i.s.m. Prof. Dr. Reitske Meganck - UGent onderzoek_0.pdf · en 10 SR) Voor de gemiddelde...
Transcript of i.s.m. Prof. Dr. Reitske Meganck - UGent onderzoek_0.pdf · en 10 SR) Voor de gemiddelde...
KWANTITATIEF ONDERZOEK
Outcome- en follow-up onderzoek
2015-2018
i.s.m. Prof. Dr. Reitske Meganck - UGent
Van 1 april 2015 tot 31 maart 2017 werden patiënten bij hun opname in Rustenburg bevraagd of ze wilden deelnemen aan een onderzoek naar de werkzaamheid van de geboden behandeling. Het onderzoek werd positief geadviseerd door de Ethische Commissie van het UZ. Deelnemers ondertekenden een informed consent bij aanvang van de studie. Het onderzoek bestaat uit een kwantitatief en kwalitatief luik. In deze PowerPoint worden resultaten weergegeven van het kwantitatieve luik. De resultaten van het kwalitatieve luik worden eind augustus 2019 verwacht. Het kwantitatieve luik bestaat uit demografische gegevens en zelf-rapportage vragenlijsten die vier keer werden ingevuld: bij opname (fase 1), bij ontslag (fase 2), 6 maand na ontslag (fase 3) en 1 jaar na ontslag (fase 4).
Wat werd bevraagd in elke fase? Demografische gegevens: - is dit uw eerste opname? - geslacht - leeftijd - burgerlijke staat - hoogst afgewerkte studieniveau - beroepssituatie - aantal kinderen - broers of zussen - paviljoen waarop je verblijft
De Inventory of Interpersonal Problems-32 (IIP-32) vragenlijst: Deze vragenlijst brengt op een globale manier de relationele wereld in kaart. Er is een totaalscore die uitdrukt in welke mate iemand problemen ondervindt in zijn relaties. Er zijn 8 subschalen (dominant, opeisend, afstandelijk, sociaal geremd, non-assertief, aanpassend, zelfopofferend en intrusief interpersoonlijk gedrag). Op groepsniveau is de totaalscore belangrijk. Een hoge score wijst op meer problemen op interpersoonlijk vlak.
De Outcome-Questionnaire-45 (OQ-45) vragenlijst: Deze meet symptomatische distress (SD) (angst, depressie en verslaving) en interpersoonlijk sociaal functioneren (IR) (tevredenheid en problemen in interpersoonlijke relaties). Dan is er nog een subschaal ‘sociale rol’ (SR) die geeft een beoordeling van het niveau van ontevredenheid, onvermogen, conflicten en stress gerelateerd aan werk en vrije tijd. Er is een totaalscore (0-180) , een score voor SD (0-100) , IR (0-44) en SR (0-36). Suïciderisico, middelengebruik en gebruik van geweld zijn indicatoren die vervat zitten in de subschalen. Cut-off score voor klinisch disfunctioneren is hier bij de totaalscore 55. 33 voor SD subschaal, 12 voor de IR subschaal en 10 voor de SR schaal.
De Defense Style Questionnaire (DSQ-40) vragenlijst: Is een vragenlijst die peilt naar verschillende (3) defensiestijlen. Namelijk: mature, neurotische en immature defensiestijl. 20 defensiemechanismen met elk 2 items worden gescoord op een 9 punt Likertschaal (1-9). 4 mature defensiemechanismen; sublimatie, humor, anticipatie en onderdrukking. 4 neurotische defensiemechanismen; ongedaan maken, pseudo-altruïsme, idealisering en reactieformatie. 12 immature defensiemechanismen: projectie, passief-agressief, acting-out, isolatie, devalueren, autistische fantasie, ontkenning, verplaatsing, dissociatie, splitting, rationaliseren en somatiseren. Er is ook een totaalscore.
Er werden tussen 1 april 2015 en 31 maart 2017; 376 mensen uitgenodigd tot het onderzoek. Hiervan vulden 342 mensen de vragenlijsten in bij opname (fase 1). Dit is een response rate van 91%. 34 mensen deden niet mee aan het onderzoek in de opnamefase. Redenen van drop-out: - 21 mensen wilden niet deelnemen - 1 iemand gaf geen respons na meerder pogingen - 2 mensen kwamen niet naar de gemaakte afspraak - 12 mensen gingen in drop-out omdat ze vroegtijdig met ontslag gingen (waren slechts enkele dagen in opname)
In fase 2 bij ontslag vulden 196 mensen de vragenlijsten in. 85
mensen gingen automatisch in drop out en kwamen niet meer
in aanmerking om bij ontslag in te vullen gezien ze niet langer
dan 3 maand opgenomen waren. Dit was een afspraak met de
Universiteit van Gent. Hierdoor is de response rate voor fase
2; 76%.
In fase 3; 6 maand na ontslag vulden 115 mensen de
vragenlijsten in. Dit is een response rate van 59%.
In fase 4; 1 jaar na ontslag vulden 88 mensen de vragenlijsten
in. Dit is een response rate van 75%.
Overzicht redenen drop out per fase:
Outcome- en follow-up onderzoek: Drop out
Paviljoen Aantal Fase Aantal Reden Aantal
1 98 Opname 36 Vroegtijdig ontslag met/zonder advies (<3 maand) 85
2 78 Ontslag 143 Wil niet (langer) deelnemen aan onderzoek 44
3.1 59 Ontslag na 6 maanden 80 Geen respons na meerdere pogingen 124
3.2 54 Ontslag na 1 jaar 30 Geen gegevens achtergelaten 8
Totaal: 289 Afwezigheid onderzoeker 18
Komt niet naar afspraak 4
Outcome systeem lag plat 4
Overleden 2
Resultaten per vragenlijst:
10
IIP-32:
In vergelijking met de resultaten van het onderzoek bij patiënten van CGG’s
ligt ons gemiddelde per paviljoen een stuk hoger dan het gemiddelde van
dat onderzoek. (gemiddelde totaalscore onderzoek CGG’s = 52; bij ons
gemiddelde totaalscore fase 1 = 85, fase 2 = 70, fase 3 = 77 en fase 4 = 76)
Dus de problemen op interpersoonlijk vlak scoren slechter bij ons dan
gemiddeld gezien bij patiënten uit CGG’s. Er zijn wel minder verschillen in
de totaalscores over de volledige groep.
11
12
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
opname ontslag 6 m. na ontslag 1 j. na ontslag
85
70
77 76
gemiddelde totaalscore per fase RB
OQ-45:
(cutt-off voor klinisch disfunctioneren = 55 voor totaalscore, 33 SD, 12 IR
en 10 SR)
Voor de gemiddelde totaalscore scoren we in elke fase een stuk boven de
cutt-off score. Er is dus een klinisch disfunctioneren in elke fase op vlak
van symptomatische distress en interpersoonlijk sociaal functioneren. We
zien een verbetering bij ontslag (van 99 naar 76), een terugval 6 maand na
ontslag (van 76 naar 81) en dan terug beter 1 jaar na ontslag (van 81 naar
79). Ook op de symptomische distress schaal en de interpersoonlijke
relatie schaal en de sociale rol schaal zien we diezelfde bewegingen. Het
effect bij ontslag kan niet behouden worden op lange termijn. Er is wel een
verbetering op lange termijn in vergelijking met de scores in opname fase
maar het resultaat in ontslag fase zwakt af op 6 maand na ontslag en is dan
terug iets beter 1 jaar na ontslag maar behaalt 1 jaar na ontslag niet het
resultaat zoals bij ontslag.
13
14
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
totaalscore SD score IR score SR score
99
60
22
17
76
45
17 14
81
49
18
14
79
47
18
14
fase 1
fase 2
fase 3
fase 4
15
DSQ-40: We zien dat de hoogste scores te zien zijn bij de immature defensiestijl. Een overzicht van de gemiddelde totaalscore per fase:
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
fase 1 fase 2 fase 3 fase 4
33
39 37 38 37
35 36 36
90
83 85 85
matuur
neurotisch
immatuur
Resultaten per fase:
16
Fase 1 – bij opname:
17
0
20
40
60
80
100
120
IIP32 DSQ-matuur DSQ-neurotisch DSQ-immatuur OQ-45
85
31
36
85
97
82
33 35
90 94
88
35 39
95
103
89
31
39
93
106
PV1
PV2
PV3.1
PV3.2
Fase 2 – bij ontslag:
18
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
IIP32 DSQ-matuur DSQ-neurotisch DSQ-immatuur OQ-45
70
41
34
76
72
68
37
33
81
72 69
40 39
87
77 75
40 38
93
87
PV1
PV2
PV3.1
PV3.2
Fase 3 – 6 maand na ontslag:
19
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
IIP32 DSQ-matuur DSQ-neurotisch DSQ-immatuur OQ-45
77
37 34
79 78 77
34 34
86
80
73
42 39
93
82 80
35
40
87 86
PV1
PV2
PV3.1
PV3.2
Fase 4 – 1 jaar na ontslag:
20
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
IIP32 DSQ-matuur DSQ-neurotisch DSQ-immatuur OQ-45
75
37 35
77 76
80
36 33
82
78
71
43 40
97
79 76
37 38
87 84
PV1
PV2
PV3.1
PV3.2
Scores IIP-32 per paviljoen
21
22
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
fase 1 fase 2 fase 3 fase 4
85
70
77 75
scores IIP-32 per fase voor paviljoen 1
23
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
fase 1 fase 2 fase 3 fase 4
82
68
77 80
scores IIP-32 per fase voor paviljoen 2
24
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
fase 1 fase 2 fase 3 fase 4
88
69
73 71
scores IIP-32 per fase voor paviljoen 3.1
25
65
70
75
80
85
90
fase 1 fase 2 fase 3 fase 4
89
75
80
76
scores IIP-32 per fase voor paviljoen 3.2
Er is een duidelijke verbetering op vlak van interpersoonlijk functioneren
bij ontslag ten opzichte van de score bij opname. Dit voor alle paviljoenen.
De grootste verbetering zien we daarin bij paviljoen 3.1. Zes maand na
ontslag zien we dan bij alle paviljoenen een terug val. Eén jaar na ontslag
is er terug een betere score ten opzichte van de score zes maand na
ontslag. Enkel bij paviljoen 2 zien we die verbetering één jaar na ontslag
niet ten opzichte van zes maand na ontslag. Op paviljoen 2 is nog een
lichte stijging te zien van de score één jaar na ontslag. De grootste
verbetering tussen de score in opname fase en één jaar na ontslag is bij
paviljoen 3.1. De hoogste scores en dus het meest problematisch
functioneren zien we bij aanvang (opname) bij paviljoen 3.2 en paviljoen
3.1. De problemen in interpersoonlijk functioneren zijn dus het grootst op
de jongeren paviljoenen bij opname.
26
Scores OQ-45 per paviljoen
Titel, plaats, datum, spreker 27
Titel, plaats, datum, spreker 28
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
fase1 fase 2 fase 3 fase 4
97
72
78 76
scores OQ-45 paviljoen 1 per fase
Titel, plaats, datum, spreker 29
0
20
40
60
80
100
120
fase1 fase 2 fase 3 fase 4
Titel, plaats, datum, spreker 30
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
fase1 fase 2 fase 3 fase 4
94
72
80 78
scores OQ-45 paviljoen 2 per fase
Titel, plaats, datum, spreker 31
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
fase1 fase 2 fase 3 fase 4
Titel, plaats, datum, spreker 32
0
20
40
60
80
100
120
fase1 fase 2 fase 3 fase 4
103
77 82
79
scores OQ-45 paviljoen 3.1 per fase
Titel, plaats, datum, spreker 33
0
20
40
60
80
100
120
fase1 fase 2 fase 3 fase 4
Titel, plaats, datum, spreker 34
0
20
40
60
80
100
120
fase1 fase 2 fase 3 fase 4
106
87 86 84
scores OQ-45 paviljoen 3.2 per fase
Titel, plaats, datum, spreker 35
0
20
40
60
80
100
120
fase1 fase 2 fase 3 fase 4
De hoogste score bij opname zien we bij paviljoen 3.2. Dit
betekend dat op paviljoen 3.2 de problemen het grootst zijn bij
aanvang. De laagste score bij opname zien we bij paviljoen 2.
Net zoals bij de IIP-32 vragenlijst zien we een trend bij paviljoen
1, 2 en 3.1 dat er verbetering is bij ontslag, een terugval zes
maand na ontslag en terug een verbetering 1 jaar na ontslag. Bij
paviljoen 3.2 zijn we hier een blijvende daling. Paviljoen 3.2
heeft de laagste daling naar ontslag toe op de OQ-45 maar blijft
dalen zes maand na ontslag en 1 jaar na ontslag. De verbetering
lijkt hier het meest effectief op lange termijn.
Titel, plaats, datum, spreker 36
Demografische variabelen en scores op de meetinstrumenten.
Het enige waar een trend is waar te nemen zijn de iets hogere scores
voor de OQ-symptomatische distress (OQ-SD) subschaal bij vrouwen
en lager geschoolden. Dit is lijn met andere studies. Voor de DSQ
scoorden mensen iets lager naarmate de leeftijd stijgt, hetzelfde
geldt voor de OQ-45 bij opnames, maar dit lijkt geen substantiële
observatie.
37
38
Suïcidegedachten. In de OQ-45 is er één item dat specifiek naar suïcidegedachten peilt. “Ik denk erover om een einde aan mijn leven te maken”. Hieronder een overzicht van hoeveel procent van de deelnemers in elke fase aangeeft soms, regelmatig of heel vaak suïcidegedachten te hebben. We zien hier een substantiële daling op het vlak van suïcidale ideatie aangegeven in de zelfrapportagematen.
39
0
5
10
15
20
25
30
35
opname ontslag 6 m. na ontslag 1 j. na ontslag
35
22 21
15
23
11
17
19
12
2
6
3
soms
regelmatig
veel
40
DSM diagnoses As I en As II bij deelnemers die
het volledige onderzoek participeerden.
41
0
10
20
30
40
50
3 1
44
2 1 4 3 1 2 1 2 2 2
7 1 2 4 3 1
DSM diagnoses bij ontslag As I
42
0
20
40
60
4 1 3 3 5
51
18
2
DSM diagnoses bij ontslag As II
Psychotherapeutisch Centrum Rustenburg
Waggelwaterstraat 2 8000 Brugge
Tel 050 31 81 65 - Fax 050 31 08 99
www.ptcrustenburg.be
Eind augustus 2019 verwachten we de analyse van het kwalitatieve
onderzoek en kunnen deze analyses gekoppeld worden aan
het kwantitatief onderzoek. Wordt vervolgd…