Koetshuis - themamagazine zomer 2014

20
1 Koetshuis van paarden en koetsen tot museumcafé Geschiedenis Herinneringen Restauratie Moestuin Slot Zuylen themamagazine zomer 2014

description

Van paarden en koetsen naar museumcafé. Geschiedenis, herinneringen en restauratie van het Koetshuis van Slot Zuylen.

Transcript of Koetshuis - themamagazine zomer 2014

Page 1: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

1

Koetshuisvan paarden en koetsen tot museumcafé

Geschiedenis

Herinneringen

Restauratie

Moestuin

Slot Zuylenthemamagazine zomer 2014

Page 2: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

2

InhoudInleiding: een TOP-locatie 3

Van koetsen en paarden tot woonhuis

5

Lucile van Tuyll 11

Piet Dekker 12

Frits van Tuyll 13

Corinne van Zaaijen

Zomaar een herfstdag

14

15

Architect en aannemer 17

Moestuin 18

ColofonUitgave: Stichting Slot Zuylen, 2014

Teksten: Truus Dekker Marian van Dijk Gert van Schuppen Bets van der Voort

Fotografie: Alex Bunjes

Vormgeving en eindredactie: Arjan den Boer

www.slotzuylen.nl

Page 3: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

3

inleiding

Het Koetshuis van Slot Zuylen, een TOP-locatieHet is goed dat er zoveel mooie foto’s zijn gemaakt van de situatie voor en tijdens de verbouwing, want het Koetshuis heeft een ware metamorfose ondergaan. Aan de buitenkant is het gebouw teruggebracht in de staat van de 18e eeuw – met grote ronde gevelopeningen waar de rijtuigen naar binnen konden rijden – en van binnen is het omgetoverd tot een comfortabele en lichte ontvangstruimte.

Om te besluiten tot herbestemming van het Koetshuis is Slot Zuylen niet over één nacht ijs gegaan. De onderbouwing van de inhoudelijke plannen, het afdekken van de financiële risico’s en de inschatting van de bouwkundige verrassingen van het gebouw zorgden voor veel hoofdbrekens nog voor er één steen was verplaatst. Maar de tijd drong: mede door de financiële crisis en de toegenomen concurrentie, zag Slot Zuylen de inkomsten uit verhuur steeds verder dalen. Zij moest haar marktpositie verstevigen en de kansen benutten om meer bezoekers en huurders te trekken.

Knus De theeschenkerij in het slot - met 30 zitplaatsen – was in de jaren tachtig van de vorige eeuw een prachtige oplossing voor de ontvangst van de bezoekers. In groepjes van 15, maximaal 20 personen, konden ze met gemak terecht in de knusse ruimte met de roodgeblokte kleedjes, de knopstoelen en de vitrine met artikelen die konden worden gekocht bij dezelfde medewerker die ook het kopje koffie inschonk en het toegangskaartje voor de rondleiding uitreikte. Het werd al moeilijker toen er grote groepen per bus naar Slot Zuylen kwamen. Maar ook daar werd een oplossing voor gevonden: de helft van de groep startte bij aankomst onmiddellijk met de rondleiding, terwijl de andere helft eerst koffie dronk. Het was een oplossing, maar erg gastvrij was het natuurlijk niet. Ronduit problematisch werd de situatie rondom huwelijken. Als een huwelijksplechtigheid uitliep en het volgende gezelschap al naar binnen

wilde, was er in de theeschenkerij te weinig ruimte om de mensen op te vangen. En dan was er ook nog de beperking van het geluid. De houten vloeren in het slot zorgden ervoor dat twee groepen niet tegelijkertijd in het slot konden verblijven: op de bovenverdieping konden de gesprekken in de theeschenkerij soms woordelijk worden gevolgd. Het verhuren van de ruimtes in het slot bleek bovendien schadelijk te zijn voor de collectie. Niet alleen zetten sommige gasten onverstoorbaar hun glas op een museumstuk, ook de temperatuurschommelingen – veroorzaakt door de af- en aanvoer van de catering via de voordeur – bedreigden de conditie van de schilderijen, de meubels en het wandtapijt. En zo ontstond het plan om de theeschenkerij en het grootste deel van de verhuur-met-catering te verplaatsen naar het Koetshuis en het tweede Poortgebouw in te richten als winkel annex ticketoffice.

Tekeningen Al in 2007 werden de eerste tekeningen van architect Paul Lageschaar op tafel gelegd bij de gemeente Maarssen, die immers de benodigde vergunningen moest afgeven voor de verbouwing van het monumentale pand. Ook werd er overlegd met een mogelijke uitbater. De plannen werden doorgerekend en de eerste contacten met de fondsen werden gelegd. In 2008 zegde de provincie Utrecht een bedrag toe van € 200.000 voor de verbouwing van het Koetshuis en de inrichting van een informatiecentrum dat de naam Land van Zuylen meekreeg.

Page 4: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

4

Land van Zuylen Daar waar de focus in het kasteel ligt op de vrouwen van Slot Zuylen, zal de bezoeker in het Land van Zuylen de cultuurhistorische waarde van het omringende land beleven vanuit de rol die de slotheer door de eeuwen heen speelde. Vanuit dit historisch perspectief krijgt de bezoeker inzicht in de ontwikkeling van het huidige landschap, de rol van het water en van de stad Utrecht..

Niemand kon in 2008 vermoeden dat er nog een lang traject zou volgen totdat in 2011 eindelijk de benodigde vergunningen werden afgegeven. Inmiddels waren de plannen bijgesteld om het project financieel haalbaar te maken en de steun van de omgeving te verwerven. Zo werd de inrichting van het Koetshuis vereenvoudigd en werd er geen contract met een vaste uitbater gesloten. In mei 2012 kon de winkel worden geopend en eind januari 2014 werd de fondsenwerving voor het Koetshuis succesvol afgesloten. Mede door de goede faciliteiten in het Koetshuis kon Slot Zuylen bovendien worden aangemerkt als Toeristisch Overstap Punt (TOP), een centraal startpunt voor bezoekers die de Vechtstreek willen verkennen.

Stapsgewijs Het Koetshuis zal stapsgewijs worden ingericht. In juli 2014 worden het theehuis en de bovenzaal geopend voor het publiek, daarna zullen de faciliteiten voor de TOP worden gerealiseerd, zoals een oplaadpunt voor de elektrische fiets en tot slot zal in het voorjaar van 2015 het informatiecentrum Land van Zuylen worden geopend. We hebben dan al uitgebreid kunnen proefdraaien met onze nieuwe bedrijfsleider horeca, salesmanager en onze groep vrijwilligers. We weten dan of de bezoekers de lunch met producten uit eigen moestuin en de fairtrade koffie van Peeze waarderen. En we hopen natuurlijk dat veel groepen zullen neerstrijken in de sfeervolle bovenzaal, onder de originele houten kap voor een ‘aangeklede’ koffie, een lunch, een high tea of een huwelijksreceptie. Want met het geld dat we in het Koetshuis verdienen, kunnen we Slot Zuylen overeind houden. Als het Koetshuis is ingewijd wacht er een geweldige nieuwe uitdaging in het slot: de inrichting van de benedenverdieping tot publieksruimte en Kindermuseum.

Marian van Dijk, juli 2014

Start verbouwing, december 2013

Page 5: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

5

Van koetsen en paarden tot woonhuisHet koetshuis van Slot Zuylen werd gebouwd in de eerste helft van de 18e eeuw. In een koetshuis horen natuurlijk een of meer koetsen en meestal ook de paarden die daarvoor nodig zijn. Het koetshuis van Slot Zuylen diende in de 20e eeuw ook als stalling voor automobielen en vanaf 1952 als woonhuis.

In oude inventarislijsten, opgemaakt bij het overlijden van een ‘heer van Zuylen’, lezen we wat er zoal in het Koetshuis stond. Het gebouw ontstond in de tijd van Diederik Jacob van Tuyll van Serooskerken (1707-1776), de vader van Belle van Zuylen. Hij liet ook het Slot verbouwen door architect Jacob Marot tot het statige huis zoals we dat nu nog kennen.

Na zijn overlijden stonden er in de Stalling en Koetshuis slechts een paardenslee, een graswagen, een haverkist, een snijbank en een wip. Er stond ook niet veel bij het overlijden van de broer van Belle, Willem René (1743-1839). De lijst vermeldde een wagentje (misschien een koets, gezien de waarde van 30 gulden), een rolwagentje en twee emmers.

Tekening uit ca. 1775 door D.A. Clemens met rechts een gedeelte van het koetshuis.

Page 6: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

6

Wagenpark Carel Emanuël van Tuyll van Serooskerken (1775-1845) beschikte over een groene Engelse coupé-koets, een gesloten rijtuig voor twee personen, bedoeld voor alledaags gebruik. Dit koetsje was aan voorzien van het alliantiewapen van de Van Tuylls en de familie van zijn vrouw, Elisabeth Henriëtta Collot d’Escury. Dat weten we van een ontwerptekening voor deze beschildering uit het archief. Verder is er een tekening bewaard van een Groene Wagen te Zuylen gerepareerd en gevervd te Maarsen in Juny 1839.

De volgende Willem René (1813-1888) liet in 1873 het Koetshuis verbouwen. Het kreeg onder meer een nieuwe balkenkap en vloer. In het gebouw bevonden zich volgens het bestek een paardenstal, koetshuis, tuigenkamertje, slaapkamer (voor de koetsier?) en een secreet.In 1899 overleed Willem Renés weduwe, Françoise Margaretha van Weede. Zij liet een flink aantal koetsen na: een landauer, een vigilante, een sociable en een breack. Ook waren er toen vier spannen van elk twee paarden, plus nog twee extra paarden en tuig, dekens en stalgereedschap.

Page 7: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

7

Phaeton De enige koets die bewaard is gebleven – tegenwoordig in de kelder van Slot Zuylen – is de phaeton. Dit was rond 1900 een modern privé-rijtuig dat het tijdperk van koetsen voor alledaags gebruik afsloot. De koets was à double usage: zowel met als zonder koetsier te gebruiken. De phaeton werd in 1904 voor het eerst vermeld in familiecorrespondentie:Vanmiddag zijn Papa en ik in de phaeton met de beide paarden gereden naar Vreeland om een visite te maken bij de Backers, waar wij het heel gezellig hadden.

Waarschijnlijk voerde dit tochtje naar de familie van jonkheer J.A.F. Backer, de burgemeester van Vreeland.Wellicht kwam de phaeton mee naar Zuylen met F.L.S.F. van Tuyll van Serooskerken (1858-1934) die in 1900 zijn kinderloze voorganger opvolgde als kasteelheer. Op foto’s van de feestelijke inhaal van

de baron en zijn vrouw staan paarden en koetsen, maar of de phaeton daar bij was is niet zichtbaar.Het goed bewaarde rijtuig zal de komende jaren worden gerestaureerd en daarna een plaats krijgen in het Koetshuis. Het Prins Bernhard Cultuurfonds, dat zich inzet voor behoud van mobiel erfgoed in z’n oorspronkelijke omgeving, wil hieraan bijdragen.

Page 8: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

8

WoonhuisIn 1952 werd Slot Zuylen ondergebracht in een stichting en als museum opengesteld. De laatste kasteelheer, F.C.C. baron van Tuyll van Serooskerken (1886-1958) en zijn echtgenote L.A. barones van Lynden, namen hun intrek in het Koetshuis, waar ze tot hun beider dood gewoond hebben.

Architect J.C. Sprey uit Arnhem kreeg de opdracht om van het Koetshuis een woning te maken. Hij heeft dit op inventieve wijze gedaan naar de wensen van de opdrachtgever en met beperkt beschikbare bouwmaterialen. De grootste ingreep was het gedeeltelijk verlagen van de vloer van de eerste verdieping, zodat er meer staruimte ontstond onder het schuine dak. Door te ‘spelen’ met het

plafondniveau zorgde hij ook dat het staand horloge in de hal paste.Op de benedenverdieping waren de keuken, de woonvertrekken en de werkkamer van de baron met daarin een grote vaste boekenkast. Naast de grote slaapkamer en badkamer was er boven een lange gang met aan de ene zijde kleine kamers en aan de ander kant drie ruime slaapkamers voor inwonend personeel en gasten. Aan het uiteinde was een zolder met ‘appelrekken’.Bij de verbouwing van 1952 werd een glas-in-lood-raampje aangebracht met een ridder te paard die het familiewapen op zijn schild draagt – zeer toepasselijk aan het Tournooiveld.

Page 9: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

9

Bij koetsen en paarden hoort ook een koetsier. Van ca. 1900-1930 was Johannes Renes (1862-1941) de koetsier van de familie Van Tuyll. Op foto’s uit 1901 zien we hem te paard in zijn palfrenierskostuum. Toen hij 25 jaar in trouwe dienst was werd hij beloond met een zakhorloge, dat onlangs door zijn kleindochter aan Slot Zuylen is geschonken.

Van de vele paarden die in de loop der jaren in de stal van het koetshuis hebben gestaan, kennen we er één van naam: Ruby. De foto van dit paard bij het koetshuis is gemaakt in juni 1940. Toen kwam Ruby weer terug op Slot Zuylen nadat hij een klein jaar eerder, bij het begin van de mobilisatie, was meegegeven aan artillerie-luitenant Van Schelven.

9

Page 10: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

10

In de loop van de twintigste eeuw werden koetsen ‘ingehaald’ door automobielen. Van een amateurfilmpje uit 1932, waarin de kinderen Van Tuyll worden rondgereden over het voorplein, weten we dat er ook op Slot Zuylen al vroeg auto’s te vinden waren. Het Koetshuis ging functioneren als garage en de koetsier als chauffeur.

Waarschijnlijk bleven er een of enkele rijtuigen achter in het Koetshuis voor plezierritjes, in ieder geval de phaeton. Ook bezat de familie Van Tuyll rond 1925 een ezelskar voor tochtjes met de kinderen.

F.C.C. baron van Tuyll van Serooskerken en kinderen met ezelskar, ca. 1925

bekijk het filmpje

http://youtu.be/pVjM0Ps-hek

10

Page 11: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

11

Kleindochter Lucile herinnert zich de verbouwing van het koetshuis tot woonhuis nog goed: “Het mooiste was dat de kinderen spijkers mochten zoeken tussen het bouwafval. Elke spijker leverde een cent op!”Voor haar grootouders was het een hele stap om het Grote Huis open te stellen voor publiek, wel gaf haar grootvader zelf de eerste rondleiding. De bezoekers kwamen voor het kasteel en de verhalen over de bewoners, maar probeerden ook een glimp van de familie zelf op te vangen. Zo moest het wandelpad langs de gracht aan de kant van hun huis voor publiek worden afgesloten.Lucile van Tuyll: “Grootmoeder wilde niet dat de portretten van haar en grootvader voor iedereen te bezichtigen waren; zij wilde niet bewonderd worden. Voor m’n grootouders gold: noblesse oblige, al werd dit nooit zo uitgesproken. De portretten hebben tot lang na haar dood in de vergaderzaal gehangen, waar geen museumbezoekers kwamen. De statige houding op haar portret straalt uit dat zij eigenlijk

niet geschilderd wilde worden; ze had geen tijd om te poseren. Ze was altijd druk met het bestieren van het huishouden en de zorg voor mensen om haar heen en in het dorp. Waar nodig werd er in overleg met de wijkverpleegster gezorgd voor extra eten of andere zaken die ergens nodig waren.” Deze zorg werd ook na de verhuizing voortgezet. Zelfs op rustige momenten, zoals bij het theedrinken, was Luciles grootmoeder nog bezig; zij had altijd wel een handwerk onder handen. Ook Lucile leerde op jonge leeftijd breien, haken, naaien en borduren.Lucile logeerde graag bij haar grootouders in het Kleine Huis; er waren vaak ook nichtjes om mee te spelen. De kleinkinderen speelden in het Engelenhof, een speelhuisje dat vanuit de grote tuin was meeverhuisd naar het Tournooiveld. Ook op latere leeftijd, tijdens haar studie, was Lucile graag bij haar grootmoeder: “Het was een ideale plek om te studeren en te ontspannen.”

Lucile van Tuyll van Serooskerken:

“Een ideale plek om te spelen, studeren en ontspannen”In 1952 werd Slot Zuylen een museum. De grootouders van Lucile van Tuyll van Serooskerken verhuisden van het Grote Huis (het kasteel) naar het Kleine Huis, voorheen koetshuis. Het werd eerst ingrijpend verbouwd.

Page 12: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

12Frits, Lex, Willem, Hans, Everard, Hansje en Jetske

“Ik kwam als 2-jarig jochie uit Middelburg naar Oud-Zuilen met mijn ouders en mijn zusje. We hebben een tijdje ingewoond bij de ouders van Hilde de Haan in de Dorpsstraat in Oud-Zuilen, trokken daarna in het huis aan het begin van de oprijlaan, tegenover het bruggetje naar de kerk, en zijn rond 1949 naar het Tournooiveld verhuisd.”Van de eerste jaren weet Piet weinig. “Pas toen we binnen de poort woonden kwam ik in contact met alles wat daar gebeurde. Ik kwam toen ook wel in het koetshuis. Dit functioneerde niet meer als zodanig. Ik herinner me dat de middelste deur toegang gaf tot een soort deel waar links en rechts paardenboxen waren.”Koetsen waren in de tijd dat Piet Dekker opgroeide al vervangen door auto’s. “Jan Kazius was de chauffeur van meneer Van Tuyll. Hij droeg een donkergrijs pak en een pet met boven de klep een baronnenkroontje. Later kwam er een groene Mercedes waarmee Jan meneer en mevrouw overal heen reed. Als het nodig was reed hij ons ook, bijvoorbeeld naar het ziekenhuis. Ook werden we soms naar het station in Utrecht gebracht

als moeder met de kinderen en veel bagage naar onze grootouders op Walcheren ging. De trein vertrok al rond 5 uur en dan reed er nog geen bus.”Van de koets die bewaard is in Slot Zuylen herinnert Piet zich dat deze bij de viering van het 700-jarig bestaan van Zuilen heeft meegereden in een grote optocht door Oud- en Nieuw-Zuilen. “Op de bok zaten geloof ik De Feijter en Den Herder, de boer van de Slotboerderij. Als passagiers fungeerden de heer en mevrouw Loman, een oud-werknemer van meneer Van Tuyll, gekleed in Utrechts kostuum.”

Piet Dekker:

“De chauffeur bracht ons soms naar het station”Tegenover het Koetshuis woonde decennialang de van oorspong Zeeuwse familie Dekker. Dhr. Dekker was sinds 1946 tuinman en huisknecht op het Slot. Hij bleef tuinbaas toen het kasteel een museum werd. Zoon Piet Dekker groeide op aan het Tournooiveld. Zijn ouders woonden er tot aan hun dood.

Dhr. en mevr. Dekker

12

Page 13: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

13Frits, Lex, Willem, Hans, Everard, Hansje en Jetske

Frits woonde als klein kind in het huis naast de poort, tegenover het Koetshuis. Ter onderscheid van de vele gelijknamige neefjes werd hij Fritsje van de poort genoemd. In 1979 namen Frits en zijn gezin hun intrek in het Koetshuis. Hun zoontje van vier wilde eerst niet naar Oud-Zuilen verhuizen omdat hij geen van de poort wilde heten!Frits van Tuyll: “Aan het huis hoefde niet veel te gebeuren. Het gietijzeren bad hebben we vervangen door een waterbesparend bad, de keuken gemoderniseerd (met vaatwasser) en na een flinke lik verf voldeed het aan de eisen van die tijd. Het was een heerlijk woonhuis, groot en licht; met ruimte voor logeer- en andere partijtjes, voor honden en parkieten, voor vogels onder de dakpannen, voor zwaluwen in de garage en in de winter af en toe ook voor een veldmuisje.”Er was veel tuin om het huis, met een zandbak en ruimte om te fietsen. Er was een moestuin die Frits in de weekends bewerkte en waarvan Anne-Mieke de vruchten verwerkte voor de vriezer.

Het speelhuisje van de freules – het Engelenhof op het grasveld voor het huis – kreeg in die dagen de bijnaam Bengelenhof. “Op het gras werd gevoetbald, gehockeyd en gekampeerd en in de garage stond een pingpongtafel. Het was dus geen beperking dat de kinderen tot hun zesde niet buiten de poort mochten spelen. Dat werd anders toen ze naar de Koningin Emmaschool gingen,” vertelt Frits.“Elke avond gingen de luiken van het huis dicht. In de winter was dat behaaglijk (en economisch), want de schuiframen waren niet echt tochtvrij. In de zomer stonden de luiken overdag ‘aan’ tegen de felle zon. De poort werd elke avond om 10 uur gesloten door de tuin- en buurman, de heer Dekker. Een betere buurman kon je je niet wensen. Om 8 uur ‘s-morgens ging de poort dan weer open. Er heerste rust en regelmaat.”Na 21 jaar, toen de kinderen waren uitgevlogen, verhuisden de laatste bewoners Van Tuyll naar elders. Het Kleine Huis was toch te groot geworden.

Frits van Tuyll van Serooskerken:

“Na een flinke lik verf voldeed het aan de eisen van de tijd”Nadat Lucile Agnes barones van Tuyll van Serooskerken-van Lynden in 1978 overleed betrok kleinzoon Frits van Tuyll met zijn gezin het koetshuis dat zijn grootouders in 1952 tot woonhuis hadden laten verbouwen.

13

Page 14: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

14Frits, Lex, Willem, Hans, Everard, Hansje en Jetske

“We trokken op een zondagmiddag in het koetshuis met alleen een matrasje en een tandenborstel. ‘s-Avonds gingen we met de grote sleutel van de poort naar restaurant Belle om iets te eten. Er was nog geen elektriciteit, geen telefoon en geen warm water. Na een koude douche stonden we maandagochtend voor het raam op de verhuizers te wachten. We zagen het slot, de poort... het leek wel of we teruggingen in de tijd. Dat gevoel werd versterkt toen we aan de overkant een vrouw in klederdracht naar de brievenbus zagen lopen: met kap, blote armen en prachtige Zeeuwse bloedkoralen. Een onvergetelijk beeld,” aldus Corinne. De dame waarover ze vertelt was mevrouw Dekker, de echtgenote van de tuinman.

De bijzondere omgeving bleef verrassen. “Zoals de prachtige huwelijkskoetsen die soms met een vierspan de scherpe bocht over de brug namen.

En ieder voorjaar was er een enorm gespetter in de gracht; het leek wel alsof er een reuzenslang in het water zat, maar het waren enorme karpers die aan het paaien waren. In de tuin voerden we elk jaar de zwanen met hun jongen.”Corinne was ook gids op het slot: “Dat was handig; regelmatig werd ik uit huis geplukt wanneer er plotseling veel bezoekers waren. Ook heb ik mijn 50e verjaardag in het kasteel gevierd.” Wonen op het Tournooiveld kende ook beperkingen, zoals de poort die tussen 22 en 08 uur gesloten was. “We trokken altijd veel bekijks met de grote sleutel van de poort die we meenamen wanneer we verwachtten laat thuis te komen.”Corinne blikt terug op een prachtige tijd in het koetshuis. “Wel met hoge energierekeningen, maar dat hadden we er voor over.”

Corinne van Zaaijen:

“De hoge energierekening hadden we er voor over”De laatste decennia werd het Koetshuis verhuurd aan bewoners van buiten de familie Van Tuyll. Corinne van Zaaijen, die er vanaf 2001 met haar man woonde, was echter wel betrokken bij het Slot: ze was er rondleider. Ze heeft bijzondere herinneringen aan het sfeervolle huis.

Page 15: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

1515

Het begint al weer vroeg donker te worden. De zomer is voorbij en gaat geleidelijk over in de winter. Vanmiddag hebben we aan de achterzijde van de woning nog heerlijk op het terras en in het zonnetje tot in de late namiddag genoten van een wijntje terwijl de gekleurde bladeren zich lieten neerdwarrelen in de Slotgracht. Hier zitten we zo vaak als het maar kan. De kleuren en het altijd aanwezige gevoel van de seizoenen zijn bijna tastbaar op deze prachtige plek. De reigers pikken hun maaltje vis uit de gracht, de ijsvogel schittert fel in het zonlicht op een tak bij één van de bomen van de Slotboerderij en de specht hoor je ritmisch kloppen, op zoek naar insecten onder de loslatende boomschors. Nu in de vooravond koelt het snel af en binnen enkele ogenblikken zul je de uilen weer kunnen horen roepen naar elkaar. Hier, in die kleine oase, kun je genieten van de altijd voelbare rust temidden van het hectische leven buiten. De haard in de zitkamer brandt al en de behaaglijke warmte lonkt. Ik sta nog even na te genieten bij wat de oorspronkelijke bewoners het ‘Kleine Huis’ noemden, een wonderlijk benaming gezien de grootte. Als je de vierkante meters bij elkaar optelt, kom je al snel boven de 350 m2 woonoppervlakte uit. Naast de zitkamer met de haard en prachtige raampartijen is er een kleine maar uiterst praktische bibliotheek met haard en oude eiken boekenkast. De houder voor de jachtgeweren vanuit vervlogen tijden is nog aanwezig

en je kijkt ook vanuit deze plek op de Slotgracht. Daarnaast is een mooie eetkamer met hoge plafonds vanwaar we het mooiste uitzicht hebben op de tuin bij het Slot en op de gracht met al haar leven. Deze ruimte is voor ons het hart van de woning. Menig goed gesprek werd hier gevoerd, soms tot in de late uurtjes. Hier werd geschilderd, gelezen, gemusiceerd, door de kinderen geleerd en dagelijks gegeten. De keuken kijkt uit op het Tournooiveld en heeft een kast die toegang geeft tot de eetkamer zodat de maaltijden door het bedienend personeel konden worden aangereikt zonder heen en weer te lopen.

Alle ruimtes hebben aansluiting op de centrale hal met haar prachtige gaande eiken trap met balustrade naar de eerste verdieping. In de brievenbus, die niet meer in gebruik is, bouwen de meesjes ieder voorjaar hun nestje en je hoort ze kwetteren totdat de jongen uitvliegen. Op de eerste etage zijn zes slaapkamers, twee badkamers en daarboven een heel grote zolder.

Wij voelen ons bevoorrecht hier te mogen wonen. Vanwege de mengeling aan indrukken en belevingen zodra je door de poort gaat, en zeker als je deze achter je sluit. En om de historie van het Slot, de variëteit aan vogels en de serene rust. Een unieke plek.

Ron van den Broek, de laatste bewoner

Zomaar een herfstdag

Page 16: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

16

Page 17: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

17

ArchitectPaul Lageschaar van het Rotterdamse bureau Kühne & Co heeft een speciale band met Slot Zuylen: hij was in de jaren 80 als vrijwilliger betrokken bij de inrichting van het kasteel. Het maken van een plan voor het Koetshuis binnen historisch verantwoorde kaders en het beschikbare budget was voor hem een creatieve uitdaging. Het bijzondere gebouw moest een eigentijdse invulling krijgen met respect voor de historie en passend bij het kasteel. Archieven zijn geraadpleegd om het gebouw zoveel mogelijk in ‘originele’ staat terug te brengen. Na een zorgvuldige haalbaarheidsstudie en een voorlopig ontwerp werden de definitieve tekeningen aangepast aan het uiteindelijke budget. Ook de vergunningsprocedure voor de verbouw van een monument zorgde voor een lange doorlooptijd.Binnen het beschikbare budget moesten creatieve keuzes gemaakt worden. Zo werd gekozen voor glaswerk met taatsdeuren tegen de bogen die vroeger de koetsen doorlieten. Soms waren het lastige keuzes, zoals wat beterft de oorsponkelijk

geplande trap. Telkens moesten nieuwe oplossingen bedacht worden. Kortom, zoals Lageschaar het zelf zegt: “Een boeiend proces tot de laatste aftimmerlat”.

AannemerHet aannemersbedrijf Van Zoelen BV is opgericht in 1918 en was tot voor kort een familiebedrijf. De positieve elementen van een familiebedrijf – menselijke maat en betrokkenheid – bleven gehandhaafd. Het bedrijf is onder meer gespecialiseerd in de renovatie en restauratie van historische gebouwen. De aannemer werkt met ambachtelijke vaklieden die binding hebben met hun werk; zij voeren alles zelf uit.Directeur Rob Beukema noemt een renovatieproject zoals het Koetshuis een uitdaging: er is flexibiliteit nodig om tegenvallers op te lossen. Een voorbeeld is de houtrot in de kapconstructie die onverwacht werd aangetroffen. Deze is deels vervangen door nieuw hout, waarbij de aanpassingen met opzet zichtbaar zijn gebleven.

Betrokken architect en aannemerDe restauratie van het Koetshuis ging eind 2013 van start en de opening vond plaats op 5 juli 2014. Het project is uitgevoerd door de Utrechtse aannemer Van Zoelen naar ontwerp van architect Paul Lageschaar. De samenwerking tussen de Stichting Slot Zuylen, architect en aannemer was intensief. Van het begin af aan – de eerste plannen dateren al uit 2008 – was er de juiste ‘klik’.

Page 18: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

1818

Naast het Koetshuis ligt de moestuin van Slot Zuylen. Het is de bedoeling dat de groenten die daar gekweekt worden in het museumcafé op het menu komen te staan. Hovenier Henny van der Wilt vertelt over de plannen.

“We willen gewassen in de moestuin zetten die voor de catering in het Koetshuis gebruikt kunnen worden,” vertelt Henny. Het gaat voornamelijk om gewassen die eenvoudig te kweken zijn op de rivierklei.

“Voor de groenten denken we aan snijbiet, suikermais, courgettes, pompoenen, aardappels (Frieslanders en Texelaars), Sint Jansuitjes, prei en bietjes. Wat betreft kruiden – om de gerechten van het Koetshuis nog smakelijker te maken – denken we aan lavas (maggieplant), bieslook, kervel, mierikswortel, munt, peterselie en selderie.”

Ook het fruit wordt natuurlijk niet vergeten. Henny: “Hiervoor komen niet alleen appels uit de eigen

boomgaard in aanmerking, maar ook rode-, zwarte- en kruisbessen, jostabessen en wat pruimensoorten.”

In de historische kas kunnen planten ‘voorgetrokken’ worden en in de oude, gerestaureerde kweekbak wil Henny proberen ananassen te kweken, zoals dat in de 17e en 18e eeuw ook gebeurde.

De tuinvrouw hoopt dat de ideeën ook allemaal waargemaakt kunnen worden en dat er een goede oogst uit voortkomt. “Daarbij zijn we niet alleen afhankelijk van het weer, we moeten ook de strijd aan met rovers. De halsbandparkieten kunnen bijvoorbeeld flink huishouden als het gaat om het leegroven van moes- en groentetuinen.”

Uit eigen moestuin

Page 19: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

19

Vereniging Vrienden van Museum Slot Zuylen

Stichting Slot Zuylen bedankt de uitvoerders en sponsoren van de restauratie van het Koetshuis

Page 20: Koetshuis - themamagazine zomer 2014

20

Welkom in het Koetshuis!museumcafé • recepties en vergaderingen • uitvalsbasis wandel- en fietstochten

Museumcafé geopend 10.30-17.30 uurhalf maart t/m half november: zaterdag en zondagmei t/m oktober: ook op dinsdag, woensdag en donderdag

Zaalverhuur Bovenzaal (90 personen, gehele jaar) en Museumcafé (60 personen, buiten openingstijden)

fairtrade koffie en thee, biologische sappenlunch met producten uit eigen tuin

koffie met gebak, high tea

www.slotzuylen.nl