inside mei 1-2016 4de cor

16
Nieuwe Polikliniek PIT Paramedisch Interventie Team voor Lier en omstreken Dialyse Samen sterker dan alleen insideLier Medisch informatiemagazine van het H.-Hartziekenhuis Lier Juni 2016 - 1 Onthaal Tel. 03 491 23 45 Spoedgevallen Tel. 03 491 29 00 Polikliniek Tel. 03 491 27 20 H.-Hartziekenhuis vzw Mechelsestraat 24 2500 LIER Tel. 03 491 23 45 Fax 03 491 20 19 PIT Paramedisch Interventie Team voor Lier en omstreken Dialyse Samen sterker dan alleen Nieuwe Polikliniek

Transcript of inside mei 1-2016 4de cor

Page 1: inside mei 1-2016 4de cor

Nieuwe

Polikliniek

PITParamedisch Interventie Teamvoor Lier en omstreken

DialyseSamen sterker dan alleen

insideLierMedisch informatiemagazine van het H.-Hartziekenhuis Lier

Juni 2016 - 1

Onthaal

Tel. 03 491 23 45

Spoedgevallen

Tel. 03 491 29 00

Polikliniek

Tel. 03 491 27 20

H.-Hartziekenhuis vzw

Mechelsestraat 242500 LIERTel. 03 491 23 45Fax 03 491 20 19

PITParamedisch Interventie Teamvoor Lier en omstreken

DialyseSamen sterker dan alleen

Nieuwe

Polikliniek

Page 2: inside mei 1-2016 4de cor

22 Orthopedie

PIT 20

colofonDit magazine wil informatie verstrekken en communicatie bevorderen binnen en buiten het H.-Hartziekenhuis.

RedactiecomitéDr. An De CuyperDr. Kristin ThibautDr. Annelies TrochDr. Ann Van De VeldeDr. Stefaan Van OevelenDr. Nick Van Opstal

FotografieDr. An De CuyperMarcel SchoetersWalter Van NotenDr. Stefaan Van OevelenAnka van Raemdonck

RedactieadresDr. An De CuyperH.-Hartziekenhuis vzwMechelsestraat 242500 LIERTel. 03 491 20 60

www.hhzhlier.be

Verantwoordelijke uitgeverDr. An De CuyperMechelsestraat 242500 LIER

Alle rechten voorbehouden.De informatie is afkomstig vanbronnen welke wij als betrouwbaar beschouwen. Raadpleeg voor individuele problemen uw arts.Er kan derhalve geen aansprakelijkheid worden opgeëist.

In dit nummer

ECG 27

28 Intervieuw

Kort... 10

VoorwoordWe live in interesting times….

“Boeiende” tijden zijn een synoniem voor uitdagingen, opportuniteiten en grensverleggende acties.

Onze omgeving is een wereld van verandering waarbij ziekenhuizen worden getriggerd door meerdere actoren.

De overheid heeft steeds minder middelen ter beschikking en spoort aan tot samenwerking en netwer- king om de zorg financieel mogelijk en dichtbij de patiënt te kunnen houden. Deze beweging vereist een duidelijke visie van het medisch beleid van het ziekenhuis en een open overleg met betrokken partners om tot synergie, subspecialisatie en zorgbehoud in de regio te komen. Bovendien staat de technologische evolutie niet stil. Meer en meer wordt geneeskunde een technisch specialisme dat van de arts - naast een empathisch en wetenschappelijk vermogen - ook de discipline om regelmatig bij te scholen, vereist.Ook de patiënt, die leeft in deze hoogtechnologische wereld, stelt ho- gere eisen aan zijn omgeving. Dit uit zich op het vlak van kwaliteit, com- fort en snelheid.

Geboeid zijn door iets betekent echter ook gefocust zijn. Zo dient er meer aandacht voor kwaliteitsver-eisten, patiëntveiligheid en -welbe- vinden te zijn, maar ook voor de wereld buiten de ziekenhuismuren.

Kortere ligduren en de evolutie naar ambulante zorg tillen de zorgover- dracht en continuïteit naar een hoger niveau.

De nieuwe wind die sinds kort door dit ziekenhuis waait veroorzaakt een vibe van positivisme en enthou- siasme. Realisaties zoals de nieuwe polikliniek (zie pag 4) zetten aan tot een drang naar profilering en uit- straling. Een dynamisch proactief beleid, wars van passief conserva-tisme, dient hierin te faciliteren en te coachen. Ondertussen heeft dit aan- leiding gegeven tot de plannen voor een aantal infrastructurele aanpas- singen en tot de aanzet van een strategische denkoefening.

Verdere spreiding van ons zorgaan-bod met nieuwe initiatieven en een uitbreiding van het artsenkorps zijn onontbeerlijk om een waardige plaats in dit veranderende zorgland-schap in te nemen.

Inside, dit nieuwe medisch informa-tiemagazine, past perfect in deze boeiende tijden. Door op regelma- tige wijze jullie - de huisartsen, specialisten en paramedici uit onze zorgregio - te informeren over ons zorgaanbod, hopen wij jullie beter te kunnen betrekken bij onze werking.

Laat ons dus gerust weten wat u vindt van dit eerste nummer van Insde. Ik kijk vol belangstelling uit naar jullie reacties!

”De zorgstrategischeevolutie gaat de wegop van samenwerkingen netwerking. Dit zijnbelangrijke hefbomenom in de toekomstkwalitatieve gezond-heidszorg, dichtbijde patiënt, teverzekeren.

Dr. An De CuyperHoofdarts

2 3

4 Nieuwe polikliniek

6 Navelstrengbloedbank

12 Uitbreiding artsenkorps

16 Dialyse

24 Activiteiten - Agenda

Page 3: inside mei 1-2016 4de cor

4 5

Polikliniek geopend nagrondige verbouwing

Onlangs werd de vernieuwde polikliniek in gebruik genomen. Met ruim 40 onderzoekslokalen en aanpalende werkgangen werd de oppervlakte van de polikliniek uitgebreid met 300 m² tot de huidige 2000 m².Er werd zeer veel aandacht besteed aan het comfort van patiënten, artsen, verpleging en ondersteunend personeel.

”De nieuwe polikliniek wordthiermee het uithangbordjevan het H.-Hartziekenhuis,waarmee overduidelijkde kaart wordt getrokkenvan patiëntgerichtekwalitatieve zorg.

Ruim 5 jaar geleden namen de specialisten het initiatief voor een verbouwingsdossier van de toenma-lige raadplegingsruimten die dateer- den van midden jaren ’80. Artsen en verplegend personeel werkten sa- men om plannen te concretiseren vanuit ideeën, ervaringen, wensen en noden. Het comfort van de he- dendaagse patiënt werd hierbij steeds vooropgesteld.In samenwerking met directie en raad van bestuur startten in decem-ber 2014 de werken. De eerste fase werd in gebruik genomen in septem-ber 2015, de volledige afwerking werd afgerond in april 2016. De nieuwe polikliniek telt 40 onder-zoekslokalen waarvan enkele arts- of discipline-specifiek zijn. Met het oog op een flexibele en efficiënte wer- king werd tevens geopteerd voor

flexboxen, waarin verschillende di- sciplines raadpleging houden. Bo- vendien werd er voorzien in 2 gips- kamers en een lokaal voor kleine heelkundige ingrepen. De onderzoekslokalen zijn verbon-den door een werkgang voor artsen en medewerkers zodat zij zich snel kunnen verplaatsen. In deze back- stage kunnen zij overleggen of admi- nistratieve zaken afhandelen. De uit- breiding van het aantal lokalen was hoog nodig om de wachttijden voor de raadplegingen in te korten en plaats te bieden aan de nieuwe art- sen die recent meerdere disciplines vervoegden. Bij de inrichting werd zeer veel aandacht besteed aan ruimte en licht. De verspreide wachtzalen wer- den voorzien van frisse kleuren en modern meubilair. Alle onderzoeks-

lokalen genieten van daglicht en werden groter uitgetekend. Deze extra ruimte is van belang voor de plaatsing van hoogtechnologische apparatuur, noodzakelijk bij diag-nostiek en behandeling, conform de moderne geneeskunde. Tevens wordt hiermee de mogelijkheid ge- boden om vlot verpleegkundige zorgen uit te voeren.

Voor afspraken:Heelkunde: 03-491 27 20Inwendige: 03-491 27 41

Page 4: inside mei 1-2016 4de cor

Navelstrengbloedeen scheppingsverhaal

76

Bevallen in ons ziekenhuis kan al meer dan een eeuw, doneren van navelstrengbloed kan nu ook sinds begin 2014. Onder impuls van Kathleen Wuyts vormen de gynae-cologen en vroedvrouwen een en- thousiast team dat elke zwangere vrouw motiveert haar navelstreng-bloed te schenken aan de Leuvense Navelstrengbloedbank.

Navelstrengbloed is waardevol om- dat het stamcellen bevat. Deze cel- len liggen aan de basis van het leven, kunnen zich delen en ont- plooien tot elk soort weefsel. Ze worden vooral gebruikt bij behande-ling van patiënten met een ernstige bloed- ziekte (bijv. leukemie). Na inductie met chemotherapie, wor- den deze gezonde bloedstamcellen

toege- diend om het herstel te bevorderen (navelstrengbloedtrans- plantatie). Wereldwijd zijn ondertussen dui- zenden transplantaties uitgevoerd, vaak bij kinderen, met steeds groter wordende kans op genezing.

De procedure verloopt via strikte regels: indien de moeder instemt, kan - ná de geboorte van het kind en vóór de placenta loskomt - het bloed dat in de placenta overblijft, gecol-lecteerd worden in een zakje. Dit is het navelstrengbloed.

Belangrijk om weten is dat de baby zelf NIET wordt geprikt. De procedure heeft dus geen nadelige invloed voor het kind, noch voor de moeder zelf en is volledig pijnloos.

Meer informatie over de navel-strengbloedbank, vind je op www.uzleuven.be/Navelstreng- bloedbank.Voor meer informatie ivm stamcel-donatie: www.mdpb.be.En als je meer wil weten over een stamceltransplantatie: www.ebmt.org.

• De Leuvense Navelstrengbloedbank levert wereldwijd, tot nu toe al aan 27 verschillende landen.• Jaar op jaar stijgt het aantal collectes in Vlaanderen drastisch. In 2014 waren dit er al 5877 tegenover 3180 een jaar eerder.• De verhouding in geholpen patiënten bedraagt 45% kinderen en 55% volwassenen.• De kans op overleving ongeveer 5 jaar later ligt rond de 44% (voor kinderen ligt de overleving nog hoger).• Het gemiddelde collectiegewicht bedraagt 140 g. Het gemiddelde in het H.-Hartziekenhuis ligt aanzienlijk hoger.

De navelstrengbloedbank: de feiten

”In 2014 werden in onsziekenhuis 332 navel- strengbloedcollectiesuitgevoerd.Dit komt neer op 32%van alle bevallingen inLier, een participatiegraadwaarbij we op de derdeplaats in het Vlaamsenetwerk belanden.

Het oncologisch verpleegkundig spreekuur (OVS) bestaat ondertus-sen in ons ziekenhuis al enige tijd. Els, Judith, Kim en Petra, oncologisch verpleegkundigen, gingen aan de slag in het oncologisch support team in 2012. Sinds februari 2014 houden ze meermaals per week raadpleg-ing. “We voorzien ongeveer een uur tijd voor de patiënt en zijn familie, overlopen informatie, luisteren naar de noden, geven onder meer advies over inname van medicijnen en bespre- ken mogelijke neven-werkingen. Uiteraard in nauwe samenwerking met de oncologen” aldus Kim. Doel is een meerwaarde te creëren in de behandeling van patiënten met kanker en de ziekte draaglijker te maken.

Praktisch: afspraak maken kan via de polikliniek, de oncofoon (03/4912200) of rechtstreeks in Omnipro (OVS), deze dienstverlening is gratis.

Ziekte draaglijker maken

Page 5: inside mei 1-2016 4de cor

98

Staphylococcus aureus maakt bij 30% van de mensen deel uit van de commensale flora. Hoewel deze bac- terie meestal een onschuldige kolo-nisator is, kan S. aureus ernstige infecties veroorzaken. De methi- cilline-resistente S. aureus (MRSA) is wereldwijd de belangrijkste oorzaak van antibioticaresistente infecties. Infecties met MRSA resulteren in een verlengd ziekenhuisverblijf en een hogere morbiditeit en mortaliteit. Screeningsprogramma’s voor MRSA zijn een sleutelcomponent voor een succesvol infectiebeleid, aangezien op deze manier MRSA dragers worden opgespoord en zo de trans-missieketen kan verbroken worden.

Vanaf midden april 2016 zullen daarom in het H.-Hartziekenhuis van Lier de drie belangrijkste MRSA risicogroepen door middel van een moleculaire sneltest gescreend worden (tabel 1). Uit cijfers van het HHZH Lier van 2014 blijkt immers dat de patiënten met MRSA in de voorgeschiedenis en de patiënten afkomstig uit een RVT/WZC de belangrijkste risico- groepen vormen op MRSA dragersc-hap met een MRSA percentage van respectievelijk 19% en 7%. De

Snelle MRSA screeningaan de poort

literatuur toont ook aan dat de patiënten die beroepsmatig contact hebben met dieren (zoals boe- ren/veeartsen) MRSA positief zijn in 32 tot 72% van de gevallen.

Het resultaat van de MRSA sneltest is reeds na 60 minuten beschikbaar waardoor een snelle en selectieve isolatie doorgevoerd kan worden om kruisinfectie te vermijden. Het grote nadeel van de sneltest is de hogere kostprijs ten opzichte van de kweek. Rekening houdend met deze kost- prijs, worden de indicaties voor snel- screening beperkt tot bovenstaande 3 risicogroepen.

De screening zal reeds bij opname op spoed gebeuren, waardoor een gerichte kamertoewijzing kan ge- beuren: al dan niet in isolatie.

De MRSA sneltest gebeurt op ge- poolde neus-, keel,- en perineum-wissers (E-swabs). Het is de bedoe-ling om bij een positieve sneltest de patiënt te dekoloniseren. Opvolging van patiënten na dekolonisatie ge- beurt wel met kweek; gezien bacte-rieel DNA nog aanwezig blijft na succesvolle dekolonisatie.

Klinische farmacie

1/OPNAME * Bevragen van de thuismedicatie volgens een standaard methode eigen aan het ziekenhuis, opstellen van een correcte actuele medicatie- lijst en dit registreren in het medisch patiëntendossier. * Evaluatie van de thuismedicatie en verlenen van advies aan behan-delende arts in geval van onvolko-menheden.

2/VERBLIJF * Evalueren van de medicatie- schema’s en voorstellen doen aan artsen om therapie te optimaliseren. * Opvolgen van de resultaten van de voorgestelde adviezen.

Om deze evolutie te ondersteunen stelde de FOD Volksgezondheid van 2007 tot 2014 financiële middelen ter beschikking om de ontwikkeling van klinische farmacie in geselec-teerde kandidaat ziekenhuizen aan te moedigen en te ondersteunen. Dit gebeurde door financiering van pilootprojecten. In 2014 werd de pilootfase afgeslo-ten en werd een structurele finan-ciering in het budget van financiële middelen voor alle acute ziekenhui-zen voorzien.

In het actieplan 2015-2020 stelde de FOD Volksgezondheid voor jaarlijks aan een bepaald thema te werken. Voor 2016 wordt gevraagd om een gestructureerde methode te ontwik-kelen voor de anamnese, de regis-tratie en de communicatie van op- name- en ontslagmedicatie. Con- creet worden onderstaande acties gepland op de afdeling geriatrie B6, onder supervisie van Dr. Liliane Nestor. De klinisch apotheker zal pro- beren zoveel mogelijk patiënten op te volgen tijdens het volledige traject van opname tot ontslag:

• maximaliseren van het klinisch effect van de gebruikte geneesmiddelen voor zoveel mogelijk patiënten; • minimaliseren van het risico op geneesmiddelen gerelateerde opna- mes door toezicht te houden over de medicatie van de patiënt; • beperken van de kosten van de geneesmiddelentherapie.

Klinische farmacie maakt deel uit van het vernieuwde takenpakket van de ziekenhuis-apotheek. Naast de klassieke taken van aankoop- en voorraadbeleid van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen, bereidingen, centrale sterilisatie, verstrekkingen, tarificatie en facturatie, gaat de aandacht van de ziekenhuisapotheker nu ook naar opvolging en beveiliging van de medicamenteuze behandeling: van de opname in het ziekenhuis, over het verblijf tot en met het ontslag van de patiënt.

De algemene doelstellingen van klinische farmacie zijn:

3/ONTSLAG * Bijdragen tot het opstellen van een correcte overdracht van de genees-middelentherapie aan huisarts/an- dere zorginstelling op een gestan-daardiseerde wijze. * Schriftelijk opstellen van eenvou- dige en begrijpbare geneesmidde- leninformatie voor de patiënt bij ont- slag . * Ontslaggesprek met de patiënt i.v.m. zijn medicatie.

Verschillende proces- en resultaats- indicatoren werden ontwikkeld om de acties in kaart te brengen. In de loop van 2016 wordt het project geëvalueerd en de mogelijkheid tot uitbreiding naar andere verpleeg- afdelingen bekeken.

”Tot op heden is de kweek degouden standaard om MRSAkolonisatie te detecteren.De kweekmethode is echtervaak tijdrovend met laattijdigeresultaten tot gevolg, variërendvan 24 tot 72 uur. Zonderpreventieve isolatie kan debacterie zich intussen verspreidentussen patiënten. De laatste jarenzijn verschillende moleculairescreeningstesten ontwikkeld metals doel MRSA sneller op te sporen. .

Risicogroep % MRSAVoorgeschiedenis MRSA 19.1

RVT/WZC 6.7

Boeren/veeartsen (gegevens literatuur) 32-72

Tabel 1

Percentage MRSA positieve patiënten per risicogroep in het HHZH Lier

Page 6: inside mei 1-2016 4de cor

Kort...

Op 9/12/2015 publiceerde CM in de pers de resultaten van hun studie- dienst over de totale heupprothesen in België.

Na bestuderen van de gegevens van CM bleek dat bij een groot aantal patiënten foutief een revisie van de heupprothese werd genoteerd ter- wijl ze in werkelijkheid een primaire heupprothese kregen aan de andere zijde.

CM corrigeerde deze verkeerde ge- gevens en berekende dat voor de periode 2004-2013 de resultaten voor H.-Hart Lier de volgende zijn:

- overlevingskans van de prothese: 97% (ipv de eerder vermelde 95%)- kans op revisie: 0,58 (ipv de eerder vermelde 1,37)

Hiermee positioneert de dienst zich bovenaan de lijst.

CM corrigeertverkeerde cijfersvoor H.-Hart Lier

ErkenningdagziekenhuizenDe drie dagziekenhuizen (chirurgisch, niet-chirurgisch/oncologisch en geriatrisch) van het H.-Hartziekenhuis werden recent elk erkend door de Vlaamse overheid.Hierdoor zullen er een aantal operationele wijzigingen plaatsvinden : het niet chirurgisch en chirurgisch dagziekenhuis gaan gescheiden verder en worden na verbouwingswerken ondergebracht respectievelijk op de afdelingen D1 en D2. Het geriatrisch dagziekenhuis gaat zijn aanbod verder verruimen en biedt o.a. meer mogelijkheden met betrekking tot ambulante revalidatie - ergotherapie – geheugentesten.

10

Medische publicaties HHZH Lier1. Lagrou K, Maertens J, Van Even E, & Denning DW. Burden of serious fungal infections in Belgium. Mycoses 2015;58(S5):1-5.

2. Mandeville Y, de Gheldere C, & Vanclooster P. Small bowel intussusception caused by multiple intestinal metastases from a giant cell carcinoma of the lung: a case report. Acta Chir Belg 2015;115:49-51.

3. Mandeville Y, Canovai E, Diebels I, Suy R, & De Vleeschauwer P. Carotid Bifurcation Resection and Interposition of a Polytetrafluorethylene Graft (BRIG) for Carotid Disease: A Retrospective Study of 153 Consecutive Procedures. Ann Vasc Surg 2015;29(8):1589-97.

4. Van Aelst S, Winters L, Janssen K, Laffut W, & Thibaut K. A Healthy 2.5-Year-Old Boy With Herpes Zoster Ophthalmicus as Primary Presentation. J Pediatric Infect Dis Soc 2015;4(4):e160-2.

5. Van Hemelen G, Van Genechten M, Renier L, Desmedt M, Verbruggen E, & Nadjmi N. Three-dimensional virtual planning in orthognathic surgery enhances the accuracy of soft tissue prediction. J Craniomaxillofac Surg 2015;43(6):918-25.

6. Vanryckeghem V, Vandeputte G, Heylen S, & Somville J. Remodeling of the Proximal Tibia Subsequent to Bone Graft Harvest: Postoperative CT Study. Foot Ankle Int 2015;36(7):795-800.

7. Vrancx S, Van de Sande J, Vanclooster P, de Gheldere C, & Van de Velde A. Burkitt Lymphoma Mimicking an Acute Appendicitis in a 17 Year Old Boy: a Case Report. Acta Chir Belg 2015;115(4):306-9.

11

Medische beeldvormingVoortaan zijn de beelden beschikbaar via de URL-code die meegegeven wordt op het verslag met de patiënt of verzonden wordt naar het dossier van de huisarts, ofwel rechtstreeks via Omnipro.

In afwachting van de realisatie van het nieuwe parkeergebouw wordt er naar tijdelijke oplossingen gezocht om het parkeerprobleem rondom het ziekenhuis te verlichten.Voor de huisartsen werden er naast de drie parkeerplaatsen op de bezoe- kersparking, eveneens drie plaatsen voorzien aan de spoedgevallen. Door de tijdelijke huur van een parkeerge-bied aan de Antwerpsestraat kunnen personeel, dokters stagiairs en assis- tenten in opleiding buitenhuis par- keren. De specialisten van het zie- kenhuis zullen achteraan het ge- bouw parkeren. Door deze verschui-ving komen er een 70-tal extra plaat-sen vrij voor patiënten en bezoekers

Parking artsenbezoekerspatiënten

MailfunctieOmniproHuisartsen die een token bezitten waarmee zij toegang krijgen tot het elektronisch patiëntendossier van hun opgenomen patiënt kunnen door middel van een mailfunctie rechtstreeks bijkomende vragen stellen aan de arts-specialist.

Huisartsen kunnen een token aan- vragen bij dhr. Miel Onsea, ICT-verantwoordelijke.

[email protected]

Page 7: inside mei 1-2016 4de cor

Dr. Marc LambellinCardiologie

Dr. Lambellin studeerde af als arts  aan de KU Leuven in 2008. Hij ver- volgde met een opleiding cardiologie in het H.-Hartziekenhuis Lier, Imelda Bonheiden en UZ Leuven en behaal- de zijn erkenning in 2014.Nadien volgde een bijkomende op- leiding cardiale revalidatie te UZ Leuven in 2014-2015. Deze oplei- ding loopt momenteel deeltijds ver- der in Jessa Ziekenhuis Hasselt. Hij werkte als consulent algemene car- diologie in Imelda Bonheiden van midden 2015 tot maart 2016, waar- na hij aan de slag ging in Lier. Naast cardiale revalidatie heeft hij bijzon-dere interesse in preventieve cardi-ologie (lipiden- arteriele hyperten-sie) en hartfalen. Met de komst van dr. Lambellin wordt er verder ge- werkt aan de multidisciplinaire cardiale revalidatie en hartfalenzorg.

Uitbreiding artsenkorps

Dr. Ina VrintsPlastische chirurgie

Dr. Ina Vrints is sinds januari 2016 werkzaam in het H.-Hartziekenhuis als plastisch, reconstructief en esthe-tisch chirurg.In juni 2009 behaalde ze haar di- ploma van arts aan de K.U.Leuven. Aansluitend startte ze de opleiding plastische heelkunde. Nadien be- kwaamde ze zich verder in de plasti- sche, reconstructieve en esthetische chirurgie in het Universitair Zieken-huis Gasthuisberg te Leuven en in het Ziekenhuis Netwerk Antwerpen. Tijdens haar opleiding volgde ze ver- schillende extra cursussen en trainin-gen op gebied van microchirurgie, flapdissectietechnieken en estheti- sche heelkunde. Een aanvullend fellowship in het gerenommeerde ‘Coupure Centrum voor Plastische Chirurgie’ in Gent vervolmaakte de opleiding op vlak van esthetische chirurgie en niet-invasieve esthe-tische technieken.Haar bijzondere interesse gaat uit naar het versterken van de borstkli-niek met uitbouwen van de recon-structieve mogelijkheden, in het

1312

bijzonder autologe en microchirur-gische ingrepen. Uit het brede arse- naal van reconstructieve mogelijk- heden wordt in overleg met de behandelende artsen én met de patiënt de beste behandeling geko- zen, op maat van de patiënt.

Dr. Hélène PoelsGastro - enterologie

Dr. Poels studeerde in Juli 2015 af als specialist in de gastro-enterologie – hepatologie (KUL). Gezien haar bij- zondere interesse voor digestieve oncologie startte zij daarna aan een extra opleiding. Als aanvulling op haar opleiding heeft zij een bijko-mende accreditatie verworven voor tropische geneeskunde en radiopro-tectie. Zij start vanaf 01/05 deeltijds in het H.-Hartziekenhuis Lier, initieel voornamelijk op het oncologisch dagziekenhuis. Vanaf november 2016 wordt zij voltijds staflid en zal zij interventionele onderzoeken uit- voeren.

Dr. Bie GielisAnesthesie - pijnkliniek

Dr. Gielis studeerde aan de KU Leuven af eind januari 2016. Zij vol- tooide 4 jaren van haar assistent- schap in Gasthuisberg en 1 jaar in het ZNA campus Middelheimziekenhuis. In Leuven  werkte zij gedurende 9 maanden op de dienst  intensieve geneeskunde bij Prof. Dr. G Van den Berghe en 4 maanden in de pijnkli-niek in het Leuvens Algologisch Cen- trum. Verder roteerde  zij  op alle heelkundige disciplines, ook mater-niteit, pediatrie en dagziekenhuis. Haar laatste maanden opleiding vol- bracht zij op de dienst spoedgevallen van het H.-Hartziekenhuis.Sinds februari 2016 werkt zij deel- tijds op de pijnkliniek, deeltijds in het operatiekwartier.

Zij wenst graag mee te werken aan de verdere uitbouw van de pijn- kliniek met zijn diversificaties : MAT, uniform pijnbeleid,... 

Dr. Hilde Van SandeGynaecologie - fertiliteit

Dr. Van Sande besloot, na het beha-len van haar diploma licentiaat in de klinische psychologie, een artsen-studie aan te vatten. Zij vervolmaakte de specialisatie gy- naecologie in 2015 (UZA). Zij legt zich naast de courante gynaecolo-gische pathologie voornamelijk toe op reproductieve geneeskunde. Sinds 01/09/2015 is zij druk in de weer om het luik fertiliteit binnen de dienst gynaecologie verder uit te bouwen en heeft zich verder be- kwaamd in de heelkunde voor fer- tiliteitsproblemen.

Page 8: inside mei 1-2016 4de cor

14 15

Dr. Deborah FeldmannSpoedgevallen

Dr. Feldmann genoot haar opleiding tot specialist inwendige genees- kunde aan de universiteit Zurich. Gezien haar belangstelling in acute geneeskunde volgde zij bijkomende opleidingen ACLS (advanced cardiac life support), ATL (advanced trauma life support) en echosonografie. Om- wille van familiale omstandigheden verhuisde zij 2 jaar geleden naar België. In afwachting van het verder onder de knie krijgen van het Neder-lands, werkte zij aanvankelijk in het Duits landsgedeelte. Sinds novem- ber 2015 maakt zij deel uit van het team spoedartsen van het H.-Hartziekenhuis Lier.

Dr. Marijke StryckersNefrologie

Dr. Christian MerckxAnesthesie - pijnkliniek

Dr Merckx startte zijn opleiding aan de Universiteit Antwerpen voor wat betreft de kandidaturen. De docto- raatsjaren vervolmaakte hij aan de KUL. Hij werd grotendeels opgeleid in Gasthuisberg als anesthesist en vol- deed een jaar als fellow aan de Uni- versity Colleges London Hospitals verdeeld over respectievelijk The Heart Hospital en Harefield & Royal Brompton Hospitals, specifiek voor cardiale, thoracale chirurgie evenals intensieve zorgen. Met vrucht legde hij het examen af aan de National Board for Echocardiocraphy in de VS wat betreft "Special Competence in Advanced Perioperative Transeso- phageal Echocardiography”. Gedurende zes jaar was hij staflid anesthesie in de Kliniek Sint-Jan te

Uitbreidingartsenkorps

Dr. Ellen Van EvenZiekenhuishygiënist

Een jaar na haar start als klinisch bioloog in het H.-Hartziekenhuis op 1 oktober 2014 heeft Dr Ellen Van Even ook de functie geneesheer-zieken- huishygiënist op zich genomen. Zij studeerde af als arts aan de KUL in 2009, waarna ze zich specialiseerde in de klinische biologie met bijzon-dere aandacht voor de microbiologie. Deze opleiding doorliep ze oa in het OLV Ziekenhuis Aalst, AZ Sint-Lucas Gent en de universitaire ziekenhui-zen Saint-Luc/UCL Brussel en UZ Leuven. Ze baseerde zich voor de wijziging in het MRSA beleid op de resultaten van haar studie in het kader van de ManaMa Ziekenhuishygiëne: “Prak-tische implementatie en evaluatie van de moleculaire snelscreening voor detectie van MRSA in het H.-Hartziekenhuis Lier”.

Dr. Bruno Van Eesbeeck is de nieuwevoorzitter van de raad van bestuur

De raad van bestuur van het H.-Hartziekenhuis Lier heeft dr. Bruno Van Eesbeeck aangesteld als ‘uitvoe- rend voorzitter’ met een mandaat van 12 maanden.

Dr. Bruno Van Eesbeeck zal sa- men met de algemeen directeur ad interim, dr. Boudewijn (Tom) Michielsens, en hoofdgeneesheer dr. An De Cuyper (en met de steun van de raad van bestuur, de medische raad en consultant Deloitte) het transformatieproces aansturen om het ziekenhuis klaar te maken voor de volgende decennia.

Hij zal vanaf 3 mei met een tijdelijk mandaat de raad van bestuur leiden en samen met de hoofddirectie een kernteam vormen dat de verande- ringsprocessen aanstuurt en de pen hanteert voor de redactie van een toekomstplan voor het H.-Hartziekenhuis.

De raad van bestuur zet hiermee een volgende en belangrijke stap in het proces dat het H.-Hartziekenhuis klaar zal maken voor de opportuni- teiten die het nieuwe zorglandschap biedt: meer dan ooit gekend en geroemd om de uitstekende zorg van ziekenhuismedewerkers en ver- plegend personeel, met een sterk medisch aanbod, technologisch up-to-date, en met een aangepaste interne structuur en infrastructuur.

Dr. Bruno Van Eesbeeck heeft een uitgebreide staat van dienst als con- sultant in de zorg. De voorbije 15 jaar begeleidde hij veranderingstrajecten in tal van ziekenhuizen en zorginstel-lingen.

Marijke Stryckers heeft sinds 1 april 2016  het team van nefrologen binnen het H.-Hartziekenhuis ver- voegd. Naast de gedeelde zorg voor dialyse- en gehospitaliseerde patiën- ten houdt zij één namiddag per week raadpleging in de gloednieu- we  polikliniek. Eén tot drie maal per week ziet zij toe op dialysepatiënten in AZ. Herentals waar zij op vrijdag voormiddag ook raadpleging doet.Tijdens de wachtdienst beantwoordt zij graag alle prangende nefrologi- sche vragen uit Mechelen, Lier, Duf- fel en Herentals.Zij hoopt de komende jaren haar steentje te kunnen bijdragen tot de

Brussel met ondermeer speciale aandacht anesthesie voor bariatri- sche chirurgie. In 2014 startte hij het Interuniversitair Postgraduaat algolo-gie. Sinds 1 maart is dr. Merckx werkzaam in het H.-Hartziekenhuis

verdere uitbouw van een kwaliteits-volle dienst Nefrologie!

Page 9: inside mei 1-2016 4de cor

kenning aangevraagd om over te gaan tot het oprichten van een CAD op de Campus Rooienberg te Duffel, dit onder voogdij van het cen- trum voor behandeling van chroni- sche nierinsufficiëntie van het H.-Hartziekenhuis te Lier. Deze er- kenning werd door het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid vlot toegekend.

Op maandag 3 december 2012 opende de dienst CAD Duffel, offi- cieel zijn deuren, en werd in een eerste fase gestart met de behande- ling van acht patiënten. Dit aantal groeide al snel: momenteel worden 24 patiënten op die manier dichter bij huis behandeld. Aangezien de CAD beschikt over twaalf behande- lingsposten, biedt deze een maxi-male capaciteit voor 48 patiënten.

Een CAD biedt zorg aan stabiele en ambulante patiënten, die actief bij hun behandeling betrokken worden. Hun toestand vergt weliswaar geen continu medisch toezicht maar wel regelmatige controle door nefrolo-gen die specifiek aan de CAD op de Campus Rooienberg zijn toege- wezen: dr. Kurt Vandepitte en dr.

16000 dialysebehandelingen per jaar. In de CAD te Herentals worden ongeveer dertig patiënten behan-deld, wat resulteert in meer dan 4000 dialysebehandelingen per jaar. In 1993 startte het H.-Hartziekenhuis ook met een programma voor perito-neale dialyse.

Om deze activiteiten in de drie ziekenhuizen te kunnen realiseren, beschikt de dienst hemodialyse over 51 personeelsleden, waaronder 44 verpleegkundigen, vijf logistiek- medewerkers, één sociaal assistente en één secretaresse. In het centrum zijn er vier internist-nefrologen werkzaam: dr. Jacques Schelstraete (t.e.m. 31 maart 2016; vanaf 1 april 2016 vervangen door dr. Marijke Stryckers, zie ook elders in dit nummer), dr. Kurt Vandepitte, dr. Alexander De Smet en dr. Stefaan Van Oevelen.

Teneinde het zorgaanbod verder te optimaliseren voor de patiënten uit Duffel en omstreken werd in overleg tussen beide ziekenhuizen een er-

Samen sterker dan alleenDialyse St. Maarten ziekenhuis Duffel,

A.Z. Herentals en H.-Hartziekenhuis Lier

Het H.-Hartziekenhuis Lier en het St.-Maartenziekenhuis Duffel zijn in hun samenwerking duidelijk visio-nair: reeds in 1999 begrepen zij dat het opportuun was om hun specifiek zorgaanbod als complementair te zien. Dit resulteerde in het samenwer- kingsakkoord radiotherapie-hemo- dialyse. Sindsdien kunnen de pa- tiënten van het H.-Hartziekenhuis beroep doen op de expertise van de artsen radiotherapie van het St.-Maartenziekenhuis en de patiën- ten van het St. Maartenziekenhuis op de expertise van de nefrologen van het H.-Hartziekenhuis.

Oncologische patiënten worden, uiteraard met respect voor hun vrije keuze, preferentieel voor radiothera-pie verwezen naar Campus Rooien-berg. Dr. Annelies Troch, oncoloog H.- Hartziekenhuis en de radiothera-peuten van het St. Maartenzieken-huis, Dr. Paul Barbier, Dr. Philippe Spaas en Dr. Valerie Vandeputte voeren in beide ziekenhuizen ambu-lante consultaties en consulten bij gehospitaliseerde patiënten uit. Deze samenwerking verloopt zeer vlot en wordt door alle partijen, de patiënten, de ziekenhuizen en de verwijzende huisartsen als positief ervaren. Deze laatsten kunnen ver- trouwen op optimale zorg voor hun patiënt door een ervaren team; alle aandacht gaat naar de beste therapie voor elke individuele patiënt.

In de andere richting fungeren de nefrologen van het H.-Hartziekenhuis sinds 1999 als consulent in het St.-Maartenziekenhuis, waarbij con- creet aan hen gevraagd werd om een consultatie voor ambulante patiënten te organiseren, adviezen bij opgenomen patiënten met nier-

16 17

problemen te formuleren, en tot slot ook dialysebehandelingen bij pa- tiënten met acute nierfunctieproble-men op de dienst Intensieve Zorg te verrichten.

Het H.-Hartziekenhuis te Lier ver- wierf in juni 1976 een erkenning als centrum voor de behandeling van chronische nierinsufficiëntie, en ging toen van start met zes dialyse- patiënten. Een eerste samenwer- kingsakkoord met het Algemeen Ziekenhuis St.-Elisabeth van Heren-tals resulteerde in 1987 in het op- richten van een dienst voor collec-tieve autodialyse (CAD), gelegen in een woning grenzend aan het zie- kenhuis. Sinds 2013 werd de dienst ondergebracht in het nieuwe consul-tatiegebouw en werd de capaciteit voor dialyse uitgebreid met tevens de mogelijkheid tot acute dialyse op Intensieve zorgen.

Op dit ogenblik worden er in het zogenaamde moedercentrum te Lier meer dan honderd patiënten behan-deld, wat neerkomt op ongeveer

Samenwerken is een hot topic in het huidige ziekenhuislandschap. Het wordt door de overheid gepromoot om de zorg financieel te beheersen zodat deze verder georganiseerd kan worden in de buurt van de patiënt. Door het samenbrengen van pathologie in gespecialiseerde centra wordt gestreefd naar kwaliteit en subspecialisatie.

Dialyse centrum A.Z. Herentals

Stefaan Van Oevelen. Per behande- lingsshift zijn er steeds drie verpleeg-kundigen aanwezig.

Alle betrokken partijen zijn ervan overtuigd dat het hier een heel bijzonder project betreft dat onge- twijfeld het zorgaanbod voor de patiënten van Duffel, Herentals en Lier verbetert. Het initiatief mag dan ook beschouwd worden als een geslaagde samenwerking tussen drie nabijgelegen ziekenhuizen. De mid- delen en energie die vrijkomen door elkaars sterkten te benutten kunnen geherinvesteerd worden in modern materiaal, een frisse infrastructuur, bijkomende opleidingen voor ver- pleegkundigen en doorgedreven be- kwaming van de artsen. Dit alles met maar één doel: optimale zorg voor een brede patiëntengroep, zo dicht mogelijk bij huis.

Deze constructieve houding, geba- seerd op een open en eerlijke dialoog met naburige partnerzieken-huizen, wenst het artsenkorps dan ook aan te houden en verder te concretiseren in nauw overleg met de verwijzende huisartsen.

Page 10: inside mei 1-2016 4de cor

kenning aangevraagd om over te gaan tot het oprichten van een CAD op de Campus Rooienberg te Duffel, dit onder voogdij van het cen- trum voor behandeling van chroni- sche nierinsufficiëntie van het H.-Hartziekenhuis te Lier. Deze er- kenning werd door het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid vlot toegekend.

Op maandag 3 december 2012 opende de dienst CAD Duffel, offi- cieel zijn deuren, en werd in een eerste fase gestart met de behande- ling van acht patiënten. Dit aantal groeide al snel: momenteel worden 24 patiënten op die manier dichter bij huis behandeld. Aangezien de CAD beschikt over twaalf behande- lingsposten, biedt deze een maxi-male capaciteit voor 48 patiënten.

Een CAD biedt zorg aan stabiele en ambulante patiënten, die actief bij hun behandeling betrokken worden. Hun toestand vergt weliswaar geen continu medisch toezicht maar wel regelmatige controle door nefrolo-gen die specifiek aan de CAD op de Campus Rooienberg zijn toege- wezen: dr. Kurt Vandepitte en dr.

16000 dialysebehandelingen per jaar. In de CAD te Herentals worden ongeveer dertig patiënten behan-deld, wat resulteert in meer dan 4000 dialysebehandelingen per jaar. In 1993 startte het H.-Hartziekenhuis ook met een programma voor perito-neale dialyse.

Om deze activiteiten in de drie ziekenhuizen te kunnen realiseren, beschikt de dienst hemodialyse over 51 personeelsleden, waaronder 44 verpleegkundigen, vijf logistiek- medewerkers, één sociaal assistente en één secretaresse. In het centrum zijn er vier internist-nefrologen werkzaam: dr. Jacques Schelstraete (t.e.m. 31 maart 2016; vanaf 1 april 2016 vervangen door dr. Marijke Stryckers, zie ook elders in dit nummer), dr. Kurt Vandepitte, dr. Alexander De Smet en dr. Stefaan Van Oevelen.

Teneinde het zorgaanbod verder te optimaliseren voor de patiënten uit Duffel en omstreken werd in overleg tussen beide ziekenhuizen een er-

Het H.-Hartziekenhuis Lier en het St.-Maartenziekenhuis Duffel zijn in hun samenwerking duidelijk visio-nair: reeds in 1999 begrepen zij dat het opportuun was om hun specifiek zorgaanbod als complementair te zien. Dit resulteerde in het samenwer- kingsakkoord radiotherapie-hemo- dialyse. Sindsdien kunnen de pa- tiënten van het H.-Hartziekenhuis beroep doen op de expertise van de artsen radiotherapie van het St.-Maartenziekenhuis en de patiën- ten van het St. Maartenziekenhuis op de expertise van de nefrologen van het H.-Hartziekenhuis.

Oncologische patiënten worden, uiteraard met respect voor hun vrije keuze, preferentieel voor radiothera-pie verwezen naar Campus Rooien-berg. Dr. Annelies Troch, oncoloog H.- Hartziekenhuis en de radiothera-peuten van het St. Maartenzieken-huis, Dr. Paul Barbier, Dr. Philippe Spaas en Dr. Valerie Vandeputte voeren in beide ziekenhuizen ambu-lante consultaties en consulten bij gehospitaliseerde patiënten uit. Deze samenwerking verloopt zeer vlot en wordt door alle partijen, de patiënten, de ziekenhuizen en de verwijzende huisartsen als positief ervaren. Deze laatsten kunnen ver- trouwen op optimale zorg voor hun patiënt door een ervaren team; alle aandacht gaat naar de beste therapie voor elke individuele patiënt.

In de andere richting fungeren de nefrologen van het H.-Hartziekenhuis sinds 1999 als consulent in het St.-Maartenziekenhuis, waarbij con- creet aan hen gevraagd werd om een consultatie voor ambulante patiënten te organiseren, adviezen bij opgenomen patiënten met nier-

problemen te formuleren, en tot slot ook dialysebehandelingen bij pa- tiënten met acute nierfunctieproble-men op de dienst Intensieve Zorg te verrichten.

Het H.-Hartziekenhuis te Lier ver- wierf in juni 1976 een erkenning als centrum voor de behandeling van chronische nierinsufficiëntie, en ging toen van start met zes dialyse- patiënten. Een eerste samenwer- kingsakkoord met het Algemeen Ziekenhuis St.-Elisabeth van Heren-tals resulteerde in 1987 in het op- richten van een dienst voor collec-tieve autodialyse (CAD), gelegen in een woning grenzend aan het zie- kenhuis. Sinds 2013 werd de dienst ondergebracht in het nieuwe consul-tatiegebouw en werd de capaciteit voor dialyse uitgebreid met tevens de mogelijkheid tot acute dialyse op Intensieve zorgen.

Op dit ogenblik worden er in het zogenaamde moedercentrum te Lier meer dan honderd patiënten behan-deld, wat neerkomt op ongeveer

Dialyse centrum St.-Maartenziekenhuis Duffel

Dialyse centrum H.-Hartziekenhuis Lier

Stefaan Van Oevelen. Per behande- lingsshift zijn er steeds drie verpleeg-kundigen aanwezig.

Alle betrokken partijen zijn ervan overtuigd dat het hier een heel bijzonder project betreft dat onge- twijfeld het zorgaanbod voor de patiënten van Duffel, Herentals en Lier verbetert. Het initiatief mag dan ook beschouwd worden als een geslaagde samenwerking tussen drie nabijgelegen ziekenhuizen. De mid- delen en energie die vrijkomen door elkaars sterkten te benutten kunnen geherinvesteerd worden in modern materiaal, een frisse infrastructuur, bijkomende opleidingen voor ver- pleegkundigen en doorgedreven be- kwaming van de artsen. Dit alles met maar één doel: optimale zorg voor een brede patiëntengroep, zo dicht mogelijk bij huis.

Deze constructieve houding, geba- seerd op een open en eerlijke dialoog met naburige partnerzieken-huizen, wenst het artsenkorps dan ook aan te houden en verder te concretiseren in nauw overleg met de verwijzende huisartsen.

18 19

ApotheekflashOok van geneesmiddelen kan je vallenIn het kader van de Week van de Valpreventie (18 -24 april 2016) werd een klinische apotheekflash opgesteld met de bedoeling het valrisico door geneesmiddelen onder de aandacht te brengen. Hulpverleners hebben een belangrijke rol om de oudere patiënt bewust te maken van deze nog steeds onderschatte problematiek. Het expertisecentrum Val-en fractuurpreventie Vlaanderen stelt tal van ondersteunende tools ter beschikking op www.valpreventie.be

Oorzaken van vallen � Patiëntgebonden factoren. � Omgevingsfactoren. � Niet medicamenteus (zicht, voeten enz...) � Medicamenteus schoeisel: ouderen zijn gevoeliger aan bijwerkingen van medicatie door ü gewijzigde farmacokinetiek (nierfunctie, metabolisme,…), ü gewijzigde farmacodynamiek (grotere gevoeligheid bij eindorganen), ü therapie-ontrouw (gevaar voor onder-of overdosering), ü multimorbiditeit, ü polyfarmacie: ≥ 4 geneesmiddelen, ü inname risicovolle geneesmiddelen.

Bijwerkingen die van invloed zijn op het valrisico � Bloeddrukval. � Motorische stoornissen/spierzwakte. � Vertigo. � Sedatie/bewustzijnsveranderingen.

Preventie � Aanpakken niet-medicamenteuze factoren. � Rationaliseren van het geneesmiddelenbeleid. � Stel indicatie scherp bij het opstarten van psychofarmaca. � Minimale dosis voor een therapeutisch effect. � Check bijkomende ziektebeelden: diarree, nierfalen,.. Deze kunnen de werking van geneesmiddelen beïnvloeden. � Weeg voordelen af t.o.v. de nadelen van een farmacotherapeutische therapie. � Check op interacties met reeds gebruikte geneesmiddelen. � Voorzie van meet af aan een STOP- en/of EVALUATIEdatum. � Overweeg de afbouw van psychofarmaca indien mogelijk, zelfs na langdurig gebruik.

* Deze lijst is niet limitatief, maar heeft de bedoeling een overzicht te geven vanrisicovolle geneesmiddelen die in de ambulante praktijk vaak worden gebruikt.

Meer informatie (checklists, brochures, richtlijnen) vindt u op www.valpreventie.be.Voor verdere vragen kan u terecht in de apotheek van het H.-Hartziekenhuis: 03/491 30 10 of [email protected]

RISICOVOLLE GENEESMIDDELEN *BENZODIAZEPINESAlprazolam Alprazolam© EGLorazepam Temesta©

Lormetazepam Lormetazepam© EGDiazepam Diazepam© Teva, Valium©

Clotiazepam Clozan©

Dikaliumclorazepaat Tranxene©

Zolpidem (Z-product) Zolpidem© EGANTI-EPILEPTICAValproïnezuur Depakine©

Carbamazepine Tegretol©

Levetiracetam Keppra©

ANTIPSYCHOTICAKlassiekHaloperidol Haldol©

Droperidol Dehydrobenzperidol©

Pipamperon Dipiperon©

Flupentixol Fluanxol©

Sulpiride Dogmatil©

AtypischeRisperidon Risperdal©

Olanzapine Zyprexa©

Quetiapine Seroquel©

Clozapine Leponex©

Combinatiepreparaat (antipsychoticum + antidepressivum)Melitracen + Flupentixol Deanxit©

ANTIDEPRESSIVASSRI’s (selectieve serotonine-heropname remmers)Escitalopram Sipralexa©

Paroxetine Seroxat©

Sertraline Serlain©

TCA’s (tricyclische antidepressiva)Amitriptyline Redomex©

Nortriptyline Nortrilen©

CARDIOVASCULAIRE MEDICATIEAntihypertensivaMoxonidine Moxonidine© EGDiureticaSpironolactone Aldactone©

Spironolactone + altizide Aldactazine©

CalciumantagonistenAmlodipine Amlor©

Lercanidipine Zanidip©

ACE-inhibitorenLisinopril Zestril©

Perindopril Perindopril©, Coversyl©

SartanenOlmesartan Olmetec©

Beta-blokkersAtenolol Tenormin©

Bisoprolol Emconcor©

Page 11: inside mei 1-2016 4de cor

20 21

H.-Hartziekenhuis krijgtParamedisch Interventie Team (PIT)voor Lier en omstrekenSpoedgevallen breidt uit

Het Paramedisch Interventie Team (PIT) is een team voor dringende geneeskundige hulpverlening dat, naast een ambulancier, bestaat uit een verpleegkundige die gespeciali-seerd is in de intensieve- en spoed-gevallenzorg. Hierdoor kan deze adequaat reageren op elke medische noodsituatie. Onnodig te zeggen dat zij aan continue evaluatie onderwor-pen worden en regelmatig bijscho- lingen dienen te volgen.

“De PIT-ziekenwagen is een gespe-cialiseerde ambulance, uitgerust met de meest moderne technische snuf- jes, die zal uitrukken op vraag van het hulpcentrum 112. Het is een aanvulling op de twee andere hulp- verleningssystemen: enerzijds de ambulance met twee ambulanciers-hulpverleners en anderzijds de MUG met een gespecialiseerde arts en

verpleegkundige.” aldus dr. Koen De Feyter, Diensthoofd Spoedgevallen.

Het inzetten van de PIT Lier betekent een grote verbetering van de zorg- kwaliteit voor de inwoners van Lier en de omliggende gemeenten. “Eigenlijk is de PIT een ‘light-versie’ van de MUG-wagen. De PIT–ver- pleegkundige kan bijkomende han- delingen uitvoeren zonder dat een arts aanwezig is, zoals de toediening van medicatie.” licht Tom Feyt, zorg- coördinator kritieke diensten, toe.

Het betreft hier zogenaamde gedele- geerde handelingen, toevertrouwd aan de beoefenaars van de ver- pleegkunde, die wettelijk zeer nauw omschreven werden. Schrik dus niet wanneer u een verpleegkundige in afwachting van de komst van de MUG een intubatie ziet uitvoeren of

een bevalling begeleiden. Zij zijn voor deze aktes ingedekt door permanente instructies vanwege de geneesheer-diensthoofd van de functie “gespecialiseerde spoedge- vallenzorg”.

Men heeft vanuit de PIT-zieken- wagen ook de beschikking over on-line telemonitoring. Op die ma- nier kunnen bijvoorbeeld 12-aflei- dingen-ECG’s rechtstreeks naar de urgentie-arts op de dienst Spoed-gevallen of naar de smartphone van de cardioloog van wacht gestuurd worden, zodat er zo weinig mogelijk kostbare tijd verloren gaat.“De verpleegkundige van de PIT wordt ingeschakeld op de dienst Spoedgevallen, bovenop de reeds aanwezige verpleegkundigen, zodat we de service en kwaliteit op die manier nog verder proberen verbe-

• Niveau 1: Ambulance voor eerste hulp volstaat

• Niveau 2: PIT volstaat

• Niveau 3: Bijstand van MUG ter plaatse is nodig

teren. Een bijkomend voordeel is dat ons MUG–voertuig selectiever kan worden ingezet waardoor de be- schikbaarheid ervan in onze regio vergroot. Zo zullen we onze pa- tiënten de beste zorgen kunnen bieden van op ‘de straat’ tot aan het ontslag uit het ziekenhuis.” besluit dr. Koen De Feyter.

Oproepen gebeuren zoals steeds via het noodnummer 112. Daar zal men oordelen welk type hulpverlening ter plaatste dient te komen. Indien be- slist wordt het PIT te sturen, zal de eerste taak van de verpleegkundige erin bestaan een primaire balans op te maken:

Sinds jaar en dag worden de Lierse ziekenwagens al grotendeels be- mand door een verpleegkundige, maar dit kan dus nu met een officiële erkenning en een verpleegkundige permanentie van 24 uur.

“Sinds 1950 heb ik veel gereisd, eerst in Europa en nog meer nadat ik in 1980 het onderwijs vaarwel ge- zegd had. Vanaf het einde van vorig millennium bereisde ik ook frequent Azië, tot ik op zaterdag 9 september 2010 getroffen werd door een zwaar hartinfarct. Sindsdien heb ik grote gezondheidsproblemen: de dokters hebben mij al driemaal moeten rea- nimeren; ik heb aan dat hartinfarct een nierinsufficiëntie overgehouden, zodat ik nu als nierpatiënt door het leven moet en drie namiddagen per week voor dialyse naar het hospitaal moet; ik ben al vele malen opge- nomen geweest voor een hele reeks chirurgische ingrepen waarbij men mij ook één van mijn nieren verwij-derd heeft.

Enkele maanden geleden brachten de dokters van de dialyse mij de onheilstijding dat ik een ongenees- lijke kanker heb, ondertussen uitge-zaaid van mijn blaas en prostaat naar beide longen.

Tot nu toe voel ik me nog steeds goed, maar alles moet op een traag tempo gebeuren. Van verre reizen is er dus voor mij geen spraak meer en dat is toch mijn grootste frustratie. Ik ben al blij als iemand mij af en toe eens meeneemt op toeristische ver- kenning of als ik met enkele ver- wanten of vrienden er eens voor een weekendreisje van maximaal drie dagen op uit kan naar het buitenland, aangezien ik hooguit twee tot drie dagen zonder dialyse kan. Het reizen

heeft dus plaats geruimd voor mijn twee grote hobby’s, het verzamelen van munten en van exlibris, alsook nog wat historisch onderzoek, waar-onder onlangs nog de studie ‘De VitaGummari prosaica: een herbronning’. Verder werk ik nog wekelijks in het Virga-Jesse-documentatie-centrum in Hasselt, dat ik in 1980 opgestart heb. Op 15 mei hoop ik mijn 85ste verjaardag te mogen vieren.

“Mais a part ça, Madame la Mar- quise, tout va très bien, tout va très bien !“, zoals Ray Ventura het in 1935 placht te zingen.”

Jef Arras, maart 2016”

Patiënt aan het woord

Artsen en verpleegkundigen volgen regelmatig opleiding om hun skillsvaardig te kunnen toepassen bij een interventie "

Op 12 december 2015 startte het H.-Hartziekenhuis Lier met een eigen Paramedisch Interventie Team (PIT). Eerder werd het ziekenhuis uit 37 ingestuurde Belgische kandidaturen geselecteerd voor het nationaal PIT-pilootproject. Dit project kwam er in het kader van de rationalisering van de dringende medische hulpverlening in België. Het Lierse project wordt gesubsi-dieerd vanuit de fede- rale overheid maar ook het ziekenhuis zal een groot deel van de kosten dragen.

Page 12: inside mei 1-2016 4de cor

Figuur 1Een perilunaire luxatie is een zeldzaam letsel van de pols. De incidentie bedraagt 7% van alle carpale letsels. De luxatie wordt veroorzaakt door een combinatie van axiale belasting, hyperextensie en ulnaire deviatie. Het letsel ontstaat meestal na een hoog energetisch trauma zoals een verkeersongeval of een val van een (grote) hoogte. Een correcte en snelle diagnose en behandeling is noodzakelijk voor een goed herstel en functioneel resultaat. Een uitgestelde of gemiste diagnose zorgt voor een moeilijke reductie en kan leiden tot een verminderde functie van de pols of chronische pijn. De patiënt presenteert zich klinisch met een diffuus pijnlijke en gezwollen pols. Uitwendig is er meestal geen scheefstand op te merken. De diagnose wordt gesteld aan de hand van radiografieën van de pols in face en profiel. Op de face-opname dient aandacht besteed te worden aan de gilula-lijnen. De gilula-lijnen worden gevormd door het proximale en

distale gewrichtsoppervlak van de proximale carpale rij: scaphoid-lunatum-triquetrum (figuur 2). Een onderbreking van deze lijnen wijst op een dislocatie van de carpale beenderen.

Figuur 2Een vroege behandeling is cruciaal om een chronische carpale instabi-liteit en intercarpale arthrose te voorkomen. Volgens de literatuur worden 25% van de perilunaire luxaties gemist wat leidt tot een onnodig uitstel van de behandeling en een slechtere uitkomst. Chroni-sche letsels kunnen in zeldzame gevallen asymptomatisch zijn maar

de meeste patiënten presenteren zich met symptomen als pijn, prikke-ling van de nervus medianus (carpal tunnel syndroom) of een ruptuur van een flexorpees door repetitieve frictie tegen de geluxeerde been-deren. In het verleden werd een gesloten reductie en immobilisatie als voorkeursbehandeling voorge- steld. Heden is er consensus dat een anatomische reductie moeilijk be-

houden kan worden door een gesloten reductie. Een operatieve reductie en fixatie geniet dan ook de voorkeur. Een open reductie zorgt voor een betere visualisatie van het letsel en vergemakkelijkt een anato-mische repositie. Na de reductie worden de carpale beenderen tij- delijk gefixeerd met Kirschnerpinnen en de begeleidende ligamentaire letsels worden hersteld (figuur 3). De pols wordt geïmmobiliseerd tot de pinnen verwijderd worden, ten vroegste 6 weken na de ingreep. Nadien kan de patiënt starten met zijn revalidatie om de mobiliteit opnieuw te herstellen. Concluderend betekent een perilu-naire luxatie van de pols een ernstig orthopedisch letsel dat niet over het hoofd mag gezien worden. Uitstel van de diagnose kan leiden tot een slechter functioneel resultaat of kan aanleiding geven tot complicaties op lange termijn zoals artrose van de pols.

Herzberg G, Forissier D. Acute dorsal trans-scaphoid

perilunate fracture- dislocations: medium-term

results. J Hand Surg Br. 2002;27:498–502.

Krause DN, Duckles SP, Pelligrino DA. Influence of sex

steroid hormones on cerebrovascular function.J Appl

Physiol. 2006;101:1252–61. doi: 10.1152/

japplphysiol.01095.2005.

Stalder J. Perilunate dislocations and fracture-

dislocations: a multicenter study. J Hand Surg Am.

1993;18:768–79.

Figuur 1 Figuur 3:

Postoperatieve radiografie met pinnen.

Een 50-jarige man bezeert zijn rechter pols na een val van een paard. Zijn pols is diffuus pijnlijk en zwelt flink op kort na het trauma. Hij besluit om de evolutie enkele dagen af te wachten. Geleidelijk ontwikkelt hij gevoels-stoornissen met voosheid aan de palmaire zijde van de duim, wijsvinger en middenvinger. Hij presenteert zich bij zijn huisarts die hem doorverwijst voor een radiografie. De beeldvorming toont geen fractuur maar het os lunatum presenteert zich volair van de andere proximale carpale been-deren (scaphoid en triquetrum). De diagnose van een perilunaire luxatie werd vastgesteld.

Casus orthopedie:een perilunaire luxatie

Menopauze consultatiesin het H.-HartziekenhuisGynaecologie introduceert menopauzeconsulent

Voor vrouwen start rond 50 jaar met de menopauze een nieuwe levens-fase waarin ze sociaal, familiaal en professioneel optimaal willen blijven functioneren. De gemiddelde levens- duur van de vrouw bedraagt mo- menteel 83 jaar: zij zal dus ongeveer een derde van haar leven in deze fase doorbrengen. Het is daarom be- langrijk om voldoende aandacht te schenken aan de levenskwaliteit na de menopauze. Vrouwen zitten met tal van vragen en twijfels hierover en maken zich soms onnodig zor- gen. Meestal ontbreekt het artsen echter aan tijd om hier voldoende op in te gaan tijdens de gewone raad- pleging.

Vanaf 21 maart 2016 kunnen vrouwen hiervoor terecht in het H.-Hartziekenhuis bij de menopauze-consulent, Catherine De Clerck. Zij volgde een postgraduaat meno-pauzeconsulent aan de Vives Hoge-school in Kortrijk in 2014-2015.

Hoe gaat dit praktisch in zijn werk?Raadpleging kan op verwijzing van huisarts of gynaecoloog, maar ook op eigen initiatief van de vrouw.Tijdens een eerste raadpleging geeft de consulent uitgebreide informatie over de menopauze: ze bespreekt de risico’s op cardiovasculair vlak, op osteoporose, diabetes en borstkan- ker. Aandacht gaat ook uit naar de ingrijpende veranderingen ten ge- volge van de oestrogeendaling. Er wordt in kaart gebracht welke klachten aanwezig zijn en in welke

mate deze als hinderlijk worden ervaren. De consulent geeft prakti- sche tips om symptomen en onge- makken zelf aan te pakken. Ze geeft informatie over voedingssupple-menten en hormoonsubstitutie. Ze verstrekt leefstijladvies. Indien nodig verwijst ze terug naar de behande-lende arts.

Na ongeveer 3 maanden kan er tij- dens een tweede raadpleging door de consulent opgevolgd worden of de behandeling en adviezen het gewenste resultaat hebben of even-tueel bijgestuurd moeten worden. De 1ste raadpleging bij de consulent duurt ongeveer een uur en kost 60 euro. De opvolgraadpleging duurt een half uur en kost 30 euro. Voorlo-pig is geen terugbetaling voorzien door het RIZIV.

De raadplegingen gaan door op maandag-, dinsdag- en donderdag-namiddag tussen 14u30 en 17u30 in de vernieuwde polikliniek heelkun- de.

Afspraken kunnen gemaakt wor- den op het nummer 03 491 27 20 van de polikliniek.

22 23

Figuur 2

De gilula-lijnen op een radiografie van de pols

Page 13: inside mei 1-2016 4de cor

Activiteitenkalender

Onder het thema “Blijde gedachten” organi-seerde de dienst oncologie op 15 mei 2016 een tentoonstelling van eigen werk doorheen het ziekenhuis. Dit initiatief liep in samenwerk-ing met het SASK en SAMWD uit Lier en was het resultaat van een aantal workshops die werden georganiseerd rond het creatief invul-len van de emoties rond en het werken met langdurig zieken.

24 25

MidzomernachtrunDe vierde editie van dit loopevenement ten voordele van de dienst oncologie vindt plaats op de atletiek-piste van het Netestadion in Lier op 18 juni 2016, tussen 19 en 22 uur. Dit sociaal-sportief gebeuren wordt georganiseerd in samenwerking met de sportraad Lier en is ondertussen een begrip onder patiënten en andere sportievelingen uit Lier en omstreken.

Op 17 april 2016 werd voor de vierde keer de 10 Miles van Antwerpen gelopen door 'Team Jean'. Yannick ‘Jean’ Van Ham is begin 2014 op 27-jarige leeftijd overleden aan een zeldzame vorm van acute leukemie, na een ongelijke strijd van 2 jaar. Toen Yannick in 2013 dikwijls lange tijd gehospitaliseerd was voor intensieve chemothera-pie en stamceltransplantatie in het UZ Antwerpen en tussen- tijds wekelijks in het oncologisch dagziekenhuis van het H.-Hartziekenhuis in Lier kwam, begonnen vier van zijn trouwste vrienden onder de naam ‘Team Jean’ begonnen met het lopen van de 10Miles om hem een hart onder de riem te steken. Dit initiatief werd in 2014 en 2015 verdergezet en uitgebouwd in samenwerking met Hope Fundraising ten voordele van Onderzoek naar Kankervaccins in het Centrum voor Celtherapie en Regeneratieve Geneeskunde CCRG van het UZ Antwerpen.

Togetherwe will beat leukemia!

2006 = 201610de verjaardag als kanker-en stamceltransplantpatiëntLange afstandsfietser Louis Beirinckx organiseert een sponsortocht voor Randonneurs ten voordele van de afdeling Oncologie van het H.-Hartziekenhuis Lier. Dertig fietsers zullen in 3 dagen de 1000 km van Lier fietsen. Deze sportieve fietstocht gaat door op 16, 17 en 18 juni 2016.

Toen Louis in 2006 te horen kreeg dat hij kanker had, merkte hij dat zijn snelheid en uithouding verminder- den. Doch - zo zegt hij zelf - dankzij het oncologisch team van de kliniek van Lier heeft hij in 2007 zijn tiende Parijs-Brest-Parijs , kunnen uitrijden.

Dit jaar gaat 1000 euro van de opbrengst van het personeelsfeest naar het Berrefonds. Dit is een organisatie die herinnneringsdoosjes aanbiedt aan ouders die hun baby verloren hebben tijdens of kort na de zwangerschap. Tijdens de opname in het ziekenhuis wordt samen met de ouders een doosje samengesteld op maat van hun overleden kindje. Dat kan een voetafdrukje in gips bevatten of een haarlokje, een knuffeltje, kledingstukje, gedichtje enz. Zo kunnen ze toch iets tastbaars mee naar huis nemen. Het doosje vormt ook een tool voor vroedvrouwen en verpleegkundigen om het verdriet bespreekbaar te maken. Meer informatie over het ontstaan en de werking van het fonds is terug te vinden op www.berrefonds.be

Blijde gedachten Kunst in het ziekenhuis

H.-Hartziekenhuis steunt het Berrefonds

Page 14: inside mei 1-2016 4de cor

Op 22 oktober 2016 vindt opnieuw het orthopedie sympo-sium plaats en dit al voor de vijfde keer. Ditmaal wordt in samenwerking met spoedartsen en artsen fysische ge- neeskunde de traumatologische patiënt belicht onder het thema : “you break it, we fix it”

De kinderafdeling stelt tot doel al hun patiëntjes optimaal te begelei-den doorheen hun ganse ‘ervaring’ (bij opname, consultatie, onderzoek of behandeling) in het ziekenhuis.

Kindvriendelijkheid is dan ook essen-tieel in alles wat er gebeurt op enerzijds de kinderafdeling en ander-zijds de plaatsen waar kinderen komen doorheen gans het zieken-huis. Alles dient zoveel mogelijk afgestemd te worden op de leef- wereld van het kind.Een ziekenhuisbezoek is immers steeds een ingrijpende en stresse-

Activiteitenkalender

Kiwanis Lier gaat op schattenjacht met depatiëntjes van de kinderafdelingvan het H.-Hartziekenhuis

Save the date: orthopedie symposiumMet gastspreker Prof. Paul Broos

rende gebeurtenis voor het kind en zijn ouders. De allerkleinste patiën- tjes begrijpen niet goed wat er alle- maal gebeurt en worden angstig en de oudere kinderen worden gecon-fronteerd met onzekerheid en een onbekende omgeving.

Om ons kindvriendelijk beleid te ondersteunen werd de de kinderaf- deling opgebouwd rond het thema “schatteneiland”.Voor dit project was er een intense samenwerking tussen KIWANIS en de Lierse cartoonist D’Auwe (Dirk Van der Auwera).

Sinds enkele weken gaat het verhaal verder…Tijdens het vervoer van en naar de operatiezaal, worden de patiëntjes van de kinderafdeling via grote kleurplaten mee op schattenjacht genomen met Bas en Kaatje.

Dankzij dit project ondersteunt KIWANIS Lier mee de kindvriendelijk-heid in ons ziekenhuis.

26 27

ECG kenmerken: breed positief qrs-complex in de inferior afleidingen (II, III en aVf), LBTB morfologie (breed positief in I en aVf), retrograde P-top vlak na het qrs. (zie dipje vlak na qrs)

Ontstaat in de rechter ventrikel outflow tract (rvot) dwz hoog in rechter ventrikel waardoor positief complex inferior. Typische LBTB-morfologie gezien depolarisatie van rechts naar links.

Zeer adrenerg getriggerd maar zonder negatief prognostisch belang.

Meer in rust dan bij inspanning

Kan in couplets, triplets, bigimenie, trigimenie en zelfs in korte runs voor- komen. Soms zeer frequent.

Behandeling louter uit symptomatische overwegingen dmw lage dosis betablokkers. Excitantia te vermijden.

Nb: derde laatste complex ter vergelijking SVES.

Dr Joris De BondtVoor associatie cardiologie HHZH Lier.

ECG in een oogopslagDe RVOT-extrasystole

Page 15: inside mei 1-2016 4de cor

een bepaald model; voor een andere foto volstond het dan weer om een extra dimensie of dynamiek aan het loutere beeld toe te voegen door gebruik te maken van de achter-grond. Door veel scherptediepte toe te passen, is het effect bij sommige werken inderdaad soms erg abstract. Ik tracht hiermee een artistieke uiting te geven van de absolute schoonheid in deze classic cars.”

Vervolgens vertelt de dokter het verhaal van Bugatti en het ontstaan van de iconische mascotte van het automerk. Rembrandt Bugatti - de jongere broer van Ettore, de ingenieur-autobouwer - was een begenadigd kunstenaar gespeciali-seerd in het beeldhouwen van dieren. Zo verbleef deze beeldhou-wer ook enkele jaren in ons land om de dieren van de Antwerpse Zoo te vereeuwigen in brons. Toen tijdens WO I vele dieren afgemaakt werden, liet dit zo’n verpletterende indruk achter bij de teruggetrokken en reeds getroebleerde kunstenaar dat die zelfmoord pleegde. Als ultiem eerbetoon aan zijn overleden broer koos Ettore voor een miniatuurversie van het bronzen beeld van een steigerende olifant om te figureren op zijn auto’s. De rest is geschiedenis.

Wanneer de opmerking valt dat er veel foto’s in het ziekenhuis hangen met telkens een mooi verhaal eraan vast, vervolgt hij: “De eerste foto’s die ik maakte, heb ik indertijd laten zien aan professor Suy - mijn oude prof van genees- kunde waarmee ik nog geregeld contact heb - die erg onder de indruk was van hun pracht. Het is hij die me

in eerste instantie aanraadde om hiermee verder te gaan, gezien ook het unieke karakter van het onder- werp. Er bleek en blijkt nagenoeg geen fotokunst of ander materiaal te bestaan over deze verdwenen mas- cottes. Dat is ook de reden waarom ik er een boek rond heb uitgebracht: ‘A tribute to hood ornaments of oldtimers’. De verhalen zijn werkelijk te mooi om ze niet te bundelen met mijn werken. Wist je dat het legen- darische beeld op de Rolls-Royce, ‘The Spirit of Ecstacy’, gemodelleerd is naar de minnares van de auto- eigenaar? Zo kon hij vanachter het stuur tijdens uitjes met zijn vrouw naast zich, ongestoord - en vooral ongegeneerd - continu naar zijn grote liefde kijken..Ook de evolutie van de mascottes is ronduit fascinerend: waar de eerste beeldjes in de jaren 20 bijna allemaal vrouwelijke boegbeelden waren (‘flying ladies’), zorgde de Art Deco kunststroming in de jaren 30 voor een meer typografische benadering. In de jaren 40, en dan vooral na WO II, evolueerden de ornamenten meer richting de luchtvaart, om uiteindelijk vanaf de jaren 50 letterlijk te ver- dwijnen in de carrosserie.”

De kwaliteit van de kaders is een ander opvallend element tijdens de rondleiding. Wanneer dit ter sprake komt, blijkt dat het afdrukken en inkaderen van de fotowerken gebeurt door een extern bedrijf:“Ik werk hiervoor samen met een gespecialiseerde firma uit Kontich, zij werken onder andere ook voor Koen Van Mechelen (een Belgisch kun- stenaar, bekend van o.a. zijn ‘Cosmo-politan chicken’ project). De foto’s worden op hoge resolutie afgedrukt

op een kunststof frame en vervol-gens wordt er een transparante plexiplaat opgekleefd. Zo zijn de kunstwerken zowel bestand tegen vervorming als tegen verkleuring door UV-straling. Een verstevigings- kader achteraan zorgt tot slot voor een makkelijke en uniforme ophang- ing.”

Nog waard om te vermelden: voor de realisatie van één geslaagde foto neemt Philippe De Vleeschauwer typisch 30 tot 40 verschillende op- names, allemaal met de hand en gebruikmakend van een krachtige telelens (gezien de vaak moeilijke positie van de objecten, is werken met een statief quasi onmogelijk). En wat deze prachtige beelden hele- maal uitzonderlijk maakt: niet één foto wordt achteraf bijgewerkt. Waarlijk een staaltje van absoluut meesterschap in de fotografie, we mogen hier terecht spreken van de Robert Mapplethorpe van de orna- mentalistiek!Is het nog toeval dat het logo van de dienst vaatchirurgie – Vasculier – een gestileerde versie is van de be- roemde Hermes-mascotte?

Dr. De Vleeschauwer

Mascottes verbeeld Verborgen talent op de dienst

Thorax- en bloedvatenheelkunde

28

Dokter De Vleeschauwer, wat is het verhaal achter deze intrigerende werken?“Wel, alles is begonnen bij de hobby van m’n zoon als restaurateur van classic cars, of ‘oldtimers’ zoals ze ook vaak genoemd worden. Ik stelde vast dat de schoonheid van derge- lijke wagens doorheen de jaren almaar meer verdween met als triest resultaat vandaag dat auto’s enkel nog functionele transportmiddelen zijn, zonder unieke identiteit of doordachte esthetiek. Het kunstige in

het design van hedendaagse auto’s is letterlijk weggegomd. Wat me vooral opviel, was dat de zoge- naamde motorkap-mascottes – de kunstige beeldjes, gemonteerd bovenop de radiator - in de loop van deze evolutie compleet zijn ver- dwenen. Het zijn juist deze minia- tuur-beeldhouwwerken die voor mij de ziel van een classic car uit- beelden. Een viertal jaar geleden zijn m’n zoon en ik ons beginnen toe- leggen op het fotograferen van deze kunstwerkjes tijdens onze vele be-

Wie passeert op radiologie, kan er moeilijk naast kijken: grote foto’s van gestileerde silhouetten die her en der aan de muren hangen. Minder bekend is waar deze foto’s vandaan komen. En nog interessanter: van wie zijn deze werken? Na een korte rondvraag blijkt de fotograaf in het eigen ziekenhuis te werken: het is iemand van het specialistenkorps.Tijd om de man in kwestie op te zoeken en hem een aantal vragen voor te leggen.

zoeken aan beurzen en musea in binnen- en buitenland.”

Het valt op dat de foto’s erg puur zijn, soms zelfs neigend naar een abstract beeld. Is dit de bedoeling?“Vanuit het gevoel dat de mascotte een bepaald cachet of een ‘sexy appeal’ aan een wagen geeft, heb ik telkens getracht om de diepere laag en onderliggende betekenis van dit ornament weer te geven in de foto. Dit resulteerde soms in een uiterst subtiel spel van kleurschakeringen bij

29

Page 16: inside mei 1-2016 4de cor

DubbelinterviewJacques Schelstraete - Marijke StryckersPassie voor Nefrologie

30 31

Biografie:Dr. Schelstraete: "Ik heb drie kinde- ren en tot op heden twee kleinkin-deren; twee kinderen lopen nog hogeschool, respectievelijk universi- teit, alleen de jongste is nog thuis gedomicilieerd. Ik ben actief geble- ven tot de laatste dag van mijn potentiële loopbaan door de maand vol te maken waarin ik 65 jaar ben geworden. In overleg met mijn huis- genoten heb ik beslist alle medische beroepsactiviteiten stop te zetten."Dr. Stryckers: "Ik ben 29 jaar en oor- spronkelijk afkomstig uit Kruibeke. Gedurende mijn studies en stages heb ik zowel in Antwerpen als in Gent gewoond. Ik ben sinds kort

getrouwd. We hebben zopas een huisje, tuintje en boompje gekocht. Nu (hopelijk) de kindjes nog!"

Inside: "Wat heeft jullie van Gent naar Lier gebracht?"Dr. Stryckers: "Ik heb Lier altijd een heel sympathiek stadje gevonden (mijn vader woont er reeds 15 jaar). Ik was op zoek naar een afwis- selende job in een middelgroot centrum. Toen ik te horen kreeg dat er een vacature kwam in het H.-Hartziekenhuis, klopte het plaatje volledig."Dr. Schelstraete: "De overstap van Gent naar Lier is in verschillende sprongetjes gebeurd. Na mijn opleiding ben ik resident- nefroloog geweest in het O.L.Vrouw- ziekenhuis te Aalst. Ik heb daar kun- nen leren hoe een voldragen nefro- logische dienst in een niet-acade- misch ziekenhuis gerund wordt. Na deze functie kreeg ik de gelegenheid om deel te nemen aan wetenschap-pelijk onderzoek op de nefrologische dienst van het UZA. Het was een boeiende kennismaking met een totaal andere wereld, het verschil met klinische activiteit kan niet groter zijn. In die periode werd ik al regelmatig gevraagd om vervangin-gen te doen door de toenmalige nefroloog in het H.-Hartziekenhuis, Dr. Dupont. Dat resulteerde aanvan-kelijk in een half-time statuut, en naderhand in een full-time opname in de associatie."

Inside: "Waarom Inwendige Ziek- ten? Waarom Nefrologie?"Dr. Schelstraete: "Inwendige Ziekten was voor mij een evidente keuze. Ik was vanaf de eerste lessen bijzonder geïnteresseerd in de fysiopathologie van de organen, en de stap naar Inwendige Ziekten is dan ook niet groot. De onderliggende fysiologie van de nieren en nierziekten is en blijft onmisbaar in de dagelijkse praktijk, en heeft zelfs een mathe- matisch betrouwbaar aspect. Die keuze was voor mij dan ook niet moeilijk." Dr. Stryckers: "In mijn stageperiode werd ik geprikkeld door de interes-sante en vaak uitdagende diagnos- tiek in de inwendige geneeskunde. Volgens mij is de Nefrologie hiervan een uitstekend voorbeeld. Het is tevens een zeer brede en afwis-selende discipline."

Inside: Welke evoluties heb je meegemaakt in de geneeskunde de voorbije jaren? / Welke evolu-ties verwacht je de komende jaren? Dr. Stryckers: "Ik heb nog niet zoveel kilometers op de teller, maar denk dat er vooral in de oncologie veel is veranderd en nog heel veel zal veranderen."Dr. Schelstraete: "In de klinische praktijk is de medische beeldvor- ming, zoals die bestond 30 jaar ge- leden quasi volledig vervangen door nieuwe technieken die vaak min- der ingrijpend zijn en tegelijkertijd

een beter resolutievermogen heb- ben; ik denk aan de CT, NMR, vascu-laire echografie. Daarnaast is er de informatietechnologie, die het werk van de clinicus veel efficiënter en overzichtelijker heeft gemaakt. Die evolutie is trouwens nog volop aan de gang. Dit liet ons toe om, bij observaties, veel adequater en kor- ter op de bal te spelen."

Inside: Welke punten maken het H.-Hartziekenhuis aantrekkelijk om er als arts te komen werken vol- gens jullie?Dr. Schelstraete: "De middelgrote schaal van het H.-Hartziekenhuis laat toe om vrijwel alle specialisten persoonlijk te kennen en ook snel, zonder veel omwegen, te bereiken. Multidisciplinaire opvolging is dan ook vlot te realiseren. Blijkbaar is er ook nog een extra soort chemie aanwezig die ook de jonge artsen in opleiding naar ons ziekenhuis blijft aantrekken; de on- derliggende formule van deze che- mie is nog door niemand ontknoopt, doch ik hoop dat deze kan blijven bestaan." Dr. Stryckers: "Het H.-Hartziekenhuis is een middelgroot centrum, wat het beste van twee werelden biedt: de mogelijkheden van een groot cen- trum, gecombineerd met het per- soonlijke contact tussen collega’s dat je vindt in kleinere centra. Er wordt steeds gezegd dat er een zeer goede sfeer heerst in het H.-Hartziekenhuis, uiteraard niet onbelangrijk!"

Inside: Wat trekt/trok u het meest aan in je nieuwe/oude job?Dr. Stryckers: "Ik kijk uit naar een zeer uitdagende en afwisselende job met leuke collega’s, waarbij we samen kwaliteitsvolle geneeskunde kunnen leveren."

Dr. Schelstraete: "Elke dag met een grote groep medewerkers werken naar een doel dat doorgaans op kor- te termijn gerealiseerd moet wor- den, is ongetwijfeld wel belastend, doch ook zeer motiverend. De fy- sieke en mentale nood lenigen van de patiënten blijft een steeds we- derkerende uitdaging."

Inside: Welke activiteiten beoefen je momenteel naast de genees- kunde?Dr. Schelstraete: "Ik hoop uiteraard zo lang mogelijk intellectueel actief te kunnen blijven. Wie mij kent, weet dat ik een bijzondere belang-stelling heb voor internationale poli- tiek, geschiedenis, cultuur en taal. Ik ben dan ook van plan hierin nog scholing te volgen. Ik reis ook gaar- ne, doch die reizen hebben altijd tot doel de hierboven genoemde inte- resses te onderbouwen." Dr. Stryckers: "Sporten, en dan voor- namelijk fietsen, met mijn man of in groep, zowel wielrennen als moun-tainbiken. Er is niets zo heerlijk als op een mooie lentedag een terrasje doen met kilometers in de benen! De Vlaamse Ardennen zal ik toch een beetje missen…"

Inside: Hoe zien jullie de toekomst voor jezelf?Voor het H.-Hartziekenhuis? Dr. Stryckers: "Ik hoop mijn steentje te kunnen bijdragen tot de verdere uitbouw van een kwaliteitsvolle dienst Nefrologie binnen het H.-Hartziekenhuis."Dr. Schelstraete: "Mijn beroepser-varing heeft mij geleerd dat men vanaf zijn 65ste meer en meer af- hankelijk wordt van zijn fysieke con- ditie, en deze kan zeer verschillen van persoon tot persoon. Ik zal met genoegen enkele taken opnemen in het gezin, waarvoor ik voordien nooit tijd heb kunnen maken. Ik pro- beer ook contacten te onderhouden met collega’s uit verschillende levensfasen; er zijn bijeenkomsten met mensen uit mijn humaniora- tijd, nauwe contacten met vrienden uit mijn studententijd, en ik hoop ook regelmatig collega’s uit het H.-Hartziekenhuis terug te zien."

Inside: Jacques, bedankt voor dit interview, maar vooral voor uw inzet voor de dienst de voorbije jaren! Marijke, evenzeer bedankt voor dit interview en veel succes in je ongetwijfeld zeer succesvolle loopbaan. We wen- sen jullie het beste!