‘Je kunt altijd nog verder dan ver’
Transcript of ‘Je kunt altijd nog verder dan ver’
8 interview mednet 05I2012TeksT AdrI vAn Beelen beeld vIncent Boon
Cardioloog BarBara Mulder krijgt Corrie HerMann Prijs 2012
‘ Je kunt altijd nog verder dan ver’
De werkkamer van Barbara Mulder in het AMC is betrekkelijk klein, maar wél voorzien van een heus
raam dat uitzicht biedt op een rij bomen langs een sloot. “Dat is een luxe hoor”, zegt de cardioloog lachend. “Er zijn heel wat collega’s hier die het moeten stellen met een raam-loos hok.” Vermoedelijk zou een ‘raamloos hok’ haar er zelf niet van weerhouden om met hetzelfde plezier als nu door te werken, want Barbara Mulder valt in de ruime categorie artsen die hun werk met veel enthousiasme doen. De cardi-oloog heeft zich gespecialiseerd in congenitale cardiologie bij volwassenen, een vakgebied dat nog maar enkele decen-nia oud is. “Simpelweg omdat we pas sinds begin jaren ’60 pas echt iets kunnen doen aan aangeboren hartafwijkingen en we sinds 1970 patiëntjes ook echt konden opereren. Deze patiëntjes gingen vanaf toen overleven, zodat er een nieuwe groep patiënten is bijgekomen. Te denken valt aan aandoeningen als atriaal septum defect of tetralogie van Fal-lot, waarbij een ventrikelseptumdefect gepaard gaat met een pulmonalisklepstenose, een overrijdende aorta en hypertro-fie van de rechter ventrikel. ”Mulder spreekt van een tsunami van patiënten die de cardi-ologie gaat overspoelen. “Het gaat momenteel om een
groep van in totaal 25.000 personen, van wie de oudsten zo rond de 40 zijn. Deze mensen hebben vaak restafwijkingen, zoals ritmestoornissen en hartfalen. Mensen die levenslang onder controle moeten blijven. Het vakgebied van de con-genitale cardiologie bestaat nog maar 30 jaar en maakt in totaal zo’n 10 procent van de cardiologie uit. “Maar de patiëntengroep groeit en de zorg moet zich voorbereiden op deze tsunami.”
loterijVanwege haar baanbrekende werk kreeg Barbara Mulder onlangs de Corrie Hermann Prijs 2012, een prijs voor vrouwelijke artsen met bijzondere verdiensten voor hun medische vakgebied. De aankondiging hiervan kwam voor haar totaal onverwacht. “Ik werd op een zondagmiddag gebeld en dacht eerlijk gezegd dat ik een soort loterij had gewonnen. Je krijgt wel vaker van dat soort rare telefoon-tjes, dus ik vroeg of de persoon aan de telefoon de medede-ling wilde herhalen. Toen drong het tot me door dat het een prijs van de VNVA was. Ik vind het een hele eer. Deze prijs krijgt een arts die veel heeft betekend voor de positie van vrouwelijke artsen. Ik houd het erop dat ik hem krijg
Eind maart kreeg cardioloog prof. dr. Barbara Mulder (58) uit het AMC de Corrie Hermann Prijs 2012 van de Vereniging van Nederlandse Vrouwelijke Artsen (VNVA). Ze kreeg de prijs voor haar werk voor volwassen met aangeboren hartafwijkingen. En ook voor haar inspanning om de positie van de vrouwelijke arts in de medische professie te versterken.
10 interview mednet 05I2012
CurriCuluM vitaeBarbara Mulder (1953) studeert
geneeskunde in leiden en in 1984 voltooit zij de specialisatie cardio-
logie in het luMC. enkele jaren later stapt ze over naar het aMC in
amsterdam. in 1989 promoveert zij op een onderzoek naar ritme-
stoornissen. in 1998 richt Mulder binnen de nederlandse vereniging
voor Cardiologie de landelijke werkgroep Congenitale Cardiolo-
gie bij volwassenen op. onder haar leiding gaat in 2001 de lan-
delijke registratie en dna-bank voor volwassenen met een aange-
boren hartafwijking (ConCor genaamd) van start. in 2004 wordt
ze hoogleraar cardiologie aan de uva en sinds 2010 is Mulder presi-
dent van de isaCHd.Ze is getrouwd en heeft twee
zoons.
door gewoon als vrouw mijn werk uit te voeren. Aan een vriendin die advocaat is vroeg ik of ze daar ook zo’n prijs hadden, maar die hadden ze niet. Het zal wel zijn omdat de gezondheidszorg toch nog een mannenwereld is. Al komen er de laatste jaren enorm veel meer vrouwen aan in dit vak.”Ondanks de gelijkheid tussen mannen en vrouwen blijven er volgens Mulder toch verschillen bestaan in werkopvatting en verantwoordelijkheidsverdeling. Ze legt uit wat ze daarmee bedoelt. “Ik zou in mijn vak bijvoorbeeld veel meer kunnen reizen dan ik nu doe. Als president van de Inter-national Society for Adult Congenital Heart Disease (ISACHD) ga ik al drie keer per jaar naar Amerika. Maar dat gereis heb ik altijd binnen de perken gehouden. Ik wil geen moeder zijn die altijd van huis is
en geen tijd heeft voor haar kinderen. Daarom zeg ik vaker ‘nee’ dan mijn man die ook arts is. Soms krijgen we allebei een uitnodiging. Dan zeg ik af. Maar gaat mijn man wél. Het heeft voor hem meer prioriteit. In dit vak liggen bij mannen meer dan bij vrouwen de prioriteiten vaak bij het werk.”
BiologieBarbara Mulder wilde eerst biologie studeren, omdat ze het menselijk lichaam ‘razend interessant’ vond. “Ik sportte veel en als ik dan pijn in de zij kreeg, wilde ik weten waar dat nou precies vandaan kwam. Daarom wilde ik biologie gaan doen. In mijn familie zaten geen artsen, dus ik kwam niet snel op het idee om geneeskunde te gaan doen. Kon me er ook helemaal geen voorstelling van maken. “Toch zag ze op tijd in dat het geneeskunde moest worden
en ging naar Leiden. Daar deed ze naast haar studie fana-tiek aan wedstrijdroeien. “Het roeien leerde me dat door-zettingsvermogen belangrijk is. Een mens kan altijd verder dan hij denkt. Als je het idee hebt dat je echt niet meer kunt, dan moet je toch verdergaan en zul je zien dat je nog veel reserve hebt. Dat heb ik van het roeien geleerd en daar pluk ik in mijn werk ook de vruchten van.”Toch is het niet zo dat Mulder koste wat kost beslissingen per se doorzet en er niet meer op terugkomt. “Ik heb een
jaar op Curaçao gewerkt. Dat was echt fantastisch. Maar met hetzelfde werk in een ziekenhuis in Den Haag had ik het helemaal niet naar mijn zin. De sfeer lag me gewoon niet. Uiteindelijk ben ik daar dan ook niet gebleven. Ik ben dan wel een doorzetter, maar voor mij is de omgeving ook belangrijk. Ik ben toen gaan werken in het LUMC in Lei-den en daar was het prima. De les die ik hier voor mezelf uit getrokken heb, is dat je altijd keuzes voor jezelf moet maken. Daar bedoel ik niet mee dat het vooral gezellig en leuk moet zijn. Daar heb ik nou juist weer een weerstand tegen. Dat is soms een beetje de mentaliteit van jongere artsen tegenwoordig: het moet vooral ‘leuk’ zijn. Als het niet ‘leuk’ blijkt te zijn, dan zijn ze erg teleurgesteld of haken ze af. Ik denk dan: het is wel je werk. Zoek de goede balans.”Toch wil Barbara Mulder niet terug naar zoals het was toen zij zelf begon. “In mijn begintijd was er nog geen werktij-denregeling. Weekenddienst begon op vrijdagochtend en ging non-stop door tot maandagavond. Dat komt nu gelukkig niet meer voor. Maar werk vraagt nog altijd wel een zeker commitment en geen houding van vrijblijvend-heid. Je kunt niet zomaar afbellen omdat je kind ziek is als het bijvoorbeeld alleen maar verkouden is. Dat gaat er bij mij niet in. Je moet het gewoon goed regelen. Als je dat niet kunt opbrengen, dan moet je een andere baan zoeken. Ik bedoel in een sector waar je het beroep van arts op een andere manier kunt uitoefenen. Waar je wel wat makkelij-ker kunt thuisblijven.”
italiëAnderen houdt Mulder graag voor om niet bang te zijn eens wat verkeerd te doen in het leven. “Daarmee doel ik op de beslissingen die je in je werkzame leven neemt. Ik ben in het begin van mijn carrière met mijn toenmalige vriend meegegaan naar Italië waar ik een jaar sportcardio-loog ben geweest. Dat was het uiteindelijk toch niet; zowel die vriend als de sportcardiologie zei ik vaarwel. Ik ben teruggegaan naar Nederland, een ervaring rijker. Je hoeft niet bang te zijn om eens iets anders te doen, of wat tijd te verliezen. Overal leer je van. Mijn filosofie is: doe je werk goed en heb oog voor de kansen.”Momenteel heeft Barbara Mulder een 50 procent aanstel-ling. “Dat wil zeggen: betaald. In werkelijkheid werk ik veel meer.” Een groot deel daarvan is voor patiëntenzorg en onderzoek met begeleiding van tien promovendi. Daarnaast nog een klein deel voor onderwijs. Ze prijst zichzelf geluk-kig dat ze goed kan multitasken. “Daar heb ik al een hoop plezier van gehad. Als mijn zoontjes voetbalden en ik zat langs de lijn, dan kon ik intussen een artikel of een scriptie van een promovendus lezen. Ook op tijd juichen voor een doelpunt. Er zat dus altijd wel iets van werk in mijn jaszak. Misschien was ik wel té efficiënt, maar ik heb me daar altijd
‘ Mijn zoontjes voetbalden en ik zat langs de lijn een promotie te lezen’
interview 11
‘Strafrechter worden, leek me leuk’
prettig bij gevoeld.” Toch kwam ze tijdens het managen van werk en privé ook weleens in de problemen. “Toen een van mijn zoontjes 6 jaar werd, moest ik naar het ziekenhuis voor een belangrijk ochtendoverleg over één van mijn patiënten. Maar voor een kind dat 6 wordt, is de verjaardag een belangrijke gebeurtenis. Dat was een moeilijke keuze. Vanaf dat moment heb ik ingevoerd dat we de verjaardagen altijd ’s middags uitgebreid zouden vieren, zodat ik ’s mor-gens op het werk kon zijn. Dat heeft altijd goed gewerkt.”
staMCeltHeraPieNet als veel specialismen is ook de cardiologie aan verande-ringen onderhevig. Hoe de toekomst ook zal zijn, Barbara Mulder verwacht dat het vakgebied ondanks voortschrij-dend inzicht niet zal verdwijnen. “De wetenschap groeit en de veranderingen gaan snel. Er komt een tijd dat aderver-
kalking niet meer optreedt. Ook gaan we naar een geneti-sche aanpak van ritmestoornissen en verder met de ontwik-keling van stamceltherapie, die een enorme vlucht zal nemen. Maar tegelijkertijd zijn er nu behandelingen die in de toekomst weer restverschijnselen geven, zoals we nu zien met de groep volwassen met congenitale afwijkingen. Dus de cardiologie zal altijd wel blijven bestaan.” Het is volgens Mulder goed voor Nederland dat de ISACHD een Neder-landse president heeft. “Op die manier blazen we als klein land onze partij mee en dat is heel belangrijk in zo’n orga-nisatie.” Door haar internationale contacten is ze overigens ook cul-tuurverschillen gaan zien. “Ik ben bijvoorbeeld voorzichti-ger geworden. Wij Nederlanders zijn heel direct. We zeggen het meteen als we een idee van een collega niet zo goed vin-den. Maar buiten Nederland gaat dat anders. In de Ver-enigde Staten zeggen ze eerst: ‘An excellent idea!’ Ook als ze het waardeloos vinden. Pas daarna volgen voorzichtig de kanttekeningen: ‘An excellent idea, but maybe...’Dat ze als arts in de cardiologie terecht kwam, was eigenlijk min of meer toeval. “Je kiest een specialisatie soms op gevoel. Wat ik geworden zou zijn als ik geen arts was? Straf-rechter leek me leuk. Of psycholoog. Ik bedenk wat ik alle-maal kan worden en doen in het leven, dan zou ik daar gek van kunnen worden. Daar moet ik vooral niet aan denken. Voor mij is het cardioloog geworden; het mooiste vak van de wereld. Mijn boodschap luidt: Ook al werk je parttime of heb je een gezin met een drukbezette echtgenoot, je kunt toch carrière maken als je wilt. Laat je niet beperken. Je vindt altijd wel een weg.”