Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand...

153
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT LETTEREN EN WIJSBEGEERTE Vakgroep Middeleeuwse geschiedenis Academiejaar 2008 2009 Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand van de Vlaamse Ardennen Leupegem: van landboek tot GIS Promotor: Prof. dr. Erik Thoen Masterproef voorgedragen tot het behalen van het diploma Master in de Geschiedenis Bert CALLENS

Transcript of Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand...

Page 1: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT LETTEREN EN WIJSBEGEERTE

Vakgroep Middeleeuwse geschiedenis

Academiejaar 2008 – 2009

Een historische geografie van een

plattelandsdorp aan de rand van de

Vlaamse Ardennen

Leupegem: van landboek tot GIS

Promotor: Prof. dr. Erik Thoen

Masterproef voorgedragen tot het behalen van het diploma Master in de Geschiedenis

Bert CALLENS

Page 2: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

2

Dankwoord

Het totstandkomen van deze masterproef in de opleiding geschiedenis kon enkel met

de deskundige en morele steun van vele personen, steun die ik met grote dankbaarheid

heb mogen ontvangen.

Eerst en vooral wens ik mijn promotor te bedanken, professor Erik THOEN,

hoogleraar aan de universiteit Gent en voorzitter van de vakgroep Middeleeuwse

geschiedenis. Zijn motivatie en onbegrensde kennis van de middeleeuwse en

ecologische geschiedenis leidden meermaals tot een boost in mijn vorderingen.

Hetzelfde kan ik vertellen over professor Thoen‟s begeleiding in de bachelorpaper in

het voorgaande academiejaar. De verschillende door professor Thoen gedoceerde

cursussen die ik in de loop van mijn opleiding heb mogen volgen, hebben mijn

interesse in de ecologie en het landschap in mijn eigen streek en ver daarbuiten

aangewakkerd.

Vervolgens verdient mijn huidige werkgever, professor Guy DE TRÉ, van de

onderzoeksgroep Database Document en Content Management aan de Gentse

universiteit hier zeker een plaatsje. Het is bijna uitsluitend aan hem te danken dat ik

een voltijds studieprogramma geschiedenis gedurende vier jaar heb kunnen volgen,

omdat hij me steeds de nodige flexibiliteit liet zodat ik in alle comfort deze thesis en

mijn examenperiodes heb kunnen afwerken, en zo de niet evidente combinatie van

werken en studeren kon volmaken. Ook professor Jeroen DEPLOIGE, docent aan de

vakgroep Middeleeuwse geschiedenis, met wie ik nauw heb samengewerkt in het

kader van mijn functie aan de Universiteit Gent, liet mij de nodige flexibiliteit in mijn

planning.

Ik wens ook Pieter-Jan LACHAERT te bedanken, stadsarchivaris van Oudenaarde, en

zijn collega‟s op het archief, voor hun bereidwillige hulp in de zoektocht naar

bronnen. Ook Lies VERVAET, doctorandus middeleeuwse geschiedenis, mag hier

niet ontbreken.

Page 3: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

3

Mijn vrienden bedank ik vooral voor de morele steun en het noodzakelijke vertier om

de batterijen terug op te laden, wat zo nu en dan eens nodig was. Maar ik wil vooral

mijn ouders bedanken, die na mijn opleiding tot informaticus nog eens een aantal

jaren gejammer en geklaag tijdens de examenperiodes van de opleiding geschiedenis

hebben moeten ondergaan, en desondanks altijd hun onvoorwaardelijke steun hebben

gegeven.

Tenslotte wens ik alle docenten uit de opleiding geschiedenis te bedanken. Hun kennis

en passie hebben voor mij, met een achtergrond als exacte wetenschapper, een totaal

nieuwe wereld opengedaan. Samen met de kritische zin die zij me de afgelopen vier

jaar hebben aangeleerd, heeft me dit als mens enorm verrijkt.

Bert Callens,

30 juli 2009.

Page 4: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

4

Inhoudsopgave

Dankwoord ................................................................................................................. 2

Bronnen en bibliografie ............................................................................................. 6

Bibliografie ............................................................................................................ 6

Bronnen .................................................................................................................. 9

Toelichtingen ........................................................................................................... 11

Muntstelsel ........................................................................................................... 11

Landmaten van het gewezen graafschap Aalst .................................................... 11

Inleiding ................................................................................................................... 13

Probleem- en doelstellingen ................................................................................. 13

Bronnenmateriaal ................................................................................................. 15

Methode ............................................................................................................... 18

Context van de bestudeerde regio en periode ...................................................... 21

Hoofdstuk 1: Het landschap van Leupegem in de 17de en 18de eeuw ................... 24

Algemene topografische beschrijving en ruimtelijke indeling ............................ 24

Grondgebruik ....................................................................................................... 38

Geschatte waarde ................................................................................................. 50

Conclusies ............................................................................................................ 55

Hoofdstuk 2 : Eigendomsstructuren en eigendomsverhoudingen ........................... 57

Eigendomsgrootte ................................................................................................ 57

Pacht en eigendom ............................................................................................... 76

Conclusies ............................................................................................................ 84

Algemeen besluit ..................................................................................................... 86

Verder onderzoek ................................................................................................. 88

Bijlage I Kaarten ...................................................................................................... 89

Bijlage II Transcriptie van het landboek .................................................................. 98

Page 5: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

5

Kaarten

Kaart 1: De wijken van Leupegem volgens het landboek van 1783 ............................ 26

Kaart 2: gesplitste percelen in de periode 1645-1783 .................................................. 28

Kaart 3: wegennet en percelen met een herberg .......................................................... 29

Kaart 4: de meest opvallende perceelsblokken met een repelstructuur. ...................... 32

Kaart 5: Percelen per oppervlakte in 1783 ................................................................... 35

Kaart 6: Percelen per oppervlakte in 1645 ................................................................... 36

Kaart 7: Evolutie van zaailand tussen 1645 en 1783 ................................................... 41

Kaart 8: Evolutie van hofstedes tussen 1645 en 1783 ................................................. 43

Kaart 9: Evolutie van bospercelen tussen 1645 en 1783 ............................................. 45

Kaart 10: Evolutie van meers tussen 1645 en 1783 ..................................................... 47

Kaart 11: Evolutie van weidegrond tussen 1645 en 1783 ............................................ 48

Kaart 12: prijs per roede in 1783 ................................................................................. 51

Kaart 13: Eigendommen van de abdij van Maegdendaele ........................................... 61

Kaart 14: Eigendommen van de quotidianen van Oudenaarde .................................... 64

Kaart 15: Eigendommen van de abdij van Ename ....................................................... 66

Kaart 16: Eigendom van de geestelijke instellingen in 1783, per grondtype .............. 68

Kaart 17: Eigendommen van de baron van Pamele ..................................................... 70

Kaart 18: eigenaars en eigendommen van de grote hoeves in Leupegem ................... 72

Kaart 19: De exploitatie van percelen in 1783 ............................................................. 78

Kaart 20: Het bedrijf van Johannes Bear in Leupegem ............................................... 79

Kaart 21: Grote pachters zonder eigendom in Leupegem ........................................... 80

Kaart 22: De pachters van de St. Remens kouter ......................................................... 81

Kaart 23: De pachters en eigenaars van de Kezer kouter ............................................ 83

Page 6: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

6

Bronnen en bibliografie

Bibliografie

ANTROP (M.) en DE MAEYER (Ph.). Theoretische concepten van GIS. Gent, Academia

Press, 2008. ix+267p.

BOON (J.). “Het probleem dries in de Middeleeuwse Landbouw in Vlaanderen.” In:

Handelingen Maatschappij voor geschiedenis en oudheidkunde Gent. Gent, 19

(1965), pp. 31-46.

BOONE (M.). “Historische metrologie.” In: ART (J.) Hoe schrijf ik de geschiedenis van

mijn gemeente. Deel 3a: Hulpwetenschappen. Gent, Stichting Mens en Kultuur, 1995.

pp. 149-165.

COPPIETERS (G.). Onroerend goed in beweging te Eke. Een historisch-geografische

benadering van een plattelandsgemeenschap tot het midden van de 19de

eeuw. Gent

(onuitgegeven licentiaatsverhandeling Rijksuniversiteit Gent), 1991.

DE RANTERE (B.). Geschiedenis van Oudenaarde van 1701 tot 1786. Oudenaarde,

Sanderus, 1985. 112p.

DE SCHRIJVER (H.). De oude landmaten in Vlaanderen. Gent, Dujardin – de

Schepper, 1942. 32p.

DELBARRE (V.). Het kapittel van Eine: vanaf het ontstaan tot het midden van de

zestiende eeuw. Gent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling Universiteit Gent), 1980.

(promotor: L. Milis).

Page 7: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

7

JANSSENS (P.). “De Spaanse en Oostenrijkse Nederlanden (1579-1780).” In: BLOM

(J.C.H.) e.a. (eds.) Geschiedenis van de Nederlanden. Baarn, HBuitgevers, 2003. pp.

178-221.

LACHAERT (P.-J.). De landschapsgeschiedenis van Schelderode: ruimtelijkeordening

en organisatie van het cultuurlandschap (12de

-18de

eeuw). Gent (onuitgegeven

licentiaatsverhandeling Universiteit Gent), 1998, 2 dln. (promotor: E. Thoen).

LACHAERT (P.-J.). “De Makegemse bossen. Een voorbeeld van het nut van de

historische geografie voor de hedendaagse ruimtelijke ordening van Vlaanderen.” In:

Jaarboek ecologische geschiedenis. Gent, Academia Press, 2004. pp. 37-54.

LACHAERT (P.-J.). Oudenaarde 1708, een stad, een koning, een veldheer. Leuven,

Davidsfonds, 2008. pp. 151.

LINDEMANS (P.). Geschiedenis van de landbouw in België. Antwerpen, Genootschap

voor geschiedenis en volkskunde, 1994.

PALMER (R.R.), COLTON (J.) en KRAMER (L.). A History of the Modern World. New

York, McGraw-Hill, 2002. xxxi + 1191p.

RONSIJN (W.). De kadasterkaarten van Popp: een sleutel tot uw lokale geschiedenis:

historische geografie van Aarschot, Asse, Halle en Tienen aan de hand van de

kadasterkaarten van Popp. Leuven, Peeters, 2007. 148p.

SNACKEN (F.). “Streekindeling en begrenzing van het Land van Waas.” In: Tijdschrift

van de Belgische vereniging voor aardrijkskundige studies. Leuven, XXX (1961). pp.

217-255.

THOEN (E.). “A „commercial survival economy‟ in evolution. The Flemish

countryside and the transition to capitalism (Middle Ages-19th

century)” In:

HOPPENBROUWERS (P.) en VAN ZANDEN (J. L.) (eds.), Peasants into farmers? The

transformation of rural economy and society in the Low Countries (Middle Ages –

19th

century) in light of the Brenner debate. Turnhout, Brepols, 2001, pp. 102-157.

Page 8: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

8

THOEN (E.). “Cartografie en historisch onderzoek.” In: ART (J.) Hoe schrijf ik de

geschiedenis van mijn gemeente. Deel 3b: Hulpwetenschappen. Gent, Stichting Mens

en Kultuur, 1995. pp. 131-185.

THOEN (E.). “De landbouw van de Middeleeuwen tot ca. 1840” In: PREVENIER (W.),

VAN EENOO (R.) en THOEN (E.), (eds). Geschiedenis van Deinze, deel III. Het

platteland en de dorpen in Deinze. Deinze, 2007, pp. 83-110.

THOEN (E.). “Excursion to the region of Oudenaarde and Courtrai (valleys of the river

Scheldt and the river Leie)” In: VERHOEVE (A.) en VERVLOET (J. A. J.) (eds.), The

transformation of the European rural landscape: methodological issues and agrarian

change. Brussel, NFWO, 1992, pp. 338-351.

THOEN (E.). Inleiding tot de historische geografie. Cursus in de opleiding tot master

in de geschiedenis. Gent, Universiteit Gent, 2008-2009.

THOEN (E.). “Landbouwproductie en bevolking in enkele gemeenten ten zuiden van

Gent.” In: VERHULST (A.) en VANDENBROEKE (C.), (eds). Landbouwproduktiviteit in

Vlaanderen en Brabant: XIVe – XIXe eeuw. Gent, 1979, pp. 131-159.

THOEN (E.). Landbouwekonomie en bevolking in Vlaanderen gedurende de late

Middeleeuwen en het begin van de Moderne Tijden. Testregio: de kasselrijen van

Oudenaarde en Aalst (eind 13de

-eerste helft 16de

eeuw). Leuven, Belgisch centrum

voor landelijke geschiedenis, 1988, 2 dln.

VAN CROMBRUGGE (F.). De domaniale organisatie van het Onze-Lieve-

Vrouwehospitaal van Oudenaarde (1573-1700). Gent (onuitgegeven

licentiaatsverhandeling Universiteit Gent), 2001. (promotor: E. Thoen).

VAN MAELZAEKE (B.). De domaniale organisatie van het Onze-Lieve-

Vrouwehospitaal van Oudenaarde (1202-1572): goederenverwerving,

goederenbeheer en pachtpolitiek. Gent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling

Universiteit Gent), 2000, 2 dln. (promotor: E. Thoen).

Page 9: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

9

VERHULST (A.). Bronnen voor de agrarische geschiedenis van het middeleeuwse

graafschap Vlaanderen. Leuven, Peeters, 2007. 3 dln.

VERVAET (L.). Een sociaal-economische en landschappelijke studie van een

plattelandsgemeenschap in het Land van Waas: Sinaai in de 17e en 18

e eeuw. Gent

(onuitgegeven licentiaatsverhandeling Universiteit Gent), 2007, (promotor: E. Thoen).

WESTON (R.). A Discours of Husbandrie used in Brabant and Flanders, shewing the

wonderfull improvement of land there, and serving as a pattern for our practice in

this Common-Wealth, Londen, W. Du-Gard, 1650.

WILLEQUET (B.). Landschapsgeschiedenis van een zuidoost-Vlaams dorp: de evolutie

van de ruimtelijke organisatie van het cultuurlandschap te Deftinge (Middeleeuwen –

Nieuwe Tijden). Gent (onuitgegeven licentiaatsverhandeling Universiteit Gent), 2004,

(promotor: E. Thoen), 3 dln.

Bronnen

Koninklijke Bibliotheek Brussel

Kabinetskaart der Oostenrijkse Nederlanden door graaf de Ferraris.

Uitgave van het originele exemplaar in de Koninklijke Bibliotheek van

Brussel door het Gemeentekrediet van België, 1965-1976.

Datum: 1777-1780.

Schaal: 1/25000.

Geografisch Instituut van de Universiteit Gent

Afdruk van de kadastrale kaart van Leupegem uitgegeven door P.C. Popp.

Schaal: 1/5000.

Datum: 1858-1862.

Page 10: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

10

Stadsarchief van Oudenaarde

Landboek van Leupegem (1645)

Oud archief Oudenaarde, Vreemd archief, nr. 64 Leupegem

Landboek van Leupegem (1783)

Oud archief Oudenaarde, Vreemd archief, nr. 64 Leupegem

Page 11: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

11

Toelichtingen

Muntstelsel1

Afkortingen :

- lb. : ponden.

- s. : schellingen.

- d. : denarii.

- par. : parisis.

Muntwaarden :

- 1 lb. = 20 s.= 240 d.

- 1 s. = 12 d.

Landmaten van het gewezen graafschap Aalst2

Afkortingen:

- ha.: hectare.

- a.: are.

- ca. : centiare

- b.: bunder.

- d.: dagwand.

- r.: roede.

1 M. Boone, Historische Metrologie, in: J. Art, Hoe schrijf ik de geschiedenis van mijn gemeente. Deel

3a: Hulpwetenschappen. Gent, Stichting Mens en Kultuur, 1995, p. 139-141. 2 H. De Schrijver, De oude landmaten in Vlaanderen. Gent, Dujardin – de Schepper, 1942, p. 7.

Page 12: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

12

Oppervlakte:

- 1 bunder = 4 dagwanden = 400 roeden.

- 1 b. = 1 ha. 22 a. 98 ca.

- 1 dagwand = 100 roeden.

- 1 d. = 30 a. 74 ca.

- 1 roede = 31 ca.

- 1 ha. = 325 r.

Page 13: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

13

Inleiding

Probleem- en doelstellingen

Deze verhandeling poogt een historische geografie op te stellen voor de gemeente

Leupegem, nu deelgemeente van Oudenaarde. Gezien de beperkte tijdspanne waarin

dit onderzoek diende te worden uitgevoerd, is de onderzoeksperiode beperkt tot de

vroegmoderne periode en bestaat het bronnenmateriaal hoofdzakelijk uit de twee

landboeken die van Leupegem3 bewaard zijn gebleven voor deze periode.

Een historische geografie is een studie van de geschiedenis van het landschap, waarin

de invloed van de mens op dit landschap centraal staat. De activiteiten van de mens en

de organisatie van de maatschappij zijn namelijk doorslaggevend geweest voor de

evolutie van het landschap, en hebben tot gevolg dat het overgrote deel van het

natuurlandschap – landschap dat op geen enkele wijze is aangetast door menselijke

activiteit – nu als cultuurlandschap moet worden beschouwd. In een historische

geografie staan nederzettingsstructuren en de daarmee gepaard gaande inrichting van

het omringende gebied centraal. Een belangrijk onderdeel hiervan is de percelering

van het te onderzoeken gebied.4 De landboeken van Leupegem die in deze

verhandeling werden onderzocht, hebben de contemporaine percelen als eenheid van

informatie en zijn dus uitermate geschikt om de perceelstructuur en de evolutie ervan

in Leupegem te bestuderen.

Het landschap en de natuur bepalen voor een deel de samenlevingsvorm op het

platteland, maar ook andere aspecten zijn van groot belang, zoals de relatie tussen

eigenaars en gebruikers van percelen, de verhoudingen tussen grote en kleine

landbouwbedrijven en de wijze van exploitatie van het cultuurlandschap. Omwille van

regionale verschillen in het landschap, vaak gepaard met verschillende evoluties in de

manier waarop het landschap wordt geëxploiteerd, kan men de samenlevingsvormen

3 Stadsarchief Oudenaarde, Vreemd archief, nr. 64: Leupegem, landboek 1645 en landboek 1783

4 E. Thoen, Inleiding tot de Historische geografie. Cursus in de opleiding master Geschiedenis. Gent,

Universiteit Gent, 2008-2009.

Page 14: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

14

indelen in sociale agrosystemen.5 Binnen een dergelijk systeem gebeurt de

economische productie op een gelijkaardige manier, met specifieke kenmerken.

Leupegem is gesitueerd in wat men in de literatuur Binnen-Vlaanderen noemt, wat in

grote lijnen overeenkomt met de zandstreek rond Gent en dat als een regio met één

bepaald sociaal agrosysteem wordt beschouwd.6 De landboeken bevatten een ruime

hoeveelheid aan informatie om het dan heersende sociaal agrosysteem te bestuderen,

en zijn zeer nuttig omdat zij die informatie bevatten voor alle percelen in Leupegem

op een bepaald tijdstip, en daarom een globaal beeld en momentopname kunnen

geven van de gemeente. Cijns- en pachtcontracten en eventuele boedelbeschrijvingen

bevatten vaak meer specifieke informatie voor de studie van een sociaal agrosysteem,

maar worden in deze verhandeling niet beschouwd. De casus van Leupegem zal waar

mogelijk ook vergeleken worden met enkele andere studies van gemeenten in Binnen-

Vlaanderen, onder andere Sinaai7 in het Waasland aan de rand van wat men als

Binnen-Vlaanderen beschouwt, en Deftinge nabij Geraardsbergen8 en net zoals

Leupegem gelegen in de Vlaamse Ardennen.

Om de informatie uit de landboeken op een overzichtelijke manier te kunnen

presenteren zal extensief gebruik gemaakt worden van kaartmateriaal. Hiervoor zullen

de mogelijkheden van GIS-software op computer aangewend worden, gekoppeld aan

een databank die de informatie uit de landboeken bevat. De gevolgde methode wordt

verder uitvoerig beschreven, maar het staat vast dat een goed gebruik van deze

software toelaat om op korte tijd een quasi onbeperkte hoeveelheid kaartmateriaal te

genereren die de leesbaarheid en interpretatie van de onderzoeksresultaten ten goede

komt. Aangezien we beschikken over twee landboeken, één uit 1645 en één uit 1783,

kan de evolutie in dit tijdsinterval, mits goede structurering van de databank ook op

kaart gevisualiseerd worden.

5 E. Thoen, De landbouw van de Middeleeuwen tot ca. 1840, in: W. Prevenier, R. Van Eenoo en E.

Thoen (eds.), Geschiedenis van Deinze, deel III. Het platteland en de dorpen in Deinze. Deinze, 2007,

p 60 6 Ibidem, p. 60.

7 L. Vervaet, Een sociaal-economische en landschappelijke studie van een plattelandsgemeenschap in

het Land van Waas: Sinaai in de 17e en 18

e eeuw, Gent, Universiteit Gent, onuitgegeven

licentiaatsverhandeling, 2007. 8 B. Willequet, Landschapsgeschiedenis van een zuidoost-Vlaams dorp: de evolutie van de ruimtelijke

organisatie van het cultuurlandschap te Deftinge (Middeleeuwen – Nieuwe Tijden), Gent, Universiteit

Gent, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, 2004.

Page 15: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

15

In het vervolg van deze inleiding zal kort het bronnenmateriaal worden besproken. Dit

bestaat uit beide landboeken van Leupegem, maar ook de kadastrale kaart van Popp

uit de 19de

eeuw en de Kabinetskaart der Oostenrijkse Nederlanden van graaf de

Ferraris uit de 18de

eeuw. Dan zal uitvoerig de gevolgde methode in deze

verhandeling worden toegelicht, met bijzondere aandacht voor de GIS-software die

uitvoerig werd gebruikt gedurende dit onderzoek. In het eerstvolgende hoofdstuk zal

dan het landschap van Leupegem worden bekeken, beginnende met een algemene

beschrijving van de structuur en infrastructuur van de gemeente. Nadien zal specifieke

aandacht besteed worden aan de perceelsstructuur, de oppervlakte van de percelen, het

grondgebruik en de geschatte waarde. Vervolgens wordt een hoofdstuk besteed aan de

eigendomsverhoudingen in de gemeente. Daarin worden de verschillende eigenaars

besproken, volgens grootte van grondbezit en volgens verschillende specifieke

eigendommen. In dit hoofdstuk worden ook de verhoudingen tussen eigenaars en

pachters besproken. Tot slot worden de vaststellingen in deze verhandeling in een

conclusie samengevat.

Bronnenmateriaal

Zoals eerder vermeld steunt dit onderzoek bijna uitsluitend op de twee landboeken

van Leupegem. Als basis voor het kaartmateriaal in deze studie werd de kadastrale

kaart van Popp gekozen, omwille van de hoge nauwkeurigheid en de perceelsgrenzen

op de kaart. Daarnaast werd de Kabinetskaart van graaf de Ferraris uit de 18de

eeuw

ook in beschouwing genomen.

Landboek van Leupegem uit 17839

Het land- of kaartboek van Leupegem uit 1783 werd in opdracht van de baljuw,

burgemeester en schepenen van Leupegem opgesteld, en de metingen uitgevoerd door

de beëdigde landmeter Eumanuel van der Straeten. Zoals in de inleiding van de

9 Stadsarchief Oudenaarde, Vreemd archief, nr. 64: Leupegem, landboek 1783.

Page 16: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

16

transcriptie te lezen valt10

, zijn zowel de eigenaars als de gebruikers van elk perceel

genoteerd, en wordt er verwezen naar het landboek uit 1645. Per perceel werd tevens

het landgebruik, de oppervlakte, de geschatte waarde per roede, de totale waarde van

het perceel – kapitael – en de belasting op het perceel – den penninck 40 – genoteerd.

Voor de oppervlakte en de geschatte waarde werd het landboek van 1645 als basis

genomen, met aanpassingen waar nodig, bijvoorbeeld als een nieuwe weg een stuk

van een perceel in beslag nam. Het landboek bevat drie mooie kaarten, één voor elke

wijk zodat het werk zich uitstekend leent om de situatie uit 1783 te importeren in de

GIS-software (cf. infra). Het landboek bevat een vrij uitgebreide legende die ons

vertelt op welke manier de perceelsgrenzen op de kaarten moeten geïnterpreteerd

worden in het geval bijvoorbeeld een gracht of een haag op die grens ligt11

. De

legende is heel gedetailleerd, maar de kaarten zelf laten niet duidelijk zien welke

situatie aan de perceelsgrenzen van toepassing is12

. Dit gebrek aan detail in op de

kaarten heeft geen gevolgen voor het onderzoek, maar de uitvoerige legende

illustreert wel de zorgvuldigheid waarmee dit landboek werd opgesteld.

Landboek van Leupegem uit 164513

Dit landboek is opgesteld in opdracht van de baljuw en schepenen van Leupegem, en

de metingen zijn aangevangen in januari 1645. Wie de aangestelde landmeter is, werd

niet vermeld. Per perceel wordt ongeveer hetzelfde vermeld als het jongere landboek,

behalve wat betreft de gebruikers of pachters van het perceel. Waar die in het jongste

landboek voor elk perceel systematisch worden genoemd, is dit in het oudere

landboek zelden het geval in het origineel handschrift. Wel staan rondom vele items

enkele notities die nieuwe eigenaars aanduiden, of melding maken van een pachter. In

veel gevallen zijn die andere notities doorstreept en aangevuld met nieuwe notities.

Omdat bij die extra notities geen datum werd toegevoegd en vaak ook niet duidelijk is

of het om een nieuwe eigenaar of een andere pachter gaat – beide komen voor in de

later toegevoegde notities – is het met dit landboek alleen onmogelijk om een totaal

overzicht te geven op een bepaald tijdstip wat betreft de gebruikers. Het landboek

10

Cf. Bijlage II: Transcriptie van het landboek van Leupegem uit 1783, p. 2. 11

Cf. Bijlage II: Transcriptie van het landboek van Leupegem uit 1783, p. 2-3. 12

Cf. Bijlage I: Kaarten, p. 2. 13

Stadsarchief Oudenaarde, Vreemd archief, nr. 64: Leupegem, landboek 1645.

Page 17: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

17

bevat geen kaarten, maar door de verwijzingen in het landboek van 1783 en

gelijkaardige verwijzingen in het oudste landboek naar het jongste, kan een vrij

complete reconstructie op kaart gemaakt worden van de situatie in 1645 wat betreft

perceelsstructuur, grondgebruik, geschatte waarde en eigenaar.

De kadastrale kaart van Leupegem, 1858-1861

De kadasterkaart van Popp van de gemeente Leupegem is de kaart op basis van

dewelke alle kaartmateriaal in deze studie werd opgemaakt. Deze kaart dateert uit de

tweede helft van de 19de

eeuw, is voldoende accuraat, en kent een nauwkeurige

optekening van de percelen zoals die in de 19de

eeuw bestonden. Zoals later zal

blijken zijn de percelen van de minder nauwkeurige kaarten uit het landboek

makkelijk terug te vinden op de kadastrale kaart, aan de hand van wegen,

gelijkvormige perceelsgrenzen, etc. De kaart dateert ook uit de periode vóór de

ingrijpende landschappelijke wijzigingen ten gevolge van de industriële revolutie.14

De Kabinetskaart der Oostenrijkse Nederlanden door graaf de Ferraris

Deze kaart werd in het laatste kwart van de 18de

eeuw opgesteld voor militaire

doeleinden. Alhoewel de kaart in haar geheel niet overal even nauwkeurig is, biedt ze

toch een mooie globale indruk over hoe het landschap er in die periode moet hebben

uitgezien. De perceelstructuur is echter niet zichtbaar op de kaart, ook niet in het

gesloten landschap, waar de omheinde stukjes grond fictief zijn. Niettemin zijn zaken

zoals bewoning, grondgebruik, wegen en rivieren vrij volledig. Het landboek van

1783 met bijhorende kaarten dateren uit nagenoeg dezelfde periode, dus kan de

informatie voor Leupegem op de Kabinetskaart daarmee getoetst worden.15

14

E. Thoen, Cartografie en historisch onderzoek, in: J. Art, Hoe schrijf ik de geschiedenis van mijn

gemeente. Deel 3b: Hulpwetenschappen. Gent, Stichting Mens en Kultuur, 1995, pp. 173-174. 15

Ibidem, pp. 148-149.

Page 18: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

18

Methode

Landboeken beslaan alle percelen van een bepaald gebied en bevatten dus voldoende

informatie om een totaalbeeld te geven van dat gebied op een bepaald tijdstip. Niet

alle landboeken bevatten echter kaarten, en indien dit wel het geval is, wordt maar een

bepaalde hoeveelheid informatie uit het landboek op die kaarten getoond. Om het

globale beeld dat een landboek kan bieden zo overzichtelijk mogelijk te maken, wordt

het best – naast grafieken en tabellen – ook kaartmateriaal geproduceerd uit de

gegevens in het landboek. Het middel bij uitstek om dergelijke kaarten in hoge

kwaliteit en met hoge nauwkeurigheid te kunnen produceren, zijn geografische

informatiesystemen.

Geografische Informatiesystemen

Geografische informatiesystemen, kortweg GIS, zijn informatiesystemen voor het

opbouwen, beheren, verwerken en communiceren van geografische informatie.16

Een

GIS laat toe om geografische informatie op te slaan en te visualiseren op een kaart.

Geografische informatie is alle informatie die ruimtelijk gelokaliseerd en beschreven

kan worden. Een perceel, een weg of een waterloop zijn voorbeelden van dergelijke

informatie, en deze kunnen in een GIS getekend en op kaart gezet worden. Op die

kaarten kan een GIS allerlei operaties uitvoeren, zoals de afstand berekenen tussen

twee punten, maar ook complexe operaties zijn mogelijk. Zo ligt een GIS aan de basis

van moderne GPS-toestellen (Global Positioning System) gebruikt in wagens, die de

kortste of eenvoudigste weg naar een bepaalde bestemming kunnen bepalen.

Daarnaast laat een GIS toe om ook niet-geografische informatie op te slaan en deze te

koppelen aan geografische informatie. Zo kan bijvoorbeeld aan een perceel de

eigenaar of het grondgebruik worden gekoppeld, aan een weg de maximum toegelaten

snelheid en aan een waterloop de waterkwaliteit of diepte. Omdat deze niet-

geografische informatie kan gekoppeld worden aan een locatie, kan ook die

informatie automatisch gevisualiseerd worden op een kaart. Het zijn precies deze

eigenschappen van een GIS die toelaten om de vele gegevens uit de landboeken van

16

M. Antrop en Ph. De Maeyer, Theoretische concepten van GIS. Gent, Academia Press, 2008, p. 4.

Page 19: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

19

Leupegem, ook al zijn die erg verschillend van aard, te visualiseren op een kaart. Hoe

die precies worden getoond is de keuze van de gebruiker van het GIS en de

mogelijkheden zijn quasi onbeperkt.

Een GIS is een complex systeem met vele mogelijkheden die in verschillende

domeinen kunnen bijdragen aan onderzoek, en niet in het minst aan de historische

geografie. Omwille van die complexiteit is een GIS echter niet zo eenvoudig in

gebruik en is een korte uitleg over de gebruikte technieken op z‟n plaats. Merk op dat

deze uiteenzetting, gebaseerd op het boek van Antrop en De Maeyer, gebruikt als

cursusmateriaal in de bachelor opleiding geografie17

, slechts een heel beperkt

overzicht is van de technieken die werden toegepast in deze verhandeling. Deze

uiteenzetting wordt verduidelijkt aan de hand van concrete voorbeelden uit de studie

van Leupegem.

Een GIS systeem kan geografische informatie interpreteren op twee manieren,

namelijk gebaseerd op rasters en gebaseerd op vectoren. Een raster deelt het kaartvlak

op in kleine regelmatige veelhoekjes. Gebruikelijk zijn dit vierkantjes die pixels

worden genoemd. Aan elke pixel kan een waarde worden toegekend. Rasters zijn

geschikt voor het inlezen van foto‟s en kaarten in een GIS, om er nadien de nodige

operaties op uit te voeren. In deze verhandeling zijn rasterbestanden van de

kadasterkaart van Popp, de Ferrariskaart en satellietfoto‟s van Leupegem gemaakt,

waarbij op de twee laatste de grens van Leupegem werd getekend18

. Als basis voor

alle kaartmateriaal in de verhandeling werd de kadastrale kaart van Popp genomen,

omdat die een hoge graad van nauwkeurigheid kent en omdat de perceelstructuur er

mooi op is aangeduid. Alle informatie in de landboeken, ook de kaarten uit het

landboek van 1783, en de andere gebruikte kaarten, worden op de kadastrale kaart

geprojecteerd. Niet alle kaarten kennen echter dezelfde nauwkeurigheid van de Popp-

kaart. Een mooi voorbeeld hiervan is de Kabinetskaart van Ferraris, die opgemaakt is

voor militaire doeleinden, en vooral belangrijk was om toegankelijkheid van het

landschap voor grote legers te kunnen bepalen. De meetkundige nauwkeurigheid was

van minder belang en dit is duidelijk te zien19

. De grens van Leupegem op de

17

M. Antrop en Ph. De Maeyer, Theoretische concepten van GIS. Gent, Academia Press, 2008. 18

Cf. Bijlage I: Kaarten, pp. 3-5. 19

Cf. Bijlage I: Kaarten, p. 4.

Page 20: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

20

Ferrariskaart, die getekend is gebruik makend van kenmerken in het landschap zoals

wegen, waterlopen en bewoning, lijkt op de grens op de kadastrale kaart, maar als

deze nader bekeken wordt, zijn duidelijke verschillen te zien. Het zou bijna

onmogelijk zijn om de Ferrariskaart manueel te projecteren op de kadastrale kaart,

maar een GIS biedt hiervoor de nodige werkmiddelen. Een GIS laat toe om op beide

kaarten overeenkomstige punten aan te duiden. Bij voorkeur zijn dit punten die op de

verschillende kaarten goed herkenbaar zijn, zoals kruispunten, mondingen van

waterlopen, een kerk en grote hoeven. Deze moeten voldoende gespreid zijn over de

oppervlakte van Leupegem, en eenmaal gekozen, hervormt GIS de ene kaart (in dit

geval de Ferrariskaart) naar de basiskaart door middel van wiskundige interpolatie.

Dit proces heet georeferentie20

. Doordat op de Ferrariskaart de verhouding tussen

reële afstand en afstand op de kaart soms vrij verschillend is naargelang de positie op

de kaart, is de projectie op de Popp-kaart, na georeferentie ook slechts bij benadering

correct, maar het betekent op z‟n minst al een verbetering ten opzichte van de

originele Ferrariskaart. De Ferrariskaart werd in deze verhandeling enkel gebruikt om

een indruk te krijgen over het landschap en het landgebruik. Een exacte vergelijking

tussen de Ferrariskaart en de landboeken blijft moeilijk, niet in het minst omdat op de

Ferrariskaart geen percelen zijn getekend, en omdat zij slechts bij benadering de reële

toestand van het einde van de 18de

eeuw weergeeft.

Eenmaal de basiskaart in het GIS is geïmporteerd, moeten de objecten gedefinieerd

worden die we wensen te bestuderen. Om percelen, wegen en gebouwen als objecten

te kunnen interpreteren, wordt gebruik gemaakt van de tweede methode van

interpretatie in een GIS, de interpretatie door middel van vectoren. Vectoren laten toe

om ruimtelijke objecten te definiëren op een kaart aan de hand van vlakken, lijnen en

punten. De percelen in het landboek zijn niet dezelfde als die op de Popp-kaart,

omwille van wijzigingen doorheen de tijd, maar het overgrote deel van de

perceelsgrenzen op de kaarten uit het landboek van 1783 zijn heel gemakkelijk te

herkennen op de Popp-kaart. Bijgevolg werden de percelen uit het landboek getekend

als begrensde vlakken, maar met de nauwkeurigheid van de Popp-kaart21

. Eenmaal die

percelen getekend zijn, kan een GIS die onmiddellijk op alle kaartlagen tonen. Zo kan

men bijvoorbeeld de percelen projecteren op de sattelietfoto en voor elk perceel de

20

M. Antrop en Ph. De Maeyer, Op. Cit., pp. 43-45. 21

Cf. Bijlage I: Kaarten, p. 6.

Page 21: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

21

huidige situatie in één oogopslag zien. Naast percelen, getekend als vlakken, werden

ook het rivieren- en wegennet uit het landboek van 1783 getekend als zogenaamde

polylijnen, en de grote hoeves in Leupegem als punten op de kaart.

Deze werkwijze heeft als resultaat dat een hele reeks van verschillende types

geografische informatie aan elkaar gekoppeld wordt, en laat toe om deze uit te breiden

met niet-geografische informatie die in een databank werd opgeslagen. Hierdoor is

men in staat allerlei vragen te stellen aan de computer en de resultaten ervan

onmiddellijk in de gewenste vorm op kaart te tonen. Alle tabellen en kaarten in deze

verhandeling zijn op deze manier gemaakt, gebruik makend van de bevragingstaal

SQL (Structured Query Language). Deze programmeertaal geldt als dé internationale

standaard voor relationele databanken, zoals MSAccess dat hier werd gebruikt. De

gebruikte GIS-software is ARCgis, dat reeds een lange tijd een belangrijke speler is

op de GIS-markt.

Context van de bestudeerde regio en periode

Volgende paragrafen schetsen heel beknopt de historische situatie in de Zuidelijke

Nederlanden tijdens de periode waaruit beide landboeken van Leupegem stammen, de

17de

en de 18de

eeuw.

Politieke situatie in de Zuidelijke Nederlanden (17de

en de 18de

eeuw)22

Sinds het ontstaan van de Atlantische handelsroutes hadden de Nederlanden een heel

belangrijke en strategische ligging in Europa. Het gevolg was dat zij ook de speelbal

waren van de omliggende buurlanden en dikwijls het slagveld vormden voor

„buitenlandse‟ conflicten. Sinds 1568 waren de Nederlanden betrokken in de

godsdienstoorlogen tussen protestanten en katholieken, waarin enkele opstandige

22

Deze paragraaf is gebaseerd op volgende werken: R.R. Palmer, e.a., A History of the Modern World.

New York, McGraw-Hill, 2002, pp. 97-179, en P. Janssens, De Spaanse en Oostenrijkse Nederlanden

(1579-1780), in: J.C.H. Blom, e.a. (eds.), Geschiedenis van de Nederlanden, Baarn, HBuitgevers, 2003,

pp. 178-221.

Page 22: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

22

gewesten zich afkeerden tegen de Spaanse heerser in de Nederlanden. Het

uiteindelijke gevolg was dat op het einde van de 16de

eeuw de noordelijke

Nederlanden onafhankelijk werden van het Spaanse rijk, en de Republiek van de

Verenigde Provinciën vormden. De strijd tussen de Republiek en de Spanjaarden

bleef, soms met periodes van relatieve rust, duren tot de Vrede van Münster werd

getekend in 1648. De lange strijd werd voornamelijk gevoerd in de zogenaamde

opstandige gewesten en rond de belangrijkste rivieren zoals de Schelde er één van

was. De oorlog had er echter voor gezorgd dat belangrijke kapitaalskrachtige groepen

de regio ontvlucht waren, en door de sluiting van de Scheldemonding verging het

belangrijke steden zoals Antwerpen heel slecht.

De Vrede van Münster betekende echter niet het einde van het oorlogsgeweld, want

sinds 1635 had Frankrijk territoriale ambities aan zijn noordgrens, en gedurende meer

dan een eeuw bestond er steeds een dreiging van nieuwe gewapende conflicten. Door

de verbond tussen Frankrijk en de Verenigde Provinciën veranderden de militaire

verhoudingen in de regio ten nadele van de Spanjaarden en was het voortbestaan van

de Spaanse Nederlanden in gevaar. De Fransen geloofden immers in een totale

verovering van de Zuidelijke Nederlanden, in tegenstelling tot de Verenigde

Provinciën die een voornamelijk defensieve oorlog voerden tegen de Spanjaarden. Na

1665 werden Gent, Brussel en andere steden door de Fransen belegerd, en

daartegenover stond een uitgeput Spanje. De Spaanse Nederlanden werden echter

„gered‟ door de veranderende internationale houdingen. De vrees voor een te sterk

Frankrijk bracht de Republiek en Spanje, en later ook Engeland, dichter bij elkaar en

zij vormden een gezamenlijk front tegen de dreigende Franse opmars in Europa. Op

het einde van de 17de

eeuw verleende de Filips V aan Louis XIV van Frankrijk het

recht om de Spaanse Nederlanden in zijn plaats te besturen. De hervormingen van de

Fransen werden met veel verontwaardiging onthaald door de bevolking, en ook de

zeemogendheden Engeland en de Republiek weigerden zich hierbij neer te leggen. Er

volgden een aantal belangrijke confrontaties in Vlaanderen tussen het Franse leger

van Louis XIV en de „geallieerde‟ strijdkrachten onder leiding van Willem van

Oranje, onder andere in 1708 in de slag van Oudenaarde die zich plaatsvond op een

aantal kilometer van Leupegem. De troepen van Willem van Oranje veroverden

uiteindelijke de Zuidelijke Nederlanden op de Fransen, en in 1715 werden die aan de

Habsburgers overgedragen. De Franse dreiging was hiermee echter niet verdwenen,

Page 23: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

23

en van 1744 tot 1748 bevonden de nu Oostenrijkse Nederlanden zich opnieuw onder

Franse bezetting. In 1756 sloten Oostenrijk en Frankrijk tot ieders verbazing een

verbond, waardoor de Franse dreiging wegviel. Voor het eerst in bijna twee eeuwen

kenden de Zuidelijke Nederlanden een tijd van relatieve rust.

Sociaal-economische situatie in de Zuidelijke Nederlanden (17de

en de 18de

eeuw) 23

Ondanks de vele oorlogen bleven de Zuidelijke Nederlanden relatief gespaard, zolang

de conflicten zich beperkten tot de grensgebieden. De in het buitenland geprezen

landbouw in de Zuidelijke Nederlanden – door Weston Dutch Husbandry genoemd24

– zorgde voor een voldoende voedselaanbod, waardoor de regio gespaard bleef van

grote hongersnoden. Het verlaten van het traditionele drieslagstelsel rond de grote

Vlaamse steden en het telen van voedergewassen, lieten een grotere veestapel op stal

toe, waardoor een betere bemesting van het landbouwareaal mogelijk was. Als het

binnenland bezet werd door vreemde legers, was de druk op het platteland wel hoog,

ondanks de hoge landbouwopbrengsten. De plattelandsbevolking ging dan gebukt

onder de dreiging van plunderende legers en de situatie was allesbehalve veilig te

noemen. Pas nadat de oorlogsdreiging wegviel, kon het platteland zich volledig

herstellen. In de 18de

eeuw kenden de Oostenrijkse Nederlanden een demografische

groei en werd gepoogd het landbouwareaal intensiever te gebruiken. Dit resulteerde in

een ver doorgedreven bedrijfsversnippering, waarbij landbouwers enorm

arbeidsintensief tewerk gingen op hun kleine percelen landbouwgrond. Toen de

intensivering van de landbouw een hoogtepunt had bereikt, zocht de

plattelandsbevolking toevlucht in de plattelandsnijverheid voor extra inkomen. Dit

proces staat bekend als de proto-industrialisering.

23

Deze paragraaf is gebaseerd op volgende werken: R.R. Palmer, Op. Cit., pp. 97-179; P. Janssen, Art.

Cit. en E. Thoen, De landbouw van de Middeleeuwen tot ca. 1840, in: W. Prevenier, e.a., Geschiedenis

van Deinze, deel III. Het platteland en de dorpen in Deinze. Deinze, 2007, pp.83-110. 24

R. Weston, A Discours of Husbandrie used in Brabant and Flanders, shewing the wonderfull

improvement of land there, and serving as a pattern for our practice in this Common-Wealth, Londen,

W. Du-Gard, 1650.

Page 24: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

24

Hoofdstuk 1:

Het landschap van Leupegem in de 17de en 18de eeuw

In dit hoofdstuk zal het landschap van Leupegem worden beschreven aan de hand van

de landboeken uit 1645 en 1783 en zullen ook de verschillen tussen beide worden

bekeken, om enig idee te krijgen van evoluties in die periode. Onder „landschap‟

verstaan we het waarneembare deel van het aardoppervlak, en daaronder vallen zowel

natuurlijke als culturele elementen.

Algemene topografische beschrijving en ruimtelijke indeling

De gemeente Leupegem heeft een oppervlakte van circa 210 ha en kent een

langwerpige vorm met de twee smalle grenzen georiënteerd in noordwestelijke en

zuidoostelijke richting. In het noordwesten werd Leupegem begrensd door de

Schelde. Ondertussen is de Schelde in de buurt van Oudenaarde sterk aangepast, maar

de oude loop van de belangrijke rivier is nog steeds zichtbaar aan de huidige grens

van Leupegem. De zuidwestelijke grens wordt gevormd door de Maerkebeek, die

uitmondt in de Schelde in het uiterste westen van Leupegem. Het reliëf van de

gemeente is aan de waterlopen die de grens vormen vlak, maar aan de andere zijde

van Leupegem begint het heuvelachtig reliëf dat de Vlaamse Ardennen kenmerkt. In

het noordoosten en oosten liggen de Edelareberg en de Ladeuze, toponiemen die reeds

vermeld worden in de landboeken en nu nog steeds in gebruik zijn. De zijden van de

heuvels die in het grondgebied van Leupegem vallen, zijn gekenmerkt door een steile

hellingsgraad. De dorpskern van Leupegem is gelegen in het noordwesten, dicht tegen

de Schelde en de stad Oudenaarde. In de landboeken van Leupegem is er nog sprake

van een voormalige veste van Oudenaarde, gelegen in het meest noordelijk punt van

Leupegem. Op de kaart van Ferraris is duidelijk te zien dat Leupegem op het einde

van de 18de

eeuw voor het overgrote deel bestaat uit open landschap, bestaande uit

zaailand en aan de Schelde meersen. Dit open landschap is slechts onderbroken op de

Page 25: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

25

steilste hellingen door enkele bos- en weidepercelen, en in de dorpskern grenzend aan

Oudenaarde die voornamelijk bestaat uit kleine bebouwde perceeltjes.25

Foto 1: Restanten van de oude loop van de Schelde, die de grens vormde van Leupegem

In het landboek van 1783 is Leupegem ingedeeld in drie wijken, waarvan voor elke

wijk een kaart werd opgesteld. In het landboek van 1645 is van deze indeling in

wijken geen sprake, de items werden, althans wat betreft grote eigenaars, ingedeeld

per eigenaar. Door de onderlinge referenties in de landboeken, kunnen de meeste

percelen uit 1645 geplaatst worden op de percelen uit 1783, en kan de indeling in de

drie wijken worden toegepast op het oude landboek.

25

Cf. Bijlage I: Kaarten, p. 4.

Page 26: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

26

Kaart 1: De wijken van Leupegem volgens het landboek van 1783

De eerste wijk in het landboek van 1783, in het noorwesten van Leupegem, is gekend

onder de naam Sint Remens Cauter en omvat naast de genoemde kouter ook grote

meerspercelen aan de Schelde en de dorpskern van Leupegem. Aan noordoostelijke

zijde begint het Edelarebos, op de helling van Edelareberg. De tweede wijk, De

Roode Zee, bestaat voornamelijk uit zaailand, behalve aan de noordoostelijke zijde

waar het bos op de helling van Edelareberg verder gaat. De derde wijk,

d’Ommeloosen boomkauter bevat deels de helling van de Ladeuze, met bovenop de

heuvel een vlak gebied met landbouwgrond, de Kezer Kauter genaamd, en tussen de

voet van de helling en de Maerkebeek voornamelijk zaailand en weide. Onderstaande

tabel geeft een overzicht van de percelen per wijk volgens beide landboeken.

Page 27: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

27

Wijk Opp. (ha) # percelen 1783 # percelen 1645

St Remens Cauter 73, 4 158 109

De Roode Zee 65,2 44 46

D‟Ommeloosen boomkauter 70,5 77 93

Tabel 1: percelen en oppervlakte per wijk

Het landboek van 1783 bevat in totaal 279 percelen, waarvan ruim de helft gelegen is

in de wijk genaamd St. Remens Cauter, dat naast de kouter zelf en enkele grote

percelen meers vooral veel kleine perceeltjes met hofsteden bevat in en rond de

dorpskern. Het landboek van 1645 bevat 261 percelen, het verschil in aantal percelen

is dus nauwelijks achttien. Van de percelen uit 1645 konden er dertien niet exact

gelokaliseerd worden op de percelen van 1783, enkel een benadering is mogelijk door

de beschrijvingen in het landboek. Bovenstaande tabel toont dat de verschillen tussen

beide landboeken per wijk echter veel groter zijn. In de St. Remens kouter is het

aantal percelen in het jongste landboek ongeveer 50% groter dan in 1645, terwijl het

aantal percelen in de Ommeloosen boomkauter is afgenomen in dezelfde periode.

Hieruit kunnen we besluiten dat, ondanks de dertien niet gelokaliseerde percelen,

vooral de wijk van de meersen en de dorpskern een grondige wijziging in

perceelstructuur hebben ondergaan in de periode tussen 1645 en 1783.

Onderstaande kaart toont de percelen uit het jongste landboek die volgens het

landboek in 1645 nog deel uitmaakten van een grotere perceelsstructuur in een groene

kleur. De lichtgele percelen bleven ongewijzigd in die periode. Er valt meteen op dat

de percelen aan de Schelde, die zowel in het oudste als het jongste landboek als „de

groote messweede‟ of „de groote meersch‟ worden vermeld in 1783 allen kleinere

percelen zijn dan in 1645. Bepaalde groepen van percelen in de dorpskern, bebouwd

met hofstedes, vormen in 1783 kleinere percelen dan in 1645 het geval was en ook

een deel van de St. Remens kouter bestaat uit kleinere percelen. Vooral bij die laatste

zien we in 1783 een duidelijke repelpercelering. In de andere wijken van Leupegem,

waar het verschil in aantal percelen tussen 1645 en 1783 kleiner is, zijn de gesplitste

percelen meer verspreid, zonder dat zich een bepaalde trend lijkt af te tekenen.

Page 28: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

28

Kaart 2: gesplitste percelen in de periode 1645-1783

In de gelijkaardige studie voor Sinaai in het land van Waas is in de periode tussen

1670 en 1730 ook slechts een geringe toename van het aantal percelen vastgesteld,

weliswaar is het beschouwde interval minder dan de helft van het interval tussen de

landboeken van Leupegem. De versplinterde percelen in Sinaai in die periode zijn vrij

regelmatig over de verschillende wijken gespreid, en dus niet vooral geconcentreerd

in één wijk zoals in Leupegem het geval blijkt te zijn. Er moet wel opgemerkt worden

dat Leupegem een veel kleinere parochie is dan Sinaai. In Sinaai zijn het in bepaalde

wijken vooral de percelen met meers gelegen aan waterlopen die zijn opgesplitst, net

zoals in Leupegem aan de Schelde. 26

26

L. Vervaet, Een sociaal-economische en landschappelijke studie van een plattelandsgemeenschap in

het Land van Waas: Sinaai in de 17e en 18

e eeuw, Gent, Universiteit Gent, onuitgegeven

licentiaatsverhandeling, 2007, pp. 54-58.

St Remens Cauter

De groote messweede

Page 29: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

29

Wegennet

In het landboek van 1783 is het wegennet heel gedetailleerd opgenomen, zowel op de

kaarten als in de beschrijvingen van de percelen. Bij de oppervlakteberekening werd

rekening gehouden met wegen grenzend aan percelen, en wegen die percelen

doorkruisen. De kaarten en bijhorende legende in het landboek van 1783 geven

telkens aanwijzingen over de verschillende wegen en tot welk perceel die moeten

gerekend worden als die samenvallen met een perceelsgrens.

Kaart 3: wegennet en percelen met een herberg

De dorpskern van Leupegem vormt het kruispunt van enkele belangrijke wegen,

aangeduid met een rode lijn op de kaart. Deze wegen zijn in de landboeken vermeld

als steenweg of calsijde weg. Vanuit de dorpskern kon men de steenweg naar het

kortbij gelegen Oudenaarde nemen, de steenweg naar Doornik en die naar Ename. De

steenweg naar Ronse tenslotte, springt in het oog door het kaarsrechte traject dat die

weg vertoont, en door het feit dat hij als enige van de steenwegen in Leupegem dwars

Naar Doornik Naar Ronse

Korte toegangsweg

tot Oudenaarde

Naar Ename

Page 30: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

30

door percelen heen loopt. In het landboek van 1645 is van deze laatste steenweg nog

geen sprake. Dit, samen met het feit dat percelen doorkruist zijn, wijst erop dat deze

weg is aangelegd tussen 1645 en 1783, op een nieuwe traject zonder rekening te

houden met bestaande wegen of perceelsgrenzen.

Foto 2: de steenweg naar Ronse, volgens het traject van het landboek van 1783

De dorpskern van Leupegem mag dan wel gelegen zijn op het kruispunt van enkele

belangrijke wegen, het ligt vooral vlakbij de stad Oudenaarde, verbonden met een

korte steenweg. Als men Oudenaarde in zuidelijke richting verlaat kan en kon men

verschillende richtingen uit (Doornik, Ronse, Ename, Geraardsbergen, …). Men kan

zich afvragen of Leupegem, naast mobiliteit, kon profiteren van de ligging. Het

landboek van 1783 toont een drietal percelen, pal in de dorpskern en aan de

steenwegen gelegen, waarop zich een herberg bevond. Nog enkele andere herbergen

lagen dichtbij de dorpskern, maar niet aan een steenweg. De herbergen zijn in blauw

aangeduid op bovenstaande wegenkaart. Leupegem bood dus blijkbaar wel enkele

faciliteiten om reizigers onderdak te geven, maar die faciliteiten zullen misschien wel

Page 31: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

31

meer in het naburige Oudenaarde aanwezig geweest zijn, nauwelijks enkele

honderden meter verder gelegen.

Perceelsstructuur

In deze paragraaf wordt de perceelstructuur nader bekeken in Leupegem. De aandacht

gaat voornamelijk naar perceelsvorm en –oppervlakte. Waar mogelijk wordt ook de

evolutie tussen 1645 en 1783 getoond.

De kaarten in het landboek van 1783 geven in Leupegem voornamelijk twee soorten

perceelsvormen aan. Enerzijds zijn er perceelsgroepen die heel duidelijk een

regelmatige repelstructuur kennen, anderzijds zijn er grote en minder grote

blokpercelen, in de meeste gevallen met een onregelmatige structuur. Onderstaande

kaart toont de meest opvallende blokken met een repelstructuur volgens het landboek

van 1783. Er werd een onderscheid gemaakt tussen percelen die in het landboek van

1645 reeds als afzonderlijke percelen worden vermeld – de rode percelen – en de

percelen die in 1645 grotere percelen vormden en die dus ergens tijdens het interval

tussen beide landboeken gesplitst werden – de groene percelen. Alhoewel het

landboek van 1645 duidelijk een bepaalde tijd als werkdocument is gebruikt, te zien

aan de vele aantekeningen verspreid rond de perceelitems, is van enige versplintering

van percelen niks genoteerd.

Page 32: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

32

Kaart 4: de meest opvallende perceelsblokken met een repelstructuur.

De roodgekleurde repelpercelen onmiddellijk rond de dorpskern gelegen, hadden

reeds in 1645 dezelfde structuur. Deze werden in 1645 voornamelijk als zaailand

gebruikt, maar in 1783 zijn ze zo goed als allemaal bebouwd met hofstedes. De

overige repelpercelen zijn hoofdzakelijk zaailand, zo ook de St. Remens kouter, die

volgens het landboek van 1645 nog bestond uit grotere percelen, en nog niet uit de

repelstructuur uit 1783 kende. Dit doet vermoeden dat de genoemde kouter op andere

wijze werd geëxploiteerd in 1645 dan in 1783. De Kezer kauter27

, een naam die

vermeld wordt op de kadastrale kaart van Popp, maar waarvan in de landboeken geen

sprake is, kent ook een repelpercelering, maar dit was reeds in 1645 grotendeels het

geval.

In beide landboeken wordt de oppervlakte van elk perceel vermeld, in bunder,

dagwand en roeden. In het landboek van 1783 werd de beëdigde landmeter genoemd,

27

Kezer bestaat in het huidige lokale dialect en verwijst naar het nabijgelegen bedevaartsoord

Kerselaere.

St Remens Cauter

Kezer Kauter

Page 33: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

33

Eumanuel van der Straeten, maar in het landboek van 1645 staat nergens iemand met

een gelijkaardige opdracht genoteerd. In de inleiding van het landboek van 1783 valt

te lezen dat voor het bepalen van de oppervlakten gebruik gemaakt is van de

oppervlakten genoteerd in het oudere landboek, maar in het jongste landboek zijn wel

herberekeningen gedaan in geval van gesplitste percelen, of nieuwe en bestaande

wegen die langs of door percelen lopen.

Onderstaande tabellen en grafieken bieden een overzicht van de percelen per

grootteorde. De gebruikte indeling is dezelfde als die in de studie van Sinaai28

,

gebaseerd op de criteria van Snacken29

.

Opp. (ha) # percelen # percelen

(%)

Ingenomen

opp. (ha)

Aandeel opp.

(%)

[0-0,25] 82 29,4 10,0 4,8

]0,25-0,5] 85 30,5 30,3 14,5

]0,5-0,75] 42 15,1 25,9 12,4

]0,75-1] 15 5,4 13,3 6,4

]1-2] 32 11,5 43,3 20,7

]2-3] 9 3,2 22,0 10,5

]3-4] 8 2,9 27,5 13,2

]4-5] 2 0,7 8,5 4,1

> 5 4 1,4 28 13,4

Tabel 2: Landboek 1783, perceelsgrootte

Opp. (ha) # percelen # percelen

(%)

Ingenomen

opp. (ha)

Aandeel opp.

(%)

[0-0,25] 68 26,2 8,6 4,1

]0,25-0,5] 79 30,4 28,9 13,8

]0,5-0,75] 40 15,4 24,7 11,8

]0,75-1] 21 8,1 19,0 9,1

]1-2] 31 11,9 45,0 21,5

]2-3] 10 3,8 24,2 11,6

]3-4] 4 1,5 14,0 6,7

]4-5] 2 0,8 8,7 4,2

> 5 5 1,9 37,1 17,8

Tabel 3: Landboek 1645, perceelsgrootte

28

L. Vervaet, Op. Cit., p. 75. 29

F. Snacken, Streekindeling en begrenzing van het Land van Waas, in: Tijdschrift van de Belgische

vereniging voor aardrijkskundige studies. Leuven, 30 (1961).

Page 34: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

34

De verschillen tussen beide tabellen zijn erg klein. Zowel in 1645 als in 1783 was

ruim de helft van de percelen kleiner dan een halve hectare, en die percelen nemen

ongeveer 18% van de totale oppervlakte van Leupegem in. Ook de cijfers voor grotere

percelen, vanaf twee hectare zijn vrijwel identiek, met uitzondering van de grootste

percelen, groter dan 5 hectare, die in 1645 in de totale oppervlakte van Leupegem een

groter aandeel vormden.

0

5

10

15

20

25

[0-0,25] ]0,25-0,5] ]0,5-0,75] ]0,75-1] ]1-2] ]2-3] ]3-4] ]4-5] > 5

(ha)

Ingenomen opp (%) per perceelsgrootte

1783

1645

Bovenstaand diagram toont dat voor de meeste oppervlaktecategorieën de ingenomen

oppervlakte in beide landboeken weinig verschilt. De grootste verschillen bevinden

zich bij de grotere percelen. In 1645 was het aandeel van de grootste percelen – groter

dan 5 hectare – opmerkelijk groter dan in 1783, terwijl het aandeel van middelgrote

percelen tussen 3 en 4 hectare duidelijk groter is in 1783. Eén van de grootste

percelen uit 1645 is de meers gelegen aan de Schelde, genaamd “de groote

messweede”. Het landboek van 1783 toont aan dat deze ondertussen gesplitst is in vier

percelen, waarvan enkele middelgrote en waarbij telkens vermeld wordt:

“deelmaekende van de grote messweede”, zelfs voor het perceel dat in 1783 als

zaailand en niet langer als meers of weide werd gebruikt. Twee andere grote percelen

uit 1645 zijn in twee of drie percelen versplinterd volgens het jongste landboek, maar

het landgebruik – zaailand – lijkt ongewijzigd. Het enige grote perceel uit 1645 dat

Page 35: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

35

kon worden gelokaliseerd en niet op één of andere manier is gesplitst, is het grote

bosperceel van Leupegem op Edelareberg, dat zowel in 1645 en in 1783 eigendom

was van de abdij van Maegdendaele. Dit kleine aantal voorbeelden van de grootste

percelen die ergens in de periode tussen 1645 en 1783 zijn gesplitst in kleine en

middelgrote percelen, zijn voldoende om de verschillen in het diagram te verklaren.

Door de kleine oppervlakte van de gemeente Leupegem, hebben deze enkele

voorbeelden al een niet te verwaarlozen impact op de cijfers.

Kaart 5: Percelen per oppervlakte in 1783

Bovenstaande kaart toont de percelen per oppervlakte volgens het landboek van 1783.

De meeste kleine percelen bevinden zich in en rond de dorpskern en zijn bijna allen

bewoond, maar ook de St. Remens kouter bestaat voornamelijk uit kleinere percelen.

De percelen met meers, gelegen aan de Schelde zijn vrij groot, maar zeker niet de

grootste in 1783. De grootste percelen in 1783 zijn allen gelegen in het minder

bewoonde deel van Leupegem, waar zich behalve op de steile hellingen vooral

zaailand bevond.

St Remens

Cauter

De groote

messweede

Kezer

Cauter

Page 36: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

36

Kaart 6: Percelen per oppervlakte in 1645

Bovenstaande kaart toont hetzelfde als kaart 5, maar dan volgens het landboek van

1645. De perceelsgrenzen op deze kaart zijn echter die van 1783, omdat deze van

1645 niet exact kunnen gereconstrueerd worden. Ondanks de beperkte verschillen in

naakte cijfers, leren beide kaarten ons echter dat er wel degelijk bepaalde evoluties

moeten hebben plaatsgevonden. De eerder besproken versplintering van de grote

messweede is op beide kaarten duidelijk te zien. Op de kaart van 1645 is deze nog

duidelijk als één groot perceel (in donkerrood) te zien, terwijl die op kaart van de

situatie in 1783 bestaat uit een aantal kleinere percelen met de structuur zoals die

getekend is op de kaart. Ook de veranderde situatie op de St. Remens kouter is

duidelijk te zien, met de kleinere repelpercelering in 1783 en de grotere blokken zoals

die in 1645 moet hebben bestaan. Het is mogelijk dat de aanleg van de steenweg naar

Ronse, die ergens in de periode tussen 1645 en 1783 moet hebben plaatsgevonden en

dwars door de percelen loopt mede aan de basis ligt van de versplintering op de

kouter. In het minder bevolkte deel zijn de verschillen in 1645 en 1783 minder

uitgesproken, maar in 1645 zijn toch duidelijk enkele heel grote percelen te zien die

De groote

messweede

St Remens

Cauter

Kezer

Cauter

Page 37: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

37

op z‟n minst een stuk versplintert zijn in 1783. Op de Kezer Kauter gelegen bovenop

de heuvels Edelareberg en de Ladeuze, is duidelijk ook één en ander veranderd. Het

cijfermateriaal uit het landboek van 1645 kan voor deze kouter slechts bij benadering

op kaart worden getoond, maar de uitkomst toont dat er naast versplintering ook

enkele percelen „gegroeid‟ zijn. Zoals eerder gezegd moet de repelpercelering op deze

kouter grotendeels al in 1645 hebben bestaan. Als beide kaarten van de

perceelsgroottes op elkaar worden geprojecteerd (met behulp van een

computerpresentatie), is wel duidelijk te zien dat de versplintering in de periode 1645

– 1783 toch voornamelijk in en rond de dorpskern heeft plaats gevonden. In het

minder bewoonde deel zijn er wel verschillen, maar daar valt niet echt een bepaalde

trend uit af te leiden.

Net zoals uit de historische geografie van Sinaai blijkt30

, liggen ook in Leupegem de

meeste kleine percelen langs een weg, en zijn die in de landboeken bijna altijd

vermeld als hofstedes. In Sinaai bestond vruchtbaar meersgebied ca. 1730 ook uit hele

kleine percelen, terwijl in 1783 in Leupegem de meerspercelen aan de Schelde,

alhoewel versplinterd tegenover 1645, toch nog tot de grotere percelen behoorden. De

sterke versplintering van de meersen in Sinaai zou te wijten zijn aan de hoge

opbrengst van die gronden, zodat verdere versplintering rendabel bleef. Volgens deze

redenering zou men kunnen vermoeden dat de meersgronden in Leupegem, waar

verregaande versplintering achterwege bleef, misschien minder rendabel waren. De

kadasterkaart van Popp toont echter dat de versplintering van de meersen na 1783 is

doorgegaan, zij het niet zo extreem als in Sinaai en zoals verder zal besproken

worden, behoorden de meersen van Leupegem tot de hoogst geschatte gronden in

Leupegem. Het is dus prematuur om enkel met de landboeken als bron, de meersen

van Leupegem als minder rendabel te beschouwen. Door het rechttrekken van het

traject van de Schelde en het ontstaan van industrie en geconcentreerde bewoning is

van de meersen ten tijde van 1783 vandaag geen enkel spoor meer te bekennen.

30

L. Vervaet, Op. Cit., p. 76.

Page 38: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

38

Grondgebruik

In deze paragraaf bekijken we het grondgebruik in Leupegem, zowel volgens het

landboek van 1645 als dat van 1783, en zullen beide met elkaar vergeleken worden.

Er zal tevens gezocht worden naar verbanden tussen perceelgrootte en grondgebruik.

Onderstaande tabellen tonen het globale grondgebruik in Leupegem, respectievelijk

voor 1783 en 1645. Naast de verschillende types grondgebruik, vermeld in de tabel,

zijn er nog enkele andere te vinden in de landboeken, zoals lochtink, planterije, e.a.,

maar deze zijn uitzonderlijk en worden hier niet behandeld. Merk op dat in het

landboek van 1783 verschillende percelen worden vermeld met meer dan één type

grondgebruik zonder de ingenomen oppervlakte voor elk type te vermelden. De

oppervlakte per grondgebruik in de tabel van 1783 is dus het minimum dat we met

zekerheid kunnen vaststellen volgens het landboek. In het landboek van 1645 komt

een gemengd grondgebruik slechts op één perceel voor, dus zijn de vermelde cijfers in

de tabel zo goed als een exacte weergave van de gegevens uit 1645.

Grondgebruik Oppervlakte (ha) Oppervlakte (%)

Zaailand 106,7 51,1

Bos 20,3 9,7

Meers 15,0 7,2

Hofstede 14,8 7,1

Weide 12,2 5,8

Gemengd 38,4 18,4

Tabel 4: Landboek 1783, grondgebruik (totale opp.: ca. 210 ha.)

Grondgebruik Oppervlakte (ha) Oppervlakte (%)

Zaailand 120,23 57,2

Hofstede 30,33 14,4

Weide 20,27 9,6

Meers 18,97 9,0

Bos 17,54 8,3

Tabel 5: Landboek 1645, grondgebruik (totale opp.: ca. 210 ha.)

In beide gevallen zien we dat zaailand het grootste deel van het grondgebruik vormt,

telkens iets meer dan de helft van de oppervlakte. Er dient opgemerkt te worden dat in

het landboek van 1783 specifiek de vermelding „saeyland‟ genoteerd staat, terwijl dit

Page 39: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

39

in 1645 als „landt‟ werd vermeld. We zijn uitgegaan van de veronderstelling dat

„landt‟ ook slaat op zaailand.

De oppervlakte aan bos is in 1783 iets groter dan in 1645, maar een groot deel van de

gemengde percelen in 1783 bevatten ook stukken bos, dus het verschil zal groter zijn

dan de tabellen op het eerste zicht doen vermoeden. In de 17de

en 18de

eeuw kende

men een periode van een groot tekort aan hout, de timber famine31

, en vermoedelijk is

dit de oorzaak van de groei aan bosoppervlakte in de periode tussen beide landboeken.

In het gesloten landschap dat zo typisch is voor Binnen-Vlaanderen, vormden de

houtkanten en hagen een belangrijke en noodzakelijke bron voor brandhout en

inkomsten32

. Op de kaart van Ferraris, daterend net voor het landboek van 178333

is

duidelijk te zien dat Leupegem voor het grootste deel uit open landschap bestond, met

weinig hagen en bomen aan de randen van de percelen. De uitbreiding van het

bosareaal moet waarschijnlijk in verband met het gebrek aan houtkanten worden

gezien. Verder in deze verhandeling zal nader bekeken worden wie de eigenaars van

de bospercelen zijn.

De oppervlakte ingenomen door percelen met een hofstede is merkelijk groter in

1645, maar veel van de gemengde percelen, vaak vrij grote percelen, uit 1783 zijn

gekenmerkt met hofstedes. Het aantal percelen met hofstedes is zelfs merkelijk groter

dan het aantal in 1645, maar de percelen met een hofstede zijn in 1783 kleiner dan de

hofstedes uit 1645.

Naast een vergelijking van beide landboeken voor de totale oppervlakte per

grondgebruik in Leupegem, kan een vergelijking gemaakt worden van grondgebruik

per oppervlaktecategorie. De oppervlakte-indeling is dezelfde als deze die eerder werd

gebruikt. Deze vergelijking kan enerzijds kwantitatief, door het aantal percelen in

beschouwing te nemen, en anderzijds kwalitatief door de relevante percelen op de

kaart te plaatsen, zowel voor 1783 als voor 1645. Er dient opgemerkt te worden dat bij

de kwantitatieve vergelijking zich een tweetal problemen stellen. Ten eerste bevat het

landboek van 1783 zoals eerder vermeld een niet te verwaarlozen aantal „gemengde‟

percelen, waarbij soms per perceel tot vijf verschillende types van grondgebruik zijn

31

E. Thoen, De landbouw van de Middeleeuwen tot ca. 1840, in: W. Prevenier, R. Van Eenoo en E.

Thoen (eds.), Geschiedenis van Deinze, deel III. Het platteland en de dorpen in Deinze. Deinze, 2007,

p. 77. 32

Ibidem, p. 77. 33

Cf. Bijlage I: Kaarten, p. 4.

Page 40: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

40

genoteerd. Het is onmogelijk om met de gegevens uit het landboek de oppervlaktes

per grondgebruik op deze percelen te reconstrueren. Dit zorgt dus voor onvolledige

cijfers wat betreft de situatie in 1783. Ten tweede is de ingenomen oppervlakte voor

enkele types grondgebruik te klein om met een kwantitatieve methode besluiten te

kunnen trekken. Ondanks deze problemen zal er geprobeerd worden om bepaalde

trends te ontdekken.

Zaailand

Zoals eerder vermeld werd volgens beide landboeken meer dan de helft van de

oppervlakte ingenomen door zaailand. Onderstaande grafiek toont voor beide

landboeken de percelen met zaailand per oppervlaktecategorie. De gemengde percelen

uit het landboek van 1783 zijn hier niet in opgenomen om al te grote vervormingen in

de cijfers te vermijden, een groot gemengd perceel met een klein stukje zaailand en

een grote oppervlakte aan bos zou bijvoorbeeld een vals beeld kunnen scheppen.

0

10

20

30

40

50

60

[0;0,25] ]0,25;0,5] ]0,5;0,75] ]0,75;1] ]1;2] ]2;3] ]3;4] ]4;5] ]5

(ha)

Aantal percelen zaailand per oppervlaktecategorie 1783 (120 percelen)

1645 (147 percelen)

Uit deze grafiek blijkt dat er in 1645 meer hele kleine percelen met zaailand

bestonden dan in 1783, en dat de verschillen voor grotere percelen beperkt zijn.

Onderstaande kaart tracht een beeld te geven van deze grafiek.

Page 41: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

41

Kaart 7: Evolutie van zaailand tussen 1645 en 1783

Deze kaart toont een aantal interessante verschillen. Dichtbij de Kezer kouter zijn een

aantal grote percelen te zien die in 1645 wel en in 1783 niet als zaailand worden

aangegeven. Hier dient te worden opgemerkt dat veel van de roodgekleurde percelen

groot zijn, gelegen op een vrij steile helling, en in het landboek van 1783 met

verschillende types grondgebruik worden vermeld. Mogelijk was er in 1783 op die

percelen nog steeds een ruime oppervlakte aan zaailand aanwezig, maar hoeveel en

waar precies is niet te bepalen met het landboek alleen. Boven de St. Remens kouter is

een serie aan roodgekleurde repelpercelering te zien. Zoals werd getoond op kaart 4

was deze repelpercelering reeds aanwezig in 1645, waar het toen als zaailand werd

gebruikt. In 1783 staan deze percelen vermeld als hofstedes met, volgens bijhorende

kaart in het landboek, zaailand op de rest van het smalle perceel. De hofstedes op deze

percelen zijn er dus pas gekomen na 1645, alhoewel de perceelstructuur van 1783

reeds in 1645 bestond. Onder de St. Remens kouter zien we een serie groengekleurde

repelpercelering, wat wil zeggen dat die in 1783 als zaailand worden vermeld, maar in

1645 niet. Kaart 4 toont dat deze repelpercelering nog niet in die structuur voorkwam

Kezer Kauter

St Remens

Cauter

De groote

messweede

Page 42: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

42

in het landboek van 1645. In 1645 waren deze percelen, gelegen tegen de Maerkebeek

ook allen hofstedes of weidegrond. Hier kunnen we dus duidelijk spreken van een

uitbreiding van het areaal aan zaailand, waarbij de percelen versplinterd zijn in een

repelstructuur, en waar niet langer hofstedes aanwezig zijn in 1783. Een klein stuk

van de meersen gelegen aan de Schelde is in 1783 ook als zaailand in gebruik. Beide

kouter-toponiemen in Leupegem bestonden in 1645 en in 1783 als zaailand, en

behalve een gewijzigde perceelstructuur lijkt daar weinig verandering te hebben

plaatsgevonden in het landschap.

Hofstedes

Voor de analyse van de percelen met hofstedes is wel rekening gehouden met

gemengde percelen uit 1783 waar zeker ook een hofstede aanwezig was. Zelfs de

kleinst percelen met hofstedes kenden volgens de kaarten in 1783 nog een ander type

grondgebruik, alhoewel dit niet expliciet vermeld werd. Het mee in rekening nemen

van de gemengde percelen wat betreft hofstedes zal de cijfers dus weinig beïnvloeden.

0

10

20

30

40

50

60

[0;0,25] ]0,25;0,5] ]0,5;0,75] ]0,75;1] ]1;2] ]2;3] ]3;4] ]4;5] ]5

(ha)

Aantal percelen hofstedes per oppervlaktecategorie 1783 (94 percelen)

1645 (68 percelen)

Uit de grafiek blijken de grootste verschillen zich te bevinden in de kleinste percelen.

Er zijn in 1783 blijkbaar veel meer hofstedes, en de meest ervan op hele kleine

Page 43: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

43

percelen. Bij de analyse van het zaailand uit vorige paragraaf was er al sprake van een

serie „nieuwe‟ hofstedes net boven de St. Remens kouter, op kleine repelpercelen, en

onderstaande kaart toont dit ook aan. Op deze kaart is duidelijk de evolutie te zien van

de dorpskern van Leupegem. Het echte centrum rond de kerk en aan de kruising van

de belangrijke wegen is grotendeels dezelfde gebleven in de periode 1645-1783 wat

betreft hofstedes. In die periode vond een uitbreiding van de bewoning plaats richting

het minder bewoonde areaal van Leupegem, en niet verder langs de belangrijke wegen

naar Doornik, Ename en Ronse. Deze laatste steenweg moet echter vrij recent geweest

zijn, althans recenter dan de andere steenwegen. In het minder bewoonde deel van

Leupegem lijkt op het eerst zicht één en ander veranderd, maar dit kan een vals beeld

zijn omwille van de versplintering die zich in de periode tussen beide landboeken

heeft voorgedaan en waar op de afgesplitste percelen geen nieuwe hofstedes zijn

gebouwd. De paar hofstedes die daar aanwezig zijn volgens beide landboeken, zijn in

feite grote hoeven, waarvan de meeste nu nog bestaan, en zijn niet te vergelijken met

de kleine hofstedekens in en rond de dorpskern.

Kaart 8: Evolutie van hofstedes tussen 1645 en 1783

St Remens Cauter

Kezer Kauter

Page 44: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

44

Bos

Om een vergelijking te maken tussen de bospercelen van 1645 en 1783 zijn ook de

gemengde percelen waarop tenminste een stuk bos voorkwam in beschouwing

genomen. Zoals eerder gezegd was de 17de

en 18de

eeuw de periode van de timber

famine en zullen waarschijnlijk enkele eigenaars of pachters bosjes hebben aangeplant

als ze de ruimte vonden, want door het voornamelijk open landschap in Leupegem

was er van houtopbrengsten langs perceelranden geen sprake. In het landboek van

1783 zijn er 13 gemengde percelen waar ook bos op voorkwam. Wat de oppervlakte

van die bosjes was valt echter niet af te leiden, zelfs niet op de kaarten in het landboek

waar op de gemengde percelen wel meestal ook enkele boompjes werden getekend.

Uit onderstaande grafiek blijkt duidelijk dat er meer bospercelen waren in 1783. In

1645 waren er slechts enkele bossen, op vrij grote percelen. In 1783 komen er ook

bossen voor op kleinere percelen, wat doet vermoeden dat er bossen werden

aangeplant waar men er ook ruimte voor had, uit noodzaak of uit rendabiliteit. Wie

precies de nieuwe bospercelen in eigendom had, wordt in een volgend hoofdstuk

besproken.

0

2

4

6

8

10

12

[0;0,25] ]0,25;0,5] ]0,5;0,75] ]0,75;1] ]1;2] ]2;3] ]3;4] ]4;5] ]5

(ha)

Aantal percelen bos per oppervlaktecategorie 1783 (33 percelen)

1645 (6 percelen)

Onderstaande kaart laat duidelijk zien dat er in 1783 heel wat meer percelen met

tenminste een stuk bos bestonden dan in 1645. Hierbij dient wel opgemerkt te worden

Page 45: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

45

dat in het landboek van 1645 op één uitzondering na geen enkel perceel meer dan één

type grondgebruik kent. Mogelijk waren daar ook delen van percelen beplant met

bossen, zeker gezien het open landschap in Leupegem. Deze kaart is echter opgesteld

met de veronderstelling dat de gegevens in 1645 de realiteit weergeven. De meeste

nieuwe bossen bevinden zich volgens deze kaart in het minder bewoonde deel van

Leupegem, vaak op hellingen (de Ladeuze en de Edelareberg) en aan de oevers van de

Maerkebeek. Ondanks de vaagheid van de gegevens mag er gezien de context van de

timber famine toch verondersteld worden dat er wel degelijk een groter bosoppervlak

bestond in 1783 dan in 1645 en dat er actief aanplantingen moeten geweest zijn in die

periode. Om welk type bos het gaat, hooghout, laaghout of gemengd valt niet af te

leiden, niet uit de kaarten van het landboek en niet uit de beschrijving van de percelen.

Kaart 9: Evolutie van bospercelen tussen 1645 en 1783

Ladeuze

Edelareberg

Maerkebeek

Page 46: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

46

Meers

Dezelfde analyse kan gemaakt worden voor meers en hierna voor weidegrond. Merk

op dat het hier telkens om een beperkt aantal percelen gaat, misschien te weinig om

op kwantitatieve manier te benaderen en er conclusies uit te trekken.

Meers wordt omschreven als “de drassige alluviale gronden die in brede stroken aan

beken en rivieren liggen waar een welige flora tiert van lange grassoorten”34

. Uit

onderstaande grafiek blijkt dat de helft van de weinige percelen meers uit 1645 op de

allerkleinste percelen voorkomen, terwijl in 1783 meers op grotere percelen

voorkwam, maar verder zijn er weinig uitgesproken verschillen te bespeuren.

Bekijken we de meersen op de kaart dan is er wel een trend op te merken. Waar er in

1645 nog meers voorkwam in het minder bewoonde deel van Leupegem, onder andere

langs de Maerkebeek, zien we dat in 1783 er enkel nog meers voorkwam langs de

Schelde, en dat die daar ook is uitgebreid. De voormalige meerspercelen langs de

Maerkebeek zijn in 1783 vervangen door onder andere een stuk bos, zoals op

voorgaande kaart te zien is. Verder in dit hoofdstuk wordt duidelijk dat de meersen in

1783 langs de Schelde tot de hoogst geschatte percelen in het dorp behoren. Wie de

eigenaars en eventueel pachters waren, wordt in een volgend hoofdstuk besproken.

0

0,5

1

1,5

2

2,5

3

3,5

4

[0;0,25] ]0,25;0,5] ]0,5;0,75] ]0,75;1] ]1;2] ]2;3] ]3;4] ]4;5] ]5

(ha)

Aantal percelen meers per oppervlaktecategorie1783 (11 percelen)

1645 (16 percelen)

34

P. Lindemans, Geschiedenis van de landbouw in België, Antwerpen, Genootschap voor geschiedenis

en volkskunde, 1994, deel 1, p. 452.

Page 47: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

47

Kaart 10: Evolutie van meers tussen 1645 en 1783

Weide

Ook voor weidegrond kan gezegd worden dat het aantal percelen te weinig is voor een

kwantitatieve benadering, maar vooral op de kaart kan toch een bepaalde trend gezien

worden. Op de grafiek is te zien dat percelen met weidegrond kleiner waren in 1783

dan in 1645, en er zijn ook iets meer percelen met weidegrond. Men zou hieruit

kunnen afleiden dat er versplintering heeft plaats gevonden in die periode, maar als

we deze percelen op kaart projecteren, zien we iets helemaal anders. De kaart toont

dat er op een paar uitzonderingen na, niks van de weidegrond uit 1645 in 1783 nog

steeds weidegrond is, en omgekeerd dat de weidegrond in 1783 niet dezelfde percelen

zijn als in 1645. Hierin verschilt de weidegrond met de andere types van grondgebruik

in Leupegem, waar er telkens in 1645 en 1783 een bepaald deel hetzelfde landgebruik

kent. Of weidegrond echt een andere evolutie kent dan de andere types grondgebruik

zou kunnen, maar men moet er rekening mee houden dat beide landboeken telkens

Maerkebeek

De groote

messweede

Page 48: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

48

een momentopname zijn, en er niks met zekerheid kan gezegd worden over de circa

anderhalve eeuw ertussen, althans niet zonder gebruik van andere bronnen.

0

1

2

3

4

5

6

7

8

[0;0,25] ]0,25;0,5] ]0,5;0,75] ]0,75;1] ]1;2] ]2;3] ]3;4] ]4;5] ]5

(ha)

Aantal percelen weide per oppervlaktecategorie1783 (18 percelen)

1645 (14 percelen)

Kaart 11: Evolutie van weidegrond tussen 1645 en 1783

Page 49: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

49

Vergelijking met Sinaai35

en Deftinge36

In Sinaai is het bodemgebruik tussen de twee momentopnames ca. 1670 en ca. 1730

weinig verschil te merken in bodemgebruik, maar ook daar leenden niet alle gegevens

zich tot het identificeren van grondgebruik met absolute zekerheid. In Sinaai was in

verhouding met Leupegem een veel groter deel permanent of tijdelijk akkerland, en

was de oppervlakte aan meers, bos en weidegrond veel kleiner. De oppervlakte van

Leupegem is wel veel kleiner dan die beschouwd in Sinaai. Dat er in verhouding tot

het akkerland veel minder meers was in Sinaai is te verklaren door de eerder gegeven

definitie van Lindemans, die zegt dat meersen voorkomen aan waterlopen. Ongeveer

de helft van de grens van Leupegem bestaat uit waterlopen. De grond gelegen aan die

waterlopen, en dan voornamelijk de Schelde zoals eerder werd vermeld, lenen zich

veel beter tot het gebruik als meers, en die zijn gezien de ligging in verhouding tot de

totale oppervlakte talrijker dan die in Sinaai. Ook uit de studie van Deftinge, waar

weide- en meersgronden onder één noemer zijn geplaatst, omwille van het

veranderende gebruik van beide woorden, is duidelijk ook minder oppervlakte aan

meers en weidegronden. Deftinge kent enkele kleinere waterlopen, maar ook niet van

het formaat zoals de Schelde in Leupegem. Het bosoppervlak is zowel in Sinaai als in

Deftinge merkwaardig klein in de periode van timber famine. In Sinaai waren er

echter vrij grote oppervlaktes gekenmerkt door gesloten landschap. De houtkanten en

hagen daar leverden toch een bepaald volume aan hout37

, terwijl in Leupegem

houtkanten bijna onbestaande zijn. Deftinge bevat minder percelen met levende

perceelsbegrenzing, maar toch meer dan in Leupegem. In Deftinge zijn wel bronnen

onderzocht waaruit duidelijk blijkt dat er op het einde van de 17de

eeuw bossen zijn

aangeplant38

. Een grondige vergelijking van de situatie en de evolutie in Leupegem

met beide andere dorpen is zonder twijfel nuttig, maar er moet zeker opgemerkt

worden dat de oppervlakte van Deftinge ongeveer vier maal, en die van Sinaai

ongeveer vijf maal de oppervlakte van Leupegem bedraagt. Daarbij komt dat

Leupegem voor een groot deel langs waterlopen ligt, en dat de oppervlakte ook uit

35

Gebaseerd op: L. Vervaet, Op. Cit. 36

Gebaseerd op: B. Willequet, Landschapsgeschiedenis van een zuidoost-Vlaams dorp: de evolutie van

de ruimtelijke organisatie van het cultuurlandschap te Deftinge (Middeleeuwen – Nieuwe Tijden),

Gent, (onuitgegeven licentiaatsverhandeling Universiteit Gent), 2004. 37

L. Vervaet, Op. Cit., p. 86. 38

B. Willequet, Op. Cit., p. 217.

Page 50: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

50

enkele steile hellingen bestaat. De natuurlijke invloed op het grondgebruik zal

vermoedelijk anders geweest zijn in Leupegem en beide andere beschouwde dorpen.

Geschatte waarde

Beide landboeken zijn fiscale documenten bij uitstek, waarbij belastingen werden

geheven op basis van het grondbezit. Beide landboeken bevatten voor elk perceel de

waarde van de grond per roede, in het landboek vermeld als prijs. Deze staat in beide

landboeken uitgedrukt in ponden parisis. Met deze prijs per roede, en de oppervlakte –

uitgedrukt in bunder, dagwand en roede gangbaar in het land van Aalst – werd het

zogenaamde kapitael per perceel berekend, in 1645 uitgedrukt in ponden, schellingen

en grooten courant, in 1783 uitgedrukt in gulden, stuyvers en deniers. Op basis van dit

kapitaal werd de belasting per perceel berekend, zijnde in advenante van den pennink

40. De prijzen en oppervlaktes in het landboek van 1783 zijn volgens de inleiding

gebaseerd op het landboek van 1645, met aanpassingen voor gewijzigde percelen en

ook wijzigingen in oppervlakte als een nieuwe weg dwars door of aan de grens van

percelen was aangelegd. De steenweg naar Ronse die in het oudste landboek nog niet

wordt vermeld, is zo‟n voorbeeld. In deze paragraaf zullen we enige logica trachten te

achterhalen in het bepalen van de grondwaarde per roede. Omdat de prijzen van het

landboek van 1783 gebaseerd zijn op die van 1645 en het jongste landboek ons de

meest volledige informatie biedt, wordt enkel het jongste landboek in het vervolg van

deze paragraaf behandeld.

Page 51: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

51

Kaart 12: prijs per roede in 1783

Bovenstaande kaart toont per perceel de prijs per roede, waarbij de intervallen tussen

de zeven prijscategorieën dezelfde zijn, behalve de laatste categorie die enkel de

hoogst geprezen percelen van 12 gulden per roede omvat. Naast de hofsteden in de

dorpskern zijn de percelen gelegen aan de Schelde, hoofdzakelijk bestaande uit meers,

de hoogst geprezen gronden. Daarna volgt de St. Remens kouter, die het hoogst

geprezen zaailand in de gemeente vormt. Naarmate men verder van de dorpskern gaat

worden de gronden goedkoper, met de goedkoopste gronden meestal gelegen op de

steile hellingen van de ladeuze. Zoals de kaart laat zien veranderen de prijzen per

roede geleidelijk afhankelijk van de locatie, en op het eerste zicht is die onafhankelijk

van het grondgebruik of perceelsgrootte. De waarde van de St. Remens kouter is

bijvoorbeeld hoger dan de Kezer kouter. Anderzijds vallen alle meersgronden in de

duurdere prijscategorie, maar die percelen zijn ook allen geconcentreerd dichtbij de

dorpskern die toch de duurste percelen omvat. In het vervolg van deze paragraaf zal

getracht worden om eventuele verbanden tussen prijs en grondgebruik of oppervlakte

van de percelen te achterhalen.

St Remens

Cauter

Meersen en

dorpskern Kezer Cauter

Page 52: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

52

Prijs in relatie met grondgebruik

Onderstaande tabel toont per grondgebruik de gemiddelde prijs, maar ook de

minimum en maximumprijs, en het aantal percelen opgenomen in de berekening.

Grondgebruik Gemiddelde

(gulden/roede)

Minimum

(gulden/roede)

Maximum

(gulden/roede)

# percelen

Kaai 8,3 8 9 3

Meers 7,9 6 9 11

Hofstede 6,2 1,2 12 77

Zaailand 3,6 1,2 10 120

Gemengd 3,2 1,5 9,4 27

Weide 2,5 1,2 6 18

Bos 2 0,9 3,5 20

Tabel 6: grondprijs in relatie met grondgebruik

In deze tabel zijn voor de gelegenheid ook de drie kaaien in Leupegem opgenomen,

gelegen aan de Schelde. Zij vormen de duurste percelen, maar ze liggen allen in de

„duurste zone‟ van Leupegem zoals uit kaart 12 blijkt. Hetzelfde geldt voor de

meerspercelen, die gemiddeld de op één na duurste percelen zijn. Hofstedes zijn de

volgende in het rijtje, en ook hier zijn de meeste, maar niet alle, gelegen in de

dorpskern. Alhoewel het gemiddelde van de percelen met hofstedes vrij hoog is, zien

we in de minimum- en maximumprijs de grootste variatie van allemaal. Het

gemiddelde voor zaailand ligt dan wel een stuk lager, de variatie in prijs is bijna even

groot als die van hofstedes. Enkel weide en bossen bevinden zich constant in de lagere

prijsklassen.

Het is moeilijk om uit deze cijfers alleen conclusies te trekken. De naakte cijfers tonen

duidelijk welke types van grondgebruik de duurste percelen vormen, maar of er echt

een één op één relatie is tussen het grondgebruik en de prijs, valt te betwijfelen.

Zaailand en hofstedes zijn met voorsprong de meest voorkomende percelen, en hun

prijsvariatie is vergelijkbaar. De meeste hofstedes liggen in de dorpskern, dichtbij de

Schelde, maar de enkele hofstedes gelegen in het minder bewoonde deel van

Page 53: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

53

Leupegem liggen ongeveer in dezelfde prijscategorie als het omliggende zaailand,

weidegrond en bos. Zaailand is daarentegen veel meer gespreid over Leupegem en

behalve de St. Remens kouter niet in de onmiddellijke omgeving van het

dorpscentrum. De gemiddelde prijs van percelen zaailand is daarom een stuk lager

dan die van hofstedes of van bijvoorbeeld meersen die allen geconcentreerd zijn rond

dezelfde locatie

De bossen in Leupegem vormen duidelijk de laagst geschatte gronden, met naast een

laag gemiddelde ook een kleine variatie in prijs. In de studie van Sinaai blijkt dat

bossen ook de goedkoopste categorie vormen, en dat deze als gronden van mindere

kwaliteit worden beschouwd39

. Een historische geografie van Eke, een plattelandsdorp

gelegen tussen Oudenaarde en Gent, komt tot dezelfde conclusie wat betreft

bospercelen40

. In de studie van Sinaai behoren graslanden, en zeker de meersen, tot de

hoogste prijsklassen. In Leupegem kan hetzelfde gezegd worden van de meersen,

maar zeker niet van de gronden bestempeld als geweet. Deze weidegronden behoren

tot de lagere klassen in Leupegem, maar deze gronden bevinden zich in 1783 vooral

op de steile hellingen in de omgeving waar alle percelen tot de lager geschatte

categorie behoren. Uit een kaart in de studie van Sinaai41

blijkt dat de meersgronden

de duurste gronden vormen, maar niet systematisch omringd zijn door even dure of

net iets minder dure percelen. Als we deze kennis doortrekken naar Leupegem, waar

de meersen wel omringd zijn door dure gronden, kunnen we toch besluiten dat de

meersen tot de duurste percelen behoren omwille van hun grondgebruik, en niet

omwille van hun locatie dicht tegen de dorpskern. Toch mag niet uit het oog verloren

worden dat alle duurste gronden in Leupegem zich oriënteren naar de Schelde en naar

de stad Oudenaarde net aan de overzijde van de rivier. Met zekerheid verbanden

leggen tussen grondgebruik en prijs is dus niet vanzelfsprekend. Als we toch een

kijkje nemen naar de prijzen in het landboek van 1645, dat ook enkele meersen bevat

niet aan de Schelde gelegen, maar aan de Maerkebeek in het minder bevolkte deel van

Leupegem, dan zien we dat die meersen ook tot de goedkopere gronden behoren net

zoals de naburige percelen met een ander grondgebruik. Het feit dat deze percelen in

39

L. Vervaet, Op. Cit., p. 107. 40

G. Coppieters, Onroerend goed in beweging te Eke. Een historisch-geografische benadering van een

plattelandsgemeenschap tot het midden van de 19de

eeuw. Gent, (onuitgegeven licentiaatsverhandeling,

Rijksuniversiteit Gent), 1991. p. 142. 41

L. Vervaet, Op. Cit., p. 109.

Page 54: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

54

1783 geen meersen meer zijn, zou er wel op kunnen wijzen dat die meersen wel

degelijk van mindere kwaliteit waren dan de meersen aan de Schelde.

Prijs in relatie met de oppervlakte van percelen

Onderstaande tabel toont de prijzen voor de verschillende oppervlaktecategorieën

zoals die eerder zijn gebruikt. Als we de gemiddelde prijs van de percelen per

oppervlaktecategorie beschouwen, is te zien dat er geen logisch verband is.

Oppervlakte Prijs (gulden/roede) # percelen

Gem. Min. Max.

1.opp tot 0,25 ha 5,9 042

12 82

2.opp tot 0,50 ha 3,6 1,2 10 85

3.opp tot 0,75 ha 4,1 1,2 9 42

4.opp tot 1 ha 3,2 1,2 8 15

5.opp tot 2 ha 3,5 1,5 9 32

6.opp tot 3 ha 2,8 1,6 4,3 9

7.opp tot 4 ha 4,9 2,1 9 8

8.opp tot 5 ha 3 1,8 4,2 2

9.opp groter dan 5 ha 2,1 1,7 2,5 4

Tabel 7: prijs per oppervlaktecategorie

De allerkleinste percelen zijn weliswaar de duurste, maar deze zijn ook grotendeels

gelegen in de dorpskern en zijn bebouwd met hofstedes. Percelen met een oppervlakte

tussen 3 en 4 ha. vormen gemiddeld de op één na duurste, gevolgd door opnieuw een

kleinere oppervlaktecategorie. Als we de variatie in prijzen beschouwen is er op

enkele uitzonderingen na wel een trend te zien. Hoe kleiner het perceel, hoe groter de

variatie lijkt te zijn. De allerkleinste percelen kennen een variatie van de laagste tot de

hoogste prijs in het landboek, en hoe verder we gaan in de oppervlaktecategorieën,

hoe kleiner de variatie in de meeste gevallen is. Eén uitzondering doet zich voor in de

oppervlaktecategorie tot 4 ha. Enkele percelen in die categorie zijn bospercelen, die

zoals uit vorige paragraaf blijkt, de laagst geschatte gronden in Leupegem zijn.

Andere percelen zijn zaailand, die ook niet tot de duurste behoren, zeker niet als ze

ver van de dorpskern gelegen zijn. Deze oppervlaktecategorie bevat ook de

42

De grondprijs „0‟ komt één maal voor in het landboek, namelijk voor het kerkhof, dat lastenvrij is.

Page 55: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

55

meerspercelen, die tot de duurste in Leupegem behoren en in de berekening van de

gemiddelden het goedkopere bos en zaailand compenseren.

Conclusies

Leupegem is een kleine gemeente met een oppervlakte van slechts 210 ha., en kent

een vrij bijzondere ligging. Het grenst aan de stad Oudenaarde, en twee waterlopen,

waaronder de Schelde vormen samen ongeveer de helft van de omtrek van Leupegem.

De dorpskern is georiënteerd naar de stad Oudenaarde en de Schelde, en wordt

doorkruist door enkele belangrijke wegen die leiden naar steden in de buurt, zoals

Doornik, Ronse en Geraardsbergen. In het „hinterland‟ van de dorpskern kent het

landschap sterke verschillen in reliëf, met twee steile hellingen die duidelijk hun

invloed hebben op het landgebruik. De landboeken kennen twee belangrijke

toponiemen, de groote messweede gelegen aan de Schelde, en de Sint Remens kouter

daar vlakbij. Een ander kouter toponiem, de Kezer kouter is terug te vinden op de

kadastrale kaart van Popp, maar niet in de landboeken. Op de Kabinetskaart van

Ferraris is te zien dat Leupegem behalve in de dorpskern quasi uitsluitend bestond uit

open landschap.

In de periode tussen 1645 en 1783 is sprake van een beperkt veranderde

perceelsstructuur, met het zwaartepunt van de veranderingen rond de dorpskern. Daar

is op bepaalde plaatsen, waaronder de St. Remens kouter, een transformatie te zien

naar repelpercelering. Toch moet gezegd worden dat de veranderingen relatief klein

blijken, wat ook blijkt uit de vergelijking van de percelen per oppervlaktecategorie.

Zaailand vormt ruim de helft van de oppervlakte van Leupegem, en evolueerde

beperkt in de periode tussen 1645 en 178343

. In het algemeen behoort dit type

grondgebruik tot goedkopere prijsklasse, maar er zijn duidelijke verschillen op basis

van locatie, zoals de St. Remens kouter laat blijken. Hofstedes zijn voornamelijk

aanwezig in en rond de dorpskern, op kleine percelen. Enkel in het minder bewoonde

deel lijken volgens de verschillende kaarten grotere hoeves voor te komen. In de

43

Cf. kaart 7.

Page 56: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

56

periode tussen beide landboeken blijkt dat de dorpskern zich naar een bepaalde

richting heeft uitgebreid, maar niet langs de aanwezige steenwegen die door het dorp

lopen44

. De oppervlakte aan bos is beperkt, maar toont in 1783 toch een tastbare

uitbreiding ten opzichte van 1645, vermoedelijk omwille van de timber famine en het

gebrek aan gesloten landschap dat in een deel van het noodzakelijke hout zou kunnen

voorzien45

. Meersen vormen de duurste gronden in 1783, en waar die in 1645 nog

elders voorkwamen, zijn die in de 18de

eeuw allen geconcentreerd aan de Schelde. Die

meersen, in 1645 nog de groote messweede genaamd, kende in de periode tussen

beide landboeken een versplintering46

. Weidegronden tonen ondanks hun zeldzame

voorkomen in Leupegem de vreemdste tendens tussen beide momentopnames van de

landboeken. Zo goed als geen enkel perceel uit 1645 is in 1783 nog in gebruik als

weidegrond, en omgekeerd werd elk weideperceel in 1783 anderhalve eeuw voordien

nog bezet met een ander type grondgebruik.47

44

Cf. kaart 8. 45

Cf. kaart 9. 46

Cf. kaart 10. 47

Cf. kaart 11.

Page 57: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

57

Hoofdstuk 2 :

Eigendomsstructuren en eigendomsverhoudingen

Een sociaal-agrosysteem wordt niet enkel bepaald door de fysische kenmerken van

het landschap en de percelering, maar ook door de eigendomsverhoudingen binnen de

beschouwde regio. Land was immers in een hoofdzakelijk agrarische maatschappij

een belangrijk productiemiddel, en zeker op het platteland een maatstaf voor rijkdom.

In dit hoofdstuk wordt beschreven wie de eigenaars van de percelen in Leupegem

zijn, en welke gronden die bezaten. Er wordt ook bepaald of en welke eigenaars hun

gronden zelf uitbaatten en wie z‟n eigendommen verpachtte.

Alhoewel we met de gegevens in de landboeken een globaal overzicht kunnen geven

van de eigenaars binnen de gemeente, kan over die eigenaars zelf nauwelijks iets

worden gezegd. Eigenaars, en grootgrondbezitters in het bijzonder, kunnen grond

bezitten verspreid over een grotere regio dan de gemeente alleen. Zo kan een eigenaar

van één klein perceeltje in Leupegem mogelijk ook eigenaar zijn van uitgestrekte

percelen in naburige gemeenten. Geestelijke instellingen die vaak eigenaar zijn van

vele hectaren grond, zullen die veelal verspreid weten over talloze gemeenten. Omdat

de parochie Leupegem slechts een kleine oppervlakte voorstelt in Binnen-Vlaanderen,

is het aantal grote eigenaars beperkt. Voor hen zal een overzicht worden gegeven over

hun bezittingen en manier van exploiteren in Leupegem.

Eigendomsgrootte

In eerste instantie zal een overzicht gegeven worden van de eigenaars per grootte van

hun eigendom en dit voor beide landboeken. Hierbij zal eenzelfde indeling in

Page 58: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

58

groottecategorieën worden gebruikt als in het onderzoek van de gemeente Sinaai48

,

zijnde:

- minder dan 1 ha. eigendom,

- tussen 1 en 5 ha. eigendom,

- tussen 5 en 10 ha. eigendom,

- tussen 10 en 20 ha. eigendom.

- meer dan 20 ha. eigendom.

Eigendoms-

grootte (ha.)

# eigenaars #eigenaars

(%)

Ingenomen

opp. (ha.)

Ingenomen

opp. (%)

< 1 77 73,3 28,5 13,6

1 ≤ x < 5 17 16,2 39,9 19,1

5 ≤ x < 10 8 7,6 60,5 29,0

10 ≤ x < 20 2 1,9 26,7 12,8

≥ 20 1 1,0 53,3 25,5

Totaal 105 100 208,9 100

Tabel 8: Eigenaars volgens eigendomsgrootte, 1783

Eigendoms-

grootte (ha.)

# eigenaars #eigenaars

(%)

Ingenomen

opp. (ha.)

Ingenomen

opp. (%)

< 1 66 63,5 22,3 10,6

1 ≤ x < 5 29 27,9 62,6 29,8

5 ≤ x < 10 5 4,8 33,0 15,7

10 ≤ x < 20 3 2,9 41,6 19,8

≥ 20 1 1,0 50,8 24,2

Totaal 104 100 210,3 100

Tabel 9: Eigenaars volgens eigendomsgrootte, 1645

In beide landboeken ligt het aantal verschillende eigenaars heel dicht bij elkaar, 104 in

1645 en één meer in 1783. Voor beide momentopnames vormen de kleine eigenaars –

kleiner dan 5 ha. – de overgrote meerderheid, telkens ca. 90% van het totale aantal

eigenaars in de gemeente. In 1645 waren zij samen genomen nog eigenaar van

ongeveer 40% van de oppervlakte van Leupegem, maar in 1783 bedroeg dit nog 32%

48

L. Vervaet, Een sociaal-economische en landschappelijke studie van een plattelandsgemeenschap in

het Land van Waas: Sinaai in de 17e en 18

e eeuw, Gent, Universiteit Gent, onuitgegeven

licentiaatsverhandeling, 2007, p. 116.

Page 59: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

59

van de totale oppervlakte. Het aantal eigenaars tot 5 ha. is op één na dezelfde in beide

landboeken, en het afgenomen aandeel in oppervlakte die zij vertegenwoordigden in

1783 wijst erop dat de kleine eigenaars steeds over een kleinere oppervlakte

beschikten. Het aantal eigenaars in de grotere eigendomscategorieën is klein: 9

eigenaars in 1645 en 11 in 1783. Onderstaande tabel toont de grote eigenaars volgens

beide landboeken, en nadien worden er enkele in detail behandeld.

Eigenaar Opp. 1783 (ha.) Opp. 1645 (ha.)

Abdij van Maegdendaele 53,3 50,8

Quotidianen van Oudenaarde 14,5 15,3

Raesse van der Woestynen - 14,4

Louis Roman 12,2 -

Baron van Pamele 7,3 11,9

Abdij van Ename 10,0 6,2

De heer Lucas Staelins - 8,9

Johannes Bear 8,3 -

Livinus de Messelier 8,0 -

Gillis Ametten - 7,5

Sioen tot Oudenaarde 7,4 5,1

Baron van Exaerde 7,1 -

Livinus Ferdinandus de Bie 6,8 -

Jacobus Mathijs 5,6 -

Tabel 10: grote eigenaars in Leupegem, 1783 en 1645

Als we de cijfers uit bovenstaande tabellen vergelijken met de studie van Sinaai, dan

zijn er enkele opmerkelijke gelijkenissen te zien49

. Het aandeel van de kleine

eigenaars ten opzichte van de grotere is ongeveer gelijk aan de situatie zoals die in

Sinaai bestond. Kleine eigenaars vormden het leeuwendeel van de eigenaars in de

gemeente en de door hen ingenomen oppervlakte bedraagt eveneens ca. 40 % in 1670,

zoals in Leupegem in 1645 het geval was. In 1783 is de door kleine eigenaars

ingenomen oppervlakte in Leupegem wel afgenomen tot ca. 32%. Uit de vergelijking

met andere gemeenten, gemaakt in de studie van Sinaai blijken de verschillen met

andere gemeenten in Binnen-Vlaanderen – Eke (1656) en Meigem (1673) – vrij

beperkt. De cijfers van Leupegem voor 1645 zijn zo goed als identiek. Ook uit de

studie van Deftinge blijkt op het einde van de 17de

eeuw dat ongeveer 40% van het

49

L. Vervaet, Op. Cit., pp. 116-119.

Page 60: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

60

areaal in bezit was van kleine eigenaars.50

De dorpen behandeld in de vermelde

studies liggen verspreid over Binnen-Vlaanderen, en de cijfers wijzen op een vrij

uniforme situatie voor de 2de

helft van de 17de

eeuw. Vergelijkingen op het einde van

de 18de

eeuw zijn moeilijker te maken, de andere studies geven deze cijfers

voornamelijk voor de 17de

eeuw, enkel voor Sinaai zijn cijfers beschikbaar tot ca.

1730.

Abdij van Maegdendaele

Tot de grootste categorie van eigenaars die we hier beschouwen, behoort volgens

beide landboeken telkens slechts één eigenaar. In beide gevallen gaat het om de abdij

van Maegdendaele, een Cisterciënzerabdij opgericht vanaf 1234, gelegen net naast de

dorpskern van Leupegem, en net buiten het grondgebied van de gemeente51

. De

bezittingen van de abdij vertegenwoordigden zowel in 1645 als in 1783 ongeveer een

kwart van de totale oppervlakte van Leupegem. Onderstaande kaart toont de

eigendommen van de abdij van Maegdendaele, en de verschillen tussen 1645 en 1783.

50

B. Willequet, Landschapsgeschiedenis van een zuidoost-Vlaams dorp: de evolutie van de ruimtelijke

organisatie van het cultuurlandschap te Deftinge (Middeleeuwen – Nieuwe Tijden), Gent, Universiteit

Gent, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, 2004, pp. 211-213. 51

Abdij Maegdendaele, URL: <http://www.oudenaarde.be/oudenaarde/V2 /Toerismemap/

bezienswmap/gebouwen/abdijmaagdendale-toerisme.htm> geraadpleegd op 14/07/2009.

Page 61: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

61

Kaart 133: Eigendommen van de abdij van Maegdendaele

Uit de kaart blijkt dat het verschil in eigendommen tussen beide jaartallen erg klein is.

Alhoewel we niet kunnen bepalen wat er in de periode tussen beide landboeken

precies is gebeurd, kunnen we op basis van de twee momentopnames besluiten dat de

abdij haar eigendommen in uit 1645 op enkele uitzonderingen nog steeds in eigen

bezit heeft, en dat hun areaal slechts een beperkte uitbreiding kende. De

eigendommen van de abdij liggen gespreid over de ganse gemeente, maar de meeste

percelen liggen toch dichtbij de dorpskern en dus dichtbij de abdij zelf. De abdij bezit

het grootste deel van de St. Remens kouter, en nog enkele andere grote percelen met

zaailand. Ook op de Kezer kouter bezit de abdij enkele percelen. Een ander

opmerkelijk perceel in eigendom is het grootste bosperceel in Leupegem, op de

flanken van de Edelareberg. Onderstaande tabel toont het bezit van de abdij ingedeeld

per grondgebruik. Daarbij werden ook de grondgebruiken vermeld die in vorig

hoofdstuk niet werden behandeld omwille van het uitzonderlijk voorkomen.

St Remens

Cauter

Bos

Kezer

Cauter

Page 62: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

62

Grondgebruik Opp. 1783

(ha.)

Opp. 1783

(%)

Opp. 1645

(ha.)

Opp. 1645

(%)

Zaailand 33,9 63,6 32,5 64,1

Bos 10,4 19,5 9,5 18,7

Meers 5,3 9,9 - -

Weidegrond 1,4 2,6 8,3 16,4

Gemengd 1,0 1,9 - -

Hofstede 0,9 1,7 0,3 0,6

Hof 0,3 0,6 - -

Kaai 0,1 0,2 - -

Plein - - 0,1 0,2

Tabel 11: Grondbezit van de abdij van Maegdendaele volgens grondgebruik

Naast de kleine verschillen in percelen in eigendom van de abdij, bestaat er ook

weinig verschil in grondgebruik. Zaailand vertegenwoordigt het grootste type

grondgebruik van de bezittingen in Leupegem, en dit bedraagt zowel in 1645 als in

1783 ruim 60% van alle eigendom in de gemeente. Daarna volgt bos, met vooral het

reeds vermelde grote bosperceel van ruim 8 ha. Onder de percelen met meers en

weide zien we wel grote verschillen, maar vorig hoofdstuk liet al zien dat in de

periode tussen beide landboeken de locatie van weidegrond bijna overal gewijzigd

was en mogelijk hadden de termen „meers‟ en „geweet‟ gebruikt in beide landboeken

niet exact dezelfde betekenis. In 1645 beschikte de abdij niet over meersgronden in

Leupegem, maar in 1783 waren ze wel eigenaar van een groot meersperceel aan de

Schelde, een perceel dat in 1645 niet met dit type grondgebruik is vermeld. Mogelijk

was dit perceel in 1645 nog bezaaid met resten van een veste van de stad Oudenaarde,

en waarvan in beide landboeken nog expliciet sprake is.

Volgens de perceelstructuur van 1783 heeft de abdij in de loop van de periode van

anderhalve eeuw tussen de landboeken vier percelen verkocht. Drie daarvan zijn in

1783 hofstedes, in eigendom van kleine eigenaars, en de vierde is een kaai, in

eigendom van de priesteraige van Leupegem. Van de drie percelen die de abdij

verworven heeft in dezelfde periode is één het grote meersperceel aan de Schelde, één

een hofstede en de laatste een perceel dat verschillende types van grondgebruik kent

in 1783, en dat in 1645 nog eigendom was van de Quotidianen van Oudenaarde, één

van de grotere eigenaars in Leupegem die hierna wordt behandeld.

Page 63: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

63

Volgende tabel toont de groottes van de percelen in het bezit van de abdij van

Maegdendaele. De indeling in groottes is dezelfde als die toegepast in vorig

hoofdstuk. Alhoewel er behoorlijke verschillen zijn tussen de situaties in beide

landboeken, zien we dat in beide gevallen de middelgrote percelen overheersen. Het

aantal hele kleine en hele grote percelen is gering ten opzichte van het totale aantal.

Opp. (ha) # percelen 1783 # percelen 1645

[0-0,25] 2 2

]0,25-0,5] 5 5

]0,5-0,75] 10 2

]0,75-1] 4 4

]1-2] 10 6

]2-3] 2 4

]3-4] 3 1

]4-5] 1 1

> 5 1 2

Totaal 38 27

Tabel 12: percelen van de abdij van Maegdendaele per oppervlakte

Quotidiaenen van Audenaerde

De quotidianen of cotidianisten van Oudenaarde vormden een instelling te vergelijken

met de kerkfabriek van een gemeente vandaag52

. Zij waren zowel in 1783 als in 1645

de op één na grootste eigenaar in Leupegem, telkens met een oppervlakte van ca. 15

ha. in hun bezit. Onderstaande kaart toont de bezittingen en de evolutie in de periode

1645 – 1783.

52

Archievenoverzicht – stad Aalst, URL: <http://www.aalst.be/?rubriekid=684#article1583>,

geraadpleegd op 14/07/2009.

Page 64: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

64

Kaart 14: Eigendommen van de quotidianen van Oudenaarde

De percelen in het bezit van de quotidianen vormen een aansluitende oppervlakte

binnen de gemeente. Het enige verschil tussen beide landboeken is het perceel

gelegen aan de Maerkebeek dat in 1783 in handen was van de abdij van

Maegdendaele. Later in dit hoofdstuk zal duidelijk worden dat de volledige

aaneensluitende oppervlakte aan dezelfde persoon werd verpacht in 1783, een persoon

die zelf geen percelen in eigendom had in Leupegem.

Grondgebruik Opp. 1783

(ha.)

Opp. 1783

(%)

Opp. 1645

(ha.)

Opp. 1645

(%)

Zaailand 10,4 71,7 8,8 57,1

Gemengd 2,3 15,9 - -

Weidegrond 1,1 7,6 1,3 8,4

Hofstede 0,7 4,8 3,3 21,4

Bos - - 1,0 6,5

Meers - - 0,9 5,8

Plein - - 0,1 0,6

Tabel 13: Grondbezit van de quotidianen van Oudenaarde volgens grondgebruik

Page 65: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

65

Ook bij de quotidianen vormde zaailand het grootste deel van hun bezittingen in

Leupegem. In die periode tussen beide landboeken is wel een toename te zien van dit

zaailand, maar in absolute cijfers bedraagt dit ongeveer dezelfde toename als bij de

abdij van Maegdendaele het geval was. In 1645 beschikten de quotidianen wel

duidelijk over een grotere oppervlakte aan percelen bebouwd met hofstedes dan in

1783, en ook de kleine oppervlakte aan bos verdween in die periode. Aangezien het

bezit in 1645 en 1783 bijna identiek was, zijn de verschillen in cijfers dus te wijten

aan een verandering van het gebruik van de percelen.

De quotidianen van Oudenaarde waren zowel in 1783 en 1645 de op één na grootste

eigenaar in Leupegem, maar dit vertaalt zich niet in een groot aantal percelen. De

weinige percelen die ze in Leupegem in hun bezit hadden, komen voor in

verschillende oppervlaktecategorieën, zonder een overwicht van één van de

categorieën.

Opp. (ha) # percelen 1783 # percelen 1645

[0-0,25] 0 2

]0,5-0,75] 1 2

]0,75-1] 0 1

]1-2] 4 2

]2-3] 1 1

> 5 1 1

Totaal 7 9

Tabel 14: percelen van de quotidianen van Oudenaarde per oppervlakte

Abdij van Ename

De abdij van Ename, gelegen aan de Schelde, slechts op enkele kilometers

stroomafwaarts van Leupegem, is een andere geestelijke instelling die tot de grootste

eigenaars in Leupegem behoorde.

Page 66: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

66

Kaart 15: Eigendommen van de abdij van Ename

Het areaal van de abdij van Ename in Leupegem, dat geconcentreerd lag op en rond

de Kezer kouter, bedroeg in 1645 ongeveer 6 ha. en werd in de periode tot 1783

uitgebreid tot ca. 10 ha. In beide gevallen werd het volledige grondbezit in Leupegem

gebruikt als zaailand. Mogelijk was het zaailand in Leupegem slechts een onderdeel

van een groter areaal dat zich in het naburige Kerselaere bevond, aangezien de meeste

percelen van de abdij aan de grens van Leupegem liggen. Het enige perceel uit 1645

dat niet langer in handen is van de abdij in 1783 is in handen van een kleine eigenaar.

Dit perceel blijft wel omringd door percelen nog steeds in eigendom van de abdij. De

percelen die in de periode tussen beide landboeken zijn verworven, waren in 1645

allen in handen van kleine eigenaars, en in enkele gevallen gaat het om verschillende

percelen van dezelfde persoon. Met de gegevens uit de landboeken valt echter niet af

te leiden of de abdij deze percelen van dezelfde eigenaar in één transactie heeft

verworven in die periode tussen 1645 en 1783, of om het om een geleidelijke

overname ging, met eventueel nog voorafgaande verandering van eigenaar.

Kezer

Cauter

Page 67: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

67

In 1645 bezat de abdij van Ename een klein aantal kleine en middelgrote percelen. De

uitbreiding aan grondbezit tot in 1783 toont vooral het verwerven van een aantal hele

kleine percelen.

Opp. (ha) # percelen 1783 # percelen 1645

[0-0,25] 3 0

]0,25-0,5] 3 2

]0,5-0,75] 4 2

]0,75-1] 0 1

]1-2] 4 1

]2-3] 0 1

Totaal 14 7

Tabel 15: percelen van de abdij van Ename per oppervlakte

Eigendom van geestelijke instellingen

De bovenstaande grote eigenaars zijn allemaal geestelijke instellingen. Daarnaast zijn

er nog een aantal kleinere eigenaars in Leupegem die tot de geestelijkheid kunnen

gerekend worden, zoals de priesteraige van Leupeghem, het kappittel van Sinte

Pharaildis en andere. Onderstaande tabel en kaart geven een overzicht van de

gezamenlijke eigendommen van de geestelijken in Leupegem.

Grondgebruik 1783 1645

# percelen Opp. (ha.) # percelen Opp. (ha.)

Zaailand 53 60,1 36 55,0

Bos 4 12,5 3 10,5

Meers 4 6,5 2 0,9

Weidegrond 4 5,9 4 9,6

Hofstede 11 2,5 4 3,6

Andere 5 9,7 4 5,5

Totaal 81 97,2 53 85,1

Tabel 16: Eigendom van geestelijke instellingen

De geestelijke instellingen bezitten gezamenlijk bijna de helft van de oppervlakte van

Leupegem, maar in percelen uitgedrukt is dit een stuk minder. Dit is te verklaren

omdat zij weinig van de percelen met hofstedes in handen hebben, en die percelen

vormen vooral in de dorpskern de kleinste van Leupegem. Het overgrote deel van hun

Page 68: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

68

bezit bestaat uit zaailand, zowel in 1645 als in 1783, met bos als tweede meest

voorkomende bezit. Merk op dat de volledige oppervlakte aan bos in hun eigendom

slechts enkele grotere percelen betreft. Onderstaande kaart, met de bezittingen van de

geestelijke instellingen in 1783, laat zien dat zij grotendeels afwezig zijn uit de

dorpskern, waar de meeste hofstedes zich bevinden. De kaart toont ook dat zij het

ruime overwicht hebben op de twee kouters. Zoals eerder gezien zijn vooral de twee

abdijen in de buurt, die van Ename en Maegdendaele, de grote bezitters op de kouters.

Kaart 16: Eigendom van de geestelijke instellingen in 1783, per grondtype

Baron van Pamele

Pamele is het deel van Oudenaarde gelegen op de rechteroever van de Schelde,

dezelfde kant als Leupegem. In feite vormt Oudenaarde een dubbelstad, gevormd uit

Oudenaarde op de linkeroever en Pamele. De baron van Pamele heeft ook

Kezer

Cauter

St Remens

Cauter

Dorpskern

Page 69: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

69

stadsrechten verleend aan Pamele tegenover Oudenaarde53

. De abdij van

Maegdendaele, grootste eigenaar in Leupegem in de vroegmoderne tijd, ligt in

Pamele, net naast de laatmiddeleeuwse kerk van Pamele, die zelf slechts op enkele

honderden meters van de dorpskern van Leupegem gelegen is.

De Baron had in 1645 zo‟n 12 ha. grond in Leupegem en was daarmee één van de

grootste eigenaars. In 1783 was dit bezit in de gemeente echter met 40% afgenomen.

Onderstaande kaart, die de evolutie van de bezittingen toont, laat duidelijk een

bepaalde trend zien. Alle percelen in het geel waren zowel eigendom van de baron in

1645 als in 1783. Deze zijn allen gelegen op de helling van de Edelareberg. In 1645

waren er nog vele percelen in het dorpscentrum eigendom van de baron, maar in de

periode tot 1783 zijn die allen veranderd van eigenaar. Deze percelen waren voor het

grootste deel bebouwd met hofstedes. De enige nieuwe percelen ten opzichte van het

bezit in 1645 zijn percelen zaailand, gelegen op de St. Remens kouter. De meest

recente van de steenwegen, die naar Ronse, loopt dwars door de percelen van de

baron heen. Het is niet gekend of die percelen vóór of na de aanleg van de steenweg

in het bezit van de baron waren.

53

Onze-Lieve-Vrouwekerk van Pamele (Oudenaarde) < http://www.belgiumview.com/belgiumview/

viewpage.php4?taal=1&viewid=932&pictoshow=main>, geraadpleegd op 14/07/2009.

Page 70: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

70

Kaart 17: Eigendommen van de baron van Pamele

In 1645 was nog ruim 6 ha. van de 11 ha. in bezit van de baron gebruikt als zaailand.

Ondanks de nieuwe eigendom in 1783, bestaande uit de duurste zaailanden in

Leupegem, zien we dat in dat jaar slechts 2 ha. van de eigendom zaailand is. In de

periode tussen 1645 en 1783 moet de baron dus veel zaailand verloren hebben, ofwel

door verkoop ofwel door anders gebruiken van het areaal.

Kleine eigenaars

Onder de noemer „kleine‟ eigenaars verstaan we in deze paragraaf alle eigenaars met

minder dan 5 ha. land in bezit in de gemeente Leupegem. Onderling bestaan er

weliswaar grote verschillen, zo zijn er eigenaars met net geen 5 ha. in bezit, en

anderen met nauwelijks enkele are. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de

bezittingen van die kleine eigenaars in 1783 en in 1645.

Edelareberg

St. Remens

Cauter

Page 71: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

71

Grondgebruik 1783 1645

# percelen Opp. (ha) # percelen Opp. (ha)

Zaailand 46 25,6 98 49,6

Hofstede 69 11,9 57 16,9

Meers 7 8,5 12 11,0

Weidegrond 10 7,6 10 7,3

Bos 8 3,8 1 0,6

Totaal 140 57,4 178 85,4

Tabel 17: bezittingen van de kleine eigenaars

In de periode tussen 1645 en 1783 zien we een grote terugval van het bezit van de

kleine eigenaars. Vooral zaailand lijkt gedurende die periode vooral in handen van

grotere eigenaars te zijn gekomen. De kleine eigenaars bezitten gezamenlijk in 1783

slechts ongeveer de helft van de oppervlakte en aantal percelen aan zaailand ten

opzichte van de situatie in 1645. Het aantal hofstedes in handen van kleine eigenaars

is gestegen, maar de ingenomen oppervlakte van die percelen is kleiner dan die van de

hofstedes in 1645. Verder in dit hoofdstuk zullen we bekijken welke hofstedes door

de eigenaar zelf gebruikt worden, maar deze tabel geeft reeds de indruk veel van de

woonplaatsen van de kleine eigenaars verkleinen in oppervlakte. De meersgronden in

bezit van kleine eigenaars, is licht gedaald in 1783, maar deze meersen bestonden toen

uit vrij grote percelen, en behoorden tot de hoogst geschatte in de gemeente. Enkele

kleine eigenaars beschikten kennelijk over heel waardevolle gronden, ondanks de

sterke terugval van de oppervlakte aan zaailand in hun bezit. Er dient hierbij nogmaals

opgemerkt te worden dat de zogenaamde kleine eigenaars in Leupegem misschien wel

grote oppervlaktes in hun bezit hadden in naburige gemeenten. De percelen en

oppervlakte aan weidegronden in hun bezit lijkt stabiel, maar zoals eerder werd

gezien, evolueerde de locatie van weidegronden enorm in de periode tussen beide

landboeken. Tenslotte is er duidelijk meer bos in het bezit van de kleinere eigenaars.

Dit zou erop kunnen wijzen dat ook zij actief deelnamen aan de uitbreiding van het

bosareaal omwille van de eerder vermelde timber famine en het gebrek aan

houtkanten in Leupegem.

Page 72: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

72

Eigenaars met grote hoeven

In het landboek van 1783 zijn ook enkele grote hoeves te zien op de kaarten. In één

geval gaat het waarschijnlijk om een moated site, want er zijn restanten van een gracht

te zien die de hoeve mogelijk omringde. Onderstaande kaart toont de locatie van die

hoeves, samen met de eigenaars en hun andere eigendommen in Leupegem.

Kaart 18: eigenaars en eigendommen van de grote hoeves in Leupegem

De vier grote hoeves in Leupegem zijn allen gelegen in het minder bevolkte deel van

Leupegem, nabij de Kezer kouter. Rond de St. Remens kouter is van dergelijke

hoeves geen sprake in de landboeken, maar zoals eerder gezien is de abdij van

Maegdendaele daar de grootste eigenaar, en de abdij zelf bevindt zich heel dicht bij

die kouter, net zoals de dichtbevolkte dorpskern van Leupegem.

De eigenaars van de hoeves behoorden in 1783 allemaal tot de categorie van de grote

eigenaars. Geen enkele geestelijke instelling of adellijke persoon, die nochtans

Kezer

kouter

Page 73: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

73

eigenaar waren van vrij grote oppervlaktes in de buurt van de hoeves, bezat dergelijke

hoeve. Bovenstaande kaart laat voor elke hoeve ook de omliggende eigendom in

Leupegem zien. Samen bezitten deze vier hoeves een groot deel van de Kezer kouter,

en de grootste oppervlakte van hun eigendom wordt dan ook ingenomen door

zaailand. Daarnaast bezitten ze allemaal een aantal percelen bos of weidegrond, of

tenminste percelen met een gemengd grondgebruik. De grootste eigenaar van deze

vier is Louis Roman, met ruim 12 ha. aan oppervlakte in Leupegem, waarvan

ongeveer 8 ha. volledig uit zaailand bestaat. De kleinste eigenaars met een grote

hoeve zijn de erfgenamen van Livinus Ferdinandus de Bie, met slechts 6 ha. in bezit,

waarvan 2 zaailand. Deze laatste kent ook de meest verspreide eigendom in

Leupegem. Deze hoeve ligt weliswaar het dichtst bij de grens van Leupegem, en

mogelijk beschikken deze over nog eigendommen in naburige gemeenten. Alle vier

de hoeves en het grootste deel van hun areaal werden door de eigenaars zelf

geëxploiteerd, en zoals verder in dit hoofdstuk zal blijken, hadden zij ook nog een

aantal naburige percelen van andere eigenaars in pacht.

Foto 3: de hoeve in 1783 eigendom van Johannes Bear

Page 74: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

74

Eigenaars op de kouters

In Leupegem kennen we twee koutertoponiemen. Enerzijds de St. Remens kouter,

gelegen dichtbij het dorpscentrum van Leupegem, en bestaande uit de duurste

percelen met zaailand in de gemeente. Anderzijds is er de Kezer kouter, gelegen

bovenop de hellingen van de Edelare en de Ladeuze54

.

De eigenaars van de percelen op de St. Remens kouter waren in 1783 de abdij van

Maegdendaele en de baron van Pamele.. In 1645 bestond deze kouter uit grotere

percelen, op één na ook allen reeds in het bezit van de abdij van Maegdendaele. Deze

kouter is vandaag zo goed als verdwenen door de aanleg van de gewestweg Gent-

Ronse en de bebouwing die dit met zich meebracht.

De eigenaars van de Kezer kouter in 1783 waren voornamelijk de eerder vermelde

eigenaars van de omliggende grote hoeves, en de abdij van Ename. Daarnaast waren

er nog enkele kleinere eigenaars, waarvan enkelen in het landboek worden vernoemd

als heer. Waarschijnlijk hadden deze nog andere eigendommen in de regio. In 1645

was van de grote hoeves en hun grote omliggende areaal blijkbaar nog nauwelijks

sprake, en was naast de abdij van Ename een groot deel van de kouter in handen van

kleine eigenaars.

54

In het landboek van 1783 is voor deze kouter geen enkel koutertoponiem opgegeven, maar in het

landboek van 1645 wordt voor de percelen wel de globale term „Cauter‟ vermeld. Op de kadastrale

kaart van Popp, daterend uit de 19de

eeuw, staat het toponiem „Kezer Cauter‟ geschreven.

Page 75: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

75

Foto 4: de Kezer kouter

Eigenaars van de meersen

De meersen waarnaar in beide landboeken wordt verwezen als de „groote messweede‟

behoren tot de hoogst geschatte percelen in Leupegem. In 1783 waren die percelen in

handen van twee personen, behorende tot de kleinere eigenaars in Leupegem.

Mejuffrouw de Merlier bezat in Leupegem enkel drie percelen meers die het grootste

stuk vormen van de waardevolle meersen in Leupegem. Philippe Persijn is een tweede

eigenaar, en deze bezat, ook als kleine eigenaar, nog over één perceel zaailand en drie

percelen met een hofstede in Leupegem. Mogelijk woonde de heer Persijn op één van

die hofstedes, maar daarin is het landboek niet volledig duidelijk. In 1645 was het

perceel van Philippe Persijn in handen van Jughel van den Woestijnen, en ook deze

persoon beschikte nog over een aantal andere percelen, drie met zaailand en één

hofstede. De percelen van de Merlier waren in 1645 in handen van de heer Lucas

Staelins, één van de grote eigenaars in die periode. Hij beschikte echter slechts over

één ander perceel van 2 ha., gebruikt als zaailand. De percelen met meers in zijn bezit

Page 76: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

76

hadden een oppervlakte van ruim 6 ha. Naast deze meersen bezat hij dus nauwelijks

andere gronden in Leupegem.

Pacht en eigendom

In deze paragraaf wordt gekeken naar de verhouding tussen gepachte percelen, en

percelen die door de eigenaar zelf werden geëxploiteerd. Door de slechte kwaliteit en

onvolledigheid waarmee de relevante gegevens in het landboek van 1645 zijn

ingevuld, zal enkel het jongste landboek uit 1783 hiervoor worden beschouwd. Het

oudste landboek bevat zelden de vermelding van pachters in het originele handschrift.

In de andere handschriften die rondom de originele items voorkomen, staan vaak

nieuwe eigenaars en pachters vermeld, maar in veel gevallen zijn die doorstreept en

nooit staat er een datum vermeld. Het is bijgevolg onmogelijk om met dit landboek

een momentopname te geven van de situatie in Leupegem wat betreft pachters. In het

landboek van 1783 staat bij enkele items ook niks vermeld in verband met de

exploitatie van de percelen, maar in de meeste gevallen staat ofwel proprietaris

vermeld, wat erop wijst dat de eigenaar zelf het perceel uitbaatte, ofwel werd de

pachter bij naam genoemd.

Voor de relatie tussen pachters en eigenaars in 1783 zal bijzondere aandacht verleend

worden aan de situatie op de kouters, waarvan we gezien hebben dat de twee

nabijgelegen abdijen de grootste eigenaars zijn. Er wordt ook gekeken naar de situatie

voor de vele kleine hofstedes in de dorpskern, en wordt op zoek gegaan naar personen

die zowel eigenaar als pachter zijn in Leupegem.

Algemene situatie

Leupegem bestaat in 1783 uit 279 percelen. Daarvan zijn er 138 of net niet de helft

verpacht, worden er 115 geëxploiteerd door de eigenaar zelf, en werd er voor 26

percelen in het landboek niks genoteerd wat betreft de exploitatie. Onder de pachters

zijn er enkelen die meer dan één perceel in pacht hebben, en van deze zullen er verder

Page 77: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

77

enkele in detail bekeken worden. Onderstaande tabel laat de verpachte en zelf

geëxploiteerde percelen per type grondgebruik zien. Slechts bij twee types

overheersen de eigenaars, namelijk hofstedes en bos. Bossen zijn zo goed als allemaal

in handen van geestelijke instellingen of grote eigenaars, en die exploiteren ze

grotendeels zelf. Hofstedes worden voor het merendeel bewoond door de eigenaars,

en zoals eerder werd vermeld, bezitten geestelijke instellingen er hier heel weinig van.

Vooral in 1783 zijn de percelen in en rond de dorpskern heel klein, en vaak vormen

deze percelen de enige eigendom van de bewoner, die in veel gevallen nog één of

enkele percelen met voornamelijk zaailand in pacht heeft.

Grondgebruik Proprietaris Pacht Niet genoteerd

Hofstede 38 29 10

Zaailand 35 83 2

Bos 16 4 -

Weidegrond 8 10 -

Meers 1 2 8

Andere 17 10 6

Tabel 18: perceelexploitatie per grondgebruik

De volgende kaart toont de locatie van percelen die door de eigenaar worden

geëxploiteerd en deze die verpacht zijn. Het is opvallend dat de items in het landboek

waarbij geen melding werd gemaakt van wie het exploiteert bijna allemaal gelegen

zijn aan de Schelde, en voor het grootste deel uit meers bestaat. Waarom dit zo is kon

in de loop van dit onderzoek niet achterhaald worden. Op beide kouters in Leupegem

zien we dat de percelen, die uitsluitend bestaan uit zaailand, voor het grootste deel

verpacht zijn – op de St. Remens kouter zijn alle percelen verpacht – en in de

dorpskern zijn de meeste percelen, voornamelijk hofstedes, uitgebaat door de

eigenaars zelf.

Page 78: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

78

Kaart 19: De exploitatie van percelen in 1783

In totaal is ca. 41% van de oppervlakte verpacht in 1783. Vergelijken we dit met

andere gemeenten uit Binnen-Vlaanderen in de 18de

eeuw, dan zien we duidelijke

verschillen55

. De cijfers van de andere gemeenten stammen wel uit de eerste helft van

de 18de

eeuw, in tegenstelling tot Leupegem op het einde van de 18de

eeuw. In het

land van Aalst, waarin ook Leupegem is gelegen, zien we een klein verschil met

Haaltert in 1732. Daar is 36 % van de oppervlakte verpacht. Met andere streken zijn

de verschillen groter, in het land van Waas en in de buurt van Gent, loopt de

verpachte oppervlakte op tot 60% in de eerste helft van de 18de

eeuw.

55

L. Vervaet, Op. Cit., p.149.

St. Remens

Cauter

Kezer

Cauter

Dorpskern

Page 79: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

79

Enkele specifieke gevallen

Johannes Bear is in 1783 één van de grootste eigenaars in Leupegem, waaronder één

van de vier grote hoeves. Hij bezit in totaal zes percelen, maar daarnaast pacht hijzelf

nog eens negen andere percelen.

Kaart 20: Het bedrijf van Johannes Bear in Leupegem

Johannes Bear had in 1783 ongeveer 8,3 ha. grond in bezit, en dit kende verschillende

gebruiken, namelijk bos, zaailand en weidegrond. Daarnaast pachtte hij ruim 11,5 ha,

waarvan 9 ha. zaailand. Alhoewel de exacte oppervlakte aan zaailand in zijn bezit niet

te bepalen is, omdat een groot perceel verschillende types grondgebruik kent, staat

buiten kijf dat hij veel meer zaailand pachtte dan hijzelf bezat. Van de percelen die hij

pacht, zijn er drie de eigendom van de abdij van Ename, twee van de abdij van

Maegdendaele, één van de baron van Exaerde, en resterende drie in handen van kleine

eigenaars. Zoals op de kaart is te zien, liggen alle gepachte percelen en de percelen in

H

Page 80: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

80

eigendom vrij geconcentreerd en dichtbij de grote hoeve waarvan Johannes Bear

eigenaar is.

De drie grootste pachters na Johannes Bear, zijnde Bonaventure Buys, Frans van

Welden en de weduwe van Frans de Waele, hebben in Leupegem geen enkel perceel

in eigendom. De gepachte percelen zijn ook hier allemaal zaailand, behalve twee die

verschillende types grondgebruik kennen. Op onderstaande kaart is te zien dat de

gepachte grond van Bonaventure Buys een aaneengesloten oppervlakte vormen,

allemaal verpacht door de quotidianen van Oudenaarde. Beide andere kennen meer

verspreide percelen in en rond de Kezer kouter.

Kaart 21: Grote pachters zonder eigendom in Leupegem

De situatie op de St. Remens kouter

De percelen op de St. Remens kouter zijn allemaal eigendom van de abdij van

Maegdendaele en de baron van Pamele, twee van de grootste eigenaars in Leupegem.

Page 81: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

81

Alle percelen, gebruikt als zaailand, zijn verpacht aan kleine bedrijfjes, waarvan

enkelen een perceel in eigendom hadden elders in Leupegem, en enkelen ook nog

enkele percelen pachtten. Onderstaande kaart laat de situatie zien van de verschillende

pachters van de St. Remens kouter. Hierbij werd tussen de pachters van de

kouterpercelen zelf geen onderscheid gemaakt.

Kaart 22: De pachters van de St. Remens kouter

De percelen in gele kleur stellen de kouter zelf voor en zijn dus allen verpacht door de

abdij van Maegdendaele en de baron van Pamele. De percelen in het rood zijn

percelen in eigendom van één van de pachters van de kouter, en de groene percelen

zijn andere percelen in pacht, naast de percelen op de kouter. Drie pachters op de

kouter hebben in de dorpskern nog een perceel met een hofstede in eigendom, dat ze

zelf bewonen. Alledrie bevinden ze zich dus dichtbij, en één zelfs vlak naast de St.

Remens kouter. De gepachte percelen naast deze in pacht op de kouter zelf, liggen

bijna allemaal rondom de kouter en bestaan uit kleine stukjes zaailand. De kouter

wordt dus geëxploiteerd door vele verschillende kleine landbouwbedrijfjes, die

Page 82: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

82

daarnaast in Leupegem nog over een heel beperkte oppervlakte beschikken rondom de

kouter. De kouter zelf is in het bezit van twee van de grootste „bedrijven‟ in

Leupegem. Hieruit blijkt duidelijk de symbiose tussen grote en kleine bedrijven zoals

die bestond in de commerciële overlevingseconomie zo typisch voor Binnen-

Vlaanderen in de vroegmoderne tijd56

.

De situatie op de Kezer kouter

Op de Kezer kouter is de situatie helemaal anders dan op de St. Remens kouter nabij

de dorpskern. De Kezer kouter, gelegen bovenop de hellingen van de Edelare en de

Ladeuze is een stuk groter. Een groot gedeelte van de kouter is in het bezit van de

abdij van Ename, die alle percelen op de kouter verpacht. De overige percelen zijn

bijna allen in het bezit van de eigenaars van de verschillende grote hoeves in de

directe omgeving, en naast hun bezittingen op de kouter, pachtten zij ook nog enkele

percelen op de kouter en in de omgeving. Volgende kaart geeft een overzicht op de

manier zoals dat voor de St. Remens kouter werd gedaan, dus zonder onderscheid

tussen de verschillende pachters van de kouter. Op deze kouter zien we ook pachters

die verschillende percelen op de kouter pachtten, in tegenstelling tot de St. Remens

kouter, waar bijna elk perceel een andere kleine pachter kende in 1783.

56

E. Thoen, De landbouw van de Middeleeuwen tot ca. 1840, in: W. Prevenier, R. Van Eenoo en E.

Thoen (eds.), Geschiedenis van Deinze, deel III. Het platteland en de dorpen in Deinze. Deinze, 2007,

p 75.

Page 83: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

83

Kaart 23: De pachters en eigenaars van de Kezer kouter

Op de kaart is een groot verschil te merken met de situatie op en rond de St. Remens

kouter. De pachters op de Kezer kouter – de percelen van de kouter zijn in gele kleur

aangeduid op de kaart – en de eigenaars die hun percelen zelf exploiteren, beschikken

naast de percelen op de kouter over een grote oppervlakte in eigendom (rood

gekleurd) of in pacht (groen gekleurd). Eén van de grote eigenaars en pachters die

eerder werd behandeld, Johannes Bear, is een voorbeeld van een groot bedrijf dat

naast percelen in eigendom ook gronden in pacht heeft op en rond de kouter. De

andere eigenaars van de grote hoeves rondom de kouter kennen dezelfde situatie.

Behalve enkele kleinere pachters is de kouter volledig in bezit en geëxploiteerd door

de grotere bedrijven in Leupegem in 1783, daar waar de St. Remens kouter door

kleine bedrijfjes wordt geëxploiteerd. Er dient nogmaals rekening gehouden te worden

met het feit dat de kleine bedrijfjes van de St. Remens kouter mogelijk over andere

percelen in naburige gemeenten beschikten.

Page 84: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

84

Conclusies

Uit het onderzoek van beide landboeken blijkt dat zowel in 1645 als in 1783 het aantal

kleine eigenaars – eigenaars met een oppervlakte kleiner dan 5 hectare – overheerst

binnen de gemeente Leupegem. In 1645 en 1783 zijn dat er respectievelijk 95 en 94,

die telkens ongeveer 90% van de eigenaars in Leupegem voorstellen. De ingenomen

oppervlakte door die klasse van eigenaars daalt wel van ca. 40 ha. naar 32 ha., een

daling van 20%. Bovendien is er een opmerkelijke verschuiving te zien van eigenaars

met 1 tot 5 ha. naar eigenaars met minder dan 1 ha. De kleine eigenaars bezaten dus

minder oppervlakte op het einde van de 18de

eeuw dan halfweg de 17de

eeuw. Het

aantal grote eigenaars stijgt licht in die periode, maar elkeen bezit ongeveer dezelfde

oppervlakte in 1783 als dezelfde klasse van eigenaars in 1645. Het aantal kleine

eigenaars blijft is dus gelijk in beide momentopnames van de landboeken, maar de

oppervlakte in hun bezit daalt, terwijl het aantal grote eigenaars licht stijgt, zonder dat

elke grote eigenaar afzonderlijk meer grond bevat. Als we de grote eigenaars echter

individueel bekijken zijn er wel veranderingen te zien in de oppervlaktes die ze

bezitten. In Leupegem zijn het vooral de religieuze instellingen in de buurt, zoals de

abdijen van Maegdendaele en Ename, en de quotidianen van Leupegem, en de

adellijke stand met de baron van Pamele, die als grootgrondbezitters kunnen genoemd

worden. De kleine oppervlakte van Leupegem kan mogelijk wel een verkeerd beeld

geven van de reële eigendom van die instellingen aangezien zij mogelijk vlak bij,

maar buiten de grenzen van Leupegem, nog over grote oppervlaktes konden

beschikken. Onder de kleine eigenaars zien we vooral een daling van het aantal

percelen met zaailand in hun bezit, terwijl het aantal hofstedes in hun eigendom stijgt.

De zaailanden gingen dus „verloren‟ naar de grotere bedrijven in de buurt, terwijl ze

zelf de steeds kleiner wordende perceeltjes met hofstedes in handen hielden.

In het landboek van 1783 zijn een aantal grote hoeves te zien, waarvan de eigenaars

van die hoeven hun eigendom zelf exploiteerden. Daarnaast hadden ze nog een aantal

percelen in de buurt in eigendom en ook enkele in pacht. Geen enkele van die

eigenaars is een religieuze instelling, de grote hoeves pachtten zelfs enkele percelen

van de religieuze instellingen. Op de begeleidende kaarten is duidelijk te zien dat hun

eigendom in Leupegem allemaal vrij geconcentreerd zijn rond hun hoeves, en niet

verspreid over de ganse gemeente.

Page 85: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

85

De vergelijking van gepachte en zelf geëxploiteerde percelen kon enkel uitgevoerd

worden voor 1783, wegens de onduidelijke en zeer fragmentarische gegevens

hieromtrent in het oudste landboek van 1645. Daaruit blijkt dat ongeveer de helft van

de percelen in Leupegem in pacht werd uitgegeven. De verhouding tussen pacht en

eigendom is het meest uitgesproken voor zaailand, waar driekwart in pacht werd

uitgegeven, en voor bos, waar 80% door de eigenaar zelf werd beheerd. Hofstedes

zijn voor iets meer dan de helft door de eigenaar zelf bewoond, en het betreft hier

voornamelijk de allerkleinste eigenaars in de dorpskern van Leupegem. De grootste

pachters zijn de vier eerder genoemde eigenaars van de grote hoeves, die naast ruime

pachtgronden ook een vrij grote oppervlakte in eigen bezit hadden.

Tot slot werden de eigendomsverhoudingen en exploitatie op de kouters bekeken. De

Sint Remens kouter, een kleine kouter gelegen tegen de dorpskern, waarvan de grond

de duurst geschatte zaailanden zijn in de gemeente, is volledig in eigendom van de

abdij van Maegdendaele en de baron van Pamele. Elk perceel werd verpacht aan heel

kleine pachters, waarvan enkele een kleine hofstede in het dorp in eigendom hadden.

De pachters op de Sint Remens kouter hadden binnen Leupegem nauwelijks nog

andere gronden in pacht. Op de hoger gelegen en grotere Kezer kouter, in het minder

bevolkte deel van Leupegem, zijn de percelen in het bezit van de abdij van Ename en

van de grote hoeves in de buurt. De abdij verpachtte haar gronden, waarvan een deel

aan de grote hoeves die hun eigen percelen op de kouter ook al zelf exploiteerden. De

andere pachters op de Kezer kouter hadden rondom ook nog vrij grote oppervlaktes in

pacht. De situaties op beide kouters tonen – weliswaar op micro-schaal – een

symbiose tussen de allergrootste eigenaars en allerkleinste eigenaars in Leupegem op

de Sint Remens kouter, terwijl de Kezer kouter een symbiose is tussen de middelgrote

bedrijven in de gemeente.

Page 86: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

86

Algemeen besluit

Leupegem is een kleine gemeente, zo‟n vier tot vijf maal kleiner dan gelijkaardige

studies van andere gemeenten in Binnen-Vlaanderen in de vroegmoderne tijd. Een

betere vergelijking met die studies zou mogelijk zijn indien we ook enkele

aangrenzende gemeenten van Leupegem hadden kunnen beschouwen. Toch zullen we

zien dat de studie van Leupegem enkele van de „verwachte‟ resultaten voor Binnen-

Vlaanderen heeft.

Leupegem wordt voor de helft begrensd door waterlopen, waaronder de Schelde, en

wordt doorkruist door enkele belangrijke steenwegen die naar de vier windrichtingen

leiden. Aan de andere zijde van de Schelde ligt de stad Oudenaarde en de abdij van

Maegdendaele. Deze laatste is met voorsprong de grootste eigenaar in Leupegem,

zowel in 1645 als in 1783. In de periode daartussen is de perceelsstructuur van

Leupegem voornamelijk gewijzigd in en rond de dorpskern, waar de percelen sterk

versplinterd zijn en grotendeels bebouwd zijn met hofstedes, terwijl in het minder

bevolkte deel van de gemeente die versplintering beperkt bleef. Enkele grotere

percelen uit het landboek van 1645 kenden in de periode tot 1783 een versplintering

volgens een repelstructuur, onder andere op de Sint Remens kouter die de hoogst

geschatte zaailanden van de gemeente omvatte. Van de perceelstructuur in en rond

deze kouter is door verregaande bebouwing echter niks meer te zien.

Zaailand vormde het overgrote deel van het bodemgebruik in Leupegem en dit

bestond bijna uitsluitend uit open landschap. Het aldus ontbreken van houtkanten

langs perceelsgrenzen, een kenmerk van het sociaal-agrosysteem in Binnen-

Vlaanderen, verklaart mogelijk de aanplanting van enkele kleinere bossen in de

periode tussen beide landboeken, zodat aan de behoefte aan hout kon voldaan worden

tijdens de timber famine.

Het aantal eigenaars bleef nagenoeg gelijk in de periode tussen 1645 en 1783, maar er

zijn duidelijk enkele trends te zien. De kleinere eigenaars beschikken op het einde van

de 18de

eeuw over opmerkelijk kleinere oppervlaktes dan halfweg de 17de

eeuw,

terwijl oppervlakte van de grote eigenaars stabiel bleef. Tussen de grote eigenaars zijn

Page 87: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

87

enkele opmerkelijke verschillen te zien. De religieuze instellingen, met als

belangrijkste de abdij van Maegdendaele, bezaten de grootste oppervlakte in

Leupegem, maar daarvan werden, behalve de bossen, alle percelen verpacht.

Daarnaast waren er enkele grote hoeves in het minder bevolkte deel van Leupegem,

die over vrij grote oppervlaktes aan zaailand beschikten, en die hun eigendom ook

zelf exploiteerden en niks verpachtten. Naast grote eigenaars waren ze ook pachters

van verschillende percelen met zaailand, die meestal in eigendom waren van

religieuze instellingen.

Beide kouters in Leupegem hebben elk specifieke kenmerken. De Sint Remens

kouter, de kleinste van de twee, maar wel bestaande uit de hoogst geschatte

zaailanden van de gemeente, grensde aan de dorpskern van Leupegem, en was bijna

volledig in het bezit van de nabijgelegen abdij van Maegdendaele. Deze verpachtte

elk perceel op de kouter aan kleine landbouwers, die ten hoogste een kleine hofstede

in de dorpskern bezaten, en in enkele gevallen nog een klein perceeltje in pacht

hadden nabij de kouter. Op de Kezer kouter waren naast de abdij van Ename, de

eigenaars van de vier grote hoeves in de buurt, de bezitters van de percelen. De abdij

verpachtte z‟n gronden, voor een deel aan de grote hoeves, en aan enkele andere grote

pachters zonder eigendom in Leupegem. De vier grote hoeves exploiteerden hun

percelen op de kouter zelf, en hadden nog enkele andere percelen op en rondom

dezelfde kouter in pacht.

Door het bijna uitsluitend open karakter van de kleine oppervlakte van Leupegem, is

een vergelijking met andere studies in Binnen-Vlaanderen misschien niet zomaar te

maken. De bestudeerde gemeenten van Sinaai en Deftinge waarnaar in deze

verhandeling meermaals werd verwezen, zijn vier tot vijf maal groter in oppervlakte

en bestaan minstens voor een niet te verwaarlozen deel uit gesloten landschap. Toch

zagen we in de resultaten van deze verhandeling, ondanks de verschillende

geografisch situatie, veel gelijkenissen met resultaten uit die andere studies. De

resultaten van deze verhandelingen ondersteunen de algemene opvattingen die bestaan

over de evolutie van het sociaal-agrosysteem in Binnen-Vlaanderen gedurende de

vroegmoderne tijd.

Page 88: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

88

Verder onderzoek

Een historische geografie kan ondersteund worden door heel wat meer

bronnenmateriaal dan enkel landboeken. Deze verhandeling spitste zich wel

uitsluitend toe op deze landboeken die voor Leupegem twee prachtige

momentopnames van het landschap bevatten. Omwille van de aanwezigheid van

belangrijke instellingen en personen in de nabijheid van Leupegem, die in de

landboeken als eigenaars van een aantal percelen worden vermeld – abdij van

Maegdendaele, abdij van Ename, baron van Paemel, etc. – bevatten de archieven van

die instellingen naar alle waarschijnlijkheid nog een schat aan informatie die een

historische geografie van Leupegem kunnen ondersteunen. De Sint Remens kouter in

Leupegem is reeds geruime tijd verdwenen en vervangen door industrie en andere

bebouwing. De situatie op en rond de Kezer kouter is daarentegen nauwelijks

veranderd, en enkele van de grote hoeves uit de vroegmoderne tijd zijn nog steeds

actief als landbouwbedrijven. Satellietbeelden van die kouter kunnen mogelijk nog

sporen vertonen van de perceelsstructuur zoals die op de kaarten in het landboek van

1783 getekend is.

Page 89: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

89

Bijlage I

Kaarten

Page 90: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

Kaart 14: één van de kaarten uit het landboek van 178357

57

Stadsarchief Oudenaarde, Vreemd archief, nr. 64: Leupegem, landboek 1783

Page 91: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

91

Kaart 2: Kadasterkaart van Leupegem58

58

Geografisch instituut van de Universiteit Gent, Afdruk van de kadastrale kaart van Leupegem uitgegeven door P.C. Popp

Page 92: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

92

Kaart 3: Kaart van Ferraris, waarop de grenzen van Leupegem volgens de Popp-kaart zijn aangebracht.59

59

Koninklijke Bibliotheek Brussel, Kabinetskaart der Oostenrijkse Nederlanden door graaf de Ferraris

Page 93: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

93

Kaart 4: Satellietfoto van Leupegem60

60

Google Maps, URL: < http://maps.google.be/maps?hl=nl&tab=wl>, geraadpleegd op 13/04/2009

Page 94: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

94

Kaart 5: percelen van Leupegem uit het landboek van 1783

Page 95: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

95

Kaart 6: gesplitste percelen 1783 t.o.v. 1645

Page 96: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

96

Kaart 7: oppervlaktecategorieën van de percelen in 1783

St Remens Cauter

De grote messweede

Kezer Kauter

Page 97: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

97

Kaart 8: oppervlaktecategorieën van de percelen in 1645

De grote messweede

St Remens Cauter

Kezer Kauter

Page 98: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

Bijlage II

Transcriptie van het landboek

van Leupegem uit 178361

61

Stadsarchief Oudenaarde, Vreemd archief, nr. 64: Leupegem, landboek 1783

Page 99: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

99

Ommelooper ende cerrier

land ofte caerteboek

der prochie van

Leupeghem

gelegen binnen den lande van

Aelst

jegens de jurisdictie der stad

Audenaerde.

Behelzende de naemen van d‟actuele proprietarissen ende gebruykers, nieuwe

grootten ende abouten van ider partye zoo hofsteden, landen, bosschen, meersschen

ende geweet gelegen binnen de gemelde prochie, met elke prijs daerbij vermelt die

naer proportie van vermeerderinge ofte verminderinge gecalculeert ende gereguleert

sijn geworden achtervolgende de prijsen te bevinden ten auden landboek der

voor(sijde) prochie beginnen maeken in de maende jan(uari) 1645 welcke prijsen

aldaer onder elken art(ikel) uytgesteken staen in ponden parisis ende het kappittael

ende taux van elke partye in ponden schellingen grooten courant. Dan alsoo men heeft

gereflecteert dat de voorenstaende wijse int formeren de quoiten vande p(roc)hie

ommestellingen in materie van augmentatie ofte deminutie van diere eene swaere

ende moeyel(ijke) calculatie was bij bringende heeft men tot faciliteyt van de

ges(eide) calculatie de voors(ijde) kappittaelen ende taux alhier onder elken art(ikel)

gebracht in guldens, stuyvers, deniers wordende de grootten van elke partije

uytgesteken in bunderen, dagwanden ende roeden maele van den lande van Aelst

conforme de metinge bij Eumanuel van der Straeten gesworen landmeter dan of

gedaen ten versoeke van bailliu burgem(eest)re ende schepenen der voorseyde prochie

van Leupeghem volgens hunne conditiën van metinge ende aenneminge van daeten

9sten april 1783 de welke door mijn edele heeren gedeputteerde der twee steden ende

lande van Aelst op den geagreert ende geapprobeert sijn geworden dit alles volgens

d‟actuele situatie ende gelegendheydt van de voorn(oemde) hofsteden, landen en

bosschen en geexpremeert ende gefigureert bij d‟annexe kaerten figurative van elken

wijck ofte canton breeder hier naer verclaert.

Explicatie

Op al hetgene geobserveert word

In d‟achtervolgende caertenfiguratie

a -------- b

alvooren dient genotteert dat binnen deze prochie sigh bevinden menigvuldige

baermen van wedersijden omsingelt met eenen gragt waer ten meerderen deele den

baerm tusschen de beede grachten ten hekften wort aengetrokken alle welke bij

d‟achtervolgende kaerten gefigureert staen conforme de bovenstaende figure a.b.

maekende de getippelde linie aldaer de separatie van proprieteijt.

c-----e-----d

f

Page 100: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

100

g

binnen de zelve prochie bevinden sig integendeel baermen met wedersijdsche

grachten als vooren waer van geheel den baerm van eene sijde wort aengetrokken. De

zelve worden verthoont als hierboven met een teeken hetgene men alhier noemt

teeken van extremiteijt hierboven verthoont met de letteren e.f. waervan den scherpen

houk en het point e signifieert het uytterste van proprieteijt in consequentie van welke

teekenen eenen gracht met geheel den baerm c.d. is volgende de proprieteyt g.

h-------------------------------i

item de gemeene grachten degene ten helften worden aengetrokken ende geruymt

worden aengethoont tusschen twee geschreven linien als hier boven h.i.

k------------------------------l

m

Item de grachten degene van eene sijde worden aengetrokken ende geruymt worden

aengethoont als hierboven k.l. achtervolgende dies soude den gracht k.l in‟t geheelde

volgen aen m.

n---------------------o

p

item de haegen degene van een sijde worden aengetrokken sijn gefigureert conforme

de figure hierboven staende n.o. volgende in consequentie van dien deselve haege aen

den grondt p

q--------------------------r

Item de haegen degene ten helften worden aengetrokken sijn gedesigneert als

hierboven q.r.

s--------------t

item de meuraigen worden alhier aengetoont conforme de figure s.t. ende bij soo verre

de selve dan d‟eene sijde geheel waeren toebehoorende ofte andersints ten helften

waeren gebouwt, heeft men in het aanthoonen proprieteyt ofte gemeensaemheydt

geobserveert het order hiervooren gestipuleert in materie van de grachten.

Tafel

Van de respective wujken in dezen landboek te bevinden met aanwijzinge van de

blaederen daer sij beginnen ende de nombers die sij behelzen

Wijk Naemen der wijken Folio van N(ummer) die

Page 101: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

101

elckse begin elcken wijk

inhoudt

1 S(in)te remens cauter met de

onderhoorige hofsteden, bosschen

ende meersschen

1 135

2 De roode zee 43 44

3 D‟ommeloosen boomkauter met de

voordere hofsteden, bosschen ende

geweet

55 77

Eersten wijk ofte canton genoemt s(in)te remens cauter met de onderhoorige

hofsteden, meersschen ende bosschen scheedende van noorde jegens de Schelde ende

de jurisdictie der stad Audenaerde, van oosten jegens de prochie van Edelaere, van

suyden met den voetweg jegens den Maegdendaelbosch ende de straete leedende naer

de molens jegens den volgenden wijk ende van suytwesten ende westen jegens de

Maerkebeke ende de prochie van Melden tot aen de Schelde.

1.

Alvoores, Pieter Frans van Quickelberge, met eene partije geweet paelende oost ende

suyt selfs twee naervolgende, west ende noort de Maerkebeke, d‟haegen ten oosten

ende suyden alhier medegaende. - Groot 0”1”87 ½ ro

Gepresen in adv(enan)te van 6 lb parisis de roede komt over ‟t kapittael 562”10”0

Begroot a pennink 40 is 14”1”3 Deniers

(Landboek 1645) 35

(Gebruiker) Johannes Mathijs

2.

Den zelven met eene partije saeyland paelende oost beede de naervolgende suyt den

steenweg, west de Maerkebeke, noort de zelve beke ende de voorg(aande). - Groot

0”2”0 ro

Prijs 6 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael ten somme van 600”0”0

In adv(enan)te van den pennink 40 is 15”0”0

(Landboek 1645) 35

(Gebruiker) Pro(prietaris)

3.

Den zelven, met eene partije geweet, paelende oost sieur Philippe Persijn, suyt de

volgende, west de twee voorg(aande) ende noort de Maerkebeke, d‟haegen jegens nrs

4 ende 5 alhier medegaende. - Groot 0”2”42 ro

Prijs 6 lb.parisis de roede k(om)t over ‟t kapittael 726”0”0

In adv(enan)te van den pennink 40 is 18”3”0 deniers

Page 102: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

102

(Landboek 1645) 35

(Gebruiker) Johannes Mathijs

4.

Joris C. J. Cervijn met eene partye saeyland paelende oost Philippe Persijn, suyt den

steenweg, west Pieter Johannes Van Quickelberge, noort de voorg(aende) ende

volg(ende). - 1”3”63 ro

Prijs 4 lb 6”0 parisis de roede komt over ‟t kapittael 1640”0”0

In adv(te) van den pennink 40 is 41”0”2 deniers

(Landboek 1645) 33

(Gebruiker) Anthone van den Hende

5.

Philippe Persijn met eene partije genoemt de kleyne mesweede paelende oost n 10,

suyt nrs 8, 7, 6 ende 4, west Pieter Johannes van Quickelberge met , 3 ende de

maerkebeke ende noort de schelde. Groot met den los ter breede van 14 voeten

leedende tusschen nrs 9 ende 10 tot aen den steenweg alh(ier) medeg(aende). - 2”3”36

Ro

Prijs 8 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 4544”0”0

In adv(te) van den pennink 40 is 113”12”0 deniers

(Landboek 1645) 29

(Gebruiker) Anthone van den Hende

6.

Den zelven, met eene partije saeyland paelende oost de volgende, suyt den steenweg,

west n4 ende noort de voorg(aende). - Groot 0”2”6 Ro

(Prijs 5 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 516”5”0

In adv(te) van den pennink 40 is 12”18”1 1/2 deniers

(Landboek 1645) 32

(Gebruiker) de weduwe Amandus De Bruyne

7.

Guillielmus Peirreboom, met eene partije saeyland paelende oost de volgende, suyt

den steenweg, west de voorgaende ende noort Philippe Persijn met n 5. - Groot 0”1”2

Ro

Prijs 5 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 256”5”0

In adv(te) van den pennink 40 is 6”8”1 Deniers

(Landboek 1645) 31

(Gebruiker) Frans van den Hecke

8.

Page 103: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

103

De wed(uw)e ende hoors Jan Baptiste van den hende met eene hapte hofstede

paelende oost Philippe Persijn met de volgende, suyt den Calsijde weg, west de

voorgaende ende noort den voornoemden Persijn. - Groot 0”1”41 Ro

Prijs 5 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 354”7”6

In adv(te) van den pennink 40 is 8”17”0 Deniers

(Landboek 1645) 30

(Gebruiker) Jan Bap(tis)te van de Kerkhove

9.

Philippe Persijn met eene hapte hofstede genoemt de blauwe kanne paelende noort

ende oost den los van n 5, suyt den calsijde weg ende west de voorgaende. - Groot

0”1”12 Ro

Prijs 5 lb. parisisde roede komt over ‟t kapittael 280”0”0

In adv(te) van den pennink 40 is 7”0”0

(Landboek 1645) 29

(Gebruiker) Frans Blaton

10.

………. Met ene hapte partije saeyland ende meersch deelmaekende van de groote

mesweede paelende oost de twee naervolgende, suyt den steenweg ende den los van n

5, west den zelven los ende n 5 ende noort de Schelde 2”2”14 Ro

Prijs 9 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 4563”0”0

In adv(te) van den pennink 40 is 114”1”3

(Landboek 1645) 28

(Gebruiker niet genoteerd)

11.

Mejouffrouw de Merlier met een partije land deelmaekende van de groote mesweede

paelende oost het (sioen), suyt den steenweg, west de voorgaende ende noort de

volgende. - Groot 0”2”16 Ro

Prijs 9 lb. parisis de roede komt over het kappittael 975”7”6

In adv(te) van den pennink 40 is 24”7”6

(Landboek 1645 niet genoteerd)

(Gebruiker niet genoteerd)

12.

Dezelve met eene partije meersch insgelijks deel van de groote mesweede paelende

oost de volgende ende het sioen, suyt de voorgaende, west n 10 ende noort de

Schelde. - Groot 1”0”91

Prijs 9 lb. parisis de roede comt over ‟t Cappittael 2209”10”0

In advenante van den pennink 40 is 35”4”9

Page 104: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

104

(Landboek 1645 niet genoteerd)

(Gebruiker niet genoteerd)

13.

Dezelve met nog eene partije meersch insgelijkx deelmaekende van de groote

mesweese paelende noort ende oost de Schelde, suyt het sioen, West de voorgaende. -

Groot 1”0”98

Prijs 9 lb. parisis de roede comt over het cappittael 2243”5”0

In advenante van den pennink 40 is 56”1”6

(Landboek 1645 niet genoteerd)

(Gebruiker niet genoteerd)

14.

‟t Sioen tot Audenaerde met eene partije saeylandt ende geweet paelende oost de

Schelde ende Joseph van der Eecken, suyt de calsijde, west n 11 en 12 ende noort de

voorgaende. – Groot 0”2”61¾ Ro

Prijs 8 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 1047”0”0

In advenante van den pennink 40 is 26”3”6

(Landboek 1645) 27, 28

(Gebruiker) Johannes Simoons

15.

Joseph van der Heecken met eene hofstede ende kaeye paelende oost tot halfdreve

jegens de volgende, suyt de calsijde, west met geheel d‟haege alhier medegaende

jegens de voorgaende ende noort de Schelde. - Groot 0”1”96 Ro

Prijs 8 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 784”0”0

In advenante van de n pennink 40 is 19”12”0

(Landboek 1645) 24, 25

(Gebruiker) Pro(prietaris)

16

Jan Bap(tis)te Cnudde, met eene hofstede ende kaeye paelende oost de volgende suyt

de calsijde west tot half dreve jegens de voorgaende ende noort de Schelde. - Groot

0”1”48 ½ Ro

Prijs 8 lb. parisis de roede komt over tKapittael 594”0”0

In advenante van den pennink 40 is 14”17”0

(Landboek 1645) 26

(Gebruiker) Pro(prietaris)

17

Page 105: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

105

Pieter Frans van Quickelberge met eene hofstede paelende oost den armen dezer

prochie suyt den calsijde weg west de voorgaende ende noort de Schelde d‟haege ten

westen ende jegens n22 alhier medegaende. - Groot 0”0”53 ½ Ro

Prijs 8 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 214”0”0

In advenante van den pennink 40 is 5”7”0

(Landboek 1645) 22

(Gebruiker) Pro(prietaris)

18

Den armen deze prochie met een hostedeken paelende oost Isabelle Verspieren, suyt

den calsijde weg, west de voorgaende ende noort selfs ende het kerkhof. - Groot

0”0”63 Ro

Prijs 8 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 252”0”0

In advenante van den pennink 40 is 6”6”0

(Landboek 1645) 21

(Gebruiker) de weduwe Amandus de Bruyne

19

Isabelle Verspieren met een hapte hofstedeken paelende oost de volgende suyt den

calsijde weg, west de voorgaende ende noort den los van d‟arme kaeye. - Groot

0”0”16 ½ Ro

Prijs 8 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 66”0”0

In advenante van den pennink 40 is 1”13”0

(Landboek 1645) 20

(Gebruiker) Pro(prietaris)

20

Marie Joanne Verspieren met een hapte hofstedeken paelende oost de Kerkstraete,

suyt den calseijde weg, west de voorgaende ende noort den los van d‟arme kaeye. -

Groot 0”0”16 ½ Ro

Prijs 8 lb. parisis de roede komt over ‟t kapittael 66”0”0

In advenante van den pennink 40 is 1”13”0

(19 pro)

21

Het kerkhof deser prochie paelende oost de straete suyt den los van d‟arme kaeye

west den selven los ende de volgende ende noort de kaeye van de priesteraige der

voornoemde prochie

Groot 42 roeden

Laste vrij

22

Page 106: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

106

Den armen dezer prochie met eene kaeye paelende oost de volgende suyt selfs met

n18 west pr Frans van Quickelberge ende noort de Schelde

0”0”39 ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 156”0”0

In advenante van den pennink 40 is 3”18”0

(23)

23

De priesteraige dezer prochie met eene kaeye paelende oost de straete suyt het

kerkhof west de voorgaende ende noort de schelde

Groot 0”0”48 Ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 192”0”0

In advenante van den pennink 40 is 4”16”0

24

D‟abdije van maegdendaele van gelijken met eene kaeye paelende oost selfs geweet

suyt de volgende west de straete ende noort de schelde

Groot 0”0”32 ¾ ro

Prijs 9 de roede komt over ‟t kapittael 147”7”6

In advenante van den pennink 40 is 3”13”6

(pro lxi)

25

Philippe Persijn met eene hofstede wesende eene herberge genoemt den hogaert

paelende oost pieter de zitter suyt de calsijde west de Kerkstraete ende noort de

voorgaende Groot 0”0”49 ½ ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 216”0”0

In advenante van den pennink 40 is 5”8”0

(pr parisis 18)

26

Pieter de sitter met eene hofstede paelende oost Hermes De Wever suyt den calsijde

weg west de voorgaende ende d‟abdije van maegdendaele ende noort de volgende

Groot 0”0”77 ¼ ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 308”10”0

In advenante van den pennink 40 is 7”14”6

(pro 17)

27

D‟abdije van maegdendaele met eene partije meersch paelende oost Pieter Ragés suyt

de volgende ende voorgaende west selfs kaeye ende de schelde ende noort ook hun

selfs geweet Groot 0”1”64 ½ Ro

Prijs 9 de roede komt over ‟t kapittael 740”5”0

In advenante van den pennink 40 is 18”10”0

(Ex i)

28

Page 107: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

107

Hermes de Wever met eene hofstede paelende oost Ferdinandine verspieren ende

anthonius pennink suyt de calsijde west Pieter de Zitter noort de voorgaende ende n30

Groot 0”1”8 Ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 432”0”0

In advenante van den pennink 40 is 10”16”0

(15 en 16 pro)

29

Ferdinandine Verspieren met eene hofstede paelende noort ende oost de volgende suyt

de calsijde ende west de voorgaende

Groot 0”0”17 Ro

Prijs 12 de roede komt over ‟t kapittael 102”0”0

In advenante van den pennink 40 is 2”11”0

(pro ex 14)

30

Anthone Pennink met een hapte hofstede paelende oost de volgende suyt den calsijde

weg west de voorgaende N 29 en 27 ende noort Pieter Ragé

Groot 0”0”36 Ro

Prijs 12 De roede komt over ‟t kapittael 216”0”0

In advenante van den pennink 40 is 5”8”0

(pro ex 14)

31

De weduwe Jacobus der weden met een hofstedeken paelende oost de volgende suyt

de calsijde west de voorgaende ende noort n36

Groot 0”0”017 Ro

Prijs 12 de roede komt over ‟t kapittael 102”0”0

In advenante van den pennink 40 is 2”11”0

(ex 13)

32

De weduwe en de hoors Frans Ragé met een hapte hofstedeken paelende oost Philippe

Persijn, de weduwe Theodorus Claus ende Ferdinandus Perneel met de volgende

maekende den houk van de straete in deze partije van twee zijden besloten komende

met eene vierkante erfve tusschen de twee lest genoemde partijen oostwaert tot jegens

de straete leedende noortwaert naer Audenaerde ende met het suyteynde jegens den

calsijde weg van Audenaerde op Doornyck west de voorgaende ende noort n36

Groot 0”0”18 ½ ro

Prijs 12 de roede komt over ‟t kapittael 111”0”0

In advenante van den pennink 40 is 2”15”6

(ex 13)

33

Ferdinandus Perneel met een hofstedeken maekende den houk van den steenweg

leedende noortwaert naer Audenaerde ende westwaert naer Doornijck west ende noort

de voorgaende

Page 108: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

108

Groot 0”0”5 ro

Prijs 12 de roede komt over ‟t kapittael 30”0”0

In advenante van den pennink 40 is 0”15”0

(12)

34

De weduwe Theodorus Claus met een hofstedeken paelende oost den steenweg naer

Audenaerde suyt ende west n32 ende noort de volgende

Groot 0”0”7 ½ Ro

Prijs 12 de roede komt over ‟t kapittael 45”0”0

In advenante van den pennink 40 is 1”2”6

(11)

35

Philippe Persijn met eene hapte hofstede paelende oost den steenweg suyt de

voorgaende west n32 noort ende oost de volgende partije

Groot 0”0”7 ro

Prijs 12 de roede komt over ‟t kapittael 42”0”0

In advenante van den pennink 40 is 1”1”0

(10)

36

Pieter Ragé met eene hapte hofstede lochtink ende geweet paelende oost de calsijde

suyt nrs 28,29,30,31,32 en 35 west ende noort d‟abdije van maegdendaele

Groot 0”0”82 ½ ro

Prijs den ouden lande bekent ex n7 9 roeden 12 de roede

Ex n8 71 roeden prijs 9 de roede n9 prijs 12 de roede

Groot 3 ½ roeden comt over het capitael naer proportie der nieuwe gronden

Grootte 390”0”0

In advenante van den pennink 40 is 9”18”0

(ex 7 8 9)

37

Den zelven met een hofstedeken verchijnst uyt de voorgaende partije paelen oost de

calsijde suyt ende west de voorgaende noort de volgende

Groot 0”0”9 Ro

Prijs 12 de roede komt over ‟t kapittael 54”0”0

In advenante van den pennink 40 is 1”7”0

(ex 7)

38

D‟abdije van Maegdendaele met een veel gehoukte partije meersch paelende oost den

calsijde weg naer Audenaerde het fort Jacobus Mathijs ende denzelven steenweg suyt

Pieter Ragé ende selfs west aen de hape den zelven rage ende de schelde ende noort

de stads tweede veste groot naer aftrek van breedde van 27 voeten maete van Aelst tot

het ruymen de zelve veste

2B”3D”68 Ro

Prijs 9 de roede komt over ‟t kapittael 5256”0”0

In advenante van den pennink 40 is 131”8”0

(ex 1)

Page 109: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

109

39

Jacobus Mathijs met eene behuysde erfve ende geweet voortijds gedient hebbende tot

eene fortresse der stadt Audenaerde strekkende suyt ende noort van alle sijden

besloten in de voorgaende ende volgende partijen doorsneden met den steenweg naer

Audenaerde alhoer afgetrokken

Groot 0”1”62 ½ Ro

Prijs 9 de roede over ‟t kapittael 733”5”0

In advenante van den pennink 40 is 18”5”6

(ex 1)

40

D‟abdije van Maegdendaele met eene veel gehoukte partije meersch paelende oost het

sioen tot Audenaerde ende Pieter Frans Verspieren met N49 suyt N 51,50,49,43 ende

41 west jacobus Mathijs met de voorgaende ende den calsijde weg ende noort de stads

tweede veste groot naer aftrek van de breedde van 27 voeten tot het ruymen de zelve

veste tot 1”0”3 ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 1612”0”0

In advenante van den pennink 40 is 40”6”0

(51)

41

Frans Parisis met een hofstedeken paelende oost den armen dezer prochie met n43

suyt de volgende west den steenweg ende noort de voorgaende

Groot 0”0”3 ¼ ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t kapittael 16”5”0

In advenante van den pennink 40 is 0”8”0

(pro)

42

Pieter Verplanken met een hofstedeken paelende oost de volgende suyt Frans Ragé

west de calsijde ende noort de voorgaende

Groot 0”0”3 ¼ ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t kapittael 16”5”0

In advenante van den pennink 40 is 0”8”0

(pro)

43

Den armen van Paemel met eene partije saeyland paelende oost pieter Frans

Verspieren suyt de volgende west de twee voorgaende ende noort d‟abdije van

maegdendaele met n40 Groot 0”0”38 ¼ ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t kapittael 191”5”0

In advenante van den pennink 40 is 4”15”6

(Frans parisis ende pieter Verplanken elk d‟helft)

44

Page 110: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

110

Frans Ragé met eene hofstede paelende oost Frans verspieren met n49 suyt pieter van

de putte met de twee naervolgende west de calsijde ende noort de voorgaende

groot 0”0”47 ½ ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t kapittael 237”10”0

In advenante van den pennink 40 is 5”18”6

45

Pieter van de putte met een hofstedeken paelende oost ende suyt selfs volgende west

de calsijde ende noort de voorgaende

Groot 0”0”9 ½ ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t kapittael 47”10”0

In advenante van den pennink 40 is 1”3”9

(ex 52)

46

Den zelven met eene hapte hofstede paelende oost n48 ende 49 suyt den steenweg

leedende naer Eenaeme ende d‟hoors d‟heer Jan Baptiste de Staute met de vogende

hofstede west de zelve hoors den steenweg naer Audenaerde ende de voorgaende

noort ook de voorgaende ende Frans Ragé met n 44 Groot

0”0”95 ¼ ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t kapittael 476”5”0

In advenante van den pennink 40 is 11”18”0

(52)

47

D‟hoors d‟heer Jan Baptiste de Staute met een hofstedeken paelende noort ende oost

de voorgaende, suyt ende west den steenwegh

Groot 0”0”14 ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t kapittael 70”0”0

In advenante van den pennink 40 is 1”15”0

(52)

48

Frans Verspieren met eene hofstede ende geweet paelende oost N51 suyt den

steenweg naer Eenaeme west de voorgaende ende noort de twee naervolgende

groot 0”0”77 Ro

Prijs 6 de roede komt over ‟t kapittael 231”0”0

In advenante van den pennink 40 is 5”15”6

(53 Bernardus de Stommelaere)

49

Den zelven met eene partije meersch paelende oost de volgende suyt de voorgaende

west n46, 44, 43 ende 40 ende noort ook N40

Groot 0”1”26 ½ ro

Prijs 6 de roede komt over ‟t kapittael 379”10”0

In advenante van den pennink 40 is 9”9”9

(ex 53)

50

Page 111: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

111

Joseph van der Eecken met eene partije meersch paelende oost n51 suyt Frans

Verspieren met n48 west de voorgaende ende noort N40

Groot 0”1”27 ro

Prijs 6 de roede komt over ‟t kapittael 581”0”0

In advenante van den pennink 40 is 9”10”6

(53)

51

Mejouffrouw met eene partije meersche komende met eenen los suytwaert op de

calsijde paelende oost het sioen, suyt den baron van paemel west pr Frans Verspieren

ende de voorgaende noort d‟abdije van maegdendaele met N40

Groot 0”1”60 ro

Prijs 6 de roede komt over ‟t kapittael 528”0”0

In advenante van den pennink 40 is 13”4”0

(54 Carolus Tilliu)

52

‟t Sioen van Audenaerde met eene partije meersch genoemt den diepen Daele ten

deele gelegen op de prochie van Edelaere paelende oost d‟hoors Jacobus der kinderen

suyt den baron van Paemel weks de voorgaende ende d‟abdije van Maegdendaele met

N40 ende noort de tweede veste in‟t geheele groot naer aftrek van de passagie tot het

ruymen de geseyde veste ter breedde van 27 voeten tot 1b”2d”20 ro komt onder deze

prochie tot 0”3”77

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 1508”0”0

In advenante van den pennink 40 is 37”14”0

(pro)

53

Den baron van Paemel met eene langworpige partije geweet genoemt het regel ten

deele als de voorgaende partije gelegen op Edelaere paelende oost selfs suyt den

steenweg west den los van n51 noort den selven N de voorgaende ende d‟hoors

Jacobus der Kinderen groot 0”2”30 ro komt onder deze prochie tot 0”0”16 ro

Prijs 3 de roede komt over ‟t kapittael 24”0”0

In advenante van den pennink 40 is 0”12”0

(Frans de sitter)

54

Den zelven met eene hofstede ende saeyland liggende als vooren in het gescheel van

deze prochie ende degone van Edelaere paelende oost ende suyt selfs west den

pontweg ende noort de calsijde groot in‟t geheele 1”1”5 ro komt onder deze prochie

0”3”67

Prijs 3 de roede komt onder ‟t kapittael 550”10”0

In advenante van den pennink 40 is 15”15”3

(55 Frans de sitter 0B”3D”5 ½ ro ende jan baptiste de vreyer 61 ½ ro ‟t leste gelegen

op leupeghem)

55A

Den zelven met den edelaere Bosch gelegen in het gescheet der voornoemde prochien

loopende van alle sijden seer crom uytende in buygende paelende oost Veronica

Dhondt den steenweg naer Geeraesberge selfs geweet pr Frans algoet ende Jacobus

Page 112: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

112

Avick suyt den voetwegh Carolus Tilliu selfs saeylant ende geweet D‟abdije van

Eenaeme ende jacobus Mathijs met de volgende west den pontweg ende de

voorgaende noort ook de voorgaende den steenwegh ende selfs groot 17B”0”41 ½ Ro

komt onder deze prochie

1”0”50

Prijs 3 de roede komt over ‟t kapittael 675”0”0

In advenante van den pennink 40 is 16”17”6

(ex 55 pro)

55B

Jacobus Mathijs met een partijken Bosch ten deele gelegen op Edelaere paelende

noort ende oost de voorgaende suyt den voetweg ende west den pontweg groot 0”0”90

¼ ro komt onder deze prochie tot

Prijs 0 de roede komt over ‟t kapittael

In advenante van den pennink 40 is

(pro Dese partije is in‟t geheele gelegen op de prochie van Edelaere)

56

Gruloos met eene hofstede paelende oost den pontwef suyt de volgende west de

weduwe Frans seuws met N61 ende noort den steenweg

Groot 0”1”47 ¼ ro

Peijs 2 de roede komt over ‟t kapittael 147”3”0

In advenante van den pennink 40 is 3”13”6

(ex 57 Frans Verpoest)

57

Den baron van Paemel met eene partije boesch paelende oost den pontweg suyt ende

west selfs noort de voorgaende groot 0”2”12 ½ Ro

Prijs 1”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 127”10”0

In advenante van den pennink 40 is 3”3”9

(ex 60 pro)

58

Den selven met een hofstedeken op den berg paelende oost den pontweg suytwest den

voetweg ende selfs ende noort de voorgaende

Groot 0”0”50 ¾ Ro

Prijs 1”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 30”9”0

In advenante van den pennink 40 is 0”13”0

(ex 60 Benedictus van den Hecke)

59

Den selven met een gehoukte hofstedeken paelende noortoost den maertweg suyt den

voetweg jegens den maegdendaelbosch ende west de volgende

Groot 0”0”35 ro

Prijs 1”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 21”0”0

In advenante van den pennink 40 is 0”10”6

(ex 61 Frans de Witte)

60

Page 113: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

113

Den selven met den Kersselaerberg ten oosteynde doorsneden met den maertweg naer

Audenaerde paelende oost N57, 58 en 59 ende suytwest den voetwegh ende noort den

volgende groot 0”2”69 ro

Prijs 1”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 167”8”0

In advenante van den pennink 40 is 4”0”6

(ex 61 de weduwe Gemmelpon)

61

Den selven met eene drijhoukte hofstede paelende noortoost den maertwegh suyt de

voorgaende ende west den voetweg groot 0”1”12 ro

Prijs 1”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 67”4”0

In advenante van den pennink 40 is 1”18”6

(61 Frans Weydts)

62

Den selven met eene drijhoukte partije saeyland paelende noortoost ende suytwest den

maertwegh ende noortwest de volgende groot 0”1”10 ro

Prijs 1”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 66”0”0

In advenante van den pennink 40 is 1”13”0

(ex 60 selven)

63

Den selven met eene partije geweet paelende oost ende suyt selfs west den maertweg

ende noort nrs 68, 67, 66, 65 ende de volgende

Groot 0”1”43 ¼ ro

Prijs 1”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 83”19”0

In advenante van den pennink 40 is 2”3”0

(ex 60 selven)

64

De weduwe Frans Seuws met een hofstede ende Bosch paelende oost n56 suyt de

voorgaende west de volgende ende noort den steenwegh

Groot 0”0”92 ½ ro

Prijs 2 de roede komt over ‟t kapittael 92”10”3

In advenante van den pennink 40 is 2”6”3

(ex 57 pro)

65

Josephus Dionisius van Vossel met een hofstedeken paelende oost de voorgaende suyt

den Baron van Paemel west de volgende ende noort de calsijde groot 0”0”49 ro

Prijs 2”8”0 de roede komt over ‟t kapittael 58”16”0

In advenante van den pennink 40 is 1”9”3

(ex 58 pro)

66

Ernestus Frans met een onbehuyst hofstedeken paelende oost de voorgaende suyt den

baron van paemel west de volgende ende noort den steenwegh groot

0”0”49 ro

Prijs 2”8”0 de roede komt over ‟t kapittael 58”16”0

In advenante van den pennink 40 is 1”9”3

Page 114: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

114

(ex 58 pro)

67

Anthone Bonré met eene hofstede ende Bosch paelende oost de voorgaende suyt den

baron van Paemel west de volgende ende noort den steenweg

Groot 0”0”99”Ro

Prijs 2”8”0 de roede komt over ‟t kapittael 118”16”0

In advenante van den pennink 40 is 2”19”6

(ex 58 pro)

68

Pieter de Vos met eene hofstede ende geweet wesende eene herberge genoemt de

Kroone paelende oost de voorgaende suyt den baron van Paemel west den maertweg

den waterloop ende de volgende noort den steenweg groot 0”2”30 ½ ro

Prijs 1”12”0 de roede komt over ‟t kapittael 184”8”0

In advenante van den pennink 40 is 4”12”0

(ex 59 pro)

69

Guillielmus Biebuyck met een heelbebouwt erfveken voortijds gespleten uyt de

voorgaende paelende oost ende suyt de voorgaende west den waeterloop ende noort

de calsijde

Groot 0”0”2 ¾ ro

Prijs 1”12”0 de roede komt over ‟t kapittael 2”4”0

In advenante van den pennink 40 is 0”1”3

(ex 59 pro)

70

Den armen dezer prochie met een hofstedeken paelende oost de twee voorgaende suyt

de kerke deze prochie west de volgende ende noort den steenweg

groot 0”0”26 ½ ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 106”0”0

In advenante van den pennink 40 is 2”13”0

(62 Jan Baptiste Van den berge)

71

Gillis Droesbeke met een hofstedeken paelende oost de voorgaende suyt de Kerke

west de volgende ende noort den steenweg

Groot 0”0”13 ro

Prijs 10 de roede komt over‟t kapittael 63”0”0

In advenante van den pennink 40 is 1”12”6

(ex 63 pro)

72

Felix van de Putte met een hofstedeken paelende oost de voorgaende suyt de Kerke

west de volgende ende noort den steenwegh

Groot 0”0”13 ½ Ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t Kapittael 67”10”0

In advenante van de pennink 40 is 1”13”9

(ex 63 pro)

Page 115: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

115

73

Jacobus de Baeremaeker met een hofstedeken paelende oost de voorgaende suyt de

kerke deze prochie west het tjompestraetjen ende noort den steenweg

Groot 0”0”14 ¼ ro

Prijs 10 de roede komt over ‟t kapittael 73”5”0

In advenante van den pennink 40 is 1”15”6

(64 pro)

74

Silvester dubois met eene hofstede paelende oost het tjompestraetjen suyt ende west

Jo_ Louis van den hecke ende noort de calsijde

Groot 0”0”11 ½ ro

Prijs 14 roeden op d‟oostsijde 10 de roede

Ende de resterende groot 8 de roede komt over tkapittael 172”0”0

In advenante van den pennink 40 is 4”6”0

(65 en 66 pro)

75

De kerke deze prochie met een hofstedeken paelende oost pieter devos met n68 suyt

de volgende west het jompestraetjes ende noort de vier voorgaende

Groot 0”0”21 ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 50”8”0

In advenante van den pennink 40 is 1”5”0

(ex 74 Albertus Aelvoet)

76

Dezelve met nog een hofstedeken paelende oost pieter de vos suyt de volgende

suytwest ende west den maertweg ende noort de voorgaende

Groot 0”0”15 ¼ ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 38”0”6

In advenante van den pennink 40 is 0”16”0

(ex 74 Frans Lenaert)

77

De priesteraige deze prochie met eene hofstede doorsneden met den maertweg

paelende oost pieter de vos suyt het kosterijelandt west het tjompestraetjen ende noort

de volgende ende voorgaende

Groot 0”0”28 ¾ ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over t kapittael 60”7”6

In advenante van den pennink 40 is 1”30”0

(72 Pieter Hoste)

78

De kerke deze prochie met een drijhoukte hofstedeken paelende noort oost den

maertweg suyt de voorgaende ende west het tjompestraetjes

Groot 0”0”9 ¼ ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 39”8”6

In advenante van den pennink 40 is 0”9”9

(ex 72 de weduwe pieter Versmessen)

Page 116: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

116

79

Joris Louis van den Hecke met eene hapte hofstede waer op 3 huysen sijn staende

onder andere een wesende eene herberge genoemt den peelgrim paelende oost (en

noort) Silverster dubois met N74 suytoost het tjompestraetjen suyt het costerijelandt

wezende Joris Frans Guillielmus Leopoldus Pijcke ende noort den calsijdewegh

Groot 0”0”72 ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 288”0”0

In advenante van den pennink 40 is 7”4”0

(67 Carolus van Cauwenberge 36 roeden Frans van den Hecke 18 roeden ende de

weduwe Frans de potter ook 18 r)

80

Joris Frans Guillielmus Leopoldus Pijcke schepenen ‟t stants van den vrijen tot

Brugge, met eene hofstede ende saeylandt paelende oost de voorgaende suyt de

costerije west de volgende ende noort den steenwegh

Groot 0”1”65 ½ ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 662”0”0

In advenante van den pennink 40 is 16”11”0

(68 Frans Parisis)

81

De weduwe Philippe Raes met eene hofstede paelende oost de voorgaende, suyt het

kosterijelandt west de volgende ende noort den steenwegh

Groot 0”0”42 ¼ Ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 170”0”0

In advenante van den pennink is 4”5”0

(69 pro)

82

De weduwe Philippe De Witte met eene hofstede paelende oost de voorgaende suyt

N85 ende de priesteraige deze prochie west de volgende ende noort den steenweg

groot 0”0”38 ¼ ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 154”0”0

In advenante van den pennink 40 is 3”17”0

(70 pro)

83

De weduwe Johannes Ragé met eene hofstede wezende eene herberge genoemt den

dobbelen arent paelende oost de voorgaende suyt de priesteraige met de volgende

west met geheel de vontstraete alhier medegaende jegens pieter de vos pieter rage

livinus rage ende d‟abdije van maegdendaele ende noort den steenweg

Groot 0”0”83 ro

Prijs 8 de roede komt over ‟t kapittael 338”0”0

In advenante van den pennink 40 is 8”6”0

(71 pro)

84

Page 117: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

117

De priesteraige dezer prochie paelende oost het costerijelandt suyt jacobus mathijs

west met geheel de vontstraete jegens pieter de vos ende noort de twee voorgaende

groot 0”0”69 ¾ ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 146”9”6

In advenante van den pennink 40 is 3”13”13

(pro ex 72)

85

De Kosterije dezer prochie met een hofstedeken paelende oost het tjompestraetjen

suyt de volgende west de voorgaende ende noort nrs 79, 80, 81 ende ten deele N 82

groot 0”0”43 ¾ ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 91”17”6

In advenante van den pennink 40 is 2‟”6”0

(ex 72 Martinus Paeme)

86

De selve Kosterije met een hofstedeken paelende oost het tjompestraetjen suyt de

volgende west de priesteraige ende noort de voorgaende

Groot 0”0”30 ½ ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 64”1”0

In advenante van den pennink 40 is 1”12”0

(ex 73 Cornelis Versmessen)

87

Dezelve met een partijken saeylandt paelende oost het tjompestraetjes suyt jacobus

mathijs west de priesteraige ende noort de voorgaende

Groot 0”0”28 ¼ ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 59”6”6

In advenante van den pennink 40 is 1”9”6

(ex 73 pro)

88

Deselve Kosterije met eene hofstede paelende oost den voetweg suyt jacobus mathijs

west het tjompestraetjes ende noort de priesteraige met N77

Groot 0”0”56 ¼ ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 118”4”6

In advenante van den pennink 40 is 2”19”0

(Jacobus van Cauwenberge)

89

Jacobus Mathijs met eene partije saeylandt bebouwt met 3 huyzen doorsneden met

den maertweg ofte het tjompestraetjen paelende oost den maertweg komende vanden

kerselaereberg suyt de volgende west met geheel de vontstraete jegens Nrs 105, 106,

107, 108 ende ten deele 109 noort de priesteraige met N 84 ende de twee voorgaende

Groot 1”1”83 ro

Prijs 4”4”0 de roede komt over ‟t kapittael 3224”6”0

In advenante van den pennink 40 is 30”12”0

(75 pro)

90

Page 118: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

118

D‟heer ende Meestre Philippe Verspieren met eene hofstede ende saeylandt

doorsneden als de voorgaende paelende oost den voet ende maertweg suyt de

volgende west met geheel de vontstraete jegens nrs 104 en 105 ende noort de

voorgaende

Groot 0”1”99 ¼ ro

Prijs 4 de roede komt over ‟t kapittael 398”10”0

In advenante van den pennink 40 is 9”19”3

(76 en 77 pro 54 ¼ ro de weduwe Frans de Meyer 145)

91

Ernestus Frans ende Josephus Dionisius van Vossel elk d‟helft met eene hofstede

doorsneden als vooren met het tjompestraetjen ofte maertweg paelende oost den

voetweg suyt de 2 volgende west met geheel de vontstraete jegens N104 ende noort

de voorgaende

Groot 0”1”9 ¾ ro

Prijs 4 de roede komt over ‟t kapittael 219”10”0

In advenante van den pennink 40 is 5”9”9

(78 en 79 Pieter van Dijcke 25 ro Frans Hanskens 84 ¾ ro)

92

Frans Parisis met eene hofstede paelende oost den voetweg suyt Jacobus Mathijs met

N94 west het tjompestraetjen ende noort de voorgaende

Groot 0”1”1 ¾ ro

Prijs 4 de roede komt over ‟t kapittael 203”10”0

In advenante van den pennink 40 is 5”1‟9

(pro 80)

93

De weduwe ende hoors Jan Baptiste van den Hende met eene hofstede wezende eene

herberge genoemt den snuyffpot paelende oost het tjompestraetjen suyt N95 west met

geheel de Vontstraete jegens Nrs 102, 103 en 104 ende noort N91

Groot 0”0”40 ro

Prijs 4 de roede komt over ‟t kapittael 80”0”0

In advenante van den pennink 40 is 2”0”0

(80 Carolus van Cauwenberge)

94

Jacobus Mathijs met eene hofstede paelende oost den voetwegh jegens den berg uyt

de volgende west het tjompestraetjen ende noort n92

Groot 0”0”89 ½ ro

Prijs 4 de roede komt over ‟t kapittael 179”0”0

In advenante van den pennink 40 is 4”9”6

(81 pro)

95

Andries Verhoucken met eene hofstede doorsneden met het tjompestraetjen paelende

oost den voetweg suyt de volgende west met geheel de Vontstraete jegens N102 ende

noort de twee voorgaende

Groot 0”1”17 ½ ro

Prijs 3”12”0 de roede komt over „tkapittael 211”10”0

Page 119: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

119

In advenante van den pennink 40 is 5”5”9

(82 pro)

96

De weduwe Frans de Meuye met eene hofstede paelende oost den voetweg suyt de

volgende west met geheel de Vontstraete jegens n102 ende noort de voorgaende

Groot 0”0”76 ¼ ro

Prijs 3”10”0 de roede komt over ‟t kapittael 133”9”0

In adv 3”6”9

(83 pro)

97

D‟hoors Jacobus de Vos met eene hofstede paelende oost den voetweg suyt de

volgende west met het resterende deel van de vontstraete n102 ende den cauterlos

alhier verlaetende den naem van vonstraete ende noort de voorgaende

Groot 0”1”63 ¼ ro

3”6”0 kapittael 269”7”0

Advenante 6”14‟6

(84 pro)

98

De weduwe Johannes Ragé met een hofstedeken paelende oost den voetwegh suyt de

volgende west den cauterlos ende noort de voorgaende

Groot 0”0”66 ro

Prijs 3 kapittael 99”0”0

Advenante 2”9”6

(85 pro)

99

De weduwe ende hoors Jacobus de Vos met eene hofstede paelende oost den voetweg

suyt de volgende west den cauterlos ende noort de voorgaende

Groot 0”1”6 ro

Prijs 3 kapittael 159”0”0

Adv 3”19”6

(86 pro)

100

Jacobus Mathijs met eene hofstede wezende eene herberge genoemt het Pannenhuys

paelende oost den voetweg suyt de volgende west den cauterlos ende noort de

voorgaende

Gr 0”1”26 ½ ro

Prijs 2”12”0 164”9”0

Advenante 4”2”0

(87 pro)

101

De weduwe Joannes Ragé met eene partije saeylant ende Bosch paelende oost den

voetwegh suyt eenen anderen voetwegh komende van den Bergh west den cauterlos

ende noort de voorgaende

Gr 0”1”40 ½ ro

Page 120: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

120

Prijs 2 140”30”0

Adv 3”10”3

(88 pro)

102

De zelve met eene partije saeylandt liggende noortwestwaart van de voorgaende

paelende oost de vontstraete suyt den voetweg west den baron van Paemel ende noort

de volgende

Gr 0”1”3 ro

Prijs 4”4”0 216”6”0

Adv 5”8”0

(ex 97 pro)

103

Josephus Dionisius van Vossel met een hofstedeken paelende oost de Vontstraete suyt

de voorgaende west den baron van Paemel ende noort de volgende gr 0”0”30

½ ro

Prijs 4”4”0 64”1”0

Adv 1”18”0

(ex 97 Pieter Cansse)

104

Den selven met nog eene hofstede paelende oost de vontstraete suyt de voorgaende

west den baron van Paemel ende noort de volgende

Gr 0”0”86 ½ ro

Prijs 4”4”0 160”?”?

Adv 4”?”?

(ex 96 en 97 pro)

105

Ernestus Frans met een partijken saeylant paelende oost de vontstraete suyt de

voorgaende west den baron van paemel ende noort de volgende

Groot 0”0”57 ½ ro

Prijs 4”4”0 ?

Adv ?

(ex 96 pro)

106

Den zelven met eene hofstede paelende oost de vontstraete suyt de voorgaende west

den baron van paemel ende noort de volgende

Gr 0”0”34 ¼ ro

Prijs 4”4”0 71”18”0

Adv 1”16”0

(ex 96 de weduwe Frans Craeye)

107

Den selven met nog een hofstedeken paelende oost de vontstraete suyt de voorgaende

west den baron van paemel ende noort de volgende

Page 121: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

121

Gr 0”0”31 ¼ ro

Prijs 4”4”0 65”18”6

Adv 1”12”9

(ex 96 Cornelis Van Helleputte)

108

De heer pieter frans parisis erfachtig ampman der stad ende casselrije van Audenaerde

met een hofstedeken wezende leen paelende oost de vontstraete suyt de voorgaende

west d‟abdije van maegdendaele ende noort de volgende

Gr 0”0”26 ro

Prijs 4”4”0 54”12”0

Adv 1”7”3

(ex 95 de weduwe Frans van den Hecke)

109

Pieter de Vos met eene partije saeylandt paelende oost de vontstraete suyt de

voorgaende west d‟abdije van maegdendaele ende noort de volgende

Gr 0”1”0 ro

4”4”0 210”0”0

Adv 5”5”0

(95 pro)

110

Pieter Ragé met eene partije saeylant paelende oost de vonstraete suyt de voorgaende

west d‟abdije van maegdendaele ende noort de volgende

Gr 0”0”49 ro

Prijs 4”4”0 102”18”0

Adv 2”11”6

(ex 95 pro)

111

D‟hoors Livinus Ragé met eene hofstede paelende oost de vontstraete suyt de

voorgaende west d‟abdije van maegdendaele ende noort den voetweg

Gr 0”0”48 ¾ ro

Prijs 4”4”0 102”9”6

Adv 2”11”3

(Ex 95 Pieter van Weymeersch)

112

D‟abdije van maegdendaele met eene hofstede doorsneden met den steenweg naer

Ronsse paelende oost de Vontstraete suyt den voorgaenden voetweg west de volgende

ende noort den steenweg naer Doornijck

Gr 0”0”67 ¾ ro

Prijs 4”4”0 142”3”6

Adv 3”13”0

(94 Jan Baptiste Huart)

113

Page 122: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

122

De zelve abdije met eene hapte partije saeyland doorsneden met den voornoemde

steenweg paelende oost de 5 voorgaende suyt de volgende west selfs met n 117 ende

noort den calsijde weg naer Doornijck

Gr 0”1”78 ¾ ro

Prijs 6 536”3”0

Adv 13”8”0

(ex 105 en 106 de weduwe amandus de bruyne)

114

Den baron van paemel met eene partije saeyland paelende oost nrs 102, 103, 104, 105,

106 en 107 suyt den voetweg west de volgende ende noort de voorgaende

gr 0”1”90 ½ ro

Prijs 6 571”10”0

Adv 14”5”9

(ex 104 Hermes de Wever)

115

Den zelven baron met eene partije saeyland doorsneden met den nieuwen steenweg

naer Ronsse paelende oost de voorgaende suyt den voetweg west de volgende ende

noort d‟abdije van maegdendaele

Gr 0”2”81 ¾ ro

Prijs 6 845”5”0

Adv 21”2”6

(ex 104 Frans de Sitter)

116

Den zelven met eene 3houkte partije saeyland paelende oost de voorgaende suyt den

voetweg west ten nieten uyt jegens d‟abdije van maegdendaele met nrs 121, 120, 119,

118 ende de volgende

Gr 0”1”49 ro

Prijs 6 447”0”0

Adv 11”3”6

(ex 104 Hermus de Wevere)

117

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije saeyland doorsneden met den nieuwen

steenweg op Ronsse paelende oost selfs met n 113 ende den gemelden steenweg suyt

ende suytoost de twee voorgaende west de volgende ende noort den steenweg naer

doornijck

Gr 1B”0D”91 ro

Prijs 6 1473”0”0

Adv 36”16”6

(ex 105 en 106 Jan Baptiste De clercq)

118

De zelve abdije met eene partije zaeylandt paelende oost de voorgaende suyt den

baron van paemel west de volgende ende noort den steenweg naer doornijck

gr 0”2”0 ro

Prijs 6 600”0”0

Adv 15”0”0

Page 123: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

123

(ex 105 en 106 Frans van weymeersch)

119

Dezelve abdije met eene partije saeyland paelende oost de voorgaende suyt den baron

van Paemel west de volgende ende noort den voornoemden steenweg

gr 0”2”0 ro

Prijs 6 600”0”0

Adv 15”0”0

(105 106 Pieter De vos)

120

Dezelve abdije met eene partije saeylant paelende oost de voorgaende suyt den baron

van paemel west de volgende ende noort den geseyden steenweg

Gr 0”1”0 ro

Prijs 6 300”0”0

Adv 7”10”0

(ex 105 en 106 Bernardus De Stommelaere)

121

Dezelve abdije met eene partije saeylant paelende oost de voorgaende suyt den baron

van Paemel ende den voetweg west de volgende ende noort den gemelden steenweg

gr 0”1”67 ro

Prijs 6 501”0”0

Adv 12”10”6

(ex 105 en 106 Pieter Penninck)

122

Dezelve abdije met eene bijnae 3houkte partije saeylant paelende oost de voorgaende

suyt den voetweg west de peuyestraete noortwest de twee naervolgende ende noort

met eenen uytweg op den steenweg

Gr 1”3”55 ro

Prijs 3”10”0 1323”5”0

Adv 33”1”6

(ex 107 en 108 Frans De Vos)

123

D‟heer Pieter Frans Vispoele met eene partije saeylant ende geweet paelende oost den

los van de voorgaende, suytoost ook de voorgaende west de 2 volgende ende noort

den steenweg

Gr 0”2”28 ro

Prijs 4 456”0”0

Adv 11”8”0

(48 Jan Baptiste de Vreyer)

124

Den zelven met een partijken saeyland (ende geweet) paelende oost de voorgaende

suyt d‟abdije van maegdendaele west de peuyestraete ende noort de volgende

gr 0”1”2 ¾ ro

Prijs 20 roeden 4 de roede, het resterende 2”10”0 de roede komt tzaemen 123”8”9

Adv 3”18”0

Page 124: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

124

(45 46 Livinus de Bruyne)

125

De Weduwe Joannes Ragé met eene partije Bosch ende geweet paelende oost ende

suyt de twee voorgaende west de peuyestraete ende noort den steenweg gr

0”1”53 ro

Prijs 2”10”0 185”3”0

Adv 4”13”0

(47 pro)

126

D‟heer Pieter Frans Vispoele met eene partije saeylandt gelegen jegens de

Maerkembrugge paelende oost de volgende suyt ende west de maerkebeke

scheedende deze prochie met de gone van Melden ende noort den steenweg naer

Doornijck gr 0”0”92 ¼ ro

Prijs 5 230”12”6

Ad 5”15”3 ¾

(36 Pieter van den Abeele)

127

Den selven met eene partije saeylant paelende oost de volgende suyt de maerkebeke

west de voorgaende ende noort den voornoemden steenweg

Gr 0”1”0 ro

Prijs 5 250”0”0

Adv 6”5”0

(ex 37 De weduwe Frans de meuye)

128

Den zelven met eene partije saeyland paelende oost de volgende suyt de Maerkebeke

west de voorgaenden ende noort den voornoemden steenwegh

Gr 0”1”2 ¾ ro

Prijs 5 256”17”6

Adv 6”8”3 ¼

(ex 37 Bernardus de Stommelaere)

129

Pieter van den Abeele met eene partije saeylant paelende oost de volgende suyt de

Maerkebeke west de voorgaende ende noort den steenweg

Gr 0”0”88 ro

Prijs 5 220”0”0

Adv 5”10”0

(ex 38 pro)

130

De weduwe Gillijn Frans met een partijken saeylant paelende oost ende suyt de

volgende ende de maerkebeke west de voorgaende ende noort den steenweg

gr 0”0”38 ½ ro

Prijs 5 96”5”0

Adv 2”8”7 ½

(ex 38 Frans Van der Straeten)

Page 125: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

125

131

D‟heer Pieter Frans Vispoele met eene hapte partije saeylandt ten deele gelegen onder

de prochie van Melden paelende oost de volgende suyt ende suytwest de Maerkebeke

ende de voorgaende ende noort den steenweg

Gr 88 ¼ roeden komt onder deze prochie 0”0”62 3/4

Prijs 5 156”17”6

In adv 3”18”6

(ex 39 Bernardus de Stommelaere)

132

Den zelven met eene partije saeylant ten deele gelegen op Melden paelende oost de

volgende suyt de Maerkembeke west de voorgaende ende noort den steenweg

Gr 89 ½ ro komt onder deze prochie 0”0”62

Prijs 5 155”0”0

Adv 3”17”6

(ex 39 Pieter van den Abeele)

133

Den zelven met eene partije Zaeylandt gelegen als de voorgaende paelende oost de

volgende suyt de Maerkebeeke west de voorgaende ende noort den steenweg

Gr 97 ¾ ro komt onder deze prochie 0”0”69

Prijs 5 172”10”0

Adv 4”6‟3

(39 de weduwe Frans De Meuye)

134

Pieter Ragé met eene partije saeylandt ten deele als vooren gelegen op de Prochie van

Melden paelende oost de volgende suyt de prochie van Melden west de voorgaende

ende noort den steenweg ende de peuyestraete

Gr 169 ro komt onder deze prochie 0”1”27 ½

Prijs 4”10”0 286”17”6

Adv 7”3”4 ½

(ex 40 pro)

135

Jacobus van den Berge met eene partije saeylandt gelegen als vooren paelende oost de

volgende suyt de prochie van Melden west de voorgaende ende noort de peuyestraete

Gr 163 ¾ ro komt onder deze prochie tot 0”1”34 ¾

Prijs 4” 10”0 303”3”9

Adv 7”11”6

(ex 40 pro)

136

D‟hoors d‟heer Jan Baptiste De Staute met eene partije saeylandt paelende oost de 2

volgende suyt de prochie van Melden west de voorgaende ende noort de peuyestraete

Gr 0”3”15 ¾ ro

Prijs 4”14”0 741”8”0

Adv 18”10”8 ½

(41 Jan Baptiste Aelters ende de weduwe Phillippe Raes elk d‟helft)

Page 126: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

126

137A

Den Arm deze prochie met een 3houkte partijken saeylandt paelende noortoost de

peuyestraete suyt de de volgende ende west de voorgaende

Gr 0”0”26 ro

Prijs 4 52”0”0

Adv 1”6”0

(42 Pieter De Weden)

137B

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije saeylandt paelende oost de peuyestraete

suyt de prochie van melden west d‟hoors d‟heer Jan Baptiste de Staute ende noort de

voorgaende

Gr 0”1”64 ro

Prijs 4 328”0”0

Adv 8”4”0

(44 De weduwe Gillijn Frans)

137C

Den arm dezer prochie met eene hapte partije land verhaekende ten suyteynde

oostwaert in paelende oost n 145 en 146 suyt de volgende west de peuyestraete ende

noort den voetwegh ende aan den haeke n 145

Gr 0”1”54 ro

Prijs 3”10”0 269”10”0

Adv 6”14”9

(109 Jacobus Lenaert)

138

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije saeylandt paelende oost Felix van de

putte suyt ende west de peuyestraete noort de voorgaende ende Jan Baptiste Aelters

met N145 gr 0”2”86 ro

Prijs 3”4”0 457”12”0

Adv 11”8”9 ¾

(114 Frans de Temmerman)

139

Jan Baptiste Aelters met eene hofstede paelende oost de volgende suyt de

Maerkembeke west de Maertweg ende noort de straete

Gr 0”1”9 ro

Prijs 6 327”0”0

Ad 8”3”6

(115 pro)

140

Jacobus ende Philippe Lenaert elk d(helft met eene hofstede genoemt het geestelijk

hof paelende suyt ende suytoost de maerkembeke west de voorgaende ende noort de

straete

Gr 0”0”70 ¼ ro

Prijs 6 210”15”0

Adv 5”5‟4 ½

Page 127: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

127

(116 pro)

141

Felix van de putte met een partijken saeylandt paelende oost de volgende suyt de

straete west maegdendaele ende noort jan baptiste aelters

Gr 0”0”57 ¾ ro

Prijs 4”13”0 134”5”6

3”7”1 ½

(117 Jan Baptiste De Vreyer)

142

Carolus De Clercq met eene partije saeylandt paelende oost de volgende suyt de

straete west de voorgaende ende noort Jan Baptiste Aelters

Gr 0”0”57 ro

Prijs 4”13”0 132”10”6

Adv 3”6”3

(118 pro)

143

Jan Baptiste Lenaert met eene partije saeylandt paelende oost de volgende suyt de

straete west de voorgaende ende noort Jan Baptiste Aelters

Gr 0”1”22 ro

Prijs 4”13”0 283”13”0

Adv 7”1”9 ¾

(119 Jacobus ende Augustinus Lenaert bij successie elkx d‟helft P en G)

144

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije saeylandt paelende oost selfs suyt de

straete west de voorgaende ende noort de volgende

Groot 0”1”13 ¾ ro

Prijs 4”13”0 264”9”0

Adv 6”18”2 5/8

(120 De weduwe Amandus de Bruyne)

145

Jan baptiste Aelters met eene hapte partije saeylandt paelende oost d‟abdije van

maegdendaele suyt nrs 138, 141, 142, 143, 144 ende den armen suyt den zelven

armen ende noort de volgende

Gr 0”2”74 ro

Prijs 3”10”0 504”10”0

Adv 12”18”3

(ex 110, 111, 112, 113 pro)

146

D‟heer Pieter Frans Vispoele met een partijken landt paelende oost d‟abdije van

maegdendaele met de volgende suyt de voorgaende west den arm met nr 137C ende

noort den voetwegh

Gr 0”0”23 ½ ro

Prijs 3”10”0 41”2”6

Adv 1”0”6 ¾

Page 128: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

128

(110 Jan Baptiste De Vreyer)

147

D‟abdije van Maegdendaele met eene veelgehoukte partije saeyland doorsneden met

den nieuwen Ronsschen steenweg paelende oost d‟hoors Jacobus De Vos ende selfs

dreve suyt de straete west de 3 voorgaende ende noort den voetweg, de voornoemde

hoors De vos ende Pieter Van Dijcke

Gr 3”2”20 Ro

Prijs 4”4”0 2982”0”0

Adv 74”11”0

(102,122 en 123 pro)

148

De zelve Abdije met eene partije saeyland paelende oost den nieuwen steenweg suyt

ende suytwest de Maerkembeke ende noort de straete

Groot 0”1”13 ro

Prijs 3”12”0 203”8”0

In adv 5”1”9

(121 pro)

149

D‟hoors Jacobus De Vos met eene partije aeylandt paelende oost de 4 naervolgende

ende d‟abdije van maegdendaele met n 147 suyt ende west den selven nr ende noort

den voetweg

Gr 0”2”8 ro

Prijs 6 624”0”0

Adv 15”12”0

(100, 101 Jacobus Beausier)

150

De weduwe Joannes Ragé met eene hofstede wesende eene herberge paelende oost de

straete suyt de volgende west d‟hoors Jacobus De Vos ende noort den voetweg

Gr 0”0”55 ro

Prijs 6 165”0”0

Adv 4”2”6

(ex 98 pro)

151

Cornelis De Pus met een hofstedeken paelende oost de straete suyt de volgende west

d‟hoors Jacobus De Vos ende noort de voorgaende

Gr 0”0”51 ¼ ro

Prijs 6 153”15”0

Adv 3”16”10 ½

(ex 98 pro)

152

De weduwe Gillijn Frans met eene hofstede paelende oost de straete suyt de volgende

west d‟hoors Jacobus de vos ende noort de voorgaende

Gr 0”1”6 ½ ro

Prijs 6 319”10”0

Page 129: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

129

In adv 7”19”9

(ex 98 pro)

153

Pieter Van Dijcke met eene hofstede paelende oost de straete suyt d‟abdije van

maegdendaele met n147 west d‟hoors Jacobus De Vos ende noort de voorgaende

Gr 0”0”62 ro

Prijs 6 186”0”0

Adv 4”13”0

(99 pro)

154

D‟abdije van maegdendaele met eene partije landt paelende oost ende suyt de straete

west de volgende ende noortwest tot half dreve jegens n 147

Gr 0”3”57 ro

Prijs 4 714”0”0

Adv 17”17”0

(ex 124 Arnoldus Bear)

155

Dezelve abdije met eenen 3houkten hof paelende oost de voorgaende suyt de straete

noortwest tot half dreve jegens n 147

Gr 0”0”87 ½ ro

Prijs 4 175”0”0

Adv 4”7”6

(ex 124 pro)

Item den nieuwen steenweg naer Ronsse met sijn wedersijdsche grachten is groot 0B

3D 45 roeden welke grootte hier vooren van elkx partijen is afgetrokken

Dus Memorsis

Totaele grootte van hofsteden, landen, bosschen ende meersschen ende geweet ter

reserve van het kerkhof, den steenweg naer ronsse, de voordere publique straeten,

voetwegen ende schauwbeken monteert tot 9B 1D 9 ¾ Ro

Den totaelen prijs van de voorenstaende lastgeldende goederen beloopt ter somme van

67613”12”0

Ende den totaelen 40 pennink in advenante van welken de prochie ommestellingen

worden gereguleert bedraegt tot 1690”2”2 ½

2. Wijk genoemt de roode zee scheedende van oosten den pontweg jegens de prochie

van Edelaere van suyden ende suytoosten met de straete van westen met de

Maerkembeke jegens de prochie van Melden tot aen de nonnemolens ende van

noorden jegens de voorgaenden wijk.

156

Alvooren d‟abdije van Maegdendaele met eene partije sayland ende Bosch waer op is

staende des selfs watermolen ende molenhuys paelende oost de volgende suyt de

quotidiaenen van Audenaerde west de maerkembeke ende noort de straete

Page 130: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

130

Gr 0”3”32 ½ ro

Ouden lantboek artikel 125 is groot 45 roeden

Prijs 6 de roede het resterende wezende uyt artikel 124 prijs 4 de roede

709”10”0

Adv 17”14”9

(125 en 124 pro)

157

Dezelve Abdije met eene partije saeylant paelende noort ende oost de straete suyt de

quotidiaenen van Audenaerde ende west de voorgaende

Gr 0”2”13 ro

Prijs 4 426”0”0

Adv 10”13”0

(ex 124 Bonaventure Buys)

158

Dezelve abdije met eene partije saeylant paelende oost selfs Bosch suyt het

stroelbeexken west de straete ende noort de volgende

Gr 1”3”86 ¾ ro

Prijs 3 1180”2”6

Adv 29”10”0 ¾

(ex 92 Pieter Frans Algoet)

159

Dezelve abdije met eene partije saeylandt paelende oost selfs Bosch suyt de

voorgaende west de straete ende noort de volgende

Gr 0”1”99 ro

Prijs 3 298”10”0

Adv 7”9”3

(ex 92 Frans Van Weymeersch)

160

D‟abdije van maegdendaele met eene hapte partije saeylant paelende oost den

voorseide bosch suyt de voorgaende west de straete ende de volgende ende noort de 2

naervolgende

Groot 0”3”6 ¼ ro

Ouden landboek artikel 91 Groot 121 roeden gepresen 4 de roede ex artikel 92 prijs 3

de roede komt te zaemen 519”17”6

In adv 12”19”11 ¼

(91 en 92 Jacobus teile)

161

Jacobus tiété met eene hofstede paelende oost ende suyt de voorgaende west de straete

ende noort de volgende

Gr 0”1”3 ¼ ro

Prijs 4 206”10”0

Adv 5”3”3

(90 pro)

162

Page 131: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

131

D‟abdije van maegdendaele met eene hofstede wezende eene brouwerije paelende

oost de volgende suyt de twee voorgaende ende noort den voetweg

Gr 0”2”21 ½ ro

Prijs 3 336”15”0

Adv 8”8”4 ½

(ex 89 Frans de Temmerman)

163

Dezelve abdije met eene partije Bosch paelende noortoost den pontweg suytoost Frans

de Temmerman ende Frans Mathijs suyt de twee naervolgende west de quotidiaenen

van Audenaerde ende selfs ende noort den voetweg gr 7”0”8 ro

Prijs 2”4”0 3088”16”0

Adv 77”4”4 ¾

(93 pro)

164

De quotidiaenen van Audenaerde met eene partije saeylandt ende Bosch paelende oost

den voetweg suyt ende west selfs ende noort de voorgaende

Gr 492”10”0

Adv 12”6”3

(ex 127 Bonaventure Buys)

165

De kerke van Leupeghem met eene partije saeylandt paelende oost de priesteraige

suyt ende west de quotidiaenen van Audenaerde ende noort den maegdendaelbosch

ende joannes Mathijs

Gr 0”3”5 ro

Prijs 2”5”0 343”2”6

Adv 8”11”6 ¾

(151 Benedictus van den Hecke)

166

De priesteraige dezer prochie met eene partije landt paelende noort ende oost de

volgende suyt het ‟t sioen ende de quotidiaenen tot audenaerde ende west de

voorgaende

Gr 0”1”2 ¼ ro

Prijs 2”5”0 115”0”9

Adv 2”17”6

(150 Jacobus Teile)

167

Joannes Mathijs met eene hapte partije saeylandt paelende oost de quotidiaenen van

Audenaerde suyt het ‟t sioen ende de twee voorgaende west de voorgaende ende den

Bosch van maegdendaele ende noort de volgende gr 1”0”15 ½ ro

Prijs 2”8”0 498”12”0

Adv 12”9”3

(ex 152 en 153)

168

Page 132: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

132

Frans de Timmerman met eene partije geweet paelende oost met geheel den baerm

ende gracht jegens de volgende suyt de voorgaende west den maegdendaelbosch ende

noort den pontwegh

Gr 0”2”38 ½ ro

Prijs 2”8”0 286”4”0

Adv 7”3”1 1/5

(ex 152 en 153 pro)

169

De quotidiaen van Audenaerde met eene partije geweet paelende oost het kappittel

van sinte Pharaildis suyt de beke west met geheel den baerm jegens n167 ende de

voorgaende wanof den baerm daer jegens aldaer is medegaende ende noort den

pontweg

Gr 0”3”50 ro

Prijs 2 350”0”0

Adv 8”15”0

(154 Jacobus Du Jardin)

170

Het kappittel van sinte Pharaildis met eene veel gehouckte partije geweet

voorgaendelijk gecompeteerd hebbende het gesupprimeert klooster van Elseghem

waervan een deelken gelegen is op de prochie van Edelaere paelende oost de twee

naervolgende suyt d‟abdije van Eenaeme ende de straete west het ‟t sioen ende de

voorgaende ende noort den pontweg

Groot in‟t geheele 2b 2d 32 ½ roeden komt onder deze prochie 2”2”31 ½ ro

Prijs 2”8”0 1237”16”0

Adv 30”18”10 ¾

(ex 155 Jan Baptiste Cnudde)

171

Josephus Wittebroot met eene hofstede wesende eene herberge ten deele gelegen op

Edelaere paelende oost d‟ommeganckstraete suyt de volgende suytwest de

voorgaende ende noort den pontwegh groot in‟t geheele 1266 ¼ roeden komt onder

deze prochie 0”0”33 ¼ r

Prijs 2”16”0 46”11”0

Adv 1”3”3

(156 Joans Blomaert)

172

Het kappittel van sinte Pharaildis voorgaendelijck het gesupprimeert klooster van

Elseghem met eene partije geweet ten deele gelegen op Edelaere paelende oost

d‟ommeganckstraete suyt d‟abdije van Eenaeme west selfs ende noort de voorgaende

groot 150 ½ roeden komt onder deze prochie

0”0”80 ½ r

Prijs 2”8”0” 96”12”0

In adv 2”8”3

(ex 155 Jan Baptiste Cnudde)

173

Page 133: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

133

D‟abdije van Eenaeme met eene 3 houkte partije saeylant paelende oost

d‟ommeganckstraete suyt eene andere straete west ende noortwest het kappittel van

sinte Pharaildis 0”3”71 ½ ro

Prijs 1”16”0 339”7”0

Adv 8”9”8 ¼

(157 Johannes Bear)

174

Louis Roman met eene veel gehoukte partije saeylandt ende Bosch doorsneden met

den voetweg paelende suytoost de straete ende den arm suytwest den los d‟abdije van

maegdendaele ende de quotidiaenen van Audenaerde noortwest en noortoost de

straete

Groot 3”1”55 ¾ ro

Ouden landboek de anno 1645 bekent onder 7 artikelen te weten

Art 141 groot 44 ro, prijs 3 de roede

Art 142 groot 120 ro, prijs 2”10”0 de roede

Art 143 groot 60 ro, prijs 2”10”0 de roede

Art 144 groot 275 ro, prijs 1”10”0 de roede

Art 145 groot 150 ro, prijs 1”12”0 de roede

Art 147 groot 220 ro, prijs 1”14”0 de roede

Art 148 groot 424 ro, prijs 1”16”0 de roede

Komt tezaemen gecalculeert naer proportie Vande voorenstaende oude prijsen tot

1241”6”0

In adv 31”0”8

(141, 142, 143, 144, 145, 147, 148 pro)

175

Den arm dezer prochie met eene partije Bosch paelende suytoost de straete suytwest

den voetweg noortwest ende noortoost de voorgaende

Groot 0”1”24 ro

Prijs 1”14”0 105”8”0

Adv 2”12”8

(146 Louis roman)

176

Den baron van Exaerde met een 3 houkte partijken saeylandt paelende noortoost de

straete suyt ende suytwest het zevenbunder ende noortwest de volgende groot

0”1”16 ro

Prijs 3 174”0”0

Adv 4”7‟0

(140 Joans Bear (dees was aen Maegdendaele ziet lantboel van 1645))

177

Jacobus Mathijs met eene partije Bosch paelende oost den los suyt de voorgaende

west het zevenbunder ende noort de volgende

Groot 0”1”13 ¾

Prijs 3 170”12”6

Adv 4”5”3 ¾

(139 pro)

Page 134: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

134

178

D‟abdije van Maegdendaele met eene vijfhoukte partije Bosch paelende oost n174

suyt de voorgaende west selfs ende Jacobus Mathijs ende noort de volgende

groot 0”2”35 ro

Prijs 1”10”0 176”5”0

Adv 4”8”1 ½

(138 Johannes Ragé)

179

De quotidiaenen van Audenaerde met eene partije saeylant ende Bosch doorsneden

met de straete ende voetweg paelende oostwaert met eene scherpen houk jegens de

volgende nog oost n174 suyt de voorgaende ende n186 west de straete ende noort

selfs met n 181

Groot 0”3”86 ¾ ro

Prijs 1”10”0 290”0”0

Adv 7”5”0

(128 Bonaventure Buys)

180

Het sioen tot Audenaerde met eene partije Bosch paelende oost het kappittel van sinte

Pharaildis met n170 suyt de straete west de volgende ende noort de priesteraige van

Leupegem, Johannes Mathijs ende de quotidiaenen van Audenaerde groot met de

baerms jegens n170 en 181 alhier geheel medegaende gr 1”2”80 ½

Prijs 1”12”0 544”8”0

Adv 13”12”3

(149 pro)

181

De quotidiaenen met eene groote ende veelgehouckte partije saeylant doorsneden met

den voetweg paelende oost de voorgaende suyt selfs ende de straete west ook de

straete ende noort n 158, 163, 164, 165, 166 en 180

Groot 5”1”90 ro

Prijs 2”10”0 2737”10”0

Adv 68”8”9

(127 Bonaventure Buys)

182

Dezelve met eene hofstede saeylant ende geweet paelende oost de straete suyt met

geheel den los ter excepties van den voetweg daerinne liggende jegens selfs ende

d‟abdije van Maegdendaele west de Maerkebeke ende noort de voornoemde abdije

groot 1”3”48 ro

Prijs 4 1496”0”0

Adv 37”8”0

(ex 126 Bonaventure Buys)

183

D‟abdije van Maegdendaele met eene veel gehoukte partije hofstede, lochting,

meersch ende bosch waerop is staende des selfs die waetermolen paelende oost de

volgende, de straete suyt de weduweende hoors Ludovicus Verplanken west seer

Page 135: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

135

krom ende draeyende jegens de maerkembeke ende noort de volgende ende

voorgaende

Groot 0”3”40 ro

Ouden landboek anno 1645

Art 131 groot 32 ro prijs 4 de roede

Art 132 en 133 prijs de roede komt ‟t zaemen 526”0”0

Adv 13”3”0

(131, 132, 133 pro)

184

De quotidiaenen van Audenaerde met een hofstede paelende oost de straete suyt ende

west de voorgaende ende noortwest den los

Gr 0”2”41 ro

Prijs 2”10”0 301”5”0

Adv 7”10”7 ½

(130 de weduwe Livinus De Bock)

185

De zelve quotidiaenen met eene partije saeylant paelende west, noort ende oost de

straete suyt de volgende

Groot 1”0”15 ro

Prijs 1”16”0 373”10”0

Adv 9”6”9

(129 Bonaventure Buys)

186

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije saeylant paelende oost selfs suyt de

volgende west de straete ende noort de voorgaende ende n179

Groot 1”1”25 ¾ ro

Prijs 1”16”0 473”3”0

Adv 11”16”7

(137 pro)

187

Jacobus Mathijs met eene partije saeylant genoemt de roode zee paelende oost ende

suyt d‟abdije van Maegdendaele west de straete van d‟ander seyde de volgende ende

noort de voorgaende

Groot 1”2”42 ½ ro

Prijs 2”8”0 771”0”0

Adv 19”5”6

(136 pro)

188

De weduwe ende hoors Ludovicus Delplancken met eene partije Bosch paelende oost

de straete suyt den los ende de naervolgende west de Maerkembeke ende noort

d‟abdije van Maegdendaele met n183

Groot 0”2”16 ro

Prijs 3”10”0 378”0”0

Adv 9”9”0

(134 pro)

Page 136: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

136

189

Pieter van dijcke met eene partije Bosch paelende oost ende suyt de volgende west de

maerkembeke ende noort de voorgaende

Groot 0”2”0 ro

Prijs 2”15”0 275”0”0

Adv 6”17”6

(135 pro)

190

D‟abdije van Maegdendaele met eene hapte partije saeylant ende Bosch paelende oost

de Maertweg suyt selfs west de maerkembeke ende de voorgaende noort ook de

voorgaende ende den los

Groot 1”0”98 ro

Prijs 3 747”0”0

Adv 18”13”6

(260 Anthone van de Meersschaute)

191

Dezelve abdije met eene partije saeylant deelmaekende van het sevenbunder paelende

oost nrs 177, 176 en 193 suyt de volgende west den maertwegh ende noort Jacobus

Mathijs met n187 groot 2”3”83 ½ ro

Prijs 2”16”0 1656”18”0

Adv 41”8”6

(ex 261 Johannes Bear)

192

Dezelve abdije met eene partije saeylant paelende oost de naervolgende suyt Johannes

Bear ende selfs west den Maertweg ende noort de voorgaende

Groot 3”0”17 ½ ro

Prijs 2”16”0 1704”10”0

Adv 42”12”3

(ex 261 Anthone van de Meersschaute)

193

De zelve abdije met een partijken saeylant paelende oost de straete suyt de volgende

west de 2 voorgaende ende noort n176

Groot 0”1”27 ro

Prijs 2”16”0 177”16”0

Adv 4”8”11

(261 Anthone Hanskens)

194

Joans Bear met eene partije geweet genoemt de koukweede paelende oost de straete

suyt de volgende west ende noort d‟abdije van Maegdendaele

Groot 0”1”41 ro

Prijs 3 211”10”0

Adv 5”5”9

(255 en 256 pro)

Page 137: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

137

195

Livinus De Hessetiers met eene partije geweet deelmaekende Vande koekweede

paelende oost de straete suyt joans van der meulen west d‟abdije van maegdendaele

ende noort de voorgaende

Groot 0”1”27 ½ ro

Prijs 1”10”0 204”0”0

In adv 5”2”0

(257 pro)

196

Johannes Vermeulen met eene veelgehoukte partije Bosch ende geweet paelende oost

de straete suyt de volgende ende noortwest d‟abdije van maegdendaele ende de

voorgaende

Gr 0”3”9 ¾ ro

Prijs 1”10”0 232”6”0

Adv 5”16”1 ¾

(258 pro)

197

D‟hoors Livinus Ferdinandus de Bie met eene veelgehoukte partije geweet

doorsneden met den maertweg ende los van de voorgaende paelende oost ende suyt de

straete suytwest de maerkembeke noort de volgende ende voorgaenden

groot 0”1”56 ¼ ro

Prijs 1”10”0 117”4”0

Adv 2”18”7

(258 Johannes Vermeulen)

198

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije geweet paelende noortoost n194 en 195

suytoost de 2 voorgaende suyt de volgende ende de maerkembeke west de selve beke

ende noort selfs met n 190, 192 groot naer aftrek van den maertwegh hier doore

loopende tot

1”0”48 ro

Prijs 3 672”0”0

Adv 16”16”0

(260 Anthone Van de Meersschaute)

199

Anthone van Meersschaute met eene 3houkte partije bosch paelende suytwest de

maerkembeke ende noort met geheel d‟haege jegens de voorgaende groot 0”1”50 ¾

ro

Prijs 3”10”0 263”15”0

Adv 6”11”10 ½

(259 pro)

Totaele grootte begrepen inden voorenstaenden tweeden wijck monteert tot

52b 3d 82 ½ ro

Totaelen prijs van de goederen in dezen wijck begrepen bedraegen 25882”12”9

Page 138: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

138

Ende den totaelen 40sten pennink der voornoemde goederen beloopt

647”1”5

3. Wijk genoemt d‟ommeloosen boomcauter met de voordere hofsteden, bosschen

ende geweet scheedende van oosten jegens de prochie van Edelaere van suyden

jegens de prochie van Maerke ende Etichove van westen jegens de Maerkembeke

ende van noorden ende noortwesten jegens den voorgaenden wijck.

200

Alvooren Sieur Jan Baptiste De Smet met eene partije geweet paelende oost d‟hoors

Pieter Anthone Ponsieau suyt de volgende west de maerkembeke ende noort de straete

groot naer aftrek van den maertweg hier dooreloopende tot 0”1”50 ½

ro

Prijs 2 150”10”0

Adv 3”15”3

(247 pro)

201

De weduwe Frans van hoolandt met eene partije geweet paelende oost de volgende

suyt joanne Walraet west de maerkembeke ende noort de voorgaende groot naer

aftrek van den maertweg als vooren

0”2”87 ro

Prijs 2 257”0”0

Adv 7”3”6

(246 pro)

202

Frans Ponsieau met eene partije geweet paelende oost de volgende suyt d‟abdije van

maegdendaele west de twee voorgaende ende noort de straete

Groot 0”0”98 ¼ ro

Prijs 2 98”5”0

Adv 2”9”1 ½

(248 pro)

203

D‟hoors pieter anthone ponsieau met eene partije geweet paelende oost d‟hoors

Livinus Ferdinandus De Bie suyt d‟abdije van maegdendaele west de voorgaende

ende noort de straete

Groot 0”0”98 ¼ ro

Prijs 2 98”5”0

Adv 2”9”1 ½

(ex 248 pro)

204

Joanne Marie Ponsieau met eene partije bosch paelende oost Joans Bear suyt de

straete ende noort de volgende

Groot 0”0”90 ½ ro

Prijs 1”13”0 74”13”0

Adv 1”17”4

Page 139: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

139

(ex 250 pro)

205

Theresia Ponsieau met eene partije bosch paelende oost joans bear suyt de voorgaende

west de straete ende noort de volgende

Groot 0”0”90 ½ ro

Prijs 1”13”0 74”13”0

Adv 1”17”4

(250 pro)

206

Frans de Loose met eene partije Bosch paelende oost Joans Bear suyt de voorgaende

west de straete ende noort de volgende ende den voornoemden bear

groot 0”1”94 ro

Prijs 1”16”0 174”12”0

Adv 4”7”4

(251 pro)

207

Den Arm dezer prochie met een hofstedeken paelende oost johannes Bear suyt de

voorgaende west de straete ende noort de volgende

Groot 0”1”4 ro

Prijs 2”8”0 124”16”0

Adv 3”8”4

(253 Athone Hanskens)

208

D‟hoors Jacobus de Vos met eene veelgehoukte partije Bosch ende geweet paelende

oost Johannes Bear suyt den zelven bear ende de voorgaende west de straete ende den

voornoemden bear met n209 ende Louis roman ende noort den gemelden Bear met

N209 voorst n213 ende d‟abdije van maegdendaele groot naer aftrek van den voetweg

hier doore loopende tot

1”3”95 ½ ro

Ouden landboek anno 1645

Art 177 groot 276 roeden prijs 1”12”0 de roede

Art 254 groot 500 roeden prijs 2 de roede komt ‟t zaemen 740”6”0

In adv 18”10”2

(177, 254 Johannes Bear)

209

Johannes Bear met eene partije Bosch paelende oost ende suyt de voorgaende west de

straete ende noort Louis Roman met de volgende ende n212 groot

0”1”22 ½ ro

Prijs 1”4”0 73”10”0

Adv 1”16”9

(176 pro)

210

Louis Roman met eene hapte partije geweet paelende oost de twee naervolgende suyt

de voorgaende west ende noort de straete ende volgende

Page 140: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

140

Groot 0”1”8 ½

Prijs 1”4”0 65”2”0

Adv 1”12”7

(175 pro)

211

Den arm dezer prochie met een partijken geweet paelende oost de volgende suyt ende

west de voorgaende ende noort de straete

Groot 0”0”53 ro

Prijs 1”12”0 42”8”0

Adv 1”1”2 ½

(174 Louis Roman)

212

Louis Roman met eene veelgehoukte partije hofstede saeylant boomgaert ende geweet

paelende noortoost d‟ommeganckstraete suytoost d‟abdije van maegdendaele de

volgende ende d‟hoors Jacobus De vos suyt Joans Bear met n209 west de 2

voorgaende ende noortwest de straete

Groot 2”3”41 ro

Ouden landboek anno 1645

Art 168 groot 217 roeden prijs 2”10”0 de roede

Art 169 210 2”10”0

Art 170 95 2”0”0

Art 171 203 2”10”0

Art 172 95 2”10”0

Art 173 89 1”12”0

Art 178 286 0”18”0

Komt voor doorgaenden prijs proportioneel aen den nieuwe gevonden grootte tot

1176”17”0

In adv 29”8”4 ½

(168, 169, 170, 171, 172, 173 en 178 pro)

213

Johannes Bear met een partijken Bosch paelende oost de volgende suyt Jacobus de

Vos met n208 west ende noort de voorgaende

Groot 0”0”69 Ro

Prijs 0”18”0 31”1”0

Adv 0”15”6

(ex 178 Steenberg Joans Bear)

214

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije saeylant paelende oost n222, 223 en 224

suyt d‟hoors Jacobus De Vos met n208 west de twee voorgaende ende noort de straete

Groot 0”3”4 ro

Prijs 1”10”0 228”0”0

Adv 5”14”0

(179 Joans Bear)

215

Page 141: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

141

D‟abdije van Eenaeme met eene partije saeylant paelende oost den voetweg suytoost

de volgende suytwest ende noortwest d‟ommeganckstraete

Groot 0”2”41 Ro

Prijs 3 361”10”0

Adv 9”0”9

(158 Joans Bear)

216

Joris Josephus B van Sacegem met eene partije saeylant paelende noortoost den

maertweg suytoost de volgende suytwest d‟ommeganckstraete ende noortwest de

voorgaende straete naer aftrek vanden voetweg hier dooreloopende 1”2”8 ¾ ro

Prijs 3 913”2”0

Adv 22”16”6

(159 en 160 Joans Bear)

217

D‟abdije van Eenaeme met eene partije saeylant paelende noortoost den maertweg

suytoost de volgende suytwest d‟ommeganckstraete ende noortwest de voorgaende

0”1”73 Ro

Prijs 3 259”10”0

Adv 6”9”9

(161 Joans Sagaert)

218

Deselve partije met eene partije saeylandt paelende noortoost den maertweg suytoost

Louis Roman suytwest d‟ommeganckstraete ende noortwest de voorgaende

groot 1”1”7 ½ ro

Prijs 3 761”5”0

Adv 19”0”2 ½

(162 en 163 de weduwe Frans de Waele)

219

Louis Roman met eene hapte partije saeylandt paelende noortoost

d‟ommeganckstraete suytoost d‟hoors Livinus Ferdinandus de Bie ende d‟abdije van

Eenaeme suytwest dezelve abdije en Joannes Bear noortwest den selven Bear, den

arm ende de volgende

Groot 2”2”43 ro

Ouden landboek anno 1645

Art 189 groot 220 roeden, prijs 3”0”0 de roede

Art 192 594 3”4”0

Art 193 400 3”0”0

Komt tezaemen 1616”10”0

Adv 40”8”3

(pro)

220

„t Sioen tot Audenaerde met eene partije saeylant paelende noortoost

d‟ommeganckstraete suytoost ende suytwest de voorgaende en noortwest de volgende

groot 0”0”96 ½ ro

Prijs 2”16”0 134”15”0

Page 142: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

142

Adv 3”7”4 ½

(191 Joannes Blomaert)

221

D‟hoors Livinus Ferdinandus De Bie met eene partije saeylant paelende noortoost

d‟ommeganckstraete suytoost de voorgaende suytwest Louis Roman met n219 ende

noortwest de volgende

Groot 0”1”65 ½ ro

Prijs 2”12”0 215”3”0

Adv 5”7”6

(190 Frans Van Welden)

222

Frans Speleers met eene partije saeyland paelende noortoost d‟ommeganckstraete

suytoost de voorgaende suytwest de volgende ende noortwest d‟abdije van

maegdendaele met n214, groot naer aftrek van den voetweg hier doorloopende

0”2”33 ro

Prijs 2 233”0”0

Adv 5”16”6

(180 pro)

223

Den Arm dezer prochie met een partijke landt paelende noortoost de voorgaende

suytoost Louis Roman met n219 suytwest de volgende ende noortwest d‟abdije van

maegdendaele met n214

Groot 0”0”60 ro

Prijs 1”16”0 54”0”0

Adv 1”7”0

(181 Joans Bear)

224

Joannes Bear met eene partije hofstede, saeyland, Bosch ende geweet van alle sijden

seer krom uyt ende in springende doorsneden met voetwegen paelende noortoost de

voorgaende ende Louis Roman met n219 oost d‟abdije van Eenaeme suyt de straete

ende n233 west nrs 204, 205, 206 en 207 ende noortwest d‟hoors Jacobus de Vos ende

d‟abdije van maegdendaele

Gr 5”0”52 ro

Ouden landboek de anno 1645

Art 182 groot 180 roeden, prijs 1”14”0 de roede

Art 183 160 2”0”0

Art 185 86 2”0”0

Art 186 25 2”0”0

Art 188 190 2”10”0

Art 250 1209 1”13”0

Art 252 150 1”12”0

Komt „tzaemen naer proportie vanden nieuwe gevonden grootte 1825”6”6

Adv 45”12”9

(182, 183, 185, 186, 188, ex 250, 252 pro)

225

Page 143: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

143

D‟hoors Livinus Ferdinandus De Bie met eene veelgehoukte partije Bosch ende

geweet paelende oost Livinus de Messelier suyt den zelven west d‟abdije van

Maegdendaele ende d‟hoors Pieter Anthone Ponsieau ende noort de straete

groot 0”3”42 ro

Prijs 1”16”0 307”16”0

Adv 7”13”10

(238 Frans Van Welden)

226

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije Bosch genoemt de Waerande paelende

oost ende suyt de voorgaende ende Livinus de Messelier west de volgende ende noort

n201, 202, 203 ende de voorgaende

Groot 0”3”36 ro

Prijs 1”10”0 252”0”0

Adv 6”6”0

(249 Thienpont Bailliu ‟t etichove)

227

Joanne Walraet met eene hapte partije saeylant ende Bosch paelende oost de

voorgaende suyt heer ende meestre Martinus Livinus Driege ende de volgende west

aen de happe ook de volgende ende de Maerkembeke ende noort de weduwe Frans

van Hoolandt met n201 groot naer aftrek van den maertweg tot

0”3”57 ro

Prijs 1”16”° 303”6”0

Adv 7”11”8

(245 Frans Livijns)

228

Frans Livijns met eene hapte hofstede ende saeylant paelende noort ende oost de

voorgaende ende n231 suyt den zelven numero ende selfs volgende ende west de

Maerkembeke, groot naer aftrek van den Maertweg tot

0”1”93 ¾

Prijs 2”18”0 280”18”9

Adv 7”0”6

(244 pro)

229

Den zelven met eenen boomgaert ende saeylant doorsneden met den maertweg alhier

afgetroken paelende oost de voorgaende ende n231 suyt de volgende west ende

noortwest de Maerkembeke ende noort de voorgaende

Groot 0”0”93 ¾ ro

Prijs 2”18”0 135”18”9

Adv 3”8”0

(243 pro)

230

Den baron van Exaerde met eene partije landt wezende eene planterije paelende oost

de volgende ende de prochie van Etichove suyt de zelve prochie west de

Maerkembeke ende noort de voorgaende

Groot 0”1”31 ¼ ro

Page 144: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

144

Adv 4”18”6

(242 pro)

231

Heer ende Meestre Martinus Livinus Driege met eene partije Bosch paelende oost de

volgende suyt de prochie van Etichove west de 3 voorgaende ende noort n227 en 228

groot 0”1”79 ½ ro

Prijs 1”6”0 116”13”6

Adv 2”18”4

(240, 241 Ludovicus pot)

232

Livinus de Messelier net eene partije saeylant, Bosch ende geweet paelende noortoost

de straete suytoost prochie van Etichove selfs ende Frans ponsieau west de

voorgaende ende noortwest d‟abdije van Maegdendaele ende d‟hoors Livinus

Ferdinandus de Bie

Groot 2”0”46 ro

Ouden landtboek de anno 1645

Art 236 groot 160 roeden, prijs 1”16”0 de roede

Art 237 350 2”0”0

Art 239 325 1”16”0

Komt „tzaemen naer proportie den nieuwe gevonden groote tot 796”18”0

Adv 19”18”6

(236, 237, 239 pro)

233

Den zelven met een 3houkte partijken Bosch paelende oost de volgende suyt ende

suytwest de straete ende noortwest Joannes Bear met n224

Groot 0”0”38 ro

Prijs 1”12”0 30”8”0

Adv 0”15”3

(214 pro)

234

D‟abdije van Eenaeme met een partijken landt paelende noortoost den voetwegh suyt

de straete suytwest de voorgaende ende noortwest Joans Bear met n224

Groot 0”0”95 Ro (0b 1d 8/3r)

Prijs 1”12”0 76”0”0

In adv 1”18”0

0”3”0

2”1”0

(213 Livinus de Messelier (bij 234 te voegen nog 8 r over de grootte van den

landtkant bij misaanwijsingen gemeeten ende gefigureert met n244 bij dien sal men

de selve grootte ende __ aldaer insgelijks aftrekken (Memorie)))

235

Frans Ponsieau met d‟helft van eene hofstede ende saeylant paelende oost de

volgende suyt ende west Livinus De Messelier ende noort de straete

Groot 0”1”18 ro

Prijs 1”16”0 106”4”0

Page 145: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

145

In adv 2”13”0

(ex 235 pro)

236

Joannes ende Joanne Marie Ponsieau elk d‟helft in het wederhelft van de voorgaende

ende saeylant paelende oost den voetweg suyt de volgende west de voorgaende ende

noort de straete

Groot 0”1”18 ro

Prijs 1”16”0 106”4”0

In adv 2”13”0

(ex 235 pro)

237

Livinus De messelier met eene partije Bosch paelende oost den voetweg, de volgende

ende de straete suyt de prochie van etichove west selfs ende noort de twee voorgaende

groot 0”2”0 ro

Prijs 1”16”0 180”0”0

In adv 4”10”0

(235 pro)

238

Den zelven met eene drijhoujte partije landt paelende noortoost ende suytoost de

straete ende west de twee voorgaende den voetweg daertusschen

Groot 0”3”3 ro

Prijs 1”12”0 242”8”0

Adv 6”15”0

(215 pro)

239

Den selven met eene hapte ende 3houkte partije saeylant genoemt den zwaenenhals

paelende noortoost het sioen tot Audenaerde suyt ende suytoost de straete ende

noortwest de volgende ende het voornoemde sioen

Groot 1”0”43 ½ ro

Prijs 2”10”0 554”7”6

Adv 13”17”2

(205 pro)

240

D‟abdije van Eenaeme met eene partije saeylandt noortoost ende suytoost de

voorgaende suytwest de straete ende noortwest de volgende

Groot 0”2”0 ½

Prijs 2”4”0 220”11”0

Adv 5”10”3

(ex 206 en 207 de weduwe Frans Dewaele)

241

Livinus Demesselier met eene partije saeylant paelende noortoost het sioen suytoost

de voorgaende suytwest de straete ende noortwest de volgende

Groot 0”1”5 ro

Prijs 2”4”0 115”10”0

Page 146: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

146

Adv 2”17”9

(208 pro)

242

Joannes Bear met eene hapte partije saeylant paelende noortoost het sioen suytoost de

voorgaende suytwest de straete ende los, ende noortwest de 2 naervolgende

groot 0”2”13 ro

Ouden landboek anno 1645

Art 209 groot 115 roeden, prijs 2”4”0 de roede

Art 210 104 2”10”0 komt 250”5”6

In adv 6”5”1 ½

(209 en 210 pro)

243

D‟hoors Livinus Ferdinandus De Bie met eene partije saeyland paelende noortoost het

sioen suytoost de voorgaende suytwest ende noortwest de volgende groot

0”1”9 ro

Prijs 2”10”0 136”5”0

Adv 3”8”1 ½

(211 Frans van Welden)

244

D‟abdije van Eenaeme met eene hapte ende scherphoukige partije saeylant paelende

noortoost Joans Bear met n 224 selfs Nrs 247, 248, 249 en 250 ende aenden

noortoostsijde vanden haeke de 2 voorgaende, suytoost ook de 2 voorgaende ende

west selfs met n234 en 245 ende Joannes Bear met n224. Groot naer aftrek voetweg

ten westen 1”2”41 ro

0”0”8

1”2”33

Ouden landboek anno 1645

Art 212 groot 105 roeden, prijs 2”0”0 de roede

Art 187 539 3”0”0

„tzaemen 909”10”0

Adv 22”14”9

0”3”0

22”11”9

(212 en187 De weduwe Frans de Waele (van het artikel in tarte wort afgetrocken 8r

ende van den __ 3 stuyvers om reden te kennen gegeven in marge van n234 dus

(Memorie)))

245

Dezelve Abdije met eene partije saeylant paelende oost de voorgaende suyt, west ende

noort Joannes Bear met n224

Groot 0”0”70 ro

Prijs 2 70”0”0

Adv 1”15”0

(184 joannes Bear)

246

Page 147: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

147

Dezelve Adbije met eene partije saeyland liggende oostwaert vanden voorgaende

paelende noortoost Louis roman met n 219 ende d‟hoors Livinus Ferdinandus de Bie

suytoost de volgende suytwest selfs met n 244 ende de noortwest Joans Bear met

numero 244 ende den voornoemden Roman

Groot 0”1”57 roeden

Prijs 3 235”10”0

Adv 5”17”9

(187 De weduwe Frans De Waele)

247

D‟hoors Livinus Ferdinandus de Bie met eene partije saeylandt paelende noortoost

selfs suytoost de volgende suytwest d‟abdije van Eenaeme en noort de voorgaende

Groot 0”0”95 ½ ro

Prijs 2”16”0 133”14”0

Adv 3”6”10

(ex 203 Frans Van Welden)

248

Joannes Bear met eene partije saeylant paelende noortoost d‟hoors Livinus

Ferdinandus de bie ende d‟abdije van Maegdendaele suytoost de volgende suytwest

d‟abdije van Eenaeme ende noortwest de voorgaende

Groot 0”1”0 ro

Prijs 2”16”0 140”0”0

Adv 3”10”0

(ex 203 pro)

249

Livinus De messelier met eene partije saeyland paelende noortoost d‟abdije van

maegdendaele suytoost de volgende suytwest d‟abdije van Eenaeme ende noortwest

de voorgaende groot 0”0”54 ½ ro

Prijs 2”16”0 76”6”0

Adv 1”18”1 ½

(ex 203 pro)

250

„tSioen tot Audenaerde met eene hapte partije saeylant paelende noortoost nrs 254,

253, 252 en 251 suytoost de straete suyt nrs 239,240, 241, 242, 243 en 244 ende

noortwest de voorgaende

Groot 2”0”25 ½ ro

Prijs 2”16”0 1155”14”0

Adv 28”17”10

(204 Livinus de Messelier)

251

D‟abdije van Maegdendaele met eene partije saeylandt paelende noortoost d‟abdije

van Eenaeme suytoost de straete suytwest de voorgaende ende noortwest de volgende

groot 1”1”1 ½

Prijs 3 752”5”0

Adv 18”16”1 ½

(199 Pieter Prevo)

Page 148: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

148

252

Joannes De Vos met eene partije saeylant paelende noortoost d‟heer Claude van

themsche ende d‟abdije van Eenaeme suytoost de voorgaende suytwest ‟t sioen ende

noortwest de volgende

Groot 0”2”90 ro

Prijs 3 435”0”0

Adv 10”17”6

(198 Livinus de Messelier)

253

D‟heer Claude van Themsche met eene partije saeylant paelende noortoost selfs

suytoost de voorgaende suytwest het sioen ende noortwest de volgende

Groot 0”1”41 ro

Prijs 3 211”10”0

Adv 5”5”9

(197 Frans de Potter)

254

D‟abdije van Maegdendaele met eene parije saeylant paelende noortoost d‟heer

Claude van Themsche suytoost de voorgaende suytwest „tsioen, Livinus De Messelier

ende Joannes Bear ende noortwest de volgende

Groot 0”2”81 ro

Prijs 3 421”10”0

Adv 10”10”9

(196 Guillelmus De Messelier)

255

D‟hoors Livinus Ferdinandus De Bie met eene partije saeylant paelende noortoost

d‟ommeganckstraete ende volgende suytoost de voorgaende, suytwest Joannes Bear,

selfs ende d‟abdije van Eenaeme

Groot 0”2”53 ½ ro

Prijs 3 380”5”0

In adv 9”10”1 ½

(194,195 Frans van welden)

256

C van Themsche met eene drijhoukte partije saeylant paelende noortoost

d‟ommeganckstraete van d‟ander sijde de volgende, suytoost d‟abdije van Eenaeme

ende suytwest nrs 252, 253, 254 en 255

Groot 0”1”63 ro

Prijs 3 244”10”0

Adv 6”2”5

(202 Frans De Potter)

257

Louis Roman met eene partije saeylant paelende noortoost den maertweg scheedende

dese prochie met de gone van Edelaere, suytoost de volgende suytwest

d‟ommegankstraete ende noortwest d‟abdije van Eenaeme met n218

groot 0”1”67 ¾ ro

Page 149: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

149

Prijs 3 251”12”6

Adv 6”5”9 ¾

(164 pro)

258

‟t Sioen tot Audenaerde met eene partije saeylandt paelende noortoost den

voornoemde Maertweg suytoost d‟abdije van Eenaeme suytwest d‟ommeganckstraete

ende noortwest de voorgaende

Groot 0”0”60 ½ ro

Prijs 3 90”15”0

Adv 2”5”4 ½

(165 Joannes Blommaert)

259

D‟abdije van Eenaeme met eene partije saeylandt doorsneden met den maertweg

scheedende deze prochie met de gone van Edelaere paelende in‟t geheele noortoost

den herreweg naer Geeraerdsberge suytoost de volgende suytwest

d‟ommeganckstraete ende noortwest de weduwe philippe Roman ende de voorgaende

groot in‟t geheele 234 roeden komt onder deze prochie

0”0”45 ro

Prijs 3 67”10”0

Adv 1”13”9

(166 Joseph Botteldoorne)

260

Dezelve abdije met eene partije saeylant gelegen als de voorgaende paelende in‟t

geheele noortoost den gemelden herrewegh suytoost de straete suytwest

d‟ommegankstraete ende noortwest de voorgaende, groot in‟t geheele 238 ro komt

onder deze prochie groot 0”0”16 ro

Prijs 3 24”0”0

Adv 0”12”0

(167 De weduwe Frans De Waele)

261

Dezelve Abdije met eene partije saeyland paelende noortoost d‟ommeganckstraete

suytoost een ander straete leedende naer la deuze suytwest d‟abdije van maegdendaele

ende joannes de vos ende noort Cl. Van Themsche groot 0”3”45 ro

Prijs 3 517”10”0

Adv 12”18”9

(201 Joseph Botteldoorne)

262

Livinus de Messelier met een partijken saeylandt paelende noortoost

d‟ommeganckstraete suytoost de volgende suytwest de Kapelle van Kersselaere met

n269 ende noortwest de straete leedende naer la deuze

Groot 0”1”40 ½ ro

Prijs 3 210”15”0

Adv 5”5”4 ½

(220 pro)

Page 150: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

150

263

D‟abdije van Eenaeme met eene partije saeylant paelende noortoost

d‟ommeganckstraete suytoost de volgende suytwest de prochie van Maerke ende

noortwest de Kapelle van Kersselaere ende de voorgaende

Groot 0”2”57 ro

Prijs 3 355”10”0

Adv 8”17”9

(ex 219 Joseph Botteldoorne)

264

Louis Romane met eene partije saeylant paelende noortoost d‟ommeganckstraete

suytoost de volgende suytwest de prochie van Maerke ende noortwest de voorgaende

Groot 0”1”56 ro

Prijs 3 234”0”0

In adv 5”17”0

(ex 218 pro)

265

Joannes Ponsieau met eene partije Saeylandt paelende noortoost d‟ommeganckstraete

suytoost de volgende suytwest de prochie van Maerke ende noortwest de voorgaende

Groot 0”1”53 ro

Prijs 3 229”10”0

Adv 5”14”9

(ex 218 pro)

266

„t Sioen tot Audenaerde met eene partije saeylandt paelende noortoost

d‟ommeganckstraete suytoost de volgende suytwest de prochie van Maerke ende

noortwest de voorgaende

Groot 0”1”4 ½ ro

Prijs 3 156”15”0

Adv 3”18”4 ½

(ex 218 Joannes Blommaert)

267

Anthone Roman met eene partije saeylandt paelende noortoost d‟ommeganckstraete

suytoost de volgende suytwest de prochie van Maerke ende noortwest de voorgaende

groot 0”1”2 ro

Prijs 3 153”0”0

Adv 3”16”6

(ex 217 pro)

268

D‟abdije van Eenaeme met eene partije saeyland paelende noortoost

d‟ommeganckstraete suytoost ende suytwest de prochie van Maerke ende noortwest

de voorgaende groot 0”1”44 ¾ ro

Prijs 3 217”2”6

Adv 5”8”6 ¾

(ex 217 Joseph botteldoorne)

Page 151: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

151

269

De kapelle van Kersselaere met eene partije saeylandt paelende noortoost Livinus de

Messelier met n262 suytoost d‟abdije van Eenaeme met n 263 ende de prochie van

Maerke suytwest de volgende ende noortwest de straete leedende naer la deuze

groot 0”1”3 ro

Prijs 3 154”10”0

Adv 3”17”3

(221 Jan Baptiste Cnudde)

270

Frans Ponsieau met eene partije saeylant paelende noort de voorgaende oost de

prochie van Maerke suyt de volgende ende west de straete

Groot 0”1”2

Prijs 3 153”0”0

Adv 3”16”6

(222 pro)

271

Livinus de Messelier met eene partije saeylant paelende noort de voorgaende oost de

prochie van Maerke suyt de volgende ende west de straete

Groot 0”3”41 ¾

Prijs 3 512”12”6

Adv 12”16”3 ¾

(223 en 224 pro)

272

Joris Josephus B van Saceghem met eene hapte partije saeylant waer in de volgende

van drij sijden besloten is paelende noort de voorgaende ende volgende oost de

prochie van maerke suyt de volgende ende Guillielmus de Messelier ende west de

straete groot naer aftrek van de nvoetwegh hierlangst ende dooreloopende tot 1”1”28

ro

Ouden landboek anno 1645

Art 225 groot 168 ro, prijs 2”12”0

Art 227 190 2”12”0

Art 228 310 1”16”0

Komt „t zaemen naer proportie der nieuwe grootte 613”14”0

Adv 15”6”10

(225, 227 en 228 Guillielmus de Messelier)

273

D‟hoors Livinus Ferdinandus de Bie met eene partije saeyland paelende suytwest

ende noort de voorgaende ende oost de prochie van Maerke

Groot 0”1”15

Prijs 2”12”0 149”10”0

Adv 3”14”9

(226 Frans Van Welden)

274

Page 152: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

152

Guillielmus De Messelier met eene partije saeylant paelende noort de voorgaende

ende den voetwegh oost de prochie van Maerke suyt de volgende ende west ten nieten

uyt jegens de straete

Groot 0”1”22 ro

Prijs 1”16”0 109”16”0

Adv 2”14”10 ½

(ex 228 pro)

275

D‟hoors Livinus Ferdinandus de Bie met eene hofstede, saeylant ende bosch paelende

noort de voorgaende oost de prochie van Maerke suyt de volgende west de

Casteeldreve ende straete

Groot 2”1”67 ¾ ro

Ouden landboek anno 1645

Art 229 groot 325 ro, prijs 1”16”0

Art 230 412 2”0”0

Art 231 190 2”0”0

Komt „tzaemen naer proportie der gevonden nieuwe grootte 933”17”0

Adv 23”6”10 ½

(229, 230 en 231)

276

Den Baron van Exaerde met sijn casteel, land, Bosch ende hovinge daer medegaende

ten deele gelegen onder deze prochie paelende in‟t geheele oost de prochie van

Maerke suyt de Maerkembeke west de meulestraete ende noort de voorgaende groot

met dreven ende wallen in‟t geheele 11”1”25

Comt onder deze prochie conforme den ouden landboek 5”0”57

Prijs 1”14”0 1748”9”0

Adv 47”14”3

(233)

Totaele grootte begrepen in den voorenstaenden derden ende lesten wijck monteert tot

57”0”70 ¾

Totaelen prijs van de goederen in dezen wijck begrepen draegt tot 26271”13”6

Ende den totaelen veertigsten pennink van het voorenstaende capittael waer op deze

prochie lasten worden getauxeert beloopt tot 656”15”0 ½

De totaele gronden van erfven deze prochie hier vooren aen lasten subject monteren

tot begrepen den nieuwen Ronsschen Steenwegh 170”1”8

Hun totael capittael ofte weerde als hier vooren beloopt 120640”2”3

Den totaellen taux ofte veertigsten pennink van het voorenstaende totael capittael

bedraegt 3015”17”2 ½

De twee waetermolens competerende aen d‟abdije van Maegdendaele contribueren in

de prochie lasten seven bunderen, twee dagwanden welke breede conforme den ouden

Page 153: Een historische geografie van een plattelandsdorp aan de rand …lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/414/341/RUG01-001414341... · 2014. 12. 23. · Een historische geografie is een studie

153

landtboek de anno 1645 wort getauxeert op 30 Gr courant komt in guldens tot

180”0”0

De thiende competerende aen d‟abdije van Eenaeme contribueert van gelijken inde

prochie lasten tot acht bunderen een daghwant vierendertig roeden getauxeert bij den

gemelden ouden lantboek op 23 gr courant maekende in guldens tot 138”0”0

Den totaelen taux in lasten van de voorenstaende molens ende thiende bedraegen tot

318”0”0

Hier bij gevoegt den totaelen taux ofte veertigsten pennink van de hier vooren totaele

lastgeldende gronden van erfven gelegen binnen deze prochie bedraegen als daer bij

te somme van 3015”17”2 ½ guldens al ‟t zaemen ter somme van 3333”17”2 ½

Naer welke somme de prochie ommestellingen worden gereguleert

Item den nieuwen Ronsschen steenweg met sijne wederseydsche gragten ter breede

van 60 voeten hiervooren van elkx proprieteyt afgetrokken monteert tot 0”3”45

Den bovenstaenden steenweg is ten desen landboeke genomen uyt nrs 112 en 147

wanofden grondt uyt deselve partijen tot dies geincorporeert groot bevonden is tot

0”5”67 r prijs 4”4”0 de roede, Item uyt nrs 113, 115 en 117 tsaemen 171 ¾ r prijs 6

de roede ende uyt n 148 6 ¼ roeden prijs 3”12”0 de roede comt over het cappitael

877”4”0. In advenante van den pennink 40 is 21”18”6 welken taux wort gequotiseert

tot laste van den lande van Aelst

Item alle de voordere publique schauwstraeten, voet ende maertwegen midts (grs)

Schauwbeken als hiervooren niet gecomprendeert sijnde onder de lastgeldende

goederen draegt 4”1”63 ½ R

Het kerkhof deze prochie is groot 0”0”43

Totaele hemelsche breede van erfven, straeten, beken monteert tzaemen 171”5”1 1/4