IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE...

91
UITWISSELING VAN NUTRIENTEN OP HET GRENSVLAK SEDIMENT-WATERKOLOM IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. & VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het sediment zorgen voor de afbraak van organisch materiaal waardoor opgeloste nutriënten gevormd worden. De nutriënten van het sediment stapelen zich op in het intersti- tiële water en diffunderen naar de waterkolom waar ze opnieuw ter beschik- king staan van het plankton terwijlook omgekeerd nutrienten naar de bodem kunnen diffunderen. De profielen van nutriëntenconcentraties in de sedi- menten ontstaan hoofdzakelijk door diffusie, dispersie en microbiologische aktiviteiten (Billen et al 1977). De uitwisseling van de nutriënten tussen het sediment en de waterkolom kan men op verschillende manieren benaderen. Een eerste methode vertrek t van het zuurstofverbruik waarbij men aan- neemt dat 0.412 mg organische koolstof geoxideerd wordt tot CO 2 voor elke milliliter geconsumeerde zuurstof. Aangezien men in de sedimenten voor de koolstof:stikstof een 10:1 verhouding aanneemt, wordt 0.041 mg organische stikstof geremineraliseerd tot ammoniak voor elke milliliter zuurstof die wordt verbruikt (Rowe et al 1975). Hierbij meet men dus de BOD van het sediment met behulp van een klok. Een andere methode die eveneens met klokken wordt uitgevoerd is deze waar- bij men de nutriëntenconcentraties volgt in de waterkolom en in de klok waardoor men indicaties krijgt over de hoeveelheden nutriënten die vanuit de bodem komen of vanuit de waterkolom verdwijnen (Davies 1975, Nixon et al 1976, Hargrave & Conolly 1978). Een derde methode bestaat erin de intersitiële concentraties te bepalen (Rittenberg et al 1955) of meer specifiek de autotrofe incorporatie van bicarbonaat te volgen van de nitrificerende bacteriën van het sediment (Vanderborght & Billen 1975). Deze auteurs berekenen ook de flux van de nutriënten. De flux van opgeloste molekulen doorheen een horizontale laag met diepte Z' wordt gegeven door de wet van Fick: F = -D(~~)Z' waarbij Deen transfertcoëfficiënt is en C de concentratie van het beschouwde nu- triënt. De diagenetische vergelijking voor een scheikundige molekule op- gelost in het interstitieel water wordt gegeven door Berner (1971, 1974) oc 6t D W oc (Sz + r(z)

Transcript of IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE...

Page 1: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

[UITWISSELING VAN NUTRIENTEN OP HET GRENSVLAK SEDIMENT-WATERKOLOM

IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE

THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. & VERDONCKT M.

Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het sediment zorgen voorde afbraak van organisch materiaal waardoor opgeloste nutriënten gevormdworden. De nutriënten van het sediment stapelen zich op in het intersti-tiële water en diffunderen naar de waterkolom waar ze opnieuw ter beschik-king staan van het plankton terwijlook omgekeerd nutrienten naar de bodemkunnen diffunderen. De profielen van nutriëntenconcentraties in de sedi-menten ontstaan hoofdzakelijk door diffusie, dispersie en microbiologischeaktiviteiten (Billen et al 1977).

De uitwisseling van de nutriënten tussen het sediment en de waterkolomkan men op verschillende manieren benaderen.

Een eerste methode vertrekt van het zuurstofverbruik waarbij men aan-neemt dat 0.412 mg organische koolstof geoxideerd wordt tot CO2 voor elkemilliliter geconsumeerde zuurstof. Aangezien men in de sedimenten voorde koolstof:stikstof een 10:1 verhouding aanneemt, wordt 0.041 mg organischestikstof geremineraliseerd tot ammoniak voor elke milliliter zuurstof diewordt verbruikt (Rowe et al 1975).

Hierbij meet men dus de BOD van het sediment met behulp van een klok.Een andere methode die eveneens met klokken wordt uitgevoerd is deze waar-bij men de nutriëntenconcentraties volgt in de waterkolom en in de klokwaardoor men indicaties krijgt over de hoeveelheden nutriënten die vanuitde bodem komen of vanuit de waterkolom verdwijnen (Davies 1975, Nixon et al1976, Hargrave & Conolly 1978).

Een derde methode bestaat erin de intersitiële concentraties te bepalen(Rittenberg et al 1955) of meer specifiek de autotrofe incorporatie vanbicarbonaat te volgen van de nitrificerende bacteriën van het sediment(Vanderborght & Billen 1975). Deze auteurs berekenen ook de flux van denutriënten. De flux van opgeloste molekulen doorheen een horizontale laagmet diepte Z' wordt gegeven door de wet van Fick: F = -D(~~)Z' waarbijDeen transfertcoëfficiënt is en C de concentratie van het beschouwde nu-triënt. De diagenetische vergelijking voor een scheikundige molekule op-gelost in het interstitieel water wordt gegeven door Berner (1971, 1974)

oc6t D W oc(Sz + r(z)

Page 2: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

2

waarbij z de diepte is, c de concentratie van het beschouwde nutriënt, wde sedimentatiesnelheid en r(z) de snelheid waarmee het beschouwde nu-triënt ontstaat of verdwijnt ten gevolge van chemische, microbiologischeen biologische processen, D de transfertcoëfficiënt die afhankelijk isvan de moleculaire diffusie, de beweging van het interstitieel water, debeweging van partikels in het sediment en de invloed van benthische orga-

I)

n~smen.

Gedurende twee 24 u cycli, één in juni en één in september, hebben we inde Spuikom van Oostende met behulp van klokken de concentraties van de be-langrijkste nutriënten gevolgd in de waterkolom en in de klokken. Uit deresultaten is gebleken dat we nog niet in staat waren bovenvermelde verge-lijkingen uit te rekenen. Dit verslag moet dan eerder als een inventarisa-tie gezien worden van de praktische problemen die rijzen bij de meting vande nutriëntenconcentraties, de konstruktie van de klokken en de sLaalnames.

Methode en materiaal op het veld

I) ~~_~1~~Een uit perspex vervaardigde klok van 65 cm diameter en 25 cm hoogte werd

op een zand en slibsediment van de Spuikom te Oostende neergezet. De kloksloot een zestigtal liter water boven een oppervlakte van 3380 cm2 sedimentaf. De vertikale wand van de klok is om de twee cm doorboord met een ope-ning van I cm om op verschillende hoogten stalen te nemen. De klok wordtafgesloten met een monteerbaar deksel waarin een kompensatiezak is aangebrachtdie de volumevermindering opvangt welke ontstaat bij de staalname. De dieptewaarmee de klok in het sediment kan gedrukt worden, is regelbaar met een ver-plaatsbare ring die rond de klok is gebouwd. De verankering van de klok ge-beurt door vier metalen staven die in de bodem worden geklopt en verbondenzijn met twee dwarslatten die op het deksel van de klok rusten waardoor hetgeheel niet uit de bodem kan los komen.In september "lerd nog een donkere klok op elk sediment bijgeplaatst. Deze~s uit ondoorzîchtbare PVC gemaakt en heeft een doormeter van 45 cm en eenhoogte van 30 cm. In de zijwand is een opening gemaakt voor de staalname.De verankering van deze klokken is echter niet perfekt gebeurd waardoor wijvrezen dat er water van buiten de klok is kunnen binnen stromen. In de resul-taten houden wij bijgevolg geen rekening met deze klokken.

2) ~~_~!:~~.!!}~~~Om de twee uur wordt door een duiker met een 50 cc spuit water uit de klok

gezogen. Om geen vermenging van het water in en uit de klok te krijgen hebben

Page 3: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

3

we het volgende systeem ontworpen : ~n de openingen van de vertikale wandworden rubberen darmpjes vastgelijmd waarop aan de buitenkant een plas-tiek kraantje zit met nog een stukje rubberdarm eraan vast. De duikerkomt met een spuit waarop een driewegkraan zit naar de klok en plaatst despuit op de rubberdarm van het kraantje dat men opendraait. Men zuigtvervolgens 10 mI water uit de klok dat onmiddelijk uit de spuit wordt ver-wijderd door de driewegkraan.Hierna neemt men het uiteindelijke staal van 50 e.c,waarna het kraantjevan de klok opnieuw wordt gesloten en de spuit van de klok ontkoppeld.Er worden drie stalen genomen : één onderaan, één in het mid,den en één bo-venaan de klok. De spuiten worden geledigd ~n een plastiek potje en inge-vroren tot aan de analyse in het labo. Uit de waterkolom wordt een halveliter water genomen met een plastiek pot die ingevroren wordt tot aan deanalyse. Het sediment wordt op de klassieke manier bemonsterd : duikersnemen bodemstalen door middel van cores. Er worden die verschil.lende coresgebruikt: niet één cm doormeter voor órganische koolstof, organische stik-stof en chlorofyl; met drie cm doormeter voor nutriënten van het intersti-tieel water en voor de meiofauna; met tien cm doormeter voor de macrofauna.Al deze stalen worden in de omgeving van de klok genomen en bij de laatstestaalname worden dezelfde cores in de klok genomen. De cores voor nutriën-ten, organische koolstof en stikstof worden diepgevroren terwijl de coresvoor de ben thische fauna met 4 % formol wor-den gefixeerd. De chlorofylwordt onmiddellijk geëxtraheerd met aceton en in de koelkast bewaard totanalyse op het labo, max. 24 uur later.

Methode en materiaal in het labo

I) QEg~gi~~h~_~~~l~!~iHet gehalte aan organische koolstof wordt bepaald volgens de methode van

Wackel & Riley, waarbij een natte oxydatie wordt ui tgevoe rd met chroomzuurbij 100° C gedurende 15', gevolgd door een terugtitrati e met Mohr' s zout.De werkwijze is als volgt : een hoeveelheid staal(sediment) wordt afgewogenen in een proefbuis met 10 mI chroomzuur gebracht. De proefbuis wordt zachtgeschud en verwarmd ~n kokend water gedurende 15'. Na afkoelen wordt geti-treerd met Mohr's zout (= ijzerammoniumsulfaat O.2N) t.o.V. ijzerphenantroline(0.025M).

2) !~!~l~_~Eg~g~~~h~_~!~i_~~~E_g~~~~h!~:Y:~li~~_gii_~~Q:_~Een hoeveelheid sediment wordt in een porceleinen kroesje gedul:'ende1 à

2 uur gedroogd bij 110° C. Na hiervan het gewicht bepaald te hebben,wordt

Page 4: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

4

het staal verast bij 550-6000 C. Het gewichtsverschil geeft ons het gehalteorganische stof waarbij we de volgende relatie voor ogen houden

(drooggewicht 1100 C - asgewicht 5500 C) x 0.39 x 100 =lorg. materiedrooggewicht 1106 C

De faktor 0.39 verkrijgen we uit het werk van Wollast (1975) waaruit blijktdat 10 % gewichtsverlies overeenstemt met 3.9 % organische materie.

3) ~i~l~~hl~!~~~~~!De organische stikstof wordt omgezet tot ammoniakale, minerale stikstof.

Men brengt door verwarming met geconc. zwavelzuur en met een katalysator deproteinestikstof over in ammoniumwaterstofsulfaat (NH4HS04). Na het alka-lisch maken van het gedestrueerd mengsel, wordt door stoomdestillatie de invrijheid gestelde ammoniak overgedestilleerd en opgevangen in een overmaatboorzuur en getitreerd met zoutzuur.Als reagentia gebruiken we : geconc. zwavelzuur; 33 % NaOH; de katalysatoris een selemiummengsel verkregen door 80 g K2S04 te mengen met ZO g CuS04.5 ag.en 0.34 g Na-selenaat; de indikator is een mengsel van gelijke volumes vanmethylrood (0.66 %)en bromocresolgroen (0.99 %) in ethylalcohol 95 %; ten-slotte 0.1 of O.OIN zoutzuur. "

4) !:!~.!:!:~~!De bepaling gebeurt met een autoanalyzer. Het principe van de bepaling

is als volgt: nitriet wordt omgezet in een di-azoverbinding die met nafty-leendiaminedihydrochloride een sterke roodkleuring geeft waarvan de intensi-teit colorimetrisch wordt bepaald (Strickland 1968). Het kleurreagens ver-krijgen we" door aan 1500 mI water 200 ml geco salpeterzuur en ZO g sulfanyla-mide toe te voegen. Dit mengsel wordt opgelost door te verwarmen en hieraan

•wordt 1 g n-l-naftyleendiaminedihydrochloride toegevoegd. Alles wordt verdundtot twee liter. Tenslotte wordt er 1 ml Brij-35 (zeepoplossing) toe gevoegden wordt het reagens in een donkere en koele plaats bewaard (max. 1 maand).Als wasvloeistof wordt synthetisch zeewater gebruikt (31 g NaCI + 10 gMgS047HZO + 0.041 g NaHC03; alles wordt tot één liter met ged. water aange-lengd).De standaardoplossing heeft een concentratie van 100 mg Nll : we lossen.493 mg NaNOZ op in zeewater en lengen aan tot één liter. Deze oplossing wordtin een glazen fles met 0.5 mI chloroform bewaard.

5) !:!~!E~~!De bepaling gebeurt met de autoanalyser.

De meting van nitraat berust op de reduktie van nitraat tot nitriet langsheeneen Cd-reduktor, gevolgd door een meting van nitriet zoals onder 4. (Strickland

Page 5: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

5

1968). De reduktor bestaat uit gekorrelde gezeefde Cd-korrels die behan-deld zijn met zoutzuur, vervolgens goed zijn uitgewassen, gedroogd en ge-coated worden met een CuS04 oplossing, wat een laagje koper rond de Cd-'korrels geeft. De reduktor wordt in een U-vormige buis gebracht die aanbeide zijden wordt afgesloten met een propje glaswol. De eerste fase vande in gebruikI'ame van een nieuwe kolom kenmerkt zich door een sterke toe-name van de reduktiekapaciteit van de kolomvulling. Dit kan men als volgtopvangen : men laat continu een standaard oplossing van I mg N-N03/l doorhet systeem vloeien waardóo r de voortdurende reduktie de efficiëntie vande reduktor doet toenemen tot 95 %. Met behulp van de rekorder is hetverloop van aktivering te volgen : men draait de versterking van de colori-meter zo dat men een uitslag op de rekorder krijgt van ca. 30 % waarnahet proces gestart wordt. Zolang de aktivering niet voldoende is blijft deaflezing en dus ook de efficiëntie toenemen. Zodra de aktivering voldoendeis, vertoont de grafiek op de recorder een plateau en kan met de verwerkingvan de monsters worden begonnen.Als reagentia wordt 10 g NH4Cl opgelost in basisch water en aangelengd toteen liter. Hieraan wordt 0.5 mI Brij 35 toegevoegd.Basisch water verkrijgt men door NH40H toe te voegen aan gedest . water totpH 8.5. Als kleurreagens wordt hetzelfde van nitriet gebruikt. De standaardoplossing bekomt men door 720 mg KN03 op te lossen en aan te lengen tot eenliter, waarbij met 0.5 mI chloroform als bewarillgsmiddel toevoegt, en de op-lossing stockeert in een donkere fles.

6) ~~:E~,~,i~~Deze bepaling steunt op de methode van Korolêff (Slawyk & Mclsaac 1972)

en gebeurt eveneens met de autoanalyzer. Twee reagentia dienen gemaakt teworden. Een eerste reagens verkrijgt men door 35 g fenol en 0.4 g natrium-nitroprusside op te lossen in een liter annnoniakvrij, gedestilleerd waterdat bewaard wordt in een donkere fles bij 40 C. Het tweede reagens krijgtmen door 140 g trillatriumcitraat-dihydraat en II g NaOH op te lossen in400 mI -annnoniakvrij,gedestilleerd water. Om 0.138 % (gew-volume %) teverkrijgen voegt men 35 mI Clorox toe (een konnnercieel produkt met 5.25 %NaOCl), waarvan de sterkte van het natriumhypochloriet titrimetrisch is be-paald.Voor het starten met de keten worden alle leidingen gedurende tien minutenmet la % HCI gespoeld, gevolgd door een spoeling van 30 min. met water.Men laat eerst het toestel pompen tot een stabiele baselijn wordt verkregen.Als spoelwater gebruikt men kunstmatig zeewater. Na meer dan 10 uur wer-king verschijnt een wit neerslag in het tweede reagens wat verwijderd wordtmet JO % HCl.

Page 6: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

6 r

7) QE!:!!~~~~~~~!:De automatische bepaling van orthofosfaat is gebaseerd op de reaktie

van ammoniummolybdaat in een zuur milieu tot ammoniumfosfomolybdaat.Ascorbinezuur reduceert dit molybdaat tot een molybdeen complex datcolorimetisch bij 880 nm wordt gemeten. We gebruiken ascorbinezuur,inplaats van SnCL2 omdat langdurig gebruik van SnCl2 de pompdarmen ontbindt.Verscheidene reagentia zijn nodig :10 standaardoplossing: 0.4393 g droog KH2P04 wordt in water verdund tot

één liter. Vervolgens worden verdunningen gemaakt van 0 tot 1 ppm,20 zwavelzuur 4.9N : 136 mI H2S04 wordt aan 800 mI ged.water toegevoegd

en na afkoeling aangelengd tot één liter.30 Kalium-antimonyl-,tartraat : 3.0 g K(SbO)C4H406.12H20 oplossen in één

liter ged. water.40 Ammoniummolybdaat : 40 g (NH4)6Mo'7024.4HZO oplossen i.n één liter water

en in een PVC-fles bewaren.50 Ascorbinezuur: 18 g U.S.P. oplossen in 800 mI water en tot één liter

verdunnen. Ofwel 12 g C6H806 oplossen in 800 mI ged. water en 1.0 mILevor IV-'detergent (verkrijgbaar bij Technicon) + 50 mI aceton en allesaanlengen tot één liter met ged. water. De oplossing wordt bewaard ineen koelkast in een gesloten fles (max. twee weken).

60 mengreagens : 50 mI H2S04 4.9N + (NH4)6Mo7024.4H20 ..•.30 mI C6H806 +

5 ml. K SbO C4H406.1/2H20. Dit mengsel is ongeveer acht uur houdbaar.70 Verdunningswater : 0.5 mI Lever IV aan J liter ged.water toevoegen.

8) g!!l~E~~Y.L~g_Q~_~~Q~~~g!:~gNa afzuigen van het bovenstaand water worden de bovenste centimeters

van de core behandeld met 25 mI aceton. Na 24 uur meten we de chlorofylmet de spektrofotometer. De extractLebu isen worden bewaard in een donkereruimte bij 40 C. De extractietijd bedraagt 18-24 uur, waarna de extinctiewordt gemeten bij 630,645 en 665 nm t i o ;v, aceton 90 %.

De extinctie bij 750 nm is een correctie voor de troebelheid van het mon-ster. Het phaeophytine-gehalte wordt eveneens gemeten na aanzuren van degeëxtraheerde chlorofyl met een paar druppels HCl. Het chlorofyl slaatneer en men meet alleen de phaeophytinen.

Page 7: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

7

Resultaten en discussie

In de onderstaande tabellen stemt het tijdstip nul ov~reen met het beginvan het experiment. In juni zijn we gestart oJU 6u3û op het slib en om7u30 op het zand. Vervolgens werd om de twee uren stalen genomen.In september zijn we vanwege de weersomstandigheden later moeten beginnenzodat we gestart zijn om 8uOO op het sl.iben om9qOO op het zand. Om detabellen niet te overladen hebben we er de voorkellr aq.ngegeven niet dereeële tijden aan te geven maar de uren ten opzichte van tijdstip nul.

I) !~~E~E~!~~E_~g_EgIn juni bedroeg de gemiddelde temperatuur 14.8 en 14.70 C resp. voor

het zand en voor het slib, terwijl in september gem. 15.40 Cresp. 1.5.50 Cwerd gemeten. De pH kende sterk uiteenlopende waarden, niet alleen om detwee uur maar ook tijdens een zelfde staalname al naargelang de diepte inde waterkolom. Indien we deze waarden elemineren vinden we gemiddeld injuni voor het zand 8.29 en voor het slib 8.09, in september 6.69 voor hetzand en 6.70 voor het slib.

2) ~2EE~l~g~!l~~Van beide types sediment waarop een klok werd geplaatst is een korrel-

analyse uitgevoerd (figuren I, 2). Het slib heeft een mediane korrel van0.132 nnn, de spreiding bedraagt 0.434, terwijl de scheefheid 0.367 is.Het percentage slib bedraagt 43 %. Dit sediment kunnen we eerder beschou-wen als een slibrijk zandpunt dan als een echt uit slib bestaande bodem.Er zijn plaatsen in de Spuikom waar meer dan 70 % ~lib wordt aangetroffen(Thielemans et al 1978).Het zand wordt gekarakteriseerd door een JUediane korrel van 0.1.58 nnn, eenspreiding van 0.421 en een scheefheid van 0.381. Het percentage slib be-draagt 0.26 % zodat we dit als een echt zandsedimentmogen beschouwen.

3)Q!8~g!~E~~_~221~!2!De organische koolstof van de sedimenten werd bepaald voor de bovenste

zes cm en om de zes uur. In tabel I worden de waarden als percentagesaangegeven t.o.v. het drooggewicht sediment. De waarden zijn de gemiddel-den van drie replica's.

Page 8: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

8

ZAND Juni

0 u 0.055na 6 u 0.066

12 u 0.07718 u 0.06724 u 0.088gem. 0.071

SLIB0 u 1.57

na 6 u 2.17

12 u 1.2318 u 1 • .51

24 u 2.08gem. 1.71

September

0.066

0.0600.0800.0680.069

2.09

1.24

1.28

1.54

Tabel 1 Percentage organische koolstof van het drooggewogen sediment

Het spreekt vanzelf dat we binnen 24 u geen cyclische veranderingen krij-gen. Het slib bezit beduidend hogere percentages dan het zand. Van de-ze -laatste liggen de waarden zelfs laag. Voor de kustzone van de Noördzeeliggen deze waarden tussen 2.032 % en 0.038 % (ongepubl. gegevens). Inde figuren 3, 4, 5, 6 zijn de Spuikomwaarden uitgezet. In enkele gevallenzijn voor één staalname twee punten onder elkaar uitgezet. Bij deze stalenzijn van de onderste zes cm eveneens het organisch koolstof-gehalte bepaald.Hieruit blijkt dat er niet veel verschil optreedt met de bovenste centime-ters. In figuur 6 vinden we een zeer lage waarde voor de tweede staalname,maa r bij nad,er toezien bleek dit sediment een hoger zandgehalte te bevattenwaar-door deze waarde binnen deze van het zand valt.

4) Percentage organische materie van de sedimenten uit het~wichtsve!,liesbij 5500 CIn principe werd om de zes uur een. staal genomen. De cores werden onder-

verdeeld in schijfjes van 2 cm waardoor we een vertikale verdeling van deorganische materie ~n het sediment verkrijgen. Enkele slecht genomen coreslieten echter geen bepaling toe zodat we over een sporadische reeks in detijd beschikken (tabel 2).

Page 9: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

ZAND Junio u

na 12 u

Septembero u

na 24 u

SLIB Junio u

na 6 u12 u18 u24 u

o u

Tabel 2

9

0-2 2-4 4-6 6-8 8-10 10-12 12-14 14-16 16-181.2 1.1 1.1 1.41.0 1.0 1.0 0.9 1.2 1.4

1.3 0.9 1.2 1.5 1.3 1.50.7 0.8 0.9 0.8

7.I 3.3 3.36.3 7.4 7.4 6.6 2.9 2.8 3.33.4 3.8 1.7 1.5 0.8 0.9

7.5 4.4 1.7 2.5 2.68. I 4.4 5. I 3.3 2.5 1.6 1.1 2.0 1.0

6.2 8.2

Percentage organische materie per twee cm sediment

De zandwaarden liggen eveneens beduidend lager dan deze van het slib.Vanderborght en Billen (1975) vinden voor de slijkzone 3.6 tot 6 % orga-nische materie en voor de zandzone minder dan 3 %. In de kustzone van dezuidelijke Noordzee varieert dit percentage van 8 tot 16 % (Wollast 1977).Bij de vertikale distributie valt het op dat in het zand de percentagesmet de diepte niet veranderen, terwijl in het slib dit percentage afneemt.

5) ~i~lÇ!§:h!..ê..!:!!i.ê.,~~f_~~g~_Ç!~,_,.ê.~Ç!!!!!~g!~gDe Kjeldahlstikstof werd bepaald voor de bovenste zes cm van het sedi-

ment en om de zes uur. De waarden in tabel 3 zijn uitgedrukt als de per-centages t.o.v. het drooggewicht sediment. De waarden zijn de gemiddel-den van twee replicas.

Page 10: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

10

ZAND Juni September

o u 0.015 0.0156 u 0.018

12 u 0.015 0.01718 u 0.015 0.01524 u 0.014 0.021gem. 0.015 0.017

SLIBo u 0.166 0.2786 u 0.240

12 u 0.15018 u 0.143 0.14324 u 0.250 0.184gem. 0.190 0.202

Tabel 3 : Percentage Kjeldahlstikstof van de sedim4:!nten

De slibwaarden zijn opnieuw duidelijk hoger dan de zandwaarden.In beide gevallen zijn de septemberwaarden iets gestegen t.o.v. de waardengevonden in juni.

6) ~~._g~!E~~g!~g6.1. Nitriet6.1.a. Waterkolom

Zowel voor de slib-waarden als voor de zandwaarden vinden we sterkl'lchommelendeconcentraties wat op een heterogene waterkolom wijst. Dezeheterogeneïteit in de opeenvolgende staalnames is ofwel natuurlijk ofwelveroorzaakt door een storend effekt van de duiker. Gemiddeld liggen dejuniwaarden iets hoger dan die van september en zijn de concentraties gro-ter boven de slibplaats dan boven het zand (tab~l 4).

Page 11: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

11

ZAND SLIBj urn. september juni september

o u 56 70 92 39na 2 u 65 85 82 95

4 u 27 97 112 1086 u 17 79 80 568 u 75 60 78 89

10 u 140 111 146 12712 u 72 80 9314 u 142 105 140 12516 u 148 111 131 13018 u 132 93 95 8720 u 135 101 131 12622 u 82 60 156 8524 u 146 112 132 105gem. 95+i3 90+5 112+8 97+8

Tabel 4 : Concentraties nitriet in de waterkolom (ug/l)-----Gedurende de twee experimenten trad er binnen 24 u geen cyclus op.Om de heterogene staalwaarden beter te kunnen interpreteren werden trend-lijnen berekend en deze zijn getekend in de figuren 7, 8, 9, 10.Hieruit blijkt dat nitriet de neiging heeft te stijgen in de waterkolomover 24 u.

6.1.b. Klok

Binnen de klok vinden we eveneens een heterogeneïteit zowel tussende opeenvolgende staalnames als tussen de stalen 'onder' 'midden' 'boven'.Gezien met de afzonderlijke waarden niet kan gewerkt worden, zijn van dedrie waarden de gemiddelden berekend en op dit gemiddelde is de trendbepaald (tabel 5, figuren 11, 12, 13, 14).Tussen de beide periodes is weinig verschil gevonden tussen de concentratieswaarbij opvalt dat boven het slib gemiddeld iets hogere waarden gevondenzijn dan boven het zand.In alle gevallen is de trend echter een daling van de concentraties na24 u. Deze daling is soms sterk uitgesproken, in andere gevallen niet.Voor het slib kon onder in de klok geen staal worden genomen daar de onder-ste opening in het sediment was weggezonken. De eerste staalname gebeurtin de klok v66r het deksel erop wordt geplaatst, vandaar dat slechts éénwaarde is ingevuld op tijdstip nul.

Page 12: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

13

6.1.c. Het sediment

We hebben profielen tot een maximum diepte van 16 cm. Er doetzich echter een belangrijk methodologisch probleem voor : het intersti-tieel water van één schijfje sediment van twee cm gaf ons dikwijls on-voldoende volume water om de nodige bepalingen te kunnen uitvoeren.Tijdens de tweede 24 u-cyclus hebben we dit trachten op te vangen doorgrotere cores te gebruiken. Het nadeel van deze cores was dat ze uitonzichtbare PVC zijn vervaardigd wat bij het duiken niet toelaat hetstaal te observeren dat genomen is. De profielen die we hebben zijn bij-gevolg onvolledig en alleen de meest volledige werden grafisch uitgezet(tabel 6, figuren 15,-20).Voor het zandpunt stijgt de nitriet in de bovenste vier cm om dan te da-len naar de diepte toe. Voor het slibpunt daarentegen daalt de concentra-tietie tot vier à zes cm in het sediment om dan opnieuw te gaan stijgenvolgens de diepte.Rekening houdend met de concentratie van de waterkolom zal boven het zandde bodem fungeren als een sink voor nitriet, terwijl voor het slib nitrietvan het sediment naar de waterkolom diffundeert.De hogere waarden die we in de bovenste cm van het zand vinden kan op eennitrificatie proces wijzen waarbij amoniak omgezet wordt tot nitriet.

ZAND

0- 2 cm2,-4 cm4- 6 cm6- 8 cm8'--10cm

10-12 cm12-14 cm14-16 cm

SLIB0- 2 cm2- 4 cm4- 6 cm6- 8 cm8-10 cm

10-12 cm12-14 cm14--16cm

34 46 8 39 32 28 68 5327 10 28 14 128 16 31 3117 21 12 20 8 48

31 49 32 14 4430 38 9920 44

31147

Tabel 6 : Nitriet concentraties ~n het sediment (in ug/l).

Page 13: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

14

6.2. Nitraat6.2.a. De waterkolom

We vinden dezelfde heterogeneiteit terug als bij nitriet, waarbijde concentraties gemiddeld hoger liggen boven het slib dan boven hetzand. Vergelijken we de twee periodes dan vinden we gemiddeld hogerewaarden in september dan in juni (tabel 7).De trendlijnen zijn minder duidelijk : er is een meer schonnnelend concen-tratieverloop merkbaar zonder dat er een duidelijke lijn naar voren treedt.In juni is de trend stijgend voor het zand (fig. 21) en schonnnelend voorhet slib (fig. 22) terwijl voor september de beide grafieken een schonnne-lend verloop kennen (figuren 2.3, 24).

ZAND SLIBjuni september juni september

o u 188 222 148 328na 2 u 93 148 147 342

4 u.. 72 145 141 1096 u 72 161 265 1138 u 106 67 218 164

10 u 103 206 156 20612 u 69 111 29914 u 134 170 28216 u 546 226 168 12718 u 62 67 78 27120 u 15.3 .366 42 24122 u 171 143 691 16224 u 252 208 225 203gem. 155+36 177+23 199+48 219+2.3

Tabel 7 Nitraat concentraties van de waterkolom (ug/l).-----

Indien we vergelijken met de zuidelijke Noordzee dan vindt men in dewinterperiode in zone 2 waarden van 120 tot 180 ugN/l, in de zone IS 500tot 600 ugN (Billen 1977). Om met onze waarden te vergelijken moeten weze delen door 14 gezien de verschillende eenheid.

6.2.b. De klokDezelfde opmerkingen gelden hier als voor nitriet. We nemen de

gemiddelden van de waarden 'boven 'midden' 'onder' en berekenen hierop een

Page 14: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

15

trendlijn. In juni ligt de concentratie boven het slib hoger, terwijlin september beide waarden weinig verschil vertonen. De algemene trendvertoont een afname van nitraat waarbij we aannemen dat de bodem als eensink fungeert (tabel 8, figuren 25-28).

ZAND juni septemberonder midden boven gem. onder midden boven gem.

o u 102 102na 2 u 89 61 50 67 160 210 239 203

4 u 112 66 137 105 438 670 265 4586 u T9 82 105 87 231 229 2308 u 36 46 70 51 Tl 126 184 196

10 u Tl 441 60 193 1042 137 160 44612 u 45 7 62 5514 u 67 66 66 66 131 46 83 8716 u JJ5 78 439 211 161 85 91 11218 tl 96 51 33 60 27 68 62 7620 u 60 63 61 61 76 61 96 77nu 63 115 51 76 50 63 88 6724 u 77 7 94 59 17 51 95 54

gem. 91+15 gem. 181+36

SLIB juni septemberonder midden boven gem. onder midden boven gem.

o u 284 284na 2 u 135 108 121 384 195 289

4 u 272 155 213 528 140 3386 u 150 181 165 123 320 2218 u 88 186 137 147 197 172

10 u 66 206 136 140 193 16612 u 189 242 215 83 219 15114 u 91 132 111 182 179 18016 u 132 151 141 119 169 14418 u 107 123 115 126 95 11020 u 208 183 195 93 66 7922 u 148 140 144 149 109 12924 u 147 155 152 85 113 99

gem. 164+ 11 gem. 174+21-Tabel 8 Nitraat concentraties in het water van de klok (in ug/l)

Page 15: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

16

6.2.c. Het sediment

Dezelfde opmerkingen gelden als voor nitriet. Uit de profielenblijkt duidelijk dat de concentraties van het interstitieel water hogerliggen dan die van de waterkolom. Verder vertonen de profielen onge-veer het zelfde beeld als voor nitriet : stijging van de concentratie inde bovenste centimeters, gevolgd door een daling om tenslotte vanaf on-geveer 10 cm opnieuw te stijgen. In de meeste gevallen aanvaarden weeen diffusie van nitraat naar de waterkolom toe (fig. 29, 30, 31) in en-kele uitzonderingen zien we een sink (fig. 32.)

ZAND

0- 2. cm

2- 4 cm4- 6 cm

6- 8 cm8-10 cm

10-12 cm12-14 cm

SLIB

0- 2 cm2- 4 cm4- 6 cm6- 8 cm8-10 cm

10-12 cm12-14 cm

Tabel 9

junio u 6 u 12 u173 84

146 40

o u

september6 u 12.u 18 u 2.4u

242354 38115177 71

24 u18 u

100208

265

463 33294

o u290402396

juni6 u 12 u

318 3892.13 5092.18315

293260208185

224504

o u

september6 u 12 u 18 u 2.4u

408 283376 234597 224

62102202

2.17

24 u

304249

423

1098

18 u

247

417

296

Nitraatconcentratie in het interstitieel water (in uglI)

De piek van concentraties ~n de bovenste vier cm kan ook hier op eennitrifikatie proces wijzen zoals we dat voor nitriet hebben geconstateerd.

Page 16: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

17

6.3. Ammoniak6.3.a. De waterkolom

Ook voor ammoniak vinden we een heterogeneïteit die groter is danvexwacht. De waarden boven het slib liggen steeds hoger dan boven hetzand en de concentraties in september zijn ongeveer 10 x hoger dan in juni(tabel 10). De trendlijnen vertonen verschillende beelden: in juni schom-melen de waarden boven het slib rond 100 uglI, terwijl boven het zand ereen lichte stijging is waar te nemen (fig. 33, 34). In september neemtzowel voor het slib als voor het zand de concentratie af na ongeveer6 à 8 uur na T O. (Fig. 35, 36)

ZAND SLIBjuni september juni september

o u 66 1994 69 376na 2 u 66 1272 112 3175

4 u 61 648 116 28076 u 38 451 190 5448 u 80 570 64 402

10 u 84 472 92 58312 u 104 68 285614 u 171 453 150 84016 u 118 517 122 55718 u 159 541 72 44720 u 120 725 80 49922u 88 730 152 46724 u 184 557 98 1182gem. 103+12 744+126 107+10 1133+294

Tabel 10 Ammoniakconcentraties van de waterkolom (in uglI)

In de zuidelijke Noordzee vindt men voor de winterperiode in de zone 2150 uglI en voor de zone IS 350 uglI. Het is interessant te noteren datmen in de herfst van 1974 waarden vindt die drie maal hoger liggen dan denormale waarden. Als mogelijke oorzaak voor deze hoge waarden geeft mende hoge neerslag die toen werd genoteerd (Billen 1977). Gezien de weers-omstandigheden in september slecht waren, kan dit eveneens een invloedhebben op de hoge waarden die we vinden.

Page 17: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

6.3.b. De klok

18

Uit de trendlijnen komen we tot de volgende interpretaties voorannnoniak in juni stijgt de concentratie boven het slib, terwijl bovenhet zand er niets verandert. In september treedt er in beide gevalleneen stijging van de concentratie op waarbij de bodem els een bron voorannnoniak schijnt te fungeren (fig. 37-40).

ZAND

o u

na 2 u

4 u

6 u

8 u

10 u

13 u

14 u

16 u

18 u

20 u

nu24 u

SLIBo u

na 2 u4 u

6 u

8 u,10 u

12 u

14 u

16 u

18 u

20 'u

22 u

Tabel 11

junionder midden boven gem.

58 5890 99 94

125 120 148 13169 52 98 73

65 154 10980 112 58 8350 60 80 63

155 72 72 100106 81 66 84124 88 112 10898 148 141 129

136 144 108 129166 109 120 132

gem. 100+7

onder

663715

712

. 547

548

635

712

.829112612131104

midden boven gem. onder134 13483 58 70

80 128 194103 67 85128 106 117122 85 103128 138 133172 168 170154 148 151196 165 185192 190 191226 228 227

gem. 143+13

onder

septembermidden boven gem.

601700

661688601

19942010

609518600

10861142661584583

570 830 678842 661 738

645 7371443 2952 15071244 850 1102739 1188 1010

gem. 893+90

boven gem.

23181004747689

20981244915

1312894 ~48

1244 12161236 1237

gem. 1240!I44

29521468738673659

13061209

Annnoniakconcentraties van het water in de klok (in uglI).

midden

1194541756706

3538

1] 82

62213] 2

80311881238

Page 18: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

19

6.3.c. Het sediment

De ammoniakcàncentraties liggen zeer hoog en nemen voor het slib~n juni met de diepte toe tot waarden die het dubbele zijn van de bovenstecentimeters (fig. 41, 42). In september is voor het zand het beeld netomgekeerd : de concentraties vervallen tot de helft i.v.m. die van de bo-venste centimeters (fig. 43, 44). Voor het slib dalen de waarden tot dehelft van de bovenste waarden, om naar de diepte opnieuw toe te nemen ente stijgen tot de oorspronkelijke concentraties (fig. 45, 46).De daling van de ammoniak in de bovenste cm (figuren 43-A6) kan op de ni-trificatie wijzen die de ammoniak omzet in de nitraten zoals uit de vorigeprofielen van deze nutriënten ~s gebleken.Algemeen kunnen we zeggen dat gezien de hogere waarden ~n de bodem dezeals een bron voor ammoniak fungeert.

SLIBjuni september

o u 6 u 12 u 18 u 24 u o u 6 u 12 u 18 u 24 u0- 2 cm 3.08 7.41 3.09 3.09 4.22 7.20 2.85 3.21 11.402- 4 cm 7.14 7.04 7.0 3.29 9.74 3.38 2.62 4.81 10.724- 6 cm 7.10 7.0 4.91 11.08 6.61 2.46 5.47 7.436- 8 cm 7.0 5.22 10.11 9.46 5.63 9.878-10 cm 9.89 11.64 10.18 11.98

10-12 cm 10.57 10.76 12.5712-14 cm 11.52 12.6114-16 cm 12.68

ZAND

junio u

0- 2 cm 0.862- 4 cm 2.064- 6 cm 2.146·-8 cm8-10 cm

10-12 cm12-14 cm

6 u 12 u 18 u

september24 u o u 6 u 12 u 18 u 24 u

4.13 3.16 5.05 4.513.26 2.96 4.732.64 3.05 2.282.35 3.09 2.312.35 3.102.50 2.44 2.57

2.97

1.141.33

Tabèl 12 Ammoniakconcentraties van het interstitieel water (in mg/l).

Page 19: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

20

6.4. Orthofosfaat6.4.a. De waterkolom

De concentraties die we vinden zijn zeer hoog en de schommelingentussen de verschillende staalnames zijn bijgevolg kleiner.De waarden boven het zand en het slib verschillen weinig van elkaar en deconcentraties zijn iets hoger in september dan in juni. De trendlijnen ver-tonen in juni een bijna rechtlijnig verloop gedurende het 24 uur durende ex-periment, terwijl we in september een meer schommelende lijn krijgen (fig.47-50).

ZAND SLIB

juni september juni septembero u 1.681 1.928 1.622 2.053

na 2 u 1.771 1.652 1.513 1.1804 u 1.051 2.000 1.668 1.4526 u 1.518 2.142 1.053 1.8218 u 1.244 1.964 1.525 1.515

lau 1.389 1.452 1.622 1.64312 u 1.628 1.590 2.13514 u 1.179 1.308 1.6.54 2.33416 u 1.531 1.910 1.609 1.92118 u 1.346 1.964 1.685 1.47420 u 1.593 1.611 1.610 1.5952.2u 1.749 1.928 1.452 1.32424 u 1.707 2.396 1.770 1.921gem. 1.49 +0.06 1.85 +0.09 1.57 +0.04 1.72 +0.09

Tabel 13 Fosfaatconcentraties van de waterKolom (in mg/l)

6.4.b. De klok

Er is een verschil tussen juni en september in juni zijn de resul-taten analoog met het verloop in de waterkolom nl. een nagenoeg lineairverloop wat op een geringe aktiviteit wijst, waarbij de uitwisseling teklein is om op de hoge waarden meetbaar te zijn (fig. 51, 52).In september liggen de concentraties gemiddeld hoger en wijst de trendlijnop een lichte toename van fosfaat in het water. (tabel 14, figuren 53, 54).

Page 20: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

21

ZANDjuni september

onder midden boven gem. onder midden boven gem.

o u 1.030 1.030

na 2 u 1.642 1.622 1.762 1.675 2.035 2.042 2.071 2.049

4 u 1.595 1.372 1.584 1.517 2.017 2.256 2.056 2.1 10

6 u 1.512 1.712 1.370 1.531 1.964 1.595 1.928 1.829

8 u 1.486 1.425 1.492 1 .466 1.878 2.035 1.928 1.947

10 u 1.534 1.163 1.348 2.548 1.603 1.643 1.931

12 u 1.495 1.447 1.707 1.550

14 u 1.609 1.098 1.454 1.387 2.053 1.785 1.914 1.917

16 u 1.299 1.499 1.634 1.477 1.892 2.042 1•98 1 1.971

18 u 1.635 1.417 1.614 1.555 1.964 1.964 1. 601 1.782

20 u 1.499 1.499 1.654 1.576 2.431 1.659 2.365 2.152

22 u 1.635 1.865 1.563 1.688 1.627 1.964 1.992 1.861

24 u 1.627 1.620 1.212 1.486 2.242 2.028 2.231 2.167

gem. 1.48 +0.05 gem. 1.97 +0.07

SLIBj uru, september

onder midden boven gem. onder midden boven gem.

o u 1.361 1.361

na 2 u 1.533 1. 790 1.661 1.611 2.373 1.992

4 u 1.729 1.595 1.662 2.285 2.221 2.253

6 u 1.429 1.486 1.475 2.306 2.249 2.277

8 u 1.500 1.434 1.467 2.529 2.529 2.529

10 u 1.539 1.169 1.353 2.549 2.575 2.562

12 u 0.763 0.763 2.588 2.575 2.581

14 u 1.428 1.299 1.363 1.518 2.529 2.023

16 u 1.382 1.550 1.466 2.946 0.941 1.943

18 u 1.678 1.308 1.493 3.029 3.200 3.114

20 u 1.195 1.359 1.277 2.994 2.249 2.621

nu 1.648 1.691 1.669 2.587 3.074 2.830

24 u 1. 763 1.543 1.633 3.820 3.096 3.458

gem. 1.47+0.05 gem. 2.52+0.12

Tabel 14 Fosfaatconcentraties in het water van de klok (in mg/l).

Page 21: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

22

6.4.c. Het sediment

De fosfaatprofielen in het sediment zijn het minst geslaagd.Voor juni beschikken we zelfs over geen enkele goede serie.Voor september zien we dat in het zand fosfaat afneemt tot op 10 cm omdan opnieuw te stijgen, terwijl voor het slib de schommelingen groterzijn en eveneens met de diepte toenemen. (fig. 55, 56)Uit deze schaarse gegevens blijkt dat de bodem eveneens een bron voordit nutriënt is. (tabel 15, fîguur 56).

ZAND

0- 2 cm2- 4 cm4- 6 cm6..,.8 cm8-10 cm

10-12 cm12-14 cm

Tabel 15-----_.

SLIBna 18 u 24 u o u 12 u 18 u 24 u

4.938 3.852 2.360 0.477 5.3942.842 5.021 2.998 5.9251.155 1.630 5.372 4.7040.093 1.076 6.427 0.154 6.728

0.839 5.2502.562 1.2452.207 7.180

Fosfaatconcentraties van het interstitieel water (in mg/l).

7) ~l~~~gIndien we de stijging en daling van de nutriëntconcentraties van de wa-

terkolom en van het water van de klok vergelijken dan zien we dat nitrieten nitraat in de waterkolom toenemen, maar in de klok verdwijnen en datammoniak in beide gevallen stijgt (tabel 16).

nitriet-_.__ .

juni toenamekolom sept. toename

water._--juni afname

klok sept. afname

Tabel 16

nitraat ammoniak fosfaat---- ----toename toename geen veranderinggeen afname geen veranderingverandering

afname toename geen veranderingafname toename toename

Samenvatting van het concentratieverloop van de verschillendenutriënten.

We kunnen deze tabel nu quantificeren door uit de trendlijnen van de klokde opname of afgave te berekenen uit de rechte stukken van de grafiek waar-bij we aannemen dat de conce~tratie lineair verandert met de tijd. De

Page 22: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

23

waar9;~)lÇY)h!~t,y~1l,lW~v~p.;h,EJ~Y9-te1j,~p :A~ 15,,191%~'I:l"..(ip .l~t,ecr)ç.ó ~.~ CT.4e,

conç.~l1,tt:'flitie.1:l(in, ti t~r ~1):vb9:çerlnatijqT en. Alle Qpperv:I.;~k1F,e,;vél;n h<Ftsedi~ET~~~n'd,ET'~)io~!(~n c~2).· .... .. ,) .'

Boven !4.~:Bizan~h,ETpbe,I!:,.wei.!T:~1j,yp1 UJI!Ho"fé1:jJ; 9Q, 4 ~·e,Il l?~yeIl;p~ t'f?l~p .5~.,7:1..

terw~il" d,e;.pppe,rvl,alü~ ~?JW91l2.be4Faa.gt.,1._, , . .,\ ' .. " ,.;. .~.,., ,.... ...." , • :', "..' i '_:;,'.. , , ,', ., , .." i... ,. .. .. ' •.. ~ .. C· .. .. ', .. ', .. "'" ~ \ __ .. ;.. ..

We hiEIRP1eAJfll~t,de"zed,j f~:ç~Ae:9w~~;I.l: ,ypor de :l:1tt~stofnut:rT~~n,:te)l q~re,Jf.,~n4

daarr }~fH1Hitft,f)~oS f.éfa,tJ we~Pfijgve r-f'lPÀ:.~fti;n8:enf~~ kqIII:l·tate,:re,I}.··7f~jIli·

De ~:~Hi~l1:H~~~p:iti t.ge42"iuk~l~n ugFe,:rPll-r~np,e,r1l;l12 ;Gtal:re,;~ 17}.

: .: L 23N-NO

:·:;.H!;,:'rj

juni -588:;':';IS2'0'

fp~9i3Çll ~;

1128

2451

ZAND .•H~§J.t

SLIB

r{ î-

Tabel,h7Jjf1r~el!: y:~ndy {s,ti,kstQ.f~ptHi~plten (Ln, Hgh- ~~h2

Indi~H;'i.we} &,i1ze,,~!i!.iit,trPJ&mr~l<eJ;l,eni~il)l iIll~ N; P,~Fdag;e:P:pe,ri!Jlk;'Bii~~ni't;V~ '~e..t

volgtrt?-ge\if,~f?l,ll,ta?t: (t~J;>~ll?).,

'i l'

N:":NO2

"T~ ~..5~

.Tq~'?t ;'~11.28

"""'8.·59

N':'NH ~.1?;~-9!

;?,g.38

2.7 .07

58;82

N-NO.' '. ~.;.

I 7",~. 93~ .' , i .I,

T~Rd?):

4'lztjj ti436j1481

;ii':"'fZAND'

~ttp.:~1S,~1?t,

E~~'/Je*~Ha\'t9l~~f~ .i0Y;~ifjJ7~1} ~~~~e~~~ii4'7asig~ê:~h 9l.1S, ~~lf,~de.ê:.!v?p. 4e.. s tik~t:9~Pii

b9:~~n~ ~ji.:fJl;;rM:tt·;iW~ ~:\'\.\;;"i9As{tVa,~.;1?e.;wlJ::r~i4'117 9P .•...twe.e;:e.~P,E~rimen,t,~l,1:;Î;I). e~m á??r;

moe~lJjkee.n jaarbeeld kan gemaakt worden (tabel 19).

N-:-N02 N-NO N-NH3 som3ZANP -4 .•2 -9.6 + 16.8 + 3.0

..sLIB -3.6 -9 .•2 + 15.7 + 2.9

Tabel 19. -2 -1

Nutriëntenflux berekend op jaarbasis (in gNm j ) •

Page 23: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

24

Er blijkt een ne t to-if lux van stikstof naar de waterkolom toe te zi.jn .Door de hoge fosfaatconcentratie, vinden we een N/P ratio van gemiddeld0.28 voor juni en 0.61 voor september.De afkomst van dit fosfaat is niet duidelijk. Een recent preëliminaironderzoek op ons laboratorium wees uit dat mogelijk het met detergentenverontreinigd Noord'-Ee de water, dat de Spuikom langs de sluisjes binnen-vloeit, hiervoor een bron kan zijn. Anderzijds werd reeds door Billenverondersteld dat het grondwater in kontakt komt met het interstitieelwater van het Spuikomsediment en aldus een mogelijke input is. Dit zoueveneens verklaren waarom wij met de diepte stijgende nitriet en nitraatconcentraties vinden daar waar andere auteurs (Billen 1975, Vanderborght& Billen 1975, S~rensen 1978) steeds een piek 'vinden in de bovenste cen:-timeters, wat op een nitrificatie wijst, en daarna een duidelijke afnametot niet meer te dedecteren hoeveelheden constateren na ongeveer 6 cmdiepte. Deze afname gebeurt door het denitrificatieproces waardoor eenexponentiële afname van het nitraatprofiel optreedt (Vanderborght & Billen1975).Grundmains & Hurray (1977) verkrij gen profielen die mln of meer met deOnze overeenstemmen. De nitriet en nitraatconcentraties dalen tot eendiepte van 20 cm in het sediment. In de zone 20--30 cm verschijnt plotseen piek waarna de concentraties opnieuw dalen. Ammoniak stijgt met dediepte tot de zone van 2.0-30cm waar een daling van de ammoniak optreedtgevolgd door een stijging tot in de diepere centimeters. De autèurs aan.•vaarden een bioturbatie vooral veroorzaakt door een Maldanide Polychaetdie tot 40 cm diepe gangen in het sediment graaft.Door zijn bewegingen pompt deze soort nitraatrijk wat.er van de waterkolomin het anaerobs sediment waar het nitraat na nitrificatie en/of dentrifi .•catie door diffusie maar vooral door advectie uit:<:lezezone verdwijnt.Indien we dergelijke 'biologische pomp' kunnen aanvaarden, is een mogelij..,.ke benthische bewoner van het Spuikomsediment die diepe gangen graaft enhet sediment verwerkt, ArenicoZa maY'ina, eveneens een drilomorfe polychaet:!Uit een studie op de sedimentverwerking van Arenicola marina (Cadée 1976)moeten we echter besluiten dat deze polychaet geen invloed heeft op het wa,,-ter van het sediment. Zoals verder blijkt, wordt Arenicolamarina niet ge-vonden in het slib, zodat" de gevonden profielen zeker niet door deze wormzijn beinvloed. De inbreng van zoet water vanuit de bodem kan tevens eenverklaring zijn voor de afwijkende pH waarden die zijn gemeten naarmate \V"ede pH-meter dieper in de waterkolom brachten. Jammer genoeg zijn tegelijker-tijd geen saliniteitsmetingen uitgevoerd.

Page 24: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

25

,S,amenstellingvan het _bent~os

Van de 24 uur cyclus van juni zijn alle stalen getrieerd en geteld; vande tweede cyclus is dit werk nog niet beëindigd.

1) ~~~~!~~E!:~We beschikken over vier reeksen stalen nl op tijdstip 0, na 12 u en na

24 u in en buiten de klok. Telkens werd een replicaat genomen zodat intotaal 32 stalen zijn geanalyseerd.Alle meiofaunagroepen die reeds eerder werden geïnventariseerd (Thielemanset al 1976) werden teruggevonden. We beperken ons bij de bespreking uit-sluitend tot de Nematoda, Copepoda en Turbellaria.

a. Nematoda========De densiteiten van de Nematoden schommelen sterk volgens de staalname-

plaats , zoals we dit reeds hebben opgemerkt. De horizontale versprei.d ingis heterogeen en sterk geaggregeerd,waarnemingen waarvan de oorzaken nietonmiddellijk duidelijk zijn.

We hebben de biomassa bepaald van de Nematoden door at random, 100 indivi-duën uit te vissen en het drooggewicht ervan te bepalen bij 110°C. Uithet drooggewicht kan men het versgewicht berekenen door dit gewicht met eenfaktor vier te vermenigvuldigen (Wieser 1960) het koolstofgehalte door 1/10van het versgewicht te nemen (Steele 1974) of 33 % van het drooggewicht zo-als dit is bepaald voor de Harpacticide Asellopsis intermedia (Lasker et al1970) en tenslotte het stikstofgehalte door 6.8 % van het drooggewicht terekenen (Lasker et al 1970).Tabel 20 verzamelt al deze gegevens voor het slib en het zand, terwijl ta-bel 21 de getallen geeft die specifiek voor de klok zijn omgerekend. Uitdeze cijfers kunnen we enkele besluiten trekken : de aantallen Nematoden lig-gen hoger in het zand dan in het slib, wat aanvaardb aar. is gezien de geoxi-deerde zone zich dieper in het zand uitstrekt dan in het slib. Dit verschilnemen we duidelijk waar wanneer we de core onderverdelen in de bovenste 4 cmen de rest. In het slib zijn alle Nematoden teruggevonden in deze bovensteV1er cm, daar waar in het zand nog belangrijke aantallen voorkomen benedende 4 cm.De biomassa daarentegen is groter op het slib dan op het zand. Dit is aande verschillende faunistische samenstelling te wijten. De Nematoden vanhet zand zijn kleiner en hebben een gemiddeld drooggewicht van 0.20 ug, ter-wijl de Nematoden van het slib groter en zwaarder zijn en een gemiddelddrooggewicht van 0.91 ug bezitten.

Page 25: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

ZAND

2aantal/m

o u 2214000na 12.u 3333000

24 ubinnen klok 5288000buiten klok 2599000gemiddelde 3358000

SLIB

2.aantal/mo u 1164000

na 12 u 11820002.4u

binnen klok 1150000buiten klok 817000gemiddelde 10'78250

Tabel 20

26

droo~gew. versgew.(g/m ) (g/m2) gC/m2 gN/m2

0.443 1.'7'72 0.46 0.0300.667 2.667 0.2.60 0.045

1.058 4.230 0.349 0.0720.520 2.079 0.172 0.0350.672 2..688 0.221 0.046

droog~ew. versgew. gC/m2 gN/m2(g/m ) (g/m2)

1.048 4.190 0.346 0.0711.076 4.302 0.355 0.073

1.047 4.186 0.346 0.0710.744 2.975 0.245 0.0510.979 3.913 0.323 0.067

Densiteitren, droog- en versgewicht, koolstof- en stikstofgehalteVan Nematoden (in g/m2.).

aantalslib 271081

862348zand

Tabel 21

drooggewicht versgewicht mgc mgN17

12

248173

992693

82

57

Densiteiten, droog- en versgewicht, koolstof- en stikstofgehaltevan Nematoden omgerekend naar de oppervlakte van de klok (in mg).

b. M~~g~~~~~~ig~=~~g~g~g~~De ;a:arpacticoidefauna wordt gedomineerd door één soort nl. CanueZZa per-

pZexa die meestal 100 % van deze fauna in het staal uitmaakt en die we inuitzonderlijke aantallen op de slibplaats hebben teruggevonden.Op het zand telden we gemiddeld 920 individuen per staal, terwijl op hetslib gemiddeld 3739 individuen aanwezig waren. Deze aantallen moeten zowatdehoogste zi.jn a.n de literatuur beschreven voor één enkele soort in een na-tuurlijk biotoop. Het is zelfs uitzonderlijk dat ze de Nematoden in aantalovertreffen, waar deze laatste bijv. voor de zuidelijke Noordzee 85 % van demeiobenthische fauna uitmaken (Van Damme-Heip 1977).

Page 26: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

27

Een mogelijke verklaring voor deze hoge densiteiten op het slib kan m1S-schien gegeven worden door het feit dat de bodem van de Spuikom volledigmet Ulva was bedekt en dat hiertussen naar open plekken is gezocht om eenbodems taal te nemen. De milieuomstandigheden onder dit Ulva--bed zijnmisschien minder geschikt zodat de organismen zich gaan concentreren daarwaar geen Ulva ligt.Op deze plekken vinden we dan dense aggregaten van CanueZZ-a. Dit is echtereen vermoeden dat we niet kunnen toetsen aangezien we geen staal hebbendat doorheen de Ulva gaat. Het is bijgevolg misschien niet helemaal kor-rekt deze cijfers over een vierkante meter te extrapoleren.De fluctuaties die we in de aantallen vinden zijn niet aan een dag-nachtritme te wijten, zoals dat voor enkele planktonische soorten van de Spui-kom is beschreven (Hauspie & Polk 1971), maar aan de horizontale ve rsprei>-ding van deze soort. De populatie in juni bestaat hoofdzakelijk uit juve-nielen waarbij er een licht onderscheid bestaat tussen slib en zand. Inhet slib zijn gemiddeld 97 % juvenielen aanwezig, tegen 86 % in het zand.Binnen de copepodieten vinden we in het slib 63 % copepodieten 111 en 27 %copepodieten IV, terwijl in het zand 10 % copepodieten III en 56% copepo-dieten IV. Dit zou op een verschillende ontwikkelingssnelheid naargelanghet: sediment wijzen.

Page 27: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

tr

ZAND 28d ~ ~ e1 C5 C4 C3 C2

aantal/m2 60500 42000 14500 254500 345500 98000 2500drooggew/m2 0.284 0.311 0.141 0.708 0.484 0.484 0.001versgew./m2 1.136 1.244 0.564 2.832 1.936 0.336 0.336

gC/m2 0.094 0.103 0.046 0.234 0.160 0.028 0.0003o ugN/m2 O. Ol 9 0.021 O. Ol 0 0.048 O.~33__ ~~.~_6_..

aantal/m2 47500 37000 10500 231500 304500 44000drooggew/m2 0.223 0.274 0.102 0.664 0.425 0.038versgew./m2 0.892 1.096 0.408 2.576 1.700 0.152

2na 12u gc/m2

0.073 0.090 0.034 0.212 0.140 0.012gN/m 0.015 0.019 0.007 0.043 0.029 __._0~Ql.. __ ..

aantal/m2 101000 55500 16000 428500 832000 145500 7500drooggew/m2 0.475 0.411 0.155 1.191 1.165 0.125 0.004

2versgew./m 1.900 1.644 0.620 4.764 4.660 0.500 0.016na 24u gC/m2 0.157 0.136 0.005 0.393 0.384 0.004buiten N/ 2 0.032 0.028 0.001 0.081 0.079 0.001klok g m._------ -----------------------. --------.. ~.•.._---aantal/m22400 2000 2500 143000 343500 52500 1500 6500drooggew/m2 0.113 0.148 0.024 0.397 0.481 0.045 0.001 0.003versgew./m2 0.452 0.592 0.096 1.588 1.924 0.180 0.004 0.012binnen gC/m2 0.037 0.049 0.008 0.131 0.159 0.015 0.001klok 2_. ~l~._.-2. .008._.._...9. • 0IQ.._.2.:.Q02 __ . O.02L_ O.033_.__..Q.:..00l-__ .-= .._.-::_.... _SLIB

aantal/mZ2drooggew/m

versgew./m2

o u gC/m2

N/m2._--~aantal/m2

2drooggew/mversgew./m2

212 gC/mnau 2

__ J!!/maantal/m2

drooggew/m2

/ 2versgew. mna 24u gC/m2buiten N/ 2klok g m 0.037 0.024 0.013 0.007 0.102 0.112 0.003

aantal/m2 46000 19000 8000 26000 1134000 2918000drooggew/m2 0.216 0.141 0.078 0.072 1.588 2.510

2versgew./m 0.864 0.564 0.312 0.288 6.352 10.040binnen gC/m2 0.071 0.047 0.026 0.024 0.524 0.828klok gN/m2 0.015 0.009 0.005 0.005 0.108 0.171Tabel 22 : Den$iteiten, drooggewichten, versgewichten, koolstof-

van adulten en copepodieten van CanueZZa perpZexa.

TOTAAL825000

2.0168.0640.6660.137

6740001.7066.8200.561

0.0030.0040.001

0.1161589000

3.52714.108

30000.0010.004

1.7090.240

5935001.2124.8480.4000.083

475000.2230.8920.0740.015

185000.1370.5480.0450.009

70000.068

270000.075

928500 22635001.300 1.9475.200 7.7880.429 0.6420.088 0.132

2105000.1180.4720.0380.008

32500 35350000.014 3.8820.056 15.5280.005 1.2800.001 0.263-----_.-_.

0.2720.022

0.3000.0250.0050.005

50000 105000.0780.312

25000.0240.096

7385001.0344.136

21675001.8737.492

3630000.2030.812

155000.0430.172

300000.0130.052

33770003.503

14.0120.2350.940o.on0.016

1165000.5482.1920.181

0.6180.026 0.008 0.0140.!..00338500O.1070.4280.035

0.3410.070

10755001.5066.0240.497

0.067 0.004 1.1550.127 . O.Ol..é:-..Q.OOI __ . 0.238

19140001.6466.5840.543

0.005475000.3511.4040.116

0.002185000.1890.7560.062

855000.0480.1920.016

25000.0010.004

32990004.396

17.5841.4500.298

569500 21500 47420000.319 0.010 4.9341.276 0.040 19.7320.105 0.003 1.6250.002 0.001 0.530

en stikstofgehalte (in g/m2)

Page 28: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Tabel 23 Densiteiten, vers-en drooggewichten, koolstof-en stikstofgehaltenvan adulten en juvenielen van CanueZZa perpZexa, omgerekend naarde oppervlakte van de klok (in mg).

c. Turbellaria===========Het is steeds een probleem in gefixeerde stalen de 'soft body'-meiofauna

te onderscheiden. De aantal lep.Turbellaria die we opgeven zijn vooral her-kenbare Acoela en Proseriate vormen. Om een idee van hun biomassa te krij-gen hebben we er een aantal gewogen en komen tot een gemiddeld drooggewichtvan 1.5 ug/ind.Voor de zuidelijke Noordzee geeft men de waarde 2.35 ug/ind. op (VanDamme-He i.p 1977). De gemiddelde densiteit voor het zand bedraagt 110.000ind./m2 en voor het slib 111.000, wat hoge getallen zijn in vergelijkingmet de zuidelijke Noor-dzee waar gemiddeld 17149 indo/m2 werden geteld(Van Damme'-Hai.p1977).De variatie van de densiteiten is tussen de verschillende staalnames bij-zonder groot.

Page 29: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

t30

ZAND SLIB

aantal/m2 drooggew. aantal/m drooggew.(mg/nl:) mgC/m2 mgN/m2 (mg/m2

) mgC/m2 mgN/rr?o u 168000 252 83.2 17.1 41000 61.5 20.3 4.2

na 12 u 65000 97.5 32.2 6.6 .5000 7.5 2.5 0.5na 24 ubuiten klok 19000 13.5 44.6 9.2 111000 166 54.8 11.3binnen klok 116000 174 57.4 11.8 31000 46.5 1.5.3 3.2gemiddelde 111000 16.5 54.4 11.2 47000 70.4 23.2 4.8

Tabel 24 : Densiteiten, droog- en versgewicht, koolstof en stikstofgehaltevan Turbellarien (in mg/m2).

Respiratie

Voor de Nema~oda en Copepoda kunnen we aan de hand van literatuurgegevensrespiratiewaarden benaderend berekenen.Ott en Schiemer (1973) geven voor 25 soorten mariene Nematoden de vol.gerr-de regressieformule :

R ~ 0.636 WO•987

waarbij R de respiratie in nI/uur is en W het versgewicht in ug.Indien we onze gegevens hierin passen dan vinden we een respiratie van0 ..51n102/ uur.ind. voor het zand en 2.28 nl02/uur.ind. voor het s~ib.Aangezien dit de respiratie weergeeft bij 200 C, moeten we een correctie-fak tor invoeren, gegeven door Winberg (1971), om de waarde bij 150 C tekrijgen. Omgerekend tot 24 u geeft dit 7.8 nl02/ind.dag voor het zand en34.8 nI02/dag.ind. voor het slib. De waarden per vierkante meter en voorde klok worden gegeven in tabel 27.

ZAND SLIBbinnen de klok 6.7 mlO2/dag binnen de klok 9.4 mlO2/dagbuiten de klok 26.2 mlO2ldag.m 2 buiten de klok 37.6 mlO/dag.m 2

Tabel 25 : Respiratiewaarden van de Nematoden bij 150 C

Om een vergelijking met de zuidelijke Noordzee te kunnen maken moeten wedeze cijfers extrapoleren tot een voll.edig jaar. Dit geeft ons dan 9.6I/02.m2.jaar voor het zand en 13.7 l/o2/m2.jaar voor het slib. Voor deNoordzee vindt men gemiddeld 10.89 102/m2.jaar (Van Damme-Heip 1977).

Page 30: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

31

Voor de Copepoda gebruiken we de gegevens van Lasker et al. (1970) dievoor de endobenthische soort Aeel/lopeie intermedia 1.5 nlOz/ug drooggew.uur vinden. Omgerekend naar 15° C en naar 24 uur geeft dit ZZ.9 nlOz/ ugdrooggew.dag. De waarden voor de klok en per vierkante meter zijn gege-ven in tabel Z6.

ZANDbui ten de klokbinnen de klok

54.7mIOZ/ dag9.Z5 mIO~/dag

SLIBbuiten de klokbinnen de klok

89.9mlOZ/dag38.1 mIOZ/ dag

Tab.el Z6 : Respiratie van Canuel/l.a perpl.exa bij 15° C.

We zullen deze cijfers op jaarbasis vergelijken met de Noordzee. Voorhet zand vinden we dan ZO.OIOz/mZ.jaar en voor het slib 32.8 IOZ/mZ.jaar.Voor de Noordzee werd 0.571 IOZ/mZ .jaar gevonden. Onze c.ijfers moeten wemet de nodige omzichtigheid benaderen. Gezien de hoge densiteiten en bij-gevolg de grote drooggewichten die we in juni vinden, wordt de respiratieop een bij zonder hoge waarde geschat. Davies (1975) vindt voor het meio-benthos 21.91 0z/mZ.jaar en Smith et al. (1972.)3.73 lOZ/jaar. Deze waar-den liggen beduidend lager en zijn waarschijnlijk realistischer.

Macrobenthos

Voor het macrobenthos moeten we ons voorlopig beperken tot het opgevenvan de densiteiten voor juni. Aangezien vele juveniele individuen werdengevonden, is het belangrijk metingen en biomassabepalingen uit te voe ren ,Uit de juni gegevens kunnen we alvast konstateren dat het zand een rijke-re fauna bezit dan het slib. In de klok op het slib was een kleine hoe-veelheid Ulva aanwezig waarop een belangrijk aantal Polydora vastzaten.Die worden in tabel 27 apart vermeld.

Page 31: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

rr

32ZAND SLIB

a b

71

87129

a b UlvaCapi telliden

e

SpionidenPolydora ciliataAnai tides sp ,Arenicola marinaCerastoderma edulisMya arenariaHydrobiaNassarius reticulatus

40

9

35

25 6

9 62 118

428

9

193

2

6

6

Oligochae taAnemoon

Tabel 27 Gemiddelde aantallen per staal (a = 78.5 cm2) en reëele aan-2tallen in de klok (b = 3380 cm ).

Gegevens over macrobenthische respiraties zijn eveneens gering, zodat wevoorlopig op dit specifiek probleem niet ingaan.

Besluit

Uit de twee eerste experimenten is het vormen van een coherent beeld nogniet mogelijk. Hiaten die bestaan zullen deels door methodologische ver-beteringen, maar zeker door aanvullende gegevens kunnen opgeheven worden.Hierbij denken we dan vooral aan experimenten waarbij nog een klok bijge-plaatst moet worden die het effekt van het sediment uitschakelt, zodat wealleen de werking van het water in de klok kunnen registreren.In een volgend syntheseverslag zullen de resultaten bekomen van de primaireproduktie, bacteriële werking in het water en respiraties van plankton enbenthos met onze gegevens worden vergeleken.

Page 32: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

33

.Bibliografie

BERNER R.A. 19'71. Principles of chemical sedimentology. McGraw-Hill N.Y.f

BERNER R.A. 1974. Kinetic mode l.sfor rhe vear Ly diagnosis of N, S, P, Siin anoxyc marine sediments, in the Sea, Ed. E.D. Goldberg, Vol. 5,Marine Chemistry, Interscience.

BILLEN G. 19"77. Het kompartiment opgeloste stikstofhoudende nutriënten.Mathematisch Model van de Noordzee. Eindverslag deel 8, HoofdstukIl, 19-29.

BILLEN G. & VANDERBORGHT .T.P. & WOLLAST R. 1977. Modèles diagénétiquesdes substances nutritives dans les sédiments marins cetiers.Projekt Zee. Eindverslag Vol. 4 Sedimentologie, Hoofdstuk 4180'-225.

CADEE G.C. 1976. Sediment reworking by ArenicoZa marina on tidal flatsin Dutch Wadden Sea . Neth.J.Sea Ree; 10 : 440..·460.

DAVIES J.M. 1975. Energy flow through the benthos in a Scottish Sea Loch.Marine BioZogy 31 : 353,-362.

GRUNDMANIS V. & MURRAY J.W. 1977. Nitrification and denitrification inmarine sedireents from Puget Sound. Irimnol., & Oceanoqr : 22 : 804-813.

HARGRAVE B.T. & CONOLLY G.F. 1978. A device to collect water for measure-ment of the dissolved compounds across sediment surfaces . LimnoZ. &

Oceanoqr : 2.3: 1006--1010.

HAUSPIE R. & POLK Ph. 1971. Swimming behaviour in certain benthic Harpac-ticoids (Copepoda). Cruetaceana 25 : 95-,103.

LASKER R. & WELLS J.B.J, & Mc INTYRE A.D. 1970. Growth, reproduction, res-piration and carbon utilization of the sand-dwelling harpacticoidCopepod AseLZopsisinterwzedia. J. Mar. Biol-, Ass. U.K. 50 : 147-160.

NIXON S.W. & OVIATT C.A. & HALE S.S. 1976. Nitrogen regeneration and me-tabolism of coastal marine bottom communities. 17th Symposium ofthe British Ecological Society. Ed. J.M. Anderson & Macfayden A.269··283.

OTT J. & SCHIEMER F.S. 1973. Respiration and anaerobiosis of f ree-d i.vi.ngnematodes from marine and linmic sediments. Neth. J. Sea Res. 7 :2.33-243.

Page 33: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

t34

RITTENBERG S.C. & EMERY K.O. & ORR W.L. 1955. Regeneration of nutrientsin sediments of marine basins. Deep Sea Researoh 3 23-45.

ROWE G.T. & CLIFFORD C.H. & SMITH K.L. Jr. 1975. Benthic nutrient rege-neration and its coupling to primary productivity incoastal waters.Nature Vol. 255 : 215-217.

SLAWYCK G. & MAC ISAAC J.J. 1972. Comparison of two automated ammoniummethods in a region of coastal opwelling. Deep Sea Researoh 191 :001,-007.

SMITH K.L. Jr. & BURNS K.A. & TEAL J.M. 1972. In situ respiration of ben-thic communities in CastIe Harbor, Bermuda. Marine BioZogy 12 :196-199.

S0RENSEN J. 1978. Denitrification rates in a marine sediment as measuredby the acetylene inhibition technique. AppZied and EnvironmentaZMiorobioZogy Vol. 36 : 139-143.

STEELE J.H. 1974. The structure of marine ecosystems. Harvard UniversityPress Cambridge , Mass.

STRICKLAND J.D.H. & PARSONS 1968. A practical handbook of seawater analy-sis. Fish. see, BdCan. 167.

THIELEMANS L. & HEIP C. & VERDONCKT M. 1978. Vrijlevende nematoden van deSpuikom te Oostende. .IZ'/iJO Mededelingen 8ste Jaar, Deel 1.

VAN DAMME D. & HElP C. 1977. Meiobenthos in de Zuidelijke Noordzee.Mathematisch model van de Noordzee. Eindverslag VoL 8 : 121-166.

VANDERBORGHT J.P. & BILLEN G. 1975. Vertical distribution in interstitialwater of marine sediments with nitrification and denitrification.LimnoZ. & Oceanoq», 20 : 953-,961.

WIESER W. 1960. Benthic studies in Buzzards Bay . 11. The meiofauna.LimnoZ. & Ooeanogr. 5 : 121-137.

WINBERG G.G. 1971. Methods for the estimation of producLion of aquatic ani-mals. Academic Press, London, New-York.

WOLLAST R. 1977. Propiétés physico-chimiques des sédiments et des suspen-sions de la mer du Nord. Mathematisch Model van de Noordzee. Eind-verslag Vol. 4 : 139-159.

Page 34: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Lijst der figuren

Gebruikte symbolen

datum 290678 of 260978CZ core zandCS core slibWZN waterkolom zand nutriëntenWSN waterkolom slib nutriëntenKZN klok zand nutriëntenKSN klok slib nutriënteno staalwaarden

FiguurFiguur 2Figuur 3

456

7

8

9

10II

1213141516

trendlijnen

Korrelanalyse zandKorrelanalyse slibOrganische koolstof voor het zand in juniOrganische koolstof voor het slib in juniOrganische koolstof voor het zand in septemberOrganische koolstof voor het slib ln septemberNitrietconcentratie van de waterkolom boven het zand in

,F,,,,-,-'/I./\.~.,.;:

/Juni\.v"--,.~-" )

slib in junizand in septemberslib in september

in de klok boven het zand in junislib in junizand in septemberslib l.nseptember

Profiel van de nitrietconcentratie l.nhet sediment (na 8 uur)(na 8 uur)

17 (na 20 uur)18 (na 20 uur)19 (na 20 uur)20 (na 24 uur)21 Nitraatconcentratie van de waterkolom boven het zand in juni22 slib in juni23 zand l.nseptember24 slib in september25 Nitraatconcentratie in de klok boven het zand l.njuni26 slib t.n juni27 zand l.nseptember28 slib in september

Page 35: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

2930

31

3233

34

35363738

3940

41

42

Profiel van de nitraatconcentratie in het sediment (na 8 uur)(na 20 uur)(na 20 uur)(na 2 uur)

Ammoniakconcentratie in de waterkolom boven het slib in junizand in junizand in septemberslib in september

Ammoniakconcentratie in de klok boven het zand in junislib in junizand in septemberslib ln september

Profiel van de ammoniakconcentratie in het sediment(2uun)(24 uur)

(~ uur)(20 uur)(2 uur)(20 uur)

Fosfaat-concentratie in de waterkolom boven het zand ~n junislib in junizand in septemberslib in september

Fosfaat-concentratie in de klok boven het zand in junislib in junizand in septemberslib ~n september

Profiel van de fosfaatconcentratie in het sediment (na 20 uur)(na 2 uur)

43

444546

47

48

49

50

51

52

53

54

55

56

Page 36: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• eo •••••• .-··..···..···········································································

s'rAAL:SPUIKOM ZAND 1978Korrelgrootteanalyse

Zandfraktie 0.063-2.000 mm

100

%

75

50 ·.................................................... ·o·

25

·............................................... ·

oo

•••••• '•• -+-••••••

e·oo.+..:······

+

-:···.:········o·····o·oo············o········

tI

•........•.•..•.•...+

0.50 1.00 1.50 2.00 2.50 3.00 3.50 4.00 4.50

MED.KORRELGROOTTE: 2.6630.158

SPREIDING: 0.421SCHEEFHEID: 0.381% SLIB: 0.26% GRIN'l': 0.00

phimm

Fig.

Page 37: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

STAAL:SLIB SPUIKOM SEP 1978KorrelgrootteanalyseZandfraktie 0.063-2.000 mm

.•••• ••• •••• •••••••• •••• •••• ••••••••••••• ••••••• •••• •••• 0 ••••••••••••••

, .·..·..················································•············•················

..........................................................~··..··..··. .

+ :····································

100

%

75

50

25

o

MED. KORREI,GROOTTE:SPREIDING: 0.434SCHEEFHEID: 0.367% SLIB: 43.39% GRINT: 0.00

........ .".F:. ... ... ..-1....... ......,... ..... ."..~o •-.1........... . :.•.•.•..... ..~ .

+

[

+.....-.

0.50 1.00 1.50 2.00 2.50 3.00 3.50 4.00 4.50

2.9200.132

phimrn

Fig. 2

Page 38: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Torganische C290678CZMean and standard error

%

0.10

0.05

o 2 4 6 8 10 12 14 16 2218 20

Fig. 3

o 2 4 6 8 10 12

-----------------,'---r~<

Page 39: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Torganische C290678CSMean and standard error

%

3.00

+1.50

o 6 122 4 8 10 14 16 18 20

Fig. 4

22 o 2 4 6 8 10 12

Page 40: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

TOrganische C260978CZMean and standard error

%

o 2 4

+

6 8 10 12 14 16 18 20

Fig. 5

22 o 2 4 6 8 10 12

Page 41: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

TOrganische C260978CSMean and standarà error

%

%3

2

o 2 4 8 10

ZAii/D./

12 14 16 18 20

Fig. 6

22

c

o 2 4 6 8 10 12

Page 42: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ni tr iet290678~nNSample and trendline values

ugll

150

75

~ ·0o.·°fr

o 2 64

o

.oo.

o.oOk

3 10

o

12

te..o.

o :..;ft...

o.o..

o

!

14 16

o

t......°.

°.o

o

13 20

Fig. 7

o.é *..

o.

o

22

. •......... «"ft: •••••• e .....o

o 2

o.......... «

o

4 6 8 10 12

Page 43: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

00 o I

I-'

0) o----..----.-

i--'--.

o IV c\.

-

00 I-'

0 I-'

N I-'

~ I-'

Ol

t'%j t-'- (I

QI-

'00

.

00

IV 0 IV IV 0

• · · · · · · ·o

* . . . : .;o

, , , , d : o o o , ol· o

o, , ,

Ilo0

'0. ., "

e,o

'* o , o o o 011-

0

, , : , o(J

o , , e , o o ~o

N

o o , o , ä- o o , , o o ~0

0)

, , , o o , o o ~

I-'

o

1 [

(JJ

:.?~

UIIJ

)

az

o ••• ID

NZ

~I-

'.O

rt0

\1"

'\-J

1-'-

w(O rt

Page 44: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ni tr ie t250978WZNSample and trendline values

ug/l

75

,o 2 4 6

o

8 10

o

* .dl<....... ....~ .....

I

12 14

...• ··· 2••••• 0 'ft.* .........

o

16!

18

Fig. 9

o

20 22

••••• 0 •••Ik••• eK oe

o

o 2 4

o......«...

o

6 8 10I

12

Page 45: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

--------------------------------------------------------~~--_._---_._._-----

Ni triet250978WSNSample and trendline values

uglI

150

75Je......

*" •

o

o 2 4 6 8 10

o .*..'.

o o.l!> •••••••••••• •••• 0* . ....~. .. .. .. .. .. *

o

*..•••• oe.~ ~ . oo

o

12I

14 o 216 22

Fig. 10

-t.. ••••• ··ë•••• o~ •

o

4 6 8 10 12

Page 46: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ni tr iet290678KZNSample and trendline values

ugll

100

......*"

50 o

..1.....i ...- ..··1 -..r ....

10 12 14 16

i······........ ·······l·

i

18 20

Fig. 11

22

.•• e •

.~....··i.. ii ... . ,

o 6 12-8 102 4

Page 47: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Nitriet290678KSNSample and trendline values

ugll

150

e-,; 4....... .......75

o 4 62.

3 10

••••• of(

.......

12 14 16 18 20

Fig. 12

...... . ".. ·········i

22 o 42 8 10 12

Page 48: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Nitriet250978KZNSamo1e and trendline va1ues

ug/l

100

50

o 2 4 6 8 10

........ .... ......

12 14 16

......

Fig. 13

.. t.......... ......... t..~ ... ...·····l ......•. ,

+

18 20 22 6 3 10o 2 12

Page 49: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Nitr iet250978KSNSample and trendline values

uglI

150

75

I

6 8 la

.....* ••• J..

f·. \fI-I: ••••••• *'t' •••••

12 14 16

Fig. 14

······l! * ....•..•··i ._ .

t

18 20 22 o 2

... ......* ....o ····1

4 8 10 126

Page 50: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

l'H tr iet290678CZ tijd: 4

o100.00

ugll

2

4

6

8c:n

Fig. IS

Page 51: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ni tr iet290678CS t Lj d e. ° 4

o

2

4

6

8

cm

IlIml!!lI!lIIIIIIIII!II'!I"IIII~ -~OoOO

Fig. 16

uglI

Page 52: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Nitriet.290578CS tijd:10

o

2

4

6

8

Fig. 17

1I1111111111P1111111111111111 7 0 • 0 0

Page 53: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ni tr i.et25~J97a:8 tijd:10

o 200 00ugll

100.00

2

4

6

8

10

12

14

16 cm

Fig. 18

Page 54: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

:..JitriGt25))7?" J..., t r ja :1".,,".J

o

2

)

3

12

'7 J jOI'

111l1~

11~~IIIII~111111~1i

~11l11~~11l11

111111111111 'n 111111111

~IIIil1I1

11111111111111

fllilllllll!'

lI&1I~lIiIllIU I~Iij!nlln iUIIO ~Illi ft 111111Uil 11i illllill 0111111110 11no 11111111lIlIIlI 11110IH1I11101l1l1l011l1l10~~iIIt

lillililllllHllillil1IIIIIIIflilllllnlllllill111

111111111111111iliUlnfllllllllilli 11111I11111111

UIII~III'qll!k

~Illlb

Fig. 19

14J, ),1~ql1

Page 55: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

[

Ni t.r iet250973CZ tijd:13

0 20. 00 40.00uglI

~'l2 1'1

'I,~

4 ll~1I~11111

6 11I1~hll~~

11111111111111

8

10

12 cm

Fig. 20

Page 56: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Nitraat290678vnNSample and trendline values

uglI

550

275

o

o

o•••«. .0•

• ik ••••.•••0

w •••••• w0..... 0

~Io

I4

i6

I2

I I8 10

I12

I i14 16

I !18 20

Fig. 21

o

i22

Io

I2

I4

I6

I8 10

I12

------------,--r

Page 57: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

~.---------------------"-_.----------_._---_._---_._.-

Nitraat290678v-JSNSample and trendline values

ugll

700

350

t!I .•••••••• ~

o 2 64

..••.. «o

8 10

•-*o·..

o••••••• liI • ..-.* .....o 0,* •••••• .........~

o

12 14 2016 18

Fig. 22

o

•...•. ~ *

22 o

o

..·èj( ••••••

00....o

2 4 6 8 10 12

Page 58: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Nitraat250978v-1ZNSample and trendline values

uglI

400

200

I1 I

2I4

I6o

oo

~ -·0 ..•... *°0 .* .0'k °0 ••••• 0.0. 0 ••••fIko .0t) ... eli o·

...........'"

o

I I8 10

I12

! !14 16

I I18 20

i i22 0

Fig. 23

o

o

••••••-e••• *' ••• .'* 0-o •••• 4lJr ••••

o

!2

!4

I6

o

i i8 10

I12

~_~_ ...~_~ ,--r~

Page 59: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Nitraat250978~'iSNSample and trendline values

ug/l

350 0i'f •...

••• 0

175

. .8 10o 2 4 6

oooo....

oooo.o.oo

*

t.u.o

o..• .t!;... .... .. .•• •

o 0

12 14 16

F i g . 24

....o

o.o..

18

• JI!J •••••••• • •• --k _.. 0...

o.-J:

o

20 22 o 2 4

........~o

6 8 10 12

Page 60: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Nitraat290678KZNSample and trendline values

uglI

220 1

t I110

It) ••••••*. { .. I I......,! I ~••• •• 0 -....

1 ...•····.1 ., ......•....... * ·· l 4lT t T '" r · '" . .

o o 4 6 122 4 14 16 18 2012 22 2

Fig. 25

8 10

~----- ,--r

Page 61: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

,~~------------------------------------------------------------

Nitraat290678KSNSample and trend1ine va1ues

uglI

300o

*" 00

00

000

o~

150

oI

62 4

oo

oo

oo

o

I

8 10

0

0 f-0 •. ....... .....

12 •14 16

t1 * 1' •••••• +

. .. ···w ······l·· t ..•. ~.... ....1

18 20 22 o 2 4 6

Fig. 26

8 10 12

Page 62: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ni traat250978KZNSample and trendline values

uglI

460

230

oI

2 64

l········ ...~ ······1 ······1

8 10 12 14 16

Fig. 27

1

......·····1 ·····f "oi ••••••••1 ! . J

T r 1 T •.•..•..T

18 20 22 8 10o 2 4 6 12

----- --_._------_._._~------------------------------------

Page 63: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

-----------------------------------~-----------

Nitraat250978K8NSample and trendline values

uglI

350

175

....I .•.I ....,

I

......t f.• •••• •••••• •• 4> {

"Ir •••••• 1.... ........ ..t ·t ..... ···"·i

o 6 62 4 8 10 12 14 16 18 20 22 8 10 12o 2 4

Fig. 28

Page 64: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

!~Ht.raat290678CS tijd: 4

o

2

4

6

8 cm

Fig. 29

Page 65: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ni traat250978cz tijd:10

Fig. 30

Page 66: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ni traat250973CS tijd:10

0200. o gil" 400.00

11111111uglI

IIII~111\

2 ,lllf,II~

Ijl

4

6

dlll~IIII.I~III~dlldl11111

1111111

11111111111111111111111111

8

Il!ijlilijlliI~lllIij"

10 811111"1111

~ijlilllllllillli

12

14C;1\

Fig. 31

Page 67: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

!~i tr aat250978CS tijd: 1.

o

2

4

6

395.00

Im II~ 1~11I11II1lI11I1I1I11II H

1I11111111111111~1I111111

3

10

12c:n

Fig. 32

IUIIIIIIIIIIII~lm~.00uglI

Page 68: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ammoniak290678WSNSample and trend1ine values

uglI

200

O ••J!:D ••••• 0/(..•• ek .-....*- ••100

o

I1o

12

I4

I6

f Ia 10

I12

o

.......'Ic

I ~14 16

o

* ......1. ... ... .. .~ . .-0. 0 .0- ". ..

• 1\- •

o o

i I18 20

I22

io

Fig. 33

......*o

.*.....o

!2

o

.o••• ···~

!4

I6

I l-a 10

I12

Page 69: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

-!-1 _

Amrr.oniak290678WZNSample and trendline values

uglI

200

100

~Io

I4

!2

I6

5 '".."'@) '" •••• i...···...

-I8 10 12

,je

if> •• ··0..'.'.o

I I14 16

o

.* e.. '.•• - -·fr'* •.

•' 0...,~.'..'

I I18 20

I22

Io

Fig. 34

o

o • .;Ic.'.'..'

.ic o·_.. .e

• •• ~ 0°

o

I2

I6

I I8 10

I4

I12

Page 70: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ammoniak260978WZNSample and trendline values

uglI

2000

1000

I2

I4o

o

110 .........

I8

!5 ••............* •.. .1 .....~ .....o 0 •••• Jf. •••• 4fI:. .. ...

* •...•.0 l 1 ···0 0o "k ······ê ············r .... f

I10

I12

I I14 16

~ I18 20

i I22 0

I6

I8

I2

i4

Fig. 35

I10

I12

Page 71: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ammoniak260978WSNSample and trendline values

uglI

3200 o

o

1600

"6 •••• dk e. .. .. .. .• 0. .. .. .. .. .. .

o •*" ':...···

oo

...o

_è...1< • c ••• ~

o

o

.* .. fi(."... .'.........*o........~ ...•

o 2

Fig. 36

...*...

4

.-*...'..o

o

6

o

8 10 12

Page 72: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ammoniak290678KZNSample and trend1ine values

uglI

150

75

o 4 62

f ...*.-......*" ••

o

•••••••. 0. ....

t.... .... ···w .....

.....·I·····t .

8 10 412 14 16

t

18 20

Fig. 37

22 2o 6 8 10 12

Page 73: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

---------------------------------~_._------

Ammoniak290678KSNSample and trendline values

uglI

250

4

~ .- ······t ~.~.·····t .~ .....f.* .

+....

O

j ~ .... ..

'lP •••••••• ~ •• 1 .... ·····t··e. .._e. •••••

t125

o 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22 o 2 4 6

Fig. 38

8 10 12

Page 74: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

or-i

!tC2·· :···s.····

o"'--,•.....Ja

0...-+

-······· ~··

o

~:· •2····

-0N

«e-l····

-•.

CO,..-1

~· .·· .••

oIC-Q

-.'

...o

."".·· ..·

••..COo

Ioo'" r--l

Page 75: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

..1--'- _

Ammoniak260978KSNSample and trendline values

uglI

I2400

1I

1200

o 2 4 6

l..........

,8 10

........-Je- ••••••• Ik

<l>

12 14 16

fIJ

I. t , ..

I

18 20

Fig. 40

o .* .....-cf; .•...... t• •••••• • ••• fIk oe "f....* ....

22 o 2 4 6 8 10 12

Page 76: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

A.mmoniak290678cz tijd: 1

2

4

6

3en

3.00

~g/l

Fig.41

Page 77: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

rr

Ammoniak29057acs t.ijd:13

0q~lI\1 10.00 20 00

-lDOiIDhl~mg/1

11~111I1I1

2 1111111'~1I1111

~1I1111~1I1~

4 \~

6 (8 \I~

la

1.2

14 cm

Fig. 42

Page 78: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

t

Ammoniak260978CZ tijd: 1

02.50 5.00

mg/1

2,I~~I~I~III~I"

~illlll~1

~IIPI

4~II

,11'l

s /:3

10

12c:n

Fig. 43

Page 79: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

r

IAmmoniak260978CZ tijd:10

o 3.00 6.00mg/l

2

4

6

8

~~

10 I~I~I~I'

~II

12 ~~~

\14 cm

Fig.44

I

I····..-..----·--------·--·1

Page 80: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

?'\mmoniak260978es tijd: 1

.,')

2

4

6

lJ

12c.n

10.00 20.00mg/l

Fig. 45

Page 81: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Ammoni.ak260978CS tijd:lO

o 10.00

2

~II4 '1

11111

~11"111I11

~~~'I6 'III~II~I

~111~8 11'1

~I~I

10 •

12

14

16 cmFig. 4 6

rr

20 00mg/1

Page 82: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Fosfaat290678

3a~p1e anc trend1inc va]ues

rr~)/l

2.0 C

1. 00

o 2 4 6

o o. ....,.

c

8 10

o •••• ·tok •••• ~

o

14,

16

••••••• ek

18

Fig. 47

c

..... *

20

c ...*•...• e* •. -

o

o

.oi(•••• 'v

c

o... '*.. ..........~

4 (; 8 10 12

Page 83: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

..l--l _

Fosfaat290678

S2mp1e and trendline values

1T:gj 1

2.0Jo~ * .,1 •••••••. •'f ~ ••••o:k

1.00

o 2 4 G 8 10

cC'\ ~ •••••• (i;) ••••••••••••• * ......•..........rrJr" ••·····0 0 v.......~ .....

o

12;

14 16 18 2220 o

Fig. 48

2

o••••• fIk....

o

4 6 128 10

Page 84: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Fosfaat250978FZNSample and trendline values

mg/l

2.50

1.25

o 2 4 6 8

......~ ....*

o

la 12

o

<, 0""Ir

I

14

......,.

16 18

Fig. 49

............*o

20

o• tIc.'.'..

.'.'

o

22

Qt •••••••• «...

o 2

.t/(...' o

o

4

••.•••«..'

6

o

8 10 12

Page 85: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

_J-.--1--- ~ -------------------.-

Fosfaat250978WSNSample and trendline values

mg/l

2.50

o

*' •....·0.*

1. 25

o 2 84 6

.... ...*·5 ...

o

10 12

o ..tI<

..de •• - 00.··· 0

14 16

Fig. 50

o ol<* ..o·....

o

..........~........**

18 20 22 o

. ..*·0 •.·w o·o

2 4

.001<o·....

o

6

o

8 10 12

Page 86: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Fosfaat290678KZNSample and trendline values

mg/l

2.00

•••. . ,l •• •.•.•• ..•* .0- 'f .....

oJte .e

o1.00

o!

2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22 o 2 4 6 8 10 12

Fig. 51______________________________ '_1

Page 87: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Fosfaat290678KSNSample and trend1ine va1ues

mg/1

2. oo~

I

~ 4t

..1 ·········1oeeG·. -Cl •• ~.0- -. .-*- ...•• .Ot + * .-... ......o ····1······· ..···i ······f t

1. 00

I

6o 2 4I I8 10

o

I12

I I14 16

I6

I I18 20

I I22 0

I2

I4

Fig. 52

I I8 la

I12

Page 88: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Fosfaat250978KZNSample and trendline values

mg/l

2.50

4 ik ••••••••• 1.• •••••• oe I~ Oe.. oe

1. 25

14 16 18 20 22 o

Fig. 53~~ ~ ._r

Page 89: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Fosfaat250978KSNSample and trendline values

mg/l

3.501

1.75

o 2 4 6

liJ •• O$~ ••••• 4>.0- .*...- .,1, o ••• ··~ - ••....., .

8 . 10 12 14 16 18 20

Fig. 54

~........

o 2

... t..............

4 6

..

8 10 12

Page 90: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

Fosfaat250978CZ tijd:lO

,(,',

c

0 3.00 6.00mg/l

2 IBiln~lilillilllililll~illillmilPilllilliI~111pj)

~~IIII~'11,11

4 11111111111

111111111

~IIIIII~II\II1111

6 ~1~ililiI~ill

~111111

IIII'C

IIIIIIII~8 1I11~

111111111

1111111111111

10~~IIIl"11I

III ~~IIII~

~II~

12 i,IJ

14c:n

l:Fig. 55

Page 91: IN DE SPUIKOM VAN OOSTENDE THIELEMANS L., HElP C., VAN … · THIELEMANS L., HElP C., VAN GANSBEKE D., BRAECKMAN A. &VERDONCKT M. Bacteriële activiteiten in de waterkolom en in het

t1

Fosfaat250978CS tijd: 1

o 3.50 7.00mg/l

2

4

Il~111~

6 IIIIII~I~III~

"

IjMIIMIIIII.I~III1I1I111.II~I~IIIIIIIII~8

1IlIIlMII~IIIIIIII.II~1I1111

10 U~11l11l1l1!111I1l1

" IIlIdllllllUIIIdlIll1I1

12 cm

~

c

Fig. 56