Lesblad: ‘Een nieuw begin’ STIO

Dromen over later. Een nieuw begin in de toekomst. Waar wil ik later wonen? Wat ik later worden? Hoe zie ik er later uit? Na een brainstorm over later gaan de kinderen aan de slag met een digitale camera. Vervolgens tekenen ze zichzelf over 50 jaar.

Vakgebied Beeldende vorming Doelgroep Groep 5/6 Lesduur Inleiding 15 min. Kern 40 min. Afsluiting 10 min.

Leerdoelen Aan het einde van de les zijn de leerlingen in staat om een eenvoudige foto maken met een digitale camera. Aan het einde van de les hebben de leerlingen een zelfportret gemaakt waarbij je duidelijk kunt zien dat ze zichzelf ‘ouder hebben gemaakt’.

Aansluiting op kerndoelen 54; ‘kunstzinnige oriëntatie’ Beeldende vorming Aansluiting op methode n.v.t. Voorkennis en vaardigheden Als leerkracht moet je weten hoe de werkvorm binnen- buitenkring werkt. (zie site) Je moet weten hoe een digitale camera werkt en hoe je foto’s op de computer kunt zetten. (hierbij kun je eventueel hulp inschakelen.) Benodigdheden Eén of meerdere digitale camera’s Kabeltjes waarmee je de foto’s op de computer kunt zetten. Papier en tekenmateriaal De PowerPoint ‘dromen over later’ Een handige plaats om foto’s te maken. (Bijv. voor een witte deur/ muur) Voorbereiding Bekijk de vragen op de site. Tussendoor moeten de foto’s uitgeprint worden. Overige Tips Je kunt de kinderen ook foto’s mee laten nemen van hun eigen opa’s en oma’s. Vervolgens zou je de kinderen ook een stamboom kunnen laten maken. Zo zijn ze met geschiedenis aan de slag.

Inleiding De leerlingen gaan in de binnen- buiten kring opstelling staan. De vragen worden geprojecteerd op het digibord. Je kunt ze ook uitprinten of op bord schrijven. Zo brainstormen de kinderen met elkaar over het onderwerp. (zie site: voor uitleg werkvorm en de vragen) Kern De leerlingen mogen in groepjes van 2 tot 4 kinderen een portretfoto maken van elkaar. Ze zetten dus alleen het hoofd en de schouders op de foto. Als er slechts één camera is, kun je er ook voor kiezen om tijdens een gewone les telkens een paar leerlingen naar de gang te sturen om foto’s te maken. Zo kunnen alle kinderen om beurten foto’s maken. De leerkracht moet de foto’s op de computer zetten en vervolgens uitprinten. (als het foto’s maken niet lukt, kun je de kinderen ook pasfoto’s mee laten nemen of spiegels laten gebruiken.) Als iedere leerling een foto van zichzelf heeft kan het tekenen beginnen. Ieder kind maakt een zelfportret van zichzelf over 50 jaar. Voordat de leerlingen zelf gaan tekenen laat je de presentatie ‘dromen over later’ zien. Evt. kun je de kinderen laten zien hoe je handig een zelfportret kunt maken. Vervolgens gaan de kinderen zelf aan de slag. Afsluiting Laat de verschillende portretten zien die de leerlingen hebben gemaakt. Kunnen ze elkaar nog herkennen? Laat ieder kind op een kaartje schrijven wat hij/zij later wil worden. Deze informatie kun je goed gebruiken voor de volgende les.

Lesblad: ‘Een nieuw begin’ STIO