GEA/Maaswaarden - geologie.nu · 12 september 2018 Start van het nieuwe seizoen. Tijd voor vakantie...

8
Nieuwsbrief GEA/Maaswaarden Beste GEA en Maaswaarden leden, Inhoud Inleiding Groeve Misburg Programma overzicht Vakantie verslag G. Karreman Symposium Boxtel Beurzen/Tentoon- stellingen Draak van Lingwu September 2018editie 44 Secretairs Sandra van Dam / te bereiken via [email protected] (06) 13908636 Welkom terug allemaal. We gaan weer starten met een nieuw seizoen. De eerste bijeenkomst is gepland op woensdag 12 september. Hier kunnen we onze (geologische) vakantie verhalen weer kwijt. Neem je gevonden materiaal en/of foto’s mee en laat anderen genieten van al het moois. Het programma overzicht voor 2018/2019 is nog niet helemaal ingevuld maar zal vanaf september gereed zijn. Dit heeft te maken gehad doordat niet het voltallige bestuur tijdens de jaarvergadering in mei aanwezig kon zijn. Tot gauw Het Bestuur Groeve MISBURG (Hannover) Excursie naar groeve Miste. In 2016 zijn we op excursie geweest naar de groeve Misburg in omgeving van Hannover. Een dankbare groeve waar je veel divers fossiel materiaal kunt vinden. We willen opnieuw deze plek gaan bezoeken. Wie heeft interesse om mee te gaan? Meld je aan bij Sandra van Dam. NB: Op You Tube staat een klein filmpje over deze groeve (1.47). Uncovered in China” Fossiele schelpen lagen gewoon voor het oprapen op Sanibel Island, Florida (foto: Sandra van Dam)

Transcript of GEA/Maaswaarden - geologie.nu · 12 september 2018 Start van het nieuwe seizoen. Tijd voor vakantie...

Nieuwsbrief GEA/Maaswaarden

Beste GEA en Maaswaarden leden,

Inhoud

• Inleiding

• Groeve Misburg

• Programma

overzicht

• Vakantie verslag

G. Karreman

• Symposium Boxtel

• Beurzen/Tentoon-stellingen

• Draak van Lingwu

September 2018● editie 44 ● Secretairs Sandra van Dam / te bereiken via [email protected] ● (06) 13908636

Welkom terug allemaal.

We gaan weer starten met een nieuw seizoen. De eerste

bijeenkomst is gepland op woensdag 12 september. Hier

kunnen we onze (geologische) vakantie verhalen weer kwijt.

Neem je gevonden materiaal en/of foto’s mee en laat

anderen genieten van al het moois.

Het programma overzicht voor 2018/2019 is nog niet

helemaal ingevuld maar zal vanaf september gereed zijn. Dit

heeft te maken gehad doordat niet het voltallige bestuur

tijdens de jaarvergadering in mei aanwezig kon zijn.

Tot gauw

Het Bestuur

Groeve MISBURG (Hannover)

Excursie naar groeve Miste. In 2016 zijn we op excursie geweest naar de groeve

Misburg in omgeving van Hannover. Een dankbare groeve waar je veel divers

fossiel materiaal kunt vinden. We willen opnieuw deze plek gaan bezoeken. Wie

heeft interesse om mee te gaan? Meld je aan bij Sandra van Dam. NB: Op You

Tube staat een klein filmpje over deze groeve (1.47).

Uncovered in China”

https://www.nytimes.com/2017/11/30/science/pterosaur

-eggs.html

Fossiele schelpen lagen gewoon

voor het oprapen op Sanibel

Island, Florida (foto: Sandra van

Dam)

12 september 2018 Start van het nieuwe seizoen. Tijd voor vakantie verhalen en het showen van gevonden

vondsten.

10 oktober 2018 Lezing door Marcel van Schoor, thema de geologie van het geologische tijdperk het

Carboon.

14 november 2018

Gastlezing door Clarinus Nauta, sinds kort voorzitter van de NGV. “Ik heb het afgelopen jaar

veel vulkanen mogen bezoeken. Ik ben bezig daarvan een lezing te maken met als

voorlopige titel: Mijn reis langs vulkanen: Etna; Big Island Hawaï; Lassen Peak; Puyehue;

Chaiten; Nyiragongo; Erte Ale; Piton de la Fournaise; Sibayak; Sinabung; Bromo; Mt. Batur;

Gunung Agung; Gamalama; Ibu en Dukono. Ik neem mee gevonden materiaal en laat

foto’s en korte filmpjes zien van deze vulkanen en ga in op het ontstaan van de genoemde

vulkanen. Ik heb veel gezien maar zit ook vol vragen die ik graag met de aanwezigen wil

delen / bespreken.

12 december 2018

Workshopavond

9 januari 2019

Receptie borrel en geologische quiz verzorgd door Maarten en Mirjam. Reisverslag Florida,

met name de schelpen op Sanibel Island, recent/fossiel

13 februari 2019

Gastspreker

13 maart 2019

Gastspreker

april 2019

Excursie: Nederland

8 mei 2019

Jaarlijkse Bestuursvergadering

Juni 2019

excursie

Programma-overzicht 2018/2019

O

Overrompeld door trilobieten

Begin juni hadden Gerhard en ik een los-vaste afspraak gemaakt om elkaar ,vergezeld door onze eega’s, te ontmoeten op de camping in de Languedoc , Zuid-Frankrijk waar ik zou bivakkeren. Wij, mijn vrouw Detty en ik , zouden 2 weken later met ons oude , vertrouwde Kip-caravannetje voor de zoveelste keer daarheen op weg gaan en weer een week later zouden Gerhard en Christel met hun hond Pepper in hun vintage-camper vertrekken voor een trektocht kriskras langs Franse

binnenwegen met als einddoel het hoge Cevennenplateau boven de Tarn. De Cevennen grenzen aan de Languedoc, dus een stukje verder rijden was voor hen geen probleem.

De ietwat rommelige camping waar wij altijd heen gaan ligt aan de linkeroever van de rivier de Orb, net onder het gehucht Tarassac . De Orb ligt in het breukvlak tussen twee bergketens en heeft er een breed dal gevormd. De Noordelijke bergketen toont veel hoge , puntige en kale rotspartijen, tot zo’n 900 meter boven N.A.P, als uitloper van de Grand Causses. Je komt er veel verweerde granietpakketten en gneisgesteenten tegen als gevolg van het vulkanisme in de Auvergne. De zuidelijke keten, die lang zo hoog niet is, toont veel plooiingen en rondvormige silhouetten als gevolg van erosie en is bedekt met bossen. Deze bergketens werden gevormd door de

opstuwing van de Noord-Afrikaanse plaat en bevat veel schistlagen ,die , waar ze dagzomen een zeer geplooid karakter hebben, zelfs zo dat de eertijds vlakke onderste lagen naar boven zijn gewenteld. Op sommige plaatsen liggen de cambriumpaketten bovenop. “Les strates sont bouleversées”, zeggen de Fransen dan. Dit berglandschap wordt naar de Middellandse Zee steeds lager. Beide bergketens en de ruimtes ertussen vormen het “Parc Naturel du Haut-Languedoc”, ook wel de “Montagnes Noires” genoemd. Wij komen er graag vanwege het gematigd klimaat, het indrukwekkende landschap en de groene aanblik door de overal aanwezige wijngaarden, één van de grootse aaneengesloten wijngebieden van Frankrijk. Detty en ik hadden bedacht om uit landschappelijk en geologisch oogpunt met Gerhard en Christel een tocht naar het iets zuidelijker gelegen dorpje Berlou in het schistgebergte te maken. Onderweg zijn er langs een smal bochtig weggetje naar boven, de D 177, een paar stopplaatsen waar je een prachtig uitzicht hebt over het lager gelegen berglandschap tot

aan Béziers en de Middellandse Zee toe, zo’n 40 kilometer zuidelijker en je kunt er getormenteerde en geonduleerde schistlagen bestuderen. In het bijzondere dorpje Berlou bevindt zich het geologisch museum “La maison du Cambrien”, Musée de paléontologie. Na de komst van Christel en Gerhard stelden we dit plan aan hen voor en ze stemden er mee in. Zo bedacht, zo gedaan. De volgende dag gingen we gezamenlijk in onze Berlingo naar Berlou. Vanuit Tarassac via de D 14 naar het hoger gelegen dorpje Vieussan, de Orb gaat hier door een vlak, maar diep dal en maakt een enorme meander.

Om de D 177 te bereiken moet je bij Vieussan over een eeuwenoude stenen brug, net breed genoeg om een zwaar beladen pakezel te laten passeren, om de Orb over te steken. Berlou ligt in de schistlagen die in het Cambrium gevormd zijn. Het is een lieflijk, goed onderhouden dorpje, verscholen in het bosrijke gebergte rondom. Christels hart ging open bij het

G.van Baarsel

zien van de grote variatie aan planten en struiken, vele in bloei, in en rond het dorp. Naar het zuiden kijkt het dorp uit op een uitgestrekte komvormige vlakte , die tot de einder bebouwd is met wijnstokken van bekende druivensoorten. De wijnen die hier vandaan komen zijn schistwijnen (Schisteil) en zijn qua smaak wat zwaarder en robuuster dan andere wijnen. Het fijne wortelstelsel van de druivenstokken dringt zich tussen de dunne schistlagen en beïnvloedt op die manier de samenstelling van de druiven en daarmee uiteindelijk ook die van de wijn. Het

parkeerterreintje ligt tegenover de Caveau waar je de schistwijn kunt kopen. Deze caveau en een groot deel van de wijngaarden behoorden 15 jaar geleden aan Monsieur Francis Fernandez, die we zo dadelijk als directeur-eigenaar van het museum gaan ontmoeten. Pijlen en bordjes leiden je naar het wat hoger gelegen museum. Wij Nederlanders zouden het meteen een museumpje noemen met z’n mediterrane Hans en Grietje uiterlijk. Het gebouwtje past ook niet direct bij de traditionele, van steen gebouwde huizen in de omgeving. Klein is fijn, want wat er binnen te zien is en te ontdekken valt doet je verstomd staan. Onder het open voorportaal kloppen we op de solide, kastanje

houten voordeur met z’n schild in de vorm van een trilobiet. Meteen wordt de deur open gedaan door een vriendelijke en innemende 70 er, Monsieur Francis Fernandez zelve, nu in de functies van suppoost en rondleider. Hij is geen polyglot , maar spreekt wel een duidelijk en verstaanbaar Frans en voor buitenlandse gasten wat langzamer en gearticuleerder. Hij heet ons hartelijk welkom , want hij is o, zo gelukkig als hij over zijn trilobietenverzameling en zijn praktisch eigenhandig gebouwde museum kan praten en hij had al gauw in de gaten met goed geïnformeerde amateurgeologen van doen te hebben , zodat hij extra de tijd nam ons alles haarfijn uit te leggen en aan te duiden. De gemiddelde bezoeker en schooljeugd stond hij niet toe om foto’s te maken, want dan kon hij afbeeldingen van zijn museum en de verzameling op internet terugvinden,

maar voor ons, medegeologen maakte hij graag een uitzondering; Christels duidelijke en goed gelukte foto’s kom je in dit verslag tegen. Meteen bij binnenkomst moet je goed uitkijken niet in een vrij diepe , rechthoekige kuil te kukelen maar gelukkig staat er een “hek” om heen van zes stevige kastanje houten palen en een “leuning” van dik touw. In de kuil ligt een groot brok schistgesteente en wat werktuigen om mee te bikken, te klieven en te hameren, dit om duidelijk te maken hoe en waarin je trilobietfossielen kunt tegenkomen. Maar er moet heel wat steen bewerkt worden voordat je een fossiel vindt. Ook moet je ovale of ronde stenen die je in het veld tegenkomt, zgn. geoden, oprapen en meenemen om te splijten, want ze kunnen een fossiel omhullen. Dit vergt wel een vaardige splijtkunst en stelt in de meeste gevallen teleur. De vader van M.Fernandez is eind 30 er jaren Spanje ontvlucht uit angst voor het regime van generaal Franco. Na wat omzwervingen vestigde hij zich in Berlou en werd wijnboer. Hij was een erudiet man, geïnteresseerd in kunst en cultuur, archeologie en geologie. Hij heeft een grote en positieve invloed op zijn zoon Francis gehad. Zijn portret hangt naast de voordeur. Er vlak onder bevindt zich een kleine ingemetselde vitrine waarin een opengespleten geode ligt, in de ene helft de geheel intacte zwarte vorm van een trilobiet, in de andere helft de tegenvorm. M. Fernandez was 10 jaar toen

hij deze allereerste vondst van een trilobiet deed. Hij vond de geode op het looppad in de wijngaard van zijn vader. Een uniek stuk en hij is er , nog steeds, beretrots op. Na deze vondst was hij niet meer te stoppen en is nu, samen met zijn vrouw Colette, die vaak heel bijzondere vondsten doet, al zestig jaar bezig met het zoeken, vinden, verzamelen , bestuderen en uitprepareren van deze fossielen. Alles wat ze in de omgeving van Berlou vinden moet vanwege de stratigrafie uit het Cambrium stammen. In aangrenzende

gebieden is de stratigrafie weer anders en hebben ze fossielen uit het Ordovicium en latere perioden gevonden.

Op een grote ingekleurde stamboomkaart, waarop het ontstaan en de ontwikkeling van verschillende meercellige diersoorten vanaf het begin van het Cambrium staan aangegeven, liet M.Fernandez de lijn van de trilobieten zien , vanaf het Midden-Cambrium tot halverwege het Perm, een levenslijn van meer dan 200.000.000 jaar. In die lange periode heeft de soort zich over alle toenmalige zeeën verspreid. Van veel soorten heeft hij goed gepreserveerde voorbeelden die duidelijk met naam , vindplaats en ouderdom tentoongesteld staan in goed verlichte, ingebouwde vitrinekasten, met de nadruk op

cambrische en ordovicische soorten, omdat die dicht bij huis zijn gevonden. De oudste soorten bezaten geen ogen omdat ze in donkere moddermassa’s leefden. Veel later ontwikkelden ze het zicht met twee éénlenzige ogen en konden ze zich in het zeewater bewegen op zoek naar voedsel. Weer veel later evolueerden hun ogen zich tot facetogen om nog beter rondom te kunnen zien. Wat opvalt is de enorme vormenrijkdom, die de evolutie van de dieren had doen ontstaan bij hun aanpassing aan de omgeving of omstandigheden. Een vraag komt naar boven hoe trilobieten zich in het begin in het open water voortbewogen zonder zichtbare peddelpoten of zwemvliezen. Deden ze dat bijv. door hun driedelige lijf op en neer te bewegen, zoals een mens doet als hij met de vlinderslag zwemt, iets dat dolfijnen ook toepassen? En hoe was hun eetgedrag en hoe veroverden ze hun

prooi? Latere soorten bezitten aan de voorkant klauwtjes , tentakels en voelsprieten. Bij vroegere soorten lijken die te ontbreken. Te veel zaken die je in een kort tijdsbestek en in het Frans niet kon aankaarten. Maar dat er een grote diversiteit aan soorten bestond, tot zelfs hele kleine exemplaren die je met een loep moet bekijken (1/2 cm) maakt de inhoud van de vitrines wel duidelijk. M.Fernandez toonde nog meer evolutionaire ontwikkelingen, maar hierbij moesten wij zijn discours een beetje over ons heen laten gaan omdat het ons aan de nodige achtergrondkennis over trilobieten ontbrak. Jammer, maar je kunt niet alles weten en er is altijd nog Google, als je behoefte zou hebben om je kennis over trilobieten verder te ontplooien.

Buiten Frankrijk was M.Fernandez de hele wereld over geweest om naar trilobieten te zoeken, waarbij hij overal goede contacten had kunnen leggen om zijn verzameling uit te breiden. Zo liet hij ons voorbeelden zien uit Tsjecho-Slowakije , België, Portugal, Marokko en Bolivia. Wat dat laatste land betreft waarschuwde hij ons om nooit een fossiel het land uit te willen voeren, want als de douane dat ontdekt staat je onherroepelijk een gevangenisstraf te wachten. De Boliviaans “prisions” zijn geen kuuroorden! Ge zijt dus gewaarschuwd!! Hijzelf mocht wel trilobieten meenemen, hetgeen hij aan zijn goede contacten die hij er had, te danken had.

Na alle (bijna alle) trilobieten in de wandvitrines bekeken te hebben, waren er nog vier vitrinetafels in de niet al te grote, maar toch ruime museumruimte opgesteld. Hier lagen voorbeelden van veel andere fossielsoorten die M.Fernandez had verzameld. We zagen o.a. een prachtig groot stuk zeelelie ; hele gave Speriferida uit Vireux in de Belgische Ardennen; natuurlijk veel ammonieten in alle soorten en maten, o.a. een “wagenwiel”, 50 cm in doorsnede en 15 cm dik, dat leunde tegen een

tafelpoot, een dubbelkleppige, 80 cm lange, dunne oester; monsters van vissoorten en zee-egels . Te veel om op te noemen. Alle vitrines waren, ook weer naar zijn ontwerp en aanwijzingen, van oersterk kastanje hout, door een bevriend “ ébéniste “ ( schrijnwerker, meubelmaker) vervaardigd. Nog twee exceptionele fossielen wil ik hier vermelden; de eerste zijn twee grote

platen met boomvarens en plantenafdrukken uit het Carboon, ongeveer 90 x 60 cm groot, afkomstig uit de ondergrondse steenkoolmijnen in Graissessac , dichtbij de bovenloop van de Orb. In de gauwigheid konden we niet zien om welke soorten het ging ,maar interessant was dat M.Fernandez er ook een olielampje bij had gezet die de mijnwerkers , vaak ook jonge jongens, moesten bijlichten bij hun hakwerk. Als de lichtjes begonnen te flikkeren, moest je als de donder zien weg te komen , want dan kwam er mijngas vrij en raakte de zuurstof op. De tweede sensationele vondst , die zelfs een ereplaats in één van de vitrines had gekregen, is een 5 cm grote plaque van blauwzwarte steen met een nauwelijks te herkennen vijfpuntige ster. M. Fernandez noemde het een méduse. Wij keken hem een beetje schaapachtig aan. Medusa was toch één van de Gorgonen met haren die slangen waren en die je niet moest aankijken, want dan veranderde je in steen en die door Perseus werd onthoofd? Ja , die dus, M.Fernandez liet ons een gekleurde plaat zien van …….. een zeekwal, van onderen gezien een grote , witte badmuts met kronkelende tentakels aan de onderkant (de slangen). Het ronde steentje had dus bovenop zo’n afdruk van een kwalletje. We weten allemaal wel dat de weke delen van dieren niet fossiliseren , want ze worden opgegeten door aaseters of opgeruimd door bacteriën. Maar met kwallen schijnt het dus toch te kunnen als de condities uitzonderlijk optimaal zijn : een dode kwal moet op een bed van heel fijn materiaal (zand?) liggen en heel snel afgedekt worden ( maar dan wel op een rustige manier) met hetzelfde materiaal zodat er geen zuurstof meer bij kan komen en dan met zware lasten bovenop maar wachten totdat er iemand , een mens, het steentje toevallig na 500.000.000 jaar ergens opraapt en er wat in ziet. De hele cyclus hangt van toevalligheden aan elkaar en het is een wonder boven wonder. Maar in de Ediacara-zandsteen uit Zuid-Australië zijn deze natuurwonderen te aanschouwen en M.Fernandez is de gelukkige eigenaar van zo’n wonder en wij de bevoorrechte toeschouwers.

Voordat we , na twee uur, weer mochten vertrekken liet M.Fernandez ons nog even zijn Walhalla zien, nl. zijn kantoortje annex werkruimte. Daar toonde hij hoe hij zijn trilobietvondsten uit prepareerde , Chinese fijn- sculptuur is het! Hij gebruikt er hele fijne tandartsboortjes voor. Als zoon van een tandarts herkende ik direct het trapboorapparaat uit de 30-er jaren als aandrijfapparaat, een waar martelwerktuig, vooral als je niet verdoofd werd. Hierna namen we hartelijk afscheid van elkaar, alsof we elkaar al jaren kenden en feliciteerden hem met zijn prachtige museum en indrukwekkende collectie.

We reden bergafwaarts langs een bredere, minder bochtige weg tot aan de T-kruising naar de D20. Naar rechts ga je naar Saint Chinian, de wijgaardhoofdstad van de Languedoc, maar wij gingen naar links, naar het rustige Cessenon –sur-Orb. Toen we dichterbij kwamen hoorden we feestgedruis , naar het centrum toe werd dat steeds luidruchtiger , toeterende auto’s met vlaggen en lappen zwaaiende halfnaakte “inboorlingen”. Wat bleek , het Franse voetbalelftal had even daarvoor de wedstrijd tegen Kroatië met 3-1 gewonnen en mocht zich nu voor 4 jaar wereldkampioen noemen. Frankrijk kon haar chauvinisme nu weer eens lekker laten rollen, Air France kon er een puntje aan zuigen. “Alors , proficiat pour le Foot Français”. Op het anders zo rustige, bijna slaapverwekkende terras van Bistro Helder stond nu een deinende menigte uitgelaten fans elkaar toe te schreeuwen hoe ze gewonnen hadden. Wij, die na twee uur ingespannen arbeid wel een frisse versnapering verdienden , konden nauwelijks een bestelling doen, maar uiteindelijk lukte dat toch. Ik had een biertje op, dus Gerhard nam het stuur van de Berlingo over. Hij was te spreken over de wegligging en de nauw luisterende besturing ervan , wat voelde als een bemoedigend schouderklopje. We staken de Orb weer over via een ouderwetse , smalle stalen hangbrug en namen de D 136. Na enige tijd passeer je dan links de verlaten oude steengroeve “Carrière de Coumiac”. Deze is door het Comité Stratigraphique International uitgeroepen tot ijkpunt voor het vaststellen van een crisis aan het eind van het Devoon (het Famennien, 365 m. jaar) toen veel levenssoorten , o.a. trilobieten en goniatiden , zijn verdwenen. Zo’n soort ijkpunt vind je bijvoorbeeld ook bij de ingang van ENCI-groeve buiten Maastricht , om het tijdperk van het Maastrichtien vast te leggen. De Coumiac groeve mag je niet betreden , er staat een hek omheen, maar met een verrekijker kan je de vele afdrukken van ammonieten en trilobieten bekijken. De eertijds horizontale sedimentlagen in zee staan in de groeve bijna verticaal. De harde, mooi geornamenteerde roodbruine steen werd eind 19 de eeuw veel gebruikt voor bekleding van en in gebouwen. De vloeren van een paar ruimten in het Witte Huis in Washington DC werden er bijvoorbeeld mee afgewerkt.

1Berlou

Berlou

Aan het eind van de middag arriveerden wij, langs een bochtige weg, in Roquebrun-sur-Orb. Een welvarend stadje met een subtropisch klimaat, het heeft een botanische tuin met cacteeën en palmbomen en is toeristisch zeer in trek vanwege de brede strandjes aan de rustig meanderende Orb. Wij waren wel toe aan een stevige maaltijd. Het restaurant “Le Petit Nice” met zijn balkonterras leek ons wel wat want ze boden “Un bon goût de la cuisine traditionelle”. We zaten uit de scherpe namiddagzon , met een mooi uitzicht op een strandje in een meander van de Orb. Vijf meter onder ons lagen de moestuin en de

boomgaard van het restaurant. Ze serveerden alleen maar de onbespoten opbrengsten uit eigen tuin. De salades en groenten en misschien ook wel de frites die we bestelden waren dus volledig bio en eco. Of dat ook zo was met de cuisse de canard, de entrecote en de forel valt te bezien , alsook met de rosé du terroir,

want er wordt flink met zwavel gespoten in de wijngaarden. En al helemaal niet met de geparfumeerde ijsbolletjes, bedekt met chantilly . Maar bio en eco zijn begrippen uit een ander tijdperk als je je waant in de hangende tuinen van Babylon, bediend door een attente en knappe garçon, die met fraai opgemaakte schalen met exquise gerechten aan komt dragen en je in aangenaam gezelschap verkeert. Tegen het vallen van de avond reed Gerhard ons weer veilig , langs een weg vol ravijnen, terug naar de camping in Tarassac.

Het was een prachtige, avontuurlijke , maar vermoeiende dag geweest. We hadden een 100 kilometer lange

geologische rondrit gemaakt door de schitterende Languedoc.

Bij dezen wil ik iedereen van harte uitnodigen voor ons aanstaande internationale symposium "Crustacea Through Time", op vrijdag 28 september 2018 in het Oertijdmuseum in Boxtel. Het programma bestaat uit zeven populair-wetenschappelijke lezingen, door zowel Nederlandse als internationale sprekers, en een rondleiding door de tentoonstellingen en de collectie van het museum. Bij ons symposium zal de evolutionaire geschiedenis en paleobiologie van Crustacea (kreeftachtigen) centraal staan, waarbij unieke fossiele exemplaren van groepen als de (echte) krabben, heremietkreeften, bidsprinkhaankreeften, gravende kreeften en zeepokken zullen worden besproken.

De kosten bedragen 12.50 euro voor studenten en leden van de Paleobiologische Kring en 17.50 euro voor niet-leden. Hiervoor ontvang je koffie/thee, een lunchpakket, een borrel na afloop en bovenal een dag vol met fossiele kreeftachtigen! Om aan dit symposium deel te nemen is aanmelding verplicht, via ons online aanmeldingsformulier: https://goo.gl/forms/kfcVUAag26rMliNK2.

Details over ons symposium, inclusief het programma, kan je vinden op onze website: http://www.paleobiologischekring.org/homepage/?p=1255 en ons facebook-event:

https://www.facebook.com/events/289876721790687/ Alvast hartelijk dank, en hopelijk tot 28 september! met vriendelijke groet namens het bestuur van de Paleobiologische Kring, Johan Vellekoop

Ingekomen bericht: 27/8

BeurzB2014

2015

8 en 9 september: Lapidari-Weekend MTN-Giethoorn (Huisshow)

Kanaaldijk 18, 8355 Giethoorn, 8355 VJ Nederland

MTN Giethoorn

Van 10:00 tot 17:00 uur sep 2018

15 september: Mineralenbeurs Amersfoort

Vogelplein 1, 3815 GV Amersfoort, Nederland

Kerkcentrum De Bron

Van 11:00 tot 16:00 uur

30 september: Mineralen- en Fossielenbeurs De Bilt

Henri Dunantplein 4, 3731 CL De Bilt, Nederland

Cult. en vergadercentrum "Witte"

Van 10:00 tot 17:00 uur

2014

Volgende nieuwsbrief verschijnt in oktober 2018

Kring Rotterdam werkt

samen met de afdeling

Maaswaarden van de

Nederlandse Geologische

Vereniging.

Alle avonden zijn in principe

toegankelijk voor leden van

beide clubs.

De bijeenkomsten

(aanvang 20.00 uur) vinden

plaats in de Klepperwei,

Zwaluwenlaan 1 in Rhoon.

Gratis parkeren en redelijk/

goed te bereiken met het openbaar vervoer. Uitstappen bij metrohalte

Rhoon/ 12 minuten lopen,

950 m via Dorpsdijk en

Lijsterlaan.

Website GEA -

Maaswaarden

http://www.gea-

geologie.nl/kringen/kring-

rotterdam

http://www.geologischever

eniging.nl/afdelingen/maas

waar-den

Klepperwei

21 oktober 2018: de GEA Beurs

Een echte aanrader om naar toe te gaan!

Het is niet alleen een beurs door standhouders met mineralen en fossielen en

edelstenen, maar er worden ook workshops en lezingen gegeven en er is een

thema tentoonstelling.

De GEA Beurs is geopend van 10:00 tot 17:00 uur

Locatie: Ontmoetingscentrum De Meent, Orion 3,1188 AM Amstelveen

Parkeren is gratis. Bereikbaarheid; met metro/tram 51, halte De Meent (80 meter

lopen naar de beursingang); buslijn 199 halte Praam (circa 250 meter lopen).

Meer info: https://www.gea-geologie.nl/

Zeker de moeite waard en voor iedereen is er wat te doen of te beleven!

Vondst ‘draak van Lingwu’ herschrijft de

evolutie van enorme dinosaurussen

De oorsprong van de iconische Diplodocae-dino’s is anders

dan gedacht. Dat blijkt uit de vondst van een dinofossiel in

China. Lees meer via: https://newscientist.nl/nieuws/vondst-

draak-lingwu-herschrijft-evolutie-enorme-dinosaurussen/