Isolatiemagazine 68 december 2015

48
CUI-project WCM: EFC-richtlijn vertalen in concrete tools Cini-voorzitter Gino De Landtsheer: ”Innovatie, open toegang en één gezicht isolatiebranche” Stikstofpompen Gasunie peakshaver in cryogene Foamglas-isolatie Magazine Magazine VAKBLAD VOOR DE NEDERLANDSE ISOLATIESECTOR OFFICIEEL ORGAAN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN ONDERNEMERS IN HET THERMISCH ISOLATIEBEDRIJF (VIB), DE STICHTINGEN CINI, NCTI EN OOI - JAARGANG 17 - DECEMBER 2015 THEMA: CORROSIEPREVENTIE ISOLATIE 68

description

 

Transcript of Isolatiemagazine 68 december 2015

Page 1: Isolatiemagazine 68 december 2015

CUI-project WCM: EFC-richtlijn vertalen in concrete tools

Cini-voorzitter Gino De Landtsheer: ”Innovatie, open toegang en één gezicht isolatiebranche”

Stikstofpompen Gasunie peakshaver in cryogene Foamglas-isolatie

MagazineMagazineVAKBLAD VOOR DE NEDERLANDSE ISOLATIESECTOR

OFFICIEEL ORGAAN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN ONDERNEMERS IN HET THERMISCH ISOLATIEBEDRIJF (VIB), DE STICHTINGEN CINI, NCTI EN OOI - JAARGANG 17 - DECEMBER 2015

THEMA:CORROSIEPREVENTIEISOLATIE

68

Page 2: Isolatiemagazine 68 december 2015

Charles Petitweg 39

4827 HJ BREDA

Telefoon algemeen: 0031 (0)76 587 52 52

Telefoon verkoop: 0031 (0)76 587 12 34

Telefax: 0031 (0)76 587 12 33

[email protected]

www.hanko.nl

www.hanko.nl

Ancillaries

Geperforeerde plaat

Folie

Tapes

Blindklinknagels & parkers

Binddraad

Kitten

Gaas

Gereedschap

Isolatie-leidingbeugels

Tracing

Coatings & primers

Lijmen

Butyl- & butyleenfolie

Jacketing

Aluminium

Roestvaststaal

Aluzink

Sendzimir verzinkt

Armco type 2

Gelakte plaat

Platalband

Vloer- &traanplaat

Spanband & stormband

Profielen

Sluitingen

UV –hardend polyesterplaat

PVC Isogenepak

ANCILLARIESINSULATIONJACKETING

Dé leverancier van de Benelux

Insulation

Knauf

Rockwool

Paroc

Isover

Kaiflex

Armaflex

Insulfrax

Promat

Hanko Foamglass

Hanko PIR XPS EPS

Climaflex

Trocellen Noise Reduction

Danmat Isogenopak

Page 3: Isolatiemagazine 68 december 2015

COMMENTAAR INHOUD

Smart Insulation

Topsectoren, Smart Industry, Internet of things, Industrie 4.0. In deze vergelijkbare en ver-weven begrippen uit Nederland, China en Duitsland vloeien mijns inziens twee lijnensamen op een historisch knooppunt. De eerste lijn vertegenwoordigt de doorlopende,onstuitbare vooruitgang. De huidige digitale, flexibele en gedetailleerde integratie vanmachine, mens, communicatie opent een nieuw tijdperk na de eerdere industriële revolu-tie, mechanisatie en automatisering. De tweede lijn vertegenwoordigt de economischeconjunctuur. Na de crisis bloeit de economie voorzichtig op, maar niet als vanouds. Er ont-staat een nieuwe houdbare economie die groei creëert door het principiële evenwicht teherstellen tussen welvaartsgroei, welzijn en respect voor de natuur. Het is niet ondenkbaardat de venijnige crisisdiepte en –lengte is bepaald door het samenvallen van deze massie-ve ontwikkelingen. In dat geval, en vooral bezien op lange termijn, is de crisis een ‘bles-sing in disguise’.Krijgt de technische isolatiesector te maken met de nieuwe economische en maatschap-pelijke realiteit? Nou en of, we zitten er al midden in. Het is de drijfveer achter de groteinvesteringen in de Westeuropese industrie en de op gang komende transformatie vanutiliteitsgebouwen. De isolatiesector merkt het in – zo hoor ik van verschillende kanten –kwantitatief en kwalitatief betere projecten. Ja, ook prijs-prestatielat ligt uitdagend hoog.Maar dat kunnen we aan, omdat we als vanzelfsprekend investeren in efficiëntie, in nieu-we technologie en in ketensamenwerking. De afstand wordt steeds korter tussen projecti-dee, tekentafel en de laatste isolatieparker die installatie, omgeving en portemonnee min-stens vijftien jaar beschermt tegen energieverlies en corrosievorming. Digitale engineering,nauwe en gestroomlijnde samenwerking tussen projectpartners, doelmatige inspecties enonderhoud. Stevige voorstellen en gedegen rapportages in hettekentafelstadium. De isolatiesector is ‘fit’ voor Smart Industry. Enblijft eraan werken: ook voor het isolatiebedrijf is de toekomstgelukkig nooit af.

Hans Koole

Voorzitter VIB

”Innovatie en ééngezicht”

Een Belgische opdrachtgever aan

het CINI-roer. Dat lijkt radicaal, zegt

de nieuwe voorzitter Gino De

Landtsheer. “Maar niet vreemd als we vanuit isolatieperspec-

tief de industrieconcentratie bekijken in de driehoek

Zeebrugge-Antwerpen-Rotterdam.” De technicus pur sang en

beheerder van jaloersmakende isolatiesystemen pakt het voor-

zitterschap doortastend op. Op de agenda: innovatie, toegan-

kelijkheid en “met één gezicht de isolatiebranche neerzetten”.

Stikstofpompen Gasunie in Foamglas

De LNG-installatie van Gasunieop Maasvlakte I kent twee seizoe-

nen: van 1 november tot 1 april moetdeze peakshaver binnen enkele urenkunnen ‘uitzenden’. Op het randjevan de twee seizoen voltooiden deisolatiespecialisten de drielaagseFoamglas-isolatie van vier zware cryo-gene dompelpompen. “Precisiewerkmet één kans om het goed te doen”,zegt Wiko Rotterdam bij monde vanEmil Mosch.

Non-destructief onderzoek en boerenverstand

Inspectie en non-destructief onderzoek (NDO) zijn onmisbaar in

de strijd tegen corrosie onder isolatie. NDO- en inspectiespecialist

Mistras zet wereldwijd geavanceerde

technologie in om CUI te detecteren en

te voorkomen. Nicolas Osselaer geeft

een overzicht van de technieken. Hij

benadrukt dat technologie niet-alleen-

zaligmakend is: “Begin met eigen ogen

en boerenverstand.”

7

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 3

Verder in dit nummer:

Isolatie Journaal 5

CINI: Corrosiepreventie begint op tekentafel 12

Industriebreed CUI-offensief World Class Maintenance 14

Olie- en gasindustrie zet in op Armaflex 18

“CUI is managementprobleem” 28

NCTI: Isolatiespecialist steunt CUI-preventie 30

Rockwool lanceert lichtgewicht SeaRox-programma 32

VIB-project ontsluit toegevoegde waarde utiliteitsisolatie 38

Industrieconferentie: “Manager aan de kostenknop” 41

OOI: Huis van de Isolatie vol operationeel 42

Corrosiepreventie utiliteit start met coating 44

Bij de voorpagina: Een goed of zelfs perfect ogendeinstallatie kan onder de schone schijndure corrosie onder isolatie verbergen.De industrie spant zich in om dit pro-bleem de wereld uit te helpen.Onderhoudsorganisaties, nationale eninternationale kennisinstituten en iso-latiebedrijven nemen het voortouw.

ISOLATIE Magazine is het vakblad voor de isolatiesector

en tevens het officieel orgaan van de Nederlandse

Vereniging van Ondernemers in het Thermisch

Isolatiebedrijf (VIB), de Stichting Opleidings- en

Ontwikkelingsfonds voor het Isolatiebedrijf (OOI),

Nederlands Centrum voor Technische Isolatie (NCTI) en de

Stichting Commissie Isolatie Nederlandse Industrie (CINI).

ISOLATIE Magazine verschijnt vier maal per jaar. Leden en

Buitengewone Leden van de VIB ontvangen ISOLATIE

Magazine uit hoofde van hun functie. Het magazine

wordt tevens kosteloos toegezonden aan professionals in

de branchekolom, waaronder isolatie-ondernemers,

opdrachtgevers, raadgevende ingenieurs, overheden en

beleidsmakers, onderhoudsmanagers en installateurs. U

kunt het abonnement aanvragen of beëindigen via

[email protected]

Uitgave:PrintrendementTituslaan 13, 6642 AP BeuningenT (024) 677 69 30E [email protected]

Redactie:Ewald LohmannAlinea-StokvischWingerdstraat 63, 6641 BM BeuningenT (024) 675 18 93E [email protected]

Redactieraad:Jan Zanen (VIB) Paul de Koning (NCTI en CINI)Remco Hiemstra (Armacell International)Frank Geukemeijer (Rockwool Technical Insulation BV)Hans Koole (VIB)George Kruithof (OOI)

Advertentieverkoop:Henk van der BendAdvertentietarieven op aanvraagT (024) 677 69 30E [email protected]

Uitgever: Yvonne van der Bend

Voor meer informatie over de VIB: Jan Zanen, Algemeen Secretaris VIBPostbus 2600, 3430 GA Nieuwegein T (030) 630 04 04 F (030) 605 32 08 E [email protected]

Voor meer informatie over de Stichting OOI: Postbus 2600, 3430 GA Nieuwegein T (030) 630 04 04 F (030) 605 32 08 E [email protected]

Voor meer informatie over de Stichting CINI en NCTI: Paul de Koning, Manager NCTI T (0181) 69 80 30

Fotografie:PhotolAlinea-StokvischKees de Vries

Vormgeving:PINTA grafische producties, Benschop

Druk: Printrendement

© 2015, Printrendement

24

36

Page 4: Isolatiemagazine 68 december 2015

Merford is producent, groothandel en specialist in geluidsbeheersing. Tot eind 2015 pro;teert u van 30 % korting op isolatiematerialen.

Merford biedt meer! ▪ Standaard of op maat gemaakte panelen, deuren,

dempers en geluid gedempte roosters.▪ Plaatwerk, snijden, ponsen, omkanten, laseren.

Van ontwerp tot en met productie.▪ Akoestisch laboratorium, anti-geluid, geluids-

maskering en geluidsgarantie.▪ Akoestische, brandwerende Atex deuren.

MERFORD ACOUSTIC MATERIALS LEVERT RECHTSTREEKS ISOLATIEMATERIAAL

Wij bieden:▪ Productie en distributie van geluidoplossingen.▪ Persoonlijk en deskundig akoestisch advies.▪ Ruim assortiment met onder andere Mer;Sol en

Merfolood.▪ De akoestische kennis die u van ons gewend bent.

Pro;teer dit jaar nog van onze unieke

aanbieding! Bestel snel en eenvoudig

met 30% korting op shop.merford.com.

Mark Schreuder | Merford Acoustic Materials

Tel: 0900-merford | [email protected] | shop.merford.com

Acusticab met Senzimir verzinkte staalplaat

Kortingscode: MERFISOL-30

Page 5: Isolatiemagazine 68 december 2015

THERMISCHE, AKOESTISCHE en BRANDVEILIGE ISOLATIEOPLOSSINGEN

Opdrachtgevers zien Insulation Solutions steeds vaker als het

‘kenniscentrum’ op het gebied van thermische, akoestische en

brandveilige isolatie voor de utiliteitsbouw, industrie en scheeps-

bouw. Een groot compliment, waarvoor we ons dagelijks blijven

inzetten.

Door een uitgekiende logistiek en eigen productie kunnen wij snel

en meestal direct uit voorraad leveren tegen competitieve prijzen.

Oplossingsgericht denken, handelen en adviseren de basis voor onze werkwijze

Insulation Solutions B.V.

Minosstraat 40 1722

P.O. Box 5003

5004 EA Tilburg

The Netherlands

www.insulationsolutions.nl

VCA is basisbagage

.COM YRY

Page 6: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE JOURNAAL

Industriële isolatie levert. Met deze kernachtige bood-

schap markeert de Europese Federatie voor Industriële

Isolatie EiiF de klimaatdiscussies rondom de klimaattop

COP21 te Parijs.

EiiF zet in een brochure het isolatiepotentieel voor de

Europese Unie op een rij:

• Aanbrengen van ontbrekende en reparatie van bescha-

digde isolatie bespaart 460 petajoule per jaar. De beno-

digde eenmalige investering van € 900 miljoen bespaart

de industrie € 3,5 miljard productiekosten op jaarbasis.

• De gemiddelde terugverdientijd van isolatie-investerin-

gen is één tot twee jaar. Het is bovendien een van de

gemakkelijkst te implementeren energiebesparende

technieken. In de praktijk valt de terugverdientijd vaak

nog aanmerkelijk korter uit.

• Isolatie doet ook aan geopolitiek: industriële isolatie

kan de import van Russisch aardgas met zo’n 12,5 pro-

cent terugbrengen. De EU is voor 53 procent van de

energiebehoefte afhankelijk van import, goed voor een

dagelijkse rekening van 1 miljard euro. Dat is 2,5 maal

zoveel als in 2013.

• Industriële isolatie reduceert de jaarlijkse CO2-emissie

met 49 megaton, vergelijkbaar met de uitstoot van 18

miljoen auto’s.

- Voorzichtige schattingen laten zien dat ontbrekende en

beschadigde isolatie frequent voorkomt. Dit wordt voor-

zichtig becijferd voor lage-, midden- en hogetemperatuur-

systemen op tien, zes en twee procent. Verbeterde isolatie

spaart hier niet alleen de omgeving, maar verhoogt ook

de persoonlijke veiligheid.

Zaterdag 19 december 2015 doofde de karakteristieke

pluim van de kolengestookte elektriciteitscentrale te

Weurt, aan de rand van Nijmegen. In het kader van het

energie- en milieubeleid heeft Engie (GDF Suez/Electrabel)

de centrale gesloten. Daarmee gaat een karakteristiek ijk-

punt anno 1936 voor generaties inwoners van Nijmegen en

Maas en Waal verloren. Isolatiebedrijven zullen het ook

met enige nostalgie bezien, gezien het vele werk dat er

tientallen jaren lang is verricht. De grote leidingbochten

zijn er een klein maar beeldbepalend onderdeel van. De

bedoeling is het terrein in te richten als LNG-vulstation en

er tevens zonnepanelen en eventueel windmolens te plaat-

sen. Op grond van afspraken in het Energieakkoord gaan

vijf oudere kolencentrales in Nederland dicht. Na Weurt

volgen Geertruidenberg, Borssele en twee Maasvlakte-cen-

trales.

6 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

De laatste pluim

Industriële isolatie levert

De herziene en bijgewerkte versie van EFC-uitgave

‘Corrosion under Insulation (CUI) – Guidelines’ is 17

november 2015 verschenen bij Elsevier-dochter

Woodhead Publishing in Materials.

‘Corrosion under Insulation (CUI) –

Guidelines’ (ISBN 9780081007143), ook

bekend als publicatie EFC 55, is samenge-

steld door dr. Stefan Winnek, directeur van

SW Materials and Corrosion Ltd te

Southampton (UK) en oud medewerker van

ExxonMobil UK. De eerste versie verscheen

in 2008. Basis is de input van werkgroepen

WP 13 en WP 15 van de European

Federation of Corrosion (EFC) in Parijs. Het

boek behandelt corrosie onder isolatie in de

belangrijkste on- en offshore industrieën in

onder meer chemie, petrochemie en raffinaderijen, ener-

gieopwekking. Het boek omvat uitgebreide bijlagen met

praktische informatie over implementatie van ‘best practi-

ces’, praktijkervaringen en praktijkstudies. Verschillende

bedrijven uit de betrokken sectoren hebben actief meege-

werkt. De auteur heeft twee jaar gewerkt aan de

revisie. Het boek behandelt het thema grondig.

Uiteraard komen voorbehandeling en isolatiesy-

stemen uitvoerig aan de orde, naast onder meer

inspectietechnologie, economische en beleidsma-

tige aspecten en ontwerpadviezen gericht op

CUI-preventie.

Het boek telt 162 pagina’s en kan worden besteld bij

Elsevier Store (store.elsevier.com) voor € 175,--. Vooralsnog

geldt een introductiekorting. Verzending is kosteloos,

ongeacht het afleveradres.Uiteraard is het boek ook lever-

baar via de lokale boekhandel.

Nieuwe editie CUI-richtlijnen

Page 7: Isolatiemagazine 68 december 2015

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 7

Exhibition Centre Cologne

11–12 May 201610th International Trade Fair for Industrial

Insulation Materials and Technologies

www.insulation-expo.com | Formerly ISO MesseOrganised by

Insulation Materials and T

International Tth10

echnologiesInsulation Materials and T

or Industrialair frade F International T

a2 M1–11Exhibition Centre Cologne

610y 2aExhibition Centre Cologne

yanised bgOr

A D V E R T E N T I E

Isolatiesystemen spelen een rol in de energieprestatie

van industrie en utiliteit, uit te drukken in geld, terug-

verdientijden, veiligheid, milieuscore en andere key

performance indicatoren. Isolatie speelt ook een esthe-

tische rol. In de industrie trots zichtbaar, in de utiliteit

in de vorm van schoonheid achter de gesloten deur

van technische ruimte, in kelders en boven plafonds.

Ook een mooi technisch, financieel/energetisch

resultaat bereikt met een isolatieproject dat mag

worden gezien? Stuur een mailtje naar

[email protected], zodat we het in de

verdiende schijnwerpers kunnen zetten.

Van 11 tot en met 12 mei 2016 wordt in het beurscomplex

te Keulen de internationale isolatiebeurs IEX georgani-

seerd. Dit is de opvolger van de tweejaarlijkse ISO-beurzen.

De beurs biedt een inspirerend podium voor de internatio-

nale vakwedstrijden, waaraan landenteams uit de vooraan-

staande Europese isolatienaties meedoen. Uiteraard is

Nederland van de partij, met een door OOI getraind team

jonge vakmensen. Zij moeten het opnemen tegen cracks uit

onder meer Duitsland, Oostenrijk en de Scandinavische lan-

den. Meermaals heeft Nederland zijn plaats in de top

bewezen, te midden van deze geduchte sportieve concur-

rentie. De aftrap tot de wedstrijden wordt al op 10 mei

2016 gegeven, aan de vooravond van IEX.

Vakwedstrijden op IEX

Fesi-leden willen korte metten maken met corrosie onder

isolatie. Tijdens het najaarscongres van de Federatie van

Europese Isolatieorganisaties in Cannes, oktober 2015,

heeft de technische commissie voor thermische isolatie

een uitvoerige vragenlijst vastgesteld. Dit is de eerste stap

naar een holistische CUI-aanpak, dat wil zeggen dat alle

mogelijke technische en beheersmatige aspecten volledig

meewegen. Tot nu toe richt CUI-preventie zich naar het

oordeel van de industrie nog te veel op afzonderlijke ele-

menten. Doel van het Fesi-initiatief is een serie actuele

praktijkrichtlijnen die alle

beschikbare informatie

bundelt. Via www.fesi.eu

kan de vragenlijst worden

gedownload. De bedoe-

ling is dat zoveel mogelijk

industriële ondernemin-

gen participeren en de

enquête voor 12 februari

2016 indienen.

Holistische CUI-aanpak

Project

Page 8: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE INTERVIEW

”CINI is en blijft de organisatie die de standaard neerzet

voor industriële isolatieapplicaties. Het is een wereldstan-

daard die zich gemakkelijk meet met Europese en

Amerikaanse normen. Het verdient een plaats op de voor-

grond omdat het meer dan bijvoorbeeld EN of NACE een

complete standaard is met voorschriften en geborgde

oplossingen. Dat heeft impact op de hele industriële

wereld, dus wil ik wereldwijde bekendheid en verspreiding

bevorderen”. Dit zegt CINI-voorzitter Gino De Landtsheer

in zijn beleidsplan. “Eerst richten we de focus op de

Benelux – zou wat mij betreft Isolatie Magazine ook moe-

ten doen – en vervolgens stapsgewijs en projectmatig ver-

der.”

Medio november 2015 nam De Landtsheer, verantwoorde-

lijk voor de leidingsystemen van het Borealis-concern, het

CINI-voorzitterschap over van Hans Naborn. “Een nogal

radicale overgang”, zegt hij met zichtbaar genoegen: “Een

Belg aan het CINI-roer, en nog een opdrachtgever ook.

Maar natuurlijk ook midden in de enorme industrie- en

dus ook isolatiedriehoek Zeebrugge-Antwerpen-

Rotterdam.”

Sanering leidingspecificatiesDe match tussen Gino De Landtsheer en CINI heeft een

pragmatische achtergrond, waarin – zo blijkt meermaals in

het gesprek – zowel de technische bevlogenheid als de

Borealis-filosofie accenten leggen. Om met het laatste te

beginnen: “Iedereen in ons bedrijf, waar dan ook, legt

gewicht in de schaal en wordt geacht aan te pakken wat

hij ziet: een melding heeft altijd de voorkeur boven niets

zeggen”, licht De Landtsheer toe. “Ons bedrijf voert vanuit

alle echelons en disciplines verplichte objectieve observa-

”Een Belgische opdrachtgever aan het CINI-roer. Dat lijkt

redelijk radicaal”, zegt Gino De Landtsheer, in november

2015 aangetreden als voorzitter van het norminstituut voor

industriële isolatie. “Maar niet zo vreemd, als we vanuit iso-

latieperspectief de enorme industrieconcentratie bekijken in

de driehoek Zeebrugge-Antwerpen-Rotterdam.” De techni-

cus pur sang en actief beheerder van jaloersmakende isola-

tiesystemen pakt het CINI-voorzitterschap doortastend op.

Hoog op de agenda: innovatie, toegankelijkheid en “met

één gezicht de isolatiebranche neerzetten”.

8 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

CINI-voorzitter Gino De Landtsheer:

”Innovatie, open toegang enéén gezicht isolatiebranche”

”Onder eindgebruikers en binnen de branche mag CINI zich

zichtbaarder manifesteren”

Gino De LandtsheerGino De Landtsheer (1968) te Lokeren behaalde in 1991

zijn mastergraad Elektromechanica, de basis voor zijn car-

rière in de chemische en petrochemische industrie. Hij was

als engineer en projectmanager verantwoordelijk voor het

ontwerp van explosieveilige installaties in de olie- en gas-

industrie, petrochemie/raffinaderijen. Wereldwijd leidde

hij 65 projecten met alle denkbare isolatiespecificaties,

waaronder de BASF Jupiter I en II-plants die Belgische,

Nederlandse en Duitse industriegebieden van zeer zuivere

waterstof voorzien.

Sinds 2008 is Gino De Landtsheer bij Borealis als Senior

Group Expert Piping & Valves wereldwijd verantwoorde-

lijk voor alle leidingsystemen met een groot aantal onder-

scheiden leidingclassificaties en uiteenlopende com-

plexiteit.

Om nauwe voeling met de praktijk te houden exploiteert

Gino de Landtsheer tevens ingenieursbureau G-Tech in

Lokeren. Deze onderneming verzorgt ontwerp, advies en

CAD-diensten voor onder meer de olie- en gasindustrie.

Een tweede specialisme van G-Tech is ontwerp en pro-

grammering van geavanceerde en complexe domotica-sys-

temen voor zowel woning- als bedrijfstoepassingen.

Page 9: Isolatiemagazine 68 december 2015

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 9

ties uit. Operators, die de installaties door en door kennen,

moeten tijdens shutdowns de isolatiecontractors wijzen op

hetgeen nog moet worden uitgevoerd. Bij een recente

inspectie signaleerde het management de hoge kwaliteit

van het isolatiewerk. Voor mij de onverdachte praktijkbe-

vestiging dat het CINI-Handboek wel degelijk een mooi

stuk gereedschap voor onze markt is.”

Als eindverantwoordelijke voor alle leidingsystemen van

Borealis – wereldwijd – beheert de nieuwe CINI-voorzitter

in principe vele honderden piping-specificaties, inclusief

engineeringdetails, appendages, conservering/painting en

isolatie. Het grote aantal specificaties wordt onder meer

bepaald door mediumtemperaturen en –druk en tal van

materiaal-mediumcombinaties. De beheerstrategie was er

op gericht met minder specificaties meer media te bestrij-

ken. Met dit doel en de gedachte dat niet iedereen zijn

eigen wiel hoeft uit te vinden, heeft Gino De Landtsheer

de CINI-normen gespiegeld aan de interne specificaties.

“CINI bundelt grote kennis van verschillende toonaange-

vende collega’s en hun installateurs. Allemaal met hetzelf-

de doel: een goede afwerking met bewezen deugdelijk-

heid op lange termijn, tegen lage kosten. Met die insteek

hebben we CINI-doorgeploegd en onze eigen specificaties

herschreven en geactualiseerd. Inderdaad, met het fiat van

de directie, waarbij de kostenefficiëntie op lange termijn

natuurlijk een belangrijke plus in de argumentatie is.

Borealis stelt van oudsher reeds hoge eisen aan isolatiebe-

drijven. Nu wij daaraan de CINI-standaard toevoegen, gaan

we er kwalitatief per definitie op vooruit. Bovendien ver-

betert dit de duidelijkheid en accuratesse van isolatieoffer-

tes.

WisselwerkingDe intensieve contacten brachten Gino De Landtsheer in

2014 in de ‘Warme Commissie’. “Een wisselwerking”, blikt

hij terug. “CINI heeft waardevolle bijdragen geleverd aan

de herziening van onze leidingspecificaties, omgekeerd heb

ik als eindgebruiker mijn inbreng geleverd in de commissie.

Daarom heeft mijn bedrijf groen licht gegeven voor mijn

CINI-werk, eerst in de Warme Commissie en vanaf nu als

voorzitter. CINI is de partner die ons en onze collega’s en

isolatiebedrijven in de industrie ondersteunt in toepassing

van isolatiesystemen. Het biedt ons ook de zekerheid dat

onze specificaties altijd up-to-date zijn, want we hebben ze

zo ingericht dat ze aan de CINI-standaard zijn gekoppeld.

Eigenlijk is mijn technische leven dus duidelijker en gemak-

kelijker geworden”, lacht Gino De Landtsheer.

BorealisBorealis – de verkorte Latijnse naam voor Noorderlicht – is

in 1995 opgericht als joint-venture van het Noorse Statoil

en het Finse Neste. Eerste en oorspronkelijk pijler is de

productie van polyolefinen, de basis voor de kunststoffen

polypropyleen en polyetheen. Een tweede divisie produ-

ceert sinds 1999 kunstmest.

Borealis heeft productievestigingen in vele Europese lan-

den, waaronder Nederland en België. Borouge, de joint

venture van Borealis en de Verenigde Arabische Emiraten,

exploiteert in Abu Dhabi ’s werelds grootste kraker, die

vijftien polypropyleen- en twaalf polyetheenfabrieken

voedt.

In Kallo bij Antwerpen, thuisbasis van CINI-voorzitter Gino

De Landtsheer, produceert Borealis jaarlijks 300.000 ton

polyolefinen. Dominant is de technisch unieke naftakraker

met een temperatuurbereik tot 850 °C die propyleen uit

propaan produceert.

Borealis levert granulaat aan de high-endmarkt en

bedient onder meer de verpakkingsindustrie, medische

sector, automotive en voedingsmiddelindustrie.

Onder de naam Innotech werkt Borealis in drie innovatie-

centra op moleculair niveau aan nieuwe PE- en PP-defini-

ties. De reeds grote reeks verschillende grades groeit dan

ook gestaag. De consument herkent het Borealis-research

bijvoorbeeld in de verpakking van diepvries-consumptie-

ijs: bij -20 °C. nog prettig flexibel. Ook de plant-eigenaar

met problemen rond corrosie onder isolatie komt, direct

of indirect, Borealis tegen: hoogwaardige industriële

kunststof-leidingsystemen kunnen een CUI-vrij alternatief

voor staal bieden.

“CINI is beter toepasbaar dan EN- en NACE-normen. Het verdient

wereldwijde verspreiding”

De complete en brede scoop van de CINI-standaard

geeft installateurs en isolatiespecialisten meer duidelijk-

heid gekregen over de toe te passen isolatiesystemen.

Page 10: Isolatiemagazine 68 december 2015

“En mocht er al een fout naar boven komen, dan ben ik

de eerste om het terug te koppelen zodat de hele

industrie ervan profiteert.”

Gevraagd naar de belangrijkste verbeteringen die de CINI-

implementatie heeft opgeleverd, volgen heldere pre’s:

• Installateurs en isolatiespecialisten hebben meer duide-

lijkheid gekregen over de toe te passen isolatiesystemen,

dankzij de complete en brede scoop van de CINI-stan-

daard;

• Het biedt de voor de eindklant belangrijke objectiviteit

en neutraliteit, vanaf het offertestadium;

• Kwaliteitsaspecten zijn zorgvuldig geborgd.

“Wanneer wij als opdrachtgever een contract afsluiten en

daarin naar CINI-standaarden verwijzen, weet het isolatie-

bedrijf precies waar het aan toe is en dat alle uitvoerings-

details in orde moeten zijn. Niemand haalt het nog in zijn

hoofd zich eraf te maken met een ‘uitgebeten en volgekit-

te’ uitsparing. Wij weten net als alle collega’s maar al te

goed wat CUI-problemen zijn, dus we hameren continu op

isolatiekwaliteit. Zolang je niet demonteert zie je corrosie

niet. Ook niet bij non-destructief onderzoek: een meter

verder kan het immers wel optreden. Daarom draagt een

zorgvuldig gemonteerd isolatiesysteem ook bij aan veilig-

heidsborging. En daarom ook investeren wij jaarlijks ton-

nen aan CUI-inspecties, en dan hebben we het nog niet

eens over de oplossing van gesignaleerde corrosie.”

Onafhankelijke inspectieEen eigen bureau met ruime bevoegdheden voert op alle

Borealis-locaties volledig onafhankelijke inspecties uit,

gebaseerd op risicoprofielen. Voor specialistisch onderzoek

zoals röntgenonderzoek of akoestische analyse worden

externe experts ingeschakeld. De resultaten leiden tot cor-

rectief onderhoud, afgestemd op lifecycle-fase en risico-

profiel. Ervaring en resultaten van verschillende locaties

worden teruggekoppeld en verwerkt in het maintenance-

beleid. Daar volgen analyse ten aanzien van paintingsyste-

men, selectie van isolatiesystemen tot een met de vraag of

er – uit oogpunt van corrosiepreventie – überhaupt wel

moet worden geïsoleerd. Gezien de corebusiness van

Borealis komen ook alternatieve leidingsystemen in beeld.

De Landtsheer: “Kunststoffen worden belangrijker als

alternatief voor klassieke leidingsystemen, zeker om corro-

sie te voorkomen. Als mediumtemperaturen en druk

binnen de grenzen vallen, adviseren wij geregeld de toe-

passingsmogelijkheden van PE- en PP-systemen te onder-

zoeken. Dat is een geleidelijk proces, want de industrie

gaat niet over één nacht ijs als het gaat om nieuwe lei-

dingsystemen. Overigens kan ook CINI bij dergelijke inno-

vatieve ontwikkelingen een rol spelen, als onafhankelijk

instituut met een breed draagvlak in de industrie.”

Eén gezichtAls nieuwe voorzitter heeft Gini De Landtsheer begin

december zijn beleidsvoornemens gepresenteerd binnen

CINI-gelederen en in overleg met de branche-instellingen

NCTI, OOI en VIB. Uitgangspunt is concentratie op de kern-

taak van CINI: ontwikkelen en bevorderen van de CINI-nor-

men als wereldwijde standaard voor industriële isolatieap-

plicaties. “We moeten nog sterker op de voorgrond tre-

den, en dat kan ook. De standaard bundelt voorschriften

en concrete, to-the-point uitgewerkte praktische oplossin-

gen. ‘CINI’ is beter toepasbaar dan EN- en NACE-normen.

Het verdient wereldwijde verspreiding. Daar maken we

werk van. Te beginnen in de Benelux, en stap voor stap

verder. Trouwens: ook het vakblad Isolatie Magazine zou

minimaal ook in België moeten worden verspreid.”

De CINI-voorzitter wil intensiever gebruik maken van de

input – en wisselwerking – van en met toonaangevende

engineeringspartners die in de internationale industrie

opereren. In samenwerking met partnerorganisaties als

VIB, NCTI, OOI, de Belgische arbeidsvoorziening VDAB en –

internationaal – ook EiiF en Fesi – beoogt Gino De

Landtsheer met één ongefragmenteerde boodschap en

gezicht naar buiten te treden: “De buitenwereld wil weten

hoe op de beste manier met optimaal resultaat kan wor-

den geïsoleerd. Accentverschillen prima, maar die zijn voor

de buitenwereld niet interessant. we moeten als één man

achter isolatie staan, in industrie en utiliteit. Zo kunnen we

bijvoorbeeld de wetgever met kennis bijstaan op het

belangrijkste isolatiethema: energiebeheersing.”

Actief en open“Niet alleen onder eindgebruikers, ook binnen de branche

mag CINI zich zichtbaarder, actiever manifesteren”, vindt

de voorzitter. “De opleiding ‘Isolatie-inspecteur Industrie’,

opgezet door het NCTI, vind ik in dit licht overigens voor

de bedrijfstak een prima initiatief. Het geheel moet mijns

inziens actief en innovatief worden, met gemakkelijke toe-

gang tot de informatie, We kunnen verder gaan dan het

Handboek en bijbehorende internettoegang. Ik denk aan

een internetforum via de CINI-site met vragen, antwoor-

den en inhoudelijke discussies die voor vakgenoten zicht-

baar zijn. Ik ben ervan overtuigd dat het CINI-potentieel

zowel voor grote als kleine spelers veel groter is dan we

nu benutten.”

10 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

CINI-voorzitter Gino De Landtsheer: “Met één gezicht

de isolatiebranche neerzetten”. Hij koestert het nog

altijd actuele standaardwerk ‘Design of Piping Systems’

van de hand van M.W. Kellogg, een geschenk van De

Landtsheers vroegere leermeester L. Buelens.

Page 11: Isolatiemagazine 68 december 2015

VCA is basisbagage

Coolag Hamar b.v. is Nederlands grootste en meest

toonaangevende producent, leverancier en distributeur

van thermische, brandwerende en akoestische isolatie-

materialen. Coolag Hamar maakt deel uit van de SIG groep

met o.a. zusterbedrijven in België, Duitsland, Engeland,

Frankrijk, Ierland, Nederland en Polen. Productie en

distributie van thermische, brandwerende en akoestische

isolatiematerialen is één van de kernactiviteiten van

SIG. De door Coolag Hamar geleverde isolatiematerialen

worden o.a. toegepast bij de isolatie van technische

installaties in gebouwen, de industriële koeltechniek,

de chemische-, petrochemische- en procesindustrie,

scheepvaart, off-shore olie- en gaswinning en OEM.

Producent & Distributeurvan Isolatiematerialenmet een uniek “one-stop-shopping” concept

VCA is basisbagage

Page 12: Isolatiemagazine 68 december 2015

Voorkomen van corrosiebegint aan de tekentafel

Vocht in een installatie kan verschillende oorzaken

hebben. Vaak is de installatie beschadigd of verouderd

en dringt vocht naar binnen. Coatingspecialist Dion

Papen (Royal HaskoningDHV) benadrukt dat de gevol-

gen van corrosie in een technische installatie groot

kunnen zijn: “Corrosie is funest en kan ervoor zorgen

dat een installatie voortijdig faalt. Als gevolg van een

defecte installatie, zien we dat soms hele fabrieken

ongepland worden stilgelegd. De directe financiële

schade kan enorm zijn. Om nog maar te zwijgen over

de imagoschade, doordat tijdelijk producten niet lever-

baar zijn of wanneer het bedrijf blijkbaar een gevaar

voor de omgeving is. Desondanks lijkt corrosiepreven-

tie in veel gevallen bijzaak. Het is de sluitpost van een

project en moet door tijdgebrek vaak snel gebeuren.

Hoe goed het coatingsysteem ook is, zonder voldoende

aandacht voor voorbehandeling en applicatie ontstaan

op termijn gegarandeerd problemen. Bij oplevering zie

je die problemen niet. De installatie glimt dan prachtig

en alles lijkt in orde.”

Voorbehandeling en onderhoud

De coatingspecialist benadrukt het belang van een

goede voorbehandeling en applicatie: “Een goed aan-

gebracht conserveringssysteem in combinatie met cor-

rect gemonteerde isolatie heeft een levensduur van

wel 20 tot 25 jaar. Slechte conservering gaat vaak niet

langer mee dan vijf jaar. Op den duur is onderhoud

noodzakelijk, aangezien de conservering en isolatie

vocht en zuurstof doorlaten als gevolg van degradatie

van het polymeer van het conserveringssysteem. Alle

ingrediënten voor corrosie zijn dan aanwezig. Dit zie je

in grote mate gebeuren bij zogenaamde veldlassen.

Hier wordt te vaak een onzorgvuldige voorbehande-

ling toegepast. Warmtebehandeling bij het lassen

maakt het basismateriaal rond een las vaak al onedeler

dan omliggend materiaal. Het zal zich als een anode

gedragen. Als dit materiaal, waarin al spanning is

gebracht, ook nog eens slecht wordt voorbehandeld,

kun je wachten op vroegtijdig systeemfalen.

Teamaanpak

Dion Papen: “Conservering is een vak. Als we corrosie

echt te lijf willen gaan, moeten we preventie een plek

in het project geven. Dat begint bij het ontwerp.

Iedere ontwerper weet dat het corrosierisico in een

technische installatie het grootst is op ‘lastige’ plekken.

Problemen ontstaan met name bij ingewikkelde

details, zoals leidingbochten en ophangingen. Vooral

op die plekken is zorgvuldige conservering en isolatie

nodig. Het gebeurt geregeld dat de ontwerper op

papier een oplossing voor dergelijke knelpunten

bedenkt, terwijl de praktijksituatie er net iets anders

uitziet. In zulke gevallen is het nodig dat ontwerper,

conserveringsexpert en isolatiespecialist om tafel gaan

zitten om samen een goede oplossing te vinden. Bij

voorkeur met de mensen die het werk uiteindelijk ook

gaan uitvoeren. Dat gebeurt nog veel te weinig. Ik

pleit voor een systeembenadering, waarbij leidingspeci-

ficatie, voorbehandeling, applicatiemethode, conserve-

ringsysteem, isolatiesysteem en afwerking zorgvuldig

op elkaar worden afgestemd. Het CINI-handboek biedt

hier heel goede voorschriften voor, die diverse deskun-

digen regelmatig actualiseren. Recent hebben we dat

nog voor hoofdstuk 7 voor de conservering gedaan.”

Vocht is een van de grootste gevaren voor technische

installaties. Vocht kan corrosie veroorzaken met ernstige

gevolgen voor installatie en isolatie. Conservering is de

eerste verdedigingslinie tegen corrosie en moet vocht bui-

ten de deur houden. Volgens coatingspecialist Dion Papen

van Royal HaskoningDHV en lid van de CINI-conserverings-

commissie gaat corrosiepreventie verder dan een goed coa-

tingsysteem. Voorkomen van corrosie begint volgens hem

aan de tekentafel.

12 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

nieuws en informatie

TSA-applicatie op locatie. Deze aluminiumcoating kan

lang functioneren, mits zorgvuldig aangebracht na stra-

len van het oppervlak.

Page 13: Isolatiemagazine 68 december 2015

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 13

Over grenzen

Papen: “Corrosie voorkomen we door de juiste kennis

en know how op de juiste plek, op het juiste moment

in te zetten. Slim gebruik van de huidige technieken en

3D-scanmodellen voorkomt veel problemen aan de

voorkant. Ik ben ervan overtuigd dat je die investering

terugverdient. Investeren in samenwerken gedurende

het gehele project zorgt voor een duurzaam betrouw-

bare installatie en verkleint de kans op schade door

corrosie. Deze manier van werken vraagt zowel van

opdrachtgevers als experts dat zij het belang van

samenwerken onderschrijven en over de grenzen van

hun eigen vak kijken. Dat zien we in de isolatie- en

conserveringsbranche al gebeuren. Zij groeien naar

elkaar toe. Zo volgen conserveringsexperts de CINI-cur-

sus om hun isolatiekennis te vergroten. Dat vind ik een

goede zaak.”

Op 24 en 25 november 2015 hield NCTI zijn tweedaagse

CINI-cursus op de nieuwe locatie in Spijkenisse. In deze cur-

sus komen alle elementen die met industriële isolatie te

maken hebben samen: thermische en akoestische isolatie-

systemen, materialen en specificaties. Daarnaast worden

preventieve maatregelen ter voorkoming van corrosie

behandeld.

De tweedaagse CINI cursus is enig in z’n soort. De ken-

nis uit het CINI Handboek is de ruggengraat van de

cursus.De omvangrijke veldervaring van trainers blijkt

effectief en werkt aanstekelijk voor de cursisten en

omgekeerd. Industriële opdrachtgevers, ingenieurs en

uitvoerders wisselen op het gebied van warme, koude

en cryogene isolatie veel technische kennis uit. De

groep die 24 en 25 november 2015 in de materie dook

telde tien deelnemers, van wie twee afkomstig uit het

buitenland. Alle deelnemers beoordelen de cursus met

goed tot zeer goed. “Ik had dit veel eerder moeten

doen”, aldus een van de deelnemers.

Cursisten CINI-cursus 24 en 25

november 2015. V.l.n.r. Niels

Verkade, Ralph Levels

Henk de Koekkoek, Simone Rossi,

Jan Arts, Sam de Neef, Roman

Rubac, Nehemia Paardekooper,

Ton Roest en Jan Boekholt.

Dion PapenDion Papen is NACE-gecertificeerd coatinginspec-

teur en gecertificeerd Cini Isolatie-inspecteur

voor de industrie. Papen is tevens lid van de CINI-

conserveringscommissie. Papen is werkzaam bij

Royal HaskoningDHV, een onafhankelijk interna-

tionaal ingenieursbureau dat adviesdiensten

levert voor de totale leefomgeving. Hierbij is

duurzame ontwikkeling een van de belangrijke

drijfveren. Royal HaskoningDHV is ervan over-

tuigd dat echte oplossingen alleen ontstaan door

samenwerking met partners, klanten en andere

belanghebbenden.

CursusdataOp de website van NCTI zijn altijd de actuele cur-

susdata te vinden. De cursussen zijn zowel in het

Nederlands als in het Engels beschikbaar. NCTI

biedt de cursus - eventueel op maat - ook bij u in

het bedrijf aan.

Meer weten?

Stuur een informatieverzoek of bel met NCTI op

telefoonnummer +31 0181 69 80 30. De volgen-

de 2-daagse Nederlandstalig cursus vindt plaats

op 16 en 17 februari 2016. Inschrijven kan via de

website www.ncti.eu.

Geslaagde CINI-cursus

Page 14: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE

Corrosie onder isolatie is een sluipend technisch ver-

schijnsel met belangrijke managementaspecten, bena-

drukt Rob de Heus in zijn toelichting op opzet, resulta-

ten en vooruitzichten van het WCM-innovatieproject

CUI. In het dagelijks leven is De Heus namens Sitech

Services werkzaam op het Chemelot-park in Geleen. Hij

stuurt het innovatieprogramma binnen Maintenance en

leidt namens de WCM-partners het mede door hem

geëntameerde CUI-innovatieproject. Uiteindelijke doel:

verbeterde prestatie van industriële installaties.

Oorzaak en gevolgenRob de Heus schetst het fenomeen: CUI is een terugke-

rend fenomeen, een lastig te beteugelen “sluipmoorde-

naar”. Het leidt tot hoge kosten en vermijdbare inciden-

ten en kan – in zijn uiterste consequentie –integriteits-

problemen veroorzaken. CUI is hardnekkig, omdat het

niet zichtbaar en moeilijk detecteerbaar is. Alle installa-

tiebeheerders investeren veel in onderhoud en preven-

tie. Tijdens turnarounds en inspecties worden fabrieken

ontmanteld voor onder meer wanddiktemetingen en

ander onderzoek. Een prima beheersbare aanpak. Het is

echter duur en niet effectief om bij iedere stop alle lei-

dingisolatie te demonteren. Het is effectiever om op kri-

tische plaatsen te inspecteren, maar deze laten zich

moeilijk bepalen.

Corrosie onder isolatie treedt op in het globale tempe-

ratuurgebied tussen 0 en 150 °C., bij vocht tussen lei-

ding/leidingcoating en isolatiemantel. Corrosie blijft uit

zolang het isolatiesysteem in perfecte staat is en vocht

buitensluit. Dat is helaas niet per se het geval, ook niet

als het ogenschijnlijk wel in orde is. Bij een hoger gele-

gen beschadiging dringt water binnen en treden op een

laaggelegen punt de corrosiefactoren vocht en zuurstof

op. Kritische locaties zijn dus moeilijk aan te wijzen: cor-

rosie kan op een onbeschadigde plek optreden.

Complicerende factor is de traagheid: de eerste tien tot

vijftien jaar gebeurt er niet zo veel. Nu veel installaties

in Nederland – al dan niet na levensduurverlengende

operaties – dertig jaar of ouder zijn, is corrosie voortge-

schreden. Geregeld constateren asset-owners dan een

ernstiger corrosievorming dan verwacht. De oorzaken

zijn – afgezien van de natuurkundige factoren staal-

vocht-zuurstof - uiteenlopend:

• Installatie-/isolatie-ontwerp: als binnengedrongen

water op een steunring blijft staan, ontstaat corrosie

op een ‘onverdachte’ plaats;

• Onzorgvuldig afgewerkte reparatie/modificatie die

het systeem obstrueert;

”Onderhoud en ontwikkeling is belangrijk voor verbeterde

performance van onze installaties. Er is ons dan ook veel

gelegen aan het CUI-project van onderhoudskoepel WCM”,

zegt projectleider Rob de Heus, maintenance specialist bij

Sitech Services te Geleen. “Corrosie onder isolatie is een lastig

te beteugelen sluipmoordenaar die veel geld kost”, zegt hij.

“Kern van de oplossing: ontwikkeling van bruikbare inspec-

tie- en managementtools op basis van de EFC-richtlijn. En

natuurlijk kennisdeling, in het belang van de gehele sector.”

14 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Rob de Heus, projectleider CUI-project World Class Maintenance:

”EFC-richtlijn vertalen in setbruikbare, concrete tools”

Maintenancespecialist Rob de Heus (Sitech Services ) leidt

namens WCM het CUI-project van industriële plantowners en

onderhoudsorganisaties. “Bedrijven moeten zowel hun kennis

en ervaring als hun kennisvraag naar concrete businesscases

openstellen. CUI-preventie is geen concurrentiegevoelig ter-

rein maar gemeenschappelijk belang.”

Sitech Services

Sitech Services is een allround dienstverlener voor de

procesindustrie, chemie en energiesector. Het bedrijf is

in 2009 ontstaan uit de verzelfstandiging van onder-

steunende DSM-diensten. Zo’n 750 specialisten verzor-

gen installatiebeheer en –onderhoud waaronder plan-

ning en organisatie van turnarounds, dienstverlening

op het gebied van veiligheid en milieu, gericht op opti-

maal en efficiënt functioneren van installaties. Op de

thuisbasis Chemelot te Geleen verzorgt Sitech de com-

plete technische en infrastructurele dienstverlening

(Park Service) voor Borealis, Lanxess, OCI Nitrogen en

natuurlijk DSM.

Sitech is medeoprichter en bestuurder van World Class

Maintenance (zie kader).

Page 15: Isolatiemagazine 68 december 2015

• Leidingcoating die het einde van zijn effectieve levens-

duur nadert of – frequent voorkomend – niet correct

is aangebracht: tijdens turnarounds moet de coating

vaak snel en onder niet-optimale condities worden

aangebracht;

• Onbekende status van het systeem: niet altijd is de uit-

gangsituatie en dus de resterende levensduur van de

coating bekend, temeer daar dit schuil gaat onder iso-

latie en men is aangewezen op selectieve inspecties;

• Veel installaties zijn gebouwd toen CINI nog niet

bestond. Daarbij zijn mogelijk ontoereikende isolatie-

systemen, minder geschikte isolatiematerialen of com-

ponenten daarin toegepast in combinatie met onjuiste

montagedetails, dus inwatering. En ook nu wordt de

CINI-norm ook nog wel gezien als ‘duur en geduldig’

en daarom niet voluit gevolgd.

Bovengenoemde factoren kunnen na vijftien jaar of lan-

ger corrosieproblemen veroorzaken. Installatiebeheerders

kennen de onaangename verrassingen, met kostbare

reparaties als gevolg. “Bij corrosieproblemen op een

kolom moet het isolatiepakket worden gedemonteerd en

moet de kolom worden gestraald, geconserveerd en

opnieuw worden geïsoleerd. Alleen als de isolatie-

ommanteling geheel intact blijft, is het probleem voor

jaren uit de wereld”, noemt Rob de Heus als voorbeeld.

“Als isolatiebedrijven, monteurs en hun opdrachtgevers

c.q. installatie-eigenaren zich daarvan onvoldoende

bewust zijn, begint het verhaal van voren af aan.”

Het geheugen achter corrosieCorrosie is een langcyclisch probleem, dat interfereert

met courante managementcycli: de organisatie achter

een procesinstallatie heeft geen geheugen. Er zijn geval-

len bekend uit de chemie waar het bedrijf pijnlijke,

uiterst kostbare CUI-lessen heeft geleerd. Echter, twintig

jaar later is het management zich er niet meer van

bewust dat er zo verschrikkelijk veel geld in is gaan zit-

ten. “Tenzij daarop nadrukkelijk wordt gewezen. Het

CUI-project van WCM pakt dat ‘bewustzijn’ op, zodat

CUI-incidenten op langere termijn worden vermeden”,

zegt De Heus. “In het belang van de sector, want één

enkel incident op één enkele site heeft imagoconse-

quenties voor de gehele sector. WCM wil CUI op zichzelf

bestrijden en tegelijkertijd incidenten voorkomen

wegens repercussies voor de sector, in termen van ima-

goschade.”

BeleidsscenarioUiteraard streeft de industrie ernaar CUI beheersbaar te

maken, maar daarmee is het probleem nog niet uit de

wereld. Zelfs niet bij nieuwbouw: de hoogste eisen aan

coating, coatingkwaliteit en isolatiesysteem maken het

ook duur. Met de neiging – daar is het geheugen achter

corrosie weer – de installatie op een levensduur van vijf-

tien jaar uit te leggen. Dat hoeft geen probleem te zijn,

mits na vijftien jaar coating en isolatie minimaal selectief

worden gerenoveerd. Dit zou – vindt de WCM-werk-

groep – kunnen worden geborgd in beleidsmodellen als

beslissingsbasis voor nieuwbouw, verbouw en vernieuw-

bouw van procesinstallaties. Dit betreft bijvoorbeeld de

combinatie constructiemateriaal – doorgaans kool-

stofstaal – en coatingtype en coatingkwaliteit. Een tech-

nisch uitvoerbaar en economisch realistisch alternatief is

thermal spray alumina (TSA). De industrie heeft hierover

nog onvoldoende businesscases uit nieuwbouw, renova-

tie en onderhoud gepubliceerd om te kunnen spreken

van goed af te wegen beslissingen op dit gebied. En ook

bij succesvolle TSA-applicaties moeten eerst de primaire

CUI-factoren zoals inwatering worden weggenomen.

Uiteraard kunnen ook andere technische ontwikkelingen

in beeld komen, zoals toepassing van chroomnikkelstaal

of composietleidingen afhankelijk van lifecycle-bereke-

ning, volledig hechtende thermisch isolerende spuitcoa-

tings, grp-wrapping of andere technieken die misschien

de ommanteling vervangen. “Vaak is de ondichte isola-

tiemantel een CUI-probleem”, zegt de Heus. “En ook de

isolatiesector moet innoveren!” Eerste uitdaging is voor-

al de ontwikkeling van – nu nog dure – monitoringtech-

nieken, die op basis van effectieve inspecties leiden tot

verbeterde CUI-preventie of op zijn minst beheersing.

Infrarode, ultrasone en akoestische inspectiemethoden

zijn voorhanden, maar zijn nog duur en moeten zich

qua betrouwbaarheid nog bewijzen. Rob de Heus pleit

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 15

World Class Maintenance

World Class Maintenance (WCM) te Breda is een zelf-

standige stichting die zich ten doel stelt het onder-

houd van industriële installaties te optimaliseren, met

een accent op technische en beleidsmatige innovatie.

De koepel bundelt sinds 2008 installatie-eigenaren en

onderhoudsorganisaties. Het initieert namens de

industrie activiteiten en projecten. Het in 2014 gestarte

CUI-project staat onder leiding van Rob de Heus,

onderhoudsspecialist van Sitech te Geleen.

Corrosie blijft uit zolang het isolatiesysteem in perfecte staat

is en vocht buitensluit. Dat is helaas niet per se het geval, ook

niet als het ogenschijnlijk wel in orde is. Bij een hoger gele-

gen beschadiging dringt water binnen en treden op een laag-

gelegen punt de corrosiefactoren vocht en zuurstof op.

Kritische locaties zijn dus moeilijk aan te wijzen: corrosie kan

op een onbeschadigde plek optreden.

Page 16: Isolatiemagazine 68 december 2015

ervoor dit onderwerp in een wereldwijd netwerk op te

pakken, gericht op een model voor risicogebaseerde

inspectie in combinatie met monitoring en realistisch

afgestemd op de levenscyclus van een installatie. De lan-

getermijn uitdagingen zijn stevig: ontwikkeling van

betrouwbare tools en inspectiemethodieken, afstemming

op de verschillende levenscyclus-fasen van een concrete

installatie. Het lastigste is wellicht het benodigde beleids-

model om de noodzaak te doorgronden tot hoge investe-

ringen in – ogenschijnlijk – uitstelbare zaken als CUI-

bestrijding. En wellicht even lastig is de harde praktijk:

het gaat om operationele plants waar gewone mensen

werken en onderhoud plegen: zij moeten heel zorgvuldig

omgaan met ommantelingssystemen.

Bewustwording en beleidsplannen Laatstgenoemde uitdaging – respecteren van de inte-

griteit van isolatiesysteem en vooral ommanteling –

heeft de WCM-werkgroep CUI praktisch opgepakt: er is

nu een assessment-tool gereed om in alle geledingen

van de organisatie het CUI-bewustzijn te inventariseren:

de mate waarin zowel op de werkvloer als in de directie-

kamer CUI-beheersing en isolatie-integriteit zijn

geborgd. Rob de Heus: “Alleen al de uitvoering van het

assessment doet beseffen dat CUI-beleid noodzakelijk is

om problemen en hoge kosten te voorkomen.”

Als vervolg op het ontwikkelde assessment wil de werk-

groep puntige communicatie inzetten om de aandacht

te vestigen op inwateringsrisico, onderhoudsdiscipline,

zorgvuldige terugplaatsing van gedemonteerd mantel-

materiaal en natuurlijk te allen tijde belopen van het iso-

latiesysteem voorkomen. Daarnaast wil de werkgroep

industriemanagers een model beleidsplan aanreiken,

toegespitst op hun specifieke installatie en de karakte-

ristieken daarvan. Een concreet instrument, met heldere

aandachtspunten en een plan van aanpak gebaseerd op

bewezen best practices. “Bij een vrijwel nieuwe installa-

tie is demontage van isolatie natuurlijk niet de eerste

prioriteit, maar bij een twintig jaar oude plant ligt dat

weer anders”, licht Rob de Heus toe.

Assessement-tool op EFC-grondslagWCM fundeert het assessment-tool op de CUI-richtlijnen

van de European Federation of Corrosion (EFC), opge-

steld in 2005 en onlangs geactualiseerd. De werkgroep

kiest voor deze basis vanwege de complete scope en de

deskundige behandeling van alle relevante aspecten. “Je

hoeft het bij wijze van spreken alleen nog maar uit te

voeren”, waardeert Rob de Heus deze CUI-richtlijn. “Het

assessment-tool met heldere hulpmiddelen opent moge-

lijkheden om het echt aan te pakken. Een volledige

demontage en inspectie iedere tien jaar is een giganti-

sche investering, die ook niet nodig moet zijn. Als men

beseft dat CUI enorm veel geld kost en preventie veel

bespaart, zal iedereen zich graag richten op doelmatige

detectie. De heilige graal is er – nog - niet, wel een con-

crete aanpak: ontwikkeling van gedegen selectieve

detectie en vertaling van de EFC-richtlijn in bruikbare

tools voor individuele situaties. Dat omvat ook vanzelf-

sprekendheden als coatingkwaliteit, selectie minerale

wol en beplating, goed opsluiten van het isolatie-

systeem, materialen voor montage droog opslaan, en zo

voorts. Zodra je denkt dat je niet meer naar CUI hoeft te

kijken, gaat het echt fout.”

Sitech Services, de thuisbasis van Rob de Heus, bereidt

een praktisch, preventief CUI-initiatief voor. Op inwate-

ringsgevoelige plaatsen worden permanente regenscher-

men boven het isolatiesysteem aangebracht, die voor

onderhoudsdoeleinden gemakkelijk verwijderbaar zijn.

DraagvlakOp dit moment is de WCM-werkgroep druk doende om

de best practices uit het veld op tafel te krijgen. “De

Nederlandse industrie heeft bewezen installaties ook na

de initiële levensduur succesvol ‘fit for purpose’ in

bedrijf te houden. Gezamenlijke inspanningen tot CUI-

preventie met praktische inspectie- en monitoringmo-

dellen voorkomt dat dit met onnodig onaangename

verrassingen en hoge kosten gepaard gaat. Zaak is dus”,

benadrukt Rob de Heus, “dat bedrijven zowel hun

kennis en ervaring als hun kennisvraag naar concrete

businesscases openstellen. De hele industrie moet parti-

ciperen, en daar is alle reden voor: CUI-preventie is geen

concurrentiegevoelig terrein maar een gemeenschappe-

lijk belang.

16 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Compleet gestripte kolom,

midden in een turnaround-

operatie. Installaties in

chemie en petrochemie

blijven geregeld langer in

bedrijf dan initieel voor-

zien. Geen probleem, mits

na vijftien jaar coating en

isolatie minimaal selectief

worden gerenoveerd. Dit

zou – vindt de WCM-werk-

groep CUI – kunnen wor-

den geborgd in beleidsmo-

dellen voor nieuwbouw,

verbouw en vernieuwbouw

van procesinstallaties.

WCM-project CUI

Corrosie onder isolatie ofwel CUI is een bekend pro-

bleem in chemie, petrochemie en procesindustrie.

“Waar staal is, treedt corrosie op; waar isolatie is, kan

corrosie niet direct worden waargenomen.

Installatiebeheerders zoeken oplossingen voor

betrouwbare integriteitsbeoordeling van installaties en

uiteraard ook CUI-preventie, zonder kostbare en

omslachtige ontmanteling van isolatiesystemen. Het in

2014 gestarte WCM-innovatieproject verbindt de

gebundelde inspanningen op dit gebied met de kennis

van wetenschap, dienstverleners en andere specia-

listen. Leidraad is de onlangs geactualiseerde CUI-richt-

lijn van de European Federation of Corrosion (EFC).

Participanten in het CUI-project van WCM zijn Shell,

Hexion, Stork, Sitech, Sabic en Akzo Nobel.

Page 17: Isolatiemagazine 68 december 2015

In 1962 begon Temati met de productie, verkoop en promotie van Foster® producten in de

Benelux. Met inmiddels 5 vestigingen in diverse landen, is Temati Europa’s enige producent

en distributeur van Foster®- en Childers®producten.

Daarnaast leveren wij vele andere gespecialiseerde materialen voor industriële isolatie

binnen en buiten Europa via ons internationale dealernetwerk.

Ons productenpakket blijft zich uitbreiden, zodat u zelf in de toekomst ook kunt blijven

profiteren van onze specialistische kennis en verzekerd bent van steeds de beste oplossingen.

Industriële processen kennen vele

uitdagingen, die om betrouwbare

en vernieuwende producten vragen.

Temati heeft tientallen jaren ervaring

en is uw ideale partner wanneer het

om oplos singen gaat, die echt een

verschil maken.

Unieke oplossingen voor industriële processen

Temati B.V. Tel: (+31) (0)251-229 172 Fax: (+31) (0)251-212 380 E-mail: [email protected] www.temati.com

VCA is basisbagage

GEBRAUCHTE

ERSATZTEILE

WERKZEUG

Warenkorb DE - EN

SondermaschinenVertriebs-GmbHStöckackerstrasse 7 DE-79713 Bad SäckingenTel: +49 (0) 7761 933 069 Fax: +49 (0) 7761 933 067

E-Mail: [email protected]: www.so-gmbh.de

So shoppt man heute...

www.iso-shop.de

Clever shopping...

MASCHINEN

NIETEN SCHLÖSSER

ARBEITSSCHUTZ

KOMPRESSOREN

CLIPS SCHRAUBEN

BÜROEINRICHTUNG

.COM YRY

VCA is basisbagageVCA is basisbagage

VCA is basisbagage

������������������� ��������������������������

������������ ����!�"����������������#���$����!�!�

���������)�*���+������������,��-��+���

Iso lat ie a l s tweede natuur

VAN DER LINDEN & VELDHUIS

VCA is basisbagage

Print Rendement

Henk van der Bend

Tituslaan 13

6642 AP Beuningen

The Netherlands

t. 024 6776930

m. 06 43 573 405

[email protected]

www.printrendement.nl

Print Rendement

Specialist in GrafiMedia

Producties

Voor al uw drukwerk,

online communicatie en

relatie magazines

UW PARTNER

IN ELEKTROWARMTE

Post: Postbus 50 | 7490 AB Delden

Bezoek: Amperestraat 4 | 4004 KB Tiel

Tel: 088 - 88 98 850 Fax: 088 - 88 98 851

[email protected]

www.huikeshoven.nl

www.elektrowarmte.nl

> Tracingsystemen en verwarmingskabels

> Verwarmingsjackets en siliconenmantels

> Doorstroomheaters en verwarmings elementen

> Vatverwarming en containerverwarming

> Ribbenbuiskachels en ruimteverwarming

> Alles in ATEX en niet-ATEX uitvoering

.COM YRY

ISOLATIESPECIALISTEN IN:

Brandtechnische, thermische en

akoestische isolatie:

www.izotechservice.pl

‘KAN NIET’ BESTAAT NIET!

www.franssen.nlKerkstraat 32a

6651 KG DRUTEN

Tel. (0487) 510 716

Fax (0487) 510 745

[email protected]

www.franssen.nl

‘KAN NIET’

BESTAAT NIET!

AL MEER DAN 45 JAAR IN ISOLATIE!

ISOLATIESPECIALISTEN IN:

Page 18: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE

Met de voortschrijdende techniek groeit de inzet van

elastomeer isolatie in de olie- en gasindustrie, voor thermi-

sche dan wel cryogene isolatie en thermische-akoestische

sandwichconstructies. Het laat zich fraai aanbrengen rond

flenzen, steunen en appendages en reduceert het CUI-risico.

Ook met de investeringskosten zit het goed, dankzij flexibi-

liteit, relatief gering gewicht en montagegemak.

FlexibelNatuurlijk, elastomeer isolatie zoals Armaflex is niet de

enige industriële optie. De opdrachtgever heeft ook de keus

uit systemen op basis van minerale wol, geschuimd glas,

pir/pur en hardschuimen. Naast de hoge isolatiewaarde en

de chemische en thermische stabiliteit onderscheidt

Armaflex zich in de flexibiliteit. Al in de bestekfase laten

deze isolatiesystemen zich gemakkelijk specificeren voor

zowel leidingen en tanks als bochten en appendages. In de

montage past het materiaal zich zonder speciaalgereed-

schap even gemakkelijk aan, zelfs onder lastige omstandig-

heden. Dat komt goed uit, want tijd is een kritische factor

in de olie- en gassector, met zeer grote projecten onder

strakke planning en kostenbewaking. De montagesnelheid

is medebepalend in de isolatieselectie.

Daarnaast kan elastomeer isolatie al naar gelang de thermi-

sche en akoestische eisen tot zestig procent dunner en lich-

ter uitvallen dan conventionele alternatieven, hetgeen

uiteraard de investeringskosten drukt. Ruimte en gewicht

spelen immers een belangrijke rol in engineering, installatie

en onderhoud.

Miljardenschade CUICUI is een van de grootste uitdagingen voor de olie- en gas-

industrie. Het verschijnsel is genoegzaam bekend en door-

grond. Toch verliest de wereldeconomie er jaarlijks dik twee

miljard euro aan, waarvan 45 procent in petrochemie, olie-

en gasindustrie. Een Amerikaans ExxonMobile-onderzoek

schrijft veertig tot zestig procent van het leidingonderhoud

toe aan CUI-kosten, waarin stilstandkosten nog niet zijn ver-

disconteerd. Olie-experts wijzen CUI aan als hoofdoorzaak

voor ongeplande stops: meer dan alle overige oorzaken

samen. In het ergste geval leidt CUI tot brand of explosies

met gevaar voor mensenlevens.

CUI is een geniepig proces, dat zich onder isolatie voltrekt

en meestal pas wordt ontdekt nadat reeds aanzienlijke

schade is ontstaan. Olie- en gasplatformen met honderden

kilometers vertakte leidingnetten vergen daarom regelmati-

ge inspectie. Dit betreft met name mediumtemperaturen

tussen 0 °C en 120 °C, met een kritische piek rond 60 °C.

Ook discontinue installaties met wisselende temperaturen

zijn gevoelig door mogelijke condensvorming in en op het

Technische isolatie en corrosievorming. Verschillende zaken,

maar in de praktijk in één adem en zelfs in één begrip gevat:

CUI ofwel corrosie onder isolatie. De olie- en gasindustrie is

mede dankzij actuele ASTM-richtlijnen attent op corrosie-

preventie door selectie, montage en onderhoud van isola-

tiesystemen. Het brengt opdrachtgevers tot toenemende

inzet van elastomeer isolatie in dit domein. Een recente CUI-

test van industriële Armaflex-systemen door het

Nederlandse TNO-Enduras bevestigt hun gelijk met uitste-

kende resultaten. Technisch directeur Armacell dr. Mark

Swift fileert de samenhang tussen corrosiepreventie en de

prestaties van thermische en akoestische isolatie.

18 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Uitstekend Armaflex-resultaat CUI-test TNO-Enduras

Olie- en gasindustrie attent opcorrosiepreventie met isolatie

Flexibele elastomeer isolatie leent zich uitstekend voor complexe

geometrieën bij leidingsteunen, afsluiters en andere appendages.

Cryogene leidingisolatie van een LNG-terminal in Melbourne,

Australië.

Page 19: Isolatiemagazine 68 december 2015

isolatiesysteem. Nog groter is het risico bij offshore-installa-

ties, omdat in de zoute zeelucht chloriden en sulfaten het

corrosieproces op gang brengen.

Isolatie als corrosiepreventieIsolatie kan corrosie niet uitsluiten, maar wel substantieel

bijdragen aan preventie. De materiaalkeuze bepaalt of isola-

tie het corrosierisico reduceert of juist vergroot.

Binnengedrongen vocht door beschadigde ommanteling of

door waterdampdiffusie veroorzaakt corrosie. In koudesyste-

men kan waterdamp binnendringen en condenseren door

het dampdrukverschil tussen systeem en omgeving. Dit tast

de isolatiewaarden sterk aan en veroorzaakt grote energie-

verliezen. Zodra vocht zich over het metalen leidingopper-

vlak verspreidt en tegelijkertijd lucht toetreedt, is corrosie-

vorming een feit. Geslotencellig isolatiemateriaal met een

hoge waterdampdiffusieweerstand zet het corrosieproces de

voet dwars. De gesloten Armaflex-materiaalstructuur over

de gehele isolatiedikte resulteert in een hoge dampweer-

stand die waterdampdiffusie terugdringt: het materiaal

beschikt over ingebouwde dampremming. Dampopen isola-

tiesystemen vertrouwen de diffusieweerstand geheel toe

aan een externe dampremmende laag. Zelfs perfect uitge-

voerd vakwerk kan openingen dan wel binnendringend

vocht niet volledig voorkomen. De in de olie- en gaswereld

gebruikelijke weerbestendige afwerking met metalen

ommanteling biedt evenmin betrouwbare bescherming.

CUI-Test TNO-Endures

Het verband tussen isolatieontwerp en CUI-risico krijgt

tegenwoordig meer aandacht in de gas- en oliesector.

Hoewel tal van normen en testrapporten beschikbaar zijn

voor corrosiebescherming, kijken internationale richtlijnen

amper naar de relatie tussen isolatie en CUI. Uitzonderingen

zijn de ASTM-normen C692 en C871, die echter geheel

gewijd zijn aan spanningscorrosie van austenitisch staal/rvs.

Er zijn tot dusver dus geen normen en testrapporten voor-

handen met betrekking tot de isolatie-invloed op CUI-pre-

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 19

Opening van de ‘tijdcapsule’. Na vijf jaar regelmatige besproeiing

is de Armaflex/Arma-Chek-isolatie van de decompressiekamer

ontmanteld. Het oppervlak bleek geheel corrosievrij.

Proefopstelling van de TNO/ENDURES CUI-Test.

Montage van het thermo-akoestische isolatiesysteem ArmaSound

Industrial.

Praktijktraining in de olie- en gasindustrie.

Geen verrassing: in de eerste testfase is corrosie ontstaan. Dit

blijft echter beperkt tot de directe omgeving van de boorgaten,

zoals het detail toont. Andere leidingdelen, waaronder de volle-

dige onderzijde vertonen geen corrosiesporen. Hier heeft de

Armaflex-isolatie corrosie-uitbreiding effectief verhinderd. Ondanks aanzienlijk beschadiging van de ommanteling ontstond

in de tweede testfase in het geheel geen corrosie.

Page 20: Isolatiemagazine 68 december 2015

ventie. Een aanzet daartoe is wellicht de door TNO-Endures

en Shell ontwikkelde proefopstelling die verschillende isola-

tiematerialen beoordeelt. De olie- en gasindustrie onder-

steunt dit protocol en beschouwt het als voorloper voor een

officiële norm.

TestopzetTer wetenschappelijke onderbouwing van de Armaflex-pres-

taties heeft TNO-Endures te Den Helder het isolatiesysteem

aan bovengenoemde CUI-test onderworpen.

In de standaardopstelling circuleert water op 80 °C. in

gesloten kringloop door een leiding van ongelegeerd staal

(diameter 114 mm, wanddikte 5,5 mm, lengte 1000 mm). De

leiding is met opzet niet voorzien van corrosiewerende verf,

coating of TSA-behandeling. Uiteraard maken dergelijke

voorzieningen in de praktijk juist wel deel uit van het CUI-

preventiebeleid.

Om extreme offshore-omstandigheden na te bootsen is de

geïsoleerde leiding onafgebroken besproeid met een

warme zoutoplossing. Deze ideale corrosiecondities zijn

gedurende zes maanden gehandhaafd.

Dit CUI-griezelscenario is losgelaten op twee isolatiesyste-

men. Een helft van de met staalschijven verdeelde leiding is

geïsoleerd met twee lagen Armaflex-plaatmateriaal van 25

mm dikte elk (opstelling A). De isolatie is volledig verlijmd

op het leidingoppervlak c.q. de eerste laag. Opstelling B is

op dezelfde wijze behandeld en vervolgens met glasvezel-

versterkt kunststof ommanteld.

Om een beschadiging na te bootsen zijn in opstelling A zes

gaten door het volledige isolatiepakket geboord, op 2-, 6-

en 10-uurspositie. Zo komt water in het isolatiemateriaal en

wordt het corrosieproces kunstmatig gestimuleerd: de lei-

ding komt immers in aanraking met zout water, terwijl ook

zuurstof zijn rol speelt. De warme zoutoplossing versnelt

het proces. Ook opstelling B laat water binnenbringen, zij

het dat hier de gaten slechts door de ommanteling zijn

geboord en het isolatiemateriaal onbeschadigd blijft.

TestresultaatAansluitend op de testperio-

de van zes maanden is het

proefobject grondig onder-

zocht. Opstelling A vertoon-

de de verwachte corrosie,

echter beperkt tot de

onmiddellijke omgeving van

de boorgaten. De overige

leidingdelen, zoals de volle-

dige onderzijde, vertoonden

geen corrosiesporen. Daar

kon de zoutoplossing blijk-

baar niet doordringen. Dat

laat zich verklaren door de

ingebouwde damprem van

het geslotencellige materi-

20 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

De olie- en gasindustrie profiteert van de voordelen van flexi-

bele elastomeer isolatie, hier bij tankisolatie.

Leidingisolatie met ArmaSound Industrial Systems toegepast

in een LNG-installatie.

Thermisch-akoestische isolatie aan een bocht. Het systeem

wordt met Arma-Chek ommanteld.

Tabel 1: Vergelijking tussen isolatiematerialen voor olie- en gastoepassingen.

Page 21: Isolatiemagazine 68 december 2015

aal en de volledige verlijming. De test toont overtuigend

aan dat Armaflex ook onder uitzonderlijke omstandigheden

het CUI-risico tot een minimum beperkt. Zeker als men in

aanmerking neemt dat de test het corrosieproces juist pro-

voceert. Zowel de omgevingsbelasting als de aangebrachte

beschadigingen gaan ver voorbij aan reële praktijkomstan-

digheden.

Niettemin heeft ook opstelling B met boorgaten in de

ommanteling de verwachtingen overtroffen. Bij verwijde-

ring van de isolatie voelde de buitenste laag vochtig aan. De

binnenste laag bleek volledig droog. Op de stalen leiding is

nergens corrosie aangetroffen: het isolatiemateriaal heeft

voorkomen dat vocht het leidingoppervlak bereikt. De test

bewijst dat het geslotencellige isolatiemateriaal met geïnte-

greerde dampremming het CUI-risico aanzienlijk terug-

dringt. Van doorslaggevend belang is correcte bepaling van

de isolatiedikte, systeemspecifieke corrosiebescherming, lijm,

ommanteling en uiteraard vakkundige montage.

Een gedetailleerd testrapport is beschikbaar op www.arma-

cell.com/oilandgas/cui.

Eisen in gas- en oliesectorZoals Tabel 1 laat zien, presteert geslotencellige elastomeer

isolatie minimaal gelijk of beter dan alternatieve isolatiema-

terialen. Vanzelfsprekend zijn er ook beperkingen, zoals de

bestendigheid tegen zeer hoge temperaturen, agressieve

media en weersinvloeden. Ook de geluidabsorptie heeft zijn

grenzen. Ommantelingssystemen zoals Arma-Chek kunnen

een aantal van deze functies overnemen. Deze ommanteling

op rubberbasis is specifiek ontwikkeld voor de olie- en gas-

industrie. Het biedt effectieve bescherming tegen binnen

dringend vocht, mecha-

nische belasting, UV-stra-

ling, zeewater en chemi-

caliën. De waterdamp-

diffusieweerstand ligt

boven 50.000 µ: daar-

mee is het materiaal

technisch gezien damp-

dicht. Verder voordeel

van Arma-Chek is het

flexibele karakter: na

stoten of betreden – hoe

verwerpelijk ook – veert

het terug.

Akoestische isolatieArmacell heeft flink geïnvesteerd in onderzoek en product-

ontwikkeling gericht op geluid- en trillingdempende elasto-

meer isolatiematerialen voor de olie- en gassector.

Compressoren, regel- en afblaasventielen kunnen in de com-

plexe installaties behoorlijke geluidspieken genereren, die

zich in leidingen voortplanten.

In hogedrukleidingen versterken wervelingen rond afsluiters

en kleppen en richtingsveranderingen het stromingsgeluid.

Aanvullend op geluidreductie aan de bron en beperking van

de geluidvoortplanting moet geluidreductie vooral van het

isolatiesysteem komen. Dus ook van de isolatie en omman-

teling van leidingen en vaten.

Geslotencellig elastomeer isolatiemateriaal dempt uitste-

kend constructie-/contactgeluid: afhankelijk van de isolatie-

dikte tot 30 dB (A). Bovendien is de geluidabsorptie in de

middenfrequenties goed. Toch beantwoordt conventionele

elastomeer isolatie minder goed aan de strengste eisen in

geluidisolatie. Alleen met een aangepaste materiaalstruc-

tuur zijn voor specifieke toepassingen duidelijk betere

prestaties mogelijk. In samenwerking met de Britse

Bradford-universiteit is Armacell er in geslaagd isolatiemate-

riaal te ontwikkelen dat over het gehele relevante frequen-

tiebereik uitstekende geluidabsorptie realiseert. Het oor-

spronkelijk geslotencellige isolatiemateriaal is technisch

ingrijpend doorontwikkeld tot een volledig nieuw

akoestisch isolatieschuim met een opencellige microstruc-

tuur. In combinatie met Armaflex-isolatie en Arma-Chek-

mantel voorziet dit materiaal – ArmaSound Industrial - niet

alleen in afdoende akoestische isolatie. Het voorkomt tevens

energieverlies, condensvorming en binnendringend vocht.

Uitgangspunt voor toepassing van geluidisolerende isolatie

in de indstrie is ISO 15665 “Geluidisolatie voor pijpen, klep-

pen en flenzen” (Zie tabel 2). Overeenkomstig de norm-klas-

sen A, B en C biedt Armacell drie varianten ArmaSound

Industrial System. aanvullend is de D-klasse beschikbaar die

beantwoordt aan Shell-specificatie DEP 31.46.00.31.

In vergelijking met andere isolatiesystemen halen deze ther-

misch-akoestische sandwichconstructies plaatsbesparingen

tot zestig procent en gewichtreducties tot vijftig procent.

Elastomeer in olie- en gasindustrieIn toenemende mate past de olie- en gasindustrie flexibele

elastomeer isolatie toe voor thermische en akoestische isola-

tie. Waar het in de jaren negentig nog werd gezien als een

nicheproduct, heeft het zich inmiddels bewezen als vol-

waardig alternatief. Het wordt dan ook geregeld voorge-

schreven voor grote industrieprojecten, zoals het

Australische Great Gorgon-project en het LNG-project Ichtys

voor de Australische westkust.

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 21

Tabel 2: ISO 15665: Minimale demping volgens ISO 15665.

Elastomeer isolatie realiseert aanzienlijke plaats- en gewicht-

besparing. De afbeelding toont enkele isolatiesystemen con-

form klasse B2 (ISO 15665). Links voorbeelden van een con-

ventionele thermisch-akoestische isolatieopbouw met

geschuimd glas of PIR in combinatie met minerale wol, rechts

de aanmerkelijk dunnere opbouw met ArmaSound Industrial

Systems B.

Page 22: Isolatiemagazine 68 december 2015

Metals

Afwerkingzit in ons DNA!

ALUMINIUM VOOR DE ISOLEERDER

Aluminium legering 1050 (Al 99,5) / 5049 (zeewaterbestendig) / 3005 / 5040

Oppervlakte glad / stucco

Dikte 0,6 - 1,2 mm

Breedte 1.000 mm / 1.250 mm / 1.500 mm

Gewicht 150 - 2.000 kg

BEVESTIGINGSMIDDELEN

Schroeven Plaat- & Boorschroeven

Klinktechniek Popnagels

Afsluittechniek Profi Verschluss-sortiment dekenhaken

ISOLEERDERS GEREEDSCHAP

Handgereedschap Tangen, Zagen, Meet- en aftekengereedschap

Elektrisch gereedschap Boormachines, Lasapparaten etc.

MEER WETEN?Bel 010-20 85 400of ga naar www.resolpro.com

De Resolpro Group bestaat uit Asbipro | Alert | Flamepro | Resolpro Metals | Hydro Rock | ANR | Technicas

Metals

Technische Isolatie

Page 23: Isolatiemagazine 68 december 2015

VCA is basisbagage

������������������� ����������������������������������������������������

������������ ����!�"����������������#���$����!�!� �%%��&&�!!���#���$�'�!�!� �%���&%�(!

���������)�*���+������������,��-��+���

Iso lat ie a l s tweede natuur

VAN DER LINDEN & VELDHUIS

VCA is basisbagage

Print Rendement

Henk van der Bend

Tituslaan 13

6642 AP Beuningen

The Netherlands

t. 024 6776930

m. 06 43 573 405

[email protected]

www.printrendement.nl

Print Rendement

Specialist in GrafiMedia

Producties

Voor al uw drukwerk,

online communicatie en

relatie magazines

UW PARTNER

IN ELEKTROWARMTE

Post: Postbus 50 | 7490 AB Delden

Bezoek: Amperestraat 4 | 4004 KB Tiel

Tel: 088 - 88 98 850 Fax: 088 - 88 98 851

[email protected]

www.huikeshoven.nl

www.elektrowarmte.nl

> Tracingsystemen en verwarmingskabels

> Verwarmingsjackets en siliconenmantels

> Doorstroomheaters en verwarmings elementen

> Vatverwarming en containerverwarming

> Ribbenbuiskachels en ruimteverwarming

> Alles in ATEX en niet-ATEX uitvoering

29/02/12 08:36

.COMSALAWWW YRY

Isolatie Magazine

in de bus

Isolatie Magazine richt zich op de totale bedrijfs-

kolom voor technische isolatie en is het offi cieel

orgaan van de Nederlandse Vereniging voor

Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf.

Iedere uitgave bevat vaktechnische informatie,

projectreportages, feiten en visies. De branche-

instellingen OOI (vakopleiding), CINI (technische

normen en standaarden) en NCTI (branchetech-

nisch instituut) informeren in Isolatie Magazine

de branche over de nieuwste ontwikkelingen.

U vraagt gemakkelijk een abonnement aan via

www.isoleren.nl, tabblad ‘Technische Isolatie’

en vervolgens rubriek ‘Isolatie Magazine’.

Isolatie Magazine richt zich op de totale bedrijfs-

kolom voor technische isolatie en is het offi cieel

orgaan van de Nederlandse Vereniging voor

Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf.

Iedere uitgave bevat vaktechnische informatie,

projectreportages, feiten en visies. De branche-

instellingen OOI (vakopleiding), CINI (technische

normen en standaarden) en NCTI (branchetech-

nisch instituut) informeren in Isolatie Magazine

de branche over de nieuwste ontwikkelingen.

U vraagt gemakkelijk een abonnement aan via

www.isoleren.nl, tabblad ‘Technische Isolatie’

en vervolgens rubriek ‘Isolatie Magazine’.

�����������������������������

������������������������� ������������­�

��� �������� ��

de natuur

● INDUSTRIËLE ISOLATIE

● CONSTRUCTIEWERK

● ASBESTVERWIJDERING

ELDHUIS

������������������������������������ � �����������������������������������

������������������������������������������������������������������ ������������­�

�������������������������������������������� ��� �������� ��

VAN DER LINDEN & VELDHUIS

� INDUSTRIËLE ISOLATIE

� CONSTRUCTIEWERK

� ASBESTVERWIJDERING

Isolatie als tweede natuur

Page 24: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE OP LOCATIE

Nederland is gewend aan ongestoorde beschikbaar-

heid van aardgas. Voor het comfort van douche en

verwarming of voor dagelijks vers brood uit gasge-

stookte bakkersovens. Al bijna vijftig jaar garandeert

de LNG-installatie van Gasunie Peakshaver op

Maasvlakte I in nauwe samenwerking met netbeheer-

der GTS voldoende druk. Deze plant bedient met

name het Randstedelijke deel van het 12.500 leidingki-

lometers lange Nederlandse aardgasnet. Via de

‘Gasrotonde’ maken distributienet. toeleverende

installaties en opslagfaciliteiten deel uit van de inter-

nationale infrastructuur.

PrecisiewerkDe peakshaver moet in actie kunnen komen bij dag-

temperaturen onder 0 à -2 °C. In de zomermaanden,

van 1 april tot 1 november, is er ruimte voor onder-

houd, revisie en modificaties zodat de installaties in

het koude tijdvak optimaal functioneren. Op de drem-

pel van het stookseizoen - in de Gasunie-kalender tus-

sen 1 november en 1 april - monteren drie- tot vier-

koppige teams van Wiko Isolatietechniek en

Steigerbouw uit Rotterdam een nieuw Foamglas-sys-

teem op vier 10 kW-Bently Nevada opvoerpompen.

Zodra de gasvraag de primaire toevoer overschrijdt,

voeren deze zware pompen vloeibaar aardgas en stik-

stof uit de opslagtanks via meng- en vergassingspro-

cessen toe aan het net. Een impressie van de omvang:

ruim een meter doorsnee, bijna vier meter hoog en

aangesloten op tientallen meters lange opvoer-perslei-

dingen. Per pomp gerekend is het team tien werkda-

gen intensief bezig. De vraag of dit niet sneller kan,

raakt bij Emil Mosch, hoofd Bedrijfsbureau Wiko, de

gevoelige snaar van de vaktechnicus: “Natuurlijk kan

dat niet sneller. Een warm object van vergelijkbare

omvang vraagt al een looptijd van ongeveer vier

dagen. Hier gaat het om een cryogeen systeem met

een mediumtemperatuur van –196 °C. Grondig voor-

bereid precisiewerk, dat begint met demontage van

het bestaande systeem. De uitvoering gaat gepaard

met continue kwaliteitscontrole: in dit werk krijg je

slechts één kans om het perfect te doen. Zodra de

installatie in bedrijf is gesteld, zijn reparaties niet

meer mogelijk of op zijn minst complex en kostbaar.

Dit werk is voor ons het neusje van de zalm: werk voor

de vakman die zijn vak verstaat. Ieder openstaand

naadje betekent – zodra de installatie in bedrijf komt

– direct ijsvorming. Bovendien kan dan vocht in het

isolatiesysteem komen. Dat zou voor de vakman een

heel pijnlijke draai om zijn oren zijn, om het zo maar

eens uit te drukken. Dus: wel efficiënt werken maar

nooit haastwerk: kwaliteit is prioriteit.”

Dubbelwandige tanks De hoofdlocatie van Peakshaver bevindt zich aan de

Missouriweg op Maasvlakte I, met neveninstallaties in

De LNG-installatie van Gasunie op Maasvlakte I kent twee

seizoenen: van 1 november tot 1 april moet deze peaksha-

ver binnen enkele uren kunnen ‘uitzenden’. Gedurende de

overige, milde maanden heeft de onderhoudsorganisatie

ruimte om dit operationele niveau te waarborgen. Vooral

met preventief onderhoud. Op het randje van de twee sei-

zoen voltooiden de isolatiespecialisten de drielaagse

Foamglas-isolatie van vier zware cryogene dompelpompen.

“Precisiewerk met slechts één kans om het goed te doen”,

zegt Wiko Rotterdam bij monde van Emil Mosch.

24 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

”Slechts één kans om het goed te doen”

Pompen peakshaver Gasunie inhermetisch Foamglas-pakket

De kop van de stikstofpomp, grotendeels in het meerlaagse

Foamglas One-systeem.

Page 25: Isolatiemagazine 68 december 2015

Botlek en Pernis. Coördinator Onderhoud Peter

Göttker schetst enthousiast de achtergronden van de

peakshaver. Hart van plant zijn twee LNG-tanks en een

stikstoftank. De ca. dertig meter hoge dubbelwandige

tanks met een diameter van veertig meter bieden

12.500 m3 vloeibare gasopslag, na expansie – compres-

siefactor 600 – goed voor 78 miljoen m3 gas. De peaks-

haver heeft een maximale uurcapaciteit van ca. 1,3 mil-

joen m3. Op basis van volle tanks kan de installatie

bijna een maand onafgebroken ‘uitzenden’, dat wil

zeggen leveren aan het distributienet. Uiteraard wor-

den de voorraden via de vloeibaarmakerij steeds op

peil gehouden. Daarvoor ontvangt de plant niet alleen

gas uit de Nederlandse aardgasvelden, maar bijvoor-

beeld ook uit andere bronnen via bijvoorbeeld de

nabijgelegen Gate-LNG-terminal. Menginstallaties ver-

werken hoog- en laagcalorisch tot de nauwe

Groningen-specificaties: het G-gas, geschikt voor de

apparatuur van de eindverbruiker. Ook wordt

uiteraard odorant toegevoegd als veiligheidsklikstof

aan het van nature reukloze aardgas.

De tanks zijn vanzelfsprekend geïsoleerd – met steen-

wol – en staan op een dik pakket Foamglas HLB tank-

bodemisolatie. In combinatie met de dubbelwandige

constructie is de isolatie voldoende om vloeibaar

methaan (-162 °C). en stikstof (-196 °C.) op te slaan

zonder aanvullende koeling. Het relatief beperkte ver-

dampende volume wordt via de vloeibaarmakerij

teruggevoerd.

Eén uur responsetijdIn een gemiddelde winter – voor zover die bestaan –

staat de peakshaver zo’n vijftien keer paraat en wordt

op verzoek van de netbeheerder ongeveer tien maal

overgegaan tot uitzending. Dat zijn gemiddelden:

alleen al in de koude januarimaand van 2013 sprong

de installatie tien keer bij. Bijspringen moet volgens

het overeengekomen servicelevel snel gebeuren: over-

dag binnen een uur, ’s avonds binnen drie uur. Dit rea-

liseert de organisatie via het voorafgaande paraat-pro-

tocol. De installatie heeft immers ongeveer acht uur

nodig om geheel op temperatuur en druk te komen.

Gedurende het seizoen test Gasunie-Peakshaver weke-

lijks alle essentiële delen waaronder pompen en com-

pressoren. “Het geheel is door de aard van het proces

veel complexer dan een continu draaiende installatie”,

licht Peter Göttker toe. “Temperaturen variëren van

omgevingstemperatuur tot –200 °C, wat hoge eisen

aan alle componenten stelt. Ook voeren we dus wisse-

lende processen uit. Van november tot april staan we

paraat voor uitzending, van april tot november ver-

werken we methaan tot vloeibaar gas. Altijd zijn delen

van de fabriek vol in werking, terwijl we op andere

delen onderhoud uitvoeren.”

PompisolatieDe vier stikstofpompen zijn in een geplande revisie-

operatie voorzien van nieuwe sealings, die dankzij

nieuwe technologie de standtijd – ondanks de extreem

wisselende temperaturen en vele start-topcycli– met

een factor tien verlengen tot meer dan 25.000 draaiu-

ren. Gasunie hanteert eigen specificaties voor isolatie-

systemen, mede gebaseerd op de CINI-normen en

wereldwijd gehanteerde richtlijnen. In verband met

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 25

Pigrun

Gasunie Peakshaver beheert tientallen leidingkilome-

ters, die overwegend met Foamglas- en PIR-systemen

zijn geïsoleerd. De leidingen verbinden onder meer de

hoofdvestiging met de satellietplants op Botlek en

Pernis alsook met Gate terminal. Reiniging en inspectie

worden uitgevoerd met automatische intelligente

‘pigs’ die onder meer wanddikteanalyses draadloos

rapporteren. Geen kans dat corrosie onder isolatie of

andere signalen onopgemerkt blijven. Een ‘pigrun’

gaat behoorlijk snel: onlangs is in amper zes uur een

traject van 37 kilometer geïnspecteerd en gereinigd.

Partners in dit isolatieproject: V.l.n.r. Emil Mosch (Wiko), Rob

Langendam (Foamglas) en opdrachtgever Peter Göttker

(Gasunie Peakshaver).

Impressie van een reeds jaren functioneel Foamglas-deel met

Terostat afwerking. Natuurlijk niet meer spic&span schoon,

wel in functionele nieuwstaat.

Page 26: Isolatiemagazine 68 december 2015

explosieveiligheid gaan deze uit van anorganische iso-

latiematerialen bij opslag en processing van vloeibaar

stikstof, zuurstof en LNG. Voor de isolatie van de stik-

stofpompen specificeert Gasunie Foamglas One, op

grond van veiligheid, cryogene isolatiekarakteristieken

en de mechanische eigenschappen. Het systeem is

afgewerkt met een slagvast Terostat-mantel, onder-

deel van het Foamglas isolatiesysteem.

Wiko Isolatietechniek en Steigerbouw voert de werk-

zaamheden uit onder bescherming van een waterdich-

te tent. Dit voorkomt dat bij de werkzaamheden

onder atmosferische omstandigheden insluiting van

vocht tussen object en isolatie.

Het omvangrijke meerlaagse systeem – de pompdia-

meter is op de kop 1,25 meter – is als prefab-maat-

werk door Foamglas geproduceerd, in overleg met

Wiko Isolatietechniek en Gasunie. Dit garandeert een

straksluitend systeem, met minimale luchtinsluiting.

Minimaal betekent in dit geval in beginsel géén lucht-

insluiting, waarbij de uitzettingscoëfficiënt van

geschuimd glas de puntjes op de i zet: Foamglas

krimpt licht minder dan staal: zodra de pomp in

bedrijf komt sluit het materiaal nauw om het object

en worden segmentnaden aangetrokken.

Droog met antischuurlaagDe eerste laag wordt droog op het object gezet, dus

zonder lijm of kit. Aan de binnenzijde krijgen de

Foamglas One-segmenten een antischuurlaag in de

vorm van een anorganische celvullende coating. Bij

systemen met wisselende temperaturen of mogelijke

vibraties – in dit project is sprake van beide factoren –

om de oppervlaktebescherming van het object te

beschermen. Uiteraard moeten ook de chemische

eigenschappen van object en isolatie elkaar goed ver-

dragen. Foamglas is vrij van oplosbare chloriden, en is

dus veilig toepasbaar op een schoon rvs-oppervlak

zoals dat van de Bently-pomp. De buitenlaag van het

systeem is voorzien van een fabrieksmatig aange-

brachte Terostat-coating, zodat in de projectuitvoering

kan worden volstaan met overeenkomstige afwerking

van de naden met Terostat-sealer. Dit zorgt voor een

hermetisch gesloten en mechanisch solide systeem.

Alvorens tenslotte de rvs 304-mantel wordt aange-

bracht installeert Wiko PE-schuimfolie met antiperfo-

ratielaag.

Het isolatiesysteem en de realisatie daarvan is geba-

seerd op partnerschap. Leidend zijn uiteraard de speci-

ficaties, voorschriften en installatietechnische gege-

venheden van Gasunie Peakshaver. Op basis daarvan

inventariseren de isolatiespecialisten van Wiko in over-

leg met Foamglas de optimale inzet van prefab en de

aanpak op locatie van supports en appendages.

Hiervoor past men ter plaatse plaat- en vormdelen

zorgvuldig aan op de exacte geometrie. Uiteraard

wordt het gehele supportblok ook in Foamglas gezet,

tot op drie- à viermaal de object-isolatiedikte in ver-

band met koudebruggen. Hetzelfde geldt voor de ver-

lengde spindels van afsluiters, drukmeters en overige

meet- en regelapparatuur, die in de lengterichting tot

driemaal de isolatiedikte – in dit geval 1500 mm –

worden uitgeïsoleerd.

Wiko Isolatietechniek en Steigerbouw heeft het pro-

ject afgerond vóór de aanvang van het

‘Uitzendseizoen’ van Gasunie. De buitentemperatuur

bleef zelfs hoog voor de tijd van het jaar, maar wind

en regen rechtvaardigden de beschermende tent. Als

het de komende tijd echt koud wordt, is Gasunie er

klaar voor, net als de afgelopen vijftig jaar.

26 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Tegen de achtergrond van de majestueuze stikstoftank de

batterij opvoerpompen, stuk voor stuk na revisie in Foamglas

isolatie gezet.

Karakteristiek deel van de Gasunie Peakshaver. Delen van de fabriek zijn met de wisseling van de seizoenen in bedrijf dan wel

toegankelijk voor vooral preventief onderhoud.

Page 27: Isolatiemagazine 68 december 2015

MABI AG

Werdstrasse 10

CH-5106 Veltheim

Tel.: +41 56 463 65 65

Fax: +41 56 463 65 66

Internet: www.mabi.ch

E-Mail: [email protected]

Langs deze weg willen wij u

hartelijk danken voor de aangename

samenwerking van het afgelopen jaar.

Wij wensen u en uw naasten een

goede gezondheid en veel persoonlijke

en zakelijke successen toe.

Prettige feestdagen en

het allerbeste voor 2016.

Nieuw: MABI B

ingo 4E EVO

Nieuw: MABI 3

000E EVO Laser

Page 28: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE

Corrosie onder isolatie krijgt in de industriële praktijk lang

niet altijd de aandacht die het verdient, maar dat neemt

niet weg dat het leeft onder installatiebeheerders. De CUI-

workshop van Kennis- en Innovatiecentrum KIC – 15 okto-

ber 2015 in Terneuzen – trok dan ook een brede vertegen-

woordiging van industriële installatiebeheerders waaron-

der Shell, Dow, BASF, Sitech, Yara, Zeeland Refinery, Tata

Steel en Total. Aan de orde kwamen non-destructieve

inspectietechnieken en risico-gebaseerde inspectie, toepas-

sing van thermal spray aluminium (TSA) en technische iso-

latie.

“Isolatie is coating”Inleider Johan Sentjens, product en business development

manager van Temati, wond er geen doekjes om: CUI is een

technisch en organisatorisch mijnenveld, en desondanks

een ondergeschoven kind. Het schort de installatiebeheer-

ders vaak aan specialistische kennis en het belang van iso-

latie wordt onvoldoende erkend. Omdat het meer een

organisatorisch dan een technisch probleem is, blijft CUI

een verborgen gebrek dat meestal te laat aan het licht

komt. “Het bedrijfsmanagement is onvoldoende door-

drongen van het verband tussen CUI en ongestoorde

beschikbaarheid van productie-installaties”, aldus

Sentjens. “Gevolgen: een onvoorspelbaar risico op produc-

tieverlies, milieu-incidenten en persoonlijke ongevallen.”

De eerste spontane Temati-associatie in de isolatiesector is

cryogeen, maar de Beverwijkse systeemspecialist gooit

even hoge ogen ogen met zijn CUI-programma. Vanuit

deze positie poneerde spreker de stelling “Isolatie = coa-

ting”: “Zowel coating als technische isolatie beschermen

de installatie. Bedrijven hebben meestal gedegen coating-

en materialenkennis, maar helaas minder van technische

isolatie. Dat zou meer in balans mogen zijn: de enkele

decennia geleden nog gebruikelijke teams van isolatiespe-

cialisten in de petrochemie moeten we nu met een ver-

grootglas zoeken.”

Energie-efficiëntie en CUICUI ontstaat tussen circa -4 ºC en circa + 175 ºC graden.

Men isoleert in dit temperatuurgebied vooral voor per-

soonlijke veiligheid en daarnaast vanzelfsprekend om pro-

cestechnische redenen. Isolatie draagt ook belangrijk bij

aan energiebesparing, met terugverdientijden van soms

enkele maanden. Brancheorganisatie VIB te Nieuwegein

en het daaraan gelieerde kenniscentrum Nederlands

Centrum voor Technische Isolatie (NCTI) te Spijkenisse stel-

len vast dat isolatie als energiebesparingsmaatregel sterk

aan belang wint. VIB en NCTI rekenen asset-owners aan

de hand van onderzoeken en praktijkervaring voor dat

investeringen in technische isolatie op korte termijn geld

opbrengt. Toepassing van juiste isolatiesystemen bespaart

dus energie, CO2–emissie én kosten. Bovendien verhoogt

isolatie de beschikbaarheid van productie-installaties door

terugdringing van het CUI-risico.

Vaak staan deze doelstellingen direct en met zoveel woor-

den genoemd in het ‘Corporate Mission & Vision

Statement’ van de onderneming. “De stap naar een goede

isolatie-inspectie en onderhoudsstrategie is dus niet alleen

noodzakelijk, maar ook heel logisch”, concludeert de spre-

ker. En als reactie op het item investeringsruimte: “In de

”Als verborgen gebrek komt CUI meestal te laat aan het

licht. Thermische isolatie in relatie tot corrosie is een onder-

geschoven kindje, bij gebrek aan kennis en bewustzijn. Het

is dus meer een organisatorisch dan een technisch pro-

bleem.” Dit betoogde Johan Sentjens 15 oktober 2015 op de

CUI-workshop van Kennis- en Innovatiecentrum KIC te

Terneuzen. Sentjens, product en business development

manager van Temati vestigde mede namens CINI de aan-

dacht op relatief onbekende maar effectieve non-contact-

en spouwsystemen die binnengedrongen vocht afvoeren.

“Organisatorisch begint het met een corrosieteam op mana-

gementniveau”, aldus Sentjens. “Bedrijven die het zo aan-

pakken, beheersen de problematiek het best.”

28 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Johans Sentjens op CUI-symposium KIC:

”Corrosie onder isolatievooral organisatorisch probleem”

Johan Sentjens, product en business development manager

Temati: “Bedrijven met een speciaal corrosieteam boeken meeste

succes in CUI-beheersing”.

KIC Terneuzen

Het Kennis- en Innovatiecentrum is een

initiatief van Valuepark Terneuzen. Ruim

veertig chemie- en petrochemiebedrijven

in zuidwest Nederland stimuleren sinds

2011 innovatie door permanente samen-

werking met kennisinstellingen en

onderhoudsbedrijven in de procesin-

dustrie. Het KIC brengt partijen door

middel van bijeenkomsten en projecten

samen. Kennis, ervaring en best practices

worden uitgewisseld en innovatieve

ideeën worden in de praktijk uitgewerkt.

Page 29: Isolatiemagazine 68 december 2015

huidige, beperkte kredietruimte investeren banken bij

voorkeur in bedrijven met een goed milieu- en veilig-

heidsbeleid. Twee kwaliteiten die dus direct verband

houden met CUI. Samengevat: kwalitatief goede isolatie

draagt concreet bij aan missie en visie op corporate

niveau.”

Informatie en kennisZoals gesteld: Sentjens benoemt CUI is in eerste instantie

als organisatorisch probleem. “In technisch zin behande-

len tal van documenten CUI. De NACE (National

Association for Corrosion Engineers) publiceerde al in

1958 over CUI. De European Federation of Corrosion

(EFC) heeft recentelijk een geüpdate CUI-richtlijn gepu-

bliceerd met een stappenplan voor een zogenaamde

“CUI mitigation strategy” ofwel strategie voor CUI-

bestrijding. Dit begint bij het betrokkenheid van het

hogere management, dat een corrosieteam formeert

waarin alle belanghebbenden zijn vertegenwoordigd.

Verder beschrijft deze richtlijn de inrichting van een

inspectie- en onderhoudsstrategie op basis van RBI (Risk

Based Inspection, risicogebaseerde inspectie). Voor wat

betreft isolatie refereert deze guideline aan het CINI-

handboek voor industriële isolatie.

Fit For-PurposeMet dat CINI-handboek in de hand staafde Sentjens zijn

stelling dat CUI-preventie organisatorische aandacht

vergt, terwijl de techniek al veel oplossingen op de plank

heeft: er staan verschillende isolatiesystemen beschreven,

die om onduidelijke reden bij het grote vakpubliek vrij

onbekend zijn. Namelijk ‘non-contact’-isolatie of isolatie

met luchtspouw. Deze systemen worden niettemin gere-

geld toegepast, bijvoorbeeld in Noorwegen door Statoil

of in Duitsland. Sentjens: “De gedachtegang hierachter is

de vaststelling, die ook binnen EFC en NACE wordt

gedragen, dat vocht in isolatie op lange termijn niet te

voorkomen is.” Bedoelde isolatiesystemen zijn zo ont-

worpen dat binnengedrongen vocht – door welke oor-

zaak dan ook - weer wordt afgevoerd. De oorzaak voor

binnendringend vocht is niet altijd even voor de hand

liggend als onjuiste montage of belopen isolatie.

Bijvoorbeeld een brandweeroefening, waarbij men met

hoge druk op een geïsoleerd object spuit. Maar veel

belangrijker en hardnekkig te bestrijden blijft het

belopen van isolatie”, waarschuwde spreker. Met een

cartoonprojectie vertolkte hij de gevoelens van de isola-

tiespecialist: op belopen van isolatie moet ontslag staan.

Fit for purposeVocht onder isolatie of natte isolatie in contact met de

ondergrond kan CUI veroorzaken. Daarnaast verslechtert

vocht het ook levensduur de thermische eigenschappen

van het isolatiemateriaal. Vocht verhoogt de lambda-

waarde (λ) oftewel de thermische conductiviteit.

Naast de twee in het CINI-Handboek beschreven isolatie-

systemen zijn er tal van andere producten en ontwikke-

lingen die hierop inspelen. Bijvoorbeeld drainpluggen of

een detectiesysteem dat vocht onder isolatie in een

vroegtijdig stadium detecteert.

Sommige producten zijn al toegepast of worden door

installatiebeheerders getest: dat is de beste zo niet de

enige manier om vast te stellen of deze producten ‘fit for

purpose’ – doelmatig - zijn en tot een ‘best-practices’-

standaard kunnen leiden. “Daar kunnen organisaties als

KIC en ook NCTI een belangrijke rol vervullen”: aldus

Sentjens. “Zij zijn in staat om verschillende systemen

onafhankelijk te testen en daarmee bij te dragen aan

versnelde innovatie op dit gebied.”

Bewustwording door kennis“CUI-preventie begint bij de engineering en een goede

specificatie”: aldus Sentjens op de KIC-workshop. “Het

CINI handboek voorziet hierin. Daarnaast geeft het NCTI

een tweedaagse cursus die dieper ingaat op thermische

isolatie en effectief gebruik van het CINI-handboek. Om

daarnaast ook te voorzien in de behoefte aan isolatie-

kennis tijdens de uitvoeringsfase is een aanvullende dag-

cursus ‘Gecertificeerd CINI-inspecteur’ opgezet voor

inspecteurs en onderhoudsfunctionarissen. Zij worden

dagelijks geconfronteerd met de gevolgen van slecht

onderhouden isolatie en spelen een cruciale rol spelen in

opzet en implementatie van onderhoudsprogramma’s en

dus ook van isolatiemontage en -onderhoud. De ervarin-

gen van deze groep leveren op hun beurt weer een

belangrijke bijdrage aan de verdere innovatie in isolatie-

materialen en -systemen.”

Inspectie en detectie van CUIVoldoende isolatiekennis is belangrijk om inzicht te krij-

gen in de kans op CUI. Maar aangezien het soms om

meer dan dertig jaar oude installaties gaat, met weinig

of geen historische inspectie- en onderhoudsdata, ver-

schaft alleen een volledige visuele inspectie een betrouw-

baar CUI-beeld.

ConclusieSentjens conludeerde dat bedrijven met een speciaal

‘Corrosieteam’ de meeste successen boeken in hun CUI-

beheersing. Ook dan concentreert de CUI-aandacht zich

nog overwegend op projecten waar tijdens een stop of

bij inspectie reeds CUI is aangetroffen. Ook is er nog een

relatief sterke focus op oppervlakte beschermingssyste-

men zoals TSA, terwijl er op het gebied van innovatie en

isolatie in relatie tot CUI nog mogelijkheden genoeg lig-

gen. De workshop CUI is dan ook het startsein voor pro-

jecten in KIC-verband die actuele best-practices ontwik-

kelen. “Isolatie moet er daar zeker een van zijn”, aldus

Johan Sentjens.

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 29

CUI is meer een beheerskwestie dan een technisch pro-

bleem. Daarom manifesteert het zich vooral als verborgen

gebrek, dat doorgaans te laat aan het licht komt. De schade

is dan al aangericht.

Page 30: Isolatiemagazine 68 december 2015

NCTI- NIEUWS

Een CUI-lek kan kosten veroorzaken wegens uit-bedrijf

zijn van de installatie. Corrosie onder isolatie kost zeker

dan veel geld. Uit publicaties van American Petroleum

Institute (API) en European Federation of Corrosion

(EFC) blijkt dat veel organisaties het probleem onder-

kennen. Beperking van corrosie is alleen mogelijk door

systeembenadering en multidisciplinaire aanpak.

Herkenning van corrosie onder isolatie is één, voorko-

men is een ander verhaal. Iedereen draagt zijn steentje

bij aan preventie.”

John Houben (Materials Engineering Specialist bij

ExxonMobil) stelt dat corrosiepreventie bij nieuwbouw

begint bij het installatieontwerp: “De ontwerper kan

alleen een isolatievriendelijke installatie ontwerpen, als

hij gedurende het gehele ontwerpproces corrosie onder

isolatie in zijn achterhoofd houdt. De ontwerper moet

de procescondities kennen en de relevante procestem-

peraturen weten. Daarnaast is de omgeving van de

installatie van belang. Zo is de corrosiedruk in het kust-

gebied en nabij andere industrieën groter dan in het

binnenland. Op basis van deze gegevens volgt de keuze

voor het isolatie en coatingsysteem.”

Vakmanschap

Bij het aanbrengen van isolatie ziet Houben een sleutel-

rol voor de isolatie-inspecteur: “Tijdens inspectie van

isolatiesystemen komen beschadigingen ten gevolge

van fabricage, transport, montage en herstel aan het

licht. Vooral bij koude-isolatie, waarbij gewerkt wordt

met vapour barriers, is het van belang dat ervaren, bij

voorkeur gecertificeerde, inspecteurs er bij betrokken

zijn. Is een installatie eenmaal in bedrijf, dan hebben

operators een belangrijke taak in de signalering van

isolatiedefecten en corrosiepreventie. Zij werken dage-

lijks met de installatie en kunnen een defect en potenti-

eel corrosiegevaar direct melden aan de onderhouds-

dienst. Het CINI-handboek voorziet operators van infor-

matie voor signalering van corrosiegevoelige locaties.

Hoewel isolatie meer aandacht krijgt dan voorheen, is

het zaak dat iedereen hieraan voldoende aandacht

blijft besteden.”

Pre-inspection meetings

ExxonMobil neemt coating en isolatie zeer serieus en

belegt speciale ‘pre-inspectionmeetings’. Houben legt

uit: “Wij hebben ervaren dat een algemene pre-inspec-

tiemeeting aan het begin van een project niet volstaat.

De coatingaannemer is dan nog niet in beeld en ook de

isolatiecontractor is veelal nog niet bekend. In de prak-

tijk blijkt dat coating- en isolatiespecialisten niet vol-

doende betrokken worden bij de beoordeling van

installatietekeningen om te kijken of het ontwerp coa-

ting- en isolatievriendelijk is. Daarom is een pre-inspec-

Corrosie onder isolatie:

“Iedereen draagt steentje bijaan preventie”Corrosion under insulation (CUI) is misschien wel het

kostbaarste knelpunt in de procesindustrie. Sinds het

ontstaan van CINI speelt corrosiepreventie dan ook een

belangrijke rol in het handboek (tab 7: ‘Corrosie-

bescherming onder isolatie’). John Houben, Materials

Engineering Specialist bij ExxonMobil is blij met de

NCTI-aandacht voor corrosiepreventie: “Hoewel isolatie

niet de veroorzaker van corrosie is, kan de isolatie-

branche met kennis van corrosie en preventieve maat-

regelen veel problemen voorkomen.”

30 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Nieuwe isolatie aanbrengen, is de inspectieconclusie bij een

afsluiter.

Page 31: Isolatiemagazine 68 december 2015

tionmeeting speciaal voor coating- en isolatieapplicaties

meer dan wensenlijk. Een goed moment voor zo’n

bespreking en eventuele correcties doet zich bijvoor-

beeld voor als een vat fysiek gereed is.”

Thermal Spray Aluminium - TSA

Houben laat weten dat ExxonMobil voor conservering

onder isolatie veel thermal spray aluminium (TSA)

gebruikt: “Bij TSA wordt vloeibaar aluminium op het te

beschermen oppervlak verneveld. TSA heeft veel voor-

delen ten opzichte van organische coating. Allereerst de

levensduur. TSA gaat wel dertig jaar mee, terwijl orga-

nische coatings een kortere levensduur hebben.

Anderzijds is een organische coating ook bij marginale

oppervlakte-voorbehandeling aan te brengen. Dit gaat

bij TSA niet op. Bij onvoldoende voorbereiding of niet-

optimale applicatie, is dit direct zichtbaar. TSA biedt

verder kathodische bescherming onder isolatie, hetgeen

bij organische coatings niet altijd het geval is. Sterker

nog, een zinkprimer zonder topcoating onder isolatie

levert zelfs een versnelde lokale corrosie op, omdat zink

boven 60 °C in het galvanische proces kathodisch

wordt en dus staal tot offer-anode degradeert.”

Onderhoud

De onderhoudsaanpak van ExxonMobil voor CUI-pre-

ventie is vrij uniek. John Houben: “Het corrosierisico

hangt af van de installatieleeftijd en eveneens van het

heersende klimaat. In tropische omstandigheden zijn

installaties het meest kwetsbaar voor corrosie onder iso-

latie. Voordat wij met onderhoud starten worden de

installaties gescreend volgens de RBI-methodiek (Risk

Based Inspection) en bepalen we welke systemen als

eerste onderhoud nodig hebben. Aan de hand van de

prioriteitenlijst maken we onderhoudsplannen.

Uitgangspunt is altijd verwijdering van de bestaande

isolatie wordt en stralen van het oppervlak voordat we

TSA aanbrengen. Immers, de ervaring leert dat de cor-

rosie vaak wordt ontdekt waar je het niet verwachten.

De onderhoudswerkzaamheden verlopen doorgaans

‘on-stream’ bij warme isolatie: de installatie blijft in

bedrijf. In het geval van leidingen is het lastiger om pri-

oriteiten te stellen, omdat deze systemen complexer

zijn. Het stralen van leidingen en het aanbrengen van

TSA is veel bewerkelijker op leidingsystemen. Voor de

prioriteisbepaling volgen wij de RBI-methodiek met risi-

comatrix, zoals beschreven in EFC-publicatie 55.

Daarnaast werken wij samen met ervaren TSA aanne-

mers.”

Stralen of geld weggooien

Houben is glashelder over de noodzaak van stralen:

“Niet stralen is geld weggooien. Ofwel ‘It will not last,

if you do not blast’. Je moet het materiaal dan ook kún-

nen stralen en dat is niet altijd eenvoudig. Soms zijn de

oppervlakken niet goed bereikbaar door obstakels zoals

steunen, stompen en bordessen die deze TSA-voorbe-

handeling bemoeilijken. Hijsogen zijn een mooi voor-

beeld. De achterkant aan een zijde van het vat is niet

bereikbaar voor stralen en TSA-behandeling. Op derge-

lijke plaatsen is ook correcte isolatiemontage lastig. In

zulke gevallen begint het met ontwerp, constructie en

montage van volledig bereikbare hijs-stompen met het

oog op stralen en nauwkeurige isolatiemontage.”

In gesprek

Kennis van isolatie en corrosiepreventie is voor de hele

keten van belang. Houben concludeert dat specialisten

meer met elkaar in gesprek moeten en kennis over CUI-

preventie met verschillende disciplines moeten delen:

“De procesindustrie moet voortdurend worden gewe-

zen op isolatiespecificaties en handboeken. Specificaties

zijn alleen waardevol als ze zowel in de engineering als

op de werkvloer worden gevolgd. Daarom hecht ik ook

veel waarde aan training. ExxonMobil is al sinds 2005

gebruiker van de CINI-cursus en – wereldwijd - van het

CINI-Handboek.”

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 31

John HoubenJohn Houben is Materials Engineering Specialist

bij ExxonMobil. Hij is nauw betrokken bij de tot-

standkoming en actualisatie van Tab 7

‘Corrosiebescherming onder isolatie’ van het CINI-

Handboek. Over CUI-management is ook veel

terug te vinden bij internationale organisaties

(rapporten): American Petroleum Institute (API),

RP 583-2014; European Federation of Corrosion

EFC, Publication 55; National Association of

Corrosion Engineers, NACE international:

Standard Practice 0198-2010.

Heat-tracing kan CUI in de hand werken

(foto: EEPC Roadmap to Managing CUI).

Hoge densiteit-isolatie bij leidingsteunen voorkomt

corrosie.

Page 32: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE INNOVATIE

Veertig procent lichter. Dat is de SeaRox-innovatie

FB 6000 waarmee Rockwool Technical Insulation 2016

opent. Scheepvaart en offshore én hun isolatiebedrijven

zijn per definitie geïnteresseerd in gewichtsreductie.

Veertig procent mag substantieel of zelfs baanbrekend

heten.

Energie en laadruimteAls wetgever en verzekeraar het al niet afdwingen, stel-

len scheepseigenaren en scheepsbouwers zelf wel hoge

eisen aan isolatiesystemen. Brandveiligheid staat voor-

op, direct gevolgd door blijvend hoge thermische en

akoestische functionaliteit. In de offshore-industrie

geldt hetzelfde. Wat goed is kan echter beter: de mari-

tieme sector ziet alle componenten waaronder het isola-

tiemateriaal graag licht en compact. Dat bespaart aan-

zienlijk op energiegebruik/CO2-emissie en stelt – zeker

voor jachten en kleinere schepen - interessante nuttige

ruimte beschikbaar. Een lager gewicht maakt een schip

zelfs enigszins sneller. Met de nieuwe generatie SeaRox

komt Rockwool Technical Insulation de scheepsbouw

dus fors tegemoet: tot veertig procent gewichtsbespa-

ring bij gelijkblijvende prestaties. Dat betreft naast de

thermische karakteristieken ook de voor marinetoepas-

singen zwaarwegende waterafstotende eigenschappen.

Op akoestisch gebied presteert de FB 6000-range zelfs

beter. Het voldoet ruim aan de nieuwste, per 2015 aan-

gescherpte internationale eisen.

VezelstructuurProductontwikkelaars van Rockwool Technical Insulation

hebben intensief gewerkt aan de realisatie van een

lichtgewicht SeaRox-range, inspelend op wensen van

scheepseigenaren en – in hun kielzog – isolatiespecia-

listen. Medio 2015 zijn in Denemarken de eerste nieuwe

materialen in productie genomen, na succesvolle onaf-

hankelijke testen. Enkele maanden later zijn alle certifi-

caten bekrachtigd, waaronder de IMO-goedkeuring

(‘Stuurwiel’) dat de weg vrijmaakt voor de feitelijke toe-

passing. De fabrikant verwacht de nieuwe productie-

techniek geleidelijk uit te rollen over de andere produc-

tievestigingen, waaronder Roermond waar momenteel

een nieuw logistiek centrum verrijst.

De gewichtsbesparing tot veertig procent is berekend

op basis van het nieuwe FB 6000 ten opzichte van con-

ventionele A60 bulkhead-constructies met SeaRox SL-

plaat (100 kg/m3). Het laat zich eenvoudigweg wegen

en zelfs voelen. De resultaten van onafhankelijke tests

en bijbehorende productcertificaten bevestigen de isola-

tiewaarden en brandveiligheidsprestaties. Aan de zach-

tere touch is te voelen dat het materiaal een andere

structuur heeft. Rockwool geeft de technische finesses

achter de innovatie niet prijs: de gewichtsbesparing is

bereikt met een verbeterde vezelstructuur, bereikt door

optimalisatie van het productieproces. Voor alle duide-

lijkheid: Het SeaRox FB 6000-programma bestaat uit 100

procent steenwolproducten.

De productontwikkeling is doelgericht opgezet. De

focus lag dan ook niet alleen op de gewichtsbesparing,

maar gelijktijdig op uiteenlopende praktische aspecten:

denk aan thermische isolatiewaarden, akoestische dem-

ping, certificatiecriteria en applicatie-eigenschappen.

Met andere woorden: de kostbare testfase wordt inge-

zet met helder zicht op marktintroductie.

”Een verbeterde vezelstructuur, gerealiseerd in een geopti-

maliseerd productieproces.” Meer wil Rockwool Technical

Insulation vooralsnog niet prijsgeven over de achtergron-

den van de nieuwe generatie SeaRox-isolatiematerialen

voor scheepsbouw en offshore. De baanbrekende prestatie

zelf kan men gewoon nawegen en nameten: het materiaal

is tot veertig procent lichter bij gelijkblijvende isolatiepre-

staties en brandveiligheid. Met drie plaatvarianten in de

FB 6000-reeks start de introductie van de nieuwe SeaRox-

generatie.

32 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Efficiëntiewinst in energie en belading

Nieuwe SeaRox-generatieveertig procent lichter

Montagegemak: dankzij het lichte gewicht kan SeaRox FB 6000

op gemiddeld zes pennen per plaat worden gemonteerd, tegen

acht op het conventionele product.

Page 33: Isolatiemagazine 68 december 2015

ApplicatieHet nieuwe SeaRox-programma FB 6000 start met drie

plaatvarianten FB 6020, FB 6040 en FB 6050 voor A-30-

en A-60 dek- (Deck) en wandisolatie (Bulkhead).

Daarmee bedient Rockwool reeds de markt voor stalen

schepen, waaronder de grote commerciële vaart. Medio

2016 volgt uitbreiding, logischerwijs ook met componen-

ten voor bijvoorbeeld jachtbouw met de veel voorko-

mende aluminium opbouw. Hiervoor worden met het

oog op brandgedrag aangepaste, meer stijve construc-

ties toegepast. Bijvoorbeeld in de vorm van een twee-

laagse isolatieopbouw met verspringende naden tegeno-

ver een eenlaags systeem bij een staalconstructie.

De lichtgewicht SeaRox FB-range wordt gemonteerd vol-

gens de gebruikelijke montagepatronen, dat wil zeggen

de relatief hogere dikte (70 mm) op de wand in combi-

natie met 30 mm hoge densiteit rondom de verstevi-

gingsribben (stiffeners).

De scheepsbouw hecht aan dergelijke isolatieontwerpen

omdat zo min mogelijk effectieve ruimte in beslag

wordt genomen terwijl de functionaliteit volledig gega-

randeerd is.

WereldmarktScheepsbouw is een substantieel marktgebied voor tech-

nische isolatie, met per land verschillende accenten.

Nederland is van oudsher een toonaangevend centrum

voor zowel jachtbouw als industriële scheepsbouw.

Rockwool Technical Insulation verwacht dan ook veel

belangstelling voor het lichtgewicht-programma van de

kant van werven en hun isolatie-aannemers.

Internationaal zijn de reacties positief: verschillende

grote werven in bijvoorbeeld China en Korea hebben

hun 2016-specificaties aangepast. Ook bouwers van crui-

seschepen in Frankrijk en Italië tonen belangstelling. De

gewichtsbesparing voor deze grote schepen met laadver-

mogens van 400.000 ton en meer kan oplopen van vele

tientallen tot zelfs enkele honderden tonnen. Het

spreekt voor zich dat dit zeer aantrekkelijke brandstof-

besparingen oplevert.

Optimaal pennenpatroonGoed nieuws voor de isolatiebedrijven is de uitwerking

van lichtgewicht isolatie op het optimale pennenpa-

troon. Uitgaande van een A-60 bulkhead-isolatieont-

werp vraagt het lichte SeaRox FB 6000-programma

gemiddeld zes pennen per steenwolplaat, terwijl het

conventionele Marine Firebatt programma gemiddeld

acht pennen vereist. Daarmee is aanzienlijke efficiëntie-

winst in de montage binnen handbereik, waarbij de wet

van de grote getallen aantrekkelijke tijdbesparingen te

zien geeft.

Een impressie van het nieuwe lichtgewicht SeaRox

FB600-programma is te vinden op YouTube: zoek op

Rockwool en SeaRox om de film snel te vinden.

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 33

Lichtgewicht isolatie bespaart de scheepvaart veel energie. De gewichtbesparing kan oplopen van tientallen tot zelfs honderden

tonnen op moderne schepen van 400.000 ton of meer.

Akoestische isolatieDe IMO-voorschriften voor akoestische isolatie in

de scheepsbouw zijn per januari 2015 (datum kiel-

legging) aangescherpt en zijn per 2018 volledig

geïmplementeerd. De strengere eisen hebben con-

sequenties voor zowel de functionele prestaties als

ontwerp en documentatie. Het SeaRox FB 6000-

programma voldoet volledig aan deze nieuwe

eisen, vastgelegd in IMO-norm MSC.337[91].

Rockwool Technical Insulation heeft de nieuwe FB-

steenwolplaten getest voor standaardtoepassin-

gen en volgens de aanvullende comfort-klassen.

Evenals het gehele programma van Rockwool

Technical Insulation voldoet het nieuwe SeaRox-

programma aan de Europese EUCEB-eisen voor

minerale-wolproducten.

Page 34: Isolatiemagazine 68 december 2015

ULTIMATE is de meest recente innovatie in minerale wol van Isover. Door het combineren van de positieve eigenschappen van steenwol en glaswol biedt ULTIMATE unieke voordelen voor gemiddelde tot hoge toepassingstemperaturen (tot wel 700°C). Zeker wanneer u de energie eF iciency wilt verbeteren en rekening moet houden met beperkingen in isolatiedikte en -gewicht.

De Isover ULTIMATE TECH-oplossingen voldoen aan de CINI-speciK caties en zijn CE-gemarkeerd.

Interesse in ULTIMATE prestaties?Neem contact op voor advies op maat. Saint-Gobain IsoverTelefoon: 0347 358 400, [email protected]

www.isover-technische-isolatie.nl

Kies voor topprestaties in technische isolatie

ULTIMATE minerale wol:

✔ tot 35% betere thermische prestaties*

✔ tot 30% besparing in isolatiedikte*

✔ tot 50% besparing in gewicht*

* in vergelijking met traditionele steenwol isolatie-oplossingen

Page 35: Isolatiemagazine 68 december 2015

VCA is basisbagage

Coolag Hamar b.v. is Nederlands grootste en meest

toonaangevende producent, leverancier en distributeur

van thermische, brandwerende en akoestische isolatie-

materialen. Coolag Hamar maakt deel uit van de SIG groep

met o.a. zusterbedrijven in België, Duitsland, Engeland,

Frankrijk, Ierland, Nederland en Polen. Productie en

distributie van thermische, brandwerende en akoestische

isolatiematerialen is één van de kernactiviteiten van

SIG. De door Coolag Hamar geleverde isolatiematerialen

worden o.a. toegepast bij de isolatie van technische

installaties in gebouwen, de industriële koeltechniek,

de chemische-, petrochemische- en procesindustrie,

scheepvaart, off-shore olie- en gaswinning en OEM.

Producent & Distributeurvan Isolatiematerialenmet een uniek “one-stop-shopping” concept

NEW Plug-in Connection System PLEXO TCS

The PLEXO TCS connection system can be used for the complete range of BARTEC self-limiting heating tapes.

With only one system you can assemble heating connections, plug and socket splices and also end

terminations, easily and safely. PLEXO TCS: Convenient. Flexible. Economical.

All our electric heating systems fulfill the relevant international standards and guidelines.

Check out our on-line promotional movie at www.bartec.nl/plexo

Heating cables

Control systems

Connection technology

BARTEC Safe.t® Technology

Electric Trace Heating Systems

BARTEC NEDERLAND b.v. Boelewerf 25 NL-2987 VD RIDDERKERK Phone: +31 (180) 41 05 88 [email protected] www.bartec.nl

Page 36: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE

Het Kennis- en Innovatiecentrum KIC te Terneuzen

agendeerde corrosie onder isolatie voor het seminar van

oktober 2015. Succes verzekerd: tachtig deelnemers

brachten bijna alle spelers uit de Belgische en

Nederlandse (petro)chemie bij elkaar. Het jaar in jaar uit

miljoenen vernietigende probleem – wereldwijd mini-

maal € 100 miljoen per jaar - treft iedere plantowner.

Alles wat uitzicht biedt op terugdringing door detectie,

preventie en herstel is interessant, want per definitie

kostenbesparend.

Non-destructief onderzoek (NDO) of – zoals Mistras-spe-

cialist Nicolas Osselaer de toegepaste techniek interna-

tionaal benoemt – non-destructive testing (NDT) is

hoogst interessant: het belooft objectieve informatie

tegen lage kosten. Mistras is wereldwijd actief in

industriële inspectie en NDT, met sterke presentie in de

Verenigde Staten en EU. Naast vier vestigingen in

Nederland is het bedrijf sinds 2014 onder leiding van

general manager en NDO-level III-deskundige Nicolas

Osselaer ook gevestigd in Antwerpen: aan de

Koordekenshoef aan de haven, in de onmiddellijke

nabijheid van de chemie-, petrochemie- en overslagcon-

centraties. Deze vestiging telt twaalf inspectie- en NDO-

deskundigen die tevens specialist zijn in engineering,

metallurgie en corrosiebestrijding. Zij zijn werkzaam in

heel België met een concentratie op groot-Antwerpen.

InspectiesMistras voert in samenwerking met opdrachtgevers vol-

ledige inspectieprogramma’s uit, in modulair opge-

bouwde programma’s die uiteenlopen van visuele

inspecties tot en met de complete range NDO-onderzoe-

ken. De dienstverlening wordt ingezet voor onder-

houdsprogramma’s en turnarounds en voor wettelijk

voorgeschreven periodiek inspecties. Binnen de interna-

tionale groep en vaak zelfs binnen landenteams

beschikt Mistras over ISO 9712-gecertificeerde inspec-

teurs, met de flexibiliteit om in uitzonderlijke gevallen

gekwalificeerde externe collega’s in te zetten. “We zijn

in alle industriegebieden lokaal aanwezig met wereld-

wijde reikwijdte”, zegt Nicolas Osselaer. De ingezette

technologie varieert van röntgen-inspectie, ultrasoon

onderzoek, hydrodetectie en thermografie tot en met

radiografie en wervelstroomanalyse. Een deel van de

techniek is geënt op geavanceerde medische technolo-

gieën, waarvan de industrie tegen een fractie van de

kosten de vruchten plukt.

Een CUI-programma begint met een risico-inventarisatie

van de leidingsystemen, gevolgde door een objectieve

liefst genormeerde screening op basis van specifieke

fabrieksnormen of bijvoorbeeld API 175. De opdrachtge-

ver voert voorafgaand aan NDO-onderzoek zelf visuele

inspecties uit of besteedt ook deze voorfase uit aan

CUI in de petrochemie verspilt jaar in jaar uit miljoenen.

Inspectie en non-destructief onderzoek (NDO) zijn onmis-

baar in de strijd tegen corrosie onder isolatie. In nauwe

samenwerking met de klant zet Mistras wereldwijd geavan-

ceerde technologie in om CUI te detecteren en te voorko-

men. NDO- en inspectiespecialist Nicolas Osselaer van de

Antwerpse vestiging geeft een overzicht van de belangrijk-

ste technieken. Hij benadrukt dat de inzet van dure techno-

logie niet-alleenzaligmakend is: “Begin met eigen ogen en

boerenverstand. We komen graag, maar in veel gevallen

heeft de plantowner dan al een concreet CUI-vermoeden.”

36 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

NDO- en inspectiespecialist Nicolas Osselaer (Mistras):

”Ogen en boerenverstand evenbelangrijk als dure techniek”

NDO- en inspectiespecialist Nicolas Osselaer (Mistras): “NDO is

onderdeel van integraal CUI-beleid met preventie, vroegtijdige

detectie, bestrijding en risicogebaseerd preventief onderhoud. De

ervaring leert dat corrosie zich niet houdt aan de grenzen die

installatiebeheerders zo ongeveer hadden afgebakend”.

Page 37: Isolatiemagazine 68 december 2015

Mistras. Nicolas Osselaer: “Eerste vereiste in zo’n samen-

werking is absoluut vertrouwen en volstrekt objectief

onderzoek en rapportage.”

Planmatige CUI-aanpakOsselaer ziet NDO-inzet als onderdeel van een integraal

CUI-beleid. Onderdelen zijn preventie, vroegtijdige

detectie, bestrijding en risicogebaseerd preventief

onderhoud, gericht op installatie-integriteit. De ervaring

leert dat corrosie zich niet houdt aan de grenzen die

installatiebeheerders zo ongeveer hadden afgebakend.

Ook buiten het temperatuurgebied tussen -10 en +120 à

150 °C. slaat het geregeld toe, evenals op chroomnik-

kelstaal in kustgebieden met een hoger chloridegehalte

in de atmosfeer. In combinatie met wegbezuinigde lei-

dingconservering en gericht isolatie-onderhoud liggen

hier CUI-valkuilen.

Een visuele inspectie is altijd belangrijk, stelt Nicolas

Osselaer. Bij een ononderbroken leidingtraject zonder

bochten, kooien, stompen of nozzles en zonder isolatie-

schade, is CUI weinig waarschijnlijk. Is dergelijke schade

wel zichtbaar, bijvoorbeeld door aanrijding met een

hoogwerker of belopen, dan is de integriteit van het

systeem aangetast. Een directe melding is dan natuurlijk

effectiever dan wachten tot Mistras komt inspecteren.

“Maak iedereen, van hoofdingenieur tot reinigings-

dienst, duidelijk dat niet op isolatie mag worden

gelopen. We kennen de plaatsen waar geen leidingbrug

is en – zichtbaar – velen toch de kortste weg naar de

andere kant hebben genomen. Een grote petrochemie-

speler had er ooit een duidelijke campagne voor: wie op

isolatie trapt, wordt van de plant getrapt. Terecht, want

het beschadigt niet alleen de mantel maar ook het

systeem daaronder met mogelijk ernstige gevolgen.”

InspectiemethodenDe technisch eenvoudigste methode is een kwalitatieve

visuele inspectie, die onmiddellijk resultaten oplevert

echter met het risico kritische CUI-locaties over het

hoofd te zien. Een volledige visuele inspectie is traag,

omslachtig en kostbaar: demontage van isolatie, eventu-

eel steigerbouw of bijzondere veiligheidsmaatregelen.

• Radiografie. Een veel toegepaste methode waarbij het

isolatiesysteem in tact blijft, is radiografisch onderzoek

(röntgen). De oorspronkelijke methode met film is

goeddeels verdrongen door digitale methoden met

direct beschikbaar resultaat. Het object absorbeert een

deel van de radiofrequente golven en geeft zo een

accuraat beeld van de in- en uitwendige materiaalcon-

ditie. De isolatie kan blijven zitten, maar het beeld

bestrijkt een beperkt deel. Rapportage kan automa-

tisch worden gegenereerd en bijvoorbeeld per mail

worden verzonden. Een moderne variant is RTR

OpenVision, dat snel een twee- of driedimensionaal

digitaal oppervlakte beeld biedt van de buitenzijde

van het te onderzoeken oppervlak, met minder stra-

lingsgevaar. Het object moet tweezijdig bereikbaar

zijn, en dat is in de praktijk soms lastig.

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 37

Animatie van guided wave-onderzoek, efficiënt voor lange, rech-

te leidingtrajecten. Het isolatiesysteem behoeft alleen ter plaatse

van de tasterring te worden gedemonteerd. Afwijkingen in

voortplanting/reflectie van de geluidsgolf signaleren onder meer

toe- en afname van materiaaldikte.

Op kritische plaatsen kan een ‘Pims’ (permanently installed moni-

toring system) de leidingconditie c.q. corrosievorming permanent

bewaken. Zorgvuldige isolatie voorkomt dat de pims zelf een kri-

tisch CUI-element wordt.

Een opblaasbare tasterring positioneert zich automatisch om de

leiding. Dit wordt gebruikt voor leidingdiameters van ca. 10 tot

60 inch. De isolatie behoeft slecht over vijftig centimeter te wor-

den weggenomen om tot honderd meter leiding op cui-te scree-

nen. Voor kleinere leidingdiameters zet de NDO-inspecteur speci-

fieke tasterringen in.

Page 38: Isolatiemagazine 68 december 2015

Bij directe radiografie krijgt de operator onmiddellijk

en duidelijk inzicht in het systeem: men kijkt in isola-

tiesysteem en leiding, tot in de regelafsluiter. Ook is

het mogelijk te bepalen of het corrosieprobleem zich

tussen isolatiesysteem en leiding voordoet of aan de

binnenzijde van de leiding optreedt. Om vast te stel-

len of de isolatiemantel is gebruikt als opstapje, is

geen radiografische inspectie nodig. Dit stelt echter

wel helder vast of het al tot verdere schade heeft

geleid.

• Ultrasoon. Ultrasone inspectie (guided wave ultraso-

nics, GUL) is efficiënt voor lange, rechte leidingtrajec-

ten zonder appendages. Voor plaatsing van de taster-

ring wordt op één plaats een klein deel van de isolatie

verwijderd. Na plaatsing van een ring met tasters wor-

den ultrasone golven in de lengterichting door het

materiaal gestuurd. Dit geeft een accuraat beeld over

lengtes tot vijftig meter aan weerszijden van de

tasters. Het is een kwalitatieve methode, dus bij gesig-

naleerde problemen is doorgaans aanvullend onder-

zoek wenselijk. In specifieke omstandigheden een ide-

ale methode, zoals bij dijkdoorvoeringen of leiding-

trajecten onder een weg of bij inspectie van gewrapte

ondergrondse leidingen zonder isolatie-demontage.

Sommige opdrachtgevers nemen voor de meest kriti-

sche locaties het zekere voor het onzekere en plaat-

sen permanente tasterringen (‘Pims’). Zorgvuldige

montage en isolatie is dan geboden, om te voorko-

men dat de tasterring zelf een CUI-gevoelige appen-

dage wordt.

• Wervelstroomdetectie. Geschikt voor snelle, tempera-

tuuronafhankelijke kwalitatieve analyse.

Wervelstroomanalyse (Pulsed Eddy Current – PEC) –

signaleert mogelijk corrosie aan de hand van wand-

diktemeting met behulp van een elektromagnetische

veld. Afhankelijk van locatie en systeemopbouw kan

wervelstroomdetectie goede resultaten genereren bij

isolatiediktes tot maximaal 250 mm. Het is met name

geschikt voor grotere leidingdiameters (> 3”). PEC

meet lokaal en rapporteert gemiddelde waarden over

de volle doorsnede, waarbij dus uitschieters gemakke-

lijk onontdekt kunnen blijven. Ook lassen of obstakels

veroorzaken afwijkende metingen. De methodiek

wordt veel toegepast bij inspectie van boltanks en op

leidingtrajecten zonder appendages.

• Hydrodetectie. Hydrodetectie zoomt in op een kern-

factor voor corrosie onder isolatie: het vochtgehalte in

het isolatiemateriaal. Dit wordt gemeten op basis van

neutronenabsorptie door het isolatiemateriaal.

Voordeel is dat de detectie geen demontage vergt.

Daartegenover staat voorafgaande kalibratie op een

38 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Detectie en resultaat: naast geavanceerde techniek is inzet van ogen en boerenverstand vaak een effectieve detectie- en preventiemethodiek.

Ter hoogte van de oranje markering is een CUI-verdenking aange-

troffen, met twintig procent wanddikteverlies over twee centimeter

lengte. De piek links van de CUI-locatie is geen probleem, maar laat

een flens zien.

CUI-inspectie zonder demontage van de isolatie. Met dit portable

systeem voor röntgenonderzoek kan – dankzij innovaties uit de

gaming-industrie – het beeld worden geprojecteerd in een hoek van

de veiligheidsbril.

Page 39: Isolatiemagazine 68 december 2015

vergelijkbaar opgebouwde, onverdachte locatie. Het is

ook een redelijk grove methode, vooral bedoeld als

eerste screening na visuele inspectie. Als hydrodetectie

‘alarm’ geeft, is er al sprake van een behoorlijk zom-

pig isolatiepakket, bijvoorbeeld ten gevolge van aan-

getroffen losse parkers, grove uitsparingen of slordige

kitnaden. Hydrodetectie is uiteraard lokaal (spotme-

ting). Op relatief korte afstand kan de situatie anders

uitpakken, zoals geregeld voorkomt bij stoomtracing.

• Thermografie. Ook de in de isolatiesector frequent

toegepaste thermografie signaleert voor geoefende

operators mogelijke corrosieproblemen. Ook hier

geldt dat het geen exact beeld geeft van de leiding-

conditie, en als het gaat om corrosiedetectie vooral

een eerste indicatie oplevert in combinatie met visuele

inspectie. Thermografie geeft een goed beeld van hot-

spots, zonder echter de oorzaak te determineren: dit

kan het isolatiesysteem zijn, maar ook een procestech-

nische achtergrond hebben of keurig de koudebrug

van een steunring in beeld brengen. Mocht bijvoor-

beeld de mediumtemperatuur boven 500 °C. liggen –

om een helder voorbeeld te noemen – dan hoeft men

niet op zoek te gaan naar CUI.

Voor de brilNicolas Osselaer herhaalt dat non-destructief onderzoek

een bundeling van krachtige methodieken biedt tegen

relatief lage kosten. Een realistische inspectie-opzet ver-

enigt preventiebeleid, risicogebaseerd onderzoek en

visuele inspectie, met inzicht in de mogelijkheden en

onmogelijkheden van de verschillende technieken. “Dit

zorgt voor reële verwachtingen in relatie tot de kosten,

zonder teleurstelling.”

Aan de andere kant zijn hoge verwachtingen tegen rela-

tief lage kosten ook wel gerechtvaardigd: dankzij de

medische technologie is – zoals eerder aangehaald –

geavanceerde inspectietechnologie voor de industrie

beschikbaar zonder de hoge initiële ontwikkelings-

kosten. Nieuwe invloeden zijn er ook al uit de gamingin-

dustrie. Zo kan de portable – weegt 10 kilogram, dus

eigenlijk meer mobiel dan draagbaar - OpenVision-appa-

ratuur voor radiografisch onderzoek tegenwoordig het

detectiebeeld tussen de beide tasterarmen als helder

filmbeeld projecteren in een hoek van de veiligheidsbril.

Objectieve expertsMistras wordt doorgaans ingeschakeld door planteige-

naren en adviesbureaus. Uiteraard zijn ook isolatie-

ondernemingen welkom als opdrachtgever. Zo kunnen

isolatiebedrijven naast bijvoorbeeld steigerbouw, brand-

preventie en thermografie ook NDO-onderzoek in hun

serviceportefeuille opnemen of zelfs eigen specialisten

in dienst nemen. “Niet ondenkbaar”, zegt Nicolas

Osselaer, “Belangrijk is dat in alle gevallen de onafhan-

kelijkheid van inspecties gewaarborgd is. Dat garande-

ren wij uiteraard in onze eigen organisatie. Voor isola-

tiebedrijven is – in welke samenwerking dan ook – van

belang dat niet de indruk van de bekende zelfkeurende

slager kan ontstaan. NDO en isolatie zijn behoorlijk ver-

schillende disciplines. De meest effectieve weg is dan

ook inschakeling van externe deskundige en objectieve

experts.”

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 39

Isolatie-aandachtspuntenBij inspecties, en zeker bij CUI-inspecties, ziet

Mistras alle mogelijk procesindustrieën met alle

mogelijke isolatieprestaties. Daaruit destilleert

Nicolas Osselaer een korte impressie van isolatiep-

restaties en CUI-verdachte omstandigheden:

• Nieuwe isolatiesystemen zijn in 99 procent van

de gevallen tot in de puntjes perfect;

• Bij oudere plants wordt bij een turnaround

geregeld de isolatie afgenomen, maar niet altijd

zo goed teruggeplaatst als oorspronkelijk

bedoeld was;

• Het schort geregeld aan tijd en budget voor

zorgvuldig kitten, aanbrengen van een nieuwe

plaatmantel, aanvullen van ontbrekende par-

kers. Dat vloeit voort uit tijdsdruk en beperkte

financiële middelen, en heeft zelden tot nooit te

maken met kundigheid van isolatiespecialisten;

• In de hectiek van de stop staat het gedemon-

teerde isolatiesysteem andere disciplines in de

weg. Het wordt herhaaldelijk verplaatst, zodat

het na een paar weken niet meer in perfecte

staat verkeert;

• Soms is het perfect geregeld, met een aangewe-

zen afzetplaats, plaatmarkeringen en met foto’s

vastgelegd montageschema in het maintenance-

programma.

CUI-problematiek treedt volgens de ervaring van

Mistras op onder volgende omstandigheden:

• Oudere plants waar niet voldoende wordt geïn-

vesteerd in onderhoud en vervanging van isola-

tieystemen;

• Bij al dan niet constructieve onderbrekingen en

uitsteeksels zoals steunringen;

• Bij bochten, flenzen en appendages;

• Externe oorzaken, zoals stoomtracing;

• Inwaterend vocht.

Mistras signaleert als boodschapper van slecht en

steeds vaker goed nieuws – “niets aan de hand” –

dat de bewustwording sterk is verbeterd. “De

industrie beseft dat vroegtijdige CUI-aanpak veel

geld bespaart. Snelle detectie en reparatie van

inwatering kost misschien een nieuwe bocht. Wie

vijf jaar wacht, moet misschien wel twintig dure

meters herstellen.”

Geen ziekenhuisopname van een gebroken knie, maar een bocht die

ten gevolge van belopen behoorlijk is beschadigd en corrosie gaat

veroorzaken. Bij snelle reparatie van het isolatiesysteem blijft de

schade beperkt tot de bocht. Uitstel verlengt de schade, soms tot

tientallen meters.

Page 40: Isolatiemagazine 68 december 2015

INSTALL

PERFORMANCE NUMMER 1 VOOR HET VERMIJDEN VAN CONDENSATIE

AF/Armaflex® is de professionele flexibele isolatie

voor betrouwbare en duurzame condensbeheersing.

Armacell biedt een complete, zorgvuldig op elkaar

afgestemde systeemoplossing voor een betrouw-

bare en dampdichte isolatie uitdaging.

Armafix® AF leidingdragers om thermische brug-

gen te voorkomen

Meer prestatie, efficiëntie en flexibiliteit

Install it. Trust it.

IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1 10.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:23

Page 41: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE

De tweejaarlijkse Tank & Refinery Conference in

Kopenhagen is georganiseerd door ingenieursbureau en

industrieel dienstverlener Force Technology (Denemarken)

in samenwerking met het Duitse industrieconcern Voith.

Ruim 120 bezoekers uit zeven landen bogen zich over

inspectie, kostenbeheersing en veiligheid op het gebied

van raffinage, opslag en de daaraan verbonden industriële

installaties en activiteiten.

Kans of bedreigingCINI-manager Paul de Koning beet het corrosiespits af met

een inleiding over de bijdrage van isolatie aan kostenbe-

heersing en veiligheid. Hij ging met name in op corrosie-

preventie, met de retorische vraag ‘Kans of bedreiging’.

Het antwoord neigt dus naar ‘kansen’, mits de industrie de

uitdaging oppakt om samen te werken in de strijd tegen

kapitaalvernietigende corrosie. “Een wisselwerking: best

practices van industrie en uitvoerders leiden al jaarlijks tot

een revisie van het CINI-Handboek”, betoogde De Koning.

Aan de hand van de CUI-ontstaansgronden maakte hij pre-

ventievoorzieningen duidelijk, met de voor sommigen

pijnlijke conclusie dat industrieondernemers zelf aan de

knoppen moeten draaien om operationale kostenbeheer-

sing te realiseren. Door goede organisatie, inspectie en

onderhoud en door de CINI-standaard te volgen. Naast

voordelen als kwaliteitsborging, eenduidige en dus verge-

lijkbare isolatie-offertes en het ‘spreken van één industrië-

le isolatietaal’ scheelt het flink in de kosten. Investering in

een optimaal isolatiesysteem – een belangrijke knop om

eens te verdraaien - betaalt zich dubbel en dwars terug in

energiewinst en terugdringing van corrosieschade.

PreventieVoor zover nodig schudde Paul de Koning zijn gehoor

wakker met de schok en de schaamte van de herkenning.

Uit het leven gegrepen ‘vieze plaatjes’ uit de wereld van

industriële corrosie leggen immers scherp de enorme

kosten bloot. De oplossing kwam uiteraard even scherp in

beeld: zorg voor correcte isolatie, in combinatie met toe-

zicht en gepland onderhoud. “Begin echter met het weg-

nemen van de oorzaken. Vermijd dus vocht en elektroly-

ten, voorkom direct con-

tact tussen verschillende

metalen, zie in specifieke

proces- en energetische

omstandigheden af van

isolatie. Daarnaast dienen

alle installatiecomponen-

ten te worden voorzien

van de geëigende corro-

siebescherming, zoals een

drielaags verfsysteem,

thermal spray aluminium

en isolerende tankdak-

coating.

Isolerende coatingDe Deense hoogleraar Chemische Technologie Søren Kiil

(TU, Lynby) begaf zich op het grensvlak van corrosieweren-

de coating en isolatie. Hij presenteerde een kwantitatieve

analyse van moderne isolerende coatings. Hij voert het

onderzoek uit in samenwerking met de Deense coating-

producent Hempel. Kiil plaatst isolerende coating, zoals

onder meer toegepast op tankdaken, naast andere techni-

sche systemen zoals de intumescerende (spuit)coating voor

brandbeveiliging, antifouling-coating voor schepen, coa-

tings voor windmolenbladen of corrosiewerende bekle-

ding van industrie-installaties in de mijnbouw en cement-

industrie. De spreker ging uitvoerig in op de opbouw van

deze coatings, die doorgaans bestaan uit constructieve

ingrediënten en vulstoffen. Het wordt veelvuldig toege-

past op onderzeese leidingen en op kozijnen. De geringe

dikte bespaart uiteraard ruimte, maar beperkt de isolatie-

waarde. De omstandigheden – bijvoorbeeld complexe

geometrie en een vochtige omgeving – maken isolatiecoa-

tings interessant voor specifieke applicaties. Het materiaal

wordt vaak ingezet als persoonsbescherming, omdat het

gemakkelijk de ‘safe touch’ realiseert. De meeste isolatie-

coatings zijn geschikt voor toepassingen tot ca. 100 °C.,

tenzij speciale bindmiddelen zijn toegepast. Er zijn ver-

schillende types in de handel, onder meer op basis van

aerogel. De ontwikkeling richt zich op verbetering van de

isolatiekarakteristieken, waarin de relatief dure aerogels –

geproduceerd door onder meer Microtherm, mede bekend

van vacuümisolatie - relatief hoge prestaties leveren.

In 2017 organiseren Force en Voith de tiende Tank- en

Raffinaderij-conferentie, opnieuw in Kopenhagen. Alle

presentaties van de 2015-edities, inclusief uiteraard de

CINI-inleiding, kan men inzien en downloaden via

http://tankref.snappages.com.

Het ging niet over CUI, maar het ging vooral over CUI. Op de

negende Tank- en Raffinaderijconferentie van Force Technology

en Voith, op 3 december 2015 in Kopenhagen, bleek corrosie de

dominante kopzorg voor de industriële toehoorders. Moderne

inzichten in ontwerp, inspectie en onderhoud zijn in alle rele-

vante aspecten belicht. Namens CINI ontrafelde manager Paul

de Koning de isolatie-inbreng in corrosiepreventie. Conclusie:

de planteigenaar bedient zelf de kostenknoppen.

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 41

CINI op Tank- en Raffinaderijconferentie Force en Voith

Plant-eigenaar draait zelfaan CUI-kostenknoppen

CINI-manager Paul de Koning:

“Industriële samenwerking in

strijd tegen kapitaalvernietigen-

de corrosie”.

Page 42: Isolatiemagazine 68 december 2015

42 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

OOI- NIEUWS EN INFORMATIE

Isolatietechniek zat er al in soorten en maten, met de

komst van opleidingsinstituut OOI is Het Huis van de

Isolatie te Woerden hét thuis voor de branche. Vrijdag 4

maart 2016 vindt de officiële opening plaats, met een wer-

velend programma van vakmanschap, isolatietechniek en

feest.

Misschien wel het mooiste van de intrigerende utiliteitsin-

stallaties van het Intechnium te Woerden, voortaan beter

bekend als Het Huis van de Isolatie: hier en daar is het iso-

latiesysteem volgens de vakman wel toe aan wat inspectie-

en renovatiewerk. Met de komst van opleidings- en ont-

wikkelingsfonds OOI naar Woerden is dat eerder een pre

dan een nadeel. De vakspecialisten van nu en de toekomst

maken er graag een plaatje van. Voor het zover is richt het

team energiek het Huis in.

OpeningOp vrijdag 4 maart 2016 opent OOI officieel Het Huis van

de Isolatie. Vanaf 14.00 uur start een inhoudelijk en feeste-

lijk programma op het nieuwe adres: Korenmolenlaan 4 in

3447 GG Woerden. Er staan boeiende sprekers op het pro-

gramma, er is muziek en er is alle gelegenheid met vak- en

branchegenoten van gedachten te wisselen.

De gasten krijgen uitgebreid de tijd om een kijkje te

nemen en zoals gebruikelijk commentaar te leveren op het

installatie- en isolatiewerk. Er twee grote technische ruim-

tes plus het nodige dakwerk, dus alle utiliteitsdisciplines

zijn te bekijken.

CentrumfunctieOOI’s Huis van de Isolatie wordt een breed opgezet bran-

checentrum. De vakeducatie neemt de primaire plaats in.

Dit gebeurt in brede zin, zoals ook vakmanschap zich wijd

vertakt. Het Huis biedt gastvrijheid aan bijeenkomsten van

en met de brancheorganisaties VIB, CINI en NCTI, en mate-

rialen- techniek- en technologiepartners uit de toeleve-

ringssector. Natuurlijk zullen ook opdrachtgevers en advi-

seurs de weg naar Woerden vinden.

De centrumfunctie krijgt nadrukkelijk innovatieve accen-

ten. Zowel producenten van isolatiematerialen als machine-

fabrikanten en software-ontwikkelaars vinden in het nieu-

we centrum een ideaal praktijkpodium.

Vakman in speDe belangrijkste gast van OOI is en blijft vanzelfsprekend

de vakman in spe, in gezelschap van praktijkopleiders, leer-

bedrijven en de ervaren vakspecialist die zijn kennis verder

wil verdiepen. Zij krijgen een aantrekkelijk, vernieuwend

en dynamisch programma aangeboden dat direct met de

praktijk is verbonden. Moderne opleidingsmiddelen zoals

e-learning maken het nog spannender en effectiever om de

toekomst in isolatie gestalte te geven.

Voor OOI en de isolatiebranche wordt 2016 een fascineren-

de jaar. Op 4 maart 2016 wordt de toekomst van het isola-

tievak officieel gelanceerd. Op www.ooi.nl en op www.iso-

leren.nl volgt binnenkort meer nieuws over het program-

ma.

Opening Huis van de Isolatie 4 maart 2016

Vakmanschap, techniek en feest!

Page 43: Isolatiemagazine 68 december 2015

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 43

Cursusagenda kortVoor de komende periode staan onderstaande cursussen

al op de OOI-agenda. Meld uw medewerkers snel aan,

want het aantal beschikbare plaatsen in beperkt.

Elastomeren 1 (Armaflex): 22 januari 2016

Elastomeren 2 (Armaflex): 19 en 20 februari 2016

Elastomeren 3 (Armaflex): 11 en 12 februari 2016

Praktisch Opmeten: 8 februari 2016

Plaatwerk Kort: Startdatum 13 januari 2016

Tekeninglezen Utiliteit Basis: 16 en 17 februari 2016

Kijk geregeld op www.ooi.nl voor de meest actuele cur-

susinformatie.

Deze maand in Isolatie PlusIn de november-editie van

Isolatie Plus is het woord aan

Peter Knetemann, operationeel

directeur bij B&G

Isolatietechniek in Rotterdam.

“Isolatie begint en eindigt met

vakwerk”, stelt hij. Peter

Knetemann vindt dan ook dat

de isolatievakman alle respect

verdient. Met een snel bezoek

aan een van B&G-teams op

locatie – Cofely in Dordrecht –

komt de eenheid tussen vakman en vakwerk overtui-

gend in beeld.

“Niet zeuren. altijd klaar staan”, is het isolatie-eigen

devies van het team van Doesburg Isolatie in Winkel. Dit

team is bij de werkzaamheden aan de HVC-centrale in

Alkmaar verrast met de Taart voor het Team. De colle-

ga’s Mauro Doesburg, Gerhard Minkjan en Chantal

Doesburg ontbreken op

de foto, want zelfs bij

taart gaat isolatiewerk

voor. Wel op de foto

staan Jeroen Bakker,

Maurice Vlam, Danny

Dam en Dion Doesburg.

Industriële isolatie heeft bikkels nodig. En ze moeten ook

nog uitblinken in het vak. In november 2015 mochten twee

IMI-groepen een proeve van hun kunnen geven, nog op de

oude OOI-locatie in Spijkenisse.

Dat het bikkels zijn, hebben ze stuk voor stuk bewezen. En

hoe. Het weer was dusdanig onstuimig dat op menige

industrielocatie het beperkte onderhoudsregime zou gel-

den. Maar de testkandidaten gaven geen krimp. Ook niet

als het vaktechnisch even tegen zat met weerbarstig plaat-

werk. “Maakt ons niets uit, we willen graag buiten in de

industrie werken, en daar houdt geen regen, storm of

plaatwerk ons vanaf”, luidde de algemene reactie.

Binnenkort volgt de diploma-uitreiking, en die brengt de

vakmensen naar het nieuwe OOI-centrum in Woerden.

Bikkels voor de industrie

De IMI-cursisten van Hertel vestiging Drachten: Jelle Ate

Wiersma, Ruben Willem Zijlstra, Nigel Vinke, Sikke de

Haan en Jilles Bosma, geflankeerd door leermeester

Bert Hoekstra. Dit team legde 24 november 2015 de

toets af.

De IMI-cursisten van Bilfinger regio Rotterdam: Michel

Beerens, Orhan Dagli, Soeradj Jainath, Krzysztof Dyla,

Freddy de Bree en Jurgen Thuy, met in hun midden de

leermeesters Ornando Keerveld en Martin Witter. Dit

team liet zich 30 november 2015 bij de IMI-toets niet

door een weeralarm uit het veld slaan.

Page 44: Isolatiemagazine 68 december 2015

ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE

Corrosie betekent zoveel als ‘aanvreten’: de aantasting

van metaal door oppervlakte-, put- en spanningscorro-

sie. Economisch bezien staat corrosie voor aanmerkelijke

schade, afhankelijk van het optimisme van de expert

geschat op drie à vier procent van het bruto binnen-

lands product.

CorrosievormingMetaalcorrosie is een elektrochemisch proces onder

invloed van water en zuurstof. Lokaal ontstaan corrosie-

elementen: galvanische elementen brengen met een

kleine stroomkring in contact met een elektrolyt (water)

positieve metaalionen in oplossing. De vrijkomende

elektronen reageren met water en zuurstof tot negatie-

ve hydroxylionen. We kennen deze elektrochemische

corrosie als roest. De volumineuze, poreuze roestlaag

roestlaag vormt op staal geen passivering, maar laat het

proces doorwoekeren.

Een ander elektrochemisch corrosieproces is spannings-

corrosie ten gevolge van corrosie en trekspanning.

Spanningscorrosie is de Achilleshiel van chroomnikkel-

stalen (rvs). Vaak zijn uitwasbare chloriden de boosdoe-

ner.

Preventie volgens AGI Q 151Niet-corrosiebestendige materialen moeten worden

beschermd (DIN 4140, 2014 of AGI Praktijkrichtlijn Q 03,

1997). Dit is vooral van belang bij geïsoleerde installatie-

componenten, omdat corrosie zich onder het isolatie-

systeem voltrekt en mogelijk pas wordt ontdekt als

reeds aanzienlijke schade is ontstaan. In alle gevallen is

een corrosiewerende coating geboden, als passsieve

bescherming. Basis is AGI-praktijkrichtlijn Q 151, herzien

in 2013. Dit geldt als aanvulling op NEN EN ISO 12944

“Corrosiebescherming staalconstructies door middel van

coatingsystemen”. AGI (Arbeitsgemeinschaft

Industriebau) is de Duitse industriekoepel die de actuele

stand van de techniek inventariseert en publiceert in

algemeen gehanteerde praktijkrichtlijnen. In principe

worden twee- tot drielaagse paintingsystemen toege-

past. Afhankelijk van temperatuurbereik en coating-

systeem zijn laagdiktes variërend van 120 tot 200 µm

nodig. Laatstgenoemde dikte bijvoorbeeld noodzakelijk

voor discontinu bedrijf bij ongelegeeerd staal of onder

extra corrosiegevoelige omstandigheden. In de meeste

utiliteit-applicaties is 160 µm toereikend. Duidelijk is dat

de zogeheten ‘transportmenie’ daaraan niet voldoet.

Corrosiebescherming laaggelegeerd staalPraktijkrichtlijn AGI Q 151 geeeft een overzicht van

beproefde corrosiebescherming van laag- en ongele-

geerd staal voor het temperatuurbereik van -50 °C tot

+150 °C. Voorafgaand is een voorbehandeling voorge-

schreven volgens NEN EN ISO 12944-4, dat oppervlakte-

reinheid en -ruwheid normeert. De voorgeschreven

oppervlaktebewerking, uiteenlopend van stralen tot

grondige mechanische reiniging, bepaalt de effectiviteit

van corrosiebescherming. Bij onjuiste of gebrekkige

voorbehandeling faalt ook de meest geavanceerde coa-

ting. Stralen is het meest effectief, en AGI gaat er dan

ook vanuit nieuwe objecten in principe te stralen.

Bescherming austenitisch staal/rvsChloride-ionen kunnen bij vochttoetreding en medium-

temperaturen boven 35 °C. spanningscorrosie veroorza-

ken. De Duitse norm DIN 1988 (Technische eisen aan

drinkwaterinstallaties, 2012) stelt in deel 7 onder 5.3

eisen aan isolatiematerialen. Het limiteert het gehalte

corrosieveroorzakende bestanddelen. Zo mogen isolatie-

materialen voor rvs-leidingen mogen maximaal 0,05

gewichtsprocent oplosbare chloriden bevatten. Veel

elastomeer isolatiemateriaal voldoet daaraan. Met name

De isolatiespecialist houdt zich niet bezig met corrosiewe-

rende behandeling van leidingsystemen. Met inzicht in type

en kwaliteit van de roestwerende behandeling kan de isola-

tieondernemer wel het isolatiesysteem daarop af stemmen

en de opdrachtgever wijzen op mogelijk ontoereikende cor-

rosiepreventie. Armacells technisch specialist dipl.-ing.

Hubert Helms legt het verband tussen corrosiewerende

voorbehandeling, CUI-preventie en isolatiesysteem. Basis is

de praktijkrichtlijn AGI Q 151 (2013).

44 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015

Corrosiepreventie onder isolatie

Corrosie onder isolatie wordt vaak past ontdekt als reeds aan-

zienlijke schade is ontstaan. De foto toont de schrik van de instal-

latie-eigenaar: corrosie heeft zich onopgemerkt kunnen ontwik-

kelen. Naast effectieve voorbehandeling van de leidingen draagt

compartimentering (‘afschottende verlijming’) bij aan beperking

van de schade. Compartimentering voorkomt dat binnengedron-

gen vocht zich verspreidt over het gehele isolatiesysteem.

Page 45: Isolatiemagazine 68 december 2015

halogeenvrije materialen worden gheel zonder chlori-

den geproduceerd. Echter opslagcondities en omge-

vingsfactoren kunnen alsnog het chloridegehalte opvoe-

ren. AGI Q 151 schrijft daarom voor rvs-leidingen van

een roestwerende coating te voorzien. Hiervoor mag

geen zinkhoudende coating worden gebruikt. Wel is

zinkfosfaat toegestaan als primer-kleurstof. AGI Q 151

geeft een inventarisatie van geschikte paintingsystemen

voor corrosiebescherming voor mediumtemperaturen

van -50 °C tot +15 °C.

Aanbevolen wordt licht aanstralen (‘sweepstraalen’) met

ferrietvrij grit. Doel is een oppervlakkige reiniging en

opruwing. Uiteraard dient men er op te letten dat ook

rond lasnaden, armaturen en appendages de coating

goed wordt aangebracht. Ook beschadigingen aan de

corrosiewerende coating die tijdens de montage kunnen

optreden, dienen te worden hersteld voorafgaand aan

het isolatiewerk.

UitzonderingenVolgens de praktijkrichtlijn kan in bepaalde gevallen

worden afgeweken van de aanbevelingen:

• Installaties die continu in cryogeen bedrijf

(onder -20 °C.) zijn, zoals opslagtanks;

• Geïsoleerde oppervlakken van energie-installaties

zoals onderdelen van ketels, rookgas- en hetelucht-

leidingen, stoomleidingen met continue service-

temperatuur boven +120 °C;

• Rvs-koelinstallaties met maximumtemperaturen tot

+20 °C, buiten bedrijf oplopend tot een maximale

omgevingstemperatuur van +35 °C en die niet met

een warm medium worden gespoeld.

Verband isolatie en corrosiepreventieIsolatie en corrosiepreventie zijn twee verschillende dis-

ciplines, die echter niet mogen conflicteren.

Isolatiemateriaal en coating mogen elkaar onderling

niet aantasten en uiteraard ook passen bij de overige

systeemonderdelen waaronder lijm. Wel kan een

geschikt isolatiesysteem het corrosierisico aanzienlijk

reduceren, omdat de materiaalstructuur geen vocht

doorlaat en dus onderliggende materialen beschermt.

Elastomeer isolatieDe geslotencelllige structuur en de waterdampdiffusie-

weerstand van elastomeer isolatiemateriaal zoals

Armaflex voorkomt binnendringend vocht en zuurstof-

toevoer. Bij naden en aansluitingen zorgt de systeemei-

gen lijm voor volledige afsluiting.

De eveneens bij het systeem behorende regelmatige ver-

lijming van het isolatiemateriaal op het object comparti-

menteert het systeem. Dit voorkomt dat bij eventuele

beschadigingen indringend vocht zicht verder verspreidt.

Uiteraard is ook correcte montage noodzakelijk.

Dit betekent onder meer dat bij applicatie van Armaflex-

systeemen de bijbehorende Armaflex-lijmen 520 en HT

625 worden toegepast. Ook dienen de voorschriften van

de coatingproducent te worden gevolgd, met name ten

aanzien van de droogtijd.

ProefstukBij toepassing van alternatieve coatingsystemen beveelt

Armacell aan een drietal volledig verlijmde proefstukjes

te maken. Deze worden na respectievelijk een uur, een

dag en twee op hun hechting beoordeeld. De hechting

is toereikend als het isolatiemateriaal scheurt, terwijl

geen beschadiging van de kleurcoating op de leiding

optreedt.

Armacell heeft uitwerking van AGI Q 151 op coating en

isolatie samengevat in een whitepaper (Technisch bulle-

tin TB 017). Dit is op aanvraag beschikbaar bij Armacell.

DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 45

Hoogwaardige corrosiebescherming en correct

aangebrachte isolatie garanderen tot in lengte van

jaren een onberispelijk functionerende installatie.

Page 46: Isolatiemagazine 68 december 2015

Promat is a global provider of fireproofing (to protect personnel, steel structures, storage vessels and equipment) and thermal insulation solutions (to reduce energy loss in pipes, pipe supports and petrochemical processing units).

Discover how you can benefit from Promat• More than 50 years of experience, innovation and know-how• Increased personnel safety & asset protection• Optimal process control• Minimal loss of space & energy• Full engineering services

Cutting-edge engineering for a safer worldFire & blast protection, thermal insulation

Contact us for more informationPromat International NV, Bormstraat 24, 2830 Tisselt, Belgium | T: +32 15 71 21 86 | [email protected] www.promat-oilandgas.com

© P

rom

at

Inte

rnational N

.V.

2015-0

4

Page 47: Isolatiemagazine 68 december 2015

w w w . g o e b e l - s c h r o e v e n . e u

Tel.: 013 - 57 20 229

Fax: 013 - 57 20 239

Tel.: 03 - 80 80 764

Fax: 03 - 80 82 753

BENELUX Verkoop - Goebel BV

A r e s s t r a a t 1 3 - 0 2 / 0 4

N L - 5 0 4 8 C D T i l b u r gi n f o @ g o e b e l - s c h r o e v e n . e u

Weet u het al?

I S O L A T I E

T O E B E H O R E N

Page 48: Isolatiemagazine 68 december 2015

www.rockwool-rti.com

Go for maximal performance with minimal weight

Are you up in the air about how to reduce your energy consumption while increasing

your performance? ROCKWOOL Technical Insulation has the solution. Built on our

expertise in the shipbuilding and offshore industry, we introduce the SeaRox FB 6000

range: the lightest stone wool insulation available for A-class fi re division. This new

generation SeaRox solutions combines all fi re safe, acoustic and thermal insulation

qualities of stone wool with an exceptional low weight: 40% weight saving on

insulation provides an increased fl exibility for designers and it reduces your energy

and fuel consumption. And that’s good for the environment!

Check rockwool-searox.com and discover that less can

deliver more in marine and offshore.

NEW GENERATION SEAROXLightest stone wool solutions for marine and offshore