WATERGIFT
103 l/m²
4.5. OVERZICHT VAN TEELT- EN PROEFVERLOOP
Tijdstip Activiteit
20/05/2020 Zaaien
2/06/2020 Bemesting (3,8 kg/a KAS + 3,5 kg/a Vivikali + 2 kg/a Patentkali + 0,3 kg/a tripelsuperfosfaat + 1,1 kg DCM Unimix A)
3/06/2020 Planten
6/07/2020 Waarneming (Veldbeoordeling)
7/07/2020 Oogst (Oogstwaarnemingen) Waarneming (Bakbeoordeling en plantmetingen) Starten bewaarproef (4,5°C)
08/07/2020 Waarneming (Houdbaarheid (1d bewaring))
10/07/2020 Waarneming (Houdbaarheid (3d bewaring))
14/07/2020 Waarneming (Houdbaarheid (7d bewaring))
Pagina: 5/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
Gewasbescherming
Tijdstip Handelsmiddel
4/06/2020 Amistar (0,8 l/ha)
05/06/2020 Previcur Energy (2,5 l/ha) + Tracer (0,2 l/ha) + Kenja (1,0 l/ha) + Pirimor (0,4 kg/ha)
11/06/2020 Luna sensation (0,8 l/ha)
17/06/2020 Revus (0,8 l/ha) + Scala (2,0 l/ha) + Oikos (1,5 l/ha) + Movento 100SC (0,45 l/ha)
5. Resultaten
De resultaten werden verwerkt via het statistisch pakket AGROVA-R ontwikkeld door Inagro in R-taal
en gevalideerd met SPSS.
Legende bij de resultaten tabellen:
• Waarden gevolgd door dezelfde letter zijn niet significant verschillend (p=0,05)
• KWV = Kleinste wezenlijk verschil; VC = variatiecoëfficiënt (%)
• p-waarde: * = Significant (p<0,05); ** = Zeer significant (p<0,01); *** = Uiterst significant
(p<0,001); N.S. = Niet significant (p>=0,05) • (1) Voldoet niet aan de basisvoorwaarden en een niet parametrische toets werd uitgevoerd. De
Tukey toets werd vervangen door de post-hoc Kruskal Wallis toets.
5.1. OPBRENGST
Nr Object Kropgewicht (g)
1 Cosmopolia 570 a
2 Fairly 562 a
3 Lucrecia 575 a
4 Macumba 544 a
5 42-123 RZ 567 a
6 42-BU1851 RZ 589 a
Gemiddeld 568
KWV 100,93
VC (%) 7,74
p-waarde 0,790 N.S.
Door de warme omstandigheden evolueerde de sla snel. Doordat de optimale oogstperiode in het
weekend viel werd iets te laat geoogst. Er waren geen significante verschillen in kropgewicht tussen
de rassen.
Pagina: 6/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
5.2. KWALITEIT
Nr Object Veldvulling Uniformiteit Kropvulling Kropsluiting Kleur
1 Cosmopolia 7,8 ab 7,6 a 8,3 a 6,6 a 6,8 bc
2 Fairly 8,3 a 8,0 a 8,3 a 6,0 a 7,8 a
3 Lucrecia 7,6 ab 7,9 a 8,3 a 6,0 a 6,0 c
4 Macumba 7,9 ab 7,9 a 8,4 a 6,3 a 7,0 ab
5 42-123 RZ 7,5 b 7,1 a 8,4 a 6,4 a 6,0 c
6 42-BU1851 RZ 8,1 ab 7,8 a 8,1 a 6,3 a 6,8 bc
Gemiddeld 7,9 7,7 8,3 6,3 6,7
KWV 0,67 0,9 0,71 1,34 0,79
VC (%) 3,72 5,07 3,76 9,35 5,15
p-waarde 0,018 * 0,072 N.S. 0,863 N.S. 0,660 N.S. 0,000 ***
9= Goed Goed Gevuld Gesloten Blond
1= Slecht Slecht Hol Open Donker groen
Fairly heeft een beter veldvulling dan 42-123 RZ en heeft de meest blonde bladkleur.
Nr Object Rand Droogrand Geel blad Smet
1 Cosmopolia 7,3 bc 6,9 ab 7,9 a 7,1 a
2 Fairly 8,8 a 8,0 a 7,5 a 7,1 a
3 Lucrecia 6,6 c 8,0 a 7,9 a 7,3 a
4 Macumba 3,1 d 8,4 a 7,6 a 7,6 a
5 42-123 RZ 9,0 a 7,1 ab 7,9 a 7,8 a
6 42-BU1851 RZ 8,4 ab 6,0 b 7,6 a 6,8 a
Gemiddeld 7,2 7,4 7,7 7,3
KWV 1,47 1,77 0,74 1,12
VC (%) 8,89 10,44 4,19 6,67
p-waarde 0,000 *** 0,005 ** 0,424 N.S. 0,100 N.S.
9= geen geen geen geen
1= veel veel veel veel
Alle kroppen van Macumba vertoonden veel rand, en dit tot diep in de krop. Ook Lucrecia en
Cosmopolia had wat problemen met rand, maar dit concentreerde zich vaak tot enkele kroppen.
Fairly, Lucrecia en Macumba waren sterk op droogrand. 42-BU1851 RZ, Cosmopolia en 42-123 RZ
waren gevoeliger voor droogrand. De droogrand bij 42-BU1851 RZ was vaak nog aanwezig in een
vroeg stadium waarbij een gele rand zichtbaar was op de bladeren (zie Figuur 1)
Pagina: 7/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
Figuur 1 Gele randen op de bladeren bij 42-BU1851 RZ als voorbode voor droogrand
Nr Object Bakvulling Graterigheid Broek Zijscheuten
(1) (1)
1 Cosmopolia 6,9 c 8,4 a 5,8 ab 5,5 c
2 Fairly 7,9 a 8,3 a 5,3 b 7,4 b
3 Lucrecia 7,6 ab 8,4 a 5,3 b 8,0 a
4 Macumba 7,4 abc 8,0 a 5,3 b 7,3 b
5 42-123 RZ 7,3 bc 8,4 a 6,0 a 5,5 c
6 42-BU1851 RZ 7,1 bc 8,5 a 5,4 ab 7,6 ab
Gemiddeld 7,4 8,3 5,5 6,9
KWV 0,54 0,52
VC (%) 3,18 2,75
p-waarde 0,000 *** 0,099 N.S.
9= Goed Gesloten Te geschouderd Geen
5= Vlak
1= Slecht Open Te puntig Veel
Fairly kende een hele goede bakvulling. Cosmopolia, 42-123 RZ en 42-BU1851 RZ hadden de minste
bakvulling. 42-123 RZ had de meest geschouderde broek.
Lucrecia vertoonde weinig zijscheuten. Cosmopolia en 42-123 RZ vormden veel zijscheuten (zie
Figuur 2)
Pagina: 8/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
Figuur 2 Bij Cosmopolia (links) en 42-123 RZ (rechts) werden de meeste zijscheuten waargenomen
De hoge kropgewichten, hoge kroppen en bij horende pitlengtes zorgden ervoor dat de meeste
kroppen boven de bakken uit kwamen (zie Figuur 3) . Dit was het meest uitgesproken voor de rassen
Fairly en 42-123 RZ.
Figuur 3 Kroppen kwamen vaak boven de kist uit (rassen staan gerangschikt van rechts naar links)
Nr Object Snijvlak
(mm) Pitlengte
(cm) Krophoogte
(cm) Pitlengte/krophoogte
(%)
1 Cosmopolia 19,1 ab 5,7 ab 12,2 ab 47 a
2 Fairly 18,5 b 5,6 ab 12,0 b 47 a
3 Lucrecia 19,5 ab 5,5 b 11,9 b 46 a
4 Macumba 19,8 ab 6,0 ab 12,2 ab 49 a
5 42-123 RZ 20,2 a 6,1 a 12,9 a 47 a
6 42-BU1851 RZ 19,7 ab 5,8 ab 12,2 ab 47 a
Gemiddeld 19,4 5,8 12,2 47
KWV 1,62 0,62 0,82 4,45
VC (%) 3,63 4,71 2,91 4,12
p-waarde 0,052 N.S. 0,056 N.S. 0,013 * 0,403 N.S.
Ook bij de pitlengte is te zien dat de rassen al heel rijp waren. De pitlengtes waren hoog en bij
sommige kroppen was al schot waar te nemen.
Pagina: 9/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
5.3. HOUDBAARHEID
Bij oogst werden van 3 parallellen 12 kroppen geoogst in hoge EPS kisten. De kroppen werden
afgespoeld en afgedekt met een REO-dekvel. Per parallel werden de kisten ad random gestapeld. De
bewaring gebeurde in een koelcel (droge koeling) bij 4,5°C . De kisten werden 1, 3 en 7 dagen na
bewaring beoordeeld.
5.3.1. Algemene presentatie
Aantal dagen na bewaring Nr Object 1 3 7
1 Cosmopolia 8,5 a 7,8 a 7,2 a
2 Fairly 8,5 a 7,5 a 7,2 a
3 Lucrecia 8,3 a 7,5 a 6,7 a
4 Macumba 8,3 a 8,0 a 7,2 a
5 42-123 RZ 8,2 a 7,7 a 6,8 a
6 42-BU1851 RZ 8,7 a 8,0 a 7,3 a
Gemiddeld 8,42 7,75 7,06
KWV 1,53 1,58 1,67
VC (%) 6,42 7,16 8,35
p-waarde 0,893 N.S. 0,761 N.S. 0,74 N.S.
9= Zeer goed
7= Nog verkoopbaar
<5= Niet consumeerbaar
1= Heel slecht
Enkele kroppen van verschillende rassen hadden bij de oogst al wat verkleuring als gevolg van smet
tijdens de teelt. Dit werd waargenomen bij één herhaling van Fairly, Lucrecia en Macumba. Deze
verkleuring werd meer uitgesproken tijdens de bewaring. Dit had een grote impact op de score voor
algemene presentatie voor de bak waarin ze in zaten.
1 dag bewaring 3 dagen bewaring 7 dagen bewaring
Figuur 4 Impact van schade door smet doorheen de bewaring
Pagina: 10/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
5.3.2. Nerven
De onderste 5 nerven van iedere krop kreeg een score van 0 t.e.m. 2 (0= geen aantasting; 2= zware
aantasting). Dan werd het gemiddelde genomen van alle kroppen
Aantal dagen na bewaring Nr Object 1 3 7
1 Cosmopolia 9,3 a 9,1 a 8,5 ab
2 Fairly 9,1 a 8,8 a 7,7 ab
3 Lucrecia 9,2 a 8,5 a 7,0 ab
4 Macumba 9,4 a 8,9 a 7,9 ab
5 42-123 RZ 9,4 a 8,2 a 6,9 b
6 42-BU1851 RZ 9,6 a 9,1 a 8,7 a
Gemiddeld 9,33 8,75 7,78
KWV 1,85 1,96 1,78
VC (%) 6,97 7,92 8,09
p-waarde 0,953 N.S. 0,568 N.S. 0,026 *
10= Geen schade of verkleuring
0= Heel veel schade en verkleuring
Niettegenstaande er in algemene presentatie geen significante verschillen waren tussen de rassen
werd na 7 dagen bewaring wel een significant verschil waargenomen in de nerven tussen 42-123 RZ
en 42-BU1851 RZ. Bij 42-123 RZ waren door de hoogte van de kroppen heel wat nerven geplet terwijl
bij 42-BU1851 RZ bijna geen geplette nerven werden waargenomen. Deze geplette nerven
verkleuren tijdens de bewaring (zie Figuur 5).
Figuur 5. Verkleuring van geplette nerven bij 42-123 RZ na 7 dagen bewaring
Pagina: 11/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
5.3.3. Snijvlak
Aantal dagen na bewaring Nr Object 1 3 7
1 Cosmopolia 7,8 a 7,2 a 5,8 a
2 Fairly 7,7 a 6,7 a 5,2 a
3 Lucrecia 7,7 a 7,0 a 5,2 a
4 Macumba 7,7 a 7,2 a 5,5 a
5 42-123 RZ 7,7 a 6,7 a 5,3 a
6 42-BU1851 RZ 8,3 a 7,7 a 6,3 a
Gemiddeld 7,81 7,06 5,56
KWV 1,15 1,31 1,61
VC (%) 5,19 6,55 10,22
p-waarde 0,336 N.S. 0,169 N.S. 0,176 N.S.
9= Wit
1= Donker rood/bruin
Er waren geen significante verschillen in roodverkleuring van het snijvlak tussen de rassen. Er was
wel een trend naar iets lichtere snijvlakken bij het ras 42-BU1851 RZ (zie Figuur 6).
Figuur 6 De snijvlakken van 42-BU1851 RZ na 7 dagen bewaring
Pagina: 12/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
6. Besluit
De oogst viel iets te laat waardoor verschillende kroppen al te rijp waren en de oogstgewichten nogal
aan de hoge kant zijn ( ±560 gram).
Fairly deed het heel goed in deze rassenproef met een mooi kropgewicht en broek. Dit royale ras
scoorde sterk op rand en droogrand. Niettegenstaande de hoge kroppen waren in de bewaring geen
problemen met uitgesproken veel geplette nerven.
Nieuwkomer 42-BU1851 RZ, met een intermediaire resistentie tegen Fol4, deed het zeer goed. Enkel
de gevoeligheid voor droogrand dient wat in de gaten gehouden te worden al is deze vaak nog maar
aanwezig onder de vorm van gele randen.
Lucrecia was een goede middelmaat die sterk scoorde op droogrand en weinig zijscheuten vormt. Dit
donkerder ras was in deze proef wel iets gevoeliger voor droogrand.
De resultaten van Cosmopolia waren vergelijkbaar met Lucrecia maar er was een grotere
gevoeligheid voor droogrand en er worden veel zijscheuten aangelegd.
42-123 RZ is een compacter donkerder type die sterk was tegen rand. De broek was iets meer
geschouderd en er was een grotere gevoeligheid voor droogrand en het vormen van zijscheuten. De
hoge kroppen zorgden door de geplette nerven voor wat meer problemen in de bewaring. Rijk
Zwaan laat weten dat de productie van dit ras zal worden stilgelegd omdat ze het ras niet zuiver
krijgen.
Macumba is minder geschikt voor deze periode door zijn grote gevoeligheid voor rand.
Pagina: 13/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
7. Bijlagen
➢ Bijlage I: Klimaatomstandigheden tijdens de teelt
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
RV
(%
)
Kas
tem
pe
ratu
ur
(°C
)
Kastemperatuur RV
0
200
400
600
800
1000
1200
1400
1600
1800
2000
0
5
10
15
20
25
30
35
Stra
ling
(W/m
²)
Bu
ite
nte
mp
era
tuu
r (°
C)
Buitentemperatuur Straling
Pagina: 14/14 Proefnummer OO_GLA20KSL_RA03
➢ Bijlage II: Watergift
Datum Watergift (l/m²) 3/06/2020 2 4/06/2020 1 (broezen na Amistar)
4/06/2020 2 5/06/2020 3 6/06/2020 3 7/06/2020 3 8/06/2020 3 10/06/2020 5 11/06/2020 4 12/06/2020 4 13/06/2020 4 14/06/2020 4 16/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
19/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
21/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
23/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
24/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
25/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
26/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
28/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
30/06/2020 5 + calciumnitraat (EC: 1,8 mS/cm)
2/07/2020 5 3/07/2020 5 4/07/2020 5 6/07/2020 5
Totaal 103