Het Zorgleefplan 2011

50
Het Zorgleefplan 2011 Een belevingsgericht plan voor de cliënt met dementie Projectrapport in het kader van Post HBO Casemanager Dementie Breda, 15 februari 2011 Carin Mensen Edith Verkooijen Henriëtte van Heeswijk Bijlage 7. Portfolio Henriëtte van Heeswijk

Transcript of Het Zorgleefplan 2011

Page 1: Het Zorgleefplan 2011

           

Het Zorgleefplan 2011 Een belevingsgericht plan 

voor de cliënt met dementie 

  

  

             

Projectrapport  in het kader van   Post HBO Casemanager Dementie Breda, 15 februari 2011  Carin Mensen Edith Verkooijen Henriëtte van Heeswijk 

Bijlage 7. Portfolio Henriëtte van Heeswijk  

Page 2: Het Zorgleefplan 2011

 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  2

Page 3: Het Zorgleefplan 2011

    

Het Zorgleefplan 2011 Een belevingsgericht plan  

voor  de cliënt met dementie   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  3

Page 4: Het Zorgleefplan 2011

Casemanagers Dementie Careyn 2011  4

Page 5: Het Zorgleefplan 2011

Voorwoord  Voor het  afstudeerproject hebben we het zorgleefplan als onderwerp gekozen.  Vanaf april  2010, zijn we met drie collegae gestart in de nieuwe functie Casemanager Dementie voor Careyn  Thuiszorg Breda. We kregen carte blanche om invulling aan de functie te geven qua tijd, wijze van intake, registratie en verslaglegging.  Carin heeft een kennis, Mariëtte van de Lande, die al twee jaar deze functie vervulde in Amsterdam. Via haar kregen we onder andere een  rapportage formulier wat zij in gebruik had.  Hiermee zijn we enthousiast van start gegaan. Op dit formulier kunnen we de personalia invullen. Daaronder staan enkele  kolommen, om op datum , de huidige situatie, de interventies en wat heeft aandacht nodig in te vullen.  Na een half jaar er mee gewerkt te hebben, kregen we behoefte aan een meer gedifferentieerd  soort zorgplan en dito rapportagesysteem.   Carin en Edith  zijn gewend te werken met het IVVP systeem: Inhoud en Vastlegging van het Verpleegkundig Proces.  Een door Thuiszorg Breda ontwikkeld classificatiesysteem. Hierbij zou je kunnen denken aan de gezondheidspatronen van Gordon. Henriëtte is gewend intake en zorgplan te verwerken in een voor de Ambulante Thuisbegeleiding ontwikkelde Psycho‐sociaal zorgplan een proces en systeemgericht plan.  Beide intake en rapportage modellen voldoen niet genoeg aan de praktijk voor de Casemanager Dementie. Wij vonden dat beide modellen niet voldoende aansloten op het goed blootleggen van de  zorgwensen en behoeftes van de dementerende en hun mantelzorgers. Ook waren beide systemen probleemgericht en niet belevingsgericht opgebouwd.  Een aantal items die van belang zijn in de begeleiding van dementerenden kwamen zelfs helemaal niet aanbod. Met name beleving en zorgbehoefte maar ook belangrijke onderwerpen als respect, gewoontes, rituelen  en autonomie ontbraken.  We hoopten binnen onze opleiding een evidence based exemplaar aangeboden te krijgen. Helaas niet kant en klaar.   We gingen kennismaken  met onze collega Casemanagers Dementie Careyn in Spijkenisse. We mochten bij hen in de “keuken” kijken en ons oriënteren op hoe zij hun functie gestalte geven.  Onze collega uit Spijkenisse, Hanny van der Woude,  heeft een didactische achtergrond op het gebied van zorgplanning. Zij heeft het zorgleefplan van Actiz van internet gehaald en deze toepasbaar gemaakt in haar team. (noot 1)  Dit zorgleefplan sprak ons erg aan. Zij heeft ook de moeite genomen om ons in te wijden in haar zorgleefplan. Het viel nog niet mee om het zorgleefplan in de praktijk te gebruiken ook omdat we nog wat achtergrond en ervaring misten. Desondanks hebben we veel geleerd van dit afstudeerproject en zijn we trots op onze eindproducten:   Het Zorgleefplan 2011 met het Begrippenkader voor Het Zorgleefplan 2011.  Wij willen Peter den Heyer (postuum) hartelijk danken voor zijn carte blanche en inspiratie. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  5

Page 6: Het Zorgleefplan 2011

We willen Hanny van der Woude hartelijk danken voor haar collegiale ondersteuning en openheid. We willen Agma van Meijgaarden hartelijk danken voor de inkadering en sturing van ons afstudeerproject. En niet te vergeten bedanken we onze “thuisfronten” voor hun emotionele ondersteuning en geduld!    Carin Mensen, Edith Verkooijen Henriëtte van Heeswijk  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  6

Page 7: Het Zorgleefplan 2011

Inhoudsopgave                  Pag 

Voorwoord                    5‐6 Inhoudsopgave                  7‐8 Inleiding                    9‐10  1   Personalia                  11 1.1  Kopie van de personalia van het oorspronkelijk zorgleefplan    11 1.2   Praktijk ervaring met de Personalia            11‐12 1.3  Conclusies                  13 1.4  Aanbevelingen                13  2  Typering                  14 2.1  Kopie van oorspronkelijk zorgleefplan          14 2.2  Praktijk ervaring met Typering            14 2.3.1.  Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP      15 2.3.2  Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie Stichting Geriant    15 2.3.3  Vergelijk met het easycare‐assessment          16 2.4  Conclusies                  17 2.5  Aanbevelingen                17  3  Zorgdomein 1: Mentaal welbevinden en autonomie      18 3.1  Kopie van oorspronkelijk zorgleefplan          18 3.2  Praktijk ervaring met dit zorgdomein           19 3.3.1  Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP      20 3.3.2  Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie Stichting Geriant    20 3.3.3  Vergelijk met het easycare‐assessment          21 3.4  Conclusies                  22 3.5  Aanbevelingen                22  4  Zorgdomein 2: Sociale redzaamheid en participatie      23 4.1  Kopie van oorspronkelijk zorgleefplan          23 4.2  Praktijk ervaring met dit zorgdomein           24 4.3.1  Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP      24 4.3.2  Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie Stichting Geriant    25 4.3.3  Vergelijk met het easycare‐assessment          25 4.4  Conclusies                  26 4.5  Aanbevelingen                26  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  7

Page 8: Het Zorgleefplan 2011

 5  Zorgdomein 3: Gezondheid en lichamelijk welbevinden      27 5.1  Kopie van oorspronkelijk zorgleefplan          27 5.2  Praktijkervaring met dit zorgdomein            28 5.3.1  Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP      29 5.3.2  Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie Stichting Geriant    30 5.3.3  Vergelijk met het easycare‐assessment          30 5.4  Conclusies                  31 5.5  Aanbevelingen                31   6  Zorgdomein 4:  Woon en leefomgeving          32 6.1  Kopie van oorspronkelijk zorgleefplan          32 6.2  Praktijk ervaring met dit zorgdomein       `    33 6.3.1  Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP      33 6.3.2  Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie Stichting Geriant    34 6.3.3  Vergelijk met het easycare‐assessment          34 6.4   Conclusies                  35 6.5   Aanbevelingen                35                        7  Beleidsaanbevelingen              36 7.1   Algemene conclusies                36 7.2  Algemene aanbevelingen              37 7.2.1  Verantwoording item medicatie op een apart blad        38 7.3  Invoeren van Het Zorgleefplan 2011            39 7.4  Aanbeveling voor verder onderzoek                       39 7.5  Theoretische verantwoording van het Zorgleefplan        40‐41                                                                                                               Samenvatting                    42‐45 Literatuurlijst                    46 Noten                      47  Bijlage 1: Het Zorgleefplan 2011 Bijlage 2: Het Begrippenkader voor Het Zorgleefplan 2011 Bijlage 3: Werkinstructie bij Het Zorgleefplan 2011 en het Begrippenkader voor het Zorgleefplan 2011 Bijlage 4: Procesverslag Bijlage 5: Oorspronkelijk rapportageblad   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  8

Page 9: Het Zorgleefplan 2011

Inleiding  Ons project bestaat uit een praktische en een theoretische toetsing. Het praktische onderzoek bestaat uit het kritisch toepassen van het zorgleefplan in de praktijk. Dit hebben we gedaan bij  zeven verschillende  cliënten met dementie of met het vermoeden van dementie. De cliënt kan zelfstandig of samenwonend zijn.   Het theoretische onderzoek is een toetsend onderzoek in de vorm van een theoretische evaluatie.  Onze vraagstelling gaat over het zorgleefplan dat samengesteld is door Hanny van der Woude.  Dit zorgleefplan noemen wij in ons projectrapport het oorspronkelijk zorgleefplan. Het wordt al gebruikt door zeven collegae Casemanager Dementie in Spijkenisse van Careyn.  Onderzoeksvragen: Is het huidige zorgleefplan cliëntgericht en praktisch toepasbaar? Komen de veertien probleemvelden van het  Landelijk Dementie Programma(LDP) en de elf zorgdimensies dementie van Geriant voldoende terug in het zorgleefplan? Welke plaats kunnen  de vragen uit het easy‐careassesment  in het zorgleefplan krijgen?  Wordt het perspectief van de cliënt voldoende gescheiden van dat van de mantelzorgers, vrijwilligers professionele zorgverleners en casemanagers dementie?  Doelstelling: De eerste week van februari 2011 hebben we het hierboven genoemde zorgleefplan vergeleken  met drie verschillende theoretische modellen en hebben we het getoetst in de praktijk bij tenminste 7 verschillende cliënten. We geven antwoord op de onderzoeksvragen. Duidelijk is dan of het zorgleefplan zowel vanuit het  theoretisch als vanuit het praktisch oogpunt cliëntgericht is en praktisch toepasbaar is.   Het zorgleefplan wordt  naast  de volgende drie theoretische modellen gelegd; De veertien probleemvelden van het LDP. De elf zorgdimensies van Geriant. De easycare‐assesment van de kennisgroep Geriatrie van het U.M.C. St. Radboud.  De opbouw van dit projectrapport volgt de opbouw van het zorgleefplan. Per hoofdstuk wordt er een onderdeel van het zorgleefplan uitgelicht;  personalia, typering en de vier domeinen van het zorgleefplan. Deze worden naast de drie hierboven genoemde modellen gelegd, met uitzondering van het onderdeel Personalia. Er wordt gekeken waar de overeenkomsten zitten en waar de hiaten. Ter afsluiting volgen de beleidsaanbevelingen en de samenvatting.  In hoofdstuk een bespreken we het onderdeel Personalia. We hebben er  voor gekozen om het onderdeel Personalia alleen te toetsen in de praktijk en niet in de theorie.   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  9

Page 10: Het Zorgleefplan 2011

In hoofdstuk twee, drie vier vijf en zes  komen de onderdelen;  Typering,en de vier zorgdomeinen uit het zorgleefplan aan bod. Deze hoofdstukken hebben een consequente indeling: In paragraaf een ziet u  een kopie van het oorspronkelijke zorgleefplan. Er wordt alleen dat gedeelte gekopieerd, dat in het hoofdstuk besproken wordt.  Zo kunt u steeds terug kijken waarover geschreven wordt. In Paragraaf twee wordt de praktische toetsing van het onderdeel beschreven. Paragraaf drie beschrijft de theoretische toetsing. Paragraaf vier geeft de conclusies weer van de praktische en theoretische toetsing. Paragraaf vijf geeft de aanbevelingen weer die uit de conclusies voortkomen.  Wanneer u cliënt  leest bedoelen wij de thuiswonende oudere vanaf zeventig jaar. De cliënt heeft dementie of er is een vermoeden van dementie. Wanneer dit relevant is wordt dat duidelijk aangegeven. Wanneer u mantelzorger leest bedoelen wij een man of vrouw die meestal langdurig en intensief zorgt voor zijn of haar partner, familielid, vriend, buur of goede kennis van de cliënt. Met thuiszorg wordt de professionele organisatie bedoeld, die de cliënt ondersteunt bij de persoonlijke verzorging of de huishoudelijke verzorging of beiden. Wanneer er zij of haar geschreven staat kan ook hij of hem bedoeld worden.  Enkele persoonlijke kenmerken van de respondenten: Het gaat om zes vrouwen en een man.  Vier cliënten zijn bekend met de ziekte van Alzheimer, een cliënt is bekend met een gemengd beeld, bij twee cliënten was sprake van een "niet‐pluis‐gevoel".   Zij  zijn  wel bekend  bij respectievelijk een geriater en een neuroloog.   Vijf cliënten wonen samen met hun partner en twee  cliënten zijn alleenstaand. De leeftijden van de cliënten variëren tussen 75 en 93 jaar, de leeftijden van de partners variëren tussen 73 en 82 jaar.  We hebben er bewust voor gekozen om het zorgleefplan te toetsen bij zowel gediagnosticeerde als niet gediagnosticeerde cliënten. Bij de niet gediagnosticeerde cliënten was wel  sprake van een “niet‐ pluis‐ gevoel” in de persoonlijke  omgeving. We worden als casemanagers dementie in beide situaties ingeschakeld. Wij vinden het van belang, dat de beleving van de cliënt helder naar voren komt en in de anamnese gescheiden wordt van dat van de mantelzorger en andere hulpverleners. Wij hopen  tot een goed  aansluitend en praktisch zorgleefplan te komen, wat in gaat op de behoefte van en aansluit bij de wens van de cliënt en hun mantelzorger. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  10

Page 11: Het Zorgleefplan 2011

1  Personalia  1.1  Kopie van de Personalia van het oorspronkelijk zorgleefplan 

 Personalia cliënt: Naam :   Adres:                                      Postcode en woonplaats:        Telefoonnummer:   Geboortedatum:   BSN   Zorgverzekering:   Klanten nummer   Contactpersoon:   

 

Huisarts:   Casemanager:                             Zorgtoewijzing  Zorg  Organisatie Dagen en uren Indicatie geldig tot                    

  1.2  Praktijk ervaring met de Personalia  Erg prettig is het om een overzichtslijst te hebben met daarop alle gegevens van een cliënt. De persoonlijke gegevens en de gegevens van de betrokken mensen rondom deze cliënt. De praktijk wees uit dat we een aantal items misten.  Wij zagen graag als extra toevoeging bij naam ook de voorletters van de cliënt. Bij het aanvragen van zorg zijn deze gegevens noodzakelijk. We vinden het belangrijk dat duidelijk is  of een cliënt een huisgenoot heeft of alleen woont. Heeft de cliënt een huisgenoot dan is er meer toezicht thuis.  De insteek van zorg verlenen is anders wanneer iemand alleen en zelfstandig woont. Bij alleenstaanden probeert men vaker contactmomenten in te bouwen. Een van de eerste belangrijke dingen die we misten in dit overzicht was de diagnose. De diagnose komt wel verder in het zorgleefplan aan bod. Wij vonden dit echter niet praktisch. We vinden het belangrijk dat fundamentele gegevens gebundeld en in een oog opslag zichtbaar zijn. Ook vinden wij het belangrijk dat de datum waarop de diagnose gesteld is, wordt genoteerd. Het kan een indicatie zijn om een vervolgdiagnose aan te vragen bij huisarts, geriater of neuroloog. Tevens kan het een beeld geven van hoe snel het dementieproces verloopt. We misten ook de apotheek in de personalia. Het kan efficiënt zijn om het  wel toe te voegen onder de lijst van Personalia. Bijvoorbeeld als medicijnen op rol moeten worden aangevraagd hoef je niet lang te zoeken naar het telefoonnummer.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  11

Page 12: Het Zorgleefplan 2011

Daarnaast is het vermelden van de kinderen volgens ons belangrijk, zeker als je systeemgericht wil werken en de directe familie in beeld wil krijgen.  Uit  onze praktijk blijkt dat het handig is dat de verwijzer in de Personalia genoemd wordt. Zij zijn degene die voor de cliënt en haar systeem meer ondersteuning en begeleiding nodig achten. De verwijzer kunnen wij op de hoogte houden van de stand van zorg voor de cliënt. Onze praktijkervaring is, dat we regelmatig contact hebben met de verpleegkundigen die verbonden zijn aan de geriaters of neurologen in het ziekenhuis. Het zijn belangrijke verwijzers en ketenpartners. Vandaar dat wij hun namen en telefoonnummers graag onder personalia willen schrijven. Dit geldt ook voor de andere hulpverleners die we aan de lijst willen toevoegen . Niet alleen bij de zeven cliënten waar we dit zorgleefplan hebben getoetst kwam naar voren dat het meer praktisch is.  Een standaard overzicht met daarop de meest voorkomende belangrijke contacten vinden wij evident. In ons oude systeem hadden we dat al. Het bleek erg efficiënt en praktisch.  In een oog opslag is duidelijk wie er allemaal  betrokken zijn bij de cliënt. Dit is voor ons praktisch casemanagen. We kunnen zo de betrokkenen snel op de hoogte brengen van bijzonderheden en wijzigingen rondom de cliënt dit natuurlijk altijd met toestemming van de cliënt of diens mentor. Ook bij afwezigheid van een collega is het op deze manier gemakkelijker het casemanagement te vervangen.   De tabel uitbreiding zorg geeft een duidelijk overzicht van de zorgproducten die door het CIZ zijn toegewezen aan de cliënt. Ook wie de zorgaanbieder is en hoeveel uren er momenteel op welk moment van de week  worden ingezet, staan er in vermeld. Wij vragen als casemanager geen herindicaties aan. Die verantwoordelijkheid ligt bij de desbetreffende zorgaanbieders en diens eerst verantwoordelijke. In onze ogen is deze kolom overbodig.  De kolom indicatie geldig tot  is overbodig omdat dit door de zorgaanbieder en diens eerst verantwoordelijken, in de gaten gehouden wordt. Werkende wijs bleek dat we een overzicht misten.  We hadden behoefte aan een overzicht waarop in een oogopslag duidelijk te zien is welke producten er door wie en wanneer zijn aangevraagd. We vonden alle drie dat er een extra tabel aangevraagde zorg aan dit onderdeel toegevoegd moest worden. Nu we hier enkele weken mee gewerkt hebben merken we dat dit echt een meerwaarde heeft; er hoeft niet door de papieren heen gezocht of naar de laatste rapportages gekeken te worden. Dit kost minder tijd en energie.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  12

Page 13: Het Zorgleefplan 2011

1.3  Conclusies  

• Wij vinden een uitgebreid voorblad met Personalia belangrijk voor het efficiënt en overzichtelijk kunnen werken. 

• Het oorspronkelijk document bevat te weinig items daarvoor; we missen bijvoorbeeld diagnose, samen of alleenwonend en differentiatie in de verschillende zorgverleners. 

• De twee grootste voordelen van een duidelijk overzicht zijn enerzijds, dat je bij een verandering in een situatie bij de cliënt in een oogopslag ziet welke betrokkenen je moet verwittigen. Anderzijds is het voordeel dat de cliënt en  haar naasten zien en merken dat je op de hoogte bent van de betrokken hulpverleners en dat  je ze kent.  Dit kan vertrouwen scheppen. 

• We missen een overzicht aangevraagde zorg. • De kolom indicatie geldig tot  bij zorgtoewijzing is voor ons niet relevant en kan 

weggelaten worden  1.4  Aanbevelingen  

• Ontwerp een helder, overzichtelijk en volledig document waarin de volgende items aanbod komen: de personalia van de cliënt, betrokken zorgverleners, kinderen en partner van de cliënt, diagnose. 

• Voeg een relevante tabel voor registratie zorgtoewijzing toe • Voeg een relevante tabel voor registratie aangevraagde zorg toe  • Wij  adviseren  om  standaard extra disciplines aan de lijst toe te voegen, om een zo’n 

compleet mogelijk overzicht te creëren van eventueel betrokken disciplines.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  13

Page 14: Het Zorgleefplan 2011

2  Typering  2.1  Kopie van het oorspronkelijk zorgleefplan 

 Typering  Algemeen: Een actueel en beknopt beeld van de cliënt als persoon, met de eigen waarden, leefstijlen en voorkeuren; verleden, heden en toekomst in de levensloop van deze persoon.    Zorg : ervaringen, waarden en voorkeuren van de cliënt m.b.t. zorg.  2.2  Praktijkervaring met Typering  Het is belangrijk te weten met wat voor type mens je te maken hebt. Betreft het iemand met een agrarische achtergrond, een medische of iemand die altijd een ander dag en nachtritme gehad heeft zoals een bakker. In het begin was het erg wennen om dit belangrijke onderdeel van het zorgleefplan in te vullen. Aan de ene kant kun je hier heel veel in kwijt. Aan de andere kant blijkt uit de praktijk, dat het moeilijk is, om zonder handleiding dit onderdeel zo volledig mogelijk in te vullen. Naarmate we er meer ervaring in kregen en door goede onderlinge afstemming werd het ons wel steeds duidelijker. We konden er handen en voeten aan geven. We ervoeren, zoals al door Hanny gezegd was, dat dit onderdeel niet na één huisbezoek volledig in te vullen is. Het zorgleefplan kan praktisch gezien worden  als groeidocument. Tijdens de begeleidingscontacten met de cliënt en hun mantelzorger wordt een vertrouwensrelatie opgebouwd. Hierdoor worden de geschiedenis en de persoonlijke beleving van de dementerende en hun naasten steeds  meer bespreekbaar.   We behandelen dit onderdeel van het zorgleefplan als een  vertrouwelijk stuk. Het is niet inzichtelijk voor andere zorgverleners. Desondanks vinden we het een wezenlijk belangrijk onderdeel van het zorgleefplan. Onderwerpen en belevingen die beschreven staan in de typering zijn van invloed op de onder zorgdomeinen beschreven items.  Ook kunnen bepaalde keuzes van de cliënt en zijn naasten gemakkelijker begrepen worden. Het belangrijkste vinden wij dat de wijze waarop wij invulling willen gaan geven aan dit onderdeel ons doel, om belevingsgericht te werken, ondersteunt.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  14

Page 15: Het Zorgleefplan 2011

2.3.1   Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP  1.  Niet‐pluis‐gevoel  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

2.  Wat is er aan de hand levensgeschiedenis kan  beschreven worden, wat kan helpen niet 

      en wat kan helpen    

3.   Bang, boos en in de war  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

4.   Er alleen voor staan  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

5.   Contacten mijden  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

6.   Lichamelijke zorg    

7.   Gevaar    

8.   ook nog gezondheid‐   Kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

       Problemen    

9.   Verlies  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

10. Het wordt me teveel    

11. Zeggenschap inleveren kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

       en kwijtraken    

12. in goede en in slechte tijden    

13. Miscommunicatie met kan hier expliciet beschreven worden onder beschrijving zorg 

       Hulpverleners    

14. Weerstand tegen       opnamen 

kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

   

 2.3.2   Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie van Geriant    

1. Aard en ernst van dementie  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

2. Gedrag en beleving  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

3. persoon en coping‐stijl kan beschreven worden vanuit  historisch cliënt perspectief 

4. Lichamelijke gezondheid kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

5. Zelfredzaamheid  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

6. Dagstructuur en bezigheden  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

7. Mantelzorg  ervaringen waarden en voorkeuren van de cliënt kan beschreven worden

8. Professionele zorg  ervaringen waarden en voorkeuren van de cliënt kan beschreven worden

9. Familie en sociaal network  kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

10. Woonomstandigheden kan beschreven worden vanuit historisch cliënt perspectief 

11. Veiligheid,administratie en  ervaringen waarden en voorkeuren van de cliënt kan beschreven worden

       juridische zaken    

  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  15

Page 16: Het Zorgleefplan 2011

2.3.3 Vergelijk met het easycare‐assessment  Het easycare‐assessment is een screeningsinstrument voor het bepalen van de zorgbehoefte van de cliënt.  Het kan ingezet worden bij “niet pluissituaties”. Het geeft een gedifferentieerd beeld van de zorgproblemen van de cliënt. Er hoeft nog geen diagnose gesteld te zijn en het kan fungeren als onderbouwde aanleiding om de huisarts in te lichten over de eerste zorgbehoefte van de cliënt. Ook kan het gebruikt worden  als signaleringsrapport  voor een verwijzing naar GGZ, geriater of neuroloog, en om onderbouwd (thuis)zorg aan te vragen. Het easycare‐assessment is meer praktisch en betrekkelijk onpersoonlijk. Het heeft een meer uniformmodel. De items laten weinig variatie toe en zijn betrekkelijk eenduidig in te vullen. Signalen van cognitieve problemen evenals veranderingen in het functioneren van de cliënt kunnen in een korte tijd en duidelijk meetbaar worden weergegeven.  Het easycare‐assessment is een hier‐en‐nu moment opname, wat in betrekkelijk korte tijd ingevuld kan worden. Het is meer een product gericht model in tegenstelling tot het zorgleefplan wat een groeidocument is en een meer proces gericht model heeft. Het zorgleefplan is een meer pluriform model. De items van het zorgleefplan zijn belevingsgerichte en dus meerduidig  want persoonlijk in te vullen.   Cliënten verwoorden in het LDP programma veertien probleemvelden die een rol spelen bij dementie, de Elf Zorgdimensies sluiten hier nauw bij aan. Deze twee modellen kijken meer belevingsgericht naar de cliënt hun mantelzorgers en hulpverleners daarnaast worden de psychosociale en systeemgerichte probleemvelden meer betrokken.   Bij het onderdeel typering van het zorgleefplan wordt de persoonlijke geschiedenis van de cliënt beschreven met eigen waarden, ervaringen, voorkeuren en leefstijlen. Zoveel mensen zoveel zinnen daar geeft dit onderdeel  van het zorgleefplan alle ruimte voor. Het easycare‐assessment heeft een vraag over de beleving van de cliënt;  Voelt u zich eenzaam? Er kan gescoord worden op nooit, soms, dikwijls. De betekenis van die score voor de cliënt wordt niet weergegeven; iemand kan soms zich eenzaam voelen en dat een groot probleem vinden, een ander kan zich dikwijls eenzaam voelen maar dat prima vinden want is graag alleen. Hoe moet je de score dan wegen? Er wordt namelijk een standaard gehanteerd waarbij dikwijls zwaarder wordt gewogen dan soms. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  16

Page 17: Het Zorgleefplan 2011

2.4  Conclusies  

• We vragen ons af of het perspectief van de mantelzorger ook onder dit onderdeel verwerkt zou kunnen worden zonder afbreuk te doen aan de belevingsgerichtheid van het zorgleefplan. 

• We missen door de beknoptheid van dit onderdeel kernbegrippen en vragen die ons helpen dit onderdeel breed te benaderen en diepgang te geven. 

• De wijze waarop wij invulling willen gaan geven aan dit onderdeel ondersteunt ons doel om belevingsgericht te werken in hoge mate. 

• Tien probleemvelden van het landelijk dementieplatform kunnen  hier zijdelings aan de orde komen. 

• Het probleemveld miscommunicatie met hulpverleners kan  heel expliciet aan de orde komen. 

• Van de 11 zorgdimensies van Geriant kunnen er 11  aan de orde komen onder typering wanneer de casemanager deze dimensies als onderwerp meeneemt tijdens de intake. Het is echter niet vanzelfsprekend dat dit gebeurt. De vergelijking van de dimensies met dit onderdeel is wat geforceerd. In verband met de consequente aanpak van het onderzoeksmodel hebben we de vergelijking toch uitgevoerd.  

• Het zorgleefplan is geen diagnose instrument of een instrument om de achteruitgang  van de cliënt te meten het easycare‐assessment kan dit wel in een betrekkelijk korte tijd en eenduidig. 

• Het onderdeel  Typering geeft veel ruimte voor het perspectief van de cliënt. • Het scheidt het perspectief van de cliënt van die van de hulpverlening doordat 

expliciet  uitgegaan wordt van de beleving van de cliënt.  2.5  Aanbevelingen  

• Ontwerp een begrippenkader voor het zorgleefplan waarbij de volgende vragen ter verdieping worden meegenomen:  

  Bij welke gebeurtenissen voelt u zich goed?   Wat is belangrijk voor u in uw situatie?   Welke mensen vindt u belangrijk?   Wat geeft u een goed gevoel, waar wordt u vrolijk van?   Wat wilt u nog graag meemaken in uw leven?    Hebt u nog bepaalde ‘dromen’ ‐ groot of klein ‐ die u graag zou zien uitkomen?    Hoe en waar zou u het liefste willen wonen? (noot 2)  

• Onderzoek of het perspectief van de mantelzorger ook onder dit onderdeel verwerkt zou kunnen worden zonder afbreuk te doen aan de belevingsgerichtheid van het zorgleefplan. 

   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  17

Page 18: Het Zorgleefplan 2011

3  Zorgdomein 1: Mentaal welbevinden en autonomie  3.1  Kopie van het oorspronkelijk zorgleefplan 

   Domein:  Mentaal welbevinden en autonomie  

Onderwerpen voor verkenning van zorgvraag en/of signalering 

Het perspectief van de cliënt 

Het perspectief van:Mantelzorgers, vrijwilligers en professionele zorgverleners 

Ingevuld door en de datum  

Ondersteuning van de eigen levensinvulling  

   

Medische diagnose  

   

De beleving van de dementie  

   

Stemming  

   

Gedrag   

   

Respect Respectvolle bejegening  

   

Beroepshouding en omgangsvormen van de  zorgverleners  

   

Eigen identiteit en leveninvulling Levensfase  

   

Informatie en instructie van de cliënt 

   

Inschakelen andere disciplines nodig? 

   

Let op!  Bijzondere omstandigheden / aandachtspunten? Richtlijnen/protocollen? Wat houdt toepassing bij deze cliënt in? 

 

  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  18

Page 19: Het Zorgleefplan 2011

3.2   Praktijkervaring met dit zorgdomein  Bij het invullen van dit domein in de praktijk hebben we in het begin nogal verwarring met de items Ondersteuning van de eigen levensinvulling, De beleving van de dementie, Eigen identiteit en Leveninvulling Levensfase wat moeten we er onder verstaan? We vinden dat het item De beleving van de dementie sterke overeenkomsten heeft met het item Eigen identiteit en Leveninvulling Levensfase. Er is behoefte aan differentiatie van de items. Medische diagnose komt ons op deze plek ook vreemd voor. We zagen dit graag bij de Personalia. We vinden het een belangrijk gegeven waar je niet eerst naar moet gaan zoeken in het document. Het vergt veel tijd om het document in te vullen en de zorg bestaat bij ons om niet volledig genoeg te zijn. Hoe noteer je in het document welke afspraken je gemaakt hebt? De onderste rij met Let Op functioneert niet goed op deze manier. Het voegt ons inziens niets toe en maakt het document onoverzichtelijk. We vinden het een verademing dat het zorgleefplan belevingsgericht is opgesteld. Het is ook prettig dat het perspectief van de cliënt zo duidelijk gescheiden wordt van de perspectieven van de mantelzorger, de hulpverleners, vrijwilligers en eventuele andere betrokkenen. Er ontstaat werkende wijs steeds meer behoefte aan een begrippenkader, waarmee aan het domein gestructureerd handen en voeten gegeven kan worden. Zonder begrippenkader of begeleidend schrijven kan je allerlei relevante onderwerpen over het hoofd zien. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  19

Page 20: Het Zorgleefplan 2011

3.3.1 Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP  1.  Niet‐pluis‐gevoel  kan beschreven worden onder de beleving van dementie 

2.  Wat is er aan de hand kan beschreven worden onder levensinvulling,  inschakelen andere disciplines nodig? 

      en wat kan helpen    

3.   Bang, boos en in de war  Kan beschreven worden onder de beleving van dementie, stemming en gedrag

4.   Er alleen voor staan  Kan beschreven worden onder de beleving van dementie, stemming en gedrag

5.   Contacten mijden  Kan beschreven worden onder de beleving van dementie, stemming en gedrag

6.   Lichamelijke zorg  komt hier niet aan bod

7.   Gevaar  komt hier niet aan bod

8.   ook nog gezondheid‐  komt hier niet aan bod

       Problemen    

9.   Verlies  Kan beschreven worden onder de beleving van dementie, stemming en gedrag

10. Het wordt me teveel  Kan beschreven worden onder de beleving van dementie, stemming en gedrag

11. Zeggenschap inleveren kan beschreven worden onder respect/respectvolle bejegening en onder 

       en kwijtraken  inschakelen andere disciplines nodig?

12. in goede en in slechte kan beschreven worden onder eigen identiteit en leveninvulling bejegening

       Tijden    

13. Miscommunicatie met kan beschreven worden onder respect/respectvolle bejegening en onder 

       Hulpverleners  inschakelen andere disciplines nodig?

14. Weerstand tegen                     opnamen 

kan beschreven worden onder inschakelen andere disciplines nodig? 

 3.3.2   Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie van Geriant  1. Aard en ernst van dementie  kan onder medische diagnose

2. Gedrag en beleving  Kan beschreven worden onder de beleving van dementie, stemming en gedrag

3. persoon en coping‐stijl kan beschreven worden onder gedrag

4. Lichamelijke gezondheid komt hier niet aan bod

 5. Zelfredzaamheid  kan beschreven worden onder ondersteuning van de eigen levensinvulling

6. Dagstructuur en bezigheden  kan beschreven worden onder ondersteuning van de eigen levensinvulling

7. Mantelzorg  komt onder alle domeinen aanbod mits aanwezig

8. Professionele zorg  kan beschreven worden onder beroepshouding en omgangsvormen etc.

9. Familie en sociaal netwerk   komt hier niet aan bod

10. Woonomstandigheden komt hier niet aan bod

11. Veiligheid,administratie en  administratie en juridische zaken komen hier nog niet aan bod veiligheid kan 

       juridische zaken  beschreven worden onder gedrag

  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  20

Page 21: Het Zorgleefplan 2011

3.3.3   Vergelijk met het easycare‐assessment    Vraag 14 Bent u instaat u buitenshuis te verplaatsen?   Vraag 15 Bent u instaat u binnenshuis te verplaatsen?    Deze vragen kunnen onder dit domein  gesteld worden. Zij kunnen iets zeggen over de autonomie van de cliënt.  De in het easycare‐assessment gehanteerde geriatrische depressie schaal zou onder dit domein ingezet kunnen worden.    Vraag 25 Bent u in het algemeen tevreden met uw leven?   Vraag 26 Heeft u het gevoel dat uw leven leeg is?   Vraag 27 Bent u bang dat u iets naars zal overkomen?   Vraag 28 Voelt u zich meestal wel gelukkig?   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  21

Page 22: Het Zorgleefplan 2011

3.4   Conclusies  

• Elf probleemvelden van het landelijk dementieplatform komen onder dit domein aan bod. 

• Zes zorgdimensies van Geriant komen onder dit domein aan bod. • Het perspectief van de cliënt  is structureel gescheiden van die van de casemanager 

door de invoering van 2 rapportage kolommen.  • Het perspectief van de mantelzorger en die van de casemanager worden onder 

dezelfde kolom beschreven.  • Twee vragen uit het easycare‐assessment kunnen onder dit domein gesteld worden. • Er is bij ons onduidelijkheid over wat het verschil is tussen het item Ondersteuning 

van de eigen levensinvulling en het item eigen identiteit en leveninvulling levensfase • De diagnose lijkt onder dit domein niet op zijn plek. Wij vinden dit thuis horen onder 

het onderdeel Personalia • De onderste rij met Let op functioneert niet goed op deze manier. Het voegt niets toe 

aan de praktijk en maakt het document onoverzichtelijk.  3.5   Aanbevelingen  

• De items Ondersteuning van de eigen levensinvulling en het item eigen identiteit en leveninvulling levensfase meer differentiëren door het ontwerp van een begrippenkader voor het zorgleefplan waarbij de volgende onderwerpen ter verdieping worden meegenomen;  

   Voor Ondersteuning van de eigen levensinvulling:      ‐ Zelfstandigheid  eigen regie   ‐ Oriëntatie tijd/ruimte/persoon,geheugen   ‐ Eventueel medicijnen die de waarneming beïnvloeden   ‐ Sociaal netwerk, belangrijke personen   ‐ Steun van de naaste omgeving   ‐ Eventuele zorg voor huisdieren   ‐ Tijdstippen van de zorgverlening zijn afgestemd op het eigen dagritme en dag      activiteiten van de  cliënt   ‐ Voorkomen van vrijheidsbeperkende maatregelen (noot 3)   Voor Eigen identiteit en levensinvulling levensfase   ‐ De belangrijkste dingen/waarden in het leven op dit moment, in deze fase   ‐ Beleving en verwerking van de huidige situatie   ‐ Omgaan met verlies/rouw   ‐ Zingeving/levensbeschouwing/religie (noot 4)   

• Inzetten van de Geriatrische depressieschaal uit het easycare‐assessment onder het item Stemming 

• Bij het item Informatie en instructie van de cliënt het woord cliënt weglaten. Mantelzorgers en verzorgenden kunnen ook behoefte hebben aan informatie en instructie 

• Diagnose aan het onderdeel Personalia toevoegen. • De onderste rij met Let op uit het document weglaten. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  22

Page 23: Het Zorgleefplan 2011

Casemanagers Dementie Careyn 2011  23

4   Zorgdomein 2: Sociale redzaamheid en Participatie   4.1  Kopie van oorspronkelijk zorgleefplan 

   Domein : Sociale redzaamheid en participatie  

Onderwerpen voor verkenning van zorgvraag en/of signalering 

Het perspectief van de cliëntHet perspectief van:Mantelzorgers, vrijwilligers en professionele zorgverleners 

Ingevuld door         en de      datum  

Dagbesteding Wat doet u graag? Wat wilt u blijven doen?  

   

Sociaal leven Voldoende sociale contacten?  

   

Hulpmiddelen voorzieningen voor sociale redzaamheid  

   

Contact met de samenleving  

   

Contact, meedoen, communicatie  

   

Administratief, beheer en regelzaken  

   

Vervoer  

   

Informatie en instructie van de cliënt 

   

Inschakelen andere disciplines nodig? 

   

Let op!  Bijzondere omstandigheden/aandachtspunten? Richtlijnen/protocollen? Wat houdt toepassing bij deze cliënt in? 

 

  

Page 24: Het Zorgleefplan 2011

4.2   Praktijkervaring met dit zorgdomein  Om dit domein goed in te kunnen vullen heb je uitleg nodig. Je ziet anders een aantal zaken over het hoofd. Ook hier wordt een uitgewerkt begrippenkader, waarin zowel de zorgdimensies als de probleemvelden in meegenomen zijn, gewenst. Voor het scheiden van het perspectief van de cliënt met het perspectief van zijn naasten, vrijwilligers en overige zorgverleners vinden wij het document prettig opgebouwd.  4.3.1   Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP  1.  Niet‐pluis‐gevoel  kan beschreven worden onder contact, meedoen communicatie 

2.  Wat is er aan de hand  kan beschreven worden onder dagbesteding en sociaal leven 

      en wat kan helpen    

3.   Bang, boos en in de war kan beschreven worden onder  contact, meedoen, communicatie, contact 

   met de samenleving

4.   Er alleen voor staan  Dit kan expliciet beschreven worden onder alle items van dit domein

5.   Contacten mijden  kan beschreven worden onder dagbesteding,  sociaal leven en contact 

6.   Lichamelijke zorg  komt hier niet aan bod

7.   Gevaar  komt hier niet aan bod

8.   ook nog gezondheid‐  kan beschreven worden onder hulpmiddelen, voorzieningen voor de 

       Problemen  sociale redzaamheid

9.   Verlies  van overzicht kan beschreven worden onder administratief, beheer en 

   regelzaken 

   van sociaal contact en activiteiten kan onder bijna alle items beschreven 

   Worden

10. Het wordt me teveel  komt hier  niet aan bod

11. Zeggenschap inleveren kan expliciet beschreven worden onder administratief, 

       en kwijtraken  beheer en regelzaken

12. in goede en in slechte  kan beschreven worden onder dagbesteding, sociaal leven contact met 

       Tijden  de samenleving, contact, meedoen, communicatie 

13. Miscommunicatie met komt hier niet aan bod

       Hulpverleners    

14. Weerstand tegen opnamen  kan beschreven worden onder dagbesteding, inschakelen andere

   Disciplines

  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  24

Page 25: Het Zorgleefplan 2011

4.3.2   Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie van Geriant    

1. Aard en ernst van dementie  komt hier niet aan bod

2. Gedrag en beleving  komt hier niet aan bod

3. persoon en coping‐stijl komt hier niet aan bod

4. Lichamelijke gezondheid komt hier niet aan bod

5. Zelfredzaamheid  de sociale redzaamheid kan onder alle items expliciet beschreven worden

6. Dagstructuur en bezigheden  kan expliciet beschreven worden onder item dagbesteding, sociaal leven, 

   contact met de samenleving, contact, meedoen, communicatie 

7. Mantelzorg  kan expliciet beschreven worden onder item dagbesteding, sociaal leven, 

   contact met de samenleving, contact, meedoen, communicatie 

8. Professionele zorg  Is structureel geregeld onder inschakelen andere disciplines nodig?

9. Familie en sociaal netwerk  kan expliciet beschreven worden onder item dagbesteding, sociaal leven, 

   contact met de samenleving, contact, meedoen, communicatie 

10. Woonomstandigheden komt hier niet aan bod

11. Veiligheid,administratie en  kan hier beschreven worden onder administratie, beheer en regelzaken

       juridische zaken    

  4.3.3   Vergelijk met het easycare‐assessment  Vraag 11 uit het easycare‐assessment bent u in staat uw eigen geldzaken af te handelen? Kan gesteld worden onder het item administratief, beheer en regelzaken. Het easycare‐assessment is niet gericht op (psycho)sociale redzaamheid en komt onder dit domein niet tot haar recht.   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  25

Page 26: Het Zorgleefplan 2011

4.4  Conclusies  

• Tien probleemvelden van het landelijk dementieplatform komen onder dit domein aan bod. 

• De probleemvelden er alleen voor staan, verlies komen expliciet aan de orde onder dit domein. 

• Zes zorgdimensies van Geriant komen onder dit domein aan bod. • De zorgdimensies zelfredzaamheid, dagstructuur en bezigheden, familie en sociaal 

netwerk komen expliciet aan de orde onder dit domein. • Het perspectief van de cliënt  is structureel gescheiden van die van de casemanager 

door de invoering van 2 rapportage kolommen.  • Het perspectief van de mantelzorger en die van de casemanager worden onder 

dezelfde kolom beschreven.  • De onderste rij met Let op functioneert niet goed op deze manier. Het voegt niets toe 

en maakt het document onoverzichtelijk.  4.5  Aanbevelingen  

• Bij het item Informatie en instructie van de cliënt het woord cliënt weglaten. Mantelzorgers en verzorgenden kunnen ook behoefte hebben aan informatie en instructie 

• Ontwerp een begrippenkader voor het zorgleefplan waarbij  ook de onderwerpen uit het IVVP ter verdieping worden meegenomen. 

• De onderste rij met Let op weg laten in het document.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  26

Page 27: Het Zorgleefplan 2011

5   Zorgdomein 3: Gezondheid en lichamelijk welbevinden  5.1  Kopie van oorspronkelijk zorgleefplan 

 Domein: Gezondheid en lichamelijk welbevinden  

Onderwerpen voor verkenning van zorgvraag en/of signalering 

Het perspectief van de cliënt Het perspectief van:Mantelzorgers, vrijwilligers en professionele zorgverleners 

Ingevuld door         en de      datum 

Voeding  

   

Schoon en verzorgd lichaam  

   

Hulpmiddelen voorzieningen voor sociale redzaamheid  

   

Lichamelijke functies Zintuigen Ademhaling bewegingsmogelijkheden en mobiliteit  

   

Hulpmiddelen en apparatuur   

 

Gezondheidsbevordering en bescherming Medische diagnose   

   

Toiletgang /zindelijkheid  

   

Medicijngebruik  

   

Informatie en instructie van de cliënt 

   

Inschakelen andere disciplines nodig? 

   

Let op!  Bijzondere omstandigheden/aandachtspunten? Richtlijnen/protocollen? Wat houdt toepassing bij deze cliënt in? 

 

  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  27

Page 28: Het Zorgleefplan 2011

5.2  Praktijkervaring met dit zorgdomein  Het item hulpmiddelen voorzieningen voor sociale redzaamheid schept verwarring en lijkt overbodig. Het gaat hier niet om de sociale redzaamheid eerder om de zelfredzaamheid. We denken dat dit item niet hoeft worden weergegeven. Het item Medische diagnose  staat voor ons op een vreemde plaats. Zoals al eerder beschreven zien wij dat graag in het totaaloverzicht van de Personalia. Op deze manier is het niet nodig  eerst een heel document door te nemen. Wel vinden wij het handig om onder dit onderdeel van het zorgleefplan ruimte te maken voor het vermelden van eventuele chronische ziektes als diabetes, hart en vaatziekte, kanker COPD enzovoort. Dit vinden we belangrijk omdat deze uiteraard van invloed zijn op het lichamelijk welbevinden. We denken dat het item Medicijngebruik eruit kan.  Ons lijkt het praktischer om een apart medicijnblad  te creëren. Niet dat de casemanagers perse alle medicijnen en wisselingen daarin zouden moeten weten.  Wel is belangrijke informatie volgens ons om te weten waarvoor de cliënt de medicijnen krijgt en of ze in eigen beheer zijn, op rol of verzorgd worden door een ander.  Daarnaast denken we dat een apart documentje over medicatie eenduidig is en niet snel tot verwarring of miscommunicatie zal leiden. Binnen dit zorgdomein zien we ook graag een duidelijke plaats voor het item dag en nacht ritme? Hoe gaat het daarmee? Ook hier weer is de onderste rij met let op verwarrend en lijkt niet functioneel. Wij willen dit er graag afhalen.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  28

Page 29: Het Zorgleefplan 2011

5.3.1   Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP  1.  Niet‐pluis‐gevoel  Kan beschreven worden onder voeding, schoon en verzorgd lichaam

   gezondheidbevordering en ‐bescherming medische diagnose 

2.  Wat is er aan de hand Kan beschreven worden onder voeding, schoon en verzorgd lichaam

      en wat kan helpen  gezondheidbevordering en ‐bescherming medische diagnose 

3.   Bang, boos en in de war  Kan beschreven worden onder gezondheidsbevordering en  

     ‐bescherming medische diagnose

4.   Er alleen voor staan  komt hier niet aan bod

5.   Contacten mijden  komt hier niet aan bod

6.   Lichamelijke zorg  kan onder dit domein expliciet beschreven worden onder alle items

7.   Gevaar  Kan beschreven worden onder gezondheidsbevordering en  

   bescherming medische diagnose en hulpmiddelen en apparatuur

8.   ook nog gezondheid‐  kan bij dit domein expliciet beschreven worden onder alle items 

       Problemen    

9.   Verlies  van lichamelijke en cognitieve functies

   kan onder dit domein expliciet beschreven worden onder bijna alle items

10. Het wordt me teveel  kan beschreven worden onder alle items

11. Zeggenschap inleveren kan beschreven worden onder medicijngebruik 

       en kwijtraken    

12. in goede en in slechte komt hier niet aan bod

       Tijden    

13. Miscommunicatie met komt hier niet aan bod

       Hulpverleners    

14. Weerstand tegen opnamen  Kan beschreven worden onder  gezondheidsbevordering en  

   bescherming medische diagnose

  5.3.2   Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie van Geriant     

1. Aard en ernst van dementie  Kan expliciet beschreven worden onder gezondheidsbevordering en 

   bescherming medische diagnose en hulpmiddelen en apparatuur

2. Gedrag en beleving  komt hier niet aan bod

3. persoon en coping‐stijl komt hier niet aan bod

4. Lichamelijke gezondheid kan onder dit domein expliciet beschreven worden onder bijna alle items

5. Zelfredzaamheid  van het lichamelijk functioneren kan onder dit domein expliciet 

   beschreven worden onder bijna  alle items

6. Dagstructuur en bezigheden  komt hier niet aan bod

7. Mantelzorg  is structureel geregeld derde kolom perspectief van de mantelzorger

8. Professionele zorg  is structureel geregeld onder inschakelen andere disciplines nodig?

9. Familie en sociaal netwerk  komt hier niet aan bod

10. Woonomstandigheden kan beschreven worden onder hulpmiddelen voorzieningen voor de 

   sociale redzaamheid

11. Veiligheid,administratie en  Kan beschreven worden onder gezondheidsbevordering en  

       juridische zaken  bescherming medische diagnose

 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  29

Page 30: Het Zorgleefplan 2011

5.3.3   Vergelijk met het easycare‐assessment  Van de 28 vragen kunnen er 20 onder dit domein gesteld worden;   Vraag 1: Kunt u zien?   Vraag 2: Kunt u horen?   Vraag 3 : Heeft u moeite met het kauwen van voedsel?   Vraag 4: Heeft u moeite met uzelf verstaanbaar maken te maken wegens   spraakproblemen?   Vraag 5: Hoe zou u in het algemeen uw gezondheid omschrijven?   Vraag 8: Bent u instaat uw huishoudelijke taken zelf uit te voeren?   Vraag 9: Bent u instaat uw eigen maaltijden te bereiden?   Vraag 10: Bent u instaat boodschappen te doen?   Vraag 12: Bent u instaat de telefoon te gebruiken?   Vraag 14: Bent u instaat u buitenshuis te verplaatsen?   Vraag 15: Bent u instaat u binnenshuis te verplaatsen?   Vraag 16: Kunt u de trap op en af lopen?   Vraag 17: Kunt u uzelf van uw bed naar een stoel verplaatsen als deze naast elkaar    staan?   Vraag 18: Bent u instaat het toilet te gebruiken?   Vraag 19: Kunt u zelf een bad of douche nemen?   Vraag 20: Kunt u zelf uw uiterlijk verzorgen?   Vraag 21: Kunt u zichzelf aankleden?   Vraag 22: Kunt u zelfstandig eten?   Vraag 23: Heeft u wel eens ongelukjes met urine?   Vraag 24: Heeft u wel eens ongelukjes met ontlasting?  De toon en de wijze waarop de vragen gesteld worden vinden we belangrijk om alert op te zijn. Zoals de vragen nu gesteld worden ga je uit van een mogelijk tekort dat een cliënt heeft. Ook zou de cliënt zich ongemakkelijk kunnen voelen doordat het gesloten vragen zijn die in eerste instantie met ja of nee beantwoord kunnen worden. Door de vragen te starten met hoe, nodig je de cliënt uit om vanuit vermogen te communiceren en niet vanuit onvermogen. Niet in alle gevallen is de hoe vraag adequaat. Als je bijvoorbeeld vraagt hoe gaat het met boodschappen doen en de klant zegt “goed”. Op zo’n moment weet je natuurlijk niet hoe het met de boodschappen zit. Lukt het u nog om boodschappen te doen? Zou dan meer en belangrijker informatie kunnen geven over dit item. Ook hier is behoefte aan meer differentiatie. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  30

Page 31: Het Zorgleefplan 2011

5.3   Conclusies  

• Negen probleemvelden van het landelijk dementieplatform komen onder dit domein aan bod. 

• De probleemvelden lichamelijke zorg, ook nog gezondheidsproblemen, het wordt me teveel komen expliciet onder dit domein aan bod. 

• Zeven zorgdimensies van Geriant komen onder dit domein aan bod. • De zorgdimensies aard en ernst van dementie, lichamelijke gezondheid, 

zelfredzaamheid, woonomstandigheden komen expliciet aan de orde onder dit domein. 

• Het perspectief van de cliënt  is structureel gescheiden van die van de casemanager door de invoering van 2 rapportage kolommen.  

• Het perspectief van de mantelzorger en die van de casemanager worden onder dezelfde kolom beschreven. 

• Wat maakt dat informatie en instructie van de cliënt specifiek is beschreven voor de cliënt, dit item kan  ons inziens ook voor de mantelzorger, vrijwilliger en andere hulpverleners gelden.  

• Twintig van de 28 vragen uit het easycare‐assessment kunnen onder dit domein gesteld worden.  

• Dit domein kan daarom gezien worden als het easycare‐assessment domein bij uitstek. 

• De vragen uit het easycare‐assessment zijn gesloten en kunnen de cliënt in verlegenheid brengen door dat ze uit gaan van tekorten. De manier waarop de vragen gesteld worden is daarom heel erg belangrijk. 

• Ook hier weer is de onderste rij met let op verwarrend en lijkt niet functioneel. Wij willen dit er graag afhalen. 

 5.4  Aanbevelingen  

• Bij het item Informatie en instructie van de cliënt het woord cliënt weglaten. Mantelzorgers en verzorgenden kunnen ook behoefte hebben aan informatie en instructie. 

• De 20 genoemde vragen uit het easycare‐assessment betrekken onder dit domein. • De vragen starten met hoe  waarmee de cliënt wordt uitgenodigd  om vanuit 

vermogen te communiceren en niet vanuit onvermogen. Bij die vragen waarbij dat relevant is. 

• Ontwerp een begrippenkader voor het zorgleefplan waarbij vragen ter verdieping worden meegenomen van dit onderdeel 

• De onderste rij met Let op weg laten in het document.   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  31

Page 32: Het Zorgleefplan 2011

6  Zorgdomein 4: Woon en leefomgeving  6.1  Kopie van oorspronkelijk zorgleefplan 

   Domein: Woon en leefomgeving  

Onderwerpen voor verkenning van zorgvraag en/of signalering 

Het perspectief van de cliënt 

Het perspectief van:Mantelzorgers, vrijwilligers en professionele zorgverleners 

Ingevuld door         en de      datum  

Woonruimte en zich thuis voelen  

   

De woning en woonomgeving  

   

Levenssfeer en privacy 

   

Opgeruimd en netjes  

   

Veiligheid  

   

Aanpassingen/ speciale hulpmiddelen Domotica  

   

Informatie en instructie van de cliënt 

   

Inschakelen andere disciplines nodig? 

   

Let op!  Bijzondere omstandigheden/aandachtspunten? Richtlijnen/protocollen? Wat houdt toepassing bij deze cliënt in? 

 

   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  32

Page 33: Het Zorgleefplan 2011

6.2  Praktijkervaring met dit zorgdomein  De  items Woonruimte en zich thuis voelen en De woning en woonomgeving kunnen wat ons betreft samengevoegd worden. Bij het item opgeruimd en netjes is het van belang dat de cliënt zelf bepaalt of iets goed genoeg is. Wij denken dat dit item vervangen zou kunnen worden door schoon. Daarnaast zouden wij hier mobiliteit wat explicieter naar voren willen laten komen. Waar vul je bijvoorbeeld het vervoer in: de deeltaxi, valys? Ook hier dringt zich de behoefte aan een duidelijk begrippenkader op.  6.3.1   Vergelijk met de veertien probleemvelden van het LDP  1.  Niet‐pluis‐gevoel  komt hier niet aan bod

2.  Wat is er aan de hand kan onder alle items onder dit domein beschreven worden 

      en wat kan helpen    

3.   Bang, boos en in de war  kan beschreven worden onder de items woonruimte en zich thuis voelen

   levenssfeer en privacy, veiligheid

4.   Er alleen voor staan  kan beschreven worden onder de items woonruimte en zich thuis voelen

   levenssfeer en privacy, veiligheid

5.   Contacten mijden  kan beschreven worden onder de items woonruimte en zich thuis voelen

   levenssfeer en privacy, veiligheid

6.   Lichamelijke zorg  komt hier niet aan bod 

7.   Gevaar  kan beschreven worden onder veiligheid

8.   ook nog gezondheid‐  komt hier niet aan bod

       Problemen    

9.   Verlies  komt hier niet aan bod 

10. Het wordt me teveel  kan beschreven worden onder item schoon en netjes 

11. Zeggenschap inleveren kan beschreven worden onder item levenssfeer en privacy 

       en kwijtraken    

12. in goede en in slechte komt hier niet aan bod 

       Tijden    

13. Miscommunicatie met  komt hier niet aan bod

       Hulpverleners    

14. Weerstand tegen opnamen  kan beschreven worden onder de items woonruimte en zich thuis voelen

   levenssfeer en privacy, veiligheid

  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  33

Page 34: Het Zorgleefplan 2011

6.3.2   Vergelijk met de elf Zorgdimensies Dementie van Geriant  

1. Aard en ernst van dementie  komt hier niet aan bod 

2. Gedrag en beleving  kan beschreven worden onder de items woonruimte en zich thuis voelen

   levenssfeer en privacy, veiligheid

3. persoon en coping‐stijl komt hier niet aan bod

4. Lichamelijke gezondheid komt hier niet aan bod

5. Zelfredzaamheid  kan beschreven worden opgeruimd en netjes

6. Dagstructuur en bezigheden  komt hier niet aan bod

7. Mantelzorg  is structureel geregeld derde kolom perspectief van de mantelzorger

8. Professionele zorg  is structureel geregeld onder inschakelen andere disciplines nodig?

9. Familie en sociaal netwerk  komt hier niet aan bod

10. Woonomstandigheden kan onder dit domein expliciet beschreven worden onder bijna alle items

11. Veiligheid,administratie en  kan beschreven worden onder de items woonruimte en zich thuis voelen

       juridische zaken  veiligheid, aanpassingen /speciale hulp middelen nodig. 

  6.3.3   Vergelijk met het easycare‐assessment  De vragen uit het easycare‐assessment zijn gericht op dat de cliënt zelf , niet direct op zijn woon en leefomgeving. Alleen vraag acht zou onder dit domein gesteld kunnen worden. Vraag 8: Bent u in staat uw huishoudelijke taken zelf uit te voeren?  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  34

Page 35: Het Zorgleefplan 2011

6.4   Conclusies  

• Acht probleemvelden van het LDP komen onder dit domein aan bod. • Geen probleemveld wordt expliciet beschreven. • Zes zorgdimensies van Geriant komen onder dit domein aan bod. • De zorgdimensie woonomstandigheden komt expliciet aan bod onder dit domein. • Het perspectief van de cliënt  is structureel gescheiden van die van de casemanager 

door de invoering van 2 rapportage kolommen.  • Het perspectief van de mantelzorger en die van de casemanager worden onder 

dezelfde kolom beschreven.  • De hiërarchie en de chronologie van de items zijn verwarrend voor ons. We begrijpen 

niet wat het verschil is tussen de items: ‘Woonruimte en zich thuis voelen’ en  ‘De woning en de woonomgeving’. 

• De onderste rij met Let op functioneert niet goed op deze manier. Het voegt niets toe en maakt het document onoverzichtelijk. 

 6.5   Aanbevelingen  

• Het item Woonruimte en zich thuis voelen  en De woning en de woonomgeving samen voegen tot het  item woonruimte en zich thuis voelen 

• Ontwerp een begrippenkader voor het zorgleefplan voor dit onderdeel waarbij de volgende onderwerpen ter verdieping worden meegenomen: 

  ‐ Inrichting   ‐ Comfort   ‐ Toegankelijkheid 

• Het item levenssfeer en privacy differentiëren met;   ‐ Aantal zorgverleners   ‐ Tijdstip van bezoek door zorgverleners   ‐ Betrouwbaarheid zorgverleners   ‐ Beschikbaarheid en bereikbaarheid zorgverleners   ‐ Zorgverleners respecteren levenssfeer en privacy   ‐ Zorgverleners gaan zorgvuldig om met spullen en apparaten 

• Het item veiligheid differentiëren met;   ‐ Alarmering   ‐ Risico voor vallen   ‐ Brandveiligheid   ‐ Hygiënisch omgaan met voedsel   ‐ Signaleren en handelen bij onveilige situaties, storing schade   ‐ Bedienen van huishoudelijk gereedschap en apparaten (noot 5) 

• De onderste rij met Let op weg laten in het document.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  35

Page 36: Het Zorgleefplan 2011

7   Beleidsaanbevelingen   7.1   Algemene conclusies  

Over de inhoud van het oorspronkelijk zorgleefpan • Het zorgleefplan is geen diagnose instrument of een instrument om de achteruitgang  

van de cliënt te meten. • Het is een groeidocument. • Signalen van cognitieve problemen evenals veranderingen in het functioneren van de 

cliënt kunnen in een korte tijd en duidelijk meetbaar worden weergegeven door de afname van een easycare‐assessment als de praktijksituatie daar om vraagt. 

• Beide modellen zouden elkaar praktisch kunnen aanvullen. • Het perspectief van de cliënt  is structureel gescheiden van die van de casemanager 

door de invoering van twee rapportage kolommen door het hele document.  • Het perspectief van de mantelzorger en die van de casemanager worden onder 

dezelfde kolom beschreven door het hele document.  

  Over de vormgeving van het oorspronkelijk zorgleefplan • De laatste kolom met datum wordt in de praktijk nauwelijks gebruikt. • De perspectieven vanuit diverse disciplines staan in dezelfde kolom en kunnen door 

elkaar lopen.  • De onderste rij met Let op functioneert niet goed op deze manier. Het voegt niets toe 

en maakt het document onoverzichtelijk. • Het item medicatie vinden we te rommelig in het document terug. 

 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  36

Page 37: Het Zorgleefplan 2011

7.2   Algemene aanbevelingen    Over de inhoud van het document 

• Bij de start van de ondersteuning van cliënten met (vermoedelijk} dementie door de casemanager zou als onderzoeksmodel als eerste het easycare‐assessment ingevuld kunnen worden en als tweede het zorgleefplan.  Bij het item Informatie en instructie van de cliënt het woord cliënt weglaten. Mantelzorgers en verzorgenden kunnen ook behoefte hebben aan informatie en instructie. 

 Over de vormgeving van het document 

• De kolom datum zouden we in zijn geheel weglaten. Het wordt in de praktijk niet gebruikt.  

• Datering kan door boven aan het document laatste wijziging op  toe te voegen. • Boven aan de bladzijde van de onderdelen  een datum laatste wijziging toevoegen. • Een apart blad over medicatie toevoegen. • Als aparte rapportage het document wat we gebruiken van de collega van Carin 

blijven gebruiken. (Zie bijlage 4) • De kolom waarin het perspectief van de mantelzorger, vrijwilliger en overige 

verzorgende wordt beschreven kan per persoon met een ander kleur worden ingevuld. Zo scheidt je ook deze perspectieven. Bijvoorbeeld de bevindingen van  de mantelzorgers in het groen en die van de casemanagers in het rood noteren.  

• De onderste rij met Let op weg laten in het hele document.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  37

Page 38: Het Zorgleefplan 2011

7.2.1   Verantwoording item medicatie op een apart blad   Volgens de Leidraad Ketenzorg Dementie versie mei 2009, bijlage 8 : Indicatorenset ketenzorg dementie, punt 5. Beschikbaarheid casemanager en aanwezigheid zorgplan, bij  onderdeel Definities, staat aangegeven, dat in het zorgplan o.a. minstens opgenomen moet zijn medicatie.  In het oorspronkelijke zorgplan staat medicatie apart vermeld bij het domein: Gezondheid en lichamelijk welbevinden. Het gebruik is om hier de medicatie te vermelden die de cliënt krijgt in verband met dementie. De eventueel andere medicatie wordt aangeven op een apart medicijnblad aansluitend op het onderdeel doelen acties/afspraken.  Wij denken dat wanneer je medicatie op diverse plaatsen in het plan noteert de kans groter is dat je een vergissing hierin kunt maken. Wij geven er daarom de voorkeur aan om de medicatie op één aparte plaats aan te geven.   Wat iemand aan medicijnen krijgt voorgeschreven in verband met dementie vinden wij ook belangrijk om te weten. Vooral omdat deze nare bijwerkingen kunnen hebben. Dat hoort dan ook een  observatie en aandachtspunt te zijn in de begeleiding van de cliënt.  Maar we voorzien problemen om de informatie betreft het medicijngebruik recent te houden. Navraag bij verschillende casemanagers dementie geeft bevestiging van dit probleem.  Iedereen erkent dit probleem. Een goed oplossing hebben we er nog niet voor kunnen bedenken maar het heeft onze aandacht. Een stroomdiagram communicatie in de wijk is in ontwikkeling. Bij aanvang van de begeleiding vragen we het medicatiegebruik en noteren dit op het  medicatieblad. Tevens zullen wij vragen aan de eerst verzorgenden of de mentoren om ons op de hoogte te houden van veranderingen. We zullen hierin zelf ook een proactieve houding moeten aannemen en kunnen zo nodig navraag doen bij de huisarts of apotheek mits we toestemming van de cliënt hebben. Echter is de huisarts ook nog niet altijd op de hoogte van de medicijnen die door een geriater of neuroloog zijn voorgeschreven. Het is een dynamisch onderwerp wat belangrijk is en moeilijk te vangen in een goed protocol.   Wij bevelen hierin dan ook een vervolgonderzoek aan.   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  38

Page 39: Het Zorgleefplan 2011

7.3   Invoeren van Het Zorgleefplan 2011    Onze Beleidsaanbeveling:      Onze aanbeveling is om Het Zorgleefplan 2011 als leidraad  en groeidocument in te   voeren  voor alle  Casemanagers Dementie van Careyn. ( Zie bijlage 3)    De invoering van Het Zorgleefplan 2011 te ondersteunen met het implementeren   en verspreiden  van het  differentiatiedocument Begrippenkader voor Het   Zorgleefplan 2011.    Daarbij uit te gaan van de pluriformiteit van de dementerende mens en haar   zorgsysteem en het zal  een kleurrijk en belevingsgericht geheel worden.    Dit komt naar onze mening de kwaliteit van hulpverlening ten goede.   7.4  Aanbeveling voor verder onderzoek:  • Onderzoek wat en hoe het onderdeel medicatie een goede plek kan krijgen in Het 

Zorgleefplan 2011 waarbij ook de problematiek van het  up‐to‐date houden van de lijst effectief wordt meegenomen. 

  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  39

Page 40: Het Zorgleefplan 2011

7.5  Theoretische verantwoording van Het Zorgleefplan 2011  We hebben een nieuwe versie van het zorgleefplan ontworpen. We hebben daarbij gebruik gemaakt van de bestaande zorgleefplannen en onze praktijkervaringen daarmee  geïntegreerd. Bij de ontwikkeling van het zorgleefplan en het begrippenkader maar ook bij het schrijven van het projectrapport hebben we gebruik gemaakt van de inzichten die we tijdens de opleiding verwierven. Ook de inzichten die we verwierven uit de boeken en rapporten vermeld in onze literatuurlijst hebben we geïntegreerd. Daar waar we zaken letterlijk overgenomen hebben in onze producten hebben we noten vermeld met de verwijzing naar de literatuur. Sommige theorieën zijn ons echter zo eigen geworden dat we ze niet meer precies kunnen duiden waar we deze gebruikt hebben. Toch vonden wij het belangrijk onze inspiratiebronnen, zoals u in onze literatuurlijst kunt zien, toch duidelijk te vermelden. Daar waar samenvattingen of interpretaties van de theorieën zijn gemaakt wordt dit wel indirect vermeld in het projectrapport.  Kernpunten van de bestaande belevingsgerichte zorgopvattingen die wij belangrijk vonden: Bij de opvattingen van Aart Pool gaat het om autonomie, gezamenlijkheid, gepastheid en gelijkwaardigheid. Samenspraak en regie van de cliënt binnen de zorgrelatie. Het IMOZ model heeft ondersteunen vanuit contact als centraal punt waarbij nabijheid van de verzorgende belangrijk wordt gevonden. Cora van der Kooij heeft dit geïntegreerde belevingsgerichte zorg genoemd.  Hier sluit de theorie van presentie van Baart bij aan, waarin de betrekking tussen mensen uitgangspunt is van alles wat volgt. Niet wat je doet is van belang maar hoe je het doet is belangrijk in het (zorg)contact met dementerenden. Met aandacht en toewijding.   Hans Becker trekt er de woonomgeving expliciet bij. Wonen en welzijn naar menselijk geluk.  Het Actiz model: niet alleen zorgen maar ook  leven. Vanuit dit model wordt niet alleen gezorgd maar ook actief een bijdrage geleverd door de verzorgenden aan de kwaliteit van leven vanuit het perspectief van de cliënt. Individuele vraaggerichtheid is hier de kernterm. De cliënt bepaalt zelf wat kwaliteit is. Bij al deze zorgopvattingen is de focus verschoven van waar eerder zorg voorop stond en dan met name vanuit zorgproblemen naar wonen en welzijn en menselijk geluk. Goede zorg is hierbij haast een factor geworden die wonen en welzijn dient te ondersteunen.  Wij vinden de volgende opvattingen uit de nota empowerment en dementie erg belangrijk en hebben de intentie om volgens deze opvattingen te werk te gaan met bovenstaande kernpunten uit de belevingsgerichte zorgopvattingen in ons achterhoofd; Mantelzorgers dienen actief betrokken te worden bij diagnostische trajecten en zorgplanbesprekingen De hulp en de zorg dienen afgestemd te worden op personen met dementie en hun mantelzorgers. Afstemmen betekent ook dat er rekening gehouden wordt met ieders unieke levensgeschiedenis. Vraaggericht en belevingsgericht. Kijk niet alleen naar welke hulp mensen met dementie nodig hebben gezien hun beperkingen, maar praat individueel met hen; praat ook over hun wensen en behoeften. Bevraag de mens met dementie, bevraag ook de familie en de professionals bij het opstellen van een zorgleef/begeleidingsplan. Stimuleer lotgenotencontact. Geef dementerenden een volwaardige plaats in de samenleving. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  40

Page 41: Het Zorgleefplan 2011

Vergroten van het inlevingsvermogen bij familie, vrijwilligers en professionals is van essentieel belang. Dat is van belang omdat mensen met dementie hele gewone, dagelijkse dingen niet meer overzien of begrijpen. Zo kunnen zelfs gewone situaties als bedreigend op hen overkomen. Ze voelen zich onveilig en niet meer op hun gemak in hun eigen omgeving/leefwereld. Daarom hebben zij de hulp van een ander nodig om hun leefwereld weer betrouwbaar en veilig te maken en zelf waar mogelijk, de regie over hun leven te voeren. In elke opleiding voor hulp‐ en zorgverleners dient het lesblok effectief kunnen communiceren met de mens met dementie en zijn naasten, als basisstof te worden aangeboden. Wij willen als casemanagers dementie de adviezen uit de nota ‘Empowerment en Dementie’ voor de dagelijkse praktijk voor hulp‐ en zorgverleners ter harte nemen; 

• Houd respect voor mensen met dementie gedurende het gehele traject zodat zij hun eigen identiteit kunnen behouden 

•  Respecteer het privéleven en de private relaties • Ken je eigen grenzen en stel deze ook. Wees je steeds bewust van wat je aan kunt in 

het omgaan met mensen met dementie, in het omgaan met problematisch gedrag en in de zorg; wees je ervan bewust wat jij kunt bijdragen aan kwaliteit van leven voor de mens met dementie 

• Laat mensen met dementie, ook als zij in een vergevorderd stadium zijn, hun behoeften en voorkeuren aangeven. Dit vraagt om een voortdurende observatie, het kennen van de mens, het goed luisteren, het ‘lezen’ van de ander en dit goed duiden 

  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  41

Page 42: Het Zorgleefplan 2011

Samenvatting  Binnen onze beginnende functie als Casemanager Dementie ontstond steeds meer de behoefte aan een handig zorgleefplan.  We hoopten binnen onze opleiding een evidence based exemplaar aangeboden te krijgen. Helaas niet kant en klaar.  Bij onze collega Hanny van der Woude kregen we het oorspronkelijk zorgleefplan wat we in de praktijk gingen toetsen. Het viel nog niet mee om het zorgleefplan in de praktijk te gebruiken ook omdat we nog wat achtergrond en ervaring misten. Desondanks hebben we veel geleerd van dit afstudeerproject en zijn we trots op onze eindproducten:  Het Zorgleefplan 2011 met het Begrippenkader voor Het Zorgleefplan 2011.  Ons project bestaat uit een praktische  en een theoretische toetsing. Het praktische onderzoek bestaat uit het kritisch toepassen van het zorgleefplan in de praktijk. Dit hebben we gedaan bij  zeven verschillende  cliënten met dementie of met het vermoeden van dementie. De cliënt kan zelfstandig  of samenwonend zijn.  Het theoretische onderzoek is een toetsend onderzoek in de vorm van een theoretische evaluatie.  Het zorgleefplan wordt  naast  de volgende drie theoretische modellen gelegd; De veertien probleemvelden van het Landelijk Dementie Programma (LDP) De elf zorgdimensies van Geriant De easycare‐assesment van de kennisgroep Geriatrie van het U.M.C. St. Radboud De opbouw van dit projectrapport volgt de opbouw van het zorgleefplan. We hebben er bewust voor gekozen om het zorgleefplan te toetsen bij zowel gediagnosticeerde als niet gediagnosticeerde cliënten. Bij de niet gediagnosticeerde cliënten was wel  sprake van een “niet‐ pluis‐ gevoel” in de persoonlijke  omgeving. We worden als casemanagers dementie in beide situaties ingeschakeld. Wij vinden het van belang, dat de beleving van de cliënt helder naar voren komt en in de anamnese gescheiden wordt van dat van de mantelzorger en andere hulpverleners. Wij hopen  tot een goed  aansluitend en praktisch zorgleefplan te komen, wat in gaat op de behoefte van en aansluit bij de wens van de cliënt en hun mantelzorger.  Personalia Binnen het oorspronkelijk zorgleefplan vonden wij het onderdeel Personalia te mager Wij vinden een uitgebreid voorblad met Personalia belangrijk voor het efficiënt en overzichtelijk kunnen werken. Het oorspronkelijk document bevat te weinig items daarvoor; we missen bijvoorbeeld diagnose, samen of alleenwonend en differentiatie in de verschillende zorgverleners. De twee grootste voordelen van een duidelijk overzicht zijn enerzijds, dat je bij een verandering in een situatie bij de cliënt in een oogopslag ziet welke betrokkenen je moet verwittigen. Anderzijds is het voordeel dat de cliënt en  haar naasten zien en merken dat je op de hoogte bent van de betrokken hulpverleners en dat  je ze kent.  Dit kan vertrouwen scheppen. We missen een overzicht aangevraagde zorg.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  42

Page 43: Het Zorgleefplan 2011

Typering Het is belangrijk te weten met wat voor type mens je te maken hebt. Betreft het iemand met een agrarische achtergrond, een medische of iemand die altijd een ander dag en nachtritme gehad heeft zoals een bakker. We behandelen dit onderdeel van het zorgleefplan als een  vertrouwelijk stuk. Het is niet inzichtelijk voor andere zorgverleners. Desondanks vinden we het een wezenlijk belangrijk onderdeel van het zorgleefplan. Onderwerpen en belevingen die beschreven staan in de typering zijn van invloed op de onder zorgdomeinen beschreven items.  Ook kunnen bepaalde keuzes van de cliënt en zijn naasten gemakkelijker begrepen worden. Het belangrijkste vinden wij dat de wijze waarop wij invulling willen gaan geven aan dit onderdeel ons doel, om belevingsgericht te werken, ondersteunt. We vragen ons af of het perspectief van de mantelzorger ook onder dit onderdeel verwerkt zou kunnen worden zonder afbreuk te doen aan de belevingsgerichtheid van het zorgleefplan.  Het  probleemveld miscommunicatie met hulpverleners kan  heel expliciet aan de orde komen.Van de 11 zorgdimensies van Geriant kunnen er 11  aan de orde komen onder typering wanneer de casemanager deze dimensies als onderwerp meeneemt tijdens de intake. Het is echter niet vanzelfsprekend dat dit gebeurt. De vergelijking van de dimensies met dit onderdeel is wat geforceerd. In verband met de consequente aanpak van het onderzoeksmodel hebben we de vergelijking toch uitgevoerd. Het onderdeel  Typering geeft veel ruimte voor het perspectief van de cliënt. Het scheidt het perspectief van de cliënt van die van de hulpverlening doordat expliciet  uitgegaan wordt van de beleving van de cliënt.  Zorgdomein 1: Mentaal welbevinden en autonomie Er is behoefte aan een differentiatie van de items want de gehanteerde items zijn verwarrend voor ons. Het vergt veel tijd om het document in te vullen en de zorg bestaat om niet volledig genoeg te zijn. Hoe noteer je het in dit document als je afspraken hebt gemaakt?   We vinden  het een verademing dat het zorgleefplan belevingsgericht is opgesteld. Het is ook erg prettig dat het perspectief van de cliënt zo duidelijk gescheiden wordt van de perspectieven van de mantelzorger, de hulpverleners,  vrijwilligers en eventueel andere betrokkenen. Er ontstaat werkende wijs steeds meer behoefte aan een begrippenkader, waarmee aan het domein gestructureerd handen en voeten gegeven kan worden. Zonder begrippenkader of begeleidend schrijven kan je allerlei relevante onderwerpen over het hoofd zien.  Zorgdomein 2: Sociale redzaamheid en Participatie De bevindingen van zorgdomein een komen overeen met de bevindingen van domein twee.  Zorgdomein 3: Gezondheid en lichamelijk welbevinden Ook bij het toetsen van dit domein blijkt er verwarring te ontstaan over de gebruikte items. Daarnaast vinden wij het handig om onder dit onderdeel van het zorgleefplan ruimte te maken voor het vermelden van eventuele chronische ziektes als diabetes, hart en vaatziekte, kanker COPD enzovoort. Dit vinden we belangrijk omdat deze uiteraard van invloed zijn op het lichamelijk welbevinden. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  43

Page 44: Het Zorgleefplan 2011

We denken dat het item Medicijngebruik eruit kan.  Ons lijkt het praktischer om een apart medicijnblad  te creëren. Niet dat de casemanagers perse alle medicijnen en wisselingen daarin zouden moeten weten.  We denken we dat een apart documentje over medicatie eenduidig is en niet snel tot verwarring of miscommunicatie zal leiden. Binnen dit zorgdomein zien we ook graag een duidelijke plaats voor het item dag en nacht ritme? Hoe gaat het daarmee. Twintig van de 28 vragen uit het easycare‐assessment kunnen onder dit domein gesteld worden. Dit domein kan daarom gezien worden als het easycare‐assessment domein bij uitstek. De vragen uit het easycare‐assessment zijn gesloten en kunnen de cliënt in verlegenheid brengen door dat ze uit gaan van tekorten. De manier waarop de vragen gesteld worden is daarom heel erg belangrijk. De toon en de wijze waarop de vragen gesteld worden vinden we belangrijk om alert op te zijn. Zoals de vragen nu gesteld worden ga je uit van een mogelijk tekort dat een cliënt heeft. Ook zou de cliënt zich ongemakkelijk kunnen voelen doordat het gesloten vragen zijn die in eerste instantie met ja of nee beantwoord kunnen worden. Door de vragen te starten met hoe, nodig je de cliënt uit om vanuit vermogen te communiceren en niet vanuit onvermogen. Niet in alle gevallen is de hoe vraag adequaat. Als je bijvoorbeeld vraagt hoe gaat het met boodschappen doen en de klant zegt “goed”. Op zo’n moment weet je natuurlijk niet hoe het met de boodschappen zit. Lukt het u nog om boodschappen te doen? Zou dan meer en belangrijker informatie kunnen geven over dit item. Ook hier is behoefte aan meer differentiatie.  Zorgdomein 4: Woon en leefomgeving De  items Woonruimte en zich thuis voelen en De woning en woonomgeving kunnen wat ons betreft samengevoegd worden. Bij het item opgeruimd en netjes is het van belang dat de cliënt zelf bepaalt of iets goed genoeg is. Daarnaast zouden wij hier mobiliteit wat explicieter naar voren willen laten komen. Waar vul je bijvoorbeeld het vervoer in: de deeltaxi, Valys? Ook hier dringt zich de behoefte aan een duidelijk begrippenkader op.  Bij de start van de ondersteuning van cliënten met door de casemanager zou als onderzoeksmodel als eerste het easycare‐assessment ingevuld kunnen worden en als tweede het zorgleefplan.  Het zorgleefplan kan zien worden als een procesdocument ofwel groeidocument. Het heeft meer tijd dan een intakegesprek nodig om ingevuld te raken. We vinden het belangrijk op een apart medicijn blad toe te voegen aan het zorgleefplan.  

Casemanagers Dementie Careyn 2011  44

Page 45: Het Zorgleefplan 2011

Onze Beleidsaanbeveling: Onze aanbeveling is om Het Zorgleefplan 2011 als leidraad  en groeidocument in te voeren voor alle Casemanagers Dementie van Careyn.  De invoering van Het Zorgleefplan 2011 te ondersteunen met het implementeren en verspreiden van het  differentiatiedocument Begrippenkader voor  Het Zorgleefplan 2011.  Daarbij uit te gaan van de pluriformiteit van de dementerende mens en haar zorgsysteem en het zal een kleurrijk en belevingsgericht geheel worden.  Dit komt naar onze mening de kwaliteit van hulpverlening ten goede.  Aanbeveling  voor  verder  onderzoek:  • Onderzoek wat en hoe  het onderdeel medicatie een goede plek kan krijgen in Het 

Zorgleefplan 2011 waarbij ook de problematiek van het  up‐to‐date houden van de lijst effectief wordt meegenomen. 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  45

Page 46: Het Zorgleefplan 2011

Literatuurlijst  Dr. D. B. Baarda en Dr. M.P.P. de Goede basisboek methoden en technieken, praktische handleiding voor het opzetten en uitvoeren van onderzoek. Leiden/Antwerpen, Stenfert en Kroese 4e druk 2006   EASYcareGIDS‐project  Inhoud easycare‐assessment. Nijmegen, Kenniscentrum Geriatrie UMC st. Radboud Nijmegen 2007  A.H. Kleemans eindredactie, Handboek zorgdimensies dementie Stichting Geriant. Alkmaar  Bejo Druk & Print April 2008  Sting Landelijke beroepsvereniging verzorging en Zorgproducten, Zorgleefplanwijzer.nl  Utrecht,  De zorgplannen van Actiz, IMOZ en  Artemea zijn geraadpleegd, januari 2011.  Margot Scholte en Peter van Splunteren,  wegen en overwegen, handleiding intake maatschappelijk werk. Utrecht NIZW augustus 2002  Piet Hein Jonkergouw hoofdredacteur, Handboek IVVP Begrippen, Maarsen Elsvier/De Tijdstroom 1998  Hanny Groenenwoud e.a. Evaluatie van de pilot casemanagement dementie in de regio Delft Westland Oostland 2005‐2007 Rotterdam, Kenniskring Transities in Zorg, april 2008  Prof.dr. Guus L. van Heck & Hilde Stoop, Vergeet mij niet. Empowerment en Dementie met aanbevelingen voor beleid en praktijk. ’s‐Hertogenbosch Programmaraad Zorgvernieuwing Psychogeriatrie 2e druk oktober 2010  A.Pool ea. Belevingsgericht werken in Theorie. Uit de reader Post‐HBO Opleiding Casemanagement bij Dementie 2010‐2011  Peter van Straaten, Hoezo Oud?  Rainbow pockets februari 2008  Stichting Alzheimer Nederland, Alzheimerwijzer,over omgaan met dementie, Cambium BV Zeewolde 6de druk 2009  Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Zorgverzekeraars Nederland, Alzheimer Nederland en ActiZ, Leiddraad Ketenzorg Dementie een hulpmiddel voor de ontwikkeling van ketenzorg dementie, Den Haag mei 2009   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  46

Page 47: Het Zorgleefplan 2011

Noten  (1)  Het zorgleefplan van Actiz hanteert de zorgdomeinen als volgt:   1.  Woon en leefomstandigheden   2.  Sociale Redzaamheid en Participatie   3.  Mentaal Welbevinden en Autonomie   4.  Lichamelijk Welbevinden en Gezondheid  (2)   Uit:  Artemea uw eigen leefplan, pag. 11, Utrecht Artemea bureau voor vraagsturing en   innovatie in de   zorg. December 2008  (3)   Uit:  Actiz zorgleefplan onder domein 3 mentaal welbevinden en autonomie  (4)   Uit:  Actiz zorgleefplan onder domein 3 mentaal welbevinden en autonomie  (5)   Uit: Actiz zorgleefplan onder domein 1  woon en leefomgeving   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  47

Page 48: Het Zorgleefplan 2011

  BIJLAGE   Werkinstructie bij:   Het Zorgleefplan 2011 en het 

Begrippenkader voor Het Zorgleefplan 2011    Leer de hoofdonderdelen van het zorgleefplan uit je hoofd dat zijn: Typering Domein 1: Woon en leefomstandigheden Domein 2: Sociale Redzaamheid en Participatie Domein 3: Mentaal Welbevinden en Autonomie Domein 4: Lichamelijk Welbevinden en Gezondheid   Stop standaard een exemplaar van het begrippenkader in je werktas.  Je dient het begrippenkader in hoofdlijnen uit het hoofd te kennen. Leer de zwart gedrukte kernvragen van de  domeinen uit je hoofd. Van typering is dat bijvoorbeeld:   Hoe is de actuele situatie?           Wat vindt u belangrijk?           Wat voor persoon vindt u uzelf? Maar desnoods een samenvattend briefje voor in je agenda.  Neem als je geheugensteuntje het begrippenkader kort door voordat je bij de cliënt naar binnen gaat. Niet hanteren waar de cliënt bij is.  Bij vervolggesprekken kan je specifiek kijken hoe je de juiste verdiepingsvragen kan stellen bij een vooraf bepaald onderwerp van het zorgleefplan.  Neem een exemplaar van het actuele zorgleefplan mee naar de cliënt als je op intake of huisbezoek gaat.   Gebruik het zorgleefplan bij voorkeur niet als invulformulier en maak pas op het eind van het gesprek aantekeningen op het formulier.  Vertel aan de cliënt en de eventuele partner of mantelzorger dat je hun zorgwensen en zorgdoelen hiermee verwoord.   

Casemanagers Dementie Careyn 2011  48

Page 49: Het Zorgleefplan 2011

Vertel dat je de volgende keer het zorgleefplan weer mee neemt om te zien hoe het met de doelen staat. Je kan iedere keer bespreken of er doelen en wensen bereikt of opgelost zijn en bespreekbaar maken of er nieuwe doelen en wensen zijn ontstaan.  Het is dus bedoeling dat het om de doelen en wensen van de cliënt gaat.  Vraag aan de cliënt toestemming om een dossier aan te leggen en het zorgleefplan uit te schrijven. Je werkt het zorgleefplan dus op kantoor uit.  Er blijft niets achter bij de cliënt van het zorgleefplan.  Je moet steeds zelf zorg dragen voor het up to date houden van het zorgleefplan. Het is een groei document  Succes! 

Casemanagers Dementie Careyn 2011  49

Page 50: Het Zorgleefplan 2011

Casemanagers Dementie Careyn 2011  50