Die vier humoren in de kunst

2
20 In de twee voorafgaande artikelen is de leer van de vier lichaamssappen ( humoren / temperamenten) besproken als een diagnose en behandelmethode in de middeleeuwse psychiatrie. Maar deze vier temperamenten hebben ook eeuwen- lang de fantasie van kunstenaars geprikkeld. Om deze te visualiseren werden ze veelal in kwartet afgebeeld, gekoppeld aan personen, maar soms ook aan dieren. Een mooi voorbeeld van die personificatie is de hout- snede van een onbekend Duitse kunstenaar, geboren rond 1450, en in het bezit van de Zentralbibliotheek in Zürich. ‘De vier temperamenten’ ingeplakte houtsneden ca. 1450. Zentralbibliothek, Zürich Hier is de sanguinicus zichtbaar als valkenier en loopt schijnbaar op lucht (aer). De agressieve cholericus die het vuur (ignis) aan de schenen heeft, zwaait met zijn zwaard en dreigt de driepotige kruk te gooien. De flegmaticus staat in het water (aqua) en staart luste- loos voor zich uit en heeft een rozenkrans in beide handen. De melancholicus ondersteunt met zijn hand het zwaarmoedige droeve hoofd en staat op zijn beurt met beide voeten stevig in de aarde (terra). Uit de bijhorende tekst wordt duidelijk dat de figuren niet alleen geplaatst zijn in de elementen, maar ze zijn ook als marionetten met dunne spirituele draden verbonden met een viertal planeten. De sanguinicus is verbonden met Jupiter, de cholericus met Mars, de maan werd gekoppeld aan de flegmaticus en de me- lancholicus tenslotte aan Saturnus. En dan was er ook de fascinatie voor het getal vier. Mogelijk gaf dit getal de mens een bepaalde voldoe- ning van de volledigheid. Het kwam in ieder geval het verlangen naar duidelijkheid en samenhang ten goede. Het jaar kent vier seizoenen, een mensenleven kent vier levensfasen, de klok vier kwartieren, enz., enz. Soms lijkt het of zulke reeksen speciaal bedacht zijn voor ‘seriegewijze’ uitbeelding. Een kamer heeft immers ook vier wanden en vermogende mensen lieten deze vroeger versieren met parafernalia van de kosmische vierende- ling. Seizoenen, windstreken, elementen, enz. Een mooi voorbeeld hiervan vormt de studiola van Francesco de’ Medici in het Palazzo Vecchio in Flo- rence waarin hij versieringen, fresco’s, liet aanbren- gen die vandaag de dag nog imponeren. Het vertrek vormt een prachtige artistieke verbeelding van het viervoudig denken en de plaats van de mens hierin. Andere kunstenaars vonden dat in de verbeelding van temperamenten ook plaats was voor het dierenrijk. Zij gingen ervan uit dat overeenkomstige fysionomische kenmerken duiden op gelijksoortige karaktertrekken tussen mens en dier. De Spaanse kunstenaar De Goya maakte graag gebruik van deze vervaging. Hij knoopte elementen, temperamenten, fysionomie en satire aan- een en kwam hierdoor tot zeer bijzondere tekeningen. De cholericus die traditioneel werd afgebeeld als een strijder met zwaard wordt door Goya neergezet als een politieman met zwaard die in de spiegel kijkt en tot zijn verbazing een kat ziet. Mogelijk een toespe- ling op de Spaanse uitdrukking voor politieman, ‘El hombre gato’, de ‘katman’. Door Ben Kegge Die vier humoren in de kunst

Transcript of Die vier humoren in de kunst

Page 1: Die vier humoren in de kunst

20

In de twee voorafgaande artikelen is de leer van de vier lichaamssappen ( humoren / temperamenten) besproken als een diagnose en behandelmethode in de middeleeuwse psychiatrie.Maar deze vier temperamenten hebben ook eeuwen-lang de fantasie van kunstenaars geprikkeld. Om deze te visualiseren werden ze veelal in kwartet afgebeeld, gekoppeld aan personen, maar soms ook aan dieren.

Een mooi voorbeeld van die personificatie is de hout-snede van een onbekend Duitse kunstenaar, geboren rond 1450, en in het bezit van de Zentralbibliotheek in Zürich.

‘De vier temperamenten’ ingeplakte houtsneden ca. 1450. Zentralbibliothek, Zürich

Hier is de sanguinicus zichtbaar als valkenier en loopt schijnbaar op lucht (aer). De agressieve cholericus die het vuur (ignis) aan de schenen heeft, zwaait met zijn zwaard en dreigt de driepotige kruk te gooien. De flegmaticus staat in het water (aqua) en staart luste-loos voor zich uit en heeft een rozenkrans in beide handen. De melancholicus ondersteunt met zijn hand het zwaarmoedige droeve hoofd en staat op zijn beurt met beide voeten stevig in de aarde (terra).Uit de bijhorende tekst wordt duidelijk dat de figuren niet alleen geplaatst zijn in de elementen, maar ze zijn ook als marionetten met dunne spirituele draden verbonden met een viertal planeten. De sanguinicus is verbonden met Jupiter, de cholericus met Mars, de maan werd gekoppeld aan de flegmaticus en de me-lancholicus tenslotte aan Saturnus.En dan was er ook de fascinatie voor het getal vier. Mogelijk gaf dit getal de mens een bepaalde voldoe-ning van de volledigheid. Het kwam in ieder geval het verlangen naar duidelijkheid en samenhang ten goede.

Het jaar kent vier seizoenen, een mensenleven kent vier levensfasen, de klok vier kwartieren, enz., enz. Soms lijkt het of zulke reeksen speciaal bedacht zijn voor ‘seriegewijze’ uitbeelding. Een kamer heeft immers ook vier wanden en vermogende mensen lieten deze vroeger versieren met parafernalia van de kosmische vierende-ling. Seizoenen, windstreken, elementen, enz.

Een mooi voorbeeld hiervan vormt de studiola van Francesco de’ Medici in het Palazzo Vecchio in Flo-rence waarin hij versieringen, fresco’s, liet aanbren-gen die vandaag de dag nog imponeren. Het vertrek vormt een prachtige artistieke verbeelding van het viervoudig denken en de plaats van de mens hierin.Andere kunstenaars vonden dat in de verbeelding van temperamenten ook plaats was voor het dierenrijk. Zij gingen ervan uit dat overeenkomstige fysionomische kenmerken duiden op gelijksoortige karaktertrekken tussen mens en dier. De Spaanse kunstenaar De Goya maakte graag gebruik van deze vervaging. Hij knoopte elementen, temperamenten, fysionomie en satire aan-een en kwam hierdoor tot zeer bijzondere tekeningen.

De cholericus die traditioneel werd afgebeeld als een strijder met zwaard wordt door Goya neergezet als een politieman met zwaard die in de spiegel kijkt en tot zijn verbazing een kat ziet. Mogelijk een toespe-ling op de Spaanse uitdrukking voor politieman, ‘El hombre gato’, de ‘katman’.

Door Ben Kegge

Die vier humoren in de kunst

Page 2: Die vier humoren in de kunst

21

Francisco de Goya,‘Cholericus’, 1797-1798. Museum Del Prado, Madrid

Er zijn periodes in de geschiedenis te duiden dat kunstenaars (overwegend gevoelige mensen) zich lieten inspireren door de melancholie. Van-daag de dag wordt melancholie behandeld en vooral geassocieerd met eenzaamheid, stilstand, verval en chaos. Tijdens de Engelse Gouden Eeuw, het Elisabeth tijdperk was melancholie ‘en vogue’. Kunstenaars koketteerden toen met hun melancholie. Zij lieten zich juist door verval en chaos inspireren. Toevallig misschien dat tijdens deze periode (rond 1600) de schrij-ver Robert Burton zijn vuistdikke boek The Anatomy of Melancholy publiceerde. Hierin omschreef hij de symptomen van zwaarmoedig-heid. Om hieraan te ontkomen was hij van mening dat de mens moest bewegen, want de mens was volgens hem gemaakt om te bewegen. Dit goede advies werd in de Duitse Romantiek wellicht aangegrepen om te gaan ‘wanderen’.Het ‘wanderen’ sloeg vooral aan bij mensen die me-lancholiek van aard waren. Dit waren vaak rusteloze, eenzame, artistieke zwaarmoedige bohemiens. Zij berichtten met enige regelmaat over hun belevingen. Goethe deed dit in zijn novelle Werther en ook de componist Schubert geeft een mooi voorbeeld als hij ons laat genieten van zijn compositie Der Wanderer.

De historische aanname dat kunstenaars onder het teken van Saturnus geboren zijn en dus melancholi-sche van aard, gaat zeker op voor de schilder Vincent van Gogh. Dat is af te leiden uit zijn correspondentie tekeningen en schilderijen. In zijn brieven schrijft hij regelmatig over gevoelens van wanhoop, teleurstel-ling, vertwijfeling en soms is er een zekere prikkel-baarheid te bespeuren. ‘Momenten van weemoed, van

benardheid, van zielangst -mijns inziens- hebben we ze allen meer of minder en is de conditie van elk zelf-bewust menschenleven’, stelde Van Gogh zelf.

In het getekende portret van dokter Gachet weet hij de wezenstrekken van de binnenwereld van de gepor-tretteerde triest, zacht en helder weer te geven. Alles in de traditionele houding van de melancholicus. Met zijn driftige manier van tekenen raakt de kunstenaar de tragedie van het bestaan in het hart. Met hem zijn in de loop der eeuwen veel kunstenaars mede geïnspi-reerd geraakt door één van de vier temperamenten.

Literatuur. Haveman, Mariëtta, ‘Humores in de kunst’. Kunst-schrift 2-5 (2012)

. Jongh de, Eddy, ‘Het bewind van de lichaamssappen’. Kunstschrift 6-21 (2012)

. Klerk de, Bram, ‘Het wereldraadsel in klein bestek. De studiolo van Francesco de’Medici. Kunstschrift 22-29 (2012)

. Koolhaas-Grosveld, Eveneline, ‘Dierlijke trekken. Goya’s spel met de temperamenten’. Kunstschrift 37-41 (2012)

. Luijten Hans, ‘Gekleurd en gevormd door een tem-perament. De binnenwereld van Vincent van Gogh’ Kunstschrift 42-47 (2012)

. Veldhorst, Natscha, ‘De Wanderer in beeld en lied-kunst’. Kunstschrift 30-37 (2005)

Fragment van brief Van Vincent van Gogh aan Theo 1890Vincent van Gogh, ‘Portret van dokter Gachet’ 1890 olieverf op doek