6

Toen Facebook begin 2016 het Like-duimpje aanvulde met vijf andere emoticons (love, haha, wow, verdrietig en boos), gebeurde dat zomaar van het ene op het andere moment. Goed, de ene gebruiker kon er iets eerder gebruik van maken dan de andere, maar de uitrol verliep verder bijzonder vlekkeloos. Weinig Facebook-gebruikers zullen erbij stil hebben gestaan dat ze geen enkele software-upgrade hoefden te draaien. De nieuwe reacties waren er gewoon ineens. Ook niet onbelangrijk; Facebook verdient geld aan zijn advertenties, die gebaseerd zijn op algoritmes, die op hun beurt weer gebaseerd zijn op de manier waarop gebruikers reageren op content. Als je de duimpjes dan ineens uitbreidt met vijf nieuwe emoticons (inclusief negatieve), dan zal dat het algoritme plotsklaps een stuk complexer heb-ben gemaakt. Tel daarbij op dat Facebook op dat moment ruim 1 miljard actieve gebruikers had en het is eigenlijk best wonderbaarlijk dat zo’n update zonder haperingen is doorgevoerd.

Drie voordelen van een

web-scale architectuur

Google, Amazon, Netflix, Spotify en Facebook; als je ze game changers noemt, zal niemand je heel erg raar aankijken. Waar niet iedereen bij stil staat, is dat deze techgiganten een compleet nieuwe kijk op IT-architectuur groot hebben gemaakt: extreem schaalbaar en flexibel. De rest van de wereld probeert nu deze zogeheten web-scale architectuur ook te omarmen.

1. schaalbaarheid 2. flexibiliteit 3. beschikbaarheid

Sinds een paar jaar is hier een woord voor; web-scale IT. Deze term beschrijft een IT-landschap en bijbehorende software-architectuur die niet alleen extreem schaalbaar is, maar ook de mogelijkheid biedt om met een korte time-to-market wijzigingen door te voeren zonder dat de beschikbaarheid in het gedrang komt. Inderdaad: een update door-voeren bij ruim een miljard gebruikers zonder dat het systeem eruit ligt of zelfs maar onstabiel wordt.

Wie nu denkt ‘dat zouden wij ook wel willen’; dat is precies het idee achter web-scale IT. Deze manier van je applicatielandschap inrichten is namelijk niet langer alleen voorbehouden aan de Silicon Valley-reuzen, maar ook andere bedrijven kunnen op deze manier werken.

Hoe dan?

Je zou kunnen zeggen dat web-scale een kwestie is van een andere mentaliteit en een andere techniek. Lees verder in de blauwe kaders.

7

DE WEB-SCALE MENTALITEIT Bedrijven als Netflix en Spotify kunnen iets bij-zonder goed, en dat is analyseren wat klanten nu eigenlijk willen en dat waarmaken met behulp van IT. Je zou kunnen zeggen dat we hier te maken hebben met streamingdiensten die zijn uitgegroeid tot IT-bedrijven. Dat is niet bewust zo gegaan, maar Netflix kwam erachter dat 99,99% beschikbaarheid de belangrijkste manier is om de concurrentie voor te blijven. Om dat voor elkaar te krijgen, is het bedrijf zwaar gaan investeren in IT. Hetzelfde geldt voor Spotify, dat ook een unique selling point heeft in het gepersonaliseerd aanbieden van muziek. De manier waarop Spotify dat heeft klaargespeeld, laat zich raden: door uit te groeien tot een IT-bedrijf met veel rekenkracht, tools en expertise op het gebied van artificial intelligence.De enige manier waarop deze spelers de con-currentie kunnen voorblijven, is door snel nieuwe services te introduceren, op basis van feedback van gebruikers. Die nieuwe features moeten, als zij succesvol zijn, snel kunnen worden getest en uitgerold. Probeer dat maar eens voor elkaar te krijgen als je twee keer per jaar een software-update doorvoert.In navolging van deze pioniers zie je dat steeds meer organisaties zichzelf gaan zien als IT-bedrijf; of het nu gaat om energiebedrijven, retailers of banken. ING ziet zichzelf tegenwoordig vooral als IT-bedrijf dat is gespecialiseerd in finance.

LESSEN UIT DE PRAKTIJKOf het nu gaat om een mobiele bankieren-app, een pensioenadministratiesysteem of een open banking API voor MoneYou (de digitale dochter van ABN AMRO); bij Info Support is er de afgelopen jaren heel wat ervaring opgedaan met het toepassen van web-scale architectuur. We pikken er een paar uit, samen met Edwin van Wijk, Principal Software Architect bij Info Support.

VAN MONOLIET NAAR MICROSERVICESEdwin van Wijk: “Voor een grote pensioenorga- nisatie zijn we een groot basissysteem aan het moderniseren. Dat betekent onder meer dat we verschillende functionaliteiten die aan elkaar geklonterd zaten losknippen in microservices. We merkten daar hoe belangrijk het is om na te denken over hoe ver je gaat met dat losknippen. Voor deze organisatie hebben we bijvoorbeeld besloten om gegevens die aangeleverd worden door derden, zoals werkgevers en de gemeen-telijke basisadministratie, te splitsen van alle interne gegevens. Denk daarbij bijvoorbeeld aan polisgegevens en regelingen. Dat is onder meer ingegeven door het feit dat beide soorten gegevens een verschillend onderhoudsritme hebben.”

METEEN RESULTAAT DANKZIJ ACTOR MODELPoliskluis is een digitale portal waar je als consument al je polissen van al je verzekeringen op een rijtje kunt zien, via de website Mijnverze-keringenopeenrij.nl. Handig natuurlijk, maar nog best een uitdaging om aan de voorkant een naad-loze gebruikerservaring aan te bieden. Edwin van Wijk: “Als je als gebruiker inlogt, gaat het systeem alle data ophalen bij de achterliggende services van de verzekeraars. Dat kan wel even duren. We hebben daarom een actor model toegepast, die ervoor zorgt dat je als gebruiker wel alvast een respons krijgt. Alle data die binnen een bepaalde interval binnen zijn worden alvast getoond, zodat je niet het idee krijgt dat er niets gebeurt.”

Continue beschikbaarheid is de belangrijkste manier om concurrenten voor te blijven.