Helden en Uitvinders

68
1

description

Tilburg heeft zich die zich de laatste decennia ontpopte tot een moderne universiteit- en industriestad en is nu de zesde stad van Nederland. Bij deze transformatie hoort een revitalisering van verouderde woonbuurten, waaronder de Zeeheldenbuurt. Het bureau De Zwarte Hond maakte hiervoor een stedenbouwkundig plan, dat voorziet in het scheppen van gevarieerde woonmilieus rond een nieuw hart, pal naast de vertrouwde kerk. Om dit hart betekenis te geven, is er een door atelier PRO ontworpen Multifunctionele Accommodatie (MFA) aan toegevoegd. Tevens is het stratenpatroon ter plaatse van de MFA verbreed tot een brink, zodat de belangrijkste buurtwegen uitkomen op het hart en even zo vele zichtlijnen.¬¬

Transcript of Helden en Uitvinders

Page 1: Helden en Uitvinders

1

Page 2: Helden en Uitvinders
Page 3: Helden en Uitvinders

3

HELDEN & UITVINDERS

Catja Edens

Herstructurering van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt in Tilburg

Page 4: Helden en Uitvinders

Ten geleide 3 Berend de Vries, wethouder gemeente Tilburg

Mooi gemaakt! 5Voorwoord Otto van der Meulen, directeur Tiwos

Een oude buurt opnieuw uitgevonden 6Geschiedenis

Sleutelen aan de bestaande stad 14Projectdossier Wonen naar wens, ruimte om te leven 54Proces ‘Sociale woningbouw moet de mooiste architectuur van de stad zijn’ 60 Een gesprek met Otto van der Meulen en Jan Hamming

Colofon 64

INHOUDSOPGAVE

Page 5: Helden en Uitvinders

5

TEN GELEIDE

In Tilburg kiezen we bewust voor zorgvuldig opknappen van onze oude wijken. De Uitvinders- en Zeeheldenbuurt is hier een schoolvoorbeeld van. Bewust hebben we hier niet gekozen voor rigoureuze sloop, maar voor een combinatie van renovatie, sloop, nieuwbouw en particuliere woningverbetering. Tegelijk met de woningen is ook de openbare ruimte geheel vernieuwd. Sinds 2004 wordt er gebouwd en op dit moment werken we aan de laatste fase. Het resultaat mag er zijn: zowel de bewoners die er al jaren wonen als de nieuwe bewoners voelen zich thuis in de vernieuwde wijk. Een herstructurering is ingrijpend en valt of staat bij goede samenwer-king. De inzet van alle partijen is een belangrijke succesfactor geweest voor het slagen van dit project. Het is dan ook niet verwonderlijk dat veel partijen hun medewerking hebben verleend aan deze uitgave. Het resultaat mag er zijn: een rijk geïllustreerd boekwerk met boeiende beschrijving van de geschiedenis van de buurt, het herstructure-ringsproces en de prachtige architectuur. Ik hoop dat dit boek u zal inspireren.

Berend de Vrieswethouder Wonen, Tilburgmaart 2011

Page 6: Helden en Uitvinders

6

Page 7: Helden en Uitvinders

7

Is de samenleving maakbaar? Hoeveel invloed hebben wij als samen-leving eigenlijk op onszelf? Die vraag speelt al jaren. Velen vinden dit een typische discussie uit de jaren zestig die inmiddels achterhaald is. Volgens hen is de samenleving niet maakbaar en is het ieder voor zich en zelfs God niet meer voor ons allen.

Alleen al om mijn aandeel in deze discussie te kunnen leveren en te laten zien waar het om gaat, ben ik zo blij met dit boekje. Natuurlijk weet ik dat ingrepen en invloeden op sociale processen niet altijd succesvol zijn en soms ook nauwelijks mogelijk. Maar dat het toch kan, dat de samenleving soms wel maakbaar is, dat bewijst de sociale en fysieke herstructurering van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt in Tilburg.

Ik vind de wijk nu al een succes. Oude, nieuwe en teruggekeerde bewoners wonen hier in een mix van huur- en koopwoningen, in zowel eengezinswoningen als appartementen, aan mooie nieuwe straten met veel groen. Deze straten worden niet meer gedomineerd door auto’s maar door groen en er is ruimte en lucht. Een nieuw wijkcentrum met brede school vormt het hart van de buurt. Het wordt gebruikt door veel buurgenoten: de school bruist en alle medewerkers zijn gedreven en enthousiast aan het werk. Ze zijn trots op hún gebouw. Dat vormt de basis voor een nieuwe gemeenschap die hier is ontstaan. Soms ging dat met horten en stoten, en het is nog wat pril, maar zij is er.

De Uitvinders- en Zeeheldenbuurt is een buurt geworden van hoog niveau met heel veel kwaliteit. Dat geldt voor de stedenbouw en de inrichting van het openbaar gebied, maar ook voor de architectuur

en de opzet en inrichting van de huizen. Zorgvuldig ontworpen, mooi gemaakt en passend bij de buurt. Zelf ben ik er heilig van overtuigd dat die hoge kwaliteit leidt tot een fijne buurt waar het weer minstens tachtig jaar goed wonen is. Want als je trots op iets bent, het mooi vindt en het koestert, dan ga je er ook met respect en zorgvuldigheid mee om. Dat maakt deze buurt tot een duurzame buurt.

Ik heb het boekje Kijk op de toekomst van uw wijk er nog eens bijge-pakt dat we in 2001 hebben uitgegeven. Ik schreef daarin: ‘De wijk ziet er over tien jaar heel anders uit: ruimer, opgeknapt, met nieuwe een-gezinshuizen en appartementen en een nieuw (buurt)centrum. Kortom een wijk met een nieuwe toekomst. Een prachtige wijk waar het voor een ieder goed wonen is, vlakbij het centrum en het stads-park.’ Ik ben er trots op dat dat allemaal gelukt is. We hebben het niet helemaal gehaald binnen tien jaar, maar de ambities zijn overeind gebleven en de laatste fase is nu in aanbouw.

Dit project kon alleen slagen door de grote bevlogenheid en inzet van alle betrokkenen. Daarbij gaat het allereerst om de bewoners en de klankbordgroep, maar natuurlijk ook om de gemeente, de steden-bouwkundigen, de architecten, de constructeurs, de bouwers, de stratenmakers, de groenbedrijven en de medewerkers van Tiwos.

Ik dank hen allen zeer!

Otto van der Meulen directeur/bestuurder Tiwos, Tilburgse Woonstichting

MOOI GEMAAKT!Voorwoord

Page 8: Helden en Uitvinders

8

Het webvormige straten-patroon, plattegrond van Tilburg (1921)

Page 9: Helden en Uitvinders

9

Samensmelting van kernenDe Uitvinders- en Zeeheldenbuurt beslaat een gebied met twee arbei-dersbuurten uit de jaren twintig. In deze periode werden de effecten van de Woningwet die in 1901 landelijk was ingesteld, goed zichtbaar in Tilburg. De gemeente was voortaan verantwoordelijk voor volkswo-ningbouw van fatsoenlijke kwaliteit, wat moest worden bekrachtigd met bouwverordeningen, uitgevaardigd door een eigen dienst bouw- en woningtoezicht. Grotere en snelgroeiende gemeenten, zoals Tilburg, moesten bovendien over een uitbreidingsplan beschikken. Naast de gemeente konden ook woningbouwverenigingen de wonin-gen realiseren met behulp van speciale kredieten. Aanvankelijk was men in Tilburg niet zo enthousiast over overheidsge-stuurde woningbouw. Initiatieven voor arbeiderswoningen kwamen tot dan toe vooral van textielfabrikanten die dit aanwendden om overzicht en controle te houden over hun arbeiders. Nadat echter in 1917 een woningbouwvereniging van socialistische (!) signatuur was opgericht, kwam de volkswoningbouw in Tilburg toch snel op gang. Wat volgde was de oprichting van de Tilburgsche Woningbouwstich-ting en de Gemeentelijke Woningdienst, de oudste voorloper van het huidige Tiwos. Tussen 1918 en 1923 werden in Tilburg 1600 woningwet-woningen gerealiseerd, en er volgden nog veel meer.Aan de basis lag het uitbreidingsplan van J.H. Rückert, directeur van de nieuwe Tilburgse Dienst Publieke Werken. Op grond van studies was hij tot het inzicht gekomen dat Tilburg min of meer toevallig was ontstaan als een samensmelting van verschillende kleinere kernen, de zogenaamde herdgangen. Die waren onderling verbonden door wegen waarlangs in de loop der tijd lintbebouwing was ontstaan.

EEN OUDE BUURT OPNIEUW UITGEVONDENGeschiedenis

Na acht jaar is de transformatie van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt bijna voltooid. De wijk kreeg een nieuw stedenbouwkundig plan met een heldere organisatie van de openbare ruimte, en meer groen. Een deel van de woningen werd behouden en gerenoveerd; het grootste deel is echter gesloopt en vervangen door nieuwbouw. In het oude hart van de wijk kwam naast de parochiekerk een nieuw gebouw voor de nieuwe brede school en het wijkcentrum. Opvallend is de mate waarin de historische identiteit van de wijk als uitgangspunt is genomen voor de nieuwe plannen. Aan de basis liggen de oude stedenbouwkundige structuur en de oorspronkelijke architectuur maar ook de sociale geschiedenis van de wijk en haar bewoners. Het resultaat is een nieuwe wijk die zich vanzelfsprekend voegt in de Tilburgse context: een oude buurt opnieuw uitgevonden.

Krotwoning, vermoedelijk Oerlesestraat (1913)

Page 10: Helden en Uitvinders

10

Page 11: Helden en Uitvinders

11

Op de ruimtes tussen deze kernen en verbindingswegen verrezen in de negentiende eeuw fabrieken, kerken en andere gebouwen, zodat geleidelijk een samenhangend stedelijk veld was ontstaan met een webvormig stratenpatroon. Met zijn uitbreidingsplan stelde Rückert zich ten doel om van dit stedelijk veld een echte stad te maken. Hij besloot het patroon van spontane verstedelijking te formaliseren en de ruimtes tussen de oude kernen en verbindingswegen verder in te vullen met nieuwe wijken. Uitbreiding betekende dus in het geval van Tilburg inbreiding. Rondom de stad plande Rückert een systeem van ringbanen die de stad omsloten en definieerden. Aanvankelijk waren ze bedoeld als wandelboulevards maar in de twintigste eeuw werden het belangrijke routes voor het autoverkeer.

Hechte gemeenschap Tot de nieuwe invullingen van Rückert behoorden ook arbeiderswijkjes met plantsoenen en voorzieningen. De bouwplannen Korvelsche Kerk-dijk en Oerlesestraat, de latere Uitvinders- en Zeeheldenbuurt, zijn voorbeelden daarvan. Deze twee arbeidersbuurten vormden een stelsel van straatjes met bakstenen rijwoningen, waarin ook een kerk, winkels en twee scholen waren opgenomen. De woningen waren een-voudig maar vielen tegelijkertijd op door hun zorgvuldige architectuur met afwisselend metselwerk, verzorgde hoekoplossingen, tuinmuurtjes en afwisselende kappen. De nieuwe woonwijken boden een enorme verbetering ten opzichte van de armoedige krotten waarin de meeste arbeiders rond de eeuwwisseling nog moesten wonen. Zoals in veel arbeiderswijken uit deze tijd ontstond ook in de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt een hechte gemeenschap van gelijkgestemden die elkaar troffen in de fabriek, de kerk, bij activiteiten van de parochie en op straat. Mede door de bescheiden afmetingen van de woningen was er altijd veel leven op de straat die – zeker in de zomer – fungeerde als een soort tweede huiskamer. Ook opvallend was het intensieve buurt- en verenigingsleven dat in de loop van de twintigste eeuw overvloeide van de kerk naar het buurthuis.

‘Tilburg is een stad waaraan continu gewerkt wordt zonder eindbeeld.’Jeroen de Willigen (stedenbouwkundig directeur De Zwarte Hond)

Luchtfoto Uitvinders- en Zeeheldenbuurt, 1925

Page 12: Helden en Uitvinders

12

‘Je hoefde maar je kop uit het raam te steken en je had al een pilsje te pakken.’John Ahuluheluw (vrijwilliger Zuiderkwartier, voorheen Trouwlaan)

Hoek Gerard Mercator-straat en Oerlesestraat, circa 1930

Willem Beukelsstraat, 1925

Wassenaerlaan met Gerardus Majellakerk, 1923

Page 13: Helden en Uitvinders

13

Page 14: Helden en Uitvinders

14

Groei Tilburg 1850-1999

1850 1900

1950 1960

1970 1980

1990 1999

Slopen en invullenIn de jaren die volgden, onderging Tilburg een aantal ingrijpende ont-wikkelingen. De Tweede Wereldoorlog had relatief weinig gevolgen voor de stad, maar des te ernstiger waren de effecten van de teloor-gang van de textielindustrie die zich vanaf de jaren zestig voltrok. Waren er in 1958 nog 18.000 werknemers actief in de textielfabrieken van Tilburg, in 1978 was dat aantal gedaald tot 1200 en in de jaren daarna zagen ook de overgebleven fabrieken zich genoodzaakt hun deuren te sluiten. De gevolgen voor Tilburg waren enorm. Allereerst nam de werkloosheid hand over hand toe tot deze in de jaren tachtig zijn hoogtepunt bereikte. De stad bleef berooid achter en het moraal was laag. Maar ook in ruimtelijke zin waren de gevolgen enorm. Door de specifieke stedenbouwkundige structuur van Tilburg stonden de fabrieken niet op bedrijfsterreinen aan de stadsrand maar lagen ze verspreid door de hele stad. Doordat ze na sluiting meestal meteen werden gesloopt, ontstonden overal in de stad lege plekken en kwam Tilburg er treurig bij te liggen. Burgemeester Cees Becht (‘Cees de sloper’) die in 1957 was aange-treden, had grootse plannen om Tilburg te moderniseren en de stad nieuwe en betere tijden in te loodsen. Zijn benadering volgde de uit-gangspunten van Cityvorming, en kenmerkte zich door grote verkeers-doorbraken en de sloop van oude kleinschalige wijken om ze te ver-vangen door grootschalige nieuwbouw. Wat dreigde was een onher-stelbare aantasting van de fijnmazige structuur van het oude Tilburg. Het Koningsplein met de bijbehorende hoogbouw van het complex De Kattenrug, behorende bij het Cityplan van Van den Broek en Bakema, zijn de veelzeggende overblijfselen van deze periode. Doordat de modernistische plannen op groeiende weerstand stuit-ten, werd de koers uiteindelijk bijgesteld en konden wijken als de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt gespaard blijven.Kort na het aantreden van burgemeester Henk Letschert in 1975, kwam het Structuurplan Oude Stad in uitvoering. Dit plan vestigde opnieuw de aandacht op de bestaande kwaliteiten van het historische Tilburg.

Page 15: Helden en Uitvinders

15

1 Onderzoek van de gemeente Tilburg in samenwerking met de TU Eindhoven op initiatief van de gemeente Tilburg. Dit resulteerde in drie publicaties: K. Doevendans e.a., Stadsvorm Tilburg. Historische Ontwikkeling, Eindhoven TU Eindhoven Fac. Bouwkunde 1993; idem, Stadsvorm Tilburg. Stadsontwerp en beeldkwaliteit, idem 1996; H. Rikhof en R. Rutgers, Stadsvorm Tilburg. Ontwikke-ling 1975-1995, idem 1995.

onderhoud gepleegd aan de woningen, variërend van eenvoudig schilderwerk tot ingrijpende renovaties die de aanblik van de wonin-gen vaak onherkenbaar aantastten. Typisch voor de saneringen van de jaren zeventig was een verregaand pragmatisme: de huizen werden voor zo laag mogelijke kosten gemoderniseerd en uitgebreid waarbij nauwelijks oog was voor de oorspronkelijke architectonische kwaliteit. Op stedenbouwkundig niveau ging het er niet veel anders aan toe. Straten werden heringericht om plaats te bieden voor alle auto’s waarover de bewoners inmiddels beschikten. Daarmee gingen de oude straatprofielen verloren en verdween ook het meeste groen uit de wijk. Het wijkcentrum dat in de jaren tachtig midden op de cen-trale as in het gebied was gebouwd had de logica van het stratenplan verder aangetast. Door dit alles veranderde de Uitvinders- en Zeehel-denbuurt in een nogal onoverzichtelijke en stenige wijk. Wat bleef was de hechte gemeenschap van bewoners die nog altijd veel op straat te vinden waren. Op zomerse dagen zat men voor het huis met een kratje bier en een zwembadje voor de kinderen. Ook de buurtcentra in het gebied bleven van oudsher druk bezocht.Maar aan het begin van de jaren negentig was wel duidelijk dat er iets moest gebeuren aan de woningen en de openbare ruimte in de wijk. Toch duurde het nog tien jaar voordat echt werk gemaakt kon worden van deze herstructurering. In opdracht van corporatie Tiwos en de gemeente Tilburg maakte bureau De Zwarte Hond daarvoor het ste-denbouwkundig plan. De historisch gegroeide structuur van Tilburg en de geschiedenis en identiteit van de buurt boden daarvoor de belangrijkste uitgangspunten.

Zorgvuldig werd gewerkt aan de opvulling van de gaten die overal in de stad waren ontstaan door de sloop van oude fabriekscomplexen en later ook van religieuze gebouwen die als gevolg van de ontkerke-lijking in onbruik waren geraakt.

De postmoderne stadDe stadsvormstudies1 uit de jaren negentig betekenden een heront-dekking en herwaardering van de specifieke stedenbouwkundige identiteit van de stad. Tilburg als stedelijk veld dat was ontstaan rond verschillende kernen, appelleerde aan de postmoderne opvattingen over de stad. Deze stad was niet concentrisch en niet hiërarchisch van opzet. Het was een ‘tapijtmetropool’ waarin allerlei gebouwen, func-ties en buurten uit verschillende tijden door elkaar stonden. Dit bood een nieuwe vrijheid in het denken over de stad.Deze hervonden inzichten waren van grote betekenis voor het zelfbe-wustzijn van Tilburg en het architectuurbeleid dat daarop volgde. Niet voor niets werd hier de ‘archipunctuur’ uitgevonden waarbij met een klein, maar hoogwaardig architectonisch gebaar een stedelijke omgeving boven zichzelf werd uitgetild. Veel radicaler dan in andere steden werd in Tilburg afgestapt van het idee dat alleen met groot-schalige, vernieuwende projecten vooruitgang kon worden bewerk-stelligd. De typisch Tilburgse aanpak die vanaf de jaren negentig school maakte, kenmerkte zich door gerichte, hoogwaardige ingre-pen met respect voor het bestaande. Exemplarisch zijn projecten als dat van bureau Rijnvos en Voorwinde uit 1996. Verspreid over drie locaties aan de Voltstraat voegden zij nieuwe woningen in de bestaande gevelwand, waarmee ze de straat opvallend transfor-meerden.

Onoverzichtelijke en stenige wijkDe Uitvinders- en Zeeheldenbuurt bleef door de jaren heen een leven-dige arbeidersbuurt, ook al zat een groot deel van de inwoners inmid-dels zonder werk. In de loop der tijd werd op verschillende niveaus

Page 16: Helden en Uitvinders

16

Situatie Uitvinders- en Zeeheldenbuurt Tilburg

Woongebied

Industrie, bedrijventerrein

Bos

Zeehelden- en Uitvindersbuurt

Autosnelweg

Hoofdweg

Secundaire weg

Spoorweg

Centraal Station

Kanaal

Page 17: Helden en Uitvinders

17

In 2003 kreeg bureau De Zwarte Hond de opdracht om een nieuw stedenbouwkundig plan te ontwikkelen voor de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt. De basis daarvoor was de gemeentelijke herstructu-reringsvisie uit 2001 met voorstellen voor groot onderhoud, renovatie, sloop en nieuwbouw van woningen, de herinrichting van het open-bare gebied en de realisatie van een multifunctioneel wijkcentrum inclusief brede school. Atelier PRO nam het ontwerp voor het wijkcen-trum met brede school voor haar rekening alsmede de appartemen-tengebouwen in de directe omgeving daarvan. De Zwarte Hond ontwierp de nieuwbouw in de rest van het gebied en architecten-bureau Pierre van der Geld deed de renovaties.

Antiatest volorep erferum et eatur, omnis plabore

SLEUTELEN AAN DE BESTAANDE STADProjectdossier

V.l.n.r. structuur met oude bebouwing, sloop,structuur met nieuwe bebouwing

5

16

De ontwerpers waren zich bewust van de unieke ruimtelijke identiteit van de stad Tilburg en de specifieke kwaliteiten van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt, ook al waren die in de loop der jaren wel verwaterd. Daarnaast vormde de hechte gemeenschap van bewoners met hun specifieke leefstijl een belangrijk uitgangspunt voor het ontwerp.

Page 18: Helden en Uitvinders

18

�������������

���������������������

������������������������������������

����������������������� ������ �

������������������������������������������������������������������������������

Wille

m B

eukelst

raat

Cornelis van Uitgeeststraat

Christ

iaan

Huijgens

straat Piet Heinstraat

Pastoor

Oerlesestraat

Sacha

rias J

ansens

traat

Snelliusstraat

Jan van der Heijdenstraat

Laur

en

sKo

ste

rple

in

Gera

rd

M

ercato

rstra

at

Trouw

laa

n

Nieuwstraat Nieuwstraat

Vees

traat

Wa

sse

na

erla

an

Vroomansstraat

Hesperenstraat

Oerlesestraat

Tro

mp

stra

at

Rein

ier C

lae

sze

nst

raa

t

Piet Heinstraat

de Ruijterstraat

Van Heemskerckstraat

Van

Spei

jkstra

at

Den Haenstraat Hesperenzijstraat

Cornelis Drebbelst

raat

Buys

-Ba

llots

traat

Van M

ussch

enb

roe

kstraa

t

0 200 m

5

16

5

16

Nieuwbouw atelier PRO

5

16

5

16

Renovatie Van der Geld en partners architectenNieuwbouw De Zwarte Hond

5

16

5

16

5

16

5

16

MFA het Zuiderkwartier, atelier PRO

Page 19: Helden en Uitvinders

19

Page 20: Helden en Uitvinders

20

Geen rigoureuze aanpakDe ontwerpers van De Zwarte Hond stonden voor de opdracht om binnen de bestaande wijk meer openbare ruimte met meer groen te realiseren en ruimere woningen in te passen. Ondanks de omvang van deze opgave koos het bureau niet voor een rigoureuze aanpak die de wijk onherkenbaar zou veranderen. In overeenstemming met de Tilburgse cultuur van het sleutelen aan de bestaande stad, kozen de ontwerpers de bestaande situatie als uitgangspunt. De openbare ruimte was in de loop der jaren behoorlijk aangetast, wat ten koste ging van de ruimtelijke logica en kwaliteit in het gebied. Startpunt was daarom een grondige ruimtelijk-historische analyse die resulteerde in het positioneren en inrichten van nieuwe openbare ruimtes in de wijk. Voormalige groene zones werden teruggebracht om verbindingen te vormen met het groen daarbuiten zoals het stads-park Oude Dijk in het noordoosten en de groene stroken langs de Ring-baan in het Zuiden. Daarmee ontstond een sterkere relatie met de stedelijke omgeving. In dat kader was de belangrijkste ingreep het aanleggen van een ruimtelijke as over de Wassenaerlaan. Van oudsher bevond zich hier het hart van de wijk met de Gerardus Majellakerk, de lagere school, de pastorie en het patronaatsgebouw – later het buurthuis Trouwlaan. In de jaren tachtig was hier op de plaats van het patronaatsgebouw een nieuw wijkcentrum gerealiseerd. Door dit gebouw te slopen ont-stond ruimte voor een groene brink als nieuw centrum voor de wijk. Het werd een brede groene zone als noord-zuidelijke verbinding dwars door de wijk waaraan ook alle nieuwe centrale voorzieningen werden gehuisvest.Voorts is het stratensysteem aangepast. Door parkeerruimte binnen-in de nieuwe bouwblokken te creëren, konden auto’s voor een belangrijk deel van de straat worden geweerd. De straten zelf kregen een nieuwe inrichting die uitdrukking geeft aan een hiërarchie in ver-bindingen. De straten met een combinatie van eengezinswoningen

Bestaande groenstructuur

Nieuwe groenstructuur

Page 21: Helden en Uitvinders

21

5

16

5

16

0

groene singels

pleinen

straten met bomen

straten zonder bomen

straten met bijzondere bomen

Verschillende openbare ruimtes

met de wat hogere appartementencomplexen kregen het breedste profiel. Langs de gevels werden hier zogenaamde groene stoepen ingericht. Daarbij scheidt een brede strook gras met bomen de stoep van de rijweg zodat een overgangszone ontstaat die gevoelsmatig tot het domein van de bewoners behoort. Deze zone biedt ruimte om buiten te zitten en te spelen en komt zo tegemoet aan het levendige straatleven dat de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt van oudsher ken-merkt. Andere doorgaande verbindingen waarlangs alleen laagbouw te vinden is, hebben een smaller profiel. Daar zijn bestaande bomen behouden en extra bomen aangeplant. Tot slot zijn er nog kleinere interne buurtverbindingen. Deze stenige straatjes in de trant van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt van weleer, zorgen voor korte verbin-dingen tussen openbare ruimtes en groene routes. Ze zijn niet voorzien van groen maar ze kregen wel – evenals de andere straten – een ver-zorgde nieuwe inrichting met gebakken klinkers en stoeptegels met een toplaag van basalt.

Boven: oorspronkelijk profiel

Onder: situatie voor herstructurering, auto’s kregen een plek in de straat ten koste van bomen

Page 22: Helden en Uitvinders

22

Page 23: Helden en Uitvinders

23

De geschiedenis biedt inspiratieWaar de renovatie van infrastructuur en openbare ruimtes in de gehele wijk is doorgevoerd, concentreert de nieuwbouw zich op een aantal locaties. Om meer ruimte te creëren werd op die plekken de structuur van woonblokken en het bijbehorende stratenpatroon ver-eenvoudigd. In de nieuwe, grotere woonblokken ontstond volop ruimte voor de realisatie van een groot aantal nieuwe woningen van uiteenlopende types. Het parkeren werd binnenin de blokken opge-lost zodat er op straat weer meer ruimte kwam. Voor de architectuur van deze nieuwe blokken vond De Zwarte Hond eveneens zijn inspiratie in de geschiedenis van de wijk. De oorspronke-lijke bebouwing bestond uit reeksen eengezinswoningen van beschei-den afmetingen, opgetrokken in baksteen en voorzien van flauw hellende zadeldaken. Het beeld werd verder bepaald door allerlei interessante elementen en details zoals variaties in de daken, combi-naties van horizontaal en verticaal metselwerk, horizontale en verti-cale gevelopeningen, poorten en muurtjes, en entrees met een geprononceerde, witte omlijsting, zoals die ook elders in Tilburg veel voorkomen. Uit al deze kenmerken stelde De Zwarte Hond een archi-tectonisch idioom samen dat logisch en vertrouwd aandoet en tege-lijkertijd een nieuw en hedendaags karakter heeft. De nieuwe eengezinswoningen zijn moderne variaties op het oude thema, waarbij om ruimte te winnen zadeldaken vaak zijn vervangen door lessenaarsdaken met de hoge zijde aan de straatkant. De appartementencomplexen hebben een vormentaal die meer op zichzelf staat maar ook goed aansluit bij de overige bebouwing. Verspreid over de wijk zijn grote delen van de oorspronkelijke bebou-wing behouden gebleven. Hier en daar betrof het woonhuizen in par-ticulier bezit, die in plaats van te worden opgekocht, eenvoudig zijn opgenomen in nieuwe straatwanden. Dit leverde mooie verrassingen op zoals aan de Christiaan Huijgensstraat, waar oude en nieuwe woningen een vanzelfsprekend nieuw geheel vormen.

Nieuwe profielen: bomen terug in de straat

Boven: parkeren naar het binnengebiedOnder: extra breed profiel met groene stoep of plein

Links: uitzicht over Gerard Mercatorstraat en Jan van der Heijdenstraat.

Page 24: Helden en Uitvinders

24

Page 25: Helden en Uitvinders

25

Hoek Abel Tasmanstraat,Veestraat en De Ruijter-straat

Ritmische gevelwand langs nieuwe groene ruimte, Cornelis van Uitgeeststraat

Kruising Trouwlaan en Pastoor Vroomansstraat

Page 26: Helden en Uitvinders

26

Doorsnede van de Snelliusstraat tot aan de Christiaan Huijgensstraat

Page 27: Helden en Uitvinders

27

Page 28: Helden en Uitvinders

28

Nieuwbouw aan de Veestraat geïnspireerd op de oorspronkelijke bebouwing

‘We wilden de oorspronkelijke kwaliteiten weer naar boven halen.’Jeroen de Willigen (stedenbouwkundig directeur De Zwarte Hond)

Page 29: Helden en Uitvinders

29

Page 30: Helden en Uitvinders

30

Page 31: Helden en Uitvinders

31

Entree appartementen-blok, hoek Gerard Merca-torstraat en Jan van der Heijdenstraat; op de ramen zeefdrukken van oude foto’s van de buurt

Gemeenschappelijke ruimtes, appartementen-blok

p. 30-31Hoek Oerlesestraat, Gerard Mercatorstraat

Page 32: Helden en Uitvinders

32

Page 33: Helden en Uitvinders

33

Page 34: Helden en Uitvinders

34

De meeste bestaande woonhuizen die in aanmerking kwamen voor renovatie hadden veel van hun karakter verloren bij de ingrijpende saneringen in de jaren zeventig. Het architectenbureau Pierre van der Geld, een vaste partner van corporatie Tiwos met veel ervaring in de renovatie van vooroorlogse woningbouw, nam de renovatie van deze woningen op zich. De ontwerpers van dit bureau slaagden erin om het oorspronkelijke karakter en de uitstraling van de woningen terug te brengen en tegelijkertijd meer binnenruimte te realiseren. Ontsierend metselwerk uit de jaren zeventig werd met keimwerk aan het zicht ont-trokken en de beeldbepalende brede dakoverstekken werden weer teruggebracht. Ook zijn de woningen in technisch opzicht op heden-daags niveau gebracht. Het meest opvallend is de renovatie van de woningen aan de Jan van der Heijdenstraat en de Oerlesestraat aan de zuidrand. Huizen van twee verdiepingen met een flauw hellende kap, werden hier uiteindelijk omgebouwd tot woningen van drie verdiepingen waarvan de gehele bovenste laag werd bekleed met pannen.

‘We hebben de charme in de oude huizen teruggebracht.’Pierre van der Geld(directeur Van der Geld en partners architecten)

Jan van der Heijdenstraat, extra verdieping toege-voegd bij renovatie

De Ruijterstraat (b) en Pastoor Vroomansstraat(o)na renovatie

Page 35: Helden en Uitvinders

35

Page 36: Helden en Uitvinders

36

Page 37: Helden en Uitvinders

37

Open, toegankelijk en plezierig om binnen te lopenCentraal in de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt bevindt zich de Wassenaerlaan. Met de sloop van het oude buurthuis Trouwlaan ontstond hier een langgerekt plein als hart voor de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt. Het kreeg een nieuwe inrichting met veel groen en rondom verrees nieuwe woningbouw. Op de plek van het voor-malige gebouw van basisschool De Triangel, naast de Gerardus Majellakerk, verrees een nieuw wijkcentrum met brede school: het Zuiderkwartier. Architectenbureau atelier PRO verwierf in 2004 de opdracht voor dit gebouw via een Europese aanbestedings-procedure.

‘De buurthuizen zijn ooit ontstaan als gemeenschaps-huizen van de kerk.’Ernst van Gerven (zakelijk leider De Twern)

Atelier PRO kreeg eveneens de opdracht om 71 appartementen aan het plein te ontwerpen. Het wijkcentrum en de appartementengebou-wen volgen de uitgangspunten van het stedenbouwkundig plan van De Zwarte Hond en sluiten daar ook in vormgeving en materialisering bij aan, zodat een logisch en samenhangend geheel ontstaat.

Page 38: Helden en Uitvinders

38

Multifunctionele accommodatie het Zuiderkwartier

A schoolB kinderdagverblijfC wijkD thuiszorgE gymF GGZ (Gezondheidscentrum)

1 entree2 foyer3 grote zaal4 speelzaal5 groepslokaal6 restaurant7 uitgifte8 leskeuken9 zusterhuis/ dagopvang10 hof11 speeltuin12 loket buurtinformatie13 handvaadigheidslokaal14 biljart15 kamer directeur school16 fitness17 kantoren

A

B

C

E

F

begane grond

12

3

4 5

55

5

11

9

10

6

7

1

eerste verdieping

CD

A AF

12

13 8 15

5 5 5 5 5 5 5

55

17

16

8

14

Page 39: Helden en Uitvinders

39

Vanaf het begin stond vast dat het wijkcentrum het Zuiderkwartier een venster naar de wijk moest worden: open, toegankelijk en plezierig om binnen te lopen. Het programma dat in samenspraak met alle gebrui-kers tot stand was gekomen, had het karakter van een dorp met een centraal dorpsplein, waar alle functies in het gebouw op de een of andere manier aan moesten grenzen. De hoofdgebruikers van het centrum zijn welzijnsorganisatie De Twern; basisschool De Triangel; Amarant, organisatie voor mensen met een beperking; Loket Z voor vragen over wonen, zorg, welzijn, inkomensondersteuning en vervoer; Kinderstad; Brede Wijkschool Oud Zuid, en de GGZ.Atelier PRO ontwikkelde een gebouw dat nadrukkelijk vanuit drie dimensies is ontworpen. Door middel van trappen, luchtbruggen en doorkijkjes liggen de voorzieningen in het gebouw op ingenieuze wijze met elkaar verbonden. Bezoekers komen binnen in de centrale foyer en kunnen dan de trap kiezen om de noordelijke vleugel te bereiken waar voornamelijk kantoor- en vergaderruimtes van maatschappelijke instellingen gelegen zijn. Ze kunnen ook kiezen voor een kleinere trap naar de zuidelijke vleugel waar de verschillende ruimtelijke clusters van de brede school te vinden zijn. De foyer vormt het scharnierpunt tussen de beide vleugels met de receptie, het grand café en de grote zaal. Op de verdiepingen erboven liggen diverse cursusruimtes en kantoorruimtes van onder meer Maatschappelijk Werk. Het souterrain van het wijkgebouw bevat naast bergingen een ruimte voor jongeren-activiteiten zoals de jeugddisco. Op de derde en bovenste verdieping van het gebouw liggen ‘oefenappartementen’ van het GGZ. De woningen beschikken over een eigen centrale entree aan de noord-zijde, maar zijn ook bereikbaar van binnenuit, bijvoorbeeld in een geval dat assistentie vereist is. De interne organisatie van het gebouw is zodanig dat er verschillende ingangen en routes beschikbaar zijn voor verschillende groepen – soms omdat dit verplicht is en soms omdat het wenselijk is. Zo beschikken onderbouw, middenbouw en bovenbouw van de basisschool over eigen entrees, wat het functioneren overzichtelijker maakt en het

gevoel van veiligheid en kleinschaligheid (vooral van de allerkleinsten) vergroot. Ook wat betreft de ligging van de groepslokalen is daarmee rekening gehouden. De onderbouw ligt afgezonderd van andere functies, terwijl bij de ruimtes voor de bovenbouw ook algemene cur-suslokalen liggen die naar wens gebruikt kunnen worden.

Het Zuiderkwartier is ook ’s avonds volop in bedrijf

Page 40: Helden en Uitvinders

40

Page 41: Helden en Uitvinders

41

Page 42: Helden en Uitvinders

42

Foyer waar alle gebruikers elkaar ontmoeten

De sculpturale gevel trekt de aandacht

Dorte Kristensen(architect directeur atelier PRO)

‘De open structuur van dit gebouw zorgt voor ontmoetingen tussen jong en oud.’

Page 43: Helden en Uitvinders

43

Page 44: Helden en Uitvinders

44

Page 45: Helden en Uitvinders

45

Uitzicht vanuit de foyer op speelplein en apparte-menten aan de overkant

Trappen, luchtbruggen en doorkijkjes verbinden de functies in het gebouw

Page 46: Helden en Uitvinders

46

Binnenhof met rechts het gerenoveerde zusterhuis; speelruimte op verschillende niveaus

Entree naar binnenhof,Pastoor Vroomansstraat

GGZ, Hoek Pastoor Vroo-mansstraat, De Ruijter-straat

Page 47: Helden en Uitvinders

47

Metafoor van atelier PRO: de architectuur als appel. De schil van het gebouw is baksteen, de binnen-kant wit als vruchtvlees; waar een hap uit de massa is genomen, komt wit pleisterwerk in beeld.

Met zijn twee vleugels vouwt het Zuiderkwartier zich om een binnenter-rein dat wordt afgesloten door de nieuwe ‘kloostermuur’ die de historische muur op deze plek vervangt. De buitenruimte werd onder meer ingericht met schoolpleinen voor de onder- en bovenbouw van de basisschool, waarvan de eerste verhoogd is gelegen door positio-nering bovenop een interne parkeergarage.Doordat atelier PRO erin geslaagd is het vereiste programma in elkaar te schuiven tot een compact geheel, bleef op het oostelijke deel van het kavel ruimte vrij voor andere functies. Uiteindelijk werd besloten om hier een vestiging van de GGZ onder te brengen. Hoewel de beide bouwdelen in visuele zin één geheel vormen, fungeert het GGZ, van-wege de aard van deze instelling, onafhankelijk van het wijkcentrum. Hier liggen op de begane grond ontmoetingsruimtes en een deels ver-zonken sportzaal die ook door de verschillende gebruikers van het Zuiderkwartier gebruikt kan worden. Op de eerste verdieping liggen kantoren en behandelunits en op de tweede verdieping de woon-ruimtes. Het oude zusterhuis in de tuin werd gerenoveerd tot locatie voor creatieve therapie.

De Reinier Claeszenstraat komt uit op de entree van de school

Page 48: Helden en Uitvinders

48

Page 49: Helden en Uitvinders

49

Nieuw plein als hart van de buurt, Wassenaerlaan

Volkomen vanzelfsprekendDe nieuwe situatie aan de Wassenaerlaan is exemplarisch voor de aanpak van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt als geheel: volkomen vanzelfsprekend liggen hier het oude kerkgebouw en het nieuwe wijkgebouw naast elkaar om samen het nieuwe hart van de wijk te vormen. Het langgerekte plein waaraan de hoofdentree van het Zuiderkwartier is gesitueerd, kreeg een nieuwe groene inrichting met voetbalveld en speelterrein.

Page 50: Helden en Uitvinders

50

Page 51: Helden en Uitvinders

51

Dubbelhoge entreehallen als verlichte bakens aan het plein

Zowel de oostelijke als de westelijke pleinwand bestaan hier uit appar-tementencomplexen naar ontwerp van atelier PRO. Het bureau volgde daarin de architectonische lijn die De Zwarte Hond in de eerste fase van de gebiedstransformatie al had ingezet, zodat dit gebied een consistent geheel zou vormen met de rest van de wijk. De gebou-wen zijn opgetrokken uit dezelfde baksteen die in de andere nieuw-bouwwoningen is gebruikt en ook de maat- en lijnvoering sluiten daarbij aan. Specifiek voor deze bebouwing is echter een opzet met bakstenen buitenwanden en witgepleisterde interieurs. Waar de ge-bouwen zijn opengewerkt, zoals bij de entreehallen van de wooncom-plexen en de foyer van het Zuiderkwartier, komt het witte interieur in beeld.In de ruimtelijke opzet van de woningen heeft atelier PRO in navolging van De Zwarte Hond aansluiting gezocht bij mentaliteit en gebruiken van de bewoners van deze buurt. Zo zijn op de begane grond aan de pleinzijde plaatsjes aangebracht waar de bewoners kunnen zitten om de activiteiten op straat gade te slaan zoals ook elders in de wijk in voortuinen gebeurt. De woningen op de derde en vierde laag be-schikken over ‘voortuintjes’ aan de galerij die door de bewoners zelf worden ingericht.

Buitenruimte apparte-mentencomplexen. Vroeger: auto op straat, voor- en achtertuintje. Nu: auto op binnenterrein, voortuintje aan straat en voortuintje aan galerij

Page 52: Helden en Uitvinders

52

Voortuintjes bieden contact met de straat

Page 53: Helden en Uitvinders

53

Ensemble van drie appar-tementencomplexen rond de Wassenaerlaan

‘Wij ontwerpen woningen zo dat mensen er hun eigen stempel op kunnen drukken.’Dorte Kristensen (architect directeur atelier PRO)

Page 54: Helden en Uitvinders

54

Renovatie van de oudbouw, de nieuwbouw en de nieuwe organisatie en inrichting van de openbare ruimte geven de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt als geheel een enorme kwaliteitsimpuls. Door een benadering met aandacht voor de oude structuur, architectuur en de leefgemeenschap in de wijk, ontstaan hier geen ongemakkelijke con-trasten tussen oud en nieuw, maar smelt alles samen tot een vertrouwd maar nieuw geheel.

‘De wijk ademt iets positiefs uit. Mensen zijn trots op deze plek.’ Jeroen Band(projectmanager Tiwos)

Rechts: Jan van der Heijdenstraat vanaf Laurens Kosterplein

Oud en nieuw vormen een geheel, v.l.n.r. Trouw-laan richting Wassenaer-laan, hoek Wassenaer-laan en Pastoor Vroo-mansstraat, Christiaan Huijgensstraat

Page 55: Helden en Uitvinders

55

Page 56: Helden en Uitvinders

56

WONEN NAAR WENS, RUIMTE OM TE LEVENProces

In 1992 stuurde Woningcorporatie Tiwos een brief aan de gemeente. Daarin liet ze weten haar vooroorlogse woningbezit nog tot uiterlijk 2010 in stand te kunnen houden. Men moest zich dus gaan beraden op de toekomst van deze wijken waarvan de woningen, openbare ruimte en voorzieningen waren verouderd en aandacht nodig hadden. In eerste instantie ging het Tiwos daarbij vooral om het fysieke bezit. In de loop der jaren werd haar taakopvatting echter steeds breder en ging zij zichzelf zien als een aanbieder van wonen in plaats van een aanbieder van woningen. Er kwam dus steeds meer aandacht voor welzijn, leefbaarheid en passende zorg in combinatie met wonen. En met de missie ‘Wonen naar wens, ruimte om te leven’ neemt Tiwos haar maatschappelijke taak zeer serieus.In het jaar 2001 kwam, op basis van een open planproces, een wijkontwikkelingsplan tot stand. Het richtte zich op fysieke herstruc-turering van de wijk in combinatie met plannen op het gebied van welzijn en leefbaarheid. Het resultaat was een herstructureringsvisie met als hoofdpunten: groot onderhoud en renovatie, sloop en nieuw-bouw, herinrichting van het openbaar gebied en de oprichting van een multifunctioneel wijkcentrum in combinatie met een brede school. In 2003 werd bureau De Zwarte Hond geselecteerd om een nieuw stedenbouwkundig plan te maken. Ook dit plan nam de bestaande structuur en uitstraling van het gebied als uitgangspunt. Bovendien was de (sociale) geschiedenis van de wijk een belangrijke inspiratie-bron. Het plan van de Zwarte Hond behelsde een totaalaanpak van de openbare ruimte en infrastructuur, met sloop en nieuwbouw op

een aantal specifieke plekken. Door een vereenvoudiging van de blokkenstructuur ontstond in de nieuwe grote blokken voldoende ruimte voor een variatie aan nieuwe woningen met parkeren op de binnenterreinen.

Een echte volksbuurtSinds de eerste plannen voor herstructurering overheerste bij de bewo-ners een zekere gereserveerdheid. De Uitvinders- en Zeeheldenbuurt is van oudsher een echte volksbuurt die zich kenmerkt door sterke sociale banden en een gevoel van saamhorigheid – vaak in de trant van ‘wij tegen de rest’. De bewoners waren over het algemeen verknocht aan hun buurt waar hun families soms al generaties lang woonden. Het idee dat de wijk zou veranderen en dat men wellicht (tijdelijk) zou moeten verhuizen, stuitte op weerstand. Men woonde hier toch al jaren prima, en het ging toch goed? Ook hadden de bewoners van oudsher liefst zo min mogelijk ‘overheidsbemoeienis’. Bewoners deden de dingen nu eenmaal graag op hun eigen manier.Toch waren veel van hen ook blij dat er nu eindelijk iets ging gebeuren. Ook zij vonden dat er te weinig groen was in de wijk en onvoldoende parkeerruimte, en dat de openbare ruimte slecht werd onderhouden. Bovendien was de toestand van de meeste huizen niet al te best. Vaak werd er nog gestookt met gaskachels, kwam het hete water uit een keukengeiser en was er geen dubbele beglazing of andere isolatie. De situaties in de woningen varieerden van redelijk – in gevallen waar bewoners het huis zelf onder handen hadden genomen – tot armoedig en zelfs gevaarlijk.

Page 57: Helden en Uitvinders

57

In de zomer van 2002 werd voor de herstructurering van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt een Plan van Aanpak vastgesteld. Daarin waren allerlei zaken rond projectorganisatie en overlegstructuur vastgelegd en stond dat: ‘de communicatie met en participatie van de bewoners een belangrijke succesfactor is voor de sociale en fysieke herstructure-ring.’ In dat kader was de klankbordgroep van groot belang. Daarin zaten bewoners uit de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt1, vertegenwoor-digers van wijkorganisaties, en mensen die van plan waren als bewo-ners weer terug te keren in hun wijk. De klankbordgroep had als taak om de belangen van bewoners te behartigen, adviezen uit te brengen aan de projectpartners, partici-patiemogelijkheden te bewaken, mee te werken aan voorlichting (vooral aan bijzondere groepen), aanbevelingen te doen aan de projectpartners en advies te geven aan de stuurgroep Herstructure-ring Uitvinders- en Zeeheldenbuurt over voorgenomen besluiten.Gedurende het hele proces van herstructurering was deze klankbord-groep bijzonder actief en alert en hield zij zich bezig met uiteenlopen-de onderwerpen zoals tijdelijke locaties voor school en buurthuis, de regelgeving rond verhuispremies en de komst van een GGZ-vestiging in de wijk.

Een virtuele wandeling door de wijkInformatie aan bredere groepen in de wijk vond plaats via het buurt-werk. Opvallend in Tilburg is de grote dichtheid aan buurthuizen en wijkcentra.2 In de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt alleen al, waren er kort geleden twee te vinden: de Vleugel en de Trouwlaan. En vlakbij, in de wijk Oerle, lag nog het buurthuis Soekemaar. Elk had een eigen

kring van bezoekers en bood onderdak aan verenigingen en clubs met bijbehorende activiteiten.Voor deze buurtcentra had de herstructurering eveneens grote ge-volgen: buurthuis de Vleugel zou gesloopt worden, het gebouw van Soekmekaar zou worden verkocht en de Trouwlaan kon blijven maar moest verhuizen naar een tijdelijke locatie. Onderlinge samenwerking moest ervoor zorgen dat alle activiteiten uiteindelijk zouden worden gebundeld in het nieuwe multifunctionele wijkcentrum met brede school dat naast de Gerardus Majellakerk zou komen. Natuurlijk ging dat allemaal niet zonder slag of stoot. Elk centrum had immers zijn eigen aanhang, het waren bloedgroepen die zich niet zomaar lieten mengen in een nieuw centrum. Wel speelde het buurtcentrum de Trouwlaan vanaf het begin van de herstructurering een belangrijke rol voor de totale wijk in de informatieverstrekking over de herstruc-turering.In het begin bleven de plannen nog wat abstract voor de bewoners, maar ‘de virtuele wandeling door de wijk’ die op de computer in buurtcentrum de Trouwlaan beschikbaar kwam, bracht daar veran-dering in. Aangevuld met de verschillende informatiebijeenkomsten en wijkberichten, gingen de plannen leven bij de bewoners en raakten ze verder betrokken.Veel huurders die met hun woningen in aanmerking kwamen voor renovatie, waren blij dat er iets ging gebeuren. Wel ontstonden hier en daar stevige discussies over de huurverhogingen die dit met zich mee zou brengen. Tiwos beloofde dat de bescheiden huren in de wijk maximaal één tot twee stappen zouden stijgen, maar zelfs dat vonden sommige bewoners te veel. Zij waren ingesteld op huren die in de loop

Page 58: Helden en Uitvinders

58

der jaren onvoldoende waren meegestegen met de inflatie. Regel-matig ontstonden dan ook discussies over renovaties die de woningen zo goed maakten dat ze, volgens de bewoners, te veel stegen in het huurpuntensysteem. Door telkens open het gesprek aan te gaan met de bewoners, lukte het Tiwos om overal tot goede oplossingen te komen, vaak op individueel niveau.Ook grepen renovaties soms fors in het bestaan van de bewoners in. Uitgangspunt was dat zij tijdens de werkzaamheden in de huizen zou-den blijven, wat bijvoorbeeld bij vervanging van keukens of plaatsing van nieuwe kozijnen, geen geringe opgave bleek. Achteraf bezien hadden Tiwos en gemeente dat liever anders aangepakt.Een belangrijk voordeel was dat de ontwerpers van bureau Pierre van der Geld, dat de opdracht tot renovatie had gekregen, al veel ervaring hadden met dit soort opgaves. Hun benadering is gebaseerd op uitgebreid contact met de bewoners. Door meteen van het begin de tijd te nemen om kennis te maken met de bewoners en overleg te voeren, waren de voorstellen en financiële consequenties helder. Daarmee ontstond bij de bewoners rust en vertrouwen.

Investeren in de stadDe gemeente en Tiwos waren inmiddels tot afspraken gekomen rond de gezamenlijke herontwikkeling van de Uitvinders- en Zeehelden-buurt. Tiwos droeg verantwoordelijkheid voor de woningen terwijl de gemeente de openbare ruimte op zich zou nemen. Beide partijen besloten ongeveer 10 miljoen euro tekort op de bouw- en grondexploi-tatie te accepteren. Voor de openbare ruimte werd een deel van dit geld opgebracht doordat Tiwos na het opzeggen van de erfpacht-canon de bouwrijpe grond weer opkocht van de gemeente; voor het belangrijkste deel was dit geld echter afkomstig uit de renteopbrengst van het Tilburgse Herstructureringsfonds, ooit ontstaan doordat de Tilburgse corporaties TBV Wonen en WonenBreburg in een keer de erfpacht van hun bezit hadden afgekocht bij de gemeente. Uiteindelijk deed Tiwos uit eigen middelen een investering van

Feestelijke onthulling van het bouwbord voor het wijkcentrum, april 2007

De bouw in volle gang

Page 59: Helden en Uitvinders

59

14 miljoen euro in sloop, nieuwbouw en renovatie van de woningen. Volgens de geldende rekenmodellen zou deze investering zich onmogelijk laten terugverdienen uit de huurinkomsten (onrendabele toppen), maar de corporatie ziet het liever als een investering op de lange termijn. De uitstraling en het imago van de wijk en haar omge-ving zullen verbeteren, zodat de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt op termijn ook voor mensen met meer kapitaalkracht aantrekkelijk zal worden. Het uitgangspunt bleef echter te ‘bouwen voor de buurt’ waarbij Tiwos het project nadrukkelijk ook heeft opgevat als een investering in het welzijn van de bewoners. In 2009 sloot Tiwos samen met andere corporaties en de gemeente het Tilburgs Akkoord op basis waarvan zij 9 miljoen euro investeren in de stad. Zij werken met welzijnsorganisaties De Wever, De Twern en Thebe samen in de Maatschappelijke Ontwikkelingsmaatschappij Tilburg (MOM) met als centrale doelen: een diploma voor elk kind, een kostwinner voor elk gezin en iedere bewoner boven de armoedegrens.

Soepel uitvoeringstrajectIn 2003 is gestart met de eerste fase van de herstructurering in het westelijk deel van de wijk, de Uitvindersbuurt (nu Hof van Huygens). Op basis van het totaalplan van De Zwarte Hond, werd hier de open-bare ruimte en bebouwing aangepakt. Deze fase bevatte reeds alle elementen die ook in de rest van de wijk de toon zouden zetten: vereenvoudiging van de blokstructuur met parkeren binnenin en hiërarchische ordening van het stratenpatroon met toevoeging van meer groen. Het programma omvatte de sloop van bestaande woningen en de nieuwbouw van eengezinswoningen (koop en huur) en appartementen (koop). Ook werd een psychogeriatrische zorg-voorziening opgenomen bestemd voor 24 patiënten.De bouw verliep volgens een aanbestedingsprocedure waarmee Bouwgroep Moonen de opdracht verwierf. Daarna zijn de woningen in samenwerking met Tiwos uitontwikkeld, verkocht en gebouwd.Voor de tweede fase, Zeeheldenbuurt-west (nu De Vier Gewesten),

is gekozen voor een werkwijze op basis van een bouwteam. Dit be-tekende een voortzetting van de samenwerking met dezelfde archi-tect en dezelfde bouwer waarbij de partijen gezamenlijk gingen opereren, met Bouwgroep Moonen als tweede risicodragende partij. Vanaf het begin zaten alle partijen gezamenlijk aan tafel om op basis van het ontwerp van De Zwarte Hond en de bouwkundige kennis van Bouwgroep Moonen tot de beste oplossingen te komen. Het zorgde voor een vlotte en plezierige gang van zaken met een zeer soepel uitvoeringstraject. Ook was er voor en tijdens de bouw periodiek overleg tussen uitvoeringsteam, gemeente, politie, brandweer, klankbordgroep en Tiwos. Het doel was te zorgen voor een veilige en zo aangenaam mogelijk situatie tijdens de bouw voor omwonenden, nieuwe bewoners en bouwplaatspersoneel. Dit betekende bijvoor-beeld dat de radio’s op de steiger niet te hard stonden, de bouw-plaats netjes werd gehouden en rijroutes met het vorderen van de bouw werden aangepast.Een belangrijk onderdeel van de tweede fase van de herstructurering was het multifunctionele wijkcentrum met brede school, het Zuiderkwartier, dat tevens door Bouwgroep Moonen werd gereali-seerd. Door goed overleg met de groep van gebruikers, de klankbord-groep en de Commissie Welstand, was atelier PRO in staat om het gebouwontwerp verder door te ontwikkelen en aan te scherpen. Het resulteerde in een compact en ruimtelijk gebouw dat nog ruimte overliet aan de zijde van de Piet Heinstraat. Allereerst zijn toen de mogelijkheden onderzocht om deze ruimte in te vullen met woningen, maar uiteindelijk is besloten om hier een secundaire vestiging van de GGZ onder te brengen. Hoewel deze instelling door zijn specifieke aard afzonderlijk moest gaan functioneren van de andere functies in het Zuiderkwartier, was Tiwos ervan overtuigd dat het een belangrijke bijdrage zou leveren aan het aanbod van zorg in de wijk. De klank-bordgroep reageerde in eerste instantie wat huiverig op de komst van psychiatrisch patiënten in de wijk, maar was uiteindelijk ook gevoelig voor het motief dat deze mensen recht hebben op een plek in de buurt.

Page 60: Helden en Uitvinders

60

Page 61: Helden en Uitvinders

61

Sloopplannen bijgesteldDe derde fase van de herstructurering zal plaatsvinden in het plan-deel Zeeheldenbuurt-midden en gaat in het voorjaar van 2011 van start. Opnieuw werken dezelfde partijen hier samen in een bouwteam waarbij Tiwos en Bouwgroep Moonen de woningen hebben ontwik-keld en ze ook zullen verkopen en bouwen. De plannen voor dit gebied zijn inmiddels bijgesteld in overeenstemming met de vraag uit de markt: hier zullen voornamelijk koopwoningen in het lagere prijssegment worden gerealiseerd in plaats van appartementen. Dit betekent ook dat de sloopplannen zijn bijgesteld. Kleinere woonhui-zen uit de jaren twintig zouden immers vervangen gaan worden door nieuwbouw van vergelijkbare woonhuizen. Op basis hiervan is beslo-ten om een aantal beeldbepalende woningen uit de Veestraat te behouden en te renoveren. Dat past goed in de hele aanpak van de gemeente Tilburg, de ontwerpers en Tiwos. Ook al behoeven deze woningen nog behoorlijk wat werk, ze getuigen ook van de geschie-denis van deze wijk en zijn daarom van grote waarde voor de buurt.

‘Hier bouwen was een feest.’ Stef Lobregt (bouwkundig projectleider Bouwgroep Moonen)

1 In de volksmond worden de twee buurten meestal Trouwlaan en Uitvindersbuurt genoemd.

2 Op 1 juli 2011 sluiten vijf daarvan hun deuren als gevolg van bezuinigingsmaatregelen.

398 367 63 242

169 142 24 48

176 181 39 61

53 44 0 133

Overzicht sloop, nieuw-bouw, woonzorg en reno-vatie per deelgebied

Links: een groene wig scheidt het Fokkerpad en de Jan van der Heijden-straat

Page 62: Helden en Uitvinders

62

‘SOCIALE WONINGBOUW MOET DE MOOISTE ARCHITECTUUR VAN DE STAD ZIJN’Een gesprek met Otto van der Meulen (directeur Tiwos) en Jan Hamming (wethouder gemeente Tilburg)

Otto van der Meulen (l)Jan Hamming (r)

Page 63: Helden en Uitvinders

63

Jullie zetten je beiden met hart en ziel in voor de stad. Wat is je missie voor Tilburg?

JH Ik was net actief bij de PvdA, het zal 1993 geweest zijn, toen er onrust ontstond in de Veestraat aan de rand van de Zeeheldenbuurt. Dat was mijn eerste kennismaking met deze buurt en het zette me aan het denken over hoe je om kunt gaan met leefbaarheidsproblema-tiek.Toen ik daarna wethouder werd, ben ik meteen begonnen met het ontwikkelen van wijkplannen samen met mijn collega Roel van Gurp. We gingen de wijk in met een bouwkeet en we vroegen de mensen wat zij belangrijk vonden en wat er moest gebeuren in de wijk. Daar kwam van alles uit: de woningen zijn niet goed, de buurt moet beter, er moet meer groen komen en meer speelruimte. Daarmee hebben we de wijkplannen opgebouwd.

OvdM Dat was het begin van herstructurering in Tilburg. Voor die tijd heb ik ook wel eens onderzoeken op tafel gelegd bij de gemeente en gewaarschuwd: jongens, er staan hier 1600 vooroorlogse woningen en daar moeten we iets mee. Maar daar kreeg ik niets op terug. Toen Jan Hamming met die buurtbewoners aan de slag ging, konden we er echt werk van gaan maken. We zijn toen begonnen met de Textielbuurt, met ongeveer tachtig woningen de kleinste van de vooroorlogse buurten. Nou, dat was echt feest! Die bewoners geloofden gewoon niet dat wij goede voor-nemens hadden.

JH Die vonden dat je met je handen van hun buurt af moest blijven. Dat was heel heftig. De bewoners gingen daar echt op de barricades en de gemeenteraad moest tussenbeide komen. Daar is toen een compromis uitgekomen.Bij de gemeenteraad was inmiddels ook wel het besef gegroeid dat je niet zomaar een buurt kunt overvallen. Je moet bewoners erbij

betrekken en in kaart brengen wat er nodig is. Dat hebben we in de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt wel goed gedaan. Daar zijn we begon-nen om samen met de bewoners een visie te ontwikkelen, daarna de aanpak, en tot slot de maatregelen.

OvdM Bij de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt hadden we natuurlijk het voordeel dat we met bewoners in de Textielbuurt konden gaan kijken, om te laten zien wat het geworden was. Dat soort resultaten waren er voor die tijd niet. Als de gemeentelijke woningdienst iets ging renove-ren, dan werden de eerste twintig huizen goed aangepakt en dan was het geld op. Dat waren mensen gewend.

Dus op die manier kon je ook het vertrouwen van de bewoners winnen?

OvdM Ja. Hoewel sloop natuurlijk altijd lastig blijft en voor veel weer-stand zorgt. Toch hebben we nog nooit een officieel huurcontract via de rechter hoeven te ontbinden. We gaan ook altijd direct op huisbe-zoek en we hebben een goudomrande financiële regeling. Dat vind ik trouwens ook terecht, want je huisbaas zal maar bedenken dat je huis plat gaat, waar de keuken van tante Sjan nog in zit en het duivenhok van opa.

JH Dat je daar ruimhartig in bent, helpt natuurlijk ook om mensen mee te krijgen.

Wat was eigenlijk de inbreng van de bewoners van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt?

JH Die zaten gelijk vanaf het begin aan tafel met de stuurgroep en mochten over alles meepraten. Ze zagen dus ook hoe ingewikkeld het soms was, en dat was natuurlijk heel belangrijk. Met de klankbord-groep evalueerden we alles een keer per jaar.

Page 64: Helden en Uitvinders

64

OvdM Daar ging de belangrijkste kritiek over de communicatie, dat ze dingen te laat weten of dat je je niet aan de planning houdt. Dat er een keer een boom te laat komt of een parkeerplaats. Als je dat nor-maal op tijd vertelt is dat goed, maar als je dat niet doet en ze moeten gaan bellen, dan heb je toch een probleem.

JH Soms gingen er ook dingen mis. Bijvoorbeeld toen er woningen werden gerenoveerd waarbij het dak tijdelijk werd afgedekt met een laag plastic. Tijdens een hevige regenbui spoelde het water daar langs de muren, terwijl die mensen er nog in zaten. Die wisten echt niet wat hen overkwam. Wij zijn daar toen meteen naartoe gegaan. De lijnen waren al die tijd heel kort.

OvdM En de gemoederen kunnen hoog oplopen. Zo heb ik zelf wel eens een klap gekregen van een bewoner.

JH Ja, dat kwam eigenlijk door mijn idee om een sloopfeest te organi-seren. Ook die stap in het proces zouden we markeren met een feestje met ballonnen en alles. Maar die bewoners zagen natuurlijk dat hun woning na dertig jaar werden gesloopt en eentje werd heel erg kwaad.

OvdM Ik fiets die buurt in en een bewoner, die ik verder helemaal niet kende, komt op mij af. En hij zegt: zijt gij de directeur van Tiwos? Voor-dat ik het wist had ik toen een flinke klap te pakken.

JH Maar je bent wel gewoon gebleven. Je hebt je toespraak gedaan en pas na afloop zei je tegen mij: Jan, wat me nou toch is overkomen...We hebben trouwens ook wel eens gehad dat bewoners de straat hadden bezet omdat we niet genoeg parkeerplaatsen hadden. Op zulke momenten kwamen we vanuit de gemeente altijd weer praten, samen met Tiwos. En Tiwos had ook een gebouwtje in de wijk, het Middelpunt. Bewoners konden daar binnen lopen, een kop koffie drinken en hun zorgen aankaarten.

OvdM Je moet tijd hebben voor mensen. Dat is ontzettend belangrijk.

JH En wat bij Tiwos opvalt is die enorme liefde, die haast voelbare liefde om die wijk op een perfecte manier af te maken.

OvdM Ik vind ook: de beste architectuur van een stad moet de sociale woningbouw zijn. De mensen die daar wonen moeten trots zijn op hun huis! Het zijn ook de huizen van je huurders, vind ik. Huurders moeten een soort eigenaarsgevoel hebben en trots zijn op hun buurt. Dan gaan ze er ook zorgvuldig en met liefde mee om en dat is belangrijk voor de toekomstwaarde. Kwaliteit rendeert. Je moet dus sturen op kwaliteit en niet alleen op geld want dat verdien je wel weer terug.

JH De vraag aan ons was om het openbaar gebied op een even hoogwaardige manier aan te pakken. En dat hebben we gedaan. Met ander materiaal, dikkere stenen en grotere bomen, is dat heel mooi geworden. Pastoor Ed van den Berg zei laatst tegen mij: Jan dit is honderd procent verbeterd.

OvdM Ik voel me als corporatie verantwoordelijk voor hoe de stad eruit ziet. Daar moet je dus ook in investeren. Dat kun je niet als gemeente alleen en niet als corporatie alleen, maar als je dat samen doet, komt er wel iets moois uit.

JH De bewoners waren altijd tegen sloop maar op een gegeven moment kregen we ze echt mee. De eerste fase van de Uitvinders- en Zeeheldenbuurt was ook heel overtuigend. Dat was juist in het gebied waar we een paar jaar daarvoor deur-aan-deur hennepplantages hadden ontmanteld, waar we uitkeringsgerechtigden hadden, pro-blematiek met kinderen, criminaliteit, waar mensen zeiden vanavond doen we de gymschoenen aan want we gaan het dak op om in te breken. Het was ook altijd een drijfveer om de kinderen een goede woonomgeving te bieden.

Page 65: Helden en Uitvinders

65

Daar hoorde ook een heel sociaal programma bij...

JH Ja, we hebben daar heel snel twee kindereilanden geopend, en veel activiteiten voor kinderen georganiseerd. We hebben een brede school ontwikkeling in gang gezet en de kinderdisco van buurthuis de Vleugel heeft een nieuwe plek gekregen in Wijkcentrum het Zuiderkwartier.

OvdM En een goede school met een goede directeur, dat doet ook wonderen.

Wat maakt deze herontwikkeling specifiek voor Tilburg?

JH De unieke samenwerking tussen bewoners, gemeente en corpora-tie. Hier trekken we aan dezelfde kant van het touw.

OvdM Wij wilden bouwen voor de buurt, een buurt waar de mensen weer terug konden keren maar dan wel met meer kansen. En het mooie is dat een paar kinderen die in de wijk waren opgegroeid, weer zijn teruggekomen en een huis gekocht hebben in hun oude buurt.

JH Ja, die zijn geboren in De Uitvinders- en Zeeheldenbuurt en keren nu weer terug naar hun buurt.

OvdM En dat was nou precies de bedoeling.

Page 66: Helden en Uitvinders

66

Herkomst illustraties

Petra Appelhof 4,17, 20, 22, 23, 24, 26, 27, 28, 29(r),

30, 31, 33, 34, 35, 37 t/m 51, 52(l,m), 53, 58

atelier PRO 36, 45(r), 49(r), 56, 63

Collectie Regionaal Archief Tilburg 6, 7, 8, 10, 11

De Zwarte Hond 12, 14, 15, 16, 18, 19, 21, 24, 59

Pierre van der Geld 32

Bart van Hattem 60

Julia Radowitz omslag

Scagliola/Brakkee 29(l), 52(r)

Met dank aan: Petra Appelhof, Jeroen Band, Eelko

Bemener, Karin Cramwinckel, Laura Fassio, Pierre en

Marvin van der Geld, Ernst van Gerven, Jan Hamming,

Inge Hagenbeuk, Dorte Kristensen, Marianne Lahr,

Otto van der Meulen, Iris Nieuwboer, Lisette Plouvier,

Sarieke van Reenen, Wim Sloot, Renate Timme,

Martijn de Visser, Berend de Vries, Jeroen de Willigen

Colofon

Deze uitgave is een initiatief van:

atelier PRO

De Zwarte Hond

Tiwos, Tilburgse Woonstichting

Gemeente Tilburg

Bouwgroep Moonen

Overige sponsoren:

Ballast Nedam Bouw en Ontwikkeling, Regio Zuid

Bouwbedrijf Alphons Coolen

Cauberg-Huygen Raadgevende Ingenieurs BV

GGz Breburg Groep

Van der Geld en partners architecten

Van Hees Elektrotechniek

uitgever atelier PRO, De Zwarte Hond, Tiwos

teksten Catja Edens

vormgeving atelier PRO (Joeri van Beek) en

De Zwarte Hond (Julia Radowitz)

druk Ando bv, Den Haag

© atelier PRO, De Zwarte Hond, auteur en fotografen

Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd

zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de

uitgevers.

isbn 978-90-809551-8-9

nur-code 648

Den Haag, 2011

Page 67: Helden en Uitvinders
Page 68: Helden en Uitvinders

68