Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de...

16
Jaarverslag 2012 Sovon Vogelonderzoek Nederland

Transcript of Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de...

Page 1: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Jaarverslag 2012

Sovon Vogelonderzoek Nederland

Page 2: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012

3

ColofonDit is een uitgave van Sovon Vogelonderzoek Nederland.Eindredactie: Peter Eekelder en Fred HustingsVormgeving : Peter EekelderFoto’s: Sovon, Erik Stens, Harvey van Diek, Peter Eekelder, Albert de Jong (teller omslag) & Dries Oomen

Postbus 65216503 GA NijmegenTel. 024 7 410 [email protected]

Geachte lezer,

Soms gaat er jaar voorbij dat terugkijkend niet zo heel bijzonder was. Het jaar 2012 hoort wat mij betreft zeker niet in dat rijtje want er waren op allerlei gebied opmerkelijke ontwikkelingen bij Sovon. Zo was er de start van ons nieuwe atlas-project met een ongekend enthousiaste deelname van waarnemers; alsof ze er al jaren op zaten te wachten (en dat was dus ook zo…). Dat er een ontmoedigend koude en lange winter aan zat te komen was toen gelukkig nog niet bekend.

De Vogelbalans had in 2012 de vogels van het ‘boerenland’ als thema. De sterke achteruitgang van de weidevogels en de opkomst van de ganzen mocht dan bekend verondersteld zijn, er was wel veel belangstelling voor het overzicht. Al voordat de Vogelbalans officieel het daglicht zag op de druk bezochte Landelijke Dag wilden de pers én het net aangetreden kabinet graag kennis nemen van de resultaten.

Het was ook het jaar waarin het kabinet Rutte 1 ten val kwam en in de aanloop naar Prinsjesdag het Kunduz-akkoord tot stand werd gebracht. Met dat akkoord kwam structureel € 200 miljoen extra beschikbaar voor natuur. Voor kennisorganisaties als Sovon was dat perspectiefvol.

De nieuwe huisstijl én de compleet vernieuwde website van Sovon waren andere hoogtepunten waarvan we hopelijk nog vele jaren plezier aan zullen beleven. Ook het behalen van het ISO9001-keurmerk in december was een mijlpaal.

Met het benoemen van de hoogtepunten mag niet worden vergeten dat het werk van Sovon voor het grootste deel bestaat uit stug verzamelen, goed interpreteren en analyseren, stevig ploeteren om deadlines te halen en zweten om de laatste foutjes uit analyses, teksten en figuren te halen. Daar is veel tijd aan besteed en met succes; ondanks de aanhoudende economische malaise kon Sovon zich verheugen in een goed gevulde opdrachtenportefeuille en konden we een mooi financieel resultaat boeken.

Al dit werk zouden we helemaal niet kunnen doen als we niet de medewerking zouden hebben van al die duizenden waarnemers! Het urenlange, ijverige tellen in het veld en het geheel belangeloos doorgeven van de vergaarde gegevens zijn al vele jaren de basis voor het Sovon-werk waarvoor we de waarnemers niet genoeg kunnen bedanken! Het is vervolgens aan ons om hun inspanningen ten dienste te laten komen voor betere informatie en kennis van onze vogels. In dit jaarverslag kunt u vele voorbeelden aantreffen hoe we die opdracht in 2012 hebben ingevuld.

Ik wens u veel leesplezier!

Theo Verstraeldirecteur

Page 3: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

4 5

2012 in het kort

Vrijwilligers 8.003

Leden 3.799

Verzamelde gegevens (inclusief ‘harde nullen’) 115.197.615

Medewerkers 53,8 FTE

Personen in dienst op enig moment in 2012 70

Stagiairs 14

Organisatiestructuur

Communicatie

De afdeling Communicatie zorgt voor de in- en externe communicatie van de ver-eniging. Het zwaartepunt ligt daarbij op verenigingsactiviteiten zoals de Landelijke Dag, Sovon-Nieuws, nieuwsbrieven, cursussen, publiciteit en de website.In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim 14 jaar stapten we in mei 2012 over op een nieuwe, frisse huisstijl.

Sovon in de mediaSovon kwam in 2012 regelmatig in het nieuws. Via eigen persberichten of die van anderen en via speciale projecten zoals de Vogelweek en Tuinvogeltelling. Zelf heb-ben we 14 persberichten verstuurd in 2012 over onder andere het broed- en water-vogelrapport en opvallende trends zoals de waargenomen terugval van de Kievit. Zeer succesvol was het bericht over de uit Rusland afkomstige Koolmezen die Ne-derland in najaar en winter overspoelden. Niet alleen werd dit door veel kranten overgenomen, ook zorgde een cartoon in de Metro voor een brede verspreiding van het nieuws via allerlei kanalen.

Daarnaast kwam Sovon regelmatig in de media via berichten op Natuurbericht, zoals over de afname van de Veldleeuwerik. Weidevogels waren in 2012 een terug-kerend item waarmee Sovon het nieuws haalde. In de tweede helft van vorig jaar konden we de conclusie trekken dat het herstel van de boerenlandvogels uitbleef. De Vogelbalans, met ditmaal als thema ‘boerenlandvogels’, haalde veel kranten en andere media zoals televisie en radio (NOS, Vroege Vogels) en de website NU.nl.

Ruim 630.000 vogels geturfd tijdens de Nationale Tuinvogeltelling In het weekend van 21 en 22 januari (vlak vóór een korte, maar krachtige vorstperi-ode) organiseerde Sovon samen met Vogelbescherming Nederland voor de negende keer sinds 2003 de Nationale Tuinvogeltelling. Het werd (ondanks het matige weer) een succesvolle telling met ruim 630.000 waargenomen vogels, verdeeld over ruim 28.000 ingevoerde tellingen. In totaal werden 86 verschillende vogelsoorten waargenomen. Koploper qua aantallen werd - niet verrassend want alle jaren op één - de Huismus. De Merel was de soort die in de meeste tuinen gezien werd. Op www.tuinvogeltelling.nl zijn de jaarlijkse resultaten van de Tuinvogeltelling te bekijken en te downloaden.

Jaar van de Klauwieren2012 was het jaar van de Klauwieren. Samen met Vogelbescherming Nederland en Stichting Bargerveen zijn de Grauwe Klauwier (lente/zomer) en Klapekster (winter) bij een breed publiek onder de aandacht gebracht. Belangrijke doelstelling wat be-treft de Grauwe Klauwier was om onze kennis te vergroten over ontwikkelingen van de Nederlandse populatie (uitbreiding vanuit huidige kerngebieden in het oosten van het land naar de kustregio’s?) en de effecten van natuurbeheer/landgebruik op de leefomgeving van de Grauwe Klauwier (voedselaanbod, nestgelegenheid). Naast onderzoek uitgevoerd door professionals namen ruim 40 waarnemers hieraan deel.

Ledenraad

Bestuur

Directeur

Managementteam

Team Financiën & PZ

Team Facilitair

Afdeling Communicatie

AfdelingMonitoring & Inv

AfdelingToegepast Onderzoek

Team Communicatie

Team Monitoring

Team Kust, Wad & Water

Team Db/GIS/Web

Team Stad & Land

Team Inventarisaties

Team Ecologisch Advies

Page 4: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

6 7

Voor de Klapekster is, in samenwerking met Waarneming.nl, gedurende twee weekenden een telling van overwinteraars uitgevoerd aan de hand van een verbeterde methodiek. Dit om beter zicht te krijgen op het aantal overwinterende Klap-eksters en hun terreinkeus. Zo willen we vaststellen in hoe-verre begrazing een positief effect heeft op de aanwezigheid van Klapeksters. Hieraan deden 230 waarnemers mee die samen ruim 400 gebieden onderzochten. In 2013 worden de verzamelde gegevens geanalyseerd en gepubliceerd

Landelijke DagIn 2012 werd voor de derde maal de Landelijke Dag op het Universiteitsterrein in Nijmegen gehouden. Met een kleine 2.000 mensen was het weer een druk bezochte dag, waarbij de mix van lezingen de grootste trekpleis-ter blijkt te zijn, naast het gezellig bijpraten met oude bekenden. Met gemiddeld een acht blijkt de Landelijke Dag hoog gewaardeerd te worden. Wel ervoer een deel van het publiek de bijeenkomst als te druk, met name rondom de lezingen. Het parallelprogramma van de NOU had als thema

‘Veroudering bij vogels’. De partners van Sovon binnen Natuurplaza (RAVON, Zoogdierverenging, FLORON en stichting Bargerveen) organiseerden weer een paral-lelprogramma, met als thema ‘Exoten, van waarneming tot actie’. Het jeugdprogramma bestond, tot grote te-vredenheid van de aanwezigen, uit een excursie en een bezoek aan het ringen van vogels.

Landelijke Dag voor JongerenIn 2012 vond in samenwerking met de Jeugdbonden (NJN en JNM) de derde Landelijke Dag voor Jongeren plaats. De locatie was Veldstudiecentrum Huize Wyler-berg, het voormalige Sovon-kantoor in Beek-Ubbergen. Zo’n 50 jongeren genoten van lezingen, excursies en kon-den live mee kijken bij het vogels ringen. Hoogtepunt was de vangst van de zeldzame Middelste Bonte Specht, die na het ringen onder ruime belangstelling weer werd vrijgela-ten.

EducatieIn 2012 werd een flinke vernieuwingsslag bij het cursus-aanbod ingezet. Zo werd voor de Vogelwerkgroep Tiel in het voorjaar de nieuwe introductiecursus Broedvogels inventari-seren gegeven. De 15 deelnemers deden enthousiast mee. Uit-

eindelijk leverde de cursus zeven nieuwe MUS-proefvlakken,

één slaapplaatsteller en vier kolonievogeltellers op. Ook is de vogelwerkgroep aan de slag gegaan voor de Vogelatlas. De BMP-cursus werd in samenwerking met It Fryske Gea, Staatsbosbeheer en Na-tuurmonumenten voor 23 deelnemers in Zuidoost-Friesland gegeven. Ze slaagden allemaal voor het examen. Vogelwerkgroep Schagen organiseerde voor 14 deelne-mers een BMP-cursus; ook zij slaagden allen. In het najaar werd de nieuwe cursus Watervogels tellen in de Vijfheerenlanden getest. Van de acht deelnemers gingen er uiteindelijk zes deze winter tellen in de regio. Ook digitaal werd er stevig bijgeleerd. Aan de internetcursussen behoeve van het stadsvogelmeetnet MUS deden 39 personen mee. De educatieve luistermodule ‘Thuis in het veld’ ging in 2012 de lucht in. Binnen deze module is het mogelijk om op een laagdrempelige manier vogelgeluiden te oefenen; alsof je in het veld staat. De module werd gemaakt in samenwerking met Henk Meeuwsen van Meeuwsen Natuurgeluiden en Michel Uiterwijk van Multi Solutions.

Vogels JuniorVogels Junior is het tijdschrift van Vogelbescherming Nederland voor jonge vogel- en natuurliefhebbers. Het blad verschijnt 5x per jaar. Sovon participeert in het blad door het verzorgen van de beeldredactie.

Sovon-Nieuws en nieuwsbrievenSovon heeft verschillende kanalen waarmee we met onze achterban kunnen commu-niceren. Sovon-Nieuws, ons verenigingsblad, verschijnt 4x per jaar. In Sovon Nieuws worden de verschillende projecten belicht en eerste resultaten gepubliceerd. De Provinciale Nieuwsbrieven zijn in de loop van 2012 overgegaan in de nieuwe ‘Digitale Nieuwsbrief’ van Sovon, waarmee we hopen de achterban beter te kunnen bedienen. De nieuwsbrief verschijnt elke maand, en iedereen kan zelf middels zijn voorkeuren aangeven van welke projecten en regio’s hij/zij nieuws wil ontvangen. Daarnaast verschenen 13 watervogelnieuwsbrieven en Broednieuws, de nieuwsbrief van het Nestkaartenproject. Ook deze nieuwsbrieven zullen op termijn opgaan in de Digitale Nieuwsbrief.

VogelbalansIn de Vogelbalans worden actuele cijfers en feiten over de vogelstand bondig en rijkelijk geïllustreerd samengevat. De zesde editie had als centrale thema ‘Boerenlandvogels’. De Vogelbalans werd gepresenteerd op de Landelijke Dag en mocht zich in een brede belangstelling verheugen.

www.sovon.nlNa anderhalf jaar voorbereiding en programmeren ging in septem-ber de nieuwe website van Sovon live. Met een nieuw fris uiterlijk, in lijn met de nieuwe huisstijl.

De top-2 in aantal bezoekers van de Sovon website waren in 2012:

> Zondag 22 januari (relatie tuinvogeltelling) > Vrijdag 23 november (relatie landelijke dag)

Ongeveer 2/3 van alle bezoekers zijn terugkerende bezoekers, 1/3 zijn nieuwe bezoekers

Ongeveer 1/3 van alle bezoekers gaat direct naar de site, 1/3 via Google, 1/3 via verwijzende sites (natuurbericht,

vogelbescherming, wikipedia, tuinvogeltelling, vroegevogels, waarneming.nl, linkedin, twitter)

Page 5: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

8 9

De website is deels tot stand gekomen met hulp van waarnemers. Aan het begin van het project, in 2011, hebben we een enquête gehouden onder bezoekers van de website. Ook zijn er bijeenkomsten geweest met een aantal waarnemers en op-drachtgevers. Aan de hand van vragen en gesprekken rondom de oude site kregen we meer inzicht in de gebruiksvriendelijkheid en behoeften van alle bezoekers. Een belangrijke conclusie was de grote behoefte aan een betere ontsluiting van de infor-matie. Met een nieuwe sortering van de informatie, herziening van en aanvulling op bestaande teksten en een vernieuwd navigatiemenu hopen we een flinke sprong voorwaarts te hebben gemaakt.Op de openingspagina staan drie nieuwsitems centraal, deels aan de hand van ac-tuele waarnemingen in het veld. Daarnaast is de site interactiever gemaakt. Infor-matie is nu makkelijk te delen via sociale netwerken. Al met al een mooie basis om verder te ontwikkelen in 2013.

StatistiekenIn 2012 trok de website 107.262 bezoekers, die 302.235 bezoeken aan de website brachten. Een lichte stijging ten opzichte van 2011. Ongeveer 2/3 van alle bezoe-kers betreft terugkerende bezoekers, de rest bestaat uit nieuwe bezoekers. Circa 1/3 van alle bezoekers gaat direct naar de site, 1/3 via zoekmachines zoals Google, 1/3 via verwijzende sites. Naast de bekende sites als Wikipedia, Waarneming.nl en de website van Vogelbescherming Nederland, is er een duidelijke toename te zien vanuit Twitter en Facebook. Opvallend is het aantal van 1122 bezoekers vanuit de website van de Telegraaf. Aanleiding hiervoor was een bericht over dode Merels en de mogelijkheid om ze bij ons te melden.

HoogtepuntenNet als voorgaande jaren was er rond de Tuinvogeltelling en de Landelijke Dag een duidelijke piek te zien van bezoeken aan de website. Een ander hoogtepunt volgde op de verzending van de eerste Digitale Nieuwsbrief.

Sovon in de regioDe provinciale Sovon-ambassadeurs vormen een schakel in het contact tussen kan-toor en tellers. Ze bezoeken bijeenkomsten in de provincie waar tellers hen kunnen aanspreken over alles wat met Sovon te maken heeft. In 2012 gaven Sovon-mede-werkers vele lezingen bij Vogelwerkgroepen en andere regionale bijeenkomsten over uiteenlopende onderwerpen als Vogels en klimaat, de website Wadertrack, maar ook de meetnetten.

Sociale mediaBegonnen we in 2011 nog met een voorzichtige start op verschillende sociale media, in 2012 was online communicatie niet meer weg te denken bij Sovon. Door de inzet van de sociale media is er meer en gemakkelijker contact met (een deel van) onze achterban. Ook verspreidt het nieuws zich nu buiten de pers om. Het webcareteam houdt dagelijks in de gaten wat er online speelt, reageert op vra-gen, verspreidt resultaten van telprojecten en ander vogelonderzoek, roept tellers op mee te doen en deelt ervaringen van anderen. En met resultaat. Steeds meer mensen weten ons te vinden, van ervaren tellers tot beginnende vogelaars of bre-der geïnteresseerden, van (mogelijke) opdrachtgevers, samenwerkingspartners tot journalisten en beleidsmakers. Eind 2012 hadden we bijna 2000 volgers op Twitter en ruim 1350 op Facebook.

Twitter- Aantal volgers op 1 januari: 964- Aantal volgers op 1 januari 2013: 1968- Totaal aantal nieuwe volgers: 1004

FacebookOp 1 januari hadden we 472 fans op Facebook. Op 31 december was dit opgelopen naar 1357. Van onze volgers is 1/3 vrouw, 2/3 man. De leeftijdscategorie 45-54 jaar is het sterkst vertegenwoordigd (23,8%). Gemiddeld schrijft Sovon tenminste drie berichten per week.

YouTubeMinder actief, maar wel aanwezig, zijn we op YouTube. In 2012 hebben we filmpjes geplaatst van sprekers als aankondiging van de Landelijke Dag. Ook is er een film-pje gemaakt met daarin een uitleg over hoe je watervogels telt. Dit is het best beke-ken Sovon filmpje van 2012 (454 keer).

> 2000 volgers op Twitter

> 1650 fans op Facebook

Rob Goldbach Publicatie Fonds

Gesteunde projecten en/of activiteiten in 2012

> boek Fochtelooërveen> boek ‘t Stellingwarver Voegelboek> artikel over gezenderde meeuwen in Behavo-

rial Ecology> artikel watervogeltrends in Limosa

Page 6: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

10 11

SlideShareKennis delen is voor Sovon een belangrijk doel. Dit deden we al via rapporten, nieuwsbrieven en persberichten. In aanvulling daarop staan er ook steeds meer presentaties op SlideShare (een soort YouTube, maar dan voor presentaties). In 2012 hebben we 30 presentaties geüpload.

HelpdeskEen groeiend aantal Sovon-tellers en andere geïnteresseerden weet de helpdesk van Sovon te vinden. Dagelijks werden door het helpdesk-team mailtjes en telefoontjes afgehandeld. Een groot deel van de gestelde vragen is gerelateerd aan de diverse telprojecten. Vaak gaat het over het inloggen op onze invoerportalen, of is het de teller niet duidelijk hoe men online bij het eigen telgebied moet komen. Buiten de Sovon-achterban maakt een groeiende groep in vogels geïnteresseerden gebruik van de helpdesk-service; soms om mooie vogel-ervaringen te delen, vaak met het verzoek een niet op naam gebrachte vogel te determineren. Uiteraard worden men-sen die mooie vogel-ervaringen doorgeven gewezen op de mogelijkheid om aan de Sovon-tellingen deel te nemen. Het helpdesk-team handelt een groot deel van de vragen zelf af. Als dat niet lukt, wordt de vraag doorgespeeld aan een specialist binnen de organisatie.

Vrijwilliger van het JaarIn 2012 werd de prijs voor Vrijwilliger van het Jaar uitgereikt aan Henk Klaassen uit Groesbeek voor zijn bijzondere verdiensten en aanstekelijke enthousiasme. Hij is al ruim 35 jaar actief voor Sovon-projecten maar ook voor eigen vogelonderzoek, met name weidevogels en Gierzwaluwen. Daarbij heeft hij andere vrijwilligers en vooral ook de jeugd enthousiast gemaakt voor allerlei soorten vogelactiviteiten via bijvoorbeeld de media, eigen website en het oprichten van een jeugdnatuurclub.

Veldstudiecentrum Huize WylerbergSinds het Sovon-personeel in 2010 verhuisde, is de benedenverdieping van het voormalige kantoorpand Huize Wylerberg in gebruik als Veldstudiecentrum. Naast interne vergaderingen en bijeenkomsten vonden er ruim 80 activiteiten plaats met een extern karakter. Voorbeelden zijn de Jongerendag, activiteiten in het kader van

Monitoring

Het Team Monitoring organiseert onze landelijke en regionale vogelmeetnetten. De meeste meetnetten maken deel uit van het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM), het stelsel van natuurmeetnetten van de overheid. Daarin werken we met veel partijen samen, waaronder het CBS, Ministerie van EZ, Rijkswaterstaat, pro-vincies, terreinbeherende instanties en Landschapsbeheer Nederland. Met het geheel aan meetnetten slagen we erin om de populatie-ontwikkelingen te volgen van alle in het wild in Nederland voorkomende vogels, zowel broedvogels als niet-broedvogels, en van algemene soorten tot zeldzame soorten. Daarnaast verzamelen we gegevens over veranderingen in broedsucces (Meetnet Nestkaarten, Reproduc-tiemeetnet Waddenzee) en overleving (CES), die een opstap bieden voor het verkla-ren van de geconstateerde populatie-ontwikkelingen. In al die meetnetten wordt het leeuwendeel van het veldwerk uitgevoerd door vrijwilligers. Het jaar 2012 vormde daarnaast de start van het nieuwe atlasproject voor broed- en wintervogels. Een ander wapenfeit in 2012 was de succesvolle in-tegrale broedvogelkartering van het Waddengebied, in afstemming met vergelijk-bare activiteiten in de Duitse en Deense delen van het gebied. Voorts werd er veel energie gestoken in het aankoppelen van de landelijke meetnetten bij de geplande monitoring in het kader van de Subsidieregeling Natuur en Landschap, en werden voorbereidingen getroffen om de meetnetten MUS (stadsvogels) en PTT (wintervo-gels) in de toekomst deel te laten uitmaken van het NEM. Daarmee komt langjarige instandhouding van deze meetnetten een stap dichterbij.

VogelatlasIn april 2012 gaf het bestuur van Sovon intern het startsein voor het nieuwe atlas-project. Deze “go” werd mede mogelijk gemaakt door de bijdrage van Vogelbescher-ming Nederland in de vorm van een driejarige detachering van Jouke Altenburg van VBN als Atlascoördinator.Gedurende een periode van drie jaren wordt het voorkomen van alle soorten in het hele land in kaart gebracht, in de broedtijd en de winter. Hoewel de tweede Atlas van de Nederlandse broedvogels betrekkelijk recent uitkwam (2002), is de Neder-landse broedvogelbevolking aan dermate grote veranderingen onderhevig dat een nieuwe atlas wenselijk was. Dit geldt in nog sterkere mate voor wintervogels, waar-

de Nationale Vogelweek, de Wylerberg-conferenties over de toekomst van de natuurbescherming,

maar ook vier zogenaamde ‘Groene concer-ten’ in samenwerking met het gelijkna-

mige platform. Tevens is de Wyler-berg een vaste ringplek (CES) en

worden er door vrijwilligers nachtvlinders gemonitord.

> Vrijwilliger van het Jaar Henk Klaassen in ‘t veld.

van de laatste atlas van 30 jaar geleden dateert.

Na intensieve voorbereiding startte in september de werving van de waarnemers. Op 1 decem-ber startte de eerste veldwerkperiode. De invoer van de telgegevens is volledig online en op die manier kunnen we tussentijds de eerste telresultaten online presenteren. Alle informatie over het atlasproject is te vinden op www.vogelatlas.nl.

Vogelatlas> van de 1685 atlasblokken die ons land telt zijn er ruim 1220 geclaimd door zo’n 1100

vogeltellers. Een flink deel startte op 1 decem-ber met het veldwerk

> de atlascoördinatie is in handen van Jouke Alten-burg en Harvey van Diek, die samen met Gerard

Troost en Erik van Winden het atlasteam vormen.> om medewerkers uit alle windstreken van ons land zo

goed mogelijk te kunnen bedienen, vormen ruim 35 Atlasdistrictscoördinatoren (ADC’s) de regionale

spin in het web.> in elke Sovon-nieuws en de digitale nieuwsbrief wordt

aandacht aan de atlas besteed. Eerste indrukken worden ook via Twitter en Facebook geventileerd.

Page 7: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012

13

Aantal per postcodegebied van de Halsbandpar-kiet in MUS in 2011. De grijze vlakken zijn de getelde postcodegebieden

Meetnet Broedvogels

> sinds 1984 (Broedvogel Monitoring Project, BMP) resp. 1992 (Landelijk Soortonderzoek Broedvogels, LSB)

In 2011 is de term LSB komen te vervallen en zijn beide projecten samengevoegd

> jaarlijks tellen van alle bekende kolonies en jaarlijks inventariseren van vaste telgebieden op zeldzame, schaarse of algemene soorten

> ca. 8.000 kolonies en 2500 telgebieden> ca. 1900 deelnemers

> coördinatoren Arend van Dijk & Jan-Willem Vergeer (algemene broedvogels), Joost van Bruggen (kolonievogels) en Arjan Boele (zeldzame broedvogels)

> wordt georganiseerd in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek in het kader van het Netwerk Ecologisch Monitoring

> meest recente rapport Broedvogels in Nederland 2010 (Sovon-Rapport 2013-01)> samenvattingen en voorlopige overzichten in Sovon-Nieuws 25(1): 16, 25(1): 24,

25(2): 5, 25(2): 14-15, 25(3): 3-6, 25(3): 7 en 25(4): 3-5.

Meetnet BroedvogelsHet Meetnet Broedvogels bestond tot en met 2010 uit twee samenhangende onder-delen (BMP en LSB), beide met een eigen methode en handleiding. Sinds 2011 zijn beide projecten verregaand geïntegreerd. Hierbij is het telwerk verdeeld in onder-zoek in telgebieden (BMP), tellingen van kolonies en losse meldingen.Het BMP richt zich op onderzoek van algemene, schaarse en zeldzame soorten in telgebieden, waaronder alle Natura 2000-gebieden met gebiedsdoelen voor vogels. De 17 soorten kolonievogels worden vrijwel alle landdekkend onderzocht. Het ver-zamelen van losse meldingen van zeldzame soorten is bij diverse soorten van be-lang voor het completeren van het landelijk verspreidingsbeeld. Resultaten zijn toeleverend voor het Weidevogelmeetnet, Meetnet Broedvogels Zoete Rijkswateren en Meetnet Kustbroedvogels Waddenzee en omgekeerd. De vrijwillige districtscoördinatoren (DC’s) spelen een belangrijke rol bij het verzame-len van telgegevens van zeldzame broedvogels en kolonievogels. Telgegevens wor-den grotendeels (80-90%) online via internet aangeleverd.In het voorjaar van 2012 verscheen het jaarrapport Broedvogels in Nederland 2010. Het broedseizoen van 2010 volgde op de tweede ‘echte’ winter na elf zachte winters. Het winterweer zorgde voor een (verdere) inzinking bij Kleine Zilverreiger, Blauwe Reiger, Waterhoen, IJsvogel, Grote Gele Kwikstaart, Winterkoning en Graszanger. De opmars van Slechtvalk, Lepelaar, Krooneend, Middelste Bonte Specht en Cetti’s Zanger resulteerde in records. Er waren lokaal veel Fluiters, een soort die een lang-jarige afname vertoont. Opmerkelijk waren zekere broedgevallen van Nonnetje (eer-ste ooit), Grote Aalscholver, Witoogeend, Zwarte Wouw en Bijeneter. Ronduit slecht verging het Blauwe Kiekendief, Velduil en Kemphaan terwijl het voortbestaan in Ne-derland van Korhoen, Kuifleeuwerik en Grauwe Gors aan een zijden draadje hangt. Ook Eider en Kluut blijven afnemen.

Bijeneter (boven & Velduil (onder). Foto’s: Harvey van Diek

Page 8: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

14 15

schapsbeheer Nederland. In 2012 werd een samenwerkingsovereenkomst gesloten met STORK, dat zich richt op het verzamelen van reproductiegegevens van de Ooi-evaar. In dit kader werd een nieuwe webapplicatie ontwikkeld voor de invoer van nestgegevens van deze soort. Deze webapplicatie, ‘Nestkaart light’, wordt komend jaar doorontwikkeld voor gebruik van andere soorten broedvogels.

Meetnet Broedvogels Zoete RijkswaterenEvenals in voorgaande jaren werden in 2012 door vrijwilligers en professionele waarnemers BMP-tellingen uitgevoerd in meer dan 130 proefvlakken, verdeeld over de hoofdwatersystemen van de Zoete Rijkswateren. Voorts werden kolonievo-gels en zeldzame broedvogels integraal geteld in de belangrijkste gebieden. In 2012 verscheen het broedvogelrapport over 2010, waarin soortteksten zijn opgeno-men over het voorkomen en de aantalsontwikkelingen van Krooneend, Kleine Plevier, Grote Karekiet en Buidelmees in de Zoete Rijkswate-ren.

Stadsvogels / Meetnet Urbane Soorten (MUS)

Meetnet broedvogels WaddengebiedDe broedvogelkarteringen in het Waddengebied stonden in 2012 geheel in het teken van de vijfde integrale broedvogeltelling in het kader van het ‘Trilateral Mo-nitoring Assessment Programme’ (TMAP). Dit monitoringprogramma wordt sinds 1991 samen met Duitsland en Denemarken uitgevoerd. Naast een jaarlijkse telling van alle koloniebroedvogels,zeldzame soorten en algemene soorten in steekproef-gebieden, wordt eens in de zes jaar een telling van alle relevante kustbroedvogels uitgevoerd (35 soorten). Op die manier wordt periodiek ook de verspreiding van algemene soorten als Bergeend en Scholekster in kaart gebracht. De telling in 2012 werd mogelijk gemaakt door het Ministerie van EZ, Staatsbosbeheer, Natuurmonu-menten, het Groninger Landschap en de Provincie Groningen. Belangrijke bijdra-gen werd verder geleverd door Landschap Noord-Holland, de Wadvogelwerkgroep van de Fryske Feriening foar Fjildbiology, Bureau Altenburg & Wymenga en een groot aantal vrijwilligers. De verzamelde gegevens zullen niet alleen hun weg vin-den in de (inter)nationale monitoring van de broedvogels in de Waddenzee, maar ook worden gebruikt voor het volgen van beheervraagstukken.

Nestkaarten & CESHet Meetnet Nestkaarten en het Constant Effort Site project (CES) richten zich op het monitoren van de demografie van broedvogelpopulaties en geven daarmee in-zicht in de oorzaken van aantalsveranderingen. Het Meetnet Nestkaarten richt zich op het kwantificeren van broedsucces, CES op zowel broedsucces (maar van een deels andere selectie van soorten) als sterfte. Het totale bestand van het Meetnet Nestkaarten is in 2012 opgelopen tot ruim bo-ven de 667.000 kaarten. In dit project wordt samengewerkt met een groot en nog steeds toenemend aantal andere organisaties die nestgegevens verzamelen, zoals Werkgroep Roofvogels Nederland, Werkgroep Slechtvalk Nederland, Gierzwaluw-bescherming Nederland, Steenuil Overleg Nederland, Stichting Hirundo en Land-

PTT> sinds 1978> telling van wintervogels tussen15 december en 1 januari op 20 vaste punten langs een vast transect gedurende vijf minuten > ruim 400 routes> 350 deelnemers> coördinator Willem van Manen> projectnieuwsbrieven (twee maal per jaar), artikelen in Sovon-Nieuws

Meetnet Nestkaarten> verzamelen gegevens over trends in broedsucces en legbegin> sinds 1995 (maar veel gegevens uit periode daarvoor beschikbaar, vanaf 1946)> bijna 1000 deelnemers vullen jaarlijks zo’n 9.000 nestkaarten in> coördinatoren Frank Majoor en Chris van Turnhout> jaarlijks verschijnt eenmaal Broednieuws

Constant Effort Sites (CES)> sinds 1995> verzamelen gegevens over trends in broedsucces en overleving van zangvogels> op ca. 45 vangplekken worden jaarlijks 15.000 tot 20.000 vogels geringd (en weer vrijgelaten)> coördinator Frank Majoor, in samenwerking met Vogeltrekstation

MUS> gestart in 2007

> inventarisatie van stadsvogels in drie telronden tussen 1 april en 15 juli;

op 8-12 vaste, willekeurig geprikte punten per postcodegebied gedurende

vijf minuten het aantal vogels tellen> 610 routes

> indexen (trends) van bijna 60 soorten> ca. 750 deelnemers (plus vele

medetellers), ongeveer eenderde deel vrouw

> coördinator Jan Schoppers> emailnieuwsbrieven, artikelen in

Sovon-Nieuws, Vogelnieuws, sociale media en paragraaf in

broedvogelrapport 2012

In het zesde jaar MUS is een toename (bijna 10%) van het aantal getelde postcodegebieden geno-teerd, mede door werving via sociale media en mail. Voor de eerste, tweede en derde telling gaat het om resp. 608, 567 en 558. Het weer was over het algemeen vrij nat en koel, vooral tijdens de derde telling. Ondanks dat was de deelname dus toch goed, wat aangeeft dat we op de goede weg zijn. In het eerste nummer van Sovon-Nieuws zijn de resultaten over de eerste vijf jaar (2007-11) gepresenteerd. Van de 160 vastgestelde soorten kon van 59 soorten een betrouwbare trend bere-kend worden (9 meer dan in 2010). De meeste soorten gebonden aan water, bomen en bos la-ten, net als Afrika-gangers, een positief of stabiel beeld zien. Dit geldt ook voor de huizenbroeders, al neemt de dramatische achteruitgang van de Spreeuw zorgwekkende vormen aan. Drie koudere winters hebben duidelijk een wissel getrokken op enkele wintergevoelige soorten. Diverse soorten die hun voedsel op de grond zoeken, vooral lijsters (Merel!), vertonen een afname. De MUS-tellers ontvingen gedurende het telseizoen vier MUS-nieuwsbrieven. Verder zijn er zes lezingen gegeven voor vogel-werkgroepen en bij twee vogelwerkgroepen zijn de waarnemers geïnstru-eerd bij een telling. In het begin van het jaar werden niet-getelde postcodegebieden (tenzij door de waarnemer anders aangegeven) op vacant gezet. Nieuw was dat bij de invoer de gehoorconditie werd gevraagd van de waarnemer. Voor de Gemeente Zoetermeer is de Stadsvogelindicator uitgevoerd. In het najaar is begonnen met de uitwerking van zes jaar MUS, o.a. voor de Stadsvogelbalans (VBN), welke ver-schijnt op de Stadsvogelconferentie in het voorjaar van 2013.

Page 9: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

16 17

Meetnet WatervogelsHet meetnet watervogels beleefde in de winter van 2012/2013 alweer zijn 38e tel-seizoen. Het meetnet is opgebouwd uit drie onderdelen. Maandelijks vindt een telling plaats van zowel de belangrijke watervogelgebieden als van de aanvullende pleisterplaat-sen van ganzen en zwanen en in januari vindt de midwintertelling plaats. De telre-sultaten komen tegenwoordig grotendeels binnen via het online invoersysteem van Sovon. In 2012 is een geheel vernieuwde handleiding verschenen. Na bijna tien jaar tijd was het tijd voor een frisse, nieuwe versie. Het meest in het oog springend is dat de Meetnetten Watervogels en Slaapplaatsen onder één kaft zijn samengebracht. De twee meetnetten liggen dicht tegen elkaar aan, waarbij de resultaten elkaar aanvul-len. De handleiding is ondanks deze integratie compacter dan de vorige versie uit 2003. Een belangrijke verandering in de afgelopen tien jaar is de online gegeven-sinvoer. Werd in 2003 nog alles op papier doorgegeven, in 2012 werd ruim 90% online ingevoerd. Ondersteunend aan de papieren (en ook digitaal beschikbare) handleiding zijn - conform de handleiding broedvogels - soortspecifieke richtlijnen online beschikbaar gesteld. In 2012 werd het jaarrapport over het telseizoen 2010/11 afgerond. In het 142 pa-gina’s tellende rapport staan de aan wetlands gebonden schaarse soorten centraal, die eens in de vier jaar extra aandacht krijgen. Met de publicatie van het jaarrap-port zijn ook weer de landelijke trends, gebiedentrends en verspreidingskaarten op de website van Sovon geüpdatet tot en met seizoen 2010/11.

BSPDe gegevens van dit laagdrempelige project zijn in eerste instantie vooral van avi-faunistische waarde: ze zijn in aanvulling op andere informatiebronnen bruikbaar voor het beschrijven van (veranderingen in) verspreiding en seizoenspatronen van een groep van soorten die te zeldzaam is om goed met de meetnetten (broedvogels, watervogels, slaapplaatsen) gevolgd te worden.Dankzij samenwerking tussen Sovon en Waarneming.nl kunnen bij het schrijven van een artikel ook gegevens van Waarneming.nl worden gebruikt. De bijdragen in Sovon-Nieuws blijken door vrijwilligers zeer gewaardeerd te worden omdat ze sa-menhang, duiding en interpretatie geven aan het verzamelde materiaal.

PTT> sinds 1978> telling van wintervogels tussen15 december en 1 januari op 20 vaste punten langs een vast transect gedurende vijf minuten > 439 routes> 350 deelnemers> coördinator Willem van Manen> projectnieuwsbrieven (twee maal per jaar), artikelen in Sovon-Nieuws

Meetnet Watervogels> Maandelijkse tellingen sinds 1975/76,midwintertelling sinds 1967, door Sovon gecoördineerd sinds 1992/93.> Maandelijks tellen van watervogels (alle watervogelsoorten of ganzen en zwanen) in vaste telgebieden gedurende een groot deel van het jaar. Betreft tellingen van alle belangrijke wetlands en pleisterplaatsen.> In januari tellen van watervogels van zoveel mogelijk gebieden in Nederland (Midwintertelling). Deze telling wordt ook internationaal uitgevoerd.> Ca. 3.500 telgebieden> Ruim 1.950 waarnemers. Vrijwilligers, terreinbeheerders en overheden> Coördinator Menno Hornman > 19 regio’s en 15 regiocoördinatoren> het watervogelproject maakt deel uit van het Netwerk Ecologische Monitoring van de Nederlandse overheid en is een samenwerking tussen Rijkswaterstaat Waterdienst, het Ministerie van Economische Zaken, het Centraal Bureau voor de Statistiek en Sovon Vogelonderzoek Nederland.> Meest recente rapport: Watervogels in Nederland in 2010/11> Eerste resultaten Midwintertelling januari 2011 in Sovon-Nieuws 25 [4]:6-7

Punt-Transect-Tellingen-project (PTT)Het PTT heeft ten doel aantalsverloop en in mindere mate verspreiding van vogels in de winter vast te leggen.Gedurende de afgelopen 19 jaar bedroeg het aantal routes 300-450, wat voor de meeste vogelsoorten vol-doende blijkt om betrouwbare trends te genereren. Een daling in het aantal getelde routes kon in 2011 teniet worden gedaan door vacante routes op de website te plaatsen, en vogelaars uit te nodigen die te claimen. Na de stijging van het aantal routes in 2011 heeft dit aantal zich gestabiliseerd.

Meetnet WeidevogelsIn het weidevogelmeetnet vindt nauwe samenwerking plaats tussen provincies, Sovon en het CBS. Provincies en Sovon leveren elk ongeveer de helft van de data die worden gebruikt voor het berekenen van de indexen. In 2012 is de toepassing van punttellingen via MAS (Meetnet Agrarische Soorten) verder doorgevoerd. Tot nu toe geschiedt dit nog steeds op professionele basis, maar 2012 is ook benut om het MAS open te gaan stellen voor vrijwilligers. Vrijwilligers kunnen vanaf 2013 via de website telpunten selecteren die zij willen tellen.De resultaten van het meetnet wijzen uit dat de laatste twee jaar de sterke achter-uitgang bij veel soorten is gestopt of zelfs is veranderd in een lichte toename. Of dit zich zal vertalen in een positieve trend zal de toekomst moeten uitwijzen.

BSP> sinds 1989> losse waarnemingen verzamelen van een selectie van ruim 100, schaarse/zeldzame, niet broedvogelsoorten> coördinator Arjan Boele> artikelen in Sovon-Nieuws over Kleine Burgemeesters (25[1]: 10-11) en Zeearenden (25[3]: 12-13) en in Limosa over

Zwarte Ibissen (85: 171-178

Versterking informatievoorziening natuur optimalisering interne PGO-projecten: Voortgangsverslag

4

2. Punt-Transect-Tellingen (punttellingen van wintervogels)

Willem van Manen

Inleiding

Het PTT heeft ten doel aantalsverloop en in mindere mate verspreiding van vogels in de winter vast te leg-

gen. Het betreft een eenmalige telling van 20 punten langs een vaste route in de tweede helft van decem-

ber. Per punt worden gedurende vijf minuten alle waargenomen vogels genoteerd. Vanwege het grote aan-

tal waarnemers en reproduceerbare aanpak met vaste punten waarop vijf minuten wordt geteld, worden

jaarlijkse veranderingen in aantallen van de meeste soorten nauwkeurig in beeld gebracht. De eenvoudige

methode draagt ervoor zorg dat snel resultaten kunnen worden gegenereerd en dat met TRIM berekende

indexen zelden afwijken van het gemiddeld aantal exemplaren per route. Hierdoor kunnen trends worden

berekend en getelde aantallen in verschillende regio’s met elkaar worden vergeleken.

Gedurende de afgelopen 19 jaar bedroeg het aantal routes 300-450, wat voor de meeste vogelsoorten vol-

doende blijkt om betrouwbare trends te genereren. Een daling in het aantal getelde routes kon in 2011 te-

niet worden gedaan door vacante routes op de website te plaatsen, en vogelaars uit te nodigen die te clai-

men. Dit leverde in december 2011 een stijging ten opzichte van december 2010 op van liefst 58 getelde

routes. Ook december 2012 was goed met 439 getelde routes (figuur 1).

Figuur 1. Aantal getelde PTT-routes in 1978-2012

0

50

100

150

200

250

300

350

400

450

500

1978 1982 1986 1990 1994 1998 2002 2006 2010

Aantal getelde PTT-routes in de periode 1978-2012

Kleine Zwanen. Foto: Menno Hornman

Page 10: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

18 19

Meetnet Slaapplaatsen Het Meetnet Slaapplaatsen ging in 2012 haar vierde seizoen in. De werkzaamheden bestonden uit het organiseren van simultane tellingen van 19 vogelsoorten in 56 Natura 2000-gebieden met een beschermde slaapplaatsfunctie. Daarnaast werden waarnemers gestimuleerd om ook buiten deze gebieden om slaapplaatsen te tellen. Voor elke soort waren er 2-3 tellingen tijdens het piekvoorkomen in ons land. In 2012 verscheen een artikel in Limosa waarbij het belang van de slaapplaatstel-lingen werd benadrukt om tot een goede aantalsbepaling te komen van Grote Zilverreigers, zowel op gebieds- en landelijk niveau. In 2012 werden wederom ho-gere aantallen Grote Zilverreigers vastgesteld, met alleen al in de Biesbosch meer dan 900 exemplaren tijdens de februaritelling. Ook voor Reuzensterns was 2012 een topjaar, met 111 gelijktijdig getelde exemplaren op 24 augustus 2012. Jaren-lang schommelde het seizoensmaximum van deze soort rond de 90 vogels. Ook voor Grutto´s begint zich een landelijk netwerk aan slaapplaatswaarnemers af te tekenen. In 2012 stond de teller op ruim 300 slaapplaatsen van deze soort. Hals-bandparkieten werden voor het derde opeenvolgende jaar op slaapplaatsen geteld hetgeen voor het eerst meer dan 10.000 exemplaren opleverde (11.657 ex.). De or-ganisatie van het Meetnet was in handen van een landelijk coördinator en vier regi-onale coördinatoren, die ieder 2-4 provincies onder hun hoede hadden.

Inventarisaties

In 2012 zijn verscheidene inventarisatieopdrachten uitgevoerd, waaronder enkele meerjarige projecten. We hebben met veel plezier werkzaamheden verricht voor een groot aantal terreinbeherende instanties, alsmede enkele overheden en ken-nisinstituten . Een relatief groot deel van het inventarisatiewerk werd gedaan in het Waddengebied; ontwikkelingen van karakteristieke vogelsoorten in dit kwetsbare en belangrijke natuurgebied worden op de voet gevolgd door hier elke zes jaar een integrale kartering uit te voeren. Een groot deel van de inventarisatieopdrachten is dit jaar via de autocluster-module van Sovon geautomatiseerd. Veldmedewerkers voerden de waarnemingen per telronde online in en aan het eind van het seizoen werden met ‘een druk op de knop’ de territoria per soort bepaald. Deze werkwijze maakt de interpretatie van de waarnemingen volgens de vastgestelde regels transparant, eenduidig en reprodu-ceerbaar.

Onderzoek en Advies

Team Ecologisch AdviesHet team ondersteunt bedrijven en overheden bij het gebruik van vogelgegevens voor ruimtelijke-juridische toepassingen en ecologische vraagstukken. Daarbij gaat het onder andere om vraag-aanbod-analyses, second opinions, risico- en effectana-lyses, kennisproducten om de veelheid aan informatie beter hanteerbaar te maken en uitleg over de ecologische functionaliteit van een gebied. Een interessante opdracht - waarin veldwerk, juridische kennis en onze expertise op het gebied van terreingebruik van soorten werd gecombineerd - was een project waarin gevraagd werd de benodigde compensatie voor de Steenuil bij een ruimte-lijke ingreep in beeld te brengen. Vanwege de vele vragen die we over Steenuilen en wetgeving kregen, hebben we in samenwerking met NatuurInclusief, Vogelbe-scherming en STONE de Cursus Steenuil en ruimtelijke ontwikkeling ontwikkeld. De cursus voor professionals in het vakgebied was drie keer volgeboekt en scoorde hoog bij de deelnemers! Vanuit Sovon werd, evenals in 2011, een medewerker gedurende één dag in de week gedetacheerd voor ondersteuning van Het Natuurloket bij gegevensleveringen met vogelgegevens. Bij 44 gegevensleveringen werden de tellers aangezien deze zulks als wenselijk hadden aangegeven . Tevens is uitleg gegeven bij het gebruik van de gegevens in toetsingen of effectanalyses.In opdracht van het Ministerie van EZ is in 2012 gestart met de Vogelrichtlijn-rap-portage aan de Europese Commissie alsmede het uitvoeren van daaraan gerelateer-de werkzaamheden waaronder het invullen van Standard Data Forms. Ook aan een aantal andere internationale rapportageverplichtingen is medewerking verleend.

Meetnet Slaapplaatsen> Langjarig meetnet, gestart in 2009/10> Opzetten en onderhouden van een waarnemers- netwerk voor het tellen van slaapplaatsen in Natura 2000-gebieden> Enthousiasmeren van waarnemers voor het verzame-

len van gegevens van alle gemeenschappelijk slapende soorten

> 400 deelnemers> Landelijk Meetnetcoördinator: Olaf Klaassen> Aansturing van waarnemers door vier regionale Slaapplaatscoördinatoren: Jan Schoppers, Jan-Willem

Vergeer, Jelle Postma, Vincent de Boer > artikelen: Klaassen O. 2012. De toename van overwinterende

Grote Zilverreigers in Nederland aan de hand van dag-tellingen en slaapplaatstellingen. Limosa 85: 82-90.

Klaassen O. 2012. Succesvolle landelijke slaapplaatstel-ling Halsbandparkieten. SN 25 (1): 17

Klaassen O. 2012. Reuzensterns op slaapplaatsen: het liefst tot de knietjes in het water. SN 25 (2): 11-12

Klaassen O. 2012. Toename Grote Zilverreigers, het houdt maar niet op. SN 25 (4): 14

Figuur. Seizoensmaxima van overwinterende Grote Zilverreigers in Nederland in 2003/04-2010/11, verkregen uit watervogeltellingen en slaapplaatstellingen.

Page 11: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

20 21

Team Kust, Wad & WaterGrote langlopende onderzoeksprojecten vormden, net als in voorgaande jaren, de kern van het onderzoek. Financiering van deze projecten komt van Waddenfonds, NWO, NAM, IMARES, Deltares en ministeries.

In 2012 is opnieuw hard gewerkt aan het door het Waddenfonds betaalde project Mosselwad dat zich richt op herstel van mosselbanken in de Waddenzee. In de loop van 2012 werden de 2e en 3e camerapaal geplaatst op respectievelijk Brakzand en Balgzand. Omdat de steekproef aan mosselbanken die intensief met een camera bestudeerd kunnen worden erg klein is, werd ook het zogenaamde 20-banken pro-gramma ontwikkeld. Hiermee worden vogel- en mosselgegevens verzameld van een veel groter aantal mosselbanken verspreid over de Waddenzee. In najaar 2012 was er voor het eerst weer een grote zaadval van mosselen op het oostelijke wad en werden een aantal extra zaadbanken aan het onderzoekprogramma toegevoegd. Daarnaast zijn er in het kader van Mosselwad vele boottellingen uitgevoerd van de vogels die zich ophouden boven de delen van de Waddenzee die nooit droogvallen en daar mossels eten, of mogelijk afhankelijk zijn van organismen die op of rond mosselbanken leven. Het door het Waddenfonds gefinancierde onderzoek naar de effecten van begrazing op vegetatie, insecten en vogels van vastelandskwelders naderde het einde, zodat de drie AIO’s van de Rijksuniversiteit Groningen in de werkgroepen Animal Ecology en Community and Conservation Ecology zich vooral toelegden op het schrijven van artikelen. Daarbij wordt het promotietraject van Freek Mandema, die werkt aan de effecten van kwelderbeheer voor vogels, mede begeleid vanuit Sovon. In opdracht van de NAM worden de effecten onderzocht van bodemdaling als ge-volg van de in 2007 begonnen nieuwe gaswinning langs de Friese en Groningse kust. Daarbij worden o.a. Scholeksters voorzien van door de UvA ontwikkelde GPS-zenders. De bedoeling van dit onderzoek is om de voorspellingen van het mo-del WEBTICS, waarmee de draagkracht voor overwinterende Scholeksters wordt berekend, te testen. Op basis van ervaringen in de winter 2010/11 is de onder-zoeksopzet aangepast en in de winter van 2011/12 is het onderzoek geconcentreerd op het Balgzand. In het najaar van 2012 is begonnen met de werkzaamheden voor de afrondende rapportage over de eerste vijf jaren monitoring. Deze moet voorjaar 2013 worden opgeleverd. Natuurlijk zijn er naast grote ook kleinere projecten. Noemenswaardig is het onderzoek naar de verhoogde sterfte van Scholeksters in Waddenzee en Delta tijdens een strenge vorstperiode in februari 2012, die volgde op een extreem zacht eerste deel van de winter. Voorts wordt door Rijkswaterstaat respectievelijk Deltares jaarlijks om een audit gevraagd van de monitoring van de natuurcompensatie van de Tweede Maasvlakte, respectievelijk de plannen die ont-wikkeld worden om de autonome negatieve trend (c.q. de erosie van de wadplaten) in de Oosterschelde te keren.

Team Stad & LandDe werkvelden waarop het Team Stad & Land zich vooral richt zijn effectstudies, vogels van het boerenland (waaronder weidevogels, akkervogels en ganzen), ruim-telijke verspreiding van vogels en factoren die daarop van invloed zijn, en tenslotte de ontwikkeling van populatiemodellen.

Op vijf verschillende locaties op de Veluwe en in Drenthe worden sinds 2011 in het ‘Licht op natuur-project’ mogelijke effecten van kunstlicht op de aantallen en ver-spreiding van onder meer broedvogels vastgelegd. Het eerste jaar werd een ‘nulme-ting’ uitgevoerd. Vanaf 2012 brandt op de locaties verschillende kleuren kunstlicht, waarna gedurende drie jaren ontwikkelingen binnen de broedvogelpopulatie in beeld worden gebracht. Dit gebeurt door middel van BMP-inventarisaties, ringon-derzoek en nestkastonderzoek. Verschillende andere organisaties doen op dezelfde locaties onderzoek aan andere soortgroepen, zoals planten, zoogdieren en insecten.Er is een aanvang gemaakt met het opstellen van een populatiemodel voor de Kol-gans. Hierbij wordt samengewerkt met de Radboud Universiteit Nijmegen. Dit model zal in 2013 worden afgerond en moet de mogelijkheid bieden effecten van beheermaatregelen op de ganzenstand door te rekenen. Naast deze modelmatige aanpak is in samenwerking met de Duitse natuurbeschermingsorganisatie NABU Naturschutzstation Niederrhein onderzoek uitgevoerd naar effecten van jacht en verstoring op de verspreiding van ganzen. Binnen het project wordt ook een web-programma ontwikkeld waarmee voor gebieden de opvangcapaciteit voor ganzen kan worden berekend op basis van het onderliggend verstoringsbeleid – de Goose Area Calculator GAC. Ganzenpopulaties kunnen snel groeien. Zeker in gebieden met voldoende broedge-legenheid en opgroeihabitat voor kuikens. Er zijn echter sterke aanwijzingen dat de aanwezigheid van vossen in een gebied hierop (grote?) invloed kan hebben. Vossen zouden op deze manier regulerend kunnen zijn voor ganzen. Dit is onderzocht door in twee gebieden vossen van GPS-zenders te voorzien, waarmee hun activiteiten en terreingebruik goed in beeld kon worden gebracht, en dit te koppelen aan broed-verspreiding en broedsucces van ganzen. Parallel hieraan is onderzocht welke effec-ten vossen op de aanwezige weidevogels in het gebied hebben.Tot slot is voor weidevogels, en met name de Grutto, onderzocht wat de kenmer-ken zijn van gebieden waarin een afname van de populatie wordt waargenomen en gebieden waarin dit niet het geval is. Op basis van die informatie kunnen gebieden worden onderscheiden waarin wordt voldaan aan de randvoorwaarden die weide-vogels stellen aan hun leefomgeving. Zulke gebieden zijn, net als gebieden die met relatief weinig inspanning hieraan kunnen voldoen, per definitie geschikt om als kerngebied te worden aangewezen, met aanvullende beheermaatregelen als toege-voegde waarde.

Hoogwatervluchtplaats op de Wadden (links) & gezenderde vos (rechts).

Foto’s Peter Eekelder

Page 12: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

22 23

Samenwerking

Centraal Bureau voor de StatistiekHet Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is onze oudste samenwerkingspart-ner. Met het CBS wordt dagelijks intensief samengewerkt ten behoeve van de optimalisering en verdere kwaliteitsverbetering van de meetnetten. In 2012 is in samenwerking met het CBS ook nagegaan welke informatie nodig is voor beheere-valuaties in het kader van de Subidieregeling Natuur en Landschap,

Ministerie van EZ en Ministerie van IenM/RijkswaterstaatDe Programmadirectie Natura 2000 van het ministerie van EZ, voorheen EL&I, is ondersteund met inhoudelijke informatie ten behoeve van de aanwijzing van Natura 2000-gebieden onder de Vogelrichtlijn. Met de Directie Natuur en Biodi-versiteit is veel afstemming geweest over aansluiting van meetnetten op nieuwe informatievragen in de maatschappij. Samen met Rijkswaterstaat is nagegaan hoe MWTL (Monitoring Waterstaatkundige Toekomst des Lands) de komende jaren kosteneffectief een belangrijke bron van informatie kan blijven over ontwikkelingen van vogels in de Rijkswateren.

Provincies & IPOMet provincies is intensief samengewerkt om gezamenlijk een betrouwbaar beeld te krijgen van de ontwikkelingen van weidevogels en de betekenis van het landelijk gebied voor overwinterende ganzen en, in sommige provincies, ook ‘zomerganzen’ (vooral Grauwe Ganzen en Brandganzen). Om de ontwikkeling van zomerganzen goed te kunnen volgen, is met provincies en natuurorganisaties nagegaan welke methodiek geschikt is. Met IPO en provincies is nagegaan hoe vrijwillige vogelwaar-nemers een bijdrage kunnen leveren aan de evaluatie van beheerinspanningen.

Vogelbescherming Nederland Aan het in 2011 gestarte onderzoeksprogramma ’De gezondheid van de Nederland-se vogelpopulatie als basis voor een Early Warning Systeem’ is in 2012 stevig door-gewerkt. Een van de grote uitdagingen in dit programma is het verzamelen van de waarden van de verschillende parameters die het systeem voeden. Een deel van die waarden volgt uit de meetnetprojecten van Sovon, maar andere waarden worden o.a. gehaald uit samenwerkingsprojecten met het Vogeltrekstation (CES-project) en de Radbouduniversiteit (ontwikkeling geïntegreerde populatiemodellen). De kennis die gaandeweg wordt opgedaan en de betrokkenheid van diverse partijen maakt het programma steeds inspirerender. Daarnaast waren het Jaar van de Klauwieren, de Tuinvogeltelling (januari) en de discussies over de ganzen belangrijke dossiers waarin de samenwerking nader werd ingevuld.

VogeltrekstationSovon en Vogeltrekstation werken samen met Alterra aan het verbeteren van het invoerportal www.geese.org waarin waarnemers hun afgelezen kleurringen en halsbanden van ganzen en zwanen kunnen invoeren. Inmiddels omvat het bestand gegevens van 15 soorten, waaronder ook de Grauwe Ganzen, Canadese Ganzen en

Nijlganzen die door Sovon medewerkers in het kader van diverse projecten worden geringd. Direct na invoer zien waarnemers de ringgegevens en de levensloop van de door hen afgelezen individuen. De aflezingen dragen bij aan meer inzicht in de verplaatsingen en de overleving van ganzen en zwanen. Zo wordt momenteel in opdracht van het Faunafonds door de Radboud Universiteit, het NIOO en Sovon gekeken naar de effecten van het gevoerde beleid voor overwinterende Kolganzen. Gegevens van geese.org worden o.a. gebruikt om de overlevingstatistieken (mede in relatie tot jacht) te bepalen en verplaatsingen tussen de verschillende flyways op het spoor te komenDe elkaar aanvullende expertise van beide organisaties biedt goede kansen voor nieuwe projecten en voortzetting van de intensieve samenwerking.

Terreinbeherende organisatiesMedewerkers van terreinbeherende instanties, waaronder Staatsbosbeheer, Na-tuurmonumenten, provinciale landschappen en duinwaterbedrijven, vervullen tra-ditioneel een belangrijke rol bij de uitvoering van vogelmonitoring in natuurterrei-nen. Medewerkers van deze organisaties verrichten vaak telwerk maar verlenen ook ondersteuning aan vrijwilligersgroepen die systematisch vogels monitoren in na-tuurterreinen, vaak Natura 2000-gebieden. Dat juichen we toe want ondersteuning van vogelwerkgroepen en individuele vogelaars zien terreinbeherende instanties en Sovon als een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Het aanbieden van de automa-tische clustermodule (computerprogramma voor clustering van waarnemingen tot territoria) is hier een mooi voorbeeld van. Terreinbeheerders gebruiken de module op grote schaal als in- en uitvoerportaal van hun vogelgegevens.

Stichting Veldonderzoek Flora en FaunaDe VOFF is de netwerkorganisatie van tien PGO’s waaronder Sovon, met afstem-ming en informatieoverdracht tussen de PGO’s als voornaamste doel. Het jaar 2012 stond grotendeels in het teken van de vernieuwing van de samenwerking tussen de PGO’s in relatie tot sterk afnemende financiering van projecten. Dit kreeg in het bijzonder vorm bij de inzet van Sovon en de andere PGO’s bij de succesvolle doorstart van FLORON. Ook de toekomst van de Gegevensautoriteit Natuur en de NDFF stond prominent op de agenda (zie hieronder) evenals het structureel vorm-geven aan de samenwerking met Waarneming.nl. De invloed van de VOFF binnen de Groene11, waarin de informatie-uitwisseling met politiek Den Haag wordt geor-ganiseerd, is toegenomen.

Gegevensautoriteit NatuurSinds in september 2010 de samenwerkingsovereenkomst tussen de GaN en de tien PGO’s is getekend, gaat de stroom verzoeken voor basisgegevens niet meer rechts-reeks naar Sovon maar via Het Natuurloket. Kennis- en informatievragen blijven via Sovon lopen. In 2012 is deze situatie gecontinueerd en daar waar mogelijk uit-gebouwd. Eind 2012 bleek dat de wijze waarop Stichting GaN sinds 2010 de Nationale Data-base Flora en Fauna (NDFF) exploiteert niet meer op basis van het huidige verdien-model gecontinueerd kan worden. In december zijn de verschillende stakeholders, waaronder Sovon namens de PGO’s, een verkenning gestart om te komen tot een duurzame financiering op basis van de mogelijkheden die overheden en markt bie-

Page 13: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

24 25

den, waarbij zo veel mogelijk recht wordt gedaan aan de in 2010 verwoorde kern-doelstellingen (verbetering bereikbaarheid betrouwbare natuurgegevens). De besluiten daarover zullen in 2013 vallen.

NAM Sovon is als onafhankelijke kennisorganisatie door de NAM gevraagd onderzoek te verrichten na de effecten van bodemdaling door gaswinning op vogels en hun leef-omgeving in kustgebieden. Het onderzoek van Sovon levert belangrijke informatie voor de wetenschappelijke toetsing van menselijke ingrepen in ecosystemen.

Universiteiten: IWWRSovon is sinds begin 2010 gehuisvest op de campus van de Radbouduniversi-teit Nijmegen in één gebouw met diverse andere natuurorganisaties. Samen met RAVON (Reptielen-, Amfibieën- & Vissenonderzoek), de Zoogdiervereniging, Floron (Floristisch Onderzoek Nederland) en Stichting Bargerveen vormt Sovon het samenwerkingsverband Natuurplaza. De partners binnen Natuurplaza willen daarin méér zijn dan alleen een gezamenlijk bewoonde plek. Op het gebied van exo-tenbeheer en de ontwikkeling van geïntegreerde populatiemodellen worden geza-menlijke projecten uitgevoerd, veelal in nauwe samenwerking met het Institute for Water & Wetland research (IWWR) van de Radbouduniversiteit. Het gezamenlijk bedenken van projecten vanuit enerzijds de fundamentele wetenschap en ander-zijds de onderzoeks-, verspreidings- en monitoringgegevens van de Natuurplaza partners, blijkt een vruchtbare basis voor verdere uitbouw van de samenwerking. Andere partners, al dan niet in Nijmegen gevestigd, zijn daarbij in principe van harte welkom. In 2013 zal Natuurplaza met een visie naar buiten komen waarin de

potenties van deze samenwerking in de context van de maatschappelijke ontwikkelingen (finan-

ciën, ‘citizen science’, herverkaveling kennisinfrastructuur) zullen

worden geschetst.

Kwaliteitszorg In 2012 werd hard gewerkt aan de implementatie van een kwaliteitsmanagementsysteem. Eind december kwam het bericht van Lloyd’s dat Sovon gecertificeerd is volgens de ISO norm 9001:2008. Dit betekent dit we steeds werken aan het verbeteren van onze dienstverlening binnen de projecten die we uitvoeren (Sovon is een projectorganisatie). Dit doen we rond vier waarden:> Betrouwbaarheid: onze methodieken leveren betrouwbare

vogelgegevens op die de juridische en wetenschappelijke toets der kritiek kunnen doorstaan.

> Objectiviteit: Sovon-medewerkers stellen zich objectief op bij het uitvoeren van projecten.

> Expertise: Sovon is de autoriteit in Nederland op het terrein van het voorkomen van vogels in Nederland en het verklaren van veranderingen hierin.

> Toepassingsgericht: Sovon-medewerkers kunnen als geen an-der met behulp van de bij Sovon aanwezige kennis en vogelge-gevens de (latente) vraag van de klant vertalen in een dienst of product waar de klant wat aan heeft.

Internationaal: EBCC, BTO en Wetlands International Internationaal is Sovon onderdeel van de European Bird Cencus Council (EBCC). Ruud Foppen van Sovon is sinds 2009 voorzitter van de EBCC. Op het moment wordt flink aan de weg getimmerd om een nieuw Europees atlasproject voor de verspreiding van broedvogels op te starten. Belangrijke partners op internationaal vlak zijn Wet-lands International en de British Trust for Ornithology (BTO).

Organisatie

Kantoor SovonDirectie: Theo Verstrael afdeling Communicatie Carolyn Vermanen (afdelingshoofd) Laurien Holtjer (teamleider) John van Betteray

Harvey van Diek Peter Eekelder Albert de Jong Frank Saris

afdeling Onderzoek & Advies Julia Stahl (afdelingshoofd, vanaf 1 oktober) - team Stad & Land Wolf Teunissen (teamleider)

Loes van den Bremer Christian Kampichler Caspar Hallmann Frank Majoor Maja Roodbergen Henk Sierdsema Berend Voslamber - team Kust, Wad & Water Bruno Ens (teamleider) Kees Oosterbeek Hans Schekkerman Peter de Boer - team Ecologisch Advies Petra Verburg (teamleider)

Vincent de Boer Martin Epe Ruud Foppen André van Kleunen Adrienne Lemaire Maartje Liefting

afdeling Monitoring en Inventarisatie Rob Vogel (afdelingshoofd) - team Monitoring Chris van Turnhout (teamleider) Jouke Altenburg Arjan Boele Joost van Bruggen

Page 14: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

26 27

Arend van Dijk Menno Hornman Fred Hustings Olaf Klaassen Michel Klemann Kees Koffijberg Marc van Roomen

Jan-Willem Vergeer - team Inventarisaties: Roy Slaterus (teamleider) Symen Deuzeman Lieuwe Dijksen Klaas Jager Jan de Jong Romke Kleefstra Willem van Manen Jelle Postma Jan Schoppers Ted Sluijter - team Databeheer/GIS: Dirk Zoetebier (teamleider) Yvonne Boesten Allart Kooiman Willy-Bas Loos Lara Marx Victor Mensing Jeroen Nienhuis Dries Oomen Hans Quaden (systeembeheer) Gerard Troost Erik van Winden

Staf: Carolyn Vermanen (afdelingshoofd) - Financiële zaken en P&O: Michel Hengst (teamleider) Mathijs Ham Bianca Kamps Carolin Mix

- Team Facilitair Renate Eertink (teamleider) Kim Bosman Nadine Mulderij

Jeroen van Zuylen

Bestuur Het bestuur van Sovon houdt zich bezig met de toetsing en vaststelling van het beleid op hoofdlijnen en heeft de dagelijkse leiding van het kantoor gedelegeerd aan het managementteam. Het bestuur legt over het gevoerde beleid verantwoording af aan de Ledenraad. Zowel het bestuurslidmaatschap als het ledenraadslidmaatschap zijn onbezoldigde functies.Belangrijke items gedurende het jaar waren de voorbereiding van het nieuwe Atlas-project en de ISO-certificering. De volgende personen hadden in 2012 zitting in het bestuur: Roelof ten Doesschate (voorzitter), Dennis) Meeuwissen (penningmees-ter), Ricardo van Dijk (secretaris), Frank Berendse (lid tot november), Jaap van Gent (lid vanaf juni) en dr. Lilian van den Aarsen (lid vanaf november).

Wetenschappelijke BegeleidingscommissieDe Wetenschappelijke Begeleidingscommissie adviseert het Bestuur over de we-tenschappelijke kwaliteit van de projecten van Sovon. De WBC heeft in 2012 niet vergaderd. De laatste vergadering was in januari 2013. De WBC bestond in 2012 uit de volgende personen: Willem Bouten (UvA), Paul Goedhart (WUR), Maarten Loonen (RUG), Luc Lens (Universiteit Gent), Henk van der Jeugd (Vogeltrekstation/NIOO, voorzitter) en Frank Berendse (vertegenwoor-diger uit bestuur). LedenraadDe Ledenraad is een afvaardiging van de leden, gekozen door de leden uit de be-staande 20 districten. Per district kunnen maximaal twee personen, voor een peri-ode van hooguit acht jaar, zitting hebben in de Ledenraad.De Ledenraad vergaderde in 2012 zoals gepland tweemaal en stelde de begroting vast. De raad had verder belangrijke inbreng bij het jaarplan en andere verenigings-activiteiten zoals het Atlasproject. De ledenraad bestond in 2012 uit de volgende leden: Jan van der Ben, Wim Ruiten-beek, Sieds Boersma, Lydia Barkema, Koos Dansen, Marinus Brijker, Jouke Prop, Sjoerd Boonstra, Joop Kramer, Ben van Os, Wim Bosch, Rudi Lanjouw, Gerrit Dommerholt, Ton Eggenhuizen, Kees Scharringa, Ton van Schie, Herco Christerus, Toine Morel, Siebe Bonthuis, Greta van Hoorn, Floor Arts, Hans van der Sanden, Piet van Iersel, Ton Arends, Henk Heijligers, Peter Vermaas, Harrie Horn en Hans Witte.

Stagiairs 2012Sovon blijft in trek als stageplaats, zowel voor studenten van het MBO, HBO als de universiteit. De volgende mensen brachten (een deel van) hun stage door bij Sovon: Roy Belderok, Tim Breur, Nienke Dalstra, Jesse Derks, Willem Fenten, Jaap Gijs-bertsen, Anne Kwak, Tom den Otter, Ernstjan Penninkhof, Kees Schreven en Raisja Spijker.

Vrijwillige coördinatoren (districtscoördinatoren broedvogels, regioco-ordinatoren watervogels, districtscoördinatoren Atlasproject) Een belangrijke rol binnen Sovon vormen de districtscoördinatoren, regiocoördina-toren en contactpersonen van de verschillende monitoringprojecten. Ze vormen een

Personeelsuitje van Sovon in 2012. Foto: Dries Oomen

Page 15: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

28 29

belangrijke schakel in het contact tussen Sovon en de tellers. Bovendien zorgen ze ervoor dat de gegevens die de tellers in het veld verzamelen uiteindelijk op bij Sovon terechtkomen. De volgende mensen hebben deze rol op zich genomen in 2012:DC’s en RC’s: Leo Ballering, Jan-Joost Bakhuizen, Patrick Bergkamp, Diny Buis-man, Roland-Jan Buijs, Ton Cuijpers, Inge Hagens, Ben Hulsebos, Marcel Kloot-wijk, Geert Lamers, Pim Leemreise, Mervyn Roos (Rijkswaterstaat Waterdienst), Jaap Ruiter, Bert van Setten, Harold Steendam, Anthonie Stip, Wilco Stoopendaal, Gerard Tamminga, Rudi Terlouw, Sander Terlouw, Jan Tjoelker, Hans Peter Ubel-günn, Edwin de Visser, Inge Wesselink, Marten Wesselius (Provincie Friesland)

Atlascoördinatoren: Floor Arts, Leo Ballering, Max Berlijn, Jan de Boer, Adri Cle-ments, Arend van Dijk, Lieuwe Dijksen, Bert Dijkstra, Ton Eggenhuizen, Victor Eggenhuizen, Sander Elzerman, Stijn van Gils, Peter Hoppenbrouwers, Ronny Hullegie, Pim Leemreise, Harm Meek, Jan Mudde, Gert Ottens, Henk-Jan Ottens, Arjan Ovaa, Jan Peeters, Sander Pruiksma, Wim Ruitenbeek, Kees Scharringa, Piet Schermerhorn, Harma Scholten, Dirk van Straalen, Gerard Tamminga, George Ta-nis, Krijn Tanis, Jan-Willem Vergeer, Regina Vlijm

Financieel Jaarverslag

2012 2011

x € 1.000 % x € 1.000 %

Netto omzet 4.498 98,3 4.270 96

Overige bedrijfsopbrengsten 170 3,7 223 5

Mutatie Onderhandenwerk -/-92 -/-2 -/-44 -/-1

Bruto-marge * 4.576 100 4.449* 100

Loonkosten 3.312 72,4 3.162 71,1

Afschrijvingen 94 2,1 102 2,3

Overige bedrijfskosten 1.149 25,1 1.435 32,2

Som der bedrijfskosten 4.555 99,5 4.699 105,6

Bedrijfsresultaat 21 0,5 -/- 250 -/- 5,6

Financiële baten en lasten 10 0,2 -/-1 -/-0,02

Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening 31 0,7 -/- 251 -/-5,6

Buitengewoon resultaat 2 0,04 0 0,0

Bestemming resultaat

Mutatie reserveringen

vereniging gerelateerde projecten 64 1,4

278 6,2

Niet bestemd resultaat lopend boekjaar 97 2,1 27 0,6

Continuïteitsreserve 135 3,0 80 1,8

• Resultaatkomttengoedeaandenoodzakelijkeopbouwvaneenbedrijfs-

economisch verantwoord eigen vermogen. Het overschot zal in vereniging

gerelateerde projecten worden geïnvesteerd zoals het versterken van het

waarnemersnetwerk & (wetenschappelijke) publicaties.

* basis berekening %

Page 16: Jaarverslag 2012 - Sovon 2012.pdf · In 2012 is veel energie gestoken in het vernieuwen van de Sovon-website. Dit vorm-de tevens de aanleiding om onze huisstijl te herzien. Na ruim

Sovon Jaarverslag 2012 Sovon Jaarverslag 2012

30 31

Een greep uit de publicaties

Wetenschappelijk artikelenDevictOr v., van swaay c., BreretOn t., BrOtOns l., chamBerlain D., heliölä J., her-ranDO s., JulliarD r., Kuussaari m., linDström Å., reif J., rOy D., van strien a., set-tele J., schweiger O., stefanescu c., vermOuzeK z., van turnhOut c., wallis De vries m. & Jiguet f. 2012. Differences in the climate debts of birds and butterflies at con-tinental scale. Nature Climate Change 2: 121–124.

Duriez O., ens B.J., chOquet r., PraDel r. & Klaassen m. 2012. Comparing the seaso-nal survival of resident and migratory oystercatchers: carry-over effects of habitat quality and weather conditions. Oikos 121, 862-873.

eKrOOs J., fOx a.D., christensen t.K., Petersen i.K., KilPi m., JónssOn J.e., green m., laursen K., cervencl a., De BOer P., nilssOn l., meissner w., garthe s. & öst m. 2012. Declines amongst breeding Eider Somateria mollissima numbers in the Baltic/Wadden Sea flyway. Ornis Fennica 89: 81–90.

KamPichler c., van turnhOut c.a.m., DevictOr v. & van Der JeugD h.P. 2012. Large-scale changes in community composition: determining land use and climate change signals. PLoS ONE 7: e35272.

Klaassen r.h.g., ens B.J., shamOun-Baranes J., exO K.m. & Bairlein f. 2012. Migra-tion strategy of a flight generalist, the Lesser Black-backed Gull Larus fuscus. Beha-vioral ecology 23: 58-68. DOI: 10.1093/beheco/arr150

KOrsman J.c., schiPPer a.m., lenDers h.J.r., fOPPen r.P.B. & henDriKs a.J. 2012. Modelling the impact of toxic and disturbance stress on white-tailed eagle (Haliaee-tus albicilla) populations. Ecotoxicology 21: 27-36.

rOODBergen m., B. van Der werf & h. hötKer 2012. Revealing the contributions of reproduction and survival to the Europe-wide decline in meadow birds: review and meta-analysis. Journal of Ornithology 153: 53-74.

van rOOmen m., laursen K., van turnhOut c., van winDen e., Blew J., esKilDsen K., günther K., hälterlein B., Kleefstra r., POtel P., schraDer s., luerssen g. & ens B.J. 2012. Signals from the Wadden Sea: population declines dominate among water-birds depending on intertidal mudflats. Ocean and Coastal Management 68: 79-88.

sarDa-PalOmera f., BrOtOns l., villerO D., sierDsema h., newsOn s.e. & Jiguet f. 2012. Mapping from heterogeneous biodiversity monitoring data sources. Biodiver-sity and Conservation 21: 2927-2948.

van turnhOut c.a.m., leuven r.s.e.w., henDriKs a.J., KurstJens D., van strien a., fOPPen r.P.B. & siePel h. 2012. Ecological strategies successfully predict the effect of river floodplain rehabilitation on breeding birds. River Research and Applications 28: 269-282.

le viOl i., Jiguet f., BrOtOns l., herranDO s., linDström a., Pearce-higgins J.w., reif J., van turnhOut c. & DevictOr v. 2012. More and more generalists: two decades of changes in the European avifauna. Biology Letters.

RapportenBOele a., van Bruggen J., van DiJK a.J., hustings f., vergeer J.w., Ballering l. & Plate c.l., 2012. Broedvogels in Nederland in 2010. Sovon-rapport 2012/01. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen

van Den Bremer l., scheKKerman h., rOODBergen m., hallmann c. & sierDsema h. 2012. Jaar van de Boerenzwaluw 2011. Sovon-rapport 2012/15. Sovon Vogelonder-zoek Nederland, Nijmegen

scheKKerman h., hOrnman m. & van winDen e., 2012. Monitoring van gebruik van ganzenfoerageergebieden in Nederland in 2010/11. Sovon-rapport 2012/15. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen

hOrnman, m., hustings f., KOffiJBerg K., van winDen e., sOvOn ganzen- en zwa-nenwerKgrOeP & sOlDaat l., 2012. Watervogels in Nederland in 2009/2010. Sovon-rapport 2012/02. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen

teunissen w., schOtman a., Bruinzeel l.w., ten hOlt h., OOstervelD e., sierDsema h., wymenga e. & melman D., 2012. Op naar kerngebieden voor weidevogels in Neder-land. Sovon-rapport 2012/21. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen

van rOOmen m., hOrnman m., flinK s., langenDOen t., van winDen e., nagy s. & van turnhOut c., 2012. Flyway-trends for waterbird species important in Lakes IJssel-meer and Markermeer. Sovon-rapport 2012/22. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen