Gewichten en Inhouden GEBRUIK KOMMA EN PUNT In (grote) getallen kunnen komma’s en punten worden gebruikt. Dit kan verwarring geven omdat het gebruik hiervan internationaal verschilt. In Nederland wordt de komma gebruikt om decimale getallen te schrijven. Dus bijvoorbeeld 0,23 = nul komma drieëntwintig Volgens de ISO standaard worden voor de leesbaarheid grote getallen gescheiden door een halve spatie. Dus bijvoorbeeld 1 000 000 of 1,345 678 Maar in Nederland – ook in deze oefenvragen - wordt de punt dikwijls gebruikt om bij grote getallen de duizendtallen te scheiden. Dus bijvoorbeeld 1.000.000 = één miljoen. In Angelsaksische landen is dit net omgekeerd. Dan wordt de punt gebruikt bij decimale getallen en de komma bij duizendtallen. Op rekenmachines die engels-talig zijn wordt als decimaal teken dus vaak op het display een punt getoond. LET OP: Het is mogelijk dat het fout wordt gerekend als je bij een toets de punt als decimaal teken invoert! GEWICHTEN De volgende gewichtseenheden worden gebruikt: kilogram = kg gram = g (of voluit gram) decigram = dg centigram = cg milligram = mg microgram = µg (soms ook mcg) 1 kilogram = 1.000 gram 1 gram = 10 decigram = 100 centigram = 1.000 milligram = 1.000.000 microgram of 1 kg = 1.000 g 1 g = 10 dg = 100 cg = 1.000 mg = 1.000.000 µg INHOUDEN De volgende inhoud eenheden worden gebruikt: liter = l (kleine letter l niet te verwarren met het cijfer 1) deciliter = dl centiliter = cl milliliter = ml 1 liter = 10 deciliter = 100 centiliter = 1.000 milliliter of 1 l = 10 dl = 100 cl = 1.000 ml CC kubieke centimeter 1 liter heeft een inhoud van 10 x 10 x 10 centimeter = 1.000 kubieke centimeter. = 1.000 cm3

De eenheid kubieke centimeter = cm3 wordt afgekort als cc (cubic centimeter). 1 liter = 1.000 cc 1 cc is dus 1 ml. LET OP: 1 cc is dus NIET 1 cl

KOMMA VERSCHUIVEN! Omrekenen van gewichten en inhouden is de komma verschuiven naar rechts ( ) of naar links ( ) Van liters naar dl naar cl naar ml schuift de komma naar rechts. ( ) Het getal wordt steeds groter. 1,234 liter = 12,34 dl = 123,4 cl = 1.234 ml (let op punt en komma) Van ml naar cl naar dl naar liter verschuift de komma naar links. ( ) Het getal wordt steeds kleiner. 1 ml = 0,1 cl = 0,01 dl = 0,001 liter Van gram naar dg, naar cg, naar mg, naar µg verschuift de komma naar rechts ( ) 1,234 g = 12,34 dg = 123,4 cg = 1.234 mg = 1.234.000 µg (let weer op de komma en de punt) Van µg naar mg, naar cg, naar dg, naar g, naar kg, verschuift de komma naar links ( ) Zo nodig worden nullen ingevoegd. 1 µg = 0,001 mg = 0,000 1 cg = 0,000 01 dg = 0,000 001 g ( 1 miljoenste gram) SOORTELIJK GEWICHT Om met het rekenen van gewichten en inhouden te oefenen zijn er opgaven over het Soortelijk Gewicht (SG) Het Soortelijk gewicht van een stof is het gewicht in Kg dat 1.000 kubieke centimeter (= 1 liter) van die stof weegt. 1 liter water weegt 1 kilogram. Het SG van water is dus precies 1. Voorbeeld : Indien het SG van een bepaalde vloeistof is 1,5 betekent dit: 1 liter weegt 1,5 Kg 1 liter = 1.000 cc 1,5 kilogram – 1.500 gram. 1 cc van die vloeistof weegt dus 1,5 gram. Omgekeerd : Indien 1 liter 850 gram = 0,850 Kg weegt, is het SG van die stof 0,85. Dus stel dat gevraagd wordt 120 gram af te meten van een vloeistof met SG 1,2 dan kun je de inhoud berekenen als volgt: Een SG van 1,2 betekent dat een liter weegt: 1,2 Kg is gelijk aan 1.200 gram 120 gram is dus 120/1200 = 1/10 = 0,1 liter = 1 dl = 10 cl