Jaaroverzicht

14
Jaaroverzicht 2008

description

jaaroverzicht sva 2008

Transcript of Jaaroverzicht

Jaaroverzicht 2008

1 De Volksbond in een notendop 4

2 Missie/Visie 4

3 Cliëntparticipatie 5

- Cliëntenraad 5

- Kerngroepen 6

- PAJA 6

4 Kwaliteitsbeleid 7

- Beschrijving processen 7

- Medewerkers-audits 7

- Onderzoek Bertolt Brecht Huis 10

5 Ketenpartners en de omgeving 10

- De Volksbond in de stad 10

- De Volksbond in de wijk 10

6 Organisatiestructuur en beleidsmatige zaken 11

- Organisatiestructuur 11

- Personeelsbeleid 11

- Ondernemingsraad 12

- Financiering 12

Kerncijfers 13

Financiën 13

Colofon 14

3

1. De Volksbond in een notendop

Stichting Volksbond Amsterdam, een relatief jonge orga-nisatie, is ontstaan vanuit de behoefte aan vernieuwing, aan een andere manier van benaderen van cliënten. En aan passend aanbod voor mensen die buiten de boot vielen. De Volksbond richtte om die redenen in Nederland het eerste sociaal pension op.

Het merendeel van de doelgroep bestaat uit mensen met een grote afstand tot een volwaardig, zelfstandig bestaan, die soms niet elders opgevangen kunnen worden. Een re-latief kleine groep, met meervoudige en complexe proble-men. We noemen onszelf een nichespeler, omdat we ons richten op deze specifieke doelgroep.

Samen met onze cliënten werken we er hard aan om cliën-ten een grote stem te geven in de inrichting van hun leven. Om hun kwaliteiten en competenties zoveel mogelijk naar boven te halen en te benutten. Voor henzelf en voor onze organisatie. Zodat ze, binnen hun mogelijkheden, weer aan het leven en de maatschappij kunnen deelnemen. Op deze manier werken we aan een wereld waarin voor iedereen plaats is.

We bieden laagdrempelige inloop en veilig verblijf in di-verse 24-uursopvangvoorzieningen. De inloop is een veilige plek voor cliënten die op straat of gemarginaliseerd leven. Hier kunnen ze tot rust kunnen komen, een band met be-geleiders opbouwen en van daaruit andere activiteiten en hulp starten. Een eerste stap richting verbetering. In de 24-uursvoorzieningen kunnen cliënten op elk moment een beroep doen op professionele hulp. Vanuit de Volksbond zelf en vanuit het professionele netwerk rondom de orga-nisatie.

Een breed scala aan zinvolle, ontwikkelingsgerichte dag-besteding, steeds vaker samen met cliënten bedacht en vormgegeven, is een belangrijk onderdeel van ons aanbod. Het is onze stellige overtuiging dat een zinvolle dagbeste-ding een voorwaarde is om de gewenste participatie te be-reiken.

2. Missie/visie

Missie

Onze missie is een positieve en bewuste bijdrage te leveren aan het duurzaam verbeteren van het leven van onze cliënten. We bereiken dit door een participatieve benade-ring, geworteld in dialoog en voortdurende kwaliteitsver-betering.

In onze maatschappij leven mensen die om uiteenlopende redenen een goede aansluiting met de samenleving missen. Ze leven een gemarginaliseerd bestaan. Eenzaam, geïso-leerd en in armoede. Deze mensen lopen een verhoogd ri-sico om dak- of thuisloos te worden, of zijn dat al.

De Volksbond wil deze mensen op respectvolle en professi-onele wijze persoonlijke zorg van hoge kwaliteit bieden. En daarmee de voorwaarden scheppen voor het bereiken van een grotere autonomie, zelfredzaamheid, sociale participa-tie en voor herwonnen eigenwaarde.

We doen dit door cliënten daadwerkelijk te laten partici-peren in de organisatie van de zorg. En door hen een be-langrijke stem te geven in de beoordeling van de kwaliteit van het aanbod.

Visie

Met betrokkenheid, passie voor ons werk en kwaliteit van zorg willen we de cirkel van afhankelijkheid, onmacht en uitsluiting van onze cliënten doorbreken. We bieden ze de instrumenten en mogelijkheden die nodig zijn om vanuit hun eigen kracht duurzaam zelfstandiger te leven.

De psychische, lichamelijke en sociale aspecten van mensen vormen een samenhangend geheel en beïnvloeden elkaar. Ze zijn te onderscheiden, maar voor optimale zorg niet te scheiden.

Ieder mens is belangrijk en heeft recht op een eigen plek in onze samenleving. Ieder mens heeft de intrinsieke moge-lijkheid positieve invloed uit te oefenen op zijn leven en die van de mensen die hij ontmoet. En op zijn woonomgeving en de uitvoering van het zorgaanbod. We spreken cliënten aan op deze intrinsieke mogelijkheden en vragen hen, hun capaciteiten te benutten. Ten behoeve van henzelf, hun me-decliënten, onze organisatie en de maatschappij. We willen de organisatie zijn die de positie en de regie van dak- en thuisloze cliënten daadwerkelijk versterkt. We willen men-sen met problemen verder helpen door participatie.

We bieden opvang, ondersteuning en begeleiding gericht op het, samen met onze cliënten, realiseren van passende, duurzame zelfstandigheid. We geven ze niet op. Samen met hen gaan we op zoek naar wat haalbaar en wenselijk is. Hoe klein de stappen ook mogen zijn. Steeds rekening houdend met de uiteenlopende mogelijkheden van het indi-vidu. Voor sommige cliënten is het voorkomen van verdere terugval het maximaal haalbare. Daar gaan we heel prag-matisch mee om.

Als nicheorganisatie gericht op een specifieke, complexe doelgroep, typeren we onszelf als: laagdrempelig, pro-ac-tief, praktisch, klantgericht, flexibel, leergierig en vernieu-wend. We hebben een creatieve en ondernemende manier van denken en handelen. Onze medewerkers zijn zeer be-trokken bij de doelgroep. Ze zijn oprecht geïnteresseerd in elkaar en bereid om van elkaar en van de cliënten te leren.

We zijn steeds alert op het borgen van de kwaliteit van de door ons geleverde zorg. En we investeren blijvend in de goede samenwerking met ketenpartners en de mensen in de omgeving van onze voorzieningen. Dit in het belang van de continuïteit van zorg en mogelijkheden voor onze cliënten.

4

3.Cliëntparticipatie

De Volksbond vindt het van fundamenteel belang dat cliënten meedenken, meepraten en meebeslissen over alle zaken die voor hen belangrijk zijn. Meningen, ideeën, wensen en ervaringen van cliënten maken in groeiende mate deel uit van de beleidsvorming.

Cliëntparticipatie is een belangrijk instrument om langdurige zelfstandigheid en duurzame zelfredzaam-heid te bereiken. We vinden het essentiëel dat men-sen weten dat ze meerwaarde hebben voor zichzelf en voor anderen. We denken dat dat de enige manier voor mensen is, om zich waardevol en gelukkig te voelen. En weer mee te doen.

In 2008 zijn voorbereidingen getroffen om cliëntpar-ticipatie organisatiebreed stevig wortel te laten schie-ten.

Ondersteuner cliëntenraad‘Participatie betekent dat cliënten gewoon meedoen, in de breedste zin van het woord. Maatschappelijk, maar ook binnen de voorzieningen en voor zichzelf. De regie voeren, voor zover mogelijk, over hun eigen leven en ook over hun leefom-geving’.’

Cliëntparticipatie raakt aan alles en iedereen binnen onze organisatie. In 2008 waren de meest zichtbare onderdelen de cliëntenraad, het oprichten van de kerngroepen en deParticipatie Audit Jongeren Amsterdam.

Manager zorg‘Cliënten hebben her en der gebreken. Daarnaast hebben ze een ander deel, vaak 90% of meer van wie ze zijn. Door ze op dat ‘normale’ deel aan te spreken, door echt geïnteresseerd te zijn in de mens zelf en niet alleen in dat kleine deel, kun je de cirkel doorbreken’.’

Cliëntenraad

Een al langer bestaande wens is in 2008 uitgekomen met de officiële oprichting van de cliëntenraad. Gedurende meerdere jaren ondernamen we, in overleg met cliënten, pogingen om een cliëntenraad samen te stellen. De snel wis-selende doelgroep maakte dat dit niet van de grond kwam. Met de komst van de 24-uursopvang met langer verblijf begonnen cliënten een sterkere binding met de organisatie

te voelen en raakten ze er meer bij betrokken. En werd de tijd rijp voor cliëntparticipatie via de cliëntenraad.

De cliëntenraad is een onafhankelijk en zelfstandig orgaan van cliënten die gebruik maken van het zorgaanbod van de Volksbond. Een brug tussen cliënt en leiding. Ze be-vordert naar vermogen de participatie, medezeggenschap en belangenbehartiging door cliënten. Die worden daarmee zoveel mogelijk betrokken bij de gang van zaken in de ei-gen opvang-, leef-, behandel- en begeleidingsomgeving. Ze zijn de oren en ogen van medecliënten. Niet alleen in het belang van de cliënt, maar ook van de begeleiding en het management.

De cliëntenraad bestaat uit zes leden vanuit onze MO-voor-zieningen, RIBW’s en de dagbesteding. Ze heeft een eigen budget en een eigen onafhankelijke ondersteuner. En zelf-standige kantoorruimte op het Centraal Bureau.

Elke vrijdagochtend organiseert de cliëntenraad een spreekuur op haar kantoor. Cliënten van binnen en buiten de Volksbond weten dit spreekuur steeds beter te vinden.

Lid cliëntenraad‘Als lid van de cliëntenraad en de kern-groep zijn we de vertrouwensbrug naar de staf en de organisatie. Veel mensen die bij ons wonen, hebben weinig vertrouwen in de medemens. Ze spreken ons vaak in de wandelgangen aan. Onze meerwaarde is dat we er altijd zijn, altijd bereikbaar zijn. Af en toe zijn we net maatschappe-lijk werkers. We bemiddelen bij ruzies, problemen met justitie en brieven voor de belastingdienst. Zo zetten we de cliën-tenraad op het netvlies van de achterban. We laten zien dat we achter ze staan. Dan durven ze stappen te zetten.

We stimuleren cliënten om mee te denken en ideeën aan te dragen. Met als resultaat meer maatwerk. Het verschil zit vaak in heel kleine dingen. Cliënten hebben nu bij-voorbeeld inspraak in wat ze eten (binnen hetzelfde budget) en de inrichting van de soos. En in de invulling van de dagbeste-ding. Vroeger was dat knippen, plakken en schilderen. Nu kunnen cliënten aange-ven wat ze willen. Daar is bijvoorbeeld de filmcursus uit voortgekomen.

5

Ook bij het veiligheidsgebeuren binnen een voorziening en de huisregels zie je dat cliëntparticipatie zeker waarde heeft. Het rooster en de huisregels zijn bijvoorbeeld aangepast aan de wensen van cliënten én medewerkers.’

Ondersteuner cliëntenraad‘Bewoners en bezoekers worden niet in de MO geboren. Ze hebben allemaal dingen geleerd in het leven waar we als mens en als organisatie wat aan kunnen hebben.’

Kerngroepen

In 2008 zijn de voorbereidingen getroffen voor de op-richting van kerngroepen van bewoners en bezoekers in de 24-uursvoorzieningen en de dagbesteding. Deze kern-groepen zijn belangrijke instrumenten in de cliëntpartici-patie. Deelnemers scheppen daar samen een klimaat waar cliënten durven praten en aangeven wat ze echt willen en kunnen. Cliënten vertellen daar dingen over zichzelf die openingen bieden naar verdere ontwikkeling. Ze worden zich bewuster van wat ze willen, geprikkeld en gemotiveerd door elkaars verhalen en voorstellen.

Kerngroepleden dragen verbeteringen en aanpassingen in het beleid aan, denken mee in het beleid en werken nauw samen met staf en leiding om de voorgestelde verbeterin-gen en beleidsvoornemens te realiseren.

Andere cliënten - bezoekers en bewoners - komen met hun wensen, verlangens en klachten naar de kerngroepleden. Die verzamelen de informatie en brengen die in de kern-groepvergadering in. Cliënten die niet zo gemakkelijk iets tegen de staf durven te zeggen of bang zijn dat wat ze te zeggen hebben te triviaal is, benaderen sneller de kern-groepleden.

De leden van de cliëntenraad en de kerngroepen zijn de ambassadeurs van de nieuwe werkwijze, die het nieuwe denken over participatie verspreiden. Ze proberen de ach-terban, die niet altijd gemakkelijk te activeren is, te stimu-leren om mee te denken en in beweging te komen.

Voorzitter kerngroep‘Cliëntparticipatie betekent dat er op de werkvloer duidelijk en concreet een ad-viserende rol is voor klanten. En dat be-tekent dat je als klant in de persoonlijke sfeer kunt groeien. En iets terug kunt ge-

ven aan de organisatie. Voor de organisa-tie kost het meer energie: nog een partij waar je mee moet overleggen. Maar de extra energie die je steekt in het luisteren naar je klanten, krijg je terug door geïnte-resseerde en gemotiveerde klanten.’

Kerngroeplid‘Voor mij maakt de kerngroep het een stuk prettiger in huis. Ik kan me ergeren aan kleine dingen. Bijvoorbeeld aan het ontbreken van een handdoekenrekje in de badkamer en de wastijden. Daar kan ik nu over meepraten. De kerngroep maakt dat je je meer thuisvoelt, omdat niet alles wordt opgelegd.’

PAJA

Participatie Audit Jongeren Amsterdam (PAJA)In november 2008 startte de Volksbond de participatie au-dit onder de naam Young Voices, uitgevoerd door thuisloze jongeren. Deelname van de doelgroep is het essentiële uit-gangspunt van deze audit. De jongeren volgen een training in het keuren van voorzieningen op onder andere het par-ticipatiegehalte. En ze stellen wijzigingen en aanvullende maatregelen voor, verwerkt in een zogenaamd reparatie-plan.

Een belangrijke doelstelling van de audit is dat er een open gesprek tussen auditoren en voorziening ontstaat. Op een heel concrete, doelgerichte manier. Een belangrijk neven-doel is het vergroten van het wederzijdse begrip. Essentieel is dat jongeren die zelf dak- en thuisloos zijn of zijn geweest, de interviews afnemen. Door het gedeelde verleden, hebben ze een bijzondere band met de dak- en thuisloze jongeren die ze interviewen. Hierdoor ontstaat een open en ontspannen gesprek.

Jongeren en begeleiding bespreken tijdens de keuringsbij-eenkomsten de uitgewerkte resultaten van de interviews. Ze raken dan echt fundamenteel in gesprek. Iedereen er-vaart het als heel prettig en veilig om in zo’n omgeving over knelpunten te praten. Thema’s variëren van relatief lichte onderwerpen als de kwaliteit van het eten, tot lastige en pijnlijke onderwerpen als het schorsingsbeleid.

Begeleider vanuit Projektenburo over PAJA:‘Het belang van de audit is dat jongeren een concrete inbreng hebben in het verbe-

6

teren van hun eigen leefwereld. Als ze het idee hebben dat ze serieus genomen wor-den, ontplooien ze zich. Met de audit heb-ben jongeren ruimte gekregen om zich te laten horen. Daar zijn ze zelfverzekerder van geworden. Ze durven daardoor dingen te proberen die ten goede komen aan hun persoonlijke ontwikkeling en aan de ver-houding met hun begeleiders en hulpverle-ners. De communicatie verbetert.

Ze leren zichzelf niet als slachtoffer te zien, maar als partner om hun situatie te verbeteren. Begeleiders en hulpverleners kijken vervolgens anders tegen de jonge-ren aan. Ze leggen de lat hoger, verwach-ten meer van hen. En zo ontstaat een op-waartse spiraal.’

Begeleider vanuit Projektenburo over cliëntparticipatie:‘Gewoon … over en weer meedoen. Geven en nemen. Het gaat erom dat cliënten zich ontwikkelen. Dat kunnen ze alleen als ze vanuit zichzelf beginnen.’

4. Kwaliteitsbeleid

In 2008 is de Volksbond HKZ-gecertificeerd. Het behalen en behouden van het HKZ-certificaat vinden we belangrijk: een zichtbare erkenning van de kwaliteit van ons werk. HKZ is een goed instrument om te monitoren of we de goe-de dingen doen en of we die goed doen.

Een keurmerk zegt op zich niet veel over de mate van te-vredenheid of geluk die cliënten ervaren. Het toetst vooral of processen, protocollen en systemen op orde zijn en ade-quaat worden gebruikt.

Daarom toetsen we ook de cliënttevredenheid, vanuit een doorlopende informatiestroom vanuit bezoekers en bewo-ners. Behalve door de jongerenaudit onder meer door een tevredenheidonderzoek voor en door cliënten in de dag-besteding. Daarnaast zijn de kerngroepen in toenemende mate de ogen en oren van cliënten.

Het werken aan de verbetering van de kwaliteit van zorg is een continu proces. Kwaliteit is daarom een met regelmaat terugkerend agendapunt in het managementteam en bij de

teamleiders van de locaties.

Kwaliteitsfunctionaris‘Het leveren van kwaliteit betekent dat je als organisatie, binnen je mogelijkheden, biedt wat mensen vragen. Dat je optimaal rendement behaalt. Voor cliënten en me-dewerkers.Cliënten zijn ook consumenten. Ze zijn kritisch op wat ze kopen. Als cliënten goed kunnen aangeven wat ze willen, zijn ze be-palend in het beïnvloeden van de kwaliteit van een organisatie.’

Belangrijke onderdelen van het kwaliteitsbeleid en de HKZ in 2008 waren onder meer het beschrijven van processen, de medewerkersaudits en een meerjarenonderzoek in het Bertolt Brecht Huis en de hiervoor beschreven jongerenau-dit.

Beschrijving processen

In het kader van de HKZ-certificering zijn alle primaire en ondersteunende processen, documenten, protocollen en werkafspraken volgens de normen geëvalueerd en beschre-ven. En samengevoegd in het overzichtelijke en gebruikers-vriendelijke Digitale Handboek. Het doel van dit handboek is het creëren van duidelijkheid over wat we als organisatie van medewerkers verwachten en wat zij van de organisatie kunnen verwachten.

Na de aanvankelijk grote tijdsinvestering, besparen de be-schrijvingen en de daaruit volgende standaardisatie nu tijd in de uitvoering van het werk. Tijd die ten goede komt aan het directe contact met de cliënt.

Medewerkers-audits

Kwaliteit speelt door in werkelijk alles wat een organisa-tie doet. Een kwaliteitssysteem houdt in: continu processen tegen het licht houden en verbeteren. Een nooit ophoudend verhaal. In dit kader is het goed als medewerkers regelma-tig bewust kijken naar waar ze mee bezig zijn. In de drukte van alledag ontbreekt het vaak aan de rust en de afstand om kritisch naar het eigen werk te kijken.

Daarom voeren Volksbondmedewerkers, in het kader van HKZ, audits uit. Ze bevragen elkaar. In 2008 vooral over heel basale zaken, zoals het gebruik van het Digitale Hand-boek en het rapporteren in het registratiesysteem Clever. Om na te gaan of handelingen worden uitgevoerd zoals af-gesproken en vastgelegd in het handboek.

Een team van medewerkers uit alle voorzieningen onder

7

‘Je mag er zijn, je bent welkom, jouw ideeën en wensen tellen.’

De psychische, lichamelijke en sociale aspecten van mensen vormen een samenhangend geheel en beïnvloeden elkaar.

8

De psychische, lichamelijke en sociale aspecten van mensen vormen een samenhangend geheel en beïnvloeden elkaar.

9

leiding van de kwaliteitsfunctionaris levert de auditoren. In tweetallen nemen ze interviews af op locaties waar ze zelf niet werken. Hun interesse gaat vooral ook uit naar dingen die goed gaan en naar creatieve oplossingen voor knelpunten die in andere voorzieningen van de Volksbond ook goed kunnen werken. De auditoren zijn de ogen en oren voor alle kwaliteitsverbeteringen.

Medewerkers-auditor‘Ik vind de interne audits fantastisch. Het is een manier om mensen volgens be-paalde regels te laten werken. Ze daarop te wijzen, ze dat te laten zien. We zijn nu veel gedegener aan het werk. Het wordt professioneel.

Door collega’s via de audits steeds weer op de afspraken te wijzen, gaan mensen echt volgens bepaalde principes en regels werken. We werken nu ook meer vanuit een breed gedragen visie.

In het kader van een audit komen we meerdere keren terug. Daardoor kunnen we de huidige werkwijze verbeteren en verfijnen. Door de audits maken we de medewerkers ook attent op de mogelijk-heden van het Digitale Handboek.’

Onderzoek Bertolt Brecht Huis

2008 was het derde jaar waarin een externe onderzoeker de effecten mat van een nieuwe begeleidingsmethodiek, betere huisvesting en intensieve ketensamenwerking op de doorstroom van jongeren. Vanuit de visie van mede-werkers op de ontwikkeling van BBH- jongeren.

Een voordeel van een langlopend (vierjarig) onderzoek als dit, met terugkerende deelrapportages, is dat ieder-een scherp blijft op lastige thema’s. En blijft werken aan verbeteringen en vernieuwing. Zoals het bespreekbaar blijven houden van middelengebruik en het herstel van contact met familie. De meeste jongeren vinden het lastig als de begeleiding zich hiermee bemoeit.

5. Ketenpartners en de omgeving

De Volksbond is een nichespeler in de gemeente Am-sterdam, de laatste jaren zowel als MO-organisatie als

AWBZ-aanbieder. We vormen een schakel in een keten van een grote diversiteit aan aanbieders van zorg en diensten. In de veranderende zorgmarkt zijn collega-instellingen zowel partners als concurrenten. Goede sa-menwerking en afstemming met deze ketenpartners zijn noodzakelijk om onze activiteiten te kunnen uitvoeren en doelen te kunnen behalen. In het belang van optimale cliëntenzorg, vervullen we daarom een actieve en professionele rol in de keten.

De Volksbond in de stad

De Volksbond werkte in 2008 actief mee aan het rea-liseren van de G-4 afspraken. Een belangrijke ontwik-keling in de stad Amsterdam betrof de geïntensiveerde stedelijke samenwerking met alle belangrijke keten-partners. Het doel hiervan is om voor MO-cliënten een passend zorgtraject te realiseren en de in- en uitstroom optimaal te regelen. Dit vraagt van ons dat we actief en snel inspelen op maatschappelijke ontwikkelingen en de vraag naar nieuwe diensten. Management, medewerkers en cliëntenraadsleden hebben hiertoe zitting in tal van Amsterdamse en landelijke overleggen.

We bieden onze diensten en zorg aan in de stad Amster-dam, aan mensen met ernstige GGZ- en OGGZ problema-tiek en problemen samenhangend met langdurige dak- en thuisloosheid. Deze mensen veroorzaken soms (een ge-voel van) onveiligheid en overlast in de openbare ruimte. We leveren een belangrijke bijdrage aan de leefbaarheid in de stad, de wijk en aan het welzijn van de cliënten door deze mensen op te vangen, een zinvolle dagbesteding te bieden, hen te begeleiden bij het zelfstandig wonen en hen bovendien actief te ondersteunen bij verdere verbete-ringen van hun leefomstandigheden.

In dit kader zijn in 2008 voorbereidingen getroffen om nieuwe grootschalige en kleinschalige opvang te realise-ren. En daarbij overlast, met actieve inzet van onze cliënten, te voorkomen.

Concreet betekende dit: • Stappen in de realisatie van een nieuwe grote woon-• vorm. 50 zelfstandige woningen met zorg dichtbij voor • langdurige bewoning en zorg voor mensen met chroni-• sche problemen. Vanuit de overtuiging dat met de • juiste voorwaarden dit ook mogelijk is voor deze groep. • Daarnaast op dezelfde locatie 25 doorstroomplekken. • Ontwikkelingen in verbeterde huisvesting voor jonge-• ren. • Aanvang met het vervangen van bestaande voorzienin • gen. Met als insteek: door een betere infrastructuur • • de doelen beter te kunnen waarmaken.• Actieve inzet op het opheffen van de meerpersoons-• kamers in het Fokke Simonsz Huis. De Volksbond • vindt deze onwenselijk. Dit sluit niet aan op onze visie • op goede zorg. Begeleidingsdoelen zijn niet te behalen • als voor elkaar vreemde volwassenen met complexe

10

• problematiek dicht op elkaar moeten wonen. • Actief, met de belangrijke inbreng van cliënten, uit-• breiden van het dagbestedingaanbod en tevens werven • van nieuwe deelnemers. Voor alle nieuwe diensten en voorzieningen geldt dat we ze anders willen inrichten door actieve cliëntparticipatie. De uitstraling moet nog nadrukkelijker worden: ‘je mag er zijn, je bent welkom, jouw ideeën en wensen tellen.’

De Volksbond in de wijk

De Volksbond ziet het als een belangrijke taak om (het gevoel van) veiligheid tussen cliënten onderling, tussen cliënten en medewerkers en tussen cliënten en buurtbe-woners te borgen. In nauwe samenwerking met de kern-groepen van cliënten zijn duidelijke huisregels bedacht en vastgesteld. Deze zien ook uitdrukkelijk toe op het voorkomen van problemen in de nabijheid van de voor-zieningen.

Kerngroeplid‘De nieuwe huisregels geven je een gevoel van vrijheid. Door de huisregels ervaar je als bewoner minder druk. Je beweegt je makkelijker. Er wordt minder opge-legd. Je kan daardoor opener zijn over je eigen leven en makkelijker problemen bespreken met je mentor.Dat je thuis een biertje kan drinken of een flesje wijn kan openen, dat scheelt een heleboel. Mensen gaan nu eerder naar boven om op hun kamer een biertje te drinken dan buiten op straat.’

Rond de MO-woonvoorzieningen is een begeleidingscom-missie actief. Dit is een signalerend platform van betrok-ken burgers en directe buren, winkeliers, de politie, een ambtenaar van de Dienst Zorg en Samenleven (DZS) en de leiding van de voorziening. Het doel van de commis-sies is het voorkomen en zoveel mogelijk beperken van overlast vanuit of door een opvangvoorziening. Door er dicht op te zitten, door tijdig te signaleren wat er aan de hand is en samen te kijken waar oplossingen liggen. De commissie reageert altijd snel. Dit werkt heel de-escalerend voor alle betrokkenen.

Rond verschillende voorzieningen van de Volksbond houden veegploegen de straten en parkjes schoon. Een paar keer per week trekken cliënten met prikstokken en vuilniszakken erop uit, in weer en wind. Buurtbewoners ontvangen uitnodigingen voor culturele activiteiten in de wijk zoals een expositie van door cliënten gemaakte

kunst, een overdekte markt, een levende kerststal en mu-ziek- en poëzie bijeenkomsten. Dit zijn leuke en positieve gelegenheden om elkaar als buren te ontmoeten en met elkaar kennis te maken.

6. Organisatiestructuur en beleidsmatige zaken

Organisatiestructuur

De Volksbond is een stichting met een éénhoofdige Raad van Bestuur (RvB). De RvB draagt de verantwoordelijk-heid voor de stichting en is belast is met de algemene leiding van de organisatie. Ze geeft leiding aan het ma-nagementteam bestaande uit het Hoofd Economische en Administratieve Dienst, de Manager Zorg en het Hoofd P&O.Het bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toe-zicht (RvT). Deze opereert op basis van een reglement dat de zorgbrede Governance Code volgt, een landelijke richtlijn voor goed bestuur, goed toezicht en een adequa-te verantwoording van zorgaanbieders.

Personeelsbeleid

Bij cliëntparticipatie gaat het om het veranderen van de relatie tussen cliënt en organisatie. Heel fundamenteel en diepgaand, met belangrijke gevolgen voor de organisatie als geheel. Als kerngroepen echt beslissingen nemen, zijn verschuivingen in de verhoudingen en de cultuur onver-mijdelijk. Van management, medewerkers en cliënten vraagt dit een mentaliteit- en attitudeverandering en de bereidheid om out of the box te denken. Daarvoor kies je als organisatie kleur.

Van medewerkers vraagt cliëntparticipatie in eerste in-stantie het vermogen om te reflecteren op het eigen han-delen en het durven loslaten van bekende werkwijzen en methodieken. Daarnaast een gezonde portie nieuwsgie-righeid en lef om te experimenteren met nieuw gedrag. Als organisatie bieden we onze medewerkers een veilige omgeving om te oefenen met dit nieuwe gedrag waarin ze fouten mogen maken. We creëren hiervoor de speel-ruimte. En we prikkelen medewerkers om het anders te doen. P&O biedt daarvoor de kaders.

Cliëntparticipatie leeft binnen alle gelederen van de Volksbond. Veel medewerkers zijn er actief mee bezig. Voor een aantal van hen was het altijd al de ‘normale’ praktijk van hun werk.

Hoofd P&O‘Cliëntparticipatie betekent voor mij persoonlijk: het potentieel dat je binnen

11

je organisatie hebt, benutten. Wanneer je iets kan, moet je het ook doen. Binnen je vermogen. Bijvoorbeeld als ervaringsdes-kundige of als lid van de cliëntenraad.’

Cliëntparticipatie

Cliëntparticipatie biedt een mooie kapstok voor functieont-wikkeling en doorstoomperspectief. Samen met de teamlei-ders, medewerkers en cliënten willen we een ‘plaatje schet-sen’ van de competenties van ‘de medewerker’. Met elkaar in dialoog gaan over wat een medewerker nodig heeft aan levensinstelling en deskundigheid om daadwerkelijk met cliëntparticipatie aan de slag te gaan. We willen daarbij een reële fasering mogelijk maken en medewerkers de tijd geven om te groeien. Van onbewust onbekwaam, via bewust onbekwaam en bewust bekwaam, naar onbewust bekwaam. Dat is een traject.

In 2008 is door de afdeling P&O ook fundamenteel geïn-vesteerd in efficiënter werken. Pink, het personeelsinfor-matiesysteem, is geïmplementeerd. Door werkzaamheden op de afdeling P&O soepeler en minder beheersmatig te laten verlopen, blijft meer tijd over voor de medewerkers. Met als uiteindelijk rendement het optimaal managen van potentieel van medewerkers en proactief signaleren wat er in de organisatie leeft.

Ondernemingsraad

De leden van de OR komen elke maand bij elkaar. Elke twee maanden is er een directieoverleg. OR en directie on-derzochten in 2008 welke thema’s en vragen ze op welke wijze in de OR behandelen en welke meerwaarde ze voor el-kaar hebben. De organisatie moest, na een periode met een ‘slapende’ OR, weer opnieuw wennen aan een actieve OR.

De OR is het formele kanaal voor medewerkers om hun stem te laten horen. Niet van individuele medewerkers. Het gaat om team- of afdelingsvragen, om beleidsmatige en ar-beidsrechtelijke zaken die breder gaan dan het individu. Onderwerpen waren ondermeer: nieuwe werktijden en roos-ters in relatie tot veiligheid, deskundigheidsbevordering, reiskostenvergoeding en het transparant maken en wegen van functies.

Net als bij de cliëntenraad gaat het niet om tegenstellin-gen. De OR is er niet ‘voor het personeel en tegen de direc-tie’. Management en OR kijken samen, heel bewust, vanuit verschillende invalshoeken, naar de regels en afspraken en de consequenties daarvan voor de organisatie.

De OR onderhoudt ook contact met de cliëntenraad. De be-langen van medewerkers en personeel kunnen soms botsen. OR en cliëntenraad gaan dan op zoek naar de gezamenlijke belangen. Bijvoorbeeld rond roostervragen en veiligheid.

Voorzitter ondernemingsraad‘De cliëntenraad komt op voor de belan-gen van de bewoners en bezoekers, wij voor de medewerkers. We hebben vaak aparte, maar ook gezamenlijke belangen. De gezamenlijke belangen hangen vooral samen met het bewaken van de veiligheid in huis. We willen allebei dat de voorzie-ningen zo veilig mogelijk zijn. Dat is ons gemeenschappelijke doel.’

Het is belangrijk dat de OR steun heeft van de achterban. Een aandachtspunt voor de toekomst is om de medewer-kers binnen de verschillende voorzieningen nadrukkelijker te betrekken bij en te informeren over de werkzaamheden van de OR.

Financiering

In 2008 startte de Volksbond met de voorbereidingen voor de veranderingen in de AWBZ- en WMO financieringssy-stematiek.

De werkgroep zorgzwaartepakket (ZZP) inventariseerde de veranderingen en de consequenties voor het zorgaanbod in de beide RIBW’s van de Volksbond. De werkgroepleden luisterden naar de wensen van cliënten en hoe ze die in zorg vertaald wilden zien. Er is in 2008 een aanvang gemaakt met het beschrijven van het basispakket ZZP. In het pro-ductenboek staan de bij de Volksbond beschikbare zorgar-rangementen. Dit biedt cliënten, met ingang van 2010, meer keuzemogelijkheden. Tegelijkertijd treden misschien meer beperkingen op. Het zal dan lastiger worden om hulp en diensten buiten het begeleidingsplan te bieden.

Vroeger kon een RIBW rekenen op een vast budget per jaar, gebaseerd op het aantal bedden. Met ingang van 2010 is het jaarlijks beschikbare bedrag afhankelijk van de cliëntpopulatie in huis die een ZZP kunnen hebben, va-riërend van 1 (lichte ondersteuning) tot 7 (intensieve 24-uurszorg). De werkgroep ZZP heeft naast het producten-boek nagedacht over mogelijkheden voor de flexibele inzet van personeel en over de kostensystematiek. Deze thema’s, die resulteren in wezenlijke veranderingen in de zorg, zijn besproken met de OR en met cliëntenraad.

12

Kerncijfers structurele aanbod

Aantal medewerkers In dienst

2007 2008

129 142

Voorzieningen Aantal plaatsen Aantal overnachtingen Cliënten Cliëntwaardering

man vrouw man vrouw

24 uurs opvang 2007 2008 2007 2008 2007 2008 2007

FSH 60 60 19644 20849 87% 13% 90% 10% 7,14

BBH 30 31 9680 10117 71% 29% 64% 36% 5,31

RIBW’s

Het Westhuis 23 23 8395 8370 68% 32% 69% 31% 8,6

De Brecht 23 25 8308 8792 73% 27% 83% 17% 8,6

Begeleid wonen

Kazerne

Volwassenen 9 9 169 2438 100% 100%

Kinderen 3 6 121 1619

Sarphatistraat 102 6 6 984 2075 86% 14% 79% 21%

1e Helmer 10 10 3171 3605 64% 36% 76% 24% 7,6

Dagbesteding Aantal bezoeken Aantal ingeschreven cliënten Aantal plaatsen inloop/trajecten Cliëntwaardering

2007 2008 2007 2008 2007 2008

DBP 28470 31470 655 795 50 51 7,6

CPS 18250 18600 222 251 75 90 8,7

Ambulante woonbegeleiding Aantal bezoeken Aantal ingeschreven cliënten

2007 2008 2007 2008

0 1716 0 30

Kazerne geopend d.d. 12-11-2007 Sarphatistraat geopend d.d. 01-07-2007 Helmersstraat geopend d.d. 01-12-2006

Financiën 2007-2008

2007 2008

BATEN subsidies euro euro

gemeente amsterdam 2.344.418 2.841.960

overige subsidies 201.663 79.229

opbrengsten 2.546.081 2.921.189

zorgkantoor-AWBZ 3.640.467 3.922.617

eigen bijdragen cliënten 450.069 490.713

fondsen, donaties en giften 19.493 4.493

overige inkomsten 116.627 198.269

financiële baten en lasten 26.442 10.077

4.253.098 4.626.168

TOTALE BATEN 6.799.179 7.547.357

LASTEN

personeelskosten 4.286.911 5.125.802

verzorgingskosten 484.510 508.830

huur en leasing 546.943 585.717

onderhoud en energiekosten 505.523 520.052

algemene kosten 767.540 465.842

afschrijvingskosten 131.065 199.724

TOTALE LASTEN 6.722.491 7.405.967

SALDO BATEN EN LASTEN 76.688 141.390

Colofon

Uitgave van Stichting Volksbond AmsterdamSarphatistraat 104-B1018 GV Amsterdam

Telefoon 020 421 24 24

Fax 020 421 24 25

Email [email protected]

Redactie Carmen SalvadorMieneke MuntendamMerel Groeneveld

Vormgeving Elise Bakker Grafisch Ontwerpwww.ebgrafisch.nl