Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een...

92
Kunstwerk: Luc Hoenraet Pastorale Perspectieven Nr. 146 Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores Januari februari maart 2010 Antwerpen X • P706268 Interlevensbeschouwelijke samenwerking? Reflecties vanuit een dienst levensbeschouwelijke zorg

Transcript of Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een...

Page 1: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Kun

stw

erk:

Luc

Hoe

nrae

t

PastoralePerspectieven

Nr. 1

46

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores

is een uitgave van Caritas Catholica Vlaanderen vzw, in samenwerking met

Zorgnet Vlaanderen, het Vlaams Welzijnsverbond en de

diocesane Caritassecretariaten.

InhoudPistes voor pluralisme binnen de dienst levensbeschouwelijke zorg van ZNADominiek Lootens

“Hebben wij niet allemaal dezelfde vader?” (Mal 2,10)De Bijbelse grondslagen van de interlevensbeschouwelijke samenwerkingHendrik Hoet

Harmonie en conflict. Als katholiek pastor samenwerken met andere ‘levensbeschouwingen’ in een ziekenhuisJan Michels

Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorgPetra Schipper

Gedeelde zorg. Humanistische levensbeschouwelijke zorg interlevensbeschouwelijk gedachtTon Jorna

“Het is de overdracht van een geheim.” Doelstellingen in pastorale gesprekkenMarina Riemslagh

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteitBert Vanderhaegen

De zeven kruiswoorden: het testament van JezusWies Beckers

Driemaandelijks

vaktijdschrift

voor en door

pastores

Januari

februari

maart 2010

Antwerpen X • P706268

Interlevensbeschouwelijke samenwerking?Reflecties vanuit een dienst levensbeschouwelijke zorg

Pastorale Persp

ectieven N

r. 14

6 M

aart 2010

Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1

Page 2: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Colofon

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores (voorheen PastoraleNieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen.Bedoeling is ervaringen, vragen en inzichten over het pastorale handelen uit te wisselen, ten einde dereflectie over pastorale zorg te stimuleren en te voeden, en op die manier een bijdrage te leveren aande competentie en de professionaliteit van pastores.

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores richt zich in de eersteplaats aan iedereen die in de praktijk of beleidsmatig meewerkt aan de vormgeving van pastorale zorgin zorg- en welzijnsvoorzieningen.

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores brengt (bij voorkeur nieteerder gepubliceerde) bijdragen over een thema samen. Toekomstige thema's worden achteraan bekendgemaakt. Suggesties voor een thema worden geapprecieerd. Eigen bijdragen zijn steeds welkom, ook losvan een thema. Richtlijnen zijn achteraan opgenomen.

AbonnementenAbonnementen worden per jaargang aangeboden. Bij nieuwe abonnering ontvangt u de reeds versche-

nen nummers van de lopende jaargang.

Abonnementen worden automatisch verlengd bij het begin van de nieuwe jaargang, tenzij opgezegd

wordt voor 31 december van de lopende jaargang.

Kostprijs (inclusief verzending)• los nummer: € 10• op particulier adres: € 30 • student: € 20 • op adres van de voorziening waar u werkzaam bent: € 25 (op voorwaarde dat de voorziening lid is

van Zorgnet Vlaanderen of van het Vlaams Welzijnsverbond).

Redactie:

Regine De Bruycker (secretaris), Koen De Fruyt, Annemie Dillen, Dominiek Lootens (eindredacteur), LienMahieu, Annick Pollefoort, Marina Riemslagh, Pieter Vandecasteele (eindredacteur), Ilse Craps, ClaudeVandevoorde, Dominic Verhoeven (verantwoordelijke uitgever), Filip Zutterman.

Redactieadres:Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastoresp/a Caritas VlaanderenGuimardstraat 1, 1040 Brussel02 / 507 01 11 • [email protected]

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores is gedrukt op milieuvriendelijk papier.

Kunst op de kaft

Jan van Amelsfoort (Boxtel, Nederland, 1923-1998) was een bijzonder veelzijdig kunstenaar, en was jarenlang over-tuigd redactielid van het tijdschrift ‘Jezus Caritas’. Hij werd geboren in een artistieke familie en genoot zijn verdereopleiding aan de kunstacademie van Antwerpen. Van zijn vader leerde hij het ontwerpen en vervaardigen van sieradenin edelmetaal, van diens broer de kunstzinnige omgang met beeld, woord en taal. Dat resulteerde in een uitgebreidœuvre van juwelen, gouaches, schilderijen en sculpturen van diverse afmetingen, naast een paar speelse dichtbundels.In een daarvan dicht hij: “Ik bén vogel, wind en water…”. Daarmee heeft hij raak getekend wat hij aan de dingenbeleefde en wat op zo typische wijze in veel van zijn werk tot uiting komt. Van Amelsfoort kruipt in wat hij ziet envoelt, doorschouwt de eenheid ervan met het al. Nog in april 2009 werd te Tilburg (Galerie Holtrop) een herden-kingstentoonstelling aan hem gewijd onder de benaming “Alliantie”, waarin zijn werk onder meer omschreven werdals “mysterieus en merveilleus”. Onder die drie woorden kan het inderdaad goed samengevat worden. In natuur enleven, mensen en dingen, is voor van Amelsfoort alles met alles verbonden, in altijd weer wisselende relaties. Dat wonderbaarlijke mysterie van eenheid en verbondenheid wordt in zijn sculpturen, schilderijen en gedichten dekijker verborgen ter ontdekking aangeboden. Daarin komt tevens zijn stille, even verscholen maar altijd aanwezigenatuurlijk religieus besef tot uiting.Wie in de afbeelding op de omslag iets van de Christus meent te herkennen, zal allicht niet de trieste gekruisigdezien, veeleer een evocatie van het milde, naar alles liefdevol toeneigen van het Eeuwige Leven.

M.B.Kruip in de pen!

Een thema suggereren ? Dat kan! Een bijdrage leveren ? Een artikel, praktijkverhaal, column, bespreking (van eenboek, film, artikel, website,…), reflectie, lezersbrief, ervaringsbericht, vraag om informatie, aankondiging, terugblikop een gevolgde studiedag of vorming, cartoon, stripverhaal,…? Alleen of samen met collega’s? Dat kan!

Bezorg uw bijdrage aan de redactie of neem contact op voor concrete afspraken.Enkele richtlijnen voor artikels:• bij voorkeur digitaal bezorgen aan de redactie, in een word-document, zonder opmaak.• minimum 1000 woorden, maximum 4000• duidelijke en evenwichtige structuur, met onderverdeling in titels en subtitels• enkel noodzakelijke voetnoten opnemen• achteraan in het artikel referenties naar de belangrijkste literatuur opnemen• naast het artikel zelf ook een korte samenvatting (max 100 woorden) en een beknopte ‘situering’ van de auteur(s)

toevoegen (naam, functie, achtergrond,…)

De redactie selecteert thema's en bijdragen op basis van diversiteit (alle sectoren moeten per jaargang aan bodkomen) en relevantie (het thema moet inhoudelijk focussen op een aspect van pastorale zorg, een begrip dat breedwordt ingevuld).De redactie behoudt het recht om bijdragen te weigeren op basis van inhoudelijke criteria. Dit zal gebeuren in onder-linge communicatie met de auteur(s).Bijdragen kunnen enkel in andere publicaties overgenomen worden mits voorafgaandelijk schriftelijk akkoord vande redactie.

Toekomstige thema’s:• Stressmanagement• Humanisering van de zorg• Deontologie van de pastor• Conflictbemiddeling

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores wordt mogelijk gemaakt dankzij onze sponsors:

Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 2

Page 3: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

1Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Inhoud

interlevensbeschouwelijke

samenwerking?

Reflecties vanuit een dienst levensbeschouwelijke zorg

Ten geleide: Pistes voor pluralismebinnen de dienst levensbeschouwelijke zorg van ZNA .................................................................. 3Dominiek Lootens

“Hebben wij niet allemaal dezelfde vader?” (Mal 2,10) .......................................................................................................... 6

De Bijbelse grondslagen van de interlevensbeschouwelijke samenwerkingHendrik HoetPastores werken niet louter met andere levensbeschouwingen samen omdat zij dat moeten.In heel de bijbel zijn er teksten terug te vinden die christenen hiertoe aanzetten. In zijn bijdragelaat Rik Hoet helder zien hoe de woorden en daden van Jezus pastores kunnen inspireren.

Harmonie en conflict. Als katholiek pastor samenwerken met andere‘levensbeschouwingen’ in een ziekenhuis ...................................................................................................................................... 11Jan MichelsIn deze bijdrage schetst Jan Michels wat het voor hem betekent om als katholiek pastor te werken in de dienst levensbeschouwelijke zorg van ZNA. Op basis van een persoonlijketerugblik formuleert hij een aantal relevante uitdagingen voor de dienst en wijst hij op hetbelang van een visioen.

Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorg ................................................................................ 18Petra SchipperIn deze bijdrage schetst Petra Schipper als protestants pastor haar visie op pastorale zorg en haarplaats binnen de dienst levensbeschouwelijke zorg van ZNA. Zij laat zien hoe protestantse pastoresover goede kaarten beschikken om bij het proces van samenwerking een zinvolle rol te spelen.

Gedeelde zorg. .................................................................................................................................................................................................................................................................... 24

Humanistische levensbeschouwelijke zorg interlevensbeschouwelijk gedacht Ton Jorna In Nederland spreekt men gewoonlijk niet over een dienst levensbeschouwing maar over eendienst geestelijke verzorging. In zijn bijdrage ontwikkelt Ton Jorna vanuit een vrijzinnigeinvalshoek een originele Nederlandse visie op interlevensbeschouwelijke samenwerking. Hijneemt hiervoor de levensbeschouwing van de gesprekspartners als uitgangspunt.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 1

Page 4: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

2 Inhoud

“Het is de overdracht van een geheim.” ........................................................................................................................................................ 34Doelstellingen in pastorale gesprekken Marina RiemslaghIn deze bijdrage laat Marina Riemslagh zien hoe belangrijk het is om pastores zelf aan hetwoord te laten wanneer het er om gaat om de doelstellingen van een pastoraal gesprek onderwoorden brengen. Zij introduceert ons in de resultaten van een empirisch onderzoek dat zehierover heeft opgezet.

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit .......................................................................................................................................... 44Bert VanderhaegenIn zijn bijdrage weegt Bert Vanderhaegen vanuit een christelijk perspectief een aantal visiesop spiritualiteit tegenover elkaar af. Op basis van een eigenzinnige sociologische analyseargumenteert hij dat verpleegkundigen in de palliatieve zorg aan spirituele zorg kunnendoen, maar dat dit niet noodzakelijk hoeft.

De zeven kruiswoorden: het testament van Jezus .................................................................................................................. 59Wies BeckersNaar aanleiding van Goede Vrijdag maakt Wies Beckers associaties rond de zeven kruiswoordenvan Jezus. Ze verbindt die op een inspirerende wijze met een aantal praktijkervaringen die zeheeft opgedaan als pastor in de ouderenzorg. Ze nodigt de lezer uit om stil te staan bij watzij ervaart als de kernboodschap van Jezus.

UITGELEZEN ..........................................................................................................................................................................................................................................70Filip Zutterman

NIEUWS ..........................................................................................................................................................................................................................................................74

AANKONDIGINGEN ........................................................................................................................................................................................................80

VACATURES ............................................................................................................................................................................................................................................78

OVER DE GRENZEN ..............................................................................................................................................................................................................................................82Pastoraat in de Europese Unie:NederlandAnne Vandenhoeck

UITSMIJTER ............................................................................................................................................................................................................................................86De BoomAnn Verscuren

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 2

Page 5: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

In het Vlaamse politieke debat valt regelmatig

de term ‘actief pluralisme’. De pleitbezorgers

hiervan geloven dat de erkende levens -

beschouwingen een maatschappelijke functie

hebben te vervullen. Zij stellen vragen bij

het streven naar levensbeschouwelijke

neutraliteit. Het belang van religieuze en

vrijzinnige overtuigingen reikt volgens hen

verder dan de privésfeer. Zij verdedigen dat

het voeren van een interlevensbeschouwelijke

dialoog in de politiek, het verenigingleven, de

culturele sector, de media, de zorgsector en

het onderwijs noodzakelijk is. Een dergelijke

dialoog kan immers bijdragen tot de

humanisering van de diverse geledingen in de

samenleving.

Hoe het beleid van een gezondheids- of

welzijnsvoorziening zich tegenover dit

thema opstelt, heeft ook effecten op de

werking van een pastorale dienst. Dit blijkt

heel sterk uit een recente ontwikkeling binnen

ZNA (Ziekenhuis Netwerk Antwerpen).

Onder deze koepel vallen de ziekenhuizen

die vroeger bij het OCMW Antwerpen hoorden.

ZNA heeft ervoor gekozen om katholieke en

protestantse pastores en moreel consulenten

te laten werken binnen één dienst levens -

beschouwelijke zorg. We laten in dit nummer

twee pastores aan het woord, een katholieke

en een protestantse, die in deze dienst

werkzaam zijn.

De pastores en moreel consulenten die aan-

gesteld zijn binnen ZNA worden uitgedaagd

om na te denken over de wijze waarop zij

binnen hun dienst willen samenwerken. Er

zijn in principe drie pistes mogelijk.1 Een

eerste is dat zij als dienst niet kiezen voor

actief pluralisme, maar voor ‘passief’

pluralisme. Uitgangspunt hierbij is dat ZNA

als werkgever de opdracht heeft om zich

neutraal op te stellen en aan patiënten de

mogelijkheid te geven om beroep te doen

op iemand van hun denominatie . De ‘dienst

levenbeschouwelijke zorg’ geldt dan in de

eerste plaats als een begrip dat dient om de

vertegenwoordigers van de diverse ere -

diensten administratief onder te brengen.

Het voordeel hiervan is dat deze optie in het

verlengde ligt van de vroegere werking.

Patiënten en bewoners geven via een keuze-

formulier aan of zij iemand van een erkende

levensbeschouwing willen zien. De ver -

tegenwoordigers van de verschillende

levensbeschouwingen hebben elk hun eigen

‘publiek’. Het risico hierbij is dat de pastores

en de moreel consulenten naast elkaar blijven

3Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Dominiek Lootens

Ten Geleide

Pistes voor pluralisme binnen de dienst

levensbeschouwelijke zorg van ZNA

1 Voor dit onderscheid baseer ik mij op de Leuvense theologe Marianne Moyaert. Zie Moyaert, M., Van consensuspluralisme naar radicaalpluralisme. Een analyse van de vooronderstellingen van een Vlaams debat over actief pluralisme, In Bijdragen, 70 (2009) 3, 284-303.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 3

Page 6: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

werken, en dat eventuele kansen tot

samenwerking door wederzijds wantrouwen

onbenut blijven.

De pastores en moreel consulenten kunnen

ook kiezen voor ‘actief’ pluralisme.

Uitgangspunt hierbij is dat ZNA de dienst

levensbeschouwing heeft opgericht om de

samenwerking en de dialoog tussen de

vertegenwoordigers van de verschillende

erediensten te bevorderen. Er zijn twee

mogelijkheden om het actief pluralisme

concreet gestalte te geven. De eerste is die

van het ‘consensus’ pluralisme. Men gaat er

hierbij vanuit dat het mogelijk en zinvol is

om het specifieke van de eigen levensbe-

schouwing tussen haakjes te zetten. De

pastores en moreel consulenten van de

dienst gaan op zoek naar datgene wat hen

bindt. Ze vertrekken van de vaststelling dat

zij allen gericht zijn op zingeving en op de

humanisering van de zorg. Het voordeel

hiervan is dat men een gedeelde visie kan

uitwerken en dat men hierdoor als één

dienst naar buiten kan treden. Aan patiënten

stelt men zich dan in de eerste plaats voor

als medewerker van de dienst levens -

beschouwelijke zorg. De optie van het

consensus pluralisme heeft ook nadelen.

Het is voor patiënten niet altijd zo duidelijk

wat met levensbeschouwelijke zorg wordt

bedoeld. Het risico bestaat dat pastores en

moreel consulenten de eigenheid van hun

specifieke invalshoek uit het oog verliezen.

Bovendien blijven de specifieke verschillen

onbesproken. Het zijn juist die verschillen

die vaak aan de basis liggen van conflicten.

Wanneer die onuitgesproken zijn, blijven ze

onderhuids aanwezig.

Het actief pluralisme kan ook nog op een

andere manier gestalte krijgen. De pastores

en moreel consulenten van ZNA kunnen ook

kiezen voor een ‘radicaal’ pluralisme.

Uitgangspunt hierbij is dat ZNA de dienst

levensbeschouwelijke zorg heeft opgericht

om een proces van samenwerking en

dialoog op te starten, in het besef dat de

uitkomst hiervan onzeker is. Men gaat er in

deze piste vanuit dat er duidelijke verschillen

zijn in visie en aanpak, en dat het belangrijk

is om die verschillen op tafel te leggen. Het

conflict wordt niet vermeden, maar juist

opgezocht. Het begrip ‘radicaal’ roept

associaties op met de Latijnse term ‘radix’,

wortel. Het gaat erom het thema tot op de

wortel te behandelen. Pastores en moreel

consulenten verschillen qua manier van

werken omdat zij tot verschillende tradities

behoren. Bij die tradities horen bepaalde

symbolen, rituelen, waarden, normen,

verhalen, overtuigingen en gemeenschaps-

vormen. Hoewel er een zekere overlapping

bestaat tussen de christelijke en humanistische

levensovertuigingen, zijn er ook duidelijke

verschillen. Bovendien gaan de pastores en

moreel consulenten steeds op een persoonlijke

wijze met hun traditie om. Zij vallen

hiermee niet samen, maar verhouden zich

4 Ten geleide

Wanneer men binnen de dienst leven -

beschouwelijke zorg nadenkt over de betrokken-

heid bij ethische besluitvorming of over de

inrichting van een kapel of stille ruimte, is

het noodzakelijk dat de traditieverschillen en

de persoonlijke invullingen hiervan ter sprake

worden gebracht

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 4

Page 7: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Ten geleide

5Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

hiertoe vanuit hun concrete levens- en

werkervaring. Wanneer men binnen de

dienst levenbeschouwelijke zorg nadenkt

over de betrokkenheid bij ethische besluit-

vorming of over de inrichting van een kapel

of stille ruimte, is het noodzakelijk dat

de traditieverschillen en de persoonlijke

invullingen hiervan ter sprake worden

gebracht. Het voordeel van het radicaal

pluralisme is dat mogelijke conflicten niet

uit de weg worden gegaan. De verschillen

tussen de levenbeschouwelijke invalshoeken

en concrete belevingswijzen worden

voldoende gerespecteerd. Het nadeel is dat

men hierdoor toch in een impasse kan

geraken. Als de verschillen op tafel liggen,

hoe moet het dan verder? Het is niet denk-

beeldig dat men dan toch weer zijn

toevlucht gaat zoeken tot ‘passief’ pluralis-

me of ‘consensus’ pluralisme.

De artikels van de twee pastores laten zien

dat ‘actief’ pluralisme in de praktijk zeker

niet vanzelfsprekend is. Het zal nog enige

tijd duren vooraleer de dienst levens -

beschouwing van ZNA een eigen weg zal

gevonden hebben. Belangrijk is dat het

beleid van ZNA en de zendende instanties

gedurende dit veranderingsproces voldoende

ondersteuning en vertrouwen geven aan de

betrokken medewerkers, zelf regelmatig

overleg plegen en openheid nastreven in

hun communicatie.

De ervaringen van de pastores en moreel

consulenten binnen ZNA zijn heel specifiek.

De intentie van dit nummer is niet om een

pleidooi te houden voor een dienst levens-

beschouwelijke zorg. Wij gaan ervan uit dat

de interlevensbeschouwelijke samenwerking

ook op andere manieren kan worden

gestructureerd. Wel vinden we het zinvol

om in te zoemen op deze concrete werk -

situatie. Wij hopen dat deze focus voor u als

lezer inspirerend kan zijn, ook al werkt u in

een heel andere context.

De pastores en moreel consulenten binnen

ZNA zijn niet de enigen die te maken hebben

met pluralisme. U wordt uitgenodigd om

zelf stil te staan bij de diverse vormen van

pluralisme in uw eigen context. Wanneer u

hierover met collega’s, medewerkers en

verantwoordelijken in gesprek kunt gaan,

draagt u op een zinvolle manier bij tot een

actuele invulling van de identiteit van de

organisatie waarin u werkt.

Dominiek Lootens

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 5

Page 8: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

6 “Hebben wij niet allemaal dezelfde vader?”

Hendrik Hoet

Artikel

“Hebben wij niet allemaal

dezelfde vader?” (Mal 2,10)

De Bijbelse grondslagen van de interlevensbeschouwelijke samenwerking

Toen God de mens geschapen had, stelde Hij

vast: “Het is niet goed dat de mens alleen

blijft”. En Hij schonk hem een “tegenover die

bij hem past” (Gn 2,15). “Man en vrouw

schiep Hij hen” (Gn 1,27). Vanaf het begin

bestaat de mens in het meervoud van de

verscheidenheid met een ander als hulp en

“tegenover”. Als man en vrouw, als broers die

van elkaar verschillen zoals Kaïn die land-

bouwer was en God eerde met de vruchten

van het veld en Abel die herder was en aan

God de eerstgeborene van zijn schapen

offerde. Geen twee mensen zijn gelijk. Ze

verschillen van geslacht, leeftijd, begaafd-

heden, karakter enzovoort. Zo hebben ook

geen twee mensen dezelfde levens -

beschouwing en geloven ze niet op dezelfde

manier, zelfs al behoren ze tot dezelfde

religieuze traditie of geloofsgemeenschap.

Iedere gelovige dient God op zijn manier en

leert – of kan leren – van de manier waarop

anderen God of afgoden dienen.

Het verhaal van Kaïn en Abel is het verhaal

van iedere mens die moeilijk aanvaardt dat

een ander meer geluk heeft in het leven.

Want ook in hun lot verschillen de twee

broers. Dat het offer van Abel werd aan-

vaard, betekent dat het Abel voor de wind

gaat met zijn kudde, terwijl Kaïn misschien

een tegenslag bij de oogst ondervond. Maar

in plaats van met zijn broer te spreken en

hem bijvoorbeeld hulp te vragen, vermoordt

Kaïn hem. Hoopte hij zo de zegen van Abel

in te pikken? Maar de moord maakt hem

niet gelukkiger. Het boek Genesis is onder

meer het verhaal van hoe broers stilaan met

vallen en opstaan leren dat ze beter samen

werken en elkaar helpen om gelukkig te zijn.

En het vervolg van de Bijbel vertelt hoe de

broederlijke solidariteit die binnen één familie

geldt, best uitgebreid wordt tot een nationale

solidariteit waarbij de leden van de andere

stammen ook behandeld worden als broers

en zussen van één en hetzelfde volk. En in

en na de ballingschap groeit langzaam het

besef dat alle volkeren kinderen zijn van één

internationale familie. Maar de implicaties

van dat solidariteitsbesef worden pas met

het Nieuwe Testament stilaan duidelijk.

Dat het “niet goed is voor de mens alleen te

zijn”, betekent niet alleen dat eenzaamheid

een mens niet gelukkig maakt, maar ook dat

Zo hebben ook geen twee mensen dezelfde

levensbeschouwing en geloven ze niet op

dezelfde manier, zelfs al behoren ze tot dezelfde

religieuze traditie of geloofsgemeenschap.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 6

Page 9: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

“Hebben wij niet allemaal dezelfde vader?”

7Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

een mens alleen niet eens kan overleven.

Om te leven moeten mensen samenwerken.

Maar ik aanvaard zo moeilijk dat een andere

mens als anders is dan ik. En dat in een

tweevoudige betekenis van anders: als een

onderscheiden werkelijkheid (niet een

verlengstuk van mezelf) en als verschillend

van mezelf (geen kopie van mezelf). In

hoofdstuk 12 van zijn eerste brief aan de

christenen van Korinte vergelijkt Paulus een

samenleving met een lichaam: ieder lid is

anders en heeft een eigen rol en draagt op

zijn eigen manier bij tot het leven van het

geheel. Niet ondanks, maar juist dank zij

hun onderlinge verschillen kunnen mensen

gelukkig samen leven. Wanneer Paulus

daarna in het bekende hoofdstuk 13 van

dezelfde brief de liefde bezingt en aanprijst

als de hoogste weg, dan beschrijft hij de

houding van geduld, eerbied, openheid,

luisterbereid enz., die nodig is voor elke

ontmoeting en iedere samenwerking zowel

van individuele personen als van groepen,

gemeenschappen en volkeren.

Om de mens te helpen in vrede en goede

verstandhouding samen te leven met de

andere kinderen van God en met heel Gods

schepping, is de Messias gekomen. Volgens

de Bijbel is de Messias de koning die in Gods

naam de vrede onder de volkeren brengt:

gerechtigheid en overvloed voor iedereen.

“Geen tranen en geen dood meer”, zoals de

profeten het formuleren (Js 25,8; Opb 21,4).

Voor de christenen is die Messias gekomen

in Jezus van Nazaret, die werd gekruisigd,

maar die door zijn liefde op het kruis de

dood overwon. Met Jezus is het Rijk Gods

van vrede en gerechtigheid begonnen. Dat

wil zeggen: waar men leeft in Jezus’ Geest is

dat Rijk van leven en geluk aangebroken:

niet morgen, maar nu al. Nog niet in zijn

volle heerlijkheid, maar toch al zichtbaar als

een aantrekkelijk licht voor anderen (zie Mt

5,14-16; Lc 2,30-32).

De interlevensbeschouwelijke samenwerking

heeft – vanuit christelijk standpunt – geen

andere bedoeling en bestaansreden dan het

Rijk Gods te kunnen beleven. Christen zijn,

Jezus navolgen, leven in Jezus’ Geest is niets

anders dan getuigen van Gods liefde,

werktuigen zijn van Gods liefde voor iedereen.

Voor iedereen: dus voor de zwaksten en de

meest bedreigden eerst. En ook voor de

vijand (Mt 5,44; Lc 6,27-35). De vijand dat

is: diegene die mij het leven en het geluk

niet gunt. De vijand is diegene waarmee

geen samenwerking mogelijk is. Mijn vijand

beminnen is alles doen wat in mijn

mogelijkheden ligt opdat hij (of zij) zou

gelukkig zijn.

Voor Jezus’ volksgenoten waren de

Samaritanen vijanden. Joden vermeden het

contact met Samaritanen. Maar Jezus

vraagt te drinken aan een Samaritaanse,

zonder te vrezen dat ze hem zou vergiftigen.

En Hij voert met haar een ernstig gesprek.

Ja, juist over de vraag waarvoor de pluraliteit

van religies en levensbeschouwingen ons

vandaag opnieuw stelt: wat is de weg naar

De interlevensbeschouwelijke samenwerking

heeft – vanuit christelijk standpunt – geen

andere bedoeling en bestaansreden dan het

Rijk Gods te kunnen beleven.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 7

Page 10: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

8 “Hebben wij niet allemaal dezelfde vader?”

Zoals de profeten vóór Hem, riep Jezus op

tot bekering (Mc 1,15) en stuurt Hij ook zijn

leerlingen uit met een oproep tot bekering

(Mc 3,12). Die oproep geldt in de eerste

plaats zijn volksgenoten (Mt 10,5-6). De

christelijke zending bestaat in de eerste

plaats uit zelfbekering. Jezus’ waarschuwingen

tegen schijnheiligheid en valse godsdienst

zijn over de hoofden van de Farizeeën en

de Schriftgeleerden heen gericht tot de

christelijke lezers van het Evangelie (Mt 23).

Jezus’ leerlingen zijn geroepen om zichzelf

voortdurend af te keren van de afgoderijen

waartoe we ons in onze zondigheid laten

verleiden, om ons toe te keren naar de ware

God en Hem te dienen op de manier waarop

Jezus Hem diende. Of zoals de brief van

Jakobus de ware dienst van de ware God

omschreef: weduwen en wezen opzoeken in

hun nood en ons vrijhouden van de

“besmetting door de wereld” (Jak 1,27). Het

enige criterium voor de Eindrechter van ons

leven is wat we aan de minste van zijn

broers en zussen hebben gedaan (Mt 25,31-

46). We zijn geroepen om zelf steeds meer

werktuigen te zijn van God die liefde is (1

Joh 4,8), want “God heeft geen andere

handen dan de onze”. En we mogen hopen

dat die liefde aanstekelijk werkt en

wederliefde oproept. Onze opdracht, onze

roeping en onze vreugde is lief te hebben

zoals Jezus in de hoop dat God ook de

harten van onze vijanden bekeert. Wij kunnen

alleen onszelf bekeren, niet de anderen.

De bekering die God van ons en van ieder

van zijn kinderen vraagt, is een bekering

naar wat echt tot vrede leidt. Als christenen

weten en vertrouwen wij erop dat Jezus de

vrede is voor alle volkeren (Ef 2,14). Wij zijn

het ware geluk? (Joh 4,4-44). En in een

uitdagende parabel stelt Hij een Samaritaan

als voorbeeld van ware godsdienst (Lc

10,29-37). Het was niet te verbazen dat

Hij door zijn Joodse volksgenoten werd

gewantrouwd als een verrader, die mee

heulde met de vijand (vgl. Joh 8, in het

bijzonder v. 48).

Nog meer dan de Samaritanen waren de

Romeinen de vijanden van Gods volk. Ze

waren de bezetters die onmogelijk maakten

dat in Israël een koning uit eigen volk (Dt

17,15) in Gods naam zou zorgen voor vrede

en gerechtigheid. De tollenaars waren

gehaat omdat ze belastingen inden voor die

vijand. Hoe kon Jezus met zo’n volk omgaan

(Mt 11,19)? En de knecht genezen van een

officier uit het bezettingsleger (Mt 7,5-13

en par.)?

De “Griekse” cultuur was de vijand waar -

tegen de Makkabeeën met succes hadden

gestreden, toen hun vorst Antiochus IV de

Joodse godsdienst wilde afschaffen en de

tempel ontwijd had. Maar onder de

Romeinse bezetting bleef die heidense

cultuur opnieuw meer dan ooit het Joodse

geloof en de tempel van Jeruzalem bedreigen.

En toch laat Jezus zich de les spellen door

een Helleense vrouw en geneest haar

dochter (Mc 7,24-30 en par.). Voortdurend

lijkt Jezus de vijand te laten voorgaan op

zijn eigen volk (Lc 4,25-29). In de logica van

de hogepriesters en de bewaarders van de

voorvaderlijke tradities van zijn eigen volk

was Jezus een gevaar voor “outer en heerd”

en diende Hij zo vlug mogelijk uitgeschakeld

te worden (Joh 11,47-50).

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 8

Page 11: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

overleveringen (Hnd 15,1), maar van een

leven in vertrouwen op Gods liefde zoals die

in Jezus het mooist is zichtbaar geworden

(cf. o.m. Rm 1,16-17).

Het verhaal van dit apostelberaad in

Jeruzalem toont ook hoe een overleg te

werk kan gaan voor een goede samenwerking.

Wanneer er een geschil rijst tussen

medewerkers voor het Rijk Gods, zoals

tussen Paulus en de Farizese strekking onder

de christenen, wordt beslist beroep te doen

op de wijsheid van de moedergemeenschap

in Jeruzalem (Hnd 15,1-5). Er wordt een

oplossing gezocht door te gaan samen

zitten, te getuigen van wat men heeft mee-

gemaakt en te luisteren naar elkaars levens-

verhalen – naar wat het tweede Vaticaans

Concilie “de tekenen des tijds” noemde –

(Hnd 15,6-12), maar ook naar de Schrift

(Hnd 15,13-18). Met woorden – en niet met

wapens – wordt een (“parlementaire”!)

oplossing voor het conflict gezocht. Vanuit

een eensgezind luisteren naar het Woord –

in dezelfde gezindheid van Jezus (cf. Flp 2,5)

– wordt een compromis gevonden dat het

samen leven en werken van de verschillende

groepen mogelijk maakt in eerbiediging van

de verschillende culturele tradities waaraan

ieder trouw wil blijven (Hnd 15,19-29).

9Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

“Hebben wij niet allemaal dezelfde vader?”

dus geroepen zelf al die weg van de vrede te

bewandelen en anderen uit te nodigen om

op die weg mee te gaan. Zoals Jezus de man

die niet gelukkig was in al zijn morele recht-

vaardigheid, uitnodigde om zijn vriend en

tochtgenoot te worden (Mc 10,20-21).

De samenwerking die van mensen gevraagd

wordt, is een samenwerking om de door de

Messias aangeboden vrede te aanvaarden.

Want de vrede is er al: ze “staat voor de

deur” (Opb 3,20) en vraagt slechts om te

worden beleefd. De samenwerking begint

met het werken aan zichzelf: “verbeter de

wereld, begin bij jezelf”, zo hebben de wijzen

begrepen. De interlevensbeschouwelijke

samenwerking vraagt niet van de ander dat

hij vertrekt met dezelfde ideeën en voor-

waarden als ik. Maar ze bestaat erin samen

de vrede te vinden waar ze te vinden is: in

de menselijkheid zoals die geïncarneerd is in

Jezus.

Handelingen van Apostelen vertelt uitgebreid

van de bekering van Petrus (h. 10) en van de

gemeenschap van Jeruzalem met hem (Hnd

11,1-18). In de ontmoeting met de Romeinse

officier begrijpt Petrus dat “men geen mens

ter wereld onrein of niet zuiver mag noemen”

(Hnd 10,28) en “dat God geen onderscheid

maakt tussen mensen, maar dat Hij zich het

lot aantrekt van iedereen, uit welk volk dan

ook, die ontzag voor Hem heeft en recht-

vaardig handelt..” (Hnd 10,34-35). En het

apostelberaad in Jeruzalem bevestigt dat

Gods Geest niet alleen waait onder de

besnedenen maar ook de onbesnedenen kan

bezielen. De christelijke gemeenschap leert

dat het geluk en het Rijk Gods niet afhan-

gen van besnijdenis of andere Mozaïsche

De interlevensbeschouwelijke samenwerking

vraagt niet van de ander dat hij vertrekt met

dezelfde ideeën en voorwaarden als ik.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 9

Page 12: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Paulus verwoordt misschien nog het best

wat de implicaties zijn van de Bijbelse open-

baring dat God de Vader van alle mensen is,

wanneer hij schrijft: “er is geen Jood of

Griek meer, er is geen slaaf of vrije, het is

niet man en vrouw” (Gal 3,28), “ of: “er is

geen sprake meer van Griek of Jood,

besnedene of onbesnedene, barbaar, Skyth,

slaaf, vrije mens” (Kol 3,11), want onze diepste

identiteit ligt niet in onze nationaliteit of

cultuur, niet in onze afkomst of religieuze

praktijken,niet in ons geslacht, onze sociale

of economischs status, niet in onze graad

van geleerdheid of wat ook, maar alleen in

het feit dat we geliefde kinderen zijn van

God (Rm 8,15-17). Bij zijn doopsel hoorde

Jezus de stem uit de hemel die Hem

bevestigde dat Hij God geliefde kind was

(Mc 1,11). De rest van zijn leven is uitdrukking

van zijn vertrouwen in deze liefdesverklaring.

Als wij naar Hem luisteren, kunnen wij vanuit

diezelfde zekerheid leven dat we Gods

beminde kinderen zijn. Dat is de identiteit

die het mogelijk maakt in vrede samen te

leven over alle verschillen van levens -

beschouwing heen.

Hendrik Hoet

OVER DE AUTEUR

Hendrik Hoet is vicaris van het Bisdom

Antwerpen. Vanuit die opdracht werkt hij mee

aan initiatieven rond interreligieuze dialoog.

[email protected]

10 “Hebben wij niet allemaal dezelfde vader?”

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 10

Page 13: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

11Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Jan Michels

Artikel

Harmonie en conflict.

Als katholiek pastor samenwerken met andere ‘levensbeschouwingen’ in een ziekenhuis

We staan voor een nieuw feit: niet

alleen dat onze maatschappij multicultureel

is geworden en dat daarmee ook een

pluralistische omgeving is ontstaan in alle

ziekenhuizen – in het Ziekenhuis Netwerk

Antwerpen (ZNA) zit het ‘nieuwe’ erin dat

katholieke en protestantse pastores en

moreel consulenten sinds een paar jaar aan

het werk zijn binnen één dienst ‘levens -

beschouwelijke zorg’. Ook in de OCMW-

periode van de Antwerpse ziekenhuizen

werkten de spirituele zorgverleners in

elkaars omgeving, maar sinds de oprichting

van ZNA (januari 2004) kunnen ze niet langer

naast en los van elkaar werken. Er ontstaat

een heel andere situatie wanneer het initiatief

om samen te werken niet langer afhangt

van de toevallige bereidwilligheid van

individuen, dan wanneer deze zijn samen -

gebracht binnen één levensbeschouwelijke

dienst. Deze staat onder leiding van het

diensthoofd patiëntenbegeleiding, dat

optreedt als ‘coach’ en dat tevens de brug

legt tussen levensbeschouwelijke zorg en

het ziekenhuisbeleid. De zorgverleners van

de verschillende overtuigingen werken nu

veel nauwer met elkaar samen en in de

toekomst staan nog heel wat gezamenlijke

uitdagingen en actiepunten op de agenda.

Het pluralistische karakter van ZNA houdt in

dat patiënten van elke erkende overtuiging

aan de hand van een keuzeformulier beroep

kunnen doen op een begeleider van hun

voorkeur. Katholieke en protestantse pastores

en vrijzinnig moreel consulenten zijn vast in

dienst. Joodse, Islamitische, Grieks-orthodoxe

vertegenwoordigers kunnen worden

opgeroepen. Vanuit de dienst levens -

beschouwelijke zorg wordt af en toe de

hand gereikt naar deze vertegenwoordigers,

om te komen tot praktische afspraken rond

bijv. het doorgeven van vragen van patiënten.

De zes ZNA-sites verschillen onderling wat

betreft de aanwezigheid van een spirituele

ruimte: een kapel in de meeste sites, een

gemeenschappelijke stille ruimte in één site,

een joodse gebedsruimte in een andere. Een

algemene visie rond pluralisme is niet

uitgewerkt door het management. Veel

wordt bepaald door de feitelijke praktijk, die

sterk varieert naargelang de persoon, de

dienst, de site, de patiëntenpopulatie.

Acht jaar geleden, toen ik als pastor begon

in ZNA Sint-Elisabeth, was de samenwerking

met begeleiders van andere overtuigingen

één van de punten die mij voor deze

werkplek deden kiezen. Werken in deze

omgeving gaf mij de kans om niet alleen in

theorie maar ook in de praktijk kennis te

maken met interreligieuze (interlevens -

beschouwelijke) dialoog. Het gaf mij doorheen

de jaren een realistische, meer genuanceerde

kijk op deze samenwerking. Het verhaal dat

ik hier breng komt voor een deel voort uit

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 11

Page 14: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

12 Harmonie en conflict

deze ervaring, voor een deel ook uit wat

ik op andere plaatsen zie gebeuren. Het

confronteerde mij bovendien met wat er in

mij was aan nieuwsgierigheid, hoop, vreugde,

respect, maar ook met de weerstand, ergernis,

ontmoediging wanneer de ontmoeting

negatief uitviel. Het heeft mij nog sterker

mijn eigenheid als kerkbetrokken gelovige

doen ontdekken. De uitwisseling met anderen

heeft mijn gelovige identiteit meer verankerd

en verdiept, maar heeft mij ook geholpen

om onze eigen kerkelijke geschiedenis en

actualiteit door de bril van anderen te bekijken.

Het maakte mij kritischer én loyaler.

Nuance is er ook gekomen in mijn kijk op en

verhouding tot de verschillende overtuigingen.

Ik werk niet samen met hét protestantisme

of hét vrijzinnig humanisme, wel met concrete

pastores en moreel consulenten, die elk op

hun manier en vanuit hun eigen persoon-

lijkheid een overtuiging belichamen. In die

zin loopt de relatie tussen pastores (katholieke

en protestantse) en moreel consulenten op

persoonlijk of collegiaal vlak soms stroef,

soms heel vlot. Toch blijkt ook de bredere

organisatie achter elk van ons mee te spelen

in ons denken en doen – soms meer dan we

zouden willen of dan we ons bewust zijn. De

kans op slagen van interlevensbeschouwelijke

samenwerking hangt in de eerste plaats af

van de concrete mensen, maar evenzeer van

de houding van hun achterban. Ook al dacht

ik dat het slagen van een project zoals een

gemeenschappelijke stille ruimte vooral

afhing van de openheid van de concrete

medewerkers, toch blijken de verwachtingen

van de eigen levensbeschouwelijke gemeen-

schap in niet te onderschatten mate te

bepalen hoever elk van ons kon en wilde

gaan.

Tussen katholieke en protestantse pastores

ligt de verhouding spontaan eerder gemak-

kelijk. Oecumene is bijna vanzelfsprekend

geworden en maakt dat we vanuit een

oecumenische bekommernis kijken naar

de kapel (eerder sobere inrichting, een

‘aanvaardbaar’ Mariabeeld, aanwezigheid

van een bijbel,…), een jaarlijkse viering houden

in het teken van de eenheid onder christenen

– waarbij we het ook belangrijk vinden dat

de wekelijkse eucharistievieringen hun spe-

cifieke karakter kunnen behouden.

Tussen katholieke en vrijzinnige spirituele

zorgverleners kan de sfeer nogal eens

gespannen oplopen op momenten dat men

in één van beide groepen opdringerigheid of

onverdraagzaamheid vanwege de andere

meent te ervaren. Protestantse pastores

voelen zich één met hun katholieke geloofs-

genoten, maar tegelijk herkennen ze zich in

het minderheidsgevoel dat vrijzinnigen

gekend hebben in een dominant katholieke

omgeving.

Samenwerken is steeds een samenspel van

harmonie en conflict. Soms is het ene, dan

weer het andere element meer zichtbaar of

voelbaar. Historisch gezien was het conflict -

element op tragische wijze aanwezig in de

De kans op slagen van interlevensbeschouwelijke

samenwerking hangt in de eerste plaats af van

de concrete mensen, maar evenzeer van de

houding van hun achterban.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 12

Page 15: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

interactie tussen overtuigingen. We dragen

dit mee in ons collectief geheugen. Maar

ook in onze huidige tijd en maatschappij is

het ideologisch conflict nooit ver weg.

Ideologische strekkingen zijn tot in het

ziekenhuisbeleid aanwezig en worden soms

door deze of gene ‘te hulp geroepen’, wat

dan weer door de andere ‘partij’ als oncon-

structief wordt ervaren. Het machtselement

is (nog) niet weg te denken, of we dit nu

willen of niet. Ook in de context van de

levensbeschouwelijke samenwerking zijn

voldoende redenen van conflict voorhanden.

Desondanks blijft het zoeken naar harmonie

een opdracht. Niet alleen omdat we verplicht

zijn samen te werken en een modus vivendi

te vinden; uiteindelijk omdat we willen

luisteren naar wat elk te vertellen heeft,

omdat we willen horen hoe elk aankijkt

tegen de leefwereld van mensen en hun

noden; omdat we elkaar kunnen verrijken en

aanvullen – elk met behoud van zijn eigenheid.

De basishouding van waaruit iemand vertrekt

in zijn contacten met andere overtuigingen,

bepaalt hoe hij of zij in deze samenwerking

gaat staan en welke zijn valkuilen zullen

zijn. Slechts geleidelijk wordt iemand zich

bewust van zowel zijn positieve vooroordelen

als zijn verborgen weerstanden. Onze vroegere

ervaringen, onze opvoeding en de geschiedenis

van lang vóór ons bepalen vanuit welke

gevoeligheid wij anderen beluisteren en

al dan niet verstaan. Mijn afzetten tegen

een opvoeding die elke andersdenkende

verketterde riep een tegenovergestelde

reactie op, die mij eerder optimistisch in de

dialoog deed stappen. Niemand van ons

blijkt echter in staat om ideologische tegen-

stellingen uit verleden en heden volledig

van zich af te schudden. Onze interpretaties,

associaties en reacties gaan telkens terug op

vroegere beelden en ervaringen, soms van

onbegrip of miskenning. Ze komen slechts

moeizaam aan de oppervlakte, maar vragen

uiteindelijk om erkenning. Door openheid

aan de dag te leggen voor mensen van

andere overtuigingen, kom je echter ook tot

diepgaande ontmoetingen.

Ik zag mijzelf maar ook anderen doorheen

de jaren evolueren, mee onder invloed van

de samenwerking. Ik merk een aantal

uiteenlopende houdingen die mensen

(collega’s, vrijwilligers, medewerkers aller-

hande…) aannemen. Aan de ene kant zie ik

mensen die kost wat kost harmonie nastreven

en zichzelf geen kritiek toestaan; ze gaan

zover mee dat ze dreigen hun eigenheid te

verliezen en op te gaan in het gemeen-

schappelijke. Daarnaast zijn er mensen

die positief ingesteld zijn en vlot willen

samenwerken, inhoudelijk vooral de

gemeenschappelijke punten beklemtonen –

soms met het risico vanuit een gebrek aan

kritische zin in bovengenoemd extreem te

vervallen. Ergens in het midden zie ik

mensen die een open, constructieve dialoog

voeren, verdraagzaam zijn, wederzijds

respect betonen met de wil elkaars eigenheid

te aanvaarden en te ondersteunen. Verder in

de andere richting zijn er mensen die een

gezonde, kritische afstand inbouwen, strevend

naar een zakelijke maar goede verstand -

houding en het maken van goede

werkafspraken – echter met het risico teveel

afstand te nemen en op zichzelf terug te

plooien, zodat er geen ruimte meer is voor

een diepere dialoog. Aan het andere uiterste

13Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Harmonie en conflict

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 13

Page 16: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

zie ik mensen die geen goed woord overhebben voor andere overtuigingen, een concurrerende houding aannemen, de anderals de demon afschilderen; wie wind zaait,oogst uiteraard storm.

Ieder van ons doorloopt verschillende vandeze stadia, in welke richting dan ook. Deextreme posities blijken in de praktijk niethoudbaar en dwingen op termijn om uit deinterlevensbeschouwelijke samenwerking testappen. Het ‘ideale midden’ is moeilijk tebereiken is en misschien slechts voor eenzekere tijd te handhaven. Samenwerken iseen voortdurend balanceren en zoeken naareen nieuw evenwicht.

Het contact met andere overtuigingenmaakte mij meer bewust van mijn katholiekeeigenheid en de waarde ervan. Als een familienaam die ik niet kan en wil uitwissenhoort deze tot mijn diepste identiteit,ondanks alle bedenkingen die ik er bij kanhebben. Aanvankelijk kan iemand zichgevleid voelen wanneer, na een voorstellingover pastorale zorg binnen het ziekenhuis,een moreel consulent aangeeft zich in hetgebrachte verhaal goed te herkennen. Mendient zich echter de vraag te stellen of menvoldoende duidelijk zijn specificiteitbeklemtoont: in het benoemen van de tran-

scendente dimensie, van de relatie met God

die voor gelovigen essentieel is. Bij bespre-

kingen rond een stille ruimte komt de vraag

naar symboliek naar boven: welke plaats

krijgen religieuze symbolen in een gemeen-

schappelijke ruimte? Bij een gemeenschap-

pelijk herdenkingsmoment: verzwijgen we

termen als ‘bidden’ en ‘geloof’ of ‘mogen’

deze gehoord worden? Bij allerhande

besprekingen: accepteer ik uitlatingen die ik

als kwetsend ervaar? Het accentueren van

en respect vragen voor mijn eigenheid

maakt het in de samenwerking niet

gemakkelijker, maar is vereist omwille van

mijn zelfbehoud als pastor, omwille van de

kerkgemeenschap die ik vertegenwoordig en

omwille van de patiënten waar ik voor sta.

Ook binnen andere overtuigingen maken

sommigen trouwens deze beweging.

Naast de reeds genoemde items die aan bod

kunnen komen in een samenwerking met

andere overtuigingen (en waarrond eenstem -

migheid of conflict kan ervaren worden) zet

ik er nog enkele op een rij:

m profiel en visie, bekendmaking en voor-stelling:

• het uitwerken van een gezamenlijke

visie als dienst levensbeschouwelijke

zorg met het oog op visievorming bij

het management en in functie van onze

profilering naar andere diensten toe

(o.m. psychologen, sociale dienst);

• het voorstellen van de dienst levens -

beschouwelijke zorg en de taakinhoud

binnen elke overtuiging, op info mo -

menten voor andere personeelsleden;

• het opstellen van een gemeenschappelijke

voorstellingsbrochure;

14 Harmonie en conflict

Het accentueren van en respect vragen voor

mijn eigenheid maakt het in de samenwerking

niet gemakkelijker, maar is vereist omwille van

mijn zelfbehoud als pastor, omwille van de

kerkgemeenschap die ik vertegenwoordig en

omwille van de patiënten waar ik voor sta.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 14

Page 17: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

• de manier waarop levensbeschouwelijke

zorgverleners zich voorstellen bij een

eerste bezoek aan patiënten, als ze dit

doen ‘namens de dienst’;

• het kiezen van de aangewezen titel op

een personeelsbadge of op het bordje

aan het bureel;

• het opstellen van affiches voor vieringen

of bijeenkomsten en de plaats waar

deze kunnen worden opgehangen.

m de toegang tot patiënten:• de verwoording van het keuzeformulier;

wie dit aanbiedt en hoe;

• de manier waarop wij patiënten kunnen

bereiken, zonder in elkaars vaarwater te

komen;

• het (Nederlandse) model ‘geestelijke ver -

zorging’ (waar vooral protestantse en vrij -

zinnige zorgverleners voor te vinden zijn);

• het contacteren van joodse, islamitische

of Grieks-orthodoxe vertegenwoordigers

op vraag van patiënten.

m doelkader en werkbelasting:• de verhouding tussen het toegewezen

doelkader per overtuiging en de werkelijke

vraag vanwege patiënten;

• de ‘neventaken’ die degenen met lagere

werkdruk bijkomend opnemen, met rol-

verwarring en het doorkruisen van het

werkterrein van anderen als gevolg;

• de registratie van de effectieve werklast

(en de aarzelingen daarbij).

m het delen van materiële ruimtes:• een stille ruimte: een afzonderlijke

(gebeds-)ruimte voor elke overtuiging

of gemeenschappelijk voor meerdere

overtuigingen? Bij de tweede optie:

een neutrale, universele (‘voor ieder

herkenbare’) vormgeving of met

specifieke, traditiegebonden symboliek

die de eigenheid van elke overtuiging

aanwezig stelt? Hoe vinden godsdienstige

overtuigingen elkaar hierin? Welke

symbolen vinden katholieke gelovigen

essentieel? Hoe staan vrijzinnigen tegen -

over religieuze symboliek als zodanig?

• een gemeenschappelijk bureel: roept

vragen op in verband met aanwezige

symboliek, privacy bij gesprekken,…

m gemeenschappelijke initiatieven:• het opkomen voor gemeenschappelijke

belangen naar context en management

toe;

• herdenkingsmomenten voor overleden

patiënten.

m terminologische (en inhoudelijke) discussies:• hanteren we het woord ‘levens -

beschouwing’ en/of ‘religie, geloofs-

overtuiging’?; zijn we een dienst levens-

beschouwelijke zorg of een pastorale

dienst?

• wat is pluralisme, wat is neutraliteit?

• spreken we van een stille ruimte of een

gebedsruimte?

Een terminologische keuze is niet alleen

ingegeven door de theoretische inhoud van

het begrip (wat verstaat men bv. onder

‘levensbeschouwing’?) maar wordt ook bepaald

door de identificatie van het publiek met

bepaalde termen. Het gebruik van religieus

geladen woorden en symbolen (bv. ‘God’,

‘bidden’ in een gemeenschappelijk herden-

kingsmoment) zou kunnen worden weg

gelaten ‘uit respect’ voor niet-religieuze over -

tuigingen, maar dient de herkenning van de

diepste overtuiging bij wie wel gelovig zijn.

Harmonie en conflict

15Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 15

Page 18: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Anderzijds hanteert ieder van ons wel eens

bepaalde termen om ‘gemeenschappelijke’

zaken te benoemen, ervan uitgaande dat

deze voor ieder herkenbaar zijn, terwijl deze

in werkelijkheid voor ieder een heel andere

lading dekken of verschillende gevoelig -

heden oproepen. Als pastor spreken we

gemakkelijk van een ‘herdenkingsviering’,

terwijl ‘viering’ voor vrijzinnigen een veel te

katholiek aandoend woord is. Een vrijzinni-

ge ziet alle overtuigingen als ‘levensbe-

schouwingen’, terwijl een gelovige hier

doorgaans een filosofische, humanistische,

niet-religieuze overtuiging onder verstaat.

Voor een katholiek pastor lijkt een ‘neutrale’

invulling van een gebeuren hetzelfde als

‘vrijzinnig, humanistisch’, terwijl een moreel

consulent er zal op wijzen dat ook zij bij een

neutrale vormgeving een deel van hun eigen

visie tussen haakjes moeten zetten.Woorden

verwarren. Geregeld betrappen we onszelf

of anderen er op dat we aannemen dat een

term voor ieder aanvaardbaar is, zonder te

hebben getoetst hoe deze bij anderen in de

oren klinkt.

Samenwerking wordt pas moeilijk als ze

concreet wordt. Positieve relaties met

mensen zijn het meest bemoedigend,

spanningen daartegenover het meest slopend.

Samenwerking met mensen van verschillende

religies, overtuigingen en culturen is een

boeiende uitdaging met deugddoende

ervaringen van toenadering en begrip, maar

ze brengt ook een portie tegenstellingen en

conflicten aan de oppervlakte. Zelfkritiek is

belangrijk t.a.v. de manier waarop we naar

anderen kijken: als concurrenten óf als

‘anderen’ met een eigen visie die recht van

bestaan heeft en die de onze kan aanvullen?

Samen dienen we te zoeken naar een nieuwe

verhouding ten opzichte van elkaar. Soms

lijkt het geen haalbare zaak en groeit de

neiging om terug te plooien, andere keren

gloeit de hoop weer op dat we elkaar kunnen

verstaan en dat er meer mogelijk is. Zal de

toekomst ons zover brengen dat we inhou-

delijk open staan voor elkaars benadering?

(Hoe) zal de samenwerking ons beïnvloeden?

Zullen we door de dialoog ook op inhoudelijk

vlak dichter naar elkaar toegroeien?

Dit is ‘toekomstmuziek’ en zoals elk visioen

beantwoordt de realiteit er nu nog niet aan,

mogelijk wel in de toekomst. Misschien willen

of kunnen we op dit moment nog niet

werken aan die utopie, maar het ‘zien’ van

deze mogelijkheid doet ons een andere hou-

ding aannemen en misschien zelfs een andere

weg inslaan dan wanneer we alleen naar het

verleden kijken en de toekomst somber

inzien.

In de praktijk dringt zich telkens de vraag

op: kiezen we voor een gezamenlijke aanpak

waaraan het specifieke van de verschillende

overtuigingen ondergeschikt is of (daar-

naast ook) voor het accentueren van de

eigenheid van elke overtuiging met haar

beelden, taal, rituelen,…? De opdracht

bestaat er in oog te hebben voor wat we

gemeenschappelijk hebben als overtuigingen

16 Harmonie en conflict

Geregeld betrappen we onszelf of anderen er

op dat we aannemen dat een term voor ieder

aanvaardbaar is, zonder te hebben getoetst

hoe deze bij anderen in de oren klinkt.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 16

Page 19: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

1717Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1 17

binnen de dienst levensbeschouwelijke zorg

(de luisterende aandacht voor patiënten) én

voor wat ons onderscheidt (voor gelovigen:

de transcendente dimensie die wordt uit -

gedrukt in woord, gebed, symboliek, ritueel

en viering). De grootste zorg lijkt er momenteel

in te bestaan de eigenheid van elke overtuiging

te bewaren en te weerstaan aan de druk om

alleen het gemeenschappelijke aan bod te

laten komen en op te gaan in een vaag

universalisme. Wiskundig uitgedrukt: het

kleinste gemeen veelvoud van meerdere

getallen levert een groter cijfer op dan de

grootste gemene deler. Of plastisch: een

veelkleurig palet is rijker dan een vale bruine

of grijze menging. Het doel is: herkenbaar te

blijven als (geloofs )overtuiging, zichtbaar

te blijven voor mensen die in een woelige

periode in hun leven op zoek zijn naar houvast

binnen de overtuiging waarmee ze zijn

opgegroeid – en vanuit die eigenheid blijven

naar elkaar luisteren en hopen elkaar te

ontmoeten.

Jan Michels

OVER DE AUTEUR

Jan Michels werkt als katholiek pastor binnen de

dienst levensbeschouwelijke zorg van ZNA,

meerbepaald op de campus Sint-Elisabeth.

[email protected]

Harmonie en conflict

De grootste zorg lijkt er momenteel in te

bestaan de eigenheid van elke overtuiging te

bewaren en te weerstaan aan de druk om alleen

het gemeenschappelijke aan bod te laten komen

en op te gaan in een vaag universalisme.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 17

Page 20: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

18 Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorg

Protestantse pastorale zorg

Pastoraat wordt zowel door katholieke alsdoor protestantse denkers en werkersomschreven èn ervaren als: bij-mensen-zijnals gestalte van de Pastor Bonus, de GoedeHerder. Hoe je als pastor bij mensen bent,hoe je dit vormgeeft en wat je daarbij aan-biedt, verschilt per kerkelijke denominatieen heeft bovendien een evolutie door -gemaakt. Binnen de protestantse traditielag, tot ver in de twintigste eeuw, de nadrukhierbij op de verkondiging van het Woord,het aanzeggen van de genade, maar ook hetaanzetten tot toeëigening van die genade ineen heilige levenswandel. De schapenmoesten bij de kudde gehouden worden. Depastor was dienaar des Wóórds.

In de laatste decennia van de vorige eeuwwon vanuit een veranderend mens- enwereldbeeld én onder invloed van de modernetheologie, de visie terrein dat pastoraat hetdienen van mensen is vanuit dat Woord. Het

pastorale gesprek zelf werd vierde gestaltevan het Woord Gods genoemd (na de Zoon,de Schriften en de preek), en werd vorm -gegeven door pastor en pastorant samen ineen triade met de Heilige Geest. Pastoraatwerd relatie, met oog voor de brede realiteitvan de pastorant. Deze evolutie gaf ruimtevoor een breder pastoraal aanbod in allerleicontexten. Een zijn-bij-mensen waarmensen zijn, fysiek en emotioneel. Dààrwaar geleefd wordt en dat leven nietvanzelfsprekend is. Gevangenissen, scholen,havens en verzorgingsinstellingen zijn geenzendingsvelden maar menselijk gedeeldeleefwerelden waar levensvragen actueelworden en waar de kerken present zijn alsGods uitgestoken hand in de persoon van devrijwillige of gespecialiseerde professionelepastor.

In protestants (ziekenhuis)pastoraat staat derelatie centraal tussen de mens en zijn/haarGod, binnen zijn/haar eigen levensverhaalen relationele netwerk. De relatie met Godmag een gezicht, handen en voeten krijgenin de omgang met de pastor. Ze krijgt woordenin het lezen en doorleven van het Woord, inpersoonlijke verwoording van het eigen verhaal en in het gebed. En ze vindt gestaltein rituelen als een lied, een psalm, het OnzeVader en een zegenbede en af en toe hetHeilig Avondmaal aan het bed.

Een protestantse visie op

interlevensbeschouwelijke zorg

Petra Schipper

Artikel

In protestants (ziekenhuis)pastoraat staat de

relatie centraal tussen de mens en zijn/haar

God, binnen zijn/haar eigen levensverhaal en

relationele netwerk.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 18

Page 21: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Interlevensbeschouwelijke zorg

Vanuit deze bredere benadering kon het ookniet meer dat de protestantse ziekenhuis-pastor in een tunnelvisie enkel de pastorantbezoekt, los van andere overtuigingen endisciplines binnen de instelling. De pastorantbevindt zich binnen die plurale werke-lijkheid en zo ook de pastor zelf. Beidenkomen in aanraking met mensen van andereachtergrond en dienen hun weg hierin tezoeken, de pastorant in zijn/haar eigen levensverhaal, de pastor als deel van eenmultidisciplinair en levensbeschouwelijkteam. Voor de pastor legt de confrontatiemet deze plurale werkelijkheid een spanningbloot tussen de noodzaak tot samenwerkingen het bewaken van eigenheid.

De noodzaak tot samenwerking vinden weterug in de bijbel, samengevat in Jezus’prikkelende uitspraak: “Wie niet tegen onsis, is voor ons”.1 Het gaat niet om pastor, kerkof christendom, maar om het KoninkrijkGods, dat gestalte krijgt in gerechtigheid. Alwie zoekt naar recht doen, heelheid enhumaniteit is geen tegenstander maar eenbondgenoot. Daarom kunnen we er alschristen en als pastor, geïnspireerd vanuitons geloof, zelfs positief voor kiezen ombewust en constructief om te gaan met degedeelde werkelijkheid van een zowel gese -culariseerde als multi-levensbeschouwe lijkesamenleving.

Het ziekenhuis vormt daarvoor een uniekeproeftuin. Als geestelijke zorgverleners slaanwe de handen ineen voor humaniteit enzingeving die de hele gezondheidszorg aan-gaat en waarvan de dienst levens-beschouwelijke zorg een katalysator kan

zijn. Niet alleen de samenleving en deinstelling, maar de mens zelf is pluraal.Patiënten zijn mensen met hun eigenvoorgeschiedenis met allerhande ervaringenrond kerk, religie en zingeving. Sommigeervaringen hebben positief bijgedragen,andere hebben vervreemdend gewerkt. De tijd van de verzuiling in de persoonlijkelevenssfeer is voorbij. Zelfs zij die te kennengeven tot een uitgesproken strekking in hetchristendom (of welke levensovertuigingook) te behoren, weigeren vaak een een-duidig etiket en kunnen vertellen over deomwegen en diverse ontmoetingen die tothun huidige beleving hebben bijgedragen.De postmoderne mens maakt een eigen mixvan opgedane oriëntaties, wisselwerkingenen loyaliteiten. Pastoraat biedt ruimte om dehulpbronnen in dit unieke verhaal op tediepen en te laten stromen. Deze maieutis-che kijk op pastoraat (de pastor als vroed-vrouw van spirituele bronnen, die op eenzodanige wijze vragen stelt dat deondervraagde zelf zijn/haar eigen inzichtenontdekt) strookt met de emancipatorischetendens in de protestantse geloofsovertuig-ing. Mensen zijn bovendien mensen inwording, in beweging, onderweg, vanuitallerlei krachtenvelden, impulsen en real-isaties. Mens word je samen met anderen, inrelatie, in respect, wissel werking en verbind-ing. Geloven is bij uitstek in verbindingleven met de a/Ander, die zowel anders enuniek is als aan ons gelijk, meerduidig alswijzelf. Via de a/Ander mogen we - telkensopnieuw verrast, verward, onverwacht geze-gend - leren onszelf èn de a/Ander niet vastte pinnen of op te sluiten, maar altijdopnieuw te leren kennen, altijd onderweg teblijven.

Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorg

Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1 19

1 Marcus 9:40

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 19

Page 22: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Bijbelse verhalen, parabels en teksten makenons dit op allerlei manieren duidelijk. Devoorlopigheid en meerduidigheid van hetmens-zijn, van in relatie staan en daarmeevan geloven, komen we soms wreed op hetspoor in het aanschijn van ziekte, eindig -heid, lijden en dood. Jijzelf, je omgang metmensen, je God, je zingevingskader wordendooreengeschud, doorkruist, gecom pliceerd.We leren er andere kanten van kennen.Maar als we die meerduidigheid, die andereervaringen die in ons gesloten wereldjebinnen breken, kunnen omarmen, verdiepten versterkt dat onze draagkracht. In tijdenvan lijden gaan mensen soms op zoek. Alsvertrouwde antwoorden niet meer bevredi-gen, kunnen andere visies ontstane lacunesin het eigen geloof aanvullen. Anderebenaderingen van lijden en levensvragenkunnen ons verrijken in onze eigenmanieren om het leven het hoofd te bieden: • Gods partnerschap in het Jodendom; • de wijsheid der liefde in het Boeddhisme; • het behoeden van de autonomie in het

Humanisme; • de eerbied voor het leven in het Hindoeïsme;• de religieuze overgave in de Islam; • de kracht der liefde in het Christendom.

Naast deze mogelijkheid tot verrijking enaanvulling, is het zaak de diep-menselijkenood aan herkenning, vertrouwdheid eneigenheid te bewaken. Juist opname in eenzorginstelling brengt allereerst vervreemdingmet zich mee, ontworteling en ontreddering.

De persoonlijke levenssfeer is doorbroken,privacy en decorum staan onder intensedruk. De identiteit van de lijdende mens is inhet geding en daardoor zijn existentiële veiligheid. Iedere ervaring van ontwortelingversterkt de nood aan eigenheid.

Geloof is een relatie. Relaties zijn niet inwis-selbaar. De weg die mensen afleggen metGod, met geloofsgemeenschap(pen), methun eigen vragen en thema’s, is onver -vreemd baar. Geloven is ook (in gradaties,met schommelingen en ambivalenties)kiezen voor déze God, deze manier vangeloven, waarmee je je nu verbindt. “Wieniet voor ons is, is tegen ons”. De bijbel heeftook een exclusiverende kant. Hoe moeilijkwe het daarmee als postmoderne mens ookkunnen hebben, het geeft ons leven welrichting, ijking, identiteit, verbondenheid enrust, die we juist nu zo nodig kunnenhebben.

Maar die rust is slechts geloofwaardig in hetvolle leven, dat ons dooreen schudt en dringttot ontmoeten, tot bevragen en verrijken.Als we ons opsluiten en vastzetten, gaan wedood. Een mens is niet gemaakt om alleen tezijn, ook niet in zichzelf en in zijn oriëntatie.Beide bewegingen zijn onmisbaar omgeestelijk in leven te blijven: opening enafbakening, verrijking en herkenning, toe-nadering en inkeer, losmaking en houvast.

Dienst levensbeschouwelijke zorg

Interlevensbeschouwelijke samenwerkingrond levensbeschouwelijke zorg heeft dekans in zich om tot een doorleefd enbeproefd toonbeeld uit te groeien van hoepluriformiteit op zijn minst geen bedreiginghoeft te betekenen, doordat zij in respect en

20 Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorg

Als vertrouwde antwoorden niet meer

bevredigen, kunnen andere visies ontstane

lacunes in het eigen geloof aanvullen.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 20

Page 23: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

gelijkwaardigheid inspeelt op diversiteit,openheid, afweer en eigenheid binnen iedermens. Iedere dienst levensbeschouwelijkezorg bestaat uit mensen. Mensen zijn vannature beducht voor het vreemde en voorbedreiging van de eigenheid. Levens -beschouwelijke zorgers hebben bovendientot táák om voor de eigenheid te staan bin-nen de seculiere, pluralistische wereld vande zorg. Maar levensbeschouwelijke zorgerszijn professioneel geschoolde mensen diehet vermogen hebben en de verantwoor -delijkheid dragen om allereerst met huneigen angst voor bedreiging van de eigen-heid constructief om te gaan, en die hieraanwerken door zelfreflectie, intervisie ensupervisie, maar vooral door een eigen openspiritualiteit, een geloof als in verbindingleven met de a/Ander als a/Ander. Zebeschikken vanuit hun professionaliteit ookover vaardigheden en vocabulaire om zichuit te drukken naar collega’s van andereovertuigingen en disciplines, om grenzen enbekommernissen aan te geven in de samen-werking en te zoeken naar evenwicht tusseneigen en gedeelde ruimte.

Samenwerken in een gedeelde dienst levensbeschouwelijke zorg is een proces metvallen en opstaan dat veel tijd, groei envaardigheden vergt. Dit proces vindt plaatszowel op intra- als interpersoonlijk niveau,op micro-, meso en macroniveau. Evolutie inal deze niveaus is verweven en gaat min ofmeer gelijk op. Volwaardige interlevens-beschouwelijke samenwerking kan dan ookniet bestaan zonder steun en valideringvanuit het management, vanuit de eigenzendende instanties en de dragendegemeenschappen. Pluraliteit moet daarexpliciet benoemd, geoefend en geprak-tiseerd worden, niet als een streven naar eenuiteindelijke eenheidsworst, maar juist in

het bewaren van de diversiteit, en dus vanieders eigen kleur.

Tegelijk en andersom kan een volgehoudenzoeken naar wegen tot samenwerking enonderling vertrouwen aan de basis, dus opmicro-niveau (intra- en interpersoonlijk), deleidende organen en achterbannen op hunbeurt (mesoniveau) verrijken met de hoopdat het kàn: groeien in eenheid in verschei-denheid. Het kan tonen dat levens-beschouwing en religie belangrijke krachtenin zich dragen die tot deze groei kunnen bij-dragen, daar waar mensen in hun natuur -lijke angst voor het/de vreemde, deze zoek-tocht keer op keer zouden opgeven.Levensbeschouwing is in essentie de erken-ning van transcendentie: het uitstijgenboven het eigen ego, de eigen beperktehorizon. Maar levensbeschouwing draagttegelijk ook zorg voor de ingekeerdeintimiteit van de ziel, van de zielsrelaties enexistentiële verbanden, voor de bevestigingvan de diepste eigen levenssfeer. Verbindingèn geborgenheid zijn elementaire menselijkebehoeften die juist in een ziekenhuisopnameernstig onder druk komen staan en waarinde levensbeschouwelijke zorg een gespe-cialiseerde en inspirerende bijdrage kan leveren.Deze dubbele inspiratie heeft demedische wereld hard nodig om te kunnenblijven streven naar de totaalzorg die zij inhaar visieteksten vooropstelt.

Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorg

21Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Volwaardige interlevensbeschouwelijke

samenwerking kan dan ook niet bestaan zon-

der steun en validering vanuit het manage-

ment, vanuit de eigen zendende instanties en

de dragende gemeenschappen.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 21

Page 24: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

De weerbarstige praktijk en deprotestants-evangelische pastor

Het ZiekenhuisNetwerk Antwerpen is eenpluralistisch bedrijf. Pluralistisch in zijn visie,bedrijf in de harde praktijk. Diensten wordengecentraliseerd, geuniformiseerd, transpa -rant gemaakt door middel van overkoepel-ing en registratie. Katholieke en protestants-evangelische pastores en vrijzinnig moreelconsulenten moeten site-overschrijdendwerken aan hun gezamenlijk project:levens beschouwelijke zorg. Zij moeten ditvormgeven via gemeenschappelijk aanbod,communicatie, vorming en doorverwijzing.Van bovenaf georkestreerde samenwerkingzet druk op de mogelijkheid om aan de basiseerlijk en werkelijk naar dat gezamenlijkproject toe te groeien, met inbegrip vanreserves, eigenheden en grenzen.

Protestants aalmoezenierschap heeft ineigen kring een gelijkaardige veranderingmoeten doormaken naar protestants-evan-gelisch pastoraat. Traditionele protestantsekerken en vrije evangelische bewegingenopereren sinds 2004, opgelegd door de over-heid, vanuit een gemeenschappelijkeadministratieve koepel (A.R.P.E.E.). Van elkaar vervreemden, met verschillende voor -geschiedenissen en uiteenlopende, elkaarsoms uitsluitende visies en bekommernissen(ook op zakelijk gebied) werden gedwongenéén huis te betrekken. Samenwonen doet naaanvankelijke wrijving dan toch wel

voorzichtige gesprekken ontstaan, gemeen-

schappelijke gronden ontdekken, samen-

werkingsmogelijkheden zien èn grenzen

helder stellen.

Dit leerproces maakten we eveneens door in

de oecumene en in onze verhouding tot de

vrijzinnigheid. Je komt elkaar tegen in ste-

den, universiteiten, sociale organen. De tijd

van elkaar bestrijden of door elkaar bestre-

den worden is voorbij. We ontdekken dat we

beter de handen ineenslaan, als we willen

aantonen dat levensovertuigingen ten diep-

ste niet oorlog maar de vrede zoeken, de

humaniteit en de zingeving, ieder weliswaar

in eigen betekenis maar vanuit een parallelle

bekommernis.

Voelen we ons als protestants-evangelische

pastores nooit bedreigd door deze ontwik-

kelingen? Als vertegenwoordigers van een

kleine en weinig bekende minderheid

moeten we continu onze identiteit door-

denken, onze plaats blijven aanduiden, onze

stem laten horen, beelden bijstellen en

inhoud geven. Om niet in onzichtbaarheid

weg te zinken, haken we aan bij

bondgenoten met gedeelde of gelijkaardige

doelen. Ook door die bondgenoten willen

we gezien worden in onze eigenheid. We

ontdekken dat gezien worden en zien samen

gaan. Ruimte krijg je als je ook ruimte geeft,

over en weer. Misschien kunnen protes-

tanten met hun opgedane ervaring in het

ruimte nemen en geven, het aanhaken,

dialogeren en balans zoeken een eigen bij-

drage leveren in het onafwendbare maar

ook boeiende proces van interlevens-

beschouwelijke samenwerking binnen de

gezondheidszorg.

22 Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorg

Om niet in onzichtbaarheid weg te zinken,

haken we aan bij bondgenoten met gedeelde

of gelijkaardige doelen.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 22

Page 25: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

weet je,liefste,samenhoef ik joujij mij

niet meer te wordensamenkunnen jij en ik

gewoonons zelfzijn

en gezelligvan elkander leren

en genezenvan de pijn

een onvolkomenmenste zijn …

Cyriel Vandekerckhove

VERDER LEZEN

Ari Van Buuren: Weg met de stijve ellebo-gen, 2009, sympatheia.nl

Ari Van Buuren: Waar zeeën zich vereni-gen…, lezing 13 aug. 2008 tijdens de Cauxconferentie “Developing Cultural Dialogue”,toespitsing op geestelijke verzorging.

(Ari Van Buuren is hoofd van de Dienst voorLevensoriëntatie en Geestelijke Verzorgingin het UMC Utrecht.)

Presbyterian Principles for InterfaithDialogue, 211th General Assembly 1999.

Martin Affolderbach: Die Kirchen und ihrVerhältnis zu den Religionen in Europa (CEC,Sibiu, 2007)

Gerrit Buunk: Godsbeeld – protestants(Inleiding in De Brug, Lier, 2008)

OVER DE AUTEUR

Petra Schipper werkt als Protestantse pastorbinnen de dienst levensbeschouwing vanZNA en binnen Zorgbedrijf, de koepel vanAntwerpse OCMW voorzieningen voor ouderen. [email protected]

Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorg

23Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 23

Page 26: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Gedeelde zorg. Humanistische

levensbeschouwelijke zorg

Ton Jorna

Geestelijke verzorging is onderdeel van het

zorglandschap. Humanistische geestelijke

verzorging maakt op zijn beurt deel uit van

de door de specifieke levensbeschouwing

geïnitieerde zorg aan mensen met zinge-

vingsvragen. Eigen aan de beroepspraktijk

van geestelijke verzorging is derhalve de

levensbeschouwelijkheid en het existentiële

gehalte.

Nu is er zowel in het zorglandschap als in de

wereld van de geestelijke verzorging van

alles gaande, en de ontwikkelingen vloeien

voor een groot deel voort uit enerzijds de

economisering van de zorg en anderzijds de

neergang van institutioneel levensbeschou-

welijk denken. Daar tegenover staat een

geheel andere ontwikkeling, namelijk dat

een groeiend aantal individuen – ook de

cliënten van geestelijk verzorgers – worstelt

met levensvragen en zich zoekend en met

vallen en opstaan een weg baant aan de

binnenkant van het bestaan om tot zin te

geraken. Het is tegen deze achtergrond dat

de geestelijke verzorging enerzijds haar

positie dient te bepalen en er anderzijds

voor zorg moet dragen dat de invulling van

het vak aansluit bij wat mensen aan geeste-

lijke zorg behoeven.

Mijns inziens houdt dit in dat, uitgaande

van ‘deze situatie van deze mens’, in het

contact tussen werker en cliënt diepte

wordt gezocht door de tussenruimte te

betreden (Jorna 2008; vgl. Standaert 2007,

p. 30; Borms 2008, p. 109) en zo zinvinding

mogelijk te maken. Zo wordt levensbeschou-

wing namelijk gerelateerd aan de belevings-

wereld van de betrokkenen, om te komen

tot een contact van mens tot mens waarin

‘het gebeurt’. Levensbeschouwing is op z’n

best als het vloeibaar is, wanneer het leven

beluisterd wordt van hart tot hart tussen jou

en mij. Als het om levensbeschouwing gaat,

hebben mensen minder boodschap aan

uiterlijke vormen van een specifieke levens-

beschouwing, maar verkiezen zij – en met

hen ook ik – voor verinnerlijking en echt

contact. Dit is rechtstreeks te koppelen aan

de geestelijke verzorging als een beroeps-

praktijk waarin de cliënt mag uitspreken

waar hij zo vol van is, waar de werker tot

zich door laat dringen wat hier nu aan de

hand is, om zo in het open en wederkerige

24 Gedeelde zorg

Artikel

interlevensbeschouwelijk gedacht

Als het om levensbeschouwing gaat, hebben

mensen minder boodschap aan uiterlijke vor-

men van een specifieke levensbeschouwing,

maar verkiezen zij – en met hen ook ik – voor

verinnerlijking en echt contact.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:54 Pagina 24

Page 27: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Gedeelde zorg

25Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

contact een antwoord, dít antwoord, gebo-

ren te laten worden dat de ander, als het

klopt, raakt en kan beamen. Onderstaand zal

ik – als docent geestelijke of existentiële

begeleiding aan de Universiteit voor

Humanistiek te Utrecht - deze levensbe-

schouwelijkheid uitwerken.

Twee voorbeelden

Het eerste is mij onlangs verteld door een

medewerkster van een verzorgingshuis. Een

mevrouw in dat verzorgingshuis is het leven

moe. Ze heeft veel fysieke klachten. Als die

ochtend de verpleegkundige langskomt,

vertelt ze haar dat ze het weer zo benauwd

heeft, maar dat ze het zo moe is om steeds

maar heen en weer gesleept te worden naar

het ziekenhuis zonder dat het helpt. Ze

heeft daarom een aanvraagformulier inge-

vuld voor een gesprek met de arts, omdat ze

met hem over euthanasie wil praten. Ze

geeft het aan een verpleegkundige. Later

vertelt de verpleegkundige aan een collega

dat ze mevrouw x eens flink heeft toege-

sproken dat ze niet zo moet klagen. Het is

alleen maar aandachttrekkerij. Het aan-

vraagformulier voor het gesprek met de arts

verscheurt ze. Die avond moet mevrouw

weer met spoed naar het ziekenhuis worden

gebracht. Daar wordt geconstateerd dat ze

die ochtend een hartinfarct heeft gehad.

Het tweede voorbeeld is afkomstig uit de

praktijk van de geestelijke verzorging.

Jeannette Janssen-Noordermeer, destijds

humanistisch geestelijk verzorger in oplei-

ding, liep stage in een humanistisch woon-

zorgcentrum voor ouderen. Verschillende

bewoners met wie ze gesprekken voerde,

vertelden haar in ongeveerde dezelfde

bewoordingen: ‘voor mij hoeft het niet

meer’. Aanvankelijk interpreteerde ze dit zin-

netje als een doodswens, maar was dat wel

zo? Ze besloot in het kader van haar afstu-

deeronderzoek aan de mensen zelf te vragen

wat die ermee hadden bedoeld. ‘Uit de

interviews en analyse van data is naar voren

gekomen’, zo schrijft zij, ‘dat de uitspraak

gedaan wordt wanneer het leven door

schokkende gebeurtenissen onhoudbaar is.

(...) De uitspraak “voor mij hoeft het niet

meer” is een appèl aan de ander waar uit

onmacht of misschien uit wanhoop omdat

geen andere woorden gevonden werden die

aangeven dat het leven op dat moment niet

is uit te houden. De uitspraak “voor mij

hoeft het niet meer” is een kreet vanuit het

hart en vraagt om betrokkenheid, liefde en

toewijding aan de “ander”.’ (Janssen-

Noordermeer 2009, pp. 51-53) In het eerste

voorbeeld werd de bewoonster van het ver-

zorgingshuis niet gehoord. De verpleegkun-

dige luistert niet maar wat de vrouw vertel-

de, maar reageerde op basis van het beeld

dat zij zich van haar had gevormd. Het

tweede voorbeeld laat zien hoe belangrijk

het is dat mensen wél gehoord worden.

De mens als dieptewezen en relatiewezen

Aandacht en interesse maken het verschil. In

de bestudering van autobiografische verha-

len over noodbeleving, ziekte en pijn, viel

mij zelf op een gegeven moment het zinne-

tje ‘niemand luistert naar mij’ op (Jorna

2008, pp. 277-282). Ik constateerde dat er

wel kwistig werd geïnterpreteerd en behan-

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 25

Page 28: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

26 Gedeelde zorg

deld door hulpverleners, maar dat er geen

aandacht was om de aandacht, geen inte-

resse om de interesse. Aandacht was gericht

op informatieverzameling, op voorschrijven

en ingrijpen. Dat kan voldoende zijn, maar

lang niet altijd. Dan houdt de pijn aan het

leven aan, fysiek en psychisch. Als het de

pijn aan de ziel is die zich roert en die

gehoord en gezien wil worden, dan is die

niet te genezen met recepten en voorschrif-

ten. Mensen zijn dieptewezens die daarin in

contact met een ander als betekenisvolle

ander ontsloten willen worden. In mijn

optiek zijn geestelijke verzorgers dan ook

geroepen om als vroedvrouw de ander bij te

staan in het uiten en doornemen waar hij zo

vol van is. Ik zie de mens als een onherleid-

baar ik dat door toestanden en situaties

heen meer zichzelf kan worden, en dat kan

gebeuren in een waarachtige ontmoeting

dankzij de (ontsloten) innerlijke ruimte van

deze ander.

Het feit dat geestelijk verzorgers levensbe-

schouwelijk zijn ingesteld biedt weliswaar

de mogelijkheid dit werk adequaat te doen,

maar ook in hun werk kan de diepte onge-

hoord en ongezien blijven wanneer de

levensbeschouwing als leerstelligheid op de

voorgrond komt te staan en als gestold pro-

duct wordt ingezet, waardoor van een

gebeuren tussen de een en de ander wordt

afgezien. Er vindt geen ‘eenmalige’ lezing

van binnenuit in de tussenruimte plaats,

verbondenheid blijft achterwege en de

ander blijft ‘een geval’.

Ik ben daarom beducht voor alles wat de

cliënt als ander wordt aangereikt als kant-

en-klare reacties in de vorm van geloofsop-

vattingen, humanistische standpunten, cog-

nitief-wetenschappelijke inzichten, per-

soonsgebonden overtuigingen, bedachte

toepassingen. Het wordt meestal gedaan

met de beste bedoelingen (al is dat voor de

strenge terechtwijzing van de verpleegkun-

dige uit het eerste voorbeeld moeilijk vol te

houden), maar het ontbeert het tussen

waardoor niet tot zin, déze zin, gekomen

wordt. Om ruimte te geven voor wat zich

hier en nu wil openbaren, moet de geestelijk

verzorger het (nog) niet-weten toelaten en

de ongewisse gang van het contact aan-

gaan. Juist mensen die lijden aan het leven

zijn vaak heel goed in staat om duidelijk te

maken wat zo’n pijn doet, maar alleen wie

naar binnen luistert ziet de opening die het

verhaal kan ontsluiten. Er vormen zich dan

echte woorden uit stilte. Dan blijkt wat rela-

tie is en vermag: deze ander in deze situatie

verstaan met kloppende woorden, niet met

(voor)bedachte.

Behalve dieptewezens zijn mensen ook rela-tiewezens. Maar daar gebeurt iets raars mee,

want hoewel ieder mens leeft en werkt met

en temidden van talloze persoonlijke, socia-

le, werk- en familierelaties, is er in al die

relaties niet zonder meer sprake van ‘relatie’:

het heet wel relatie, maar het is geen relatie.

Relatie krijg je door tussenruimte waardoor

dat wat is en gebeurt, gezegd kan worden

en daardoor verrassend iets nieuws kan blij-

ken dat richting en mogelijk zin verschaft.

In mijn optiek zijn geestelijke verzorgers dan

ook geroepen om als vroedvrouw de ander bij

te staan in het uiten en doornemen waar hij zo

vol van is.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 26

Page 29: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Gedeelde zorg

27Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Zo is het ook met de zorg: het heet wel zorg,

maar is het ook zorg? Mensen in een ver-

pleeghuis worden in 10 minuten gewassen

en behandeld, ze worden naar de hersengym

gestuurd, ze kunnen een aanvraagformulier

indienen voor een euthanasiegesprek met

een arts, maar worden ze gezien en gehoord

in hun situatie? Is er aandacht voor deze ziel

van die mens door in de tussenruimte diep-

te te beleven en te beschouwen? Wat de op

levensbeschouwelijk leest geschoeide gees-

telijke verzorging de ander kan bieden, is

deze kwaliteit van aandacht. Juist in een tijd

dat in de zorg alles evidence based en bij

protocol is geregeld, kan dan de geestelijk

verzorger laten zien wat relatie vermag.

Het hebben, niet hebben of vor-men van een levensbeschouwing

De volgende vraag is dan wat levensbe-

schouwing in deze tijd inhoudt. Deze vraag

beantwoord ik in een drieslag: steeds minder

mensen hebben een levensbeschouwing,

veel mensen hebben geen levensbeschou-

wing (meer), en steeds meer mensen vormenzich een levensbeschouwing.

Een definitie van levensbeschouwing is: een

geheel van opvattingen over de inhoud en

de waarde van het leven en hoe dat leven

geleefd moet worden. De verschillende tra-

ditionele collectieve levensbeschouwingen

houden hun leden voor wat door de voor-

gangers van die leden in de loop der tijd als

‘het goede’ is benoemd en geactualiseerd:

het goede voor het individu, voor de ander,

voor elkaar, voor het grote geheel, voor de

mensheid. De traditionele levensbeschou-

wingen zijn dus niet gericht op persoonlijk

gewin – ze gaan uit van het vermogen van

de mens om het goede te doen, en niet van

zijn onvermogen of zijn egocentrisme. Met

een levensbeschouwing wordt dus zowel het

individu als het gemeenschappelijke

beschouwd, en aan dat wat het individu

overstijgt, kan het individu zingeving ontle-

nen. De mensen die deel uitmaken van zo’n

collectief hebben dus een levensbeschou-

wing.

Er zijn ook mensen die het onverschillig laat

of die niets moeten hebben van collectieve

en traditionele levensbeschouwingen. Zij

willen af van de grote verhalen, van de con-

notatie met religie en godsdienst. Zij kennen

waarde toe aan kleine verhalen, aan het

onafgestemde en het meerstemmige van

mensen. Zij wijzen erop dat mensen het zelf

moeten doen in deze postmoderne cultuur

waarin utopieën hebben afgedaan: er zijn

geen afdoende antwoorden, het leven is

complex en het goede en het kwade zijn niet

te scheiden. Vertegenwoordigers van deze

stroming zijn dus niet zonder waarden of

idee, maar hechten aan een individuele

bestaansvisie, houden er een eigen levens-

stijl op na, of zetten zich in voor een waar-

devol concreet doel, bijvoorbeeld het milieu,

dierenwelzijn, vluchtelingenwerk of het

armoedevraagstuk. Anderen richten zich op

wat de wetenschappen aan inzichten heb-

ben opgeleverd en doen alles wat niet door

meten wordt geweten af als bijgeloof en

fantasie. Deze mensen hebben dus geen

levensbeschouwing. Smaling en Alma (2009,

p. 29) wijzen erop dat in een ruimere bena-

dering ‘alle mensen een levensbeschouwing

hebben, maar dat voor sommigen deze

slechts impliciet aanwezig is.’

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 27

Page 30: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

28 Gedeelde zorg

Een derde groep vormt zich aan de hand van

het dagelijks leven een levensbeschouwing,

op basis van eigen ervaringen en strevingen.

Die mensen laten zich voeden door inspira-

tiebronnen: voorbeeldfiguren, beelden,

inhouden en praktijken uit kunst en cultuur,

natuur en milieu, wetenschap en/of spiritu-

aliteit. Deze levenspraktijk van zoeken,

scharrelen en vinden, sluit aan bij de brico-

lagecultuur zoals die in 1969 voor het eerst

werd verwoord in een publicatie van de

sociaalantropoloog Claude Lévi Strauss, die

hiermee een analogisch verband legde tus-

sen de wijze waarop een knutselaar (brico-

leur) de hem beschikbare gereedschappen

en materialen gebruikt om constructies te

maken. Zo construeren en reconstrueren

mensen hun levensverhaal op basis van wat

ze meemaken en (verder) willen ontwerpen.

Zo’n persoonlijke levensbeschouwing hoeft

niet alle levensgebieden of levensthema’s te

omvatten (zoals bij de georganiseerde

levensbeschouwing in principe wel het geval

is). Vaak zal de levensbeschouwing die men-

sen zich zelf vormen zich als een patchwork

ontwikkelen en gaandeweg meer levensge-

bieden gaan omvatten en dan ook meer zin-

samenhang tonen.

Levensbeschouwing met betrek-king tot geestelijke verzorging

Wanneer we deze driedeling betrekken op

de wereld van de geestelijke verzorging,

kunnen we constateren dat ondanks de ont-

traditionalisering de traditionele zuilen zelf

binnen de geestelijke verzorging nog recht

overeind staan. De afgelopen jaren zijn er

zelfs nog zuilen bijgekomen. Naast de gees-

telijk verzorgers van christelijke, joodse en

humanistische signatuur, zijn er nu ook die

het boeddhisme, de islam en het hindoeïsme

vertegenwoordigen.

Parallel aan deze trend van herzuiling is ook

een verdergaande ontzuiling gaande.

Geestelijke verzorging is hét vakgebied van

de levensbeschouwing, maar ook binnen de

geestelijke verzorging is de tendens dat de

grenzen tussen de verschillende denomina-

ties vloeiender worden. De geestelijk verzor-

gers die in naam nog wel werkzaam zijn

‘vanwege’ een denominatie, afficheren zich

minder als ‘katholiek’ of als ‘humanistisch’

en meer met spiritualiteit, zingeving, levens-

kunst of levensoriëntatie, zaken waar mensen

zich mee bezighouden. Zo hebben geestelijke

verzorgers uit verschillende levensbeschou-

wingen en andere zorgverleners hun krach-

ten gebundeld voor het bevorderen van

spiritualiteit in de palliatieve zorg.

Nog een stap verder gaat de ongebonden

geestelijk verzorger die niet wordt gezonden

door een levensbeschouwelijk genootschap

en die in het contact met de cliënt een

levensbeschouwelijke neutraliteit prakti-

seert. Zij hebben zich verenigd in de

Vereniging van Geestelijk Werkers ‘Albert

Geestelijke verzorging is hét vakgebied van

de levensbeschouwing, maar ook binnen de

geestelijke verzorging is de tendens dat de

grenzen tussen de verschillende denominaties

vloeiender worden.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 28

Page 31: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Gedeelde zorg

29Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Camus’. Deze relatief nieuwe speler in het

domein van de geestelijke verzorging is een

logisch gevolg van het feit dat steeds meer

mensen geen deel meer uitmaken van een

bepaalde levensbeschouwing.

Met betrekking tot de georganiseerde humanistischelevensbeschouwing

Binnen de georganiseerde levensbeschou-

wing waar mensen met in principe dezelfde

levensovertuiging deel van uitmaken, zien

we dat de eenduidigheid van opvattingen en

praktijken veelal heeft plaatsgemaakt voor

nuanceringen, diversiteit of pluriformiteit.

Welbeschouwd zijn de collectieve levensbe-

schouwingen niet meer de eilanden die ze

vroeger waren. Ze leren van elkaar, bieden

elkaar vernieuwende impulsen of een nade-

re kijk, en waar het om draait is het bevor-

deren en het leven van humaniteit. Daarmee

vervallen in de praktijk traditionele scheids-

lijnen tussen de verschillende georganiseer-

de levensbeschouwingen, want mensen

kunnen zich vaak goed vinden in elkaars

opvattingen en belevingswereld.

Mogelijk onderscheidt de humanistische

cultuurkring zich van de godsdiensten door

het feit dat daarbinnen dezelfde drieslag is

te maken als in levensbeschouwing in het

algemeen. In ieder geval herken ik die drie-

slag zowel binnen het Humanistisch

Verbond als binnen de Universiteit voor

Humanistiek, zij het met verschillende

accenten en in een andere verhouding.

Door hun lidmaatschap hebben de leden van

het HV een humanistische levensbeschou-

wing. Een relatief groot aantal leden van het

HV hecht aan een ‘expliciete’ humanistische

levensbeschouwing zoals deze door het

hoofdbestuur van het HV atheïstisch wordt

getoonzet, verwoord en uitgedragen. Leden

die zich hierin kunnen vinden, zijn veelal

mensen die af willen van alles wat naar

godsdienst en religie verwijst. Een belangrij-

ke drijfveer voor het lidmaatschap van het

HV is derhalve religiekritiek (anders zijn we

als maatschappij ‘aan de goden overgele-

verd’, zo luidt de reclameslogan in radio-

spotjes). Wat zij voorstaan is een op weten-

schap en ratio gebaseerd humanisme, met

als kernwaarden autonomie en zelfbeschik-

kingsrecht, solidariteit en mensenrechten.

Binnen het HV tref je ook mensen die eigen-

lijk geen levensbeschouwing willen hebben

en opteren voor een levensstijl van eigen zin

en vormgeving of voor een levenshouding

van waarden. Sommigen van hen willen

weliswaar ook van de grote verhalen af, van

het aan godsdienst gerelateerde taalspel, de

hiërarchische gezagsstructuur en de praktij-

ken die menigeen zijn opgebroken, maar

niet van de kleine verhalen en de goede

praktijken die in godsdienstige kring óók te

vinden zijn.

En ten slotte zijn er ook velen die zich een

individuele humanistische levensbeschou-

wing vormen. Hieronder valt een spirituele

stroming, die je met name onder humanis-

tisch geestelijk raadslieden aantreft. Zij

opteren voor een grondhouding die de bin-

nenkant van het bestaan tot hun recht wil

laten komen, wellicht ook ingegeven door

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 29

Page 32: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

30 Gedeelde zorg

de ingrijpende gebeurtenissen die ze in hun

praktijk meemaken (Van IJssel 2007).

Binnen de UvH zien we onder meer deze

laatste benadering terug, met dien verstan-

de dat het humanisme bestudeerd wordt in

brede, ‘inclusieve’ zin. Humanisme als

levensbeschouwing ‘staat enerzijds naast en

soms tegenover andere levensbeschouwin-

gen en komt anderzijds ook voor als ondog-

matische variant van “andere”, al dan niet

religieuze levensbeschouwingen.’ (Onder -

wijs gids 09-10, p. 11; zie ook Derkx 2010, p.

46) In die zin is er ruimte voor een gevari-

eerd humanisme en daarmee ook om zich

een levensbeschouwing (verder) te vormen

of er een individuele bestaanswijze die

getuigt van normatieve professionalisering

(Kunneman 2005).

Ook ik vat humanisme inclusief op, en bezie

ik de taak van de geestelijk verzorger in een

interlevensbeschouwelijk perspectief. In het

kader van geestelijke verzorging wordt een

dergelijk ‘interlevensbeschouwelijk huma-

nisme’ gekenmerkt door openheid en dia-

loog en zoekt het in die zin verbinding met

andere religieuze en levensbeschouwelijke

tradities. In mijn boek Echte woorden.

Authenticiteit in de geestelijke begeleiding

(2008) schreef ik daarover: ‘Mensen horen

niet alleen en niet primair binnen een of

ander kader. Verbondenheid is iets dat moet

groeien door de werking van het hart, in

welke vorm of via welk pad dan ook. Want

hoewel in deze zijnswijze en zienswijze ieder

natuurlijk zijn eigen plaats en herkomst,

waarden en levensstijl vertegenwoordigt,

kan door de biografische en institutionele

vormgeving heen, behalve iets authentieks,

ook iets gemeenschappelijks beluisterd en

gezien worden dat mensen in concrete situ-

aties verbindt.’ (p.59) Hoe deze levensbe-

schouwelijk spirituele instelling tot uiting

komt in gedeelde zorg zal ik hieronder

bespreken.

Diepte en tussenruimte

Haast elk leven brengt opschudding teweeg,

als zich situaties voordoen waar je niet om

hebt gevraagd, dat je voor grote vragen

stelt. Steeds heb je dan de keuze om ofwel

de oorzaak en de oplossing of de uitweg

buiten zichzelf te zoeken c.q. te verwachten,

ofwel om naar binnen te keren en je situatie

onder ogen te zien. Veelal wordt de eerste

optie verkozen en wordt het probleem cog-

nitief gehanteerd. De andere mogelijkheid

vergt dat het ik de moed heeft tot zichzelf.

Dat is een ongewisse en waarschijnlijk ook

pijnlijke en eenzame weg, en deze mogelijk-

heid laat zich pas kiezen wanneer de eerste

optie niet afdoende blijkt. Pas dan, wanneer

de situatie aanhoudt en de nood innerlijk zo

opspeelt, zullen de emoties, de angst en de

verwarring de cognitieve controle en de

overlevingsstrategie doen afbreken. Als dat

gebeurt kan het leven dat tot dan toe eron-

der was gehouden aan het licht komen, en

gloort er een verlangen om zelf te leven uit

innerlijke bronnen.

Deze innerlijke weg is dus geenszins vanzelf-

sprekend en wordt zowel door de persoon

zelf als door de omgeving tegengehouden

of afgedaan: het spoort niet met de main-stream van handelen en denken. We volgen

liever vaste betekenissen, wetenschappelijke

concepten en eeuwige waarheden, en heb-

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 30

Page 33: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Gedeelde zorg

31Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

ben behoefte aan de zekerheid en het hou-

vast van het denken in logische oorzaken en

gevolgen.

Mijn ervaring is echter dat achter de nood

en de angst voor verlies een verlangen ligt

te wachten om te worden opgemerkt, een

verlangen naar een volledig leven waarin

het kostbare dat ieder mens in zich draagt

getoond kan worden. En om aan dat gebar-

ricadeerde verlangen gehoor te kunnen

geven, moet de weg eerst worden vrijge-

maakt, en wel door steeds weer troebelhe-

den in eigen innerlijk uit te zuiveren en door

te spoelen.

Juist een betekenisvolle ander – i.c. een

geestelijk verzorger - kan het ik daarbij hel-

pen. Van de geestelijk verzorger wordt dan

verlangd dat hij zelf dit proces van binnen-

uit kent, omdat dit hem in staat stelt om

vervolgens met een scherptediepteblik ook

het verlangen bij de ander te zien. Zo wordt

manifest dat ondanks en dankzij alle ver-

schillen mensen ten diepste met elkaar ver-

bonden zijn. In het besef van een gemeen-

schappelijk reservoir dat alle mensen voedt

en waar iedereen deel aan heeft, kan het

ruimere ik voorbij het kleine ik in het con-

tact de echte ander wekken die achter de

buitenkant ligt te wachten om te worden

opgemerkt, gehoord en verstaan. Dat

gebeurt in de tussenruimte: in de onvoor-

waardelijke aandacht en interesse die de

ander de ruimte en de tijd biedt om zijn

situatie te ontvouwen en in gezamenlijk

beraad in ogenschouw te nemen. En dat is

iets anders dan die situatie al interpreterend

dicht te duiden.

Autonomie in verbondenheid

Wat de rol is van levensbeschouwing, komt

daarmee in een ander licht te staan. Het pri-

maat ligt niet langer bij het reproduceren

van gestolde traditie, maar bij het ervarings-

verhaal van de enkeling die zelf de innerlij-

ke weg heeft afgelegd en daardoor vanuit

diepte kan spreken en daden van menselijk-

heid en menswording kan tonen. Iemand die

aldus zijn eigen weg is gegaan, heeft de

eenzaamheid getrotseerd en is het gevecht

aangegaan met zijn drang tot zelfbehoud en

zijn demonen. De daardoor als toegift ver-

kregen innerlijke ruimte genereert een oor-

spronkelijke relatiekracht die aangewend wil

worden voor de ander die diepte en zin

zoekt.

Daarmee onderscheidt iemand zich haast

per definitie van de mainstream en is hij,

noodgedwongen of uit verlangen, zijn eigen

weg gegaan, zowel innerlijk als tussen bin-

nen- en buitenwereld. Eenmaal op deze

ongewisse en confronterende, maar allengs

steeds bekendere innerlijke weg toont zich

daarbij de paradox: hoe meer ik bekend raak

met de binnenkant van mijn eigen zijn, hoe

meer ik dat naar buiten kan brengen, hoe

meer ik ook zicht krijg op het zijn van deander en hoe meer ik hem in zijn noodbele-

ving en verlangen kan bijstaan.

Door een geïnspireerd niet-weten en een

bereidheid tot overgave aan het leven zelf kan

de levenshouding winnen aan relationaliteit en

transcendentie.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 31

Page 34: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

32 Pastorale zorg en zorgende vrijwilligers

Collectieve levensbeschouwing heeft zo

deels moeten plaatsmaken voor een per-

soonlijk te doorleven werkelijkheid, en dat

leidt dankzij een geëngageerde ontsloten

innerlijkheid tot een waarachtige levensbe-

schouwing. Door een geïnspireerd niet-

weten en een bereidheid tot overgave aan

het leven zelf kan de levenshouding winnen

aan relationaliteit en transcendentie. Als het

ik op die manier is gedecentreerd en zichzelf

niet meer ziet als begin- en eindpunt van

leven, is er sprake van autonomie in verbon-

denheid (Jorna 1998). De mens moet derhal-

ve wel bij zichzelf beginnen maar niet bij

zichzelf eindigen, aldus Buber, want ‘Niet

het zelf als zodanig is het laatst-wezenlijke,

maar dat de scheppingszin van het menselijk

bestaan steeds weer als zelf vervuld zal wor-

den.’ (Buber 2007, p.154)

Scholing en onderzoek

Met deze schets van een levensbeschouwing

die de enkeling zich vormt door verinnerlij-

king en relationaliteit tussen binnen en bui-

ten, heb ik een profiel gegeven van een

levensbeschouwelijk ingestelde geestelijk

verzorger die er is voor de ander. De

beschikbaarheid en toewijding die weldadig

zijn voor de ander komen voort uit een sys-

tematische introspectie en een ontvankelij-

ke en reflectieve instelling. Voor de scholing

van humanistisch geestelijk verzorgers

impliceert dit dat naast de hermeneutische

en communicatieve competentie ook via

zelfonderzoek en zelfwording een personale

competentie wordt ontwikkeld teneinde de

ander van binnenuit adequaat te kunnen

lezen en met liefde bij te staan. Voor het

wetenschappelijk onderzoek ten behoeve

van geestelijke verzorging betekent het dat

niet kan worden volstaan met tweede- en

derdepersoonsonderzoek, maar dat dit moet

worden aangevuld met eerstepersoonson-

derzoek (Jorna 2008). Alleen de onderzoeker

die zelf van binnenuit bekend is of wil raken

met levensprocessen die in de diepte van de

mens zich bewegen, kan zowel adequate

kennis als een adequate houding genereren.

Eerstepersoonsonderzoek is dus geen ego-

etalering maar ego-doorbreking, en kan

daarmee een werkelijkheid aan het licht

brengen die via de andere routes buitenom

niet is te verkrijgen en heel adequaat is voor

degene die zich inlaat met zingevingsvragen

van anderen.

Kern van het werk: gedeelde zorg

Een innerlijke en tussenmenselijke weg is

dus altijd een ongewisse weg, die het niet

moet hebben van de mainstream van insti-

tuties en hun vaste betekenissen, hoe

onmisbaar deze ook zijn voor een geregeld

maatschappelijk verkeer. Daarmee is - met

het oog op geestelijke verzorging - de actu-

ele betekenis en het bestaansrecht van de

scheiding van Kerk en Staat gegeven: dat de

mens ruimer en anders kan worden gezien

dan enkel cognitief, gedragsmatig of op

basis van maatschappelijk geldende beteke-

nissen. Met de daarmee ontstane ruimte kan

een mens dankzij de aandacht en interesse

van de geestelijk verzorger meer tot zichzelf

komen, hetzelfde anders gaan zien, en veer-

kracht gaan tonen in de situatie waarin hij

verkeert. Dit noem ik gedeelde zorg, die

gebeurt in relatie dankzij de werking van

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 32

Page 35: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Gedeelde zorg

33Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

het tussen. Juist het luisteren om te luiste-

ren biedt de mogelijkheid de ander als ander

te verstaan, waardoor deze ander zichzelf

gaat verstaan en zin kan vinden.

VERDER LEZEN

BORMS, E., En als het leven nu eens betekenis

zou hebben? De atheïst wordt spiritueel. In:

G. COENE (red.), De kunst buiten het zelf tetreden. Naar een spiritueel atheïsme, 2008.

BUBER, M., Dialogisch leven, 2007.

DERKX, P., Humanisme als moderne levens-

beschouwing. In: H. Alma en A. Smaling

(red.), Waarvoor je leeft. Studies naarhumanistische bronnen van zin, 2010.

IJSSEL, S. van, ‘Daar hebben humanisten hetniet zo over.’ Over de rol van spiritualiteit inhet leven en werk van humanistisch geestelijkraadslieden, 2007.

JANSSEN-NOORDERMEER, J., ‘Voor mij hoefthet niet meer’, 2009.

JORNA, T., Autonomie in verbondenheid

(deel 1). In: Geestelijke Verzorging, 8, pp.

33-44, 1998.

JORNA, T., Autonomie in verbondenheid

(deel 2). In: Geestelijke Verzorging, 9, pp.

17-28, 1998.

JORNA, T., Echte woorden. Authenticiteit inde geestelijke begeleiding, 2008.

KUNNEMAN, H., Voorbij het dikke-ik.Bouwstenen voor een kritisch humanisme,2005.

SMALING, A. & ALMA, H., Zingeving en

levensbeschouwing: een conceptuele en

thematische verkenning. In: H. Alma en A.

Smaling (red.), Waarvoor je leeft. Studiesnaar humanistische bronnen van zin, 2010.

STANDAERT, B., Spiritualiteit als levens-kunst. Alfabet van een monnik, 2007.

OVER DE AUTEUR

Ton Jorna werkt als docent geestelijke ver-

zorging aan de Universiteit voor

Humanistiek te Utrecht.

[email protected]

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 33

Page 36: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

34 Het is de overdracht van een geheim

Marina Riemslagh

1 Pastores aan het woord

Tijdens mijn onderzoek naar de ethiek van

het pastorale gespreksproces2 ben ik erg

geïnteresseerd geraakt in de verschillende

doelstellingen die pastores in het pastoraat

en in het pastorale gesprek nastreven3. Een

heldere doelstelling kan de pastor helpen de

pastorale focus helder te houden en in die

zin vergroot het de kans op een kwalitatief

gesprek. In wat volgt verdeel ik de kernuit-

spraken van 12 pastores waarmee ik diepte-

interviews had4 in zes groepen: vijf op het

gesprek zelf gerichte doelstellingen5 en één

op daarbuiten gelegen belangen6.

“Het is de overdracht

van een geheim.”

Doelstellingen in pastorale gesprekken

In deze bijdrage bied ik vanuit mijn onderzoek naar de ethiek van het pastorale gespreksproces1

een bouwsteen aan voor het inhoudelijk bespreekbaar maken van datgene waarover het inpastorale gesprekken gaat. Waar doelen we als pastor op wanneer we binnen voorzieningenmet mensen in gesprek gaan? En hoe kunnen we dat doel multidisciplinair ter sprake brengen?Vergelijkbaar met andere beroepsgroepen in de zorg is het aan ons om de specificiteit vanonze dienstverlening te definiëren en deze door (na)vorming te garanderen.

1 Onderzoek naar 'de ethische kwaliteit van het pastorale gespreksproces', gesteund door het FWO Vlaanderen, begeleid door prof. R.Burggraeve, prof. A. Liégeois en prof. J. Corveleyn.

2 De opzet van het onderzoeksproject bestaat erin vanuit de pastorale praktijk een ethiek ten voordele van die praktijk te ontwikkelen. Zie M.RIEMSLAGH, Ethiek in het pastorale gespreksproces. Op weg naar een geïntegreerde empirische ethiek, Ibid.38 (2008) nr. 1, 26-36, p. 26.

3 Het onderzoek loopt tussen 2007-2010 in Vlaanderen en Nederland en vraag o.a. naar die doelstellingen. De frequentie aangevenwaarmee ze tot uiting gebracht werden, zou binnen de opzet van dit artikel te ver leiden. Opmerkelijk is wel dat "luisteren naar watmensen bezighoudt" slechts één keer vermeld werd, terwijl "'nee' mogen zeggen aan de pastor" meest vernoemd wordt.

4 Er nemen 5 protestanten en 7 katholieken deel aan het onderzoeksproject: 3 pastores in het basispastoraat, 3 ziekenhuispastores, 2gevangenispastores, 2 pastores in armoedepastoraat en 2 psychiatriepastores. De geformuleerde doelstellingen zijn citaten uit de diepte-interviews met hen.

5 Ik realiseer mij dat deze beknopte weergave van wat deze 12 pastores vertelden, slechts een staal is van de vele algemene en specifiekedoelstellingen die pastores nastreven.

6 Ik vat de 29 bladzijden met citaten van de kerndoelstelling uit de diepte-interviews samen en plaats deze in zinsverband.

Een heldere doelstelling kan de pastor helpen de

pastorale focus helder te houden en in die zin

vergroot het de kans op een kwalitatief gesprek

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 34

Page 37: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Het is de overdracht van een geheim

35Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

1.1 Doelstellingen betreffende degesprekspartner

Pastores willen "mensen tot steun of troost

zijn" zodat "ze zich gezien voelen", "gehoord

weten", "hoop en moed vinden". Bij de pastor

"mogen gesprekspartners zichzelf ter sprake

brengen", “vrijuit praten”, met hen vertoeven

“in de existentie van hun bestaan voor zover

ze daarover iets kwijt willen”. De gespreks-

partner mag "zich gehoord weten en

oorspronkelijk terugkrijgen". Pastores willen

"tot de kern gaan waar mensen in twijfel

of angst zitten" en weer hun "existentiële

ontvankelijkheid opdiepen, hun bronnen

van vertrouwen" zodat "de horizon weer

opent of uit respect nog even dicht blijft".

Ze zijn bereid daartoe het "puin te ruimen"

dat deze ontvankelijkheid in de weg zit,

zodat "het zelfbeheer van deze persoon in

zijn context bevorderd wordt", “zonder

betutteling, medelijden of zieligheid op te

roepen zodat mensen zich waardig blijven

voelen", "trots kunnen zijn”. Op die manier

zoeken pastores "ruimte te maken voor

verwondering, bewondering, het gratuïte"

"stromen van Gods liefde", kortom mensen

"terug te brengen bij zichzelf, bij elkaar en

bij God".

Daarbij is het nodig dat "de verantwoorde-

lijkheid bij gesprekspartners gelaten wordt",

"zij moeten beslissen wat ten goede of ten

kwade is", "of Onze Lieve Heer, de kerk en/of

hun geweten ermee akkoord kan gaan".

Pastores beogen "de ziel, de heilige ruimte

van gesprekspartners te raken". "Het gaat

eigenlijk over de geheimen van het leven,

mysteries waarin mensen richting zoeken".

1.2 Doelstellingen betreffende deeigen inbreng van de pastor

“In zoverre een pastor probeert Jezus na

te volgen, is alles wat hij/zij doet pastoraat”.

"Hij/zij heeft de rol 'van God te komen',

ambieert die ook". "Het belangrijkste en

moeilijkste is present zijn", vanuit "genade,

gratuite liefde, barmhartigheid, verbonden-

heid". "Daarin luisteren naar wat mensen ten

diepste bezighoudt, wat hen beweegt" vooral

bij “verborgen, onderschatte”, "gehavende"

mensen. "Bijdragen aan hun openheid",

“ontdekken hoe lief ze zijn” of juist "weten

welke verschrikkelijke dingen ze hebben

gedaan, terwijl ze van zichzelf weten, zo ben

ik niet bedoeld".

“Door vragen te stellen willen pastores de

gelegenheid geven dat gesprekspartners

grip of zicht of verheldering op hun situatie

of gevoelens krijgen”, mogen ze "beseffen

wat ze geloven, wat hen op de been houdt,

wat hen inspireert of juist niet".

Als pastor vraagt het "moed en lef om door

te vragen op wat echt belangrijk is" "om te

durven verdiepen" "zodat mensen zich

uitgenodigd voelen". Daarbij zijn pastores

"eerder als een soort katalysator dan als een

herder". Ze willen door "geloof voor te leven

in de omgang met mensen", de "liefde en

nabijheid van God laten ervaren aan mensen

die in heel moeilijke omstandigheden

verkeren". "Hoop blijven bieden en in de

gesprekspartner blijven geloven", en eventueel

een "geloofssprong begeleiden". Ze beogen

“zielscontact te maken zodanig dat de

innerlijke ruimte van de ander zich opent”,

“dat de ziel kan komen”. “Door hun manier

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 35

Page 38: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

36 Het is de overdracht van een geheim

van er te zijn” willen ze "dienstbare getuige

zijn van deze “door God gedragen” mens in

verhouding".

1.3 Doelstellingen betreffende de pastorale relatie

Pastores willen een "duurzame vertrouwens-

relatie als mogelijkheidsvoorwaarde voor

inhoudelijke verdieping en uitwisseling

opbouwen of gewoon als doel op zich". "Een

"terreurvrije ruimte" creëren: “veilig”, ”waar

vertrouwen heerst”, “een ruimte zonder oor-

deel” “waarin niets aanvallend is”, “waarin

zowel getroost als uitgedaagd kan worden”.

Vanuit hun symbolische functie (“tegelijkertijd

symbool van het individuele en het geza-

menlijke”) bieden pastores "een vrijplaats"

om door een "uniek gespreks- en relatie-

aanbod" "verbindingen te creëren" en "de

draagkracht van mensen te vergroten".

"Daar getuigen zij van".

Fijn "wanneer mensen zich na een gesprek

wat beter voelen of wat meer ontspannen

zijn, wat meer kracht hebben”, "door de

pastor met elkaar in contact gebracht worden"

of “zichzelf kunnen verstaan als beminde

schepsel Gods”. "Het ergste is dat mensen in

de gevangenis/in de buurt ervaren dat hun

leven er eigenlijk niet toe doet. Om dat al

doende open te breken, dat ze wél nog

belangrijk zijn voor Degene die vanaf den

beginne heeft geroepen 'Adam waar ben je?'".

"Iemand zoekt iets bij de pastor, wat die ook

niet heeft, maar wat samen kan ontdekt

worden. En dan gebeurt het, op dat

moment, het geschiedt". “Het werk zelf is

vindplaats van verkondiging”.

1.4 Doelstellingen betreffende debelangen van de gesprekspartner

“De belangen van ieder behartigen en

behoeden, mensen op elkaar betrekken is op

een bepaalde manier een heilig gebeuren”. In

de omgang met de pastor mogen "gespreks-

partners oefenen in zelfverwoording, zelf-

beheer en zelfwaarde, zij zijn deskundigen

van hun eigen leven". De pastor “mag hun

spanningen en angsten serieus nemen”,

"erkenning geven, ook in Gods naam",

"troosten én uitdagen", “actief meeleven”,

“hen bij hun eigen tegenover brengen, in

zichzelf en bij elkaar”.

Daartoe stelt de pastor de eigen macht in

vraag: “van wie is het gebeuren? Het gaat om

de ander die niet mag onteigend worden”.

“Macht zorgvuldig hanteren" gebeurt o.a.

door de actieve gelegenheid te geven 'nee'

te zeggen aan de pastor" en “na te vragen of

daarover iets kan verteld worden” en zo

nodig aan de gesprekspartner "recht doen

door sorry te zeggen. Dat heeft met achting

te maken".

Hoe macht zich voordoet in gesprekken is

niet zo helder voor alle pastores. Geven ze

enerzijds de ruimte aan gesprekspartners

"om het eens voor het zeggen te hebben",

anderzijds willen ze graag "tonen in een

verhaal wat voor zichzelf belangrijk is, leven

ze ervan op zich kenbaar te maken of vinden

ze dat ze zichzelf moeten sparen". In deze

laatste gevallen lopen pastores het risiko de

eigen belangen voorop te stellen.

1.5 Thematische doelstellingen

Bij de pastor is er "aandacht voor menselijke,

trage vragen", waarbij "het geloof van de

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 36

Page 39: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Het is de overdracht van een geheim

37Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

gesprekspartner ter sprake kan komen". Er is

ruimte voor "het verhaal en de zorgen van

de gesprekspartner", “voor verdriet, voor

humor, voor ziekte, pijn en sterven”, "voor

symboliek", kortom ruimte voor "de existentie,

de levensbeschouwing, de religieuze beleving

van de gesprekspartner". "Het vrijelijk

gebruik kunnen maken van symbolen, van

woorden, van handelingen maken het

gebeuren tot een pastoraal gebeuren".

1.6 Buiten het gesprek gelegen doelstelling

Al deze doelstellingen richten zich op wat in

het pastorale gesprek gebeurt. Twee Vlaamse

pastores formuleerden ook een extern

gerichte doelstelling, namelijk "met onze

eigenheid zichtbaar zijn in de instelling".

Wat opvalt

In deze opsomming valt op dat pastores

vanuit een eigen godgedragenheid bijzonder

op het wel en wee én op de groei in openheid

van de gesprekspartners gericht zijn, op hún

menswording. Het wezen van de mens dat

tot uitdrukking komt in relaties willen

ze behoeden als heilige ruimte. Het ideale

pastorale gesprek biedt zowel ruimte voor

het worstelen van mensen als voor zich

toevertrouwen in geloof. De vertrouwens -

relatie tussen gesprekspartner en pastor

is de mogelijkheidsvoorwaarde daartoe.

Aandacht voor de eigen macht en de daar-

bij horende mogelijkheid deze foutief te

gebruiken komt bij alle pastores spontaan

naar boven.

Wat in de kerndoelstellingen door pastores

wel wordt vernoemd, maar vooral in het

doorvragen naar voren treedt, is de manierwaarop in en gedurende het gesprek zin en geloof 'gemaakt', geactualiseerd en vernieuwd worden zodanig dat ze hier-en-nu opnieuw tot bron van leven worden. In

het beluisteren van 90 pastorale gesprekken

viel het mij eerder al op dat de gesprekken

waarin de gesprekspartner alleen over vróeger,

over ánderen of zelfs alleen over nú vertelt,

veel minder dynamisch zijn dan deze waarin

deze tijdsdimensies aan elkaar gerelateerd

werden.

Nu ik nauwgezet bekijk wat in goede pasto-

rale gespreksvoering gebeurt7, merk ik dat

'verbinden' de sleutel is. Op zich is dat niet

bijzonder, dat is immers de betekenis vanreligie. Dat de kwaliteit van pastorale

gespreksvoering concreet bepaald wordt

door de mate waarin pastores met de

gesprekspartner een open proces van ver-

binding bewerken, is tot nog toe onderbe-

licht gebleven. Het was al bekend dat in

kundige gespreksvoering verbindingen tot

stand gebracht worden tussen de feiten die

iemand ter sprake brengt, de bijhorende

gevoelens en betekenissen8 en tegelijkertijd

7 Niet de onderzoeker, wel de deelnemende pastores aan het onderzoek, bepaalden wat voor hen een goed pastoraal gesprek is.

8 J. SMIT, Tot de kern komen. De kunst van het pastorale gesprek, Kampen, Kok, 2006, p. 28-46.

Dat de kwaliteit van pastorale gespreksvoering

concreet bepaald wordt door de mate waarin

pastores met de gesprekspartner een open

proces van verbinding bewerken, is tot nog toe

onderbelicht gebleven.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 37

Page 40: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

38 Het is de overdracht van een geheim

tussen verhalen over vroeger en wat nu

beleefd wordt.

Nu wordt zichtbaar dat onze christelijke

perspectieven ertoe bijdragen gerichte con-

structieve verbindingen teweeg te brengen

gedurende het gespreksproces, zowel ín de

persoon als in het web van relaties waarin

die leeft. In de persoon wordt de koppeling

bewerkt tussen het verhaal en de betekenis-

sen die hij/zij daaraan geeft. Tussen mensen

wordt erop gemikt het web van relaties te

exploreren, te ondersteunen en te herstellen.

Het zijn deze gerichte verbindingen, de

betekenissen die aan menselijke relaties

(waaronder de Godsrelatie) worden gehecht,

die beleving van zin en geloof actualiseren.

“Waar de ziel het bestaan raakt, is het ver-

bondenheid, dat is nu net God”9. Op die

manier zijn pastorale gesprekken zelf bouw-

stenen van zin- en geloofsoverdracht.

2 Voorstel tot algemene pastorale gespreksdoelstelling

Uitgaande van de verwoording in de diepte-interviews met deze 12 pastores en de voor-lopige analyse van gesprekken die zij voerden, stel ik onderstaande algemene pastorale doelstelling in gesprekken voor. Ikdoe dat ter verdere bespreking en aanvul-

ling, in de hoop dat zij dan gedeeld kan wor-den onder collega's en relevant wordt voormultidisciplinaire gebruik.

Pastoraal gesprek is erop gericht vanuit dewelwillendheid van ons bestaan bij ge spreks - partners de verbindingen te actualiserentussen hun huidige levenssituatie en hungeleefde zinrelaties, geloof en levensover-tuigingen. Doel daarvan is hen te helpenvanuit hun eigen bron, vrede te vinden metzichzelf, anderen en hun levensgrond/ God.Hoe beogen ze dat doel? In functie daarvaninvesteren pastores in relatieopbouw en voerenze het gesprek zodanig dat er verbindingslij-nen oplichten tussen het levensverhaal vande gesprekspartner en de situatie waarindeze nu leeft zodat zin, geloof en bewustzijnbekrachtigd worden.

2.1 Vanuit de welwillendheid van ons bestaan

Het grootste onderscheid tussen anderehulpverleners en een pastor is 'vanwaar' depastor komt en waar die voor staat. 'In deNaam van de Levende, de Levengevende,Liefde' gaan pastores in gesprek met men-sen. Daar stelt de Kerk hen voor aan endaarvoor worden ze betaald. 'In de Naamvan de Levende' of 'vanuit de welwillend-heid van ons bestaan' met mensen omgaanvalt soms behoorlijk moeilijk, vooral wan-neer zorgen het eigen bestaan inpalmen.Om als pastor ruimte te kunnen laten voorde Levengevende tussen ons, om dus vanuitverbondenheid met mensen te kunnenomgaan, hebben pastores een welwillendecontext nodig. Drukte, ongenoegen, irritatie,(oude) pijn, of gewoon moe of verdrietig

9 Citaat uit een diepte-interview.

Om als pastor ruimte te kunnen laten voor de

Levengevende tussen ons, om dus vanuit

verbondenheid met mensen te kunnen

omgaan, hebben pastores een welwillende

context nodig.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 38

Page 41: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Het is de overdracht van een geheim

39Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

zijn, kunnen 'in de Naam van' behoorlijkdwarsbomen. Investeren in eigen relaties,persoonswording en spiritualiteit zijn bijge-volg mogelijkheidsvoorwaarden om vanuitde welwillendheid van het bestaan de pas-torale doelstellingen te realiseren.

2.2. Ten dienste van geactualiseerdezin, geloof en levensovertuiging

Zo verwoord pogen pastores in pastoralegesprekken de levenszin, het geloof en delevensovertuigingen van gesprekspartners teactualiseren. Vooral in voorzieningen waarmensen beperkt zijn door ziekte, ouderdom,handicap of detentie, krijgen ze die zelf nietzomaar helder. Een goed gesprek kan helpende situatie waarin ze zijn beland weer teverbinden met wie ze als persoon zijn enwaren. Natuurlijk worden daarbij verhalenverteld en wel aan een pastor. Die verhalenhebben een functie, namelijk in de huidigesituatie opnieuw of meer levenszin, geloofen (handelings)richting te vinden. De (nieu-we) situatie waarin deze mensen verkeren,stelt hun eerdere gangbare levenswijzeimmers in vraag. Relaties waaruit zin werdgeput veranderen, geloof wordt betwijfeld,mens- en wereldbeelden worden aangetast.Het kan een hele worsteling vragen om zich-zelf weer op de rails te krijgen, aansluitingte vinden met wie en wat, hier en nu, bron-nen van kracht en vertrouwen kunnen zijn.

2.3. Bronnen van kracht en vertrouwen

Bronnen van kracht en vertrouwen zijn tevinden in de zogenaamde zinrelaties, geloofs-en levensovertuigingen. Wat houden die in?

Geleefde zinrelaties zijn alle relaties waar-

aan een mens betekenis voor zijn/haar per-

soonlijk bestaan ontleent. Zin zit vervat in

de relaties die we hebben met onszelf, met

de plek waar we wonen, met de liefste

ander, met onze ouders en eventuele

(klein)kinderen, met het werk en de posities

die we hebben in maatschappij en kerk.

Geleefd geloof doelt zowel op geloofsbele-

vingen in relatie met God, Jezus, Maria, hei-

ligen, geloofsuitdrukkingen (bidden, vieren,

(bijbel)lezen, praten) als in geloofsovertui-

gingen (Gods- en mensbeelden, visie op hoe

mens en wereld zich verhouden).

De geleefde levensbeschouwing is de totali-

teit van al dan niet religieus bepaalde mens-

en wereldbeelden. Deze komen tot uitdruk-

kingen in allerlei vanzelfsprekend aandoen-

de opvattingen over het lot, relaties, doel,

'wat zo hoort', 'hoe we in het leven moeten

staan om een goed mens te zijn', en in de

gevoelens die daarmee gepaard gaan.

Omdat het niet over abstracte zin, geloof of

levensbeschouwing gaat, maar over de

geleefde realiteit, gebruiken we 'geleefde'

zinrelaties, geloof en levensovertuigingen10.

2.4. Verbindingen van betekenisactualiseren

Uit het onderzoek blijkt dat deugdelijke pas-

torale gesprekken gekenmerkt worden door

de verbindingslijnen die gesprekspartners

vinden tussen hun actuele situatie en de

geleefde zinrelaties, geloof en levensover-

10 Het wettelijke kader waarbinnen pastores werken heeft terecht het geheel samengevat onder de term 'levensbeschouwelijke bege-leiding' en in Gaudium et Spes, 1-3 noemt de Kerk deze taak met recht 'Gods heil doorgeven aan mensen van deze tijd'.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 39

Page 42: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

40 Het is de overdracht van een geheim

tuigingen. Pastoraal doel daarbij is deze per-

soon meer uit zijn/haar levensbron te helpen

putten. Hier zitten twee aannames onder.

Vooreerst gaan we ervan uit dat iedere mensop basis van zijn/haar levenstraject eigenzin- en geloofsbronnen heeft die ook weer-spiegeld worden in de wijze waarop hij/zijdenkt, voelt en gelooft. In feite zijn we

voortdurend verwikkeld in innerlijke en

uiterlijke dialogen om enige coherentie te

bewaren in de veelheid van stemmen die in

ons meeklinken11. Naargelang de situatie

klinkt de stem van belangrijke voorbeeldfi-

guren uit onze biografie met meer kracht.

We zijn aangewezen op de verbinding met

deze personen en aan het door hen voorge-

leefde geloof, om trouw aan onszelf en aan

onze loyaliteiten, hier-nu verder te komen

en vruchtbaar te zijn voor anderen12.

Om belangrijke verschuivingen of verbin-

dingen te bewerken, hebben mensen

gesprekken nodig met iemand die helemaal

op hen focust, iemand die zich niet bezig-

houdt met eigen belangen, maar geconcen-

treerd ingaat op wat voor hen ter sprake is.

Dankzij de frisse kijk en de vaardigheden van

een persoonsgerichte begeleider kan de

gesprekspartner connecties maken tussen de

hulpbronnen die in zijn/haar leven belang-

rijk waren. Zo kunnen die in de huidige situ-

atie opnieuw betekenisvol aanvoelen om de

dagdagelijkse spanningen en opgaven aan

te kunnen.

De tweede aanname is dat pastores

gesprekspartners naar de eigen bronnen lei-

den en niet naar de persoonlijke bronnen

van de pastor. Hoewel de pastor zijn/haar

werk doet vanuit een overvloed aan eigen

bronnen - en deze moet blijven aanvullen

door te investeren in eigen spiritualiteit -

heeft pastoraat niet rechtstreeks tot doel de

ander te laven aan de christelijke of kerke-

lijke bron. Door de aanwezigheid van de

pastor en het geleefde geloof waar die van

getuigt, is de 'onvermoede derde'13 altijd

aanwezig en klinkt het christelijke geloof

van de pastor wel mee. Van daaruit worden

gesprekken immers gevoerd 'voor het aan-

schijn van'. Maar dat is iets anders dan de

gesprekspartner onderwijzen in wat de pas-

tor gelooft. Wordt de gesprekspartner niet

thuisgebracht bij de eigen geleefde bron-

nen, dan blijft hij/zij vervreemd van zich-

zelf14. Christelijk uitgedrukt, blijft hij/zij dan

vervreemd van 'het beeld van God dat hij/zij

te zijn heeft'15. Pastorale gesprekken zijn

erop gericht de gesprekspartner te helpen

voeling krijgen met waar hij/zij zelf toe

geroepen is in de levenssituatie waarin hij/zij

is aanbeland. En al verwoorden gespreks -

11 H. HERMANS, Dialoog en misverstand. Leven met de toenemende bevolking van onze innerlijke ruimte, Soest, Uitgeverij Nelissen,2006. Hermans verwoordt hoe we deze innerlijke ruimte blijven ordenen aan de hand van gesprekken met onszelf en anderen.

12 C. DUCOMMUN-NAGY, Van onzichtbare naar bevrijdende loyaliteit, trans. by M. MICHIELSEN, Leuven - Voorburg, Acco, 2008.Pastores kunnen door verbindingen te leggen helpen om destructieve loyaliteit om te buigen tot een belofte voor de toekomst.

13 De 'onvermoede derde' verwijst naar de relatie die de pastor heeft met de Onnoemelijke. M. BODSON & M. RIEMSLAGH, De spiri-tuele dimensie als specificiteit van pastoraat en pastorale supervisie, in Pastorale Nieuwsbrief 137 (2007) nr. 4, 12-21, p. 12 e.v.

14 In die zin kan hedendaags pastoraat in een milieu waar iedere vanzelfsprekendheid van de christelijke gemeenschappelijkheid verdwenen is, niet kerygmatisch zijn.

15 Opmerkelijk hoe de 12 pastores in hun doelstellingen tot verschillende bewoordingen komen die deze kern van pastorale begeleidinguitdrukken.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 40

Page 43: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Het is de overdracht van een geheim

41Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

partners dat niet noodzakelijk in christelijke

termen, we geloven wel dat iedere mens een

eigen constructieve bijdrage kan leveren aan

ons samenleven. Daar gaat het ons om,

ieders bijdrage aan wat we religieus 'het Rijk

Gods' noemen, namelijk een visioen van een

leefbare wereld voor iedereen, te erkennen

en te stimuleren.

Pastores die het vertelde verhaal van de

gesprekspartner verbinden met diens actue-

le situatie, beseffen hoezeer wij mensen van

persoonsgerichte gesprekken afhankelijk

zijn om levenszin te behouden en ons geloof

te voeden. In die zin is pastoraat dat niet

verbindt, mislukte therapie én mislukt pas-

toraat16.

2.5. Helpen vrede vinden metzichzelf, anderen en hunlevensgrond/God

Gaan we nog even door op de typische ver-

bindingen waar we binnen pastoraat op

mikken. De doelstelling 'mensen in het reine

te brengen met zichzelf, anderen en hun

levensgrond/God' bevat drie eigensoortige

verbindingen.

Getuige de door pastores aangehaalde doel-

stellingen zijn zij, als persoon en meer expli-

ciet in navolging van Jezus, bewogen door

mensen en wat hen overkomt. Dat iemand

zijn/haar levenslust kwijt is, verdrietig of

boos is, zich schuldig voelt of zich schaamt,

het zijn binnen pastorale begeleiding alle-

maal tekenen dat iemand niet lekker in

zijn/haar vel zit, geen vrede heeft met zich-zelf. Dat heeft op een of andere wijze ook te

maken heeft met de relatie tot anderen. En

aangezien 'vrede' de eerste groet is die wij

elkaar mogen toezeggen, wensen we niet

liever dan dat de gesprekspartner daarnaar

op weg geholpen wordt. Of dit nu vrede is

met zichzelf, met ziekte, handicap, ouder-

dom of detentie, of vrede met anderen is

voor een pastor geen wezenlijk verschil.

Het bewerken van vrede is gestuurd door en

gericht op vrede met het bestaan en met degrond van het bestaan die we in onzejoods-christelijke traditie God noemen.

Daardoor is de vrede ook gekwalificeerd. Het

gaat om een rechtvaardige en tegelijk gena-

dige liefdevolle grond waar niet één van ons

van uitgesloten mag worden. Omdat de pas-

tor voor deze rechtvaardige genade symbool

staat, kunnen verhalen aan hem/haar ver-

teld worden zodat iemand al vertellend

vrede vindt.

2.6. Investeren in betrouwbarerelaties

Opdat de gespreksruimte voor de gespreks-

partner 'terreurvrij' of angstvrij zou zijn17,

dient de pastor alles in het werk te stellen

om de pastorale relatie betrouwbaar temaken. Krijgt de gesprekspartner geen

gevoel van veiligheid, dan kan hij/zij gedu-

16 Mislukte therapie is het sowieso omdat pastores geen handelingskader hebben om met de levensperikelen van mensen om te gaan,tenzij hen terug te brengen naar de spirituele bronnen die vervat zitten in zinrelaties, geloof en levensbeschouwing. Het is mis-lukt pastoraat omdat de grondbetekenis van 'religie', 'verbinden' niet werd waargemaakt.

17 De term 'terreurvrije' ruimte is ontleend aan A. Verheule die daarmee de pastorale ruimte markeert waarin de gesprekspartnerniet bang hoeft te zijn, noch om wat hij/zij vertelt, noch dat het geheim waarnaar hij/zij tast, aan anderen zal onthuld worden.A. VERHEULE, Angst en bevrijding. Theologisch en psychologisch handboek voor pastorale werkers, 2 ed., Baarn, Callenbach, 1997.,

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 41

Page 44: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

42 Het is de overdracht van een geheim

rende het gesprek de soms moeizame zoek-

tocht naar vrede met zichzelf, anderen en

God, immers niet ter sprake brengen. De

gesprekspartner zou in alles moeten voelen

dat hij/zij gerespecteerd wordt, dat de pas-

tor hem/haar niet vastlegt in een beeld dat

de pastor maakt. Daartoe is het nodig dat

die heel goed luistert, naar de ander én naar

zichzelf. Is het gesprek voorbij, dan kan de

pastor daarom ook niets van wat ter sprake

is geweest, naar buiten brengen. Het is uit-

gesproken in de 'heilige' gespreksruimte en

blijft het eigendom van de gesprekspart-

ner18. Pastores zijn betrouwbaar voor zover

ze het geheim, het mysterie dat de gespreks-

partner is en blijft, bewaren en behoeden19.

Respect voor de onvervreemdbare complexi-

teit van wie de gesprekspartner is - wat we

religieus uitdrukken als 'Gods immanentie'

in hem/haar - kan ons weerhouden uitspra-

ken over gesprekspartners te doen. De

geformuleerde religieuze opdracht die we

gedurende het gesprek moeten vervullen,

kan ons alleen nóg oplettender maken. Rest

ons deze opdracht te verbinden met onze

betrokkenheid in multidisciplinaire teams.

Uitnodiging tot gesprek

In deze bijdrage heb ik eerst pastores aan

het woord gelaten en vervolgens heb ik op

empirische gronden een algemene interne

doelstelling voor pastorale gesprekken

geformuleerd. Ik ben van mening dat we op

relationeel-ethische gronden voorrang

moeten geven aan het behoeden van de

transcendentie van de gesprekspartner

zodat we gedurende pastorale gesprekken

ons doel kunnen realiseren: vanuit de wel-

willendheid van ons bestaan bij de

gesprekspartners verbindingen actualiseren

tussen hun huidige levenssituatie en hun

geleefde zinrelaties, geloof en levensover-

tuigingen. In tweede instantie moeten we

deze doelstellingen zodanig formuleren dat

van daaruit en daarmee samenhangend,

wegen kunnen gezocht worden om de spe-

cificiteit van pastorale gesprekken binnen

voorzieningen te verwoorden. Vandaar de

oproep aan de lezers de hier voorgestelde

doelstellingen vanuit de eigen ervaring in te

vullen en aan te vullen. Ondermeer op het

forum van de Elisabethwebsite kunnen we

onderling een constructieve dialoog op

gang brengen. Zo oefenen we meteen om

multidisciplinair en binnen voorzieningen

onze eigensoortige bijdrage te laten kennen.

En aangezien 'vrede' de eerste groet is die wij

elkaar mogen toezeggen, wensen we niet liever

dan dat de gesprekspartner daarnaar op weg

geholpen wordt.

18 Voor de consequenties daarvan op bijvoorbeeld registreren en rapporteren zie http://www.pastoralezorg.be/forum/index.php/topic,13.msg29.html#msg29.

19 J. SCHENDERLING, Beroepsethiek voor pastores, Budel, Damon, 2008, p. 40.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 42

Page 45: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Het is de overdracht van een geheim

43Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

VERDER LEZEN

BODSON, M. & RIEMSLAGH, M., De spiritue-le dimensie als specificiteit van pastoraaten pastorale supervisie, in PastoraleNieuwsbrief 137 (2007) nr. 4, 12-21.

DUCOMMUN-NAGY, C., Van onzichtbare

naar bevrijdende loyaliteit, trans. by M.

MICHIELSEN, Leuven - Voorburg, Acco,

2008.

HERMANS, H., Dialoog en misverstand.

Leven met de toenemende bevolking vanonze innerlijke ruimte, Soest, Uitgeverij

Nelissen, 2006.

RIEMSLAGH, M., Ethiek in het pastoralegespreksproces. Op weg naar een geïnte-greerde empirische ethiek, in PastoralePerspectieven 38 (2008) nr. 1, 26-36.

SCHENDERLING, J., Beroepsethiek voor pastores, Budel, Damon, 2008.

SMIT, J., Tot de kern komen. De kunst vanhet pastorale gesprek, Kampen, Kok, 2006.

VERHEULE, A., Angst en bevrijding. Theo -logisch en psychologisch handboek voorpastorale werkers, 2 ed., Baarn, Callenbach,

1997.

OVER DE AUTEUR

Marina Riemslagh is pastoraal supervisor,

trainer en coach en als pastor benoemd in

de MS-kliniek te Melsbroek. Ze werkt

momenteel aan de theologische faculteit te

Leuven, waar ze een doctoraatsonderzoek

voert over de ethische kwaliteit van het

pastorale gesprek.

[email protected]

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 43

Page 46: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Palliatief verpleegkundigen

en spiritualiteit

44 Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

Bert Vanderhaegen

SPIRITUALITEIT.Een terreinverkenning.

Palliatieve zorg is totale zorg. Het is zorg

gericht op de gehele mens in al zijn dimen-

sies. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)

definieert palliatieve zorg als volgt: “Pallia -

tieve zorg is de continue, actieve en integrale

zorg voor patiënten die niet meer reageren

op curatieve behandelingen. Palliatieve zorg

is gericht op de controle van pijn en andere

lichamelijke symptomen en psychologische,

sociale en spirituele problemen. Het doel is

het bereiken van de best mogelijke kwaliteit

van leven voor zowel de patiënt als voor zijn

naasten.”1 De WHO voegt hieraan toe dat

palliatieve zorg uitdrukkelijk de psychologi-

sche en spirituele aspecten van de zorg voor

de patiënt integreert.

Het opnemen van de zorg voor het spirituele

in de definitie van palliatieve zorg is opmer-

kelijk. Geen enkele andere discipline binnen

de gezondheidszorg heeft de spirituele zorg

als een van zijn funderende componenten.

Daarom wordt spirituele zorg trouwens snel

geassocieerd met het einde van het leven en

bijgevolg met palliatieve zorg. Uiteraard

heeft spiritualiteit zijn plaats in de palliatieve

zorg maar spiritualiteit kan niet dusdanig

versmald worden dat het pas aan het einde

van het leven tersprake mag komen. Levens -

vragen spelen immers niet alleen op het

einde van het leven een rol maar vragen om

aandacht in alle stadia van het bewuste

menselijke leven. Desalniettemin is spiritua-

liteit nog steeds gemarginaliseerd in een

gezondheidszorgsysteem dat op de aller -

eerste plaats gemodelleerd is op het positi-

vistische, biomedische paradigma. De Ameri -

kaanse arts en fransciscaan D. Sulmasy ziet

twee redenen waarom spiritualiteit in de

moderne gezondheidszorg nog moeilijk aan

bod komt: het wetenschappelijk reductio-

nisme verdringt van binnenuit de spirituele

dimensie van de gezondheidszorg én de

industrialisering van de gezondheidszorg

bedreigt van buitenaf de spirituele dimensie

van de gezondheidszorg.2 Buiten de context

van de integrale terminale palliatieve zorg

staan artsen en verpleegkundigen meestal

vrij verlegen tegenover het onderwerp spiri-

tuele zorg.3

1 E. NIJS, Palliatieve zorg, in J. VAN OSSELEN – RIEM, E. DE NIJS en B. VAN DIJK (ed.), Theorie en praktijk van de palliatieve zorg,Utrecht: Uitgeverij Lemma, 2000, pp. 17-42, p 18.

2 D. P. SULMASY, The Rebirth of the Clinic. An Introduction to Spirituality in Health Care, Washington D.C.: Georgetown UniversityPress, 2006, p. 21.

3 H. JOCHEMSEN en E. VAN LEEUWEN, Ten Geleide, in H. JOCHEMSEN en E. VAN LEEUWEN (ed.), Zinervaring in de zorg. Over debetekenis van spiritualiteit in de gezondheidszorg. Assen: Uitgeverij Koninklijke Van Gorcum, 2005, pp.VII-VIII, p. VIII.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 44

Page 47: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

45

In dit artikel wordt spirituele zorg binnen de

context van palliatieve zorg behandeld. Het

ligt dan ook voor de hand te starten met een

definitie van wat ‘spiritualiteit’ is. Jammer

genoeg bestaat er geen door iedereen aan-

vaarde definitie van spiritualiteit. Het begrip

‘godsdienst’ kampt overigens met dezelfde

moeilijkheid.4 In wat volgt passeren enkele

definities de revue met als doel enigszins

een idee te krijgen van wat met ‘spirituali-

teit’ wordt bedoeld én tegelijkertijd duidelijk

te maken dat het een moeilijk containerbe-

grip blijft.

Van een goed woordenboek mag men

verwachten dat het klaarheid schept in de

lexicale duisternis. Desondanks laat het

woordenboek der woordenboeken voor wat

betreft het Nederlands - het Van Dale Groot

Woordenboek der Nederlandse Taal - zijn

lezers op dit vlak in de steek. Onder het

woord ‘spiritualiteit’ verstaat Van Dale: “- Gees -

telijk bestaan; - Geestelijke levenshouding; -

(r.k.) het beklemtonen van een bepaald

aspect van het geloof in de beleving ervan;

het belang van de armoede in de francis-

caanse spiritualiteit, christologische spiritu-

aliteit, op Christus gericht”. Echt verhelde-

rend kan dit moeilijk genoemd worden. De

specialisten op het vlak van de studie van de

spiritualiteit zorgen dan wel voor meer

oriëntatie. De Nederlandse professor spiritu-

aliteit Kees Waaijman komt tot de conclusie

dat het object van de spiritualiteitstudie kan

worden gedefinieerd als: “het godmenselijk

betrekkingsgebeuren beschouwd onder het

oogpunt van omvorming.”5 J. Vandikkelen

schrijft in het Tijdschrift voor Geestelijk

Leven: “In spiritualiteit ontmoeten vier com-

ponenten elkaar. Het zelf, je identiteit wordt

aangesproken. Er is de grondinspiratie die je

ten diepste motiveert. De context waarin je

leeft, bepaalt mee je denken en doen. En in

het dagelijks leven is een concrete vorm -

geving van die drie vorige elementen zicht-

baar. Indien deze vier componenten aanwe-

zig zijn, spreekt men van spiritualiteit.”

Jeannette van Osselen-Riem definieert spiri-

tualiteit vaag als volgt: “Het begrip spiritua-

liteit is verbonden met een diepgevoelde

existentiële kracht in mensen, het is de

geestelijke, universele dimensie, verbonden

met het innerlijke gevoels- of zielenleven

van de mens. Spiritualiteit wordt beschreven

als innerlijke bron, of transformerende

kracht, die mensen in zichzelf en in de

wereld om zich heen ervaren kunnen. Deze

kracht bepaalt hun persoonlijke levensweg,

de zoektocht naar doel en betekenis van

leven en sterven. Het gaat niet enkel om

antwoorden vanuit een godsdienstige over-

tuiging of levensbeschouwing, maar om de

manier waarop mensen in hun leven, en in

de goede en slechte tijden die zich daarin

voordoen, een persoonlijk antwoord vinden

en richtlijnen ontdekken”6 Ook het vijfen-

twintigdelige naslagwerk World Spirituality

wil zich niet verder wagen dan een werk -

hypothese: “De serie is gericht op die inner-

lijke dimensie van de persoon die door som-

mige tradities ‘geest’ wordt genoemd. Deze

geestelijke kern is het diepste centrum van

4 A. MCGRATH, Geloof & Natuurwetenschap. Een introductie, Kampen: Uitgeverij Kok, 2001, p. 41-42.

5 K. WAAIJMAN, Spiritualiteit. Vormen. Grondslagen. Methoden. Kampen-Gent: Uitgeverij Kok – Uitgeverij Carmelitana, 2000, 954p, p.6.

6 J. VAN OSSELEN-RIEM, Spirituele zorg, in VAN OSSELEN-RIEM et al. (ed.), Palliatieve zorg (n. 1), p. 143.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 45

Page 48: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

46 Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

de persoon. Hier is de persoon open voor de

transcendente dimensie; hier ervaart de per-

soon de uiteindelijke werkelijkheid. De serie

exploreert de ontdekking van deze kern, de

dynamieken van haar ontwikkeling en haar

reis naar het uiteindelijke doel. Zij houdt

zich bezig met gebed, geestelijke begelei-

ding, de verschillende landkaarten van de

geestelijke reis en methoden die de geeste-

lijke opgang bevorderen.”7 Om de begrips-

verwarring nog wat op te voeren citeren we

tenslotte uit een artikel van de krant ‘De

Standaard’ (15 april 2004). De Britse editie

van ‘Cosmopolitan’ is tot de conclusie geko-

men dat seks en shoppen niet volstaan om

gelukkig te zijn. Het magazine lanceert

daarom een nieuwe rubriek met een verras-

send onderwerp: spiritualiteit. “Ik ben tot de

vaststelling gekomen dat mannen en schoenen

alleen me niet gelukkig maken”, schrijft

Hannah Borno, die de rubriek verzorgt. “De

sleutel voor diepere tevredenheid ligt

elders.” Of hoe ver een begrip kan worden

uitgerokken tot het een containerbegrip

waar heel veel in kan worden onderge-

bracht.

Het is onmogelijk al deze verschillende defi-

nities op één noemer te brengen. In ieder

geval is het duidelijk dat spiritualiteit te

maken heeft met zingeving, al dan niet in

een bipolaire structuur mens – God/Ultieme

Werkelijkheid/Absolute.8

1. HOE DOET SPIRITUALITEITZICH VOOR IN DE GEZOND-HEIDSZORG?

Gezien het landschap van de spiritualiteit

vrij mistig is9, lijkt het ons onontbeerlijk om

eerst – vooraleer ons specifiek te focussen

op spirituele zorg in de palliatieve context -

aan de hand van een ervaren gids wat meer

vertrouwd te raken met wat spiritualiteit is

en vooral hoe spiritualiteit en gezondheids-

zorg zich tot elkaar verhouden.

De gids die we hiervoor kozen is Kees

Waaijman (Waaijman, 2006, 21 – 36). Prof.

dr. K. Waaijman heeft theologie en filosofie

gestudeerd in Nijmegen. Sinds 1999 is hij

wetenschappelijk directeur van het Titus

Brandsma Instituut en hoogleraar spirituali-

teit (vanaf 1987) aan de Radboud Uni ver -

siteit te Nijmegen. Hij behoort tot de orde

7 Geciteerd in: K. WAAIJMAN, Spiritualiteit. Vormen. Grondslagen. Methoden. Kampen-Gent, Uitgeverij Kok – UitgeverijCarmelitana, 2000, p.3.

8 Voor een theologische kritiek op een dergelijke ‘brede’ defintie, zie R. VODERHOLZER, Meet Henri De Lubac. His Life and Work, SanFrancisco: Ignatius Press, 2008, p.131. Toch kan men als katholiek gelovige in de praktijk niet anders dan het ‘seculiere discours’omtrent spiritualiteit en palliatieve zorg aanvaarden. Het afwijzen betekent immers zichzelf buitenspel zetten.

9 M. GALANTER, Spirituality and the Healthy Mind. Science, Therapy and the Need for Personal Meaning, Oxford: Oxford UniversityPress, 2005, p. 11.

De Nederlandse professor spiritualiteit Kees

Waaijman komt tot de conclusie dat het object

van de spiritualiteitstudie kan worden ge -

definieerd als: “het godmenselijk betrekkings -

gebeuren beschouwd onder het oogpunt van

omvorming.”

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 46

Page 49: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

47Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

van de Karmelieten. In 2000 verscheen van

zijn hand het inmiddels onmisbare stan-

daardwerk ‘Spiritualiteit. Vormen, grondsla-

gen, methoden’.10 De keuze van de gids kan

men aanvechten maar hoe dan ook zal men

voor ons onderwerp steeds een keuze moeten

maken uit de veelheid aan gidsen aangezien

er op dit moment nog geen helderheid te

bespeuren valt wat betreft de discipline in

zijn totaliteit. Het is aan de lezer om de

kwaliteit van de gids te beoordelen.

Drie grondvormen binnen spiritualiteit.Waaijman stelt dat er drie verschillende

grondvormen binnen de spiritualiteit

bestaan: de scholen van spiritualiteit, de

tegenbewegingen en de primordiale spiritu-

aliteit.

Spiritualiteit is het makkelijkst op het spoor

te komen binnen de religies en levenbe-

schouwelijke tradities. De islam kent zijn

soefi-orden. Binnen het jodendom zien we

de chassidische bewegingen. Het christen-

dom bracht woestijnmonniken, bedelbroe-

ders en bewegingen van barmhartigheid

voort. In de Lage Landen is de Devotia

Moderna tot bloei gekomen en heeft

meester werken als de Imitatio Christi van

Thomas à Kempis voortgebracht. Het verre

oosten kent zijn tao- en zenmeesters, zijn

yogi’s en verlichten. Al deze vormen van

spiritualiteit kunnen we scholen van spiritu-

aliteit noemen. Aan de grondslag van de

scholen ligt de Bronervaring die meestal

heeft plaatsgehad in het leven van een

‘stichter’ of ‘stichteres’. Een groep leerlingen

hebben deze Bronervaring later toegankelij-

ker gemaakt zodat meerdere mensen er deel

aan zouden kunnen hebben. Zij deden en

doen dit door rituelen, deugdbeoefening,

geestelijke oefeningen, tijdsordening, ruim-

telijke ordening, kleding, omgangsvormen,

… .

Voor de tweede grondvorm van spiritualiteit

moeten we de ordelijke kaders van religies

en culturen verlaten. Woorden die bij deze

grondvorm passen zijn: woestijn, eenzaam-

heid, bezitloosheid, rand en onderkant van

de samenleving. Nacht, niets, wolk van niet-

weten enz. functioneren als belangrijke

symbolen. Steeds opnieuw zien we dat er in

de geschiedenis mensen opstaan vanuit de

rand om een spirituele tegenbeweging te

ontketenen (Gandhi, Moeder Theresa van

Calcutta, strijders tegen massieve onder-

drukking in Zuid-Amerika, …). Het patroon

van deze grondvorm is steeds het zo diep-

gaand geraakt worden van mensen door de

goddelijke Werkelijkheid, dat ze, buiten de

geijkte kaders van cultuur en godsdienst, tot

profeten en mystici worden omgevormd.

Daarbij gaan zij vanuit de verbondenheid

met de goddelijke werkelijkheid als gist de

socio-culturele realiteit doordesemen.

Doorgaans zijn zij een inspiratiebron voor

velen maar tevens een bron van ergernis

voor de machthebbers op politiek, weten-

10 K. WAAIJMAN, Spiritualiteit. Vormen. Grondslagen. Methoden, Kampen-Gent: Uitgeverij Kok – Uitgeverij Carmelitana, 2000, pp. 954.

Doorgaans zijn zij een inspiratiebron voor velen

maar tevens een bron van ergernis voor de

machthebbers op politiek, wetenschappelijk,

economisch, religieus,… vlak.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 47

Page 50: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

48 Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

schappelijk, economisch, religieus,… vlak.

Bepaalde van deze spirituele dwarsliggers

zijn door hun geschriften lotgenoten

geworden van de zieken die in een grote

levenscrisis verzeild waren en zijn.11

De derde grondvorm van spiritualiteit is heelgewoon. Het is de spiritualiteit van het alle-daagse. Moeilijker is het om er een gepastenaam aan te geven: de alledaagse spirituali-teit, lekenspiritualiteit, spiritualiteit binnenseculiere contexten, … Hoe de naam ookmoge zijn, het is duidelijk dat deze grond-vorm heel sterk aansluit bij het dagelijkseleven: onze geboorte, onze groei en opvoe-ding, onze autobiografie, ons wonen enwerken, liefde en verlies, zorg en dood.Bijzonder belangrijk hier is dat men begrijptdat het bij deze grondvorm van spiritualiteitgaat om een aan het leven en de levensloopzélf ontdekte en ontwikkelde spiritualiteit.Deze grondvorm sluit onmiddellijk aan bijwat gewone mensen ervaren in hun dage-lijks leven. Waaijman noemt deze grond-vorm primordiale spiritualiteit omdat ze metons bestaan zelf meegeven is. Zij voltrektzich in relatie tot onze oorspronkelijke ge -gevenheid (geboorte, lichamelijkheid, primaire relaties, levensloop).

Linken tussen spiritualiteit en gezondheids-zorg. Nu de drie grondvormen van spiritua-

liteit zijn verduidelijkt, dringt de vraag zich

op of er linken zijn tussen spiritualiteit en

gezondheidszorg.

Een eerste link ligt vanuit de scholen vanspiritualiteit voor de hand. Het is de barm-

hartigheid. Het omvat een werkelijkheidsge-

bied dat aangeduid wordt door woorden als

deernis, mededogen, mildheid, compassie,

hartelijkheid, … Barmhartigheid is een

centraal gegeven in alle scholen van spiritu-

aliteit. De joodse spiritualiteit is één aaneen-

schakeling van chassidische bewegingen.

Chassidisme komt van chesed dat barmhar-

tigheid betekent. De christelijke spiritualiteit

laat zich inspireren door de parabel van de

barmhartige Samaritaan (Lc 10, 25-37).

Bijna alle hoofdstukken in de Koran beginnen

met ‘in de naam van God, de Barmhartige,

de Erbarmer’. In de boeddhistische spirituali-

teit staat karuna centraal: een uiterste

bewogenheid om de ander vanuit de ander.

De taoïstische spiritualiteit is gecentreerd

rond woe-wei, een uiterst respectvolle en

zachtzinnige houding tegenover ieder mens.

Wanneer we dit kerngegeven uit de scholen

van spiritualiteit verbinden met de gezond-

heidszorg dan kunnen we dit omschrijven

als: ‘spiritualiteit doet zich in de gezond-

heidszorg voor als barmhartigheid’.

Een tweede link tussen spiritualiteit en

gezondheidszorg (in het bijzonder wat de

verpleegkundigen betreft) is te vinden in de

primordiale spiritualiteit. Volgens Waaijman

heeft het weinig zin om met verpleegkundi-

gen – bij wijze van vertrekpunt - het gesprek

over spiritualiteit aan te gaan op het

domein van de scholen van spiritualiteit of

tegenbewegingen. Veel beter is het te star-

ten bij de primordiale spiritualiteit. Deze kan

vrij eenvoudig opgeroepen en geëxpliciteerd

worden aan de hand van vragen zoals ‘wat

11 Belangwekkend hier is te vermelden dat deze figuren ook als rolmodellen kunnen fungeren voor hen die in een geloofscrisis zijnterecht gekomen (o.a. Pierre Teilhard de Chardin, Moeder Theresa van Calcutta, H. Theresia van Lisieux). Cf. T.M. KING, S.J.,Endmatter. Believers and Their Disbelief, in Zygon 42 (2007) n°3, p. 779-791.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 48

Page 51: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

49Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

raakt je als verpleegkundige in je werk?’,‘wat kun je ’s avonds niet zomaar van jeafschudden?’, ‘wat neem je van je werk meenaar huis?’ Uit de antwoorden op deze vragenzal vrijwel steeds duidelijk naar voor komendat verpleegkundigen ‘willen helpen’, ‘hetbeste van zichzelf geven’, ‘iets betekenenvoor de patiënt’, ‘laten zien dat we er zijnvoor hen die het door ziekte moeilijk hebbenin het leven’. Voornoemde voorbeelden duidenop de actieve component van de zorg (zorgdragen voor de ander). Zorg heeft echterook een passieve component (je bentbezorgd om de ander). De passieve kant vande zorg is verbonden met het gevoelsleven.Drie gevoelens nemen hierbij een voornameplaats in. Het eerste gevoel geeft aan datzorg riskant is. Wanneer de zorgverleningniet geeft wat de zieke of diens familieervan verwachten dan worden gevoelensvan machteloosheid, woede en agressie bijde hulpverleners losgemaakt. Verder brengtzorg ook de dood dichterbij. Quasi iedereverpleegkundige wordt geconfronteerd metpatiënten die overlijden, al dan niet vooraf-gegaan door een lange lijdensweg. Verpleeg -kundigen kunnen dit niet zomaar ’s avonds‘afdouchen’. De dood roept – bewust ofonbewust – gevoelens van angst en onzeker -heid op. Tenslotte riskeren verpleegkundigenzich ook te identificeren met zieken (vooralwanneer er gelijkenissen zijn zoals zelfdeleeftijd, jonge kinderen hebben, van hetzelf-de dorp of streek zijn, …). Bij identificatievoelt men in hevige mate het lijden van deander.

Het is dan ook duidelijk dat de verpleegkun-

dige zich niet alleen actief inzet (zorg

dragen voor) maar ook passief moet incasse-

ren (bezorgd zijn om). De actieve kant van

het beroep worden door scholing en bij-

scholing heel sterk ontwikkeld. De passieve

kant is nauwelijks geschoold. Zij is gepriva-

tiseerd. Verpleegkundigen moeten er nood-

gedwongen thuis aan werken. Als dat al

gebeurt tenminste. Het spreekt voor zich dat

hier vaak de oorzaken liggen van motivatie-

verlies, ziekteverzuim, burn-out, … In ieder

geval moet elke verpleegkundige voor zich-

zelf leren omgaan met al de boven beschre-

ven gevoelens en ontwikkelen daardoor (en

in samenklank met andere ook positieve

gevoelens) juist hun eigen primordiale spiri-

tualiteit.

2. SPIRITUALITEIT EN PALLIATIEVE ZORGEN

Nadat we het terrein van de spiritualiteit en

de mogelijke linken met de zorgverlening

verkend hebben, stappen we nu over naar

het eigenlijke thema.12 Uit het voorgaande

ligt het voor de hand dat we het terrein zul-

len binnenstappen vanuit het oogpunt van

de primordiale spiritualiteit.

Het begrip spiritualiteit mag dan voor velen

een vaag begrip zijn toch geeft het een

dimensie aan van het menszijn welke niet

kan weggedacht worden zonder datzelfde

menszijn te verminken. Ieder mens heeft zijn

12 J. VAN OSSELEN – J. RIEM, Spirituele zorg, in J. VAN OSSELEN – J. RIEM et al., Palliatieve zorg (n. 1), pp. 143-152. H. JASPAERT,Existentiële aspecten van palliatieve zorg. ‘Dokter, kon ik aan mijn leven maar een zin geven’, in A. VAN ORSHOVEN en J. MEN-TEN (ed.), Palliatieve zorg, stervensbegeleiding, rouwbegeleiding. Handboek voor deskundige hulpverlening in de thuiszorg en inhet ziekenhuis, Tweede druk, Leuven – Amersfoort: Acco, 1997, pp. 219-230. A. VAN ORSHOVEN, Aan ziekbed en sterfbed: eendrievoudige boodschap van hoop, in A. VAN ORSHOVEN en J. MENTEN (ed.), Palliatieve zorg, stervensbegeleiding, rouwbegelei-ding. Handboek voor deskundige hulpverlening in de thuiszorg en in het ziekenhuis, Leuven – Amersfoort: Acco, pp 231-232.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 49

Page 52: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

50 Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

of haar spiritualiteit (primordiale spirituali-

teit). Deze kan arm en pover zijn, onderont-

wikkeld en misschien zelfs onbewust. Deze

dimensie kan rijk en veelzijdig zijn, bereflec-

teerd zelfs.

Meer dan vroeger is het de opdracht van

elke westerse mens om zelf een eigen spiri-

tualiteit te ontwikkelen. Waar men voor-

heen geboren werd binnen een bepaalde

godsdienst en van de wieg tot het graf door

diezelfde godsdienst begeleid werd, is het

door de teloorgang van de grote verhalen

vandaag de opdracht van elk individu

afzonderlijk om die spirituele dimensie te

voeden en gestalte te geven. De scholen van

spiritualiteit en de tegenbewegingen

hebben zwaar aan invloed moeten inboeten.

Daardoor komt de nadruk onvermijdelijk te

liggen op de primordiale spiritualiteit. De

Amerikaanse godsdienstsocioloog R.N.

Bellah noemt dit het ‘sheilaism’. Het shei-

laism is genoemd naar één van de onder-

zoekspersonen in Habits of the heart: “Ik

geloof in God, ik ben geen religieuze fanati-

cus. Ik kan mij niet herinneren wanneer ik

voor het laatst naar de kerk ben geweest.

Mijn geloof heeft mij al heel lang gedragen.

Het is Seilaism. Enkel mijn eigen kleine

stem.13 In het dagelijks leven is spiritualiteit

doorgaans sluimerend aanwezig als een stille

kracht op de achtergrond, een bezieling, een

oriëntatie. Op het einde van het leven lijkt

ze bij veel mensen echter meer expliciet op

de voorgrond te treden.14

Leer de eigen primordiale spiritualiteit kennen.Wie oog wil hebben voor de spiritualiteit

van de ander, in dit geval de stervende

ander, moet o.i. op de allereerste plaats een

noodzakelijke en permanente oefening

maken. De eerste vraag die men zich dient te

stellen is deze naar de eigen spiritualiteit. De

impliciet primordiale spiritualiteit moet

expliciet worden. Men kan deze op het spoor

komen door zich vragen te stellen als ‘waar

leef ik van’, ‘wat is mijn grondinspiratie’,

‘wat geeft mij kracht en moed als ik het

moeilijk heb’, ‘waaraan hou ik mij vast in cri-

sismomenten’? Deze persoonlijke oefening is

absoluut noodzakelijk. Of een zorgverlener

iets kan betekenen voor de geestelijke

worsteling van een zieke, en specifiek van

een stervende mens, hangt af in hoeverre hij

of zij deze vragen in zijn of haar leven kan

herkennen en er bewust mee omgaan.

Spirituele vragen zijn vaak vermomde vragen waarbij elke vraag een wereldbeeld

van de mens tevoorschijn brengt en leidt

naar een mogelijk gesprek. Er is niemand die

ons de volgende vraag zal stellen: “Excuseer,

ik heb een spirituele vraag, kan U mij een

deskundige dienaangaande sturen”. Daarom

is het belangrijk dat de zorgverlener spiritu-

ele vragen leert detecteren en ermee om te

gaan.

Spirituele vragen leren detecteren. In wat

volgt geven we enkele voorbeelden van

vermomde en minder vermomde spirituele

vragen: ‘het is goed geweest, we hebben

13 R. N. BELLAH et al. (ed.), Habits of the heart. Individualism and commitment in American life, Berkely: California University Press,1985, p. 221.

14 P. SPECK, Spiritual issues in palliative care, in D. DOYLE, G. F. HANKS en N. MACDONALD (ed.), Oxford Textbook of PalliativeMedicine. Second Edition, Oxford: Oxford University Press, 1998, pp. 805-816, p. 806.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 50

Page 53: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

51Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

onze tijd gehad, zou er nog iets zijn?’; ‘heb

ik het goed gedaan?’; ‘zal ik mijn familie

terugzien’ (i.c. ook mijn door miskramen

verloren kinderen); ‘waarom ik, waarom

nu?’; ‘wat is de zin van mijn leven geweest?’,

‘zou ik dat nog in orde kunnen maken?’; ‘ik

word gestraft voor mijn zonden’; ‘ik kan niet

meer bidden’; ‘God heeft mij in de steek

gelaten, anders zou Hij die kanker weg -

nemen’; ‘kan je een beetje bij me blijven’; ‘ik

wil niet in ruzie sterven’; ‘ben ik meer dan

mijn lichaam?’; ‘hoe wil ik begraven wor-

den?’; ‘mijn ziekte heeft mij veel geleerd

over het leven’; ‘ik wil nog niet dood, mijn

leven is nog niet af’; ‘het zijn altijd de goe-

den die eerst moeten gaan’; ‘wie gaat er voor

mijn partner zorgen?’

Omgaan met spirituele vragen. De eerstevraag die de zorgverlener zich dient te stel-len is niet ‘wat kan ik doen’ maar ‘hoe kan ikhoren’ dat de patiënt met levensvragen worstelt. En om te kunnen horen, moet dezorgverlener er eerst ‘zijn’. De tweede valkuildie vermeden moet worden is deze van hetsnelle antwoord. Het eerste ‘antwoord’ isniet het aanreiken van een theorie maarsolidariteit en nabijheid. Op de vlucht slaanbij het horen van spirituele vragen getuigtevenmin van een zorgende instelling.Spirituele vragen worden door medici enparamedici ervaren als bijzonder moeilijkevragen omdat zij geen ‘doe’-antwoord verdragen. Het gaat er niet zozeer om iets tedoen, maar om te zijn. Dit vraagt dat meneen compleet ander arsenaal aan attitudesweet aan te snijden. Attitudes die in anderesituaties als zorgverlener weinig getraindworden en daardoor dreigen onderge-sneeuwd te raken. Voortdurend dient dezorgverlener erover te waken niet al te vlug

aan te draven met antwoorden op spirituelevragen. Veelal zal dit als beleren wordenervaren en de deur naar een verdere verken-ning van het spirituele landschap sluiten.Ook de bijbelse figuur Job vroeg zich afwaarom al die ellende zich op zijn leven hadgestort. Maar net als hij heeft de heden-daagse zieke geen boodschap aan allerleiverklaringen die niet echt ingaan op de kernvan in de spirituele vraag verwoorde pijn.Met empathie luisteren zal de verpleegkun-dige toelaten te horen wat de patiënt zegten bedoelt maar ook wat hij/zij vaak onge-weten mee uitspreekt. Het kan niet genoegbenadrukt worden dat het belangrijk is omaandachtig te luisteren en af te tasten. Alleswat de zorgverlener leerde over ‘actief luis-teren’ (parafraseren, samenvatten, echoën,spiegelen, ondersteunen, …) en over hetstellen van vragen (open vragen, doorvra-gen, spoor van de patiënt volgen, …) helptom te horen waarover het gaat. Een belang-rijk luisterpunt bij stervenden is te verne-men met welk godsbeeld iemand leefde,leeft en wil sterven.

Wanneer twee primordiale spiritualiteitenelkaar ontmoeten. We hebben reeds opge-merkt dat elkeen een primordiale spirituali-teit heeft. Door te luisteren naar de spiritu-ele vragen van de terminale patiënt kan dezorgverlener zich niet verschuilen achterzijn/haar technische vaardigheden. Het is

Het is belangrijk te beseffen dat spirituele

vragen vaak met meer schroom benaderd en

meegedeeld worden omdat zij zowel de patiënt

als de hulpverlener op een meer totale wijze

als persoon engageren.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 51

Page 54: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

52 Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

belangrijk te beseffen dat spirituele vragenvaak met meer schroom benaderd en mee-gedeeld worden omdat zij zowel de patiëntals de hulpverlener op een meer totale wijzeals persoon engageren. Beider spiritueledimensie wordt immers aangesproken. Dezorgverlener dient er over te waken dathij/zij in de hulpverlenende rol blijft. Nietdoor problemen op te lossen maar in devorm van het begeleiden van de patiënt omzelf zijn/haar ‘oplossingen’ te vinden. Omdatde patiënt zo dicht bij onze innerlijkheidkomt, bij onze eigen primordiale spirituali-teit, is het vaak zo dat spirituele vragen sterkappelleren aan de totaliteit van de persoonvan de hulpverlener en hierdoor het gevaarvergroten dat deze bekoord wordt om depatiënt te gaan beleren. Een andere mogelijkereactie is dat de hulpverlener in de verdedi-ging schiet. Het vraagt oefening diepe over-tuigingen te horen uitspreken en nietonmiddellijk geneigd te zijn de eigenmening ernaast te plaatsen.

Reflectie op de eigen primordiale spirituali-teit is van primordiaal belang. Aan hetbegin van dit onderdeel wezen we er op dathet noodzakelijk is de eigen spiritualiteit teverkennen. Het is absoluut noodzakelijk deuitdaging van de zinvragen niet uit de wegte gaan en de eigen positie alleen en metanderen te blijven verkennen en uitspreken.Dit creëert een comfortabele situatie voorbeide gesprekspartners, de patiënt en deverpleegkundige. De zorgverlener dient teweten en te aanvaarden hoe hij zelf staatt.o.v. zijn eigen levens- en zinvragen.

In gesprekken die zich situeren op hetniveau van de spiritualiteit (i.c. de primor-diale spiritualiteit van de zorgvrager en dezorgverlener) worden hoge eisen gesteld aan

nabijheid én authenticiteit. De verpleegkun-dige kan zich niet meer verschuilen achterde aangeleerde technieken. Het zeer persoonlijke en ingrijpende karakter van despirituele problematiek, de onwennigheid enschroom waarmee mensen daarover spreken,onderstellen een hoge mate van nabijheidvanwege de verpleegkundige. De verpleeg-kundige blijkt in dit gesprek ‘ook maar eenmens’. Dit is niet een geringe opgave omdatzij vaak kan leiden tot confrontatie. Omgaanmet spirituele vragen vereist daarom van dezorgverlener de vaardigheid om de patiëntin zijn spirituele problematiek nabij te zijnen te verhelderen, zonder de eigen levens-beschouwelijke stand van zaken te veron-achtzamen of te miskennen. In zijn/haarandere rollen staat de verpleegkundigesteeds ‘boven’ de patiënt. In de spiritueleontmoeting is dit echter niet het geval. Deéén staat nooit boven de ander. Beidengeven en beiden krijgen. Dit adagium nietrespecteren houdt het gevaar van de hoog-moed in en biedt een ongerechtvaardigdeuitweg om de eigen gebrokenheid niet temoeten zien.

3. SPIRITUALITEIT BINNEN PALLIATIEVE ZORGEN: GEEN EVIDENTIE!

Binnen palliatieve zorg wordt er aandacht

besteed aan de gehele mens (holisme) in al

zijn dimensies zowel fysisch, sociaal, psy-

chologisch als spiritueel. Daarmee onder-

scheidt palliatieve zorg zich duidelijk van de

rest van de geneeskundige wereld waar het

spirituele geen prioriteit vormt of zelfs hele-

maal niet in het plaatje voorkomt. Men kan

zich de vraag stellen of het verlenen van

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 52

Page 55: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

53Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

spirituele zorg een taak is die door iedere

verpleegkundige verplicht dient opgenomen

te worden. Het is niet denkbeeldig dat

bepaalde verpleegkundigen weigeren om dit

soort zorg te verlenen omdat het te veel van

hen vraagt en een inbreuk is op hun eigen

spirituele intimiteit. Anderen wensen dan

weer helemaal niet met dergelijke spirituele

vragen geconfronteerd te worden. Laat

staan dat men de eigen spiritualiteit dient te

exploreren. Dat pastores en vertegenwoordi-

gers van andere levensbeschouwingen zich

daarmee inlaten, is evident. Het is hun kern-

taak én zij hebben ervoor gekozen.

Verpleeg kundigen daarentegen hebben daar

helemaal niet voor gekozen. Op deze vraag

of verpleegkundigen de verantwoordelijk-

heid en de plicht hebben spirituele zorg te

verlenen, willen we in dit onderdeel nader

ingaan. Daarbij besteden we aandacht aan

de vraag vanwaar de aandacht en de nadruk

op spirituele zorg komt. We laten ons hierbij

leiden door de godsdienstsocioloog Tony

Walter.15

Handboeken en artikels over palliatieve

zorgen afkomstig uit de Angelsaksische

wereld definiëren spiritualiteit als de mense-

lijke zoektocht naar zingeving.16 De auteurs

vooronderstellen hierbij twee elementen.

Ten eerste gaan zij er van uit dat alhoewel

niet alle terminale patiënten godsdienstig

zijn, elkeen wel spiritueel is.17 Alle mensen

hebben immers een existentiële betrokken-

heid op de vraag naar de zin van hun leven.

En aangezien – dit is het tweede element –

iedereen spirituele noden heeft, dient elk lid

van het palliatief team in te staan voor spi-

rituele zorg.18 Deze plicht tot spirituele zorg

staat los van de persoonlijke godsdienstige

of spirituele overtuiging van de zorgver-

strekker. De godsdienstsocioloog Tony

Walter formuleert het als volgt: “Als alle

patiënten spirituele noden hebben, als een

palliatieve afdeling zich inzet voor een

holistische zorg, en als al de leden van het

interdisciplinaire team deze spirituele zorg

mogen aanbieden, dan vereist de logica zelf

dat zij die moeten bieden” (cursivering

Walter).19 De vraag stelt zich of veel pallia-

tieve zorgverleners gelukkig zijn met deze

plicht tot het verlenen van spirituele zorg.

Walter vraagt zich ook af of alle stafledenbinnen een palliatieve eenheid wel in staatzijn om spirituele zorg te verlenen aan allepatiënten die op zoek zijn naar betekenis inhun leven. Sommigen zullen de uitbreidingvan hun takenpakket tot spirituele zorg mis-schien wel toejuichen maar anderen ervarenhet meer als een bijkomende last en een

15 T. WALTER, Spirituality in palliative care: opportunity or burden? , in Palliative Medicine 16 (2002) 133-139. Professor Tony Walteris ‘Professor of Death Studies’ (Department of Social and Policy Sciences) aan de Universiteit van Bath in het Verenigd Koninkrijk.

16 Over de invloed van de Angelsaksische literatuur op onze kijk op zorg, zie P. BORRY, P. SCHOTSMANS and K. DIERICKX, Author,contributor or just a signer? A quantitative analysis of authorship trends in the field of bioethics, in Bioethics 20 (2006) 213-220, p. 213.

17 We merken op dat het in oppositie plaatsen van spiritualiteit/zingeving en religies/godsdiensten kenmerkend is voor Angelsakischetijdschriften.

18 Deze idee duikt sinds de jaren zestig op in de literatuur over verpleegkunde. S. GILLIAT-RAY, Nursing, Professionalism, andSpirituality, in Journal of Contemporary Religion 18 (2003) 335-349, p. 337.

19 T. WALTER, Spirituality in palliative care: opportunity or burden? , in Palliative Medicine 16 (2002) 133-139, p. 133.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 53

Page 56: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

54 Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

taak die zij niet aankunnen.20 Vooraleer pre-

mature conclusies te trekken, gaan we nader

in op deze kwestie.

Het definiëren van spirituele zorg als de

zoektocht naar zingeving is het werk van de

‘founding mother’ van de palliatieve zor-

genbeweging, dame Cicely Saunders.

Saunders liet zich hierbij inspireren door het

boek ‘Man’s Search for Meaning’ van de

Oostenrijkse psychiater Viktor Frankl21.

Frankl zelf zag dit meer als een existentiële

zoektocht maar binnen de Engelssprekende

wereld22 werd de term ‘existentieel’ vervan-

gen door ‘spiritueel’. In een boek geredigeerd

door Saunders en Kastenbaum handelend

over ‘hospice care’ in de wereld van vandaag

zijn beide auteurs er zich bewust van dat

deze opvatting van spirituele zorg inderdaad

beperkt is tot de Engelssprekende wereld.

De hoofdstukken over Frankrijk, China en

Hong Kong reserveren spirituele zorg voor

de vertegenwoordigers van welbepaalde

godsdiensten of levensbeschouwingen.

Andere hoofdstukken reppen zelfs met geen

woord over spirituele zorg.23 Hieruit kunnen

we concluderen dat het binnenbrengen van

spirituele zorg binnen het takenpakket van

de verpleegkundige een Brits-Amerikaans

fenomeen is.

Inhoudelijk gaat het bij spirituele zorg heel

vaak om een geseculariseerde vorm van

christendom. Verstaat de christelijke gods-

dienst van oudsher spiritualiteit als het god-

menselijke betrekkingsgebeuren vanuit het

oogpunt van de omvorming, dan verstaan

de pleitbezorgers van spirituele zorg door

verpleegkundigen binnen palliatieve zorgen

spiritualiteit als de persoonlijke en psycho-

logische zoektocht naar zingeving.

De term ‘spiritualiteit’ werd ook binnenandere domeinen van het openbare levenverbreed. Het is niet alleen binnen de pallia-tieve zorgbeweging dat de verbreding vanhet concept spiritualiteit opvallend is. Ookin het Britse onderwijssysteem wordt eendergelijke definitie gehanteerd. Vergelijk -bare brede definities van spiritualiteit vin-den we ook in pedagogische literatuur vanhet Verenigd Koninkrijk. OFSTED (Office forStandards in Education), het orgaan van deBritse overheid welke instaat voor deinspectie van de scholen, definieert spiritua-liteit “als in relatie staand tot dat aspect vanhet innerlijke leven, waardoor leerlingeninzichten verwerven in hun persoonlijkeexistentie, welke van blijvende waarde zijn.Het wordt gekenmerkt door reflectie, doorbetekenisgeving aan ervaring, door het naarwaarde schatten van de niet-materiëledimensie van het leven, en door het vertrouwd raken met een blijvende werke-lijkheid. ‘Spiritueel’ staat niet gelijk met reli-gieus, alle vakgebieden kunnen bijdragentot de spitrituele ontwikkeling van de leer-

20 N. CANNAERTS, B. DIERCKX DE CASTERLE en M. GRYPDONCK, Palliatieve zorg. Zorg voor het leven, Gent: Academia Press, 2000,160p, p.128-129.

21 Cf. V. E. FRANKL, De zin van het bestaan. Inleiding in de logotherapie, Rotterdam: Uitgeverij Ad. Donker, 2005.

22 Interessant is te constateren dat de opkomst van het New Age denken ook vooral in de Angelsaksische wereld te situeren valt. Cfr.W. HANEGRAAF, New Age Religion, in L. WOODHEAD (ed.), Religions in the Modern World, Londen: Routhledge, 2002, p. 249. Wekunnen er hier niet verder op ingaan, maar de aandacht voor spiritualiteit binnen palliatieve zorg lijkt o.i. verband te houden metde opkomst van het New Age denken.

23 C. SAUNDERS, R. KASTENBAUM, e.a. (ed.), Hospice care on the international scene, New York: Springer, 1997.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 54

Page 57: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

55Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

lingen.”24 Ook feministische theologen engodsdienstwetenschappers hanteren vaakbrede definities. In haar boek ‘Women andspirituality’ schrijft U. King: “Spiritualiteitkan omschreven worden als een proces vantransformatie en groei, een organisch endynamisch aspect van de menselijke ontwik-keling … een verkenning van wat hoort bijhet mens worden, … de manier waarop eenpersoon zijn of haar historische contextbegrijpt en leeft.”25 Een dergelijk brede defi-nitie ontlokt bij Walter de laconieke opmer-king dat zelfs een bijzonder seculiere weten-schap als de sociologie tot het domein vande spiritualiteit kan gerekend worden. Zijzorgt immers ook voor een invalshoek omzich als persoon te situeren in de eigen historische context. Het is in ieder geval dui-delijk dat de verbreding van het conceptspiritualiteit niet beperkt is tot het domeinvan palliatieve zorg.

‘Waarom’ en ‘waarom nu’ treedt er een verbreding van het concept spiritualiteitop? Walter ziet in het brede discours aan-gaande spiritualiteit een dubbele kritiek. Teneerste is het een kritiek op het wetenschap-pelijk reductionisme. In de gezondheidszorgbijvoorbeeld brengt het discours van de spiritualiteit opnieuw het menselijke, hetpersoonlijke en het emotionele in het vizierin een door een medische en financiëlerationaliteit gedomineerde sector. Dezevorm van spiritualiteit promoten houdt ech-ter niet alleen een kritiek in op het rationa-lisme maar tevens op de gevestigde gods-diensten. Dit is duidelijk te merken aan het

belang dat de pleitbezorgers hechten aanhet verschil tussen spiritualiteit en gods-dienst én in de nadruk die gelegd wordt oppersoonlijke ontwikkeling in tegenstellingtot de georganiseerde godsdiensten. Kortom:spiritualiteit gaat verder dan wetenschap engodsdienst.

Een dergelijke visie sluit aan bij de karakte-ristieken van de moderne samenleving. Eeneerste kenmerk van dit tijdsgewricht is hetindividualisme. De grote verhalen voor degrote massa’s hebben afgedaan. De nieuwevormen van spiritualiteit spelen probleem-loos op dit individualisme in. Het wantrou-wen tegenover elke vorm van institutioneleautoriteit is eveneens kenmerkend vooronze tijd en gaat hand in hand met het eerder vernoemde individualisme. De voor-beelden zijn legio. De moderne mens bepaaltzelf wel wat hij/zij wil geloven en geen kerkheeft daar iets tegen in te brengen. De collectieve dogma’s van de kerk werdeningeruild voor een individuele zoektochtnaar zingeving.26 De ‘autoriteit van het zelf’maakt dat de autoriteit van experts wordtgerelativeerd. De mening van de expert inhet praatprogramma op televisie krijgtevenveel aandacht als de mening van deman of vrouw in de straat.

Een belangrijke oorzaak van de relativeringvan de autoriteit van de godsdiensten ligtbij de ontwikkeling van de wetenschappen.Van oudsher beantwoordden de godsdien-sten vragen als ‘vanwaar komen wij?’, ‘waar-om leven wij?’, ‘wat gebeurt er als we ster-

24 Art.cit., p. 134.

25 Art. cit., p. 134 - 135.

26 Over de actuele rol van het begrip ‘God’ in de Westerse wereld, zie Cf. T. SHAH en M. D. TUFT, Waarom God aan de winnende handis. Modernisering, democratisering en globalisering hebben Hem sterker gemaakt, in NRC Handelsblad, 11 augustus 2006. M. ALB-RIGHT, De macht en de almacht. Over Amerika, God en de toestand van de wereld, Antwerpen: Anthos-Manteau, 352p.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 55

Page 58: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

56 Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

ven?’, ‘waarom moeten wij moreel leven enwat is het fundament van de moraliteit?’ Dewetenschappen hebben systematisch deantwoorden van de godsdiensten onder kri-tiek gesteld en de godsdiensten waren nietin staat hierop adequaat te antwoorden.Tijdelijke, situatiespecifieke antwoordenhebben de uitspraken van het leergezag ver-vangen. De autoriteit van de godsdienstenwordt ook in vraag gesteld door de transfor-matie van de westerse samenleving in eenmultireligieuze samenleving. Als er zoveleantwoorden zijn op dezelfde vragen, hoekan men dan immers weten wat de waar-heid is? Dit is zeker het geval voor de chris-telijke godsdiensten en het hindoeïsme, inmindere mate voor de islam.

Wie zijn de pleitbezorgers van het nieuweconcept ‘spiritualiteit’? Het zijn voorname-lijk Amerikanen en Britten die het instituti-onele christendom vaarwel hebben gezegdmaar toch een zekere voeling met het numi-neuze hebben behouden. Deze band met hetmysterievolle brengen ze tot uitdrukking inhet begrip spiritualiteit dat duidelijk onder-scheiden wordt van ‘godsdienst’. Godsdienstwordt aanzien als een gecodificeerde, geïn-

stitutionaliseerde en relatief enge uitdruk-

king van spiritualiteit. Onder de pleitbezor-

gers bevinden zich ook veel feministen. Zij

staan kritisch tegenover een patriarchale

kerk en wenden zich tot de spiritualiteit om

hun ervaringen van het numineuze ter spra-

ke te brengen. Spiri tuali teit is voornamelijk,

alhoewel niet uitsluitend, een zaak van

vrouwen27, net zoals de zorg in al haar vor-

men. Daardoor is het geen toeval dat het

nieuwe discours over spiritualiteit juist in de

zorgberoepen veel weerklank vindt, niet in

het minst in de gezondheidszorg.28

Walter is er van overtuigd dat het doel van

deze verdedigers van de nieuwe spiritualiteit

er in bestaat niet-godsdienstige verpleeg-

sters duidelijk te maken dat godsdienst en

spiritualiteit twee totaal verschillende zaken

zijn en dat iedereen een spirituele zoektocht

naar zingeving maakt. En vooral zij - de ver-

pleegkundigen - kunnen die persoonlijke

spirituele zorg verschaffen.

De analyse van Walter dat dit discours aan-

gaande spiritualiteit voortgebracht wordt

door een bepaalde historische generatie en

in een bepaalde institutionele context lijkt

plausibel. Gilliat-Ray, instemmend met deze

analyse, voegt er nog een element aan toe.

De promotie van de spiritualiteit in de ver-

pleegkundeliteratuur maakt ook deel uit van

de inspanning om het beroep van verpleeg-

kundige te professionaliseren.29

27 M. FOGTELOO, Zoeken naar zin, in De Groene Amsterdammer, 3 augustus 2006.

28 Ook Vlaamse pastores omschrijven zich vaak als ‘experten in zingevingsvragen en spirituele zorg’. Deze formulering staat niet losvan wat er binnen de palliatieve zorgbeweging gaande is met betrekking tot spiritualiteit en de identiteitsbepaling van de palli-atief verpleegkundige. Interessante literatuur aangaande dit onderwerp is het themanummer ‘Hospital Chaplaincy: Generic VersusCatholic’ van het tijdschrift ‘Christian Bioethics’ (volume 9, 2003, nummer 1). Vooral het artikel van H.T. Engelhardt is de moeitewaard. H. T. ENGELHARDT, The Dechristianization of Christian Hospital Chaplaincy. Some Bioethics Reflections onProfessionalization, Ecumenization and Secularization, in Christian Bioethics 9 (2003) 139-160.

29 S. GILLIAT-RAY, Nursing, Professionalism, and Spirituality, in Journal of Contemporary Religion 18 (2003) 335-349, p. 343.

Godsdienst wordt aanzien als een gecodifi-

ceerde, geïnstitutionaliseerde en relatief enge

uitdrukking van spiritualiteit.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 56

Page 59: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteit

57Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Edward Bailey gaat nog een stap verder enplaatst de huidige evolutie in een brederkader.30 Hij schetst de huidige stand vanzaken tegen de achtergrond van de sociaal-religieuze evolutie van de mensheid. Dezeevolutie begint bij de primitieve religie vankleine gemeenschappen, vloeit over naar dewereldgodsdiensten ontwikkeld door histo-rische samenlevingen om uit te monden inde diffuse spiritualiteit van de multiculturelestedelijke samenlevingen. Deze macro-evo-lutie doet zich ook voor op het microniveauvan de levensgeschiedenis van elke mensafzonderlijk. Het kind heeft ervaring van hetHeilige/Numineuze, wordt nadien de jong-volwassene die wil behoren tot de omrin-gende wereldgodsdienst om uiteindelijk devolgroeide volwassene te worden met eenpersoonlijke spiritualiteit. Volgens Bailey ishet verhaal van de spiritualiteit het verhaalvan de toekomst en zijn diegenen die hetpropageren de nieuwe profeten. Of Baileygelijk heeft, valt af te wachten.

Is spirituele zorg de verantwoordelijkheidvan elke palliatief verpleegkundige? Devraag die zich nu opdringt is of elke verpleegkundige in het kader van palliatievezorg de plicht heeft in te staan voor de spirituele zorg t.o.v. de haar toevertrouwdepatiënten. De pleitbezorgers van de nieuwespiritualiteit beantwoorden deze vraagbevestigend.31 Sheldon schrijft: “Verpleeg -kun digen die de spirituele zorg voor eenpatiënt verwaarlozen, bieden geen holisti-sche zorg aan.”32 Persoonlijk menen wij datde verpleegkundige niet de plicht heeft tothet verlenen van spirituele zorg.

Wij gaan ervan uit dat men de terminaalzieke mens niet echt tegemoet komt wan-neer men eenzijdig vertrekt van de vooron-derstelling van een universele spirituelezoektocht die ieder mens doormaakt. Hetdergelijk concept van ‘spiritualiteit’ lijkt onste arm, te pover om echt tochtgenoot teworden van de terminale patiënt. Bovendienis het woord spiritueel een term die nietdoor iedereen gekend is en niet door ieder-een gebruikt wordt. Veel godsdienstige enniet-godsdienstige mensen gebruiken dezeterminologie niet en kennen deze ook niet.In geen geval kan men vanuit de verpleeg-kundige een terminologie opleggen dievreemd is aan en voor de patiënt. Dit bete-kent ook dat het concept ‘spirituele pijn’(een term van Cecily Saunders) veel te vaagis. Het schijnt mij toe dat ‘spirituele pijn’meestal gebruikt wordt in de betekenis van‘biografische pijn’. Met ‘biografische pijn’wordt bedoeld dat mensen aan het eindevan hun leven beseffen dat het leven nietgeworden is wat zij er van verwacht haddenen dat het nu te laat is om daar nog iets aante doen. Daarenboven betwijfel ik sterk ofde vooronderstelling van de palliatieve zorg-beweging, namelijk dat iedereen zin/beteke-nis kan vinden of geven in/aan het leven welterecht is. Deze vooronderstelling is trou-wens de reden waarom internationaal depalliatieve zorgbeweging tegenstander isvan euthanasie. Tenslotte stelt zich de vraagwie wie kan vergezellen op diens laatstereis? Dat verpleegkundigen in een palliatie-ve setting gezien worden als tochtgenotenof begeleiders van mensen op hun laatstereis hier op aarde is geen problematisch

30 E. BAILEY, Implicit Religion, in Implicit Religion 1 (1998) 9–22.

31 J. E. SHELDON, Spirituality as a Part of Nursing, in Journal of Hospice and Palliative Nursing 2 (2000) 101 – 108, p.101.

32 Art.cit., p. 107.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 57

Page 60: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

58 Pastorale zorg en zorgende vrijwilligers

gegeven. Maar het is onze overtuiging datde ongelovige verpleegkundige geen hulpkan zijn voor de geloofsvragen van de ster-vende patiënt. Zo kan ook de traditioneelgelovige moslimverpleegkundige geen soe-laas bieden voor de diepe existentiële pijndie de atheïst voelt. Daarom stellen wij heeluitdrukkelijk dat ook op ‘spiritueel’ vlak elkemens een uniek wezen is dat in zijn uniciteitmoet gerespecteerd worden. Daarenboven ispalliatieve zorg de opdracht van het geheleteam. In die zin is het belangrijk dat deteamleden van elkaar weten waar ze zichbevinden in het religieus-spirituele spec-trum33 en dit met het oog op een goedebegeleiding van elke patiënt en een goedecommunicatie in wederzijds respect voorelkaar. Op die manier weet men ook vanelkaar wat men wel en niet kan bieden. Zoontneemt men bij de teamleden de last vaneen onmogelijke en ondraaglijke opdracht,namelijk spirituele zorg te verlenen bij elkepatiënt die aan zijn/haar hoede is toever-trouwd. Ja, de patiënt moet ook in zijn ‘spi-rituele’ dimensie bijgestaan worden maarniet noodzakelijk door ‘jou’. Iemand andersvan het team kan in dat specifieke gevalveel beter geplaatst zijn.34

4. BESLUIT

Spiritualiteit is ‘in’. Het blijft evenwel eenmoeilijke opdracht om ‘spiritualiteit’ haar-fijn te omschrijven en vooral te begrenzen.Door de Wereldgezondheidsorganisatiewerd spirituele zorg opgenomen als één vande wezenlijke componenten van goede pal-liatieve zorg. Vooraleer de verpleegkundigeaan deze spirituele zorg kan toekomen,moet hij/zij eerst de eigen spiritualiteit lerenverkennen en kennen. Het is voor alle zorg-verleners belangrijk spirituele vragen teleren detecteren. Op de eerste plaats om tekunnen doorverwijzen naar levensbeschou-welijke vertegenwoordigers. Of de verpleeg-kundige zelf de plicht heeft spirituele zorgte verlenen aan de haar toevertrouwdepatiënten blijft open voor discussie.Persoonlijk menen wij dat dit niet het gevalis. Alleen wie daartoe bekwaam is, kan ditdoen. Dat kan ook de verpleegkundige zijn.

Bert Vanderhaegen

OVER DE AUTEUR

Bert Vanderhaegen is hoofdaalmoezeniervan het Universitair Ziekenhuis Gent endocent bioethiek en sociale ethiek aan hetHoger Diocesaan Godsdienstinstituut [email protected]

33 Deze communicatie vooronderstelt een actieve pluralistische opstelling van alle leden van het palliatief team (dialoog tussen deverschillende opinies over de inhoudelijke opvattingen). Dit in tegenstelling tot het passief pluralisme die elke inhoudelijke dis-cussie tussen de diverse levensbeschouwingen bij voorbaat drooglegt. Cf. G. VAN HEESWIJCK, Tolerantie en actief pluralisme. Deafgewezen erfenis van Erasmus, More en Gillis, Kapellen – Kampen: Uitgeverij Pelckmans – Uitgeverij Klement, 2008, pp. 75-82.

34 “Onderzoek heeft aangetoond dat de wijze waarop verpleegkundigen spirituele zorg aanbieden, zoals te verwachten is, afhanke-lijk is van persoonlijke karakteristieken en attitudes. Er is een fijne grens tussen het stellen van een diagnose rond spirituele noodof pijn, een zeer legitieme rol voor verpleegkundigen, en het feitelijke engagement van het aanbieden van spirituele zorg.” S. GIL-LIAT-RAY, Nursing, Professionalism, and Spirituality, in Journal of Contemporary Religion 18 (2003) 335-349, p. 342 - 343.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 58

Page 61: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

De zeven kruiswoorden.

Het testament van Jezus.

Wies Beckers

I. Vader, vergeef het hun, wantze weten niet wat ze doen. (Lc 23,33-34)

De eerste woorden die we horen van Jezus

zijn volgens Lucas: “Vader, vergeef het hun,

want ze weten niet wat ze doen.” Op het

moment dat Jezus op het kruis wordt gena-

geld, heeft Hij oog voor wat er gebeurt in

zijn omgeving. De eerste woorden die Jezus

spreekt op het kruis staan centraal in heel de

Blijde Boodschap: vergeven. Als we ons door

Jezus laten inspireren, dan moeten we ook

onze vijanden liefhebben. Dit is heel moei-

lijk, want het is vaak al moeilijk om onze

geliefden te beminnen. Meer dan het gewo-

ne, vraagt Jezus ons dikwijls buitengewone

dingen. En toch maakt Hij het heel concreet:

heb je vijanden lief, doe goed, zegen en bid.

(Lc 6,27-38) Dat zijn dingen die we eigenlijk

altijd kunnen doen, zelfs voor mensen waar

we niet zo goed mee overeenkomen of men-

sen waarvan we vinden dat ze ons iets in de

weg leggen. We hebben al gauw de neiging

om het de ander eens goed betaald te zet-

ten. Dat is een heel natuurlijke reactie. Maar

dan vraagt Jezus iets anders, Hij vraagt ons

om die natuurlijke reactie te overstijgen:

goed doen, zegenen en bidden. Dikwijls

doen we dat al zonder dat we dat zelf

weten, we zijn er ons niet altijd van bewust.

Er is in elke mens ook de neiging om goed te

doen. Maar de neiging om te vergelden en

de neiging om het goede te doen zijn dik-

wijls met elkaar in conflict. We zijn dan in

een innerlijke strijd gewikkeld. En dan is er

59Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Meditatie

De laatste woorden van Jezus, die we kennen als de 7 Kruiswoorden, zijn als een testament.In zijn diepste pijn en lijden blijft Jezus betrokken op zijn medemensen. Meer dan dat, in deKruiswoorden ontdekken we dat Hij hen – en ons - een opdracht meegeeft. In dit artikel wilik delen hoe deze woorden van Jezus leven herkenbaar geworden zijn in mijn ervaringen alsverpleegkundige op een palliatieve zorgeenheid en nadien als pastor voor oudere zusters.In wat volgt wil ik de Kruiswoorden één voor één benaderen. Eerst kijk ik naar de Bijbelsecontext: wat is er gebeurd in het leven van Jezus. In een tweede fase kijk ik hoe we vandaagde woorden van Jezus op ons eigen leven kunnen leggen. En vervolgens probeer ik bij elkKruiswoord de zending op het spoor te komen: wat betekenen die woorden van Jezus voorons vandaag en voor onze toekomst?1

1 Dit artikel is de neerslag van een lezing op Goede Vrijdag 10 april 2009, in Abdij Bethanië te Loppem

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 59

Page 62: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

60 De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

telkens weer die vraag: “Kunnen we kiezen

voor wat echt leven geeft? Kunnen wij, in

Jezus spoor, kiezen voor vergeving? Kunnen

wij goed doen ook al wordt ons geen goed

gedaan? Kunnen wij zegenen? Benedicere

betekent ‘goede dingen zeggen’. Kunnen wij

goede dingen zeggen? Kunnen wij bidden?

Kunnen wij met ons verdriet en onze

onmacht naar God toe gaan? Kunnen wij

aan God vragen: “Ik versta het niet maar Gij

weet wat er met deze mensen en met mij

gebeurt. Help mij?”

Als ik naar mijn eigen leven kijk vanuit deze

kruiswoorden dan zie ik hoe Jezus een hou-

ding aanneemt zoals ouders naar hun kinderen

kijken. Toen onze dochters nog tieners

waren, kwamen ze in een natuurlijk proces

van ‘onafhankelijkheid verwerven’. Maar

tegelijkertijd waren ze ook hard en kwet-

send naar ons, als ouders, toe. Zonder dat ze

dat zelf wisten hebben ze ons pijn gedaan.

En wellicht hebben wij onze ouders ook pijn

gedaan. Nu ze zelf kinderen hebben kijken

ze heel anders naar de ouders en kunnen ze

zeggen: “Mama, misschien heb ik jullie vroe-

ger pijn gedaan, maar ik heb dat zo niet

bedoeld.” In een bepaalde manier van leven,

in een normaal proces van keuzes maken

doen mensen elkaar soms pijn, zonder dat

echt te willen.

Pijn doen kan ook te maken hebben met

fouten maken of iets verkeerd doen maar

daar wil ik het in deze context niet over

hebben. Wel over het fenomeen dat we

gekwetst worden omdat mensen iets niet

doen of nalaten om iets te doen: nalaten om

een troostend woord te zeggen, nalaten om

tussen te komen waar ze onrecht zien

gebeuren, of nalaten van verantwoordelijk-

heid op te nemen.

Zo had ik in het ziekenhuis contact met de

zoon en de dochter van een terminale

patiënte en er was onenigheid tussen broer

en zus. Ze kwamen wel bij moeder aan bed,

maar elk apart. Als de een binnen was, ging

de ander buiten en omgekeerd. De dochter

was heel kwaad omdat haar broer zolang

niets van zich had laten horen, haar zoontje

had geen peter gehoord of gezien, geen

cadeautjes gekregen. Haar broer had nage-

laten van peter te zijn. Haar kwaadheid was

vooral haar gekwetstheid omwille van het

verdriet van haar zoontje dat elke keer

moest merken ‘mijn peter is afwezig’. Vaak

zijn we kwaad omdat we ons gekwetst voe-

len, omdat we verdriet hebben, om dat stuk

liefde dat er niet geweest is, omdat de liefde

gekwetst is.

Als we van vergeving spreken heeft het ook

te maken met vergeving naar onszelf toe.

Aanvaarding van wat er is zonder te veroor-

delen. Zo heb ik ook meermaals kunnen

meemaken dat patiënten in die laatste fase

proberen een levensbalans op te maken, dat

ze gaan terugkijken op hun leven en zich

afvragen: “Wat heb ik er nu van terecht

gebracht?” En stervenden kunnen zich geen

rad meer voor de ogen draaien, de tijd

dringt. De arts op de afdeling was zo fijn-

gevoelig om hen te vragen: “Fouten en mis-

lukkingen maken we allemaal, maar als je

alles in ogenschouw neemt, als je alles

samen legt, wat heb je er dan van gemaakt?

Hoe is je leven dan geweest?” En heel vaak

kunnen mensen dan zeggen: “Eigenlijk is het

goed geweest.” Mensen kunnen hun kwali-

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 60

Page 63: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

61Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

teiten en hun beperkingen in de weegschaal

leggen en zeggen: “Kijk, al bij al, met al mijn

mogelijkheden, heb ik toch iets moois

gemaakt van mijn leven.” Mensen kunnen

hun fouten of nalatigheden erkennen en

zich verzoenen met het feit dat ook dat een

deel van hun persoonlijkheid is.

In onze omgang met elkaar is het belangrijk

om alles in een totale context te kunnen

zien, om mensen te aanvaarden met hun

kwaliteiten maar ook met hun beperkingen

en daarbij rekening te houden met hun

familiale en maatschappelijke omgeving.

En wat kunnen we nu in deze Kruiswoorden

van Jezus horen voor onszelf en voor onze

toekomst? Welke zending krijgen wij eigen-

lijk mee? Ik heb hierboven al aangehaald

dat vergeven tegennatuurlijk is. Een mens

wil het de ander liever betaald zetten, en

liefst dubbel en dik. Dat zijn neigingen die

bij onze menselijke natuur horen, we moe-

ten die neigingen onder ogen durven zien

en als we er ons bewust van worden dan

kunnen we zeggen: “OK, maar dat is niet

mijn keuze. Mijn keuze is: ik wil goeddoen,

zegenen en bidden voor wie mij dwars-

boomt, mij kwaad toewenst of zich opstelt

als mijn tegenstander.”

Vergevingsgezindheid heeft ook te maken

met de barmhartigheid van de Vader.

Barmhartigheid is een eigenschap, een kwa-

liteit van God die wij kunnen imiteren en

waarin wij kunnen groeien. Barmhartigheid

wil zeggen dat we een hart hebben dat zich

kan ontfermen over mensen, over de mede-

mens en over onszelf. Dit wil ook zeggen dat

we een hart hebben dat zichzelf kan aan-

vaarden met de eigen beperktheden en ook

weten dat we dikwijls, zonder het te willen

of te beseffen, anderen soms kwetsen.

Als we de nederigheid hebben om dat te

erkennen voor onszelf, dan kunnen we

gemakkelijker zeggen tegen God: “Help mij

om goed te doen, om goede dingen te zeg-

gen en om te bidden.” De zending luidt: doegoed, zegen en bid.

II. Voorwaar ik zeg u: vandaag nog zult gij met mijzijn in het paradijs(Lc 23,43)

Jezus zegt aan de goede moordenaar:

“Voorwaar ik zeg u: vandaag nog zult gij

met mij zijn in het paradijs.” Jezus brengt de

eerste kruiswoorden al meteen in praktijk:

Hij vergeeft al onmiddellijk de goede moor-

denaar. De persoon wordt niet veroordeeld.

Hij wordt losgekoppeld van de daad die hij

gesteld heeft. De eerste twee kruiswoorden

zijn nauw met elkaar verbonden. Bij de eer-

ste kruiswoorden kijken we naar wat voorbij

is, naar het verleden. Bij de tweede kruis-

woorden gaat er voor de goede moordenaar

een toekomst open. Het verleden kan losge-

laten worden om een nieuwe toekomst te

openen. Er komt een nieuw perspectief voor

de persoon in kwestie. Jezus kijkt dieper dan

de daden van de ‘goede’ moordenaar. Er is in

de mens een plaats die helemaal gezond is,

heilig en onverminkt. Het is een plaats waar

we beeld zijn van God.2 Maar doorheen de

levensgeschiedenis kunnen we er de verbin-

2 STINISSEN, W., De nacht zal lichten als de dag, de donkere nacht bij Jan van het Kruis, Carmelitana, 1990

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 61

Page 64: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

62 De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

ding mee verliezen. We zijn afgezonderd

geraakt. In het woord afzondering horen we

het woord zonde. De af-zonde-ring veroor-

zaakt een grote pijn die eigen is aan ons

menselijk bestaan. Maar tegelijkertijd is er

ook elke keer opnieuw de kans - het is vooral

een bewuste keuze – om die verbinding te

herstellen (re-ligare). De goede moordenaar

komt tot inkeer. We mogen veronderstellen

dat hij zijn fouten inziet. Hij spreekt Jezus

aan en vraagt “Vergeet mij niet wanneer u in

uw koninkrijk komt.” Opnieuw heeft Jezus

oog voor zijn medemens en Jezus spreekt

hem troost toe. Het is heel mooi om te zien

hoe een stervende persoon iets goeds tot

iemand zegt en daardoor eigenlijk een zegen

uitspreekt. Dat is een enorme troost.

Als ik Jezus die woorden van troost hoor

zeggen tot de goede moordenaar, dan geeft

Hij hoop en toekomst. Ondanks de dood

kunnen mensen in een terminale fase toch

nog naar de toekomst kijken. Wie oog in oog

staat met de dood, kan soms voorbij die

dood kijken. Niet iedereen kan dat, maar

mensen die tot aanvaarding van hun situatie

zijn gekomen, van hun sterfelijkheid, kunnen

dat vaak wel. Zo heb ik gezien hoe een jonge

oma een klein truitje aan het breien was

voor haar kleinkind dat nog zou geboren

worden. Haar dochter was zwanger en ze

wist niet of ze het kindje ooit zou zien. En

toch breide ze, ze was niet verbitterd. Heel

rustig zat ze in de zetel van de palliatieve

afdeling een truitje te breien. Soms zijn we

bang om over de dood te spreken maar dan

zijn het de stervenden zelf die ons woorden

of beelden aanreiken om erover te praten.

Zo was het ook bij deze mevrouw, ze kon

verder kijken dan haar dood: “Na mij komt

er een nieuw leven.” Als je als hulpverlener

met zulke mensen in contact komt, word je

genezen, geheeld.

Een dergelijke ervaring had ik bij het bezoe-

ken van de aalmoezenier van het WZC. Kort

na zijn indiensttreding werd hij zwaar ziek

en toen hij in een terminale fase was ben ik

hem gaan bezoeken. Ik vroeg of ik hem een

kruisje mocht geven. Hij zei: “Ja, en mag ik u

zegenen?” Hij heeft toen zijn handen over

mij uitgestrekt en een zegengebed uitge-

sproken. Het is een van de mooiste momen-

ten geweest uit mijn beroepsloopbaan om

de zegen van een stervende te krijgen. Het

was ontroerend mooi. Het is trouwens een

Bijbelse ervaring: we lezen hoe de stervende

vaders de kinderen zegenden. Maar hoe

vaak is die zegen van een stervende ook

tastbaar gemaakt in onze samenleving? Ik

ben er heel dankbaar om. Voorbij zijn ster -

felijkheid had mijn collega toch nog de hel-

derheid om mij ‘goede dingen’ toe te zeggen

en mijn toekomstige werk te zegenen.

Jezus zegt ook tegen de goede moordenaar:

“Vandaag nog zult ge met mij zijn in het

paradijs.” Het woord paradijs staat er, vol-

gens mij, niet zo maar. Enerzijds verwijst het

naar een paradijservaring, naar iets dat zalig

is. We beleven iets als paradijselijks als het

bijzonder goed is, als we helemaal onszelf

kunnen zijn. Een paradijs dat is de plaats

waar we mogen zijn wie we zijn, met onze

kwaliteiten, onze talenten en onze beper-

kingen, waar we niet veroordeeld worden

voor dingen die niet zo goed zijn, waar we

echt mogen thuiskomen. Zo mogen thuisko-

men is een paradijservaring. Anderzijds

verwijst het woord paradijs ook naar de

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 62

Page 65: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

63Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

schepping. In het aards paradijs staat er een

boom van kennis van goed en kwaad. Die

boom van kennis van goed en kwaad heeft

te maken met het kunnen oordelen over

goed en kwaad. Er wordt duidelijk aan de

mens gevraagd om niet te eten van de

vruchten van die boom. Met andere woor-

den: het oordelen over goed en kwaad komt

niet toe aan de mens maar aan God!3 Dit wil

dus ook zeggen: veroordeel elkaar toch niet.

Spreek geen oordeel uit. We kunnen wel

dingen zien en herkennen of onderscheiden

van wat er gebeurt maar zonder dat we

mensen hoeven te veroordelen. ‘Wat is, dat

is’. Zonder veroordeling. Ik oefen deze hou-

ding ook in mijn werksituatie met bejaarden.

Ik weet slechts weinig van hun vroegere rol

of functie en dat is een voordeel want ik

begin met elke bewoner ‘van vooraf aan’,

met een ‘propere lei’. Ik benader hen alle-

maal gelijk. Ik luister naar hun levens -

verhaal, en merk dat ze allemaal hun kwet-

suren meedragen maar daar anders mee zijn

omgegaan. Ik leer van hen en probeer om

niemand te (ver)oordelen.

De zending die we krijgen bij deze kruis-

woorden: veroordeel elkaar niet maar geef

elke keer weer nieuwe kansen.

III.Vrouw zie daar uw zoon. Zoon zie daar uw moeder. (Joh 19,26-27)

De woorden die Johannes ons toeschrijft

zijn: “Vrouw zie daar uw zoon. Zoon zie daar

uw moeder.” Johannes is de evangelist van

de eenheidsliefde, de liefde tussen Jezus en

de Vader met het beeld van de wijnstok en

de ranken. En die eenheidsliefde komt sterk

tot uiting in deze woorden. In de maat-

schappij ten tijde van Jezus had een vrouw

maar bestaansrecht als dochter van haar

vader, echtgenoot van haar man of moeder

van haar zoon. Als Jezus sterft verliest Maria

niet alleen haar zoon maar tegelijkertijd ook

haar identiteit. Daarom geeft Jezus haar

Johannes tot zoon en daardoor is haar

bestaansrecht verzekerd. Niet alleen op het

vlak van het materiële maar ook op het vlak

van verwantschap. Onder het kruis van

Jezus ontstaat een nieuw soort verwant-

schap in verbondenheid, voorbij de familie-

banden omdat we allemaal broers en zussen

zijn, kinderen van één Vader. En zo worden

ook wij aan elkaar gegeven. Dat merken we

ook vaak in ons eigen leven. Als we op weg

gaan met mensen, aanwezig kunnen blijven

bij hun diepste pijn, als we trouw aanwezig

blijven, dan groeien er nieuwe verbindingen

en kunnen we nieuwe relaties opbouwen.

We merken dat gedeeld verdriet mensen aan

elkaar kan smeden.

Er ontstaat ook een nieuw verwantschap als

ik naar mijn vader kijk die 1,5 jaar in een

rusthuis woont of naar de religieuzen die

verhuizen van hun klooster naar het woon- en

zorgcentrum, waar zij opnieuw de mogelijk-

heid krijgen - en ook die kans nemen - om

nieuwe relaties op te bouwen, om verbon -

den heid te creëren met de verzorgenden. Zij

mogen zich aan hen toevertrouwen. Het zijn

de verzorgenden zelf die de taak van de

familie overnemen. Ik zelf zie ook een nieuw

3 BASSET, Lytta, Voor altijd geschonden?”Ze weten niet wat ze doen, Averbode, 2001, p 310

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 63

Page 66: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

64 De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

verwantschap groeien in de relatie met mijn

vader die nu een zwaar dementiebeeld

heeft. Ik ben nu niet meer het kind van mijn

vader maar als zorggever ben ik de ouder

geworden voor mijn vader die kind geworden

is. Toch wel een verandering in rolpatronen

en een verlies dat niet zo gemakkelijk te

verwerken is.

Onder het kruis ontstaat er een nieuwe

gemeenschap. Jezus vraagt ons om elkaar

niet los te laten. Hij laat Maria niet los, Hij

laat Johannes niet los maar over de dood

heen wordt er een nieuwe verbondenheid

geschapen. Het is deze verwantschap over

familiebanden heen die inhoud geeft aan de

zending die we van Jezus meekrijgen. Uit de

verbondenheid tussen Maria en Johannes is

er een gemeenschap ontstaan van eerste

christenen die samen kwamen rond ‘brood

en wijn’. Mensen die elkaar ontmoeten in de

dingen van alledag, zorgen voor voedsel en

samen maaltijd houden. Dit wil zeggen dat

ook wij vriendschap kunnen sluiten in dag-

dagelijkse situaties. Ik zie het trouwens al

gebeuren rondom mij: jonge gezinnen die

elkaar dragen en ondersteunen bijvoorbeeld

voor de kinderopvang, hoe ze een maaltijd

meebrengen of groenten delen uit de tuin.

Ik zie veel mensen uit onze omgeving vrij-

willigerswerk doen. Mensen die op hun

eigen manier terug samen komen in groepen

en op die manier een deel van die nieuwe

familiebanden waarmaken. We moeten het

niet te ver gaan zoeken, heel vaak doen we

die dingen al en is het belangrijk om ons

daarvan bewust te worden. We merken dat

we, meer dan we zelf denken, ‘inzitten’ met

elkaar. ‘Met elkaar inzitten’ is een mooie uit-

drukking die duidt op de ander die ‘in’ ons

zit, als het ware in onze buik. Dan kunnen

we de ander niet loskoppelen van onszelf.

De zending die we in deze kruiswoorden van

Jezus horen is: hou van elkaar, blijf elkaar

nabij in verbondenheid.

IV.Mijn God, waarom hebt gijmij verlaten? (Mc 15,34 en psalm 22,2)

Bij de vierde kruiswoorden zegt Jezus: “Mijn

God, waarom hebt Gij mij verlaten?” Jezus

neemt hier de woorden van psalm 22 in de

mond. We weten dat Jezus een Rabbi was en

dus goed thuis was in de joodse geschriften.

Jezus moet de psalmen heel goed gekend

hebben, Hij bidt ook met verzen uit de psal-

men. In het boek der Psalmen zien we een

groot godsvertrouwen: de klacht die de

mens uitdrukt zal gehoord worden. De psal-

mist, hier David, weet uit ervaring dat de

vraag om hulp niet tevergeefs zal zijn. Hij

herinnert zich de tussenkomst van God in

het verleden, hij vraagt om hulp in deze

benarde situatie en hij is er zeker van dat

God zal tussenkomen om te redden. “Je kunt

het en Je zult het doen.” Hij getuigt van een

diep godsvertrouwen. We zouden kunnen

denken dat Jezus twijfelt aan zijn geloof

maar ik denk dat Hij, juist door deze psalm

in de mond te nemen, blijk geeft van een

diep vertrouwen in God die de jammer-

klachten van het volk hoort: “Ik heb de

ellende van mijn volk gezien en hun jam-

merklachten gehoord’ (Ex 3,7)) Als we psalm

22 lezen en herlezen, dan merken we dat

ook de nood van de psalmist telkens her-

haald wordt. De schrijver is zo taalvaardig

dat hij telkens met nieuwe beelden uitdruk-

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 64

Page 67: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

65Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

king kan geven aan zijn grote nood. Hij

beschrijft al zijn fysieke klachten en

gebruikt beelden van dreigende stieren en

leeuwen, kostbaar water dat is uitgegoten.

In alle toonaarden klaagt de psalmist zijn

nood en Jezus neemt er één vers van over.

Deze Kruiswoorden zeggen ook iets over

Jezus en over de manier waarop Hij bidt met

de psalmen. Ook in zijn diepste pijn en in het

moment dat Hij zich helemaal verlaten

voelt, kan Hij toch nog bidden. We merken

vaak dat mensen in nood terugvallen op

oude formules of gekende gebeden, op

enkele verzen die telkens herhaald worden.

In het Nederlands gebruiken we de uitdruk-

king ‘godverlaten zijn’ om aan te tonen hoe

eenzaam een mens kan zijn. Niet alleen bij

het sterven maar ook in crisissituaties

komen we in contact met die fundamentele

eenzaamheid. En dan wordt elke vraag om

hulp, elke bede, een gebed. En het gebed

neemt niet meteen het lijden weg, daar

moeten we doorheen, maar het gebed of de

bede die we uitdrukken naar een medemens

of God, behoedt ons voor de wanhoop van

het isolement.4 In de bijbel vinden we heel

veel klaagliederen en smeekbeden. Ook het

gebed van de onvruchtbare Hannah in het

boek Samuel is zo sprekend omdat ze met al

haar verdriet en haar nood voor God gaat

staan. Ze smeekt en huilt om niet de schande

te moeten dragen van kinderloos te blijven.

(1Sam 1) Zoals Jezus heeft geroepen naar

zijn Vader, zo mogen ook wij voor God gaan

staan met al onze twijfels, al ons verdriet en

ons lijden. Zelf heb ik veel geleerd door het

lezen van de dagboeken van Etty Hillesum.

De manier waarop ze de dagdagelijkse erva-

ringen, haar psychologische gedachten en

haar gevoelens in een innerlijk gesprek voor

God kon brengen, vind ik zo verhelderend.

“Mag ik zo bidden? Kan ik zo bidden?” Ook

van Henri Nouwen leer ik mij in mijn nood

en mijn verwarring tot God te wenden en

biddend te roepen. Zoals de psalmist bidt in

psalm 22 “Je hebt toch mijn voorouders

geholpen, waarom zou Je mij niet helpen?”

De psalmist gaat altijd terug naar de voor-

ouders, naar de voorgeschiedenis van het

volk en van zichzelf.

En zo mogen ook wij terugblikken op ons

eigen leven. Hoe heeft God ons in andere

periodes geholpen of hoe hebben we het

met de hulp van ‘hierboven’ uitgehouden in

de crisis? De psalmist zegt met zekerheid: “U

geeft mij antwoord.” Wie nog verbonden is

met het tuin- en landleven, kan misschien

troost vinden in de seizoenen. De bijbel staat

vol met beelden uit de natuur. Zo kunnen

we de verlatenheid van een winterlandschap

vergelijken met onze eigen ziel. En zoals er

na elke winter weer een lente doorbreekt, zo

kunnen we ook geloven dat we niet in de

steek gelaten worden. En dat is de zending

die we krijgen in deze Kruiswoorden: breng

al je twijfel en je verdriet voor God, geloof

maar dat er een antwoord komt.

V. Ik heb dorst. (Joh 19,28 en Ps 22,16)

Jezus zegt: “Ik heb dorst.” Die woorden worden

ons aangereikt door de evangelist Johannes,

die we kennen als de schrijver over het

4 DEPOORTERE, Kris, persoonlijke nota’s tijdens de cursus Pastoraaltheologie. Paul Ricoeur. La symbolique du mal. KULeuven 2003-2004

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 65

Page 68: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

66 De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

Levende Water en de ontmoeting tussen

Jezus en de Samaritaanse vrouw aan de put.

Voor hem is water heel belangrijk. En als

Johannes spreekt over water dan gaat het

ook heel dikwijls over de Geest. Water en

Geest horen bij elkaar. Jezus wordt gedoopt

met water, in de Geest (Lc 3,16) en wij

worden opnieuw geboren uit water en

Geest. (Joh 3,4). Als Jezus zegt “Ik heb dorst”

dan zouden we kunnen denken dat het over

de letterlijke dorst gaat, de fysieke dorst.

Laten we opnieuw kijken naar psalm 22

waarin de psalmist zijn nood klaagt en een

opsomming maakt van al zijn fysieke noden.

Als je verpleegkundige bent geweest of ster-

venden nabij bent dan heb je weet van de

aftakeling die mensen doormaken. Toen ik

nog werkte als verpleegkundige op de palli-

atieve eenheid kregen de woorden van deze

psalm een bijzondere invulling: ‘als water

ben ik uitgegoten, mijn gebeente valt uit-

een, mijn hart is als was, het smelt in mijn

lijf, mijn kracht is droog als een potscherf,

mijn tong kleeft aan mijn gehemelte; u legt

mij neer in het stof van de dood.’ Vertaald

naar vandaag, zouden het de symptomen

zijn die een verpleegkundige neerschrijft in

een patiëntendossier. Zo letterlijk kunnen

we deze fysieke klachten herkennen. In

sommige Bijbel vertalingen staat er niet ‘ik

heb dorst’ maar ‘mij dorst’. En daarin lees ik

de figuurlijke dorst ‘zoals de hinde die naar

het water smacht, zo dorst mijn ziel naar u,

mijn God’ (psalm 42) Of zoals we bij Matteüs

kunnen lezen: het dorsten naar gerechtig-

heid. Jezus zegt: “Ik had dorst en je hebt mij

te drinken gegeven.” (Mt 25,35)

Dorsten naar gerechtigheid heeft ook te

maken met een visioen. Jezus spreekt over

het Rijk van God en ‘wat je aan de kleinste

hebt gedaan, dat heb je aan mij gedaan.’

Drinken geven, mensen kleden, zieken

bezoeken, stervenden nabij zijn,… allemaal

heel concrete dingen die we kunnen doen.

Als het over de figuurlijke dorst gaat zouden

we ook de vraag kunnen stellen: “Waar komt

onze dorst vandaan?” Waar dorsten mensen

naar? Welk verlangen schuilt er nog in hun

diepste wezen? En als we naar onze maat-

schappij kijken, dan merken we geen dieper

verlangen meer, althans het is niet zicht-

baar. Mensen willen hun dorst laven met de

laatste koopjes, met nieuwe kookprogram-

ma’s, met last-minute-reisjes, met allerlei

externe dingen. We denken onze dorst te

kunnen vullen maar we voelen ons niet

vervuld. Prediker, nog zo’n wijze schrijver

uit het Oude Testament, heeft in één van

zijn verzen gezegd – en daarmee spreekt hij

God aan: “Gij hebt de eeuwigheid in ons

hart geplant.”5 (Pred 3,11) In het menselijke

hart woont een groot verlangen naar

eeuwig heid, en niet de eeuwigheid ver weg

maar de eeuwigheid die je kan vertalen als

een verlangen naar volheid in het nu, een

diep verlangen naar geluk. Het visioen dat in

elk mensenhart leeft, zeker bij gelovigen, is

‘het dorsten naar gerechtigheid, naar vrede

en naar heelheid van de schepping’.

Als Jezus zegt “Ik heb dorst” dan kunnen we

daarin ook horen: “Blijf maar dorsten. Dorst

maar naar gerechtigheid en vrede. Hou dat

visioen maar wakker. En al is het niet voor

onze generatie, of voor onze tijd, blijf toch

5 Vrije vertaling naar Bijbel, Willebrordvertaling, voetnota: “Ook heeft Hij de eeuwigheid in het hart van de mensen gelegd.”

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 66

Page 69: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

67Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

maar dromen. Maar toets je dromen aan de

werkelijkheid zodat je niet je vleugels kapot

vliegt.” Blijf daarin ook maar erkennen dat

we maar mensen zijn en onze beperkingen

hebben maar tegelijkertijd hebben wij een

hunkering naar volheid, naar eeuwigheid.

Het is een dynamiek die onstuitbaar opbor-

relt als een innerlijke bron. In onze maat-

schappij, waar er zoveel dingen worden aan-

geboden, waar het heel gemakkelijk is om

verdeeld en versplinterd te leven, is het

belangrijk om regelmatig tijd te nemen om

tot stilte te komen, om ons ‘bijeen te rapen’,

om terug naar onze kern te gaan. Om ons

opnieuw in verbinding te stellen met die

innerlijke bron. De zending die Jezus ons

met deze woorden meegeeft is: dorst naar

gerechtigheid, vrede en heelheid van de

schepping.

VI. Het is volbracht. (Joh 19,30 en Ps 22,32)

Als Jezus’ stervensuur nadert, komt Hij tot

de woorden: “Het is volbracht.” Jezus zijn

taak als mens is volbracht. Hij had de

opdracht gekregen van de Vader om ons de

Blijde Boodschap te kunnen brengen, en Hij

heeft dat ook kunnen doen. Zijn taak als

mens is volbracht maar als we de nieuws -

berichten horen en de beelden over armoede,

geweld en oorlog zien, dan gaat het lijden

van Jezus nog steeds verder. Jezus is nog

steeds in doodstrijd.6 En zolang als Jezus nog

sterft in de gekwetste mensen van vandaag,

kunnen wij niet lijdzaam toezien.

Soms komt er een einde aan onze draag-

kracht en moeten we zeggen: “dit is voorlo-

pig genoeg geweest”. De woorden “Het is

volbracht” heb ik ook gehoord van een moe-

der bij het overlijden vaan haar zoon. Haar

zoon had 11 maanden geleden een ongeval

gehad op een bouwwerf en was sindsdien

niet meer uit zijn coma ontwaakt. Toen hij

op de palliatieve afdeling stierf zei ze: “Het

klinkt misschien vreemd, maar ik ben nu zo

gelukkig.” Soms is de lijdensweg zo groot

dat mensen verlangen naar de dood. Soms

aanvaarden mensen ook dat het einde nabij

is en dat het sterven komen moet, ze zeggen:

“Het is afgerond, alles is gezegd.” Mensen

maken de balans van hun leven en zeggen:

“Het is goed geweest.” Ik denk daarbij ook

aan een oudere dame die stierf op onze

afdeling en ze had nog één dochter. Vanuit

het raam kon ze de kraamafdeling zien en

zei: “Zoveel jaar geleden heeft mijn moeder

mij hier het leven geschonken, en heeft ze

mij verzorgd en in haar armen genomen. Nu

ben ik hier bij haar en kan ik haar verzorgen

en in mijn armen nemen.” Het was alsof de

cirkel rond was. De taak van de moeder was

volbracht, de taak van de dochter was

volbracht. Alles was tot een goed einde

gekomen ondanks het verdriet van het

naderend afscheid.

Als we deze kruiswoorden van Jezus op ons

leven leggen en naar de toekomst kijken,

wat betekent dit dan? Jezus zegt: “Het is

volbracht.” En ik schrijf: “Het is nooit vol-

bracht” omdat we elke keer opnieuw dat

appèl blijven horen. Als er veel lijden in de

wereld is kunnen we niet zeggen “Ik heb

6 BRAS, Kick, Lichtspoor: een jaargang meditatie, Kampen, 1996.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 67

Page 70: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

68 De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

niets meer te doen.” Maar wel moeten we

zeggen “Ik kan niet alles doen. Ik heb mijn

beperktheden, wat ik kan doen, kan ik doen.

Soms luk ik, soms misluk ik. Soms heb ik

moed, soms ben ik het vertrouwen kwijt.”

Het is belangrijk om al deze ervaringen te

kunnen (h)erkennen in ons leven.

Ik schrijf: “Het is nooit volbracht… maar God

rustte op de zevende dag.” God heeft de

wereld en de mens geschapen, en er is een

moment gekomen dat het goed was. Zo

kunnen ook wij zeggen bij het afronden van

bepaalde taken: “Het is goed geweest”. Toen

onze kinderen afgestudeerd waren en apart

gingen wonen had ik ook het gevoel van

‘het is goed geweest, mijn taak als opvoeder

is voltooid, niet mijn taak als moeder of als

metgezel van mijn dochters maar wel als

opvoeder.’ Als we die oproep om het altijd

weer op te nemen voor de lijdende mens

ernstig nemen, dan moeten we daar eerlijk

in zijn. Als we het willen volhouden dan

moeten we onze beperkingen erkennen en

dan moeten we ook regelmatig tot stilte

komen. Dan moeten we onze actie voortdu-

rend afwisselen met stilte, inkeer en con-

templatie. Dorothee Sölle schreef het boek

‘Mystiek en verzet’7 waarin die twee polen

sterk aan bod komen. Mystiek is de contem-

platie, verzet is de actie. De ondertitel van

haar boek is ‘Gij stil geschrei.’ Het geschrei

van God in de wereld dat we elke keer

opnieuw horen, mag en moet ons blijven

oproepen en dragen tot het einde van onze

dagen. Het is ook de zending bij deze kruis-

woorden: wees niet doof voor het geschrei

van God in de wereld én gun je zelf een tijdvan rust.

VII. Vader in uw handen beveelik mijn geest. (Lc 23,46)

Als Jezus tot aanvaarding is gekomen van

zijn opdracht, als Hij zegt “Het is volbracht’,

komt Hij ook tot overgave in de laatste

kruiswoorden waarin Hij zegt: “Vader in uw

handen beveel ik mijn geest”. Ik zou naast

deze woorden van Lucas de woorden van

Johannes willen leggen. Johannes schrijft:

“Daarop boog Hij het hoofd en Hij gaf de

geest.” (Joh 19,30) Op het moment dat Jezus

sterft geeft Hij de Geest, de Geest met een

hoofdletter. In die zin kan het sterven een

nieuwe doorbraak betekenen, het begin van

een nieuw leven. Het is een nieuwe geboor-

te uit de Geest (Joh 3,4). Jezus geeft niet

alleen de geest, de laatste adem maar Hij

geeft ons de Heilige Geest “Wie Jezus tot het

einde toe gevolgd is, tot onder het kruis, die

krijgt ook de primeur van de Geest.”8 Die is

ook aanwezig als Jezus de Geest geeft. We

zouden zelfs kunnen zeggen, op dat

moment waar we de Geest ontvangen, daar

is het al Pinksteren.

In religieuze gemeenschappen bidt men elke

dag bij de completen: “Vader in uw handen

beveel ik mijn geest.” De dagtaak is afgelo-

pen, het werk is volbracht en we leggen ons

leven in de handen van God, elke dag

opnieuw. Wat eigenlijk een eindpunt bete-

kent of zou lijken, het sterven van iemand,

7 SOLLE, Dorothee, Mystiek en Verzet, Gij stil geschrei, Ten Have,1998

8 CORNETTE, Katrien

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 68

Page 71: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

De zeven kruiswoorden. Het testament van Jezus

69Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

kan een nieuw begin worden. Uit de nacht

wordt de dageraad geboren. Het is in kloos-

ters een traditie dat de grote feesten begin-

nen op de vooravond. Uit de duisternis

wordt het licht geboren. Als we naar Jezus

kijken kunnen we zeggen: “Er is een nieuw

begin mogelijk. Uit de nacht wordt de dage-

raad geboren.” Wie mocht aanwezig zijn bij

het sterven van iemand, heeft dan ‘de laat-

ste adem ontvangen’. Dit wil zeggen dat de

stervende iets doorgeeft en dat de ander iets

ontvangt. Op zulke momenten gebeurt er

iets bijzonders. Je kan het Mysterie ervaren.

Soms horen we mensen zeggen: “Ik wist niet

dat sterven zo mooi kon zijn.” En zelfs al

hebben mensen heel veel pijn omwille van

het heengaan, toch voelen ze dat er een

diepe kracht in hen is wakker geworden.

Een kracht die een troost kan zijn in de vol-

gende dagen en jaren.

Als we deze laatste woorden ook voor ons-

zelf willen meenemen, dan horen wij daarin

de zending: Jezus geeft ons de Geest. We

mogen ons laten begeesteren. Wij mogen de

Geest ook ontvangen. We mogen leven van-

uit de Geest en ons bezielen. Jezus heeft ook

gezegd: “Ik laat u niet als wezen achter

maar ik zal U een Helper sturen.” (Joh 14,16-

18.26) Het lied Veni Creator Spiritus leert

ons: “Gij zijt de gave Gods, Gij zijt de grote

Trooster in de tijd.” Als wij ons laten begees-

teren dan kunnen wij met geestkracht in het

leven staan en dan kunnen wij, geholpen

door de Geest, ook anderen tot troost zijn.

En dan kunnen wij ook vurige mensen zijn

van vrede en vol vreugde. De zending die wij

bij deze laatste Kruiswoorden meekrijgen is:

laat je maar begeesteren en bezielen metGeestkracht.

De zending wordt een levenshouding.

We hebben gekeken naar het leven van

Jezus. We hebben ingezoomd op de zeven

Kruiswoorden uitgesproken in die enkele

minuten voor zijn kruisdood. We hebben in

die woorden opnieuw een zending gevon-

den. In de gebrokenheid van het bestaan

komen we op het spoor van een specifieke

levensopdracht. Het is een zending die haar

begin en haar voltooiing vindt in de God van

de kwetsbare liefde: de liefde voor al wat

kwetsbaar is. Als we proberen te leven naar

het ‘testament van Jezus’, als de zeven

opdrachten ons langzaam doordesemen en

in ons mogen groeien tot een levenshou-

ding, dan zullen we ook in kwetsbare

momenten de kracht vinden om opnieuw

rechtop te komen. Dan kunnen we, als

vreugdevolle mensen van ‘Opstanding’, ons

geloof uitstralen. Dat we enthousiaste

Paasmensen mogen worden, bezield door de

Geest. Amen.

Wies Beckers

OVER DE AUTEUR

Wies Beckers is pastor in het WZC Floordam

in Melsbroek. [email protected]

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 69

Page 72: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

De redactie van Pastorale Perspectieven wil aandacht besteden aan actuele publicaties over pastorale

zorg. Daarom zijn we op zoek naar mensen met een vlotte pen en een kritische leesbril om boekbespre-

kingen te schrijven voor Pastorale Perspectieven. Geïnteresseerd?

Stuur een mailtje naar Bernadette Verbruggen, onze nieuwe 'recensie-coördinator'

([email protected]), en je ontvangt een lijst van de boeken die de redactie ontvangen

heeft. Daaruit maak je dan een keuze, en je ontvangt het gekozen boek via de post. Je kunt ook zelf

een suggestie doormailen naar Bernadette, die het boek dan voor je bestelt.

Wie een boek bespreekt, vergroot niet enkel z'n persoonlijke bibliotheek, maar bewijst ook collega-

pastores een nuttige dienst.

Praktisch ?• Een boekbespreking bevat 200 à 500 woorden

• Eerst een presentatie van de inhoud, daarna een kritische evaluatie en ten slotte - indien mogelijk -

een terugkoppeling naar het eigen werkveld

• Ontvangen boeken moeten binnen de 3 maanden na ontvangst besproken worden (tenzij anders

afgesproken)

• Wie recenseert, ontvangt ook een (extra) exemplaar van het nummer waar de recensie in verschijnt

Mark Delrue: Kunst en liturgie, Lannoo, 2009

Liturgie is reiken naar een gemis, en drukt dit verlangen uit. Elk teken en ieder gebaar krijgen een

spirituele klank. Het is een uiting van ons geloof, het gaat ons verstand te boven. En die kloof wordt

overbrugd door door symboliek in woord e daad.

“Kunstenaars waarschuwen de mens om niet spiritueel kortademig te worden in een cultuur die op

verdwijnende waarheden en diepe twijfels is gebaseerd.” Kunst is niet vrijblijvend, en dat is het maken

van keuzes voor kunstige liturgische elementen ook niet.

Delrue neemt de lezer mee naar de geschiedenis van de kerkgebouwen en al hun “meubels”, middelen

en handelingen. Hij doet ons grondig nadenken over de ruimte en alle liturgische componenten: altaar,

ambo, vierend godsvolk, de plaats van de celebrant. Zij brengen Christus’ aanwezigheid onder ons.

Die geschiedenis is zeer interessant en de kennis ervan onmisbaar voor een bewust omgaan met de

liturgie en de liturgische ruimte vandaag.

Delrue geeft een schat aan informatie over de oorsprong en historische betekenis van b.v. altaar, ambo,

voorgangerszetel, doopvont, biechtstoel. Hij reflecteert over de ruimtelijke schrikking. En daagt de lezer

die in het werkveld staat uit om goed na te denken over de architectuur en inrichting van een kerk-

gebouw of kapel: welk publiek komt er, welk doel wil je bereiken, welke accenten wil je leggen? Hoewel

hij een boeiende duiding geeft van de “klassieke” opstelling in een kerk, gaat hij de veranderende

Uitgelezen

Recensenten gezocht !

70 Uitgelezen

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 70

Page 73: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Uitgelezen

71Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

tijden niet uit de weg: er zijn andere opstellingen mogelijk die misschien beter passen bij het verande-

rende geloofsklimaat.

Delrue laat belangrijke liturgische instrumenten de revue passeren: kleding, muziek en licht. Licht

verwijst naar God en Christus’ boodschap: de duisternis heeft niet het laatste woord. Dit uit zich tref-

fend in de glasramen: terwijl de nacht er nog is, wordt de dag al beloofd, de dageraad komt.

Dit boek is de moeite waard voor ieder die met liturgie bezig is.

Slechts een klein gemis: een verklarende woordenlijst achteraan, zodat je sneller je geheugen kan

opfrissen.

Het biedt zowel een interessante historische duiding, als een praktische handleiding om vandaag de dag

een kapel in een verzorgingsinstelling in te richten. Tot en met de affichering toe. Het doet nadenken

over wat we willen bereiken met de liturgie. Die creatieve vormgeving kan een mooie uitdaging zijn:

gefundeerd in het verleden, aangepast aan vandaag en kijkend naar de toekomst.

Laura Le Roy

Guy Didelez & Lieven De Pril - Ik ben iemand/niemand – Manteau, 2009

Ik ben iemand/niemand is een aangrijpend boek dat leest als een roman. Maar het is niet zomaar een

roman. Het boek is gebaseerd op verhalen van concrete personen en gezinnen in Vlaanderen die in

armoede leven. Centraal staat het waargebeurde verhaal van Emilie. Het is een bijzonder aangrijpend

verhaal, waarbij je Emilie kan volgen vanaf haar kindertijd tot de leeftijd van 31 jaar. Je wordt als lezer

meegenomen op haar levensweg die gelukkige momenten kent maar ook heel veel tegenslagen, verne-

deringen en periodes van verdriet. Wat bijblijft is de kracht die in Emilie schuilt en die haar helpt om

in heel schrijnende omstandigheden toch een waardig leven op te bouwen. Samen met Nico, haar

partner en hun kinderen vindt zij telkens weer de moed om ondanks alle tegenslagen haar verantwoor-

delijkheid op te nemen en haar leven vorm te geven. Als lezer krijg je ook een inkijk in de ruimere

familie- en vriendenkring van Emilie en Nico. Daardoor wordt duidelijk dat armoede vaak overgaat van

generatie op generatie. Het doet je nadenken over de samenleving die vaak weinig ruimte en kansen

biedt aan mensen die in armoede leven. Het mooie is dat je getuige mag zijn van de hoop die in hen

allen leeft. Het is een boek dat je raakt en bijblijft.

De auteur Guy Didelez is voor dit boek te rade gegaan bij Lieven De Pril die professioneel en als

vrijwilliger actief is bij de vzw Welzijnszorg- Armoede Uitsluiten en bij de vzw Welzijnsschakels. Het zijn

organisaties die zich bezig houden met armoede in Vlaanderen. Je krijgt daardoor bewondering en

waardering voor deze vzw’s die armen een stem geven. Het maakt je ook duidelijk hoe deze organisa-

ties erin slagen om armen te helpen in hun evolutie van: “Ik ben niemand” tot “ik ben iemand”. Het geeft

een beeld van hoe professionelen helpend aanwezig kunnen zijn op een manier die het zelfwaarde -

gevoel van deze mensen stimuleert. Ze doen dit ondermeer door gezinnen te begeleiden in hun

zoektocht naar een waardig leven.

Het boek is een echte aanrader voor allen die mensen die in armoede leven beter te begrijpen.

Lieve Verbiest

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 71

Page 74: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

72 Uitgelezen

Charles Delhez, Wat mogen we geloven? Halewijn, 2009, 108 blz

Dit boekje vertrekt bij de vaststelling dat de tijden erg veranderd zijn. Godsdienst is naar de rand van

onze cultuur verdreven. Het christendom (maar zij niet alleen) heeft het moeilijk om aansluiting te

vinden op onze cultuur. De taal van vroeger doet het niet in onze cultuur. IJverig wordt gezocht naar

nieuwe verwoordingen voor geloof. Maar die nieuwe taal heeft nog niet de stevigheid van de oude taal,

waardoor het voor jongeren heel moeilijk wordt om een duidelijke, gemeenschappelijke geloofstaal te

spreken. Sommigen lossen dat op door terug te grijpen naar de oude taal en worden zo vreemden in

onze cultuur. Anderen stellen zich vele vragen. Vanuit die vragen wil Delhez vertrekken om een

overzicht te bieden van wat geloven is. Die vragen groepeert hij rond vijf thema’s: God; de bijbel en de

schepping van de wereld; Jezus en het evangelie; het hiernamaals; de kerk en de sacramenten; moraal.

In elk thema worden heel wat vragen gesteld. Bijvoorbeeld: waar woont God? Is de satan de verklaring

van al het kwaad? Is Jezus uit de maagd Maria geboren? Het voorgeborgte is afgeschaft. En het

vagevuur? Zou de kerk zich niet democratischer moeten opstellen? Is de Kerk tegen homoseksualiteit?

Elke vraag krijgt ongeveer een bladzijde uitleg in een leesbare taal – althans voor degenen die een

beetje met het kerkelijke denken vertrouwd is. Vele vragen zijn vragen waarvan ik vermoed dat vooral

een (mentaal) traditioneel publiek zich stelt. Daarbij verkondigt Delhez het klassieke, officiële standpunt

van de Rooms-Katholieke kerk in een taal die niet heel ouderwets is, maar ook niet echt bij de tijd.

Dit boek is bruikbaar voor een publiek dat graag de officiële kerkelijke standpunten kent, in een klas-

sieke maar toch vlot leesbare taal. Zelf zou ik het eventueel geven aan oudere mensen die het geloof

van hun kinderjaren vaarwel hebben gezegd, en nu de vraag stellen: “Wat gelooft de kerk nu?” Aan

jongeren of jongvolwassenen zou ik dit niet geven. Omdat er nogal wat vragen in staan waarmee jon-

geren niet bezig zijn, en omdat de taal voor hen vreemd is. Men moet al een ‘binnenstaander’ zijn om

het denken en de woorden te volgen.

Bart Fivez

Oud maar niet af - Reflecties over ouder worden in onze cultuur - Paul Mulders enSjaak Körver, Valkhof Pers, 2006

Als je nu de boeken, artikels en referaten op samenkomsten zou samenlezen, lijkt het er op dat de oudere

generatie zich hoe langer hoe meer wil 'verweren': zij willen niet uitgeteld en afgeschreven zijn. Ook

de titel van dit boek spreekt daar boekdelen over. "Oud maar niet af".

Dit boek over en voor ouderen en over de geestelijke zorg voor deze leeftijdsgroep is een nederlands

boek geschreven door een twaalftal ‘deskundigen’. Dit is voor de Vlaamse lezer zijn kracht en tevens de

zwakheid. Kracht omdat het de lezer zo gefundeerd laat nadenken over het levensproces waarin de

oudere mens is gewikkeld. Zwakheid omdat de ouderenzorg bij onze noorderburen zo sterk ‘geprofes-

sionaliseerd en gestructureerd’ is dat je de verkeerde indruk zou opdoen dat je een deskundige oplei-

ding moet bezitten om in een hartelijke relatie te treden met de oudere mens.

Toch is dit boek voor hen die beroepsmatig en als vrijwilliger ouderen ter harte nemen, een sterke

aanrader. Maar dit boek kan ook de ouderwordende mens zelf veel inzicht en visie verschaffen in het

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 72

Page 75: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Uitgelezen

73Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

levensproces waarin hij nu staat en waar hij wordt uitgenodigd zin te zoeken in het leven en het te

be-amen zoals het geworden is.

Naast de reflecties van de ‘deskundigen’ komen er ook pastores en veldwerkers (ook zij moeten

deskundig zijn) aan het woord. Positief aan hun benadering is de waarvolle inbreng die de oudere mens

zelf te bieden heeft aan de jongere generaties. De titel ‘Oud maar niet af' dekt dus de lading van dit

boek. Opvallend is dat het - zoals het hier en daar gebeurt -niet ‘over’ de bejaarden spreekt als een

voorwerp van zorg en pastoraal maar eerbiedig uitgaat van de oudere mens zelf.

De bijdrage van Herman Andriessen ‘Een eigen weg te gaan’. Spiritualiteit in de ouderdom’ is meesterlijk,

een parel en daarom alleen al zou dit boek op de tafel moeten liggen van elkeen die hand en hart

aanbiedt aan de bejaarde mens.

Maar ook zij die op elk niveau het beleid over deze groep ter harte nemen, zouden de tijd moeten

nemen om bij de lezing van dit boek stil te staan. Het zou voor hen en voor de oudere mens een zegen

zijn. Was ook zo voor ondergetekende lezer: een zegen.

Sylvain Tuyls

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 73

Page 76: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

ASIEL IN DE KERK?

Op vrijdag 12 februari 2010 organiseerde het Academisch Centrum voor Praktische Theologie in samen-

werking met Kerkwerk Multicultureel Samenleven de studiedag ‘Asiel in de kerk?’. Op deze studiedag

stond het debat over asiel en kerk centraal. De vraag welke houding wij als christenen kunnen

aan nemen in dit maatschappelijk debat werd behandeld. Het verhaal van mensen zonder papieren, is

immers een verhaal dat zowel de samenleving als de kerk uitdaagt om na te denken over welke positie

men kan aannemen ten aanzien van asielzoekers. Christenen mogen hun verantwoordelijkheid niet

ontlopen en worden door de diaconie – een kerntaak van de kerk – uitgenodigd om een positieve houding

aan te nemen in dit debat. Christenen worden op die manier opgeroepen om een open houding aan te

nemen tegenover de anderen en een actieve dialoog van ontmoeting aan te gaan.

Een eerste bijdrage werd geleverd door Hilde Geraets, vanuit Kerkwerk Multicultureel Samenleven. Ze

stelde dat het antwoord op de migratieproblematiek niet enkel principieel en ‘waarden-vol’ moet zijn.

KMS wil meer doen. Ze willen ook de veelzijdigheid van de migratieproblematiek laten zien en acties

ondersteunen vanuit een christelijk-humanistisch standpunt. KMS wil kerkgemeenschappen inspireren

tot het formuleren van concrete verwachtingen met betrekking tot het migratie- en minderhedenbe-

leid. Na een korte schets van de migratieproblematiek werden de vragen gesteld naar wat de christe-

lijk-humanitaire uitgangspunten zijn om het migratie- en minderhedenvraagstuk te benaderen en wat

minimaal verwacht mag worden van de christelijke kerken, instellingen en organisaties in dit domein.

Aan de hand van een tiental werkdomeinen hield Geraets een beklijvend pleidooi over hoe de kerk, maar

ook wijzelf, een steentje kunnen bijdragen in deze problematiek. Een van de mogelijkheden is bijvoor-

beeld opvang en onderdak voorzien voor kwetsbare groepen. KMS is immers nog altijd op zoek naar 300

extra opvangplaatsen voor asielzoekers. Is het niet onze christelijke plicht om te blijven zeggen dat het

niet kan dat mensen niet opgevangen worden?

Een volgende lezing van Joke Lambelin liet zien dat ook studenten zich willen inzetten voor mensen

zonder papieren. In de lente van 2009 is er onder impuls van enkele theologiestudenten een ‘Werkgroep

Sans Papiers Theologie’ opgericht. Deze werkgroep wil vooral theologisch reflecteren over de migran-

tenproblematiek. Als uitgangspunt voor hun reflectie gebruiken ze Bijbelverhalen. Het Oude Testament

spreekt bijvoorbeeld over het lot van een vluchtend volk op een aarde die aan niemand toebehoort. Ook

in het Nieuwe Testament komt de migratieproblematiek aan bod, bijvoorbeeld in het verhaal van de

Kanaänitische vrouw. De Bijbel roept ons op om na te denken over vluchtende en uitgesloten mensen.

Ook mensen zonder papieren dagen ons uit tot verdere reflectie en engagement. Ze doen een appel op

onze verantwoordelijkheid en onze eigenheid. We moeten grenzen letterlijk en figuurlijk durven open-

breken. Er moet een wederzijdse gastvrijheid ontstaan zodat we elkaar kunnen ontmoeten. Joke

Lambelin besloot met de stelling dat het nodig is dat we ons durven laten raken door de ander. Maar

durven wij dat?

Professor Jacques Haers deelde in een derde lezing enthousiast met ons zijn zes bedenkingen/opmer-

kingen bij het thema van de migratie. Hij stelde dat migratie in theologisch perspectief een teken van

de tijd is. Het is een belangrijke gebeurtenis waarin wij de openbaring van God zelf kunnen lezen en

waarin we uitgedaagd worden om er iets mee te doen. Het is een serieuze gebeurtenis die onze

74 Nieuws

Nieuws

Machteld Reynaert

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 74

Page 77: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

aanwezigheid en een structurele steun en studie vraagt. Het roept ons op om samen beslissingen te

nemen over hoe we het probleem gaan aanpakken vanuit een voorkeursoptie voor de armen. Ten tweede

gaf hij aan dat het kerkelijk perspectief profetisch en ontmaskerend is. We moeten onze identiteit en

levensstijl veranderen als we migratie echt willen aanpakken. Maar kunnen en willen we dit? Dit is

namelijk geen eenvoudige opdracht. Toch blijft het belangrijk dat we dit ideaal steeds verkondigen, ook

al kunnen we het zelf niet naleven. Ten derde stelde hij dat het kerkelijk perspectief gemeenschaps -

opbouw benadrukt door de Bijbelse belofte van het Rijk Gods. Solidariteit mag daarom niet beperkt blijven

binnen je eigen grenzen. Vervolgens bemerkte hij dat we migranten niet mogen zien als problematisch,

maar wel als mensen in beweging, als mensen onderweg. Migratie is een natuurlijke toestand en moet

daarom gezien worden als een geschenk. In een vijfde puntje stelde professor Haers dat migratie een

antwoord vraagt volgens het accompany (begeleiden) – serve (wat ik heb is niet van mij alleen) – advo-

cate (stem geven aan diegene wiens stem niet wordt gehoord) model. Afsluitend merkte hij op dat

migratie een opportuniteit is. Het is een kans die personen, maar ook instellingen zoals de kerk niet

mogen laten liggen. Heel uitdagend klonk de slotzin van deze lezing dan ook ‘als we deze opportuni-

teit niet opnemen, dan begaan we een zware verzuiming’. Een zin die tot nadenken aanzet.

Ward Kennes, burgemeester van Kasterlee en Vlaams volksvertegenwoordiger, liet de politieke kant zien

van het thema asiel en kerk. Hij heeft me verrast door te stellen dat kerkasiel niet erkend en geregeld

is in het Belgisch Recht. Zelfs in het wetboek van Canoniek Recht van 1983 is kerkasiel verdwenen.

Vervolgens heeft hij een uitgebreid overzicht laten zien over hoe de politiek omging en omgaat met

kerkasiel. We kunnen zeker en vast niet stellen dat de politiek geen enkele actie heeft ondernomen in

dit debat. Ook de visie van de verschillende politieke partijen kwamen aan bod. Hij besloot zijn lezing

door te stellen dat kerkasiel niet bestaat, maar dat iedereen het wel erkent. Volgens hem vervult

kerkasiel een sterke signaalfunctie in deze democratische samenleving. De kerk moet de democratische

wetten respecteren, maar ze mag ze wel in vraag stellen, bijvoorbeeld via kerkasiel.

Professor Annemie Dillen sloot de studievoormiddag af met een lezing over kerk en diaconie. Christenen

hebben volgens haar de taak om hun steentje bij te dragen aan een menswaardige samenleving.

Christenen moeten zich inzetten voor de kwetsbare andere vanuit het eigene van het christen- en kerk-

zijn, maar ook vanuit de feitelijke onmogelijkheid van een perfecte samenleving. Kerkasiel past dan ook

perfect in dit plaatje. In haar lezing stelde professor Dillen de vraag hoe de theologie zich laat uitdagen

door de realiteit van mensen zonder papieren. Volgens haar daagt de confrontatie met mensen zonder

papieren en het appel dat we hierdoor ervaren onze theologie uit om te handelen over de ontmoetings-

ruimte, een ruimte die moet gezien worden als een ‘heterotopie’. Het is een plaats die lijkt op een

utopie, maar niet gekenmerkt wordt door het feit dat ze eigenlijk niet betaat (u van ou, het griekse

woord voor niet), maar juist doordat ze ‘anders’ is en op de andere gericht is (van heteros, andere).

Theologie staat voor de uitdaging te zoeken naar heterotopieën, als plaatsen waar God gevonden kan

worden. De theologische uitdagingen vertoeven zich vooral in een ‘grensruimte’, waar leven en geloof

elkaar ten volle ontmoeten, waar diaconie en spiritualiteit elkaar niet uitsluiten.

Deze studiedag heeft me doen inzien dat kerk en asiel een problematiek is die we niet zomaar aan de

kant mogen schuiven. Het is onze taak als christen om hier over na te denken en zelf actie te onder -

nemen. Zoals professor Jacques Haers stelt mogen we migratie niet langer zien als een probleem, maar

moeten we het zien als een geschenk. Het is een kans die we moeten aangrijpen om samen te bouwen

aan een heterotopie. Een andere plaats die op de andere gericht is, een plaats waar God gevonden kan

Nieuws

75Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 75

Page 78: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

worden omdat we grenzen durven openbreken en ons durven laten raken door de anderen.

Voor meer informatie, zie ook de Elisabeth-site (bij pastor zijn, algemeen)

http://www.pastoralezorg.be/471/pastor-zijn/algemeen/asiel-in-de-kerk#studiedag

WEBSITENIEUWS

THEMA: Uw hand in mijn hand - Over lijden en dood in zorg- en welzijnsvoorzieningen

Binnen de pastorale zorg in zorg- en wel-

zijnsvoorzieningen worden pastores vaak

geconfronteerd met lijden en dood. We bie-

den in dit thematisch luik enkele handvaten

aan voor pastores die de thematiek van lijden

ter sprake willen brengen.

Eerst gaan we dieper in op het lijden en de vraag naar God in het lijden. Hoe kunnen pastores in pas-

torale (groeps)gesprekken op zoek gaan naar perspectieven van hoop en zin in het lijden en hoe ver-

houdt God zich tot dat lijden? Daarna zetten we de mogelijke rituelen op een rij, waarmee pastores bin-

nen zorg- en welzijnsvoorzieningen proberen om te gaan met lijden en dood. Tot slot hebben we aan-

dacht voor de actualiteit met een gebedenpagina rond het treinongeluk in Buizingen.

http://www.pastoralezorg.be/494/themas/lijden

PASTORAAL EN MANAGEMENTZorg- en welzijnsvoorzieningen worden op een professionele manier geleid. Hier spreken we over

‘management’. De band tussen management en pastoraal werk is niet vanzelfsprekend te maken. Hoe

kunnen we de essentie van pastoraal werk verwoorden in een managementscontext? Het gaat onder

andere om de betekenis van de godsrelatie voor een zieke en welke rol de pastor hierin kan spelen. Dit

kunnen we moeilijk in meetbare factoren registreren.

Toch is er in de managementswereld steeds meer aandacht voor spiritualiteit. Ook binnen het manage-

ment van zorgvoorzieningen is er vaak een openheid voor spiritualiteit en waarden, maar wat nu met

pastorale zorg? Vooral een duidelijke missie van de voorziening is belangrijk. Wanneer pastorale zorg

gedragen wordt door de visie van de voorziening, is de integratie van de pastorale dienst een stuk een-

voudiger.

Wat kunnen pastores op dit vlak doen? Hoe kunnen we ons werk zichtbaar maken, niet alleen binnen

de voorziening, maar ook binnen onze kerkelijke structuren en de maatschappij? Dit luik wil hiertoe

alvast een aanzet tot verdere reflectie bieden.

http://www.pastoralezorg.be/484/pastor-zijn/algemeen/pastoraal-en-management

76 Nieuws

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 76

Page 79: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Nieuws

77Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

TOOL: De elektronische agendaSinds kort staat de elektronische agenda online. Deze activiteitenkalender biedt de mogelijkheid om alle

initiatieven en activiteiten in het brede domein van de zorg- en welzijnspastoraal op te nemen en weer

te geven, zowel voor heel Vlaanderen als per bisdom of per thema en categorie.

Op die manier wil Elisabeth samenbrengen wat reeds bestaat en de ruimere bekendmaking ondersteunen

van de vele vormingen en initiatieven die reeds bestaan in het gebied van de pastorale zorg in zorg- en

welzijnsvoorzieningen.

U kan zelf uw eigen vormingsinitiatieven aankondigen. Onder de kalender ziet u een link “activiteit

toevoegen”. Als u hierop klikt, dan wijst de rest zichzelf wel uit. Uw activiteit moet eerst gevalideerd

worden, vooraleer ze verschijnt.

U mag altijd een verwittigingsmailtje sturen naar [email protected]

www.pastoralezorg.be/agenda

TOOL: ElisabethforumHet Elisabethforum wil een ontmoetingsplaats vormen voor alle gebruikers van onze site. Hier kan u

een vraag ter discussie stellen of meediscussiëren rond een bepaald thema. Het forum wordt in het oog

gehouden door een moderator om het te vrijwaren van spam.

www.pastoralezorg.be/forum

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 77

Page 80: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Vacature

Vacatures gevraagd

Hebt u een openstaande vacature voor een betrekking in het pastorale werkveld?

Bent u op zoek naar een pastor voor uw voorziening?

Pastorale Perspectieven helpt u verder in uw zoektocht!

Stuur een korte beschrijving van de vacature met alle noodzakelijke informatie naar de redactie en wij

publiceren uw vacature - gratis - in het eerstvolgende nummer. Op die manier bereikt u meteen

honderden mogelijke kandidaten en tal van verantwoordelijken in onderwijs en vorming van pastores.

De volgende Pastorale Perspectieven verschijnt in eind juni. Daarom ontvangen wij de vacature graag

voor 1 juni. Gelieve rekening te houden met de uiterste datum waarop eventuele kandidaten kunnen

reageren op het vacaturebericht.

Mailen naar [email protected] !

Vacature katholieke pastor

Het ZiekenhuisNetwerk Antwerpen (ZNA) zoekt

een katholieke pastor – deeltijds (19 uren p/week) –voor de dienst levensbeschouwelijke zorg.

Standplaats: Campus Stuivenberg. Doordat je werkt binnen een campusoverschrijdende

dienst, bedien je op vraag ook andere sites.

ZNA Stuivenberg is een acuut ziekenhuis, gelegen in het centrum van Antwerpen, met eenintercultureel patiëntenprofiel. De context is een grootstad met 170 verschillende natio -naliteiten en een bevolkingsgroei waarbij prognoses uitwijzen dat op middellange termijn1/3de van de bevolking een andere nationaliteit zal hebben. Diversiteit is dan ook een sleutelwoord binnen deze organisatie. Het ziekenhuis heeft intensieve diensten, een brand-wondencentrum, chirurgische diensten, interne diensten, oncologie, palliatieve eenheid, eenpsychiatrische afdeling en revalidatie.

Taakomschrijving• Je staat in voor de individuele en gemeenschappelijke pastorale begeleiding van de patiënten

en hun familieleden, in samenwerking met andere zorgverleners.

• Je bereidt regelmatig gebedsdiensten en liturgische vieringen voor en gaat deze eventueel

ook voor.

• Je integreert je op een aantal afdelingen van de campus, mogelijks psychiatrie.

• Je integreert jezelf binnen de dienst levenbeschouwelijke zorg.

• Je werkt mee in overleg- of werkorganen rond de organisatie, palliatieve zorg of ethiek.

• Je registreert in functie van een verantwoorde informatiedoorstroming.

• Je bent ingeschakeld in het wachtsysteem.

Vacature78

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 78

Page 81: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Functievereisten

Diploma-vereistenKandidaten dienen een theologische (minimaal drie jaar) en een pastorale opleiding gevolgd

te hebben, met stage of voldoende werkervaring in deze pastorale sector.

Vaardigheden en attitudes:• Je kan zowel zelfstandig als in teamverband werken.

• Je hecht belang aan goede samenwerking en zorgvuldige communicatie met alle betrok-

ken partners: zorgverleners, collega’s pastores, collega’s van andere overtuigingen, directie.

• Je benadert patiënten en collega’s met respect voor hun overtuiging.

• Je bent in staat om patiënten en familie m.b.t. hun geloofsovertuiging en spiritualiteit te

begeleiden; om mensen te ondersteunen d.m.v. gesprek, gebed of ritueel in situaties van

leven en dood, ziekte en verlies.

• Je hebt een christelijke inspiratie en een open houding t.a.v. de katholieke geloofsgemeen-

schap en t.a.v. het bisdom als zendende instantie.

• Je bent in staat tot het ondersteunen en motiveren van vrijwilligers die betrokken zijn bij

de zondagsviering en/of communie-uitreiking. Je bent bereid tot zondagwerk.

• Je bent bereid om de wachtdienst mee op te nemen en op vraag andere sites te bedienen.

• Je streeft naar kwaliteit van het afgeleverde werk en werkt nauwkeurig en ordelijk.

• Je bent bereid tot het volgen van supervisie/intervisie en specifieke vorming.

Interesse?

Gelieve uw CV en begeleidende brief te versturen naar:

• Mevr. Ilse Beuselinck, ZNA Middelheim, Lindendreef 1, 2020 Antwerpen

[email protected].

• Dhr. Vicaris Bruno Aerts, Schoenmarkt 2, 2000 Antwerpen - [email protected]

Voor praktische informatie kan u terecht bij Ilse Beuselinck op het nummer 03 280 30 70.

Voor inhoudelijke informatie kan u terecht bij Bruno Aerts op het nummer 03 202 84 30

79Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Vacature

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 79

Page 82: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

80 Aankondigingen

InhoudDe spreker van deze studienamiddag, Frans van Hattum, vertrekt vanuit het begrip van lijfelijk-heid. Supervisanten zijn lijfelijk aanwezig in supervisie en dit heeft zijn betekenis. Vanuit de meta-foor van de lijfelijkheid denkt hij na over een scheppingstheologie. De mens is gezegend metmogelijkheden en beperkingen. Hij of zij is wezenlijk onaf. Het thema van de groei speelt een groterol in supervisie. Van daaruit sluit van Hattum af met het belang van metaforen in de supervisie.

Frans van Hattum werkt als supervisor, geestelijk verzorger en lichaamsgericht therapeut bij deGGZ Oost-Brabant en in een privépraktijk. Hiertoe volgde hij opleidingen in lichamelijke opvoe-ding, bewegingstheater, psychomotorische therapie, Pesso-Psychotherapie, inrichtingswerk, theologie (theologische ethiek) en supervisiekunde.

Deze studienamiddag is een nieuw initiatief van het Academisch Centrum voor PraktischeTheologie, het CCV en Caritas Vlaanderen, tot navorming van pastoraal supervisoren en al wie aanpraktijkbegeleiding doet. Aan het ACPT bestaat sinds een drietal jaar een overleggroep supervisiemet als leden Erik Herrebosch, Prof. Axel Liégeois, Dr. Dominiek Lootens, Jef Stevens en Dr. AnneVandenhoeck. De bedoeling van deze overleggroep is enerzijds een uitwisselen van informatierond initiatieven over praktijkbegeleiding en het samenwerken rond opleidingen en modules enanderzijds het opzetten van een navorming over supervisie die toegankelijk is voor allen die aanpraktijkbegeleiding doen. Deze navorming wil gebaseerd zijn op reflectie en de dialoog tussentheorie en praktijk.

Doelpubliek:Deze studiedag richt zich tot alle pastorale supervisoren en praktijkbegeleiders

Inschrijven kanDoor een email te sturen naar An [email protected] plekke kan het inschrijvingsgeld van 20€ betaald worden.

Aankondigingen

Navorming: studienamiddag pastorale supervisie:Een nieuw initiatief van het Academisch Centrum voor Praktische Theologie,het CCV en Caritas Vlaanderen

Vrijdag 7 mei 2010Faculteit Godgeleerdheid Sint Michielsstraat 4 - 3000 LeuvenConferentiezaal 02.10 - Collegium Veteranorum 13.00 u - 17.00 u

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 80

Page 83: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Aankondigingen

81Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

Sporen van heil. Christus in een multireligieuze wereldMaandag 3 mei 2010

De LOGOS-studiedagen (Leuvense Ontmoetingen rond Geloof, Openbaring en Spiritualiteit)nemen steevast een zinsnede uit het credo als vertrekpunt. Dit jaar wordt daarbij ‘voor ons enomwille van ons heil’ onder het voetlicht geplaatst. De christelijke geloofstraditie stelt JezusChristus voor als unieke en universele heiland van de mensheid. Getuigt deze bewering niet vaneen verregaande arrogantie tegenover andere religieuze tradities en hun stichters? Wat betekenthet te zeggen dat in andere religies ‘sporen van heil’ te vinden zijn? Stemt de christelijke heilsvisie overeen met die van de andere religies? En hoe kan een man uit een vervlogen tijd heilbetekenen voor de hedendaagse mens?Concrete ontmoetingen met ‘andersgelovigen,’ een rijker begrip van andere religies en culturen,maar ook het onbegrip en de onverdraagzaamheid die deze ontmoetingen met zich mee kunnenbrengen, dagen christenen vandaag uit tot heils-reflectie. Door ruimte te geven aan een verschei-denheid aan theologische perspectieven wil LOGOS V nadenken over deze en andere vragen rondde centrale plaats die Christus inneemt in het christendom, en de relatie tussen Christus en deheilsfiguren uit andere religieuze tradities.

Praktische informatieDe LOGOS-vormingsdag vindt plaats in Leuven, in de Universiteitshal, Naamsestraat 22 (9-12.30 uur) en in de lokalen van het Maria-Theresiacollege, Sint-Michielsstraat 6 (14-16 uur).Onthaal en koffie in de Universiteitshallen.De inschrijving met cursusboek – aan verminderde prijs tot 30 april – bedraagt 35 euro. De inschrijving zonder cursusboek bedraagt 20 euro.

InschrijvenDe inschrijfmodule vindt u op www.kuleuven.be/vsc Selecteer: ca27 LOGOS-dag (verschillende opties naargelang inschrijfformule)

Voor wie?Godsdienstleerkrachten, mensen die actief zijn in Kerk en pastoraal, studenten en alumni/ae vande de faculteit Godgeleerdheid en andere theologische opleiding, en ieder die werk wil maken vangeloofsverdieping of begaan is met de uitdagingen van onze multireligieuze maatschappij.

Meer infoDe coördinatie van deze vijfde LOGOS-studiedag berust bij prof. dr. Terrence Merrigan en JokeLambelin. Meer info kan u ook vinden op de website van de faculteit (http://theo.kuleuven.be) ofvia volgend email-adres: [email protected].

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 81

Page 84: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

82 Over de grenzen: Nederland

Anne Vandenhoeck

Levensbeschouwelijke kleuren

Nederland heeft een andere cultuur en een

andere levensbeschouwelijke geschiedenis

dan Vlaanderen. Er is al langer een levensbe-

schouwelijke diversiteit. Hoe die er vandaag

precies uitziet wordt weergegeven door de

volgende cijfers van het Centraal Bureau

voor de Statistiek uit 20071:

• 28 % van de Nederlandse bevolking

beschouwt zich als katholiek

• 19% als protestants (hervormd, gerefor-

meerd of luthers)

• 5% als moslim

• 4 % bekent zich tot een andere religie

(jodendom, boeddhisme, hindoeïsme…)

• 44 % bekent zich tot geen enkele religie

Net zoals in Vlaanderen is er een beduidende

(groeiende) groep van mensen die zich niet

langer bekennen tot een religie.

Geestelijke verzorgingIn de gezondheids- en welzijnzorg wordt er

bij onze bovenburen een gemeenschappelij-

ke term gebruikt voor de bijdrage van de

vertegenwoordigers van de verschillende

levensbeschouwingen: geestelijke verzor-

ging. Het is een term die aangeeft dat er op

een overkoepelende manier wordt gewerkt

rond zingeving. Geestelijk verzorgers komen

uit verschillende levensbeschouwingen en

kunnen bijgevolg pastores zijn, humanisti-

sche raadsvrouwen of – mannen, dominees,

rabbi’s, imams… Ze worden ge zon den door

hun levensbeschouwelijke gemeen schap en

aangenomen door de voorzieningen die hen

bezoldigen. Elke voorziening bepaalt zelf uit

welke levensbeschouwelijke traditie ze gees-

telijk verzorgers aannemen. Dit hangt mede

af van de regio en de aanwezigheid van

levensbeschouwingen. Geestelijk verzorgers

dienen wel lid te zijn van de Vereniging voor

Geestelijk Verzorgers in Zorginstellingen die

garant staat voor de levensbeschouwelijke

binding, opleiding en kwaliteit van zorg die

een geestelijk verzorger heeft. De kwaliteit

wordt mede gegarandeerd door de gemeen-

schappelijke beroepsstandaard die door elke

geestelijk verzorger gevolgd dient te worden.

De Vereniging voor GeestelijkVerzorgers in Zorginstellingen (VGVZ)

Voor het ontstaan van de VGVZ kwamen dekatholieke pastores per diocees samen voorvorming en uitwisseling. Deze samenkom-sten werden ‘conventen’ genoemd. Vanuitde conventen ontstond een vereniging voor

Over de grenzen

pastoraat in de gezondheidszorg in

de Europese gemeenschap:

Nederland

1 http://nl.wikipedia.org/wiki/Godsdiensten_in_Nederland (toegang 1.3.2010)

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 82

Page 85: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Over de grenzen: Nederland

katholieke pastores in ziekenhuizen die in1971 fusioneerde met de vereniging voorprotestantse pastores in ziekenhuizen.Hieruit ontstond de VGVZ. De katholiekepastores komen nog steeds samen in conventen, richten jaarlijks een nationalestudiedag in voor hun sector (landdag) enhouden een tweejaarlijkse themadag rondhun identiteit. Daarnaast is er de vormingdie door de VGVZ wordt aangeboden.

De vereniging voor geestelijke verzorgers inzorginstellingen is vandaag opgedeeld in zessectoren: een katholieke, protestantse, joodse,islamitische, hindoe en humanistische sector2. Deze sectoren vergaderen apart(sectorraad) en sturen een afgevaardigdenaar het algemeen bestuur van de VGVZ.Het algemeen bestuur komt samen om diezaken te bespreken die niet aan bod komenin de sectorraden.

Wat is het doel van de VGVZ? We nemen deformulering van de website over3: ‘De VGVZ is een landelijke beroepsverenigingvoor geestelijk verzorgers werkzaam in zorg-instellingen in Nederland. Daartoe behorende volgende werkvelden: ziekenhuizen, verpleeg- en verzorgingshuizen, psychiatri-sche centra, instellingen voor mensen meteen verstandelijke handicap, revalidatiecen-tra en jeugdzorg.

Onder "geestelijk verzorger" wordt verstaandiegene, die de professionele en ambtshalvebegeleiding van en hulpverlening aan men-sen vanuit en op basis van geloof en levens-overtuiging realiseert in een zorginstelling,en die daartoe een opleiding op universitairniveau heeft gevolgd.’

De VGVZ stelt zich tot taak om geestelijkeverzorging te promoten en heeft hiertoedoelstellingen opgezet. Een van de verwezen -lijkingen van de organisatie is het opstellenvan een beroepsstandaard voor geestelijkverzorgers.

UitdagingenWe geven enkele uitdagingen weer zonderde ambitie te hebben hiermee volledig te zijnof de belangrijkste te hebben weergegeven.

1. De band tussen persoon, beroep en ambt:Er is de (groeiende) trend om de nadruk teleggen op het beroep van geestelijk verzorger (professionaliteit) zonder depool van het ambt te integreren. Metandere woorden: het aantal mensen dathet beroep van geestelijk verzorger uit -oefent zonder gezonden te zijn vanuit eenlevensbeschouwelijke gemeenschap, stijgt.Dit omwille van het feit dat ze zelf geenzending wensen of geen zending krijgen.Binnen de VGVZ zorgt dit voor heel watuitdagingen. Tot nu toe moet men alsgeestelijk verzorger gezonden zijn dooreen levensbeschouwelijke gemeenschapom lid te mogen worden. Enkele jarengeleden werd door de VGVZ eenregistratie systeem ingevoerd voor geeste-lijk verzorgers. Om lid te kunnen blijven,moeten geestelijk verzorgers jaarlijks eenaantal creditpunten verzamelen in vorming.Deze kunnen online ingebracht worden enverrekend. De hele vraag werd meteen ofhet systeem ook open gesteld kon wordenvoor geestelijk verzorgers die geen ambte-lijke zending hebben. Een bijkomend probleem is de eenjarige opleiding tot

83Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

2 We maken gebruik van de informatie op de website van VGVZ: http://www.vgvz.nl/sectoren/ (toegang 1.3.2010)

3 http://www.vgvz.nl/over_de_vgvz (toegang 1.3.2010)

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 83

Page 86: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

84 Over de grenzen: Nederland

geestelijk verzorger die men kan volgenzonder de vereiste van een vooropleidingbinnen de eigen levensbeschouwelijketraditie. De verwachting wordt gecreëerddat men geestelijk verzorger kan wordenin één jaar, zonder bijkomende vormingvanuit de eigen levensbeschouwing.‘Oudere’ generaties van geestelijk verzorgersuiten hun moeite met nieuwe geestelijkverzorgers die geen wortels hebben in eenbepaalde spiritualiteit4. De verschillendesectoren denken verder na over de ambte-lijke binding van geestelijk verzorgers5. Er werden ook overkoepelend commissiesopgericht die nadenken over de betekenisvan de levensbeschouwelijke binding oflevensbeschouwelijke legitimatie. Dezelidmaatschapeis van de VGVZ staat dusmomenteel onder druk.

2. Identiteit: Hiermee samenhangend komtde kwestie van de identiteit als uitdagingnaar voren. Kan het concept van geestelijkverzorger op zich voldoende identiteitgeven in de zorg voor spiritualiteit vanmensen? Of is een eigen levensbeschou-welijke worteling nodig? Indien er bijvoorbeeld in een ziekenhuis een huma-nistisch, een katholiek en een moslimgeestelijk verzorger is, dan worden deafdelingen onder hen verdeeld. De vraag isdaarbij hoelang een duidelijke identiteituitgesteld kan worden. Een humanistischgeestelijk verzorger kan maar zover mee-gaan met een christelijke patiënt die eenritueel wenst. Een moslim geestelijk ver-zorger kan het moeilijk hebben om chris-telijke patiënten te bezoeken. En hierin zittoch een verschil met het gros van de ‘spi-ritual care services’ in de USA. De term

‘chaplain’ kan in zekere zin vergelekenworden met de term geestelijk verzorger(hoewel de term chaplain een duidelijkkerkelijke oorsprong heeft) omdat hijberoepskrachten vanuit verschillendedenominaties aanduidt. Een humanistischgeestelijk verzorger zal evenwel nooitchaplain genoemd worden. In een teamvan bijvoorbeeld een christelijke ‘cha-plains’ en een joodse ‘chaplain’ zal hetduidelijk zijn dat de rabbi naar de joodsepatiënten gaat en de protestantse ofkatholieke pastor naar de christelijkepatiënten. Het door elkaar bezoeken vanpatiënten gebeurt veel meer onder pasto-res van christelijke denominaties dan metchaplains uit de islam of het jodendom.De vraag is soms waar de patiënt hetmeest recht wordt gedaan: door van bijhet begin een geestelijk verzorger te heb-ben uit de eigen traditie of halverwege temoeten overschakelen?

3. Net zoals de Vlaamse katholieke pastoresondervinden de Nederlandse katholiekepastores uitdagingen in relatie met anderezorgverleners. De psychologen van Vlaan -deren zijn de sociaal assistenten in Neder -land. Sociaal assistenten hebben in dekernomschrijving van hun beroep, opge-steld door hun beroepsgroep, het gesprekrond zingeving opgenomen. Geestelijkverzorgers vinden dat dit niet de taak vansociaal assistenten is. Op basis van devraag ‘wie is de meest geschikte (lees: des-kundige) gesprekspartner voor de zorg-vrager in verband met zingeving, gaat deVGVZ het gesprek aan met de beroeps-groep voor sociaal assistenten.

4 Een geestelijk verzorger die ik hierover sprak, maakte de vergelijking met een begrafenisondernemer die zelf afscheidsrituelen aan-biedt en daarbij verschillende rollen opneemt ‘op bestelling’.

5 Een goede reflectie hierop werd gegeven door Heitink: G. HEITINK, Geestelijk verzorger: een ambt en een ambacht, in DOOLAARD,J. (red.), Nieuw handboek geestelijke verzorging, Kampen, 2006, 161- 170.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 84

Page 87: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

85Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

4. De VGVZ probeert voortdurend om gees-telijke verzorging zo goed mogelijk teintegreren in de gezondheidszorg. Door deveranderingen in de gezondheidszorg dui-ken geregeld nieuwe uitdagingen op. Zogroeit blijkbaar het aantal hospices inNederland. Hospices vallen niet onder diezorginstellingen die rekening moetenhouden met de kwaliteitswet waarin hetrecht op geestelijke verzorging is vastge-legd. Vandaar dat vele hospices nog wer-ken met vrijwilligers voor geestelijke ver-zorging of met geestelijk verzorgers vanbuitenaf. De VGVZ probeert hieraan iets tedoen door in gesprek te gaan met deAssociatie voor High Care Hospices.

Boeken

Een must is het lijvige ‘nieuwe handboek’

voor geestelijke verzorging dat einde 2006

werd gepubliceerd en een goed overzicht

geeft van de ontwikkelingen in de geestelijke

verzorging in de verschillende sectoren van

de gezondheids- en welzijnszorg.

J.Doolaard (red.), Nieuw handboek geestelijke

verzorging, Kampen, Kok, 2006.

Pastores die zich willen verdiepen in pas -

torale diagnostiek, kunnen terecht bij Johan

Bouwer.

J. Bouwer (red.), Met meer dan hart en ziel.

Levensbeschouwelijke diagnostiek, geeste-

lijke verzorging en context, Gorinchem,

Ekklesia, 2000.

Andere interessante werken:

J.Bouwer (red.), Spiritualiteit en zingeving in

de gezondheidszorg, Kampen, Kok, 2004

R. Ganzevoort & J. Visser, Zorg voor het

verhaal. Achtergrond, methode en inhoud

van pastorale begeleiding, Meinema, 2007

C. Leget, Van levenskunst tot stervenskunst.Over spiritualiteit in de palliatieve zorg,Lannoo, Tielt, 2008.

C. Menken-Bekius & H. van der Meulen,

Reflecteren kun je leren. Basisboek voorpastoraat en geestelijke verzorging,

Kampen, 2007.

W. Smeets, Spiritual Care in a Hospital set-ting. An Empirical- theological Exploration,

Nijmegen, Radboud Universiteit, 2006.

A. Van Heijst, Menslievende zorg. Een ethischekijk op professionaliteit, Uitgeverij Klement

2006.

Tijdschriften

Tijdschrift Geestelijke Verzorging (TGV): Het

tijdschrift van de VGVZ. De inhoud is te con-

sulteren op de website van de vereniging.

Handelingen, tijdschrift voor Praktische

Theologie dat regelmatig aandacht geeft

aan de gezondheidszorg, http://www.han-

delingen.com/

Links

http://www.vgvz.nl/

OVER DE AUTEUR

Anne Vandenhoeck is wetenschappelijk

medewerker en supervisor aan het

Academisch Centrum voor Praktische

Theologie te Leuven en stafmedewerker

vicariaat caritas te Brugge.

Over de grenzen: Nederland

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 85

Page 88: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

86 Uitsmijter

Het is het eerste wat ik zie als ik haar kamer binnenkom: een ovalen kader boven de tafel,

matgoud van kleur, met daarin een zwart-wit foto. Het is het portret van een prachtige jonge

vrouw die een melancholische blik heeft en een zachte glimlach. Ik voel meteen een steek

van jaloezie als ik de dikke krullen in het haar zie, al weet je met zo´n oude foto´s nooit of

moeder natuur die krullen gegeven heeft of de krulspelden. Maar dat doet niets af aan de

stille elegantie van dit hoofd dat oprijst uit een hoog, wit kraagje.

Ik vertel mevrouw Davidsen maar meteen dat ik mijn ogen niet van die foto af kan houden.

En zij vertelt mij meteen het hele plaatje. Dit is mijn moeder, is ze niet prachtig? Ik heb haar

eigenlijk nooit gekend. Ze stierf toen ik drie jaar oud was. Aan de Spaanse griep. Goh, het is

zo lang geleden - ik ben er nu 97 - en toch krijg ik er nog tranen van in mijn ogen, is dat

nu niet erg? Mijn vader stond er toen alleen voor, met twee jonge kinderen, mijn zus en ik.

Hij heeft dat goed gedaan; hij moest vader en moeder tegelijk zijn. Maar ja, hij had ook zijn

werk. Dus is er een soort oppas in huis gekomen, maar die was niet goed voor ons.

We kregen slaag. Gelukkig is dat mijn vader ter ore gekomen en heeft hij die vrouw buiten

gezet. Toen kwam er één of ander ver familielid, en zij was wél goed voor ons. 15 jaar lang

is ze bij ons gebleven... Zie je op die foto dat kruisje rond mijn moeders hals? Kijk, dat heb

ík gekregen, het hangt nu rond mijn hals. Ze tast met haar vingers naar het kleinood.

Na dat verhaal neemt ze me mee naar de dressoirkast, waar andere foto´s in zilveren lijstjes

wachten op haar woorden. De trouwfoto van haar en haar man, zo stijfjes en serieus op een

bruggetje. Hun drie kinderen bij hen op schoot, ook nog in zwart-wit: twee zonen in een

soort matrozenpakje en een dochter, opgedoft in een trouwjurk op kindermaat. Opnieuw zie

ik de zwierige krul in het haar. Dan de kleinkinderen - Tirolerpakjes en vlechten met strikken

- en achterkleinkinderen - voor het eerst in kleurige T-shirts. Ze noemt de namen en wie bij

wie hoort. Die foto´s zijn haar verleden én de toekomst waarin ze verder zal blijven bestaan.

Die foto´s zijn haar leven.

Gestold leven. Een glimlach van een moeder die tot in de eeuwigheid blijft voortduren. Het

jonge huwelijkspaar dat voor eeuwig gespaard blijft van reuma, rimpels en dood. Het geluk

van kinderen in gesteven pakjes die nooit van je schoot af zullen springen.

Uitsmijter

Ann VerscurenDe boom

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 86

Page 89: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Uitsmijter

87Pastorale Perspectieven Nr. 146 - 2010/1

In alle kamers van alle bewoners vind je zulke foto´s. Statige portretten, alsof het stuk per

stuk graven en gravinnen zijn die in kastelen wonen. Broertjes en zusjes op een rij, hun

gezichtjes in een onnatuurlijke draai naar de fotograaf gewend. Een bonte hoop kinderen,

wat overbelicht, de kleintjes vooraan, de ouderen achteraan, gekiekt tijdens een familiefeest.

Kleine afdrukken, zo groot als een pasfoto, die vastgeklemd zitten tussen een grotere kader.

Geprinte blaadjes, met punaises op de muur gehangen, waarop de jongste spruiten van de

stamboom je toelachen.

Het is gestold leven zolang ze onaangeroerd blijven. Vanaf het moment dat er vragend naar

gewezen wordt, komen ze tot leven, alsof er met een toverstokje naar gezwaaid is. Met elk

verhaal bij elke foto groeien de stambomen. Er wordt verteld welke takken mooi uitgegroeid

zijn, er wordt soms met spijt verwezen naar wie er uit de schoot van de familie gesprongen

of geduwd is.

Ik vraag mevrouw Davidsen wie er haar meer over haar moeder verteld heeft. Ik vraag in wie

van de kinderen en kleinkinderen ze zichzelf en haar man herkent. Ik vraag om wie ze bezorgd

is en wie er om haar bezorgd is. Ik durf te vragen wat er met het kruisje van haar moeder zal

gebeuren als zij er niet meer is.

De takken van de stamboom buigen zich naar elkaar toe, ritselen met hun blaadjes, bewon-

deren de bloesems en rouwen om de afgestorven of afgebroken delen. Alle namen worden

genoemd. De boom lééft. Wij schudden aan de takken en vangen de vruchten op. We kijken

even omhoog, naar diegene boven de eettafel. Naar de glimlach, de krullen en het kruisje.

Ann Verscuren

OVER DE AUTEUR

Ann Verscuren werkte als godsdienstleerkracht, begeleidster van bezinningsdagen en als zie-kenhuispastor in Gasthuisberg. Ze publiceerde reeds in verschillende tijdschriften columns.Sinds 2006 woont ze met haar man in Kopenhagen.

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 87

Page 90: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

88

Past. perspectieven. 146:Opmaak 1 19/03/10 12:55 Pagina 88

Page 91: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Colofon

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores (voorheen PastoraleNieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen.Bedoeling is ervaringen, vragen en inzichten over het pastorale handelen uit te wisselen, ten einde dereflectie over pastorale zorg te stimuleren en te voeden, en op die manier een bijdrage te leveren aande competentie en de professionaliteit van pastores.

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores richt zich in de eersteplaats aan iedereen die in de praktijk of beleidsmatig meewerkt aan de vormgeving van pastorale zorgin zorg- en welzijnsvoorzieningen.

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores brengt (bij voorkeur nieteerder gepubliceerde) bijdragen over een thema samen. Toekomstige thema's worden achteraan bekendgemaakt. Suggesties voor een thema worden geapprecieerd. Eigen bijdragen zijn steeds welkom, ook losvan een thema. Richtlijnen zijn achteraan opgenomen.

AbonnementenAbonnementen worden per jaargang aangeboden. Bij nieuwe abonnering ontvangt u de reeds versche-

nen nummers van de lopende jaargang.

Abonnementen worden automatisch verlengd bij het begin van de nieuwe jaargang, tenzij opgezegd

wordt voor 31 december van de lopende jaargang.

Kostprijs (inclusief verzending)• los nummer: € 10• op particulier adres: € 30 • student: € 20 • op adres van de voorziening waar u werkzaam bent: € 25 (op voorwaarde dat de voorziening lid is

van Zorgnet Vlaanderen of van het Vlaams Welzijnsverbond).

Redactie:

Regine De Bruycker (secretaris), Koen De Fruyt, Annemie Dillen, Dominiek Lootens (eindredacteur), LienMahieu, Annick Pollefoort, Marina Riemslagh, Pieter Vandecasteele (eindredacteur), Ilse Craps, ClaudeVandevoorde, Dominic Verhoeven (verantwoordelijke uitgever), Filip Zutterman.

Redactieadres:Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastoresp/a Caritas VlaanderenGuimardstraat 1, 1040 Brussel02 / 507 01 11 • [email protected]

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores is gedrukt op milieuvriendelijk papier.

Kunst op de kaft

Jan van Amelsfoort (Boxtel, Nederland, 1923-1998) was een bijzonder veelzijdig kunstenaar, en was jarenlang over-tuigd redactielid van het tijdschrift ‘Jezus Caritas’. Hij werd geboren in een artistieke familie en genoot zijn verdereopleiding aan de kunstacademie van Antwerpen. Van zijn vader leerde hij het ontwerpen en vervaardigen van sieradenin edelmetaal, van diens broer de kunstzinnige omgang met beeld, woord en taal. Dat resulteerde in een uitgebreidœuvre van juwelen, gouaches, schilderijen en sculpturen van diverse afmetingen, naast een paar speelse dichtbundels.In een daarvan dicht hij: “Ik bén vogel, wind en water…”. Daarmee heeft hij raak getekend wat hij aan de dingenbeleefde en wat op zo typische wijze in veel van zijn werk tot uiting komt. Van Amelsfoort kruipt in wat hij ziet envoelt, doorschouwt de eenheid ervan met het al. Nog in april 2009 werd te Tilburg (Galerie Holtrop) een herden-kingstentoonstelling aan hem gewijd onder de benaming “Alliantie”, waarin zijn werk onder meer omschreven werdals “mysterieus en merveilleus”. Onder die drie woorden kan het inderdaad goed samengevat worden. In natuur enleven, mensen en dingen, is voor van Amelsfoort alles met alles verbonden, in altijd weer wisselende relaties. Dat wonderbaarlijke mysterie van eenheid en verbondenheid wordt in zijn sculpturen, schilderijen en gedichten dekijker verborgen ter ontdekking aangeboden. Daarin komt tevens zijn stille, even verscholen maar altijd aanwezigenatuurlijk religieus besef tot uiting.Wie in de afbeelding op de omslag iets van de Christus meent te herkennen, zal allicht niet de trieste gekruisigdezien, veeleer een evocatie van het milde, naar alles liefdevol toeneigen van het Eeuwige Leven.

M.B.Kruip in de pen!

Een thema suggereren ? Dat kan! Een bijdrage leveren ? Een artikel, praktijkverhaal, column, bespreking (van eenboek, film, artikel, website,…), reflectie, lezersbrief, ervaringsbericht, vraag om informatie, aankondiging, terugblikop een gevolgde studiedag of vorming, cartoon, stripverhaal,…? Alleen of samen met collega’s? Dat kan!

Bezorg uw bijdrage aan de redactie of neem contact op voor concrete afspraken.Enkele richtlijnen voor artikels:• bij voorkeur digitaal bezorgen aan de redactie, in een word-document, zonder opmaak.• minimum 1000 woorden, maximum 4000• duidelijke en evenwichtige structuur, met onderverdeling in titels en subtitels• enkel noodzakelijke voetnoten opnemen• achteraan in het artikel referenties naar de belangrijkste literatuur opnemen• naast het artikel zelf ook een korte samenvatting (max 100 woorden) en een beknopte ‘situering’ van de auteur(s)

toevoegen (naam, functie, achtergrond,…)

De redactie selecteert thema's en bijdragen op basis van diversiteit (alle sectoren moeten per jaargang aan bodkomen) en relevantie (het thema moet inhoudelijk focussen op een aspect van pastorale zorg, een begrip dat breedwordt ingevuld).De redactie behoudt het recht om bijdragen te weigeren op basis van inhoudelijke criteria. Dit zal gebeuren in onder-linge communicatie met de auteur(s).Bijdragen kunnen enkel in andere publicaties overgenomen worden mits voorafgaandelijk schriftelijk akkoord vande redactie.

Toekomstige thema’s:• Stressmanagement• Humanisering van de zorg• Deontologie van de pastor• Conflictbemiddeling

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores wordt mogelijk gemaakt dankzij onze sponsors:

Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 2

Page 92: Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1 Pastorale ...€¦ · Nieuwsbrief) wil een forum bieden aan pastores die werkzaam zijn in zorg- en welzijnsvoorzieningen. Bedoeling

Kun

stw

erk:

Luc

Hoe

nrae

t

PastoralePerspectieven

Nr. 1

46

Pastorale Perspectieven. Driemaandelijks vaktijdschrift voor en door pastores

is een uitgave van Caritas Catholica Vlaanderen vzw, in samenwerking met

Zorgnet Vlaanderen, het Vlaams Welzijnsverbond en de

diocesane Caritassecretariaten.

InhoudPistes voor pluralisme binnen de dienst levensbeschouwelijke zorg van ZNADominiek Lootens

“Hebben wij niet allemaal dezelfde vader?” (Mal 2,10)De Bijbelse grondslagen van de interlevensbeschouwelijke samenwerkingHendrik Hoet

Harmonie en conflict. Als katholiek pastor samenwerken met andere ‘levensbeschouwingen’ in een ziekenhuisJan Michels

Een protestantse visie op interlevensbeschouwelijke zorgPetra Schipper

Gedeelde zorg. Humanistische levensbeschouwelijke zorg interlevensbeschouwelijk gedachtTon Jorna

“Het is de overdracht van een geheim.” Doelstellingen in pastorale gesprekkenMarina Riemslagh

Palliatief verpleegkundigen en spiritualiteitBert Vanderhaegen

De zeven kruiswoorden: het testament van JezusWies Beckers

Driemaandelijks

vaktijdschrift

voor en door

pastores

Januari

februari

maart 2010

Antwerpen X • P706268

Interlevensbeschouwelijke samenwerking?Reflecties vanuit een dienst levensbeschouwelijke zorg

Pastorale Persp

ectieven N

r. 14

6 M

aart 2010

Kaft PP 146 met rug:Opmaak 1 19/03/10 12:57 Pagina 1