Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag...

244
Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 bron Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884. P. Gouda Quint, Arnhem 1884 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_gel004188401_01/colofon.php © 2010 dbnl

Transcript of Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag...

Page 1: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

Geldersche volks-almanak voor hetschrikkeljaar 1884

bronGeldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884. P. Gouda Quint, Arnhem 1884

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_gel004188401_01/colofon.php

© 2010 dbnl

Page 2: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

t.o. I

DE ROODE-TOREN

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 3: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

III

Aan de Lezers.

Bij de aanbieding van den vijftigsten jaargang van den Gelderschen Volks-Almanak,ziet de redactie met dankbaarheid terug op het tijdperk, dat thans achter haar ligt.Een halve eeuw - geen onzer jaarboekjes, welke met of na hem in het lichtverschenen, mocht dien ouderdom bereiken, - is werkelijk een leven, dat de stoutstewenschen hem, bij zijne geboorte, niet durfden voorspellen. Hoe velen uwer zagenhunne jaren met hem klimmen, en hoe weinigen zijn er nog over van degenen, diehem in de dagen hunner jongelingschap met meerdere of mindere ingenomenheidontvingen. Waarlijk het blijft niet bij een enkel menschengeslacht, dat hij zagopkomen, bloeien en vergaan. Voor het grootste gedeelte keerden de eersten, diehem op het initiatief - voor een enkele maal vergeve men mij dit uitheemsche woord- van Ds. O.G. Heldring in het aanzijn riepen, reeds weder tot het stof terug. Terwijlik met stillen weemoed hunne namen, die ik u immers niet behoef te noemen,herdenk, - helaas! ook de heer Nairac, de ‘plattelands burgemeester’, die ons nogzooveel van de Veluwe had kunnen vertellen, ontviel ons in den aanvang dezesjaars, - stip ik hier tot mijne en zeker ook tot uwe blijdschap aan, dat ten minste eenhunner, namelijk de op

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 4: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

IV

geschied- en letterkundig gebied zoo verdienstelijke Ds. J.H. Jonckers, die reedsaan Heldring zulke schoone bijdragen schonk, nog niet zoo diep onder den last deslevens gaat gebogen, dat hij aan de tegenwoordige redactie zijne hoog gewaardeerdemedewerking geheel zou moeten onthouden. Er is echter - Gode zij dank! - onderal het droevige, dat wij hier op zouden kunnen halen, meer dan dit wat ons verheugt.Of zou het ons geen stof tot vreugde baren, dat wij, bij alle afwisseling, waaraan ditondermaansche steeds is blootgesteld, met behulp van vroegere en latereoudheidsvorschers zoovele schatten als er in de vergetelheid verzonken schenen,weer uit het puin der eeuwen hebben opgedolven, en daardoor voor onzegeschiedschrijvers den weg gemakkelijker gemaakt, om ons het beeld onzervoorouders niet slechts in hun lijden en strijden, maar ook in hunnen handel enwandel, om kort te gaan, in geheel hun zijn, streven en werken, doen en laten, metjuistheid af te malen. Het is zoo, wij zijn in dit opzicht nog wel niet zoover gevorderdals wij wenschen kunnen, maar - en dit is eene andere opmerking, welke onsgenoegen verhoogt, - met rijker kennis toegerust, mogen wij voortgaan op deningeslagen weg, en, door uwe belangstelling gesteund, zal de GelderscheVolks-Almanak blijven verschijnen, zoolang de nevelen, welke over het voorgeslachthangen, nog niet ten eenenmale opgehelderd zijn, en gij hem het aanzijn mogelijkmaakt. Het verheugt ons daarom zeer te kunnen mededeelen dat, zoo wij hopen,in den aanvang des volgenden jaars een drietal registers op de 50 tot nog toeverschenen jaargangen van den Almanak het licht zullen zien, en wel a. een uitvoerigzaakregister, b. een bibliographisch register en c. een register der platen, portretten,enz.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 5: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

V

Het eerste dezer registers werd aangelegd door den heer Mr. J.W. Staats Evers,en wordt thans door den heer H.M. Werner om- en bijgewerkt en met de beideandere vermeerderd; terwijl een en ander zal worden voorafgegaan door eenhistorisch overzigt van het jaarboekje gedurende bedoeld tijdvak, mede van de handvan laatstgenoemden, onzen onvermoeid ijverigen medewerker. Voor denmoeitevollen en tijdroovenden arbeid, hieraan besteed, brengen wij reeds bij voorbaataan beide heeren onzen hartelijken dank en twijfelen niet of degenen, die ditjaarboekje telkens bij zijn verschijnen welkom heeten, zullen de genoemde registersmet ingenomenheid ontvangen. Daardoor toch zal het eerst mogelijk zijn deverschenen 50 deeltjes met vrucht te raadplegen en zal het blijken, niet alleen wieaan den Almanak hunne krachten wijdden en welk veld reeds ontgonnen is, maarook hoeveel er nog te onderzoeken overblijft. In uwe voortdurende genegenheidzoowel als in den onbaatzuchtigen ijver onzer getrouwe medewerkers, aan wie wijonze erkentelijkheid voor den arbeid en de moeite, welke zij zich ook nu weergetroostten, gaarne betuigen, bevelen wij dus dit jaarboekje bij vernieuwing aan.Moge het u nogmenigmaal met zijnen inhoud de beste wenschen overbrengen vooriederen tijdkring, die ons door Hem geopend wordt, aan wiens Vaderlijke goedheidwij alles hebben te danken.

RAVENSTEIN, 6 September 1883.J.C.W. QUACK.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 6: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

VII

Aan den Gelderschen volks-almanak, bij zijn 50-jarig verschijnen.

Door M.L. Quack.

Zoo hebt gij, jaargezant! langs de oude wegenDan ditmaal ook uw tocht aanvaard,

En klinkt daarbij u luide 't welkom tegen!Gij zijt die hulde waard.

Gij werdt ons dier! Gij bragt zoo menigmalenVoor 't Geldersch hart een streelend woord;

Gij kwaamt tot ons met zangen en verhalen,Gewijd aan Neêrlands lieflijkst oord.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 7: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

VIII

Gij schetstet ons aanschouwlijk 't grijs verleden:Den Batavier,... zijn offerwoud1), -

Zijn ruwen aard, maar ook zijn zachter zeden,Toen 't licht des kruisses werd aanschouwd.

Gij weest ons waar zich 't hooge burgslot toonde,Nog in diens vroegste pracht;

Den ridderlijken landvorst die er troonde, -Zijn steekspel en zijn jagt....

De jonkvrouw, die de onstuimge feesten deelde;Haar tedren zin,

Wanneer de meistreel 't maagdlijk harte streeldeDoor 't zoete lied der min.

Hoe Bato's stam zijn vrijheid bleef bewaren,En nooit zich boog

In slavenkluisters van geweldenaren,Bleek vaak uit uw betoog.

En schetstet gij den kloeken zin der vad'ren,Hun moed in tachtig-jaargen strijd,

Toen dwinglandij het heilig erf dorst nadren....Dan werd u heel ons hart gewijd!

1) Ook ‘heilig woud’ aan Wodan toegewijd.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 8: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

IX

Thans keert gij weêr, maar zelf omringd van glorie,Een vijftig-jarig held; dus huldigt u de lier:Wie 't VADERLAND bemint, bemint ook zijnHISTORIE,

Zijn ook dier TOLKEN dier.

Vervolg nog lang, gevierde! uw leerrijk streven!En zie, als ge eens uw tochten staakt,

In 't Hollandsch hart op nieuw die fierheid leven,Die 't voorgeslacht versierde en 't ons onsterflijk

maakt.

ELST, September 1883.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 9: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

X

[Kalender]

JANUARIJ.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s av.bij dag.7.41bij dag.Dingsdag18.52bij dag.Woensdag210.5bij dag.Donderdag311.20bij dag.Vrijdag4's morg.bij dag.Zaturdag5

5 E.K.0.34bij dag.Zondag61.52bij dag.Maandag73.8bij dag.Dingsdag84.22bij dag.Woensdag95.31bij dag.Donderdag106.28's av.Vrijdag11bij dag.4.41Zaturdag12

12 V.M.bij dag.5.55Zondag13bij dag.7.6Maandag14bij dag.8.18Dingsdag15bij dag.9.27Woensdag16bij dag.10.36Donderdag17bij dag.11.40Vrijdag18bij dag.'s morg.Zaturdag19bij dag.0.44Zondag20

20 L.K.bij dag.1.47Maandag21bij dag.2.48Dingsdag22bij dag.3.47Woensdag23bij dag.4.41Donderdag24bij dag.5.30Vrijdag25bij dag.6.14Zaturdag26's av.6.53Zondag275.27bij dag.Maandag28

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 10: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

28 N.M.6.39bij dag.Dingsdag297.53bij dag.Woensdag309.9bij dag.Donderdag31

FEBRUARIJ.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s av.bij dag.10.24bij dag.Vrijdag111.41bij dag.Zaturdag2's morg.bij dag.Zondag30.56bij dag.Maandag4

4 E.K.2.9bij dag.Dingsdag53.17bij dag.Woensdag64.19bij dag.Donderdag75.11bij dag.Vrijdag85.55's av.Zaturdag9bij dag.4.45Zondag10bij dag.5.58Maandag11

11 V.M.bij dag.7.8Dingsdag12bij dag.8.16Woensdag13bij dag.9.22Donderdag14bij dag.10.29Vrijdag15bij dag.11.32Zaturdag16bij dag.'s morg.Zondag17bij dag.0.34Maandag18bij dag.1.33Dingsdag19

19 L.K.bij dag.2 29Woensdag20bij dag.3.20Donderdag21bij dag.4.6Vrijdag22bij dag.4.47Zaturdag23bij dag.5.23Zondag24's av.5.55Maandag255.33bij dag.Dingsdag26

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 11: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

26 N.M6.51bij dag.Woensdag278.8bij dag.Donderdag289.25bij dag.Vrijdag29

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 12: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XI

MAART.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s av.bij dag.10.44bij dag.Zaturdag111.59bij dag.Zondag2's morg.bij dag.Maandag31.10bij dag.Dingsdag4

4 E.K.2.12bij dag.Woensdag53.7bij dag.Donderdag63.52bij dag.Vrijdag74.29bij dag.Zaturdag85.1bij dag.Zondag95.28's av.Maandag10bij dag.6.0Dingsdag11

11 V.M.bij dag.7.8Woensdag12bij dag.8.14Donderdag13bij dag.9.18Vrijdag14bij dag.10.20Zaturdag15bij dag.11.21Zondag16bij dag.'s morg.Maandag17bij dag.0.18Dingsdag18bij dag.1.11Woensdag19

19 L.K.bij dag.1.59Donderdag20bij dag.2.41Vrijdag21bij dag.3.17Zaturdag22bij dag.3.51Zondag23bij dag.4.21Maandag24's av.4.49Dingsdag255.42bij dag.Woensdag267.2Donderdag27

27 N.M.8.23bij dag.Vrijdag28

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 13: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

9.42bij dag.Zaturdag2910.56bij dag.Zondag30's morg.bij dag.Maandag31

APRIL.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s morg.bij dag.0.5bij dag.Dingsdag11.3bij dag.Woensdag2

2 E.K.1.49bij dag.Donderdag32.31bij dag.Vrijdag43.4bij dag.Zaturdag53.32bij dag.Zondag63.58bij dag.Maandag74.21's av.Dingsdag8bij dag.6.2Woensdag9bij dag.7.7Donderdag10

10 V.M.bij dag.8.10Vrijdag11bij dag.9.11Zaturdag12bij dag.10.9Z. PASCHEN13bij dag.11.4Maandag14bij dag.11.53Dingsdag15bij dag.'s morg.Woensdag16bij dag.0.37Donderdag17bij dag.1.15Vrijdag18

18 L.K.bij dag.1.49Zaturdag19bij dag.2.20Zondag20bij dag.2.47Maandag21bij dag.3.14Dingsdag22bij dag.3.42Woensdag23's av.4.10Donderdag247.14bij dag.Vrijdag25

25 N.M.8.34bij dag.Zaturdag26

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 14: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

9.47bij dag.Zondag2710.52bij dag.Maandag2811.47bij dag.Dingsdag29's morg.bij dag.Woensdag30

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 15: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XII

MEIMaan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s morg.bij dag.0.30bij dag.Donderdag11.6bij dag.Vrijdag2

2 E.K.1.36bij dag.Zaturdag32.2bij dag.Zondag42.27bij dag.Maandag52.50bij dag.Dingsdag63.12bij dag.Woensdag73.37's av.Donderdag8bij dag.7.4Vrijdag9bij dag.8.3Zaturdag10

10 V.M.bij dag.8.59Zondag11bij dag.9.50Maandag12bij dag.10.36Dingsdag13bij dag.11.16Woensdag14bij dag.11.51Donderdag15bij dag.'s morg.Vrijdag16bij dag.0.22Zaturdag17bij dag.0.50Zondag18

18 L.K.bij dag.1.16Maandag19bij dag.1.41Dingsdag20bij dag.2.8Woensdag21bij dag.2.36D. HEMELV.22bij dag.3.10Vrijdag23's av.3.51Zaturdag24

24 N.M.8.33bij dag.Zondag259.34bij dag.Maandag2610.25bij dag.Dingsdag2711.6bij dag.Woensdag28

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 16: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

11.39bij dag.Donderdag29's morg.bij dag.Vrijdag300.8bij dag.Zaturdag31

31 E.K.

JUNIJ.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s morg.bij dag.0.32bij dag.Z. PINKST.10.57bij dag.Maandag21.18bij dag.Dingsdag31.42bij dag.Woensdag42.7bij dag.Donderdag52.36bij dag.Vrijdag63.8bij dag.Zaturdag73.46's av.Zondag8

8 V.M.bij dag.8.35Maandag9bij dag.9.17Dingsdag10bij dag.9.53Woensdag11bij dag.10.26Donderdag12bij dag.10.55Vrijdag13bij dag.11.21Zaturdag14bij dag.11.45Zondag15bij dag.'s morg.Maandag16

16 L.K.bij dag.0.11Dingsdag17bij dag.0.38Woensdag18bij dag.1.7Donderdag19bij dag.1.43Vrijdag20bij dag.2.25Zaturdag21's av.3.17Zondag228.13bij dag.Maandag23

23 N.M.8.59bij dag.Dingsdag249.37bij dag.Woensdag2510.9bij dag.Donderdag26

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 17: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

10.35bij dag.Vrijdag2711.1bij dag.Zaturdag2811.25bij dag.Zondag2911.48bij dag.Maandag30

30 E.K.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 18: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XIII

JULIJ.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s morg.bij dag.'s morg.bij dag.Dingsdag10.12bij dag.Woensdag20.40bij dag.Donderdag31.10bij dag.Vrijdag41.46bij dag.Zaturdag52.27bij dag.Zondag63.15's av.Maandag7bij dag.7.55Dingsdag8

8 V.M.bij dag.8.29Woensdag9bij dag.9.0Donderdag10bij dag.9.27Vrijdag11bij dag.9.52Zaturdag12bij dag.10.17Zondag13bij dag.10.43Maandag14bij dag.11.10Dingsdag15

15 L.K.bij dag.11.42Woensdag16bij dag.'s morg.Donderdag17bij dag.0.20Vrijdag18bij dag.1.5Zaturdag19bij dag.2.0Zondag20bij dag.3.6Maandag21's av.4.17Dingsdag22

22 N.M.8.7bij dagWoensdag238.37bij dagDonderdag249.3bij dagVrijdag259.28bij dagZaturdag269.52bij dagZondag2710.16bij dagMaandag2810.42bij dagDingsdag29

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 19: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

29 E.K.11.11bij dagWoensdag3011.46bij dagDonderdag31

AUGUSTUS.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s morg.bij dag.'s morg.bij dag.Vrijdag10.25bij dag.Zaturdag21.9bij dag.Zondag32.1bij dag.Maandag42.58's av.Dingsdag5bij dag.7.3Woensdag6

6 V.M.bij dag.7.31Donderdag7bij dag.7.57Vrijdag8bij dag.8.22Zaturdag9bij dag.8.49Zondag10bij dag.9.16Maandag11bij dag.9.47Dingsdag12bij dag.10.21Woensdag13bij dag.11.3Donderdag14

14 L.K.bij dag.11.53Vrijdag15bij dag.'s morg.Zaturdag16bij dag.0.51Zondag17bij dag.1.59Maandag18bij dag.3.11Dingsdag19's av.4.25Woensdag20

20 N.M.7.3bij dag.Donderdag217.30bij dag.Vrijdag227.55bij dag.Zaturdag238.18bij dag.Zondag248.44bij dag.Maandag259.13bij dag.Dingsdag269.45bij dag.Woensdag27

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 20: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

10.22bij dag.Donderdag2828 E.K.

11.4bij dag.Vrijdag2911.52bij dag.Zaturdag30's morg.bij dag.Zondag31

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 21: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XIV

SEPTEMBER.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s morg.bij dag.0.47bij dag.Maandag11.47bij dag.Dingsdag22.52bij dag.Woensdag34.1bij dag.Donderdag45.12's av.Vrijdag5

5 V.M.bij dag.6.52Zaturdag6bij dag.7.19Zondag7bij dag.7.50Maandag8bij dag.8.23Dingsdag9bij dag.9.3Woensdag10bij dag.9.51Donderdag11bij dag.10.46Vrijdag12

12 L.K.bij dag.11.49Zaturdag13bij dag.'s morg.Zondag14bij dag.0.57Maandag15bij dag.2.9Dingsdag16bij dag.3.22Woensdag17bij dag.4.33Donderdag18's av.5.43Vrijdag19

19 N.M.6.21bij dag.Zaturdag206.46bij dag.Zondag217.13bij dag.Maandag227.44bij dag.Dingsdag238.20bij dag.Woensdag248.59bij dag.Donderdag259.44bij dag.Vrijdag2610.35bij dag.Zaturdag27

27 E.K.11.33bij dag.Zondag28

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 22: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

's morg.bij dag.Maandag290.36bij dag.Dingsdag30

OCTOBER.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s morgbij dag.1.41bij dag.Woensdag12.50bij dag.Donderdag24.2bij dag.Vrijdag35.19's av.Zaturdag4

4 V.M.Ma an-eclips.

bij dag.5.48Zondag5bij dag.6.22Maandag6bij dag.7.1Dingsdag7bij dag.7.46Woensdag8bij dag.8.41Donderdag9bij dag.9.42Vrijdag10bij dag.10.50Zaturdag11

11 L.K.bij dag.12.0Zondag12bij dag.'s morg.Maandag13bij dag.1.11Dingsdag14bij dag.2.22Woensdag15bij dag.3.32Donderdag16bij dag.4.40Vrijdag17bij dag.5.48Zaturdag18's av.6.54Zondag19

19 N.M.5.44bij dag.Maandag206.17bij dag.Dingsdag216.55bij dag.Woensdag227.38bij dag.Donderdag238.27bij dag.Vrijdag249.21bij dag.Zaturdag2510.21bij dag.Zondag2611.24bij dag.Maandag27

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 23: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

27 E.K.'s morg.bij dag.Dingsdag280.29bij dag.Woensdag291.39bij dag.Donderdag302.52bij dag.Vrijdag31

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 24: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XV

NOVEMBER.Maan.Dagen.Dat.

onderg.opg.'s morg.bij dag.4.8bij dag.Zaturdag15.26's av.Zondag2bij dag.4.53Maandag3

3 V.M.bij dag.5.37Dingsdag4bij dag.6.29Woensdag5bij dag.7.31Donderdag6bij dag.8.38Vrijdag7bij dag.9.49Zaturdag8bij dag.11.1Zondag9

9 L.K.bij dag.'s morg.Maandag10bij dag.0.13Dingsdag11bij dag.1.22Woensdag12bij dag.2.30Donderdag13bij dag.3.38Vrijdag14bij dag.4.45Zaturdag15bij dag.5.48Zondag16's av.6.50Maandag17

17 N.M.4.53bij dag.Dingsdag185.34bij dag.Woensdag196.20bij dag.Donderdag207.13bij dag.Vrijdag218.10bij dag.Zaturdag229.11bij dag.Zondag2310.14bij dag.Maandag2411.20bij dag.Dingsdag25

25 E.K.'s morg.bij dag.Woensdag260.30bij dag.Donderdag27

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 25: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

1.42bij dag.Vrijdag282.56bij dag.Zaturdag294.15bij dag.Zondag30

DECEMBER.MaanDagen.Dat.

onderg.opg.'s morg.bij dag.5.33bij dag.Maandag16.50's av.Dingsdag2

2 V.M.bij dag.5.9Woensdag3bij dag.6.16Donderdag4bij dag.7.29Vrijdag5bij dag.8.44Zaturdag6bij dag.9.58Zondag7bij dag.11.11Maandag8bij dag.'s morg.Dingsdag9

9 L.K.bij dag.0.21Woensdag10bij dag.1.29Donderdag11bij dag.2.36Vrijdag12bij dag.3.41Zaturdag13bij dag.4.42Zondag14bij dag.5.43Maandag15's av.6.39Dingsdag164.17bij dag.Woensdag17

17 N.M.5.7bij dag.Donderdag186.2bij dag.Vrijdag197.2bij dag.Zaturdag208.5bij dag.Zondag219.10bij dag.Maandag2210.16bij dag.Dingsdag2311.25bij dag.Woensdag24's morg.bij dag.D. KERSTF.25

25 E.K.0.36bij dag.Vrijdag26

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 26: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

1.49bij dag.Zaturdag273.4bij dag.Zondag284.21bij dag.Maandag295.35bij dag.Dingsdag306.43's av.Woensdag31

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 27: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XVI

Verjaardagen van het Koninklijk Huis.

Z.M. Willem Alexander Paul FrederikLodewijk, KONINGWILLEM III, geboren1817.

19 Februarij,

H.K.H. Wilhelmina Maria Sophia Louisa,Zuster des Konings, Gemalin van Z.D.H.

8 April,

den regeerend Groot-Hertog vanSaxen-Weimar-Eisenach, geboren 1824.Z.K.H. Karel Alexander August Johan,regeerend Groot-Hertog van

24 Junij,

Saxen-Weimar-Eisenach, Schoonbroederdes Konings, geboren 1818.H.K.H. Wilhelmina Frederika AnnaElisabeth Maria, Dochter van wijlen Prins

5 Julij,

Frederik der Nederlanden, Gemalin vanZ.D.H. Prins Willem Adolph MaximiliaanKarel Vorst von Wied, geboren 1841.H.M. Adelheid Emma WilhelminaTheresia, Prinses vanWaldeck-Pyrmont,

2 Augustus,

Koningin der Nederlanden, dochter vanZ.D.H. George Victor regeerend Vorstvan Waldeck-Pyrmont en van H.D.H.Helena Wilhelmina Henriëtta PaulinaMarianna, geb. Hertogin van Nassau,geboren 1858.Z.D.H. Prins Willem Adolph MaximiliaanKarel Vorst von Wied, geboren 1845.

22 Augustus,

Z.K.H. Willem Alexander Karel HendrikFrederik, Kroonprins der Nederlanden,geboren 1851.

25 Augustus,

H.K.H.Wilhelmina Helena PaulinaMaria,Dochter des Konings, geboren 1880.

31 Augustus,

H.K.H. Maria Elisabeth Louisa Frederika,Prinses van Pruissen, Weduwe van

14 September,

Z.K.H. Prins Hendrik der Nederlanden,geboren 1855.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 28: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XVII

Staatsbestuur.

Ministeriëele departementen.

Ministerie van buitenlandsche zaken.

Minister, Jhr. Mr. P.J.A.M. van der Does de Willebois.(Audientie, Zaturdag ten 12 ure).

Ministerie van justitie.

Minister, Mr. M.W. baron du Tour van Bellinchave.(Audicntie, Dingsdag ten 1 ure).

Ministerie van binnenlandsche zaken.

Minister, Mr. J. Heemskerk Az.(Audientie, Zaturdag ten 12 ure).

Ministerie van marine.

Minister, F.L. Geerling.(Audientie, Vrijdag ten 11 ure).

Ministerie van finantiën.

Minister, W.J.L. Grobbée.(Audientie, Donderdag ten 12 ure).

Ministerie van oorlog.

Minister, A.W.P. Weitzel.(Audientie, Donderdag ten 1 ure).

Ministerie van waterstaat, handel en nijverheid.

Minister, J.G. van den Bergh.(Audientie, Donderdag ten 12 ure).

Ministerie van koloniën.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 29: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

Minister, F.G. van Bloemen Waanders.(Andientie, Vrijdag ten 1 ure).

Eerste kamer.

Jaren van aftreding.

Mr. F.J.J. Van Eysinga.Voorz. Jhr.1886Mr. P.J.A. SmitzN.-Brabant.1889Jhr. Mr. J.B.A.J.M.

Verheijen1889J.Th. Smits van Oijen1892Mr. J.B. Hengst1892Mr. J.G. de Bruijn

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 30: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XVIII

Jaren van aftreding.1886Jhr. H.A.D. CoenenGelderland.1886L.G.A. graaf van Limburg

Stirum.1889Mr. C.J.R. Nobel1889Mr. W.A.A.J. baron

Schimmelpenninck van derOije van de Poll

1892Mr. J. Thooft1886T.P. VirulyZ.-Holland.1886Mr. A. Blussé1889Mr. G.A. de Raadt1889J.D. Fransen van de Putte1892Joost van Vollenhoven1892Jhr. F.G.E. Merkes van

Gendt1892H. Muller Sz.1886Jhr. Mr. A.V. Teding van

BerkhoutN.-Holland.

1886Mr. M.J. Pijnappel1889Jhr. Mr. D. van Akerlaken1889Mr. D. Visser van

Hazerswoude1892Mr. G. van Tienhoven1892M.H. Insinger1886Mr. C.J. PickéZeeland.1889Mr. J. Mooleuburgh1886Jhr. Mr. J. Huydecoper v.

Maarsseveen.Utrecht.

1892Mr. C.T. graaf van Lijndenvan Sandenburg

1886Jhr. Mr. F.J.J. van Eysinga.Friesland.1889Jhr. Mr. J.H.F.K. van

Swinderen1892D.D. Breuning1886C.T. StorkOverijssel.1889A.J. Blijdenstein

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 31: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

1892Mr. A. van Naamen vanEemnes

1886Mr. W. de SitterGroningen.1889Mr. B. van Roijen1892Mr. H.J. CarstenDrenthe.1886H.G.L. RegoutLimburg.1889W.H. Pijls1892L.F.H. Beerenbroek

Griffier, Mr. O.W. Star Numan.Comm.-Griffier, Mr. A.J.W. van Roijen.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 32: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XIX

Tweede kamer.

Jaren van aftreding.Hoofdkiesdistrikten.Voorzitter, O. van Rees.

1887Mr. S. van Houten.Groningen.1885Mr. E.J.J.B. CremersZuidhorn.1887Mr. D. de Ruiter ZijlkerAppingedam.1885J. Schepel1887Mr. J.W.J. baron de Vos

van SteenwijkWinschoten.

1885Mr. H. Goeman Borgesius1887W.A. baron van der FeltzAssen.1885Mr. L. Oldenhuis Gratama1887F. LieftinckLeeuwarden.1885S. Hingst1887Mr. Ph. van BlomSneek.1885Mr. S. Wybenga1885A. Buma1887Mr. W.A. BergsmaDokkum.1885Jhr. Mr. J.F.v. Humalda v.

Eysinga1887G.H. Thomassen à

Thuessink van der HoopSteenwijk.

1887A. baron van DedemZwolle.1885Jhr. Mr. T.A.J. van Asch

van Wijck1887Mr. J R. Corver HooftAlmelo.1885H.A. Insinger1887Mr. P. BlusséDeventer.1885Mr. A. van Delden1887Mr. W.G. bar. Brantsen

v.d. ZijpZutphen

1885Mr. W. bar. v. Heeckerenv. Kell

1887A. baronSchimmelpenninck v.d.Oye

Arnhem.

1885Ph.W. van der Sleijden

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 33: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

1887Jhr. Mr. C.J.C.H. vanNispen tot Sevenaer

Nijmegen.

1885A.E. Reuther1887Jhr. Mr. G.J.Th. Beelaerts

van BloklandTiel.

1885Mr. H.J. Dijckmeester

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 34: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XX

Jaren van aftreding.Hoofdkiesdistrikten1887Mr. F.W.C.P. graaf v.

BijlandtAmersfoort.

1885Mr. AE. baron Mackay1887J.N. BastertUtrecht.1885Jhr. Mr. J. Röell1887Mr. Th. Ph. baron MackayHilversum.1887K. de JongHoorn.1885Mr.W.K. baron vanDedem1887Mr. J.L. de Bruyn KopsAlkmaar.1885Mr. W. van der Kaay1887Mr. J.G. GleichmanAmsterdam.1887J. Dirks.1887Jhr. Mr. J.W.H. Rutgers

van Rozenburg1885Mr. J.P.R. Tak van

Poortvliet1885Jhr. H.O. Wichers1885Mr. H.J. Kist1885A. Gildemeester1887W. de MeijierHaarlem.1885Mr. C.J.F. Mirandolle1887Mr. F.J.M.A. ReekersHaarlemmerm.1887O. bar. v. Wassenaer v.

CatwijckLeiden.

1885J.H. Donner1887Jhr. Mr. K.A. Godin de

BeaufortGouda.

18851887Mr. A.H.M. van BerckelDelft.1885J.C. Fabius1887R.P. Mees R. Az.Rotterdam.1887O. van Rees1885W.A. Viruly Verbrugge1885Mr. J. van Gennep1887Dr. K.A. RombachBrielle.1887Mr. W. Wintgens's Gravenhage.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 35: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

1885Mr. R.J. graafSchimmelpenninck vanNijenhuis

1887Mr. J.B. van OsenbruggenDordrecht.1885Mr. G.M. van der Linden1887Mr. L.W.C. KeucheniusGorinchem.1885H. Seret

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 36: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XXI

Jaren van aftreding.Hoofdkiesdistrikten.1887Mr. P.C. 't HooftMiddelburg.1885Mr. D. van Eck1887Jhr. Mr. A.F. de Savornin

LohmanGoes.

1885Jhr. Mr. J.J. Pompe vanMeerdervoort

1885J.J. van KerkwijkZierikzee.1887Mr. H.A. des Amorie van

der HoevenBreda.

1885Dr. H.J.A.M. Schaepman1885Mr. R. van de WerkZevenbergen.1887F.H.H. BorretTilburg.1885Mr. B.M. Bahlmann1887Dr. P.J.F. VermeulenEindhoven.1885Mr. A.J.H. van Baar1887Jhr. Mr. G.L.M.H. Ruijs van

BeerenbroekMaastricht.

1885Mr. W.G. Straetmans1887Mr. H.J. BrouwersRoermond.1885Mr. H.F. Lambrechts1887Mr. J.M.L.H. ClercxBoxmeer.1885Mr. J.H.L. Haffmans1887P.G.J. van der Schrieck's Bosch.1885Mr. A.F. Vos de Wael

Giffier, Mr. J.D. Veegens.Comm.-Griffier, Mr. G.H. Betz.Comm.-Griffier, Mr. H. Zillesen.

Provinciaal bestuur.

Mr. J.H.M. baron Mollerus vanWestkerke, Commissaris des Konings in de provincie.

Gedeputeerde Staten.

De Commissaris des Konings, Voorzitter.E.L. baron van Voorst tot Voorst, Mr. J.E.H. baron van Nagell van Ampsen, D.Bas Backer, J.C.F. van Hoijtema, Jhr. G.A. van Nispen, H.O. van Os.Mr. A Brants, Griffier der Staten.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 37: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 38: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XXII

Leden der Provinciale Staten.

Hoofdkiesdistrikt.ARNHEM. Mr. C.P. Henny, te A r n h em , J. Werner baron van Pallandt, teD o o r w e r t h , Mr. F.M.C. Pels Rijcken, te A r n h em , Mr. J.W. Staats Evers,te A r n h em .EDE. Jhr. A.W. van Borssele, te B e n n e k om , Ph.F.A.J. baron van BrakellDoorwerth, te H e e l s um , W.E.J. baron van Wassenaer, te B e n n e k om ,Mr. G.W. graaf van Rechteren van Appeltern, te E d e .PUTTEN. Mr. D. van Meurs, te H a r d e r w i j k , E.J. Vitringa, te N u n s p e e t ,F.W.J. baron van Aylva van Pallandt, te P u t t e n , J.J. Schussler, te N i j k e r k .OLDEBROEK. J.H. van Meurs, te H e e r d e , A.J. van Asselt, te O l d e b r o e k ,Mr. E.F.J. Weerts, te E p e , H.C. van der Houven van Oordt, te A p e l d o o r n .VOORST. D. BasBacker, te A p e l d o o r n ,Mr. J.F.B. vanHasselt, te Z u t p h e n ,L.J.N. van Essen, te B r umme n , Mr. J. baron van der Feltz, te Tw e l l o .ZUTPHEN. Mr. J.E.H. baron van Nagell van Ampsen, te L a r e n , N.Th.J. vande Kasteele, te Z u t p h e n , Mr. C.J. Sickesz, te L a r e n , Jhr. Mr. H.B. vanTets, te Z u t p h e n .RUURLO. J.A. van Basten Batenburg, te L i c h t e n v o o r d e , J.H. Gallée, teV o r d e n , B.A. Wiegerink, te G r o e n l o , Mr. D. Engelberts, te V o r d e n .AALTEN. Mr. W.A. Roelvink, te W i n t e r s w i j k , J. van der Zande, teV a r s s e v e l d , Mr. L. Roelvink, te B r e d e v o o r t , G.W. Ovink, teD i n x p e r l o .ZEVENAAR. Mr. B.A. Reigers, te U l f t , Jhr. F.X.J. van Nispen tot Pannerden,te Z u t p h e n , Jhr. Mr. F.X.G.M. van Nispen tot Sevenaer, te N i j m e g e n ,Jhr. O.C.J.C.L.M. van Nispen tot Pannerden, te Z e v e n a a r , Z.J.G. de Both,te S i l v o l d e .DOESBURG. Mr. F.J.W. baron van Pallandt, te L a a g -K e p p e l , Mr. H.W. vanWesterbeeck van der Horst, te L a a g -K e p p e l , Jhr. G.A. van Nispen, teA r n h em .

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 39: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XXIII

Hoofdkiesdistrikt.ELST. E.L. baron van Voorst tot Voorst, te E l d e n , H.L. Terwindt, teN i j m e g e n , W.L.H.A. van der Monde, te B emme l .TIEL. P.F. Dijckmeester, te T i e l , Mr. M. Tijdeman, te T i e l , J.A. Versteegh,te K e r k -A v e z a a t h , Mr. P. Rink, te T i e lGELDERMALSEN. J.C.F. van Hoijtema, te C u l e n b o r g , Mr. W.C. baron vanPallandt, te N e e r i j n e n , Mr. M. Viruly, te V u r e n , Mr. G.J. Kolff, teH e r w i j n e n .ZALT-BOMMEL. H.O. van Os, te Z a l t -B omme l , P.H. den Ouden, teZ a l t -B omme l , A. Hoeflake, te Amme r z o d e n .WYCHEN. A.J.J.A.M.H. Hengst, te Wame l , Jhr. G.J.J.J.M. Dommer vanPoldersveldt, te G r o e s b e e k , A.C.J. Dericks, te D r u t e n , H. van KoolwijkHz., te Ew i j k .NIJMEGEN. Mr. M.A. van Roggen, te N i j m e g e n , Mr. W.J. Triebels, teA r n h em , F.T.J.H. Dobbehnann, te N i j m e g e n , W.J. Rijnders Jr., te L e u t .Mr. A. Brants, Griffier.

Ambtenaren bij het Provinciaal Bestuur.

1e Afdeeling. Bestuur der provincie en gemeenten, onderwijs, kunstenen wetenschappen, politie, rijks-, provinciale- en gemeentewegen,waterstaat en polderzaken, uitgezonderd de finantien en debenoemingen.

Mr. J.P.R.M. de Nerée tot Babberich, commies, chef der afdeeling.Mr. H. Krabbe, adjunct-commies le klasse.H. du Puy de Montbrun, adjunct-commies 2e klasse.Jhr. A.P.H.J. Mollerus, adjunct-commies 2e klasse.

2e Afdeeling. Finantien van het rijk, de provincie en de gemeenten,reclames der belastingen, ontginning van heidegronden, aanstellingvan veldwachters, afgifte van lastbrieven tot werken en leverantien,verantwoording der zegel- en legesgelden, declaratien ten laste van hetrijk en de provincie, krankzinnigen, bewijzen van Nederlanderschap,aanbestedingen.

J.W. Guerin, commies, chef der afdeeling.H. Goedhart, adjunct-commies 1e klasse.W.H. Engelhart, adjunct-commies 2e klasse.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 40: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

XXIV

J. van Rijsewijk, adjunet-commies 2e klasse.G.J. Voerman, 2e klerk.

3e Afdeeling, Nationale militie, schutterij, jagt en visscherij, nijverheid,spoorwegen, onteigeningen, posterijen, telegrafien, reispassen,grenstekens, toezigt op het inwendige van het provinciehuis, vervoervan buskruid, kleinhandel in sterken drank.

M. Deibel, commies, chef der afdeeling.D. Hogeweg, adjunet-commies 2e klasse.A.L. Sprenger, 1e klerk.

4e Afdeeling. Statistiek, verslag van den toestand der provincie,gevangenissen, polderbesturen en polderfinantien, bouwen aan dijken,kerk- en armbestuur.

L.H. Arentsen, commies, chef der afdeeling.W.F.A. baron van Hemert tot Dingshof, adjunet-commies 2e klasse.T.J. van Outeren, le klerk.

Archief.

J.H.C. van Heuven, adjunct-commies 1e klasse.G.J. Poppelman, adjunct commies 2e klasse.Jhr. J.L.H.K.C. Stern, le klerk.

Bureau van Expeditie.

J.C. Engelhart, adjunct commies 1e klasse.J. du Croo, adjunct-commies 2e klasse.J.J. Schiethart en D.J. Ras, 1e klerken.J.C.M.v.d. Poel en....., 2e klerken.

W.J. Vastenholt en H. Rietberg, boden.R. Koetsier en A.W. Woonink, vaste knechten.J.G. Kamphuis, wed. C.H. Gozen, tijdelijk concierge.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 41: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

Oad Provinciaal Archief.

Mr. J.F. Bijleveld, archivaris.Mr. J.J.S. baron Sloet, commies-chartermeester.J. Wolthers, concierge, boekbinder en bediende.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 42: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

1

Geldersche geslacht- en oudheidkunde.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 43: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

3

De Roode Toren.Door H.M. Werner.(Met twee plaatjes.)

De Roode Toren! Reeds bijna eene eeuw is hij verdwenen van Gelders bodem entoch staat hij nog altijd op zijne oude plaats. Niemand herinnert zich meer, dat hijbezweek onder den moker des sloopers en niemand beweert dan ook: ‘ik zie hemdaar nog levendig voor mij staan,’ - en toch zijn er nog zoo velen, ouden en jongen,die hem in hunne verbeelding nog dagelijks zien, die eene heilige vrees hebbenvoor de plek, waar hij eenmaal zijne trotsche tinnen verhief, vooral wanneer hetduister het aardrijk omhult, en die volstrekt niet op hun gemak zijn, wanneer zijvoorbij de plaats moeten gaan, waar voorheen de Roode Toren in al zijne trots engrootheid pronkte.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 44: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

4

En moge hij nu bij klaar lichten dag al niet meer te zien zijn, des nachts althans staathij er zeker nog, en als het middernachtuur slaat, staat hij zelfs in vollen gloed, danhoort men nog de wapenrusting kletteren der geharnaste ruiters, die hem eeuwengeleden met krachtigen arm verdedigden. Huzaren, levende duivels, heksen, wittewijven, enz., iederen nacht kan men ze nog zien en hooren ter plaatse, waar alsdannog altijd de Roode Toren staat.Ge kent ongetwijfeld, waarde lezer, de lieve novelle: Grietje op 't Hönings-arf, van

onzen vriend, den helaas! gestorven, doch voor Gelderland onsterflijken Cremer.Op geestige wijze schetst onze groote novellist in dat stukje het naïve bijgeloof vanden eenvoudigen Betuwschen landman, en de legende, aan de plek verbonden,waar voorheen de Roode Toren stond, die legende, die hij in zijne jeugd zoo dikwijlshad gehoord1), zij is hem eene welkome gelegenheid om ons den Betuwnaar teschilderen, zooals hij hem heeft gekend en zooals hij hem leerde waardeeren.Deze legende nu, hoe bespottelijk ook, is toch,

1) Zijne ouders toch woonden op den Oldenhof te Driel, niet te verwarren met den Oldenhof teHeteren. Van beiden zal hieronder meermalen sprake zijn.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 45: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

5

evenals alle volkslegenden en sagen, voor den geschiedvorscher geenszins vangewigt ontbloot, vooral daar zij niet de eenigste is, die omtrent den Rooden Torenbestaat. In den mond des volks toch klimt de geschiedenis van dit Slot al zeer hoogop. Aan den zwaren, van rooden baksteen opgetrokken toren, waaraan hetwaarschijnlijk zijn naam te danken heeft, bevonden zich eertijds ter hoogte van denwaterspiegel zware, in den muur gemetselde, ijzeren ringen, die vermoedelijkdienden, om daaraan schuiten in de slotgracht vast te leggen. De sage nu verhaalt,dat daaraan reeds ná den Zondvloed de Ark van Noach geankerd werd.Voorts zegt de legende, dat in overoude tijden een Ridder en eigenaar van den

Rooden Toren van zijn toren zijn medeminnaar, een Ridder van den Dorenweerd,met een pijl op de transen van diens Slot doorschoot. En toen later de Roode Torenniet meer bewoond was en daardoor reeds van zelf bij het landvolk een verblijf vanspoken en heksen werd, zag men nog iederen nacht dezen Ridder in vollewapenrusting boven op den toren verschijnen, om later na de slooping van dientoren op den heuvel, waar hij eertijds stond, plaats te maken voor blaauwe vlammen.Daar nn zonder twijfel alle sagen en legenden

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 46: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

6

niet van den tegenwoordigen tijd zijn, maar meestal van eeuwen her dateeren ensteeds van geslacht tot geslacht bij monde zijn overgebragt, zoo hebben zijongetwijfeld ook in den loop der tijden veel wijziging ondergaan en kan men zeermoeijelijk het oorspronkelijke in het nu nog aanwezige terugvinden; toch kan mendaaromtrent twee zaken gerust als waarheid aannemen: 1o dat iedere legende inzich een grond van waarheid bevat, die tot het oorspronkelijke verhaal aanleidinggaf, en 2o dat sagen en legenden altijd een bewijs van oudheid zijn voor de plaatsen,waaraan zij verbonden zijn. Men heeft helaas! in vroegere dagen de volkslegendente veel verwaarloosd en te gering geschat, waardoor veel verloren is gegaan; menzag daarin niets anders dan dom, onzinnig bijgeloof, en men heeft eerst later leereninzien, dat, vóór dat de geschreven geschiedenis een aanvang neemt, er eene niette boek gestelde geschiedenis bestaat, waarvoor nog vele bouwstoffen zoowelonder als boven den grond aanwezig zijn. En moge er al uit dat vóórhistorischetijdperk, dat hier vroeger, dáár later een einde neemt, gewoonlijk niets metwiskunstige zekerheid zijn op te maken, toch leidt het meestal tot gewigtige, volstrektniet verwerpelijke gevolgtrekkingen, die, al ligten zij den

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 47: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

7

sluijer, die het verborgen verleden aan het begeerig oog onttrekt, al niet op, hemtoch meer doorzigtig maken.Vermag men voorts al niet uit die sagen en legenden eene geschiedenis van den

grijzen voortijd op te trekken, zij leveren toch de schoonste stof voor den echthistorischen roman, voor de, op geschiedkundige basis staande aantrekkelijkenovelle. Zij geven ons de gelegenheid het voorgeslacht in de duistere Middeleeuwenin zijn leven en werken te schilderen, wel niet naar waarheid, maar met eene aande waarheid grenzende waarschijnlijkheid, die reeds daardoor een ieder boeit, dieeen open oog en een warm hart heeft voor het schoon verleden van zijn dierbaarVaderland.Wat van de legenden van den Rooden Toren in dat opzigt te maken is, daarvan

heeft ons Ds. Jonckers te Heteren in dit jaarboekje reeds tot tweemaal toe eenduidelijk bewijs geleverd. Herlees zijne boeijende, aangrijpende novelle: Udo enClara1), verlustig U nog eenmaal in zijne vloeijende, echt poëtische verzen over denRidder van Roodentoorn2), en ge zult mij toegeven,

1) Geld. Volksalm., 1837, blz. 74.2) Ibid., 1856, blz. 31.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 48: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

8

waarde lezer, dat ik hieromtrent niets te veel gezegd heb.Doch laat ons tot de geschiedenis van den Rooden Toren, ook wel Roodentoorn

genaamd, overgaan.Bondam giste, dat de Roode Toren voorheen Rothem heette, of liever dat onder

Rothem, genoemd circa 673 in pago Batua, het latere Slot Roode Toren moetverstaan worden. De Frankische koning Theodoricus namelijk schonk omstreeksgenoemd jaar verschillende goederen aan het klooster St. Vedastus of St. Vaastbinnen Arras en daaronder: in Batua: Rexnam (Ressen), Wulfaram (Wolferen) cumcapella Rothem, et aliam Rothem1). In 876 bevestigde Paus Johannes VIII in eenbrief de bezittingen van genoemd klooster, en daarin worden bovengenoemdeplaatsen iets nader omschreven, namelijk als volgt: Rehxnam, Wulfrum una cumcapella ibidem posita, R o t h e i m s u p e r f l u v i um V e r s i am s i t am . I t emi n a l t e r a Rothem mansos sex, etc.2) Men ziet hieruit, dat de Kapel bij Wolferenbehoorde, en dat

1) Charterboek, No. 1.2) Martene et Durand, Veterum Scriptorum Ampliss., Collectio I, 201. Miraeus, in zijn Opera

dipl. II, 934, deelt dezen brief ook mede, doch laat de boven gespatieerd gedrukte woordener uit. Zie hierover o.a.: Mr. v.d. Bergh, Handboek der Middel-Nederl. Geogr., 2e dr., blz. 76,196 en 198.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 49: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

9

dus in het charter bij Bondam de komma achter Rothem vervallen en achter capellamoet komen te staan. Met Rothem of Rotheim kan natuurlijk niet Rossem inBommelerwaard bedoeld zijn, want dat lag in de gouw Teisterbant. De Versia kanwel den naam van een Rijnsprank geweest zijn, zooals er nog bij Heteren gevondenworden, die naam schijnt echter in onbruik of vergetelheid te zijn geraakt, men vindtdie rivier althans nergens meer vermeld.Roode Toren zoude dan volgens Bondam eene verbastering zijn van

Rothemstoren, en het kasteel te Róthem zoude aldus genoemd zijn naar den zwaren,vierkanten toren, die er het hoofdbestanddeel van uitmaakte en de roode kleur vanden baksteen er alzoo niets mede te maken hebben. Deze naamsafleiding is ookgevolgd door Ds. Jonckers in de reeds genoemde novelle Udo en Clara1) en dezeschrijver noemt daar ook het kasteel nog Rothem, ofschoon het toen (1371)ongetwijfeld reeds Roode Toren heette.

1) Geld. Volksalm., 1837, blz. 76.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 50: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

10

Eerst tien jaren later in 1381, met de eerste beleening opgenomen in het GelderschLeenregister begint de eigenlijke geschiedenis van het kasteel, en de Roode Toren,zooals hij op Plaat I in zijn welstand of tijdperk van grootheid en magt staat afgebeeld,zal wel ongeveer uit dien tijd dateeren1). Doch zeer waarschijnlijk was terzelfderplaatse reeds veel, mogelijk eeuwen vroeger een Slot of Sterkte aanwezig, dat zijnoorsprong te danken had, òf reeds aan de Romeinen, die hier welligt eene hunnertalrijke militaire versterkingen langs den Rijn stichtten, òf aan de noodzakelijkheid,die zich later voordeed, om zich door het bouwen van kasteelen en versterkingenlangs de groote rivieren tegen de invallen der Noormannen te verdedigen.De heer Eyck v. Zuylichem zegt toch - en dit zal ook wel op den Rooden Toren

toepasselijk zijn -: ‘zeer moeijelijk zoude het zijn den eersten oorsprong der zootalrijk voorkomende kasteelen aan te wijzen. Zij staan meestal op het einde der 13eeeuw plotseling op het tooneel der geschiedenis,

1) Fahne (Urkundenb. des Geschl. Momm, III, S. 268) zegt, dat deze afbeelding genomen isnaar eene oude teekening, die te Barneveld bewaard wordt, doch aldaar is niets daarvanbekend of te vinden.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 51: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

11

ofschoon men van vele, aan de zeekusten of aan de rivieren gelegen, magvermoeden, dat zij oorspronkelijk door de landvorsten tegen de Noormannen zullengesticht zijn.’1)Ook de stevige vierkante toren van dit kasteel, die wel het oudste en voornaamste

gedeelte er van uitmaakte, waar het overige langzamerhand bij- en omheengebouwdwerd, wijst zonder twijfel aan, dat de Roode Toren tot de oudste kasteelen van onsland mag gerekend worden, en zeker wel reeds in de 11e of 12e eeuw zal gebouwdzijn.2)

Aan de hand van het Leenregister kunnen wij nu geregeld van het laatst der 14etot het begin dezer eeuw zien hoe de Roode Toren met bijbehoorende gronden vanden eenen bezitter op den andere en van het eene geslacht in het andere isovergegaan. Wij geven hierbij een extract uit dat Leenregister3), en zullen dit nu -doch alleen voor zooveel noodig4) - wat nader toelichten.

1) F.N.M. Eyck v. Zuylichem, Kort overzicht over de oude versterkingen en kasteelen in onsland tot op de 16e eeuw, blz. 26.

2) Ibidem, blz. 22 en 23.3) Bijlage A.4) De weinige ter mijner beschikking gestelde plaatsruimte in dezen jaargang verbiedt mij in te

veel details te treden.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 52: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

12

Als eerste eigenaars vinden wij vermeld Johan v. Heteren en zijn zoon Willem,1381-1444. Het geslacht v. Heteren, voerende tot wapen: in goud een blaauwendwarsbalk, behoorde tot de oudste riddermatige Geldersche geslachten.1) Het heeftzijn naam ontleend aan de Heerlijkheid Heteren in Over-Betuwe, ter plaatse waarnu nog het dorp van dien naam gelegen is. De Roode Toren, ook bij Heteren gelegen,was echter niet het stamslot van dit geslacht; dit lag een half uur daarvan verwijderdaan den Rijndijk en heette later den Oldenhof; daaraan waren de heerlijke rechten,en aan de hofstede, die er sedert lang voor in de plaats is gekomen, is nu nog hetcollatieregt der predikantsberoepen te Heteren verbonden. Daar echter in vroegereeeuwen zoowel de Roode Toren als de Heerlijkheid Heteren in bezit was van hetgeslacht v. Heteren, zoo zal de eerste denkelijk wel oorspronkelijk tot de Heerlijkheidbehoord hebben en later daarvan, bijv. door broederdeeling, afgescheiden zijn.Johan v. Héteren, in 1381 met den Rooden Toren beleend, was waarschijnlijk

dezelfde als: Johan v. Heteren, die: 1o een dienaar van den

1) Bijlage B.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 53: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

13

Graaf v. Cleve gevangen neemt, 13731); 2o. als Knape, met zijn vader Heer Philips,Ridder en zijne drie broeders Jacob, Dirck2) en Otto; zich verzoent met Jan v. Bloisen Mechteld v. Gelder, 13763); 3o. Heer Philipszone genaamd, met zijne drie zooevengenoemde broeders, in het volgende jaar den Landvrede of het verdrag, tusschendezen Jan v. Blois en zijne vrouw Mechteld en de Ridders, Knapen en Steden vanGelderland, mede bezegelde4); en 4o in 1388 een pandgoed te Elden in Over-Betuwebezit5). Denkelijk was hij Richter in Over-Betuwe en was hij het, die in het laatst van1404 door den Hertog v. Gelder herhaaldelijk werd opontboden om bij devijandelijkheden tusschen Gelre en Cleve des Hertogs krijgsmagt met een bepaaldaantal manschappen te versterken om de Duffel te helpen bestoken6). Ook vindenwij nog dat Johan of Jan van Heeren

1) Cleefsch Archief.2) Pontanus en Slichtenhorst noemen hemWillem; doch v. Spaen en Nijhoff daarentegen Dirck.3) Pontanus, blz. 308; Nijhoff, Gedenkw. III, No. 29.4) Pontanus, blz. 313; Slichtenhorst, blz. 158; Nijhoff, a.w., III, No. 31,5) Rekenkamer.6) Nijhoff, Bijdragen, V, blz. 172, 185, 186 en 190.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 54: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

14

of Heteren (mogelijk ook dezelfde) met zijn bastaardzoon Otto, als bondgenootenvan Willem v. Arkel bij de inneming van Gorinchem door Jacoba v. Beijeren,gevangen genomen werden, 14171).Heer Philips v. Heteren, Knape (later Ridder) zoende, in vereeniging met zijne

broeders Heer Jacob v.H., Ridder, en Gijsbrecht v.H., Knape, met de stad Utrechtover den dood van hun oom Ernst v. Weerdenstein, 1350 (hunne moeder was alzoodenkelijk uit het geslacht v. Weerdenstein). Philips zegelde bij die gelegenheid meteen lambel boven den balk en zijn jongeren broeder Gijsbrecht met een ring in hetmidden van den balk, zeker ter onderscheiding huns ouderen broeders Jacob, wienszegel enkel den balk vertoont. Philips v.H. middelerwijl Ridder geworden, bezegeldemede den 1en Nov. 1368 de huw.voorwaarden van Hertog Eduard v. Gelder; zijnzegel heeft dan geen lambel2).Willem v. Heteren, Johans zoon, tuchtigde zijne vrouw Aelbert v. Heteren in 1429

aan Rooden Toren; zij heette waarschijnlijk Alberta de Ruyter. Wij vinden althans,dat Willem v. Heteren met zijne vrouw Aelbertje de Ruiter goed verkoopt te

1) Holl. Leenkamer; Pontanus, blz. 397; Slichtenhorst, blz. 187.2) Nijhoff, Gedenkw., II, No. 161 en 162.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 55: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

15

Elst, 14241) en zijne vrouw zegelde bij die gelegenheid voor zich zelve en voor haarbroeder Hendrik de Ruiter. Willem v.H. behoorde nog onder degenen, die het verbondder Landschap van 1442 mede onderteekenden2); ook was hij leenman van hetSticht, 1441. Het geslacht de Ruyter, dat toen reeds in de nabijheid van Heterenscheen gevestigd te zijn en dat wij straks weder op den Oldenhof zullen terugvinden,had tot wapen: in zwart twee zilveren dwarsbalken, en was mogelijk met Heterenvan één stam.In 1444 transporteerde Willem v. Heteren den Rooden Toren aan Roelof Mom3),

zoon v. Roelof Raadsheer te Arnhem en N.v. Diem of Didam. Deze Roelof Momwas zelf ook van 1441-71 voortdurend afwisselend Schepen, Raad en Burgemeestervan Arnhem, in welke stad hij woonde in een huis in de Bakkerstraat, dat vele jarenhet eigendom van hem en zijne nazaten bleef.Tien jaren nadat hij eigenaar van den Rooden Toren was geworden, in 1454,

werd dit kasteel ten behoeve en op last van Hertog Arnold v. Gelder door Otto vanden Stade, Ambtman van Over-

1) Rekenkamer.2) Slichtenhorst, blz. 234.3) Bijlage C.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 56: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

16

Betuwe (v. Jan. 1449-20 Julij 1457) belegerd en veroverd. Genoemde Ambtmanbezorgde daarbij tevens voor de belegeraars de krijgsbehoeften en levensmiddelen,die van Nijmegen moesten aangevoerd worden, en daaronder: ‘vijftichste halff quartbernwijns in enen vaetkijn’ (een vaatje inhoudende 49½ kwart brandewijn)1). Watde reden dezer belegering was en hoe lang de Roode Toren het tegen den vijanduithield, heb ik niet kunnen ontdekken.Roelof Mom was wegens den Rooden Toren verschreven in de Ridderschap van

Nijmegen. Na zijn dood vererfde deze Heerlijkheid regelmatig op zijne nazaten inde regte lijn, zooals uit het extract van het Leenregister duidelijk blijkt. Zij zaten allenin de regeering te Arnhem, waren Schepen en Burgemeester aldaar, Richter vanArnhem en Veluwezoom, verschreven in de Ridderschappen van Nijmegen enVeluwe, enz., en woonden niet op den Rooden Toren, doch meestal te Arnhem.Roelofs kleinzoon, eveneens Roelof genaamd, was na dode zijns vadersWalraven

in 1510 verpligt den Rooden Toren tot open huis van Hertog Karel v. Gelder temaken, terwijl de Hertog hem

1) Nijhoff, Bijdragen, V, blz. 186.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 57: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

17

zijn kant vergaf ‘alle versuymenisse wederwillicheit ind verfreuelinge die bij tijdensijns seligen vaders ind zeder tot desen dage toegeschiet muchten wesen’, en hemmet den Rooden Toren beleende, 1 Julij 15101). Dat deze concessie ten behoevevan Hertog Karel den Heer van den Rooden Toren duur te staan kwam, bleek alspoedig. De Hertog was in oorlog met Floris v. Egmond Heer v. Ysselstein, die deOostenrijksch-Bourgondische partij was toegedaan, en had dezen overwonnen.Egmond nu om zijne gekrenkte eer te herstellen en zich te wreken, viel in de Betuwe,en vermeesterde deels met geweld, deels bij verdrag de Sloten Roden-toorn,Persingen en Hoemen2). Goudhoeven3) zegt hiervan: ‘Heer Floris reysde in 't lantvan Ghelre met een hoop knechten en weynigh ruyteren, en wonnen geweldelickden Roo den-toorn, en destrueerden die, en sloegen 't al doet datter op was.’ Ditgeschiedde in 15124).

1) Zie de uitvoerige oorkonde en de daarin vermelde wederzijdsche voorwaarden, waarop hetkasteel open huis des Hertogs werd, vermeld bij: Fahne, Urkundenbuch des Geschl. Momm,I, No. 224.

2) Slichtenhorst, blz. 531.3) Holl. Chronijk, blz. 573.4) Zie ook: Nijhoff, Gedenkw. VI, I, CLVI.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 58: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

18

Na dien tijd heeft de Roode Toren geene belegeringen meer te doorstaan gehad;zoowel in 1454 als in 1510 werd het kasteel verwoest en hoewel telkens herbouwd,geraakte het meer en meer uit den toestand van sterke verdedigbare burgt in dienvan adelijk woonhuis, alleen de zware, vierkante toren bleef nagenoeg in zijne oudegedaante; die was er op berekend om zoowel den tand des tijds als het vuur desvijands weêrstand te bieden, en hij zoude ongetwijfeld nog bestaan, indien hij nietsteen voor steen voor den moker des sloopers had moeten zwichten.De Roode Toren, herbouwd en ingerigt tot adelijk verblijf, ontving dan ook adelijke

bewoners.Jacob van der Capellen tot Randwijk, zoon v. Arnt, Jacobszn. tot Fuerde ux.

Margaretha v. Blitterswijck, en van Johanna de Ruyter, Hendriksdr., een derverbonden Edelen in 1566, Drost van Bredevoort 1575, Lid der Ridderschap v.Nijmegen 1578, mede onderteekenaar der nadere Unie en van de Afzwering vanKoning Filips II, enz,1), wordt ook wel tot den Rooden Toren genoemd. Noch dezeHeerlijkheid, noch een gedeelte

1) Kok, Vaderl. Woordenb. IX, 88; Te Water, Verbond der Edelen, enz., III, 499-502 en IV,316-18.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 59: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

19

daarvan, heeft hij echter ooit in bezit gehad, zoowel het Geldersch Leenregister alsde genealogie van het geslacht Mom wijst dit duidelijk aan. Hij bezat daarentegenden Hof te Randwijk, die zijn vader als huwelijksgift van diens schoonvader Hendrikde Ruyter gekregen had.Welligt heeft deze Jacob v.d. Capellen een tijdlang op den Rooden Toren gewoond,

anders is het geheel onverklaarbaar hoe hij tot den Rooden Toren genoemd werd.Hij stierf denkelijk ongehuwd; nazaten van hem zijn althans niet bekend. Fahnezegt1), dat tijdens den opstand tegen Spanje op den Rooden Toren bijeenkomstengehouden werden, en dat Capellen dáár het verbond der Edelen onderteekende,en hij haalt daarbij TeWater aan. Doch indien Fahne deze berigten uit geene andere,geloofwaardige bron geput heeft, dan zal én van het een én van het ander wel nietswaar zijn, althans bij Te Water vindt men geen woord daarvan.Is het alzoo twijfelachtig of Jacob v.d. Capellen den Rooden Toren bewoond heeft,

zeker weten wij dat van Jacob Christoffel (niet: Christiaan)2) van

1) Urkundenbuch des Geschl. Momm, III, blz. 274 en 275.2) Zooals hij genoemd wordt bij P. Nijhoff, Registers op het Archief, enz., 190 en 198.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 60: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

20

Balveren, zoon van Christoffel, Johanszn., ux. Margriet v. Wees, en van ElisabethIngennulant, Gerritsdr. ux. Berta v. Brakel1). Hij was Heer v. Rosande, verschrevenin de Ridderschap v. Nijmegen van 1650-75, Dijkgraaf van Over-Betuwe sedert1654, enz. Als Dijkgraaf moest hij in Aug. 1658 eene insinuatie van beschrijving,die door hem gedaan was, onderteekenen, en deed dit, bij zijne afwezigheid, voorhem Anna Catharina de Ridder v. Groenestein op het kasteel de Roode Toren. Dezehandeling is tamelijk duister. De schrijver in de Heraldieke Bibliotheek laat daaropvolgen, dat Balveren Heer en bestendig bewoner van den Rooden Toren was. Hijbezat toenmaals echter die Heerlijkheid nog niet; eerst den 23en Mei 1665 werdhem, blijkens het Leenregister door de toenmalige eigenares Catharina Mom, deRoode Toren opgedragen, of liever een gedeelte, een derde deel daarvan, blijkensde beleening van 1670, en dat denkelijk als onderpand voor voorgeschoten geldenof hypothecaire schuldvestiging daarin. Balveren trachtte echter de geheeleHeerlijkheid te verkrijgen, want toen Otto Spierinck den 25en Mrt. 1670

1) Herald Bibl., NR., I, blz. 15; Ann. généal. 1875, blz. 31.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 61: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

21

voor zich en zijne broeders, als erfgenamen hunner moeder Catharina Mom, metRooden Toren beleend wordt en een derde daarvan weder opdraagt aan genoemdenv. Balveren, bedingt deze dat hem ook de twee andere derde deelen zullenopgedragen worden, en den 11en Febr. 1671 draagt Otto Spierinck hem dan ookden geheelen Rooden Toren op.Daar men evenwel in 1658 op den Rooden Toren kwam om zijne handteekening

te verkrijgen, valt daaruit gevoegelijk op te maken, dat hij dit kasteel toen reedsbewoonde. Van den anderen kant echter zoude men juist uit de omstandigheid, datAnna Catharina de Ridder v. Groenestein voor hem teekende, besluiten, dat deRoode Toren toen nog bewoond werd, zoo al niet voortdurend, dan toch welligttijdelijk gedurende de zomermaanden, door Catharina Mom, toen reeds weduwevan Arnt Spierinck, want A.C. de Ridder v. Groenestein was hare aangetrouwdenicht, namelijk sedert 1650 de vrouw van Antonie de Ruyter, Heer en bewoner vanden Oldenhof te Heteren1); zoon v. Carel en Maria Mom, Catharina's zuster2).

1) Bijlage D.2) Herald. Bibl., NR., V, blz. 185.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 62: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

22

Zij was dochter van Cornelis de Ridder v. Groenestein en Catharina v. Scadijck enstierf kinderloos den 24en Junij 1672, haar man overleed in het volgende jaar, beideop den Oldenhof, en zij werden begraven in de kerk te Heteren onder eene grafzerk,waarop hun beider wapens gebeiteld waren.Jacob Christoffel v. Balveren was echter gehuwd met Odilia v. Assendelft, dr. v.

Gerrit tot Kralingen, enz. en van Johanna v. Gent, en het kan dus ook zeer goedmogelijk geweest zijn, dat de vrouwe van den Oldenhof hare buurvrouw van denRooden Toren dikwerf bezocht, en daardoor juist aanwezig was op laatstgenoemdkasteel, toen men daar om v. Balverens handteekening kwam vragen, en dien tengevolge p.o. voor hem teekende.Odilia v. Assendelft, bovengenoemd, stierf op den Rooden Toren als laatste

afstammelinge van haar geslacht den 21en Aug. 1668 en werd te Driel begraven.Den 11en Sept. 1674 hertrouwt J.C.v. Balveren te Heteren met Hillegonda van deVelde, die volgens overlevering op den Oldenhof te Driel (vroeger den Hof te Drielgenaamd) woonde, welke bezitting voorheen aan de geslachten Dorenweerd, Wischen Homoet behoorde, en van 1431-1644 in bezit was van het geslacht

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 63: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

23

Mom en wel van leden der Schwarzensteinerlinie1). Van Balveren verliet spoedigdaarop den Rooden Toren en ging denkelijk te Driel wonen. Waarschijnlijk zal zijnachterneef Jan Walraven van B., Heer v. den Oldenhof te Driel, deze Heerlijkheidvan hem geërfd hebben2).Op twee torenklokken te Heteren staan nog met het jaartal 1660 de namen van

Jacob Christoffel v. Balveren en Cornelis v. Bronckhorst van de Poll, die gelijktijdigAmbtman en Richter van Over-Betuwe was, zijnde het Dijkgraafschap daarvan toenafgescheiden, hetgeen aanleiding gaf tot twisten tusschen Balveren en Bronckhorstover de grenzen van hun wederzijdsch gezag3).Het kasteel de Roode Toren is daarna door geen edelman meer bewoond

geworden en geraakte langzamerhand in verval.Van Balveren had op den Rooden Toren verschillende geldsommen opgenomen

en schijnt in 1678 de geheele bezitting weder te hebben moeten afstaan, althansblijkens het Leenregister laat

1) Zie mijne bijdrage tot de geneal. van het gesl. Mom in Herald. Bibl., NR., V.2) Herald Bibl., NR., I, blz. 21; Nijhoff, Bijdragen, V, blz. 177.3) Nijhoff, ibidem, blz. 200-203.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 64: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

24

Juffr. Antonetta v. Doeyenborch, huisvrouw van Christoffel Spierinck1) zich den 21enDec. 1685 daarmede beleenen ‘uyt cracht van Hoves sententie approbatie enconsent van de Lantschap van 16Mei 1678 en daarop gevolgde pandinge en beschuten tot noch toe erholden possessie.’Doch weinige jaren later ging de Roode Toren weder in andere handen over;

Christoffel Spierinck verkocht hem namelijk den 29en Julij 1698 aan Maria Egberts,weduwe van Antony Alberts. Na haar dood wordt de bezitting in verschillende deelengesplitst, die in 1733 allen weder vereenigd worden in handen van Otto RoelemanFrederik van Bylandt. De beleening van 16 Mei 1722 is niet geheel duidelijk.Waarschijnlijk is na dode van Maria Egberts de Roode Toren geregterlijk verkochtgeworden, en werd toen kooper zekere N. Hamers of Hamer (mogelijk verwant aande vorige eigenares), die twee dochters naliet, die ieder de helft erfden. De verervingis dan verder als volgt:N. Hamers koopt den Rooden Toren, ux. NN., waarbij:

I Judith Hamers, tr. 1o N.v. Medefort of Mede-

1) Bijlage E.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 65: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

25

voort, en 2o Joost Vygh, zoon v. Derck Jacob tot Yzendoorn en Maria v. Meverden,Capitein ter zee en te land, dient eerst de Republiek Venetië, later de Republiek derVereenigde Nederlanden, 1722, sterft te Lissabon, 1734, na hertrouwd te zijngeweest met eene vrouw uit Venetië1). Judith erft den halven Rooden Toren en laatna:

Hendrik v. Medefort, erft ⅙van R.T., en draagt dat ⅙

a.(1e huw.)

over aan Benedictus LeviGompers, 25 Mrt. 1729.Jurrien v. Medefort, erfteveneens ⅙ van R.T. en

b.

draagt dit ⅙ ook aanbovengenoemdenGompers over, 4 Oct.1727. B.L. Gompers draagtdit 2/6 over aan OttoRoeleman Frederik v.Bylandt, 21 Oct. 1733.Derck Jacob Vygh,minderjarig, 1722, Capitein

c.(2e huw.)

der Infanterie, sterft teArnhem, 8 Jan. 1736,zonder kinderen na telaten; tr. 2 Dec. 1733:Agnes Isabella v.Hambroick, dochter v.Lambert Joost tot denArentshorst,

1) Zie: Herald. Bibl., NR., I, blz. 270 en 71; en ib., NR., II, 73 en 74, waar de namen evenwelniet juist zijn opgegeven.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 66: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

26

enz.1). Hij erft ook ⅙ van R.T.; hij en zijn vader Joost dragen dit op aan O.R.F.v.Bylandt, bovengenoemd, 21 Oct. 1733.

2 Deliana Hamers, erft de andere helft van den Rooden Toren. Zij tr. Jan JacobHekler, die later Bina de Leben hertrouwde. Hij, als vader en voogd der minderjarigekinderen uit zijn 1e huw., draagt met zijne 2e vrouw den halven Rooden Toren overaan Meijer Benedictus Levi Gompers, minderjarige zoon van Benedictus Levibovengenoemd, 18 Jul. 1731. B.L. Gompers, als vader en voogd van dezen zijnenminderjarigen zoon, draagt deze helft van den R.T. over aan meergenoemdenO.R.F.v. Bylandt, 21 Oct. 17332). Op dienzelfden dag nu wordt genoemden vanBylandt met zijne vrouw Anna Constantia v. Sevenaer met de geheele Heerlijkheidbeleend3).Toen Jacob Christoffel v. Balveren den Rooden

1) Ibid. NR., I, blz. 271.2) De heer B.L. Gompertz, lid der firma Wertheim en Gompertz te Amsterdam (ongetwijfeld een

afstammeling van bovengenoemden) werd in Mrt. 1883 door Z.M. den Koning v. Italië benoemdtot Kommandeur van de Orde van Isabella la Catholica.

3) Bijlage F.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 67: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

t.o. 27

DE ROODE-TOREN, 1732.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 68: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

27

Toren verliet, zal deze er nog ongeveer uitgezien hebben, zooals hij op Plaat I isafgebeeld, sedert kwam het kasteel met bijbehoorende gronden van de eene handin de andere en doorgaans in zwakke handen, en geraakte het meer en meer inverval, zooals wij reeds zeiden. Wat er van den eenmaal zoo trotschen Burgt nunog over is, nu hij aan het oude geslacht v. Bylandt is gekomen, geeft Plaat II,vervaardigd naar eene schets in 1732 door C. Pronck naar de natuur geteekend,te aanschouwen. De zware, vierkante toren staat er nog, doch van zijne spits enhangtorentjes beroofd, een ander nog overgebleven gedeelte van het oude kasteelis tot eene boerenwoning verbouwd.Ter opheldering van de verdere vererving van den Rooden Toren in de geslachten

v. Bylandt en Quadt v. Wickeradt diene het volgende:Albrecht Otto Roeleman Frederik Graaf van den Bylandt - geb. 1689, Heer v. Oije,

Persingen, Spaldorp, Lede, Lienden, Oudewaert, Vuren, Dalen, Mariënweerd,Sevenaer, Maasbommel, Rooden Toren, enz., Ambtman, Richter en Dijkgraaf v.Maas en Waal, gest. te Nijmegen 23 Eebr. 17681), ge-

1) Zie o.a.: v. Spaen, Inleiding III, blz. 443 en Geld. Volksalm., 1880, blz. 48.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 69: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

28

trouwd in 1716 met Anna Constantia v. Sevenaer, dochter v. Jacob en JohannaHenriette Maria Munter, geb. 1702, gest. 7 Jun. 1747 - was zoon van RoelemanFrederik Neomagus, Ritmeester in Staten dienst, gesneuveld bij Fleurus 1 Jul. 1690,Floris Otto Hendrikszn. ux. Louise Gravin v. Dohna, en van Albertine Charlotte Vrijvr.Quadt tot Wickraed, Wilhelm Roelemansdr. ux. Johanna Charlotte Vrijvr. van denBylandt. Hij heeft o.a. de volgende twee kinderen:1 Sigismund Coenraad Roeleman Gr. v. Bylandt, geb. 16 Apr. 1729, Heer v.

Lienden, Lede en Oudewaert, en Roode Toren bij opdragt zijns vaders 1751, endraagt dit weder op aan den stadhouder der Leenen ten behoeve van de kinderenzijner overledene zuster, 3 Oct. 1769. Hij werd Lid der Ridderschap v. Nijmegen,16 Oct. 1757, was Ambtman en Stadhouder der Leenen van de stad Grave en hetland van Cuyck en stierf 18 Mrt. 1770 ten gevolge van het hollen met een chais. In1749 huwde hij Christina v. Wyhe, vrouwe v. Geldermalsen, wede. v. Willem Hendrikv. Borsselen v. der Hooghe, dr. v. Christiaen Reynold, Heer v. Echteld, enz., en vanHenriette Philippine v. Braeckell. Zij sterft aan de kinderziekte den 23en Mrt. 1754,oud 30 jaar.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 70: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

29

2 Anna Constance, geb. 18 (of 27) Apr. 1726, gest. 23 Febr. 1763, tr. 4 Aug. 1744:Willem Otto Frederik des H.R. Rijks Graaf v. Quadt tot Wickeradt1), geb. 7 Jul. 1717,regeerend Heer der immediate Rijks Baronie Wickeradt en Swanenburg, Vrijheerv. Loenen en Wolferen, 1742, Erfdrossard en Erfhofmeester v. het VorstendomGelder en Graafschap Zutphen, geadmitteerd in de Ridderschap v. Nijmegen, 22Mei 1650, verheven tot Rijksgraaf, 17 Apr. 1752, sterft te Nijmegen 1 Jul. 1785,zoon v. Friederich Wilhelm Vrijhr. v. Quadt en Wickeradt enz., Willem Bertramszn.ux. Maria v. Gent, en van OttonetteWilhelmine Vrijvr. von Heiden, Johann SigismundWilhelmsdr. ux. Louise Charlotte von Schwerin. Hij bouwde het prachtige slotWickeradt en hertrouwde den 15en Aug. 1765: Wilhelmine Frederica v. Wyhe, geb.20 Sept. 1723, gest. te 's Gravenhage 23 Mrt. 1797, zuster van bovengenoemdeChristina en wede. v. Ludolf Hendrik Borchard Silvius v. Heeckeren tot Campferbeek.Hij had uit zijn 1e huw. 6 kinderen, waarvan 2 jong stierven en waarvan de oudste

was:Willem Carel Hendrik Graaf v. Quadt tot Wicke-

1) Bijlage G.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 71: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

30

radt, Heer v. Loenen, geb. 14 Aug. 1745, geadmitteerd in de Ridderschap v.Nijmegen, 20 Mei 1768, en gest. te Nijmegen, zonder kinderen na te laten, 8 Sept.1771. Den 3en Oct. 1769 wordt de Roode Toren door zijn oom v. Bylandtbovengenoemd op hem en zijne (beide) zusters en broeder getransporteerd, en hijwordt daarmede ook namens zijne minderjarige zusters en broeder beleend, 6 Nov.1770. Hij trouwde op huw. voorwaarden v. 14 Dec. 1769: Isabella Constance deGeer, dr. v. Carel tot Rijnhuizen en Constantia Clara Tamminga. Zij hertrouwde metDaniel Mackay en stierf 3 Mrt. 1777.Na dode van haar 1en man hield zij het vruchtgebruik van den Rooden Toren, en

zoo het schijnt, van de geheele bezitting; denkelijk werden hare schoonzusters enhaar schoonbroeder, wat hun gedeelte betreft, afgekocht. Doch na haar dood komtde Roode Toren in handen haars schoonvadersW.O.F. Graaf v. Quadt totWickeradt,en toen ook deze den 1en Jul. 1785 overleden was, had er den 22en Sept.daaraanvolgende tusschen zijne beide nog in leven zijnde kinderen: Maria Louiseen Otto een erfmagescheid plaats, waarbij de Roode Toren werd toebedeeld aaneerstgenoemde, die tevens vrouwe van Loenen en Wolferen werd,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 72: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

31

geboren was: 25 Dec. 1755 en ongehuwd overleed den 5en Febr. 1793. Zij werddan ook den 7en Julij 1786 met den Rooden Toren beleend, doch transporteerdedit goed ten zelfden dage op Geurt Speyards (lees: Speyers) en zijne vrouw JacobaGeurtsen.Hunne achterkleinkinderen de heer M. Mijnlieff te Renkum, de heer H. de Haas

te Gorinchem en de dames C.J. en I.W. de Haas te Arnhem bezitten nog heden tendage de landerijen, waarop vroeger de Roode Toren stond en die de onmiddelijkeomgeving van het kasteel uitmaakten.Nadat de boerenwoning, grenzende aan den ouden vierkanten toren en gebouwd

van een gedeelte van het vroegere kasteel, in een van de laatste jaren der vorigeeeuw door brand vernield was geworden, werd ook de toren zelf, dat laatsteoverblijfsel van vroegere grootheid en magt, tot den grond toe gesloopt. De RoodeToren was verdwenen en alleen een breede heuvel met sporen van wallen engrachten er om heen, wees nog duidelijk tot op onze dagen de plaats aan, waarophet oude kasteel voorheen had gestaan en waarop zijn vermaarde toren zooveeleeuwen had getrotseerd. Een en ander is ook eenige jaren geleden met hetomliggend terrein gelijk gemaakt, en daar-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 73: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

32

mede verdween het laatste spoor van een van Gelders oudste Burgten, waarvande stichting zich in den nacht der eeuwen verliest. - Sic transit gloria mundi!

Bijlagen.

A.

De Roode Toren met een stuck landts geheyten vijfthien mergen ende een stuckgeheyten die Eep tot eenen Zutphenschen leen ontvangen bij: Johan van Heteren,1381.Willem van Heteren, erfgenaam van zijn vader Johan, 1429. Ende tugtigt voort

syn wyff Aelbert van Heteren.Roelof Mom bij transport van Willem voorn., 1444. Idem 1465.Walraven Momme, Erve sijns vaders, Roloffs, 27 Martii 1474. Item eedt vernyt,

7 Aug. 1481, 1492.Roloff Momme, Erve sijns vadersWalravens, 1510. Item geeft revers van openinge

des huyses, Item eedt vernyt 17 Sept. 1538.Johan Mom krijgt uytstel, 1 Sept. 1540.Walraven Mom, Erve sijns vaders Roloffs, 1544. It. tugtich sijne vrou Catrina de

Wilde van Kessenich, 29 Mrt. 1547.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 74: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

33

Roloff Mom minderjarig, Erve sijns vaders Walraven, 18 May 1555. It. vernyt eedt20 Junij 1556.Catrin de Wilde doet afstand van haar lijftocht ten behoeve van haar soon Otto

Mom en Anna Grammaye, Ehl. 2 Apr. 1580. Eadem Erve haars soons Roloff, 19Oct. 1582.Otto Mom, Erve sijner moeder Catrina voorn. 9 Jan. 1591. Idem togt sijne vrou

Anna Grammaye; so sy herhylict sal dieselve tucht nyet vorder strecken als die hilixvorwarden vermogen, 3 Nov. 1600. Item draagt dit leen op aen sijne jungsten dochterCatrin Moms tocomende huysfrou van Arnt Spirincke, met goedvinden van haeroudste suster Maria, huisvrou van Carl de Ruter, 20 Nov. 1607.Eadem tugtigt hare olderen voorn. 21 Nov. 1607. Verbint 't voorn. Leen vor de

voldoninge van 2500 gl. an haer suster Maria beloeft na dode harer olderen uit terichten in vier termijnen.Anna Moms vertyt op haer recht an den derden voet, 8 Mrt. 1621.Catrina Moms tuchtigt haeren man Arnt Spierinck, 12 Oct. 1636. Eadem laet eed

ver-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 75: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

34

nieuwen door Johan Carselis van Ulft 15 Aug. 1637. Eadem met haeren oudstensoon doen in pandschap van dit Leen uyt twe Campen weylandt genant die Eepeaen Johann Peterssen den tyt van twaelff jaeren voor die Somme van 2450 gl., 29Dec. 1652. Deselve vernieuwt den eed door haar zoon Jacob Spierinck 24 Febr.1654. Deselve en hare kinderen laten hunmaechgescheit goedkeuren 1 Junij 1661.Deselve draagt dit leen op aan den Heer Stadhouder ten behoeve van Christophvan Balveren, Dijkgraaf van Over-Betuwe, 23 May 1665.Otto Spierinck voor zich zelven en zijne broeders, erfgenamen van Catharina

Mom hun moeder beleend, 25 Mrt. 1670, draagt een derde deel van dit leen op aanChristophel van Balveren, Dijkgraaf van Over-Betuwe, op voorwaarde dat de anderetwee derde deelen ook aan hem zonder splitsing zullen opgedragen worden, 25Mrt. 1670. Otto Spierinck draagt dit leen op aan:Jacob Christophel van Balveren, Dijkgraaf van Over-Betuwe 11 Febr. 1671. Deze

bezwaart het leen met verscheidene geldsommen.Juffr. Antonetta van Doeyenborch, huisvrouw

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 76: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

35

van Christophel Spierinck laat haar ‘uyt cracht van Hoves sententie approbatie enconsent van de Lantschap van den 16 Mei 1678 en daarop gevolgde pandinge enbeschut en tot noch toe erholden possessie’ beleenen, 21 Dec. 1685.Christophel Spierink geeft over ‘sodane recht van kooppantpenningen, van 's

Hoves sententie en daarop gevolgde verwin van huwelijksvoorwaerden,maeggescheit als anders zou kunnen pretenderen, sonders enige reserve van recht,enz. daarop te behouden’, aan Maria Egberts, wede. Antony Alberts, 29 Jul. 1698.Joost Vyg, Derk Jacob Vyg, minderjarig, Hendrik en Jurgen Medefort kinderen

van Judith Hamer, Jan Jacob Hekler, vader en voogd van zijne minderjarige kinderenbij Deliane Hamers, erfgenamen van Maria Egberts, wede. Alberts, uit kracht vangeregtelijke verkooping en opdragt beleend, 16 Mei 1722.Jan Jacob Hekler voor zich zelven en als vader en voogd van zijne minderjarige

kinderen bij Deliana Hamers in huwelijk verwekt en Bina de Leben, Echtelieden,dragen de helft van dit leen op aan:

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 77: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

36

Meijer Benedictus Levi Gompers, minderjarig, die daar weder mede beleend is 18Jul. 1731.Benedictus Levi Gompers, als vader en voogd van zijn minderjarigen zoon Meijer

Benedictus Levi Gompers, draagt de helft van dit leen op aan:Otto Roeleman Frederik van den Byland en Anna Constantia van Byland, geboren

van Zevenaar, echtel., die daarmede beleend zijn 21 Oct. 1733. Dezelfde draagthet leen ‘uit een pure gifte’ op aan Sigismund Coenraed van Byland zijn zoon, diedaarmede beleend is 14 Oct. 1751.Deze draagt het leen op aan den Stadhouder der leenen ten behoeve van de

meer- en minderjarige kinderen vanW.O.F. Grave van Quadt tot Wijkraeth bij wijlenfrouwe Anna Gravin van Bylandt in echt verwekt, 3 Oct. 1769.Willem Carel Hendrik Grave van Quadt voor zich zelven en namens zijne

minderjarige zusters en broeder beleend, 6 Nov. 1770.Isabella Constantia de Geer, douare. van Quadt Wijkradt laat haar

huwelijksvoorwaarden van 14 Dec. 1769, mede betreffende haar lijftogt, registreeren,6 Nov. 1771. Dezelfde

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 78: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

37

douariere 'en togtenaarse van wijlenW.C.H. Grave van Quadt als vruchtgebruiksterbeleend, 9 Oct. 1772.Maria Louise Gravin van Quadt tot Wijkradt laat registreeren het erfmagescheydt

van 22 Sept. 1785 van den boedel van haar vader Willem Otto Frederik des H.R.R.Grave van Quadt tot Wijckradt, waarbij haar dit leen is toebedeeld, 7 Julij 1786. Zijwordt beleend op denzelfden dag. Deselfde draagt dit leen op aan:Geurt Speijards en Jacoba Geurtsen echtel., die beleend zijn 3 Aug. 1787. Zij

maken denzelfden dag het leen deelbaar onder hunne na te laten kinderen. Zijbelasten het met eene som van f 14.999, ten behoeve van Jan van Embden enSibilla Mos, 13 Mei 1802. Aflossing 6 Mei 1806.

B.

De eerste van het geslacht van Heteren, mij bekend, is: Fredericus miles de Hetere,die twist had met het Kapittel te Zutphen over eene insulae (uiterweerd) de Heteren,20 Nov. 12321). Voorts wordt Wouters vader van

1) Sloet, Oorkondenboek, No 559.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 79: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

38

Heteren genoemd onder de helpers en maegen van Barend v. Dooreweerd tegenden Heer v. Vianen, die het slot Dooreweerd verbrand had, 12801).Leden van dit geslacht komen daarna voortdurend voor, doch eene geregelde

doorloopende genealogie is eigenlijk niet zamen te stellen. Verschillende daarvanzaten in de Ridderschap v. Nijmegen, als:Gerrit v. Heteren, die in 1442 uit genoemde Ridderschap het verbond der

Landschap mede bezegelde2), en nog vermeld staat op eene oude Riddercedule v.Gelderland onder Valburg, 1460.Gerrit v. Heteren in Maas enWaal op de Riddercedulen v. Nijmegen, 1565, 1570.Coenraad en Johan v. Heteren te Lienden idem, 1579.Barthold v. Heteren staat te Rijswijck op de 1e Ridderlijst v. Nijmegen, 154. en op

die van 1555.Gerrit v. Heteren denkelijk zoon v. Willem,

1) Slichtenhorst, Toneel, blz. 112.2) Geld. Placaatboek, doch hij wordt niet genoemd bij Slichtenhorst, blz, 234.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 80: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

39

eveneens te Rijswijck op de Riddercedule v.N.v. 1579, enz.Johan v. Heteren was in 1504 gehuwd met Catharina v. Wyhe. Hij zegelde met

den dwarsbalk, zij met den leeuw met de blokjes. Catharina v. Zwieten, dr. v. Arenden Otta v. Nyenrode, was in 1517 de vrouw van een anderen Johan v.H., of mogelijkde 2e vr. van bovenstaande.In latere jaren ontmoeten wij verschillende leden uit het gesl. v. Heteren, denkelijk

nazaten van de hierboven genoemde Heterens, o.a. in de Regeering der stadNijmegen.Otto v. Heteren verkocht land te Valburg aan het Gasthuis te Arnhem 1523, en

kocht goed van Hertog Karel v. Gelder bij Nijmegen, 15371). Mogelijk is hij destamvader van den Nijmeegschen tak.Dirk v.H., Raadslid te Nijmegen, is begunstiger der Hervorming en wordt uit den

Raad gezet, 25 Sept. 1566. Hij weigert den nieuwen burgereed te doen, 1566, enwordt door den Hertog v. Alva gebannen en zijne goederen verbeurd verklaard,1568. Hij was

1) Arnh. Gasthuis en Rekenkamer.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 81: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

40

geweest bij den gewapenden oploop der Geuzen op het Valkenhof, enz.1).Otto v.H., Secretaris te Nijmegen, met anderen naar Antwerpen gezonden, om

met den Hertog v. Anjou te onderhandelen, 15822).Adam en François v.H., onder de voorstanders der revolutie, waardoor Nijmegen

in handen van Parma gespeeld wordt, 15853).Johan en Willem v.H., worden, ten gevolge van genoemde revolutie, in den

nieuwen Raad te Nijmegen gekozen, 15854); enz.De Heerlijkheid Heteren schijnt een Utrechtsch leen geweest, en uit het gesl. v.

Heteren in dat van Groesbeek overgegaan te zijn. Dirck v. Heteren, Heer v. Heterenstierf in 1420, en na zijn dood wordt zijne zuster Beertgen, gehuwd met Zeger v.Groesbeek, met Heteren beleend, 14205).

1) v. Hasselt, Stukken voor de Vaderl. Hist, I, blz. 217 en volg. en 289.2) In de Betuw, Bijv. tot de Annales en Cronijk v. Nijmegen.3) Ibidem, blz. 37.4) Ibidem, blz. 40.5) Utr. Leenregister.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 82: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

41

C.

Het geslacht Mom, Momm, Momme, Mumm, Mumme, enz., een der oudste enaanzienlijkste Geldersche adelijke geslachten, voert tot wapen: in rood een op drierijen geschaakten dwarsbalk van zilver en blaauw met een uitkomenden moor tothelmteeken. De Roode Torenlinie voerde echter, ter onderscheiding van gelijknamigeen gelijktijdig levende leden uit andere takken, speciaal uit de Didammerlinie, dendwarsbalk in den regel slechts op twee rijen geschaakt. De oudst bekende van ditgesl. is:Gerardus Mumme, Borg en Getuige van Graaf Gerhard v. Gelre bij het verleenen

van eenige voorregten, enz. aan de stad Utrecht, 11771).Tot het laatst der 17e eeuw, alzoo gedurende 5 eeuwen, heeft dit geslacht in

Gelderland voortgebloeid. Hoe het zich voortgeplant en vertakt heeft, welke goederenen heerlijkheden het bezat, welke ambten en betrekkingen verschillende ledenbekleed hebben, enz., ook de uitvoerige genealogie der opvolgende Heeren vanden Rooden Toren met hetgeen daarbij te pas komt - dit alles vindt men uitvoerig

1) Bondam, Charterboek, blz. 226 en v. Spaen, Oord. Inleiding, IV, blz. 350.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 83: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

42

beschreven in mijne Bijdrage tot de Genealogie van het Geslacht Mom, met wapen,stamtafels, bijlagen - bevattende o.a. genealogische opstellingen van aanverwantegeslachten, nog onuitgegeven oorkonden, enz. - en register1), en in de verschillendebronnen en werken, daarin aangehaald, vooral in de 3 Urkundenbücher desGeschlechts Momm oder Mumm van wijlen den beroemden geschiedvorscher A.Fahne, zoodat ik kortheidshalve daaromtrent hier in geene herhaling treden zal.Dit geslacht bloeit thans nog in Duitschland in twee liniën te Keulen en Frankfort

aan de Main voort.

D.

DeHeerlijkheid Heteren (de latere Oldenhof te Heteren), die van het geslacht Heterenin dat van Groesbeek is overgegaan2), was in het laatst der 16e en in het begin der17e eeuw in bezit van het geslacht Voorst3), van daar dat het adelijk Huis te Heterenook wel

1) Herald. Bibl., NR., V, blz. 90-258.2) Zie: Bijlage B.3) Herald. Bibl., 1876, blz. 69.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 84: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

43

Voorst of Vorst werd genoemd. Hoe de Heerlijkheid in dat gesl. gekomen is, weetik niet, evenmin kan ik nagaan, hoe Anthonie de Ruyter daarvan eigenaar werd.Eene oude sage zegt dat twee gebroeders de Ruyter, wonende op den Oldenhofte Heteren, elkander uit minnenijd op den Kleverwaard, liggende vóór en behoorendetot den Oldenhof, zouden doodgestoken hebben.Na den dood van A. de Ruyter schijnt de Oldenhof of de Heerlijkheid Heteren in

perceelen verkocht te zijn en kwam in verschillende handen; veel daarvan werddoor den toenmaligen Predikant Regnerus Bongart aangekocht en kwam later doorhet huwelijk zijner dochter in de familie Wilbrenninck1).Het kasteel verdween en daarvoor kwam in de plaats eene deftige heerenhuizing,

die in het laatst der vorige eeuw ook al werd afgebroken, terwijl toen op de oudekelders en fondamenten, die eerst een paar jaren geleden werden opgeruimd, eeneboerenwoning met schuur verrees, waaraan nog de oude naam verbonden is.

1) Geld. Volksalm. 1881, blz. 17 en 20.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 85: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

44

Het collatieregt bij predikantsberoepen te Heteren bleef steeds aan de oudeHeerlijkheid, of wat er later voor in de plaats trad, verbonden. Als collatoren vindtmen vermeld:Johan van Engelen (sic., lees: Willem Engelen), secretaris binnen Nijmegen1) en

Johan Bannet, 1706. Er werd toen groote twist en proces gevoerd over depredikantscollatie en in 1712 eveneens over de kosterscollatie; de collatorenbehielden de eerste en verloren de laatste of konden die niet in handen krijgen.Voorts in 1729: de WelEd. Heer J. Smetius (mogelijk de Nijmeegsche Predikant

en bekende oudheidkundige, of wel een zoon van dezen, daar hij niet WelEerw.,maar WelEd. genoemd wordt) en Mefrouwe C. Versteegen, wede. Engelen.In 1734: Johan Engelen, ook namens zijne zusters en broeder, en Johannes de

Leeuw v. Coolwijk.

1) Willem Engelen, zn. v. Engelbert, Griffier van 't Hof v. Gelderland, enz., Otto'szn. ux. LucretiaEverwijn, en van Sophia Engelen, was Secretaris te Nijmegen en Rentmr. der Domeinen enstierf 24 Nov. 1714. Hij trouwde Julij 1698: Christina Verstegen, geb. 22 Sept. 1676, gest.1734, dr, v. Johan en Cunera Baccard.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 86: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

45

Verder: Johan Engelen (denkelijk dezelfde) secretaris v. Nijmegen, 1745, laterBurgemeester aldaar, 1759.Mr. W. Engelen1) 1798. Deze verkoopt de Hofstede met het collatieregt aan Frans

Godard Baron v. Lijnden v. Hemmen, die in 1845 stierf, waarop een en anderoverging op zijn zoon:Willem Jan Elias Baron v.L.v.H., die Hofstede en collatie weder verkocht aan

Evert Moll te Heteren. De wede. van dezen laatste verkocht beide weder aan Aartv. Genderen, thans nog eigenaar van de Hofstede, terwijl de Hervormde Gemeenteeenige jaren geleden het collatieregt van hem heeft afgekocht.

1) Mr. Willem Engelen (later E.v. Pijlsweert), geb. 3 Apr. 1754, gest. 2 Febr. 1837, Landschrijvervan het Rijk v. Nijmegen, 1781, Raad en Schepen te Nijm., 1790, Ambtman, Richter enDijkgraaf in het Rijk v. Nijm., enz., bij besluit van 20 Febr. 1816 in den Adelstand verheven,zn. v. Willem, Raad in 't Hof v. Gelderland, enz., Willemszn. ux. Christina Verstegen, en vanzijne 1e vrouw Nalida Johanna Brantsen, Johansdr. ux. Hester Henriette deWree. Hij trouwdeLaurentia Clara Elisabeth v. Dam tot Pijlsweert. (Zie verder: Rietstap, Wapenb. v. den Ned.A del. blz. 109).

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 87: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

46

E.

Antonetta v. Doeyenborch was waarschijnlijk eene dochter van N.v. Doeyenborch- wiens kwartieren waren: Doeyenborch, Ruytenburg, de Jongh, Rumelaar, en dieeen broeder was van Diederick v.D., Heer v. Walenburg ux. Johanna Holl eneveneens broeder van Elisabeth v.D., vr. v. Walburg (Walenburg), ongehuwd gest.1 of 8 Jan. 1631, oud 72 jaar en begraven in deWeeskerk te Utrecht met de zooevengenoemde 4 kwartieren - en van N. de Ruyter, dr. v. Carel en Maria Mom en zusterv. Antonie tot Oldenhof te Heteren ux. Anna Cath. de Ridder v. Groenestein1). Zijwas welligt het petekind van haar oom Antonie de Ruyter.Zooals boven gezegd is stierven Antonie de Ruyter en zijne vrouw kinderloos, en

zij schijnen hunne neven en nichten v. Doeyenborch tot erfgenamen benoemd tehebben. Zij hadden althans in 1670 (volgens de oudste lijst der diaconiegoederente Heteren2) aan de armen

1) Vergelijk: Navorscher XXVIII, blz. 483 en 484.2) Uit diezelfde lijst, die met het jaar 1665 aanvangt, blijkt, dat in de kerk te Heteren eene vicarie

gevestigd was, de vicarie van den Rooden Toren genaamd. Waar die gebleven is, weetniemand, waarschijnlijk werd zij door latere eigenaars verduisterd, doch den armen vanHeteren kwam telken jare 3 schepel weyt (tarwe) toe uit de vicarie de Inseliet (een stuk landonder Heteren, nog onder dien naam bekend), die tot genoemde vicarie van den RoodenToren behoorde. Jaarlijks werd daarvoor in de plaats aan de diaconie f 6. - uitgekeerd en ditgeschiedt heden ten dage nog. Uit diezelfde vicarie trok de Kosteie eveneens f 6. - 's jaars,rustende op twee uiterwaarden, op ieder f 3. -, waarvan de helft is afgekocht.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 88: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

47

te Heteren eene obligatie van f 200. - geschonken. In 1731 nu verbond zich Otto v.Doeyenborch, als erfgenaam van vrouwe A.C. de Ridder v. Groenestein, om derente van bovengenoemde diaconieobligatie uit te betalen, waarvan echter laterniets meer kwam, daar Otto v.D. insolvent schijnt gestorven te zijn. Deze Otto wasdenkelijk weêr een zoon van Steven v.D. tot Uilenburg, die den 13en Nov. 1680 of81 te Kevelaer in 't land v. Cleve - bij die gelegenheid Steven v.D. tot Heterengenaamd - trouwde met (Hermina) Petronella Clara v. Schridok v. Hees (sic., zalmoeten wezen: v. Schrieck)1), en welke Steven mogelijk een broeder was vanAntonetta bovengenoemd.

1) Trouwboek v. Heteren; vergelijk: Geld. Volksalm., 1882, blz. 31.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 89: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

48

Het gesl. v. Doeyenborch (Doyenburgh), voerende in goud 3 roode zuilen (ofmogelijk: rocs d'échiquier (schaaktorens), die heraldisch afgebeeld, ligt met zuilente verwarren zijn1), het schild denkelijk omzoomd met een uitgetanden blaauwenrand, stamde dientengevolge waarschijnlijk uit Cuylenburg of Zuylen, en ontleendezijn naam aan het slot Doeyenborch te Lakemond, waar de boerenhofstede, die opde plaats van het vroegere kasteel staat, nog aldus heet.De Uilenburg lag een half uur zuidelijk van den Rooden Toren; een wal en weg

tusschen twee slooten verbond beide kasteelen en is nog aanwezig. Volgens eenoud verhaal zoude eene vrouwe van den Uilenburg, een bezoek willende brengenaan hare buurvrouw van den Rooden Toren, op dien wegmet haar rijtuig omgeslagenzijn en bij die gelegenheid een been gebroken hebben. Waarschijnlijk zal dat plaatsgevonden hebben tijdens van Balveren op den Rooden Toren woonde.Antonetta v. Doeyenborch trouwde den 3en Sept.

1) Zie: Rietstap, Handboek der Wapenk., blz. 242 en 269.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 90: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

49

1674 te Heteren: Jonch. Christoffel Spierinck1). Dit huwelijk had dus denkelijk opden Uilenburg plaats. Hij was zoon v. Arndt en Catharina Mom en broeder van Jacoben Otto S.2).Het geslacht Spierinck stamt uit de Heeren v. Heusden en voerde tot wapen:

doorsneden van zwart met een zesspakig gouden rad op zilver met 3 roodebijenhuisjes (ruchers, Bienenhäuser), 2, 1; helmteeken: tusschen eene van zwartop goud gevierendeelde vlugt het rad van het schild. Of ook wel enkel: in zwart eenzesspakig gouden rad en in het helmt. de vlugt geheel zwart.3).Johan Heer v. Heusden, † 1192, ux. Margriet v. Horne, en had 2 zoons:1 Robbrecht, Heer v. Heusden, ux. Philippa v. Diest, waaruit de Heeren v.

Heusden, en2Wolter v. Heusden, Heer v. Spiering, † 1216, ux. Anna van der Leck, Hendriksdr.

Hij is de stamvader van het geslacht Spierinck.Arndt Spierinck, die Cath. Mom ten huwe-

1) Trouwboek van Heteren.2) Zie: Bijlage A.3) Volgens Fahne, Gesch. der Cöln., Berg. und Jül. Geschl. II, 142: een vijfspakig gouden rad.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 91: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

50

lijk had, stamt in regte lijn in de 13e generatie van genoemden Wolter af1). Hij waszoon v. Nicolaes, Antoonszn. ux. 2o. Margriet v. Erp, en van Mechteld v. Monnix,Arndtsdr. ux. N. Remmertz2). Van zijn oom Adriaen, Schepen te Zuylichem 1510,ux. Maria v. Malsen, Johansdr. ux. Maria v. Brecht, stammen de Heeren v. Sevenaeraf.

F.

Het geslacht Bylandt stamt uit het gesl. Doys of Dois, een oud gesl. uit Kleefschlandoorspronkelijk. Doys is in den ouden tijd een algemeen voorkomende naam; menvindt: Doys v. Loël, v. Lon, v. Ravenswade, v. Hees, v. Voere, v. Grotenhuis, v.Beesde, v. Halt, enz., en zoo ook: Doys v. Byland.Theodoricus Doys, ministerialis v. Otto, Graaf v. Gelre, bezegelt met hem de

privilegiën van Arnhem, 13 Jul. 12333). Hij had een zoon:Wilhelmus dictus Dous of Doys, Borge v.

1) Fahne, als boven, in welke stamtafel echter vele fouten in doop- en geslachtsnamenvoorkomen.

2) Fahne, Urkundenbuch des Geschl. Mumm II, S. 278,3) Bondam, Charterboek, blz. 404.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 92: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

51

Otto Graaf v. Gelder, 13 Mei 12601), idem v. Reinoud Graaf v. Gelder bij het gevender privilegiën van Zutphen aan de stad Grol, 1 Dec. 12772). Hij was reeds in 1275beleend met het Huis en Slot Scate, tusschen Millingen en Schenkenschans, laterByland genaamd3), en hij heeft waarschijnlijk reeds den naam daarvan bij den zijneaangenomen. Hij was Ridder en wordt het laatst gemeld in 1286, denkelijk is hij inden slag van Woeringen in 1288 gesneuveld. Zijne vrouw heette Mechteld, en hijof zij had een broeder Steven, kanunnik te Emmerik. Zij lieten twee zoons na:1 Diederick (of Theodoricus) die volgt, en2 Otto, aan wien zijn broeder Diederick met zijne vrouw Sophia in 1307 eenige

goederen in de Betuwe afstaat tot afgoeding der erfenis hunner ouders en van hunbovengenoemden oom Steven4).Theodoricus Deus de Bylant, Ridder, noemt zich aldus in een brief van 24 Aug.

1294,

1) Bondam, Charterboek, blz. 541.2) ibid., blz. 623.3) Zie de afbeelding in het Verheerlijkt Kleefschland, plaat 71 en 72.4) Nijhoff, Bijdragen V, blz. 21 en 22.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 93: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

52

waarbij hij en zijn vrouw Sophia hunne drie deelen van de gruit te Zutphen opdragenaan Graaf Reinald den Strijdbare. In een brief van 5 Dec. 1294 over de jagt op deVeluwe noemt hij zich echter: Theodoricus dictus de Bilant. Naderhand noemt nochhij, noch een zijner afstammelingen zich meer Deus, zooals uit vele charters blijkt.Hij was Ridder, Heer v. Millingen en Pannerden, werd in 1303 met Byland beleend,stierf vóór 1326, en had tot vrouw Sophia van der Leck, dochter v. Hendrick en Juttev. Borsselen. Zij hadden o.a. twee zoons:1 Heer Johan, Heer v. Byland, Ridder, † vóór 1346, in welk jaar Willem van den

Berg, die met Johans dochter Sophia gehuwd was en door dat huwelijk deHeerlijkheden Byland, Pannerden enMillingen kreeg, reeds Heer v. Byland genoemdwordt. Zijne vrouw heette Catharina, en met haar verkoopt hij in 1326 de drie huntoekomende deelen in de gruit te Zutphen aan die stad, bij welke gelegenheid Peterv.d. Lecke hun oom genoemd wordt.2 Heer Otto, Heer v. Byland, Ridder, van wien verder het geheele gesl. Bylandt

afstamt en van wien Albrecht Otto Roeleman Frederik

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 94: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

53

(ux. Anna Constance v. Sevenaer) bovengenoemd in regte lijn in de 11e generatieafstamde1).

G.

Het geslacht Quadt is een oud, riddermatig gesl., afkomstig uit Westphalen, Guliken Berg oorspronkelijk uit Keulen.De geregelde stamlijst vangt aan met:Heer Willem Quadt, Ridder, 1280, ux. N.v. Hoixhoven.Heer Willem Quadt, Ridder, 1456, 1463, afstammeling in de 6e generatie in regte

lijn van bovenstaanden Willem, trouwde Sophia v. Burscheidt. Zij hertrouwt HeerHendrik v. Hompesch, Ridder en kocht met hemWyckraedt ofWickeradt ten behoeveharer voorkinderen.Willems descendenten werden dien ten gevolge Heeren, later Vrijheeren tot

Wickeradt, en het geheele geslacht noemde zich vervolgens Quadt van Wickeradt,behalve een tak, die Quadt tot Lanscron heette.Het gesl. Q. was zeer uitgebreid en bloeide

1) Zie over dit geslacht o.a.: v. Spaen, Inleiding, III, blz. 400 en G.v. Hasselt, Geld.Bijzonderheden, I, Oorsprong v. het gesl. Bylandt.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 95: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

54

in verschillende takken aan den Neder-Rijn. Leden daarvan waren sedert 1752Rijksgraven en hadden zitting in het Westphaalsche Gravencollegie en stemwegensde onmiddelbare vrije Rijksheerschap Wickeradt en Swanenberg.Het geslacht leeft nog in Duitschland voort (zie o.a.: Navorscher XX, blz. 45 en

377 en de Almanach de Gotha).

AMERSFOORT, Mei 1883.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 96: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

55

Geldersche geschiedenis en letterkunde.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 97: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

57

Het halve eeuwfeest.Door H.M. Werner.

Vijftig jaren zijn vervlogen, toegevoegd aan 't groot verleên,Gelder! dat uw schreden kenmerkt, op de baan door u betreên,Op den weg van eer en glorie, die ons tot een rigtsnoer blijftVan ons werken en ons streven, van hetgeen ons spoort en drijft.Hoeveel schoons uit dat verleden, hoeveel stof ontrukt aan 't stof,Werd er sints niet opgezameld, en bekend, opdat uw lof,Ridders, helden, dappre vad'ren! door het dankbre nageslachtZij geroemd en zij geprezen, en de huld' u toegebragt

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 98: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

58

Van den nazaat, die bewondrend 't oog slaat op uw groote daân,Die voor altijd in d'historie roemvol opgeteekend staan.

Is 't wonder dan, dat wij, met dankbre blikken starenOp u, getrouwe gids! die in dat tal van jarenMet onbezweken trouw ons leidde aan uwe handDoor 't schoonste lustpriëel, door 't bekoorlijk Gelderland?Die jaar op jaar den roem van 't wakkere voorgeslachtOns schilderde voor 't oog? en uit den somberen nachtDer lang vervlogen eeuw de schimmen deed verrijzenDer helden, die g'ons steeds ten voorbeeld aan kondt wijzen,Van Gelders zonen, die hun dierbaar VaderlandMet fieren arm hielden uit 's overweld'gers hand?

Gesteund door menig Gelderschman, die kwistig zijn talent,In dicht of ondicht opgesteld, gegrift in schrift of prent,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 99: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

59

Ten beste gaf voor 't heerlijk doel, dat van den aanvang afDoor u werd in het schild gevoerd en u bezieling gaf,Betraadt g' uw weg met vasten tred, en waart g' in Gelderland:Een trouwe vriend, die ieder jaar den ouden vriendschapsbandSteeds naauwer sloot met nieuwe kracht; die telkens meer en meerHet groot verleden van dit land, de lessen van weleerOntplooide voor 't begeerig oog, zoodat ons iedren dagDe neveldamp steeds dunner werd, waardoor men eertijds zag.

Wanneer eens in den duistren nacht, die d'eeuwen nog omhult,De zon zal doorgebroken zijn en onze wensch vervuld,Dan worde ook u de krans gevlochten om de slapen,De kroon gezet op het hoofd, tot Gelders eer geschapen;Dan juiche het gansche volk, dan jubele Gelderland,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 100: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

60

En zinge het hoogste lied, de harpe in de hand,Tot eer van u, mijn vriend, die door veeljarig strevenHet dierbaar Vaderland zijn roem hebt weêrgegeven!Schrijdt voort dan op uw weg, wees moedig, krachtig, sterk,De eer aan 't eind der baan bekroon' uw gansche werk!

AMERSFOORT, April 1883.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 101: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

t.o. 61

DE SPITHOLDER BRUG

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 102: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

61

Twist tusschen Deventer en Zutfen over de Spitholder brug.Door P.A.N.S. van Meurs.(Vervolg en slot.) Met een plaatje.

Opnieuw bracht de magistraat van Zutfen op den eerstvolgenden landdag (Maart1709) zijne klachten in bij de Geldersche Staten over de sluiting van den IJsel voorDeventer voor alle geladen en ongeladen schepen van en naar Zutfen. Deze richttendenzelfden dag een schrijven aan de Staten van Overijsel en gaven daarbij als hungevoelen te kennen, wat het geschil ter zake van het afbreken der Spitholder brugaanging, dat geen andere weg meer te bewandelen viel, dan die van justitie, en datdaartoe de stad Deventer zich konde adresseeren aan het Hof van Gelderland,‘alwaer haer

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 103: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

62

kort en onvertogen recht sal wedervaeren’1). Ten opzichte van het sluiten van denIJsel, werd ‘het Hof en Reeckencamer geauthoriseert, om daer over, als zijnde eensaecke het recht en hoocheijt deser Provintie raeckende aen Hoochgeme Heerenstaeten en de Stad Deventer te schrijven, en tot conservatie van dien wijders tedoen 't geen deselve nae gelegentheijt van saaken tot conservatie van de Hooght

van't Land sullen oordelen te behooren’2).Om hen in het voldoen aan deze opdracht voor te lichten, benoemden die Raeden

mitsgaeders die van de Rekeninge des FurstendombsGelre en Graefschap Zutphenden 2en Apr. eene commissie, bestaande uit de heeren Cazijn van der Hell tot deWiltbaan en Klarenbeek, Johan van Munster en Evert Jan Benjamin van Golsteijn,en schreven den 3en eenen brief aan Overijsel en eenen aan Deventer van nagenoeggelijken inhoud, daarbij verzoekende als geautoriseert ‘het Recht Hoogheid enBelang vande Provintie daar omtrent waar te nemen’, voortaan ‘het gebruijk vandeRivier aan d' ingezetenen van deeze Provintie onbespierd’ te laten3).

1) Landdagsreces v. Geld. v. 28 Mrt. 1709; de minute van den brief in het pakket Spitholderbrug over de Berkel.

2) T.a.p.3) Pakket Sp. br. o.d.B.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 104: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

63

Te Zutfen deelde de Raad den 2en Apr., hetgeen de Landschap besloten had, aande gemeenslieden mede, wier vertegenwoordigers Dr. Altetus, Johan Rauwers,Arnolt WillemWillinck en Caspar Martens den 3en kwamen verklaren, dat zij hiermedetevreden waren. De gunstige gevolgen deden zich echter wachten. Integendeel hadweldra weder een feit plaats, dat de verbittering en vijandschap slechts deed stijgen;wij vinden het opgeteekend in de gerechtelijke acte, den 1en Mei door Richter enSchepenen van Zutfen opgemaakt, toen na voorgaande citatie Berend Harmsende verklaring kwam afleggen, ‘dat hij met sijn knecht en nogh twee andere mans,sijnde d'eene sijn voorne: kneghs broer, en d'ander een man van Deventer, hedenacht daegen des nachts tussen den 23. en 24e. des laestgepasseerden maentsApril, trachtende met sijn schip met calck belaeden onder de Isselbrugge voorDeventer te passeren, hij door drie Burgeren van Deventer ijeder met een snaphaenvoorsien, en daeromtrent de wacht houdende, daerin waere verhindert geworden:Dat die voorne: drie Burgers doenmaels hem hadden gedreijght wanneer hij devoorss: vaert tegens haer wille quame te passeren, sij hem doodt souden schieten:Seggende daertoe van de Heeren van de magi-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 105: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

64

straet last te hebben, en dat sij met de stucken conden betaelen:En dat daerom een Burgerwacht aan de poorte aldaer waer gesteld, om te beletten

dat geen Burgers van Zutphen met haere Schepen d'voorne. Isselbrugge quamente passeren:Dat hij daarop weder met sijn schip beneden de voorss: brugge heeft moeten

afsacken, daer het selve alnogh leijt’1).Hoezeer door deze voortdurende belemmering de verontwaardiging te Zutfen

gaande werd gemaakt, bleek den 26en Apr., toen Herman Wilbrenninck, Hermanvan der Sande, Nicolaes Leussinck en Lambert Verbeeck als gecommitteerdegemeenslieden het bericht brachten, dat ‘onder de burgerie een groote alteratie jaeeen tumult te bevreesen’ was, wanneer geene verandering in den toestand kwam,en dat, ‘sij het selve niet geerne op haer schouders willende hebben, oversulx haerEd en Aghtb op expedienten gelieven verdaght te sijn, waer door die van Deventersouden kunnen genoodtdrongen worden om dit onreghtmatigh beletsel aff teschaffen’. Tegelijkertijd verzochten zij, dat het vervoer van goederen over deBoevinckbrug, die de Deventer koop-

1) T.a.p.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 106: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

65

lieden nu in stede van de Spitholder brug gebruikten, mochte belet worden. De Raadantwoordde, dat, wat het laatste aanging, hij hieromtrent hunne voorslagen zoudeafwachten. Doch, wat het eerste betrof, richtte hij reeds den zelfden dag een schrijvenaan de Edele ErentVeste, Weerde, HooghGeleerde, Wijse, Voorsienige en seerDiscrete Heeren de Raeden en die Eerste en Vordere van die van de Reeckeningedes Furstendombs Gelre en Graefschap Zutphen, houdende, dat het zenden dermissiven aan Overijsel en Deventer hem ‘vrij gevalligh en aengenaem geweest’was, maar dat, aangezien daarop tegen alle verwachting geen het minste effectwas gezien, ‘jae ter contrarie het belet aldaer nog scherpelijck wort ter executiegestelt’, hij verzocht ‘een naeder resolutie van meerdere efficatie en naedruck tegensdie van Deventer’ te nemen; aangezien ‘een groote alteratie onder de Burgerije nietalleen sigh komt op te doen, neenmaer oock Ons van daege door de Gemeensluijdenseer serieuselijck is voorgedraegen dat bij aldien Wij geen expedienten soudenweten uijt te vinden, dat dit voorne: ongemackelijck belet ten eersten souden kunnenworden afgeschaft, het te beduchten soude sijn, dat door de voorne: Burgerije hierover, een

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 107: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

66

onbedenckelijk tumult soude kunnen gemaeckt worden, dat een saecke van eenverre uijtsight en quaet gevolgh nae sigh soude slepen, ter cause de Burgerijehierdoor buijten staet gestelt wordt van te kunnen subsisteren, veel min deschattingen en lasten te betalen’1).Men ziet hieruit, hoe de nering te Zutphen reeds begon te kwijnen, hetgeen

misschien mede op te maken is uit het verzoek door Garr. Wolters den 8enMrt. aanden Raad gedaan, om het veer op Deventer, ‘vermits hij t' selve om redenen nietvorder sal cunnen waernemen’, aan een ander te mogen afstaan; uit het feit, dateenige beurtschippers op Amsterdam met hunne schepen in 's lands dienstovergingen met voorkennis van den magistraat, waarop den 1enMei de nog overigetot den dienst werden bestemd; en dat het nog den 9en Oct. voorkwam, dat geenenkele veerschipper op Amsterdam aan den wal was, zoodat een ander moestworden aangewezen. Dat ook het wantrouwen tusschen Gelderland en Overijselgroot was, volgt wel uit de bepaling, die Dr. Engelen, als volmachtiger van denburgemeester van Diemen in een proces tegen den oud-rentmeester Lulofs c.s.,

1) T.a.p.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 108: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

67

maakte bij zijn verzoek aan den Zutfenschen Raad, om de zaak ad impartiales teverwijzen: ‘mits dat het selvige wel buijten de Provincie, maer niet in de Provincievan Overijssel ten oordeele wierdt bestaedt’. En dit was den dag vóór de beslechtingvan den twist (12 Juni 1709).Om aan zijnen brief meerdere kracht bij te zetten, verzocht de Raad den volgenden

dag de Raadsvrienden Tengnagel en van Hasselt (die den 30en rapport deed), ‘omsigh ten allerspoedighsten nae Arnhem te willen transporteren, ende aldaer bij hetHoff en Reeckencaemer deser provintie soecken uijt te wercken hetgeene op gisterenaen deselve bij missive versoght is’. Het ernstig schrijven van het Hof, dat daarvanhet gevolg was, vermelden wij aanstonds.De Gedeputeerde Staten van Overijsel hadden middelerwijl den 23en Apr. de

missive van de Staten van Gelderland van de vorige maand in hunne vergaderinggelezen en aan het bestuur van Deventer om consideratie ter hand gesteld; ditmeende niet met het oordeel der Geldersche Staten te kunnen instemmen, maarzond een breedvoerig antwoord aan gemelde Gedeputeerde Staten in, hetwelkinhield, dat Deventer in de Unie was getreden met voorbehoud zijner rechten,privilegiën

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 109: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

68

en possessiën, waartoe ook de passage over de Spitholder brug behoorde; datZutfen deze, hoewel buiten zijn territoir gelegen, had afgebroken zonder order enautorisatie van de Staten der Graafschap, ‘ja tegens wille van meest de fatsoenlijksteBurgerije van die Stad’; dat de hieruit ontstane quaestie, zoo zij niet in der minnegeschikt werd, naar het praescript der Unie door de bondgenooten moest beslistworden en niet door het Hof van Gelderland; dat, al wilde Deventer zich daaraanonderwerpen, volgens den regel in geval van spolie spoliatos ante omnia esserestituendos eerst de brug moest hersteld worden; verder, dat het pas na mislukkingvan alle pogingen tot eene minnelijke schikking, tot réprésailles was overgegaanen nog op de Gorselsche conferentie opheffing van de stremming der IJselvaarthad willen toestaan voor acht weken, tegen herstel der brug ‘(: gelijk de HeerenGecommitt: van de andere sijde wel weeten, hoewel de Gecomm: van deze sijdeter contrarie schijnen te insimuleren1):)’, welk voorstel door Zutfen was verworpen,hoewel het op de eerste conferentie scheen aangenomen te

1) Hoewel zij integendeel de schuld aan onze gecommitteerden schijnen te geven.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 110: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

69

zullen worden; dat de stad tot eene schikking in der minne bereid bleef of tot eeneterminatie volgens de Unie, maar dat zóólang het verbod in stand zoude blijven, datechter alleen voor Zutfensche, niet, zooals men dat had voorgesteld, ook voor andereschepen gold; en eindelijk, dat de Staten van Gelderland abusievelijk beweerden‘aan haar privative den ijsselstroom toe te behoren’1).Van deze memorie gaven de Gedeputeerden van Overijsel den 26en Apr. kennis

aan de Geldersche Staten met verzoek ook Zutfen te willen induceeren zich teonderwerpen aan de beslissing van H.H. Mog. (ook naar hunne meening in dezende eenige bevoegde rechters) of eenigen uit dier midden speciaal daartoeaangewezen2).Aan het Hof van Gelderland gaf Deventer zelve den 29en een antwoord van gelijke

strekking, weigerende direct of indirect eenen anderen rechter te erkennen dan deStaten-Generaal3). Juist den zelfden dag schreef het Hof, het langer wachten opeen antwoord moede, zooals wij zagen op aansporing van Zutfen, dat een oproerduchtte,

1) Resol. v.D.v. 24 Apr. 1709.2) Pakket Sp. br. o.d.B.3) T.a.p.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 111: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

70

eene tweede aanmaning aan Deventer om de schepen uiterlijk binnen acht dagendoor te laten, ‘sullende wij in contrarien val niet konnen of mogen afwesen hoewelongaerne tot maintien van de Landf: Hoogheid deser provintie mitsgaders totbescherminge van de goede ingesetenen van dien, ende tot keringe ende redresvan so weder rechtelijke proceduren als bij U.Ed. en Achtb: in dit geval zijnondernomen, te emploijeren sodane middelen die U.Ed. en Achtb: buiten twijffelonaengenaem, maar echter onfeilbaar tot acquiteringe van onzen plicht omtrent hetvolbrengen van den last die wij hebben ontfangen sullen wesen ende waar van wijniet sonder redenen de facheuse gevolgenmet veel bekommeringe apprehenderendog waar aen wij vast stellen onschuldig te sullen moeten gehouden worden’1). Eendergelijk ultimatum, mede van den 29en gedagteekend, zonden Hof en Rekenkameraan de Gedep. St. van Overijsel, onder opmerking o.a. dat van de verwijzing naarhun rechterlijk college geene kennis was gegeven bij wijze van voorslag, waaropmen eene decisie wachtte, maar als een ‘positif declaratoir’; want dat volgens dewetten der provincie

1) T.a.p.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 112: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

71

zij de eenige competente rechters in deze zaak waren, die Deventer zelve erkende,dat een casus spolii violenti was; daar toch hunne jurisdictie niet minder gefondeerdwas, wanneer zulk een spolium gepleegd was door eenen magistraat of burgerij,dan door eenen particulier, noch wanneer eene stad er zich bezwaard dooroordeelde, dan een bijzonder persoon; voor eene wraking van hun college was aleven weinig oorzaak, ‘als een uijtheemsche rede zou hebben om 't gerigt vanDeventer te declineren wanneer denzelve met een Borger of inwoonder van dieStat disputen hadt die voor 't zelve als competente Richters geventileert en afgedaanzouden moeten worden’; ze vertrouwden, dat H. Ed. Mog. evenzeer tegen deextremiteiten zouden opzien, waartoe men besloten was en ‘waarbij de Stat vanDeventer geen avantage zal konnen vinden’, en mede zouden trachten ze onnoodigte maken1).Van nu aan begonnen de zaken eenen meer ernstigen keer te nemen. Had de

Raad van Zutfen zich den 10enMei weder bij ernstig schrijven aan de Raden en dievan de Rekening des F.G. en G.Z. gewend, daarbij overleggende de gerechtelijkeacten

1) T.a.p.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 113: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

72

betreffende de op blz. 153 van den vorigen jaargang en blz. 63 boven beschrevenfeitelijkheden, onder opmerking, ‘dat daer door oock word gevilipendeert en onderde voet getreden de hoogheit van 't Land’1); en gaf hij den 15en aan de gec. g.l. Dr

Johan Hebbinck, Johan Lulofs, Jacob Starinck en Dr Antoni Hoppenbrouwer op eenverzoek om nadere maatregelen ten antwoord, dat zij zorgen zouden, dat deadvocaten te Arnhem, die de zaak in handen hadden, bij Hof en Rekenkamer deden,wat zij konden; - dit college nam toen werkelijk opnieuw middelen vanwedervergelding ter hand. Den 13en Mei schreef het den Gedeputeerden van hetgraafschap Zutfen en het quartier van Veluwe aan, het ‘hoe eerder so beter eenpertinente specificatie te laten toekomen van alle Capitalen en Renten enige borgerenof ingezetenen der Stat Deventer ten Comptoire van de Graefs: Zutphen [of van hetQuartier van Veluwe] competerende’2), en verzond den 14en eene circulaire aan alleofficieren en magistraten in de Graafschap en de Veluwe, waarbij het beval totbescherming van de goede ingezetenen en tot redres van zoo wederrechtelijkeproceduren, om alle vrachtwagens en

1) T.a.p.2) T.a.p.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 114: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

73

karren te Deventer te huis behoorende, wanneer dezelve op den Gelderschenbodem kwamen, zonder eenige conniventie te stuiten en te beletten verder te rijden,maar terug te doen keeren den zelfden weg, dien ze gekomen waren, met hunnegoederen en koopwaren, terwijl den passagiers de vrijheid moest gelaten wordenzich met hunne goederen tot voortzetting der reis van andere voitures te bedienen;verder om ten spoedigste te doen toekomen eene pertinente specificatie van alleongereede en gerealiseerde effecten, eenigen burgers of ingezeten der stad Deventerin eenig Geldersch Ambt, stad of schependom competeerende1).Het eerste gedeelte dezer resolutie, het verbod van doorvoer inhoudende, was

voor Deventers handel van groot belang, daar deze, wat Utrecht en Holland aangaat,vooral onderhouden werd langs den Hessenweg2), die over Apeldoorn, Voorthuizenen Amersfoort liep. Reeds den 16enMei werd er te Zutfen gevolg aan gegeven, doorden voerman of vrachtrijder van Deventer op die stad

1) Zulk eene circulaire bevindt zich in het arch. van Hattem, kast C. 5.2) Men zie over de Hessen- of Sassenwegen de werkjes over Barneveld van Mr. C.A. Nairac

(† 6 Maart 1883 te B.)

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 115: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

74

rijdende op order van den magistraat aldaar door eenen gerechtsdienaar aan tezeggen, toen hij gereed stond om uit Zutfen weder huiswaarts te keeren, dat hij zichvan het medenemen van eenige pakken, vrachten, menschen of brieven had teonthouden op eene boete van f 800 met verbod van daar weder te komen. Tengevolge hiervan werd reeds den volgenden dag gelijk bevel aan den vrachtrijdervan Zutfen op Deventer door den magistraat der laatste stad gegeven, zoodat nude gemeenschap der beide plaatsen zoowel te land als te water geheel wasafgebroken. Tegelijk besloot Deventer van dit feit aan de Gedeputeerden derprovincie Overijsel en zijnen afgevaardigde ter Staten-Generaal, den Heer Nilant,kennis te geven, en kreeg de ordinaris Gedeputeerde, Damiaen van Duren, last omde Staten van Overijsel te verzoeken, bij den Hove van Gelderland aan te dringen,dat de resolutie van 28 Mrt. l.l. weder wierde ingetrokken, of althans de zaak in statuquo gelaten, en om ‘het daarheen te dirigeren, dat nogmaals een minnelijk tentamenten wederzijde ondernomen, en door H.E. Mogn. ten eersten aan H.H. Mogn.geschreven worde, om dit verschil ten spoedigsten te termineren’1).

1) Resol. v.D.v. 17 en 18 Mei 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 116: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

75

De Gedeputeerde Staten van Overijsel, te Kampen vergaderd, wendden zich toenmet eene breedvoerige missive aan het Hof van Gelderland, waarbij zij hunleedwezen betuigden, dat men zich niet gestoord had aan de mededeeling vanhunnen griffier aan dien van het Hof, dat het ultimatum even na het scheiden hunnervergadering was ontvangen, zoodat daarop binnen den bepaalden tijd geen antwoordkonde volgen; zij waren heden, 22 Mei, voor het eerst weder bijeen en hadden vanDeventer kennis van de gebeurde feitelijkheden gekregen, tot wegneming waarvanzij gaarne mede eene gerechtelijke uitspraak wilden uitlokken; Deventer konde zichevenwel niet aan die van het Hof van Gelderland onderwerpen, vermits dat zoudezijn ‘tegens den expressen inhoud van de Unie, welke dicteerd dat alle Steden enLeden van dien zullen worden gemaintineerd bij haare Rechten en privilegien zoals zij in de Unie gekomen zijn’, hetgeen geschied was ‘onder voorbehoud van dehooge macht en souverainiteijt van ieder provincie in 't bijzonder, ende bij gevolgedaar in geen ander richter, als volgens de meergeme: Unie, erkend kan worden’.Hierover echter niet langer willende redetwisten, stelden zij voor, beide steden overte halen de beslechting der geschillen aan

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 117: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

76

gecommitteerden uit de twee provinciën te laten, waartoe ze bepaling van tijd enplaats aan het Hof overlieten; ook zouden ze Deventer trachten te bewegen deverhindering der scheepvaart, zoo niet geheel, dan toch voor zekeren tijd op teheffen1).Den 21enMei werd den koopmansbode, die wekelijks van Deventer op Amsterdam

zijnen weg over de Veluwe en Harderwijk, en vandaar met het beurtschip nam, doorden magistraat van Deventer bevolen, bij provisie over Kampen of Zwolle te reizen.Waarschijnlijk ten gevolge hiervan werd het bevel strenger, o.a. te Harderwijk,gehandhaafd, door op hooge boete Deventer voer- en karlieden te verbieden, methunne wagens of karren te passeeren of repasseeren, veel minder aldaar te ladenof te ontladen, maar ze ledig terug te zenden. Kort daarop deden ook Schepenenen Raad van Deventer eene publicatie afgaan, waarbij zij ‘bij represaille alle hareburgeren en ingesetenen ook komen te verbieden en interdiceren, om voorals nogbuijten nadere resolutie van Schepenen en Raad eenige pakken, goederen,coopmanschappen,

1) Pakket Sp. br. o.d.B.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 118: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

77

brieven of gelden buiten de stad an de Dood1) of in die provincie [Gelderland] uit tesenden, nog herwaarts te laten inkomen en afhalen, nogte hare personen daaropte laten transporteren op poene van 25 Heereponden2) t'elkens te verbeuren, bijdiegene soo contrarie deses mogten komen te doen’3).Uit Elburg, Lochem, Lichtenvoorde en Nijbroek ontving het Hof 18-28 Mei bericht,

dat aan zijne circulaire voldaan was; door de laatste plaats waren geeneOverijselsche wagens meer gekomen, dewijl zij nu de reis over Apeldoorn namen.De graaf van Limburgh meldde uit Borkuloo, dat hij geene bedienden, voogden ofondervoogden had aan de Schipbeek of de Lebbenbrug, zoodat de vrachtwagensgemakkelijk zijne heerlijkheid konden doortrekken, zonder de stad of een der dorpenaan te doen. Een scherp toezicht te Lochem, waardoor de karren moeten passeeren,alvorens de Lebben-

1) Toenmaals, en tot voor niet langen tijd, eene herberg tegenover de IJselbrug buiten Deventer,daarna eene Sociëteit de Hereeniging, geworden, doch op Geldersch grondgebied gelegen.

2) Een Heerepond bedroeg f 0.70.3) Public.-boek v.D. 1666 - 1715, i.d. 24 Mei 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 119: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

78

brug te bereiken, was dus noodig; en voorts zouden twee personen, belast met hetopzicht bij de Schipbeek en bedoelde brug, moeten aangesteld worden, hetgeenhij gaarne wilde doen, als men hem aanwees, uit welke middelen hij hen moestbezoldigen, ‘dewijl niemant dit oppassen bij dage als andersins gratis sal willendoen’. Hij beloofde ook eenen staat van de ongereede goederen en effecten,Deventerschen toebehoorende, te zullen laten opmaken. Zulke specificaties werdenook uit de andere genoemde plaatsen ontvangen (behalve uit Lichtenvoorde, waargeene burgers uit Deventer geërfd waren) en uit Zutfen1).Vóór het echter tot eene inbeslagneming kwam, die men toch met het doen

opmaken dezer staten bedoelde2), werd door het bestuur van Deventer, welksinwoners de grootste nadeelen in hunnen handel ondervonden, op voorstel vanGedep. Staten van Overijsel (volgens missive van den 22en Mei), aan ‘de H.H. totden extraordinaris landdag, welke den 25 dezer Ter Heino staat gehouden te worden,in mandatis gegeven, om dese zaak daarheen te dirigeren en te pousseren, datdeselve

1) Memorie- en Resolutieboek v.Z.i.d. 21 Mei; de verschillende brieven en lijsten in het pakketSp. br. o.d.B.

2) Zie den vorigen jaargang, blz. 156.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 120: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

79

provintiaal gemaakt, en ten eersten aan den Hove van Gelderland geschrevenworde, ten fine van opheving van feitelijkheden, als wanneer voorscre different zooveel te faciler, volgens d'Unie van Utrecht, uit den weg sal kunnen en mogen wordengelegd, en dat bij ontstentenis van dien, de provintie dese stadt reciproquelijk mogemaintineren, als sijnde voorschreven saak reeds bij Resole van R. en S. van 26Maart 16221) provintiael gemaekt’2).Zagen wij reeds, dat mede den 22en de Gedep. Staten van Overijsel aan het Hof

van Gelderland hadden voorgesteld, de zaak zoo mogelijk in der minne te schikken,ook de Staten van Gelderland van hunne zijde namen den zelfden dag een besluit,dat moest strekken, om door eene ‘vrintnaburelijke conferentie’ de ‘swevendedifferenten’ weg te nemen, van den volgenden inhoud: ‘Dewijl de bekende differententusschen de Steden Zutphen en Deventer alnoch sijn continuerende en van dachtot dachmeer enmeer toenemende, soo is nae deliberatie goetgevonden en verstaendat tot voorcominge van verdere verwijderingen

1) Zie boven.2) Resol. v.D.v. 24 Mei 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 121: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

80

aan de Heeren Staeten van Provie van Overijssel sal worden geschreven dat HaerEd:mo: genegen sijn en aenbieden om door Gecomm: uijt de Provintien van Gelderlanten Overijssel te tenteren of de voors: differenten tusschen de beijde welgete Stedengercesen niet amicabiliter souden kunnen ingeschickt worden; Dat HaerEd: mo: omte toonen daertoe genegen te sijn, reets zes gecomm uijt derselver midden tot dieneijnde hebben genomineert, laetende aen Hooggemte Provintie, indien hier toemede mochte inclineren, tijd en plaets te nomineren, wanneer en waer dit tentamenbij een minnelijcke conferentie te doen, en dewijl Haer Ed: Mo: althans staen op hetscheijden dat Hoochgemte Provintie derselver rescriptie aen eerste van Haer Ed:Mo: Gecomm: naementlick Caspar van Els tot Boelenham gelieft t'addresseren, dienae gelegentheijt van saecken de stad van Zutphen daer van verwittigen sal.En dat inmiddels wedersijts stremmingen mogen worden opgeheven’.Nadat dit besluit ter kennisse van de Staten van Overijsel was gebracht, ging den

volgenden dag de Landschap uiteen. De Raden en die van de Rekening den 28enweder samen gekomen, vonden toen tot hunne vreugde de vier dagen te

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 122: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

81

voren in den avond aangekomenmissive van de Gedeputeerde Staten van Overijselvan geheel gelijke strekking als de door hunne Staten afgezondene, en antwoorddenterstond, dat Gedep. St. hunne meening nu zeker reeds kenden en dat zij ‘niet soras sullen hebben vernomen dat de Magistraet der Stat Deventer de vaart op denIJssel als voor desen wederom open en vrij sal hebben gestelt, of dat ook aanstontswederom aen dese sijde sullen worden ingetrocken en opgeheven de orders aenalle Officieren en Magistraten in den F. ende Gr. gegeven’, opdat op deze wijze degeschillen mochten geassopieerd worden1).Omgekeerd namen Gedep. St. van Overijsel het voorstel van den Gelderschen

landdag voor hunne Staten aan, door het nemen der resolutie, ‘dat Ridderschap enSteden, aan wie door dese tafel den 25sten deser kennisse gegeven is2) van devoorscr. aanwassende differenten tusschen de Steden Zutphen en Deventer,insgelijcx hebben betuigt haere genegentheit om door gecomm: van de ProvintieGelderlandt ende van dese Provintie, deselve soo doenlijk uit den wegh te leggen,ende sulx

1) Pakket Sp. br. o.d.B.2) Zie boven resol. v.D.v. 24 Mei 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 123: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

82

aen dese tafel hebben gedemandeert. Dat van wegens dese Tafel bij gevolge aande Heeren Staten van Gelderlandt, daartoe sal worden voorgeslagen de dagh vanaenkomenden woensdag aan 't huijs van de Predikant te Gorselë des naemiddagsten twee uir, sijnde de plaetse, alwaer de vorige conferentie door de Gecommitt:van de Graefschap Zutphen en van dese Tafel is worden gehouden’1). Tevens werdovereenkomstig de uitnoodiging hunner Geldersche ambtgenooten aan de regeeringvan Deventer in overweging gegeven, de passage door de IJselbrug voorloopigweder voor de scheepvaart van en naar Zutfen open te stellen; waarop Schepenenen Raden van die stad aan Gedep. Staten op de missive, bij welke hun vanbovengemelde resolutie der Staten van Gelderland kennis werd gegeven,antwoordden, dat hun niet alleen ‘de geprefigeerde dagh tot de Conferentie teGorsele aangenaam’ was, maar dat ook ‘den 6 Junij of eerder, de vaart voorbij desestadt voor zes weken, gelijk voorheen zal opengesteld worden, zoohaast komt teblijken, dat die van Zutphen, de passage door de Graefschap en naar hare stadtinsgelijks zullen hebben opengesteld, in de verwachting, dat onder-

1) Resol. van Ged. St. v. Overijsel v. 29 Mei 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 124: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

83

tusschen de zaak ten principalen moge worden getermineerd en beslist’1).Het Hof van Gelderland, bij schrijven van den 1en Juni door Gedep. St. van

Overijsel van deze resolutiën in kennis gesteld, antwoordde den 4en, dat het denbepaalden dag, ‘aenstaende woensdag en acht dagen (sic)’, goedkeurde en zorgzoude dragen, dat te beginnenmet den 6en alle belemmeringen zoudenweggenomenzijn2). Mitsdien zond het dien zelfden dag weder eene aanschrijving aan alle officierenen magistraten der Graafschap en des quartiers van Arnhem, waarbij het beval vanden 6en Juni alle belemmeringen in de passage voor wagens van Deventer overGeldersch gebied voor zes weken te staken, en gaf bericht aan de stad Zutfen, diehet den 6en goedkeurend beantwoordde3). En daarop nam Deventer den 7en hetvolgende besluit: ‘Door die van Zutphen de passage op, en van die naar dese stadtweder opengestelt zijnde, en deselve over de Berkel bij Almen, mede naer alleapparentie, eerstdaegs bruikbaar staande te worden gemaakt; goedgevon-

1) Resol. v.D.v. 31 Mei 1709 en v. Gedep. St. v. Overijsel v. 1 Juni 1709.2) Pakket Sp. br. o.d.B.3) T.a.p.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 125: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

84

den: deser stadts IJsselbrug insgelijks tot nadre ordre, voor de schepen van die vanZutphen opentestellen’.Van dat oogenblik waren dus van weerszijden alle réprésailles tijdelijk gestaakt.Voor Gelderland werden ter spoedig te houden conferentie afgevaardigd: ‘uijt het

quartier van Nijmegen Caspar van Els tot Boelenham, Raadt uijt de Ridderschap;en Johan van Leeuwen, Schepen der Stadt Nijmegen uijt de Steden.Uijt het quartier van Zutphen Hendrik van Rouwenoorth tot den Ulenpas uijt de

Ridderschap en Hendrik van Essen Borgermeester der Stadt Lochum uijt de Steden.En uijt het quartier van Veluwen Casijn vander Hell tot de Wiltbaen uijt de

Ridderschap; en heeft de Stadt van Arnhem genomineerd de Borgermeester PeterEijgel, en de Steden Harderwijk, Wageningen, Hattem en Elburgh Peter OosterbaenBorgermeester der Stadt Harderwijk uijt de Steden’1).Uit Overijsel kwamen waarschijnlijk de zelfde afgezanten als de vorige maal

(behalve deze beiden waren toen blijkens resol. der Staten van 27 Mei

1) Landdagsreces v. Geld. v. 22 Mei 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 126: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

85

van dit jaar leden der Gedep. Staten: Joan Wilhelm van Rechteren tot Verburgh,Arent Herman Sloet tot Tweenijenhuizen, Damiaen van Duren, burgemeester vanDeventer en Reinier van Marle, burgemeester van Kampen).Zutfens regering committeerde als de vorige maal de Heeren van Goltsteijn, ten

Broeck en van Hasselt, maar in plaats van den burgemeester van Diemen, die ziekwas, den Heer van Baeijen; verzocht vervolgens de Heeren van het Gericht, deafgevaardigden van de Landschap te gaan verwelkomen en complimenteeren, envraagde de gec. g.l., den provisor Willem Engelen, Johan Rauwerts, Conraedt vanMunster en den servijsmeester Willinck, naar ‘eenige convenabele voorslaeghen’,op de conferentie te doen, daar de Raad niet anders danmet kennis van hun college,ja, was het noodig, van het volk wilde handelen. Zij defereerden de zaak evenwelaan den magistraat1).Zooals wij boven zagen, werden er uit de steden van het kwartier van Veluwe

twee afgevaardigden genoemd, hoewel er slechts een konde gaan. De oorzaakwas, dat er tusschen Arnhem ter eene, en Harderwijk, Wageningen, Hattem enElburg

1) Mem.- en Res.b. v.Z.i.d. 11 Juni 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 127: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

86

ter andere zijde geschil over de commissie was ontstaan, waarop beide partijenaanspraak maakten. Eerstgenoemde stad besloot den 10en Juni 1709, dat zij toch‘haren Gecomme. derwaerts soude senden ongepraejudicieert der vier steden haergesustineerde regt; ende dat men aen dees sijde geresolveert is twe à drie dagenvoor de ordinaris aenstaende Landschaps vergaderingemet deselven te besoignerenover ijders regt omtrent de aen te stellene successive commissien so van land alsquartier-dagen, ende in val men met malkander niet konde over een komen, datmen als dan over de disputen ofte differenten soude convenieren over een Rigteren datmen dan aen dees sijde alles ab ovo soude ophalen, uit de grond disputerenen deser stads voorregten, als hoofstad, mainteneren’.Nadat door den eerstregeerenden burgemeester Dr. Peter Eijgel dit besluit aan

de daarop in de raadzaal binnengelaten burgemeesters Oosterbaen van Harderwijk,Suermond van Wageningen en Feit van Elburg was medegedeeld, en dezen bijmonde van eerstgenoemde zich er mede hadden vereenigd, kwam men overeen,in den avond van den 29en September ‘binnen te komen en 's anderen daegs tebesoigneren’. Doch wat de afvaardiging

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 128: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

87

betrof, gaf burgemeester Oosterbaen te kennen, dat, als de heer Eijgel niet ging,hij ook thuis zoude blijven, maar dat hij anders order had, ook te gaan. Na hunvertrek werd den regeerenden burgemeester Brantsen en den medeschepenenBrienen en A.A. Tulleken opgedragen, ‘om de retroäcta na te sien, sig nopende hetregt van de stad in desen vervat te maken en daer van te rapporteren’1).Het verbaal van den heer Eijgel aangaande de reis en verrichtingen van hem en

zijne medegedeputeerden voor Gelderland vindt men geregistreerd in hetArnhemsche Commissie en Policijboeck2).Den 11en Juni was ‘de Heer Casijn van der Hel tot de Wiltbaan met een wagen

geheel vroeg gevaeren na Zutphen, met voornemen om tussen weegen op deWiltbaan te Brummen eenige uren te blijven en de Burgermr Eijgel met de Secrets.van Ruijven gevolgt om 's avonts tot Zutphen te sijn’. Op eene dien zelfden avondten huize van den heer Rouwenoorth gehouden conferentie van de zes Gelderscheafgevaardigden stelde men vast,

1) Commissie en Policijboeck van Arnhem, deel V, blz. 174-176, in het Rijksarch. te Arnhem.2) Op den dag, waarop hetzelve aan den Raad werd overgegeven, 14 Maart 1710, blz. 212-215.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 129: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

88

dat men den volgenden morgen te 9 uren zoude bijeenkomen in de kamer van deGedeputeerde Staten der Graafschap ‘om het Ceremonieel in het ontfangen vande Heeren Gedeputeerden uit de Provintie van Overijssel te Gorsele nademiddagte twe uren, het besoigneren ende het vertrecken te reguleren’.12 Juni. In de 's morgens gehouden vergadering sprak men af, 's namiddags zoo

vroeg naar Gorsel te vertrekken, dat men daar de afgevaardigden van Overijselzoude kunnen ontvangen; dat dezen bovenaan zouden geplaatst worden, ‘als sijndeop het Gelders territoir ende dat door de Hn Gecommitte. van dese Landschap depropositie soude worden gedaan’.Omtrent één uur naar Gorsel gereden, kwamen zij daar slechts kort voor de

gedeputeerden van Overijsel en de gecommitteerden van Zutfen en Deventer aan.De provinciale commissies hadden juist een kwartiertje gebesoigneerd, toen PeterOosterbaan, burgemeester van Harderwijk, die zijn recht niet opgaf, ‘te paert vanDeventer comende, op de Camer quam daer de Hn voornd: bij een waeren’. Naverscheidene voorslagen en debatten werd daarop ‘tot weghneminge en beslissingheder differenten tusschen twee soo nabuerighe ste-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 130: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

89

den’ en ‘tot onderhoudinghe van alle goede vriendschap en correspondentie’ hetvolgende project van accommodatie beraamd en door den secretaris van Ruijvenen den griffier Roijart in schrift gebracht:‘Dat die van Zutphen voortaen onverhindert sullen laeten de quaestieuse passage

over de riviere de Berkel; immers niet feitelijk daertegens in het vervolg ondernemen.Dat de Heeren van de Magistraet der stadt Deventer daerentegens niet sullenstremmen de vrije passage voor die van Zutphen op de riviere den IJssel, immersrespl. niets ondernemen in de tijt van vier maenden. Dat so wanneer onvermoedelijkin de voorn. tijt van vier maanden de principale voorsr quaestie tusschen de stedenZutphen en Deventer, niet mochte wesen uijt de wech geleijt, en de steden vanZutphen en Deventer buijten klachte gestelt, gelijk nogtans vermeijnd wordt van jae,dat alsdan de Heeren gecomm van wedersijts provincien nader bij den anderensullen comen, om door andere voorslagen dese sake finalick à l'amiable sien t'accommoderen. Edoch, indien voorn differenten in der minne tegen alleverwachtinghen niet mochten kunnen worden ingeschikt, dat ijder in sijn gesustineertrecht onverkort sal blijven’. Deze voorslagen werden door de gecommitteerden dertwee steden

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 131: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

90

overgenomen, om het oordeel van hunne principalen daarover in te winnen en natwee dagen 's namiddags te twee uren ter zelfder plaatse hieromtrent rapport tedoen1).‘Waar op de wedersijts Heeren Gecomm: nadat een glaesje van vrintschap goede

nabuerschap ende eenigheit hadden gedronken sijn vertrocken’.14 Juni. Ter bepaalder tijd kwamen de zes afgevaardigden wegens Gelderland

weder van Zutfen te Gorsel, en ook burgemeester Oosterbaan met eene chaise vanDeventer. Daar zoowel de Raad van Deventer, als die van Zutfen, en degemeenslieden dezer stad, vertegenwoordigd door Dr. Hebbinck, Jan Luloffs,Lammert Verbeeck en Harmen van de Sande, hunne goedkeuring aan het bovenvermelde verdrag hadden gehecht, werden dewederzijdsche ratificatiën overgegevenen uitgewisseld, en de volgende acte opgemaakt: ‘De Heeren Gecom. uijt de beidesteden van Zutphen en Deventer voor de Heeren gecom. uijt de resp. provintienvan Gelderland en Overijssel erschenen sijnde hebben verclaert: dat hare resp.Heeren principalen dese bovenstaende voorslach, prout jacet, hebben aengenomen.In kennisse van 't welke is

1) Resol. v.D.v. 13 Juni 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 132: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

91

dese bij ons onders. op speciale last en authorisatie van Heeren gecom der beijdeHoogh gem. provintien onterteekent tot Gorsele den 14 Junij 1709.

Ter ordon van de Heeren gecom. van deprovintie van Overijssel (get.) H. Roijer’1).

1709

Ter ordonn. van Heeren gecom van deProvintie van Gelderlandt (get.) H.W.v.Ruijven

Daarop vertrokken, ‘alvoorens men onder een glaesje vrolijk geweest was’, eerstde Overijselsche gedeputeerden; en reden vervolgens de Geldersche naar Zutfenterug, en burgemeester Oosterbaan, ‘die nooit in de conferentien tot Zutphengehouden, is geweest’ (voegt Dr. Eijgel er in zijn verbaal triumphantelijk bij), op zijnechaise naar Deventer.Bovenstaande acte werd door den Raad en de gec. g.l. van Zutfen, Dr. van

Meghen, Harmen van de Sande en Jacob Starinck, geapprobeerd en voor notificatieaangenomen, terwijl weder de Heeren van het Gericht werden afgevaardigd, omde commissie uit de Landschap te gaan complimenteeren, eene goede reis toe tewenschen en voor de bewezen diensten te bedanken, met verzoek daarmede tewillen voortgaan2).

1) T.a.p.2) Mem - en Res.b. v.Z.i.d. 14 Juni 1709.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 133: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

92

15 Juni keerde burgemeester Eijgel en secretaris van Ruijven van hun Dinsdag, 11Juni, aangevangen uitstapje te Arnhem terug.Van beide zijden hield men zich aan het bepaalde, zoodat, toen de gestelde

termijn van vier maanden vreedzaam was verloopen, de Geldersche Staten devolgende resolutie namen: ‘Is gehoort het rapport van Caspar van Els tot Boelenhamen andere Haar Edele, Mogende Gecommitteerdens die volgens resolutiecommissoriael vanden 22e Meij 1709, de bekende differenten tusschen de StedenZutphen en Deventer hebben ingeschikt ende geaccordeert: Waarop gedelibereertzijnde, zijn de voors. Gecommitteerdens voor haare genomene moeijten in deesenbedankt; en werden deselve in dien de noodsakelijkheit het mogte vereijsschenverders gecommitteert ende geauthoriseert om die commissie te hervatten’1). Dochdeze herhaalde commissie schijnt niet noodig geweest te zijn.Mr. Johan Schrassert vermeldt de boven beschreven gebeurtenissen, voorzoover

ze Harderwijk aangingen, in deze bewoordingen2):

1) Landdagsreces v. Geld. v. 16 Oct. 1709.2) Hardervicum antiquum ofte Beschrijvinge der Stadt Harderwijk, tweede deel, blz. 179.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 134: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

93

In desen Jaere [1709] was'er tweedragtontstaen tusschen de Steden Zutphen

Tweedragt tusschen Zutphen enDeventer.

en Deventer, ter oorsaecke dat dese voorde eerst genoemde den Yssulgenoegsaem had gesloten. Het HofProvintiaal schreef daar over aen denRaad deser Stadt, ten eynde dieDeventerse Voerluyden solden werdengehouden buyten het Veer, en verder opde effecten van die der selver Stadt alhierbij repressaile geprocedeert sou werden.'T welck op den 19 Dito [Mey] in hetwerck gestelt synde, op den 8 Juny nadatde Rivier aen die van Zutphen wedergeopent was, is opgeheven geworden.

Eéne vraag bleef er nog bestaan: wie zoude de Spitholder brug herstellen? Zutfenhad haar afgebroken, maar Deventer had alleen bij het herstel belang. Daar den9en Apr. 1710 nog niets gedaan was, bracht de laatste stad toen bij Ridderschapen Steden van Overijsel daarover haar beklag in, welke zich den zelfden dag tot deStaten van Gelderland richtten. Het Hof, nog steeds krachtens deLandschapsresolutie van 28 Mrt. 1709 belast met de briefwisseling over deze zaak,zond den

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 135: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

94

21en Apr. copie van dit schrijven aan Zutfen met verzoek zijne consideratiën enresolutie hierop te willen doen toekomen1). Doch den 13en Nov. van dat jaar gavende afgevaardigden van Deventer weder aan R. en S. te kennen, dat de brug ‘totnog toe niet alleen niet is gelegt, maar self ook geen praeparatien al nog gemaaktzijn om deselve te leggen’, waarop dezen, beducht voor eene nieuwe verbrekingder goede verstandhouding, er nog eens toe overgingen de Geldersche Staten ‘seervriendnabuurlijk te versoeken, om die voorsieninge te willen doen, dat de voors:Spitholder brugge, hoe eer soo liever hermaekt, ende daar door de ruste en eenigheijttusschen twee soo naburige Steden geconserveert moge blijven. Het welcke Wijvan UEd: Mo: aequanimiteijt en vertrouwelijke vrientschapmet verlangen te gemoetsiende, enz.’2). Het Hof berichtte den 20en Nov. de ontvangst dezer missive aan deafzenders en gaf haar toen de landschap weder bijeen was, aan deze over3), tegelijkmet eene van de Staten-Generaal, den 8en April 1711 bij copie reeds rondgezonden,welke geschreven

1) Pakket Sp. br. o.d.B.2) T.a.p.3) Landdagsreces v. Geld. v. 15 Apr. 1711.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 136: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

95

was naar aanleiding van eene klacht, door den bisschop van Munster ter zelfderzake bij hen ingebracht. De Staten stelden de eerste aan het bestuur van Zutfenter hand, dat haar beantwoordde in overleg met de gec. g.l. Willem Engelen, ThomasMes, Caspar Martens en Hend. Colebrander1), maar naar het verzoek geene oorenschijnt gehad te hebben; ten minste ruim een half jaar daarna, den 9en Nov. 1711wendden zich èn de Gedep. St. van Overijsel èn de magistraat van Deventer wederbij brieven van gelijken inhoud als voren tot den landdag van Gelderland, welkemen goedvond ‘te stellen in handen vande Magistraat der stadt Zutphen, om tennaesten Lantdaege hierop te dienen van Berigt, en dat aen deselve Gedeputeerdenen Magistraat van Deventer sal worden gerescribeert, dat sulx niets anders heeftkunnen geschieden, om dat Haar Ed: Mog: soo kort zijn vergadert geweest in vasteverwagtinge dat ondertusschen het different in der vriendtschap sal kunnenweghgenomen worden’2). In deze verwachting zullen zij niet bedrogen zijn geworden,want dewijl wij in geene der bronnen verder iets over de beruchte zaak aangeteekendvinden, dan dat Zutfen de brieven

1) Mem.- en Res.b. v.Z.i.d. 20 Apr. 1711.2) Landdagsreces v. Geld. v. 12 Nov. 1711.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 137: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

96

den 13en Nov. aan de g.l. per copiam overgaf, is het aannemelijk, dat eindelijk in1711 of 1712 de brug is herbouwd en zoo elke aanleiding tot hervatting der twistenopgeheven.Eindelijk was alzoo het geschil, dat gedurende eene eeuw de beide naburige

steden van elkander had vervreemd, en dat ten laatste in openbare vijandschapwas verkeerd, in der minne door tusschenkomst van hoogere machten, en door hetgevoel van belangrijke stoffelijke nadeelen van beide kanten, bijgelegd.Op het einde der 18e eeuw schijnt de brug weder een' tijd lang weggenomen te

zijn geweest; want Starings gedicht De hoofdige boer, van Scholte Stuggink, die,altijd gewoon de Berkel door te waden, als hij in Almen ter kerke kwam, nu ook niet,toen er eene brug gelegd was, van deze gebruik wilde maken, moet op waarheidberusten, en zijn zoon nog in leven zijn en op Scholten-Besselink (onder Almen)wonen. Vermits het nu vaststaat, dat de brug er in 1804 lag, zoo zal zij vóór dientijd nog eene reeks van jaren afgebroken zijn geweest, waarschijnlijk doordat hetverkeer zich toen had verplaatst. Of het ook waar is, dat de reparatie geschieddedoor de gezamenlijke bewoners der streek, zooals de dichter zegt, valt

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 138: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

97

echter te betwijfelen; want in 1804 kwam de brug aan den heer van de Ehze toe,blijkens het besluit van het Dep. Bestuur van 11 Aug. van dat jaar (No. 20), luidende:‘Op voorstel daartoe gedaan - het collegie van Financien des Zutphenschen kwartiersaangeschreven, om de Spitholder brug met het daarbij behoorende weggeld, zoover die den eigenaar van de Ehse toestendig zijn, aan te koopen en met deBerkeldirectie te vereenigen’1); de clausale zoo ver enz. werd er in dezen tijd vanafschaffing der meeste heerlijke rechten klaarblijkelijk bijgevoegd om alle verschilvan meening over het eigendomsrecht in het midden te laten.De eenheid in bestuur en wetgeving, die een der gevolgen van de overigens in

vele opzichten zoo heillooze Fransche revolutie was, heeft natuurlijk elke hervattingder twisten onmogelijk gemaakt, afgezien nog van de omstandigheid, dat door hetaanleggen van straat- en spoorwegen de route geheel is verplaatst, ten gevolgewaarvan de brug voor den handel van geen belang meer is. Zij bestaat evenwelnog, en is, zooals men op de in

1) Zie Alphab. Reg. v. Handel. en Besl. op het Rijksarch. te Arnhem.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 139: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

98

dezen jaargang voorkomende afbeelding kan zien, grootendeels van steen, eenklein gedeelte doet als ophaalbrug dienst. Eene fraaie, rechte allée voert vandaarnaar het eveneens nog aanwezige huis de Ehze. Door deze laan, waarvan het beginop het plaatje zichtbaar is, was het dus, dat zich in den morgen van 14 Juni 1706de onderhoorigen van den heer van Lintelo naar den slagboom bij de brug begaven,om dien in stukken te houwen. De weg moet gedeeltelijk gemaakt zijn van steenen,afkomstig van de oude kerk te Laren, die in 1835 werd afgebroken1). Een tweetalboerderijen, aan den zelfden oever bij de brug gelegen, Groot-Have van G.T.Markvoort en Klein-Have van J.W. Hermsen, bewaren ongetwijfeld nog de herinneringvan het goed van Nicolaes van Boetbergen, Ten Have. En aan de andere zijde derBerkel (vanwaar de afbeelding werd genomen, en daarop onzichtbaar) ligt in hetgeboomte verscholen nog

1) In de kerkekamer dezer toen vervallen kerk bevond zich eene muurschildering of schilderij,voorstellende eene weegschaal, waarin tegen elkander eenige Roomsche geestelijken eneen bijbel werden gewogen. De balans sloeg naar de zijde van dezen door. Het onderschriftluidde:

De paus met al zijn kardinalenKan 't tegen den bijbel toch niet halen.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 140: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

99

als vanouds het erve en goed Spithold, thans aan H.J. Ruyterkamp toebehoorende.

Verbeteringen en bijvoegingen in het eerste gedeelte (jaargang 1883).

In de noot op blz. 106, r. 6 v.o. leze men voor scholarch schoolleeraar; en voegemen bij: Het geslacht Spitholt bestaat nog: den 3en Febr. 1883 overleed, blijkenseene namens kinderen, behuwd- en kleinkinderen door H.J. Spitholt onderteekendeadvertentie in de Haarlemsche Courant, op ruim 83-jarigen leeftijd te BronkhorstCatrina Boogman, weduwe van H.J. Spitholt.Op blz. 114 voege men vóór de alinea in:

Het schijnt, dat Deventer (doch tevergeefs) pressie heeft willen uitoefenen op deGeldersche Staten door het Amsterdamsche veer te verplaatsen van Harderwijknaar Nulde, eene nietige buurschap onder Putten aan de Zuiderzee en de mondingvan het gelijknamige watertje gelegen, volgens van der Aa 27 huizen en ruim 180inwoners tellende. Schrassert toch bericht in zijn Hardervicum antiquum (dl. 2, blz.138):

1613. en 1614. Hadden die van Deventerhet Amsterdamse Veer van hier tot Nuldeverbragt. Welck naedeel dese Stadt niet

Veer tot Nulde

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 141: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

100

konnende verdraegen, heeft deselvedadelycker wyse de aldaer opgerigteBaeck afgehouwen, den Wagen- enSchuyteluyden verboden derwaerts tevaeren ende alsoo dat voornemen en dienieuwigheit belet en afgeschaft.

Blz. 115. Betreffende het geschil tusschen Zutfen en den heer van Lintelo gerezenover de vraag, of deze het val van zijne brug mocht sluiten, zie men ook het Mem.-en Res.b. v.Z.i.d. 31 Jan. 1657 a meridie.Op blz. 140 leze men achter den laatsten regel nog:Den 20en Aug. richtten voor de derde maal de Overijselsche Staten zich tot de

Geldersche bij twee brieven, den eenen om concurrentie te verzoeken in hetformeeren van een plakkaat tot conservatie der visscherij, den anderen wederbetreffende het afbreken der Spitholder brug; doch zij ontvingen geen antwoord.Wèl oordeelde de Geldersche landdag het 16 Dec. 1707 ‘bij deese tegenwoordigeconstitutie van tijden en saaken voor het beste van deese Provintie nodigh, dattereen Deputatie uijt het midden van Haar E. Mog: wierde gedecerneert aende HeerenStaaten vande Provintie van Overijssel en bij absentie aen derselver ordinarisGedeputeerden’, maar dit was over eene andere,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 142: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

101

ongenoemde affaire. De keuze dezer commissie werd opgedragen aan het Quartiervan Veluwe, dat benoemde Willem van Haersolte tot IJrst, richter der stad Arnhemen in Veluwezoom, uit de Ridderschap, en Otto Jacob Schrassert, burgemeesterder stad Hattem, uit de Steden, om volgens eene nadere instructie te handelen.Deze heeren werden te Zwolle bij afwezigheid der Staten van Overijsel door deGedeputeerden ‘in alle vriendschap en beleeftheijt ontfangen en ook soodaniggedimitteert’, en kweten zich van den hun opgedragen last blijkens het recredentiaalvan genoemde Gedep. Staten i.d. 4 Jan. 1708. Bij het doen van het rapport hunnerzending in den landdag van 4 Febr. 1708, brachten zij tevens het verzoek derOverijselsche Gedep. over, om beantwoording der twee brieven van 20 Aug. l.l.,waarop men besloot de eerste missive in de respectieve Quartieren over te brengen,tengevolge waarvan reeds den 14en Febr. eene resolutie aangaande de visscherijwerd genomen, en omtrent de tweede het advies van het Quartier van Zutfen af tewachten.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 143: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

102

September-landschap in de Kortenbergsche Bosschen1).Door Johs. Hk. Jonckers.

De zachte straal der herfstzon scheidtHet vochtig sluiergaas,

Dat over 't aardrijk ligt verspreidDoor 't uchtendnevelwaas.

De dauwdrop, die van ieder bladOns tintelt in 't gezicht,

Speelt als een diamanten schatIn zevenkleurig licht.

Uit witten schemer steekt het boschZijn fiere kruinen op:

De den met immergroenen dos;Des eschdoorns purpren top;

De beuk met reeds verbruinend kleed;In zilverschors de berk;

En de eik, tot kreupelhout verbreed,Of, vorstlijk hoog en sterk.

1) Tusschen Renkum en Bennekom.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 144: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

103

De heide prijkt in vollen bloei,Waar, aan der bosschen rand,

De brem zich voedt tot frisschen groeiIn 't bladbevruchte zand.

De kraai zwerft over 't boekweitveld;De boschduif kirt in 't woud;

Het veldhoen, schuw door 't jachtgeweld,Schiet ruischend uit het hout.

En de open heuvelzoom vertoontIn 't lager liggend dal

De witte stulpen, druk bewoondDoor 't nijver dorprental.

Dáár klinkt de forsche hamerklop,En 't scherpen van de zicht -

Maar, dáár rijst ook de Torentop,Die 't oog naar Bóven richt.

HETEREN, 1875.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 145: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

104

De Arnhemsche gilden.Door Mr. J.W. Staats Evers.

Men weet dat de gilden, vroegere vereenigingen van personen, die in dezelfde stadof gemeente hetzelfde handwerk, nering of bedrijf uitoefenden en dus, voor zooverden bloei daarvan betrof, hetzelfde belang gemeen hadden, eerst in 1487, onderMaximiliaan van Oostenrijk, te Arnhem een wettig aanzijn verkregen. Zij waren toenzes in getal, t.w. die der kramers of slijters van allerhande waren bij gewigt of maat,der schoenmakers, der wevers en kleedermakers, der bakkers en brouwers. Dezebestonden nog in april 1591, toen de magistraat, in overleg met de gildemeesterszelven, die reglementen of verordeningen vaststelde, welke, onder den naam vanGildebrieven bekend en met geringe uitzondering tot aan de opheffing der gilden,in den aanvang dezer eeuw, van kracht gebleven en opgevolgd zijn. Later kwamente Arnhem nieuwe gilden tot stand, namelijk in 1616 dat der gondsmeden, in 1620dat der chirurgijns, in

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 146: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

105

1649 dat der timmerlieden, in 1653 dat der tappers en in 1695 dat der schippers.Het bestuur van het gild berustte, nevens den gildemeester, bij vier of meer gardianenof overlieden, welke door de gildebroeders gekozen werden en jaarlijks voor dehelft aftraden; verder bij een boekhouder of thesaurier en een bode. Een gildebroedermoest burger zijn en eene zekere retributie betalen. Niemand mogt, behalve opjaarmarkten, in de stad eenige nering of bedrijf uitoefenen, tenzij hij als lid van eender gilden aangenomen was, dat men het gilde winnen noemde. Bovendien werdvan ieder gildebroeder, door het leveren van eene proef van bekwaamheid, eenbewijs van bevoegdheid tot het meesterschap in zijn handwerk gevorderd. Jaarlijkshield men, gewoonlijk op het kerkfeest van den patroon, bij ieder gild een teerdag,waarop het meestal lustig toeging en menige gildebeker geledigd werd. Degildemeesters hadden van ouds met den magistraat en de gemeensleden deel inde stedelijke regeering. Bij de Staatsregeling van 1798 werden de gilden vervallenverklaard, waarna de uitoefening van alle neringen en hanteringen, bij besluit vanhet Uitvoerend Bewind, aan alle ingezetenen zonder onderscheid toegelaten werden de van de gilden afkomstige fondsen, met beheer

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 147: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

106

van commissarissen, onder toezigt van het plaatselijk bestuur kwamen.Beschouwen wij thans ieder gild afzonderlijk, wij ontmoeten dan in de eerste

plaats het

St. Nikolaas- of kramergild.

Dit gild, waarvoor de stedelijke Regering bij gildebrief van 14 april 1590 bepalingenmaakte, moest gewonnen worden door alle ingezetenen, die handel dreven in honigen was en alle eetwaren, die met ponden en looden in schalen gewogen werden;verder door hen die specerijen, mailderijen, zijde, vorstenis, zijdendoek, zeildoek,zwijlick, lint, bonetten, brillen en allerhande webben verkochten; eindelijk doorvleeschhouwers, die vleesch bij het pond verkochten.De gildebroeders moesten een goed vol harnas of in plaats daarvan een goed

roer houden, om op wacht te staan en in tijd van nood dienst te doen.Geen kramers, 't zij van buiten of van binnen, mogten op straat, anders dan in

hunne huizen, geen vreemden in hun herberg, veilen of verkoopen dan op de vrijejaar- en weekmarkten. Het was mede verboden buiten de poort in het schependomeenige brandewijnen of andere kramerijen en spe-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 148: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

107

cerijen te verkoopen, als zijnde nadeelig voor stad en gild. Die het gild wilde winnen,betaalde, zoo hij een burgerzoon was, zeven keizersguldens, en van buiteningekomen, acht keizersguldens. Bovendien had hij nog drie daalders te geven vooreen vat bier op den gildenteerdag te verdrinken, en voor den gildemeester engardianen elk een flesch wijn van zes stuivers en een mengelen van drie stuiversvoor den gildeknecht, eindelijk een lederen emmer om in tijd van brand te gebruiken.Niemand mogt, op straffe van een goudgulden, open venster houden daer veilingeis op nieuwjaar, zon-, feest-, vast- en bededagen.Vóór het jaar 1600 was het aan vreemden verboden kazen of andere goederen

met de kleine maten of gewigten onder de 25 ponden op de markt of op den stroomuit te venten. In evengemeld jaar werd hun echter alleen het verkoopen van kaasboven de 25 pond op de markt toegestaan, die dan, op straffe van vijf goudguldens,op de waag moest afgewogen worden.Bij overlijden van iemand van het gild, man of vrouw, mondig zijnde, werd een

gildekleed voor de begrafenis gebruikt en moest daarbij, op straffe van eenmengelenwijns, uit het huis van ieder gildebroeder één persoon tegenwoordig zijn.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 149: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

108

Op boete van vijf goudguldens mogt verder niemand onregtmatig verkregen goedkoopen of verkoopen, ten ware dit van 's lands openbaren vijand was geroofd. Menmogt, op straffe van een halven goudgulden, met een oneerlijken verkrijger geenomgang houden, ten ware dat hij zich gebeterd had. Hetzelfde geschiedde wanneeriemand van het gild in maat of gewigt bedrog pleegde. De gildebroeder, die op lastvan den gardiaan door een bode opgeroepen werd, mogt, op verbeurte van driestuivers, niet wegblijven, terwijl de gardiaan wegblijvende, een kan wijn had te geven.Wie tot gardiaan gekozen was, moest die betrekking, op boete van een goudgulden,aannemen. Ieder gildebroeder moest op straffe van f 3 deugdelijke waar verkoopen.Niemand werd in het gild toegelaten, die met eene vrouw buiten echt in gemeenschapleefde. Het was aan de gildebroeders verboden om buiten toestemming der stedelijkeRegering onderling over de wijze van verkoop hunner goederen bepalingen vast testellen. Op de gildenteerdagen mogt niemand met steen of kaarten spelen, op boetevan drie daalders.

Het St. Eloijen- of smidsgild.

Onder gelijke vereeniging behoorden de grove

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 150: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

109

en kleine smeden, met name de goudsmeden, tinnegieters, hoefslagers,messenmakers, slotenmakers, helmslagers, ketelers (ketellappers), koperslagers,bussenmakers, sporenmakers, wagenmakers, zwaardvegers, scheijemakers,haemakers, bogenmakers en zadelmakers. Bij gildebrief van 14 april 1591 erkendede Regering hunne vereeniging hoofdzakelijk onder de volgende bepalingen. Aanhet hoofd van het gild stonden een gildemeester en vier gardianen, die over detoetreding hadden te beslissen. De voorwaarden daartoe waren dezelfde als voorde timmerlieden. Men moest op boete van zes stuivers elke vergadering bijwonen,waarop niemand, op straffe van een vat bier, eenige scheldwoorden mogt uiten.Het was verboden een knecht aan te nemen, die bij zijn vorigen meester nog eenigeschuld had. Eveneens om, buiten toestemming van gardianen, 's morgens vóór vieren 's avonds ná acht uur te arbeiden, bij verbeurte van een kwart wijns. Vreemdemeesters mogten niet anders als op jaar- en weekmarkten ijzer verkoopen. Deneersten zondag in december was er een gemeenschappelijke maaltijd voor alleleden van het gild. Op zon-, vast- en bededagen mogt niet gearbeid worden. Hetwas verboden eenigen vreemden meester voor zich in zijne smidse te laten

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 151: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

110

arbeiden. Wie ijzer, staal of kolen wilde verkoopen, moest zulks door den bode ofgildeknecht aan de smeden doen verwittigen, voor wie de gardianen hadden tekoopen. De wanbetaler bleef vervolgens tot aan het voldoen zijner verpligtingenvan het gild uitgesloten. De gardianen hadden de bevoegdheid den opkooper vangestolen ijzer gedurende een jaar in het uitoefenen van zijne betrekking te schorsen.Ieder meester moest op alle hoogtijden anderhalven stuiver voor hoogtijdengeldgeven. Van het gild was uitgesloten wie met eene vrouw buiten echt leefde. Opstraffe van vijf goudguldens was het verboden onderling afspraken te maken overde wijze van verkoop of aankoop van voorwerpen. De regerende burgemeestersverleenden den gardianen de behulpzame hand bij de invordering der geldboeten.Bij de begrafenis van een lid van het gild moest er, op boete van drie stuivers, uitelk huis van een gildebroeder minstens één lid tegenwoordig zijn.

Het schoenmakersgild.

De gildebrief voor dit gild dagteekent van den 16 april 1591. Bij de intrede daarvanhadden de schoenmakers te betalen eene som van f 8:

f 8transporteere

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 152: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

111

f 8transporten verder:

f 1voor de gildetafelf-15voor de armenf 2-10voor den lederen emmerf 1-10voor het doodkleedf 0-12voor den gildeknechtf - -16Op de leermarktf - -12Voor de meid haar moeite, daar de

gildebroeder wordt aangenomen

f 1-5(1)Tot des gilden zilveren beker

f 8-Aan de gildemeesters en de viergardianen elk een flesch wijn tot 30stuivers

f -8Aan den gildeknecht een mengelen wijnf 8-6Voor de ton bier op den Teerdagmet den

accijns_____f 32-4

Zij moesten burger zijn en ook een goed vol harnas of een goed roer houden.Niemand van het gild mogt, op straffe van dit te verliezen, geld nemen van eenigebuitenlieden om daarmede vellen

(1) Op het Museum van Oudheden treft men nog eenige van onze gilden overgebleven fraaijezilveren bekers aan.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 153: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

112

te koopen op de straten of op demarkt, of in andere steden, of die voor 1 Septemberuit de kalk verkoopen. Ook mogten geen twee personen uit een huis gaan om vellente koopen, bij poene van een vat bier of drie daalders. Men mogt mede geeneknechten of meiden onderhuren. De arnhemsche leerjongens moesten een halvendaalder geven voor zij ter werk gingen: de vreemden daarentegen een keizersgulden.Deze mogten daarom niet gaan bedelen, maar wel, ingeval van nood, voor de

deuren van goede lieden om eten bidden. De arme weezen der stad waren echtervan de betaling van dit geld vrij. Men moest op de vergadering verschijnen, waar,op verbeurte van een ton bier, geene lasterlijke, onkuische en onbekwame woordentegen den gildemeester, gardianen en gildebroeders gesproken mogten worden.Het was op verbeurte van een vat bier verboden op de gildenteerdagen om geld ofbier met steen of kaarten te spelen. Omtrent de begrafenis bestonden gelijkebepalingen als bij de vroeger genoemde gilden, evenals aangaande het verbod totwerken of verkoopen op de vier hoogtijden en vast- en bededagen, en betreffendehet koopen van gestolen goederen. Wanneer zich twee gildebroeders in een huisbevonden om vellen

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 154: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

113

te koopen was het een derde, op poene van een vat bier, verboden daarbijtegenwoordig te zijn. Ook moesten de gildebroeders elkaâr in alles getrouw helpenraden en de behulpzame hand bieden.

Het kleermakersgild.

Het kleermakersgild te dezer stede dagteekent van den 14 april 1591. Met dengildemeester stonden aan het hoofd hiervan zes gardianen, waarvan er jaarlijks inoctober twee gekozen werden. Die in het gild opgenomen wilde worden moest vierstukken werk maken, zooals door de gardianen zoude worden bepaald. Beunhazenmogten, volgens magistraatsbesluit van 28 januarij 1651, alleen oude kleederen enwerken verstellen benevens omkeeren. Ingeval van ongehoorzaamheid van eengildebroeder zouden de gardianen dezen een bode om den knechten hun werk tedoen verbieden. De ambachtslieden ‘die in het pelserambt niet waren’, mogten dit,op straffe van een vat bier of drie daalders, niet uitoefenen. Op gelijke straf mogtmen niet meer dan één leerjongen aannemen. Voor dit gild golden wijders velebepalingen, die bereids hierboven werden medegedeeld.

Het weversgild.

Ook voor dit gild, dat den 16 april 1591 op

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 155: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

114

nieuwwerd gereglementeerd, golden vele der bereids hierboven gemelde bepalingen.Twee of vier gewezen gardianen (hier waren er zes) namen jaarlijks de rekeningdaarvan op. Geen meester mogt in stad en schependommeer dan drie touwen aanden gang houden. Indien een werk verwarde, droeg de meester daarvan de schade,zoo dit door zijne schuld of die van zijn leerling geschiedde. Had echter demeesterknecht het gedaan, dan was de schade voor diens rekening. Verboden wasdes nachts bij de kaars of bij licht te werken, behalve van Johannes onthoofding totPaschen, wanneer zulks van 's morgens 5 ure tot 's avonds 9 ure was toegestaan.Leerlingen moesten twee jaren weven, waarvan het eerste jaar tegen half loon,alvorens tot het meesterambt te kunnen worden toegelaten. Bij vriezend weder,waarbij de vorst in huis kwam, was het weven, op straffe van één goudgulden,verboden. Niemand mogt dan het werk weder opvatten eer de vorst overgegaanwas zonder consent der zes gardianen. Alle gildebroeders hielden den derdenzondag in october eenmaaltijd, bij welke gelegenheid de gardianen gekozen werden.Men moest die betrekking op verbeurte van één goudgulden aannemen. Degardianen beslisten in het hoogste ressort alle geschillen tusschen de mees-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 156: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

115

ters en hunne knechten. Aan den gildebroeder, die de verpligtingen jegens zijncrediteuren niet nakwam, werd het voortzetten van werk verboden. Men mogt alleenin de week voor den teerdag zijn touw verzetten van wollen tot linnen of omgekeerd.Het was verboden van de vergaderingen weg te blijven, elkaâr hier voor te liegenof met onbetamelijke woorden aan te spreken. Ook alle geschillen tusschen debroeders werden door de gardianen beslist. Op verbeurte van een vat bier mogtmen in geen herberg gekijf maken, en aldaar of in eenige bijeenkomst van het gildmet steenen of kaarten spelen. Wie in onechtelijken staat leefde was van het ambtuitgesloten: daartegen handelende, werd men bovendien met boete van ééngoudgulden gestraft. Geen knaap van het gild, die den kost kon verdienen, mogtop dezelfde straf om brood bidden. De weduwe van een gildebroeder genoot meteen goedenmeesterknecht de geregtigdheid van het gild, dochmoest bij het aangaanvan een tweede huwelijk zelve of door haar echtgenoot op nieuw het gild winnen.Wie zich op den teerdag of andere bijeenkomsten van het gild zoodanig in eten ofdrinken te buiten ging, ‘dat hij in de herberg of voor de deur overgave’, betaaldeeen vat bier of drie daalders.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 157: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

116

De knechten genoten wekelijks anderhalven stuiver, voorts drank en potage; dieten huize der meesters sliepen betaalden dezen daarvoor en voor het wasschenvan een hemd anderhalven stuiver, op straffe van tien stuivers. De meesters mogtendit bedrag niet kwijtschelden. Geen meester kon, op verbeurte van een vat bier,arbeiden voor iemand aan wien een ander te kort was gekomen. Het was dengildebroeders verboden op zon- en feestdagen te werken, op verbeurte van eengoudgulden. Bij begrafenissen werd het lijk door de gardianen gedragen, die ookvan alle beloopen boeten aan den eersten burgemeester hadden kennis te geven.Om het gild te winnen moest men, volgens nader magistraatsbesluit van 22 october1686, in tegenwoordigheid van de gardianen of hun gecommitteerden op eenonpartijdige plaats als proefstuk maken ‘een stuk pellen van vrouw Op ten Noorth's(de echtgenoote van den toenmaligen burgemeester) bloem, van 3200 dradenscherings van 5/4 el’.

Het bakkers- en brouwersgild.

De gildebrief hiervan dagteekent van 19 april 1591. Zoo de dochters van eengildebroeder huwden met mannen, die niet tot het gild behoorden,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 158: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

117

mogten deze het gild winnen met f 3.50 (in plaats van anders f 8) mits betalendehet vat bier en den gildemeester, gardianen en den bode verder hunne geregtigdheidgevende. Wie zelf niet kon bakken of brouwen mogt er een meesterknecht opnahouden. Vreemden, niet tot het gild behoorende, konden alleen op de tweemarktdagen brood verkoopen. Om brood te verkoopenmoest men een oven hebben.Jaarlijks werden er op den eersten zondag na Martini twee nieuwe gardianengekozen, die vier in getal waren. Tegen het gild of gardianen wederspannige broedersvervielen in eene boete van één gulden.De gardianen konden den ongehoorzamen gildebroeders door den bode het

werken met zijne knechts doen verbieden. Wie gildemeester of gardianen noodighad moest dezen een flesch wijn geven en den bode drie stuivers. Het was aanbrouwers verboden aan een tapper, die een ander niet betaald had, bier te leveren,op straffe van een vat bier. Ook mogt men geen gestolen koren koopen, ten waredit op de vijanden was geroofd. Aan de broeders was verboden onderling, buitenconsent van de Regering, bepalingen te maken betreffende den verkoop van hunbier, brood of weggen. Men moest elkander in alles getrouw helpen en

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 159: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

118

de hand bieden, en alle onredelijkheid verhoeden. Alle boeten vervielen voor dehelft aan de stad en voor de wederhelft aan het gild. Overigens was het gild nogaanmeerdere, bereids hierboven bij andere gilden gemelde bepalingen onderworpen.

Het goudsmedengild.

Het ontstaan van twisten tusschen de grof- en goudsmeden deed de Regeringbesluiten, bij brief van 28 april 1616 voor laatstgemelden een afzonderlijk gild in hetleven te roepen.Om goudsmid te wordenmoest men het ambacht vier jaren binnen de stad hebben

geleerd, of drie jaren als gezel bij een en denzelfden meester gewerkt hebben. Wiezich onbevoegd onledig hield met goud of zilver te verwerken, drijven, snijden, ietsdaarvan te gieten, te drukken of te smelten, betaalde voor de eerste maal twintigdukaten, voor den tweeden keer het dubbele, voor de derde maal het tweedubbeleen verviel voorts in arbitrale correctie. In dezelfde straf vervielen alle meesters, dieop eenige wijzen onbevoegden buitenshuis in het werk stelden. De groote keur vanzilver mogt niet anders gemaakt worden dan van elf penningen fijn zilver, ter remedievan een derdepart van

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 160: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

119

een penning, ‘volgende de stalen of patronen, die zij tot dien einde uit handen vande generaalmeesters van de munt op hunne kosten zullen mogen ontvangen.’ Voorverkoop mogt geen slechter goud verwerkt worden dan van spaanschen pistolen‘houdende 22 karaat, ter remedie van een vierendeel van een karaat, volgende denaelde of staale die zij van de generaele meesters mogten ligten.’ Alle zilversmedenwaren gehouden ‘aan te teeken (aanteekening te houden), gelijk zij mede moestendoen van alle werk, dat zij van anderen ingekocht hadden’. Op overtreding stond‘verbeurte van twee nederlandsche dukaten voor elk stuk, terwijl het werk in tweeëngeslagen werd, en dit alles onverminderd het werk geslagenmet den hamer, hetwelkzij met het teeken van deze stad zullen doen teekenen, op de verbeurte van vierder voorschreven dukaten op elk stuk’.

Het chirurgijnsgild.

Dit werd den 22 april 1620 opgerigt. Om daartoe te kunnen behooren moest menaan een akademie het doctorschap verkregen hebben en in die kunst wel ervarenzijn. Vreemde kwakzalvers mogten hier alleen des zaturdags, met toestem-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 161: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

120

ming van den burgemeester, hunne zalven, oliën, pulveren of dergelijke verkoopenen bovendien met voorweten van den ordinaris medicus. Wanneer zij zonder dienstoestemming iemand iets ingaven werden zij arbitrair gestraft. Operateurs, mettoestemming van den magistraat toegelaten, moesten zich vóór elke operatie bijhet college der chirurgie aandienen, waarbij dan een der gardianen had tegenwoordigte zijn, die voor zijne presentie een schelling genoot en gelijk bedrag voor de armenontving. Ieder, die in de stad wilde toegelaten zijn tot het handwerk der chirurgie,om open vensters te houden, te verbinden, ader te laten, te scheren en tand tetrekken, moest eerst het burgerschap en het gild der chirurgijns en barbiersgewonnen en voldaan hebben, op verbeurte van vier goudguldens. Verder moestmen zijn leerbrief vertoonen en in tegenwoordigheid van den ordinaris medicus envan het gezamenlijke gild geëxamineerd worden over het volgende: 1. Een onderzoekvan anatomie in 't generaal; 2. hoeveel aderen in het menschen ligchaam mogtengeopend worden, hoe zij heeten en waarbij zij gelegen zijn. Of men ook arteriënopenen mag en bij welke gebreken; 3. welke wonden doodelijk zijn of kwaad om tegenezen; 4. hoeveel fracturen

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 162: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

121

gemeenlijk gebeuren kunnen en de breuken van een fractuur; 5. op hoeveel manierende distelocatie geschieden kan, en de teekenen van dien, en hoe men weet dat hetgerestaureerd is, en eenige dergelijke, naar het formulier, dat alle chirurgijnsbehooren te weten.Art. 6 van den gildebrief meldt verder het volgende aangaande de chirurgijnsproef

enz.: ‘Die proeve is, dat hij twee lancetten uit 't vuur gesmeedet sal bereijden waarmeede hij sal laeten ter geleegener occasie eenige anderen hem voorgestelt, alsdie gardianen van het gild sulx moegen eijsschen; dit geschiedt sijnde, sal hij degeregtigheden des gilde betalen, namentlijk ses daalders tot dertig stuijvers, endeeenen halven daelder voor den armen; item eenen leederen Emmer, ende die tweegardianen in der tijd elk een vlesse rijnsche wijn; doch die komen van eenen meestervan 't gilde sullen niet meer als drie daelders geeven, maer alle die andere poinctenin 't geheel agtervolgen.’ Op den jongsten chirurgijn rustte de verpligting het gild tebedienen en bijeen te roepen, wanneer de gardianen dit verlangden, op verbeurtevan een goudgulden. Bij het aannemen van een leerjongen moest men het gild eendaalder betalen en een halven aan de armen. Nog luidde artikel 9 van den

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 163: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

122

gildebrief: ‘Geen meester sal 't eeniger tijd eenige extripatie eenen voorneemenlaten doen of trepanatie of diergelijke groote operatie, dan in het bijweesen dermedici en der twee gardianen; op poene van ses goltgulden der gilde te verbeuren.’Volgens artikel 10 moesten de chirurgijns en meesters alle patienten op hunverlangen komen bezoeken, konden zij vijf stuivers voor elke visite rekenen; terwijlhet vrijstond naar goedvinden van geneesheer te veranderen. Ook hadden zij vanelken gekwetsten patient aan den burgemeester kennis te geven. Van de boetenkregen het gild, de gemeente en de armen elk een derde deel.

Het St. Josephs- of timmermansgild.

Bij gildebrief van 10 april 1649 werden door den magistraat voor dit gild bepalingengemaakt. Menmoest om dit te winnen burger zijn en binnen het schependomwonen;verder zeven keizersguldens betalen (vreemden acht) en een lederen brandemmergeven, alsmede een vat bier om op den teerdag te verdrinken. Bovendien werd voorden gildemeester en elken gardiaan een flesch wijn gevorderd en een mengelenvoor den bode. Tot het gild behoorden alle timmerlieden, kistenmakers, kuipers,raden-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 164: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

123

makers, beeldsnijders, wrijters of stoeldraaijers, wannemakers, maalders,steenmetselaars, leidekkers, glazenmakers en verdere bearbeiders van hout. Allemeesters, die er toe behoorden, moesten een vol harnas houden of in de plaatsdaarvan een goed roer met toebehooren, tot genoegen der schepenen,burgerhopman en bevelhebberen van de vaandels, waaronder zij ressorteerden.Bij overlijden stond het aan de achtergebleven vrouw, zoolang zij weduwe bleef,vrij de zaak met een goeden meesterknecht voort te zetten. Uitoefening derbetrekking, alvorens het gild gewonnen te hebben, werd met eene boete van viergoudguldens gestraft. Geen meester mogt meer dan één leerjongen aannemen ofeen knaap in het werk stellen, die aan een ander iets schuldig was gebleven.Steenhouwers-leerlingen moesten vier jaren lang en die van metselaars drie jarenwerkzaam blijven. Het was verboden iemand aan te nemen, die in kwaad geruchtstond of met eene vrouw buiten echt leefde. Naauwkeurig was onderscheiden watde kistenmakers en de groftimmerlieden moesten verrigten. Eerstgemelden, die alsproef een uittrektafel te vervaardigen hadden, mogten slechts alle paneelwerkmaken, dat met den stijlploeg gearbeid wordt en de laatsten, voor wie de proef ineen kruisraam bestond, alle grofwerk

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 165: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

124

van ouds tot hun handwerk behoorende, als zolders enz. Doodkisten konden doorbeiden getimmerd worden. Op overtreding daarvan stond een ton bier. Wie op devergaderingen of teerdagen twist maakte of met steen of kaart speelde, verbeurdehetzelfde. Verdere proeven tot het winnen van het gild bestonden o.a. voor eenkuiper in het vervaardigen van eene bierton, eene kuip op drie beenen en eenekern; voor den radenmaker in een rad of stortkar; voor den wrijter in eene wieg metstoel; voor den metselaar in een kruisraam van tigchelsteenen, gehouwen met eenstootbijl, met een haard op een schoorsteenboezem uit te wulven, met eenkruisgewelf met gesneden voegen. Het proefstuk der glazenmakers bestond in hetuitteekenen, beschrijven en voegen van eene historie, voor zooveel hen betrof, diemede het ambt van glazenschrijven wilden uitoefenen; terwijl glazenmakers slechtseen wit glas op een steek hadden te maken. Steenhouwers moesten bewijzen vanbekwaamheid leveren door het maken van een helm op een zerk, of van eendubbelen wenteltrap uit witten steen te houwen. Mandenmakers hadden eenoverdekten matstoel te vervaardigen met vierkanten bekerkorf, waarop deksel.Niemand mogt, op boete, van de vergaderingen, die in de Broederenkerk plaatshadden,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 166: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

125

waar meerderheid van stemmen besliste, wegblijven. Het maken van onderlingebepalingen omtrent arbeidsloonen buiten toestemming van de Regering werd metboete van vijf goudguldens gestraft. Bij begrafenis van een gildebroeder moest, opboete bij wegblijving, uit elke woning een lid van het gild tegenwoordig zijn: het lijkwerd dan door de gardianen gedragen, die hiervoor elk een mengelen wijnsontvingen. Voor het doodkleed van het gild kregen gardianen en het gild elk f 3.Op dit kleed legde men oudtijds de schilden van het gild.De teerdag, vroeger in maart gehouden, had later (1672) in junij plaats, om vuur

en kaarsen uit te sparen.

Het tappersgild.

Dit bestond hier sedert 5 mei 1653. Daartoe behoorden de wijn- en biertappers,herbergiers, die nachtherbergen hielden of passagiers voor geld logeerden. Om tothet gild te kunnen behooren moest men eerst het burgerschap winnen, daaraanacht goudguldens geven en aan de stad vier, benevens een lederen emmer. Wiezich zonder consent of voorweten mogt vergrijpen in gelagen of gasten te zetten ofmet haalkannen wijn of bier

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 167: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

126

te verkoopen, verbeurde telkens tien goudguldens. Op straffe van verlies van hetgild en boete van 20 goudguldens was verboden, willens of wetens ligtvaardig volkte herbergen of huisvesten. Ook mogt men uit geene ongeijkte kannen tappen enden wijn of het bier voor minderen prijs verkoopen dan door de Regering wasbepaald.

Het schippersgild.

In het jaar 1695 den 8 mei vernieuwde de Regering den brief van het schippersgild.De schippers moesten ingevolge hiervan vuur en rook binnen de stad en hetschependom hebben (burgers zijn) en hunne meerderjarigheid hebben bereikt:anders mogten zij geen vrachten aannemen of daarom spelen (dobbelen). Zijmoesten verder een goed schip bezitten, voorzien van behoorlijk gereedschap enbekwaam om de reizigers naar behooren te gerieven, zonder zich bij het afvarenof op reis te bedrinken of de passagiers kwalijk te bejegenen. Op hen rustte deverpligting een borgtogt van f 300 te stellen tot verhaal van de door reizigers enkooplieden te lijden schade. Bij verzuim hiervan waren de gardianen persoonlijkvoor de schade aansprakelijk. De zoon van een gildebroeder betaalde

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 168: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

127

bij zijne intrede in het gild zes guldens en een burgerzoon f 12, behalve degeregtigdheid voor de overlieden en den gildeknecht. Bij voorvallende legertogtenmoest de schipper zich, tegen vastgesteld tarief, tot het doen van transporten gereedhouden. Het was op f 6 boete verboden, zich onderling te verbinden om reizigersboven billijkheid te beschatten.Op alle schippers rustte de verplichting om ten bestemden tijde af te varen en

hun vertrek twee dagen vooraf door een omroeper bekend te maken. De gildeknechtluidde dan een half uur voor het vertrek gedurende een kwartier de klok, ging daarnamet de bus naar het schip en maakte vervolgens het touw op klokkenslag los. Deschipper, wiens schip volgeladen was, mogt, tot nadeel van andere gildebroeders,geen ander schip meer aannemen. Bij het ontstaan van quaestiën tusschen deschippers onderling en tusschen hen en reizigers of kooplieden, was aan dentijdelijken deken dr. AnthonyGaijmansmet de overlieden van het gild de bevoegdheidopgedragen, alle verschillen in het stuk van scheepvaart, lading en varen vanvrachten en koopmansgoederen, als goede mannen op het gevoegelijkst totbeslissing te brengen.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 169: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

128

Veluwsche Kinderliederen.Verzameld door A. Aarsen.

Suja, suja, kiindje!Papje steet in 't spiindje;

Melkje van de bonte koe,Kiindeman, doe oew oogjes toe!

Wil i dan niet zwiigen,Dan zal 'k 'n gardje kriigen

En sloan oe al veur oew bloote gadje,Dat jii beginnen te griinnen.

Hier hebben wii 'n vinkjeAl inne dezen dans;

Wat zeggen wii tegen dat vinkje?Is dat oew rechterhand?

Is dat oew linkervoet?Van alles wat jii doet?

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 170: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

129

Kom, snoepertje! ga 's zitten,Al ieder op 'n stoel,

En geef dat mooie meisjeOp ieder wang een zoen!

Rikkikkik zat op den wagenRikkikkik moest planken zagen;Rikkikkik viel in de sloot,Rikkikkik was nog niet dood.

Op de Bibelebonsche bârgenWonen Bibelebonsche menschen;

En die Bibelebonsche menschenHebben Bibelebonsche kiinder;

En die Bibelebonsche kiinderEten Bibelebonsche pap

Met den Bibelebonschen lepelUut den Bibelebonschen nap.

Duuster, duuster gangetje!Wie zit daar in dat gangetje?

Maria! Maria!1)

1) Of de naam van een ander spelend meisje.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 171: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

130

Wat heeft Maria op den schoot?Een klein kiindje.

Wat heeft dat kiindje in de hand?Een mooi boekje.

Wat steet 'r in te lezen?Voai'r en moei'r sloapen alleen,En ik lig in 'n kribbetje.Het kribbetje is te maken,Dan sloap 'k in 'n laken;Het laken dat is in de wasch,Dan sloap 'k in 'n plas;De plas die is te diep,Dan sloap 'k in 't riet;Het riet dat is te lang,Dan sloap 'k bii de slang;De slang die is te biister,1)Dan sloap 'k bii de liister;De liister is te mooi,Dan sloap 'k in 't hooi.

Miin voai'r is een boerMiin moei'r een boerin,

Dus kun jii wel begriipenWat wii veur klantjes zin.

1) Biister, leelijk, afschuwelijk.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 172: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

131

Zoo'n klantje ben 'k al 'ewest,Zoo'n klantje ben 'k nog,

En die 'r wat op te zeggen heeft,Die komt 'r moar op of.

Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven!Hanne met den Bok die kwam me tegen,Hanne met den Bok die had 'n koe,Die heurde Hanne met den Bok niet toe.Hanne met den Bok die ging in den oven,Ze p.ste dat de vonken stoven.Toen kwam Jan de Bakker met z'n lat,Die sloeg Hanne met den Bok veur 't gad.

Ginds komt kleine hennetje aan,A's zii komt, dan komt ze hier;A's zii drinkt, dan drinkt ze bier;A's zii bakt, dan bakt ze brood;A's zii stârft, dan is ze dood!Woar zullen we heur begroaven?Al onder Joosjes hoaven.Al onder Joosjes lindeboomDoar ligt een Engelsch schip.De Franschman is gekomen,Die is nog rijker dan ik.Hulpe, tulpe, tuumen!

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 173: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

132

Een hoed met pluumen!Een rok van perkament.De heele stad is afgebrandAl door dien gekken vent.

Tuinman! is oew dochter ook in huus?Wie-de-wie-de-wiet van bom!

Wat wol jii met miin dochter doen?Ik wol heur geven 'n morgenzoen.Wie-de-enz.

Miin Hannesje1) is nog veel te jong.Zii houdt zooveel van de zevensprong.Wie-de-enz.

Tuinman met ziin lange jasZat te krabblen in de asch.Wie-de-wie-de-wiet van bom!

Die den kost met spinnenMoet winnen;

Die moet 'r zoo sobertjes teeren;'s Avonds 'n potje met melk bii 't vuur,De botter zoo dunnegjes smeren.

1) Of de naam van een ander spelend meisje.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 174: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

133

HoppelepopMiin broodje is op.

Miin zakje is noar de meulen.Ik heb nog 'n klein stuuvertje,Dat is geen centje te veule.

Wie woont 'r in 's Konings hofje?Een Koningsdochter.

Wie heuren al de meisjes toe?Miin.

Mag 'k 'r een van heb'n?Een is al te weinig.

Twee dan?Twee is net van pas.

Drie dan?Drie is al te veel.

Dan zal 'k 'r een van stelen.Dan zal 'k noar Jan den

diender goan,En loaten oe den kop

afsloan;Hippentrip!Hippentrip!

Vat moar achter an miin slip!

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 175: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

134

Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven.Jan van den Beld die kwam me tegenAl met een benne op den rug.Wat moest dat bennetje gelden?Twee gouden spelden.Een kooltje vuur,Een kooltje vuurIs al te duur.

Geef miin dan 'n klap an 't heufd,'N klap an 't heufd doet al te zeer,Geef beide oortjes miin moar weer!

Jan Dik, Jan Dik, Jan Dellen!Zal 'k oe eens wat vertellen?Maria1) geet a's bruudMet Kloas Jansen1) voor en achteruut.

Doar was 'n old wiif;Ze was wel zestig joar;Ze reup tot heur dochter:De woagen is kloar.Zii veuil op heur rug,Van schrik brak heur been;

1) De namen der verloofden in spe variëeren.1) De namen der verloofden in spe variëeren.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 176: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

135

Zii kweem voor het lestIn een houtkuup1) alleen.

Komt, jongens! komt noe al te moal,Komt eten, want de pap is goar!Dan wasschen wii ons allen knapEn eten gauw den buuk vol pap.Dan goan we noar de deele toeEn weetren2) peerd en os en koe.Dan haalt de kafmeul veur den dag,En scheiden 't koren van het kaf.Dan moak wii 't kloar door wan en zeef,Dat 'r geen onrein overbleef.Dan doet men 't koren in den zak.De boer die hoalt den wagen strak,En loadt het op noar ziinen zinEn voart3) 'r Hârderwiik mee in.Dan is de boer zoo wel gesteld,Thuus kump hii met 'n zak vol geld.Dat ligt hii in de kaste neerBii 't oare geld of.... hii hef niet meer.

1) Triviale benaming voor doodkist.2) Te drinken geven.3) Rijdt. In de Veluwsche spreektaal is varen = rijden.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 177: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

136

Ziepsapshoutje!1)Sla al op 'n boutje,Sla al op 'n es of twee,'k Zal oe werpen in de zee.Kom jii dan te lande,Dan zal 'k oe smiiten met zande.Kom jii dan weer op den diik,Dan zal 'k oe smiiten in het sliik.Heel of, half of!

Biit den keutel den kop moar of!

Hopsa, Jannetje!Stroop in 't kannetjeLoat oew popjes dansen!

Loop met oew kop noar den maandag toe,En verder noar de Franschen!

Wie klopt doar?Anneke Tanneke tooverheks!

1) Ziepsap, kweekhout, een houtsoort die zeer vroeg in de lente en zeer spoedig uitbot. DeVeluwsche jeugd snijdt er takken van, ontdoet die door kloppen van den bast en maakt er opeene bijzondere wijze zeer aardige, soms helder klinkende fluitjes van. Als ze die maakt, isde lieve zomer op de komst.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 178: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

137

Wat moet die?'N kooltje vuur.

'K hebbe geen vuur.'k Hebbe oew schoorsteen toch zien rooken.

Dat was bii de buurvrouw.Mag 'k 's even binnenkomen?Veel te vieze klompen.

Klompen uutdoen?Veel te vieze hozen1).

Hozen uuttrekken?Veel te vieze voeten.

De voeten afwasschen?Eerst de gloazen muultjes antrekken.

Vrouw, wat ziet oew huus 'r uut!Kriig 'n bessem en keer 't uut!Wat hebbe i 'n knappe kiinder!'t Schikt nog al!

Mag 'k 'r een van heb'n?Wat zulje ze te eten geven?

Al 't lekkers dat 'k hebbe.Kriig 'r dan moar eene!

Te mee zal 'k oe 'n pot met slangen brengen!Vort, joe lillijke heks!

1) Hoos, hozen, kousen.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 179: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

138

Spinnen, spinnen, Liisje!Alle doagen 'n riistje,1)

Alle doagen 'n webbesje,2)

Dat geet noar Liisjes snebbesje.3)

Te Voassen al op de Rollekoord,4)Heb i doar niet van eheurd?Van drie oarige meisjes?De eene zat 'r te neien5),De ander zat 'r te braaien6),De dârde die zat en spun,En 't allerkleinste deerntje,Die 'r 't meeste geldje wun!Spinnen, Liisje! spin!

De vriiers die keumen 'r in.

Bochel-Kees is moar 'n plugAl met z'n ferme kuiten;

Met een molshoop op den rug,Maar het zit van buiten.

1) E en rijtje.2) Een bosje.3) Mondje.4) De naam van een boerenplaats, 't zij in de werkelijkheid of als fictie.5) Naaien.6) Breien.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 180: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

139

Kloentje, kloentje garen!Mooi meisje van achttien joaren!

Mooi meisje heeft 'r al ommegekeerd,Dat heeft ze van vader en moeder geleerd.

Stiintje!Machiintje!

Spint de droad zoo fiintjes!Zoo fiintjes a's 'n hoartje!Het liikt wel op 'n snoartje.Zeventien jaar, de wereld was om.Mooi meisje! keer oe dan moar om!Mooi meisje heeft, enz.

Of denk jii dat 'k niet dansen kan,Al met miin kromme beenen?

Of denk jii dat 'k geen vriier kan kriigen?Aan iederen vinger wel eene.

Hotze-botze!De kârn is groot!1)'t Hondje ligt achter den ovend dood;

1) Een echt Veluwsche uitdrukking om aan te duiden dat de boter boven drijft.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 181: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

140

Toen kwam Jan de slager,Die zei: 't houdje was mager.Toen kwam Jan de timmerman,Die timmerde 't hondje den staart weer an.

Wipperdewap!Hoe kook jii de pap?Van weitemeel!Hoe kiikje zoo scheel?De schele Griet

Die achter van den mesthoop vlietMet zeven kale jongen.Het liedje is uut'ezongen.

Aan 't Uddelermeer, Sept. 83.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 182: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

141

De oudste Hof der Graven te Arnhem.Door A.J.C. Kremer.

De schrijver der ‘Arnhemsche oudheden’ en andere werken, de geleerde G. vanHasselt, schreef in den foliant welken hij bestemde tot aanteekeningen over Velp,bij wijze van motto, eenige woorden ontleend aan de voorrede der eerste editie vanBayle's Dictionnaire, ze luiden: ‘Il est certain que j'ai toujours souhaité de n'avoirpour mon partage dans ce travail, que le soin de compiler; j'eusse voulu que d'autresprissent la paine de donner la forme aux materiaux.’ - Van Hasselt zei door hetovernemen van dien volzin, welke waarde hij aan zijn arbeid hechtte. Hij maakteuittreksels, schreef die zonder veel orde op en wendde geen, of zeer weinig moeiteaan, om het gevondene te verwerken. Hij hoopte dat een ander dat doen zoude.Zeker heeft van Hasselt een zeer verdienstelijk werk verricht, want zonder hem

zouden tal van

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 183: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

142

zaken, voor de geschiedenis van Gelderland in het algemeen en van Arnhem in hetbijzonder belangrijk, thans nog geheel onbekend zijn. Zeer weinigen toch hebbenlust, bekwaamheid en tijd om oude geschriften na te pluizen. Uit zijne aanteekeningenis dan ook niet weinig gehaald, door allen die over Gelderland of Arnhem schreven,maar helaas, het kan niet gezegd worden, dat velen hunner voldaan hebben aanwat Bayle en hij verlangden, nl. dat zij een vorm gegeven hebben aan de door hemverzamelde bouwstoffen. Weinigen bezaten bekwaamheid en talent genoeg omvan de verzamelde steenen een gebouw op te richten.Daarmede wil ik niet zeggen, dat met hulp van van Hasselt niet eenige zeer

waardeerbare artikels geschreven zijn, maar wel dat in de meeste opstellen gemistwordt de kennis van oudheidkunde en geschiedenis, die noodig is om aan te vullenwat van Hasselt niet geeft. Van Hasselt zelf ontbrak het niet zelden aan de noodigecritische bekwaamheid, en die wordt bij meest allen gemist.Ik zou zulk een oordeel niet durven vellen, wanneer ik daarvoor niet de bewijzen

kon leveren, en mij zelven verwaand achten, wanneer ik met het schrijven van hetbovenstaande iets anders bedoelde dan een gebrek aan te wijzen, 't welk

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 184: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

143

door ieder die van Hasselts aanteekeningen gebruikt kan vermeden worden, wanneerhij zelf wil. Mij dunkt, wij hebben nu genoeg compilaties over Arnhem, daar mochtnu ook wel eens de hand uitgestoken worden om oordeelkundig werk te leveren.'t Is dan ook niet als een voorbeeld dat ik de volgende bladzijden mededeel, maar

als een proeve.

Bijna bij allen, die ooit over Arnhem geschreven hebben, geldt het als eenuitgemaakte zaak, dat Arnhem zijn oorsprong zal te danken hebben aan een kasteel.Is. An. Nijhoff fantaseerde zelfs op dat thema en bouwde in zijne verbeelding eenslot, 't welk echter nooit heeft bestaan, althans waarvan nergens in oorkonden sprakeis.‘Misschien,’ zegt hij elders, ‘zette er zich - nl. ten tijde toen de natiën van het

noorden en oosten uit hare ontoegankelijke bosschen en uit het hart van Azië opde schoone Romeinsche wingewesten, waarvan ook deze streek een gedeelteuitmaakte, kwamen nederstorten, - zekere, onder zijne landgenooten uitstekende,schoon ons onbekende, Arend, Arnoud of Arnold neder, verzamelde zijneaanhangers, vrienden, magen of gunstelingen rondom

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 185: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

144

zich, en deelde hij aan den omvang van de door dezelve beslagene woningen dennaam van Arnheim, Arendsheim, heim of woning van Arend, mede.’Deze conjectuur is - dunkt mij - geen gelukkige. Hoewel Arnhem zeer zeker niet

is het Arenacum van Tacitus, is er toch geen reden om te onderstellen dat het nietreeds in den Romeinschen tijd onder dien of gelijkluidenden naam bestond, enhoewel heim, gewis woning beteekent, drukt het ook het denkbeeld uit vanlandstreek, meer bepaaldelijk van wat wij thans een polder noemen. Over debeteekenis van de eerste lettergreep Arn, zijn de geleerden het niet eens. Intusschenkan Arnhem evengoed beteekenen een ingepolderd of afgesloten stuk land vanzekere grootheid aan de Arne, als het huis of de woning van Arend.Een huis of slot of kasteel Arnhem komt nergens voor. Bij de eerste vermelding

blijkt het dat men onder Arnhem verstond de parochie.In die parochie lagen eenige heerenhoven (curtes).Bekend zijn: een curtis van de abdij van Werden (Presikhof?), die van Prumen

(de Nijenbeek aan den tegenwoordigen Janssingel), die van Elten (de Buttelaryed.i. het slachthuis, aan den tegenwoordigen Eusebiussingel). In de stad zelf heeftechter zonder twijfel nog een heeren of fronhof

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 186: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

145

gelegen, en dat wel daar waar men thans de Korenmarkt heeft.Verwonderlijk is het dat van Hasselt het 48ste hoofdstuk van het 1e deel zijner

Arnhemsche Oudheden kon schrijven, zonder op de gedachte te te komen watvroeger de Nieuwe markt, zooals hij de Korenmarkt met een ouden naam noemde,geweest was. Daar, aan die markt lagen toch, gelijk hij mededeelt, de hofstedenGelre, de Schure, de alde Kelre, de nye Kelre, het huis de Hoyberch, en dat in 1355,- elders zegt hij, dat de naar zijne meening oudste put op de Korenmarkt stond, endaar ziet men nog ongeveer te midden van het plein, eene kolossale pomp staan.Het oudste munthuis te Arnhem stond mede op die markt (a.v. I, bladz. 213). Aandie markt lag ook een groot en klein Avezaat (avezaat of havezaat is een heerenhuis).Hoe gering die gegevens ook schijnen, zijn zij echter voldoende om tot het besluit

te komen, dat de tegenwoordige Korenmarkt eens geweest is het binnenplein vaneen heerenhof, want wij vinden er in het midden de nooit ontbrekende put, en aandat plein, een heerenhuis (avezaat), kelders, een hooiberg en een schuur. VanHasselt onderstelde dat die schuur in 1310 gebouwd was, doch dat

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 187: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

146

is eene dwaling welke, gelijk de heer Nijhoff aantoonde, berustte op eene verkeerdelezing. In plaats toch van het woord vinarium, gelijk van Hasselt heeft in het eersteartikel van zijne Kronijk van Arnhem, moet men lezen vivarium zoodat niet van eenwijnhuis maar van een vijver sprake is, en de pastorie die de graaf van Gelre (ReinaldI) in 1310, van de heeren van Prumen kocht, kan derhalve niet gelegen hebben opde tegenwoordige Korenmarkt, waar nooit een vijver kan geweest zijn.In 1355, ten tijde van Reinald III, waren de Kelre's, de Schuur en de Hooiberg,

reeds van bestemming veranderd, en er is alleszins grond daaruit op te maken, datdit ook had plaats gehad met de andere gebouwen die tot deze hof behoorden, nl.het vrouwenhuis, de paardenstal, de koestal, en de woonhuizen voor het hofgezin.Reeds voor 1315 had dan ook de hof opgehouden te bestaan: toen woonde GraafReinald op of aan het tegenwoordige St. Walburgsplein, want hij schonk zijnegebouwen aldaar, ‘waarin hij gedurende den laatsten tijd gewoond had’ aan deheeren van St. Walburg, behalve den paardenstal (zie den Schenkingsbrief bijSlichtenhorst), en in 1383 vergunde hertog Eduard aan den Magistraat der stadArnhem, dat hij met de meente, aan de Nieuwe markt tus-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 188: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

147

schen de schuur aan de eene zijde en de munt aan de andere zijde, en zoo dwarsover van Gerrit vanWestenengs-huis tot Arend-Roelofszoons-huis, zal mogen doennaar believen (van H. Arnh. O.d. I, bladz. 200). Nog lang daarna bezaten echter deGeldersche vorsten huizen op de Korenmarkt en genoten uit andere die in de buurtlagen cijnsen.Er is derhalve geen twijfel of Reinald I had vóór hij op het huidige St. Walburgsplein

woonde ergens elders in de stad een wooning, en dat kan wel niet op eene andereplaats geweest zijn als de zooeven aangewezene. Op de plaats van de vroegerepastorie, - welke hij in 1310 van de Heeren van Prumen kocht, - verrees na 1315het Vorsten-hof, later Stadhouders-, nog later Prinsenhof, thans hetGouvernementsgebouw van Gelderland.Hoe de heerenhof, die men voor den oudsten zetel der graven te Arnhem houden

moet, er heeft uitgezien, kan onmogelijk tot in bijzonderheden worden opgegeven.Wij moeten ons derhalve vergenoegen met de grondtrekken die ons door geschied-en oudheidkundigen van zulk een hof worden gegeven.De heerenhoven waren altijd omtuind, soms schijnen zij een burgtachtig uiterlijk

gehad te hebben, 't welk echter niet het geval zal geweest zijn met deze hof, wantze was noch gelegen op eene niet ge-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 189: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

148

makkelijk toegankelijke hoogte, noch in een moeras. Vermoedelijk waren derhalvede gebouwen die tot deze hof behoorden slechts afgesloten door eene hoogepalisadering of een aarden wal om welken een singel liep.Van den put is reeds gesproken. De ligging der opgenoemde gebouwen is tot

nog toe, op een paar uitzonderingen na onbekend. Groot en klein Avezaat lagenop de zuidzijde, de Hooiberg aan de westzijde nabij den noordelijken hoek, de Muntmisschien bij de Muntersteeg; het is mogelijk dat er vroeger een kapel geweest is,want bijna nooit ontbrak aan een heerenhof eene kapel en deze lag altijd aan denoostelijken kant van het binnenplein, omdat de ingang steeds aan de westzijde vanhet gebouw gevonden werd. Waarschijnlijk bestond in de hof ook een rosmolen,die later door een windmolen op den wal, aan de tegenwoordige Korenstraat,vervangen is.Aan de hof grensde een voorplein; daaromheen woonden bedienden, arbeiders,

werklieden, jagers en visschers. Vermoedelijk strekte zich dat voorplein uit beoostenof bezuiden de Korenmarkt.Om de hof vestigden zich allerlei soort van lieden en aan die vestiging zal men

dan ook den eersten aanleg te danken hebben der stegen tusschen

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 190: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

149

de Korenmarkt en de Rijnstraat, ongetwijfeld het meest en oudst bebouwde gedeelteder stad.Heette nu soms die hof Arnhem? Ontleende deze stad haren naam aan die hof?

Ik geloof het niet. Er bestaat eene lijst der inkomsten van de Geldersche vorsten uithet officium Dusinkhof (dat is de hof der zonen of afstammelingen van Duso ofDeuso), waarvan Bn. Sloet in zijn ‘Van Al's’ den korten inhoud gegeven heeft. Ikvermoed, dat die Dusinkhof was de hof waarvan hier sprake is. Achter de zuidelijkerij huizen der Korenmarkt bestaat nog een Duizelsteeg, en vroeger stond aan dennoordelijken stadsmuur nabij de Korenmarkt een Hein Duzentoren. Het geheeleplein met alle gebouwen daarvan lag tusschen beiden, zoodat de Duizelsteeg haarnaam niet kan ontleend hebben aan den Hein Duzentoren of omgekeerd, - maarbeiden waarschijnlijk aan den stichter van Dusinkhof.Gelijk boven is opgegeven, was de ligging van deze hof zeer ongeschikt om er

eene verdedigbare plaats van te maken, en het is dan ook niet denkbaar dat zij ooiteene afzonderlijke sterkte geweest is, later, toen Arnhem versterkt werd, werd zijmet de oude stad begrepen binnen denzelfden muur. Vóór het begin der 11e eeuwwaren op de Veluwe

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 191: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

150

geen oppida of steden bekend, en alzoo moet de stichting van het oppidum Arnhemna dien tijd geschied zijn.Ik vermoed tusschen de jaren 1169 en 1181 toen Gerhard, zoon van Hendrik

graaf van Gelre en broeder van graaf Otto I, graaf was van de Veluwe. Voor dientijd was de Veluwe met brokken bij andere graafschappen ingedeeld, onder hemwerden de verschillende deelen tot een graafschap vereenigd en moest derhalveop de Veluwe een oppidum bestaan. Met Gerhards dood hield de zelfstandigheidder Veluwe weder op, maar het oppidum (de hoofdplaats) bleef en werd later eenevrije stad.Onder zijn bestuur zal de eerste munt te Arnhem geslagen zijn. Mogelijk moeten

de door van der Chijs, op Pl. I, 1e rij no. 1, en 2e rij no. 2 afgebeelde munten aanhem worden toegeschreven.De gronden die voor een en ander zijn bij te brengen, zouden ons voor heden te

ver van ons onderwerp afleiden, en meer plaats beslaan, dan ik van de Redactievan den Gelderschen Volksalmanak durf vergen.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 192: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

151

Het Huis den Brielaer en zijne bewoners.Door een plattelands burgemeester.1)

Op een der Zondagen in de laatste helft der maand November van het jaar 1813zag Barneveld de eerste bewijzen van den aftocht der Franschen uit de Noordelijkegewesten. Een zeventigtal uitgehongerde, opgejaagde Douaniers uit Deventer troklangs het dorp, om in Holland een veiliger verblijf te zoeken. De arme stakkersmeldden zich aan in de herberg ‘de Bonte Koe’, waar Aart van Soeren kasteleinwas, maar 't bekwam hun slecht. Aart toch, een volbloed Prinsjes-man, weigerdeeten en drinken, en toen de Douaniers zich dat met geweld wilden verschaffen, trok,als op den reuk af, eene groote menigte volks op hen los, en dreef de ongenoodegasten, onder het zingen van Oranje-

1) Met toestemming van den schrijver, nu wijlen Mr. Nairac, in leven burgemeester te Barneveld,overgenomen uit zijn ‘Nog een oud hoekje der Veluwe.’

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 193: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

152

liedjes, het dorp uit tot een eind voorbij het huis de Brielaer, de wacht houdende,dat daar geen overlast werd gedaan. De vluchtelingen vervolgden in allerijl den wegnaar Amersfoort. Mishandeld werden de uitgehongerde kelderratten niet, hoewelhet geen wonder zou zijn geweest als hier of daar een stoot of slag ware gevallen,want in de laatste dagen waren de ingezetenen gedurig op rekwisitie gesteld ompaarden, wagens en voerlui te leveren, telkens een span van een half dozijn engedeeltelijk gecommandeerd naar het Hoog-Soerensche bosch om de daar geveldeboomen voor de versterking van Deventer over te brengen; een ander deel om voorhet belegerde Arnhem wachtdiensten te doen.Aan eene bevolking, die grootendeels uit Prinsgezinden bestond, was het ver van

welkom den Franschen tot voerlui te dienen; de wachten werden daarenboven slechtbetaald - de prefect gaf voor, dat de minister geen geld stuurde, nu kan dat waarzijn: Zijne Excellentie dacht zeker: ‘na mij de zondvloed!’ - mannen, wagens enpaarden kwamen afgebeuld, gebroken en gehavend te huis. Geen wonder, dat deDouanenjagers zeer opgewonden in het dorp terugkwamen; gansche kluchtenschoolden bijeen en trokken zingende door de straten.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 194: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

153

Het ruim drinken op de gezondheid van den Prins van Oranje maakte het volk ineen wel wat te opgewekte stemming, zoodat bij de deftigste burgers, onder hetinsmijten van glazen, oranje-bitter en geld werden geëischt.De maire, een man van orde, trachtte met zijne twee gend'armes de rust te

herstellen, maar .... wat beduiden drie mannen tegen eene groote bende, die, alheeft zij zelfs oranje-bitter gedronken, in de zoete hoop leeft, met de Kozakken feestte vieren? .... Daarbij had het volk een hekel aan de namen van maire ensjandaremen; men was grootgebracht onder schouten en dienders; per slot vanrekening werd de maire door een steen aan het hoofd gewond en zou er het levenbij hebben ingeschoten, zoo niet de bode Wilhelmus Cozijnsen het mes uit de handvan den aanrander had geslagen; de maire was nauwelijks in zijn huis, of ook daarmoesten de glazen het ontgelden!De knappe burgerij durfde niet op straat te komen en sloot deuren en vensters;

intusschen was het volk baas en de regeering radeloos. De maire riep de leden vanden municipalen raad en eenige burgers op, om gewapend te zijnen huize teverschijnen, ten eindemaatregelen tot herstel der rust te nemen. In de geschiedrollenis geene aanteeke-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 195: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

154

ning gevonden van de namen der leden van den municipalen raad, die hunburgerplicht volbrachten; wel leeft het in de dankbare herinnering, dat de maire tenminste één kloek burger zag opkomen en wel den bakker A. Groenestein, diegewapend met geweer en degen zich beschikbaar stelde. Dan de aanwinst van eenflink burger en nog wel een bakker, hoe groot ook, bleek geen voldoende versterkingder politiemacht te zijn, zoodat de regeering met de handen over elkâar moest blijvenzitten, wachtende op de dingen, die komen zouden. De tierende menigte daardoorbrutaler geworden, begon den volgenden dag alles, wat maar naar Fransch geleek,om ver te halen: de vlag met stok van den toren, het bord der regie, hetpublicatiebord, dat op het marktplein stond, - verder de paardenmaatstok, deillumineerlatten en glazen, ja zelfs de katheder, die bij de lezingen van hetDepartement tot Nut van 't Algemeen diende, ‘die vervloekte patriottische houtenbroek’, zooals zij hem noemden, moest het ook ontgelden. Dat alles werd onderluid ‘Hoezee!’ en ‘Oranje-boven!’ naar Vetkamp gesleept, daar opeengestapeld enverbrand.Voor het ontsteken, vormde men een bos stroo tot een menschelijke gedaante,

met driekant steekje

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 196: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

155

op 't hoofd en op de borst een papier, waarop met groote letters:

NAPOLION MINSEBEUL.

Klaas de vilder stak dien rommel aan, onder het zwaaien met zijn karpoetsmuts,sprak hij: ‘zoo motte alle paaterjotten en Franzoosse braaien’..... En om denbrandstapel brulde en sprong eene woeste dronken bent, die, door den vuurgloedgeroost, er uitzag als duivels.Geen wonder, dat de burgerij den naderenden nacht in doodsangst doorbracht,

- tot straf van gebrek aan eigen kloekheid.De dag brak aan om getuige te zijn van andere tooneelen. Onder aanvoering van

een schandelijk wijf, Dienders Mient genaamd, zette de geheele smalle gemeentezich in beweging om boomen te vellen voor eerebogen, waartoe de bosschen derboerderij Horsseler waren geplunderd. De burgerij moest touw, Oranje-papier, linten,jenever en geld geven, onder bedreiging van den Rooden Haan. In een paar dagenwas het dorp bezet met eerepoorten, alsof er wel twee nieuwe burgemeestersmoesten worden ingehaald! Was die bandeloosheid begonnen op het loos gerucht,dat de Kozakken in aantocht waren, zij verdween evenzoo door het

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 197: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

156

valsche geroep, dat de Franschen Amersfoort hadden verlaten en te Voorthuizenen op de boerderij de Poppel, in de nabijheid van Barneveld reeds aan het plunderenen brandschatten waren. De maire Jan Barend Mettenbrinsck was de rechte manom van dat geroep gebruik temaken. Door eenige van den schrik bekomen notabelengesteund, deed hij als met een rukwind al de eerebogen inrukken en toen DiendersMient zich daartegen verzette, werd ook deze furie ingerukt en onder geleide derHeeren J.C. Sweijs, secretaris der mairie, en Canter de Munck, geneesheer, doorde politie naar Arnhem overgebracht.Nu ging het een paar dagen goed, maar toen de verwachte Franschen zich niet

lieten zien, kregen de vrienden en vriendinnen van ‘de Maagd van Barneveld’ wedermoed en weldra begon het lieve leventje weer van voren af aan tot dat er door dePruissen, die in de stilte uit Gelders hoofdstad waren ontboden, voor goed een eindeaan werd gemaakt.Onderwijl dit alles gebeurde, hadden de dorpsjongens, zooals wij reeds

verhaalden, er wel voor gezorgd, dat het huis Brielaer nergens last van kreeg. Vanoudsher trouwens stonden de bewoners van dat huis bij de Barnevelders in eereen hoog

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 198: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

157

aangeschreven, zoowel om hunne gastvrijheid en weldadigheid als om dedeelneming in het lief en leed der ingezetenen.De Barnevelder bezit een trouw geheugen van ondervonden goed en kwaad.Ten tijde waarvan wij gewagen werd de Brielaer bewoond door Coenraad Jan

Baron van Zuylen van Nievelt, grootvader van Jane Baronnesse van Zuylen vanNievelt van Schaffelaer, gehuwd met W. Baron van Nagell.In 1811 had Coenraad Jan, die er tot 1837 op vertoefde, dat schoone landgoed

ontvangen van zijn oom, J.H. Baron van Zuylen van Nievelt, heer van Schaffelaaren laatste Ambtsjonker, die het in 1787 overnam van een Scherpenzeels eigenaarRenes.Reeds op de oude kaarten komt Brylaer voor. Het ligt in de buurtschap Glinde.

Brielaer heeft den naam gegeven aan een te Wageningen voor omstreeks drieeeuwen (1543) nog bekend oud geslacht Bryler.In 1377 teekent Steven van Brielaer den verbondbrief tusschen Jan van Bloijs en

sommige steden van de Veluwe, en in 1418 Diderick van Breler, die tusschen Edelenen steden van Gelderland tegen Reinald IV.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 199: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

158

Wij vinden in 1330 Rutghero de Brilaere beboet, omdat hij een jachthond haddoodgeschoten.Gelre's vorsten waren kitteloorig, ook op het jachtrecht hun in het laatst der 12e

eeuw, bijna over de geheele Veluwe afgestaan. De geslachten van Hoekelum enBentinck bekleedden jaren lang het jagermeesterschap; de Hertogen bezaten bijhet kasteel Roozendaal afzonderlijke hondengebouwen; het voer was haver, roggeen garst.Jachthonden waren door alle tijden heen zeer gevierde dieren. Karel de Groote

had vier jachtmeesters voor zijne honden, en de nu nog bij onze landbouwerswelbekende ‘belasting van honden- of voederkoren’ is van dien grooten vorstafkomstig. Het werd ontvangen door den Jagermeester; ook Brielaer moest er aanbijdragen.Dan om van ons onderwerp niet verder af te dwalen:In 1334 betaalde ABernico de Estvelde, Ghysine de Brijlaer en Anuldo de Scaeflaer

thins aan den Hertog.In 1436 heeft Hertog Arnold de helft van een erve de Bryler gevrijd. Reeds in

vorige tijden was de wederhelft van den thins afgekocht, zoodat Brielaer toen vrijgoed is geworden. Het behoorde aan Hilbrandt van Fellicht, Veluwsch edelman,getrouwd met Joffer van Baeck.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 200: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

159

Brielaer is dus van het Landsheerlijkdomein afkomstig en was een hofhoorig goed.De bewoner heette hofhoorig, omdat hij even als de boomen tot het goed behoorde,er aan vast was. Den Hofheer in elk opzicht ondergeschikt, kon hij buiten hem ookgeen recht verkrijgen; daarentegen genoot hij zijne bescherming, beschutting enverdediging. Later is het in thinsgoed veranderd. Die thins werd betaald in plaatsvan opbrengsten in natura met wagens en paarden door de bewoners aan denHofheer verschuldigd. Op de Veluwe behoorden eertijds bijna alle vaste goederenmet de bewoners aan den Heer van den Lande. Adel en Steden maakten daaropuitzondering. Volgens eene opgave van 1534 moesten in de gemeente Barneveldworden gehouden om dienst te doen als idt alinge Landt ende buerte by clockeslaech opgebaet wart, 8 ruiters of reysige en 42 wagenpeerden. Een paar ervenwaren belast met het houden van ½wagenpeerd. Daar men in die dagen geen kanszag van 2 halve paarden een geheel te maken, kwamen daarvoor in de plaats 12roockhoenders voor 's Hertogs keuken. Nu en dan werd er inspectie over die paardenen de harnijsch gehouden b.v. tot Garderen op maenredage nae SunteOdulphus-dage (1534) - evenzoo werden die luidjes bij clocke slaeg opgebaet

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 201: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

160

om aan de vestingwerken, b.v. Arnhem, te komen arbeiden.In onze dagen heeft eene zeer bedenkelijke nieuwe vorm van hofhoorigheid, eene

ongekende vlucht genomen; het zijn de hypotheken op onze vaste goederen. Wezouden de vraag niet durven beantwoorden, welke hofhoorigheid, de oude of denieuwe, de meest drukkende is. Wij zien dagelijks helaas, Hofheeren totonderhoorigen afdalen, maar hofhoorigen zonder beschermenden Hofheer! -Integendeel vaak!De volksoverlevering wil, dat de aangrenzende buurt ‘Engelsche stad’ aan den

Brielaer zou hebben behoord. Die buurt zal dan ook domeingoed zijn geweest.Eenige landerijen heeten ‘de Geldersche Kampen.’Ook de geslachten der van Delen's, Speulde en Dompseler waren eenmaal

bezitters van den Brielaer. Johan Hackfort in 1436, destijds raad van Hertog Arnold,was getrouwd met Geertrui van Dompselaer, dochter van Joost en kleindochter vanGerrit Mor van Dompselaer, een geslacht, dat verscheidene Schouten aan Barneveldschonk. In 1539 zijn hun zoon Bernt Hackfort en zijne vrouw Mechteld van Trijffelerbewoners van den Brielaer. Hunne in glas gebrande wapens bevinden zich ten

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 202: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

161

gemeentehuize, afkomstig van hun nabijgelegen Jachtslot Cotelaer. LambertBentinck, uit Nijkerk, volgde hen op door zijn huwelijk met hunne dochter GeertruiHackfort in 1621. Verder hielden er opvolgende geslachten der Bentincks, namelijk,Lambert - Willem - Lambert, Jan, Beernt - hun verblijf en waren Ambtjonkers. Delaatste stierf aldaar ongehuwd in 1730 en werd te Barneveld begraven. Daarnakwam het goed aan zijn neef Goossens, Geurt Bentinck tot Aller Brielen enBerenkamp, landdrost en Jagermeester van Veluwe, gehuwd in 1756 metWilleminaJane van Reede. Zij hadden drie zonen en zeven dochters. Dat gezin zal wellichtslechts nu en dan op den Brielaer hebben gewoond. Van 1838 tot 1841 is het huisbewoond door de weduwe van den grooten staatsman Jan Melchior Kemper methare kinderen. Na haar werd Dr. J.R. van Maanen, die er de mais-cultuur op grooteschaal en met goed gevolg ondernam, en later Baron van Wassenaer eigenaar.Ook deze waren gulle landheeren, goed voor de gemeente en brachten veel bij totaanleg harer straatwegen. Helaas! in 1873 kwam het beminde oord in sloopershanden, een ras, dat alleen eerbied heeft voor dubbeltjes. Erostratus, die den tempelvan Ephese verbrandde, was ook een slooper.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 203: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

162

Wie herinnert zich niet, dat vriendelijk gezellig landhuis, omgeven door heerlijkebruine beuken en tulpenboomen, zich spiegelende in de frissche waterpartijen? TenWesten was het ingesloten door eeuwenoude iepen-, beuken- en dennenboomen,waarvan de weêrga in den verren omtrek niet te vinden was.Het blanke, nuffige lelietje van dalen en de donkerblaauwe nederige viooltjes, die

de breede grasperken van het voorplein versierden, verspreidden hunne zachte,opwekkende geuren, terwijl de wilde rozen en kamperfoelie tusschen groen enstruiken opschoten.De breede aanleg van het overbosch muntte uit door keur van vreemde heesters

en grooten rijkdom van prachtige beuken en eiken, die daar een weligen grondvonden. Het was dan ook een gelief koosd oord voor de vrolijke zangers en bewonersvan het woud; nachtegalen, lijsters, tortelduiven, fazanten, water- en veldhoendersverlevendigden telken jare de stille en lommerijke dreven, waar zij zoo rustig hunnenesten bouwden en de jongen onbezorgd konden zien groot worden. En wanneerin de Meimaand, na een malschen regen, de doorbrekende zonnestralen hetberkengroen en de seringen deden geuren en de liefdezangen der vogels door de

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 204: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

163

bosschen klonken, dan waande men zich in een aardsch paradijs en werd het hartdankbaar gestemd jegens Hem, die al dat schoone voor ons heeft geschapen - enwij voelden ons betere menschen worden.Thans is er van al die heerlijkheid en natuurpracht niets meer over dan de

ouderwetsche duiventoren. Het huis, dat zoo vele goede landheeren herbergde isonder den moker verdwenen, de schoone bosschen zijn geveld en in de helderewaterpartijen groeit het riet.In het laatst der vorige eeuw gingen drie reizigers over den weg langs Brielaer -

't was lichte maan. Op de hoogte van den ouden duiventoren blijft de oudste derdrie plotseling stilstaan. ‘Hebt ge niets gevoeld?’ fluisterde hij tot zijn nevenman, ‘'tschoot me rakelings langs de beenen.’ ‘Neen,’ was het antwoord, ‘maar wat sluiptdaar ginds over den weg?’ Alle drie hielden stand, om het geheimzinnige voorwerpna te staren. Het was een klein vrouwtje met zwarten hoed en schoudermanteltje.Het schoot buitengewoon snel over den binnenweg langs het moerassige Paddengat,waar het verdween..... Stilzwijgend vervolgden de reizigers hun weg dorpwaarts.....Later fluisterde men, dat het de verschijning was geweest eener

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 205: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

164

lang overleden bewoonster van Brielaer, die zich had willen overtuigen of de schat,daar in een eiken-houtwal begraven, nog aanwezig zou zijn.Wij moeten nog eens naar het jaar 1813 terug. Zooals wij zagen, had de

Pruissische wacht de orde in Barneveld hersteld en was ieder in gespannenverwachting op de komst der Kozakken. De houders van paarden moesten hooi,stroo en haver, van ieder honderd pond, in de kerk brengen, waar het grootefourage-magazijn was gevormd. Wie geen fourage bezat, kocht die in allerijl teAmersfoort of Nijkerk. Het aanvoeren van dit alles gaf eene levendigheid in het dorpals op eene drukke Donderdagsche weekmarkt. Nadat voor de paarden was gezorgd,werden een tiental koeien, die wat vleesch hadden, als vette beesten aangekocht,vervolgens een onderzoek gedaan naar den voorraad jenever, daaraan schijnt,zooals later zal blijken, evenmin als nu krimp te zijn geweest.Bij al die voorbereidende maatregelen was de gegoede bevolking alles behalve

op haar gemak omtrent de houding der Kozakken, die trouwens in geen besten reukstonden. Men schafte zich allerlei eet- en drinkwaren aan om de gasten ten minsteden mond te kunnen stoppen. Eenige familiën zonden hunne kinderen naar anderegemeenten.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 206: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

165

Dit zal wel niet geweest zijn omdat de spraak ging, dat de Kozakken de kinderenaan hunne pieken regen en dan braadden en opaten! - maar dat komt er van alsmen in kwaden reuk staat!Eindelijk kwam de tijding dat de Kozakken, die te Deventer hadden huisgehouden,

den 21 November Voorthuizen waren doorgetrokken en eerlang konden verwachtworden.Inderdaad kwamen Zondag-voormiddags de kwartiermakers reeds. Eenige uren

later volgden de twee à drie honderd man. De hooge rangen werden bij de gegoedeburgerij ingekwartierd, de overigen legerden zich op Vetkamp.De intocht der bevrijders had plaats onder een fraai harmonisch gezang door een

vijftigtal voorrijders aangeheven.Over het algemeen hadden de Kozakken een goedaardig maar zeer ruw uitzicht,

sluiken baard en haren. Uniform kon het mengelmoes van allerlei plunje, van langejurken, schaapsvachten, Fransche uniformen enz. niet genoemd worden. Er warener die vier stel kleeren over elkander droegen. Hunne wapenen bestonden in langepieken en pistolen. Zij bereden op zeer hooge zadels, kleine sterke stekelharigepaarden. Het geheel gaf den indruk van een vuil-bruingrijzen hoop menschen,wemelend van ongedierte.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 207: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

166

Het kamp leverde al zeer spoedig een eigenaardig gezicht op. Groote vuren werdenontstoken, waartoe alles, wat maar op hout geleek, gading was. Daaromheenlegerden zich de manschappen, die inmiddels hunne paarden van het noodigehadden voorzien.Nadat men zich wat ontdooid had, want het was eene koud gure Novembermaand,

volgde zeer plichtmatig de aangeboden jenever in vaten en emmers. De eersteaanvoer, en die beteekende nog al wat, was spoedig verdwenen. De kerels slurptenuit de emmers zooals bij ons de paarden doen, of met potlepels. De tweedebezending volgde op de eerste en daarin werd de noodige peper gemengd om watmeer warmtestof in de verkleumde ligchamen te brengen. Nadat ook diejeneverstroomen verdwenen waren, werden de koeien geslacht en de afgehaktestukken, ongevild boven de vuren aan de pieken gestoken, gerookt en verslonden.De verdere afval in groote varkensketels gestampt, diende tot soep, waarbij danazijn, roggebrood en zout gemengd, en door de echte lekkerbekken, bossenvetkaarssen gesmolten werden. Toen allen van drank en spijzen verzadigd waren,plaatsten zich de wachten bij de vuren en sliep het bivouac weldra in, snorkendedat het een eind ver kon

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 208: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

167

worden gehoord. Wel zorgde Barneveld de slapenden niet wakker te maken.Ten negen uur 's morgens vertrokken de Kozakken in de richting van Amersfoort,

uiterst tevreden over het onthaal. Velen pakten een stuk rauw vleesch onder hunnezadels en menige kruik jenever hing als patroontaschje op den rug, trouwens zijhadden het voor 't grijpen en daarin waren zij handig, zegt de overlevering, maarook van de jagers van Chassé luidt het liedje: ‘Al wat zij zien, dat nemen zij mêe’.En daar was toch heusch niets van aan!Wij zullen de Kozakken laten trekken en niet onderzoeken of zij dezelfde waren

die, volgens Dr. Th. Jorissen, door den heer van der Hoeven op de Veluweopgevangen en onder allerlei gevaren naar Amsterdam werden geleid, waar hunnekomst aan het ‘Oranje Boven’ de overwinning gaf (24 November). Het is evenwelwaarschijnlijk, daar de Kozakken-Majoor Marklay ook te Barneveld werdingekwartierd en wel op den Brielaer, waar hij met zijne paarden, manschappen enechtvriend-zegster slechte herinneringen achterliet. Althans de overlevering verhaaltvan dezen gelukkig, kortstondigen bewoner van het oude kasteel niet veel goeds.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 209: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

168

Afscheidsgroet aan Velp.

(Na eene feestviering van godsdienstigen aard in hetEvangelisatie-gebouw Irene, gezongen op de wijze: Wien Neerlandschbloed.)Door H. Mohrmann.

't Aloude Velp onze afscheidsgroet,Velp, duizend jaren oud,1)

Betreden reeds door Romers voet;Door Romers hand gebouwd

Als op een onverwrikbre rots,Voor klip, noch storm vervaard, -

Zoodat der eeuwen golfgeklotsDit plekje heeft gespaard!

Aan 't schoone Velp onze afscheidsgroet,Velp, 't Geldersch lustwarand,

Waar 't boschkoraal zich hooren doet,En 't bronnat ruischt door 't zand;

1) Reeds in 891 komt het voor onder den naam van Pheleppe en in 1028 onder dien van Vellepe.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 210: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

169

Waar 't golvend graan tot rijpheid stooft,Dra op den sikkel wacht,

En allerwege 't zwellend ooftOns blozend tegenlacht.

Aan 't christ'lijk Velp onze afscheidsgroet,Velp, waar de torenspits

Ons wijst naar 't hoogste en eeuwig goed;Irene als goede gids

Tuigt van dien onwaardeerbren schat, -En 't hulkje, op 's levens zee

Door 't schuim der branding overspat,Leidt naar de veilge reê!

Aan 't vriendlijk Velp onze afscheidsgroet,Velp, 't ons zoo gastvrij oord,

Waar 't ons zoo lieflijk was en goed,Als ooit in Zuid of Noord.

Uw gulheid, Vrienden-, Broederschaar!Troont u in 't Geldersch bloed;

Wij wijden U ons dankaltaar!Aan Velp onze afscheidsgroet!

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 211: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

170

Historische aanteekening.Door Johs. Hk. Jonckers.

De Hollandsche Officier, die, bij den overtocht der Franschen over den Rijn bij hetTolhuis van Lobith, den Grooten Condé de éénige wonde, die hij ooit ontving,toebracht, heet bij Voltaire, Siècle de Louis XIV: ‘Ossembroeck.’ Volgens GeneraalKnoop in de Gids, 1851, II 163, wordt hij elders ook ‘Hasebroek’ genoemd. Hetletterteeken ae schijnt echter bij Voltaire niet voor oe maar voor ü te staan. Nu vindik te Heteren 13 Juli 1687 een kind gedoopt van eene doorreizende soldatenvrouw,wier man in garnizoen lag te Maastricht onder den Heer Weeber, ‘Capt. onder 'tRegiment van Osenbruggen.’ Zou deze Osenbruggen - een bekende Hollandschefamilienaam - ook de Ossembroeck van Voltaire kunnen zijn?

Heteren.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 212: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

171

Geldersche spreekwijzen, zeden, gewoontenen gebruiken.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 213: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

173

Hoe Peterboer alles kreeg.Eene Bommelerwaardsche vertelling uit den tegenwoordigen tijd.

Door J.C.W. Quack.

Tikketak: - wel Jette, zoo geet 't van den merrege tot den aovend: tikketak; en vanden aovend tot den merrege: tikketak, ien eenen courier, toesoersdeur; tikketak!Wie of dat sikkeneurige tikketak toch uutgeprakkesierd hebbe zou? Zouw Aodam't al gehurd hebbe ien 't Parredies? Wel nente, dat hed ie secuurs niit gedaon.Ummers hum kwiem 't er op en uur of wat niit op aon, en Eva, zien wief hoefde okal zoo krek niit te wete, hoe laot of 't waor. De pot wier toe nog niit gekokt, went 'taete kwiem van eigest uut de grond, of 't greuide an de boome ien den hof. T' waorhap en tas mar toe. Kerl, kerl, dat mot en laeve zien gewest, en laeve van wat bundeme! As we - mar houw is efkes: ééne, tik; tweeë, tak; drieë tik; viere, tak; vieve, tik,zesse, tak; zeuvene, tik; achte, tak; negene, tik; tiene,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 214: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

174

tak; ilve, tik, tak, tik. Zo waor al ilf uur! Mar 't is toch aorig; ielken keer begint da dinkwir van veuren af aon. Wurrum zeit 't niit ien ins waor 't op steet? Da mo'k dendomenij is vraoge assie hier kumpt. 'T zal mien wel benijen wad ie der van maokezal! Mar laot ie der van maoke wad ie wil, as ikke 't veur 't wouwwe hai, dan zo'keiges wel zo'n tikketakker wille ziin. Kiek, kiek, zo dukkels as 't mien ien de hirnenkwiem, kos 'k dan ook wir van nommer één an den gank. Kerl, kerl, da zouw mienlieke. Van nommer één? Mar neei, neei, dat waor ien ins te veulsachteruutgemarsjierd. Begriep is, wir ien de wieg of an 't leytow; neei, bunde gek,dat zo'k niit wille. Neei, de irste twaolf liet 'k passieren, en a'k 't veur 't zigge hai, danbegos 'k wir van da'k veur stoldaot worre, hê gespuld. Nouwmins, as dat es kost.......!Mar, wad haol 'k mien deur de kop? 'T lukt zen laeve niit. De virtig he'k al en einjeachter de ruk, en zoo geet 't nao de viiftig, nao de zistig, nao de zeuventig, wie wit,misschien al veul vrogger nao 't graft, Br, Br. Doch zuut is; 't sloeg daor ilf uur. Dekirk zal haost uutgaon, en as 't wief mien aoverviel, dan, bel jao, dan kost 'k krek asde klok wir van vurre of an beginne!

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 215: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

175

In een door een zijner vroegere bezitters, die er zijnen uit den tachtigjarigen oorlogwelbekenden naam aanhuwde, beroemd geworden, maar overigens onaanzienlijkdorp, hetwelk tusschen Bommel en Brakel aan de Waal gelegen is, zat de man, diebij gebrek van een ander, aan wien hij zijne gedachten mede had kunnen deelen,aldus tot zich zelven sprak, tijdens den barren winter van het jaar 1855, even voorhet losgaan der groote rivieren, welke toen den Tielerwaard overstroomden, eengedeelte der Veluwe onder water zetten, en den Bommelerwaard beneden denMeidijk binnendrongen, in het hoekjen van den goed verwarmden haard. Zooalszijne nog niet half voltooide kleedij bewijzen kon, had hij de achter hem openstaande,in de muur gebouwde bedstede naauwelijks verlaten, en hield hij het eene oog ophet uurwerk gevestigd, dat schuins tegenover hem naast de gangdeur wasopgehangen aan den met eenen helderblaauwen weerschijn gewitten wand, terwijlhij met het andere gestadig afdwaalde naar een der beide vensterramen, die in denvoorgevel prijkten, zoodat niemand daar voorbij kon gaan, zonder aan zijneopmerkzaamheid te ontsnappen.Op zijnen reeds eenigzins onthaarden schedel draagt hij eene witte muts. Zijn

langwerpig, aan

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 216: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

176

de hoofdslapen en bij de kieuwen ingevallen, taankleurig gelaat getuigt evenminvan gezondheid als het hem een lang leven schijnt te voorspellen. Met de tot aande hielen afhangende jas, - het zoogenaamde Paaschbest, want het is Zondag, -heeft hij zijn beddejak nog niet vervangen. De kousen echter heeft hij aan, maar detot even over de knieën reikende broeksbanden hangen los. Uit deze bijzonderheidkunt gij opmaken, dat onze vriend, die zelfs in de wijze van zich aan te kleeden metden vooruitgang voor goed gebroken heeft, een sterk voorstander van het oude is.Het vertrek, waarin wij hem aantreffen, - keuken, woonen slaapkamer te gelijk, - iseveneens, op voorvaderlijken trant, zeer eenvoudig maar knap en alles behalvearmoedig gemeubeleerd. In plaats van met estrikken, is het met bruin geverwdeplanken gevloerd. De gladgeschuurde plaat, het staal, koperen ijzerwerk, degeverniste stoelen, de geboende eikenhouten tafel, in een woord, alles wat utegenblinkt, getuigt op loffelijke wijze niet slechts voor de bedrijvigheid maar ookvoor de netheid van de vrouw, die in deze, ook wat het uiterlijk aanzien betreft, nietonoogelijke woning, heerschappij voert met haren man.Die vrouw, eene welgestelde doch voor haar

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 217: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

177

huwelijk reeds eenigszins bedaagde boerendochter, huisde na den dood harerouders, die haar, de zwakke en mismaakte, niet zonder bange zorgen achterlieten,geruimen tijd te zamen met haren eenigen broeder, die nog bij het leven van vaderen moeder met eene verre nicht was getrouwd.Vrij wat ouder dan zij had die broeder helaas! een jaar of vier geleden, het tijdelijke

ook al met het eeuwige verwisseld. Behalve diens vrouw en een zoontje, hetwelkdoor moeder en tante, gelijk zich denken laat, om het zeerste werd verwend, bleefhaar dus geen naastbestaande in de wereld over. Dat gevoel van verlatenheiddrukte haar soms zwaar, te meer daar het neefje, - dank zij de vertroeteldeopvoeding, welke het ontving, - met den dag ondeugender, plaagzieker en brutalertegen haar werd. Eens, toen zij bij afwezigheid van hare schoonzuster, die in eennaburig dorp iets te verhandelen had, volstrekt niet met hem over weg kon komen,had zij den jongen, - deze was inmiddels al veertien jaar oud geworden - zeerverstoord bij den arm gevat en in een hoek gezet. Aanvankelijk scheen dit vroegerwel eens meer gebruikte middel te zullen baten, doch nadat het kereltje eenigeminuten had staan huilen en pruilen, schoot het onverhoeds uit zijn verbanningsoordop

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 218: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

178

haar aan, schopte het als een razende tegen haren stoel, en riep het schuimbekkendvan woede:‘Pas op, jouw lilleke kromme heks! Kom mien nog ins an 't lief; dan slaoi 'k ouw

de hirnen ien!’Waarlijk, dat was te veel. Het ‘hirnen ienslaon’ klonk wel niet vriendelijk, doch het

had er misschien met andere liefelijkheden, zooals het ventje er haar bij vorigekibbelarijen reeds meer van dat zelfde gehalte had toegediend, door kunnen gaan;maar dat ‘lilleke kromme heks’, hetwelk de bengel zeker van ‘de vulleken op destraot’ had geleerd, ging te ver. Alles kon zij van den deugniet verdragen; dát evenwèlkwam haar fatsoen te na, dát raakte haar eer, dát deed de maat harer lijdzaamheidoverloopen.‘Gift den rakkert veur mien raekening is en goed pak ransel!’ zeide zij tegen Peter,

den bouwmeester, die juist binnen kwam, om kwanshuis iets te vragen, waarop hij,onder ons gezegd, geen antwoord noodig had; en Peter, die haar in alle dingengaarne ter wille was, wachtte niet tot dat zij het hem voor de tweede maal beval.‘Hier, jouw duvelskeind!’ - met deze alles behalve vleijende toespraak greep hij

den lummel bij zijn kraag, en sloeg hij er op, dat het daverde.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 219: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

179

Naauwelijks echter was die strafoefening afgeloopen, of de moeder kwam te huis,en op eens, daar raakten de poppen aan den dans: -‘Moetje, den schaele hed mien gewammest, da de ribbe der van krakte! Hij hed

mien en duvelskeind geneumd, en meuije hed um angehitst.’‘Wad zegde Wimke? Meuije?’‘Jao, zuster - viel de beschuldigde voor dat de knaap had kunnen antwoorden in,

- went ie wouw mien de hirnen ienslaon, en ie hed mien veur en lilleken krommeheks uutgemakt, dat hed ie! Nouw, da'k krom bun, kan 'k niit gebaetere, dat kan'kniit; mar da'k lillik zij, dat hoeft zónne lummel mien niit onder den neus te douwen,dat hoeftie niit.’‘Hurde wel moetje! nouw scheldt ze ok al en zeit ze, da'k en lummel bin, en dat

bun ik niit, en wad 'k bun, dat rakt' eur niit!Zuut, zuut maor menneke, - suste demoeder na dien uitval van haar driftig zoontje,

dat wellicht nogmeer zou hebben gezegd, - went al heit den een ouw en duvelskeind,en kumpt ie daormeei ouw vaoder zaoliger te nao, en al nuemt deâer ouw en lummelen tast ie mien daormeei ien 't farsoen, ge ziet toch moeders eige Wimke; mar - enmet dit “mar” wendde zij zich behendig

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 220: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

180

tot hare schoonzuster, die zij den mond in eens wilde stoppen, - wad mot Peterhier?’‘Peter, - antwoordde de gevraagde, onderwijl hare kleur inmiddels sterk verschoot,

- Peter, mar dat duut er ummers niks, nimmendal toe, - Peter he'k, neei wi'k zegge,Peter kwiem mar is efkes um te kieke hoe laot of 't was; dat déei.’‘Dát liegt ze moetje! - brulde hierop de knaap, die zich niet langer aan het “zuut

mar menneke” scheen te stooren, - dát liegt ze moetje! mar Peter wouw meuije iswir onder de kin....’Nog had hij niet uitgesproken of, zonder het minste sein daartoe af te wachten,

vloog Peter thans als een getergde leeuw op den sarrenden jongen aan, enklaarblijkelijk zou hij zijn losgebroken drift op onmeedoogende wijze aan dezenhebben gekoeld, zoo de moeder niet haastig tusschenbeiden was getreden, en zich,na eerst nog het uitdrukkelijk bevel aan den bouwknecht te hebben uitgevaardigd,om op staanden voet hare woning te verlaten, met haren zoon naar de opkamer,welke zij dadelijk op slot en grendel deed, teruggetrokken had.Geen uur later had Peter zijne plunjes gepakt en was hij naar het land van Altena,

waar hij te huis behoorde, vertrokken. Nog denzelfden middag

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 221: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

181

verliet Jennekemeuij, - zoo werd Willems tante in de wandeling genoemd, - zonderiemand vaarwel te zeggen, de boerderij, op welke zij jong was geweest, en betrokzij het haar toegedeelde, doch nog altoos tot wederopzeggens toe aan vreemdemenschen verhuurde huis op den dijk, waar zij een kamertje voor haar eigen gebruikin orde brengen liet. Dat Peter haar daar gedurig bezocht en in hare eenzaamheidkwam troosten totdat zij, een maand of drie, na het hier verhaalde voorval door denecht met hem verbonden werd: - wie zal er zich over verwonderen?Een vier- of vijftal jaren nu was er vervlogen sinds dien tijd. Uit den ondeugenden

knaap groeide inmiddels een volwassen jongman op, die reeds vroeg aan hetkroegloopen gewend, hoe langer zoo meer verslaafde aan den drank, welke denmensch naar ziel en ligchaam beiden verderft. Zijne moeder, die dit onheil, door alte dwaze toegevenheid, niet in tijds zocht af te wenden van haar hoofd, ging daaral dieper en dieper onder gebogen, en kwam weldra, uit schaamte voor de buren,bijna niet meer uit de deur. Het is zoo, van de oorzaak der verwijdering, welke ertusschen haar en hare schoonzuster ontstond, waren van weêrszijden de scherpepunten gaandeweg afgesleten,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 222: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

182

toch zagen zij en Jenneke elkander bijna nooit. De reden daarvan was hoofdzakelijk,dat Peter en zijne vrouw, al zeer kort na hun huwelijk, tot de afgescheidenegemeente, die een doorn in het oog van Willems moeder was, waren overgegaan,en de eene schoonzuster de andere dus zelfs in de kerk niet ontmoette. Daar kwambij, dat Jenneke, die altoos met zwak- en aamborstigheid te kampen had gehad, erin haren trouwdag niet sterker op werd, zoodat zij steeds alle krachten, welke zijoverhield, aan hare huishouding, die zij voor niets ter wereld zou hebben willenverwaarloozen, besteden moest. Arme vrouw! Zij werkte van den morgen tot denavond, maar hield de moed haar op de been, geheel haar gestel, de loodblaauwekleur op hare wangen en de gestadig korter wordende ademhaling duidden maaral te duidelijk aan, dat zij niet lang meer schrobben, schuren, poetsen, boenen, omkort te gaan, niet lang meer leven zou.Was het dit vooruitzicht, waardoor Peterboer, dien wij bij het vuur lieten zitten,

weg kwijnde met den dag, ja thans reeds een week of wat in het bed lag te kreunenof voor den haard zat te zuchten, terwijl hij hoegenaamd geen lust meer had omergens naar om te zien? Gij zult ons zeker

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 223: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

183

wel ten goede houden, dat wij u vooreerst geen antwoord geven op die vraag, maarde oplossing van dat raadsel aan u zelven over willen laten.Dan ziet, daar krimpt de man inéén; daar lijkt het wel alsof hij van benaauwdheid

stikken zal, daar overvalt hem een geweldige hoest, die alle zijne leden beven enzijn aangezicht nog meer vervallen doet.Op hetzelfde oogenblik, - zij kon inderdaad op geen geschikter tijdstip zijn

geroepen, - treedt Jenneke met hooggekleurde wangen, hijgenden boezem enknikkende knieën, - want ‘de domenie had aover den tied geprikt’ en de snelle loophad haar vermoeid, - de woonkamer in. Gij kunt denken hoedanig zij ontstelde. Inden waan, dat Peter in stervensnood verkeerde, viel zij schier in onmacht neêr. Derbezwijming nabij, herzamelde zij echter met geweld de heerschappij over harewegzinkende krachten, maar, nog aan een beeld der wanhoop gelijk, strekte zijhare armen naar den rampzaligen lijder uit, roepende, jammerende en klagende:‘O, heem! mien erreme mins! hulp, hulp! o, heem! hij stikt, hij hed en beslag, hij

geet dood! o, heem, o, heem, o, heem!’‘Schrauw - ehum, ehum, ehum, - schrauw

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 224: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

184

toch zoo niit - ehum, ehum, ehum, - kuchte Peter, - 't zal - ehum - 't zal wel wir -ehum, ehum - wir overbaeteren - ehum, ehum, ehum. - en gaon zakken.’‘Mar 'k zal alaevel drekt um den dokter stuuren, dat za'k.’‘O, neeie - ehum - gin middelecienmeister - ehum, ehum ehum, - gin

middelecienmeister, zae'k, mar den Heere, - ehum, ehum, ehum, - zulde zuuken,steet er - ehum, - ien de Schrift.’‘Jao welle Peter, daor hedde geliek ien, en dat steet er ok geschreven, dat duu't;

mar de Heere hed ons toch ok aon de middelen gebonden, dat hed ie!’‘Daor veind 'k - ehum - nimmendal van ien den biebel - ehum, en 't is al en

heeleboel baeter mit den hoest. Ik hê't van de merrege - ehum, ehum, ehum; - vande merrege zae'k, nouw al veur den twidden keer. Strak, - ehum, - toe ge pas wigwaort, he'k 't ok miseraobel kwaod gehad, mar toe - ehum, ehum, - mar toe is 't okvan eigens wir uutgescheije. Stil nouw is en ummezientje, da'k tot bedaore kom,aste blieft.’Jenneke hield den mond, en Peter rustte met het hoofd in de hand. Dat scheen

hem goed te doen. Ten minste, het hoesten begon merkelijk te

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 225: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

185

minderen. Na eene wijle hield het zelfs heelemaal op.‘Gift mien, - vroeg hij - nouw is en werm putje koffie mit veul suker derien.’‘Op 't mement zulde't hebbe’, - antwoordde de vrouw, die intusschen van den

eersten schrik bekomen was, niettegenstaande de schok, dien zij er van hadopgedaan, nog zichtbaar door hare leden woelde.‘En dan zuwwe, a'k 't haolen kan, is wieijer praoten’, - ging Peter voort.Dat ‘dan’ was weldra daar. Trouwens het water kookte reeds als een zee, en de

geur van het door velen, inzonderheid door het vrouwelijke geslacht, zoo geliefkoosdmekka-vocht, vulde binnen weinige minuten het vertrek.‘'T smikt al wir Jenneke; veralteresier ouw mar niit,’ sprak Peter, nadat hij de

eerste teugen ingenomen had, - en hedde gij - zoo vorschtte hij, onderwijl hij desuiker in het kopje met zijn lepeltje omroerde, na, op zalvenden toon, - hedde gijnog al wat veur den ienweindigen mins ien de kirk gesmakt?’‘Dat zal waor wezen! - betuigde de vrouw - de domenij het't wel wat lank gemakt,

mar 't was en seperrebere preek, dat was 't, en best booveste, zo a'k er nog gin hebgeheurd, dat he'k niit!’

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 226: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

186

‘En waor hai ie 't aover?’‘Wel, hij prikte aover de brulleft te Kaonao en 't irste teiken, dat de Heere daor

hed gedaon.’‘Dat ie waoter ien wien veranderde?’‘Jao, mar, dat zei ie, waor toch 't grotste wonder niit, en neei, dat waor 't ok niit.’‘Niit?’‘Neei, hij leerde, dat de minsen ien de staonde kirk dat wel dochten, en dat de

domenijs daor ok niet baeter wiesten, um dat der oogen gehauwen waoren, dat zeniit zaogen wad er geschreve stong.’‘Zoo, zoo, dat docht 'k wel, mar dat is mien toch ok te hoog. Gemot 't mien durrum

mar is zegge, wat steet er dan?’‘Kiek, jao Peter, dat kost 'k irst ok niit vatte, dat kost 'k niit. Alaevel, toe ie 't

uutduide, wier 't mien so klaor as de zon, dat wier 't! Ummers, dat de Heere waoterien wien veranderde, had zooveul niit te beduije, mar dat ie dat deei ien vaoten mitreten, die toch hielle, dat was 't um. Jao, dat was 't um, en dat sting er ok. Kiek eigestmar: houdende elk twee a drie met reten.’‘Nouw, dat he'k van zen laeven niit geheurd. Neei dat he'k niit, dat mot 'k zigge.’‘En dan hadde wieijers is motte heure hoe ie lostrok op de domenijs ien de staonde

kirk, die

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 227: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

187

zoo bliend waore as molle, en die nog niit ins koste laeze wad er mit groote littersstong gedrukt.’‘Dat zal raok zien gewest.’‘Dat sulde raoijen, jao, dat zigde goed.’‘En hoe pies ie 't toe?’‘Wel mins, dat deeie nog schonner as schon! Daor - betuugde ie - we van nature

allemaol vaote mit rete waore, waor ten lange leste ok 't waoter - ie duidde daer dewereld en al heur dingsighede meei uut - uutloope zouw, moste we opdat we niitveur tied en eeuwigheid verlore zouwwe gaon, den Heere bij ons op de brulleftverzuuke, um hum dat waoter ok bij ons ien wien, - daor meinde ie de godzaoligheidmeei, - te doen verandere. Hij, de Heere, zouw er dan ok wel veur zurrege, dat dieder niit wir uutliep, al deeiie 't, van waeges onze zonden, ien vaote mit reete. Datsouw ie!’‘'T is mooi, jao 't is seperber mooi! Mar ziedde nouw wel wief, da'k geliek hai, toe

'k strak zeij, da'k ginnen middelecienmeister hebbe wouw. Den Heere motte wezuuke of we Hum ok veinde mogte. Hij is de geneesheer allebei van 't lief en vande ziel. Ummers, Hij bringt de wien ien 't vat en ie hauwt ok de rete daorvan digt.Ok is de hoest, die me zo temptierde toe ge thuus kwamt

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 228: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

188

wir van eigest, krek as vrogger, aovergebaeterd.’‘Mar as die hoest nouw is wirrum kumpt Peter, wat dan?’‘Dan laote we 't, aeven as vort alles, wad ie aover ons beschikt, aover an den

Heere, en zuwwe ien onze dwaosheid wiezer ziin as dat wief iin heure wiesheidwas, dat wief, mein 'k, dat niit by Hum kwiem vurdat ze irst, behalve van heure kwaol,veul last van demiddelecienmeisters had gehad, aan wie ze alles spandierde, wassehad, zonder dat de kwaol baeter, mar iintegendeil erreger geworre was. Vrogger,toe 'k nog gin oogen vur de waorheid hai mar nog mit bleindheid was geslaoge,wasset duuster um mien hin, en baefde 'k as en blad, as 'k heurde praote van dendood. Nouw 'k ien 't licht gekomme bun, is 't deur de genaode, waorin ik staoi, enheele boel anders geworre, en hed de leste vyand zien schrik veur mien verlore.A'k temet gaoi sterreve, went in mins kan nooit wete wanneer dat kumpt, hoefdedurrum niit bang veur mien te waeze Jenneke, mar aover ouw maok 'k mien wel isnaor.’‘Aover mien Peter? Mar he'k dan deur de genaode, die an mien is gedaon, ok niit

meuge leere zigge: Ouw God is mien God.’‘Jaowelle Jenneke, dat hedde meuge leere zigge,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 229: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

189

al bunde met de middelecienmeisters, daor de nouw ok wel niit meer um stuurezult, nog al is ien de war gewist; mar dat mein 'k nouw ok niit, ehum, ehum, ehum- en 'k wil mar zegge - ehum - ehum - ehum.’‘O, Peter, die hoest! Praot toch niit zo veul!’‘'t Kan gin kwaod wief! 't Was mar zo'n naohoest. Hurde wel. 'T is al wir gedaon.

Mar wa'k zegge wouw. Ge wit krek zo goed as ik, da'k zoo kaol as en waoterrot bijouw ien huus gekomme bun. 'K had niks, niks, nimmendal hai'k buute mien eer enmien kleer. Daor hedde nouw ok niit nao gekeke, neei dat hedde niit, en daor he'kouw altied um gepreze, dat he'k. Alaevel, as 'k nouw - ehum, ehum, ehum. - Neei,veralteresier ouw nog mar niet - as'k nouw, zeg 'k, zo is op ins kwiem te sterreve,dan zouw mien ferremielie, die 't hard van doen hed, zo as te wit, komme, en dehilft haole van al ouw gedoei, dat zouw ze; en ziedde nouw, dat zo'k nii kunne leije;dat zo'k niit. Durum moste we nouw mar is deur den zoeren appel hinbiete, en onstestelement laote maoke, zooasse zekt, dat moste we!’‘En wad zouw dat uuthaole Peter? Ik kan ouw verasteriere, de griezel geet er

mien van deur 't lief. Ze zegge ummers, dat de minsen, die eur

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 230: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

190

testelement laote beschrieve, dood gaon, as 't gedaon is.’‘Bunde nouw niit wiezer Jenneke?’ Gin mins sterreft veur den tied; en awwe den

langstlaevende nouw is alles mieke, dan hielde gij den heele boel en kreeg mienferremielie niks as 'k sturf; verstodde?‘Jao, dat verstooi 'k nouw ok wel; dat doei 'k; mar zouw dat ook niit den Heere

veuruutloope zien; zou 't niit?’‘Neei, Jenneke, daor hedde nouw wir heelegants abuus ien, dat hedde, went de

Heere zeit dur den mond van Jesaoija, den prefeet tot den keunig Hiskia en ien humtot alle minse, die oore hebbe um te heure: bereijdt ouw huus, went gij gaot sterreve!’Hiertegen wist Jenneke, al bleef de griezel, die zij door haar lijf voelde gaan,

aanhouden, niets meer in te brengen. De arme vrouw; voor het woord des Heeren,al werd het nog zoo averechts te pas gebracht, stond zij aanstonds stil. Onder diemagt gaf zij alles gevangen, haar verstand, haar gevoel en haar wil. Daar kwambehalve eene zoogenaamde vroomheid ook wel eenige hebzucht, ik wil zeggen,iets van den geldduivel bij, die volgens zeker predikant uit de vorige eeuw, even

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 231: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

191

als de helhond der oude Grieken en Romeinen, met drie koppen; ‘geeren, hebben,houwen’ blaft. Genoeg zij stemde, hoezeer dan ook schoorvoetende, toe, dektedaarna den disch voor het middagmaal, bracht verder met haren man, die gelukkigniet meer zoo erg hoefde te hoesten, den Zondagmiddag, onder het eentooniggetikketak van de huisklok, met het lezen van stichtelijke boeken door, ging bij tijdsnaar bed, stond des anderen daags 's morgens vroeg weer op, en voordat hetnogmaals avond was geworden was het pak, dat Peterboer drukte, van zijn hartgenomen: hadden de echtelieden hunnen uitersten wil, ten overstaan van een notariste Bommel doen beschrijven.

Geen drie maanden later, had Jenneke, die kort na het maken van het testamentbedlegerig was geworden, en hoe noodig, van geene middelecienmeisters, an wiePeter ok zo'n daenigen haekel had gekregen, wilde weten, het tijdelijke met heteeuwige verwisseld. Wel hoopte zij - en in díe hoop werd zij gestadig gesterkt doorharen man - haast tot haar laatsten snik, dat de reeten in het kranke ligchaam, doorwelke haar leven wegvloeide met den dag, door een onzichtbare hand

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 232: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

192

zouden worden gedicht, maar die hoop was ijdel geweest. Peter erfde alles, wat tothare nalatenschap behoorde, hield zich, na hare begrafenis nog een dag of wat stilin huis, kwam echter vroeger dan men gedacht had, weer onder de menschen, lookvan lieverlede als een arend op, keek al heel gaauw, ja, zeide men, al te gaauwnaar eene andere vrouw, en - nog was het jaar niet ten einde en het rouwpak nietversleten, of even als de klok, dien wij hem in dit opzicht hoorden benijden, begonhij weer van voren af aan.

Ravenstein, 1 September 1883.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 233: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

193

Un wonderbaorluk aoventuur.Door H.J.K.

Ik heite Gait en wonne in en klein plaesken in den achterhook. Met ne oolde meidTriene enmien breur Klaos hoolde ik zooveulle as hoes, en al hewwe gin aoverdaod,gebrek kenne wy ok neet en das al veulle weard. Wat kan en maenske op dissewaeld nog maer wunsken. Ik veule my dan ok zoo gelukkig en tevraeden, da'k neetlaoten kaan, der iederboots aover te prakkezearne. Y mot begriepen, da'k op mienenoolden dag, lo'k maor zaegen, an 't vryen bun eraakt. Now zeu'j al lichte zaegen:‘Wat kan ons dat verschaelen?’ en ik kan ow daorin ok gin ongeliek gaeven, zoostik en al, maor ak ow vertaele, hoo oof die vryerasie in de waeld is 'ekommen, danzeu'j, duch my, wal wark haeben, da'j ow lachen laot. En um en ander an 't lachente maken, daor he'k altied schik in, umda'k et ok zelvers zoo gaerne doe. Now

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 234: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

194

waet ik wal, dat er sommige maenske bunt, die schienen te meenen, dat lachenzundig is, maor an zuk soort maenske hek altied nen gloepsen hekel ehad. Dat zalwal kommen, umda'k zelvers al mien laeven maer van lachen heel, as van grienen.Too'k zonnen jonge was, ha'k daor wal is frui veulle las van, da'k zoo onbesoesdgauw lachen mos, Maenske, dee oolder en wiezer wazzen, nammen my dat wal isnaar kwelluke, umda'k et somties oetgiern mos, as 't nummedalle passen. Bô jao!mien breur Klaos, den al zien laeven en baetjen onbehouwen is ewes, viel, too tenog nen jonge was, es oet nen appelboom tusken den boernkool en daor bleef 'ewal tien minuten net zoo stille zitten, of e van de prins gin kwaod wis. Ik zagge algauw dat e oet den âom was evallen, en was ok wal benoud, dat e ongemak zolekraegene haeben, maor tooch mos ik aevendeksels lachen, te maer doo moederoet et hoes kwamp loopen en um en maol oof wat vuur den achtersten sloeg, umder op dee maneere den âom weer in te kriegene.Ok waet ik nog zoo good as den dag van van dage, hoe my de koe is gink loopen,

dee 'k langs de waege heun mos. Ze hadde, too 'k in 't laeste by 't hoes kwamp, neheele boel kool op-e-vretten.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 235: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

195

Vader, dee ze egraeppen hadde en ze now zoo lange in onze weideke vuur deduure heun, hiel my, zoo gauw too te my zag ankommen, de voes toe. Daor zokmeedde haeben, umda'k et beest hadde laoten votloopen. Vuur disse keer kwamik der nog maet en rapplement oof. ‘As y de koe neet hoolden kunt’, zei e, gaot danmaor naor 't hoes, kwaojen jonge! ‘Vader!’ zei 'k, ‘de vleegen plaogden uur zoo,da'k ze onmeugeluk hoolden kon.’ ‘Zaegt leever, da'j 't neet doon wilt’ zei vaderwier, ‘pak y maor duksels gauw de biezen, anders krieg y un ongemakkeluk pakransel, heur y!’ Ik seukkelden op 't hoes an, as oof ik twee beene in eene haosehadde, want ik begraeppe wal, da'k van moeder ok nog en flink staantjen te wachtenhadde. Maor he'j 't ow laeven! daor leup my onze Blaes al wier veurby en Vaderreup, al wat 'e kan: ‘Griep, jonge, griep, griep!’ Maor ja wal, daor was gin griepenan, ok maet den baesten wille van de waeld neet. En toe 'k ummekaekke zag ikvader laankveraekkend in 't greus liggen. Hy mos hoesten, dat e zwartwodden, wantdeur de veralteraerdheid hadde by ongelukke ne proeme tebak, dee te in de mondhadde ehad duur eslokken. Vader hoesten ik lachten, lach y neet zoo haeb y neet.En of e ok al haellig wod-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 236: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

196

den en foeterden, dat heelp niks; ik kon van 't lachen neet oetscheiden.Maor dat is now al zoo lange leene, da'k der de helfte wal van vergetten bun. Wak

ow iegelijk vertaellen wol is wat anders, - hael wat anders.Y mot begriepen, da'k laest 's aovends 't hoes kweem, zoo meu as ter too, want

ik hadde den heelen dag de haande vol wark 'ehad. Mien breur Klaos toch wesfenaol van streeke. Hij kon neet op oof dale van piene in de rugge, en 't kooldezweet leep um van de kop, zoo benoud was e. Hij kon 't in 't baedde haoste neethoolden zei e, en dat was klaorbliekeluk ok wal de waorheid. Wat mos ik doon? Naoden dookter loopen, dat was ok nen toer van woor bu'j my, want den wont vaerderas en uur van onze hoes oof. Onze Triene hadde al de hoesmiddeltjes alan-e-sprokken, maor alle muite was vergeefs ewes. ‘Mien leeve Gait’, zae ze tegenmy, ‘daor 's niks an te doone. Ik haebbe my al of-e-marteld maet den kearl, maorik kan niks gin verwin kriegen. Traek toch zoo gauw a'j keunt ow baeste spil an enloopt nao den dookter.’ Zoo a'j begriept, mos ik der op oof. De butte dee'n my vinnigzaer, dat wik ow wal gaerne betuugen, maor daor zat niks anders vuur my op: gaonzo'k en gaon wo'k. Zoo gauw

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 237: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

197

ak kon, maakten ik maor da'k et hoes oet kweeme, waor onze Triene en mien breurbeiden uur baeste deen, um 't my onverdraecheluk te maken. Maor toe 'k good enwal oet de narigheid oet wazze, kon'k van stievigheid in de beene onmeugeluk anden trad kommen. 't Eenigste, wat der op zat was, op nen soksak te loopene, teutdatmy de butte en baetjen leus wazzen ekommen. Maer veur da'k nog zoo vaer wazze,wodden den zaandweeg zoo onbenullig smaerig, da'k wal bedaarn mos, oof 'k wooloof neet. Ik ginge now haar en dan stie, zoo geduldig, dat et my en paerd van twintigjaor en nog en baetjen neet hadde keunnen gebettern. Maor wat heelp dat? Dehaele waeg was één modde en al modde. Ik zoochte in den duustern de kaante,waor en spier oof wat greus gruide, maor umda'k arg byzeende bunne, ha'k daornen heelen toer maedde. Jao, toe'k der endeluk zoo vaer maedde was, d'ak et greusonder de veute hadde, trad ik der altied nog deurhen, zooda'k daor ok al net zoomin bate vonde, as in 't milten. Et slimste was nog, da'k de klompe hadde mottenanholden, waant stevels ha'k neet en miene schoone wazzen van onderten zookapot as nen gek. Ik mos kompleet recht toe recht an loopen en mos maor zoo duurmodde en

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 238: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

198

andere smaerlapperye henplearn, zoodat een en ander my manges hooge op in debrookspiepe spuiten. Mistreustig sjokkarden ik maor altied vearder, onder 't leefelukkemuziek van: kaboem, kabaam, kabaats! Dat wodden my toch op 't laeste wal slimgenog en moedeloos zocht ik de kaante wier op. 't Was onbenullig duuster, dasvaste waor. Ik kon haoste gin hand vuur oogene zeen. Daor koom ik op ens te kortby den graven; ik zakke maet nen greustosken vot, al leeger en leeger, teutda'k algauw op de rugge in 't water komme te liggene. ‘Un koold bad kan zooveulle ginkwaod vuur en veraltereerd menske’ zeu'j wal zaeggen, maor tooch, a'j nat vanzweet bunt, kump ow zoo eets frui raar op de hoet vallen. 't Wieste, da'k in miengeval meenden te keunnen doon, was, der zoo gauwmeugeluk wier oet te mattelen,maor jawal! dat was aer 'ezaeg, as edaon. 't Water stond my heuger as denboksenbaorden en de kaante was zoo onwies glad, dak der neet tegen op konkommen. Wal twintigmaol ha'k et van niejs e probbeard, maor altied slierden ik wiernaor onderten. 'k Wodden zoo heellig as nen spinnekop, maor of ik heellig woddenof neet, - zoo gauw ak wier an de narigheid in 't hoes dachte, krop ik wier al wa'kkonne op haande en veute

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 239: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

199

tegen den wal op, um der oet te kommen. Altied en eeuwig mis! Op 't laeste ging ikis effen staon, um wier op mien verhaal te kommen; maor och, mien leeve menske,wat schrikte ik, too'k opkaekke! Now mo'j ow begriepen, dat 't my krek was, oof dernen kearl onder oet den grond opkweem. Ak my neet vergisten, dan kennen ik dekearl heel baes. Daor ston e veur my en toe te zag, hoe 'k martelden ummy umhoogete warkene, lachen 'e, al wat e maor lachen kon. Dat was neet maer as mienverdiende loon, umdak vroeger zoo vake en ander oet-e-lachen hadde. 't Was pikduuster, maor waor hy stond, daor was nen leechten krink, zooda'k duudelijk zienkon hoe 'e my oetlachten. Ik knaeppe de oogene is effen dichte van narigheid aover't vremde geval, maor deur dezelfde narigheid dee 'k ze al heel gauw wier leus ok.Maet ontzaettinge ston ik die verschieninge nog maor altied an te kieken. Ik vergatheelemaol, da'k daor al langer as en kotteer maet et onderdeel van mien lichaamin 't koolde water ston. Daor begint my et spooksel op ensmet ne sleepende stemme,vol weemeudige dreejen te zingen:

‘Eenmaal daagt, helaas! de morgen,Nog verborgen,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 240: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

200

Met zijn zorgen.Ik, een nachtuil, schuw het licht.Nachtegalen profeteerenReeds zijn keerenAan de sfeeren, ....

Angstig knijp ik de oogen dicht.’

Daorop kaek my 't verschiensel o zoo onverschellig an en zae tegen my: ‘Ik zitte inde heugte en blieve maet myn gemoed in de laegte; das, o zoo gemakkeluk enprofieteluk. Ik kan ow neet genog anraon um 't zelfde te doön. Das veulle better asdaor in den graven te liggen worstelen. Laotet en ander de kristanniën oet et veurhalen, krek as ik doö, dan he'j nooit wat te verantwoordene en das vuur en dommenske, zoo as ik en y bunt, veulle weard. Al die nyigheidjes, zoo as spoorwaegeen grintwaege is en ongelukke en as ze der kommen, dan zal 't mien schold neetwaezen. Ik bun der absoluut tegen, want et ware geleuve geet der mee oet denachterhoek vot. In den goeien olden tied ha'j ummers ok niks van die narigheid endoe gink et toch zoo veulle better as now, dat zaeg ik maor en daor bliev' ik by. Hetverschel tusschen den eenen menske en den andern wodt der heel en al duur wege nommen,

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 241: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

201

Nee, nee, ik bun wal dom, maor toch neet zoo dom, oof ik begriepe verdekseldgoöd, dat maet al dee nye fratsen de waeld fenaol op 't ende leup. Maor ik wil owgroeten en wunske ow daor in den graven wal te reusten.’Wat was et verschiensel. Ik kreege zonnen argen flouwen smak in de mond en

dachte vaste da'k misseluk zol wodden, maor tooch hak nog benul genog um teschreeuwen: ‘Zoo waor as ik Gait heette wo'k da'k hier hondarddoezend elle vandanwazze, dat wo'k!’‘Mien leeve tied, wee is dat tooch, dee daor zoo afgrieseluk onder in 't waoter zit

te wunsken?’ heur ik op ens iemes maet ne bevende stemme zaeggen. En jao zoowaor! daor steet my verachtig et aordige Truuken, waor ik de laeste keer karmsemaedde hoolden hadde, van de kaante an te kiekene. Earst wôste ik haoste neet,wa'k zaeggen zol, maor endeluk, daor koom ik wier zoowat by benul en zaegge:‘Mien leeve Truuken, helpt my tooch is gauw oet dissen graven, want alleenig kan'k et onmeugeluk raedden en ik modde van aovend nog neudig nao den dookter!’‘Woor kom y daor toch zoo in 't water te zittene’, zaeg ze too, ‘Y zeult toch, hop

ik neet te veulle foezel edronkene haebben!’ Ik zaegge:

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 242: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

202

‘Foi, Truuken, hoô keu'j now zoo eets van my denken? Un ongelukke zit in en kleinhuksken, dat moi wal in anmarkinge hoolen. Help my tooch is gauw, waant vuurlange redenaosies he'k op 't oogenblik onmeugeluk tied.’Vuurzichtig kwamp ze toe nao de kaante. Ze bokten zik zoo vear as uur eets

meugeluk was vuur aover, ummy de haand te gevene. Ik warkemy, zoo asmakkelukte begriepen is, ok zooveul umhooge, as meugeluk is. Maet veulle muite kreeg ikure haand te pakkene. Maor, och heden nog is toe! daor zakket my de heele boelewier onder de veute vot en ik traekke 't arme Truuken maed de ummedale en op 'theufd in 't water. Dat speet my onnewettene en tooch most ik um de vremdigheidvan 't geval ok nog haoste lachen. Daor stonne we now naost mekare in 't water teplompkene. Ik zaegge, too'k maet gronneken klaor was: ‘Mien leeve Truuken, hookomme we now toch wier oet dissen graven; 't wodt op disse maneere nog veulleslimmerder, as et nog ewest is!’ ‘Das nummedalle, Gait!’ zaeg ze too, ‘maansluubunt ok altied zoo gauw verbouwereard. Ik zal ow paol gaon staon en dan keun yder op die maneere bees oetmatteln en der my daornao oettreekken.’ Now, daorgink my 't schaopschearn an. Truuken

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 243: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

203

voolt de haande vuur 't lief en ik trae der in, (ik wil zaeggen, in de haande). Ik geevemy op, maor - kasmaaks! daor ligge ik op de rugge in 't water en zol verzoppenwaezen, as my Truuken neet wier op-e-holpen hadde. ‘Foi, Gait’, zae ze, ‘ik laoteow daor ok zoo plos vallen, maor y hadden ok zukke schrikkeluk smaerige veuteen y stotten my maet owe kneene de heele musse duur mekare, zooda'k ow walleuslaoten moste, of 'k wol oof neet. Allo, nog ens eprobbeard!’ Dat was my engeklim, dat et schik en aord hadde, maor ten lesten ston ik toch op de kaante, maor't water leep my aoveral van de hoet. Um der now neet wier in te vallene trok ik etbuis oet. Truuken pakten de eene mouwe vaste en ik trok uur by de andere op etdreuge.Now vatten my Truuken by de haand en zae: ‘Allo, now moi daodeluk naor 't hoes

gaon en zoo gauw a'j keunt in 't baedde kroepen, waant y beeft krek alsoof y derooze in de hoet haebt.’Dat gebuurn. Too'k in 't hoes kweem, was onze Klaos ok veulle better, maor ik

mos en paar dage in 't baedde blieven liggen, waant ik kreeg de rooze as en peard.Truuken kwamp zoo nouverdan is naor my heuren en toe 'k glad wier klaor was,aoverleie wy, daw we maor samen mossen trou-

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884

Page 244: Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884 · 28N.M. 29 Dingsdag bijdag. 6.39 30 Woensdag bijdag. 7.53 31 Donderdag bijdag. 9.9 FEBRUARIJ. Dat. Dagen. Maan. opg. onderg.

204

wen. En dat wowwe dan now ok maor doen, ten minsten, as gin menke van delezers der eets op tegen hef.

Vorden, 12 Junij 1882.

Geldersche volks-almanak voor het schrikkeljaar 1884