Geschiedenis Van de Nederlanden

28
Geschiedenis van de Nederlanden / Blom en Lamberts. 7 e eeuw v.C. Hallstatt cultuur: introductie ijzer’’/ 5 e eeuw v.C. La Téne cultuur: Kelten, prille verstedelijking en sociale differentiatie. 2 e eeuw v.C. Westelijke migratiebeweging van de Germanen 57 v.C. Eerste geschreven bronnen, als Romeinen olv Julius Ceasar Gallië veroveren. Rijn grens tussen het Romeinse Rijk en Germanië (Franken/Saksen/Friezen). Foederati (Germanen onder Romeins gezag). Onderverdeling in civitates. 5 e – 8 e eeuw Merovingische Periode: stichting Frankische Rijk. 465 – 511 Clodowech, belangrijkste Merovingische vorst: bekeert zich tot geloof. Gewoonterecht: personaliteits en territorialiteitsbeginsel. Uniformiteit Rome verdwijnt. Neustrië en Astrasië gebieden na dood Clodowech. 625 – 639 Dagobert I onderwerp Friezen aan Frankisch gezag. Willibrord aardbisschop van de Friezen (1. missionisering, 2. uitbreiding territorium, 3. handelsplaatsen). 8 e – 9 e eeuw Karolingische Periode, verdere uitbreiding Frankische Rijk. Pippiniden (hofmeiers vorsten) nemen gezag over. 741 – 751 Paus bedreigt door Longobarden, Pippijn I komt Paus te hulp en hij wordt gezalfd tot koning van de Franken. Bestuurt volgens ‘Spoil-systeem’. 768 – 814 Karel de Grote. Onderwerpt Saksen. 800 Karel de Grote keizer van het HRR, gekroond door Paus. Keizer verantwoordelijk Capitulare missorum generale: restauratie Romeinse Rijk. 814 – 843 Lodewijk de Vrome (enige zoon Karel de Grote). 843 Verdrag van Verdun: rijk Lodewijk de Vrome verdeeld onder zijn zoons. Karel de Kale: West Francië / Lodewijk de Duitser: Oost – Francië / Lotharius I: Midden Francië. 925 Hendrik de Vogelaar (Duitse keizer) annexeert Midden Francië: scheiding Duitse en Franse rijk.

Transcript of Geschiedenis Van de Nederlanden

Page 1: Geschiedenis Van de Nederlanden

Geschiedenis van de Nederlanden / Blom en Lamberts.

7e eeuw v.C. Hallstatt cultuur: introductie ijzer’’/5e eeuw v.C. La Téne cultuur: Kelten, prille verstedelijking en sociale differentiatie.2e eeuw v.C. Westelijke migratiebeweging van de Germanen57 v.C. Eerste geschreven bronnen, als Romeinen olv Julius Ceasar Gallië veroveren.

Rijn grens tussen het Romeinse Rijk en Germanië (Franken/Saksen/Friezen).Foederati (Germanen onder Romeins gezag). Onderverdeling in civitates.

5e – 8e eeuw Merovingische Periode: stichting Frankische Rijk.465 – 511 Clodowech, belangrijkste Merovingische vorst: bekeert zich tot geloof.

Gewoonterecht: personaliteits en territorialiteitsbeginsel. Uniformiteit Rome verdwijnt. Neustrië en Astrasië gebieden na dood Clodowech.

625 – 639 Dagobert I onderwerp Friezen aan Frankisch gezag. Willibrord aardbisschop van de Friezen (1. missionisering, 2. uitbreiding territorium, 3. handelsplaatsen).

8e – 9e eeuw Karolingische Periode, verdere uitbreiding Frankische Rijk. Pippiniden (hofmeiers vorsten) nemen gezag over.

741 – 751 Paus bedreigt door Longobarden, Pippijn I komt Paus te hulp en hij wordt gezalfd tot koning van de Franken. Bestuurt volgens ‘Spoil-systeem’.

768 – 814 Karel de Grote. Onderwerpt Saksen. 800 Karel de Grote keizer van het HRR, gekroond door Paus. Keizer

verantwoordelijk Capitulare missorum generale: restauratie Romeinse Rijk.814 – 843 Lodewijk de Vrome (enige zoon Karel de Grote).843 Verdrag van Verdun: rijk Lodewijk de Vrome verdeeld onder zijn zoons.

Karel de Kale: West Francië / Lodewijk de Duitser: Oost – Francië / Lotharius I: Midden Francië.

925 Hendrik de Vogelaar (Duitse keizer) annexeert Midden Francië: scheiding Duitse en Franse rijk.

936 – 1002 Hendrik de Vogelaar, hertog van de Saksen en nakomelingen Otto I, II en III. 10e eeuw IJzeren eeuw: uiteenvallen rijk na dood Karel de Grote. Adellijke families gaan streven naar vergroting van de macht (Boudewijn de IJzeren van Vlaanderen).

2. Periode van landsheerlijkheden (11e tot 13e eeuw)Drie soorten deelnemers strijden om de macht: landsheren/kleine adel/stedelijke burgerij. Paus monopolie op Latijn, juist daarom ontwikkelen volkstalen zich. Eeuw van de Economische Renaissance. Religie. Vroege ME gedwongen bekering, daarna: 1. Christendom ontwikkelt naar functionele godsdienst, 2. Verinnerlijking van het geloof (biecht en preek). Niet mogelijk zonder religieuze elite. Kloosters leven volgens regels van Benedictus. Diverse ordes:

- Cluniacenzers (kluizenaars: levenskracht herstellen)- Premonstratenzerorde (Norbert van Gennep)- Cisterciënzerorde (van af 1163: zelfheiliging, scoiaal isolement, aanpak ketters)- Bedelorden: richten zich op stad (doorbaken armoede ideaal; afstand van privébezet)- Vrouwenkloosters: begijnenbeweging, devotae mulieres: vrome vrouwen

ontwikkelen zich tot begijnen.

Page 2: Geschiedenis Van de Nederlanden

11e eeuw Boudewijn V voert bestuurlijke hervormingen door in Vlaanderen (kasselrijen met burggraven), breidt zicht uit ten koste van Lotharingen.

1018 Slag bij Merwede: Hollandse graaf Dirk III verslaat Duitse troepen te Vlaardingen. Ontwikkeling Holland hangt samen met vruchtbaarheid landschap (beheerd door heemraadschappen).

1099 Godfried van Boullion1106 Graven van Leuven (Brabant)1112 Concordaat van Worms: beëindigd Investituurstrijd (twistvraag over

benoeming hoge geestelijken) en daarmee de keizerlijke bemoeienis met de Nederlanden. Keizer geen inmengingrecht op benoeming bisschoppen.

1128 – 1191 Vlaamse graven uit Huis Elzas: stellen baljuws aan in kasselijen, schepenen (verantwoorderlijk voor vonnissen), machtuitbreiding middels huwelijkspolitiek en vergaren voogdijschap Franse kroonprins.

12e eeuw Economische Renaissance: * Landbouwinnovaties (Drieslagstelsel, landbouwgereedschappen, paarden, ontginningsprocessen: drooglegging en inpoldering), leidt tot hogere voedselproductie en daarmee grotere bevolking.* Stad vindt wisselwerking met platteland: agrarische overschotten hier verhandelt, urbanisatie, begin productie nijverheidsproducten in Gilden (beroepsverenigingen) en Ambachten (leer beroepen).

1200 Kerkelijke cultuurmonopolie wordt doorbroken vanwege handel en financiewezen, stap naar geletterde literatuur, praalzucht van patriciërs. Nederland blijft achter met universiteiten: niet studeren maar zakendoen en produceren waren opvallende karakteristieken.

1214 Slag bij Bouvines: Franse koning verslaat Filips II van Vlaanderen – Henegouwen. Vlaanderen definitief op retour.

1247 Hollandse graaf Willem II wordt keizer maar was zwak.1256 – 1296 Hollandse graaf Floris V voegt west Friesland bij Holland.

3. Vorming van een politieke unie (14e tot 16e eeuw)

14e eeuw: crisiseeuw.Opstanden/ Pestepidemieën / Westers Schisma / Nederland concentratiegebied spanningen tussen Frankrijk en Duitsland.Gevecht van de eeuw: Vlaanderen (Gwijde van Dampierre, bondgenoot Engeland) tegen Holland (Floris V, bondgenoot Frankrijk). Engelse Edward I bang dat overwinning coalitie zou leiden tot Franse annexatie van Vlaanderen, dit was voor hem een belangrijk handelspartner, laat daarom Floris V executeren op Muiderberg. Conflict spits vervolgens toe op Vlaanderen en Frankrijk dat wint onder franse gouverneur Filips de Schone (van Dampierre gevangen genomen en handel met Engeland geblokkeerd). Wil Vlaanderen toevoegen aan kroondomeinen.

Politiek:Vlaamse steden ook op hoogtepunt van macht, zij vormen coalitie met steden om graaf uit bestuur te weren (Leliaarts: Franse gouverneur en partriciërs).Graaf gaat coalitie aan met hoge adel en ambachtslieden (Klauwaarts: Graaf, adel, ambacht).

Page 3: Geschiedenis Van de Nederlanden

Constitutionele waarborgen (privileges in documenten vastleggen: opzoek naar vastlegging rechten van ambachten, traditie van schriftelijke, plechtige document): 1. blijde inkomsten (regelt verhouding hertog Brabant en zijn onderdanen, beperkt macht van de vorst: 1356), 2. ‘Vredes’ te Luik, opgesteld door Prinsbisschop, er was sprake van een voortdurende strijd, 3. Stichtse Landbrief van 1375 van Prinsbisdom Utrecht legt standenprivileges vast.

Economie: Bevolkingsaantal daalt (Sterftecijfer stijgt, geboortecijfer daalt). Burgerlijk kapitaal stroomt naar platteland waar het productie vernieuwd (platteland en steden wederzijds afhankelijk: turfwinning gestimuleerd). Textielnijverheid zorgt voor intensieve contacten met wolleveranciers in Engeland en Spanje. Verschuiving van transport over wegen en rivieren naar de zeevaart. Belang Vlaanderen en later Holland groeit internationaal. Handel verdringt landbouw als belangrijkste economische sector.

Holland: Veel gronden uitgeput door landbouw, karakter veranderd: bierbrouwen, visserij (haring), lakenproductie, zuivel (veeboeren). Van IJsselsteden naar NL kust. Handelssucces gebaseerd op scheepsbouw, scheepsvaart en chronisch tekort aan graan (eerste 2 in dienst van het laatste). Vlaanderen economische voorsprong tot 15e eeuw: maar eenzijdige lakenproductie is kwetsbaar, verplaatsing economische activiteiten naar Brabant.

1297 Gwijde zegt leenheerschap op in 1297 bij Franse koning. Filips de Schone (Leliaarts: patriciaat) bezet vervolgens een deel van Vlaanderen (1300) en zet Gwijde gevangen (gesteund door ambachtslieden (Klauwaarts: proletariaat en een deel van de adel). Steden verzetten zich tegen Franse inmening (door Franse oorlog met Engeland zijn ze bang dat hun handel om wol geblokkeerd wordt met Engeland). Leidt tot daling macht Vlaamse Graaf.

1299 Jan van Avesnes nieuwe graaf van Holland – Zeeland.1300 Fransen bezetten Vlaanderen. 1300 Chatillon aangewezen als gouverneur van Vlaanderen door Franse koning.1302 * Ambachtlieden in Gent komen in opstand tegen de schepenen (patriciërs)

en tegen de door hen opnieuw ingevoerde verbruiksbelasting. De ambachtslieden halen hierbij successen omdat de Franse troepen in Brugge waren, in Gent zullen de patriciërs dus toegevingen doen.

1302 * In Brugge geeft Willem van Gulik, de kleinzoon van de gevangen graaf Gwijde de Dampierre, zich op als vervangende regent en steunt daarmee de ambachtslieden (het hele gewest is betrokken bij de opstand). De Klauwaarts (ambachtslieden die graaf steunen) nu openlijk in conflict met Lelieaarts (Franse gouverneur en de patriciërs). * Franse gouverneur lijft Brugge in en voert een sterke repressie door, hiertegen ondernemen de Klauwaarts een wraakactie op 18 mei 1302: de Brugse Metten.

1302, 18 mei Brugse Mette: Klauwaarts vermoorden vele Fransen en Patriciërs in Brugge tijdens nachtelijke verrassingsaanval. De gouverneur weet te ontkomen. De koning van Frankrijk is echter woedend!

1302, 11 juni Guldensporenslag: nabij Kortijk vindt de Guldensporenslag plaats (Groeningheslagveld). Veldslag die geld als wraakactie van het Franse leger op de Brugse Metten, bestaande uit een ridderleger tegen het Vlaamse leger (slecht georganiseerd, bestaande

Page 4: Geschiedenis Van de Nederlanden

uit troepen van Willem van Gulik, de Graaf van Namen en boerenvoetvolk). Het Vlaamse leger overwint echter. Grote betekenis:1. Militair historische betekenis: grote ridderleger dat verliest van zwak gelegenheidsleger, strategie wordt bij oorlogvoeren belangrijker.2. Politiek historische betekenis: Vlaanderen krijgt zijn onafhankelijkheid

terug. 3. Cultureel historische betekenis: het hield de verFransing tegen en zorgde voor een bewaring van de Nederlandse cultuur.4. Sociaal historische betekenis: De guldensporenslag is de overwinning van de ambachtslieden op het patriciaat. Draagt bij aan groeiende macht van de burgerij: Gilden eisen bestuur op.

1304 Opnieuw Franse inval in Vlaanderen, opleving conflict tussen patriciërs (poorters) en ambachtslieden. Op een aantal plaatsen trekken Patriciërs macht weer naar zich toe.

1315 – 1317 Hongersnood en pestepidemie.1323 – 1328 Boeren in opstand tegen graaf Lodewijk van Nevers. Ze waren buitengesloten

van politiek maar waren wel de dupe van herstelbetalingen aan Frankrijk. Duurde lang door problemen in steden, Frans leger slaat opstand neer.

1337 Partijstrijd; opvolgingscrisis graaf Willem III van Avesnes van Holland-Zeeland. Margaretha (dochter Willem III) trouwt Keizer Lodewijk van Beieren in conflict met hun zoon Willem V. Hoeken (adel, tegenstanders Bourgondië) wilden hem liever als graaf, Kabeljauwen (burgers, voorstanders Bourgondië) als stadhouder.

1337 – 1453 Begin 100 jarige oorlog Frankrijk – Engeland.Flinke invloed op Vlaanderen op Vlaanderen: de handel met Engeland (laken) verzwakt. Als graaf Lodewijk van Nevers sterft in 1346 valt gezag in handen van Gent, Ieper en Brugge en vormen ‘Drie Leden van Vlaanderen’, bedrijven soort imperialisme over omliggende gebieden. De economische malaise wordt afgewenteld op kleine dorpen.

1348 Lodewijk van Male aan de macht na dood Lodewijk van Nevers in Vlaanderen. De ‘Brugse Vrije’ wordt het vierde lid van het overlegcollege (platteland rond Brugge). Neutraliseert boerenopstand definitief en biedt conservatief tegenwicht tegen steden.

1384 – 1477 Eeuw van Bourgondië Begin 14e eeuw is NL geen eenheid, maar gebaseerd op personele unies en dynastiek toeval. Geen nationale identiteit of erkenning van staat (gehechtheid lokale stad/vorst). Omstreeks 1400 bezit huis Beieren grootste aantal vorstendommen in NL. Gelre ook aanzielijke dynastie: Gulik, Utrecht en Friesland in 1393, daar was geen vorstelijk gezag. Eenmaking komt tot stand onder Filips de Goede, streeft niet als voorvaders naar macht in Frankrijk maar interne consolidatie. Vrede met Frankrijk, maar dat leidde tot vijandigheid met Engelsen.

1369 Huis Bourgondië en Huis Beieren in huwelijk verbonden. Margaretha van Male (Vlaanderen, Artesië, Nevers, Franche Compte, Rethel) + Filips de Stoute, hertog van Bourgondië.

Page 5: Geschiedenis Van de Nederlanden

1384 Margaretha van Male sterft, begin Bourgondische Nederlanden onder Filips de Stoute (1384 – 1404)

1409 Jan zonder Vrees (1404 – 1419) (Filips de Stoute, Margaretha van Male) erft Bourgondië en Beierse rijken. Broer Antoon van Brabant heerst over Brabant en Limburg en hij trouwt met de erfdochter van Luxemburg. Zijn zoon Jan IV trouwt met erfdochter van Holland-Zeeland en Henegouwen: nu wordt een eenheid mogelijk.

1417 Partijstrijd na overlijden Willem VI van Beieren. Zijn dochter Jacoba van Beieren is met de zoon van Antoon van Brabant getrouwd, Jan IV.

1419 Filips de Goede (1419 – 1567) (Jan zonder Vrees en Margaretha van Beieren). Hij verovert vele gebieden, legt basis voor natievorming in Nederlanden. Doet dit bewust, na opkoping Namen. Streeft naar centralisatie.1428: Jacoba van Beieren (dochter Willem IV) benoemd Filips de Goede tot haar opvolger nadat Filips haar bedreigd met heel leger (geen volgende in lijn), is bang dat het buiten Bourgondische handel valt (Zoen van Delft: tevens voorlopig einde Hoek-Kabeljauw twisten).1429: Namen. Uitgestorven geslacht en hij koopt het op van Jan IV.1430: Brabant en Limburg. Na uitsterving geslacht van familie Antoon van Brabant.1432: Friesland (voor zover verbonden aan Graafschap Holland)1433: Holland, Zeeland en Henegouwen (Jacoba huwt toch, ook al afgesproken van niet en doet nu afstand van gebieden).1451: Luxemburg na dood kinderloze nicht Elisabeth van Görlitz (Lotharingen).

Centralistische Politiek van Filips de Goede naar Frans model.- Overkoepelende bestuursorganen (sticht eerste Staten Generaal 1477)- Creëert eenvormigheid in bestuur- Brak weerstand door aanbieden van persoonlijke voordelen aan lokale machthebbersBouwt centraal institutioneel netwerk uit: éénheidsmunt (Vierlander), rekenkamer (raad van Financiën), de Grote Raad (centraal hooggerechtshof voor juridische kwesties), hofraad voor politieke kwesties, raden van notabelen (selecteren kandidaten schepenenambt). Werft op grote schaal ambtenaren om de centrale macht te vergroten ten nadele van lokale macht. Voor coördinatie wordt Kanselier van Bourgondië gebruikt (Nicolas Rolin). Instelling van raden zwakt partijstrijd af.

Verklaringen oprukking staatsmacht:- Territoriale uitbreiding versterkt positie van de vorst- Er was gebrek aan een bovenlokaal identiteitsgevoel, zodat vorst steun krijgt van groot deel steden en gewesten tegen opstandige edelen.- Monarchale macht biedt voordelen. Tussen 1440 – 1475 zorgen externe vrede voor relatieve welvaart. Monarchie biedt carrièrevooruitzichten, bevordert handel, beschermt platteland en kleine steden tegen grootgrondbezitters.

1422 – 1457 Kanselier Rolin, hoofd ambtenarenapparaat1430 Orde van het Gulden Vlies. Gesticht door Filips de Goede, wil nog meer

aanzien geven aan zijn dynastie.

Page 6: Geschiedenis Van de Nederlanden

1435 Vrede van Atrecht tussen Bourgondië en Frankrijk (coalitie met Engeland onder druk). Gebieden in Somme en Picardië naar Filips de Goede.Stichting Grote Raad.

1436 – 1438 Opstanden in Brugge en Gent. Hertog (soevereinbaljuw) won van de stad en legt boetes op.

1440 – 1470 Gouden Bourgondische Eeuw. Periode van hoogconjunctuur. Onder Filips de Goede veel interne rust, einde territoriale eenmaking (1435). Handelskapitalisme zorgt voor bloei Vlaanderen en Holland (export en internationale afzetmarkt). Brugge belangrijkste handelsmetropool (stapelmarkten en jaarmarkten). Kunsten werden nu ook belangrijker (teken van prestige). Westerschelde belangrijk, goed bevaarbaar en populair om jaarmarkten. Expansie Hollandse zeevaart: geen restricties als Duitse Hanze en hierdoor aantrekkelijk handelspartner (wel handelsoorlog met Duitse Hanze om doorgang Sont).

1457 Ambtenarenapparaat blijkt corrupt te zijn en dit betekent het einde voor Rolin.Ambtenaren vaak meer in dienst van stad/familie dan van Hertog (openbare dienst bestaat volgens hen niet, voorkomt ontwikkeling beroepsethiek)

1464 Staten Generaal.1467 Karel de Stoute (1467 – 1477) opvolger van Filips de Goede. Hij huwelijkt

dochter Maria van Bourgondië/de Rijke uit aan Habsburgse huis (feodale keizer). Hij vervreemd van onderdanen en belastingen stijgen doordat hij militaire strijd voert in Luik, Gelre en Lotharingen: corruptie!

1473 * Vrede van utrecht: Einde Hanze protectionsime. Moedernegotie van Holland ligt op handel met de Oostzee. Holland heeft spilfunctie: aankoop grondstoffen en vervolgens waarde toevoegen.* Hollands-Zeeuwse vloot hoeft niet meer eerst naar Brugge (stapelmarkt) alvorens exporteren.

1477 – 1579 Eeuw van de HabsburgersMaria van Bourgondië trouwt met Maximiliaan van Habsburg (wordt in 1486 keizer van het HRR). Zoon Filips de Schone trouwt met Johanna van Castilië: hiermee wordt hun zoon Karel machtigste keizer Europa. Belangrijk voor centralisatie van de staatsmacht; Groot Privilege, Vrede van Kamerijk, Bourgondisch Kreits en de Pragmatieke sanctie.

1473 – 1531 In Nederlanden geld bestuurlijke driedeling van Karel de Stoute: 1. Hooggerechtshof, 2. Raad van Financiën, 3. Raad naast de vorst.

1477 Groot Privilege: akte met gunsten die door Maria van Bourgondië aan Nederlanden wordt verleend. Gewesten aanvaarden gezamenlijke grondregels (eerste soort van constitutionele grondwet). Afzonderlijke staten kerngewesten besluiten unie te blijven vormen. Gewesten dus op zodanig niveau van integratie dat zij zelf besloten tot voortzetting ervan.

1509 Erasmus: Lof der Zotheid. Kritiek op formalisme en verwereldlijking van de kerk maar weigert breuk. Humanisme bevordert door opkomst boedrukkunst.

1515 Karel V erft Nederlandse vorstendommen (tot dusver Margaretha van Oostenrijk landvoogdes). Doel: Nederlanden verenigen tot één staat.

Page 7: Geschiedenis Van de Nederlanden

Veroveringen Karel V: 1521 Doornik, 1524 Friesland, 1528 Utrecht/Overijssel, 1529 Artesië, 1536 Groningen/Drenthe, 1543 Gelre/Zuthpen.Karel van Gelre is een bondgenoot van Frankrijk en bedreigd de zelfstandigheid in de Nederlanden van Karel V. Leidt tot Gelderse oorlogen.

1529 Vrede van Kamerijk. Koning Frans I doet na verschillende oorlogen afstandvan de soevereiniteitsrechten op Artesië en Vlaanderen.

1531 Brugge regeringcentrum i.p.v. Mechelen. Politieke en bestuurlijk advies verder van elkaar gescheiden (Collaterale Raden) 1. Raad van Staten (politiek), 2. Geheime raad (juridisch, wetgeving bestuurszaken), 3. Raad van Financiën

1531 Gewoonterecht wordt opgetekend en aangevuld met Romeinse (lokale besturen niet blij)

1532 Beurs van Antwerpen (Antwerpen nu belangrijkste handelsmetropool), Engelse lakenhandel nu met Antwerpen (Brugge had invoerverbod op laken). Ook handel met Duitse Hanze (graan) en Portugezen (specerijen, suiker). Beurs vergemakkelijkt verhandelen

1538 Willem van Gulik nu opvolger van Karel van Gelre (ook al was Karel V de rechtmatige, hij liet het er bij zitten).

1540 Vanaf 1540 repressies: door oorlogvoering hoge renten en koopkracht daalt. Daarnaast religieuze repressie: onderdrukking van protestanten en inquisitie (vervolging ervan). Dat terwijl calvinisme opkomt (beter georganiseerd dan de ‘doopsgezinden’). Instellingen van geloofsbelijdenis en Heidelbergse catechismus, vanaf 1550 grote aanhang.

1542 Weerstand tegen hoge belastingen! (1540: Gentse opstand).1543 17 Provinciën: In 1542 veroverd Karel V als laatste Gelre en Zutphen (Gulik).

Hierdoor verenigde hij door al deze oorlogvoering Utrecht, Friesland, Groningen, Overijssel en Gelre met de overige gewesten: 17 prov. Geen staatseenheid. 17 is het op dat moment aanwezige aantal statenvertegenwoordigers, meer symbolisch karakter.

1546 – 1555 Schmalkadische Oorlog tussen Protestantse Liga en Karel V. 1548 Transactie van Augsburg: Uitroeping Bourgondisch Kreits: alle gewesten één

gebied, bezittingen Nederland bezegeld.1549 Bourgondisch Kreits bevestigt bij de pragmatieke sanctie van 1549, waarbij de

Nederlanden als één geheel moeten worden overgedragen bij erfenis.1555 Vrede van Augsburg: Karel V vlucht weg. ‘Cuius regio, eius religio: Filips II

fanatiek katholiek en nieuw leider van de Nederlanden. 1570 Strafrecht gebundeld in Criminele Ordonnantiën: draagt bij aan

Socialdisziplinierung en voor integratie.

1568 – 1648 De OpstandHoofdoorzaken1) Hervormingen (reformatie) en daarop volgende repressie (inquisitie)2) Constitutioneel probleem: absolutistisch bewind staat lokale besturen

tegen.: centralistische politiek leidt tot particularisme, afwenteling oorlog op NL.

3) Vertraging van de economische groei wat leidt tot grote armoede. Mensen in armoede zijn bereid om iedereen te steunen.

Page 8: Geschiedenis Van de Nederlanden

4) Gebrekkige communicatie: de afstand tussen Filips II en de Nederlanden was te groot, de vorst weet niets van de cultuur etcetera en laat landvoogden zijn plek innemen. Filips was daarnaast veel te Spaans als persoon.

De Nederlandse bevolking werd Calvinistischer, de adel was zelfbewust en dulde geen absolutistische inspraak, Nederlanden hadden geen fanatieke katholieken (enkel gematigden) en men had een sterke vrijheidsdrang. Verstedelijkte gebieden staan meer open voor hervormingen, toch was men redelijk verdeeld in Nederland wat betreft geloof. Sympathie van het Protestantisme betekent dat je tegen bestaande orde bent (monarchie is namelijk door God gelimiteerd). In omliggende landen was er vanaf 1555 wel sprake van enigszins religieuze tolerantie: wakkert strijd nog meer aan! De pauselijke bul beloofde ook niet veel goeds, Nederland nu gezien als één kerkprovincie.

1550 Bloedplakkaat ingesteld door Karel V: verbod op verspreiding, geloof etcetera van ketterij strafbaar.

1557 Filips II kondigt moratorium af: de Spaanse bank is bankroet. Dit betekent een nog grote repressie voor de Nederlanders, op wie veel afgewenteld wordt.

1559 * Paus vervangt pauselijke inquisitie voor de Spaanse inquisitie. Nog hardhandiger. * Filips II vertrekt naar Spanje: Margaretha van Parma landvoogd.

1561 – 1562 Ontevredenheid onder adel stijgt, ze schrijven aan Granville (de adviseur van Margaretha van Parma) een protestbrief. Dit levert niets op.

1563 De Engelse lakenstapenhandel trekt zicht terug uit Antwerpen: nog minder inkomsten. Economie gaat bergafwaarts.

1564 Vertrek Granville, de adviseur van Margaretha van Parma. Iets meer invloed.1565 Brieven uit Sevogia door Filips II. Egmonts verlangens van de hoge adel

worden afgewezen door Filips II. Leidt tot Eedverbond der Edelen.1565 Eedverbond der Edelen door lagere adel. Schrijven in 1565 smeekschrift, adel

voelt zich buitenspel gezet door de belangrijke ambtenaren van Filips II.1564 – 1566 Willem van Oranje voert een legale oppositie. Is stadhouder namelijk Filips II

in Holland en Zeeeland. Tot 1566 blijft Willem katholiek, daarna verwerpt hij gedachte dat vorst verantwoorderlijk is voor geweten van zijn onderdanen (tolerante houding geïnspireerd op Erasmus).

1566 * Smeekschrift der Edelen aan Margaretha van Parma. Aanzet is verzachting van plakkaten verzoeken (edelen worden nu voor het eerst geuzen/bedelaars genoemd: wordt hun nieuwe bijnaam). Ze vreesden onrust door crisis en inquisitie.* Beeldenstorm: Calvinistische Preek in Steenvorde leidt tot vernieling beelden en kunst in katholieke heiligdommen (volgens 10 geboden geen beeldenverheerlijking). Wordt gevolgd door ‘wonderjaar’: rust en tolerantie.

1567 * Hertog van Alva ‘IJzeren Hertog’ vervangt Margaretha van Parma als landvoogdes. Hij arriveert met troepen: betrekkelijke rust is voorbij! * Raad van Beroerten ingesteld: leidt tot geheime processen van protestanten en beeldenstormers, nieuw voor Nederlanders. Leden van de orde van het Gulden Vlies nu niet beoordeeld door gelijken. * Willem van Oranje vlucht naar Duitsland, ziet bui al hangen door inquisitie.

Page 9: Geschiedenis Van de Nederlanden

1568 Slag bij Dallheim: markeert begin van de 80 jarige oorlog. Mislukt echter, steun van de bevolking blijft uit en financiële middelen beperkt. Slag bij Heiligerlee: eerste overwinning van Nederlanden op Spanje olv Willem van Oranje (ziet dit nog steeds als aanval op Alva, niet op Filips II die hij trouw is). Op de Grote markt bij Brussel worden Egmont en Horn onthoofd.

1569 Hervorming belastingstelsel door Alva: 10e penning (10% belasting op handel) en 100e penning (1% belasting op vermogen): veel weerstand, Amsterdam en Antwerpen vrezen ineenstorting van de economie.

1572 Inname Den Briel door de watergeuzen. 26 stadsbesturen scharen zich nu achter Willem van Oranje (watergeguzen zijn zeerovers met een kaapbrief van Willem van Oranje en bevoorraden troepen bij slagen, ook mogen ze schepen kapen). De vrije vergadering van de Staten van Holland voerde het verzet tijdens de inname van Den Briel, maar tijdens de inname worden ook de martelaren van Gorcum vermoord (katholiek religieuzen). Hierdoor vertrekken veel katholieken naar Spaanse kamp: geen volksopstand meer!

1572 Don Frederik (zoon van Alva) start strafexpeditie in NL, dit leidt tot het Beleg van Haarlem dat zich niet zomaar overgeeft omdat het bang is voor slachting van burgers.

1573 Requenses nieuwe landvoogd. Alva weggehaald omdat situatie alleen maar verergerde.

1574 Ontzet van Leiden. Bij de Slag op de Mookerheide komen broers van Willem van Oranje om (Lodewijk en Hendrik van Nassau), vervolgens bezetten de Spaanse troepen Leiden. In 1574 steken de Nederlanders de dijken door, Spanjaarden geven beleg op als water te hoog wordt.

1575 * 2e Mortuarium: bankroet! Schulden weer afgewenteld op Nederlanden.* Requenses doet in Breda een toenaderingspoging: afschaffing van de 10e penning en Raad van Beroerten. Onderhandelingen lopen echter stuk op Godsdienstige eisen. Nederlanden zien nu ook kansen door bankroet keren!

1576 * Requenses sterft onverwacht. Spaanse troepen zonder leider en toevoer van militaire middelen/voedsel vluchten en plunderen Antwerpen, slachten bevolking af in meerdere steden: verontwaardiging! Volksopstand wakkert aan. Door dood Requenses ontstaat nieuw machtsvacuüm.* Pacificatie van Gent: Brabant, Vlaanderen en Gelre sluiten overeenkomst met Holland en Zeeland. Ondertekenaars spreken af Spaanse troepen te weren (oostelijke gewesten doen onder voorbehoud mee). Staatsorde wordt uitgewerkt: respect priviliges/gewoonten, medezeggenschap en vorst gebonden aan constitutionele regels. Dit is samengevat in Eeuw Edict, wordt ondertekend maar niet aangehouden.

1577 Don Juan aangesteld als landvoogd, tegenover Matthias van Oostenrijk onder de Staten Generaal. Middenklasse grijpt macht en installeert vooral in Zuid Nederlanden calvinistische regimes: schrikt bevolking af, moeilijk om zo een eenheid te vormen.

1578 Alexander van Farnese nieuwe landvoogd, krijgt Artesïe, Henegouwen, Namen Luxemburg en Limburg aan zijn zijde met beloftes over herstel en privileges in de Unie van Atrecht. Kon vooral in dit gebied goed, radicalisering Calvinisme.* Unie van Atrecht (januari): bezegelt breuk van deze gewesten met opstand.

Page 10: Geschiedenis Van de Nederlanden

* Unie van Utrecht (februari): Brabant, Vlaanderen, Doornik, Holland, Zeeland en Gelre besluiten om 1) niet afzonderlijk vrede te sluiten met Filips II, 2) samen privileges te verdedigen, 3) onderling geschillen op te lossen via arbitrage. Staatkundige zaken worden vastgelegd, zetten zich gezamenlijk in tegen de Spanjaarden en zijn een militair bondgenootschap voor de vrijheid!

1580 Hulp van Hertog van Anjou die 10 000 troepen naar Nederlanden stuurt. Eist wel dat Spanjaarden nu definitief uit Nederlanden verworpen moeten worden, dit leidt tot Acte van Verlatingen. Willem van Oranje wordt vogelvrij verklaard.Friesland sluit zich aan bij de opstand.

1580 – 1590 Tien jaren van Fruin: oostelijke en noorderlijke gewesten geconsolideerd door samenwerking (Oldenbarnevelt zorgt voor rust, Maurits voor militaire successen), oriëntatie van Filips II op Frankrijk en de samenwerking van Maurits met Willem Lodewijk (Hollandse en Friese stadhouder).

1581 Acte van Verlatinghe. Hertog van Anjou wordt benoemd tot Landsheer.

1583 Hertog van Anjou verlaat de Nederlanden nadat hij inziet dat hij Willem van Oranje wat betreft gezag niet kan overtreffen. Hij plundert Antwerpen en een paar Brabantse steden (Franse Furie) wat leidt tot hevig verzet onder bevolking en vervolgens verlaat hij de Nederlanden met zijn troepen.

1584 * Na vertrek van Hertog van Anjou gaan Nederlanden in gesprek met Frankrijk als bondgenoot, willen daar echter niets van weten. Wordt bezegeld met de moord op Willem van Oranje door Balthazar Gerards. * Maurits van Nassau nu opvolger van Willem van Oranje (16 jarige zoon).Belegert:1590: Breda1591: Zutphen, Deventer, Delfzijl, Nijmegen1592: Coevorden, Steenwijk1593: Geertruidenberg1594: Groningen1597: Grol (= Groenlo, Achterhoek) = Oosten nu ook in handen Nederlanden.1602: Grave1604: Sluis

1585 * Val van Antwerpen, Gent, Brugge en Brussel door Spaanse troepen olv Hertog van Parma. Leidt tot Amsterdam als belangrijkste handelscentrum.Nu zijn Vlaanderen en Brabant definitief verloren, veel nakomelingen vluchten naar hoge Noorden, waar zij bijdragen aan ontwikkeling Gouden Eeuw. Buitenlandse hulp noodzakelijk! Men heeft leiderschap, hogere bezieling, financiële draagkracht en buitenlandse steun nodig.

1586 Graaf van Leicester, Robert Dudley naar Nederlanden gezonden.1587 Maurits bepaald dat politieke macht bij Staten Generaal komt te liggen:

ontstaan Republiek der 7 verenigde provincies. 1588 Spaanse Armada: Filips stuurt Spaanse troepen naar Engeland, hierdoor krijgt

Nederlanden welkome adempauze, helemaal wanneer hij zich richt op de Franse hugenoot die op de troon komt in 1589 (Hendrik IV).

1597 Veldslag bij Turnhout (Maurits).

Page 11: Geschiedenis Van de Nederlanden

1600 Slag bij Nieuwpoort (olv Maurits die net als Friese stadhouder Willem Lodewijk fel tegen deze slag was, maar ging omdat het van Oldenbarnevelt moest): verovering van Duinkerken. Hier was de Spaanse kaapsvaart georganiseerd. Maurits wou eigenlijk de slag niet ondernemen, maar liet zich overhalen door van Barneveld. Uiteindelijk kwam leger niet verder dan Nieuwpoort, nabij Oostende waar het tot een slag komt, het overleefde nipt. Duinkerke werd nooit gehaald. Duidelijk werd dat de oorlog nog lang niet over was en dat ze in het zuiden niet op een volksopstand tegen Spanje hoefden te rekenen. * De herovering van Vlaanderen en Brabant lukte niet, wel veroverde men ‘Generaliteitslanden’: veroverd zuidelijk gebied dat vanuit Den Haag bestuurt werd, maar geen eigen provinciale Statenvergadering had. Ze vallen dus direct onder de Staten Generaal (Staat-Brabant, Staats-Vlaanderen).

1601 Spinola is de nieuwe Spaanse legeraanvoerder. Verovert Groenlo en Oldenzaal.

1609 – 1621 Twaalfjarig Bestand. Men had behoefte aan vrede, maar vanwege internationalisering van het conflict door de 30 jarige oorlog in Duitsland lopen spanningen uiteindelijk te hoog op. Tijdens bestand gaan gevechten in Oost-Indië en bij Duitse grens gewoon verder. Spaanse eisen: Nederlanders weg uit Indië (gebeurde niet), vrije vaart op Antwerpen (gebeurde niet), Godsdienstvrijheid voor katholieken (deels: wel gewetens, maar niet uitoefening). Besloten na slag bij Gibraltar. Maurits was erg tegen, hij was bang dat Spanjaarden zo een sterker leger konden uitbouwen.

1617 Staten van Holland nemen de Scherpe Resolutie aan: steden mogen eigen soldaten werven (waardgelders) en die moeten de contra remonstranten onderdrukken: Maurits woedend, om leger hiervoor te gebruiken is volgens hem voorproefje van overgave aan Spanje. Maurits sluit zich daarop aan bij contraremonstranten. Doordat leger trouw is aan generaal, en niet de staten van Holland, breekt er geen burgeroorlog uit.

1618 – 1648 30 jarige oorlog.1. Katholiek – Protestants (Luthers/Calvinisme) conflict in Duitsland2. Conflict HRR: Staatjes willen onafhankelijkheid, keizer centralisatie3. Internationaal: Frankrijk – Habsburgers (Frankrijk bang voor Sp. overwicht)

Nederland – Spanje (Nederland wil onafhankelijkheid)1618 Synode van Dordrecht: veroordeeld de Remonstranten, contraremonstranten

krijgen nu steun van de overheid: kerk gelooft weer in overheid. Dus een overwinning van de Calvinisten (contra) op de Libertijnen. Hugo de Groot vlucht.

1618 Maurits laat Oldenbarnevelt nu op basis hiervan arresteren en hem in 1619 executeren. Argument hiertegen was nog dat hij gehandeld had naar de wensen van Staten van Holland en niet de Staten generaal, maar eigenlijk bepaald hij door zijn macht binnen de Staten van Holland en die weer binnen de Staten Generaal het beleid.

1625 – 1648 Gouden Eeuw1625 Stadhouder Frederik Hendrik. Jongere broer van Maurits. Was een uitstekend

veldheer, maar beter diplomaat. Zet strijd voor en zorgt voor nationale verzoening, brengt alle partijen samen. Gaat alliantie met Frankrijk aan en

Page 12: Geschiedenis Van de Nederlanden

haalt zo belangrijke successen. Verovert gebieden (delen op Vlaanderen, Brabant en Limburg), geen zelfstandig statuut maar bijkomend: generaliteitslanden.1626: Oldenzaal heroverd1627: Groenloo heroverd1629: Den Bosch1632: Maastricht als zuidelijkste punt, na toch langs de maas.

1628 Piet Heyn kaapt Spaanze zilvervloot olv WIC. 1635 Bondgenootschap met Frankrijk hernieuwd als het gaat meevechten in 30

jarige oorlog.1647 Willem II stadhouder, Frederik Willem gestorven. Willem II wil nieuwe oorlog

met Spanje, dat waren we zogenaamd aan Spanje verplicht. Trouwt met Maria Stuart, wilde de Republiek van Cromwell omverwerpen.

1648 1648 Vrede van Münster/Westfalen. : Spanje erkent soevereiniteit Republiek: vrije vaart op Indië: Schelde blijft gesloten: Geen voordelen voor Noord Nedrlandse katholieken

1650 Willem II overlijdt alweer. Willem III, zoon, is dan nog niet geboren dus geen opvolger.

1650 – 1672 Eerste Stadhouderloze Tijdperk na overlijden Willem II. Republiek was enige republiek die stadhouders had, opzich ook niet nodig maar nu was er geen constitutioneel hoofd, Johann de Witt vervult positie in 1653. Dit tijdperk betekent ware vrijheid, niet belemmerd door gezag stadhouder. Regenten heer en meester in eigen gebied. Ten opzichte van het buitenland betekende het handelsoorlogen. Regent dient een aanzienlijke afkomst te hebben, enig vermogen, 1 cultuur (scholing) en moeten verdraagzaam zijn.

1651 * Grote Vergadering: staten besluiten unie te blijven vormen, maar willen meer invloed op leger. Troepen zweren nu dus trouw aan de Staten ipv stadhouder. Over Unie, Religie en Militie.* Akte van Navigatie uitgevaardigd door de Engelsen. Engeland en Frankrijk gingen nieuwe economische politiek voeren gericht op bescherming van de eigen handel (mercantilisme). Was een economische oorlogsverklaring aan Nederland die vooral aan vrachtverkeer verdiende.

1652 – 1654 1e Engelse Zeeoorlog: Vrede van Westminster. Tromp en de Ruyter, men was onvoldoende voorbereid en de bijbehorende vrede (Vrede van Westminster) niet voordelig Republiek.

1653 Johan de Witt, raadspensionaris van Holland vervult positie van constitutioneel hoofd. In tegenstelling tot stadhouder, moet hij wel rekening houden met belang van andere gewesten en met de heren van Holland. Gelukkig wel heel overtuigend persoon.

1654 Vrede van Westminster: Akte van Navigatie blijft bestaan en Willem III uitgesloten van stadhouderschap om aanspraak op Engelse troon te voorkomen (hij had een Engelse moeder): besloten in Akte van Seclusie: Holland beloofde Willem III of nakomelingen nooit tot stadhouder te benoemen.

Page 13: Geschiedenis Van de Nederlanden

1658 Republiek bemoeit zich met Noordse oorlog waarbij Sont gesloten is, dit terwijl de Oostzeehandel uiterst belangrijk is voor de Republiek. Stelt handelsbelangen veilig, de Witt bouwt nu een waardige vloot op.

1659 Vrede van de Pyreneeën tussen Frankrijk en Spanje: symbolisch voor verschoven machtsverhoudingen (Frankrijk nieuwe grootmacht!).

1667 Lodewijk XIV bezet Bourgondische Nederlanden. Frankrijk ziet nu kans tegen Spanje omdat het economisch zeer verzwakt is na de dertigjarige oorlog.

1668 Drievoudig verbond tussen Engeland, Republiek en Zweden om balans van de macht te handhaven. Ook agressieve en mercantilistische politiek van Colbert deed de Republiek geen goed.

1670 Verdrag van Dover: Frankrijk en Engeland sluiten geheim verdrag tegen de Republiek.

1672 – 1678 Hollandse Oorlog. Oorlogsverklaring Engeland en Frankrijk aan Republiek (Spanje en Oostenrijk). Breidt zich uit met oorlog tegen Spanje door verovering Franche Comté. De inval is directe aanleiding om Willem III aan te stellen als stadhouder.

1672 Rampjaar. In dit jaar begint de Hollandse oorlog (aanvallen Frankrijk en Engeland), Johan de Witt verliest ambt en het leven. 3 provincies vallen binnen enkele weken in handen van de vijand, nederlaag lijkt onafwendbaar. Lodewijk XIV had echter steeds meer troepen nodig om gebieden in bedwang te houden en steun van Engeland op de kustgewesten bleef uit.

1673 Willem III van Oranje aangesteld als stadhouder. Eerste taak: herovering en bevrijding van de Republiek. Vormt coalitie met Spanje en Oostenrijk, beiden tegen de Franse hegemonie. Om oorlog te winnen breidt Willem III zijn macht uit, neemt zelf macht over buitenlandse politiek (niet veel weerstand, zij waren ook in paniek), onttrekt macht regenten en raadspensionaris. Gebruikt ook handige politiek: Holland wou Utrecht, Gelderland en Overijssel ontslaan van Staten Generaal door hun beperkte medewerking oorlog, Willem III voorkomt dit in ruil voor steun van de gewesten.

1665 – 1667 Tweede Engelse zeeoorlog: vrede van Breda. Nederland ruilde hierbij Amerika voor Suriname.

1672 – 1678 Derde Engelse zeeoorlog: Vrede van Westminster. Hiermee ook einde van Hollandse oorlog van Engeland tegen Republiek. Vrede wordt gesloten als olv Michiel de Ruyter grote delen van Engelse vloot worden vernietigd (Holland had veel ondiepe schepen die voordelig waren bij zandbanken voor de kust, dit bemoeilijkte Frankrijk en Engeland). Oorlogsschade zorgt voor economische repressie en de val van WIC in 1674 benadrukt verval Republiek.

1678 Vrede van Nijmegen. Einde van de 1e coalitieoorlog. Hierna maakt Lodewijk XIV het Willem III echter nog steeds moeilijk, hij maakt met de meest vergezochte excuses aanspraak op bepaalde gebieden. Republiek ziet in dat Godsdienstvrijheid nog groter moet, katholieken ook alle rechten. Willem III zijn eerste missie dus gelukt, maar wil blijven oorlogvoeren in tegenstellingen tot Holland en Amsterdam die handelsbelangen in het vizier houdt. Willem III doet dit uit schrik voor het te machtige Frankrijk.

1685 Herroeping van het Edict van Nantes. Is een keerpunt omdat het weer een stap terug was naar hegemonie. Komt grote vluchtelingenstroom uit Frankrijk op gang naar Republiek. Leidt tot de Liga van Augsburg!

Page 14: Geschiedenis Van de Nederlanden

1686 Als reactie op herroeping organiseert Willem III (Glorious Revolution) een coalitie met alle vijanden van Frankrijk: HRR, Oostenrijk, Engeland (’89), Spanje.

1688 Willem III verstoot zijn schoonvader van Engelse troon en neemt die in. 1688 – 1697 Oorlog van Liga van Augsburg/9 jarige oorlog. Alle vijanden Fransen. Franse

leger snel machteloos en in 1697 volgt Vrede van Rijswijk.

Aan het begin van de 18e eeuw staan de Verenigde Provincieën in een zwakkere positie. Ze weet de schijn op te houden van een goeddraaiende economie, in werkelijkheid stagneert die en ook op cultuur gebied wordt het oude niveau niet meer gehaald.

1702 – 1713 Spaanse Successieoorlog. Na dood van Karel II doet Lodewijk XIV aanspraak op de Spaanse troon: dreiging universele macht! Om machtsbalans te houden gaat Willem III coalitie aan tegen Frankrijk (sterft echter voor de voltooiing ervan).

1713 Vrede van Utrecht. Ondanks inmenging Republiek, maar een klein deel naar Nederlanden: Barrièretraktaat in zuidelijke Nederlanden dat Republiek kan gebruiken als barrière tegen Fransen.

1702 – 1747 Tweede stadhouderloze tijdperk na dood van Willem III. Heeft geen zoon en regenten willen geen bloedverwant uit Friesland aanstellen, ze waren militaire politiek zat en willen macht terug. Nu Raadspensionaris Nicolas Heinsius, later Simon van Slingelandt. Voorheen dus strijd van regenten/Loevesteiners tegenover de stadhouder/Oranjegezinden, nu regenten voornamelijk tegenover de burgerij. Dit tijdperk is ook wel de nachtwakersstaat: regering zonder programma, bestuurders namen lopende zaken waar. Het ging niet meer echt om politiek, maar om de ambt zelf (betekent inkomen en aanzien). Gevolg is dat regenten ambten onderling verdelen: regentenolichargie.

1723 Conflict met Rome over verkiezing eigen aartsbisschop van Utrecht. Scheuring.Ook komen Jansenisten op, gebaseerd op Augustinus.

1747 Frankrijk herovert gebied ten zuiden van de rivieren. Barrièretraktaat werkte niet en er was een nieuwe roep om een stadhouder: Willem IV (Friese Johan Willem Friso). Willem IV eerste stadhouder over álle zeven gewesten. De functie van stadhouder werd nu erfelijk (nu wordt Republiek bijna een monarchie, staten verliezen nu namelijk het recht wel of niet een stadhouder te kiezen) en ten derde werd beslis dat stadhouder meer bevoegdheden kreeg.

1748 Doelisten. Burgerij had een sterke oppositie tegen de regenten gevoerd en verwachten nu dat ze mochten participeren in politiek van Willem IV, dit gebeurde echter niet. Beweging gaat zich organiseren, ze ontmoeten elkaar op schuttersterreinen (doelen) en noemen zich daarom de Doelistenbeweging. Groeit in midden 18e eeuw en wil dat politiek, in hun voordeel, verder wordt gedemocratiseerd: beslist driepartijenlandschap. Wilden belastingen hervormen en nationale politiek een bredere basis.

1751 Willem V stadhouder na dood van Willem IV (stadhouderschap erfelijk). Hij was, ondanks hoge verwachtingen, zwak leider hoewel er nood was aan krachtig bestuur. Had vele bevoegdheden maar doet er niet veel mee, voert geen sterke internationale politiek: 2e rangsrol bevestigd. Hij laat voogdij in

Page 15: Geschiedenis Van de Nederlanden

handen van Ludwig van Brunswijk: sluit acte van consulentenschap. Blijft hem adviseren.

1756 Oorlog tussen Frankrijk- Oostenrijk en Pruisen- Engeland. Republiek moet een kant kiezen. Kiest het voor onderhouden van leger tegen Frankrijk of een vloot tegen Engeland? Neutraliteit komt ter discussie. Republiek moest zich wel afhankelijk maken van een grote mogendheid, omdat het alleen niet sterk genoeg is. Holland prefereert handelsbelang: pro Frans en dus voor het versterken van de vloot. Landsgewesten hadden juist te vrezen van de Fransen en waren voor pro Engelse politiek en dus voor versterking van het leger.

Tweede helft 18e eeuw: economische achteruitgang, hoewel Amsterdam belangrijkste centrum goederenmarkt blijft (verliest wel terrein op Londen en Hamburg). Nominaal blijft de handel gelijk, maar relatief verlies overwicht. Grote mogendheden zijn nu Pruisen, Rusland, Engeland, Frankrijk en Oostenrijk (Spanje, Zweden en Republiek op retour). Opkomst van Verlichting: men wil eigen cultuur terug ontwikkelen, christelijke tint maar in vorm van vooruitgang en rede (Christendom ziet God als bouwmeester). Tegenstelling tot culturele wereld met haar ‘rede’ en protestantse traditionele kerk met ‘geloof’. Er ontwikkelden verenigingen, clubs waar literaire en politieke discussies gevoerd worden. ‘Genootschappelijk Sociabiliteit’: streven niet naar revolutie, maar terugkeer van de zuivere toestand van de Republiek. Amerikaanse revolutie wordt een soort van ideaal.

Eerste stadhouderloze tijdperk. Politieke tegenstellingen:

- Staatsgezinde groep/Loevesteiners: benadrukt vrijheid van Gewesten, decentralisatie, religieuze tolerantie en stelt commerciële belangen bovenop. Vertegenwoordigers: Johan de Witt en regenten.

- Stadhoudersgezinde groep/Oranje partij: leefde van steun volk en predikanten. Wil meer macht aan stadhouder toekennen: centralisatie en sterkere positie voor de kerk.

Loevesteiners in 1653 aan de macht onder Johan de Witt, waren tolerant en hadden veel rijkdom.

Buitenlandse toestand verslechtert, draaien niet om religie maar om economische tegenstellingen. Komt ongewild in conflict met twee grootste economische concurrenten.Engeland: Act of Navigation (1651)

Amsterdam wordt na 1585 financieel centrum van Europa: - Bevolkingsbeweging van zuid naar noord, wat leidt tot grotere kennis- Gunstige ligging, hierdoor internationaal stapelmarkt. Zorgt voor constant aanbod.- Republiek blokkeerde Vlaamse havens en sloot de Schelde, wat handel in Amsterdam bev.- Gespreide welvaart zorgt voor breed draagvlak voor belastingheffing. Bestuursvorm Republiek;* - 7 provincieën (Drenthe geen zetting), - gelijk aandeel in macht op alle niveaus, -

vetorecht,

Page 16: Geschiedenis Van de Nederlanden

- persuasie (men moet rekening houden met elkaar), besluiten hebben breed draagvlak.* 1 stadhouder in Holland, 1 in Friesland. De een heeft geen bevoegdheden bij de ander, stadhouderschap over andere provincies wel mogelijk. Stadhouder deelt ambt nooit, stadhouder heeft als leider speciale bevoegdheden.

Prins Maurits vooral militair leider, geen regeringsleider. In het algemeen was de regeringsleider de raadspensionaris van Holland (van Oldenbarnevelt), de hoogste ambtenaar. En de stadhouders/prinsen waren militair bevoegd.

Kerk: vrijheidsideaal van opstand betekent vrijheid van denken, onverenigbaar met het katholicisme dus ze moest wel protestants zijn. * Libertijnse kerk (niet lang vruchtbaar), was vooral vrijblijvend en niemand bond zich aan de kerk. * Calvinistische kerk: geen leervrijheid maar overeenstemming op geloofspunten, hechte organisatie (regionaal classes, nationaal synodes: waarborgden zuiverheid van leer). Lidmaatschap is niet vrijblijvend, wel vrijwillig.Tijdens twaalfjarig bestand worden verschillen tussen protestanten zichtbaar: rekkelijken (Arminianen: geloven dat verkiezing het gevolg is van je geloof) (regenten) tegenover preciezen (aanhangers Gomarus: geloven dat God van tevoren al mensen uitverkoort) (predikanten). Libertijnen (remonstranten) vinden dat er ruimte moet zijn voor beide opvattingen.

Conflict Maurits en Oldenbarnevelt:Oldenbarnevelt: ziet Frankrijk als ideale bondgenoot (gezamenlijke haat tegen Habsburgers).Is een aanhanger van Arminius/Remonstranten/Relijken: wekt argwaan, straks is Oldenbarnevelt net zo tolerant tov katholieken. Dan was vrede met Spanje mogelijk en kwam invloed weer terug. Oldenbarnevelt vind dat de staat een keuze moet maken tussen beide overtuigingen (toch gebeurt dat op vele plaatsen al zelf). In 1617 staan de Staten van Holland toe met Scherpe Resolutie dat steden soldaten mogen werven om die in te zetten tegen de contraremonstranten: Maurits laaiend, volgens hem voorproefje op overgave aan Spanje. Oldenbarnevelt gaat ook sterk in tegen meerderheid bevolking.

Maurits: ziet Engeland als ideale bondgenoot, net als Republiek protestants. Is een aanhanger van Gomarus/Contra Remonstranten/Preciezen. Relatie verslechtert als Maurits onder dwang van Oldenbarnevelt Duinkerken moet inlijven (slag bij Nieuwpoort). Als antwoord op de Scherpe Resolutie sluit Maurits zich aan bij de contraremonstranten. Ook door dwang van Oldenbarnevelt naar Duinkerke te gaan, wat leidde tot slag bij Nieuwpoort in 1600, werd band Oldenbarnevelt en Maurits gebroken.

Toenadering Engeland blijkt uitendelijk vruchteloos, geen gemeenschappelijk belang om Habsburgers aan te pakken in tegenstelling tot de Fransen, daarnaast vind Engelse koning Jacobus I dat Nederland zich niet soepel genoeg opstelt met betrekking tot de handel.

17e eeuw/ 1625 – 1648 Gouden EeuwGroot dankzij enorme handel. Maar ook verscheept ze Nederlandse producten, procentueel nog meer dan de koloniale productie (haringvisserij, bier, kaas).

Page 17: Geschiedenis Van de Nederlanden

1602 Oprichting VOC. Verenigde Oost-Indische Compagnie. Handel met Oost Indië, Japan en Zuid Amerika. Opgericht met als doel handel, niet koloniseren.

1609 Oprichting Amsterdamse Wisselbank: zorgt voor beschikbaarheid muntsoorten, verschaft krediet en maakt onderlinge girale betalingen mogelijk. Wordt de financier van Europa.

1621 WIC. West-Indische Compagnie. Organiseert handel met Amerika (pas na 12 jarig bestand opgericht omdat het tijdens de handel met Spanje niet mocht beschadigen). Opgericht met als doel te koloniseren in noord Amerika en Brazilië. Deze worden echter verloren.

1628 Piet Heijn verovert Spaanse zilvervloot. 1637 Statenbijbel: Nederlandse vertaling van de bijbel. Kent invloed op ontwikkeling

van Nederlands en cultureel belang. 1642 Engelse burgeroorlog: positief voor Nederlandse handel. 1647 Frederik Hendrik overlijdt, Willem II van Oranje nieuwe stadhouder. 1648 Vrede van Münster/Westfalen.

: Spanje erkent soevereiniteit Republiek: erkenning Republiek internationaal!: vrije vaart op Indië: Schelde blijft gesloten: Geen voordelen voor Noord Nederlandse katholieken: Gelijkwaardigheid Protestant en Katholiek

Belangrijke handelsposten:• 1602 Java (en later andere delen van huidig Indonesië)• 1625 Nieuw Amsterdam• 1632/6/44 Saba, Statia, Sint-Maarten• 1633/4/6 Bonaire, Curacao, Aruba• 1636 Brazilië• 1637 Elmina (Goudkust)• 1641 Deshima• 1652 Kaapkolonie• 1656 Ceylon• 1667 Suriname

Europese cultuur: Christendom (vertegenwoordigd door Calvijn) en Klassieken (vertegenwoordigd door Erasmus). Streven naar harmonie! Opvallend is het burgerlijk karakter van de cultuur, bepaald door contextuele gegevens: het ontbreekt Republiek namelijk aan de twee traditionele vormgevers (staat en katholieke kerk). Andere groepen, vooral regenten werden nu cultuurdragers:. Kamermuziek, architectuur (terugkeer van soberheid: ‘deftig’. Opkomst van universiteiten (eerste te Leiden), men experimenteert veel, dit kan als gevolg van de tolerante sfeer die er heerst. Republiek toevluchtsoord Portugese Joden, Hugenoten, Duitsers, Scandinaviërs, Zuid Nederlanders.

Bekend om vrijheid van meningsuiting! Alsnog lang niet onbeperkt. Vrouwen hadden ook prominente rol (afwezigheid mannen door zeevaart).

Page 18: Geschiedenis Van de Nederlanden

Schilderkunst: Hollandse schilderschool, emblematiek krijgt aandacht (symbolen met boodschap, met diepere betekenis: toch niet van belang voor meesten).Jan Steen, Hals, Vermeer, Rubens (in staatsdienst) en Rembrandt (burgerlijke kunst, intiemer en directer): landschappen en portretten, gekenmerkt door technische vaardigheid, sober. Gekenmerkt als realisme.

Schrijvers: humanistische literatuur verdringt oude Rederijkerskamers. Neo-Latijn en Nederlands: Hoofdt, Vondel (Amsterdam). Moraliserende literatuur (Cats: schrijft makkelijk, gaat om amusement en moreel verheffen via emblemata, Huygens: diepere betekenis). Hugo de Groot; gebruikt wetenschap als politiek instrument (natuurrecht: verdediging van Oldenbarnevelt, recht van vrije vaart). Spinoza was een filosoof, vroeger lenzenslijper, hij zei dat de bijbel niet het geopenbaarde woord van God was en zijn schriften zijn tijdelijk verboden door het overschrijden van de grenzen van tolerantie.

Sociaal: kleine kloof arm en rijk, geen hof maar wel adel die vooral bestaat uit de twee huizen van Nassau. Belangrijkste functies behoorde aan regente, daaronder de middenstand en daaronder het grauw (ongeschoolde arbeiders, bedelaars). Relatief kleine verschillen, dus ergens een ‘egalitaire’ maatschappij: opbrengsten op vrij gelijke manier verdeeld.