Jihadisten verschillen niet veel van rambo

11
Vrij Nederland 17 januari 2015 'Jihadisten verschillen niet veel van Rambo' JIHADI-VETERANEN DIE TERUGKEREN NAAR HUN THUISLAND vormen een groeiend gevaar. Maar hoe groot is dat gevaar precies? En wat is een effectieve aanpak? Jaco Alberts en Harry Lensink; s Paul Faassen De foto is wat wazig, maar de rennende man in het zwart heeft een kalasjnikov in de aanslag en steekt overduidelijk een wijsvinger in de lucht. Wie is het? Cherif of Saïd Kouachi? Het is een ijzingwekkend moment. De broers hebben dan net in het hart van Parijs twaalf mensen in koelen bloede vermoord. Uit naam van hun god. Het Russische machinegeweer en de opgestoken vinger, ze vormen een verontrustend vaak voorkomend beeld. Ook de Nederlander Maher H. had zo'n kalasjnikov om zijn nek. Hij poseerde er mee op diverse foto's die vorig jaar op zijn iPhone en Facebookpagina werden gevonden. En ook Maher stak een wijsvinger in de lucht. Het betekent: 'Er is geen God dan Allah' in internationale jihadistentaal. De foto's van de jonge Amsterdammer zijn eind 2013 gemaakt in Syrië, in de buurt van Bab al Hawa, waar terreurorganisatie IS actief was en aanslagen pleegde. Voor zijn reis naar Syrië chatte Maher: 'Mijn dood staat al vast', 'dus als ik sterf tijdens een jihad, dan is dat maar zo.' Maar hij overleefde en keerde in februari terug naar Nederland om op Facebook de vlag van het Islamitische kalifaat te tonen en bij 'life events' in te vullen: 'Military Service'. Terugkeerders die hier aanslagen plegen zijn al langer de grote angst van veiligheidsdiensten en justitie in heel Europa. Het was niet de vraag óf, maar wanneer ze zouden toeslaan, zo heette het. In mei vorig jaar richtte de Franse Syriëganger Mehdi Nemmouche in het Joods Museum in Brussel al een bloedbad aan. En vorige week dus de broers Kouachi in Frankrijk. Mogelijk hebben die eerder in Syrië of Irak gevochten.

Transcript of Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Page 1: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Vrij Nederland 17 januari 2015

'Jihadisten verschillen niet veel van Rambo'

JIHADI-VETERANEN DIE TERUGKEREN NAAR HUN THUISLAND

vormen een groeiend gevaar. Maar hoe groot is dat gevaar

precies? En wat is een effectieve aanpak?

Jaco Alberts en Harry Lensink; s Paul Faassen

De foto is wat wazig, maar de rennende man in het zwart heeft een kalasjnikov in de aanslag en steekt overduidelijk een wijsvinger in de lucht. Wie is het? Cherif of Saïd Kouachi? Het is een ijzingwekkend moment. De broers hebben dan net in het hart van Parijs twaalf mensen in koelen bloede vermoord. Uit naam van hun god.

Het Russische machinegeweer en de opgestoken vinger, ze vormen een verontrustend vaak voorkomend beeld. Ook de Nederlander Maher H. had zo'n kalasjnikov om zijn nek. Hij poseerde er mee op diverse foto's die vorig jaar op zijn iPhone en Facebookpagina werden gevonden. En ook Maher stak een wijsvinger in de lucht. Het betekent: 'Er is geen God dan Allah' in internationale jihadistentaal. De foto's van de jonge Amsterdammer zijn eind 2013 gemaakt in Syrië, in de buurt van Bab al Hawa, waar terreurorganisatie IS actief was en aanslagen pleegde. Voor zijn reis naar Syrië chatte Maher: 'Mijn dood staat al vast', 'dus als ik sterf tijdens een jihad, dan is dat maar zo.' Maar hij overleefde en keerde in februari terug naar Nederland om op Facebook de vlag van het Islamitische kalifaat te tonen en bij 'life events' in te vullen: 'Military Service'.

Terugkeerders die hier aanslagen plegen zijn al langer de grote angst van veiligheidsdiensten en justitie in heel Europa. Het was niet de vraag óf, maar wanneer ze zouden toeslaan, zo heette het. In mei vorig jaar richtte de Franse Syriëganger Mehdi Nemmouche in het Joods Museum in Brussel al een bloedbad aan. En vorige week dus de broers Kouachi in Frankrijk. Mogelijk hebben die eerder in Syrië of Irak gevochten.

Page 2: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

In elk geval moeten ze een serieuze training hebben ondergaan, vermoedelijk onder de hoede van Al-Qaida in Jemen, voordat ze in Parijs als zulke gruwelijke vechtmachines konden toeslaan. En hun compaan Amédy Coulibaly, die het bloedbad bij de Joodse supermarkt aanrichtte, lijkt stevige banden te hebben met IS. Zijn videotestament is volgens de Franse inlichtingendienst afkomstig uit -Raqqa, het Syrische hoofdkwartier van het kalifaat.

Mocht Maher H. plannen voor een aanslag hebben gehad, dan is hem de kans ontnomen om ze uit te voeren. De Syriëganger uit Amsterdam werd opgepakt en in december veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf. De rechtbank geloofde niks van zijn verhaal dat hij in Syrië werkte voor hulporganisaties. En dat die kalasjnikov stoerdoenerij zou zijn geweest. De rechters waren vooral onder de indruk van sms-verkeer met zijn moeder: daarin meldt hij volgens het vonnis 'klip en klaar dat hij heeft meegedaan aan een gewapende aanval en er is geen enkele reden om aan te nemen dat hij zijn moeder nodeloos ongerust heeft willen maken'. Zijn moeder had gereageerd: 'Zoon, neem altijd aub afscheid van me als je de slagveld op gaat.' Alles afwegend concludeerde de rechtbank dat Maher 'niet alleen het doel had om in Syrië deel te nemen aan de gewapende strijd, maar dit doel ook heeft verwezenlijkt'. Twee maanden na zijn terugkeer zat Maher achter de tralies.

Keiharde repressie

Inmiddels is het staand beleid in Nederland bij teruggekeerde vermoedelijke jihadisten meteen een strafrechtelijk onderzoek te beginnen. Vechten voor IS of Al-Qaida-filialen in Syrië en Irak is strafbaar, want het zijn verboden terroristische organisaties, luidt de juridische onderbouwing. Als we officier van justitie Bart den Hartigh ' coördinator van de terreurbestrijding binnen het Openbaar Ministerie ' vrijdag spreken, volgt hij de klopjacht op de terroristen rond Parijs live op de zender France 24. De bestorming moet dan nog beginnen, maar het nieuws over de belegering van de broers Kaouchi in de drukkerij heeft hem al wat gerustgesteld. 'Daar komen ze niet meer weg,' zegt hij.

Page 3: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Natuurlijk was de politie alert op de vraag of de van oorsprong Algerijnse terroristen naar Nederland zouden proberen te ontsnappen, beaamt de terreurofficier. Ze reden immers in noordelijke richting. 'En we hebben meteen gekeken of er banden zijn met mogelijke jihadisten in Nederland. Voor zover bekend zijn die er niet.'

Hoewel er op dat moment nog steeds veel onduidelijk is, trekt ook Den Hartigh een parallel met Nederlandse Syriëgangers, zoals de veroordeelde Maher. 'Het grote gevaar is dat dit soort jongens een gerichte militaire gevechtstraining hebben ondergaan, met zware wapens kunnen omgaan en daarnaast ideologisch geïndoctrineerd zijn. Ze hebben de kennis, de kunde en de motieven om in Nederland toe te slaan.'

Afgelopen zomer formuleerden de ministers Opstelten (Justitie) en Asscher (Integratie) hun Integrale Aanpak Jihadisme. De foto's in de bijbehorende brochure spreken boekdelen: op de voorkant een zwart geklede gemaskerde man met kalasjnikov, zwaaiend met een IS-vlag, ergens in het Midden-Oosten. Daarna een foto van twee geboeide handen op een rug: meteen strafrechtelijk onderzoek, en verdachten en veroordeelden verdwijnen in de zwaar bewaakte speciale Terroristen Afdeling. Verder staan er in het plan van aanpak maatregelen als langdurig toezicht op terugkeerders en verlies van Nederlanderschap bij een dubbele nationaliteit.

Dat is de theorie. Maar in de praktijk blijkt het best moeilijk vast te stellen of teruggekeerde Syriëgangers zich ook echt bij een extremistische strijdgroep hebben aangesloten en of ze daadwerkelijk hebben gevochten, erkent Den Hartigh: 'Onderzoek ter plekke is niet eenvoudig, maar het is te doen. Hoe we dat precies voor elkaar krijgen, ga ik niet zeggen, want ik wil de jihadreizigers zelf niet wijzer maken dan nodig. In Syrië is dat natuurlijk ook moeilijker dan in Irak, omdat de verhoudingen met dat land niet al te best zijn en een Nederlands rechtshulpverzoek weinig kans maakt. Maar we spreken natuurlijk ook hier getuigen die daar zijn geweest. En de verdachte zelf is vaak een belangrijke bron, zoals in de zaak tegen Maher.'

Page 4: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Of de keiharde repressie uiteindelijk helpt? 'Waar het kan, pakken we het natuurlijk zachter aan,' zegt Den Hartigh. 'Maar bij de Hofstadgroep zagen we bijvoorbeeld dat lange gevangenisstraffen echt tot deradicalisering kunnen leiden.' Jason W., die vijftien jaar kreeg voor het verwonden van agenten met een granaat, heeft inmiddels afstand genomen van zijn jihadistische sympathieën.

Wij-zij-denken doorbreken

De Leidse psycholoog Mark Dechesne beaamt de matigende werking die gevangenisstraf kan hebben. 'Extremistische terugkeerders krijgen dan de tijd om na te denken, waarbij hopelijk de eerste en de ergste woede verdwijnt,' zegt de terrorismedeskundige vanuit Delhi. Hij is in India om met collega's over terrorisme te praten. 'We kunnen leren van de Indiërs. Ze zijn weerbaar. Ze reageerden bijvoorbeeld relatief rustig op de aanslagen in Mumbai (in 2008, waarbij islamitische terroristen 164 mensen vermoordden en waarvan de modus operandi werd vergeleken met de recente aanslag in Parijs, red.). Het doel van terrorisme is om een reactie uit te lokken, harde represailles, die op hun beurt weer nieuw geweld uitlokken. Dan beland je in een neerwaartse spiraal.'

Dechesne pleit voor wat hij noemt een 'tactische' aanpak. 'In eerste instantie zijn we geneigd om te focussen op de ideologie, maar de sociaal-psychologische omstandigheden zijn net zo belangrijk. Potentiële terroristen hebben een sterk zwart-wit beeld, wij tegen zij. Vooral terugkeerders hebben vaak traumatische gebeurtenissen meegemaakt. Ze voelen zich belaagd door de buitenwereld en zijn daarom bereid om geweld te gebruiken om hun belangen te verdedigen.' Pas eind van dit kwartaal begint Nederland met een 'exit-faciliteit' waarin 'personen die uit het jihadisme willen stappen onder strenge voorwaarden worden begeleid' en 'hen onder andere een (beter) toekomstperspectief wordt geboden', zo staat te lezen in de Integrale Aanpak. Dechesne wijst op Engeland en Duitsland, waar dit al praktijk is.

Page 5: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

‘Reik radicalen alternatieve visies aan. Stuur er mensen op af die het wij-zij-denken kunnen doorbreken, autoriteitsfiguren die een gematigde boodschap kunnen overbrengen, het gevoel van dreiging kunnen wegnemen en vertrouwen creëren. De Duitsers doen dat ook met hun zogenaamde EXIT-programma voor jihadi's. Dat is ooit opgezet om neonazi's te deradicaliseren.'

45 jihadonderzoeken

Volgens de laatste gegevens van de Nederlandse autoriteiten zijn er inmiddels 180 Nederlandse jihadstrijders naar Irak en Syrië afgereisd. Van hen zijn er 21 gesneuveld en 35 weer naar Nederland teruggekeerd. Niet alle terugkeerders worden vervolgd, omdat sommigen zich bijvoorbeeld in een vroeg stadium aansloten bij het Vrije Syrische Leger om tegen president Assad te strijden. Zij raakten teleurgesteld door de terroristische wending die de burgeroorlog nam. Officier van justitie Den Hartigh zegt dat er bij het Openbaar Ministerie op dit moment 45 jihadonderzoeken lopen, maar daar zitten ook onderzoeken tussen naar bijvoorbeeld rekruteerders in Nederland, mensen die daar zijn en mensen die nog willen gaan.

Het is onduidelijk hoeveel van die cases zullen leiden tot strafrechtelijke vervolging. Tot nu toe is alleen Maher H. veroordeeld, terwijl slechts twee andere zaken tegen teruggekeerde jihadstrijders daadwerkelijk onder de rechter zijn. In de omvangrijke 'Context-zaak'(het vermeende netwerk rond Abou Moussa die in de Haagse Schilderswijk een pro-IS-demonstratie organiseerde) zijn twee verdachten die in Syrië zouden hebben gevochten: Adil U. (33) en bekeerling Jordi de J. (21).

En dan is er nog het onderzoek met de codenaam 'Winzip', naar de Somalische Nederlander Mohamed Abdiuwahab A. (19) die na een half jaar Syrië in de zomer van 2013 terugkeerde. Net als Maher zegt ook Mohamed daar louter humanitaire hulp te hebben geboden. Maar in mei vorig jaar hield de politie hem aan omdat hij in de haven van Scheveningen een overval zou hebben willen plegen. Volgens het OM wilde hij met de beoogde buit de jihad financieren.

Page 6: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Dat concludeert het OM naar aanleiding van afgeluisterde gesprekken en informatie afkomstig van infiltranten in zijn cel. In detentie vertelde hij stoere verhalen over aanslagen en ' opnieuw ' kalasjnikovs. Bovendien herkende de Belgische oud-Syriëganger Jejoen Bontinck de Nederlandse Mohamed als IS-strijder.

Geen honderd procent veiligheid

Dat is de 'gekende' dreiging, zegt Den Hartigh. Voor de 'ongekende dreiging' is er de AIVD, de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst. Die tipt de politie doorgaans als er een vermoedelijke jihadstrijder op het punt staat om te vertrekken. 'Wij doen zelf onderzoek naar de groep en proberen vast te stellen over wie we ons zorgen moeten maken en over wie niet. De AIVD doet datzelfde, maar is eigenlijk beter in dergelijke assessments.' Ook bronnen bij de geheime dienst zeggen dat de aanslagen in Parijs het speelveld niet wezenlijk hebben veranderd. Dat het vooral een bevestiging is van de risicoanalyses die al naar buiten waren gebracht: de terugkeerders uit strijdgebieden vormen een groeiend gevaar.

Naar aanleiding van de aanslagen in Parijs zei minister Plasterk (Binnenlandse Zaken) vorige week dat de veiligheidsdiensten voldoende capaciteit hebben om de terugkeerders in de gaten te houden. 'Ze kunnen doen wat ze moeten doen,' aldus de minister. Die uitspraak behoeft enige nuancering. Afgelopen halfjaar schreef Vrij Nederland diverse verhalen over de AIVD. Duidelijk werd dat de dienst haar best doet om de risico's in te dammen, maar dat het ondoenlijk is om alles en iedereen in de gaten te houden. Het kost tien tot twintig mensen om een jihadist de klok rond te observeren en af te luisteren, en er is een schreeuwend tekort aan goede spionnen die de juiste talen spreken en niet opvallen in het jihadistische milieu.

Ook zijn jihadisten, die zichzelf in het verleden nogal eens via sociale media verraadden, steeds 'veiligheidsbewuster' geworden. AIVD-hoofd Bertholee erkende in een interview met Vrij Nederland zijn beperkingen: 'Ook al maak je de organisatie vier keer zo groot en geef je me zeven keer zoveel geld, dan nog kan ik geen honderd procent veiligheid garanderen.'

Page 7: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

In Frankrijk kwamen dergelijke beperkingen vorige week pijnlijk voor het voetlicht. Zowel de broers van de aanslag op het satirische blad Charlie Hebdo als hun kompaan die vier mensen doodde bij de Joodse winkel waren bekenden van politie en geheime dienst. Toch hadden die blijkbaar niet voorzien tot welke gruwelijkheden deze 'targets' in staat waren.

Verzorgen van je zieke moeder

Maar er klinken ook relativerende woorden over de toegenomen dreiging. Meestal komen die uit de wetenschap. Jeanine de Roy van Zuijdewijn verdiepte zich als onderzoeker bij het Centrum voor Terrorisme en Contraterrorisme (CTC) van de Universiteit Leiden in foreign fighters, jihadisten die naar buitenlandse brandhaarden gaan om daar te vechten of om een trainingskamp te bezoeken. Zij komt tot de conclusie dat die in het verleden slechts een beperkte rol speelden bij aanslagen in het Westen. 'Zeker mensen met een echte gevechtsgeschiedenis kom je weinig tegen.'

In het kantoor van de Campus Den Haag van de universiteit laat De Roy van Zuijdewijn een database zien van 26 al dan niet uitgevoerde plannen voor een aanslag tussen 1995 en 2013. Bij de grote aanslag in Londen in 2005 bleken twee daders in Pakistan te hebben getraind, maar bij het bloedbad in de treinen in Madrid een jaar eerder had niemand vooraf een buitenlandse trip gemaakt. In 31 procent van alle plannen was een jihadist betrokken die in een trainingskamp was geweest. Bij 19 procent deed iemand mee die daadwerkelijk had gevochten in het buitenland, zoals de groep Algerijnse Fransen die in Tsjetsjenië hadden gestreden en in 2002 in Frankrijk een aanslag wilden plegen die werd verijdeld. Maar als er niet naar plannen maar naar het totaal aantal betrokkenen bij die plannen wordt gekeken, zijn die percentages foreign fighters veel lager.

Ook als je kijkt naar de buitenlandse strijders zelf past volgens De Roy van Zuijdewijn voorzichtigheid. 'We moeten proberen kalm te blijven. De overgrote meerderheid van de terugkeerders lijkt geen gevaar te vormen.

Page 8: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Je kunt je afvragen of de meest radicalen wel terugkomen. In het verleden zag je die vaak naar een andere brandhaard toegaan om de jihad te strijden.'

Officier van justitie Den Hartigh kijkt toch iets anders aan tegen het gevaar van terugkeerders: 'Wie terugkeert van de jihad mag dat doen om drie redenen: het verzorgen van je zieke moeder, het werven van fondsen voor de jihad of om een aanslag te plegen.' Natuurlijk, zo zegt Den Hartigh, zijn er ook 'teleurgestelden' die het geweld afzweren. 'De kunst is om dat onderscheid te maken.'

Ondanks mogelijke relativeringen is iedereen het er wel over eens dat er het afgelopen jaar een aantal cruciale zaken is veranderd. 'Het aantal westerse strijders in Syrië is veel groter dan in eerdere strijdperken als Afghanistan, Bosnië of Somalië,' erkent De Roy van Zuijdewijn. Daarmee neemt hun gevaar toe. Bovendien is het Westen door partij te kiezen tegen IS 'een geoorloofd doelwit' geworden, zegt Den Hartigh. 'Kijk maar naar de oproepen om een aanslag in het Westen te plegen.'

Die factoren maken de dreiging 'groter dan ooit', zei ook AIVD-hoofd Bertholee een half jaar geleden. Door de stroom van Syriëgangers was die dreiging in maart 2013 door de Nationaal Coördinator Terrorisme en Veiligheid (NCTV) formeel al opgehoogd naar 'substantieel', het op een na hoogste niveau. Een paar maanden geleden vertelden bronnen binnen de inlichtingenwereld ons al dat er 'opwaartse druk' stond op dat dreigingsniveau. Er moest misschien wel een streepje bij, richting 'kritiek'. Niet alleen omdat aanslagen voorstelbaar waren, maar ook omdat er aanwijzingen waren dat er plannen werden gemaakt om westerse doelen aan te vallen.

Maar een echte opschaling ging te ver. Het dreigingsniveau bleef 'substantieel' omdat er na een verhoging naar 'kritiek' geen escalatie meer mogelijk zou zijn indien er echte plannen voor aanslagen in Nederland zouden worden ontdekt. En een pragmatische tussenoplossing om informeel het dreigingsniveau 'substantieel plus' te hanteren werd niet herhaald.

Page 9: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Dat is in het verleden wel eens geprobeerd, maar dat werd toen zwaar bekritiseerd. En ook na Parijs blijft de dreiging substantieel, lieten de autoriteiten vorige week weten.

kalasjnikovs en raketwerpers

Toch is er de afgelopen jaren iets veranderd: de aanslagen lijken gerichter te worden. De moord op Theo van Gogh in 2004 was eigenlijk een uitzondering; andere aanslagen werden meestal gepleegd om zoveel mogelijk mensen te doden. 'Nu zijn het journalisten, agenten en militairen die het slachtoffer worden,' zegt De Roy van Zuijdewijn. 'Een mogelijke verklaring daarvoor is dat grote, gecompliceerde aanslagen als in Amerika, Madrid en Londen gemakkelijker door geheime diensten kunnen worden voorkomen. De kleinere, gerichtere acties lijken een grotere slagingskans te hebben.'

Bij de huidige aanslagen valt ook op dat de daders beschikken over professionele wapens. Ze maken gebruik van kalasjnikovs en raketwerpers in plaats van keukenmessen of zelfgemaakte explosieven. Dat sterkt het vermoeden van banden met het criminele milieu. Mohammed Merah (Toulouse, 2012) en Amedy Coulibaly (vorige week in de Parijse Joodse supermarkt) hadden beiden een flink strafblad opgebouwd voor ze zich 'bekeerden' tot de jihad.

Wetenschappers hebben eerder al gewezen op de overlap tussen de onderwereld en extremistische moslims. Soms wonen criminelen en extremisten letterlijk onder hetzelfde dak, of komen ze uit dezelfde familie. In het verleden bleek in gevangenissen veelvuldig voor de jihad gerekruteerd te worden. In 2009 stelden onderzoekers van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) vast dat van de 113 personen die tussen 2001 en 2005 jihadistische activiteiten ontplooiden er 45 criminele antecedenten hadden. Ook psycholoog Mark Dechesne onderzocht de wederzijdse banden. Volgens hem rekruteren terroristen heel bewust uit het criminele milieu. 'Zodoende kan men gemakkelijk wapens kopen, gebruikmaken van bestaande smokkelroutes of aan valse papieren komen.

Page 10: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Dat maakt hen tot geduchte organisaties, met veteranen en criminelen die met wapens kunnen omgaan, en ideologen aan de top die het voetvolk aansturen.'

Empathie

Eind vorige eeuw leek ook de georganiseerde misdaad in Nederland gelinkt aan terroristische netwerken. Beroepscriminelen zoals wapen- en drugshandelaren Mink Kok en Stanley Hillis deden zaken met leveranciers uit Libanon en hadden contact met vertegenwoordigers van de IRA in Groot-Brittannië en met leden van de ETA in Spanje. Tegenwoordig lijken criminelen uit de Marokkaanse gemeenschap een steeds belangrijker rol te spelen in de georganiseerde misdaad, terwijl veel Nederlandse moslimextremisten ook van Marokkaanse origine zijn. Toch ziet het Openbaar Ministerie nog geen aanwijzingen voor structurele banden tussen professionele criminelen en de huidige lichting jihadi's. 'Wat we wel zien, is dat een flink deel van de jongens die naar Syrië gaan een criminele achtergrond hebben,' vertelt terreurofficier Den Hartigh. 'Syriëgangers uit Delft en Den Haag maakten voorheen onderdeel uit van lokale criminele bendes. Ze kennen dus de wegen om aan wapens te komen.'

Het is waar psycholoog Dechesne kansen ziet. Volgens hem vertonen criminelen en radicalen deels dezelfde persoonlijkheidstrekken: een neiging tot thrillseeking, gepaard met antisociale persoonlijkheidstrekken. Voor de terugkeerders komt daar nog het trauma van de oorlog bij. Benader die mensen met een tailor made aanpak, benadrukt de Leidse wetenschapper nogmaals. 'Ik vergelijk het met de antiheld uit de film Rambo, een Vietnam-veteraan die zich niet door de maatschappij voelt begrepen, die wordt opgejaagd door de politie en dan naar guerrillatactieken grijpt. Jihadistische foreign fighters zijn niet wezenlijk anders.' Het is een genuanceerd geluid dat tegenwoordig vaker klinkt. Afgelopen zaterdag zei Mark Fallon, een Amerikaanse federale agent die na 9/11 was belast met de vervolging van Osama Bin Laden, in NRC handelsblad dat de War on Terror niet meer werkt. 'Alles draait om empathie.'

Page 11: Jihadisten verschillen niet veel van rambo

Toch lijkt Nederland vooralsnog voor de harde lijn te kiezen. Naast de vervolging van teruggekeerde jihadisten haalt het kabinet alles uit de kast om te voorkomen dat geradicaliseerde moslims naar het strijdtoneel vertrekken: opsluiten, paspoorten innemen, kinderen weghalen bij ouders met jihadistische plannen. Er is al veel kritiek op geuit de afgelopen maanden. Dergelijke maatregelen zouden volstrekt niet in verhouding staan met het vergrijp. Ze zouden zelfs averechts kunnen werken. Als voorbeeld werden de recente aanslagen op het Canadese parlement aangehaald, gepleegd door een jihadist omdat men hem belet had te vertrekken. 'Een game changer,' zeiden bronnen bij de veiligheidsdiensten.

Maar het Openbaar Ministerie houdt voorlopig voet bij stuk. 'Wat is het alternatief?' zegt terreurofficier Den Hartigh. 'Als je ze laat gaan, wordt het gevaar groter omdat ze getraind en gemotiveerd terugkomen. Dus we moeten wel. Maar het is waar, ik voel me bij beide niet goed.'