Ey Overheid November 2009 Interview Klijnsma

16
Jaargang 12, nummer 2, november 2009 Overheid Politieacademie op de schop ‘De nieuwe organisatie moest goedkoper’ Benchmark digitale dienstverlening Den Haag heeft meest interactieve digitale loket ‘We moeten redeneren vanuit de mens’ Interview met staatssecretaris Jetta Klijnsma

description

Oa interview van Anton Revenboer met SZW-staatssecretaris Jetta Klijnsma: \'we moeten redeneren vanuit de mens\'

Transcript of Ey Overheid November 2009 Interview Klijnsma

Page 1: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Jaargang 12, nummer 2, november 2009

OverheidPolitieacademie op de schop‘De nieuwe organisatie moest goedkoper’

• Benchmark digitale dienstverleningDen Haag heeft meest interactieve digitale loket

• ‘We moeten redeneren vanuit de mens’Interview met staatssecretaris Jetta Klijnsma

Page 2: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

RedactieErnst & YoungPublic SectorPostbus 78831008 AB Amsterdamt (088) 407 12 74f (088) 407 09 70e [email protected] www.ey.nl

ColofonInformatiebulletin Overheid is een periodiek verschijnend informatiebulletin voor cliënten enrelaties van Ernst & Young. De teksten worden samengesteld onder verantwoordingvan de Public Sector van Ernst & Young.

Lokale Overheidi Rob Ellermeijer RAt (088) 407 12 67e [email protected]

Rijksoverheidi Hendrik van Moorsel MPM RAt (088) 407 41 36e [email protected]

Onderwijsi Coen Besters RAt (088) 407 12 95e [email protected]

Holland Van Gijzen Advocaten enNotarisseni mr. Huib van Oldent (088) 407 01 01e [email protected]

Advisoryi drs. Wim Schotmant (088) 407 41 36 e [email protected]

Redactiei Ramona Maramise [email protected] Mia Pernot-Schmidte [email protected]

Hoewel bij het redigeren van Overheid degrootst mogelijke zorgvuldigheid wordtbetracht, bestaat altijd de mogelijkheid datbepaalde informatie na verloop van tijd ver-ouderd of niet juist meer is. Ernst & Young isdan ook niet aansprakelijk voor de gevolgenvan activiteiten die worden ondernomen opbasis van deze uitgave.

Overname van artikelen is niet toegestaanmits met toestemming van de redactie.

Publieke sector in de banvan het overheidstekort

De financiële crisis lijkt over het hoogtepuntheen, of is het beter om over dieptepunt tespreken. De crisis lijkt diepe sporen na telaten. Bedrijven hebben belangrijk ingeboet inde vermogenspositie of hebben het hoofd nietboven water kunnen houden. Veel mensen zijnhun baan kwijt of hebben inmiddels anderwerk tegen minder gunstige arbeidsvoor-waarden. Het vertrouwen in de financiëlesector is nog ver te zoeken en de overheid zitmet een overheidstekort van een omvang dienog niet eerder is vertoond. De schade van decrisis is dus aanzienlijk en heeft het econo-misch landschap in Nederland in korte tijdbelangrijk veranderd.

Verwacht wordt dat in 2011 doch uiterlijk in2012 de economie weer wat zal opkrabbelenen ruimte ontstaat om de schade te gaanherstellen. Een moment waarop de overheidbelangrijk zal moeten bezuinigen om het over-heidstekort weer tot aanvaardbare proportiesterug te brengen. In de Miljoenennota wordtgesproken over een bezuinigingsoperatie van € 35 miljard, een megaoperatie. Uiteraard zalde omvang afhankelijk zijn van de kracht vanhet economisch herstel en de te verwachtenopbrengst van de weer in de markt te zettenoverheidsaandelen in de banken. Toch lijkt welduidelijk dat aan een belangrijke bezuinigings-operatie niet te ontkomen zal zijn.

Tijd om de klassieke bezuinigingsmethodenweer uit de kast te halen? Ik schat in dat wijhet daar niet mee gaan redden. Het is eerdertijd om fundamenteel na te denken over stra-tegische heroriëntaties. Nu niemand twijfeltaan de ‘sense of urgency’, is dit het momentom nu echt de samenwerking te zoeken metandere partijen, uitvoerende taken die effi-ciënter door anderen gedaan kunnen wordenuit te besteden en om nog eens kritisch tekijken naar de omvang en prestaties van deeigen organisatie. Ook de opbrengstenkantmag niet worden vergeten. Welke subsidie-mogelijkheden blijven onbenut? Hoe wordtbijvoorbeeld omgegaan met accommodatie-beheer en vastgoedmanagement? In eenaantrekkende economische markt liggen daar

ook zeker kansen. Tot slot hebben wij dan nog altijd de belastingen en leges, hoewel het afwentelen van het overheidstekort opburgers en bedrijven door velen niet metapplaus zal worden begroet. Voor financiëlemensen bij de overheid breekt dus een spannende en uitdagende tijd aan.

Bij het terugkijken naar de oorzaken van definanciële crisis zijn de nodige leermomentente noteren. Wordt bijvoorbeeld voldoendetransparant verantwoording afgelegd overrisico’s? Is het toezicht voldoende geregeld enzijn toezichthouders berekend op hun taak?Hoe kunnen wij herhaling voorkomen? Hoekunnen wij in Nederland voorkomen dat denationale economie te afhankelijk is van eenbepaalde sector, zoals de financiële sector?Het ligt misschien voor de hand om de zeker-heid in de toekomst te zoeken door meer wet-en regelgeving. Ik denk dat wij het niet in dierichting moeten zoeken. Regels zijn pas effec-tief als ze ook worden nageleefd. Dat is inieder geval één van de lessen uit de crisis. Het gaat om het waardebesef en de wijzewaarop bestuurders en toezichthouders hunverantwoordelijkheid nemen. Goed besef vanrisico’s, het integer handelen volgens de kern-waarden en niet de korte termijn winstoptima-lisatie zullen centraal moeten staan in hethandelen in het economische verkeer. Daarbijgaat het om principes, het daadwerkelijkinhoud geven aan maatschappelijk verant-woord ondernemen.

De komende tijd moeten wij de crisis ver-werken en de uitdaging van het overheids-tekort aangaan.

Laat dit nummer van Overheid, gestoken ineen nieuw opmaakjasje, u daar bij helpen.

November 2009Rob Ellermeijervoorzitter Public sector Ernst & Young

2 Overheid november 2009

Page 3: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Jetta Klijnsma:‘We moeten redenerenvanuit de mens’

‘Mensen hebben soms een ruggesteun nodigom verder te komen in de maatschappij. Omomhoog te kunnen op de participatieladder.Het is mooi mensen te kunnen helpen zich teontwikkelen,’ aldus staatssecretaris JettaKlijnsma van Sociale Zaken enWerkgelegenheid. Het Participatiebudget iseen van de middelen. Jetta Klijnsma geefthaar mening.

Politieacademie op de schop

Bij de Politieacademie staat een groot veran-dertraject op stapel. Ernst & Young is hiernauw bij betrokken. In een dubbelgesprekgaan Wim Schotman van Ernst & Young enClemens de Waal van de Politieacademiedieper in op kostenbesparingen, auditproces-sen en de Politieacademie als inspirerendeomgeving.

Scenarioplanning helptgemeenten koers tehouden in crisistijd

De omgeving van provincies en gemeentenwordt gekenmerkt door onzekerheid.Scenarioplanning is een beproefde manier omgrip te krijgen op onzekerheid. Ernst & Youngadviseerde het stadsdeel Zeeburg van deGemeente Amsterdam.

Inhoud

4 6 12

09 Quickscan regiegroep op NUP: er is werk aan de winkel

10 Crisis zet aan tot creativiteit

13 Gemeente Den Haag heeft meest interactieve digitale loket

14 Plein Publiek

En verder ...

Overheid november 2009 3

Page 4: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Jetta Klijnsma heeft zojuist geconstateerd dat ze nu tien maanden in functie

is als staatssecretaris Sociale Zaken en Werkgelegenheid. ‘Ik loop alweer een

tijdje mee’, zegt ze lachend. Daarvoor was ze van 1990 tot 2008 actief in de

Haagse gemeentepolitiek. In haar drukke schema vindt ze tijd voor een

gesprek met Anton Revenboer, director Ernst & Young Advisory over de

invoering van de Wet Participatiebudget, de samenwerking tussen UWV en

gemeenten en de kansen van de economische crisis.

‘We moeten redeneren vanuit de mens’

Klijnsma straalt haar geloof in de WetParticipatiebudget, de eerste wet die ze alsstaatssecretaris in de Eerste Kamer behan-delde, aan alle kanten uit. Ze wordt zicht-baar enthousiast als ze erover praat.‘Mensen hebben soms een ruggesteun nodigom verder te komen in de maatschappij. Omomhoog te kunnen op de participatieladder.Het is mooi mensen te kunnen helpen zich teontwikkelen.’

Sinds januari dit jaar ontvangen gemeentenhet geld voor re-integratie, inburgering envolwasseneneducatie in één specifieke uitke-ring: het Participatiebudget. Door de invoe-

4 Overheid november 2009

Page 5: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

ring van deze Wet Participatiebudget kunnengemeenten meer en makkelijker een combi-natie van voorzieningen aanbieden ommensen weer aan het werk te helpen, in teburgeren of te scholen.

Meer wetten integrerenWat Klijnsma betreft zouden gemeenten veelverder moeten gaan dan het integreren vande huidige drie wetten, Wet Werk en Bijstand(WWB), Wet Inburgering (WI) en WetEducatie Beroepsonderwijs (WEB). Ook deWet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)en de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw)zouden volgens de staatssecretaris een plekmoeten krijgen in het participatiebeleid. ‘Demens moet centraal staan. We komen eralleen uit als we redeneren vanuit depersoon. Welk probleem wil iemand oplossenen wat heeft hij daarvoor nodig?’ Kortom,alles integraal benaderen is het devies.Revenboer beaamt dit van harte. ‘In onswerk zien we dat er in het perspectief van deklant veel handvatten zitten om beleidconcreet te maken. Daar liggen veel kansenvoor gemeenten.’

Rol lokale politiekDe lokale politiek heeft daarin een belang-rijke rol. ‘Collegetafels kunnen fnuikend zijn,’aldus oud-wethouder Welzijn en FinanciënKlijnsma. ‘Wethouders hebben hun eigenportefeuilles en dat kan soms wringen opeen overkoepelend thema als participatie.Lokale politici doen er goed aan dat teonderkennen bij de komende collegeonder-handelingen. Over deze thema’s moetenportefeuilleoverstijgende afspraken gemaaktworden zonder terecht te komen bij wethou-ders met inhoudsloze projectportefeuilleswaar geen mensen en geen geld aan zijngekoppeld. Ik zou heel verdrietig worden vaneen post als wethouder Participatie waarbijik telkens langs mijn collega’s van onderwijs,re-integratie en inburgering moest om ietsgedaan te krijgen. Een college moet hetonderwerp participatie aanpakken als eenteam. Dit onderwerp is te groots om op hetbordje van slechts één persoon te leggen.’

Klijnsma wijst erop dat er de afgelopen jarenveel gebeurd is op dit terrein. ‘De WMO is nupas fullswing uitonderhandeld en geïmple-menteerd. Die infrastructuur heeft de afge-lopen collegeperiode vorm gekregen. Op die

weg moeten we door.’ Ook bij de Wet struc-tuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen(Wet SUWI) is met de oplevering van delaatste Werkpleinen de infrastructuur nuvolledig opgebouwd.

Verschillende potjesTegelijkertijd kan Klijnsma zich goedverplaatsen in mensen die er niets meer vansnappen. ‘Waar moeten mensen nou terechtvoor een rolstoel, een doktersrekening ofthuiszorg? Het zijn allemaal verschillende“potjes”. Mensen weten echt niet wanneerze bij de WMO, AWBZ of hun zorgverzeke-ring moeten aankloppen. Datzelfde geldtvoor alles wat met werken of uitkeringen temaken heeft. WWB, Wsw, WW, WIA… wehebben het behoorlijk gefragmenteerdgemaakt. Dat moet eenduidiger.’ Revenboergeeft aan dat dit in de praktijk wel watvraagt. ‘Organisaties en afdelingen moetenover hun eigen schutting heen kijken, datvergt nogal wat. Toch blijkt keer op keer dateen integrale benadering de meest duur-zame is.’

SuccesverhalenKlijnsma: ‘Ik zie dat het in een aantalplaatsen moeilijk is het UWV en de gemeentete laten samenwerken op de Werkpleinen. Zezijn door de SUWI-wetgeving als het ware totelkaar veroordeeld en moeten vanuit tweeverschillende instanties zorgen dat hetWerkplein vorm krijgt. Dat is geen gemakke-lijke opgave.’ Toch zijn er ook talloze succes-verhalen. ‘Op sommige plaatsen werkengemeenten en UWV al heel goed samenzonder ellenlange vergaderingen. Het gaater uiteindelijk om dat mensen op de werk-vloer elkaar weten te vinden.’ Met zichtbaargenoegen vertelt de staatssecretaris over deopening van het Werkplein in Venlo, waar degemeente en het UWV gezamenlijk de bruids-taart aansneden om feestelijk hun huwelijk inte luiden.

Mensen willen geholpen worden‘Een groot deel van mijn werk is uitstralendat UWV en gemeenten het samen zullenmoeten doen. Het klinkt vreemd, maar derecessie helpt daarbij. Er zit nu meer drukachter mensen snel weer aan het werkkrijgen.’ Het inhoudelijke onderscheid tusseneen werkloosheidsuitkering en de bijstand isvolgens de staatssecretaris niet groot.

‘Mensen hoppen heen en weer tussenverschillende soorten uitkeringen. Hetmaakt mensen geen mallemoer uit bij welkloket ze terechtkomen, als ze maar geholpenworden.’ Revenboer is bij diverse projectenbetrokken waar op werkprocesniveaugekeken wordt welke route mensen afleggendie een dienst van de gemeente nodighebben. ‘Vaak zie je dat mensen een paarkeer een vergelijkbaar intakegesprek moetendoen. Op zulke punten is voor de gemeenteeen bezuiniging te realiseren en voor deklant een snellere en prettigere dienstverle-ning mogelijk.’

Klijnsma vindt dat gemeenten van elkaarmoeten durven leren. Elkaar moetenopzoeken. ‘We moeten het samen doen. Ikkan als staatssecretaris een paraplu zijn,maar zonder mijn connecties met bestuur-ders in het land sta ik droog.’

Ernst & Young en Participatie

Binnen Ernst & Young Advisory PubliekeSector houdt een team van 15 adviseurszich full time bezig met advisering vanoverheden op het brede terrein vanparticipatie. Zij hebben allen ruimeervaring op het terrein van werk &inkomen, inburgering, re-integratie,educatie en maatschappelijke ondersteu-ning. Meer specifiek heeft de advies-groep de afgelopen anderhalf jaar veelervaring opgedaan met de introductievan het Participatiebudget bijgemeenten en ROC’s.

In opdracht van de ministeriesVROM/WWI, SZW en OCW was Ernst &Young actief als ProjectbureauParticipatiebudget en ondersteunde 23 gemeenten die zich voorbereidden opde invoering van het Participatiebudgetonder meer door het schrijven van prak-tische handreikingen.

i Anton Revenboert (06) 29 08 45 09 e [email protected]

Overheid november 2009 5

Page 6: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Conform de Voorjaarsnota 2009 resul-teert de beperking van de instroom vanaspirant-politieagenten volgens hetkabinet niet in minder blauw op straat enheeft het geen gevolgen voor de beschik-bare operationele sterkte. De Waal: ‘Dat klopt. De klappen vallen nietbinnen de opleiding zelf maar eerder bij deondersteuning. De korpsen melden minderaan om hun begroting sluitend te krijgen. Er zijn gesprekken hierover gaande met deminister op dit moment. De korpsbeheerdersgaranderen dat de instroom op 1.600 blijftwaardoor het blauw op straat gelijk blijft.Wat dat betreft was het vroeger anders, toenwilde men één politiebolwerk. Maar korpsenzijn verspreid over het hele land en datwerkt volstrekt anders. Nu moet je de vraagstellen: hoe en op welke gebieden ga jesamenwerken?’

6 Overheid november 2009

Politieacademieop de schop

De Politieacademie staat aan de vooravond van een grootscheeps

verandertraject. Het stroomlijnen van bedrijfsprocessen is slechts

een onderdeel van die reorganisatie. We spreken Clemens de Waal,

directeur Bestuurs- & Concernstaf bij de Politieacademie, en Wim

Schotman, partner Ernst & Young Advisory, over kostenbespa-

ringen, auditprocessen en de Politieacademie als inspirerende

omgeving. En natuurlijk ook over de samenwerking tussen de

Politieacademie en Ernst & Young.

De Politieacademie beleeft een absoluteprimeur binnen de Nederlandse politiewe-reld met het opzetten van een audit-afdeling. Schotman: ‘Bijna waar. Een aantal korpsencontroleert zichzelf. Het auditingproces iseen continue proces. Binnen dePolitieacademie was de controle daarop niethelder. Onze rol is juist het helder krijgenvan het controleproces en ondersteuningbieden in het auditingproces. De focus komtte liggen op de missie en het jaarplan, omdeze te gieten in concrete meetbare resul-taten. Dat is weer de taak van Controlling.Wat strategie en beleid betreft: we kijkenterug naar de oude structuur en proberen delosse onderdelen terug te brengen naarcompacte auditafdelingen. Op deze afdelingen zijn adviseurs van Ernst& Young Advisory betrokken bij de professio-nalisering van de bedrijfsvoering.’De Waal: ‘Interne en externe audit moet jeaan elkaar koppelen en een duidelijk onder-

Page 7: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Overheid november 2009 7

Page 8: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

scheid creëren tussen de controlerende ende adviserende rol.Schotman: ‘Die rol kunnen we goed invullenomdat we in de loop der jaren een goederelatie hebben opgebouwd met dePolitieacademie. De Waal voegt er aan toe‘dat een gecommitteerde partij zoals Ernst &Young echt toegevoegde waarde heeft. Deexpertise die zij hebben is nodig voor eenorganisatie van deze omvang. Daarnaastdient een interne audit afdeling voldoendeinnoverende impulsen van de externe audit-organisatie te krijgen om vakinhoudelijk verste blijven ’

Het stroomlijnen van bedrijfsprocessenresulteert in kostenbesparing. Dat levertop termijn kwalitatief goed opgeleideagenten op.De Waal: ‘De nieuwe organisatie moestgoedkoper. Al die decentraal gestuurde afde-lingen leverden de meeste problemen op;het was heel helder voor ons dat de bedrijfs-voering op orde moest worden gebracht.Maar het kost tijd. Deze reorganisatie zorgtvoor een complete aardverschuiving binnende academie. Op basis van reputatieonder-zoek (door prof. Van Riel, red.) waarbinnende relatie van de Politieacademie en haardiensten in relatie tot haar klanten werdonderzocht, kwamen we slecht uit de bus.Daarnaast liepen de jaarlijkse tekorten forsop. We moesten een plan bedenken waarinde focus van de reorganisatie kwam te liggenop de relatie tussen de academie en depolitie: het terugbrengen van de herkenbaar-heid van de primaire politietaken. Kortom,we moeten hard werken aan onze service-verlening, dienstbaarheid en efficiëntie.’

Het is lastig om in tijden van bezuini-gingsmaatregelen als Politieacademie eeninspirerende omgeving te zijn vooragenten in opleiding.De Waal: ‘Dat is voor een deel wel waar ja.Onze opleidingstrajecten liggen nog onderde loep om te kijken of er inderdaad zakenuitbesteed kunnen worden. Anderzijdsblijven we alert op samenwerkingsverbandenmet andere opleidingsinstituten. We doenoverigens al veel met externe partijen, zoalsROC’s, hogescholen en universiteiten. Ookdat heeft een positieve uitstraling naar onzestudenten. Bovendien staat de studentcentraal in onze nieuwe koersbepaling. Wij

hebben de intentie de student te vormen toteen volwaardige politiefunctionaris metgezag. Dat betekent dat we blijven inves-

Clemens de WaalClemens de Waal is directeur Bestuurs- &ConcernstafPolitieacademie inApeldoorn. Hiervoor was

hij ondermeer directeur van het SharedService Center van GGNet, een organi-satie in de geestelijke gezondheidszorg. Hij begon zijn carrière als politieagent inRotterdam-Rijnmond, waar hij naast zijnwerkzaamheden verschillende studies ophet terrein van financiën, control enbedrijfskunde voltooide. In Rotterdamwas hij ondermeer controller en hoofdbedrijfsvoering.

Wim SchotmanWim is Partner bij Ernst &Young Publieke Sector enverantwoordelijk voor deadviesdienstverlening aande Politieacademie. Wim

heeft meer dan 20 jaar advieservaring en isgespecialiseerd in het begeleiden van over-heidsorganisaties bij het verzakelijken enprofessionaliseren van de bedrijfsvoering,zowel intern als extern, gericht op het verbe-teren van de relaties met andere organisa-ties.

i Wim Schotmant (088) 407 41 36 e [email protected]

teren in kennis, opleiding en groei. Ook in deze lastige tijden.’

Over de reorganisatie

Een nieuwe koers, inrichting en bestu-ring schept de mogelijkheden om dekerntaken van de Politieacademie nogbeter uit te voeren:Werving & Selectie; Onderwijs,Onderzoek, Kennis en Ontwikkeling. Voor deze nieuwe koers reorganiseertde Politieacademie de totale organisa-tiestructuur. Daarnaast zijn de onder-steunende taken gestandaardiseerd encentraal belegd bij een van de tweeondersteunende organisatieonderdelen:• Concernondersteunende Dienst,

voor de beheersmatige meer uitvoerende ondersteuning;

• Bestuurs- & Concernstaf, voor de beleidsondersteuning.

De koers van de Politieacademie isgericht op voortdurende kwaliteits-verbetering van het politievak.

8 Overheid november 2009

Page 9: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

e laatste jaren is de infor-matievoorziening van deoverheid flink in bewe-ging. Dat resulteert inhogere eisen aan dedienstverlening en de

daarvoor benodigde informatiehuishouding.Het Nationaal UitvoeringsprogrammaDienstverlening en e-Overheid (NUP) isgestart om overzicht en samenhang tecreëren. De regiegroep (bestaande uit destaatssecretaris van BZK, vertegenwoordi-gers van de departementen, van de koepel-organisaties Interprovinciaal Overleg, VNG,Waterschappen en van de grote uitvoerings-organisaties) van het NUP heeft een quick-scan uitgevoerd op hun werkzaamheden enconstateert voortgang, maar op sommigeonderdelen zijn maatregelen nodig.

Doel NUPDoor overheidsorganisaties de e-bouw-stenen op elkaar af te laten stemmenontstaat een intensiever gebruik van deoverheidsbrede infrastructuur, betere dienst-verlening en vermindering van administra-tieve lasten. Het NUP sluit tevens aan op deICT-agenda, de beleidslijn van de rijksover-heid om ICT in Nederland beter te gaangebruiken. Volgens die agenda moetNederland tegen 2015 in Europa vooroplopen met ICT-toepassingen en digitaledienstverlening. Dat betekent vaardigeburgers in het gebruik van elektronischediensten, verbeterde dienstverlening, enverbeterde interoperabiliteit door meerOpen Standaarden en Open Source Softwarete gebruiken.

I-teams helpen bij aansluiting op basisvoorzieningenIn april 2006 committeerden gemeenten,provincies, waterschappen en het Rijk zichaan het verbeteren van de dienstverleningaan burgers en bedrijven. Dat leidde tot hetprogramma EGEM i-teams, met als gevolgeen kenniscentrum, referentiemodellen,standaarden en hulp voor overheden om zete implementeren.

Meer samenhang, meer regieVanaf 2010 neemt KING (KwaliteitsinstituutNederlandse Gemeenten) de inhoudelijkewerkzaamheden over. Het ICTU pakt hetportfoliomanagement op met Regie E-over-heid NUP Ondersteuning Implementatie (en)Realisatie. Gezamenlijk geven zij vorm aanhet programma voor betere dienstverlening.

Basisvoorzieningen en toekomstbeeld Het NUP heeft 19 infrastructurele basisvoor-zieningen voor e-overheid geformuleerd,verdeeld over vijf categorieën: E-toegang, E-authenticatie, Nummers, Basisregistratiesen E-informatieuitwisseling. Het NUP formu-leert bovendien een toekomstbeeld, om debestaande projecten aan te passen aan hetperspectief van burgers en bedrijven:

• de overheid is transparant: informatieover rechten en plichten is eenduidig,begrijpelijk en goed vindbaar;

• eenmalige gegevensverstrekking: infor-matie die bij de overheid bekend is, wordtniet meer gevraagd en hoeft niet meer teworden verstrekt;

• niemand wordt meer 'van het kastje naarde muur' gestuurd: informatie wordt over-heidsbreed gedeeld en gebruikt;

• vermindering van administratieve lasten:afhandeling van transacties is zoeenvoudig, zo inzichtelijk ('tracking &tracing') en zo goedkoop mogelijk;

• alle kanalen open (meervoudig toeganke-lijk): burgers, bedrijven en instellingenmaken zelf uit langs welk contactkanaal zijde overheid benaderen;

• de héle overheid stelt gemeenten in staat,voor de burgers de ‘poort’ tot de overheidte zijn.

i Ivo van Onnat (070) 317 71 72 e [email protected]

i Guill van den Boomt (088) 407 41 43e [email protected]

Quickscan

De regiegroep heeft een quickscan op hetNUP uitgevoerd. Over het algemeen beoor-deelt de regiegroep de voortgang als goeden is hij tevreden over de resultaten tot nutoe.

In het kort zijn dit de resultaten:Voorspoedig1 Het burgerservicenummer BSN. 2 De basisregistraties Kadaster en

Topografie.3 Het Digitaal Klantdossier (DKD).Minder voorspoedig4 De basisadministratie Adressen en

Gebouwen (BAG).5 De omgevingsvergunning online.6 Het 14+ telefoonnummer voor alle

100.000+ gemeenten (Antwoord©).Acties regiegroep• Het versterken van de regievoering op het

NUP.• Het opstellen van een integrale planning

en een bestuurlijk kader voor de inrichtingvan het stelsel van basisregistraties.

• De regiegroep handhaaft de doelstel-lingen, ondanks de zorgen om de voort-gang op genoemde punten. De uitvoeringen implementatie staan nu centraal. Voorde opdrachtgevers en de uitvoerendeoverheden is er dus werk aan de winkel.

Quickscan regiegroep op NUP:

er is werk aan de winkel

DOverheid november 2009 9

Page 10: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Duurzaamheid en digitalisering

staan op elke gemeentelijke

bestuursagenda. Wat doen de

grote steden op dit gebied?

Zijn duurzaamheid en digitalise-

ring de economische katalysator

voor de crisis? Is er wel genoeg

geld voor deze thema’s en voor

innovatie en stedelijke herstructu-

rering? In deze economische

omstandigheden komt het aan op

creativiteit en samenwerking. De

Gemeente Leiden toont hoe

succesvol dit kan zijn.

Crisis zet aan tot creativiteit

Gerda van den Berg, wethouder Leiden

Maximale creativiteit en samenwerking met partners in moeilijke tijden

‘Leiden is als veste ingeklemd tussen deomliggende gemeenten. Zonder eigengrondbedrijf met eigen uitleggebieden endus zonder bron van inkomsten uit deuitgifte van (nieuw)bouwgrond. Toch lukthet binnen de stad kostbare herstructure-ringen uit te voeren. Dat vereist wel maxi-male creativiteit en intensieve samenwer-king met partners,’ meent wethouderGerda van den Berg van Leiden. De invulling van de kleine stadswijk NieuwLeyden aan de noordzijde van het centrumis het schoolvoorbeeld van een (succes-volle) herstructurering zoals Leiden dievoor ogen heeft. Later in het programmawerd met een wandeltocht door de wijkduidelijk hoe die in de praktijk heeft uitge-pakt. ‘Slim ondernemen en goede samen-werking maken duidelijk hoe je ook inmoeilijke tijden zaken op een duurzamewijze van de grond kunt krijgen.’

Dick de Waard, Ernst & YoungSustainability Services

Duurzaamheid en digitalisering in verslaglegging kan veel beter

Duurzaamheid gaat over veel meer dan afvalen milieu. Ethiek, integriteit, mensen, klant-tevredenheid en CO2 zijn naast milieu deregelmatig terugkerende thema’s inmoderne rapportages over duurzaamheid.Ook gemeenten willen duurzaam zijn, maarslagen er maar mondjesmaat in zinnigeinformatie te publiceren over dit onderwerp.De wil is er wel, maar initiatieven lopen tevaak vast in de gemeentelijke organisatie enin de gedetailleerdheid van informatie diemen wil publiceren.’Om wel tot zinvolle duurzaamheidsrappor-tages te komen, is commitment op hethoogste bestuurlijke niveau een voorwaarde.‘Beperk je bovendien tot een of enkeleonderwerpen en hou constant voor ogenvoor wie je de informatie publiceert. Blijftransparant en kies voor een innovatieverapportagevorm.’Tijd voor actie, vindt De Waard. ‘Want het isvreemd dat gemeenten bedrijven wel beoor-delen op transparantie over duurzaamheidmaar niet zichzelf.’ Gewoon beginnen, is zijnadvies en hij wijst hiervoor in eersteinstantie naar controllers en financieel direc-teuren. ‘Zij beschikken nu eenmaal over eenorganisatie die gewend is informatie te rubri-ceren en rapportages samen te stellen.’

100.000+ seminar: Duurzaamheid en digitalisering in de grote steden10 Overheid november 2009

V.l.n.r.: Sprekers en organisatoren Dick de Waard, Ferry Mingelen, Qyan Tabak, Fred Feijen, Hans Strikwerda,

Page 11: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

en samenwerking

Qyan Tabak, Unisys

Nieuwe technologie als inzet voor meer duurzaamheid

Raadsleden die hun vergaderstukken opeen e-reader ontvangen, meldingen overdefecte lantaarnpalen, losliggende stoepte-gels en zwervend straatvuil via desmartphone (inclusief de opvolging van dekant van de gemeentelijke dienst): het isallemaal mogelijk. Net als de digitaleboomkaart in – bijvoorbeeld – Leiderdorp.Met gebruik van Google Maps en GoogleEarth en andere technieken is veel moge-lijk. Qyan Tabak liet de mogelijkheden zien.Neem de e-reader, aldus Tabak. ‘Veelminder papier, meer gebruiksgemak, meerduurzaamheid. ROI: één tot twee jaar.’Binnen een paar jaar wordt de e-reader opgrote schaal gebruikt, voorspelt hij. ‘Deraadsleden die ermee werken, zijn ergenthousiast.’

Hans Strikwerda, hoogleraar Universiteit van Amsterdam

De burger heeft geen behoefte aan vertrouwen, maar roept terverantwoording en rekent af

Hoe bestuur je een stad in de digitale tijd?Volgens prof.dr. Hans Strikwerda weten demeeste gemeentebesturen daar maarmoeizaam op in te spelen. ‘Beleidverschuift van dirigistisch naar voorwaar-denscheppend, waarin ook de burger zelfmet oplossingen komt. De burger heeftminder behoefte aan vertrouwen van deoverheid, maar roept ter verantwoordingen rekent af. Van gemeentebesturen is een meerdimen-sionale blik nodig. Een extra dimensie overbepaalde onderwerpen dwars door detraditionele structuren. De invoering vande programmabegroting is een verbete-ring, maar gaat zeker niet ver genoeg. Deklant, de burger dus, moet in de optiek vanStrikwerda nog veel centraler komen testaan. ‘Bedrijven zijn hier volop mee bezig.Klantinformatie is concerneigendom envoor iedereen toegankelijk. Albert Heijn isop dit gebied een interessante case voor deoverheid. Via de kassa wordt veel infor-matie verzameld van de klant en van klant-gedrag. Gedurende de dag en de weekwordt daar in de winkels direct op inge-speeld.Ook sommige woningcorporaties zijn al ver.Opzichters die via hun pda of ander mobielapparaat ter plekke kunnen afwegen ofbepaalde onderhoudswerkzaamhedenkunnen worden gedaan en vervolgensdirect de uitvoering in gang zetten. Datvergt een meerdimensionale organisatievan de informatieruimte.’Het doorbreken van interne machtsstruc-turen is nodig om de omslag naar klant enaccountability te maken. ‘Dat vergt leider-schap. Waarom lukt het de SocialeVerzekeringsbank wel geruisloos éénburgerloket in te voeren en het UWV niet?Dat ligt aan de opstelling van de raad vanbestuur.’

Marc Witteveen, wethouder Leiden

Duurzame winst door en met bioscience

Het BioSciencePark is voor Leiden eenbelangrijke stimulans voor economischeontwikkeling en duurzame innovatie. Deconcentratie van biotech- en bioscience-bedrijven in Leiden is een icoon van deNederlandse kenniseconomie, vindtwethouder Marc Witteveen. De aanwezigheidvan de universiteit is een belangrijke motorachter deze kennisindustrie. ‘Een transpa-rante en meewerkende overheid helpt deontwikkeling aan te wakkeren. Bijvoorbeelddoor vergunningen snel te verlenen en alsincubator te fungeren voor de huisvestingvan veelbelovende starters. Door faciliteitente creëren in een campusachtige omgevingwaar wetenschappers en ondernemers opti-maal kunnen functioneren. Ondersteund methoreca- en hotelvoorzieningen op de campusen goed openbaar vervoer.’De internationale aantrekkingskracht wordtextra gevoed door de nabijheid van Schiphol,de beschikbaarheid van geschikt personeelen de uitwisseling met de universiteit enandere onderwijsinstellingen.‘Locatieskeuzes worden in deze wereld inter-nationaal gemaakt. Leiden heeft internatio-naal een vooraanstaande positie opge-bouwd. Als gemeentebestuur is er ons veelaan gelegen deze positie te versterken endaarmee voor de stad en haar omgevingduurzame winst te realiseren. Binnenlandseconcurrentie mag deze ontwikkeling nietverstoren.’

Overheid november 2009 11

Marc Witteveen en Rob Ellermeijer.

Page 12: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Scenarioplanning helpt gemeentenkoers te houden in crisistijd!

Provincies en gemeenten hebben te makenmet een veranderlijke en complexe omge-ving. De economische crisis heeft de matevan onzekerheid daarbij sterk vergroot.Denk daarbij aan de omvang van inkomsten-bronnen, de ontwikkeling van bedrijvigheidin de regio, het functioneren van de lokalewoningmarkt en het ontstaan van extremevormen van sociale problematiek.

Keuzes makenVoor bestuurders is het in deze contextbijzonder lastig de juiste keuzes te maken enprioriteiten te stellen binnen een portfoliovan programma’s en projecten. Op ditmoment actualiseren programmamanagersen sectorhoofden hun programma’s jaarlijksen vertalen ze hen naar een nieuwe begro-ting. Hierbij baseren ze zich vooral op eenextrapolatie van historische gegevens enafspraken. Er wordt nauwelijks rekeninggehouden met discontinuïteiten zoals eenplotselinge budgettaire beperking, sterk stij-gende werkloosheid door het verdwijnen vanregionale bedrijvigheid of een stagnerendehuizenmarkt. Dit soort ontwikkelingenvraagt om een heroverweging van beleid.

Toekomstscenario’sOm zicht te krijgen op de mogelijke impactvan belangrijke onzekerheden, is het voorbesluitvormers van belang te werken mettoekomstscenario’s. Deze scenario’s helpenbestuurders bij het verkennen van eenaantal mogelijke (extreme) toekomstige situ-aties, die op dit moment voorstelbaar zijn.Deze situaties zijn geen keuzes, maaromstandigheden waar een gemeente ofprovincie in terecht kan komen. Door beleid

te maken voor verschillende toekomstscena-rio’s of om na te denken over prioriteiten inprogramma’s en projecten per scenario,kunnen provincies en gemeenten snelreageren op verandering. Op deze wijzehebben bestuurders hun antwoord klaar-liggen op meerdere denkbare omstandig-heden, zoals een sterke toename van dewerkloosheid of het instorten van een rele-vante bedrijfssector.

Voor iedereen uniekIedere gemeente en iedere provincie heeft temaken met een unieke set, lokaal en regio-naal bepaalde, kernonzekerheden. Deessentie van het werken met scenario’s isechter dat organisaties gelijktijdig rekeningdienen te houden met meerdere relevantetoekomstbeelden. Voor ieder scenario dientde gemeente of provincie beleid klaar tehebben liggen, prioriteiten in lopendeprogramma’s en projecten te hebbenbepaald en kansen te hebben geïdentifi-ceerd.

ZeeburgEen set toekomstscenario’s kan wordengebruikt om na te denken over strategischeopties, die in ieder scenario effect hebben.Dient u lokale bouwproductie te stimuleren,investeringen te doen in het fysieke domeinof juist onderwijsuitval te bestrijden?Scenarioplanning helpt lokale overheden nate denken over dergelijk opties. Ernst & Young Advisory heeft in 2009 inopdracht van het stadsdeel Zeeburg van degemeente Amsterdam een scenario-exercitieuitgevoerd om te kunnen voorsorteren op detoekomst. Herman Kers, directeur Middelen

van het stadsdeel Zeeburg van de GemeenteAmsterdam: ‘Scenario-denken heeft onsenorm geholpen zicht te krijgen op de uit-dagingen die op ons stadsdeel afkomen.’In het volgende nummer van Overheid volgteen interview met Herman Kers.

i Michiel de Vriest (088) 407 88 48e [email protected]

De omgeving van provincies en gemeenten wordt gekenmerkt door onzekerheid.

Scenarioplanning is een beproefde manier om grip te krijgen op onzekerheid.

Ernst & Young adviseerde het stadsdeel Zeeburg van de Gemeente Amsterdam.

12 Overheid november 2009

‘De gemeente of

provincie dient

voor meerdere

toekomstscenario’s

beleid te hebben

klaarliggen’

Page 13: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Overheid november 2009 13

Dit blijkt uit het rapport ‘Benchmarkdigitale dienstverlening 2009’ vanErnst & Young. De actuele staat van de e-overheid wordt jaarlijks door Ernst & Young beoordeeld. In dit kaderhebben wij in 2009 de digitale lokettenvan alle 441 gemeenten beoordeeld.

Gemeenten worden al vele jaren doorburgers, ondernemers en de rijksoverheidgestimuleerd om hun dienstverlening verderte digitaliseren. Volgend op diverse eerdereinitiatieven zijn eind vorig jaar door het rijk,provincies, gemeenten en waterschappenafspraken gemaakt over de realisatie van hetNationaal UitvoeringsprogrammaDienstverlening en e-Overheid (NUP). Ditprogramma beoogt via de e-overheid totbetere dienstverlening en minder admini-stratieve lasten te komen. Maar hoe heeft dedigitale dienstverlening zich nu eigenlijk hetafgelopen jaar ontwikkeld? Hieronder in hetkort een aantal uitkomsten uit het rapport.

Volwassenheid digitale dienstverleningDe volwassenheid van de digitale dienstver-lening blijkt toegenomen ten opzichte vanvorig jaar. Van de producten gericht opburgers is 41% volledig digitaal af te nemenbij gemeenten. Voor het bedrijfsleven zijn de digitale voorzieningen substantieelbeperkter. Slechts 6% van de onderzochteproducten gericht op het bedrijfsleven blijktafneembaar via het digitale loket.

Net zoals voorgaande jaren blijkt een duide-lijke relatie te bestaan tussen de omvang vande gemeente (het inwonersaantal) en devolwassenheid van de digitale dienstverle-ning. Gemeenten met meer dan 100.000inwoners hebben gemiddeld genomen het

meest volwassen digitale loket gericht op deburger en ondernemer. Gemeenten metminder dan 20.000 inwoners hebben gemid-deld het minst volwassen digitale loket.

Response op vragen per e-mailDe response op een relatief eenvoudigevraag per e-mail is onderzocht. Van degemeenten blijkt 70% binnen één werkdaginhoudelijk te reageren. Het aantalgemeenten dat in het geheel niet reageertop een vraag is afgenomen ten opzichte vanvorig jaar. Toch blijkt dat nog steeds 9% niet inhoudelijk reageert op eenverzonden e-mail.

Zoekmachines vaak onvoldoendeWij hebben de werking van de gehanteerdezoekmachines op de gemeentelijke websitebeoordeeld. Dit is gedaan aan de hand vanzes zoektermen. 73% van de gemeentenhanteert meer dan één zoekmachine.Opvallend is dat deze zoekmachines verschil-lende resultaten laten zien.

De kwaliteit van de zoekmachines is veelalmatig. Bij eenvoudige zoektermen blijken dezoekmachines goed hun werk te verrichten.De meeste zoekmachines kunnen nietoverweg met zoektermen waarin een spel-fout voorkomt.

De top-3De gemeente Den Haag blijkt het meestvolwassen digitale loket te hebben. Degemeenten Leidschendam-Voorburg enDordrecht volgen op de voet. Indien alleenrekening wordt gehouden met productengericht op burgers dan scoort de gemeenteLeidschendam-Voorburg het beste. Dedienstverlening ten behoeve van hetbedrijfsleven is, net als vorig jaar, het meestuitgebreid bij Edam-Volendam. De grootstestijgers dit jaar zijn de gemeenten Rijswijk,Westvoorne en Zoetermeer.

i Guill van den Boomt (088) 407 41 43e [email protected]

Op 4 oktober jl. nam wethouder

Frits Huffnagel (derde van rechts) van

de gemeente Den Haag de Award digitale

dienstverlening 2009 in ontvangst

van Guill van den Boom.

De top-3 van gemeenten met het meest interactieve digitale loket:

Gemeente Inwonertal Provincie Positie 20081 Den Haag 482.742 Zuid-Holland 22 Leidschendam-Voorburg 72.702 Zuid-Holland 43 Dordrecht 118.390 Zuid-Holland 1

Gemeente Den Haag heeft meest interactievedigitale loket

Page 14: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Plein Publiek14 Overheid november 2009

VO

UC

HER

Tijdelijke regeling stimulering betere dienstverlening aan bedrijven

Eén van de instrumenten om de dienstver-lening aan bedrijven door gemeenten teverbeteren is het normenkader bedrijven. Dit instrument geeft gemeenten een refe-rentiekader en een handreiking om tebepalen of de dienstverlening aan bedrijvengoed of excellent is, en wat de verbeter-punten zijn. Daarnaast geeft het normen-kader gemeenten inhoudelijk richting bij deimplementatie van kwaliteitshandvestenvoor dienstverlening aan ondernemers. Ookis het normenkader een instrument om dedialoog aan te gaan met het lokale bedrijfs-leven.De Tijdelijke regeling stimulering beteredienstverlening aan bedrijven beoogt eennadere impuls te geven aan de implemen-tatie van het normenkader bedrijven bij eengroot aantal gemeenten (er is budget voormaximaal 200 gemeenten). Door het ver-strekken van vouchers aan gemeenten ofstadsdelen stimuleert deze regeling zowelhet laten uitvoeren van een meting als

verbeteracties die voortkomen uit de resul-taten van de meting.

De vouchers vertegenwoordigen een waardevan 50% van de kosten van een onafhanke-lijk adviseur, met een maximum van € 5.000voor het uitvoeren van de meting en hetopstellen van een verbeterplan en maximaal€ 15.000 voor het uitvoeren van verbeter-acties uit het verbeterplan. In totaliteit ismaximaal € 15.000 per gemeente beschik-baar.

De regeling wordt uitgevoerd doorSenterNovem (www.senternovem.nl/normenkader). De aanvraagtermijn van de vouchers loopttot 1 september 2010.

i Joost Clarenbeekt (088) 407 41 69 e [email protected]

Nieuwe Ernst & Young campagne

Lessons from change: Rebuilding for the future in the government and public sector

Van het inventariseren van problemen naarhet leren van lessen. De Ernst & Youngcampagne Opportunities in Adversity gafeen algemeen beeld van de uitdagingenwaarvoor de publieke sector zich gesteldziet in de context van de economischeteruggang. Lessons from change gaat eenstap verder: doel is inzicht te krijgen in delering die de publieke sector trekt uit decrisis en na te gaan hoe zij de nieuwverworven inzichten gebruiken om zich voor te bereiden op het naderend herstel.

Voor meer informatie kijkt u op www.ey.com

Financiële stabiliteit inpeuterspeelzaalwerk

In tegenstelling tot de kinderopvangbehoort het peuterspeelzaalwerk tothet domein van de lokale overheid enwordt voornamelijk bekostigd uitgemeentelijke middelen. Ouders betalendaarnaast een (inkomensafhankelijke)ouderbijdrage.

Wij ondersteunen gemeenten bij hetopstellen van een structureel sluitendepeuterspeelzaalbegroting, bestaandeuit rijksbijdrage, gemeentelijke bijdrageen ouderbijdrage enerzijds en de kostenvan peuterspeelzaalwerk anderzijds.Daarbij zijn belangrijk kostprijscalcu-latie, de ouderbijdragen en de dekkingvan de kosten uit de rijksbijdragen en degemeentelijke budgetten. Hiervoorhebben wij een rekenmodel ontwikkeldwaarmee wij de financiële consequen-ties en risico’s voor de gemeenteninzichtelijk maken.

Neem contact met ons op als u ookbelangstelling heeft voor:• Meer financiële stabiliteit op de

begroting.• Een onderbouwing van gemeentelijke

subsidie voor peuterspeelzalen.• Financiële consequenties van een

hoger of lager bereik van doel-groepen voor de begroting.

• Meer stimulans voor peuterspeelzaal-organisaties om financiële tegenval-lers zelfstandig op te vangen.

i Rob Ellermeijert (088) 407 12 74 e [email protected]

i Rob Vossent (088) 407 12 74e [email protected]

Page 15: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Plein Publiek

Sdu Uitgevers startte in 2007 met hetonafhankelijke trendonderzoek ‘Werkenvoor de overheid’. De publieke sectorgeeft aan hoe tevreden zij is over deprestaties van externe dienstverleners.Hoe waarderen bestuurders en ambte-naren van de verschillende overheden deorganisaties die zij inhuren? Het onder-zoek geeft een betrouwbaar antwoord op deze vraag.

Werken voor de overheid verschijnt inmid-dels voor het derde opeenvolgende jaar.Door de jaarlijkse meting ontstaat eenvoortschrijdend beeld van de kwaliteits-ontwikkeling van de geleverde diensten envan de dienstverleners zelf.

Op basis van het SDU Marktonderzoekwerken voor de overheid 2009 scoort Ernst & Young Public sector op de volgendepunten:• Integriteit: eerste plaats• Marktconforme condities/tarieven:

tweede plaats• Reputatie van de organisatie:

derde plaats

Overheid november 2009 15

Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen

Deze wet biedt de burger de mogelijkheidom (te) trage besluitvorming van bestuurs-organen tegen te gaan. Bij het verstrijkenvan de beslistermijn heeft de aanvrager demogelijkheid om het bestuursorgaan ingebreke te stellen. Dit bestuursorgaan heeftdan nog twee weken de tijd om alsnog eenbeslissing op de aanvraag te nemen.Gebeurt dit niet dan verbeurt het bestuurs-orgaan een dwangsom voor iedere dag dathet in gebreke is. De maximale dwangsom is € 1.260.

Onlangs is door de ministerraad besloten datdeze wet op 1 oktober 2009 in werkingtreedt.

Tegelijk met deze wet treedt de wet inwerking die voorziet in aanpassing van debeslistermijnen voor bezwaarschriften in de Algemene wet bestuursrecht en vooraanvragen op grond van de Wet openbaar-heid van bestuur. De reden hiervan is dat de bestaande beslistermijnen in de praktijkveelal niet haalbaar bleken te zijn.

Gemeenten en provincies moeten hunprocessen zodanig hebben ingerichtdat gewaarborgd is dat de voorge-schreven termijnen ondernormale omstandighedenworden gehaald.

SDU Marktonderzoek Publieke sector:

Ernst & Young’s integriteit scoort het hoogst

i Joost Clarenbeekt (088) 407 41 69e [email protected]

i Ton Heesterbeekt (040) 260 21 66e [email protected]

Page 16: Ey Overheid November 2009   Interview Klijnsma

Ernst & Young LLP

Assurance | Tax | Transactions | Advisory

Over Ernst & YoungErnst & Young is wereldwijd toonaangevend op het gebied van assurance, tax, transactions enadvisory. Juridische en notariële dienstverlening wordt in een strategische alliantie met Ernst &Young Belastingadviseurs LLP verzorgd door Holland Van Gijzen Advocaten en Notarissen LLP.Onze 144.000 mensen delen wereldwijd dezelfde waarden en staan voor kwaliteit. Wij maken hetverschil door onze mensen, onze cliënten en de samenleving te helpen hun mogelijkheden opti-maal te benutten.

Over Ernst & Young's Public Sector De maatschappij verlangt van publieke organisaties steeds meer openheid en transparantie. Burgers eisen niet alleen verantwoording over beleidsdoelstellingen maar ook overde doelmatigheid van de uitgaven die de overheid doet. De overheidsprofessionals van Ernst &Young bundelen hun kennis en ervaring in de sectorgroep Public Sector, bestaande uit de groepen Rijksoverheid, Lokale Overheid en Onderwijs.Zo bieden wij u oplossingen voor uw bestuurlijke vragen en managementvraagstukken. Onze accountants, (belasting)adviseurs, edp-auditors enjuristen denken mee, spelen continu in op nieuwe ontwikkelingen en zorgen voor praktische oplos-singen. Met behulp van bewezen technieken dragen wij bij aan een transparante, betrouwbare en doelmatige overheid. Zo maaktErnst & Young het verschil.

ContactNeem voor meer informatie contact op metRob Ellermeijer RAtelefoon: (088) 407 12 74e-mail: [email protected]

www.ey.nl

© Ernst & Young 2009