Jaarstukken 2014 - Meppel€¦ · Het jaar van een nieuwe bestuursstijl. Het jaar van het akkoord...
Transcript of Jaarstukken 2014 - Meppel€¦ · Het jaar van een nieuwe bestuursstijl. Het jaar van het akkoord...
Jaarstukken 2014
Programmabegroting 2012
Jaarstukken 2014
2 Jaarstukken 2014
Inzet gevraagd én getoond
Hierbij bieden wij u de jaarstukken 2014 aan. De beleidsmatige en financiële verantwoording over het afgelopen jaar. Een goed gebruik en een bijzonder jaar. 2014 was een jaar van raadsverkiezingen. Het jaar van een nieuwe bestuursstijl. Het jaar van het akkoord 'coalitie met de samenleving'. In de geest van de nieuwe stijl en het akkoord is de kracht van de samenleving onder meer tijdens twee 'weken van verbinding' op interactieve wijze betrokken bij het maken van een collegeprogramma en een uitvoeringsprogramma 2014-2018. In december 2014 zijn de programma's samen met een financiële vertaling voor 2015-2018 aan de raad aangeboden. Benutten van de kracht van de samenleving vraagt van de gemeente om te beginnen
structureel gezonde financiën. Een sluitend meerjarenperspectief in 2018, reserves versterken en het beperken van de schuldenlast en risico's zijn daarom nu onze eerste concrete doelen. Doelen die vragen om prudent financieel beheer voor de lange termijn. De perspectiefnota 2015-2019 wordt daarvoor een eerste mijlpaal. Het rekeningresultaat 2014 is € 1.462.000 positief. Met dit voordelig resultaat is Meppel in staat om de reserves nu al te versterken en risico’s te verminderen. Met dit resultaat laten we onze samenleving zien dat we samen serieuze stappen zetten in de coalitie inwoners, bedrijven, instellingen en overheid. Met dit resultaat durven we met recht inzet te vragen én te benutten voor de toekomst van alle Meppelers.
Burgemeester en wethouders, Mei 2015
4 Jaarstukken 2014
Inhoudsopgave Jaarverslag
1. Inleiding ......................................................................................................................7
1.1 Inleiding ..................................................................................................................... 9
2. Inhoudelijk jaarverslag .............................................................................................. 11
2.1 Inhoudelijke verantwoording op hoofdlijnen 2014 ........................................................... 13
3. 2014 op hoofdlijnen ................................................................................................... 15
3.1 Inleiding ................................................................................................................... 17 3.2 Belangrijkste financiële afwijkingen .............................................................................. 17 3.3 Realisatie investeringsprogramma 2014 ........................................................................ 17 3.4 Ontwikkeling reserves en voorzieningen ........................................................................ 18
4. Programmaverantwoording ........................................................................................ 19
4.1 Programma 1: Bestuur ............................................................................................... 21 4.2 Programma 2: Openbare orde en veiligheid ................................................................... 24 4.3 Programma 3: Sociale zekerheid en werkgelegenheid ...................................................... 27 4.4 Programma 4: Onderwijs ............................................................................................ 35 4.5 Programma 5: Maatschappelijke ondersteuning .............................................................. 39 4.6 Programma 6: Kunst, cultuur, recreatie en toerisme ....................................................... 46 4.7 Programma 7: Sport en bewegen ................................................................................. 51 4.8 Programma 8: Ontwikkeling openbare ruimte................................................................. 53 4.9 Programma 9: Beheer bestaande openbare ruimte.......................................................... 59 4.10 Programma 10: Economische zaken en grondzaken ........................................................ 64 4.11 Programma 11: Duurzaamheid .................................................................................... 69 4.12 Programma 12: Burgerzaken ....................................................................................... 77
5. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien ................................................................ 79
5.1 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien ................................................................... 81
6. Paragrafen ................................................................................................................. 85
6.1 Paragraaf lokale heffingen ........................................................................................... 87 6.2 Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing ........................................................ 90 6.3 Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen ......................................................................... 98 6.4 Paragraaf financiering ............................................................................................... 105 6.5 Paragraaf bedrijfsvoering .......................................................................................... 110 6.6 Paragraaf verbonden partijen .................................................................................... 117 6.7 Paragraaf grondbeleid............................................................................................... 128 6.8 Paragraaf subsidies .................................................................................................. 134 6.9 Paragraaf Schouwburg Ogterop .................................................................................. 135
Jaarrekening
7. Balans ...................................................................................................................... 137
7.1 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling ....................................................... 140 7.2 Toelichting op de balans ........................................................................................... 143
8. Het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening en de toelichting ..................... 159
8.1 Het overzicht van baten en lasten per programma ........................................................ 161 8.2 Verschillen rekening en begroting op hoofdlijnen .......................................................... 164 8.3 Onvoorziene uitgaven ............................................................................................... 166 8.4 Incidentele baten en lasten ....................................................................................... 166
9. Sisa bijlage verantwoordingsinformatie .................................................................... 167
10. Controleverklaring .................................................................................................... 173
11. Bijlagen .................................................................................................................... 177
6 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 7
1. Inleiding
8 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 9
1.1 Inleiding
Met de Jaarstukken 2014 wordt verantwoording afgelegd over de behaalde resultaten in 2014, zowel beleidsmatig (het jaarverslag) als financieel (de jaarrekening). In dit document wordt verslag gedaan over de realisatie van de gestelde beleidsdoelen en uitgangspunten zoals geformuleerd in de programmabegroting 2014. Zoals gebruikelijk zijn ook in deze jaarstukken waar mogelijk verbeteringen doorgevoerd, gericht op heldere en duidelijke verantwoordingen. De verantwoording via indicatoren in dit boekwerk is daarom gebaseerd op de totale set zoals vastgesteld bij de programmabegroting 2015 omdat bij elk volgend document opnieuw wordt gekeken of de indicatoren nog passen bij de benoemde doelen en effecten. Uitgangspunt in 2011 was zoveel mogelijk aan te sluiten bij metingen en/of informatie van derden.
Voordelen hiervan zijn minimale belasting van de organisatie en de mogelijkheid tot vergelijken met andere gemeenten op basis van objectief geformuleerde cijfers/indicatoren. Een bijkomend effect is dat niet alle indicatoren maandelijks of zelfs jaarlijks worden geactualiseerd. Leeswijzer Dit boekwerk begint met de hoofdlijnen in hoofdstuk 2 (Inhoudelijke hoofdlijnen) en hoofdstuk 3 (Financiële hoofdlijnen). In de inhoudelijke hoofdlijnen (hoofdstuk 2) staan de beleidsspeerpunten centraal. U kunt deze hoofdstukken lezen als een samenvatting. Het boekwerk bestaat uit twee delen: het beleidsverslag (het jaarverslag) en het financiële verslag (de jaarrekening).
Het eerste deel, het beleidsverslag, gaat over de inhoud en bestaat uit de Beleidsprogramma’s (hoofdstuk 4), de Algemene Dekkingsmiddelen (hoofdstuk 5) en de Paragrafen (hoofdstuk 6). Per beleidsprogramma geven we aan: - Wat valt onder dit programma? - Wat hebben we bereikt? - Wat hebben we daarvoor gedaan? - Wat heeft het gekost? Het tweede deel, de jaarrekening, bevat de financiële verantwoording. Dit deel omvat de balans (hoofdstuk 7) en de programmarekening (hoofdstuk 8) waaronder het overzicht van baten en lasten en de verschillen op hoofdlijnen.
In de bijlagen wordt tot slot een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de investeringen, de reserves en voorzieningen, begrotingsrechtmatigheid en een overzicht van de specifieke uitkeringen die vallen onder het SiSa-regime (Single information, Single audit).
10 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 11
2. Inhoudelijk jaarverslag
12 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 13
2.1 Inhoudelijke verantwoording op hoofdlijnen 2014
In maart 2014 zijn gemeenteraadsverkiezingen geweest. De bestuurlijke uitgangspunten zijn geformuleerd in het “Coalitieakkoord 2014-2018 MET DE SAMENLEVING” met een nadere uitwerking in het College uitvoeringsprogramma 2014-2018 “Inzet gevraagd”. Centraal hierin staat de nieuwe bestuursstijl met daaraan gekoppeld een aantal opgaven: Meer werk, Betrokken samenleving en participatie, Vitale wijken, Levendige en unieke binnenstad, Gezonde(re) financiën, Effectief gebruik van accommodaties en Samenwerking. Ook al zijn voorzichtige tekenen van herstel zichtbaar, we hebben nog te maken met de na-ijl effecten van de recessie. Daarom zijn in de komende jaren bezuinigingen noodzakelijk voor een structureel gezonde financiële positie en te kunnen blijven investeren in ontwikkeling en vernieuwing. De uitkomsten
van het bezuinigingstraject worden in de komende perspectiefnota meegenomen met een gezond meerjarenperspectief voor Meppel tot gevolg. Speerpunten Uiteraard waren bovengenoemde thema’s nog niet uitgewerkt in de Programmabegroting 2014. Daarom is deze verslaglegging gericht op de voortgang van de doelen genoemd in de Programmabegroting 2014. In dit hoofdstuk worden kort een aantal onderwerpen benoemd. Sociaal Domein In 2014 is veel aandacht besteed aan het Sociaal Domein. Het Rijk zette een gigantische operatie in gang met de drie decentralisaties (AWBZ / Wmo, Jeugdzorg en Participatie). Naast een grote hoeveelheid taken kwam ook een forse bezuinigingsopgave bij de gemeente terecht. Meppel heeft alles op alles gezet
om de transities tot een goed eind te brengen. In die zin kunnen we die beschouwen als de voorwaardenscheppende kaders alvorens we de transformatie kunnen inzetten. De Programmagroep Sociaal Domein heeft allereerst een programmaplan samengesteld. Dit bevatte de ambities, doelen en resultaten waarmee de transitie en transformatie zal worden vorm gegeven. Daarbij is het sturingsprincipe van ABCZ gehanteerd. Uitgegaan wordt van (op termijn) één Toegang voor niet vrij toegankelijke zorg. Met behulp van de Bouwstenennotitie van de Raad is een visie en kaderstelling geformuleerd. Aanzet is gegeven voor het Informatieplein Sociaal Domein waarmee een goede afstemming, dialoog en informatieverstrekking tussen Raad, College en ambtelijke organisatie tot stand kwam. Na de zomer is een actieve communicatie met onze inwoners tot stand gekomen. Vanzelfsprekend wordt dit in 2015 voortgezet. De basis is gelegd voor een goed risicomanagement. Verordeningen en beleidsnotities zijn aan de Raad aangeboden en vastgesteld. Het College heeft met
medeneming van de Raadscommissie nadere regels vastgesteld. Binnen de ambtelijke organisatie is een Uitvoeringsplan samengesteld als leidraad om de transformatie tot een goed eind te brengen. Ook zijn de nodige voorbereidingen getroffen om de uitvoering aan te kunnen (werving, training, werkprocessen e.d.). De drie decentralisaties zijn derhalve goed de eerste fase door gekomen. De late besluitvorming, onzekere financiering en late beschikbaarheid van gegevens van de Rijksoverheid heeft veel zorg gegeven. Samenwerking De regionale samenwerking blijft gericht op samenwerking op drie niveaus. De samenwerking met Westerveld is in 2014 nader uitgewerkt en krijgt geleidelijk meer gestalte. Onder meer zijn een gezamenlijke directie en een gezamenlijk MT gevormd. Op tal van terreinen wordt door
medewerkers samengewerkt. In de subregio met Steenwijkerland, Staphorst, Westerveld en Zwartewaterland zijn op het terrein van de Participatiewet concrete resultaten geboekt. Op andere terreinen (vooral binnen het sociaal domein) wordt nagegaan waar de samenwerking meerwaarde oplevert. Op regionaal niveau wordt Meppel steeds beter gepositioneerd binnen de Regio Zwolle . Onze gemeente is hierin de trekker voor het onderdeel logistiek. Concreet uitvloeisel hiervan is de havensamenwerking tussen Meppel, Zwolle en Kampen. Culturele gemeente van Drenthe 2013-2014 Meppel was gedurende het theaterjaar 2013-2014 de culturele gemeente van Drenthe. Ook in 2014 zijn, met ondersteuning van Stichting Meppel Maakt Het, extra veel culturele activiteiten en evenementen gerealiseerd in Meppel. De inzet van de lokale culturele instellingen, honderden enthousiaste vrijwillige
Meppelers en het bedrijfsleven hebben het aantrekkelijke, laagdrempelige aanbod gedurende het culturele jaar mogelijk gemaakt. Het culturele jaar is in september 2014 afgesloten met het extra groots Internationale poppen- en figurentheaterspelfestival (Puppet International).
14 Jaarstukken 2014
In 2014 zijn stappen gezet in een aantal projecten:
Eind 2014 zijn de eerste 30 woningen in Nieuwveense Landen opgeleverd. De (geregionaliseerde) brandweertaken zijn met ingang van 1 januari 2014 ondergebracht bij de
Veiligheidsregio Drenthe (VRD). De RUD Drenthe heeft haar eerste jaar afgerond. In korte tijd is een nieuwe organisatie opgebouwd
met als doel om binnen de beschikbare middelen een kwalitatief betere uitvoering van de milieutaken te realiseren.
Belangrijke mijlpalen op het gebied van onderwijshuisvesting in 2014 zijn het in gebruik nemen van zowel De Plataan als schoolgebouw, door de verhuizing van de Niermanschool, als de start van het Onderwijspark Ezinge. Op 19 november heeft de Koning de feestelijke opening verzorgd.
Afronding van investeringskredieten, bijvoorbeeld herinrichting Werkhorst (inclusief riolering en vervanging brug Werkhorst),
Jaarstukken 2014 15
3. 2014 op hoofdlijnen
16 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 17
3.1 Inleiding
In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van het werkelijke rekeningresultaat in vergelijking met de oorspronkelijke en met de daarna bijgestelde begroting.
bedragen x € 1.000 lasten baten
saldo vóór
bestem-
ming
mutaties
reserves
onttrekking (+)storting (-)
saldo
ná bestem-
ming
begroting 2014 oorspronkelijk 93.568 92.179 1.389- 1.389 -
begroting 2014 ná wijziging 95.154 93.746 1.408- 1.408 -
rekening 2014 89.471 90.423 952 510 1.462
De begroting is in het verslagjaar tussentijds een aantal keren bijgesteld. Er zijn twee soorten begrotingswijzigingen te onderscheiden: - Begrotingswijzigingen als gevolg van afwijkingen in de reguliere exploitatie; deze zijn gerapporteerd
in de bestuursrapportage; - Begrotingswijzigingen die horen bij nieuwe beleidsvoorstellen. Het voordelig saldo in de jaarrekening is afgerond € 1,46 miljoen op een begrotingstotaal van nagenoeg € 100 miljoen. Hierna worden de hoofdlijnen en een aantal opvallende afwijkingen kort benoemd. Per programma wordt een meer gedetailleerde onderbouwing gegeven. Daarnaast hebben we een verantwoording op
voortgang van de taakstellingen opgenomen.
3.2 Belangrijkste financiële afwijkingen
Het resultaat over 2014 is opgebouwd uit de diverse voor- en nadelen op de verschillende programma’s. In hoofdstuk 8.2 “Verschillen rekening en begroting op hoofdlijnen” worden de grootste afwijkingen met een korte toelichting benoemd.
3.3 Realisatie investeringsprogramma 2014
In het verslagjaar zijn 69 (13 bij Berap 2014) investeringskredieten afgesloten. Per 31 december 2014 zijn er nog 39 lopende (niet afgesloten) investeringskredieten met een totaal restantkrediet (uitgaven en
inkomsten gesaldeerd) van circa € 11 miljoen. Een gedetailleerd overzicht van afgesloten kredieten en restantkredieten is opgenomen in de bijlage.
18 Jaarstukken 2014
3.4 Ontwikkeling reserves en voorzieningen
In de volgende tabel is een overzicht gegeven van de ontwikkelingen van de reserves en voorzieningen.
bedragen x € 1.000
Stand
begin
2014
Resul-
taat
2013
Toevoe-
ging in
2014
Onttrek-
king in
2014
Resul-
taat
2014
Stand
ultimo
2014
algemene bufferreserve 2.337 -86 -211 2.039
vrij-besteedbare reserve 0
totaal algemene reserves 2.337 -86 0 -211 2.039
bestemmingsreserves + overheveling 2013 8.542 -167 309 -4.242 4.442
rekeningresultaat 2013 -253 -253
rekeningresultaat 2014 1.462 1.462
totaal bestemmingsreserves (incl rek.
resultaat) 8.289 -167 309 -4.242 1.462 5.651
totaal reserves, incl rekeningresultaat 10.625 -253 309 -4.453 1.462 7.690
voorzieningen 4.206 0 4.487 -416 8.278
Verloop reserves en voorzieningen 2014
In de post voorzieningen zijn de verliesvoorziening grondexploitaties, de voorziening dubieuze debiteuren en de
voorziening op Verkoop Vennootschap BV niet opgenomen. Deze zijn verdisconteerd in de balansposten
''vlottende activa' (gronden niet in exploitatie en gronden in explotatie),"overige vorderingen' "financiële vaste
activa'.
De algemene reserves zijn in 2014 afgenomen met € 3 ton als gevolg van het rekeningresultaat 2013. Per saldo nemen in 2014 de totale reserves (inclusief een positief rekeningresultaat van € 1,46 miljoen) af met € 3 miljoen. Dit geeft een vertekend beeld, want de daling wordt grotendeels (€ 4 miljoen) veroorzaakt door de omzetting van de reserve riolering in een voorziening. Dit is terug te zien in de toename van de voorzieningen met € 4 miljoen in 2014. Algemene reserve (weerstandsvermogen)
De nieuwe risicoanalyse laat een gewogen gemiddelde risico zien van € 4,55 miljoen. Hiervan kan € 0,45 miljoen worden opgevangen door de onbenutte belastingcapaciteit en de post onvoorzien. Het adviesniveau voor de bufferreserve komt daarmee op € 4,1 miljoen. Het huidige niveau is € 2,0 miljoen. Uitgedrukt in het kengetal is dit 0,49. Na verhoging met een deel van de reserve achterstallig onderhoud wegen stijgt de bufferreserve naar € 3,5 miljoen, het kengetal naar 0,85. Dit wil zeggen dat van de berekende risico’s 85% opgevangen kan worden met de bufferreserve. Op grond van de nota risicomanagement is dit nog ‘onvoldoende’. Nadere informatie over het nieuwe risicoprofiel is opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen.
Jaarstukken 2014 19
4. Programmaverantwoording
20 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 21
4.1 Programma 1: Bestuur
4.1.1 Wat valt onder dit programma?
Onder het programma Bestuur vallen de bestuursorganen gemeenteraad, college en burgemeester. De griffie neemt in dit programma een bijzondere plaats in, als organisatie-eenheid die de bedrijfsvoering van de raad behartigt. Ook de rekenkamer, regionale samenwerking, de commissie bezwaar en beroep en de gemeentelijke klachtenregeling en de organisatieontwikkeling zijn beleidsmatig aan dit programma verbonden. Dienstverlening maakt met ingang van de begroting 2012 beleidsmatig deel uit van dit programma. Beleidskader - Collegeverklaring Samen Vooruit 2010-2014
- Uitvoeringsprogramma Samen Vooruit door Verbinding 2010-2014 - Programmaplan Dienstverlening 2012 - Griffieplan 2014-2015 “De gemeenteraad van Meppel in een veranderende samenleving” - Coalitieakkoord Coalitie met de Samenleving 2014-2018
Relatie met andere beleidsterreinen Het uitvoeringsprogramma 2010-2014 zal gefaseerd worden uitgevoerd en vertaald worden in de raadsprogramma’s. Het programma Bestuur heeft raakpunten met alle andere programma’s (integraal werken). Dat geldt voor regionale samenwerking en ook voor dienstverlening. Excellente dienstverlening leveren is een doel van de gehele organisatie. Regionale samenwerking in de regio Zwolle richt zich vooral op economische ontwikkeling en promotie van de regio en heeft een duidelijke relatie met onze economische netwerken (programma 10).
4.1.2 Wat hebben we bereikt?
Bestuur Op 19 maart 2014 zijn de gemeenteraadsverkiezingen gehouden. In de voorbereiding op de verkiezingen zijn diverse opkomst bevorderende activiteiten georganiseerd, zoals de inzet van de StemWijzer en het ondersteunen bij verkiezingsdebatten. Op 25 maart 2014 is de laatste raadsvergadering gehouden in oude setting. Ten behoeve van de overdracht zijn er twee overdrachtsdocumenten aangeboden aan de nieuw gekozen raad. De nieuwe raad werd op 27 maart 2014 geïnstalleerd. Er is in de eerste helft van 2014 aan de raad een introductie- en inwerkprogramma aangeboden. De nieuw gekozen raadsleden hebben zich via de gemeentepagina gepresenteerd. Bezwaarbehandeling
Na een top in 2008 met 123 bezwaarschriften en stabilisatie rond de 70-80 bezwaarschriften per jaar in
de jaren daarna, is het aantal in 2014 weer opgelopen tot boven de 100. In het jaarverslag 2014 van de commissie bezwaarschriften wordt hierover uitgebreider gerapporteerd. Klachtbehandeling
In de loop van 2014 was de gemeentelijke Ombudscommissie onvoldoende bemenst, doordat enkele leden aftraden en er geen vervangers waren. Hierdoor kon de gemeente niet langer beschikken over een adequate, externe klachtinstantie. Wettelijk is geregeld dat in zo’n situatie de Nationale ombudsman optreedt als vangnetvoorziening voor de tweedelijns-klachtbehandeling. Hierover zijn afspraken met de Nationale ombudsman gemaakt.
4.1.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.1.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
Versterken volksvertegenwoordigende, controlerende en kaderstellende rol gemeenteraad.
In de periode tussen de raadsverkiezingen en het zomerreces 2014 is een inwerk- en introductieprogramma aangeboden aan de gemeenteraad. Hierbij is o.a. aandacht geweest voor de decentralisaties in het sociaal domein, gemeentefinanciën, snuffelstages en een controle
markt. De nieuwe raad heeft voor het zomerreces 2014 een studiedag gehouden waarbij de thema’s kaderstelling en burgerparticipatie centraal stonden.
Prod. Portefeuille
Onderdelen Bestuursorganen Bestuursondersteuning (griffie)
51
Westmaas
22 Jaarstukken 2014
Verbeteren ondersteunende rol griffie. - Uitvoering griffieplan - Introductie nieuwe gemeenteraad en raadsleden
De opbrengsten van de studiedag zijn opgenomen in het nieuwe Griffieplan 2014-2015 “De gemeenteraad van Meppel in een veranderende samenleving”. Inmiddels zijn twee raadswerkgroepen actief met het thema “Kaderstelling” en het thema “Verbetering vergaderingen raad”. Door de Rekenkamercommissie is in 2014 onderzoek gedaan naar de Verbonden partijen en is er een ex ante onderzoek gehouden in het kader van de decentralisaties sociaal domein.
Excellente dienstverlening
Meer klantbetrokkenheid; effectiever en efficiënter; meer op maat; transparanter - Eind 2013 en begin 2014 worden de activiteiten/inspanningen uit het programmaplan opgenomen in de bestaande organisatie.
Verbetering van de dienstverlening wordt niet meer in de vorm van een apart programma gedaan, maar krijgt aandacht in de lijn. Recent is een evaluatie gehouden. Daaruit blijkt dat in 2014 wisselende resultaten zijn geboekt. Op enkele onderdelen is stevige voortgang bereikt, op andere onderdelen is de voortgang beperkt. Sturing vanuit het management blijft gehandhaafd.
Regionale samenwerking
In de regionale samenwerking blijft onze koers gericht op samenwerking op drie niveaus: met Westerveld, in de subregio NW-Overijssel/ZW-Drenthe en in de Regio Zwolle. De samenwerking met Westerveld is in 2014 nader uitgewerkt en krijgt geleidelijk meer gestalte. Onder meer zijn een gezamenlijke directie en een
gezamenlijk MT gevormd. Op tal van terreinen wordt door medewerkers samengewerkt. Een handvest is opgesteld en geaccordeerd voor de samenwerking in de subregio met Steenwijkerland, Staphorst en Zwartewaterland. Met name op het terrein van de Participatiewet zijn concrete resultaten geboekt. Op andere terreinen (vooral binnen het sociaal domein) wordt nagegaan waar de samenwerking meerwaarde oplevert. De samenwerking in de regio Zwolle is in 2014 geëvalueerd. In grote lijnen is er tevredenheid over
wat is bereikt. Tevens is een verkenning gestart naar de toekomst van de regio en de vraag hoe de samenwerking nog effectiever is te maken.
Mondiale samenwerking
In de PPN 2012-2015 heeft uw raad besloten het budget voor mondiale samenwerking terug te brengen tot € 10.000 in 2014. Belangrijke besteding van dit budget betreft de stedenband met Most. In
december 2013 heeft de voorzitter van de Stedenband Meppel-Most een evaluatie gepresenteerd wat mede geleid heeft tot het besluit door uw Raad om de Stedenband te continueren (april 2014). Begin mei 2014 heeft een delegatie (Gemeente en Onderwijs / Dingstede) een werkbezoek afgelegd aan Al Hoceima. Dit op verzoek van de Gemeente Al Hoceima om kennis uit te wisselen m.b.t. afvalinzameling en onderwijs. Op basis hiervan is een pilot opgezet om afval gescheiden op te halen.
Jaarstukken 2014 23
4.1.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Dienstverlening De wachttijd voor klanten aan de
balie binnen de afgesproken servicenorm houden.
Percentage klanten dat binnen 10 minuten
wordt geholpen. 93% 98% 90%
2 Dienstverlening Goede bejegening van klanten aan de telefoon.
Oordeel klant over bejegening aan de telefoon.
7,4 7,4 7,7
3 Dienstverlening Meer producten en
diensten elektronisch afhandelen.
Percentage diensten en
producten dat elektronisch afgehandeld kan worden.
65% 70% 70%
Bron 1 Qmatic-zuil -software
2 Benchmark publiekszaken, brief op maat 2013
3 Benchmark publiekszaken, brief op maat 2013
Toelichting
1 Er heeft een aanpassing in de werkwijze plaatsgevonden. In 2013 zijn alleen de wachttijden meegenomen van Burgerzaken. Vanaf 2014 worden gegevens van alle Publieksbalies mee (Burgerzaken; WMO; Bouwen en Wonen (Nb. dit betreft slechts het onderdeel bejegening); Leefomgeving) verwerkt. Dit sluit beter aan bij het doel van de indicator.
2 De scores van vergelijkbare gemeenten is 7,47 en van alle gemeenten in de benchmark 7,5.
3 De scores van gemeenten van vergelijkbare omvang is 67,3% en van alle benchmarkgemeenten 67,3%.
4.1.6 Wat heeft het gekost?
4.1.7 Analyse financiële afwijkingen
Voordeel/ Incidenteel/
Afwijking Nadeel Structureel
51 Bestuur
Overschot 2013 op fractiebudget. Er is minder
fractiebudget gebruikt in 2013 door de fracties dan dat
er beschikbaar was. Het vooruit beschikbaar gestelde
budget is terugbetaald in 2014
30 V I
Bedragen x € 1.000Analyse
Product
24 Jaarstukken 2014
4.2 Programma 2: Openbare orde en veiligheid
4.2.1 Wat valt onder dit programma?
Onder het programma Openbare orde en veiligheid vallen de veiligheidsregio met bestaande gemeentelijke en bovengemeentelijke hulpdiensten (brandweer, ambulance, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR), crisisbeheersing en rampenbestrijding, de algemene
plaatselijke verordening (APV) en een aantal andere bijzondere wetten. Beleidskader - Wet veiligheidsregio’s - Verordening Brandveiligheid en Hulpverlening gemeente Meppel - Integraal veiligheidsplan 2015 en uitvoeringsplan - Regionaal Crisisplan Drenthe - Algemeen Plaatselijke Verordening - Bestuurlijke strafbeschikking - Drank- & Horecawet 2014 - Wet Bibob 2013
- Ketenbeleid 2014 Relatie met andere beleidsterreinen Voor het terugdringen van alcohol- en drugsgebruik onder jongeren en het ontwikkelen van volksgezondheidbeleid bestaat een duidelijke relatie met het programma Maatschappelijke ondersteuning en programma Sport en bewegen.
4.2.2 Wat hebben we bereikt?
2014 stond voor een belangrijk deel in het teken van de ontwikkeling van het integraal veiligheidsplan en het daarbij behorende uitvoeringsplan. Dit plan is in februari 2015 door uw raad vastgesteld. Dit plan is het beleidskader voor hoe we samen met onze ketenpartners invulling willen geven aan het onderwerp veiligheid in de gemeente Meppel. In 2014 is extra inzet gepleegd op het voorkomen van het vestigen
van ‘Outlaw Motor Gangs’ in de gemeente Meppel. De Veiligheidsregio Drenthe heeft vanaf 1 januari 2014 de geregionaliseerde brandweertaken op zich genomen.
4.2.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.2.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
-
Veiligheidsgevoel bij de burger vergroten - Actualiseren integraal veiligheidsbeleid (IVB) - Opstellen en uitvoering geven aan het activiteitenprogramma van het IVB
In 2014 is het Integraal Veiligheidsplan (IVP) opgesteld. Dit plan is in februari 2015 door de gemeenteraad vastgesteld. Er is tevens begonnen met het opstellen van een uitvoeringsplan. Dit plan zal begin 2015 worden vastgesteld door het college en daarna ter informatie worden aangeboden aan uw gemeenteraad
- Het handhavingsplan drank- & horecawet inclusief de handhaving van de para commerciële verordening wordt opgesteld en uitgevoerd
Het preventie- en handhavingsplan drank- & horecawet is in december vastgesteld door de gemeenteraad. In 2014 is het Ketenbeleid voor de gemeente Meppel vastgesteld. Hierin staat omschreven hoe de gemeente samen met haar netwerkpartners omgaat met
drankketen.
- Op basis van de wet Bibob 2013 wordt een beleidsregel opgesteld en uitgevoerd.
De beleidslijn Bibob is opgesteld en wordt in de eerste helft van 2015 ter besluitvorming aan het college voorgelegd. De beleidslijn wordt daarna ter kennisname aangeboden aan de gemeenteraad. Binnen de ambtelijke organisatie zijn de eerste trainingen over dit onderwerp al gegeven.
Rampenbestrijding vindt goed voorbereid en adequaat plaats - Oefenen van het Regionaal Crisisplan Drenthe
Geen bijzonderheden
Prod. Portefeuille
Onderdelen
Integrale openbare orde en veiligheid Brandweer en rampenbestrijding Bijzondere wetgeving
33 34
35
Westmaas Westmaas
De Vos
Jaarstukken 2014 25
Adequate en duurzame brandweerzorg - Een Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Drenthe (VRD) dat voldoet aan de eisen van deze tijd.
Per 1 januari 2014 is de brandweer geregionaliseerd. De brandweertaken worden nu door gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Drenthe uitgevoerd. In de paragraaf Verbonden partijen wordt hier nader op ingegaan.
4.2.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Veiligheid Voorkomen dat rampen en branden gebeuren, voorbereid zijn als ze toch voorkomen en dan goed optreden.
Kwaliteit van voorbereiding rampen.
Voldoende
Voldoende in staat om een
(geënsceneerde) crisis te kunnen
managen
Voldoende
2 Veiligheid Handhaven en vergroten openbare veiligheid.
Score veiligheid in de leefbaarometer.
25 25 25
Bron
1 Radar, 2013
2 Leefbaarometer, Binnenlandse Zaken
Toelichting
1 IOOV (= inspectie openbare orde en veiligheid) geeft geen cijfers in haar evaluatie maar stelt dat een veiligheidsregio voldoende in staat moet zijn om een crisis te kunnen managen. De crisismanagementorganisatie (CMO) is op Drents niveau georganiseerd. IOOV toetst de CMO van Veiligheidsregio Drenthe jaarlijks door gebruik te maken van het RAmpenbestrijding Doorlichtings ARrangement (RADAR) waarbij een grote calamiteit wordt geënsceneerd. Binnen de in Drenthe vigerende crisisorganisatiestructuur scoort de veiligheidsregio voldoende.
2 De score veiligheid is gebaseerd op gegevens over geweld, diefstal, vernieling, vervuiling en overlast (bandbreedte van -50 t/m +50). Het landelijk gemiddelde is nul. Onder de nullijn is dus een slechtere score dan het gemiddelde en erboven is beter. Ter vergelijking, de scores van respectievelijk Hoogeveen en Steenwijk zijn 16 en 26. In de loop van 2015 worden de cijfers uit 2012 geactualiseerd. Het streven is om het gevoel van veiligheid van inwoners en bezoekers tenminste te continueren t.o.v. de afgelopen jaren.
1) Leefbaarometer, Binnenlandse Zaken, deze wordt 1 x per 2 jaar uitgevoerd.
4.2.6 Wat heeft het gekost?
26 Jaarstukken 2014
4.2.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel
34 Brandweerzorg
Voordeel btw brandweerkazerne a.g.v. erfpachtconstructie 58 V I
Door de VRD is een reserve regionalisering gevormd. Na voltooiing van de regionalisering was er nog een restant saldo ad € 1.937.337 beschikbaar welke over de deelnemende gemeenten is verdeeld. Voor Meppel is dit per saldo een voordeel van € 129.000.
129 V I
Jaarstukken 2014 27
4.3 Programma 3: Sociale zekerheid en werkgelegenheid
4.3.1 Wat valt onder dit programma?
Onder het programma Sociale zekerheid en werkgelegenheid valt ons beleid dat is gericht op arbeid, inkomen en bijstand. Een integrale benadering van de thema’s sociale zekerheid en werkgelegenheid staat voorop, waarbij ook onderwijs, economisch beleid, wonen, welzijn, zorg en belastingen aan bod komen. Beleidskader - Wet werk en bijstand (WWB) - Gemeentelijke verordeningen minimabeleid (2009, 2012 en 2014) - Handreiking voor de uitvoering van de Wet werk en bijstand (2014)
- Wet sociale werkvoorziening (WSW) - Wet Kinderopvang - Wet participatiebudget - Visienota participatie werkt! (2012) - Beleidsregels re-integratie gemeente Meppel (2013) Relaties met andere beleidsterreinen Sociale zekerheid en werkgelegenheid heeft raakvlakken met tal van beleidsgebieden, zoals maatschappelijke ondersteuning, onderwijs, welzijn, gezondheidsbeleid en economie beleid. In toenemende mate is er een relatie te leggen met het beheer van openbare ruimte in verband met de participatie van burgers en de wijkgerichte aanpak. Deze beleidsgebieden vindt u vooral terug in de raadsprogramma’s 4, 5, 9, 10.
4.3.2 Wat hebben we bereikt?
Minimabeleid Het herijkte minimabeleid 2014 is in februari 2014 door de Raad vastgesteld. Nieuw in 2014 is de regeling Participatie schoolgaande kinderen. In juli 2014 heeft de 1e kamer het wetsvoorstel koopkrachttegemoetkoming lage inkomens aanvaard. Het betrof een eenmalige tegemoetkoming. De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering. Dankzij gerichte benadering is het aantal toekenningen voor de minimaregelingen op hetzelfde niveau als in 2013. Door gebruik te maken van de minimaregelingen zijn inwoners in staat gesteld deel te nemen aan de maatschappij.
Periodieke bijstand In de begrotingsuitgangspunten is het uitkeringenbestand vastgesteld op gemiddeld 680 uitkeringen. Bij de bestuursrapportage 2014 is dit bijgesteld naar 703. In 2014 was het werkelijk gemiddelde 695 uitkeringen. Er zijn 291 cliënten ingestroomd en 296 cliënten uitgestroomd. Van de aanvragen om bijstand heeft 41% niet geleid tot een bijstandsuitkering. Bij deze aanvragen is uit onderzoek van de poortwachters gebleken dat er sprake was van een voorliggende voorziening (bijvoorbeeld WW) of het verstrekken van onjuiste informatie waardoor geen recht op uitkering bestaat.
Voorbereiding Participatiewet In 2014 zijn vrijwel alle voorbereidingen afgerond om vanaf 1 januari 2015 de taken van de Participatiewet uit te kunnen voeren. Dit heeft betrekking op de beleidsvoornemens en verordeningen in
het kader van de ondersteuning in de arbeidstoeleiding, maar ook is veel aandacht besteed aan de maatregelen als onderdeel van de Participatiewet. Op enkele onderdelen (individuele inkomensondersteuning, no-risk polis en beschut werken nieuwe stijl) zullen in 2015 nog nadere voorstellen volgen. Voor de arbeidstoeleiding is de termijn wettelijk bepaald op 1 juli 2015.
In het kader van de werkgeversdienstverlening is het resultaat te benoemen dat we met vier gemeenten, samen met het UWV en de sw-bedrijven afspraken hebben gemaakt over de werkgeversbenadering. Vanuit één werkgeversteam zijn gezamenlijke afspraken gemaakt over werkwijze, verdeling en plaatsingsdoelstellingen. Om dit mogelijk te maken zijn de beleidsplannen,
verordeningen en daarmee de uitgangspunten voor de voorzieningen afgestemd en vergelijkbaar binnen de gemeenten Steenwijkerland, Westerveld, Staphorst en Meppel.
Prod. Portefeuille
Onderdelen
Minimabeleid Periodieke bijstand Arbeidsmarkt
36
37
39 Koning
28 Jaarstukken 2014
Schuldhulpverlening In 2014 hebben we de schuldhulpverlening beschikbaar gehouden voor de meest kwetsbare inwoners waardoor ze in samenleving konden blijven participeren. De toegang beperkende maatregelen zijn ingevoerd.
Re-integratie De visienota participatie werkt is in 2012 vastgesteld. De afgelopen jaren is er gewerkt om deze visienota ten uitvoer te brengen. De resultaten worden nu zichtbaar in onder andere het aantal behaalde diploma’s LWC, hogere uitstroom en stijging op de participatieladder. Door de gemeente zijn 159 personen bemiddeld naar een reguliere baan. Dit betreft 92 fulltime en 76 parttime banen. De totale uitstroom naar betaald werk bedraagt 135 cliënten.
4.3.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.3.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
Minimabeleid In 2014 wordt het herijkte minimabeleid ten uitvoer
gebracht. Er wordt extra aandacht besteed aan de communicatie met de doelgroep. Onder andere door het actief benaderen van de inwoners die kwijtschelding hebben gehad van de gemeentelijke belastingen en bij klantcontacten in het kader van de WMO of WWB te beoordelen of klanten recht hebben op minimaregelingen.
Minimabeleid
In 2014 is het herijkte minimabeleid vastgesteld en ten uitvoer gebracht. Nieuw in 2014 is de regeling participatie schoolgaande kinderen. Deze regeling is bedoeld om kinderen actief te laten deelnemen aan schoolse en buitenschoolse activiteiten. Om er zeker van te zijn dat kinderen deelnemen aan deze activiteiten moet een bewijsstuk ingediend worden. De doelgroep is actief aangeschreven. Iets meer dan de helft van de gezinnen met kinderen die een bijdrage via de
regeling FDMA heeft ontvangen, heeft ook een bijdrage ontvangen uit de regeling participatie schoolgaande kinderen. De doelgroep is in 2014 gericht benaderd, door onder andere aanschrijfacties, screening bij aanvraag periodieke bijstand of bezoek aan het WMO-loket. Daarnaast is er informatie gepubliceerd over de regelingen via de website en de gemeentelijke pagina in de Nieuwe Meppeler.
Koopkrachttegemoetkoming De cliënten van wie bekend was dat ze op peildatum 1 september 2014 tot de doelgroep behoorden (858 cliënten) hebben de koopkrachttegemoetkoming ambtshalve toegekend gekregen. Ook was het mogelijk om een aanvraag in te dienen. Over de regeling is een landelijke en gemeentelijke publiciteitscampagne gestart. Totaal 963 huishoudens hebben gebruik gemaakt van deze regeling.
Periodieke bijstand De crisis is nog niet voorbij, de werkloosheidscijfers lopen op en het aantal vacatures daalt. Het aantal aanvragen voor periodieke bijstand stijgt.
De huidige werkwijze wordt voortgezet. We blijven alle aanvragen beoordelen op rechtmatigheid. De poortwachter en de handhaver zijn verantwoordelijk
voor dit proces. Indien nodig wordt er een extra poortwachter ingezet in verband met de hoge instroom.
Periodieke bijstand
Ontwikkeling bestand Het uitkeringenbestand is in 2014 afgenomen van 691 naar 685 uitkeringen. In de periode maart tot en met juli lag het aantal uitkeringen boven de 700.
In de bestuursrapportage hebben we het verwachte
gemiddeld aantal uitkeringen verhoogd naar 703. In november 2014 is de Raad middels een memo geïnformeerd over de meest recente verwachtingen t.a.v. uitgaven en inkomsten. Op dat moment werd verwacht dat er gemiddeld 695 uitkeringen verstrekt zouden worden, wat een verwacht
Jaarstukken 2014 29
voordeel van € 113.000 zou inhouden. Het werkelijk gemiddeld aantal uitkeringen is gelijk aan de verwachtingen, zoals genoemd in de memo. Het gemiddelde uitkeringsbedrag is echter hoger dan in 2013 door verhoging van de normen (2013 is uitgangspunt).
2013 2014
Instroom 338 291
Uitstroom 261 296
De aanvragen levensonderhoud worden binnen de gestelde termijn van 8 weken afgehandeld. Na 4 weken is de gemeente wettelijk verplicht een voorschot te verstrekken wanneer aannemelijk is dat er recht bestaat.
Rechtmatigheidsonderzoek Er is eenmalig een extra onderzoek uitgevoerd naar de rechtmatigheid van de verstrekte uitkeringen.
Alle uitkeringsdossiers (ongeveer 700) zijn onderzocht op rechtmatigheid. Bij 32 dossiers is een onrechtmatigheid geconstateerd. Waarvan 15 op het gebied van handhaving. Een deel van deze uitkeringen is beëindigd en de onterecht ontvangen uitkeringen worden teruggevorderd. Bij 17 dossiers bleek er nog recht op een voorliggende voorziening te bestaan. Deze zijn alsnog aangevraagd en verrekend met het UWV. In enkele gevallen heeft dit geleid tot beëindiging van de uitkering. In de overige gevallen tot een herziening van de uitkering.
Daarnaast heeft dit onderzoek geleid tot meer bewustwording van de informatieplicht bij cliënten. IOAW Het aantal IOAW’ers stijgt nog steeds. Dit is een groep mensen die werkloos zijn geworden na hun 50e en de maximale WW-duur hebben doorlopen. Uit cijfers blijkt dat personen uit deze doelgroep nauwelijks uitstromen.
Stand per 31 december
2012 2013 2014
Aantal 26 33 36
Re-integratie
Op basis van het vastgestelde re-integratiebeleid wordt uitvoering gegeven aan de
arbeidsinschakeling en -toeleiding. Door inzet van de re-integratieconsulenten, de accountmanagers, de recruiter en het LeerWerkCentrum wordt over de hele keten van re-integratie ondersteuning geleverd aan werkzoekenden. De werkgeversbenadering voeren wij samen uit met de gemeente Staphorst. De eerste resultaten van de samenwerking zijn succesvol. De samenwerking wordt in 2014 voortgezet.
In 2014 is meer ingezet op een groepsgewijze aanpak, zowel door de re-integratieconsulenten als
het Leer Werk Centrum (LWC). De re-integratieconsulenten geven groepsgewijs trainingen op het gebied van sollicitaties, CV maken en activeren/ motiveren. Daarnaast is er een digitaal programma aangeschaft, waarmee cliënten zelf thuis of op het LWC aan de slag kunnen. De inzet van de re-integratieconsulenten is hierdoor effectiever. Er zijn alleen individuele trajecten ingezet als er geen andere mogelijkheden waren.
Leer Werk Centrum Het gemiddeld aantal deelnemers blijft ongeveer
100. In het re-integratiebeleid is vastgesteld dat cliënten
30 Jaarstukken 2014
een startkwalificatie dienen te hebben (HAVO/VWO/MBO2). In 2014 is blijvend ingezet op scholing met de volgende behaalde diploma’s/ certificaten:
2013 2014
AKA (arbeidsmarkt gekwalificeerd assistent) 19 23
VCA (veiligheidsdiploma) 18 36
Hef-reach-truck 24
Computervaardigheden 7 11
Bij de keuze van de opleidingen speelt het Leer Werk Centrum (LWC) in op de ontwikkelingen en de
vraag van de arbeidsmarkt.
Werkgeversbenadering
In onze aanpak speelt de werkgeversbenadering, waarmee samen met de ondernemers wordt gekeken naar vacatures en plaatsingen, een grote rol. De samenwerking met het werkgeversplatform Arbeidsmarkt Meppel Staphorst (WAMS) is in 2014 voortgezet. In totaal zijn 194 vacatures ingevuld. Hiervan 134 voor Meppel, 19 voor Staphorst, 16 voor het UWV, 2 voor Reestmond en 23 voor de IGSD Steenwijkerland-Westerveld.
2013 2014
Aantal bedrijfsbezoeken 260 287
Aantal opgehaalde vacatures 277 295
Aantal plaatsingen 156 194
Bestaande uit:
Regulier werk fulltime 61 91
Regulier werk parttime 41 61
Werk-fit (werkervaringsplaats) 25 35
Leerwerk trajecten 29 7
Social return In alle daarvoor geschikte aanbestedingen van de gemeente Meppel wordt social return als voorwaarde opgenomen. Bij een aanbesteding wordt de inzet van mensen met een
bijstandsuitkering als voorwaarde meegenomen. Dit heeft 5 tijdelijke arbeidsplaatsen opgeleverd.
Wet sociale werkvoorziening
De komst van de Participatiewet betekent een verandering voor de sociale werkvoorziening (sw). Om de verwachte uitvoering per 1 januari 2015
voor te bereiden worden besluiten genomen over de nieuwe uitvoeringsorganisatie van deze wet en de herstructurering van het sw-bedrijf Reestmond, al dan niet binnen de bestaande gemeenschappelijke regeling. In 2014 wordt voornamelijk ingezet op het realiseren van opdrachten en detacheringen voor het sw-bedrijf.
Het aantal detacheringen was op 1 januari 2014 153 (mensen), op 31 december 2014 is het in totaal 163. Gedurende het jaar zijn er detacheringen
beëindigd en weer nieuwe detacheringscontracten gesloten. De financiële positie van Reestmond blijft verslechteren. In de bestuursrapportage is de gemeentelijke bijdrage in het tekort naar boven bijgesteld. Eind 2014 is besloten een externe partij opdracht te gunnen om Reestmond door te lichten en een aantal scenario’s op te stellen over de toekomst van Reestmond.
Jaarstukken 2014 31
Nadat in sept/okt het besluit is genomen om de tijdelijke dienstverbanden niet om te zetten in een vast contract bij Reestmond is er in samenwerking met Reestmond, gemeente en UWV intensief en hard gewerkt om deze mensen te plaatsen bij een reguliere werkgever. Daarnaast zijn er in december 2014 informatiebijeenkomsten belegd voor werkgevers, individuele werkgevers bezocht en is samen met de
werknemers/cliënten gekeken naar de mogelijkheden van plaatsing bij een reguliere werkgever. Plaatsing is in 2014 nog niet gerealiseerd. De eerste resultaten van de inspanningen worden in 2015 verwacht. De groep medewerkers waarbij verlenging van het contract op tijdelijke basis niet mogelijk was, heeft een contract voor 6 maanden bij een uitzendbureau gekregen. Deze medewerkers zijn gedetacheerd bij Reestmond.
Voorbereiding Participatiewet
De landelijke kaders zijn nog niet bekend. Als die bekend zijn moet het lokale beleid vormgegeven worden. Daarna moeten de bijbehorende verordeningen aangepast worden. De besluitvorming moet inhoudelijk en financieel antwoord geven op de dienstverlening die we gaan bieden. Procesmatig dient dit aan te sluiten op de lijn van de samenwerkende gemeenten.
Tijdige besluitvorming is hierbij cruciaal. De uitvoering heeft dan voldoende gelegenheid om zich voor te bereiden, zodat de taken per 1-1-2015 kunnen worden uitgevoerd.
Als vervolg op de visie en kaderstelling in het sociaal domein is het beleidsplan Participatiewet Meppel 2015 opgesteld en in oktober vastgesteld. Vervolgens zijn ook de verordeningen en beleidsregels uitgewerkt. Op enkele onderdelen moet nog een nadere uitwerking plaatsvinden in 2015. De samenwerking Staphorst, Steenwijkerland,
Westerveld, Zwartewaterland en Meppel (SSWZM) is vanuit de beleidsmatige afstemming en de uitvoering bij elkaar gekomen in de werkgeversbenadering, samen met het UWV en de sw-bedrijven Reestmond en NoordWestGroep. Als onderdeel van het beleidsplan Participatiewet is door de vijf gemeenteraden de opdracht verstrekt om in 2015 de samenwerking op andere processen van de participatiewet te onderzoeken.
Schuldhulpverlening
Het raadsbesluit tot het beperken van de toegang tot de door de gemeente betaalde schuldhulpverlening (max. 110% van de bijstandsnorm) en het beperken van de maximale duur van het door de gemeente betaalde budgetbeheer (van maximaal 5 jaar naar maximaal 3 jaar) is in juli 2013 geëffectueerd. Hierdoor is in 2014 het beoogde effect van deze maatregelen te verwachten.
Meerderjarige inwoners met een inkomen van meer dan 110% van de bijstandsnorm komen door invoering van deze maatregelen niet meer in aanmerking voor de door de gemeente betaalde schuldhulpverlening. Deze categorie moet een eigen bijdrage betalen. De berekening van de eigen bijdrage is zo opgesteld dat men door betalen van de eigen bijdrage niet alsnog onder de 110% grens gaat vallen.
De eindafrekening van de GKB over het jaar 2014 is € 414.000 en blijft daarmee onder de realisatie van 2013 en het via de Berap 2014 gemelde eindbedrag voor 2014 (€ 422.000).
De toegang beperkende maatregelen waarbij de Schuldhulpverlening beschikbaar wordt gehouden voor de meest kwetsbare inwoners, waardoor ze kunnen blijven participeren in de samenleving zijn in de loop van 2014 geïmplementeerd. Het betalen
van een eigen bijdrage voor inwoners met een inkomen van meer dan 110% van de bijstandsnorm heeft geresulteerd in een kostenreductie van € 14.000. Het systeem van de eigen bijdrage is zo opgezet dat cliënten door het betalen van de eigen bijdrage niet alsnog onder de 110% grens komen.
Het beperken van de duur van budgetbeheer, waarbij cliënten na 18 maanden worden gescreend, is eind 2014 geïmplementeerd. Hiervoor zijn afspraken met het algemeen maatschappelijk werk (AMW) en Humanitas gemaakt. Hoog leerbare
cliënten worden gekoppeld aan een vrijwilliger van Humanitas, laagleerbare cliënten aan een maatschappelijk werker van de stichting Welzijn. De uitkomst van de screening kan daarnaast zijn dat de
32 Jaarstukken 2014
cliënt uit het budgetbeheer kan zonder verdere hulp. De effecten van deze maatregel zijn in 2015 te verwachten.
In 2014 zijn er 2 budgetcursussen in samenwerking met het AMW georganiseerd en zijn de vrijwilligers van de formulierenbrigade getraind middels de preventieactiviteit “Eerste Hulp Bij Schulden”.
4.3.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Periodieke bijstand
Uitstroom- bevordering.
% van de beëindigingen naar
aanleiding van rechtmatigheidsonderzoeken (handhaving).
5% 8% 9%
2 Periodieke bijstand
Instroom- beperking.
% van de aanvragen dat niet leidt tot een uitkering .
30% 25% 41%
3 Re-integratie
Vergroten van uitstroom uit de bijstand naar regulier werk.
% van de beëindigingen naar regulier werk neemt jaarlijks toe met 2% over de periode 2012-2015.
40% 41% 46%
4 Re-integratie
Vergroten maatschappelijke participatie.
% van het aantal mensen dat stijgt op de participatieladder per trede tov 1 jaar ervoor.
trede 6 = 0% trede 5 = 22% trede 4 = 25% trede 3 = 15% trede 2 = 2% trede 1 = 0 %
trede 6 = 33% trede 5 = 19% trede 4 = 20% trede 3 = 16% trede 2 = 8% trede 1 = 0 %
trede 6 = 0% trede 5 = 11% trede 4 = 21% trede 3 = 20% trede 2 = 1% trede 1 = 0 %
Algemene toelichting 1/2 De opgenomen percentages zijn verwachtingen en geen streefpercentages.
Bron
1 Resultaten/kengetallen Programma 3 (2014)
2 Resultaten/kengetallen Programma 3 (2014)
3 Resultaten/kengetallen Programma 3 (2014)
4 Registratiesysteem uitkeringen
Toelichting 1 Betreft het percentage beëindigde uitkeringen naar aanleiding van geconstateerde onrechtmatigheden gedurende de
uitkering ten opzichte van alle beëindigingen.
2 Betreft het percentage niet gehonoreerde aanvragen als gevolg van onderzoek naar mogelijkheden van een voorliggende voorziening en de juistheid van opgegeven informatie.
3 Betreft het percentage beëindigde uitkeringen als gevolg van uitstroom naar regulier werk ten opzichte van alle beëindigingen.
4 Vergelijking van de trede op 1-1-2015 met de trede met de trede op 1-1-2014. De percentages bij trede 6 geven een vertekend beeld. Cliënten van trede 6 stromen snel uit naar werk, waardoor ze slechts kort op trede 6 staan. Hierdoor staan er zeer weinig cliënten op 31-12 op trede 6 en geeft 1 mutatie een hoog percentage.
Jaarstukken 2014 33
4.3.6 Wat heeft het gekost?
4.3.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel
36 Minimabeleid
Koopkracht 31 V I
Er is zowel voor de uitvoering als voor de regeling
zelf minder uitgegeven dan ontvangen van het Rijk.
Bijzondere bijstand 30 V I
Er is een groter beroep gedaan op bijzondere bijstand. Daar tegenover staat een voordeel door een afrekening 2013 en minder uitgaven 2014 voor het gemeente extra pakket (GEP).
Laptopproject 20 N I
Het aantal aanvragen is in 2014 meer dan verdubbeld
ten opzichte van 2013. Om schooluitval te voorkomen zijn er in 2014 ook aan MBO-leerlingen laptops verstrekt en zijn er meer dan 1 laptop per huishouden verstrekt. Daarnaast zijn er meer cliënten door scholen op de laptopregeling gewezen.
37 Periodieke bijstand
Periodieke bijstand 80 N I
Het budget was begroot op basis van gemiddeld 703 uitkeringen, het werkelijk gemiddelde aantal was 695. Het gemiddeld uitkeringsbedrag is met €300 toegenomen. Dit is veroorzaakt door de aanpassing van het normbedrag door het Rijk per 1 januari 2014. De totale uitgaven bedragen €10 miljoen.
De definitieve beschikking is vastgesteld op bijna €9,9 miljoen, €846.000 lager dan de nadere voorlopige beschikking. In november is de raad
hierover via een memo geïnformeerd.
846 N I
Per saldo is er €124.000 meer uitgegeven dan
ontvangen van het Rijk.
Rechtmatigheidsonderzoek 100 N I
Het onderzoek heeft € 100.000 gekost. Dit heeft geresulteerd in een terugvordering van uitkering van €80.000 een besparing van € 186.000.
34 Jaarstukken 2014
Terugvordering periodieke bijstand 83 V I
De inkomsten uit terugvordering van onterecht genoten bijstand is hoger doordat er in 2014 actief op ingezet is. Daarnaast is er een toename van het aantal vorderingen als gevolg van het uitgevoerde rechtmatigheidsonderzoek.
BBZ 111 N I Het aantal aanvragen is de laatste jaren toegenomen,
waardoor meer wordt uitgegeven aan advieskosten. In 2014 is het aantal aanvragen nagenoeg gelijk aan 2013. Daarnaast is aan levensonderhoud en kapitaal-verstrekkingen meer uitgegeven dan begroot.
De rijksbijdrage Bbz bleef iets achter bij de begroting. De inkomsten uit terugvordering zijn daarentegen hoger.
51 V I
39 Arbeidsmarkt Participatiebudget - meeneemregeling 34 V I
Vanuit de meeneemregeling 2013-2014 was een bedrag van €287.000 meegenomen naar 2013. De meeneemregeling naar 2015 bedraagt €253.000, waarna een voordeel resteert.
Gesubsidieerde arbeid 30 V I
Gesubsidieerde arbeid betreft een aflopende regeling. Door o.a. ziekte is het traject vroegtijdig beëindigd.
Re-integratie 149 V I
Door een meer groepsgewijze aanpak door de consulenten is de inzet op re-integratie effectiever.
Mutaties reserves
Reserve laptopproject (aboutaleb) 13 V I
In 2014 is meer uitgegeven dan begroot. Het restant van de reserve wordt daarom volledig in 2014 aan de reserve onttrokken. De aboutalebmiddelen zijn besteed aan de doelgroep.
Reserve koopkracht 31 N I
Doordat er minder aan de regeling is uitgegeven dan
ontvangen van het Rijk is de onttrekking aan de reserve lager.
Jaarstukken 2014 35
4.4 Programma 4: Onderwijs
4.4.1 Wat valt onder dit programma?
Onder het programma Onderwijs vallen die taken waar onze gemeente op het gebied van onderwijs voor verantwoordelijk is. Dit betreft met name de onderwijshuisvesting en het onderwijsachterstandenbeleid,
de uitvoering van de wet leerplicht, het leerlingenvervoer, volwasseneneducatie, maar ook schoolzwemmen, peuterspeelzalen en de integratie van het onderwijsveld met andere beleidsterreinen. Beleidskader - Onderwijswetten - Wet op de leerplicht - Wet op het leerlingenvervoer - Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) - Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs - Wet kwaliteitseisen kinderopvang en peuterspeelzalen (WKKP) - Wet Ontwikkeling door kwaliteit en educatie (OKE)
- Wet op de kinderopvang - Verordening voorschoolse voorzieningen - Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs - Integraal Huisvestingsplan Voortgezet Onderwijs Relaties met andere beleidsterreinen De beleidsterreinen Sport en bewegen, Maatschappelijke ondersteuning, Cultuur, Jeugdbeleid, zorgbeleid en arbeidsmarkt en ook openbare orde en veiligheid hebben allemaal raakvlakken met het onderwijs. Educatie en preventie liggen vaak in elkaars verlengde.
4.4.2 Wat hebben we bereikt?
- Wij hebben 6 kindcentra georganiseerd. Deze zijn operationeel vanaf augustus 2014.
- Het aantal voortijdige schoolverlaters is weer gedaald. En alle voortijdige schoolverlaters zijn in beeld gebracht.
- Het aanbod volwasseneneducatie is aangepast en voldoet nu een de nieuwe wettelijke eisen. De vavo trajecten worden nu door de ROCs’ Drenthe college en Deltion college uitgevoerd. De middelen gaan ook rechtstreeks naar de ROC’s
- In 2014 is invulling gegeven aan de gemeentelijke taken op het gebied van onderwijshuisvesting. Met als belangrijke mijlpalen het in gebruik nemen van Onderwijspark Ezinge en De Plataan als nieuwe schoolgebouwen.
4.4.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.4.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
-
Creëren van adequaat en samenhangend aanbod aan onderwijsvoorzieningen en huisvesting. - In 2014 zal uitvoering worden gegeven aan de vastgestelde Integrale Huisvestingsplannen voor
het Primair- en Voortgezet Onderwijs. Daarnaast kan op basis van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs ieder schoolbestuur een aanvraag doen in het kader van het integraal huisvestingsplan voor het Programmajaar 2014.
In 2014 is de Niermanschool in de verbouwde Plataan getrokken en heeft haar naam gewijzigd in K.B.S. De Plataan. Het Stadskwartier heeft extra onderwijscapaciteit gerealiseerd in het voormalige “Katrientje” ter
vervanging van hun verouderde noodlokalen Met de Ambelt is in overleg besloten om toch hun locatie aan de Randweg te verlaten. Voor de kerst 2014 is een deel van Stad en Esch (de voormalige Zuiderschool) geschikt gemaakt om tijdelijk ruimte te bieden aan De Ambelt.
Prod. Portefeuille
Onderdelen Onderwijshuisvesting Onderwijs algemeen lokale overheid
40
41 De Vos
36 Jaarstukken 2014
- Ingebruikname van onderwijspark Ezinge. Met ingang van het schooljaar 2014-2015 is het Onderwijspark Ezinge van start gegaan. Op 19 november heeft de Koning de feestelijke opening verzorgd. Vrijvallende schoolgebouwen In 2014 is een deel van de voormalige schoolgebouwen van Stad & Esch aan het Zuideinde verkocht. De andere gebouwen worden voordat ze een definitieve nieuwe bestemming krijgen tegen zo
laag mogelijke kosten in stand gehouden
Voorkomen van onderwijsachterstand en schooluitval. - Uitvoering van activiteiten die bekostigd zijn uit OAB-middelen: Warme overdracht, opleiding leidsters (voorschoolse voorzieningen) en aanschaf piramide materiaal (leermethode basisscholen), het project ouderenbetrokkenheid (bibliotheek).
Op alle integrale Kindcentra zijn schriftelijke afspraken gemaakt over de overdracht van de kinderen van de voorschoolse,- naar de vroegschoolse educatie. Het project ouderbetrokkenheid heeft geresulteerd in het digitale product “leesklik”. Hiermee zijn de afspraken tussen de basisscholen en de voorschoolse voorzieningen bestendigd.
De verdeling van de middelen bevindt zich in een afrondende fase. Er is overeenstemming bereikt met de partners over de activiteiten. In februari stelt het college een advies vast om de middelen beschikbaar te stellen en zullen de instellingen beginnen met de uitvoering.
- De uitvoering van de leerplicht vindt onder aansturing vanuit de gemeente plaats. Vanaf het schooljaar 2013-2014 wordt ook de leerplicht van
de kwalificatieplichtigen uitgevoerd. Voor de RMC-functie blijft de samenwerking met gemeenten Hoogeveen, De Wolden en Westerveld op beleid- en stuurgroepniveau in stand. Ook vindt er regionale afstemming plaats op de uitvoering
De aansturing van de uitvoering van de leerplicht vanuit de gemeente Meppel in combinatie met de invoering van passend onderwijs en de nieuwe
taken van de gemeente op het gebied van de zorg zullen resulteren in een beter en preventiever lokaal beleid.
Creëren van een samenhang in sociale infrastructuur voor jeugd. - Diverse activiteiten op het gebied van onderwijs,
gezondheid, gezonde voeding, sport en bewegen, voorschoolse-, tussenschoolse - en naschoolse activiteiten, kunst, cultuur en muziek voor kinderen, jongeren en ouderen.
In september is de aftrap geweest van de pilot in het kader van sociale marketing JOGG op Het Palet. Deze is uitgevoerd op OBS de Sprinkels en de
kinderopvang. Het Kompas heeft wel meegedaan aan de overkoepelende 'fruitweek' waaronder dit gebracht is, maar heeft een eigen invulling gekozen. De ervaringen bij leerkrachten, leerlingen en ouders waren positief.
De LEA (lokale educatieve agenda) doorontwikkelen. - In 2014 wordt de LEA-vergadering met de
deelname van Basis en Voortgezet Onderwijs, MBO, HBO, stichting Welzijn mensenwerk, Icare, logopedie en de bibliotheek voortgezet.
De LEA heeft in 2014 tweemaal vergaderd en heeft zich bewezen als het afstemmingsgremium op het gebied van opgroeiende kinderen.
Integratie tussen peuterspeelzalen en kinderopvang (voorschoolse voorziening) monitoren. - De harmonisatie is in 2013 in een nieuwe fase gekomen. Doelgroepkinderen krijgen VVE
aangeboden. Overeenkomstig de door de raad aangenomen motie wordt halfjaarlijks een rapportage over de voortgang opgesteld. Doel hiervan is te zien of de opgebouwde kwaliteit met betrekking tot de warme overdracht en doorgaande leerlijn gewaarborgd blijven. Er wordt een structurele vorm voor VVE opgebouwd samen met de maatschappelijke partners.
Er is overeenstemming bereikt met alle schoolbesturen over het organiseren van Kindcentra. De raad heeft de “Uitgangspuntennotitie Kindcentra Meppel” vastgesteld. Daarmee is de fase van halfjaarlijks informeren van de raad afgesloten.
De kindcentra zijn nu operationeel en de raad zal vervolgens geïnformeerd worden als sprake is van een gewijzigd beleid.
Jaarstukken 2014 37
- Volwasseneneducatie - Extra ondersteuning bieden aan volwassenen om hun kennisniveau te verhogen. Bestrijden van laaggeletterdheid.
- Voorkomen van voortijdig schoolverlaten in het VO (Voortgezet Onderwijs) zonder diploma.
- Leerlingen die vanwege gewichtige redenen zonder startkwalificatie het VO onderwijs hebben verlaten alsnog een kans bieden om een diploma te halen door leertrajecten aan
te bieden via het Drenthe College en het Deltion College.
- De door het rijk beschikbare middelen voor de uitvoering van Vavo-trajecten (Voortgezet algemene volwassenenonderwijs) zijn met ingang van 2013 overgeheveld aan de schoolbesturen van de regionale opleidingscentra (Drenthe college en het Deltion college). Het aanbod richt zich overigens in 2014 met name op taal verhogende trajecten.
In 2013 zijn de middelen voor de bekostiging van de vavo trajecten overgeheveld aan schoolbesturen. Hierdoor zijn schoolbesturen in staat om zonder tussenkomst van gemeentelijke overheden de vavotrajecten sneller en effectiever te organiseren. Het aantal leerlingen dat in 2014 heeft deelgenomen aan de “sprinthavo” is 70. Dit is een verdubbeling vergeleken met het jaar 2013. 56 van deze leerlingen zijn geslaagd en daarmee is voorkomen dat zij het onderwijs zonder
startkwalificatie hebben verlaten.
4.4.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Onderwijs Het bieden van (onderwijs)mogelijkheden voor een optimale ontwikkeling van kinderen van 0-6 jaar.
Percentage 0-6 jarigen dat een taalaanbod krijgt. 70% 95% 95%
2 Onderwijs Voorkomen schooluitval en onderwijsachterstand.
Aantal vroegtijdig schoolverlaters. 85 85 84
Bron
1 Vanaf 2014 monitort de gemeente Meppel alle gegevens van de deelnemende kinderen aan de voorschoolse educatie.
2 Rapportage bureau recht op leren Toelichting 1 In 2014 heeft het hanteren van de nieuwe doelgroepenomschrijving geleid tot een bereik van 95% van de
kinderen die een risico lopen op achterstand. 2 In het schooljaar 2013-2014 was het aantal VSV-ers 84. Daarmee is het streefgetal van 85 gehaald.
4.4.6 Wat heeft het gekost?
38 Jaarstukken 2014
4.4.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel 41 Onderwijs
Incidentele boekwinst i.v.m. verkoop van vm.
onderwijsgebouw 150 V I
Minder uren bewegingsonderwijs door krimp en handhaving op hanteren norm
45 V I / S
Incidentele vrijval kapitaallasten Ezinge, Niermanschool, Dingstede en Rechterenschool
86 V I
Inzet leerplicht tegen lagere kosten en uitvoering kwalificatieplicht met eigen personeel.
42 V I
Meeropbrengst incidentele verhuur voormalige schoolgebouwen
31 V I
Jaarstukken 2014 39
4.5 Programma 5: Maatschappelijke ondersteuning
4.5.1 Wat valt onder dit programma?
De nieuwe Beleidsnota Wmo 2012-2015 ‘Samen veranderen’ legt de basis voor de kanteling van de Wmo. Kort gezegd houdt deze kanteling in dat de Meppeler samenleving zelf meer verantwoordelijk wordt voor welzijn, zorg en (eigen) gezondheid. De gemeente ‘compenseert’ alleen waar nodig. Vijf Wmo-thema’s In de beleidsnota zijn in vijf thema’s de negen prestatievelden van de Wmo ondergebracht. Uitgangspunt is dat niet het aanbod maar de vraag centraal staat en dat de oplossing als eerste geboden wordt vanuit het eigen netwerk en de eigen kracht. Pas wanneer algemene en collectieve voorzieningen niet aanwezig
of toereikend zijn, zal de gemeente een individuele voorziening verstrekken. Maatwerk voor iedere burger en zorg voor onze inwoners in een kwetsbare positie blijft centraal. Beleidskader - Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) - Besluit maatschappelijke ondersteuning - Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Meppel 2012. - Beleidsnota Wmo 2012-2015 ‘Samen veranderen’ plus Uitvoeringsplan 2013-2014 - Wet publieke gezondheid (Wpg) - Kadernota volksgezondheidsbeleid “Gezond verbonden 2013-2016” - Uitvoeringsnotitie Jeugd- en Middelengebruik ZEG NEE, D’AS OK! 2011-2016
Relaties met andere beleidsterreinen De maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is verweven met andere beleidsterreinen. In het nieuwe beleid ligt het accent op wijken en buurten. Daar moet een degelijke sociale infrastructuur ontstaan die het ‘meedoen’ van iedere Meppeler beoogt, en waar aandacht is voor mogelijke problemen op meerdere levensterreinen. Relaties met de programma’s Onderwijs, Sport en Bewegen, Sociale Zekerheid en Cultuur zijn van belang om oplossingsgericht te kunnen denken. Uitvoeringsplan Wmo 2013-2014 ‘Samen veranderen’ De ambities en doelen uit de Beleidsnota Wmo 2012-2015 zijn vertaald in activiteiten zoals beschreven in het Uitvoeringsplan Wmo 2013-2014. De in deze begroting geformuleerde doelen worden gerealiseerd met activiteiten uit het Uitvoeringsplan Wmo.
4.5.2 Wat hebben we bereikt?
De transities Jeugdzorg en Wmo 2015 zijn voorbereid. Het wijkgericht werken is verbeterd en uitgebreid en er is een koppeling gelegd richting het vormen van een sociaal team. Mantelzorgers zijn actief ondersteund en opgezocht. JOGG is in samenwerking met de combinatiefunctionarissen uitgevoerd. De overdracht van de uitvoering van maatschappelijke stages door het onderwijs is voorbereid.
4.5.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.5.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
THEMA VOLKSGEZONDHEID
Het realiseren van een goede gezondheid door in te zetten op de volgende speerpunten: - Gezonde voeding en bewegen - Verminderen van het gebruik van genotmiddelen
- Psychische gezondheid - Gezonde leefomgeving - verbindingen leggen tussen welzijn, participatie en
gezondheidspreventie - de relatie tussen sport en gezondheid versterken - inzetten op psychische gezondheid - samenwerken tussen het fysieke en sociale domein als het gaat om een gezonde leefomgeving
- inzetten op zorgketen overgewicht - versterken samenwerking 1e lijn
- Het Plan van Aanpak Gezonde Leefstijl Jongeren is vastgesteld. De acties die daarin genoemd zijn, zijn uitgevoerd.
- Er is een samenwerking tot stand gebracht tussen JOGG en sport (combinatiefunctionarissen), ook via gemeenschappelijke coördinator. Er is invulling gegeven aan het ‘extra contactmoment adolescenten’.
- In 2014 is een aanvraag ingediend in het kader van GIDS (Gezond in de Stad) en gehonoreerd.
Prod. Portefeuille
Onderdelen Wet Maatschappelijke Ondersteuning (voor elk
prestatieveld een product)
70
t/m 79 Stam
40 Jaarstukken 2014
- De Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Drenthe (GGD) is de belangrijkste uitvoerder voor Jeugdgezondheidszorg. Zie ook paragraaf Verbonden Partijen.
THEMA SAMENLEVEN IN DORP OF WIJK (prestatieveld 1) - In 2014 is de score sociale samenhang minimaal
weer terug op het niveau van 2009: 6.5 - In 2014 voelt 67% van onze inwoners zich niet eenzaam.
- In 2014 is de score van de buurtbinding minimaal op hetzelfde niveau als dat van de referentiegemeenten: 6.0.
- Activiteiten genoemd in het Uitvoeringsplan Wmo. - bouwen aan de sociale infrastructuur door het verder uitbouwen van wijkgericht werken. Iedere wijk werkt met een wijkteam/ wijkplatform die in samenspraak met de bewoners van de wijk de
agenda vaststelt, gericht op uitvoering in het lopende jaar. Daarbij worden ze ondersteund door de wijkregisseurs en Welzijn MensenWerk. Deze activiteiten sluiten aan bij bestaande structuren.
De cijfers over 2014 komen uit het burger-
belevingsonderzoek. De uitkomsten hiervan zijn ten tijde van dit schrijven nog niet beschikbaar. - Communicatie in wijken is verbeterd. Iedere wijk/dorp heeft zijn eigen communicatiemiddel (nieuwsbrief) dat in veel gevallen door het wijkplatform zelf wordt uitgegeven.
- Er is een mandaat opgesteld voor de wijkregisseurs. In 2015 wordt dit verder vorm gegeven.
- Koedijkslanden was een pilot waarin de Wmo consulent ook aanschuift bij het wijkteam.
- Het Integraal Veiligheidsplan is met input vanuit de wijkplatforms opgesteld. De veiligheidsanalyse is met de wijkplatforms besproken
- Na de start in 2013 heeft het wijkplatform Centrum in 2014 daadkracht getoond door meteen een aantal belangrijke vraagstukken op de agenda te zetten.
- Wijkplatforms/dorpsvereniging Nijeveen komen steeds meer in positie en pakken hun rol. Zo heeft het wijkplatform Oosterboer-Ezinge vrijwel zelfstandig een wijkanalyse opgesteld en voor 2015 drie speerpunten benoemd.
- In gezamenlijke bijeenkomsten wisselen platforms regelmatig informatie en ervaringen uit.
- Met het wijkbudget als aanjager, worden er in wijken veel activiteiten georganiseerd. Deze lopen
uiteen van een kerstmaaltijd tot een zwerfvuilactie en van een AED training tot een koffieochtend.
- Steeds meer bewoners voelen zich verantwoordelijk voor hun leefomgeving. Zowel in groepsverband als afzonderlijk wordt op een 30 tal plaatsen het openbaar groen onderhouden.
THEMA OPVOEDEN EN GROEIEN (prestatieveld 2) Jeugd en middelengebruik - In 2016 is het percentage tieners (16-) dat 7 of meer glazen alcohol drinkt tijdens de weekenddagen, gedaald naar 20%
- In 2016 is het percentage jongeren tussen de 16 en 18 jaar dat 7 of meer glazen alcohol drinkt tijdens de weekenddagen, gedaald naar 32%
- In 2016 is het percentage jongeren dat cannabis gebruikt gedaald naar 4%
- In 2016 is het percentage jongeren met
overgewicht en obesitas gestabiliseerd op 9%
Activiteiten genoemd in het Uitvoeringsplan Wmo Leefstijl jeugd
De cijfers over 2014 komen uit het burger belevingsonderzoek. De uitkosten zijn ten tijde van dit schrijven nog niet beschikbaar. - Activiteiten in het kader het uitvoeringsplan ‘Jeugd en middelengebruik’, zoals ‘De Gezonde School en Genotmiddelen’ zijn uitgevoerd.
- De preventie- en handhavingsnota ‘Alcohol’, als wettelijke verplichting vanuit de DHW is in december vastgesteld door de Raad.
- Het ‘ketenbeleid’ is vastgesteld. In 2014 is gestart met de uitvoering van het beleid met betrokken partijen.
Jaarstukken 2014 41
De leefstijlvraagstukken hebben prioriteit in deze beleidsperiode. Acties in 2014: - Uitvoeren plan van aanpak één preventieprogramma gezonde leefstijl.
- Uitvoeren handhaving en voorlichting Drank en Horecawet.
- Voortgang Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG)
- Het Plan van Aanpak ‘Gezonde Leefstijl Jongeren’ is uitgevoerd (zie ook thema gezondheid).
- Leefstijlvraagstukken komen samen binnen de methode van ‘De Gezonde School’. Hierdoor ontstaat meer samenhang.
Transitie Jeugdzorg De transitie van de Jeugdzorg (Drentse pilot
Jeugdzorg) is een belangrijke operatie voor het vormgeven van de zorgfuncties voor jeugd. Het in samenspraak met betrokkenen opstellen van het lokale beleidsplan voor de jeugdzorg vindt plaats in 2014. In 2015 zal de gehele transitie van de Jeugdzorg een feit zijn.
- De transitie jeugdzorg is voorbereid.
THEMA VRIJWILLIGE INZET EN MANTELZORG (prestatieveld 4) - Vrijwillige inzet - In 2014 doet 33% van de Meppelers vrijwilligerswerk.
- In 2016 zijn er in Meppel drie nieuwe voorbeelden van een geslaagde samenwerking tussen professionele en informele organisaties ten behoeve van kwetsbare groepen.
- In 2014 doet 35% van de Meppeler
organisaties mee aan de maatschappelijke stages
Verbinden met het thema “Meedoen “ in het Uitvoeringsplan WMO. Er zijn initiatieven gestart in de vorm van b.v. “Stuif es In (vrijetijdsavonden voor mensen met een beperking) en de dagopvang voor kwetsbare ouderen. Dit is een proces dat in gang gezet is en een aanzet kan zijn voor het resultaat in 2016.
- De cijfers over 2014 worden bekend in het burgerbelevingsonderzoek 2014. Dit onderzoek vindt plaats in 2015. Het Servicepunt is er voor vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties. In 2014 is het aantal inschrijvingen toegenomen. Oorzaak is toenemende publiciteit, er is nu een tweewekelijkse advertentie en een vernieuwde website. Er is aandacht gegeven aan de samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties.
- Er is een “Roadshow” georganiseerd waarbij diverse kwesties die vrijwilligersorganisaties bezighouden zijn besproken en waar naar oplossingen werd gezocht. Hierdoor zijn er meer verbindingen tussen diverse vrijwilligersorganisaties ontstaan.
- Uit onderzoek blijkt dat de samenwerking tussen organisaties is toegenomen.
- Verder heeft het Servicepunt diverse cursussen en
trainingen aangeboden aan vrijwilligersorganisaties voor deskundigheidsbevordering (bv fondsenwerving, binden en vinden van vrijwilligers etc.)
- De Beursvloer (organisaties ruilen diensten uit met gesloten beurs), de Meer dan Handen Award, (waardering voor vrijwilligers) zijn georganiseerd.
Vrijwilligerswerk op peil - Welzijn MensenWerk voert vrijwilligers- en mantelzorgondersteuning uit voor de gemeente. In
haar werkplan voor volgend jaar omschrijft ze de activiteiten waarbij ze streeft naar meer bemiddelingen via de vrijwilligersvacaturebank.
- Vrijwilligerswerk op peil - Het streven van 289 bemiddelingen voor 2014 is ruim gehaald: Er zijn 419 bemiddelingen
gerealiseerd. - Maatschappelijke stages. - Er is een maatschappelijke stage markt georganiseerd
- In 2014 wordt met betrokkenen (onder meer de scholen) gekeken naar de invulling van de maatschappelijke stages (ook als de financiering vanuit het Rijk stopt vanaf schooljaar 2015-2016).
- De rijksbijdrage voor de maatschappelijke stages stopt per schooljaar 2015-2016. Scholen hebben aangegeven dat zij de maatschappelijke stage willen behouden maar dit gaan inpassen in het bestaande onderwijsprogramma. Om te komen tot een goede afbouw en overgang is er afgesproken dat WMW tot augustus 2015 nog de activiteiten
voortzet voor ondersteuning van scholen en vrijwilligersorganisaties. Hiervoor is een eenmalige subsidie verstrekt.
42 Jaarstukken 2014
Mantelzorg - In 2014 is het percentage mantelzorgers dat zich overbelast voelt gedaald naar 35%.
- In 2014 is het percentage mantelzorgers dat aangeeft volledig onbekend te zijn met de ondersteuning stabiel gebleven.
De uitkomsten uit het “Klantonderzoek Wmo, ervaringen van mantelzorgers” implementeren met extra aandacht voor respijtzorg en het combineren van mantelzorg en werk.
Voor de ondersteuning van mantelzorgers ligt een opdracht bij WMW. De mantelzorgconsulente en het contactpunt mantelzorg worden in 2014 extra onder de aandacht gebracht zodat meer mantelzorgers de ondersteuningsmogelijkheden weten te vinden. Daarnaast werkt ze aan activiteiten in de buurt gericht op contact en beleving voor het vergroten van het sociaal netwerk.
- De uitkomsten van het klantonderzoek zijn besproken met de Participatieraad Wmo, WMW en Contactpunt Mantelzorg (CPM).
- Er is een kleine subsidie verstrekt aan het Drents Platform Mantelzorg om een onderzoek uit te voeren naar respijtzorg, in samenwerking met CPM. De uitslag van dit onderzoek wordt in het voorjaar van 2015 verwacht.
- WMW en CPM hebben de gesignaleerde ervaringen besproken met mantelzorgers, extra ingezet op
publiciteit, en voorlichtingsavonden georganiseerd. Wmo consulenten bespreken mantelzorg situaties tijdens de huisbezoeken en keukentafelgesprekken. De mantelzorgconsulente van WMW is 1 dagdeel per week aanwezig in het Wmo loket zodat er korte lijnen zijn met de andere consulenten. WMW zet in op vroegtijdige signalering door contacten met huisartsen en zorgaanbieders en huisartsen en het voorlichten van de Vrijwillige Ouderen Adviseurs.
- In verband met de vroegtijdige signalering en de
bekendheid met ondersteuningsmogelijkheden voor mantelzorgers is gestart met de voorbereiding van een Netwerk Mantelzorg.
- Tijdens de dag van de Mantelzorg op 10 november hebben jonge mantelzorgers samen met Kindercircus Okidoki opgetreden. Er was een uitgebreid programma met diverse workshops. Er waren 60 aanwezigen. Daarnaast is een folder ontwikkeld over jonge mantelzorgers ter informatie voor de ouders/verzorgers, leerkrachten de jongeren zelf.
- Er zijn er ook diverse informatieve bijeenkomsten georganiseerd, bijv. een bijeenkomst voor ex-mantelzorgers (van wie de zorgvrager is overleden). In samenwerking met de Noorderboog en de Stouwe en de mantelzorgconsulente zijn diverse informatieavonden gehouden o.a. over respijtzorg en over informele en formele zorg. Er is een respijtweekend georganiseerd in augustus 2014.
- Er is een aanbod aan de 3 Meppeler
handels/ondernemers verenigingen gedaan om een voorlichting te ontvangen over werk en mantelzorg. In het najaar is deze voorlichting gegeven aan de handelsvereniging Nijeveen, uitgevoerd door de Stichting Werk en Mantelzorg. Met andere ondernemers verenigingen is persoonlijk, telefonisch of per mail contact geweest. Dit wordt gecontinueerd in 2015.
THEMA MEEDOEN (prestatievelden 3, 5 en 6) - In 2015 is de kwaliteit van de Kanteling van het loket bewaard gebleven
- In 2015 is 60% van de cliënten tevreden over de ondersteuning die het zelfstandig blijven wonen bevordert
- In 2015 is 50% van de cliënten tevreden over de ondersteuning die het meedoen bevordert
- In 2015 zijn in Meppel drie nieuwe voorbeelden van activiteiten die de participatie van mensen met een beperking in
wijken en buurten bevordert
Er is een plan gemaakt voor de herindiceringsoperatie voor de huishoudelijke hulp in 2015. Er is een projectplan opgesteld om verschillende vervoersstromen te bundelen met ingang van 2016. De transities jeugdzorg en Wmo 2015 (AWBZ) zijn ambtelijk voorbereid samen met de zorgleveranciers en partnergemeenten in Drenthe en Overijssel.
Er is een uitvoeringsplan Wmo 2015 opgesteld
Jaarstukken 2014 43
Het meedoen van mensen in een kwetsbare positie - Kanteling Wmo optimaliseren door te investeren in het keukentafelgesprek in relatie tot de ontwikkeling rond sociale wijkteams.
- Vervoersbehoeften burgers in kwetsbare positie verbinden en passend aanbod voorbereiden;
- Ontwikkelingen rond Huishoudelijke Hulp vertalen in de lokale situatie;
- De transitie van de AWBZ voorbereiden; - Ombuigen van verstrekking individuele voorzieningen naar collectieve voorzieningen;
- Activiteiten en dagbesteding in wijken faciliteren.
waarin de bestaande en nieuwe taken, met het oog op transformatie, worden uitgewerkt in opdrachten. Over de hele linie genomen is het collectief <-> individueel verstrekte hulpmiddelen constant gebleven.
THEMA PREVENTIE, OPVANG EN ZORG (prestatievelden 7, 8 en 9) - Handhaven van de bestaande preventie en het vangnet en daarnaast investeren in het eerder signaleren van problemen door bewoners in de wijk en/of de buurt.
- Bewaking van de kwaliteit van de specialistische ondersteuning, preventie, opvang en zorg.
- Ontwikkelingen in de aanpak van huiselijk geweld volgen. Zo worden SHG (Steunpunt Huiselijk Geweld) en AMK (Meldpunt Kindermishandeling) samengevoegd en is er een gemeentelijke beleidsvisie nodig (gereed juni 2014).
- Erop af!-aanpak vormgeven binnen de sociale infrastructuur in wijken en buurten, met aandacht voor signalering, preventie en (mantelzorg)ondersteuning. (zie verder thema 1).
- De regiovisie ‘Veilig Thuis Drenthe’ is opgesteld met input van diverse partijen in de provincie en is besproken in diverse bestuurlijke gremia. De visie is door de gemeente Meppel vastgesteld. Een deel van de uitvoering is reeds in 2014 gestart. Andere punten worden in 2015 opgepakt.
- Binnen het OGGZ-netwerk Zuidwest Drenthe is gesproken over de rol en functie van het netwerk binnen het sociale domein en de toekomstige positie.
- Voor de uitvoering van Beschermd Wonen is met centrumgemeente Assen een mandaatregeling afgesproken.
4.5.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Volksgezondheid Samenhang en Samenwerking in de zorgketen
Concrete afspraken waarbij sprake is van ketensamenwerking
3
2 Samenleven in wijk en dorp
Meer Meppelers zetten zich in voor versterking van de sociale samenhang in hun leefomgeving.
Score sociale kwaliteit.
6,3 6,5 6,5*
3 Mantelzorg en vrijwilligers
Mantelzorgers kunnen het volhouden zonder
dat ze overbelast raken en Meppel heeft een gezond verenigingsleven dat zich maatschappelijk betrokken voelt.
Percentage mantelzorgers dat zich overbelast
voelt
35% 35% 35%*
Het percentage inwoners dat zich vrijwillig inzet. 33% 33% 33%*
4 Meedoen Bewoners met een beperking nemen deel aan de samenleving dankzij
hun eigen kracht en vermogens, de steun van de sociale omgeving en (in de laatste plaats) die van de gemeente.
De totaalscore die een gekantelde dienstverlening
meet.
70% boven
gemiddeld
Wordt niet meer
gemeten. Meppel
hanteert gekantelde werkwijze
44 Jaarstukken 2014
Bron
1 Beleidsnota 2015-2016
2 Burgerbelevingsonderzoek 2012
3 Burgerbelevingsonderzoek 2012
4 Basisbenchmark 2013 Thermometer toegang en oplossing voor Wmo-ondersteuningsvagen (prestatieveld 3 en 6)
* Mbt indicator 1 t/m 3: Het burgerbelevingsonderzoek over 2014 wordt uitgevoerd. De uitkomsten zijn op het moment van opstellen van deze jaarstukken 2014 nog niet beschikbaar.
Toelichting
1 In het kader van de nieuwe zorgtaken is het noodzakelijk dat professionele partners in het sociaal domein ketensamenwerking realiseren.
2 De score sociale kwaliteit is een score waarin informatie over de sociale omgang in wijken tussen mensen gebundeld wordt. Het benchmarkgemiddelde is 6,7
3 Het burgerbelevingsonderzoek heeft een andere meetmethode gehanteerd en werkt nu met gradaties voor het cijfer van vrijwilliger inzet in plaats van een ja/nee vraag.
4 De thermometer “toegang en oplossing voor wmo ondersteuningsvragen” uit de Wmo benchmark doet een uitspraak over de dienstverlening aan mensen met een individuele ondersteuningsvraag. De basisbenchmark heeft de thermometer over de gekantelde werkwijze uit de rapportage gehaald omdat alle gemeenten inmiddels een gekantelde werkwijze hanteren. Daarmee komt deze indicator te vervallen.
4.5.6 Wat heeft het gekost?
Jaarstukken 2014 45
4.5.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel
71 Sociale samenhang
Het pand Pelikaanstraat 1 is verkocht. Dit geeft een eenmalige opbrengst waartegenover wel rekening gehouden moet worden met structurele derving van huurinkomsten
185 V I / S
74 Mantelzorg en vrijwilligerswerk
De opdracht voor ondersteuning van mantelzorgers is verleend aan WMW. Hiervoor is niet het gehele
budget ingezet.
43 V S
76 Verlenen individuele voorzieningen
Eigen bijdragen waren hoger dan geraamd omdat beleidswijziging (eigen bijdrage op alle voorzieningen) resulteert in meer bijdragen. Huishoudelijke hulp is binnen budget uitgevoerd. Op dit moment wordt sterk gestuurd op vermindering van het aantal uren huishoudelijke hulp. Met de daling van de uren daalt ook de eigen bijdrage. Om die reden kan het hier genoemde voordeel niet volledig structureel worden verwerkt.
328 V I / S
Er zijn minder grotere woningaanpassingen verstrekt. Dit is conform de in 2015 doorgevoerde bezuiniging op woningaanpassingen.
65 V S
Hoewel het aantal gereden kilometers lager is dan in 2013 is het collectief vervoer duurder uitgevallen door de hoger prijs per kilometer.
43 N S
Het nieuwe hulpmiddelencontract valt op onderdelen duurder uit dan het oude. Dat komt vooral omdat de kosten van herverstrekking en onderhoud van voorzieningen hoog zijn. De budgetraming voor scootmobielen was niet geactualiseerd. Er is minder gebruik gemaakt van medische advisering voor
aanvragen.
171 N S
46 Jaarstukken 2014
4.6 Programma 6: Kunst, cultuur, recreatie en toerisme
4.6.1 Wat valt onder dit programma?
Onder het programma kunst, cultuur, recreatie en toerisme vallen alle culturele activiteiten, kunstuitingen en activiteiten onder de brede noemer recreatie en toerisme waar onze gemeente mee verbonden is. De Bibliotheek, Schouwburg Ogterop, Stichting Scala, Cultureel Centrum De Plataan en
verschillende andere culturele partners komen in dit raadsprogramma beleidsmatig aan de orde. Beleidskader Toeristisch Recreatief Ontwikkelingsplan (TROP) - 2013-2018 - Kadernota cultuur: “Verbinden en verankeren – 2009-2012” - Beleidskader bibliotheekwerk Verderop in de jaarstukken is een aparte pararagraaf, waarin de positionering van Ogterop binnen de gemeentelijke organisatie wordt beschreven. Relaties met andere beleidsterreinen Cultuur is een waarde op zich maar ook een middel om andere doelen te bereiken, zoals een
aantrekkelijk woon-, werk- en toeristisch klimaat. Daarnaast is kunst en cultuur van waarde voor de economie. Het raakvlak met dit terrein en het uitnutten hiervan krijgt steeds meer aandacht. Toerisme heeft vooral raakvlakken met de terreinen citymarketing, openbare ruimte, evenementenbeleid en de binnenstadvisie. U treft dit vooral aan onder de raadsprogramma’s 8, 9, en 10.
4.6.2 Wat hebben we bereikt?
Meppel kan terugkijken op een geslaagd cultureel en recreatief jaar. Samenwerking binnen Meppel heeft in 2014 geleid tot meer culturele activiteiten en (meerdaagse) evenementen in de gemeente. Door meer met elkaar samen te werken, hebben de culturele instellingen nieuwe activiteiten gerealiseerd. Nieuwe samenwerkingsverbanden zijn ontstaan tussen evenementenorganisaties, het lokale veld, ondernemers en vele vrijwillige Meppelers, die in het kader
van Meppel, culturele gemeente van Drenthe 2013-2014 nieuwe activiteiten en (meerdaagse) evenementen hebben bedacht en opgezet. De herstructurering en verbouw van CCM De Plataan is voltooid. Er is ruimte gecreëerd voor de voormalige Monseigneur Niermanschool en de Stichting Kinderopvang Organisatie Meppel. In het kader van de herstructurering is ook de bibliotheek onderdeel geworden van CCM De Plataan. Ogterop heeft zich beter op de kaart weten te zetten door een goede profilering. Er zijn extra stroomvoorzieningen en tijdelijke sanitaire voorzieningen voor de campers, recreatievaart en evenementen gerealiseerd. De nieuwe Bourgondische stadswandeling door Meppel is tot stand
gekomen. Een nieuwe wandelroute is ontstaan in het kader van het project stadsrandzone Meppel-Reestdal. Meppel is hierdoor extra aantrekkelijk voor (recreatieve) bezoekers, wat meerdaags verblijf in de gemeente bevordert.
4.6.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.6.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
-
Samenwerking binnen Meppel Meppel is in het theaterjaar 2013-2014 dé culturele gemeente van Drenthe. In het kader van de culturele gemeente van Drenthe wordt de samenwerking tussen de verschillende beleidsvelden zoals kunst en cultuur, citymarketing en recreatie en toerisme versterkt:
- De overleggen tussen de C3 instellingen hebben in 2014 nieuwe samenwerkingsideeën opgeleverd.
- Het optreden van het Color Orkest na afloop van het Nieuwjaarsconcert op 5 januari 2014 in schouwburg Ogterop was een samenwerking tussen Ogterop en Scala.
- Op 4 maart 2014 hadden de C3 instellingen een verkiezingsdebat over kunst en cultuur in de bibliotheek georganiseerd.
Prod. Portefeuille
Onderdelen
Kunst en Cultuur Recreatie en Toerisme Schouwburg Ogterop
44
45 48
Ten Hulscher
Jaarstukken 2014 47
- Stimuleren voortzetting overleggen tussen Ogterop, bibliotheek en Scala (C3) ter bevordering van meer en nauwer onderlinge samenwerkingsverbanden
- Scala en de bibliotheek hebben in gezamenlijkheid een aantal culturele zondagen georganiseerd voor de inwoners van Meppel en omstreken in CCM De Plataan.
- Stimuleren voortzetting Platform Cultuur ter bevordering van samenwerking tussen de creatieve sector en het bedrijfsleven in Meppel.
- Het Platform Cultuur heeft met elkaar kunnen klankborden over diverse actuele onderwerpen en ontwikkelingen op het gebied van kunst en cultuur.
- Culturele en recreatieve instellingen realiseren in gezamenlijkheid extra evenementen binnen de gemeente. Een aantal van deze evenementen vindt plaats in de binnenstad, wat de levendigheid van de binnenstad versterkt.
- De gemeente is geadviseerd bij de (ver)plaatsing van twee kunstwerken.
- “De Meppeler toren spreekt” was een succesvol openluchthoorspel, waarin de Meppeler toren samen met de gebouwen op het Kerkplein de geschiedenis van Meppel vertelden. Aan dit project
- hebben onder meer Roodhof Muziek- en Showproducties, Stichting Grote Trek, Stichting
Oud Meppel en bedrijven meegewerkt. De rijke historie van Meppel werd omlijst met muziek en spel van onder andere de Bazuin, Musique Fantastique, de Dikdakkers en popkoor The Midges.
Nieuwe indeling van CCM De Plataan In praktijk brengen van de nieuwe structuur en dit waar nodig vertalen in nieuwe contracten en overeenkomsten.
Medio augustus 2014 zijn de Mgr. Niermanschool (nu Katholieke Basisschool De Plataan) en de Stichting Kinderopvang Organisatie Meppel gehuisvest in CCM De Plataan. Door de herstructurering is ook de bibliotheek onderdeel
geworden van CCM De Plataan. De verbouwing van het gehele complex is in september 2014 afgerond. Over de voortgang inzake CCM De Plataan bent u geïnformeerd middels twee memo’s in de raadsvergaderingen van respectievelijk 25 september 2014 en 27 november 2014.
Bevorderen lezen en cultuureducatie via de bibliotheek
- Voortzetting van het project ‘Bieb op school’. - Voortzetting van het project ‘Boekstart’ voor kinderen van 0 tot en met 2 jaar en hun ouders.
- In het Palet en in Nijeveen draait de bieb op school al. Met de overige basisscholen is de bibliotheek in
gesprek om ook daar het project in te voeren. - Boekstart is in 2014 voortgezet.
Handhaven en verbeteren doelstellingen publieksbereik en dienstverlening van de bibliotheek Regie op beleidskader bibliotheekwerk. Door vrijvallende bibliotheekruimte in Meppel en Nijeveen komen middelen beschikbaar voor de
versterking van de inhoudelijke functies en bedrijfsvoering van de bibliotheek: - Ontwikkelen van producten en activiteiten om (meer) publiek te trekken.
- Verruiming openingsuren.
- In het kader van de herstructurering van CCM De Plataan heeft de bibliotheek bibliotheekruimte ingeleverd om meer middelen over te houden voor de inhoudelijke functies en bedrijfsvoering van de bibliotheek.
- Door de grote belangstelling voor de tijdelijke
extra openstelling van de bibliotheek in Meppel op zondagmiddag gedurende oktober 2013 tot april 2014, is de bibliotheek vanaf 1 oktober 2014 (tot 31 maart 2015) ook weer op zondagmiddag open voor het publiek.
Bevorderen van cultuurbezoek (schouwburg
Ogterop) - Goede programmering en profilering van Schouwburg Ogterop
- Samenwerking Schouwburg Ogterop binnen de sector in Drenthe
- Cultureel aanbod en kennismaking met theater versterken in samenwerking met culturele instellingen, lokale ondernemers en onderwijs
- Tegen de landelijke trend in heeft Ogterop weer
meer bezoekers getrokken. Ook is er een toename van bezoekers te constateren bij kwetsbaar aanbod. Qua profilering heeft Ogterop door een blog de landelijke media gehaald. Dit is bij artiesten en publiek niet onopgemerkt gebleven.
- Met de Drentse theaters stemt Ogterop de programmering af.
- In samenwerking met Scala organiseert Ogterop schoolvoorstellingen, met Stad en Esch de Ogterop Academy. Meer informatie hierover is te lezen in de aparte Ogterop paragraaf.
48 Jaarstukken 2014
Impuls culturele evenementen Stimuleren van burgerparticipatie door versterking samenwerking tussen culturele instellingen onderling, met de burgers en met het bedrijfsleven door hun bijdrage aan het programma van de culturele gemeente. De samenwerking heeft vorm gekregen in de oprichting van stichting Meppel Maakt Het, die er voor zorgt dat extra culturele evenementen gedurende het culturele jaar plaatsvinden.
Meppel was gedurende het theaterjaar 2013-2014 de culturele gemeente van Drenthe. In 2014 zijn, met ondersteuning van Stichting Meppel Maakt Het, extra veel culturele activiteiten en evenementen gerealiseerd in Meppel, zoals de Marokkaanse week, Tsjechische week, Bleekers Art Land, de Meppeler toren spreekt en Scala musicaldagen. Meppel sloot het culturele jaar af met het extra groots Internationale poppen- en figurentheaterspelfestival (Puppet International) in september 2014. De inzet van de lokale culturele instellingen, de honderden
enthousiaste vrijwillige Meppelers en het bedrijfsleven hebben het aantrekkelijke, laagdrempelige culturele aanbod gedurende van het culturele jaar mogelijk gemaakt.
Bevorderen (regionale) samenwerking rond recreatie en toerisme - Profileren van Meppel in de regio via netwerken in Kop van Overijssel, Zwolle-Kampen netwerkstad en Zuid-West (Nationaal Park) van Drenthe
- Samen met ondernemers (in regionaal verband) aanbieden van (dag)arrangementen
- Meppel trekt sinds 2014 nadrukkelijker in praktische zin samen op met initiatieven in het kader van toeristische promotie en marketing, bijvoorbeeld vanuit het regionale merk Waterreijk Weerribben-Wieden.
- Samen met ondernemers in Meppel is gewerkt aan de verwezenlijking van de Bourgondische stadswandeling.
Steviger positie van evenementen - Inzetten op meerdaagse evenementen. - Inzetten op versterking en zo mogelijk verbinden van bestaande evenementen.
- Onderlinge samenwerking tussen evenementen organisaties stimuleren voor efficiëntie, kwaliteit en professionaliteit.
- In Meppel zijn in 2014 met succes een aantal meerdaagse evenementen georganiseerd. Deze evenementen zijn van belangrijke meerwaarde voor de lokale economie.
- Gedurende het culturele jaar is aansluiting gezocht met bestaande evenementen zoals Donderdag Meppeldag, het Grachtenfestival en Puppet International.
- De samenwerking tussen Ogterop en Puppet International is in 2014 verstevigd. Met name ten
aanzien van de kaartverkoop voor het poppen- en figurentheaterspelfestival door Ogterop heeft Puppet International daarmee een professionaliseringsslag gemaakt.
Bevorderen (recreatief) bezoek en (meerdaags) verblijf in Meppel - Stimuleren van een aantrekkelijk pakket van evenementen, attracties en een goed verzorgd hoofdwinkelgebied.
- Zorgdragen voor voldoende parkeervoorzieningen voor inwoners en bezoekers.
- Inzet van Citymarketing (zie programma 10). - Realiseren van aanpassing en uitbreiding van het aantal voorzieningen (stroom en sanitair) ten behoeve van de recreatievaart.
- Begeleiden van ondernemersinitiatieven voor een toename van accommodaties, zoals een hotel, groepsaccommodatie, recreatiebungalows en camperplaatsen.
- Recreatieve routes en netwerken uitbreiden. - Aandacht voor Wi-Fi.
- Het ondernemersfonds Meppel draagt organisatorisch en financieel bij aan het mogelijk maken van diverse jaarlijkse evenementen. Het ondernemersfonds draagt ook actief bij aan de ruimtelijke kwaliteit in de binnenstad in het kader
van ‘schoon, heel, veilig’, bijvoorbeeld in de vorm van een graffiti-schoonmaakproject.
- Ook in 2014 zijn tijdelijk toiletunits geplaatst op het Bleekerseiland voor de recreatievaart (en evenementen). Een aantal nieuwe stroompalen zijn geplaatst aan het Westeinde voor de recreatievaart en op het camperterrein voor de campers.
- Met betrekking tot het pand aan het Zuideinde 76 cum annexis zijn in 2014 gesprekken gevoerd met initiatiefnemers voor een hotel.
- Op 13 november 2014 is de Lokale Ontwikkel
Strategie (LOS) Zuidwest-Drenthe geaccordeerd en vastgesteld door het bestuur Gebiedsoverleg Zuidwest-Drenthe, dat ingediend gaat worden voor LEADER3-subsidie voor de regio Zuidwest Drenthe. Via deze Europese subsidie kan een kwaliteitsimpuls van de bestaande (toeristische) accommodaties in de regio Zuidwest-Drenthe worden gerealiseerd.
- In het kader van het project stadsrandzone Meppel-Reestdal is een nieuwe wandelroute gerealiseerd die aansluit op de reeds bestaande
Jaarstukken 2014 49
wandelroute. - Wi-Fi in de binnenstad vormt nog steeds een belangrijk aandachtspunt in afstemming met het georganiseerde bedrijfsleven.
4.6.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Cultuur Cultuureducatie stimuleren.
Percentage basisscholen dat deelneemt aan het cultuurmenu.
100% 100% 100%
2 Cultuur Cultuurparticipatie stimuleren.
Voorzieningenpeil op kunst & cultuurgebied.
22 22 30
3 Toerisme & recreatie
Versterken van toerisme &recreatie.
Aantal meerdaagse evenementen. 10 11 18
4 Toerisme & recreatie
Versterken van toerisme & recreatie.
Aantal banen in de T&R sector. 1.053 950 1.034
Bron
1 Evaluatieverslag Scala's Cultuurmenu, schooljaar 2013-2014 (Verseon kenmerknummer 234750)
2 Cultuursubsidie (grootboeknummer 64430 in Key2F op 5-2-2015.)
3 Evenementenkalender 2014
4 Provinciaal Werkgelegenheidsregister, Provincie Drenthe 2014
Toelichting
1 Alle kinderen van 4-12 jaar komen in aanraking met kunst & cultuur. Scala biedt daartoe op alle basisscholen het Cultuurmenu aan. Op het moment dat de score lager is dan 100% dat een indicatie voor nadere actie.
2 Meppel is een stad met een gevarieerd cultureel klimaat, waardoor het inwoners mogelijk is actief en passief deel te nemen aan kunst & cultuur. Door het aantal en de variatie gesubsidieerde instellingen, voorzieningen en verenigingen te monitoren wordt het 'culturele peil' bewaakt. Hierbij zijn de grote gesubsidieerde instellingen, met elk een eigen grootboeknummer, niet meegerekend.
3 Meerdaagse evenementen dragen bij aan de instandhouding van een aantrekkelijke woon-, werk- en recreatieve omgeving.
4 In de jaarstukken 2013 is het aantal banen in de T&R sector niet goed opgenomen. Het aantal banen in de T&R sector in 2013 is niet 1.035, maar 1.053. Er is dus sprake van een lichte daling van het aantal banen in 2014.
4.6.6 Wat heeft het gekost?
50 Jaarstukken 2014
4.6.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel 45 Recreatie en toerisme
Totaal hogere kosten door o.a. promotie via TV RTL4, videowalls t.b.v uitzending WK voetbal tijdens Meppel Culinair, combi-unit Bleekerseiland en hogere electriciteitskosten evenementen.
30 N I
48 Schouwburg Ogterop
De bezuinigingstaakstelling is nog niet geheel gerealiseerd. Deze is in één bedrag op een uitgavenpost in de begroting opgenomen. Samen met een toename van activiteiten en een aantal grotere
voorstellingen in het kader van Meppel, culturele gemeente van Drenthe zijn de lasten daardoor hoger dan begroot. Hier staan deels extra inkomsten tegenover.
57 N S
Jaarstukken 2014 51
4.7 Programma 7: Sport en bewegen
4.7.1 Wat valt onder dit programma?
Onder het programma Sport en bewegen vallen alle activiteiten die te maken hebben met sport en bewegen, inclusief de verschillende sportaccommodaties die onze gemeente rijk is. Beleidskader - De Sportnota “Meer doen met sport in Meppel 2007-2010” - Nota accommodatiebeleid - Gemeentelijk subsidiebeleid Relaties met andere beleidsterreinen Sport en bewegen brengt mensen bij elkaar. Het bevordert de sociale samenhang en integratie van bevolkingsgroepen. Sport en bewegen bevordert een gezonde levensstijl en kan overgewicht voorkomen. Sport en bewegen heeft nauwe banden met beleidsterreinen als gezondheid, onderwijs, welzijn,
vrijwilligerswerk, integratie en participatie, jeugd en evenementen. Sport en bewegen in de buurt kan de sociale samenhang in de wijk vergroten en is daarmee een belangrijke sociale indicator. Sport en bewegen hebben een duidelijke relatie met het onderwijs en de verschillende prestatievelden uit de WMO (raadsprogramma’s 4 en 5).
4.7.2 Wat hebben we bereikt? Inwoners van Meppel hebben ook in 2014 de mogelijkheid gekregen om deel te nemen aan sport- en beweegactiviteiten tegen een aanvaardbare prijs. Het Sportteam Meppel Actief (buurtbuurtcoaches) speelt een steeds belangrijkere rol in het bevorderen van beweging en gezond gedrag. Er wordt nauw samengewerkt met het onderwijs, de sportverenigingen en welzijn. In 2014 zijn weer nieuwe sport- en beweeginitiatieven ontstaan. In de wijk Koedijkslanden/Berggierslanden heeft het project Sportdorp
Koedijkslanden de onderlinge samenwerking tussen de sportaanbieders en het onderwijs bevorderd.
4.7.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.7.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
-
Gezondere jeugd De overeenkomst met SportDrenthe voortzetten
SportDrenthe is sinds 2010 uitvoerder van de impulsen NASB en Combinatiefuncties. De overeenkomst wordt met twee jaar verlengd. Dit wordt bekostigd uit de geoormerkte gelden die via het gemeentefonds van het Rijk worden ontvangen. SportDrenthe neemt de cofinanciering in de jaren 2014 en 2015 voor haar rekening en staat garant voor de invulling van het aantal fte’s (4,66). De verantwoording geschiedt aan de hand van regelmatige voortgangsrapportages.
De samenwerking tussen gemeente, Onderwijs, Sportverenigingen SportDrenthe en welzijn verloopt
succesvol. Het Sportteam Meppel Actief onderhoudt nauwe contacten met de verschillende partijen en zorgt voor de onderlinge verbinding.
Dat sportverenigingen zich meer ontwikkelen tot maatschappelijk actieve organisaties Sportsubsidies meer inzetten voor de maatschappelijke ontwikkeling van sportverenigingen. In 2014 zal beleid worden ontwikkeld om de sportsubsidies anders te gaan inzetten. De maatschappelijke betrokkenheid en de inzet van een sportvereniging voor de samenleving wordt een belangrijk criterium bij het toekennen van subsidie.
Sportverenigingen ontvangen subsidies voor het aantal jeugdleden, voor deelname aan sportkennismakingscursussen, open activiteiten, kaderopleidingen en meerkosten leden met een beperking. In 2014 zijn nog geen concrete stappen gezet om de
genoemde wijze van sportsubsidiëring te wijzigen.
Prod. Portefeuille
Onderdelen Beheer en exploitatie sportaccommodaties Sport- en speldeelname
46 47
De Vos
52 Jaarstukken 2014
Vitaliteit van sportverenigingen bevorderen Verenigingen ondersteuning bieden.
Verenigingen die een grotere maatschappelijke rol willen spelen en er voor kiezen om een vitale vereniging te zijn/worden kunnen hiervoor ondersteuning krijgen door de buurtsportcoaches / het sportteam Meppel Actief.
Het Sportteam Meppel Actief heeft in 2014 heeft de onderlinge samenwerking tussen de sportverengingen bevorderd o.a. met het project Sportdorp Koedijkslanden. De onderlinge samenwerking draagt bij aan de vitaliteit.
4.7.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken 2013
Begroting 2014
Jaarstukken 2014
1 Sport Stimuleren van de breedtesport onder de hoogste groepen van de basisschooljeugd
Percentage dat voldoet aan de Norm Gezond Bewegen (8-12 jaar)
31% 31% 31%
2 Sport Stimuleren van de breedtesport onder volwassenen
jonger dan 55
Percentage dat voldoet aan de Norm Gezond Bewegen volwassenen 49% 49% 49%
3 Sport Stimuleren van de
breedtesport ouder dan 55
Percentage dat voldoet
aan de Norm Gezond Bewegen 55+
48% 48% 48%
Bron
1 Nulmeting Sport en bewegen NASB jeugd 2010
2 Nulmeting Sport en bewegen Meppel volwassenen 2010
3 Nulmeting Sport en bewegen Meppel volwassenen 2010
Toelichting
1 Het landelijk gemiddelde is 27%
2 Drenthebreed is het percentage 41%
3 Drenthebreed is het percentage 44%
Najaar 2013 is de GGD een onderzoek gestart naar de gezondheid van jongeren in de provincie Drenthe.
In het onderzoek zijn ook vragen opgenomen over lichaamsbeweging onder jongeren.
De onderzoeksresultaten worden medio maart 2015 door de GGD toegelicht. Dit leidt in de jaarrekening 2015 wellicht tot andere/nieuwere percentages.
4.7.6 Wat heeft het gekost?
4.7.7 Analyse financiële afwijkingen
In verband met de geringe afwijking is er op dit programma geen analyse financiële afwijkingen.
Jaarstukken 2014 53
4.8 Programma 8: Ontwikkeling openbare ruimte
4.8.1 Wat valt onder dit programma?
Prod. Portefeuille
Onderdelen Ontwikkeling van de openbare ruimte Kwaliteitsbeheer ruimte (bouwen en milieu)
49
50 Koning
Onder het programma Ontwikkeling openbare ruimte vallen ruimtelijke visies, het opstellen van stedenbouwkundige plannen en beeldkwaliteitsplannen, bestemmingsplannen en een diversiteit aan planvorming rondom de ruimtelijk-economische ontwikkelingen in Meppel. Bij dit laatste gaat het onder meer om verkeer en mobiliteit, woonvisie en woningbouwprogrammering. Tevens valt het gedeelte van
de uitvoering van het omgevingsrecht (Wabo) dat te maken heeft met bouwen binnen dit programma. Beleidskader - Wet ruimtelijke ordening - Besluit ruimtelijke ordening - Structuurvisie 2013 - Wet algemene bepalingen omgevingsrecht - Woningwet - Wet Modernisering Monumentenzorg - Bestemmingsplannen - Stedenbouwkundige visies
- Gemeentelijk verkeer en vervoerplan 2010 - Herijking parkeerbeleid 2012 - Nota Fiets 2013 - Woonplan 2005-2015 - Omgevingsvisie Drenthe 2014 - Samenwerkingsagenda Zuidwest Drenthe 2014 - Archeologische beleids- en advieskaart 2013 - Welstandsnota - Cultuurhistorische verkenning en analyse Relatie met andere beleidsterreinen Dit programma heeft sterke relaties met programma’s 9 Beheer openbare ruimte en 10 Economische en
Grondzaken. Dit komt omdat het ruimtelijk beleid van dit programma in de andere programma’s een uitwerking krijgt. Maatschappelijke ontwikkeling en economische activiteiten vragen om een ruimtelijke inpassing. Anderzijds draagt de kwaliteit van de openbare ruimte juist bij aan de leefbaarheid in de gebouwde omgeving.
4.8.2 Wat hebben we bereikt?
Qua leefbaarheid is in 2014 in Nieuwveense Landen grond verkocht voor de bouw van 90 woningen, is de eerste woning in Danninge Erve Zuid in aanbouw genomen en gestart met Koeberg Zuid. Ter verbetering van de verkeersveiligheid is het kruispunt Marktstraat in 2014 gereed gekomen, zijn de verkeerslichten aan de Hoogeveenseweg aangepast, is de tunnel naar Berggierslanden verbeterd en zijn aan de Zuiderlaan en Werkhorst 30 kilometer-zones gerealiseerd. De bereikbaarheid is vergroot door een extra trein vanuit Leeuwarden en er is begonnen met de
uitvoering van de sluis in het Meppelerdiep (bereikbaarheid per water). Verder is in het najaar intensief overleg met de provincie gevoerd over o.a. het kruispunt N375.
4.8.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.8.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
Optimaliseren van de bereikbaarheid
In de structuurvisie is aan de volgende bereikbaarheidsopgaven de hoogste prioriteit gesteld, te beginnen vanaf 2014.
Transformatiegebied
Het Transformatiegebied is een project ter uitvoering van de structuurvisie. In maart 2014 is de projectopdracht Transformatiegebied door de raad vastgesteld. Het project heeft een link met de verkorte oostelijke ontsluiting Nieuwveense Landen en de noordelijke stadsentree. Het project Transformatiegebied is aangemeld voor de Crisis en herstelwet. Er is begonnen met inventariseren en er zijn stappen gemaakt met de ontsluiting. Zie hierna.
54 Jaarstukken 2014
Noordelijke stadsentree Een belangrijke randvoorwaarde voor de leefbaarheid in Meppel is de bereikbaarheid van de stad. Vooral de noordelijke entree van de stad over de rotonde langs de Watertoren heeft niet voldoende capaciteit om de toestroom van meer verkeer aan te kunnen. De ontwikkeling van een nieuwe noordelijke stadsentree is omvangrijk en wordt gefaseerd uitgevoerd. Gestart wordt met de eerste fase die van de N375 tot aan het Meppelerdiep reikt.
Noordelijke stadsentree De uitwerking van de verkorte oostelijke ontsluiting heeft een directe relatie met de noordelijke stadsentree. De verkorte oostelijke ontsluiting en de noordelijke stadsentree sluiten op hetzelfde punt aan op de N375. Gezien de grote financiële impact wordt bij de ontwikkeling van het Transformatiegebied in eerste instantie gekeken naar nut en noodzaak van investeringen in infrastructuur, o.a. voor wat betreft de in de structuurvisie opgenomen noordelijke
stadsentree.
Fietstunnel Nieuwveense Landen- Stad Het knooppunt bij de Watertoren is het verkeerskundige knelpunt op de route N375. Gezien de beperkte ruimte is een goede oplossing ter plekke niet mogelijk. Uiteindelijk zullen de nieuwe ontsluiting van Nieuwveense Landen en de Noordelijke stadsentree de functie van dit knooppunt overnemen. Met de komst van de nieuwe
noordelijke stadsentree krijgt de Steenwijker-straatweg de functie van fietsverbinding. De nieuwe noordelijke stadsentree heeft de komende jaren dan ook grote prioriteit.
Fietstunnel Nieuwveense Landen-Stad Ook de fietstunnel Nieuwveense Landen heeft een directe relatie met de verkorte oostelijke ontsluiting. De fietstunnel bij het knooppunt Watertoren kan pas worden gerealiseerd nadat de alternatieve ontsluiting is aangelegd. De aanleg van de fietstunnel wacht op de verkorte oostelijke ontsluiting en de daarmee samenhangende nieuwe
stadsentree.
Verkorte oostelijke ontsluiting Nieuwveense Landen Als gevolg van de getemporiseerde ontwikkeling van Nieuwveense Landen, ligt vanuit een doelmatige verbinding met Meppel een verkorte oostelijke
ontsluitingsweg het meest voor de hand. Deze verkorte oostelijke ontsluiting sluit aan op de nieuwe noordelijke stadsentree.
Verkorte oostelijke ontsluiting Nieuwveense Landen De gemeenteraad heeft in het kader van de flexibilisering van Nieuwveense Landen op 20 februari 2014 besloten om een verkorte oostelijke
ontsluiting in het stedenbouwkundig plan op te nemen en dit uit te werken in het bestemmingsplan. Vanaf september is het ruimtebeslag van de verkorte oostelijke ontsluiting in beeld gebracht en is overleg gevoerd met de provincie over diverse kruispuntoplossingen van de verkorte oostelijke ontsluiting met de provinciale weg N375. Gekozen is voor een gelijkvloerse variant. Deze variant wordt bij de flexibilisering van het bestemmingsplan Nieuwveense Landen uitgewerkt.
Afspraken met provincie Met de provincie zullen harde afspraken over infrastructuur worden gemaakt, zoals over de noordelijke ontsluiting en de gevolgen voor de aansluiting op de binnenstad.
Afspraken met provincie Er is overleg met de provincie gevoerd over de (mogelijke overdracht van de) Hoogeveenseweg, waarvan de provincie eigenaar is. De provincie heeft besloten dit overleg on hold te zetten en deze weg (vooralsnog) niet over te dragen van de provincie naar de gemeente.
Optimaliseren van de leefbaarheid
Cultuurhistorie
- In alle nieuwe bestemmingsplannen is een archeologieparagraaf opgenomen.
- In de cultuurhistorische verkenning is gekeken naar de historische objecten en structuren.
- Voor de binnenstad en de centrumschil is op basis van onderzoek ook een waardering van de cultuurhistorie opgenomen.
- Het is de bedoeling dat in navolging op de binnenstad en centrumschil voor heel Meppel een waardering in bestemmingsplannen wordt opgenomen.
Cultuurhistorie
Met het oog op de beleidsontwikkeling zijn opdrachten gegeven voor een gemeente dekkende cultuurhistorische verkenning. Deel binnenstad & centrumschil is in april 2014 door de raad vastgesteld. Het tweede tevens laatste deel uitbreidingswijken & buitengebied is in 2014 door Flexus ACW opgesteld en zal dit voorjaar aan de raad ter vaststelling worden aangeboden. In het kader van het uitvoeringsprogramma is besloten om het gevelfonds Prinsengracht te handhaven en uit te breiden voor bescherming en stimulering van cultuurhistorische waarden in de
binnenstad en hiervoor het bestaande krediet Prinsengracht ad € 65.000 in te zetten. Verder is in 2014 het initiatief genomen om met betrekking tot cultuurhistorie en archeologie
Jaarstukken 2014 55
nadrukkelijk te gaan samenwerken met de gemeente Westerveld.
Gebiedsontwikkeling Door tussentijdse wijzigingen als gevolg van marktomstandigheden is de procedure van een aantal bestemmingsplannen voor de herontwikkelingen van binnenstedelijke (her)ontwikkellocaties, die in 2013 in gang zijn gezet, in afwachting van de nieuwe ontwikkelingen aangehouden. Deze bestemmingsplannen worden in 2014 afgerond. Het gaat hierbij om de
bestemmingsplannen voor de herontwikkeling van de Kromme Elleboog, Het Vledder en de Kinkhorstsraat. Deze bestemmingsplannen zijn project gerelateerd (en vallen dus niet onder de actualiseringsplicht).
Gebiedsontwikkeling De bestemmingsplannen voor de herontwikkeling van de Kromme Elleboog en Het Vledder zijn in afwachting van de definitieve plannen van de desbetreffende ontwikkelaars nog niet afgerond. Er is veelvuldig overleg gevoerd. Dit heeft nog niet tot de gewenste handtekeningen geleid. Inzake de flexibilisering van Nieuwveense Landen is begonnen met het opstellen van een nota van
uitgangspunten.
Kwaliteitsbeheer openbare ruimte Als gevolg van de economische crisis stagneert de bouwproductie. In het kader van een crisisaanpak is het woningbouwprogramma voor de komende 5 jaar
met een derde verminderd. Toch zijn er in Meppel voldoende nieuwbouwprojecten in de planning. Op basis van de (dalende) trendlijn van de afgelopen jaren is de voor 2014 begrote legesopbrengst realistisch. De eerste woningen in Nieuwveense Landen zullen in 2014 worden gebouwd. Daarbovenop wordt er hard aan gewerkt om een aantal binnenstedelijke woningbouwprojecten los te krijgen. Naast woningbouw loopt ook de utiliteitsbouw, zoals van bedrijven en maatschappelijk vastgoed nog steeds door.
Kwaliteitsbeheer openbare ruimte
Voor wat betreft 2014 is in de bestuursrapportage al aangegeven, dat de in de begroting opgenomen legesopbrengsten van € 800.000,- vermoedelijk niet ontvangen zouden worden en dat een
legesopbrengst van € 600.000,- reëler leek te zijn. Uiteindelijk is totaal circa € 480.000,- aan bouwleges ontvangen. De verwachting was dat eind van het jaar nog een aantal grotere projecten, die in de pijplijn zitten, zouden kunnen worden vergund. Deze zijn toch doorgeschoven naar 2015. Het gaat in totaal om ongeveer € 135.000. Het grootste project omvat de winkels en de parkeergarage Het Vledder. Het gaat hier om incidentele effecten ten opzichte van de onlangs vastgelegde uitgangspunten voor het begroten van de
opbrengsten van de bouwleges. Ze geven geen aanleiding om de uitgangspunten te wijzigen.
Bedrijfscategorisering Voortvloeiende uit de structuurvisie wordt in 2014 begonnen met het ontwikkelen van een nieuwe strategie voor het bedrijventerrein Oevers. Met als doel om in samenspraak met de zittende bedrijven tot een logischere indeling van milieu categorieën te komen. Dit is van
belang voor een duurzame en veilige leefomgeving.
Bedrijfscategorisering
Een deel van het bedrijventerrein Oevers is aangemeld als pilot in het kader van de Crisis en herstelwet, als onderdeel van het project Transformatiegebied.
Opstellen kleinere beleidsplannen In 2014 zal beleid worden gemaakt over verschillende vormen van bewoning en internet winkelen. Daarmee wordt beleidsmatig ingespeeld op een aantal trends in de samenleving.
Opstellen kleinere beleidsplannen
De onderwerpen komen de komende jaren namelijk aan bod in parallel lopende processen die onder andere vanuit de inspirerende opgaven uit het coalitieakkoord zullen worden ingezet, zoals de compacte binnenstad (in relatie tot leegstand), de kleine ondernemers in de woonwijken en bestemmingsplan voor Oevers E. Er komt geen
apart beleidsplan voor beide onderwerpen als zodanig. Door middel van een memo d.d. 24 november 2014 is de raad hierover geïnformeerd.
Optimaliseren van de verkeersveiligheid
Nota Fiets Ter uitvoering van de in 2013 vastgestelde Nota Fiets zal in 2014 een aantal verkeersprojecten (fiets-parkeren, fietsoversteekplaatsen en herinrichting kruispunt) worden uitgevoerd.
Nota Fiets Ter uitvoering van de Nota Fiets zijn in 2014 de volgende projecten uitgevoerd: Oosterboer-voorrang fiets, de fietsoversteek Haakswold en het project Steenwijkerstraatweg, oversteekplaats Zomerdijk. In het kader van de bezuinigingen is besloten het project bewaakte fietsenstalling Binnenstad in de
56 Jaarstukken 2014
omgeving Prinsenplein en herinrichting kruispunt Oude Boazstraat-Weerdstraat niet uit te voeren.
Verbinden provinciale en regionale/lokale
doelen en middelen De Zuidwest Drentse gemeenten werken nauw samen met de provincie en het waterschap op het gebied van landschap, natuur en water.
Uitvoering Omgevingsvisie In 2013 is de Gebiedsagenda Zuidwest Drenthe opgesteld door provincie Drenthe, waterschap Reest en Wieden en vijf Zuidwest Drentse gemeenten. De gebiedsagenda koppelt de provinciale ambities uit de Omgevingsvisie aan de waterschaps- en gemeentelijke doelen. Voor 2014 beoogt de gebiedsagenda de agendering van gezamenlijke opgaven, die nog niet zijn geborgd qua organisatie en financiën. Daarnaast vindt afstemming plaats van relevante projecten die in uitvoering of voorbereiding zijn. Onderdeel van
de Gebiedsagenda zijn ook afspraken hoe de partners elkaar kunnen helpen om lokale initiatieven en bovenregionale middelen beter op elkaar te laten aansluiten.
Uitvoering Omgevingsvisie In 2014 is een aantal acties uit de Samenwerkingsagenda opgepakt of verder uitgewerkt. De Lokale Ontwikkel Strategie (LOS) Zuidwest Drenthe is opgesteld, wat ingediend gaat worden voor Leadersubsidie voor de regio Zuidwest Drenthe. Op 13 november 2014 heeft het bestuurlijk Gebiedsoverleg ZW Drenthe de LOS vastgesteld. Daarnaast is verder gewerkt aan een duurzame organisatie en financiering van natuur en landschap. In 5 pilotgebieden is hiermee proefgedraaid. In Meppel betreft dit het gebied
Broekhuizen, waar de streek in 2014 een gebiedsplan heeft opgesteld. De provincie Drenthe heeft voor de pilots uit provinciale middelen een bijdrage van € 80.000,- (50% cofinanciering) uitgekeerd. Er is tevens een gezamenlijke verkenning naar interferentiegebieden van bodemenergiesystemen uitgevoerd in 2014.
Het ambtelijk concept van de woonvisie is in 2014 gereedgekomen. Gekozen is om eerst te investeren
in bestuurlijk draagvlak van de lokale woningcorporatie, als belangrijke maatschappelijke partner. Parallel aan de woonvisie is Woonconcept bezig met hun strategische visie en herijking van vastgoedopgaven. Besluitvorming over de woonvisie zal in het voorjaar van 2015 plaatsvinden.
Jaarstukken 2014 57
4.8.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Verkeer Optimaliseren van de bereikbaarheid.
Reistijd naar voorzieningen (via
rekenmodel).
Tellingen worden
uitgevoerd
Nog niet beschikbaar
n.v.t.
2 Verkeer Optimaliseren van de leefbaarheid.
Beleving verkeers- en parkeeroverlast.
4,0 4,0 3,4
3 Verkeer Optimaliseren verkeersveiligheid.
Aantal ongevallen (per 1.000 inwoners).
6,7 5,4 6,7
Bron
2 Veiligheidsmonitor gemeente Meppel 2013 d.d. juni 2014 uitgevoerd door I & O Research
3 www.Meppel.plus.in cijfers.nl
Toelichting
1 Het rekenmodel is beschikbaar. Aanvankelijk was het de gedachte om hier feitelijke bereikbaarheidscijfers uit te destilleren. Dit blijkt echter minder voor de hand liggend dan voorzien. Wel werden er 2 jaarlijkse verkeerstellingen gehouden die inzicht geven in het verloop van de intensiteiten op het wegennet van Meppel. Het idee was om de eerste indicator hier op te gaan baseren. In het kader van de bezuinigingen zijn de verkeerstellingen echter geschrapt. Deze indicator komt hiermee te vervallen.
2 De vorige schaalscores zijn gebaseerd op het door SGBO uitgevoerde burgerbelevingsonderzoek. Deze indicator bestond uit vier vragen over verkeersoverlast in de woonbuurt naar agressief verkeersgedrag, geluidsoverlast door verkeer, te hard rijden en parkeeroverlast. De schaalscore van 3,4 uit de Veiligheidsmonitor is berekend op basis van drie in plaats van vier vormen van verkeersoverlast, te weten te hard rijden, parkeerproblemen en agressief rijgedrag. De score voor Meppel is vergelijkbaar met het landelijke beeld. NB: hoe hoger de score op deze schaal, hoe meer overlast men ervaart. Om de scores goed met elkaar te kunnen vergelijken is het de bedoeling om bij het eerstvolgende burgerbelevingsonderzoek dezelfde drie vragen te stellen als bij de Veiligheidsmonitor.
3 Het aantal verkeersongevallen is gebaseerd op het Bestand geRegistreerde Ongevallen Nederland (BRON) van het ministerie van I en M. In 2012 (het laatst bekende cijfer) zijn 6,7 ongevallen per 1000 inwoners in Meppel geregistreerd. Momenteel loopt het STAR (Smart Traffic Accident Registration) - project. STAR wil alle verkeersongevallen registreren. Dit is het streven van de politie, het Verbond van Vercekeraars en verkeerskundig ICT-bureau VIA. Hiervoor is de MobielSchadeMelden app vernieuwd. De app is medio 2014 in gebruik genomen. Vanaf volgend jaar is er daarom een beter beeld van het aantal verkeersongevallen, omdat voortaan ook via andere kanalen dan de politie ongevallen in beeld worden gebracht.
4.8.6 Wat heeft het gekost?
58 Jaarstukken 2014
4.8.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel 49 Ontwikkeling openbare ruimte
Het project "actualisering en digitalisering bestemmingsplannen" is afgerond per 1 juli 2013. Om nog enkele zaken af te ronden was in de raming 2014 nog een budget beschikbaar. Door een doelmatige uitvoering van dit project, het kiezen voor conserverende plannen en het profiteren van aanbestedingsvoordelen zijn er minder kosten gemaakt.
142 V I
50 Zorg kwaliteit niet openbare ruimte
Zoals bij de Berap al is aangekondigd is de verwachte opbrengst voor een groot deel afhankelijk van een aantal grotere aanvragen. Deze aanvragen hebben in 2014 nog niet geleid tot de ontvangst van leges.
325 N I
Als gevolg van het teruglopende bouwvolume is minder werk uitbesteed op het gebied van handhaving en toezicht.
37 V I
Mutaties reserves
49 De begrote reserveonttrekking was niet geheel benodigd als gevolg van minder uitgaven voor het maken van bestemmingsplannen.
32 N I
Jaarstukken 2014 59
4.9 Programma 9: Beheer bestaande openbare ruimte
4.9.1 Wat valt onder dit programma?
De openbare ruimte (parken, pleinen, straten en groen) is eigendom van de gemeente en wordt ook door haar beheerd. De gemeente beheert en onderhoudt ook de minder zichtbare zaken zoals het rioleringsstelsel. Beheer betekent dat onderdelen van de openbare ruimte met onderhoud in stand worden gehouden, dat kapotte onderdelen worden vervangen en dat veranderend ruimtegebruik wordt gefaciliteerd (wanneer dat mogelijk en gewenst is). Beleidskader Naast het wettelijk kader is dit het vigerende raadskader:
- Prijskwaliteitskeuze Kwaliteit Op Maat 2013 - Speelruimteplan 2013 - Beleidsvisie op uitgeefbaar groen 2012 - Groene kaart en lijst monumentale bomen 2012 - Ontwikkelingsvisie stadsrandzone Meppel-Reestdal - Raadsmotie Meer bomen - Diverse beheerplannen (wegen, openbare verlichting, riolering, water en groen) - Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2011-2015 - Gemeentelijk Verkeer en VervoerPlan (GVVP) en Parkeerbeleid gemeente Meppel - Structuurvisie ‘Duurzaam Verbinden’
Het beleid op gebied van groen, water, natuur en landschap wordt geactualiseerd. Dit nieuwe beleidsplan vervangt het Waterplan Meppel 2001, Groenstructuurplan Meppel 1998, Landschapsbeleidsplan 2001, Bomenstructuurplan 2001 en het Uitvoeringsplan Buitengebied 2006-2010. Dit nieuwe beleidskader wordt in 2014 vastgesteld. Relaties met andere beleidsterreinen Er is een sterke relatie met beleid over uitbreidingen en renovaties en met maatschappelijk beleid dat een bepaald ruimtebeslag heeft. Daarnaast heeft de openbare (groene) ruimte een waarde voor bewegen en ontmoeten, recreëren, gezondheid en duurzaamheid. Dit betekent relaties met ontwikkeling openbare ruimte, burgerzaken, milieu en kunst, cultuur en recreatie. Steeds meer spelen ook de bewoners een rol in het ontwerp en het beheer van de openbare ruimte en de groene leefomgeving. Daarmee ligt er een relatie met het sociaal domein. Tot slot is er een relatie met de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen.
4.9.2 Wat hebben we bereikt? De openbare ruimte wordt onderhouden op basis van de kwaliteitsnormen zoals opgenomen in KOM. Op basis van de schouw kunnen we constateren dat het vastgestelde onderhoudsniveau gehaald wordt. De taakstelling voor KOM is gerealiseerd. Omvormen groen heeft overeenkomstig de gemaakte afspraken plaatsgevonden in overleg met de inwoners. De stedelijke wateropgave is met het afronden van de watergebieden stadsrandzonde opgelost. Het speelruimteplan wordt overeenkomstig de planning uitgevoerd. Via diverse maatregelen zoals de mogelijkheid van het invoeren van belparkeren en dip en go wordt het gebruiksgemak van de verkeersvoorzieningen bevorderd.
Prod. Portefeuille
Onderdelen
Wegen/civiel Stadsverzorging Water Groen en spelen Riolering Parkeren
60
61 62
63
64
65
De Vos De Vos De Vos De Vos De Vos Koning
60 Jaarstukken 2014
4.9.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.9.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
Realiseren van de prijskwaliteitsafspraak (afweging schoon, heel en veilig tegen aanvaardbare kosten), waarin de taakstelling voor KOM is verwerkt (zie tabel KOM in Paragraaf kapitaalgoederen)
Kwaliteitgestuurd beheer en onderhoud De raad heeft in haar vergadering van 23 januari 2014 ingestemd met de beleidskaders: - Prijskwaliteitskeuze Kwaliteit op Maat 2013 voor groen, meubilair en verzorging;
- Wegenbeheerplan 2014-2018 voor verharding
Planmatig wijkbeheer: - Kwaliteit gestuurd beheer en onderhoud. Regulier onderhoud wordt uitgevoerd op basis van interne, marktconforme bestekken.
- Het beheer en onderhoud van de openbare ruimte wordt in een huis-aan-huis verspreide wijkkalender uitgelegd en waar nodig toegelicht.
- Het omvormen van groenvakken, het plegen van renovaties en groot onderhoud wordt in interactie
met bewoners voorbereid. - Het beheer en onderhoud van de openbare ruimte worden in verbinding met Reestmond en het Leerwerkcentrum uitgevoerd.
Planmatig wijkbeheer: - Met ingang van 1 januari 2014 is sprake van een onderverdeling in 3 wijkteams. Deze teams bestaan uit medewerkers van de gemeente, medewerkers van Reestmond en in sommige teams zijn ook deelnemers van het leerwerkcentrum opgenomen. Deze wijkteams werken met interne bestekken. Toetsing vindt plaats op basis van KOM. De vastgestelde niveaus
zijn gerealiseerd. - Via de reguliere media zijn inwoners geïnformeerd over onderhoudswerkzaamheden groen.
- Het omvormen vindt in de regel plaats via de wijkplatforms.
Het uiterlijk in 2015 realiseren van de taakstelling in de begroting voor omvorming groen, met behoud van biodiversiteit. Omvormen van groen, met planmatig afwegen beplantingskeuzes per locatie. Uitgangspunt is dat
minimaal 50% van het nieuwe areaal een natuurlijk beplantingstype betreft.
Omvorming van groen De voorgenomen omvorming is nagenoeg afgerond, loopt nog iets door in 2015. De financiële taakstelling is gehaald. In sommige gevallen is afgeweken van een natuurlijk beplantingstype op
basis van de wensen in de buurt of bewonersparticipatie.
Behoud en ontwikkeling van biodiversiteit in het openbaar groen. Implementatie van de gedragscode Flora- en Faunawet.
Gedragscode Flora- en Faunawet Het implementeren van de gedragscode Flora- en Faunawet is gerealiseerd en maakt onderdeel uit van het reguliere werkproces.
Uitwerken doelen en indicatoren in de
actualisatie van het groenbeleid.
Zoals aangegeven in de Berap 2014 loopt het
proces van in beeld brengen mogelijke indicatoren binnen het opstellen van de Kadernotitie Zo doen we Groen (actualisatie groenbeleid). In het najaar 2014 heeft hierover een werkvergadering met de raad plaatsgevonden.
Toekomstbestendige waterhuishouding in de stad door het realiseren van de stedelijke wateropgave
- Inrichten waterbergingsgebied Engelgaarde-Wandelbos (primaat ligt bij waterschap).
De inrichting van waterbergingsgebied Engelgaarde-Wandelbos is gefaciliteerd in een ontwerpbestemmingsplan. Deze heeft in de zomerperiode ter inzage gelegen. In de laatste helft van 2014 is de reactienota op de zienswijzen opgesteld en de besluitvorming over het bestemmingsplan voorbereid
- Inrichten watergebieden stadsrandzone Meppel-Reestdal (primaat ligt bij waterschap).
De inrichting watergebieden stadsrandzone is afgerond in 2014. Daarmee is de stedelijke wateropgave rond de Reest gerealiseerd.
Realiseren van voldoende, aantrekkelijke en
betaalbare speelruimte conform de fasering in het speelruimteplan. - Aantal speelplekken verminderen - Speelplekken kwalitatief opwaarderen
In 2014 is o.a. in Koedijkslanden fase 1 en
omgeving Zeeheldenbuurt invulling gegeven aan de implementatie van het speelruimteplan. Dit is gebeurd op een participatieve manier met de buurtbewoners (jong en oud). Het aantal speelplekken is verminderd, maar de overgebleven of nieuwe plekken zijn kwalitatief verbeterd.
Jaarstukken 2014 61
Kwaliteits- en capaciteitsverbetering parkeervoorzieningen ten behoeve van de ontwikkelingen in de binnenstad. In 2014 wordt een parkeergarage op het Vledder gerealiseerd.
In de begroting 2014 was realisatie van een parkeergarage op het Vledder voorzien. In de Berap 2014 is aangegeven, dat de realisatie verschuift in de tijd. In de begroting 2015 is realisatie voorzien in 2016.
Gebruiksgemak parkeervoorzieningen. Afhankelijk van de uitkomsten van het onderzoek in 2013, worden de mogelijkheden van belparkeren
uitgewerkt.
Naar aanleiding van het onderzoek naar belparkeren is besloten dit in Meppel in te voeren. Met belparkeren worden de parkeerrechten digitaal
vastgelegd. Ook de vergunningen en de handhaving wordt al digitaal vastgelegd. Er is voor gekozen om deze systemen te koppelen, waardoor het belparkeren als onderdeel hiervan in 2014 nog niet is ingevoerd. Om gebruiksgemak te bevorderen is ook het dip en go betaalsysteem ingevoerd.
Terugdringen parkeeroverlast woonomgeving.
In overleg met bewoners toepassen van een vorm van parkeerregulatie.
In 2014 heeft verdere parkeerregulatie vorm
gekregen via faciliteerstroken in de Kruisstraat. Klachten en meldingen worden geregistreerd en afgehandeld. Deze input wordt gebruikt bij mogelijke uitbreiding van gereguleerd gebied. In 2014 zijn diverse klachten over het Kraton geweest. Uiteindelijk zal dit leiden tot parkeerregulatie in dit gebied.
4.9.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Parkeren Draagvlak betalingsbeleid en efficiënte inzet
handhaving vergroten.
Betalingsbereidheid
89% 93% 89%
2 Parkeren Optimaliseren gebruik parkeervoorzieningen.
Gebruik grote terreinen 49% 46% 53%
Bron
1 Parkeeronderzoek 2012; doel is om het parkeeronderzoek 2-jaarlijks te laten plaatsvinden. Dit onderzoek vindt plaats in de 2e helft van 2015. Om die reden zijn de cijfers uit de jaarstukken 2013 overgenomen.
2 Financiële administratie gemeente Meppel;
Toelichting
1 Het aantal auto's met een betalingsbewijs ten opzichte van het totaal aantal geparkeerde auto's. Het streven is de betalingsbereidheid minimaal 95% in 2015.
2 Het percentage is gebaseerd op de omzet gerealiseerd op de grotere parkeerterreinen van de gemeente Meppel. Het streven is minimaal 50% van de totale omzet in 2015.
4.9.6 Wat heeft het gekost?
62 Jaarstukken 2014
4.9.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel 60 Wegen
Waterschapslasten 2014 zijn ten opzichte van 2013 verdubbeld als gevolg van tariefstijging.
30 N S
Onderhoudskosten wegen als gevolg van calamiteiten
onderhoud Molenpad, Ambachtsweg en Blankenstein.
43 N I
Vrijval kapitaallasten: de doorlooptijd van investeringen wegen varieert, waardoor kapitaallasten vrijval of hogere lasten laten zien. Betreft achterstallig onderhoud wegen € 332.000 voordelig en herinrichtingen € 128.000 voordelig. (zie ook lagere onttrekking reserve)
460 V I
Onderhoud openbare verlichting, in afwachting van
bestuurlijke besluitvorming beleidsplan OV is onderhoud uitgesteld om kapitaalvernietiging te voorkomen.
53 V I
Onderhoud civiele kunstwerken, betreft o.a. vrijval kapitaallasten agv realisatie investeringen eind 2014 (vervanging leuningen Bekinkbaan, vervanging steigers wachthaven) en voordelig effect (vervanging brug
Werkhorst).
51 V I
61 Stadsverzorging
Lagere doorbelasting wagenpark, betreft o.a. vrijval kapitaallasten agv realisatie investeringen eind 2014.
48 V I
Gladheidsbestrijding: minder zoutaankopen als gevolg van weinig neerslag winter 2013/2014.
38 V I
62 Water
Opbrengst beroepsvaart hoger dan begroot. 28 V S
63 Groen en spelen
Incidentele opbrengst verkoop snippergroen. 36 V I
Onderhoud speelvoorzieningen: in begroting 2014 was nog geen rekening gehouden met areaaluitbreiding ten opzichte van het speelruimteplan, kosten € 34.000. Dit is verwerkt in het uitvoeringsprogramma. Daarnaast is sprake van een afschrijving ineens van een investering spelen voorgaande jaren ad € 26.000.
60 N I
64 Riolering
Onderhoud riolering, pompen en gemalen, kolkenreiniging: weinig schades in 2e halfjaar, meevallende kosten calamiteiten en minder kolkenzuigen in eigen beheer hebben in 2014 geleid tot lagere onderhoudskosten dan geraamd. In 2014 is nog niet gestart met deelreparaties naar aanleiding van inspecties. Het jaar 2014 is gebruikt om in beeld te krijgen welke deelreparaties noodzakelijk zijn. Uit deze
nadere inspecties is onder andere gebleken dat riolering Indische buurt en Haveltermade (gedeeltelijk) niet compleet vervangen hoeven te worden, maar dat door middel van deelreparaties de levensduur verlengd kan worden.
173 V I
Jaarstukken 2014 63
Vrijval kapitaallasten: de doorlooptijd van investeringen riolering varieert, waardoor kapitaallasten vrijval of hogere lasten laten zien. In 2014 zijn Oevers C, Koedijkslanden fase 2 en Slingenberg in voorbereiding genomen. Aanleg riolering Nieuwveense Landen wordt gefaseerd uitgevoerd, in 2014 is gestart met aanleg riolering NVL Centrum Wonen 1 fase A en B. Daarnaast is sprake van investeringen met een voordelig effect als gevolg van werk met werk. Diverse werkzaamheden zijn in 2014 gecombineerd via 1 bestek, wegen-riolering en verschillende locaties,
gerealiseerd. (Zuideinde-Werkhorst; Zuiderlaan-J. Marisstraat; Koedijkslanden fase 1).
354 V I
65 Parkeren
Lagere opbrengst achteraf betaald parkeren, lagere bezetting o.a. als gevolg vertrek van een supermarkt in de Keyserstroom.
83 N I
Lagere opbrengst parkeerautomaten. 25 N I
Vrijval opgenomen nog te betalen post parkeerdek Swaenenborgh.
33 V I
Vrijval kapitaallasten (rente Kromme Elleboog en apparatuur parkeergarage Het Vledder).
88 V I
Mutaties reserves
60 Lagere onttrekking aan reserve achterstallig onderhoud
wegen. Achterstallig onderhoud Slingenberg en Koedijkslanden fase 2 zijn in 2014 nog niet in uitvoering genomen.
332 N I
64 Toevoeging reserve: op basis van de rioolexploitatie 2014 is € 81.721 toegevoegd aan de reserve riolering, terwijl een onttrekking van € 492.000 was geraamd. De toevoeging aan de reserve riolering wordt bepaald op basis van het resultaat van product 64 (riolering) inclusief kwijtschelding (nadeel € 5.000) en btw (voordeel € 45.000). Conform regelgeving is de reserve riolering per 31-12-2014 omgezet in een voorziening riolering.
574 N I
64 Jaarstukken 2014
4.10 Programma 10: Economische zaken en grondzaken
4.10.1 Wat valt onder dit programma?
Beleidskader Economische zaken - Structuurvisie 2013 - Sociaaleconomische visie & agenda 2012 - Ruimtelijk-economische marktanalyse 2013
- Logistieke visie + havenvisie 2012 - Detailhandelsvisie 2013 - Acquisitienota 2012 - Toeristisch-recreatief Ontwikkelingsplan 2013 (TROP) - Provinciaal herstructureringsprogramma bedrijventerreinen (PHP)2010-2015 Grondzaken - Nota grondbeleid 2010-2014 - Grondprijzennota 2014 - Meerjarenperspectief grondexploitatie 2010-2014 Relaties met andere beleidsterreinen
Economische ontwikkeling vormt feitelijk de levensader van en voor onze gemeenschap. Het programma heeft een grote impact op alle beleidsterreinen waarop de gemeente zich manifesteert. In het bijzonder geldt dit in sociaaleconomisch en ruimtelijk-economisch opzicht: te denken valt aan de inrichting van de openbare ruimte evenals de samenhang met maatschappelijke zaken, milieu, vergunningverlening en handhaving. Wij zijn ons bewust van de wereld om ons heen en de functie van Meppel in economisch opzicht in de regio en kiezen daarom voor het zetten van ferme stappen wat betreft het samenwerken binnen de voor ons functionele economische regio (terug te zien in ondergenoemde activiteiten). Het over grenzen heen denken en stappen vormt volgens ons de komende jaren in ruimtelijk-economisch en sociaaleconomisch opzicht de sleutel tot succes. Regionale samenwerking op diverse thema’s is daarmee een belangrijk speerpunt van beleid. De Meppeler regio presteert relatief goed en heeft ontwikkelpotentieel. Om de
gevolgen van de economische ontwikkelingen voor Meppel goed in beeld te krijgen wordt maandelijks een aantal economische prestatie-indicatoren gemonitord: aantal starters, werkloosheidscijfers, leegstandscijfers (kantoor-, bedrijfs- en winkelruimte). Periodiek wordt de economische vitaliteit en kracht van Meppel nader onderzocht en vergeleken met relevante gemeenten in en buiten de regio (o.a. economische monitor, vitaliteitsonderzoek, koopstromenonderzoek). Naast behoud van het bestaande bedrijfsleven is het daarnaast van belang om in staat te zijn nieuwe bedrijvigheid aan te trekken ter versterking van de lokale en regionale economische structuur. Het grondbeleid is een belangrijk instrument om de ruimtevraag vanuit verschillende beleidsvelden zoals: economie, wonen, recreatie en natuur mogelijk te kunnen maken en te kunnen realiseren. Het instrument is daarmee feitelijk dienstbaar en geen doel op zich. De financiële baten en lasten van het
grondbeleid worden binnen dit programma verantwoord. De beleidsmatige beschrijving van het grondbeleid is opgenomen in de paragraaf grond van deze begroting.
4.10.2 Wat hebben we bereikt?
In Meppel wordt een toenemende economische dynamiek gesignaleerd. Naast concrete investeringsplannen bij een aantal grote bedrijven in Meppel gaat het dan ook om vele contacten met het midden- en kleinbedrijf. Desondanks is het totaal aantal arbeidsplaatsen in Meppel in 2014 gedaald. De grotere economische dynamiek biedt de ruimte om naast de focus op behoud van bedrijven en werkgelegenheid ook meer aandacht te geven aan het aanjagen van nieuwe activiteiten. Op regionaal niveau wordt Meppel steeds beter gepositioneerd binnen de economisch bovengemiddeld presterende Regio Zwolle, we zijn hierin de trekker voor het onderdeel logistiek. Concreet uitvloeisel
hiervan is de havensamenwerking tussen Meppel, Zwolle en Kampen. In 2014 is de oprichting van een gezamenlijk havenbedrijf voorbereid zodat dit in 2015 daadwerkelijk kan gebeuren. Ook de gemeenten Staphorst en Zwartewaterland overwegen om zich aan te sluiten bij het nieuwe havenbedrijf. Samen met
Prod. Portefeuille
Onderdelen Economische zaken
Grondzaken 52
Westmaas
Ten Hulscher
Jaarstukken 2014 65
de gemeenten Zwolle en Kampen en de provincies Drenthe en Overijssel is in 2014 geld beschikbaar
gesteld om de brug- en sluisbediening in de regio op peil te houden. Citymarketing is in 2014 veel ingezet rondom Meppel als culturele gemeente van Drenthe. Door de extra activiteiten die rondom dit culturele jaar zijn georganiseerd heeft het woon-, werk- en toeristisch klimaat in Meppel een impuls gekregen.
4.10.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.10.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
-
Het bevorderen van een gunstig vestigings- en ondernemersklimaat. Om het bestaande bedrijfsleven zo optimaal mogelijk te kunnen laten renderen, geven wij concreet inhoud aan het waar mogelijk enthousiasmeren, stimuleren en faciliteren van economische dynamiek. Dagelijkse contacten en afstemming met ondernemers, overheden, onderwijs en kennisinstellingen middels goede relaties, korte lijnen en het werken aan positieve dynamiek. Weten wat er speelt en wat een ondernemer beweegt en nodig heeft voor het goed
kunnen functioneren is daarbij een voorwaarde. Enkele onderwerpen die daarbij specifiek aandacht krijgen zijn:
De accountmanagers hebben veel ondernemers gesproken. Hierbij kan geconcludeerd worden dat meerdere bedrijven weer willen en kunnen investeren. Meestal wordt gezocht naar uitbreidingsmogelijkheden op de huidige locatie, maar in enkele gevallen heeft het geleid tot een verkoop of een grondreservering.
- Het uitvoeren van Structuurvisie en Sociaaleconomische visie en Agenda. Samen met de partnerorganisaties het Ondernemersgala 2014 organiseren.
Het ondernemersgala vond plaats op 18 november. Dit succesvolle netwerkevenement is samen met onze partnerorganisaties georganiseerd.
- In 2014 zal het pilotproject voor het lokale
ondernemersfonds tot en met 2013 worden geëvalueerd.
Het ondernemersfonds is geëvalueerd en op 18
december 2014 heeft de raad besloten het ondernemersfonds met twee jaar te verlengen. Voor 1 januari 2017 zal een onafhankelijke instantie het ondernemersfonds evalueren.
- De aanpassingen in de winkelsluitingstijdenwet in kaart brengen en invoeren.
In het coalitieakkoord is opgenomen dat de
winkeltijdenverordening zal worden aangepast.
Hierover volgt in 2015 een voorstel.
Verder uitbouwen en concretiseren van de (regionale) samenwerking. Dit vertaalt zich onder meer in de volgende activiteiten:
- Verdere uitvoering en afronding van de Europese INTERREG IVB-projecten LO-PINOD (Logistic Optimisation for Ports) + GreCOR (Green Corridors). De looptijd van het LO-PINOD project is verlengd tot en met einde 2014, hierdoor kunnen ook in 2014 activiteiten worden ontplooid. Economische samenwerking in de regio Zwolle (Meppel fungeert als de trekker op het gebied Logistiek)
- Verkenning van de mogelijkheden die de
samenwerking met Westerveld kan bieden op het gebied van economische ontwikkeling.
Uitvoering van de projecten uit de Havenvisie en de Logistieke visie. - Samen met Zwolle en Kampen wordt ingezet op de vorming van een regionaal havenbedrijf in 2014.
- Samen met de kennisinstellingen de regio Zwolle-Kampen-Meppel uitbouwen tot belangrijke logistieke kennisregio van Nederland
- De regionale samenwerking met Zwolle en
Kampen is in 2013 stevig op gang gekomen. Om dit in 2014 te kunnen voortzetten, is het van belang om de extra middelen voor regionale
Haven en Logistiek, Samenwerking in de regio en Europa In 2014 is de regionale economische samenwerking voortgezet. Enkele concrete zaken die in dit kader zijn uitgevoerd zijn de volgende: - Samen met Zwolle, Kampen, Overijssel en Drenthe zijn afspraken gemaakt met Rijkswaterstaat om de brug- en sluisbediening in de regio de komende jaren op pijl te houden. In die periode zal een gezamenlijke toekomstvisie voor dit onderwerp worden opgesteld.
- Samen met Zwolle en Kampen heeft Meppel geparticipeerd in de lobby en planstudies om het sluizencomplex in Kornwerderzand uit te breiden. Dit heeft er toe geleid dat de minister deze variant nader zal onderzoeken.
- Er zijn belangrijke stappen gezet richting het vormen van een gemeenschappelijk havenbedrijf. In eerste instantie met Zwolle en Kampen, op termijn willen Staphorst en Zwartewaterland hier wellicht ook bij aansluiten. De provincie heeft hier een subsidie toegekend.
- Om te komen tot een verschuiving van vervoer
van de weg naar het water in de regio heeft de kwartiermaker veel gesprekken gevoerd met ondernemers in en buiten de regio. Dit zorgt voor nieuwe impulsen van het vervoer over water.
- Diverse Kamerleden hebben in 2014 het Meppeler havengebied bezocht om bijgepraat te worden
66 Jaarstukken 2014
samenwerking die voor 2013 ter beschikking zijn gesteld voor 2014 te continueren.
over de ontwikkelingen. - Gekoppeld aan een wedstrijd tussen PEC Zwolle en Ajax heeft er een netwerkbijeenkomst plaatsgevonden met als doel de handelsbetrekkingen tussen beide regio’s te versterken.
- In 2014 is het LO-PINOD project afgerond, dit project heeft bijgedragen aan het verwerven van nieuwe kennis over havenontwikkelingen en Europese subsidietrajecten. Hierbij is optimaal gebruik gemaakt van de Europese cofinanciering
- Met partners uit het LO-PINOD project is onderzocht of het mogelijk is een vervolgproject te starten. De gesprekken hierover moeten in 2015 leiden tot het indienen van een zogeheten “call” voor een nieuw Interregproject wat dan in 2016 formeel van start zal gaan.
- Met Westerveld zijn gesprekken gevoerd over samenwerking op gebied van economisch beleid. Met name op het gebied van toerisme en recreatie liggen hier kansen voor de toekomst.
Verdere integratie van citymarketing in de Meppeler samenleving om de pijlers wonen, werken en bezoeken in te vullen en te versterken.
- Ondersteuning van Meppel Culturele Hoofdstad van Drenthe 2013-2014
- Ondersteuning van de marketing van Nieuwveense Landen
- Door middel van citymarketing mede-ondersteunen van activiteiten uit programma 6.
Citymarketing is dit jaar vooral ingezet voor het ondersteunen van activiteiten uit programma 6: kunst, cultuur, recreatie en toerisme. Ook is citymarketing sterker geïntegreerd in de Meppeler samenleving om de pijlers wonen, werken en bezoeken in te vullen en te versterken. Ons aantrekkelijk woon-, werk- en toeristisch klimaat kreeg in het theaterjaar 2013-2014 een stevige impuls door de samenwerking van instellingen in de 'culturele gemeente van Drenthe'. Kunst en cultuur hebben een steeds hogere
economische waarde en zorgen voor onderscheiding in de regio: aantrekkelijk voor inwoners en bezoekers. Plezier en ontspanning en de beleving daarvan dienen ook het maatschappelijk belang: het realiseren en in stand houden van een aantrekkelijke woon-, winkel-, werk- en recreatieve omgeving. Citymarketing versterkt dit imago. Met advertenties, bij manifestaties en evenementen, in samenwerking met ondernemers, organisatoren en media en op meppelwoont.nl is blijvend ingezet op het promoten van Meppel als aantrekkelijke vestigingsgemeente. Bij de nieuwe opzet van meppelstadmetstijl.nl wordt samengewerkt met Marketing Drenthe.
Grondzaken Binnen de kaders van de vastgestelde nota Grondbeleid 2010-2014 en Meerjarenexploitatie Grondbeleid 2013 zullen projecten met een grondexploitatie worden uitgevoerd. In 2014 wordt de nota grondbeleid geactualiseerd. Zie paragraaf Grondbeleid.
Op de ontwikkelingen op het gebied van grondzaken
wordt verder ingegaan in de paragraaf Grondbeleid.
Jaarstukken 2014 67
4.10.5 Beoogde effecten
Onderwerp Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Werkgelegenheid
Het bevorderen van een gunstig
ondernemersklimaat.
De verhouding tussen de
beroepsbevolking en het aantal arbeidsplaatsen.
92 89 89
Bron 1 beroepsbevolking via selectie in cognos, arbeidsplaatsen PWR 2013
Toelichting
1 De verhouding tussen de potentiële beroepsbevolking (15-65 jaar) en het aantal arbeidsplaatsen is de zgn. werkgelegenheidsfunctie. Er vindt jaarlijks een correctie op het aantal arbeidsplaatsen plaats. De gecorrigeerde reeks is vanaf 2009: 92-90-90-93-92-89.
4.10.6 Wat heeft het gekost?
68 Jaarstukken 2014
4.10.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel 52 Economische en Grondzaken
Een grondverkoop aan de Westerstouwe levert een incidentele boekwinst op,
196 V I
De verkoop van vastgoed en de bijbehorende verkoopkosten leveren per saldo een voordeel op.
37 V I
In multifunctionele accommodatie het Palet is sprake geweest van leegstand. Als gevolg daarvan wordt nu minder huur ontvangen en is een compensatie verstrekt voor de
exploitatie van gezamenlijke ruimten,
64 N S
Het resultaat van de grondexploitaties wordt (per exploitatie) nader toegelicht in de paragraaf grond. De mutaties in de voorzieningen op grond van het BBV zijn hier zichtbaar. Dit betreft Blankenstein B, KoeBerg Zuid, Vledder Exploitatiegebied BC en Winkelcentrum Oosterboer. Als gevolg van een provinciale subsidie kan de voorziening voor KoeBerg Zuid met € 350.000 worden verlaagd. Per saldo leidt dit tot een voordeel.
262 V I
In de exploitatie Spijkerserve IV zijn alle opbrengsten gerealiseerd terwijl nog een klein deel woonrijp moet worden gemaakt. De exploitatie wordt daarom afgesloten en
voor de afrondende werkzaamheden wordt een afwikkelingskrediet aangevraagd.
150 V I
Reserve mutaties
52 Op basis van de subsidieverstrekking is € 227.000 aan de reserve ondernemersfonds onttrokken. Deze onttrekking was niet geraamd. Deze reserve wordt gevoed vanuit de ozb-inkomsten niet-woningen. (zie programma algemene dekkingsmiddelen) en heeft daardoor geen effect op het
resultaat.
227 V I
De toevoeging aan de voorziening Winkelcentrum Oosterboer wordt conform raadsbesluit gedekt door een onttrekking aan de algemene reserve.
44 V I
Afgesloten grexen: onttrekking voor afwikkeling Berggierslanden niet begroot
22 V I
Jaarstukken 2014 69
4.11 Programma 11: Duurzaamheid
4.11.1 Wat valt onder dit programma?
Onder het programma Duurzaamheid vallen de ontwikkeling en uitvoering van duurzaamheidsbeleid. Denk hierbij aan verduurzaming energie, afval-/grondstoffeninzameling, bodemsanering, duurzaam inkopen, Natuur- en milieueducatie (NME), Fairtrade maar ook aan wettelijke taken voor onze gemeente op grond van de Wet milieubeheer. Beleidskader - Duurzaam Energie Plan, van klimaatgevoelig naar klimaat robuust 2011-2040, 12 oktober 2011 - Wet bodembescherming, Wet milieubeheer, Besluit Bodemkwaliteit - Afvalbeleidsplan 2012-2020 - Structuurvisie Meppel 2030 Duurzaam Verbinden, 24 september 2013 - Landelijk Afvalstoffenbeleidsplan (LAP), Afvalstoffenverordening - Algemeen Plaatselijke Verordening (APV)
- Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO/omgevingsvergunning) Relaties met andere beleidsterreinen Duurzaamheid is één van de kernthema’s van ons bestuursprogramma. Doordat duurzaamheid een breed toepasbaar begrip is, loopt dit leidende principe als een rode draad door veel raadsprogramma’s. Ook is er regelgeving waar onze inwoners en bedrijven mee te maken hebben. Dit speelt niet alleen bij ruimtelijke ontwikkelingen maar bijvoorbeeld ook bij herstructurering en beheer openbare ruimte.
4.11.2 Wat hebben we bereikt?
- Het werkboek bodem en bodematlas zijn afgerond. - De strategische visie is in concept gereed.
- De Kadernotitie Zo doen we Groen is in concept opgesteld. - Voor Nieuwveense landen is voor het aspect Energie in de Omgevingsvergunningen gebruik gemaakt van on the job training/coaching.
- In het kader van het Europese project ‘Lo-Pinod’ is het Low Carbon Harbourplan opgesteld. - De gemeentelijke organisatie heeft zo’n 24% CO2 ten opzichte van 2010 bespaard. - Op sporthal De Aanloop en Sporthal De Eendracht zijn in totaal 190 zonnepanelen geplaatst. - Diverse acties uitgevoerd en ondersteuning verleend ter promotie van milieuvriendelijk gedrag. - Er is een Activiteiten plan opgesteld en uitgevoerd, hoogtepunt was de viering van het Lustrumfeest. - Vanaf 1 januari 2014 wordt restafval eens per 4 weken ingezameld. Op diverse locaties zijn ondergrondse containers geplaatst.
- De dienstverleningsovereenkomst met de RUD Drenthe is ondertekend.
4.11.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.11.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
Gebiedsgericht duurzaam bodembeleid. Het afronden van het werkboek bodem en de
bodematlas. Het opstellen van een notitie duurzaam bodembeheer. Bodemthema’s die relevant zijn voor Meppel voor wat betreft de bodemtaken worden geïnventariseerd. - Op basis van de resultaten van de bodematlas en de bodemtaken, worden in 2 werksessies de kansen en wensen geïnventariseerd en vertaald naar speer- en uitgangspunten voor het bodembeleid. Dit vindt plaats in overleg met de stakeholders zoals provincie en het waterschap.
Het werkboek bodem en de bodematlas zijn afgerond. De conclusie naar aanleiding van deze
producten is dat het op dit moment, mede door de vorming van de RUD, voor de gemeente Meppel niet noodzakelijk is om op dit thema verdere actie te ondernemen, dus geen vertaling van kansen en wensen naar speer- en uitgangspunten voor bodembeleid. De afspraken rondom de bodemsanering aan de Vos van Steenwijklaan zijn definitief gemaakt. In 2015 zal de sanering worden uitgevoerd. Voor de sanering van de grondwatervervuiling onder het Stadhuis is een saneringsplan opgesteld. De
financiële gevolgen hiervan zijn opgenomen in het uitvoeringsprogramma.
Prod. Portefeuille
Onderdelen Afvalinzameling Milieuzorg
55 56
De Vos Stam
70 Jaarstukken 2014
De voorraad huurwoningen is een substantieel onderdeel van de Meppeler woningvoorraad. Daarom van belang om naast het verduurzamen van de particuliere woningen dit ook te doen voor de huurwoningen. Prestatieafspraken maken met woningcorporaties. Meppel wil diverse prestatieafspraken met de corporaties maken over allerlei onderwerpen waaronder ook verduurzaming. Naast de milieuwinst is ook woonlastenbeheersing voor de
bewoners van belang.
De corporaties zijn in 2014 bezig geweest met de herijking van hun strategische visie (herijking
strategische vastgoedopgaven). Het ambtelijk concept van de nieuwe woonvisie is in concept gereed. Dit zijn de onderleggers voor het maken van prestatieafspraken tussen de gemeente en de corporaties over de verschillende thema’s. Nadat deze visies bestuurlijk zijn vastgesteld zullen met elkaar prestatieafspraken over o.a. het thema duurzaamheid worden gemaakt.
Het verbinden van de thema’s groen, natuur, water en landschap met duurzaamheid. - Op basis van geactualiseerd groenbeleid het realiseren van de daarin vastgestelde doelen.
- Het verbinden van groen met duurzaamheidsdoelen vindt plaats in het kader van het actualiseren van het groenbeleid. Deze relatie
met programma 9 wordt hiermee aangegeven. - Het opstellen van een activiteitenplan om te anticiperen op klimaatontwikkelingen.
Zie verder programma 9.
De eerste stap naar actualisatie is de opgestelde concept Kadernotitie Zo doen we Groen. Hierin is de functie van groen en water voor de waterhuishouding, temperatuur en leefklimaat in de stad onderkend. Of Meppel hierin een opgave kent in het stedelijk gebied is op dit moment niet bekend. Dit is als onderzoeksopgave in de concept
Kadernotitie opgenomen. Daarbij is binnen de Samenwerkingsagenda Zuidwest Drenthe verkend of een gezamenlijke aanpak van gemeenten, provincie en waterschap om te komen tot een activiteitenplan zinvol is. Uit een eerste verkenning is gebleken dat aansluiting op een landelijke tool (KlimaatAdaptieveStad, KAS) een mogelijkheid is.
Deskundigheidsbevordering energiebesparing binnen de gemeentelijke organisatie.
Als vervolg op de inhoudelijke kennisontwikkelingssessies uit 2013, zal in 2014 ingezet worden op het op maat aanbieden van training/coaching on the job, daar waar daar behoefte aan is. - Als gemeente kunnen we de inzet van duurzame energie en energiebesparing niet alleen implementeren. We hebben daar marktpartijen voor nodig omdat een groot deel van de opgave voor verduurzaming bij de marktpartijen ligt. De gemeente zal dit proces actief moeten aanjagen en
faciliteren. Het is daarvoor noodzakelijk dat binnen de gemeentelijke organisatie deskundigheid op dit vlak ontwikkeld en geborgd wordt. Op deze manier kunnen we kansen snel signaleren, marktpartijen informeren over mogelijkheden en daarmee de inzet van energiebesparing en duurzame energie bevorderen.
-
Bij beoordeling van het onderdeel energie in de Omgevingsvergunningen voor nieuwbouw in
Nieuwveense Landen is gebruik gemaakt van on the job training/coaching.
C02-neutrale bedrijventerreinen. In overleg met het bedrijfsleven bepalen welke acties
wanneer waar worden uitgevoerd. Afspraken maken met bedrijfsleven over uit te voeren activiteiten/voorzieningen. - Vanuit de gedachte ‘wie betaalt, bepaalt” met het bedrijfsleven overleggen op welke wijze de gemeente hen kan faciliteren opdat ze aan de slag gaan met concrete acties.
In kader van het Europese project ‘Lo-Pinod’ is het
Low Carbon Harbourplan opgesteld. In dit plan staan duurzaamheidssuggesties die meegenomen kunnen worden bij de verdere ontwikkeling van de haven.
Jaarstukken 2014 71
In 2015 minstens 15% minder energieverbruik gemeentelijke organisatie. Beginsituatie is het jaar 2010. Op basis van inventarisatie een uitvoeringsplan voor de gebouwen, openbare verlichting en wagenpark opstellen. Vóór het einde van 2015 streven we naar een bezuiniging op stroomgebruik door bijvoorbeeld het plaatsen van zonnepanelen. Daarnaast wordt bezien, aan de hand van een keuzematrix, hoe de
verduurzaming van de openbare verlichting kan worden vergroot . - Vanwege beschikbare personele capaciteit wordt in het voorjaar van 2014 naar verwachting het beleidsplan afgerond waarin deze beleidskeuzes zijn beschreven. Ook worden keuzes gemaakt voor wat betreft dimmen en uitschakelen.
Het beleidsplan Openbare Verlichting was eind 2014 in concept gereed. Ten opzichte van 2010 heeft de gemeentelijke organisatie zo’n 24% CO2 bespaard. Vastgoed De CO2-reductie is voor een groot deel gehaald door mutaties in het gemeentelijke vastgoed (afstoten, slopen).
Bij 10 gebouwen zijn specifieke energiebesparende maatregelen uitgevoerd, o.a. voorzetglas, plaatsen van bewegingsmelders, ventilatie vraag gestuurd draaien, warmteterugwinning bij ventilatie. Openbare Verlichting Door inkoop van duurzame elektriciteit is de maximale CO2-besparing gerealiseerd. Wagenpark Door routeoptimalisering zijn er minder kilometers gemaakt bij de afvalinzameling. Daardoor is minder
brandstof verbruikt en daarmee ook een lagere CO2-uitstoot. Daarnaast is duurzaamheid onderdeel van het inkoopproces. Op sportzaal De Aanloop en Sporthal De Eendracht zijn in totaal 190 zonnepanelen geplaatst.
Vanuit de natuur- en milieueducatie een milieuvriendelijk gedrag promoten.
- Onderhouden en eventueel uitbreiden van het Netwerk NME.
- Organisatie Boomfeestdag. - Organisatie Natuurwerkdag. - Organisatie van de activiteit tijdens de landelijke Nacht van de Nacht.
- Faciliteren van buurtverenigingen, kinderopvang, scholen, e.d. bij de organisatie van schoonmaakacties.
- Faciliteren andere activiteiten vanuit de samenleving. Wij nemen hierin geen initiatief.
Onbekend is nog welke verzoeken ons in 2014 bereiken
Het IVN consulentschap Drenthe onderhoudt voor
de gemeente het Netwerk NME, een netwerk van basisscholen die schoolbreed aandacht besteden aan Natuur- en MilieuEducatie. Verder zijn de volgende activiteiten uitgevoerd: Boomfeestdag, Natuurwerkdag, Nacht van de Nacht. Voor al deze activiteiten was grote belangstelling. Organisatie van Natuurwerkdag en Nacht van de Nacht vond plaats in samenwerking met Scouting Meppel De gemeente heeft ondersteuning verleend bij
schoonmaakacties, onder andere van twee basisscholen.
Fairtrade promoten is een activiteit, gericht op het doel om fairtrade meer bekend te maken en de omzet te verhogen. Doel: titel Fairtrade Gemeente behouden. Hoger liggend doel: de omstandigheden van arme boeren in ontwikkelingslanden verbeteren
Instanties en bedrijven stimuleren eerlijk in te kopen. De bekendheid van fairtrade producten in de gemeente Meppel naar een hoger peil brengen. Niet alleen door zelf het goede voorbeeld te geven maar ook door bedrijven en instanties op alternatieve fairtrade producten te wijzen. Promotiecampagnes opzetten en meedoen aan publieksmarkten. De beschikbaarheid van fairtrade producten promoten. Het gebruik van fairtrade producten in de gemeentelijke inkoop uitbreiden.
Ook willen wij in 2014 fairtrade gemeente blijven. Er is een actieve werkgroep in Meppel. Activiteiten
Er is een Activiteitenplan 2014 opgesteld en uitgevoerd. Hoogtepunt in 2014 was de viering van het Lustrumfeest op 8 maart, met onder andere: - modeshow met fairtrade kleding van Meppeler kledingwinkels;
- paspoppen met fairtrade kleding - internationale muziek en dans
- internationale hapjes met fairtrade ingrediënten - presentatie van andere duurzame initiatieven in Meppel (Christenen voor Burkina Faso, SOS Kinderdorpen, Op de hoogte van Bolivia)
- verkoop koffie en thee met opbrengst voor SOS Kinderdorpen
- penalty schieten met fairtrade voetballen - verkoop fairtrade textiel door Frank@fair - uitdelen goodybags met o.a. fairtrade zeepje en kortingsbonnen deelnemende winkels
Een greep uit de andere activiteiten:
- Stand met promotie fairtrade en kennismaking met producten bij Beurs Bewust Meppel,
72 Jaarstukken 2014
zijn gericht op de zes criteria om Fairtrade Gemeente te zijn: 1. Er is een lokale werkgroep actief die de initiatieven neemt om de titel te behalen. 2. De gemeente spreekt zich uit voor fairtrade en koopt fairtrade producten in. 3. In de plaatselijke winkels worden eerlijke producten verkocht. De plaatselijke horeca serveert fairtrade producten. 4. Maatschappelijke organisaties en bedrijven gebruiken fairtrade producten.
5. De lokale werkgroep organiseert lokale publiciteit rondom de campagne. 6. Waardering van andere initiatieven die een bijdrage leveren aan een betere wereld. - Het uitvoeringsprogramma voor 2014 moet nog worden opgesteld.
Fiets4Daagse en Open Dag Wijkvereniging Oosterboer/Ezinge
- Deelname aan optocht Donderdag Meppeldag - Tijdens Fairtrade Week promotie fairtrade producten
- Contact gelegd met Stad en Esch over mogelijkheden Fairtrade School te worden.
Het jaarverslag met alle activiteiten wordt aan de gemeenteraad als ingekomen stuk aangeboden.
Inwoners van Meppel scheiden afval in grondstoffen en afvalstoffen. Het gescheiden aanbieden van grondstoffen door
onze inwoners wordt gestimuleerd en gefaciliteerd. Met faciliteren wordt bedoeld dat inwoners faciliteiten ontvangen om grondstoffen zo goed en eenvoudig mogelijk gescheiden kunnen aan te bieden. Hierbij kun je denken aan containers en zakken voor kunststof verpakking materiaal. En ondergrondse containers voor restafval. Ook het aan huis ophalen van frituurvet en kleine elektrische apparaten hoort hierbij. Inwoners zijn goed geïnformeerd over de voor- en
nadelen van afvalscheiding, zijn op de hoogte van de kosten van afvalverwerking en worden gestimuleerd om restafval te voorkomen. Hoe beter men geïnformeerd is hoe beter men afval zal gaan scheiden. De kosten van de inzameling en verwerking van restafval zijn zo laag mogelijk. Jaarlijks worden 2 afval sorteerproeven uitgevoerd. De afval sorteerproeven geven in een reeks van jaren inzicht in de kwaliteit van het restafval en daarmee in het wel of niet halen van de in het afvalbeleidsplan gestelde doelen en eventueel de
noodzaak voor het doen van interventies. In 2014 wordt restafval eens per 4 weken ingezameld. Grondstoffen (papier, GFT, kunststof, textiel, frituurvet, kleine elektrische apparaten) worden periodiek, huis-aan-huis ingezameld. Voorlichting over inzameling afval en grondstoffen vindt structureel, zo nodig huis-aan-huis, plaats. Met periodiek wordt per grondstoffenstroom het volgende bedoeld: papier 1 x per 4 weken, GFT en kunststof 1 x per 2 weken, textiel 1 x per kwartaal en frituurvet en kleine elektrische apparaten op afroep
Per 1 januari 2014 wordt restafval eens per 4 weken ingezameld. De hoeveelheid restafval is hierdoor met ca. 20% afgenomen. De hoeveelheid
kunststofverpakkingsafval is verdubbeld. Op diverse locaties zijn ondergrondse containers geplaatst. In augustus is de uitvoering van het afvalbeleidsplan over het eerste half jaar geëvalueerd. Er is een daling van de hoeveelheid restafval met 25% ten opzichte van het 1e halfjaar 2014. Het aanbod van papier, glas, kunststof en gft is in dezelfde periode toegenomen.
In mei en oktober zijn sorteerproeven uitgevoerd. Uit de sorteerproeven blijkt dat de scheidingspercentages, met uitzondering van het tuinafval uit beide jaren nagenoeg gelijk zijn. Omdat de totale hoeveelheid restafval is afgenomen zijn de hergebruikstromen in het restafval ook afgenomen. Dit is een positieve ontwikkeling. Ondanks deze positieve ontwikkeling zitten er nog steeds grondstoffen in het restafval die daar niet in thuis horen. Het GFT afval uit de keuken (620 ton) hoort bij het
GFT afval en niet bij het restafval. Bovendien veroorzaakt dit afval stankoverlast in de grijze bak. De hoeveelheid tuinafval in het restafval is fors gedaald. Dit is een direct resultaat van het minder frequent inzamelen van het restafval.
Jaarstukken 2014 73
- Kwaliteit en professionaliteit van uitvoering milieutaken verbeteren.
De raad heeft het college van burgemeester en wethouders van Meppel in juni 2013 toestemming verleend om per 1 januari 2014 een GR RUD voor de uitvoering van alle milieutaken aan te gaan. De gemeenten blijven beleidsverantwoordelijk en verstrekken jaarlijks opdracht aan de RUD voor de uitvoering van de milieutaken. Taken die achterblijven en niet meegaan naar de
RUD zijn: Gemeentelijk milieu- en bodembeleid, zoals daar zijn de kaders ten aanzien van beheer, vergunning/ontheffing en toezicht en handhaving in milieu c.q. bodemkwesties. Het opstellen en aangaan van de dienstverleningsovereenkomst met de RUD. - De gemeente is en blijft eerste aanspreekpunt voor burgers en bedrijven in milieu c.q. bodemkwesties.
De RUD Drenthe heeft haar eerste jaar afgerond. Er is in korte tijd een nieuwe organisatie opgebouwd die er aan werkt om binnen de beschikbare middelen een kwalitatief betere uitvoering van de milieutaken te realiseren. De dienstverleningsovereenkomst met de RUD Drenthe is door beide partijen ondertekend.
4.11.5 Beoogde effecten
Onderwerp
Doel Indicator Jaarstukken
2013 Begroting
2014 Jaarstukken
2014
1 Energie Erop inzetten om een energie neutrale gemeente te worden in 2040.
CO2-uitstoot en/of energieverbruik
164 kton 150 kton 234 kton
2 Energie Meer energiezuinige woningen in Meppel
Gebruik duurzaamheidsfonds
28 keer 15 keer 74
3 Afval Meer afval (grondstoffen) gescheiden inzamelen waardoor hoeveelheid restafval
afneemt.
Ingezamel-de kg per inwoner van de diverse afvalstro-men en de sorteer-
analyses.
Hoeveelheid/inw Doel in 2020 is maximaal 30 kilogram restafval per inwoner per jaar. Dit is een langlopend en lastig te voorspellen proces.
Daarom zijn geen doelgetallen voor 2014 vastgesteld. Jaarlijks worden sorteerproeven uitgevoerd om te zien of de inspanningen voldoende zijn om de gestelde doelen van 2020 te halen.
Indien nodig zal de inspanning tussentijds worden aangepast.
Hoeveelheid/inw
Restafval 218 Restafval 173
GFT 114 GFT 132
Grof vuil 3 Grof vuil 5
Papier 58 Papier 69
Textiel 3 Textiel 5
Glas 18 Glas 21
Kunststof 7 Kunststof 14
Sorteerproef Sorteerproef
GFT 59 GFT 48
Papier 13 Papier 12
Kunststof 11 Kunststof 16
Dranken-kartons
9 Dranken-kartons
9
Textiel 11 Textiel 7
Glas 8 Glas 11
Overig 107 Overig 71
Zie tabel 1 en 2
74 Jaarstukken 2014
Bron
1 www.klimaatmonitor.databank.nl Toelichting
1 Bij het opstellen van het DuurzaamEnergiePlan is uitgegaan van indeling van de gemeente Meppel in vijf sectoren. Als
indicator voor het monitoren van de vastgestelde ambitie is de C02-uitstoot als indicator ingevoerd. Omdat er geen lokale monitoringstool beschikbaar was is besloten om vanaf 2014 gebruik te maken van de zogenaamde “klimaatmonitor" van Rijkswaterstaat.NL. Dit is een tool die landelijk beschikbaar is. Door hierbij aan te sluiten hoeft de gemeente niet zelf een tool te ontwikkelen en kan bovendien gebenchmarkt worden. De landelijke monitoringstool gebruikt echter niet dezelfde vijf sectoren als vermeld in het DuurzaamEnergiePlan. Vergelijking van cijfers in het DEP en landelijke tool zijn daarom niet zinvol. Met de landelijke tool zijn de trends van de vermelde sectoren inzichtelijk. Het blijkt dat de uitkomsten in de monitor zo'n 1 à 2 jaar achter lopen op de huidige situatie. Zodra meer info beschikbaar is dan wordt dit via de P&C-cyclus aangegeven.
2 In 2014 zijn totaal 74 duurzaamheidsleningen toegewezen met een gemiddeld leenbedrag van € 8.172,24. De bestedingsruimte bedraagt volgens een opgave van het Stimuleringsfonds Nederlandse gemeenten per 2-2-2015 € 67.290,44. Op basis van het gemiddelde van het in 2012 en 2013 aantal verstrekte leningen zijn voor 2014 15 leningen begroot. Door particulier initiatief middels een succesvolle wijkaanpak (in vooral de wijken Berggierslanden en Oosterboer), is vanaf het vierde kwartaal van 2014 een boven verwachting groot beroep op het gemeentelijk duurzaamheidsfonds gedaan. In 2014 zijn totaal 74 duurzaamheidsleningen toegewezen. Dit heeft ertoe geleid dat het duurzaamheidsfonds eind 2014 grotendeels is uitgeput.
3 Jaarlijks worden 2 afval sorteerproeven uitgevoerd. De afval sorteerproeven geven in een reeks van jaren inzicht in de kwaliteit van het restafval en daarmee in het wel of niet halen van de in het afvalbeleidsplan gestelde doelen en eventueel de noodzaak voor het doen van interventies. Het uiteindelijke doel in 2020 is maximaal 30 kilogram restafval per inwoner. Dit restafval bevat in 2020 geen papier, glas, textiel en recyclebaar kunststof afval meer en is nog slechts met een kleine fractie gft vervuild (5 kilogram per jaar).
Tabel 1: De daling in het restafval is veroorzaakt door het terugbrengen van de inzamelfrequentie van restafval. (minder ruimte in de container). Hierdoor is de hoeveelheid gescheiden ingezamelde hoeveelheid GFT toegenomen. De hoeveelheid papier blijft min of meer gelijk. Er komt minder papier vrij (minder abonnementen, meer post via elektronische weg)
Jaarstukken 2014 75
Tabel 2: De hoeveelheid textiel en glas is iets toegenomen. De hoeveelheid kunststof is fors toegenomen. Dit is mede veroorzaakt door minder frequent inzamelen van het restafval.
76 Jaarstukken 2014
4.11.6 Wat heeft het gekost?
4.11.7 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel 55 Afvalinzameling
Minder tonnages restafval dan geraamd 252 V I
Hogere vergoeding papier dan garantieprijs 82 V I
Nedvang afrekening 2013 kunststof 66 V I
Nedvang vergoeding 2014, meer tonnages kunststof dan geraamd
52 V I
Toevoeging € 170.780 aan de egalisatievoorziening afvalstoffen. Op basis van de afvalstoffenexploitatie was een onttrekking geraamd van € 311.000. De toevoeging wordt bepaald op basis van het resultaat
van product 55 plus kwijtschelding (in 2014 nadelig € 14.000) plus btw (in 2014 voordelig € 29.000).
482 N I
Jaarstukken 2014 77
4.12 Programma 12: Burgerzaken
4.12.1 Wat valt onder dit programma?
Onder het programma Burgerzaken valt het gezichtsbepalende loket voor tal van gemeentelijke activiteiten. Dit betreft onder meer de publieksdiensten van onze gemeente zoals het verstrekken van reisdocumenten, rijbewijzen, verklaringen en aktes, maar ook de huisvesting van statushouders en het
loket bouwen en wonen. De uitvoering van de wet waardering van onroerende zaken en uitvoering van de lokale heffingen valt ook onder dit raadsprogramma. Beleidskader - GBA kwaliteitseisen en wettelijke voorschriften rondom de diverse producten - Beleidskader Begraven 13 juni 2013 - Taakstelling huisvesting statushouders 14 oktober 2013 en 24 juni 2014 - Wet waardering onroerende zaken Relatie met andere beleidsterreinen Het GBA en de Wet WOZ zijn nauw verweven met het landelijk in te voeren stelsel van basisregistraties.
4.12.2 Wat hebben we bereikt?
Administratie begraafplaats Naar alle graven bepaalde tijd is onderzoek gedaan, van 184 graven is dit nog niet afgerond. Deze afronding zal in de eerste helft van 2015 voltooid worden. Daarna zal onderzoek ingesteld worden naar de rechthebbenden van de eeuwigdurende graven. Publieke dienstverlening De publieksdiensten zijn efficiënt en effectief uitgevoerd met als resultaat een tevreden klant. Dit wordt bevestigd door de uitslag van de benchmark publiekszaken, waarin we goed scoorden. De koppeling BAG-WOZ is inmiddels gerealiseerd.
4.12.3 Wat gingen we daarvoor doen? 4.12.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
Eind 2014 is de administratie op orde. - Aanschrijven rechthebbenden van graven, waarvan de rechten zijn verstreken.
De begraafplaats Zomerdijk telt 3164 graven voor bepaalde tijd. In 2014 zijn 2980 onderzoeken uitgevoerd. Als bleek dat de rechthebbende overleden is, zijn nabestaanden opgespoord en
aangeschreven. De graven zijn van een nieuwe rechthebbende voorzien. Van 126 graven is door de rechthebbende/nabestaande afstand gedaan en staan nu op naam van de gemeente Meppel. Van 250 graven kunnen geen nabestaanden worden achterhaald. Deze graven vallen terug op naam van de gemeente nadat ze te zijner tijd zijn gepubliceerd en bekendgemaakt. De eerste 20 graven komen in 2027 voor verlenging in aanmerking. Dit levert aan leges (huidig tarief) € 15.000 op.
Efficiënte en effectieve uitvoering van de publieksdiensten met een tevreden klant als resultaat. - Basisadministratie op orde. - Het werken op afspraak extra onder de aandacht brengen.
Afspraken Door publicatie op de gemeentelijke pagina van de Nieuwe Meppeler is het op afspraak werken gepromoot. Dit heeft als resultaat opgeleverd dat het aantal afspraken is toegenomen. Aantal 2014: 1846, 2013: 1533 en 2012: 1156.
Prod. Portefeuille
Onderdelen
Begraafplaatsen
Publiekszaken Integratie, inburgering en nieuwkomers
30
31
57
De Vos De Vos Koning
78 Jaarstukken 2014
- Continue meten van de kwaliteit (o.a. benchmark) en tevredenheid en eventuele gewenste verbeteringen doorvoeren.
- het organiseren van twee verkiezingen. - In 2014 vinden de afrondende werkzaamheden van de koppeling van de WOZ administratie met de Basisadministratie adressen en gebouwen (BAG) plaats.
Benchmark Uit de benchmark Publiekszaken is gebleken dat de klanttevredenheid opnieuw is toegenomen. Onderdeel balie 8,2, telefonie (totaal) 7,8) en digitaal 7,6 .
Verkiezingen Op 19 maart zijn de verkiezingen voor de Gemeenteraad gehouden en op 22 mei de verkiezingen voor het Europees Parlement.
Huisvesting statushouders De taakstelling voor de 1e helft van 2014 bedroeg 13 en voor de 2e helft is dit gesteld op 18 personen. In totaal 31 personen over het hele jaar. Hiervan zijn 29 personen gehuisvest en maatschappelijk begeleid. De overige 2 zijn inmiddels gehuisvest. Koppeling WOZ/BAG De koppeling is gerealiseerd. WOZ-bezwaren
Het aantal bezwaren is aanzienlijk gedaald. Dat is ook de landelijke trend. Echter de bezwaren die ingediend zijn, zijn vaak complexer. Dat betekent dat deze meer afhandelingstijd vragen. Dat blijkt ook uit het aantal ontvankelijke bezwaren en verklaart, dat de personele inzet nagenoeg gelijk gebleven is.
2013 2014
Totaal aantal 634 378
Niet ontvankelijk/ingetrokken
233 71
Waarvan gegrond 137 106
Waarvan ongegrond 364 201
4.12.5 Beoogde effecten
Voor programma 12 zijn geen indicatoren vastgesteld.
4.12.6 Wat heeft het gekost?
4.12.7 Analyse financiële afwijkingen
In verband met de geringe afwijking is er op dit programma geen analyse financiële afwijkingen.
Jaarstukken 2014 79
5. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
80 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 81
5.1 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
5.1.1 Wat valt onder dit overzicht?
Algemene dekkingsmiddelen zijn die geldmiddelen die de gemeente geheel vrij naar eigen keuze mag inzetten, dus waarvan de besteding niet gebonden is. Dit betreft de algemene uitkering uit het gemeentefonds, lokale heffingen die niet gebonden zijn aan een tegenprestatie, dividend en het saldo op de financieringsfunctie (rente voor- en nadelen). De verplichte post onvoorzien wordt eveneens tot dit overzicht gerekend. Verder worden (eventuele) taakstellingen die niet één op één zijn toe te rekenen aan bepaalde producten binnen een raadsprogramma hier verantwoord. Uiteraard is het de bedoeling deze taakstellingen via begrotingswijzigingen te verwerken ten laste van andere raadsprogramma’s. Beleidskader - Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV, 2003); - Financieel toezichtkader provincie Drenthe (2013); - Nota financieel beleid (2007) en andere beleidsnotities met financieel karakter.
5.1.2 Wat hebben we bereikt?
- De begroting 2015 is structureel en reëel in evenwicht. - De lokale lastendruk is in 2014 niet gestegen, de woonlasten zijn gedaald (zie ook paragraaf lokale heffingen).
- Het (financiële) beleid is op het gebied van de verbonden partijen geactualiseerd.
5.1.3 Wat gingen we daarvoor doen? 5.1.4 Wat hebben we daarvoor gedaan?
-
Een duurzaam materieel financieel evenwicht. De meerjarenbegroting is sluitend: structurele lasten worden gedekt door structurele baten. Het in evenwicht brengen van de programmabegroting vereist een goede afweging van beschikbare middelen en ambities door de gemeenteraad.
Gelet op de economische crisis en de aangekondigde rijks bezuinigingen zal dit de nodige activiteiten vergen, die in de reguliere p&c cyclus tot uiting komen. Daarbij wordt de lokale lastendruk in totaliteit bezien.
Begroting in evenwicht De begroting is structureel in evenwicht. Na een beleidsarme begroting 2015 is gewerkt aan het college-/uitvoeringsprogramma 2014-2018. De integrale afweging van middelen en ambities is voorzien bij de Perspectiefnota 2016-2019.
Algemene uitkering uit het gemeentefonds De ontwikkeling in het gemeentefonds zijn voor een belangrijk deel bepaald door aanpassing van algemene uitkering (uitkeringsfactor, hoeveelheidsverschillen). De uitkeringsfactor is lager vastgesteld, dit houdt verband met de normeringsystematiek (samen de trap op en de trap af). Een aantal integratie- en decentralisatie-uitkeringen is verhoogd en is het WMO-budget voor 2014 positief bijgesteld. Ook is de afrekening over 2012 en 2013 positief. Per saldo is er een positief saldo ten opzichte van de begroting.
Deelnemingen De dividendinkomsten zijn hoger dan geraamd, meevallers zijn de dividenduitkering van Enexis en Wadinko. De aandelen Attero zijn in 2014 verkocht, daar is een boekwinst op gemaakt. Voorziening pensioen en wachtgelden De voorziening is conform de nieuwe systematiek geactualiseerd. De voorziening is verhoogd voor wachtgeldverplichtingen aan 2 oud-bestuurders (bij de
bestuursrapportage) en door actualisatie van de toekomstige pensioenen van oud-bestuurders en aan de actualisatie van wachtgeldverplichtingen aan
Prod. Portefeuille
Onderdelen Algemene dekkingsmiddelen 59 Ten Hulscher
82 Jaarstukken 2014
ambtenaren (bij de jaarrekening).
Samenhangend financieel beleid. Dit wordt onder meer bevorderd door de actualisatie van beleidsnota’s. Prioriteit gezien de uitvoering ligt bij beleid rondom waarderen en afschrijven van activa/investeringskredieten.
De nota verbonden partijen is opgesteld. Daarin zijn op onder meer financieel gebied afspraken vastgelegd. De actualisering van het beleid rondom waarderen en afschrijven van activa en investeringskredieten is in voorbereiding.
Voldoen aan de wettelijke bepaling rondom tijdig betalen van facturen.
Alle door de gemeente ontvangen facturen waarvan de prestatie is geleverd, worden binnen 30 dagen betaald.
Zie paragraaf bedrijfsvoering.
5.1.5 Wat heeft het gekost?
5.1.6 Analyse financiële afwijkingen
Bedragen x € 1.000
Analyse Voordeel/ Incidenteel/
Product Afwijking Nadeel Structureel
59 Algemene dekkingsmiddelen Dividendinkomsten De dividendinkomsten zijn hoger door een hogere
dividenduitkering van Enexis (€ 22.600) en Wadinko (€ 40.500). Op de verkoop van Attero is een boekwinst gemaakt (€ 64.800).
126 V I
Rente op hypothecaire geldleningen verstrekt aan ambtenaren
De ontvangen rente op verstrekte geldleningen is lager door oversluiting van hypothecaire geldleningen tegen een lager rentetarief.
38 N S
Voorziening pensioen en wachtgelden De voorziening is verhoogd als gevolg van de
actualisatie van de toekomstige pensioenen van oud-bestuurders en de actualisatie van wachtgeldverplichtingen aan ambtenaren.
212 N I
OZB opbrengsten
De opbrengst van de OZB is hoger dan geraamd als gevolg van een hogere taxatiewaarde van een aantal grotere objecten.
82 V I
Jaarstukken 2014 83
Gemeentefonds
Ten opzichte van de bestuursrapportage is de uitkeringsbasis verhoogd (€66.000), de suppletie-, integratie- en decentralisatie-uitkeringen gestegen (€ 116.000) waaronder het WMO-budget (€ 26.000). Het resterende deel is een gevolg van de aanpassing WOZ waarden, de verdeelreserve en de afrekening voor 2012 en 2013.
345 V I
Mutatie dubieuze debiteuren
Deze post is verhoogd als gevolg van hogere onttrekkingen in 2014, gestegen debiteurensaldo aan het einde van het jaar en een correctie op de berekening van het onderdeel belastingdebiteuren.
229 N I
Saldo kostenplaatsen
Het saldo kostenplaatsen bestaat uit bedrijfsvoeringskosten en kapitaallasten, die beide worden doorbelast aan andere programma's. De
kapitaallasten zijn lager uitgevallen (€ 0,4 mln. ) door lagere rentekosten en lagere investeringen. Daar staat tegenover dat minder kapitaallasten zijn doorberekend aan programma’s, grondexploitaties en riolering (-€ 1,0 mln.) dan begroot. Andere kosten die worden doorbelast zijn bedrijfsvoeringkosten en personeelskosten, waar ook afwijkingen zijn ten opzichte van de begroting zowel lagere kosten (1,0 mln.) als lagere dekking (1,1 mln.). Per saldo resulteert een verschil dat als saldo kostenplaatsen geboekt wordt op dit programma. Hier staat een voordeel tegenover op
andere programma's.
594 N I
Post onvoorzien
De post onvoorzien van totaal € 100.000 is voor € 31.000 ingezet, hoofdzakelijk voor
vereffeningskosten Stichting Peuterspeelzalen Meppel.
69 V I
Geraamd begrotingsresultaat
In de begroting is dit bedrag opgenomen als geraamd begrotingsresultaat.
918 V I
Mutaties reserves
Op basis van de opbrengst ozb niet-woningen bedraagt de storting in het ondernemersfonds € 227.000. De onttrekking ten behoeve van de Stichting Ondernemersfonds Meppel vindt plaats op programma 10. Deze mutatie heeft daardoor geen effect op het resultaat.
227 N I
84 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 85
6. Paragrafen
86 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 87
6.1 Paragraaf lokale heffingen
6.1.1 Inleiding
Deze paragraaf bevat informatie over de opbrengsten van de diverse gemeentelijke belastingen en heffingen in 2014. Verder kunt u informatie lezen over kwijtschelding en de lokale lastendruk. Inkomsten gemeente Van alle baten van de gemeente komt circa 60% van het Rijk. Het Rijk verstrekt de algemene uitkering uit het Gemeentefonds en diverse specifieke uitkeringen. Van de overige baten komt ongeveer de helft (20%) binnen door lokale belastingen, heffingen, rechten en leges. De OZB is hierbij de belangrijkste component.
6.1.2 Overzicht belastingen en heffingen
Gemeenten zijn beperkt in de belastingen die ze mogen heffen. De mogelijkheden worden limitatief opgesomd in de Gemeentewet. Naast belastingen heft de gemeente rechten (leges) voor individuele dienstverlening. De tarieven van deze rechten moeten zodanig vastgesteld worden dat de begrote opbrengsten de begrote lasten niet overschrijden. De opbrengst van deze zogeheten gebonden heffingen is alleen voor de bestrijding van de kosten die de gemeente voor de betreffende diensten maakt. Naast gebonden heffingen zijn er ook ongebonden heffingen. De gemeente is vrij in de besteding van de opbrengst van de ongebonden heffingen (algemene dekkingsmiddelen). De volgende gemeentelijke belastingen en rechten heeft de gemeente Meppel in 2014 geheven: Ongebonden heffingen:
- Onroerende zaakbelasting - Parkeerbelasting - Precariobelasting Gebonden heffingen: - Afvalstoffenheffing - Rioolheffing - Reinigingsrechten - Binnenhavengelden - Lijkbezorgingsrechten - Marktgelden - Leges
Beleid Meppel hanteert in de PPN 2014-2017 als uitgangspunt dat de inkomstenramingen jaarlijks verhoogd worden met het inflatiepercentage. De volgende onderdelen zijn afwijkend: - Voor leges en rechten geld dat de tarieven jaarlijks met het inflatiepercentage worden verhoogd, totdat een volledige kostendekking is bereikt;
- Voor de rioolheffing geldt 100% kostendekking (inclusief kwijtschelding, btw-compensatie en toerekening stadsverzorging, onderdeel machinaal straatreiniging t.b.v. kolken);
- Voor de afvalstoffenheffing geldt 100% kostendekking (inclusief kwijtschelding, btw-compensatie en toerekening stadsverzorging, zwerfvuil).
88 Jaarstukken 2014
6.1.3 Werkelijke inkomsten 2014 ten opzichte van de geraamde inkomsten 2014 en de
werkelijke inkomsten 2013
In de tabel hieronder zijn de werkelijke inkomsten voor 2014 vergeleken met de geraamde inkomsten van 2014 en de werkelijke inkomsten 2013. Voor een toelichting op de bedragen verwijzen wij u naar de financiële analyses bij de betreffende programma’s. In de laatste kolom wordt vermeld in welke programma’s u de informatie kunt lezen.
Heffingsoort Rekening 2013 Begroting 2014 Rekening 2014 Progr.
Bedragen x € 1.000
OZB gebruikers niet-woningen 1.238 1.269 1.310 AD
OZB eigenaren niet-woningen 1.883 2.031 2.066 AD
OZB eigenaren woningen 3.329 3.428 3.433 AD
Onroerende zaakbelasting 6.450 6.728 6.809 AD
Afvalstoffenheffing 3.384 3.172 3.169 11
Rioolheffing 2.619 2.625 2.632 9
Reinigingsrechten 228 229 200 11
Parkeerbelasting 1.765 1.905 1.809 9
Precariobelasting 43 40 53 AD
Lijkbezorgingsrechten 232 279 262 12
Leges omgevingsvergunning 745 850 556 8
Leges burgerzaken 506 547 554 12
Leges Europese dienstenrichtlijn 21 21 23 2
Leges 1.272 1.418 1.133 8,12,2
Marktgelden 35 40 37 2
Binnenhavengeld 345 318 343 9
Totaal 16.373 16.754 16.447
AD = Algemene
dekkingsmiddelen
6.1.4 Kwijtschelding
Als een belastingschuldige noch betalingscapaciteit noch vermogen heeft, wordt kwijtschelding van afvalstoffenheffing, rioolheffing en (in incidentele gevallen) onroerende zaakbelasting verleend. De kwijtscheldingsregeling wordt uitgevoerd volgens landelijke wet- en regelgeving. De gemeente Meppel hanteert de meest ruime norm, namelijk 100% van het inkomen op bijstandsniveau. In onderstaande tabel wordt vermeld hoeveel verzoeken de gemeente Meppel heeft gehad in 2012, 2013 en 2014 en hoeveel verzoeken er zijn toegekend, afgewezen of gedeeltelijk toegekend.
Kwijtscheldingsverzoeken 2012 2013 2014
Toegekend 821 906 955
Afgewezen 101 121 83
Gedeeltelijk toegekend 10 21 16
Totaal aantal verzoeken 932 1048 1054
Jaarstukken 2014 89
6.1.5 Lokale lastendruk
In dit onderdeel vergelijken we de gemeentelijke woonlasten in Meppel in 2014 met die in omliggende gemeenten. Onder gemeentelijke woonlasten verstaan we het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een gemeente betaalt aan ozb, afvalstoffenheffing en rioolheffing. In tegenstelling tot de omliggende gemeenten kent Meppel geen tariefdifferentiatie voor afvalstoffenheffing en/of rioolheffing. Elk huishouden betaalt dus hetzelfde tarief.
Gemeente Wester-
veld de
Wolden Hooge-veen
Stap-horst
Steen-wijker-
land Meppel
Gemiddelde waarde woning 253.000 252.000 164.000 248.000 196.000 190.000
Woonlasten meerpersoonshuishouden
OZB woningen 256 280 238 247 206 239
Afvalstoffenheffing 235 209 278 263 239 223
Rioolheffing 274 166 147 229 251 171
Totaal meerpersoonshuishouden 765 655 663 739 696 633
Woonlasten eenpersoonshuishouden
OZB woningen 256 280 238 247 206 239
Afvalstoffenheffing 160 165 206 177 153 223
Rioolheffing 274 149 147 229 251 171
Totaal eenpersoonshuishouden 690 594 591 653 610 633
Cijfers 2014 Bronnen: Atlas van de lokale lasten (www.coelo.nl) en site Waarderingskamer (www.waarderingskamer.nl)
In de begroting 2014 is in het hoofdstuk ‘Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien’ als doel gesteld dat de lokale lastendruk niet mag stijgen. In het volgende overzicht zetten we de ontwikkeling van de gemiddelde lokale lastendruk in Meppel in de afgelopen jaren op een rijtje.
2011 2012 2013 2014
Gemiddelde waarde woning 202.000 205.000 197.000 190.000
Woonlasten
Ozb woningen 204 223 232 239
Afvalstoffenheffing 258 243 238 223
Rioolheffing 171 171 171 171
Totaal woonlasten 633 637 641 633
90 Jaarstukken 2014
6.2 Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing
Deze paragraaf geeft inzicht in het risicoprofiel, de belangrijkste risico’s, de beheersmaatregelen en de beschikbare weerstandscapaciteit. De gebruikte methode is vastgelegd in de Nota risicomanagement en weerstandsvermogen 2013. Doelstellingen: - Het realiseren van een gezonde financiële positie, waarbij een goed inzicht in het weerstandsvermogen, de benodigde weerstandscapaciteit en het risicoprofiel van belang zijn.
- Voorkomen dat ingrijpende beleidswijzigingen noodzakelijk zijn als risico’s zich voordoen. Op het moment dat risico’s zich daadwerkelijk voordoen, is de bufferreserve beschikbaar om nadelige financiële effecten (tijdelijk) te compenseren zonder dat (direct) ingrijpende beleidswijzigingen
noodzakelijk zijn. In deze paragraaf worden alleen risico’s gepresenteerd met een grotere financiële impact. Kleinere risico’s of risico’s waarvoor verzekeringen, voorzieningen en dergelijke voor ingezet (kunnen) worden, zijn niet opgenomen. Drie categorieën risico’s worden achtereenvolgend behandeld: going concern (incl. sociaal domein), grondexploitaties en overige projecten. Vervolgens wordt de aanwezige weerstandscapaciteit en het resulterende weerstandsvermogen behandeld.
6.2.1 Risicoanalyse en beheersmaatregelen
Risicoprofiel going concern Voor het risicoprofiel going concern zijn de risico’s uit de volgende tabel in kaart gebracht en worden
vervolgens toegelicht. 1. Personeelsbudgetten Voor overschrijding van de personeelsbudgetten wordt als risicobedrag 2% van het personeelsbudget aangehouden. Het totale personeelsbudget wordt goed beheerst, de weging van dit risico is daarom laag (25% - 50% van het risicobedrag). Beheersmaatregel: Actief sturen op personeelsbudget. 2. Opbrengsten voor omgevingsvergunningen Een teruglopend aantal en kleinere bouwaanvragen kunnen zorgen voor tegenvallende opbrengsten, grotere projecten voor fluctuaties. Na verlaging van de raming is dit risico beperkt. Beheersmaatregel: De raming in de begroting en de meerjarenraming aanpassen aan de gedaalde inkomsten.
3. Hogere bijdrage aan gemeenschappelijke regelingen en andere verbonden partijen In de nota Verbonden partijen 2015 is een recente risicoanalyse uitgevoerd voor alle gemeenschappelijke regelingen. In de paragraaf verbonden partijen is een overzicht opgenomen met daarin per partij of samenwerkingsverband een analyse van de risico’s. Daaruit komt naar voren dat gemeenschappelijke regelingen (en andere verbonden partijen) financiële risico’s met zich mee brengen. Dit geldt in het bijzonder voor de sociale werkvoorziening Reestmond, GKB en Meppel Energie. - Het GKB wordt getroffen door de slechtere economische omstandigheden en bezuinigingen van het rijk. Daarnaast speelt daar een specifiek risico met betrekking tot de dienstverleningsovereenkomsten met gemeenten die geen lid zijn van de GR. Begin 2015 wordt een strategische verkenning uitgevoerd door het bestuur.
- Ook de andere gemeenschappelijke regelingen (VeiligheidsRegio Drenthe, de GGD, Recreatieschap
Drenthe, RUD) brengen risico’s met zich mee. Elke verbonden partij voert een zelfstandig risicobeleid en publiceert daarover in de afzonderlijke begrotingen en jaarrekeningen.
- De uitvoering van de WSW valt onder het sociaal domein en wordt betrokken bij dat onderdeel. - Voor overige verbonden partijen waaronder de aandeelhouderschappen zijn geen bijzondere risico’s geconstateerd, met uitzondering van MeppelEnergie waar er projectrisico’s aan de orde zijn die in deze paragraaf onder projecten worden behandeld.
- Financiële en beleidsmatige ontwikkelingen worden in de paragraaf verbonden partijen behandeld. Beheersmaatregel: Risicomanagement is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de gemeenschappelijke regelingen en andere verbonden partijen. Tegenvallers worden binnen de begroting van de gemeenschappelijke regelingen of vennootschap opgevangen, de gemeente vormt bij GR-en de achtervang. De gemeente treft daarnaast beheersmaatregelen door – waar mogelijk - het maken van
prestatieafspraken met de gemeenschappelijke regelingen en het monitoren van de financiële ontwikkelingen.
Jaarstukken 2014 91
Overzicht risico’s going concern (x € 1 mln.)
Risico’s Risico-bedrag*
Risicoweging* Positief scenario
Negatief scenario
1. Personeelsbudgetten 0,4 25% – 50% 0,1 0,2
2.
Het niet realiseren van de
opbrengsten voor omgevingsvergunningen
0,4 0% - 50% 0 0,2
3. Hogere bijdrage aan gemeenschappelijke regelingen excl. GR Reestmond
0,2 0% - 50% 0 0,1
Totaal
€ 0,1 € 0,5
* Het risicobedrag is de potentiele impact van het voordoen van het risico, de weging is de kans dat het zich voordoet.
Sociaal domein In het sociaal domein vormt de uitvoering van de gedecentraliseerde taken een belangrijk risico voor de gemeente. Voor de komende periode ligt er de opgave om de bezuinigingen in de zorg en ondersteuning vorm te geven door andere regie, samenhang en samenwerking. Bovenop deze bezuiniging op korte termijn bestaat de opgave om op langere termijn de toenemende vraag naar complexere zorg o.m. door demografische ontwikkeling te kunnen financieren. Het risicomanagement is een integraal onderdeel van het programma waarin de decentralisatie worden uitgevoerd. Uitgangspunt is de transities binnen de door het rijk beschikbaar gestelde gelden uit te voeren. Tegelijkertijd kleven aan de transities diverse risico’s die het mogelijk maken dat, ondanks een goede monitoring, de beschikbaar gestelde middelen toch overschreden worden. Hiervoor is een reserve sociaal domein ingesteld.
In de onderstaande risicokaart zijn de risico’s ingedeeld naar de kans en de impact van de risico’s. De belangrijkste risico’s zijn hierdoor te vinden in de hoek rechtsboven, de minst belangrijke risico’s in de hoek linksonder. De risicokaart is een hulpmiddel om prioriteit te leggen bij de belangrijkste risico’s en daar in te zetten op de beheersmaatregelen. Risicokaart
Kan
s h
oog
Richtlijnen van het Rijk
over budgetten en kader
zijn onduidelijk of
veranderen.
Dreigende budgetoverschrijdingen door o.a.:
- Open einde regelingen
- Toename aantal cliënten vs. rijkskortingen.
- Vertraging in het doorvoeren van de
maatregelen (herindicatie, preventie)
Onvoldoende (toegang tot) informatie,
onvoldoende zicht op cijfers en aantallen
zorgvragers en zorgvraag o.a. door
privacybescherming
Kan
s
mid
del
BTW problemen
Ontoereikende
samenwerking tussen
regiogemeenten
Teveel maatwerk en gespecialiseerde hulp
ICT risico’s, zoals koppeling klantenbestanden
Onvoldoende capaciteit medewerkers
Kan
s la
ag
Geen integrale
benadering
Noodzakelijke cultuuromslag bij zorginstellingen
gaat niet snel genoeg
Instanties/zorgaanbieders doen niet mee / haken
af (faillissement)
Verslechtering van zorg en dienstverlening
Onvoldoende en/of te slechte communicatie met
belanghebbenden.
Impact laag Impact middel Impact hoog
92 Jaarstukken 2014
Als gekeken wordt naar de verschillende onderdelen kan geconstateerd worden dat de risico’s goed
beheerst worden. - De uitvoering loopt volgens planning: er is voldoende personele capaciteit en de gesprekken voor herindicatie van alle taken worden volgens planning uitgevoerd. Over de uitkomsten daarvan kan nog geen uitsluitsel worden gegeven.
- De aanbestedingen zijn binnen budget gebleven, kortingen vanuit het Rijk zijn doorberekend in de prijzen die zijn aanbesteed. De afnamehoeveelheid is afhankelijk van vraag en herindicaties.
- Of de aantallen aanvragen in lijn zijn met de verwachtingen is nog te vroeg om te zeggen. Ook de risico’s in de bezwaar/beroepsprocedures zijn nog niet in beeld, er zijn een aantal bezwaren binnen, de eerste indruk is dat het aantal tot nu toe laag is.
- Voor de jeugdzorg is een calamiteitenprotocol opgesteld waarin is verwoord hoe de gemeente omgaat met incidenten/calamiteiten op het gebied van jeugdhulp. Daarin lopen twee sporen: het bestuurlijke traject en het hulpverleningstraject.
- Een moeilijk te beheersen risico is een ontoereikend budget, voor een aantal onderdelen (PGB’s, Jeugdzorg) is nog niet duidelijk wat de actuele zorg kost, en voor de toekomst is nog niet duidelijk wat de effecten van de herindicaties zijn.
4. Overschrijding budgetten en reserve sociaal domein Als maatregel om de financiële onzekerheden te beheersen is een reserve voor het sociaal domein ingesteld (0,56 miljoen in 2015 in college uitvoeringsprogramma). De reserve wordt gevoed met een deel van het budget en is onderdeel van de weerstandscapaciteit om risico’s in het sociaal domein op te vangen. Indien deze reserve is uitgeput zal de algemene (buffer)reserve aangesproken worden. Hoe groot de kans is dat de reserve sociaal domein niet toereikend is, is op basis van de risicokaart ingeschat. Op basis daarvan is een hoge risicoweging opgenomen. Het risicobedrag van €1,1 miljoen is een (ruwe) schatting van de mogelijke overschrijding nadat de reserve sociaal domein is uitgeput. Voor
meer betrouwbare kwantitatieve analyse van de risico’s is meer ervaring met de uitvoering noodzakelijk, waardoor op dit moment die nog niet te maken is. Voor het berekenen van het weerstandsvermogen is het uitgangspunt een risicobedrag van 5% van het sociaal deelfonds (22,6 miljoen). Voor de berekening van ons weerstandsvermogen houden we een weging van 50% - 100% aan, een relatief hoge kans dat de algemene reserve wordt aangesproken ondanks de vorming van de reserve sociaal domein. 5. Reestmond Voor Reestmond zijn er een aantal specifieke risico’s, namelijk de dalende rijksbijdrage en de toekomstige frictiekosten in verband met de herstructurering die nodig is om de veranderingen in de
participatiewet te kunnen opvangen. De herstructurering geeft antwoord op de focus en de kansen voor het benutten van de frictie (vrijvallen infra) voor de groeiende doelgroep van de Participatiewet. De kosten die gepaard gaan met herstructurering kunnen hoog zijn, daarom is het risicobedrag relatief hoog (1,0 miljoen), gezien de voorgenomen bijsturing is de weging gemiddeld (25 – 50%) Beheersmaatregelen: een herstructureringsplan wordt op basis van een extern onderzoek opgesteld in opdracht van het bestuur. 6. Overschrijding WWB-inkomensdeel De inkomsten en uitgaven van de bijstand zijn moeilijk in te schatten. Met een omvang van ongeveer € 10 miljoen voor de WWB-inkomensdeel is dit een substantieel risico. In de bufferreserve houden we rekening met een overschrijding van 5% van het budget met een hoge kans. Beheersmaatregel: De uitgaven in de begroting en meerjarenraming worden zo actueel mogelijk geraamd.
7. Overschrijdingen WMO (oud) Binnen de WMO vormen de individuele voorzieningen zoals huishoudelijke hulp en hulpmiddelen een risicogebied omdat nog niet duidelijk is of herindicaties voldoende opleveren. Ten opzichte van vorige jaren zijn de financiële risico’s wel afgenomen aangezien het geen open-einde regelingen meer zijn. Het risicobedrag is 10% van het budget van de ‘oude’ WMO (3,9 miljoen) en wordt voor gemiddeld 25% meegewogen. Beheersmaatregel: De uitgaven in de begroting en meerjarenraming worden zo actueel mogelijk geraamd. Herindicatie zal tot lagere uitgaven leiden.
Jaarstukken 2014 93
Overzicht risico’s sociaal domein (x € 1 mln.)
Risico’s Risico-bedrag
Risicoweging Positief scenario
Negatief scenario
4. Overschrijding budget reserve sociaal domein
1,1 50% - 100% 0,6 1,1
5. Reestmond 1,0 25% - 50% 0,3 0,5
6. Overschrijding WWB-inkomensdeel 0,5 50% - 100% 0,2 0,5
7. Overschrijdingen WMO (oud) 0,4 0% - 50% 0,0 0,2
Totaal
€ 1,1 € 2,3
Overige risico’s exploitatie De gemeente kent ten aanzien van going concern activiteiten een aantal financiële risico’s die niet goed te kwantificeren zijn. Het is van belang deze risico’s te volgen en daar waar mogelijk tijdig beheersmaatregelen te treffen. Het gaat om de volgende risico’s: a) Minder uren naar projecten: als het aantal en de omvang van projecten vermindert, worden ook
minder salarislasten aan de projecten toegeschreven en moeten deze kosten opgevangen worden door de algemene dienst.
b) De omvang van de algemene uitkering uit het gemeentefonds is een onzekere factor, door bezuinigingen op rijksniveau, decentralisatie van taken en een herijking van het fonds. De gemeenten worden drie keer per jaar op de hoogte gehouden van de financiële consequenties. De begroting wordt daarop aangepast en is niet opgenomen in het risicobedrag van deze paragraaf.
c) Leningen en garanties: risico´s verbonden aan borgstelling en renterisico´s op leningen zijn onderdeel van de paragraaf financiering.
d) Debiteuren: Afdekking van deze risico’s wordt gedaan middels een voorzieningen dubieuze debiteuren.
Risicoprofiel grondexploitaties Het adviesbureau Metrum heeft een actuele risicoanalyse gemaakt (Risicoanalyse ruimtelijke projecten Meppel, februari 2015). Dit rapport concludeert als volgt: Risico’s De risico’s zijn voor alle projecten afzonderlijk in beeld gebracht. Het belangrijkste risico is het niet realiseren van de geprognosticeerde afzet (kavelverkoop). Eventuele vertraging in (de uitgifte van) een
project kan leiden tot onder andere extra rentelasten, hogere plankosten en hogere beheerskosten. Ook de grondprijs die gerealiseerd wordt is een belangrijk risico. Daarnaast zijn er risico’s in de ontwikkeling van de parameters binnen de projecten, zoals de kostenstijging, de opbrengstenstijging, de ontwikkeling van de rente en de inflatie. Uitgangspunt voor de risicoanalyse is dat de projecten uiteindelijk volledig gerealiseerd worden. Risicoreservering De kwantitatieve risicoanalyse is op twee manieren uitgevoerd, zoals ook is vastgelegd in de Nota Risicomanagement van de gemeente Meppel. Volgens de Monte Carlo methode moet een risicoreservering van € 0,62 miljoen worden aangehouden. Volgende de IFLO methode is een risicoreservering van € 1,0 miljoen vereist. Overeenkomstig de Nota Risicomanagement adviseert
Metrum om een risicoreservering van € 1,0 miljoen aan te houden. Deze risicoreservering is gering in relatie tot het aantal projecten en de omvang van die projecten. Dat wordt veroorzaakt doordat de meeste (grotere) projecten een positief grex-resultaat (grondexploitatie-resultaat / projectresultaat) hebben, en/of een post onvoorzien binnen de grex hebben. Bij de meeste projecten zijn het verwachte positieve grex-resultaat en de post onvoorzien volgens Metrum voldoende om de risico’s van dat project met 90% waarschijnlijkheid op te vangen. De risico’s zijn relatief weinig gewijzigd sinds de risicoanalyse uit 2014. Dat wordt veroorzaakt doordat de afzetprognoses en de ramingen binnen de grexen begin 2014 zijn aangepast aan de tegenvallende economische ontwikkelingen. Daardoor zijn er niet direct weer omvangrijke aanpassingen of grote risico’s binnen de projecten.
Het project Nieuwveense Landen (NVL) is met afstand het grootste project binnen de gemeente Meppel. Ook bij dit project geldt dat het verwachte positieve projectresultaat en de post onvoorzien voldoende zijn om de risico’s binnen het project met 90% waarschijnlijkheid te kunnen opvangen.
94 Jaarstukken 2014
Beheersmaatregelen
Het voorkomen en beperken van de risico’s is belangrijk in de onderzochte projecten, om te voorkomen dat de gevolgen van de risico’s onnodig groot worden. De risicoanalyse is gebaseerd op de aanname dat de gemeente aan de slag gaat met het treffen van de benodigde beheersmaatregelen voor de afzonderlijke projecten. De belangrijkste beheersmaatregel binnen de onderzochte projecten is om maximaal te werken aan het realiseren van de geprognosticeerde afzet van de huidige projecten. Dat is de belangrijkste beheersmaatregel, die goed te beïnvloeden is vanuit de gemeente. Metrum raadt aan om alle mogelijke inspanning te leveren die bijdraagt aan het realiseren van de grondverkopen van de afzonderlijke projecten, en het volgens planning afronden van de projecten. Waar mogelijk zou het streven moeten zijn om projecten sneller te realiseren dan gepland (dus proberen om een hoger afzettempo te realiseren dan opgenomen in de grex). Hiervoor is een goede marketing / promotie van projecten nodig, moeten er
goede contactpersonen beschikbaar zijn voor geïnteresseerde kopers en moeten de plannen zo flexibel mogelijk zijn en zo optimaal mogelijk kunnen aansluiten op de behoeftes in de markt. Onder andere voor de projecten NVL en Danninge Erve moet er in 2015 goede promotie komen van het aanbod aan duurdere kavels en kavels beschikbaar voor zelfrealisatie. Een goede kwaliteit van de openbare ruimte is daarbij al tijdens de verkoop van de kavels van groot belang. Het is belangrijk dat de aandacht gericht blijft op het afronden van de reeds lopende projecten. Belangrijk daarvoor is dat er zo min mogelijk (het liefst: geen) nieuwe concurrerende projecten worden opgestart. Bepaling risicobedrag volgens Monte Carlo analyse De onderstaande figuur geeft een overzicht van de uitkomsten van de Monte Carlo berekeningen voor elk van de onderzochte projecten.
De gesignaleerde risico’s (“Risico (90%) t.o.v. resultaat”) hebben een totale omvang van € 9,52 miljoen Om de gesignaleerde risico’s af te dekken is dus een risicobedrag nodig ter grootte van € 9,52 miljoen
Een aantal projecten heeft een verwacht positief grex-resultaat, zie “GREX resultaat” in onderstaande tabel. Dat kan worden ingezet ter dekking van het risicobedrag voor dat project. Na verrekening met deze positieve grex-resultaten is een risicobedrag nodig ter grootte van € 1,07 miljoen Dat is hieronder genoemd “Omvang 90% risicoafdekking (bruto)”.
Een aantal projecten heeft een post “Onvoorzien” binnen de grex. Deze kan ingezet worden ter dekking van het risicobedrag van dat project. Na verrekening van de posten onvoorzien is nog een risicobedrag van € 0,62 miljoen nodig. Dat is hieronder genoemd “Omvang 90% risicoafdekking (netto).
Risicowaardering o.b.v. Monte Carlo berekening (x1 mln.)
Gro
ndex
ploi
taties
2015
NVL
Dan
ning
e Er
ve
Bla
nke
nst
ein B
N
oord
II
Oev
ers
E K
inkh
orst
stra
at
Oev
ers
D
Vle
dder
MO-laa
n K
oebe
rg Z
uid
Win
kelc
entr
um O
oste
rboe
r
Tot
aal
Minimumresultaat risicoanalyse 9,85-€ 1,04-€ 2,34-€ 2,40€ 0,10€ 0,03-€ 2,54€ 5,82-€ 0,22€ 0,42-€ 0,07-€ 14,31-€
Maximumresultaat risicoanalyse 23,40€ 1,30€ 0,35-€ 4,26€ 1,13€ 0,05€ 3,07€ 5,54-€ 0,28€ 0,08-€ 0,02-€ 27,49€
GREX resultaat 6,85€ 0,19€ 1,70€ 3,26€ 0,65€ 0,01€ 2,71€ 5,57-€ 0,25€ 0,25-€ 0,04-€ 9,77€
Gemiddelde waarde risicoanalyse 7,84€ 0,03-€ 1,52-€ 3,32€ 0,60€ 0,01€ 2,77€ 5,57-€ 0,25€ 0,25-€ 0,05-€ 7,38€
Risico (90%) t.o.v. resultaat 4,26€ 0,66€ 3,68€ 0,28€ 0,25€ 0,02€ 0,03€ 0,24€ 0,02€ 0,08€ 0,01€ 9,52€
Omvang 90% risicoafdekking (bruto) -€ 0,46€ 0,27€ -€ -€ 0,00€ -€ 0,20€ -€ 0,08€ 0,06€ 1,07€
Omvang 90% risicoafdekking (netto) -€ 0,17€ 0,25€ -€ -€ -€ -€ 0,20€ -€ -€ 0,01€ 0,62€ Onderstaande figuur geeft de verschillen in 2015 ten opzichte van 2014. De conclusie daaruit is dat de uitkomst van de kwantitatieve Monte Carlo risicoanalyse in 2015 beperkt afwijkt van de analyse uit 2014. Het te reserveren risicobedrag is per saldo licht afgenomen.
Ontwikkeling resultaten kwantitatieve risicoanalyse (o.b.v. Monte Carlo) (x1 mln.)
Kolom1 Kolom2 2013 2014 2015
Minimumresultaat risicoanalyse 18,7-€ 17,7-€ 14,3-€
Maximumresultaat risicoanalyse 21,4€ 23,0€ 27,5€
GREX resultaat 5,6€ 6,5€ 9,8€
Gemiddelde waarde risicoanalyse 2,7€ 4,7€ 7,4€
Risico (90%) t.o.v. resultaat 11,0€ 10,0€ 9,5€
Omvang 90% risicoafdekking (bruto) 2,8€ 1,3€ 1,1€
Omvang 90% risicoafdekking (netto) 0,6€ 0,7€ 0,6€
Jaarstukken 2014 95
Bepaling risicobedrag volgens IFLO-norm
De IFLO norm is een totaal andere benadering dan de voorheen beschreven aanpak met risico-inventarisatie en Monte Carlo berekening. De IFLO norm wordt als volgt berekend: 10% van de boekwaarde, vermeerderd met 10% van nog te realiseren kosten, verminderd met de post onvoorzien. De boekwaarde wordt verminderd met eventuele reeds getroffen voorzieningen. Het verwachte positieve grex-resultaat kan ook ingezet worden ter afdekking van het risico. In onderstaande figuur is het resultaat van de berekening van de IFLO norm te zien. De totale uitkomst van de berekening van de IFLO norm voor alle projecten laat zien dat een risicobedrag ter grootte van € 5,76 miljoen nodig is, zie “Risico t.o.v. resultaat IFLO”. Tegenover dit bedrag kunnen de exploitatieresultaten worden gezet (ter dekking). Alleen als het resultaat onvoldoende is om het risico op te vangen resteert een ‘netto risico’. Dit netto risico is in totaal € 1,0 miljoen
Risicowaardering o.b.v. IFLO-norm (x1 mln.)
Gro
ndex
ploi
taties
2015
NVL
Dan
ning
e Er
ve
Bla
nke
nst
ein B
N
oord
II
Oev
ers
E K
inkh
orst
stra
at
Oev
ers
D
Vle
dder
MO-laa
n K
oebe
rg Z
uid
Win
kelc
entr
um O
oste
rboe
r
Tot
aal
10% van de boekwaarde buto 1,97€ 0,57€ 0,44€ 0,16€ 0,23€ 0,02€ 0,02-€ 1,10€ 0,01€ 0,05-€ 0,00€ 4,42€
10% van de boekwaarde netto 1,97€ 0,57€ 0,27€ 0,16€ 0,23€ 0,02€ 0,02-€ 0,10€ 0,01€ 0,08-€ 0,00-€ 3,22€
10% van de nog te maken kosten 7,00€ 0,41€ 0,04€ 0,31€ 0,13€ 0,04€ 0,11€ 0,00€ 0,01€ 0,16€ 0,02€ 8,22€
Onvoorzien 4,32€ 0,30€ 0,03€ 0,82€ 0,18€ 0,02€ 0,02€ -€ 0,01€ -€ -€ 5,69€
Risico t.o.v. resultaat IFLO 4,65€ 0,68€ 0,29€ 0,35-€ 0,18€ 0,03€ 0,07€ 0,10€ 0,01€ 0,08€ 0,02€ 5,76€
Positief resultaat grex 6,85€ 0,19€ -€ 3,26€ 0,65€ 0,01€ 2,71€ -€ 0,25€ -€ -€ 13,93€
Netto risico IFLO (indien > 0) -€ 0,48€ 0,29€ -€ -€ 0,02€ -€ 0,10€ -€ 0,08€ 0,02€ 1,00€ Uit het voorgaande blijkt dat het benodigde risicobedrag het grootst is op basis van de IFLO berekening. De uitkomst wijkt af van de Monte Carlo analyse omdat die analyse minder risico’s constateert in de projecten met relatieve hoge (toekomstige) boekwaarden en lagere interne dekking. Dit betekent dat een risicobedrag aangehouden moet worden ter grootte van € 1,0 miljoen Advies bufferreserve (x1 mln.)
Gro
ndex
ploi
taties
2015
NVL
Dan
ning
e Er
ve
Bla
nke
nst
ein B
N
oord
II
Oev
ers
E K
inkh
orst
stra
at
Oev
ers
D
Vle
dder
MO-laa
n K
oebe
rg Z
uid
Win
kelc
entr
um O
oste
rboe
r
Tot
aal
Netto risico IFLO (indien > 0) -€ 0,48€ 0,29€ -€ -€ 0,02€ -€ 0,10€ -€ 0,08€ 0,02€ 1,00€
Netto risico Monte Carlo simulatie -€ 0,17€ 0,25€ -€ -€ -€ 0,20€ -€ -€ 0,01€ 0,62€ Overzicht grondexploitaties (x1 mln.)
Risico’s Risicobedrag Risicoweging Positief scenario
Negatief scenario
8. Grondexploitaties 9,52 (Monte Carlo)
5,76 (IFLO) n.v.t. 1,0 1,0
Totaal
€ 1,0 € 1,0
Risicoprofiel projecten De projecten LDEB MeppelEnergie, onderwijspark Ezinge en de brede school KoeBerg zijn risicovolle projecten. Voor projecten die wij zelf uitvoeren houden we een marge van 20% (van de projectkosten) als risicobuffer voor projectmatige activiteiten. Het risicobedrag voor mislopen huurinkomsten is vastgesteld op maximaal 4 jaar. Sinds de vorige risicoanalyse zijn in deze projecten geen wijzigingen die invloed hebben op de uitkomsten van de analyse.
9. MeppelEnergie, Lokaal Duurzaam Energiebedrijf Meppel en Rendo zijn beide voor 50% aandeelhouder van het Lokaal Duurzaam Energiebedrijf MeppelEnergie. Het aandelenkapitaal en de achtergestelde lening van Meppel bedraagt € 725 duizend. Samen met Rendo en de provincie wordt € 2,6 miljoen aan vermogen verstrekt. Ook via het aandeelhouderschap van Rendo (12% van de aandelen) loopt Meppel een aanvullend risico. Risico’s zijn verbonden met Nieuwveense landen, zowel wat betreft het bouwtempo als het bouwprogramma. In 2014
96 Jaarstukken 2014
is gestart met de aanleg van de energie-infrastructuur en zijn de eerste 30 woningen voorzien van het
energiesysteem. Beheersmaatregelen: De investeringen zijn gespreid in de tijd, waardoor ingespeeld kan worden op de ontwikkelingen. 10. Project onderwijspark Ezinge Het onderwijspark Ezinge met de sportaccommodatie is gerealiseerd door Woonconcept Onroerend Goed BV (WOG). De gemeente is de belangrijkste huurder van het gebouw en staat borg voor de financiering (€ 50 miljoen , 40-jarige lening). Belangrijkste risico betreft een faillissement van de WOG (door lagere huurinkomsten van derden) waardoor de borgstelling wordt aangesproken. Beheersmaatregelen: Tegenover het risico van de borgstelling heeft de gemeente het eerste hypotheekrecht. De activiteit van WOG beperkt zich nu tot het beheren van het onderwijspark om te voorkomen dat andere risicovolle activiteiten worden uitgevoerd.
11. Huurinkomsten het Palet Icare, Allio en Prima Life Junior zijn huurders in het multifunctioneel kindcentrum Het Palet. De gemeente loopt een risico van gederfde huurinkomsten. De bufferreserve houdt rekening met 1 jaar huurachterstand (risicobedrag is gebaseerd op 4 jaar leegstand á € 0,7 miljoen, de weging is ongeveer 25%). 12. Overige investeringsprojecten Elk jaar investeert Meppel ongeveer € 10 miljoen in overige projecten, zoals riolering, wegen, onderwijshuisvesting, openbare ruimte, automatisering en voertuigen. De risico’s zijn bijvoorbeeld hogere kosten (archeologie, bodemverontreiniging, asbest, kabels en leidingen) en lagere inkomsten (bijdragen derden van bijv. projectontwikkelaars, subsidies). Een aantal specifieke actuele risico’s zijn: - Bijdrage projectontwikkelaar inzake voorbereidingskosten om te komen tot ontwikkeling Kromme
Elleboog (resterende bijdrage na verrekening bestemmingsreserve is ruim 4 ton, risico is hoog); - Subsidie BDU verkeer en vervoer en overige provinciale en Europese subsidies. Onderdeel daarvan is nog te ontvangen subsidies 2014 (€ 800.000, risico laag);
- Risico’s met betrekking tot riolering en afval worden gedekt door afzonderlijke voorzieningen. Na aftrek van deze investeringen resteert € 5 miljoen waarvoor wij als risicobedrag 20% van de investering aanhouden: € 1 miljoen en een gemiddelde weging van 30%. De weging is relatief laag omdat het veel verschillende projecten betreft waar voor- en nadelen elkaar uitmiddelen.
Overzicht overige projecten (x € 1 miljoen)
Risico’s Risico-bedrag
Risicoweging Positief scenario
Negatief scenario
9. MeppelEnergie 0,7 25% - 50% 0,20 0,35
10. Ezinge school & sportaccommodatie huurinkomsten
2,2 25% - 50% 0,55 1,10
11. Het Palet huurinkomsten 0,7 15% - 30% 0,10 0,20
12. Overige investeringsprojecten 1,0 15% - 45% 0,15 0,45
Totaal
€ 1,0 € 2,1
Totaaloverzicht Voor 3 risicogebieden is een schatting gemaakt van de impact van en de kans op de risico’s. De totale risico’s liggen in de range van de range van € 3,2 miljoen (positief scenario) en € 5,9 miljoen (negatief scenario). Het gewogen gemiddelde risicobedrag is € 4,6 miljoen. Dit is een stijging ten opzichte van de begroting 2015 met € 0,2 miljoen. Tabel: Totaaloverzicht (bedragen x € 1 miljoen)
Risicogebied Positief scenario Negatief scenario
Going concern taken € 0,1 € 0,5
Sociaal domein € 1,1 € 2,3
Grondexploitaties € 1,0 € 1,0
Projecten € 1,0 € 2,1
Totaal € 3,2 € 5,9
Gewogen gemiddelde risico € 4,55
Jaarstukken 2014 97
6.2.2 Gewenst weerstandsvermogen
Nu het risicoprofiel is beschreven en het risico is gekwantificeerd kan dit worden afgezet tegen het vermogen van de gemeente om deze potentiële tegenvallers op te vangen zonder dat de continuïteit van de bedrijfsvoering in gevaar komt. Dit weerstandsvermogen kan worden uitgedrukt als de verhouding tussen de risico’s en de weerstandscapaciteit. De weerstandscapaciteit bestaat uit de potentieel in te zetten middelen om de tegenvallers op te vangen. Naast de bufferreserve zijn dit ook overige reserves (a) en onbenutte inkomstenbronnen (b). Stille reserves (c) zijn niet geïnventariseerd. a) Reserves en post onvoorzien De bufferreserve heeft eind 2014 een niveau van € 2,0 miljoen, dit is gelijk aan de totale algemene reserve aangezien de vrij besteedbare reserve is uitgeput. De post onvoorzien is 0,05 miljoen. Begin 2015 is besloten een deel van reserve achterstallig onderhoud wegen toe te voegen aan de
bufferreserve. Hierdoor stijgt het niveau met € 1,5 miljoen tot € 3,5 miljoen. Tot slot wordt bij het vaststellen van de jaarrekening ook besloten over de bestemming van een eventueel positief saldo, waardoor de bufferreserve verder kan stijgen. b) Onbenutte belastingcapaciteit Door verhoging van precariobelasting, parkeergelden en OZB kan structurele dekkingsmiddelen aangewend worden – hier een stelpost van € 0,4 miljoen. c) Stille reserves Stille reserves zijn aandelen, gronden en gebouwen die bij verkoop meer kunnen opleveren dan de boekwaarde. Er is geen onderzoek verricht naar de hoogte van deze stille reserves, die normaliter pas aangesproken worden na uitputting van de overige reserves. Bovendien is het onzeker of stille reserves
daadwerkelijk gekapitaliseerd kunnen worden, aangezien daar ook een koper voor gevonden moeten worden.
6.2.3 Conclusie
Het huidige niveau van de bufferreserve is € 2,0 miljoen, uitgedrukt in het kengetal is dit 0,49. Na verhoging met een deel van de reserve achterstallig onderhoud wegen stijgt de bufferreserve naar € 3,5 miljoen, het kengetal naar 0,85. Dit wil zeggen dat van de berekende risico’s 85% opgevangen kan worden met de bufferreserve. Op grond van de nota risicomanagement is dit nog ‘onvoldoende’. Het gewogen gemiddelde risico bedraagt € 4,55 miljoen. Daarvan kan € 0,45 miljoen worden opgevangen door de onbenutte belastingcapaciteit en de post onvoorzien. Het adviesniveau voor de
bufferreserve komt daarmee op € 4,1 miljoen.
Kengetal Betekenis Oordeel
> 2,0 Weerstandcapaciteit is voldoende om 2 keer de berekende risico’s op te vangen.
Uitstekend
1,5 – 2,0 Goed
1,1 – 1,5 Ruim voldoende
0,9 – 1,1 Met de aanwezige weerstandscapaciteit kunnen de berekende risico’s worden opvangen.
Voldoende
0,6 – 0,9 Onvoldoende
< 0,6 Weerstandscapaciteit kan minder dan 60% van de berekende risico’s opvangen.
Slecht
* het kengetal is de verhouding tussen de bufferreserve en het gewenste niveau. Onder de 1 worden niet alle risico’s gedekt door de bufferreserve
98 Jaarstukken 2014
6.3 Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen
Deze paragraaf behandelt onze zogenaamde kapitaalgoederen zoals wegen, bruggen, riolering, plantsoenen, gebouwen etc. Van al deze segmenten wordt aangegeven om hoeveel het gaat, hoe we met het onderhoud omgaan, of de uitvoering volgens schema verloopt en hoe de dekking is geregeld. Deze gegevens dienen vervolgens als grondslag voor de door de raad te formuleren beleidskaders.
6.3.1 Openbare ruimte Voor het onderhoud van de openbare ruimte is een instrument ontwikkeld waarbij gewenste onderhoudskwaliteit kan worden afgewogen tegen bijbehorende kosten. Dit kennen wij onder de naam KOM. Dit staat voor kwaliteit op maat. In een integraal beheersysteem worden arealen van de openbare ruimte geregistreerd en kan aan de hand van kwaliteitsniveaus met bijbehorende kosten een
prijskwaliteitskeuze worden gemaakt. Beleidskader: - Prijskwaliteitskeuze Kwaliteit op Maat 2013 Voor bijna alle bovengrondse delen van de openbare ruimte is een kwaliteitsnorm ontwikkeld, vertaald naar categorieën voor Hoge (A), Basis (B) en Lage (C) kwaliteiten. In de raadsvergadering van 23 januari 2014 zijn nieuwe prijskwaliteitsafspraak voor KOM vastgesteld conform het inwonergerichte scenario. Dit is vergelijkbaar met de CROW normering.
Afspraak prijs/kwaliteit Centr
um
Woongebie
d
Buitengebie
d
Begra
afp
laats
Hoofd
wegen
Industr
ie
Kanto
ren
Natu
urp
ark
Sport
Sta
dspark
Wijkpark
Verharding (technisch)
Rijbaan B B C B B C C B C B B
Fietspaden B B B B B B B B B B B
Voetpaden B B B B B C C B B B B
Parkeren en overig C C C C C C C C C C C A = hoog
Groen (technisch) B B C B C C C B C B B B = basis
Meubilair (technisch) B B C B C C C B C B B C = laag
Verzorging B B C B C C C B C B B
6.3.2 Wegen
Onderhoud wegen is een wettelijke taak van de gemeente. De gemeente is op grond van de Wegenwet
verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van openbare wegen. Het wegenareaal van Meppel bestaat uit:
- Oppervlakte wegen 2.120.877 m², waarvan:
- 1.365.683 m² elementenverharding
- 711.916 m² asfaltverharding
- 23.925 m² betonverharding
- 19.353 m² overige verhardingsoorten
Bron: GBI d.d. 30 juni 2014 Beleidskader: - Wegenbeheerplan 2014-2018 De raad heeft in haar vergadering van 23 januari 2014 het wegenbeheerplan 2014-2018 vastgesteld en besloten de kwaliteit van de wegen vast te stellen conform het inwonergericht model op basis van de KOM systematiek en in een later stadium een integrale afweging te maken over de toe te kennen middelen om het technisch onontkoombaar en onvermijdelijk wegonderhoud uit te voeren. Alle wegen in Meppel zijn opgenomen in een wegenbeheersysteem. Naast een beschrijving van de
grootte en het type van de wegen is per weg ook de onderhoudskwaliteit in het systeem opgenomen.
Jaarstukken 2014 99
Jaarlijks worden alle wegen door een gespecialiseerd bureau geïnspecteerd op basis van de landelijke
erkende CROW-systematiek. De resultaten van de inspecties worden in het wegenbeheersysteem verwerkt. Met het wegenbeheersysteem kan de kwaliteit van de wegen worden weergegeven en kunnen de kosten voor het onderhoud worden berekend. De onderhoudswerkzaamheden kunnen in drie categorieën worden ingedeeld: - Klein onderhoud: dagelijks routinematig onderhoud. Hieronder valt het klussenwerk en het klein leed als verzakte stoeptegels; (“het in goede staat houden”)
- Groot onderhoud op basis van de weginspecties; (“het in goede staat terugbrengen”) - Rehabilitatie: vervanging na einde levensduur en reconstructies.
Het reguliere onderhoud van de wegen voorziet in het oplossen van calamiteiten en meldingen over de staat van de verharding in Meppel. Daarnaast wordt er, wanneer het budget het toelaat, achterstallig onderhoud weggewerkt. Het niet tijdig uitvoeren van onderhoud kan leiden tot een versnelde afname van
de kwaliteit van de wegen. Jaarlijks wordt een weginspectie uitgevoerd.
onderhoudskwaliteit% van de wegen
goed matig slechtinspectie 2013 54 32 14 volgens CROW+inspectie 2013 86 14 volgens KOMinspectie 2014 87 13 volgens KOM Het verschil tussen normering CROW+ en KOM is dat volgens de KOM systematiek basiskwaliteit aan te merken valt als zijnde goed. Het percentage slechte wegen is 13% van het totale areaal, circa 275.000 m² verharding waarbij sprake is van achterstallig onderhoud.
De combinatie van de projecten en regulier onderhoud heeft ervoor gezorgd dat de kwaliteit van de wegen vanaf 2007 is toegenomen. Om de inhaalslag in de kwaliteit van het areaal te bewerkstelligen is het budget voor het reguliere onderhoud vanaf 2007 aangevuld met een dotatie uit de reserve achterstallig onderhoud. Door deze dotaties was het jaarlijks budget voor regulier wegonderhoud gemiddeld € 1.427.921. De relatie tussen het uitgegeven bedrag aan wegonderhoud en de kwaliteit van het areaal is weergegeven in onderstaande grafiek. Na een initiële stijging van de kwaliteit van het areaal lijkt er nu een evenwicht te komen tussen het beschikbaar budget (regulier onderhoudsbudget plus jaarlijkse toevoeging reserve achterstallig onderhoud wegen) en de wegkwaliteit.
100 Jaarstukken 2014
Per 31 december 2014 bedraagt de reserve achterstallig onderhoud wegen € 4.089.312.
Resterende claims per 31-12-2014 ten laste van de reserve achterstallig onderhoud wegen conform begroting 2015, restantkredieten 2014: Koedijkslanden fase 2 € 226.532 Slingenberg € 893.231 Totaal claims € 1.119.763 Het niet bestemde deel van de reserve achterstallig onderhoud wegen bedraagt op dit moment € 2.969.548. Conform het uitvoeringsprogramma wordt hiervan in de jaren 2015 tot en met 2017, jaarlijks € 400.000 ingezet voor regulier wegenonderhoud, totaal € 1.200.000. Het dan nog resterende bedrag ad € 1.769.548 wordt in 2015 toegevoegd aan de algemene reserve om
de reserve positie van de gemeente Meppel op peil te brengen. Ten laste van de reserve achterstallig onderhoud wegen zijn in 2014 de volgende werkzaamheden conform planning gerealiseerd: - Zeeheldenbuurt, - Koedijkslanden fase 1, Klaas Sminklaan, André Idserdalaan, Piet Zwierslaan, Stien Eelsinghlaan, Albert Toriedreef en Hugo van Schaiklaan,
- Werkhorst. Koedijkslanden fase 2, Jan Mankeshof is voorbereid en aanbesteed; Slingenberg wordt in 2015 verder voorbereid. Grootschalige herinrichtingen en vervanging van de riolering zijn opgenomen in de investeringsplanning.
Achterstallig onderhoud van de wegen wordt in deze gevallen integraal meegenomen. In 2014 zijn de volgende herinrichtingen/ontwikkelingen gerealiseerd: - Herinrichting Zuiderlaan - Afronding omgeving onderwijspark Ezinge - Herinrichting Werkhorst - Herinrichting Zuideinde - Doorstroming buitenring (kruising Marktstraat). In 2014 zijn in voorbereiding / uitvoering genomen: - Voorbereiding en aanbesteding herinrichting G.Flinckstraat en G. ter Borghstraat - Voorbereiding Oevers C
6.3.3 Openbare verlichting
Strikt genomen is de gemeente Meppel niet wettelijk verplicht de openbare ruimte binnen haar beheersgebied te verlichten. Wel is zij verplicht de veiligheid van haar inwoners te bevorderen. Een manier om hier invulling aan te geven is het plaatsen van verlichting. Beleidskader: - Het beheerplan openbare verlichting 2007. In dit beheerplan zijn de technische kaders aangegeven waarbinnen de werkzaamheden op het gebied van openbare verlichting wordt uitgevoerd.
Een nieuw beleidsplan Openbare verlichting “alLEs Duurzaam” is opgesteld en wordt in 2015 aan de raad aangeboden. Hierin is het verlichtingsbeleid 2015-2019 opgenomen, inclusief de mogelijkheden voor verduurzaming van het areaal. In 2014 heeft via een aantal herinrichtingsprojecten vervanging van het areaal plaatsgevonden, zoals Zuideinde en Zuiderlaan. In samenwerking met de gemeente Steenwijkerland wordt het onderhoudsbestek uitgevoerd.
6.3.4 Civieltechnische kunstwerken
Onder civieltechnische kunstwerken wordt verstaan: bruggen, beschoeiingen, kademuren, duikers, steigers en tunnels. Vanwege de waterrijke omgeving heeft Meppel veel civieltechnische kunstwerken.
Beleidskader: - Beheerplan civiele kunstwerken (2008) In 2014 is gestart met de voorbereiding, in de vorm van inspectie, van een beheerplan civiele kunstwerken 2015-2020 welke in 2015 wordt opgesteld.
Jaarstukken 2014 101
Binnen het bestaande onderhoudsbudget wordt regulier onderhoud uitgevoerd. Periodiek vindt inspectie
plaats van de houten bruggen en vissteigers, worden beweegbare bruggen gesmeerd en mechanisch/elektrisch gecontroleerd. Voor vervanging / groot onderhoud van civiele kunstwerken worden kredieten in het meerjarenperspectief opgenomen. In 2014 zijn de volgende investeringen gerealiseerd: - vervanging van de brug Prins Hendrikkade - vervanging leuningen Bekinkbaan - duurzame aanpassing fietstunnel Westerstouwe.
6.3.5 Openbaar groen
Het groenareaal van Meppel bestaat uit: - 317 ha te onderhouden openbaar groen
- Bijna 28.000 te onderhouden bomen - 3 te onderhouden sportparken (sportpark Ezinge, sportpark Koedijkslanden; sportpark Tussenboerslanden)
- 2 te onderhouden begraafplaatsen (Meppel en Nijeveen) bron: GBI 30-06-2014. Beleidskader: - Beleidsvisie op uitgeefbaar groen 2012 - Groene kaart en lijst monumentale bomen 2012 - Raadsmotie Meer bomen Er is geactualiseerde groenbeleid in voorbereiding, waarin diverse beleidsplannen op het gebied van
groen, landschap, bomen en water worden geïntegreerd tot 1 beleidsplan “Zo doen we groen”. De kadernotitie wordt in 2015 aan de raad aangeboden en verder uitgewerkt in tactisch en operationeel beleid en geïmplementeerd in uitvoering. Op groenonderhoud wordt regie uitgevoerd (eigen dienst/Reestmond en aannemers). Dit gebeurt op basis van ervaring en vakmanschap, rekening houdend met de strategische kaders. Een planmatige aanpak van het bomenbeheer is uitgewerkt in 2014 en wordt met ingang van 2015 uitgevoerd. In 2014 is gestart met vervanging groen in de wijk Koedijkslanden. Dit wordt samen met riolerings- en wegwerkzaamheden fase gewijs opgepakt. In 2014 is Koedijkslanden fase 1, Klaas Sminklaan, André Idserdalaan, Piet Zwierslaan, Stien Eelsinghlaan, Albert Toriedreef en Hugo van Schaiklaan gerealiseerd.
6.3.6 Speelvoorzieningen
In Meppel staan circa 507 speeltoestellen in het openbaar gebied en in speeltuinen. Beleidskader: - Speelruimteplan 2013 Speeltoestellen moeten voldoen aan het Besluit Veiligheid en Attractie- en Speeltoestellen. Om dit te controleren worden inspecties uitgevoerd en worden de resultaten hiervan in een elektronisch logboek bijgehouden. Bij constatering of melding van een gebrek aan de speeltoestellen worden deze gerepareerd. De uitwerking van het Speelruimteplan 2013 wordt via een wijkgerichte werkwijze en met inzet van
personeel en het Leerwerkcentrum in circa 5 jaar gerealiseerd (2013 -2018). Evenals in de jaarrekening 2013 was het regulier onderhoudsbudget voor 2014 ontoereikend als gevolg van uitbreiding speellocaties (Het Palet, De Baander en Nijeveensewegbuurt) ten opzichte van het speelruimteplan. Dit structurele tekort ad € 26.000 is meegenomen in de financiële paragraaf van het uitvoeringsprogramma en wordt met ingang van 2015 opgelost.
6.3.7 Water en waterbodem
Beleidskader: - Stedelijke Wateropgave Meppel (2009) - Het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2011-2015 (2011) - Het Baggerplan / Prioritering baggerwerken Meppel.
De raad heeft, evenals het Algemeen Bestuur van het Waterschap, in november 2009 de Stedelijke Wateropgave vastgesteld. Alle projecten uit de Stedelijke Wateropgave zijn inmiddels opgepakt. In 2014 zijn de eerste voorbereidingen getroffen om te komen tot optimalisering van de waterhuishouding Slingenberg, dit zal in 2015 leiden tot een definitief ontwerp.
102 Jaarstukken 2014
Voor het op diepte houden van de watergangen en het verwijderen van vervuild slib moet baggerwerk
respectievelijk saneringswerk worden gedaan. Hier zijn hoge kosten mee gemoeid. Periodiek vindt in overleg met het Waterschap monitoring plaats om de waterdieptes in de gaten te houden. Voor de komende jaren worden vooralsnog geen grote baggerwerkzaamheden voorzien. Zodra dit weer het geval is, zal dit worden opgenomen in de meerjareninvesteringen van de begroting. Een regulier onderhoudsbudget is niet van toepassing.
6.3.8 Riolering
Vanuit de Wet milieubeheer heeft de gemeente een zorgplicht voor inzameling en transport van stedelijk afvalwater dat vrijkomt bij de binnen het grondgebied van de gemeente gelegen percelen. Vanuit de Waterwet heeft de gemeente een zorgplicht voor doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater, dat perceelseigenaren redelijkerwijs niet zelf kunnen verwerken. Tevens heeft de gemeente vanuit de
Waterwet een zorgplicht voor het in het openbaar gemeentelijke gebied treffen van maatregelen om structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. De volgende arealen zijn in beheer bij de gemeente Meppel:
- 185,8 km vrijverval riolering
- 17,5 km persleiding
- 31,2 drukriolering
- 130,3 km drainageleidingen
- 161 pompunits
- 61 gemalen
- 5 IBA’s (Individuele Behandeling van Afvalwater)
- 9 BBB’s (BergBezinkBasin)
Beleidskader: - Het basisrioleringsplan (2006) - Het afkoppelplan Kern-Meppel (2006)
- Het verbreed gemeentelijk rioleringsplan (GRP) 2011-2015 (2011); update 2014 - Stelselherziening per 1-1-2012, kosten 1e aanleg van riolering activeren en daarmee deze kosten te dekken uit de rioolheffing (2013).
De vervangingsinvesteringen zoals gepland in het GRP 2011-2015 zijn opgenomen in de meerjarenbegroting 2015-2018 als onontkoombare investeringen. In 2014 zijn de volgende werkzaamheden gerealiseerd: - Rioolvervanging Werkhorst - Rioolvervanging Zuideinde - Rioolvervanging Oranjebuurt (Catharinastraat e.o.) - Afkoppelen Koedijklanden fase 1: Klaas Sminklaan, André Idserdalaan, Piet Zwierslaan, Stien
Eelsinghlaan, Albert Toriedreef en Hugo van Schaiklaan - Rioolvervanging Zuiderlaan en Jacob Marisstraat - Riolering scholencampus Ezinge - Uitvoering aanleg riolering Nieuwveense Landen Centrum Wonen 1, bouwrijpmaken deelpercelen A en B.
In 2014 zijn in voorbereiding / uitvoering genomen: - Voorbereiding afkoppelen Koedijkslanden fase 2 Jan Mankeshof; G. ter Borghstraat en G. Flinckstraat - Voorbereiding Oranjebuurt: Oude Boazstraat en Barend Schuurmanstraat - Voorbereiden rioolvervanging en afkoppelen Oevers C - Voorbereiden rioolvervanging en afkoppelen Slingenberg
- Voorbereiding aanleg riolering Nieuwveense Landen Centrum Wonen 1, bouwrijpmaken deelperceel C - In uitvoering genomen aanleg riolering Danninge Erve, bouwrijpmaken.
6.3.9 Onderwijsgebouwen
Per 1 januari 2015 worden de schoolbesturen in het basisonderwijs verantwoordelijk voor het totale onderhoud van en aanpassingen aan hun gebouwen. Er kan voor deze voorzieningen geen beroep meer gedaan worden op de gemeente. Voor het voortgezet onderwijs was dit al langer het geval. Vanuit de zorgplicht blijft de gemeente verantwoordelijk voor capaciteitsvraagstukken, nieuwbouw, uitbreiding en eerste inrichting voor scholen in het basis-, (voortgezet) speciaal en voortgezet onderwijs.
Jaarstukken 2014 103
Integraal huisvestingsplan Primair Onderwijs (IHP PO).
Het IHP PO uit 2012 is gebaseerd op de toen geldende verantwoordelijkheidsverdeling. Door de decentralisatie van het buitenonderhoud voor deze scholen per 1 januari 2015 is het van belang om met de schoolbesturen uit het primair onderwijs te komen tot een nieuwe huisvestingsvisie. Integraal huisvestingsplan Voortgezet (Speciaal) Onderwijs Op 28 februari 2013 is het IHP V(S)O vastgesteld. De huisvestingsproblematiek van CSG Dingstede en Greijdanus is in het IHP V(S)O onderkend. Er is bij beide scholen sprake van een aanzienlijke leerlingengroei. Deze leerlingengroei heeft geleid tot een capaciteitstekort. Om inhoud te geven aan dit capaciteitstekort is voor beide scholen gekozen voor ingebruikgeving van vrijvallende locaties. Voor CSG Dingstede is de locatie “het Kompas” beschikbaar gesteld. Bij ingebruikgeving van deze locatie dienen er noodzakelijke aanpassingen plaats te vinden. Hiervoor is voor CSG Dingstede in 2014 een krediet van € 300.000 beschikbaar gesteld.
Voor Greijdanus is de vrijvallende locatie “Rechterenschool” beschikbaar gesteld. Ook deze locatie dient te worden aangepast. Hiervoor is een krediet beschikbaar van € 681.078. De oplossingen zoals vastgesteld in het IHP V(S)O worden niet “volledig” gedragen door de schoolbesturen. Beide scholen hebben in 2014 bezwaar aangetekend betreffende de goedgekeurde voorziening 2014. Deze zijn door de bezwarencommissie ongegrond verklaard, doch het schoolbestuur heeft de mogelijkheid in beroep te gaan. Greijdanus is tegen deze beslissing in beroep gegaan. In 2015 zal deze zaak worden behandeld. Dingstede zal in het voorjaar 2015 met nieuwe plannen komen. School (voorzieningen) Nieuwveense Landen. Een nieuwbouwwijk trekt veel jonge gezinnen aan. Deze hebben belang bij goede maatschappelijke voorzieningen in hun wijk. De verwachte groei van de wijk is niet zodanig dat er op korte termijn zelfstandige scholen gesticht kunnen worden. Naast de formele procedure van het stichten van een
school, is het nu ook mogelijk om voor de eerste opvang van de leerlingen te starten met een dislocatie van een bestaande school. Indien deze dislocatie later voldoet aan de in de wet opgenomen normen kan de dislocatie worden omgezet naar een zelfstandige school. In het meerjarenperspectief is de investering voor onderwijsvoorzieningen, in de vorm van een Kindcentrum, in de Nieuwveense Landen opgenomen in 2021.
kosten onderhoud onderwijshuisvesting begroting rekening bedragen x € 1.000 2014 2014budget groot onderhoud / huurvergoeding tijdelijke huisvesting 369 345
6.3.10 Overige gebouwen
Alle gemeentelijke gebouwen zijn in een gebouwenbeheerssysteem (Planon) ingebracht. Jaarlijks worden de gebouwen geïnspecteerd en op basis van de onderhoudstoestand wordt het benodigde budget voor
groot onderhoud berekend. Het kan per jaar verschillen hoeveel geld voor groot onderhoud nodig is. In de begroting zijn deze onderhoudsbudgetten opgenomen. Zie hiervoor de volgende tabel.
kosten onderhoud gebouwen (excl. onderwijs) begroting rekening bedragen x € 1.000 2014 2014budget groot onderhoud (Planon) 613 600 Accommodatiebeleid De gemeenteraad heeft op 17 februari 2011 de beleidskaders voor accommodatiebeleid vastgesteld. Uitgangspunten voor accommodatiebeleid zijn efficiëntie en samenhang. De beleidskaders zijn gericht op multifunctionaliteit, betere bezetting, al dan niet afstoten van accommodaties op grond van efficiëntie, en een uniform tarieven- en subsidiebeleid op basis van de kostprijs. In de raadsvergadering van 22 november 2012 heeft de raad ingestemd met het boekwerk af te stoten en te behouden accommodaties
–“Overzicht gemeentelijk vastgoed” en het college opdracht gegeven voor het resterende vastgoed accommodatiebeleid verder uit te werken. Ten aanzien van de dierenweide Nijeveen is een aanvulling opgenomen, deze wordt niet afgestoten. Met het afstoten is een start gemaakt door een deel van het door de gemeente af te stoten vastgoed te koop te zetten en voor het resterende deel voorbereidingen te treffen voor verkoop. Dit laatste onder andere door gesprekken aan te gaan met gebruikers en huurders. Hierbij worden knelpunten besproken. Voor het vastgoed dat in eigendom van de gemeente blijft, geldt dat de bezettingsgraad geoptimaliseerd moet worden, multifunctioneel gebruik meer vorm gaat worden gegeven en dat de exploitatie op afstand van de gemeente wordt gezet. Gebouwen voor gemeentelijke dienst De gemeente heeft een aantal gebouwen in onderhoud die nodig zijn voor de gemeentelijke dienst. De
belangrijkste daarvan zijn het stadhuis, de gemeentewerf en de brandweerkazerne. Het stadhuis en de brandweerkazerne zijn nieuw en daarmee in goede staat van onderhoud. De onderhoudssituatie van de
104 Jaarstukken 2014
gemeentewerf is ook in prima staat. Daarnaast is er sprake van allerlei kleine gebouwen op de
begraafplaatsen, bij de haven, de brugwachtershuisjes en de gebouwen voor rioolgemalen. Voor alle gemeentelijke gebouwen is er een actueel meerjaren onderhouds- en investeringsplan. De bijbehorende budgetten zijn meerjarig in de begroting opgenomen. Sportaccommodaties De gemeente heeft één sportaccommodatie: Ezinge en vier sporthallen: sporthal Koedijkslanden, sporthal Het Erf en sprthal De Aanloop in Meppel en sporthal De Eendracht in Nijeveen. Er zijn ook twee gymnastieklokalen, Oosterboer en G. Doustraat. Voor de sporthallen en de gymnastieklokalen zijn actuele meerjarige onderhouds- en investeringsplannen aanwezig. Daarnaast doet de gemeente nog het beheer en onderhoud van de kleedaccommodaties op de sportparken. Op sportpark Koedijkslanden is het beheer en onderhoud overgedragen aan de sportverenigingen (privatisering). Ter compensatie ontvangen de verenigingen een subsidiebijdrage voor het beheer en onderhoud.
Sporthal Ezinge is medio 2014 in gebruik genomen. Na het vertrek van Stad&Esch Zuideinde naar de scholencampus Ezinge is de gymzaal aan de Marijkelaan opgeknapt en geschikt gemaakt voor het basisonderwijs en de gymnastiekvereniging FC Meppel. Eind 2014 is gestart met de sloop van het gymnastieklokaal aan de G.Doustraat. In 2014 is de renovatie van sporthal De Eendracht afgerond. Cultuur en welzijnsaccommodaties De belangrijkste culturele gebouwen die de gemeente in beheer heeft, zijn: schouwburg Ogterop, de Secretarie, de Schalle, de Meppeler toren, de toren in Kolderveen en molen De Sterrenberg in Nijeveen. Daarnaast zijn enkele buurt- en wijkcentra en de jeugdherberg in eigendom van de gemeente. De gemeente verhuurt deze gebouwen aan de gebruikers.
Multifunctionele accommodaties Het Palet betreft een multifunctionele accommodatie waarin zowel openbaar als bijzonder basisonderwijs zijn gehuisvest. Tevens maken gesubsidieerde partners zoals Stichting WelzijnMensenWerk en het Centrum Jeugd en Gezin gebruik van deze locatie, evenals private instanties Prima Life Junior, Allio Kinderopvang en Icare. Medio 2014 is De Plataan als multifunctionele accommodatie in gebruik genomen. In deze accommodatie zijn culturele activiteiten, (Scala, speel-o-theek, bibliotheek, Bazuin), welzijnsactiviteiten (Stichting WelzijnMensenWerk), onderwijs (K.B.S. De Plataan en Drenthe College, volwasseneneducatie) en kinderopvang gehuisvest. Met betrekking tot de verbouw van deze accommodatie zal de nazorg en financiële afwikkeling plaatsvinden in 2015.
Vrijkomende schoolgebouwen Per 1 juli 2014 zijn volgens economisch claimrecht de vrijkomende schoolgebouwen Stad&Esch Zuideinde, Stad&Esch Randweg, de Ambelt Randweg en de Rechterenschool Witte de Withstraat aan de gemeente vervallen, waardoor de beheerskosten voor rekening van de gemeente komen. Strategisch gebouwenbezit De gemeente is in het bezit van een aantal panden, welke vanuit strategische overwegingen zijn aangeschaft. Het gaat daarbij onder andere ook om enkele objecten die zijn gelegen in ontwikkelingsgebieden, zoals Nieuwveense Landen en het Transformatiegebied. Een aantal van die zogenaamde strategische panden zijn verhuurd dan wel in beheer uitgegeven om zodoende leegstand te voorkomen. Te denken valt hierbij aan het voormalige HIAB terrein wat tijdelijk is verhuurd aan SCANIA en aan de voormalige zorgboerderij aan de Gedeputeerde Dekkerweg 9, welke tijdelijk in beheer is
gegeven. De Gemeente Meppel ontwikkelt aan de noordkant van de bestaande stad de nieuwe woonwijk Nieuwveense Landen. Tussen de bestaande stad en de nieuw te realiseren woonwijk liggen (verouderde) bedrijventerreinen. Deze bedrijventerreinen vormen een barrière tussen de bestaande stad en de nieuwe woonwijk. Er is een goede aansluiting nodig tussen de nieuwe wijk en de bestaande stad. Deze aansluiting moet op meerdere terreinen tot stand komen: - stedenbouwkundig (aantrekkelijk) - sociaal (veiligheid en voorzieningen) - ontsluiting (verkeerskundig) Dit betekent dat er veranderingen in dit tussengebied nodig zijn. Daarnaast vraagt de economische dynamiek in dit gebied om een aanpak die creatieve en alternatieve oplossingen mogelijk maakt. Deze ontwikkelingen zijn opgenomen in de Structuurvisie onder de noemer Transformatiegebied.
Gebouwen van derden Onze gemeente heeft verder specifieke verantwoordelijkheid in het kader van de instandhouding van gebouwen van stichting De Poele en stichting WelzijnMensenWerk.
Jaarstukken 2014 105
6.4 Paragraaf financiering
6.4.1 Algemeen
In deze paragraaf leggen wij verantwoording af over de uitvoering van het financieringsbeleid aan de hand van de gestelde kaders in de begroting en de beleidsnota Financiering. In deze paragraaf worden achtereenvolgens behandeld: - beleid en regelgeving - interne en externe ontwikkelingen - verantwoording van de uitvoering in 2014 - overzicht leningenportefeuille, verstrekte leningen en afgegeven garanties - rentetoerekening en renteresultaat
6.4.2 Beleid en regelgeving
De treasuryfunctie dient uitsluitend de publieke taak en is ingericht om binnen de afgesproken kaders de doelstellingen te behalen. Het gaat om het verzekeren van toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities, het beschermen van resultaten tegen ongewenste financiële risico’s, het minimaliseren van kosten en het optimaliseren van renteresultaten. Beleid is vastgelegd in zowel landelijke wet- en regelgeving als eigen beleid. De belangrijkste zijn de Wet Financiering decentrale overheden (Fido), de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo) en het eigen beleid zoals dit vast ligt in de nota “Financiering, Financieringsbeleid en –statuut gemeente Meppel”, een nadere uitwerking van de door de raad gestelde kaders in de Financiële beheersverordening van de gemeente Meppel.
De uitvoering van het treasurybeleid is gericht op het zo laag mogelijk houden van kosten en het minimaliseren van risico’s. Onderdeel daarvan is ook om financiële middelen tijdig aan te trekken om de bedrijfsvoering ongestoord te kunnen voortzetten. De liquiditeitspositie en rentestanden worden dagelijks beheerd en gevolgd. De kredietbehoefte voor de lange termijn wordt periodiek bezien vanuit het principe van totaalfinanciering en het liquiditeitenbeheer wordt gemeente breed bekeken. Daarbij wordt ook bezien of de voorgeschreven limieten en normen niet worden overschreden.
6.4.3 Interne en externe ontwikkelingen
Terugblik 2014 en verwachting 2015 In 2014 is evenals in voorgaande jaren de rente gestaag gedaald.
Renteontwikkeling
0,00%
1,00%
2,00%
3,00%
4,00%
Gemiddeld 2012 Gemiddeld 2013 Gemiddeld 2014
Renteontwikkeling
3-maandsgeldmarktrente
25-jaarskapitaalmarktrente
Uit de grafiek blijkt dat de rente een dalende lijn vertoont, zowel de korte geldmarktrente als de lange kapitaalmarktrente is ten opzichte van 2013 gedaald. De ontwikkeling van de rente is een externe factor
die zich moeilijk laat voorspellen, maar wij verwachten voor de komende jaren een soortgelijke rente. Met de BNG hebben we een nieuwe financieringsovereenkomst afgesloten waardoor het eenvoudiger wordt ook van andere financiers te lenen. In 2015 gaan we die mogelijkheid onderzoeken waarmee we trachten de rentekosten verder te verlagen. Regelgeving Schatkistbankieren Decentrale overheden zijn sinds eind 2013 gaan schatkistbankieren zonder leenfaciliteit. Dit houdt in dat tegoeden (positieve banksaldi) moeten worden aangehouden in de Nederlandse schatkist. Dit heeft zich in Meppel een keer voorgedaan. Decentrale overheden mogen ook onderling lenen en gemeenten hoeven niet te schatkistbankieren als zij maximaal 0,75% van hun begrotingstotaal aan overtollige financiën
hebben.
106 Jaarstukken 2014
Wet Hof
In de wet Hof worden normen verankerd voor de hoogte van de overheidsschuld en de jaarlijkse groei van de overheidsschuld. Alle gemeenten krijgen samen een plafond voor het totale EMU-tekort voor gemeenten in een jaar. Het EMU tekort voor Meppel ligt onder de norm. Waarborgfonds sociale woningbouw Het waarborgfonds (WSW) staat borg voor leningen die de woningbouwcorporaties hebben afgesloten. Deze maakt het mogelijk dat corporaties met voordelige financiering sociale volkshuisvesting kunnen realiseren. Het Rijk en de gemeenten zijn achtervang voor het waarborgfonds. Alléén als WSW deze betaalverplichting niet uit de overige buffers in de zekerheidsstructuur kan voldoen, moeten Rijk en gemeenten bijspringen. Zij moeten in dat geval renteloze leningen aan WSW verstrekken. Met ingang van 2014 is het faciliteringsvolume vervangen door het borgingsplafond waarover gemeenten
(vertrouwelijk) worden geïnformeerd. Op deze manier krijgt de gemeente meer zicht op de financiële risico’s van de achtervangregeling. Uitgangspunt is de financieringsbehoefte zoals de corporatie die heeft opgegeven. Herfinanciering verhoogt de leningportefeuille niet en beïnvloedt het borgingsplafond daarom niet. Uitbreiding van de financiering verhoogt de leningportefeuille. Indien dit vanuit de risicobeoordeling passend is, verhoogt WSW daarvoor het borgingsplafond. 1
6.4.4 Verantwoording van de uitvoering
Toegang tot financiële markten Met de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) hebben we een contract afgesloten voor integraal bankieren. Toegang tot de financiële markten is daarmee verzekerd. AO/IC
Met het financieringsbeleid zijn ook de AO/IC maatregelen nadrukkelijk weergegeven. De verantwoordelijkheden en de verhouding tussen de verschillende actoren zijn vastgelegd. Hierbij is onderscheid gemaakt in de uitvoerende functie, de autorisatiefunctie en de controlerende functie. De werking van de AO/IC en de vastlegging van besluiten is goed. Externe normen Renterisico’s worden binnen de Wet Fido onderscheiden in het renterisico op de vlottende schuld en het renterisico op de vaste schuld. Voor beide risico’s heeft de Wet een norm ontwikkeld: de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. Kasgeldlimiet
Met de kasgeldlimiet is in de Wet Fido een norm gesteld voor het maximum bedrag waarmee de gemeente haar financiële bedrijfsvoering met kortlopende middelen ( < 1 jaar) mag financieren. Deze norm is 8,5% van het totaal van de jaarbegroting bij aanvang van het jaar. Wanneer deze norm gedurende meer dan 2 achtereenvolgende kwartalen wordt overschreden moeten wij de toezichthouder hiervan op de hoogte stellen en een plan voorleggen om binnen de kasgeldlimiet te blijven.
Kasgeldlimiet
Bedragen x € 1 miljoen
Bedrag
Begrotingstotaal 92,6
Percentage regeling 8,5 %
Kasgeldlimiet 7,9
Uit onderstaande tabel blijkt dat wij binnen de norm zijn gebleven en dat geen ontheffing hoefde te worden aangevraagd. Het 1e en 2e kwartaal is de kasgeldlimiet overschreden waardoor bespaard is op rentekosten.
Netto vlottende schuld over 2014
Bedragen x € 1 miljoen
Gemiddeld per
kwartaal
1e kwartaal 19,4
2e kwartaal 8,6
3e kwartaal 4,5
4e kwartaal 7,2
Gemiddeld 9,9
1 Bron: www.wsw.nl
Jaarstukken 2014 107
Renterisiconorm
De renterisiconorm is een bedrag ter grootte van 20% van het totaal van de jaarbegroting bij aanvang van het jaar. Dit geldt voor leningen met een rente typische looptijd groter of gelijk aan 1 jaar.
Renterisiconorm
Bedragen x € 1 miljoen
Bedrag
Begrotingstotaal 92,6
Percentage regeling 20 %
Renterisiconorm 18,5 Uit de volgende tabel blijkt dat wij ruimschoots binnen de norm zijn gebleven.
Toetsing renterisico aan de norm
Bedragen x € 1 miljoen
Bedrag
Aflossingen 9,8
Renteherziening 0,0
Renterisico 9,8
Renterisiconorm 18,5
Ruimte / Overschrijding (-) 8,7
6.4.5 Overzicht leningenportefeuille, verstrekte leningen en afgegeven garanties
De financieringsbehoefte wordt in belangrijke mate bepaald door het investeringsprogramma, de aflossingsverplichtingen en de omvang van de uitgaven in de exploitatie. Eind 2014 heeft de gemeente Meppel 42 langlopende geldleningen in portefeuille. Deze leningen zijn aangetrokken bij de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) en bij de Nederlandse Waterschapsbank (NWB). De hoogst rentende
lening heeft een percentage van 6,42%, de laagste rentende lening een percentage van 1,5%. De gemiddelde rentelast over de aangetrokken leningen bedraagt over 2014 4,478% van de gemiddelde leningenportefeuille. In 2014 zijn drie vaste geldleningen aangetrokken voor een totaalbedrag van 17 miljoen. In maart is een vaste geldlening van 8 miljoen aangetrokken tegen 2,86%, in april is een vaste geldlening aangetrokken van 6 miljoen voor 2,705% Beide leningen hebben een looptijd van 25 jaar. In juni is een vaste geldlening van 3 miljoen aangetrokken voor 1,5%. Deze lening heeft een looptijd van 10 jaar. De volgende tabel geeft een overzicht van de totalen van de aangetrokken leningen.
Aangetrokken geldleningen
Bedragen x € 1 miljoen
2013
rekening
2014
rekening
Onderhandse lening binnenlandse banken en overige
financiële instellingen 123,2 121,4
Aangetrokken nieuwe leningen binnenlandse banken en
overige financiële instellingen 8,0 17,0
Reguliere aflossing 9,8 10,6
Extra aflossing
Leningenschuld per 31 december 121,4 127,8
In de begroting 2014 is bij de raming van de leningschuld uitgegaan van een lager investeringsvolume, waardoor de activawaarde (waaronder de vooruitbetaalde huur WOG) hoger is uitgekomen en gefinancierd is met aangetrokken leningen.
Verder is gewerkt met kortlopende kasgeldleningen en rekening courant kredieten. In 2014 hebben wij 17 kasgeldleningen afgesloten voor een totaal bedrag van 71 miljoen – gemiddeld 5,9 miljoen. De gemiddelde looptijd van een lening is ca. 5 weken. De laagst afgesloten kasgeldlening had een percentage van 0,05%
108 Jaarstukken 2014
Verstrekte leningen
In de volgende tabel staat een overzicht van de verstrekte leningen per eind december. Verstrekte geldleningen aan derden
Bedragen x € 1 miljoen
2013
rekening
2014
rekening
Woningbouwcorporaties (geleidelijk aflopend) 7,7 7,4
Leningen aan deelnemingen
BNG 0,0 0,0
Nutsbedrijven 1,8 1,7
Overige leningen
Hypotheken verstrekt aan personeel 5,1 4,6
Verenigingen en instellingen* 0,9 3,0
NIT -0,7 -0,6
Uitstaande leningen per 31 december 14,8 16,1
*aan de WOG bv is ruim 2,1 miljoen huur vooruit betaald.
NIT: De PPS Nat Industrieterrein. Dit betreft een kapitaalverstrekking van het NIT aan de gemeente Meppel.
Gegarandeerde geldleningen
Verstrekte borgstellingen en garanties
Bedragen x € 1 miljoen
Restant borg per
31-12-2013
Restant borg per
31-12-2014
Stichtingen en verenigingen 51,0 50,6
Eigen woningbezit 3,6 3,1
Achtervang sociale woningbouw (WSW) 163,9 170,0
Totaal van de garantieverplichtingen 218,5 223,7
Voor een nadere toelichting verwijzen wij naar de “Toelichting op de niet uit de balans blijkende verplichtingen”. Financieringspositie
In de volgende tabel is een overzicht opgenomen over de financiële positie ultimo 2013 en 2014.
Financieringspositie per einde boekjaar
Bedragen x € 1 miljoen
Investeringen
Boekwaarde (im)materiële vaste activa 98,3 102,9
Uitgezette langlopende leningen (incl. hypotheken) 15,5 16,7
Voorraden + OHW grex (incl NIT) (incl. verliesvoorz grex) 40,1 39,6
Totaal geïnvesteerd bedrag (staat van investeringen) 153,9 159,3
Eigen en vreemd vermogen
Reserves (incl. rekeningsaldo) 10,7 7,9
Opgenomen langlopende leningen 121,4 127,8
Opgenomen kasgeld 8,0 9,0
Voorzieningen (excl. Grex en dubieuze debiteuren) 4,1 8,3
Overige passiva 9,7 6,3
Totaal eigen en vreemd vermogen 153,9 159,3
Ultimo 2013
rekening
Ultimo 2014
rekening
Jaarstukken 2014 109
6.4.6 Rentetoerekening en renteresultaat
Overzicht rentebaten en -lasten Rekening
Bedragen x € 1 miljoen in 2013 rente in 2014 rente in 2014 rente
Te ontvangen rente
Rente op uitgezette langlopende leningen 0,68€ div 0,60€ div 0,56€ div
Rente toegerekend aan voorraden en
grondexploitaties (grex)
€ 1,51 4,3% € 1,36 4,3% € 1,50 4,3%
Rente toegerekend aan (im)materiële vaste activa 4,52€ 4,3% 5,41€ 4,3% 4,38€ 4,3%
Totaal te ontvangen rente 6,71€ 7,37€ 6,44€
Te betalen rente
Rente op langlopende geldleningen (bestaand) 5,46€ div 4,87€ div 5,02€ div
Rente op aan te trekken kortlopende leningen 0,02€ 1,0% 0,12€ 1,0% 0,04€ 1,0%
Rente op aan te trekken langlopende geldleningen 0,10€ 4,3% 0,34€ 4,3% 0,27€ 4,3%
Totaal te betalen rente 5,57€ 5,33€ 5,33€
Rente-resultaat financieringsfunctie
Verschil ontvangen rente en te betalen rente 1,13 2,04 1,11
In 2013 in 2014 in 2014
RekeningGeraamd
Ten opzichte van de begroting is minder rente betaald dan we begroot hadden. Het rentepercentage voor zowel kort geld als lang geld is lager dan waar mee gerekend was in de begroting.
110 Jaarstukken 2014
6.5 Paragraaf bedrijfsvoering
6.5.1 Inleiding
De bedrijfsvoering bestaat traditioneel uit de onderdelen personeel, informatisering, automatisering, communicatie, organisatie, financiën en huisvesting. De traditionele bedrijfsvoering was veelal intern gericht. In deze tijd worden echter aan gemeenten andere eisen gesteld waardoor de bedrijfsvoering meer extern gericht moet zijn. Zo verwacht de inwoner terecht, dat de gemeente rechtmatig handelt, dat de gelden doelmatig en doeltreffend besteed worden en dat de gemeente betrouwbaar, transparant en responsief is. Die eisen vragen een bepaalde cultuur, organisatiestructuur, niveau van automatisering en communicatie.
6.5.2 Organisatieontwikkeling
In 2014 hebben we de eerste fase afgerond van het onderzoek samenwerking Bedrijfsvoering samen met de gemeente Westerveld. We gaan nu starten met de tweede fase waarbinnen plannen nader worden geconcretiseerd. Op een aantal terreinen zijn we wellicht niet groot genoeg om dit met twee gemeenten aan te vliegen. Hoewel de focus primair ligt bij de samenwerking met Westerveld kijken we ook naar andere gemeenten in onze omgeving, maar wel vanuit een duaal perspectief. 2014 was ook het jaar van de verkiezingen. Een nieuwe raad en een nieuw college. Het financiële perspectief van Meppel is niet heel erg rooskleurig. We zullen moeten bezuinigen om de gezonde financiën te kunnen bereiken die dit college nastreeft. Dat betekent ook een taakstelling voor de interne organisatie. Los van deze ontwikkelingen zijn we uiteraard altijd bezig om onze eigen bedrijfsvoering te optimaliseren. De ingezette plannen krijgen steeds meer vorm. Maar we lopen er uiteraard ook tegenaan dat er van andere kanten een toename van werkzaamheden op ons af komt, bijvoorbeeld door de
ontwikkelingen in het sociaal domein. Kunst is dan vooral om inzichtelijk te houden wat het gevolg is van welke ontwikkeling.
6.5.3 Personeel en arbeid
Duurzame inzetbaarheid van medewerkers komt steeds beter tot uitdrukking. Samen met onze collega’s in Westerveld wordt dit vervat in planvorming. Werken op basis van resultaten is meer en meer het leidend werkprincipe. Dit is afgelopen jaar ondersteunt door collectieve trainingen. Zodat onze organisaties voorbereid zijn op de toekomst en we in kunnen spelen op de inrichting van een flexibele schil, maar ook meer gebruik kunnen maken van trainees. Permanente aandacht voor het realiseren van de streefformatie hoort hierbij. Voortdurend wordt gezocht naar creatieve oplossingen om met minder mensen hetzelfde werk te kunnen verrichten. Dit vraagt om nauwe samenwerking op meerdere
terreinen, ook de inzet van ICT is hierbij uitermate belangrijk.
6.5.4 Informatisering en automatisering
Het jaar 2014 stond in het teken van de verdere integratie van onze applicaties. De geplande documentkoppelingen zijn nog niet allemaal gerealiseerd. Inmiddels is wel een aantal trajecten ingezet dit voor 2015 wel te realiseren. Het Nationaal Uitvoering Programma (NUP) is in 2014 geëindigd. In dit kader is er door Meppel een aantal pilots gedaan met het gebruik van de gegevens uit het Nieuw Handelsregister. Helaas hebben deze nog niet tot het gewenste landelijke succes geleid. De gegevens van het handelsregister zijn wel beschikbaar gekomen, maar niet middels een digitale koppeling met dit register. De uitbreiding van het E-loket heeft in 2014 onder meer geleid tot de Afval-app. Middels deze app. kunnen inwoners alerts
ontvangen met betrekking tot het ledigen van de mini-containers. Ook kunnen hiermee Meldingen Openbare Ruimte worden gedaan. Meppel is als één van de eerste gemeente aangesloten op de digitale berichten box (onderdeel van MijnOverheid). Het uitwisselen van digitale documenten tussen onze klanten en de overheid is hiermee gestart. De impuls die de belastingdienst de komende jaren aan dit medium gaat geven zal er toe leiden dat steeds meer burgers hierop aangesloten worden. Als eerste product worden de kennisgevingen van verlopen reisdocumenten digitaal verzonden aan de bezitters van de berichten box. In december bleek dat al 15% van deze kennisgegevens digitaal verzonden worden. De fine-tuning van de WOZ en BAG administraties is in 2014 verder opgepakt. De basisregistraties WOZ is helaas nog niet aangesloten op de landelijke voorzien (nog maar 3 gemeenten hebben dit gerealiseerd). De voorbereidende werkzaamheden aan de Basisregistraties Grootschalige Topografie verlopen voortvarend. Wij verwachten het eerste deelgebied in februari 2015 aangeboden te hebben aan
de landelijke voorziening. In het kader van de samenwerking met Westerveld is in 2014 besloten dat we gaan streven naar 1 ICT omgeving voor beide gemeenten. Dit zal in 2015 opgepakt worden.
Jaarstukken 2014 111
De implementatie van een OCR-systeem heeft er toe geleid dat het proces van factuurverwerking binnen
het team financiën verkort is, waardoor de facturen eerder beschikbaar komen voor de budgethouders om te fiatteren. In 2014 is de website zodanig aangepast zodat deze voldoet aan de web richtlijnen. Het project digitaliseren bouw- en milieuvergunningen is in 2014 afgerond. Alle vergunningen zijn digitaal beschikbaar binnen de organisatie.
6.5.5 Inkoop en aanbesteding
Een van de doelen in 2014 was is om alle aanbestedingen via TenderNed te laten lopen. Op dit moment lopen alle meervoudig onderhandse aanbesteding (naar tevredenheid) via TenderNed.
6.5.6 Financiën en control
In 2013 is wettelijk geregeld dat de overheid haar facturen, waarvan de prestatie geleverd is, binnen 30 dagen betaalt. Dit is de implementatie van een richtlijn van de Europese Gemeenschap ter bestrijding van betalingsachterstanden bij handelstransacties. In 2014 is 95% van de facturen binnen 30 dagen betaald (2013 – 95%). Uit analyse is gebleken dat van de 5% van de facturen die niet binnen de gestelde termijnen betaald zijn de prestatie niet voldoende of niet tijdig geleverd was. 99% van de facturen was binnen 60 dagen betaald. In 2014 is het betaalproces verder geoptimaliseerd door het registratietraject verder te digitaliseren.
Indicatoren/kengetallen Realisatie
2012
Realisatie
2013
Realisatie
2014
Aantal geregistreerde facturen 14.100 12.200 13.000
% facturen, prestatie geleverd, binnen 30 dagen betaald
82% 95% 95%
% facturen binnen 60 dagen betaald 96% 99% 99%
6.5.7 Communicatie
De veranderende rol van de lokale overheid werd zichtbaar door de transities in het sociaal domein. Samen met betrokkenen, instellingen, partners en intermediairs zijn participatie, jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning nieuw vormgegeven. In veel bijeenkomsten, in media en in veel gesprekken over taken voor de gemeente die blijvend vragen om een zorgvuldige communicatie. Zowel in als buiten het stadhuis zijn de gevolgen van de crisis en daarmee de vraag naar verandering voelbaar. Met de samenleving - lokale ondernemers, inwoners en instellingen - is actief gezocht naar inhoud voor een uitvoeringsprogramma. In de week van de verbinding heeft het lokaal kader - in buurt, wijk en dorp - het grote belang van draagvlak voor bestuur en voorzieningen onderstreept.
Communicatie draagt bij aan deze andere manier van werken: eerst inzet van de samenleving en daarna de gemeente met een uitnodigende begeleiding van de veranderprocessen en als duider van informatie en verbinder van groepen. Die toegevoegde waarde van communicatie zal beschreven worden in de aangekondigde update van het corporate communicatiebeleid. Het Klantcontactcentrum zorgt voor antwoorden van vragen op sociale media en webcare. Laagdrempelige media, als twitter en facebook, worden dagelijks gebruikt voor meldingen openbare ruimte en voor vragen over gemeentelijke dienstverlening. Ruim 5.000 mensen volgen de gemeente via deze kanalen. In een recent onderzoek werd Meppel een van de beste social media gemeenten van Nederland genoemd. Relaties blijven vragen om menselijk contact. Op de schaal van wijk of dorp met platforms, teams en
regisseurs. In samenwerkingsverbanden tussen gemeenten en in regionale uitvoeringsdiensten. Schaalvergroting van media gaat door: informatierondes en bijzondere incidenten vragen snel, passend op menselijke maat handelen en het nauwgezet onderhouden van steeds grotere netwerken.
6.5.8 Kengetal bedrijfsvoering
De kosten bedrijfsvoering omvatten de afdelingsbudgetten en bestaan voor het grootste gedeelte uit de kosten van personele inzet. Dit betreft zowel de kosten van medewerkers in dienst bij de gemeente als de inhuur van derden. Daarnaast betreft het de kosten voor de gebouwen, wagenpark en andersoortige overhead. De kosten worden aan de hand van een kostenverdeelsystematiek verdeeld over de beleidsprogramma’s. De berichtgeving vindt plaats aan de hand van een kengetal “bruto-kosten
bedrijfsvoering” aangevuld met een nadere verdieping van de onderliggende kostensoorten.
112 Jaarstukken 2014
Kengetal bruto kosten bedrijfsvoering (x €1.000)
Realisatie
2013
Begroting
2014
Realisatie
2014
Totale kosten bedrijfsvoering 26.179 26.737 25.664
Tabel: Inzicht opbouw kosten bedrijfsvoering (x € 1.000)
(-/- is voordeel, + is nadeel)
Realisatie
2013
Begroting
2014
Realisatie
2014
Verschil
2014
Personele inzet
Lonen en salarissen 16.414 16.771 15.933 838-
Inhuur derden (incl. frictiegelden) 1.341 682 975 293
Vergoeding voor inhuur personeel 197- 54- 167- 113-
Subtotaal personele inzet 17.558 17.399 16.741 658-
Overige kosten bedrijfsvoering
Overige baten/lasten 4.501 5.302 4.847 455-
Kapitaallasten 4.120 4.036 4.076 40
Totaal 26.179 26.737 25.664 1.073-
-/- = voordeel ten opzichte van begroting 2014
+ = nadeel ten opzichte van begroting 2014 Zoals uit de tabel blijkt bedragen de werkelijke kosten bedrijfsvoering € 25,6 miljoen. Hiermee vallen de kosten € 1.073.000 lager uit dan begroot. Het verschil is een optelsom van de gevolgen van de vacaturestop, minder uitgaven en hogere inkomsten dan begroot. De kosten van personele inzet bestaan uit de formatiekosten (lonen en salarissen) en de kosten van inhuur, waarbij vacaturegelden en frictiegelden gebruikt worden om de kosten van inhuur te dekken. Deze kosten dienen in samenhang te worden beoordeeld op de regel ‘subtotaal personele inzet’. Dat
saldo aan personele kosten bevindt zich net als voorgaande jaren onder het niveau van de begroting, omdat er in het kader van de omvangrijke bezuinigingsopgave op de bedrijfsvoering, besloten is om vacatures niet direct in te vullen. Daarnaast wordt de inzet op interne mobiliteit zichtbaar in de cijfers; voor diverse vacatures in 2014 is een interne kandidaat geworven. Er is daarnaast een hogere vergoeding voor inhuur personeel zichtbaar, omdat er personeel is gedetacheerd aan bijvoorbeeld andere gemeenten. De lagere kosten bij overige baten/lasten worden grotendeels als volgt verklaard: Lagere uitgaven (o.a. opleidingen, werving en selectie, kosten voor externe advisering, automatisering) 250.000 Incidentele inkomsten in personele sfeer (UWV) 165.000
Niet alle kosten van de bedrijfsvoering komen ten laste van de algemene dienst. In totaal wordt er, aan de hand van de daadwerkelijke geschreven uren, voor een bedrag van € 1,45 miljoen toegeschreven naar de investeringsprojecten (2013: € 1,35 miljoen). Dit bedrag wordt geactiveerd en wordt terugverdiend via externe opbrengsten of na afsluiten van de investeringskredieten via afschrijvingen over meerdere jaren ten laste van de exploitatie gebracht. Het restant van de kosten bedrijfsvoering wordt ten laste gebracht van de exploitatie. Dit is een bedrag van € 24,2 miljoen.
Jaarstukken 2014 113
6.5.9 Interbestuurlijk toezicht
Uitgangspunt van de nieuwe Wet Generiek Toezicht (WGT) is dat de gemeente zelf verantwoordelijk is voor de (kwaliteit van) taakuitvoering. Hierbij wordt vertrouwd op de controle en verantwoordelijkheid van de gemeenteraad. Dit is niet nieuw in ons staatsrechtbestel. Hier is sprake van een horizontaal verantwoordingsmechanisme. Dit vraagt om terughoudendheid door de toezichthouder in de verticale invloeduitoefening. Bij brief van 10 juni 2014 heeft GS aangegeven op welke wijze deze verticale invloedsuitoefening vorm te geven. In nauw overleg met de gemeenten is er een beoordelingskader door GS vastgesteld. In dit beoordelingskader zijn zowel de toetsingscriteria als de informatiearrangementen opgenomen. Er wordt in het beoordelingskader gewerkt met de kleuren: groen (goed), oranje (voldoende/matig) en rood: voldoet niet aan de afgesproken doelstellingen. Het gaat hierbij om de volgende beleidsonderdelen: a. de uitvoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (bescherming van en mens en natuur
tegen schade en gevaar, kwaliteit uitvoering vergunningverlening en toezicht) b. ruimtelijke ordening (actuele bestemmingsplannen en structuurvisie) c. de uitvoering van de Archiefwet (controle van de kwaliteit van de informatiehuishouding) d. de uitvoering van de taakstelling huisvesting statushouders (uitvoering halfjaarlijkse taakstelling Rijk) e. de uitvoering van de Monumentenwet ((bescherming cultuurhistorische en archeologische waarden via actuele gemeentelijke plannen) f. het financieel toezicht ((bevorderen van een financieel gezonde gemeente) Werkwijze verantwoording richting gemeenteraad. Wij laten de horizontale verantwoording aan uw raad over genoemde onderwerpen via de planning- en controlcyclus verlopen en brengen deze onder in de paragraaf bedrijfsvoering. In de brief van GS wordt ervan uitgegaan dat het toezichtkader met ingang van de jaarrekening 2014 wordt geëffectueerd. Wij willen in deze jaarrekening meer uitvoerig dan in het
vervolg de stand van zaken weergegeven zoals die is op dit moment. In de komende jaren zullen we over de onderwerpen uit de WGT rapporteren via deze paragraaf in de jaarrekening en de begroting.
Wabo Rood/Oranje/Groen Toelichting
Er is een bestuurlijk vastgestelde zelfevaluatie
GROEN De hoofddocumenten van de eigen beleidscyclus:
- (meerjarig) probleem of - risico- analyse - (meerjarig) - uitvoeringskader - jaarlijks programma - jaarlijks verslag. Een bestuurlijk vastgestelde zelfevaluatie
Meppel voldoet aan alle gestelde criteria, zoals blijkt uit het provinciale jaarverslag IBT WABO/BWT 2014. De volgende onderdelen
zijn in orde bevonden: - Vastgesteld handhavingsverslag opgestuurd.
- Inzicht in handhavingsresultaten - Omvang van 3 bestand in beeld gebracht - 5 risicogebieden meegenomen in risicoanalyse
- Aantal h.h. beschikkingen bestuursrecht - Aantal klachten binnengekomen en afgehandeld
- Toelichting op verschil in uitvoering en plan - Toelichting op genomen
maatregelen/aanbevelingen - Evaluatie leidinggevend tot verbeterplan - Specifieke paragraaf toezicht op eigen inrichting
Er is een bestuurlijk vastgesteld verbeterplan
Een bestuurlijk vastgesteld verbeterplan
Vanaf 1-1-2015: er is een bestuurlijke vastgestelde eindmeting
Vanaf 1 januari 2015: er is een bestuurlijk vastgestelde eindmeting.
Is er reden voor extra aandacht?
Nee Zie bovenstaande toelichting
Ruimtelijke Ordening Rood/Oranje/Groen Toelichting
Gemeente beschikt over actuele
bestemmingsplannen en structuurvisie(s) conform de wettelijke eisen in Wro
GROEN/ORANJE Actuele
bestemmingsplannen Actuele structuurvisie(s)
Actuele Structuurvisie aanwezig (Structuurvisie 2030, vastgesteld door
gemeenteraad Meppel op 7-11-2013) Gemeente Meppel beschikt grotendeels over actuele bestemmingsplannen, waaronder een actueel bestemmingsplan voor het Buitengebied (vastgesteld 3-9-2013) en voor de binnenstad (27-6-2013) en de centrumring (27-6-2013).
114 Jaarstukken 2014
In voorbereiding zijn het bestemmingsplan voor de woonwijk Haveltermade en voor bedrijventerrein Oevers E. Deze bestemmingsplannen ‘verlopen’ in 2015. In voorbereiding is ook het bestemmingsplan voor de woonwijk Berggierslanden die is ‘verlopen’ in 2013. Vanwege een grenswijziging van het bestemmingsplan Nieuwveense Landen is
een deel van het buitengebied tussen Meppel en Nijeveen niet geactualiseerd. Hier geldt nog het bestemmingsplan Buitengebied Nijeveen uit 1990. Planologisch gezien heeft dit echter geen grote gevolgen, aangezien er geen ontwikkelingen plaatsvinden en het oude bestemmingsplan voldoende bescherming biedt.
Is er reden voor extra aandacht?
Nee, op één punt na Bestemmingsplannen Haveltermade, Oevers E en Berggierslanden worden in 2015
herzien en vastgesteld. Alleen de laatste is daarmee formeel te laat herzien.
Archieven Rood/Oranje/Groen Toelichting
De zorg en het beheer voor het archief zijn op
orde
GROEN/ORANJE Invulling van de KPI's van
de VNG op de punten die betrekking hebben op : 1. Het beheer van zowel
analoge als digitale overheidsinformatie voldoet aan toetsbare eisen van een toe te passen kwaliteitssysteem.
2. Zowel analoge als digitale overheidsinformatie wordt in goede, geordende en
toegankelijke staat gebracht.
3. Zowel analoge als digitale overheidsinformatie wordt tijdig vernietigd dan wel overgebracht, openbaar gemaakt en beschikbaar gesteld.
4. Zowel analoge als digitale overheidsinformatie wordt duurzaam beheerd en is geplaatst in daartoe
geëigende omgevingen.
De provincie heeft in een brief aan Meppel aangegeven dat verwacht wordt dat de
gemeente in 2015 wel tijdig informatie over 2014 beschikbaar gaat stellen. De betreffende indicatoren Kritische Prestatie Indicator (KPI) zijn nog niet ingevuld, maar dit gebeurt tijdig conform de gestelde voorschriften.
Is er reden voor extra aandacht?
Wellicht. Over 2013 is geen verantwoording ingediend, vanwege capaciteitsproblemen. Over 2014 wordt dit hersteld.
Huisvesting
Statushouders
Rood/Oranje/Groen Toelichting
Er is nagenoeg volledig voldaan aan de halfjaartaakstelling en er is een kleine achterstand
GROEN Op grond van de realisatiecijfers van het Rijk via het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers heeft de gemeente voor wat betreft de huisvesting van asielzoekers per 1 januari
2015 een achterstand van 6 personen.
Op basis van de gemeentelijke cijfers bedroeg de achterstand per 1 januari 2015 2 personen. Dit komt doordat een in december 2014 gehuisvest gezin van 4 personen pas in januari 2015 administratief door het COA is verwerkt. Daarbovenop is in januari nog een gezin van 6 personen gehuisvest.
Jaarstukken 2014 115
Is er reden voor extra aandacht?
Nee De achterstand was deels administratief en is inmiddels ingehaald. Zie hierboven. Bovendien zijn er afspraken met de corporatie gemaakt over de nieuwe halfjaarlijkse taakststellingen.
Monumentenwet Rood/Oranje/Groen Toelichting
Gemeente draagt zorg voor de bescherming van cultuurhistorische en archeologische waarden
GROEN Digitaal beschikbare ruimtelijke plannen (met cultuurhistorische en archeologische waarden)
Actueel cultuurhistorisch beleid aanwezig. De raad heeft op 24 april 2014 de Cultuurhistorische Inventarisatie en Waardenstelling (CHIW) Binnenstad en Centrumschil vastgesteld. De CHIW Uitbreidingswijken en Buitengebied is in procedure en zal binnen afzienbare tijd worden vastgesteld. Vooruitlopend op de vaststelling van de
CHIW Binnenstad en Centrumschil is dit beleid al gebruikt bij de actualisering van de bestemmingsplannen voor de binnenstad (vastgesteld 27-6-2013) en de centrumring (27-6-2013). De beide CHIW’s worden gebruikt bij de actualisering van bestemmingsplannen en bij ontwikkelingen. Op 21-10-2010 heeft de raad de Erfgoedverordening Meppel vastgesteld, waarin onder andere de aanwijzing van gemeentelijke monumenten is geregeld.
Ook in de Structuurvisie 2030 (vastgesteld 7-11-2013) van de gemeente Meppel wordt aandacht besteed aan cultuurhistorie.
Gemeente vraagt deskundig advies bij vergunningverlening
Een overzicht van: a. het aantal adviezen van de Monumentencommissie dat jaarlijks wordt afgegeven, hoe vaak
hiervan wordt afgeweken en de motivering daarvan; b. het aantal malen dat jaarlijks archeologievoorwaarden aan een omgevingsvergunning worden verbonden, hoe vaak hiervoor deskundig advies werd ingewonnen, hoe vaak hiervan is afgeweken en de motivatie daarvan.
Per jaar wordt circa 4 á 5 keer archeologievoorwaarden aan een omgevingsvergunning verbonden. In 2014 waren dat er zes. Bij vergunningen vraagt de gemeente deskundig advies aan de
Monumentencommissie. Dit gebeurt altijd en hiervan wordt niet afgeweken. Wanneer archeologie aan de orde is bij een vergunning wordt ook deskundig advies gevraagd en waar nodig in de vergunning verwerkt. In 2014 is dit zes maal gebeurd. De Archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart is vastgesteld door de gemeenteraad van Meppel op 27 juni 2013. Bij nieuwe bestemmingsplannen wordt deze beleidskaart vertaald in de verbeelding en regels van het desbetreffende
bestemmingsplan. Het bestemmingsplan Buitengebied is vastgesteld op 3 september 2009 en dus ouder dan deze beleidskaart. Bij een herziening van het bestemmingsplan Buitengebied wordt de actuele beleidskaart vertaald in de verbeelding en regels van het bestemmingsplan. In het vigerende bestemmingsplan Buitengebied zijn overigens wel archeologische waarden opgenomen in de verbeelding en regels van het bestemmingsplan. Dit is op basis van de toen beschikbare informatie gebeurd, zoals
de AHN, de kaart bij het POP van 2003 met archeologisch indicatieve waarden en de uitkomsten van een kaart die voor het plangebied Nieuwveense Landen is opgesteld.
116 Jaarstukken 2014
Is er reden voor extra aandacht?
Nee Zie bovenstaande toelichting.
Jaarstukken 2014 117
6.6 Paragraaf verbonden partijen
De (regionale) samenwerking tussen gemeenten en andere partijen staat nadrukkelijk op de politieke agenda. De gemeenteraad en de rekenkamercommissie hebben in het afgelopen jaar in verschillende initiatieven analyses en aanbevelingen gedaan over samenwerking en verbonden partijen. Zo heeft de rekenkamercommissie in 2014 een onderzoek naar de verbonden partijen uitgevoerd – “quick scan verbonden partijen” – waarin in het bijzonder is gekeken naar risico-informatie over verbonden partijen. De uitkomsten van dit debat zijn in de nieuwe nota verbonden partijen 2015 opgenomen. Deze nota heeft tot doel een duidelijk kader te scheppen voor het beleid waaraan zowel huidige als nieuwe verbonden partijen getoetst kunnen worden.
Achtereenvolgens geven wij inzicht in de stand van zaken bij de verschillende categorieën van verbonden partijen en andere samenwerkingsvormen: Verbonden partijen - gemeenschappelijke regelingen - deelnemingen - public-private-partnershipconstructies (PPS) - overige
Andere samenwerkingsvormen
- overeenkomsten met overheden niet zijnde gemeenschappelijke regelingen - overige instellingen waarmee een bestuurlijke verbondenheid bestaat
6.6.1 Verbonden Partijen
Gemeenschappelijke regelingen Deelname aan gemeenschappelijke regelingen beperkt zich tot taken die in principe tot de gemeente horen, maar die uit efficiency- of deskundigheidsoogpunt beter in samenwerking met anderen in een zelfstandige organisatie kunnen worden uitgevoerd. Door de bestuursdeelname is het mogelijk invloed uit te oefenen en sturing te geven op een goede taakuitoefening. In onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de bijdragen aan de gemeenschappelijke regelingen waar Meppel deel van uitmaakt.
Gemeenschappelijke regeling werkelijke Begrote werkelijke bijdrage Bijdrage bijdrage
Bedragen x € 1.000 2013 2014 2014
RUD 635 630
VRD 165 1.343 1.214
GGD 592 584 536
Recreatieschap Drenthe 35 35 35
GKB 424 422 418
Reestmond 497 660 660 Totaal 1.713 3.679 3.493
RUD
Naam en rechtsvorm: Regionale Uitvoeringsdienst Drenthe – Gemeenschappelijke regeling Vestigingsplaats: Assen Openbaar belang: het uitvoeren van taken op het gebied van milieuwetgeving,
milieuregelgeving en milieuhandhaving Wijziging in het belang: de RUD is m.i.v. januari 2014 opgericht Aandeel: 4,2 % (bijdrage gemeente Meppel in verhouding tot de totale bijdragen
deelnemers) Resultaat 2014 : P.M. (2013 : boekwaarde € 445.000 voorgefinancierd door de provincie
Drenthe) Eigen vermogen 1-1-2014: P.M. (2013 : n.v.t.) Eigen vermogen 31-12-2014: P.M. (2013: n.v.t.) Vreemd vermogen 1-1-2014: P.M. (2013: n.v.t.)
Vreemd vermogen 31-12-2014: P.M. (2013: n.v.t.)
118 Jaarstukken 2014
Toelichting In 2013 zijn de voorbereidingen begonnen om te komen tot een RUD. Per 1 januari 2014 is de RUD Drenthe van start gegaan als uitvoeringsorganisatie voor de milieutaken binnen de provincie Drenthe. De gemeenten blijven zelf verantwoordelijk voor het milieubeleid. Met de RUD Drenthe wordt beoogd dat door de bundeling van de krachten in Drenthe over de hele provincie een hogere kwaliteit van de uitvoeringstaken wordt gerealiseerd tegen op termijn lagere kosten. Bij de oprichting van de RUD Drenthe is afgesproken dat de bijdragen van de deelnemers in 2014 en 2015 gelijk zullen blijven. In 2014 is echter voor een aantal bedrijven in de gemeente Meppel het bevoegd gezag overgegaan van de provincie naar de gemeente. Het rijk heeft de daarvoor bestemde middelen overgeheveld van het provinciefonds naar het gemeentefonds. De gemeentelijke bijdrage aan de RUD Drenthe is opgehoogd met het overgehevelde bedrag van € 191.000, het negatieve
herverdeeleffect is door de RUD Drenthe opgelost in haar lopende begroting. In 2014 is tevens een start gemaakt met het ontwikkelen van de “Drentse Maat”, de nieuwe uniforme bekostigingssystematiek voor de RUD Drenthe die vanaf 2016 de basis moet gaan vormen voor de bijdragen van de deelnemers aan de RUD Drenthe. In het voorjaar van 2015 zal hier de politieke besluitvorming over plaats gaan vinden. De RUD is in 2014 als nieuwe organisatie van start gegaan. De opbouw van een nieuwe organisatie brengt risico’s met zich mee. De organisatie blijkt echter goed te lopen, de uitgaven zijn achtergebleven op de ramingen en de organisatie kende in 2014 een laag ziekteverzuim. De RUD werkt samen met de Omgevingsdienst Groningen aan de ontwikkeling van een eigen digitaal zaaksysteem. De aanbesteding hiervan heeft in 2014 vertraging opgelopen, de verwachting is echter dat
de deadline van december 2015 niet in gevaar komt. Bekende risico’s zijn risico’s op gebied van taakuitvoering en aansprakelijkstelling bij de reguliere taakuitvoering. Verwacht wordt dat de RUD Drenthe mogelijk een risico gaat lopen op de vervoerskosten. Tenslotte kan door opname van extra verlofuren een probleem in de beschikbare capaciteit ontstaan. VRD Naam en rechtsvorm: Veiligheidsregio Drenthe – Gemeenschappelijke regeling Vestigingsplaats: Assen Openbaar belang: het vergroten van de veiligheid van de inwoners en bezoekers
van Drenthe Wijziging in het belang: m.i.v. 1 januari 2014 is de brandweer onderdeel van de VRD
Aandeel: 5,4% (bijdrage gemeente Meppel in verhouding tot de totale bijdragen deelnemers)
Resultaat 2014: P.M. (2013: € 46.000 nadelig) Eigen vermogen begin 2014: € 3.856.000 (begin 2013: € 4.808.000) Eigen vermogen eind 2014: P.M. Vreemd vermogen begin 2014: € 427.000 (begin 2013: € 440.000) Vreemd vermogen eind begrotingsjaar: p.m. Toelichting De Veiligheidsregio Drenthe heeft vanaf 1 januari 2014 ook de geregionaliseerde brandweertaken in haar pakket. Hiervoor is de bestaande organisatie van de Hulpverleningsdienst Drenthe (HVD) omgebouwd. Hiermee is de VRD het openbare lichaam waaraan de taken zijn opgedragen op het gebied
van brandweerzorg, rampenbestrijding en crisisbeheersing, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen en het in standhouden en beheren van een gemeenschappelijke meldkamer voortvloeiende uit de daarop betrekking hebbende wet- en regelgeving. Er is een bezuinigingstaakstelling door het AB aan de VRD opgelegd van 2 x 5 % (2014 5 % en 2015 5%). Inmiddels wordt op zeer constructieve wijze invulling gegeven aan deze taakstelling en volgens voorlopige cijfers zal het saldo van de jaarrekening 2014 fors positief zijn. De bijdrage aan de VRD voor 2014 valt lager uit dan begroot door een bijdrage uit de reserve regionalisering van € 129.000. De Veiligheidsregio loopt een aantal risico’s, te weten: - Wet veiligheidsregio’s: De Wet veiligheidsregio’s biedt een algemeen kader dat via specifieke Algemene Maatregelen van Bestuur uitgewerkt moet worden. De in de wet opgenomen hogere kwaliteitseisen betekenen waarschijnlijk een lastenverzwaring voor de regio.
Wet ambulancezorg: De wet heeft invloed op de ambulancezorg in Drenthe. De wet is echter nog in strijd met de Europese regelgeving
- Materiaalbeheer: De verwachting is dat het materiaalbeheer, dat nu nog in handen is van het ministerie, in de toekomst zal worden overgeheveld naar brede doeluitkering.
- BTW: Door de Wet veiligheidsrisico’s is er geen recht meer op compensatie voor de betaalde BTW. De BTW wordt toegevoegd aan de rijkbijdrage. Het is niet te bepalen of deze extra bijdrage het verlies aan compensatie van de betaalde BTW zal compenseren.
Jaarstukken 2014 119
- Regionalisering brandweerzorg: Per 1 januari 2014 zal de brandweerzorg van alle twaalf Drentse
gemeenten regionaal georganiseerd worden in de veiligheidsregio. Het is nog niet duidelijk wat de regionalisering van de brandweer voor de toekomstige financiële prestaties betekent.
GGD Naam en rechtsvorm: Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Drenthe –
Gemeenschappelijke regeling Vestigingsplaats: Assen Openbaar belang: het beschermen en bevorderen van de gezondheid van de
inwoners van de provincie Drenthe Wijziging in het belang: niet van toepassing Aandeel programma Jeugd: 6,8% (bijdrage gemeente Meppel in verhouding tot de totale
bijdragen deelnemers begroting 2014)
Aandeel overige programma’s: 6,6% (bijdrage gemeente Meppel in verhouding tot de totale bijdragen deelnemers begroting 2014)
Resultaat 2014: P.M. (2013: 584.000 voordelig na winstbestemming) Eigen vermogen begin 2014: € 2.634.000 (2013: € 3.002.000) Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 2.562.000 (2013: € 1.505) Vreemd vermogen eind 2014: p.m. toelichting Alle gemeenten in Nederland hebben de taak de gezondheid van hun inwoners te beschermen, te bewaken en te bevorderen. De gemeenten hebben voor het uitvoeren van deze taak een GGD. Dit is een wettelijke verplichting.
De GGD Drenthe levert een actieve bijdrage aan het in standhouden en verbeteren van de gezondheid van de inwoners van Drenthe. Naast het uitvoeren van preventieve activiteiten, ondersteunt en adviseert de GGD de gemeenten en andere actoren bij gezondheidsvraagstukken. De GGD Drenthe werkt op verschillende manieren aan de gezondheid van de Drentse burgers. De activiteiten van de GGD zijn verdeeld over de programma’s: Beschermen, Bevorderen, Bewaken, Jeugd en Additioneel. Daarnaast vervult de GGD nog een aantal andere functies op het gebied van onderzoek, voorlichting en advisering. In 2014 is een start gemaakt met de uitvoering van het nieuwe toezicht in de kinderopvang (onderdeel van de technische hygiënezorg). De transities/decentralisaties hebben direct effect op de manier waarop vorm en inhoud wordt gegeven aan de taken op het gebied van de Openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ). In 2014 is met partijen gesproken over de rol en functie van de OGGZ-netwerken binnen de lokale sociale teams. Met de samenvoeging van het Steunpunt Huiselijk Geweld en
het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling tot het AMHK wat opereert onder de naam Veilig Thuis Drenthe en dat is ondergebracht bij de GGD Drenthe met ingang van 1 januari 2015 zijn in 2014 de voorbereidingen getroffen. Het aandeel van de Gezondheidsbevordering in de begroting is zoals afgesproken gefaseerd afgenomen. Vanuit het team gezondheidsbevordering worden zelf geen projecten/activiteiten uitgevoerd, maar wordt opgetreden als onafhankelijk adviseur en makelaar naar partijen die een aanbod doen in de gezondheidsbevordering. In 2014 is door het team van epidemiologie gewerkt aan een aantal onderzoeken (jeugd, volwassenen, ouderen) die eens per 4 jaar gehouden worden. De uitkomsten worden gebruikt als input voor beleid op de verschillende terreinen. In 2014 is de integrale jeugdgezondheidszorg voor 8 van de 12 Drentse gemeenten van start gegaan. In Meppel is ervoor gekozen om de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen te blijven laten
uitvoeren door Icare. Door het overnemen van de jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen (voor de deelnemende gemeenten) is de begroting en het aantal fte’s aanzienlijk gestegen. Als gemeente is in 2014 alleen het voorzitterschap OGGZ als additionele taak neergelegd bij de GGD. Het standpunt is om zo weinig mogelijk additionele taken in te kopen. Karin Eeken is benoemd als nieuwe directeur GGD. De GGD heeft intrek genomen in het nieuwe pand aan de Mien Ruysweg in Assen. Hierin is ook de Veiligheidsregio Drenthe gehuisvest. Risico’s. Volgens de paragraaf weerstandsvermogen 2013 is het belangrijkste risico voor de GGD eventuele bezuinigingen taakstellingen bij gemeenten mogelijk ten gevolge van ontwikkelingen in het sociaal domein. - Andere risico’s voor de GGD Drenthe zijn: WW/wachtgeld: De medewerkers van de GGD hebben recht op wachtgeld. Voor het medewerkers die
hier recht op hebben, kent de GGD de reserve frictiekosten. De kans dat dit gebeurt is gemiddeld, waarbij het effect slechts klein is;
- additionele taken: Door de uitvoering van additionele taken kan de GGD een aantal vaste kosten uit de reguliere exploitatie dekken. Wanneer de omzet uit deze taken voor een deel wegvalt, kan dat leiden tot dekkingsproblemen. De kans hierop wordt klein geschat, maar het effect is groot.
- Alle gekwantificeerde risico’s kunnen binnen het eigen vermogen worden opgevangen.
120 Jaarstukken 2014
Recreatieschap Drenthe
Naam en rechtsvorm: Recreatieschap Drenthe – Gemeenschappelijke regeling Vestigingsplaats: Diever Openbaar belang: advisering, voorlichting en kennisontwikkeling,
projectontwikkeling en –uitvoering, ontwikkeling en beheer van routestructuren en kwaliteitsbewaking op het gebied van recreatie en toerisme.
Wijziging in het belang: niet van toepassing Aandeel: 3,7% (bijdrage gemeente Meppel in verhouding tot de totale
bijdragen deelnemers) Resultaat 2014: P.M. (2013: € 21.000 nadelig voor bestemming; € 20.000 voordelig na
bestemming) Eigen vermogen begin 2014: € 585.000 (begin 2013: € 606.000)
Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 266.000 (begin 2013: € 361.000) Vreemd vermogen eind 2014: p.m. toelichting Het recreatieschap Drenthe is een gemeenschappelijk samenwerkingsverband op het gebied van recreatie en toerisme in de provincie Drenthe en de gemeente Ooststellingwerf in de provincie Friesland. De kerntaken van dit samenwerkingsverband zijn advisering, voorlichting en kennisontwikkeling, projectontwikkeling en –uitvoering, ontwikkeling en beheer van routestructuren en kwaliteitsbewaking. De bijdrage in 2014 bedraagt afgerond € 35.000. Bedragen zijn exclusief btw. De planontwikkeling gebeurt in alle gevallen in overleg met de betrokken gemeenten, terrein beherende instanties, provincie en andere belanghebbenden. In 2014 heeft het recreatieschap onder andere bijgedragen aan de
ontwikkelingen in de Stadsrandzone Meppel-Reestdal. Het recreatieschap heeft aangekondigd haar begroting 2015-2018 te willen herzien als gevolg van het overnemen van het onderhoud van de recreatieve voorzieningen van Staatsbosbeheer in de provincie Drenthe. Het publieke belang is dat er voldoende gerecreëerd kan worden. Het Recreatieschap Drenthe loopt risico’s op het gebied van vakantiegeld omdat de uitbetaling van vakantiegeld niet is opgenomen in de jaarrekening, maar er zijn wel reële verplichtingen; daarnaast is er een risico op het onderhoud sanitaire voorzieningen ten behoeve van de recreatievaart; ter bestrijding van legionella vindt periodieke controle plaats. Gemeentelijke Kredietbank (GKB) Naam en rechtsvorm: Gemeentelijke Kredietbank – Gemeenschappelijke regeling Vestigingsplaats: Assen Openbaar belang: een bijdrage leveren aan het tenietdoen van de negatieve
maatschappelijke- en economische effecten van problematische schulden door middel van het aanbieden van diensten die gericht zijn op zowel het oplossen als het voorkomen van schulden.
Wijziging in het belang: niet van toepassing Aandeel: 33%. De bijdrage van de gemeente Meppel in verhouding tot de
totale bijdragen deelnemers is 0% (afname vindt plaats op basis van verleende diensten)
Resultaat 2013 voor bestemming: € 130.899 Resultaat 2013 na bestemming: € 137.673 Algemene reserve begin 2014: € 127.242 na resultaatbestemming Eigen vermogen begin 2013: € 1.051.000 na bestemming Eigen vermogen eind 2013: € 1.182.000 na bestemming Vreemd vermogen begin 2013: € 14.823.000 Vreemd vermogen eind 2013: € 14.258.000 toelichting De Gemeentelijke Kredietbank is een samenwerking van Drentse gemeenten Meppel, Assen en Hoogeveen met als doel het aan natuurlijke meerderjarige personen op sociaal en zakelijk verantwoorde wijze adviseren met betrekking tot kredietverlening, het bemiddelen en oplossen van problematische
financiële situaties en het verlenen van krediet in de meest uitgebreide zin. Een eventueel nadelig saldo wordt gedekt door een bijdrage uit reserves van de Bank en bij gebrek daaraan door een bijdrage van de deelnemende gemeenten in verhouding tot het aantal inwoners. Gemeenten zijn verplicht om mensen met schulden te helpen door middel van integrale schuldhulpverlening. De schuldhulpverlening staat voor een aantal belangrijke ontwikkelingen. Ten eerste spelen de effecten van de economische crisis een grote rol; deze leveren de GKB twee tegenstrijdige ontwikkelingen op. Aan de ene kant doen steeds meer burgers een beroep op de GKB. Aan de andere kant blijkt het voor de gemeenten steeds moeilijker om de diensten van de GKB te financieren. Dit zal ook in 2015 en de jaren daarna merkbaar blijven. Als lid van de gemeenschappelijke regeling betalen we geen bijdrage, maar we
Jaarstukken 2014 121
zijn wel klant van de GKB. De tweede belangrijke ontwikkeling voor de GKB is de “Wet gemeentelijke
schuldhulpverlening”. De wet is per 1 juli 2012 van kracht geworden. De GR-deelnemers vormen samen het bestuur van de GR GKB en ontvangen een korting op de kostprijs van de GKB-producten ten opzichte van de 20 niet GR- gemeenten. De bijdrage van de gemeente Meppel aan de GKB voor geleverde diensten in 2014 bedraagt € 418.000. De Gemeentelijke Kredietbank loopt een aantal risico’s, te weten: - wijziging in Rijksregelgeving: Sinds 1 juli 2012 is de wet gemeentelijke schuldhulpverlening actief. Hierbij gaat de schuldhulpverlening van een keuze naar een zorgplicht, maar er wordt ter gelijker tijd 20 mln. euro gekort in het gemeentefonds. - wachtgeldverplichting: Bij de gehele of gedeeltelijke liquidatie van de GKB wordt het risico gelopen op een wachtgeldverplichting. Door middel van flexibele aanstellingen wordt geprobeerd om dit risico te verkleinen. Daarnaast beschikt de GKB over een relatief jong en goed opgeleid personeelsbestand, waarbij de verwachting is dat het grootste gedeelte binnen een jaar een nieuwe baan zal vinden mocht
dit nodig zijn. - toename aanvragen: De afgelopen twee jaar is het aantal aanvragen sterk toegenomen. De oorzaak is de economische crisis. Door deze sterke toename dreigt in de toekomst een tekort te ontstaan. - afname aantal gemeentelijke klanten: gemeenten die geen lid zijn van de GR hebben een overeenkomst met een korte looptijd. Als deze niet worden verlengd zal de GKB te maken krijgen met negatieve financiële effecten.
Werkvoorzieningsschap Reestmond Meppel Naam en rechtsvorm: Werkvoorzieningsschap Reestmond – Gemeenschappelijke
regeling Vestigingsplaats: Meppel Openbaar belang: het ontwikkelen van mensen met een WSW indicatie,
waardoor voor hen de afstand tot de arbeidsmarkt wordt verkleind en de kans op een reguliere baan vergroot.
Wijziging in het belang: per 1 januari 2015 wordt de Participatiewet van kracht. De instroom van de Wsw stopt per 1 januari 2015. De wachtlijst vervalt.
Aandeel: gemeente Meppel ongeveer 50% (op basis aantal inwoners en
aantal Wsw-ers). Resultaat 2013: € 985.000 nadelig Eigen vermogen begin 2014 € 4.722.000 (2013 = € 5.730.000) Eigen vermogen eind 2014: € p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 2.810.000 (2013 = € 3.088.000) Vreemd vermogen eind 2014: € p.m. toelichting
De Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap Reestmond heeft als taak de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) voor de deelnemende gemeenten uit te voeren. De deelnemende gemeenten zijn: Meppel, Westerveld, Staphorst en De Wolden. De gemeente ontvangt een rijksbijdrage voor de Wsw van het ministerie. Sinds 2011 is de rijkssubsidie niet meer toereikend, waardoor de deelnemende gemeenten een eigen bijdrage moeten betalen.
Het doel van Reestmond is om zoveel mogelijk mensen met een Wsw-indicatie te laten werken op een zo regulier mogelijke werkplek. Wie (met ondersteuning) aan de slag kan, werkt bij een werkgever. Voor wie dat (nog) niet kan is er een geschikte werkplek binnen het werkvoorzieningsschap. In 2014 is de BV Bestolux verkocht aan een derde. De komst van de Participatiewet betekent een verandering van de SW-sector. In 2014 is een herstructureringsopdracht (inclusief positionering Reestmond binnen de participatiewet) verleend aan een externe partij. In 2014 is het besluit genomen om tijdelijke arbeidsovereenkomsten Wsw niet om te zetten in vaste arbeidsovereenkomsten. Waar mogelijk zijn tijdelijke dienstverbanden verlengd. Per 1 januari 2015 stopt de instroom in de Wsw. De bijdrage van Meppel is conform de begroting.
Risico’s De tekorten van Reestmond werden eerst nog gedekt worden door de reserves, maar sinds 2011 niet meer volledig. Gezien het bovenstaande loopt de gemeente Meppel grote financiële risico’s met betrekking tot de gemeenschappelijke regeling Reestmond.
122 Jaarstukken 2014
6.6.2 Deelnemingen
De gemeente Meppel is aandeelhouder van een aantal vennootschappen. Het gaat daarbij in praktijk om vennootschappen die uit overheidslichamen zijn ontstaan (voornamelijk nutsbedrijven). De bestuurlijke invloed van Meppel op die vennootschappen is in praktijk gering, het financiële belang bestaat vooral uit de jaarlijkse dividenduitkering.
Deelneming Aandelen Aandeel % Nominale waarde
BNG 18.915 0,03% € 42.918
Enexis 64.663 0,04% € 64.663
Speciale vennootschappen - CBL, PBE, VoE, CSV, VV
46.663 0,04% € 647
Vitens 37.526 0,75% € 9.189
Wadinko 81 3,40% € 9.000
Rendo 119 12,10% € 54.000
Rova 10 0,12% € 1.134
MeppelEnergie 300 50% €300.000
De opgenomen dividendraming 2014 is berekend op basis van de dividenduitkering over 2013. Het eigen
en vreemd vermogen en het resultaat zijn afkomstig van de jaarstukken 2013, aangezien de resultaten bij het opmaken van de jaarrekening 2014 nog niet bekend zijn. Attero is in 2014 verkocht aan een andere partij en daarmee vervalt dit aandeelhouderschap. Tabel 2: dividendinkomsten 2014 (X €1,-)
Dividendinkomsten (incl terugontvangen dividendbelasting)
Rekening 2013
Begroting 2014
Rekening 2014
1. BNG 28.183 25.000 24.022
2. Enexis 49.464 29.000 51.624
3. Speciale vennootschappen (CBL, - - -
PBE, VoE, CSV, VV)
4. Vitens 96.441 100.000 102.071
5. Wadinko 40.500 - 40.500
6. Rendo 1.035.286 1.205.400 1.200.807
7. Rova 8.136 5.400 4.705
8. Attero 3.240 2.750 65.000
9. Meppel Energie - - -
Totaal € 1.261.250 € 1.367.550 € 1.488.729
* De aandelen Attero zijn in 2014 verkocht, het bedrag is inclusief de boekwinst op de verkoop. 1. BNG Naam en rechtsvorm: Bank Nederlandse Gemeenten – Naamloze vennootschap Vestigingsplaats: Den Haag Openbaar belang: de bank van en voor overheden en instellingen voor het
maatschappelijk belang. De bank draagt duurzaam bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger
Wijziging in het belang: N.v.t.
Aandeel: 0,03% (op basis van de nominale waarde van het aandelenkapitaal – 18.915 aandelen)
Resultaat: p.m. (2013 = € 283 mln.) Eigen vermogen begin 2014: € 3.430 mln. (2013 = 2.752 mln.) Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 127.753 mln. (2013 = € 139.476 mln.) Vreemd vermogen eind 2014: p.m. toelichting De BNG is een bank van en voor de overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Ook de BNG moet voldoen aan de aangescherpte kapitaalseisen, waardoor de dividenduitkering de komende
jaren naar verwachting lager zal zijn. Ook het verplicht schatkistbankieren voor gemeenten zorgt voor een onzekere toekomst voor de BNG. Risico’s
Jaarstukken 2014 123
De BNG heeft sinds 1994 de Triple-A status, de ratings worden gelijk gesteld aan de ratings van de
Nederlandse staat, omdat de bank volledig in overheidshanden is. De deelneming in de BNG brengt voor de gemeente Meppel een gering risico met zich mee. 2. Enexis
Naam en rechtsvorm: Enexis Holding N.V. – Naamloze Vennootschap Vestigingsplaats: ‘s-Hertogenbosch Openbaar belang: klanten te voorzien van een duurzame, betrouwbare en
betaalbare energiedistributie Wijziging in het belang: N.v.t. Aandeel: 0,04% (op basis van de nominale waarde van het
aandelenkapitaal – 64.663 aandelen) Resultaat 2014: € p.m. (2013 = € 239 mln.) Eigen vermogen begin 2014: € 3.370 mln. (2013 = 3.245mln.)
Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 2.894 mln. (2013 = € 3.778) Vreemd vermogen eind 2014: p.m. toelichting Op gebied van duurzaamheid is Enexis een belangrijke speler, zowel wat betreft eigen bedrijfsvoering als in de facilitering van andere initiatieven. Enexis verwacht blijvend solide financiële prestaties, voorspelbaar met een redelijk rendement. Het belang van Meppel in Enexis is klein, de dividendinkomsten zijn daarom bescheiden. Risico’s De deelneming in Enexis brengt voor de gemeente Meppel een gering risico met zich mee. 3. Speciale vennootschappen verkoop Essent
Voor de afwikkeling van de verkoop van Essent zijn een aantal vennootschappen in het leven geroepen: PBE B.V. / CBL B.V. / Verkoop Vennootschappen B.V. / Claim Staat Vennootschap B.V. / Vordering op Enexis B.V. De afwikkeling van de verkoop van Essent aan RWE vordert gestaag. In 2016 zal de verkoop nagenoeg zijn afgerond als de borgstelling van het garantiefonds verloopt. In 2019 loopt de laatste lening aan Enexis af. Het is niet te verwachten dat er in de tussentijd (substantieel) dividend wordt uitgekeerd. PBE BV heeft een negatief resultaat geboekt van € 18 duizend, een eigen vermogen van € 1,6 miljoen en een vreemd vermogen van € 0,1 miljoen. Deze BV is na de verkoop van de kerncentrale Borsele in 2011 alleen nog belast met de afwikkeling daarvan. De CBL BV is eigenaar van een (klein) fonds ondergebracht bij de Stichting Beheer Maastricht. De vennootschap heeft een bedrijfsresultaat geboekt van € 9,8 miljoen dat is toegevoegd aan de reserve.
Hierdoor is het eigen vermogen gestegen tot € 9,9 miljoen, het vreemd vermogen is € 0,1 miljoen. Voor wat betreft CBL Vennootschap BV is aangegeven dat het bestuur verwacht dat deze vennootschap op respectievelijk 1 januari en 31 december 2015 een Eigen Vermogen zal hebben van USD 9,8 mln. en USD 0 mln., en dat deze vennootschap mogelijk geliquideerd kan worden in 2015. De Verkoop Vennootschappen BV (VV) beheert een fonds ter afwikkeling van claims en voert het secretarieel werk uit voor de aandeelhouders. Het fonds betreft de geblokkeerde gelden binnen Stichting Beheer Maastricht Escrow Fondsen. Het fonds is juridisch eigendom van de Stichting Beheer Maastricht Escrow Fondsen; de vennootschap is economisch eigenaar van het fonds. Ingevolge de afwikkeling van de aanslagen vennootschapsbelasting vanaf het jaar 2001 en de daaruit volgende claims ten laste van de verkopende aandeelhouders is een voorziening getroffen waar in 2013 voor € 67,3 miljoen is gedoteerd. Het resultaat van de vennootschap was daardoor € 62 miljoen negatief. Het bestuur verwacht dat deze vennootschap op respectievelijk 1 januari en 31 december 2015 een Eigen Vermogen zal hebben van
EUR 380 mln. en EUR 0 mln., en dat deze vennootschap mogelijk geliquideerd kan worden in 2015. De Claim Staat Vennootschap BV (CSV) heeft de taak gekregen de verkoop van Attero af te wikkelen
voor de aandeelhouders. Deze nieuwe taak was aanleiding de naam te veranderen in CSV Amsterdam B.V. Bij de verkoop van Attero is in juli 2014 bij een escrow van € 13,5 mln. gevormd om eventuele
claims te kunnen verrekenen. Op grond van verwachte claims in 2014 is het verwachte Eigen Vermogen van CSV per 1/1/2015 € 10,5 miljoen. Vordering op Enexis (VoE) beheert de leningen die zijn afgesloten tussen de aandeelhouders en Enexis. De totale lening is € 850 miljoen groot. Daarvan wordt € 500 miljoen uiterlijk in september 2016 uitgekeerd, de overige € 350 miljoen eind september 2019. Het bedrijfsresultaat is licht negatief (€ 11 duizend), het eigen vermogen is nihil, het vreemd vermogen is € 862 miljoen.
124 Jaarstukken 2014
4. Vitens NV
Naam en rechtsvorm: Vitens N.V. - Naamloze Vennootschap
Vestigingsplaats: Utrecht Openbaar belang: het produceren, distribueren, leveren van drinkwater aan klanten en de
daarbij behorende dienstverlening tegen de laagst mogelijke maatschappelijke kosten.
Wijziging in het belang: n.v.t. Aandeel: 0,75% Resultaat 2014: € niet bekend (2013 = € 39,3 mln. winst) Eigen vermogen begin 2014: € 438 mln. (2013 = €386 mln.) Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 1.069 mln. (2013 = 1.085 mln.) Vreemd vermogen eind 2014: p.m.
toelichting Vitens, het waterleidingbedrijf, kent een stabiel tarieven- en dividendbeleid. Naast aandeelhouder hebben wij ook een lening bij Vitens uitstaan. Risico’s De deelneming in Vitens brengt voor de gemeente Meppel een gering risico met zich mee. Vitens opereert maar zeer beperkt in een concurrerende omgeving, de marktrisico’s zin daarom beperkt. De operationele risico’s zijn niet klein omdat het product moet voldoen aan hoge kwaliteitseisen. 5. Wadinko NV
Naam en rechtsvorm: Wadinko N.V. - Naamloze Vennootschap Vestigingsplaats: Zwolle Openbaar belang: de begeleiding en financiering van startende ondernemingen in het
werkgebied Overijssel en Drenthe, de bedrijvigheid te ontwikkelen en de
werkgelegenheid te bevorderen Wijziging in het belang: N.v.t. Aandeel: 3,4% Resultaat 2014: € niet bekend (2013 = € 1,7 mln. winst) Eigen vermogen begin 2014: € 54,3 mln. (2013 = 55,5 mln.) Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 0 Vreemd vermogen eind 2014: € 0 toelichting De vennootschap Wadinko NV beheert het vermogen van de voormalige Waterleiding Maatschappij
Overijssel NV met als doel de begeleiding en financiering van startende ondernemingen in het werkgebied Overijssel en Drenthe, de bedrijvigheid te ontwikkelen en de werkgelegenheid te bevorderen. Het bedrijf keert vanaf 2013 dividend uit. Risico’s Verbonden met de taken van Wadinko is het aangaan van ondernemingsrisico’s. Wadinko zorgt dat zij invloed uitoefent op de ondernemingen waarin zij participeert door middel van de Raad van Commissarissen of aandeelhoudersovereenkomst. Daarnaast houdt Wadinko reserves aan om risico’s te kunnen dekken. Het is echter niet te zeggen welke risico’s Wadinko precies loopt met betrekking tot de aangegane participaties. 6. Rendo Naam en rechtsvorm: N.V. Rendo Holding – Naamloze Vennootschap
Vestigingsplaats: Meppel Openbaar belang: het ontwerp, de bouw en het beheer van energienetwerken. De
energienetwerken dienen in publieke handen te blijven omdat het een monopolypositie geeft ten opzicht van de consument en de leveranciers.
Wijziging in het belang: N.v.t. Aandeel: 12,1% Resultaat 2014: p.m. (2013 = € 13,5 winst, 2012 = €16,7 mln. verlies) Eigen vermogen begin 2014: 57,1 mln. (2013 = € 52 mln.) Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 86 mln. (2013 = € 92 mln.) Vreemd vermogen eind 2014: p.m.
toelichting Rendo is als regionaal energiebedrijf actief in het netbeheer van elektriciteit en gasnetten in het gebied Drenthe en Noord Overijssel. De aandeelhouders hebben besloten voorlopig van de overname markt te halen en met de aanstelling van de nieuwe RvC en directeur te richten op verbetering van het bestuur. Door forse verliezen op investeringen is het eigen vermogen in 2012 gedaald en is het verwachte
Jaarstukken 2014 125
dividend voor de komende jaren naar beneden bijgesteld. In 2013 is weer een gebruikelijk
bedrijfsresultaat behaald en het eigen vermogen verhoogd. Risico’s Gezien de aard van de activiteiten is Rendo Netwerken een vrij stabiele vennootschap. Rendo Duurzaam is verantwoordelijk voor het ontwerpen, financieren, bouwen en exploiteren van duurzame energieprojecten. Daarnaast vindt er verhuur, verkoop en onderhoud plaats van energietoestellen. Gezien de aard van de activiteiten van Rendo Duurzaam is deze onderneming vrij risicovol. 7. Rova Naam en rechtsvorm: NV ROVA Holding – Naamloze vennootschap Vestigingsplaats: Zwolle Openbaar belang: de uitvoering van afvalinzameling, voor Meppel beperkt tot het afval
breng- en overlaadstation.
Beleidsrealisatie: continuering zorgplicht m.b.t. het afval breng- en overlaadstation.
Aandeel: 0,12% Resultaat 2014: p.m. (2013 = € 5,4 mln., 2012 = 6,2 mln.) Eigen vermogen begin 2014: € 26,2 mln. Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 31,7 mln. Vreemd vermogen eind 2014: p.m. toelichting ROVA is actief in de provincies Overijssel, Gelderland, Utrecht, Flevoland en Drenthe. Het verzorgingsgebied bestrijkt ruim 320.000 huisaansluitingen. Rova zorgt in Meppel uitsluitend voor het beheer en onderhoud van het afval breng- en overlaadstation. Het aandelenbelang in Rova is gerelateerd
aan de diensten die gemeenten afnemen, voor Meppel is het belang zeer gering. 8. Meppel Energie Naam en rechtsvorm: MeppelEnergie B.V. – Besloten Vennootschap Vestigingsplaats: Meppel
Openbaar belang: het ontwikkelen, bouwen, beheren en onderhouden van duurzame energiesystemen
Wijziging in het belang: N.v.t. Aandeel: 50% (op basis van de nominale waarde van het aandelenkapitaal –
300 aandelen) Resultaat 2014: € 117.000 verlies
Eigen vermogen begin 2014: € € 0,43 miljoen Eigen vermogen eind 2014: p.m. Vreemd vermogen begin 2014: € 0,67 miljoen Vreemd vermogen eind 2014: p.m. toelichting MeppelEnergie is een joint venture van Meppel en Rendo, zal in 2013 starten met de aanleg van de infrastructuur en het installeren van duurzame energiesystemen in de eerste woningen van de Nieuwveense landen. In de eerste jaren zal geen dividend uitgekeerd worden. Risico’s Er zijn een aantal risico’s, te weten: - Woningmarkt: Dit risico wordt deels afgedekt doordat een groot aantal van de investeringen meelopen
met de bouw van de wijk. - Kostenbeheersing. Het project is innovatief, de business case kan daarom niet gebaseerd worden op ervaringscijfers. Dit brengt het risico met zich mee dat de kosten voor investeringen en beheer hoger uitvallen.
- Externe partijen: Het energieconcept is afhankelijk van externe partijen, in het bijzonder Reest en Wieden voor het leveren van biogas.
6.6.3 Publiek private samenwerking (PPS)
Het deelnemen in publiek private samenwerking beperkt zich tot ontwikkeling van gebieden, waarbij spreiding van risico en vermogensinbreng centraal staat. Ontwikkeling Nat Industrieterrein
Op industrieterrein Oevers D wordt samen met marktpartijen 52 ha bedrijventerrein en openbaar gebied ontwikkeld. Hiervan wordt 25 ha nat bedrijventerrein uitgegeven en 11 ha droog bedrijventerrein. De beoogde 160 arbeidsplaatsen zijn inmiddels gerealiseerd. In 2013 is de overeenkomst tot 2018 verlengd.
126 Jaarstukken 2014
Zandwinning Bremenbergplas
Met twee particuliere aannemers is een publiek-private samenwerking overeengekomen voor de winning en verkoop van ca. 1,5 miljoen m3 zand. De overeenkomst dateert van 17 januari 2003. Naast een bijdrage in de winst wordt een garantiebijdrage ontvangen. Per saldo is de boekwaarde per 31-12-2014 nu voordelig € 17.691. Berggierslanden OntwikkelingsBedrijf (BOB) De grondexploitatie Berggierslanden is via de jaarstukken 2011 afgesloten. De BOB blijft echter voorlopig bestaan tot in ieder geval 2018. Er is een concessieovereenkomst aangegaan, wat inhoudt dat de gehele exploitatie een private aangelegenheid is. De gemeente ontvangt een zogenaamde fee, die nagenoeg geheel is afgerekend met het BOB. Het openbaar gebied wordt door het BOB in eigendom en beheer aan de Gemeente Meppel overgedragen.
6.6.4 Overige verbonden partijen
VNG Vereniging Nederlandse Gemeenten en Vereniging Drentse Gemeenten De VNG vertegenwoordigt gemeenten in overleggen met andere overheden (Rijk, Provincie). De vereniging is tevens het adviesorgaan voor gemeenten op alle gemeentelijke beleidsterreinen. Burgemeester Westmaas maakt onderdeel uit van het bestuur en vervult de rol van commissievoorzitter Dienstverlening en Informatiebeleid.
6.6.5 Overige instellingen waarmee een bestuurlijke verbondenheid bestaat
De gemeente Meppel neemt deel in verenigingen en stichtingen of werkt samen als daarmee een algemeen of een regionaal economisch belang wordt gediend. Hoewel deze organisaties en
samenwerkingsverbanden formeel niet onder deze paragraaf vallen zijn ze hieronder voor de volledigheid opgenomen. Samenwerking Meppel-Westerveld In het najaar van 2013 hebben de colleges van Meppel en Westerveld, na consultatie van hun gemeenteraden, besloten tot intensieve ambtelijke samenwerking. In 2014 is deze samenwerking nader uitgewerkt. Dat gebeurt volgens de lijn van vier bedrijfsprocessen: beleid, uitvoering, dienstverlening en bedrijfsvoering. Op tal van terreinen wordt door medewerkers reeds samengewerkt. De samenwerking krijgt op deze manier geleidelijk en organisch meer gestalte. Onder meer zijn een gezamenlijke directie en een gezamenlijk MT gevormd.
Sociale domein Meppel heeft binnen het sociale domein verbindingen gelegd met de vijf gemeenten Staphorst, Zwarte Waterland, Westerveld en Steenwijkerland. Doel is werken naar een op regio Zwolle / IJsselland georiënteerde nieuwe eenheid. Dat betekent dat we de bestaande samenwerkingsrelaties in het licht van de transities moeten herbezien. We werken op inkoop Huishoudelijke hulp en begeleiding samen met de gemeenten Staphorst, Zwarte Waterland, Westerveld, De Wolden en Hoogeveen; beschermd wonen wordt uitgevoerd door centrumgemeente Assen. Personen vervoer doen we samen met alle Drentse en Groningse gemeenten, Provinciebesturen en het OV bureau. Voor Jeugdzorg wordt samengewerkt met alle Drentse gemeenten. De inkoop (continuïteit van zorg) is via het Regionaal Transitie Arrangement (RTA) en aanvullende bestuurlijke afspraken gezamenlijk uitgevoerd. In het verlengde daarvan zijn twee gemeenten (Emmen en Hoogeveen) penvoerder op het gebied van de gezamenlijke inkoop en de uitvoering van de financiële afspraken. De uitvoering is
vastgelegd in bestuursovereenkomsten. Sociale recherche Zwolle De gemeente Meppel koopt met ingang van 1 mei 2012 ondersteuning op het gebied van sociale recherche in bij de GR Sociale Recherche Zwolle e.o. Hiervoor zijn we een samenwerkingsverband aangegaan met de gemeente Zwolle met als doel het voorkomen en bestrijden van oneigenlijk gebruik en misbruik van uitkeringen en regelingen. De Sociale Recherche Zwolle verricht, overeenkomstig het afgesproken uitvoeringsprotocol, werkzaamheden voor de gemeente Meppel die verband houden met het voorkomen en opsporen van fraude, misbruik of oneigenlijk gebruik met door de gemeente Meppel verleende uitkeringen of voorzieningen en het handhaven van regelgeving. Stichting Onderwijsgroep Zuidwest-Drenthe
Doelstelling is de instandhouding en verbreding van het voortgezet onderwijs op openbare grondslag door middel van de exploitatie van een scholengemeenschap. Meppel doet dit samen met de gemeente Westerveld. Met ingang van 1 januari 2007 is deze voorheen gemeenschappelijke regeling omgezet in een stichting. Uitgangspunt van de exploitatie van de scholengemeenschap is budgettaire neutraliteit. Bij nadelige saldi wordt door de school een beroep gedaan op opgebouwde egalisatiereserves of worden de kosten gedekt
Jaarstukken 2014 127
ten laste van volgende jaren. In het uiterste geval worden de deelnemende gemeenten aangesproken op
basis van de leerlingenaantallen van de hoofdvestiging en de nevenvestiging. Stichting Promes Op 10 november 2006 is de stichting Promes opgericht. Doelstelling van de stichting is de instandhouding van het openbaar onderwijs en het geven van onderwijs aan 10 scholen, waarvan 8 openbare basisscholen, 1 speciale school voor basisonderwijs en 1 school voor zeer moeilijk lerenden. Twee scholen zijn buiten de gemeente Meppel gevestigd: één in Staphorst en één in IJhorst. De 7 bestuursleden zijn door de raden van Staphorst en Meppel benoemd. Zowel de begroting als de jaarrekening worden door de gemeenteraden vastgesteld. Ook wordt separaat verantwoording afgelegd. Vereniging Drentse Gemeenten De Vereniging van Drentse Gemeenten adviseert de gemeenten over zaken die in Drenthe spelen.
Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden De Gemeente Meppel is aangesloten bij twee intergemeentelijke samenwerkingsverbanden gericht op HRM: Talentenregio en Wisselwerk. Talentenregio is een samenwerkingsverband tussen zestien gemeenten uit de regio Zwolle. Samen vertegenwoordigen deze gemeenten ongeveer 5700 medewerkers in de meest uiteenlopende functies. Doelstelling is om samen te werken op de terreinen: Intergemeentelijke mobiliteit, Kennisnetwerk en Arbeidsmarktcommunicatie, Traineetraject. Wisselwerk is een samenwerkingsverband tussen de gemeenten Midden Drenthe, Meppel, Westerveld, Steenwijkerland, De Wolden, de Kamer van Koophandel Noord-Nederland, het Waterschap Reest en
Wieden, Astron en Icare. Het doel van Wisselwerk is om vraag en aanbod van de interne arbeidsmarkt beter op elkaar af te stemmen. Wisselwerk faciliteert medewerkers en organisaties hierin. Wisselwerk stopt per 1 januari 2015. Het mobiliteitsnetwerk Talentenregio heeft een overlap met deelnemers van Wisselwerk, waardoor er dubbelingen ontstonden in activiteiten aanbod en rendement.
128 Jaarstukken 2014
6.7 Paragraaf grondbeleid
6.7.1 Inleiding
In deze paragraaf wordt ingegaan op het grondbeleid van de gemeente en de belangrijkste gevolgen zoals verlies/ winstverwachtingen en de verkoop van gronden.
6.7.2 Nota grondbeleid 2010 – 2014
Het grondbeleid is geen doel op zich, maar is dienstbaar aan de verschillende beleidsvelden zoals wonen,
ruimtelijke ontwikkeling, infrastructuur, recreatie en natuur. De uitvoering van het beleid geeft de manier aan waarop de gemeente zich op de vastgoedmarkt beweegt. Dit is vastgelegd in de Nota Grondbeleid 2010 – 2014. De Nota Grondbeleid is 4 jaar oud. In 2014 is gestart met het actualiseren van deze Nota. De concept nota Grondbeleid 2015-2018 is door het college vastgesteld en is als ontwerp ter inzage gelegd.
6.7.3 Resultaat grondexploitaties 2014
In onderstaand overzicht wordt het totale resultaat van de grondexploitaties weergegeven over het jaar 2014. De voorzieningen nemen in 2014 met € 262.000 af. Spijkers Erve 4: de grondexploitatie wordt afgesloten omdat de bedrijventerreinen in dit project zijn verkocht. Voor de afrondende werkzaamheden voor wat betreft het woonrijp maken wordt een krediet
aangevraagd. Het resultaat van de grondexploitatie Spijkers Erve 4 bedraagt € 150.000 positief. Het saldo van de grondexploitaties van 2014 komt uit op € 412.000 positief.
Afname voorzieningen 262
Saldi afsluiten 150
Saldo winstneming 0
Saldo 2014 (positief) 412
Resultaat grondexploitatie 2014
Parameters / rentetoerekening Op hoofdlijnen geldt dat de parameters in 2015 over de gehele linie zowel aan de opbrengsten- als aan de kostenkant lagere waardes kennen dan de parameters 2014. Dit wordt veroorzaakt door een langzamer herstel van de economie en naar verwachting een langzamere groei van de economie. Ten aanzien van rentekosten en opbrengsten en prijsstijgingen zijn de volgende parameters gehanteerd op basis van het advies van Metrum. Dit is doorgevoerd bij de herziening van de grondexploitaties met als peildatum 1-1-2015.
Startjaar 2015
2016 -
2018
2019
e.v.
Kostenstijging
Verwerving 0,00% 0,00% 2,25%
GWW kosten -2,50% 1,00% 2,25%
Plankosten 0,00% 2,00% 2,25%
Opbrengstenstijging
Woningbouw vrije sector goedkoop 0,00% 1,50% 2,25%
Woningbouw vrije sector duur 0,00% 0,00% 2,25%
Woningbouw sociaal 0,00% 1,50% 2,25%
Bedrijven 0,00% 0,00% 2,25%
Kantoren, winkels en horeca 0,00% 0,00% 2,25%
Maatschappelijk 0,00% 0,00% 2,25%
Rente over kosten 4,50% 4,50% 4,50%
Rente over baten 4,50% 4,50% 4,50%
Jaarstukken 2014 129
6.7.4 Verwachte resultaten vastgestelde grondexploitaties De in exploitatie genomen gronden zijn conform de nota grondbeleid 2010 – 2014 herzien per 1-1-2015. In onderstaande tabel worden de resultaten op basis van netto contante waarde gepresenteerd.
Overzicht boekwaarde
exploitaties
Overzicht boekwaarde Bruto BW Voorziening Netto BW
In exploitatie genomen gronden
Blankenstein B 4.438 1.703 2.735
Danninge Erve Zuid fase 2 5.657 0 5.657
Kinkhorststraat 179 0 179
Koerberg Zuid -545 250 -795
MO laan 109 0 109
Nieuwveense Landen fase 1 20.534 0 20.534
Noord 2 1.586 0 1.586
Oevers D -619 0 -619
Oevers E 2.317 0 2.317
Winkelcentrum Oosterboer 13 44 -31
Vledder BC 10.955 5.621 5.334
Subtotaal 44.624 7.618 37.006
Transformatiegebied gronden 1.645 0 1.645
Subtotaal 1.645 0 1.645
Totaal 46.269 7.618 38.651
Niet in exploitatie genomen gronden
Blankenstein B De uitgifte van Blankenstein B verloopt vanaf het begin moeizaam. In 2012 is de bestemming van dit bedrijventerrein verruimd naar ‘detailhandel – grootschalig’ om meer ontwikkeling mogelijk te maken. De kantorenmarkt staat zwaar onder druk en investeringen in grootschalige detailhandel blijven door de economische crisis van de laatste jaren uit. Er is nog ca. 3,5 hectare beschikbaar. Danninge Erve Zuid fase II Het bestemmingsplan is in 2014 onherroepelijk geworden en gaat uit van de realisatie van totaal 123 woningen. In 2014 is gestart met de aanleg van riolering, wegen en nutsvoorzieningen. Er is één kavel uitgegeven. Een ontwikkelaar gaat in 2015 12 woningen (rij- en twee-onder-een-kapwoningen) op de markt brengen.
Kinkhorststraat De voormalige schoollocatie Mgr. Niermanschool wordt ingezet als ontwikkellocatie voor woningbouw. Het bestemmingsplan ‘Meppel – Kinkhorststraat’ is op 27 mei 2014 door het college en op 25 juni 2014 door de gemeenteraad vastgesteld. Dit plan maakt de realisatie van 19 grondgebonden woningen op de vrijkomende schoollocatie van de Mgr. Niermanschool mogelijk. Met een ontwikkelaar is overeenstemming bereikt over de afname van de grond ten behoeve van de realisatie van 19 huurwoningen in het sociale segment. De voormalige schoollocatie is gesloopt en de grond is gesaneerd. Overdracht van de grond vindt in 2015 plaats zodra de omgevingsvergunning onherroepelijk is geworden en er een uitspraak ligt van de commissie bezwaar en beroep tegen de kap van twee essen en twee esdoorns. Naar verwachting zijn
deze procedures medio eerste helft 2015 afgerond en kan de bouwrijpe grond worden overgedragen. Koeberg Zuid De ontwikkeling Koeberg-zuid zorgt voor de bouw van 60 zorgappartementen ten behoeve van Zorgcombinatie De Noorderboog en De Stouwe, 26 sociale huurwoningen voor Woonconcept, een gemeenschappelijke ontmoetingsruimte en een uitbreiding van het winkelcentrum. Het bestemmingsplan is in 2013 vastgesteld en in 2014 is de omgevingsvergunning verleend. De Zuiderbasisschool is gesloopt. Deze gronden zijn inmiddels overgedragen aan de ontwikkelaar. In 2014 is gestart met de bouw van de nieuwe supermarkt met zorgappartementen. Dit wordt eind 2015 opgeleverd. Begin 2015 heeft de provincie Drenthe voor dit project een subsidie van € 360.000 toegezegd.
130 Jaarstukken 2014
Marten Ottenlaan Het bestemmingsplanprocedure is in 2014 onherroepelijk geworden. De gemeente gaat drie kavels uitgeven. De kavels voor de twee-onder-een-kapwoning worden in 2015 uitgegeven. De verkoop is hiervan gestart. De uitgifte van de kavel voor de vrijstaande woning staat voor 2016 gepland. Nieuwveense Landen fase 1 Dit project betreft een duurzame gebiedsontwikkeling van ca. 2.100 woningen met bijbehorende commerciële en maatschappelijke voorzieningen.
Het bestemmingsplan is in 2012 onherroepelijk geworden. In 2014 is het bouwrijpmaken voor deelplan 1a en 1b afgerond. Er zijn door de gemeente 90 kavels aan ontwikkelaars uitgegeven. Eind 2014 zijn er 30 woningen opgeleverd. De resterende 60 woningen worden in het eerste kwartaal van 2015 opgeleverd. De kavels in het duurdere segment verloopt stroef. Er is wel interesse getoond door verschillende particulieren maar vaak vormt de verkoop van eigen woning een belemmering. In 2015 wordt het tracé voor een kortere ontsluiting aan de oostkant uitgewerkt die er voor moet zorgen dat er flexibeler ontwikkeld kan worden. Noord 2 Dit bedrijventerrein is een ruim opgezet terrein met veel groen en waterpartijen en een goede ontsluiting op de A32 en A28. Noord 2 is een gemend bedrijventerrein geschikt voor lichte tot middelzware
bedrijvigheid. In 2014 is voor de uitbreiding van een bestaand bedrijf een kleine aangrenzende strook uitgegeven. In fase 2 zijn geen bouwactiviteiten meer te verwachten omdat nagenoeg alle kavels zijn uitgegeven dan wel in optie zijn. Om die reden is in 2014 is fase 2 woonrijp gemaakt waarbij een mogelijke herverkaveling naar kleinere kavels tot de mogelijkheden behoort. De ontwikkeling en het bouwrijp maken van fase 3 is afhankelijk van de ontwikkeling van een grootschalig bouwplan. De onderhandelingen met de ontwikkeling hierover zijn gaande. Oevers D In 1998 is de Publiek-Private-Samenwerking (PPS) met RoyalHaskoningDHV en KWS van start gegaan. De samenwerkingsovereenkomst is in 2013 met drie jaar verlengd. De einddatum van de PPS is 31 december 2018.
Oevers D bestaat uit natte kavels gelegen aan diep vaarwater. Ook zichtkavels langs de N375 maakt onderdeel uit van het terrein en er zijn droge kavels die niet afhankelijk zijn van vaarwater. In 2014 is er een natte kavel van ca. 5.200 m2 uitgegeven. Doordat op dit moment de vraag naar grote percelen van ca. 4 en 5 hectare achterblijft, is de huidige verkaveling aangepast. Hierdoor is uitgifte in kleinere kavels mogelijk geworden mits schepen qua afmeermogelijkheden voldoende kunnen worden gefaciliteerd. Oevers E Dit is een jong bedrijventerrein dat grenst aan het centrum van Meppel. Het kenmerkt zich door kleine kavels vanaf 1.500 m2 waar wonen en werken gecombineerd worden. Er is lichte bedrijvigheid mogelijk. Ontsluiting van dit bedrijventerrein is via de N375.
In 2014 is een kavel verkocht en de juridische overdracht is in 2015. Er zijn twee serieuze kandidaten op een optie op een kavel te nemen. Het huidige verkavelingsplan kent beperkingen voor potentiële kopers. In de structuurvisie is bepaald dat kleinere kavels mogelijk moeten worden. In 2015 wordt een nieuw bestemmingsplan ontwikkeld om zo tot een beter afzet van de kavels te komen. Winkelcentrum Oosterboer Met de Vereniging van Eigenaren Winkelcentrum Oosterboer (VvE) is in 2014 overeenstemming bereikt over de uitbreiding van het winkelcentrum Oosterboer en de herinrichting van het openbaar gebied rondom het winkelcentrum. De initiatiefnemer is verantwoordelijk voor het tot stand komen van deze ontwikkeling. De gemeente treedt hier faciliterend op.
Het voorontwerp bestemmingsplan is afgerond. Naar verwachting zal de bestemmingsplanprocedure medio september/oktober 2015 zijn afgerond. Dan zal gestart worden met de werkzaamheden. Eerst wordt een deel van het openbaar gebied heringericht en daarna vindt de uitbreiding van de supermarkt plaats. Vledder BC In de afgelopen jaren heeft er veelvuldig overleg, correspondentie en onderhandeling tussen de ontwikkelaar en de gemeente plaatsgevonden. De ontwikkelaar heeft in 2012 aangegeven dat de marktomstandigheden zodanig zijn veranderd dat een financieel haalbare ontwikkeling op dit moment niet mogelijk bleek op basis van de overeenkomsten uit 2006 en 2010. Naar aanleiding van al deze gesprekken is geconcludeerd dat vasthouden aan de
Jaarstukken 2014 131
overeenkomst niet leidt tot de gewenste ontwikkeling op het Vledder. Dit heeft in 2013 tot het onderhandelingsresultaat geleid, dat is bekrachtigd door de gemeenteraad op 24 januari 2013. De vof heeft in 2013 een bedrag van € 4,3 mln. betaald waarmee het financiële risico voor dit project is verlaagd. De ontwikkeling van fase 2 (parkeergarage met commerciële ruimten) is vervolgens opgepakt. Dit heeft geresulteerd in de aanvraag van een omgevingsvergunning voor fase 2. De ontwikkelaar is vervolgens gesprek gegaan met beide bezwaarmakers om tegemoet te komen aan de bezwaren. De gesprekken
hebben uiteindelijk geleid tot intrekking van de zienswijze (26 november 2014). De intrekking van het tweede bezwaar, en daarmee de verlening van de omgevingsvergunning voor Fase 2 leek een kwestie van tijd. Fase twee stond hiermee in de spreekwoordelijke “startblokken”. Eind 2014 bleken er problemen met de commerciële invulling. De realisatie van Fase 2 is hierdoor onzeker geworden. Naast tegenvallers zijn er ook positieve ontwikkelingen. Er is concrete interesse voor woningbouw, eventueel gecombineerd met zorg. Het zoekgebied voor deze ontwikkeling is fase 3, 4 en 5. Ook wordt serieus onderzocht of er alsnog een bioscoop in het gebied kan worden gerealiseerd.
6.7.5 Afsluiten Grondexploitaties / kredieten
Spijkerserve Spijkers Erve is in 2009 in exploitatie genomen.
De laatste kavel is in 2014 uitgegeven. Het terrein wordt naar verwachting in 2016 woonrijp gemaakt. De grondexploitatie wordt afgesloten en is nog € 90.000 voor de afrondende werkzaamheden nodig. In onderstaande tabel wordt een overzicht gepresenteerd van saldo van de af te sluiten grondexploitaties.
Spijkers Erve -150 0 0 0 -150
Totaal -150
saldi af te
sluiten
Afgesloten projecten
Bedragen x € 1.000BW 1.1.2015 voorziening reserve /
begrootoverboeken
Winstneming
In de nota grondbeleid 2010 – 2014 is de volgende beleidsregel opgenomen: Als 80% van de geraamde kosten en opbrengsten zijn gerealiseerd mag maximaal 50% van de winst worden genomen binnen een (deel) grondexploitatie. Op basis van bovenstaande beleidsregel wordt in de jaarrekening 2014 geen winst genomen.
6.7.6 Voorzieningen
Voorzieningen worden bepaald op basis van netto contante waarde (zie paragraaf 3.7 nota grondbeleid 2010 – 2014). De hoogte van de voorzieningen wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld. De voorzieningen zijn ten opzichte van 2014 met € 262.000 gedaald.
Voorzieningen jaarrekening 2014
IEGG
Blankenstein B 1.700 3 1.703
Koeberg Zuid 600 -350 250
Winkelcentrum Oostboer 0 44 44
Vledder BC (exploitatie) 5.580 41 5.621
Totaal 7.880 -262 7.618
Bedragen x € 1.0002014 mutatie 2014 2015
6.7.7 Afgesloten complexen: nog te maken kosten en te ontvangen bedragen
Om de voortgang van de nog komende kosten en opbrengsten van de afgesloten grondexploitaties te kunnen volgen zijn de volgende overzichten in deze paragraaf opgenomen.
132 Jaarstukken 2014
Verloop van de nog te maken kosten van de afgesloten complexen
Afwikkelingskrediet Berggierslanden 93.166 22.184 70.982
Afwikkelingskrediet Spijkers Erve 4 0 - 89.372
(Restant) raming
nog te maken per
1.1.2014
Werkelijke
uitgaven t/m 2014
(Restant) raming
per 1.1.2015
Zie voor een korte toelichting het overzicht lopende kredieten.
6.7.8 Risico’s
De risico’s van de projecten uit deze paragraaf zijn opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen. In de uitgevoerde risicoanalyse is bepaald welke risicoreservering nodig is om de risico’s op te vangen. De meeste projecten hebben een grondexploitatie met een positief verwacht resultaat. De risico’s binnen die projecten worden hierdoor (deels) opgevangen.
6.7.9 Bedrijventerrein
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de uitgegeven en voorraad m² gronden op bedrijventerreinen en kantoorlocaties.
Totaal
uitgeefbaar
Totaal uitgegeven
tot 2014
Uitgegeven in
2014
Nog uitgeefbaar
per 1-1-2015
Noord II 276.152 m2 145.513 m2 740 m2 129.899 m2
Blankenstein B 77.566 m2 48.537 m2 0 m2 29.029 m2
Spijkerserve 4 6.794 m2 5.145 m2 1.912 m2 -263 m2
Oevers D 405.482 m2 290.308 m2 5.210 m2 109.964 m2
Oevers E 72.493 m2 24.892 m2 0 m2 47.601 m2
Totaal 838.487 m2 514.395 m2 7.862 m2 316.230 m2
6.7.10 Verloop boekwaarde
In verband met de financiering van de grondexploitaties wordt in onderstaand overzicht een doorkijk gegeven naar het verloop van de boekwaarde in 2014.
Jaarstukken 2014 133
Bedr
agen
x € 1
.000
netto
bo
ekwa
arde
1-1
-201
4
afna
me do
or
opbr
engs
ten
toen
ame
door
uit
gave
n(ex
cl. r
ente
)
toen
ame
door
rent
ene
tto
boek
waar
de
1-1-2
015
afna
me do
or
opbr
engs
ten
toen
ame
door
uit
gave
n(ex
cl. r
ente
)
toen
ame
door
rent
ene
tto
boek
waar
de
31-12
-201
5
afslu
iten
netto
bo
ekwa
arde
1-1
-201
6
afna
me do
or
opbr
engs
ten
toen
ame d
oor
uitga
ven(
excl.
re
nte)
toen
ame
door
rent
ene
tto
boek
waar
de
31-12
-201
6
in ex
ploita
tie ge
nome
n gro
nden
Blank
enste
in B2.6
130
13113
2.735
-275
145120
2.725
02.7
25-80
664
1062.0
89
Dann
inge E
rve Zu
id fas
e II5.3
54-119
19023
25.6
58-23
755
626
26.2
380
6.238
-701
264
271
6.072
Koeb
erg Zu
id-70
-1.126
76-26
-795
-669
149-48
-1.363
0-1.3
630
55-60
-1.368
MO La
an71
034
5109
-238
340
-940
-94-21
542
-8-27
6
Nieuw
veen
se lan
den f
ase 1
20.58
6-2.
203
1.287
865
20.53
5-1.6
324.1
9598
224
.079
024
.079
-2.80
34.6
211.12
427
.021
Noord
21.4
47-52
12864
1.586
-1.081
940
681.5
130
1.513
-1.092
71860
1.198
Oeve
rs D
-746
-545
701
-29-61
9-2.
772
789
-72-2.
675
0-2.
675
-2.65
375
0-16
3-4.
741
Oeve
rs E
2.155
068
942.3
17-65
3195
941.9
520
1.952
-660
18077
1.550
Ooste
rboer
00
130
-31-20
021
-5-21
60
-216
022
0-5
0
Spijke
rserve
-4-18
441
-30
00
00
00
00
00
Vledd
er Ex
ploita
tiege
bied B
C5.2
700
6243
5.334
-5.53
032
116-47
-470
00
00
Kinkh
orstst
raat
00
1754
179-54
3191
0-17
30
-173
0163
-4-14
Tota
al in
explo
itatie
geno
men
36.67
6-4
.230
2.788
1.361
37.00
7-13
.832
7.246
1.517
31.93
9-4
831
.987
-8.92
97.0
771.3
9831
.532
niet i
n exp
loita
tie ge
nome
n gro
nden
Trans
forma
tiege
bied -
gron
den V
ion1.6
2958
-0
741.6
450
071
1.716
01.7
160
074
1.789
Tota
al nie
t in e
xplo
itatie
geno
men
1.629
-58
074
1.645
00
711.7
160
1.716
00
741.7
89
Tota
al all
e gro
ndex
ploita
ties
38.30
5-4
.288
2.788
1.435
38.65
213
.832-
7.246
1.588
33.65
548
-33
.702
8.929
-7.0
771.4
7133
.322
Verlo
op bo
ekwa
arde
n gro
ndex
ploita
ties 2
014
134 Jaarstukken 2014
6.8 Paragraaf subsidies
Inleiding Deze paragraaf wil een dwarsdoorsnede van de jaarrekening laten zien op het gebied van subsidies. De paragraaf subsidies is geen verplicht onderdeel van de jaarrekening op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV). In deze paragraaf wordt ingegaan op de verstrekte subsidies en de subsidieplafonds.
6.8.1 Financiële aspecten De gemeente Meppel heeft in 2014 € 18 miljoen aan subsidies verstrekt aan instellingen en bijdragen aan overheden. Het grootste deel van deze subsidies is met een rijksbijdrage gefinancierd, waaraan verplichtingen gekoppeld zijn, zoals de Wet Sociale Werkvoorziening en de Wet werk en bijstand (thans
opgegaan in de participatiewet). Ongeveer € 5,6 miljoen is verstrekt op grond van overige wettelijke taken op het gebied van volksgezondheid en autonoom beleid.
6.8.2 Beleidsmatige aspecten Het merendeel van de subsidies is verleend aan professionele publieke instellingen. Een gedeelte van de subsidiegelden wordt verstrekt aan vrijwilligersorganisaties, variërend van enkele middelgrote organisaties tot vele kleine organisaties. In de algemene subsidieverordening worden twee soorten subsidies onderscheiden; de jaarlijkse en de eenmalige subsidies. Voor subsidies is de nullijn gehanteerd. Er is niet gecompenseerd voor loonstijgingen als gevolg van CAO ontwikkelingen.
Het cultureel jaar met als centrale thema ‘culturele stad van verbinding’ is afgesloten. In dat kader heeft de gemeente een subsidie van de provincie Drenthe ontvangen. De afwikkeling van de subsidie met provincie Drenthe moet nog plaatsvinden. De beleidsvoornemens op het gebied van subsidie zijn nog niet uitgewerkt en zijn daarom als opdracht terug te vinden in de begroting 2015. In combinatie met de decentralisaties moeten de opdrachten aan uitvoerders verstrekt worden in ,op beleidsdoelen gerichte, afdwingbare resultaatafspraken.
6.8.3 Subsidieplafonds De raad heeft bij vaststelling van de begroting de onderstaande subsidieplafonds ingesteld voor de onderdelen amateurkunst, sportbeoefening en evenementen. Hiermee worden open einde regelingen
voorkomen. Begroot plafond Realisatie amateurkunst € 78.000 € 73.216 algemene sportstimulering € 6.000 € 5.868 evenementen € 110.000 € 110.565
Jaarstukken 2014 135
6.9 Paragraaf Schouwburg Ogterop
Inhoudelijke verantwoording In 2014 heeft Ogterop zich verder gepositioneerd als schouwburg met een brede regionale uitstraling. Door Meppel culturele gemeente jaar kon Ogterop een paar aansprekende voorstellingen en projecten realiseren. Enkele voorbeelden hiervan: Circus Ronaldo op het Bleekerseiland, het nieuwe muziekfestival Ogterop Unplugged en het leesfeest een activiteit samen met bibliotheek en Scala kreeg een vervolg. Ogterop organiseert meer activiteiten dan ooit tevoren en is een actieve partner als het gaat om samenwerking en cultuur in Meppel. Om een paar voorbeelden te noemen Ogterop Academy in samenwerking met Stad en Esch, voor Live in Meppel ondersteunt Ogterop ticketing en programmering, en de schouwburg is co producent van Puppet International. Daarnaast heeft Ogterop zich steviger gepositioneerd mede door aansprekende marketing inspanningen en grote artiesten die het afgelopen
jaar regelmatig in een uitverkochte zaal mochten optreden. Ook is te merken dat de voorstellingen in Engelenbak een eigen publiek trekken, publiek dat steeds makkelijker het avontuur durft aan te gaan. Dit heeft geresulteerd in meer theaterbezoekers. Van de totale theaterbezoekers komt 44% procent uit de gemeente Meppel. Dit jaar zijn voor het eerst de website bezoekers in kaart gebracht.
Ogterop website 2012 2013 2014*
bezoeken 42.629 93.199 126.290
unieke bezoekers 29.153 58.724 84.680
pagina-weergaven 493.390 931.349 1.080.377
pagina's per sessie 11,57 9,99 8,55
nieuwe bezoekers 68,50% 59,80% 63,20%
terugkerende bezoekers 31,50% 40,20% 36,80%
*Eind Oktober heeft de site van Ogterop heel veel bezoekers getrokken naar aanleiding van reactie van Schouwburgdirecteur Wybrich Kaastra op een uitspraak van een actrice. De specifieke cijfers van de theaterbezoekers staan vermeld in begrotingsparagraaf aangezien Ogterop
bezoekcijfers per seizoen meet. Wel kan vermeld worden dat Ogterop de prognose voor het huidige seizoen ruimschoots gaat halen. In de begroting voor theaterseizoen 2014/ 2015 is een bezoekers prognose opgenomen van 21.880, half februari 2015 zijn al 23.500 kaarten verkocht voor het huidige theaterseizoen. Commerciële en culturele zaalhuur De commerciële en culturele zaalhuur blijft een punt van aandacht en zorg. Ogterop merkt dat steeds meer bedrijven steeds minder activiteiten buitens huis organiseren, met name recepties en oud- en nieuwjaarsbijeenkomsten blijken steeds zeldzamer. Deze trend wordt jaarlijks meer voelbaar. Ondanks het feit dat steeds meer nieuwe theaterbezoekers kennismaken met Ogterop blijft dit bij de zakelijke verhuur uit. Wat betreft de culturele verhuur neemt de Plataan hiervoor ook een deel voor haar rekening. Helaas is ook voelbaar dat het onderwijs minder voorstellingen buitenshuis organiseert. Het aantal
bezoekers en activiteiten voor de culturele verhuur lijkt te zijn gestegen, dit komt door het tweejaarlijkse festival Puppet International met 25 culturele activiteiten en 4000 bezoekers.
2013 2014
Aantal culturele verhuur 60 68
Aantal commerciële verhuur 238 233
Aantal bezoekers culturele verhuur 12313 16313
Aantal bezoekers commerciële verhuur 9848 8024
136 Jaarstukken 2014
Financiële verantwoording
In dit onderdeel wordt een korte toelichting geven op de belangrijkste afwijkingen in het financiële overzicht. De bezuiniging op Ogterop is ingeboekt op de algemene kosten en op de activiteiten lasten. Deze bedragen zijn niet realistisch en een bezuiniging op uitsluitend deze posten is niet haalbaar. Over het de gehele begroting gezien en in relatie met 2013 kan worden gesteld dat Ogterop het afgelopen jaar wel degelijk heeft bezuinigd en meer heeft inverdiend terwijl het aantal activiteiten is toegenomen.
Recapitulatie Uitgaven Begroot Werkelijk Begroot Werkelijk
2013 2013 2014 2014
Kosten Vastgoed inclusief kapitaallasten en overhead
357.351
309.316
279.854
275.515
Personeelskosten inclusief doorbelasting en
overhead
712.088
651.059
651.292
606.493
Algemene Kosten
100.500
84.958
63.380
67.856
Kosten Activiteiten
665.700
572.651
502.820
613.799
Totaal bedrag uitgaven
1.835.639
1.617.984
1.497.346
1.563.663
Recapitulatie Inkomsten Begroot Werkelijk Begroot Werkelijk
2013 2013 2014 2014
Opbrengst Huur -65.000 -47.034 -65.000 -60.620
Opbrengst Pacht -62.000 -53.100 -62.000 -55.329
Opbrengst Voorstellingen -485.000 -368.519 -385.000 -398.890
Overige Opbrengsten -60.000 -120.464 -60.000 -110.494
Totaal bedrag inkomsten -672.000 -589.117 -572.000 -625.333
Bijdrage gemeente
1.163.639
1.028.868
925.346
938.330
Uitgaven Op de personeelslasten is dankzij minder doorbelastingen een positief resultaat gehaald van € 45.000. Op de algemene kosten is een bezuiniging doorgevoerd en deze is gehaald. Door een toename van activiteiten en door een aantal grotere voorstellingen in het kader van het
culturele jaar zijn de activiteitenlasten hoger dan vorig jaar en als begroot. Daar staat tegenover dat bij hogere kosten ook meer inkomsten zijn gehaald. Hierop moet wel opgemerkt worden dat de activiteiten lasten in het kader van de bezuiniging op Ogterop niet realistisch zijn begroot. Wil Ogterop een dergelijk bedrag realiseren dan moet er fors in het aantal activiteiten worden gesneden. Inkomsten De huurinkomsten lijken hoger ten opzichte van 2013, echter tot 2014 werd de verhuurde materialen ondergebracht bij overige opbrengsten. Vanaf 2014 boekt Ogterop alles wat met verhuur te maken heeft op huurinkomsten. Om die reden valt overige opbrengsten lager uit en huuropbrengsten hoger. De voorstellingen hebben meer opgebracht, dit is in lijn met de hogere kosten en meer activiteiten.
Jaarstukken 2014 137
Jaarrekening
7. Balans
138 Jaarstukken 2014
Balans (x € 1.000 euro’s)
ACTIVA
VASTE ACTIVA
IMMATERIELE VASTE ACTIVA 757 749
Kosten van onderzoek en ontwikkeling 757 749
MATERIELE VASTE ACTIVA 102.187 98.393
Investeringen met een economisch nut
* gronden uitgegeven in erfpacht - -
* overige investeringen 71.015 71.040
Investeringen met een economisch nut, waarvoor
ter bestrijding van de kosten een heffing kan
worden geheven. 20.852 18.373
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend
een maatschappelijk nut 10.292 8.792
Investeringen nog uit te splitsen 28 188
FINANCIELE VASTE ACTIVA 17.544 16.086
Kapitaalverstrekkingen
* Deelnemingen 420 420
Leningen
* Woningbouwcorporaties 7.359 7.703
* Deelnemingen 1.609 1.773
Overige langlopende leningen 7.938 5.963
Bijdragen aan activa in eigendom van derden 219 227
Uitzettingen in 's Rijks schatkist
TOTAAL VASTE ACTIVA 120.488 115.227
VLOTTENDE ACTIVA
VOORRADEN 39.642 39.320
Grond- en hulpstoffen
* Niet in exploitatie genomen bouwgronden 1.645 1.629
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in
exploitatie 37.008 36.676
Gereed product en handelsgoederen 990 1.015
UITZETTINGEN MET RENTETYPISCHE LOOPTIJD
KORTER DAN 1 JAAR 7.859 6.691
Vorderingen op openbare lichamen 5.532 4.779
Rekening-courantverhouding met het Rijk
Overige vorderingen 2.327 1.912
LIQUIDE MIDDELEN 37 29
Kas- en banksaldi 37 29
OVERLOPENDE ACTIVA 1.232 1.340
Overlopende activa 1.232 1.340
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA 48.771 47.380
TOTAAL ACTIVA 169.259 162.607
31-12-2014 31-12-2013
Jaarstukken 2014 139
PASSIVA
VASTE PASSIVA
EIGEN VERMOGEN 7.944 10.626
ALGEMENE RESERVE 2.039 2.337
BESTEMMINGSRESERVE
Diverse bestemmingsreserves 4.442 8.542
GEREALISEERD RESULTAAT 1.462 253-
VOORZIENINGEN 8.278 4.206
Voorzieningen 8.278 4.206
Voorziening voor vervangingsinvesteringen,
waarvoor een heffing wordt geheven.
VASTE SCHULDEN MET RENTYPISCHE LOOPTIJD
LANGER DAN 1 JAAR 127.826 121.396
* Binnenlandse banken en overige financiële
instellingen 127.826 121.396
TOTAAL VASTE PASSIVA 144.047 136.228
VLOTTENDE PASSIVA
NETTO VLOTTENDE SCHULDEN MET EEN
RENTETYPISCHE LOOPTIJD KORTER DAN 1 JAAR 15.341 15.089
Kasgeldleningen 9.000 8.000
Banksaldi 2.236 1.894
Overige schulden 4.105 5.195
OVERLOPENDE PASSIVA 9.870 11.290
Overlopende passiva 9.870 11.290
TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA 25.212 26.380
TOTAAL PASSIVA 169.259 162.607
Gewaarborgde geldleningen (geen achtervang) 53.741 54.584
31-12-2014 31-12-2013
140 Jaarstukken 2014
7.1 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
7.1.1 Inleiding
De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft. Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische
kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De lasten en baten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Lasten en verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als baat genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op een andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de
meerjarenraming te weten vier jaar. Indien sprake is van (eenmalige) schokeffecten (reorganisaties) dient wel een verplichting gevormd te worden.
7.1.2 Balans
Vaste activa Artikel 59 beschrijft het onderscheid tussen investeringen met uitsluitend maatschappelijk nut in de openbare ruimte en investeringen met een (beperkt) economisch nut. Investeringen die op enigerlei wijze kunnen leiden tot of bijdragen aan het verwerven van inkomsten zijn investeringen met economisch nut. Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de vervaardigings- c.q. verkrijgingprijs, verminderd met
de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in maximaal 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief. Afsluitkosten van opgenomen geldleningen worden afgeschreven in de looptijd van de betrokken geldlening. Materiële vaste activa met een economisch nut De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven.
De activa worden vanaf het jaar volgend op het tijdstip waarop dit gereed kwam of verworven werd lineair (of annuïtair bij uitzondering) afgeschreven in de verwachte gebruiksduur. Op grond met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven. Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken. Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering of het verzamelen van huishoudelijk afval, worden deze investeringen voortaan op de balans opgenomen onder de investeringen met economisch nut in een aparte categorie.
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut Infrastructurele werken in de openbare ruimte zoals bijv. bruggen, viaducten en parken, worden geactiveerd en afgeschreven. De ondergrond van deze werken wordt bij het bepalen van de afschrijvingen als integraal onderdeel van het werk beschouwd ( en dus ook afgeschreven). Voor zover in voorkomende gevallen een snellere budgettaire dekking mogelijk is, wordt op dergelijke activa overigens (resultaatafhankelijk) extra afgeschreven. De boekwaarden moeten dus nadrukkelijk als nog te dekken investeringsrestanten worden gezien. Afschrijvingsmethode Voor de afschrijving op activa wordt de lineaire methode gehanteerd. Uitzondering daarop zijn de afschrijvingen op die rioleringswerken, waarvoor tevens een verfijninguitkering uit het Gemeentefonds wordt ontvangen. Investeringen in activa met een maatschappelijk nut, geactiveerd vóór de inwerkingtreding van het BBV blijven
Jaarstukken 2014 141
geactiveerd en worden afgeschreven in de destijds vastgestelde afschrijvingstermijn. Investeringen in activa met een maatschappelijk nut geactiveerd na de inwerkingtreding van het BBV worden afgeschreven in het aantal jaren zoals dat bij de kredietverlening door de Gemeenteraad is vastgesteld, waarbij het streven is die termijn zo kort mogelijk te houden. In 2010 is door de gemeenteraad de “Financiële verordening gemeente Meppel” en de daarbij behorende artikelsgewijze toelichting vastgesteld. Met het afschrijven van een nieuw activum wordt begonnen op 1 januari van het jaar volgend op het tijdstip waarop dit gereed kwam of verworven werd. Investeringen, geactiveerd vóór de vaststelling van de Financiële verordening gemeente Meppel in 2010 worden nog afgeschreven conform de Nota Financieel Beleid van 2007.
Uitbreidingsinvesteringen in riolering (economisch nut) worden met ingang van 1 januari 2012 geactiveerd en lineair afgeschreven in de daarvoor geldende afschrijvingstermijn (zie tabel hierna). Uitbreidingsinvesteringen in riolering van vóór deze stelselwijziging worden niet geactiveerd, maar maken onderdeel uit van de ‘onderhanden werken’ (vlottende activa; zie hierna). Investeringen met economisch nut met een verkrijgingprijs boven de € 10.000 worden lineair afgeschreven conform de volgende tabel in:
Materiële vaste activa (economisch nut) Termijn
Gronden en terreinen geen
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken
Riolering: eerste aanleg niet-machanisch deel 60
Riolering: niet-mechanisch deel 35
Riolering: mechanisch deel 15
Aanleg sportvelden 30
Renovatie sportvelden 15
Aanleg en herinrichting begraafplaatsen 25
Tijdelijke terreinwerken 10
Aanleg / renovatie kunstgrasvelden 10
Gebouwen / bouwwerken
Gebouwen met permanente bouwaard: school- en bedrijfsgebouwen, sportaccommodaties, woningen c.a.
40
Gebouwen met een semi-permanente bouwaard: school- en bedrijfsgebouwen, sportaccommodaties, woningen c.a.
20
Renovatie, restauratie en aankoop school- en bedrijfsgebouwen, sportaccommodaties en woningen c.a.
25
Bouwkundige aanpassingen, die niet vallen onder renovatie en restauratie (bijvoorbeeld vervanging sportvloer)
15
Vervanging daken en dakbedekkingen 20
Transport- en Vervoermiddelen
Groot materieel brandweer 15
Vracht- en vuilnisauto's, bestel- en personenauto's, kolken-zuigers, aanhangers e.d. 7
Tractoren en shovels 10
Motorvaartuigen 10
Schuiten 10
Machines, apparaten en installaties
Technische installaties: aard en nagelvast (leidingen, kanalen, radiatoren) 40
Technische installaties: werktuigbouw (CV-ketels, liften, luchtbehandelingskasten, armaturen) 20
Technische installaties: elektrotechniek (telefooncentrales, toegangs- en veiligheidsinstallaties,
stemcomputers)
10
Automatisering: hardware en software 5
Apparatuur kantoren, keukens, foto, film, reproductie etc. 5
Zoutstrooiers, sneeuwploegen en -schuivers, andere aan voertuigen te koppelen apparaten/machines en overig materieel voor reiniging, openbare ruimte en brandweer.
10
Veegmachines 6
Maaimachines 5
Afzetcontainers 15
Ondergrondse afvalcontainers: buitenbak en binnenbak 15
Overige materiële vaste activa
Meubels en inventaris (incl. meubilair kantoren, scholen, sporthallen en gymzalen) 10
Afvalcontainers 10
Uitrukkleding en uniformkleding brandweer 5
Kaartmateriaal, luchtfoto's 5
142 Jaarstukken 2014
Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs. Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden gewaardeerd op het bedrag van de verstrekte bijdragen,
verminderd met afschrijvingen. De verleende bijdrage wordt afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak. Vlottende activa Voorraden De niet in exploitatie genomen bouwgronden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, dan wel lagere marktwaarde. Er wordt rente bijgeschreven op de boekwaarde van deze voorraden. Incourante voorraden worden afgewaardeerd naar marktwaarde. De als “onderhanden werken” opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de
vervaardigingsprijs, dan wel lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken), alsmede rentekosten en administratie- en beheerskosten minus de verkregen verkoopopbrengsten. Winsten uit grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Bij de winst- en verliesneming wordt de volgende uitgangspunten aangehouden: verliezen worden genomen als die bekend zijn (voorzichtigheidsbeginsel); winsten worden genomen wanneer die zijn gerealiseerd (realisatiebeginsel); winsten en verliezen worden genomen op basis van de contante waarde berekening; als 80% van de geraamde kosten en opbrengsten is gerealiseerd mag maximaal 50% van de winst binnen een
(deel)grondexploitatie worden genomen.
Vorderingen en overlopende activa Vorderingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Deze voorziening is bepaald op basis van geschatte inningskansen. Liquide middelen en overlopende posten Deze worden tegen nominale waarden opgenomen. Vaste passiva Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. Onder de voorzieningen zijn opgenomen de voorziening afvalstoffen en de voorziening riolering omdat dit door derden verkregen middelen zijn. Vaste schulden Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer. Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Borg- en garantstellingen
Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, wordt buiten de balanstelling opgenomen de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie vermeld.
Jaarstukken 2014 143
7.2 Toelichting op de balans
(in euro’s) ACTIVA
7.2.1 Vaste activa
Immateriële vaste activa
31-12-2014 31-12-2013
Immateriële vaste activa 756.854 748.576 Onder immateriële vaste activa worden begrepen de kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en de kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief. Kosten van onderzoek en ontwikkeling welke niet aan bepaald actief kunnen worden toegerekend worden niet meer geactiveerd. Het verloop van de boekwaarde was in 2014 als volgt:
31-12-2014 31-12-2013
Boekwaarde per aanvang jaar 748.576 703.788
Bij: investeringen 73.642 135.118
Af: afschrijvingen 65.365 90.329
Boekwaarde per einde jaar 756.854 748.576
Specificatie bedrag 31-12-2014 31-12-2013
Kosten van onderzoek en ontwikkeling 756.854 748.576
Materiële vaste activa
De materiële activa worden ingedeeld in activa met een economisch nut en in activa met een maatschappelijk nut. Onder investeringen met een economisch nut worden begrepen die investeringen waarvoor een “markt” is of welke onderdeel vormen voor een aan derden in rekening te brengen tarief. Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen met economisch nut weer:
31-12-2013 Inves-
teringen
Desin-
veste-
ring
Afschrij-
vingen
Bijdra-
gen van
derden
Afwaar-
derin-
gen
31-12-2014
Gronden en terreinen 10.626.961 47.599 4.609 10.669.951
Woonruimten - -
Bedrijfsgebouwen 49.159.308 2.114.793 58.830 2.365.971 48.849.301
Grond-, weg- en
waterbouwkundige
werken
22.023.628 2.965.298 1.070.267 23.918.659
Vervoermiddelen 1.083.924 459.843 239.698 1.304.069
Machines 3.922.117 891.995 440.885 4.373.227
Overig 2.596.533 588.377 432.712 2.752.197
- -
Totaal 89.412.471 7.067.905 58.830 4.554.142 - - 91.867.405
De totale boekwaarde van € 91.867.405 is inclusief een boekwaarde van € 20.852.210 voor investeringen
waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
144 Jaarstukken 2014
De boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut had het volgende verloop:
31-12-2013 Inves-
teringen
Desin-
veste-
ring
Afschrij-
vingen
Bijdra-
gen van
derden
Afwaar-
derin-
gen
31-12-2014
Gronden en terreinen - -
Bedrijfsgebouwen - -
Grond-, weg- en
waterbouwkundige
werken
8.592.302 2.536.930 966.791 10.162.441
Machines 177.699 70.659 107.040
Overig 22.282 22.282
Totaal 8.792.283 2.536.930 - 1.037.450 - - 10.291.763 Uit te splitsen investeringen
31-12-2014 31-12-2013
Nog uit te splitsen investeringen 28.021 188.000
Totaal 28.021 188.000 In verband met het tijdig afsluiten van de administratie is medio januari gestopt met het boeken van de facturen op de activa. De binnenkomende facturen zijn tijdelijk op een tussenrekening geparkeerd. Begin 2015 worden deze facturen in de activamodule op de juiste activa verantwoord. Financiële vaste activa Dit betreffen de verstrekte langlopende geldleningen, aandelen in gemeenschappelijke regelingen, deelnemingen
en de in het bezit van de gemeente zijnde effecten. Per 31 december 2013 respectievelijk 31 december 2014 als volgt gespecificeerd:
31-12-2013 Verstrekt Afgelost 31-12-2014
Deelnemingen 420.149 323 419.826
Totaal kapitaalverstrekking aan deelnemingen 420.149 - 323 419.826
Woningbouw 7.702.538 343.701 7.358.838
Totaal leningen verstrekt aan woningbouw 7.702.538 - 343.701 7.358.838
B.N.G. 0 0
Overige verstrekte lening aan deelneming 0 0
Essent 90.756 90.756
Vitens 1.315.302 164.414 1.150.888
Enexis 367.202 367.202
Totaal leningen verstrekt aan deelnemingen 1.773.260 - 164.414 1.608.846
Hypothecaire geldleningen 5.072.094 457.004 4.615.090
Uitzettingen met looptijd > 1 jaar 340.462 184.873 16.559 508.776
Voorziening vordering verkoop Vennootschap B.V. -190.946 -190.946
Overige verstrekte leningen 741.537 2.481.216 218.116 3.004.636
Totaal overige verstrekte leningen 5.963.147 2.666.088 691.679 7.937.556
Bijdrage aan derden 226.743 5.000 13.092 218.652
Totaal bijdragen in activa aan derden 226.743 5.000 13.092 218.652
TOTAAL 16.085.837 2.671.088 1.213.208 17.543.717
In het bedrag van de overige verstrekte leningen is ruim een bedrag van € 2,1 miljoen opgenomen voor vooruitbetaalde huur aan WOG B.V.
Jaarstukken 2014 145
7.2.2 Vlottende activa
31-12-2014 31-12-2013
Gronden niet in exploitatie 1.644.797 1.629.298
Gronden in exploitatie 37.007.664 36.675.911
Gereed product/handelsgoederen 989.722 1.015.283
Totaal 39.642.183 39.320.493 Per 31 december 2013 respectievelijk 31 december 2014 als volgt gespecificeerd:
Boekwaarde
31-12-2013
Investeringen Desinves-teringen
Inkomsten M utatievoorzie-
ning
Winst- en verlies-neming
Boekwaarde
31-12-2014
Gro nden niet in explo itat ieTransformatiegebied - gronden Vion 1.629.298 73.550 58.052 1.644.797
Voorziening grondexplo itatie - -
T o taal gro nden niet in explo itat ie 1.629.298 73.550 - 58.052 - - 1.644.797
Gro nden in explo itat ie
Blankenstein B 4.312.653 125.220 4.437.874
Noord 2 1.446.618 191.986 52.363 1.586.242
Danninge Erve Zuid fase 2 5.353.896 431.160 127.709 5.657.346
Oevers E 2.154.746 162.192 2.316.937
Spijkers Erve IV -3.882 38.010 184.433 150.305 0
Het Vledder BC 10.849.683 105.041 10.954.724
Terrein kwekerij M Ottenlaan 70.517 38.105 108.621
Nieuwveense Landen fase 1 20.585.935 2.151.568 2.203.097 20.534.406
Koeberg Zuid 529.876 50.332 1.125.515 -545.307
NIT/ Oevers D -745.550 126.704 -618.846 Winkelcentrum Oosterboer 13.489 13.489Kinkhorststraat 178.759 178.759
Voorziening grondexplo itatie -7.878.581 262.000 -7.616.581
T o taal gro nden in explo itat ie 36.675.911 3 .612.565 - 3 .693.117 262.000 150.305 37.007.664
Rente kosten grondexplo itatie
T o taal gro nden 38.305.209 3 .686.115 - 3 .751.169 262.000 150.305 38.652.461 In 2014 is de grondexploitatie Spijkers Erve IV afgesloten.
146 Jaarstukken 2014
Voorzieningen Voor een aantal complexen zijn voorzieningen getroffen omdat het niet verwacht mag worden dat de opbrengsten voldoende zullen zijn om de reeds gemaakte en/of nog te maken kosten op te vangen. In 2014 hebben de volgende mutaties op de voorzieningen plaatsgevonden.
- Blankenstein B 1.703.000
- Het Vledder BC (exploitatie) 5.620.000
- Koeberg Zuid 250.000
- Winkelcentrum Oosterboer 44.000
7.617.000
Voorzieningen gronden in exploitatie:
Totaal voorzieningen
Het bedrag van de voorziening is met € 3.000 verhoogd vanwege de aanpassing van de
parameters
Het bedrag van de voorziening is met € 41.000 naar boven bijgesteld vanwege vertraging in de
overdracht van gronden.
De voorziening wordt met € 350.000 verlaagd omdat de provincie begin 2015 een subsidie
voor dit project heeft toegezegd.
De grondexploitatie is op 23 januari 2014 met een negatief resultaat vastgesteld door uw
gemeenteraad en hiervoor bij de jaarrekening 2014 een voorziening te treffen.
Dat wordt met name veroorzaakt doordat in 2009 is besloten de grondopbrengsten in het
plangebied in te zetten als bijdrage in de openbare ruimte
Uitgangspunten, risico’s en onzekerheden waardering grondexploitaties De waardering van de grondexploitaties in deze jaarrekening is gebaseerd op inzichten die op dit moment reëel
worden geacht ten aanzien van planning/fasering en parameters (grondprijzen, kosten en rente). Wijzigingen in de economische situatie en scenario’s hierin, maar ook toekomstige wijzigingen op projectniveau, kunnen een (grote) invloed hebben op de uiteindelijke resultaten van de verschillende grondexploitaties van onze gemeente. Ook beleidsmatige keuzes van de gemeente over programma, ontwikkeltempo, ontwikkelvolgorde, kwaliteitsniveau etc. zijn bepalend voor het verwachte resultaat op de grondexploitaties en hiermee de waardering. De risico’s zijn licht gewijzigd ten opzichte van 2014. Dat wordt veroorzaakt omdat de parameters die bij de herziening van de grondexploitaties worden gehanteerd over de gehele linie zowel aan de opbrengsten- als aan de kostenkant lagere waardes kennen dan de parameters 2014. Dit komt door een langzamer herstel en naar verwachting langzamere groei van de economie.
Programmering Woningbouw In de grondexploitaties Nieuwveense Landen en Danninge Erve bedraagt het aantal nog te realiseren woningen ca. 2.250 (looptijd tot 1 januari 2039). Op basis van de provinciale bevolkingsprognose 2012 heeft de provincie in maart 2012 een handreiking opgesteld met een berekening van de benodigde toename van de woningvoorraad in de periode 2010-2020. Voor Meppel is deze woningtoename op basis van de huishoudensprognose door de provincie berekend op 142 woningen netto per jaar. Dit is bruto gemiddeld 175 woningen per jaar. Uitgaande van de berekening van de provincie heeft de gemeente ingeschat wat de woningtoename in 2020-2040 zou zijn. Dit is voor de periode van 2020-2030 gemiddeld 160 woningen bruto per jaar en voor de periode 2030-2040 95 woningen bruto per jaar. De totale woningbouwprognose komt dan uit op totaal 4.300 woningen.
In 2012 heeft het college de crisisaanpak vastgesteld die uitgaat van een lagere afzet van woningen in de periode van 2014 tot 2019. Met als gevolg dat de looptijd van het project Nieuwveense Landen voor fase 1 is verlengd van 2029 naar 2039. Gezien de lange looptijd van de grondexploitaties Nieuwveense Landen en Danninge Erve zullen we de ontwikkeling van de bevolkingsprognoses goed blijven volgen en zo nodig onze planvorming hierop bijstellen. Voor beide woningbouwprojecten is een zo goed mogelijke inschatting gemaakt van de programmering in goedkope, middeldure en dure woningen. Vanuit de marktvraag willen we hier zo goed mogelijk op inspelen. Uiteraard houdt het niet volledig realiseren van het woningbouwprogramma in het middeldure en dure segment een financieel risico in. Momenteel is de gemeente Meppel gestart met vraaggericht ontwikkelen, waarbij het uitgangspunt is dat de investeringen en de ontwikkelingen pas worden gestart bij een concrete vraag vanuit de markt.
In 2014 is in Nieuwveense Landen grond voor totaal 90 woningen verkocht. Dit is boven verwachting, omdat voor 2014 in de grondexploitatie een afzet van 65 kavels was geraamd. In Danninge Erve is de eerste woning in 2014 verkocht en er is gestart met de bouw op de versneld bouwrijp gemaakte kavel. De eerste fase is begin 2015 in zijn geheel bouwrijp. Voor 2015 is de verwachting dat de geplande kavelverkoop van 7 stuks wordt gehaald.
Jaarstukken 2014 147
Naast de goedkopere woningsegmenten wordt nu vooral ingezet om aanvullende woningsegmenten (middeldure en dure koopwoningen en huurwoningen) te realiseren. Verschillende ontwikkelaars zijn hierin geïnteresseerd. Via beurzen en informatieavonden wordt de verkoop van dure vrije kavels aan particulieren gepromoot. De marketing daarvoor wordt geïntensiveerd. Parameters Rente
Het gehanteerde rentepercentage in de grondexploitatieberekeningen voor de volledige looptijd bedraagt al jaren 4,5%. De intern gehanteerde omslagrente is 4,3%. Kostenstijgings-, opbrengstenstijgingspercentage en grondprijzen Jaarlijks wordt aan vaste externe deskundigen advies gevraagd over de te hanteren parameters binnen de grondexploitatie en grondprijzen. Deze adviezen zijn uitgangspunt bij de herziening van de grondexploitaties. In de door de college vastgestelde Grondprijsbeleid zijn de grondprijzen voor woningbouw in 2015 op 0% begroot. Vanaf 2014 wordt er voor de middellange en lange termijn onderscheid gemaakt tussen het goedkope en dure sector. Op basis van het externe advies is in de grondexploitatieberekeningen vanaf 2016 rekening gehouden met een gedeeltelijke stijging van de opbrengsten (vanaf 2016: 1,5% in de goedkope en 0% in de dure sector en vanaf
2019: 2,25% voor beide sectoren). Recente onderzoeken naar de marktconformiteit van de grondprijzen in de gemeente Meppel laten zien dat er geen aanleiding is te veronderstellen dat deze niet haalbaar zijn. Dit blijkt ook uit recente grondtransacties. Het bijstellen van de te hanteren parameters voor de opbrengstenstijging per 1-1-2015, het naar beneden bijstellen van vierkante meterprijs voor de woningen in de dure sector en aanpassing van de fasering geeft een nadelig effect op de grondexploitatie Nieuwveense Landen van € 5,3 mln. Het effect van het bijstellen van de parameters voor de kostenstijging komt uit op € 5,2 mln. positief. Risico’s en onzekerheden projecten Nieuwveense Landen en Danninge Erve De grondexploitatie Nieuwveense Landen is met een boekwaarde van ruim € 20,5 mln. per 31 december 2014 het grootste project. De boekwaarde is in 2014 niet toegenomen omdat nadrukkelijk is gestuurd op de plankosten, de investeringen pas plaatsvinden op het moment daar opbrengsten tegenover staan en er zijn meer kavels verkocht.
Dit heeft een positief effect op de cashflow. Het naar beneden bijstellen van de vierkante meterprijs van de dure sectorwoningen en het verwerken van de initiatieven in CentrumWonen geeft een nadelig effect van € 2,5 mln. Per saldo komt de netto contante waarde per 1.1.2015 uit op € 6,8 mln. Dit is een verslechtering van het resultaat met € 1,1 mln. ten opzichte van 2014. In 2012 is de looptijd van Nieuwveense Landen met 10 jaar verlengd tot 2039. Het project kent hiermee een zeer lange looptijd. Dit project gaat uit van de realisatie van 2.100 woningen. Danninge Erve is een woningbouwlocatie aan de zuidzijde van Nijeveen, bestaand uit 123 woningen. Realisatie van dit project is gepland in de periode tot en met 2026. Dit project kent een lange looptijd en heeft een boekwaarde van € 5,7 miljoen. Jaarlijks wordt door een gespecialiseerd bureau voor alle actieve grondexploitaties een risicoanalyse uitgevoerd.
Hieruit komt naar voren dat Nieuwveense Landen het meest risicovolle project voor Meppel is voor wat betreft omvang en looptijd van dit project.
Uit de door het bureau uitgevoerde analyse en onze eigen risicoafweging blijken de volgende factoren de hoogste impact te hebben op het financiële resultaat van de woningbouwexploitaties: - Risico als gevolg van het niet realiseren van het geprognosticeerde afzettempo. De geprognosticeerde afzet is
in 2014 overtroffen, maar onzeker is hoe de afzet de komende jaren gaat ontwikkelen. De geprognosticeerde afzet is tot en met 2018 ca. 65 kavels per jaar en vanaf 2019 ca. 120 kavels per jaar. Met name de afzet op de middellange termijn is onzeker. Dit is een risico wat zich in de komende jaren langzaam zou kunnen gaan manifesteren. Op kortere termijn
kan dit risico ook financieel gevolg hebben.
- Risico op overschrijding van de plankosten wanneer zou blijken dat de looptijd van het project zou toenemen terwijl de jaarlijkse plankosten niet dalen. Ook kunnen de plankosten stijgen indien de werkzaamheden opnieuw uitgevoerd moeten worden als gevolg van de lange looptijd of een tegenvallende afzet.
- Risico dat de kosten voor het aanleggen en beheren van de openbare ruimte hoger uitvallen dan geraamd. - De grondprijs blijft een risico wat potentieel een stevige invloed kan hebben op het resultaat. Na recente
bijstelling van de grondprijs lijkt de huidige grondprijs wel marktconform, maar de landelijke ontwikkeling van de grondprijs is onzeker.
- Risico dat het project een negatief imago zou krijgen waardoor potentiële kopers afhaken. Bijvoorbeeld door een onveilige verkeerssituatie op de Nijeveenseweg of een slechte uitstraling van het project of de omgeving.
- Risico indien het milieuvriendelijke energiesysteem (MeppelEnergie) niet goed werkt of kostenverhogend voor kopers is. Tegelijkertijd is dit ook een kans omdat het project de uitstraling van een ‘groene wijk’ kan krijgen.
148 Jaarstukken 2014
Een nadere toelichting op de risico’s en uitgevoerde scenarioanalyses voor dit plan is opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing van het jaarverslag.
Boek
waarde31-12-2013
Investeringen Desinves-teringen
Inkomsten M utatievoorzie-
ning
Winst- en verlies-neming
Boekwaarde
31-12-2014
Gereed pro duct/ handelsgo ederen
Volkstuinen 127.467 127.467
Woningen 93.012 93.012
Galmanspad 3 300.000 300.000
Weerdstraat 3 123.377 123.377
J. vd Boschkade 250.627 250.627
Voormalig jeugdherberg 111.760 111.760
Oevers A/B/C 1.170 1.170
Bremenbergplas (zandwinning) 7.870 1.765 27.326 17.691-
T o taal o verig 1.015.283 1.765 - 27.326 - - 989.722
T o taal vo o rraden 39.320.493 3 .687.880 - 3 .778.495 262.000 150.305 39.642.183
Deze balanscategorie betreft in hoofdzaak verhandelbaar onroerend goed. Uitzettingen met rente typische looptijd korter dan 1 jaar Vorderingen
Per 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2013 als volgt gespecificeerd:
Vorderingen totaal 31-12-2014 31-12-2013
Vorderingen op openbare lichamen 5.531.848 4.778.754
Overige vorderingen 2.327.054 1.912.006
Totaal 7.858.902 6.690.761
Vorderingen op openbare lichamen 31-12-2014 31-12-2013
Vordering inzake BTW-compensatiefonds 3.964.928 3.751.055
Schatkistbankieren 1.116.238 -
Overige vorderingen op overheden 450.682 1.027.699
Totaal 5.531.848 4.778.754
Door een wijziging van de Wet Financiering decentrale overheden is in december 2013 het schatkistbankieren verplicht geworden voor de decentrale overheden. In het kader van het verplicht schatkistbankieren is het drempelbedrag waarover verantwoording moet worden afgelegd € 695.000. Het totaal aan middelen dat uitsluitend in het kader van het drempelbedrag buiten ’s Rijks schatkist is gehouden is elk kwartaal in 2014 € 0.
Overige vorderingen 31-12-2013
PC Privé / fietsregeling 7.990 12.655
Belastingdebiteuren 740.695 576.049
Vorderingen NIT - 2.074
Overige vorderingen 2.036.675 1.650.580
Totaal 2.785.361 2.241.357
Voorziening dubieuze debiteuren 458.307 329.351
Voorziening dubieuze debiteuren NIT
Totaal 2.327.054 1.912.006
Jaarstukken 2014 149
In het bedrag van € 2.042.447 per 31 december 2014 onder de overige vorderingen staat met betrekking debiteuren sociale zaken een nettobedrag van € 491.186 open. Voor het niet kunnen innen van vorderingen is een voorziening gevormd. De opbouw van deze voorziening geschiedt op grond van artikel 9 van de Financiële beheersverordening (art. 212 Gemeentewet). De onttrekkingen vinden plaats op basis van de feitelijke boekingen. Het bedrag van de voorziening voor de belastingvorderingen en overige vorderingen bedraagt € 458.307. Over 2014 is aan de voorziening een bedrag € 229.010 toegevoegd ten laste van de exploitatie.
Liquide middelen Per 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2013 als volgt gespecificeerd:
31-12-2014 31-12-2013
BNG - -
Kas 4.580 3.109
ING 25.030 12.029
ABN AMRO - 7.524
Kruisposten 7.874 6.579
TOTAAL 37.484 29.240 Overlopende activa Per 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2013 als volgt gespecificeerd:
31-12-2014 31-12-2013
Te verhalen bedragen 1.199.838 1.287.415
Vooruit betaalde bedragen 32.640 52.320
Overig 54- 54-
TOTAAL 1.232.424 1.339.681
150 Jaarstukken 2014
In de te verhalen bedragen zijn onder meer opgenomen de nog te ontvangen voorschotbedragen doeluitkeringen. Onderstaand zijn deze doeluitkeringen gespecificeerd:
Stand
31-12-2013
Ontvangen
bedragen
Vrijgevallen
bedragen of
terugbetalingen
Stand
31-12-2014
Nog te ontvangen voorschotbedragen
doeluitkeringen
Subsidie fietsoversteek Ezinge - 6.576 6.576
Subsidie herinrichting Zuiderlaan - 89.600 89.600
Subsidie doorstroming buitenring - 207.912 207.912
Herinrichting Werkhorst - 226.836 226.836
Totaal vooruitontvangen bedragen - 530.924 530.924
Jaarstukken 2014 151
PASSIVA
7.2.3 Eigen vermogen
Reserves zijn vermogensbestanddelen die bedrijfseconomisch gezien vrij aanwendbaar zijn. In de toelichting op de balans worden reserves onderscheiden naar: de algemene reserve; bestemmingsreserves.
waarbij de laatste categorie gesplitst wordt in: A. overige bestemmingsreserves. B. reserves met een egaliserend karakter C. bedrijfsreserve D. projectgebonden reserves Het verloop van het saldo van de reserves in 2014 is als volgt:
Stand
31-12-2013
Verwerking
resultaat
Overboekin
gen
Vermeer-
deringen
Vermin-
deringen
Vrijval
reserves
Stand
31-12-2014
Algemene reserve
Algemene bufferreserve 2.336.543 85.914- 211.403- 2.039.227
Vrij besteedbare reserve - - -
Totaal algemene
reserve2.336.543 85.914- - - 211.403- - 2.039.227
Bestemmingsreserves
A. Overige reserves
Frictiekosten
bezuinigingen40.000 40.000
B. Reserves met een
egaliserend karakter
Budgetoverheveling - 50.000 50.000- -
C. Bedrijfsreserves
Nat Industrieterrein (PPS-
bedrijfsreserve) 11.519 11.519
D. Projectgebonden
reservesWegenonderhoud 4.379.187 289.875- 4.089.312
Voorbereiding Kromme
Elleboog180.000 180.000
Riolering 3.552.539 81.721 3.634.260- -
Afgesloten
grondcomplexen 93.165 22.184- 70.981
Ondernemersfonds 19.000 227.000 227.000- 19.000
Actualiseren
bestemmingsplannen 266.723 216.723- 18.431- 31.569
Totaal
bestemmingreserves 8.542.133 166.723- - 308.721 4.241.749- - 4.442.382
Resultaat na
bestemming - -
Totaal reserves 10.878.676 252.637- - 308.721 4.453.152- - 6.481.609
152 Jaarstukken 2014
Aard en reden van de reserves
Reserve Reden van de reserve Criteria toevoeging Criteria onttrekking
Algemene reserve (Inkomensfunctie)
Algemene bufferreserve Weerstandsvermogen om risico’s op te kunnen vangen
Uitkomst berekening risicobuffer
Uitkomst berekening risicobuffer Separaat raadsbesluiten
Vrij besteedbare reserve
Resultaatbestemming Op basis van integrale afwegingen Saldo begroting en rekening
Resultaatbestemming Op basis van integrale afweging.
Overige reserves (Bestedingsfunctie)
Frictiekosten bezuinigingen
Benodigde middelen voor frictiekosten
Is gevormd met een dotatie uit resultaatbestemming 2010
Frictiekosten in het kader van de bezuinigingen
Budgetoverheveling Het rechtmatig aanwenden van incidentele uitgaven waarvan de werkzaamheden niet (volledig) in het betreffende boekjaar zijn afgerond en die in het volgende jaar zullen worden gerealiseerd
Wordt gevormd door separaat raadsbesluit Resultaatbestemming
Realiseren werkzaamheden
Nat Industrieterrein
(PPS bedrijfsreserve)
Promotie en acquisitie van het
Nat industrieterrein
Bij oprichting van de PPS
gevoed
Voor kosten promotie en
acquisitie bouwkavels
Projectgebonden reserves
(Bestedingsfunctie)
Wegenonderhoud Benodigde investeringsmiddelen voor het achterstallig onderhoud van wegen
Is in 2007 gevormd door een eenmalige dotatie van € 10 miljoen uit de vrij besteedbare reserve
Werkelijke kosten van achterstallig wegenonderhoud
Voorbereiding Parkeergarage KE
Beschikbaar hebben van middelen voor de verdere voorbereiding van een Parkeergarage aan de Kromme Elleboog
Reserve is gevormd met een dotatie uit de reserve Ontwikkelingsvisie 2030
Voorbereidingskosten realisatie van een parkeergarage aan de Kromme Elleboog en het bouwrijp maken van de grond
Riolering Beschikbaar hebben van middelen ter dekking van de kosten die voortkomen uit
investeringen in het rioolstelsel om het tarief niet explosief te laten stijgen.
Overschotten op de heffing van de rioleringsrechten
Conform regelgeving is deze reserve omgezet in een voorziening
Afgesloten grondexploitaties
Beschikbaar hebben van middelen om de werkzaamheden van een aantal voormalige grondexploitaties af te ronden
Wordt gevormd met een dotatie uit de resultaatbestemming in het jaar van afsluiten van de betreffende
grondexploitaties
Kosten realisatie van de werkzaamheden
Ondernemersfonds Beschikbaar hebben van middelen voor versterking van het georganiseerde bedrijfsleven
Jaarlijkse extra opbrengst uit het OZB-tarief voor niet-woningen
Verlenen van subsidie aan Stichting Ondernemersfonds Meppel
Actualiseren bestemmingsplannen
Beschikbaar houden van de gelden voor actualisering en
digitalisering van bestemmingsplannen
Na afloop boekjaar beoordelen of budget
voor dat jaar is besteed. Eventueel overschot toevoegen aan deze reserve
Benodigdheid van budget in een nieuw begrotingsjaar
Jaarstukken 2014 153
De verdere specificatie van alle reserves (toevoegingen en onttrekkingen) is opgenomen in het hoofdstuk “Bijlagen” van deze jaarstukken. Toelichting op de reserves 2014 De gewenste omvang van de bufferreserve wordt ieder jaar bij het opmaken van de jaarrekening bepaald.
Eventuele mutaties worden verwerkt bij vaststelling van de jaarrekening. In het saldo ontwikkeling van de vrije reserve is onder meer het saldo van de jaarrekening 2013 opgenomen. De bij de bestemmingsreserves onttrokken bedragen hebben voornamelijk betrekking op uitvoeringskosten van
investeringsprojecten. Resultaat voor bestemming
31-12-2014 31-12-2013
Totaal saldo van baten en lasten 1.462.382 252.637- Voor het voorstel met betrekking tot het resultaat 2014 wordt verwezen naar het betreffende raadsvoorstel.
7.2.4 Voorzieningen
Voorzieningen worden gevormd voor verliezen, verplichtingen en risico’s waarvan de omvang op balansdatum onzeker, doch redelijkerwijs is in te schatten.
Stand
31-12-2013
Vermeer-
deringen
Vermin-
deringen
Stand
31-12-2014
Algemene voorzieningen
Voorziening pensioen- en wachtgelden
bestuur en personeel
3.167.639 319.017 3.486.656
Totaal algemene voorzieningen 3.167.639 319.017 - 3.486.656
Van derden verkegen middelen
Afvalstoffen 1.038.401 118.363 1.156.764
Riolering 3.634.260 3.634.260
Totaal van derden verkregen middelen 1.038.401 3.752.623 - 4.791.024
Totaal voorzieningen 4.206.040 4.071.640 - 8.277.680
154 Jaarstukken 2014
Aard en reden van de voorzieningen Voorziening Aard van de
voorziening Reden van de voorziening
Criteria toevoeging Criteria onttrekking
Algemene voorzieningen
Voorziening pensioen- en wachtgelden bestuur en personeel
Opvang verplichtingen per balansdatum met een in te schatten omvang
Het afdekken van de uitkeringsverplichtingen aan het voormalige personeel (wachtgelden en de opgebouwde uitkeringsverplichtingen van gewezen en huidige wethouders)
Verschil tussen stand voorziening en de uitkomst (actuariële) berekening en de op de vergoedingen aan de huidige wethouders ingehouden pensioenpremie
Uitkeringen wachtgeld en ouderdoms- of nabestaandenpensioen en waardeoverdracht van opgebouwde pensioenrechten
Van derden verkregen middelen
Afvalstoffen Van derden verkregen middelen specifiek in te zetten voor afvalstoffenheffing
Van derden verkregen middelen specifiek in te zetten voor afvalstoffenheffing
Overschotten op de heffing van afvalstoffen
Opvangen tekorten op de heffing van afvalstoffen of het dempen van de tarieven
Riolering Van derden verkregen middelen specifiek in te zetten voor rioolheffing
Conform regelgeving is de reserve riolering omgezet in een voorziening riolering
Overschotten op de rioolheffing die bijdragen in toekomstig of nog niet uitgevoerd werk bij groot-onderhoud, toekomstige vervangingsinvesteringen of uitbreidingsinvesteringen
Opvangen van tekorten op de rioolheffing voor toekomstig of nog niet uitgevoerd werk bij groot-onderhoud, toekomstige vervangingsinvesteringen of uitbreidingsinvesteringen
De voorziening dubieuze debiteuren is in mindering gebracht op de balanspost ‘overige vorderingen’, de voorzieningen grondexploitaties zijn in mindering gebracht op de balanspost ‘voorraden’ en de voorziening vordering verkoop Vennootschap BV is in mindering gebracht op de balanspost “overige verstrekte leningen”. Dit is conform de wettelijke voorschriften.
7.2.5 Vaste schulden met rente typische looptijd langer dan 1 jaar
Onderhandse leningen
Onderhandse leningen 31-12-2014 31-12-2013
Binnenlandse banken 127.825.532 121.395.714
Totaal 127.825.532 121.395.714 Vaste schulden zijn schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer. Het verloop van de opgenomen onderhandse geldleningen was in 2014 als volgt:
Binnenlandse banken 31-12-2014
Boekwaarde per aanvang jaar 121.395.714
Bij: opgenomen geldleningen 17.000.000
Af: betaalde aflossingen 10.570.182
Boekwaarde per einde jaar 127.825.532 Over de onderhandse leningen was een rentevergoeding van € 5.288.205 verschuldigd.
Jaarstukken 2014 155
7.2.6 Vlottende passiva
Kortlopende schulden met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar Per 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2013 als volgt gespecificeerd:
31-12-2014 31-12-2013
RC Schouwburg 295.241 243.444
RC Sociale Zaken 364.230 491.553
Personeelsfonds 7.470 6.650
Ministerie Sociale Zaken 11.295 5.537
Crediteuren 3.224.019 4.448.222
Overig 202.666
TOTAAL 4.104.922 5.195.406 Opgenomen kasgeldlening
31-12-2014 31-12-2013
Kasgeldlening o/g 9.000.000 8.000.000
TOTAAL 9.000.000 8.000.000
Banksaldi Per 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2013 als volgt gespecificeerd:
31-12-2014 31-12-2013
BNG 2.236.269 1.894.016
Totaal 2.236.269 1.894.016 Overlopende passiva Per 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2013 als volgt gespecificeerd:
31-12-2014 31-12-2013
Nog te betalen bedragen 3.215.936 4.331.953
Vooruit ontvangen bedragen 1.271.034 1.609.143
Vooruit gefactureerde bedragen 4.312.058 4.312.058
Overig 1.071.329 1.036.973
TOTAAL 9.870.356 11.290.126 Vooruit gefactureerd betreft een bedrag gefactureerd aan Ontwikkelingscombinatie Het Vledder VOF. Deze gronden zijn nog niet feitelijk geleverd en mogen daarom niet als opbrengst in de jaarrekening worden verantwoord.
156 Jaarstukken 2014
Het verloop van vooruitontvangen bedragen in 2014 was als volgt:
Stand
31-12-2013
Vermeer-
deringen
Vermin-
deringen
Stand
31-12-2014
Vooruitontvangen bedragen:
Uitvoeringsprogramma sociale agenda 2009 20.000 20.000 -
Bijdrage verkeers en vervoersberaad bushaltes 151.333 3.420 147.913
Onderwijszorgarrangementen 18.163 5.342 12.821
Cultuurgelden 7.696 3.664 681 10.679
Meeneemregeling Participatiebudget werkdeel 286.906 253.050 286.906 253.050
Basiseducatie 4.692 4.399 293
Subsidie herontwikkeling Grote Oever/Kinkhorststraat 376.000 376.000
Cultuurhistorische waardenkaart 15.000 15.000 -
Aanpak jeugdwerkloosheid 20.000 20.000 -
Onderwijs achterstandenbeleid (OAB) 225.660 24.402 201.258
Subsidie binnenklimaat 33.693 33.693 -
Subsidie aanleg duurzaam energiesysteem 450.000 450.000 -
Cofinanciering combinatiefuncties 2014/2015 22.950 22.950
Samenwerkingstraject Meppel-Westerveld 41.460 41.460
Subsidie kwalificatieplicht 2014 7.060 7.060
Web 2014 103 103
Parkeervergunningen 2015 152.952 152.952
Voorliggend veld jeugdzorg 2014 44.495 44.495
Totaal vooruitontvangen bedragen 1.609.143 525.734 863.843 1.271.034
Jaarstukken 2014 157
7.2.7 Toelichting op de niet uit de balans blijkende verplichtingen.
Artikel 50 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) stelt dat aan de passiefzijde van de balans het bedrag wordt opgenomen waartoe aan natuurlijke en rechtspersonen borgstellingen en garantstellingen zijn verstrekt. Vervolgens regelt artikel 53 van de BBV dat in de toelichting op de balans de niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen worden vermeld waaraan de gemeente voor de toekomstige jaren is verbonden. Op balansdatum bestaan de volgende borgstellingen en garantstellingen:
Verstrekte borgstellingen en garanties x
€ 1000
Restant borg per
31-12-2013
Restant borg per
31-12-2014
Stichtingen en verenigingen:
Skeelervereniging Eendracht 34 47
Stichting Vastgoed MHV 102 0
Stichting Sonkei Budo 212
Woningstichting Actium 956 901
Woonconcept Onroerend Goed 49.895 49.448
Sub-totaal stichtingen en verenigingen 50.987 50.608
Eigen woningbezit
Diverse personen 3.597 3.133
Sub-totaal eigen woningbezit 3.597 3.133
Achtervang sociale woningbouw (WSW)
Diverse woningstichtingen 163.871 169.971
Sub-totaal achtervang 163.871 169.971
Totaal van de garantie verplichtingen 218.455 223.712 Tot en met 1994 bestond de mogelijkheid voor burgers om voor de aankoop/verbouw van een eigen woning de gemeente te vragen een borgstelling/garantie te verlenen op de door hen aan te gaan hypothecaire geldlening. In geval van beroep op de borgstelling/garantie had de gemeente de mogelijkheid 50% van het verlies te verhalen op het Rijk. Van deze regeling is op grote schaal gebruik gemaakt. Met ingang van 1995 is deze regeling vervallen en vervangen door de borgstelling/garantieverlening door de Nationale Hypotheek Garantie. Voor de oorspronkelijk verstrekte borgstellingen/garanties blijft de gemeente aansprakelijk tot het moment dat de hypotheek wordt afgelost. Het feitelijke risico dat de gemeente nog loopt voor deze vervallen regeling is nihil gezien de sinds 1995 opgetreden prijsstijgingen van woningen. Op dit moment wordt nog garant gestaan voor 127 “oude” garantiegevallen tot een bedrag van ruim 3,1 miljoen (gemiddeld per woning € 24.671).
Achtervang sociale woningbouw: Een soortgelijke regeling zoals deze geldt voor het eigen woningbezit, bestaat er ook voor borgstelling/garantieverlening voor (sociale) huurwoningen in eigendom van woningcorporaties. Deze borgstellingen/garanties zijn ondergebracht bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) waaraan ook door onze gemeente wordt deelgenomen. Deze regeling houdt in dat de garantieverplichting berust bij het waarborgfonds met een achtervang van de deelnemende gemeente als het waarborgfonds in financiële problemen komt. Volgens opgave van het Waarborgfonds bedraagt het achtervangrisico op 31 december 2014 bijna 170 miljoen. Borgstelling onderwijspark Ezinge In juni 2010 bent u akkoord gegaan met de Projectovereenkomst Onderwijspark Ezinge.
Per 1 juli 2013 wordt borg gestaan voor een geldlening van € 50 miljoen voor het onderwijspark Ezinge. Hiertegenover staat een 1e hypotheekrecht. Langdurende huurverplichting In maart 2013 zijn de huurovereenkomsten met de WOG m.b.t. de onderwijsruimten en de sportaccommodatie van onderwijspark Ezinge ondertekend. Per 1 juli 2014 is de huur ingegaan voor een periode van 40 jaar, waarna de overeenkomst wordt voortgezet voor een periode van 5 jaar. Voor het jaar 2014 bedraagt de huur voor een half jaar € 1 miljoen + één jaar vooruitbetaling € 2 miljoen.
Aangegane huurverplichting
x € 1000
Totale verplichting
per 31-12-2014
Verplichting
2014
WOG, onderwijsruimten Ezinge 98.789 1.759
WOG, sportaccommodatie onderwijspark Ezinge 23.227 423
158 Jaarstukken 2014
Overige toekomstige financiële verplichtingen:
Binnen de gemeente is een regeling vastgesteld over het aantal uren die een individuele medewerker maximaal mag meenemen naar het volgende kalenderjaar. Deze “overlopende” vakantiedagen vertegenwoordigen een niet nader bepaald bedrag.
Voor deze regeling is geen voorziening gevormd en is op grond daarvan niet in de balans opgenomen. In de CAO is opgenomen dat aan ambtenaren met een diensttijd van 25 jaar, 40 jaar en 50 jaar een
gratificatie wordt toegekend. Voor deze verplichting is geen voorziening gevormd en is, op grond daarvan, niet in de balans opgenomen. In 2014 zijn geen betalingen verricht naar aanleiding van verleende borg- en garantstellingen.
Jaarstukken 2014 159
8. Het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening en de
toelichting
160 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 161
8.1 Het overzicht van baten en lasten per programma
(x € 1.000)
162 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 163
164 Jaarstukken 2014
8.2 Verschillen rekening en begroting op hoofdlijnen
In de onderstaande tabel zijn de afwijkingen opgenomen ≥ € 50.000. De verschillen onder de € 50.000 zijn gesaldeerd opgenomen onder “Overige kleine verschillen”.
bedragen x € 1.000
Progr Omschrijving voordeel nadeel
2 Brandweerzorg 187
3 Periodieke bijstand - inkomsten 846
3 Periodieke bijstand - uitgaven 80
3 Periodieke bijstand - rechtmatigheidsonderzoek 100
3 Terugvordering periodieke bijstand 83
3 BBZ - uitgaven 111
3 BBZ - rijksbijdrage en terugvordering 51
3 Re-integratie 149
4 Incidentele opbrengst verkoop en verhuur vm schoolgebouw 181
4 Lagere kapitaallasten schoolgebouwen 86
4 Bewegingsonderwijs, leerplicht en kwalificatieplicht 87
5 Incidentele opbrengst verkoop gebouw 185
5 Eigen bijdragen (individuele voorzieningen) 328
5 Woningaanpassingen 65
5 Collectief vervoer en hulpmiddelen 214
6 Schouwburg Ogterop 57
8 Actualisering bestemmingsplannen (incl. reserve) 110
8 Leges omgevingsvergunningen 325
9 Vrijval kapitaallasten herinrichting wegen 128
9 Onderhoud wegen, openbare verlichting en civiele kunstwerken 61
9 Stadsverzorging 86
9 Lagere opbrengst parkeren 108
9 Lagere lasten parkeren 121
10 Incidentele opbrengst grondverkoop 196
10 Lagere huuropbrengsten 64
10 Grondzaken: afsluiten exploitatie 150
10 Grondzaken: mutaties voorzieningen exploitaties 262
ALG Dividendinkomsten 126
ALG Voorziening pensioen en wachtgelden 212
ALG OZB - inkomsten 82
ALG Algemene uitkering uit het gemeentefonds 345
ALG Voorziening dubieuze debiteuren 229
ALG Verschillen kostenplaatsen 665
ALG Onvoorziene uitgaven 69
ALG Overige kleine verschillen 73
Totaal reguliere exploitatie 3.845 3.301
ALG Geraamd voordelig resultaat (ná bestemming) 918
Gerealiseerd voordelig resultaat (ná bestemming) 1.462
Verschillen rekening en begroting op hoofdlijnen 2014
Samengevat kan de volgende verschillenanalyse worden gegeven waarbij de volgorde van de programma’s wordt aangehouden. Alleen afwijkingen boven € 100.000 uit de voorgaande tabel worden toegelicht. Programma 2 - Brandweerzorg. Betreft een terugbetaling van de VRD omdat een gedeelte van de reserve
regionalisering niet benodigd is en verdeeld wordt over de deelnemende gemeenten en een BTW voordeel op de brandweerkazerne als gevolg van een erfpachtconstructie.
Jaarstukken 2014 165
Programma 3
- Periodieke bijstand (inkomsten). Op basis van de uitgangspunten waren de inkomsten in de begroting gebaseerd op de nadere voorlopige beschikking. De definitieve beschikking valt lager uit dan de nadere voorlopige beschikking.
- Bijstandsbesluit zelfstandigen (BBZ). Het aantal aanvragen is toegenomen. Hierdoor is meer uitgegeven aan advieskosten. Ook zijn de uitgaven voor levensonderhoud en kapitaalverstrekkingen hoger dan begroot.
- Re-integratie. Door een meer groepsgewijze aanpak is de inzet op re-integratie effectiever. Programma 4 - Opbrengst voormalig schoolgebouwen. Door de verkoop en verhuur van voormalige schoolgebouwen wordt een incidentele opbrengst gerealiseerd.
Programma 5 - Opbrengst gebouw. Door de verkoop van een gebouw wordt een incidentele opbrengst gerealiseerd. - Eigen bijdragen. De uitbreiding van de eigen bijdrageplicht naar alle voorzieningen levert een stijging van de eigen bijdragen op.
- Collectief vervoer en hulpmiddelen. Ondanks een daling in het aantal kilometers, heeft een hogere kilometer prijs geresulteerd in hogere kosten voor collectief vervoer. Daarnaast valt het nieuwe hulpmiddelencontract duurder uit door hogere kosten van herverstrekkingen en onderhoud van voorzieningen.
Programma 8 - Actualiseren bestemmingsplannen. Door een doelmatige uitvoering van dit project, het kiezen voor conserverende plannen en het profiteren van aanbestedingsvoordelen zijn minder kosten gemaakt.
- Leges omgevingsvergunningen. De verwachte opbrengsten zijn voor een groot deel afhankelijk van een aantal grotere aanvragen. Deze aanvragen hebben in 2014 nog niet geleid tot de ontvangst van leges.
Programma 9 - Vrijval kapitaallasten herinrichting wegen. De doorlooptijd van investeringen wegen varieert, wat per saldo een voordeel op de kapitaallasten oplevert.
- Parkeren opbrengsten. Nadeel door een lagere opbrengst achteraf betaald parkeren als gevolg van een lagere bezetting o.a. door vertrek van een supermarkt en lagere opbrengst parkeerautomaten.
- Parkeren lasten. Voordeel door vrijval kapitaallasten parkeergarages en nog te betalen post voor een parkeerdek.
Programma 10 - Grondverkoop. Een grondverkoop aan de Westerstouwe levert een incidentele boekwinst op. - Afsluiten grondexploitatie. De afgesloten grondexploitatie Spijkerserve IV laat een voordeel zien. - Mutaties voorzieningen grondexploitatie. De jaarlijkse bijstelling van de grondexploitaties heeft geleid tot een voordeel. De mutaties worden nader toegelicht in de paragraaf grondbeleid.
Algemene dekkingsmiddelen - Dividend inkomsten. Een hogere dividenduitkering, gecombineerd met een boekwinst op de verkoop van aandelen leveren per saldo een voordeel op.
- Voorziening pensioen en wachtgelden. De voorziening is verhoogd als gevolg van de actualisatie van de toekomstige pensioenen van oud-bestuurders en de actualisatie van wachtgeldverplichtingen aan ambtenaren.
- Algemene uitkering. Ten opzichte van de bestuursrapportage is de uitkeringsbasis verhoogd en zijn de suppletie-, integratie- en decentralisatie-uitkeringen gestegen. Overige verschillen betreffen een aanpassing van de WOZ waarden, de verdeelreserve en afrekeningen van voorgaande jaren.
- Voorziening dubieuze debiteuren. Deze post is verhoogd als gevolg van hogere onttrekkingen in 2014, gestegen debiteurensaldo aan het einde van het jaar en een correctie op de berekening van het onderdeel belastingdebiteuren.
- Saldo kostenplaatsen. Dit saldo bestaat uit kapitaallasten en bedrijfsvoeringskosten. De kapitaallasten zijn lager uitgevallen door lagere rentekosten en lagere investeringen. Daarnaast is minder doorbelast aan projecten en investeringen. De bedrijfsvoeringskosten en de dekking van de bedrijfsvoeringskosten vallen lager uit. Per saldo resulteert een verschil wat tot uiting komt op dit programma, hier staat een voordeel tegenover op andere programma's.
- Geraamd resultaat (na bestemming). Het saldo van de begroting laat een voordeel zien.
166 Jaarstukken 2014
8.3 Onvoorziene uitgaven
Raming 100.000€
Beschikkingen:
Continuering stedenband Meppel - Most Raad 24-4-2014 4.000-€
Vereffening St. Peuterspeelzalen Meppel/Nijeveen Raad 25-6-2014 27.000-€
Stand onvoorzien 31-12-2014 € 69.000
8.4 Incidentele baten en lasten
Als incidentele baten en lasten worden die baten en lasten aangemerkt die zich gedurende maximaal drie jaar voordoen. Als ondergrens hanteren we daarvoor bedragen groter van € 100.000.
Lasten Baten
Programma Omschrijving (x € 1.000) (x € 1.000)
4 Verkoop pand Schaperstraat 16A 150
5 Verkoop pand Pelikaanstraat 1 215
10 Verkoop grond Westerstouwe 196
10
Grondzaken: resultaat op de exploitaties inclusief
mutaties op de voorzieningen 412
ALG Voorziening pensioen- en wachtgelden 212
Totaal 212 973
Jaarstukken 2014 167
9. Sisa bijlage verantwoordingsinformatie
168 Jaarstukken 2014
OC
WD
9O
nder
wijs
acht
erst
ande
nbel
eid
2011
-201
5 (O
AB)
Gem
eent
en
Bes
tedi
ng (j
aar T
) aan
vo
orzi
enin
gen
voor
vo
orsc
hool
se e
duca
tie d
ie
vold
oen
aan
de w
ette
lijke
kwal
iteits
eise
n (c
onfo
rm a
rtike
l 16
6, e
erst
e lid
WP
O)
Bes
tedi
ng (j
aar T
) aan
ove
rige
activ
iteite
n (n
aast
VV
E) v
oor
leer
linge
n m
et e
en g
rote
ac
hter
stan
d in
de
Ned
erla
ndse
ta
al (c
onfo
rm a
rtike
l 165
WP
O)
Bes
tedi
ng (j
aar T
) aan
af
spra
ken
over
voo
r- en
vr
oegs
choo
lse
educ
atie
met
be
voeg
de g
ezag
sorg
anen
van
sc
hole
n, h
oude
rs v
an
kind
cent
ra e
n pe
uter
spee
lzal
en
(con
form
arti
kel 1
67 W
PO
)
Opg
ebou
wde
rese
rve
ultim
o (ja
ar T
-1)
Dez
e in
dica
tor i
s be
doel
d vo
or
de tu
ssen
tijds
e af
stem
min
g va
n de
juis
thei
d en
vol
ledi
ghei
d va
n de
ver
antw
oord
ings
info
rmat
ie
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Indi
cato
rnum
mer
: D9
/ 01
Indi
cato
rnum
mer
: D9
/ 02
Indi
cato
rnum
mer
: D9
/ 03
Indi
cato
rnum
mer
: D9
/ 04
€ 14
4.44
7 €
389.
987
€ 51
.422
€
225.
959
I&M
E27B
Bre
de d
oelu
itker
ing
verk
eer e
n ve
rvoe
r SiS
a tu
ssen
med
eove
rhed
en
Prov
inci
ale
besc
hikk
ing
en/o
f ver
orde
ning
Gem
eent
en e
n G
emee
nsch
appe
lijke
R
egel
inge
n
Hie
rond
er p
er re
gel é
én
besc
hikk
ings
num
mer
en
in d
e ko
lom
men
ern
aast
de
vera
ntw
oord
ings
info
rmat
ie
Bes
tedi
ng (j
aar T
) ten
last
e va
n pr
ovin
cial
e m
idde
len
Ove
rige
best
edin
gen
(jaar
T)
Cor
rect
ie te
n op
zich
te v
an to
t ja
ar T
ver
antw
oord
e be
sted
inge
n te
n la
ste
van
prov
inci
ale
mid
dele
n
Indi
en d
e co
rrec
tie e
en
verm
eerd
erin
g va
n be
sted
inge
n be
tref
t, m
ag h
et
alle
en g
aan
over
nog
nie
t ee
rder
ver
antw
oord
e be
sted
inge
n
Cor
rect
ie te
n op
zich
te v
an
tot j
aar T
ver
antw
oord
e ov
erig
e be
sted
inge
n
Indi
en d
e co
rrec
tie e
en
verm
eerd
erin
g va
n be
sted
inge
n be
tref
t, m
ag
het a
lleen
gaa
n ov
er n
og
niet
eer
der v
eran
twoo
rde
best
edin
gen
Aard
con
trole
n.v
.t.Aa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RIn
dica
torn
umm
er: E
27B
/ 01
Indi
cato
rnum
mer
: E27
B / 0
2In
dica
torn
umm
er: E
27B
/ 03
Indi
cato
rnum
mer
: E27
B / 0
4In
dica
torn
umm
er: E
27B
/ 05
120
1000
103-
0026
5980
€ 83
.732
€
50.1
23
€ 0
€ 0
220
1000
124-
0026
5988
€ 23
.185
€
26.7
00
€ 0
€ 0
320
1201
489
€ 89
.600
€
462.
397
€ 0
€ 0
420
1300
602
€ 6.
576
€ 9.
864
€ 0
€ 0
548
/RO
/200
9015
532
€ 3.
420
€ 0
€ 0
€ 0
Kop
ie b
esch
ikki
ngsn
umm
erC
umul
atie
ve b
este
ding
ten
last
e va
n pr
ovin
cial
e m
idde
len
tot e
n m
et (j
aar T
)
Dez
e in
dica
tor i
s be
doel
d vo
or
de tu
ssen
tijds
e af
stem
min
g va
n de
juis
thei
d en
vol
ledi
ghei
d va
n de
ver
antw
oord
ings
info
rmat
ie
Cum
ulat
ieve
ove
rige
best
edin
gen
tot e
n m
et (j
aar T
)
Dez
e in
dica
tor i
s be
doel
d vo
or
de tu
ssen
tijds
e af
stem
min
g va
n de
juis
thei
d en
vol
ledi
ghei
d va
n de
ver
antw
oord
ings
info
rmat
ie
Toel
icht
ing
Ein
dver
antw
oord
ing
Ja/N
ee
Als
u k
iest
voo
r ‘ja
’, be
teke
nt
dit d
at h
et p
roje
ct is
afg
eron
d en
u v
oor d
e ko
men
de ja
ren
geen
bes
tedi
ngen
mee
r wilt
ve
rant
woo
rden
Aar
d co
ntro
le n
.v.t.
Aard
con
trole
n.v
.t.Aa
rd c
ontro
le n
.v.t.
Aard
con
trole
n.v
.t.Aa
rd c
ontro
le n
.v.t.
Indi
cato
rnum
mer
: E27
B / 0
6In
dica
torn
umm
er: E
27B
/ 07
Indi
cato
rnum
mer
: E27
B / 0
8In
dica
torn
umm
er: E
27B
/ 09
Indi
cato
rnum
mer
: E27
B / 1
01
2010
0010
3-00
2659
80€
226.
836
€ 68
0.50
8 he
rinric
htin
g W
erkh
orst
Ja2
2010
0012
4-00
2659
88€
207.
912
€ 35
3.93
2 ve
rbet
erin
g do
orst
rom
ing
buite
nrin
g, V
RI M
arkt
stra
atJa
320
1201
489
€ 89
.600
€
515.
337
herin
richt
ing
Zuid
erla
anJa
420
1300
602
€ 6.
576
€ 9.
864
fiets
maa
trege
len
onde
rwijs
park
E
zing
eJa
548
/RO
/200
9015
532
€ 15
5.88
7 €
0 to
egan
kelijk
heid
bus
halte
sN
ee
SiSa
bijl
age
vera
ntw
oord
ings
info
rmat
ie 2
014
op g
rond
van
art
ikel
3 v
an d
e R
egel
ing
info
rmat
ieve
rstr
ekki
ng s
isa
- d.d
. 2 ja
nuar
i 201
5
SiS
a-bi
jlage
201
4 ve
rsie
2 ja
nuar
i 201
5
SiSa
bijl
age
vera
ntw
oord
ings
info
rmat
ie 2
014
op g
rond
van
art
ikel
3 v
an d
e R
egel
ing
info
rmat
ieve
rstr
ekki
ng s
isa
- d.d
. 2 ja
nuar
i 201
5SZ
WG
1H
et to
taal
aan
tal g
eïnd
icee
rde
inw
oner
s va
n uw
gem
eent
e da
t ee
n di
enst
betre
kkin
g he
eft o
f op
de w
acht
lijst s
taat
en
besc
hikb
aar i
s om
een
di
enst
betre
kkin
g al
s be
doel
d in
ar
tikel
2, e
erst
e lid
, of a
rtike
l 7
van
de w
et te
aan
vaar
den
op 3
1 de
cem
ber (
jaar
T)
Vol
ledi
g ze
lfsta
ndig
e ui
tvoe
ring
Ja/N
ee
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le n
.v.t.
Indi
cato
rnum
mer
: G1
/ 01
Indi
cato
rnum
mer
: G1
/ 02
2,00
Ne e
SZW
G1A
Hie
rond
er p
er re
gel é
én
gem
eent
e(co
de) u
it (ja
ar T
-1)
sele
cter
en e
n in
de
kolo
mm
en
erna
ast d
e ve
rant
woo
rdin
gsin
form
atie
voo
r di
e ge
mee
nte
invu
llen
Het
tota
al a
anta
l ger
ealis
eerd
e ar
beid
spla
atse
n vo
or
geïn
dice
erde
inw
oner
s in
(jaa
r T-
1), u
itged
rukt
in a
rbei
dsja
ren;
in
clus
ief d
eel o
penb
aar l
icha
am
Het
tota
al a
anta
l ger
ealis
eerd
e be
gele
id w
erke
nple
kken
voo
r ge
ïndi
ceer
de in
won
ers
in (j
aar T
-1)
, uitg
edru
kt in
arb
eids
jare
n;
incl
usie
f dee
l ope
nbaa
r lic
haam
Aard
con
trole
n.v
.t.Aa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RIn
dica
torn
umm
er: G
1A /
01In
dica
torn
umm
er: G
1A /
02In
dica
torn
umm
er: G
1A /
03
160
119
Mep
pel
317,
177,
06SZ
WG
2B
este
ding
(jaa
r T) a
lgem
ene
bijs
tand
Gem
eent
e
I.1 W
et w
erk
en b
ijsta
nd (W
WB
)
Bat
en (j
aar T
) alg
emen
e bi
jsta
nd (e
xclu
sief
Rijk
)
Gem
eent
e
I.1 W
et w
erk
en b
ijsta
nd (W
WB
)
Bes
tedi
ng (j
aar T
) IO
AW
Gem
eent
e
I.2 W
et in
kom
ensv
oorz
ieni
ng
oude
re e
n ge
deel
telijk
ar
beid
song
esch
ikte
wer
kloz
e w
erkn
emer
s (IO
AW
)
Bat
en (j
aar T
) IO
AW
(exc
lusi
ef
Rijk
)
Gem
eent
e
I.2 W
et in
kom
ensv
oorz
ieni
ng
oude
re e
n ge
deel
telijk
ar
beid
song
esch
ikte
wer
kloz
e w
erkn
emer
s (IO
AW
)
Bes
tedi
ng (j
aar T
) IO
AZ
Gem
eent
e
I.3 W
et in
kom
ensv
oorz
ieni
ng
oude
re e
n ge
deel
telijk
ar
beid
song
esch
ikte
gew
ezen
ze
lfsta
ndig
en (I
OA
Z)
Bat
en (j
aar T
) IO
AZ
(exc
lusi
ef R
ijk)
Gem
eent
e
I.3 W
et in
kom
ensv
oorz
ieni
ng
oude
re e
n ge
deel
telijk
ar
beid
song
esch
ikte
gew
ezen
ze
lfsta
ndig
en (I
OA
Z)
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 01
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 02
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 03
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 04
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 05
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 06
€ 9.
444.
273
€ 21
1.33
7 €
501.
881
€ 1.
258
€ 74
.252
€
0
Wet
soc
iale
w
erkv
oorz
ieni
ng
(Wsw
)_ge
mee
nte
2014
Wet
soc
iale
w
erkv
oorz
ieni
ng (W
sw)
Alle
gem
eent
en
vera
ntw
oord
en h
ier h
et
gem
eent
edee
l ove
r (ja
ar
T), o
ngea
cht o
f er i
n (ja
ar
T) g
een,
enk
ele
of a
lle
inw
oner
s w
erkz
aam
w
aren
bij
een
Ope
nbaa
r lic
haam
o.g
.v. d
e W
gr.
Wet
soc
iale
w
erkv
oorz
ieni
ng
(Wsw
)_to
taal
201
3
Wet
soc
iale
w
erkv
oorz
ieni
ng (W
sw)
Alle
gem
eent
en
vera
ntw
oord
en h
ier h
et
tota
al (j
aar T
-1).
(Dus
: de
el O
penb
aar l
icha
am u
it Si
Sa (j
aar T
-1) r
egel
ing
G1B
+ d
eel g
emee
nte
uit
(jaar
T-1
) reg
elin
g G
1C-1
) na
con
trol
e do
or d
e ge
mee
nte.
Geb
unde
lde
uitk
erin
g op
gr
ond
van
artik
el 6
9 W
WB
_gem
eent
e 20
14
Alle
gem
eent
en
vera
ntw
oord
en h
ier h
et
gem
eent
edee
l ove
r (ja
ar
T), o
ngea
cht o
f de
gem
eent
e in
(jaa
r T) g
een,
en
kele
of a
lle ta
ken
heef
t ui
tbes
teed
aan
een
O
penb
aar l
icha
am
opge
richt
op
gron
d va
n de
Wgr
.
SiS
a-bi
jlage
201
4 ve
rsie
2 ja
nuar
i 201
5
SiSa
bijl
age
vera
ntw
oord
ings
info
rmat
ie 2
014
op g
rond
van
art
ikel
3 v
an d
e R
egel
ing
info
rmat
ieve
rstr
ekki
ng s
isa
- d.d
. 2 ja
nuar
i 201
5B
este
ding
(jaa
r T) B
bz 2
004
leve
nson
derh
oud
begi
nnen
de
zelfs
tand
igen
Gem
eent
e
I.4 B
eslu
it bi
jsta
ndve
rleni
ng
zelfs
tand
igen
200
4 (le
vens
onde
rhou
d be
ginn
ende
ze
lfsta
ndig
en) (
Bbz
200
4)
Bat
en (j
aar T
) Bbz
200
4 le
vens
onde
rhou
d be
ginn
ende
ze
lfsta
ndig
en
Gem
eent
e
I.4 B
eslu
it bi
jsta
ndve
rleni
ng
zelfs
tand
igen
200
4 (le
vens
onde
rhou
d be
ginn
ende
ze
lfsta
ndig
en) (
Bbz
200
4)
Bat
en (j
aar T
) WW
IK (e
xclu
sief
R
ijk)
Gem
eent
e
I.6 W
et w
erk
en in
kom
en
kuns
tena
ars
(WW
IK)
Vol
ledi
g ze
lfsta
ndig
e ui
tvoe
ring
Ja/N
ee
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le n
.v.t.
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 07
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 08
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 09
Indi
cato
rnum
mer
: G2
/ 10
€ 10
0.44
4 €
56.9
13
€ 0
JaSZ
WG
3B
este
ding
(jaa
r T)
leve
nson
derh
oud
geve
stig
de
zelfs
tand
igen
(exc
lusi
ef B
ob)
Bes
tedi
ng (j
aar T
) ka
pita
alve
rstre
kkin
g (e
xclu
sief
B
ob)
Bat
en (j
aar T
) lev
enso
nder
houd
ge
vest
igde
zel
fsta
ndig
en
(exc
lusi
ef B
ob) (
excl
usie
f Rijk
)
Bat
en (j
aar T
) ka
pita
alve
rstre
kkin
g (e
xclu
sief
B
ob) (
excl
usie
f Rijk
)
Bes
tedi
ng (j
aar T
) aan
on
derz
oek
als
bedo
eld
in
artik
el 5
6 B
bz 2
004
(exc
lusi
ef
Bob
)
Bes
tedi
ng (j
aar T
) Bob
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Indi
cato
rnum
mer
: G3
/ 01
Indi
cato
rnum
mer
: G3
/ 02
Indi
cato
rnum
mer
: G3
/ 03
Indi
cato
rnum
mer
: G3
/ 04
Indi
cato
rnum
mer
: G3
/ 05
Indi
cato
rnum
mer
: G3
/ 06
€ 16
7.00
4 €
35.1
60
€ 57
.207
€
50.9
73
€ 67
.698
€
0 B
aten
(jaa
r T) B
ob (e
xclu
sief
R
ijk)
Bes
tedi
ng (j
aar T
) aan
ui
tvoe
rings
kost
en B
ob a
ls
bedo
eld
in a
rtike
l 56
Bbz
200
4
Vol
ledi
g ze
lfsta
ndig
e ui
tvoe
ring
Ja/N
ee
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
n.v
.t.In
dica
torn
umm
er: G
3 / 0
7In
dica
torn
umm
er: G
3 / 0
8In
dica
torn
umm
er: G
3 / 0
9€
0 €
0 Ja
SZW
G5
Het
aan
tal i
n (ja
ar T
) bij
een
RO
C in
geko
chte
con
tact
uren
Let o
p: D
it is
de
enig
e ge
lege
nhei
d om
ver
antw
oord
ing
af te
legg
en o
ver d
eze
taak
uitv
oerin
g
Let o
p: D
eze
vera
ntw
oord
ing
kan
niet
doo
r een
ge
mee
nsch
appe
lijke
rege
ling
wor
den
uitg
evoe
rd, o
ngea
cht d
e ke
uze
van
de g
emee
nte
bij
indi
cato
r G5/
07
Aard
con
trole
D1
Indi
cato
rnum
mer
: G5
/ 01
585
Bes
tedi
ng (j
aar T
) pa
rtici
patie
budg
etW
aarv
an b
este
ding
(jaa
r T) v
an
educ
atie
bij
roc'
sB
aten
(jaa
r T) (
niet
-Rijk
) pa
rtici
patie
budg
etW
aarv
an b
aten
(jaa
r T) v
an
educ
atie
bij
roc’
sR
eser
verin
g be
sted
ing
van
educ
atie
bij
roc’
s in
jaar
T v
oor
volg
end
kale
nder
jaar
(jaa
r T+1
)
Vol
ledi
g ze
lfsta
ndig
e ui
tvoe
ring
Ja/N
ee
De
zelfs
tand
ige
uitv
oerin
g be
treft
de in
dica
tore
n G
5/02
to
t en
met
G5/
06Aa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
RAa
rd c
ontro
le R
Aard
con
trole
n.v
.t.In
dica
torn
umm
er: G
5 / 0
2In
dica
torn
umm
er: G
5 / 0
3In
dica
torn
umm
er: G
5 / 0
4In
dica
torn
umm
er: G
5 / 0
5In
dica
torn
umm
er: G
5 / 0
6In
dica
torn
umm
er: G
5 / 0
7€
1.24
2.83
1 €
70.4
39
€ 95
.998
€
0 €
0 Ja
Bes
luit
bijs
tand
verle
ning
ze
lfsta
ndig
en 2
004
(exc
lusi
ef
leve
nson
derh
oud
begi
nnen
de
zelfs
tand
igen
)_ge
mee
nte
2014
Bes
luit
bijs
tand
verle
ning
ze
lfsta
ndig
en (B
bz) 2
004
Wet
par
ticip
atie
budg
et
(WPB
)_ge
mee
nte
2014
Wet
par
ticip
atie
budg
et
(WPB
)
Alle
gem
eent
en
vera
ntw
oord
en h
ier h
et
gem
eent
edee
l ove
r (ja
ar
T), o
ngea
cht o
f de
gem
eent
e in
(jaa
r T) g
een,
en
kele
of a
lle ta
ken
heef
t ui
tbes
teed
aan
een
O
penb
aar l
icha
am
opge
richt
op
gron
d va
n de
Wgr
.
SiS
a-bi
jlage
201
4 ve
rsie
2 ja
nuar
i 201
5
172 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 173
10. Controleverklaring
174 Jaarstukken 2014
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan de gemeenteraad van de gemeente Meppel Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de (in hoofdstukken 7, 8 en 9 van de jaarstukken opgenomen) jaarrekening 2014 van de gemeente Meppel gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014 en de programmarekening over 2014 met de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen, alsmede de SISA-bijlage met verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen. Verantwoordelijkheid van het College van Burgemeester en Wethouders Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Meppel is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en de Beleidsregels toepassing Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT), alsmede het opstellen van het jaarverslag in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen en het Controleprotocol WNT van de Beleidsregels toepassing WNT. Het College van Burgemeester en Wethouders is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden, het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) alsmede de door de gemeenteraad vastgestelde ‘Aanwijzingen accountantscontrole jaarrekening 2014 gemeente Meppel’, inclusief het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, alsmede voor de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeente.
2
Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan reserves. Op basis van artikel 2 lid 7 Bado is deze goedkeuringstolerantie door de Gemeenteraad bij raadsbesluit van 3 september 2014 vastgesteld. Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn. Daarbij zijn voor de controle van de in de jaarrekening opgenomen WNT-informatie de toleranties gehanteerd zoals vastgelegd in het Controleprotocol WNT. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van gemeente Meppel een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2014 als van de activa en passiva per 31 december 2014 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en de Beleidsregels toepassing WNT. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over 2014 in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen en het Controleprotocol WNT van de Beleidsregels toepassing WNT. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 213 lid 3 onder d Gemeentewet vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. Groningen, 12 mei 2015 BDO Audit & Assurance B.V. namens deze, w.g. drs. R.H. Bouman RA
Jaarstukken 2014 177
11. Bijlagen
178 Jaarstukken 2014
Jaarstukken 2014 179
Acti
va
Af
te s
luit
en
in
ve
ste
rin
ge
n
Om
sch
rij
vin
g a
cti
va
To
taa
l
kre
die
t
uit
ga
ve
n
To
taa
l
kre
die
t
ink
om
ste
n
To
taa
l
uit
ga
ve
n
To
taa
l
ink
om
ste
n
Re
sta
nt
kre
die
t
uit
ga
ve
n
Re
sta
nt
kre
die
t
ink
om
ste
n
Afs
luit
en
?
ja/
ne
e
To
eli
ch
tin
g/
Vo
ortg
an
g
70295
aanle
g d
rukri
ole
ring
woonschepenhaven
29.8
87,0
029.8
87,0
0ja
Gezie
n d
e c
om
ple
xiteit,
word
t kre
die
t afg
eslo
ten.
Uitvoeri
ng o
p k
ort
e t
erm
ijn is n
iet
voorz
ien.
70336
Rio
olo
vers
tort
en m
ete
n (
2005)
32.6
45,0
032.6
45,0
0ja
De j
aarl
ijks n
og t
e v
erw
achte
n k
oste
n b
edra
gen
ruim
€ 4
.000,
deze w
ord
en o
pgevangen b
innen
regulier
budget
beheer
riole
ring.
70833
riole
ring w
erk
hors
t (r
andw
eg-r
eest)
(06)
186.0
40,0
027.0
20,0
0159.0
20,0
0ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen-r
iole
ring e
n W
erk
hors
t-
Zuid
ein
de.
70863
2014 z
outs
trooie
r epoce s
iriu
s a
st
3m
3 s
mall 3
71
23.6
00,0
031.7
50,0
0-8
.150,0
0ja
Gere
aliseerd
. N
adeel w
ord
t gecom
penseerd
door
tota
al voord
eel op v
erv
angin
g v
an 3
zouts
str
ooie
rs.
Zie
71225.
70900
bos-n
ota
realisere
n
scenari
ovoors
tel(
06)
209.4
59,0
0209.4
59,0
0ja
In d
e r
aadsverg
aderi
ng v
an 2
5 a
pri
l 2013 is h
et
speelr
uim
tepla
n v
astg
este
ld.
Dit r
esta
nt
kre
die
t
zou h
ierv
oor
word
en ingezet.
Inm
iddels
is
geble
ken d
at
evenals
in v
oorg
aande j
are
n k
oste
n
van v
erv
angin
g t
en laste
kom
en v
an h
et
regulier
onderh
oudsbudget.
Confo
rm b
ezuin
igin
gsvoors
tel
2015 w
ord
t dit k
redie
t afg
eslo
ten.
71004
ogte
rop 2
010 u
pgra
de e
ntr
ee f
oyer
gard
ero
be c
a
14.8
90,0
09.9
22,9
14.9
67,0
9ja
Gere
aliseerd
.
71047
2014 v
w t
ransport
er
pic
kup v
j-348-v
wagenpark
49
38.6
50,0
036.4
57,7
12.1
92,2
9ja
Gere
aliseerd
. Z
ie 7
1155.
71067
2011 s
ynerg
iepro
jecte
n R
eest
139.6
87,0
040.0
45,0
0144.7
93,8
927.5
00,0
0-5
.106,8
912.5
45,0
0ja
Gere
aliseerd
.
71101
achte
rsta
llig
onderh
oud w
egen
zeeheld
enbuurt
15.7
46,0
023.6
88,9
1-7
.942,9
1ja
Gere
aliseerd
. N
adeel als
gevolg
van o
nvoorz
iene
nazorg
werk
zaam
heden.
71102
achte
rsta
llig
onderh
oud w
egen
koedijksla
nden 1
170.8
05,0
0147.7
49,3
023.0
55,7
0ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen e
n r
iole
ring
Koedijksla
nden f
ase 1
.
71103
achte
rsta
llig
onderh
oud w
egen
werk
hors
t
145.8
89,0
0145.8
81,0
872.6
81,2
17,9
2-7
2.6
81,2
1ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen-r
iole
ring e
n W
erk
hors
t-
Zuid
ein
de.
De s
ubsid
ie B
DU
verk
eer
en v
erv
oer
word
t afg
ere
kend v
ia S
ISA
2014 e
n is d
eels
op
71193 v
era
ntw
oord
en d
eels
op 7
1103.
71104
verv
angin
g b
rug w
erk
hors
t290.2
07,0
099.7
24,3
4190.4
82,6
6ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel betr
eft
een
aanbeste
din
gsvoord
eel en lagere
koste
n k
abels
en leid
ingen d
an v
oorz
ien.
71106
doors
trom
ing b
uitenri
ng (
kru
isin
g
mark
tstr
aat)
65.0
04,0
0217.5
00,0
049.8
85,0
4207.9
12,4
615.1
18,9
69.5
87,5
4ja
Gere
aliseerd
.
71110
heri
nri
chting z
uid
erl
aan
469.6
20,0
0551.9
96,9
889.6
00,0
0-8
2.3
76,9
8-8
9.6
00,0
0ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen-r
iole
ring Z
uid
erl
aan e
n
Jacob M
ari
sstr
aat.
Subsid
ie B
DU
verk
eer
en
verv
oer
was n
iet
gera
am
d e
n w
ord
t afg
ere
kend
via
SIS
A 2
014.
71116
afk
oppele
n z
uid
erl
aan
195.3
79,0
0131.6
91,7
963.6
87,2
1ja
Gere
aliseerd
. Z
ie 7
1110 h
eri
nri
chting Z
uid
erl
aan.
11.1 Af te sluiten investeringen
180 Jaarstukken 2014
Acti
va
Af
te s
luit
en
in
ve
ste
rin
ge
n
Om
sch
rij
vin
g a
cti
va
To
taa
l
kre
die
t
uit
ga
ve
n
To
taa
l
kre
die
t
ink
om
ste
n
To
taa
l
uit
ga
ve
n
To
taa
l
ink
om
ste
n
Re
sta
nt
kre
die
t
uit
ga
ve
n
Re
sta
nt
kre
die
t
ink
om
ste
n
Afs
luit
en
?
ja/
ne
e
To
eli
ch
tin
g/
Vo
ortg
an
g
71117
verg
rote
n d
iam
ete
rs j
acob
mari
sstr
aat
236.7
17,0
074.0
58,4
9162.6
58,5
1ja
Gere
aliseerd
. Z
ie 7
1110 h
eri
nri
chting Z
uid
erl
aan.
71121
2012 r
iole
ring a
fkoppele
n
koedijksla
nden f
ase 1
127.3
40,0
068.5
18,1
758.8
21,8
3ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen e
n r
iole
ring
Koedijksla
nden f
ase 1
.
71125
2014 n
ieuw
ew
eg 5
de e
endra
cht
renovatie 4
kle
edkam
119.0
00,0
0114.1
33,1
24.8
66,8
8ja
Gere
aliseerd
.
71130
2014 z
outs
trooie
r epoce iglo
o s
2400
wagenpark
372
22.9
35,0
025.7
90,0
0-2
.855,0
0ja
Gere
aliseerd
. N
adeel w
ord
t gecom
penseerd
door
tota
al voord
eel op v
erv
angin
g v
an 3
zouts
str
ooie
rs.
Zie
71225.
71131
2014 d
af
veeg-
en z
uig
machin
e
wagenpark
nr
67
190.0
00,0
0180.7
12,9
79.2
87,0
3ja
Gere
aliseerd
met
aanbeste
din
gsvoord
eel.
71144
riole
ring c
entr
um
, Z
uid
ein
de
491.9
13,0
0139.2
36,3
5352.6
76,6
5ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen-r
iole
ring e
n W
erk
hors
t-
Zuid
ein
de.
71150
verv
kunstg
rasm
at
korf
bal /
hockeyveld
koed.landen
250.0
00,0
0231.8
18,9
618.1
81,0
4ja
Gere
aliseerd
met
aanbeste
din
gsvoord
eel.
71152
verv
angin
g R
34 z
outs
trooie
r (n
r.352)
18.1
40,0
018.1
40,0
0ja
Gezie
n d
e s
taat
van o
nderh
oud is b
eslo
ten d
eze
str
ooie
r voora
lsnog n
iet
te v
erv
angen.
Kre
die
t
word
t afg
eslo
ten.
71153
2014 v
w t
ransport
er
pic
kup v
j-347-v
wagenpark
48
31.9
50,0
036.4
57,7
1-4
.507,7
1ja
Gere
aliseerd
. Z
ie 7
1155.
71155
2014 f
ord
tra
nsit b
este
l vk-3
50-d
wagenpark
nr.
402
19.0
00,0
030.3
20,8
0-1
1.3
20,8
0ja
Gere
aliseerd
. In
tota
al zijn z
es a
uto
's v
erv
angen.
De k
oste
n h
ierv
an in t
ota
al w
are
n €
17.0
00 h
oger
dan g
era
am
d.
71157
2014 v
w t
ransport
er
pic
kup v
j-349-v
wagenpark
50
32.6
60,0
036.4
57,7
1-3
.797,7
1ja
Gere
aliseerd
. Z
ie 7
1155.
71158
2014 f
ord
tra
nsit b
este
l vk-3
49-d
wagenpark
nr
401
36.9
20,0
030.3
51,7
46.5
68,2
6ja
Gere
aliseerd
. Z
ie 7
1155.
71193
heri
nri
chting w
erk
hors
t768.8
08,0
0200.0
00,0
0123.5
59,3
8154.1
54,6
2645.2
48,6
245.8
45,3
8ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen-r
iole
ring e
n W
erk
hors
t-
Zuid
ein
de.
De s
ubsid
ie B
DU
verk
eer
en v
erv
oer
word
t afg
ere
kend v
ia S
ISA
2014 e
n is d
eels
op
71193 v
era
ntw
oord
en d
eels
op 7
1103.
71197
aanvullin
g v
erv
angin
g r
iole
ring
werk
hors
t
225.8
49,0
0225.8
46,5
22,4
8ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen-r
iole
ring e
n W
erk
hors
t-
Zuid
ein
de.
71198
riole
ring a
fkoppele
n w
erk
hors
t177.1
00,0
0170.5
82,4
96.5
17,5
1ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k,
wegen-r
iole
ring e
n W
erk
hors
t-
Zuid
ein
de.
71203
riole
ring h
avelterm
ade r
epara
tie
inw
endig
500.0
00,0
01.5
20,0
0498.4
80,0
0ja
Na inspectie in 2
014 is b
eslo
ten d
at
dit n
iet
gaat
om
verv
angin
g,
doch o
m d
eelr
apara
ties.
Kre
die
t
verv
alt.
Deelr
epara
ties w
ord
en in 2
015
aangepakt
ten laste
van r
egulier
budget
onderh
oud r
iole
ring.
71205
egem
-i 2
014
100.0
00,0
0100.0
00,0
0ja
Gere
aliseerd
.
71207
soft
ware
2014
50.0
00,0
047.4
28,8
32.5
71,1
7ja
Gere
aliseerd
.
Jaarstukken 2014 181
Acti
va
Af
te s
luit
en
in
ve
ste
rin
ge
n
Om
sch
rij
vin
g a
cti
va
To
taa
l
kre
die
t
uit
ga
ve
n
To
taa
l
kre
die
t
ink
om
ste
n
To
taa
l
uit
ga
ve
n
To
taa
l
ink
om
ste
n
Re
sta
nt
kre
die
t
uit
ga
ve
n
Re
sta
nt
kre
die
t
ink
om
ste
n
Afs
luit
en
?
ja/
ne
e
To
eli
ch
tin
g/
Vo
ortg
an
g
71211
pro
jecte
n a
uto
matiseri
ng &
info
rmatiseri
ng 2
014
325.0
00,0
0325.6
47,2
9600,0
0-6
47,2
9-6
00,0
0ja
Gere
aliseerd
.
71225
2014 z
outs
trooie
r ig
loo s
2400
wagenpark
nr
373
50.5
45,0
025.7
90,0
024.7
55,0
0ja
Gere
aliseerd
. In
tota
al zijn d
rie z
outs
trooie
rs
verv
angen.
Per
sald
o is e
r spra
ke v
an e
en
aanbeste
din
gsvoord
eel ad €
13.7
50.
71228
bodem
- en s
aneri
ngsonderz
oek g
rote
oever
26
8.0
21,0
03.3
85,5
04.6
35,5
0ja
Definitie
f saneri
ngsrs
apport
is o
pgele
verd
. D
e
financië
le c
onsequenties z
ijn in d
e a
ctu
alisatie
meerj
are
npers
pectief
2015-2
018 o
pgenom
en.
71235
2012 s
port
accom
modatie e
zin
ge
438.3
65,0
0438.3
43,0
221,9
8ja
Gere
aliseerd
.
71254
2014 m
ari
jkestr
aat
1 a
anpassen
gym
lokaal re
novatie
100.0
00,0
0104.6
64,7
9-4
.664,7
9ja
Gere
aliseerd
.
71262
afr
ondin
g o
mgevin
g o
nderw
ijspark
ezin
ge
184.4
43,0
0178.8
33,8
06.5
76,0
05.6
09,2
0-6
.576,0
0ja
Gere
aliseerd
. S
ubsid
ie B
DU
verk
eer
en v
erv
oer
was n
iet
gera
am
d e
n w
ord
t afg
ere
kend v
ia S
ISA
2014.
71267
2012 v
erv
angen b
evestigin
g
leunin
gen b
ekin
kbaan
407.4
00,0
0344.4
34,1
862.9
65,8
2ja
Gere
aliseerd
met
aanbeste
din
gsvoord
eel.
71273
verp
laats
ing lic
htm
aste
n 2
013
59.2
61,0
059.2
61,0
0ja
Gere
aliseerd
, zow
el aan h
et
Zuid
ein
de a
ls a
an d
e
Zuid
erl
aan z
ijn d
e m
aste
n v
erv
angen e
n
vera
ntw
oord
op d
e d
esbetr
eff
ende
heri
nri
chtingskre
die
ten.
71276
Lo-P
INO
D93.8
70,0
039.2
04,0
0139.4
21,7
3153.3
59,5
0-4
5.5
51,7
3-1
14.1
55,5
0ja
Pro
ject
word
t voord
elig a
fgeslo
ten a
ls g
evolg
van
overi
ge b
ijdra
gen d
erd
en.
71300
riole
ring w
oonbote
n200.0
00,0
0200.0
00,0
0ja
Gezie
n d
e c
om
ple
xiteit,
word
t kre
die
t afg
eslo
ten.
Uitvoeri
ng o
p k
ort
e t
erm
ijn is n
iet
voorz
ien.
71302
riole
ring indis
che-b
uurt
700.0
00,0
01.3
30,0
0698.6
70,0
0ja
Na inspectie in 2
014 is b
eslo
ten d
at
dit n
iet
gaat
om
verv
angin
g,
doch o
m d
eelr
apara
ties.
Kre
die
t
verv
alt.
Deelr
epara
ties w
ord
en in 2
015
aangepakt
ten laste
van r
egulier
budget
onderh
oud r
iole
ring.
71307
anne f
rank loc.
centr
um
cap.
agv
verz
elfst.
dis
loc
77.3
93,0
077.3
93,0
0ja
Gere
aliseerd
.
71324
2013 A
anle
g c
am
perp
laats
Weste
inde
3.1
05,0
0670,2
12.4
34,7
9ja
Gere
aliseerd
.
71326
riole
ring s
chole
ncam
pus e
zin
ge
50.1
19,0
050.1
51,9
6-3
2,9
6ja
Gere
aliseerd
.
71339
2014 z
onnepanele
n D
e E
endra
cht
25.0
00,0
025.0
00,0
0ja
Gere
aliseerd
.
71343
2014 g
rote
oever
26 s
tadhuis
noodstr
oom
aggre
gaat
71.8
64,0
067.4
19,9
24.4
44,0
8ja
Gere
aliseerd
.
71345
Vle
dders
traat
3,
Nie
rmanschool
terr
ein
koste
n
87.7
34,0
086.7
69,4
5964,5
5ja
Gere
aliseerd
.
71349
1e inr
olp
en m
eubilair
tbv k
om
pas
gro
ep 1
9 t
m 2
2
56.0
00,0
055.9
12,0
088,0
0ja
Gere
aliseerd
.
71350
riole
ring n
vl gem
aal centr
um
wonen
incl aansl. r
wz
174.5
29,0
072.1
30,9
5102.3
98,0
5ja
Gere
aliseerd
. V
oord
eel als
gevolg
van w
erk
met
werk
. In
1 b
este
k a
anle
g r
iole
ring,
aanle
g
gem
aal, e
n b
ouw
rijp
maken g
rex N
VL c
entr
um
wonen 1
fase A
en B
.
71354
riole
ring n
oord
2 w
oonri
jpm
aken f
ase
2
6.1
18,0
06.1
18,0
0ja
Gere
aliseerd
. In
2014 b
leken g
een a
frondende
werk
zaam
heden t
e v
olg
en n
a a
floop
onderh
oudste
rmijn.
182 Jaarstukken 2014
Acti
va
Af
te s
luit
en
in
ve
ste
rin
ge
n
Om
sch
rij
vin
g a
cti
va
To
taa
l
kre
die
t
uit
ga
ve
n
To
taa
l
kre
die
t
ink
om
ste
n
To
taa
l
uit
ga
ve
n
To
taa
l
ink
om
ste
n
Re
sta
nt
kre
die
t
uit
ga
ve
n
Re
sta
nt
kre
die
t
ink
om
ste
n
Afs
luit
en
?
ja/
ne
e
To
eli
ch
tin
g/
Vo
ortg
an
g
71381
2014 v
ers
tr r
ente
loze lenin
g a
an w
og
tbv
sport
430.9
24,0
0418.8
43,8
012.0
80,2
0ja
Gere
aliseerd
.
71382
2014 v
ers
tr r
ente
loze lenin
g a
an w
og
tbv o
nderw
ijs
1.7
60.6
56,0
01.7
41.1
49,3
019.5
06,7
0ja
Gere
aliseerd
.
71385
2013 d
uurz
am
e a
anpassin
g f
iets
tunnel
Weste
rsto
uw
e
475.0
00,0
0395.3
45,0
579.6
54,9
5ja
Gere
aliseerd
met
aanbeste
din
gsvoord
eel.
71387
2014 z
onnepanele
n D
e A
anlo
op
25.0
00,0
025.7
35,0
0-7
35,0
0ja
Gere
aliseerd
.
71388
2014 v
erv
angen a
anle
gste
igers
wachth
aven
250.0
00,0
0206.0
63,6
943.9
36,3
1ja
Gere
aliseerd
met
aanbeste
din
gsvoord
eel.
To
taa
lA
f te
slu
ite
n i
nv
este
rin
ge
n
11
.48
6.1
87
,00
49
6.7
49
,00
7.8
21
.78
9,8
37
12
.38
3,7
93
.66
4.3
97
,17
-2
15
.63
4,7
9
Jaarstukken 2014 183
Acti
va
Lo
pe
nd
e i
nv
este
rin
ge
nT
ota
al
kre
die
t
uit
ga
ve
n
To
taa
l
kre
die
t
ink
om
ste
n
To
taa
l
uit
ga
ve
n
To
taa
l
ink
om
ste
n
Re
sta
nt
kre
die
t
uit
ga
ve
n
Re
sta
nt
kre
die
t
ink
om
ste
n
Afs
luit
en
?
ja/
ne
e
To
eli
ch
tin
g/
Vo
ortg
an
g
70840
2006 v
oorb
ere
idin
g o
ntw
.kro
mm
e
elleboog p
ark
ere
n
27.1
18,0
084.1
94,2
7-5
7.0
76,2
7nee
Door
vers
chille
nde o
orz
aken is d
e invullin
g v
an
het
pro
ject
nog n
iet
duid
elijk
. Er
zijn d
ivers
e
pla
nnen g
ew
eest.
Deze o
ntw
ikkelingen h
ebben in
de a
fgelo
pen j
are
n a
mbte
lijk
e inzet
gevra
agd e
n
daarn
aast
zijn e
xte
rne k
oste
n g
em
aakt.
Uitgangspunt
bij d
e s
tart
was d
at
alle laste
n
inclu
sie
f de r
ente
werd
en g
edekt
uit o
pbre
ngste
n
gro
ndverk
oop e
n e
en b
ijdra
ge v
an d
e
ontw
ikkela
ar.
Op b
asis
hie
rvan z
ijn o
ok d
e
rente
laste
n d
e a
fgelo
pen j
are
n a
ls last
op d
it
kre
die
t vera
ntw
oord
.
Rente
laste
n w
ord
en b
ere
kend o
ver
alle
gem
aakte
koste
n o
p d
it p
roje
ct.
Dit b
ete
kent
dat
door
de lange looptijd
van d
it p
roje
ct
de
afg
elo
pen j
are
n r
ente
over
rente
en e
igen u
ren is
bere
kend.
Gespre
kken m
et
de o
ntw
ikkela
ars
zijn
nog g
aande w
aard
oor
de g
era
am
de o
pbre
ngste
n
nog o
nzeker
zijn.
70868
Vle
dders
traat
3,
Nie
rmanschool hers
tr
de P
lata
an
1.2
87.7
77,0
01.2
12.2
49,6
5250,0
075.5
27,3
5-2
50,0
0nee
Verb
ouw
is g
ere
aliseerd
, ople
veri
ng h
eeft
pla
ats
gevonden.
In 2
015 v
olg
t nazorg
en
financië
le a
frekenin
g.
70927
dig
italiseri
ng a
kte
n b
urg
elijk
e s
tand
28.1
71,0
028.1
71,0
0nee
Ople
veri
ng v
an d
e w
erk
zaam
heden 2
4 j
anuari
2015,
aanslu
itend v
olg
t de f
inancië
le a
fwik
keling.
70950
Ogte
rop 2
010 v
erv
afs
toppin
g
doekm
at
engele
nbak
31.4
67,0
09.0
91,1
022.3
75,9
0nee
Deels
gere
aliseerd
, uitvoeri
ng loopt
door
t/m
2015 in s
am
enhang m
et
verv
angin
g
sto
ele
n/t
ribune E
ngele
nbak.
71059
Voorb
ere
idin
g h
eri
nri
chting
Koedijksla
nden
46.3
12,0
023.8
21,2
522.4
90,7
5nee
Kre
die
t is
bedoeld
voor
voorb
ere
idin
gsure
n
Koedijksla
nden:
heri
nri
chting R
em
bra
ndtlaan,
Zuid
erl
aan e
n J
an T
ooro
pla
an a
lsm
ede d
e
div
ers
e f
ases in d
e w
oonbuurt
en.
Verw
achte
doorl
ooptijd
t/m
2015.
71114
riole
ring m
ark
tstr
aat
(afk
oppele
n e
n
verv
angen)
81.9
12,0
01.4
86,0
080.4
26,0
0nee
De w
erk
zaam
heden z
ijn a
anbeste
ed,
uitvoeri
ng
is v
oorz
ien m
et
bouw
rijp
maken V
ledder
in 2
015.
71145
afk
oppele
n o
evers
c (
1e f
ase)
888.2
41,0
044.9
43,0
0843.2
98,0
0nee
De w
erk
zaam
heden z
ijn in 2
014 v
oorb
ere
id e
n
aanbeste
ed.
Uitvoeri
ng in 2
015.
71160
achte
rsta
llig
onderh
oud w
egen
slingenberg
900.0
00,0
06.7
68,7
5893.2
31,2
5nee
In 2
014 is g
esta
rt m
et
de v
oorb
ere
idin
g.
Aanbeste
din
g is v
oorz
ien in 2
015,
uitvoeri
ng
2015-2
016.
71161
achte
rsta
llig
onderh
oud w
egen
koedijksla
nden 2
265.0
00,0
038.4
67,8
1226.5
32,1
9nee
In 2
014 is g
esta
rt m
et
de v
oorb
ere
idin
g.
Aanbeste
din
g is v
oorz
ien 1
e k
wart
aal 2015,
uitvoeri
ng 2
015.
71163
verv
angin
g r
iole
ring s
lingenberg
1.7
96.1
07,0
014.5
19,9
01.7
81.5
87,1
0nee
In 2
014 is g
esta
rt m
et
de v
oorb
ere
idin
g.
Aanbeste
din
g is v
oorz
ien in 2
015,
uitvoeri
ng
2015-2
016.
71164
arb
itra
ge r
evitaliseri
ng o
evers
ab
404.8
51,0
0-1
0.0
00,0
067.4
70,6
4337.3
80,3
6-1
0.0
00,0
0nee
Het
juri
dis
ch g
eschil loopt
nog.
Verd
ere
behandeling v
oorj
aar
2015.
11.2 Lopende investeringen
184 Jaarstukken 2014
Acti
va
Lo
pe
nd
e i
nv
este
rin
ge
nT
ota
al
kre
die
t
uit
ga
ve
n
To
taa
l
kre
die
t
ink
om
ste
n
To
taa
l
uit
ga
ve
n
To
taa
l
ink
om
ste
n
Re
sta
nt
kre
die
t
uit
ga
ve
n
Re
sta
nt
kre
die
t
ink
om
ste
n
Afs
luit
en
?
ja/
ne
e
To
eli
ch
tin
g/
Vo
ortg
an
g
71182
gevelv
erb
ete
ring p
rinsengra
cht
70.0
00,0
05.0
00,0
065.0
00,0
0nee
De looptijd
van h
et
stim
ule
ringsfo
nds p
art
iculiere
gevelv
erb
ete
ring P
rinsengra
cht
is p
er
1 o
kto
ber
2014 g
eëin
dig
d.
In h
et
uitvoeri
ngspro
gra
mm
a is
aangegeven d
it p
roje
ct
te v
erb
reden.
71187
toegankelijk
heid
bushaltes
151.3
33,0
0151.3
33,0
03.4
20,0
03.4
20,0
0147.9
13,0
0147.9
13,0
0nee
Dit p
roje
ct
is D
renth
e-b
reed v
ert
raagd a
gv
aanpassin
g b
usdie
nste
n e
n o
pheff
en h
altes.
71201
riole
ring k
oedijksla
nden f
ase 2
600.0
00,0
08.4
01,0
0591.5
99,0
0nee
In 2
014 is g
esta
rt m
et
de v
oorb
ere
idin
g.
Aanbeste
din
g is v
oorz
ien 1
e k
wart
aal 2015,
uitvoeri
ng 2
015.
71204
riole
ring p
ara
dijsw
eg +
reestlaan
420.0
00,0
01.3
30,0
0418.6
70,0
0nee
In e
ers
te insta
ntie b
leek h
et
na inspectie t
e g
aan
om
deelr
epara
ties,
verv
angin
g z
ou k
unnen
word
en u
itgeste
ld.
Echte
r de p
rovin
cie
heeft
begin
2015 late
n w
ete
n in 2
015 d
e b
eschoeiing
aan t
e p
akken,
waard
oor
ook r
iole
ring w
ord
t
gera
akt,
zodat
als
nog v
erv
angin
g r
iole
ring in
2015 in c
om
bin
atie m
et
pro
vin
cie
word
en
uitgevoerd
.
71206
hard
ware
2014
100.0
00,0
070.0
00,8
629.9
99,1
4nee
In u
itvoeri
ng,
betr
eft
opgesta
rte p
roje
cte
n m
et
betr
ekkin
g t
ot
auto
matiseri
ng e
n d
igitaliseri
ng,
die
in 2
015 w
ord
en a
fgero
nd.
71252
2012 G
reijdanuscollege 1
e inr
olp
/meub
2.4
91,0
02.4
91,0
0nee
Juri
dis
che p
rocedure
.
71253
1e inri
chting g
reydanus 2
013
66.0
00,0
066.0
00,0
0nee
Juri
dis
che p
rocedure
.
71264
heri
nri
chting g
flinckstr
aat
cf
vis
ie
meppel zuid
650.0
00,0
05.4
50,0
0644.5
50,0
0nee
In 2
014 is g
esta
rt m
et
de v
oorb
ere
idin
g.
Aanbeste
din
g is v
oorz
ien 1
e k
wart
aal 2015,
uitvoeri
ng 2
015.
In c
om
bin
atie m
et
heri
nri
chting
Rem
bra
ndtlaan is r
eeds 5
0%
van d
e
werk
zaam
heden u
itgevoerd
en w
ord
t voorg
este
ld
dit k
redie
t m
et
€ 3
25.0
00 a
f te
ram
en.
71266
heri
nri
chting z
uid
ein
de v
an b
rug t
ot
bru
g
592.1
97,0
0286.7
96,7
5305.4
00,2
5nee
In 2
015 v
olg
t nazorg
en f
inancië
le a
fwik
keling.
Tevens w
ord
t in
2015 e
en v
eilig
e o
vers
teek
Hoofd
str
aat-
Hoofd
str
aat
Zuid
gere
aliseerd
confo
rm b
eslu
itvorm
ing g
em
eente
raad.
Als
gevolg
van w
erk
met
werk
word
t voorg
este
ld d
it
kre
die
t m
et
€ 2
50.0
00 a
f te
ram
en.
71271
2014 v
erv
angin
g b
rug p
rins
hendri
kkade
399.0
86,0
0393.2
43,7
35.8
42,2
7nee
Technis
che o
ple
veri
ng h
eeft
11-1
2-2
014
pla
ats
gevonden.
De laats
te a
anpassin
gen z
ullen
in 2
015 p
laats
vin
den,
waarn
a d
e f
inancië
le
afw
ikkeling v
olg
t.
71274
verp
laats
ing lic
htm
aste
n 2
014
150.0
00,0
0150.0
00,0
0nee
Dit k
redie
t w
ord
t in
gezet
voor
LED
-verl
ichting o
p
Oevers
C.
De w
erk
zaam
heden z
ijn in 2
014
voorb
ere
id e
n a
anbeste
ed e
n w
ord
en in 2
015
uitgevoerd
.
71289
aanpassen d
iam
ete
rs p
maste
nbro
ekla
an
348.3
09,0
051.9
33,9
4296.3
75,0
6nee
De w
erk
zaam
heden z
ijn in 2
014 v
oorb
ere
id e
n
aanbeste
ed.
Uitvoeri
ng in 2
015.
71292
achte
rsta
llig
onderh
oud w
egen,
oevers
c
500.0
00,0
0500.0
00,0
0nee
De w
erk
zaam
heden z
ijn in 2
014 v
oorb
ere
id e
n
aanbeste
ed.
Uitvoeri
ng in 2
015.
Jaarstukken 2014 185
Activ
aLo
pe
nd
e i
nv
este
rin
ge
nT
ota
al
kre
die
t
uit
ga
ve
n
To
ta
al
kre
die
t
ink
om
ste
n
To
ta
al
uit
ga
ve
n
To
ta
al
ink
om
ste
n
Re
sta
nt
kre
die
t
uit
ga
ve
n
Re
sta
nt
kre
die
t
ink
om
ste
n
Afslu
ite
n?
ja
/n
ee
To
eli
ch
tin
g/
Vo
ortg
an
g
71294
afr
ondin
g z
uid
elijk
e o
nts
luitin
gsw
eg
vri tb
v r
ws
42.1
46,0
03.5
27,4
538.6
18,5
5nee
Naar a
anle
idin
g v
an d
e laats
te o
pnam
e z
ijn w
ij in
afw
achting v
an d
e r
eactie v
an R
ijksw
ate
rsta
at.
71296
afw
ikkeling b
erggie
rsla
nden
93.1
65,0
022.1
83,9
970.9
81,0
1nee
Na a
fslu
itin
g v
an d
e g
rex in 2
011 is d
it k
redie
t
beschik
baar g
este
ld v
oor d
e a
frondin
g.
Gezie
n d
e
huid
ige h
uiz
enm
arkt
is o
p d
it m
om
ent
nog g
een
ein
ddatu
m v
oor a
frondin
g v
ast
te s
tellen.
71301
rio
lerin
g o
ranje
buurt
805.7
68,0
0708.4
26,7
797.3
41,2
3nee
In 2
014 is r
iole
rin
g C
ath
arin
astr
aat,
Julianastr
aat
en K
orte
str
aat
vervangen,
in 2
015 v
olg
t rio
lerin
g
Oude B
oazstr
aat
en B
arend S
chuurm
anstr
aat.
Ook z
al in
2015 v
errekenin
g w
egen-rio
lerin
g
pla
ats
vin
den z
odra d
e w
egw
ew
rkzaam
heden z
ijn
afg
erond.
71304
greydanus c
ollege n
ieuw
/herzie
nin
g
rechte
renschool
681.0
00,0
0681.0
00,0
0nee
Jurid
ische p
rocedure.
71305
din
gste
de a
anpassin
g g
ebouw
kom
pas
300.0
00,0
0300.0
00,0
0nee
Din
gste
de k
om
t m
et
een h
erzie
n h
uis
vestingspla
n
1e k
warta
al 2015,
waarin
rekenin
g w
ordt
gehouden m
et
locatie v
m.
Kom
pas.
71325
vervangen m
mb
175.0
00,0
0175.0
00,0
0nee
Als
gevolg
van d
e s
am
enw
erkin
g m
et
andere
gem
eente
n h
eeft
de a
anbeste
din
g v
ertr
agin
g
opgelo
pen.
Deze is n
u v
oorzie
n in 2
015.
71346
2014 V
ledderstr
aat
3,
Nie
rm
anschool
speelp
lein
57.1
75,0
047.5
99,2
39.5
75,7
7nee
Definitie
ve a
frondin
g e
n f
inancië
le a
fwik
keling
volg
t in
2015.
71351
rio
lerin
g n
vl centr
um
wonen 1
1.3
88.3
09,0
0578.1
05,8
2810.2
03,1
8nee
In 2
014 z
ijn d
eelp
erceel A
en B
gerealiseerd.
Deelp
erceel C
wordt
uitgevoerd in 2
015.
71352
rio
lerin
g d
annin
ge e
rve
bouw
rijpm
aken
323.1
55,0
0228.1
17,0
595.0
37,9
5nee
Deze w
erkzaam
heden w
orden g
efa
seerd
uitgevoerd.
Fase 1
is in 2
014 g
erealiseerd.
71353
rio
lerin
g n
oord 2
bouw
rijpm
aken f
ase
3
225.7
81,0
0285,0
0225.4
96,0
0nee
De u
itvoerin
g lig
t stil en is a
fhankelijk
van e
en
marktp
artij
die
bela
ngste
llin
g h
eeft
voor d
e h
ele
kop v
an N
oord.
71360
2014 e
xtr
a p
laats
ing o
ndergrondse
conta
iners
360.0
00,0
0338.1
87,8
064.6
54,2
121.8
12,2
0-64.6
54,2
1nee
Laats
te b
este
llin
g 2
014 w
ordt
in 2
015 g
ele
verd e
n
financie
el afg
erekend.
71371
herin
ric
hting m
arkts
traat(
in a
ansl op
ontw
vle
dder
385.0
00,0
0385.0
00,0
0nee
Voorbereid
ing e
n a
anbeste
din
g is v
oorzie
n in
2015; u
itvoerin
g 2
015-2016.
71373
grondverbete
rin
g k
oedijksla
nden t
bv
groen
150.0
00,0
0150.0
00,0
0nee
Kredie
t is
beste
md v
oor d
e d
iverse f
ases
Koedijksla
nden.
Fase 1
is g
erealiseerd b
innen d
e
beschik
bare m
iddele
n r
egulier b
udget
groen 2
014
en k
redie
t fa
se 1
. M
et
ingang v
an f
ase 2
(2015)
zal een b
eroep w
orden g
edaan o
p d
it k
redie
t.
71380
Uitvoerin
gsm
aatr
egele
n N
ota
Fie
ts255.0
00,0
028.6
24,6
5226.3
75,3
5nee
In h
et
kader v
an d
e n
ota
Fie
ts z
ijn in 2
014 d
e
volg
ende a
ctiviteiten u
itgevoerd: O
oste
rboer
voorrangssituaties; d
rem
pel H
aaksw
old
;
fiets
overste
ek Z
om
erdijk-S
teenw
ijkerstr
aatw
eg.
Via
het
uitvoerin
gsprogram
ma/bezuin
igin
gen
2015 is v
oorgeste
ld k
redie
t m
et
€ 1
75.0
00 a
f te
ram
en e
n a
anpassin
g k
ruis
ing W
eerdstr
aat
en
fiets
sta
llin
g c
entr
um
nie
t te
realiseren.
71413
2014 a
anpassin
g v
ledderstr
aat
275.0
00,0
09.6
99,4
0265.3
00,6
0nee
In 2
014 is d
e v
oorbereid
ing o
pgesta
rt;
aanbeste
din
g is v
oorzie
n in v
oorja
ar 2
015;
uitvoerin
g 2
015
To
ta
al
Lo
pe
nd
e i
nv
este
rin
ge
n
15
.32
2.8
71
,00
14
1.3
33
,00
4.2
93
.34
5,8
16
8.3
24
,21
11
.02
9.5
25
,19
73
.00
8,7
9
Af
te s
luiten investe
rin
gen
11.4
86.1
87,0
0496.7
49,0
07.8
21.7
89,8
3712.3
83,7
93.6
64.3
97,1
7-215.6
34,7
9
15.3
22.8
71,0
0141.3
33,0
04.2
93.3
45,8
168.3
24,2
111.0
29.5
25,1
973.0
08,7
9
26
.80
9.0
58
,00
63
8.0
82
,00
12
.11
5.1
35
,64
78
0.7
08
,00
14
.69
3.9
22
,36
-1
42
.62
6,0
0
Over t
e h
evele
n r
esta
ntk
redie
ten n
aar 2
015
186 Jaarstukken 2014
Om
sch
rij
vin
gG
ro
ot-
bo
ek
Afd
Sa
ldo
ein
de
bo
ek
jaa
r 2
01
3
Re
su
lta
at-
be
ste
mm
ing
vo
org
aa
nd
bo
ek
jaa
r 2
01
3
Sta
nd
01
/0
1/
20
13
(in
cl.
re
su
lta
at-
be
ste
mm
ing
)
Ve
rm
ee
rd
erin
g
do
or b
ijb
oe
kin
g
re
nte
20
14
Ov
erig
e
ve
rm
ee
r-
de
rin
ge
n
Ve
rm
ind
erin
ge
n
ivm
afs
ch
rij
vin
ge
n
20
14
Ov
erig
e
Ve
rm
ind
erin
ge
n
Sa
ldo
ein
de
bo
ek
jaa
r 2
01
4
1.
Alg
em
en
e r
ese
rv
es
Alg
em
ene b
uff
err
eserv
e78000
O2.3
36.5
44
€
85.9
14-
€
2.2
50.6
30
€
211.4
03
€
2.0
39.2
27
€
Vri
j beste
edbare
reserv
e78005
O-
€
-
€
-
€
To
taa
l a
lge
me
ne
re
se
rv
es
2.3
36
.54
4€
85
.91
4-
€
2
.25
0.6
30
€
-
€
-€
-
€
2
11
.40
3€
2
.03
9.2
27
€
2.
Be
ste
mm
ing
sre
se
rv
es
Ov
erig
e r
ese
rv
es
Fri
ctiekoste
n b
ezuin
igin
g78635
O40.0
00
€
40.0
00
€
40.0
00
€
su
bto
taa
l o
ve
rig
e r
ese
rv
es
40
.00
0€
-€
4
0.0
00
€
-€
-
€
-€
-€
4
0.0
00
€
Re
se
rv
es m
et
ee
n e
ga
lise
re
nd
ka
ra
kte
r
Tijdelijk
e r
eserv
e b
udgeto
verh
eveling
78300
O-
€
50.0
00
€
50.0
00
€
50.0
00
€
-€
-
€
su
bto
taa
l e
ga
lisa
tie
re
se
rv
es
-€
5
0.0
00
€
5
0.0
00
€
-€
-
€
-€
50
.00
0€
-€
Be
drij
fsre
se
rv
es
Nat
Industr
iete
rrein
(PPS
)78100
O&
S11.5
19
€
11.5
19
€
11.5
19
€
su
bto
taa
l b
ed
rij
fsre
se
rv
es
11
.51
9€
-€
1
1.5
19
€
-€
-
€
-€
-€
1
1.5
19
€
Pro
jectg
eb
on
de
n r
ese
rv
es
Wegenonderh
oud
78525
R&
R4.3
79.1
87
€
4.3
79.1
87
€
289.8
75
€
4.0
89.3
12
€
KE -
voorb
ere
idin
g P
ark
eerg
ara
ge (
Kro
mm
e
Elleboog)
78560
O&
S180.0
00
€
180.0
00
€
180.0
00
€
Rio
leri
ng
78615
R&
R3.5
52.5
39
€
3.5
52.5
39
€
81.7
21
€
3.6
34.2
60
€
-€
Afg
eslo
ten g
rondcom
ple
xen
78620
O&
S93.1
65
€
93.1
65
€
22.1
84
€
70.9
81
€
Ondern
em
ers
fonds
78630
KC
19.0
00
€
19.0
00
€
227.0
00
€
227.0
00
€
19.0
00
€
Actu
alisere
n b
este
mm
ingspla
nnen
78640
O&
S266.7
23
€
216.7
23-
€
50.0
00
€
18.4
31
€
31.5
69
€
su
bto
taa
l p
ro
jectg
eb
on
de
n r
ese
rv
es
8.4
90
.61
4€
21
6.7
23
-€
8
.27
3.8
91
€
-
€
30
8.7
21
€
28
9.8
75
€
3
.90
1.8
75
€
4
.39
0.8
63
€
To
taa
l b
este
mm
ing
sre
se
rv
es
8.5
42
.13
3€
16
6.7
23
-€
8
.37
5.4
10
€
-
€
30
8.7
21
€
28
9.8
75
€
3
.95
1.8
75
€
4
.44
2.3
82
€
To
taa
l R
ese
rv
es
10
.87
8.6
77
€
25
2.6
37
-€
1
0.6
26
.04
0€
-
€
30
8.7
21
€
28
9.8
75
€
4
.16
3.2
77
€
6
.48
1.6
09
€
11.3 Reserves
Jaarstukken 2014 187
Vo
orzie
nin
ge
n
Om
sch
rij
vin
ge
n
Gro
ot-
bo
ek
Afd
Sa
ldo
ein
de
bo
ek
jaa
r 2
01
3
Ve
rm
ee
rd
erin
g
20
14
Ve
rm
ind
erin
ge
n/
be
sch
ikk
ing
en
20
14
Vrij
ge
va
lle
n t
.g.v
.
re
ke
nin
g 2
01
4
Sa
ldo
ein
de
bo
ek
jaa
r 2
01
4
a.
alg
em
ee
n
Pensio
en-
en w
achtg
eld
en
79001
O€ 3
.167.6
38
€ 6
82.3
30
€ 3
63.3
13
€ 3
.486.6
55
b.
eg
ali
sa
tie
vo
orzie
nin
g
Afv
als
toff
enheff
ing
79101
R&
R€ 1
.038.4
01
€ 1
70.7
80
€ 5
2.4
17
€ 1
.156.7
64
Rio
leri
ng
79100
R&
R€ 3
.634.2
60
€ 3
.634.2
60
TO
TA
AL V
OO
RZ
IE
NIN
GE
N€
4.2
06
.03
9€
4.4
87
.37
0€
41
5.7
30
€ 0
€ 8
.27
7.6
79
11.4 Voorzieningen
188 Jaarstukken 2014
11.5 Begrotingsrechtmatigheid Algemeen Volgens het BBV dienen de afwijkingen ten opzichte van de begroting goed herkenbaar in de jaarrekening te worden opgenomen en toegelicht. Er is sprake van begrotingsonrechtmatigheid als op
programmaniveau de lasten worden overschreden. Het college neemt in de jaarrekening een analyse op bij begrotingsoverschrijdingen waarbij de oorzaken en achtergronden worden toegelicht. De accountant toetst deze toelichting en stelt daarmee vast of deze afwijkingen voor het accountantsoordeel rechtmatig of onrechtmatig zijn. Begrotingsafwijkingen die passen binnen het beleid van de raad betrekt de accountant niet bij de beslissing of er al dan niet een goedkeurende verklaring kan worden gegeven. Via het vaststellen van de jaarstukken worden de uitgaven alsnog geautoriseerd.
Er is gebruik gemaakt van indeling van het Platform Rechtmatigheid provincies en gemeenten (PRPG). Naast deze indeling is in de volgende tabel de consequenties van overschrijding voor het
accountantsoordeel opgenomen.
Soorten begrotingsafwijkingen Rechtmatig Onrechtmatig
A Kostenoverschrijdingen die geheel of gedeeltelijk worden gecompenseerd door direct gerelateerde inkomsten.
X
B Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar niet tijdig konden worden gesignaleerd. Vaak blijken zaken pas in het kader van het opmaken van de jaarrekening.
X
C Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar waarbij de accountant ondubbelzinnig vaststelt dat die ten onrechte niet zijn gesignaleerd.
X
D Kostenoverschrijdingen door activiteiten die niet passen binnen het bestaande beleid en waarvoor tegen beter weten in geen voorstel tot begrotingswijziging is ingediend
X
E Kostenoverschrijdingen inzake activiteiten welke achteraf als onrechtmatig moeten worden beschouwd omdat dit bijvoorbeeld bij nader onderzoek van de subsidieverstrekker,
belastingdienst of een toezichthouder blijkt Geconstateerd tijdens verantwoordingsjaar Geconstateerd na verantwoordingsjaar.
X
X
F Kostenoverschrijdingen op investeringen waarvan de gevolgen voornamelijk zichtbaar worden via hogere kapitaallasten in het jaar zelf of pas in de volgende jaren. Jaar van investeren. Kapitaallasten in latere jaren.
X
X
Begrotingsonrechtmatigheid heeft dus uitsluitend betrekking op de lastenoverschrijdingen en niet op overschrijdingen aan de batenkant. De analyse van de begrotingsoverschrijdingen is opgesplitst in: a) Begrotingsoverschrijdingen lasten per programma b) Begrotingsoverschrijdingen uitgaven investeringen
Jaarstukken 2014 189
De overschrijdingen worden hieronder per categorie toegelicht.
a) Begrotingsoverschrijdingen lasten per programma
In onderstaand overzicht komen alleen de programma’s met lastenoverschrijdingen aan de orde. Het zegt dus niets over het tekort op het programma als geheel omdat eventueel extra inkomsten niet
worden toegelicht.
lasten
begroting
na
wijziging
lasten
jaarrekeningOverschrijding
3 Sociale zaken en werkgelegenheid 23.308 24.216 908
5 Maatschappelijke ondersteuning 9.950 10.070 120
6 Kunst, cultuur, recreatie en toerisme 4.252 4.367 115
lasten inclusief reservemutaties (x € 1.000)
Programma
Hierna worden begrotingsoverschrijdingen met een ondergrens van € 50.000 toegelicht. Tevens wordt aangegeven of deze overschrijding als rechtmatig kan worden aangemerkt via de kolom “categorie begrotingsafwijking”.
Programma 3 Sociale zekerheid en werkgelegenheid Bedragen x € 1.000.
lasten
begroting
na wijziging
lasten
jaar-
rekening
over-
schrijding
categorie
begrotings-
afwijking
toelichting oorzaak en
achtergrond
37 Periodieke bijstand 10.751 11.050 299 A/B Hogere uitgaven als gevolg van een
hoger gemiddeld uitkeringsbedrag
en de lasten aan levensonderhoud
en kapitaalverstrekkingen BBZ zijn
hoger dan geraamd. Hier staan
deels hogere inkomsten tegenover.
De periodieke bijstand is een open
eindregeling. Ook is een
rechtmatigheidsonderzoek
uitgevoerd. Op basis van dit
onderzoek zijn extra inkomsten
gerealiseerd door terugvorderen
van uitkeringen.
39 Arbeidsmarkt 10.536 11.176 640 A Dit betreft hogere kosten voor de
sociale werkvoorziening. Deze
worden geheel gedekt door een
hogere rijkssubsidie.
product / omschrijving
190 Jaarstukken 2014
Programma 5 Maatschappelijke ondersteuning Bedragen x € 1.000
lasten
begroting
na wijziging
lasten
jaar-
rekening
over-
schrijding
categorie
begrotings-
afwijking
toelichting oorzaak en
achtergrond
76 Verlenen individuele
voorzieningen
5.114 5.280 166 B Het nieuwe hulpmiddelencontract
valt op onderdelen duurder uit. Dit
geldt voor de scootmobielen en het
overig vervoer. Hier staan hogere
inkomsten van de eigen bijdragen
tegenover.
product / omschrijving
Programma 6 Kunst, cultuur, recreatie en toerisme Bedragen x € 1.000
lasten
begroting
na wijziging
lasten
jaar-
rekening
over-
schrijding
categorie
begrotings-
afwijking
toelichting oorzaak en
achtergrond
48 Schouwburg 1.497 1.613 116 A/B De bezuinigingstaakstelling is nog
niet geheel gerealiseerd. Deze is in
één bedrag op een uitgavenpost in
de begroting opgenomen. Samen
met een toename van activiteiten
en een aantal grotere voorstellingen
in het kader van Meppel, culturele
gemeente van Drenthe zijn de
lasten daardoor hoger dan begroot.
Hier staan deels extra inkomsten
tegenover.
product / omschrijving
b) Begrotingsoverschrijdingen uitgaven investeringen Voor 2014 is de volgende overschrijding groter dan € 50.000 van een investeringskrediet geconstateerd. Bedragen x € 1.000
investeringen
restant
krediet 1/1
uitgaven
2014
over-
schrijding
categorie
begrotings-
afwijking
toelichting oorzaak en
achtergrond
70840 Voorbereiding
ontwikkeling kromme
elleboog
27 84 57 A/B Er zijn diverse plannen geweest.
Door verschillende oorzaken is de
invulling van het project is nog niet
duidelijk. Gesprekken met de
ontwikkelaars zijn nog gaande,
hierdoor zijn de geraamde
opbrengsten nog onzeker.
Jaarstukken 2014