GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en...

12
Gezondheidsuniversiteit 2017 Reeks 10 | Acute Geneeskunde Informatieboekje Hart & vaten - Houd ze in de gaten! Reeks 15 | Avond 4 GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT Een gezond idee van het Maastricht UMC+ www.gezondheidsuniversiteit.nl

Transcript of GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en...

Page 1: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Gezondheidsuniversiteit 2017Reeks 10 | Acute Geneeskunde

InformatieboekjeHart & vaten - Houd ze in de gaten!Reeks 15 | Avond 4

GEZONDHEIDS-UNIVERSITEIT

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

www.gezondheidsuniversiteit.nl

Page 2: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 1

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

1. Systolisch en diastolisch hartfalen Hartfalen of decompensatio cordis is het onvermogen

van het hart om voldoende bloed rond te pompen. Hierdoor kan vermoeidheid, kortademigheid en oedeem (vocht ophoping) ontstaan. Het is vaak een eindstadium van chronische hart aandoeningen die het hart steeds meer overbelasten of door ischemische hartziekte. Voorbeelden van oorzaken zijn:

- Klepaandoeningen zoals een aortastenose- Hypertensie- Hartinfarct- Ritmestoornissen Meestal is het dus een ophoping van werkdruk op het

hart. Maar in sommige gevallen kan ook acuut hartfalen ontstaan, wanneer bijvoorbeeld abrupt een klep dysfunctie ontstaat.

Bij hartfalen wordt o.a. onderscheid gemaakt tussen diastolisch (tijdens de vulling van de kamers) en systolisch (tijdens het samenknijpen van het hart) hartfalen.

Afbeelding 1: De veranderingen bij systolisch en diastolisch hartfalen

Diastolisch hartfalen Onder diastolisch hartfalen verstaan we het hartfalen

door minder goede vulling van de kamers. Tijdens de diastole komt normaal gesproken bloed vanuit de boezems de kamers in om het vervolgens de longen en het lichaam in te pompen. Bij diastolisch hartfalen is de wand van de linker kamer abnormaal stijf waardoor het minder goed kan uitzetten en er dus minder volume in kan. Hierdoor verloopt de vulling niet meer goed en is er uiteindelijk ook minder bloed dat de kamer uit gaat. Dit leidt tot een daling in het slagvolume (het volume dat de kamer uitgaat per samentrekking). In rust merk je hier vaak niet veel van, maar bij inspanning kan het hart het volume niet voldoende verhogen.

Hierdoor wordt een persoon met hartfalen sneller moe bij inspanning. Doordat de wand van de linker kamer stijver is, neemt de druk tijdens het vullen toe. De linker boezem moet tegen een hogere druk in werken, maar dat lukt hem niet goed genoeg. Hierdoor stroomt een deel van het bloed terug de pulmonaire venen in richting de longen en ontstaat pulmonair oedeem, ook wel longoedeem genoemd. Dit zorgt uiteindelijk voor klachten zoals kortademigheid bij inspanning.

Systolisch hartfalen Systolisch hartfalen kan o.a. veroorzaakt worden door

een hartinfarct waarbij het ischemische weefsel niet meer goed functioneert en de kamer minder effectief pompt. Hierdoor wordt er minder volume uit de kamer weggepompt. Het slagvolume neemt hierbij weer af. Er blijft een groter volume achter in de kamer na iedere samentrekking, waarna er minder volume uit de boezem bij kan komen. Ook dit kan dezelfde gevolgen hebben als het diastolisch hartfalen waarbij longoedeem ontstaat. Wanneer er te veel volume terug de longen in gaat en het longoedeem te erg wordt, kan dit een ernstig zuurstoftekort veroorzaken en zelfs fataal zijn. Wanneer er aan de rechter kant hetzelfde gebeurt, gaat het volume niet terug de longen in, maar juist de rest van het lichaam. Hierdoor kan vocht in de lever ophopen, die dan groot en pijnlijk kan worden. Het opgehoopte vocht veroorzaakt ascites en kan in de benen oedeem veroorzaken (opgezwollen benen).

Afbeelding 2: symptomen bij hartfalen

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 3: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 2

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

Ejectiefractie De ejectiefractie (EF) is de hoeveelheid volume dat

de kamer uit wordt gepompt als percentage (fractie) van het totale volume dat in de kamer aanwezig is na de vulling. Het volume dat eruit gaat, is dus het slagvolume (SV) en het totale volume na de vulling (diastole) is het eind diastolisch volume (EDV); EF = SV/EDV.

Bij gezonde mensen is de EF ongeveer 60-70%. Bij hartfalen wordt ook m.b.v. de ejectiefractie een onderscheid gemaakt. Zo is er het HFrEF (hartfalen met reduced/afgenomen EF) en HFpEF (hartfalen met preserved/behouden EF). We spreken van HFrEF bij een ejectiefractie van <35%. Bij systolisch hartfalen zien we vaak een verminderde ejectiefractie (HFrEF) doordat de kamer het volume niet meer goed weg kan pompen. Bij diastolisch hartfalen zien we vaak juist het tegenovergestelde. Het slagvolume is dan wel minder, maar dit is vooral het gevolg van een verminderd EDV door minder vulling waarbij de pompfunctie nog wel normaal is. Hierdoor is de fractie uiteindelijk nog normaal.

2. Klepafwijkingen De rol van de hartkleppen is het afsluiten van de weg

terug zodat het bloed alleen maar de goede kant op kan stromen. Ze hebben een passieve rol, ze openen en sluiten zich onder invloed van de drukverschillen in en om het hart.

Als je een hartklepafwijking hebt dan kan het zijn dat:- De opening vernauwd is (door verkalking of vergroeiing

van de klepbladen)- De klep lekt (door beschadigde, verslapte of uitgerekte

klepbladen) Door deze hartklepafwijkingen kan de klep niet meer

helemaal sluiten of niet meer volledig opengaan waardoor de bloedstroom wordt gehinderd. Dit heeft verschillende gevolgen voor het hart die hieronder verder uitgewerkt worden. Een klepafwijking kan verschillende oorzaken hebben, namelijk ouderdom, aangeboren afwijkingen of ziektes zoals acuut reuma of infecties.

In medische termen wordt dit ook wel een insufficiëntie en stenose van een hartklep genoemd. Bij een insufficiëntie is het zo dat de klep lekt en bij een stenose is de opening vernauwd.

Bij alle 4 de kleppen van het hart (aortaklep, pulmonalisklep, tricuspidalisklep, mitralisklep) kan er zowel een stenose als een insufficiëntie ontstaan. Maar de meeste hartafwijkingen komen voor in de linkerharthelft. Dus bij de aortaklep en de mitralisklep.

Een gevolg van een stenose het hart meer energie en kracht nodig heeft om het bloed door de kleine doorgang te persen. Dit kan na verloop van tijd leiden tot een hypertrofe hartspier. De wand van dat deel van het hart wordt dan dikker en de ruimte waar het bloed in zit wordt relatief kleiner dan voorheen. De dikkere wand heeft dan meer zuurstof nodig om samen te trekken. Echter, de kransslagaders groeien niet mee met de wand en daardoor is dit dikkere gedeelte van het hart vatbaarder voor zuurstoftekort door bijvoorbeeld aderverkalking in de kransslagaders.

Bij een insufficiëntie gaat er wel voldoende bloed door de klep maar stroomt een deel terug in de verkeerde richting, dit komt doordat de klep dus niet goed sluit. De klepbladen sluiten dan niet meer goed op elkaar aan. Hierdoor moet het hart ook meer kracht zetten om dezelfde hoeveelheid bloed rond te pompen. Dit kan uiteindelijk leiden tot een gedilateerde (verwijde) hartspier, wat zou kunnen leiden tot o.a. hartfalen.

Omdat het hart dus harder moet gaan pompen om toch voldoende bloed weg te kunnen pompen kan er schade aan het hart ontstaan.

Afbeelding 3: Een aortaklepstenose

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 4: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 3

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

3. Geleidingsstoornissen Op avond 1 is de normale geleiding van het hart al kort

aan bod gekomen. Even een korte herhaling: Het hart trekt samen door een elektrische prikkel.

Het normale hartritme heet het sinusritme en wordt bepaald door de sinusknoop. De sinusknoop bevindt zich in de wand van de rechterboezem. Vanuit de sinusknoop verspreidt de elektrische prikkel zich over de boezems en naar de AV-knoop die zich ook nog in de rechterboezem bevindt. De AV-knoop houdt de elektrische prikkel heel even vast en verspreidt die dan bliksemsnel over de kamers. Als de elektrische prikkel verkeerd, te langzaam of te snel door het hart loopt, ontstaat een ritmestoornis.

Er zijn meerdere ritmestoornissen die op allerlei manieren van elkaar verschillen. De meeste ritmestoornissen zijn goed te behandelen. We zullen er een paar bespreken.

Tachycardie Tachycardie is een snel hartritme in rust van meer dan

100 slagen per minuut, oplopend tot 300 slagen per minuut. Op deze hoge frequenties is het hart vaak niet in staat om efficiënt bloed rond te pompen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen tachycardie met een regelmatige hartslag en tachycardie met een onregelmatige hartslag. Ook wordt er een onderscheid gemaakt in de locatie waar de ritmestoornis ontspringt, namelijk de boezem of de kamer.

Bradycardie Het tegenovergestelde van tachycardie is bradycardie;

de hartslag is te laag. Er is sprake van bradycardie als de hartslag minder dan 50 slagen per minuut is.

AV-blok Een AV-blok wordt veroorzaakt door een storing in de

AV-knoop van het hart. De AV-knoop houdt de prikkels van het hart even vast en verspreidt die prikkels daarna over de hartkamers. Bij een AV-blok wordt de prikkel langer vastgehouden dan normaal, waardoor het hartritme lager wordt. Er zijn 3 vormen van een AV-blok:

- Eerstegraads AV-blok: de AV-knoop geeft de prikkel te traag door aan de hartkamers

- Tweedegraads AV-blok: de AV-knoop geeft de prikkel willekeurig door aan de hartkamers

- Derdegraads AV-blok: de AV-knoop geeft de prikkel helemaal niet door aan de hartkamers

Afbeelding 4: Een AV-blok

Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en

komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is een hartritmestoornis waarbij de atria van het hart niet meer rustig en regelmatig samentrekken, maar juist veel te snel en vooral onregelmatig samentrekken. Doordat de prikkelgeleiding verstoord is, nemen andere hartcellen de pacemakerfunctie over. Dit heeft ectopie. In principe blijven de atria bij atriumfibrilleren wel nog effectief werken. Hierdoor blijft het hart voor een groot deel wel zijn vitale pompfunctie behouden. Atriumfibrilleren zorgt echter wel voor een vergroot risico op een beroerte door stase van het bloed. Dit bloed kan vervolgens klonteren en zo een beroerte veroorzaken.

Afbeelding 5: Atriumfibrilleren

Ventrikelfibrilleren Ventrikelfibrilleren of kamerfibrilleren is een ernstige

hartritmestoornis. De ventrikels worden veel te snel en chaotisch geprikkeld, waardoor ventrikels niet meer samentrekken. Er ontstaan heel veel kleine elektrische stroompjes naast elkaar (re-entry) wat het verloop van de prikkel over de ventrikels verstoort. Als gevolg hiervan wordt er geen bloed meer het lichaam in gepompt en ontstaat een hartstilstand.

Afbeelding 6: Ventrikelfibrilleren

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 5: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 4

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

4. Sporthart Overal om ons heen horen we dat het belangrijk is

om te sporten. De meeste mensen proberen dan ook regelmatig te bewegen. Sommigen wat meer dan anderen. Maar één ding merken wij allemaal: door sporten gaat je hart sneller kloppen. Echter ook hier zien we een verschil, sommigen mensen hebben een veel hogere hartslag dan anderen, al helemaal wanneer ze vaker gaan trainen. Hoe komt dat nou eigenlijk?

Het sporthart Een sporthart is een pathologische vergroting van het

hart, wat lijkt op een hypertrofische cardiomyopathie. Bij een sporthart is er bijna altijd sprake van een linkerkamer hypertrofie en intra ventriculair septum verdikking. Soms wordt er ook een dilatatie en dysfunctie van de linkerboezem gezien en een vergrote rechter- en linkerkamer.

Om als sporter deze afwijkingen te ontwikkelen aan je hart moet je ongeveer 2 jaar krachtig trainen voor tenminste 5 uur per week. Deze veranderingen ontstaan, zodat het hart beter om kan gaan met de vraag van het lichaam om bloed.

Oorzaak Wanneer iemand vaak naar de sportschool gaat en

bijvoorbeeld zijn armen veel traint, zullen deze steeds dikker worden. Dit komt doordat de spieren in de armen zich steeds meer aanpassen aan de kracht die van ze gevraagd wordt. Simpel gezegd werkt het ook zo met het hart bij een sporthart. Doordat een fanatieke sporter constant veel van het hart vraagt, zal ook het hart zich aan proberen te passen. Wanneer je sport moet er meer bloed door je lichaam gepompt worden om ervoor te zorgen dat je lichaam voldoende zuurstof en voedingsstoffen krijgt. Om meer rond te kunnen pompen moet het hart dus ook meer kracht zetten. Het gevolg hiervan is dat de wanden van het hart sterker en daarmee dikker worden. Het resultaat: een sporthart.

Verschillende vormen Nu doet natuurlijk niet elke sporter alleen aan

krachttraining. Met de verschillende sporten komen ook verschillende vormen van een sporthart voor. Deze verschillen zijn op de volgende manier te zien:

- Duursporters zoals hardlopers en zwemmers krijgen een verdikking van de linker kamerwand en een vergroting

van de linkerkamer. - Krachtsporters zoals gewichtheffers krijgen met name

een verdikking van de linker kamerwand en een milde vergroting van de linkerkamer.

- Combinatie sporters, zoals roeiers en fietsers, krijgen een sterke verdikking van de linker kamerwand en een vergroting van de linkerkamer.

Daarnaast heb je ook nog een verschil in concentrisch of excentrische vergroting van het hart. Concentrisch wil zeggen dat er een vergroting ontstaat van de kamer zelf, waardoor het hart van buiten er groter uit ziet en er dus meer bloed in de hartkamer kan komen. Excentrisch wil zeggen dat er een verdikking ontstaat van de wand, waardoor het hart van buiten vergroot, maar de ruimte in het hart niet vergroot.

Afbeelding 7: Concentrisch en excentrische vorming van de hartspier

Symptomen Meestal zijn er geen symptomen aanwezig, maar in

sommige gevallen kunnen de volgende symptomen toch aan het licht komen:

- Bradycardie- Linker ventrikel impuls welke op de verkeerde plaats

komt, te groot is of met een vergrote amplitude verschijnt

- Systolische souffle- S3 en S4 hartklanken

Diagnose De diagnose kan het beste worden gesteld door

een echo van het hart te maken. Hierop zijn de veranderingen in vorm goed te zien. Ook is het mogelijk om op een hartfilmpje te zien dat het hart is vergroot.

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 6: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 5

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

Gevolgen Doordat er veranderingen optreden in de structuur van

het hart, kunnen er geleidingsstoornissen ontstaan. Deze geleidingsstoornissen kunnen ervoor zorgen dat er hartritmestoornissen ontstaan, soms met fatale gevolgen. Gelukkig is het mogelijk om, wanneer er sprake is van een sporthart, doormiddel van het afbouwen van je trainingen ook je hart weer naar normale omvang te krijgen. Wel komt er in steeds meer studies naar voren dat het volledig aftrainen van het hart niet mogelijk is. Er zal altijd iets van verandering blijven bestaan, met daarmee een vergroot risico op geleidingsstoornissen.

Afbeelding 8: Vergelijking van anatomie en hartfilmpje van normaal hart vs sporthart vs abnormaal vergroot hart

5. PV-lus Er zijn drie componenten die de prestatie van het hart

bepalen: voorbelasting, nabelasting en contractiliteit. De voorbelasting oftewel preload is het einddiastolisch volume (EDV). Dit is dus de inhoud aan het einde van de diastole. Het EDV wordt door twee factoren bepaald. De eerste factor is de druk in de venen/aders voor het hart, wat de snelheid van de vulling bepaalt. De tweede is de duur van de diastole, hoe langer de diastole duurt, hoe meer het hart zich kan vullen en het EDV toeneemt.

De nabelasting ook de afterload is de druk waartegen het hart moet uitpompen, dit is de druk die aan het eind van de diastole ontstaat in de aorta. Hoe hoger de druk in de aorta is, hoe meer kracht het hart moet leveren om het bloed vanuit de linkerkamer het lichaam in gepompt te krijgen.

De contractiliteit zegt iets over de mate van samentrekking van het hart. Hoe groter de contractiliteit is, hoe meer kracht een hart heeft en hoe meer volume er uit het hart gepompt kan worden. Hierdoor neemt het slagvolume toe en neemt ook de ejectiefractie toe.

Het slagvolume geeft aan hoeveel volume er per hartcyclus uit de linkerkamer gepompt wordt. Na de systole is de kamer niet volledig leeg, omdat dan de druk in de kamer te laag is ten opzichte van de aorta en de aortaklep weer dicht gaat. De druk die hiervoor nodig is kan uitgezet worden tegen het volume van de kamer. Dit wordt weergegeven in het druk-volumediagram (afbeelding 9) en geeft dus een weergave van de druk en volume in de linkerkamer.

Afbeelding 9: Een druk-volumediagram

Om de druk volume lus beter te begrijpen is het belangrijk om met een bepaalde structuur de grafiek te bestuderen. We beginnen bij A: dit is de diastole en de linkerventrikel (LV) vult zich met bloed vanuit de linkerkamer de mitralisklep staat open. De mitralisklep sluit en fase B ontstaat: de isovolumetrische contractie, dit is tevens de start van de systole. Hierbij blijft het volume gelijk, maar wordt de druk verhoogd doordat het hart contraheert. Vervolgens als de druk hoog genoeg is in de LV om de druk in de aorta te overwinnen opent de aortaklep en stroomt het bloed vanuit de LV de aorta in, dit is fase C. Als de druk in de aorta weer groter wordt dan in de LV zal de aortaklep sluiten en is de systole voorbij. In fase D is er sprake van isovolumetrische relaxatie. Er stroomt geen bloed vanuit de boezem naar de kamer en het hart krijgt even de tijd om bij te komen van prestatie die het net geleverd heeft. Dan zal de mitralisklep open gaan en stroomt er weer bloed vanuit de boezem naar de LV en is de hartcyclus rond.

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 7: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 6

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

Afbeelding 10: Veranderingen van de PV-lus

6. Symptomen Hartfalen zorgt voor opstapeling van bloed in het

lichaam. Dit opstapelen van bloed wordt ook wel congestie genoemd. Wanneer men over hartfalen spreekt, wordt hierbij dikwijls de term congestief hartfalen gebruikt. De plek van de opstapeling is afhankelijk van de kant van het hart dat is aangedaan. Bij linkszijdig hartfalen ontstaat er een vochtopstapeling in de longen, terwijl bij rechtszijdig hartfalen het vocht zich opstapelt in het lichaam.

Een bekend symptoom voorkomend bij een persoon met hartfalen is dat deze benauwd wordt en het gevoel heeft dat hij of zij niet genoeg lucht krijgt. Deze benauwdheid wordt ook wel dyspneu genoemd. De oorzaak hiervan is de bovengenoemde bloedopstapeling in de longen (congestie), omdat het hart niet genoeg bloed kan rondpompen naar het lichaam. Dit verhoogt de bloeddruk in het vaatbed van de longen leidende tot het uittreden van vloeistof rondom de longblaasjes (alveoli), de plek waar zuurstof en koolstofdioxide worden uitgewisseld. Omdat er nu vocht in zit, verloopt deze uitwisseling lastiger en krijgt het bloed minder zuurstof geleverd. Dit leidt tot de benauwdheidsklachten. Daarnaast kan dit ook klachten van hoesten veroorzaken. Wanneer deze personen plat gaan liggen, wordt de benauwdheid erger omdat het zuurstofarme bloed vanuit de venen van de benen gemakkelijker kan terugstromen naar het hart. Dit zorgt ervoor dat er nog meer bloed naar de longen gaat, waardoor er nog minder zuurstof afgegeven wordt aan de bloedvaten.

Andere mogelijke symptomen ontstaan door het gevolg van vochtophoping, ook wel oedeem genoemd, op een andere plaats in het lichaam dan de longen. Bij de enkels en voeten treedt door de vochtophoping zwelling op. Ook in de lever en milt kan het bloed zich opstapelen en dit zorgt voor een vergroting van deze organen.

Dit kan erg pijnlijk zijn en wanneer dit voor een langere tijd aanhoudt, zorgt dit voor leverfalen (de lever kan zijn functies niet meer goed uitvoeren). Wanneer er te weinig bloed door het hart wordt rondgepompt, merken de nieren dit op en laten ze een eiwit vrij genaamd renine. Dit eiwit zorgt, via een complex proces, voor het vasthouden van vocht en een samentrekking van de perifere bloedvaten. De druk in de bloedvaten wordt hierdoor zo groot dat er vloeistof begint te lekken. Dit vloeistof hoopt zich buiten de bloedvaten op en geeft de bovenstaande symptomen.

Nog andere symptomen dat een persoon met hartfalen kan ervaren zijn vermoeidheid en een snelle of onregelmatige hartslag. Bovendien zal een persoon met hartfalen ’s nachts dikwijls wakker worden om te moeten plassen. Dit is een reactie van het lichaam om het opgestapelde vocht weg proberen te werken. De opstapeling van vocht in het lichaam zorgt bovendien voor een toename in het gewicht.

Afbeelding 11: Symptomen van hartfalen

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 8: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 7

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

7. Lichamelijk onderzoek Inspectie Bij de inspectie wordt er goed naar de patiënt gekeken

om te bepalen of er aanwijzingen zijn voor hartfalen. Er wordt onder andere beoordeeld of de patiënt overgewicht heeft of dat er sprake is van cachexie. Overgewicht zorgt namelijk voor een grote belasting van het hart en cachexie geeft bij hartfalen een slechtere prognose. Verder kan er bij inspectie gekeken worden naar de halsvaten. De halsvenen, de vena jugularis interna en externa, staan in open verbinding met het hart.

De oppervlakkig gelegen vene, de vena jugularis externa, kan gebruikt worden voor het uitwendig bepalen van de centraal veneuze druk. Deze geeft een beeld over de druk en vullingstoestand van de rechter harthelft en is bij hartfalen vaak verhoogd door overvulling. De centraal veneuze druk wordt uitwendig bepaald door te patiënt in rugligging op de onderzoekbank plaats te laten nemen met de hoofdsteun in een lichte hoek en het hoofd naar de tegenovergestelde zijde gedraaid dan de zijde die beoordeeld wordt. Er kan dan bepaald worden hoever de vena jugularis externa gevuld is met bloed en waar het collapspunt ligt (het punt waar de vena jugularis niet meer gevuld is). Vervolgens wordt gekeken hoever het collapspunt boven een denkbeeldige horizontale lijn over angulus sterni (een deel van het borstbeen) ligt. Voor een normale CVD mag deze afstand niet meer dan 2-4 cm zijn. Tenslotte kan er bij inspectie nog gekeken worden naar de aanwezigheid van vochtophoping door het lichaam. Bij hartfalen kan door de hoge druk in de bloedvaten vocht uit de circulatie treden. Als dit gebeurt in de buik spreekt met van ascites en is er bij inspectie een bolle, met vocht gevulde buik te zien. Als dit gebeurt in de benen spreekt met van pitting oedeem en heeft de patiënt gezwollen enkels/onderbenen waar putjes in gedrukt kunnen worden.

Auscultatie Bij auscultatie wordt er zowel geluisterd naar de longen

als naar het hart. Bij de auscultatie van de longen wordt er vooral gelet op de ademhalingsfrequentie en de aanwezigheid van crepitaties. Bij hartfalen er vaak sprake van een versnelde ademhaling. Crepiteren is een soort krakend geluid dat bij auscultatie hoorbaar is tijdens de inademing.

.

Afbeelding 12: Verhoogde centraal veneuze druk.

Afbeelding 13: Pitting oedeem op het scheenbeen

Het geluid wordt veroorzaakt door het openen van de longblaasjes door de binnenkomende lucht. Bij gezonde patiënten geeft het openen van de longblaasjes meestal geen hoorbaar geluid, maar bij hartfalen zorgt het vocht in de longen voor het kraken Bij de auscultatie van het hart wordt geluisterd naar de 1e en 2e harttoon en of er eventueel hoorbare souffles. Een souffle over het hart kan namelijk wijzen op een klepafwijking met hartfalen tot gevolg. Ook de aanwezigheid van een derde harttoon bij het ausculteren van het hart kan wijzen op hartfalen. De derde harttoon wordt veroorzaakt door trilling van de kamerwand door een versnelde vulling. Deze toegenomen volumebelasting komt voor bij pathologie aan het hart zoals een verminderde uitrekking ten gevolge van een hoge bloeddruk of een infarct.

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 9: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 8

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

8. Behandeling Hartfalen betekent dat de pompfunctie van het hart

minder goed werkt. Hierdoor krijgt het lichaam niet genoeg zuurstof en voedingsstoffen. De bloedvaten raken vol en er kan vocht uit gaan lekken. Dit gebeurt vooral naar de longen, buik, benen en enkels. Hartfalen is een chronische ziekte met een wankel evenwicht. Dat evenwicht wordt in stand gehouden door een goede behandeling.

De behandeling van hartfalen bestaat meestal uit medicijnen en adviezen voor een gezonde leefstijl. In enkele gevallen is het mogelijk om de oorzaak van het hartfalen weg te nemen.

Niet-medicamenteuze adviezen De eerste stap in de behandeling van hartfalen

zijn de niet-medicamenteuze behandeladviezen. De eerste twee adviezen zijn van belang voor het vochthuishoudingssysteem van het lichaam. Vaak luidt het eerste advies om de vochtintake te beperken. Het probleem bij hartfalen ligt hem er juist in dat er te veel vocht in het lichaam aanwezig is, dus moet de patiënt niet meer drinken dan strikt noodzakelijk is! Daarnaast wordt geadviseerd om weinig zout te eten, zout zorgt er namelijk voor dat de nieren minder urine produceren, waardoor er ook meer vocht in het lichaam blijft. Verdere leefstijladviezen zijn om niet te roken, voldoende te bewegen, gezond eten en elk jaar de griepprik te halen.

Medicatie Patiënten met hartfalen krijgen vaak een hele waslijst

aan medicijnen. De eerste groep medicijnen zijn de antihypertensiva (bloeddrukverlagers). In de meeste gevallen worden ACE-remmers en/of bètablokkers gebruikt. Deze hebben invloed op het RAAS-systeem dat op de eerste avond van deze reeks is behandeld. In afbeelding 14 ziet u waar de verschillende medicatie allemaal op kan ingrijpen. Het uiteindelijke doel van de medicijnen is het verbeteren van de hartfunctie en voorkomen dat het hart verder achteruit gaat. De tweede groep zijn de plasmiddelen (diuretica). Deze plasmiddelen voeren het teveel aan vocht af.

Afbeelding 14: Effect van verschillende medicijnen op het RAAS-

systeem

Oorzaken aanpakken In sommige gevallen kan een oorzaak van het

hartfalen aangepakt worden. Wanneer hartfalen wordt veroorzaakt door coronaire hartziekte, hartklepgebreken, ritme- of geleidingsstoornissen is het mogelijk om deze (deels) te verhelpen. Hierbij kan respectievelijk gedacht worden aan een bypass-/ of dotterbehandeling, een hartklepoperatie of vervanging of de behandeling van hartritmestoornissen.

Acuut hartfalen Wanneer de behandeling niet voldoende werkt, kan

de patiënt een acute verergering van het hartfalen krijgen. Dit is vaak zo ernstig dat iemand moet wordt opgenomen in het ziekenhuis. De kans op overlijden binnen het eerste jaar na de diagnose ligt tussen de 24 en 43%. De laatste jaren is deze kans echter aan het verbeteren door een betere organisatie van de zorg.

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 10: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 9

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

Stellingen

1. Bij diastolisch hartfalen is het slagvolume minder doordat de hartspier zwakker is en niet goed meer kan pompen.

2. Een stenose van een hartklep ontstaat door verslapping van de klepbladeren.

3. Bij de hartritmestoornis ventrikeltachycardie is er sprake van een hartstilstand.

4. Het sporthart van een duursporter heeft net als een krachtsporter een verdikking van de kamerwand op de voorgrond staan.

5. De systole begint bij het openen van de aortaklep tijdens een hartcyclus.

6. Bij een personen met hartfalen worden de benauwdheidsklachten dikwijls erger wanneer deze personen plat gaan liggen.

7. Een normale centraal veneuze druk mag de afstand tussen het collapspunt en angulus sterni niet meer dan 2-4 cm zijn.

8. Wanneer iemand zout eet, zorgt dit ervoor dat er meer vocht wordt vastgehouden in het lichaam.

Begrippenlijst

1. Systolisch en diastolisch hartfalen- Decompensatio cordis: hartfalen, onvermogen van het

hart om voldoende bloed rond te pompen- Oedeem: vochtophoping, vaak voorkomend in de benen- Ischemische hartziekten: ziekte van het hart door

zuurstoftekort, zoals een infarct- Diastolisch hartfalen: hartfalen door minder goede

vulling van de kamers- Systolisch hartfalen: verminderde output van het hart

door een verminderde pompfunctie- Slagvolume: het volume wat de kamer uit gaat per

samentrekking

- Pulmonair oedeem: vochtophoping in de longen- Ejectiefractie: een percentage dat uitdrukt hoeveel bloed

er bij het samentrekken van de hartspier uit de linker- of de rechterkamer wordt geperst

- Eind diastolisch volume: het volume wat in de kamer aanwezig is na de vullingsfase (diastole)

- HFrEF: hartfalen met reduced/afgenomen ejectiefractie- HFpEF: hartfalen met preserved/behouden ejectiefractie

2. Klepafwijkingen- Insufficiëntie: de hartklep sluit niet meer goed- Stenose: de opening van de hartklep is vernauwd- Hypertrofie: is weefsels of organen die in grootte

toenemen door vergroting van het volume van de afzonderlijke cellen.

3. Geleidingsstoornissen- Ectopie: het overnemen van de prikkelgeleiding

(pacemakerfunctie) door andere hartcellen.- Stase: stilstaan - Re-entry: het terugkeren van een impuls in het hart

uit een gebied dat al geprikkeld is, waardoor het hart nogmaals geprikkeld wordt.

4. Sporthart- Hypertrofische cardiomyopathie: Als hierbij zijn de

spiervezels dikker - Linkerkamer hypertrofie: vergroting van de linker kamer- Intraventriculair septum verdikking: verdikking van de

wand tussen de twee kamers in, het septum. - Dilatatie: uitzetting van een ruimte- Bradycardie: te langzaam slaan van het hart, ritme

onder de 60 slagen per minuut.

5. PV-lus- Preload: de voorbelasting, het einddiastolisch volume- Einddiastolisch volume: het volume dat de

linkerventrikel bevat aan het einde van de diastole- Diastole: de periode dat de kamers zich vullen met bloed- Afterload: de nabelasting, de druk waartegen het hart

moet pompen- Contractiliteit: de mate van samentrekking van het hart- Slagvolume: het volume dat met iedere ejectie het hart

uitgepompt wordt.

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 11: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 4 10

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+

- Ejectiefractie: de hoeveelheid uitgepompte bloedvolume (slagvolume)/ het totale volume van de linkerkamer. Dit is een percentage rond de 60-70% bij gezonde mensen

- Druk-volume diagram/lus: de druk van de linkerkamer uitgezet tegen het volume

- Isovolumetrische contractie: periode waarbij het volume in de linkerventrikel gelijk blijft en alle kleppen gesloten zijn, maar waarbij wel de druk in de kamer toeneemt

- Systole: de periode van contractie van het hart- Isovolumetrische relaxatie: periode van ontspanning

waarbij het volume gelijk blijft, maar de druk wel afneemt en alle kleppen gesloten zijn

6. Symptomen- Congestie: Opstapeling van bloed op een plek in het

lichaam.- Dyspneu: Medische term voor benauwdheid, waarbij

een persoon het gevoel heeft dat deze niet genoeg lucht krijgt.

- Oedeem: Medische term voor het optreden van een zwelling door een ophoping van vocht.

- Renine: Een eiwit dat door de nieren wordt gemaakt en afgegeven aan het lichaam. Dit eiwit zorgt onder andere voor het vasthouden van vocht.

7. Lichamelijk onderzoek- Cachexie: ernstig gewichtsverlies en verlies van

spiermassa- Ascites: een abnormale ophoping van vocht in de

buikholte- Crepitaties: een soort krakend geluid dat bij auscultatie

hoorbaar is tijdens de inademing. Het geluid wordt veroorzaakt door het openen van de longblaasjes door de binnenkomende lucht.

8. Behandeling Geen begrippen

Literatuurlijst 1. Systolisch en diastolisch hartfalen- De Nederlandse Hartstichting. (z.d.). Alles over hartfalen.

Geraadpleegd op 4 december 2019, van https://www.hartstichting.nl/hart-en-vaatziekten/hartfalen-gids?gclid=CjwKCAiA5o3vBRBUEiwA9PVzamrHD637tjPnWItgRp59cqfp_pMRsEzA8gBTX7snCVodP_oWLfZsvxoC5d0QAvD_BwE

- Marieb, E. N., & Hoehn, K. (2019). Human anatomy & physiology. Hoboken, NJ: Pearson.

- NHG. (z.d.). NHG-Standaard Hartfalen. Geraadpleegd op 3 december 2019, van https://www.nhg.org/standaarden/volledig/nhg-standaard-hartfalen#Richtlijnendiagnostiek

- Krause, L. (2019, 19 april). What Is Pulmonary Edema? Geraadpleegd op 3 december 2019, van https://www.healthline.com/health/pulmonary-edema#outlook

- Klabunde, R. E. (n.d.). Chapter 4: Cardiac Function. In Cardiovascular Physiology Concepts (second).

- Nederlandse Vereniging Voor Cardiologie. (z.d.). HARTFALEN | Hartwijzer | NVVC. Geraadpleegd op 3 december 2019, van https://www.hartwijzer.nl/hartfalen

2. Klepafwijkingen- Hartstichting. (2019). Een hartklepaandoening

wat betekent dat? Geraadpleegd van https://www.hartstichting.nl/getmedia/17f02153-7d0d-477d-97e9-f3475fb407d1/brochure-hartstichting-hartklepaandoening.pdf

- Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC). (z.d.). Klepgebrek. Geraadpleegd op 3 december 2019, van https://www.hartwijzer.nl/klepgebrek

3. Geleidingsstoornissen- Lees wat een hartritmestoornis is | Hartstichting. (z.d.).

Geraadpleegd op 2 december 2019, van https://www.hartstichting.nl/hart-en-vaatziekten/gids-hartritme/wat-is-een-ritmestoornis?tab=3

- Hartritmestoornis | Thuisarts. (z.d.). Geraadpleegd op 2 december 2019, van https://www.thuisarts.nl/hartritmestoornis

- Hartritme- en geleidingsstoornissen. (z.d.). Geraadpleegd op 2 december 2019, van https://www.umcg.nl/NL/Zorg/Volwassenen/zob2/Hartritme_en_geleidingsstoornissen/Paginas/default.aspx

Gezondheidsuniversiteit 2019Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

Page 12: GEZONDHEIDS- UNIVERSITEIT · Atriumfibrilleren Dit is de meest voorkomende hartritmestoornis en komt vooral voor bij oudere mensen. Atriumfibrilleren, ook wel boezemfibrilleren, is

Avond 1 11

Gezondheidsuniversiteit 2017Reeks 10 | Acute Geneeskunde

Een gezond ideevan het Maastricht UMC+Gezondheidsuniversiteit 2019

Reeks 15 | Hart & Vaten - Houd ze in de gaten!

4. Sporthart- McKee H. The pathophysiology of the Athlete’s Heart

(2017). Master of Science in Nursing (MSN) Student Scholarship. 242

- Donnellan E. Time-honored treatments for the initial management of acute coronary syndromes: Challenging the status quo (2017). Elsevier Inc.

5. PV-lus- Bouman, L. N., Bernards, J. A. & Bodekke H. W. G. M

(2008) Medische Fysiologie. Houten: Bohn Stafleu van Loghum (tweede druk)

- Wikipedia (z.d) Pressure Volume Loop. Geraadpleegd op 3-12-2019, van https://en.wikipedia.org/wiki/Pressure%E2%80%93volume_loop_analysis_in_cardiology

6. Symptomen- Congestive Heart Failure and Heart Disease. WebMD.

Geraadpleegd via https://www.webmd.com/heart-disease/guide-heart-failure#2

- Heart Failure. Mayo Clinic. Geraadpleegd via https://www.mayoclinic.org/diseases-conditions/heart-failure/symptoms-causes/syc-20373142

- Wat is hartfalen? Hartstichting Nederland. Geraadpleegd via https://www.hartstichting.nl/hart-en-vaatziekten/hartfalen-gids

7. Lichamelijk onderzoek- NHG-Standaard Hartfalen | NHG. (z.d.). Geraadpleegd

op 3 december 2019, van https://www.nhg.org/standaarden/volledig/nhg-standaard-hartfalen

- Duijnhoven, E. M., Duijnhoven, E. M., Gorgels, A. P. M., & van Duijnhoven, E. M. (2009). Het onderzoek van de tractus circulatorius. Nederland: Skillslab, Onderwijs Instituut Geneeskunde, Universiteit Maastricht.

- Glerum, J. H. (2009). Diagnose en Therapie 2009. Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.

8. Behandeling- Thuisarts. (2015, 5 februari). Ik heb hartfalen.

Geraadpleegd op 3 december 2019, van https://www.thuisarts.nl/hartfalen/ik-heb-hartfalen

- De Nederlandse Hartstichting. (z.d.). Behandeling hartfalen | Hartstichting. Geraadpleegd op 3 december 2019, van https://www.hartstichting.nl/

hart-en-vaatziekten/hartfalen-gids/behandeling-hartfalen?tab=2

- Volksgezondheidszorg. (z.d.). Hartfalen | Cijfers & Context | Oorzaken en gevolgen | Volksgezondheidenzorg.info. Geraadpleegd op 3 december 2019, van https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/hartfalen/cijfers-context/oorzaken-en-gevolgen#node-kans-op-overleven-na-diagnose-hartfalen-0

- NHG. (z.d.). NHG-Standaard Hartfalen. Geraadpleegd op 3 december 2019, van https://www.nhg.org/standaarden/volledig/nhg-standaard-hartfalen#Richtlijnendiagnostiek

Avond 4