SchoolgidsDe Burcht

2016-2017

SchoolgidsDe Burcht

2016-2017

Inhoudsopgave

1 Waar we voor staan 61.1 Onze missie en visie 71.2 Samenwerking met Teylingereind 81.2.1 Eén kind één plan 91.2.2 YOUTURN 91.2.3 48 weken onderwijs, doorlopend en geïntegreerd 10

dagprogramma

2 Onderwijs 132.1 Onderwijsaanbod 142.1.1 Doorlopende leerlijnen taal en rekenen 142.1.2 Leerroutes en opleidingsaanbod 15

3 De zorg voor de leerlingen 173.1 Intake 183.2 Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) 183.3 Verantwoordelijkheden binnen de leerlingenzorg 183.3.1 Schoolmentor 193.3.2 Commissie voor de Begeleiding (CvB) 193.3.3 Bestendigingsmonitor leerlingen 203.3.4 Kwaliteitszorg 203.3.5 Contact en overleg inrichting-ouders-school 203.4 Zorgaanbod 213.5 Administratief beleid rondom leerlingenzorg 213.5.1 Inschrijving en Toelaatbaarheidsverklaring (TLV) 213.5.2 Dossierbeleid 22

4 De organisatie van het onderwijs 244.1 De sector gesloten onderwijs 254.2 Het team 254.3 Scholing van personeel 264.4 Schoolregels leerlingen de Burcht 274.5 Lesrooster 27

4.6 Verwijdering uit de les en schorsing van school 294.7 Resultaten schooljaar 2015 / 2016 31

5 Overige informatie 335.1 Ouderbijdrage/bijdrage onderwijskosten 345.2 Schoolverzekering voor leerlingen 345.3 Klachtenregeling 345.4 Vertrouwenspersoon voor medewerkers 355.5 Vertrouwensinspecteur ongewenste seksuele 35

intimiteiten en geweld5.6 Schoolbegeleidingsdienst 37

6 Colofoon 38

Wij zi jn er voor de kinderen die het het moei l i jkst hebben.De onvoorwaardelijkheidvan Hans Keldermanvoorzitter college van bestuur, Aloysius Stichting

1

WAAR WE VOOR STAAN 7

:::1 Waar we voor staan

1.1 Onze missie en visieDe Burcht wil onderwijs bieden dat zo goed mogelijk aansluit op demogelijkheden en interesses van de leerling. Dit doet de school insamenwerking met Teylingereind, zodat er één plan is voor onderwijs,behandeling en begeleiding van de leerling. De Burcht wil de leerling nieuwe kansen geven, ook als het even niet goedis gegaan; een veilige school zijn, waarin de leerling zich zo goed mogelijkkan ontwikkelen. Op deze manier ontstaan er mogelijkheden totdiplomering, het behalen van certificaten, arbeidsvaardigheden leren enwerk vinden middels een beroepsgerichte opleiding. Daarnaast vinden wijhet belangrijk dat de leerling zich voorbereidt op de maatschappij. Wijbesteden daarom veel aandacht aan de sociaal-emotionele vorming enburgerschapscompetenties.

8 WAAR WE VOOR STAAN

1.2 Samenwerking met TeylingereindTeylingereind is een gesloten justitiële jeugdinrichting die plaats biedt aan92 jongeren. Het leven binnen Teylingereind wordt gekenmerkt door:Een geintegreerd dagprogramma (zie 48 weken: 1.2.3., blz 9)Doelgerichte begeleiding (op basis van individuele perspectiefplannen)Intensieve samenwerking en communicatie (gebruikmakend van delandelijke methodiek YOUTURN) De samenwerking tussen de school en de inrichting is zeer intensief.Op allerlei niveau's zijn er contactmomenten tussen de school en deinrichting.Voorbeelden hiervan zijn: overdracht, mentor-mentor contacten,trajectbesprekingen,gezamenlijke scholing en themamiddagen.Ook in het management wordt in diverse overlegvormen intensiefsamengewerkt waarbij de behandeling en het perspectief van de jongerealtijd centraal staat.

WAAR WE VOOR STAAN 9

1.2.1 Eén kind één planJJI Teylingereind werkt sinds eind 2009 met de basismethodiek YOUTURN.Ook het personeel van de Burcht is in deze methodiek getraind en werktvanuit dezelfde basisprincipes. Naast het feit dat docenten samen met degroepsleiders de Equip/TOP'S! bijeenkomsten verzorgen, is er ook vanuit dezorgstructuur aansluiting bij YOUTURN gezocht. Opvoeding en behandelingzijn binnen YOUTURN mede vormgegeven door de ontwikkelprofielen (zieJJI handleiding YOUTURN). In deze profielen zijn ook schoolgerelateerdeitems opgenomen, zodat vanaf het begin van de plaatsing er eeninhoudelijke uitwisseling ontstaat over de ontwikkeling van de jongeren opde groep en op school. Vanuit school is er een inhoudelijke bijdrage aan deperspectiefplannen en op hun beurt voeden de perspectiefplannende ontwikkelingsperspectiefplannen (OPP's) van school.Alle jongeren van een groep worden wekelijks besproken in hetmultidisciplinair overleg (MDO); hierbij zijn aanwezig: degedragswetenschapper, de teamleider, de trajectbegeleider en dezorgcoördinator of de orthopedagoog. 1.2.2 YOUTURNSinds 2010 werken alle JJI’s volgens dezelfde methodiek met de jongeren.Deze basismethodiek heet YOUTURN. Ze is gebaseerd op een combinatievan het sociaal competentiemodel en de Amerikaanse methodiek EQUIP.Deze laatste methodiek is in 2014 doorontwikkeld tot de Nederlandsevariant TOPs! Voor de jongere betekent YOUTURN een 180 graden wijziging van zijn ofhaar leven. Dit wordt gedaan door te bouwen aan zelfvertrouwen en respectvoor anderen. Hiervoor ontwikkelt elke jongere meerdere (sociale)vaardigheden, leert verantwoordelijk te handelen en moreel te redeneren.Belangrijk hierbij is dat de jongere zelf aan de slag moet, met YOUTURN alshulpmiddel.Voor de JJI’s staat YOUTURN voor een professionalisering in de begeleidingen behandeling van de jongeren. Mede ook omdat YOUTURN in alle JJI’swordt uitgevoerd ontstaat eenduidigheid en duidelijkheid voor zowel dejongere als voor de medewerkers. Bij overplaatsing naar een andere JJI kande behandeling van de jongere voortgezet worden vanaf het punt dat in devorige JJI is bereikt. YOUTURN draagt als methodiek en als onderdeel in de

10 WAAR WE VOOR STAAN

samenwerking met ouders en ketenpartners bij aan een succesvolleterugkeer naar de samenleving van de jongere. De onderdelen van YOUTURN zijn:● Trajectgericht werken in samenwerking met ketenpartners● Inzet van gevalideerde screenings- en meetinstrumenten● Competentiegericht werken● Omgaan met boosheid● Sociaalvaardig gedrag● Moreel redeneren● Kennen van denkfouten en probleem gedragingen, TOP-gedachten enTOP-gedrag● Basisprofielen en persoonlijke ontwikkelprofielen● TOPs!- en TIP-bijeenkomsten● Ouderparticipatie● Interculturalisatie● Kennen van de gevolgen voor slachtoffers● Intensieve samenwerking tussen mentor en jongere en tussen mentor enouders● Positieve groepsbeïnvloeding voor een veiliger leefklimaat op de groep 1.2.3 48 weken onderwijs, doorlopend en geïntegreerddagprogrammaAanleiding en opdrachtIn 2014 hebben de ministeries van V&J, VWS en OCW een commissieverbetermogelijkhedenonderwijs in gesloten jeugdinstellingen ingesteld die een adviesrapportheeft uitgebracht. De Ministeries streven naar een integrale verbeteraanpak op basis vande adviezen van deze commissie.Het Ministerie van OCW heeft daaruit advies 6: ‘laat de school 52 weken perjaar open’, gedeeltelijk overgenomen en besloten om 48 weken tefinancieren.Het ministerie van OCW heeft hiervoor extra financiering beschikbaargesteld.

WAAR WE VOOR STAAN 11

Waar moet een doorlopend en geïntegreerd (dag)programmaaan voldoen?Er zijn verschillende manieren waarop een doorlopend en geïntegreerd (dag)programma door instelling en school kan worden gerealiseerd.Altijd gebaseerd op een gezamenlijke visie en vormgegeven door de mensenen middelen waarover de instelling beschikt.Er is bewust niet een bepaald model als normmodel voorgelegd.Daarom zullen de realisaties vele vormen kennen. Welke resultaten willen we hiermee gezamenlijk bereiken?Iedere jongere ontvangt een programma dat past bij zijn cognitievecapaciteiten, zijn mogelijkheden en talenten.Dit programma wordt gezamenlijk met de jongere en zijn gezinssysteemopgesteld door school en instelling. • School en instelling leren de jongere zicht te krijgen op zijn capaciteitenen mogelijkheden en hem worden zelfregulerende en sociale vaardighedengeleerd.Deze vaardigheden heeft hij nodig om de met hem opgestelde doelen,gericht op het zelfstandig meekomen in de maatschappij, te behalen.• 52 weken per jaar wordt gewerkt aan het perspectief van de jongere,gericht op het bereiken van de gestelde doelen.• School en instelling nemen gezamenlijk verantwoordelijkheid voor het zooptimaal mogelijk ondersteunen van de jongere bij het behalen van degestelde doelen.• School en instelling vergroten de betrokkenheid en steun van ouders doorhen intensief bij het traject te betrekken en biedt hen ook behandeling enbegeleiding.• Structureel vinden gezamenlijke evaluatiegesprekken met jongere engezinssysteem plaats waarbij medewerkers van school en instellingaanwezig zijn.

2

14 ONDERWIJS

:::2 Onderwijs

2.1 OnderwijsaanbodHet onderwijsaanbod van de Burcht is afgestemd op deuitstroombestemmingen.Wat leerlingen op de Burcht leren, sluit aan bij instroomeisen van hetregulier voortgezet onderwijs, mbo of bij de wensen van werkgevers. Wijhebben onze leerroutes afgestemd op het niveau dat een leerling nodigheeft om succesvol door te stromen naar vervolgonderwijs vervolgonderwijsof arbeid. Leerlingen die zich voorbereiden op een baan, volgen de leerroutearbeidstoeleiding. Het onderwijsprogramma is praktijkgericht waarbij defocus ligt op de ontwikkeling van werknemersvaardigheden. Leerlingen die zich voorbereiden op terugkeer of uitstroom naarvervolgonderwijs krijgen een passend aanbod. Om de continuïteit van hetonderwijs te garanderen, wordt zo mogelijk aangesloten bij hetlesprogramma van de stamschool. 2.1.1 Doorlopende leerlijnen taal en rekenenVanuit het ministerie OCW wordt aangedrongen op het verbeteren van hetniveau van taal en rekenen bij leerlingen in zowel het reguliere als specialebasis-, voorgezet- en beroepsonderwijs. In aansluiting hierop geeft deBurcht extra aandacht aan de vakken Nederlands, Engels enrekenen/wiskunde. De Burcht gaat er vanuit dat voldoende competentie ophet gebied van taal en rekenen een belangrijke bijdrage kan leveren aan eenpositieve beïnvloeding van de ontwikkeling van de leerlingen. De leerlijnentaal en rekenen worden op de Burcht vakspecifiek gegeven. Voor elkeleerling waarvan het startniveau onbekend is, wordt aan het begin van het

ONDERWIJS 15

onderwijstraject binnen de Burcht het niveau bepaald d.m.v. vanniveautoetsen. Leerlingen op de Burcht kunnen daarnaast middels eenaantal IVIO examenrondes per schooljaar certificaten Nederlands, Engelsen rekenen/wiskunde behalen.Naast de reguliere lessen in bovenstaande vakken staan erexamentrainingen en individuele lessen ingepland in het rooster ommaatwerk te kunnen bieden aan leerlingen die intensieve begeleiding nodighebben om het streefniveau te halen. 2.1.2 Leerroutes en opleidingsaanbodLeerroute gericht op Uitstroom vervolgonderwijs:Trajectonderwijs is voor leerlingen die terugkeren naar de school vanherkomst of hun leertraject op een andere school kunnen voortzetten. Hetaanbod is gericht op het doorzetten van het bestaande schooltraject:Toeleiden naar vervolgonderwijs (mbo 1,2 3, 4) met extra aandacht voor debasisvakken Nederlands en rekenen en mogelijkheid tot behalen vanbranchecertificaten zoals, VCA, Fitvak, BGP, lasdiploma en cursus LOI/NTI Leeroute gericht op Uitstroom Arbeid:Terugkeer naar werkArbeidstoeleidingMogelijkheid tot behalen van branchecertificaten zoals, VCA, Fitvak, BGP enlasdiploma Opleidingsaanbod langverblijvers:Entree-opleiding in de volgende richtingen: Assistent Bouwen Wonen enOnderhoud; Assistent Dienstverlening en Zorg; Assistent Installatie- enConstructietechniekStaatsexamentraject op niveau vmbo basis-kader-tl en havo

16 ONDERWIJS

3

18 DE ZORG VOOR DE LEERLINGEN

:::3 De zorg voor deleerlingen

3.1 IntakeZo spoedig mogelijk nadat de leerling op Teylingereind is gearriveerd, volgter een uitgebreid intakegesprek met een gedragswetenschapper van deinrichting. D.m.v. een verslag wordt de school op de hoogte gebracht van deinhoud van dit gesprek.De orthopedagoog of de zorgcoördinator voeren een verdiepend gesprekmet de leerling waarin alle schoolgerelateerde zaken besproken worden.Op basis van de bovengenoemde informatie wordt hetstartdocument ingevuld met alle gegevens die voor de school relevant zijn.Het zorgteam neemt contact op met de school van herkomst om zodoendete bepalen of de leerling na zijn vrijlating terug kan keren en op welk niveauen met welke leerstof de leerling tijdens zijn verblijf verder kan.Indien de informatie er niet of onvoldoende is, nemen we niveautoetsenen/of beroepskeuzetesten af.

3.2 Ontwikkelingsperspectiefplan (OPP)Voor elke leerling wordt er een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP)opgesteld. Hierin staat beschreven waar de leerling naartoe gaat(uitstroom), welke resultaten we verwachten (leerrendement) en binnenwelke tijd (planning). Het OPP wordt geëvalueerd tijdensleerlingbesprekingen en wordt besproken tijdens deperspectiefplanbespreking. Het ontwikkelingsperspectief is leidend bij deonderwijsdoelen en de lesplanning..

DE ZORG VOOR DE LEERLINGEN 19

3.3 Verantwoordelijkheden binnen deleerlingenzorgDe visie op de leerlingbesprekingen op de Burcht is er op gericht devoortgang in de ontwikkeling van de leerlingen te stimuleren, te monitorenen bij te stellen.Om vanuit deze visie te kunnen werken is het noodzakelijk om met alle, bijde leerling betrokken, docenten overleg te voeren. Het doel van deleerlingbespreking is het uitwisselen van ervaringen en vaststellen van devorderingen t.o.v. de gestelde doelen m.b.t. het ontwikkelingsperspectief.(uitstroombestemming en leerrendementsverwachting) 3.3.1 SchoolmentorDe schoolmentor is het eerste aanspreekpunt bij zaken rondom de leerlingen/of klas. De mentor werkt in een kernteam en draagt zorg voor deinformatie en afspraken met en rondom een leerling. De mentor is de spil inhet onderwijsaanbod. Hij draagt zorg voor het onderwijs aan de leerling.Bovendien schrijft hij de OPP's voor zijn mentorleerlingen. De mentor zit deklassenbespreking voor.De schoolmentor houdt structureel contact met de mentor van deleefgroepen en vice versa over de ontwikkelingen/ vorderingen van deleerling. Tevens probeert de schoolmentor i.s.m. de groepsmentor deouders/verzorgers te betrekken bij dit proces.De schoolmentor start en eindigt elke lesweek met een Studie Loopbaan(SLB) uur. 3.3.2 Commissie voor de Begeleiding (CvB)De Commissie voor de Begeleiding komt wekelijks bijeen om nieuwingestroomde leerlingen te bespreken, leerlingen te plaatsen in een klas,ontwikkelingsperspectiefplannen vast te stellen en te evalueren en omzorgleerlingen te bespreken. De doelstelling is onder meer: alle leerlingengefundeerd plaatsen in de klas, checken of er voldoende informatie bekendis over de leerling, het ontwikkelingsperspectiefplan en daarmee hetuitstroomperspectief vaststellen en docenten handreikingen geven in deomgang met zorgleerlingen. De CvB indiceert vervolgonderzoek bijleerlingen wanneer er vragen zijn over het (start)niveau van de leerling.

20 DE ZORG VOOR DE LEERLINGEN

De CvB bestaat uit: directie, zorgcoördinator en de orthopedagoog (tevensvoorzitter). 3.3.3 Bestendigingsmonitor leerlingenDe Burcht volgt de leerlingen nog een half jaar nadat zij zijn uitgeschrevenop de Burcht. Na een jaar en twee jaar na het verlaten van onze schooldoen we nog een check om te kijken waar onze leerling terecht is gekomen.Dit heeft te maken met de wettelijke kaders waaraan de school moetvoldoen, maar ook omdat de school wil weten of leerlingen goed op hunplek zitten of terecht zijn gekomen en of het onderwijs daar een rol in kanspelen. Om dit proces te vereenvoudigen heeft Aloysius Stichting eenzogenaamde bestendigingsmonitor ontwikkeld. 3.3.4 KwaliteitszorgOp onze school willen wij goed onderwijs geven. Wanneer we de kwaliteitvan ons onderwijs willen vasthouden én willen verbeteren is het van grootbelang om te bekijken welke resultaten ons onderwijs oplevert. Zo analyseren we periodiek de doelgroep, volgen de leerresultaten van deleerlingen en brengen de uitstroomgegevens in kaart.Regelmatig worden er tevredenheidspeilingen en leerklimaatanalysesverricht onder leerlingen en personeel, pedagogische medewerkers ensamenwerkingspartners.De analyse van de bovenstaande gegevens levert informatie over dekwaliteit van ons onderwijs en dient als uitgangspunt voor eventueleverbeteringen. Vanuit de Aloysius Stichting wordt de kwaliteit van ons onderwijs bewaaktd.m.v. interne en externe audits. 3.3.5 Contact en overleg inrichting-ouders-schoolOudersWij vinden het belangrijk dat ouder(s)/verzorger(s) worden betrokken bij hetschooltraject van hun kind. Zij zijn één van de belangrijkste succesfactorenvoor een succesvolle terugkeer naar de samenleving. Ouders/verzorgersworden uitgenodigd om deel te nemen aan de Perspectiefplanbesprekingvan hun kind. Samen met de inrichting organiseren wij rondleidingen enouderavonden. Ouders worden ook uitgenodigd voor feestvieringen en

DE ZORG VOOR DE LEERLINGEN 21

diploma-uitreikingen.

3.4 ZorgaanbodDe zorgstructuur op de Burcht is erop gericht alle leerlingen onderwijs telaten volgen binnen het bij de leerling passende onderwijstraject.Leerlingen op de Burcht kenmerken zich zoals eerder genoemd door eenproblematische verlopen ontwikkeling en/of onderwijsloopbaan. Veelleerlingen op de Burcht zijn gebaat bij extra begeleiding bij het participerenin ons onderwijs. Deze leerlingen kunnen in aanmerking komen voor eenonderwijszorgtraject. Een onderwijs zorgtraject is altijd op basis van eenvastgestelde hulpvraag door de Commissie voor de Begeleiding (CvB).

3.5 Administratief beleid rondomleerlingenzorg 3.5.1 Inschrijving en Toelaatbaarheidsverklaring (TLV)Leerlingen in een residentiële instelling kunnen direct worden ingeschrevenbij de (v)so-school waar de instelling mee samenwerkt. Er hoeft dan ookniet eerst een TLV te worden aangevraagd bij het samenwerkingsverband.Als de leerling bij de plaatsing in de instelling al een TLV heeft, moet de(v)so-school de leerling inschrijven met de TLV . Het onderwijs voor eenjongere in een JJI of GJI wordt betaald door het Rijk en niet door eensamenwerkingsverband. Wanneer het verblijf in de instelling eindigt, heeftde school geen zorgplicht. Dat betekent dat de jongere meteen wordtuitgeschreven. Direct contact zoeken met school van herkomst of samenwerkingsverbandOmdat de jongere direct wordt uitgeschreven, is het van belang dat al bij deplaatsing in een JJI of GJI de school, verbonden aan de residentiëleinstelling, direct contact zoekt met de school van herkomst of met hetsamenwerkingsverband waar de jongere woont. Zo kan worden voorkomendat er een gat ontstaat tussen de uitschrijving uit een JJI of GJI en deinschrijving op een nieuwe school. Woonplaats uitgangspunt

22 DE ZORG VOOR DE LEERLINGEN

Als na de plaatsing in geslotenheid inschrijving in het voortgezet speciaalonderwijs (vso) nodig is, moet dit traject zo snel mogelijk worden gestart. Deouders melden hun kind aan bij de vso-school van hun voorkeur. Omdat hetrijk de vso-plaatsing in de instelling betaalt, is er geen verwijzende school.Dat betekent dat de woonplaats van de jongere, op basis van de aanmeldingdoor de ouders uitgangspunt is voor de bepaling wie detoelaatbaarheidsverklaring (TLV) moet afgeven en de vso-plaatsing zal gaanfinancieren. Al geldige TLV bij JJI en GJI ?Heeft de jongere al een geldige TLV , dan hoeft er geen nieuweTLV wordenaangevraagd. Het samenwerkingsverband dat de oorspronkelijkev TLV heeftafgegeven is verantwoordelijk voor de bekostiging van deze leerling. Zie voor meer informatie:https://www.passendonderwijs.nl/in-en-om-de-school/toelaatbaarheidsverklaringen/toelaatbaarheidsverklaring-voor-jongeren-in-een-jji-gji/ 3.5.2 DossierbeleidPapieren dossierWij maken gebruik van een papieren- en een digitaal archief. Het papierenarchief omvat dossiers opgeborgen in een afsluitbare kast/ruimte. Alleleerlingen die onze school bezoeken hebben een eigen dossier in eenhangmap die op achternaam geordend is. In de hangmap zitten deinschrijfformulieren/ behaalde diploma's / zorgformulieren /leerlingformulieren / ondertekende OPP's en verder alle informatie dieuitgaat en bij de school binnenkomt.In principe is het papieren dossier alleen toegankelijk voor deadministratieve medewerkers, ouders en de leerling zelf.De bewaartermijn van het papieren dossier is vijf jaar. Digitaal dossier:De school houdt zich aan de richtlijnen van de Aloysius Stichting m.b.t.bewaren en omgaan met digitale dossiers. Dit houdt in dat veilige bewaringvan leerling-gegevens voorop staat.

DE ZORG VOOR DE LEERLINGEN 23

4

DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 25

:::4 De organisatie van hetonderwijs

4.1 De sector gesloten onderwijsDe Aloysius stichting is een landelijk opererende stichting diegespecialiseerd is in het (V)SO.De Aloysius stichting is onderverdeeld in drie sectoren: Noord & Gesloten,West en Zuid.De Burcht valt onder de sector Noord & Gesloten. De algemeen directeur isHans Kelderman en onze interim sectordirecteur is Michiel Minderhoud. De locatie directeur is Britta de Jong.

4.2 Het teamTheorieAmanda- Docent AVO/ mentor Entree 1/ co-mentor Entree 2Angelique- Docent AVO/ mentor Observatie groepAnand- Docent AVO / mentor Traject 1Gwen- AVO docent/mentor Traject 3Ronald- AVO docent/ mentor OrientatieZulaika- Docent AVO/ mentor Traject 2Eszter- Docent AVO PraktijkJanine- Docent Z&W/ mentor CT/DV klas Andre- Senior leraar ondersteuner ConsumptiefAad- Docent Metaaltechniek/ mentor MetaaltechniekDaniëlle- Docent Beeldende VormingRobert - Werkmeester leer/ werkplaatsJan- Senior leraarondersteuner leer/werkplaatsRoy- Senior leraarondersteuner Techniek / Muziek / VCA / Seksuele

26 DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS

voorlichting Bart- Docent LO, co-mentor S&BRob- Technisch onderwijs assistentWil- ConciergePatricia- Senior leraarondersteuner VerzorgingBert- Docent Houttechniek/ mentor Entree 2 Mario- Senior leraarondersteuner S&BNathalie- Onderwijsassistent DienstverleningJeroen- Docent LO/mentor S&BSamira- Docent Z&W Hans - L.i.o. Consumptief Onderwijs Ondersteunend Personeel / managementNancy- Administratief medewerkster Britta - Locatiedirecteur André- ICT coördinator/ RoosteraarRob- Coördinator/Arbocoördinator/veiligheidscoördinatorHennie- Administratief medewerksterEszter- ZorgcoördinatorCarolien- Orthopedagoog/ Aandachtsfunctionaris Radicalisering

4.3 Scholing van personeelIn het huidige schooljaar zijn er twee grote cursussen die het team van deBurcht volgt:1. Pedagogisch tact: cursus waarbij de verbinding met het kind centraalstaat2. 4D model: standaarden ontwikkelen voor leerlingen en docenten Daarnaast zijn er diverse docenten die een individuele opleiding en/ofcursus volgen.

DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 27

4.4 Schoolregels leerlingen de BurchtDe Burcht is de school in TeylingereindHieronder staan de schoolregels: Op school gelden de volgende basisafspraken:Iedereen gaat respectvol met elkaar om.Een ieder spreekt Nederlands.Rookwaren laat je op de groep.Je volgt de lessen en vakken die op je schoolrooster staan.Als je te laat door de detectie bent, mag je het volgende uur weer naarschool ( in overleg met de conciërge).Als je uit de les gestuurd wordt blijf je op je kamer en vul je een ZEF ( ZelfEvaluatie Formulier ) in, de docent komt zo snel mogelijk langs voor een (herstel) gesprek. Kledingvoorschriften:Je draagt schoenen , minimaal een T-shirt en een broek (zie ookkledingvoorschriften Teylingereind).Hoofddeksels, zonnebrillen, jassen en djellaba’s laat je op de groep.Vanwege veiligheidsvoorschriften draag je bij de volgende praktijklessen Metaal , Hout, Verzorging , Consumptief en de Werkzaal een lange broek engesloten schoenen.Je neemt zelf sportkleding, een handdoek en slippers mee.Na het sporten doucht iedereen. Overige regels :Je gaat netjes om met de materialen van school. Uitlenen van spullen mag niet.De telefoon wordt door de leerkracht bediend.Cd’s of andere datadragers laat je op de groep.Als je op school een brief wilt schrijven overleg je dat met de docent.Interne post gaat via de groepsleiding.Bij de computers wordt niet gedronken.

28 DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS

4.5 Lesrooster• Iedere leerling is verplicht alle vakken volgens het rooster te volgen.Een eventuele afwijking hiervan is alleen mogelijk in overleg met deschoolmentor, zorgcoördinator en de schooldirecteur/locatiecoördinator.• Tijdens een lesuur doet de leerling wat de leerkracht van hem vraagt. Ditgeldt ook voor een vervangingsles.• De leerling zorgt ervoor dat hij de juiste spullen bij zich heeft wanneer datnodig is. Bijvoorbeeld: sportkleding.• Een leerling die wegens een afspraak niet op tijd in de les kan zijn, magpas het volgende lesuur weer naar school komen.• Wie te laat komt, zonder dat de school daarover is geïnformeerd door degroepsleiding, mag pas de volgende les weer naar school komen.

DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 29

4.6 Verwijdering uit de les en schorsing vanschoolVerwijdering uit de lesEen leerling kan om verschillende redenen door de leerkracht uit de lesworden verwijderd.Bijvoorbeeld als hij:• zich onfatsoenlijk gedraagt en storend aanwezig is;• aanwijzingen van de leerkracht niet opvolgt;• agressief is, lichamelijk of mondeling;• niet wil werken;• zich niet aan de regels houdt. Wie uit de klas is verwijderd, gaat naar zijn kamer en mag in hetdagdeel waarin dit is gebeurd niet meer deelnemen aan de lessen. Op zijnkamer krijgt de leerling een verwijderingsformulier uitgereikt. Hieropnoteert de leerling wat er gebeurd is, hoe het probleem kan wordenopgelost, en hoe deze situatie een volgende keer kan wordenvoorkomen. De verwijderde leerling blijft op zijn kamer tot er overleg isgeweest tussen de betrokken leraar/schoolmentor en de(locatie)coördinator.De leraar en de mentor gaan in gesprek met de betrokken leerling en eeneventuele sanctie wordt in overleg bepaald door Teylingereind en de Burcht. De leerling mag:1. het volgende dagdeel weer naar school.2. ook het volgende dagdeel niet naar school.3. langer dan twee dagdelen niet naar school. Er vindt altijd een terugkeergesprek plaats met de leerling. Naar aanleidingdaarvan wordt bepaald of en wanneer de leerling weer naar school mag.Voor de leerling weer kan deelnemen aan de schoollessen zal er ten allentijde een “terugkeergesprek” plaatsvinden, waarin o.a. ook afsprakengemaakt worden over hoe de leerling zich op school behoort te gedragen.

30 DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS

SchorsingVanaf 1 augustus 2014 biedt de Wet op de expertisecentra (v)so-scholen demogelijkheid om leerlingen te schorsen. Van scholen wordt verwacht dat zijin geval van schorsing zorgvuldig te werk gaan en vaste procedures volgen. De school, in het bijzonder de leerkracht, dient in geval van schorsing tezorgen voor voortgang van het onderwijs aan de geschorste leerling. Datbetekent bijvoorbeeld dat er huiswerk wordt meegegeven en dat dit ookwordt beoordeeld en besproken met de leerling. De school zorgt er ook voordat de contacten met de leerling en de ouders in de schorsingsperiode naarbehoren worden onderhouden. De inspectie toetst of de school en/of het bestuur zich aan de wet houdt. Datbetekent dat zij de volgende punten controleert:1.Duurt de schorsing korter dan maximaal 5 schooldagen?2.Zijn de procedures correct gevolgd (schriftelijk en met opgave vanredenen, hoor- en wederhoor, voortgang van onderwijs)?De inspectie controleert dus niet of de school om de juiste redenen eenleerling schorst. Daartoe is zij niet bevoegd.Volgens de nieuwe regels zijn scholen verplicht om schorsingen van langerdan één dag bij de inspectie te melden.

DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 31

4.7 Resultaten schooljaar 2015 / 2016 Behaalde diploma's/certificatenIVIO:rekenen/wiskunde 8Nederlands 12Engels 10Sleuteldiploma 4 NIL Lassen 6VCA basisveiligheid 13VCA voor operationeel leidingevenden 1Diploma Leider Sportieve Recreatie 2Diploma MBO AKA 15Certificaat staatsexamen VMBO 24Sectorwerkstuk 1 VerzorgingBasisvorming 32Basisvorming1 15Basisvorming2 12Bewijs deelname 1 BPV kapsalon 1Bewijs deelname 2 BPV kapsalon 2 Totaal 157

5

34 OVERIGE INFORMATIE

:::5 Overige informatie

5.1 Ouderbijdrage/bijdrage onderwijskostenOuders hoeven geen ouderbijdrage te betalen voor de extra kosten die deschool voor allerlei zaken maakt.

5.2 Schoolverzekering voor leerlingenDe school heeft voor alle leerlingen en medewerkers een collectieveaansprakelijkheid en ongevallen verzekering afgesloten. De verzekeringgeldt voor verblijf in school en activiteiten van school.De school aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade aan of verliesvan kleding en eigendommen.

5.3 KlachtenregelingWanneer leerlingen klachten hebben over het onderwijs of over demedewerkers van de Burcht, kunnen ze terecht bij de veiligheidscoördinator.Daarbij kunnen ze gebruik maken van een klachtenformulier datverkrijgbaar is op de leefgroep. Klachten worden behandeld door eenonafhankelijke, externe klachtencommissie. Deze commissie toetst ook vante voren af of de klacht in behandeling wordt genomen of niet. De procedureis omschreven in het protocol ‘klachtenreglement’ van Teylingereind en deBurcht (VOS). Daarnaast heeft de Aloysius stichting (waar de Burcht ondervalt) eveneens een klachtenreglement die wordt ingezet als de we nietverder komen via het reglement van Teylingereind.Deze afweging wordt gemaakt door de schooldirectie i.o.m. deveiligheidscoördinator van de Burcht.

OVERIGE INFORMATIE 35

5.4 Vertrouwenspersoon voor medewerkersEr zijn op de Burcht en Teylingereind twee vertrouwenspersonen die samenvoor beide organisaties als vertrouwenspersoon fungeren: Sander enZulaika. Zulaika is vanuit de Burcht voorgedragen en Sander vanuitTeylingereind.Bij hen kunnen klachten worden geuit. Zij zullen zorgdragen voor een juisteafhandeling volgens de geldende richtlijnen.

5.5 Vertrouwensinspecteur ongewensteseksuele intimiteiten en geweldVragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis)Klachtmelding over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstigpsychischof fysiek geweld: meldpunt Vertrouwensinspecteurs: 0900-1113111(lokaal tarief). Landelijke Klachtencommissie BesturenraadPostbus 823242508 EH Den HaagInfo@klachtencommissie.org

OVERIGE INFORMATIE 37

5.6 SchoolbegeleidingsdienstDe Burcht maakt geen gebruik van een schoolbegeleidingsdiens.t

6

COLOFOON 39

:::6 Colofoon

De Burcht is een school voor VSO-ZMOK binnen de gesloten justitiëlejeugdinrichting Teylingereind.AdresBezoekadres: Rijksstraatweg 24, 2171 AL SassenheimPostadres: Postbus 193, 2170 AD SassenheimE-mail: info@vso-deburcht.nl, ben.kottenhagen@aloysiusstichting.nlTelefoon: 071 - 305 55 91Fax: 071 - 305 55 90 Schoolbestuur Aloysius StichtingPostadres: Postbus 98, 2215 ZH VoorhoutTelefoon: 0252 - 43 40 00Internet: www.aloysiusstichting.nlTel. sectorbureau: 0544 - 39 43 20 Algemeen directeur Aloysius stichting: drs. H. KeldermanSectordirecteur Justitiescholen Aloysius Stichting: de hr. Remco Prastlocatiedirecteur: Britta de JongVertrouwenspersoon Aloysius stichting:Mevr. Wieck van Baars, via bestuursbureau Voorhout, tel. 0252 - 43 40 00 Vertrouwenspersonen binnen Teylingereind en de Burcht:Sander en Zulaika.vertrouwenspersoon@teylingereind.nl of telefoon: 071-3050603 (intern 603). OnderwijsInspectie:De heer P. van de PolInspectie van Onderwijs, Postbus 431, 2100 AK Heemstede Vertrouwensinspecteur ongewenste seksuele intimiteiten en geweld

40 COLOFOON

Klachtmelding over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstigpsychischof fysiek geweld: meldpunt Vertrouwensinspecteurs: 0900 - 111 31 11(lokaal tarief).Algemene vragen over onderwijsPostbus 51: telefoonnummer 0800 - 8051 (gratis)