FP_2012_02

68
Albert Heijn pakt uit met 125 jaar Het keurmerk van het Vakcentrum Zelfscannen bij Emté Lidl-experiment betaald parkeren ‘Duurzaam winkelen’ bij Agrimarkt George Verberne, C1000-ondernemer en ‘ondernemersbestuurder’ 2 LOBLAW’S MARKTLEIDER CANADA OPENT BIJZONDERE SUPERSTORE

description

Onafhankelijk maandblad voor managers in de levensmiddelenhandel en -industrie.

Transcript of FP_2012_02

Page 1: FP_2012_02

Albert Heijn pakt uit met 125 jaar ● Het keurmerk

van het Vakcentrum ● Zelfscannen bij Emté ●

Lidl-experiment betaald parkeren ●

‘Duurzaam winkelen’ bij Agrimarkt ● George Verberne,

C1000-ondernemer en ‘ondernemersbestuurder’

2

LOBLAW’SMARKTLEIDER CANADA OPENT

BIJZONDERE SUPERSTORE01 Cover 1 13-02-2012 11:35:23

Page 2: FP_2012_02

Of leest u toch even verderGek hè? Dat u meestal zo voorbij een advertentie bladert, en nu

we u erop wijzen leest u juist wel wat er staat. Dat fascineert ons.

Eigenlijk fascineert elke vorm van gedrag ons, of het nou van een

consument, shopper of lezer van de FoodPersonality is. Want pas

als we gaan kijken vanuit de shopper, als we weten hoe iets in

elkaar zit, kunnen we iets veranderen. En dat is nou precies wat

ons reclamebureau typeert.

Interesse in shoppergedragsverandering? Kijk op hansnel.nl of bel 030 230 70 50.

Voor de verandering.

Bladert u gelijk door?

02 ADV Hansnel 2 10-02-2012 14:25:11

Page 3: FP_2012_02

3FoodPersonality februari 2012

INHOUD

4 Deze maand

5 Hoofdredactioneel: Prijsverhogingen

6 Personality’s

8 Formulecijfers GfK

Met Pim op straat

Superkijken: Jan van der Borst (FrieslandCampina)

Albert Heijn en het jubileum

Zelfscannen: Emté versus de rest

EFMI: Scherper schieten

Lidl en betaald parkeren

Het nieuwe Vakcentrum-keurmerk

Verberne, laatste column

22 ‘Duurzaame’ boodschappen bij Agrimarkt

26 FoodAwards-jury

Eysink Smeets: Eurocrisis en supermarktomzet

29 Ruzie met Rutte: Eigen vlees keuren

Paradepaardje van Canadees Loblaw’s

36 Afscheidsinterview met George Verberne (C1000)

Wilma Waterlander onderzocht prijs gezond eten

44 Bij Evelyn aan tafel: Karl Buiks (FrieslandCampina)

46 Proeven in de supermarkt: wat dóet dat?

52 Kweekvlees, led-groente en ander eten van morgen

56 Formules & Hemmes: Interspar, Oostenrijk

59 Ammerlaan: Snacks à la Steve Jobs

Vleursvloer: Villa Chocola

Locatienieuws

62 Suzette’s TM: Edward Piket (Texaco)

64 Productnieuws

22

56

36

03 inhoud 3 13-02-2012 14:11:27

Page 4: FP_2012_02

4FoodPersonality februari 2012

DEZE MAAND

Deze Rijlaarsdam zit dus bij Polman in Londen

aan tafel. Nou isUnilever geen adverteerder in

NRC Handelsblad, maar Rijlaarsdam wil vooral

niet bijdragen aan het leiderschapsaura dat eerdere

Unilever-topmannen doorgaans wel eens in die

krant meekregen (zoals dat in Het Financieele

Dagblad ook meer gebruikelijk is). Rijlaarsdam

neemt de vrijheid die een journalist zich eerder

kan permitteren bij politici, kijkt meer naar wat hij

doet in plaats van wat hij zegt en steekt de draak

met hem. “Hongerige journalisten, dat kan niet

anders dan slechte stukken opleveren. (…) Laten

we nu eerst maar even wat te eten gaan halen.”

En, terwijl Polman vragen beantwoordt: “Hij doet

dat terwijl hij ondertussen zo beschaafd mogelijk

op rozemarijnaardappeltjes en visballetjes kauwt.”

Ze geeft een impressie van Polman alsof hij op zijn

praatstoel zit bij vragen die hem welgevallig zijn,

over groei in opkomende landen bijvoorbeeld;

maar: “Als een Nederlandse journalist van Het

Financieele Dagblad vragen stelt over het gerucht

dat Unilever de ‘spreads’ (Bona, Becel, Calvé etc.,

red.) wil afstoten, reageert Polman gepikeerd.

(…) Natuurlijk gaat hij als bestuursvoorzitter niet

zeggen of hij bepaalde divisies in de toekomst gaat

verkopen, zegt Polman bits. Zodat de concurrent

kan meeluisteren, zeker?En wat te denken van

de onrust die het veroorzaakt onder werknemers

in die tak? Eerlijk gezegd vond hij het artikel een

voorbeeld van ‘goedkope journalistiek’. Volgende

Lunch met Polman

Emté als versmerk‘Het is giraffebrood,

Sainsbury!’

Op donderdag 2 februari kwam Unilever naar

buiten met zijn cijfers. Overal in de Nederlandse

media gaf chief financial officer Jean-Marc Huët

toelichting op de cijfers. Die toelichting kwam in

het kort neer op: lang leve de groeimarkten buiten

de westerse wereld, in de VS en Europa is helaas

nauwelijks nog volumegroei te pakken. Waar was

de bestuursvoorzitter zelf, die zulke persbood-

schappen gewoonlijk voor zijn rekening neemt?

Die lazen we een dag later, onder meer in NRC

Handelsblad en Het Financieele Dagblad. Paul

Polman zat in Londen aan tafel met een keur aan

journalisten uit binnen- en buitenland.

De impressie in NRC Handelsblad is om tweeër-

lei redenen opmerkelijk. Ten eerste omdat hij uit

handen komt van Barbara Rijlaarsdam. Rijlaars-

dam is de dame van wie ongeveer een maand terug

bekend werd dat zij de nieuwe partner is van Henk

Bleker. Staatssecretaris Landbouw en CDA-politi-

cus, en in de branche is het ‘onze minister’. Blekers

verhouding met de NRC-journaliste kwam meteen

in de media nadat hij bekendmaakte kandidaat

te willen zijn voor de nieuwe leider van het CDA,

maar… alleen als niemand anders wilde. De media

namen de voedselstaatssecretaris meteen de maat

en ontdekten een ‘huidige levenspartner’ op de

parlementaire redactie van NRC Handelsblad.

Rijlaarsdam verhuisde in goed overleg (voor zover

bekend) van de parlementaire naar de economi-

sche redactie.

Sligro is begonnen met huismerk Emté voor

de gelijknamige formule. Voorheen hadden

versartikelen vaak verschillende fancynamen.

Ze kwamen soms regelrecht uit de stromen van

productiebedrijven van Sligro of uit de koker van

de groothandel Sligro. Dat kan nu nog steeds zo

zijn, maar Emté legt voortaan meer artikelen in

Het tijgerbrood van het Britse Sainsbury

ligt al tijden in de broodvakken. Maar sinds

vorige maand heet dit brood giraffebrood.

Waarom? Omdat de drie-jarige Lily Robinson vond

dat de broodkorst meer op een giraffevel lijkt dan op

een tijgervel. En Sainsbury vond dat dat wel klopt.

Het gaat om brood met minieme breukjes in de korst,

die kriskras door elkaar lopen. Tijgerbrood, noemde

Sainsbury dit. Maar de drie-jarige Lily, dochter van

een Sainsbury-klant, schreef een brief aan de keten.

Het lijkt niet op tijgervel, het is eerder giraffevel. De

klantenservice van de keten nam de brief ter harte,

legde in een reactie uit dat het brood van die leveran-

cier lang geleden meer gestreept was, maar nu niet

meer. En dus veranderde Sainsbury de naam. Met:

schapetiketjes in de filialen bij het brood. Met uitleg

over hoe het kwam dat de naam werd aangepast. En

met de toevoeging dat er verder niets aan dit brood

veranderd was.En nou zijn wij in de sector eigenlijk

ook aan de beurt. Bananen met spikkels worden vaak

tijgerbananen genoemd. Met spikkels! Het zouden

panterbananen moeten zijn.

vraag, graag. Voordat zijn woordvoerder de volgende

journalist het woord kan geven, heeft Polman dat

al gedaan. ‘Let’s go to Louise’, zegt hij, en draait zijn

hoofd naar de journaliste van The Financial Times.”

Rijlaarsdam wijst in haar impressie van de perslunch

ook op het einde ervan: “Even na één uur ’s middags

verschijnt een dame in mantelpakje in de kamer. Ze

steekt twee vingers op naar Polman. Twee minuten,

dan begint zijn volgende afspraak. Maar de topman

van Unilever zit net midden in een verhaal over de

eurocrisis. “Natuurlijk hopen we dat de euro over-

eind blijft”, zegt hij. “Als één land, zoals Griekenland,

eruit zou stappen, heeft dat volgens mij weinig

effect op Europa. Maar als bedrijf moet je uiteraard

wel zorgen dat je een plan b hebt. Wat betekent dat

voor je financiële situatie? Wat betekent het voor

je producten? Voor de klanten in dat land?” Een

perswoordvoerder glimlacht verontschuldigend naar

de dame. Voor Polman aan een nieuwe zin begint,

zegt hij vlug: “We moeten stoppen. Patty wordt heel

nerveus.” Patty staat nu recht tegenover Polman en

probeert hem duidelijk te maken dat de tijd niet op

hem wacht. Dan schuift Polman haastig zijn stoel

naar achter. “I’ll see you guys.” En weg is-ie.”

Of Polman dit met plezier zal hebben teruggelezen

(gesteld dat hij er de tijd voor kan of wil nemen)?

Maar ja, ’t is wél de partner van de staatssecretaris

van eten en drinken. Of zou Polman daar geen

boodschap aan hebben?

de koelingen die de naam van de formule promi-

nent dragen. Zoals deze maaltijden, winterkost, te

vinden in een actiekoeling. Ook soepen, panklare

agf, koeken en vleeswaren krijgen het Emté-merk.

Deze maaltijden bijvoorbeeld worden gemaakt

door Culivers, een productiedochter van Sligro

Food Group.

04 Deze Maand 4 13-02-2012 18:40:35

Page 5: FP_2012_02

5FoodPersonality februari 2012

Gé Lommen, hoofdredacteur

[email protected]

Deen en DolfjeSigneren in de supermarkt, het komt niet vaak

voor. Leclerc in Frankrijk heeft bij sommige

hypermarkten een zogeheten ‘espace culturelle’,

een aparte winkel met vooral boeken en muziek en

daar biedt Leclerc ook ruimte voor ‘bijeenkomsten

van culturele aard’. Zoals, een lezing. Niet echt wat

we van een een supermarktbedrijf gewend zijn,

maar Leclerc is dan ook veel meer dan dat, met

zijn garagebedrijven, pompstations, tuincentra

enzovoort.

In een Deen-filiaal was er onlangs wel iets soort-

gelijks. Een signeersessie van Paul van Loon, de

maker van de kinderboeken van Dolfje Weer-

wolfje. Klanten konden tot aan halverwege deze

maand stickers sparen voor een stripalbum van

Dolfje Weerwolfje. Opmerkelijk: Dolfje is landelijk

bekend, maar Van Loon verbond zich toch aan

een regionale speler, Deen. Van Loon maakte het

stripalbum speciaal voor de actie met Deen, en

signeert hier, in het Deen-filiaal in Purmerend

(Weidevenne).

Belgische brouwers

helpen Marqt

Tot nu toe vertelde Marqt-oprichter Quirijn Bolle

nooit wie er als investeerder meedeed met de uit-

bouw van de alternatieve supermarktketen. Maar

inmiddels is het bekend dat Belgische brouwers-

families meedoen. Het gaat om Verlinvest, het

investeringsfonds van oprichtersfamilies van wat

vandaag internationaal AB Inbev heet, maar wat

lange tijd als ‘Interbrew’ bekend stond. Het gaat

om de families De Spoelberch, de Mévius en Van-

damme, alledrie van oudsher verbonden aan het

brouwersconcern. Deze families gelden alledrie als

bijzonder vermogend. Met name De Spoelberch,

die familie torent volgens Le Soir Magazine nog

boven de familie Colruyt uit. Bolle wijst echter niet

zozeer op dat vermogen, hij wijst er liever op dat

het hoofd van Velinvest een biologisch landgoed

heeft, om duidelijk te maken dat de partijen op één

lijn zitten als het om de productie en vermarkting

van eten en drinken gaat.

PrijsverhogingenVorig jaar tijdens de ‘Haringparty’ van het CBL waren de aanwezige leiding-

gevenden het onderling min of meer met elkaar eens. Het ging erom of

supermarkten prijsverhogingen konden doorvoeren in een periode waarin de

grondstofprijzen na een momentje van daling toch weer verder zouden stijgen.

Nu is het bijhouden van grondstofprijzen een heikele kwestie voor wie niet

achter de schermen zit van termijnmarkten voor grondstoffen. De media zelf

kieperen als het ware verschillende analisten door elkaar, waardoor er wel eens

verwarring wil ontstaan. Het is eigenlijk dezelfde verwarring als van economen

in kranten, die uitleggen dat Griekenland uit de eurozone moet, dat Grieken-

land gered moet worden, dat de euro moet verdwijnen, dat de euro koste wat

het kost gered moet worden, enzovoort. Die verwarring is niet vreemd, zo veel

deskundigen, zo veel meningen.

Op de CBL-bijeenkomst vorig jaar was er op dat punt meer overeenstemming.

Elke directeur van een supermarktketen die op dat moment aan bod kwam, zei

dat zijn formule nooit prijsverhogingen zomaar zou toestaan. En met ‘zomaar’

werd bedoeld: als dat ten koste zou gaan van het prijsimago van de formule. Dat

is goed te begrijpen. Niemand wil in onze branche verliezen op prijsimago. En

een slecht prijsimago is niet zomaar opgelost. Dat kost veel moeite, veel tijd en

veel geld.

Afgelopen januari presenteerde bestuursvoorzitter Koen Slippens van Sligro

Food Group de jaarcijfers. Hij wees er ruiterlijk op dat de Emté-vestigingen in

Twente minder goed hadden gedraaid. Het waren de Emté-vestigingen die

voorheen Sanders heetten. Op de vraag hoe het kon dat deze supermarkten

na de ombouw naar Emté minder draaiden, kwam als argument ten eerste dat

de klant aan de formule moest wennen. Als tweede volgde een bijzonder argu-

ment: Sanders-filialen waren omgebouwd tot Emté-filialen in een periode dat

men prijsverhogingen had doorgevoerd, of: had moeten doorvoeren. Daardoor

waren klanten wat afhoudend geworden, ze hadden het idee gekregen dat Emté

wat duurder zou uitpakken dan de vroegere Sanders-winkel.

Als dit nu precies zo is gegaan als Slippens vertelde, dan mag de concur-

rentie gewaarschuwd zijn; pas op voor ombouwoperaties in een periode van

prijsverhogingen. Een waarschuwing die eigenlijk heel vanzelfsprekend is. Een

overweging voor in elk geval alles wat Jumbo, Super de Boer en C1000 is.

Maar de vraag die hiermee opkomt, is vooral; waarom zou Emté in een tijd van

ombouw zich dat ongunstige prijsimago op zijn hals halen? Als je dat per se niet

wil, zorg je toch dat de koffie van DE, de cola van Coca en de choco van Verkade

met minder marge in het schap ligt?

Of is er een periode aangebroken dat retailers niet meer zo zenuwachtig hoeven

te doen over dat prijsimago? In dat geval zou er een mooie periode in de sector

kunnen aanbreken, met ruimte voor fantastische producten met fantastische

ingrediënten.

Maar twee weken later al stond in Distrifood dat Plus een prijsimagoprobleem

had. Een uitspraak van onderzoeker Peter Verhoef van de Rijksuniversiteit Gro-

ningen, die dat in dat blad uitlegt.

Jammer, ergens. Verhoef zegt niks verkeerds, dat niet. Maar toch, een formule die

duurzaam als speerpunt heeft: het zou niet moeten mogen. Je zou eigenlijk ook

een verbod willen instellen op journalistiek over prijscommunicatie. Om ruimte

te creëren voor duurzaamheid, smaak en productkwaliteit. Maar er is behalve

een NMa ook een Raad voor de Journalistiek.

04 Deze Maand 5 13-02-2012 18:40:36

Page 6: FP_2012_02

6FoodPersonality februari 2012

DEZE MAAND

Personality’sWie wat waarheen en waarvandaan, in de personaliarubriek

van FoodPersonality.

Mailen? [email protected]

Verhaegen, GrolschTom Verhaegen wordt met ingang van april de nieuwe algemeen directeur van

‘Koninklijke Grolsch N.V.’. Hij volgt de huidige directeur Rob Snel op, die sinds

2008 deze functie vervult. Snel treedt terug omdat hij de pensioengerechtigde

leeftijd heeft bereikt. Grolsch meldt in een persbericht over Verhaegen: ‘uitge-

breide kennis van marketing en verkoop’ en ‘bekend met de organisatie SAB

Miller en de biermarkt’.

Verhaegen is Belg, 39 jaar en werkt sinds 2009 bij SAB Miller. Momenteel is hij

marketingdirecteur voor Tsjechië bij Plzensky Prazdroi, dat de brouwerij is van

onder andere Pilsener Urquell. Verhaegen werkte eerder voor tabaksaanbieder

British American Tobacco en daarna werkte hij zeven jaar bij bierconcurrent

Inbev (of rechtsvoorganger Interbrew). ■

Van Leeuwen, JumboCarin van Leeuwen is sinds deze

maand de nieuwe, vierde, unit manager

van Jumbo Supermarkten. Zij is unit

manager voor de ‘categorieteams’ vlees,

gevogelte, vis en vegetarisch, kaas,

tapas, vleeswaren en zuivel en marga-

rine. Van Leeuwen is niet de opvolgster

van Susanne Kroon, die voorheen unit

manager voor vers was bij Jumbo en na-

jaar 2011 als commercieel directeur bij

Spar aan de slag ging. Voorheen waren

Kroon voor vers en Peter Snoek voor

houdbaar de unit managers, maar met de komst van Ed van de

Weerd als commercieel directeur is de organisatie van de category

en unit managers veranderd.

Er zijn nu vier unit managers: Muriël Kivits, Ton van de Hoek en

Wibo van Wijk, en dus Van Leeuwen als vierde. Elke unit bestaat

uit vier of vijf categorieteams. Peter Snoek is inmiddels hoofd

‘pricing en merchandising’-strategie. Deze vier unit managers rap-

porteren aan Van de Weerd.

Van Leeuwen werkte tot halverwege 2011 bij zuivelaanbieder Arla

Foods, als commercieel directeur. Zij vertrok daar na een verschil

van mening over het te voeren beleid. Van Leeuwen werkte enkele

jaren bij Arla, daarvóór werkte zij jaren bij Friesland Foods, onder

andere bij de frisdranken- en sappenwerkmaatschappij Riedel.

Toen Friesland Foods en Campina fuseerden en de mededingings-

autoriteit NMa vaststelde dat er een hoeveelheid zuivel verplicht

in handen zou komen van een andere aanbieder, werd die andere

zuivelaanbieder Arla. En daar ging Van Leeuwen aan de slag. ■

Eisma, NielsenCommercieel directeur ‘new busi-

ness’ Han Eisma stapt eind deze

maand op bij marktonderzoeker

Nielsen. Eisma werkte dertig jaar

bij Nielsen. Hij weet nog niet wat

hij hierna gaat doen. Desgevraagd

zegt hij daarover: “Ik heb een paar

ideeën hierover, maar dat is nog niet

zo duidelijk omlijnd dat ik dat ken-

baar wil maken. En bovendien weet

ik nog niet wat er bij toeval op mijn

pad komt. Ik ben druk bezig met al-

lerlei gesprekken en verwacht vanaf

mei weer in business te zijn. Tot die

tijd verheug ik me op van alles, ook

vanwege mijn rol thuis als vader.”

Eisma vervulde in die dertig jaar

Smit, Van Kuijen, Bel, WestlandJohn Smit, general manager van Bel in Nederland (van kaas-

merken als Boursin, La Vache Qui Rit, Port Salut en Leerdam-

mer), wordt met ingang van april directeur sales & marketing

bij Westland. In die functie wordt hij wereldwijd verantwoor-

delijk voor alle commerciële activiteiten van het bedrijf.

Smits opvolger bij Bel is Vincent van Kuijen. Van Kuijen was

tot nu toe sales director.

Smit werkt sinds mei 2005 bij Bel en werkte hiervóór bij Uni-

lever en smaakstoffenleverancier Quest. Ook Van Kuijen werkt

sinds 2005 bij Bel, maar één maand korter.

Het is nu nog niet bekend wie Van Kuijen als sales director gaat

opvolgen. Van Kuijen neemt nog even de tijd om de organisatie

in te richten. Smit volgt niemand op bij Westland. Hij gaat er

een nieuwefunctie vervullen die tot nu toe door Henny West-

land werd waargenomen. ■

verschillende functies, het langste

als commercieel directeur. Hij was

lid van het management team. ■

John Smit Vincent van Kuijen

06 Deze maand 6 13-02-2012 18:41:19

Page 7: FP_2012_02

7FoodPersonality februari 2012

Kuppens, UnileverBart Kuppens wordt met ingang

van maart de nieuwe directeur voor

marketing bij Unilever Benelux.

Deze functie vervulde tot nu toe

Frank Weijers, de ‘chairman’ van

Unilever Benelux, die in september

vorig jaar de nieuwe bestuurs-

voorzitter werd. Weijers besloot de

functie ‘head of marketing’ voor

Unilever Benelux er tijdelijk bij te

doen. Tegelijk met de komst van

Frank Weijers kreeg de ‘head of

marketing’ van dat moment, de

Belg Nils van Dam, immers ook een

andere baan bij Unilever, namelijk

‘vice president customer develop-

ment België’ en tegelijk ‘country

manager’ voor dat land.

Kuppens is afk omstig van Procter &

Slechts één telefoontje verwijderd van detachering van Space Managers, Category Managers, Trade Marketeers, Account Managers en Sales Managers van het allerhoogste niveau.

Hebben? Bellen!

Evelyn van Leur 06 - 30 35 21 47Tijn Bresser 06 - 12 47 65 36

advertentie

Gamble. Hij was hiervóór anderhalf

jaar lang commercieel directeur bij

Procter & Gamble, tot aan septem-

ber vorig jaar. Daarvóór werkte

Kuppens voor Procter & Gamble

op het Europese hoofdkantoor in

Génève en was hij verantwoordelijk

voor de divisie ‘oral care’. ■

Westland, WestlandHenny Westland (1968) is de

nieuwe algemeen directeur van

‘Westland Kaasgroep’ (o.a. de mer-

ken Maaslander en Old Amster-

dam). Met haar aantreden op die

post krijgt kaasleverancier Westland

weer iemand uit de familie aan het

roer, en wel ‘de derde generatie’,

aldus Westland in een bericht.

Maar anders dan de andere twee

Stomp, Friesland-Campina, Driscoll’sWyard Stomp is aan de slag gegaan bij Driscoll’s, een

vanuit Amerika afk omstige aanbieder van vers ‘zacht fruit’

(aardbeien, frambozen, bessen etc.) voor de Nederlandse

supermarktketens. Stomp is bij Driscoll’s commercieel

directeur.

Stomp is afk omstig van FrieslandCampina. Bij dat bedrijf

werkte hij als directeur verkoop retail, bij FrieslandCam-

pina Dagvers. Die functie vervulde hij twee jaar, daarvóór

was hij sales manager retail voor FrieslandCampina Dag-

vers en sales group manager voor Campina (vóór de fusie

tussen Friesland Foods en Campina). ■

generaties, is zij de eerste vrouw die

leiding geeft aan het 76 jaar oude

familiebedrijf. Zij volgt Ab Pasman

op, de voormalige Grolsch-bestuur-

der die als gedelegeerd commissaris

Westland vanaf april vorig jaar ad

interim heeft geleid, nadat Cor

Lustig daar opstapte.

Westland is sinds 2005 al betrok-

ken bij het bedrijf Westland, in de

functie van commissaris. Afgelo-

pen zomer stapte zij over van een

toezichthoudende op een leiding-

gevende functie, namelijk ‘directeur

business teams’. Met haar indienst-

treding als algemeen directeur wor-

den haar taken voor marketing en

sales overgedragen aan de nieuwe

directeur marketing en sales, John

Smit, die per april begint. ■

Aaltzen Linde,Ad van GelovenJan Aaltzen Linde wordt de nieuwe commercieel directeur bij

snackfabrikant Ad van Geloven. Aaltzen Linde was tot nu toe

commercieel directeur bij Douwe Egberts, verantwoordelijk

voor ‘trade & horeca. Aaltzen Linde is de opvolger van Sietse

Derks bij Ad van Geloven. ■

06 Deze maand 7 13-02-2012 18:41:20

Page 8: FP_2012_02

8 FoodPersonality februari 2012

GfK-formulecijfers DEZE MAAND

0

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

55

60

65

70

Albert Heijn 66,6 64,5 63 62,5 62 62,8 63,1 64 65,2 64,8 63,2 62,5 63,4C1000 34,3 35,9 33,1 32,5 33,7 33,6 32,1 31,8 36,1 33,1 34,3 34,1 36,0Super de Boer 10,7 9,4 9,5 8,4 7,4 6,7 6,4 5,8 5,2 4,5 4,2Dirk-formules 15,4 14,6 14,7 14,5 13,9 13,7 13,7 14,3 14 14 14,3 14,3 15,1Aldi 33,5 34,5 34,6 34,1 34 33,7 34,4 34,1 33,7 33,5 35,2 34,2 34,5Lidl 34,6 35 35,5 36,9 34,1 35,4 35,2 37,2 35,8 36,3 36,4 36,8 38,2Jumbo 18,1 18,9 19,5 20,7 20,4 20,7 20,7 21,4 21,5 22,3 23,2 23,2 23,2Plus 14,7 14,6 14,6 13,7 14,5 14,8 13,8 14,3 14,6 14,3 15,3 13,4 14,9Emté 7,2 7,3

P01 P02 P03 P04 P05 P06 P07 P08 P09 P10 P11 P12 P13

In FoodPersonality maandelijks de penetratiecijfers van 8 landelijke supermarktformules van

onderzoeksbureau GfK. Penetratiecijfers - het percentage huishoudens dat een bepaalde formule

bezoekt - laten zich lezen als een verkapt marktaandeel (omdat bestedingen en bezoekfrequentie

- de factor klantentrouw in feite - ontbreken) maar brengen, gevolgd over een langere periode,

het switchgedrag van de consument tussen AH, C1000, Aldi, Lidl, Jumbo, de Dirk-formules, Plus

en Emté in kaart. Deze maand periode 13 (week 49 tot en met week 52).

Penetratiecijfers t/m periode 13Hoe zag het switchgedrag van de consument eruit in de

belangrijke laatste periode van het jaar? Wat opvalt is

dat geen enkele formule die we in deze rubriek volgen

in deze periode lager scoort. Dat wil zeggen, Jumbo is

stabiel op 23,2%. Met al die nieuwe vestigingspunten

erbij mag je dat enigszins teleurstellend noemen. Daar

staat tegenover dat het intussen door Jumbo ingelijfde

C1000 in periode 13 de meeste extra klanten trok (+1,9),

gevolgd door Plus (+1,5) en Lidl (+1,4). Albert Heijn

pluste wel ten opzichte van periode 12 (+0,9), maar had

in periode 13 wel een lagere penetratie dan de afgelo-

pen twee jaar in diezelfde periode.

De totale omzet over december kwam volgens GfK uit

op € 2,67 miljard, 1,6% meer dan in dezelfde maand een

jaar eerder. Wel was er de spraakmakende recordomzet

in week 51: € 834 miljoen (10,6% meer dan in week 51

2010). De piek in week 51 had echter vooral te maken

met het gegeven dat de kerstdagen in het weekend

vielen, waardoor de kerstboodschappen grotendeels in

die ene week werden gedaan.

Penetratie onder huishoudens met kinderen, P13Deze maand kijken we weer eens naar de penetratie on-

der huishoudens met kinderen. Deze door alle formules

zo vurig begeerde doelgroep - want hoge bestedingen

- namen we voor het laatst in periode 2 van 2011 onder

de loep. Het patroon is bij alle formules ongewijzigd

gebleven: ten opzichte van de totale penetratie scoren

de formules hoger onder gezinnen met kinderen. De

bekende uitzondering is Albert Heijn. En ondanks alle

inspanningen van Albert Heijn (de Muppets-actie is de

meest recente poging) om meer gezinnen met kinderen

te trekken zien we de penetratie onder deze doelgroep

ten opzichte van periode 2 2011 juist teruglopen, van

62,4% naar 59,1% (bij een totale penetratie van resp.

64,5% en 63,4%). Het is uiteraard een vrij willekeurige

momentopname, maar toch.

De kampioenen onder de gezinnen met kinderen

zijn (en waren dat al) C1000 en Lidl. Ten opzichte van

periode 2 2011 is Lidl C1000 wel voorbijgestreefd als

formule met relatief het hoogste aandeel gezinnen met

kinderen (44,6%) als klant.

Penetratie t/m periode 13

37,844,6 41,1

63,4

34,5 38,2 36,0

8,2

26,116,616,0

59,1

7,3

23,214,915,1

0,0

10,0

20,0

30,0

40,0

50,0

60,0

70,0

Albert H

eijn A

ldi L

idl

Detailco

nsult F

M

Plus

Jumbo

C1000

Emté

HH met kinderen Totaal

Penetratie onder huishoudens met kinderen, P13

500.000

550.000

600.000

650.000

700.000

750.000

800.000

850.000

900.000

2010 615.567 660.133 754.153 602.506

2011 615.229 645.544 834.211 578.406

week 49 week 50 week 51 week 52

-0,1% -2,2%

10,6%

-4,0%

Supermarktomzet, P13 (x 1.000)

08 Formule cijfers 8 10-02-2012 14:27:20

Page 9: FP_2012_02

Kom op 13 maart naar de AH Managers Meeting.

Albert Heijn is in 1887 begonnen met een kleine kruidenierszaak in Oostzaan. Deze winkel vormde de basis voor Ahold, waar we dagelijks miljoenen mensen inspireren in meer dan 2.900 winkels in Europa en de Verenigde Staten. Voor Albert Heijn zoeken we ervaren managers die energie krijgen van leidinggeven aan een dynamische supermarkt. En daarmee in de voetsporen van Albert Heijn treden.

Als Supermarktmanager bij Albert Heijn krijg je de verantwoordelijkheid voor je eigen winkel; een moderne supermarkt waar je een team aanstuurt van 100 mensen of meer. Je draait een miljoenenomzet en bent het middelpunt van de buurt. Een eigen winkel runnen betekent hard werken. Daar draai jij je hand niet voor om. Je trekt de kar, enthousiast en resultaatgericht. Zo motiveer je mensen en zorg je ervoor dat je klanten elke dag in een perfecte winkel

boodschappen kunnen doen. Afhankelijk van je ervaring start je als supermarktmanager of assistent supermarktmanager. Ahold beloont je met een goed salaris, een aantrekkelijke bonusregeling en uitstekende secundaire arbeidsvoorwaarden. Of een Albert Heijn-winkel bij jou past? Dat ontdek je tijdens de AH Managers Meeting op dinsdagavond 13 maart. Meld je vóór zondag 4 maart aan via career.ahold.eu.

Jij trekt graag de kar.

i

Supermarktmanager Bruto jaarsalaris vanaf 45k

09 ADV 9 10-02-2012 17:17:18

Page 10: FP_2012_02

Minder vocht, meer bite. In februari legt Bonduelle de lat hoger in de categorie groenteconserven. Vanaf dat moment worden onze groenten gestoomd in het blikje. Er zit daardoor minder vocht in. Deze unieke behandeling zorgt voor groenten met meer smaak, een mooiere kleur en een geweldige bite. De groenten met meer bite zijn te herkennen aan het speciale logo ‘Minder vocht, meer bite’.

Nieuwe kwaliteit = nieuw jasje. In het tweede kwartaal start een verrassende campagne om deze unieke technologie kenbaar te maken bij het grote publiek. Tegelijkertijd krijgen álle producten van Bonduelle een nieuwe, speelse uitstraling. Op elke verpakking komen inspiratietips om in een handomdraai de lekkerste groentegerechten op tafel te zetten.

VERRAS JEZELF MET BONDUELLE! WWW.BONDUELLE.NL

NIEUW

MEERSMAAK

EEN SMAKELIJKE INNOVAT IE

VAN BONDUELLE!

MEER BITE

10 Adv 10 10-02-2012 14:26:09

Page 11: FP_2012_02

11FoodPersonality februari 2012

DEZE MAAND

‘Superkijken’Superkijken: hoe bekijken mensen uit de branche

supermarkten? Waar letten ze op, wat bepaalt hun

oordeel? Deze maand: Jan van der Borst, sales

director Riedel/customer development director

FrieslandCampina. Op verzoek van Jeroen van

Dongen van Kellogg’s, vorige maand.

Door: Anke Groenendaal Foto: Jan Willem Houweling

Met welk doel stap je een supermarkt binnen, zowel zakelijk als privé? En waar let je dan op?“Door de weeks doe ik geen boodschappen. In

het weekend koop ik wel mijn boodschappen.

Mijn partner en ik kiezen dan vooral lekkere

dingen. Favoriet: de markt, en verder haal ik vlees

bij de slager en vis bij de speciaalzaak. De rest van

de boodschappen koop ik in verschillende super-

markten, onder andere in een Jumbo en C1000.

Ik let vooral op sfeer en of het er netjes is. Het

mag overigens wel rommelig zijn, dat gaat verder

dan een goed georganiseerde supermarkt en goed

gevulde schappen.”

Zie je of een supermarkt winst of verlies draait?“Ja. Aan bijvoorbeeld het aantal kassa’s dat op een

maandag of dinsdag open is en de doorstroming.

Aan goed gevulde schappen. Daarnaast hebben

wij tegenwoordig zo veel informatie over een

formule, dat het niet moeilijk meer is om een

schatting te maken. Een goede omzet draaien op

een vrijdag of zaterdag is geen kunst meer.”

Welke supermarkt of levensmiddelenwinkel in het buitenland maakte een bijzondere indruk?

‘Carrefour Planet in Lyon: 1.500 m2 versafdeling,

een en al beleving. Ananas wordt er vers geschild.

Ook Leader Price in Frankrijk, fantastisch: fancy

labels, geen A-merken, toch ook service en veel

look-a-likes.”

En in ons land?“Het lijkt allemaal te veel op elkaar. Weinig on-

derscheidend vermogen.”

Je bent gaan poseren bij Slagerij Van Roessel, in Waalwijk. Samen met Dennis van Dun, van die slagerij.“Ja, klopt. Het is te ver van mij vandaan om er

wekelijks boodschappen te doen, maar deze

slagerij is een en al kwaliteit, passie en beleving.

Voordat je het weet, mag je er al iets proeven.

Vlees en vleeswaren van topkwaliteit. Bellota-

ham, dat niveau! Van Roessel is meegegaan met

de veranderende consument, dat zie je alleen al

aan het aanbod. Niet alleen vlees en vleeswaren,

maar ook wijn, delicatessen zoals olie, tapena-

des, dressings etc., brood, kaas, vis, en salades

en kant-en-klaarmaaltijden die ze zelf maken.

Topwinkel.”

Wat is het stomste dat je ooit hebt meegemaakt in een supermarkt? “Zou ik je zo even niet kunnen noemen.”

Wat is de ergste supermarkt die jij ooit gezien hebt, en waarom? “Een Dirk van den Broek in Maarssen. Het was er

smerig en de mensen waren er onvriendelijk.’

Wat koop je in de supermarkt veel vaker dan andere mensen? “Luxe producten. Excellente merken die ze in-

middels in veel formules hebben. Ook innova-

tieve dingen probeer ik altijd uit.”

Wat moet er anders/beter in Nederlandse super-markten? “Ik besef dat het moeilijk is, en je moet knokken,

maar dan nog: zorg voor onderscheid.”

Als jij zou gaan ‘retailen’, wat voor winkel zou-den we dan zien? “Op de vloer gaat momenteel veel aandacht uit

naar de versafdeling. Prima, bijvoorbeeld zo’n ini-

tiatief als de sapautomaten bij Plus. Maar ga ook

meer aandacht besteden aan de kw-afdeling. Laat

inspiratie en ideeën toe. Ook daar liggen namelijk

veel kansen. Verder: probeer gewoon dingen uit,

experimenteer. Zorg ook voor consistentie, blijf

bij je roots en verander niet om de haverklap.”

En wie moet de volgende keer in deze rubriek? En waarom?“Pascal Camps, van Camps Food. Mooi voor-

beeld van hoe een klein bedrijf zich kan onder-

scheiden.” ■

“Ik ben net terug uit Mumbai. Een stad met 20

miljoen inwoners. Een metropool.

Binnen één dag vervoeren de treinen hier meer

passagiers dan de luchtvaartmaatschappijen binnen

India in één jaar.

Voor de NS wellicht toch aardig om eens kennis

mee te maken.

Met Pim op straatElke maand een foto uit de collectie van Pim van

den Berg, ‘straat-o-loog’ bij zijn eigen bedrijf Pim

van den Berg Perspectives. Van den Berg kijkt

naar ‘alles’ in de detailhandel, waar dan ook.

Het ontbreken van high tech in veel situaties geeft

een bijzondere kijk op het realistisch functioneren

van systemen.

Bij ons heet dat vaak chaos. In India werkt chaos.

De helft van de bevolking leeft in ‘slums’.

Micro-organisaties binnen een macrostructuur,

waarbij ondernemende vitaliteit overal zichtbaar en

voelbaar is.

Ook ben ik 250 km ten noorden van de stad bij een

paar stammen op bezoek geweest.

Geen notie van tijd. Nauwelijks van geld.

Geholpen met het dorsen van de geoogste rijst.

Ik werd uitgenodigd om te blijven slapen. Bij de

koe.

Die is heilig en mag ook gebruik maken van de

slaapkamer.

Deze ‘madonna met kind’ op de foto, moeder des

huizes en haar zoon, keken vol verbazing naar die

grote vreemde, die ik was.

Ik wilde niet er weg.

Ze waren met bijna niets, zo gemoedelijk gelukkig.

Over een paar maanden ga ik terug; met een

Engelse fabrikant kijken naar de ontwikkeling van

verpakkingen in India.

Dan ga ik weer ‘op zoek naar schoonheid’.

Kijk ook eens met die ogen naar uw klanten.

Kunt u het nog zien?” ■

11 Pims en Superkijken 11 10-02-2012 15:48:46

Page 12: FP_2012_02

12FoodPersonality februari 2012

AH 125 JAAR:

Ruzie met franchisers? Nu even niet AH jubileert dit jaar. Algemeen directeur Cees van Vliet

vertelde de pers daarover begin deze maand. Impressie

van een communicatiestrategie in moeilijke tijden.

Door: Gé Lommen Foto’s: Albert Heijn

Vandaag de dag heeft het bedrijf Albert Heijn

wekelijks 14 miljoen klanten (transacties) in

momenteel 856 vestigingen. Volgens gegevens

van AH blijkt één op de vijf werkende mensen

in Nederland ooit bij AH te hebben gewerkt. 125

jaar geleden had Albert Heijn, de persoon, 1 win-

kel, in Oostzaan. Albert Heijn organiseerde begin

deze maand een perspresentatie, om vooruit te

kijken op dit jubileumjaar. Wat gaat AH doen

met het 125-jarig jubileum? Een feestje bouwen

met de klant. Iets wat andere jubilarissen ook al

hebben gedaan. Iets om korting mee te krijgen,

iets om voor te sparen. Doen alle jubilarissen

altijd. Of ze nou Hoogvliet, Poiesz, Vomar of AH

heten. Het meest opmerkelijke van dit jubileum-

jaar moet nog komen: een spaarhype tijdens het

EK voetbal dit jaar. AH-directeur Cees van Vliet

voorspelde een spaaractie als nooit tevoren. Maar

die blijft nog geheim.

Wat ook geheim blijft: wanneer hebben we die

feestweek? Want AH wil niet dat de concurrentie

erdoorheen fietst met de een of andere flauwiteit.

Al kun je je afvragen of AH daar zo voorzichtig

mee moet zijn na het zoveelste gewonnen kortge-

ding tegen Dirk/Bas/Digros.

Wat we wél mochten weten: er komt een Zaans

huisje, een speelgoedhuisje. Daar kunnen kinde-

ren mee ‘winkeltje spelen’. Eigenlijk komt het op-

merkelijkste initiatief nog van een externe partij:

tv-productiebedrijf Network gaat een tweedelige

documentaire maken over Albert Heijn. Uit te

zenden op 24 en 31 mei in het ‘Nederlandse-

geschiedenisprogramma’ Andere Tijden. Dat zal

vast gaan over: AH en de concurrentie, koffie van

Boffie, AH krijgt Nederland aan de koelkast, aan

de sherry, aan de Franse kaas, aan de kiwi, AH

krijgt de leveranciers en de concurrent aan de

streepjescode. AH als pionier met de Allerhande.

‘Wij’ - dus de schrijvende lieden van Distrifood,

Levensmiddelenkrant, Foodmagazine, Super-

markt Actueel, RetailDetail en nog enkele alge-

mene media en uiteraard waren ‘wij van dit blad’

er ook bij - mochten de eerste perspresentatie van

Cees van Vliet meemaken. Nu heeft Van Vliet

zich al eerder in de sector gepresenteerd, bijvoor-

beeld bij het GfK-jaarcongres, maar dit was de

eerste keer voor de pers. Van Vliet heeft zich tot

nu toe heel flexibel opgesteld in de openbaarheid.

Wie tussendoor vragen heeft: kom er maar mee.

En als het kan, krijg je er een antwoord op dat

zo van de afdeling ‘productintegriteit’ vandaan

zou kunnen komen: het AH-antwoord, met een

persoonlijke overtuiging van Cees van Vliet. Niet

van dat afgemetene.

Maar ja, wat moeten we erover melden? Er komt

een feestje. Inderdaad, de andere bladen hebben

het al gemeld; geen megafeest in een of ander

megagebouw. Geen Gordon en Jolink voor AH-

klanten of zoiets. Geen zuipende klanten. Geen

dronken of baldadig personeel ook. Het moet

netjes blijven. Daar is wat voor te zeggen als je

AH bent en het lijkt of in een glazen huis werkt.

AH zal ook aan liefdadigheid doen. De keten gaat

‘Stichting Jarige Job’ ondersteunen, een stichting

die het kinderen in de leeftijd van 4 t/m 12 jaar,

die hun verjaardag niet kunnen vieren door

vooral gebrek aan geld, tóch mogelijk maakt om

hun verjaardag te vieren. Ze krijgen een pakket

met een cadeau, traktaties voor op school, versie-

ringen en lekkers voor thuis. Dat sluit aan bij de

verjaardag van AH en diens rol als aanbieder van

snoep en gebak.

Het jubileumfeest moet ook in een ander opzicht

‘kleinschalig’ blijven. In de zin van: ‘plaatselijk’,

volgens de local marketing-gewoonten van

vandaag. In de zin van ‘dichtbij’, van AH-mens tot

klant-mens, in de gedachte van Cees van Vliet.

Elke AH mag zelf een en ander verzinnen, dat

scenario is nog niet af. Elk leuk idee is in principe

nog welkom. Albert Heijn wil vooral het imago

hebben van ‘een goede buurman’, en niet van die

geöliede supermarkt-marketingmachine. Dat is

goed te begrijpen.

We hoorden ook: “We gaan koken voor de klant.

Leuk, hè?”, aldus Van Vliet.

Het is alsof ‘knus’ een nieuwe kernwaarde van

AH aan het worden is. Het is te hopen dat dat

niet de opvolger voor ‘inspiratie’ gaat worden.

Nou is dat ook niet zo, want in week 11 komt het

thema ‘inspiratie’ kennelijk aan bod.

Hartstikke de moeite waard voor de pers, om

Van Vliet eens te spreken. ‘We’, die van de bladen,

mochten ook vragen stellen. Maar: ‘alleen over

het onderwerp van vandaag’, aldus communica-

tieverantwoordelijke AH-persoon Jan Christiaan

Hellendoorn. En met die opmerking ging de

schuif er meteen voor. Zit je daar omdat je al-

lerlei vragen hebt, ben je gegijzeld binnen ‘feestje

bouwen’.

Het werd nog wel geprobeerd, om er enige diepte

in te krijgen. Of de feestelijkheden ook voor

de stijging van het marktaandeel dienen. Niet

direct, aldus Van Vliet. Met die vraag kom je ook

niet ver. Túúrlijk wil AH meer klanten en meer

marktaandeel. Je kunt altijd zeggen dat het daar

niet om te doen is, maar alles wat AH doet, is

gewoonweg altíjd daarom te doen. En het komt

goed van pas als die olifant uit Veghel steeds

meer een gevaarte wordt.

Punt is: we kwamen niet voor een feestje. We

kwamen voor uitspraken van Van Vliet over

kwesties die spelen. Die nú spelen. En er is één

kwestie die voor AH al een tijd lang een heet

hangijzer is: het conflict met de franchisers, beter

gezegd: de multifranchisers.

Een kwestie waar AH geen raad mee weet, ten-

minste als het de openbaarheid of de publiciteit Albert Heijn-directeur Cees van Vliet.

12 van Vliet 12 13-02-2012 18:41:52

Page 13: FP_2012_02

13FoodPersonality februari 2012

betreft. Doodzwijgen is tot nu toe het credo. Daar

kun je voor kiezen. Alles uit de kast halen kan es-

caleren tot taferelen zoals bij Ajax de laatste tijd.

Daar moet je als winkelketen niks van hebben,

zeker niet als je eerder hebt gezegd dat je op zoek

bent naar fans. Je wilt dan per se niet dat de bui-

tenwacht ziet dat je in de clinch ligt met mensen

met wie je een contract hebt. Een boycot met een

fabrikant is tot daaraan toe. Voor de buitenwereld

heb je dan de rol van de Robin Hood tegen de

hoge prijzen. De rol die Dirk/Bas/Digros zich al

jaren zo nu en dan aanmeten. Maar een conflict

met wat de buitenwereld, maar half begrijpend,

als ‘jouw eigen mensen’ beschouwt, daar kom je

niet snel zonder kleerscheuren uit.

Die multifranchisers halen bij AH- en wellicht

het Ahold-bestuur het bloed onder de nagels

vandaan. Ton ten Have komt met een eigen

vastgoedstrategie, Van den Tweel groeit te hard,

Geveling laat een AH bouwen in Huissen, net

tegen het directe marktgebied van de allereerste

AH XL aan, in Arnhem-Zuid, allemaal van dat

soort dingen. En dan weten we vast nog niet alles.

Dat de vakbladen daar soms over schrijven, dat is

tot daaraan toe. Maar zo’n stuk in de Volkskrant

een tijd terug, dat is nou nét wat ze bij AH niet

willen.

De oplossing ligt ook niet voor het oprapen. Het

is als werkgever en werknemer die onderhande-

‘Albert Heijn, zelfbediening’. Een prent uit de jaren vijftig waarmee AH zelfbediening promoot als een prettige manier van boodschappen doen.

AH 125 jaar t/m zomer dit jaar

De actiekalender en de thema ‘s van AH 125 jaar, in het eerste half jaar:

Week 5 ‘AH voor iedereen’ (voor arm en rijk)

Week 8 ‘Spraakmakende acties’ (wuppies, hamsters etc.)

Week 11 ‘Inspiratie’ (‘genieten van elke dag’)

Week 14 ‘Vooruitgang’ (‘vrachtwagens, winkels en zelfscannen’)

Week 17 ‘Productvernieuwing’ (‘Van Perla tot kiwi en verder’)

Week 20 ‘Betrokken medewerkers’ (‘Samen zijn we Albert Heijn’)

Week 23 ‘Midden in de maatschappij’ (een wereld van ‘betrokkenheid’)

Week 26 ‘Duurzaamheid’ (‘meer doen voor mens, dier, natuur en milieu’)

len over ‘te veel of te weinig’. Er zit geen grondwet

onder, geen basis. En het lastige is: die franchisers

zijn voor de buitenwereld een kleinere partij.

Terwijl iedereen in de branche weet dat we niet

met kleintjes te maken hebben. Er staan er al

twee tussen de Van den Broeken, Denen, Katten

en Poieszen in de Quote.

Bloed onder de nagels vandaan, aan beide kanten:

volgens de franchisers mogen ze van AH niks

meer. AH steekt er, zo wil het gerucht, een stokje

voor als de ene franchiser binnen de verenigings-

code zich meldt als koper van een AH-franchiser

die een AH te koop aanbiedt en AH het daar niet

mee eens is. Zo kunnen ze niet meer onderne-

men, vinden ze. Maar in de ogen van AH is het

allemaal al veel te ver gegaan. Volgens AH heb-

ben de multifranchisers hun vermogensopbouw

juist aan de sterke formule AH te danken. Ze

hebben al die tijd meegelift op alles wat AH in die

jaren heeft geprakkizeerd. Breng die gescheiden

gemoederen maar eens bij mekaar.

Dáár hadden we Van Vliet graag over gesproken.

Wat te doen?

O, het werd geprobeerd. Of AH het 125-jarig

feestje ook met de franchisers viert. Ja. Uiteraard

is dat zo. Het kan niet zo zijn dat AH in franchi-

sevestigingen géén lokale actie doet, of dat huis-

houdens dáár niet voor dat speelhuisje kunnen

sparen. De formule is naar buiten toe één gezicht.

Hadden we niet anders verwacht.

Andere poging: de vraag aan Van Vliet of dit ju-

bileum geen mooie gelegenheid was om het con-

flict met de franchisers de wereld uit te helpen.

Een vraag van ‘ons’, van dit blad. Eentje uit de

trucendoos, want die vraag viel strikt genomen

buiten de wet van Hellendoorn: alleen over het

onderwerp. Maar wellicht zou de veelal geprezen

openheid van Van Vliet de doorslag geven. Nee.

Van Vliet ging er niet op in. Met als nabrander:

“Je moet niet alles geloven wat er geschreven

wordt.”

Klaar waren we. Feestje dus. ■

12 van Vliet 13 13-02-2012 18:41:53

Page 14: FP_2012_02

14FoodPersonality februari 2012

Zelfscannen: Emté –versus de restWe gingen kijken hoe klanten bij Emté kunnen zelfscannen. Hoe groot of hoe klein is het

verschil met AH, C1000, Dirk/Bas/Digros/Deka en Hoogvliet?

Sligro experimenteert met zelfscannen bij de formule Emté. Het begon in een Emté-filiaal in Wijchen, afgelopen november. Daarna was de Emté in Veghel aan de beurt, waar sinds januari de klant kan zelfscannen. En deze maand was het filiaal in Drunen aan de beurt.Nu ook Emté met zelfscannen begint, zijn er inmiddels vijf formules die daarmee bezig zijn. Of nee, zes. Of nee, zeven. Ligt eraan hoe je het bekijkt. Albert Heijn begon als eerste, in grote ‘Albert Heijn 5’-filialen, zoals ze toen nog heetten (inmiddels AH XL), in Haarlem en Zwolle. Daarna begon C1000, bij onder andere C1000-onderne-mer Langerak. Vervolgens startten Hoogvliet en Vomar Voordeelmarkt. Maar Vomar is inmiddels in 2009 weer gestopt met zelfscanning. Daarna startte Detailresult, eerst in een Dirk van den Broek, naderhand ook in een Dekamarkt.Binnen deze zelfscannende groep formules liep jarenlang een scheidslijn. Albert Heijn begon met ‘pistolen’, die het naderhand maar ‘handscanners’ ging noemen omdat ‘pistolen’ zo gewelddadig klonk. C1000, Hoogvliet en Vomar startten met de zelfscanmethode van het bedrijf Scangineers, een tunnel over de kassaband. Niet bliepen tijdens het aankooproces, maar aan het eind van het rondje, bij de kassa, moest de klant de artikelen laten blie-pen en dan op de kassaband leggen. Die scheidslijn is inmiddels al danig vervaagd.

AH AH had enkele jaren geleden twee varianten op zelfscanning. Zelfscanning met handscanners en dan betalen aan de betaalpaal, én zelfscanning door bij de betaalpaal ineens alle aangeschafte artikelen te scannen (express-scanning). Beide sy-stemen in een proef in een AH in Amersfoort. In die AH in Amersfoort lopen beide systemen nog, maar, zo horen we nu van AH, express-scanning wordt niet meer uitgebreid naar andere AH’s.Overigens, de klant kan momenteel in ongeveer 120 van de in totaal 850 AH’s zelfscannen. Wincor Nixdorf is dé partij die met AH hierin samenwerkt. Dat is ook de ‘kassapartij’ van AH.

Door: Gé Lommen Foto’s: Jan Willem Houweling

Hét grote verschil met AH, C1000 en Dirk/Deka: wie bij Emté zelfscant, rekent bij een caissière af en niet bij een betaalpaal. Hoogvliet stapt nu ook over op dit systeem. Met vooral betaalpaal, maar als het kan, ook de mogelijkheid om bij een caissière af te rekenen.

14 zelfscan emte 14 13-02-2012 18:42:29

Page 15: FP_2012_02

15FoodPersonality februari 2012

HoogvlietHoogvliet werkte eerst met de scantunnels. Maar

Hoogvliet was er niet tevreden over. De keten

gaat op handscanners overstappen. Leveran-

ciers: Centric en Re-Vision als de software- en

systeembedenkers. Hardware is onder andere van

Motorola (de handscanners). Het is het systeem

waar nu ook Emté mee is gestart.

Hoogvliet heeft nog in aardig wat filialen de

Scangineers-kassa’s met tunnels. Denise Smit van

Hoogvliet laat weten dat op het moment dat wij

met die vraag aankloppen, niemand daarvoor

beschikbaar is. Maar goed, Hoogvliet gaat dus

nog flink ombouwen op dit terrein.

Smit: “Het is trouwens niet zo dat wij de zelfscan-

nende klant alleen maar via de betaalpaal laten

betalen. De klanten die dat liever niet willen,

bieden we een mogelijkheid aan om bij een cais-

sière te betalen.”

Detailresult: Dirk en DekamarktIn februari 2008 startte Detailresult met zelfscan-

nen, in de grote Dirk van den Broek in Hoofd-

dorp, op een steenworp afstand van het hoofd-

kantoor. In november 2008 startte Dekamarkt, in

een filiaal in Beverwijk. Ook weer met handscan-

ners, ook met Centric als de partij erachter.

Altijd: met betaalpaal.

In hoeveel Dirk/Bas-Digros-vestigingen of

hoeveel Dekamarkten de klant nu kan zelfscan-

nen? Bij Dekamarkt in twee filialen, in Beverwijk

en in die recente, grote in Wormerveer. Bij Dirk/

Bas/Digros, dat krijgen we niet boven water, want

we hebben bij de woordvoerder geen deadline

vermeld. Dan gaat het over.

C1000C1000 begon met zelfscannen via het Scangi-

neers-systeem, met de tunnels. C1000 werd na

AH al snel de nummer twee in de markt met

zelfscannen. Maar zo eind 2010, begin 2011 sloeg

C1000 een andere weg in: met handscanners. De

klant gebruikt geen klantenkaart, die heeft C1000

niet. De klant die wil zelfscannen, krijgt een

‘Scangemak’-kaart. En bij C1000 betaalt de klant

aan een betaalpaal. Partij achter het systeem is

Clarity, maar de verschillende hardware die erbij

komt kijken, is van Motorola (handscanners)

en Wincor Nixdorf voor de betaalpalen. Clarity

heeft een van de andere onderscheidend systeem

bedacht, waarbij de korting op actieproducten

direct bij het scannen zichtbaar is op de hands-

canner, in plaats van bij afrekenen.

We weten niet in hoeveel C1000-winkels nu met

Scangemak gezelfscand kan worden en hoeveel

oudere Scangineer-zelfscantunnels bij C1000-

ondernemers staan. We krijgen de woordvoer-

ster van C1000 niet op tijd aan de telefoon, mail

etc.

Hoe dan ook, de scanmethode met hand-

scanners wint terrein in onze branche. Vomar

is gestopt met de scantunnels, Hoogvliet is

op handscanners overgestapt, C1000 is met

‘Scangemak’ op de handscanners overgestapt.

Detailresult is met handscanners begonnen en

nu ook Emté.

Illustratief: Scangineers vroeg een paar jaar

terug het faillissement aan.

Handscanners alom dus, maar Emté’s aanpak

verschilt met aan de ene kant AH en aan de

andere kant Hoogvliet, C1000 en Detailresult:

* Bij Emté is geen klantenkaart of andere aparte

kaart nodig.

* Bij Emté rekent de klant af bij een caissière.

Hét andere grote verschil met AH, C1000, Dirk/Deka en Hoogvliet: bij Emté heeft de klant geen klantenkaart nodig of iets zoals een ‘Scangemak’-pas bij C1000. Deze klant houdt haar hand tegen het scherm en zometeen licht er een handscanner op. Met die handscanner kan ze gaan zelfscannen.

14 zelfscan emte 15 13-02-2012 18:42:32

Page 16: FP_2012_02

16FoodPersonality februari 2012

Stap één: je tikt tegen het scherm van de wand met

handscanners aan.

Er licht een handscanner op. Bij Emté volstaat een tikje

met je hand. Emté heeft geen klantenkaart en de ke-

ten heeft ook geen aparte zelfscanpasjes voor klanten

willen invoeren. De klant heeft dus geen registratie

bij Emté.

Stap twee: we gaan scannen. Hetzelfde als bij AH,

C1000, Hoogvliet, Dirk/Deka.

De meloen scan je aan de hand van het schapkaartje

op het krat. De mandarijntjes scan je aan de hand van

het etiket aan het netje. De bananen scan je door eerst

af te wegen en een bon te laten drukken, daar staat de

streepjescode op, met het bedrag.

Verder naar de andere afdelingen. Broodjes met de

tang pakken en in een zakje doen? Daarna scannen op

het schapkaartje. Wel: de prijs van de broodjes net zo

vaak op het +-knopje van de handscanner drukken als

je ingeladen hebt, om zo het juiste aantal/bedrag in

de handscanner te krijgen.

Groot brood zelf heeft een streepjescode. Wie een

stuk pizza van de plaat wil, krijgt een verpakking met

een bonbedrag erop en daar staat ook de streepjes-

code op.

Allemaal niet zo moeilijk, en dat is bij andere formules

ook ongeveer zo.

Maar nou hét grote verschil: bij Emté staan vier zelf-

scankassa’s. Met caissières.

En er is maar één wachtrij. Zoals op Schiphol, of zoals

in de Belgische discounter Red Market van Delhaize.

Die ene rij, vandaaruit loopt elke klant afwisselend

naar de kassa die vrijkomt.

De caissière krijgt van de klant de handscanner. Zij laat

het bedrag zien, en de klant bepaalt of hij of zij met

pin of contant betaalt.

De caissière is niet degene die de controle bepaalt.

Dat bepaalt, net als bij AH etc., het ‘systeem’. Maar de

caissière werpt wel een snelle, bijna niet te ziene blik

op de tas waar de boodschappen in zitten. En mocht

daar nu bijvoorbeeld een grote flacon wasmiddel

in zitten en die ziet zij níet op de lijst aangeschafte

artikelen staan, dan meldt zij dat wel. In de trant van

‘u hebt dit artikel niet goed gescand’. Zonder enige

verdachtmaking of stigmatisering.

Hoe het nou zal gaan als er een klant die na zes keer

zo’n wasmiddel nog steeds niet goed heeft gescand?

Dat weten we niet.

Zelfscannen bij Emté, hoe?

14 zelfscan emte 16 13-02-2012 18:42:39

Page 17: FP_2012_02

17FoodPersonality februari 2012

Waarom start Sligro met zelfscanning? Sligro

wilde zelfscannen introduceren omdat dat meer

keuzemogelijkheden in het boodschappen doen

biedt. En dat is passend bij een fullservice-

formule, die Emté wil zijn.

Maar waarom mét caissières? Want aan het

weglaten van caissières zitten verschillende

voordelen:

* Hoe meer klanten zelfscanning gebruiken, hoe

meer je kunt besparen op loonkosten.

* De tijd die klanten aan zelfscanning besteden,

wordt niet als ‘wachttijd’ ervaren. De klant die

bliepend en knopjes drukkend bezig is, heeft

niet de indruk dat hij/zij moet wachten.

Zo is het althans bij de grootste zelfscanpartij in

onze branche, AH.

Toch heeft Sligro dus gekozen voor dames bij

kassa’s. Die keuze is ingegeven door verschil-

lende argumenten:

* Caissières passen bij fullservice

* Je kunt ook zonder klantenkaart zelfscannen

Dit zijn de officiële argumenten. Maar het gróte

voordeel van deze keuze is dat Emté de klant

niet hoeft te dwingen om een klantenkaart aan

te schaffen.

Want Emté heeft die nog niet. Bestuursvoorzit-

ter Koen Slippens meldde eind januari bij de

bekendmaking van de jaarcijfers wel dat Emté

meer aan de trouw van klanten gaat werken

en met een loyaliteitsprogramma gaat werken.

Maar hij kon nog niet zeggen of dat een klan-

tenkaart wordt of niet.

Verder biedt deze vorm van zelfscannen een

ander groot voordeel voor de beginnende zelf-

scanner: de angst dat het misgaat, is nergens

meer voor nodig.

Bij AH moet je al winkelend bliepen, bij Emté

ook. Maar bij AH moet je ook bliepend afreke-

nen, je moet zelf met pinpas betalen en zorgen

dat die betaling goed gaat. Bij Emté hoeft de

klant niet het eindstation te regelen: de caissière

neemt de handscanner over en de betaling is

naar keuze, pinnen of contant betalen.

Daarmee blijkt Sligro niet mee te gaan in wat

andere formules doen: de klant met zachte hand

in de richting van pinnen duwen. De Emté-

klant kan contant betalen.

Hoe zit het met de controles? Die zijn identiek

aan AH etc.: steekproefsgewijs wordt gecontro-

leerd of de klant ‘iets vergeten is’ (eufemisme

voor de vraag of de klant al dan niet opzettelijk

één of meer artikelen heeft willen stelen).

En is Emté tevreden? Tot nu toe wel, tenminste,

hier in Veghel. Bedrijfsleider Gerald Verbeek

van de Emté zegt dat van de 18.000 tot 19.000

bezoeken per week bijna de helft al van zelfs-

cannen gebruik maakt. En in omzet geteld gaat

meer dan de helft al via zelfscan.

Doel: met scherp schietenMedio 2010 ben ik begonnen columns voor Food Personality te schrij-

ven. Het is een erg leuke bezigheid geworden. Toen ik begin dit jaar de

EFMI-columns van 2011 teruglas, viel mij echter één ding op. Mijn collega’s

sorteren meer effect dan ik. Mijn resultaat tot dusver stelt me eigenlijk wat

teleur.

Dat moet ik even uitleggen. Bij EFMI doen wij doorlopend onderzoek

naar ontwikkelingen in de levensmiddelenbranche. De onderzoekers van

EFMI (van wie ik er een ben) spreken daarnaast veel partijen in de branche

tijdens onze opleidingen en andere gelegenheden. Van assistent category

manager tot bestuursvoorzitter, we horen ze allemaal. De inzichten die

we opdoen, delen we graag in de columns in Food Personality. Niet alleen

ik, maar ook Irene van Berlo (al meer dan tien jaar EFMI-onderzoekster),

Koen Hazewinkel (EFMI-opleidingsdirecteur en al vele jaren adviseur in de

branche) en Marcel van Aalst (een van de grondleggers van EFMI) delen

hun inzichten graag met u.

In april 2011 schreef Koen Hazewinkel over de eenzijdige focus op prijs in

het Nederlandse supermarktlandschap. Hij pleitte voor meer differentiatie

in het supermarktlandschap: durf weg te stappen van schaalgrootte als

oplossing voor de prijs- en margedruk. Het is nog te vroeg om te juichen

over de resultaten, maar toch zie ik hier enige beweging. Bijvoorbeeld: Plus

bekent kleur met de Briljant-formule, Jumbo gaat naar verwachting iets

bijzonders in Breda ontwikkelen en het ‘kleinere’ Jan Linders klimt in het

GfK-kerstrapport op door echt keuzes te maken! Koen als wegbereider?

In maart riep Irene van Berlo de branche op om het voorbeeld van Albert

Heijn op het gebied van social media te volgen. Want social media is een

pad dat onze maatschappij is ingeslagen. We zijn op een ‘point of no return’

beland. In het afgelopen jaar heeft C1000 een ‘app’ gelanceerd en durven

ook regionale spelers als Dekamarkt en Deen zich aan de nieuwe media te

wagen. Irene als wegbereider?

In november vroeg Marcel van Aalst zich af hoe ver Albert Heijn durft te

gaan in de weg naar expansie. Hij opperde Wehkamp als interessante over-

namekandidaat. Niet veel later berichtten verschillende media dat Ahold

zich inderdaad heeft gemeld voor Wehkamp! Marcel als wegbereider?

In oktober schreef ik zelf over de ‘economie van manaña, manaña’. Het

devies was: verleng de betalingstermijn niet verder (ondanks het eigen

voordeel van cash flow), maar zie in dat langere betalingstermijnen de

economie stroperiger maken (zie de Zuid-Europese landen) en bedrijven

onnodig in de problemen brengen. En wat schetst mijn verbazing? In

januari van dit jaar werden er alweer brieven verstuurd waarin een langere

betalingstermijn is aangekondigd!

Het resultaat dat ik zelf heb bereikt, is dus niet echt om over naar huis te

schrijven. Ik heb er even over nagedacht en ben tot de conclusie gekomen

dat ik misschien meer met scherp moet gaan schieten, zodat ik ook net als

Koen, Irene en Marcel mijn doel weet te raken!

EFMIMarcel van Aalst, Irene van Berlo,

Koen Hazewinkel en Melanie Murk wisselen

elkaar af als columnist.

Deze maand Melanie Murk.

Reacties: [email protected]

14 zelfscan emte 17 13-02-2012 18:42:40

Page 18: FP_2012_02

18FoodPersonality februari 2012

Betaald parkeren bij LidlVan Lidl hebben we de afgelopen jaren al meer opmerkelijke initiatieven gezien,

maar het invoeren van betaald parkeren mag op z’n minst opvallend heten. Lidl

experimenteert ermee, zo blijkt. In Amstelveen, en dat is niet toevallig.

Door: Dave van Loon Foto’s: FoodPersonality

Een niet alledaags gezicht: betaald parkeren bij een discounter

18 Betaald parkeren 18 10-02-2012 14:29:35

Page 19: FP_2012_02

19FoodPersonality februari 2012

Bij de ingang van het terrein heeft Lidl een bord op de stoep gezet met uitleg over het betaald parkeren. Waarschijnlijk vooral ter geruststelling. ‘Oh, als we gewoon boodschappen doen hoeven we niet te betalen.’ Voor de niet-Lidl-klanten: betalen bij de parkeerautomaat die buiten bij de winkelkarretjes is geplaatst. Er kan alleen gepind worden.

Bijzondere assortimentstoevoegingen, duuzaam-

heidsinitiatieven en communicatievormen die

alles behalve aan discount doen denken. Van Lidl

zijn we de afgelopen jaren al wel wat gewend. Nu

blijkt Lidl te experimenteren met betaald parke-

ren. Dat mag opmerkelijk heten, want betaald

parkeren in combinatie met boodschappen doen

ligt gevoelig bij de consument. Dat geldt voor elke

supermarkt, laat staan voor een discountformule

(je kunt je natuurlijk afvragen in hoeverre Lidl

nog een echte discounter is, maar dat is weer een

andere discussie). Supermarkten voor wie een

gunstig prijsimago zo ongeveer de belangrijkste

eigenschap is, doen daar niet graag afbreuk aan

door consumenten af te schrikken met zoiets als

betaald parkeren. Zelfs al betaal je als klant van

een supermarkt in de meeste gevallen niets voor

het parkeren, dan nog schrikt betaald parkeren

af. Mensen zijn bang alsnog te moeten betalen,

bijvoorbeeld wanneer ze wat langer parkeren of

wanneer er niet of niet genoeg wordt gekocht.

Er is ook een categorie mensen die slagbomen

vermijdt, net zoals ze parkeergarages vermijden.

Nee, betaald parkeren en supermarkten, dat is

geen gelukkige combinatie.

‘Vreemdparkeerders’Tegelijkertijd zijn er in ons land tal van plaatsen

waar de parkeerdruk zo hoog is dat supermark-

ten hun schaarse parkeerplaatsen koste wat kost

beschikbaar willen houden voor klanten en als

uiterste middel betaald parkeren invoeren. De

vestiging van Lidl aan de Amsterdamseweg in

Amstelveen is daar een voorbeeld van. Het filiaal

beschikt over een ruime parkeerplaats die vanaf

de doorgaande weg deels aan het zicht ont-

trokken wordt en alleen via een relatief smalle

toegang direct langs de winkel ontsloten is. Niet

direct een parkeerplaats waar je buitensporig veel

overlast van ‘vreemdparkeerders’ verwacht. De

Amsterdamseweg beschikt echter over de nodige

bedrijvigheid (even verderop ligt ook Albert

Heijn) en betrekkelijk weinig parkeermogelijk-

heden.

In het geval van het Lidl-filiaal is er volgens

bronnen binnen het bedrijf echter sprake van

een extra boosdoener, en wel in de vorm van

een schuin tegenover de winkel gelegen hotel-

café-restaurant met kennelijk te weinig eigen

parkeervoorzieningen. De uitbater adverteerde

op een gegeven moment op de website met ‘gratis

parkeren bij de Lidl tegenover’. En ook buiten de

winkelopeningstijden werd gebruik gemaakt van

het parkeerterrein zonder dat daar toezicht op

was. Voor Lidl was het aanleiding om maatrege-

len te nemen. Als eerste (en vooralsnog enige)

filiaal werd er eind vorig jaar betaald parkeren

ingevoerd.

Hoog aandeel autoklantenDoordat het parkeerterrein slechts één toegang

heeft, is het makkelijk door middel van een

slagboom af te sluiten. Twee in feite, een voor

ingaand verkeer en een voor het verkeer dat het

terrein weer wil verlaten. Bij de ingang krijgt de

bezoeker een bonnetje dat hij binnen bij de kassa

kan laten stempelen, zodat hij weer gratis kan

uitrijden. Dat wil zeggen, er wordt gestempeld

als er boodschappen bij Lidl worden gedaan en

de parkeerduur niet langer dan een uur is. In

alle overige gevallen geldt een parkeertarief van

€ 2,- per uur en een dagtarief van € 20,-. Wie

zijn bonnetje kwijtraakt, betaalt het maximale

dagtarief. Wie parkeert op het terrein van Lidl,

maar er geen boodschappen doet, kan buiten bij

een overdekte betaalautomaat afrekenen. Er kan

overigens alleen met PIN worden betaald.

Volgens bronnen binnen Lidl is de uit nood

geboren proef in Amstelveen een mooie manier

om ervaringen met betaald parkeren op te doen.

Voor een formule als Lidl, waarvan het ver-

zorgingsgebied per winkel over het algemeen

een stuk groter is dan van een reguliere super-

markt en daardoor doorgaans een hoog aandeel

autoklanten heeft, kan deze proef niet alleen

belangrijke informatie voor vergelijkbare situaties

opleveren, het kan daarnaast ook een rol spelen

bij toekomstige locatiekeuzes voor het uitdijende

filialennetwerk van inmiddels meer dan 350

vestigingen. Over de ervaringen met betaald

parkeren in Amstelveen doet Lidl desgevraagd

geen nadere uitspraken. Het betreft een oplos-

sing voor een lokaal probleem en Lidl heeft geen

vestigingen met vergelijkbare parkeerproblemen.

Overigens, toen wij er waren stonden de slagbo-

men gewoon open. ■

18 Betaald parkeren 19 10-02-2012 14:29:37

Page 20: FP_2012_02

20FoodPersonality februari 2012

DUURZAAMHEIDSKEURMERK VAKCENTRUM

Commentaar: wespennest van jewelsteHet Vakcentrum, belangenbehartiger voor zelfstandig supermarktondernemers,

intro duceert een duurzaamheidskeurmerk voor supermarktondernemers. Maar de schijn

van belangenverstrengeling doemt meteen op. Bovendien kan de vlag de lading nooit

dekken. Met als gevolg: kans op reputatieschade.

Door: Gé Lommen

“We moeten de situatie vermijden van een slager

die zijn eigen vlees keurt”, zei Vakcentrum-

directeur Patricia Hoogstraaten tijdens de presen-

tatie van het Super Supermarkt Keurmerk. Haar

voorzitter, Harrie ten Have, kon het niet beter

gezegd hebben. Maar ja, hier verderop, op blz.

29, maakt onze strijdbare columnist Gerard Rutte

meteen gehakt van het keurmerk. Wel degelijk

eigen vlees, immers.

Rutte zegt ook: je zou niet hoeven te betalen voor

een keurmerk voor duurzaamheid. Dat verdien je

door wat je doet (of laat). Dat kóóp je niet.

Maar zo werkt het niet altijd: ISO-normering

wordt eerst gemeten, bekeken, en dan krijg je als

bedrijf een goedkeuringsstempel. Met factuur.

En nu even dit: waarom zouden wij een goedbe-

doeld initiatief meteen afkraken? Afkraken willen

we niet. Maar het initiatief kan op enorme be-

zwaren stuiten. Of anders gezegd: supermarkton-

dernemers met zo’n sticker op hun winkeldeuren

kunnen enorme reputatieschade oplopen.

Wens achterban Even bij het begin beginnen. Het heet afgekort

SSK: Super Supermarkt Keurmerk. Het is een

keurmerk dat zelfstandig ondernemers kun-

nen gebruiken in hun marktgebied. “Beste

klant, wij hier zijn goed bezig.” Niks mis mee.

Het keurmerk is een stempel voor verschil-

lende terreinen die als duurzaamheid kunnen

worden beschouwd: lokale betrokkenheid, goed

personeelsbeleid, onderscheidend assortiment,

duurzaam met energie omgaan, veiligheid en pre-

ventie, afvalbeheer en -verwerking, en transport

en logistiek.

Het SSK komt uit de achterban van de leden

van het Vakcentrum, de ondernemers van AH,

Jumbo, C1000, Plus, Coop, Spar, Emté, Golff,

Attent, MCD etcetera. Deze ondernemers heb-

ben een wisselend imago van duurzaamheid. De

ene ondernemer doet veel voor de plaatselijke

gemeenschap, de ander heeft een aanstekelijk

personeelsbeleid, weer een ander voegt veel

bio, fair trade of regionale producten toe aan

zijn aanbod, weer een ander heeft bovengemid-

deld veel mensen in dienst met een mentale of

lichamelijke handicap. Weer een ander hanteert

bovenmatig veel procedures om overvallen en

diefstal te voorkomen. Weer een ander doet van

zijn bedrijfswinst veel afdrachten aan projecten in

de derde wereld. Enzovoort, enzovoort.

De ene ondernemer maakt op dat punt veel

reclame voor zichzelf en roept zijn ‘goed gedrag’

van de daken. Een andere ondernemer vindt dat

weer juist niet passen bij goed gedrag, dan lijkt

het eerder een marketingmiddel dan een integere

wens om goed bezig te zijn (iets waar ook super-

marktketens wel eens mee zitten, moeten we dit

nu publiekelijk maken of niet, het heeft altijd iets

ongemakkelijks om te moeten opscheppen over

je bijbelvastheid.)

Binnen ondernemerskringen werd dit punt van

verscheidenheid als een nadeel gevoeld.

Maar er is nog een groter nadeel: filiaalbedrij-

ven maken wel vaker melding van collectieve

initiatieven, initiatieven die voor de gehele

formule gelden. Het geldt ook voor bedrijven met

franchisers en filialen, die wijzen op hun goede

gedrag van zowel filialen als ondernemers. Hoog-

straaten wees erop dat het allemaal ketens zijn

waarbij je niet meteen aan ondernemers denkt.

Die doen wel mee, maar ze zitten verscholen in

de formulenaam. De ondernemer kan zich zo

niet profileren. Daarom wil het Vakcentrum,

dat ondernemers als klant heeft en voor hen de

maatschappelijke, economische en politieke stem

is, met een keurmerk starten. Bestemd voor alle

ondernemers, door alle formules heen.

Op die manier kan elke ondernemer die aan de

criteria voldoet, een sticker op de winkeldeur

plakken: SSK. Het keurmerk gaat de leden € 1.000

kosten om ervoor in aanmerking te komen. Niet-

leden van het Vakcentrum betalen € 1.500.

De ondernemers zullen aan alle criteria moeten

voldoen. Maar: hoe die criteria precies in elkaar

zitten? Dat moet het Vakcentrum nog uitwerken.

Die moeten nog echt hard, duidelijk, transparant

en consistent zijn. In feite kan het Vakcentrum

terugvallen op een bestaand instrumentarium: de

jurering van de ZO2Z-award, de tweejaarlijkse

onderscheiding voor bijzondere ondernemers. On-

geveer dezelfde criteria – alleen zit daar wel bij dat

je ook succesvol in de markt moet zijn. Maar het

Vakcentrum heeft veel anderen in de arm genomen

bij dit initiatief.

Er komt een bestuur van dit keurmerk: Jan Leus-

sink (Jumbo-franchiser in Twente), Steven Huibers

(C1000-ondernemer Veenendaal) en Ten Have zelf.

Er komt een raad van advies. Die gaat de criteria

opstellen en hanteren. Die raad bestaat uit: Kitty

Koelemeijer (hoogleraar marketing Nyenrode),

Jan Peter Müller (directeur Müller Fresh Food Lo-

gistics), Peter Vogelzang (raad van toezicht KNVB

en oud-korpschef politie regio Utrecht), Ruud

Koornstra (Tendris Holding, duurzaam onder-

nemer), Henk Gianotten (directeur EIM/Panteia,

onderzoekbureau in de detailhandel (doet ook al

veel voor de ZO2Z-award), en Rob Benjamens

(partner communicatiebureau CCA, voorheen

bekend als reclameman die veel voor supermarkt-

ketens en A-merkartikelfabrikanten werkte in zijn

tijd als directeur of eigenaar van Benjamens, Van

Doorn en Partners).

En wie meten dit nu en gaan dit bijhouden? TNO

werkt ook de criteria nog uit, het levert ‘auditors’

(controleurs van de procedures) en TNO-mensen

zijn ook degenen die bij de zelfstandig onderne-

mers alles na zullen gaan. Een ondernemer die een

SSK-keurmerk heeft, krijgt na twee jaar opnieuw

TNO-mensen over de vloer om te kijken of het

keurmerk nog van toepassing is.

Filialen? Terug bij af dus Bij de presentatie werd Ten Have de vraag voorge-

legd of retailorganisaties wel zo blij hiermee zullen

zijn. Stel dat bij AH bij alle franchisers een duur-

zaamheidssticker van het SSK op de deur komt. En

bij de filialen niet. Dat zal AH niet bepaald prettig

vinden. Ten Have zei daarop dat het Vakcentrum

nog overweegt om ook filialen mee te laten draaien

met het SSK-stempel. Maar dan is het Vakcentrum

weer terug bij af. Het kwam uit de achterban:

20 Vakcentrum 20 13-02-2012 14:17:42

Page 21: FP_2012_02

21FoodPersonality februari 2012

Onafhankelijk blijven, dat wil ikZo af en toe heb ik ernstig behoefte aan berglucht en veel sneeuw. Sommige men-

sen denken: ach ja, best koud en eenzaam aan de top, maar dat valt tegenwoordig

met al die skiliften vol met skiërs wel mee. Samen met een bevriende collega pak ik

ieder jaar weer een week skivakantie mee en mijmeren/filosoferen we over wat er

allemaal in de wereld van een supermarktondernemer gebeurt.

Dat we een geweldig uitdagend vak hebben, met vele verschillende dimensies en

vlakken waar we ons op begeven en soms moeten begeven, dat is ons meer dan

duidelijk. En dat maakt ons werk ook zo leuk. Veelzijdigheid en bijna geen dag die

hetzelfde is, zijn drijfveren die passen binnen onze wereld.

Maar ik vraag me wel af: zijn wij met de huidige marktontwikkelingen en met de hui-

dige consolidatieslag nog wel écht bezig met ondernemen? Als voormalig Super de

Boer-ondernemers hebben we de laatste tijd genoeg op ons bordje gehad en moet

ook ik maar ‘afwachten’ hoe ik de ‘metamorfose’ van C1000 en Jumbo ga beleven.

Wat is de langetermijnvisie voor jouw winkel? En welke formulenaam hangt er bo-

ven je deur? Hoeveel invloed heb je hier nog op? En moeten er weer vele onderhan-

delingen over overgangsregelingen gaan plaatsvinden? Laat staan hoe de NMa weer

naar de overlappende marktgebieden gaat kijken. Helaas kan ik me inmiddels wel

tot een ‘ervaringsdeskundige’ rekenen, maar ook deze verandering zal tot de nodige

frustraties, onduidelijkheden, uitdagingen en onzekerheden voor eenieder leiden.

Wat dat betreft, hebben Plus en Albert Heijn al jaren relatieve rust, om verder te

bouwen aan de formule en interne processen. Plus heeft het wat inkoop al jaren

prima naar de zin bij Superunie en Albert Heijn doet het al jaren door de bril van ons

als collega-ondernemers gezien prima, ondanks enkele ‘interne strubbelingen’ die

inmiddels zo bekend zijn dat ik ze niet verder hoef te benoemen. Beide formules zijn

continu aan het doorontwikkelen en ze zijn bezig hun naam als merk verder in de

markt te zetten, met een eigen identiteit. Niet dat C1000 en Jumbo stil hebben geze-

ten, integendeel, ook zij timmeren volop aan de weg. Met een goede C1000-roodfor-

mule. En Jumbo opent wekelijks nog omgebouwde winkels van Super de Boer.

Het houdt ons ook weer bezig, bewust of onbewust, maar hoe gaat die ‘nieuwe

retailorganisatie’ er straks uit zien? Krijgen we nieuwe conditiestelsels, een nieuwe

formule van het beste uit twee werelden, misschien twee formules vanuit Jumbo,

dc’s die gaan sluiten, automatisering die gekoppeld gaat worden, wie gaan de or-

ganisaties verlaten omdat ze overtollig worden, hoe gaat men Bijeen inrichten, wat

doen we met de huismerken etc., etc.? Zo langzamerhand vraag ik me wel eens af of

de term zelfstandig en ondernemen wel aan elkaar te koppelen zijn, want hoeveel

invloed hebben we nog op de bovenstaande ontwikkelingen? Ik hoop, en heb de

wens, dat we ons de komende jaren weer echt kunnen richten op dat waar het

allemaal om draait: onafhankelijk, zelfstandig, kunnen ondernemen. Het échte zelf-

standig ondernemen. Onafhankelijk kunnen opereren. Net zoals ik in deze column

altijd zo onafhankelijk mogelijk mijn mening heb willen geven.

Wat wens ik daarom in de nabije toekomst? Als zelfstandig ondernemer deel uitma-

ken van een retailorganisatie waarbij sprake is van een goede verhouding (verde-

ling) tussen de organisatie en de ondernemers. Met andere woorden, ingebed zijn in

een goed businessmodel. ■

Dit was de laatste column van George Verberne.

Een afscheidsinterview met hem, zie blz. 36.

De mening van George Verberne, C1000-ondernemer in Driebergen.

VERBERNE

zelfstandig ondernemers. Die willen juist niet weer

anoniem in een keten zitten, zonder profilering.

Weg onderscheidend vermogen.

Schijn van belangen Ander punt: Ten Have en de twee ondernemers

Leussink en Huibers van het SSK-bestuur bepalen

of een ondernemer het keurmerk krijgt. En:

bepalen ook of een ondernemer na twee jaar of

later dat keurmerk kwijt kan raken. Maar dat kan

een ondernemer zijn die lid is van het Vakcen-

trum. Dat zijn klanten van Harrie ten Have. Dat

wringt. Waarom? Is het dan zo dat wij Ten Have

of het Vakcentrum zouden moeten wantrouwen?

Nee. Maar de schijn van belangenverstrengeling

is vreselijk groot, hij ligt zo voor de hand dat het

pijn doet. De buitenwereld zal niet dit accepteren.

De indruk van de slager die zijn vlees keurt, is te

groot. Er is te weinig sprake van een ‘scheiding

der machten’. Het is te veel ons kent ons. Het zijn

klanten van Ten Have. Je hebt deze schijn tegen:

dat het Vakcentrum van tevoren een ondernemer

belt en zegt ‘zorg dat je over twee maanden weer

aan alles voldoet, want dan komen onze TNO’ers

weer’. Het Vakcentrum heeft te veel in termen van

een ZO2Z-wedstrijd gedacht, te veel in de sfeer

van juryleden - te weinig onafhankelijkheid.

Duurzaam en buitenwereld Maar er is nog een ander groot gevaar: een onder-

nemer die een SSK op de deur heeft, is die duur-

zaam? Volgens wie? Volgens de raad. Maar wat

zullen de ngo’s Greenpeace, Stichting Natuur en

Milieu, Milieudefensie, Foodwatch, Wakker Dier

en alle andere hiervan vinden? Die kunnen zo’n

supermarkt helemaal afkraken. Foute vis! Snoep

aan de kassa! 70% ongezond eten! Dierenleed in

de koeling! Want hun duurzaamheidscriteria gaan

veel verder. En zij trekken tot nu toe vaak aan het

langste eind. En de klant? Die verwacht van een

supermarktkeurmerk dat ‘alles van die supermarkt’

duurzaam is, het keurmerk omvat immers ‘de hele

supermarkt’. Maar niemand is helemaal duurzaam.

En al helemaal niet helemaal duurzaam in de ogen

van de ngo’s. Er zijn keurmerken voor eerlijke

handel. Voor bio. Voor goed personeelsbeleid.

Maar een keurmerk voor ‘alles’…? Daarom: het

SSK is een prachtinitiatief, en tegelijk een wespen-

nest van jewelste. Want je zal maar als ondernemer

zo’n sticker op de supermarktdeur hebben, met

een groep protesterenden van Greenpeace, Wakker

Dier etc. voor je deur, op het parkeerplein. Jij, met

die sticker, staat bloot aan kritiek. Kritiek op je

kipfilet, op je varkensvlees. Op je gevulde koeken

en gebak met transvetten erin. En straks ook op

die tabak die je vrijelijk te koop aanbiedt. En in

die strijd zullen de partijen met harde duurzaam-

heidsargumenten publicitair aan het langste eind

trekken. Omdat de sticker niet de vlag is die de

lading dekt. Weg goede reputatie. ■

20 Vakcentrum 21 13-02-2012 14:17:43

Page 22: FP_2012_02

22FoodPersonality februari 2012

AGRIMARKT

Streek, milieu, bio en fair trade in de schappenAgrimarkt laat de consument in de filialen zelf zien welke producten streekproduct

zijn, biologisch, fair trade of anderszins duurzaam of minder milieubelastend.

Bijzonder initiatief, maar het gaat niet altijd goed. Bij sommige biologische of fair-

trade-producten is het icoontje niet te vinden, merken we bij een intensief bood-

schappenrondje in de Agrimarkt in Middelharnis.

Door: Gé Lommen Foto’s: Guido Benschop

Sinds eind vorig jaar plaatst Agrimarkt schap-kaartjes met vier symbolen erop: streekproduct, biologisch, fair trade en ‘duurzaam & milieu’. Deze vier hebben vier vaste pictogrammen: * een molen voor streekproduct, * een vlinder voor biologisch, * een hart voor fair trade en * een blad voor duurzaam en milieubewust.Daarmee kan de consument die een Agrimarkt bezoekt, tijdens het boodschappen doen zien wat hij of zij moet kiezen als een of meer van deze

vier maatschappelijk verantwoorde criteria een rol spelen bij zijn of haar aankopen. Agrimarkt heeft met deze vier criteria in feite alle overwe-gingen van maatschappelijk verantwoord willen ondervangen. Zo zit het aspect dierenwelzijn in het criterium ‘duurzaam & milieubewust’. Voor een marktpartij als Agrimarkt is dit bij nader inzien niet meer dan vanzelfsprekend. Een initiatief in de categorie: ‘eigenlijk gek dat het er niet eerder was’. Waarom?Dan moeten we even uitleggen wat Agrimarkt is,

of beter: wie Agrimarkt is. De supermarktformule van landbouwcoöperatie CZAV, de Coöpera-tieve Zuidelijke Aan- en Verkoopvereniging, een verband van ruim 3.000 akkerbouwers, veehou-ders, bloembollen- en fruittelers. CZAV bestaat al sinds 1929, maar is ooit begonnen met diversifi-catie en met ‘voorwaartse integratie’ (uitbreiden naar de schakels in de productieketens die na de productie zelf komen). En zo ontstond in Zeeland Agrimarkt, een supermarkt. Daarnaast is er nog Agrituin, een keten van tuincentra (doorgaans

‘Echt Zeeuws’. Spruiten uit de regio. Om zelf te scheppen en voorverpakt. Met het molen-pictogram, dat Agrimarkt gebruikt bij de marketingaanpak van ‘Na-tuurlijk, Agrimarkt’. Ertegenover, bij de aardappelen: Robert Sandee, preiteler uit Kamperland, Wim de Buynder, winterpeenteler uit Vogelwaarde, Gillis Klumpe en Frans van de Heide, spruitentelers uit Dreischor, en Jan Kesteloo, boterslateler uit Koudekerke. De spruiten zijn dus van Klumpe en Van de Heide, en de prei van Sandee, enzo-voort. Met daarbij het schapbordje ‘streekproduct’. Agrimarkt heeft bij dit initiatief ‘Zuidwest-Nederland’ als streek opgevat, het marktgebied van Agrimarkt zelf: Zeeland, het westen van Noord-Brabant en het zuiden van Zuid-Holland.

22 Agrimarkt 22 10-02-2012 14:31:06

Page 23: FP_2012_02

23FoodPersonality februari 2012

gelegen bij een Agrimarkt of deel uitmakend van hetzelfde pand) en Agrisneltank, een reeks benzi-nestations (ook vaak bij een Agrimarkt).Sinds een paar jaar heeft Agrimarkt Agrituin niet meer als afzonderlijke formule. Het assortiment voor tuin- en dierbenodigdheden is inmiddels onderdeel van de Agrimarkt-supermarkten. Agrimarkt omvat vandaag de dag filialen in Vlissingen, Middelburg, Goes, Middelharnis en Roosendaal. De eerste drie dus in Zeeland, de laatste twee zijn ‘provincie-overstijgend’: in Zuid-Holland en Noord-Brabant. Op dit moment wordt de zesde Agrimarkt gebouwd: in Oud-Beijerland, in Zuid-Holland.

Met de opkomst van de discussie over ‘wie verdient wat in de keten van levensmiddelen?’, met de nodige discussies en rapporten over wat boeren verdienen en wat de supermarkten verdie-nen, is Agrimarkt een opmerkelijke eend in de bijt geworden. Agrimarkt is niet: * van families (zoals Dirk/Bas/Digros, Jan

Linders, Hoogvliet, Nettorama, Jumbo en nou vooruit, ook Aldi en Lidl),

* geen supermarktondernemerscoöperatie (zoals Sperwer),

* geen consumentencoöperatie (zoals Coop half van consumenten, half van ondernemers is),

* niet beursgenoteerd (zoals AH en Emté on-derdeel van Ahold en Sligro, maar dat waren oorspronkelijk ook familiebedrijven; van Heijn en Slippens),

* niet van private equity (C1000 nu nog), * maar van de boeren zelf. Jarenlang speelde dit eigendom nauwelijks een rol en was Agrimarkt met zijn prijsagressieve snit vergelijkbaar met Dirk van den Broek of Jumbo etc. En al winkelend in een Agrimarkt was er niets van te zien dat deze supermarkt in eigen-dom was van een boerencoöperatie. Maar met de opkomst van die maatschappelijk discussie over het verdelingsvraagstuk dus wel. En dan is

Een display over ‘Natuurlijk Agrimarkt’. Uitleg aan de klant. Met tonijn van John West (MSC-viskeurmerk) en Alpro-sojaproducten. Maar: in de zuivelkoeling zien we niet dat Alpro op de een of andere manier aan de Agrimarkt-icoontjes voldoet. Hier staat bij zuivel van Almhof het ‘bio’-pictogram, en niet bij Alpro, rechts.Daarover zegt teamleider marketingcommunicatie Wendel van Maldegem Agri-markt desgevraagd: “De pictogrammen ontbreken, inderdaad. We vermoeden dat het bijhouden van die pictogrammen gewoonweg nog geen routine is voor de medewerkers.”

Niet overal zien we de boer of telers erbij, neem hier de appels.

Ook met het schapbordje ‘streekproduct’: alle broden en banket en koek van bakker Bliek. Bliek is een naam in Walcheren en door de jarenlange samenwerking met Agrimarkt inmiddels in heel Zeeland. Bliek heeft zelf acht bakkerswinkels, verder bele-vert hij zorginstellingen en horeca. Bliek is zeker níet het huismerk voor de Agrimarkt-formule, ernaast ligt brood met het Agrimarkt-logo en de -kleuren op de verpakking.

Wasmiddelen van De Klok, met bio-pictogram. Maar waarom krijgen de verkleinde en geconcentreerde wasmiddelen van Unilever-merken, die verderop staan, dan geen duurzaam-heidspictogram? Uit Van Maldegems antwoord blijkt dat Agrimarkt zuinig is met het toekennen van zo’n pictogram: “Het ‘Cleaner Planet Plan’ van Unilever is een eigen initiatief. Niet alles wat een beetje aan het milieu toevoegt, krijgt een pictogram. De criteria zijn inder-daad vrij strikt.”

22 Agrimarkt 23 10-02-2012 14:31:15

Page 24: FP_2012_02

24FoodPersonality februari 2012

het niet gek dat Agrimarkt ook laat zien dat het

sperziebonen, spruiten, aardappelen en winterpe-

nen in de filialen legt van zijn eigen aangesloten

akkerbouwers.

Op zichzelf is Agrimarkt daar niet eens de eerste

mee. In Jumbo’s en Jan Linders-winkels, in Deka-

markten etc. zien we al vaak genoeg afbeeldingen

van de telers van de gepresenteerde agf. Eigenlijk,

moeten we denken, had Agrimarkt dit als eerste

moeten doen. Maar het is niet zomaar meer te

achterhalen wie hiermee de eerste in Nederland

was.

Bovendien: vertellen dat het geld naar een ‘legi-

tieme partij’ gaat, is pas een kwestie van de laatst

jaren. Wie jaarlijks in de Quote staat, zal dat ar-

gument niet zo snel gaan gebruiken. Maar Coop

bijvoorbeeld is ook pas sinds de laatste tijd bezig

de consument erop te wijzen dat die supermarkt

‘van u’ is. Bij Coop bent u de baas. Consumenten-

en ondernemerscoöperatie, immers. Maar daar

heeft Coop ook jarenlang niks mee gedaan.

Goed, is die stap van Agrimarkt nu een grote

stap? Nou ja, het gaat om een keten van zes

filialen, Agrimarkt is in feite klein. Agrimarkt be-

haalde afgelopen jaar een omzet van € 70 miljoen.

Dat is dan ongeveer een half procent marktaan-

deel. Het is niet eens los lid van Superunie, maar

wordt voor de dkw beleverd via Boon Sliedrecht.

Dus het slaat geen krater in het supermarktland-

schap. Maar het illustreert wel een richting als

Agrimarkt meer op een verbintenis met de streek

koerst en de achterban er dus meer bij betrekt.

Terug naar de streekproducten, biologische

producten, ‘duurzaam & milieubewust’- en fair

trade-producten. Het aantal artikelen dat zo’n

pictogram krijgt, is inmiddels ruim 600. Inmid-

dels, want Agrimarkt heeft tegelijk met deze

nieuwe begeleiding van de consument op mvo-

criteria het aantal streekproducten uitgebreid.

Is 600 veel? Ja en nee, een stevige Agrimarkt (en

dat zijn ze eigenlijk allemaal, voor minder dan

2.000 m2 vvo doet Agrimarkt het niet) biedt op

z’n minst 15.000 tot 20.000 SKU’s. Dan is het niet

significant veel. Maar het zal niet bij deze 600

blijven, vermoeden we.

De streekproducten zijn niet zomaar Zeeuwse

producten, zoals het banketproduct de Zeeuwse

bolus, maar het gaat meer om producten die van

Streekproduct: kaas van kaasboerderij de West-plaat, uit Sommelsdijk. Die heeft trouwens nogal wat varianten: tuinkruiden, mosterd, tomaat, en bieslook-selderij-peterselie-knoflook-ui.

Bij de wijn is de biologische wijn uit het reguliere aanbod wél voorzien van het bio-pictogram. Maar: de biologische wijn in de tonnen, die in de actie is die week, heeft dat weer níet.

De mosselen van Prins & Dingemanse zijn een streekproduct. Logisch, mosselen uit Zeeland, en Prins & Dingemanse komt ook uit Zeeland. Maar hier is Agrimarkt weer even correct als rechtlijnig: de zeekraal van Prins & Dingemanse wordt niet als streekproduct aangemerkt. Waarom niet? Omdat de zeekraal in de winter uit Frankrijk komt, en niet uit Zeeland. Dat is pas weer in de zomer. Van Maldegem: “Als dat zo ver is, krijgt de zeekraal het streekproduct-pictogram.”

22 Agrimarkt 24 10-02-2012 14:31:22

Page 25: FP_2012_02

25FoodPersonality februari 2012

dichtbij vandaan komen. Zoals groenten van

telers uit de regio van Agrimarkt. Als regio-aan-

duiding is gekozen voor het marktgebied waarin

Agrimarkt zelf opereert: Zeeland, het zuiden van

Zuid-Holland en het westen van Noord-Brabant.

Een producent, leverancier of teler uit de regio

die een product heeft geleverd met een afkomst

verder weg, krijgt het pictogram streekproduct

niet bij dat product.

Ook de andere drie criteria hanteert Agrimarkt

vrij strikt: fair trade zien we alleen op het schap

als het gaat om bekende fair trade-producten,

zoals de chocola van Verkade. Maar… bij koffie

van het merk Fair Trade (van de gelijknamige

organisatie die ook de supermarkten belevert)

zien we zelfs geen pictogram. En het ‘Cleaner

Planet Plan’-product van Unilever bij de wasmid-

delen dan? Niet duurzaam? En de zeekraal en

aliekruiken van Prins & Dingemanse dan? Geen

streekproduct. En de biologische wijn in het

reguliere schap… wél pictogram. Maar de biowijn

in de actie… géén pictogram.

En zo wordt dit artikel nog eens heen-en-weer-

gemaild tussen de redactie en teamleider marke-

tingcommunicatie Wendel van Maldegem, met

antwoorden van commercieel directeur Wilfred

van Elzakker en enkele category managers. De

antwoorden hebben we in de fotobijschriften

verwerkt. Wat blijkt? Nou, je begint nogal ergens

aan, als je de duurzaamheid per product wilt

beoordelen.

En dan dit nog: Agrimarkt mag zich in zijn han-

den wrijven voor de rol van Katinka Polderman.

Die zal niet bij iedereen zo bekend zijn als Youp

van ’t Hek of Theo Maassen, maar het is toch een

BN’er. Ze is cabaretière en ze is ‘het gezicht van

Natuurlijk Agrimarkt’.

Polderman doet doorgaans wat alle catebaretiers

doen: een paar avonden per week ergens in het

land op een podium staan. En verder is zij colum-

niste in het dagblad Spits. Zij heeft een liedje ge-

maakt over ‘Natuurlijk Agrimarkt’ en zingt over

‘hoe weet je nu of een stuk vlees scharrelvlees is’,

of Zeeuwse mosselen en rode kool uit Zeeland

zijn of uit Polen, vis wel of niet uit de Noordzee,

appels onbespoten en Zeeuwse bolussen wel of

niet uit China. ■

Bij de thee van Superunie-huismerk

Markant zien we het pictogram ‘fair

trade’. Maar bij de koffie van het

merk Fair Trade zien we dat niet. Ook

hierbij blijkt de reden volgens Van

Maldegem: personeel is er niet he-

lemaal van op de hoogte of maakt

foutjes.

Nog iets opvallends: dit Agrimarkt-filiaal

in Middelharnis is zelf ook duurzamer

dan een gemiddelde supermarkt. Het

pand werkt met duurzame warmte-

systemen: vloerverwarming, ventila-

tiesystemen met warmteterugwinning,

extra isolatie, CO2 in de koelinstallaties

in plaats van chemische stoffen en Agri-

markt biedt alleen tassen van gerecycled

materiaal. Verder worden duurzamere

energiesystemen gebruikt bij koelingen,

lampen, een warmeluchtgordijn dat

alleen werkt als de deur opengaat, wa-

tergebruik etc. Daarmee loopt Agrimarkt

als kleine marktpartij voorop met de

initiatieven van Vomar, Jan Linders en

Deen en van sommige Jumbo-, AH-,

C1000-, Spar- en Plus-ondernemers.

Agrimarkt laat dat de klanten op dit

A4’tje in de winkel zien.

22 Agrimarkt 25 10-02-2012 14:31:27

Page 26: FP_2012_02

26FoodPersonality februari 2012

Jury FoodAwardsFoodPersonality is, als dit blad uitgekomen is, inmiddels

weer aan de slag met de FoodAwards van dit jaar.

Door: Gé Lommen Foto’s: archief FoodPersonality/Jan Willem Houweling

De FoodAwards zijn de jaarlijkse onderscheidin-

gen van goede introducties in de supermarktsec-

tor van het jaar ervóór. Zo won afgelopen jaar

Bavaria 0.0% Wit van de gelijknamige bierbrou-

wer de FoodTopAward en het jaar daarvóór was

dat ciderdrank Jillz van Heineken. Verder worden

elk jaar zo’n vijftien andere producten beloond

en bekroond met een FoodAward. Dat aantal

staat niet van tevoren vast, omdat de jury bepaalt

hoeveel FoodAwards er worden uitgereikt en

FoodPersonality stelt zich op het standpunt dat

er inderdaad geen twintig winnende producten

moeten worden gekozen als de jury van mening

is dat dat ‘in een mager jaar’ een onhaalbare kaart

is.

De procedure is altijd als volgt: de jury beraad-

slaagt zich eerst over het aantal te nomineren

introducties van het afgelopen jaar. FoodPerso-

nality vraagt aan de fabrikanten van de genomi-

neerde kandidaten om mee te doen. Vervolgens

worden alle genomineerde producten in een

landelijke krant gepresenteerd, de afgelopen jaren

was dat de Telegraaf. Telegraaf-lezers kunnen dan

hun stem kenbaar maken. Zij kunnen stemmen

op maximaal drie voorkeuren.

Deze resultaten neemt de jury mee in de volgende

beraadslaging. De stem van de Telegraaf-lezer is

niet bepalend, noch dwingend, want de Food-

Awards vormen uiteindelijk een prijs vanuit de

handel. En dan spelen ook marge, doorstroming,

innovatief gehalte, relevantie voor de categorie en

andere resultaten op het terrein van marktgroei

en marketing een rol, waar de Telegraaf-lezer

niet deskundig van is. Maar de uitslag van wat de

lezers insturen, is wel medebepalend.

De jury bestond tot nu toe uit Arie de Wit,

senior-inkoper bij Bijeen, Robert van Hou-

ten, merchandising director houdbaar bij

Albert Heijn, Marco Rutten, inkoopmanager

bij Superunie, en als tweejaarlijks roulerend

toegevoegd jurylid Sjaak de Korte, in de branche

vooral bekend als de jarenlang commercieel

directeur van Plus Retail. Drie inkoopmanagers

uit de drie grote inkoopblokken van formules die

A-merken in hun assortimenten hebben (AH,

Bijeen, Superunie) en een jurylid met retailerva-

ring die geen inkoopfunctie heeft.

Dit jaar verandert er in de jury dit: Arie de Wit

heeft te kennen gegeven dat hij na twintig jaar (!)

zijn plaats in de jury wil afstaan aan een ander

persoon van Bijeen. Binnen Bijeen heeft inkoop-

directeur houdbaar Hans van Duin zich bereid

verklaard deze rol van Arie de Wit over te nemen.

Waarvoor alvast onze dank.

Met het vertrek van Arie de Wit zien wij de langst

zittende persoon uit de jury vertrekken. De Wit

werd in 1992 lid van de jury, oorspronkelijk als

inkoopmanager van TSN, waar hij jarenlang

werkte. TSN was destijds een inkoopbedrijf

dat voor C1000 en andere formules inkocht.

Naderhand werd dat bij C1000 de eigen inkoop-

tak. Toen Jumbo Super de Boer overnam en uit

Superunie stapte, vormde het met C1000 Bijeen.

De Wit kwam kort daarop als inkoper bij Bijeen

terecht – waardoor voor de jury van de Food-

Awards de stem vanuit elk inkoopblok behouden

bleef.

Met De Wit vertrekt niet alleen een jurylid van

het eerste uur (twintig jaar, wie doet ‘m dat na?),

maar ook een van de markantste leden uit onze

jury. De Wit was bij de jaarlijkse uitreiking van de

FoodAwards doorgaans degene met de origineel-

ste plaagstoten aan het adres van de winnaars.

Waar moeten we dan aan denken? Bijvoorbeeld

de kwinkslag dat Coca-Cola de naam voor Coca-

Cola Zero verzon nadat het de marge voor de

handel had vastgesteld. Van die dingen.

Arie, bedankt voor alle werk, steun, opbouwende

kritiek en toewijding in al die jaren! ■

Arie de Wit, senior-inkoper bij Bijeen, mei vorig jaar: hier in gesprek met de mannen van Bavaria, die zojuist met Bavaria 0.0% Wit de FoodTop-Award hebben gewonnen.

Hans van Duin, inkoopdirecteur houdbaar bij Bijeen.

Marco Rutten, unit manager bij Superunie.

Robert van Houten, merchandising director houdbaar bij Albert Heijn.

Sjaak de Korte, SDK Retailadvies en voormalig commercieel directeur Plus Retail.

26 jury FoodAwards 26 13-02-2012 14:10:43

Page 27: FP_2012_02

27FoodPersonality februari 2012

Eurocrisis kan ook je supermarktomzet treffenDe eurocrisis blijft toch nog altijd een beetje een ver-van-mijn-bedshow voor de lekker

voortkabbelende supermarktwereld hier in Nederland. De consumenten moeten toch

eten, dus wat onze euro nou precies doet, ach, who cares? We zijn onaantastbaar.

Toch?

Maar ga niet zomaar lekker slapen. Gerommel in onze valuta kan opeens heel dichtbij

komen. Oók voor supermarkten en merkartikelfabrikanten. Dat leerde ik bij één van

de grote supermarktketens in Hongarije. De CEO hield dagelijks de koers van de Hon-

gaarse munt, de forint, uiterst scherp in de gaten. Niet om importprijzen te voorspel-

len, maar vooral omdat die wisselkoers zijn weekomzet direct beïnvloedt. Nou wist ik

wel dat de Hongaarse detailhandelsomzet door de crisis ingrijpend in elkaar gestort

was, maar dat die wekelijks zo sterk fluctueerde, dát had ik toen nog niet begrepen.

Wat bleek? De Hongaren hadden in de glorieuze rijke jaren van vóór de crisis massaal

hun leningen in Zwitserse franken afgesloten. Je hypotheek of persoonlijk krediet kon

in de Hongaarse forint 14 tot 15% kosten, en in die sterke Zwitserse frank maar 6 tot

7%. Tja, dan was de keuze snel gemaakt: de meerderheid van de Hongaarse huishou-

dens heeft dus zo’n buitenlandse lening. Terwijl ze wel hun salaris in forint ontvangen.

Dus toen die forint in elkaar stortte, was het bedrag dat je geleend had, opeens veel,

veel hoger. Paniek! Waar kun je direct op besparen? Op je huishoudbudget. Eerst

op non-food, ja inderdaad. Maar als de druk toeneemt, uiteindelijk ook op food. Die

paniek breekt bij elke koersschommeling weer uit. Dat maakt de consument enorm

schichtig. En dus de supermarktmanagers.

Maar daarmee ben je er nog niet. Alle grote ketens in Hongarije hebben in de laatste

vijftien jaar enorm in hypermarkten geïnvesteerd. Logisch, want hypermarkten zijn

altijd de eerste aanvalswapens in opkomende markten. De hypermarkt voorziet met

de overdaad aan keuze in de inhaalbehoefte na al die jaren van communistische

schaarste. Maar die reuzewinkels bleken verre van crisisbestendig. De overdaad keerde

zich tegen zichzelf. In de Hongaarse hypermarkten zie je vandaag de dag de eindeloze

rijen dichte kassa’s, de winkelwagens van de klanten zijn heel erg leeg. En er zitten al

helemaal niet veel A-merken in. En non-food al helemaal niet meer.

Maar de dominostenen vallen nog verder om. Toen de crisis toesloeg, was Lidl net op

stoom in Hongarije, met een groot expansieprogramma. Overal spiksplinternieuwe

winkels op spiksplinternieuwe locaties. Plus hun welbekende efficiënte assortiment,

dat door het gebrek aan overdadige keuze en ‘no compromise’-positionering opeens

heel actueel oogt. Het sentiment in Hongarije sloeg om: Lidl werd de grote held van al

die Hongaarse huishoudens met hun wurgende Zwitserse leningen.

Dus ja, gerommel met je munt kan opeens heel dichtbij komen. Ook voor supermark-

ten en merkartikelfabrikanten.

Ook als je munt heel sterk is. Kijk maar naar Zwitserland. Onze Zwitserse collega’s zijn

helemaal niet blij met hun sterke munt. De consumenten trekken de grens over, waar

ze in euro’s aankopen en zodoende heel veel geld besparen. En de export van de Zwit-

serse producten ligt ook stil. Die Zwitserse retailers produceren nog steeds heel veel in

eigen fabrieken, en willen graag ook eigen merken leveren aan buitenlandse retailers.

Aan Nederland bijvoorbeeld. Maar die sterke frank maakt hun producten opeens wel

érg duur. Voeg daaraan toe dat Aldi en Lidl ook in Zwitserland op stoom raken. Zie je

het al voor je?

Dus, Nederlandse ‘supermarketeers’ en merkartikelfabrikanten: gelukkig wonen we

niet in Hongarije of Zwitserland. Maar ga niet onverstoorbaar lekker slapen. Maak

je plannen: gerommel met onze munt kan toeslaan waar en wanneer je het niet

verwacht. ■

Om de maand in dit blad: Hans Eysink Smeets

en Frits Kremer als columnist.

Deze maand Hans Eysink Smeets.

Reacties: [email protected]

EYSINK SMEETS

Alfa-taalEen outdoorcampagne van Alfa. In het Limburgs.

‘Het lekkerste beer… dát preuf ste!’ Het lekkerste bier… dat

proef je.

En dan eronder: alaaf, Alfa, alaaf.

Het laatste slaat op carnaval, dat inmiddels weer achter de rug.

is

Het eerste slaat op de komaf van Alfa. Limburgs.

Adverteren in je dialect, dat is niet de eerste keer dat dat

gebeurt. Grolsch komt uit Twente en liet al af en toe iets als een

Tukker van zich horen. Er kwam een bier met de naam Noaber

(‘nabuur’ = buurman). Of Brand en Gulpener en Wieckse al in

het Limburgs dialect een campagne hielden, weten we niet.

Maar dan nog, het is in opkomst. ‘Roots’, authenticiteit, ‘dicht

bij jezelf blijven’, en dus zien we steeds meer Brabants, Fries,

Twents… denk ook aan Boer’nyoghurt en Boer’nvla van Zui-

velhoeve, die volgens die hoeve zelf ‘onmeunig’ lekker is.

Niet zo vreemd dus, dat Alfa met zijn merk in het dialect

adverteert daar, waar dat dialect gesproken wordt, in Limburg,

vóór en tijdens de carnaval.

Maar zo is het niet. In principe staan deze borden door heel

het land. Want: we hebben verkoopleider John van de Berg

van Alfa gebeld en die meldt dat deze borden in het zuiden des

lands staan, maar ook overal in Nederland in de grote steden.

Dat klinkt op een vreemde manier selectief, maar er is wel een

reden voor te bedenken om zo te kiezen: Alfa laat die borden

in feite overal plaatsen waar van oudsher geen carnavalstradi-

tie bestaat, maar waar wel carnavalspogingen gedaan worden

en ook carnavalsverenigingen te vinden zijn. En dat is eerder

in grote steden dan op het platteland van Noord-Holland of

Drenthe.

Sommige Limburgers zullen aan deze boodschap zien dat het

geen Limburgs is zoals zij dat spreken. In andere gebieden in

Limburg is ‘dat’ ‘det’. Heeft Alfa een concessie gedaan, omwille

van de boodschap? Van de Berg: “Nee. Bij ons is het ‘dat’.” Het

blijkt het dialect te zijn van Schinnen en omgeving. ■

27 Eysink Smeets 27 13-02-2012 18:52:47

Page 28: FP_2012_02

Premium Rundvlees assortiment voor de foodserviceV constante topkwaliteit

V exact op gewicht

V per portie vacuüm verpakt

V IQF gevroren

VION Foodservice Nederland Telefoon: 0544 473 210 [email protected] www.vionfood.nl

Verras uw gasten met de beste premium steaks

28 Adv 28 10-02-2012 14:23:09

Page 29: FP_2012_02

29FoodPersonality februari 2012

Vakcentrum en ‘Product v/h Jaar’ keuren eigen vlees

Ik heb me weer doodgelachen. Mijn kinderen

moesten me met een zuurstofmasker bijbrengen.

De lachstuipen kreeg ik bij het tegelijkertijd bin-

nenkomen van twee persberichten. Met opval-

lende overeenkomsten. De Keurslager is opnieuw

opgedoken.

Het eerste bericht kwam van het Vakcentrum:

“Om zelfstandige supermarktondernemers

zichtbaar onderscheidend te positioneren bij

klanten en lokale overheden, heeft het Vakcen-

trum een nieuw keurmerk ontwikkeld: het Super

Supermarkt Keurmerk (SSK). Met dit label laten

zelfstandige ondernemers zien dat zij maatschap-

pelijk verantwoord ondernemen, lokaal betrokken

zijn en duurzaamheid hoog op de agenda hebben

staan. Kortom, dat de ondernemers zich onder-

scheiden.”

Het tweede bericht kwam van ‘Product van het

Jaar Nederland’:

“Maar liefst 29 producten hebben de titel

‘Gekozen Product van het Jaar 2012’ in de wacht

gesleept. Vorig jaar waren dat er nog 24. De toe-

name toont aan dat de verkiezing voor innova-

tieve producten steeds belangrijker wordt.”

Typisch twee gevalletjes van ‘de slager keurt zijn

eigen vlees’. Het is onvoorstelbaar dat mensen hier

nog intrappen.

Eerst even het Vakcentrum. Vooropgesteld: ik

twijfel niet aan de integriteit van het Vakcentrum.

Je kunt ze hooguit verwijten dat ze niet meer

van deze tijd zijn. Dat het stof er nu wel heel erg

dik op ligt. Maar dat je als lid 1000 euro moet

betalen voor een sticker op de deur, dan denk ik:

‘doe zélf effe normaal!’ Wel een lekkere melk-

koe. Niet-leden betalen 1500 euro. Worden die

strenger beoordeeld of zo? Op jaarbasis realiseert

het Vakcentrum zo een lekker omzetje. De sticker

– het lijkt een beetje op dat foeilelijke logo van De

Keurslager – is twee jaar geldig, daarna moet je

weer opnieuw dokken.

Dan het Product van het Jaar. Daar kan ik kort

over zijn. Het is een meer dan belachelijke adver-

tentiefuik, zonder enige inhoud. Dat fabrikanten

hiervoor willen betalen, is een raadsel. De organi-

satie zegt het zelf al in z’n persbericht: ‘de kracht

van het concept’ is dat iedereen kan winnen. Ze

bedoelen waarschijnlijk: iedereen die betaalt, kan

winnen. Kijk bijvoorbeeld eens naar de produc-

ten: van sommige heb ik nog nooit gehoord. En

dan die ‘onafhankelijke’ jury van deskundigen

(waarschijnlijk de verkopers van deze club) en

de 6.000 consumenten (waar komen die ineens

vandaan?). Waarom is hier nergens een verant-

woording van te vinden? Ik heb begrepen dat je

als ‘uitgekozen fabrikant’ moet betalen om het

logo te gebruiken op je verpakking? Doen er ook

producten mee, waarvoor niet betaald is? Kunnen

die ook winnen? Hoe opportunistisch kun je zijn

als fabrikant om hieraan mee te doen?

Zowel bij het Vakcentrum als bij ‘Het Gekozen

Product’ stinkt het aan alle kanten naar com-

merciële vervlechting. Je moet betalen voor een

keurmerk. Een gesponsord keurmerk dus. Met de

illusie van objectiviteit. Dat klopt toch van geen

kanten? Dan kun je er drie TNO-instituten en een

huis vol externe deskundigen bijhalen, objectief

wordt het nooit. Ik snap dat het Vakcentrum de

zelfstandig ondernemer wil promoten. Maar doe

dat dan anders. Dit kan alleen maar fout gaan.

Journalisten zijn geen randdebielen en de klant is

geen zwakzinnige.

Gewoonlijk hebben wij een paar vragen aan Gerard naar aanleiding van wat hij beweert. Maar ditmaal niet. Zie ook het commentaar van dit blad over het nieuwe keurmerk van het Vakcentrum (blz. 20).

* Gerard Rutte is onafhankelijk, maar niet altijd

even objectief, zeker niet als het om Plus, Deka-

markt en C1000 gaat, want dat zijn klanten van

hem.

met Rutte!

Ruzie met Rutte! De rubriek waarin Gerard Rutte*

weer eens de knuppel in het branchehoenderhok

gooit. (En als het nodig is reageren wij daar weer op,

om schandalen te voorkomen.) RUZIE

29 Rutte 29 10-02-2012 15:15:17

Page 30: FP_2012_02

30FoodPersonality februari 2012

LOBLAW’S IN CANADA

Eerst ijshockeystadion, nu superstoreDoor: Pascal Kuipers (m.m.v. Jim Cordts) Foto’s: Jim Cordts

30 Loblaw 30 10-02-2012 14:19:07

Page 31: FP_2012_02

31FoodPersonality februari 2012

Elvis Presley trad hier ooit op. Net als Frank Sinatra en The Beatles. Muhammed Ali sloeg er tegenstanders knock out. Maar Maple Leaf Gardens is in Canada het

meest bekend als de vroegere thuisbasis van de fameuze ijshockeyclub Toronto Maple Leafs.

En wie speelt er nu z’n wedstrijd? De Canadese markleider Loblaw’s. Het kon van dit voormalige stadiongebouw zijn nieuwste vlaggenschip maken.

8.200 m2 vvo, 90.000 sku’s - in onze maatvoering zou het een hypermarkt zijn, maar Loblaw’s noemt het een ‘superstore’.

Hier zien we de onderste verdieping van het gebouw, het centrale deel van de Loblaw’s-superstore. De helft van die 8.200 m2 is bestemd voor vers, met een

grote delicatessenafdeling.

De agf-presentatie is de grootste versafdeling, met als centraal punt een vierkante agf-presentatie met een uitgebreide keuze. Van allerlei paddenstoelen en

champignons tot pepers en paprika’s, bessen en allerlei Aziatische specialiteiten. Loblaw’s presenteert gangbare en biologische varianten door elkaar. Op de

vier hoeken van de agf-presentatie zien we de afdelingen voor vlees, zuivel en vis. Loblaw’s heeft de betonnen wanden die naar het zes meter hoger gelegen

plafond leiden, in het zicht gelaten. Dat versterkt de ruimtelijke indruk van de verspresentaties. De winkelvloer is opvallend oranje gekleurd.

En let op de volgende pagina’s vooral ook op de hoeveelheid medewerkers en het werk dat ze doen.

30 Loblaw 31 10-02-2012 14:19:35

Page 32: FP_2012_02

32FoodPersonality februari 2012

Als Jumbobaas Frits van Eerd binnenkort in het

vliegtuig stapt om in de Verenigde Staten inspi-

ratie op te doen voor de grootste supermarkt van

Nederland die hij bouwt in het NAC-stadion in

Breda, dan moet hij zeker ook even Canada aan-

doen. ‘Downtown Toronto’, welteverstaan, waar

in het gebouw Maple Leaf Gardens een indruk-

wekkende superstore is gevestigd, van Canada’s

marktleider Loblaw’s. Maar hoe dan ook, wat

Loblaw’s mocht, zal Jumbo nooit mogen; Jumbo

mag in het stadion bouwen, in de catacomben.

Loblaw’s kon van de wedstrijdvloer zelf een win-

kelvloer maken.

Maple Leaf Gardens was tussen 1931 en 1999

de thuisbasis van de ijshockeyclub de Toronto

Maple Leafs (zie kader op blz. 35). De geur van

zweet, bier en nootjes heeft plaatsgemaakt voor

een indrukwekkende superstore, met als in het

oog springende onderdelen een muur van kaas,

een grote sushibar, een keuken met veertien koks

die dagelijks verse maaltijden bereiden, en de

broodafdeling waar het naar het versgebakken

brood van de lokaal bekende ACE Bakery ruikt.

Dat laatste is ook niet zo vreemd, want Loblaw’s

heeft een verleden met brood. De familie Weston

begon als bakker en kocht in de jaren vijftig,

als grote broodleverancier, het toen zieltogende

winkelbedrijf Loblaw’s.

Na het vertrek van de ijshockeyers in 1999 heeft

Maple Leaf Gardens jarenlang leeggestaan. Totdat

Loblaw’s het in zestien maanden tot ‘flagship

store’ verbouwde en tegelijk het exterieur van het

gebouw in oude luister herstelde. Het is een sce-

Loblaw’s beschikt over een keuken waar veertien koks fulltime verse maaltijden, soepen en salades bereiden.Een bord aan de keukenmuur maakt duidelijk dat de koks alleen met ultraverse waren wer-ken. En: duurzaam, zeggen ze. Ze werken volgens het bord zo veel mogelijk met producten uit de omgeving of streek en ‘free from’, dus niet genetisch gemanipuleerd.

Na binnenkomst in de winkel trekt een indrukwekkende sushibar meteen de aandacht. Deze wordt bemand door zo’n zeven medewerkers van de in de Aziati-sche keuken gespecialiseerde supermarktketen T&T, die Loblaw’s in 2009 heeft overgenomen.

30 Loblaw 32 10-02-2012 14:20:00

Page 33: FP_2012_02

33FoodPersonality februari 2012

nario dat overeenkomt met de omgeving van het

karakteristieke pand. ‘Downtown Toronto’ heeft

decennialang te maken gehad met stagnatie en

leegloop. Op het dieptepunt – enkele jaren gele-

den – woonden er zo’n 40.000 mensen. De laatste

Marktleider Canada

Loblaw’s is onderdeel van Loblaw Companies Ltd.

Dat klinkt als een bv, maar het is beursgenoteerd,

in Canada. Maar 63% van de aandelen is in handen

van George Weston Ltd, het holdingvehikel van de

overbekende (en puissant rijke) familie Weston.

Met 19% marktaandeel is Loblaw’s duidelijk de

marktleider in de Canadese levensmiddelenbran-

che. De omzet van de keten was in 2011 ruim €13

miljard. Loblaw’s omvat 1.027 winkels, waarvan

451 franchisewinkels.

De grootste concurrenten van Loblaw’s zijn:

* Sobey (13% marktaandeel)

* Metro (niet te verwarren met het Duitse Metro,

12% marktaandeel)

* Walmart (ruim 7% marktaandeel)

* en vijfde is Costco (bijna 7%).

Loblaw’s werkt in Canada met 22 verschillende

winkelformules. De bekendste naast Loblaw’s

zelf zijn: The Real Canadian Superstore, Atlantic

Superstores, Zehrs (hypermarkten en superstores);

Maxi, Atlantic SaveEasy en Dominion (superstores,

de formule is deels ook in handen van concur-

rent Metro); No Frills, Extra Foods, Provigo, Your

Independent Grocer, SuperValu en Valu-Mart

(supermarkten en buurtwinkels).

In het hart van de agf-afdeling staat een sappenbar. Daar bereiden mede-

werkers van Loblaw’s ter plaatse vers geperst sap van fruit en/of groente. Ook

snijden en verpakken ze er groente die rondom wordt gepresenteerd.

Ook het exterieur van het opvallende pand

Maple Leaf Gardens is door Loblaw’s grondig

gerenoveerd en in oude luister hersteld. Net zoals

de omgeving, want centraal Toronto is na jaren

van verpaupering weer een gewilde woon- en

werkomgeving.

De lokaal bekende ACE Bakery bepaalt de broodafdeling. Loblaw’s

nam deze bakkerij in 2010 over. Het verse brood van ACE geldt als

een publiekstrekker. De familie Weston was van oudsher een bak-

kersfamilie, die vanaf begin vorige eeuw uitbreidde en diversificeer-

de. In de jaren vijftig nam oprichter George Weston met zijn alsmaar

groeiende bedrijf een afnemer over: levensmiddelenketen Loblaw.’s

Het was in de problemen gekomen na de dood van oprichter

Loblaw. Vandaag de dag is deze keten het bekendste bedrijf van de

familie, die momenteel als de op een na rijkste familie van Canada

bekend staat. Bijzonder: een bakkersfamilie verandert door de jaren

heen in een detailhandelsfamilie, die daarna weer een bakkerijke-

tentje overneemt.

jaren echter, is er sprake van een opleving. Jonge,

hoogopgeleide en goed verdienende mensen heb-

ben het centrum herontdekt. Door de bouw van

appartementen die bij deze groep in trek zijn, is

de bevolking weer gegroeid tot boven de 100.000.

Loblaw’s richt zich met deze superstore op deze

vooral kleine huishoudens: merendeels alleen-

staanden of samenwonenden zonder kinderen.

Mensen met drukke banen en weinig tijd om te

koken. Bovendien bedient Loblaw’s de duizenden

studenten en kantoorwerkers die elke dag in het

30 Loblaw 33 10-02-2012 14:20:31

Page 34: FP_2012_02

34FoodPersonality februari 2012

centrum van Toronto aanwezig zijn.

De meerderheid van de klanten die in het centrum

van Toronto wonen, hoeven hooguit een kwartier

te lopen naar de Maple Leaf Gardens. Ondanks de

ligging in het centrum van Toronto biedt Loblaw’s

ook parkeerruimte voor 154 auto’s. De meeste

bezoekers zijn mandjesklanten die meerdere malen

per week hun inkopen doen. “We hebben de tradi-

tionele stadssupermarkt opnieuw uitgevonden om

in de behoeften te voorzien van moderne stedelijke

consumenten”, aldus het ronkende commentaar

van Loblaw-bestuursvoorzitter Galen Weston, eind

vorig jaar, bij de opening.

De winkel is aangepast aan de wisselende stem-

mingen waarmee de klanten op verschillende

momenten van de dag en de week de winkel

bezoeken. Zo is er bij de ingang een groot ca-

fetaria dat The Grill heet, met drie keer per dag

een ander menu. Tot half elf kun je er ontbijten,

daarna sluit het cafetaria voor een snelle schoon-

maakbeurt om snel daarna weer te openen als

lunchroom. En ‘s avonds is het een restaurant.

Personeel speelt een belangrijke rol in deze win-

kel: 500 full- en part-timers. Op alle bedienings-

afdelingen staat volgens zeggen van Loblaw’s

deskundig personeel, dat per afdeling in kaas,

vis, vlees etc. gespecialiseerd is. Nadat je door

weidse versafdelingen bent gegaan, kom je in

een meer rationele sectie. De 28 dkw-stellingen zijn

sober van opzet, maar toch stijlvol. Op kopstellingen

biedt Loblaw’s huishoudelijke producten, boeken en

huismerken. Het huismerk President’s Choice is al-

omtegenwoordig. Ook in financiële producten, want

Loblaw’s biedt onder dit huismerk ook leningen,

verzekeringen en telecommunicatiediensten aan,

met ‘PC Financial’. Met een eigen afdeling hier, recht

tegenover de keuken.

President’s Choice is in de internationale retail een

bekend huismerk, omdat Loblaw’s erin slaagt dit

merk bij andere retailers in de schappen te krijgen.

Zoiets als: het AH-huismerk te vinden in een Jumbo.

Aan het einde van de winkel staat een 15 meter lange

Loblaw’s Maple Leaf Gardens heeft aan één zijde van het ge-bouw de in- en uitgang. Vandaar ook dat de 25 kassa’s aan de voorzijde van de winkel zijn geplaatst. Medewerkers helpen de klanten met inpakken. Aan de achterzijde een stomerijbalie en de klantenservice.

Loblaw’s beroemde huismerk President’s Choice ontbreekt uiteraard niet in de schappen. Het is dominant aanwezig in de dkw-schappen.

Op de bovenverdieping van de winkel is de kookschool gevestigd die ook van het merk-label President’s Choice is voorzien. Een kookcursus voor 12 personen kost zo’n € 35 per persoon. Kooklessen kunnen individueel of in groepsverband worden gevolgd. Opvallend dat Loblaw’s zijn huismerk President’s Choice hieraan verbindt. De kookschool verhuurt ook ruimte aan bedrijven voor trainingen en vergaderingen. Teambuildingbijeenkomsten in de kookschool, onder leiding van een van de koks van Loblaw’s, duren ruim vier uur en kosten € 170 per persoon. Of dit echt goed loopt, weten we niet, maar het klinkt in elk geval gedurfd.

30 Loblaw 34 10-02-2012 16:04:47

Page 35: FP_2012_02

35FoodPersonality februari 2012

IJshockey is de nationale sport van Canada, dus dit

is een vestigingspunt voor Loblaw’s vol sportge-

schiedenis en sportlegendes. De agf staat pal op het

voormalige veld, we bedoelen maar. Vandaar dat op

enkele plekken in de winkel de ijshockeyers van de

Toronto Maple Leafs worden geëerd. Door op de win-

kelvloer met een rode punt aan te duiden waar ooit

de middenstip op de ijsvloer was, door hergebruik

van stadionstoeltjes en door een grote muurschilde-

ring die herinnert aan het fameuze doelpunt van Bill

Barilko in de finale om de Stanley Cup in 1951. Het

was de vierde keer dat de Toronto Maple Leafs de

cup wonnen en het laatste doelpunt van Barilko ooit.

Een absolute aandachtstrekker is de muur van kaas. Een metershoge koelwand met allerlei kazen uit alle hoeken van de wereld.Maar er is ook nog een kaasafdeling naast de broodafdeling. Ook die biedt de nodige keuze met meer dan 400 verschillende kaassoorten. Daar-naast het ‘Tea Emporium’, een grote presentatie van meer dan 100 verschillende theesoorten.

De 28 stellingen met dkw zien er sober, maar stijlvol uit. Maken die vele gele prijslabeltjes dit schap nu prijsattractief? De actieprijzen doen eigenlijk afbreuk aan de uitstraling.

Loblaw’s beschikt ook over een 26 meter lange balie voor gebak,

koek en chocolade. Balie… dus weer een productgroep in

bediening. Deze en andere balies hebben eigen kassa’s, zodat klan-ten die speciaal hiervoor naar de

winkel komen, niet bij de reguliere kassa’s hoeven af te rekenen.

Deze jongen oogt bij voorbaat al verleid.

presentatie met allerlei vitamines en voedings-

supplementen. Daarnaast een apotheek en

zelfs een kliniek, waar mensen terecht kunnen

voor kleine medische ingrepen. Een diëtist van

Loblaw’s helpt er klanten en met rondleidingen

door de winkel wordt allerlei informatie over

gezonde menusuggesties gegeven aan individuen

en groepen.

Een lift en een roltrap brengen klanten naar de

bovenverdieping, waar een Joe Fresh-winkel is

gevestigd. Joe Fresh is het huismerk kleding van

Loblaw’s, dat als een A-merk is gepositioneerd.

Vergelijkbaar met George, het bekende kleding-

merk van Walmarts Britse dochter Asda.

Loblaw’s is met dit vlaggenschip uiteraard niet de

enige in het centrum van Toronto. Ook Whole

Foods Market heeft er een winkel. En Sobeys,

de directe concurrent van Loblaw, exploiteert er

verschillende kleinere verssupers onder Sobeys’

Urban Fresh formule. Maar de interessantste con-

current is het Canadese familiebedrijf Longo’s,

dat najaar 2010 een 4.500 m2 groot vlaggenschip

opende aan het Maple Leaf Square. Het hoofd-

kwartier van het bedrijf van de De Longo-familie

(24 supermarkten en de online retailer Grocery

Gateway) is eveneens in Toronto gevestigd.

Reden te meer voor Frits van Eerd, om Toronto te

bezoeken. ■

Loblaw’s & Toronto Maple Leafs

Hij stierf vier maanden later door een vliegtuigonge-

luk. Pas na elf jaar, in 1962, werd het vliegtuigwrak

gevonden en kon Barilko worden bijgezet. Prompt

wonnen de Toronto Maple Leafs de Stanley Cup voor

de vijfde keer.

Loblaw’s Maple Leaf

Gardens, Toronto

* 8.200 m2 vvo

* 90.000 sku’s

* 500 medewerkers

* 25 kassa’s

* elke dag van 7.00 tot 23.00 u open

30 Loblaw 35 10-02-2012 14:21:21

Page 36: FP_2012_02

36FoodPersonality februari 2012

36 Verberne 36 10-02-2012 15:50:41

Page 37: FP_2012_02

37FoodPersonality februari 2012

COLUMNIST GEORGE VERBERNE C1000 STOPT NA VIJF JAAR

‘Twee formules in één bedrijf: ik weet het niet’C1000-ondernemer George Verberne stopt na vijf jaar als columnist voor dit blad.

Allereerst: George, bedankt voor die maandelijkse inspanning!

Vanaf september 2007 was hij columnist. Deze maand, op blz. 21 van dit blad, zijn

laatste column. En wij wilden graag een soort afscheidsinterview met hem.

Door: Gé Lommen Foto’s: George Verberne

Waarom stopt George Verberne? “Ik heb gezegd

wat ik te zeggen had, ik had het idee dat ik vanaf

ongeveer deze periode in herhalingen zou gaan

vallen en dat wilde ik zeker niet. Vijf jaar, ik heb

het mooi gevonden om te doen, maar nou is het

goed.”

Met Verberne als columnist hadden we iemand

aan het front van de golf van fusies en overnames.

Toen hij als columnist begon, was hij Super de

Boer-ondernemer in Driebergen, afnemer van

Laurus dus. Laurus werd Super de Boer. Maand

na maand kon hij vertellen over de moeizame

positie van het best kleine Super de Boer, dat

geen stand kon houden tegen de opmars van

andere formules in het concurrentieveld. Terwijl

Super de Boer het toch ook wel weer goed deed,

tenminste, als je bedenkt dat Super de Boer bezig

was zichzelf verkoopklaar te maken.

Die verkoop kwam. Jumbo nam Super de Boer

over. Verberne zou Jumbo-franchiser worden?

Nee, hij kwam in de verzameling Super de Boers

die C1000 zouden gaan worden. Een tijd van

onzekerheid. Eerst met Jumbo onderhandelen,

daarna met Schuitema/C1000.

Twee jaar later: Verberne is dan bijna een jaar

C1000. En Jumbo neemt C1000 over.

We bedoelen maar. Dan mogen we wel zeggen

dat hij als columnist aan het front van de fusies

en overnames heeft gestaan.

Wat kwam er verder zoal voorbij in al die

columns? De betutteling van de overheid, de

zwakke positie van de supermarktondernemer

in het concurrentieveld, de onbuigzame houding

van bankiers, maar vooral: waar blijft de com-

merciekracht van Super de Boer? Wat kunnen

wij, SdB-ondernemers, nog? En daarna werd dat:

wat word ik eigenlijk, als ik C1000-ondernemer

word? Wat wil C1000 van mij, en wat wil ik? Hoe

hou je AH van het lijf, als je er in je marktgebied

twee van krijgt? En nu…

…Nu kom je in het hoofdbestuur van C1000-on-dernemers. Dat gaat beoordelen wat de positie wordt van C1000-ondernemers in de overname van C1000 door Jumbo. Waar ga je dan vooral naar kijken?“Naar de regelingen voor C1000-ondernemers

als C1000 onderdeel wordt van Jumbo. Het

blijft voorlopig een afzonderlijke formule, maar

we moeten goed om ons heen kijken naar wat

er gebeurt. Hoe sterk en omvangrijk blijft het

C1000-bolwerk? Hebben we straks nog een eigen

organisatie? Blijven we in die omstandigheden

nog een sterke formule? Hebben we een eigen

smoel, hebben we een goed assortiment, goede

acties, goede begeleiding, een goeie mix van vers

en dkw, een goede prijs-kwaliteitsverhouding?

Blijft het merk C1000 sterk? Daar draait het om.”

Stop je als columnist omdat je in het hoofdbe-stuur belandt?“Het zou best kunnen dat ik zodoende in een

positie kom waarin ik opeens twee petten draag:

die van zo onafhankelijk mogelijke columnist, en

tegelijk als bestuurslid met een zeker belang bij

geheimhouding. Maar zo’n vaart loopt dat niet.

Nee, het is veel meer wat ik al eerder zei: het is

goed geweest zo.”

Ik noem even een aantal dingen die je in al die jaren soms expliciet, soms tussen de regels door zei: zwalkend Super de Boer, te weinig slagkracht in de markt, margegebrek in de prijzenslag, Jan Brouwer die met een hoop geld als eerste van boord gaat, onduidelijkheid vanuit Jumbo en Frits van Eerd die niet meteen meldt wie Jumbo wordt en wie C1000, onderhandelingen met C1000 met de nodige onduidelijkheid over ver-goedingen en verplichtingen, en een Vakcentrum waarvan jij vindt dat het te behoedzaam moet opereren. En vervelende banken. Neem je iets terug hiervan?“Nee. Sterker nog, dat van die onwelwillende

banken vind ik alleen maar erger geworden.

Verder vind ik nog steeds dat Super de Boer niet

optimaal is geleid destijds, want het prijsimago

bleef slecht en dat was nergens voor nodig. An-

dere onderwerpen zijn weer voorbij. Natuurlijk,

er was onduidelijkheid voor de Super de Boer-

ondernemers: word je nu Jumbo of C1000? Maar

dat was slechts tijdelijk. Ik zou niet weten wat ik

terug zou moeten nemen.”

Maar eigenlijk zeg je dat nadat Laurus Super de Boer werd, de formule niet sterk genoeg is

‘Voor Frits en Colette van Eerd wordt het moeilijk om tot in lengte van dagen net zo

hard in C1000 te blijven geloven als in Jumbo’

36 Verberne 37 10-02-2012 15:50:42

Page 38: FP_2012_02

38FoodPersonality februari 2012

geworden, terwijl dat wél had gekund?“Nee. Als iemand zegt dat Super de Boer al zeer

verzwakt was, dan ben ik het daarmee eens. De

scheur was al te groot om in deze concurrerende

markt goed te kunnen herstellen. Eigenlijk, vind

ik nu, was het voor Harry Bruijniks (bestuurs-

voorzitter van 2002 tot 2006, GL) al niet meer te

doen, de leidinggevenden hadden te veel omhan-

den om te redden. En de leidinggevenden hadden

het vaak druk met hun eigen positie. Maar toen

Super de Boer nog de enige formule was, had de

prijs-kwaliteitverhouding wel anders gekund, in

de periode onder Jan Brouwer. En ik vond dat er

te veel overhead was. Het had toen met minder

mensen gekund op het hoofdkantoor.”

Dat is makkelijk gezegd, toch?“Ja, maar het is tegelijk ook waar. Zo veel mensen

waren er op dat moment in Amersfoort niet

meer nodig, je kunt ook een hofhouding creëren.

Bij een sterkere formuleprestatie had ik dat ook

niet gezegd. Maar ja, je kunt terugkijkend alsnog

over veel details vallen. Die tv-commercials van

Super de Boer onder het bewind van Hans Blom,

die waren gewoon ijzersterk. Maar naderhand

werd Super de Boer te lief. Te weinig smoel. En

vooral: te duur. Dan kun je wel zeggen dat dat

niet anders kan, maar met minder mensen op een

hoofdkantoor heb je al minder kosten. Ook al

geef ik toe: Super de Boer was met enorme kosten

beladen, uit de Laurus-periode.”

Hoor ik hier een ondernemer die treurt om het verlies van een formule?“Neenee, die houding op grond van de jaren die

je als ondernemer van die formule hebt gedraaid,

dat heb ik gehad. Deze winkel mag rood zijn,

geel, blauw, groen… als ik er maar een goede

marktpositie mee heb en ermee uit de voeten kan.

Er gaan formules sneuvelen. Dat is tot nu toe zo

geweest en dat zal nog zo zijn. Kijk, ik heb ge-

hoord dat mensen van Edeka (Duitse marktleider

en een tijd kandidaat-koper C1000, GL) werkelijk

niet wisten wat ze zagen, zo veel formules in dat

kleine landje. Dat begrijp ik wel. Als ik over Su-

per de Boer praat, vind ik het alleen jammer dat

die in de grond sterke formule toch zo wegzakte,

het was onnodig.”

Was je nu liever Jumbo-franchiser geweest dan C1000-ondernemer?

“Nee, dit gaat goed en C1000 doet voor de

klanten in dit marktgebied en dus voor ook mij

wat gebeuren moet: tamtam en aantrekkelijk

zijn. C1000 paste goed hier, omdat in dit markt-

gebied jaren daarvóór een goede C1000 had ge-

kend, een oude A&P die C1000 was geworden,

de naam was nog bekend en het imago positief.”

Je hebt jarenlang kritiek geformuleerd op formulebeleid en op leidinggevenden op hoofd-kantoren. Maar: ben je er als ondernemer in je omzet, marktaandeel en winst ook op achteruit gegaan?“Ten eerste, ik kan altijd zeggen dat mijn

marktpositie beter is geworden juist doordát

ik op die zwakheden of ongerijmdheden lette.

Juist doordat je een probleem aanzwengelt,

wordt het zichtbaar.

Maar buiten dat: vooral doordat de winkel

C1000 is geworden, is de winkel weer sterk naar

voren gekomen. Meer klanten, meer traffic,

meer omzet. Over de winst wil ik publiekelijk

niks zeggen, dat is een privékwestie, vind ik.

Maar kijk, dat is vorig jaar ook wel een

uitgangspositie geweest in mijn gesprekken

met C1000. ‘Ik wil dat mijn vermogenspositie

minimaal gelijkwaardig blijft, of beter wordt’,

heb ik gezegd. Daar hebben we ook het nodige

voor moeten afspreken en dus over moeten

onderhandelen. En over die winst wil ik dit nog

wel zeggen: na een jaar weet je dat nog niet.”

Na een jaar nog niet?“Nee, niet als een retailorganisatie en een

ondernemer zoals ik een nieuwe start maken

met een nieuwe formulenaam. Je spreekt met

elkaar af hoe je elkaar gaat helpen om een

nieuwe stap te maken: verbouwing, huisvesting,

formulestyling, openingsacties enzovoort. Dat

kan het niet anders dan dat er een tijd lang

een andere verdeelsleutel komt van kosten en

opbrengsten, om dit punt overeind te houden

en weerbaarder, sterker en aantrekkelijker te

maken. Dan ziet de exploitatie er anders uit dan

over bijvoorbeeld vijf jaar. Het is daarom nog

niet goed te zeggen.”

Je bent jarenlang ondernemer geweest bij een organisatie die níet op overleven en groeien op lange termijn gefocust was. Laurus was een bedrijf dat in zijn verscheidenheid ten onder

ging. Super de Boer was een bedrijf dat door Jan Brouwer verkoopklaar werd gemaakt voor de volgende ronde. C1000 is een bedrijf dat verkoopklaar werd gemaakt door CVC, voor de volgende ronde. Het was altijd maar een tij-delijke kwestie. Zelfs nu, met C1000 in handen van Jumbo, is het moeilijk te zeggen.“Jij zegt het nog met een slag om de arm, vind

ik. Want: twee formules in handen van één

bedrijf, ik weet het niet. Het heeft nog nooit

tot groot succes geleid. Ik zeg niet dat het

theoretisch niet kan, ik denk dat het wél kan.

Maar ook voor Frits en Colette van Eerd wordt

het moeilijk om tot in lengte van dagen net zo

hard in C1000 te blijven geloven als in Jumbo.

Dat is geen verwijt, eerder een constatering

vanuit ervaringen in het verleden. En ik snap

ook dat Van Eerd niet meteen C1000 tot Jumbo

kan ombouwen, soms zijn de investeringen

te veel van het goede. Maar ik zie ook niet in

hoe C1000 nog jarenlang kan bloeien als de

top meer verbondenheid heeft met een andere

formule. De branche heeft ons ook allemaal ge-

leerd dat twee directies op termijn één directie

wordt. Veel dc’s worden minder dc’s. Meer for-

mules worden minder formules. Daarom weet

ik niet wat er met C1000 gaat gebeuren. Maar

ik zeg daar meteen bij dat ik in het bestuur

mijn uiterste best ga doen om C1000 zo sterk

mogelijk te houden.”

Je best doen voor iets wat je nu eigenlijk al als een sterfhuisconstructie omschrijft?“Zodra je dat woord gaat gebruiken, is de

formule al ten dode opgeschreven. Het is geen

verboden woord, wel een beladen woord.”

Wat moet Frits van Eerd nu dan tegen al die collega’s van jou zeggen?“Als je naar de ondernemers kijkt die nu bij

Jumbo aangesloten zijn, of dat nu Jumbo-fran-

chisers zijn of C1000-ondernemers, dan moet

Jumbo vooral dit doen: zorgen voor heldere

afspraken waar je lang mee uit de voeten kunt.

Straks heeft Jumbo met honderden aangesloten

ondernemers te maken. Dan kun je het niet

meer in ad hoc-oplossingen zoeken, maar moe-

ten er transparante, collectief heldere afspraken

zijn. Die voor iedereen gelijk zijn.”

Maar een ondernemer met een miljoen week-omzet is net zo belangrijk als en ondernemer met 50.000 weekomzet?“Dat is moeilijk, de praktijk heeft altijd laten

zien dat die eerste wel ietsje belangrijker is.

Maar bij heldere en consistente afspraken is er

ook ruimte voor een groter belang van een ves-

tigingspunt met meer omzet. Als de grondregel

maar voor iedereen gelijk is.”

‘De paar partijen die er dan nog zijn, kunnen zich geen boycot Coca-Cola, Douwe

Egberts of Heineken meer permitteren’

36 Verberne 38 10-02-2012 15:50:42

Page 39: FP_2012_02

39FoodPersonality februari 2012

En dan bestaat C1000 straks nog?“We hebben het intern als geintje al eens over J1000. Een nieuwe formule die de samensmelting van Jumbo en C1000 is. Niemand die het weet. Ik hoor in kringen van mijn collega’s de bijzonderste scenario’s. Zou het echt zo zijn dat de Jumbo-commissaris die ook CVC-commissaris is, dit allemaal allang als scenario heeft uitgedokterd? Ik weet het niet. Ik hoor het gerucht dat Sligro het C1000-merk overneemt, met wat ondernemers en vestigingspunten, een nieuw scenario met weer een nieuwe marktverdeling. Op voorwaarde dat Sligro bij Bijeen komt. Of het waar is?

Maar ik geloof wel dít: over een paar jaar staan supermarktondernemers er beter voor. De waan van de dag van prijsvergelijkingen en diepe promoties en om het hardst schreeuwen dat je goedkoper bent, dat zal dan voorbij zijn.”

Zegt iemand die indirect bij Jumbo is aangeslo-ten, formule met prijsgarantie.“Ook Jumbo blijft naar mijn idee niet alleen maar op prijs hameren. Over een paar jaar is de enorme druk weg, er is een nieuwe constellatie ontstaan. Fabrikanten kunnen niet meer omlaag vanwege de grondstofprijzen. En de paar partijen

die er nog zijn, kunnen zich geen Coca-Cola-, Douwe Egberts- of Heineken-boycot meer per-mitteren. Jumbo is met veel versartikelen al niet meer goedkoper dan C1000. Waarom? Omdat de prijs-kwaliteitverhouding van versassortimenten uiteen gaan. Of het nu rosbief is of bloemkool: betere kwaliteit? Dan ook een hogere prijs. En niet zoals bij dkw, waarbij volumetrucjes het prijsverschil onduidelijk maken, omdat je zestien met achttien rollen wc-papier moet vergelijken, nee, we gaan naar meer onderscheid in vers. En in het ideale geval betaalt de consument ook de prijs die dat product waard is.” ■

36 Verberne 39 10-02-2012 15:50:44

Page 40: FP_2012_02

40FoodPersonality februari 2012

40 Waterlander 40 10-02-2012 14:12:14

Page 41: FP_2012_02

41FoodPersonality februari 2012

WILMA WATERLANDER OVER PRIJSPEIL EN GEZOND ETEN

‘25% goedkopere agf = 25% meer verkoop’

Kopen consumenten meer gezonde producten als deze goedkoper worden? Ja,

ontdekte promovenda Wilma Waterlander. “25% prijsverlaging van agf zorgt voor

25% consumptiestijging. Supermarkten houden de prijzen echter bewust hoog,

om margeverliezen te compenseren.”

Door: Marieke Venbrux Foto’s: Ron Offermans

De discussie woedt al heel wat jaren in de voe-

dingsbranche: is ongezond voedsel te goedkoop,

anders geformuleerd: is gezond voedsel relatief

niet veel te duur?

Nee, vinden supermarkten. De prijzen in de

Nederlandse supermarkten behoren al tot de

laagste van Europa en wie gezond wil eten hoeft

nu al niet veel geld kwijt te zijn aan voeding, dus

liever geen prijsverlaging. Maar liever ook geen

‘verplichte’ prijsverhoging: de sector zit niet te

wachten op betutteling van de overheid als het

gaat om de prijsstelling van haar producten.

Bovendien zouden prijsveranderingen slechts

een geringe invloed hebben op de aankoop van

(gezonde) producten, aspecten als smaak, gemak

en gewoonte zouden ook en misschien wel een

veel grotere rol spelen.

Diëtisten en voedingswetenschappers denken er

wat anders over. Overgewicht wordt een steeds

groter probleem (volgens de jongste cijfers van

het Rijksinsituut voor Volskgezondheid (RIVM)

is 60% van de Nederlandse mannen en 44% van

de Nederlandse vrouwen te zwaar), consumenten

moet het makkelijker gemaakt worden om voor

een gezond voedingspatroon te kiezen. De prijs

van voeding kan daarbij wellicht een rol spelen.

Zeker als het de lagere inkomensklassen betreft,

een groep die bovengemiddeld kampt met over-

gewicht.

Hoe zit het nu: zijn prijsmaatregelen wel of geen

effectief en wenselijk middel om de consump-

tie van gezonde voeding te stimuleren? Wilma

Waterlander, promovenda aan de Vrije Univer-

siteit (en lid van de vakgroep van de inmiddels

bekende hoogleraar voeding en gezondheid Jaap

Seidell), deed er de afgelopen vier jaar onderzoek

naar. Ze ging op zoek naar de prijs van voeding

in de Nederlandse spermarkten. Ze deed navraag

(een ‘Delphi-studie’, in onderzoekstermen) bij

‘stakeholders’: fabrikanten, het CBL, weten-

schappers, de overheid. Ze interviewde groepen

consumenten in achterstandswijken. Ze liet

consumenten boodschappen doen in een ‘virtuele

supermarkt’. En ze voerde een experiment uit in

vier ‘echte’ supermarkten - bij C1000 in Bid-

dinghuizen, C1000 in Sint Nicolaasga, bij Plus in

Heeten en bij Plus in Klaaswaal – waarbij consu-

menten zes maanden lang 50% korting kregen op

groente en fruit. Vorige maand rondde ze haar

onderzoek af.

Je hebt de prijs van voeding in de Nederlandse supermarkten onderzocht. En?“We hebben consumptiegegevens gekoppeld aan

de voedselprijzen in de Nederlandse supermark-

ten. Daaruit bleek dat voeding met meer suiker

en vet relatief veel goedkoper is dan bijvoorbeeld

groente en fruit. Een voorbeeld: spinazie kost

€ 5,25 per 418 KJ/100 kcal, pindakaas € 0,035 per

418 KJ/100 kcal. Ook gezonde diëten blijken re-

latief duurder dan ongezondere diëten. Dit vormt

een argument om prijsmaatregelen op voeding

te overwegen. Dat ben ik verder gaan onderzoe-

ken. Overigens kwam later in mijn onderzoek,

tijdens gesprekken met supermarktmanagers,

wel naar voren dat supermarkten de prijzen op

agf kunstmatig hoog houden om zo het marge-

verlies op producten als wasmiddelen en bier te

compenseren.”

Jij zegt dat, maar als ik nu het hoofdkantoor van Albert Heijn bel, zullen ze dat te allen tijde ontkennen. De discussie speelt in de branche al jaren. Telers zeggen: wij worden uitgekne-pen en verdienen nauwelijks iets aan onze producten, supermarktketens stellen zich op het standpunt: wij verdienen helemaal niet exorbitant veel aan agf, want we hebben ook te maken met kosten.“Het lijkt soms inderdaad of niemand er iets aan

verdient, tóch zijn de prijzen in de supermarkt

voor agf veel hoger dan de prijs die de teler

er voor krijgt... Er zijn cijfers bekend waaruit

blijkt dat supermarkten in de keten verreweg de

hoogste brutomarge op agf halen. Ik weet niet

exact hoeveel zij van die marge overhouden na

bederf, opslagkosten en dergelijke, toch zijn er

wel degelijk aanwijzingen dat supermarkten er

winst op maken en dat ze dit deels gebruiken

om het verlies op merkartikelen te compen-

seren. Verschillende supermarktondernemers

hebben dit tegenover mij ook bevestigd.”

‘Spinazie kost € 5,25 per 100 kcal, pindakaas € 0,035 per 100 kcal’

40 Waterlander 41 10-02-2012 14:12:15

Page 42: FP_2012_02

42FoodPersonality februari 2012

Wat versta jij in je onderzoek onder ‘gezond’? Dat begrip is lastig te definiëren. Bovendien speelt voedingspatroon een rol: misschien ben ik beter af als ik ‘s avonds een schaaltje (oven)chips consumeer, dan wanneer ik vier bananen achterover sla.“De definitie gezond-ongezond is inderdaad lastig. In het onderzoek heb ik twee definities gebruikt. In het experiment met de virtuele supermarkt hebben we alle gezonde producten in prijs verlaagd, daarbij hebben we gezond gedefi-nieerd als ‘alle producten die – in theorie – aan de criteria van het Ik kies bewust-logo voldoen’. In de ‘echte’ supermarkt hebben we alleen op agf korting gegeven. Groente en fruit wordt door onder andere de World Health Organization echt gezien als gezonde producten. De consumptie hiervan ligt in Nederland ver onder de norm en het verhogen van de consumptie kan sterk bijdragen aan de terugdringing van onder andere obesitas, diabetes en kanker. Vandaar die keuze.En om even terug te komen op jouw vergelijking: bananen zijn gezonder dan ovenchips, zowel qua hoeveelheid vezels als qua hoeveelheid vet en zout, maar wat je waarschijnlijk bedoelt is dat het ook niet gezond is om te veel fruit te eten, wegens de hoeveelheid energie. In dit verband: we vonden in veel onderzoeken dat mensen door de kortingen weliswaar meer groente en fruit kochten, maar dat ze dat nogal eens deden bóven op de producten die ze toch al kochten. In totaal kochten ze dus meer energie/calorieën en dat is niet per se positief, zeker niet in het licht van overgewicht.”

Even naar de twee experimenten die je hebt ge-daan. Je hebt consumenten boodschappen laten doen in een ‘virtuele supermarkt’. Hoe ging dat precies?“Bewoners van achterstandswijken gaven eerder in gesprekken aan dat ze prijs als een barrière ervaren voor een gezonde voedingskeuze. Ook zeiden ze gezonder te gaan eten als gezonde voeding goedkoper zou worden. Aan de hand van het experiment in de virtuele supermarkt, een driedimensionale computerweergave van een echte supermarkt waarbij onderzoeksdeelnemers met een wagentje door de supermarkt konden navigeren, wilden we testen of mensen inderdaad gezondere producten zouden kopen als deze

goedkoper zouden worden.”

Waterlander testte drie dingen:- Het effect van 25% korting op agf. Waterlander:

“Mensen die de korting kregen, kochten weke-lijks significant meer groente en fruit voor hun huishouden, dat wil zeggen, 984 gram extra, dan mensen die geen korting kregen.”

- Het effect van respectievelijk geen prijsverlaging van gezonde producten, 25% prijsverlaging en 50% prijsverlaging, in combinatie met een prijsverhoging van ongezonde producten van resp. 5%, 10% en 25%. Waterlander: “We hebben in totaal negen combinaties gemeten. Conclusie: de kortingen, met name de 50% korting, leidden per saldo tot extra calorie-aankopen, dat werd niet gecompenseerd door de prijsverhogingen van ongezonde producten. Wellicht zijn hier hogere prijsverhogingen voor nodig en moeten die ook goed gecommuniceerd worden.”

- Het effect van kortingen van resp. 10%, 25% en 50% op gezonde voeding, met daarbij reclame-bordjes met de tekst: ‘gezonde keus’, ‘aanbieding’ of ‘aanbieding of gezonde keus’. Waterlander: “Ook hier onderzochten we weer negen combi-naties, ook hier bleek dat de kortingen effectief waren om het aantal gekochte gezonde produc-ten te verhogen.”

Vervolgens was er het experiment in de vier ‘echte’ supermarkten: twee C1000-winkels (in Bidding-huizen en Sint Nicolaasga) en twee Plus-winkels (in Heeten en Klaaswaal). Waarom in deze supermarkten?“Omdat ze in plaatsen liggen met weinig tot geen andere supermarkten in de buurt, zo hadden we meer zekerheid dat de deelnemers aan ons experi-ment vooral bij deze supermarkten boodschappen zouden doen. C1000 en Plus zijn beide franchise-ondernemingen, daardoor konden we samenwer-ken met individuele winkeleigenaren, en het waren toen de twee supermarktketens met het tweede en derde grootste marktaandeel in Nederland (het experiment vond plaats vóór de overname van Super de Boer door Jumbo, MV). We hebben ook gesproken met Albert Heijn, maar die samenwer-king is uiteindelijk niet doorgegaan. Dirk van den Broek wilde ook meewerken, maar de agf-afdeling paste niet goed in onze onderzoeksopzet.”

Hoe zag het experiment eruit?“We wilden de resultaten van het onderzoek in de virtuele supermarkt valideren en gaven con-sumenten zes maanden lang 50% korting op agf in deze vier winkels, door middel van kortings-bonnen. Ze kregen 24 bonnen per twee weken, steeds voor wisselende producten. Daarnaast waren er ook groepen consumenten die educatie kregen. In totaal deden er 200 men-sen mee, verdeeld over vier groepen: een groep die 50% korting kreeg, een groep die educatie kreeg over gezonde voeding, een groep die korting én educatie kreeg en een controlegroep. De uitkomsten van dit experiment kan ik nog niet specifiek benoemen, omdat ze nog niet naar buiten mogen worden gebracht: de resultaten moeten eerst de wetenschappelijke ‘peer review’ (kritisch/wetenschappelijke beoordeling door vakgenoten, MV) passeren. Ik kan wel zeggen dat de uitkomsten in dezelfde lijn lagen als de uitkomsten van het experiment in de virtuele supermarkt.”

De belangrijkste conclusie van jouw onderzoek: prijsverlagingen van gezonde producten leiden tot een hogere aankoop van gezonde producten/groente en fruit, met name bij mensen met be-perkte financiële middelen. Het CBL stelt zich echter nog steeds op het standpunt: ‘Prijsverla-gingen zijn niet nodig, mensen kunnen ook nu al gezond eten voor weinig geld, bijvoorbeeld door groente van het seizoen te kiezen. Boven-dien, een krop sla is nog altijd goedkoper dan een BigMac-menu.’“Je kunt inderdaad best gezond eten voor weinig geld, maar mijn onderzoek heeft wel degelijk wetenschappelijk aangetoond dat gezond eten relatief duurder is dan ongezond eten. Dit is ook gevonden in veel andere internationale we-tenschappelijke studies. De gezonde keus is dus niet de makkelijke keus. Franse wetenschappers deden onderzoek naar gezond eten voor weinig geld. Daaruit bleekt dat het mogelijk is om een gezond dieet – met goede nutriënten – samen te stellen voor weinig geld, maar alleen als mensen bereid zijn om substantieel af te wijken van wat een gemiddelde Fransman eet. Maar eten is niet alleen gezondheid, het is ook iets sociaals en cultureels. Als gezond eten voor weinig geld betekent dat je dagelijks bonen en linzen moet eten, is dat niet echt een reëel alternatief. Ook vraag je mensen dan om behoorlijk wat kennis over gezonde voeding te hebben en dat hebben ze vaak niet. Bovendien moet dit allemaal op-boksen tegen de marketing van minder gezonde producten. Daarom vind ik toch dat het voor mensen best wat makkelijker – lees: goedkoper – mag zijn om gezond te eten. Zeker omdat de

‘Supermarkten en fabrikanten zeggen erg snel dat prijsmaatregelen betuttelend zijn;

dat is te kort door de bocht’

40 Waterlander 42 10-02-2012 14:12:15

Page 43: FP_2012_02

43FoodPersonality februari 2012

relatief lage prijzen van ongezonde producten

ook nog eens tot stand komen door allerlei

subsidies.”

Maar dan komen we op het punt dat je eerder zelf al aangaf: mensen kopen weliswaar meer gezonde producten als die in prijs worden verlaagd, maar dat leidt niet per se tot een gezonder voedingspatroon, sterker, de kans bestaat dat ze per saldo juist méér gaan kopen en eten.“Ja, hoewel het effect van meer aankopen/meer

calorieën in totaal wel kleiner is als alleen groen-

te en fruit goedkoper worden gemaakt, dan als

álle gezondere producten goedkoper worden

gemaakt. Maar het blijkt inderdaad nogal inge-

wikkeld om mensen gezonde producten te laten

kopen in plaats van ongezonde producten.”

Moet er dan misschien niet – zoals de Raad voor Volksgezondheid en Zorg eind december aan minister Schippers (VWS) adviseerde – óók een ‘vettaks’ komen, willen prijsmaatregelen überhaupt een effectief middel zijn om consu-menten gezonder te laten eten?“Misschien. Wel heb ik zelf gevonden dat een

prijsverhoging van 25% op ongezonde pro-

ducten niet effectief is. Maar: we hebben deze

prijsverhoging stilzwijgend doorgevoerd en

gecommuniceerd, hogere prijsstijgingen die

goed gecommuniceerd worden, hebben mogelijk

wél effect. Maar ook bij een vettaks moet je op-

passen. Uit economische evaluaties is gebleken

dat mensen als gevolg van een taks op vette pro-

ducten minder fruit gingen kopen, en net zoveel

vet. En je moet ook goed in de gaten houden dat

mensen niet opschuiven naar andere producten:

van Coca-Cola naar Euroshopper-cola, van vet

naar suiker, etc.”

De Raad voor Volksgezondheid en Zorg stelt niet alleen een vettaks voor, maar adviseert daarnaast het btw-tarief voor álle voeding van 6% naar 19% te verhogen, om zo mensen te stimuleren minder te eten. Wat vind jij van dat voorstel?“Voeding is in Nederland, mede door de su-

permarktoorlog, nu heel goedkoop, de prijzen

liggen hier 10% onder het Europese gemiddelde.

Ook laten de huidige prijzen voor voeding niet

goed zien wat het product werkelijk kost, vooral

bij bijvoorbeeld vlees. Ik denk dat het best goed

kan zijn om meer te gaan betalen voor kwalita-

tief goede voeding, maar niet ten koste van de

mogelijkheden voor de laagste inkomensgroe-

pen. Ook moeten we die prijsverhoging wellicht

niet via een nieuwe belastingmaatregel doorvoe-

ren, maar is het beter om te kijken naar hoe het

komt dat – ongezond – eten nu zo goedkoop is.”

Hoe hebben supermarkten en fabrikanten eigen-lijk gereageerd op jouw onderzoek?“Wisselend. Ze hebben wel veel interesse voor

mijn onderzoek, er zijn nog weinig wetenschap-

pelijke studies naar gedaan, mijn onderzoek in

de supermarkten is een van de drie onderzoeken

wereldwijd. Toch zeggen fabrikanten en super-

markten nog steeds erg snel dat prijsmaatregelen

betuttelend zijn. Ik denk dat dit te kort door de

bocht is. De verantwoordelijkheid moet niet vol-

ledig bij supermarkten of de consument liggen,

de overheid heeft hier zeker ook een taak in.” ■

40 Waterlander 43 10-02-2012 14:12:19

Page 44: FP_2012_02

44FoodPersonality februari 2012

Bij Evelyn aan tafel

Door: Evelyn Günther Foto: Jan Willem Houweling

Vertel eens iets over je verleden.Na mijn studie bedrijfskunde in Rotterdam ben

ik bij PepsiCo gaan werken. Ik heb 2,5 jaar finan-

ciën gedaan en daarna ging ik naar de cowboys

van sales. Daar werd ik verantwoordelijk voor

de out-of-homeklanten en stuurde op vrij jonge

leeftijd vijf account managers aan. Toen naar

marketing en later werd ik director beverages.

Een van de leukste dingen daarvan vond ik de

franchise-relatie met Vrumona, vanwege de grote

belangen voor beide. Quaker werd later ook

onderdeel van mijn werk, net als de mediatak die

ik opgezet heb.

Ik zie aan je dat je het naar je zin had bij PepsiCo.Ja, absoluut. Maar op een gegeven moment na

vijftien jaar werd het tijd voor iets anders. Ik

had naar het buitenland gekund, maar dat zou

een grote stap betekenen voor ons gezin en het

werk van mijn vrouw als huisarts in Utrecht. We

wilden best graag een paar jaar weg, maar niet zo

lang dat wijzelf en vooral onze kinderen de band

met Nederland zouden verliezen. In diezelfde

periode kwam FrieslandCampina in beeld.

Hoe reageerden mensen bij PepsiCo op je vertrek?Heel goed over het algemeen. Ik ben in goede

harmonie weggegaan. Later ben ik nog aange-

sproken door mijn baas op Europees niveau. Zij

zei dat ze had overwogen om me te overtuigen

om vooral te blijven. Ik heb haar gezegd: ‘Het is

goed dat ik nu op het hoogtepunt wegga, voor

mezelf en ook voor jullie.’ De mensen met wie ik

samenwerkte, waren ook toe aan verandering.

Hoezo? Wat leverde het hun op dat jij wegging?

Ik ben een behoorlijk betrokken en op details

gerichte manager. Door mijn vertrek kregen mijn

mensen de kans om hun werk zelfstandiger te

doen en dat is niet slecht voor hun ontwikkeling.

Waar ben je nu verantwoordelijk voor?Voor de business unit ‘fruitbased’, dus alle vruch-

tensappen en -dranken van FrieslandCampina,

inclusief de productie ervan. Veel mensen die

mij spreken, ook mijn voorgangers, vinden dat

ik de mooiste baan van Nederland heb. De hele

business unit heeft zijn kantoorruimte boven de

fabriek, in Ede. Daar zitten zowel de commerciële

en financiële mensen als de fruitinkopers die zes-

tig verschillende soorten inkopen, en de mensen

van R&D die voor fruit leven, fruit ademen en

over niets anders kunnen praten. Gezamenlijk

kopen we het, maken we het en brengen we

het naar de consument. Dat is een bijzondere

opdracht. Nu ben ik ook verantwoordelijk voor

de 250 mensen in de fabriek en draai ik met hen

nachtdiensten mee om connecties op te bouwen

en te weten wat er speelt.

Nu komt er een grote verandering aan binnen FrieslandCampina.Ja, we gaan onze sales in een matrix organiseren.

De klanten en contacten brengen we onder in

saleskolommen. Op die manier vormen we straks

één gezicht voor de buitenwereld en dat is na-

tuurlijk prachtig. FrieslandCampina is een groot

bedrijf op de markt en daarmee hebben we ook

de verantwoordelijkheid om op een hoog niveau

met de klanten te werken.

Wat betekent dit concreet voor jou? Vertrekt sales uit Ede?De salesmedewerkers zullen een halve week in

Ede en een halve week in Amersfoort werken.

De directie vindt het belangrijk dat we de kracht

met de business unit in Ede, zoals we die in 2011

opgebouwd hebben, niet verliezen. Mensen van

R&D, trade marketing en de fabriek zelf zijn

zo belangrijk voor sales dat contact met hen op

afstand niet volstaat.

Wat vind je ervan? Dit is misschien wel goed voor het bedrijf, maar ook voor jou?De klanten verdienen het. Voor de organisatie is

deze verandering inderdaad heel goed. Voor mij

is het wel een beetje jammer, omdat ik nu een

klein, overzichtelijk werkveld heb, dat complexer

gaat worden, maar ik ben niet zo bang voor

een matrixstructuur waarbij meerdere mensen

beslissen. Destijds was ik voor Vrumona ook

een manager op afstand en toch had ik toen een

nuttige rol met veel impact. Uiteindelijk krijg ik

een krachtiger apparaat om ons verhaal en ons

product op een betere manier naar de handel

te krijgen. Ik ga hier veel van leren, net als mijn

mensen.

Denk je niet dat een business unit met duidelijke lijnen jou meer greep geeft?We moeten ons niet laten afleiden door de

complexiteit van het bedrijf, want die is niet te

voorkomen in zo’n groot bedrijf als Friesland-

Campina.

Je bent optimistisch. Hoe komt dat?Wij hebben de expertise en kennis in huis.

Vooral bij internationaal overleg heb ik gemerkt

dat er met veel respect naar bijvoorbeeld onze

fruitinkopers wordt gekeken. Ik vind dat we daar

trots op mogen zijn. Dat is misschien niet zozeer

de cultuur van FrieslandCampina als nuchter

Evelyn Günther van People Select Executive Search interviewt managers uit de branche

over hun waarden/normen, werk/privé, uitdagingen/ergernissen en ‘leermomenten’.

Deze maand Karl Buiks, director business unit ‘fruitbased’ bij FrieslandCampina.

44 Evelyn 44 10-02-2012 14:11:00

Page 45: FP_2012_02

45FoodPersonality februari 2012

Nederlands zuivelbedrijf, maar vanuit optimisme

en trots werken mensen beter. Na zo’n goed jaar

als 2011 zie je dat hun zelfvertrouwen groeit, dat

ze meer initiatief durven te nemen en elkaar ook

kritiek durven te geven, want ze kunnen tegen

een stootje. Ik denk wel dat ik het talent heb om

de mensen goed in te schatten en op de juiste

plek in de organisatie te zetten. Met wat humor

en zelfrelativering komen we al heel snel tot

elkaar. Dat zie je nu gebeuren.

Dat is dus een goede eigenschap van jou. Heb je ook ontwikkelpunten? Bij PepsiCo was je als manager nogal op details gericht, zei je.Ja, de voornaamste feedback die ik krijg, is dat ik

wel een goede manager ben en dat mensen zich

bij mij uitgedaagd voelen, maar ook krijg ik te

horen: “Tjonge, wat wil jij veel weten, wat zit je

op de details van mijn werk.” Dat is een dilemma

voor mij, want als mensen dat zeggen, moet ik

daar iets mee doen, maar ik ben het er zelf niet

helemaal mee eens. Daar heb ik drie redenen

voor: ten eerste ben ik nu eenmaal zo, ik ben heel

nieuwsgierig en wil veel weten; ten tweede ben ik

zo getraind in het verleden; ten derde ben ik hier

nieuw, ken ik de details niet en voel ik me wel

heel verantwoordelijk. Ik wil zeker weten dat we

discussies op het scherpst van de snede voeren

en dus niet alleen op hoofdlijnen praten. Maar ik

begrijp ook wel weer dat mijn vragen naar details

als controle aanvoelen. Vóór mijn komst heeft

iedereen er vrij autonoom kunnen werken.

Wat vind jij het belangrijkste aan leiderschap?Je moet weten waar je heen wilt met de business,

je hebt een visie en missie. Daarnaast moet je heel

duidelijk zijn over wat goed gaat en wat minder

goed, en je mensen ondertussen het vertrouwen

geven dat het beter kan gaan, dat er kansen zijn.

Dat geeft hun meer zelfvertrouwen en energie

dan een negatieve opstelling. Altijd aangeven hoe

problemen opgelost kunnen worden.

Heb jij een idool, een leider voor wie je veel respect hebt?Nu heeft hij het moeilijk, maar destijds was ik

heel gecharmeerd van president Obama. Hij is

ook enorm optimistisch en gericht op het verbin-

den van mensen. Vanuit angst moet je mensen

niet motiveren. Ik weet dat het een stijl is die

soms werkt, maar het is absoluut niet mijn stijl.

Ben je dan niet teleurgesteld omdat Obama nu minder gewaardeerd wordt dan toen?Ja, dat is jammer, maar die verminderde waar-

dering is wel begrijpelijk, want hij heeft heel veel

beloofd en de wereld is niet zo maakbaar. Dat zal

hij goed uit moeten leggen.

Is veel beloven ook een valkuil van jou, omdat je zo optimistisch bent?Ja, ik denk het wel, hoewel ik het beter vind om

mensen veel te beloven dan hun te vertellen dat

alles toch niet gaat lukken.

Wat is jouw grootste ergernis?Klaagzangen kan ik slecht verdragen. Dat komt

ook voort uit dat optimisme van mij. Als ik

begrijp waar het klagen vandaan komt, bijvoor-

beeld uit een vervelende privé-situatie, dan is

het wat anders. Maar als mensen er geen goede

reden voor hebben, vind ik het heel irritant.

Je hebt een hoog energieniveau volgens mij. Misschien geen ADHD, maar…Dat is wel eens tegen me gezegd, hoor, ADHD.

Ik heb inderdaad wel veel energie en wil altijd

snel zijn. Maar ik ken mijn grens wel. Als ie-

mand tegen me zegt: ‘dat lukt me nu niet, maar

wel volgende week’, dan lach ik eens, vraag ik

of het toch niet morgen al kan, maar dan dring

ik niet verder aan. Mijn nadeel is wel dat ik een

korte concentratieboog heb. Daarom luister ik

naar barokmuziek op mijn Ipod. Dat maakt dat

je je beter kunt concentreren. Een uur lang aan

één onderwerp doorwerken is lastig voor mij,

maar ik doe wel veel in een uur.

Is er een managementprincipe dat je op je deur zou willen plakken?Dat je samen het verschil kunt maken. Probeer

niet een week lang achter je bureautje oplos-

singen te verzinnen, maar praat met elkaar.

Daarom loop ik zo veel rond en probeer ik met

bijeenkomsten mensen tot elkaar te brengen.

Alleen door die contacten weet ik waar de beste

oplossing ligt en hoeveel moeite er in het werk

van de ander zit.

Stel dat jij de directeur bent, hoe krijg je zo’n organisatie als FrieslandCampina naar buiten gericht?Door tegen je eigen mensen zo helder mogelijk

te zijn over de interne plannen en wat die

voor hen persoonlijk betekenen. Dan moet je

wel het vertrouwen geven dat de organisatie

daarmee de goede richting in gaat en dat het

de moeite waard is voor iedereen om te blijven.

Besluitvaardig zijn is heel belangrijk. Mensen

willen weten waar ze aan toe zijn, ook bij slecht

nieuws. Als de interne zaken duidelijk voor hen

zijn, kunnen ze zich vanzelf beter naar buiten

richten. Als manager moet je dan wel controle-

ren of ze dat voldoende doen. ■

‘Een uur lang aan één onderwerp doorwerken is lastig voor mij’

44 Evelyn 45 10-02-2012 14:11:02

Page 46: FP_2012_02

46FoodPersonality februari 2012

Proeven in de supermarkt: werkt dat?Bordjes met kaas, om te proeven, schoteltjes met worst, schaaltjes met koek en cake,

we zien ze geregeld – misschíen wel weer steeds vaker? – in supermarkten. Maar:

werkt dit echt? Hoe groot is het (omzet)effect? En werkt het ook als de schoteltjes en

schaaltjes vaker leeg zijn dan vol? Ondernemers zijn sceptisch. “Geen supermarkt die

het fatsoenlijk voor elkaar heeft; een amateuristische oubollige bedoening is het.”

Door: Marieke Venbrux Foto’s: archief FoodPersonality

Proeven in de supermarkt, hier in een Emté in Breda.

46 proeven in super 46 10-02-2012 17:13:59

Page 47: FP_2012_02

47FoodPersonality februari 2012

We liepen een keer met Erik Hemmes van

Hemmes Trade Marketing Services door de

supermarkt. Hij wees naar een schaaltje op een

versafdeling: “Kijk, hier, om te proeven. Het lijkt

of ik die schaaltjes met kaas en vlees en cake de

laatste tijd weer wat vaker bij supermarkten zie.

Zou het nu ook écht werken, vraag ik me af? Het

lijkt me van wel natuurlijk, maar hoe zit dat nou

precies? Schrijf daar eens wat over!”

Het u-vraagt-wij-draaien-principe gaat voor dit

blad zeker niet altijd op, maar zo nu en dan zijn

we niet te beroerd om onszelf van een onderwerp

laten bedienen. Zeker als we zelf ook denken:

inderdaad, hoe zít dat nu precies?

Het oogt aanvankelijk als een open deur die

we alleen nog hoeven in te trappen. Proeven =

kopen, is het bekende marketingdevies, dus ja,

túúrlijk werken die schaaltjes, bordjes, schoteltjes

met van alles en nog wat erop. Supermarkten

trappen graag met ons mee, zo blijkt: de reacties

van verschillende formules op onze vraag ‘heeft

proeven effect en zo ja, hoe groot is dat effect?’

konden we wel zo’n beetje verwachten. Kwestie

van knippen en plakken. Toch een kleine greep –

de complete lijst zullen we u besparen:

waarderen” (Emté).

-

rijen, met name omdat ze producten op deze

manier kunnen uitproberen alvorens ze tot een

eventuele aankoop overgaan” (Jumbo).

-

de verkoop van het betreffende artikel.” (Plus)

artikelen te proeven of om op ideeën gebracht

manieren waarop wij klanten willen inspire-

ren” (AH).

Bedankt, zo kennen we er nog wel een paar. Wat

wij natuurlijk willen weten: hóe werkt het nou

precies? Komt een klant langs een schaaltje met

blokjes kaas, proeft hij of zij vervolgens een blokje

(of het halve schaaltje), waarna hij of zij meteen

500 gram van die kaas koopt? En blijft hij of zij

dat dan doen, ook in de dagen, weken misschien

En werkt het bij andere producten dan kaas –

vleeswaren, koek, cake – net zo goed? En als het

dan zo goed werkt: waarom zien we die schaal-

tjes, schoteltjes en bakjes dan niet nog veel vaker?

En hoe vaak en wanneer snijden supermarkten

nu een stuk vleeswaar, koek of cake aan om gratis

uit te delen of voor het grijpen te leggen?

‘Tientallen procenten’ meer verkoopSupermarkten hebben echter weinig trek die ant-

woorden boven water te halen, of hebben ze soms

verschillende producten uit verschillende catego-

rieën, en over huismerken en A-merken. Ik zou

je dus moeten koppelen aan meerdere collega’s

om al je vragen te beantwoorden en dat doen we

alleen als het een onderwerp betreft waarover we

graag uitgebreider willen vertellen,” aldus Rianne

van der Sar, AH-woordvoerster.

andere af van de categorie, het product en het

Huisman.

“We zien een relatie tussen de proeverijen en de

verkoop van een product, er is een duidelijke

wij echter geen uitspraken”, aldus Claire Trügg

van Jumbo.

“Wij organiseren geen proeverijen om er direct

beter van te worden, we hebben geen minimale

verkooptargets, maar gebruiken de proeverijen

als versterking van het versimago, de formule, de

klantentrouw en klanttevredenheid”, aldus Else

van het product stijgt flink als er geproefd kan

worden. Hoeveel dat is, scheelt per product,

afdeling en winkel. Een percentage is moeilijk te

geven, maar het kan al snel een aantal tientallen

procenten zijn.”

‘Een aantal tientallen procenten’, dat is in ieder

geval iets.

Art Frickus: ‘1 euro al een risico’ Hoe actief zijn Nederlandse supermarkten eigen-

lijk als het om het laten proeven van versproduc-

ten gaat? “Het lijkt erop dat de fullservice-for-

mules er vaker actief mee willen zijn. Maar als je

het vergelijkt met bijvoorbeeld Colruyt in België,

toch niet echt een fullservice-supermarkt, is de

inzet nog beperkt”, aldus Art Frickus, eigenaar

van Conspicuous, adviesbureau voor shopper-

marketing.

Volgens Frickus is het ‘zeker zinvol om mensen

in winkels producten te laten proeven, mits je

dat uitvoert’. “Uit internationaal onderzoek blijkt

dat sampling 52% van de shoppers motiveert om

tot aankoop over te gaan. Uit ander internatio-

naal onderzoek blijkt dat dit kan resulteren in

langere termijn werkt sampling omzetverhogend

voor het product dat geproefd kan worden en ook

voor de categorie. Als het product bevalt, kopen

‘Supermarkten snijden nog wel eens de stukken die ze normaal weggooien op, om

te laten proeven, dat is verkeerde zuinigheid’

Art Frickus, Conspicuous: “We denken met z’n al-len wel dat consumenten heel impulsief shoppen, maar dat is niet zo.”

shoppers het sneller nog een keer en valt het

op een gegeven moment in het ‘routinemandje’.

Goed om te weten: 80% van de producten die

mensen wekelijks in de supermarkt kopen, be-

staat uit nagenoeg dezelfde producten/merken.”

positieve getallen. “Tussen de 50 en 80% van

de shoppers zou tot aankoop overgaan als hij

verbazen mij niet, want we denken met z’n allen

wel dat consumenten heel impulsief shoppen,

maar dat is niet zo. Mensen shoppen van nature

risicomijdend, 1 euro is al een risico. Als je erin

slaagt de aankooprisico’s weg te nemen, heeft dat

positief effect op je verkoopcijfers.”

Iets laten proeven is het middel om het aankoo-

prisico weg te nemen. “Neem een product als

truffelsalade, veel consumenten weten bij god

niet wat dat is, laat ze dat dus proeven.”

‘Verkeerde zuinigheid’Logistiek blijkt dat echter niet altijd even mak-

kelijk. Frickus: “Als het al gedaan wordt, gebeurt

het vaak op de versafdeling zelf, omdat daar

op het moment dat consumenten iets kunnen

proeven, is het meestal niet aan te slepen. Je zal

het daarom continu moeten aanvullen, want

niets treuriger dan een leeg bordje met van die

46 proeven in super 47 10-02-2012 17:14:01

Page 48: FP_2012_02

48 adv 2 10-02-2012 14:10:06

Page 49: FP_2012_02

49FoodPersonality februari 2012

uitgekauwde prikkertjes. Om echt iets te berei-ken, zul je consumenten ook moeten laten weten wát ze proeven, wat ze ermee kunnen doen en waar ze het bij kunnen eten. Daarvoor moet het personeel opgevoed worden, of moet je voor de relevante informatie bij het proeftafeltje zorgen. Vaak ontbreekt zo’n informatiebordje, en weet je als consument letterlijk niet wat je proeft. Wat je ook nog wel eens ziet, is dat supermarkten de stukken die ze normaal weggooien, opsnijden om aan klanten te laten proeven. Dat is natuurlijk verkeerde zuinigheid, evenals het te lang laten staan van die lege bordjes. Dat werkt als ‘dissatis-fier’, maar doet bovenal afbreuk aan de formule-uitgangspunten. ‘Zo vers is die versafdeling blijkbaar niet’, wordt dan de gedacht. Mocht dit logistiek moeilijk zijn, dan kun je beter consu-menten op een aantal vaste momenten per week of per dag iets laten proeven.”Supermarkten hanteren momenteel verschil-lende variabelen om voor proeven te kiezen. “Bijzondere producten en producten met een hoge marge zijn vaak het uitgangspunt. Maar het zou daarnaast verstandig zijn ook de relevantie in ogenschouw te nemen: laat consumenten bijvoor-beeld ‘s ochtends ontbijtproducten proeven en ‘s middags versproducten die voor het avondeten van belang zijn. Ook kun je er als supermarkt voor kiezen om een doelgroep te ‘plezieren’: denk aan leverworst op woensdagmiddag, voor de kinderen. Wie ging er vroeger als kind niet met zijn ouders mee boodschappen te doen voor een plakje worst? Het zou zo maar het begin kunnen zijn van een levenslange loyaliteit...”

Verberne: ‘erg jaren ‘80’Supermarktondernemers zien op zichzelf potenti-eel in het laten proeven van versproducten, maar dan moet er wel het een en ander veranderen. “De manier waarop het nu in supermarkten gedaan wordt, is erg jaren tachtig”, aldus George Verberne, C1000-ondernemer in Driebergen en geruime tijd columnist in dit blad (lees op blz. 36 e.v. het ‘afscheidsinterview’). “Er wordt een blokje kaas of plakje worst op een schaaltje gelegd, dat verleidt niet. Wil je mensen uitnodigen tot kopen, dan moet je er bijzondere producten neerleggen en er moet iemand met verstand van zaken bij de producten staan. Dan zie je dat direct terug in je omzet, daar ben ik van overtuigd, al is het na-tuurlijk de vraag of dat effect blijvend is. Ik kom geregeld bij een kaasspecialist in Huizen, die man heeft zulke mooie verhalen bij zijn producten, hij verleidt mij elke keer weer tot kopen. Maar in supermarkten is te weinig kennis aanwezig, de

gemiddelde leeftijd van het personeel is in het weekend – bij uitstek het moment om consumen-ten producten te laten proeven – 16/17 jaar, dan is die kennisoverdracht moeilijk te realiseren.”Wat niet wil zeggen dat hij in zijn C1000 klanten niet best zo nu en dan wat laat proeven. “Denk aan aspergeham in aspergetijd, filet américain met peper, carpaccio, brandnetelkaas of zo met-een weer de graskaas. Bijzondere producten die op het seizoen aansluiten. Maar om het proeven continu en succesvol te doen, dat is heel lastig. Daar is tijd en creativiteit voor nodig.”

De Laak: ‘oubollige bedoening’Ronald de Laak, Jumbo-ondernemer in Uden, is het met Verberne eens. “Klanten willen wel, schuif ze een bak onder de neus en ze eten het op. Maar het punt is: geen supermarktorganisatie heeft een goed concept. Noch Albert Heijn, noch C1000, noch Jumbo. En dat is het probleem. Want als ik in mijn winkel op de agf-afdeling klanten meloen wil laten proeven, ben ik een kwartier bezig met het schoonmaken van die me-loen, vervolgens is het bakje in een halve minuut leeg. Met aardbeien hetzelfde. Formules weten het allemaal mooi te vertellen: jullie moeten in week zoveel dit en dit, maar vervolgens gaat het al twintig jaar hetzelfde; het moet er allemaal maar tussendoor even bij gedaan worden. Zorg vanuit de formule nu eens een keer voor een oplossing:

regel opgerolde vleeswaren, kant-en-klare blokjes kaas van de kaassoort die die week in de actie is. En wat te denken van vis. Als we als supermark-ten klanten nieuwe haring willen laten proeven, hartstikke mooi, maar je denkt toch niet dat ik hier op de vleesafdeling met mijn slagersmes op het vleesblok haring ga staan snijden? Kortom, het is een oubollige bedoening en er is niks fatsoenlijk geregeld. Ik wil er als ondernemer best wat voor betalen – consumenten waarderen dat soort dingen op de winkelvloer, dat heeft een prijs – maar dan moet je als formule wel een en ander willen faciliteren.”Is dat als ondernemer niet zelf te faciliteren? De Laak: “Formules hebben allemaal de mond vol van hard franchising, dit is iets wat bij de organisaties ligt, die kunnen dat veel makkelijker regelen. En nogmaals: dat mag best wat kosten.”Bij gebrek aan tijd en faciliteiten beperkt hij zich nu tot het laten proeven van vleeswaren, kaas en brood. “Mits het niet te druk is. Want als het druk is, heeft het meisje achter de kaas geen tijd om ook blokjes kaas aan te snijden en dan is het schaaltje dus leeg. Bovendien: als ze al iets gaat snijden, is het – helaas – eerder dat groot stuk jong belegen kaas waar je makkelijk wat van afsnijdt, want zie je het al voor je dat ze daar op haar dode gemak port salut gaat staan te snijden?” ■

Roland de Laak (Jumbo): “Zorg vanuit de formule nu eens een keer voor een oplossing.”

George Verberne, C1000: “Een plakje worst op een schaaltje, dat verleidt niet.”

‘Formules weten het mooi te vertellen, maar regelen niets, het proeven moet er

‘maar even bij gedaan worden’

‘Proeven zoals dat nu in supermarkten gebeurt, is erg jaren ‘80’

46 proeven in super 49 10-02-2012 17:14:04

Page 50: FP_2012_02

50FoodPersonality februari 2012

BONDUELLE SUCCESVOL MET NIEUWE VISIE

‘Wij toveren met groente’Door zich op de plezierige, kleurrijke kant van groente te richten, slaagt Bonduelle

erin weer te groeien in groenteconserven en diepvriesgroente. Op basis van een

nieuwe visie volgen de acties elkaar in hoog tempo op. “We zitten er nu middenin en

de eerste resultaten bevestigen de kracht van onze visie.”

Door de enorme aandacht voor vers en verse

groente hebben productgroepen als groentecon-

serven en diepvriesgroente de afgelopen jaren

weinig in de belangstelling gestaan. Toch wordt

veel groente door de consument als groente-

conserven of als diepvriesgroente gekocht. Al

was het maar omdat sommige groenten nauwe-

lijks als vers product kunnen worden verkocht

of vanwege de specifieke voorraadfunctie die

diepvriesgroente heeft. Als belangrijke speler in

zowel groenteconserven als in diepvriesgroente,

is Bonduelle zo’n anderhalf jaar terug begon-

nen met een herpositionering van het merk en

het ontwikkelen van een nieuwe visie. General

manager Arno van Dongen: “Daar waren wij en

de markt aan toe. Bij ‘Bonduelle 2015’, zoals het

traject hier is gaan heten, is de hele Benelux-or-

ganisatie betrokken. Met een zogeheten dream-

team zijn we op inspiratiereis gegaan en hebben

learnings opgedaan buiten onze eigen categorie.

Cruciaal is ook geweest dat we nieuwe, relevante

consumenteninzichten hebben verworven, op ba-

sis waarvan we weer waarde kunnen toevoegen.”

De voorlopige balans: een nieuwe visie, een

gevulde innovatiekalender, een nieuw commu-

nicatieplatform en… groei. “Da’s het mooie. We

hebben niet alleen een mooi verhaal, we kunnen

aan de hand van de eerste resultaten ook laten

zien dat we de juiste keuzes maken. In diepvries-

groente groeien we met 34% (volume MAT w52

2012, red.), in conserven met 7% (units MAT

w52 2012, red.)”, aldus Van Dongen.

Van ‘must naar lust’In de visie van Bonduelle heeft groente twee

gezichten. De ene kant is de functionele en

normatieve kant (‘groente is gezond en je moet er

dagelijks 200 gram van eten’), terwijl de andere

kant de speelse kant is waar plezier, kleur en

smaak centraal staan. “Wij kiezen heel bewust

voor die speelse kant van groente”, zegt marketing

manager Ilonka Audenaerde. “Daarmee kiezen

we veel meer dan voorheen ook voor mensen

die ‘over de grens kijken’ met hun eten. Daarbij

moet je denken aan groentetoepassingen uit de

wereldkeuken en in salades.”

Het betekent dat Bonduelle meer dan voorheen

inzet op maaltijdcomponenten in plaats van op

traditionele basisgroenten. “Neem mais als voor-

beeld. Niemand eet dat als basisgroente, maar

wel als component van een maaltijd, bijvoorbeeld

in een wrap. Mais groeide het afgelopen jaar

met 15%! Waarom? Omdat mensen steeds meer

toepassingen ontdekken én omdat steeds meer

mensen op die manier koken. De wereldkeuken

komt dichterbij. Dat helpt ons bij onze uitda-

ging groente leuker te maken. We willen af van

‘groente moet’; we willen van ‘must naar lust’, van

‘push naar pull’.”

Meer metersDe stabiele categorie groenteconserven laten

groeien? Volgens Bonduelle kan het, onder

aanvoering van het groeisegment componenten.

Daar speelt volgens Audenaerde ook de opkomst

Bonduelle Pure, een echte groeibrenger, zo bleek de afgelopen jaren.

Kant-en-klare en volledig toebereide maaltijdcomponent voor bij rijst of pasta: Bonduelle Ratatouille.

Behalve op maaltijdcomponenten, zet Bonduelle ook in op andere innovatiethema’s, zoals biologisch.

Marketing manager Ilonka Audenaerde en gene-ral manager Arno van Dongen. “We willen af van ‘groente moét’; we willen van ‘push naar pull’…” (Foto: Bram Saeys)

Diepvriesinnovatie: met Bonduelle Kookhulp heb je altijd de meest gebruikte groentes voor in de maaltijd bij de hand; uitjes, paprika, prei, mais…

50 Advo Bonduelle 50 10-02-2012 14:09:19

Page 51: FP_2012_02

51FoodPersonality februari 2012

(of de herontdekking) van de boon een belang-

rijke rol in. Doordat meer mensen vegetarisch

eten of - al dan niet uit milieuoverwegingen - aan

vleesbeperking doen zijn consumenten op zoek

naar alternatieven. En hoewel bonen niet zozeer

een directe vleesvervanger zijn, zijn het wel alter-

natieve leveranciers van eiwitten.

Audenaerde: “Bonen zijn hip. Kijk maar in de

culinaire bladen, of kijk naar een verschijnsel als

de Bonenestafette, een initiatief waar steeds een

Nederlander een dag lang bonenrecepten klaar-

maakt om het stokje vervolgens over te geven aan

een andere Nederlander.”

De toegenomen belangstelling voor bonen is

inmiddels ook bij de retail doorgedrongen en

voor bijvoorbeeld Albert Heijn aanleiding ge-

weest om een reeks bonen onder private label te

introduceren. Een retailer die meer meters voor

bonen in blik vrijmaakt, maar bijvoorbeeld ook

een product als mais een extra meter geeft, mag

bijzonder heten. Tegelijkertijd is het een logisch

gevolg van de toegenomen belangstelling voor

groentes die als versproduct nauwelijks aan te

bieden zijn. Audenaerde: “Daar komt bij dat het

Voedingscentrum groenteconserven als volwaar-

dig alternatief voor vers ziet.”

Kookhulp in de vriezer“En qua vitaminebehoud is diepvriesgroente in

feite nog beter dan vers”, weet Audenaerde. En

ook in diepvries timmert Bonduelle aan de weg,

bijvoorbeeld met Bonduelle Pure, dat drie jaar ge-

leden werd geïntroduceerd. “We weten uit onder-

zoek dat 60% van de Pure-kopers daarvóór geen

diepvriesgroente kocht.” Van Dongen: “Daarmee

is Bonduelle Pure een echte groeibrenger geble-

ken waarvoor we uit de handel ook veel positieve

feedback mochten ontvangen. Het is dan ook

Minder vocht, meer bite

Vanaf week zes introduceert Bonduelle onder de noemer ‘Minder vocht, meer

bite’ een nieuw, superieur kwaliteitsniveau voor een groot deel van de groen-

teconserven. 22 sku’s krijgen dan een relaunch waarbij zowel het verpakkings-

design wordt vernieuwd als een nieuwe vacuümtechniek wordt toegepast.

Van Dongen: “Bonduelle stoomt nu haar groenten in het blikje. Er zit minder

vocht in. Dat ziet de consument en dat proeft-ie ook door een betere kleur, textuur en smaak.”

De techniek werd voor het eerst toegepast bij de welbekende Crispy Mais van Bonduelle. Het geheim zit

volgens Van Dongen niet alleen in de techniek zelf, maar ook in het afstemmen van de groenterassen op die

techniek. En voor die inspanning is een behoorlijke schaalgrootte nodig, zoals Bonduelle die heeft.

“Dit is een grote kwaliteitsslag in de categorie. We nemen hiermee in kwaliteit afstand van het overige

aanbod in de categorie”, aldus Van Dongen.

Opvallend is dat de relaunch niet wordt aangegrepen voor een prijsverhoging. Bonduelle wil zoveel moge-

lijk bestaande klanten ‘meenemen’ naar de nieuwe verpakkingen en de verbeterde kwaliteit. Van Dongen:

“Met die verbeterde kwaliteit willen we vooral nieuwe kopers overtuigen voor Bonduelle te kiezen. Dáár

moet de groei vandaan komen.”

Bonduelle, dat is sinds jaar en dag ‘de verrassende groente van vandaag’, maar sinds

vorig jaar communiceert het merk ‘verras jezelf’, een pay-off en boodschap die

veel persoonlijker is. “Dat Bonduelle voor groente staat weet iedereen. Dat je met

de groente van Bonduelle jezelf en anderen kunt verrassen, daarvan willen we de

consument overtuigen”, aldus Audenaerde.

Vorig jaar kwam Bonduelle al met een nieuwe commercial die gebaseerd is op deze

nieuwe boodschap. Dit jaar gaat Bonduelle speciaal in het tweede kwartaal op tv

ter ondersteuning van de grote relaunch van de groenteconserven (zie kader op

deze pagina: ‘Minder vocht, meer bite’).

Daarnaast krijgen álle producten van Bonduelle - in blik, glas en diepvries - een

nieuw, up-to-date verpakkingsdesign. ‘Verras jezelf’ krijgt op elke verpakking ook

inhoud door de aandacht voor variatietips, maar Bonduelle wil consumenten ook

rechtstreeks inspireren door middel van kookworkshops.

Audenaerde: “Over de mogelijkheden van onze kookworkshops zijn we heel

enthousiast. Die willen we als het ware voor ons merk claimen. Bonduelle-kopers

kunnen heel laagdrempelig voor zo’n workshop sparen en waarderen het enorm.

Voor ons is het een geweldige manier om duizenden consumenten een avond lang

‘in je merk’ te laten komen.”

een introductie die voor groei, marge en nieuwe

kopers heeft gezorgd.” Van Dongen signaleert dat

groente binnen diepvries ook meer ruimte krijgt

toebedeeld. Niet zozeer voor het grote spinazie-

segment als wel voor losgevroren groente, want

daar zit de groei. En ook in diepvries zet Bondu-

elle meer dan voorheen in op componenten. Het

introduceert bijvoorbeeld Bonduelle Kookhulp,

een reeks groentecomponenten in hersluitbare

zak (ui, paprika, prei en mais). Het zijn zakjes

gesneden groente die ervoor zorgen dat je altijd

de meest gebruikte maaltijdcomponenten op

voorraad hebt.

Waarde toevoegenBehalve op maaltijdcomponenten zet Bonduelle

bij het innovatieprogramma ook in op andere

thema’s, zoals culinaire groenterecepten en

biologische groente. Een opvallende introductie

was het afgelopen jaar Bonduelle Ratatouille, een

volledig toebereid product in de reeks culinaire

recepten. Audenaerde: “Bonduelle Ratatouille

eet je met pasta of rijst, maar kun je ook koud op

toast eten. Het is nu een half jaar op de markt en

doet het heel goed. Ook de retail gelooft in dit

soort producten, want de distributie is meer dan

90%. Met Bonduelle Ratatouille verbreden we ons

aanbod doordat we hiermee afstappen van mono-

groente. Tegelijkertijd ervaart de consument het

als een kant-en-klare maaltijdcomponent.”

Dat de retail een introductie als Bonduelle Rata-

touille omarmt, is niet zo gek als je bedenkt dat

groenteconserven de grootste categorie binnen

houdbaar is, maar ook een die in feite al jaren

stilstaat. Initiatieven zijn welkom. Van Dongen:

“Met introducties als Bonduelle Ratatouille

voegen we waarde toe en brengen we de markt

weer in beweging. Dat zien we als onze taak. Dit

bedrijf heeft het merk en de competenties om

deze markt verder te brengen.” ■

Van ‘Verrassende groente’ naar ‘Verras jezelf ’

50 Advo Bonduelle 51 10-02-2012 14:09:21

Page 52: FP_2012_02

52FoodPersonality februari 2012

DEBAT: WAT ETEN WE IN 2050?

Kweekvlees, varkens uit de varkensflat of led-groenten?Wat ligt er in 2050 op ons bord? Over die vraag - en daarmee ook over de vraag:

wat verkoopt de supermarkt straks? - bogen verschillende sprekers zich tijdens

een debat in restaurant De Kas, georganiseerd door GroenLinks Europa. “Een food-

topman wist me deze week nog met droge ogen te vertellen: ‘Je moet beseffen dat

ons bedrijf niet het beste met de consument voorheeft.’”

Door: Marieke Venbrux Foto’s: GroenLinks Europa en FoodPersonality

Als het in de (Europese) politiek over eten gaat, gaat het al snel over 1) landbouwbeleid en subsi-dies en 2) etiketten en (misleidende) labels. Met name de etiketteringsdiscussie kenmerkt zich door een enorm marketinggeweld; het geldt in Brussel als het dossier waar het meest op gelob-

byd is, zo weet Bas Eickhout, Europarlementariër voor GroenLinks, de aanwezigen in het Amster-damse restaurant De Kas te vertellen. Maar dit is niet waar het over zou moeten gaan, vindt hij. De (politíeke) discussie over voeding zou niet moeten gaan over etiketten, vergroe-

ningsmaatregelen en ‘wat zit er in onze voeding?’, maar veel meer over ‘wat wíllen we dat erin zit?’ en ‘hoe ziet ons eten er in 2050 uit?’ “Met etiket-ten, labels en alle discussie daarover probeert de voedingsindustrie aan het eind iets recht te breien wat heel ingewikkeld is, namelijk ons voedings-

Vlnr: Bas Eickhout (GroenLinks Europa), Samuel Levie (onder andere Youth Food Movement), Marcel Kers (PlantLab), Mark Post (Universiteit van Maastricht) en debatleider Teun van de Keuken.

52 toekomst eten 52 10-02-2012 16:59:34

Page 53: FP_2012_02

53FoodPersonality februari 2012

systeem. Zo ontwijken we met z’n allen een veel

fundamentelere vraag, namelijk: waarom zitten

er tegenwoordig zo veel ingrediënten in ons eten,

en: willen we dat wel?”

Reden voor GroenLinks Europa om een

voedingscampagne te starten: ‘Baas op eigen

bord’. De campagne moet ervoor zorgen dat de

politieke discussie over voeding een andere weg

inslaat. Eickhout: “De discussie moet gaan over:

hoe kunnen we straks efficiënter en gezonder

voedsel produceren en tegelijkertijd wereldwijd

voldoende monden voeden? Daarnaast moet de

campagne burgers meer bewust maken over waar

het eten op hun bord vandaan komt.”

De bijeenkomst in De Kas, geleid door Teun van

de Keuken (bekend van onder meer de Keurings-

dienst van Waarde en het fair-trade-achtige cho-

colademerk Tony Chocolonely), vormt de aftrap

van die nieuwe campagne. Aan het woord komen

sprekers die zich al nadrukkelijk bezighouden

met de toekomst van ons eten en de overtuiging

hebben ‘dat het allemaal heel anders moet’.

‘Apple bekender dan appel’Een van hen is Samuel Levie, oprichter van Youth

Food Movement (de jongerenafdeling van Slow

Food Nederland), mede-eigenaar van The Green

Peas, een bureau dat adviseert over voeding en

duurzaamheid, en een van de mannen achter het

duurzameworstenmerk Brandt en Levie. Voedsel

is ingewikkeld geworden, zo betoogt hij. Illustra-

tief hiervoor is het feit dat het broodje krabsalade

dat zijn oma vroeger dagelijks voor hem maakte,

slechts vijf ingrediënten bevatte, terwijl de krab-

salade van vandaag bij Albert Heijn maar liefst

131 ingrediënten bevat, waarvan als je geluk hebt

krab er eentje is. “En dan wil AH ons ook nog

doen geloven dat het datzelfde broodje krab is als

dat ik vroeger bij mijn oma kreeg.”

We zijn, mede als gevolg van het gemeenschappe-

lijke landbouwbeleid en de industrialisering, de

afgelopen vijftig jaar veranderd in een afhaal-

maatschappij, waarbij we massaal voedsel eten

van boeren die we helemaal niet kennen, aldus

Levie. De kennis over voeding en de herkomst

van onze voeding is zo goed als verdwenen. “Als

je mensen vraagt hoeveel producten van Apple

ze kunnen noemen en vervolgens vraagt hoeveel

appelsoorten ze kennen, goede kans dat de eerste

vraag het wint (al geldt dat misschien vooral

voor de generatie van Levie, red.). Dat is een rare

ontwikkeling, maar wel veelzeggend.”

Konden we volgens Levie vroeger de leveranciers

van ons voedsel – de boer, de bakker, de slager

– direct aanspreken op wat zij ons leverden, de

leveranciers van nu zijn de aandeelhouders ge-

worden, die voornamelijk uit zijn op geld verdie-

nen. Levie: “De mensen die verantwoordelijk zijn

voor ons voedsel, weten zelf niets van voedsel.

Afgelopen week wist een topman van een groot

foodbedrijf – nee, ik zeg niet wie – me met droge

ogen te vertellen: ‘Je moet beseffen dat ons bedrijf

niet het beste met de consument voorheeft.’

En een vriend van me, die ook werkzaam is als

duurzaamheidsconsultant, kreeg iets soortgelijks

te horen: ‘We kunnen er een mooi verhaal van

maken, maar uiteindelijk komt het er op neer dat

we gewoon zoveel mogelijk energiedrankjes en

chips aan twaalfjarigen willen verkopen.’”

Het verband tussen consument en voeding is

volledig weg, betoogt hij. “Nooit eerder lagen er

in de winkel zo veel verpakkingen met teksten als

‘light’, ‘ambachtelijk’, etc, tegelijkertijd waren er

nooit eerder zo veel te dikke mensen en zo weinig

ambachtslieden. In plaats van voedsel zijn we

ondefinieerbare dingen gaan eten.”

En dus moet het anders. En nee, hij is niet bang

voor techniek. Hij beseft ook wel: we kunnen

niet allemaal in de landbouw werken. Maar

nu gaat het zover dat de voedingsindustrie ons

laat geloven dat vers eten ongezond is, duur en

ingewikkeld. Hij kan risotto met rode biet maken

voor nog geen 2 euro. En zijn zelfgemaakte boe-

renkoolstamppot is vele malen goedkoper dan

een magnetronstamppot. “Het wordt tijd dat we

weer eten wat uit de grond komt, in plaats van uit

de fabriek.”

Of die gedachte niet ‘onvergetelijk romantisch’

is, vraagt Van de Keuken hem. Want: “Mensen

werkten vroeger massaal in de landbouw, maar

gingen ook massaal voor hun 50e door hun rug.

En leefden mensen vroeger werkelijk zoveel

gezonder? Ze werden in ieder geval minder oud

dan nu...”

Levie: “Wat ik al zei, ik ben niet tegen techniek,

en ik wil ook niet dat mijn oma weer graan gaat

oogsten. Maar het gaat om de link tussen mens

en voeding. En ook op grote schaal kun je milieu-

vriendelijk produceren.”

AH: groenten in parkeergarage?Als het gaat over de toekomst van onze voeding,

gaat het ook om het veiligstellen van de productie

en voldoende aanbod, ofwel: hoe voeden we 9

miljard mensen in 2050? Milieuvervuiling, voe-

dings- en grondschaarste spelen in dit verband

een rol. Het Bossche bedrijf PlantLab werkt aan

het kweken van groenten in afgesloten klimaat-

kamers, met behulp van led-verlichting. “Zodat

Albert Heijn straks in zijn eigen parkeergarages

rucola kan kweken en in de winkel kan verko-

pen”, aldus Van de Keuken als hij Marcel Kers,

ingenieur bij PlantLab, als spreker introduceert.

Die moet dat echter meteen corrigeren. “Ik weet

niet of AH degene zal zijn die dat straks zal gaan

doen, maar inderdaad: in theorie is het mogelijk.”

Met de led-techniek kan volgens Kers op elke

plek ter wereld (‘in de Sahara, op de Noordpool,

Waar de krabsalde van zijn oma vroeger vijf ingrediënten bevatte, bevat de krabsalade van Albert Heijn tegenwoordig maar liefst 131 ingredienten, aldus Samuel Levie (o.a. Youth Food Movement). “En dan wil AH ons nog doen geloven dat het dezelfde krabsalde is......”

52 toekomst eten 53 10-02-2012 16:59:36

Page 54: FP_2012_02

Nieuw!

Karvan Cévitam introduceert KC, de eerste frisdrank met 75% fruit

Fruitige omzetprikkel!Karvan Cévitam KC is de eerste frisdrank met maar liefst 75% fruit. Gecombineerd met een lichte bubbel van fris, sprankelend water! KC heeft een echte fruitsmaak en bevat geen toegevoegde suikers*, zoetstoff en en kleurstoff en.

Karvan Cévitam KC is te vinden in het frisdrankenschap in 1.5l fl es en 250ml blikjes. Vanaf januari 2012 wordt Karvan Cévitam KC fors ondersteund op televisie en middels displays op de winkelvloer.

*Dit

prod

uct b

evat

van

nat

ure

aanw

ezig

e su

iker

s

Wilt u ook profi teren van deze fruitige omzetprikkel in uw frisdrankenschap, neem dan contact op met uw Heinz Winkelaccountmanager of met H.J. Heinz B.V., telefoon 030-6973660.

54 ADV 54 10-02-2012 14:07:41

Page 55: FP_2012_02

55FoodPersonality februari 2012

midden in de stad’), los van het klimaat, zonder

daglicht, met een minimaal gebruik van wa-

ter (PlantLab claimt voor de teelt 95% minder

water nodig te hebben dan voor de reguliere

groenteteelt), op grote schaal groenten gekweekt

worden, in zogeheten ‘plant production units’. De

voordelen zijn ‘legio’: vraaggestuurd (‘weg met de

onnodige overschotten’), oogstzekerheid, lekker

en gezond, vers (‘je hoeft tomaten niet voortijdig

te oogsten omdat ze van Spanje naar Moskou

moeten’), een hogere productie, minder water-

verbruik, geen gebruik van pesticiden, ‘local for

local’, voedselveiligheid, en: “meteen een manier

om het probleem van leegstand van kantoren op

te lossen”.

Naast de grotere ‘plant production units’ ontwik-

kelt PlantLab toepassingen voor verschillende

markten – lees: retail, horeca, etc. – waarmee dus

inderdaad AH of andere supermarktketens straks

in hun parkeergarage of gewoon in de winkel hun

eigen huisrucola kunnen kweken. Wellicht zelfs

dat consumenten met de led-techniek straks thuis

hun groenten kunnen kweken.

Wat dat wel niet kost?, aldus een criticus in de

zaal. Een vraag waarop Kers vooralsnog het ant-

woord schuldig moet blijven.

Samuel Levie is nog niet 100% overtuigd van de

voordelen van PlantLab. “Als het mechanisering

van de landbouw verder in de hand werkt en leidt

tot grote gesloten systemen waarbij kinderen niet

meer leren dat een wortel ook uit de grond kan

komen, dan vind ik het niet positief.”

Kweekvlees: échter dan vlees?Hetzelfde bezwaar zouden we kunnen heb-

ben tegen ‘kweekvlees’, waar aan verschillende

universiteiten momenteel onderzoek naar wordt

gedaan. Mark Post, als professor vasculaire fysi-

ologie bij het onderzoek aan de Universiteit van

Maastricht betrokken, legt uit hoe bij kweekvlees

uit spiercellen vlees wordt gekweekt. Echt vlees,

geen vleesvervanger. “Voor de productie hebben

we nog steeds dieren nodig, maar veel minder.”

De noodzaak van het ontwikkelen van iets als

kweekvlees moge volgens Post duidelijk zijn. “In

2050 is de vleesconsumptie verdubbeld. Meer dan

70% van de landbouwgrond wordt gebruikt voor

de productie van vlees. De vraag naar vlees stijgt,

we moeten naar alternatieven zoeken. Ook van-

wege de enorme belasting voor het milieu en ook

vanwege het feit dat het er in de grootschalige

bio-industrie niet altijd even netjes aan toe gaat.”

Post verwacht in de herfst de eerste ‘laboratori-

umgekweekte’ hamburger in handen te hebben.

Is ook bij kweekvlees het verband met de natuur

niet volledig weg? wil Van de Keuken weten. Nee,

vindt Post. “Er is een link met een andere dimen-

sie van de natuur. Want wij denken allemaal dat

vlees uit koeien komt, maar eigenlijk komt het uit

stamcellen.”

Iemand in het publiek vraagt zich af of het al-

lemaal niet heel veel ‘gedoe’ is, dat kweekvlees.

“Is het niet veel makkelijker om mensen zo ver

te krijgen dat ze gewoon geen vlees meer eten?”

Post: “Wij zijn uitgegaan van de veronderstelling

dat het niet makkelijk is mensen van vlees af te

houden. De voorspellingen zijn ook dat naarmate

de welvaart in de wereld (lees: vooral China, red.)

stijgt, de vraag verder toeneemt. De kunst is om

op een verantwoorde manier aan die vraag te

voldoen.”

Wat gaat GroenLinks nu doen met alles wat

hier vanmiddag besproken is? wil een aanwe-

zige weten. Bas Eickhout: “We gaan er verder

de boer mee op. Letterlijk. Er is in de politiek te

lang niet over eten gesproken, daar willen wij

verandering in brengen. Groen Links was vanuit

milieu-oogpunt lange tijd de vijand van de boer,

we willen die boer meer omarmen. En mensen

moeten het weer over voeding gaan hebben. En

já, het publiek dat hier vanmiddag zit, vormt de

voorhoede. Maar we moeten ergens beginnen,

het is een kwestie van een lange adem, maar

uiteindelijk zal iedereen weer de behoefte gaan

hebben om te weten wat hij eet. We zijn veel te

cynisch geworden.” ■

Rucola, gekweekt onder led-verlichting.

Als kweekvlees echt een succes wordt, wellicht kunnen con-sumenten dan in de (verre) toekomst thuis met stamcellen - al dan niet gekocht in de supermarkt - hun eigen vlees kweken, betoogt Markt Post, professor vascu-laire fysiologie aan de Universiteit van Maastricht.

Teun van de Keuken en Samuel Levie praten na over waar ‘hen heen moet met ons voedsel’

52 toekomst eten 55 10-02-2012 16:59:42

Page 56: FP_2012_02

56FoodPersonality februari 2012

FOOD IN OOSTENRIJK:

IntersparDoor: Gé Lommen Foto’s: Erik Hemmes

Erik Hemmes van Erik Hemmes\Trade Marketing Services bekijkt supermarkten

in Europa. Deze maand: Interspar, in Oostenrijk.

Interspar, een paar duizend m2 vvo, in het westen van Oostenrijk. Oostenrijkse formules gebruiken veel ramen, niet alleen Interspar. De win-kels geven daardoor vaak zicht op het landschap dat wij Nederlanders zo fascinerend vinden. Het zal voor de Oostenrijkers zelf heel wat gewoner zijn. Hemmes: “Maar voor ons, Nederlanders, is het een schilderachtig uitzicht.”

Deze Interspar gebruikt bijzondere decoratie bij de versafdelingen: felle, lichte en warme kleuren. Interspar is ook niet bang voor een beetje kleurkakafonie. Hemmes: “De vloerlijnen en tegels lopen parallel aan de ovalen koof. Zo wordt de brood- en gebaksafdeling ‘shop in the shop’, maar blijft verweven met de winkel. Bijzonder detail: de koeling voor gebak heeft een donkerblauwe binnenkant, gedurfd. De prijskaarten in zwart-wit onderstrepen de ambachtelijkheid van het aanbod. Verder zag ik een reuzekrakeling en rieten mandjes met korenaren.”

56 Hemmes 56 10-02-2012 14:06:48

Page 57: FP_2012_02

57FoodPersonality februari 2012

Impressies van buitenlandse formules, met mede-

werking van Erik Hemmes van zijn gelijknamige

Trade Marketing Services.

En waar kijken we hier eigenlijk naar? We waren

een paar keer in Lissabon, maar we zijn weer in

Oostenrijk beland nu. In een Interspar, in Bürs,

nabij Bludenz, in het westen van dat land.

Interspar is de hypermarktformule van Spar in

Oostenrijk. Anders dan in onze branche is Spar

in Oostenrijk een grote knaap, de nummer twee

van de Oostenrijkse supermarktsector, met een

omzet van bijna € 5,2 miljard. Marktleider in

Oostenrijk is het van oorsprong Duitse Rewe,

door een overname enkele jaren geleden in dat

land. De omzet van Rewe is € 7 miljard. Rewe

werkt met de levensmiddelenformules Billa,

Merkur, Penny, Adeg, Sutterlüty en Jet, maar die

7 miljard is een omzet exclusief de omzet van

de aangesloten ondernemers, het is deels een

groothandelsomzet. Spar zit net onder de 30%

Dat nadrukkelijke gebruik van kleur zien we terug in alle versafdelingen. Zoals hier bij de kaas, zoals hier bij de deli-afdeling. De achterwand van de deli-afdeling in bediening is echter weer transparant. Waarschijnlijk omdat deze afdeling midden in de winkel geplaatst is, in plaats van tegen een wand. Die doorzichtige achterwand maakt het daardoor ruimtelijker. Hemmes: “Zo’n gebogen koeling zag ik tot nu toe nergens. Mooie uitstraling, versterkt nog door de verlichting op de producten. Ook hier loopt de vloer mee met de lijn van de koof.”

Hemmes: “Ook bij de vleesafdeling wordt flink uitgepakt met sfeerelementen. Gevarieerd gekleurd plafond, ‘Fleisch’-vlag erboven, zwartwit-foto’s van een worstrokerij, gecombineerd met een achterwand met grijze tegels. Een apart onderdeel hiervan is de afdeling ‘Wurst’. En dat is in Oostenrijk niet voor niets. Ook sommige Duitse supermarkten hebben een afzonderlijke worstafdeling.

Hemmes: “Als je een hypermarkt hebt, kun je ook eens uitpak-ken met wat anders dan anders. Zoals hier, een onderdeel van

een brouwerij, als decoratie bij de bierafdeling.”

marktaandeel, Rewe net erboven. Maar daar

hoeft Spar zich niet voor te schamen, integendeel.

Oostenrijk is een van de landen waar Spar juist

zeer succesvol is en waar de formule niet beperkt

is of weggezakt is tot een marginalere rol van

buurtwinkel.

Bovendien, Spar Oostenrijk is nog groter: het

behaalt in totaal nog veel meer omzet, uit deelne-

mingen en uit de uitbreiding van Spar in Tsjechië,

Hongarije, Kroatië en Slovenië en Spar Oosten-

56 Hemmes 57 10-02-2012 14:06:51

Page 58: FP_2012_02

58FoodPersonality februari 2012

rijk heeft nog zelfs een paar supermarkten en

supermarktjes in het noordoosten van Italië.

Spar is in Oostenrijk zelf het bedrijf achter: Spar,

Interspar, Eurospar en Maximarkt. Verdeeld over

zo’n 1.500 vestigingen (gegevens nog van 2010):

* zo’n 1.150 Spar-supermarkten (formulegrens tot

1.000 m2 vvo),

* zo’n 50 Spar ‘Gourmet’-supermarkten (voor met

name in grote steden, met vooral convenience en

ander hoogwaardig aanbod, minder bulk),

* zo’n 175 Eurosparren (van 1.000 tot 2.500 m2

vvo),

* zo’n 57 Intersparren (van 2.000 tot 6.000 m2

vvo)

* 7 Maximarkten (van 3.000 tot 8.000 m2 vvo).

* Verder nog 11 Spar Express-vestigingen, de

Spar-formule als pompshop.

Waarom werkt Spar in Oostenrijk met Interspar

en Maximarkt als twee hypermarktformules?

Omdat Interspar van Spar is en Maximarkt tot

2002 niet. Dat hebben we al eens uitgelegd, bij de

reportage van Maximarkt. Spar heeft Maximarkt

overgenomen en niet omgezet naar Interspar.

En waarom? Dat zegt Spar niet. Wellicht om een

soortgelijke reden als dat onze branche nog steeds

Dirk, Bas én Digros heeft. ■

Meer foto’s bekijken? Mail [email protected].

Bij de supermarkten in Nederland zien we geregeld een foto van de ondernemer of de

bedrijfsleider, bij de ingang. Soms zien we wat meer koppen. Maar tien? Voor zover wij

weten niet. De bedrijfsleider, de assistent-bedrijfsleider, het hoofd administratie, de hoofd-

caissière, de dkw-chef, de delichef, de agf-chef, de chef van het restaurant en chef van ‘tann’

en dame die zich met nieuw personeel, stagiairs en andere ‘leerlingen’ bezighoudt.

Wat zou die man van ‘tann’ toch doen? ‘Tann’ is de naam van Spars eigen vleesproductie.

Spar gebruikt die naam ook als merknaam.

Opvallend: niet ‘de heer Tratter’, maar naam en voornaam. Maar toch nog een beetje

formeel: eerst de achternaam, dan de voornaam. Zou bij ons afstandelijk overkomen.

Hemmes: “Voor ons best formeel, maar voor Oostenrijkers waarschijnlijk niet.”

Opvallend bij de wijn: rechts de inde-

ling naar land van herkomst, links

de indeling van wijnen uit Oosten-

rijk zelf, naar streek van herkomst.

Oostenrijk is langzaam maar zeker

als wijnland weer in opmars en dat

zal in de Oostenrijkse supermarkt-

sector zeker niet onopgemerkt

blijven. Hemmes: “Veel variatie in de

presentatie, ovalen planken ertus-

sen, houten scheidingen, wijntassen,

cadeauverpakkingen… levendig.”

Of je hier trek in krijgt, dat zal per persoon anders uitpakken.

Maar ze liggen hier wel massaal, deze kolen en knollen. Rode

kool, groene kool, knolselderij etc.

56 Hemmes 58 10-02-2012 14:06:55

Page 59: FP_2012_02

59FoodPersonality februari 2012

AMMERLAANAnneke Ammerlaan, trendonderzoekster voor

voeding en consumentenwensen, beoordeelt

de branche op het evenwicht tussen goede

smaak en commercie.

E-mail: [email protected].

Het was ergens in de jaren tachtig dat Libelle, waar ik toen werkte, onder in-

vloed van de democratiseringstrend met het idee van een lezersraad kwam.

Lezers konden zich opgeven om in aanmerking te komen voor die raad en

vervolgens mochten de andere lezers hun stem op hen uitbrengen.

Wat ik me nog herinner, is dat de leden van die raad niet de minste mensen

waren. Er zat zelfs een man in.

Met de grootste verwachtingen gingen we met hen aan de slag. Ideeën,

wensen, voorstellen: kom maar op. Maar wat gebeurde er? Vrijwel niets! Wat

waren we teleurgesteld. Later besefte ik: het lag aan ons. We maakten de

verkeerde koppelingen tussen het nieuwe en het oude.

Marktontwikkelingen beginnen vaak buiten de doelgroep van een product.

Daarom kun je consumenten niet vooraf vragen of ze iets wel of niet zouden

willen. Henry Ford zei ooit over zijn auto’s: ‘Had ik eerst aan de mensen

gevraagd wat ze wilden, dan hadden ze me gezegd dat ze snellere paarden

wilden.” Steve Jobs, inmiddels over de ‘hele zakenwereld’ geroemd om de

innovaties onder zijn Apple-tijdperk, dacht er ook ongeveer zo over: het

heeft geen zin om consumenten te vragen wat zij willen, want als ze niet

bekend zijn met wat jij voor je ziet, kunnen ze daar ook geen steekhoudend

antwoord op geven. Of anders gezegd: wat zij zeggen dat zij willen, is nog

niet wat zij doen als dat nieuwe product er eenmaal is.

Stel, je bent fabrikant van frituursnacks. En vraagt je vaste klanten in het ka-

der van de gezondheidsbehoefte of ze ovensnacks zullen gaan gebruiken. Ze

zullen daar veelal negatief op reageren. Zij gebruiken ovensnacks niet, heb-

ben waarschijnlijk weinig op met de oven en weten ook niet wat ze moeten

verwachten, laat staan hoe de smaak is. Vraag je het vervolgens aan de groep

die niet frituurt, dan kan in die groep ineens wél interesse bestaan.

Deze groep zul je echter geen plezier doen met, laten we zeggen, een

vlammetje uit de oven. Niet frituren heeft meer redenen dan alleen stank in

huis voorkomen, deze mensen associëren frituren met ‘ongezond’ en zo’n

vlammetje is voor die groep het summum van ongezond. Immers, geliefd

bij hen die daar niet over willen nadenken, de tegenpool. Je zult voor die

vlammetjesafweerders andere snacks moeten ontwikkelen, die passen bij

hoe zij zouden willen snacken. Pas als dat nieuwe ovenproduct bij die niet

friturende groep voet aan de grond heeft gekregen, kun je veranderingen

voor de friturende doelgroep doorvoeren. En dan wordt zo’n ovenproduct

min of meer vanzelfsprekend.

Interpreteer je de doelgroepen verkeerd – zowel de frituurder als niet-

frituurder – dan krijg je dus zoiets als snacks voor de zogenaamde gezonde

frituurpan als Airfryer van Philips. De frituurder wil die snacks niet, omdat ze

in zijn ogen veel minder lekker zijn dan de snacks mét vet. En de niet-frituur-

der koopt ze niet, klassieke frituursnacks passen nu eenmaal niet in diens

perceptie van hoe je wilt snacken. Dus een hoop geïnvesteerd voor niets.

Nou ligt Apple zo nu en dan onder vuur in de media. Vanwege de arbeidsom-

standigheden van de fabrieken in China, die Apple-apparatuur of -onder-

delen maken. Maar dat wil nog niet zeggen dat je Jobs’ gedachtegoed niet

moet gebruiken bij hoe je moet innoveren. Integendeel, laat elke fabrikant

en elke leidinggevende van een supermarktketen leren van wat Jobs en zijn

mensen deden. Als het goed is, kan de supermarkt er alleen maar leuker, lek-

kerder en beter van worden.

Snacks van Steve Jobs

Het is hier bij de wijnen een behoorlijk rommel-tje. En bij de chocola eigenlijk ook wel. Hemmes over de wijn en de chocola: “Dat krijg je als je er een pallet neerzet met allemaal gekreukelde, lege dozen. Ik was er net vóór Pasen, dus deze hypermarkt staat vol met paasartikelen en displays daarvan. Rommelig, ja, maar je kunt ook stellen dat wij dat in onze supermarkten te weinig doen. Zo’n dozenaanbod lijkt mij juist een goed idee bij wijn.” Maar we zien wel dat ook hier, bij dkw-afde-lingen, die plafonddecoratie weer terugkomt. Waarschijnlijk gebruikt Interspar deze plafond-panelen overal waar de formule een speerpunt-groep presenteert of waar het gaat om eten en drinken met een sterkere ‘geniet’-functie.

Michael Schumacher is een Duitse Formule 1-coureur. Hij reed (en rijdt nog, sinds z’n come-back) in een auto van het Italiaan-se Ferrari. Dus is het niet gek dat in een Oostenrijkse supermarkt de bolides uit die Duits-Italiaanse combi in kindervorm terugko-men. (Ze gaan wel minder snel en dat is maar goed ook.)

56 Hemmes 59 10-02-2012 14:06:58

Page 60: FP_2012_02

60FoodPersonality februari 2012

De verleiding van Villa ChocolaAls je binnenkomt, ruik je de geur van chocola.

Vervolgens krijg je een verse bonbon aangeboden.

Wie van chocolade houdt, kan dan niet meer terug;

je kwam binnen voor een cadeautje, maar vertrekt

met ook iets voor jezelf, je vrienden en je zus, die

binnenkort jarig is… ik ben in Villa Chocola, de

nieuwe chocoladewinkel in hartje Apeldoorn.

In winkelcentrum De Orangerie, om precies te

zijn, staat deze chocoladewinkel, sinds een maand

of drie. Een winkel vol verleiding. Met allemaal

producten die ik nog niet elders heb gezien. Met

grappige namen en eigentijdse verpakkingen, met

een knipoog. Je wordt naar binnen getrokken door

moderne vormgeving en prachtige visuals op de

achterwanden van de winkel.

Waar te beginnen? Toch bij het assortiment: de

kern wordt gevormd door bonbons van chocola

met verse room. Dat smaakt echt heel anders dan

een supermarktbonbon. Specialtyboxen op thema:

‘all white, all dark, all crispy, all milk’. Maar ook

unieke chocoladevormen zoals het witte golfbal-

letje. En verpakt in unieke verpakkingen: een

driehoekige verpakking, met een verwijzing naar

de Bermuda-driehoek. Zoals daar ooit mysteri-

eus vliegtuigen verdwenen, verdwijnen ook deze

chocolaatjes... Lekker voor je zelf, en leuk om weg

te geven.

Verder zien we een ruim aanbod ‘persoonlijke

boodschappen’: bijna een halve meter bonbons in

een mooi doosje met een wens erop, bijvoorbeeld

‘Thanks a lot’ of ‘Congratulations’. Of, al naar

gelang het seizoen, ‘Happy Valentine’. ‘Flat, Square

& Beautiful’, platte chocolaatjes in een plat, mat-

zilveren bewaarblik. ‘Tasty Tablets’. De ‘Designers

Collection’. En ‘Better Letter’, de naam van hun

chocoladeletters. Die zien er mooier uit en zijn lek-

kerder dan de letters die ik tot nu toe gehad heb.

Kortom, genoeg om van te zwijmelen: onder-

scheidend en een opvallend assortiment goede

chocolade in unieke verpakkingen.

Wat onderscheidt Villa Chocola verder van andere

winkels? De nieuwe merknaam: Villa Chocola.

VleursvloerGemiste kansen, rariteiten, misvattingen en flaters (en ook goeie zetten!) uit het oogpunt van een

weldenkende shopper. De rol van weldenkende shopper wordt ‘gespeeld’ door Evelyn van Leur,

partner bij de Category & Trade Company. Reageren? Mail [email protected].

En een eigentijdse uitstraling, terwijl veel andere

chocoladewinkels toch vooral een ambachtelijke

uitstraling hebben. Villa Chocola onderscheidt

zich ook met verve van de supermarkt, waar ik

wel chocolade kan kopen maar die, als ik ‘m proef,

vaak toch niet zo op de tong smelt zoals ik het

graag zou willen. Waar het cadeau-aanbod in cho-

colade doorgaans niet meer omvat dan een doos

Merçi. Met alle respect voor Merçi, maar onder-

scheidend is dat niet. Niet verrassend ook, voor

degene die dat op zijn verjaardag krijgt.

En het prijspeil is toegankelijk; vanaf 4 euro tot zo

veel je maar wilt. Is 4 euro een drempel? Voor veel

mensen wel, voor veel mensen niet.

Terwijl ik er ben, lopen er voortdurend mensen in

en uit, de meesten met een aankoop. De locatie is

dan ook op een druk punt, in winkelcentrum De

Orangerie. Op internet kun je nog een leuk filmpje

van de flashmob van vorig jaar zien (dacht dat dat

soort dingen alleen in Amsterdam gebeurden).

Trouwens, ook in de winter staan de deuren van de

winkel uitnodigend open.

Waar komt Villa Chocola vandaan? Het is een

initiatief van Riko Zwaving, tot voor een jaar com-

mercieel directeur van Nedac Sorbo. Nadat hij een

tijd terug reizend met Pim van den Berg (zie in

deze FoodPersonality blz. 11) in Londen inspiratie

opdeed, heeft hij deze winkel opgezet. Doordat

de meeste supermarkten nog steeds behoorlijk lo-

gistieke en rationele fabrieken zijn en steeds meer

naar het midden opschuiven, ontstaat er weer

ruimte aan de bovenkant. Voor speciaalzaken die

onderscheidend zijn. Met aandacht voor smaak.

Zwaving denkt niet alleen in bricks, maar ook in

clicks. De webwinkel gaat binnenkort van start,

waardoor je dit aanbod chocolade ook thuisbe-

zorgd kunt krijgen. En de derde poot wordt de

zakelijke markt. Klanten verrassen met smaak- en

spraakmakende geschenken.

Ik denk dat het niet zo lang meer duurt voordat we

meer Villa Chocola’s in het land zien verrijzen. ■

60 vleursvloer 60 10-02-2012 14:05:26

Page 61: FP_2012_02

PRODUCTNIEUWS

Dr. Oetker Casa di

Mama Bolognese

Dr. Oetker Casa di Mama heeft er vanaf

week 8 een heerlijke variant bij: Dr. Oetker

Casa di Mama Bolognese. Deze pizza is rij-

kelijk belegd met rundergehakt, worteltjes

en rode ui.

Deze smaak is de achtste variant binnen Dr. Oetker Casa di Mama. Zo wordt er nog meer variatie aangeboden aan de liefhebbers van deze authentieke Italiaanse pizza’s. Plaatsingsadvies: bij de overige vleesvarianten van Dr. Oetker Casa di Mama.Collo-inhoud: 5 stuks. Consumentenadviesprijs: € 2,79.De introductie wordt intensief ondersteund met onder andere een tv-commercial, print en op de winkelvloer. ■Inlichtingen: Dr. Oetker (033) 4517900

Newtree toppasta’s

Voortbouwend op het succes van Newtree

(pure) chocopasta’s, heeft Newtree drie

nieuwe pasta’s gelanceerd, met de frisheid

van sinaasappel, de intense smaak van

kers en de zachte zoetheid van aardbei.

Omdat ze vervaardigd zijn met verfijnde, hoog-waardige pure chocolade, op basis van melk en niet van olie, bevatten deze Newtree-pastas 70% minder vet en 40% minder calorieën dan verge-lijkbare chocopasta’s. Ze dragen bovendien bij aan een betere opname van calcium, dankzij Beneo, een natuurlijke vezel afkomstig uit cichorei.De Newtree-pasta’s zijn een echte lekkernij voor het ontbijt, voor een chocoladefondue, als warme chocolade of als saus over ijs. De producten van Newtree zijn al meerdere malen bekroond. ■Inlichtingen: Newtree, (0032) 661 71 20 (www.newtree.com)

LocatienieuwsMaandelijks een overzicht van openingen, uitbreidingen, opheffingen

en de planvorming van supermarktlocaties. Tips? Mail de redactie:

[email protected]

SLUIS - De gemeente overweegt vestiging van een

vierde supermarkt in Oostburg (gemeente Sluis).

Onderzoek toont aan dat er in Oostburg nog ruimte

is voor 1.400 m2 supermarktoppervlakte. Die ruimte

is te vullen door uitbreiding van een bestaande

supermarkt of de komst van een nieuwe. Zowel

Agrimarkt als Albert Heijn heeft belangstelling

getoond.

GOES - Lidl ziet af van het plan om de vestiging

aldaar te verbouwen en uit te breiden en wil nu

nieuwbouw plegen op de huidige locatie aan De

Spinne. De gemeente Goes heeft een vergunning

verleend voor het plan. De aanvankelijke uitbrei-

dingsplannen waren dusdanig ingrijpend dat

nieuwbouw uiteindelijk praktischer blijkt.

DEN BOSCH - Een grote landelijke supermarktketen

(naam niet bekend, al werd eerder over Albert Heijn

gesproken, red) opent binnenkort een supermarkt

in de voormalige winkelruimte van elektroketen It’s

in de Vughterstraat. Er is een tienjarige huurover-

eenkomst gesloten met verhuurder Holland Immo

Group voor de 2.000 m2 ruimte, waarvan 1.100 m2

op de begane grond.

NUNSPEET - Boni Markten heeft begin deze maand

een nieuw filiaal in winkelcentrum Sterrehof aan de

Spoorlaan geopend. De opening werd verricht door

burgemeester Van Hemmen en directeur-eigenaar

Bouke van der Wal. De vestiging in Nunspeet is de

37e voor Boni.

KWINTSHEUL - Albert Heijn Koornneef wil de

vorige maand door brand verwoeste winkel aan de

Raaphorst herbouwen op dezelfde plek. De bouw

kan echter niet eerder starten dan komende zomer,

meldt de website van de winkel. De gemeente over-

weegt tot die tijd de opening van een noodwinkel

toe te staan.

VELP - Lidl heeft plannen voor een vestiging op de

locatie van de voormalige Golff-supermarkt in deze

plaats. Hoewel bewoners hebben aangegeven dat

er snel een nieuwe supermarkt moet komen, zorgt

de nog te voeren procedure voor onduidelijkheid

over de termijn van opening. Voor de komst van Lidl

is kennelijk een bestemmingsplanwijziging nodig.

MIERLO - Albert Heijn gaat zich waarschijnlijk in

de nieuwbouw van winkelcentrum Den Binnen

vestigen. Boven het nieuwe winkelcentrum komen

28 appartementen. Lidl zat al in het winkelcentrum

en keert na de renovatie terug. De nabijgelegen Plus

wil uitbreiden

DEN HELDER - De vestiging van Aldi in de Spuistraat

vertrekt uit de binnenstad. Verhuizing naar een

andere locatie, zoals bijvoorbeeld naar Willemsoord,

is echter van de baan. Daardoor blijven er nog twee

Aldi’s in de regio over; de winkels in Julianadorp (De

Riepel) en Schooten Plaza blijven open.

VOORTHUIZEN - Albert Heijn opent een supermarkt

van 1.400 m2 in de nieuwe wijk Blankensgoed. AH

is nu nog gevestigd in het centrum van het dorp.

Gevreesd werd dat een verhuizing van publiekstrek-

ker Albert Heijn zou leiden tot een afname van het

aantal bezoekers aan andere winkels in het centrum.

Volgens de gemeente is deze vrees ongegrond

omdat de bestemming detailhandel op de locatie in

het centrum behouden blijft.

SINT-NIKLAAS (B) - Albert Heijn wil een supermarkt

openen in het Belgische Sint-Niklaas. Vóór het einde

van dit jaar wil AH tien winkels in België geopend

hebben. De teller staat vooralsnog op twee. Een

derde vestiging in Antwerpen is aangekondigd. Ook

zou AH interesse hebben in een winkel in Gent. In

2016 moeten er vijftig Belgische vestigingen staan.

Ook Lidl en Colruyt hebben belangstelling voor

een filiaal in Sint-Niklaas. Carrefour heeft er al een

vestiging en wil deze vernieuwen.

WEST-KAPELLE - Begin deze maand heeft de laatste

Eurospar van ons land de deuren gesloten. De

ondernemersfamilie Minderhoud heropende echter

direct als reguliere Spar. Met name in Zeeland was

de Eurospar-formule voor grotere Spar-vestigingen

in zwang omdat de formule ook in België en onder

Duitse toeristen bekendheid genoot.

SNEEK - Afgelopen 8 februari opende het nieuwe

winkel-, woon- en verblijfsgebied Boschplein in

Sneek. Het project bestaat uit 4.100 m2 winkel-

ruimte, 49 appartementen en een ondergrondse

parkeergarage van twee lagen met 470 parkeer-

plaatsen. De winkelruimten zijn verkocht aan

Poiesz Vastgoed en inmiddels verhuurd aan Poiesz

supermarkt, Aldi, een drogist, een bloemenzaak, een

kapsalon en Rabobank. Het Boschplein is onder-

deel van het project ‘Poort van Sneek’ dichtbij het

centrum van Sneek

61FoodPersonality februari 2012

61 Locatienieuws 61 13-02-2012 18:43:36

Page 62: FP_2012_02

62FoodPersonality februari 2012

Suzette’s TM

Elke maand interviewt Suzette Moerman van Caracter Company (adviesbedrijf

voor trade en shopper marketing en category management) een trade marketeer,

category manager of inkoper. Uitgangspunt: hoe gaat het met trade en shopper

marketing in de samenwerking met de handel? Deze maand iemand buiten

de levensmiddelensector, maar wel uit een concurrerende sector: Edward Piket,

manager merchandising Benelux bij Texaco.

Door: Suzette Moerman Foto: Ingrid Bertens

Wat is jouw rol en verantwoordelijkheid binnen de organisatie?Ik ben verantwoordelijk voor de inkomsten van

Delek Benelux (werkmaatschappij Texaco, red.),

die niets met brandstoffen te maken hebben. De

shops vormen de grootste activiteit, daarnaast

hebben we in België nog acht restaurants, waar-

van vier met onze eigen formule Cuiz’inn en we

starten binnenkort met een hotel. Voor alle com-

merciële aspecten daarvan in Nederland, België

en Luxemburg ben ik verantwoordelijk, samen

met een team van achttien mensen.

Van die achttien zijn er vier die category manager

zijn. Deze vier werken voor de hele Benelux. We

hebben een aantal jaren geleden besloten om de

landen niet apart te behandelen. Een voordeel

daarvan is dat je de expertise van je mensen beter

gebruikt en dat je bijvoorbeeld een product uit

België makkelijker in Nederland kunt introduce-

ren en andersom.

Dat lijkt me een behoorlijke uitdaging als cate-gory manager.Ja, dat is zo. In Nederland heb je nog niet zo’n

grote verscheidenheid tussen het noorden en het

zuiden, maar in België heb je dat natuurlijk al

veel sterker, tussen Wallonië en Vlaanderen. We

zien veel diversiteit, maar dat is meteen ook het

leuke aan dit werk.

Hoe ziet jouw werkweek er ongeveer uit?Ik ben grotendeels bezig met de omzetten en de

marges die we daarop maken. Deze proberen

we voortdurend verder te verbeteren. Daarnaast

bestaat mijn werk veel uit de interactie met de

retail, zodat we draagvlak hebben voor nieuwe

initiatieven en zodat de feedback vanuit het veld

op de juiste plek in het team terecht komt. En ik

neem deel in verschillende projectteams die met

nieuwe initiatieven bezig zijn.

Wat inspireert jou in je werk?Met mensen werken en gezamenlijk resultaat

boeken. Zelf vind ik het super wanneer er in een

winkel iets aan me gevraagd word wat ik totaal

niet had verwacht en ik dus positief verrast word.

Ik vind dat wij dit ook zouden moeten realise-

ren, via service of met producten. We moeten de

consument blijven verrassen.

Wat is de kracht van jullie retailformule?Onze nieuwe formulevariant Go ‘The Fresh Way’.

We richten ons op verse koffie en verse produc-

ten. We willen ons van de concurrent onderschei-

den. Ook de kleurstelling is fris, modern, met

groen en wit, de andere concepten zijn toch wat

traditioneler. Maar uiteindelijk gaat het toch om

‘on the go’-aankopen en sluiten we onze ogen niet

voor het feit dat de meeste mensen puur kiezen

op basis van de locatie. Daar moeten we ook niet

ingewikkelder over doen dan het is.

Wat is het aandeel van de shopverkoop in de totale inkomsten?Binnen onze retailactiviteiten komt ongeveer 50%

van de inkomsten uit de shops en dit percentage

zien we elk jaar toenemen.

Merken jullie in jullie shops veranderingen in de shopperactivatie? Ja, leveranciers vragen naar meer promotieplek-

ken. Afgelopen jaar werkten wij met promo-

tieperioden van vier weken, sinds januari met

driewekelijkse. Dit doen we om aan die vraag te

voldoen, maar ook om de effectiviteit van de pro-

motie te vergroten. Vier weken is soms best lang.

We moeten naar een snellere frequentie toe. We

willen het op de locaties ook levendiger maken.

Wat is de kracht van jullie category manage-ment-team?In de laatste twee jaar hebben we belangrijke

stappen gezet in de samenwerking met fabrikan-

ten. We zijn intensiever gaan samenwerken met

grote partijen, waardoor we flink gegroeid zijn in

de inkomstenstroom aan fabrikantenzijde.

Daarnaast hebben we ook de promoties verbe-

terd. En dat met maar een klein team van vier

mensen.

Hoe belangrijk is de rol van leveranciers voor jullie?Heel belangrijk. Als je bijvoorbeeld naar analyses

kijkt, zijn we voor een deel afhankelijk van de

fabrikant. Zij hebben vaak meer informatie van

derden. En daar maken wij ook graag gebruik

van, om te kijken wat wij beter of anders zouden

kunnen doen. Dat mag wat mij betreft ook nog

wel meer worden gezien, omdat wij ook veel

informatie aan de fabrikant geven. En zij kunnen

deze informatie met de markt vergelijken.

Hoe heeft jullie relatie met fabrikanten zich in de afgelopen jaren ontwikkeld? Dat is een beetje afhankelijk per fabrikant.

Met sommige fabrikanten hebben we één keer

per jaar een afspraak en dat is genoeg. Maar met

onze grotere fabrikanten hebben we intensiever

contact en we proberen nu ook meer inhoud

aan die afspraken te geven. Die inhoud was altijd

al belangrijk, maar dat wordt nog belangrijker.

62 suzette 62 10-02-2012 14:03:54

Page 63: FP_2012_02

63FoodPersonality februari 2012

Wat heb jij jezelf of je team ten doel gesteld voor 2012?Als we kijken naar de afgelopen jaren, dan zijn

we druk bezig geweest met het nieuwe shop-

concept. Dat zijn we nu aan het verbeteren. De

volgende stap is een verdere professionalisering.

Wat mij betreft moet de nadruk op de infor-

matievoorziening liggen. Daar moeten ook de

fabrikanten deels aan meewerken. Zo kunnen

we het dan operationeel nog beter gaan doen.

Soms denk ik dat we nu op dit vlak nog wel eens

zaken laten liggen. Je moet prioriteiten stellen,

waardoor sommige productgroepen minder aan

bod komen dan andere. Als we bijvoorbeeld een

fabrikant een wat actievere rol daarin geven,

kunnen we zelf wat terugtreden en ons op andere

zaken richten. Je moet daar natuurlijk wel een

goed gevoel over hebben, omdat je dan dingen

aan een fabrikant moet overlaten. Maar dat is een

kwestie van proberen.

Wat is het belangrijkste dat een leverancier kan bijdragen in jullie relatie?Als ze een zo objectief mogelijk beeld van de ca-

tegorie hebben om gezamenlijk het maximale uit

die categorie te kunnen halen, op het gebied van

klanttevredenheid, omzet en marge. Uiteindelijk

is het ook in het voordeel van de fabrikant als die

categorie groeit. De onderbouwing van hun visie

is belangrijk en dat moet je ook op regelmatige

basis blijven checken. Een categorievisie is voor

ons zeker interessant en we hebben ook een aan-

tal leveranciers die ons dat bieden. Die bevatten

altijd wel een aantal waarheden, maar uiteindelijk

moet je ook naar je eigen belang kijken omdat je

natuurlijk met meerdere partijen samenwerkt.

In welke mate mag een leverancier tijd bij jullie claimen voor zo’n project? Met onze grote fabrikanten willen we daar toch

wel de nodige tijd in steken en het nodige van

weten. En dan niet alleen de category manager,

maar het hele team. Dat doen we een aantal da-

gen per jaar en daar maken we bewust tijd voor.

Zijn er zaken die een leverancier beter zou kun-nen doen? In het algemeen verbaast het mij dat fabrikanten

niet pro-actief handelen. Dat mis ik. Ook in de

continuïteit en de inhoudelijke opvolging van

afspraken zie ik bij hen ruimte voor verbetering.

Bij grote fabrikanten zie je ook steeds meer dat

ze, net als wij, veel bezig zijn met de operationele

kant, waardoor je voor dat soort dingen minder

tijd hebt.

‘Net als wij’, maak je nu ook een kritische kant-tekening voor jullie zelf?Ja, natuurlijk, het geldt voor beide partijen, dus

ook voor ons. Uiteindelijk kunnen we zelf ook

meer initiatief nemen en dat proberen we nu ook

te doen. Uiteindelijk gaat het ook om ons belang,

dus wij moeten daar ook beter in zijn.

Als je eind dit jaar terugkijkt, wat moet er dan in dit jaar gebeurd zijn? Dan moeten we ‘Go, The Fresh Way’ nog beter in

de markt hebben gezet en moeten we onze doelen

behaald hebben. Ik ben zelf vrij resultaatgericht

en cijfermatig. Dus als het budget voor 2012

behaald wordt, liefst met een flinke stijging, dan

is het een goed jaar geweest. ■

62 suzette 63 10-02-2012 14:03:55

Page 64: FP_2012_02

64FoodPersonality februari 2012

PRODUCTNIEUWS

Dr. Oetker WolkencakeIn week 8 introduceert Dr. Oetker een uniek

concept: Wolkencake!

Deze cake wordt bereid in een ronde bakvorm en met slagroom in plaats van boter. Wolkencake is daardoor extra luchtig en smeuïg en door het zakje poedersuiker is de cake ook nog eens zeer feestelijk om te presenteren. Dr. Oetker Wolkencake is er in drie verschillende smaken: Chocolade, Citroen en Vanille Chocolade. Het pakket be-staat uit een cakemix en poedersuiker en heeft zoals gebrui-kelijk bij producten van Dr. Oetker de ‘lukt altijd garantie’!Vanaf nu staat op iedere nieuwe verpakking van Dr. Oetker een QR-code met een leuke en handige bakfilm.Plaatsingsadvies: binnen het cakesegment.Collo-inhoud: 6 stuks.Consumentenadviesprijs: € 2,49.De introductie wordt intensief ondersteund met onder andere een tv-commercial, print, in store en online. ■Inlichtingen: Dr. Oetker, (033) 4517900

Vernieuwde verpakkingen Dr. Oetker RistoranteDe verpakkingen van Dr. Oetker Ristorante zijn

vernieuwd! Om de verpakking een modernere

uitstraling te geven, zijn een aantal kleine wijzi-

gingen doorgevoerd. Zo is het logo aangepast

en is het product aantrekkelijker afgebeeld.

Alle Dr. Oetker Ristorante-verpakkingen zijn vernieuwd, dus naast de reguliere items zijn ook Ristorante Piccola en Ristorante Grande aangepast. De codes van Dr. Oetker Ristorante-items blijven gelijk en de vernieuwde verpak-kingen zullen dus met een zachte overgang instromen. Consumentenadviesprijs: €2,39. ■ Inlichtingen: Dr. Oetker, (033) 4517900

Vanaf midden februari is het zover:

Wagner start dan een on-pack actie op zijn

Sensazione-pizza’s waarmee 295 prijzen,

waaronder familieweekenden voor zes per-

sonen in Efteling Bosrijk, worden verloot.

Henrik Jäger, brand manager International bij Wagner, is enthousiast over de campagne: “De Efteling is bekend tot ver over de Nederlandse grens wanneer het gaat om sprookjesachtige belevenissen met het hele gezin. Voor ons is het een uitstekende gelegenheid om met name deze doelgroep aan te spreken. De on-pack promotion loopt van half februari tot eind april en zal door middel van PR, POS-materiaal, thema tastings en Wagners Facebookpagina flink onder de aan-dacht worden gebracht.

“Het idee voor de on-pack-promotion met Efteling-prijzen kreeg snel vorm”, aldus Jä-

nederland is of wordt, krijgt eenmalig een gratis code voor de Sensazione-campagne. Wagner maakt zowel op de verpakkingen als bij het Point of Sale reclame voor de campagne: hier zijn dynamic stickers voor de diepvrieskisten, schapkaartjes en floorgraphics te vinden. Boven-dien worden er tastings georganiseerd, met ver-klede elfen die bij de ingang van de supermarkt sprookjeskleurplaten uitdelen. Maar ook in het kader van persacties en verlotingen in de media en op www.facebook.com/wagnerpizzanederland rekent Wagner op een stormloop.Wat maakt de Sensazione sensationeel? De bodem van de Sensazione bestaat uit natuurlijk gerezen zuurdesemdeeg en is daardoor bijzonder knapperig. De ingrediënten zijn van de hoogste kwaliteit: de groenten worden direct na de oogst verwerkt en kaas en vlees komen van geselecteer-de leveranciers. Met vijf smaken vindt iedereen zijn lievelingspizza. ■Inlichtingen: Wagner Tiefkühlprodukte, 0049 6873 6650 (www.facebook.com/ wagnerpizzanederland)

ger. “Juist voor gezinnen is tijd met elkaar een kostbaar goed. Dan wordt er voor het avondeten wel eens een Wagner-Pizza geserveerd, als de dag lang was en de magen knorren. We zien dat steeds meer gezinnen daarbij waarde hechten aan hoogwaardige ingrediënten. Smaakversterkers en kunstmatige aroma’s zijn steeds meer taboe. De Sensazione voldoet aan die criteria.” Nadat Wagner afgelopen voorjaar in het kader van een Sensazione-campagne de meest uiteenlo-pende belevenissen had verloot, staat dit jaar de Efteling centraal. “We willen met name gezin-nen aanspreken. Onze prijzen zijn daarom altijd bedoeld voor tenminste vier personen.”Meedoen loont. De 125 arrangementen voor Ef-teling Bosrijk gelden voor maximaal 6 personen en 3 dagen resp. 2 nachten. De 70 arrangementen in het Efteling Hotel gelden voor maximaal 4 personen en 2 dagen resp. 1 nacht. De 100 x 4 entreebe-

wijzen voor de Efteling maken het prijzenaanbod voor het hele gezin compleet. In elke gekochte Sensazione-actieverpakking is vanaf half febru-ari tot eind april een code te vinden. Op de Sensazione-website www.sensazionepizza.nl kan deze worden ingevuld. Men weet direct of men al dan niet gewonnen heeft. Men mag zo vaak een code invullen als men wil. Maar niet alleen met de codes uit de verpakkingen maakt men kans om te winnen: ook wie fan van de Wagner Facebookpagina www.facebook.com/wagnerpizza-

Met Wagner Sensazione naar Efteling

64 productnieuws 64 13-02-2012 13:09:21

Page 65: FP_2012_02

PRODUCTNIEUWS

65FoodPersonality februari 2012

Koopmans breidt Sprookjesboom bakassortiment uitIn week 8 introduceert Koopmans een nieuwe

variant binnen het succesvolle Sprookjesboom

bak-assortiment: Kruimelcakejes met appel!

Met deze uitbreiding speelt Koopmans in op het succes van

het Sprookjesboom bakconcept voor kids.

Het huidige Koopmans Sprookjesboom-assortiment bestaat

uit Sprookjesboom Koekjes en Sprookjesboom kleine

Cakejes.

Koopmans Sprookjesboom Kruimelcakejes met appel zijn

leuk en gemakkelijk om te bereiden. De kruimelcakejes met

frisse stukjes appel en een vleugje kaneel zijn betoverend

lekker, daar blijft geen kruimel van over!

Plaatsingsadvies: bij de andere Koopmans Sprookjesboom-

producten.

Consumentenadviesprijs: €1,99.

Het gehele Koopmans Sprookjesboom-assortiment wordt

intensief ondersteund met onder andere print, tv, in store en

online. ■

Inlichtingen: Dr. Oetker, (033) 4517900

Net zo sterk en zacht, maar beter voor het milieu dan normaal toiletpapier,

dat is Bampa, toiletpapier gemaakt van bamboe.

Bampa: 100% boomvrij toiletpapier van bamboe

Green Trade Company introduceert het

boomvrije toiletpapier Bampa, gemaakt

van bamboe en andere organische vezels,

zoals (suiker)riet en katoenvezelresten.

Dankzij de nieuwste technologieën is het

gelukt om van bamboepulp kwalitatief

premium toiletpapier te maken.

Bampa is net zo sterk en zacht als normaal

toiletpapier, maar vele malen duurza-

mer omdat boomkap wordt voorkomen.

Toiletpapier gemaakt van bamboe is al een

groot succes in Amerika, Azië en Australië

en Nederland heeft de primeur in Europa.

Het duurzame Bampa premium toiletpa-

pier is vooralsnog exclusief verkrijgbaar

bij Plus.

Normaal toiletpapier wordt gemaakt van

houtpulp, afkomstig van gekapte bomen.

Iedere dag kost dit de natuur 27.000 bo-

men. Dankzij langdurig onderzoek en de

nieuwste technologieën is het mogelijk om

van bamboe – een grassoort die tot 500

keer sneller groeit dan bomen - toiletpa-

pier te maken.

Bamboe is ook het belangrijkste voedsel

van de reuzenpanda, maar de grondstof

gebruikt voor Bampa premium toiletpapier

komt niet uit het leefgebied van de reu-

zenpanda’s. Bampa is het eerste duurzame

toiletpapier waarbij gebruik is gemaakt

van pulp uit bamboe en andere organische

vezels en is daardoor 100% boomvrij en

daarnaast sterk en heeft een goed absorp-

tievermogen. Bampa voelt net zo soepel en

zacht aan als ander premium toiletpapier.

Ook het productieproces is duurzaam. Zo

wordt het water hergebruikt en wordt voor

het genereren van energie biobrandstof

gebruikt. Er wordt chloorvrij gebleekt, de

meest milieuvriendelijke bleekmethode

van dit moment. ■

Inlichtingen: Green Trade Company, (073) 614 77 15 (www.greentradecompany.com)

Dr. Oetker Tradizionale Prosciutto-Funghi

De pizza’s zijn direct op steen gebakken en

daarmee lekker knapperig van buiten en heerlijk

luchtig van binnen.

Plaatsingsadvies: bij de overige Tradizionale-

items. Collo-inhoud: 5 stuks.

Consumentenadviesprijs: €2,99.

De introductie wordt intensief ondersteund met

onder andere een tv-commercial, print en op de

winkelvloer. ■

Inlichtingen: Dr. Oetker, (033) 4517900

Vanaf week 8 is Dr. Oetker Tradizionale Prosciutto-Funghi te verkrijgen. Dr. Oetker

Tradizionale Prosciutto-Funghi is rijkelijk belegd met ham en champignons. Prosciutto-

Funghi is de zesde smaakvariant binnen het steenovenconcept Dr. Oetker Tradizionale.

64 productnieuws 65 13-02-2012 13:09:21

Page 66: FP_2012_02

66FoodPersonality februari 2012

PRODUCTNIEUWS

Warsteiner lanceert code-promotie Kroonkurk KansenWarsteiner lanceert een grootschalige

code-promotie onder de naam Kroonkurk

Kansen. Tien weken lang, van 5 maart tot

en met 13 mei, zijn de kroonkurken op 30-

cl flessen Warsteiner Premium Pilsener aan

de onderkant voorzien van een kanscode.

Wanneer consumenten deze code invullen op

Warsteiner.nl maken ze wekelijks kans op stijlvol-

le prijzen, zoals Loewe fl atscreens en golfacces-

soires van het merk Titleist. Aan het einde van de

actie wordt de hoofdprijs van Warsteiner Kroon-

kurk Kansen vergeven: een geheel verzorgde reis

naar een exclusief golfresort in Miami.

“De actie is een vervolg op de succesvolle Gold

Chances code-promotie van vorig jaar”. licht

Wilco Gersen, brand manager van Warsteiner

Benelux, toe. “Het doel van de promotie is zowel

het aantrekken van nieuwe consumenten als

het stimuleren van herhalingsaankopen door

het spaarsysteem dat in de actie verweven zit.

Warsteiner is al een van de meest rendementvolle

A-merken in het bierschap. Door de omzetsnel-

heid verder te vergroten, optimaliseren we het

rendement voor onze handelspartners.”

Om Warsteiner Kroonkurk Kansen net zo’n

succes te maken als de Gold Chances promo-

tie, ondersteunt Warsteiner de campagne met

een tv-commercial die de eerste zes weken van

de actie te zien zal zijn op Nederland 1, 2 en 3.

Ook brengt Warsteiner de Kroonkurk Kansen

promotie actief onder de aandacht op de eigen

Facebook-pagina (facebook.com/warsteinernl)

en door inzet van ‘prerolls’ op youtube. Voor

verdere activatie op de winkelvloer zijn diverse

POS- materialen ontwikkeld.■

Inlichtingen: Warsteiner (0344-638400), [email protected], www.warsteiner.nl

Dr. Oetker breidt Cupcake-assortiment uitVanaf week 8 breidt Dr. Oetker het suc-

cesvolle CupCake-assortiment uit met een

aantal aantrekkelijke en originele decora-

ties: Dr. Oetker CupCake Marsepein (rood,

geel, blauw), Rolfondant (wit), Kleurstof

Stiften, Mini Marshmallows en Zacht

Gekleurde Parels.

Met deze uitbreiding sluit het CupCake-as-

sortiment nóg meer aan op de vraag vanuit de

consument om te variëren en te versieren op een

originele manier.

Adviesprijzen: Dr. Oetker Marsepein (rood, geel,

blauw): € 3,79, Rolfondant (wit): € 3,29, Kleurstof

Stift en € 2,59, Mini Marshmallows: € 1,39, Zacht

Gekleurde Parels: € 1,39.

De introductie wordt intensief ondersteund met

onder andere print, online, tv en in store. ■

Inlichtingen: Dr. Oetker (033) 4517900

FoodPersonality

Onafhankelijk maandblad voor managers in de

levensmiddelenhandel en -industrie

FoodPersonality is een uitgave van:

Shelfl ife Publishing bv

Molenveldlaan 104

6523 RN Nijmegen

Telefoon: 024 – 365 16 70

E-mail: [email protected]

www.foodpersonality.nl

HR 09160015

Abonnementen:

€ 159,- per jaar exclusief btw

Collectieve afname: prijs op aanvraag

Opzegging abonnementen: 2 maanden voor

einddatum van het abonnement

Prijs los nummer: € 17,50 exclusief btw

en portokosten

Abonnementsopgave, klachten

en/of (verhuis)mededelingen:

Vakblad FoodPersonality

T.a.v. Klantenservice

Molenveldlaan 104

6523 RN Nijmegen

Redactie:

Gé Lommen, [email protected]

Dave van Loon, [email protected]

Marieke Venbrux, [email protected]

Redactionele medewerking:

Natascha Cordia-Sparrius

Anke Groenendaal

Martijn Kregting

Pascal Kuipers

Ivonne de Thouars

Jeroen van der Weerd

Verkoop:

Robin Kramp, [email protected]

Vormgeving:

Giesbers Velp, Walter Bouwman, Hans de Vries

Druk:

Grafi sch Adviesbedrijf Jonker

Distributie:

TNT Post

Auteursrecht

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen

in een geautomatiseerd bestand, of openbaar gemaakt, in enige

vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door

fotokopie of enig andere manier, zonder voorafgaande schrifte-

lijke toestemming van de uitgever.

Aansprakelijkheid

Hoewel FoodPersonality met de meeste zorg

wordt samengesteld, kunnen uitgever en redactie

niet aansprakelijk worden gesteld voor mogelijke

onjuiste berichtgeving en/of zetfouten.

ISSN: 0925 – 8051

© Shelfl ife Publishing bv

66 prod.nieuws-colofon 66 13-02-2012 12:52:05

Page 67: FP_2012_02

67 Adv 67 10-02-2012 14:02:38

Page 68: FP_2012_02

“Om te bouwen heb je een goede basis nodig”

(Carline Poublon, Instore Communication Marketeer)

Gebruik voor een

extra verkoopstimulans

van Quaker Cruesli

de ruimte in uw winkel

vlakbij het zuivelschap

als tweede locatie.

Deel de ambitie

TIP

Vorig jaar hebben wij samen met u en uw klanten een

donatie van ruim 1 miljoen schoolmaaltijden gerealiseerd

voor het World Food Programme (WFP) in Benin, Afrika.

Wij, Quaker Cruesli, weten hoe belangrijk goede voeding is.

Deze geeft de nodige energie om naar school te gaan en te

bouwen aan een betere toekomst.

Het beoogde doel van 2011 is ruimschoots behaald:

1.073.268 schoolmaaltijden! Dit enorme succes willen wij

graag dit jaar evenaren. Wij gaan opnieuw met u en uw

klanten voor een donatie van 1 miljoen schoolmaaltijden

voor het WFP in Benin.

Meer informatie? Bel ons: 030-2473811

© Foto’s WFP/Rein Skullerud

WF

P is n

iet

verb

on

den

aan

een

merk

of

pro

du

ct.

68 Adv 68 10-02-2012 14:01:52