Download 'Nader onderzoek beelden van islamitische jongeren ...
Download 'Onderzoek naar de effectiviteit van poortwachters in het ...
Transcript of Download 'Onderzoek naar de effectiviteit van poortwachters in het ...
Onderzoek naar de
effectiviteit van
poortwachters in het
Nederlandse
zorgstelsel 2000 - 2010
Eindrapport
20-04-2012
2 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Inhoudsopgave
Pagina
Management samenvatting 3
Algemene uitgangspunten en definities
„poortwachter‟ 26
De huisarts als poortwachter 32
De HAP en SEH als poortwachter 65
Het CIZ als poortwachter 80
Bijlage 103
Management
samenvatting
4 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Hoofd- en deelvragen onderzoek
In het licht van de noodzaak tot sturen op kosten en kwaliteit van de zorg heeft het ministerie van VWS aan KPMG Plexus,
onderdeel van KPMG Advisory N.V., gevraagd onderzoek uit te voeren naar de positionering van poortwachters in het
Nederlandse zorgstelsel. Vervolgens is gevraagd om aanbevelingen te formuleren over hoe beleid de effectiviteit van huidige
poortwachters kan versterken. Daarbij onderscheidt het ministerie de volgende hoofd- en deelvragen:
Hoofdvragen
1. Wat is de invloed van de poortwachters op kostenontwikkelingen in de zorg?
2. Hoe kan men effectief invulling geven aan de rol van poortwachters binnen het paradigma van gereguleerde concurrentie,
risicodragende uitvoering en de AWBZ?
Deelvragen
3. Hoe zijn de poortwachterfuncties nu ingevuld in AWBZ, Zvw en GGZ?
4. Wat is de (formele) rol van poortwachters in kostenbeheersing?
5. Hoe aantoonbaar effectief zijn de huidige poortwachters (huisartsen, SEH, CIZ, gemeente) in de zorg?
6. Hoe hebben de poortwachterfuncties zich de afgelopen tien jaar ontwikkeld? Worden deze „sterker‟ – d.w.z. draagt deze
steeds meer bij aan kostenbeheersing – of juist niet? Hoe hebben de relatieve kosten van de poortwachterrol zich
ontwikkeld?
7. Wat zijn de determinanten die de budgettaire opbrengsten van de poortwachterfuncties optimaliseren?
8. Wat zijn daarvoor de meest kansrijke en effectieve beleidsstrategieën?
5 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Buiten scope
Aanpak en scope
Aanpak
Om de onderzoeksvragen te beantwoorden heeft KPMG Plexus gebruik gemaakt van 3 onderzoekstechnieken:
literatuuronderzoek, interviews met veldpartijen en kwantitatieve analyses. Een overzicht van geïnterviewde partijen is terug te
vinden in de bijlage. De geraadpleegde literatuur is per hoofdstuk opgegeven. Voor de kwantitatieve analyses is gebruik gemaakt
van diversie bronnen, waar onder data uit het DIS systeem, data uit Vektis systemen, CIZ data en data uit publieke bronnen zoals
het CBS, CVZ, de NHG en de LINH. Een lijst met een overzicht van veelgebruikte afkortingen is terug te vinden in de bijlage.
Scope
Dit onderzoek beperkt zich tot de volgende poortwachters: de huisarts als poortwachter van de medisch specialistische zorg (ook
de GGZ), de huisartsenpost (HAP) en de spoedeisende hulp (SEH) als bewakers van de acute zorgvoorzieningen en het CIZ als
indicatieorgaan voor de AWBZ. De gemeente en andere spelers (bijvoorbeeld de bedrijfsarts) zijn als poortwachters buiten
beschouwing gelaten. De voornaamste reden is het ontbreken van eenduidige databronnen.
Binnen scope
Zvw
Huisarts
Huisartsenpost (HAP)
Spoedeisende hulp (SEH)
AWBZ
Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ)
WMO
Gemeente
Zvw
Bedrijfarts
Overig (bijv. ambulancezorg)
AWBZ
Bureau Jeugdzorg (BJZ)
6 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Analytisch kader De rol van een poortwachter bestaat uit 3 functies
Een goed functionerende poortwachter draagt bij aan doelmatige inzet van middelen: hoge kwaliteit zorg tegen lage kosten en zorgt dat de “juiste zorg op de juiste plek” wordt geleverd. De rol van een poortwachter wordt in 3 functies onderverdeeld:
1. Toegankelijkheid: een poortwachter is beschikbaar als eerste aanspreekpunt voor inwoners met een zorgvraag.
2. Indicatiestelling: de poortwachter beoordeelt de zorgvraag en bepaalt de zorgbehoefte van de patiënt.
3. Behandeling/verwijzing: de poortwachter kan gericht de patiënt doorverwijzen naar de juiste behandelaar voor de zorgbehoefte of zelf de eerste behandeling uitvoeren.
1. Toegankelijkheid
Op de initiële zorgvraag van de bevolking valt in beperkte mate te sturen – de inschatting om wel/geen medische hulp te zoeken ligt namelijk bij de burger zelf. Het is derhalve belangrijk dat de eerste schil van de totale zorgketen, de poortwachterfunctie , te allen tijde goed bereikbaar is om een eerste inschatting van de zorgvraag en zorgbehoefte vast te stellen. Een toegankelijke en bereikbare poortwachter heeft als uitkomst dat men tijdig en dicht bij huis toegang heeft tot consultatie en opvang. Indien de bereikbaarheid ondermaats is zal men geneigd zijn om bij andere (vaak duurdere en verder gelegen) zorgverleners antwoorden te zoeken.
2. Indicatiestelling
Als eerste aanspreekpunt in de keten ziet de poortwachter een patiënt als eerste en beoordeelt of er, vanwege de complexiteit van de vraag, een noodzaak is tot (duurdere) vervolgzorg. De gewenste uitkomst van de beoordeling is dat de patiënt een goede indicatie ontvangt die past bij de zorgvraag en zorgbehoefte.
3. Behandeling/verwijzing
Veelvoorkomende zorgvragen kan de poortwachter zelf behandelen of doorverwijzen naar andere eerstelijns aanbieders. Het is belangrijk dat een poortwachter tijdig doorverwijst om een patiënt niet de benodigde vervolgzorg te onthouden. Op deze wijze speelt de poortwachter een essentiële rol in het leveren van “de juiste zorg op de juiste plek” en de beheersing van de zorgkosten. Enerzijds behoedt hij de patiënt voor onnodige (en mogelijke risicovolle) ingrepen in de tweede lijn, anderzijds zorgt hij er ook voor dat benodigde vervolgzorg tijdig en gepast wordt geïndiceerd.
7 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Analytisch kader De rol van een poortwachter valt in meerdere taken uiteen. De poortwachter draagt bij aan een doelmatig
gebruik van middelen en hoge kwaliteit: “Juiste zorg op de juiste plek”
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen*
Behandelen**
“Juiste zorg op de
juiste plek”
Hoge kwaliteit / lage
kosten
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
* Een verwijzing kan zijn naar een andere aanbieder (in dezelfde lijn, of de vervolgzorg) of terug naar thuissituatie met een advies voor zelfzorg.
** Een behandeling kan meerdere vormen aannemen: van advies over leefstijl en gedrag tot een medische ingreep. Ook de keuze om niet te
behandelen behoort tot het pakket.
Resultaat : opbrengst van
de poortwachter functie
Toegankelij
k
Bereikbaar en
beschikbaar
voor zorgvraag
populatie
Taken
Tijdige en nabije toegang
tot consultatie
Goede, passende
diagnose/
behandelindicatie
Niet onthouden
benodigde vervolgzorg
Geen onnodige
behandelingen en
risico‟s vervolgzorg
8 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Analytisch kader Een effectieve poortwachter leidt tot passend gebruik van vervolgzorg
Kosten per behandeling/actie
€
€ € €
Zorgvraag
Zorgvraag
Zorgvraag
(Vervolg)
Zorg*
Hoge toegankelijkheid en
bereikbaarheid
Passende eerste behandeling
en acties in zorgketen
Passende indicatiestelling
POORTWACHTER VERVOLGZORG
*
* Het analytisch kader is
gericht op passend gebruik
van schaarse, dure
middelen in de vervolgzorg.
In dit model wordt de 0e lijn
(thuissituatie) buiten
beschouwing gelaten.
9 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Huidige invulling poortwachterfunctie in Zvw en AWBZ De Zvw en AWBZ kennen een verschillende invulling van de poortwachterfunctie
De huisarts en HAP zijn poortwachter voor de Zvw
De meest tot de verbeelding sprekende poortwachter in ons zorgstelsel is de huisarts en in avond, nacht en weekenduren (ANW)
de huisarts in de huisartsenpost (HAP)*. Zowel de huisarts als de HAP voeren alle functies uit die bij de rol van een poortwachter
horen. De huisarts is geschoold in het uitvoeren van diagnostiek, leveren van generalistische basiszorg en het uitvoeren van
laagcomplexe medische ingrepen. Ook kan de huisarts besluiten dat gespecialiseerde zorg nodig is, en een patiënt verwijzen: in
Artikel 14 van de Zvw is vastgelegd dat een verwijzing van de huisarts noodzakelijk is voor toegang tot medisch specialistische
vervolgzorg. De huisarts in de HAP vervult dezelfde rol in de ANW uren. Demografische ontwikkelingen, de stijging in het aantal
chronisch zieken en toenemende mogelijkheden binnen de huisartsenpraktijk hebben er de laatste jaren voor gezorgd dat de
behandelfunctie van de huisarts is verstevigd. Zo is bijvoorbeeld, ondanks de stijgende prevalentie van diabetes, het percentage
diabeten onder behandeling in de 2e lijn tussen 2000 en 2007 afgenomen. De behandeling heeft zich grotendeels verplaatst naar
de huisartsenpraktijk in de eerste lijn.
De SEH is toegangspoort, geen poortwachter
De SEH wordt ook vaak genoemd als poortwachter van de ziekenhuiszorg. Hoewel de SEH alle genoemde taken van een
poortwachter uitvoert (van beschikbaarheid tot behandeling) wordt ze in dit onderzoek verder niet als „poortwachter‟ bestempeld.
In de bekostigingssystematiek is de SEH namelijk niet te onderscheiden van het achterliggende ziekenhuis: beide worden betaald
op basis van geproduceerde DBCs. De vervlechting van SEH en ziekenhuis maakt dat de SEH zelf onderdeel is van de
vervolgzorg en derhalve eerder als „toegangspoort‟ dan als „poortwachter‟ functioneert.
In de AWBZ ontbreekt een eenduidige poortwachter
Het CIZ vervult in het poortwachtermodel enkel de functie van (vaak achteraf) de indicatiestelling. Binnen de AWBZ worden de
andere twee functies (toegankelijkheid en behandeling/verwijzing) door zorgaanbieders zelf ingevuld. Een eenduidige
poortwachter, zoals in de Zvw ontbreekt binnen het model van de AWBZ.
* Ongeveer 90% van de Nederlandse huisartsen is aangesloten bij een huisartsenpost (HAP). Deze berekening is gebaseerd op RIVM cijfers over het totaal aantal huisartsen en VHN cijfers
over het aantal huisartsen dat is aangesloten bij een HAP (2010).
10 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Huidige invulling poortwachterfunctie in Zvw en AWBZ De Zvw en AWBZ kennen een verschillende invulling van de poortwachterfunctie
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen
Behandelen
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
Bereikbaar en
beschikbaar
voor zorgvraag
populatie
Taken
Toegankelij
k
Huisarts HAP
Ja Ja
Ja Ja
Ja Ja
Ja Ja
Ja Ja
SEH
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
CIZ
Nee
Ja (i.c.m.
zorgverleners)
Ja
Nee
Nee
De HAP vervult de
poortwachter functie van
de huisarts in de ANW
uren
Onderdeel van de
vervolgzorg: de SEH is
toegangspoort, geen
poortwachter
De bredere rol van
poortwachter is binnen de
AWBZ niet door een
speler ingevuld
11 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Samenvatting effectiviteit van de huidige poortwachters De huisarts speelt een effectieve rol, maar het kan veel beter
Huisarts: de huisarts speelt een effectieve rol, maar het kan veel beter
Binnen het zorgstelsel speelt de huisarts een essentiële rol in de kostenbeheersing en de bewaking van de kwaliteit van zorg. Internationaal onderzoek van Starfield et al. toont aan de zorguitgaven per hoofd van de bevolking lager liggen in landen met een sterke eerste lijn in verhouding tot landen waar de eerste lijn een minder sterke positie inneemt. Een sterke eerste lijn wordt, onder andere, gemeten aan de hand van gekwantificeerde parameters (voorbeelden: 24/7 toegang tot zorg, verhouding aantal eerstelijns artsen tot tweedelijns artsen, en de relatieve inkomsten van de eerstelijns artsen). Daarnaast is aangetoond dat een toegankelijke en effectieve eerste lijn leidt tot betere zorguitkomsten zoals een lagere mortaliteit, een hogere levensverwachting en hogere patiënttevredenheid.
In dit rapport wordt gedemonstreerd dat de huisarts een krachtige rol kan spelen in de verbetering van kwaliteit van zorg. De afgelopen tien jaar is, bijvoorbeeld, de behandeling van diabetes van het ziekenhuis in toenemende mate verplaatst naar de huisartsenpraktijk. Deze substitutie van zorg is gepaard gegaan met significante dalingen van zowel de directe (bijvoorbeeld opnames voor diabetes) als indirecte (bijvoorbeeld hartfalen, nierfalen) complicaties van diabetes. Daarnaast groeien de kosten voor diabetes per hoofd van de bevolking minder hard dan de algemene zorgkosten. Indien de kosten van de indirecte complicaties hierbij integraal worden betrokken is er mogelijk zelfs sprake van een daling van de kosten per patiënt.
Ook zien we dat het wegvallen van de huisarts als poortwachter van de vervolgzorg kan leiden tot een hoger gebruik. Zo stijgt de groeivoet van het aantal personen dat aanspraak maakt op de fysiotherapie na de invoer van directe toegang in 2006.
Echter, op macroniveau groeien de uitgaven van de Nederlandse zorg harder dan het OECD gemiddelde. Cijfers van de OECD uit 2009 geven aan dat zorguitgaven als percentage van het BBP de op een na hoogste van de wereld zijn (na de VS). In de Zvw wordt de snelste groei tussen 2000 en 2010 gemeten in de ziekenhuiszorg (zie KPMG Plexus rapportage “Onderzoek naar Excess growth”, 2012). Het effect van de huisartsen op deze groei is niet goed vast te stellen. Er zijn echter aanwijzingen uit de praktijk dat de rol van de huisarts aan erosie onderhevig is. Zo worden er signalen afgegeven dat patiënten steeds vaker zonder tussenkomst van de huisarts bij de medisch specialistische zorg belanden. Onofficiële schattingen liggen rond de 10% voor patiënten die zonder verwijzing op poliklinisch consult verschijnen. Vanuit de landelijke huisartsen verenigingen worden de volgende mogelijke verklaringen gegevens voor de toenemende „bypass‟ op de huisartsenfunctie: een aanzuigende werking van het ziekenhuis via nieuwe polispreekuren (voorbeeld: snurkpoli) waarvan de effectiviteit soms niet aantoonbaar is en het ontbreken van controle op aanwezigheid van verwijsbrieven door de zorgverzekeraar.
(ZOZ)
12 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Samenvatting effectiviteit van de huidige poortwachters Het parallel bestaan van de HAP en SEH ondermijnt de effectiviteit van de HAP als poortwachter
Tot slot zijn er ook indicaties dat er grote regionale verschillen bestaan ten aanzien van de effectiviteit van de eerste lijn. Een
analyse van concept resultaten op basis van Vektis (2010) gegevens laat zien dat er grote verschillen bestaan tussen regio‟s wat
betreft de ziekenhuiskosten en consumptie van zorg per hoofd van de bevolking. Om definitieve conclusies te kunnen maken is
correctie van de huidige conceptresultaten noodzakelijk (geslacht, leeftijd en sociaal-economische status). De aanwezigheid van
verschillen duidt op het mogelijk bestaan van significant verbeterpotentieel.
HAP en SEH: een dubbele infrastructuur is verwarrend en leidt tot onnodig hoge kosten
De huisarts in de HAP vervult de rol van huisarts gedurende de avond-nacht-weekend (ANW) uren. Patiënten met een huisarts-
gerelateerde acute zorgvraag kunnen gedurende de ANW uren bij de HAP terecht. Tegelijkertijd kan men met een acute
zorgvraag ook binnen lopen bij de SEH afdeling van een ziekenhuis. In veel gevallen liggen de HAP en SEH naast elkaar, hoewel
er steeds meer sprake is van integratie van de functies.
In principe hoort de acute zorgvraag van laagcomplexe aard thuis bij de HAP en die van een meer complexe, medisch
specialistische aard bij de SEH. Echter, voor patiënten is de urgentie en complexiteit van de eigen zorgvraag veelal niet goed in
te schatten. De vrije toegang tot zowel HAP als SEH heeft als gevolg dat tussen de 50% en 80% van de patiënten op een SEH
een zorgvraag heeft die ook op de HAP behandeld kan worden.
Het aantal uitgevoerde verrichtingen en behandelingen is tussen 2005 en 2010 zowel op de HAP als op de SEH met minimaal
4% per jaar toegenomen. De hogere producties op de HAP lijken hier mee niet de groeivoet van de SEH zorg af te remmen. Zo
lang de toegang tot de SEH vrij is voor zelfverwijzers en er twee parallelle bekostigingssystemen bestaan voor de laagcomplexe
acute zorgvraag zal het voor de HAP niet mogelijk zijn om een krachtige rol als poortwachter op te pakken.
13 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Samenvatting effectiviteit van de huidige poortwachters Als poortwachter is het CIZ niet effectief; deze rol heeft ze binnen de AWBZ echter formeel ook niet
CIZ: geen daadwerkelijke poortwachter
Het CIZ voert binnen het analytisch kader van het poortwachterschap slechts de functie van (vaak achteraf) indicatiestelling uit.
Het CIZ kan geen invloed uitoefenen op de kwaliteit of kosten van de geleverde zorg in de AWBZ. Bij de oprichting van de
Regionale Indicatie Organen (RIOs) en later het CIZ is dit destijds een bewuste beleidskeuze geweest. Door strak te sturen op de
indicatieregels heeft het CIZ nog wel een beperkte invloed op de hoogte van de wachtlijsten van AWBZ aanbieders:
onrechtmatige aanvragen die anders (meer) aanspraak hadden gemaakt op zorg worden door het CIZ immers afgewezen of in
intensiteit verlaagd. Er zijn aanwijzingen dat het CIZ de rol die ze heeft op toenemend efficiënte wijze invult: het aantal afgegeven
indicaties neemt jaarlijks toe terwijl het budget en personeel van het CIZ afnemen.
Voor aanbieders in de AWBZ is er geen prikkel om patiënten uit zorg te houden. De bekostiging via prestatieparameters (bijv.
aantal dagdelen zorg) geeft een stimulans om die parameters maximaal te vullen tot aan de kaders van het beschikbare budget.
CIZ: geen (en niet mogelijke) effectieve sturing op kosten en kwaliteit binnen de AWBZ
De kosten van de AWBZ zijn vanaf 2000 jaarlijks met 5% toegenomen. In de recente publicatie “Waar voor ons belastinggeld”
(2012) stelt het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) dat de kostentoename in de verpleging en verzorging (AWBZ) echter niet
gepaard is gegaan met een aantoonbare kwaliteitsverbetering die wel is vastgesteld in de ziekenhuiszorg. De gehandicaptenzorg
(GZ) en GGZ zijn in de SCP publicatie buiten beschouwing gelaten. Het onderzoek van KPMG Plexus naar „excess growth‟ in de
zorg (2012) nuanceert deze conclusie over de AWBZ daar waar het gaat over de ouderenzorg. Op het gebied van de
gehandicaptenzorg stelt de rapportage dezelfde algemene conclusie als het SCP: weinig aantoonbare kwaliteitswinst in
combinatie met snelle kostentoename.
Het CIZ kan door sterke handhaving van indicatieregels deels invloed uitoefenen op de lengte van de wachtlijst. We zien echter
voor de gehele AWBZ geen daling in de wachtlijstproblematiek tussen 2003 en 2007 (CVZ Verdiepingsmonitor 2007)*. Het aantal
personen op de wachtlijst in deze periode neemt zelfs jaarlijks gemiddeld met 12% toe, ver boven de invloed van demografische
ontwikkelingen. Tot slot constateren we dat ook de functie van „uniforme indicatiestelling‟ (een van de redenen om naar een
landelijk CIZ te gaan) in de praktijk op dit moment niet lijkt te worden gerealiseerd: er is een grote regionale spreiding (op
zorgkantoor niveau) te meten is voor het aantal positieve indicatiebesluiten per hoofd van de bevolking.
* Laatste AWBZ-brede wachtlijst rapportage CVZ dateert uit 2007.
14 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Samenvatting antwoorden deelvragen: huisarts
# Resultaat huisarts
1 Invulling poortwachterfunctie
De huisarts vervult een poortwachterfunctie voor de medisch specialistische zorg in de Zvw. Deze rol geldt zowel voor de somatische als de
geestelijke gezondheids (GGZ) zorg
2 (Formele) rol van de huisarts in kostenbeheersing
De rol als in ad 1) omschreven is formeel vastgelegd inde Zvw. Er is echter geen formele taak tot kostenbeheersing omschreven.
Internationaal onderzoek geeft aan dat een sterke eerste lijn correleert met lagere uitgaven aan de zorg en betere uitkomsten. In de
taakopvatting en het zelfbeeld van Nederlandse huisartsen is „doelmatigheid‟ (m.n. in de zin van „voorkomen van medicalisering‟) diep
verankerd. Opvallend is echter dat de bekostiging van de huisartsen het krachtig uitoefenen van de poortwachtersrol slechts zeer beperkt
ondersteunt.
3 Hoe effectief zijn de huisartsen?
Casus onderzoek geeft aan dat de huisarts een essentiële rol speelt in het beperken van de benutting van vervolgzorg en de verhoging van
kwaliteit. Er zijn echter ook aanwijzingen dat de poortwachterfunctie van de huisarts per regio anders wordt ingevuld. Op macroniveau en in
internationaal verband is de groei van de Nederlandse zorgkosten zeer hoog. De afgelopen jaren is de poortwachterrol van de huisarts door
de aanwezigheid van diverse bypasses in het systeem aan erosie onderhevig.
4 Ontwikkeling poortwachterfunctie in de afgelopen 10 jaar
Een aantal bypasses op de poortwachterfunctie is de laatste jaren groter geworden. Steeds meer eerstelijnsprofessionals zijn zonder
verwijzing van de huisarts toegankelijk (denk bijvoorbeeld aan de fysiotherapeut). Daarnaast weten steeds meer patiënten zonder verwijzing
van de huisarts de medisch specialist te vinden. De relatieve kosten van de huisartsfunctie zijn in verhouding tot de rest van de zorgkosten
gedaald.
5 Determinanten budgettaire opbrengsten poortwachterfunctie
De huisarts kent een gemengde bekostiging die een bescheiden productiviteitsprikkel toedient maar slechts zeer beperkt de rol van
poortwachter beloont.
6 Kansrijke en effectieve strategieën
1. Creëer inzicht in de prestaties van (groepen) huisartsen door uitkomsten en kosten te benchmarken.
2. Pas de bekostiging van de huisartsen aan om de rol in substitutie van zorg te verstevigen en professionele motivatie te belonen.
3. Monitor de kosten van de tweede lijn om te voorkomen dat verloren inkomsten door beter poortwachterschap op andere wijze worden
gecompenseerd.
15 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Samenvatting antwoorden deelvragen: HAP en SEH
# Resultaat HAP en SEH
1 Invulling poortwachterfunctie
De huisarts in de HAP vervult de poortwachterfunctie van de huisarts in de ANW-uren.
Als onderdeel van het ziekenhuis vervult de SEH eerder de functie van toegangspoort dan poortwachter.
2 Formele rol van de HAP en SEH in kostenbeheersing
De bekostiging van de HAP is niet ingericht op het maximaal inzetten van de poortwachterfunctie. De SEH wordt vanuit de DBC
systematiek bekostigd, en maakt financieel gezien integraal deel uit van het ziekenhuis en de medisch specialistische honoraria. Er is
daarmee geen „poortwachtersprikkel‟ - in tegendeel. Hoe meer productie, hoe meer opnames, hoe hoger de inkomsten. Er is geen
formele sturing op de kostenbeheersing vanuit de SEH.
3 Hoe effectief zijn de HAP en SEH?
De productie op zowel HAP als SEH is de afgelopen jaren toegenomen. Patiënten met een acute zorgvraag kunnen bij beide instanties
terecht. Het parallel bestaan van de HAP en SEH is voor patiënten verwarrend, en is in feite een dubbele 24/7 acute zorg infrastructuur
die beiden suboptimaal worden benut. Daarnaast zijn grote regionale verschillen waar te nemen in het aantal patiënten dat via de SEH
in de kliniek wordt opgenomen. Deze verschillen zijn niet op basis van leeftijd of inkomen te verklaren.
4 Ontwikkeling poortwachterfunctie in de afgelopen 10 jaar
De samenwerking tussen HAP en SEH staat steeds vaker op de agenda maar leidt zelden tot netto hogere kwaliteit tegen lagere
kosten, vanwege de perverse prikkels in de financiering.
5 Determinanten budgettaire opbrengsten poortwachterfunctie
In de huidige bekostigingssystematiek zijn er weinig prikkels aanwezig die de HAP (evenals de huisarts) in stelling brengen voor het
effectief uitoefenen van de poortwachterfunctie. De SEH is een onderdeel van het ziekenhuis met dezelfde productieprikkels.
6 Kansrijke en effectieve strategieën
Inrichting van één toegangspoort voor de acute zorgvraag met duidelijke poortwachtersfunctie en daarbij passende financiering.
16 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Samenvatting antwoorden deelvragen: CIZ
# Resultaat CIZ
1 Invulling poortwachterfunctie
Het CIZ vervult een deel van de taken die de poortwachters in de Zvw vervullen: ze beoordeelt de zorgvraag en stelt op onafhankelijke
wijze vast welke zorg nodig is via het afgeven van een indicatie. Het CIZ speelt formeel geen rol in de verwijzing of behandeling van de
cliënt.
2 Formele rol van de CIZ in kostenbeheersing
Het CIZ heeft als functie het beoordelen van het recht op AWBZ-zorg. Er is geen formele rol in kostenbeheersing bij het CIZ belegd
(m.u.v. de interne bedrijfsvoering).
3 Hoe effectief is het CIZ?
Het CIZ heeft de afgelopen jaren een aantal efficiëntieslagen doorgevoerd in het indicatieproces. Als gevolg van deze efficiëntieslag is
men met minder personeel meer gaan produceren (afgegeven indicatiebesluiten). Tussen 12% en 17% van de aanvragen voor een
indicatie worden in het indicatieproces van het CIZ niet toegekend: dit kan worden gezien als een maat voor de filter op „oneigenlijk‟
gebruik. (In hoeverre dit ook daadwerkelijk zo is kan niet worden beoordeeld zonder aanvullende analyse).
4 Ontwikkeling poortwachterfunctie in de afgelopen 10 jaar
De afgelopen 10 jaar zijn er meerdere pakketwijzigingen geweest in de AWBZ. Een deel van de zorg is overgeheveld naar de Zvw en
WMO, met plannen voor verdere overhevelingen in de nabije toekomst. Deze dynamiek maakt een separate analyse van de
poortwachterfunctie van het CIZ moeizaam. Duidelijk is dat het CIZ steeds minder als „poortwachter‟ kan worden gezien, omdat steeds
meer taken aan andere partijen worden gedelegeerd of overgedragen.
5 Determinanten budgettaire opbrengsten poortwachterfunctie
Het CIZ heeft geen budgettaire opbrengsten, omdat het CIZ geen invloed heeft op het budget en daarmee op de uitgaven. Het CIZ kan
door haar indicatiestelling hoogstens invloed hebben op de mate waarin het totale volume aan indicaties „te hoog‟ of „te laag‟ is voor het
beschikbare budget.
6 Kansrijke en effectieve strategieën
Inrichting van een Basiszorg voorziening, waarin huisarts en thuiszorg nauw samenwerken als poortwachters voor de (Zvw en AWBZ)
vervolgzorg. Op dit moment ontbreekt het in de AWBZ aan een eenduidige poortwachter die zelfstandig zorgvragen kan afhandelen en
gericht is op het zelfstandig en in de eigen omgeving houden van de cliënt. Het CIZ kan daarmee feitelijk niet als poortwachter worden
gezien. In hoeverre extra investeringen nodig zijn om de Basiszorg voorziening adequaat in te richten dient nader te worden
onderzocht.
17 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Verklaring bevindingen terug te leiden naar systeemkenmerken Een effectieve invulling van de poortwachtersfunctie is niet mogelijk en wordt door de huidige bekostiging niet
beloond (of zelfs negatief „beloond‟)
Bovenstaande tabel vermeldt de verschillende bekostigingsstructuren per poortwachter. Huisarts noch HAP worden adequaat gestimuleerd voor het effectief uitvoeren van hun functie, die leidt tot hoge kwaliteit, doelmatig gebruik van vervolgzorg en lagere totale kosten van de zorg. Sterker nog, de prikkels van een abonnementsysteem of een budget maken het economisch aantrekkelijk om juist zo snel mogelijk de zorgvraag door te sturen naar de vervolgstap: niets doen levert immers evenveel op als wel wat doen. Bij de fee for service en productbekostiging is geen sprake van bekostiging op resultaat: inspanningen (zoals het consult) worden beloond, zonder aandacht voor de resultaten daarvan. Binnen het abonnementssysteem (persoonsgebonden) heeft de huisarts nog wel een prikkel om de patiënt tevreden te houden om zo binding aan de praktijk te creëren. Bij de specialistische vervolgzorg zijn de prikkels juist gericht op het maximaliseren van productie. De AWBZ kent feitelijk geen poortwachter: daar komt de cliënt meteen in aanraking met aanbieders zonder prikkel tot het uit zorg houden van deze cliënt.
Het ligt met name aan de professionele drive en intrinsieke motivatie van de professionals in de zorg dat er, tegen de systeemprikkels in, door bijvoorbeeld huisartsen een sterke invulling wordt gegeven aan de eerste lijn, wijkverpleegkundigen cliënten aanspreken op zelfzorg-mogelijkheden, medisch specialisten tijd investeren in het remmen van niet-noodzakelijk zorgvragen en directies van GGZ instellingen bedden willen sluiten. Door de prikkels van de bekostiging op deze drive te laten aansluiten in plaats van tegen te werken, en de missende poortwachtersfunctie in de AWBZ in te vullen, is een forse verbetering van het functioneren van het zorgsysteem realiseerbaar. De volgende 3 pagina‟s geven op schematische wijze weer hoe een wenselijk systeem van bekostiging er uit zou kunnen zien.
Poortwachter Huidige bekostiging Positieve prikkels Perverse prikkels
Huisarts
Abonnement (inschrijftarief)
Remmen overproductie,
doelmatigheid, prikkel tot behouden
patiënt
Remmen innovatie, dalen
productiviteit
Fee for Service (consulttarief, verrichtingen) Productiviteit Overproductie
Productbekostiging (beperkt, enkel voor
keten DBCs)
Stimuleren innovatie en
productiviteit en doelmatigheid
Volume en de randen van de
kwaliteit opzoeken
HAP Abonnement (populatiebekostiging) Remmen overproductie,
doelmatigheid
Remmen innovatie, dalen
productiviteit
CIZ CIZ fungeert feitelijk niet als poortwachter
18 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Het systeem: waar we naar toe willen Synergie tussen financiële structuren en regelgeving en de professionele motivatie van zorgaanbieders
Integrale
vraaggerichte zorg
Kosten
Kwaliteit
Gefragmenteerde
zorg, onder-,
overgebruik
Kosten
Kwaliteit
Prikkels in huidige financiële
structuren en regelgeving
ondersteunen de integrale
levering van zorg veelal niet.
Professionele en persoonlijke
motivatie van zorgverleners
bevordert integrale,
vraaggestuurde zorg. Zorgaanbieders en
professionals
Wenselijke situatie
Financiële structuren en regelgeving die
professionele motivatie ondersteunen
en integrale, vraaggerichte zorg
bevorderen
NU TOEKOMST
19 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
De sleutel tot de oplossing ligt derhalve ook in de bekostiging „Every system is perfectly designed to achieve exactly the results it gets‟ Paul Batalden
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen*
Behandelen**
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
Toegankelij
k
Bereikbaar en
beschikbaar voor
zorgvraag
populatie
Taken
Tijdige en nabije toegang
tot consultatie
Goede, passende
diagnose/
behandelindicatie
Niet onthouden benodigde
vervolgzorg
Geen onnodige
behandelingen en risico‟s
vervolgzorg
Gewenste resultaten Hoe het beste belonen?
Inkoop van resultaat
(uitkomsten)
Duidelijk meetbare
uitkomstindicatoren en
transparantie van
uitkomsten noodzakelijk –
maar die zijn nu in
ontwikkeling.
20 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Voorwaarden resultaatgerichte bekostiging poortwachters Meetbare uitkomsten, transparantie, monitoring uitgaven vervolgzorg
Zorgvraag
Zorgvraag
Zorgvraag
(Vervolg)
zorg
POORTWACHTER VERVOLGZORG
Noodzakelijke voorwaarden om in te kopen op resultaat:
1. Definieer betekenisvolle en meetbare uitkomstmaten
2. Maak uitkomsten transparant voor effectieve contractering
van zorg
3. Stimuleer en beloon de intrinsieke motivatie van
zorgprofessionals
3. Beperk de aanzuigende werking van de
specialistische vervolgzorg en de AWBZ. Een
effectieve poortwachter zal de vraag naar
vervolgzorg verlagen. Het valt te verwachten dat
het wegvallen van productie wordt opgevangen
door een verhoging van productie elders in de
vervolgzorg instelling. Om dit effect tegen te gaan
is sterke monitoring van de tweede lijns productie
door zorgverzekeraars noodzakelijk, en zal de
AWBZ budgetsystematiek dienen te worden
herzien.
21 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Aanbevelingen en specifieke strategieën per poortwachter Introduceer resultaatgerichte bekostiging, investeer relatief in de poortwachterfunctie en creëer eenduidige
toegangspoorten
Resultaatgerichte bekostiging is zowel op poortwachters van de Zvw als de AWBZ van toepassing. Na bundeling van de
resultaten van de analyses naar de huisarts, HAP/SEH en CIZ komen we tot de volgende serie specifieke aanbevelingen en
conclusies:
Huisartsenzorg
• Introduceer een vorm van resultaatgericht bekostigen om de effectiviteit en intrinsieke motivatie van huisartsen als
poortwachter te verstevigen. Voorbeelden van mogelijke uitkomstmaten zijn: de relatieve kosten van de patiëntenpopulatie
in de tweede lijn (gecorrigeerd voor patiëntenzwaarte), het percentage doorverwezen patiënten met potentieel
substitueerbare zorgproducten, patiëntenervaringen, adequaat voorschrijfbeleid, enzovoort. Technisch is het nu reeds
mogelijk om een dergelijke financieringsmethodiek te hanteren door zorgverzekeraars: de huidige regelgeving kent hiervoor
geen belemmeringen, en de hiervoor benodigde stuurinformatie komt dit jaar beschikbaar. Belangrijk hierbij is wel dat
huisartsen alleen in samenwerking met zorgverzekeraars deze resultaten kunnen realiseren. De grootste bottleneck is het
feit dat investeringen in huisartsenzorg om de poortwachterfunctie te versterken tot overschrijdingen van het huisartsenzorg
begrotingskader kunnen leiden. Een koppeling met tenminste het ziekenhuiskader – en het signaal dat effectieve substitutie
niet zal leiden tot kortingen – is noodzakelijk
HAP/SEH
• Creëer één poortwachter voor de basis acute zorgvraag. Één poortwachter voorkomt behandeling van laagcomplexe
patiënten met hoogcomplexe (dure) middelen. Noodzakelijke randvoorwaarden zijn het benoemen van duidelijke
uitkomstmaten voor de poortwachter en het verder stimuleren van HAP/SEH integratie.
AWBZ (CIZ)
• Inrichting van een Basiszorg voorziening met een eenduidige poortwachter voor de AWBZ: huisarts in
samenwerking met wijkverpleging. Op dit moment ontbreekt een eenduidige poortwachter in de AWBZ; het CIZ vervult
slechts een deel van deze rol. In het huidige systeem van de AWBZ is er niet of nauwelijks een relatie tussen uitgaven en
kwaliteit van zorg. In het Basiszorg concept werken huisarts en wijkverpleging nauw samen als poortwachters die de
toegang tot gepaste AWBZ zorg beheren.
22 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Inrichting van een eenduidige poortwachter in de AWBZ Omslag van systeem gedeeld poortwachterschap naar één (set van) spelers
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen*
Behandelen**
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
Toegankelij
k
Bereikbaar en
beschikbaar
voor zorgvraag
populatie
Taken Niet meer
Zorgaanbieders
Cliënt
Zorgaanbieders
CIZ
Zorgaanbieders
Zorgaanbieders
Vaststellen recht
op AWBZ CIZ
Specifie
k
AW
BZ
Maar een eenduidige
poortwachter
Eerstelijns/
extramurale
zorgaanbieder
Effect resultaatgerichte
bekostiging in AWBZ
“Juiste zorg op de
juiste plek”
Hoge kwaliteit /
lage kosten
Daling kosten
intramurale zorg
Verhoging
zelfredzaamheid
Vraaggestuurde
zorg
Verwijderen
prikkel om
budgetten vol te
declareren
Registratie van bijv.
grondslag onderdeel van
indicatieproces
poortwachter. Parallel in
Zvw: diagnoseregistratie
23 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Noodzaak tot eenduidige dataprocessen en een VWS dashboard
Een andere bevinding uit dit rapport is dat de effectiviteit van poortwachters zeer moeilijk te beoordelen is door een gebrek aan
(toegankelijke) data. Dit maakt het voor VWS en zorgverzekeraars ondoenlijk om effectief te sturen op wenselijke uitkomsten. Uit
deze studie blijkt dat de benodigde informatie voor het meten van de effectiviteit van poortwachters wel aanwezig is, maar dat:
• Informatie gefragmenteerd is over verschillende databases. Daarnaast zijn deze databases moeilijk aan elkaar te koppelen
omdat er per database andere niveaus en definities worden gehanteerd.
• Informatie zeer slecht toegankelijk is. Aanvragen voor dataleveringen gaan veelal gepaard met trage aanvraagprocedures en
hoge kosten.
In de huidige situatie is het proces van dataverzameling zeer complex en tijdrovend . Een dergelijk proces leidt tot onnodig
tijdverlies en kapitaalvernietiging. De data zijn in principe allemaal aanwezig, maar VWS heeft geen overzicht om de sturing te
realiseren die noodzakelijk is.
Leg databehoeftes vast en creëer inzicht via een periodiek op te leveren dashboard
Het is aan te bevelen om de huidige processen voor data aanvragen te stroomlijnen en periodieke oplevering vast te leggen.
Daarnaast valt het aan te bevelen een vorm van „dashboard‟ te ontwikkelen die het ministerie periodiek kan raadplegen om de
regionale effectiviteit van poortwachters te monitoren. De focus van de monitoring is het gewenste resultaat van de
poortwachterfuncties op kosten en kwaliteit van zorg.
24 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Een voorbeeld van zo’n dashboard…de effectiviteit van de huisarts
Een van de resultaten van een goed functionerende huisarts zijn relatief lage kosten in de ziekenhuiszorg.
Verhouding kosten 2e lijn t.o.v. kosten in de
huisartsenpraktijk. Gecorrigeerd voor leeftijd, geslacht
en SES
Fictieve data
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
0 2 4 6 8 10
Ko
ste
n z
ieken
hu
iszo
rg p
er
inw
on
er
Kosten huisartsenzorg per inwoner (gecorrigeerd voor leeftijd, geslacht en SES)
Weinig actieve
poortwachters, hoge
kosten vervolgzorg: niet
effectief
Lage effectiviteit
poortwachters
Hoge effectiviteit
poortwachters
Fictieve data
25 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Geraadpleegde literatuur
1. CVZ. Monitor Zorgcijfers 2000 – 2005
2. CVZ. Landelijke wachtlijstrapportage AWBZ: peildatum 1 januari 2007, 2009.
3. CVZ. Kernmonitor ZRS 1996 – 2004.
4. Gosden T, et al. Capitation, salary, fee-for-service and mixed systems of payment: effects on the behaviour of primary care physicians. Cochrane
Database System Review, 2000 (3).
5. KPMG Plexus. Onderzoek Excess Growth, 2012.
6. PB Batalden and PK Stoltz. A framework for the continual improvement of healthcare: Building and applying professional and improvement knowledge
to test changes in daily work. The Joint Commission Journal, 1993.
7. Porter, ME en EO Teisberg. Redefining Health Care. Creating Value-Based Competition Results. Harvard Business School Press, 2006.
8. RIVM. Zorgbalans2010. De prestaties van de Nederlandse zorg, 2010.
9. Scott A, et al. The effect of financial incentives on the quality of health care provided by primary care physicians. Cochrane Database System Review,
2011.
10. SCP. Waar voor ons belastinggeld, 2012.
11. Starfield, B, Shi, L and J. Macinko, Contributions of Primary Care to Health Systems and Health. The Milbank Quarterly. 2005. 83(3). p. 457-502.
12. Starfield, B. and L. Shi, Policy relevant determinants of health: an international perspective. Health Policy, 2002. 60: p. 201 – 218
13. The Health and Social Care Information Centre. Quality and Outcomes Framework. Achievement Data 2009/2010, 2010.
14. Zorgvisie. Investering verdient zich terug. Dubbel voordeel. Nummer 6A, juni 2008.
Algemene
uitgangspunten en
definities
‘poortwachter’
27 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Diverse factoren beïnvloeden de positie en rol van poortwachters
Dit onderzoek brengt de invloed van de verschillende factoren op de invulling van de huisarts, HAP/SEH en CIZ als poortwachter
in kaart. Vervolgens wordt de algemene effectiviteit van de huisarts, HAP/SEH en CIZ als poortwachter beoordeeld en wordt
onderbouwd hoe deze met beleidsstrategieën het beste kan worden versterkt.
Factor Effect op rol poortwachter
Bekostiging Financiële prikkels beïnvloeden het gedrag. Zo stimuleert een “fee for service” financiering
productiviteit en volume. Budgettering geeft grip op de zorguitgaven, maar remt volume en
productiviteit.
Beleid Ten eerste beïnvloeden beleid, wet- en regelgeving zowel op directe als indirecte wijze het
gedrag en positionering van poortwachters. Een inkrimping van het basispakket heeft
bijvoorbeeld direct een grote invloed op het volume en type zorgvraag. Dit vergt op indirecte
wijze van de poortwachters ook een aanpassing. Ten tweede heeft de wijze waarop beleid en
regels worden nageleefd en getoetst ook een grote invloed. Zo staat er in de Zvw omschreven
dat een verwijzing van de huisarts noodzakelijk is om toegang te vergaren tot medisch
specialistische hulp. Bij een strenge controle is het waarschijnlijk dat patiënten minder vaak
zonder verwijzing bij het ziekenhuis belanden.
Overige aanbieders De organisatie en het gedrag van omliggende aanbieders beïnvloedt de positionering van de
poortwachter.
Gedrag en ontwikkeling
klanten
Een belangrijke taak van de poortwachter is het beoordelen van de zorgvraag om vervolgens de
zorgbehoefte vast te stellen. Het gedrag van klanten en de ontwikkeling van de zorgvraag (bijv.
demografische of sociaal-culturele ontwikkelingen) hebben een effect op de vragen die zich bij de
poortwachters aandienen.
28 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Analytisch kader De rol van een poortwachter bestaat uit 3 functies
Een goed functionerende poortwachter draagt bij aan doelmatige inzet van middelen: hoge kwaliteit zorg tegen lage kosten en
zorgt dat de “juiste zorg op de juiste plek” wordt geleverd. De rol van een poortwachter wordt in 3 functies onderverdeeld:
1. Toegankelijkheid: een poortwachter is beschikbaar als eerste aanspreekpunt voor inwoners met een zorgvraag.
2. Indicatiestelling: de poortwachter beoordeelt de zorgvraag en bepaalt de zorgbehoefte van de patiënt.
3. Behandeling/verwijzing: de poortwachter kan gericht de patiënt doorverwijzen naar de juiste behandelaar voor de
zorgbehoefte of zelf de eerste behandeling uitvoeren.
1. Toegankelijkheid
Op de initiële zorgvraag van de bevolking valt slechts beperkt te sturen – de inschatting om wel/geen medische hulp te zoeken
ligt namelijk bij de burger zelf. Het is derhalve belangrijk dat de eerste schil van de totale zorgketen, de poortwachterfunctie , te
allen tijde goed bereikbaar is om als eerste de zorgvraag en zorgbehoefte vast te stellen. Een toegankelijke en bereikbare
poortwachter heeft als uitkomst dat men tijdig en dicht bij huis toegang heeft tot consultatie en opvang. Indien de bereikbaarheid
ondermaats is zal men geneigd zijn om bij andere (vaak duurdere en verder gelegen) zorgverleners antwoorden te zoeken.
2. Indicatiestelling
Als eerste aanspreekpunt in de keten ziet de poortwachter een patiënt als eerste en beoordeelt of er, vanwege de complexiteit
van de vraag, een noodzaak is tot (duurdere) vervolgzorg. De gewenste uitkomst van de beoordeling is dat de patiënt een goede
indicatie ontvangt die past bij de zorgvraag en zorgbehoefte.
29 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Analytisch kader De rol van een poortwachter bestaat uit 3 functies
3. Behandeling/verwijzing
Veelvoorkomende zorgvragen kan de poortwachter zelf behandelen of doorverwijzen naar andere eerstelijns aanbieders. Het is
belangrijk dat een poortwachter tijdig doorverwijst om een patiënt niet de benodigde vervolgzorg te onthouden. Op deze wijze
speelt de poortwachter een essentiële rol in het leveren van “de juiste zorg op de juiste plek” en de beheersing van de
zorgkosten. Enerzijds behoedt hij de patiënt voor onnodige (en mogelijke risicovolle) ingrepen in de tweede lijn, anderzijds zorgt
hij er ook voor dat benodigde vervolgzorg tijdig en gepast wordt geïndiceerd.
Het algemene analytisch kader is op de volgende pagina‟s in figuren uitgebeeld.
30 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Analytisch kader De rol van een poortwachter valt in meerdere taken uiteen. De poortwachter draagt bij aan een doelmatig
gebruik van middelen en hoge kwaliteit: “Juiste zorg op de juiste plek”
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen*
Behandelen**
“Juiste zorg op de
juiste plek”
Hoge kwaliteit / lage
kosten
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
* Een verwijzing kan zijn naar een andere aanbieder (in dezelfde lijn, of de vervolgzorg) of terug naar thuissituatie met een advies voor zelfzorg.
** Een behandeling kan meerdere vormen aannemen: van advies over leefstijl en gedrag tot een medische ingreep. Ook de keuze om niet te
behandelen behoort tot het pakket.
Resultaat : opbrengst van
de poortwachter functie
Toegankelij
k
Bereikbaar en
beschikbaar
voor zorgvraag
populatie
Taken
Tijdige en nabije toegang
tot consultatie
Goede, passende
diagnose/
behandelindicatie
Niet onthouden
benodigde vervolgzorg
Geen onnodige
behandelingen en
risico‟s vervolgzorg
31 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Analytisch kader Een effectieve poortwachter leidt tot passend gebruik van vervolgzorg
Kosten per behandeling/actie
€
€ € €
Zorgvraag
Zorgvraag
Zorgvraag
(Vervolg)
Zorg*
Hoge toegankelijkheid en
bereikbaarheid
Passende eerste behandeling
en acties in zorgketen
Passende indicatiestelling
POORTWACHTER VERVOLGZORG
*
* Het analytisch kader is
gericht op passend gebruik
van schaarse, dure
middelen in de vervolgzorg.
In dit model wordt de 0e lijn
(thuissituatie) buiten
beschouwing gelaten.
De huisarts als
poortwachter
33 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Samenvatting antwoorden op deelvragen
# Resultaat huisarts
1 Invulling poortwachterfunctie
De huisarts vervult een poortwachterfunctie voor de medisch specialistische zorg in de Zvw. Deze rol geldt zowel voor de somatische als de
geestelijke gezondheids (GGZ) zorg
2 (Formele) rol van de huisarts in kostenbeheersing
De rol als in ad 1) omschreven is formeel vastgelegd inde Zvw. Er is echter geen formele taak tot kostenbeheersing omschreven.
Internationaal onderzoek geeft aan dat een sterke eerste lijn correleert met lagere uitgaven aan de zorg en betere uitkomsten. In de
taakopvatting en het zelfbeeld van Nederlandse huisartsen is „doelmatigheid‟ (m.n. in de zin van „voorkomen van medicalisering‟) diep
verankerd. Opvallend is echter dat de bekostiging van de huisartsen het krachtig uitoefenen van de poortwachtersrol slechts zeer beperkt
ondersteunt.
3 Hoe effectief zijn de huisartsen?
Casus onderzoek geeft aan dat de huisarts een essentiële rol speelt in het beperken van de benutting van vervolgzorg en de verhoging van
kwaliteit. Er zijn echter ook aanwijzingen dat de poortwachterfunctie van de huisarts per regio anders wordt ingevuld. Op macroniveau en in
internationaal verband is de groei van de Nederlandse zorgkosten zeer hoog. De afgelopen jaren is de poortwachterrol van de huisarts door
de aanwezigheid van diverse bypasses in het systeem aan erosie onderhevig.
4 Ontwikkeling poortwachterfunctie in de afgelopen 10 jaar
Een aantal bypasses op de poortwachterfunctie is de laatste jaren groter geworden. Steeds meer eerstelijnsprofessionals zijn zonder
verwijzing van de huisarts toegankelijk (denk bijvoorbeeld aan de fysiotherapeut). Daarnaast weten steeds meer patiënten zonder verwijzing
van de huisarts de medisch specialist te vinden. De relatieve kosten van de huisartsfunctie zijn in verhouding tot de rest van de zorgkosten
gedaald.
5 Determinanten budgettaire opbrengsten poortwachterfunctie
De huisarts kent een gemengde bekostiging die een bescheiden productiviteitsprikkel toedient maar slechts zeer beperkt de rol van
poortwachter beloont.
6 Kansrijke en effectieve strategieën
1. Creëer inzicht in de prestaties van (groepen) huisartsen door uitkomsten en kosten te benchmarken.
2. Pas de bekostiging van de huisartsen aan om de rol in substitutie van zorg te verstevigen en professionele motivatie te belonen.
3. Monitor de kosten van de tweede lijn om te voorkomen dat verloren inkomsten door beter poortwachterschap op andere wijze worden
gecompenseerd.
34 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Inhoudsopgave huisartsen
1. Invulling poortwachterfunctie huisarts
2. De (formele) rol van de huisarts in kostenbeheersing
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter
4. Ontwikkelingen huisartsenzorg (kosten en kwaliteit) in de afgelopen tien jaar
5. Determinanten die de budgettaire opbrengsten van de huisartsenzorg optimaliseren
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën om de poortwachterrol te verstevigen
35 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
1. Huidige invulling poortwachterfunctie door huisarts Binnen het analytisch kader vervult de huisarts alle rollen van een poortwachter
De meest tot de verbeelding sprekende poortwachter in ons
zorgstelsel is de huisarts. De huisarts voert alle functies uit die
bij de rol van een poortwachter horen: toegankelijkheid,
indicatiestelling en behandeling/verwijzing. De huisarts is
overdag beschikbaar om de zorgvraag van de bevolking te
beantwoorden en te indiceren.
De positionering van de huisarts als formele poortwachter
binnen het stelsel is stevig. In de Zorgverzekeringswet is
vastgelegd dat toegang tot medische specialistische zorg, met
uitzondering van de acute zorgvraag, enkel mogelijk is op
verwijzing van de huisarts (Artikel 14). Dit geldt zowel voor de
somatische als de geestelijke gezondheids zorg (GGZ) .
Zorgverzekeraars dienen er derhalve op toe te zien dat zorg in
de 2e lijn zonder aantoonbare verwijzing van de huisarts niet
wordt vergoed. Door de huisarts te positioneren als
poortwachter en regisseur van de patiëntenzorg wordt hij
impliciet ook verantwoordelijk gehouden voor het efficiënte en
doelmatig sturen van de zorgvraag.
Tot slot is de huisarts geschoold in het uitvoeren van
diagnostiek, leveren van generalistische basiszorg en het
uitvoeren van laagcomplexe medische ingrepen. In dit laatste
zien we, niet in de laatste plaats door substitutie vanuit het
ziekenhuis, een groeiende rol voor de huisarts.
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen
Behandelen
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
Bereikbaar en
beschikbaar
voor zorgvraag
populatie
Taken
Toegankelij
k
Huisarts
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
36 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
2. Formele rol van huisarts in kostenbeheersing Landen met een sterke eerste lijn hebben relatief lage zorgkosten
Onderzoek van Starfield et al. naar de invloed van „primary care‟ (eerstelijns zorg) wijst uit dat een stevige invulling van de
eerste lijn gepaard gaat met relatief lage totale zorgkosten en betere zorguitkomsten. Systematisch onderzoek van de
wetenschappelijke literatuur bevestigt een positieve relatie tussen de „primary care score‟ van een land (mate van stevigheid
eerste lijn) en de verwachte levensduur, ervaren gezondheid, en gewicht bij geboorte. De primary care score is negatief
gecorreleerd met algehele mortaliteit en de mortaliteit van cardiale problematiek, kanker en stroke.
Bronnen:
Starfield, B. and L. Shi, Policy relevant determinants of health: an international perspective. Health Policy, 2002. 60: p. 201 – 218
Starfield, B, Shi, L and J. Macinko, Contributions of Primary Care to Health Systems and Health. The Milbank Quarterly. 2005. 83(3). p. 457-502.
Wiegers, T., et al., Overzichtstudies: de eerste lijn, 2011, NIVEL.
Barros, P.P., The black box of health care expenditure growth determinants. Health Econ, 1998. 7(6): p. 533-44.
37 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Inschrijftarieven; € 1.019
Achterstandsfonds; € 17 POH somatiek; €
83 POH GGZ;
€ 12 Passanten tarief; € 8
Verloskundige hulp door huisarts; € 3 M&I modules; € 19 M&I verrichtingen; € 174
ANW tijden; € 242
Integrale zorg; € 266
Verrichtingentarieven; € 614
2. Formele rol van huisarts in kostenbeheersing Er zijn nauwelijks financiële prikkels die de poortwachterfunctie van de huisarts belonen
2010 budget huisartsen- en integrale zorg: EUR 2.457 mln Bron: NZa, gebaseerd op cijfers CVZ maart 2011
Volume gedreven
Meer dan de helft van
de inkomsten van de
huisartsenzorg zijn
afhankelijk van
geleverde productie:
Consulten, M&I
verrichtingen en
(sinds 2010)
keten-DBCs.
38 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
2. Formele rol van huisarts in kostenbeheersing Er zijn nauwelijks financiële prikkels die de poortwachterfunctie van de huisarts belonen
In 2006 is via het Vogelaarakkoord een gemengde bekostiging geïntroduceerd voor de huisartsenzorg. De consulten en
verrichtingen worden per stuk aan de huisarts vergoed (fee for service constructie). De hoogte van de vergoeding is relatief laag
gehouden (EUR 9 voor een consult) om een bescheiden maar niet overmatige productiviteitsprikkel te introduceren. Deze vorm
van financiering bevat geen enkele prikkel tot het effectief uitoefenen van de poortwachtersrol of het realiseren van substitutie.
Om dit mogelijk te maken zijn er zogenaamde „Modernisering en Innovatie‟ tarieven ingesteld (M&I) die het mogelijk maakt voor
specifieke verrichtingen (kleine chirurgie, plaatsen van spiraaltje, verrichten van ECG) separaat te betalen. De rest (ongeveer
40%) van zijn inkomsten vergaard de huisarts via een vast inschrijftarief en een aantal vaste opslagen.
In 2010 is productfinanciering van de integrale zorg in de vorm van keten-DBCs gïntroduceerd. Al in een eerder stadium is de
POH somatiek ingevoerd met de expliciete focus zich te richten op diabetes en COPD zorg. Later is ook nog de POH GGZ
geïntroduceerd.
Met de maatregelen M&I en de introductie van keten-DBCs is expliciet beoogd substitutie te bevorderen. Het gaat hierbij steeds
echter om financiering van inspanningen en niet het resultaat van de beoogde substitutie: betere kwaliteit en lagere kosten in de
vervolgzorg. Of de resultaten van substitutie worden behaald is niet duidelijk: de maatregelen zijn veelal van zeer recente datum,
en het gaat hier steeds slechts om zeer beperkte onderdelen van de zorg.
Op geen enkele wijze in de huidige bekostigingssystematiek wordt de huisarts formeel beloond voor het spelen van een rol in de
algemene beheersing van de zorgkosten. Het persoonsgebonden inschrijftarief nog wel het tevreden houden van de
ingeschreven patiënt bij de praktijk van de huisarts: een ontevreden patiënt kan er immers voor kiezen van huisarts te wisselen.
39 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter Schematische weergave patiëntenstroom huisartsenzorg
Onderstaand schema geeft de positionering van de huisarts als poortwachter weer in verhouding tot de patiëntenstromen. Op de
volgende pagina‟s worden de aangegeven „bypasses‟ nader toegelicht.
Huisarts Patiënt
Medisch
specialist
Fysiotherapeut
1ste lijns
psycholoog
Overig
Legenda
Bypass poortwachterfunctie
40 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter De aanwezigheid van bypasses bemoeilijkt de rol van de huisarts als poortwachter (1)
In het huidige stelsel bestaan er een aantal bypasses van de poortwachterfunctie van de huisarts. De aanwezigheid van deze
bypasses bemoeilijkt de rol van de huisarts als effectieve poortwachter.
Bypass 1: Directe toegang tot eerstelijns
zorgaanbieders
Voor een aantal eerstelijns zorgaanbieders is sinds
kort geen verwijzing van de huisarts meer nodig
(bijvoorbeeld de fysiotherapeut). In deze gevallen
heeft de huisarts als poortwachter geen rol. Deze
voorbeelden worden in een volgend deel van dit
rapport als casus behandeld.
Bypass 2: Directe toegang tot medisch
specialistische zorg
Via de spoedeisende hulp (SEH) afdeling van een
ziekenhuis heeft de patiënt direct toegang tot medisch
specialistische hulp. Ook zijn er signalen uit het veld
dat er poliklinisch steeds vaker patiënten worden
gezien zonder verwijzing van de huisarts. Onofficiële
schattingen liggen rond de 10%, variërend per regio en
per specialisme.
Onder veldpartijen wordt het ontbreken van controle op
de formele verwijzing (d.m.v. een verwijsbrief) als
oorzaak aangewezen voor het toenemen van directe
toegang tot de medisch specialistische zorg. Ook
noemen partijen het groeiende aantal „pretpoli‟s‟
(voorbeeld: snurkpoli) als reden dat patiënten voor
laagdrempelige zorg naar het ziekenhuis komen.
Bron: interviews veldpartijen
Huisarts Patiënt
Medisch
specialist
Fysiotherap
eut
1ste lijns
psycholoog
Overig
2
1
3
41 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter De aanwezigheid van bypasses bemoeilijkt de rol van de huisarts als poortwachter (2)
In het huidige stelsel bestaan er een aantal bypasses van de poortwachterfunctie van de huisarts. De aanwezigheid van deze
bypasses bemoeilijkt de rol van de huisarts als effectieve poortwachter.
Bypass 3: volumeprikkel bij de ziekenhuiszorg en
andere zorgaanbieders
Binnen de ziekenhuiszorg is de financiering sterk
gericht op productie (via DBCs). Dit heeft een volume-
opdrijvend effect. Indien de patiënt zonder
tussenkomst van de huisarts bij het ziekenhuis belandt
(bijvoorbeeld via de SEH), is het alsnog aantrekkelijk
om de patiënt te behandelen. De huisarts kan in dit
geval geen poortwachter functie uitoefenen. Het aantal
DBCs dat wordt geopend per bezoek aan het
ziekenhuis is gedurende de jaren 2008-2011
aanzienlijk toegenomen.
Ook kent het DBC systeem geen rem op het parallel
openen van DBCs door verschillende specialismen, en
soms zelfs niet binnen één specialisme. Het DBC
systeem is hierin uniek in de wereld.
Bovengenoemde factoren gelden ook voor de andere
zorgaanbieders waar de patiënt zonder verwijzing naar
toe kan, zoals de fysiotherapeut of eerstelijns
psycholoog.
Huisarts Patiënt
Medisch
specialist
Fysiotherap
eut
1ste lijns
psycholoog
Overig
2
1
3
42 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter Het aantal verwijzingen naar de medisch specialist is de afgelopen 10 jaar met 26% toegenomen
Tussen 2000 en 2010 neemt het
aantal verwijzingen van de huisarts
naar de medisch specialist toe met
26% (van 8,7 naar 11 verwijzingen
per 100 contacten).
Het aantal verwijzingen stijgt minder
hard dan de kosten in de
ziekenhuiszorg
Snelste groei gemeten naar de
gastro-enterologie (22%), psychiatrie
(13%), en neurochirurgie (8%). Een
mogelijke verklaring voor groei van
verwijzingen naar deze specialisme
gebieden is het toenemend aanbod
in diagnostische mogelijkheden
(Bron: interview veldpartij).
Bron: CBS Statline 2011; LINH (2003 – 2010)
Onderzoek van het NIVEL naar de substitutie van zorg van de ziekenhuizen naar de huisartsen geeft geen duidelijk beeld. Er
lijkt op het gebied van kleine chirurgische ingrepen een negatief verband te bestaan tussen het aantal uitgevoerde
verrichtingen en het aantal verwijzingen naar de chirurg. Voor andere M&I verrichtingen is geen dergelijke relatie aangetoond.
Dit onderzoek wordt bemoeilijkt door beperkingen in data en het feit dat een eventueel reëel substitutie-effect snel verdwijnt in
de overall groei van de ziekenhuisuitgaven.
Bron: NIVEL. Bekostiging van de huisartsenzorg: Monitor 2006 en eerste halfjaar van 2007 C.E. van Dijk R.A. Verheij D.H. de Bakker.
43 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter De rol van de huisarts kan beter: internationale vergelijkingen tonen aan dat groei van de Nederlandse
gezondheidszorg boven het OECD gemiddelde ligt en dat reële kosten fors hoger dan gemiddeld zijn.
Totale uitgaven aan
gezondheidszorg als aandeel
BBP, 2009
(of laatst bekende jaar).
Gemiddelde jaarlijkse reële groei per hoofd van de bevolking
(2000-2009, of laatst bekende jaar). Nederland groeit harder dan de VS; alleen landen
met een achterstand in zorginvesteringen in 2000 groeiden harder (de UK en Nieuw
Zeeland spendeerden in 2000 onder het OECD gemiddelde aan zorg).
Bron: OECD Health Data, 2011.
De data van de OECD zijn de best beschikbare data voor internationale vergelijking, maar er
geldt wel een aantal opmerkingen:
- De OECD-definitie wijkt af van de CBS-definitie. De OECD is enerzijds breder (oa.
academisch onderwijs) en anderzijds smaller (verzorgingshuizen, gehandicaptenzorg).
- De groeicijfers zijn reële groeicijfers. Deze zijn daarom niet geheel vergelijkbaar met de
nominale cijfers in de voorgaande pagina‟s.
- De cijfers voor Nederland laten bij de OECD in 2009 een reeksbreuk zien. De OECD heeft
toen een aanpassing gemaakt van de statistiek, voornamelijk om de langdurige zorg
completer op te nemen.
44 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter Grote regionale verschillen in de effectiviteit van huisartsen(praktijken). Concept resultaten analyse Vektis.
Op de volgende pagina‟s zijn de eerste concept resultaten weergegeven van data analyse van Vektis bestanden uit het jaar 2010.
De gepresenteerde cijfers zijn nog niet gecorrigeerd voor de invloed van leeftijd, inkomen en geslacht. 3-cijferige postcode
gebieden met 5 of minder huisartsen zijn geëxcludeerd (grijze vlakken in landkaarten). Deze eerste analyses zijn nadrukkelijk
bedoeld om een beeld te geven van de mogelijke spreiding in zorgconsumptie en kosten. Conclusies zijn, zonder aanwezigheid
van een correctie, nog niet mogelijk.
De volgende punten vormen een serie observaties (geen conclusies) ten aanzien van de ongecorrigeerde conceptresultaten:
• Het aantal (van 89 tot 233 DBCs per 1.000 verzekerden) en de kosten (van € 43.982 tot € 116.571 per 1.000 verzekerden) van
substitueerbare DBCs kan een factor 3 verschillen tussen regio‟s (3-cijferige postcode gebieden). Substitueerbare DBCs zijn
geoormerkt als zorg in het ziekenhuis die ook door de huisarts kan worden verricht. Voorbeelden van substitueerbare DBCs
zijn het poliklinisch behandelen van thoracale klachten e.c.i.*, anticonceptie en snurk behandelingen.
• Het percentage verzekerden waar een initiële electieve DBC voor is geopend zonder voorafgaand consult met de huisarts
(termijn: 3 maanden) kan een factor 3 verschillen tussen regio‟s (3-cijferige postcode gebieden). Percentages variëren tussen
de 0,07% en 0,26% van de verzekerde bevolking (m.u.v. 0%). Het absolute verschil is tussen het minimum en maximum niet
groter dan 0,3 percentagepunten.
• Het percentage verzekerden dat in één kalenderjaar bij 3 of meer specialismen onder behandeling is (fragmentatie van zorg)
kan een factor 3,5 verschillen per regio (3-cijferige postcode gebieden). Percentages variëren tussen de 2,7% en 9,4% van de
verzekerde bevolking.
Onze professionele verwachting is dat de geconstateerde verschillen na correctie kleiner worden maar niet verdwijnen.
* e.c.i. = e causa ignota (onbekende oorzaak)
45 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter Concept resultaten analyse Vektis: aantal en kosten van substitueerbare DBCs
89 - 120
160 - 233
120 - 133
133 - 144
144 - 160
Aantal substitueerbare* DBCs per 1.000 verzekerden
(postcode 3 cijfers). Ongecorrigeerd. Bron: Vektis, 2010.
Kosten (EUR) substitueerbare* DBCs per 1.000
verzekerden (postcode 3 cijfers). Ongecorrigeerd. Bron: Vektis, 2010.
43.982 – 64.669
84.087 – 116.571
64.669 – 71.081
71.081 – 76.954
76.954 – 84.087
* Substitueerbare DBCs: voornamelijke poliklinische) DBCs die zijn geoormerkt als zorg die in hoge mate ook door de huisarts kunnen worden verricht. Voorbeelden: behandeling SOA,
anticonceptie, snurken.
CONCEPT CONCEPT
46 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter Concept resultaten analyse Vektis: aantal en kosten van substitueerbare DBCs
0% - 0,07%
0,13% - 0,26%
0,07% - 0,08%
0,08% - 0,11%
0,11% - 0,13%
Percentage verzekerden (postcode 3 cijfers) die in de
3 maanden voorafgaand aan een electieve DBC geen
contact hadden met de huisarts. Ongecorrigeerd. Bron: Vektis, 2010.
Percentage verzekerden (postcode 3 cijfers) in
behandeling bij 3 of meer specialismen in één
kalenderjaar. Ongecorrigeerd. Bron: Vektis, 2010.
CONCEPT
2,7% - 4,5%
6,3% - 9,4%
4,5% - 5,1%
5,1% - 5,7%
5,7% - 6,3%
CONCEPT
47 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de huisarts als poortwachter Diabetes, fysiotherapie en eerstelijns psychologie: drie mooie voorbeelden van het werk van de huisarts als
poortwachter
Op de volgende pagina‟s worden drie casussen voor de huisarts als poortwachter verder uitgewerkt:
a. Casus diabetes
b. Casus fysiotherapie
c. Casus eerstelijns psychologie
Vervolgens zoomen we uit om op macroniveau het effect van huisartsen op de kosten van zorg te bekijken.
48 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3a. Casus Diabetes: aantoonbare kwaliteitswinst De huisarts heeft de afgelopen 10 jaar een grotere rol gekregen in de zorg voor diabetes patiënten
De rol van de huisarts in management en behandeling van diabetes patiënten is de afgelopen 10 jaar toegenomen.
In het jaar 2000 werd de eerste post-HBO opleiding voor diabetes verpleegkundige gestart. Vanaf
dit moment is het vak diabetesverpleegkundige zich blijven ontwikkelen. (EADV, 2010)
2002 In 2002 heeft 1/3 deel van de huisartsenpraktijken een praktijkondersteuner somatiek is dienst.
2010 1 januari 2010 wordt de keten-DBC Diabetes ingevoerd.
Hu
isa
rts p
oo
rtw
ach
ter
2006 In 2006 steunt de overheid via ZonMW met het programma Diabetes Ketenzorg tien
multidisciplinaire diabetes zorggroepen en bestaan volgens de Taakgroep Programma Diabetes
voldoende zorggroepen om goede zorg te leveren aan alle patiënten met diabetes.
2007 1 januari 2007 wordt de beleidsregel voor geïntegreerde diabeteszorg ingevoerd door de NZa. Het
doel van deze beleidsregel is om door geïntegreerde eerstelijnszorg en/of innovatie een betere
prijs/kwaliteitsverhouding in de zorglevering rondom de diabetespatiënt te realiseren.
2003 Introductie NDF zorgstandaard diabetes.
2000
49 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3a. Casus Diabetes: aantoonbare kwaliteitswinst Hoewel het aantal diabeten en de totale kosten voor diabetes toenemen, nemen relatieve kosten voor diabetes
af. Een grote reden voor deze kostendaling is de substitutie van zorg van tweede naar eerste lijn.
0
200.000
400.000
600.000
800.000
2003 2005 2007
Totaal aantal diabetes patiënten
0
200
400
600
800
1.000
1.200
2003 2005 2007
Totale kosten diabetes * EUR 1mln
0,0%
1,0%
2,0%
3,0%
4,0%
5,0%
2003 2005 2007
Als % van totale ZVW kosten
CAGR: -0,1
procentpunten
CAGR:
9%
CAGR:
5%
Bronnen gegevens:
Nationaal Kompas 2010; CBS 2009
De prevalentie van diabetes is tussen
2003 en 2007 met 22% toegenomen.
Jaarlijks groeit het aantal diabetes
patiënten gemiddeld met 5%.
De totale (directe) kosten van diabetes
zijn tussen 2003 en 2007 met 41%
toegenomen. Jaarlijks groeien de
directe kosten van diabetes gemiddeld
met 9%.
Ten opzichte van de groei in totale Zvw
kosten nemen de (directe) kosten voor
diabetes in relatieve zin met 0,4
procentpunten per jaar af.
50 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
0,0%
0,5%
1,0%
1,5%
2,0%
2003 2005 2007
% Opname ziekenhuis
0
50
100
150
200
250
2003 2005 2007
Kosten ziekenhuiszorg diabetes (EUR mln)
0
2
4
6
8
10
12
14
2003 2005 2007
Gemiddelde klinische behandelduur (dagen)
3a. Casus Diabetes: aantoonbare kwaliteitswinst De gemiddelde ligduur, het percentage opnames en de kosten van de ziekenhuiszorg voor diabeten nemen
dankzij de sterkere rol van de eerste lijn af.
CAGR:
-6%
CAGR:
-6%
Bronnen gegevens:
Nationaal Kompas 2010; CBS 2009
De gemiddelde ligduur van diabetes
neemt tussen 2003 en 2007 met bijna 3
dagen af (gemiddeld 6% ligduur
reductie per jaar).
De totale ziekenhuiskosten van
diabetes zijn tussen 2003 en 2007 met
27% afgenomen. Jaarlijks nemen de
ziekenhuiskosten van diabetes
gemiddeld af met 6%
CAGR: -0,1
procentpunten
Tussen 2003 en 2007 daalt het
percentage diabetes patiënten dat wordt
opgenomen in de tweede lijn van 1,8%
naar 1,4%.
51 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3a. Casus Diabetes: aantoonbare kwaliteitswinst Uitkomsten Achmea DiabetesZorgBeter in regio Zwolle: forse daling directe en indirecte complicaties
Gezondheidswinst
40% minder hartfalen
80% minder nierfalen
40% minder CVA‟s
25% minder complicaties aan de ogen
DiabetesZorgBeter voor sterke integrale eerstelijn
Doelstelling
DiabeteszorgBeter had als algemeen doel het verbeteren van de
kwaliteit van de diabeteszorg in de eerste lijn. In het plan van
aanpak is het doel vertaald in een aantal meetbare
uitkomstmaten:
1. 70-80% van de zorg voor mensen met diabetes type 2 vindt
plaats in de eerste lijn
2. De kwaliteit van de geleverde zorg is gelijk aan of beter dan
het landelijk gemiddelde
3. De patiënttevredenheid is gelijk of beter dan het landelijk
gemiddelde
Aanpak
Om dit doel te behalen werd de volgende aanpak gehanteerd.
1. Een gestructureerde werkwijze met verschillende zorgvormen
2. Een zorgprogramma diabetes. Naast algemene en landelijke
protocollen en richtlijnen, bevat het zorgprogramma ook
regiospecifieke documenten
3. Een benchmark en spiegelinformatie voor alle deelnemende
praktijken
Resultaten van het DiabetesZorgBeter project
Patiënttevredenheid
Hogere scores dan het landelijk gemiddelde op:
1.Communicatie met huisarts of verpleegkundige
2.Diabetesspecifieke communicatie
3.Bejegening en samenwerking tussen zorgverleners
Patiëntgebonden kosten
Stijging kosten huisartsenzorg: 105%
Stijging kosten ziekenhuiszorg: 5% (onder landelijk
gemiddelde).
52 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3b. Casus fysiotherapie: het effect van het loslaten van de verwijsfunctie Vanaf 2006 is een verwijzing van de huisarts niet meer noodzakelijk voor fysiotherapie
Sinds 2006 is de fysiotherapeut vrij toegankelijk. Voor die tijd was de huisarts formeel de poortwachter voor fysiotherapie. Na
2006 is dit losgelaten. Door het effect op kosten en volume te bekijken van de maatregel is het mogelijk om uitspraak te doen
over de functie van de huisarts als poortwachter.
2004
2006
Per 1 januari 2004 is fysiotherapie voor verzekerden boven de achttien jaar uit het
ziekenfondspakket gehaald, met uitzondering van fysiotherapie voor chronische
aandoeningen. De eerste negen zittingen worden niet vergoed.
2005 Per januari 2005 worden de eerste experimenten uitgevoerd met vrije tarieven voor fysiotherapie.
Sinds 1 januari 2006 is fysiotherapie voor consumenten direct toegankelijk, de
zogenaamde Directe Toegang Fysiotherapie (DTF). Verwijzing van de huisarts is
niet meer nodig om voor een vergoeding van de zorgverzekeraar in aanmerking te
komen. Fysiotherapie wordt alleen in een beperkt aantal gevallen vergoed (bijvoorbeeld bij
kinderen of vanaf de 10e behandeling voor mensen met bepaalde chronische aandoeningen).
2008 Per januari 2008 gelden vrije prijzen voor fysiotherapie. Iedere fysiotherapeut maakt hierover zelf
afspraken met de zorgverzekeraar.
Hu
isa
rts p
oo
rtw
ach
ter
Hu
isa
rts g
ee
n
po
ort
wa
ch
ter
53 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3b. Casus fysiotherapie: huisarts speelt een effectieve poortwachterrol Na loslating poortwachter functie dalen de verwijzingen en stijgt het aantal gebruikers. Loslaten van de
poortwachterrol leidt tot stijging van het gebruik (en de kosten) van vervolgzorg.
2570 2670 2770 2850 2813 2739 2907 3075 3281 3380
17,8 17
16,3 17,2
16,8 17,3
16,2
17,9
15,7 16,4
0
2
4
6
8
10
12
14
16
18
20
0
500
1000
1500
2000
2500
3000
3500
4000
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009
Aantal personen met contact fysiotherapeut Aantal contacten pp voor personen met contact
Directe toegang fysiotherapie
CAGR:
5% CAGR:
1%
77 76,5 74,5 72 69 67 48 45 50 42 37 0
20
40
60
80
100
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Verwijzingen per 1000 vaste patiënten (LINH)
Bronnen:
CBS Statline. . Oorspronkelijke
bron: POLS gegevens.
LINH: verwijzingen
Na introductie voor
directe toegang tot
fysiotherapie stijgt de
groeivoet van het
aantal gebruikers
fysiotherapeutische
zorg.
Het aantal contacten
per persoon neemt in
2006 toe maar daalt
vervolgens weer.
Het aantal
verwijzingen van de
huisarts naar de
fysiotherapie toont al
vanaf 2000 een
dalende trend. Na
introductie van DTF is
er een extra forse
daling.
54 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3c. Casus eerstelijns psychologie Vanaf 2008 is de eerstelijns psycholoog opgenomen in het basispakket. De huisarts heeft nooit een
poortwachterfunctie gehad voor de ELP.
In de periode 2000 – 2010 heeft de huisarts geen formele poortwachterfunctie: een verwijzing is niet nodig voor toegang tot de
eerstelijns psycholoog (ELP). Per 2007 wordt de inzet van een praktijkondersteuner (POH) GGZ in de huisartsenpraktijk vergoed.
Vanaf 2008 zijn de eerste 8 zittingen van de ELP opgenomen in het basispakket.
2000 De ELP wordt vergoed vanuit de aanvullende verzekering.
2006 Introductie zorgverzekeringswet (Zvw). De ELP is opgenomen in de aanvullende verzekering.
Per 1 januari 2008 zijn de eerste 8 zittingen van de ELP opgenomen in het basispakket. 2008
Hu
isa
rts g
een p
oo
rtw
ach
ter
2007 Per 1 januari 2007 wordt de POH GGZ opgenomen in de vergoeding van de huisartsenzorg. De
POH GGZ kent een gemengde bekostiging. Enerzijds een modulaire vergoeding via een opslag
op het inschrijftarief en een vergoeding per uitgevoerd consult. In het eerste jaar worden er EUR 1
miljoen aan de POH GGZ uitgegeven. Naar schatting heeft ongeveer 3% van de huisartsen een
POH GGZ in dienst.
Eind 2009 werkt ongeveer 1 op 8 huisartsen samen met een POH GGZ (ongeveer 1.000
huisartsen). Totale kosten voor de POH GGZ zijn gestegen naar EUR 10,5 miljoen. 2009
Bronnen:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2010, nummer 5:130-134
CVZ: kostendata
55 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3c. eerstelijns psychologie: huisarts beïnvloed door aanbod Ondanks de onveranderde rol van de huisarts stijgt het aantal verwijzingen na aanpassing van het basispakket
in 2007. Gedrag „poortwachter‟ lijkt zich aan te passen aan aanbod andere zorgaanbieders*
Bronnen: LINH (verwijzingen), CVZ (kosten ELP en POH GGZ)
* Een eventueel opsporingseffect van de POH op psychische problematiek als oorzaak van de stijging in aantal verwijzingen is
in de beginjaren te verwaarlozen. In 2007 werkt naar schatting 3% van de huisartsen met een POH. In 2009 stijgt het
percentage naar 12,5%. Het aantal verwijzingen van de huisarts is in dezelfde periode echter verdubbeld. Het is aannemelijk
dat de opname in het basispakket een groter effect heeft gehad.
56 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3c. Casus eerstelijns psychologie: huisarts beïnvloed door aanbod Opname ELP in basispakket heeft aanzuigende werking op aantallen patiënten
Tussen 2008 en 2009 is het aantal
verzekerden dat 8 zittingen bij de ELP
afneemt met 372% gestegen.
Het totaal aantal verzekerden dat
gebruik maakt van de ELP stijgt tussen
2008 en 2009 met 50%.
Het totaal aantal zittingen stijgt tussen
2008 en 2009 met 17%.
De totale kostenstijging van de ELP
zorg is grotendeels te verklaren door
toename in volume.
Ook hier geldt dat geen uitspraken
mogelijk zijn over de toegevoegde
waarde van deze zorg, omdat in
Nederland tot op heden nauwelijks
uitkomsten van zorg worden
gemeten. Zie voor een verdere
poging tot analyse hiervan de casus
„depressie‟ in het rapport „Excess
Growth‟.
Bron: CVZ. Eerstelijns psychologische zorg 2006 - 2010
57 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4. Ontwikkeling kosten huisartsenzorg tussen 2000 en 2010 Als % van BBP nemen de kosten toe, als % van totale zorgkosten nemen de kosten af
Bron: CBS Statline. Totale zorgkosten excl. Tandartsen, paramedische praktijken, overige welzijnszorg (omvat onder meer instellingen voor kinderopvang,
jeugdzorg, internaten, sociaal- cultureel werk, maatschappelijk werk, opvanghuizen, asielzoekerscentra)
De kosten van de
huisartsenzorg nemen van
2000 tot 2010 68% toe (van
EUR 1504 miljoen naar
EUR 2528 miljoen).
In verhouding tot het BBP
nemen de huisartsenkosten
toe van 0,36% naar 0,43%.
In verhouding tot de totale
zorgkosten nemen de
kosten van de
huisartsenzorg af van 4,1%
naar 3,6%.
58 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4. Ontwikkeling kosten huisartsenzorg tussen 2000 en 2010 Het merendeel van de kosten ontwikkeling is te verklaren door volumestijging. De toegevoegde waarde van
het toegenomen volume in de huisartsenzorg is slechts beperkt aantoonbaar.
De toegevoegde waarde van de huisartsenzorg werd tot op heden niet gemeten, waardoor het onmogelijk was om uitspraken te
doen over de wenselijkheid van de „excess growth‟. Uit de beperkte analyses in dit rapport blijkt vooral een grote variatie in de
mate waarin huisartsen de additionele middelen weten te vertalen in hogere kwaliteit, doelmatige zorg over de gehele zorgketen
gezien.
Tussen 2000 en 2010 stijgen
de jaarlijkse kosten van de
huisartsenzorg gemiddeld met
6%.
Ongeveer 3% van deze
jaarlijkse groei is te verklaren
door loonkostenontwikkeling.
Demografie is verantwoordelijk
voor 1% van de jaarlijkse
kostentoename.
De overige 2% van de
kostenstijging kan niet worden
verklaard door loonstijgingen of
demografie. Deze component
wordt met de term „excess
growth‟ aangeduid.
Bron: KPMG Plexus. Onderzoek naar
Excess Growth. 2012.
59 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4. Ontwikkeling kosten huisartsenzorg tussen 2000 en 2010 Kosten van de huisarts nemen toe, kosten van de ziekenhuiszorg stijgen sterker
De snelste kostenstijging in de
huisartsenzorg vanaf de introductie van de
Zvw is te meten bij de consulten en
verrichtingen. Het grootste deel van deze
kostenstijging wordt verklaard door volume
toename.
Gemiddelde jaarlijkse groei van de
huisartsenkosten:
Tussen 2000 en 2005: 6%
Tussen 2006 en 2010: 3%
Tussen 2000 en 2010 stijgen de kosten van
de huisartsenzorg met 68%.
Gemiddelde jaarlijkse groei van de
ziekenhuiskosten:
Tussen 2000 en 2005: 9%
Tussen 2006 en 2010: 7%
Tussen 2000 en 2010 stijgen de kosten van
de ziekenhuiszorg met 96%. Dit is dus zowel
relatief als absoluut een aanzienlijk grotere
stijging.
Bron: CBS Statline 2011; CVZ 2011.
60 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
5. Determinanten budgettaire opbrengsten huisartsenzorg
Analyse van de huidige inrichting van de huisarts en zijn poortwachterfunctie leidt tot de volgende constateringen:
1. In het huidige bekostigingssysteem bestaan pas sinds kort beperkte prikkels tot substitutie. Een krachtige invulling van de
poortwachtersrol wordt door de bekostiging nauwelijks gestimuleerd, en op punten zelfs afgeremd.
2. Sinds de introductie van de Zvw bestaat er voor de huisarts zelf een beperkte prikkel tot productie van de verrichtingen en
consulten.
3. Indien gesteund door wet- en regelgeving kan de huisarts een effectieve poortwachterrol invullen. De casus fysiotherapie
geeft weer dat het loslaten van het poortwachterschap leidt tot hogere kosten door meer gebruik, zonder aantoonbare
toegevoegde waarde.
4. Substitutie van ziekenhuiszorg naar de huisarts heeft, in het geval van diabetes, een positief effect op de kwaliteit van
geleverde zorg.
5. Uit de beperkte analyses in dit rapport blijkt vooral een grote variatie in de mate waarin huisartsen de additionele middelen
die gedurende het laatste decennium beschikbaar zijn gekomen weten te vertalen in hogere kwaliteit, doelmatige zorg over
de gehele zorgketen. Nader onderzoek van de Vektis gegevens is noodzakelijk om deze voorlopige uitspraken te
onderbouwen.
6. Alle zorgaanbieders die „achter‟ de poortwachterfunctie van de huisarts vallen (ziekenhuis, voorheen fysiotherapie) worden
voor productie beloond. Dit maakt dat er „achter‟ de huisarts een prikkel is om vraag te belonen cq te stimuleren. Op dit
moment bestaan er een groeiend aantal bypasses die het mogelijk maken voor de achterliggende zorgaanbieders om
patiënten zonder tussenkomst van de huisarts aan te trekken.
61 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën Maak uitkomsten en kosten inzichtelijk. Koop in op resultaat
Poortwachtersrol is essentieel, maar kan veel beter.
De huisartsenzorg uitgaven zijn tussen 2000-2010 met gestegen met 68%. De ziekenhuiszorguitgaven zijn in diezelfde periode
echter met 96% gestegen. Dit laatste is zowel relatief als absoluut een aanzienlijk grotere stijging en is op termijn onhoudbaar.
Uit de analyses van dit rapport blijkt dat de poortwachtersrol van de huisarts een belangrijke rol speelt in de kwaliteit van zorg en
het gebruik van de vervolgzorg. De huidige bekostiging ondersteunt niet of nauwelijks de effectieve positionering van de huisarts
in de bewaking van totale zorgkosten. Huidige systemen belonen vooral de inspanningen en productie die wordt geleverd door de
huisarts, niet het resultaat van deze inspanningen.
Een aanpassing van de bekostiging van de huisartsenfunctie is derhalve noodzakelijk . Er dient, kort gezegd, een omslag
plaats te vinden van financiering van de inspanningen naar financiering van het resultaat. Een allereerste stap in de ontwikkeling
van resultaatgerichte bekostiging is de definitie van betekenisvolle en meetbare uitkomsten voor de huisartsenzorg. Volgens
het principe “every system is perfectly designed to achieve exactly the results it gets” (Paul Batalden) zal het de kunst zijn om
uitkomsten te definiëren die direct te relateren zijn aan het effectief vervullen van de poortwachterfunctie. Mogelijke voorbeelden
van uitkomstmetingen van de huisartsenzorg zijn:
1) De mate waarin de patiëntenpopulatie van de praktijk, na correctie voor zorgzwaarte, gebruik maakt van ziekenhuiszorg.
Zowel in kosten als aantallen te meten.
2) De mate waarin er vanuit de huisartsenpraktijk wordt doorverwezen naar vervolgzorg.
3) Het voorkomen van complicaties bij afgebakende patiëntgroepen, zoals het aantal opnames voor COPD patiënten.
Een belangrijke voorwaarde voor inkoop op resultaat is transparantie van de gedefinieerde uitkomstmaten. Naast het geven van
inzicht aan beleidsmakers en inkopers spreekt transparantie ook vaak het zelfcorrigerend vermogen van de zorgaanbieders aan.
Intrinsieke motivatie van professionals zorgt voor een drive naar goede resultaten: achterblijvers worden gemotiveerd om in de
volgende ronde beter te scoren, terwijl koplopers de druk voelen om de eerste positie te behouden.
62 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën Voorkom extra stijging van kosten achter de poortwachter
Een succesvolle versterking van de poortwachter functie zal leiden tot een hogere zelfredzaamheid van de populatie, betere
uitkomsten van zorg en minder grote vraag naar specialistische vervolgzorg. Het is de verwachting dat de daling van totale
zorgkosten met name te halen is in de tweede lijn, waar kosten relatief hoog liggen ten opzichte van eerstelijns aanbieders. Al
met al zal de populatie van een efficiënte en effectieve huisarts(enpraktijk) minder aanspraak maken op de ziekenhuiszorg.
In de huidige systematiek vergaart een ziekenhuis inkomsten op basis van productie (DBCs, in de toekomst DOT). Het wegvallen
van vraag door effectief poortwachterschap zal direct invloed hebben op de totale inkomsten van het ziekenhuis – voor het
ziekenhuis een onwenselijk, voor de maatschappij een wenselijk effect. In de ziekenhuiszorg is de prikkel aanwezig om via
andere productieroutes de inkomsten op peil te houden. De verwachting is dat dit zich kan gaan uiten in een toename van relatief
eenvoudige zorgproducten (zogenaamde substitueerbare DBCs) en het parallel openen van meerdere zorgproducten. Een
strakke monitoring van de ziekenhuiskosten en -productie is derhalve noodzakelijk om te voorkomen dat investeringen aan
de voorkant van het proces (poortwachter) via een aanzuigende werking aan de achterdeur (vervolgzorg) teniet worden gedaan.
63 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën Meetbare uitkomsten, transparantie, monitoring uitgaven vervolgzorg
Zorgvraag
Zorgvraag
Zorgvraag
Vervolg
zorg
HUISARTS ZIEKENHUISZORG
Noodzakelijke voorwaarden om in te kopen op resultaat:
1. Definieer betekenisvolle en meetbare uitkomstmaten
2. Maak uitkomsten transparant voor effectieve contractering
van zorg
3. Stimuleer en beloon de intrinsieke motivatie van
zorgprofessionals
3. Beperk de aanzuigende werking van de tweede
lijn.
Een effectieve poortwachter zal de vraag naar
vervolgzorg verlagen. Het valt te verwachten dat
het wegvallen van productie wordt opgevangen
door een verhoging van productie elders in de
vervolgzorg instelling. Om dit effect tegen te
gaan is sterke monitoring van de tweede lijns
productie noodzakelijk.
64 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Geraadpleegde literatuur
1. Barros, PP, The black box of health care expenditure growth determinants. Health Econ, 1998. 7(6): p. 533-44.
2. Delnoij, D, et al., Does general practitioner gatekeeping curb health care expenditure? J Health Serv Res Policy, 2000. 5(1): p. 22-6.
3. Escarce, JJ, et al., Medical care expenditures under gatekeeper and point-of-service arrangements. Health Serv Res, 2001. 36(6 Pt 1): p. 1037-57.
4. Ferrer, RL, S. Hambidge, and R.C. Maly, The Essential Role of Generalists in Health Care Systems. Annals of Internal Medicine, 2005. 142(8
5. Ferris, TG, et al., Leaving gatekeeping behind--effects of opening access to specialists for adults in a health maintenance organization. N Engl J Med,
2001. 345(18).
6. Giesen, P, et al., Te snel naar de huisartsenpost. Medisch Contact, 2009. 6: p. 239-242.
7. IGZ, Telefonische bereikbaarheid huisartsen nog steeds onder de maat, 2011.
8. Landelijke Huisartsen Vereniging, Position paper: Huisartsenzorg 2010-2014. Investeer nú in de huisartsenzorg, 2011,
9. Linden, M, H. Gothe, and J. Ormel, Pathways to care and psychological problems of general practice patients in a "gate keeper" and an "open access"
health care system: a comparison of Germany and the Netherlands. Soc Psychiatry Psychiatr Epidemiol, 2003. 38(12): p. 690-7.
10. Karssen, B, M. Schipper, and B. Jurling, Praktijkkosten en opbrengsten van huisartsenpraktijken. 2009
11. Macinko, J, B. Starfield, and L. Shi, The contribution of primary care systems to health outcomes within Organization for Economic Cooperation and
Development (OECD) countries, 1970-1998. Health Serv Res. , 2003. 38(3): p. 831-65.
12. NIVEL. De Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartsenpraktijk. 2004
13. NIVEL en LINH: van Dijk, CE, et al., Bekostiging van de huisartsenzorg: Eindrapportage. 2009.
14. NIVEL en LINH: Verheij, RA et al. LINH, Kerncijfers 2008, 2010.
15. NIVEL: Wiegers, T., et al., Overzichtstudies: de eerste lijn, 2011.
16. NZa, Monitor Huisartsenzorg,analyse van het nieuwe bekostigingssysteem en de marktwerking in de huisartsenzorg, 2008.
17. NZa, Monitor fysiotherapie 2006 en 2007.
18. NZa, Tariefbeschikking 2010. Kenmerk: 5000-1900-10-3.
19. Starfield, B. and L. Shi, Policy relevant determinants of health: an international perspective. Health Policy, 2002. 60: p. 201 - 218.
20. Starfield, B, L. Shi, and J. Macinko, Contribution of primary care to health systems and health. Milbank Q, 2005. 83(3): p. 457-502.
21. Starfield, B, L. Shi, and J. Macinko, Contribution of Primary Care to Health Systems and Health. Milbank Quarterly, 2005. 83(3): p. 457-502.
22. WHO. World Health Report. Primary Healthcare – Now more than ever. 2008.
23. Zentner, A, M. Velasco Garrido, and R. Busse, Do primary care physicians acting as gatekeepers really improve health outcomes and decrease costs?
A systematic review of the concept gatekeeping. Gesundheitswesen, 2010. 72(8-9): p. e38-44.
24. Zorgverzekeringswet, Artikel 14, 2006.
De HAP en SEH
als poortwachter
66 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Resultaten HAP en SEH als poortwachters
# Resultaat
1 Invulling poortwachterfunctie
De huisarts in de HAP vervult de poortwachterfunctie van de huisarts in de ANW-uren.
Als onderdeel van het ziekenhuis vervult de SEH eerder de functie van toegangspoort dan poortwachter.
2 Formele rol van de HAP en SEH in kostenbeheersing
De bekostiging van de HAP is niet ingericht op het maximaal inzetten van de poortwachterfunctie. De SEH wordt vanuit de DBC
systematiek bekostigd, en maakt financieel gezien integraal deel uit van het ziekenhuis en de medisch specialistische honoraria. Er is
daarmee geen „poortwachtersprikkel‟ - in tegendeel. Hoe meer productie, hoe meer opnames, hoe hoger de inkomsten. Er is geen
formele sturing op de kostenbeheersing vanuit de SEH.
3 Hoe effectief zijn de HAP en SEH?
De productie op zowel HAP als SEH is de afgelopen jaren toegenomen. Patiënten met een acute zorgvraag kunnen bij beide instanties
terecht. Het parallel bestaan van de HAP en SEH is voor patiënten verwarrend, en is in feite een dubbele 24/7 acute zorg infrastructuur
die beiden suboptimaal worden benut. Daarnaast zijn grote regionale verschillen waar te nemen in het aantal patiënten dat via de SEH
in de kliniek wordt opgenomen. Deze verschillen zijn niet op basis van leeftijd of inkomen te verklaren.
4 Ontwikkeling poortwachterfunctie in de afgelopen 10 jaar
De samenwerking tussen HAP en SEH staat steeds vaker op de agenda maar leidt zelden tot netto hogere kwaliteit tegen lagere
kosten, vanwege de perverse prikkels in de financiering.
5 Determinanten budgettaire opbrengsten poortwachterfunctie
In de huidige bekostigingssystematiek zijn er weinig prikkels aanwezig die de HAP (evenals de huisarts) in stelling brengen voor het
effectief uitoefenen van de poortwachterfunctie. De SEH is een onderdeel van het ziekenhuis met dezelfde productieprikkels.
6 Kansrijke en effectieve strategieën
Inrichting van één toegangspoort voor de acute zorgvraag met duidelijke poortwachtersfunctie en daarbij passende financiering.
67 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Inhoudsopgave HAP/ SEH
1. Invulling poortwachterfunctie HAP en SEH
2. De (formele) rol van de HAP en SEH in kostenbeheersing
3. Effectiviteit van de HAP en SEH als poortwachters
4. Ontwikkelingen HAP en SEH (kosten en kwaliteit) in de afgelopen tien jaar
5. Determinanten die de budgettaire opbrengsten van de HAP en SEH optimaliseren
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën om de poortwachterrol te verstevigen
68 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
1. Huidige invulling poortwachterfunctie door HAP en SEH Binnen het analytisch kader vervullen de HAP en SEH alle rollen van een poortwachter. De SEH fungeert
echter eerder als „toegangspoort‟ dan „poortwachter‟.
De huisarts in de HAP beantwoordt de acute
zorgvraag van de patiënt aan de huisarts buiten
reguliere praktijktijden. De invulling van het
poortwachterschap van de HAP is gelijk aan die
van de huisarts. Ongeveer 90% van de
Nederlandse huisartsen is aangesloten bij een
HAP.
De SEH wordt ook vaak genoemd als poortwachter
van de ziekenhuiszorg. Hoewel de SEH alle
genoemde taken van een poortwachter uitvoert
(van toegankelijkheid tot behandeling/verwijzing)
wordt ze in dit onderzoek verder niet als
„poortwachter‟ bestempeld. In de
bekostigingssystematiek is de SEH namelijk niet te
onderscheiden van het achterliggende ziekenhuis:
beide worden betaald op basis van geproduceerde
DBCs. Bovendien is sinds 2008 geen onderscheid
meer te maken in de DBCs voor de acute zorg op
de SEH of de DBCs voor „reguliere‟ zorg. De
vervlechting van SEH en ziekenhuis maakt dat de
SEH zelf onderdeel is van de vervolgzorg en
derhalve eerder als „toegangspoort‟ dan als
„poortwachter‟ functioneert. Voor de financiële
positie van een ziekenhuis en/of specialisten zijn
de inkomsten van de SEH in veel gevallen van
levensbelang.
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen
Behandelen
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
Bereikbaar en
beschikbaar
voor zorgvraag
populatie
Taken
Toegankelij
k
HAP
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
SEH
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
69 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
2a. Formele rol van HAP in kostenbeheersing De financiering van de HAP is voor een groot deel niet gerelateerd aan volume of kwaliteit. Formeel heeft de
HAP geen rol in kostenbeheersing van de (vervolg)zorg.
Tot 110% van het beschikbare bedrag is te verkrijgen door
afspraken over kwaliteit te maken. Deze zijn per HDS
(huisartsendienstenstructuur) af te spreken met de
zorgverzekeraar.
De plusmodule is bedoeld voor het realiseren van kwalitatieve
verbeteringen. In de beleidsregel staat expliciet dat de
plusmodule kan worden ingezet om substitutie van zorg van de
tweede naar eerste lijn te stimuleren.
Ongeveer 12% van het budget is volume gerelateerd.
Een HDS met een zorgconsumptie van (meer dan) 27
consulteenheden per 100 inwoners komt in aanmerking voor de
maximale module zorgconsumptie.
70 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
2b. Formele rol van SEH in kostenbeheersing De SEH valt onder de DBC systematiek, waardoor er prikkels zijn tot productie wat juist de kosten van zorg
opdrijft.
De productfinanciering van de zorg maakt dat de bekostiging
van de SEH geheel volume gestuurd is*. Deze volumeprikkel is
voor het ziekenhuis sterker in het B segment dan het A
segment. De financiële prikkel voor de medisch specialist is
even groot in het A als in het B segment.
* Voor een aantal SEH‟s geldt een niet-volume gebonden
beschikbaarheidstoeslag. Deze is buiten beschouwing gelaten.
71 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de HAP als poortwachter Schematische weergave patiëntenstroom HAP en SEH
Legenda
Bypass poortwachterfunctie
Onderstaand schema geeft de positionering van de HAP als poortwachter weer. De RAV (Regionaal Ambulance Vervoer)
speelt ook een rol in de acute zorgketen. In dit onderzoek is de RAV buiten beschouwing gelaten. Op de volgende pagina‟s
worden de aangegeven „bypasses‟ nader toegelicht.
HAP
Patiënt
SEH Ziekenhuis
Huisarts
zelfverwijzing
zelfverwijzing
Huidige situatie
In 2010 bestaan er in Nederland 128 HAPs en 105 SEHs. In 76
gevallen is er sprake van co-locatie van de HAP en SEH op het
terrein van het ziekenhuis .
Bron: VHN
72 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van de HAP als poortwachter De aanwezigheid van bypasses bemoeilijkt de rol van de HAP als poortwachter
In het huidige stelsel bestaat er een aantal bypasses die de functie van de HAP/huisarts als poortwachter ondermijnen:
Bypass 2: Zelfverwijzing naar medisch specialist
mogelijk
Doordat het mogelijk is dat een patiënt direct toegang
heeft tot de SEH via een zelfverwijzing worden hier ook
vaak laagcomplexe patiënten gezien die naar de
(goedkopere) HAP of huisarts hadden gekund. De HAP
kan hier geen invloed op uitoefenen.
Bypass 3: Er zijn financiële prikkels die
doorverwijzing van SEH naar ziekenhuis stimuleren
Binnen de ziekenhuiszorg is de financiering gericht op
productie (via DBCs). Dit heeft een volume-opdrijvend
effect. Indien de patiënt zonder tussenkomst van de
huisarts bij het ziekenhuis belandt (bijvoorbeeld via de
SEH), is het (ook bij de laagcomplexe zorgvraag) alsnog
aantrekkelijk om de patiënt te behandelen. De huisarts of
HAP kan in dit geval geen poortwachter functie
uitoefenen.
“Ik behandel de patiënt altijd, ook al is het een
huisartsenvraag” (citaat SEH-arts)
HAP
Patiënt
SEH Ziekenhuis
Huisarts
Bypass 1: Niet evident voor patiënt waar men met de acute
zorgvraag het beste terecht kan.
De beoordeling van de aard van de klacht (complex of
laagcomplex) is niet goed door de patiënt zelf te maken.
Bovendien is er een zekere mate van „consumentengedrag‟ bij
patiënten. Dit resulteert in veel laagcomplexe patiënten op de
(duurdere) SEH.
Van de zelfverwijzers op de SEH heeft 50% tot 80% een
„huisartsenklacht‟.
Bron: Giessen, P., et al., Patients either contacting a general practice cooperative or
accident and emergency department out-of-hours: a comparison. Emergency
Medicine Journal, 2006. 23: p. 731-4
3
2
1
73 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
0
20
40
60
80
100
120
140
160
180
200
gemeente
Aantal klinische opnames via SEH per gemeente per 1.000 inwoners (2007)
3. Effectiviteit van de SEH als poortwachter Grote regionale verschillen in de effectiviteit van keten acute zorg. Resultaten analyse DIS 2007.
Onderstaand schema geeft de verschillen in aantal opnames die via de SEH verlopen per 1.000 inwoners weer per gemeente
(obv gemeente indeling 2007). De cijfers zijn voor leeftijd en SES gecorrigeerd. Er bestaan tussen gemeentes grote verschillen in
de opnamegraad via de SEH. Tussen het 25ste en 75ste percentiel is 34% verschil in kans om via de SEH te worden opgenomen.
Een tentatieve conclusie is dat de invulling van de acute zorgketen verschilt tussen regio‟s. Belangrijke kanttekening bij deze
conclusie is de beperkte aanwezigheid van gegevens. Analyse van SEH-DBCs is enkel mogelijk voor de jaren 2007 en 2008. Er
valt derhalve weinig over trends te constateren.
Bron: DIS 2007.
74 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4. Ontwikkeling kosten HAP tussen 2000 en 2010 Uitgaven aan ANW diensten zijn sinds de introductie van de Zvw in 2006 jaarlijks met 4% toegenomen
Sinds de introductie van de Zvw in 2006 zijn de kosten van de avond- nacht en weekend uren van de huisartsenzorg (de HAP)
jaarlijks met 4% gestegen. Als percentage van totale zorgkosten zijn de kosten van de HAP na 2006 licht gedaald. De kosten van
de SEH zijn niet separaat in beeld te brengen.
Bron: CVZ zorgcijfers 2000 - 2010
75 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4. Ontwikkeling kosten HAP tussen 2000 en 2010 Productie van de HAP stijgt parallel aan toename behandelingen op de SEH tussen 2005 en 2010
Bronnen:
VHN voor gebruik HAP
LIS voor gebruik SEH (cijfers gebaseerd op enquêtes)
0
5.000
10.000
15.000
20.000
25.000
30.000
2005 2006 2007 2008 2009 2010
Overzicht producties HAP en SEH tussen 2005 en 2010
Totaal aantal verrichtingen HAP per 100.000 inwoners
SEH behandelingen per 100.000 inwoners
CAGR: 6%
CAGR: 4%
Zowel op de HAP als
op de SEH is er
sprake van een
toenemende
productie van
minimaal 4% per jaar.
De groei van
productie op de HAP
lijkt geen remmende
werking uit te oefenen
op de benutting van
de SEH.
76 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
5. Determinanten budgettaire opbrengsten HAP en SEH
Analyse van de huidige inrichting van de HAP en SEH in de poortwachterfunctie leidt tot de volgende constateringen:
1. In het huidige bekostigingssysteem bestaan er weinig prikkels om verwijsgedrag of resultaten van huisartsen in de HAP te
beïnvloeden.
2. De bekostiging van de SEH is vervlochten met die van het achterliggende ziekenhuis. De SEH wordt hierdoor, net als de
ziekenhuiszorg, gestimuleerd tot productie en is geen poortwachter maar een toegangspoort voor de zorg. Patiënten die
zich aanmelden met een „oneigenlijke‟ zorgvraag worden niet weggestuurd, maar in behandeling genomen.
3. In het huidige systeem wordt dubbele infrastructuur voor de basis spoedeisende hulpvraag gefinancierd: deze kan zowel op
de HAP als de SEH terecht. De productiestijgingen van de afgelopen jaren worden zowel in de eerste als tweede lijn (tegen
hogere tarieven) gefinancierd.
4. De mogelijkheid van zelfverwijzers om direct toegang te krijgen tot de SEH en medisch specialistische hulp vormen een
bypass op de poortwachterfunctie van de HAP (in ANW uren) en huisarts (overdag).
77 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën: Creëer één poortwachter
voor de basis acute zorgvraag Één toegang voor de behandeling van basis spoed
Ambulancezorg
Spoedeisende basiszorg
Ze
lfve
rwijz
ing
Spoedeisende specialistische zorg
(Bijv. trauma, CVA, AMI, etc.)
Functies spoedeisende basiszorg:
1. Triageren (urgentiebepaling en vervolgtraject indiceren)
2. Stabiliseren (en vervoer)
3. Behandeling laag-complexe spoedeisende zorg
Toekomst:
Spoedeisende basis zorg geleverd door eenheid die
bestaat uit wat nu HAP/SEH is (bijvoorbeeld een HAP+).
Onderscheid HAP/SEH steeds minder relevant: juiste
bekostiging cruciaal, evenals scheiding bekostiging
poortwachter en vervolgzorg.
Thuissituatie
78 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën: één toegangspoort spoed Noodzakelijke is het doorzetten van de HAP/SEH integratie en het realiseren van transparantie voor de basis
spoed voorziening
De voordelen van het instellen van één toegangspoort voor de spoedzorg (zie vorige pagina) zijn als volgt:
1. Meer duidelijkheid voor patiënt: Het is niet langer onduidelijk waar de patiënt zich moet melden met een acute zorgvraag.
2. Ontdubbeling zorg: Er bestaan niet langer twee parallelle infrastructuren die beide dezelfde acute zorgvraag kunnen
beantwoorden.
3. Hogere kwaliteit tegen lagere kosten: De laagcomplexe zorgvraag wordt opgevangen en getriëerd voordat deze bij de
duurdere complexe acute zorgvoorziening (SEH/ziekenhuis) belandt. Door integratie van de HAP en SEH is er jaarlijks tot
EUR 125 miljoen te besparen volgens een business case van de VHN (Business case. Substitutie van zorg voor
zelfverwijzers van SEH naar Huisartsenpost. VHN, 2012).
Net als in het vorige hoofdstuk geldt dat een slimme inrichting hiervan substantiële reductie van de groei van de zorgkosten kan
bewerkstellingen. Ook hiervoor geldt dat een adequate bekostiging noodzakelijk is, net als transparantie van de gerealiseerde
waarde van zorg (aantal zelfstandig afgehandelde zorgvragen, aantal verwijzingen, aantal patiënten dat enkele dagen later
alsnog opgenomen wordt etc). Het meten van deze toegevoegde waarde is goed mogelijk, maar vereist verbetering van de data-
infrastructuur van de betrokken instellingen.
Een integrale HAP/SEH voorziening kan in het ziekenhuis zijn ondergebracht, maar dient separaat te worden bekostigd en
gecontracteerd om de mogelijke kostenreductie te realiseren met behoud van kwaliteit.
79 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Geraadpleegde literatuur
1. Giesen, P, et al., Hoe urgent is de gepresenteerde morbiditeit op de Centrale Huisartsenpost? Huisarts en wetenschap, 2005. 48(5): p. 207-210.
2. Giesen, P, et al., Patients either contacting a general practice cooperative or accident and emergency department out-of-hours: a comparison.
Emergency Medicine Journal, 2006. 23: p. 731-4.
3. Giesen, P, et al., Te snel naar de huisartsenpost. Medisch Contact, 2009. 6: p. 239-242.
4. Huisarts en wetenschap. Patiëntcontacten op de huisartsenpost. 54 (1), januari 2011.
5. Jaarsma-van Leeuwen, I, et al., Patiënten zonder verwijzing op de afdeling spoedeisende hulp: patiëntenkarakteristieken en motieven.
NederlandsTijdschrijft voor Geneeskunde, 2000. 144(9): p. 428-31.
6. Marleen Smits, Jan Koetsenruijter, and P. Giesen, Vervolgcontacten na bezoek aan de HAP. Huisarts en wetenschap, 2012. 55(1): p. 39-39.
7. Moll van Charante, E, v. Steenwijk-Opdam, and B. PJE, Out-of-hours demand for GP care and emergency services: patients choices and referrals by
general practitioners and ambulance services. BMC Family Practice, 2007. 8(46).
8. NVSHA. Position paper SEH-arts, 2006
9. NZa, Uitvoeringstoets Met spoed! Advies over verbetering van de regulering van acute zorg, 2008.
10. NVZ. Visie op acute zorg, 2008.
11. RIVM. Bereikbaarheidsanalyse 2011.
12. van Uden, C, et al., Use of out of hours services: a comparison between two organisations. Emergency Medicine Journal, 2003. 20: p. 184-7.
13. van Vugt, C and E. van der Sterren, Handboek samenwerking HAP + SEH, 2010.VHN: Utrecht.
14. Vermue, N, P. Giesen, and AMJ. Huibers, Samenwerking tussen huisartsenposten en spoedeisende hulp: huidige situatie en toekomstplannen van
huisartsenposten in Nederland, 2008, IQ healthcare: Nijmegen.
15. VHN. Zekerheid en perspectief: Toekomstvisie Huisartsenposten 2011-2015, 2011,
16. VHN. Businesscase. Substitutie van zorg voor zelfverwijzers van SEH naar Huisartsenpost, januari 2012.
17. VHN en IQ Healthcare. Samenwerking huisartsenposten en spoedeisende hulp (SEH), 2011.
18. VHN. Benchmarkbulletin 2009.
19. Wiegers, T, et al., Overzichtstudies: de eerste lijn, 2011, NIVEL.
Het CIZ als
poortwachter
81 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Resultaten CIZ als poortwachter van de AWBZ
# Resultaat
1 Invulling poortwachterfunctie
Het CIZ vervult een deel van de taken die de poortwachters in de Zvw vervullen: ze beoordeelt de zorgvraag en stelt op onafhankelijke
wijze vast welke zorg nodig is via het afgeven van een indicatie. Het CIZ speelt formeel geen rol in de verwijzing of behandeling van de
cliënt.
2 Formele rol van de CIZ in kostenbeheersing
Het CIZ heeft als functie het beoordelen van het recht op AWBZ-zorg. Er is geen formele rol in kostenbeheersing bij het CIZ belegd
(m.u.v. de interne bedrijfsvoering).
3 Hoe effectief is het CIZ?
Het CIZ heeft de afgelopen jaren een aantal efficiëntieslagen doorgevoerd in het indicatieproces. Als gevolg van deze efficiëntieslag is
men met minder personeel meer gaan produceren (afgegeven indicatiebesluiten). Tussen 12% en 17% van de aanvragen voor een
indicatie worden in het indicatieproces van het CIZ niet toegekend: dit kan worden gezien als een maat voor de filter op „oneigenlijk‟
gebruik. (In hoeverre dit ook daadwerkelijk zo is kan niet worden beoordeeld zonder aanvullende analyse).
4 Ontwikkeling poortwachterfunctie in de afgelopen 10 jaar
De afgelopen 10 jaar zijn er meerdere pakketwijzigingen geweest in de AWBZ. Een deel van de zorg is overgeheveld naar de Zvw en
WMO, met plannen voor verdere overhevelingen in de nabije toekomst. Deze dynamiek maakt een separate analyse van de
poortwachterfunctie van het CIZ moeizaam. Duidelijk is dat het CIZ steeds minder als „poortwachter‟ kan worden gezien, omdat steeds
meer taken aan andere partijen worden gedelegeerd of overgedragen.
5 Determinanten budgettaire opbrengsten poortwachterfunctie
Het CIZ heeft geen budgettaire opbrengsten, omdat het CIZ geen invloed heeft op het budget en daarmee op de uitgaven. Het CIZ kan
door haar indicatiestelling hoogstens invloed hebben op de mate waarin het totale volume aan indicaties „te hoog‟ of „te laag‟ is voor het
beschikbare budget.
6 Kansrijke en effectieve strategieën
Inrichting van een Basiszorg voorziening, waarin huisarts en thuiszorg nauw samenwerken als poortwachters voor de (Zvw en AWBZ)
vervolgzorg. Op dit moment ontbreekt het in de AWBZ aan een eenduidige poortwachter die zelfstandig zorgvragen kan afhandelen en
gericht is op het zelfstandig en in de eigen omgeving houden van de cliënt. Het CIZ kan daarmee feitelijk niet als poortwachter worden
gezien. In hoeverre extra investeringen nodig zijn om de Basiszorg voorziening adequaat in te richten dient nader te worden
onderzocht.
82 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Inhoudsopgave CIZ
1. Invulling poortwachterfunctie CIZ
2. De (formele) rol van het CIZ in kostenbeheersing
3. Effectiviteit van het CIZ als poortwachter
4. Ontwikkelingen CIZ (kosten en kwaliteit) in de afgelopen tien jaar
5. Determinanten die de budgettaire opbrengsten van het CIZ optimaliseren
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën om de poortwachterrol te verstevigen
83 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
1. Huidige invulling poortwachterfunctie door CIZ Binnen het analytisch kader vervult CIZ enkel de rol van indicatiesteller
De rol van het CIZ is in 2005 in het leven geroepen voor een
onafhankelijke indicatiestelling voor de AWBZ. Binnen het
analytisch kader van de poortwachter heeft het CIZ geen
functie in het a) toegankelijk zijn voor de zorgvraag van de
populatie en b) het verwijzen en/of behandelen van de
laagcomplexe zorgvraag. Bij de oprichting van de Regionale
Indicatie Organen (RIOs) en later het CIZ is dit destijds een
bewuste en gewenste beleidskeuze geweest. Het stellen van
de indicatie (ofwel het vaststellen van de aanspraak op de
AWBZ) geschiedt in samenhang met zorgaanbieders en
cliënten. Een groot deel van de aangereikte indicaties vanuit
het zorgveld toetst het CIZ achteraf. Dit is het geval voor de
herindicaties en de standaard indicatieprotocollen (SIPs).
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen
Behandelen
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
Bereikbaar en
beschikbaar
voor zorgvraag
populatie
Taken
Toegankelij
k
CIZ
Nee
Ja (i.c.m.
zorgverleners)
Ja
Nee
Nee
Vaststellen recht
op AWBZ
Ten opzichte van het indicatieproces zit er in de AWBZ nog
een stap tussen. Na het beoordelen van de zorgvraag en het
vaststellen van de benodigde zorg is het de rol van het CIZ om
vast te stellen welk deel van de benodigde zorg onder de
aanspraak van de AWBZ valt .
84 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
2. Formele rol van CIZ in kostenbeheersing Het CIZ voert een rol uit in objectieve indicatiestelling en stuurt niet op doelmatigheid van aanbod of totale
zorgkosten
Matching
tussen aanbod
en vraag
Zorgaanbieder
CIZ
Zorgaanbieder
Vaststellen
zorgvraag
Vaststellen
zorgbehoefte
Vaststellen
aanspraak op
AWBZ Zorgaanbod
Belangrijkste taken van het CIZ:
1. Objectiveren van de zorgbehoefte
2. Onafhankelijk beoordelen recht op AWBZ-zorg (vaststellen aanspraak)
3. Vertaling van beleid naar landelijke indicatieregels
4. Gegevensverzameling
5. Behandelen beroep en bezwaar
Bron: Interview CIZ
Zorgkantoor Zorgkantoor
Budget
85 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
2. Formele rol van CIZ in kostenbeheersing Binnen de AWBZ is er sprake van twee sturingssystemen: aan de voorkant via indicatiestelling en aan de
achterkant via budgettering van het zorgaanbod
Het CIZ heeft een rol in
het indicatiebesluit, niet in
de kostenbeheersing of
doelmatigheid van de
geleverde zorg.
Cliënten kunnen ook zelf
rechtstreeks bij het CIZ
een indicatieaanvraag
indienen (bijvoorbeeld
voor aanvraag PGB).
Voor AWBZ-zorg voor
jeugdigen tot 18 jaar, geeft
Bureau Jeugdzorg (BJZ)
de indicaties af. De rol van
BJZ is in dit onderzoek
buiten beschouwing
gelaten.
Schematische weergave beleidskader indicatiestelling en bekostiging AWBZ
86 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
2. Formele rol van CIZ in kostenbeheersing De inkomsten van het CIZ zijn gebudgetteerd. De positionering van het CIZ maakt dat zij geen formele rol
heeft in kostenbeheersing van de AWBZ, wel in het beperken van wachtlijsten.
Kostenbeheersing, doelmatigheid en kwaliteit van de AWBZ ligt buiten invloedsfeer van CIZ
De inkomsten van het CIZ zijn gebudgetteerd. Zo bedroeg de hoogte van het CIZ budget in 2010 EUR 187 miljoen. Met het
beschikbare budget wordt het CIZ geacht de onafhankelijke indicatiestelling en toetsing van indicaties te verzorgen. Het
indicatieproces van het CIZ staat los van het bestaande zorgaanbod. Het CIZ heeft derhalve geen invloed op de doelmatigheid of
kwaliteit van de geleverde AWBZ zorg.
Ook in de totale kostenbeheersing van de AWBZ speelt het CIZ geen rol. De instellingen die AWBZ zorg verlenen worden op hun
beurt, evenals het CIZ, bekostigd via budgetten. De hoogte van het budget verandert niet naarmate het CIZ meer of minder
indiceert. De „spend‟ in de AWBZ staat hierdoor los van de inspanningen van het CIZ.
Het bekostigingsmodel van de AWBZ stimuleert aanbieders niet tot ‘ontzorging’ van cliënten
De budgetten van de AWBZ zorgverleners zijn gelinkt aan een systeem van prestatiebekostiging met vastgestelde maximum uur-
en dag(deel)tarieven. Door middel van declaraties op basis van geleverde prestaties wordt het budget van de zorgverlener
gevuld. Overschrijdingen van voorafgestelde productieafspraken worden middels een nacalculatie verrekend. De prikkel in het
systeem van prestatiebekostiging is gericht op het vol declareren van beschikbare productieafspraken. Zorgverleners (zowel in-
als extramuraal) hebben geen baat bij het „uit zorg houden‟ van de geïndiceerde cliënt.
Het CIZ speelt een beperkte rol in de beheersing van wachtlijsten
Het systeem van indicatiestelling legt geen beperkingen op het aantal indicaties dat jaarlijks wordt afgegeven. Op de hoogte van
het aanbod wordt echter, via het systeem van budgettering en productieafspraken, wél gestuurd. Het resultaat van de mogelijke
mismatch tussen vraag en aanbod is het ontstaan van wachtlijsten. Door strak te sturen op de aanspraak heeft het CIZ een rol in
het voorkomen van onrechtmatige claims op AWBZ zorg en het onnodig oplopen van wachtlijsten. Het ontstaan van de
wachtlijsten an sich kan het CIZ vanuit haar positie niet voorkomen: als de aanspraak op de AWBZ rechtmatig is, wordt deze
door het CIZ toegekend, ongeacht de beschikbaarheid van een passend aanbod.
87 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van het CIZ als poortwachter Schematische weergave patiëntenstroom in de AWBZ
Onderstaand schema geeft de positionering van het CIZ als „poortwachter‟ weer in het
zorglandschap van de AWBZ. Op de volgende pagina‟s worden de aangegeven „bypasses‟
nader toegelicht.
Legenda
Bypass poortwachterfunctie
CIZ Cliënt
ZIN
(Zorginstelling)
Zorgaanbieder
initiële zorg
Zorgvraag/
zorgaanbod Zorgbehoefte
Cliënt
Cliënt
Indicatie niet
verzilverd PGB
Indicatie aanvraag
Toetsen
Zorgkantoor
88 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Bypass 3: Juistheid indicaties moeilijk te
controleren. Geen invloed op de verzilveringsgraad
van de indicatie.
Na toekenning van de indicatie vindt er geen
terugkoppeling plaats tussen de zorginstelling en het
CIZ. Dit maakt controle op de kwaliteit /gepastheid van
de gestelde indicatie moeilijk. Ook wanneer
terugkoppeling wel plaats zou vinden blijft een deel van
de geïndiceerde zorg buiten beschouwing doordat het
mogelijk is PGB‟s buiten de zorginstellingen om te
verzilveren.
3. Effectiviteit van het CIZ als poortwachter De positionering van het CIZ binnen de AWBZ alsmede de aanwezigheid van diverse bypasses maakt dat er
nauwelijks sprake kan zijn van een effectieve poortwachterfunctie van het CIZ.
CIZ Cliënt
ZIN
(Zorginstelling)
Zorgaanbieder
initiële zorg
Cliënt
Cliënt
PGB
Bypass 1: Rechstreekse levering zorg
Een aantal recente maatregelen bevordert de rechtstreekse
toegang tot zorg zonder tussenkomst van het CIZ. Voorbeelden:
melding 80-plussers, verval noodzaak (her)indicatie voor
zintuigelijk gehandicapten.
Bypass 4: Aanbod van zorg ligt buiten
invloedssfeer van CIZ
Het CIZ heeft geen invloed op het aanbod van zorg.
Deze wordt grotendeels door budgettering via het
zorgkantoor bepaald. De kans bestaat dat vraag en
aanbod in dit proces niet gelijk zijn. Het gevolg
hiervan zijn wachtlijsten en cliënten met een (deels)
resterende zorgvraag.
1
3
4
2
Bypass 2: Non indicaties
Non indicaties komen voort uit het feit dat voor het bestaan van
het CIZ als poortwachter van de AWBZ de huisarts ook recht tot
indicatiestelling had. Tussen 2005 en 2010 bestaat 1,2% - 4,8%
van de indicaties uit gelegitimeerde non-indicaties.
89 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3. Effectiviteit van het CIZ als poortwachter In 10 jaar tijd stijgen de uitgaven aan de AWBZ met 67`%. Tegelijkertijd nemen wachtlijsten niet af.
Op macroniveau zijn de uitgaven aan de AWBZ de
afgelopen 10 jaar toegenomen. De invloed van
demografie, prijsontwikkeling, en beleid op de
uitgaven van de AWBZ wordt in nader detail
verkend in de KPMG Plexus rapportage “Onderzoek
Excess Growth” (2012).
Nadere bestudering van de wachtlijst problematiek
laat zien dat de inzet van wachtlijst middelen tussen
2000 en 2003 uiteindelijk de ontwikkeling van
hogere wachtlijsten niet heeft kunnen stoppen. Ook
het CIZ heeft hier op macroniveau geen toonbaar
remmende invloed op uitgeoefend.
0
5000
10000
15000
20000
25000
30000
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Lo
pe
nd
e p
rijz
en
(m
ln e
uro
)
Overige Verstrekkers van ouderenzorg
Verstrekkers van gehandicaptenzorg Verstrekkers van geestelijke gezondheidszorg
Ziekenhuizen, specialistenpraktijken
Bronnen:
Cijfers wachtlijsten: CVZ Landelijke wachtlijstrapportage
AWBZ: peildatum 1 januari 2007
Cijfers kosten: CBS
0
20000
40000
60000
80000
100000
120000
2003 2005 2007
Aantal wachtende cliënten
CAGR:
12%
CAGR:
5%
90 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3a. Casus dementie: hoe is er in het verleden geïndiceerd? Er bestaan grote regionale verschillen in het aantal toegekende indicaties met een grondslag voor “PG 65 jaar
en ouder”
Onderstaande grafiek toont het aantal positieve indicatiebesluiten naar zorgkantoor regio voor de grondslag “PG 65 jaar en
ouder” (psychogeriatrie) op peildatum 1-1-2011. Een analyse van de cijfers wijst aan dat er sprake is van 20% verschil in het
voorkomen van deze grondslag tussen zorgkantoor regio‟s in het 25ste en 75ste percentiel. Het is niet aannemelijk dat dementie
20% vaker voorkomt in bepaalde zorgkantoor regio‟s. Doordat het CIZ zich grotendeels baseert op aangereikte grondslagen van
de zorgaanbieders is het geconstateerde verschil niet enkel terug te leiden naar functioneren van het CIZ. Deels begint het
verschil al bij de aanmelding voor een indicatie. Daarnaast kan er vervuiling optreden in regio‟s waar die vergelijkbare
dementiezorg leveren via GGZ DBCs.
In hoeverre de spreiding in grondslag ook daadwerkelijk een spreiding in kosten weerspiegelt is op basis van CIZ data alleen niet
aan te tonen. Om deze vervolganalyse te maken zijn kostengegevens op zorgkantoor niveau noodzakelijk.
Bron: Cijfers verkregen van het CIZ (kwartalen 2010 en 2011).
20% verschil tussen 25ste
en 75ste percentiel
91 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
3b. Casus VG: hoe is er in het verleden geïndiceerd? Er bestaan grote regionale verschillen in het aantal toegekende indicaties met een grondslag voor “VG 0 tot17
jaar”
Onderstaande grafiek toont het aantal positieve indicatiebesluiten naar zorgkantoor regio voor de grondslag “VG 17 jaar en
jonger” (verstandelijk gehandicapt) op peildatum 1-1-2011. De regionale verschillen in aantal toegekende indicaties voor de
grondslag “VG 0 tot 17 jaar” zijn vele malen groter dan voor de grondslag “PG 65 jaar en ouder”. In regio‟s in het 75ste percentiel
is de grondslag zelfs vier keer vaker toegekend dan in regio‟s in het 25ste percentiel. Deels zijn de verschillen tussen regio‟s te
verklaren door de tendens van cliënten met een levenslange zorgbehoefte om dicht bij het aanbod te wonen. Het is niet
aannemelijk dat clustering rondom het aanbod leidt tot vier keer meer verstandelijk gehandicapten in bepaalde zorgkantoor
regio‟s. Wederom zijn de verschillen niet op eenduidige wijze te herleiden naar functioneren van het CIZ maar betreft het een
weerspiegeling van de verschillen van alle spelers in het AWBZ indicatieproces, beginnend bij de cliënt en zorgaanbieder en
eindigend bij het CIZ.
In hoeverre de spreiding in grondslag ook daadwerkelijk een spreiding in kosten weerspiegelt is op basis van CIZ data alleen niet
aan te tonen. Om deze vervolganalyse te maken zijn kostengegevens op zorgkantoor niveau noodzakelijk.
Bron: Cijfers verkregen van het CIZ (kwartalen 2010 en 2011).
200% verschil tussen 25ste
en 75ste percentiel
92 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
2000
2004
Inzet wachtlijstmiddelen (2000 – 2003).
Extra zorg lichamelijk verstandelijk
gehandicapten (LVG) met sterke
gedragsstoornis.
Modernisering AWBZ: extramuralisatie en
invoer PGB.
Introductie „functionele omschrijvingen‟.
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
(WMO) treedt in werking.
Invoer zorgzwaartepakketten (ZZP).
4a. Ontwikkeling AWBZ tussen 2000 en 2010 Het CIZ wordt in 2005 opgericht. Sindsdien zijn er veel maatregelen en wijzigingen geweest in de AWBZ. De
hoeveelheid pakketwijzigingen maakt het lastig de effectiviteit van het CIZ te beoordelen.
2003
AWBZ-brede beleidsregel extramurale zorg:
verruiming aanbod.
Oprichting CIZ.
Verruiming van de indicatie (IQ-norm) voor
VG-zorg.
2005
2012: Minder regels voor zorginstellingen via het
experiment “regelarme instellingen”.
Vereenvoudiging AWBZ indicaties door middel
van : (1) hogere inzet zorgaanbieders; (2)
digitaal aanvragen;
2007
2009
2011
2010
Komende
maat-
regelen
Pakketmaatregel begeleiding.
Invoer zorgzwaartebekostiging.
Invoer 80-plus regeling.
Zintuigelijk gehandicapten hebben geen
(her)indicatiebesluit meer nodig.
Onbepaalde geldigheidsduur palliatieve zorg.
Maximale geldigheidsduur indicaties van 5 naar
15 jaar.
2012: Inperking aanspraak op PGB.
2013: Verlaging IQ-norm voor VG-zorg.
2013: Uitvoer AWBZ voor eigen verzekerden.
2014: Overheveling extramurale begeleiding van
AWBZ naar WMO.
2014: Scheiden wonen en zorg.
Overige
plannen
Overheveling geneeskundige Geestelijke
gezondheidszorg naar de Zvw.
Langdurige zorg blijft achter in de AWBZ.
2008
Bron: min. VWS
93 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4b. Ontwikkeling kosten CIZ tussen 2000 en 2010 Vanaf 2009 worden door het kabinet forse besparingsmaatregelen ingezet op het budget van het CIZ
In 2009 geeft het kabinet CIZ de opdracht €25
miljoen te besparen tot 2012. Daarnaast dient het
aantal werkzame fte ultimo 2011 te zijn
gereduceerd met 418 fte.
Tussen 2009 en 2010 wordt het personeel
teruggebracht van 2220 fte naar 1854 fte.
Tegelijkertijd dalen de inkomsten (budget) van het
CIZ van € 221 miljoen naar €187 miljoen.
Bronnen:
CIZ jaarverslagen 2008 t/m 2010
Min. VWS. Kamerstuk “Bouwen aan vertrouwen;
toekomstvisie indicatiestelling AWBZ en CIZ”. 5 november
2009
94 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4c. Ontwikkeling CIZ tussen 2000 en 2010 Een sneller indicatieproces. Het CIZ vangt 12% tot 17% onrechtmatige aanvragen af.
Het aantal aanvragen neemt tussen 2008 en 2010
met 7,7% toe (van 985.540 naar 1.062.204
aanvragen).Het percentage afgewezen of
afgebroken aanvragen neemt tussen 2008 en 2010
toe van 12% naar 17%.
Het percentage indicatieprocedures dat langer duurt
dan 4 weken neemt tussen 2008 en 2010 af van
16% naar 9%. Ook het percentage van de
procedures dat langer dan 6 weken duurt neemt af:
van 25% naar 21%. Voor 2011 geeft het CIZ aan dat
dit percentage verder is afgenomen tot 2%.
Bron: CIZ jaarverslagen 2008 t/m 2010. Interview CIZ.
95 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4c. Ontwikkeling CIZ tussen 2000 en 2010 Toenemende graad standaardisatie van protocollen en indicatiebesluiten
Bron: CIZ. Trendrapportage 2009.
In 2005 wordt het CIZ opgericht. De 101 regionale
indicatieorganen (RIO’s) zijn weggehaald bij de
gemeenten en zetten het bestaan voort als lokale
vestigingen van het CIZ. Een van de basisgedachten
is het stimuleren van landelijke, eenduidige
indicatieprotocollen.
Een groot deel van de behandelde vragen betreft
herindicaties voor reeds bestaande cliënten. Tussen
2008 en 2010 stijgt het percentage herindicaties van
73% naar 82%.
Het CIZ werkt aan standaardisatie van
indicatieprotocollen. In 2009 is 19% van de indicatie
protocollen gestandaardiseerd (SIPs). Het CIZ toetst
achteraf steekproefsgewijs.
96 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
4d. Blik op de toekomst: welke rol speelt het CIZ? Toekomstige maatregelen van het kabinet veelal ingericht op aanpassingen AWBZ pakket en verschuiving
indicatietaak
De komende jaren is het beleid van het Ministerie van VWS onder andere gericht op overhevelingen van de AWBZ naar de
WMO. Deze pakketwijzigingen verkleinen de rol van het CIZ als indicerend orgaan.
Jaar Maatregel/beleid Effect op rol CIZ
2011 Invoer 80-plus regeling. Personen van 80 jaar en ouder kunnen
kunnen zich rechtstreeks bij een aanbieder, zonder indicatie van het
CIZ
↓ Geen rol meer voor CIZ in indicatieproces. Wel nog voor
monitoring.
2011 Zintuigelijk gehandicapten hoeven geen (her)indicatiebesluit meer
aan te vragen.
↓ Vermindering taken CIZ; minder indicatieaanvragen.
2011 Onbepaalde geldigheidsduur palliatieve zorg. -
2011 Maximale geldigheidsduur indicaties van 5 naar 15 jaar ↓ Vermindering taken CIZ; minder herindicaties noodzakelijk
2012 Minder regels voor zorginstellingen via het experiment “regelarme
instellingen”. Vereenvoudiging AWBZ indicaties door middel van : (1)
hogere inzet zorgaanbieders; (2) digitaal aanvragen
↓ Verschuiving indicatietaken naar zorgaanbieders.
2012 Inperking aanspraak op PGB ↓ Pakketverkleining: minder PGB aanvragen
2012 Verlaging IQ-norm voor VG-zorg. ↓ Pakketverkleining: minder indicatie-aanvragen
2013 Uitvoer AWBZ voor eigen verzekerden. - Onduidelijk. In principe verandert indicatieproces niet door deze
maatregel.
2014 Overheveling extramurale begeleiding van AWBZ naar WMO ↓
Verschuiving indicatietaken naar WMO. Van de 734.572 cliënten
in zorg op 1-1-2011 hebben 203.667 een indicatie voor
extramurale begeleiding (individueel of groep).
2014 Scheiden wonen en zorg - Indicatieproces blijft hetzelfde.
97 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
5. Determinanten budgettaire opbrengsten CIZ
Analyse van de huidige „poortwachterfunctie‟ van het CIZ leidt tot de volgende constateringen:
1. Het CIZ vervult een deel van de taken die de poortwachters in de Zvw vervullen: ze beoordeelt de zorgvraag en stelt vast
welke zorg nodig is via het afgeven van een indicatie. In toenemende mate gebeurt dit achteraf. Het CIZ speelt echter geen
rol in de verwijzing of behandeling van de cliënt. Bovendien heeft het CIZ geen invloed op de kosten van de zorg: het
budget wordt niet door het CIZ bepaald, noch beïnvloed. Op de doelmatigheid of kosten van zorg heeft het CIZ geen inzicht.
2. Door de grote hoeveelheid veranderingen in de afgelopen jaren en de lange doorlooptijd van indicaties is de effectiviteit van
de rol van het CIZ moeilijk te beoordelen. Wel kan worden geconstateerd dat het CIZ qua bedrijfsvoering een aantal
duidelijke verbeterslagen heeft gemaakt: er worden meer indicatiestellingen afgegeven, sneller, en met minder personeel.
De trend is gericht op het nog verder verminderen van de huidige rollen van het CIZ – verder decentraliseren van
indicatiestelling, overheveling van delen van de AWBZ naar WMO en Zvw.
3. Tussen 12% en 17% van de aanvragen voor een indicatie worden in het indicatieproces van het CIZ niet toegekend: dit kan
worden gezien als een maat voor de filter op „oneigenlijk‟ gebruik. In hoeverre dit ook daadwerkelijk zo is kan niet worden
beoordeeld zonder aanvullende analyse.
4. Het CIZ heeft geen budgettaire opbrengsten, omdat het CIZ geen invloed heeft op het budget en daarmee op de uitgaven.
Het CIZ kan door haar indicatiestelling hoogstens invloed hebben op de mate waarin het totale volume aan indicaties „te
hoog‟ of „te laag‟ is voor het beschikbare budget. Dit is maatschappelijk een belangrijke functie – indien de 12-17%
indicatiestellingen die nu worden afgewezen toegekend zouden worden betekent dat bijv. oplopende wachtlijsten.
Kort samengevat: het CIZ vervult haar steeds kleiner wordende rol adequaat voor zover in dit onderzoek kon worden vastgesteld.
Het CIZ is echter geen poortwachter als daarmee een laagdrempelige en doelmatige functie wordt bedoeld die gericht is op
zelfstandig afhandelen en het zelfstandig en in de eigen omgeving blijven van de cliënt. Aan een dergelijke functie is echter wel
grote behoefte .
98 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën: inrichten van Basiszorg Het CIZ vervult effectief de welhaast Kafkaëske taak waarvoor ze is opgericht. In de AWBZ ontbreekt echter
een eenduidige poortwachter zoals in de Zvw.
De rol van het CIZ wijkt af van de rol die poortwachters in de Zvw aanhouden. In de Zvw heeft de poortwachter (huisarts en HAP
in de ANW uren) naast een indicerende rol ook een rol in de verwijzing en behandeling van klanten met een zorgvraag. In de
AWBZ is de functie van verwijzen en behandelen belegd bij anderen dan het CIZ. De rollen van de poortwachter in de AWBZ
liggen hierdoor verspreid over meerdere instanties. De onafhankelijke rol van het CIZ (en daarvoor de RIOs) in het
indicatieproces was bij de oprichting een expliciete en gewenst keuze. Op deze wijze blijven er binnen de AWBZ echter twee
sturingssystemen bestaan: een systeem die de vraag nauwkeurig in kaart brengt via onafhankelijke indicatiestelling en een
systeem welke via budgetteringen het aanbod inperkt. De verantwoordelijkheden voor het „matchen‟ van vraag en aanbod zijn
zeer diffuus – het CIZ stelt indicaties, maar is niet verantwoordelijk voor de (mogelijkheden tot) verzilvering daarvan;
zorgkantoren verdelen deze indicaties maar bepalen niet zelf hun budget noch kunnen zij naar eigen inzicht optimale zorg voor
deze cliënten tegen een adequate prijs contracteren. Zorgaanbieders dienen zich vervolgens over veel administratieve zaken te
verantwoorden behalve over de daadwerkelijke waarde van de geleverde zorg. Zij hebben bovendien binnen het huidige stelsel
van financiële prikkels geen baat bij het proberen de cliënt maximaal voor zichzelf te laten zorgen en regie te laten nemen in
zijn/haar eigen omgeving.
Een eenduidige poortwachter voor de AWBZ: huisarts in samenwerking met wijkverpleegkundige
Er is grote behoefte binnen de zorg aan een speler die voor de AWBZ de rol speelt die het CIZ niet kan spelen: een poortwachter
die gericht is op zelfregie, zelfzorg, optimaal functioneren in de eigen omgeving en alleen wanneer absoluut noodzakelijk opname
in verzorgings- of verpleeghuizen. Op basis van internationale ervaringen, reeds eerder gegeven adviezen (zie bijv. CVZ,
“Verpleging in de wijk, van samenhang verzekerd”. 2010) en de literatuur is een nauwe verweving van de huisartsenfunctie met
de thuiszorg/wijkverpleegkundige zorg hiervoor de uitgelezen kandidaat. In Nederland worden hiertoe reeds enkele experimenten
uitgevoerd, maar het is met name de integrale aanpak en de juiste bekostigingsstructuur die het verschil tussen falen en succes
zal maken. Door de indicatiestelling over te hevelen naar de eerste lijns zorgverleners wordt het principe van het “onafhankelijke”
indicatieorgaan binnen de AWBZ losgelaten.
(ZOZ)
99 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën: inrichten van Basiszorg Het CIZ vervult effectief de welhaast Kafkaëske taak waarvoor ze is opgericht. In de AWBZ ontbreekt echter
een eenduidige poortwachter zoals in de Zvw.
In een aantal proeftuin projecten is reeds geëxperimenteerd met de inzet van de wijkverpleegkundige in samenwerking met de
huisarts die deze poortwachterrol op zich neemt. Er kan zo “buiten de indicatie om” gewerkt worden. De eerste resultaten op het
gebied van kwaliteit en tevredenheid van cliënten en werknemers zijn veelbelovend. Ook blijkt het voor de wijkverpleging goed
mogelijk om in de budgettaire kaders van bijvoorbeeld een regiobudget te werken (wat feitelijk vergelijkbaar is met de
abonnementsfinanciering van de huisarts). Ook hier dient vervolgens goed te worden gelet op de wijze van bekostiging van
deze zorgfunctie, de financiële prikkels die daaruit vloeien en de bekostiging van de vervolgzorg. Grondig onderzoek over de
gevolgen van de invoer van een eenduidige poortwachter in de AWBZ is aan te bevelen.
Bron:V&VN “Versterken van verpleging thuis. Naar een Basisvoorziening Wijkverpleging. Oktober 2011.
100 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën: inrichten van Basiszorg Omslag van systeem gedeeld poortwachterschap naar één (set van) spelers
Beoordelen van
de zorgvraag
Vaststellen
benodigde zorg
Verwijzen*
Behandelen**
Indic
atieste
lling
A
ctie
en/of
Toegankelij
k
Bereikbaar en
beschikbaar
voor zorgvraag
populatie
Taken Niet meer
Zorgaanbieders
Cliënt
Zorgaanbieders
CIZ
Zorgaanbieders
Zorgaanbieders
Vaststellen recht
op AWBZ CIZ
Specifie
k
AW
BZ
Maar een eenduidige
poortwachter
Eerstelijns/
extramurale
zorgaanbieder
Effect resultaatgerichte
bekostiging in AWBZ
“Juiste zorg op de
juiste plek”
Hoge kwaliteit /
lage kosten
Daling kosten
intramurale zorg
Verhoging
zelfredzaamheid
Vraaggestuurde
zorg
Verwijderen
prikkel om
budgetten vol te
declareren
Registratie van bijv.
grondslag onderdeel van
indicatieproces
poortwachter. Parallel in
Zvw: diagnoseregistratie
101 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
6. Kansrijke en effectieve beleidsstrategieën: inrichten van Basiszorg Basiszorg vervult in de AWBZ de poortwachterrol. In het basiszorg concept werken huisarts en wijkverpleging
nauw samen als poortwachters voor de (specialistische) vervolgzorg
Basiszorg
Laagdrempelige,
generalistische
zorgvoorziening voor zorg
dicht aan huis
Integrale
poortwachterfunctie:
Huisarts/wijk-
verpleegkundige
GZ
Ziekenhuiszorg
V&V intramuraal
GGZ intramuraal
…
Sturen op en belonen voor uitkomsten en
doelmatigheid via resultaatgerichte
bekostiging Vervolgzorg
102 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Geraadpleegde literatuur
1. Cebeon. Kwantificering regionale verschillen in gebruik verpleging en verzorging Awbz, 2010.
2. CIZ. Basisrapportage AWBZ, 2011.
3. CIZ. Feiten en cijfers over aanspraak op de AWBZ, 2011.
4. CIZ. Jaarverslagen 2008 t/m 2010.
5. CIZ. Trendrapportage Landelijke Indicatiestelling AWBZ, 2009.
6. CIZ. Wie is de cliënt? Begeleiding Individueel en Begeleiding Groep van AWBZ naar WMO.
7. CVZ. Landelijke wachtlijst rapportage, 2007.
8. CVZ. AWBZ Kompas, 2008.
9. CVZ. Verpleging „in de wijk‟: van samenhang verzekerd, 2010
10. Inspectie der Rijksfinanciën. Rapport brede heroverwegingen, Langdurige zorg, april 2010.
11. Research voor Beleid. Beleidsdoorlichting indicatiestelling AWBZ. Periode 2003 – 2008, december 2010.
12. SCP. Steeds meer verstandelijk gehandicapten?, 2010.
13. SCP. Vergrijzing, verpleging en verzorging, 2009.
14. SCP. Waar voor ons belastinggeld, 2012.
15. Slaghuis, RJ en HWM Plagge. Het CIZ is overbodig. Medisch Contact 65 (12), maart 2010.
16. V&VN. Versterken van verpleging thuis. Naar een Basisvoorziening Wijkverpleging. Oktober 2011.
17. ZonMW. Uitvoeringsprogramma Zichtbare schakel. De wijkverpleegkundige voor een gezonde buurt, september 2009.
Bijlage
104 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Lijst geïnterviewde partijen
Wij danken de volgende partijen voor hun deelname aan het
onderzoek naar de effectiviteit van poortwachters in het
Nederlandse zorgstelsel.
Organisatie
Ministerie van VWS
NZa (Nederlandse Zorgautoriteit)
LHV (Landelijke Huisartsen Vereniging)
NHG (Nederlands Huisartsen Genootschap)
VHN (Vereniging Huisartsenposten Nederland)
CIZ (Centrum Indicatiestelling Zorg)
NPCF (Nederlandse Patiënten Consumenten
Federatie)
Actiz (Organisatie van zorgondernemers voor VV&T,
kraam- en jeugdzorg)
NVSHA (Nederlandse Vereniging van Spoedeisende
Hulp Artsen)
Consumentenbond
ZN (Zorgverzekeraars Nederland)
NVZ (Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen)
VGN (Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland)
105 © 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk
van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative („KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De
naam KPMG, het logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde merken van KPMG International.
Overzicht veelgebruikte afkortingen
Afkorting Uitleg
ANW Avond, nacht en weekend
AWBZ Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
BJZ Bureau Jeugdzorg
CBS Centraal Bureau voor de Statistiek
CIZ Centrum Indicatiestelling Zorg
COPD Chronic Obstructive Pulmonary Disease
CVZ College voor zorgverzekeringen
DBC Diagnose Behandel Combinatie
DIS DBC Informatie Systeem
ECG Electrocardiogram
ELP Eerstelijns psycholoog
GGZ Geestlijke gezondheidszorg
HAP Huisartsenpost
LHV Landelijke Huisartsen Vereniging
LINH Landelijke Informatienetwerk Huisartsenzorg
NHG Nederlands Huisartsen Genootschap
OECD Organisation for Economic Co-operation and Development
(Nederlandse afkorting: OESO)
POH Praktijkondersteuner huisarts
SEH Spoed Eisende Hulp
VHN Vereniging Huisartsenposten Nederland
VWS Volksgezondheid, Welzijn en Sport
ZN Zorgverzekeraars Nederland
Zvw Zorgverzekeringswet
Deze rapportage is opgesteld door KPMG Plexus, door de
volgende personen: Eveline van Beek, Aline Stolk, Kristel
de Groot, David Ikkersheim en Marc Berg.
Dit rapport is uitsluitend bestemd voor het Ministerie van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport met als doel het
informeren en adviseren van het Ministerie en voor geen
ander doel. KPMG Advisory N.V, handelend onder de
naam KPMG Plexus garandeert of verklaart niet dat de
informatie in het rapport geschikt is voor de doelstellingen
van anderen dan het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport. Dit betekent dat ons rapport niet ter
vervanging kan dienen van andere onderzoeken en
procedures die anderen dan het Ministerie van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport zouden kunnen (of
moeten) instellen met als doel toereikende informatie te
krijgen aangaande zaken die voor hen van belang zijn.
KPMG Plexus aanvaardt jegens anderen dan het Ministerie
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport geen
aansprakelijkheid voor het rapport.
© 2012 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het
handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is
een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid
van het KPMG-netwerk van zelfstandige ondernemingen
die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative
(„KPMG International‟), een Zwitserse entiteit. Alle rechten
voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De naam KPMG, het
logo en „cutting through complexity‟ zijn geregistreerde
merken van KPMG International.
www.kpmgplexus.nl
www.kpmg.nl