Enquete
2
v 1. eeeWat is jouw geslacht o Man o Vrouw 2. Wat is jouw leeftijdscategorie? A. Tussen 10-12 B. Tussen 13-15 C. Tussen 16-18 D. Ouder dan 18 3. Hoelang maak je reeds gebruik van WHATSAPP A. Al 1 jaar B. Tussen 2-3 jaren C. Tussen 4-5 jaren D. Langer dan jaren 4. In hoeverre staan docenten in contact met leerlingen via whatsapp. A. Ik heb geen enkele leraren in mijn whatsapp groep B. Ik heb sommige leraren in mijn whatsapp groep C. Ik kom communiceer liever direct met docenten op school als ik wat te vragen heb D. Ik weet het niet 5. Waarover gaat het contact met leraren op whatsapp A. Als ik vragen heb of een probleem over het vak wat die docent geeft B. Als ik iets leuks heb gedaan en dat wil ik dan gelijk aan de juf vertellen C. Is eigenlijk alleen toegevoegd, maar contact hebben we niet echt D. Ik heb geen contact met ze via whatsapp 6. Welke regels vindt je dat er voor mobiele telefoons moeten gelden in de klas? A. Dat de mobiele telefoon in de les op stil moet B. De mobiel in de les helemaal uit moet en dat je hem aan het begin van de les moet inleveren en hem aan het eind weer krijgt C. Geen regels zouden moeten gelden. D. Geen mobiel meenemen naar school 7. In de klas vooral tijdens repetities wordt er vaker gespiekt. Welke van de onderstaande komt overeen met jou A. Ik heb wel eens antwoorden ontvangen en doorgegeven via een briefje B. Ik heb wel eens gespiekt via SMS C. Ik heb gespiekt door berichten via Whatsapp. D. Bovenstaande is niet van toepassing 8. Waarvoor gebruik je Whatsapp met je klasgenoten A. om elkaar vragen te stellen over huiswerk of leerstof B. maken en sturen van foto’s van aantekeningen of samenvattingen naar elkaar C. om roosterwijzigingen aan elkaar door te geven, bijvoorbeeld als een uur uitvalt D. Gewoon babbelen 9. Welke digitale middel gebruik je voor toegang tot Whatsapp A. Smartphone B. Desktop C. Laptop
-
Upload
viceldesperce -
Category
Documents
-
view
4 -
download
0
description
dfvd
Transcript of Enquete
v1. eeeWat is jouw geslacht
o Mano Vrouw
2. Wat is jouw leeftijdscategorie?A. Tussen 10-12B. Tussen 13-15C. Tussen 16-18D. Ouder dan 18
3. Hoelang maak je reeds gebruik van WHATSAPPA. Al 1 jaarB. Tussen 2-3 jarenC. Tussen 4-5 jarenD. Langer dan jaren
4. In hoeverre staan docenten in contact met leerlingen via whatsapp.
A. Ik heb geen enkele leraren in mijn whatsapp groepB. Ik heb sommige leraren in mijn whatsapp groepC. Ik kom communiceer liever direct met docenten op school als ik wat te vragen hebD. Ik weet het niet
5. Waarover gaat het contact met leraren op whatsappA. Als ik vragen heb of een probleem over het vak wat die docent geeftB. Als ik iets leuks heb gedaan en dat wil ik dan gelijk aan de juf vertellenC. Is eigenlijk alleen toegevoegd, maar contact hebben we niet echtD. Ik heb geen contact met ze via whatsapp
6. Welke regels vindt je dat er voor mobiele telefoons moeten gelden in de klas? A. Dat de mobiele telefoon in de les op stil moetB. De mobiel in de les helemaal uit moet en dat je hem aan het begin van de les moet inleveren en hem
aan het eind weer krijgtC. Geen regels zouden moeten gelden.D. Geen mobiel meenemen naar school
7. In de klas vooral tijdens repetities wordt er vaker gespiekt. Welke van de onderstaande komt overeen met jouA. Ik heb wel eens antwoorden ontvangen en doorgegeven via een briefjeB. Ik heb wel eens gespiekt via SMSC. Ik heb gespiekt door berichten via Whatsapp.D. Bovenstaande is niet van toepassing
8. Waarvoor gebruik je Whatsapp met je klasgenotenA. om elkaar vragen te stellen over huiswerk of leerstofB. maken en sturen van foto’s van aantekeningen of samenvattingen naar elkaarC. om roosterwijzigingen aan elkaar door te geven, bijvoorbeeld als een uur uitvaltD. Gewoon babbelen
9. Welke digitale middel gebruik je voor toegang tot WhatsappA. SmartphoneB. DesktopC. LaptopD. Anders
10. Hoe lang ben je per dag gemiddeld bezig met whatsappA. Ongeveer 30 minuten per dagB. Ongeveer 1-2 uren per dagC. Ongeveer 6 uren per dagD. De hele dag zodra ik wakker ben
11. Heeft whatsapp volgens jou invloed op je schoolprestaties?A. Helemaal nietB. Ja,C. Het hangt ervan af waarvoor je het gebruiktD. Weet niet
