Kans e book

14
‘Hier bij het Leger des Heils heb ik de vrijheid’ HENK LOOHUIS (66) MET ZIJN HOND ROYKE 12 INDRUKWEKKENDE MENSEN UIT DE AFGELOPEN 3 JAAR

description

12 indrukwekkende mensen uit de afgelopen 3 jaar Kans

Transcript of Kans e book

Page 1: Kans e book

SUZANNE JEURISSEN

(49)

‘Hoe minder drugs ik

gebruikte, hoe groter de problemen’

‘Hier bij het Leger des

Heils heb ik de vrijheid’ HENK LOOHUIS (66)

MET ZIJN HOND ROYKE

12 INDRUKWEKKENDE MENSEN UIT DE

AFGELOPEN 3 JAAR

Page 2: Kans e book

2 3KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

‘Tosti?’ Henk, zijn fleecetrui omgeknoopt als een schort, houdt het zelf geknutselde hek open om Jolijn de Jong

binnen te laten. Royke springt tegen de woonbegeleider van het Leger op, die de hondenbakken met koekjes en ham ontwijkt en op de bank gaat zitten. Na vijf jaar op straat was het lastig om haar te vertrouwen, maar inmiddels vindt Henk het prima dat Jolijn wekelijks ‘een tas koffie’ komt drinken in zijn volgestouwde surrogaatcaravan.

KunstgebitHenk groeide op in het woonwagenkamp, zijn moeder was een Sinti-zigeuner. Als tienjarig jongetje moest de Maastrichte-naar kolen rondbrengen en kloostertui-nen schoffelen. Naar school is hij nooit geweest; lezen en schrijven kan hij niet. Jolijn beheert zijn rekeningen en spoort hem aan om toch maar eens wasmiddel te gebruiken. ‘En Henk, waar is je kunstge-bit?’, vraagt Jolijn. Henk: ‘Dat moet ik nog zuiver maken.’ Terwijl hij zijn kapotte pijp aansteekt,

vertelt Henk hoe hij zelf zijn laatste tand trok: een touwtje van zijn kies naar de brommer en dan gas geven. ‘Ja, ja’, zegt Jolijn. Twee vogelkooien, een aquarium met goudvissen; Henk woonde hier nog geen week of hij had al huisdieren. Daarnaast knutselt de dierenvriend woonwagens op modelformaat, van vuurwerkstokjes die hij op straat vindt. Maar wat hij het liefst doet, is door Maastricht struinen met zijn hond. ‘Ik speur afvalcontainers af naar oud ijzer en koperkabels. Van de opbrengst kan ik weer een pakje shag kopen.’

VloerverwarmingHenk moet er niet aan denken om in een gewoon huis te wonen. ‘Wat moet ik met al die ruimte?’ Zo’n container van tien vierkante meter is tenminste knus. ‘Ik zit hier prima. Op de dagopvang kom ik niet tot rust. Hier heb ik de vrijheid om een hondje te hebben. Ik bak friet in mijn mi-nifriteuse en heb zelfs vloerverwarming. Wat heb ik nog meer nodig?’

Henk Loohuis (66) werd dakloos toen zijn woonwagen afbrandde. Na vijf jaar zwerven woont de Maastrichtenaar in een wooncontainer van het Leger

des Heils. Hier kan hij zijn eigen gang gaan. Friet bakken, modelwoonwagens knutselen en oud ijzer

verzamelen met hond Royke.

HENK LOOHUIS

COLOFONHoofdredactie Will van Heugten Coördinatie/eindredactie Irene Belkum

Concept/eindredactie/vormgeving Maters & Hermsen Journalistiek

Voorwoord

Ons donateursmagazine Kans geeft de anonieme zwerver, slapend op een bank, een gezicht. Of die eenzame grijze dame, die haar dagen slijt voor de televisie. Je leest hun verhalen, je ziet hun gezichten en je beseft opeens: daar

had ik ook kunnen liggen.

De afgelopen drie jaar hadden we telkens een portret van een van onze cliënten op de voor en de achterkant van Kans. Met hun vaak indrukwekkende levensverhalen. Waarbij we niet alleen zagen hoezeer ze door het leven

getekend zijn, maar ook hoe krachtig ze vaak hun ellende weer te boven komen. Hun verhalen en gezichten raken en

inspireren ons nog steeds. Daarom hebben we de twaalf meest indrukwekkende cliënten van drie jaar Kans bij

elkaar in dit digitale magazine gezet.

We zetten in Kans de lens op de onderkant onze samenleving. We tonen hoe het Leger des Heils vaak de laatste reddingsboei is voor mensen in nood, die geen

vangnet meer hebben. Omdat we geloven in wat we doen.

Het Leger des Heils steunen? Kijk www.legerdesheils.nl

KANS NR.2 2013

Page 3: Kans e book

5KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

‘Kom op Suus, zeg ik tegen mezelf als ik depri ben.’ Suzanne schuift onrustig op haar stoel. De

Maa strichtse wil zó graag een normaal leven leiden. Maar dat gaat niet van de ene op de andere dag, na acht jaar op straat. Voorbijgangers vroeg ze om geld voor het slaaphuis, maar het geld ging altijd op aan drugs. Slapen deed ze in een oude rioolbuis. ‘Toen Jolijn van het Leger des Heils me vond met een naald in mijn lies, besefte ik: het moet nu echt anders. Afkicken was mijn doel. Maar die helse pijnen hè. En hoe minder drugs ik ge-bruikte, hoe groter de problemen werden.’

PaniekWaar de heroïne jarenlang alles verdoof-de, raakt Suzanne nu om het minste of geringste in paniek. Met twintig milliliter methadon per dag lukt het om haar leven weer op te bouwen. Zo werkt Suzanne

vier dagen per week als verkoopster in de 50 | 50 Store in Maastricht. ‘Hier valt alles van me af. Bij collega’s kan ik mijn hart luchten en het is fijn om bezig te zijn.’ Haar grootste wens? Een goed contact met haar vier kinderen. ‘Het doet pijn als mijn dochter zegt: “Mam, je was liever toen je gebruikte.” Ik wil voor mijn kinde-ren zorgen. Maar hoe moet dat? Ik moet eerst weer voor mezelf leren zorgen.’

IJskastNa een tijdje in een wooncontainer van het Leger des Heils heeft Suzanne nu weer een eigen huurwoning. Een tweedehands bankstel vinden, schilderen; ze heeft nog een hoop te doen. Maar de driehonderd euro, bestemd voor een ijskast, staan nog steeds op haar bankrekening. ‘Een groot verschil met vroeger: toen had ik daar meteen drugs van gekocht. Zie je, ik red het wel.’

Suzanne Jeurissen (49) leefde acht jaar lang op straat. De Maastrichtse sliep in een oude rioolbuis en bedelde om geld voor drugs. Nu verkoopt ze zeepjes, tassen en kleding in de 50 | 50 Store. En ze heeft net de sleutels

gekregen van haar eigen huurhuis.

‘Hoe minder drugs ik

gebruikte, hoe groter de problemen’

SUZANNE JEURISSEN KANS NR.4 2013

Page 4: Kans e book

6 7KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

‘Als je wilt leven, kun

je altij d worden

geholpen’

In juli 2013 meldde hij zich bij De Wending. Graatmager, op slippers en met één koffertje. Nogal een contrast met de energieke prater

van nu. ‘Ik heb leren praten over mijn verslaving, en over mezelf. De geest van een verslaafde is verlamd, je gevoelens zitten verstopt. Ik heb zoveel gehuild op De Wending. Ik was altijd al een gevoelig mens, die kant van mij is nu weer terug.’

Ziekte van meerHet gaat mis als zijn relatie stukloopt. Khalid woonde met zijn vriendin in Enschede, maar na de scheiding keert hij terug naar zijn thuisstad Amsterdam. Daar ligt de verdoving voor zijn gebarsten hart voor het oprapen. Het begint met drank, later komt daar cocaïne bij. ‘Ik hou van een lach, wil het leven vieren. Maar ik schoot door, ik kreeg de ziekte van meer.’

Hij verliest de controle, lijf en geest raken chronisch verdoofd. Er komen schulden,

hij moet zijn huis uit en bivakkeert op straat. ‘Zonder hulp was het uiteindelijk het graf geworden. Of op z’n minst de cel.’ Hoewel, de cel. Khalid bezweert dat hij nooit heeft gestolen om de coke te kunnen betalen. Een groot deel van die donkere jaren blijft hij gewoon werken. ‘Stelen, dat wilde ik niet, dat was een soort natuur-lijke grens voor me. En eerlijk gezegd: ik durfde het ook niet.’

Niet meer bangAls we hem spreken, begin juli, is hij en-kele maanden clean. Over een week krijgt hij zijn eigen huis. Midden in Ede, tussen de cafés en coffee shops. ‘Ik ben niet meer bang om de confrontatie aan te gaan.’ Hij wandelt als vrijwilliger met oude Alzhei-merpatiënten en werkt één dag per week bij een opvang in Utrecht. Een terugval heeft hij nog niet gehad. ‘Ik ben optimis-tisch, maar honderd procent zekerheid heb je nooit. Vandaag is vandaag, morgen is morgen, ik draai met de wereld mee.’

Hij was vijf jaar lang verslaafd aan cocaïne en drank. Na een traject van negen maanden op De Wending, de ontwenningskliniek van het Leger des Heils, is Khalid

Boulehoual (44) clean. Hij wil andere verslaafden gaan helpen. ‘Ik wil laten zien dat ze een keuze hebben. Als je wilt leven, kun je altijd worden geholpen.’

KHALID BOULEHOUAL KANS NR.3 2014

Page 5: Kans e book

9KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

Luiza wordt gevonden op straat in Rio de Janeiro, acht weken oud. Haar adoptieouders, die het driejarig meisje naar Nederland

halen, hebben weinig tijd voor haar. Ze wordt opstandig. Ruzies, weglopen; Luiza heeft het idee dat ze er alleen voor staat. Op haar tiende vertrekt ze naar een internaat, waar ze zit tot ze op haar vijftiende zwanger raakt. Het Leger des Heils plaatst haar in “10” voor Toekomst, een programma dat ( jonge) moeders ondersteunt. Ze krijgt een woning, begeleiding en krabbelt op, genietend van haar dochtertje. ‘Het be-langrijkste in mijn leven.’ Als ze een man ontmoet, begint het zelfs te kriebelen. Ze gaat bij hem wonen en binnen een maand is ze weer zwanger. ‘Achttien jaar, ik was klaar voor een echt gezin.’

Haar jeugdliefde heeft echter een agres-sieve dronk. Na een bacchanaal van drie dagen met drank en cocaïne, knapt hij

definitief. ‘Ik heb sinds dat weekend alleen nog maar zwart in zijn ogen gezien. Hij dreigde ons te vermoorden.’ Pas als hij een mes in haar arm plant, heeft Luiza geen keus meer: wegwezen nu het nog kan. Haar jongste dochter, dan negen maanden oud, moet ze achterlaten. Pas driekwart jaar later lukt het Jeugdzorg haar dochter weg te halen en met haar oudste onder te brengen in een pleeggezin.

DromenOmdat de bedreigingen aanhouden, leeft Luiza gescheiden van haar kinderen, die gelukkig zijn bij hun pleegouders. Dromen doet ze niet meer, ze wil gewoon leven. Wederom met hulp van het Leger des Heils. Therapie, op zoek naar een eigen huis, een boek schrijven over haar erva-ringen misschien. Alleen slachtoffer zijn, daar schiet ze niets mee op. ‘Mijn hoog-tepunt komt nog. Je moet niet te vroeg willen pieken, dan wordt de rest alleen maar minder.’

Er was een steekwond voor nodig om eindelijk weg te komen bij haar agressieve, verslaafde vriend. Nu haar twee dochters veilig onder gedoken zitten, klimt Luiza (26) weer langzaam uit het dal omhoog. ‘Als ik hem vermoord, kan ik me ontoerekeningsvatbaar laten

verklaren. Of het op zelfverdediging gooien. Sta ik met een jaar weer buiten.’ Luiza zegt het zonder blikken

of blozen; ze heeft de optie om zélf radicaal een eind te maken aan de constante doodsbedreigingen van haar ex,

serieus onderzocht. Haar geloof weerhoudt haar ervan. ‘Ik heb niet het recht levens te nemen.’

LUIZA

‘Mijn hoogtepunt komt nog’ KANS

NR.1 2014

Page 6: Kans e book

10 11KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

Water, lucht en wind. Sche-pen die voorbij varen, een kampvuurtje en kunstzin-nige types die je in ver-

voering brengen met verhalen over verre oorden. Het blowtje, waardoor je anderen makkelijker weet te bereiken. Saskia’s helderblauwe ogen lichten op als ze de dagen en nachten op de verlaten scheeps-werf in Amsterdam-Noord beschrijft. ‘Het openen en sluiten van de natuur ervaar je intens als je buiten leeft.’ Saskia studeerde medicijnen, maar hield het niet vol in haar eerste baan in het zie-kenhuis en nam ontslag. ‘Ik was te traag, ik kan het tempo van de samenleving niet goed aan.’ Uiteindelijk belandde de verlegen vrouw op straat. Op het verlaten terrein van de NDSM-werf bouwde ze een hut om in te wonen. Als ‘bedrijfsarts’ be-zocht ze de illegale naaiateliers. ‘Onverze-kerde Turkse naaisters hielp ik aan de pil.’

MannenmaatjeDe commune die ze met zes mannen vormde, voelde als een gezin. ‘We hiel-pen elkaar naar de volgende dag.’ Saskia, afkomstig uit een warm en druk nest, bekommerde zich altijd al om haar twee jongere

broers. ‘Nog steeds ben ik een mannen-maatje.’ Het zorgzame zit er nog steeds in. Wekelijks bezoekt ze vrienden in het bejaardentehuis en helpt ze een knul in het huishouden.Maar anderen voor haar laten zorgen vond Saskia een teken van zwakte. Van wonen in een pension moest ze niets hebben. Maar de gesprekken met de soepbus-vrijwilligers van het Leger des Heils waren onderhoudend. En zo belandde ze na een koude nacht toch op de Zuiderburgh, een opvang voor dak- en thuislozen van het Leger.

Moe van mezelfSaskia bladert door haar plakboek met krantenknipsels over Guantánamo Bay en Irak. ‘Elke ochtend spit ik de krant door.’ Saskia zucht. ‘Ik word moe van mezelf. Van ’s och-tends vroeg tot ’s avonds laat ben ik bezig om gebeurtenissen op een rij te zetten en inzicht te verkrijgen.’ De boekenkast in haar kamer van zes vierkante meter puilt uit. Het leven op de Zuiderburgh bevalt boven verwachting goed. ‘Met sommige bewoners is zelfs een vriendschap ont-staan. Maar mijn ideale woonvorm blijft een commune, dat benadert het leven als gezin het meest.’

Afgestudeerd als arts, belandde ze op straat omdat ze het tempo van de maatschappij niet aankon. Na

jarenlang buiten te hebben geleefd, woont Saskia (66) nu in een sociaal pension van het Leger des Heils.

SASKIA ASSIES

‘Je ervaart de natuur

intens als je buiten leeft’

KANS NR.1 2015

Page 7: Kans e book

13KANSDIGITAAL

2015

‘Kijn kapperszaak in Bussum floreerde. Ik had vijf kap-sters aan het werk, het geld stroomde binnen. Ik huurde

een luxe villa, met een Porsche, een Cor-vette en nog vier klassiekers op het erf. Ik genoot van het vrije leven.’ Het noodlot slaat toe als zijn handen verkrampen: spierreuma, de pijn is ondraaglijk. Letter-lijk en figuurlijk. ‘Ik kon niets meer. Dat is vreselijk, net als het idee dat ik nooit meer mijn werk kon doen. Daarom sloeg ik los op Ibiza.’

ToptijdHet warme Middellandse Zee-water doet wonderen voor zijn spieren. Maar Ibiza kent meer verleidingen. De drank, de coke, de feestjes; hij raakt er als overtuigd geheelonthouder in verzeild en geniet. ‘Het weekend begon donderdag en overal gingen spiegels met coke rond. Ik was achtendertig, alleen, met veel geld en zon-der doel in het leven. Een toptijd.’Dan wordt zijn moeder ziek. Gerth keert terug naar Nederland, berooid. En zijn nieuwe vriendin is verslaafd. ‘Dus Gerth

ook aan de coke. Op het hoogtepunt snoof ik tien lijntjes per dag. Maar ik heb nooit iets gestolen, ik had altijd baantjes om mijn verslaving te bekostigen. In de horeca, in de zorg, als freelance-kapper. Maar alles wat ik verdiende ging op. Ik gebruikte alleen goed, onversneden spul. Dure hobby.’ Een nieuwe vriendin en een kwaadaardige darmpoliep zijn na twaalf jaar verslaving de ommekeer. Met dertien centimeter dikke darm verdwijnt, na een afkickperiode van vijf jaar, ook zijn versla-ving. ‘Ik ben ontsnapt aan de dood.’

SchrikbeeldAls zijn vader overlijdt en zijn moeder naar een verzorgingshuis gaat, dreigt Gerth op straat te komen. Een flatje drie hoog achter, dat is zijn schrikbeeld. Hij is bang te vereenzamen; contact met vrienden van vroeger heeft hij amper. ‘Die gingen de gebruikelijke weg. Ik ben 66 en ik zit in een sociaal pension van het Leger des Heils. Maar ik ben gelukkig; blij met de mensen om me heen. Ik heb een mooi leven geleefd.’

Hij knipte Ron Brandsteder. Maar toen Gerth (66) door spierreuma zijn handen niet meer kon bewegen, moest

hij zijn goedlopende kapperszaak verkopen. De opbrengst joeg hij er in anderhalf jaar doorheen, aan drank en coke. ‘Een vrouw, kinderen, Opel Kadett op de

oprit; niets voor mij.’

GERTH WORMGOOR

‘Ik ben ontsnapt aan de dood’

KANS NR.2 2014

Page 8: Kans e book

14 15KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

Ze is nu een half jaar clean en maakt een opgewekte indruk. ‘Old soldiers never die’, lacht ze. De eerste nuchtere hoogtepunt-

jes had ze al. Zoals haar ontmoeting met zangeres Edsilia Rombley, voor de emoti-onele televisie-uitzending van Kerst op de Dam in december. Volgend hoogtepunt, hopelijk binnenkort: een eigen huisje. Liefst in de binnenstad, in de buurt van de Jordaan, waar ze opgroeide. ‘Met eindelijk weer een eigen bank en een eigen was-machine. En een vogeltje, zodat ik ergens tegenaan kan lullen.’ Ze verzorgde van jongs af aan haar zieke moeder. Toen ma overleed, werd pa niet lang daarna ook ziek. Ze bleef bij hem, in de aanleunwoning, waar ze een eigen plekje had in een inloop kast. Terwijl hij in zijn stoel zat, verwarmde zij achter zijn rug de crack. ‘Hij had nooit wat in de gaten.’

DoodPa overleed in 2012, Loes moest het huis uit en kwam terecht in inloophuis De Haven, Amsterdam centrum. Daar zette

ze de eerste stappen op weg naar een clean leven. Ze zag: als ik nu niet stop, is het waarschijnlijk te laat. ‘Je bent van een oudere generatie, je verliest steeds meer men sen.’ Zoals haar beste vriend Kees, die ze leerde kennen in het inloophuis. Ze pakt haar telefoon en laat een foto van hem zien. Een oude man, liggend op een bed, uitgemergeld door de kanker. ‘Dat was afgelopen zaterdag. Een paar uur later was-ie dood.’

ZonnestraaltjeOp zo’n moment kun je een terugval krijgen, beseft ze. Maar dat gebeurt niet meer, dat weet ze zeker. Al was het maar om haar kleinzoon Job, nu twee jaar. ‘Hij is mijn zonnestraaltje, voor hem moet ik het doen.’ Natuurlijk heeft ze nog wel eens moeilijke momen ten. Ze wil ook wel eens naar de film, of uit eten. Maar met wie? ‘We zijn allemaal passanten in zo’n opvanghuis, vriendschappen bouw je er nauwelijks op. Daarom is een eigen huis zo fijn. Dan heb ik weer een plek van waaruit ik mijn sociale leven kan opbou-wen.’

Loes Jobben (52) was jarenlang verslaafd, aan crack, speed, aan van alles. Na de dood van haar vader stond ze op straat. Ze vond onderdak bij het Leger des Heils

en durft nu weer te dromen over een toekomst met haar kleinzoon.

‘Ik ben blij dat ik hier een eigen

plekje heb’ SASJA

KORTBEEK (16) LOES JOBBEN

‘Ik móest stoppen met

die troep, anders was het

te laat’

KANS NR.1 2014

Page 9: Kans e book

17KANSDIGITAAL

2015

Veel van de kinderen die naar het buurthuis komen, wonen in de flats er tegenover. Aleyna kwam er in 2010 wonen en

kende toen nog helemaal niemand in de wijk. De kindermiddag bij Bij Bosshardt was één van de eerste plekken waar ze buurtgenootjes ontmoette en zorgde ervoor dat Aleyna zich thuis gingen voelen in de wijk. Medewerkster Eline Kraaij-veld: ‘De kindermiddagen zorgen ook voor meer aanloop van volwassen uit de wijk. Vaak blijven moeders hangen voor een praatje en een kopje koffie. Precies wat we willen: ons buurthuis is een plek voor jong en oud.’

Zomer vol emotiesAleyna is één van de oudste kinderen hier, ze begon dit schooljaar in de brugklas – vmbo theoretische leerweg. Het was een zomer vol emoties. Afscheid nemen van

groep acht, haar vriendinnen – ‘We hou-den contact via WhatsApp’ – en meester Ricardo. Ze koestert de mooie herinnerin-gen. Zoals de keer dat ze met de klas naar het televisieprogramma Zapplive gingen en de spelshow wonnen. ‘Gelukkig, want anders had meester Ricardo allemaal vieze groene drab over zich heen gekregen.’

Hulp bij huiswerkDe kindermiddag is straks verleden tijd. ‘Ik heb soms huiswerk en straks misschien les op woensdagmiddag. Dan zal ik hier niet meer zo vaak zijn denk ik.’ Nou ja, misschien ook wel. ‘Ik hoorde net dat ik ook hulp kan krijgen bij mijn huiswerk, dus misschien zit ik hier straks vaker dan vroeger!’ Helemaal als haar wensen voor het buurtcentrum worden ingewilligd: een feestavond met muziek en een echte dj. Het is al een echte brugklasser.

De flat van de Turkse Aleyna (12), haar zusje Demla (8) en moeder Ilknur (33) wordt regelmatig opgefleurd door de meest uiteenlopende kunstwerkjes. Poppetjes

van wc-rollen, bloemen van papier of mooie tekeningen. Aleyna maakt ze met veel liefde tijdens de wekelijkse kindermiddag op woensdag in buurtsteunpunt Bij

Bosshardt in Papendrecht. ‘Je kunt ook thuis alleen aan de keukentafel knutselen, maar dat is niet zo gezellig. Hier klets en lach ik veel met andere kinderen. En het is maar twee minuten lopen van onze flat. De eerste

keer dat ik meeging met een vriendinnetje was ik nog verlegen, nu ken ik bijna iedereen.’

ALEYNA

‘Hier klets en lach ik veel met andere

kinderen’KANS NR.3 2014

Page 10: Kans e book

18 19KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

Twee koepeltentjes staan achter de parkeerplaats bij de Mc Donalds in Eindhoven. Lily woont hier met vriend Pepo en bulterrier

Lava. De 44-jarige wil de wereld mooier maken. ‘Vijf minuten aandacht aan iemand die zich niet gezien of gehoord voelt, kan een leven veranderen. Ieder mens is die aandacht waard, ook gesloten mensen die het systeem niet meer zien zitten.’ Lily oor-deelt niet. Ze wil mensen het gevoel geven dat ze ook bij de maatschappij horen. ‘Als ik er voor anderen ben en een glimlach ont-vang, dan neemt dat mijn reumatische pijn weg. Het geeft een fysieke kracht waar ik zelf versteld van sta. Ondanks mijn hernia lukt het dan om een tas met veertig kilo boodschappen met mijn fiets te vervoeren.’

ErvaringsdeskundigeAlcohol, drugs; ze heeft alles geprobeerd om zich in te kunnen leven. Zelf is ze ner-gens meer aan verslaafd. Alleen driemaal

daags een jointje; marihuana verzacht de pijn. Bij het Leger des Heils komt ze drie keer per week. Voor een gratis maaltijd, de was en een luisterend oor. Lily probeert zelf ook mensen te helpen. Zo deelt ze brood uit, dat ze gratis krijgt van een bakker. ‘Ik zou voor de gemeente willen werken als een ervaringsdeskundige, die het eerste contact maakt met mensen op straat.’

De bende van ellende Spijt dat ze is gaan zwerven, heeft ze niet. Al kreeg ze behoorlijk wat voor haar kiezen. Gevechten met boomlange kerels die haar de prostitutie in wilden dwingen. ‘But if it doesn’t kill you, it makes you stron-ger. And wiser.’ Lily droomt van een camper en een atelier. ‘Kunst is een uitlaatklep voor de dingen die ik heb meegemaakt.’ Ze heeft gesolliciteerd als stadsdichter. Het liefst wil ze vrolijke dingen doen met daklozen. Met een straattheatergroep bijvoorbeeld. De naam heeft ze al: De Bende van Ellende.

In de tuin stonden fruitbomen, er scharrelden kippen en er graasden schapen. Toch was Lily Hendriks

‘kei-ongelukkig’ toen ze met haar man en twee kleine kinderen samenwoonde. Op haar drieëndertigste, als

ze een rasta ontmoet en de muziek van Bob Marley ontdekt, kiest ze voor een vrij bestaan. Zwervend door Eindhoven volgt de spring-in-het-veld al elf jaar haar roeping: liefde geven aan psychiatrische patiënten en

verslaafden. ‘Ik wil ze het gevoel geven dat ze gezien worden.’

LILY

‘Vijf minuten aandacht

kan een leven veranderen’

KANS NR.3 2015

Page 11: Kans e book

20 21KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

Hakken. Elke zaterdag hakken, in het Rotterdamse Park-zicht. Hier, in het brandpunt van de gabberscene van de

jaren negentig, is twintiger Marcel als een vis in het water. ‘Pilletjes, snuiven: feesten tot diep in de zondag. En maandag? Hele-maal dood.’ Werken schiet er steeds vaker bij in, ontslagen volgen elkaar op. Ook omdat zijn drugsverbruik stijgt. ‘Ik ging jatten om dat te betalen. Gereedschap, kantoorartikelen. Werkte ik als loodgieter, dan drukte ik een koperen pijpje achter-over. Om te verpatsen.’

OverlevenAls hij zijn huis kwijtraakt, nemen zijn ouders hem op. Het gaat maar kort goed – Marcel steelt hun creditcard. ‘Ze gooi-den me op straat. Terecht. Die mensen zijn in de zeventig en betalen nog steeds mijn schulden.’ Op straat is het overleven. En jatten, om zijn cocaïne te bekostigen:

‘Ik had vier- tot vijfhonderd euro per dag nodig. Tien fietsen, want die zijn het mak-kelijkst.’ Een keer of twaalf gaat hij achter slot en grendel. Als de deur dichtvalt heeft hij rust.

KeerpuntZijn dertiende gevangenisstraf wordt een keerpunt. ‘Dit is geen leven. Zo wil ik niet verder.’ Na tien jaar balanceren tussen straat en cel, tussen paranoia en opslui-ting, is Marcel het beu. Hij meldt zich vrij-willig bij een ontwenningsprogramma van Parnassus en het Leger des Heils brengt orde in zijn leven; uitkering, huisvesting én een baantje als portier bij de Domus-vestiging in Den Haag. Het werkt. Dankzij het fundament van het Leger, en Marcels wil om nog wat van het leven te maken, is hij nu acht jaar clean. ‘Alleen af en toe nog een jointje. Want helemaal rustig zal het nooit worden in mijn hoofd.’

Recreatief werd dagelijks, dagelijks werd vijfhonderd euro per dag. Op de lijst met Haagse veelplegers prijkte zijn naam op de tweede plaats. De cocaïneverslaving van Marcel van Roon (48) kostte hem zijn baan, zijn

huis, zijn kans op een beter leven. De Hagenees is nu acht jaar clean, maar vergeet zijn tien slechte jaren

nooit. ‘Ik was de op één na grootste fietsendief van Den Haag. Ik jatte de creditcard van mijn ouders.

Allemaal voor mijn dagelijkse portie coke. Van de vijf hartaanvallen die mijn moeder kreeg, zijn

er zeker vier mijn schuld.’

MARCEL

‘Helemaal rustig zal het nooit

worden in mijn hoofd’

KANS NR.1 2015

Page 12: Kans e book

23KANSDIGITAAL

2015

Pepo en vriendin Lily bivakke-ren onder een groot blauw zeil, ergens verscholen in een bosje op een voormalig Philips-terrein,

vlakbij het centrum van Eindhoven. Een koepeltentje ernaast. Hond Lava springt enthousiast rond, Lily, kunstenares, wijst op een roodborstje. Ze voelen zich senang hier, maar uiteindelijk willen ze toch graag een dak en vier muren. Een klein atelier waar zij kan schilderen en Pepo fietsen repareert, meer verlangen ze niet.

Mensen blij makenHij belandde bij toeval in Eindhoven. Een Bulgaarse vriendin, die als escort-dame werkte, vroeg hem als chauffeur. Pepo was van zijn heroïneverslaving af en wilde afstand nemen van de drugsscene. Holland leek hem als fietsenmaker een goed plan. ‘Ik heb nog nooit zoveel fietsen gezien als hier.’Maar hij reed zijn auto in de prak, moest zijn laatste euro’s achterlaten bij de sloper

en stond op straat. Pepo zet het mondstuk aan zijn trombone en speelt het thema van de jazz-evergreen All of me. Mooie toon. Lachend: ‘De beste van de Nuenen Big Band.’ Hij is al 23 jaar actief als pro-fessioneel muzikant. De opvang van het Leger des Heils aan de Visserstraat heeft een klein muzieklokaal, waar Pepo zijn trombone en andere instrumenten veilig kan achterlaten. Hij komt er vrijwel elke dag. Om te douchen, wat te eten. ‘Ik heb volk om me heen nodig. Ik wil mensen blij maken. Met mijn muziek, en met het repareren van fietsen.’

Vanuit het hartIn het bos bij zijn tent staan een paar oude fietsen tegen de bomen, de grond ligt bezaaid met binnenbanden en andere onderdelen. Op dit moment repareert Pepo vooral fietsen voor andere daklozen. Niet voor het geld, maar meestal geven ze hem er wel wat voor terug. ‘Dat vind ik mooi: een gift vanuit het hart.’

Preslav Viliyanov (37, bijnaam Pepo) verkaste vorig jaar van thuisland Bulgarije naar Nederland. Om te gaan werken als chauffeur. Het liep anders. De

muzikant en fietsenmaker is nu al een tijdje dakloos, al plaatst hij dat woord liever tussen aanhalingstekens.

Hij voelt zich geen verloren dakloze, hij weet zich omringd met liefde. De hulp van het Leger des Heils

het afgelopen jaar was essentieel, zegt Pepo. ‘Het hielp me mijn geest levend te houden. Met honger kun je niet denken. Pas als je honger is gestild, kun je creatief zijn.

Dan is je brein vrij.’

PRESLAV

‘Met honger

kun je niet denken’ KANS

NR.2 2015

Page 13: Kans e book

24 25KANSDIGITAAL 2015

KANSDIGITAAL

2015

Ze zit aan tafel in het kleine keukentje van opvangcentrum De Opstap in Spijkenisse. Eind 2011 kwam ze hier binnen, als

een gesloten boek zoals ze zelf zegt. Je kunt het je bijna niet voorstellen als ze tegenover je zit, uitgelaten, expressief, veel lachend. Maar zodra het te persoon-lijk wordt, gaat het handje omhoog. Van de medewerkers van het Leger des Heils moet ze praten. ‘Ik vind het nog steeds moeilijk dat andere mensen zich met mijn privéleven bemoeien. Maar ze laten me telkens weer zien dat ik ze kan ver-trouwen.’ Hét vertrouwen in de mensheid is nog niet helemaal terug, als het al ooit helemaal terugkomt. ‘Maar ik zie het met de dag groeien.’

Een eigen plekHana trouwt in 2004 met een man uit haar geboorteland Somalië, verhuist naar Londen en wordt al jong moeder van Sumaya (7), Samira (6) en Sara (5). Ze scheidt van haar man in 2008 en keert drie jaar later terug naar Nederland.

Logeren bij haar ouders blijkt met drie kinderen lastig, waarna ze uiteindelijk in een speciaal opvangprogramma voor jonge moeders bij het Leger des Heils belandt. ‘Ik knok elke dag om hier weg te komen. Ik waardeer enorm wat ze voor me doen, maar ik wil een eigen plek, rust, vooral voor mijn kinderen.’

SoulBegin februari kreeg ze de sleutel van haar eigen huisje in Capelle. Haar men-toren bij het Leger des Heils komen af en toe nog langs om te kijken hoe het gaat. Waar droomt ze van? ‘Muziek.’ Volmon-dig, zonder twijfel, even ontroerd ook. Bij het kerstfeest van het Leger des Heils in de Rotterdamse Maassilo trad ze op voor 350 man. Ze stond voor het eerst voor zo’n groot publiek. Maar zodra ze het podium opstapte, waren de zenuwen weg. Het liefst zingt ze soul, daarmee kan ze haar verhaal vertellen, zijn haar emoties voelbaar, ervaren mensen wie ze echt is. ‘Muziek is het enige wat me nog nooit teleurgesteld heeft.’

Het is een van de eerste dingen die ze zegt. ‘Ik ben zelfstandig.’ Niks zielig. Medelijden? Ga weg.

Hana Mohamuud (28): ‘Ik ben zo vaak teleurgesteld in het verleden dat ik vooral op mezelf heb leren

vertrouwen.’

HANA MOHAMUUD

‘Ik knok elke dag om hier weg te

komen’

KANS NR.1 2013

Page 14: Kans e book

26 KANSDIGITAAL 2015

Preslav

LilyAleyna

Saskia

Henk

Hana

GerthLuiza

Loes

Suzanne

Marcel

Khalid