Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het...

224
JAARSTUKKEN 2014

Transcript of Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het...

Page 1: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarstukken 2014

Page 2: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Inhoudsopgave:

Aanbiedingsbrief Jaarstukken 2014

Algemene inleiding jaarstukken

Controleverklaring accountant

Jaarverslag Gemeente Lelystad 2014

Jaarrekening gemeente Lelystad 2014 Incl. SISA verantwoording

Jaarverslag Grondbedrijf 2014 (bijlage)

Page 3: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

De raad van de gemeente Lelystad

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

U15-89814

U15-89814 CS-CA behandeld door algemeen nummer bijlagen dossiernummer

GM Akkerman-Caprino 14 0320

onderwerp pr-nummer

aanbiedingsbrief definitieve Jaarstukken 2014

Geachte leden van de raad,

Bijgaand treft u de volgende jaarstukken 2014 aan: jaarrekening 2014, jaarverslag 2014, jaarverslag Grondbedrijf 2014 en het verslag van bevindingen van de accountant. Rekeningresultaat en financiële positie Het jaar 2014 sluit af met een positief rekeningresultaat van € 0,699 mln., veroorzaakt door incidentele meevallers die voor het merendeel al in de begrotingsmonitor van september 2014 bekend waren. Incidentele meevallers worden bijvoorbeeld veroorzaakt door voor te sorteren op de beleidsmatige wijzigingen die ingaan in 2015 bij de WMO en de bezuinigingen op de kosten voor bedrijfsvoering. De overige majeure meevallers zijn de lagere rentelasten en de hogere algemene uitkering. De eerste wordt vooral veroorzaakt door de voordelige rentetarieven op de kapitaalmarkt. De tweede, de algemene uitkering, blijft nog altijd moeilijk te voorspellen maar de prognose in het lopende jaar komt vrij dicht bij de definitieve cijfers die pas eind 2014 bekend zijn geworden. Het resultaat is negatief beïnvloed door het treffen van voorzieningen voor het Grondbedrijf op basis van marktanalyse en de bijgestelde strategie in het Raam MPG. De indicatoren die de financiële positie bepalen, zoals het weerstandsvermogen, de netto schuld, het EMU saldo, analyse van structurele baten en lasten e.d. geven een positief beeld. Op grond van de inschatting en analyse van risico’s op korte- en lange termijn ten opzichte van de beschikbare reserves, kan geconcludeerd worden dat het weerstandsvermogen van de Gemeente Lelystad toereikend is. De netto schuld bevindt zich onder de norm, net als het EMU saldo en de structurele baten en lasten.

Page 4: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

ons kenmerk datum pagina U15-89814 2

Jaarrekeningcontrole De accountant heeft een accountantsverklaring met beperking afgegeven. Dit oordeel is gebaseerd op twee redenen. Ten eerste is door de accountant vorig jaar een verklaring met beperking afgegeven. Deze beperking betrof de onzekerheid in de waardering van de grondexploitaties. Inmiddels heeft het college en de raad de Raam MPG 2014 vastgesteld en zijn door de daaruit voortkomende maatregelen de onzekerheden in de grondexploitaties gedaald. Daardoor komt de accountant tot een goedkeurende verklaring bij de jaarrekening 2014. Echter omdat in de vergelijkende cijfers over 2013 nog sprake is van eenzelfde onzekerheid als in de jaarrekening 2013 werkt de beperking door naar 2014.

De accountant constateert daarnaast dat de richtlijnen voor Europese aanbesteding niet in alle gevallen zijn nageleefd. Naar het oordeel van het college wordt dit niet zozeer veroorzaakt door onvolkomenheden in (de uitvoering van) het inkoopproces als wel door de in de vormgeving van dat proces bewust gemaakte keuzes. De verplichting tot Europese aanbesteding wordt tijdig gesignaleerd, zoals beschreven in paragraaf 5 van het inkoop- en aanbestedingsbeleid van de gemeente Lelystad. Van deze Europese procedure kan alleen worden afgeweken indien hiervoor goedkeuring is verkregen van het college. Die goedkering wordt expliciet gegeven in gevallen waar geen sprake is “van een duidelijk grensoverschrijdend belang” maar wel sprake is van een gemeentelijk belang om de continuïteit in de opdrachtvervulling te garanderen. Zo is bijvoorbeeld vastgelegd in het besluit kaderstelling inhuur personeel dat om sterke fluctuaties in werkaanbod op te vangen of waar sprake is van een kwaliteitsvraag die niet logischerwijs in de standaardpersoneelsbezetting aanwezig is, dit kan worden opgevangen middels inhuur van een flexibele schil. Het telkenmale (Europees) aanbesteden van een dergelijke opdracht zou leiden tot ongewenst kennisverlies of discontinuïteit die alleen op te vangen zou zijn met telkenmale nieuwe inwerkperiodes waarin een dubbele bezetting noodzakelijk is. In die gevallen heeft het college besloten af te wijken. Het college meende daarmee binnen de geldende richtlijnen te acteren, maar na een nadere beschouwing komt de accountant tot een ander oordeel. Het College zal zich – mede in relatie tot de inwerkingtreding van de Flexwet per 1 juli 2015 – hier nader op beraden en uw Raad informeren of en zo ja op welke wijze de procedures en richtlijnen aangepast worden. Tevens zal dit betrokken worden bij de verlenging dan wel herziening van het Inkoop- en Aanbestedingsbeleid welke in 2015 expireert. Op hoofdlijnen zijn dit de conclusies van de accountant: 1. Het jaarverslag is verenigbaar met de jaarrekening 2. BBV wordt nageleefd 3. De grondslagen van de jaarrekening 2014 zijn aanvaardbaar 4. De schattingsonzekerheid inzake de waardering van grondexploitaties valt in 2014 binnen de goedkeuringstoleranties 5. De kwaliteit van de onderbouwingen en inschattingen bij het opstellen van de jaarrekening is goed

(hoogte van voorzieningen) 6. Begrotings-overschrijdingen zijn goed toegelicht in de jaarrekening 2014 7. Er zijn geen fouten en/of onzekerheden in de SiSa-bijlage 2014 geconstateerd 8. De Wet Normering topinkomens (WNT) is nageleefd 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole 10. Betrouwbaarheid en continuïteit van de automatiseringsomgeving en geautomatiseerde

maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen : er is vastgesteld dat de interne beheersingsmaatregelen in de digitale factuurverwerking voldoende zijn om op te steunen in het kader van onze controle. In 2014 heeft uw gemeente een externe IT-auditor ingeschakeld om de automatiseringsomgeving van uw gemeente door te lichten. Zijn werkzaamheden ten aanzien van de digitale workflow hebben in belangrijke mate bijgedragen aan een heldere documentatie van IT-beheersingsomgeving.

11. Het identificeren en beheersen van frauderisico’s vormt geen separaat onderwerp in de rapportering tussen het college en de raad.

Page 5: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

ons kenmerk datum pagina U15-89814 3

Reactie van het college op een tweetal punten Ad 4. Grondexploitaties: In de voorbereiding op de jaarrekening 2014 is de waardering van de grondexploitaties een belangrijk aandachtspunt geweest door de beperking in de accountantsverklaring in 2013. Het college heeft daarom enerzijds procesmatig aanpassingen doorgevoerd en anderzijds inhoudelijk de uitgangspunten aangepast op basis van de meest recente realisatie. Door de processen van Meerjaren programmering Grondexploitaties en de Planning en Control producten beter op elkaar aan te sluiten zijn het college en de raad in staat gebleken tijdig duidelijkheid te verschaffen over scenarioanalyse, strategische keuze en beheersmaatregelen van het grondbedrijf. Zo is bij het Raam-Meerjaren Programma Grondbeleid (MPG) een strategische keuze gemaakt voor het middenscenario en zijn verschillende beheersmaatregelen benoemd. De financiële vertaling hiervan vindt plaats bij het Kader MPG 2015 maar wordt, volgens de externe verslagleggingregels gezien als een belangrijke mutatie na balansdatum en is daarom in de jaarrekening 2014 al meegenomen. Dit heeft geresulteerd in het treffen van een aantal voorzieningen voor het Grondbedrijf in de jaarrekening 2014 die anders in het boekjaar 2015 waren getroffen. De combinatie van proces en inhoud heeft ervoor gezorgd dat de onzekerheden van de grondexploitaties in de jaarrekening zodanig zijn beperkt dat deze zich binnen de reguliere kaders bevinden die de accountant aan een goedkeurende verklaring verbindt. Ad11. Frauderisico: Door functiescheidingen en de vormgeving van de interne beheersomgeving worden frauderisico’s zo veel als mogelijk voorkomen. Daarnaast zijn interne (rechtmatigheids) controles zijn erop gericht om de kwetsbare plekken zichtbaar te maken en worden er zover mogelijk adequate beheersmaatregelen getroffen. Het niet aanwezig zijn van expliciete rapportage op het hoogste niveau in onze organisatie is naar de mening van het college een direct gevolg van de adequate werking van fraudebeperkende maatregelen op lagere niveaus in de organisatie. Hoogachtend, het college van de gemeente Lelystad, de secretaris, de burgemeester,

Page 6: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Algemene inleiding jaarstukken

Ieder jaar stelt de gemeenteraad haar beleidsvoornemens en de kosten hiervan voor het aankomend

jaar vast in de Programmabegroting. In de jaarstukken wordt aan het eind van het jaar verantwoord in

hoeverre de beleidsvoornemens uit de Programmabegroting ook daadwerkelijk zijn gerealiseerd en

wat de financiële resultaten over het afgelopen jaar zijn. De jaarstukken bestaan uit de

programmaverantwoording en de programmarekening. In de programmaverantwoording wordt de

beleidsinhoudelijke balans opgemaakt en in de programmarekening de financiële balans.

De jaarstukken van de Gemeente bestaan uit:

1. het Jaarverslag 2014

2. de Jaarrekening 2014

3. de Jaarrekening van het Grondbedrijf (Bijlage)

Ad 1. Jaarverslag

Inhoudelijke verantwoording per programma

De kern van het jaarverslag wordt gevormd door de programma’s, die zijn onderverdeeld in

subprogramma’s. Ieder programma opent met de vigerende beleidsnota’s en is aangegeven wat het

programma inhoudt. In de programma’s geeft het college aan welke maatschappelijke effecten werden

nagestreefd in hoeverre voorgenomen doelstellingen en resultaten zijn bereikt en welke activiteiten en

middelen daartoe zijn ingezet.

De subprogramma’s zijn opgebouwd uit de volgende (sub)paragrafen:

Wat wilden we bereiken? In de subprogramma’s geeft het college aan welke maatschappelijke effecten worden nagestreefd en

in hoeverre voorgenomen doelstellingen en resultaten zijn bereikt. Er wordt een algemene weergave

gegeven van wat de gemeente wil bereiken binnen dit subprogramma. Vervolgens wordt met behulp

van effect- indicatoren, geprobeerd een zo goed mogelijk inzicht te geven van de feitelijk beoogde

maatschappelijke effecten waarnaar binnen het desbetreffende subprogramma is gestreefd.

Wat hebben we ervoor gedaan?

Binnen dit onderdeel vindt u een overzicht van de prestaties van de gemeente die tot realisatie van de

maatschappelijke effecten (genoemd binnen het onderdeel: wat willen we bereiken?) moeten

bijdragen. De term prestaties omvat dat wat de gemeente met behulp van de haar ter beschikking

staande middelen heeft gedaan.

Wat heeft het gekost? De raad autoriseert de begrotingsbedragen op subprogramma niveau. De gezamenlijke programma’s

vormen een compleet beeld van de Lelystadse financiën: er worden dus geen baten en lasten buiten

de programma’s om verantwoord. In de tabel vindt u een overzicht van de begroting en de realisatie

van het programma met de daarbij behorende baten en lasten. Een verklaring voor de afwijkingen ten

opzichte van de begroting kunt u vinden in de analyses per programma in de jaarrekening.

De paragrafen

Na de programma’s volgen de paragrafen. Paragrafen zijn bedoeld om extra informatie te verschaffen

en verder om dwarsdoorsneden uit de programma’s te kunnen presenteren. Een aantal paragrafen is

verplicht voorgeschreven, te weten:

Bedrijfsvoering

Grondbeleid

Lokale heffingen

Page 7: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Weerstandsvermogen

Financiering

Onderhoud kapitaalgoederen

Verbonden partijen

Onderzoeksagenda

Naast de verplichte paragrafen hebben we in Lelystad afgesproken de agenda van de 213a

onderzoeken op te nemen als paragraaf.

Financiële positie

De Programmabegroting is belangrijk, maar minstens zo belangrijk is onze positie met betrekking tot

onze bezittingen en onze schulden. Het gaat dan om onze reserves en voorzieningen, het verloop van

de activa (investeringen die geactiveerd zijn) en de leningenportefeuille.

Bijlage

Lijst met in 2014 verstrekte subsidies.

Ad 2. Jaarrekening:

De jaarrekening is verdeeld in verschillende hoofdstukken.

Het 1e hoofdstuk betreft de samenvatting van het resultaat waarbij ook het resultaat van het

grondbedrijf wordt toegelicht.

Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 per programma ingegaan op de financiële analyse van de

verschillen ten opzichte van de begroting.

In hoofdstuk 3 samenvatting van het resultaat in cijfers

In hoofdstuk 4 vindt de toelichting op de balans plaats met aanvullende specificaties

In het 5e hoofdstuk zijn een aantal bijlagen toegevoegd:

o De SISA bijlage, een verplichte bijlage met verantwoording aan het Rijk van specifieke

uitkeringen.

Ad 3. Het jaarverslag Grondbedrijf (bijlage)

Het jaarverslag Grondbedrijf is een specificatie van de realisaties binnen grondbedrijf die al in de

jaarstukken zijn verwerkt. Om die reden wordt het jaarverslag Grondbedrijf, de raad ter informatie

aangeboden maar hoeft niet door de raad te worden vastgesteld.

Lelystad, 9 juni 2015

Page 8: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen
Page 9: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen
Page 10: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen
Page 11: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarverslag 2014

Page 12: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Inhoudsopgave Programma Verantwoording

1. ALGEMENE INLEIDING ......................................................................................................... 3

2. PROGRAMMAVERANTWOORDING ......................................................................................... 4 2.1 IEDEREEN DOET MEE ............................................................................................................ 4

2.1.1 BETROKKENHEID EN PARTICIPATIE ..................................................................................... 5 2.1.2 BIEDEN VAN ZORG .......................................................................................................... 14 2.1.3 RESULTAAT PROGRAMMA 1............................................................................................. 19

2.2 OP WEG MET TALENT ................................................................................................................. 20 2.2.1 EEN GOEDE LOOPBAAN VOOR IEDEREEN .......................................................................... 21 2.2.2 SPORT EN RECREATIE ..................................................................................................... 26 2.2.3 VERHOGEN ARBEIDSPARTICIPATIE/ BIEDEN INKOMENSONDERSTEUNING ............................. 28 2.2.4 RESULTAAT PROGRAMMA 2............................................................................................. 33

2.3 LEEFBARE STAD ........................................................................................................................ 34 2.3.1 WIJKONTWIKKELING EN -BEHEER ..................................................................................... 35 2.3.2 OPTIMALISEREN STEDELIJK VERKEER............................................................................... 40 2.3.3 VERSTERKEN DUURZAAMHEID ......................................................................................... 43 2.3.4 RESULTAAT PROGRAMMA 3............................................................................................. 48

2.4 STERKE STAD ............................................................................................................................ 49 2.4.1 WERKEN AAN DE BASIS ................................................................................................... 50 2.4.2 KWALITEIT AANBOD VERSTERKEN .................................................................................... 55 2.4.3 VERBETEREN REGIONALE BEREIKBAARHEID ..................................................................... 63 2.4.4 IMAGO VERSTERKEN ....................................................................................................... 68 2.4.5 RESULTAAT PROGRAMMA 4............................................................................................. 73

2.5 VEILIGE STAD ............................................................................................................................ 74 2.5.1 VEILIGHEID ..................................................................................................................... 76 2.5.2 RESULTAAT PROGRAMMA 5............................................................................................. 86

2.6 VOOR DE LELYSTEDELING .......................................................................................................... 87 2.6.1 GEMEENTELIJKE DIENSTVERLENING ................................................................................. 87 2.6.2 GEMEENTELIJKE ORGANISATIE ........................................................................................ 91 2.6.3 ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN (EN ONVOORZIEN) ........................................................... 92 2.6.4 RESULTAAT PROGRAMMA 6 ............................................................................................. 94

3. PARAGRAFEN ................................................................................................................... 95 3.1 BEDRIJFSVOERING 2014 ........................................................................................................... 95

VERNIEUWING EN INNOVATIE .................................................................................................... 95 BEZUINIGINGEN EN PERSONEEL ................................................................................................ 95 LEIDINGGEVEN ........................................................................................................................ 95 HRM ...................................................................................................................................... 96 HUISVESTING EN ICT ............................................................................................................... 96 HERVORMING BEDRIJFSVOERING .............................................................................................. 96 BEDRIJFSVOERINGSKOSTEN ..................................................................................................... 96

3. 2 FINANCIERING .......................................................................................................................... 97 VERMOGENSPOSITIE ................................................................................................................ 97 FINANCIERINGSBELEID ............................................................................................................. 97 KASGELDLIMIET ....................................................................................................................... 97 BEREKENING KASGELDLIMIET 2014 (BEDRAGEN IN DUIZENDEN EURO'S)...................................... 98 RENTERISICONORM EN RENTERISICO’S VASTE SCHULD .............................................................. 99 SCHATKISTBANKIEREN ........................................................................................................... 100

3.3 GRONDBELEID ......................................................................................................................... 100 ONTWIKKELINGEN 2014 ......................................................................................................... 100 VISIE OP HET GRONDBELEID EN BESCHIKBARE INSTRUMENTEN ................................................. 101 RESULTAAT GRONDBEDRIJF ................................................................................................... 103

Page 13: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

3.4 LOKALE HEFFINGEN ................................................................................................................. 105 LOKALE HEFFINGEN ............................................................................................................... 105 LASTENDRUK- VERGELIJKING WOONLASTEN 2014 ................................................................... 107 KOSTENDEKKENDHEID 2014 .................................................................................................. 108

3.5 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN ........................................................................................... 110 WEGEN, STRATEN EN PLEINEN (WSP) .................................................................................... 110 VERKEERS-, WEG- EN STRAATMEUBILAIR EN WEGMARKERING .................................................. 111 BETAALD PARKEREN .............................................................................................................. 111 OPENBARE VERLICHTING ....................................................................................................... 111 KUNSTWERKEN (INFRASTRUCTUREEL) .................................................................................... 111 KUNSTOBJECTEN (CULTUREEL) .............................................................................................. 112 GROEN EN SPEELVOORZIENINGEN .......................................................................................... 112 BOSSEN ................................................................................................................................ 112 RIOLERING ............................................................................................................................ 112 WATERGANGEN ..................................................................................................................... 113 BATAVIAHAVEN ...................................................................................................................... 113 GEBOUWEN ........................................................................................................................... 113 REALISATIE INTEGRAAL GROOT ONDERHOUD OPENBARE RUIMTE (IGOR) .............................. 114

3.6 WEERSTANDSVERMOGEN EN RISICOBEHEERSING ...................................................................... 116 INVENTARISATIE RISICO’S BESCHIKBARE WEERSTANDSCAPACITEIT ........................................... 116 RISICO-INVENTARISATIE ALGEMEEN ........................................................................................ 117 GEWENSTE WEERSTANDSCAPACITEIT ..................................................................................... 124 BESCHIKBARE WEERSTANDSCAPACITEIT ................................................................................. 125 BEPALING WEERSTANDSVERMOGEN ....................................................................................... 126

3.7 VERBONDEN PARTIJEN ............................................................................................................. 127

4. FINANCIËLE POSITIE........................................................................................................ 132 WAT BEPAALT DE FINANCIËLE POSITIE VAN EEN GEMEENTE? ............................................................ 132

5. BIJLAGEN .................................................................................................................... 137 MOTIE: LICHT UIT .......................................................................................................................... 137 VERLEENDE SUBSIDIES 2014 ........................................................................................................ 140

Page 14: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

1. Algemene inleiding

Voor u ligt het jaarverslag 2014 van de gemeente Lelystad, een zelfstandig te lezen verantwoording

over het jaar 2014. Samen met de jaarrekening 2014 vormen deze documenten de jaarstukken 2014

van de Gemeente Lelystad. De jaarstukken worden opgemaakt volgens de voorschriften die het Besluit

Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) daarvoor geeft. Het jaarverslag 2014 is

als volgt opgebouwd:

- Programmaverantwoording

- Paragrafen

Met de programmaverantwoording legt het college verantwoording af over de realisatie van de

beoogde effecten, beleidsdoelen en prioriteiten zoals genoemd in de Programmabegroting 2014. Met

de paragrafen legt het college verantwoording af over de in de Programmabegroting 2014 genoemde

beleidslijnen met betrekking tot relevante beheersmatige aspecten en de lokale heffingen.

Page 15: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2. Programmaverantwoording

2.1 Iedereen doet Mee

Vigerende beleidsnota's

- Verlengde beleidsnota vrijwilligerswerk 2011 – 2014

- Nota Buurthuis- en Opbouwwerk (vastgesteld 2010)

- Visie op het Nieuwe Werken in de Wijk (vastgesteld 2012)

- Verlenging integratienota 2011 - 2014

- Beleidskader inburgering Lelystad: Nieuwe Nederlanders op weg naar burgerschap 2007 - 2012

- Beleidsplan Wmo 2011 - 2014

- Nota aanpassing pakket individuele Wmo voorzieningen (vastgesteld 2011)

- Nota toegang en indicatiestelling Wmo (vastgesteld 2012)

- Visie op hoofdlijnen decentralisatie AWBZ en Jeugdzorg (vastgesteld 2012)

- Regiovisie verslavingszorg Flevoland 2008 - 2012

- Nota lokaal gezondheidsbeleid 'Gezonde kansen, gezonde stad' 2010 - 2014

- Regiovisie huiselijk geweld Flevoland 2010 - 2013

- Stedelijk Kompas Flevoland 2010 - 2014

- Nota informele zorg Lelystad 2013-2016

- Nota schuldhulpverlening 2011-2014

Speerpunt binnen het Wmo beleid is het bevorderen van eigen verantwoordelijkheid, zelfredzaamheid

en participatie. We willen de eigen kracht van de burgers meer benutten en actief burgerschap

stimuleren. We willen werken vanuit het “stepped-care principe” d.w.z. eerst de eigen kracht en de

eigen mogelijkheden en het eigen netwerk (familie, buurt e.d.) gebruiken en versterken. Daarna kijken

naar de mogelijkheid om vrijwilligers in te zetten en, pas als dat niet voldoende is, professionele

ondersteuning en hulp inzetten. Het uitgangspunt is: eigen verantwoordelijkheid eerst maar daar waar

nodig ondersteuning en een vangnet bieden. Het is de bedoeling dat deze nieuwe benadering

geleidelijk steeds gewoner wordt voor zowel de professional als voor de burger. Deze nieuwe

benadering (ook wel de kanteling genoemd) draagt ertoe bij dat inwoners langer zelf de regie houden.

Ook zullen mensen zich nuttiger voelen als zij dingen zoveel mogelijk zelf kunnen regelen. De kanteling

zal daarnaast ook bijdragen aan het beheersbaar houden van de zorgkosten. Dit is met name van

belang omdat de gemeente voor de opgave staat om de ondersteuning voor een grote groep inwoners

te organiseren met aanzienlijk minder middelen.

In 2014 zijn de Kadernota’s Jeugdhulp en Wmo/AWBZ door de gemeenteraad vastgesteld. Daarmee

zijn de inhoudelijke en financiële kaders voor deze transities vastgelegd. In de loop van 2014 zijn de

kaders verder ingevuld zodat we op 1-1-2015 goed voorbereid waren op de nieuwe taken.

Een belangrijke voorwaarde om de verschuiving van duurdere naar meer goedkopere ondersteuning

te kunnen maken is dat de preventieve en meer algemene welzijnsvoorzieningen goed op orde zijn.

Dit was daarom een van de speerpunten in 2014.

Page 16: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.1.1 Betrokkenheid en participatie

We hebben ingezet op het vergroten van participatie, onderlinge betrokkenheid en zelfredzaamheid.

Het gaat hierbij om participeren in brede zijn, bijvoorbeeld als vrijwilliger die voor iemand in zijn/haar

omgeving zorgt, als deelnemer aan een buurtactiviteit of als vrijwilliger binnen een vereniging.

Er is hier in 2014 op ingezet vanuit de volgende Wmo prestatievelden:

Bevorderen van de sociale samenhang en leefbaarheid.

Er is in 2014 ingezet op het in stand houden en realiseren van goede en wervende voorzieningen op

wijk- en buurtniveau (Mfa’s, buurthuizen, driesterrenpunten e.d.). In 2014 zijn de Mfa’s light in de

Boswijk en Waterwijk en de Mfa in de Zuiderzeewijk opgeleverd.

Preventieve voorzieningen bij problemen met opgroeien en problemen met opvoeden.

In 2014 is wederom geïnvesteerd in preventieve activiteiten. Zodat problemen rond het opgroeien in

een vroegtijdig stadium werden opgepakt en het beroep op meer gespecialiseerde (dure) jeugdzorg

kon worden teruggedrongen.

Geven van informatie en advies.

Een belangrijke voorwaarde voor zelfredzaamheid en participatie is dat men weet welke mogelijkheden

er zijn om bijvoorbeeld vrijwilligerswerk te doen of ondersteuning te krijgen. Daarom is ook in 2014

ingezet op een goede informatievoorziening bijvoorbeeld vanuit de 8 wijkinfopunten.

Ondersteunen mantelzorgers en vrijwilligers.

Mantelzorgers en vrijwilligers gaan een steeds belangrijkere rol spelen binnen onze maatschappij. In

2014 is dit daarom een belangrijk speerpunt geweest. Er is o.a. een mantelzorgconvenant gesloten

met een groot aantal partijen in Lelystad. Mantelzorgondersteuning krijgt daarmee een steeds bredere

invulling.

Bevorderen deelname aan het maatschappelijk verkeer van mensen met een beperking of een

chronisch psychisch probleem of psychisch-sociaal probleem.

We willen dat mensen met een beperking zoveel mogelijk “gewoon” mee kunnen blijven doen in de

maatschappij en op een verantwoorde wijze zelfstandig kunnen blijven wonen.

Voorzieningen moeten daarom zoveel mogelijk toegankelijk zijn voor iedereen, zowel fysiek als sociaal

(inclusief beleid). De inclusieve gedachte was daarom een belangrijk uitgangpunt binnen het

gemeentelijk beleid op verschillende onderdelen.

In 2014 is met het oog op de decentralisaties gewerkt aan een “herijking” van het sociale veld. Er

is/wordt gewerkt aan een sociale infrastructuur waarbinnen ondersteuning kan worden geboden aan

de zwaardere groepen die bij de decentralisaties onder het gemeentelijke domein zijn komen te vallen.

Page 17: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat wilden we bereiken?

Doel/ beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Meer sociale cohesie in de buurten

sociale kwaliteit van de buurt stijgt van 5,9 in 2009 naar 6,4 in 2014.

De schaalscore bedroeg in 2011 en 2013 respectievelijk 6,1 en 5,9. Er is geen sprake van een stijging; de score blijft op/rond het niveau 2009 hangen. Bron: Burgerpeiling ‘Wonen, Leefbaarheid en Veiligheid 2013.

Meer inwoners die van wijk- en buurtvoorzieningen (buurtcentra, sportvoorzieningen, kinderopvang e.d.) gebruik maken

stijging van het percentage inwoners dat buurtvoorziening regelmatig bezoekt: van 28% in 2010 naar 40% in 2014.

Hierop kan niet worden gerapporteerd. Dit is niet onderzocht in 2013 of 2014.

Meer inwoners die zich actief voor verbetering van de buurt inspannen

stijging van 22 % in 2009 naar 26% in 2014

In 2013 heeft 29% van de respondenten aangegeven afgelopen jaar actief bezig te zijn geweest met het verbeteren van hun buurt. Dit is een stijging ten opzichte van voorgaande jaren. Hiermee is de doelstelling ruimschoots gehaald. Bron: Burgerpeiling ‘Wonen, Leefbaarheid en Veiligheid 2013.

Meer jongeren (12-18 jaar) die vinden dat er voldoende activiteiten voor hen zijn in de eigen buurt

stijging van 40% in 2010 tot 44 % in 2014).

De laatste peiling dateert uit 2010. De volgende GGD Jongerenenquête wordt in het najaar van 2015 uitgevoerd.

Het aantal inwoners dat vrijwilligerswerk blijft minimaal gelijk aan het landelijk gemiddelde

Lelystad in 2012 45% De resultaten van de Burgerpeiling Leefsituatie 2014 komen binnenkort beschikbaar.

Page 18: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Exploitatie en beheer van buurtcentra en Mfa’s

Er wordt verspreid over de stad een aantal wijk- en buurtvoorzieningen ontwikkeld en in stand gehouden. In 2014 zullen Mfa (light) Waterwijk, MFA (light) Boswijk en Mfa Zuiderzeewijk worden opgeleverd. Er is daarmee sprake van een goed gespreid aanbod van wijkvoorzieningen die straks bij de decentralisatie van AWBZ taken (uitgaande van versterking van de ondersteuning dichtbij in de buurt) een belangrijke rol spelen.

De Mfa’s light in de Boswijk en Waterwijk zijn in 2014 opgeleverd en draaien naar alle tevredenheid. De Mfa Zuiderzeewijk is eind 2014 opgeleverd en draait vanaf 2015.

Activiteiten voor buurtbewoners/ouderen

Er worden (vanuit de wijk- en buurtvoorzieningen) verspreid over de stad diverse activiteiten voor m.n. jongeren en ouderen aangeboden. Hierbij wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van vrijwilligers. De nadruk hiervan zal bij de decentralisatie van AWBZ taken meer komen te liggen op groepen met een zwaardere ondersteuningsbehoefte, die nu nog onder de AWBZ vallen, zoals (licht) dementerenden en mensen met en verstandelijke beperking.

In 2014 zijn in de Mfa’s verschillende activiteiten aangeboden aan de wijkbewoners. Tevens zijn stedelijke activiteiten georganiseerd zoals de dag van de ouderen en verschillende bijeenkomsten om de bewoners te informeren over de veranderingen in de zorg. Meer en meer wordt gewerkt vanuit de ideeën van bewoners. De opbouwwerker ondersteunt initiatieven van burgers die in samenwerking met vrijwilligers worden uitgevoerd. Hiermee wordt de omslag gemaakt van aanbodgericht werken naar vraaggericht werken.

Preventieve voorzieningen voor problemen met opgroeien en problemen met opvoeden (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Jeugdgezondheidszorg Alle kinderen/jongeren van 0-19 jaar

krijgen op grond van de Wet publiek gezondheid volgens een vast schema consultatiebureau bezoeken en periodieke gezondheidsonderzoeken aangeboden. Er worden als het nodig is extra huisbezoeken gebracht.

De wettelijke taken zijn uitgevoerd. De jeugdgezondheidszorg is uitgevoerd in samenhang met het totaal van activiteiten in het preventief jeugddomein, zoals opvoedingsondersteuning, schoolmaatschappelijk werk en jeugdpreventiewerk. Het wettelijk contactmoment voor adolescenten is ingevuld en uitgevoerd met medewerking van de scholen.

Page 19: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Preventieve voorzieningen voor problemen met opgroeien en problemen met opvoeden (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Welzijnswerk voor jongeren Er vinden in de 4 jongerenlokalen

activiteiten plaats zoals een open inloop, huiswerkbegeleiding en cursussen. Jongeren worden hierbij zoveel mogelijk ingeschakeld bij het organiseren van activiteiten. Daarnaast worden verspreid over de stad na schooltijd en in de vakanties allerlei vrijetijdsactiviteiten georganiseerd. Op dit moment loopt op verzoek van de raad een onderzoek naar het functioneren van de jongerenlokalen.

Welzijn Lelystad heeft In 2014 ondersteuning geboden bij circa 50 verschillende activiteiten bestemd voor jongeren van 4 tot 23 jaar. De ondersteuning betrof zowel jongeren zelf als organisaties die activiteiten voor jongeren organiseren. De activiteiten werden uitgevoerd in jongerenlokalen, Mfa’s, buurtcentra, sportvoorzieningen en in de open lucht. Een aantal activiteiten was op stedelijk niveau (bijv. vakantieactiviteiten, zomerkamp). Het grootste deel betrof activiteiten op buurt- en wijkniveau, variërend van open inloop, kookcafé’s tot hobbyclubs. Naast het bieden van ondersteuning aan recreatieve activiteiten boden deze ook de mogelijkheid van het vroegtijdig signaleren van problematiek bij jongeren, waardoor snelle doorverwijzing mogelijk was. De vrijetijdscoaches hadden tevens een rol bij de aanpak van jongerenoverlast. Welzijn Lelystad verzorgt ook Jongin Lelystad, een interactieve website voor en door jongeren. Het onderzoek naar het functioneren van de jongerenlokalen is in 2013 afgerond. Voornaamste conclusie hier uit is dat vanaf 2014 het jongerenwerk meer vraag- en minder aanbodgericht werkt. Naast Welzijn Lelystad houdt ook een aantal vrijwilligersorganisaties zich bezig met jongerenwerk, waaronder Meeting Point.

Page 20: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Preventieve voorzieningen voor problemen met opgroeien en problemen met opvoeden (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Centrum Jeugd en Gezin Het Centrum Jeugd en Gezin is een

samenwerkingsverband van diverse partijen die preventieve activiteiten uitvoeren voor kinderen/jongeren zodat problemen in een vroegtijdig stadium kunnen worden aangepakt en het gebruik van zwaardere jeugdzorg kan worden teruggedrongen. Dit is vooral van belang als de gemeente in 2015 verantwoordelijk wordt voor de jeugdzorg. Door de preventie goed en efficiënt te organiseren kan het beroep op de duurdere jeugdzorg worden verminderd. In 2014 zal het CJG zich moeten voorbereiden op deze nieuwe taak waarbij de wisselwerking en samenwerking met de zwaardere jeugdzorg essentieel is. De verschillende preventieactiviteiten (jongerencoaches, opvoed- en gezinsondersteuning, preventie rond scholen etc.) zullen een belangrijke rol gaan spelen in het decentralisatietraject.

De Kernteams 12- in het primair onderwijs en de ZAT’s in het voortgezet onderwijs regelen dat bij complexere problematiek de juiste expertise en ondersteuning integraal wordt ingezet. De CJG partners zijn samen met de jeugdzorgpartners betrokken geweest bij het meedenken over de inrichting van het nieuwe jeugdstelsel in het kader van de Jeugdwet. Vanaf 2015 is de specifiekere expertise uit het preventief jeugddomein (zorgcoördinatie jeugdverpleegkundigen, jeugdartsen, gezinscoaching) opgenomen in de Jeugd- en gezinsteams. Verder is gewerkt aan de samenwerking dicht tegen de school aan voor een geïntegreerde aanpak rond kind en gezin.

Vroege interventie in de buurt De jongerencoaches leiden (probleem) jongeren naar verschillende vormen van hulp variërend van een kortdurend advies tot langdurige ondersteuning aan risicojongeren, bijvoorbeeld jongeren die veelvuldig met politie en justitie in aanraking zijn geweest.

De jongerencoaches van Welzijn Lelystad hebben in 2014 circa 90 risicojongeren begeleid. De problematiek betrof met name financiën, huisvesting, gezondheid, onderwijs en werk. Bij 70% van de ondersteuning is sprake van een positieve uitstroom.

Opvoed- en gezinsondersteuning

Er worden diverse opvoedactiviteiten georganiseerd, zoals spreekuren, homestart e.d. Ook zijn er gezinscoaches werkzaam voor gezinnen waar vaak sprake is van multi-problematiek.

In 2014 zijn opvoedcursussen, thema avonden, inloopbijeenkomsten, Home-Start e.d. voortgezet. Ook de inzet van gezinscoaches bleef beschikbaar. Ook voortgezet is de gezinsadviseur die voor gezinnen met een geringe sociale redzaamheid regelmatig (laag frequent) contact houdt en vraagbaak is. Hierdoor kon escalatie van problemen worden voorkomen.

Preventie rond scholen Op de basisscholen en middelbare scholen zijn er respectievelijk schoolmaatschappelijke werkers en jeugdpreventiewerkers actief. Zij begeleiden en ondersteunen in nauw overleg met de scholen risicojongeren zodat verder disfunctioneren wordt voorkomen.

Vanuit het samenhangende aanbod in de CJG samenwerking is in de scholen schoolmaatschappelijk werk en jeugdpreventiewerk actief geweest. De jeugdverpleegkundigen (die als herkenbare consulenten verbonden zijn aan de basisscholen) en de schoolartsen (binnen de ZAT’s in het voortgezet onderwijs) vormen aansluitend op de basiszorg in het onderwijs een vooruitgeschoven post van het CJG in de school. Ook in de kinderopvang en het peuterspeelzaalwerk vormt de jeugdverpleegkundige de verbinding. De ontwikkeling is dat de preventieve activiteiten en de basiszorg in de (voor)school elkaar versterken en aanvullen.

Page 21: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Geven van informatie en advies

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Wmo Cliëntenraad De Wmo Cliëntenraad adviseert de

gemeente gevraagd en ongevraagd over allerlei zaken aangaande de Wmo. De Wmo Cliëntenraad is nauw betrokken bij de voorbereiding van de decentralisaties. De Cliëntenraad zal ook in 2014, waarin de voorbereiding hiervan nader vorm krijgt, een belangrijke rol spelen.

De Wmo Cliëntenraad heeft in 2014 diverse adviezen uitgebracht. Een groot deel hiervan had betrekking op de voorbereiding en invoering van de nieuwe Wmo 2015. De adviezen zijn actief betrokken bij de keuzes die zijn gemaakt en bij de besluitvorming over diverse Wmo zaken.

Wijkinfopunten en sociale wijkteams

Er zijn verspreid over de stad, naast het stadhuisloket, 8 wijkinfopunten waar bewoners met vragen en ideeën terecht kunnen. Er zijn 4 sociale wijkteams die outreachend werken en zorgen voor passende oplossingen bij vragen rond welzijn en zorg. Zij werken op basis van het stepped care principe. De teams bestaan uit vertegenwoordigers van Stichting Welzijn, MDF, Kwintes en Icare. De teams werken ten behoeve van de mensen met een WWB-uitkering samen met de participatiecoaches van de gemeente. De sociale wijkteams zullen bij de decentralisatie, waarbij wordt ingezet op een sterke ondersteuningsstructuur in de wijk, een belangrijke rol gaan spelen. Voorstellen daartoe komen in de Kadernota AWBZ/Jeugdzorg, die in december 2013 aan de raad wordt aangeboden. De teams zullen zich hier in 2014 qua capaciteit en deskundigheid op voor moeten bereiden. Er zullen in 2014 met de zorgverzekeraar afspraken worden gemaakt over de uitbreiding van de inzet van de wijkverpleegkundigen vanaf 1-1-2015. Er komen vanaf 2015 van rijkszijde extra middelen beschikbaar voor het versterken van de sociale wijkteams en de extra inzet van wijkverpleegkundigen.

Er waren in 2014 8 wijkinfopunten verspreid over de stad. In 2014 waren er 4 sociale wijkteams actief. De capaciteit van de wijkteams is vanaf april 2014 uitgebreid en de teamleden zijn getraind om de nieuwe Wmo taken te kunnen uitvoeren. In de tweede helft van 2014 hebben de teams keukentafel gesprekken gevoerd met AWBZ cliënten die vanaf 2015 onder de Wmo/gemeente vallen. Er zijn in 2014 afspraken gemaakt met Achmea over de inzet in 2015 van wijkverpleegkundigen in de sociale wijkteams.

Cliëntondersteuning In 2014 zal in het kader van de decentralisatie van AWBZ taken nader worden bepaald hoe de integrale cliëntondersteuning er vanaf 1-1-2015 uit komt te zien. Vanaf 1-1-2015 zullen de middelen die nu vanuit de AWBZ beschikbaar zijn voor de cliëntondersteuning door MEE, worden overgeheveld naar de gemeente. De gemeente krijgt aldus de mogelijkheid de cliëntondersteuning efficiënt en integraal te organiseren.

In 2014 zijn de Kadernota Wmo en het Uitvoeringsplan Wmo 2015 vastgesteld. Hierin is bepaald dat de cliëntondersteuning vanaf 1-1-2015 een integraal onderdeel vormt van de werkzaamheden van de sociale wijkteams. Er is afgesproken dat de activiteiten van MEE voor wat betreft de volwassenen vanaf 1-1-2015 zijn ondergebracht bij de sociale wijkteams. De inzet van MEE voor jeugdigen en gezinnen is ondergebracht bij het CJG.

Page 22: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Geven van informatie en advies (vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Sociaal raadsliedenwerk De sociaal raadslieden ondersteunen

mensen vooral bij juridische kwesties. In 2014 zal nader worden bepaald hoe vanaf 2015 de integrale cliëntondersteuning eruit komt te zien (zie hiervoor). Daar zal ook het werk aan de sociaal raadslieden bij worden betrokken.

De sociaal raadslieden hebben in 2014 ondersteuning geboden bij financiële en juridische vragen van bewoners. Zij maken integraal onderdeel uit van de minnelijke schuldhulpverlening.

Ondersteunen mantelzorgers en vrijwilligers

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Mantelzorgondersteuning en vrijwilligerswerk in de zorg

In 2013 is de nota informele zorg vastgesteld. In het kader hiervan is de mantelzorgondersteuning verder geïntensiveerd. In 2014 zal actief worden ingezet op het ondersteunen van mantelzorgers en het voorkomen van overbelasting. Instellingen, die direct of indirect, te maken hebben met mantelzorgers worden gestimuleerd om binnen hun eigen beleid actief aandacht aan hen te besteden.

In 2014 is met een groot aantal zorg- en welzijnspartijen een mantelzorgconvenant afgesloten. Partijen worden hierdoor gestimuleerd om zich actief en gezamenlijk in te zetten voor mantelzorgondersteuning. Het Steunpunt Mantelzorg bij Welzijn Lelystad bereikt steeds meer mantelzorgers. De vraag naar zorgvrijwilligers neemt toe en de verwachting is dat deze vraag alleen maar groter wordt.

Ondersteuning vrijwilligerswerk Doel is zoveel mogelijk mensen als vrijwilliger actief te hebben zodat zij een bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij en ook zelf een nuttige bezigheid hebben. Er worden vanuit het Steunpunt Vrijwilligerswerk diverse activiteiten uitgevoerd om het vrijwilligerswerk in Lelystad te stimuleren. In 2014 zal extra worden ingezet op het vinden van vrijwilligersplaatsen voor inwoners met een beperkte arbeidscapaciteit. Hiermee wordt enerzijds bereikt dat zij een zinvolle daginvulling hebben en anderzijds kunnen zij hiermee een positieve bijdrage (een tegenprestatie) leveren voor hun omgeving.

We hebben in Lelystad nog altijd veel mensen die als vrijwilliger actief zijn. Een groot aantal organisaties maakt gebruik van de activiteitensubsidie voor vrijwilligers. Het Steunpunt Vrijwilligerswerk heeft verschillende organisaties en individuele vrijwilligers ondersteund bijvoorbeeld door cursussen maar ook door waarderingsactiviteiten en bemiddeling bij vacatures. In 2014 is voor het laatst ingezet op maatschappelijke stages voor middelbare scholieren. Hierdoor hebben veel scholieren kennis gemaakt met het vrijwilligerswerk. Er is ingezet op het toeleiden van mensen met een beperkte arbeidscapaciteit naar vrijwilligersplaatsen en het vinden van passende vrijwilligersplaatsen voor deze groep.

Page 23: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Bevorderen deelname aan het maatschappelijk verkeer van mensen met een beperking of een

chronisch psychisch probleem of psychisch- sociaal probleem

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Algemeen maatschappelijk werk

Het algemeen maatschappelijk werk wordt aangeboden in alle gezondheidscentra in Lelystad. Het algemeen maatschappelijk werk maakt onderdeel uit van de sociale wijkteams. In het kader van de decentralisatie, waarbij de gemeente verantwoordelijk wordt voor een relatief grote groep inwoners met GGZ problematiek, zal nader worden bepaald hoe de ondersteuning voor deze groep eruit zal komen te zien. Daarbij zal nader worden bepaald welke rol de verschillende voorzieningen (zoals algemeen maatschappelijk werk, inloophuizen e.d.) hierbij hebben.

In 2014 hebben de algemeen maatschappelijk werkers ondersteuning geboden vanuit de gezondheidscentra en de sociale wijkteams. Zij hebben als lid van de sociale wijkteams keukentafelgesprekken gevoerd met cliënten die overgaan van de AWBZ naar de Wmo. Tevens zijn zij ingezet voor ondersteuning bij mensen met financiële problematiek. Door een integrale benadering wordt niet enkel de focus op schulden gelegd maar ook op het effect hiervan op het gezin en het teweegbrengen van een gedragsverandering voor de toekomst.

Inloopvoorzieningen Er is een aantal laagdrempelige inloopvoorzieningen voor mensen met GGZ problematiek, bijvoorbeeld de inloophuizen van IDO.

Er zijn inloopvoorzieningen beschikbaar bij het IDO en bij Kwintes.

Ondersteuning kwetsbare ouderen

Er worden diverse welzijnsactiviteiten georganiseerd voor kwetsbare ouderen. Daarnaast houden ouderenadviseurs spreekuur in de wijken en brengen huisbezoeken. In het kader van de decentralisatie wordt de gemeente o.a. verantwoordelijk voor de ondersteuning aan ouderen met zwaardere problematiek die nu nog onder de AWBZ vallen. In 2014 zal nader worden bepaald wat de rol van de ouderenadviseurs hierbij wordt en op welke wijze hun inzet kan worden verschoven naar de zwaardere groep. Ouderen kunnen via het project Thuisadministratie ondersteuning krijgen bij hun (financiële) administratie. Ook hiervoor geldt dat nader bepaald zal worden of de inzet verbreed kan worden naar andere (zwaardere) groepen voor wie de gemeente straks de ondersteuning moet regelen.

Er zijn voor ouderen verschillende producten ingezet om hen te begeleiden bij veranderprocessen in hun leven. Humanitas heeft bijvoorbeeld vanuit het project Thuisadminstratie ondersteuning geboden aan ouderen. Er zijn in de Mfa’s en andere wijkcentra allerlei (ontmoetings)activiteiten georganiseerd voor ouderen. Daar kon ook worden gesignaleerd of extra ondersteuning nodig is. Vanaf 2014 maken de ouderenadviseurs deel uit van het sociale wijkteam. Zij hebben een bijdrage geleverd aan de keukentafelgesprekken met de cliënten die overgegaan van de AWBZ naar de Wmo.

Agenda 22 en belangenbehartiging

Het GOL behartigt de belangen van mensen met een beperking. Ook voert het GOL Agenda 22 uit waarbij praktische oplossingen worden gezocht zodat mensen met een beperking zoveel mogelijk mee kunnen doen in de samenleving. Een “inclusieve” samenleving is een belangrijke voorwaarde voor mensen met een beperking om te kunnen participeren in de maatschappij. Dit zal daarom een speerpunt blijven binnen het Wmo beleid.

Het GOL heeft de belangen van mensen met een beperking behartigd en daartoe een aantal activiteiten georganiseerd.

Page 24: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Bevorderen deelname aan het maatschappelijk verkeer van mensen met een beperking of een

chronisch psychisch probleem of psychisch- sociaal probleem (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Schuldhulpverlening Er wordt in Lelystad

schuldhulpverlening geboden aan iedereen die dit nodig heeft. Ook in 2014 zal deze inzet, gezien de gevolgen van de crisis, noodzakelijk blijken.

Ook in 2014 hebben MDF en IDO de minnelijke schuldhulpverlening georganiseerd voor Lelystad. De instroom in het afgelopen jaar is nagenoeg gelijk gebleven. De mogelijkheden voor het treffen van aflossingsregelingen wordt echter steeds lastiger en moet steeds vaker via de rechtbank worden afgedwongen. Hierdoor is een wachttijd ontstaan.

Page 25: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.1.2 Bieden van zorg

We willen dat iedereen in Lelystad zoveel mogelijk meedoet. Zelfredzaamheid en eigen

verantwoordelijkheid staan voorop maar daar waar nodig wordt op maat ondersteuning geboden. Wij

hebben hierop in 2014 ingezet vanuit de volgende (Wmo) prestatievelden:

1. Voorzieningen voor ouderen, gehandicapten, chronische psychiatrische patiënten en

mensen met psychische of psychologische problemen

We hebben een adequaat pakket aan individuele Wmo voorzieningen geboden voor degenen

waarvoor dit nodig was. Er is hierbij nadrukkelijk gewerkt vanuit de kanteling (eerst kijken wat

iemand zelf kan en of er andere oplossingen mogelijk zijn).

2. Maatschappelijke opvang

We hebben een vangnet geboden voor de meest kwetsbare in de samenleving (daklozen,

zwerfjongeren, verslaafden e.d.).

3. Openbare geestelijke gezondheidszorg

We hebben erop ingezet dat mensen met GGZ problematiek zoveel mogelijk gewoon mee

konden blijven doen aan de samenleving.

4. Ambulante verslavingszorg

We hebben ingezet op het voorkomen van verslaving met name onder jongeren.

5. Gezondheidszorg

We hebben ingezet in op een goed algemeen basisaanbod van gezondheidszorg: voldoende

huisartsen, tandartsen, een basisziekenhuis, een goede ambulancedienst, adequate

infectieziektebestrijding e.d. Ook was gezondheidsbevordering een belangrijk item.

De gemeente is met ingang van 2015 verantwoordelijk geworden voor een groot aantal nieuwe taken.

Het jaar 2014 stond in het teken van de voorbereidingen op de decentralisaties van AWBZ- en

Jeugdhulptaken.

Page 26: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat wilden we bereiken?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Vasthouden van percentage inwoners dat eigen gezondheid in het algemeen als “goed” beoordeelt

op niveau 2010 (84%). Eind 2012 beoordeelde 78% van de inwoners hun eigen gezondheid in het algemeen als (minimaal) “goed”. Dit is lager dan het streefpercentage (84%). Een volgende peiling vindt eind 2014 plaats.

Stabiliseren van het aandeel jongeren (12-18) met overgewicht

op het niveau van 2010 (10%).

De laatste peiling dateert uit 2010. De volgende GGD Jongerenenquête wordt in het najaar van 2015 uitgevoerd.

Stabilisering van het aandeel jongeren dat overmatig drinkt

op het niveau 2010 (26%).

De laatste peiling dateert uit 2010. De volgende GGD Jongerenenquête wordt in het najaar van 2015 uitgevoerd.

Stabilisering van het aandeel jeugdigen met jeugdzorg

op het niveau 2009 (2,4%). De gegevens over het gebruik van de jeugdzorg 2014 komen binnenkort beschikbaar.

De tevredenheid van gebruikers van Wmo verstrekkingen is gelijk of hoger dan de landelijk gemiddelde score

score 2010: huishoudelijke hulp rapportcijfer 7,7 (landelijk 7,8) score 2011: gehandicaptenvoorzieningen rapportcijfer 7,3 (landelijk 7,5).

Bij de peiling over 2013 waren de gebruikers van de Wmo-verstrekkingen in het algemeen tevreden. Het rapportcijfer 2013 voor huishoudelijke hulp in Lelystad was 7.8; dit is gelijk aan de landelijke score. Voor gehandicaptenvervoer was het cijfers 7,7 terwijl de landelijke score 7,4 bedroeg.

Percentage (actieve) mantelzorgers dat aangeeft zich (te) zwaar belast te voelen daalt

van 19% in 2010 naar 15% in 2014 De resultaten van de Burgerpeiling Leefsituatie 2014 komen binnenkort beschikbaar.

Percentage inwoners dat onverplicht en onbetaald buren- of gehandicaptenhulp geeft stijgt

van 12% in 2010 naar 15% in 2014 De resultaten van de Burgerpeiling Leefsituatie 2014 komen binnenkort beschikbaar.

Ouderen en gehandicapten gaan hoger scoren op de leefsituatie-index

‘04 ‘08/’10 ‘14

Lelystad gemid. 100 102 104

65-plussers 85 99 100

Arbeidsongeschikt. 85 86 95

De resultaten van de Burgerpeiling Leefsituatie 2014 komen binnenkort beschikbaar.

Page 27: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Voorzieningen voor ouderen, gehandicapten, chronische psychiatrische patiënten en mensen

met psychische of psychologische problemen

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Individuele Wmo voorzieningen

Het gaat hier om de volgende voorzieningen:

- Verhuiskosten - Woningaanpassingen - rolstoelen, scootmobielen

e.d. - collectief vervoer/regiotaxi - huishoudelijk hulp

Vanaf 2012 wordt er gewerkt o.b.v. de kantelinggedachte: er wordt eerst gekeken wat iemand zelf kan, wat in zijn of haar netwerk geregeld kan worden en of er andere oplossingen mogelijk zijn. Als dat allemaal niet lukt wordt alsnog een indicatie afgegeven. In 2014 zal deze werkwijze worden gecontinueerd. De eerste resultaten van de nieuwe werkwijze laten zien dat het aantal indicaties afneemt. Met ingang van 2015 wordt er 40% gekort op het rijksbudget voor de huishoudelijke hulp. In 2014 zal nader worden bepaald hoe hier, in samenhang met de andere te decentraliseren taken zoals begeleiding en verzorging, invulling aan kan worden gegeven.

Er is in 2014 verder gewerkt volgens de gekantelde werkwijze. Dit heeft geleid tot een stabilisatie in het gebruik van vervoersvoorzieningen e.d. Wat betreft huishoudelijke hulp heeft de dalende tendens zich ook in 2014 voortgezet. Medio 2014 zijn er voorstellen voorgelegd voor de invulling van huishoudelijke ondersteuning, rekening houdend met een aanzienlijke korting op het rijksbudget. Er is besloten te gaan werken op basis van het principe “schoon en leefbaar huis”. In de eerste helft van 2015 wordt deze nieuwe werkwijze ingevoegd

Maatschappelijke opvang

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Ondersteuning kwetsbare inwoners

Er wordt opvang geboden aan tienermoeders. Er wordt opvang en begeleiding geboden aan zwerfjongeren. Er wordt woonbegeleiding geboden aan kwetsbare jongeren. Er is crisisopvang beschikbaar. Er wordt ondersteuning geboden aan zwaar ontregelde huishoudens. Er is een steunpunt voor slachtoffers van huiselijk geweld.

Er zijn in Lelystad vier opvangplekken voor tienermoeders. Daarnaast zijn er in de regio ook plekken beschikbaar voor tienermoeders uit Lelystad. Binnen het “Erop af” team wordt begeleiding geboden aan zwerfjongeren en er zijn in 2014 voor deze groep twee nachtopvang plekken gerealiseerd in Lelystad en twee in Almere voor de hele regio. Daarnaast zijn er verschillende woonvoorzieningen voor zwerf/risico jongeren. Er zijn in Lelystad 11 plekken crisisopvang beschikbaar. Er wordt door Icare ondersteuning geboden aan zwaar ontregelde huishoudens. Er is een Steunpunt huiselijk geweld en in 2014 is er gewerkt aan het realiseren van het Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK/ Veilig Thuis).

Page 28: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Maatschappelijke opvang (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Opvang daklozen Er is een laagdrempelige opvang en

inloop voor dak- en thuislozen. In 2013 is gestart met de verbouw van een pand tot een woonvoorziening voor mensen met ernstige verslavings- en/of psychische problematiek. Deze woonvoorziening zal in 2014 in gebruik worden genomen.

Er is een dag- en nachtopvang voor dak- en thuislozen. Er is in 2014 een woonzorgvoorziening voor mensen met ernstige verslavings- en/of psychische problematiek opengegaan.

Openbare geestelijke gezondheidszorg

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Preventieve geestelijke gezondheidszorg

Er worden preventieve activiteiten geboden aan mensen die direct of indirect te maken hebben met GGZ problematiek gericht op herkenning en begrip van ernstige problematiek en gericht op het zelf oplossen van klachten.

Door Welzijn Lelystad en Indigo zijn activiteiten geboden op het gebied van de preventie GGZ, o.a. depressiepreventie. Naar aanleiding van een GGD onderzoek naar depressiepreventie is de ‘Depressiecirkel’ gestart met MDF, GGZ Meerkanten, Stichting Welzijn Lelystad, GGD Flevoland, GGZ Stip, CMO Flevoland en Icare waarbij de integrale aanpak van preventie van depressie centraal stond. Hieruit is extra voorlichting richting eerstelijnszorg voortgekomen.

Ambulante verslavingszorg

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Preventieve verslaving Het verslavingsbeleid richt zich vooral

op het voorkomen en terugdringen van verslaving onder jongeren zoals het geven van voorlichting en jongeren toeleiden naar hulpverlening.

Er zijn in 2014 diverse activiteiten uitgevoerd gericht op het voorkomen en terugdringen van verslaving onder jongen.

Page 29: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Gezondheidszorg

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Eerstelijnsgezondheidszorg Er wordt ingezet op het behalen van

gezondheidswinst door in te zetten op een verschuiving van de tweede- naar de eerstelijnsgezondheidszorg en op een verschuiving van zorg naar welzijn. Het traject, dat moet leiden tot deze verschuivingen, is in 2012 in samenwerking met de betrokken partijen gestart en zal de komende tijd verder worden ingevuld. Hierbij wordt ook de inzet voor gezonde leefstijl betrokken zodat er sprake is van een integrale aanpak. De samenwerking tussen eerstelijnsgezondheidszorg en welzijn krijgt ook fysiek vorm binnen de nieuwe Mfa Waterwijk (gezamenlijke huisvesting en gezamenlijk loket voor eerstelijnszorg en welzijn).

De eerstelijnszorg is op peil: er zijn voldoende huisartsen, tandartsen en verloskundigen. In het najaar van 2013 is het samenwerkingsconvenant ‘Lelystad in beweging’ tussen Achmea, Medrie, de huisartsen, het ziekenhuis en de gemeente ondertekent. In 2014 is op basis hiervan het Programma “Lelystad in beweging” uitgevoerd. Er is daarbij extra ingezet op de thema’s chronische zorg, ouderenzorg, preventie en participatie. In 2014 is in de Waterwijk de pilot ‘Welzijn op recept’ gestart. De samenwerking tussen eerstelijnszorg en welzijn is succesvol verlopen.

GGD De GGD zal in 2014 de wettelijke taken zoals infectieziektebestrijding, medische milieukunde en gezondheidsbevordering blijven uitvoeren. Ook voert de GGD de jeugdgezondheidszorg uit voor kinderen/jongeren van 5-19 jaar (hiervoor beschreven onder het kopje jeugdgezondheidszorg). Icare voert de jeugdgezondheidszorg voor kinderen van 0-4 uit.

De GGD heeft de (wettelijke) taken uitgevoerd, zoals gepland. De GGD heeft in 2014 het extra contactmoment voor adolescenten uitgevoerd. In twee lessen wordt met een jeugdverpleegkundige klassikaal aandacht besteed aan een gezonde leefstijl. Leerlingen vullen een digitale vragenlijst in. Dit is input voor een klassenprofiel en thema’s die in een tweede les aandacht krijgen.

Gezonde leefstijl

Een goede gezondheid is een belangrijke basis voor het zelfstandig kunnen functioneren en participeren Er worden in 2014 diverse projecten gecontinueerd gericht op een gezonde leefstijl vooral onder jongeren en vrouwen. Deze projecten zijn vooral gericht op het voorkomen en terugdringen van overgewicht. Hierbij wordt ingezet op een integrale aanpak (zie hiervoor bij eerstelijnsgezondheidszorg).

Op 30 basisscholen is het programma “Ik Lekker Fit” uitgevoerd. In de Waterwijk loopt de pilot ‘Welzijn op recept’ succesvol. In de Boswijk is gestart met het project ‘Boswijk gezond’.

Decentralisaties

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Decentralisatie AWBZ taken en jeugdzorg

Eind 2013 zal een Kadernota Jeugdzorg en een Kadernota Wmo/AWBZ aan de raad worden voorgelegd. Op basis daarvan zal in 2014 de invoering per 1-1-2015 verder worden voorbereid.

In de eerste helft van 2014 zijn de kadernota’s voor de Jeugdhulp en voor de AWBZ/Wmo door de raad voorgelegd. In de tweede helft van 2014 zijn er op basis hiervan nog diverse stukken vastgesteld zoals de uitvoeringsplannen en de verordeningen. Ook zijn de sociale wijkteams, ter voorbereiding op de decentralisatie, in de tweede helft van 2014 gestart met keukentafelgesprekken met cliënten die overgaan van de AWBZ naar de Wmo. De meeste van deze cliënten hebben in 2014 een gesprek gehad met het sociaal wijkteam.

Page 30: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.1.3 Resultaat Programma 1

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P1 Iedereen doet meePrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P11 Betrokkenheid en participatie -4.909 525 -4.385 -4.489 -105

P12 Bieden van zorg -18.565 -568 -19.134 -18.036 1.098

Totaal Lasten -23.475 -44 -23.518 -22.525 993

Baten

P11 Betrokkenheid en participatie 38 0 38 59 22

P12 Bieden van zorg 1.813 -139 1.674 1.788 114

Totaal Baten 1.851 -139 1.712 1.847 135

Totaal Saldo van baten en lasten -21.624 -183 -21.807 -20.678 1.129

Mutatie reserves

Baten

P12 Bieden van zorg 0 355 355 355 0

Totaal Baten 0 355 355 355 0

Totaal Mutatie reserves 0 355 355 355 0

Gerealiseerd resultaat -21.624 172 -21.452 -20.323 1.129

Page 31: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.2 Op weg met talent

Vigerende beleidsnota's

Een goede loopbaan voor iedereen

- Kadernota Lelystadse Educatieve Agenda 2011 – 2014 “Presteren met onderwijs”

- Uitvoeringsplan LEA 2013 (januari 2012)

- Resultaten Uitvoeringsplan 2013 en terugblik Kadernota LEA (maart 2013)

- IHP onderwijs 2013 – 2022

- Kadernota brede school 2009 – 2012

- Nota Jongleren 2011 – 2014

- Voortgang Jongleren/VVE 2012-2013 (april 2012)

- Herijking Brede School 2013 – 2014

Sport en Recreatie

- Kadernotitie Sport 2009 – 2012 – 'Startschot'

- De Kadernota sport 2013-2016 “Koers houden en kansen benutten”

Zoveel mogelijk mensen aan het werk

- Overgangsnota 'Op weg met Werk' (vastgesteld 2010)

- Onderzoek naar het rendement van bestedingen aan de participatievoorziening in de

gemeente Lelystad ( Lelystad 2011)

- Nota 'Op weg met Werken naar Vermogen' (vastgesteld 2011)

- Nota "Werk in uitvoering" (april 2012)

- Kadernota participatiewet “Een toegangspoort tot arbeidsmarkt” (maart 2013)

Inkomensondersteuning

- Nota 'Meedoen is mogelijk', herijking integraal armoedebeleid (vastgesteld 2009)

- Nota schuldhulpverlening 2011 – 2014

- Evaluatie uitvoering preventief armoedebeleid Lelystad Spoor 1 (februari 2012)

Lelystad is een jonge stad, die voor en door mensen is gemaakt. De talentontwikkeling van onze

inwoners bepaalt in belangrijke mate de kracht van de samenleving. Talentontwikkeling draagt bij aan

een betere toekomst voor het individu. Het succesvol volgen van onderwijs en het hebben van werk

zijn de belangrijkste aanjagers voor de verbetering van de positie van onze inwoners. Het volgen van

onderwijs is de opstap voor een zinvolle deelname aan de samenleving en het hebben van een

gekwalificeerde beroepsbevolking. Ook sport wordt gezien als vliegwiel voor een actieve participatie.

En wie niet automatisch mee kan komen in de participatiemaatschappij kan rekenen op een steuntje

in de rug van de gemeentelijke overheid.

Aan de hand van de Lelystadse Educatieve Agenda is er flink geïnvesteerd in het jonge kind, door

hoge kwaliteit van de Voor- en vroegschoolse educatie. Dit heeft geleid tot een goede tussentijdse

beoordeling door de onderwijsinspectie. Slechts op enkele punten wordt nog niet voldaan aan alle

prestatieafspraken die in dit kader zijn gemaakt.

Door middel van het hanteren van de PASS-AD criteria is er samenhang gekomen in het aanbod van

de Brede School met de wijk.

In het kader van passend onderwijs hebben de samenwerkingsverbanden Ondersteuningsplannen

opgesteld die zijn goedgekeurd door de inspectie. Deze plannen voorzien erin dat kinderen die met

enige aandacht voor hun specifieke problemen langer aan het reguliere onderwijs kunnen blijven

deelnemen.

Page 32: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.2.1 Een goede loopbaan voor iedereen

Wat wilden we bereiken?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Bereik doelgroepkinderen voor VVE verhogen

Het bereik zou in 2014 80% moeten zijn.

In het eerste kwartaal van 2014 is een bereik van 84% gemeten.

Handhaven opleidingsniveau van de beroepsbevolking

Handhaven van het aandeel van de beroepsbevolking met een opleiding op minimaal middelbaar niveau boven het landelijk gemiddelde (Lelystad op 75% en NL op 76% in 2010)

Er wordt door het MBO College Lelystad een programma, college4leadership, met succes uitgevoerd dat meer jongeren richting het hoogste MBO niveau werft en toerust om de opleiding met succes af te ronden. Daarmee wordt ook beoogd de doorstroom naar het HBO te stimuleren.

Minder voortijdig schoolverlaters (VSV)

Daling in het jaarlijks aantal nieuwe vsv’ers met 10% ten opzichte van het vorige jaar (224 in 2012-2013)

De dalende trend is voortgezet (221 VSV’ers op 1 oktober 2014), we halen echter niet de 10% daling. We merken dat we in Lelystad en in de regio tot een harde kern jongeren komen, met een stapeling aan problemen op verschillende leefgebieden (verslaving, schulden, geen dak boven het hoofd, cognitief beperkt). In 2014 zijn we samen met de SVOL, het Groenhorst College, de Eduvier Onderwijsgroep en MBO college Lelystad gestart met de ketensamenwerking ‘kwetsbare jongeren. Hierbij hebben we ‘Matchpoint’ en ‘entree arbeid’ als instrument gecreëerd.

Page 33: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014

Jongleren Voortzetten van bestaande praktijk

Vormgeven aan harmonisatie tussen kinderopvang en peuterspeelzaalwerk

Stand van zaken en rapport onderwijsinspectie naar de raad

Taalonderwijs aan het jonge kind heeft hoge prioriteit in Lelystad. In 2014 is een bereik van 84 % gerealiseerd. Nagenoeg alle prestatieafspraken met het onderwijs, de peuterspeelzalen en de schilpartners zijn gehaald. De peuterleidsters van VVE zalen hebben nagenoeg allemaal het niveau 3f bereikt. Voor de kleine groep waarbij dit niet het geval is wordt nog naar een aanvullend programma gezocht. Scholen en peuterspeelzalen zijn met elkaar gesprek over afspraken rond de doorgaande lijn. In het kader van educatief partnerschap wordt extra inzet gepleegd op kwaliteiten van de leerkrachten als het gaat om ouderbetrokkenheid. De tweede stap in de bezuiniging op de peuterspeelzalen (begroting 2013) is gerealiseerd. De eerste stappen in IKC vorming worden gezet. Het tussentijdse rapport van de onderwijsinspectie heeft geleid tot waardering voor de aanpak in Lelystad. Als aandachtspunt blijft de ouderbetrokkenheid extra aandacht vergen.

Brede School Totstandkoming van het aanbod op basis van nieuwe criteria over samenwerking met peuterspeelzalen, het aanvullend zijn van het programma op het aanbod en de samenhang met de wijk.

Evaluatie in 2014

€30.000 bezuinigen op combinatiefunctionarissen

Heroverweging van 3,6 fte op basis van de vraag vanuit het onderwijs

De verdeling is tot stand gekomen via de PASS-Ad nieuwe criteria De evaluatie is opgeschoven naar begin 2015 omdat de verantwoording pas in november kon plaatsvinden. Overigens zal dit verder weinig gevolgen hebben, nu het activiteitenbudget drastisch is teruggebracht bij de begroting 2015 en de inzet is beperkt tot vve scholen en binnenschools moet plaatsvinden. De bezuiniging is gerealiseerd en het aantal combinatiefunctionarissen is in 2014 teruggebracht naar 11,4 fte

Page 34: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014

Passend onderwijs Opstellen ondersteuningsplan in samenhang met de Jeugdzorg door de samenwerkingsverbanden

Afstemming over inzet leerplicht, onderwijshuisvesting, voortijdig schoolverlaten en doorlopende leerlijnen, waarbij gekeken wordt naar inzet vanuit transitiefonds

Aandacht voor hoogbegaafde kinderen, met behulp van het programma Be Cool

Invoering tweede tranche bezuiniging op leerlingenvervoer

Met het samenwerkingsverband primair onderwijs en voortgezet onderwijs zijn werkagenda’s opgesteld. Deze werkagenda’s worden onderdeel van het ondersteuningsplan en de LEA. Kern van de werkagenda’s is het versterken van de basis in de reguliere scholen, dit ter ondersteuning van de vereveningsopdracht en vermindering van de druk op specialistische jeugdhulp. Be Cool is afgerond, de resultaten van het effectiviteitonderzoek komen in maart 2015 beschikbaar De eerste tranche van bezuinigingen op het leerlingenvervoer bleek afdoende om de bezuinigingen te realiseren. Er is daarom bij de evaluatie besloten geen tweede tranche door te voeren.

Verlagen van het aantal vroegtijdige schoolverlaters

Behalen van de ambities voor terugdringing per schoolniveau

De dalende trend is voortgezet (221 VSV’ers op 1 oktober 2014), we halen echter niet de 10% daling. We merken dat we in Lelystad en in de regio tot een harde kern jongeren komen, met een stapeling aan problemen op verschillende leefgebieden (verslaving, schulden, geen dak boven het hoofd, cognitief beperkt). In 2014 zijn we samen met de SVOL, het Groenhorst College, de Eduvier Onderwijsgroep en MBO college Lelystad gestart met de ketensamenwerking kwetsbare jongeren. Hierbij hebben we “Matchpoint” en “Entree Arbeid” als instrument gecreëerd.

Page 35: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014

Integraal Huisvestingsplan Vormgeven huisvesting SVOL, inclusief Aurum

De gemeente is nog steeds in afwachting van de plannen van de SVOL. Eerder is middels het IHP 2013 en de daarop volgende besluitvorming in de gemeentelijke begrotingscyclus door de gemeenteraad besloten gefaseerd maximaal €18 miljoen ten behoeve van de renovatie en aanpassing van de bestaande gebouwen op de bestaande locaties beschikbaar te stellen. In het IHP zijn voorwaarden gesteld voor de beschikbaarstelling van de genoemde bedragen. SVOL kan binnen de financiële kaders en randvoorwaarden aanvragen indienen bij de gemeente voor de vernieuwing van de onderwijshuisvesting. Deze voorstellen zullen door middel van separate besluitvorming door college worden beoordeeld en aan de raad ter besluitvorming worden voorgelegd. Inmiddels heeft een eerste presentatie plaatsgevonden door de SVOL aan de raad over de contouren van het nieuwe onderwijsmodel

Verzelfstandiging van De Steiger

Verzelfstandiging realiseren per 1-8-2014

Is gerealiseerd. De Steiger maakt nu onderdeel uit van Eduvier.

Page 36: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014

Middelbaar- en hoger beroepsonderwijs

Keuze voor techniek stimuleren

Ontwikkelen van een technocampus

Continueren van ingezet beleid t.a.v. doorstroming naar HBO

Composietenonderwijs bevorderen

Plannen voor Airportacademie uitwerken

Toegankelijkheid voor het MKB van hogeschool Windesheim vergroten

Opleidingsaanbod HBO verder richten op kansen die luchtvaartonderwijs en aan water gerelateerd onderwijs bieden

Er wordt door het MBO College Lelystad een programma, college4leadership, met succes uitgevoerd dat meer jongeren richting het hoogste MBO niveau werft en toerust om de opleiding met succes af te ronden. T.o.v. de oktobertelling 2012 is er sprake geweest van een groei van 8,5% studenten voor het hoogste niveau (4) Totaal 593 studenten. Het MBO College Lelystad heeft met de subsidie van de provincie en de gemeente met succes het programma college 4 leadership gericht op de niveau 4 opleidingen (in het kader van de doorstroom naar HBO) en een programma gericht op composietenonderwijs uitgevoerd.

Een fysiek facilitair centrum Technocampus Lelystad, met alle praktijkfaciliteiten voor technische opleidingen onder één dak, is nog niet gerealiseerd. Het concept voor het Technocampus Lelystad is wel in uitvoering op kleine schaal voor de sector bouw. Vmbo en mbo maken gezamenlijk gebruik van dezelfde faciliteiten. Docenten zijn getraind in 3 D printing In augustus 2014 is het mbo College Lelystad gestart met een nieuwe opleiding MKE Composieten & Watersportindustrie. Voor de praktijk is een samenwerking opgezet met het bedrijf Schaap Shipyards (Compocenter). Dat is een satelliet van het Technocampus Lelystad. In de (nabije) toekomst is het de bedoeling dat een tweede Compocenter ontstaat op Airport Lelystad (voor de luchtvaartopleidingen). Voor de plannen voor de onderwijsontwikkeling luchthaven is stichting Skala opgericht die vanaf 2015 operationeel zal zijn. In de lokale educatieve agenda staan drie thema’s geprogrammeerd, passend onderwijs, aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt en vaardigheden voor de 21ste eeuw geprogrammeerd op basis waarvan de keuze voor techniek zal worden gestimuleerd. Zo’n 700 leerlingen van het PO en VO hebben een dag achter de schermen kennis kunnen maken met de techniek bij Walibi. De comakerships van Windesheim Flevoland zijn actief gepromoot bij het bedrijfsleven in Lelystad. Voor het thema water lijkt voor Windesheim Flevoland onvoldoende perspectief om opleidingen op een economisch verantwoorde wijze in de markt te zetten. Luchtvaartonderwijs is nog in onderzoek.

Page 37: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.2.2 Sport en recreatie

Wat wilden we bereiken?

participatie Het op peil houden van het hoge niveau van sportparticipatie: het aandeel Lelystedelingen dat regelmatig (minstens eenmaal per week) sport vasthouden op 70%

Er is een bijdrage verleend aan het Sportbedrijf Lelystad voor de verhuur en beheer van de binnen-, buitensport en zwemaccommodatie en voor activiteiten op het gebied van sportstimulering. 46 sportverenigingen met in totaal 9800 leden maken van deze accommodaties gebruik. Daarnaast zijn er ook veel ongeorganiseerde sporters die de binnensport en zwemaccommodaties gebruiken of deelnemen aan sportstimuleringsprogramma’ van het Sportbedrijf. Tevens is subsidie verleend voor diverse sportevenementen waar inwoners actief aan kunnen deelnemen. In 2015 wordt een nieuw sportparticipatieonderzoek uitgevoerd.

watersportstad Lelystad ontwikkelt zich binnen vijf jaar tot het watersportcentrum van Nederland, met het accent op team- en matchracen.

Er is subsidie of een bijdrage verleend aan diverse watersportactiviteiten. Waarbij de Dutch Match Cup het grootste evenement was met een internationale uitstraling.

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014

Page 38: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we ervoor gedaan?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Watersport Versterking van de koppeling tussen

breedtesport en talentontwikkeling, waarbij slimme dwarsverbanden met het bedrijfsleven en andere partners worden gemaakt. Aan de kust zullen minimaal twee grootschalige zeilevenementen plaatsvinden

Er is subsidie of een bijdrage verleend aan diverse watersportactiviteiten, waaronder zeilevenementen zoals de Lenco Regatta en de Batavia Regatta. De Dutch Match Cup vormde in 2014 het grootste zeilevenement, met een brede (inter)nationale bereik en uitstraling

Nieuwe DVO Nieuwe dienstverleningsovereenkomst met het sportbedrijf opstellen die recht doet aan de regiefunctie van de gemeente en waarbij de outcome centraal staat

In samenwerking met het adviesbureau Hospitality Consultancy is samen het Sportbedrijf toegewerkt naar een nieuw DVO. De verwachting is dat dit traject begin 2015 wordt afgerond.

Tarievennota binnen- en buitensport

Een tarievennota wordt opgesteld, waarin rekening gehouden wordt met de kwaliteit en ontwikkeling van de sportvoorzieningen in andere gemeenten

In samenwerking met het adviesbureau Hospitality Consultancy is samen het Sportbedrijf en de betrokken sportverenigingen is toegewerkt naar een nieuwe tarievenstructuur. De verwachting is dat dit traject begin 2015 wordt afgerond en de tarieven aan het begin van het nieuwe huurperiode van de accommodaties worden ingevoerd.

Page 39: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.2.3 Verhogen arbeidsparticipatie/ bieden inkomensondersteuning

Zoals verwacht heeft 2014 in economische zin een doorlopende lijn laten zien. De recessie (effecten)

ijlt na en hoewel de economie een klein herstel laat zien, blijft de invloed hiervan op de arbeidsmarkt

in substantiële zin vooralsnog achterwege. Het klantenbestand is dan ook net als in 2013 toegenomen

evenals de druk op het werkbedrijf om op een gefrustreerde arbeidsmarkt toch voldoende emplooi te

vinden voor haar klanten.

Per 1 januari jongstleden is de Participatiewet van kracht geworden. De WSW en Wajong zijn op slot

gegaan, respectievelijk voor iedereen en - ingeval van de Wajong - voor iedereen die niet volledig

100% en duurzaam arbeidsongeschikt is. Dat betekent een aanvullende instroom op de Participatiewet

– waarin de WWB volledig is opgenomen – en dus een groeiend klantenbestand dat toegeleid moet

worden naar arbeid. Dit gaat gepaard met krimpende budgetten, ook in het meerjarenperspectief,

onder meer door de introductie van een nieuw, landelijk verdeelmodel waarin het ministerie haar

bezuinigingsdoelstellingen onverminderd doorzet. 2014 heeft daarom beleidsmatig en qua uitvoering

naast het going concern nadrukkelijk in het teken gestaan van de voorbereidingen op deze nieuwe

wet, zowel financieel als in termen van nieuwe dan wel aangepaste producten.

Het Werkbedrijf Lelystad BV (WBL) heeft een vliegende start gemaakt. Tegen de wind in zijn

uitstekende resultaten behaald en wist het WBL naast het ruim behalen van haar targets meteen al

een positie te verwerven. Op korte termijn is het bedrijf een volwassen speler geworden op de lokale

arbeidsmarkt. Naast het uitvoeren van de reguliere toeleidings- en participatieproducten heeft het WBL

gewerkt aan de inrichting van nieuwe werkprocessen en producten, specifiek voor de nieuwe instroom

(klanten met een arbeidsbeperking) vanaf 1 januari 2015 en gericht op een soepele aansluiting op de

eisen van de nieuwe wetgeving.

De beoogde doelen voor 2014 zijn gerealiseerd. Er hebben wat lichte verschuivingen plaatsgevonden

in de kwantitatieve inzet van de verschillende re-integratieproducten, maar over de gehele lijn genomen

hebben ambities en inspanningen tezamen naar verwachting gerendeerd. Over het geactiveerde deel

van het klantenbestand is een duurzame uitstroom van 26% behaald. (Van het gehele bestand (2200)

maakt ongeveer 60% deel uit van het zogenaamde ‘houten’ bestand. Het overige deel kent een hoge

doorstroom snelheid (per jaar 1000 in en 1000 uit). Uit deze laatste groep van 1000 worden de kansrijke

klanten (50-80% arbeidscapaciteit) geactiveerd naar uitstroom. Het betreft jaarlijks zo’n 500 klanten.

(Klanten in de categorie 80-100% moeten het op eigen kracht doen).

De aanvullende inspanningen op verloning die mogelijk zijn gemaakt door de extra dotatie van de

raad – €1 miljoen p/j voor 2013-2016 – zijn met een duurzame uitstroom van pakweg 50% opnieuw

zeer lucratief gebleken. (Het rekenmodel gaat uit van een minimale periode uit de uitkering van 3 tot 4

jaar. Inmiddels is de eerste tranche 2 jaar uit de uitkering.) Een succes dat graag voortgezet zal worden

in 2015.

Page 40: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat wilden we bereiken?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 WWB De maximale, actieve betrokkenheid

van iedere, individuele burger die afhankelijk is van een uitkering, zoals bedoeld in het concept van de participatiemaatschappij.

De uitvoering heeft plaatsgevonden conform de uitgangspunten van de nota "Werk in uitvoering” (april 2012). Daarbij zijn zoveel als mogelijk uitkeringsgerechtigden geactiveerd naar een vorm van participatie, zoals arbeid, vrijwilligerswerk etc.

Jeugdwerkloosheid In het kader van de nieuwe wetgeving komen tot aanvullende maatregelen om te komen tot het terugdringen van de jeugdwerkloosheid.

In 2014 is extra ingezet op de uitstroom van jongeren, via het Werkbedrijf, naar werk (WEB). Samen met het onderwijs zijn er afspraken gemaakt over de ketensamenwerking kwetsbare jongeren. Er is uitvoering gegeven aan het project Startersbeurs.

Werkbedrijf Tenminste 25% van de uitkeringsgerechtigden te activeren langs een drietal lijnen: - een duurzame uitstroom naar regulier werk, - met begeleiding aan het werk naar vermogen, - trajecten gericht op (arbeids) participatie.

28% van de uitkeringsgerechtigden is geactiveerd: Daartoe zijn instrumenten ingezet t.a.v. : Re-integratie (Loonkostensubsidie, Werkervaringsbanen en Verloning) Maatschappelijke participatie Nieuwe instrumenten (o.a. Tegenprestatie naar Vermogen)

WSW Het aantal beschutte WSW-plaatsen wordt afgebouwd met een uitstroom van minimaal 5% per jaar naar de reguliere arbeidsmarkt.

2014 was het laatste jaar dat er nog sprake kon zijn van nieuwe instroom in de WSW. In 2014 is het aantal WSW plaatsen( AJA’s) gereduceerd van 330 (2013) naar 315 (2014), dit is een afname van ca. 4,5% . Met ingang van 1 januari 2015 vindt een ombuiging plaats van de WSW instroom naar het Wwb bestand onder de Participatie wet.

WWB Levensonderhoud Het aantal mensen met een uitkering stabiliseert zich op 1900, ofwel 2,5% van het aantal inwoners.

Het aantal mensen met een uitkering is per 31 december 2014 2290 (peildatum medio januari 2015). Aantal inwoners 75.900, dit is 3% van het aantal inwoners.

Inkomens ondersteuning (Spoor 2: curatief)

De beschikbare middelen binnen de bijzondere bijstand worden optimaal benut. Burgers kennen en maken gebruik van de beschikbare regelingen. Het aantal mensen dat in Lelystad op of onder de armoedegrens leeft is maximaal 10% (of op het landelijk gemiddelde).

Uit de armoedemonitor 2012, aangeboden aan de raad in december 2014 (uitvoering curatief armoedebeleid) en de Oplegnotitie Armoedemonitor 2012 blijkt dat de inwoners goed de weg weten te vinden naar de voorzieningen voor inkomensondersteuning. De minimahuishoudens vormen een aandeel van 12,7% van de totale huishoudpopulatie in Lelystad. Landelijk ligt dit percentage op 14,4 %.

Page 41: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Armoedebeleid (Spoor 1: preventief

Burgers waarbij armoederisico’s worden gesignaleerd worden doorverwezen en geholpen. Hiermee wordt zoveel mogelijk ingezet op het voorkomen van de overerving van armoede.

Eind 2014 heeft de evaluatie van het preventieve armoedebeleid over de periode 2011-2014 plaatsgevonden (Nota ‘Evaluatie uitvoering preventief armoedebeleid Lelystad 2011-2014’. Deze evaluatie is in december 2014 aan de raad aangeboden. Uit de evaluatie is gebleken dat de uitvoering in de afgelopen jaren concrete mogelijkheden heeft geboden aan kinderen en hun ouders om te voorkomen dat ze in een achterstandssituatie raken.

Schuldhulpverlening Schuldhulpverlening is beschikbaar voor ieder die dat nodig heeft, waardoor minder een beroep gedaan hoeft te worden op andere maatschappelijke voorzieningen. Burgers met financiële problematiek worden ondersteund

In 2014 hebben de gesubsidieerde instellingen MDF en IDO wederom de bewoners met een financiële hulpvraag ondersteund. Daarnaast worden preventieve activiteiten geboden om mensen in vroegtijdig stadium te ondersteunen bij het op orde krijgen en houden van hun financiën.

Page 42: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 WWB Participatie van mensen met afstand

tot de arbeidsmarkt willen we bevorderen met behulp van verloning, werkervaringsplekken, loondispensatie of loonkostensubsidie. Bovendien is en wordt er geïnvesteerd in ondersteunende (zorg)systemen die mensen helpen hun belemmeringen weg te halen om mee te doen, richting werk. Het participatiebudget vormt de belangrijkste bron van financiering voor dit subprogramma. De raad heeft gezien het belang om de stijgende klantaantallen in controle te houden een extra bedrag beschikbaar gesteld van 3 x €1 miljoen over de periode 2013-2016.

Het Werkbedrijf heeft een succesvolle start gekend. De kwantitatieve doelen, zoals geformuleerd per instrument, zijn gerealiseerd (zie onderstaande specificaties bij het Werkbedrijf). Er zijn enkele pilots uitgevoerd voor de meer kwetsbare groepen (40-60% arbeidscapaciteit). De extra dotatie van de raad ter hoogte van €1 mln is ingezet op Verloning en heeft geleid tot een goed uitstroompercentage: ruim 50% is uitgestroomd naar werk

Jeugdwerkloosheid

Het inzetten van middelen uit het Participatiebudget voor de groepen jongeren met een bijstanduitkering (201) en de (voortijdig) schoolverlaters, zonder startkwalificatie, die (nog) geen beroep op uitkering doen of zij die in het overgangsgebied tussen onderwijs en arbeidsmarkt zitten. De kabinetsplannen voor de aanpak jeugdwerkloosheid richten zich met name op een regionale aanpak. Daarvoor is er €25.000.000 beschikbaar, daarvan is circa €822.000 voor Flevoland en €200.000 voor Lelystad. Door inzet van onder meer de regionale middelen kunnen we een deel van de jongeren met een uitkering een tijdelijke Werkervaringsbaan aanbieden, bijvoorbeeld bij het gemeentelijk Werkbedrijf.

Voor de jongeren is in 2014 de Startersbeurs beschikbaar geweest. Vanwege lage instroom van HBO/WO studenten is de doelgroep uitgebreid met MBO 3 en 4 studenten. Hierdoor zijn 52 jongeren op traject gezet. Samen met het onderwijs zijn er afspraken gemaakt over de ketensamenwerking kwetsbare jongeren Ook via het Werkbedrijf zijn 50 jongeren op een Werkervaringsbaan geplaatst. Er zijn 28 trajecten afgerond (overloop voorgaand jaar) en 6 jongeren zijn uitgestroomd naar werk.

Werkbedrijf het realiseren van een uitstroompercentage van 20% (voor 2014). Deze 20% is van groot belang voor de gemeente gezien de besparingen die hiermee gerealiseerd kunnen worden op het inkomensdeel van de WWB.

Het gerealiseerde uitstroompercentage 2014 is 26,1% (van de 436 afgeronde trajecten zijn 114 uitgestroomd). Aantal klanten geactiveerd/gestart dan wel uitgestroomd in 2014: Met begeleiding aan het werk 288 (=Werkervaringbanen) Overige Traject (Verloning, taalbanen, Work Fast) 186

WWB Levensonderhoud Voortzetting succesvol beleid afgelopen jaren. Handhaving status voordeelgemeente.

Ook in 2014 is de gemeente Lelystad voordeelgemeente, dankzij de inzet/voorzetting van het succesvolle uitstroom beleid en de beperking van de instroom bij de poort. Uitkeringslast en bijdrage melden

Page 43: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Inkomens ondersteuning (Spoor 2: curatief)

Inzet instrumenten voor het verlenen van bijzondere bijstand.

Conform de begroting (uitgaven spoor 2 €2,3 mln, d.i. inclusief aanvullende middelen van het Rijk) zijn de diverse activiteiten i.h.k.v. spoor 2 gerealiseerd. De realisatie is:

X €1000

Bewindvoering € 850

Financiële transacties (o.a. WSNP, SHV) € 61

Inrichtingskosten € 180

Langdurigheidstoeslag € 282

Participatiebijdrage € 237 Aanvullende bijstand < 21 jaar € 99

Woonkostentoeslag € 291

Overige (o.a. medisch) € 246

Coll ziektekostenverzekering € 125

Totaal €2.371

Extra aanvragen a.g.v. de economische crisis zijn opgevangen door o.m. de inzet van de aanvullende middelen van het Rijk (€400.000 over 2014) (Met name Bewindvoering)

Armoedebeleid (Spoor 1: preventief

Inzet van instrumenten ter voorkoming van de overerving van armoede (voortzetting beleid) Het inzetten van interventies en activiteiten (o.a. School’s cool en Plustijd) ten behoeve van kinderen en hun ouders, die onder het armoederisicoprofiel vallen, om te zorgen dat zij niet in een achterstandsituatie terecht komen. Het versterken en onderhouden van het netwerk. Het borgen van het preventieve armoedebeleid, waardoor professionals en vrijwilligers armoede beter kunnen signaleren en ook gericht kunnen doorverwijzen (waaronder het scholen van de professionals en vrijwilligers en het Kanspunt CJG). Het verkrijgen van inzicht in de effecten van de uitvoering van het (preventieve) armoedebeleid.

In april 2014 zijn wederom 20 kinderen met een 1 ½ jaar durend traject van School’s cool gestart en in november heeft een groep van 20 kinderen een 1 ½ jaar durend traject van School’s cool afgerond. In 2014 hebben opnieuw rond de 70 kinderen meegedaan aan Summer’s Cool verdeeld over drie weken. Plustijd is in 2014 gegeven op 9 basisscholen (groep gemiddeld 10 kinderen). In 2014 zaten er rond de 60 jongeren in het project schuldhulpverlening voor de jeugd. De basiscursus ‘Armoede onder de loep’ is inmiddels door meer dan 280 professionals en vrijwilligers gevolgd en de verdiepingscursus ‘Armoede onder de loep’ is door 60 deelnemers gevolgd.

Schuldhulpverlening Schuldhulpverlening is beschikbaar voor ieder die dat nodig heeft, waardoor minder een beroep gedaan hoeft te worden op andere maatschappelijke voorzieningen.

In Lelystad werden in 2014 2000 trajecten schuldhulpverlening uitgevoerd. Daarnaast werden preventieve projecten uitgevoerd door vrijwilligers. De aanmeldingen bij MDF en IDO zijn nagenoeg gelijk gebleven. Het aantal te begeleiden trajecten is ruimschoots gehaald. De stijging van het aantal hulpvragers in voorgaande jaren heeft destijds geleid tot wachttijden. Deze zijn in 2014 niet afgenomen. Wel wordt inmiddels wachtlijstbegeleiding ingezet en worden andere vormen van hulpverlening geboden.

Page 44: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.2.4 Resultaat Programma 2

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P2 Op weg met talentPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P21 Goede schoolloopbaan voor ieder -23.763 -1.285 -25.048 -26.850 -1.802

P22 Sport en recreatie -4.356 -571 -4.927 -4.538 390

P23 Verhogen arbeidsparticipatie en -55.162 -3.100 -58.262 -61.131 -2.869

Totaal Lasten -83.282 -4.955 -88.237 -92.519 -4.282

Baten

P21 Goede schoolloopbaan voor ieder 5.043 2.116 7.159 7.711 552

P23 Verhogen arbeidsparticipatie en 46.898 5.234 52.132 51.752 -379

Totaal Baten 51.941 7.350 59.290 59.463 173

Totaal Saldo van baten en lasten -31.341 2.394 -28.947 -33.056 -4.109

Mutatie reserves

Lasten

P21 Goede schoolloopbaan voor ieder 0 0 0 -33 -33

P22 Sport en recreatie 0 -39 -39 0 39

P23 Verhogen arbeidsparticipatie en -1.600 1.600 0 -250 -250

Totaal Lasten -1.600 1.561 -39 -283 -243

Baten

P21 Goede schoolloopbaan voor ieder 403 -241 162 1.303 1.141

P22 Sport en recreatie 0 610 610 175 -435

P23 Verhogen arbeidsparticipatie en 1.000 0 1.000 1.000 0

Totaal Baten 1.403 369 1.772 2.478 706

Totaal Mutatie reserves -197 1.930 1.733 2.195 463

Gerealiseerd resultaat -31.538 4.324 -27.214 -30.860 -3.646

Page 45: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.3 Leefbare stad

Vigerende beleidsnota's

Vitale leefomgeving:

- Startnota stedelijke vernieuwing op uitnodiging (2014)

- Speelruimtebeleidsplan (2013)

- Notitie ‘Afwegingskader (her-)inrichtingsmaatregelen en bewonersparticipatie’ (2012)

- Afvalbeleidsplan 2012 - 2015

- Gemeentelijk rioleringsplan 2011 – 2015

- Bomenbeleid (vastgesteld 2010)

- Waterplan Lelystad (vastgesteld 2004)

- Berm en beheerplan (vastgesteld 2003)

- Kwaliteitsstructuurplan (KSP) (vastgesteld 2002)

- Groenstructuurplan 1997 (richtlijn)

- Bosbeleidsplan (vastgesteld 1996)

- Nota fauna beleid (vastgesteld 1992)

Goede en veilige verkeersverbindingen

- Beleidsplan gladheidbestrijding (vastgesteld 2013)

- Verkeersvisie buitengebied (vastgesteld 2013)

- Fietsplan Stadshart (vastgesteld 2013)

- Parkeerverordening Lelystad 2013

- Verordening parkeerbelastingen Lelystad 2013 en aanwijzingsbesluit Agoradek (2013)

- Beleidsregel ontheffingverlening voetgangersgebied Stadshart 2013

- Nota Mobiliteit Lelystad – Mobiliteitsvisie (vastgesteld 2011)

- Besluit verlening concessie Arriva 2011 en concessiebeschikking 2011

- Beleidsregel gehandicaptenparkeerplaatsen Lelystad 2010

- Intentieovereenkomst Hoofdnetwerk recreatieve fietspaden Flevoland (vastgesteld 2009)

- Parkeerbeleidsplan (vastgesteld 2009)

- Kadernota aanbesteding openbaarvervoerconcessie (vastgesteld 2008)

- Uitvoeringsbesluit parkeren grote voertuigen (vastgesteld 2005) en evaluatie (vastgesteld

2006)

- Hoofdfietsnetwerk Lelystad binnen bebouwde kom (vastgesteld 2005)

- Delegatiebesluit openbaar stadsvervoer (vastgesteld 2005)

- Straatnaambebording en objectverwijzing stadshoofdwegen (2005)

- Beleidsnotitie Park + Ride (P+R) (vastgesteld 2004)

- Handboek Mobiliteit (2002)

- Nota herijking hoofdwegenstructuur, Nota hoofdwegenstructuur, Nota

hoofdwegenstructuur Lelystad onderdeel buitenring, Notitie functie en gebruik

hoofdwegennet en besluit vaststelling hoofdwegennet (vastgesteld periode 1999 t/m

2005)

Duurzaam Lelystad

- Nota Bodembeheer (2012)

- Kadernota klimaatbeleid 2010 - 2013

- Nota geluidbeleid Lelystad 2010 – 2015

- Tankstationbeleid 2008-2012

- Archeologische monumentenzorg in Lelystad (vastgesteld 2008)

- Hogere grenswaarden en zonebeheer (vastgesteld 2007)

- Gemeentelijk Milieuplan – GMP3 (vastgesteld 2006)

Page 46: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Vigerende beleidsnota's (Vervolg)

Handhaving

- Handhavingsuitvoeringsprogramma (HUP)

- Nota Kamerbewoning

- Nota Evenementenbeleid

Gebruik van de openbare ruimte- terrassen; nadere regels (vastgesteld 2011)

De opgave van programma 3 is het bestendigen en waar mogelijk versterken van een vitale woonstad

met kwalitatief goede woningen, een veilige goed onderhouden openbare ruimte en optimale

voorzieningen stedelijk verkeer. Daarbij geldt dat Lelystad een duurzame en milieuvriendelijke

leefomgeving in stand wil houden en versterken door een integrale aanpak. De integrale aanpak heeft

tot doel om te komen tot een duurzame stad in balans. Het jaar 2015 wordt daarin belangrijk, met het

vaststellen van het Integraal Masterplan Duurzaamheid dat deze transitie beschrijft. De leefbare stad

vraagt, in het licht van de aanhoudende economische crisis, steeds scherpere keuzen en meer

samenwerking met (maatschappelijke) partners en bewoners.

Een bijzonder aandachtspunt is de problematiek van de 70- en ’80- wijken. De ambitie is om in deze

wijken de sociale en fysieke leefbaarheid te verbeteren en te versterken om de wijken in

aantrekkelijkheid gelijkwaardig te laten zijn met de nieuwbouwwijken. We willen deze opgave samen

met andere partijen invullen. We zien hierbij zien met name mogelijkheden voor duurzame

ontwikkeling en verbetering van de fysieke en sociale leefomgeving.

2.3.1 Wijkontwikkeling en -beheer

We willen vitale woonwijken in Lelystad. Daarbij is meer gevoel van ‘eigenaarschap’ over de openbare

ruimte bij de inwoners belangrijk. Dit jaar is daarom bij de programmering van het groot onderhoud de

participatie van de inwoners naar voren gehaald in het proces zodat inwoners worden gehoord voordat

ontwerpen worden opgesteld. Ook bij de uitvoering van het speelruimtebeleid is op basis van een

evaluatie meer ruimte voor participatie geboden. Daarnaast zijn veel adoptieprojecten gestart waarbij

inwoners zelf het onderhoud van delen van het openbaar groen ter hand nemen. Vaak ook als reactie

op de voorgenomen versobering van de inrichting van het openbaar groen.

De daarvoor beschikbare ISV middelen zijn ingezet voor kleinschalige projecten die op initiatief van

bewoners gericht zijn op de verbetering van de leefbaarheid van de eigen woonomgeving. In dit kader

zijn de projecten “kleine maatregelen in de openbare ruimte Atol en Zuiderzeewijk” en “mensen maken

de straat” in 2014 afgerond.

De urgentie om de problematiek van de 70-er en 80-er jarenwijken in het kader van stedelijke

vernieuwing aan te pakken is onveranderd. Met het vervallen van de rijksmiddelen (ISV) is de aanpak

veranderd naar een vernieuwende organische werkwijze waarbij (maatschappelijke) partners en

bewoners worden uitgenodigd om met concrete voorstellen ter verbetering van woningen en

woonomgeving te komen; stedelijke vernieuwing op uitnodiging, waarbij we de prioriteit geven aan de

Zuiderzee – en Atolwijk. In 2014 hebben een aantal ronde tafel conferenties plaatsgevonden. We

werken daarin samen met (maatschappelijke) partners en bewoners. In het afgelopen jaar heeft deze

aanpak al tot diverse initiatieven geleid van zowel bewoners als van andere partijen. Zo is er in het

kader van het bewonersinitiatief MILA een moestuin aangelegd en hebben een groep bewoners met

hulp van een schildersbedrijf hun woningen geschilderd. Een klusbedrijf is gestart in de Zuiderzeewijk

op initiatief van gemeente, Centrada en in samenwerking met het Werkbedrijf met het doel onderhoud

aan de woning en de directe woonomgeving te stimuleren mede door de inzet van

uitkeringsgerechtigden.

Page 47: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat wilden we bereiken?

Wijk Ontwikkeling en -Beheer

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Vasthouden leefbare/ vitale wijken:

- Vasthouden van de hoge gemiddelde schaalscore algemene evaluatie van „de buurt‟ op de gemiddelde waarde 2001-2009 naar 2014, en wel op 7,8 voor heel Lelystad, op 7,7 voor de bestaande wijken (7,6 in 2011) en op 8,3 voor de nieuwe wijken (8,4 in 2011).

- Vasthouden van het gemiddelde

rapportcijfer „leefbaarheid in de buurt‟ op het niveau van 2009 tot 2014 en wel op 7,2 (7,3 in 2011).

Eind 2013 is de score tot net boven ambitie gestegen; in 2015 wordt deze peiling opnieuw uitgevoerd. Gemiddeld rapportcijfer 'leefbaarheid' is op 7,2 gebleven (2013) waarmee de doelstelling is gerealiseerd. Stadsdeel noordoost scoort doorgaans iets lager; de westelijke stadsdelen hoger. in 2015 wordt deze peiling opnieuw uitgevoerd.

Vasthouden betrokkenheid van inwoners bij ontwikkelingen in de buurt:

Vasthouden van het percentage inwoners dat bij belangrijke veranderingen in de buurt op zijn minst over de plannen wil mee praten (39% in 2010). (Deze effectparameter wordt inmiddels niet meer gemeten en daarom niet meer opgenomen in de programmabegroting 2015)

Het percentage inwoners dat zich medeverantwoordelijk voelt voor de leefbaarheid in hun buurt is licht gestegen ten opzichte van 2011 naar 91%. Er zijn tussen de wijken geen grote afwijkingen in dit percentage. Het aandeel inwoners dat ook daadwerkelijk actief is geweest om de buurt te verbeteren is ten opzichte van 2011 gestegen naar 29%.

Beperking stijging verloedering in de woonwijken:

Beperkte stijging van gemiddelde score op verloederingsschaal: van 4,2 in 2009 naar maximaal 4,5 in 2014 (3,9 in 2011).

Schaal is landelijk gewijzigd; nieuwe schaal is opgenomen in de programma begroting 2015.

Dienstverlening in de wijk:

Beperkte daling van tevredenheid van bewoners over de gemeentelijke dienstverlening in de wijk: van 67% in 2009 naar minimaal 63% in 2014 (68% in 2011).

Bij de laatste peiling in 2012 was 68% tevreden. In 2015 wordt gekeken naar een doorstart van deze peiling.

Page 48: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Openbare Ruimte

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Groot onderhoud Op basis van een vijfjarig

voortschrijdend meerjarenprogramma met een concreet werkplan per jaar wordt het groot onderhoud uitgevoerd. Het gaat hierbij om de volgende onderwerpen. Wegen, Groen, Bruggen, Openbare verlichting, Spelen en Herinrichting. In 2014 zal het accent liggen op het nog integraler vormgeven van het Meerjarenplan Grootonderhoud (I-GOR) en de start van de grootschalige vervanging van deklagen op de stadshoofdwegen. Deze werkzaamheden vinden plaats gedurende de periode 2014-2017

Op grond van het vastgestelde werkplan 2014 is het groot onderhoud uitgevoerd. Daarnaast zijn de voorbereidingen gestart voor die projecten waarvan de uitvoering is gepland in 2015. In de paragraaf kapitaalgoederen wordt de realisatie nader toegelicht. In 2014 heeft de eerste tranche (ca. 25% areaal) plaatsgevonden van de vervanging van de geluids-reducerende deklagen op de stadshoofdwegen door het duurzamere type DESA.

Dagelijks onderhoud Wegen, Groen en Bruggen

Het uitvoeren van het dagelijks beheer en onderhoud van de gemeentelijke wegen, groenvoorzieningen, bruggen, viaducten en tunnels. Uitvoering vindt plaats op basis van wettelijke regelgeving en het door de raad vastgestelde kwaliteitsniveau. In 2014 ligt accent op de evaluatie van de pilot gladheidbestrijding en de nieuwe aanbesteding van de uitvoering.

Door het uitvoeren van diverse reguliere onderhoudsbestekken en specifiek onderhoud naar aanleiding van inspecties en meldingen is het niveau van onderhoud op peil gehouden. Vanwege de zachte winter is te weinig ervaring opgedaan met de pilot gladheidbestrijding en is besloten om deze met een jaar te verlengen.

Spelen Het uitvoeren van het dagelijks beheer en onderhoud van de gemeentelijke speelvoorzieningen (inclusief ondergronden). Uitvoering vindt plaats op basis van wettelijke regelgeving en het door de raad vastgestelde kwaliteitsniveau. In 2014 ligt het accent op het uitvoeren van het door de raad vastgestelde speelruimtebeleid 2013 en het Meerjarenplan Grootonderhoud 2013-2017.

Het dagelijks onderhoud is conform het beheerplan uitgevoerd. De uitvoering van het Meerjarenplan heeft vertraging opgelopen omdat een vermindering van het areaal enerzijds en draagvlak bij inwoners anderzijds een intensief traject betekent. De aanpak van het MJP-GO-spelen is daarom tussentijds geëvalueerd. Op grond daarvan wordt nu nog beter gezocht naar een effectieve aansluiting op participatiewensen vanuit de buurt. In 2014 is het programma 2013 afgerond.

Netheid, beleving en openbare verlichting

Het in stand houden van het beeld van een nette stad door het schoon houden (inclusief verwijdering zwerfvuil) van de openbare ruimte en het onderhouden van de openbare verlichting. Uitvoering vindt plaats op basis van wettelijke regelgeving en het door de raad vastgestelde kwaliteitsniveau. In 2014 zal voor openbare verlichting het accent liggen op het maken van een keuze van verlichting langs de stadshoofdwegen, gebaseerd op een uitgewerkte Life Cycle Cost LCC met daarbij het vergelijkingsmodel van People, Planet, Profit en het cradle to cradle principe.

Door het verwijderen van zwerfvuil, het legen van prullenbakken en het machinaal vegen van de straten is de stad schoon gehouden. Dat is echter niet afdoende. Belangrijk is het werken aan het voorkomen van vervuiling. Daarom is in 2014 gestart met een langjarig project gericht op bestrijding van zwerfafval. In dit project wordt samenwerking gezocht met alle relevante partijen. Een keuze is gemaakt voor het toe te passen type lichtarmatuur op basis van de Life Cycle Cost LCC. De uitrol van deze keuze is in gang gezet en in 2015 worden de eerste armaturen op de stadshoofdwegen geplaatst.

Page 49: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Openbare Ruimte (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Begraafplaats Het beheer en dagelijks onderhoud

van de groenvoorzieningen, infrastructuur en specifieke voorzieningen op de gemeentelijke begraafplaats en uitvoering van het proces van begraven. Uitvoering vindt plaats op basis van wettelijke regelgeving en het vastgestelde kwaliteitsniveau. In 2014 ligt het accent op het sluitend krijgen van de exploitatie en ingebruikname van de nieuwe urnenmuur.

De kwaliteit van de begraafplaats en de dienstverlening zijn op het gewenste niveau gehouden. De tendens dat het aantal begravingen afneemt en het aantal crematies toeneemt, heeft verder doorgezet. De nieuwe urnenmuur op de begraafplaats is opgeleverd en in gebruik genomen. Een nieuwe en sluitende exploitatie van de begraafplaats is opgesteld en zal in 2015 worden geïmplementeerd.

Werken in de wijk

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Het nieuwe werken in de wijk Het afhandelen van klachten en

meldingen (ca. 8500 per jaar) op het gebied van het fysieke onderhoud in de openbare ruimte. Binnen de door de raad vastgestelde afhandelings-termijn. De wijkserviceteams worden ingezet bij het verhelpen van kleine problemen. Vanaf 2014 zal de daadwerkelijke afhandeling minder ad-hoc plaatsvinden en meer worden ingepast in reguliere onderhoudswerkzaam-heden. Het bestrijden van overlast op maat, door samen te werken met inwoners, Centrada, welzijnsorganisaties, politie en scholen. Het nieuwe werken in de wijk wordt uitgevoerd door Stichting Welzijn. Naast de coördinatie van de sociale wijkteams komt ook meer de nadruk te liggen op het stimuleren van bewonersparticipatie.

De uitvoering van de afhandeling van klachten en meldingen worden indien mogelijk steeds meer gebundeld. Daarbij is het nog belangrijker gebleken dat moet kunnen worden aangegeven wanneer de uitvoering dan zal plaatsvinden. In 75% van de gevallen zijn de meldingen namelijk binnen de gestelde termijn afgehandeld. De inzet is om dit percentage te verhogen. Daarvoor wordt ingezet op meer digitale terugkoppeling indien werkzaamheden later worden uitgevoerd in het planmatig onderhoud. De bewonersparticipatie is gestimuleerd door ruimte te bieden bij het uitvoeren van onderhoud in de eigen buurt. Dit heeft geleid tot ruim 50 adoptieovereenkomsten met inwoners.

Sociale en fysieke herstructureringsopgave jaren ’70- en ‘80-wijken

Het opstellen van jaarlijkse prestatie afspraken met Centra. In 2014 zal als eerste aanknopingspunt, op basis van de uitkomsten van de in 2013 gehouden ronde tafelconferenties over wijkaanpak en particuliere woningverbetering, een plan van aanpak stedelijke vernieuwing op uitnodiging worden gemaakt. De focus zal in eerste instantie liggen op de Atol en Zuiderzeewijk.

Eind 2013 zijn er prestatieafspraken voor 2014 afgesloten en begin 2015 voor het jaar 2015. In 2015 zal een nieuw Lokaal Akkoord voor de periode 2016-2019 worden afgesloten. Het plan voor stedelijke vernieuwing op uitnodiging is door de complexiteit van de problematiek en het noodzakelijk draagvlak vertraagd. Het streven is om het plan het eerste kwartaal 2015 aan de raad aan te bieden.

Page 50: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Werken in de wijk (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Actieve betrokkenheid van inwoners

De actieve betrokkenheid en zelfwerkzaamheid van bewoners bij hun leefomgeving wordt ondersteund door het uitvoeren van projecten in het kader van het ISV. In 2014 worden de projecten “kleine maatregelen in de openbare ruimte Atol en Zuiderzeewijk” en “Mensen maken de straat” uitgevoerd. Kleinschalige projecten die bijdragen aan vergroting van betrokkenheid, verantwoordelijkheid, inzet en zeggenschap van buurtbewoners bij de eigen leefomgeving. Hierbij worden afspraken gemaakt, onderling en met de gemeente, over plan, uitvoering en beheer.

In het kader van kleine projecten in de openbare ruimte in de Atol- en Zuiderzeewijk is overleg gevoerd met bewoners over verbetering van het Fjordpark en zijn verbeterwerkzaamheden uitgevoerd. Daarnaast is er een gereedschapsuitleen in de Kluswinkel in de Zuiderzeewijk gerealiseerd. Bij het Groot Onderhoud en uitvoeren van het speelruimtebeleid is ingezet op ruimte voor actieve betrokkenheid van inwoners. Tenslotte zijn diverse projecten gerealiseerd onder de noemer ‘nette straat’ met het doel containers meer uit het zicht te halen zodat een netter straatbeeld ontstaat. Ook zijn een aantal achterpaden aangelegd en/of aangepast.

Ruimtelijke Informatie voorziening

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Basisregistratie adressen en gebouwen

Het beheren en onderhouden van de basisregistratie Adressen en Gebouwen. De Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) is de naam voor twee Nederlandse Basisregistraties, te weten de Basisregistratie Adressen (BRA) en de Basisgebouwenregistratie (BGR).

In de BAG zijn de basisgegevens over alle gebouwen en adressen in Lelystad verzameld (grafisch en administratief). Om alle gegevens actueel te houden worden alle wijzigingen bijgehouden. Een bron voor de wijzigingen zijn de WABO vergunningen. In 2015 zijn er 2069 mutaties doorgevoerd en aangeleverd aan de landelijke voorziening. Via de landelijke voorziening zijn deze gegevens aangeleverd aan de afnemers (zowel de publieke als de private sector).

Geo informatie Het beheer, onderhoud en actualisatie van de Geografische informatie systemen. De basis hiervoor wordt gevormd door de grootschalige basiskaart, -kortweg ‘GBK N en L’. De BGT Basiskaart Grootschalige Topografie wordt de basisregistratie die in plaats komt voor de GBK N en L. In de jaren 2013 en 2014 is extra budget beschikbaar gesteld om deze transformatie mogelijk te maken. Daarnaast worden ook luchtfoto's en cyclorama foto's gemaakt en in het systeem verwerkt.

In 2014 is het project invoering BGT voortvarend van start gegaan. De hiervoor benodigde applicatie is aanbesteed en in gebruik genomen. De conversie van de GBK naar de BGT is opgepakt en zijn er 40 van de 63 wijken geconverteerd en gecontroleerd en gereed voor aanlevering aan de landelijke voorziening.

Page 51: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.3.2 Optimaliseren stedelijk verkeer

In 2014 zijn de structurele wettelijke taken als het nemen van verkeersbesluiten, verstrekken van

gehandicaptenparkeerplaatsen en aanwijzen van gehandicaptenparkeerplaatsen, verstrekken van

RVV-ontheffingen en de afhandeling van bewonersmeldingen uitgevoerd.

Sober en doelmatig is omgegaan met het plaatsen van nieuw verkeers- en wegmeubilair, en het

vervangen van bestaand meubilair.

Daarnaast zijn er diverse grote projecten voorbereid en uitgevoerd, zoals de uitvoering van de

beterbenutten-maatregelen aan de Oostranddreef/Larserdreef/A6, de aanleg van het fietspad

Larserringweg, de uitvoering van het fietsplan Stadshart en de besluitvorming over de exploitaties

parkeren en openbaar vervoer.

De experimentele deelname aan de Vervoerregio Amsterdam voor de jaren 2015 en 2016 is

voorbereid. Op basis van de ervaringen zal in 2016 besloten worden over definitieve deelname vanaf

2017.

Gestart is met het actualiseren van het beleid op het gebied van fietspaden en bewegwijzering.

Wat wilden we bereiken?

Optimaliseren stedelijk verkeer

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Grotere verkeersveiligheid:

Stijging gemiddeld rapportcijfer verkeersveiligheid onder inwoners van 6,5 in 2009 naar 7,0 in 2014. Daling van het aantal ongevallen met letsel of dodelijke afloop (van gemiddeld 102 tussen 2006 en 2010) tot onder 80 per jaar.

Eind 2013 gaven de inwoners gemiddeld een rapportcijfer 6,8 voor de verkeersveiligheid in de stad, gelijk aan 2011. Bron: Burgerpeiling. Over 2014 zijn er geen betrouwbare gegevens in relatie tot de gestelde norm omdat de politie niet langer alle ongevallen registreert. Daarom is in 2015 overgegaan op een gewijzigde systematiek.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Collectief Vervoer

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Exploitatie stadsdienst De exploitatie van de stadsdienst en

de monitoring van Arriva: er wordt uitvoering gegeven aan de delegatie van de provincie ten aanzien van het stadsbusvervoer in Lelystad. Hiervoor is een concessie aan Arriva verleend tot eind 2021. 90% van de huizen binnen de bebouwde kom ligt binnen 450 meter hemelsbreed van een bushalte. Tevens worden de prestaties van Arriva gemonitord met steekproeven (mystery guests) en de landelijke OV-klantenbarometer. In verband met de dalende BDU is het noodzakelijk om in 2014 heroverwegingen van het collectieve vervoer te maken. Ten behoeve van de Kadernota 2015 zullen keuzes aan de raad worden voorgelegd.

De raad heeft bij de behandeling van de programmabegroting 2015 besluiten genomen over de voorzieningen in het openbaarvervoer die in 2015 niet meer uit de BDU gedekt kunnen worden. Dit heeft geleid tot bezuiniging op het aantal dienstregelinguren. De prestaties van Arriva zijn ook in 2014 steekproefsgewijs gecontroleerd door mystery guests. Arriva presteert op de meeste onderdelen naar behoren, maar punctualiteit is wel een aandachtspunt. Op basis van een aanbesteding worden deze controles t/m 2017gecontinueerd. In de OV-klantenbarometer 2013 (gepubliceerd in 2014) heeft de concessie Lelystad een algemeen klantenoordeel gehaald van 7,2.

Page 52: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Collectief Vervoer (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Toegankelijk maken bushaltes In 2015 dient 50% van de haltes in

Lelystad toegankelijk te zijn voor gehandicapten (conform wettelijke eisen). De prioriteit ligt op vervoerknooppunten, haltes met veel reizigers en haltes nabij (voor de doelgroep) belangrijke voorzieningen.

Eind 2014 voldeed 48% van de ‘gemeentelijke’ haltes aan de eisen voor toegankelijkheid. Bij 78% van de haltes wordt tenminste deels voldaan (meestal: wel opgehoogd, geen geleidelijn). Vooral in de wijken voldoen veel haltes aan de toegankelijkheidseisen (69% geheel, en 90% gedeeltelijk). De haltes station centrum, ziekenhuis en Lelycentre zijn nog niet aangepast.

Overige OV- zaken De experimenten met de Wijkbus Lelystad-Noord en gratis openbaar vervoer 65+ lopen tot eind 2014. In het voorjaar van 2014 zullen keuzen over het al dan niet voortzetten worden betrokken bij de heroverwegingen van het collectieve vervoer. Ten behoeve van de Kadernota 2015 zullen keuzes aan de raad worden voorgelegd.

De raad heeft tijdens de behandeling van de programmabegroting 2015 besloten de wijkbus en het gratis reizen 65+ met ingang van 1 januari 2015 te laten vervallen. De oude DRIS-panelen (aftelklokken) zijn grotendeels verwijderd. De laatste volgen in 2015. Het bestek voor de aanbesteding van de mobiliteitscentrale is in 2014 voorbereid. De aanbesteding vindt plaats begin 2015.

Parkeerexploitatie

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Betaald parkeren en Gehandicaptenparkeren

Het reguleren en exploiteren van het betaald straatparkeren in/rond het stadshart (incl. vergunningen Waagdek en Agoradek) en Lelycentre. Daarnaast het reguleren en exploiteren van betaalde parkeer-gelegenheid in met een slagboom afgesloten parkeergarages en op met een slagboom afgesloten parkeer-terreinen (Ziekenhuis, P6). Realisatie van gehandicapten-parkeerplaatsen (op kenteken) en verstrekking van gehandicapten-parkeerkaarten tegen betaling van leges. In 2014 worden – in overleg met bewoners - maatregelen getroffen tegen het uitwijkgedrag in de schilgebieden rondom het Stadshart. Tevens wordt gestart met de actualisatie van het parkeerbeleidsplan.

De gemeenteraad heeft bij besluit van 14 november 2014 (141033292) de herijking van de Parkeerexploitatie vastgesteld waarbij wordt uitgegaan van een beperkte tariefverhoging, een gedeeltelijke dekking van de kosten ten laste van de algemene dienst en nieuwe parkeerproducten. Dit besluit is vervolgens uitgewerkt in een nieuwe Parkeerverordening en de Parkeerbelastingverordening. In 2014 zijn er diverse parkeeronderzoeken, bewonersavonden en enquêtes gehouden in de gebieden rond het centrum. Alleen in Het Hanzepark rond de Bremenstraat is, omdat de meerderheid van de bewoners voor de maatregel was, een vergunninggebied ingericht. In de overige gebieden was er onvoldoende draagvlak voor het invoeren van parkeerregulerende maatregelen. De actualisatie van het Parkeerbeleidsplan is in verband met prioriteit implementatie Parkeerexploitatie (PEX) doorgeschoven naar eind 2015.

Page 53: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Bereikbaarheid en Verkeer

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Dagelijks onderhoud verkeersmeubilair

Het bevorderen van een veilige verkeersafwikkeling en het voorkomen van gemotoriseerd verkeer op locaties waar dat niet gewenst/toegestaan is door goed onderhoud van de RVV-borden, straatnaamborden en het overige verkeersmeubilair (anti-auto-palen, antiparkeerblokken en dergelijke).

De RVV borden 70 km/u op de dreven zijn in 2014 vervangen door de nieuwe RVV borden met dunne witte rand. Deze zijn voor mensen met kleurenblindheid of visuele beperkingen beter te zien/begrijpen. In 2014 is het fietsknooppuntennetwerk in Lelystad opgeleverd.

Duurzaam veilig verkeer Wijken Verkeersveilige wijken door (her)ontwerp en realisatie infra-maatregelen wijkwegen en woonstraten, realisatie van veilige looproutes rond basisscholen, doelgroepenbeleid voetgangers/gehandicapten en de afhandeling van bewonerswensen (incl. parkeerdrukmeting). Verkeerseducatie, met name gericht op zwakkere verkeersdeelnemers zoals kinderen en ouderen.

Het werkplan verkeerseducatie en gedragsbeïnvloeding 2014 is samen met vrijwilligers van organisaties als VVN, TeamAlert en de schoolouders uitgevoerd. Twee dynamische snelheidsborden zijn aangeschaft om adequater in te kunnen spelen op klachten van bewoners over hard rijdend verkeer. In de Botter is bij het station een nieuwe fietsenstalling geopend i.h.k.v. korte termijn maatregelen Groene Carré.

Hoofdinfrastructuur Verkeersveilige en vlotte verkeersafwikkeling door (her)ontwerp van hoofdinfra (‘dreven’) bij grootonderhoudsprogramma’s op basis van verkeers-, snelheids- en ongevallentellingen, door verkeersmanagement (Local Traffic Control). In 2014 wordt het MIRT onderzoek Lelystad Airport afgerond om de bereikbaarheid van het vliegveld te realiseren. Er wordt gestart met de bereikbaarheidsmaatregelen in het kader van “beter benutten” bijv. de VRI Oostranddreef-Larserdreef. Tevens worden de taxistandplaatsen bij het stationsgebied geëvalueerd. Afhankelijk van besluitvorming door de raad zullen verkeersveiligheids-maatregelen in het buitengebied en het fietsplan stadshart worden gerealiseerd.

In 2014 zijn verkeerstellingen op de hoofdwegen en hoofdfietspaden uitgevoerd als onderdeel van het telplan 2014 t/m 2017. Hierdoor ontstaat o.a. meer inzicht in het gebruik van de verschillende fietspaden. Samen met de andere wegbeheerders in Flevoland worden de verkeersongevallen gemonitord. De website Local Traffic Control is gecontinueerd. De VRI’s op de Middenweg en Lindelaan zijn van filedetectielussen voorzien en de Middenweg ook van KAR. De slagboom Oostvaardersdijk is in gebruik genomen. Het MIRT-onderzoek heeft geleid tot het sluiten van een convenant tussen het rijk, de provincie Flevoland en de gemeente Lelystad over de ‘Landzijdige bereikbaarheid van vliegveld Lelystad’. In het kader van de beterbenutten-maatregelen is een VRI aan de Oostranddreef geplaatst samen met de uitvoering verbetering van de aansluiting op de A6. De evaluatie van de taxistand-plaatsen bij het station is naar 2015 doorgeschoven. Het fietspad langs de Larserringweg is aangelegd, en het fietsplan stadshart deels uitgevoerd (plaatsing bebording in 2015).

Page 54: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.3.3 Versterken duurzaamheid

Lelystad wil een duurzame en milieuvriendelijke leefomgeving in stand houden. De noodzakelijke

economische groei, dient samen te gaan met aandacht voor het milieu, natuur en sociale ontwikkeling.

Met het optimaliseren van het milieurendement gaat het om grenzen stellen aan de milieuvervuiling en

-hinder, efficiëntere inzet van energie en grondstoffen, en het hergebruik van afvalstoffen.

Duurzaamheid vergt een integrale aanpak. Dat heeft in het raadsprogramma geleidt tot de opdracht

om te komen tot een Integraal MasterpIan Duurzaamheid. In het raadsprogramma is de eveneens de

opdracht gegeven Lelystad te transformeren naar een energieneutrale stad (exclusief vervoer) in 2025.

Deze opdracht is in de programmabegroting 2015-2018 ondersteund door middelen beschikbaar te

stellen voor capaciteit en uitvoering, zodat in 2015 daadwerkelijk het Integraal Masterplan

Duurzaamheid door de raad vastgesteld kan worden.

Wat wilden we bereiken?

Beoogde Maatschappelijke effecten

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Handhaven geluidsnorm Geen geluidsniveaus boven de 58 dB

(= Lelystads maximum) op de eerstelijns bebouwing voor de bestaande bouw langs de buitenring en de radialen van Lelystad voor de periode 2010-2015. In 2015 nieuwe berekeningen uitvoeren ter herijking van deze vastgestelde waarde.

Bij de uitvoering van onderhoudsprojecten op de dreven is in het kader van het grootonderhoudsprogramma advies uitgebracht over de toepassing van een duurzaam en geluidreducerend asfalt (Desa). Daarbij wordt voldaan aan het gemeentelijk geluid beleid. Tevens zijn er in 2014 voorbereidingen getroffen (inventarisaties) voor berekening van de herijking van de vastgestelde waarde van 58 dB.

Behouden luchtkwaliteit Handhaven van de luchtkwaliteit op niveau van 2007.

De luchtkwaliteit is in 2014 op gelijk niveau gebleven met 2013, en daarmee nog steeds enigszins verbeterd ten opzichte van 2007.

Duurzamer en veerkrachtiger watersysteem

In 2014 voldoet het stedelijk watersysteem aan de doelstellingen van het KSP/Waterplan (kwaliteit, beleving en ecologie).

Alle afgesproken kernmaatregelen m.b.t. het gemeentelijk waterplan 2004 zijn uitgevoerd en afgerond.

Page 55: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Beoogde Maatschappelijke effecten (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Schone bodem, meer hergebruik en minder afval

In 2015 voldoet Lelystad aan het landelijke percentage 56% voor scheiding en in 2020 naar 60 % hergebruik van huishoudelijk afval Handhaven van de gemiddelde bodemkwaliteit op gebiedsniveau (= hele provincie).

Met de recent getroffen maatregelen om het brengen van Grof Huishoudelijk Afval (GHA) naar het Afvalbrengstation (ABS) aan de Zeeasterweg te stimuleren, is de verwachting dat het in het Afvalbeleidsplan opgenomen percentage van 56 wordt gehaald. Op grond van inmiddels gewijzigde landelijke normering zou dat percentage per 1 januari 2015 overigens 65 dienen te zijn. Bovendien heeft staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu aangegeven de doelstelling voor gescheiden inzameling/recycling van huishoudelijk afval te willen verhogen naar 75% in 2020. Omdat het behalen van hogere scheidingspercentages voor een belangrijk deel samenhangt met gedragsbeïnvloeding, is de aanpak van deze problematiek uitermate complex, zeer arbeidsintensief en vergt lange doorlooptijden. In samenwerking met HVC wordt gewerkt aan een aanpak die op een later moment in uitgewerkte vorm zal worden voorgelegd. Met verankering van het beleid in onze eigen werkzaamheden en toezicht op de naleving in het veld blijft de gemiddelde bodemkwaliteit gehandhaafd.

Duurzamer bouwen en minder energie gebruiken

In 2020 wordt 80% van de in Lelystad gebruikte energie duurzaam opgewekt, met uitzondering van het energiegebruik voor verkeer en vervoer

Het percentage duurzame energie is in 2014 nauwelijks gestegen. Dat komt omdat er weliswaar een toename is van het aantal zonnepanelen, maar die dragen niet in grote mate bij aan het halen van de doelstelling. Daarvoor is het uitvoeren van het project Opschalen en Saneren windenergie in Zuidelijk en Oostelijk Flevoland van groot belang. In 2014 is de samenwerking tussen de stakeholders verder uitgebouwd. Naast de lokale overheden is nu ook het ministerie van EZ en I&M aangehaakt. In 2015 zal het Regioplan (structuurvisie wind) worden aangeboden aan de raden en staten, waarmee de daadwerkelijke projectontwikkeling gestart kan worden.

Page 56: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Milieubeleid

Vertalen van Europese, Landelijke en Regionale wet- en regelgeving naar lokaal beleid incl. advisering bij gemeentelijke plannen en initiatieven van derden. Beleidsvorming voor archeologie, geluid, bodem en onder-grond, luchtkwaliteit, externe veilig-heid, duurzaamheid, klimaat. Incl. opstellen van meerjarenprogramma’s. In 2014 wordt de Kadernota duurzaamheidsbeleid ter besluitvorming voorgelegd aan de raad. Het duurzaamheidsbeleid geeft een integraal kader voor duurzame ontwikkeling van de stad, gericht op een balans tussen people, planet en profit. In MRA verband wordt in 2014 uitvoering gegeven aan het project zonnepanelen op gemeentedaken en doorlopend gezocht naar mogelijkheden om energietransitie te versterken. Hierbij wordt synergie gezocht met de activiteiten binnen de G32 fysieke pijler. Eind 2014 loopt de subsidieregeling voor de NSL maatregelen af. Bekeken wordt welke maatregelen nog binnen deze regeling uitgevoerd kunnen worden. De wijziging op de landelijke geluidswetgeving (SWUNG II) wordt geïmplementeerd aan de hand van nieuwe akoestische modellen. Er wordt een beleidsregel externe veiligheid opgesteld. Op basis van doorrekening zal in 2014 de geldigheidsduur van de bodemkwaliteitskaart worden verlengd.

Bodem en ondergrond: Voorbereiding keuzes bodemenergie, vervolg in 2015. De kadernota duurzaamheid heeft vertraging opgelopen. In het raadsprogramma heeft de raad gevraagd om het Integraal Masterplan Duurzaamheid, waarbij de concrete opdracht is gegeven om Lelystad in 2025 energieneutraal te laten zijn (excl. verkeer). Daartoe is bij de vaststelling van de programmabegroting middelen beschikbaar gesteld voor aanvullende capaciteit die het mogelijk maken de kadernota, het integraal masterplan en het uitvoeringsprogramma in 2015 vast te kunnen stellen. Binnen het NSL programma is de uitrol van het netwerk van oplaadpalen voor elektrische auto’s verder vorm gegeven. Het programma is met een jaar verlengd zodat daar ook in 2015 een vervolg aan gegeven kan worden. De inwerkingtreding van SWUNG II is opgeschort en zal naar verwachting gelijktijdig met de Omgevingswet in 2018 plaatsvinden. Het conceptbeleidsplan is op basis van nieuwe inzichten geheel herzien. De ruimte die gemeenten uiteindelijk hebben, binnen de wetgeving van Externe Veiligheid, is beperkt maar kan nog wel benut worden. Dit resulteert in een ambitie/visie-document en een handleiding voor interngebruik. De beleidsnota dient nog te worden vastgesteld. Provincie Flevoland is zelf ook bezig met een visiedocument. Met de verantwoordelijke portefeuillehouder is afgesproken daarop te wachten en dan te bezien of het gemeentelijk ambitie/visiedocument nog meerwaarde heeft. De geldigheid van de bodemkwaliteitskaart is vijf jaar na vaststelling. Uiterlijk in juni 2017 moet de geldigheidsduur worden verlengd. Voorgenomen aanpassing van de kaart: 2016

Page 57: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Inzameling en verwerking Het gescheiden inzamelen en

verwerken van huishoudelijk afval op basis van wettelijke regelgeving en het door de raad vastgestelde Gemeentelijk Afvalbeleidsplan. Op de afvalstoffen heffing is het gemeentelijk kwijtscheldingenbeleid van toepassing. In 2014 richten we ons op het verbeteren van de GFT inzamelresultaten. Tevens gaan we de kunststof inzameling verbeteren door servicebehoud en verhoging van de capaciteit. Ook richten we ons op invoering van ondergrondse restafvalcontainers bij hoogbouw. Bovendien zullen we de bedrijfsvoering van HVC kritisch volgen, met name waar het gaat om de ballotageovereenkomst.

Er is na een gezamenlijke aanbesteding van Flevolandse gemeenten - met Orgaworld een overeenkomst aangegaan voor de verwerking van GFT- en grof tuinafval. Er is extra inzamelcapaciteit toegevoegd voor kunststof inzameling zodat de service is verhoogd. Ook is er gestart met invoering van ondergrondse restcontainers. In 2014 is er een actieplan opgesteld om HVC kritisch te blijven volgen mbt de bedrijfsvoering

Toezicht en handhaving Afvalstoffen

Het houden van toezicht en eventueel optreden tegen ongeoorloofd gebruik van de openbare ruimte in strijd met wettelijke bepalingen (APV, afvalstoffenverordening, wet Milieubeheer en dergelijke) op basis van het jaarlijks geactualiseerde HandhavingsUitvoeringsProgramma (HUP).

De toezicht- en handhavingstaken zijn uitgevoerd conform het HUP 2014.

Watergangen Het beheren en onderhouden van niet aan het waterschap overgedragen watergangen. Het verwijderen van zwerf- en drijfvuil (beeldkwaliteit) wat geen onderdeel uitmaakt van de primaire taak van het waterschap. Op basis van een vijfjarig voortschrijdend meerjarenprogramma met een concreet werkplan per jaar wordt het groot onderhoud uitgevoerd. In 2014 ligt het accent op de afronding van de kernmaatregel baggeren.

Het beheer van de watergangen is in 2011 overgedragen aan het waterschap. Bermsloten en greppels zijn en blijven in beheer bij de gemeente. Het baggeren is afgerond in 2014. Gelijktijdig met de overdracht is het verwijderen van zwerf- en drijfvuil uit de watergangen opgedragen aan het waterschap. De uitvoering daarvan was niet naar verwachting en het kostenniveau te hoog. Daarom wordt dit werk vanaf 2015 weer direct door de gemeente uitbesteed aan een aannemer.

Page 58: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Riolering Het beheren en onderhouden van de

rioleringen, ontwateringssystemen (incl. drainage en kolken) en technische installaties ten behoeve van de inzameling en transport van vuil water en overtollig regenwater. De uitvoering vindt plaats op basis van wettelijke regelgeving en het door de raad vastgestelde verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP). Op basis van een vijfjarig voortschrijdend meerjarenprogramma met een concreet werkplan per jaar wordt het groot onderhoud uitgevoerd. Op de rioolheffing is het gemeentelijk kwijtscheldingenbeleid van toepassing. In de periode 2014-2018 ligt het accent op het in beeld brengen van de kwaliteit door middel van inspecties. In 2014 zal gebied 2 (Noordwest) geïnspecteerd worden. Deze inspecties zijn leidend voor de prioritering van het grootonderhoud. Bovendien zal in 2014 een aanvang worden gemaakt met het nieuwe vGRP.

In 2014 is in samenwerking met andere Flevolandse gemeentes en waterschap Zuiderzeeland, gewerkt aan het opstellen van een nieuw GRP voor de periode 2016 t/m 2021. Tot en met 2014 zijn rioolinspecties uitgevoerd in 40% van het stelsel. Het noordelijke deel van de stad is hierdoor nagenoeg volledig in beeld. Een deel van de riolering komt in aanmerking voor een hoge frequentie van reiniging om verstopping van de afvoer te voorkomen. Dat deel is ook in 2014 gereinigd. In het kader van groot onderhoud is een asbestcementleiding vervangen, die bij werkzaamheden aan een rioolgemaal was beschadigd. De overige werkzaamheden in het kader van groot onderhoud riolering zijn meegenomen in de voorbereiding en uitvoering van de GO projecten in de wijken (WSP).

Toezicht en handhaving Het uitvoeren van bouw- en woningtoezicht incl. het toezicht op kamerverhuur/opsporing illegale huisvesting. Tevens het uitvoeren van evenemententoezicht en uitvoering drank- en horecatoezicht. Handhaving door Juridische controling, check aan vergunningen, juridisch vervolg op overtredingen van vergunningen en regels (Handhaving van WABO, Drank en Horecawet, Wet kinderopvang, Kamerverhuur, APV, Welstandadvisering, bestemmingsplannen (Wro), Winkeltijdenwet). Zowel toezicht als handhaving worden uitgevoerd op basis van het jaarlijks geactualiseerde HandhavingsUitvoeringsProgramma (HUP).

Geconstateerd kan worden dat niet het aantal maar wel de omvang van de uitgevoerde bouwprojecten toeneemt. Bij de opsporing illegale huisvesting bleek dat er op meerdere niet-woonadressen wel gewoond wordt. Dit kan risico’s inhouden voor de brandveiligheid en de gezondheid van de bewoners. Deze situatie is daarom met spoed aangepakt. Er is gestart met het maken van regionale afspraken om de hennepproblematiek meer uniform aan te pakken (Convenant). De juridische handhaving is verder aangescherpt. De overige toezicht- en handhavingstaken zijn uitgevoerd conform het HUP. Daarover zijn geen bijzonderheden te melden.

Page 59: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.3.4 Resultaat Programma 3

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P3 Leefbare stadPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P31 Wijkontw ikkeling en -beheer -24.931 -713 -25.643 -25.024 619

P32 Optimaliseren stedelijk verkeer -10.420 -5 -10.425 -9.369 1.056

P33 Versterken duurzaamheid -13.340 -720 -14.060 -13.829 230

Totaal Lasten -48.691 -1.438 -50.128 -48.222 1.906

Baten

P31 Wijkontw ikkeling en -beheer 1.278 307 1.585 1.237 -348

P32 Optimaliseren stedelijk verkeer 8.264 318 8.582 7.595 -986

P33 Versterken duurzaamheid 10.723 -64 10.659 10.789 130

Totaal Baten 20.265 561 20.825 19.621 -1.204

Totaal Saldo van baten en lasten -28.426 -877 -29.303 -28.601 702

Mutatie reserves

Lasten

P31 Wijkontw ikkeling en -beheer -84 0 -84 -50 34

P32 Optimaliseren stedelijk verkeer -115 0 -115 0 115

Totaal Lasten -199 0 -199 -50 149

Baten

P31 Wijkontw ikkeling en -beheer 216 836 1.053 1.046 -7

P32 Optimaliseren stedelijk verkeer 1.249 -179 1.070 381 -689

P33 Versterken duurzaamheid 0 0 0 0 0

Totaal Baten 1.465 658 2.123 1.427 -696

Totaal Mutatie reserves 1.266 658 1.924 1.377 -547

Gerealiseerd resultaat -27.160 -219 -27.379 -27.224 155

Page 60: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.4 Sterke stad

Vigerende beleidsnota's

- Lichte Actualisatie Structuurplan Lelystad 2015

- Meerjarenbouwprogramma 2011-2015

- Strategisch Marketing Plan 2008-2020

- Actualisatie Cultuurnota 2013-2016

- Kadernotitie Sport 2009-2012 ‘Startschot’

- Uitvoeringsnota sport 2009- 2012 ‘tussen start en finish’

- Naar een sterke economie in Lelystad ( vastgesteld 2003)

- Nota Kantorenmarkt 2011-2014

- Strategisch acquisitiebeleid Lelystad ( vastgesteld 2011, herzien in 2014)

- Winkelstructuur Lelystad 2020 ( vastgesteld 2011)

- Kaderstelling Kampeernota Lelystad 2008

- Nota Recreatie en Toerisme ( vastgesteld 2005)

- Lelystad, een vitale woonstad, een publieksnotitie ( vastgesteld 2009)

- Programma Wonen, Welzijn en Zorg 2005-2015

- Woningmarktmonitor 2010

- Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO)

- Verordening Starterslening ( vastgesteld, juni 2013)

- Procesbeschrijving Vergunningsverlening Leegstandwet ( college, vastgesteld juni 2009)

- Thermometer sociale woningmarkt

- Beleidsregel en convenant kamerverhuur

- Verordening particuliere woningverbetering Lelystad Zuiderzeewijk en Atolwijk 2010

- Convenant Stichting Harmonisch Wonen 2011-2014

- Lokaal akkoord 2010-2013, Gemeente Lelystad-Centrada

- Masterplan Versnelde groei ( vastgesteld 1996)

- Kadernota Grondbeleid ( vastgesteld 2012)

In de Economische Verkenningen Metropoolregio Amsterdam (MRA) 2015 staat te lezen dat ‘de

vooruitzichten voor de economie van de MRA voorzichtig positief zijn’. In 2014 was de groei 1,6

procent; voor 2015 wordt een groei van 3 procent verwacht. De afgelopen jaren behoorde de deelregio

Almere/Lelystad tot de snelst groeiende deelregio’s, waarbij de ontwikkeling in Lelystad gunstiger is

dan in Almere. In de periode 2009 - 2013 kende Lelystad een hogere gemiddelde jaarlijkse groei dan

Almere. In vergelijking met andere gemeenten is de werkgelegenheid in Lelystad in grote lijnen in tact

gebleven. De werkloosheid is echter vanaf 2009 fors toegenomen (nu ruim 12 procent). Voor een

belangrijk deel valt de hoge werkloosheid te verklaren uit de stagnatie in de bevolkingsgroei en

daarmee van de woningbouw. De verwachting is dat groei van de bevolking ook de economie zal

aanjagen. Daarvoor is gestaag doorgewerkt aan de ontwikkeling van Lelystad Airport en de

binnenhaven Flevokust. Naar verwachting wordt rond 1 april 2015 het luchthavenbesluit genomen. Met

het rijk en de provincie zijn afspraken gemaakt over de landzijdige bereikbaarheid van de luchthaven.

Ook over de realisatie van de multimodale overslagterminal Flevokust zijn afspraken gemaakt. De

provincie realiseert de buitendijks gelegen overslagterminal. De afspraak met de provincie is dat de

gemeente in beginsel het bijbehorende, binnendijks gelegen, bedrijventerrein realiseert. In de eerste

Page 61: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

helft van 2015 neemt de raad een definitief besluit over binnendijks. Daarnaast is ingezet op een goede

aansluiting tussen het onderwijs (vooral technisch onderwijs gekoppeld aan ons logistiek-industrieel

profiel) en de arbeidsmarkt.

De aantrekkelijkheid van de stad heeft niet ingeboet. Zo zien wij dat er de afgelopen twee jaar weer

sprake is van een vestigingsoverschot. Voor het woonbeleid hebben we ingezet op het bouwen van

woningen in het midden- en hogere segment, beperking van de sociale kernvoorraad tot 28% van de

totale kernvoorraad en het meer organisch en duurzaam herontwikkelen en transformeren in de jaren

‘70 - en ‘80-er wijken. Samen met de inwoners wordt gewerkt aan een nieuwe aanpak voor de stedelijke

vernieuwing. Ondanks de bezuinigingen zijn de culturele en recreatieve voorzieningen in stand

gebleven en krijgt het regionale toerisme aan de kust nadrukkelijk aandacht.

City Marketing Lelystad (CML) lanceerde in 2014 een nieuwe website en is verhuisd naar het Stadshart.

Hiermee is de organisatie zichtbaar, bereikbaar en gemakkelijk aanspreekbaar geworden. Door ons

meer naar buiten te richten wordt de samenwerking met Metropool Regio Amsterdam versterkt. En

worden samen met City Marketing Almere en Toerisme Flevoland middelen en acties ingezet om

Lelystad aantrekkelijker te maken voor buitenlandse bezoekers. Op nationaal en internationaal niveau

is Lelystad goed zichtbaar geweest. Met name online is Lelystad vaak in de huiskamers binnen

gekomen.

2.4.1 Werken aan de basis

Sinds 2011 daalt werkgelegenheid. De huidige cijfers wijzen er echter op dat de daling van het aantal

banen min of meer stabiliseert en de huidige productiestructuur redelijk in tact is gebleven.

In 2014 hebben wij onze inspanningen vooral gericht op het optimaliseren en het realiseren van

aantrekkelijk van ondernemersklimaat door een inmiddels goed draaiend ondernemersplein

(stimuleren ondernemerschap, dienstverlening aan ondernemers en samenwerking Zelfstandigen

Loket Flevoland (ZLF) en de uitrol van glasvezel in de woonwijken. De herziening van het

acquisitiebeleid en de MKB-regeling hebben geleid tot het aantrekken van nieuwe bedrijven. Veel werk

is verzet om de realisatie van de twee gebiedsontwikkelingen Flevokust en Lelystad Airport mogelijk te

maken. Ook kreeg de ontwikkeling van het toerisme veel aandacht, met nadruk op de regionale

samenwerking binnen de MRA en het project ABHZ, het aantrekken van de riviercruiseschepen, de

regionale hotelstrategie en het project Fietsknooppunten. Bovendien is ingezet op het versterken van

onze positie en de regionale samenwerking binnen de MRA en met Almere en de provincie.

Wat wilden we bereiken?

Optimaliseren Ondernemersklimaat

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Groei van werkgelegenheid Stijging van het aantal voltijds

arbeidsplaatsen in Lelystad van 30.100 in 2010 naar 32.000 in 2014 (29.631 in 2012). Bron: Provincie Flevoland

Het aantal banen is sinds 2011 licht gaan dalen; 29.631 voltijdbanen in 2012, 29.287 voltijdbanen in 2013 en in november 2014 werd 28.910 voltijdbanen geteld. De doelstelling voor 2014 wordt niet gehaald.

Page 62: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we ervoor gedaan?

Optimaliseren Ondernemersklimaat

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Accountmanagement

1-loketfunctie richting het bedrijfsleven: Accountmanagement voor horeca, recreatie en toerisme. Het begeleiden van ondernemersvragen en verzoeken om vergunningen en dergelijke. Daarnaast wordt deelgenomen aan het Keurmerk Veilig Ondernemen en wordt deelgenomen aan diverse in- en externe projectgroepen. De randvoorwaarden van het ondernemersklimaat in Lelystad worden geoptimaliseerd, door de contacten met allerlei relevante ketenpartners zoals Bedrijfskring, KvK, VNO-NCW, Provincie enzovoorts. Daarnaast is de gemeente betrokken in de platformbijeenkomsten industrieterreinen. Verder worden tussen vakafdelingen prestatieafspraken gemaakt over hoe de gemeente de ondernemers op een zo goed mogelijke wijze kan faciliteren. Een belangrijk deel van de werkgelegenheid wordt gecreëerd door de bestaande bedrijven in de stad, wat maakt dat de gemeente alert moet zijn op potentiële uitbreidingsmogelijkheden van bestaande bedrijven.

n 2014 heeft er een transitie plaatsgevonden in het traditionele accountmanagement. Het accountmanagement is ondergebracht in het ondernemersplein, waarbinnen de dienstverlening naar de bestaande bedrijfsleven vorm krijgt. In 2014 is het ondernemersplein verder ingericht en is met de samenwerking met belangrijke ketenpartners gestart, met name de samenwerking met ZLF heeft in 2014 de focus gehad. Een aantal activiteiten van het ondernemersplein zijn o.a. de startersdag. Er wordt op een laagdrempelige manier contact gezocht met de ondernemers van Lelystad. De focus verschuift naar dienstverlening, concreet samenwerken met ondernemend Lelystad en de bundeling van gemeenteproducten.

Acquisitie

Door te participeren in relevante samenwerkingsverbanden, zoals bijvoorbeeld de Metropoolregio, Amsterdam Airport Area en het overleg life-sciences krijgt de gemeente een entree tot potentiële vestigers. Het actief acquireren om nieuwe bedrijven in Lelystad te laten vestigen en het deelnemen en organiseren van netwerken en beurzen (zoals Provada, MRO-beurs, ExpoReal). Overige activiteiten zijn het kavelverkoop van industrieterreinen, input leveren aan economisch beleid, het deelnemen aan diverse in- en externe projectgroepen. Organiseren ondernemers-Event (uitnodigen van “hot-leads” voor Lelystad). Plaatsen advertenties en uitvoeren van marketing, seminars en congressen en overige onvoorziene activiteiten. Deelnemen aan diverse strategische projectgroepen waarbinnen grootschalige economische -en vastgoedontwikkelingen plaatsvinden. Ten slotte wordt opgetreden als actief partner van de Metropool Regio Amsterdam (MRA).

Actief heeft Lelystad geparticipeerd in de diverse regionale netwerken (MRA., AAA) en deelgenomen aan beurzen zoals Provada. Het Strategisch Acquisitiebeleid is herzien. De acquisitie heeft geresulteerd in: - hervestiging van Axflow, behoud werkgelegenheid en aantrekken van hun logistieke, installatie tak en hoofdkantoor naar Lelystad. Extra werkgelegenheid +/- 25 fte - nieuw bedrijf 4Stroke diesel Parts, 3 fte - De Marne, bedrijfsverzamelgebouw met meerdere kleinere bedrijfjes, werkgelegenheid effect onbekend ligt tussen de 10-15 fte schatten zij zelf in. Er is 8.400 m2 aan bedrijfskavel verkocht.

Page 63: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Optimaliseren Ondernemersklimaat (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Bijdrage AAA

Bijdrage aan Amsterdam Airport Area (AAA) ten behoeve van versterking van de deelname van Lelystad in de Metropool Regio Amsterdam (MRA).

Lelystad heeft ook in 2014 deelgenomen aan het Amsterdam Airport Area netwerk.

Front office wonen-bedrijven

1. Het fysieke bedrijven- woon loket, waarin alle eerste lijnsvragen afgehandeld worden.

2. Het verkopen van particuliere woonkavels.

In 2014 zijn 100 informatie aanvragen voor kavels geweest. Dit heeft geresulteerd in 40 gesprekken. En daar zijn 12 opties uitgekomen in Warande. Eind december waren nog 5 kavels onder optie. Daarvan zijn twee opties daadwerkelijk tot verkoop overgegaan in 2014.

Advies grondzaken

1. De onderhandelingen met projectontwikkelaars;

2. De verkoop van maatschappelijk onroerend goed;

3. De verkoop van Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO)

4. Algemene adviesfunctie richting directeur grondbedrijf. Gewerkt wordt met basis standaard grondaanbiedingsovereen-komsten zodat voor ondernemers direct duidelijk is wat zij kunnen verwachten in relatie tot de potentiële bedrijfsvestiging. Hierdoor wordt bereikt dat doorlooptijden kort zijn en procedures naar elkaar toe helder. Daarnaast zijn maatwerk oplossingen altijd mogelijk in specifieke situaties.

1. Actief met projectontwikkelaars, bouwers en andere initiatiefnemers gesproken. Voornamelijk op de hoogte blijven van elkaars ontwikkelen. Tot eind november, begin december. Toen zijn hier concreet reserveringsovereen-komsten uit voortgekomen.

2. Er is geen grond voor maat-schappelijk vastgoed verkocht.

3. Er is een gesprek gevoerd m.b.t. CPO. Dit heeft niet geleid tot een verkoop.

4. Het advies naar de directeur Grondzaken gebeurt doorlopend. D.m.v. van marktsignaleringen vanuit de gesprekken met markt-partijen, media en initiatiefnemers.

MKB subsidieregeling MKB Regeling Lelystad 2008 – 2013 is eind 2013 gestopt. Vanaf eind 2013 kunnen geen nieuwe aanvragen worden ingediend. De planning is dat eind 2013 met behulp van de MKB regeling 150 nieuwe banen worden gecreëerd; verwachte prestatie is 200 fte’s tot uiterlijk 31 maart 2015.

Vanaf eind 2013 kunnen geen nieuwe aanvragen worden ingediend. De lopende projecten hebben tot uiterlijk 31 maart 2015 de tijd om tot uitvoering te komen en de verwachte prestaties te leveren. De verwachting is dat de MKB regeling circa 130 nieuwe structurele arbeidsplaatsen zal opleveren.

Algemeen economisch beleid

Naast het nastreven van de gewenste productiestructuur (industrieel-logistiek profiel), is het gestaag doorwerken aan het versterken van het productiemilieu van groot belang. Verbeteren vestigingsklimaat verdient permanente aandacht: o.a. glasvezel, minder regels, e.d. Wij werken in dit kader ook aan het invoeren van ‘special economic zones’. Speerpunten zijn twee gebiedsontwikkelingen: binnenvaarthaven Flevokust (productiestructuur) en Lelystad Airport e.o. (verbetering productiemilieu en –connectiviteit alsmede extra banen e.d.).

Ook in 2014 is gestaag doorgewerkt aan het vestigingsklimaat en de twee gebiedsontwikkelingen (Flevokust en Lelystad Airport). Het vestigingsklimaat is met een inmiddels goed draaiend Ondernemersplein verbeterd (zie onder resultaat account-management). Ook zijn meer wijken in Lelystad voorzien van glasvezel (Horst, Stadshart eo, Atol, Zuiderzee). Van groot belang want uiteindelijk zijn alle inwoners economische entiteiten. Daarnaast krijgt een nog niet voorzien deel van Bedrijventerrein Noordersluis een glasvezelaansluiting.

Page 64: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Optimaliseren Ondernemersklimaat (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Versterken toeristisch- recreatieve sector

Horeca, toerisme en recreatie. Toeristenbelasting en de gemeentelijke visie vestigingsbeleid (GVV). Deelname aan Toeristisch platform, MRA Toerisme, MRA, T+R Provincie, LAG en Pmjp, horecabeleid, Camperplaatsenbeleid, Toeristische bewegwijzering

Prioriteit is in 2014 geweest regionale samenwerking. De eerste is de samenwerking MRA Toerisme. Er is gewerkt aan een strategische agenda voor de MRA. De tweede is de samenwerking met Amsterdam Cruise Port om meer riviercruiseschepen aan te trekken (met name marketing). Hieraan gekoppeld is met Urk samengewerkt aan een project om onze havens beter aan te laten sluiten op de verwachte groei in de riviercruise-markt. Er is een subsidieaanvraag bij de provincie Flevoland ingediend. De derde is het project Fietsknooppunten (zowel investeringen in bebording als marketing) waarin samengewerkt wordt met Dronten en Zeewolde. De vierde is de regionale hotelstrategie MRA. Lelystad heeft een aantal ontwikkellocaties vastgelegd. In 2015 wordt de samenwerking verder versterkt in een regionale Hotelloods. Er is ook gewerkt aan een Lokale ontwikkelstrategie Flevoland in het kader van LEADER (Europese Subsidie plattelandsontwikkeling). In 2015 moet Lelystad besluiten om al dan niet hieraan mee te doen. Het beleid mbt bewegwijzering is in voorbereiding. Toeristische bewegwijzering maakt hier onderdeel van uit. In het eerste kwartaal 2015 zal het college een besluit nemen. In 2014 zijn geen inspanningen verricht op het gebied van camperplaatsenbeleid. Dit onderwerp wordt in de strategische agenda Toerisme Lelystad meegenomen. CML heeft voor 2015 de focus gelegd op Toerisme. Het vermarkten van het Fietsknooppuntennetwerk en de samenwerking met Amsterdam Cruise Port vallen daar onder.

Bijdrage MRA Toerisme Voor een periode van maximaal 4 jaar is er jaarlijks €7.500 beschikbaar als bijdrage aan MRA Toerisme ten behoeve van voortzetting van het project 'Amsterdam Bezoeken, Holland Zien'

Lelystad is in 2014 een van de cofinanciers geweest van het project ‘Amsterdam Bezoeken, Holland Zien’ (ABHZ). Het project loopt nog enkele jaren door. Aangezien het met name een marketingproject is, is CML in de lead. Zij hebben voor 2015 gekozen om meer te focussen op toerisme en daar valt ABHZ ook onder.

Page 65: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Positionering en regionale samenwerking

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 MRA - PRES Lelystad maakt steeds meer onderdeel

uit van het stedelijk systeem van de Metropoolregio Amsterdam. Om de positie van Lelystad binnen dit systeem te optimaliseren en invloed uit te kunnen oefenen, is Lelystad betrokken bij deze netwerken van regionale (ruimtelijk-economische) samenwerking.

Ook in 2014 is geparticipeerd in de MRA. In het tweede deel van het jaar is tevens gestart met het opzetten van een bondgenootschap met de gemeente Almere en de provincie Flevoland om gedrieën een pact te vormen om zo de gezamenlijke belangen van de Oostflank van de MRA zo goed mogelijk over het voetlicht te brengen. Met de uitbreiding van het aantal onderwerpen dat op het regionale schaalniveau wordt opgepakt is een coördinerend wethouder MRA een goed antwoord.

Page 66: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.4.2 Kwaliteit aanbod versterken

Voor de ontwikkeling van de stad hebben wij in 2014 een sterker beroep gedaan worden op

marktpartijen, op het maatschappelijk middenveld en op de bewoners zelf. En niet zonder resultaat!

Sinds 2012 is er weer sprake van een positief vestigingsoverschot.

De belangrijkste inspanningen in 2014 waren:

Het faciliteren van stedelijke ontwikkelingsprojecten door het grondbedrijf

In 2014 is een Raam-MPG opgesteld. In dit nieuwe instrument zullen tweejaarlijks scenarioafwegingen

en bijbehorende strategieën worden opgemaakt op basis waarvan de ruimtelijke ontwikkelingen binnen

Lelystad worden gefaciliteerd.

Aantrekkelijkheid van het stadshart behouden.

Ondanks een nieuw masterplan blijft het stadshart veel last houden van internet en de langlopende

crisis. In het afgelopen jaar is met medewerking van veel partijen informatie verzameld en ontvangen

over het Stadshart. Leidraad is het streven naar de nieuwe identiteit van Stadshart Lelystad die zich

kenmerkt in “Lokaal, Groen en Compact”.

In 2014 heeft de zaterdagmarkt een nieuwe opstelling gekregen om deze aantrekkelijker te maken voor

winkelend publiek.

Het ondersteunen en bevorderen van de culturele voorzieningen.

Ondanks de bezuinigingen is het aanbod aan culturele activiteiten van de instellingen ten behoeve van

de inwoners en bezoekers van Lelystad zoveel mogelijk in stand te houden. Door de gemeente is in

2014 aan 45 organisaties een projectsubsidie verleend voor in totaal 62 culturele activiteiten.

Het onderhoud van open zwemwater, stranden, bossen.

Het ontwikkelen van stedelijke vernieuwing op uitnodiging.

Voor de stedelijke vernieuwing samen met de inwoners een nieuwe aanpak in ontwikkeling.

Page 67: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat wilden we bereiken?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Vasthouden van de huidige bewoners en aantrekken van huishoudens van buiten de gemeente

Positief vestigingsoverschot (in 2010/2011 een negatief saldo van ca. -350 personen, in 2012 een positief saldo van 120 personen). Bron: GBA

In 2012 was er (voor het eerst sinds 2009) weer sprake van een positief vestigingsoverschot. Deze lijn heeft zich in 2013 voortgezet. De gegevens voor 2014 zijn pas in het voorjaar beschikbaar.

Goed functioneren van het stadshart voor de eigen bewoners

Stijging van gemiddeld rapportcijfer dat bezoekers van het stadscentrum geven: van 6,1 in 2009 naar 6,4 in 2014 (6,6 in 2012) Bron: Goudappel Coffeng Stijging van het aandeel inwoners dat van mening is dat het stadshart gezellig is; van 21% in 2010 naar 35% in 2014 (19% in 2012). Bron: burgerpeiling FAB-OS

Sinds 2012 zijn er geen peilingen meer geweest; toen bleek dat het streefcijfer reeds was gerealiseerd. Sinds 2012 zijn er geen peilingen meer geweest; toen bleek dat het streefcijfer rondom 20% was blijven steken.

Groei van de werkgelegenheid in de toeristisch-recreatieve sector

Stijging van het aantal werkzame personen in de horecarecreatieve sector (met 3% per jaar ten opzichte van 1950 in 2010) naar 2200 in 2014 (2011 – 1971; 2012 – 2002; 2013 - 1936). Bron: Provincie Flevoland.

In 2014 is het aantal werkzame personen in de horecarecreatieve sector gestegen tot 2104. Ondanks de stijging is de ambitie voor 2014 (2200 werkzame personen) niet gehaald.

Waardering culturele voorzieningen handhaven op niveau 2011

Het rapportcijfer van 6,5 voor ‘vrijetijdsvoorzieningen’ in de stad in 2011 vasthouden. Bron: burgerpeiling FAB-OS

Eind 2013 gaven inwoners gemiddeld een rapportcijfer van 6,4 net onder het streefcijfer van 6.5.

Meer gebruik van het groen in en om de stad

Groei van het bezoekersaantal Natuurpark en Oostvaardersplassen (150.000 resp. 115.000 in 2010 via 150.000 resp. 117.500 in 2012 naar resp. 200.000 en 200.000 in 2014.) Bron: parkadministraties

Tot 2013 blijkt er geen groei in de bezoekersaantallen. Ramingen voor 2013 en 2014 zijn nog niet beschikbaar.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Ontwikkelen stedelijke vernieuwing op uitnodiging

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Plan van aanpak Stedelijke vernieuwing op uitnodiging

In november 2013 zal een voorstel plan van aanpak stedelijke vernieuwing aan de raad worden aangeboden ter besluitvorming over de richting voor de stedelijke vernieuwing in de toekomst ( kaders). Het plan van aanpak ‘Stedelijke Vernieuwing op uitnodiging’ zal in 2014 nader worden uitgewerkt (doelen, prioriteringen, inspanningen, financiën).

Op het gebied van stedelijke vernieuwing en woningverbetering is samen met Centrada en het ministerie van BZK gekozen voor ronde tafelconferenties stedelijke vernieuwing op uitnodiging. Met behulp van externe partijen en bewoners heeft dit geleid tot vier proposities ter verbetering van de leefbaarheid in de Atol- en Zuiderzeewijk. Twee proposities zijn inmiddels startklaar.

Page 68: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Grondbedrijf

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Faciliteren van stedelijke ontwikkelingsprojecten

Primaire focus is het invullen van reeds beschikbare en bouwrijpe woningbouwlocaties met daarbij extra aandacht voor de bestaande stad. Ook worden de mogelijkheden onderzocht voor het transformeren van gebruiksfuncties naar wonen. Op basis van de ambities en speerpunten in de structuurvisie en meerjarenprogrammering grondbedrijf zal een toetsings- en afwegingskader worden gemaakt om ruimtelijke initiatieven en projecten te beoordelen op haalbaarheid en meerwaarde voor de stad. Hierbij is de inspanning nu gericht op ontwikkelingen faciliteren en initiëren aan de kust, uitvoering van het masterplan voor het stadshart, doorontwikkelen van de luchthaven en woningbouw binnen Warande als grote projecten/clusters. Bij de ontwikkelprojecten wordt aan de kostenkant gekeken naar een besparing in (beheers)kosten openbare ruimte, en andere manieren van werken die leiden tot minder taken en risico’s voor de overheid en meer verantwoordelijkheid en betrokkenheid van de markt en bewoner Veel ontwikkelprojecten zullen zich buiten het grondbedrijf blijven aandienen in de bestaande stad.

Het luchthavenbesluit is doorgeschoven van 2014 naar 1 april 2015. Er is intensief overleg gevoerd over het realiseren van de Landzijdige Ontsluiting Lelystad Airport. Met het rijk en de provincie zijn hierover afspraken gemaakt In 2014 is een Raam-MPG opgesteld. In dit nieuwe instrument zullen tweejaarlijks scenarioafwegingen en bijbehorende strategieën worden gemaakt op basis waarvan de ruimtelijke ontwikkelingen binnen Lelystad worden gefaciliteerd. In 2014 is een Raam-MPG opgesteld. In dit nieuwe instrument zullen tweejaarlijks scenarioafwegingen en bijbehorende strategieën worden gemaakt op basis waarvan de ruimtelijke ontwikkelingen binnen Lelystad worden gefaciliteerd. In 2014 heeft dit geleid tot een beperking van de verwachte uitgave van locaties voor woningbouw en bedrijven. Wel wordt verwacht dat in de komende jaren hierin weer enig herstel zal plaatsvinden. Om de financiële effecten van deze temporisering op te kunnen vangen zijn verschillende beheersmaatregelen getroffen. De korte termijn maatregelen zijn direct ingegaan, de middellange en lange termijn maatregelen vragen om meer voorbereiding en zullen in 2015 en 2016 worden getroffen. Nieuwe initiatieven worden besproken in de stuurgroep Nieuwe Initiatieven (NI) nadat deze eerst ambtelijk zijn voorbereid. Hierbij wordt snel voorgesorteerd naar potentiële haalbaarheid. Kantoren locaties zullen in toenemende mate uit de grondexploitaties worden gehaald. Voorbereidingen zijn gericht op besluitvorming in 2015.. In de scenario analyses is bij de Raam MPG vastgesteld dat er geen markt is voor nieuwbouw locaties. Dit zal leiden tot een voorstel tot aanpassing in het gebied Hanzepark in 2015. Voor de daarmee vrijkomende ontwikkel-locaties is wel belangstelling vanuit woningontwikkelingen. Daarmee zou het gebied wel in een afrondingsfase gebracht kunnen worden.

Page 69: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Cultuur algemeen

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Algemeen In 2012 is de Actualisatienota

Cultuurbeleid vastgesteld. Met deze nota is het gemeentelijk cultuurbeleid voor de periode 2013 – 2016 vastgelegd. In 2014 worden de maatregelen die in deze zijn vastgelegd uitgevoerd.

In 2014 is aan 45 organisaties een projectsubsidie verleend voor in totaal 62 culturele activiteiten.

Ondersteunen en bevorderen van de KUBA infrastructuur

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Ondersteunen en bevorderen KUBA infrastructuur

Op grond van de gemeentelijke taakstelling voor 2013 (€195.000) voor de subsidie aan de culturele instellingen (KUBA = De Kubus, Underground, FlevoMeer bibliotheek, Agora), wordt de subsidie voor 2013 verlaagd. In 2014 volgt nog een gemeenschappelijke structurele taakstelling voor de KUBA-instellingen van €236.000. Op basis van een analyse van de status-quo, een kort maar intensief onderzoek naar de bespaar- en verdienmogelijkheden bij de culturele instellingen en een benchmark met vergelijkbare steden, is met ondersteuning van een extern adviesbureau in 2012 een gemeenschappelijk rapport opgesteld met een reeks aanbevelingen hoe de instellingen – met in achtneming van hun lokale culturele functies - de komende jaren gezamenlijk de taakstelling kunnen realiseren. De directies en besturen van de culturele instellingen hebben met het rapport ingestemd. De maatregelen worden door de culturele instellingen vanaf 2013 stapsgewijs ingevoerd en in 2014 verder worden uitgewerkt.

De generale taakstelling voor de KUBA-instellingen van €236.000 voor 2014, heeft geleid tot een gezamenlijke inzet van de betrokken culturele instellingen voor kostenreductie en aanvullende inkomstenverwerving, marketing e.d. Hierbij is getracht het aanbod aan culturele activiteiten van de instellingen ten behoeve van de inwoners en bezoekers van Lelystad zoveel mogelijk in stand te houden.

Page 70: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Open zwemwater, stranden, bossen

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Bossen en natuurbescherming Doel: Het vergroten van de

leefbaarheid door aansluiting te geven bij de aard en het karakter van de bosgebieden. Fauna buiten en binnen de stad zodanig laten functioneren, dat de leefbaarheid van de stad en de natuurwaarden bevorderd worden. Het verkrijgen van inzicht in risico’s met betrekking tot bedreigde (dier)soorten. Conform het bosbeleidsplan 1996 gaan in de bossen de functies recreatie, landschap en houtproductie samen, waarbij recreatie het primaat heeft. Een klein deel heeft een exclusieve natuurfunctie als bosreservaat. -Beleidsadvisering bossen en landschappelijke beplantingen en inliggende recreatieve voorzieningen. Het laten verrichten van veldonderzoek en laten participeren van natuurorganisaties en vrijwilligers. -Beheren en onderhouden van 435 hectare gemeentelijk bossen & landschapsterreinen. -Adviseren over flora en fauna binnen en buiten de stad. Overlast (laten) beperken en eventuele schade (laten) herstellen. Nota Faunabeleid 1992.

Het beheer van de bossen vindt plaats op basis van het Bosbeleidsplan 1996 en het Bosbeheerplan 2009-2018. In 2014 is extra aandacht besteed aan randenbeheer en de ziekte “essentaksterfte”.

Recreatieplas ‘t Bovenwater Doel: Het scheppen van voorwaarden voor het op termijn efficiënt in stand houden van strand en recreatieplas ‘t Bovenwater om de kwaliteit en recreatiemogelijkheden te handhaven en het ter plaatse verstrekken van actuele informatie over de zwemwaterkwaliteit. -Adviseren over het waarborgen en het verbeteren van de kwaliteit, veiligheid en het recreatief gebruik van het strand. Afstemming met provincie en waterschap over gebruik/kwaliteit en veiligheid. -Beheren en onderhouden van water en bijbehorende terreinen voor de recreatie.

Het reguliere maaibeleid is uitgevoerd. Het onderwatermaaien met de maaischepboot, waarmee in 2013 is gestart, is succesvol geweest. Daardoor is veel minder drijvend maaisel ontstaan dat voor overlast kan zorgen. Tijdens het maaiseizoen zijn er dan ook geen klachten binnen gekomen. Ook wordt het positieve effect zichtbaar op de groei van kranswieren zodat het overlast veroorzakende fonteinkruid minder kansen krijgt om zich te ontwikkelen. Slechts incidenteel was het nodig om een negatief zwemadvies af te geven. Ook was het slechts incidenteel nodig om blauwalg af te zuigen. Een duidelijke verbetering t.o.v. 2013.

Strand Houtribhoek Doel: Het scheppen van voorwaarden voor het op termijn efficiënt in stand houden van strand Houtribhoek om de kwaliteit en recreatiemogelijkheden te handhaven en het ter plaatse ver-strekken van actuele informatie over de zwemwaterkwaliteit. - Adviseren over het waarborgen en

het verbeteren van de kwaliteit, veiligheid en het recreatief gebruik van het strand. Afstemming met Rijkswaterstaat, provincie en waterschap over gebruik/kwaliteit en veiligheid.

- Beheren en onderhouden van water en bijbehorende terreinen voor de recreatie.

Het strand Houtribhoek is onderhouden conform het reguliere beheerplan. Slechts bij uitzondering was alleen een waarschuwing nodig voor zwemmers wegens het voorkomen van blauwalg.

Page 71: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Aantrekkelijk Stadshart

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Centrum management Centrummanagement richt zich op

alles wat te maken heeft met het economisch functioneren en de ruimtelijke kwaliteit van het stadshart. Hierbij gaat het over de thema’s veiligheid, leefbaarheid, koopkrachtbevordering en beheer en onderhoud van de openbare ruimte van het stadshart. Alle gebruikers van dit stadshart zijn hierbij betrokken maar hebben ook in meer of mindere mate een verantwoordelijkheid. Zeker nu de ontwikkelopgave voor het stadshart over een langere periode wordt uitgesmeerd en het stadshart te maken heeft met de gevolgen van stijgende internetaankopen en toenemende leegstand is het des te belangrijk centrummanagement te voeren. Een gezamenlijke visie en ambitie vormt hiervoor de basis met een duidelijk afbakening van het werkgebied, afspraken over de financiering en de rolverdeling van alle partijen. In 2012 is het BIZ (Bedrijfs Investeringszone) in werking getreden met als doel de ondernemers in het centrum gezamenlijk verantwoordelijk te maken voor de attractieve invulling en veiligheid van het centrum. Vanuit die invalshoek leveren ze hun inbreng in het centrummanagement.

In het afgelopen jaar is met medewerking van veel partijen informatie verzameld en ontvangen over het Stadshart. Dat is o.a. informatie van de ideeënwand uit de Wisselwinkel maar ook de informatie van vastgoedprofessionals die in maart 2014 in het kader van de City Masterclass ons Stadshart bezochten. De belangrijkste vraag daarbij was wat mensen naar het Stadshart (gaat) trekken en welke identiteit het Stadshart moet krijgen. Om te komen tot een vervolgplan voor het Stadshart , heeft het college vervolgens met de verschillende (lokale) belanghebbenden gesproken over de knelpunten en kansen. De BIZ is opgehouden te bestaan en er is vanuit de ondernemers een nieuwe ondernemersvereniging stadshart opgericht. Vanuit Centrummanagement is gestart met het pre KVO. - De oude Waaggarage is gesloopt en

de inrichting rondom de Waag (fietspad een aansluiting richting Jumbo) is afgerond. Voor het bestaande gedeelte is een ontwerp gemaakt voor grootschalige renovatie van de gevel. Er zijn sloopvergunningen aangevraagd voor het overdekte gedeelte.

- Het Agoradek is gerenoveerd - Het fietsenplan stadshart is

vastgesteld en de 1ste fase van het fietsenplan is uitgevoerd.

- De markt heeft een andere opstelling gekregen waardoor ook de winkels Promesse weer beter bereikbaar zijn.

- Het stadshart heeft een biologische markt gekregen.

- De aanbesteding stadhuisplein is afgerond conform uitgangspunten Best Value Procurement (BVP). Reimert / Kandhakar heeft deze aanbesteding gewonnen. Er heeft een stemming onder de bevolking plaatsgevonden waar de huiskamer als winnend ontwerp is gekozen. Het definitieve ontwerp stadhuisplein is vastgesteld.

- De oude bioscoop Utopolis is (tijdelijk) verhuurd aan twee lokale partijen te weten Wb dansstudio en stichting Utopodium.

- Voor de Parkwijk is een grondreservering voor een half jaar afgegeven om voor initiatiefnemers te komen tot ontwikkelingsplan voor dit gebied.

Page 72: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Aantrekkelijk Stadshart (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Marktexploitatie Het organiseren en beheren van

weekmarkten, jaarmarkten en standplaatsen ambulante handel. Het afgeven van vergunningen ambulante handel (op aanvraag).

In 2014 heeft de zaterdagmarkt een nieuwe opstelling gekregen om deze aantrekkelijker te maken voor winkelend publiek. Er is in 2014 gewerkt aan modernisering van de markt, door aanpassing van werkwijzen en bijstellen tarieven zal de markt in 2015 kostendekkend zijn.

Opstellen en uitvoeren lokaal woonbeleid

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Woonbeleid De overheid heeft de grondwettelijke

taak om goed wonen te bevorderen. De gemeente is en blijft ook in 2014 verantwoordelijk voor de uitvoering van de wet- en regelgeving m.b.t. de woningwet, huisvestingswet en leegstandswet. Daarnaast heeft de gemeente als taak de starterslening uit te voeren en aandacht te geven aan specifieke doelgroepen. Van belang zijn ook de werkzaamheden m.b.t. de woningbouw-programmering, en wel Meerjaren-BouwProgramma, bouwstroom-meter, advisering over projecten nieuwbouw en advisering over nieuwe initiatieven.

De nieuwe huisvestingswet gaat in per 1 juli 2015. Voorlopig wordt er geen huisvestingsverordening opgesteld. De prioriteit ligt qua werkzaamheden nu eerst bij de nieuwe woonvisie en het nieuwe Lokaal Akkoord. Het nieuwe Lokaal Akkoord zal in lijn met de nieuwe Woningwet, die eveneens naar verwachting per 1 juli 2015 zal gaan gelden, gemaakt. Begin 2015 zal de raad een besluit nemen over een nieuwe verordening starterslening plus verhoging kredietplafond.

Evaluatie/actualisatie beleid particuliere woningverbetering

In het kader van het plan van aanpak stedelijke ontwikkeling op uitnodiging zal ook de evaluatie van de uitvoering particuliere woningverbetering worden meegenomen, op basis waarvan wordt besloten of de regeling wordt gecontinueerd en geactualiseerd.

De evaluatie van de uitvoering Particuliere WoningVerbetering (PWV) is in 2014 afgerond. Op basis daarvan is door het college besloten het verstrekken van leningen voor particuliere woningverbetering te continueren, als financiële stimulans. Dit betekent dat aanvragen van leningen wel in behandeling worden genomen maar dat er geen sprake meer is van actieve procesbegeleiding.

Nieuw akkoord met Centrada Sinds het begin van de looptijd van het huidige Lokaal Akkoord is er veel veranderd. In 2013 zal een voorstel ‘herziening Lokaal Akkoord 2010-2013’ plus verlenging tot 31 december 2014 aan het college worden voorgelegd. In 2014 volgt een voorstel voor een nieuw Lokaal Akkoord 2015-2018 welke door het nieuwe college zal worden vastgesteld. Uiteraard zullen beide documenten, zoals gebruikelijk, ter informatie aan de raad worden aangeboden.

Het maken van een nieuw Lokaal Akkoord is met een jaar uitgesteld om twee redenen: de inwerking-treding van de nieuwe woningwet is vertraagd en de woonvisie zal in lijn met de nieuwe woningwet eerst moeten herijkt. Dit zal in 2015 plaatsvinden. Het nieuwe Lokaal Akkoord zal ook voor eind 2015 aan de raad worden aangeboden.

Page 73: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Opstellen en uitvoeren lokaal woonbeleid (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Samenwerking met G32 en VNG, new towns

Voor de landelijke en grootstedelijke ontwikkelingen en problemen op het gebied van wonen, ruimtelijke ordening, stedelijke vernieuwing vindt samenwerking in G32 en VNG verband plaatst t.b.v.strategie- en kennis ontwikkeling en lobbyen.

De G32 houdt in deze nieuwe raadsperiode netwerkdagen waarbij op 1 dag vergaderingen van de diverse themagroepen en de vergaderingen van de pijlers plaatsvinden. De fysieke pijler valt onder het voorzitterschap van Jop Fackeldey, evenals de themagroep woningmarkt. In het afgelopen jaar zijn actuele thema’s ; omgevingswet, beschikbaarheid en betaalbaarheid van het wonen, de herziening van de woningwet en de huisvestingswet. Er wordt op deze dossiers intensief samengewerkt met de VNG. Jop Fackeldey is vice voorzitter van de VNG commissie ruimte en wonen.

Page 74: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.4.3 Verbeteren regionale bereikbaarheid

In 2014 zijn onze inspanningen vooral gericht geweest op het verankeren wenselijke ruimtelijke

ordening in de stad en het verbeteren van de bereikbaarheid.

Het afgelopen jaar zijn een tweetal structuurvisies door de gemeenteraad vastgesteld: de Structuurvisie

Locatiebeleid Lelystad 2025 (28 januari 2014) en de “Lichte actualisatie Structuurplan Lelystad 2015”

(14 januari 2014). Zij vormen een ankerpunt bij de herziening van bestemmingsplannen en voor

individuele aanvragen. De volgende bestemmingsplannen zijn vastgesteld: Buitengebied 2009 partiële

herziening, Buitenhof en Groene velden. Daarnaast is een start gemaakt met de actualisatie van negen

bestemmingsplannen.

In 2014 is het MIRT Onderzoek landzijdige Bereikbaarheid Lelystad Airport (MOBLA) afgerond. De

resultaten van het onderzoek hebben geleid tot afspraken tussen Rijk, provincie Flevoland en

gemeente Lelystad over te nemen maatregelen. Deze zijn vastgelegd in een convenant.

Lelystad is vanaf 1 januari 2015 samen met Almere en de provincies Flevoland en Noord Holland

convenantspartner van de Stadsregio Amsterdam. De intentie is om met ingang van 1 januari 2017

een Gemeenschappelijke Regeling aan te gaan en zo samen met de andere convenantspartners een

de Vervoerregio Amsterdam te vormen. Lelystad vormt daarmee de noordelijke entree van de

Vervoerregio.

Wat wilden we bereiken?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Ontwikkeling Lelystad als regionaal vervoersknooppunt

Handhaven van het percentage Lelystedelingen dat van mening is ’Vanuit Lelystad kan ik met de auto overal makkelijk naar toe’ (84% in 2010, 86% in 2012). Stijging van het percentage Lelystedelingen dat van mening is ‘Vanuit Lelystad kan ik met het openbaar vervoer overal makkelijk naar toe’ (52% in 2010, 57% in 2012) naar 60% in 2014. Bron: Burgerpeiling FAB-OS.

Bij de laatste peiling in oktober 2012 was het streefpercentage gerealiseerd. In 2015 wordt de volgende peiling Beeld van Lelystad uitgevoerd. Bij de laatste peiling in oktober 2012 was het streefpercentage bijna gerealiseerd. Met de opening van de Hanzelijn sindsdien zijn de verwachtingen voor de volgende peiling optimistisch. In 2015 wordt de volgende peiling Beeld van Lelystad uitgevoerd

Page 75: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we ervoor gedaan?

Ruimtelijke Ontwikkeling

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Formuleren, monitoren en actualiseren strategisch ruimtelijk beleid

Op basis van het raadsbesluit “Herijking Structuurvisie Lelystad 2015 – 2030’ wordt de structuurvisie licht geactualiseerd met een doorkijk van 10 jaar. De analyse en visie op de aandachtspunten Wonen, Werken, Recreëren en Voorzieningen zoals vastgelegd in het raadsbesluit vormen de kaders. De geactualiseerde structuurvisie inclusief de uitvoeringsparagraaf bieden een kader voor bestuurlijk handelen met een looptijd tot 2015. Om zich verder te ontwikkelen tot een volwaardige stad, met alle bijbehorende voorzieningen en infrastructuur maakt Lelystad actief deel uit van de MRA. Dit heeft geleid tot concrete samenwerking op ruimtelijk en economisch gebied (Flevokust) en actieve betrokkenheid bij de ontwikkeling van Luchthaven en Markermeer/Markerwadden. Daarnaast is Lelystad partner bij de schaalsprong van Almere.

Op 14 januari 2014 is de “Lichte actualisatie Structuurplan Lelystad 2015” vastgesteld met de volgende daarin opgenomen kaderstellende uitgangspunten: de ontwikkeling van Lelystad Airport met aangrenzend bedrijventerrein “Airport Garden City” niet enkel meer te zien als een structurele verbetering van de Lelystadse economie, maar als ontwikkeling van “bovenregionaal belang”; het niet ontwikkelen van de Vista1 zoals opgenomen in het structuurplan uit 2005; onderzoeken welke recreatieve mogelijkheden in relatie tot Marker Wadden kansen bieden nabij Trintelhaven; faciliteren van de functieverbreding van jachthavens om Lelystad als vaardoel aantrekkelijk te maken; de volgende 5 toeristisch-recreatieve knooppunten te benoemen: Marker Wadden, BataviaStad, Oostvaardersplassen, Aviodrome en Natuurpark; te heroriënteren op de invulling van de Campuszone. Deze geactualiseerde structuurvisie wordt gehanteerd tot en met het jaar 2023. Periodiek (eenmaal in de 2 jaar) wordt een rapportage opgesteld over de realisatie van de beoogde ontwikkelingen zoals deze in de geactualiseerde structuurvisie uiteengezet zijn.

Afstemming ruimtelijk economisch beleid met andere partijen c.q. beleidsvisies van andere partijen

Ten behoeve van werklocaties is de structuurvisie locatiebeleid opgesteld. In de structuurvisie wordt ruimtelijk- en economisch- alsmede milieu- en veiligheidsbeleid op elkaar afgestemd.

De Structuurvisie Locatiebeleid Lelystad 2025 vormt een ankerpunt bij de herziening van bestemmingsplannen en voor individuele aanvragen die niet in een vigerend bestemmingsplan passen. Het locatiebeleid heeft haar functie dit jaar veelvuldig waargemaakt. Daarnaast vormt ons lokale locatiebeleid input voor het provinciale RO-visie werklocaties die op dit moment wordt opgesteld.

Page 76: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verankeren wenselijke ruimtelijke ordening in de stad

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Uitvoering wet ruimtelijke ordening

Het betreft hier het actualiseren bestemmingsplannen, het planologisch mogelijk maken van nieuwe initiatieven en afhandelen bezwaar en beroep. De inhaalslag voor de actualisatie van bestemmingsplannen is afgerond. De bestemmingsplannen worden tevens globaal en flexibel bestemd. Ook worden nieuwe initiatieven planologisch mogelijk gemaakt middels uitwerkingsplannen, wijzigingsplannen en projectomgevingsbesluit. Afhandelen bezwaar en beroep Wro (ivm bestemmingsplannen en planschade) In 2014 zullen weer een aantal oudere bestemmingsplannen worden opgepakt moeten worden om deze te actualiseren: Stadshart, Lelystad I en II,Kustgebied (aantal oudere bestemmingsplannen samengevoegd). Daarnaast zullen in 2014 de volgende bestemmingsplannen worden vastgesteld: Hollandse Hout, bestemmingsplan IJsselmeer, Markermeer en Oostvaardersplassen en bestemmingsplan Markerwadden.

Het afgelopen jaar zijn een tweetal structuurvisies door de gemeenteraad vastgesteld: de structuurvisie locatiebeleid 2013 (28 januari 2014) en de structuurvisie Lelystad 2023 (14 januari 2014). Daarnaast zijn de volgende bestemmingsplannen vastgesteld: Buitengebied 2009 partiële herziening Buitenhof Groene velden Daarnaast is een start gemaakt met de actualisatie van verschillende bestemmingsplannen: Lelystad luchthaven verbindingsweg circuits BP Lelystad- Luchthaven Terminal en verlenging Landingsbaan Postzegelplan Warande Havendiep Schepenwijk Bataviakwartier Bataviahaven Stadshart Bestemmingsplan Flevokust.

Page 77: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verbeteren Bereikbaarheid

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Verbetering van alle vervoersstromen voor personen en goederen

Bij het rijk en de provincie wordt ook in 2014 ingezet op de verbetering van de bereikbaarheid van Lelystad door de realisatie van de derde aansluiting op de A6. Ten aanzien van OV-SAAL (spoorverbinding Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad) worden momenteel voor de korte termijn verbetermaatregelen uitgevoerd op het traject van Schiphol tot en met Almere. Voor het station Lelystad-Zuid wordt een verkennend onderzoek uitgevoerd.

In 2014 is het MIRT Onderzoek landzijdige Bereikbaarheid Lelystad Airport (MOBLA) afgerond. De resultaten van het onderzoek hebben geleid tot afspraken tussen Rijk, provincie Flevoland en gemeente Lelystad over te nemen maatregelen. Deze zijn vastgelegd in een convenant. De volgende maatregelen zijn afgesproken: Het rijk realiseert een nieuwe halve aansluiting op de A6(alleen richting Almere / Amsterdam) ten zuiden van de huidige aansluiting Lelystad (Larserweg).; De provincie Flevoland realiseert een verbindingsweg tussen de nieuwe aansluiting en de te realiseren terminal van Lelystad Airport; De gemeente Lelystad realiseert een busbaan langs de Middenweg ter verbetering van de doorstroming van het openbaar vervoer tussen station Lelystad Centrum en de luchthaven en richt een bushalte in voor deze busverbinding; De provincie Flevoland is verantwoordelijk voor mobiliteitsmanagementmaatregelen, gericht op vermindering van de hoeveelheid gemotoriseerd verkeer op de weg. Bovengenoemde maatregelen zijn gereed in 2017, voordat de dan uitgebreide luchthaven in gebruik wordt genomen; Direct nadat het luchthavenbesluit is genomen, start het rijk een MIRT verkenning naar een verbreding van de A6 naar 2x3 rijstroken tussen Almere en Lelystad. Ten aanzien van het station Lelystad Zuid is geconcludeerd dat deze geen functie heeft voor de landzijdige bereikbaarheid van Lelystad Airport. Wel kan dit station in de toekomst een functie vervullen als voorstadhalte voor Warande.

Page 78: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verbeteren Bereikbaarheid (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Optimaal benutten van de kansen die de huidige en toekomstige verbindingen bieden

Versterken van de strategische ligging van Lelystad wordt bereikt door het optimaal benutten van de huidige verbindingen (A6, vaarroute Amsterdam – Lemmer en Hanzelijn) en het realiseren van de toekomstig gewenste verbindingen (Airport Lelystad en N23).

Lelystad is vanaf 1 januari 2015 samen met Almere en de provincies Flevoland en Noord Holland convenantspartner van de Stadsregio Amsterdam. De intentie is om met ingang van 1 januari 2017 een Gemeenschappelijke Regeling aan te gaan en zo samen met de andere convenantspartners een de Vervoerregio Amsterdam te vormen. Lelystad vormt daarmee de noordelijke entree van de Vervoerregio. Naar verwachting wordt rond 1 april 2015 het luchthavenbesluit genomen, waardoor de uitbreiding van Lelystad Airport kan worden gerealiseerd. Door de realisatie van de multimodale overslagterminal Flevokust vormt Lelystad de verbinding tussen de vaarroute Amsterdam-Lemmer en de A6. Over de realisatie van de multimodale overslagterminal Flevokust zijn afspraken gemaakt. De provincie realiseert de buitendijks gelegen overslagterminal. De afspraak met de provincie is dat de gemeente in beginsel het bijbehorende, binnendijks gelegen, bedrijventerrein realiseert. In de eerste helft van 2015 neemt de raad een definitief besluit over binnendijks.

Page 79: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.4.4 Imago versterken

Ook in 2014 hebben wij de kwaliteiten van onze stad weer voortdurend onder de aandacht gebracht

om de kans te vergroten dat burgers en bedrijven voor Lelystad als vestigingsplaats. Onze

inspanningen richten zich op:

Gastheerschap door de gemeente

De individuele contacten met groeperingen uit de samenleving zijn toegenomen. We hebben ingezet

op het bevorderen van de participatie en de zelfredzaamheid van inwoners, dat zij zich onderling

betrokken en verantwoordelijk voelen en dat we informatie op maat bieden die helder en aantrekkelijk

is. Voorbeelden: inrichting Stadhuisplein /Transitie AWBZ/ Speelruimtebeleid/ Mensen maken de straat

/ MFA Zuiderzeewijk/ DuurzaamheidinLelystad.nl).

Digitale bereikbaarheid (onderhoud en beheer internet en intranet)

De gemeente Lelystad heeft een enorme stap gezet in de in- en externe digitale communicatie. Het

intranet vond een plek op Sharepoint 2013. De website Lelystad.nl voldeed in 2014 aan de hoogste

eisen van de webrichtlijnen. Via Sociale Media monitort de gemeente alle (on- en offline) activiteiten

rondom actuele onderwerpen. De eerste stappen met het gebruik van apps zijn gemaakt. Onder andere

voor het doen van meldingen over de openbare ruimte. Samenlelystad.nl brengt ideeën van

Lelystedelingen voor verbetering van (het samenleven in) hun straat, buurt, wijk of de hele stad samen.

Communicatie ondersteuning, o.a. communicatieadvies aan bestuur en woordvoering

Vanaf 2014 is er nadrukkelijk sprake van een integrale ondersteuning van het bestuur door

portefeuillecoördinatoren en communicatieadviseurs. De introductie van de nieuwe raad en het nieuwe

college hebben als rode draad “Het contact met de stad” meegekregen.

Imagoverbetering stad

City Marketing Lelystad (CML) lanceerde in 2014 een nieuwe website en verhuisde naar het Stadshart.

Hiermee is de organisatie zichtbaar, bereikbaar en gemakkelijk aanspreekbaar geworden. Door meer

naar buiten te richten is de samenwerking met Metropool Regio Amsterdam versterkt. Nieuwe

evenementen waren onder andere AutoWeek Live en Dutch Match Cup. Samen met City Marketing

Almere en Toerisme Flevoland worden middelen en acties ontwikkeld om Lelystad nog aantrekkelijker

te maken voor buitenlandse bezoekers. Eind 2014 is gestart met de Lelypas, die in 2015 nog verder

zal groeien.

Wat wilden we bereiken?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Meer waardering voor Lelystad onder inwoners en bedrijven in de omliggende regio’s.

Stijging van gemiddeld schaalscore ‘imago Lelystad’ onder omwonenden (5,8 in 2009, 5,9 in 2012) richting gemiddeld schaalscore ‘identiteit Lelystad’ onder inwoners (6,9 in 2010, 7,0 in 2012). Bron: Burgerpeiling Intomart/FAB-OS

Bij de laatste peiling (voorjaar 2012) was de schaalscore 'imago' onder niet-inwoners niet gestegen tov voorgaande peilingen. In 2015 wordt de volgende peiling Beeld van Lelystad uitgevoerd.

Vergroten van bekendheid Lelystad

Stijging van gemiddeld schaalscore ‘bekendheid Lelystad’ onder omwonenden: 4,7 in 2009 (5,1 in 2012) naar 5,6 in 2014.

Bij de laatste peiling (voorjaar 2012) was de schaalscore 'bekendheid' onder niet-inwoners wel gestegen (naar 5,1). In 2015 wordt de volgende peiling Beeld van Lelystad uitgevoerd.

Page 80: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Gastheerschap gemeente

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Gastheerschap In het kader van de

publiekscommunicatie gaat het om de rol van het college als “Gastheer” en het onderhouden van de contacten met de inwoners en groeperingen uit de samenleving. Onderwerpen zijn onder andere; de nieuwjaarsreceptie, het 4 en 5 mei comité en de dodenherdenking, de stadslezingen, ontvangsten voor nieuwe inwoners en de intocht van Sinterklaas.

De individuele contacten met groeperingen uit de samenleving zijn toegenomen. We hebben ingezet op het bevorderen van de participatie en de zelfredzaamheid van inwoners en dat ze zich onderling betrokken en verantwoordelijk voelen en dat we informatie op maat bieden die helder en aantrekkelijk is. Daarnaast maken we de organisatie communicatiever en organiseren representatieve evenementen. Deze speerpunten zijn een goede leidraad gebleken bij alles wat we doen op het gebied van publieks-communicatie. We hebben ons gericht op de punten: Samen verantwoordelijk Informatie op maat / e-participatie De basis op orde: duidelijke informatievoorziening Een communicatieve organisatie De gemeente dichtbij (voorbeelden; inrichting Stadhuisplein /Transitie AWBZ/ Speelruimtebeleid/ Mensen maken de straat / MFA Zuiderzeewijk/ DuurzaamheidinLelystad.nl)

Digitale Bereikbaarheid

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Digitale bereikbaarheid Het onderhouden en beheer van

internet en intranet (vormgeving, content, actualisering, digitale nieuwsbrieven, domeinnamen, uitbreiding functionaliteiten, bedrijfsfilmpjes in het kader van de interne communicatie, contracten, aanpassen webrichtlijnen etc.) In augustus 2013 is de website van de gemeente vernieuwd. Het systeem achter de website, het content management systeem (CMS), kreeg een stevige upgrade. In het verlengde hiervan is de vormgeving vernieuwd en zijn nieuwe functionaliteiten toegevoegd. Zo trachten we in de pas te blijven lopen met de steeds meer toenemende wens om digitale dienstverlening en digitale participatie.

De gemeente Lelystad heeft een enorme stap gezet in de in- en externe digitale communicatie. Het intranet vond een plek op Sharepoint 2013. De website Lelystad.nl voldeed in 2014 aan de hoogste eisen van de webrichtlijnen. Hiermee is de website voor elke burger optimaal toegankelijk en de aanwezige informatie makkelijk vindbaar. Via Sociale Media monitort de gemeente alle (on- en offline) activiteiten rondom actuele onderwerpen. De eerste stappen met het gebruik van apps zijn gemaakt. Onder andere voor het doen van meldingen over de openbare ruimte. Samenlelystad.nl brengt ideeën van Lelystedelingen voor verbetering van (het samenleven in) hun straat, buurt, wijk of de hele stad samen.

Page 81: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Communicatie ondersteuning

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Communicatie Communicatie richt zich op:

Het zijn van sparringpartner op het gebied van communicatie, imago en beeldvorming voor burgemeester en wethouders; Het goed op de hoogte zijn van de grote thema’s uit de portefeuille van de bestuurder, die wordt geadviseerd; Het signaleren van ontwikkelingen uit de bestuurlijke omgeving en daarop acteren; Advisering aan bestuurders door middel van strategische communicatie advies op middellange en lange termijn; Advies over communicatieaspecten van beleid en/of plannen uit de portefeuille van burgemeester en wethouders, gevraagd en ongevraagd, bestuurlijk en ambtelijk; Woordvoering naar de pers; Begeleiden en in gang zetten (overheids)participatieprocessen; Crisiscommunicatie.

Vanaf 2014 is er nadrukkelijk sprake van een integrale ondersteuning van het bestuur door portefeuillecoördinatoren en communicatieadviseurs. De introductie van de nieuwe raad en het nieuwe college hebben als rode draad “Het contact met de stad” meegekregen. Belangrijk uitgangspunt hierin is dat de boodschap de doelgroep niet alleen bereikt, maar ook daadwerkelijk tot ze doordringt en hen beïnvloedt. Dus invloedrijker communiceren. Om meer impact te bereiken, met hetzelfde (of minder) budget.

Imagoverbetering stad

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Imago ver betering Op basis van besluitvorming door de raad

(19 april 2011) wordt aan City Marketing Lelystad (CML) structureel een jaarlijkse bijdrage geleverd van €650.000. Met de (financiële) ondersteuning van Citymarketing Lelystad werkt de gemeente (als partner) mee aan: 1. Het realiseren van meer positieve bekendheid van de stad, merkcampagne en de merkwaarde zowel bij huidige bewoners en bedrijven, als buiten Lelystad. 2. Het versterken van de stadstrots (kernwaarden) / tevredenheid / loyaliteit bij de huidige inwoners en ondernemers ten einde het actiever uitdragen daarvan. 3. Het creëren van synergie binnen het netwerk van City Marketing Lelystad, met en tussen partners / leden / bewoners / toeristische organisaties / gemeente / bedrijven etc. 4. Realiseren van een PR/Mediawaarde voor Lelystad van ten minste €3 mln.

CML lanceert in 2014 een nieuwe website en verhuist naar het Stadshart. Hiermee wordt de organisatie zichtbaar, bereikbaar en gemakkelijk aanspreekbaar. Door eerder naar buiten te richten verstevigen we de samenwerking met Metropool Regio Amsterdam. En ontwikkelen samen ( City Marketing Almere en Toerisme Flevoland) middelen en acties om Lelystad nog aantrekkelijker te maken voor buitenlandse bezoekers. Eind 2014 is gestart met de Lelypas, die in 2015 nog verder zal groeien. De Lelypas is een unieke combinatie van een cadeau- en loyaltykaart. Doordat de pas in heel Lelystad gebruikt kan worden zijn er volop kansen voor alle inwoners en ondernemers uit Lelystad. Nieuwe evenementen waren onder andere AutoWeek Live en Dutch Match Cup. Op nationaal en internationaal niveau is Lelystad goed zichtbaar geweest. Met name online is Lelystad vaak in de huiskamers binnen gekomen.

Page 82: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Imagoverbetering stad (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Imago ver betering (Vervolg) In het Strategisch Marketingplan 2009 –

2020 is aangegeven dat het gemeentelijk beleid gericht is op een evenwichtige groei van de bevolking, het aantal arbeidsplaatsen en het recreatief dagbezoek. City Marketing Lelystad ondersteunt dit beleid door Lelystad te positioneren als aantrekkelijke stad om te wonen, te werken en te verblijven. Met de ingang van 2012 heeft CML de regie over het domein “Wonen” en de woonmarketing voor Lelystad. Hiermee heeft CML de woonacquisitie taken van de gemeente overgenomen. In een eerder fase was dit al het geval bij het uitvoeren en begeleiden van het toerismebeleid vanuit het domein “Vrije Tijd”. Binnen het domein “Werken“ wordt ondersteuning gegeven aan de gemeente bij haar taken in het kader van de bedrijfsacquisitie. CML is ook verantwoordelijk voor het stimuleren van samenwerking met private partners en het lokale bedrijfsleven. In algemene zin heeft CML de promotionele activiteiten overgenomen van de gemeente. Het gaat dan met name om het begeleiden van TV-uitzendingen en reclameuitingen. Op het terrein van het evenementenbeleid gaat CML een professionaliseringsslag maken door onder andere gezamenlijk op te trekken met de Evenementen Coördinatie Commissie Lelystad (ECL). Lelystad kantelt van een provinciale centrumstad naar een meer gespecialiseerde rol binnen een veel grotere regio die ook de stadsgewesten van Amsterdam, Utrecht en de IJsseldelta omvat. Lelystad heeft hiermee een belangrijke schakelfunctie, die op een slimme manier moet worden ingevuld. Op 18 december 2012 is door het college besloten opdracht te geven aan het Ruimtelijk Economisch Atelier Tordior om antwoord te geven op de volgende vraagstelling: “Ligt de Citymarketing Lelystad op goede inhoudelijke koers en zijn mogelijk aanvullingen of aanscherpingen nodig indien wordt gekeken naar de ruimtelijke, demografische en economische kansen en ontwikkelingsopgaven waar de stad, in de regionale en nationale context, de komende periode mee te maken heeft? Kort samengevat is de conclusie uit het rapport dat de citymarketing van Lelystad op koers ligt (ook wat betreft de doelgroepen) , maar dat er ook sprake is van een zekere urgentie om de onbekendheid en het imago, bij in het bijzonder de buitenwacht te versterken. CML heeft een gefaseerde koers uitgezet.

Voor 2014 bedroeg de bijdrage aan CML €630.000. Dit n.a.v. de structurele ombuiging van €20.000 op het gebied van de huisvestingskosten van CML. Tijdens de begrotingsvergadering is besloten vanaf 2015 structureel €.580.000,- bij te dragen. Met de ingang van 2015 is de bijdrage voor het onderdeel “Wonen” van €50.000,- geschrapt. Het gevolg is dat CML geen actieve inspanningen pleegt bij beurzen en evenementen en TV-uitzendingen die toegespitst zijn op het wonen. De technische digitale ondersteuning blijft. De gemeente zal de regie op het terrein van “wonen” grotendeels overnemen.

Page 83: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Imagoverbetering stad (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Imago ver betering (Vervolg) In de eerste jaren was de inspanning

vooral gericht op het smeden van allianties in de stad, bepaling van kernwaarden en versterking van de tevredenheid van Lelystedelingen en hun trots op hun stad. Die tevredenheid en trots zijn de afgelopen jaren toegenomen. Nu breekt een fase aan waarin de aandacht vooral uitgaat naar verbetering van de bekendheid en het imago van Lelystad bij de buitenwacht. Die zijn nog onbevredigend ! Tordoir ziet de bezoekers als primaire hefboom ! Het rapport wijst op het belang van samenwerking tussen (semi) – publieke en private partijen in relatie tot de bezoekerattracties en het klimaat van voor bedrijven en bewoners. De evenementen doen het goed in Lelystad. Wel laat de evenementenkalander verdere uitbreiding toe. Het gaat hierbij niet alleen om groot, maar vooral op de focus op doelgroepen en een zo veel optimaal mogelijke concentratie in de kustzone. “Het ondernemende en meer spannende kant van Lelystad mag letterlijk en figuurlijk meer in het zonnetje van de aandacht worden gezet”. Attracties zoals Batavia Stad hebben een strategische waarde. Hier heeft de stad een belangrijke en nog onderbenutte hefboom in handen.

Page 84: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.4.5 Resultaat Programma 4

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P4 Sterke stadPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P41 Werken aan de basis -739 -847 -1.587 -777 810

P42 Kw aliteit aanbod versterken -23.703 -1.706 -25.409 -24.983 426

P43 Verbeteren regionale bereikbaar -977 -28 -1.006 -957 48

P44 Imago versterken -1.804 -30 -1.834 -1.878 -45

Totaal Lasten -27.223 -2.611 -29.835 -28.595 1.239

Baten

P41 Werken aan de basis 125 211 336 63 -274

P42 Kw aliteit aanbod versterken 18.080 566 18.646 11.977 -6.669

P43 Verbeteren regionale bereikbaar 1 0 1 0 -1

P44 Imago versterken 0 0 0 4 4

Totaal Baten 18.205 778 18.983 12.044 -6.939

Totaal Saldo van baten en lasten -9.018 -1.834 -10.852 -16.552 -5.700

Mutatie reserves

Lasten

P42 Kw aliteit aanbod versterken -1.425 642 -784 0 784

Totaal Lasten -1.425 642 -784 0 784

Baten

P41 Werken aan de basis 0 636 636 62 -574

P42 Kw aliteit aanbod versterken 0 120 120 265 145

P43 Verbeteren regionale bereikbaar 0 50 50 50 0

P44 Imago versterken 0 0 0 0 0

Totaal Baten 0 806 806 378 -429

Totaal Mutatie reserves -1.425 1.448 23 378 355

Gerealiseerd resultaat -10.443 -386 -10.829 -16.174 -5.345

Page 85: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.5 Veilige stad

- Kadernota veiligheid 2012-2015 - Beleidsplan handhaving fysieke leefomgeving 2011-2014

Vigerende beleidsnota's

Het blijft goed gaan met de veiligheid in Lelystad. Voor de meeste criminaliteitscijfers is een dalende

tendens te zien. Deze tendens moeten we vasthouden. Door de externe partners wordt wel

gewaarschuwd voor de effecten van de bezuinigingen van de afgelopen jaren. Minder toezicht en de

bezuiniging op onderhoud in de openbare ruimte kan leiden tot verloedering. Samen met de inwoners

zal bekeken moeten worden hoe zij kunnen bijdragen aan het tegengaan van de mogelijke

verloedering. Projecten als Burgernet en WAAKs zijn mooie voorbeelden van burgerparticipatie.

Opvallend signaal is dat een terugtredende overheid op het gebied van veiligheid niet wordt

gewaardeerd. Uit diverse contacten met externe partners en de samenleving komt duidelijk naar voren

dat men binnen dit domein een blijvende, leidende rol van de overheid ziet weggelegd en

ondersteuning waar nodig. Burgerinitiatieven die bijdragen aan de leefbaarheid en veiligheid in de

wijken nemen toe maar de overheid moet daarin wel leidend blijven. Ondanks de meer regisserende

en coördinerende rol van de overheid, wordt veiligheid door inwoners en ondernemers als één van de

belangrijkste verantwoordelijkheden van de overheid gezien.

Het samen vormgeven aan leefbaarheid en veiligheid versterkt de binding. Dit geldt zowel op

wijkniveau als op het niveau van ondernemerschap. De bijdrage van de overheid bij het in stand

houden van keurmerken veilig ondernemen wordt dan ook hooglijk gewaardeerd. Dit heeft voor het

stadshart al een grote bijdrage van de ondernemers opgeleverd en een steeds sterker wordende

ondernemersvereniging. Men is er van overtuigd dat alleen door samenwerking het hoofd kan worden

geboden aan de effecten van de economische crisis zoals leegstand en verloedering van de openbare

ruimte. Het proces om te komen tot een keurmerk veilig ondernemen voor het Stadshart draagt hier

zeker toe bij.

De jeugd is de toekomst van Lelystad. Daarom hebben we hier veel in geïnvesteerd.

De lijnen tussen zorg- en strafketen zijn kort en hebben afgelopen jaren veel aandacht gekregen.

Scholen zijn een vindplaats voor risicojongeren. Het is dus van belang juist ook scholen bij de ketens

aan te laten sluiten. Hiervoor zijn al stappen gezet; de onderhandelingen voor een convenant zijn in

volle gang en zullen in 2015 geconcretiseerd worden.

Voor jongeren die dreigen af te glijden is het Eropaf team in het leven geroepen. De pilot aanpak

risicojongeren 17-24 jaar is in 2014 geëvalueerd. Deze aanpak met maatwerk vanuit een outreachend

persoonlijke contact wordt geprezen door de dr. Eric Bervoets, een vooraanstaand criminoloog. De

aanpak via het Eropaf team zal dan ook in 2015 worden uitgebreid naar een bredere doelgroep

risicojongeren.

Personen die uiteindelijk toch in de penitentiaire inrichting terecht komen, zullen voordat zij vrijkomen

zo goed mogelijk worden opgevangen. Hiertoe is een pilot gestart waarin maatwerk wordt geleverd

door zo vroeg mogelijk via persoonlijk contact de hulpvraag in beeld te brengen. Het resultaat is dat

meer dan de helft is doorgeleid naar de nazorgcoördinator die de eerste, noodzakelijke levensbehoefte

voor hen regelt. De kans op recidive wordt hiermee fors verkleind.

De “Aanpak uitbuiting Roma kinderen” is in 2014 voortgezet. We zien dat ongeoorloofd schoolverzuim

is verminderd en gedwongen huwelijken van jonge Roma in Lelystad niet meer voorkomen. De

betrokkenheid van de Roma gemeenschap bij Lelystad is toegenomen, dit blijkt onder meer uit

verschillende initiatieven van Roma betreffende sociaal-culturele en sportactiviteiten.

Page 86: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Het onderwerp radicalisering is zeer actueel en staat overal hoog op de agenda. Zo ook in Lelystad.

De gemeente heeft als eerste overheid nauw contact met en kennis van haar inwoners. Daarmee is de

gemeente een spin-in-het-web en hebben we bij uitstek een preventieve en signalerende rol.

Zowel in de afgelopen periode als in de toekomst zijn we bezig om het sociale netwerk in Lelystad te

versterken. We zijn van mening dat een vertrouwensrelatie met de islamitische gemeenschap,

maatschappelijke organisaties, inclusief zelforganisaties en sleutelfiguren van zeer grote waarde is

binnen dit proces. Goede samenwerking is een must, net als elkaar kennen en kunnen vinden.

Wij werken aan een pakket van bestaande en nieuwe maatregelen om radicalisering in Lelystad op te

sporen, te voorkomen en te bestrijden. Hiertoe zijn wij met vele partners in gesprek zodat dit zo effectief

mogelijk gedaan kan worden.

In het afgelopen jaar zijn samenwerkingsafspraken gemaakt tussen de toezichthouders in dienst bij

het Werkbedrijf Lelystad en de gemeentelijke milieuhandhavers. Deze werken nu in gezamenlijke

wijkteams, waardoor een betere handhaving is gerealiseerd.

Social media is een niet meer weg te denken fenomeen. Het kent goede en slechte kanten. Mensen

kunnen door een snelle berichtgeving en een beter beschikbaarheid van informatie zichzelf qua kennis

verrijken. De gemeente gebruikt dit gereedschap ook om mensen te bereiken en mensen te binden.

Tegelijkertijd zorgen negatieve berichten ook voor een vergroting van de onveiligheid. Grenzen

vervagen; aanslagen in andere landen komen gevoelsmatig ineens erg dichtbij. Hier ligt een uitdaging

om de beïnvloedbaarheid ten goede te keren.

In 2014 is de regionale hoofdstructuur voor alle sleutelfuncties binnen de rampenbestrijding

gerealiseerd. Lelystad levert een zeer groot aandeel in de regionale piketorganisaties. Daarnaast zijn

er voor de gemeenten bindende afspraken gemaakt, welke functies een gemeente zelf dient in te

vullen. Lelystad had deze functies al ingevuld en is dus (nog steeds) adequaat georganiseerd.

Inmiddels wordt ook gekeken naar de Veiligheidsregio Utrecht, als het gaat om gezamenlijk opleiden

en mogelijk oefenen. De praktische samenwerking tussen de drie regio’s zal de komende jaren waar

mogelijk worden versterkt.

Tot slot kan worden opgemerkt dat er in het afgelopen jaar veel energie is gestoken in het

bewustwordingsproces dat Veiligheid veel meer een gezamenlijke verantwoordelijkheid is en meer

maakbaar dan we denken. We zullen voortzetten om Lelystad een veilige stad te blijven die zij nu is.

Page 87: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.5.1 Veiligheid

Wat wilden we bereiken?

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Aantoonbare vermindering van criminaliteit in al zijn vormen

Daling van het jaarlijks aantal verdachten in de leeftijd van 18 tot 24 jaar van gemiddeld 5,25% van alle jongeren in 2005-2010, naar 4,25% in de jaren 2012-2015 (was 4,0% in 2012). Daling van het jaarlijks aantal verdachten in de leeftijd van 12 tot 18 jaar van 3,7% in 2005-2010 (1,9% in 2012) tot onder het gemiddelde van alle G31 steden in 2012-2015 ( dit was 3,6% in 2005-2010, 2,4% in 2012) Bron: KPLD ,bewerking FAB-OS Percentuele daling van het aantal recidivisten onder de ex-gedetineerden die vrijwillige nazorg ontvangen.

Tussen 2012 en 2013 is het aantal verdachten in deze leeftijdscategorie licht gestegen met 2% (absolute getallen). Tussen 2012 en 2013 is het aantal verdachten in deze leeftijdscategorie gedaald met 9% (absolute getallen). Het doel ‘Vermindering recidivegedrag door jongeren’ is losgelaten omdat dit niet wordt gemeten en niet te meten is. Justitie verstaat onder recidive een daadwerkelijke veroordeling en dan ook nog van hetzelfde feit. Aangezien wij inzetten op preventie is het belangrijk de verdachten in de gaten te houden. Dat aantal wordt gemeten.

Veilige woonomgeving

Daling van het aandeel inwoners dat zich wel eens onveilig voelt op plekken waar groepen jongeren rondhangen van 67% in 2009 (en 63% in 2011) naar Nederlands gemiddelde in 2015 (was 46% in 2009 en 43% in 2011). Daling van de gemiddelde schaalscore “sociale overlast in de woonomgeving (van 2,0 in 2009) naar 1,7 (Nederlands gemiddelde in 2009 en 2011) in 2015. Daling van het aantal delicten in woonwijken van gemiddeld 6,7 in de jaren 2005-2010 naar 5,0 per 100 inwoners in 2015 (5,2 in 2012) Bron: Regio Politie, bewerking FAB-OS Handhaving van het gemiddeld rapportcijfer buurtveiligheid van 7,2 (in 2005-2009) boven het Nederlands gemiddelde van 6,9 in 2009 (in 2011:7,2 in Lelystad en 7,0 in Nederland). Daling van de gemiddelde schaalscore “verkeersoverlast in de woonomgeving” (van 4,0 in 2009 en 3,7 in 2011), naar Nederlands gemiddelde in 2015 (3,8 in 2009 en 3,6 in 2011) Bron: Burgerpeiling FAB OS / Landelijk IVM

Het aandeel is gedaald van 63% in 2011 naar 41% in 2013, rond het Nederlands gemiddelde van 42% (2013) Schaal 'sociale overlast' is in 2013 verandert van samenstelling. Landelijk was de score 10%, in Lelystad 9%. De daling van het aantal delicten zet zich in 2013 gestaag voort. Met een gemiddelde van 5,1 delicten per 100 inwoners is de ambitie - onder de 5,0 in 2015 - goed in zicht. Eind 2013 was het gemiddelde rapportcijfer licht gezakt (naar 7,1). Dit is nog altijd hoger dan het Nederlandse gemiddelde (7,0) uit 2011. In 2015 wordt dit opnieuw gemeten Sinds 2013 is de schaalverdeling veranderd. Landelijk is de score 32% in 2013; Lelystad zit ook op 32%

Page 88: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Veilig uitgaan

Daling van het aantal geweldsdelicten in het Stadshart van gemiddeld 175 in de jaren 2005-2010, naar maximaal 150 in de jaren 2012 tot 2015 (143 in 2012). Daling van het aantal inwoners dat zich wel eens onveilig voelt rondom uitgaansgelegenheden van 47% (in 2009) naar het Nederlandse gemiddelde in 2015 (was 25% in 2009).

Het aantal geweldsdelicten in 2013 in het Stadshart was voor het 2e jaar achter elkaar onder de 150 (zie 8), te weten 142. Doelstelling voor 2015 is haalbaar. Aandeel inwoners is sinds 2012 fors gedaald (van 44% naar 26%, zie 9). Doelstelling van 25% in 2015 is opeens dichtbij. Landelijke cijfers 2013: 25%

Wat hebben we ervoor gedaan?

Veilige woon- en leefomgeving

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Realiseren van sluitende trajecten voor meer- en veelplegers

De activiteiten in het kader van aanpak veelplegers en nazorg voor ex-gedetineerden worden gecontinueerd en waar nodig en mogelijk, aangepast. De nazorg is gericht op resocialisatie van ex-gedetineerden. Jaarlijks keren circa 200 ex-gedetineerden terug naar Lelystad. De GGD is belast met de procescoördinatie nazorg ex-gedetineerden. Binnen de groep ex-gedetineerden is met voorrang aandacht voor: geweldplegers, 18-24 jarigen, veelplegers, overlastgevers en (ex)gedetineerden waarover acute zorg bestaat. De coördinatie door de GGD houdt in dat er tussen uitvoerende partners goede afspraken worden gemaakt omtrent de nazorg van de cliënten. De afspraken gaan over identiteit (zorgen voor ID-bewijs), toeleiding naar werk of uitkering, huisvesting, zorg en schuldsanering. Het IDO draagt zorg voor ondersteuning bij schuldsanering bij ex-gedetineerden. Ook geeft IDO maatschappelijke ondersteuning aan ex-gedetineerden. Hierbij wordt samengewerkt met Stichting Exodus, zodat ook inwoners van Lelystad, die niet in Flevoland zijn gedetineerd, kunnen worden geholpen bij de voorbereidingen tot terugkeer in de maatschappij.

De GGD is belast met uitvoering van nazorg voor ex-gedetineerden De nazorg richt zich op de vijf leefgebieden ID-bewijs, huisvesting, inkomen & werk, schulden en zorg. In 2013 bleek dat kortgestraften (< 4 mnd) vaak geen nazorg kregen. Zestig procent van de gedetineerden zijn kortgestraften. Om ook bij deze gedetineerden de eventuele hulpvraag in beeld te krijgen, is in samenwerking met de PI en IDO een spreekuur voor kortgestraften uit Lelystad gestart binnen de PI. Tijdens het spreekuur wordt verder gekeken dan alleen de vijf leefgebieden. De uitkomsten van deze gesprekken worden gedeeld met de nazorgcoördinator indien nazorg noodzakelijk blijkt. Het tweede kwartaal 2014 is het spreekuur van start gegaan. Er is met 35 kortgestraften gesproken, waarvan 55% daadwerkelijk een hulpvraag had, die is doorgegeven aan de nazorgcoördinator GGD.

Page 89: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Veilige woon- en leefomgeving (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Gebiedsgerichte aanpak

Voor het in stand houden van een veilige woonomgeving is de belangrijkste troef de versterking van de integraliteit waarbij alle partners (dus ook burgers, ondernemers en woningcorporaties) worden benut, waar partners hun verantwoordelijkheid nemen en waar maatregelen op maat worden genomen. De Sociale wijkteams van Welzijn Lelystad spelen hierbij een belangrijke rol. Mede op basis van de gebiedsscan van de politie, de informatie van de partners en het advies van betrokken gemeentelijke veiligheidsmedewerkers worden de prioriteiten en de mate van inzet bepaald. Met de partners worden prestatieafspraken gemaakt. De coördinator zorg en welzijn van Welzijn Lelystad kan op basis van deze informatie de inzet per wijk van de diverse (strategische) partners coördineren; bewoners en corporaties zijn hierin ook onze strategische partners. Jaarlijks worden de prestatieafspraken vastgelegd in een uitvoeringsplan per stadsdeel.

Op basis van de gebiedsscan van de politie, de informatie van de partners en adviezen van betrokken gemeentelijke veiligheids-medewerkers zijn de prioriteiten bepaald. De coördinator zorg en welzijn van Welzijn Lelystad heeft op basis van deze informatie de inzet per wijk van de diverse (strategische) partners gecoördineerd; bewoners en corporaties waren hierin ook onze strategische partners. Het voornemen om jaarlijks de prestatie -afspraken vast te leggen in een uitvoeringsplan per stadsdeel heeft niet op die manier plaatsgevonden; dit is Lelystadbreed gebeurd. Er blijkt wel behoefte te bestaan om dit te doen. Er zal daarom opnieuw aandacht voor zijn om een aanpak op maat op te stellen.

Digitale Informatievoorziening Betrekken van de mogelijkheden van digitale informatievoorziening en geografische informatiesystemen op het gebied van het sociale domein t.b.v. de gerichte inzet op wijkniveau voor de bevordering van veiligheid en de bestrijding van overlast en verloedering.

De mogelijkheden van digitale informatie-voorziening en geografische Informatie- systemen op het gebied van het sociale domein zijn onderzocht. Hiervoor is oa. contact gezocht met Almere en Hoogeveen waar een succesvolle aanpak van Multiprobleemgezinnen heeft plaatsgevonden. Door de digitale mogelijkheden goed te benutten kan gericht op wijkniveau worden ingezet op de bevordering van veiligheid en de bestrijding van overlast en verloedering. Echter, er zijn nog juridische bezwaren die nader moeten worden onderzocht voordat kan worden overgegaan tot het benutten van de voornoemde mogelijkheden.

Page 90: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Veilige woon- en leefomgeving (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Algemeen toezicht

Algemeen toezicht: Werkbedrijf Lelystad B.V. is belast met uitvoering van algemeen toezicht in de stadscentra en de wijken. Het toezicht betreft zowel preventief toezicht als handhaving van de APV, een deel van de Wegenverkeerswetgeving en de Afvalstoffenverordening Bij de handhaving wordt de Bestuurlijke Strafbeschikking toegepast. Hoewel het budget beïnvloedbaar is zijn de hierbij behorende opbrengsten afhankelijk van de intensiteit van de handhaving. Deze opbrengsten zijn voor wat betreft de Wegenverkeerswetgeving begroot binnen programma 6: voor de Lelystedeling. De opbrengsten inzake handhaving van de APV en Afvalstoffenverordening zijn begroot in programma Veiligheid.

Het Werkbedrijf Lelystad is belast met uitvoering van taken op het gebied van algemeen preventief toezicht en handhaving van de APV, (een deel van) de Wegenverkeerswet en de Afvalstoffenverordening. Hiertoe heeft het Werkbedrijf vijf medewerkers met BOA-bevoegdheid in dienst. Het preventief toezicht wordt uitgevoerd in het Stadshart, Lelycentre, in de wijken en bij evenementen. In 2014 is de samenwerking tussen de gemeente (milieu-agenten) en het Werkbedrijf verder vorm gegeven. De uitvoering van taken gebeurt in nauwe afstemming met elkaar. In 2014 werden in totaal 3490 bekeuringen uitgeschreven en 207 waarschuwingen gedaan. De gemeente krijgt van de opbrengst hiervan een deel terug van het rijk. Deze bijdrage wordt over 2014 geschat op €80.000. Vanaf 2015 vervalt deze vergoedingsregeling.

Continueren Roma-aanpak

In 2009 heeft het toenmalige kabinet gekozen voor een aanpak van multiproblematiek in gezinnen met een Roma achtergrond. Dit onder het motto ‘grenzen stellen, perspectief bieden'. Voorop staat dat tegen de geconcentreerde problematiek binnen de Roma gemeenschap van hoge criminaliteit, schoolverzuim en overlast stevig wordt opgetreden. Lelystad is één van de elf gemeenten die met het Rijk samen optrekken in de aanpak. Deze aanpak wordt de komende jaren voortgezet. Lelystad is één van de vier proeftuingemeenten in het kader van het programma “Aanpak uitbuiting Roma kinderen” van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. In het kader van dit programma wordt een integrale (bestuursrechtelijke en strafrechtelijke) aanpak ontwikkeld die moet leiden tot vermindering van kinderuitbuiting en criminaliteit in multiproblem gezinnen met een Roma achtergrond.

In 2014 is een vervolg gegeven aan de in voorgaande jaren uitgevoerde aanpak van multiproblemgezinnen met een Roma achtergrond. Het landelijk programma “Aanpak uitbuiting Roma kinderen”, in het kader waarvan Lelystad proeftuingemeente is, wordt voortgezet tot en met 2016. De speerpunten zijn integrale aanpak van gezinsproblematiek, vermindering schoolverzuim en ontwikkelingsachterstanden, verbeteren dialoog met Roma, bevordering van arbeidsdeelname en vermindering van criminaliteit. Hierbij ligt sterk de focus op verbetering van de positie van de kinderen. Alle activiteiten worden binnen reguliere kaders uitgevoerd. Concrete resultaten zijn significante vermindering van schoolverzuim (met name in het voortgezet onderwijs), toename van deelname aan VVE-activiteiten, voorkomen van gedwongen uithuwelijking, gerichte inzet van de politie. Er zijn verschillende initiatieven van Roma inzake uitvoering van activiteiten ter verbetering van integratie. Gezien de complexiteit en hardnekkigheid van de problematiek en de grote afstand van Roma tot de Nederlandse maatschappij is extra aandacht voor vermindering hiervan voor een lange periode noodzakelijk.

Page 91: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Veilige woon- en leefomgeving (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Uitvoering geven aan afspraken, zoals vastgelegd in Convenant aanpak huiselijk geweld

In 2011 is de nieuwe regiovisie huiselijk geweld Flevoland vastgesteld door de centrumgemeente Almere en is voor de regiogemeenten in Flevoland het uitgangspunt voor beleid. Centrumgemeente Almere is verantwoordelijk voor het zo evenwichtig mogelijk realiseren van een basisaanbod m.b.t. de vrouwenopvang en huiselijk geweld in de regio. De regiogemeente zijn verantwoordelijk voor preventieve maatregelen. In de gemeente Lelystad vindt de uitvoering hiervan plaats vanuit het Steunpunt Huiselijk Geweld (Blijfgroep). De gemeente Lelystad verleent jaarlijks subsidie voor de openstelling van dit steunpunt.

In 2014 zijn 24 huisverboden opgelegd. Het opleggen van een huisverbod gaat gepaard met het starten van hulptrajecten voor de dader, slachtoffer en de eventueel betrokken kinderen in het gezin. Het betreft hier regionale afspraken tussen de Flevolandse gemeenten, Politie, Steunpunt Huiselijk Geweld, Reclassering Nederland en Bureau Jeugdzorg. Een goede samenwerking en afstemming onderling blijft van belang.

Bedrijvigheid en veiligheid

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Toezien op Keurmerk Veilig Uitgaan

Het Convenant Veilig Uitgaan is bedoeld om te zorgen voor een structurele samenwerking tussen horecaondernemers, politie/ openbaar ministerie en de gemeente ten behoeve van het veilig uitgaan in de gemeente Lelystad. Naast het reguliere toezicht en de controles op de Drank en Horecawet is er regelmatig overleg tussen ondernemers, politie en gemeente om het uitgaan in Lelystad veilig en aantrekkelijk te houden.

Er zijn het afgelopen jaar drie bijeenkomsten geweest met Koninklijke Horeca en politie om gezamenlijk te werken aan veilig uitgaan In Lelystad en al vroegtijdig knelpunten hierin te onderkennen. Het blijft moeizaam om ook individuele ondernemers bij dit soort overleggen te betrekken.

Page 92: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jeugd en veiligheid

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Uitvoeren Plan van Aanpak Vermindering Jeugdcriminaliteit

In 2013 en 2014 wordt uitvoering gegeven aan het plan van aanpak inzake vermindering van jeugdcriminaliteit. Doel is te komen tot verdere afname van overlast en criminaliteit, veroorzaakt door jongeren tot 24 jaar. Gelet op de omvang en zwaarte van problematiek ligt de prioriteit bij de leeftijdscategorie van 17 tot 24 jaar. Kern van de werkwijze is een persoonsgerichte aanpak door inzet van een outreachend werkend team ( Er Op Af team), bestaande uit medewerkers van politie, jongerenwerk en gemeente (talentmanagers). Er is sprake van nauwe samenwerking tussen strafrechtelijke en zorgorganisaties, zoals Openbaar Ministerie, Reclassering, Stichting Maatschappelijke Dienstverlening, Kwintes en de GGD. De regie van de aanpak ligt bij de gemeente. Met de betrokken partijen zijn uitvoeringsafspraken gemaakt.

Voor de jaren 2013 en 2014 zijn extra middelen beschikbaar gesteld voor de aanpak van problematiek van risicojongeren. Met deze middelen is het Eropaf team opgericht. Een samenwerking tussen gemeente (talentmanagers), politie Flevoland, Stichting Welzijn, Kwintes en IDO, gericht op de aanpak risicojongeren 17-24 jr. In augustus 2014 heeft een evaluatie plaatsgevonden. Toen waren er 197 risico-jongeren in beeld gebracht en persoonlijk benaderd. Hiervan zijn 113 casussen positief afgesloten, waaronder doorleiding naar een dagbesteding of adequate hulpverlening. 49 jongeren zijn nog op traject bij het Eropaf team. Vanaf 2015 zijn middelen voor aanpak risicojongeren via het Eropaf team structureel in de Programmabegroting opgenomen, zodat voortzetting van de activiteit kan plaatsvinden.

Deelname Veiligheidshuis Per 1 januari 2014 sluit gemeente Lelystad aan bij het regionaal werkend Veiligheidshuis Flevoland voor een proeftijd van 2 jaar. In deze proeftijd wordt per jaar 10 casussen afgenomen. In het Veiligheidshuis werken ketenpartners van justitie, zorg, politie en gemeenten samen bij complexe en ketenoverstijgende multiproblematiek. De toegevoegde waarde is de samenwerking, afstemming en informatie-uitwisseling tussen de zorg- en strafrechtketen van, met name, het OM. De OM heeft de mogelijkheden tot dwang en drang.

Sinds 1 januari 2014 is Lelystad aangesloten bij het Veiligheidshuis Flevoland (VHH) voor de proefperiode van twee jaar. Per jaar worden 10 casussen voor Lelystad behandeld. De casussen worden aangeleverd door gemeente (TopX lijst) in samenwerking met de Politie Flevoland en Openbaar Ministerie.. In 2014 is twee maal een lijst van 10 personen aangeleverd. Na selectie is gebleken in totaal 10 casussen thuis te horen bij het VHH. Bij deze casussen wordt een ‘ronde tafel’ belegd om afspraken te maken tussen betrokken partners om tot een sluitende aanpak te komen. In 2015 wordt de proefperiode geëvalueerd.

Page 93: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Fysieke veiligheid

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Vergunningverlening

Om de Veilige stad veilig, leefbaar te houden is het noodzakelijk dat voor diverse activiteiten na een inhoudelijke toetsing vergunningen worden verleend. Hierbij vindt ook een afweging plaats van het individueel belang versus het algemeen belang. Het gaat hierbij om de volgende typen vergunningen of meldingen: Omgevingsvergunningen (voor bouwen, strijdig gebruik bestemmingsplan, kappen van bomen), sloopmeldingen , meldingen i.v.m. kamerverhuur, Drank en Horeca, evenementen, Wet op de kansspelen, Zondagswet/winkeltijdenwet en het afgeven van verklaringen van geen bezwaar in verband met het gebruik van wegen, lucht en afsteken van vuurwerk. Ook de uitvoering van particuliere woning verbetering en het verstrekken van starterleningen valt binnen dit onderdeel.

In 2014 zijn de volgende vergunningen verleend: 220 omgevingsvergunningen 94 sloopmeldingen 17 meldingen brandveilig gebruik Kamerverhuur 161 evenementen 46 Drank en Horecavergunningen 19 Verklaringen van geen Bezwaar (Wegen, Luchtvaart en Vuurwerk) In verband met de gebeurtenissen in Haaksbergen (monstertruck) is er extra aandacht geweest voor de voorschriften die er aan evenementenvergunningen worden verbonden. Omdat in het kader van de deregulering per 1 januari 2011 de aanwezigheidsvergunningen voor onbepaalde tijd worden verleend, komt dit bijna niet meer voor (van 9 in 2013 naar 1 in 2014) Er zijn 209 gesprekken geweest over Duurzaamheidsleningen, startersleningen en Particuliere woningverbetering. Deze hebben geleid tot 52 verstrekte leningen.

Uitvoeren Beleid Externe Veiligheid

Totaal herzien van het conceptbeleidsplan op basis van nieuwe inzichten. De ruimte die gemeenten uiteindelijk hebben, binnen de wetgeving van Externe Veiligheid, is beperkt maar kan nog wel benut worden. Dit resulteert in een ambitie/visiedocument en een handleiding voor interngebruik.

Het conceptbeleidsplan is op basis van nieuwe inzichten geheel herzien. De ruimte die gemeenten uiteindelijk hebben, binnen de wetgeving van Externe Veiligheid, is beperkt maar kan nog wel benut worden. Dit resulteert in een ambitie/visiedocument en een handleiding voor interngebruik. De beleidsnota dient nog te worden vastgesteld. Provincie Flevoland is zelf ook bezig met een visiedocument. Met de verantwoordelijke portefeuillehouder is afgesproken daarop te wachten en dan te bezien of het gemeentelijk ambitie/visiedocument nog meerwaarde heeft.

Gemeentelijke handleiding voor uitvoering beleid Externe Veiligheid

Bij Externe Veiligheid zit de echte winst in de te hanteren werkwijze. Gebleken is dat het is belangrijker dat men weet hoe de wetgeving moet worden toegepast; zowel in de ruimtelijke planvorming als bij vergunningverlening en handhaving. Hiertoe zal een uitwerkingsdocument (lees: handleiding) voor de interne organisatie worden opgesteld.

Afhankelijk van vorige activiteit

Page 94: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Fysieke veiligheid (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Financiële bijdrage Veiligheidsregio

De Veiligheidsregio Flevoland (VR) is er om de veiligheid van haar inwoners tijdens een incident / ramp of crisis te vergroten. De Veiligheidsregio Flevoland is een samenwerkings-verband van alle gemeenten in Flevoland, Brandweer Flevoland en de GHOR Flevoland (GGD). De gemeente Lelystad draagt financieel bij aan de Veiligheidsregio op basis van een GR (gemeenschappelijke regeling). Wanneer de begroting Bevolkingszorg wordt goedgekeurd, betekent dit ook deels een verschuiving van het rampenbudget naar de VR en een beperkte verhoging van de gemeentelijke bijdrage aan de VR voor dit onderdeel.

De bijdrage aan de Veiligheidsregio daalt jaarlijks, vanwege een bezuinigingsafspraak binnen de GR. Het gaat om 10 procent tot 2016. In de praktijk is dit niet goed zichtbaar, door de (jaarlijkse) perikelen rond de loon- en prijscompensatie. De begroting Bevolkingszorg is goedgekeurd en de budgetten zijn overgeheveld. Voor Lelystad houdt dit een verlaging in van het budget Rampenstaf.

Implementeren nieuw proces Bevolkingszorg

De organisatie van Bevolkingszorg gaat voor de gemeentelijke inbreng ingrijpend veranderen. Op basis van ondermeer het Rapport Bruinooge wordt het proces professioneler en effectiever ingericht. Vanaf oktober 2013, na de ambtelijke en bestuurlijke goedkeuring van het procesplan, start de implementatie bij alle gemeenten in de Veiligheidsregio. Het streven is, op 1 januari 2014 overal operationeel te zijn. In 2014 zal via opleidingen en oefeningen de organisatie verder worden geperfectioneerd. Er zal ook waar mogelijk (meer) aansluiting worden gezocht bij externe professionele partners, zoals Salvage en het Nederlandse Rode Kruis (NRK). Dit komt de kwaliteit van hulpverlening zeer ten goede. Aan de samenwerking met het NRK zitten kosten verbonden. Het NRK sluit convenanten af met Veiligheidsregio’s, die de kosten weer opdelen onder de deelnemende gemeenten. Het voorstel voor VR Flevoland en Gooi & Vecht is net ontvangen en nog niet beoordeeld. De kosten liggen wel hoger dan in het bestaande convenant (zie bijstellingsvoorstel binnen deze programmabegroting).

In 2014 is (interregionaal) een nieuw convenant afgesloten met het Rode Kruis. Door strak te onderhandelen heeft de Veiligheidsregio een goede prijs kunnen bedingen voor de af te nemen diensten. De regionale hoofdstructuur Bevolkingszorg en de onderliggende gemeentelijke organisaties zijn in 2014 gerealiseerd in beide regio’s.

Page 95: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Integriteit en veiligheid

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit

Georganiseerde criminaliteit is een complex fenomeen. Gemeente Lelystad heeft de bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit als een prioriteit aangewezen. De gemeente wil niet onbewust criminele activiteiten faciliteren. Criminele groeperingen maken gebruik van dezelfde economische en juridische infrastructuur die ook de legale economie faciliteert. Daar zit de kern van de problematiek van verwevenheid van onder- en bovenwereld. De bestuurlijke aanpak wil:- voorkomen dat criminelen door de overheid worden gefaciliteerd;- voorkomen dat er vermenging ontstaat tussen de onder- en bovenwereld;- de economische machtsposities doorbreken die zijn opgebouwd met kapitaal dat met criminele activiteiten is verkregen. De Lelystadse Bibob beleidslijn is toegepast in de horecasector, seksinrichtingen, milieusector en coffeeshop. De samenwerking met het RIEC Midden Nederland is versterkt en ingebed in een structurele overleg met de gemeentelijke handhavers, juristen, adviseur openbare orde en veiligheid, belastingdienst en de politie in Lelystad. Op 1 juli 2013 is de Evaluatie- en uitbreidingswet Bibob in werking getreden. Deze wet strekt enerzijds tot verbetering van de toepassing van de Wet Bibob en anderzijds tot uitbreiding van de reikwijdte van de wet met nieuwe sectoren van economische bedrijvigheid (vastgoedsector, export van strategische goederen en diensten, vuurwerksector). Het doel van de Wet Bibob is het voorkomen dat – met het aangaan of continueren van een rechtsrelatie met een wederpartij – georganiseerde criminaliteit wordt gefaciliteerd en dientengevolge de integriteit van de overheid wordt beschadigd. Een evaluatie en de eventuele aanpassing van de toepassing van de wet Bibob voor de gemeente Lelystad worden voorbereid. De verwachting is deze nota gereed te hebben in het vierde kwartaal.

De aanpak van georganiseerde criminaliteit vraagt een georganiseerde overheid. Er wordt hard gewerkt om de integrale aanpak van de georganiseerde criminaliteit vorm te geven op diverse niveaus. Organisaties weten elkaar van strategie tot operatie steeds beter te vinden ten behoeve van concrete resultaten. In 2014 is de wet Bibob in de branche drank en horeca, prostitutie, coffeeshop en vastgoedtransactie. Een van de aandachtspunten is de problematiek rondom de kamerverhuurpanden. De samenwerking met het RIEC Midden Nederland is versterkt en ingebed in een structurele overleg met de belastingdienst, gemeentelijke handhavers, juristen, adviseurs en de politie in Lelystad.

Page 96: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Integriteit en veiligheid (Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Verkrijgen van meer Burgernet deelnemers

Burgernet is een uniek samenwerkingsverband tussen burgers, gemeente en politie om de veiligheid in de woon- en werkomgeving te bevorderen. De kracht van Burgernet is dat het enerzijds iets concreets oplevert (aanhoudingen, terugvinden van vermiste personen en dus veiligheid) en anderzijds de burger bewuster met veiligheid leert omgaan. Ook in 2014 worden de acties inzake werving van de inwoners voortgezet. De betrokken partijen, gemeente en politie zetten zich in om van de werving een succes te maken. Doelstelling is om meer deelnemers (8 procent van de inwoners) te werven zodat we ook meer succes kunnen hebben met Burgernet. Tot 1 juli 2013 heeft zich 4 procent van de inwoners aangemeld bij Burgernet. Daarnaast zullen Buurtvoorlichters de inwoners informeren over Burgernet.

Per 31 december 2014 zijn in Lelystad 5.375 Burgernetdeelnemers. Dit is 7,1 procent van de bevolking. In 2014 was de totale aanwas van nieuwe deelnemers 18,6procent. Tijdens de wervingsperiode in september/oktober is er veel inzet gepleegd door de Buurtvoorlichters en de gemeente om de inwoners te enthousiasmeren om zich aan te melden voor Burgernet. Gemiddeld worden er per maand vanuit de meldkamer Flevoland circa 12 Burgernetacties uitgezet. In de helft van de Burgernetacties kan de actie positief worden afgesloten met het bericht dat de vermiste terecht is of de dader is aangehouden. De bijdragen van Burgernet aan de veiligheid binnen de gemeente zijn waardevol. Burgernet is en blijft een mooie vorm van samenwerking tussen burgers, gemeente en politie om de veiligheid in de woon- en werkomgeving te bevorderen.

Inzicht in publiek vertrouwen

De gemeenten, politie en het OM in Midden-Nederland willen naast meer veiligheid ook het publiek vertrouwen verhogen. Het vergroten van het publiek vertrouwen is een ambitie uit de Regionale Veiligheidsstrategie Midden Nederland 2012-2014. Publiek vertrouwen en het belang hiervan wordt door de Raad voor het openbaar bestuur beschreven als: ‘het fundament onder iedere relatie, zo ook onder de relatie tussen overheid en burger. Vertrouwen gaat over het geloof van de burger in de betrouwbaarheid van de overheid, het vertrouwen dat de overheid het goede doet…’ Publiek vertrouwen is een breed begrip en moeilijk direct te beïnvloeden. Onder regie van een bestuurlijke werkgroep Midden Nederland zijn een kader en een uitvoeringsplan ontwikkeld waarmee we kunnen werken aan vertrouwen. Een van de acties is een methodiek ontwikkelen die beschrijft aan welke knoppen we moeten draaien om het publiek vertrouwen te vergroten. Maar ook de (on)mogelijkheden voor beïnvloeding van het vertrouwen van de burger in de lokale overheid (gemeente, politie, OM) Lelystad is een van de drie pilot gemeenten in Midden Nederland.

In 2014 is een handreiking "Bewust communiceren over (on)veiligheid”, inclusief leefstijlgericht communiceren uitgewerkt en beschikbaar gesteld. In deze handreiking is per wijk en buurt in Lelystad de leefstijl in beeld gebracht, met bijbehorende handreiking ‘over communicatie en participatie’ met daarin tips, suggesties en handvatten om beter aan te sluiten op de verschillende leefstijlen Deze informatie vormt de basis voor de voorlichting van de inwoners inzake diverse onderwerpen zoals Burgernet en woninginbraken.

Page 97: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.5.2 Resultaat Programma 5

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P5 Veiligheid - Veilige stadPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P51 Veiligheid - Veilige stad -8.386 -89 -8.475 -8.455 20

Totaal Lasten -8.386 -89 -8.475 -8.455 20

Baten

P51 Veiligheid - Veilige stad 583 36 618 654 35

Totaal Baten 583 36 618 654 35

Totaal Saldo van baten en lasten -7.804 -53 -7.856 -7.801 55

Gerealiseerd resultaat -7.804 -53 -7.856 -7.801 55

Page 98: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.6 Voor de Lelystedeling

Vigerende beleidsnota's

- Bevolkingsprognose Lelystad 2011-2027

- Meerjaren uitvoerings programma (MOP) 2010-2014

- Toekomstvisie Lelystad 2020

- Visie en Veranderopgave Maatschappelijk Vastgoed (vastgesteld 2009)

- Programmabegroting 2014-2017

- Nota reserves en voorzieningen 2012

- Normenkader financiële rechtmatigheidcontrole 2014

Het programma Voor de Lelystedeling behandelt 3 onderwerpen: de gemeentebrede dienstverlening

(6.1), de bestuurlijke en ambtelijke organisatie (6.2) en de algemene dekkingsmiddelen (6.3).

2.6.1 Gemeentelijke dienstverlening

In 2014 heeft de organisatie onderzocht op welke wijze we meer een innovatieve rol kunnen realiseren

met betrekking tot de dienstverlening. Dit onderzoek heeft geleid tot een meer doelgerichte opbouw

van het programmaonderdeel dienstverlening in de Programmabegroting 2015. Voor de verslaglegging

over 2014 is uiteraard de oude indeling nog gebruikt.

Onder de noemer SIMPEL zijn in 2014 een 40 tal projecten voorbereid die vanaf 2015 in uitvoering

worden gebracht. Snel, Innovatief, Maatwerk, Praktisch, Efficient en Leuk zijn de kernwoorden die bij

de dienstverlening van Lelystad als basis voor de verdere ontwikkeling worden gebruikt. De doelstelling

is de dienstverlening in te richten op basis van de wensen en behoefte van de klant, in plaats van onze

eigen interne werkprocessen.

Daarnaast is in 2014 geïnvesteerd in de verdere implementatie van de verplichte i-NUP bouwstenen

mbt digitale dienstverlening. De BAG-WOZ koppeling en de DIGI-koppeling zijn gerealiseerd. De

verwachting is dat het i-NUP project in 2015 kan worden afgerond waarmee we dan aan onze wettelijke

verplichtingen op dit gebied hebben voldaan.

In maart 2014 is het Ondernemersplein geopend. Het plein werkt nauw samen met Ondernemersplein

Almere. Hier vindt de ontsluiting plaats van alle vragen en producten die ondernemers nodig hebben,

van kredietverlening tot uitbreiding en vestiging. Tevens is in het ondernemersplein de verbinding

gelegd tussen economische zaken, arbeidsmarkt en onderwijs. In de Programmabegroting is deze

verbinding eveneens beleidsmatig vormgegeven. Een aantal maanden na de opening is besloten om

ook de kavelwinkel te huisvesten in het ondernemersplein. Hierdoor zijn dus beide front offices,

bedrijven en kavels, in het ondernemersplein gehuisvest. Tevens hebben in 2014 diverse activiteiten

plaatsgevonden ten behoeve van ondernemers waaronder een startersdag. In 2015 wordt bekeken op

welke wijze de dienstverlening kan worden gecontinueerd en uitgebouwd.

De balie van Werk, Inkomen en Zorg is integraal gaan werken. Dat betekent dat er geen drie

verschillende loketten meer zijn voor klanten maar dat alle vragen door degenen die achter het loket

zitten worden beantwoord. De medewerkers zijn uitgebreid geschoold en van specialist naar generalist

opgeleid, waarbij ook een aantal medewerkers op HBO-niveau nu aan de balie klanten te woord staat.

In 2014 zijn in het aanvraagproces voor een uitkering wijzigingen doorgevoerd; het proces is LEAN

gemaakt. De wijzigingen houden in dat klanten niet allemaal volgens dezelfde procedure worden

geholpen (Maatwerk en Efficient). Op basis van bepaalde klantprofielen wordt een daarop afgestemd

proces doorlopen wat betekent dat voor een groot deel van de klanten de aanvraag veel sneller wordt

afgehandeld. In veel gevallen is een gesprek niet meer nodig en vindt de afhandeling administratief

plaats. Ook worden voor deze groep minder bewijsstukken opgevraagd.

Page 99: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

In 2014 is een enquête ontwikkeld om de klanttevredenheid bij de onderdelen Werk, Inkomen en Zorg

te meten. Bij ieder klantencontact aan de balie en in de spreekkamer wordt dit vanaf begin 2015

meegeven. De doelstelling is om in 2015 tot een integrale klanttevredenheidsmonitor te komen, ook

voor de andere domeinen.

Ook is in 2014 uitgebreid aandacht besteed aan de telefonische dienstverlening. Op basis van een

extern onderzoek zijn organisatiebreed diverse maatregelen doorgevoerd. Een vervolgmeting zal

moeten aangeven of de telefonische dienstverlening is verbeterd.

Page 100: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Zoals in de vorige paragraaf is aangegeven is de programmatische vormgeving van Dienstverlening

sterk verbeterd. Omdat echter een Jaarverslag een spiegel van de begroting dient te zijn, wordt

hieronder nog in de oude indeling een overzicht van de verrichte activiteiten weergegeven.

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Overig dienstverlening Binnen dit begrotingsonderdeel is het

grootste deel van de kosten ten behoeve van de gemeentelijke dienstverlening opgenomen. Het gaat hier om personeelskosten van personeel dat zich bezig houdt met voornamelijk de uitvoering van wettelijke taken omtrent burgerzaken (baliewerkzaamheden). Naast de hieronder beschreven activiteiten hebben de werkzaamheden betrekking op overige zaken zoals: reisdocumenten, rijbewijzen, fraudebestrijding, geneeskundige verklaringen, belastingen, handtekeninglegalisatie, waarmerkendocumenten. Daarnaast ook de bijkomende kosten voor alle ICT applicaties van de afdeling ter ondersteuning van deze werkzaamheden.

Zie ook onder 6.1

GBA Binnen dit onderdeel zijn de kosten ten behoeve van Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) opgenomen. Het gaat hierbij voornamelijk om personeelskosten. Het betreft dan het in behandeling en verwerken van verhuizingen, vestiging, adresonderzoek, het waarmerken van documenten, het maken van GBA uittreksels, wijziging en aanbrengen in het GBA, enz.

In 2014 is de GBA overgegaan in de BRP (Basis Registratie Personen).

Receptie, informatiebalie en telefonische bereikbaarheid

Dit begrotingsonderdeel bestaat voor het over grote deel uit personeels-kosten. Het betreft hier de bezetting van de receptie, de Informatiebalie en het klant contact centrum (telefonische bereikbaarheid). Naast de personele kosten bevat dit begrotingsonderdeel overige kosten, zoals het klachten-systeem, de kosten voor de kennis-bank en het extern callcentrum. De kosten voor de melddesk zijn nood-zakelijk voor het onderhoud van het meldingen systeem (bijvoorbeeld op het gebied openbare ruimte). De kosten voor de kennisbank zijn nood-zakelijk voor alle relevante informatie omtrent wet- en regelgeving betreffende burgerzaken en vormen daarmee noodzakelijke kosten voor de uitvoering van alle balie werkzaamheden. De kosten van het extern call centrum draagt zorg dat de gemeente 24-uur bereikbaar is. De lasten zijn beïnvloedbaar, echter heeft direct als gevolg dat wachttijden aan balie en telefoon oplopen.

Het meldingensysteem is nu ook via een app te benaderen. De informatiebalie en de telefonie zijn gestart met een hostmenship training. Ook wordt meer samenwerking gezocht met bewaking en bodes met betrekking tot klantbenadering. De telefonische dienstverlening moet verbeterd worden, hiervoor is na een meting organisatie breed actie ondernomen. In 2015 zal een meting duidelijk moet maken dat er nu verbetering is in de bereikbaarheid van met name de back office.

Page 101: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Burgerlijke stand Dit begrotingsonderdeel betreft de

baten en lasten m.b.t. de burgerlijke stand en heeft betrekking op huwlijken, geboorten, overlijden, aanpassen akten, uitreksels, getuigenverklaringen enz. De lasten bestaan voornamelijk uit personeelskosten tbv de uitvoering van de wettelijke taken. Het restant van de overige kosten bestaan uit ondersteuning tot geldende wet- en regelgeving uitvoering zoals abonnementen, digitale artikelen enz. Beïnvloedbaar zijn relatiegeschenken voor geboorte en huwelijk.

Oriënterend onderzoek is gestart voor het digitaliseren van enkele burgerlijke standproducten zoals digitale aangifte van geboorte, overlijden en huwelijken.

Reisdocumenten Dit onderdeel bestaat uit de uitgifte van diverse soorten paspoorten en identiteitskaarten met een wettelijk vastgesteld maximaal tarief, dat in Lelystad wordt gehanteerd.

De geldigheid van de paspoorten is verlengd naar 10 jaar, waardoor er meer toestroom op dit product was.

Veiligheidsvergunningen Binnen dit begrotingsonderdeel zijn de legesinkomsten begroot, die voor de volgende typen vergunningen of meldingen van belang zijn: Drank en Horeca, evenementen, Wet op de kansspelen, Leegstandswet, zondagswet / winkeltijdenwet en het afgeven van verklaringen van geen bezwaar in verband met het gebruik van wegen, lucht en afsteken van vuurwerk.

Geen bijzonderheden

Nationaliteitswetgeving

Dit begrotingsonderdeel betreft een wettelijke taak, namelijk de naturalisatie met een wettelijk vastgesteld maximaal tarief dat in Lelystad wordt gehanteerd.

Geen bijzonderheden

Overige uitreksels, verklaringen

Dit betreft de volgende producten: uittreksels, VOG (verklaring omtrent gedrag), legalisatie handtekening en waarmerken documenten. De leges zijn beperkt beïnvloedbaar door de gedeeltelijke vrije vaststelling. VOG is in Kadernota 2013 reeds verhoogd.

Geen bijzonderheden

Rijbewijzen Dit onderdeel betreft de uitgifte van rijbewijzen met een wettelijk vastgesteld tarief.

Geen bijzonderheden

Bouwleges

Binnen dit begrotingsonderdeel zijn de baten opgenomen, die voortvloeien uit het verstrekken van omgevingsvergunningen. De lasten behorend bij de uitgifte van omgevingsvergunningen zijn opgenomen in programma 5. In de Kadernota 2013 zijn de legesinkomsten reeds naar beneden bijgesteld door de terugloop in grote bouwprojecten.

Er zijn weer minder leges binnengekomen in 2014, het lijkt het dieptepunt te zijn van de economische crisis. De procedures zijn door LEAN trajecten intussen verbeterd. Digitalisering, snellere afhandeling en minder administratieve last zijn het resultaat.

Page 102: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.6.2 Gemeentelijke Organisatie

De vormgeving van de organisatie van de gemeente Lelystad is volgend op de taken die de organisatie

uitvoert. De doelstelling is hierbij om met een zo klein mogelijk ambtelijk apparaat invulling te geven

aan het zo effectief en efficiënt mogelijk uitvoeren van de gemeentelijke taken. In de paragraaf

bedrijfsvoering wordt op de omvang en inrichting van de ambtelijke organisatie nader ingegaan. Ook

wordt hier het verloop van de reeds meerjarig in de begroting opgenomen taakstelling op de

bedrijfsvoering weergegeven.

In de hieronder opgenomen tabel worden de activiteiten per categorie weergegeven.

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Bestuur Lelystad wordt bestuurd door college

en raad en ondersteund in een aantal specifieke taken. Te denken valt aan kabinetszaken, maar de onderzoeken van de Rekenkamer. In 2014 worden er nieuwe verkiezingen gehouden voor de gemeenteraad. Dit zal de samenstelling van de raad en het college veranderen. Dit zijn structurele kosten die toereikend zijn. Mocht er sprake zijn van een overschrijding dan wordt aangevuld uit college onvoorzien.

In de begroting is uitgegaan van een teruggang in het aantal collegeleden na de verkiezingen: van 5 naar 4 wethouders. In de begroting is daarom rekening gehouden met minder kosten voor de collegeleden zelf en de daaraan direct verbonden ondersteuning. Uit de coalitieonderhandelingen is gebleken dat deze reductie niet te realiseren was binnen de bestaande politieke verhoudingen. De begroting is hierop inmiddels gecorrigeerd.

Gemeentelijke organisatie

De organisatie van de gemeente Lelystad is qua vorm volgend op de taken waarvoor zij gesteld is. Het uitgangspunt en de doelstelling blijven om met een zo klein mogelijk apparaat zo optimaal mogelijk uitvoering aan deze taken te geven. Verdere bezuinigingen en de voorbereiding op de transitiedossiers stellen de organisatie voor een uitdaging.

In de paragraaf bedrijfsvoering zal hier dieper op in worden gegaan.

Gemeentelijke gebouwen

Binnen programma 6 zijn de lasten en baten van gemeentelijke gebouwen opgenomen. Voor het overgrote gedeelte hebben deze betrekking op het stadhuis en de kantoren en werkplaats aan de Wigstraat.

In 2014 hebben zich op dit gebied geen majeure ontwikkelingen voorgedaan.

Technisch/ overig Onder technische kosten vallen de ondersteuning van milieucommissie van het luchtvaartterrein Lelystad. Daarnaast gaat het hier om het beheer van de gronden die Lelystad in erfpacht heeft.

In 2014 hebben zich op dit gebied geen majeure ontwikkelingen voorgedaan.

Open data Gegevens die de gemeente beheert worden waar mogelijk actief gedeeld met de burger, waardoor de transparantie toeneemt, participatie wordt gefaciliteerd en economische meerwaarde kan worden gecreëerd.

Gemeentelijke visie en actieplan voor open data zijn vastgesteld, een opendataportaal is gerealiseerd, diverse datasets zijn open gesteld voor de burger en er is een webformulier ingericht voor Wob-verzoeken. Het actieplan loopt door t/m 2016.

Page 103: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.6.3 Algemene dekkingsmiddelen (en onvoorzien)

De gemeentelijke uitgaven worden gedekt door algemene en geoormerkte dekkingsmiddelen.

Geoormerkte dekkingsmiddelen zijn middelen die de gemeente ontvangst waarbij er een directe

koppeling bestaat tussen de uitgaven en de inkomsten. Voorbeelden zijn de rioolheffing, maar ook de

rijksvergoedingen voor bijvoorbeeld de bijstandsuitkeringen. De gemeente heeft in de keuze van

bestedingsdoelen van deze middelen geen vrijheid.

Naast de geoormerkte dekkingsmiddelen kent de gemeente algemene dekkingsmiddelen. Deze

worden ontvangen zonder onderliggende koppeling met gemeentelijke uitgaven, de gemeente is vrij in

de keuze van de bestedingsdoelen. Wel wordt vaak in het kader van de algemene uitkering uit het

Gemeentefonds een onderbouwing gegeven voor een mutatie vanuit een kostenverhogende of –

verlagende ontwikkeling in een specifiek beleidsveld. Hoewel er dus een inhoudelijke koppeling is, is

de gemeente nog steeds vrij in haar keuze om bijvoorbeeld extra ontvangen middelen ook voor het

bedoelde beleid in te zetten, of een korting 1 op 1 door te vertalen. In de praktijk wordt deze link wel

vaak gelegd, ter voorkoming van ongewenste budgetschommelingen bij andere beleidsvelden.

De algemene dekkingsmiddelen kennen nauwelijks beleidsuitgangspunten. Wel zijn er

beheersdoelstellingen. Deze worden op de volgende pagina kort aangegeven.

Onvoorzien

De gemeente kent naast de in subprogramma 6.3 genoemde inkomstenbronnen ook nog de post

‘onvoorzien’. Hier zijn dekkingsmiddelen opgenomen, die gebruikt kunnen worden als de gemeente

met onvoorziene, onvermijdelijke en niet uitstelbare uitgaven geconfronteerd wordt. De post onvoorzien

maakt deel uit van het prestatieveld “Bestuur” van programmaonderdeel 6.2.

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Algemene uitkering De Algemene Uitkering wordt exogeen

bepaald op basis van vastgestelde verdeelmaatstaven. Deze vaststelling vindt na afloop van het begrotingsjaar plaats. Beheersmatig bestaan de werkzaamheden uit het doorrekenen van de gegevens uit de circulaires om tot een zo goed mogelijke inschatting van de uitkering te komen, en zo de voor de gemeente beschikbare budgetruimte te bepalen.

Naast de beheersactiviteiten voor het begrotingsjaar 2014 hebben de activiteiten voor de Algemene Uitkering in 2014 vooral bestaan uit het zo goed mogelijk inschatten van de budgetten voor de Decentralisaties voor 2015 en verder. Dit valt buiten het kader van deze jaarrekening.

Deelnemingen De gemeente neemt deel in een aantal ondernemingen: Vitens, Alliander, HVC en Nuon. Hiervoor is kapitaal opgenomen en ingebracht in deze ondernemingen, in ruil waarvoor een dividendvergoeding wordt ontvangen. Als aandeelhouder heeft Lelystad stemrecht; via onze stem beïnvloeden wij het beleid en daarmee de continuïteit van de onderneming. Het Nuon-aandeelhouderschap is inmiddels beëindigd. De laatste tranche van de verkoop moet nog worden afgewikkeld. Dit gebeurt in 2015. Ter compensatie van het wegvallen van de dividendinkomsten wordt een gedeelte van de verkoop-opbrengst in reserve gehouden en het rendement aan de algemene dekkingsmiddelen toegevoegd.

In 2014 hebben geen wijzigingen plaatsgevonden in de deelnemingen van Vitens, Alliander, HVC en Nuon. Nuon zal zoals gemeld in 2015 worden afgewikkeld conform de gesloten overeenkomst. Daarnaast is in 2014 de deelneming van Perspectief B.V. in liquidatie afgeboekt als gevolg van de opheffing per 1 juli 2013. Voor een overzicht van alle deelnemingen inclusief wijzigingen, wordt verwezen naar de post deelnemingen op de balans in de jaarrekening, en de paragraaf verbonden partijen.

Page 104: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

(Vervolg)

Doel / beleidsterrein Beoogde effectresultaten Verantwoording 2014 Treasury Voor de uitvoering van haar activiteiten

heeft de organisatie liquide middelen nodig. Deze worden op de kapitaalmarkt aangetrokken. Om te voorkomen dat de lasten binnen de begrotings-onderdelen gaan fluctueren door verschillen in de rente bij individuele financieringsarrangementen wordt gewerkt volgens het systeem van de integrale financiering met omslagrente. Hierbij wordt de kapitaalbehoefte van de organisatie als geheel in één keer gefinancierd op basis van een liquiditeitsprognose. Binnen de organisatie wordt als last hiervoor gerekend met een omslagrente (nu 4%) die overeenkomt met de gemiddelde rentelast van onze financieringen. Ter voorkoming van onverantwoorde renterisico’s is de financiering van de lokale overheid aan een aantal wettelijke kaders onderworpen. De treasury beoogt binnen deze kaders de financiering tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden te regelen.

In 2014 zijn geen langlopende leningen op de kapitaalmarkt aangetrokken. De aanvullende financieringsbehoefte is in 2014 geheel ingevuld met kasgeldleningen (<1 jaar). De interne omslagrente is in 2014 bij de opstelling van de begroting 2015 geanalyseerd en met ingang van 2015 aangepast naar 3%. Voor een uitgebreidere verantwoording van de treasury-activiteiten verwijzen wij u naar de paragraaf Financiering.

Belastingen De gemeente maakt voor de verwerving van algemene dekkingsmiddelen gebruik van de instrumenten Precariobelasting, Onroerende Zaakbelasting en Hondenbelasting. De doelstelling is de bestuurlijk vastgestelde opbrengst tegen zo laag mogelijke kosten te realiseren.

Voor de realisatie van de (beheers)doelen van 2014 betreffende belastingen verwijzen wij u naar de paragraaf Lokale Heffingen.

Page 105: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

2.6.4 resultaat Programma 6

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P6 Voor de LelystedelingPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P61 Gemeentelijke dienstverlening -2.752 102 -2.650 -2.734 -84

P62 Gemeentelijke organisatie -28.782 -1.330 -30.112 -28.200 1.912

P63 Algemene dekkingsmiddelen -10.498 1.283 -9.215 -8.197 1.018

Totaal Lasten -42.032 55 -41.977 -39.131 2.846

Baten

P61 Gemeentelijke dienstverlening 2.417 0 2.417 1.967 -450

P62 Gemeentelijke organisatie 3.047 90 3.137 3.850 713

P63 Algemene dekkingsmiddelen 135.046 753 135.799 138.812 3.012

Totaal Baten 140.509 843 141.353 144.629 3.276

Totaal Saldo van baten en lasten 98.478 898 99.376 105.498 6.122

Mutatie reserves

Lasten

P61 Gemeentelijke dienstverlening -125 0 -125 -125 0

P62 Gemeentelijke organisatie 0 -600 -600 -600 0

P63 Algemene dekkingsmiddelen -1.639 -5.102 -6.740 -6.740 0

Totaal Lasten -1.764 -5.702 -7.465 -7.465 0

Baten

P61 Gemeentelijke dienstverlening 248 -177 71 168 97

P62 Gemeentelijke organisatie 0 0 0 0 0

P63 Algemene dekkingsmiddelen 2.045 2.837 4.881 4.881 0

Totaal Baten 2.292 2.660 4.952 5.049 97

Totaal Mutatie reserves 528 -3.042 -2.513 -2.416 97

Gerealiseerd resultaat 99.006 -2.143 96.863 103.082 6.219

Page 106: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

3. paragrafen

3.1 bedrijfsvoering 2014

Bij de instelling van het instrument Programmabegroting is voor een weergave gekozen, gegroepeerd

naar inhoudelijke thema’s (programma’s). De paragrafen kunnen worden gezien als een nadere

toelichting op een aantal aspecten dat door de programma’s heen verweven is. De hierbij te hanteren

lijn is dat het volledige financiële beeld van de gemeentelijke begroting wordt weergegeven in de

programma’s.

In de paragraaf bedrijfsvoering worden de actuele ontwikkelingen beschreven op het gebied van het

beheer van de middelen die worden ingezet om de doelen, zoals beschreven in de programma’s, te

verwezenlijken.

Vernieuwing en innovatie

De maatschappij verandert en de organisatie van de gemeente Lelystad verandert mee. Om deze

verandering te laten plaatsvinden in een context waar verbetering van de efficiency en versterking van

de dienstverlening voorop staan wordt gehandeld vanuit het concept van de organisatie met

meerwaarde. Op deze manier kan bij iedere activiteit de vraag worden gesteld “en wat heeft de burger

hieraan?”.

In 2014 heeft de proeftuin weer een aantal processen aangepakt. Hieruit zijn innovatieve ideeën

voortgekomen om de werkprocessen in onze organisatie te vernieuwen. Ook door middel van Lean

hebben een aantal werkprocessen een nieuwe opzet gekregen.

Bezuinigingen en personeel

De herplaatsingsprocedures zoals deze sinds 2012 zijn gestart zijn in 2014 zo goed als afgerond, wat

inhoudt dat bij ieder dossier ofwel een oplossing is gevonden ofwel concrete afspraken zijn gemaakt

voor de wijze waarop in de komende periode een inzet wordt gerealiseerd. Investeren in deze

medewerkers door begeleiding bij hun mobiliteitsvraagstuk is hierbij een noodzakelijke voorwaarde

waarvoor het aanwezige frictiebudget wordt ingezet. Daarbij worden zij ook aangesproken op hun

mede verantwoordelijkheid in dit proces.

De komende bezuinigingen, met name bij het teruglopen in de projecten, zullen leiden tot een nieuwe

groep herplaatsingskandidaten waarvan de grootte nu nog niet kan worden vastgesteld. Ook hen zal

de organisatie vanuit wederzijdse verantwoordelijkheid begeleiden bij hun mobiliteit.

Leidinggeven

Ook 2014 stond voor het management in het verder verankeren van de verandering voor wat betreft

de stijl van leidinggeven. Daar waar de jaren 2011-2012 in het teken hebben gestaan van reflectie,

dialoog en intervisie en de ontwikkeling van het nieuwe managementteam, is in 2013 en 2014 de

aandacht komen te liggen op de interactie tussen leidinggevende en medewerker. De investering lag

voornamelijk in het ontwikkelen bij de medewerker van een groter bewustzijn dat hij of zij zelf

verantwoordelijk is voor zijn eigen werk en waardecreatie voor de organisatie en samenleving. Het

management faciliteert deze ontwikkeling door het scheppen van een cultuur en een werksfeer waarin

dit gedrag snel en volledig tot ontwikkeling zal komen.

In het najaar zijn een aantal bijeenkomsten georganiseerd over de organisatieontwikkeling waarin de

medewerkers werd gevraagd hun feedback te geven. Hierin is de positieve ontwikkeling van de

organisatiecultuur en de stimulerende rol van het management hierin bevestigd.

Page 107: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

HRM

De eerder vastgestelde visie op HRM sluit, vertaald naar beleid, goed aan op de ontwikkelrichting die

organisatie is ingeslagen en de veranderingen op de arbeidsmarkt. Voor 2014 heeft het HRM-beleid

goed voldaan in haar ondersteuning van de organisatie.

Huisvesting en ICT

De rode draad bij ICT is dat de wereld om ons heen complexer is geworden en dit proces zal de

komende jaren doorgaan. Paradoxaal genoeg is er een grotere standaardisering van de

informatievoorziening nodig om in te spelen op die toegenomen complexiteit. Als we een doorkijk

maken naar waar we over drie jaar staan, dan willen we als gemeente Lelystad de beschikking hebben

over een gestandaardiseerde informatiehuishouding dat intern/extern met (keten) partners, burgers en

bedrijven efficiënt en veilig gedeeld kan worden. In 2014 is hieraan gewerkt door met name de

basisvoorzieningen goed op elkaar af te stemmen en de voorbereidingen voor het organisatiebreed

invoeren van Sharepoint als centraal platform voor delen en samenwerken op te pakken. Hieraan zal

in 2016 verder worden gewerkt.

Op het gebied van huisvesting is in het afgelopen jaar met een aantal potentiële huurders gesproken

over het innemen van een positie binnen de te ruime jas van ons stadhuis. Hierbij is gebleken dat

kwaliteit en kosten een positief resultaat niet in de weg staan, maar dat de sterke identificatie van ons

stadhuis met de gemeentelijke organisatie een obstakel vormt. In de komende periode zal worden

bezien hoe hierbij gehandeld kan worden met als doel de capaciteit van het stadhuis weer optimaal te

benutten.

Hervorming bedrijfsvoering

De hervorming van de bedrijfsvoering, gestart in 2012 met het ‘lean’ maken van een zestal processen

waaronder het Inkoopproces en de Wet Werk en Bijstand, is ook in 2014 gestaag doorgegaan. In 2014

zijn 15 trajecten doorgelicht en de werkwijze van continue verbetering van de processen raakt meer en

meer verankerd in de organisatie. Ook in de komende jaren gaat dit traject verder.

De belangrijkste opbrengst van de doorlichting van de processen ligt in kwaliteit en klantwaarde, dit

zijn de kernbegrippen van Lean. De hieruit voortvloeiende efficiencywinsten worden ingezet bij het

invullen van de taakstelling op de bedrijfsvoering.

Bedrijfsvoeringskosten

De kosten voor een concernbrede bedrijfsvoering bijeengebracht op een product in programma 6.

Hierdoor beperken de in de overige programma’s opgenomen lasten zich hierdoor tot de direct aan de

activiteiten toe te rekenen kosten van het afdelingsmanagement. Doordat deze systematiek wordt

toegepast is het gemakkelijker een beeld te vormen van de financiële consequenties van een

gemeentelijke activiteit.

Bedrag x € 1.000

BedrijfsvoeringskostenPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting

na

wijzigingen

Rekening Verschil

Administratie en ondersteuning 8.123 -45 8.078 7.620 457

Directie en staf 1.639 -108 1.531 1.451 81

ICT 4.589 -190 4.399 4.560 -161

Huisvesting 3.032 -696 2.336 2.231 105

Eindtotaal 17.382 -1.038 16.344 15.862 482

Page 108: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

3. 2 Financiering

In het treasurystatuut staat het kader voor de inrichting van de financieringsfunctie. De uitwerking van

het statuut wordt in de financieringsparagraaf van begroting en jaarrekening opgenomen. De

financieringsparagraaf gaat in op de eisen die de Wet Fido (Financiering Decentrale Overheden) stelt.

Hieruit moet blijken dat:

- de uitvoering van de financieringsfunctie uitsluitend de publieke taak dient;

- aan de kasgeldlimiet en de renterisiconorm wordt voldaan;

- en het beheer prudent en risicomijdend is.

Anders gezegd, het financieringsbeleid is gericht op zo gunstig mogelijke rendementen tegen zo weinig

mogelijk risico’s.

Vermogenspositie

De langlopende schuld is het afgelopen jaar afgenomen. In 2014 zijn een tweetal leningen contractueel

afgelost. Er zijn dit jaar geen nieuwe leningen aangetrokken. De komende jaren zal de langlopende

schuld zich vermoedelijk op een stabiel niveau begeven.

Financieringsbeleid

Het streven is de nodige leningen tegen zo laag mogelijke kosten aan te trekken en tegelijkertijd de

renterisico’s te beheersen. Bij het sluiten van leningen houden we rekening met de bestaande

leningenportefeuille, de rentevisie, de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. Het moment van aantrekken

van gelden en de grootte van het bedrag zijn afhankelijk van de geldstromen. De Wet Fido geeft een

ruimte van twee kwartalen om een overschrijding van de kasgeldlimiet te consolideren (kortlopende

geldlening omzetten in een langlopende geldlening). Het tijdstip en omvang van een aan te trekken

lening hangt ook af van de realisatie van de uitgaven voor het investeringsplan en de uitgaven en

inkomsten van de grondexploitatie. Het is moeilijk om ze ruim van te voren in te schatten.

Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet geeft de hoogte van het bedrag aan waarvan de wetgever vindt dat daarover een

renterisico mag worden gelopen. Hieronder vallen alle kortlopende financieringen met een looptijd

korter dan één jaar. In het geval de kasgeldlimiet structureel wordt overschreden, dan dient er in het

derde achtereenvolgende kwartaal maatregelen te worden getroffen om de overschrijding teniet te

doen. Door consolidatie (aantrekken van langlopende geldleningen) wordt de korte termijnschuld

omgezet naar de lange termijn schuld. De kasgeldlimiet is maximaal 8,5 procent van de totale

begroting, voor 2014 is het begrotingstotaal €238,1 miljoen, dus de toegestane kasgeldlimiet is circa

€20,2 miljoen. Het uitgangspunt is dat een eventueel financieringstekort, zolang we maar binnen de

kasgeldlimiet blijven, zoveel mogelijk met kort geld gefinancierd (lagere rente) wordt. Zoals blijkt uit

Langlopende

schuldBedrag x €1 mln

2005 32

2006 43

2007 35

2008 81

2009 129

2010 145

2011 184

2012 191

2013 199

2014 181

Page 109: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

onderstaande tabel is er in het 1e en 4e kwartaal 2014 de kasgeldlimiet overschreden. Hierdoor hebben

we kunnen profiteren van de aantrekkelijke lage rentestand van de korte rente. In het 2e en 3e kwartaal

2014 is de overschrijding van de kasgeldlimiet teniet gedaan door positieve mutaties op onze

bankrekening, o.a. als gevolg van een ontvangst van het BTW – compensatiefonds van ruim €8 miljoen.

In het 2e kwartaal 2015 zullen we waarschijnlijk moeten consolideren om de overschrijding van het 4e

kwartaal 2014 en de geprognosticeerde overschrijding van het 1e kwartaal 2015 teniet te doen.

Berekening kasgeldlimiet 2014 (bedragen in duizenden euro's)

Bedrag x € 1.000

Kasgeldlimiet 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal

Omvang begroting per 1 januari 2014

Grondslag 238.079 238.079 238.079 238.079

(1) Toegestane kasgeldlimiet

In procenten van de grondslag 8,50% 8,50% 8,50% 8,50%

In bedrag 20.237 20.237 20.237 20.237

(2) Omvang vlottende korte schuld

Opgenomen gelden < 1 jaar 26.500 20.167 17.000 32.833

Schuld in rekening-courant 321 439 412 -393

Gestorte gelden door derden < 1 jaar

Derivaten contracten

Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld

Totaal vlottende korte schuld (2) 26.821 20.606 17.412 32.441

(3) Vlottende middelen

Contante gelden in kas

Tegoeden in rekening-courant 1.247 1.550 1.557 766

Overige uitstaande gelden < 1 jaar

Derivatencontracten

Totaal vlottende middelen (3) 1.247 1.550 1.557 766

(4) Toets kasgeldlimiet

Totaal netto vlottende schuld (3 - 2) -25.574 -19.056 -15.855 -31.675

Toegestane kasgeldlimiet (1) 20.237 20.237 20.237 20.237

Ruimte (+)/ Overschrijding (-) -5.337 1.181 4.381 -11.438

Page 110: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Renterisiconorm en renterisico’s vaste schuld

De renterisiconorm houdt in, dat de jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen niet meer

mogen bedragen dan 20 procent van het begrotingstotaal. Verder wordt voor het renterisico uitgegaan

van het bedrag van de te betalen aflossingen. Onderstaand is het renterisico t.o.v. de renterisiconorm

in beeld gebracht. Uit onderstaande tabel blijkt dat de ruimte onder de renterisiconorm circa €30 miljoen

bedraagt. Er wordt dus ruimschoots voldaan aan de renterisiconorm. De renterisiconorm is gerelateerd

aan het begrotingstotaal.

Bedrag x € 1 mln

Nr: Berekening renterisiconorm Rekening 2014

1 Renteherzieningen 0

2 Betaalde aflossing 18

3 Renterisico (1+2) 18

4 Renterisiconorm 48

5a Ruimte onder renterisiconorm (4 > 3) 30

5b Overschrijding renterisiconorm (3 > 4)

Berekening renterisiconorm

4a Begrotingstotaal 238

4bHet bij ministeriële regeling vastgestelde

percentage20%

4 Renterisiconorm (4b x 4a) 48

Page 111: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Schatkistbankieren

De wet verplicht schatkistbankieren is eind 2013 van kracht geworden. Als gevolg van deze wet zijn de

bepalingen omtrent het verplicht schatkistbankieren opgenomen in de wet Fido. Alle decentrale

overheden zijn verplicht om hun overtollige (liquide) middelen aan te houden in de schatkist. Een

uitzondering hierop vormt het drempelbedrag. Decentrale overheden zijn gerechtigd om een bepaald

bedrag aan middelen buiten de schatkist aan te houden. Gerekend over een heel kwartaal mag het op

dagbasis buiten de schatkist aangehouden bedrag gemiddeld niet hoger zijn dan het drempelbedrag.

Het drempelbedrag wordt berekend naar 0,75 procent van het begrotingstotaal per 1 januari 2014.

Voor de gemeente Lelystad bedraagt het drempelbedrag circa €1,8 miljoen.

Uit onderstaande tabel blijkt dat het gemiddelde banksaldo per kwartaal onder het drempelbedrag heeft

gelegen. In 2014 zijn er dan ook geen middelen aangehouden in de schatkist.

3.3 Grondbeleid

Grondbeleid is het doelgericht ingrijpen van de overheid in de grondmarkt ten aanzien van de

aspecten vraag, aanbod of prijs. Binnen het grondbeleid wordt het geheel aan instrumentarium

beschreven dat de gemeente toe kan passen in de omgang met de grond ter versterking van het

ruimtelijk beleid en welke voorkeuren zij heeft in de uitvoering daarvan. In de Kadernota Grondbeleid

(2010) is de keuze gemaakt om bij voorkeur als “actief zelfstandig regisseur” de grondexploitatie ter

hand te nemen ter uitvoering van de doelstellingen, zoals opgenomen in het programmaplan

(gebaseerd op het structuurplan). In de Raam MPG (2014) is aangegeven dat op de lange termijn

ook overwogen moet worden een transitie in te zetten van een overwegend actief Grondbedrijf naar

een meer gemengd actief-passief Grondbedrijf. Dit wordt in de komende jaren nader uitgewerkt.

Ontwikkelingen 2014

(1) Drempelbedrag 1.786

Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4

(2)Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's

Rijks schatkist aangehouden middelen1.275 1.077 1.373 1.233

(3a) = (1) > (2) Ruimte onder het drempelbedrag 510 709 412 553

(3b) = (2) > (1) Overschrijding van het drempelbedrag - - - -

2014

(4a) Begrotingstotaal verslagjaar 238.079

(4b)Het deel van het begrotingstotaal dat

kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen238.079

(4c)Het deel van het begrotingstotaal dat de

€ 500 miljoen te boven gaat-

(1) = (4b)*0,0075 +

(4c)*0,002 met een

minimum van €250.000

Drempelbedrag 1.786

Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4

(5a)

Som van de per dag buiten 's Rijks

schatkist aangehouden middelen

(negatieve bedragen tellen als nihil)

114.787 98.009 126.339 113.432

(5b) Dagen in het kwartaal 90 91 92 92

(2) - (5a) / (5b)Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks

schatkist aangehouden middelen1.275 1.077 1.373 1.233

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000)

(1) Berekening drempelbedrag

(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist

aangehouden middelen

Verslagjaar 2014

Page 112: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Door de economische crisis zijn de verkopen bescheiden geweest namelijk 5,3 ha grond, waarvan

0,8 ha. bedrijventerrein en 0,1 ha voor de bouw van 7 projectwoningen. Verder is er een bosperceel

verkocht van 3,8 ha. naast enkele kleine verspreid liggende percelen.

Ten aanzien van de gewenste ontwikkeling van een multimodale overslagterminal met haven

gerelateerd bedrijventerrein wordt door de provincie gewerkt aan het realiseren van de buitendijkse

terminal faciliteit. Binnendijks onderzoeken provincie en gemeente de mogelijkheden om te komen tot

een sluitende grondexploitatie voor een bedrijventerrein.

Met de Raam MPG (2014) is een scenario analyse uitgevoerd op de toekomstige ontwikkeling van

Lelystad. De Raad heeft op grond hiervan gekozen voor een “meest realistische ontwikkeling” als basis

voor de beheers- en beleidsmaatregelen. Deze worden, gesplitst over korte, middellange en lange

termijn in de komende tijd nader uitgewerkt en doorgevoerd.

In deze paragraaf Grondbeleid wordt nader ingegaan op het grondbeleid hetgeen voor de raad om

twee redenen van belang is: ten eerste de relatie met de doelstellingen zoals aangegeven in de

programma’s; ten tweede het financiële belang en de risico’s. Deze belangen kunnen elkaar overigens

beïnvloeden.

Visie op het grondbeleid en beschikbare instrumenten

Door de veranderde situatie op de grondmarkt en de diversiteit in belangen die dit met zich mee brengt,

is het meer dan ooit van belang dat de overheid regie blijft voeren bij de realisatie van het ruimtelijk

beleid. Het voeren van de regie is gepast om de publieke dimensie van de ruimtelijke ordening veilig

te stellen en een optimale allocatie van de grond te bereiken. In de praktijk zijn er factoren die van

invloed zijn op de mogelijkheden om regie te voeren. De belangrijkste factoren zijn:

- De mate waarin de gemeente een (grond)positie in een bepaald gebied heeft;

- De complexiteit van een bepaalde ontwikkeling;

- De mate waarin de gemeente het risico van de ontwikkeling wil dragen;

- De beschikbaarheid van medewerkers die over de gevraagde expertise beschikken en de mate

waarin voldoende capaciteit aanwezig is om het project ook op een goede wijze af te ronden.

Het gemeentelijk grondbeleid is een instrument om andere gemeentelijke beleidsdoelstellingen te

realiseren. De volgende aspecten kunnen worden onderscheiden:

- De architectonische en ruimtelijke kwaliteit van de te ontwikkelen locatie mede in relatie tot andere

beleidsvelden;

- De relatie met het woningbouwprogramma en de markt: worden er voldoende kwalitatief goede

woningen gebouwd;

- De relatie met de economische beleidsdoelstellingen voor wat betreft de verkoop van

bedrijfsterrein;

- De financiële dimensie en hiermee in samenhang de haalbaarheid;

- De tijdsdimensie (voortgang).

Doel van het beleid is enerzijds de ondersteuning van het ontwikkelen van de leefomgeving en

anderzijds het zo goed mogelijk realiseren van een positief bedrijfsresultaat voor voeding van de

Reserve Ontwikkeling Stad. Het Grondbedrijf vertaalt de doelstellingen van de beleidssectoren, het

Structuurplan en het daaruit voortvloeiende stedelijk programma naar financieel economische kaders

voor ruimtelijk fysieke projecten. In de Kadernota Grondbeleid is aangegeven dat voor de uitvoering

van dit beleid onder meer de volgende instrumenten beschikbaar zijn:

Page 113: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Een actief (strategisch en anticiperend) aankoopbeleid

De gemeente Lelystad heeft door middel van een afspraak met het Rijksvastgoed- en

Ontwikkelingsbedrijf (RV(O)B) gronden op afroep beschikbaar (onafhankelijk van onderhandelingen

m.b.t. de aankoopprijs). Binnen de bestaande stad zal voor herstructureringsgebieden en

wijkontwikkelingsplannen daarnaast steeds vaker bij andere partijen moeten worden aangekocht.

Volledig kostenverhaal via de grondexploitatie

In principe wil de gemeente zelf bouw- en woonrijp maken. Daarbij is het uitgangspunt dat binnen de

gemeente een grondexploitatie in principe minimaal budgettair neutraal ontwikkeld moet kunnen

worden. Bij het nemen van risico’s dienen ook kansen tot een positief resultaat aanwezig te zijn. Op

deze manier behoudt de gemeente het initiatief en heeft de mogelijkheid tot het zelf selecteren van

partners bij de planontwikkeling.

Kostenverhaal via exploitatieovereenkomsten Indien een derde (ontwikkelaar / bouwer) grondeigenaar is en zelf bouw- en woonrijp maakt zal de

gemeente met die partij een exploitatieovereenkomst afsluiten. In die overeenkomst wordt vastgelegd

welke gemeentelijke kosten voor rekening van de ontwikkelaar / bouwer zullen komen.

Het voeren van een marktconform prijsbeleid Hierdoor ontstaat optimalisatie van de samengestelde gemeentelijke beleidsdoeleinden en kan flexibel

worden gereageerd op veranderingen op de grond- en woningmarkt. De gemeente geeft zelf sturing

aan het uitgeven van grond en kavels.

Meerjaren investerings- en risico analyses

Op basis van de meerjarenbouwprognose (MBP) wordt een meerjareninvesteringsprogramma

opgesteld waardoor de financiële consequenties van de gemaakte keuzes inzichtelijk worden. Tevens

worden periodiek risicoanalyses opgesteld. Sinds 2012 is het MBP opgenomen in het Meerjaren

Perspectief Grondbedrijf (MPG). De actuele verwachte ontwikkelingen ten aanzien van de

bevolkingsomvang en de economische posities, gaven aanleiding om opnieuw een scenario analyse

uit te voeren en daarop de strategische keuzes te bepalen. Dit leidde tot een drietal scenario’s waarin

respectievelijk de geplande ontwikkelingen binnen de MRA, de bevolkingsprognose van het CBS

worden gevolgd aangevuld met een model waarin alleen nog voor de bestaande stad wordt ontwikkeld

(Stand-stil). Dit leidt tot verschillende proposities in de snelheid waarmee bouwgronden naar

verwachting zullen worden verkocht en zegt daarmee iets over de te voorspellen looptijd van de

grondexploitaties. Het meest waarschijnlijke middenscenario wordt gekozen als basis voor de

strategische beslissingen in te treffen beheersmaatregelen. De financiële effecten van een geringere

jaarproductie, daarmee langere looptijden worden gecompenseerd door het verlagen van de interne

rekenrente en het laten vervallen van de opslag voor Bovenwijkse kosten.

Page 114: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Resultaat Grondbedrijf

De onderbouwing van de resultaatbepaling is opgenomen in de nota Meerjarenperspectief

Grondbedrijf.

Het rekeningresultaat van het Grondbedrijf bedraagt €5.511.710 nadelig en is opgebouwd uit de

volgende posten:

- Winstneming (resultaat uit normale bedrijfsvoering) €1.213.602

- Getroffen cq. vrijval voorzieningen t.b.v. onderhanden werken €1.233.957 -/-

- Getroffen cq. vrijval voorzieningen gronden niet in exploitatie €3.576.617 -/-

- Niet gedekt aandeel personeelskosten organisatie €1.143.500 -/-

- Niet gedekte bedrijfsvoeringkosten €693.361 -/-

- Overige resultaten € 77.877 -/-

Het totaal nadelig resultaat ad €5.511.710 wordt als volgt bestemd:

-Een onttrekking aan de Reserve Antwoord van Lelystad €148.267

Het restant zal worden betrokken in de resultaatbestemming 2014 van de algemene dienst.

Uitgangspunten reserves in relatie tot risico’s

Het aan- en verkopen van gronden brengt risico ’s met zich mee. Om deze reden zijn twee reserves

gevormd:

1. Risicoreserve grondexploitatie;

2. Algemene Reserve Grondbedrijf.

Ad 1 Risicoreserve grondexploitatie

In grondbedrijfcomplexen worden de risico’s gedurende de duur van de grondexploitatie gedekt door

de Risicoreserve grondexploitatie. De vorming van deze reserve vindt plaats door de grondexploitaties

op 7 risico’s en 6 kansen te analyseren. Kans maal omvang (van verlies of winst) leidt tot een

risicofactor. Deze risicofactor wordt in geld vertaald, te weten de gewenste risicobuffer. Deze

risicoanalyse wordt jaarlijks geactualiseerd op basis van de situatie per 1 januari van het betreffende

jaar. In de Nota Meerjarenperspectief Grondbedrijf 2014 is het risicopercentage aangepast van 3,33

naar 3,4.

Risico stagnerende afzet op de woningmarkt: per grondexploitatie kan het risicoprofiel verschillen. In

verband met de economische crisis loopt het Grondbedrijf extra risico voor de afzet van woningen en

bedrijven. De marktomstandigheden hebben er toe geleid dat de meeste projecten in ontwikkeling

heronderhandeld en aangepast moesten worden. Kleine projecten (kleine woningaantallen) lijken nog

het meest kansrijk in de markt. Deze tendensen zijn voor de organisatie arbeidsintensiever. Hierdoor

ontstaat extra druk op de planontwikkelingskosten. Om deze kostenpost toch beheersbaar te houden

wordt kritisch gekeken naar de omvang van de benodigde bouwplanontwikkelingen alsmede naar

innovatieve oplossingen in het planontwikkelingsproces zelf.

De Risicoreserve grondexploitatie eindigt met een saldo €0, bij een benodigd saldo van €11.423.370.

Er is geen ruimte om stortingen te doen in de Algemene Reserve Grondbedrijf en de Reserve

Ontwikkeling Stad.

Bij de jaarrekening 2014 zal worden voorgesteld om de risico reserve grondbedrijf op te heffen. De

benodigde buffer wordt vanaf heden meegenomen in de totaal benodigde weerstandscapaciteit van

de gemeente.

Page 115: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Ad 2 Algemene Reserve Grondbedrijf De Algemene reserve Grondbedrijf is bedoeld voor:

- Afdekking van tekorten bij negatieve grondexploitaties bij de start van een complex;

- Afboeking van boekwaarden van terreinen c.q. panden die de marktwaarde te boven gaan;

- Incidentele tegenvallers buiten lopende complexen;

- Specifieke doelen welke door de raad worden bepaald.

Het saldo van de Algemene Reserve Grondbedrijf is €176.615 -/-. Bij de jaarrekening 2014 zal worden

voorgesteld om het negatieve saldo aan te zuiveren en om de algemene reserve op te heffen.

Page 116: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

3.4 Lokale heffingen

De lokale heffingen vormen een belangrijk onderdeel van het gemeentelijk beleid. De paragraaf lokale

heffingen geeft inzicht in de belastingen, heffingen en rechten die gemeente Lelystad bij haar burgers

en bedrijven in rekening heeft gebracht. Achtereenvolgens wordt ingegaan op de gerealiseerde lokale

heffingen en de oorzaken van de afwijkingen ten opzichte van de begroting 2014. Daarnaast wordt

inzicht gegeven in het in 2014 uitgevoerde kwijtscheldingsbeleid. Een beschrijving van de ontwikkeling

van de lokale lastendruk per huishouden maakt het beeld van de lokale lasten compleet.

Lokale heffingen

In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de inkomsten uit de lokale heffingen. Deze

staan vervolgens toegelicht.

1. Onroerende zaakbelastingen

De opbrengst onroerende-zaakbelastingen is ten opzichte van vorig jaar marginaal verhoogd (2,45%).

De gerealiseerde opbrengst wijkt in positief opzicht 0,33 procent af van de geraamde opbrengst. De

geraamde opbrengst bedraagt €20,6 miljoen, terwijl €20,7 miljoen is gerealiseerd. De hogere

inkomsten worden veroorzaakt doordat het aantal bezwaarschriften en beroepschriften opnieuw is

afgenomen, leidend tot een positief resultaat.

2. Afvalstoffenheffing De geraamde opbrengst bedraagt €8,02 miljoen, terwijl €8,26 miljoen is gerealiseerd. Dit verschil wordt

veroorzaakt doordat in de begroting voor 2014 geen inflatiecorrectie is opgenomen terwijl de tarieven

conform de beleidsuitgangspunten in de tarievennota wel met 2,5 procent verhoogd zijn.

3. Hondenbelasting Het tarief van de hondenbelasting wordt één keer in de twee jaar met €2,26 aangepast. De tarieven

hondenbelasting zijn in 2014 verhoogd. De geraamde opbrengst bedraagt €591.000. De gerealiseerde

opbrengst komt uit op €573.000. Daarmee komt de gerealiseerde opbrengst hondenbelasting €18.000

lager uit dan de geraamde opbrengst.

Bedrag x €1.000

Gemeentelijke belastingenbegrote en gerealiseerde opbrengsten uit lokale heffingen

Begroting

2014( incl. wijzigingen)

Rekening

2014

Saldo

1. Onroerende-zaakbelastingen 20.634 20.703 69

2. Afvalstoffenheffing 8.023 8.262 239

3. Hondenbelasting 591 573 -18

4 Rioolheffing 1.896 1.770 -126

5. Leges 1.908 1.335 -573

6. Marktgelden 167 128 -39

7. Lijkbezorgingsrechten 420 314 -106

8. Parkeerbelastingen (parkeergeld en naheffingen) 2.668 2.242 -426

9. Precariobelasting 1.600 1.487 -113

10. Bedrijfsinvesteringzone (BIZ) - - -

11. Liggelden Bataviahaven - - -

Totaal inkomsten uit lokale heffingen 37.907 36.814 -1.093

12. Kwijtscheldingen 875 972 -97

13. Dubieuze debiteuren 215 301 -86

Totaal oninbaar inclusief kwijtschelding 1.090 1.273 -183

Totaal lokale heffingen 36.817 35.541 -1.276

Page 117: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

4. Rioolheffing

De tarieven rioolheffing zijn in 2014 verhoogd met de inflatiecorrectie. De geraamde opbrengst

bedraagt €1,896 miljoen. De gerealiseerde opbrengst komt uit op €1,770 miljoen. Daarmee komt de

gerealiseerde opbrengst €0,126 miljoen lager uit dan de geraamde opbrengst.

Door het achterblijven van de groei van de stad, waarmee in de begroting wel rekening is gehouden,

zijn er minder inkomsten gerealiseerd dan begroot. Daarnaast heeft er een verschuiving van het aantal

meerpersoonshuishoudens naar eenpersoonshuishoudens plaatsgevonden. Aangezien het tarief voor

eenpersoonshuishouden aanzienlijk lager is dan het meerpersoons tarief worden er minder inkomsten

gerealiseerd.

5. Leges Hieronder worden de afwijkingen van de leges toegelicht, met uitzondering van de leges die

samenhangen met het product handel en ambachten, welke zijn opgenomen onder het kopje

marktgelden. De totale legesinkomsten zijn begroot op €1,9 miljoen terwijl €1,3 miljoen aan

legesinkomsten zijn gegenereerd. De verantwoording zal per onderdeel worden aangegeven.

Leges VTO en Wabo (saldo - €465.000):

De legesinkomsten zijn begroot op €998.000 terwijl de gerealiseerde inkomsten €533.000 bedroegen.

Hierdoor ontstaat een nadelig saldo van €465.000. Het nadelig saldo wordt als volgt toegeschreven

aan de volgende producten.

- omgevingsvergunningen (saldo - €435.000)

Voor bovenstaande diensten zijn de baten begroot op €927.000 terwijl de gerealiseerde

legesinkomsten €492.000 bedroegen. Door de terughoudende bouwactiviteiten zijn de inkomsten niet

gerealiseerd conform de begroting. Er wordt wel veel verbouwd, dus qua aantallen van te behandelen

aanvragen is niet zoveel teruggang meer, echter dit levert nauwelijks leges op. Met name de terugloop

in grote bouwprojecten heeft een nadelig effect op de legesinkomsten. De legesinkomsten zijn sterk

afhankelijk van de grotere projecten en de laatste jaren zit dit percentage op 4 á 5 procent van de

aanvragen (terwijl dit percentage enkele jaren geleden nog 7 á 8 procent bedroeg).

- veiligheid APV, drank en horeca,registratie kinderopvang en evenementen (saldo - €30.000)

Voor bovenstaande diensten zijn de baten begroot op €71.000. De legesinkomsten bedroegen

€41.000.

Leges Stadswinkel (saldo - €108.000):

De legesinkomsten zijn begroot op €910.000. De gerealiseerde inkomsten bedroegen €802.000.

Hierdoor ontstaat een nadelig saldo van €108.000. Dit nadelige saldo wordt voornamelijk

toegeschreven het feit dat er minder rijbewijzen zijn verkocht dan begroot (€110.000). Met betrekking

tot de leges burgerlijke stand zijn er minder huwelijken/ geregistreerd partnerschappen afgesloten dan

begroot (€23.000). Op de overige legesposten zoals reisdocumenten, nationale wetgeving en overige

dienstverlening wordt per saldo €25.000 aan baten genoten.

6. Marktgelden

Voor het jaar 2014 zijn de baten begroot op €167.000 terwijl €128.000 aan marktgelden is gegenereerd.

Daarmee komt de gerealiseerde marktgelden €39.000 lager uit dan geraamd.

7. Lijkbezorgingrechten Voor het jaar 2014 zijn de baten begroot op €420.000 terwijl €314.000 aan legesinkomsten is

gegenereerd. Hierdoor ontstaat een nadelig saldo van €106.000. Deze lagere baten worden

veroorzaakt doordat minder begravingen hebben plaatsgevonden.

Page 118: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

8. Parkeerbelasting

Voor het jaar 2014 zijn de inkomsten begroot op €2,66 miljoen. De gerealiseerde inkomsten bedroegen

€2,24 miljoen. De lagere inkomsten hebben meerdere oorzaken: minder parkeringen mede als gevolg

van de economische crisis en de daarmee samenhangende toegenomen leegstand van het aantal

winkels in het stadshart.

9. Precariobelasting

Voor het jaar 2014 zijn de inkomsten begroot op €1,6 miljoen terwijl €1,487 miljoen aan inkomsten zijn

gegenereerd. Daarmee komt de gerealiseerde precariobelasting €113.000 lager uit dan geraamd. De

lagere inkomsten worden veroorzaakt doordat voor meerdere jaren een correctie op het aantal

strekkende meters kabels en leidingen, waarover precariobelasting geheven wordt, heeft

plaatsgevonden. Het werkelijke aantal strekkende meters is naar beneden toe bijgesteld. Deze

correctie komt ten laste van het resultaat 2014.

10. Bedrijfsinvesteringszone

Aangezien het vereiste draagvlak voor de “Verordening BI-zone Groene Carré Lelystad 2012” bij de

hertelling van de stemmen is weggevallen, heeft de gemeenteraad in 2014 de betreffende Verordening

ingetrokken. De lopende verplichting ad €96.000 komt ten laste van de winst- en verliesrekening.

11. Liggelden Bataviahaven Er is sprake van een exploitatieovereenkomst met de stichting Bataviahaven. De liggelden komen toe aan de stichting Batatiahaven ter dekking van de exploitatielasten conform de dienstverleningsovereenkomst die de gemeente met de stichting heeft gesloten.

12. Kwijtschelding Sinds 1 januari 2013 kunnen natuurlijke personen die een bedrijf of een zelfstandig beroep uitoefenen, de zogenaamde kleine ondernemers, net als natuurlijke personen kwijtschelding aanvragen. De kwijtscheldingsnorm die in Lelystad wordt gehanteerd bedraagt 100 procent. Dit betekent dat alle belastingplichtigen die een inkomen hebben op bijstandsniveau (= gelijk aan de norm van 100 procent) of lager in aanmerking komen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding. Kwijtschelding wordt alleen verleend voor de onroerende zaakbelasting, afvalstoffenheffing en de rioolheffing. In 2014 is er in totaal voor €972.000 aan kwijtschelding verleend, terwijl er voor kwijtschelding €875.000 is begroot. In onderstaande tabel wordt de kwijtschelding naar soort weer gegeven.

13. Dubieuze debiteuren Bij de uitvoering van de invorderingswerkzaamheden op het gebied van gemeentelijke belastingen

komt het voor dat belastingschuldigen de aanslagen gemeentelijke belastingen niet kunnen voldoen.

Hierbij gaat het om burgers die onder de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) vallen,

bedrijven die in staat van faillissement verkeren of in andere bijzondere situaties waardoor de

belastingschuld niet wordt voldaan. Door de economische situatie neemt het aantal faillissementen en

WSNP toe. Het bedrag dat oninbaar wordt geleden neemt toe. Herijking van de voorziening heeft

plaatsgevonden en is op niveau gebracht. Hierdoor is het budget met €86.000 overschreden.

Lastendruk- vergelijking woonlasten 2014

Bedrag x €1.000

Kwijtschelding naar soortBegroot 2014 Rekening

2014

saldo

ozb 35 17 18

afvalstoffenheffing 700 797 -97

rioolheffing 140 158 -18

Totaal 875 972 -97

Page 119: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Hieronder staat een vergelijking van de woonlasten in 2014 tussen Lelystad en de gemeenten in

Flevoland en enkele met ons vergelijkbare gemeenten op basis van de categorisering centrumfunctie,

sociale structuur en inwoneraantal, van de Inspectie Financiën Lokale en provinciale Overheden

(IFLO). In de ranglijst is de gemeente met de laagste woonlasten de gemeente met het laagste

rangnummer.

vergelijkbare gemeenten op basis van de categorisering centrumfunctie, sociale structuur en

inwoneraantal, van de Inspectie Financiën Lokale en provinciale Overheden (IFLO).

Uit bovenstaande tabel blijkt dat gemeente Lelystad de 97e plaats inneemt. In 2013 stond de gemeente

Lelystad op plaats 85. In 2012 stond de gemeente Lelystad op plaats 96 (goedkoopste in Flevoland).

In 2011 stond de gemeente Lelystad op plaats 132.

Kostendekkendheid 2014

De kostendekkendheid van de leges verschaft inzicht in de procentuele over- of onderdekking van de

producten en diensten gemeentebreed.

Door middel van een tabel wordt de mate van kostendekkendheid inzichtelijk gemaakt.

Het gaat om de volgende titels: algemene dienstverlening, dienstverlening vallende onder de fysieke

leefomgeving/omgevingsvergunning en dienstverlening vallende onder de Europese dienstenrichtlijn.

De kostendekkendheid van de geraamde lasten en de geraamde baten (voor zover te achterhalen is)

bedraagt per titel:

(*)

Eenpersoons-

huishoudens

Meerpersoons-

huishoudens

Rang-

nummer*

Flevoland 664 691

Zeewolde 599 656 96

Lelystad 573 657 97

Almere 697 697 165

Dronten 704 704 182

Noordoostpolder 667 706 185

Urk 753 753 281

Vergelijkbare gemeenten(1)

Hoorn 557 657 98

Spijkernisse 670 670 119

Vlaardingen 622 688 146

hoogste en laagste woonlasten

Bunschoten (goedkoopste gemeente) 494 514 1

Wassenaar(duurste gemeente) 965 1.183 417

*1 = laagste woonlasten en 417 is hoogste woonlasten

Woonlasten in €

Vergelijking woonlasten 2014

Titel Naam

Geraamde

lasten

Geraamde

baten

Saldo Kosten-

dekkendheid

(*)

1 Algemene dienstverlening 2.392.000 973.600 -1.418.400 -59%

2

Dienstverlening vallende onder de fysieke

leefomgeving /omgevingsvergunning 951.000 922.000 -29.000 -3%

3

Dienstverlening vallende onder de

Europese dienstenrichtlijn 144.300 38.900 -105.400 -73%

Totaal 3.487.300 1.934.500 -1.552.800 -45%

Page 120: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

+= procentuele overdekking

- = procentuele onderdekking

Toelichting Titels:

De opbouw van de titels verwijzen naar de tarieventabel van de legesverordening Lelystad 2014.

Titel 1: Algemene dienstverlening heeft betrekking op o.a. leges burgerlijke stand, -reisdocumenten, -rijbewijzen,-

winkeltijdenwet, -kansspelen etc.

Titel 2: Dienstverlening vallende onder de fysieke leefomgeving/omgevingsvergunningen heeft betrekking op o.a. leges

betreffende WABO. De WABO integreert een groot aantal (circa 25) vergunningen, ontheffingen en meldingen

(verder te noemen toestemmingen) tot één omgevingsvergunning.

Titel 3: Dienstverlening vallende onder de Europese dienstenrichtlijn heeft betrekking op o.a. leges betreffende toezicht

op o.a. horecabedrijven, kinderopvang, organiseren van evenementen of markten, brandbeveiliging

verordeningen etc.

Page 121: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

3.5 Onderhoud kapitaalgoederen

Lelystad is ruim 76.000 ha. groot. Hiervan bestaat 24.000 ha. uit land en de rest uit water. De gemeente

heeft circa 820 ha. openbaar groen, 435 ha. bossen en 650 ha. verharding in onderhoud. Bij het

inrichten en onderhouden van de openbare ruimte wordt ingespeeld op de wensen en behoeften vanuit

de samenleving: de inwoners maken gebruik van hun leefomgeving om te wonen, te werken, zich te

verplaatsen en te recreëren. Om dit alles mogelijk te maken zijn diverse ‘kapitaalgoederen’ nodig:

wegen, kunstwerken, water en riolering (infrastructuur), openbaar groen, verlichting,

recreatiefaciliteiten en gebouwen. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud daarvan is

bepalend voor het voorzieningenniveau en de jaarlijkse lasten, waarvoor financiële middelen moeten

worden vrijgemaakt. Het onderhoud wordt door middel van Dagelijks Onderhoud (DO) en Groot

Onderhoud (GO) uitgevoerd. Zijn de DO- en GO-ingrepen niet voldoende om de functionele kwaliteit

te waarborgen, dan worden aanvullende maatregelen ingezet. Dit is het geval bij functieveranderingen,

onder andere door gewijzigd beleid (bijvoorbeeld duurzaam veilig, invoeren politiekeurmerk). Deze

paragraaf geeft een dwarsdoorsnede van de Programmabegroting op het gebied van de

kapitaalgoederen en daarmee het beleidskader voor het onderhoud daarvan. De uitgaven voor het

onderhoud van kapitaalgoederen komen terug in verschillende programma’s en worden daar

verantwoord.

In 2011 heeft een herijking van de meerjarenraming plaatsgevonden. In deze herijking zijn, naast de

beleidswijzigingen waartoe de raad heeft besloten en de areaaluitbreidingen, o.a. de gevolgen van de

bezuinigingen op het beheer en onderhoud van de openbare ruimte verwerkt. Bij de berekeningen

wordt uitgegaan van de huidige technische staat van de openbare ruimte. Uitgangspunt is de

beeldkwaliteit zoals beschreven in het Kwaliteitsstructuurplan (KSP). De meerjarenraming openbare

ruimte moet aantonen dat de openbare ruimte van Lelystad ook op lange termijn - mits sober en

doelmatig – te onderhouden is met inzet van de beschikbare middelen, inclusief de ICL-bijdrage. Hierbij

wordt uitgegaan van een kwaliteit volgens het ‘basisscenario’ van het KSP. Dit krijgt zijn doorwerking

zowel aan de kosten- (de daarmee corresponderende lagere prestaties) als aan de middelenkant

(minder budget). Voor het onderdeel ‘riolering’ is een uitzondering gemaakt en wordt de doorkijk

genomen tot het jaar 2050. Het onderdeel ‘riolering’ is separaat uitgewerkt in het verbreed Gemeentelijk

Riolering Plan (vGRP) 2011-2015 dat op 9 maart 2011 door de raad is vastgesteld. In 2014 is gestart

met de actualisatie van de MJR en het GRP die van belang zijn bij de evaluatie van de ICL bijdrage

die Lelystad ontvangt van het rijk.

Wegen, straten en pleinen (WSP)

Door uitvoering van het werkplan 2014 Groot Onderhoud Wegen, Straten en Pleinen (onderdeel van

het I-GOR) voldoet de verharding in Lelystad aan de kwaliteitseisen zoals die in het KSP zijn

vastgesteld en zijn de voorbereidingen gestart voor de verhardingen die in 2015 onderhoud behoeven

om te blijven voldoen aan de kwaliteitseisen.

Naast het herstraten en beperkt herinrichten van enkele woonstraten zijn er fietspaden, polderwegen,

wijkontsluitingswegen en stadshoofdwegen voorzien van nieuwe asfaltconstructies.

In 2014 heeft de eerste tranche (ca. 25 procent areaal) plaatsgevonden van de vervanging van de

geluidsreducerende deklagen op de stadshoofdwegen door het duurzamere type DESA.

De projecten vanuit het product Fietspaden zijn in 2014 geheel afgerond. De projecten vanuit het

product Polderwegen zijn in 2014 geheel afgerond. De projecten vanuit het product Stadshoofdwegen

zijn, met uitzondering van de Polderdreef, in 2014 afgerond. Vanuit het product Woongebieden is in

2014 ongeveer 80 procent van de werken afgerond. Het niet volledig afronden heeft te maken met de

bijdrage vanuit het GO aan het project Stadhuisplein en het uitstellen van werkzaamheden in verband

met de aanleg van Breedband in de Atolwijk.

Page 122: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verkeers-, weg- en straatmeubilair en wegmarkering

Onder verkeersmeubilair wordt verstaan: wettelijk voorgeschreven verkeersborden, bewegwijzering,

straatnaamborden, parkeerrouteborden, verkeersregelinstallaties/snelheidsmeters/verkeerstellers en

wegbebakening (verkeerszuilen, schrikhekken, bochtschilden, reflector- en hectometerpaaltjes,

verkeersspiegels e.d.). Onder het wegmeubilair vallen de overige objecten ter facilitering en regulering

van het verkeer, zoals zitbanken, picknicktafels, afvalbakken, fietsenstandaards en -overkappingen,

afsluitpalen, geleidehekken, abri’s, reisinformatiepanelen, klokken, stadsplattegronden en

buitenreclame.

Onder het overige straatmeubilair worden gerekend: afrastering, boomspiegels/boomkransen en

boombeugels, fonteinen, recreatieobjecten en dergelijke zaken ter bescherming van het groen en

verfraaiing van het stadsbeeld, en nutsobjecten (brievenbussen, telefooncellen, en schakelkasten voor

elektriciteit, gas, kabel-tv en riolering). De nutsobjecten zijn voor een groot deel eigendom van de

nutsbedrijven. Groen- en recreatieobjecten vallen onder het onderhoud groen- en speelvoorzieningen.

In 2014 is een start gemaakt met het inventariseren van objecten en het opstellen van beleid met

betrekking tot bewegwijzering inclusief straatnaamborden. De inventarisatie van bewegwijzering wordt

ook gebruikt voor controle van de verplichte financiële afdracht aan de NBd (Nationale

Bewegwijzeringsdienst) per 1-1-2015.

Tevens is onderzocht hoe de buitenreclame beter georganiseerd kan worden. Het

fietsknooppuntennetwerk is gerealiseerd, evenals een fietsenstalling aan de Botter bij het station, zijn

twee bromfietsparkeerplekken gerealiseerd en zijn de stallingsmogelijkheden voor fietsen in het

stadshart gemoderniseerd. Beschadigde straatnaam- en verkeersborden zijn vervangen en storingen

aan de verkeersregelinstallaties verholpen. Er is een nieuwe VRI aan de Oostranddreef geplaatst, die

aangesloten is op de verkeersregelinstallatie van Almere. Tijdens grootonderhoudsprojecten van

wegen/straten/pleinen is het noodzakelijke verkeers- en wegmeubilair op die locatie vervangen.

De wegmarkering (belijning) is op een aantal locaties onderhouden en gemoderniseerd door middel

van het belijningsbestek, en verder tijdens GO-projecten.

Betaald parkeren

Het onderhoud van de parkeergarages (in het Stadshart) en de (afgesloten) maaiveldparkeerterreinen

valt binnen de verantwoordelijkheid van de gemeente en is onderdeel van de parkeerexploitaties. In

2014 is het strikt noodzakelijke dagelijkse onderhoud aan de garages (verhelpen storingen en het

onderhoud dat noodzakelijk is om de garages open te houden) door de gemeente uitgevoerd. Het

beheer en schoonmaken is door de Coöperatie Parkeerservice in samenwerking met het Werkbedrijf

Lelystad in opdracht van de gemeente uitgevoerd. De raad heeft eind 2014 besloten over

modernisering van de parkeerproducten, invoeren belparkeren en aanpassing van de

parkeerexploitatie. Vervanging van de parkeerapparatuur in 2015 is voorbereid. Het dagelijks beheer

van de parkeervoorzieningen aan de kust is voor 40 jaar verhuurd aan Batavia Stad Outlet Shopping.

Openbare verlichting

De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer van de openbare verlichting in de gemeente. Het

onderhoud aan de openbare verlichting is uitgevoerd conform de vastgestelde beleidskaders via

maatregelen groot- en dagelijks onderhoud.

Kunstwerken (infrastructureel)

De bruggen, tunnels, hoge routes en hellingbanen zijn opgenomen in een beheerprogramma voor de

uitvoering van groot onderhoud. Hierin staan alle gegevens van de kunstwerken opgenomen, inclusief

Page 123: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

technische inspecties en de verwachte kosten van het groot onderhoud voor de komende jaren. De

technische inspecties worden afhankelijk van het type brug per drie jaar geactualiseerd. Bij de

inspecties worden de kunstwerken beoordeeld op de aspecten: veiligheid, functionaliteit en esthetica.

Het programma is in 2014 aangepast in verband met het gelijktijdig uitvoeren van onderhoud aan de

Larserdreef in combinatie met het werk aan het kruispunt door de Provincie en aan de op- en afritten

van de A6 door Rijkswaterstaat. In 2014 zijn twee bruggen vervangen door geheel in composiet

uitgevoerde exemplaren en is bij een 9-tal bruggen het houten dek vervangen door composiet. Het

repareren met epoxy van brugpeilers is een adequate en betaalbare manier gebleken om vervanging

uit te stellen.

Kunstobjecten (cultureel)

In de Auteurswet van 1912 is vastgelegd dat eigenaren van een kunstwerk de verplichting hebben dit

werk naar behoren te beheren, te onderhouden en waar nodig te restaureren. Als eigenaar van een

groot aantal kunstwerken draagt dus ook de gemeente deze verantwoordelijkheid. In een plan voor

regelmatig onderhoud en beheer van kunstwerken in gemeentelijk bezit is voorzien voor de

kunstwerken met bouwkundige elementen, zoals de Zuil en de Hurkende Man.

Voor de beeldende kunst in gemeentelijk bezit is in 2006 een systematisch meerjarig

onderhoudsprogramma geïntroduceerd. Vanaf 2006 vindt het onderhoud van de beeldende kunst

conform dit programma plaats.

Groen en speelvoorzieningen

Het beleidskader voor groen is vastgelegd in het KSP en het Bomenbeleidsplan. Het groenbeheer kent

globaal de volgende doelen:

Het beheer en de instandhouding van technische, recreatieve, ruimtelijke en ecologische functies

van het groen binnen en buiten de bebouwde kom;

Het beheer en onderhoud en de noodzakelijke vervanging van bomen en het overige groen is volgens

plan uitgevoerd. Het betreft zowel dagelijks onderhoud als groot onderhoud. Dit is gebeurd aan de

hand van kwaliteits- en onderhoudsniveaus. Het werkplan groot onderhoud (grootschalig) groen 2014

is uitgevoerd. Het groot onderhoud in de woongebieden is uitgevoerd als integraal onderdeel van het

meerjarenprogramma GO WSP 2014 – 2018. Beide maken onderdeel uit van het I-GOR 2014 – 2018.

Bewustwording van burgers over het nut en de noodzaak van groenvoorzieningen.

De bewoners zijn geïnformeerd over kap- en uitvoeringsplannen en nadrukkelijk vanaf de

inventarisatiefase betrokken bij het grootonderhoud.

Voor speelvoorzieningen is het beleid vastgelegd in het Speelruimtebeleid 2013. Het Attractiebesluit is

van toepassing. Het beheer en onderhoud van de speelvoorzieningen in de openbare ruimte is

overeenkomstig uitgevoerd. Het groot onderhoud van het meerjarenprogramma 2013-2017 is deels

uitgevoerd en tussentijds geëvalueerd met name op het effect op de bezuinigingsdoelstelling en de

participatie.

Bossen

Het beheer van de bossen heeft plaatsgevonden op basis van het Bosbeleidsplan 1996 en het

Bosbeheerplan 2009-2018. Daarbij was veel aandacht voor de recreatieve voorzieningen en in deze

beheerplanperiode extra aandacht voor randenbeheer. De houtopstanden zijn budgetneutraal

beheerd.

Riolering

De gemeente heeft een zorgplicht voor afvalwater, hemelwater en grondwater binnen haar

grondgebied. In het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2011 t/m 2015 geeft de gemeente aan hoe

Page 124: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

zij invulling wil geven aan deze zorgplichten. In 2014 is gemeentebreed, en in samenwerking met

andere Flevolandse gemeentes en waterschap Zuiderzeeland, gewerkt aan het opstellen van een

nieuw GRP voor de periode 2016 t/m 2021. Tot en met 2014 zijn rioolinspecties uitgevoerd in 40

procent van het stelsel. Een deel van de riolering komt in aanmerking voor een hoge frequentie van

reiniging. Dat deel is ook in 2014 gereinigd. In het kader van groot onderhoud is een

asbestcementleiding vervangen, die bij werkzaamheden aan een rioolgemaal was beschadigd.

Watergangen

Het Waterplan (2002) en het Baggerplan (2004) vormen de basis voor het beleid en de uitvoering. Er

is gekozen voor het uitvoeren van de zogenaamde kernmaatregelen uit het Waterplan (baggeren,

aanpassing inrichting en monitoring) binnen een periode van tien jaar. De uitvoering van de

kernmaatregel aanpassing inrichting is in 2013 afgerond. De kernmaatregel baggeren uit het

gemeentelijk baggerplan 2004 is in 2014 afgerond. Conform de waterwet, is het watersysteem in

beheer bij het waterschap. Dat betekent dat vanaf 1 januari 2015 de kosten van de (reguliere)

baggerwerkzaamheden in de stedelijke watergangen volledig voor rekening komen van het waterschap

en de gemeente daaraan niet meer bijdraagt.

In de raamovereenkomst is geregeld op welke manier het beheer van het water is georganiseerd. Het

Waterschap is primair verantwoordelijk voor de waterkwaliteit, waterberging en waterafvoer. De

onderdelen en aspecten waarvoor de gemeente verantwoordelijk blijft zijn in het

onderhoudsprogramma opgenomen.

Bataviahaven

De Haven wordt sinds 2002 gebruikt voor diverse activiteiten, zoals de huisvesting van een

chartervloot, het organiseren van evenementen en als ligplaats voor passanten. Het dagelijks

onderhoud en beheer is ondergebracht bij de Stichting Bataviahaven. Dit is geregeld met een

dienstverleningsovereenkomst. Het groot onderhoud van de haven ligt bij de gemeente. Voor groot

onderhoud is een meerjarenplan vastgesteld om deze kapitaalgoederen op een juiste manier te

beheren.

Gebouwen

De gemeente heeft diverse gebouwen in eigendom zoals de gebouwen voor onderwijs, cultuur,

parkeergarages, brandweerkazerne, gemeentelijke huisvesting (waaronder Stadhuis, Wigstraat,

buurthuizen) en dergelijke. Het onderhoud van deze gebouwen is uitgevoerd op basis van het

meerjarenonderhoudsprogramma (MJOP) dat ook in 2014 is geactualiseerd op basis van inspecties.

Met het MJOP als basis wordt jaarlijks het werkprogramma voor het daarop volgende jaar voorbereid.

In 2014 is de Vaartweg aangekocht en in gebruikgenomen door Concern voor Werk, het Werkbedrijf

en Eduvier. De voormalige bioscoop Utopolis is na een brandje gereinigd en inmiddels in

gebruikgenomen door een dansschool en een poppodium. Het groot onderhoud aan de scholen is per

2015 overgedragen aan de schoolbesturen.

Page 125: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Realisatie Integraal Groot Onderhoud Openbare Ruimte (IGOR)

De werkvoorraad met betrekking tot groot onderhoud wordt jaarlijks geactualiseerd en vastgelegd in

een integraal voortschrijdend meerjarenprogramma waarin naast Wegen, Straten, Pleinen (WSP) ook

groen, watergangen, kunstwerken en riolering zijn opgenomen. Daarnaast is het I-GOR geactualiseerd.

In dat kader is het werkplan 2015 en meerjarenprogramma 2016 – 2019 opgesteld.

Het werkplan 2014 is op hoofdlijnen conform planning uitgevoerd.

In het overzicht wordt de financiële realisatie van het werkplan 2014 aangegeven t.o.v. de begroting.

Ter toelichting wordt daarbij een inhoudelijke analyse gegeven van het verschil tussen de begroting en

de realisatie.

A. De projecten Stadshoofdwegen zijn, met uitzondering van de Polderdreef, in 2014 afgerond. Het

verschil wordt met name veroorzaakt doordat bij vervanging van GRA een andere

onderhoudsmaatregel is toegepast dan waar bij de budgetraming vanuit is gegaan.

B. Van de projecten in de woongebieden is in 2014 ongeveer 80 procent van de werken afgerond.

Het niet volledig afronden heeft vooral te maken met de terreinafwerking groen en het opschorten

van werkzaamheden in verband met herprioritering van projecten (Klip en Westkaap) als gevolg

van besluitvorming door de raad bij het vaststellen van het werkplan 2014 en uitvoering van

werkzaamheden door Reggefiber.

C. De projecten op het gebied van polderwegen zijn in 2014 geheel afgerond. Het positieve resultaat

wordt veroorzaakt door lagere uitvoeringskosten ten opzichte van de budgetraming.

D. De projecten op het gebied van fietspaden zijn in 2014 geheel afgerond.

E. In 2014 heeft een marktonderzoek plaatsgevonden naar het gebruik van led-verlichting. De

besluitvorming is als gevolg van dit onderzoek enigszins vertraagd waardoor een deel van de

werkzaamheden in 2015 zal plaatsvinden.

F. Als gevolg van de zachte winter en verbetering van de planmatige aanpak door IGOR zijn de

'calamiteiten' budgetten "Doorbeheermaatregel GRA en Inschieters" minder belast.

G. De projecten openbaar groen zijn in 2014 geheel gerealiseerd.

H. Achterstand is ontstaan bij de uitvoering van het MJP GO Spelen. Het werkplan Spelen 2013 is in

2014 uitgevoerd, Het werkplan 2014 is in 2014 voorbereid zodat de uitvoering in 2015 kan

plaatsvinden. Met een vernieuwde planning wordt de achterstand in 2015 zoveel mogelijk

ingelopen.

I. De projecten water zijn in 2014 gerealiseerd. Het verschil heeft betrekking op het afronden van

baggerwerkzaamheden als onderdeel van de overdracht, van het beheer en onderhoud, van het

stedelijk water aan het waterschap.

J. De projecten op het gebied van de riolering zijn in 2014 gerealiseerd.

Bedrag in €

Producten groot onderhoudTotaal

begroting

Realisatie verschil

A. Stadshoofdwegen 3.740.436 2.563.225 1.177.211

B. Woongebieden 3.704.306 2.920.010 784.296

C. Polderwegen 839.000 529.460 309.540

D. Fietspaden 864.120 780.425 83.695

E. Openbare verlichting 425.000 271.045 153.955

F. Calamiteiten en inschieters WSP 931.000 712.880 218.120

G. Groen 336.558 338.816 -2.258

H. Speelvoorzieningen 292.779 281.508 11.271

I. Water en kunstwerken 382.000 588.734 -206.734

J. Riolering 690.000 632.939 57.061

K. Bruggen, hoge routes en viaducten 3.306.374 2.778.377 527.997

Page 126: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

K. Voor 2014 is besloten dat de werkzaamheden aan de Larserdreef in samenhang met de

reconstructie van de A6 en de asfalteringswerkzaamheden van de Provincie tegelijkertijd zouden

worden uitgevoerd. Het verschil wordt onder andere veroorzaakt door lagere uitvoeringskosten ten

opzichte van de budgetraming voor civiele kunstwerken.

Daarnaast zijn werkzaamheden doorgeschoven naar 2015 omdat het werkpakket voor 2014 te

groot bleek t.o.v. de beschikbare capaciteit voor voorbereiding en toezicht op de uitvoering.

Page 127: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

3.6 Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Het weerstandsvermogen is een maatstaf voor de mate waarin de gemeente in staat is om de gevolgen

van risico’s op te vangen zonder dat het beleid of de uitvoering daarvan in gevaar komt. Om te bepalen

of het weerstandsvermogen toereikend is, leggen we de relatie tussen de beschikbare

weerstandscapaciteit enerzijds en de financieel gekwantificeerde risico’s en de daarbij gewenste

weerstandscapaciteit anderzijds.

De ratio van het weerstandsvermogen wordt berekend door de beschikbare weerstandscapaciteit te

delen door de gewenste weerstandscapaciteit.

De opzet van deze paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing is anders dan de voorgaande

versies. Gestart wordt met een inventarisatie van de risico’s (7.1), daarbij wordt gekeken naar welke

risico’s zich op korte termijn zouden kunnen voordoen (acute risico’s) en welke risico’s niet-acuut zijn,

d.w.z. waarbij als het risico zich dreigt voor te doen er nog maatregelen genomen kunnen worden. De

acute risico’s moeten kunnen worden opgevangen uit de Algemene Reserve. Voor de niet-acute

risico’s zijn er de bestemmingsreserves. De Algemene Reserve en de bestemmingsreserves vormen

de weerstandscapaciteit. In paragraaf 7.4 wordt de gewenste weerstandscapaciteit (7.2) afgezet tegen

de beschikbare weerstandscapaciteit (7.3).

Nieuw in deze paragraaf is ook dat de risico’s van het Grondbedrijf zijn opgenomen in de inventarisatie

van de risico’s en niet in een aparte subparagraaf, hiermee ontstaat een duidelijker beeld van de risico’s

van de totale organisatie.

Inventarisatie risico’s beschikbare weerstandscapaciteit

Bij het opstellen van de jaarrekening 2013 is een aanvang gemaakt met een doorlopende

organisatiebrede risico-inventarisatie. Hierbij is gekeken naar zowel financiële als niet-financiële

risico’s. Bij niet-financiële risico’s gaat het om mogelijke gebeurtenissen die weliswaar geen direct

financieel gevolg hebben maar die bijvoorbeeld wel de reputatie van de gemeente schaden. Bij de

risico-inventarisatie zijn de risico’s geanalyseerd naar oorzaak en gevolg. En bij gevolg is tevens

gekeken naar de kans dat het risico zich voordoet en hoe groot de mogelijke schade is als het risico

zich daadwerkelijk voordoet. Op basis daarvan zijn de geïnventariseerde risico’s geclassificeerd. Niet-

financiële risico’s of risico’s die wel financieel zijn, maar waar niet direct een concreet bedrag aan te

koppelen is worden hierna beschreven in de risico-inventarisatie algemeen. Daarna volgt het overzicht

van de mogelijke risico’s waarvan een reële kans bestaat dat ze zich het komende jaar voordoen in

het onderdeel risico-inventarisatie financieel. Het gaat hier om risico’s die niet anders te ondervangen

zijn dan door het aanwenden van weerstandscapaciteit. Risico’s die binnen de exploitatie worden

opgevangen, waar een risicovoorziening voor is ingesteld of (reguliere) risico’s waarvoor verzekeringen

zijn afgesloten, hebben geen financiële consequenties en maken daarom geen deel uit van deze

paragraaf. Voor risico’s met een kans groter dan 75% zal een voorziening getroffen worden.

Gewenste

weerstandscapaciteit

Beschikbare

weerstandscapaciteit

Weerstandsvermogen

Risico's

Page 128: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

In het algemeen kan worden gesteld dat door maatschappelijke ontwikkelingen, waaronder een

toenemende complexiteit en wijzigingen in de verhouding tussen rijksoverheid en gemeenten, de

financiële risico’s de laatste jaren zijn toegenomen. Ook de financiële crisis en decentralisatie van het

Rijk richting gemeenten leidt tot toenemende risico’s.

Risico-inventarisatie algemeen

Op afstand zetten van taken Nu meer taken op afstand gezet worden, bestaat het risico dat wij als gemeente door burgers

aangesproken worden op door derde partijen uitgevoerde taken. De burger ziet de gemeente als

verantwoordelijke en dat de uitvoering elders belegd is, waarbij wij als gemeente minder invloed

hebben op de wijze van uitvoering, kan schadelijk zijn voor het beeld van de betrouwbare overheid.

Informatiebeveiliging Veel overheidsinformatie is openbaar. Maar de gemeente heeft ook gegevens die beslist niet openbaar

mogen worden zoals persoonlijke gegevens van burgers. Met de komst van de decentralisaties is de

hoeveelheid privacy-gevoelige gegevens alleen maar groter geworden. Om de beveiliging van

informatie te waarborgen heeft de gemeente informatiebeveiligingsbeleid en is er een functionaris

belast met het controleren van de naleving ervan. Bij de organisatiebrede risico-inventarisatie komt

informatiebeveiliging wel naar boven als hoog risico. De kans op incidenten wordt als gevolg van het

reeds bestaande beleid en maatregelen, klein geacht. Maar als een incident toch plaats zou vinden

kan de impact daarvan hoog zijn.

Veiligheid medewerkers

Het risico op agressieve benadering van medewerkers door klanten met persoonlijke of financiële

schade als gevolg.

Verwachtingen burgers Het risico dat de gemeente niet aan de verwachtingen van burgers kan doen. Enerzijds is er meer

aandacht voor burgerparticipatie en voor het betrekken van burgers aan de voorkant van het maken

van beleid, anderzijds is de budgettaire ruimte nog steeds beperkt, waardoor het risico bestaat dat of

niet voldaan kan worden aan de verwachtingen van burgers óf dat budgetten overschreden worden.

Decentralisaties Medio 2014 is een uitgebreide risico-inventarisatie gedaan voor de decentralisaties (zie paragraaf

weerstandsvermogen en risicobeheersing bij de begroting 2015). Bij de invoering van de

decentralisaties zijn beheersmaatregelen genomen op de geanalyseerde risico’s. Een aantal financiële

risico’s zijn meegenomen bij de risico-inventarisatie hieronder. Het betreft de financiële risico’s

rekening houdend met de al getroffen beheersmaatregelen in de vorm van de begrotingspost materieel

evenwicht en de voor jeugdzorg met regionale partners overeengekomen verevening. Daarnaast is er

vanaf 2016 het risico dat lagere inkomsten - door een van wijziging van de verdeelmodellen voor de

rijksbijdrage - niet of niet volledig kunnen worden gecompenseerd door lagere lasten. Op dit moment

staan de herverdeeleffecten nog niet vast en is onduidelijk of hiervoor een fasering zal

worden toegepast. Het risico kan daarom nu ook nog worden geconcretiseerd in de financiële risico-

inventarisatie.

Risico’s vanuit rechtmatigheidscontrole Tijdens de interim controle en aanvullend in de jaarrekening worden de processen

inkoop/aanbesteden, crediteuren, belastingen, leges en omgevingsvergunningen, personeel, subsidie

verstrekkingen, onderwijshuisvesting, treasury en grondbedrijf intern gecontroleerd op rechtmatigheid.

Vanuit deze rechtmatigheidscontrole zijn geen risico’s naar voorgekomen voor deze risicoparagraaf.

Page 129: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Uit de rechtmatigheidscontrole inkoop/aanbesteding, met name Europese aanbestedingen is

voortgekomen dat de inkoop niet altijd rechtmatig verloopt volgende de Europese wet en -regelgeving.

Een mogelijk risico is dat benadeelde partijen de gemeente confronteren met een claim. Dit is in het

verleden nog niet aan de orde geweest en de verwachting van dit risico is dan ook nihil.

Risico-inventarisatie financieel Hierna worden de risico’s genoemd die een mogelijk concreet financieel effect kunnen hebben, deze

worden meegenomen in de berekening van de gewenste weerstandscapaciteit. De risico’s zijn

ingedeeld in acute en lange termijn risico’s om zo inzichtelijk te maken met welke risico’s rekening moet

worden gehouden bij het bepalen van de omvang van de Algemene Reserve. De risico inventarisatie

van het Grondbedrijf is hierin integraal meegenomen. Dat betekent dat acute risico’s van het

Grondbedrijf niet meer apart zichtbaar worden gemaakt in de algemene reserve Grondbedrijf en de

lange termijn risico’s niet meer in de risicoreserve Grondbedrijf. Deze 2 reserves zullen bij vaststelling

van de jaarrekening 2014 formeel worden opgeheven.

Acute risico’s

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

20% 1.500 300

Bij de decentralisatie van de jeugdzorg hoort een taakstellende korting op de bijbehorende rijksbijdrage die uitgaat

van een omslag van zw aardere naar lichtere zorgarrangementen. Het risico bestaat dat de gecalculeerde

ombuiging niet daadw erkelijk w ordt gerealiseerd.

Decentralisatie Jeugd

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

20% 750 150

Bij de decentralisatie van de AWBZ/Wmo hoort een bezuiniging die gekoppeld is aan de omslag van zw aardere

naar lichtere arrangementen. Het risico bestaat dat de gew enste ombuiging niet voldoende gerealiseerd w ordt.

Decentralisatie AWBZ/Wmo

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

80% 500 400Onkruidbeheer op verharding (wsp reinigen)

Het gebruik van chemische middelen voor de bestrijding van onkruid op verharding w ordt in 2015 afgebouw d en

in 2016 beëindigd. In 2015 zal w orden geëxperimenteerd met een mogelijke aanpak op grond w aarvan

beheeropties in beeld w orden gebracht. Het risico is dat deze w ijze van onkruidbestrijding structureel duurder

uitpakt dan de huidige chemische methode of dat er een keuze gemaakt moet w orden over een lagere kw aliteit

van onderhoud. De uitkomsten zullen betrokken w orden bij het voorstel voor de nieuw e Reserve Meerjarige

Begrotingsposten dat in het najaar van 2015 aan de raad zal w orden voorgelegd.

Page 130: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

70% 500 350BDU verkeer en vervoer

Lelystad ontvangt van de provincie tw ee bijdragen uit de BDU verkeer en vervoer: De BDU-OV voor bekostiging

van de exploitatie van het OV (ca. € 2,2 miljoen per jaar) en de BDU-directe uitkering (ca. € 300.000 per jaar). De

hoogte van beide uitkeringen is door de provincie gekoppeld aan rijksbezuinigingen, landelijk/regionale

herverdeeleffecten en intergemeentelijke herverdeeleffecten. De uitkering aan Lelystad voor het OV w ordt

volgens het BDU-bestedingsplan van de provincie met ca. € 150.000 verlaagd. Binnen de concessie zijn geen

aanvullende eenzijdige bezuinigingen meer mogelijk, terw ijl de kosten door indexatie gemiddeld 1% tot 2% per

jaar stijgen. Er is sprake van meerjarige cumulatieve risico's. Daarnaast heeft de provincie in de begroting 2015

het uitgangspunt staan dat de directe uitkering de komende jaren afgebouw d w ordt naar 0. Doordat het rijk de

BDU verkeer en vervoer opheft en in het provinciefonds gaat storten kan de provincie hier eenzijdig toe

besluiten. Lelystad heeft w ettelijk verplichte taken ten aanzien van verkeersveiligheid en verkeerseducatie die

dan uit gemeentelijke middelen gedekt moeten gaan w orden.

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

50% 320 160Parkeren

Per 1 juli 2013 is het parkeerbeheer overgedragen aan de Cooperatie Parkeerservice. Hierdoor is er een

eff iciencyslag gemaakt en w orden de kosten beperkt. Landelijk is het onzeker hoe de economie zich ontw ikkelt

en hoe daarmee samenhangende de aantrekkingskracht van het stadshart in Lelystad en het aantal bezoekers,

de frequentie en de duur van hun bezoek aan het stadshart zich zal ontw ikkelen. Hierdoor w ordt op verzoek

van de gemeenteraad zo min mogelijk groot onderhoud gedaan (13 november 2012, besluit Z12-240846).

Hiermee w ordt ook op kosten bespaard. Deze kosten zullen mogelijk later moeten w orden ingehaald. Bij besluit

van 14 november 2014 (141033292) is er een besluit genomen over de Parkeerexploitatie. Dit besluit is

uitgew erkt in de besluiten van 16 december 2014 in de Parkeerverordening en de Parkeerbelastingverordening.

Het geprognosticeerde tekort in 2015 bedraagt circa € 330.000. Bij amendementen is dekking gevonden voor dit

tekort door het parkeertarief in 2015 met € 0,10 te verhogen, de koopavond w eer onder betaald parkeren te laten

vallen, aantrekkelijke parkeerproducten te realiseren en het resterende tekort van € 280.000 te dekken uit de

algemene dienst. De Landelijk discussie over de vergoeding die gemeenten ontvangen op mulderfeiten is

negatief afgelopen. De bijdrage per mulderfeit is komen te vervallen. Voor Lelystad gaat dit, op basis van

voorlopige cijfers van 2015 om circa 40.000,- per jaar (parkeerfeiten).

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

25% 100 25

De w erkkostenregeling (WKR) is per 2015 verplicht. Het f inancieel effect van de WKR is moeilijk te voorspellen.

Er is een inschatting gemaakt op basis van de ervaringen uit de pilot vorig jaar, de inmiddels aangepaste

regelgeving, toekomstige formatie en toekomstige lasten die onder de WKR vallen. In een negatief scenario moet

de gemeente een hogere eindheffing betalen.

Werkkostenregeling

Page 131: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

20% 750 150

De belangrijkste inkomstenbron voor de gemeente is de uitkering uit het gemeentefonds, de zogeheten 'algemene

uitkering'. Het risico is aanw ezig dat deze begrote inkomsten lager (of hoger) uitvallen dan w aar in de begroting

2015 vanuit w ordt gegaan. In het meest negatieve geval w ordt het mogelijke totale nadeel ingeschat op €0,75

mln.

Algemene Uitkering

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

10% 300 30Belastinginkomsten

De belastingsinkomsten kunnen als gevolg van de economische situatie terug lopen. Bij de afhandeling van de

bezw aarschriften zijn deze economische omstandigheden merkbaar. Met name in de economische w aarde van

bedrijfsmatig onroerend goed is dit merkbaar. Het aantal bezw aar en beroepprocedures is beperkt. Maar ook

gaan er bedrijven failliet, komen burgers in de Wet schuldsanering natuurlijke personen of zijn er andere

omstandigheden w aardoor belastingschulden niet geïnd kunnen w orden. Het f inanciële risico zou maximaal tot €

300.000,-- kunnen oplopen.

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

20% 600 120Convenant Bereikbaarheid Lelystad Airport

In het kader van de Bereikbaarheid Lelystad Airport is de gemeente in 2014 een convenant aangegaan met het

Ministerie I&M en de provincie Flevoland. Met de provincie vindt nog overleg plaats over de verdeling van de

regionale kosten. De gemeentelijke financiële bijdrage is minimaal € 675.000 en maximaal € 1,6 miljoen. In de

Programmabegroting 2015-2018 is hiervoor als nog aan de raad voor te leggen onttrekking aan de Reserve

Ontw ikkeling Stad € 1 miljoen opgenomen.

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

10% 308 31

De gemeente anticipeert op gebiedsontw ikkelingen door het aankopen van gronden. Als een ruimtelijke

ontw ikkeling niet doorgaat, dan valt de prijs van de aangekochte grond terug naar de (lagere) agrarische

w aarde.’

Grondverwervingsrisico

Page 132: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Lange termijn risico’s

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

5% 500 25

Ten behoeve van de gemeentelijke bijdrage OLA (Ontsluiting Lelystad Airport) ad. € 1 miljoen is door de

gemeente bij de provincie een subsidie van € 500.000 aangevraagd. Tw eeledig risico: vooralsnog is door de

provincie alleen de intentie uitgesproken om de subsidie te verlenen en daarnaast zit er een deadline aan de

realisatie van het project (eind 2018) en daarmee aan de subsidie.

Voorfinanciering subsidie OLA

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

25% 200 50Wijziging wet- en regelgeving

Bij het aangaan van contracten voor w erken is sprake van innovatie w aardoor het type contracten verandert.

Tevens vindt tegelijkertijd een w ijziging plaats van w et en regelgeving. Beide elementen versterken elkaar

w aarbij de risico's verschuiven naar de overheid.

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

50% 500 250

Onvoldoende uitstroom uit de bijstand voor de nieuw e doelgroep (Wajong/WSW) en een afbouw van de sociale

w erkvoorziening(WSW) die geen gelijke tred met de aflopende rijksbijdrage. Bijbehorende risico's zijn reeds

financieel geconcretiseerd onder Bijstandsuitkeringen en de GR IJsselmeergroep.

Participatiewet

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

50% 3.600 1.800

Als de w erkloosheid zich anders ontw ikkelt dan verw acht en/of het verdeelmodel voor de rijksbijdrage lager

uitvalt dan kan het totaal nadeel oplopen tot max. 10% van de verw achte rijksbijdrage van € 36 mln. ( = eigen

risico Incidenteel Aanvullende Uitkering = ofw el € 3,6 mln.)

Bijstandsuitkeringen

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

30% 250 75Verbonden Partijen: IJsselmeergroep

De IJsselmeergroep heeft met de komst van de Participatiew et te maken met dreigende tekorten als gevolg van

de subsidiedaling per SW plek en een langlopend afbouw traject sociale w erkvoorziening. Vanaf 2015 is de SW

gesloten voor nieuw e instroom. Inmiddels heeft de Ijsselmeergroep een pakket van maatregelen genomen en

heeft daarmee een sluitende meerjarenbegroting. Het is echter w el een behoorlijk taakstellende begroting en

daarom nemen w e dit als risico op.

Page 133: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

20% 50 10

De gemeente Lelystad is voor ca 3% aandeelhouder van HVC N.V. In de ballotageovereenkomst is opgenomen

dat de aandeelhouders de tekorten van HVC aanvullen. In de jaren 2011, 2012 en 2013 heeft HVC het tekort ten

laste gebracht van de eigen algemene reserve. HVC heeft maatregelen getroffen w aardoor het verlies in 2013,

dat € 5 miljoen bedroeg, minder groot w as dan in voorgaande jaren. Met het doorzetten van het

ombuigingsprogramma verw acht HVC voor 2014 een resultaat rond 0. Voorzichtigheidshalve nemen w e w el

een risico op, w aarbij als HVC op een verlies uit komt van 1.500.000 a 2.000.000 in 2014, er ca. 50.000 mogelijk

voor rekening van Lelystad zou kunnen komen.

Verbonden Partijen: HVC

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

5% 10.000 500

De gemeente Lelystad heeft voor een bedrag van ca. 10,8 miljoen euro geld uitgeleend aan diverse partijen. Het

risico bestaat dat deze partijen op enig moment niet in staat zijn om aan hun aflossingsverplichtingen te voldoen,

danw el failliet gaan w aarmee het gehele restant leningbedrag w ellicht niet teruggehaald kan w orden. Het risico

dat alle partijen tegelijk in betalingsproblemen geraken en het volledige uitstaande bedrag niet verhaald kan

w orden is klein. Voor 2 leningen is een voorziening opgenomen, totaal voor 790.000, w aarmee het risicobedrag

iets meer dan 10 miljoen bedraagt.

Verstrekte leningen

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

10% 27.800 2.780Borgstellingen

De gemeente Lelystad heeft voor ca 27,8 miljoen euro aan borgstellingen verstrekt. Een aantal van de grootste

borgstellingen is verstrekt aan verbonden partijen. Een borgstelling w ordt ingeroepen op moment dat een partij

niet aan de betalingsverplichtingen kan voldoen. Doorgaans is dat pas het geval bij faillissement of surseance

van betaling. De kans dat dit gebeurt is niet heel groot, zeker niet in het geval van verbonden partijen, daarbij zal

in een eerder stadium gestuurd w orden op het bijstellen van de koers, danw el dat er vanuit de gemeente tijdelijke

aanvullende maatregelen w orden genomen

Page 134: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

40% 4.000 1.600Omala

Lelystad participeert samen met de gemeente Almere en de provincie Flevoland in de Ontw ikkelingsmaatschappij

Airport Lelystad Almere (OMALA) die belast is met de (toekomstige) gebiedsontw ikkeling voor het

bedrijventerrein rond de luchthaven. Door het in 2015 verw achte besluit inzake de baanverlenging en daarmee

het ontw ikkelingsperspectief van de luchthaven en haar omgeving, w ordt een stimulans verw acht in deze

gebiedsontw ikkeling. Indien onverhoopt dit besluit niet of afw ijkend genomen w ordt, heeft dat consequenties

voor de toekomstige gebiedsontw ikkeling en daarmee op de businesscase van OMALA. Afgeleid daarvan kan dit

leiden tot f inanciële consequenties van aanzienlijke omvang voor de gemeente Lelystad. Bij de bepaling van het

risico van OMALA vinden bij de drie aandeelhouders gemeente Lelystad, gemeente Almere en provincie

Flevoland risicoanalyses plaats op basis van eigen, door met de eigen accountant afgestemde methodes.

Alledrie de aandeelhouders hebben een andere methode, w aardoor er onderling schijnbare verschillen in risico

kunnen optreden. Om de risico's te beperken, zijn in goed overleg tussen de betrokken aandeelhouders

afspraken gemaakt. Zo moeten alle investeringsbeslissingen betreffende grondverw erving en bouw rijp maken

vooraf w orden goedgekeurd door de aandeelhouders. Daarnaast dient de kostenkant (onder andere de

bedrijfsvoering) versoberd te w orden. De ontw ikkeling van OMALA w ordt momenteel herijkt.

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

50% 200 100

Bij grond die bouw rijp is gemaakt maar nog niet w ordt uitgegeven is tijdelijk geen beheer uitgevoerd om op die

manier de natuur een kans te geven zich tijdelijk te ontw ikkelen. Dit heeft geleid tot vestiging van beschermde

diersoorten. Hierdoor kan, zonder mitigerende maatregelen, geen tijdelijke agrarische exploitatie meer

plaatsvinden. Ook zal voorafgaand aan het beoogde gebruik als bouw locatie nog een pakket aan mitigerende

maatregelen moeten w orden uitgevoerd als deze diersoorten dan nog steeds aanw ezig zijn. Met de meerkosten

is in de grondexploitatie geen rekening gehouden.

Tijdelijke Natuur Ontwikkeling (Warande)

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

25% 750 188

Het gebied w ordt aangew ezen tot cultuur historisch erfgoed en mag niet meer voor een normale agrarische

exploitatie w orden geoptimaliseerd.

Cultuurhistorisch erfgoed Flevokust (visvijvers)

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

40% 1.300 520

De gemeente heeft in het verleden het erfpachtrecht verw orden. De w aarde hiervan overstijgt de vigerende

afspraken over het inbrengen van verw orven gronden voor OMALA. Dit meerdere moet uit "extra w inst"

OMALA uiteindelijk w orden terugbetaald. Er is al een gedeeltelijke voorziening voor het verschil ingesteld.

Foundersfee Kavel Klunder

Page 135: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Risico’s Grondexploitaties: Jaarlijks wordt het risicoprofiel van de grondexploitaties geactualiseerd. De berekening van het risico

vertaalde zich in het verleden in de maximale omvang van de risicoreserve Grondbedrijf. In de

jaarrekening 2014 zal deze risicoreserve worden opgeheven en meelopen in de systematiek van de

gemeente als geheel en dus onderdeel zijn bij het weerstandsvermogen.

Hoe wordt dit risico berekend? De maximale omvang van de risicoreserve grondbedrijf wordt afgeleid

van de nog te realiseren investeringen en grondopbrengsten, immers over beiden worden risico ’s

gelopen. Hiertoe is per grondexploitatie een risicoprofiel opgesteld gebaseerd op kansen en

bedreigingen. De saldi van de kansen en bedreigingen vormen de omvang van de reserve. Deze

omvang wordt vertaald in een percentage dat weer wordt gebruikt voor de prognose van de risicobuffer.

Dit percentage is bij het MPG 2014 licht gestegen van 3,33% naar 3,4%. Het benodigd saldo is

€11.423.370 op basis van het nieuwe risicopercentage zoals berekend in het MPG 2014. Voor een

nadere onderbouwing van het risicopercentage wordt verwezen naar het MPG 2014.

Gewenste weerstandscapaciteit

Zoals gezegd bestaat een risico uit de kans dat een gebeurtenis zich voordoet en het mogelijke gevolg

wat dit met zich meebrengt. Op basis van het product ‘kans maal gevolg’ dient een aanpak gekozen te

worden om met het risico om te gaan. Deze aanpak kan betrekking hebben op het verkleinen van de

kans op een gebeurtenis of op het beperken van de gevolgen van een gebeurtenis. Het aanwenden

van weerstandscapaciteit is gericht op het laatste.

Van bovenstaande geïnventariseerde risico’s kan een onderverdeling gemaakt worden naar risico’s

waarvoor acuut toegankelijk weerstandsvermogen noodzakelijk is en risico’s waar op de lange termijn

het weerstandsvermogen toereikend moet zijn. De acute risico’s zullen in de Algemene reserve moeten

worden gedekt, de overige risico’s in het overige weerstandsvermogen.

- Totaal benodigd acuut: €3.841.000

- Totaal benodigd langere termijn: €6.622.000 + €11.423.370= €18.045.370

Hierna gaan we in op de beschikbare weerstandscapaciteit.

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

50% 1.700 850

In de RaamMPG 2014 is vastgesteld dat er voor bedrijventerreinen een te omvangrijke voorraad te verkopen

gebied is. Het is zeer onw aarschijnlijk dat het gebied Flevopoort cluster 3, ook vanw ege de ligging, nog

uitgegeven gaat w orden als industrieterrein. Wel spelen er op dit moment nog ontw ikkelingen w aarvan de

utikomst w ordt afgew acht. Het alternatief is een (voortgezet) agrarisch gebruik, w at echter negatieve

consequenties heeft voor de boekw aarde van de grond.

Marktperspectief op aanbod bedrijventerrein

(Flevopoort)

Bedragen x € 1.000

Risico / gebeurtenis KansFinancieel

gevolgOmvang risico

50% PM PMVennootschapsbelasting grondexploitaties

Het invoeren van vennootschapsbelastingplicht per 2016 voor gemeenten bij de grondexploitaties zal leiden tot

een verplichte afdracht over w instgevende grondexploitaties. Nog niet bekend is w elke fiscale of administratieve

randvoorw aarden hiervoor w orden vastgesteld.

Page 136: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Beschikbare weerstandscapaciteit

De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de Algemene Reserve voor de acute risico’s en de

bestemmingsreserves voor de lange termijn risico’s. Dit zijn incidentele middelen. Er is ook nog

structurele weerstandscapaciteit, echter omdat de meeste risico’s als ze zich voordoen veelal een

incidenteel gevolg zullen hebben, wordt de structurele weerstandscapaciteit hier buiten beschouwing

gelaten.

Algemene Reserve

De Algemene Reserve is bedoeld om onvoorziene financiële tegenvallers op te vangen; die risico’s

waarbij er niet tijdig maatregelen genomen kon worden om het risico op te vangen of te beperken,

oftewel acute risico’s. Dit uit zich meestal in een tekort bij de jaarrekening. Bij de berekening van de

weerstandscapaciteit worden behalve de Algemene Reserves ook de bestemmingsreserves

betrokken. Uit de berekeningen van de afgelopen jaren blijken de bestemmingsreserves alleen ruim

voldoende zijn voor de totaal benodigde weerstandscapaciteit. Daarnaast zijn de meeste

geïnventariseerde risico’s niet acuut, dat wil zeggen dat er voldoende tijd is om maatregelen te nemen

om het risico op te vangen, bijvoorbeeld door elders te bezuinigen. De hoogte van de Algemene

Reserve incl. de Algemene reserve Grondbedrijf bedraagt (€7.911.000 - €177.000) = €7.734.000 vóór

bestemmen van het rekeningresultaat 2014. Met het vaststellen van de jaarrekening 2014 zal worden

voorgesteld de algemene reserve Grondbedrijf formeel op te heffen. De norm voor de Algemene

Reserve is bij de begroting 2015-2018 vastgesteld op €6.000.000, het surplus valt in 2015 en 2016 vrij.

Bestemmingsreserves

Bij de weerstandscapaciteit worden ook de bestemmingsreserves betrokken. Bestemmingsreserves

zijn weliswaar ingesteld voor een bepaald doel, maar de raad kan besluiten deze middelen alsnog op

een andere manier te besteden. In de berekening van de weerstandscapaciteit worden o.a. de Nuon

reserves meegenomen. Hierbij worden alleen de delen van de Nuon reserves betrokken die niet

bedoeld zijn om het wegvallen van het dividend te compenseren. Het totaal van bestemmingsreserves

dat eventueel ingezet kan worden als weerstandscapaciteit bedraagt €29.112.000.

Het totaal aan weerstandscapaciteit inclusief bestemmingsreserves is terug te zien in onderstaande

tabel.

Bedrag x € 1.000

Beschikbare weerstandscapaciteit 31-12-2014

Algemene reserve AD 7.911

Algemene reserve GB -177

Reserve Nuon (vrij besteedbaar) 13.112

Reserve Nuon (nog niet vrij besteedbaar) 16.000

Totale weerstandscapaciteit 36.846

Page 137: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Bepaling weerstandsvermogen

Van bovenstaande geïnventariseerde risico’s kan een onderverdeling gemaakt worden naar risico’s

waarvoor acuut toegankelijk weerstandsvermogen noodzakelijk is en risico’s waar op de lange termijn

het weerstandsvermogen toereikend moet zijn. De acute risico’s zullen in de Algemene reserve moeten

worden gedekt, de overige risico’s in het overige weerstandsvermogen.

De risico inventarisatie hiervoor in de paragraaf geeft aan dat de acute risico’s worden ingeschat op

€3.841.000. Bij de begroting 2015-2018 is de norm van de Algemene Reserve bepaald op €6 miljoen.

De Algemene Reserve is daarmee toereikend voor de acute risico’s.

Voor de langere termijn risico’s is nodig €6.622.000 + €11.423.370 ( risico op Grondexploitaties).

Daarmee bedraagt de totaal benodigde weerstandscapaciteit voor langere termijn risico’s €18.045.370,

beschikbaar aan bestemde reserves is €29.112.000 (reserves Nuon).

Uit bovenstaande kunnen we concluderen dat het weerstandsvermogen voldoende is om de risico’s

op te kunnen vangen.

Page 138: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

3.7 Verbonden partijen

Een verbonden partij is een partij waarmee de gemeente Lelystad een financiële én een bestuurlijke

relatie heeft. Dit kunnen zowel privaatrechtelijke als publiekrechtelijke organisaties zijn. De reden dat

relaties worden aangegaan met verbonden partijen, is de uitvoering van een bepaald publiek belang,

waar over verantwoord wordt in de programma’s.

Definitie

Een partij is dus een verbonden partij wanneer er voor de gemeente Lelystad sprake is van een

financieel én een bestuurlijk belang. Een bestuurlijk belang houdt in het hebben van zeggenschap in

een derde rechtspersoon, hetzij via een zetel in het bestuur, hetzij door uitoefening van stemrecht als

aandeelhouder. Een financieel belang ontstaat, wanneer de gemeente middelen aan een derde partij

ter beschikking heeft gesteld, die niet verhaalbaar zijn indien de verbonden partij failliet gaat

onderscheidenlijk het bedrag waarvoor voor de gemeente Lelystad aansprakelijkheid bestaat indien de

verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Verhaalbaar houdt binnen deze definitie in dat er een

grond is om het aan de derde partij beschikbaar gestelde bedrag terug te vorderen. Of dit daadwerkelijk

een kans van slagen heeft, is hierbij geen criterium. Het gaat bij deze paragraaf dus met name om

partijen waarin de gemeente deelneemt (vennootschappen), om partijen waar de gemeente een

gemeenschappelijke regeling mee heeft, stichtingen, verenigingen en om partijen die van de gemeente

kapitaal ontvangen voor het uitvoeren van gemeentelijk beleid en waarin de gemeente tegelijkertijd

een bestuurlijk belang heeft. Verder is er ook sprake van een verbonden partij indien er subsidie

verstrekt wordt en de gemeente Lelystad zitting in het bestuur heeft.

Toelichting bij overzicht verbonden partijen

In onderstaande tekst staan, per programma, alle partijen vermeld die voor de gemeente Lelystad als

verbonden partijen worden aangemerkt. De financiële gegevens zijn gebaseerd op de laatste door de

accountant vastgestelde jaarrekening, doorgaans is dat de jaarrekening 2013.

Per verbonden partij wordt de informatie opgenomen zoals vermeld in het Besluit Begroten en

Verantwoorden (BBV):

de naam en de vestigingsplaats;

het openbaar belang dat op deze wijze behartigd wordt;

de veranderingen die zich hebben voorgedaan gedurende het begrotingsjaar in het belang dat de

gemeente onderscheidenlijk provincie in de verbonden partij heeft;

het eigen vermogen en het vreemd vermogen van de verbonden partij aan het begin en aan het

einde van het begrotingsjaar;

het resultaat van de verbonden partij.

De laatste twee gegevens, en dan m.n. het eigen vermogen en het resultaat zeggen iets over de

financiële robuustheid van een verbonden partij. Wanneer er bij een verbonden partij sprake is van

(aanhoudende) negatieve resultaten in combinatie met een beperkt eigen vermogen bestaat de kans

dat zij toekomstige tekorten niet langer zelf kunnen opvangen. Dan zal een beroep gedaan worden op

de deelnemende partijen om een extra bijdrage te doen, dan wel het aandeel in het tekort over te

maken. Per verbonden partij wordt op basis van de financiële cijfers en andere info, bijvoorbeeld

ontwikkelingen in de wetgeving, een inschatting gemaakt van de kans dat de gemeente haar bijdrage

(substantieel) moet verhogen. Indien die kans als groot wordt ingeschat, wordt er een risico

opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Voor HVC en de

IJsselmeergroep is een risico opgenomen.

Page 139: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verbonden partijen programma 1. Iedereen doet mee

Naam Openbaar belang Resultaat

Vestigingsplaats Veranderingen die zich hebben voorgedaan jan-13 dec-13 jan-13 dec-13

GGD Flevoland

Lelystad Uitvoering van de Wet Publieke

Gezondheid.

Geen w ijzigingen. 4.356 4.828 12.704 10.467 471

bedragen x € 1.000

Vreemd VermogenEigen Vermogen

Verbonden partijen programma 2. Op weg met talent

Naam Openbaar belang Resultaat

Vestigingsplaats Veranderingen die zich hebben voorgedaan jan-13 dec-13 jan-13 dec-13

Sportbedrijf

Lelystad N.V.

Lelystad De relatie met het Sportbedrijf Lelystad is

aangegaan voor het uitvoeren van

gemeentelijk sportbeleid.

Geen w ijzigingen.2 10.207 10.276 8.596 8.082 68

Werkbedrijf

Lelystad B.V.

Lelystad Het realiseren van een optimale uitstroom

vanuit de bijstand (WWB) naar werk.

Opgericht per 1 juli 2013. 0 3 0 336 3

Werkvoorzienings

schap

Lelystad Het publiek belang dat door het

‘Werkvoorzieningsschap

IJsselmeergroep’ wordt gediend is het

samen met andere gemeenten in

gemeenschappelijke regeling uitvoeren

van de Wet Sociale Werkvoorziening

(WSW) en het benutten van de

infrastructuur van het werkschap t.b.v.

reintegratieactiviteiten van deelnemende

De GR Ijsselmeergroep heeft haar

vestigingsplaats gew ijzigd van Emmeloord

naar Lelystad. Met ingang van 01.01.2015

w ordt de WSW gesloten voor nieuw e

instroom. In 2014 is de maximale

taakstelling in GR verband gerealiseerd.

1.429 1.046 3.156 2.827 -383

bedragen x € 1.000

Eigen Vermogen Vreemd Vermogen

Page 140: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verbonden partijen programma 3. Leefbare stad (vervolg)

Naam Openbaar belang Resultaat

Vestigingsplaats Veranderingen die zich hebben voorgedaan jan-13 dec-13 jan-13 dec-13

Alliander N.V.

Arnhem Nutsvoorziening.

Geen w ijzigingen. 3.203.000 3.375.000 4.211.000 4.173.000 288

Coöperatie

ParkeerService

Amersfoort Het verrichten van parkeerdiensten voor

o.a. de gemeente Lelystad.

De gemeente Lelystad is per 1 juli 2013 lid

gew orden van de Coöperatie

Parkeerservice. Ook de gemeente

Alkmaar is in 2013 lid gew orden. Onlangs

is ook gemeente Gorinchem toegetreden.

683 1.070 2.154 1.810 388

Vereniging van

Eigenaren

Lelystad De relatie met deze partij is aangegaan

om het parkeren te reguleren.

Geen w ijzigingen. 1 5 4 0 1

Vitens N.V.

Zw olle Nutsvoorziening: zekerstellen van de

watervoorziening.

Geen w ijzigingen. 2 386.100 438.300 1.296.500 1.273.500 39.300

Vereniging van

Eigenaren

Combinatie-

gebouw 2

Lelystad Met deze partij is een relatie aangegaan

om het parkeren te reguleren en het

reguleren van appartementen recht.

Geen w ijzigingen. 4 4 31 33 2

Perspectief B.V. in

liquidatie

Lelystad Perspectief zorgt ervoor dat mensen

worden begeleid naar de arbeidsmarkt

door uitvoering te geven aan gemeentelijk

beleid op het gebied veiligheidszorg en

parkeerbeheer.

Perspectief is per 1-7-2013 opgeheven,

genoemde cijfers zijn daarom niet per 31

december maar per 30 juni 2013. De

liquidatie is in december 2014 afgerond. 579 157 245 523 -423

N.V. HVC

(Huisvuilcentrale)

Alkmaar Het publieke belang dat door deze partij

wordt gediend is het reguleren van de

afvalverwerking Flevoland/Noord-Holland.

Geen w ijzigingen. 68.145 63.178 982.027 967.307 -4.940

NUON N.V.

Amsterdam Nutsvoorziening.

Geen. Aandelen w orden verkocht in

tranches conform de eerder gesloten

overeenkomst. De laatste tranche w ordt

in 2015 verkocht. 3.333.000 2.922.000 3.501.000 3.435.000 -411.000

bedragen x € 1.000

Eigen Vermogen Vreemd Vermogen

Page 141: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verbonden partijen programma 4. Sterke stad

Naam Openbaar belang Resultaat

Vestigingsplaats Veranderingen die zich hebben voorgedaan jan-13 dec-13 jan-13 dec-13

Stichting Uiver

Constellation

Lelystad Het behoud van het vliegend mobiele

erfgoed.

Geen w ijzigingen. 0 750 0 0 0

Ontwikkeling

Maatschappij

Airport Garden City

Lelystad Belangrijkste activiteiten zijn: het

verwerven van de noodzakelijke gronden,

deze ontwikkelen en uitgeven aan

luchtvaartgerelateerde en andere

bedrijven. Lelystad is aandeelhouder voor

een onbeperkte duur.

Geen w ijzigingen. 3.001 3.001 8.034 9.253 0

Technofonds

Flevoland B.V.

Lelystad Doelstelling is het in het kader van het

regionale technologiebeleid verstrekken

van risicodragend kapitaal, in de vorm van

participatie in het aandelenkapitaal en / of

het verstrekken van achtergestelde

leningen, aan startende en doorstartende

ondernemingen in het MKB in Flevoland.

Geen w ijzigingen. 10.213 11.920 116 321 1.707

OMALA N.V.

Lelystad Het doel van Ontwikkeling Maatschappij

Airport  Lelystad Almere (OMALA) is het

versterken van de sociaal-economische

structuur, bevordering van

werkgelegenheid in Flevoland in

samenhang met de ontwikkeling van

Lelystad Airport door het realiseren van

een hoogwaardig Businesspark.

Geen w ijzigingen. 192 201 333 142 9

Stichting Lelystad

Partners (City

Marketing

Lelystad Bevorderen van de bekendheid van

Lelystad en de voorzieningen van de

gemeente Lelystad op woon-, werk-, winkel-

en recreatieterrein, met als doel meer

(tevreden) inwoners, meer bedrijvigheid en

het bevorderen van stadstrots.

Geen w ijzigingen. 60 63 258 330 3

bedragen x € 1.000

Eigen Vermogen Vreemd Vermogen

Page 142: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verbonden partijen programma 5. Veilige stad

Naam Openbaar belang Resultaat

Vestigingsplaats Veranderingen die zich hebben voorgedaan jan-13 dec-13 jan-13 dec-13

Veiligheidsregio

Flevoland

Lelystad De veiligheidsregio behartigt de belangen

van de deelnemende gemeenten op de

volgende terreinen: a. Brandweerzorg b.

geneeskundige hulpverlening c. de

samenwerking bij de gemeentelijke

rampenbestrijding d. rampenbestrijding

en crisisbeheersing e. het beheer van de

gemeenschappelijke meldkamer.

Er w ordt nauw samengew erkt met de

Veiligheidsregio Gooi & Vecht. 6.830 6.686 14.998 13.681 -58

OFGV

Lelystad Het toezicht en de handhaving op de

milieu- en brandveiligheid regelgeving

wordt uitgevoerd door de

Omgevingsdienst.

Geen w ijzigingen. 814 2.105 1.113 2.358 1.782

Eigen Vermogen Vreemd Vermogen

bedragen x € 1.000

Verbonden partijen programma 6. Voor de Lelystedeling

Naam Openbaar belang Resultaat

Vestigingsplaats Veranderingen die zich hebben voorgedaan jan-13 dec-13 jan-13 dec-13

BNG (Bank

Nederlandse

Gemeenten)

Den Haag BNG is bankier voor overheden.

Geen w ijzigingen. 2.752.000 3.430.000 139.476.000 127.753.000 283.000

Erfgoedcentrum

Nieuw Land

Lelystad Het Erfgoedcentrum Nieuw Land is

ingesteld met het doel de belangen van de

partners bij alle aangelegenheden

betreffende de archiefbescheiden en

collecties die berusten in de rijksarchief-

bewaarplaats in de provincie, het

archeologisch depot van de provincie, de

archiefbewaar-plaatsen van de

gemeenten, het waterschap, het Nieuw

Land Poldermuseum van de Stichting

Nieuw Land en het Sociaal Historisch

Centrum voor Flevoland van de Stichting

voor het Bevolkingsonderzoek in de

drooggelegde Zuiderzeepolders, in

gezamenlijkheid te behartigen.

Geen w ijzigingen. 344 228 8.228 7.896 -134

Eigen Vermogen Vreemd Vermogen

bedragen x € 1.000

Page 143: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

4. Financiële positie

Wat bepaalt de financiële positie van een gemeente?

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten spreekt van houdbare gemeentefinanciën als een

gemeente ook bij een scenario met economisch slecht weer genoeg geld overhoudt om de

schuldverplichtingen te blijven voldoen zonder dat de noodzakelijke publieke voorzieningen in de knel

komen. Deze benadering voor een oordeel over de gezondheid van de financiën die veel bij landen en

staten wordt toegepast, is voor de Nederlandse gemeenten nieuw.

De financiële positie van de gemeente kan naar aanleiding van verschillende componenten worden

bepaald. Voor de gemeente Lelystad zijn de volgende relevant: is de begroting in evenwicht, zijn de

structurele lasten door structurele baten gedekt, wat is de stand van de reserves en voorzieningen, is

het weerstandsvermogen voldoende en wat is de rentedruk op de exploitatie (schuldquote). Aanvullend

kan gekeken worden naar de debt ratio en de solvabiliteitsratio. Het Emu saldo is in dit hoofdstuk wel

inzichtelijk gemaakt maar is op zich geen norm. Het brengt in beeld welk aandeel de gemeente heeft

op basis van zijn begrotingstotaal in de gezamenlijke landelijke tekortnorm.

Voor de jaarrekening worden de volgende onderdelen belicht:

a. Incidentele baten en lasten,

b. De stand van de reserves en het weerstandsvermogen

c. De schuldquote

d. De debtratio en de solvabiliteitsratio

e. Het EMU saldo

Ad a. Incidentele baten en lasten.

Inzicht in de incidentele en structurele baten en -lasten zegt iets over het 'materieel evenwicht'.

Incidentele baten en lasten. Als de structurele lasten gedekt worden door structurele baten is er sprake

van 'materieel' begrotingsevenwicht. Uit de analyse van de gerealiseerde lasten en -baten 2014 blijkt

dat er sprake is van materieel evenwicht, omdat de structurele lasten gedekt zijn door structurele baten

(met andere woorden de structurele baten zijn groter of gelijk aan de structurele lasten).

Ad b. De stand van de reserves en het Weerstandsvermogen:

In het algemeen kan worden gesteld dat de reserves klappen moeten opvangen, of geld vast moeten

houden voor bestedingen in de toekomst. Als gemeenten geen reserves hebben, dan heeft de

gemeente bij iedere tegenvaller of onvoorziene uitgave een begrotingstekort. Het is dus belangrijk dat

er reserves kunnen worden gevormd. Daar staat tegenover dat het geld dat vaststaat vaak niet vrij

Bedragen x € 1.000

Incidentele & structurele

baten en -lasten 2014Begroting Realisatie

Incidenteel

Lasten -4.428 -8.537

Baten 3.025 3.536

Saldo incidenteel -1.403 -5.002

Structureel

Lasten -237.742 -230.910

Baten 239.756 234.722

Saldo structureel 2.014 3.812

Totaal Exploitatie 611 -1.190

Mutaties in reserves* 1.521 1.889

begroting/rekening saldo 2.132 699

* w aarvan € 677.940 structureel (begroting en realisatie) i.v.m. Compensatie dividend NUON

Page 144: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

besteed kan worden, waardoor het niet mogelijk is belangen integraal af te wegen. Het verdient daarom

de voorkeur om terughoudend te zijn met het reserveren van middelen in reserves.

Artikel 43 van het BBV onderscheidt twee soorten reserves:

- algemene reserve: deze heeft geen specifieke bestemming en wordt vooral aangehouden als

financiële buffer voor algemene risico's. Tekorten en overschotten op de jaarrekening komen ten

laste respectievelijk ten gunste van de algemene reserve.

- een bestemmingsreserve: dit zijn reserves waaraan de raad een bepaalde bestemming heeft

gegeven. De raad kan een verkozen bestemming echter ongedaan maken en besluiten een andere

bestemming aan te wijzen voor het geld. Hierdoor zijn bestemmingsreserves in theorie vrij

besteedbaar.

De reserves die de klappen moeten kunnen opvangen zijn onderdeel van het weerstandsvermogen. De overige reserves hebben door eerdere besluitvorming van de raad al geleid tot verplichtingen en zijn daarmee min of meer niet meer vrij besteedbaar. In de tabel “verloop reserves” zijn de toevoegingen en uitnamen van de reserves inzichtelijk gemaakt.

Weerstandsvermogen

Weerstandsvermogen is een relevant onderdeel bij het bepalen van de financiële weerbaarheid. De

term zegt het al; vermogen om je weerstand als organisatie te waarborgen. De conclusie is dat op

basis van de het weerstandsvermogen ruim voldoende is (zie paragraaf weerstandsvermogen).

Ad c. Schuldquote

De rentedruk van schulden op de exploitatie komt tot uitdrukking in de schuldquote. De schuldquote

geeft de verhouding aan tussen de netto schuld en de inkomsten. De gemeenteraad heeft een

maximale schuldquote van 100% ingesteld. De afgelopen jaren is de schuldquote vooral gestegen door

investeringen ten behoeve van het Grondbedrijf en door dalende inkomsten De schuldquote in 2014 is

met 84% gelijk gebleven als 2013 (bij de berekening is aangesloten is bij de uitgangspunten van de

VNG, dit heeft geleid tot herberekening van de schuldquote van 2013).

De verwachting is dat de schuldquote in 2015 zal gaan dalen als gevolg van de extra inkomsten voor

de 3 Decentralisaties en als gevolg van het dalend volume van de leningenportefeuille.

Activa 2014 Passiva 2014

(im-)materiële vaste activa 210.599 Algemene reserve 8.433

Kapitaalverstrekkingen 12.795 Bestemmingsreserves 71.765

Leningen verbonden partijen 4.735 Voorzieningen 82.118

Langlopende leningen derden 5.314

Onderhanden werk 127.029 Langlopende leningen 183.017

Vorderingen & liquide middelen 27.593 Kortlopende schulden 54.049

Overlopende activa 17.860 Overlopende passiva 6.543

Totaal activa 405.925 Totaal passiva 405.925

EigenVermogen

Brutoschuld

Materiële & financiëlebezittingen

Page 145: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Ad d. Debtratio en solvabiliteitsratio

De debtratio geeft aan de mate waarmee het balansbezit is belast met schuld. Op de linkerzijde van de balans staan de bezittingen van de gemeente. Ook de bezittingen in de vorm van geld en waardepapieren staan hier weergegeven. Op de rechterzijde staat hoe dit bezit is gefinancierd. Gemeenten gaan schulden aan voor het financieren van de aanschaf van bezit. Op de rechterzijde van de balans staat hoeveel schuld de gemeente is aangegaan. Met het kengetal debtratio beoordeel je in hoeverre het bezit op de linkerzijde van de balans is belast met schuld. Het kengetal geeft in procenten het aandeel van de schulden in het balanstotaal. Natuurlijk kun je ook de vraag stellen in hoeverre het bezit op de balans is afbetaald. Dat wordt uitgedrukt met de solvabiliteitsratio. Het is het spiegelbeeld van de debtratio. Bij een debtratio groter dan 80 procent (solvabiliteitsratio < 20%) heeft een gemeente zijn bezit zeer zwaar belast met schuld. Het licht staat dan op rood. Normaal bevindt de debtratio van een gemeente zich tussen de 20% en 70%. Bij een debtratio lager dan 20% (solvabiliteitsratio > 80%) is in de meeste gevallen sprake van een gemeente die per saldo geen schulden heeft. De debtratio van de gemeente Lelystad is in 2014 is 60% en is ten opzichte van 2013 gelijk gebleven en valt nog binnen de grenzen die het VNG aangeeft.

60%

40%

2014

Debt Ratio Solvabiliteitsratio

Page 146: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Ad e. Het EMU saldo

Alle gemeenten samen krijgen een plafond voor het totale EMU-tekort van gemeenten in een jaar. Dat plafond wordt volgens de wet na bestuurlijk overleg voor een bepaalde periode overeengekomen. Voor 2014 bedraagt het plafond voor de gezamenlijke gemeenten 0,32%van het bruto binnenlands product. Het CBS berekent hiermee voor iedere gemeente een individuele referentiewaarde, een aandeel in de gezamenlijke ruimte voor het begrotingstekort. Voor de gemeente Lelystad is dat voor 2014 een bedrag van -€11,81 mln. (meest recente referentiewaarde, septembercirculaire 2014.).De individuele EMU-referentiewaarde betreft geen norm, maar is een indicatie van het aandeel dat een gemeente op basis van zijn begrotingstotaal in de gezamenlijke tekortnorm heeft. Het daadwerkelijk gerealiseerde EMU-tekort van gemeenten en ook de EMU-schuld wordt eveneens door het CBS bijgehouden. Het gerealiseerde EMU Saldo is +€ 4,37 mln. en ruim onder de referentiewaarde van het CBS. Het verschil ten opzichte van de begroting komt voornamelijk door de sanering en temporisering van de activiteiten in het Grondbedrijf. Dit heeft een positief effect op het saldo van de kasstromen en dus op het EMU saldo.

Bedragen x € 1.000

Geactualiseerde

Begroting 2014

realisatie

2014

+ 1.Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking

uit reserves (zie BBV, artikel 17c) -2.631 -1.190

+ 2. Afschrijvingen ten laste van de exploitatie 6.917 6.882

+ 3.Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste

van de exploitatie 15.738 22.033

- 4.Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de

balans w orden geactiveerd 20.442 9.185

+ 5.

Baten uit bijdragen van andere overheden, de

Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie

zijn verantw oord en niet al in mindering zijn gebracht

bij post 4 0 785

+ 6

Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten

uit desinvesteringen in (im)materiele vaste activa

(tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie

verantw oord 0 0

- 7.

Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw -,

w oonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden

die niet op de exploitatie staan) 9.885 2.861

+ 8Baten bouw grondexploitatie: Baten voorzover

transacties niet op exploitatie verantw oord 16.591 2.185

- 9.Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze

transacties met derden betreffen 17.220 14.278

- 10.

Lasten ivm transacties met derden, die niet via de

onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar

rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief

fondsen en dergelijke) w orden gebracht en die nog

niet vallen onder één van bovenstaande posten 0 0

11Verkoop van effecten:

a) Gaat u effecten verkopen ? (ja/nee) nee nee

-b) Zo ja w at is bij verkoop de verw achte boekw inst

op de exploitatie ? 0 0

Berekend EMU saldo -10.933 4.371

EMU saldo

Page 147: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Resumé Op basis van de analyse van de verschillende componenten kan geconcludeerd worden dat de financiële positie van de gemeente Lelystad gezond is. De schuldquote is gelijk gebleven en onder de door de raad vastgestelde norm, het weerstandsvermogen is ook na verwerking van het rekeningresultaat 2014 voldoende en het saneren en temporiseren van de grondexploitaties heeft een positief effect op het EMU-saldo. Uit de analyse van de incidentele en structurele lasten en baten blijkt dat er in de begroting en realisatie sprake is van materieel evenwicht.

Jaren Norm 2011 2012 2013 2014

Netto Schuldquote 100% 64% 69% 84% 84%

Voorraad Quote nvt 51% 51% 64% 61%

Debt Ratio* 71% 59% 60% 59% 60%

Solvabiliteitsratio* 29% 41% 40% 41% 40%

Eigen vermogen nvt 94.033 86.434 81.388 80.198

Netto schuld per inwoner* 2.380 2.144 2.226 2.217 2299

Evolutie netto schuld per inwoner nvt 190 82 -9 83

* norm op basis van landelijk gemiddelde inwoners 50k - 100k

Page 148: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

5. Bijlagen

Motie: Licht uit

- De motie van SP,VVD, GL, IP en CDA inzake Licht Uit, draagt het college op:

In haar duurzaamheidsnota (in voorbereiding) mede expliciet beleid te ontwikkelen om

tot energiebesparing te komen in zowel het stadhuis als het overige gemeentelijk vastgoed en

zich daarbij tenminste te richten op:

o ICT (servers, desktops, schermen, randapparatuur)

o Verlichting

o Catering

o Overige energieverbruikers

o Instructies aan medewerkers (inclusief bewaking)

o Monitoring

- De resultaten van het duurzaamheidsbeleid jaarlijks in het jaarverslag op te nemen

- In de verslaglegging het energieverbruik zowel in absolute termen (kwh, m3 gas en kosten) als

ook in relatieve termen op te nemen en ook de historische cijfers (van voor en na de verbouwing

van het stadhuis) te betrekken.

Bij de besluitvorming voor de renovatie van het Stadhuis is besloten dat de klimaatinstallatie zou

worden aangepast en dat het energielabel zou worden opgeplust tot Energielabel A+. (Energie index

0,69).

Onlangs is het label afgegeven en bleek dat het Energieabel “A” was (Energie index 0,78). Hierbij valt

een kanttekening te maken omdat na de besluitvorming het Energielabel een andere indeling heeft

gekregen, waarbij er alleen voor nieuwbouwprojecten nog” A+” en “A++” niveau’s worden bepaald en

voor renovatie “A” het maximum is. Omdat voor renovatie sprake is van een globale beoordeling

worden er een aantal elementen niet meegenomen in de beoordeling, zoals bij de gedetailleerde

beoordeling bij nieuwbouw wel wordt gedaan. Er wordt nu op deze “nieuwbouw”methode opnieuw

gekeken, omdat de indruk is, dat met name de hogere dakisolatie nog wel een positief effect zal

hebben.

Page 149: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Uitgangspunt bij de besluitvorming was een besparing op energie van 45-47%. Om het effect te kunnen

zien op het energieverbruik is het nodig om inzicht te hebben in de belangrijkste factoren, die invloed

hebben op het energieverbruik.

Water:

In de oude situatie stonden er op het dak koeltorens die zorgden voor de koeling in het gebouw. Deze

torens werden gekoeld met water en verbruikten dat ook. In de nieuwe situatie wordt de benodigde

koeling door warmtepompen aan het grondwater onttrokken en staat er op het dak een Dry-cooler, die

ook geen water verbruikt.

Gas:

In de oude situatie werd de warmte opgewekt met een WarmteKrachtKoppeling, een grote op

gasgestookte motor, die ook een deel van de elektravoorziening regelde. Deze is nu vervangen door

het systeem met de WarmteKoudeOpslag en de warmtepompen. Hiervoor is meer elektra benodigd,

dan in de oude situatie. Besparing is gezocht in de energiezuinige lampen en de beheersing van het

gebouw. Er wordt nog gas gebruikt in de situatie dat er een storing is in (een van) de wamtepompen

en voor het gebruik in de keuken.

Electra:

In het gebouw zijn keuzes gemaakt voor alle voorzieningen (verlichting, daglichtschakeling,

aanwezigheidsdetectie, ict, etc) volgens de toen bekende gegevens. Omdat er geen subsidie voor

zonnepanelen verkregen werd, was de terugverdientijd te lang om een rendabele extra investering te

doen en ook was de ontwikkeling van de LED-verlichting niet zover als nu. Wellicht zouden er nu

andere keuzes gemaakt worden.

Prestaties:

Om te vergelijken is voor de periode van 2004 – 2008 (de 5 jaar voor de renovatie) het gemiddelde

verbruik op jaarbasis genomen en afgezet tegen het jaar 2014. Met de toelichting hiervoor om een

verklaring te geven voor de verschillen.

Waterverbruik m3 Bedrag

Ten opzichte

van gemiddeld

verbruik

Gemiddeld verbruik 2004 - 2008 8.471 € 16.942

Verbruik 2014 3.704 € 7.408 -56%

Elektra KWh Bedrag

Ten opzichte

van gemiddeld

verbruik

Gemiddeld verbruik 2004 - 2008 1.865.770 € 242.550

Verbruik 2014 1.852.177 € 240.783 -1%

Gas m3 Bedrag

Ten opzichte

van gemiddeld

verbruik

Gemiddeld verbruik 2004 - 2008 169.409 € 96.981

Verbruik 2014 8.614 € 10.152 -95%

Page 150: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

De besparing op de CO2-uitstoot is vrijwel gelijk aan de besparing op het gasverbruik omdat het

Stadhuis elektra betrekt van HVC en dat is al CO2-neutrale stroomlevering.

Invloed verbruik

Om een beeld te geven van de invloed op het verbruik door het gebruik, worden de dagen van de week

met elkaar vergeleken in een gemiddelde periode voor het klimaat.

Het gasverbruik is per dag minimaal en eerder afhankelijk van een storing in het systeem dan van

gebruik. Ook het water geeft niet veel verschillen te zien. Het grootste verschil zit in het elektraverbruik.

Het gemiddelde verbruik per dag:

Het verschil tussen de vrijdag en een gemiddelde weekenddag is op jaarbasis 141.506 KWh. De

besparing op elektra, als de vrijdag gesloten zou worden, is €18.395 op jaarbasis, hetgeen neerkomt

op €353 per dag.

Tenslotte

In een onderzoek naar de energiezuinigste stadhuizen in Nederland scoort Lelystad als beste in

Flevoland:

Landelijk scoort Lelystad 25ste op de lijst van energiezuinige stadhuizen en geschoond voor de

gerenoveerde stadhuizen behaalt Lelystad een 7de plek.

Gas uitstoot 2,2 kw CO2 / m3

Ten opzichte

van gemiddeld

verbruik

Gemiddeld verbruik 2004 - 2008 372.700

Verbruik 2014 18.951

Besparing op CO2 uitstoot 353.749 -94%

Weekdag % KWh

Maandag 17 320.632

Dinsdag 18 333.058

Woensdag 17 313.211

Donderdag 18 332.331

Vrijdag 15 283.184

Zaterdag 7 135.785

Zondag 8 147.569

Gemeente Energielabel Energie-index

Lelystad A 0,78

Dronten A 0,99

Noordoostpolder C 1,21

Almere D 1,33

Zeewolde F 1,73

Page 151: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Verleende Subsidies 2014

Hieronder de in 2014 verleende subsidies, de definitieve vaststelling vindt over het algemeen plaats in het volgende kalender jaar (2015), na verantwoording door de subsidie ontvanger.

Actieve en afgeronde subsidies Verleend

Algemene Korfbalvereniging Exakwa 5.267

Atletiek Vereniging Spirit 6.392

Badmintoncombinatie Flevoland 507

Basketbalvereniging Flevo Musketiers 1.418

Bureau Gelijke Behandeling Flevoland 42.040

Buurtvereniging Het Palet 12.150

Chr. Mannenkoor Lelystad 3.825

Chr. Oratoriumvereniging Stella Maris 8.755

Communicatie Expert Team B.V. (CET) 2.310

Damvereniging Lelystad 205

De Lelystadse Tafeltennis Club Lelystad United 50

De Vrienden van de Uiterton 2.335

FC Anatolia 664

Flevolands Symfonie Orkest 738

Flevolandse Theatervereniging JTL 1.643

Flevostar Lelystad 600

Gospelkoor Sign4U 850

Gymnastiek Vereniging Lelystad 12.500

Handboogschutterij Artemis Lelystad 800

Harmonieorkest Lelystad (vereniging) 5.000

Humanitas district Noordwest 43.120

Humanitas district Noordwest/ afdeling Lelystad/Dronten 2.000

IJsclub Lelystad 1.000

IMFAF 2.500

Indigo Centraal 48.600

Indoor Tennisvereniging Lelystad 2.438

Interkerkelijk Diaconaal Overleg IDO 271.400

Kamerkoor Lelystad (vereniging) 4.056

Kunstenaars Vereniging Flevoland (KVF) 17.500

Kwintes 30.000

Lawn Tennis Vereniging Lelystad 8.375

Lenco Regatta 5.000

Mixed Hockey Club Lelystad 12.500

Nederlandse vereniging tot integratie van Homoseksualiteit COC Zwolle 3.000

NVZ de Zonnebloem 4.800

OBS De Boeier 1.039

Organisatie Schoolvoetbaltoernooi 1.000

OSOL 4.530

Oudgediendenvereniging Van Brandweer Lelystad 1.750

Participatie Team Lelystad (P-team) 10.000

Peuterspeelzaal De Sterretjes 23.200

Platform Ontmoetingen Lelystad 500

Platvorm Vrouwen aan Zet (VAZ) 2.500

Popkoor Expression 850

Postduivenvereniging De Flevocourier 1.103

Rijvereniging en ponyclub De Lelyruiters 300

ROC Flevoland 90.000

Page 152: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Actieve en afgeronde subsidies Verleend

Roeivereniging Pontos Lelystad 4.000

S.V. Batavia '90 2.696

Schaatstraininggroep Lelystad 6.117

Scouting Ascanen Lelystad 4.000

Scoutingvereniging Luchtscouts Vliegveld Lelystad 2.450

Slachtofferhulp Nederland 18.778

Sportbedrijf Lelystad 4.087.420

STAL 10.000

Steunpunt Archeologie en Jonge Monumenten Flevoland 3.250

Stichting Agora 970.000

Stichting Alphen Opus 2 1.500

Stichting Amare Consort 500

Stichting Anonieme Gokkers Omgeving Gokkers Flevoland (AGOG) 2.000

Stichting Apollo 2.000

Stichting Architectuur Landschap & Stedenbouw Lelystad (ALS) 13.880

Stichting Artifest 7.000

Stichting Buurtcentrum de Brink 15.650

Stichting Buurtcentrum de Joon 17.000

Stichting Buurthuis de Dukdalf 14.043

Stichting Buurtvaders Lelystad 15.185

Stichting Culturale 6.000

Stichting Cultureel Centrum Corrosia 15.000

Stichting Dancetour 14.000

Stichting Dansstudio WB 1.156

Stichting De Barak 35.000

Stichting De Kubus Centrum voor kunst en cultuur 1.869.000

Stichting De Verborgen Bron 10.000

Stichting Dierenweiden Lelystad 8.200

Stichting Dutch Extreme 4.000

Stichting Filmtheater Lelystad 5.166

Stichting FlevoMeer Bibliotheek 2.498.498

Stichting Georganiseerd Overleg Lelystad (GOL) 76.446

Stichting Het belevenissenbos Lelystad 12.500

Stichting Icare Jeugdgezondheidszorg (JGZ) 130.000

Stichting Insaf 10.000

Stichting Internationaal Zomerfestival Flevoland 1.000

Stichting Izere 2.500

Stichting Jolpop 1.750

Stichting Katholiek Onderwijs Flevoland-Veluwe 3.938

Stichting Kindercentra Lelystad 1.407.375

Stichting Kunstuitleen Flevoland 17.000

Stichting Leger des Heils 326.303

Stichting Levensbeschouwelijk Vrijwilligers Project Verliezen Verwerken Flevoland 1.250

Stichting Maatschappelijke Dienstverlening Flevoland (MDF) 2.555.994

Stichting Mamyo 15.500

Stichting Match 10.000

Stichting Mensen Dingen 2.000

Stichting MFA de Windhoek 28.000

Stichting Mitera 3.415

Stichting NFFS Nationaal Filmfestival voor Scholieren 12.000

Stichting Peuterspeelzaal De Roezemoes 52.200

Stichting Poëtikos 5.000

Page 153: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Actieve en afgeronde subsidies Verleend

Stichting Prehistorische Nederzetting Flevoland (SPNF) 1.800

Stichting Radio Lelystad 15.000

Stichting Schateiland Waterwijk 3.500

Stichting SchOOL 697.227

Stichting Scouting Bramzijger 2.750

Stichting scoutingdroom JFK Rene Koenders 15.000

Stichting Show- en trompetterkorps X-treme 2.040

Stichting Uitgast 12.000

Stichting Volksuniversiteit Lelystad 5.400

Stichting voor Voortgezet Onderwijs 230.000

Stichting Vrouwen Activiteiten Centrum (VAC) 10.000

Stichting VVN Lelystad (VVNL) 210.700

Stichting Welzijn Lelystad 3.586.835

Stichting Wereldverhalen Flevoland 2.500

Stichting Wijkraad Waterwijk 5.000

Stichting Woonzorgcentra Flevoland - De Hanzeborg 750

Stichting Zeebodemloop 500

Stichting Zeilbaak 1.500

Stichting Zonnewende Flevoland (SZF) 15.000

Surfschool Paradiso 2.791

SV Lelystad '67 19.750

Tactus verslavingszorg 58.278

Technocentrum Flevoland 55.000

Tennisvereniging Poseidon 5.750

Tikvah 45.000

Vitree 89.439

Voetbalvereniging Unicum 12.500

Vogelhospitaal Midden Nederland 1.400

Volleybalvereniging Volta 2.200

Vrouwenopvang Flevoland/ Stichting Blijfgroep 50.436

Watersportvereniging Het Bovenwater 6.220

Watersportvereniging Lelystadhaven 2.350

WSNS Lelystad (Stichting Samenwerkingsverband PO2403) 177.000

Zangtheater Circle of Music 2.250

Zomaar mijn dag 2.190

Zwem- en Poloclub de Houtrib 1.015

Eindtotaal 20.389.839

Page 154: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

Page 155: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

1

Jaarrekening 2014

1. FINANCIËLE SAMENVATTING ........................................................................................ 2 1.1 FINANCIËLE SAMENVATTING ................................................................................................. 2

2. FINANCIËLE ANALYSE PER PROGRAMMA ...................................................................... 5 2.1 IEDEREEN DOET MEE ........................................................................................................... 6

2.1.1 BETROKKENHEID EN PARTICIPATIE ............................................................................... 7 2.1.2 BIEDEN VAN ZORG ....................................................................................................... 8

2.2 OP WEG MET TALENT ........................................................................................................... 9 2.2.1 GOEDE SCHOOLLOOPBAAN VOOR IEDEREEN ...............................................................10 2.2.2 SPORT EN RECREATIE ...............................................................................................11 2.2.3 VERHOGEN ARBEIDSPARTICIPATIE .............................................................................12

2.3 LEEFBARE STAD ................................................................................................................14 2.3.1 WIJKONTWIKKELING EN –BEHEER ..............................................................................15 2.3.2 OPTIMALISEREN STEDELIJK VERKEER .........................................................................16 2.3.3 VERSTERKEN DUURZAAMHEID....................................................................................18

2.4 STERKE STAD ...................................................................................................................19 2.4.1 WERKEN AAN DE BASIS .............................................................................................20 2.4.2 KWALITEIT AANBOD VERSTERKEN...............................................................................21 2.4.3 VERBETEREN REGIONALE BEREIKBAARHEID ................................................................23 2.4.4 IMAGO VERSTERKEN..................................................................................................23

2.5 VEILIGHEID .......................................................................................................................24 2.5.1 VEILIGE STAD............................................................................................................24

2.6 VOOR DE LELYSTEDELING .................................................................................................25 2.6.1 GEMEENTELIJKE DIENSTVERLENING ...........................................................................26 2.6.2 GEMEENTELIJKE ORGANISATIE ...................................................................................27 2.6.3 ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN ................................................................................29

3. SAMENVATTING RESULTAAT IN CIJFERS ..................................................................... 31 3.1 BALANS EN RESULTATENREKENING ....................................................................................31 3.2 OVERZICHT VAN BATEN EN LASTEN ....................................................................................33

4. BALANS EN TOELICHTING .......................................................................................... 34 4.1 WAARDERINGSGRONDSLAGEN ...........................................................................................34 4.2 BALANS ............................................................................................................................37 4.3 VASTE ACTIVA ...................................................................................................................38

4.3.1 MATERIËLE VASTE ACTIVA MET ECONOMISCH NUT .......................................................38 4.3.2 FINANCIËLE VASTE ACTIVA .........................................................................................39

4.4 VLOTTENDE ACTIVA ...........................................................................................................43 4.4.1 VOORRADEN EN ONDERHANDEN WERK ..............................................................................43 4.4.2 UITZETTINGEN KORTER DAN 1 JAAR (VORDERINGEN) ..........................................................46

4.5 VASTE PASSIVA ................................................................................................................50 4.5.1 EIGEN VERMOGEN ...........................................................................................................50 4.5.2 VOORZIENINGEN ..............................................................................................................56 4.5.3 LANGLOPENDE SCHULDEN (RENTE TYPISCHE LOOPTIJD LANGER DAN ÉÉN JAAR) ..................60

4.6 VLOTTENDE PASSIVA .........................................................................................................61 4.7 NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE VERPLICHTINGEN ...............................................................63 4.8 WET NORMERING TOPINKOMENS ........................................................................................66

5. BIJLAGEN ................................................................................................................ 67 5.1 SPECIFIEKE UITKERINGEN (SISA) ......................................................................................67

Page 156: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

2

1. Financiële samenvatting

1.1 Financiële samenvatting

Het jaar 2014 is in financieel en economisch opzicht een zwaar jaar geweest. Gelukkig zijn we in staat

gebleken de tegenvallers binnen de begroting op te vangen.

Het gerealiseerde rekeningresultaat 2014 sluit met een positief saldo van de lasten en baten op ad.

€699.000. In de begroting 2014 is actief is aangestuurd op het overhouden van de ruimte om de algemene

reserve en is rekening gehouden met een positief saldo van €2.132.000. Het resultaat ten opzichte van

de begroting komt weliswaar €1.433.000 lager uit, maar is in totaliteit nog voldoende om de algemene

reserve op peil te houden.

Het rekeningresultaat, exclusief het Grondbedrijf, bedraagt ruim €6.211.000 positief, voornamelijk

veroorzaakt door incidentele voordelen, bijvoorbeeld binnen de algemene uitkering, de rentelasten, de

WMO en de bedrijfsvoeringkosten. Deze meevallers waren steeds voorzien in de begrotingsmonitor van

september 2014 maar de exacte bedragen zijn in het laatste kwartaal 2014 of bij het opstellen van de

jaarrekening bekend geworden. Zo was al eerder bekend dat er een meevaller zat in de algemene

uitkering, maar pas eind 2014 is de werkelijke omvang duidelijk geworden.

Het rekeningresultaat is in grote mate beïnvloed door het negatieve resultaat van het Grondbedrijf ad.

€5.512.000. Dit resultaat van het grondbedrijf is verwerkt in de jaarrekening op concernniveau. Alhoewel

bekend was dat er nog een aantal problemen op te lossen zouden zijn is de omvang van het resultaat

toch een tegenvaller. Vanuit de Raam MPG 2014 en de MPG 2014 zijn, naast de begrotingsmonitor,

reeds eerder signalen gegeven over de te verwachten resultaten.

Het resultaat van het Grondbedrijf is vooral beïnvloed door de getroffen voorzieningen die een directe

relatie hebben met de verschillende Grondexploitaties (A,B,C en D-staten). Daarnaast zijn er

voorzieningen die ingesteld worden op basis van de uitgangspunten zoals vastgesteld in de Raam-MPG

2014 en vooruitlopend op de Kader MPG 2015. Het laatste gaat met name om de uitwerking van de

middellange termijn maatregelen die bij de Raam-MPG 2014 zijn aangegeven.

Onzekerheden die toezien op de vergelijkende cijfers in de balans:

Het college kon ten tijde van het opstellen van de jaarrekening 2013 niet beschikken over de

noodzakelijke informatie om een betrouwbare inschatting te kunnen maken van de waardering van de

grondexploitatie. Als gevolg hiervan kon niet worden vastgesteld of er eventueel correcties noodzakelijk

waren met betrekking tot de waardering van de grondexploitaties welke in de balans per 31 december

2013 waren opgenomen onder de post “Voorraden”. Bij de jaarrekening 2013 is door de accountant

vanwege de vermelde onzekerheden een controleverklaring met beperking verstrekt. Vermelde

onzekerheden zijn in het onderhavige boekjaar (2014) in belangrijke mate weggenomen, maar gelden

wel voor de vergelijkende cijfers ultimo 2013.

Page 157: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

3

In onderstaand overzicht zijn de resultaten per programmma op hoofdlijnen inzichtelijk gemaakt:

Bedrag x € 1.000

Programma'sBegroting na

wijzigingenRekening Verschil

1. Iedereen doet mee

Exploitatie -21.807 -20.678 1.129

Reserves 355 355

Saldo 1. Iedereen doet mee -21.452 -20.323 1.129

2. Op weg met talent

Exploitatie -28.947 -33.056 -4.109

Reserves 1.733 2.195 463

Saldo 2. Op weg met talent -27.214 -30.860 -3.646

3. Leefbare stad

Exploitatie -29.303 -28.601 702

Reserves 1.924 1.377 -547

Saldo 3. Leefbare stad -27.379 -27.224 155

4. Sterke stad

Exploitatie -10.852 -16.552 -5.700

Reserves 23 378 355

Saldo 4. Sterke stad -10.829 -16.174 -5.345

5. Veiligheid - Veilige stad

Exploitatie -7.856 -7.801 55

Saldo 5. Veiligheid - Veilige stad -7.856 -7.801 55

6. Voor de Lelystedeling

Exploitatie 99.376 105.498 6.122

Reserves -2.513 -2.416 97

Saldo 6. Voor de Lelystedeling 96.863 103.082 6.219

Rekening resultaat 2014 2.132 699 -1.433

Page 158: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

4

Onderstaand overzicht geeft inzicht in de afwijkingen ten opzichte van de begroting per programma op hoofdlijnen. In het volgende hoofdstuk wordt nader ingegaan op de afwijkingen per subprogramma.

Financiele analyse 2014 op hoofdlijnen Bedrag x € 1.000

Programma Afwijkingen t.o.v. de begroting groter dan €100.000,-

1 Iedereen doet mee 1 voordeel op WMO : Huishoudelijke hulp & rolvoorzieningen 1.318

2 Op weg met Talent 2 Sloop school -185

3 Kinderopvang ( medische indicatie) 164

4 Bijstand Zelfstandigen (BBZ) -500

5 Bijstandsuitkeringen (WWB) -2.912

3. Leefbare stad 6 Dagelijks onderhoud (openbare ruimte, asfalt en stadshoofdw egen) 184

7 Parkeerexploitatie -393

8 Afvalstoffen 336

9 Kw ijtscheldingen -114

10 Rioolheff ing -126

11 Dagelijks onderhoud riolering 147

4. Sterke Stad 12 Grondexploitaties -5.512

5. Veilige Stad 13 Kleine verschillen 55

6. Voor de Lelystedeling 14 Leges Rijbew ijzen, burgelijke stand en bouw leges -525

15 Vrijval Materieel Evenw icht 1.600

16 Bedrijfsvoering 1.278

17 Wachtgeld & extra Wethouder -350

18 Onderhoud stadhuis 182

19 Verkiezingen 110

19 Ontvangen dividend 427

20 Rentelasten 1.195

21 Interne Rentebaten -280

21 Precario belasting -113

22 College Onvoorzien 184

23 Stelpost kapitaallasten 364

24 Algemene Uitkering 2.188

25 Opheffing Perspectief BV 144

26 Overige verschillen kleiner dan € 100.000,- -299

Saldo ten opzichte van de begroting -1.433

Begroot saldo 2.132

Gerealiseerd rekening resutaat 2014 699

Page 159: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

5

2. Financiële analyse per programma

Leeswijzer

In dit hoofdstuk wordt per programma de volgende informatie getoond:

Een uitsplitsing van de baten en lasten op programmaniveau, waarbij de primitieve begroting, de

tussentijdse begrotingswijzigingen en de uiteindelijke rekening naast elkaar worden gezet;

Op sub programma niveau wordt vervolgens inzicht geboden in het gerealiseerde financiële

resultaat;

Ten slotte volgt aan het einde van ieder sub programma een analyse van de financiële afwijkingen

(verschillen) tussen de gewijzigde begroting en de uiteindelijke realisatie;

Toelichting op afwijkingen ten opzichte van de begroting

• Afwijkingen ten opzichte van de begroting zijn geconsolideerd weergegeven op subprogramma

niveau. Het saldo van de afwijkingen kleiner dan €50.000,- staat vermeld onder de noemer ‘niet

toegelichte kleine verschillen’.

• Financiële afwijkingen worden door middel van een ‘V’ of een ‘N’ onderverdeeld naar Voordelen-

dan wel een Nadelen ten opzichte van de begroting.

• Het BBV schrijft voor dat de budgetten ingedeeld moeten worden naar incidentele- en structurele

budgetten. Alleen indien het totaal aan structurele lasten volledig wordt gedekt door structurele

baten is er sprake van ‘materieel’ begrotingsevenwicht. In het jaarverslag wordt bij de toelichting

van de financiele positie nader ingegaan op dit onderdeel.

• Incidentele en structurele afwijkingen: In de financiële analyse is in de tekst aangegeven of de

afwijking incidenteel of structureel is. Bij een structurele afwijking zal er in de nieuwe begroting

hiervoor een oplossing moeten worden gevonden.

Page 160: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

6

2.1 Iedereen doet mee

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P1 Iedereen doet meePrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P11 Betrokkenheid en participatie -4.909 525 -4.385 -4.489 -105

P12 Bieden van zorg -18.565 -568 -19.134 -18.036 1.098

Totaal Lasten -23.475 -44 -23.518 -22.525 993

Baten

P11 Betrokkenheid en participatie 38 0 38 59 22

P12 Bieden van zorg 1.813 -139 1.674 1.788 114

Totaal Baten 1.851 -139 1.712 1.847 135

Totaal Saldo van baten en lasten -21.624 -183 -21.807 -20.678 1.129

Mutatie reserves

Baten

P12 Bieden van zorg 0 355 355 355 0

Totaal Baten 0 355 355 355 0

Totaal Mutatie reserves 0 355 355 355 0

Gerealiseerd resultaat -21.624 172 -21.452 -20.323 1.129

Page 161: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

7

2.1.1 Betrokkenheid en participatie

Schoonmaakkosten MFA's De schoonmaakkosten van de MFA's zijn €66.000 hoger, deels door indexatie van de leveranciers en tegelijkertijd is de gemeentebegroting reeds een aantal jaren niet geïndexeerd, wat leidt tot scheefgroei. Doordat deze lasten structureel hoger uitvallen is hiervoor vanaf het jaar 2015 strcutureel een hoger budget in de begroting opgenomen. Kapitaallasten MFA Boswijk Incidenteel lagere kapitaallasten ad. €87.000 voor de MFA Boswijk. Doordat de uitgaven voor deze investering doorliepen tot in 2014 is het moment van activeren 2015 en daarom is er pas vanaf het jaar 2015 sprake van kapitaallasten.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P11 Betrokkenheid en participatiePrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -4.909 525 -4.385 -4.489 -105

Baten 38 0 38 59 22

Totaal Saldo van baten en lasten -4.872 525 -4.347 -4.430 -83

Gerealiseerd resultaat -4.872 525 -4.347 -4.430 -83

Tabel : Financiële verschillen P11 Betrokkenheid en participatie bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Schoonmaakkosten MFA's S -264 -330 66 N - 66 N

Kapitaallasten MFA Bosw ijk I -87 0 87 V - 87 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen I -4.034 -4.159 126 N 38 59 22 V 104 N

Saldo van baten en lasten -4.385 -4.489 105 N 38 59 22 V 83 N

Gerealiseerd resultaat -4.385 -4.489 105 N 38 59 22 V 83 N

onderwerp

Page 162: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

8

2.1.2 Bieden van zorg

WMO: Woon- en rolvoorzieningen Lagere lasten voor de Wmo woon- en rolvoorzieningen ad. €124.000. Dit komt voornamelijk door de lagere kosten van woningaanpassingen. In 2014 zijn er relatief weinig grote woningaanpassingen geweest. WMO: Huishoudelijke hulp Met ingang van 2015 zal de gemeente geconfronteerd worden met lagere inkomsten binnen de integratie-uitkering Wmo (als gevolg van de forse korting die het Rijk doorvoert op het gebied van de huishoudelijke hulp). Door reeds voor te sorteren op deze bezuinigingen met ingang van 2015 wordt in 2014 een incidenteel voordeel behaald op de Huishoudelijke Hulp (Zorg in Natura en PGB) door een lager aantal geïndiceerde uren en minder aanvragen dit heeft geresulteerd in een incidenteel voordeel van €1.110.000. WMO: Eigen bijdragen huishoudelijke ondersteuning

Incidenteel hogere baten ad. €85.000, als gevolg van hoger ontvangen eigen bijdragen voor

huishoudelijke ondersteuning van het Centraal Administratiekantoor…

Het totale voordeel op de Wmo producten is €1.300.000 (=€124.000+€ 1.110.000 +€ 85.000) dit voordeel valt vrij in het rekeningresultaat. Bestemming van het rekeningresultaat is onderdeel van de besluitvorming bij de Kadernota.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P12 Bieden van zorgPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -18.565 -568 -19.134 -18.036 1.098

Baten 1.813 -139 1.674 1.788 114

Totaal Saldo van baten en lasten -16.752 -708 -17.460 -16.248 1.211

Mutatie reserves

Baten 0 355 355 355 0

Totaal Mutatie reserves 0 355 355 355 0

Gerealiseerd resultaat -16.752 -353 -17.105 -15.893 1.211

Tabel : Financiële verschillen P12 Bieden van zorg bedragen x € 1.000

Incident ele/

St ruct urelelasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

WMO: Woon- en rolvoorzieningen S -3.323 -3.199 124 V - 124 V

WMO: Huishoudelijke hulp S -7.575 -6.465 1.110 V - 1.110 V

WMO: Eigen bijdragen huishoudelijke

ondersteuning

S - 1.209 1.294 85 V 85 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -8.236 -8.372 136 N 465 494 29 V 107 N

Saldo van baten en lasten -19.134 -18.036 1.098 V 1.674 1.788 114 V 1.211 V

Reserves

Niet toegelichte (kleine) verschillen I 0 0 - 355 355 - -

Mutatie reserves 0 0 - 355 355 - -

Gerealiseerd resultaat -19.134 -18.036 1.098 V 2.029 2.143 114 V 1.211 V

onderwerp

Page 163: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

9

2.2 Op weg met talent

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P2 Op weg met talentPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P21 Goede schoolloopbaan voor ieder -23.763 -1.285 -25.048 -26.850 -1.802

P22 Sport en recreatie -4.356 -571 -4.927 -4.538 390

P23 Verhogen arbeidsparticipatie en -55.162 -3.100 -58.262 -61.131 -2.869

Totaal Lasten -83.282 -4.955 -88.237 -92.519 -4.282

Baten

P21 Goede schoolloopbaan voor ieder 5.043 2.116 7.159 7.711 552

P23 Verhogen arbeidsparticipatie en 46.898 5.234 52.132 51.752 -379

Totaal Baten 51.941 7.350 59.290 59.463 173

Totaal Saldo van baten en lasten -31.341 2.394 -28.947 -33.056 -4.109

Mutatie reserves

Lasten

P21 Goede schoolloopbaan voor ieder 0 0 0 -33 -33

P22 Sport en recreatie 0 -39 -39 0 39

P23 Verhogen arbeidsparticipatie en -1.600 1.600 0 -250 -250

Totaal Lasten -1.600 1.561 -39 -283 -243

Baten

P21 Goede schoolloopbaan voor ieder 403 -241 162 1.303 1.141

P22 Sport en recreatie 0 610 610 175 -435

P23 Verhogen arbeidsparticipatie en 1.000 0 1.000 1.000 0

Totaal Baten 1.403 369 1.772 2.478 706

Totaal Mutatie reserves -197 1.930 1.733 2.195 463

Gerealiseerd resultaat -31.538 4.324 -27.214 -30.860 -3.646

Page 164: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

10

2.2.1 Goede schoolloopbaan voor iedereen

De Steiger

Op 7 januari 2014 heeft het college van Lelystad het besluit genomen om per 1 augustus 2014 tot de

gewenste bestuursoverdracht te komen. De Steiger conform dit besluit per 1 augustus 2014 gefuseerd

met Eduvier Onderwijsgroep. In deze nieuwe situatie is er niet langer sprake van een openbare school

die onder integraal bestuur van de gemeente Lelystad valt. Door de verzelfstandiging worden de

onderdelen de Steiger ontvlochten uit de gemeentelijke begroting. Mutaties hebben betrekking op

afhechting van de verzelfstandiging van praktijkschool De Steiger. Voor de gemeenterekening heeft dit

geen resultaateffect.

Voortijdig schoolverlaten Voor de aanpak voortijdig schoolverlaten ontvangt de gemeente een Rijksbijdrage (doeluitkering) . De verantwoording naar het Rijk vindt plaats via de SISA regeling (zie ook bijlage achter in de jaarrekening). De niet bestede middelen in 2014 worden doorgeschoven naar 2015 via zogenaamde meeneemregeling, in totaal wordt €246.000 doorgeschoven. Per saldo budget neutraal. Voor- en vroegschoolse educatie -Hogere lasten ad. €38.000 vanwege niet geraamde wachtgeldverplichtingen m.b.t. oud werknemers van de Stichting Onderwijsvoorrang Lelystad (SOL). De gemeente is indertijd de verplichting aangegaan om deze kosten te dragen. Via de Programmabegroting 2015 - 2018 is dit vanaf 2015 in de begroting opgenomen. -Hogere lasten & baten ad. €268.000 als gevolg van de doorgeschoven Rijksbijdrage VVE uit 2013 in 2014 die in 2014 is uitbetaald . Dit verloopt budget neutraal.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P21 Goede schoolloopbaan voor iederPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -23.763 -1.285 -25.048 -26.850 -1.802

Baten 5.043 2.116 7.159 7.711 552

Totaal Saldo van baten en lasten -18.721 831 -17.889 -19.139 -1.250

Mutatie reserves

Lasten 0 0 0 -33 -33

Baten 403 -241 162 1.303 1.141

Totaal Mutatie reserves 403 -241 162 1.270 1.109

Gerealiseerd resultaat -18.318 590 -17.728 -17.869 -141

Tabel : Financiële verschillen P21 Goede schoolloopbaan voor ieder bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

De Steiger I -2.441 -3.945 1.504 N 2.491 2.887 396 V 1.108 N

Voortijdig schoolverlaten S -1.369 -1.289 79 V 808 744 64 N 16 V

Voor- en vroegschoolse educatie S -2.325 -2.631 306 N 2.249 2.517 268 V 38 N

Kinderopvang (SMI) S -355 -191 164 V - 164 V

Onderw ijshuisvesting S -9.909 -10.094 185 N - 185 N

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -8.649 -8.700 50 N 1.610 1.562 48 N 98 N

Saldo van baten en lasten -25.048 -26.849 1.801 N 7.159 7.710 552 V 1.250 N

Reserves

De Steiger I -33 33 N -50 1.091 1.141 V 1.108 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen I 0 0 0 V 212 212 0 V 1 V

Mutatie reserves 0 -33 33 N 162 1.303 1.141 V 1.109 V

Gerealiseerd resultaat -25.048 -26.882 1.834 N 7.320 9.013 1.693 V 141 N

onderwerp

Page 165: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

11

Kinderopvang (SMI) De realisatie bijdrage Kinderopvang op basis van sociaal medische indicatie blijft laag, met als resultaat een onderbesteding van €164.000. Dit is het effect van de doorgevoerde wijzigingen in de uitvoering en strakkere sturing op de regeling. Dit voordeel is als bezuiniging structureel verwerkt meerjaren begroting vanaf 2015. Onderwijshuisvesting Het nadeel ten opzichte van de begroting op onderwijshuisvesting van € 185.000, is als gevolg van verschillende minnen en plussen. Hogere incidentele lasten in verband met sloop noodschool ten behoeve van het realiseren van het brede schoolplein tussen de Schakel en de Triangel van €18.000. Daardoor is ook de boekwaarde afgeboekt ad. €110.000. Het Baken en de school aan de Vossemeerstraat zijn leeggekomen in 2013 en in 2014 deels gereed gemaakt voor gebruik door de Toermalijn en de Helmstok ad. €31.000 (vanaf schooljaar 2014 wordt het gebruik weer doorbelast aan de scholen). Gas en Elektra zijn incidenteel overschreden met €50.000. Dit is reeds voor de begroting 2015 aangevraagd en opgenomen. Daarnaast waren er diverse kleine voordelen van €24.000.

2.2.2 Sport en recreatie

Houtsnipperkachel

De gemeente verstrekt aan het Sportbedrijf een lening t.b.v. de aanschaf van een houtsnipperkachel.

Omdat deze investering is doorgeschoven naar 2015 geeft dit in 2014 een incidenteel voordeel op de

lasten van €396.000. Voor de gemeenterekening verloopt dit neutraal omdat de dekking via een reserve

loopt en de onttrekking aan deze reserve in 2014 dus ook niet plaatsvindt.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P22 Sport en recreatiePrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -4.356 -571 -4.927 -4.538 390

Totaal Saldo van baten en lasten -4.356 -571 -4.927 -4.538 390

Mutatie reserves

Lasten 0 -39 -39 0 39

Baten 0 610 610 175 -435

Totaal Mutatie reserves 0 571 571 175 -396

Gerealiseerd resultaat -4.356 0 -4.356 -4.363 -6

Tabel : Financiële verschillen P22 Sport en recreatie bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Houtsnipperkachel I -396 396 V - 396 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -4.531 -4.538 6 N 0 0 - 6 N

Saldo van baten en lasten -4.927 -4.538 390 V 0 0 - 390 V

Reserves

Houtsnipperkachel I -39 39 V 435 0 435 N 396 N

Niet toegelichte (kleine) verschillen I 0 0 0 V 175 175 - 0 V

Mutatie reserves -39 0 39 V 610 175 435 N 396 N

Gerealiseerd resultaat -4.966 -4.538 429 V 610 175 435 N 6 N

onderwerp

Page 166: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

12

2.2.3 Verhogen arbeidsparticipatie

Besluit Bijstand Zelfstandigen (BBZ) Betreft verstrekkingen van uitkeringen levensonderhoud voor (startende) ondernemers en/of bedrijfskredieten. Hiervoor ontvangt de gemeente een doeluitkering die moet worden besteed aan uitkering. Het positieve saldo op de baten is het gevolg van een hogere afrekening t.o.v. het reeds ontvangen voorschot van de regeling Bbz. Afwijking op de lasten betreft de hogere uitgaven van de regeling Bbz, hier staat een hogere rijksvergoeding tegenover. Het saldo van dit product heeft een tekort van totaal €500.000 (reparatie Bbz-ZLF producten, de afrekensystematiek en de hoogte van de bijdrage van Lelystad aan het ZLF). Dit tekort is gemeld bij de begrotingsmonitor september. De reparatie is in de meerjarenbegroting 2015-2018 verwerkt. Voor de komende jaren wordt dan ook geen tekort verwacht. Bijstandsuitkeringen (WWB) Betreft verstrekkingen van uitkeringen op grond van de Wet werk en bijstand voor levensonderhoud. Nadeel op de baten betreft een lagere Rijksbijdrage voor de WWB uitkeringen dan begroot ad. €1.973.000. De begroting is gebaseerd op de voorlopige bijdrage. In oktober 2014 is de definitieve rijksbijdrage neerwaarts bijgesteld (ten opzichte van de voorlopige bijdrage) door het ministerie van SZW. Budget materieel evenwicht

De hierboven genoemde tegenvaller kan deels worden opgevangen door een beroep te doen op de

hiervoor ingestelde 'budget materieel evenwicht WWB uitkeringen' van €1.600.000 Dit budget is ingesteld

om fluctuaties binnen de uitkeringslast en de rijksbijdrage op te kunnen vangen. Dit budget valt vrij in

programma 6.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P23 Verhogen arbeidsparticipatie enPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -55.162 -3.100 -58.262 -61.131 -2.869

Baten 46.898 5.234 52.132 51.752 -379

Totaal Saldo van baten en lasten -8.264 2.134 -6.130 -9.379 -3.249

Mutatie reserves

Lasten -1.600 1.600 0 -250 -250

Baten 1.000 0 1.000 1.000 0

Totaal Mutatie reserves -600 1.600 1.000 750 -250

Gerealiseerd resultaat -8.864 3.734 -5.130 -8.629 -3.499

Tabel : Financiële verschillen P23 Verhogen arbeidsparticipatie en bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Besluit Bijstand Zelfstandigen (BBZ) S -1.392 -2.309 917 N 953 1.370 417 V 500 N

Bijstandsuitkeringen (WWB) S -36.992 -37.931 939 N 37.544 35.572 1.973 N 2.912 N

Inkomensondersteuning/minimabeleid S -4.225 -4.307 82 N 444 517 73 V 9 N

Re-integratie S -7.363 -7.220 143 V 5.587 5.694 107 V 250 V

Sociale w erkvoorziening S -7.885 -8.785 899 N 7.325 8.224 899 V 0 N

Inburgering S -55 55 N 4 99 95 V 40 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -404 -525 121 N 274 277 3 V 118 N

Saldo van baten en lasten -58.262 -61.131 2.869 N 52.132 51.753 379 N 3.249 N

Reserves

Re-integratie I 0 -250 250 N 0 0 - 250 N

Niet toegelichte (kleine) verschillen I 0 0 - 1.000 1.000 - -

Mutatie reserves 0 0 - 1.000 1.000 - 250 N

Gerealiseerd resultaat -58.262 -61.131 2.869 N 53.132 52.753 379 N 3.499 N

onderwerp

Page 167: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

13

Nadeel op de lasten wordt veroorzaakt door:

Hogere lasten van €630.000 voor opdrachtnemer SV land die zich bezighoudt met (hoogwaardig) handhaven van uitkeringen (betreft een No cure, no pay contract). Hier tegenover staat een lagere uitkeringslast dan wel een terugvordering.Een extra storting ad €670.000 in de voorziening dubieuze debiteuren plaatsgevonden bovenop de jaarlijkse storting van €300.000, Doordat er meer vorderingen zijn opgelegd in 2014 is de omvang van de voorziening verder aangevuld.. De omvang van de voorziening (€4.518.000 = 42% de uitstaande vorderingen) is gebaseerd op een individuele beoordeling van alle uitstaande vorderingen.

Verder is op dit product een bezuinigingstaakstelling ingeboekt van €70.000 (nadeel).

De nadelen op de lasten worden deels gecompenseerd door voordeel op de uitkeringslast ad. €430.000. In de vastgestelde Programmabegroting 2014 zijn de ramingen voor de klantaantallen nog gebaseerd op de prognose van het Centraal Plan Bureau (CPB) uit september 2013; een groei van 7% in 2014 ten opzichte van 2013. Voor Lelystad resulterend in een verwacht gemiddeld klantaantal van 2.253 in 2014. De uiteindelijke realisatie van het gemiddeld klantaantal 2013 is positiever uitgevallen dan begroot Dit levert een voordeel op de uitkeringslast op van €430.000.

Totaal is het resultaat van dit product aan de lastenkant: -/- €630.000 - €670.000 + €430.000 - €70.000 = €940.000 Inkomensondersteuning/minimabeleid De overschrijding op de lasten ad. €82.000 wordt grotendeels veroorzaakt door uitgaven voor woonkostentoeslag en ziektekosten van zelfstandigen in het kader van de Bbz die als leenbijstand worden verstrekt hier tegenover staan even zo grote baten (terugvordering leenbijstand). Re-integratie De raad heeft bij de vaststelling van de bestedingsnota’s 2014 en 2015 ingestemd met het meenemen van het niet bestede deel 2014 naar 2015. Deze middelen zijn nodig om de in 2014 ingezette trajecten (reeds in verplichtingen vastgelegd) af te ronden. In de decembernotitie is dit reeds doorgeschoven op basis van een indicatief bedrag. Per saldo budget neutraal. Sociale werkvoorziening De gemeente biedt beschutte- en beschermde werkplekken voor mensen met een WSW-indicatie De afwijking op de baten en lasten van €899.000 betreft een hogere rijksbijdrage WSW voor 2014 welke is vastgesteld op basis van het aantal arbeidsjaren van WSW-ers. De bijdrage wordt doorbetaald aan de GR IJsselmeergroep. Per saldo budgetneutraal. Inburgering De gemeente ondersteunt nieuwkomers/statushouders bij de verplichte inburgering. Hogere baten betreft de bijdrage van het COA - Vluchtelingenwerk voor statushouders die zich vestigen in Lelystad ad. €95.000. De vergoeding wordt doorbetaald aan de klant daarnaast ook extra lasten voor kosten van taallessen. Voorstel voor aanpassing van budgetten wordt meegenomen in de kadernota 2016.

Page 168: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

14

2.3 Leefbare stad

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P3 Leefbare stadPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P31 Wijkontw ikkeling en -beheer -24.931 -713 -25.643 -25.024 619

P32 Optimaliseren stedelijk verkeer -10.420 -5 -10.425 -9.369 1.056

P33 Versterken duurzaamheid -13.340 -720 -14.060 -13.829 230

Totaal Lasten -48.691 -1.438 -50.128 -48.222 1.906

Baten

P31 Wijkontw ikkeling en -beheer 1.278 307 1.585 1.237 -348

P32 Optimaliseren stedelijk verkeer 8.264 318 8.582 7.595 -986

P33 Versterken duurzaamheid 10.723 -64 10.659 10.789 130

Totaal Baten 20.265 561 20.825 19.621 -1.204

Totaal Saldo van baten en lasten -28.426 -877 -29.303 -28.601 702

Mutatie reserves

Lasten

P31 Wijkontw ikkeling en -beheer -84 0 -84 -50 34

P32 Optimaliseren stedelijk verkeer -115 0 -115 0 115

Totaal Lasten -199 0 -199 -50 149

Baten

P31 Wijkontw ikkeling en -beheer 216 836 1.053 1.046 -7

P32 Optimaliseren stedelijk verkeer 1.249 -179 1.070 381 -689

P33 Versterken duurzaamheid 0 0 0 0 0

Totaal Baten 1.465 658 2.123 1.427 -696

Totaal Mutatie reserves 1.266 658 1.924 1.377 -547

Gerealiseerd resultaat -27.160 -219 -27.379 -27.224 155

Page 169: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

15

2.3.1 Wijkontwikkeling en –beheer

Onderhoud Lagere lasten dan begroot van €184.000 als gevolg van minder activiteiten in Stadsontwikkelingsgebieden door de bijgestelde realisatie in de woningbouw. Hierdoor ook een lagere interne bijdrage voor onderhoud (baten). Overige kleine verschillen op deze post bedragen €22.000. Dagelijks onderhoud stadshoofdwegen, polderwegen en wijken Lagere incidentele lasten ad. €184.000 op het gebied van weg- en bermbeheer als gevolg van het samenvallen met werkzaamheden Groot Onderhoud. Een deel betreft maatregelenasfalt die zijn overgeheveld naar het Groot Onderhoudsprogramma. Het betreffende budget wordt daarom vanaf 2015 structureel gestort in de voorziening. Openbare verlichting Lagere lasten van €97.000 als gevolg van een aantal kleine incidentele meevallers met name vervanging lampen, lagere kosten kabelstoringen. Lagere baten ad. €51.000 als gevolg van minder inkomsten uit reclame lichtbakken en verhaal schades openbare verlichting. Daar staan lagere lasten door schades tegenover. Waterschapsbelastingen Hogere lasten €51.000 als gevolg van verhoogde waterschapsbelastingen door Waterschap Zuiderzeeland. Voorstel voor aanpassing van het budget wordt meegenomen in de Kadernota 2016. Begraafplaats Lagere baten doordat het aantal begrafenissen veel (36) minder was dan in de exploitatie / begroting was opgenomen. Hier tegenover staan lagere lasten mede als gevolg van het in eigen beheer ruimen van veld VI. Per saldo een nadeel van €75.000. In de begroting 2015 is hiervoor 2015 hier al incidenteel rekening mee gehouden, voor 2016 wordt er een nieuwe begraafexploitatie voorgelegd met verschillende scenario’s.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P31 Wijkontwikkeling en -beheerPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -24.931 -713 -25.643 -25.024 619

Baten 1.278 307 1.585 1.237 -348

Totaal Saldo van baten en lasten -23.653 -406 -24.059 -23.787 271

Mutatie reserves

Lasten -84 0 -84 -50 34

Baten 216 836 1.053 1.046 -7

Totaal Mutatie reserves 132 836 969 996 27

Gerealiseerd resultaat -23.520 430 -23.090 -22.791 299

Tabel : Financiële verschillen P31 Wijkontwikkeling en -beheer bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Onderhoud S -310 -104 206 V 310 126 184 N 22 V

Dagelijks onderhoud stadshoofdw egen,

polderw egen en w ijken

S -411 -227 184 V - 184 V

Openbare verlichting S -859 -762 97 V 167 116 51 N 46 V

Waterschapsbelastingen S -103 -154 51 N - 51 N

Begraafplaats S -308 -276 31 V 420 314 106 N 75 N

Storting voorziening GO Bovengronds S -9.261 -9.333 72 N - 72 N

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -14.392 -14.168 224 V 688 681 7 N 218 V

Saldo van baten en lasten -25.643 -25.024 619 V 1.585 1.237 348 N 271 V

Reserves

Niet toegelichte (kleine) verschillen I -84 -50 34 V 1.053 1.046 7 N 27 V

Mutatie reserves -84 -50 34 V 1.053 1.046 7 N 27 V

Gerealiseerd resultaat -25.727 -25.074 653 V 2.637 2.283 354 N 299 V

onderwerp

Page 170: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

16

Storting voorziening GO Bovengronds Hogere storting €72.000 in voorziening GO Bovengronds in verband met niet-begrote indexering van de ICL-uitkering. Het Rijk heeft in tegenstelling tot voorgaande jaren de indexering op de ICL uitkering toegepast. Conform de bestaande afspraken met het Rijk worden de stortingen in deze voorziening eveneens geïndexeerd.

2.3.2 Optimaliseren stedelijk verkeer

Parkeerexploitatie Stadshart Het tekort op de parkeerexploitatie Stadshart is per saldo €572.000* en daarmee €19.000 hoger dan is aangegeven bij de prognose in het PEX-voorstel (141033292) behandeld in de gemeenteraad van 11 november 2014. Het tekort wordt veroorzaakt door lagere parkeerinkomsten, met name op straat. Het tekort wordt gematigd door lagere kosten, met name doordat het onderhoud tot een minimum is beperkt en de lagere kosten voor ParkeerService. Het tekort wordt wegens uitputting van de reserve voor niet meer dan €179.000 gedekt uit de reserve Stadshart. Hierdoor komt het saldo op de parkeerexploitatie Stadshart van €393.000 ten laste van het algemeen resultaat. Dit resultaat komt overeen met de afgegeven prognoses in de raadsbrief van 30 oktober 2013, met kenmerk. Tevens valt het tekort over de PEX binnen het geprognosticeerde resultaat zoals aangegeven in de begrotingsmonitor van september, namelijk een tekort ten laste van de Algemene Dienst van €300.000 tot €400.000. *Rekenkundig :Het resultaat op de parkeerexploitatie is het saldo van de gerealiseerde lasten en -baten respectievelijk -/-

€2.845.000 + €2.273.000 = -/- €572.000.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P32 Optimaliseren stedelijk verkeerPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -10.420 -5 -10.425 -9.369 1.056

Baten 8.264 318 8.582 7.595 -986

Totaal Saldo van baten en lasten -2.156 313 -1.843 -1.774 70

Mutatie reserves

Lasten -115 0 -115 0 115

Baten 1.249 -179 1.070 381 -689

Totaal Mutatie reserves 1.134 -179 955 381 -574

Gerealiseerd resultaat -1.022 134 -888 -1.393 -504

Tabel : Financiële verschillen P32 Optimaliseren stedelijk verkeer bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Parkeerexploitatie Stadshart S -3.438 -2.845 593 V 2.726 2.273 453 N 140 V

BDU subsidie Verkeer I -788 -686 102 V 221 127 94 N 8 V

interne verrekeningen S -2.386 -1.987 399 V 2.386 1.987 399 N 0 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -3.813 -3.851 38 N 3.249 3.208 40 N 78 N

Saldo van baten en lasten -10.425 -9.369 1.056 V 8.582 7.595 986 N 70 V

Reserves

Reserve Parkeren Stadshart S -115 0 115 V 811 179 632 N 517 N

Fietsplan Stadshart I - 98 57 41 N 41 N

Niet toegelichte (kleine) verschillen I 0 0 - 161 145 16 N 16 N

Mutatie reserves -115 0 115 V 1.070 381 689 N 574 N

Gerealiseerd resultaat -10.540 -9.369 1.171 V 9.652 7.976 1.676 N 504 N

onderwerp

Page 171: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

17

BDU subsidie Verkeer Lagere lasten dan begroot €94.000 doordat de gelden BDU verkeer en vervoer niet volledig zijn besteed door het doorschuiven van het project aanpassen station Lelycentre. Planning is dit in 2015/2016 uit te voeren. Hierdoor ook lagere baten doordat de niet-bestede gelden BDU verkeer en vervoer conform de wettelijke verplichting naar de balans zijn geboekt. Daarnaast is het fietsplan Stadhart goedkoper €41.000 uitgevallen dan begroot. Overige kleine verschillen binnen deze post €33.000. Interne verrekeningen De afwijking op de baten en lasten betreft interne verrekeningen tussen afdelingen ten aanzien van dagelijks onderhoud van parkeergarages. Doordat het de dagelijks onderhoudskosten lager zijn heeft dat invloed op de onderlinge verrekeningen( zie ook toelichting kosten parkeerexploitatie stadshart). Per saldo budgetneutraal. Fietsplan Stadshart Lagere onttrekking aan de ISV reserve door een inkoopvoordeel op het fietsplan Stadhart (€ 41.000). Dit inkoopvoordeel bij BDU verkeer toegelicht.

Page 172: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

18

2.3.3 Versterken duurzaamheid

Kwijtschelding heffingen Hogere lasten €114.000 dan begroot vanwege een hoger aantal aanvragen en toekenning van kwijtschelding ten gevolge van de economische situatie. Afvalstoffen Per saldo een voordeel op de afvalstoffen van € 336.000 door lagere lasten €76.000 als gevolg van een aanbestedingsvoordeel op de GFT-verwerking. Hogere baten dan begroot €260.000 doordat in de begroting voor 2014 geen inflatiecorrectie is opgenomen, terwijl de tarieven conform de beleidsuitgangspunten in de tarievennota met 2,5% verhoogd zijn. Voorstel voor aanpassing wordt in de kadernota 2016 meegenomen. Ondergrondse afvalcontainers Lagere lasten dan begroot €95.000 doordat de uitvoering van het project Ondergrondse afvalcontainers nog doorloopt in 2015. Rioolheffing Waar in de begroting nog rekening werd gehouden met een grotere groei van de stad, is deze in werkelijkheid achtergebleven. Hierdoor zijn minder inkomsten gerealiseerd. Daarnaast heeft een verschuiving plaatsgevonden van het aantal meerpersoonshuishoudens naar eenpersoonshuishoudens. Aangezien het tarief voor eenpersoonshuishouden aanzienlijk lager is dan het meerpersoonstarief zijn minder inkomsten gerealiseerd. Totaal minder aan baten is €126.000. Onderhoud rioolstelsel Lagere lasten dan begroot €147.000 door minder verstoringen in het rioolstelsel.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P33 Versterken duurzaamheidPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -13.340 -720 -14.060 -13.829 230

Baten 10.723 -64 10.659 10.789 130

Totaal Saldo van baten en lasten -2.617 -784 -3.401 -3.040 361

Mutatie reserves

Baten 0 0 0 0 0

Totaal Mutatie reserves 0 0 0 0 0

Gerealiseerd resultaat -2.617 -784 -3.401 -3.040 361

Tabel : Financiële verschillen P33 Versterken duurzaamheid bedragen x € 1.000Incident eel/

St ruct ureel lasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Kw ijtschelding heff ingen S -840 -954 114 N 0 0 - 114 N

Afvalstoffen S -6.245 -6.169 76 V 8.598 8.857 260 V 336 V

Ondergrondse afvalcontainers S -244 -149 95 V - 95 V

Rioolheff ing S - 1.896 1.770 126 N 126 N

Onderhoud rioolstelsel S -772 -625 147 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -5.959 -5.933 26 V 165 162 3 N 23 V

Saldo van baten en lasten -14.060 -13.829 230 V 10.659 10.789 130 V 361 V

Reserves

Niet toegelichte (kleine) verschillen I 0 0 - 0 0 - -

Mutatie reserves 0 0 - 0 0 - -

Gerealiseerd resultaat -14.060 -13.829 230 V 10.659 10.789 130 V 361 V

onderwerp

Page 173: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

19

2.4 Sterke stad

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P4 Sterke stadPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P41 Werken aan de basis -739 -847 -1.587 -777 810

P42 Kw aliteit aanbod versterken -23.703 -1.706 -25.409 -24.983 426

P43 Verbeteren regionale bereikbaar -977 -28 -1.006 -957 48

P44 Imago versterken -1.804 -30 -1.834 -1.878 -45

Totaal Lasten -27.223 -2.611 -29.835 -28.595 1.239

Baten

P41 Werken aan de basis 125 211 336 63 -274

P42 Kw aliteit aanbod versterken 18.080 566 18.646 11.977 -6.669

P43 Verbeteren regionale bereikbaar 1 0 1 0 -1

P44 Imago versterken 0 0 0 4 4

Totaal Baten 18.205 778 18.983 12.044 -6.939

Totaal Saldo van baten en lasten -9.018 -1.834 -10.852 -16.552 -5.700

Mutatie reserves

Lasten

P42 Kw aliteit aanbod versterken -1.425 642 -784 0 784

Totaal Lasten -1.425 642 -784 0 784

Baten

P41 Werken aan de basis 0 636 636 62 -574

P42 Kw aliteit aanbod versterken 0 120 120 265 145

P43 Verbeteren regionale bereikbaar 0 50 50 50 0

P44 Imago versterken 0 0 0 0 0

Totaal Baten 0 806 806 378 -429

Totaal Mutatie reserves -1.425 1.448 23 378 355

Gerealiseerd resultaat -10.443 -386 -10.829 -16.174 -5.345

Page 174: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

20

2.4.1 Werken aan de basis

MKB regeling Lelystad Niet benut budget MKB regeling is €551.000. Het betreft een subsidieregeling voor het versterken van de economische structuur, het stimuleren van het innovatieklimaat en het creëren van nieuwe werkgelegenheid). De subsidiebaten (EFRO middelen) en de onttrekking aan de MKB reserve zijn hierdoor ook lager (50% / 50%). De regeling is voor nieuwe projecten gesloten en 2015 is het laatste jaar van de MKB regeling waarin de nog lopende projecten zullen worden afgerond. Op basis van het aantal afgegeven nog niet afgeronde beschikkingen is het nog benodigde budget doorgeschoven naar 2015.Per saldo budgetneutraal. High Containment Unit (HCU) In 2012 is besloten tot een bijdrage ad. €300.000 aan de uitbreiding en verbouwing van de High Containment Unit (HCU). Het betreft cofinanciering voor een project in het kader van het Europese programma Kansen voor West. De doelstelling van het project was uitbreiding en verbouwing van de HCU van het Centraal Veterinair Instituut van Wageningen UR. De uitbreiding en aanpassing bestond uit het realiseren van een zogenaamd BIOSafetyLevel 3 (BSL 3) faciliteit, bestaande uit dierenaccommodaties en een laboratorium om experimenteel onderzoek te doen. De uitbreiding en verbouw heeft inmiddels plaatsgevonden en is afgerond. In afwachting op de eindafrekening zal het bedrag nog worden doorgeschoven naar 2015. Het bedrag blijft in de reserve beschikbaar totdat de eindafrekening heeft plaatsgevonden. Per saldo budgetneutraal.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P41 Werken aan de basisPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -739 -847 -1.587 -777 810

Baten 125 211 336 63 -274

Totaal Saldo van baten en lasten -614 -636 -1.250 -714 536

Mutatie reserves

Baten 0 636 636 62 -574

Totaal Mutatie reserves 0 636 636 62 -574

Gerealiseerd resultaat -614 0 -614 -651 -37

Tabel : Financiële verschillen P41 Werken aan de basis bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

MKB regeling Lelystad I -673 -122 551 V 336 59 277 N 274 V

High Containment Unit (HCU) I -300 0 300 V - 300 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -614 -654 40 N 0 4 4 V 36 N

Saldo van baten en lasten -1.587 -776 811 V 336 63 274 N 537 V

Reserves

MKB regeling Lelystad I - 336 62 274 N 274 N

High Containment Unit (HCU) I - 300 300 N 300 N

Mutatie reserves 0 0 - 636 62 574 N 574 N

Gerealiseerd resultaat -1.587 -776 811 V 973 125 848 N 37 N

onderwerp

Page 175: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

21

2.4.2 Kwaliteit aanbod versterken

Grondexploitatie Het resultaat van het grondbedrijf over 2014 is €5.511.710 negatief. Begroot was een voordelig saldo van €784.000. Per saldo €6.295.000 nadelig ten opzichte van de begroting. Een nadere toelichting op dit resultaat treft u aan in de paragraaf Grondbeleid in het jaarverslag.De mutatie in de reserves is €932.000 voordelig ten opzichte van de begroting doordat de storting in de reserve risico Grondexploitatie €784.000 in 2014 niet heeft plaatsgevonden en onttrekkingen aan de reserve Antwoord van Lelystad €148.000. Het resultaat van het Grondbedrijf is opgebouwd uit de verschillende delen:

- A-staten: De Niet In Exploitatie Genomen Gebieden (NIEGG). - B-Staten: de lopende Grondexploitaties. - C-/D-staten: de overige gronden in bezit bij het Grondbedrijf. Het betreft bijvoorbeeld

restkavels uit afgesloten gebieden maar ook de gronden onder erfpacht uitgegeven.

In 2014 is grond voor 7 nieuwe woningen gepasseerd bij de notaris, daarnaast 0,8 HA bedrijventerrein.

In de Raam MPG was voor het middenscenario uitgegaan van resp. 50 woningen en 1,5 HA

bedrijventerrein. In de Jaarrekening zijn de verschillen tussen het middenscenario en de werkelijkheid

toegevoegd aan het eind van de planperiode van de betreffende grondexploitaties. Hierdoor zijn dus wel

extra (nadelige) renteresultaten ontstaan.

Relatie MPG

In 2014 is een Raam MPG opgesteld waarin een meest reële ontwikkeling is gevolgd vanuit de 3

scenario’s die zijn opgesteld. Uit de opgestelde “laag – midden – hoog” scenario’s is het middenscenario

gekozen als meest waarschijnlijk. Voor de korte termijn zijn de volgende maatregelen ingesteld:

- Het verlagen van de interne rente van 4% naar 3% gedurende een periode van 5 jaar; - Het vervallen van de opslag “Bovenwijkse Voorzieningen”; - Het verkleinen van de personele ontwikkelcapaciteit die ten laste van het grondbedrijf komt; - Het inzetten van de transitie naar een gemengd Grondbedrijf (actief / passief combinatie).

Deze maatregelen zijn in deze jaarrekening nu op het niveau van de gebieden verwerkt (in de MPG wordt

dit op geaggregeerd niveau gepresenteerd).

Voor de middellange termijn zijn de maatregelen gericht op:

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P42 Kwaliteit aanbod versterkenPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -23.703 -1.706 -25.409 -24.983 426

Baten 18.080 566 18.646 11.977 -6.669

Totaal Saldo van baten en lasten -5.623 -1.140 -6.763 -13.006 -6.243

Mutatie reserves

Lasten -1.425 642 -784 0 784

Baten 0 120 120 265 145

Totaal Mutatie reserves -1.425 762 -664 265 929

Gerealiseerd resultaat -7.048 -378 -7.427 -12.741 -5.314

Tabel : Financiële verschillen P42 Kwaliteit aanbod versterken bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Grondexploitatie S -16.774 -16.417 357 V 17.557 10.906 6.651 N 6.295 N

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -8.635 -8.566 70 V 1.089 1.071 18 N 52 V

Saldo van baten en lasten -25.409 -24.983 426 V 18.646 11.977 6.669 N 6.243 N

Reserves

Grondexploitatie I -784 0 784 V 0 148 148 V 932 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen 0 0 - 120 117 3 N 3 N

Mutatie reserves -784 0 784 V 120 265 145 V 929 V

Gerealiseerd resultaat -26.193 -24.983 1.210 V 18.766 12.242 6.524 N 5.314 N

onderwerp

Page 176: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

22

- Het instellen van een voorziening “herijking MPG”; - Het aanpassen van het aanbod; - Het instellen van een complex “agrarisch”; - Het op orde brengen van de voorzieningen in de (nieuwe) wijken.

Omdat eventuele financiële effecten hiervan in de bestuurlijke besluitvorming worden gebracht voordat

de jaarrekening 2014 is vastgesteld, zijn deze effecten opgenomen in de jaarrekening 2014. Hetzij als na

balans datum opgekomen ontwikkelingen, hetzij als correctie op gepresenteerde balanswaarde.

• Financiële vertaling: • In de jaarrekening worden de uitgaven en de inkomsten over 2014 gepresenteerd ten behoeve

van de resultaatbepaling. Daarnaast worden noodzakelijke voorzieningen getroffen als de ontwikkeling van de Netto Contante Waarde binnen de exploitatie gebieden negatief zijn.

• • Het resultaat uit de bedrijfsvoering en de exploitatiegebieden is bepaald op - € 7,2 mln. Bij

jaarrekening 2013 is een voorziening Onderhanden werk gevormd. Deze wordt nu opgeheven (effect € 1,7 mln.). Per saldo is dan het resultaat Grondbedrijf is € 5,5 mln. Dit saldo wordt meegenomen in de resultaatbestemming op Concern niveau.

• Het resultaat is als volgt opgebouwd:

Totaal is in 2014 ad. €6.507.000 aan voorzieningen getroffen voor de grondexploitaties en de voorziening onderhanden werk van €1.696.000 vrijgevallen. Per saldo resulteert dit in het volgende overzicht.

Nb. Instellen beheercomplex agrarisch is vooralsnog als PM opgenomen, dat betekent dat er nog geen

financiële consequenties aan zijn verbonden

Resultaat grondbedrijf

Resultaat

voor treffen

voorzieningen

toevoeging

voorzienigen

Totaal

resultaat 2014

Subtotaal A-staten 348 -2.276 -1.928

Subtotaal B-staten 672 -1.241 -569

Subtotaal C en D-staten 193 0 193

Subtotaal resultaat Grondbedrijf 1.214 -3.518 -2.304

Aandeel personeelskosten -1.144 -1.144

Aandeel centrale bedrijfsvoering -693 -693

Subtotaal resultaat bedrijfsvoering -1.837 0 -1.837

Resultaat overig -78 -78

Bedrijfsresultaat Grondbedrijf -701 -3.518 -4.219

Instellen voorziening Herijking MPG -1.224 -1.224

Aanpassen aanbod kantorenlocaties -1.765 -1.765

Opheffen (vrijval) voorziening Onderhandenw erk 1.696 1.696

Middellange termijn maatregelen Kader MPG 0 -1.293 -1.293

Eindresultaat Grondbedrijf 2014 -5.512

Page 177: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

23

2.4.3 Verbeteren regionale bereikbaarheid

De afwijkingen zijn kleiner dan €50.000 en worden daarom niet verder toegelicht.

2.4.4 Imago versterken

De afwijkingen zijn kleiner dan €50.000 en worden daarom niet verder toegelicht.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P43 Verbeteren regionale bereikbaarPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -977 -28 -1.006 -957 48

Baten 1 0 1 0 -1

Totaal Saldo van baten en lasten -977 -28 -1.005 -957 48

Mutatie reserves

Baten 0 50 50 50 0

Totaal Mutatie reserves 0 50 50 50 0

Gerealiseerd resultaat -977 22 -955 -907 48

Tabel : Financiële verschillen P43 Verbeteren regionale bereikbaar bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -1.006 -956 49 V 1 0 1 N 48 V

Saldo van baten en lasten -1.006 -956 49 V 1 0 1 N 48 V

Reserves

Niet toegelichte (kleine) verschillen I 0 0 - 50 50 - -

Mutatie reserves 0 0 - 50 50 - -

Gerealiseerd resultaat -1.006 -956 49 V 51 50 1 N 48 V

onderwerp

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P44 Imago versterkenPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -1.804 -30 -1.834 -1.878 -45

Baten 0 0 0 4 4

Totaal Saldo van baten en lasten -1.804 -30 -1.834 -1.874 -41

Mutatie reserves

Baten 0 0 0 0 0

Totaal Mutatie reserves 0 0 0 0 0

Gerealiseerd resultaat -1.804 -30 -1.834 -1.874 -41

Tabel : Financiële verschillen P44 Imago versterken bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -1.834 -1.878 45 N 0 4 4 V 41 N

Saldo van baten en lasten -1.834 -1.878 45 N 0 4 4 V 41 N

Reserves

Niet toegelichte (kleine) verschillen I 0 0 - 0 0 - -

Mutatie reserves 0 0 - 0 0 - -

Gerealiseerd resultaat -1.834 -1.878 45 N 0 4 4 V 41 N

onderwerp

Page 178: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

24

2.5 Veiligheid

2.5.1 Veilige stad

Onrealiseerbare efficiency taakstelling Incidenteel hogere lasten €62.000. Met het vaststellen van de Kadernota 2012 heeft de gemeenteraad besloten om een oplopende efficiency taakstelling op de toen voorziene fusie tussen Perspectief B.V. en Concern voor Werk N.V. op te leggen. Deze taakstelling bedraagt vanaf 2014 €80.000 per jaar. Deze taakstelling is abusievelijk in het geheel administratief verwerkt op het product van algemeen toezicht (zonder dat daar dekking voor beschikbaar was), maar behoort voor €62.000 toe aan parkeren. Gezien de huidige besluitvorming rondom parkeren wordt duidelijk dat er binnen parkeren geen ruimte bestaat om deze taakstelling te realiseren (het zou de bestaande problematiek enkel verzwaren). In de Programmabegroting 2015 is het verschil gecorrigeerd.

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P5 Veiligheid - Veilige stadPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P51 Veiligheid - Veilige stad -8.386 -89 -8.475 -8.455 20

Totaal Lasten -8.386 -89 -8.475 -8.455 20

Baten

P51 Veiligheid - Veilige stad 583 36 618 654 35

Totaal Baten 583 36 618 654 35

Totaal Saldo van baten en lasten -7.804 -53 -7.856 -7.801 55

Gerealiseerd resultaat -7.804 -53 -7.856 -7.801 55

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P51 Veiligheid - Veilige stadPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -8.386 -89 -8.475 -8.455 20

Baten 583 36 618 654 35

Totaal Saldo van baten en lasten -7.804 -53 -7.856 -7.801 55

Gerealiseerd resultaat -7.804 -53 -7.856 -7.801 55

Tabel : Financiële verschillen P51 Veiligheid - Veilige stad bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Onrealiseerbare efficiency taakstelling I -654 -716 62 N - 62 N

Niet toegelichte (kleine) verschillen I -7.821 -7.740 81 V 618 654 35 V 117 V

Saldo van baten en lasten -8.475 -8.456 19 V 618 654 35 V 55 V

Gerealiseerd resultaat -8.475 -8.456 19 V 618 654 35 V 55 V

onderwerp

Page 179: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

25

2.6 Voor de Lelystedeling

Tabel: Resultaat per programma Bedrag x € 1.000

P6 Voor de LelystedelingPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten

P61 Gemeentelijke dienstverlening -2.752 102 -2.650 -2.734 -84

P62 Gemeentelijke organisatie -28.782 -1.330 -30.112 -28.200 1.912

P63 Algemene dekkingsmiddelen -10.498 1.283 -9.215 -8.197 1.018

Totaal Lasten -42.032 55 -41.977 -39.131 2.846

Baten

P61 Gemeentelijke dienstverlening 2.417 0 2.417 1.967 -450

P62 Gemeentelijke organisatie 3.047 90 3.137 3.850 713

P63 Algemene dekkingsmiddelen 135.046 753 135.799 138.812 3.012

Totaal Baten 140.509 843 141.353 144.629 3.276

Totaal Saldo van baten en lasten 98.478 898 99.376 105.498 6.122

Mutatie reserves

Lasten

P61 Gemeentelijke dienstverlening -125 0 -125 -125 0

P62 Gemeentelijke organisatie 0 -600 -600 -600 0

P63 Algemene dekkingsmiddelen -1.639 -5.102 -6.740 -6.740 0

Totaal Lasten -1.764 -5.702 -7.465 -7.465 0

Baten

P61 Gemeentelijke dienstverlening 248 -177 71 168 97

P62 Gemeentelijke organisatie 0 0 0 0 0

P63 Algemene dekkingsmiddelen 2.045 2.837 4.881 4.881 0

Totaal Baten 2.292 2.660 4.952 5.049 97

Totaal Mutatie reserves 528 -3.042 -2.513 -2.416 97

Gerealiseerd resultaat 99.006 -2.143 96.863 103.082 6.219

Page 180: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

26

2.6.1 Gemeentelijke dienstverlening

Leges reisdocumenten Hogere baten en lasten door meer geïnde en aan het Rijk overgedragen rijksleges €132.000 voor reisdocumenten. Leges rijbewijzen Minder inkomsten dan begroot €129.000 door minder aanvragen rijbewijzen. In de Programmabegroting 2015 is dit meerjarig neerwaarts bijgesteld en aangesloten op de verwachte trend. Leges omgevingsvergunningen Minder inkomsten dan begroot €407.000 door achterblijven van bouwactiviteiten. In de Programmabegroting 2015 is dit meerjarig neerwaarts bijgesteld en aangesloten op de verwachte trend. Digitale dienstverlening In 2014 zijn kosten €97.000 gemaakt voor de digitale Belastingbalie (deze is inmiddels operationeel), het digitale meldingsformulier openbare ruimte, de afspraken module en de overige formulieren (implementatie 1e kwartaal 2015). In de bestemde reserve is voor digitale dienstverlening geld gereserveerd voor investeringen en uitvoeringskosten voor het realiseren van digitale dienstverlening.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P61 Gemeentelijke dienstverleningPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -2.752 102 -2.650 -2.734 -84

Baten 2.417 0 2.417 1.967 -450

Totaal Saldo van baten en lasten -336 102 -234 -767 -533

Mutatie reserves

Lasten -125 0 -125 -125 0

Baten 248 -177 71 168 97

Totaal Mutatie reserves 123 -177 -54 43 97

Gerealiseerd resultaat -213 -74 -287 -723 -436

Tabel : Financiële verschillen P61 Gemeentelijke dienstverlening bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Leges reisdocumenten S -300 -432 132 N 710 853 143 V 11 V

Leges rijbew ijzen S - 343 215 129 N 129 N

Leges omgevingsvergunningen S - 927 520 407 N 407 N

Digitale dienstverlening I -21 -118 97 N - 97 N

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -2.329 -2.184 145 V 436 379 57 N 88 V

Saldo van baten en lasten -2.650 -2.734 84 N 2.417 1.967 450 N 533 N

Reserves

Digitale dienstverlening I -125 -125 - 71 168 97 V 97 V

Mutatie reserves -125 -125 - 71 168 97 V 97 V

Gerealiseerd resultaat -2.775 -2.859 84 N 2.488 2.135 353 N 436 N

onderwerp

Page 181: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

27

2.6.2 Gemeentelijke organisatie

Overdracht pensioen Wethouders + werkgevers deel pensioen premie Wethouders Per saldo een voordeel van €58.000 door: afwijking op lasten en baten wordt veroorzaakt door niet begrote baten €293.000 in verband met overdracht pensioen. Deze worden gestort in de pensioenvoorziening wethouders en veroorzaken bij de lasten een even grote afwijking op de kosten. Daarnaast volgt uit de jaarlijkse berekening van de hoogte van de pensioenvoorzieningen wethouders van een lagere benodigde storting van €58.000. Gemeentelijke gebouwen Incidentele hogere baten €293.000, waaronder ontvangen verzekeringsgelden voor herstelwerkzaamheden en opbrengsten van huurder ter dekking van het onderhoud €111.000. Wachtgeld wethouders Totaal hogere lasten van €350.000 door: Hogere lasten door wachtgeldverplichting voor oud-wethouders €210.000. Meerjarig is de begroting bijgesteld in Programmabegroting 2015. Het nieuwe college bestaat uit 5 portefeuillehouders. De begroting 2014 gaat uit van 4. Hierdoor is de afwijking ten opzichte van het budget van €140.000. Portefeuillecoördinatoren Hogere lasten €110.000 hangt samen met het aantal wethouders. De begroting is nog gestoeld op 4 wethouders en de daarbij behorende ondersteuning. Het nieuwe college bestaat uit 5 wethouders. In de programmabegroting 2015 is het budget inmiddels bijgesteld. Raad en Ondersteuning Minder kosten €90.000 door lagere vergoeding voor raadsleden €16.000 en lagere kosten voor derden €74.000.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P62 Gemeentelijke organisatiePrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -28.782 -1.330 -30.112 -28.200 1.912

Baten 3.047 90 3.137 3.850 713

Totaal Saldo van baten en lasten -25.735 -1.240 -26.975 -24.350 2.625

Mutatie reserves

Lasten 0 -600 -600 -600 0

Baten 0 0 0 0 0

Totaal Mutatie reserves 0 -600 -600 -600 0

Gerealiseerd resultaat -25.735 -1.840 -27.575 -24.950 2.625

Tabel : Financiële verschillen P62 Gemeentelijke organisatie bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Overdracht pensioen + w erkg.deel

pens.premie

I -68 -303 235 N 0 293 293 V 58 V

Gemeentelijke gebouw en S -4.852 -4.963 111 N 18 311 293 V 182 V

Wachtgeld S -350 350 N 350 N

portefeuillecoördinatoren S -410 -521 110 N - 110 N

Raad en ondersteuning S -1.368 -1.278 90 V - 90 V

Verkiezingen S -109 -219 110 N - 110 N

Bedrijfsvoering I -21.704 -20.550 1.154 V 2.681 2.805 124 V 1.278 V

stelpost Materieel evenw icht WWB I -1.600 0 1.600 V 1.600 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen S 0 -16 17 N 438 440 3 V 14 N

Saldo van baten en lasten -30.112 -28.200 1.912 V 3.137 3.850 713 V 2.625 V

Reserves

Niet toegelichte (kleine) verschillen I -600 -600 - - -

Mutatie reserves -600 -600 - 0 0 - -

Gerealiseerd resultaat -30.712 -28.800 1.912 V 3.137 3.850 713 V 2.625 V

onderwerp

Page 182: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

28

Verkiezingen Het tekort €110.000 is ontstaan door noodzakelijke kosten voor inhuur en onkostenvergoedingen voor stembureauleden en tellers, om de verkiezingen goed te laten verlopen. Deze overschrijding wordt incidenteel gedekt uit het budget College Onvoorzien, zie toelichting programma 6.3. In Programmabegroting 2015 is dit meerjarig bijgesteld en gebaseerd op het werkelijk te verwachten aantal verkiezingen. Bedrijfsvoering Sinds enige jaren wordt actief gestuurd op het beperken van de bedrijfsvoeringkosten in de organisatie. De hiertoe opgelegde taakstellingen zijn tot nu toe allen ingevuld. In de begroting 2015 zijn diverse voorstellen en ontwikkelingen beschreven, die leiden of nog zullen leiden tot een verdere krimp van de kosten voor bedrijfvoering. De taakstelling loopt in 2015 op van € 0,4 mln. naar € 1 mln. in 2018. Mede met het oog op de benodigde (en in de begrotingsmonitor toegezegde) compensatie van de onderdekking bij het Grondbedrijf en deze toekomstige taakstellingen, is in 2014 gestuurd op verdere beperking van de kosten. Dit heeft geresulteerd in een aantal incidentele meevallers in 2014 die enerzijds betrekking hebben op andersoortige dekking o.a. extra uren voor Groot onderhoud, detacheringopbrengsten (samen €460.000) en incidenteel voordeel op de post personele calamiteiten door tijdig te anticiperen op personele ontwikkelingen en gebruik te maken van het frictiebudget totaal €226.000. Anderzijds is door op beperking van diverse kosten over de hele breedte van de bedrijfsvoering ad. €592.000 voorgesorteerd op de taakstelling en betreft o.a. uitgaven derden (hand op de knip te houden), Lean-trajecten, voordeel op de verzekeringskosten, vacatureruimte en daarmee samenhangende overige personeelskosten Stelpost Materieel evenwicht WWB De (stel) post materieel evenwicht WWB ad. €1.600.000 dient ter gedeeltelijke compensatie van het tekort bij de WWB. (zie programma 2).

Page 183: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

29

2.6.3 Algemene dekkingsmiddelen

Deelnemingen Voordeel op de baten door extra dividend uitkering van Deelnemingen :

Vitens: De kosten voor inhuur personeel en rentelasten zijn lager, vandaar een hoger resultaat bij Vitens en een hogere dividenduitkering ad €33.000.

HVC: Doordat de gegarandeerde leningen van HVC op het maximale niveau zitten en niet, zoals eerder de bedoeling was, afgebouwd worden als gevolg van de financiële situatie van HVC is de ontvangen garantstellingsprovisie hoger dan begroot. €39.000.

Alliander: De dividenduitkering is nog gebaseerd op de jaarrekening 2013 waarbij nog sprake was van hogere tarieven. Dit brengt voor 2014 een voordeel met zich mee van €349.000. De nieuwe tarieven zijn lager. Eind maart 2015 zijn deze bekend. Op basis hiervan zal bezien worden of een aanpassing van de gemeentebegroting noodzakelijk is.

Overig: €6.000. Interne Rente Grondbedrijf Per saldo nadeel op doorbelaste rente aan het Grondbedrijf ad. €280.000, de intern berekende rente wordt gebaseerd op de boekwaarde van de zgn. B staten. Bij het opstellen van de begroting is van een hogere boekwaarde uitgegaan. Rentelasten lang De lange rente is evenals de korte rente historisch laag. Deze rente heeft een positief effect op nieuw af te sluiten leningen. Per saldo voordeel op rentekosten lang van €278.000.

Tabel: Resultaat per subprogramma Bedrag x € 1.000

P63 Algemene dekkingsmiddelenPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Saldo van baten en lasten

Lasten -10.498 1.283 -9.215 -8.197 1.018

Baten 135.046 753 135.799 138.812 3.012

Totaal Saldo van baten en lasten 124.548 2.036 126.585 130.615 4.030

Mutatie reserves

Lasten -1.639 -5.102 -6.740 -6.740 0

Baten 2.045 2.837 4.881 4.881 0

Totaal Mutatie reserves 406 -2.265 -1.859 -1.859 0

Gerealiseerd resultaat 124.954 -229 124.725 128.756 4.030

Tabel : Financiële verschillen P63 Algemene dekkingsmiddelen bedragen x € 1.000

Incident eel/

St ruct ureellasten baten

budget begroting realisatie verschil begroting realisatie verschil saldo

Exploitatie

Deelnemingen S - 1.100 1.527 427 V 427 V

Interne Rente Grondbedrijf S -672 672 N 392 392 V 280 N

Rentelasten lang S -6.143 -5.865 278 V 278 V

Rentelasten kort S -963 -44 919 V - 919 V

Precariobelasting S - 1.600 1.487 113 N 113 N

Algemene uitkering S - 96.609 98.797 2.188 V 2.188 V

O.Z.B. gebruikers & O.Z.B. eigenaren S - 20.634 20.702 69 V 69 V

Liquidatie Perspectief S - 0 144 144 V 144 V

Heffing- en invorderingskosten S - 265 196 69 N 69 N

Kw ijting belastingen S -216 -303 87 N - 87 N

college onvoorzien S -184 0 184 V - 184 V

stelpost kapitaallasten S -296 68 364 V - 364 V

Niet toegelichte (kleine) verschillen S -1.413 -1.381 31 V 15.592 15.566 26 N 5 V

Saldo van baten en lasten -9.215 -8.197 1.018 V 135.799 138.812 3.012 V 4.030 V

Reserves

Niet toegelichte (kleine) verschillen I -6.740 -6.740 0 V 4.881 4.881 - 0 V

Mutatie reserves -6.740 -6.740 0 V 4.881 4.881 - 0 V

Gerealiseerd resultaat -15.955 -14.937 1.018 V 140.681 143.693 3.012 V 4.030 V

onderwerp

Page 184: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

30

Rentelasten kort De korte rente is, evenals de lange rente, historisch laag. Daar komt bij dat de ECB de zogenaamde. refi-rente (maatstaf voor de korte rente) heeft verlaagd. Bij een aantrekkende economie / een hogere inflatie zal de korte rente weer oplopen richting het historisch gemiddelde. Per saldo voordeel op de rentelasten kort van €919.000. Precariobelasting Doordat er minder kabels en leidingen zijn gelegd dan begroot zijn er minder inkomsten ad. €113.000. Algemene Uitkering Hogere incidentele baten dan was voorzien ad. €2.019.000, met name veroorzaakt door het accres (jaarlijkse toe- of afname van het gemeentefonds, voortvloeiend uit de koppeling aan de netto gecorrigeerde rijksuitgaven) die in 2014 positiever is uitgevallen dan vooraf was ingeschat. Daarnaast hebben er over de jaren 2012 en 2013 positieve verrekeningen plaatsgevonden, die tot nabetalingen hebben geleid in 2014. Daarnaast hogere baten door van het Rijk ontvangen indexatie over de ICL uitkering 2014 €169.000. Deze is deels ten gunste van de voorzieningen ICL gebracht conform eerdere afspraken met het Rijk. O.Z.B. gebruikers & O.Z.B. eigenaren Het aantal bezwaar en beroepschriften is afgenomen wat tot een positief resultaat leidt €69.000. Liquidatie Perspectief In verband met opheffing van de rekening van Perspectief BV als gevolg van de liquidatie is er een bedrag ontvangen van €144.000. Heffing- en invorderingskosten Gemeentelijke belastingen Bij de invordering is naar voren gekomen, dat een aantal openstaande posten van voorgaande jaren, niet gerealiseerd kunnen worden; totaal is €69.000 afgeboekt van de openstaande vorderingen. Kwijting belastingen Een nadeel van €87.000 door een toename van het aantal faillissementen, schuldsaneringen en de niet te innen bedragen, is het beschikbare budget niet toereikend gebleken. College onvoorzien Ongebruikt deel van het budget College Onvoorzien €184.000 levert een voordeel op. Dit voordeel is deels ter compensatie van incidenteel de extra kosten voor verkiezingen ad. € 110.000(zie programma 6.2 ). Stelpost kapitaallasten De stelpost kapitaallasten is in 2014 niet aangewend voor €296.000, daarnaast hebben een aantal verplichtingen uit het jaar 2013 niet tot een betaling geleid. Hierdoor een voordeel van €68.000. Het totale voordeel op deze post is €364.000

Page 185: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

31

3. Samenvatting resultaat in cijfers

3.1 Balans en resultatenrekening

De balans en de toelichting daarop komen in hoofdstuk 3 uitgebreid aan de orde. Hieronder volgt een beknopte toelichting van de majeure wijzigingen in de balans 2014 ten opzichte van 2013.

Er heeft in 2014 een verschuiving plaatsgevonden van Vlottende activa naar Vaste activa (Voorraden en onderhanden werk Algemene dienst > naar Materiële vaste activa);

De voorraden en onderhanden werk zijn toegenomen door activiteiten die uitgevoerd voor de verschillende grondbedrijf complexen in 2014;

De vorderingen zijn afgenomen als gevolg van afloop van de krediettermijn verstrekt in het kader van de verkoop bevorderende maatregelen ten aanzien van grondverkoop;

Het eigen vermogen is afgenomen door uitvoering van diverse projecten waarvoor een deel van dit vermogen is ingezet als dekking;

Er heeft een verschuiving plaats gevonden van langlopende naar kortlopende schulden in 2014 (schulden met een looptijd > 1 jaar naar schulden met een looptijd< 1 jaar).

Bedrag x € 1.000

Balans

31

december

2014

31

december

2013

Totaal activa

Vaste activa

Materiële vaste activa 210.599 209.090

Financiële vaste Activa 22.844 21.278

Immateriële vaste activa 0 0

Totaal Vaste activa 233.443 230.369

Vlottende activa

Voorraden en onderhanden w erk 127.029 125.517

Uitzettingen met een looptijd < 1 jaar 25.920 27.021

Liquide middelen 1.673 -2.024

Overlopende activa 17.860 19.655

Totaal Vlottende activa 172.482 170.169

Totaal Totaal activa 405.925 400.538

Totaal passiva

Vaste Passiva

Eigen vermogen 80.198 81.388

Voorzieningen 82.118 80.647

Schulden met een looptijd > 1 jaar 183.017 201.150

Totaal Vaste Passiva 345.333 363.185

Vlottende passiva

Schulden met een looptijd < 1 jaar 54.049 30.201

Overlopende passiva 6.543 7.151

Totaal Vlottende passiva 60.593 37.352

Totaal Totaal passiva 405.925 400.537

Page 186: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

32

Deze tabel geeft inzicht in de verschillende soorten kosten en opbrengsten van de Gemeente Lelystad.

Bedrag x € 1.000

KostencategoriePrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

Lasten

00U Niet in te delen lasten -984 -165 -1.149 0 1.149

11U Loonbetalingen en sociale premies -4.426 4 -4.423 -3.253 1.170

12U Sociale uitkeringen personeel -362 0 -362 -710 -347

21U Werkelijk betaalde rente -7.351 -1 -7.352 -5.821 1.531

22U Toegerekende rente -4.286 0 -4.286 -4.703 -417

30U Personeel van derden -345 -154 -500 -1.411 -912

31U Energie -1.082 107 -975 -1.212 -236

333U Ov. aankopen en uitbest. duurz. goederen -5.780 -773 -6.552 -1.812 4.741

341U Betaalde belastingen -1.281 39 -1.241 -1.437 -196

342U Betaalde pachten en erfpachten 0 0 0 -48 -48

343U Aank. niet duurz. goederen en diensten -28.778 -2.100 -30.878 -29.139 1.738

411U Inkomensoverdrachten aan het rijk -509 0 -509 -598 -89

421U Subsidies aan marktproducenten -3.554 -250 -3.804 -2.972 831

422U Sociale uitkeringen in geld -32.298 -3.328 -35.625 -35.646 -21

423U Soc. uitk. in natura aan personen -11.384 -527 -11.911 -11.202 709

424U Ov. ink.overdr. a.d. overh.( excl. rijk) -8.920 -9.925 -18.845 -30.367 -11.522

425U Overige inkomensoverdrachten -37.744 8.387 -29.357 -18.351 11.006

432U Invest.bijdr. en ov. kap.lasten g overh. -130 25 -105 -91 14

60U Reserveringen -20.727 -3.499 -24.226 -29.581 -5.356

61U Kapitaallasten -16.011 221 -15.790 -15.734 55

622U Overige doorbelastingen -50.268 3 -50.265 -49.905 360

63U overige verrekeningen -1.861 -642 -2.503 -1.196 1.307

Totaal Lasten -238.079 -12.578 -250.657 -245.190 5.467

Baten

21I w erk.ontv. rente en w instuitkeringen 1.454 4 1.458 1.872 414

22I Toegerekende rente 14.829 -181 14.648 15.040 392

30I Vergoedingen voor personeel 0 0 0 7 7

321I Huren 2.979 -147 2.832 2.926 94

322I Pachten 2.103 40 2.143 2.024 -119

331I Opbrengst van grondverkopen 14.550 0 14.550 190 -14.360

332I Overige verkopen duurzame goederen 0 0 0 723 723

34I Overige goederen en diensten 15.994 -115 15.879 15.362 -517

401I Belasting op producenten 22.587 -57 22.530 22.473 -57

402I Belasting op inkomen van gezinnen 591 0 591 573 -18

411I Inkomensoverdrachten van het rijk 144.057 7.697 151.754 151.544 -210

421I Baten mbt vergoeding en verh. soc.uitk. 3.229 0 3.229 4.279 1.049

422I Ov. ink.overdr. v d overheid (excl.rijk) 3.225 1.480 4.706 4.156 -550

431I Inv.bydr.en Kapitaaloverdr overheid 0 0 0 0 0

432I Inv.bydr.en Kapitaaloverdr niet overheid 0 0 0 410 410

60I Reserveringen 5.161 4.848 10.008 9.037 -971

62I Kostenplaatsen 6.744 927 7.671 7.128 -542

63I Overige verrekeningen 1.011 -220 791 8.146 7.355

Totaal Baten 238.514 14.275 252.789 245.889 -6.900

Totaal samenvatting resultaten per kostencategorie 435 1.697 2.132 699 -1.433

Page 187: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

33

3.2 Overzicht van baten en lasten

Deze tabel laat per programma zien wat er geraamd is bij de begroting en wat de daadwerkelijke

uitkomsten waren bij de afsluiting van 2014. Het verschil tussen begroting en rekening kan ofwel een

voordeel (+) ofwel een nadeel (-) zijn.

Bedrag x € 1.000

Samenvatting resultaten per programmaPrimitieve

begrotingWijzigingen

Begroting na

wijzigingenRekening Verschil

P1 Iedereen doet mee

Lasten -23.475 -44 -23.518 -22.525 993

Baten 1.851 -139 1.712 1.847 135

Totaal P1 Iedereen doet mee -21.624 -183 -21.807 -20.678 1.129

P2 Op weg met talent

Lasten -83.282 -4.955 -88.237 -92.519 -4.282

Baten 51.941 7.350 59.290 59.463 173

Totaal P2 Op weg met talent -31.341 2.394 -28.947 -33.056 -4.109

P3 Leefbare stad

Lasten -48.691 -1.438 -50.128 -48.222 1.906

Baten 20.265 561 20.825 19.621 -1.204

Totaal P3 Leefbare stad -28.426 -877 -29.303 -28.601 702

P4 Sterke stad

Lasten -27.223 -2.611 -29.835 -28.595 1.239

Baten 18.205 778 18.983 12.044 -6.939

Totaal P4 Sterke stad -9.018 -1.834 -10.852 -16.552 -5.700

P5 Veiligheid - Veilige stad

Lasten -8.386 -89 -8.475 -8.455 20

Baten 583 36 618 654 35

Totaal P5 Veiligheid - Veilige stad -7.804 -53 -7.856 -7.801 55

P6 Voor de Lelystedeling

Lasten -32.144 -1.133 -33.277 -30.866 2.411

Baten 5.463 90 5.553 5.961 408

Totaal P6 Voor de Lelystedeling -26.680 -1.043 -27.724 -24.904 2.819

Subtotaal programma's -124.893 -1.596 -126.489 -131.592 -5.103

Algemene dekkingsmiddelen

Kw ijting belastingen -216 0 -216 -302 -86

Deelnemingen 1.033 0 1.033 1.423 390

Algemene uitkering 95.719 890 96.609 98.815 2.206

Uitvoering w et WOZ -472 1 -470 -450 21

Baten, OZB gebruikers 1.168 676 1.845 2.172 328

Baten, OZB eigenaren 19.465 -676 18.789 18.530 -259

Baten, hondenbelasting 591 0 591 573 -18

Lasten heff ing en invordering gem.bel. -576 0 -576 -651 -75

Treasury activiteitenn <1 jaar -963 0 -963 -44 919

Treasury activiteiten >1 jaar 7.848 1.010 8.859 8.848 -11

Precariobelasting 1.560 40 1.600 1.487 -113

Totaal dekkingsmiddelen 125.158 1.942 127.100 130.402 3.302

Saldo van baten en lasten 265 346 611 -1.190 -1.801

Reserves

P1 Iedereen doet mee 0 355 355 355 0

P2 Op w eg met talent -197 1.930 1.733 2.195 463

P3 Leefbare stad 1.266 658 1.924 1.377 -547

P4 Sterke stad -1.425 1.448 23 378 355

P6 Voor de Lelystedeling 528 -3.042 -2.513 -2.416 97

Subtotaal mutaties reserves 172 1.349 1.521 1.889 368

Gerealiseerd resultaat 435 1.697 2.132 699 -1.433

Page 188: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

34

4. Balans en toelichting

4.1 Waarderingsgrondslagen

In deze inleiding bij de Balans en de toelichting daarop gaan we in op de grondslagen voor waardering

en resultaatbepaling. Sinds januari 2014 heeft de Commissie BBV een notitie uitgebracht over het

onderwerp:

Notitie Riolering

Deze notitie heeft tot doel om de regels omtrent investeringen en voorzieningen met betrekking tot de

riolering te verduidelijken.

Verschuivingen op de balans

Dit jaar staat er een positief saldo op de ING bankrekening in tegenstelling tot 2013. Dit heeft tot gevolg

dat er een verschuiving op de beginbalans plaats vindt van ‘schulden met een looptijd < 1jaar’ naar

‘Liquide middelen’ van €3.813.000.

In 2014 heeft er een verschuiving plaatsgevonden van Vlottende activa naar Vaste activa (Voorraden en onderhanden werk Algemene dienst > naar Materiële vaste activa) voor een bedrag van €8.170.000, deze verschuiving maakt onderdeel uit van het BBV proef maken van de jaarrekening.

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

De jaarrekening is opgesteld conform het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten

(BBV). De activa en passiva zijn gewaardeerd tegen de historische kosten of verkrijgingsprijs of indien

lager de marktwaarde, tenzij anders is aangegeven. Voor baten en lasten geldt dat ze worden

toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Baten worden verantwoord voor zover zij op

balansdatum zijn gerealiseerd. Lasten die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar,

worden in acht genomen als ze voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn.

Financiële instrumenten

De Gemeente Lelystad kent alleen primaire financiële instrumenten en voor de waardering hiervan wordt

verwezen naar de waarderingsgrondslagen van Financiële vaste activa; Vorderingen; Liquide middelen;

Schulden. De gemeente kent géén andere financiële instrumenten zoals derivaten, hedge transacties etc.

Pensioenverplichting

Met behulp van de actuariële methode wordt jaarlijks berekend welk kapitaal nodig is om aan de

pensioenverplichting te kunnen voldoen. Op basis van hiervan wordt de dotatie in enig jaar aan de

pensioenvoorziening worden bepaald. De hoogte van de dotatie is mede afhankelijk van de marktrente.

Materiële vaste activa

De materiële vaste activa zijn bezittingen met een meerjarig economisch of maatschappelijk nut. Alle

investeringen met een economisch nut worden geactiveerd. Onder investeringen met een economisch

nut worden verstaan investeringen die bijdragen aan de mogelijkheid middelen te verwerven (bijvoorbeeld

door de kosten ervan in tarieven te verwerken) en/of die verhandelbaar zijn. Alle andere investeringen

zijn investeringen met een maatschappelijk nut, zoals investeringen in wegen, pleinen bruggen, etc. Deze

worden niet geactiveerd, maar worden direct ten laste van de exploitatie gebracht. De waardering van

materiële vaste activa is gebaseerd op de historische aanschafwaarde minus de al gedane afschrijvingen.

Afschrijvingen vinden plaats op basis van annuïteiten. Er worden alleen economische materiële vaste

activa opgenomen die meer bedragen dan €50.000.

In erfpacht uitgegeven gronden De in erfpacht uitgegeven gronden zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs (i.c. de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen). Gronden waarvan de erfpacht eeuwigdurend is afgekocht, zijn tegen een geringe registratiewaarde opgenomen.

Financiële vaste activa

De financiële vaste activa bestaan uit: • Langlopende geldleningen • Deelnemingen

Page 189: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

35

De financiële vaste activa worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Dit is de aanschafprijs,

verminderd met voor wat de geldleningen betreft, de aflossingen op de geldleningen. Indien de

marktwaarde duurzaam lager is dan de verkrijgingprijs wordt ze afgewaardeerd tegen de marktwaarde.

Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid d BBV sprake als de gemeente participeert in het

aandelenkapitaal van een NV of BV. Op deelnemingen en effecten wordt in principe niet afgeschreven.

Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als baat genomen op het moment waarop het dividend

betaalbaar gesteld wordt. Bij een verbonden partij is altijd sprake van een bestuurlijk belang én een

financieel belang. Van een bestuurlijk belang is sprake indien de gemeente rechtstreeks invloed heeft

op de besluitvorming binnen de verbonden partij.

Voorraden

De voorraden van de Algemene Dienst betreffen de projecten die nog in aanbouw zijn. De overige

voorraden betreffen grondvoorraden van het Grondbedrijf. De gronden zonder kostprijsberekening en de

onderhanden werken zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingkosten verminderd met de

verkoopopbrengst en bijdragen. Aan de gronden zonder kostprijsberekening wordt geen rente

toegevoegd. Vervaardigingkosten zijn kosten voor bouw- en woonrijp maken. De hoofd infrastructurele

en overige werken zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingkosten verminderd met de subsidiebijdragen.

In aanvulling op de grondslagen voor resultaatbepaling geldt dat winsten op bouwgrondexploitaties (met

kostprijsberekening) worden verantwoord naar rato van de voortgang van de werken. De voortgang wordt

bepaald door middel van de gerealiseerde kosten te delen op de verwachte kosten. De winst wordt dan

naar rato toegerekend. In geval van duurzame waardevermindering worden voorraden gewaardeerd

tegen lagere marktwaarde. In geval van duurzame waardevermindering worden voorraden gewaardeerd

tegen lagere marktwaarde.

Vorderingen (Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar)

De vorderingen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Jaarlijks wordt de inbaarheid van de

vorderingen beoordeeld. Zo nodig wordt er een voorziening dubieuze debiteuren getroffen die als

correctie op de vorderingen wordt verwerkt. Jaarlijks wordt de administratie opgeschoond, dat wil zeggen

vorderingen die oninbaar blijken te zijn, worden afgeboekt. De voorziening wordt gevormd op basis van

de statische methode. Dat wil zeggen dat per debiteur wordt beoordeeld in hoeverre deze dubieus is.

Liquide middelen

De liquide middelen zijn direct opeisbaar en tegen nominale waarde gewaardeerd.

Reserves

De reserves zijn onderverdeeld in algemene reserve en bestemmingsreserve. Een algemene reserve

heeft geen specifieke bestemming en wordt vooral aangehouden als financiële buffer voor algemene

risico's. Tekorten en overschotten op de jaarrekening komen ten laste respectievelijk ten gunste van de

algemene reserve.

Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan de raad een bepaalde bestemming heeft gegeven. De

raad kan een verkozen bestemming echter ongedaan maken en besluiten een andere bestemming aan

te wijzen voor het geld. Hierdoor zijn bestemmingsreserves in theorie vrij besteedbaar.

Voorzieningen

Van een voorziening is sprake als het risico concreet omschreven is, maar het moment van besteding

van de gelden nog niet vaststaat. Het gaat hierbij ook om zogenoemde egalisatievoorzieningen om de

kosten van bijvoorbeeld onderhoud over een aantal jaren gelijk te trekken.

In de nota Reserves en Voorzieningen is het beleid ten aanzien van reserves en voorzieningen

geactualiseerd. Daarbij zijn ook de reserves en voorzieningen zelf geactualiseerd. In de nota is gesteld

dat dit voortaan jaarlijks bij de jaarrekening gedaan wordt, in plaats van eens in de vier jaar bij de nota

reserves en voorzieningen. Deze actualisatie maakt onderdeel uit van het jaarrekeningproces. De

reserves en voorzieningen die in deze jaarrekening zijn weergegeven zijn dus getoetst aan de

beleidscriteria uit de nota Reserves en Voorzieningen.

Page 190: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

36

Er wordt geen rente toegerekend aan- of geïndexeerd op reserves of voorzieningen met uitzondering van

enkele reserves van het Grondbedrijf die toegelicht worden in de Meerjaren Perspectief Grondbedrijf en

de ICL-reserves.

Langlopende schulden (Vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar)

Vaste schulden met een rente typische looptijd van een jaar of langer (leningen) worden gewaardeerd

tegen de nominale waarde. Dit betreffen leningen bij binnenlandse banken en overige financiële

instellingen.

Kortlopende schulden (< 1 jaar) betreft netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd

korter dan één jaar.

De kortlopende schulden zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Borg- en Garantstellingen Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten telling van het balanstotaal het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

Opname van de administratie van het onderwijs

In 2008 is de financiële administratie van De Steiger verwerkt in een separate sub administratie en

vervolgens aangesloten op de gemeentelijke administratie. Om de verantwoording van De Steiger naar

het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap te faciliteren is de inrichting van de sub administratie

geënt op de regelgeving vanuit het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap. Deze regelgeving

wijkt op een aantal onderdelen af van het BBV, vooral bij de waardering van activa en de typering reserve

versus voorziening aan de passivazijde van de balans. Omdat de gemeente verplicht is het BBV te volgen

zijn voor De Steiger in de aansluiting van de sub administratie aanpassingen gedaan om deze te laten

voldoen aan de BBV-voorschriften. De gemeenteraad heeft januari 2014 besloten het bevoegd gezag

van praktijkschool De Steiger aan Eduvier Onderwijs groep over te dragen en alle reserves en

voorzieningen, inclusief de liquiditeiten over te dragen per 1 augustus 2014 op basis van de bij de

overdracht definitief vast te stellen school bestuurlijke balans.

Grondslagen voor resultaatbepaling

De jaarrekening is opgesteld volgens het stelsel van baten en lasten. Dit houdt in dat baten en lasten,

ongeacht of ze tot betaling hebben geleid, worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking

hebben. Het boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar. Indirecte kosten worden via een kostenverdeelstaat

toegerekend naar de verschillende afdelingen.

Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als

gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks

terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbar volume, worden sommige

personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden

gedacht aan componenten zoals overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke.

Met betrekking tot het resultaat van het Grondbedrijf is de volgende winstbepaling vastgesteld. Van alle

bestuurlijk vastgestelde grondexploitaties wordt naast de boekwaarde (saldo van gemaakte kosten en

gerealiseerde opbrengsten) ook een berekening gemaakt van de nog te maken kosten en nog te

realiseren opbrengsten. Aan de hand van de fasering van de nog te maken kosten en nog te realiseren

opbrengsten wordt met behulp van parameters (kosten- en opbrengstenstijging 0,5 procent in 2014 en

1,5 procent; de interne rente doorbelasting naar de GREX’n vanaf 2015 voor 5 jaar van 4% naar 3%het

saldo van de diverse grondexploitaties op contante waarde per 1 januari berekend. Voor de winstbepaling

wordt vervolgens per jaar, per (deel)exploitatiebegroting het contant gemaakt resultaat genomen naar

rato van de in dat jaar gerealiseerde opbrengstverkopen in verhouding tot de totaal nog te realiseren

opbrengstverkopen. De opbrengsten worden pas als gerealiseerd beschouwd nadat de gronden notarieel

zijn getransporteerd. De som van deze berekende bedragen over alle vastgestelde grondexploitaties

levert het bedrijfsresultaat per jaar op.

Page 191: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

37

Op 16 december 2014 heeft de raad besloten welke incidentele exploitatie budgetten op basis van de

vastgestelde kaders voor doorschuiven in aanmerking komen. De eventuele aanpassing van budgetten

in het nieuwe jaar zijn vastgesteld op basis van de realisatie ten tijde van de rekening maar overschrijden

nooit het totaal toegekende budget waartoe initieel is besloten.

Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend

betaalbaar gesteld wordt.

4.2 Balans

Het jaar 2014 is afgesloten met de volgende balans.

Bedrag x € 1.000

Balans activa

31

december

2014

31

december

2013

Balans passiva

31

december

2014

31

december

2013

Vaste activa Vaste passiva

Materiële vaste activa met eonomisch nut Eigen vermogen

Onderhanden w erk 8.170 3.508 Algemene reserves 7.734 6.877

Gronden uitgegeven in erfpacht 9.616 9.639 Bestemde reserves 71.765 69.931

Overige investeringen met een econ. nut 192.813 195.944 Gerealiseerd resultaat 699 4.580

Totaal materiële vaste activa met economisch nut 210.599 209.090 Totaal eigen vermogen 80.198 81.388

Financiële vaste Activa Voorzieningen

Kapitaalverstrekking aan: Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 5.983 5.983

Deelnemingen (Overige) 3.321 3.357 Egalisatievoorzieningen 1.007 1.007

Deelnemingen (Verbonden partijen) 9.473 9.491

Van derden verkregen middelen die specif iek

besteed moeten w orden 75.128 75.128

Overige langlopende leningen Totaal voorzieningen 82.118 80.647

Overige langlopende leningen 6.104 5.298 Schulden met een looptijd > 1 jaar

VZ Overige langlopende leningen -790 -1.457 Afkoopsommen 1.900 1.988

Verstrekte leningen: Leningen (opgenomen) 180.934 199.081

Verstrekte leningen (Verbonden partijen) 4.735 4.588 Waarborgsommen 183 81

Totaal financiële vaste activa 22.844 21.278 Totaal schulden met een looptijd > 1 jaar 183.017 201.150

Totaal vaste activa 233.443 230.368 Totaal vaste passiva 345.333 363.185

Vlottende activa Vlottende passiva

Voorraden en onderhanden w erk Vlottende passiva

Niet in exploitatie genomen Gronden (NIEGG) 27.539 28.889

Overige grond- en hulpstoffen 1.021 1.097 Schulden met een looptijd < 1 jaar 54.049 30.201

Onderhandenw erk 98.469 95.532 Overlopende passiva 6.543 7.151

Totaal voorraden en onderhanden werk 127.029 125.517 Totaal vlottende passiva 60.593 37.352

Uitzettingen met een looptijd < 1 jaar

Overige vorderingen 14.848 16.976

Rekening-Courantverhoudingen 357 431

Vorderingen op openbare lichamen 10.715 9.614

Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische

looptijd korter dan één jaar 0 0

Totaal Uitzettingen met een looptijd < 1 jaar 25.920 27.021

Liquide middelen

Banksaldi 540 -2.505

Banksaldi ZLF 1.127 470

Kassaldi 7 11

Totaal Liquide middelen 1.673 -2.024

Overlopende activa

Overlopende activa 17.860 19.655

Totaal Overlopende activa 17.860 19.655

Totaal vlottende activa 172.482 170.169 Totaal vlottende passiva 60.593 37.352

Totaal activa 405.925 400.537 Totaal passiva 405.925 400.537

Totaal Garantie verplichtingen 381.466 390.250

Page 192: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

38

4.3 Vaste activa

In onderstaand overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste activa. De vaste activa bestaan

uit materiële en financiële vaste activa.

4.3.1 Materiële vaste activa met economisch nut

In 2012 is de Nota activeren en afschrijven door het college vastgesteld. Alle mutaties in de materiele

vaste activa zijn conform deze nota verwerkt. Verder heeft er, zoals elk jaar, een aanwezigheidscontrole

op activa plaatsgevonden.

Onderhanden werk algemene dienst

De post onderhanden werk algemene dienst is nieuw onder de materiële vaste activa, dit betreft een verschuiving van de balans post Voorraden en onderhanden werk. Gronden uitgegeven in erfpacht

De mutatie binnen de gronden uitgegeven in erfpacht groot €23.000 betreft onder andere een gebied in

centrum van Lelystad en de volkstuinvereniging Bosweg

Overige investeringen met een economisch nut

Bedrijfsgebouwen

De toename van de balanspost bedrijfsgebouwen betreft de Multi Functionele Accommodaties (MFA) in

de Waterwijk, de Landerijen en de Boswijk €1.733.000, de aankoop van het pand aan de Vaartweg 67

€1.600.000, de Brede schoolpleinen van de Brink en de Kring €159.000 en de urnenmuur €86.000. De

desinvesteringen betreffen de activa van de Steiger die zijn overgedragen aan Eduvier in augustus 2014

en de noodlokalen van de Schakel die gesloopt zijn

Bedrag x € 1.000

Vaste activa

31

december

2013

Inves-

teringen

Desinve-

teringen

Afschrij-

vingen

Bijdragen

van derden

31

december

2014

Materiele vaste activa met economisch nut

Onderhanden werk algemene dienst

Onderhanden w erk Algemene Dienst 3.508 5.448 -785 8.170

Totaal Onderhanden werk 3.508 5.448 -785 8.170

Gronden uitgegeven in erfpacht

Gronden uitgegeven in erfpacht 9.639 -23 9.616

Totaal Gronden uitgegeven in erfpacht 9.639 -23 9.616

Overige investeringen met een econ. nut

Bedrijfsgebouw en 157.595 3.578 -211 -4.427 156.535

Gronden en terreinen AD 10.326 11 10.337

Grond-w eg-/w aterb.w erken 2.043 -46 1.997

Machines, app. Installaties 21.222 220 -1.856 19.586

Overige materiële activa 4.723 158 -6 -547 4.328

Vervoermiddelen 35 -5 30

Totaal Overige investeringen met een econ. nut 195.944 3.967 -217 -6.881 192.813

Totaal Materiële vaste activa met economisch nut 209.090 9.415 -240 -6.881 -785 210.599

Financiële vaste Activa

Kapitaalverstrekking aan:

Deelnemingen (Overige) 3.357 -36 3.321

Deelnemingen (Verbonden partijen) 9.491 -18 9.473

Totaal Kapitaalverstrekking aan: 12.849 -54 12.795

Overige langlopende leningen

Overige langlopende leningen 5.298 1.913 -1.107 6.104

VZ Overige langlopende leningen -1.457 667 -790

Totaal Overige langlopende leningen 3.841 2.580 -1.107 5.314

Verstrekte leningen:

Verstrekte leningen (Verbonden partijen) 4.588 200 -53 4.735

VZ Verstr. leningen (Verbonden partijen)

Totaal Verstrekte leningen: 4.588 200 -53 4.735

Totaal Financiële vaste Activa 21.278 2.780 -1.214 22.844

Totaal vaste activa 230.369 12.195 -1.454 -6.881 -785 233.443

Page 193: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

39

Machines, apparaten en installaties De investeringen in machines, apparaten en installaties betreffen diverse investeringen in ICT hardware

€196.000 zoals de voorzieningen voor de raadsleden, mobiele telefoons en laptops voor het

gemeentelijke personeel en voorzieningen ten behoeve van onderwijs €19.000.

Overige materiële vaste activa

De toename van de balanspost “overige materiële vaste activa” betreft de eerste inrichting van

schoollokalen en de bijbehorende Onderwijs LeerPakketten €108.000 en aanvulling inventaris Stadhuis

€50.000.

4.3.2 Financiële vaste activa

In onderstaande tabel wordt inzicht gegeven in de deelnemingen en verstrekte leningen.

Bedrag x € 1.000

Financiële vaste Activa

31

december

2014

31

december

2013

Deelnemingen (Overig)

052001 Deelnemingen (Overige)

Aandelenkapitaal OMAGC CV 1.000 1.000

Aandelenkapitaal Vitens 98 98

Deelname Aandelenkap.Huisvuilcentrale 4 4

Deelname aandelenkapitaal Alliander 1.195 1.195

Deelname Aandelenkapitaal BNG 13 38

Deelname Aandelenkapitaal Technofonds 1.011 1.022

Totaal Deelnemingen (Overig) 3.321 3.357

Deelnemingen (Verbonden partijen)

052101 Deelnemingen (Verbonden partijen)

Aandelenkap.Ontw ikkelingsmij.Airport L/A 25 25

Aandelenkapit. NV Sportbedrijf Lelystad 9.198 9.198

BV Perspectief, aandelenkapitaal 0 18

St.Uiver en Constellation, participatie 250 250

Totaal Deelnemingen (Verbonden partijen) 9.473 9.491

Totaal deelnemingen 12.794 12.849

050001 Overige langlopende leningen

Agora Theater 248 248

Batavia overbruggingskrediet 2006 188 223

Cafetariamodel (Gemal) 39 31

DO Openb.groen Dierenw eiden 25 27

Erfgoed Centrum Nieuw land 532 547

Stichting Ijsselmeerziekenhuizen 667 1.333

Stichting VO 360 420

Verstrekte hypotheken eigen personeel 316 397

Kredietbank Nederland 1.200 0

2957 Energiebesparingsfonds Lelystad 318 177

2951 Gemeenterekening Lelystad 1.079 1.154

2955 Startersfonds Lelystad 197 213

VROM Startersfonds Lelystad 935 529

Totaal 050001 Overige langlopende leningen 6.104 5.298

050011 VZ Overige langlopende leningen

Agora Theater -125 -125

Stichting Ijsselmeerziekenhuizen -665 -1.332

Totaal 050011 VZ Overige langlopende leningen -790 -1.457

051101 Verstrekte leningen (Verbonden partijen)

Omala Lening 3.253 3.053

Onderhandse lening NV Sportbedrijf LLS 1.482 1.535

Totaal 051101 Verstrekte leningen (Verbonden partijen) 4.735 4.588

Totaal verstrekte leningen 10.049 8.429

Totaal deelnemingen en verstrekte leningen 22.843 21.278

Page 194: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

40

Kapitaalverstrekkingen aan (a) deelnemingen (overig) & (b) verbonden partijen

Op de balans de volgende verdeling gemaakt in de post deelnemingen: Bij de deelnemingen ‘overig’ zijn

deelnemingen ingedeeld waar en wel sprake is van aandelenkapitaal maar waar er geen bestuurlijk

belang is (a).

Bij de deelnemingen (verbonden partijen) is altijd sprake van een bestuurlijk belang. Van een bestuurlijk

belang is sprake indien de gemeente rechtstreeks invloed heeft op de besluitvorming binnen de

verbonden partij (b).

a. Toelichting deelnemingen (overig)

OMAGC C.V.

In 2008 is de OMALA NV opgericht om slagvaardig te kunnen inspelen op de bedrijfsontwikkelingen nabij

de luchthaven Lelystad. Het gaat hier om een gelijke deelneming van de gemeenten Almere, Lelystad en

de provincie Flevoland in deze NV. Vooruitlopend op de oprichting van Ontwikkeling Maatschappij Airport

Garden City CV (hierna: OMAGC CV) is door ieder van de deelnemende partijen een lening van

€1.000.000 verstrekt aan OMALA NV. Bij het aangaan van de geldlening is bepaald dat na oprichting van

OMAGC CV de geldlening direct wordt afgelost en is omgezet in aandelenkapitaal van OMAGC CV.

Vitens N.V.

De gemeente Lelystad is aandeelhouder van Vitens N.V. Het belang van de deelneming kan worden

omschreven als het zekerstellen van een continue watervoorziening ten behoeve van inwoners en

bedrijven (w.o. een adequaat leidingennet) en het streven naar zo laag mogelijke tarieven.

HVC N.V.

Het publieke belang dat door deze partij wordt gediend, is het reguleren van de afvalverwerking in

Lelystad. Er is sprake van een aandeelhouderschap voor onbeperkte duur.

Alliander N.V. De gemeente Lelystad is aandeelhouder van Alliander. Het belang van deze deelneming kan worden

omschreven als het zekerstellen van een continue energievoorziening en het streven naar zo laag

mogelijke tarieven. Het aandeelhouderschap in Alliander is ontstaan na de splitsing van NV Nuon. De

balanswaarde van Alliander is, conform richtlijnen van BBV, gebaseerd op de historische kostprijs van de

oude Nuon. De gemeente Lelystad heeft 873.863 aandelen Alliander.

BNG N.V. (gewijzigd)

De gemeente Lelystad is aandeelhouder van de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG). De BNG is een

bank voor overheidsinstanties. De BNG is dan ook volledig in handen van Nederlandse overheden.

Lelystad is voor 0,009% aandeelhouder van BNG. De wijziging in de balanswaarde betreft het opnemen

van de nominale waarde.

Technofonds B.V. (gewijzigd)

Doelstelling is het in het kader van het regionale technologiebeleid verstrekken van risicodragend

kapitaal, in de vorm van participatie in het aandelenkapitaal en/of het verstrekken van achtergestelde

leningen, aan startende en doorstartende ondernemingen in het MKB in Flevoland, waarbij het gaat om

ontwikkelingen bij bedrijven op technologisch-innovatief terrein. De wijziging in de balanswaarde betreft

een technische correctie.

b. Toelichting deelnemingen (verbonden partijen)

Ontwikkelingsmaatschappij Airport Lelystad/Almere NV.

In 2008 is de OMALA NV opgericht (zie ook OMALA CV). Het gaat hierom een gelijke deelneming via de

CV van de gemeenten Almere, Lelystad en de provincie Flevoland in deze NV, ieder tot een bedrag van

€25.000.

Page 195: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

41

Sportbedrijf Lelystad N.V. N.V. Sportbedrijf Lelystad, is van start gegaan op 1 februari 1999 is eigenaar van en beheert en exploiteert

bijna alle sportaccommodaties in Lelystad. Tevens verzorgt het Sportbedrijf sportstimuleringsactiviteiten

en is het sportsteunpunt er ondergebracht. De gemeente Lelystad heeft met het Sportbedrijf Lelystad een

dienstverleningsovereenkomst voor het uitvoeren van gemeentelijk sportbeleid.

Perspectief B.V. i.l. (gewijzigd)

In 2008 is stichting Perspectief omgezet in Perspectief BV. Gemeente Lelystad was enig aandeelhouder

en heeft ten behoeve van de oprichting €18.000 gestort als aandelenkapitaal. Perspectief was opgericht

ten behoeve van de bevordering en afstemming van de additionele werkgelegenheid en uitvoering van

taken op het terrein van veiligheidszorg, parkeerbeheer en wijkgericht werken. Perspectief B.V. is per 1

juli 2013 opgeheven, de liquidatie is december 2014 afgerond en daarmee is het bedrag van de

deelneming afgeboekt op de balans.

St. Uiver Constellation

In 2012 hebben KLM, Schiphol en de gemeente Lelystad de de stichting Uiver Constellation opgericht. In

de stichting is het recht ondergebracht om de vliegtuigen Uiver en Constellation te behouden en te

exploiteren, waaronder het recht om de vliegtuigen aan een derde ter beschikking te stellen, in dit geval

aan Libéma, de huidige exploitant van het Aviodrome. De oprichting van de stichting heeft bijgedragen

aan het behoud van Aviodrome voor Lelystad.

Overige langlopende leningen

Toelichting verstrekte leningen overige

Agora Theater Op 1 april 2012 is een lening van €275.000 aan het Agora theater verstrekt om de liquiditeitspositie te versterken. In 2013 is besloten het aflossingsdeel van de lening voor een periode van drie jaar aflossingsvrij te maken. De voorziening risico voorziening lening stichting Agora Theater van €125.000 is ingesteld in november 2008 ten laste van de ROS en dient ter dekking van een lening aan de stichting Agora. Conform de verslagleggingsregels van het BBV wordt de voorziening in mindering gebracht op de post leningen. Batavia overbruggingskrediet

De lening is in 2006 verstrekt voor de tweede tranche van een ondersteuningstraject. De lening heeft een

looptijd van 13 jaar.

Cafetariamodel

Het Cafetariamodel is toegenomen tot €39.000. Het cafetariamodel is een onderdeel van de

arbeidsvoorwaarden van de Gemeente Lelystad.

Erfgoedcentrum Nieuw Land

In 2009 is ten behoeve van de investering voor de herbouw van de voormalige kantine van het werkeiland

Lelystad-haven op het museumcomplex van het Nieuw Land Erfgoedcentrum een lening ad. €591.000

verstrekt. De lening wordt in gelijke termijnen in 40 jaar worden afgelost. De lening is rentevrij verstrekt,

de aflossing heeft conform het aflossingsschema plaatsgevonden.

Stichting Dierenweides Lelystad

In 2013 is er een lening verstrekt van €27.400 dit om de financiële gevolgen als gevolg van de fraude te

kunnen dragen, terwijl een derde daarvoor verantwoordelijk is. De aflossing zal in overleg met de stichting

in redelijke termijn worden bepaald ca. 10 jaar.

Stichting IJsselmeerziekenhuizen

In 2008 heeft de gemeenteraad besloten een lening van €2.000.000 te verstrekken voor de warme

doorstart van de IJsselmeerziekenhuizen. Deze lening wordt afgelost in 3 gelijke termijnen voor het eerst

op 31 december 2012, tenzij op het moment van aflossing de solvabiliteit van de geldnemer lager is dan

15% of als deze door de terugbetaling onder de 15% komt, dan wordt het bedrag van de aflossing in

mindering gebracht van de getroffen voorziening. In zowel 2013 als 2014 heeft dit op basis van de

jaarstukken plaatsgevonden.

Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting

Page 196: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

42

Deze lening is bestemd voor particuliere woning verbetering en voor starters op de woningmarkt. De

uitvoering van dit besluit ligt bij Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting. De gemeente Lelystad heeft

een bijdrage verstrekt van €2.976.000, van dit bedrag is voor €2.529.000 aan leningen verstrekt het

resterende saldo staat verantwoord onder de nog te ontvangen bedragen.

Kredietbank Nederland (nieuw)

In 2014 is een bedrag van €1.200.000 aan werkkapitaal aan de Kredietbank Nederland verstrekt.

Stichting voor Voortgezet Onderwijs Lelystad (lening Rietlanden)

Aan Stichting voor Voortgezet Onderwijs Lelystad is een lening verstrekt ad. €600.000. De ingangsdatum

van de lening is 1 augustus 2007 en loopt uiterlijk tot 2020. De lening is verstrekt voor een goede financiële

afwikkeling van de besturenfusie tussen het bestuur van de Stichting voor Interconfessioneel Voortgezet

Onderwijs in Lelystad en omstreken en het bestuur van het openbaar voortgezet onderwijs.

Verstrekte hypotheken eigen personeel

De post verstrekte hypotheken aan eigen personeel neemt af door aflossingen van bestaande leningen.

De gemeente verstrekt geen nieuwe hypotheekleningen meer.

Verstrekte leningen aan deelnemingen (verbonden partijen)

Ontwikkelingsmaatschappij Airport Lelystad/Almere (Omala) Het doel van Ontwikkeling Maatschappij Airport Lelystad Almere is het versterken van de

sociaaleconomische structuur en bevorderen van werkgelegenheid in Flevoland in samenhang met de

ontwikkeling van Lelystad Airport door het realiseren van een hoogwaardig Businesspark. Belangrijkste

activiteiten zijn: het verwerven van de noodzakelijke gronden, deze ontwikkelen en uitgeven aan

luchtvaart gerelateerde en andere bedrijven. In 2014 is de verstrekte lening aan Omala met €200.000

verhoogd tot €3.253.000.

Sportbedrijf Lelystad In 2002 is €2.723.000 verstrekt aan Sportbedrijf Lelystad voor de bouw van het racketcentrum. De lening

loopt tot en met 2031. Deze onderhandse lening is conform voorwaarden afgelost.

Toelichting voorziening op verstrekte leningen

Stichting IJsselmeerziekenhuizen

In 2008 heeft de gemeenteraad besloten een bijdrage van €2.000.000 te leveren voor de warme doorstart

van de IJsselmeerziekenhuizen. Deze lening wordt afgelost in 3 gelijke termijnen voor het eerst op 31

december 2012, tenzij op het moment van aflossing de solvabiliteit lager is dan 15% of als deze door de

terugbetaling onder de 15% komt. Inmiddels is 2/3e deel van de lening kwijtgescholden en rest er nog

een voorziening van €665.000.

Page 197: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

43

4.4 Vlottende activa

De vlottende activa worden in deze paragraaf nader toegelicht.

4.4.1 Voorraden en onderhanden werk

Dit betreft de post onderhanden werk grondbedrijf en bedraagt eind 2014 €127.029.000.

De overige grond- en hulpstoffen betreft de overige gronden bijvoorbeeld restkavels uit afgesloten gebieden.

Bedrag x € 1.000

Vlottende activa

31

december

2014

31

december

2013

Voorraden en onderhanden w erk 127.029 125.517

Uitzettingen met een looptijd < 1 jaar 25.920 27.021

Overlopende activa 17.860 19.655

Liquide middelen 1.673 -2.024

Totaal vlottende activa 172.482 170.169

Bedrag x € 1.000

Voorraden en onderhanden werk

31

december

2014

31

december

2013

Niet in expl.genomen gronden NIEGG 41.264 39.113

Voorziening niet in expl.genomen gronden -13.725 -10.225

Totaal Niet in exploitatie genomen gronden 27.539 28.889

Onderhanden w erk Grondbedrijf 116.228 111.349

Voorziening Voorraden en OHW GB -17.759 -15.817

Totaal onderhanden werk grondbedrijf 98.469 95.532

Overige grond- en hulpstoffen 1.021 1.097

Totaal Overige grond- en hulpstoffen 1.021 1.097

Totaal Voorraden en onderhanden werk 127.029 125.517

Page 198: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

44

Niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG)

De afname van de boekwaarde van € 28.889.000 naar €27.539.000 wordt in grote lijnen veroorzaakt de overheveling vanuit Onderhanden werk van het complex Westerdreef (plus €729.000), werkzaamheden inzake de waterhuishouding in de Landerijen (plus €584.000), planvoorbereiding en overige werken (plus €553.000) en resultaatneming (plus €348.000). Verminderd met ontvangen bijdragen (€63.000) en het treffen van voorzieningen (€3.501.000). Onder gronden zonder kostprijsberekening verstaan we:

Gronden met grondexploitaties in voorbereiding

Gronden met haalbaarheidsanalyses en/of solitaire ontwikkelingen

Gronden waarvan nagenoeg alle gronduitgiften zijn gerealiseerd en die binnen afzienbare termijn kunnen worden afgesloten. De nog te maken kosten en opbrengsten worden verantwoord via de zogenaamde A-staat.

Bedrag x € 1.000

Niet in exploitatiegenomen gronden (NIEGG)

31

december

2014

31

december

2013

Boekw aarde per 1 januari 2014 respectievelijk 2013 39.113 31.114

- Overheveling naar "onderhanden w erken"

- Overheveling van "onderhanden w erken" 7.723

- Overheveling van "overige w erken" 729

- Kosten verw erving/bouw rijp maken 1.260 2.349

- Resultaatneming / vrijval voorzieningen 348 -365

- Opbrengst verkopen -186 -1.708

Subtotaal niet in exploitatie genomen gronden 41.264 39.113

Af: Voorzieningen Gronden zonder kostprijsberekening:

- Voorziening Larserpoort kavel Klunder -5.801 -4.236

- Voorziening restgebieden Warande -3.858 -3.867

- Voorziening Larserknoop -1.266 -1.183

- Voorziening Noorderzijl (Meerdijkhaven) -387 -387

- Voorziening Graansteiger -511 -511

- Voorziening Kust-Centraal -40 -40

- Voorziening Kop van de Veste -340

- Voorziening Campus Gordiaan -770

- Voorziening Oostervaart Platinastraat -114

- Voorziening Gelderse Hout - Triade -388 0

- Voorziening Westerdreef zichtlocatie -250 0

Subtotaal Voorzieningen -13.725 -10.224

Totaal niet in exploitatie genomen gronden NIEGG 27.539 28.889

Page 199: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

45

Onderhanden werk grondbedrijf

De toename van de boekwaarde Onderhanden werk (inclusief voorzieningen) van €95.532.000 naar

€98.469.000 wordt globaal veroorzaakt door de rentebijschrijving plus €4.508.000, planvoorbereiding en

kosten bouwrijpmaken c.a. plus € 2.057.000 en resultaatneming plus € 672.000. Verminderd met de

verkopen (€785.000), bijdragen uit groot onderhoudsreserves ad. 844.000), het treffen cq. aanwenden

van voorzieningen ad. €1.310.000, rentebijschrijving op de voorzieningen ad.€632.000, alsmede de

overheveling van het complex Westerdreef naar de gronden zonder kostprijsberekening ad. €729.000.

Bedrag x € 1.000

Onderhanden werk Grondbedrijf

31

december

2014

31

december

2013

Boekw aarde per 1 januari 2014 respectievelijk 2013 111.349 110.694

Overheveling van “gronden zonder kostprijsberekening”

Overheveling naar “gronden zonder kostprijsberekening” -729 -7.723

Overheveling naar “overige w erken

Boekwaarde 110.620 102.971

Bij: Bestedingen in het jaar gespecif iceerd naar:

- Grondaankopen

- Rente bijschrijvingen en algemene kosten 4.508 4.727

- Overige bestedingen 2.057 3.638

- Overige vermeerderingen 39

Totaal bestedingen 6.565 8.404

Af: Opbrengsten in het jaar gespecif iceerd naar:

- Verkopen -785 -690

- Onttrekking voorzieningen

- Ontvangen subsidies

- Overige verminderingen -844 -97

Totaal opbrengsten -1.629 -787

Resultaatneming 672 761

Resultaat 672 761

Subtotaal Onderhanden werk 116.228 111.349

Af: Voorziening onderhanden w erk grondbedrijf :

- Voorziening Stadshart -3.337 -2.755

- Voorziening Hanzepark -6.456 -4.242

- Voorziening onderhanden w erk -3.081

- Voorziening Warande deelgebied 1 -2.065 -1.835

- Voorziening Houtribhoogte -2.608 -830

- Voorziening Bataviahaven -2.588 -1.854

- Voorziening Buitenhof (Gelderse Hout) -88 -169

- Voorziening Noordzoom fase 1 Oost 0

- Voorziening bedrijventerrein Flevopoort -990

- Voorziening Werkeiland -617 -61

Subtotaal Voorzieningen -17.759 -15.817

Totaal Onderhanden werk Grondbedrijf 98.469 95.532

Page 200: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

46

4.4.2 Uitzettingen korter dan 1 jaar (vorderingen)

Overige vorderingen

De bedragen van de overige vorderingen zijn inclusief de getroffen voorzieningen voor risico's met

betrekking tot oninbaarheid van debiteuren Deze voorzieningen zijn waardecorrecties op activapost.

Volgens art. 63 lid 8 van het BBV moet een dergelijke voorziening worden verrekend met de nominale

waarde van de vorderingen. Jaarlijks worden de getroffen voorzieningen per onderdeel opnieuw

beoordeeld op toereikendheid.

Debiteuren algemeen De post openstaande debiteuren algemeen laat ten opzichte van 2013 een afname van €1.284.000 zien. De post debiteuren is net als in 2013 ook in 2014 verder afgenomen als gevolg van de verkoopbevorderende maatregel grondverkoop. Deze maatregel bood de kopers een betalingstermijn van 2 jaar. Verder heeft er een verschuiving plaatsgevonden van Debiteuren algemeen naar Vorderingen op openbare lichamen van €963.000.

* In de ouderdomsanalyse zijn de vorderingen op de openbare lichamen inbegrepen. Deze worden separaat op de balans getoond bij de vorderingen op openbare lichamen.

Bedrag x € 1.000

Uitzettingen korter dan één jaar (Vorderingen)

31

december

2014

31

december

2013

Overige vorderingen

Deb iteuren algemeen 1.675 2.960

Debiteuren belastingen 3.631 4.426

Debiteuren Sociale Zaken 9.543 9.590

Totaal Overige vorderingen 14.848 16.976

Rekening-Courantverhoudingen

Rekening courant O.L. 357 431

Totaal Rekening-Courantverhoudingen 357 431

Vorderingen op openbare lichamen

Vorderingen op openbare lichamen BTW/BCF 10.715 9.614

Totaal Vorderingen op openbare lichamen 10.715 9.614

Totaal uitzettingen korter dan één jaar 25.920 27.021

Bedrag x € 1.000

Overige vorderingen

31

december

2014

Debiteuren algemeen 2.029

voorzieningen -355

Totaal Debiteuren algemeen 1.675

Debiteuren belastingen 10.588

Voorziening debiteuren belastingen -6.958

Totaal Debiteuren Belastingen 3.631

Debiteuren Sociale Zaken 14.877

Voorziening debiteuren Sociale zaken -5.334

Totaal Debiteuren Sociale zaken 9.543

Totaal overige vorderingen 14.848

Tabel: Debiteuren algemeen naar ouderdom Bedrag x € 1.000

Debiteuren algemeen

31

december

2014

31

december

2013

minder dan 1 maand 1.095 1.356

1 tot 3 maanden 444 510

3 tot 6 maanden 105 807

6 maanden en ouder 1.349 1.675

* Af: Debiteuren Openbaar Lichaam -963 -1.170

Subtotaal 2.030 3.178

Voorziening dubieuze debiteuren -355 -219

Totaal debiteuren algemeen 1.675 2.960

Page 201: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

47

Debiteuren belastingen Deze daling is het gevolg van een procesverbetering die jaarlijks doorzet. Voorgaande jaren werden aanslagen opgelegd in februari en dan hadden mensen 11 termijnen (maanden) om deze aanslag te betalen. De laatste jaren wordt het merendeel van de aanslagen in januari opgelegd, waardoor afhandeling binnen het kalenderjaar plaatsvindt. Het aantal aanslagen dat in januari wordt opgelegd groeit waardoor de daling in het debiteurensaldo doorzet. Debiteuren sociale zaken (Soza) De debiteuren sociale zaken bestaan uit Debiteuren Werk, Inkomen en Zorg (WIZ) en Debiteuren Zelfstandigen Loket Flevoland (ZLF). De Debiteuren WIZ zijn in 2013 met €197.000 toegenomen. Met de getroffen voorziening voor dubieuze debiteuren van €4.518.000 is 42% van het debiteuren saldo voorzien. De beoordeling op individueel niveau is een continue proces en heeft vooralsnog geen aanleiding gegeven om de voorziening nog verder op te hogen. Bij de Debiteuren ZLF is sprake van een afname van €63.000. De getroffen voorziening van €815.000 is ca 20% van het openstaande debiteurensaldo. Dit is ruim voldoende aangezien voor het grootste deel van de Debiteuren ZLF 75% van de ontvangst afgedragen moet worden aan het rijk. Over dit deel van het openstaande saldo is het risico voor de Gemeente Lelystad slechts 25%. Rekening courant O.L. (openbare Lichamen)

De leningen vanuit het Startersfonds en de duurzaamheidsleningen die de gemeente Lelystad verstrekt, worden uitgevoerd door het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVN). Het openstaand saldo bedraagt €357.000. Vorderingen op openbare lichamen

De vordering die open staat in verband met BTW bedraagt €9.752.000 en betreft een vordering op het btw Compensatiefonds. De vordering is ten opzichte van vorig jaar met €759.000 gestegen. De afrekening vindt één keer per jaar plaats. Verder heeft er een verschuiving plaatsgevonden van Debiteuren algemeen naar Vorderingen op openbare lichamen van €963.000.

Page 202: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

48

Uitzettingen in ’s Rijksschatkist met een rentetypische looptijd korter dan één jaar.

De wet verplicht schatkistbankieren is eind 2013 van kracht geworden. Als gevolg van deze wet zijn de

bepalingen omtrent het verplicht schatkistbankieren opgenomen in de wet Fido. Alle decentrale

overheden zijn verplicht om hun overtollige (liquide) middelen aan te houden in de schatkist. Een

uitzondering hierop vormt het drempelbedrag. Decentrale overheden zijn gerechtigd om een bepaald

bedrag aan middelen buiten de schatkist aan te houden. Gerekend over een heel kwartaal mag het op

dagbasis buiten de schatkist aangehouden bedrag gemiddeld niet hoger zijn dan het drempelbedrag.

Het drempelbedrag wordt berekend naar 0,75 procent van het begrotingstotaal per 1 januari 2014. Voor

de gemeente Lelystad bedraagt het drempelbedrag circa €1,8 miljoen.

Uit onderstaande tabel blijkt dat het gemiddelde banksaldo per kwartaal onder het drempelbedrag heeft

gelegen. In 2014 zijn er dan ook geen middelen aangehouden in de schatkist.

(1) Drempelbedrag 1.786

Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4

(2)Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's

Rijks schatkist aangehouden middelen1.275 1.077 1.373 1.233

(3a) = (1) > (2) Ruimte onder het drempelbedrag 510 709 412 553

(3b) = (2) > (1) Overschrijding van het drempelbedrag - - - -

2014

(4a) Begrotingstotaal verslagjaar 238.079

(4b)Het deel van het begrotingstotaal dat

kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen238.079

(4c)Het deel van het begrotingstotaal dat de

€ 500 miljoen te boven gaat-

(1) = (4b)*0,0075 +

(4c)*0,002 met een

minimum van €250.000

Drempelbedrag 1.786

Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4

(5a)

Som van de per dag buiten 's Rijks

schatkist aangehouden middelen

(negatieve bedragen tellen als nihil)

114.787 98.009 126.339 113.432

(5b) Dagen in het kwartaal 90 91 92 92

(2) - (5a) / (5b)Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks

schatkist aangehouden middelen1.275 1.077 1.373 1.233

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000)

(1) Berekening drempelbedrag

(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist

aangehouden middelen

Verslagjaar 2014

Page 203: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

49

Liquide middelen

Banksaldi

In 2014 is als gevolg van een Europese aanbesteding het huisbankierschap gewijzigd van de ING bank naar de BNG Bank. De kredietfaciliteit bij de ING bank is hierdoor in 2014 beëindigd. Bij de BNG Bank is sinds 1 juli 2014 een rekening courantkrediet beschikbaar van €20.000.000. Banksaldi ZLF

De gemeente Lelystad voert namens verschillende gemeenten de administratie van het Zelfstandigen loket (ZLF). Namens deze gemeenten beheert Lelystad bankrekeningen die samen een saldo van €1.127.000 vertegenwoordigen. Deze bankrekeningen staan echter niet ter vrije beschikking van Lelystad. De bankrekeningen zijn uitsluitend bestemd voor het uitvoeren van de ZLF-taken voor de gemeente op wie de bankrekening betrekking heeft. Om deze reden zijn deze bankrekeningen beklemd. Zij worden dan ook niet meegewogen in de berekening van het saldo schatkistbankieren van de gemeente Lelystad. Overlopende activa

Onderstaande tabellen worden niet toegelicht, maar zijn alleen toegevoegd om inzicht te verschaffen.

Bedrag x € 1.000

Liquide middelen

31

december

2014

31

december

2013

Banksaldi 540 -2.505

Banksaldi ZLF 1.127 470

Kassaldi 7 11

Totaal Liquide middelen 1.673 -2.024

Bedrag x € 1.000

Overlopende activa

31

december

2014

31

december

2013

Kruisposten 79 130

Nog te ontvangen bedragen 14.378 15.979

NTOB bijdragen derden  (overheid) 1.700 1.166

Vooruitbetaalde bedragen 1.702 2.380

Totaal overlopende activa 17.860 19.655

Bedrag x € 1.000

Nog te ontvangen bedragen / Nog te ontvangen bijdragen derden

31

december

2014

Verkoop aandelen nuon 13.248

WWB w erkdeel 821

Uitvoering BBZ 709

Baten OZB 326

Bijdragen gemeentes ZLF 187

Algemene uitkering 169

Overig 618

Totaal nog te ontvangen bedragen 16.078

Bedrag x € 1.000

Vooruitbetaalde bedragen

31

december

2014

Provincie Flevoland 346

Gezondheidszorg 322.685 329

DO gemeentelijke gebouw en 158

Verzekeringen 128

Overig < 100 741

Totaal vooruitbetaalde bedragen 1.702

Page 204: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

50

4.5 Vaste Passiva

4.5.1 Eigen Vermogen

In de onderstaande tabellen wordt het verloop van de reserves weergegeven.

Bedrag x € 1.000

Eigen vermogen

31

december

2014

Mutaties

31

december

2013

Algemene reserves 7.734 857 6.877

Bestemde reserves 71.765 1.834 69.931

Resultaat boekjaar voor bestemming 699 3.881- 4.580

Totaal eigen vermogen 80.198 -1.190 81.388

Bedrag x € 1.000

Reserves

Boekwaarde

31

december

2013

Vermeer-

deringen

Vermin-

deringen

Bestem-

ming

resultaat

Boekwaarde

31

december

2014

1000 Algemene reserve AD 7.054 7 0 850 7.911

1001 Algemene reserve GB -177 0 0 0 -177

1004 Gerealiseerd resultaat 4.580 6.063 -9.943 0 699

1006 Reserve bestemd resultaat 2.050 900 -500 0 2.450

2014 Reserve ontw ikkeling stad 1.446 200 -426 3.730 4.950

2043 Risico Grondexploitatie 0 0 0 0 0

2045 Antw oord van LLS vraag en aanbodkant 148 0 -148 0 0

2046 Grondexploitatierisico OMALA 1.000 0 0 0 1.000

2048 Reserve Begraafplaats 0 0 0 0 0

2060 IPR/MKB regeling 519 0 -62 0 456

2063 Dienstverlening/Telefonie 346 125 -216 0 255

2086 Reserve Nuon (Comp dividend) 31.122 1.323 -2.001 0 30.444

2087 Reserve Nuon (Vrij besteedbaar) 16.653 265 -3.806 0 13.112

2088 Reserve Nuon (nog niet vrij te besteden) 13.239 2.762 0 0 16.000

2090 Reserve ISV 1.577 50 -1.113 0 514

2091 Transitiefonds voor het sociale domein 0 2.000 0 0 2.000

2210 Reserve De Steiger 1.059 33 -1.091 0 0

3020 Egalisatiereserve Parkeren 773 134 -323 0 584

Eindtotaal 81.388 13.860 -19.630 4.580 80.198

Page 205: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

51

Algemene reserves

Algemene reserve algemene dienst

De algemene reserve dient om minimaal die risico’s op te kunnen vangen waarvan het aannemelijk is dat ze zich op korte termijn voor kunnen doen en die niet zodanig te voorzien zijn dat ze via bijstelling van beleid of bij de kadernota gedekt kunnen worden (acute risico’s). Op basis van deze analyse, waar in de paragraaf weerstandsvermogen nader op in wordt gegaan, is vastgesteld dat algemene reserve voldoende is. In de begroting 2015-2018 is de norm van de algemene reserve op €6.000.000 gesteld. Het surplus in de algemene reserve algemene dienst zal in de jaren 2015-2016 vrijvallen. Het rekening resultaat 2014 wordt na vaststelling door de raad aan de algemene reserve toegevoegd waardoor extra surplus ontstaat. Dit extrasurplus zal in de afweging van de voorstellen in de kadernota 2016 worden meegenomen.

Algemene reserve grondbedrijf

Het beginsaldo 1-1-2014 op deze reserve was €177.000 negatief. In 2014 heeft geen onttrekking plaatsgevonden aan deze reserve. Deze reserve zal worden samengevoegd met de Algemene Reserve Algemene dienst. De risico inventarisatie van het Grondbedrijf wordt integraal meegenomen in de toetsing van de algemene reserve algemene dienst. Dat betekent dat acute risico’s van het Grondbedrijf niet meer apart zichtbaar worden gemaakt in de algemene reserve Grondbedrijf maar onderdeel vormen van de algemene reserve algemene dienst. Zie voor inventarisatie van de acute risico’s de paragraaf Weerstandsvermogen van het Jaarverslag.

Bedrag x € 1.000

Algemene reserves

31

december

2013

Vermeer-

dering

Vermin-

dering

31

december

2014

1000 Algemene reserve AD 7.054 857 0 7.911

1001 Algemene reserve GB -177 0 0 -177

Totaal algemene reserve 6.877 857 0 7.734

Tabel: Algemene reserve grondbedrijf Bedrag x € 1.000

Algemene reserve grondbedrijf

Saldo per 1 januari -177

Onttrekking nadelig bedrijfsresultaat 2014 0

Totaal onttrekkingen 0

Saldo per 31 december 2014 -177

Page 206: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

52

Bestemde reserves

In de tabel hieronder vindt u het overzicht van bestemde reserves. Daarna volgt een toelichting op die bestemde reserves waarbij de grootste bewegingen worden toegelicht.

Bestemde reserves grondbedrijf

2043 Risico reserve grondexploitatie (risicoreserve) Jaarlijks wordt bij het opmaken van de jaarstukken de hoogte van de Reserve risico grondexploitatie bepaald. Daarnaast wordt jaarlijks een nota Meerjaren Perspectief Grondbedrijf opgemaakt waarbij het risicoprofiel wordt geactualiseerd. De maximale omvang van de risicoreserve wordt afgeleid van de nog te realiseren investeringen en grondopbrengsten. Immers over beiden worden risico ’s gelopen. Hiertoe is per grondexploitatie een risicoprofiel opgesteld gebaseerd op kansen en bedreigingen. De saldi van de kansen en bedreigingen vormen de omvang van de reserve. Deze omvang wordt vertaald in een percentage dat wordt gebruikt voor de prognose van de risicobuffer. Op grond van het bij de MPG 2014 vastgestelde percentage van 3,4 zou de reserve €11.423.000 moeten bedragen. De benodigde risicobuffer is onderdeel van de risico-inventarisatie bij het bepalen van het weerstandsvermogen. 2045 Antwoord van Lelystad vraag- en aanbodzijde In verband met de economische crisis loopt het Grondbedrijf extra risico voor de afzet van woningen en bedrijven. De in 2009 ingestelde maatregelen onder de noemer “Het Antwoord van Lelystad” zijn in 2012 beëindigd. 58 kavelkopers hebben gebruik gemaakt van 2 jaar uitgestelde betaling. 281 kopers in de Warande van zowel kavels als projectbouw woningen hebben een bijdrage van €2.600,- ontvangen in de aansluitkosten op de stadsverwarming. Grondexploitaties zijn ontlast voor rentederving en projectontwikkelaars zijn extra gestimuleerd. Uit het saldo per 1 januari 2014 ad €148.000 kon een dotatie aan de voorziening dubieuze debiteuren worden gedaan voor de laatste restant openstaande vordering inzake een uitgestelde betaling. Deze vordering wordt in rechte gevorderd. De laatste bijdragen inzake de stimulering woningbouw en de aansluiting op de stadsverwarming zijn onttrokken aan de reserve, waarna de reserve kan worden opgeheven. De stand van de reserve per 31 december 2014 is nihil. Deze reserve wordt bij de besluitvorming van de jaarrekening 2014 formeel opgeheven. 2046 Grondexploitatierisico Omala De exploitatie van de gronden gelegen tussen het bedrijventerrein Larserpoort en de luchthaven Lelystad is door OMALA NV in 2011 ter hand genomen ten behoeve van de CV (Airport Garden City). In 2011 is door de drie vennoten, gemeente Almere, gemeente Lelystad en de provincie, de eerste onverdeelde kavel, Larserpoort Barenbrug, economisch ingebracht in de CV. Om de risico ’s te beperken is de

Bedrag x € 1.000

Bestemde reserves

31

december

2013

Vermeer-

dering

Vermin-

dering

31

december

2014

Bestemde reserves grondbedrijf

2043 Risico Grondexploitatie 0 0 0 0

2045 Antw oord van LLS vraag en aanbodkant 148 0 -148 0

2046 Grondexploitatierisico OMALA 1.000 0 0 1.000

Totaal Bestemde reserves grondbedrijf 1.148 0 -148 1.000

Bestemde reserves overig

1006 Reserve bestemd resultaat 2.050 900 -500 2.450

2014 Reserve ontw ikkeling stad 1.446 3.930 -426 4.950

2048 Reserve Begraafplaats 0 0 0 0

2060 IPR/MKB regeling 519 0 -62 456

2063 Dienstverlening/Telefonie 346 125 -216 255

2086 Reserve Nuon (Comp dividend) 31.122 1.323 -2.001 30.444

2087 Reserve Nuon (Vrij besteedbaar) 16.653 265 -3.806 13.112

2088 Reserve Nuon (nog niet vrij te besteden) 13.239 2.762 0 16.000

2090 Reserve ISV 1.577 50 -1.113 514

2091 Transitiefonds voor het sociale domein 0 2.000 0 2.000

2210 Reserve De Steiger 1.059 33 -1.091 0

3020 Egalisatiereserve Parkeren 773 134 -323 584

Totaal Bestemde reserves overig 68.783 11.521 -9.539 70.765

Totaal Bestemde reserves 69.931 11.521 -9.687 71.765

Page 207: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

53

juridische eigendom van de kavel bij de inbrengende vennoten gebleven. De stand van de reserve ter dekking van de overige risico’s per 31 december 2014 bedraagt €1.000.000.

Bestemde reserves overig

1006 Reserve bestemd resultaat Jaarlijks wordt bij het begrotingsproces een besluit genomen over de bestemming van het rekeningresultaat van de exploitatie van baten en lasten. Positief resultaat moet binnen twee jaar worden bestemd anders worden de middelen toegevoegd aan de Algemene reserve. De middelen die aan het eind van het eerste jaar nog niet besteed zijn worden in de 1006 Reserve bestemd resultaat geboekt. Over deze reserve lopen de doorschuifbudgetten waartoe in december 2014 is besloten, deze vormen het eindsaldo van deze reserve. 2014 Reserve ontwikkeling stad Het doel is om verwachte onrendabele projecten te financieren. Dit kunnen zowel projecten zijn waarin 'stenen gestapeld worden' als projecten met een meer sociaal maatschappelijk en/of cultureel karakter. Per project wordt een afzonderlijk raadsbesluit genomen dat aan de criteria voldoet. Uitgangspunt bij de vorming van deze reserve is dat deze gevoed wordt uit de winsten van het grondbedrijf. Voor de inzet van de ROS zijn de volgende criteria vastgesteld:

De aantrekkingskracht en toekomstwaarde van Lelystad wordt verhoogd;

Bijdrage aan de ontwikkeling van de stad waarbij het nuttigheidsrendement zich over een reeks van jaren uitstrekt;

Afboeking of sloopkosten van gebouwen die hun functie hebben verloren. In onderstaand overzicht is het verloop van de ROS als totaal gepresenteerd. Binnen de ROS is een deel van de middelen geoormerkt voor de RES (Reserve Economische Stimulering)

Bedrag x € 1.000

Stand per 1 januari 2014 1.446

Begrote storting 2014 131030878 200

Rekening Resultaat 2013 141024678 3.730

Totaal beschikbaar in ROS in 2014 5.376 5.376

Groene Carré maatregelen eerste fase 131017346 & 141005101 -39 -36 -3

Hellingbaan Bataviahaven Z12-245753 -39 0 -39

Doorontw ikkeling RHA en versterking Z12-251154 -203 -141 -62

Stimulering ontw ikkeling kust 131067446 -20 -20 0

Stedelijke vernieuw ing B10-04877 & 131076490 -775 -4 -771

kaveladviesw inkel, informatie duurzaam bouw en -10 0 -10

HCU -> RES B11-18159 -300 0 -300

Bijdrage Bijdrage Alpari World Match Racing Tour 2014 131079002 -125 -125 0

Bijdrage Bijdrage Alpari World Match Racing Tour 2014 aanvulling 141016901 -50 -50 0

Versterking Houtribdijk 141034779 -50 -50 0

Beklemming 2015 en verder

Vrijval ROS tbv begrotingssaldo 2015 141051456 -830 0 -830

Lokaal educatieve agenda (dekking ROS) 141051456 -1.000 0 -1.000

Ondersteuning luchthavenontw ikkeling (dekking ROS) 141051456 -80 0 -80

Het vlottrekken van de stagnerende w oningmarkt (dekking ROS) 141051456 -95 0 -95

Inrichten acquisitiefonds (dekking ROS) 141051456 -200 0 -200

Stadshart (dekking ROS) 141051456 -228 0 -228

Invoering Lelystad citypas (dekking ROS) 141051456 -15 0 -15

Indicatie nog aan de raad voor te leggen onttrekkingen

Bereikbaarheid Lelystad Airport 141051456 -1.000 0 -1.000

Dutch match cup Lelystad na evaluatie 141051456 -175 0 -175

Totaal beklemmingen -5.234 -426 -4.808

Saldo ROS per 31-12-2014 4.950

Overzicht Reserve Ontwikkeling Stad Besluit nummer

Bedrag

besluitvorming

ROS

Realisatie

2014

Restant

beklemminge

n

Page 208: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

54

2060 Reserve IPR/MKB Deze reserve is bedoeld voor de uitvoering van de Midden- en Kleinbedrijf (MKB) subsidieregeling Lelystad 2008 – 2013. Deze regeling heeft tot doel een bijdrage te leveren aan het versterken van de economische structuur, het stimuleren van het innovatieklimaat en het creëren van nieuwe werkgelegenheid binnen de grenzen van de gemeente Lelystad. De MKB subsidie komt voort uit een cofinanciering van de gemeente Lelystad een subsidie vanuit het Europese EFRO programma (verhouding 50 / 50) en een Provinciale cofinanciering. De subsidie aan de MKB ondernemer bedraagt minimaal €50.000 en maximaal €250.000 waarbij per €10.000 één structurele arbeidsplaats dient te worden gecreëerd. De termijn voor indiening van nieuwe subsidie aanvragen is reeds beëindigd. De projecten dienen uiterlijk 31 maart 2015 gerealiseerd te zijn. Van onze bijdrage is deze reserve gevormd en de vooruit ontvangen subsidie gelden (EFRO) worden verantwoord onder de overlopende passiva. De beschikbare middelen zijn ultimo 2014 voor een deel beschikt aan MKB ondernemingen. In 2014 is er €62.000 aan de reserve onttrokken. De eindstand (ultimo 2014) van de reserve bedraagt €456.000. 2063 Dienstverlening en telefonie Deze reserve is ingesteld ter reservering van de toegekende incidentele middelen benodigd voor de uitvoering van het programma Dienstverlening. Doel van het Programma is het verbeteren van de dienstverlening, het verlagen van de administratieve lasten en het verhogen van de efficiëntie. Uitvoering van het programma dienstverlening loopt tot en met 2015. Op grond van de inspanningsverplichting "Gemeente heeft Antwoord 2015" en “Digitaal 2017” wordt er integraal uitvoering gegeven aan de onderdelen in het Programma Dienstverlening, NUP (nationaal uitvoering programma) en STIP 2014-2016 (strategisch informatie plan). Nog niet alle projectonderdelen en activiteiten kunnen ten uitvoer worden gebracht daar landelijke (NUP) standaards en informatiesystemen nog niet beschikbaar zijn. Realisatie en afronding hiervan zal in 2015 plaatsvinden. Er is €216.000 onttrokken voor onder andere het ondernemersplein, BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie), onderzoek telefoniekanaal voor bereikbaarheid via het 14-320 nummer, licentiekosten DigiD, webnext, E-Herkenning. De eindstand (ultimo 2014) van de reserve bedraagt €255.000 2086 Reserve Nuon –compensatie dividend Deze reserve is ontstaan uit de verkooptransactie van NUON en dient ter compensatie van het structureel wegvallen van het dividend uit de exploitatie. Vanaf 2009 valt hierdoor jaarlijks €2.001.000 vrij. Er heeft overeenkomstig de begroting een dotatie in de reserve plaatsgevonden van €1.323.000. De dotatie betreft rente, deze wordt jaarlijks toegevoegd op basis van eenmalig bepaald percentage in 2009 van 4,25%. 2087/ 2088 Reserve Nuon –vrij besteedbaar & niet vrij besteedbaar De opbrengst van de verkoop is niet ineens ontvangen, maar komt in tranches binnen. In 2009 is besloten

de nog te ontvangen tranches af te romen van de reserve NUON niet besteedbaar naar de reserve NUON

vrij besteedbaar. De raad heeft in 2013 besloten om een verdeling te maken in dit vrij en niet vrij

besteedbare deel van de Nuon reserve. Op basis van dit besluit zal vanaf 2015 als ook de laatste tranche

is ontvangen, het niet vrijbesteedbare deel van € 16.000.000 dienen ter versterking van het

weerstandsvermogen. Het vrijbesteedbare deel blijft gereserveerd voor duurzaamheid. De kaders

hiervoor zullen worden geformuleerd in de Duruzaamheidsnota die nog in voorbereiding is.

2090 Reserve ISV Deze reserve Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) is ingesteld ter reservering van de toegekende incidentele middelen benodigd voor de uitvoering van diverse projecten. Onttrekking uit de ISV-reserve is alleen mogelijk als de middelen ingezet en beschikbaar gesteld worden voor de uitvoering van de Stedelijke Vernieuwing ofwel de herstructurering van de jaren 70- en 80 wijken in Lelystad conform de huidige ISV-voorwaarden. De beschikbare middelen zijn ultimo 2014 voor een groot deel gelabeld aan projecten. In 2014 is er €1.020.000 aan de reserve onttrokken. De eindstand (2014) van de reserve bedraagt €514.000

Page 209: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

55

2210 Reserve De Steiger De hoogte van deze reserve werd gebaseerd op de jaarrekening van De Steiger met in achtneming van de voor de gemeente geldende financieel administratieve regels. De gemeenteraad heeft januari 2014 besloten het bevoegd gezag van praktijkschool De Steiger aan Eduvier Onderwijs groep over te dragen en alle reserves en voorzieningen, inclusief de liquiditeiten over te dragen per 1 augustus 2014 op basis van de bij de overdracht definitief vast te stellen school bestuurlijke balans. Deze reserve wordt bij de besluitvorming van de jaarrekening 2014 formeel opgeheven. 3020 Egalisatiereserve Parkeren Deze reserve wordt gebruikt om de baten en lasten van parkeren te egaliseren over een langere periode. Er is dit jaar €134.000 gestort in de reserve. De uitname uit deze reserve betreft onder andere voor 2014 het negatieve resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening van de parkeergarages van €323.000.

Page 210: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

56

4.5.2 Voorzieningen

In de onderstaande tabel wordt het verloop van de voorzieningen weergegeven.

Ad a. Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's

5001 Pensioenen wethouders

Voor jaarlijks terugkerende verplichtingen van een niet vergelijkbaar volume moet een voorziening

worden getroffen. Dit doet zich voor als een wethouder bij verandering van werkkring vraagt om het

pensioen over te dragen aan een andere pensioenverzekeraar. De voorziening is gevormd voor de

huidige en de ex-wethouders. Op grond van verslagleggingsregels van het BBV moet de voorziening de

pensioenverplichting van alle opeisbare overdraagbare pensioenen bevatten.. De pensioenaanspraken

groeien jaarlijks. Totaal is er in 2014 €439.000 gestort in de voorziening en is er €190.000 is uitgekeerd.

5059 Functioneel leeftijdsontslag brandweerpersoneel

De regeling “functioneel leeftijdsontslag brandweerpersoneel” is van toepassing op

brandweermedewerkers, die op 31 december 2005 in dienst waren van de gemeente Lelystad in een

repressieve functie en deze onafgebroken vervullen tot aan 59 jarige leeftijd. De medewerkers kunnen

vanaf die leeftijd met functioneel leeftijdsontslag. De verplichting om zorg te dragen voor de doorbetaling

van deze medewerkers is niet overgegaan naar de veiligheidsregio en ligt bij de gemeente. Het eindsaldo

bedraagt €1.032.000. Jaarlijks wordt getoetst of deze voorziening voor de komende 7 jaar voldoende is

om aan de nominale verplichtingen te voldoen.

Ad b. Egalisatievoorzieningen

5003 Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen

Deze voorziening is ingesteld om schommelingen in het meerjarig grootonderhoud op te vangen.

Stortingen en onttrekkingen aan deze voorzieningen worden gedaan op basis van onderhoudsplannen.

Er heeft en dotatie in de voorziening plaatsgevonden van €1.089.000. In 2014 is er €865.000 onttrokken

conform het groot onderhoudsplan.

Bedrag x € 1.000

Voorzieningen

31

december

2013

Vermeer-

dering

Vermin-

dering

31

december

2014

Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 5.694 479 190 5.983

Egalisatievoorzieningen 1.397 2.067 2.458 1.007

Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten w orden 73.556 13.936 12.364 75.128

Totaal voorzieningen 80.647 16.483 15.012 82.118

Bedrag x € 1.000

Voorzieningen

31

december

2013

Vermeer-

dering

Vermin-

dering

31

december

2014

a. Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's

5001 Pensioenen w ethouders 4.702 439 190 4.951

5059 Alternatief FLO 992 40 0 1.032

Totaal voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 5.694 479 190 5.983

b. Egalisatievoorzieningen

5003 GO gemeentelijke gebouw en 699 1.089 865 923

5061 Voorziening Bovenw ijkse Voorzieningen 285 0 201 84

5063 Voorziening De Steiger 412 389 801 0

5804 IHP Onderhoud 1 589 590 0

Totaal egalisatievoorzieningen 1.397 2.067 2.458 1.007

c. Van derden verkregen middelen die specifiek besteed

moeten worden

2010 Kunstw erken/hoge routes 13.035 1.977 3.350 11.662

2011 Riolering 31.299 2.229 633 32.895

5004 GO stadhuis 464 337 1 800

5062 Voorziening GO Bovengronds 28.758 9.394 8.381 29.771

Totaal van derden verkregen middelen die specifiek besteed

moeten worden 73.556 13.936 12.364 75.128

Totaal voorzieningen 80.647 16.483 15.012 82.118

Page 211: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

57

5061 Voorziening Bovenwijkse Voorzieningen

De voorziening is gevormd om een turborotonde bij de Oostranddreef aan te leggen. In plaats van een

turborotonde bij de Oostranddreef ad €650.000 heeft de raad besloten tot een soberder oplossing in de

vorm van een verkeersregelinstallatie voor €285.000. Hiervan is inmiddels €201.000 uitgegeven.

5063 Voorziening Steiger

De hoogte van deze voorziening is gebaseerd op een drietal voorzieningen zoals aangegeven in de

jaarrekening van De Steiger. Het betreft een voorziening voor groot onderhoud De Steiger, een

voorziening voor het Sociaal Plan en een jubileumvoorziening. De gemeenteraad heeft in januari 2014

besloten het bevoegd gezag van praktijkschool De Steiger aan Eduvier Onderwijs groep over te dragen

en alle reserves en voorzieningen, inclusief de liquiditeiten over te dragen per 1 augustus 2014 op basis

van de bij de overdracht definitief vast te stellen schoolbestuurlijke balans. Dit heeft inmiddels plaats

gevonden. Deze voorziening wordt bij de besluitvorming van de jaarrekening 2014 formeel opgeheven.

5804 IHP onderhoud Deze voorziening is ingesteld om schommelingen in het meerjarig grootonderhoud voor onderwijshuisvesting op te vangen. In 2014 is er voor €590.000 onderhoud gepleegd aan schoolgebouwen en gymzalen. Ad c. van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden:

ICL voorzieningen

Deze voorzieningen hebben ook een perspectief naar de toekomst. Hier liggen theoretische modellen

onder om te berekenen wat in de toekomst nodig is. Gezien de leeftijd van Lelystad (stichting begin jaren

’80) begint een piek in onderhouds- en vervangingsuitgaven na 40 à 50 jaar, dat betekent vanaf 2025. In

het vastgestelde onderhoudsplan, het meerjarenraming-kwaliteit structuurplan (juni 2011), zijn voor de

komende 30 jaar de benodigde middelen doorgerekend op basis van eenheidprijzen, areaal en het door

de raad vastgesteld onderhoudsniveau. In 2013 is het meerjarenprogramma 2014 - 2018 vastgesteld

waarbij de onderhoudsplannen verder zijn geconcretiseerd doormiddel van o.a. inspecties in de openbare

ruimte. Voor uitvoering van dit programma zijn er voldoende middelen in de voorziening opgenomen.

In de voorzieningen is de ICL-bijdrage van het Rijk gestort. De ICL-bijdrage is naar haar aard een bijdrage

van derden. Wij hebben de voorzieningen ICL dan ook geclassificeerd als een voorziening bijdragen van

derden. De meerjarenraming voor het onderhoud aan de stad kan echter niet volledig gedekt worden uit

de ICL-middelen. In de voorzieningen ICL zijn daarom ook eigen middelen van de gemeente gestort,

zodat voldoende middelen in de voorziening zijn opgenomen om het onderhoudsprogramma uit te voeren.

Het onderscheid tussen de ICL-middelen en de eigen middelen is zichtbaar gemaakt in onderstaande

toelichtingen.

Ten aanzien van de voorziening riolering geldt het volgende. Conform ons v-GRP worden nagenoeg alle

rioolheffingen besteed aan dagelijks onderhoud. Jaarlijks doteert de gemeente ook een bedrag uit eigen

middelen aan de voorziening riolering. Conform het v-GRP worden alle riooltarieven aantoonbaar besteed

aan de instandhouding van het riolenstelsel.

Vanwege de eerder genoemde onderhoudspiek (door de stichting van de stad begin jaren ’80) valt de

vervanging van het rioleringsstelsel grotendeels ineens in de periode 2025 – 2035. Jaarlijks verwachten

wij circa € 600.000 te zullen besteden aan groot onderhoud. Het overige deel van de voorziening is

bestemd om de vervanging van het rioleringsstelsel in de periode tussen 2025 en 2035 te dekken. Het

huidige v-GRP (verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2011 t/m 2015) loopt tot en met 2022. De kosten

voor vervanging in de voorliggende planperiode zijn verwaarloosbaar (in totaal circa € 0,3 miljoen). De

gepresenteerde voorziening in de balans betreft de volledige verplichting van de gemeente in deze

periode inzake riolering en omvat zowel onderhouds- als vervangingsverplichtingen.

Page 212: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

58

Overige Stortingen De overige stortingen hebben betrekking op de eerder door de raad genomen besluiten om de voorziening verder aan te vullen uit eigen middelen. Prijscompensatie / inflatiecorrectie De gemeente Lelystad sluit zich aan op de lijn die het ministerie volgt ten aanzien van indexering. In 2014 zijn de stortingen geïndexeerd met 1,1%.

Tabel: Inzet ICL-uitkering Bedragen x € 1.000

Inzet ICL-uitkering

Stadhuis Bibliotheek

Bovengronds

Kunstw erken

Riolering

Overcapaciteit ckv

Overcapaciteit Agora

Bijdrage in boekw aarde Houtribhoogte

Bijdrage problematiek v/h 'Opdracht'

Totaal inzet ICL-uitkering

1.952 1.429 523

190 190

526

372 372

15.531 8.881 6.650

168 168

470 470

5331.059

ICL - bijdrage 2014Storting in

voorzieningen

Reguliere

uitgaven

984 348 636

10.336 6.579 3.757

Tabel: ICL Voorzieningen Bedrag x € 1.000

ICL-voorzieningen realisatie

31

december

2013

Vermeer-

dering

ICL-delen

Storting

overig

Vermin-

dering tbv

werkplan

31

december

2014

2010 Kunstw erken/hoge routes 13.035 1.429 548 -3.350 11.662

2011 Riolering 31.299 526 1.704 -633 32.895

5004 Groot onderhoud stadhuis 464 348 -11 -1 800

5062 Voorziening GO Bovengronds 28.758 6.579 2.815 -8.381 29.771

Totaal Realisatie ICL-voorzieningen 73.556 8.881 5.055 -12.364 75.128

Tabel: Stortingen ICL voorziening Bedrag x € 1.000

Begroting

2014

Realisatie

2014Verschil

Begroting

2014

Realisatie

2014Verschil

2010 Kunstw erken/hoge routes 1.413 1.429 -16 542 548 -6

2011 Riolering 520 526 -6 1.685 1.704 -19

5004 Groot onderhoud stadhuis 344 348 -4 -11 -11 0

5062 Voorziening GO Bovengronds 6.507 6.579 -72 2.784 2.815 -31

Totaal Stortingen ICL voorziening 8.784 8.881 -97 5.000 5.055 -55

Stortingen ICL voorziening

storting ICL storting overig

Tabel: Overige stortingen Bedragen x € 1.000

Overige stortingenBegroting na

wijzigingRealisatie

Extra storting Rioleringsplan 769 769

Opplusmaatregelen Grootonderhoud VJN 2003 tbv WSP 500 500

Opplusmaatregelen Grootonderhoud VJN 2005 tbv WSP 300 300

Extra storting van de algemene middelen in de reserve riolering 408 408

BTW voordeel op de ICL-uitkering bestemmen voor het KSP 2e tranche (meerdere ICL voorzieningen)1.049 1.049

NJN 09 Extra storting aanvulling voorzieningen ivm herijking KSP 1.100 1.100

NJN 2010 aanvulling WSP voorziening 90 90

Invulling Formatie ten behoeve van beheer Riolering -270 -270

Inflatiecorrectie voorgaande jaren 907 962

Overig 147 147

Totaal overige stortingen 5.000 5.055

Page 213: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

59

Storting ICL-delen Zoals aangegeven in de tabel ICL-uitkering is in 2014 €8.881.000 gestort in de voorzieningen ten behoeve van het uitvoeren van het groot onderhoud op basis van de definitieve vaststelling ICL bijdrage.

Toelichting Onttrekkingen: De begroting 2014 is gebaseerd op het onderhoudsprogramma 2014-2018. Na vaststelling van dit plan zijn er diverse projecten aan toegevoegd, €2.100.000. Waaronder; herinrichting Stadhuisplein, sloop Waagdek, doorlopende projecten vanuit 2013, Waterplan Warande en de brug in de Larserdreef. De uiteindelijke plan bedroeg €15.600.000. De uiteindelijke realisatie bedroeg €12.400.000. De onderbesteding van €3.200.000 heeft diverse oorzaken:

€1.000.000 wordt veroorzaakt door lager dan verwachtte kosten voor de transitie van GRA naar DESA (asfalt). De te nemen maatregelen bleken, op basis van de inspecties, minder zwaar dan vooraf ingeschat. Daarnaast was er sprake van een aanbestedingsvoordeel.

€300.000 is nog niet besteed voor onderhoud aan de Polderdreef, de uitvoering zit in 2015.

In de woongebieden zijn projecten doorgeschoven in de planning, €900.000. Één vanwege werkzaamheden aan het glasvezel netwerk in 2014 waardoor uitvoering pas in 2015 plaats kan vinden. De ander door het opschorten van werkzaamheden in verband met herprioritering van projecten als gevolg van besluitvorming door de raad bij het vaststellen van het werkplan 2014.

Daarnaast zijn er op diverse projecten aanbestedingsvoordelen behaald of waren de noodzakelijke maatregelen minder zwaar dan vooraf gepland.

Tabel: Onttrekkingen ICL voorziening Bedragen x € 1.000

Begroting

2014

Realisatie

2014Verschil

2010 Kunstw erken/hoge routes 2.431 3.350 919

2011 Riolering 755 633 -122

5004 Groot onderhoud stadhuis 342 1 -341

5062 Voorziening GO Bovengronds 9.922 8.381 -1.541

Totaal onttrekkingen ICL voorziening 13.450 12.364 -1.086

Onttrekkingen ICL voorziening

onttrekking t.b.v. werkplan

Page 214: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

60

4.5.3 Langlopende schulden (rente typische looptijd langer dan één jaar)

Onder de langlopende schulden worden verstaan, de leningen, de waarborgsommen en de

afkoopsommen met een rente typische looptijd van één jaar of langer.

Waarborgsommen

Deze hebben betrekking op de door de Gemeente Lelystad aangeboden kavels. Deze waarborgsommen

hebben betrekking op nog niet gepasseerde koopwoningen, bouwterreinen en overige projecten.

Daarnaast hebben de waarborgsommen betrekking op aan aannemers in gebruik gegeven werkterreinen.

Afkoopsommen

Onder de afkoopsommen worden de bedragen verantwoord van erfpachters die hun erfpacht in één keer

hebben afgekocht. Jaarlijks wordt een deel van deze afkoopsom als erfpachtopbrengst verantwoord.

Leningen:

Betreft onderhandse leningen van binnenlandse banken en overige financiële instellingen.In 2014 is er

contractueel afgelost op de bestaande leningenportefeuille. Er zijn geen lange financieringsmiddelen

aangetrokken. De rentelasten op deze leningen bedragen in 2014 totaal €5.772.000. De rentelasten van

deze leningen nemen jaarlijks af door aflossingen.

Bedrag x € 1.000

Langlopende schulden

31

december

2014

31

december

2013

Leningen (opgenomen) 180.934 199.081

Waarborgsommen 183 81

Afkoopsommen 1.900 1.988

Totaal Langlopende schulden 183.017 201.150

Page 215: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

61

4.6 Vlottende passiva

Kortlopende schulden betreft netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan

één jaar

Af te dragen rijksgelden sociale zaken De af te dragen rijksgelden Sociale Zaken hebben betrekking op de afdrachtverplichting aan het ministerie

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de regelingen IOAW, IOAZ en Bbz. De verplichting wordt

actueel op het moment dat de teruggevorderde gelden voor de regelingen daadwerkelijk zijn ontvangen.

Deze post vormt dan de tegenhanger van de post Vorderingen debiteuren Sociale Zaken.

Crediteuren algemeen

Onder de crediteuren algemeen zijn schulden verantwoord op basis van ontvangen goederen en

geleverde diensten. Het openstaand saldo per 31 december 2014 bedroeg €4.272.000.

Kasgeldleningen

In 2014 zijn de kasgeldleningen met €25.000.000 toegenomen. Er staan aan het einde van het jaar 2

kasgeldleningen open van respectievelijk €25.000.000 bij de Bank Nederlandse Gemeenten en bij de

Credit Europe Bank een bedrag van €20.000.000.

Nog te betalen salarissen

Er resteert een relatief klein bedrag aan nabetalingen op de balans voor de te betalen netto salarissen.

Nog te betalen netto salaris heeft betrekking op nagekomen betalingen of correcties.

Premies en loonheffing

Het saldo op de rekening “af te dragen ABP” premies bestaat uit de nog te betalen premie december

2014. Het saldo op de rekening ‘af te dragen loonheffingen” is €2.156.000.

Te verrekenen GAK premies Uitkeringen

Onder de te verrekenen GAK premies Uitkeringen valt de loonheffing op de uitkeringen die nog

afgedragen moet worden aan de belastingdienst. Het openstaande saldo hiervan is per 31 december

2014 €114.000.

Bedrag x € 1.000

Kortlopende schulden

31

december

2014

31

december

2013

Af te dragen rijksgelden Soc. Zaken 2.503 2.616

Crediteuren algemeen 4.272 4.461

Kasgeldleningen 45.000 20.000

Nog te betalen salarissen 4 13

Premies en Loonheffing 2.156 2.475

Te verrekenen GAK premies Uitkeringen 114 636

Totaal Kortlopende schulden 54.049 30.201

Page 216: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

62

Overlopende passiva

De overlopende passiva is in 2014 in totaal met €608.000 afgenomen. Deze afname wordt hoofdzakelijk verklaard door een daling op de post vooruitontvangen bijdragen derden (overheid). Deze post is met €1.138.000 afgenomen. De post nog te betalen bedragen is daarentegen toegenomen met €307.000.

Tekorten op door het ministerie SZW beschikbaar gestelde participatiebudget worden door de gemeente zelf gefinancierd. Derhalve bedraagt de meeneemregeling €0 en is deze niet in de bovenstaande tabel opgenomen.

De in de balans opgenomen van EU, Rijk en provincies ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Bedrag x € 1.000

Overlopende passiva

31

december

2014

31

december

2013

Nog te betalen bedragen 3.650 3.342

Overige overlopende passiva 18 27

Restituties belastingen - 29

Tussenrekeningen 0 0

Verschillenrekeningen - -

VOB bijdragen derden (overheid) 2.308 3.445

Vooruit ontvangen bedragen 568 308

Totaal Overlopende passiva 6.543 7.151

Bedrag x € 1.000

Nog te betalen bedragen

31

december

2014

Rente langlopende leningen 1.255

Zelfstandigenloket Flevoland 1.127

Stichting Welzorg november en december 221

Werkbedrijf 135

SVOL subsidie 2014 100

Overig (< € 100) 812

Totaal nog te betalen bedragen 3.650

Bedrag x € 1.000

Vooruit ontvangen bedragen (overheid)

31

december

2013

Ontvangen

bedragen

Vrijgevallen

bedragen of

de

terugbetalin

gen

31

december

2014

Voor- en Vroegschoolse Educatie 1.347 1.339 -1.347 1.339

Onderw ijs achterstanden beleid 20 -20 0

Regionaal Meld- en Coördinatiepunt voortijdig schoolverlaten. 245 241 -245 241

Regeling Midden en KleinBedrijf 292 233 -292 233

Aanpak uitbuiting Roma kinderen 0 50 0 50

E-oplaadpunt 20 20 -20 20

Stimulering Electrische scooters 0 23 0 23

Milieusubsidie Luchthaven 0 63 0 63

Fietskooppunten 0 43 0 43

Inburgering 0 54 0 54

Kw aliteitsimpuls Atol Plaza 14 14 -14 14

Revitalisering Bosw ijk Centrum 59 39 -59 39

Exploitatie Stadsdienst 482 190 -482 190

Omvorming Oevers 344 0 -344 0

Duurzaamheid 10 0 -10 0

Overig via Algemene Uitkering 611 0 -611 0

Totaal vooruit ontvangen bedragen 3.445 2.308 -3.445 2.308

Page 217: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

63

4.7 Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Hieronder worden de verplichtingen vermeld die niet uit de balans blijken. De gemeenschappelijke

regelingen worden toegelicht in de paragraaf verbonden partijen van het jaarverslag.

a. Borg- en Garantstellingen

Borgstellingen

Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten telling het totaalbedrag van de

geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Bij een borgstelling wordt een overeenkomst

tussen twee partijen opgesteld. Dit zijn de borg en de schuldeiser. In deze overeenkomst verplicht de

borg zich de verplichting van de schuldenaar na te komen, indien de schuldenaar deze verplichting zelf

niet nakomt.

Gewaarborgde geldleningen:

De borgstellingen van de gemeente hebben betrekking op leningen. Er kan onderscheid gemaakt worden

tussen directe en indirecte borgstellingen. Bij een directe borgstelling kan de gemeente direct door de

bank aangesproken worden om de borg te betalen op moment dat de partij waarvoor wij borg staan niet

meer aan de rente- en aflossingsverplichtingen kan worden voldaan. Dit zal het geval zijn als een partij

in surseance van betaling of faillissement geraakt. Bij de indirecte borgstellingen staat een andere

instantie borg, en is de gemeente achtervang voor als de betreffende instantie zelf niet meer voldoende

middelen heeft om verliezen uit hoofde van borgstellingen op te vangen. In dat geval verstrekt de

gemeente een renteloze lening.

Directe borgstellingen

Bij een directe borgstelling zal de geldverstrekker bij niet-nakoming van de verplichtingen van de

geldnemer de gemeente rechtstreeks aanspreken. De gemeente heeft voor een bedrag van €26.501.891

aan directe borgstellingen open staan ten behoeve van derde partijen.

Bedrag x € 1.000

Borgstellingen Hoofdsom

Restant schuld

tm december

2014

Directe borgstellingen 30.940 26.502

Indirecte borgstellingen 407.367 354.964

Totaal borgstellingen 438.307 381.466

Bedrag x €1.000

RechtsvormHoogte

borgstelling

Restant

lening

Stichting 6.801 3.346

Vereniging 590 214

NV / BV 23.549 22.941

Eindtotaal 30.940 26.502

Page 218: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

64

Indirecte borgstellingen Gemeente Lelystad heeft een achtervangpositie voor de borgstellingen van het Waarborgfonds Sociale

Woningbouw en het Waarborgfonds Eigen Woningen. Onderstaande tabel geeft een specificatie van de

leningen waarvoor de Gemeente Lelystad borgstaat.

Waarborgfonds Sociale Woningbouw

Het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) staat borg voor de rente- en aflossingsverplichtingen

van de door WSW geborgde leningen van woningbouwcorporaties. Het rijk en de gemeenten zijn de

achtervang voor de geborgde leningen waarbij op moment dat van die gezamenlijke achtervang gebruik

gemaakt moet worden, het rijk en de gemeenten een renteloze lening verstrekken. Het totaal aan leningen

die door het WSW geborgd zijn voor corporaties met woningen in Lelystad bedraagt ruim €354.964.000

euro (voorlopige stand per 31-12-14). Overigens betekent dit niet dat dit bedrag ook ons risico is.

Enerzijds omdat we als gemeente Lelystad ook aangesproken kunnen worden als een woningcorporatie

elders in het land in de problemen komt. Anderzijds omdat de achtervang pas plaats vindt nadat het eigen

vermogen van de woningcorporatie en de borgstellingsreserve van het WSW is aangesproken. De kans

dat gebruik gemaakt wordt van de achtervang wordt als zeer klein ingeschat, pas als het WSW meer dan

3,7 miljard euro moet uittrekken voor een noodlijdende corporatie én als overname van de

Bedrag x €1.000

Rente percentage Hoofdsom

Restantschuld

per

31-12-2014

2,23% 120 120

2,66% 20.600 20.600

3,27% 16.600 16.600

3,29% 18.900 18.900

3,39% 16.200 16.200

3,41% 1.000 1.000

3,45% 8.700 8.700

3,55% 14.000 14.000

3,58% 5.000 -

3,60% 5.435 5.435

3,69% 17.000 17.000

3,81% 15.746 10.889

3,85% 260 175

3,89% 11.000 11.000

3,89% 8.000 8.000

3,92% 1.000 1.000

4,00% 19.317 14.317

4,12% 20.050 20.050

4,43% 1.000 743

4,47% 1.000 1.000

4,48% 1.000 1.000

4,62% 9.047 2.446

4,96% 21.000 21.000

5,00% 17.000 17.000

5,01% 22.500 20.631

5,01% 15.000 15.000

5,03% 6.600 6.600

5,03% 1.600 1.497

5,17% 1.000 1.000

5,63% 4.600 3.574

5,81% 29.042 21.957

5,98% 20.420 14.981

6,03% 5.445 4.148

6,06% 52.185 38.401

Eindtotaal 407.367 354.964

Page 219: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

65

woningvoorraad van het WSW geen soelaas biedt komt de achtervang aan bod. Tot op heden is een

beroep op de achtervang nooit nodig geweest.

In het theoretische geval dat de gemeenten op hun achtervangpositie worden aangesproken, geldt een

vooraf bepaalde verdeling waarbij het Rijk 50 % voor haar rekening neemt en door alle deelnemende

gemeenten aan het waarborgfonds de overige 50 % . Van deze 50 % wordt de ene helft door de schade

gemeenten bijgedragen en de andere helft door alle deelnemende gemeenten. Het enige risico wat de

gemeente Lelystad loopt is de rente die we zelf moeten betalen voor het aantrekken van de gelden voor

het verstrekken van de renteloze lening.

Waarborgfonds Eigen Woningen

De Stichting waarborgfonds eigen woningen (WEW) voert de regeling Nationale Hypotheek Garantie uit.

De Stichting kent een achtervangfunctie waarbij het Rijk en de gemeenten ieder voor 50% aangesproken

kunnen worden indien het fondsvermogen van het WEW niet meer toereikend is voor de verliezen uit

hoofde van de garantstellingen. Dit geldt voor verstrekte garanties tot en met 31-12-2010. Voor verliezen

uit nationale hypotheekgaranties die verstrekt zijn vanaf 2011 heeft het Rijk 100% achtervang. De

achtervang houdt in dat het Rijk en de gemeenten renteloze leningen verstrekken aan het WEW. De

mogelijke schade die de gemeente in dat geval lijdt is de rente die we zelf wel moeten betalen voor het

aantrekken van de gelden. Het WEW geeft jaarlijks een prognose af over de ontwikkeling van het

fondsvermogen met een doorkijk van 5 jaar. Hoewel het aantal verliezen uit hoofde van de

garantstellingen als gevolg van de economische situatie toegenomen is, laat de 5-jaars prognose zien

dat het fondsvermogen t/m 2019 voldoende is om dat op te vangen, zodat geen beroep op de achtervang

verwacht wordt. Voor na 2019 is de verwachting dat het fondsvermogen zich weer zal herstellen.

Garantstellingen:

De gemeente Lelystad staat samen met een aantal andere gemeenten niet alleen borg voor een aantal

leningen die de HVC aangaat, maar staat ook garant voor eventueel nadelig saldo van baten en laten

van de HVC ( gebaseerd op de ballotage overeenkomst).

b. Verlofrechten

Het aantal restant (verlof)uren van het gemeentelijk personeel bedraagt op balansdatum 37.000 uur. De

waarde van dit verlof is becijferd op €863.000. Het aantal restant (verlof) uren en de waarde hiervan is

gedaald ten opzichte van 2013. Het uitbetalen van verlofuren is niet afdwingbaar. De gemeente heeft het

beleid om het aantal verlofuren (verlofstuwmeer) terug te dringen tot de afgesproken norm van 80 uur per

persoon. Het tot ultimo 2014 opgebouwde recht op vakantietoelage bedraagt €1.191.901.

Overige niet uit de balans blijkende verplichtingen betreffen lopende contracten. De gemeente kent

verschillende typen contracten waaronder inhuurcontracten, leasecontracten, onderhoudscontracten,

verzekeringen, licenties en huurcontracten. Jaarlijks is ongeveer een bedrag van €3.857.000 gemoeid.

c. Europese aanbestedingen.

De rechtmatigheidscontrole 2014 op Europese aanbestedingen heeft uitgewezen dat er een aantal

contracten niet via Europese aanbesteding is verlopen. In de accountantscontrole zijn op basis van de

geconstateerde afwijkingen, de verwachte afwijking in totaal becijferd op (circa) € 3,1 miljoen. Gelet de

totale waarde en de resterende contractperiode (2015) is eenmalig als fout in de controleverklaring van

de accountant aangemerkt en wordt gedurende de resterende contractperiode niet nogmaals als

rechtmatigheidfout aangemerkt. Hierdoor is sprake van onrechtmatig tot stand gekomen toekomstige

lasten van € 1.221.555.

Niet uit balans blijkend recht

Geen

Page 220: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

66

4.8 Wet normering topinkomens

De Wet Normering Topinkomens (hierna: WNT) is sinds 2013 van kracht en heeft als doel om

bovenmatige beloningen en ontslagvergoedingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke

sector tegen te gaan. Daarom is in de wet een maximum (norm is €230.474 in 2014) opgenomen voor de

bezoldiging en ontslagvergoeding van topfunctionarissen en moeten instellingen daarover rapporteren in

jaarverslag of jaarrekening. Ook publiekrechtelijke organisaties zoals gemeentes en provincies vallen

onder de WNT. Daarnaast is sprake van een openbaarmakings-verplichting die ook betrekking heeft op

niet topfunctionarissen voor zover deze een bezoldiging genieten boven de voor de organisatie geldende

bezoldigingsnorm. Dit geldt eveneens voor (externe) medewerkers van wie de bezoldiging meer bedraagt

dan de WNT norm of die een ontslagvergoeding genieten die uitgaat boven de op de organisatie van

toepassing zijnde bezoldigingsnorm. Nb: Politieke ambtsdragers vallen niet onder de WNT.

- Top functionarissen: Dit betreft zowel topfunctionarissen die op basis van een

arbeidsovereenkomst of aanstelling werkzaam zijn als functies van topfunctionaris die op andere

wijze worden vervuld. Bij gemeenten en provincies is dat de secretaris en de griffier. Voor beide

functionarissen geldt een fulltime dienstverband met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde

tijd.

- Overige functionarissen (niet zijnde topfunctionarissen): De bezoldiging moet gepubliceerd

worden, indien deze de WNT-norm overschrijdt. Voor wat betreft functionarissen die werkzaam

zijn anders dan in dienstbetrekking (inhuur) hoeven alleen gepubliceerd te worden indien zij meer

dan 6 maanden werkzaam zijn in een periode van 18 maanden. De bezoldigingen hoeven alleen

op functienaam gepubliceerd te worden, niet op persoonsnaam. Op basis van deze criteria is er

geen inhuur die de norm overschrijdt.

- Ontslagvergoedingen: Onder de WNT bedraagt de maximale overeengekomen vergoeding voor

topfunctionarissen bij het beëindigen van hun dienstverband €75.000. Er zijn in 2014 geen

ontslagvergoedingen groter dan €75.000 verstrekt.

2014 2013 2014 2013 2014

Bruto beloning € 187.340 € 105.679 € 108.996 € 22.861 € 77.229

Kostenvergoeding € 8.263 € 1.526 € 972 € 273 € 577

€ 34.871 € 18.933 € 18.524 € 4.138 € 12.271

Totaal € 230.474 € 126.138 € 128.492 € 27.272 € 90.077

(*) betreft werkgeversdeel van premies voor pens ioenregel ingen, VUT/VPL, arbeidsongeschiktheidsverzekeringen etc

Beloningen betaalbaar op termijn(*)

N.A. IJnemaN. Versteeg

Gemeente Secretaris GriffierWet normering topinkomens

Norm

WNT

Page 221: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

67

5. Bijlagen

5.1 Specifieke uitkeringen (SISA)

De doelstelling van Single information en Single audit (SiSa) voor specifieke uitkeringen is de

verantwoordings- en controlelasten voor gemeenten en provincies te verminderen. Daarom wordt door

het Rijk per specifieke uitkering minder verantwoordingsinformatie en controle gevraagd. Bovendien

wordt aangesloten bij het reguliere jaarrekeningproces van de medeoverheden. Het verantwoordingsjaar

2014 is het negende jaar waarin het principe van SiSa wordt toegepast op de verantwoording van

specifieke uitkeringen.

De verantwoording naar het Rijk bestaat uit de verplichte bijlage zoals die in deze jaarrekening is

opgenomen. In deze bijlage is per specifieke uitkering aangegeven welke financiële afspraken en

prestatieafspraken zijn gerealiseerd. De wijze waarop de verantwoording is vastgelegd, is

voorgeschreven door het ministerie. De verantwoording is door de accountant gecontroleerd en heeft

een verslag van bevindingen toegevoegd over fouten en onzekerheden. Het verslag van bevindingen is

niet in de jaarrekening opgenomen.

In de onderstaande tabel treft u de specifieke uitkeringen aan waarover de gemeente Lelystad in 2014

verantwoording heeft moeten afleggen.

Toelichting op de verantwoordingstabel (vanaf de volgende bladzijde)

Voor alle specifieke uitkeringen geldt, dat alléén de witgelaten vakjes door de medeoverheid moeten

worden ingevuld. Als een specifieke uitkering op de gemeente Lelystad van toepassing is, moet altijd een

waarde zijn ingevuld. Deze waarde kan ook ‘0’ (nul) zijn.

Sisa regelingen verantwoording 2014

Departement Nummer Specifiekeuitkering I&M E11B Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) I&M E26 Spoorse door-snijdingen I&M E27B Brede doeluitkering verkeer en vervoer

OCW D1 Regionale meld- en coördinatiecentra voortijdig schoolverlaten OCW D9 Onderwijsachterstandenbeleid 2011-2014 (OAB) SZW G1 Wet sociale werkvoorziening (Wsw) gemeente 2014 SZW G1A Wet sociale werkvoorziening (Wsw) SZW G2 Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB

SZW G3 Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 SZW G5 Wet participatiebudget (WPB)

Page 222: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

68

OCW D1 Besteding (jaar T) Opgebouwde reserve ultimo

(jaar T-1)

Aard controle R Aard controle R

Indicatornummer: D1 / 01 Indicatornummer: D1 / 02

€ 748.869 € 245.442

OCW D9 Onderwijsachterstanden

beleid 2011-2015 (OAB)

Gemeenten

Besteding (jaar T) aan

voorzieningen voor

voorschoolse educatie die

voldoen aan de wettelijke

kwaliteitseisen (conform artikel

166, eerste lid WPO)

Besteding (jaar T) aan overige

activiteiten (naast VVE) voor

leerlingen met een grote

achterstand in de Nederlandse

taal (conform artikel 165 WPO)

Besteding (jaar T) aan

afspraken over voor- en

vroegschoolse educatie met

bevoegde gezagsorganen van

scholen, houders van

kindcentra en

peuterspeelzalen (conform

artikel 167 WPO)

Opgebouwde reserve ultimo

(jaar T-1)

Deze indicator is bedoeld voor

de tussentijdse afstemming

van de juistheid en volledigheid

van de

verantwoordingsinformatie

Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R

Indicatornummer: D9 / 01 Indicatornummer: D9 / 02 Indicatornummer: D9 / 03 Indicatornummer: D9 / 04

€ 1.747.826 € 752.141 € 17.250 € 1.367.388

I&M E11B Nationaal

Samenwerkingsprogram

ma Luchtkwaliteit (NSL)

SiSa tussen

medeoverheden

Provinciale beschikking

en/of verordening

Gemeenten en

gemeenschappelijke

regelingen (Wgr) (SiSa

tussen medeoverheden)

Hieronder per regel één

beschikkingsnummer en in de

kolommen ernaast de

verantwoordingsinformatie

Besteding (jaar T) ten laste

van provinciale middelen

Besteding (jaar T) ten laste

van eigen middelen

Besteding (jaar T) ten laste van

bijdragen door derden =

contractpartners (niet rijk,

provincie of gemeente)

Besteding (jaar T) ten laste

van rentebaten gemeente op

door provincie verstrekte

bijdrage NSL

Teruggestort/verrekend in

(jaar T) in verband met niet

uitgevoerde maatregelen

Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R

Indicatornummer: E11B / 01 Indicatornummer: E11B / 02 Indicatornummer: E11B / 03 Indicatornummer: E11B / 04 Indicatornummer: E11B / 05 Indicatornummer: E11B / 06

1 1310671 snellaadpunt

electrisch rijden

€ 0 € 0 € 0 € 0 € 0

2 1376540 oplaadpunten in

openbare parkeergarages

€ 0 € 0 € 0 € 0 € 0

3 1564991 e-oplaadpalen in de

publieke ruimte

€ 0 € 0 € 0 € 0 € 0

4 1675590 subsidie regeling

electrische scooters

€ 0 € 0 € 0 € 0 € 0

Kopie beschikkingsnummer Cumulatieve besteding ten

laste van provinciale middelen

tot en met (jaar T)

Deze indicator is bedoeld voor

de tussentijdse afstemming

van de juistheid en volledigheid

van de

verantwoordingsinformatie

Cumulatieve besteding ten

laste van eigen middelen tot

en met (jaar T)

Deze indicator is bedoeld voor

de tussentijdse afstemming

van de juistheid en volledigheid

van de

verantwoordingsinformatie

Cumulatieve besteding ten

laste van bijdragen door derden

= contractpartners (niet rijk,

provincie of gemeente) tot en

met (jaar T)

Deze indicator is bedoeld voor

de tussentijdse afstemming

van de juistheid en volledigheid

van de

verantwoordingsinformatie

Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t.

Indicatornummer: E11B / 07 Indicatornummer: E11B / 08 Indicatornummer: E11B / 09 Indicatornummer: E11B / 10

1 1310671 snellaadpunt

electrisch rijden

€ 70.000 € 0 € 60.000

2 1376540 oplaadpunten in

openbare parkeergarages

€ 85.450 € 400 € 0

3 1564991 e-oplaadpalen in de

publieke ruimte

€ 0 € 0 € 0

4 1675590 subsidie regeling

electrische scooters

€ 0 € 0 € 0

Kopie beschikkingsnummer Cumulatieve besteding ten

laste van rentebaten gemeente

op door provincie verstrekte

bijdrage NSL tot en met (jaar T)

Deze indicator is bedoeld voor

de tussentijdse afstemming

van de juistheid en volledigheid

van de

verantwoordingsinformatie

Cumulatief

teruggestort/verrekend in (jaar

T) in verband met niet

uitgevoerde maatregelen tot en

met (jaar T)

Deze indicator is bedoeld voor

de tussentijdse afstemming

van de juistheid en volledigheid

van de

verantwoordingsinformatie

Eindverantwoording Ja/Nee

Als u kiest voor ‘ja’, betekent

dit dat het project is afgerond

en u voor het komende jaren

geen bestedingen meer wilt

verantwoorden

Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t.

Indicatornummer: E11B / 11 Indicatornummer: E11B / 12 Indicatornummer: E11B / 13 Indicatornummer: E11B / 14

1 1310671 snellaadpunt

electrisch rijden

€ 0 € 0 Ja

2 1376540 oplaadpunten in

openbare parkeergarages

€ 0 € 0 Ja

3 1564991 e-oplaadpalen in de

publieke ruimte

€ 0 € 0 Nee

4 1675590 subsidie regeling

electrische scooters

€ 0 € 0 Nee

SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2014 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa - d.d. 2 januari 2015

Regionale meld- en

coördinatiecentra

voortijdig schoolverlaten

Besluit regionale meld-

Page 223: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

69

I&M E26 Spoorse

doorsnijdingen, tranche

1

Regeling eenmalige

uitkeringen spoorse

doorsnijdingen

Gemeenten

Aantal projecten (waarvoor een

beschikking ontvangen is)

Afspraak

Aantal afgeronde projecten

(jaar T)

Realisatie

Eindverantwoording Ja/Nee

Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t.

Indicatornummer: E26 / 01 Indicatornummer: E26 / 02 Indicatornummer: E26 / 03

1 0 Nee

I&M E27B Brede doeluitkering

verkeer en vervoer SiSa

tussen medeoverheden

Provinciale beschikking

en/of verordening

Gemeenten en

Gemeenschappelijke

Regelingen

Hieronder per regel één

beschikkingsnummer en in de

kolommen ernaast de

verantwoordingsinformatie

Besteding (jaar T) ten laste

van provinciale middelen

Overige bestedingen (jaar T) Correctie ten opzichte van

tot jaar T verantwoorde

bestedingen ten laste van

provinciale middelen

Indien de correctie een

vermeerdering van

bestedingen betreft, mag

het alleen gaan over nog

niet eerder verantwoorde

bestedingen

Correctie ten opzichte van

tot jaar T verantwoorde

overige bestedingen

Indien de correctie een

vermeerdering van

bestedingen betreft, mag

het alleen gaan over nog

niet eerder verantwoorde

bestedingen

Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R

Indicatornummer: E27B / 01 Indicatornummer: E27B / 02 Indicatornummer: E27B / 03 Indicatornummer: E27B / 04 Indicatornummer: E27B / 05

1 1380020 BDU directe uitkering

2012

€ 282.254 € 0

2 1502611 BDU directe uitkering

2013

€ 0 € 0

3 1577450/1658168 BDU verkeer

en vervoer stadsvervoer 2014

€ 2.401.044 € 0

4 1609348 BDU directe uitkering

2014

€ 329.380 € 0

5 779904 Toekenning

verkeersveiligheidsgelden 2008

€ 0 € 0 € 55.069

6 995198 Voorschot en

vaststelling BDU, onderdeel

infra

€ 0 € 0 € 379.731

Kopie beschikkingsnummer Cumulatieve besteding ten

laste van provinciale middelen

tot en met (jaar T)

Deze indicator is bedoeld voor

de tussentijdse afstemming

van de juistheid en volledigheid

van de

verantwoordingsinformatie

Cumulatieve overige

bestedingen tot en met (jaar T)

Deze indicator is bedoeld voor

de tussentijdse afstemming

van de juistheid en volledigheid

van de

verantwoordingsinformatie

Toelichting Eindverantwoording Ja/Nee

Als u kiest voor ‘ja’, betekent

dit dat het project is afgerond

en u voor de komende jaren

geen bestedingen meer wilt

verantwoorden

Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t.

Indicatornummer: E27B / 06 Indicatornummer: E27B / 07 Indicatornummer: E27B / 08 Indicatornummer: E27B / 09 Indicatornummer: E27B / 10

1 1380020 BDU directe uitkering

2012

€ 442.873 € 0 Ja

2 1502611 BDU directe uitkering

2013

€ 452.913 € 0 zie vaststellingsbeschikking

1653040 van 2013 van de

provincie zelf

Ja

3 1577450/1658168 BDU verkeer

en vervoer stadsvervoer 2014

€ 2.401.044 € 0 Ja

4 1609348 BDU directe uitkering

2014

€ 329.380 € 0 Ja

5 779904 Toekenning

verkeersveiligheidsgelden 2008

€ 55.069 € 0 aanvullenden verantwoording

besteding BDU gelden 2008.

Ons kenmerk: 151008841

Ja

6 995198 Voorschot en

vaststelling BDU, onderdeel infra

€ 379.731 € 0 aanvullenden verantwoording

besteding BDU gelden 2008.

Ons kenmerk: 151008841

Ja

SZW G1 Het totaal aantal geïndiceerde

inwoners van uw gemeente dat

een dienstbetrekking heeft of

op de wachtlijst staat en

beschikbaar is om een

dienstbetrekking als bedoeld

in artikel 2, eerste lid, of artikel

7 van de wet te aanvaarden op

31 december (jaar T)

Volledig zelfstandige uitvoering

Ja/Nee

Aard controle R Aard controle n.v.t.

Indicatornummer: G1 / 01 Indicatornummer: G1 / 02

5,00 Nee

SZW G1A Hieronder per regel één

gemeente(code) uit (jaar T-1)

selecteren en in de kolommen

ernaast de

verantwoordingsinformatie voor

die gemeente invullen

Het totaal aantal gerealiseerde

arbeidsplaatsen voor

geïndiceerde inwoners in (jaar

T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;

inclusief deel openbaar lichaam

Het totaal aantal gerealiseerde

begeleid werkenplekken voor

geïndiceerde inwoners in (jaar

T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;

inclusief deel openbaar lichaam

Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R

Indicatornummer: G1A / 01 Indicatornummer: G1A / 02 Indicatornummer: G1A / 03

1 60995 Lelystad 307,52 9,93

Wet sociale

werkvoorziening

(Wsw)_gemeente 2014

Wet sociale

werkvoorziening (Wsw)

Alle gemeenten

verantwoorden hier het

gemeentedeel over

(jaar T), ongeacht of er

in (jaar T) geen, enkele

of alle inwoners

werkzaam waren bij

een Openbaar lichaam

o.g.v. de Wgr.Wet sociale

werkvoorziening

(Wsw)_totaal 2013

Wet sociale

werkvoorziening (Wsw)

Alle gemeenten

verantwoorden hier het

totaal (jaar T-1). (Dus:

deel Openbaar lichaam

uit SiSa (jaar T-1)

regeling G1B + deel

gemeente uit (jaar T-1)

regeling G1C-1) na

controle door de

gemeente.

Page 224: Jaarstukken 2014 - Lelystad 2014.pdf · 9. De interne (financiële) beheersing is adequaat in het kader van onze jaarrekeningcontrole ... maatregelen in de digitale workflow inkoopfacturen

Jaarrekening 2014

70

SZW G2 Besteding (jaar T) algemene

bijstand

Gemeente

I.1 Wet werk en bijstand

(WWB)

Baten (jaar T) algemene

bijstand (exclusief Rijk)

Gemeente

I.1 Wet werk en bijstand

(WWB)

Besteding (jaar T) IOAW

Gemeente

I.2 Wet inkomensvoorziening

oudere en gedeeltelijk

arbeidsongeschikte werkloze

werknemers (IOAW)

Baten (jaar T) IOAW (exclusief

Rijk)

Gemeente

I.2 Wet inkomensvoorziening

oudere en gedeeltelijk

arbeidsongeschikte werkloze

werknemers (IOAW)

Besteding (jaar T) IOAZ

Gemeente

I.3 Wet inkomensvoorziening

oudere en gedeeltelijk

arbeidsongeschikte gewezen

zelfstandigen (IOAZ)

Baten (jaar T) IOAZ

(exclusief Rijk)

Gemeente

I.3 Wet

inkomensvoorziening

oudere en gedeeltelijk

arbeidsongeschikte

gewezen zelfstandigen

(IOAZ)

Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R

Indicatornummer: G2 / 01 Indicatornummer: G2 / 02 Indicatornummer: G2 / 03 Indicatornummer: G2 / 04 Indicatornummer: G2 / 05 Indicatornummer: G2 / 06

€ 31.319.905 € 874.024 € 1.368.687 € 12.940 € 110.022 € 1.839

Besteding (jaar T) Bbz 2004

levensonderhoud beginnende

zelfstandigen

Gemeente

I.4 Besluit bijstandverlening

zelfstandigen 2004

(levensonderhoud beginnende

zelfstandigen) (Bbz 2004)

Baten (jaar T) Bbz 2004

levensonderhoud beginnende

zelfstandigen

Gemeente

I.4 Besluit bijstandverlening

zelfstandigen 2004

(levensonderhoud beginnende

zelfstandigen) (Bbz 2004)

Baten (jaar T) WWIK

(exclusief Rijk)

Gemeente

I.6 Wet werk en inkomen

kunstenaars (WWIK)

Volledig zelfstandige uitvoering

Ja/Nee

Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t.

Indicatornummer: G2 / 07 Indicatornummer: G2 / 08 Indicatornummer: G2 / 09 Indicatornummer: G2 / 10

€ 464.871 € 20.550 € 10.256 Nee

SZW G3 Besteding (jaar T)

levensonderhoud gevestigde

zelfstandigen (exclusief Bob)

Besteding (jaar T)

kapitaalverstrekking (exclusief

Bob)

Baten (jaar T) levensonderhoud

gevestigde zelfstandigen

(exclusief Bob) (exclusief Rijk)

Baten (jaar T)

kapitaalverstrekking (exclusief

Bob) (exclusief Rijk)

Besteding (jaar T) aan

onderzoek als bedoeld in

artikel 56 Bbz 2004

(exclusief Bob)

Besteding (jaar T) Bob

Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R

Indicatornummer: G3 / 01 Indicatornummer: G3 / 02 Indicatornummer: G3 / 03 Indicatornummer: G3 / 04 Indicatornummer: G3 / 05 Indicatornummer: G3 / 06

€ 570.032 € 331.400 € 86.562 € 275.790 € 503.572 € 0

Baten (jaar T) Bob (exclusief

Rijk)

Besteding (jaar T) aan

uitvoeringskosten Bob als

bedoeld in artikel 56 Bbz 2004

Volledig zelfstandige uitvoering

Ja/Nee

Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t.

Indicatornummer: G3 / 07 Indicatornummer: G3 / 08 Indicatornummer: G3 / 09

€ 0 € 0 Ja

SZW G5 Het aantal in (jaar T) bij een

ROC ingekochte contacturen

Let op: Dit is de enige

gelegenheid om

verantwoording af te leggen

over deze taakuitvoering

Let op: Deze verantwoording

kan niet door een

gemeenschappelijke regeling

worden uitgevoerd, ongeacht

de keuze van de gemeente bij

indicator G5/07

Aard controle D1

Indicatornummer: G5 / 01

1.718

Besteding (jaar T)

participatiebudget

Waarvan besteding (jaar T) van

educatie bij roc's

Baten (jaar T) (niet-Rijk)

participatiebudget

Waarvan baten (jaar T) van

educatie bij roc’s

Reservering besteding van

educatie bij roc’s in jaar T

voor volgend kalenderjaar

(jaar T+1 )

Volledig zelfstandige

uitvoering Ja/Nee

De zelfstandige uitvoering

betreft de indicatoren G5/02

tot en met G5/06

Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t.

Indicatornummer: G5 / 02 Indicatornummer: G5 / 03 Indicatornummer: G5 / 04 Indicatornummer: G5 / 05 Indicatornummer: G5 / 06 Indicatornummer: G5 / 07

€ 4.311.024 € 274.997 € 0 € 0 € 0 Ja

Wet participatiebudget

(WPB)_gemeente 2014

Wet participatiebudget

(WPB)

Alle gemeenten

verantwoorden hier het

gemeentedeel over

(jaar T), ongeacht of de

gemeente in (jaar T)

geen, enkele of alle

taken heeft uitbesteed

aan een Openbaar

lichaam opgericht op

grond van de Wgr.

Gebundelde uitkering

op grond van artikel 69

WWB_gemeente 2014

Alle gemeenten

verantwoorden hier het

gemeentedeel over

(jaar T), ongeacht of de

gemeente in (jaar T)

geen, enkele of alle

taken heeft uitbesteed

aan een Openbaar

lichaam opgericht op

grond van de Wgr.

Besluit

bijstandverlening

zelfstandigen 2004

(exclusief

levensonderhoud

beginnende

zelfstandigen)_gemeent

e 2014

Besluit