Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

6
Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

description

Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74). Lesbia mi praesente viro mala plurima dicit: 1 haec illi fatuo maxima laetitia est. 1 praesente viro – abl abs  terwijl haar man aanwezig is, in aanwezigheid van haar man mala plurima – welke getal / geslacht? onz mv - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

Page 1: Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

Page 2: Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

Lesbia mi praesente viro mala plurima dicit: 1haec illi fatuo maxima laetitia est.

1 praesente viro – abl abs terwijl haar man aanwezig is, in aanwezigheid van haar man

mala plurima – welke getal / geslacht?onz mvdus: zeer veel slechte dingen

2 haec – ook onz mv

Page 3: Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

Lesbia mi praesente viro mala plurima dicit: 1haec illi fatuo maxima laetitia est.

Lesbia zegt in aanwezigheid van haar man zeer veel lelijke dingen tegen mij: dit is voor die onnozele hals een zeer grote vreugde.

2 Wat wordt er bedoeld met haec?Lesbia mi mala plurima dicit

Wie wordt er bedoeld met illi fatuoLesbia’s man (viro)

Wat denkt die man kennelijk?Lesbia zegt lelijke dingen over Catullus, dus ze vindt hem niks.

Page 4: Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

Mule, nihil sentis. Si nostri oblita taceret, 3sana esset: nunc quod gannit et obloquitur,

3 Mule – welke vorm?vocativus van mulus

3-4 taceret, esset – wat voor coni?irrealis (si…)

Page 5: Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

Mule, nihil sentis. Si nostri oblita taceret, 3sana esset: nunc quod gannit et obloquitur,

Domkop, je merkt niets. Als zij zou zwijgen alsof ze ons vergeten was, zou ze gezond zijn; nu, omdat ze me afblaft en tegen me in gaat,

3 nostri – genitivus obiectivus; geeft een soort lijd. Vw. Aan bij oblita.

nostri is ook dichterlijk meervoud4 sana – metafoor (liefde als ziekte)

Page 6: Het bewijs van haar liefde (Carmen 83, p. 74)

non solum meminit, sed, quae multo acrior est res,irata est: hoc est, uritur et loquitur. 6

herinnert ze zich mij niet alleen, maar, wat een veel ernstiger zaak is, ze is razend (verliefd): dat is het, ze wordt verteerd door liefde en (daarom) praat ze maar.

6 irata – hier in de zin van ‘razend verliefd’ Hoe verklaart Catullus dus Lesbia’s gedrag?

Ze is erg verliefd en blijft dus maar over hem praten. Dat doet ze negatief om haar man een rad voor ogen te draaien.