De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die...

41
De bank in de samenleving Jaarverslag 1998 BELGISCHE VERENIGING VAN BANKEN

Transcript of De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die...

Page 1: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

De bank inde samenleving

Jaarverslag 1998BELGISCHE VERENIGING VAN BANKEN

Page 2: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

1

1998

WOORD VOORAF 2

DE BANK IN DE SAMENLEVING 5

De banken zullen klaar zijn voor de euro 5

Imago van de banken: veeleer positief in de publieke opinie 9

De banken ten dienste van de particulieren 10

Banken en informatietechnologie 14

Banken en fiscaliteit 16

Banken en hun menselijk kapitaal 18

Banken, prudentiële controle en risicobeheersing 21

De banken steunen het «Belgian Exchange»-project 22

Banken en de milieuwetgeving 22

Banken en de strijd tegen de criminaliteit 23

De aanvullende pensioenen toegankelijk maken voor zoveel mogelijk mensen 24

DE BEDRIJVIGHEID EN DE RESULTATEN VAN DE BANKEN 25

KENCIJFERS VAN DE BELGISCHE BANKSECTOR 33

DE ORGANEN VAN DE VERENIGING 37

LEDEN 39

INHOUDSTAFEL 4040404040

Page 3: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

2

et jaar 1998 begon onder een rustigehemel, al kwamen uit Azië wel enkele wolkenaandrijven. De laatste maanden werd de horizonechter zichtbaar somberder toen andere wolkenuit Rusland of Zuid-Amerika een dreigende crisisaankondigden. De beursmarkten kregen rakeklappen en verloren een groot deel van de somsbuitensporige koersstijgingen die sedert het beginvan het jaar waren opgetekend.

Die turbulenties hebben andermaal aangetoondhoe belangrijk het voor een economie is dat ze op

een solide bank-sector kan steunen.De hevigste crisissenbarsten los in landen

met fragiele financiële stelsels. Ook sommigeontwikkelde landen, en met name Japan, blevenniet gespaard van bankcrisissen, maar dat die nietuit de hand liepen daar waar ze zijn uitgebroken,komt doordat in zeer grote mate een beroep werdgedaan op de belastingbetalers om de instellingenin moeilijkheden te ondersteunen.

Tot nu toe is de Belgische banksector steeds vandergelijke schokken gevrijwaard gebleven dankzijde voorzichtigheid die de kredietinstellingentraditioneel aan de dag legden bij het risico-beheer. De verliezen op met name de kredietenaan de zgn. opkomende landen of aan specula-tieve fondsen blijven beperkt en zijn zonderernstige gevolgen voor een correcte, maar zekerniet bovenmatige rendabiliteit - in verhouding totandere sectoren in de Belgische economie of naarinternationale normen voor de banksector.

Dit jaar werd overigens gekenmerkt door eenreeks fusies of toenaderingen waardoor de groot-

ste Belgische bankenaan slagkrachthebben kunnenwinnen om zich opte maken voor eenEuropese markt waar

de concurrentie nog feller zal zijn na de invoeringvan de eenheidsmunt.

De voorbereidingen voor de invoering van deeuro als eenheidsmunt van elf lidstaten van deEuropese Unie bleven voor de banksector eenhoofdzorg. Die voorbereidingen steunen immersgrotendeels op de banken, die de betalings-

systemen runnen. Ondanks de kosten eninkomstenverliezen die hiermee onvermijdelijkgepaard gaan,heeft de bank-sector dit histori-sche project,waarvan de lidstaten de komende jaren de vruch-ten zullen plukken, steeds gesteund. De weldadenvan de euro zijn trouwens al van tevoren geblekenmet de financiële crisis eind dit jaar, die immersnog veel zorgwekkender zou zijn geweest als zegepaard was gegaan met een wisselcrisis zoals dievan 1992-1993. Dankzij de economische conver-gentie tussen lidstaten kon een opmerkelijkestabiliteit worden gehandhaafd binnen deeurozone, zonder dat men zijn toevlucht moestzoeken tot interventies op de valutamarkten oftot rentestijgingen.

In haar vorig jaarverslag had de Belgische Vereni-ging van Banken te kennen gegeven dat burger-schap en verantwoordelijkheidszin voor debanksector geen holle woorden zijn. Die zorg wasook tijdens het verslagjaar bestendig aanwezig.

De Gedragscode, die de regels vastlegt die vooropmoeten staan in de relaties tussen de banken enhun particuliere cliënten, is op 1 septemberjongstleden inwerking getreden.Ze is op ruimeschaal verspreid.De Ombudsman werd nadrukkelijk belast met hettoezicht op de toepassing ervan.

Op grond van het charter betreffende de basis-bankdienst, dat vorig jaar in werking trad, kanelke burger een rekening openen bij de talrijkeondertekenende kredietinstellingen, waaronderalle grote banken. Alle OCMW's van het landwerden hiervan op de hoogte gebracht. Voor al dedit jaar aan de Ombudsman voorgelegde geval-len - amper een tiental - kon een oplossingworden gevonden.

Volgens de banksector kunnen deontologischeregels problemen dikwijls efficiënter oplossen dangedetailleerde wetten. Die blijven natuurlijk welnoodzakelijk om het algemeen belang te dienenen flagrante misbruiken tegen te gaan. Maar alleproblemen oplossen kunnen ze onmogelijk. Ineen snel evoluerende wereld zijn wetten snel

... hoe belangrijk het voor eeneconomie is dat ze op een

solide banksector kan steunen.

... een reeks fusies of toenade-ringen waardoor de grootste

Belgische banken aanslagkracht hebben kunnen

winnen ...

... de euro blijft voor de bank-sector een hoofdzorg.

De Gedragscode isop ruime schaal verspreid.

H

Page 4: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

3

achterhaald. Met een plichtenleer kan veel snellerop nieuwe situaties worden ingespeeld. En

aangezien die degeest boven deletter stelt, zijn deregels ervan veelmoeilijker teomzeilen dan die

van een ingewikkelde wetgeving.

Op het gebied van de prudentiële en fiscale regelsheeft de BVB ruim bijgedragen tot de goedetoepassing van een circulaire van de Commissievoor het Bank- en Financiewezen (CBF) vandecember 1997 waarin de in 1975 opgestelde lijstvan «bijzondere mechanismen» wordt bijgewerkt.Daaronder verstaat men iedere systematischepraktijk vreemd aan de normale bankpraktijkendie tot doel of tot gevolg heeft belasting-ontduiking vanwege cliënten van de bank in dehand te werken. Het BVB-Directiecomité keurdein juli 1998 een aantal gedragslijnen goed tervoorkoming van ongezonde concurrentie tussenkredietinstellingen op dit gebied. De BVB stelde

de geest boven deletter van de circu-laire vermits zij zichgeheel kan aanslui-ten bij de zorg vande CBF om elke

medeplichtigheid aan fraude te voorkomen die dereputatie van de betrokken instellingen en van debanksector in zijn geheel kan schaden.

De tarifering van bankdiensten blijft zeer gevoeligliggen in de publieke opinie. Daarom zijn debanken hierbij altijd voorzichtig èn geleidelijk tewerk gegaan. Voor hen blijft de hoofdzaak dat decliënten de weg wordt gewezen naar de goed-koopste en/of de veiligste betaalmiddelen. Maarmen kan niet om de rendabiliteitseisen heen. Metde alsmaar fellere concurrentie, met name alsgevolg van de invoering van de eenheidsmunt, zal

het steeds moeilij-ker worden omverliesmakendebetalingssystemente handhaven dieworden gesubsidi-

eerd door andere producten of door anderecliënten dan degene die er gebruik van maken.

... kunnen deontologischeregels problemen dikwijlsefficiënter oplossen dangedetailleerde wetten.

Een belangrijke stap in dit verband werd beginvan dit jaar gezet wat betreft het gebruik van debetaalterminals. Dankzij de toegevingen vanwegezowel de banken als de grootdistributie kon detoeslag die daar werd gevraagd van de cliëntendie betaalden met een debetkaart, wegvallen. Hetgebruik van elektronische betaalmiddelen issedertdien sterk toegenomen, ten nadele vancash, wat het niveau van veiligheid mee heeftverbeterd.

Doordat vaker gebruik wordt gemaakt vanelektronische betaalmiddelen zal ook de overgangnaar de euro vlotter verlopen aangezien danminder biljetten en muntstukken moeten wordenomgewisseld.

Op de volgende bladzijden wordt nader ingegaanop de vele onderwerpen die door de BVB werdengevolgd tijdens het afgelopen jaar. Uit de ver-scheidenheid aan onderwerpen blijkt duidelijkwelk een centrale plaats de banksector inneemt inhet economisch leven.

Guido RavoetDirecteur-generaal

Willy BreeschVoorzitter

Fiscaliteit: de bankeneven bezorgd als de CBF

inzake bijzonderemechanismen.

... dat de cliëntende weg wordt gewezen

naar de goedkoopstebetaalmiddelen ...

Page 5: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

4

Page 6: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

5

DE BANKENZULLEN KLAARZIJN VOORDE EURO

België aan kopin «Euroland»Al jaren zijn de banken druk in deweer om klaar te zijn voor de af-spraak op 1 januari 1999, de datumwaarop de euro de eenheidsmuntwordt van elf lidstaten van de Eu-ropese Unie. Dankzij een efficiëntesamenwerking tussen de banksectoren de overheid legde België als eer-ste Europese land in een «nationaalovergangsplan» de krachtlijnen vande overgang naar de euro vast. Diekrachtlijnen steunen op het principe«no compulsion, no prohibition», dateen maximum aan soepelheid laatin de overgang naar de eenheids-munt: ieder kan in de eerstkomendedrie jaren immers zijn eigen tempokiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenisis aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling te schakelen.

De banken staan ten dienste van huncliënten, voor wie het waarschijn-lijk de normaalste zaak in de we-reld lijkt dat de banken zich aan-passen aan de veranderingen die deeenheidsmunt meebrengt. En zehebben gelijk, want de banken heb-ben de gewoonte hun verantwoor-delijkheid op te nemen. Men geeft

zich echter niet altijd rekenschapvan al de inspanningen van de ban-ken op het gebied van cliënten-voorlichting en personeelsop-leiding, of van de massa proceduresen computerprogramma's die moes-ten worden gewijzigd en die in detienduizenden lopen.

Niet in alle regio's van «Euroland»ging het zo snel als bij ons. Belgiëmag trots zijn op de efficiënte samen-werking die tot stand kwam tussenhet Commissariaat-generaal voor deeuro en alle sectoren die betrokkenzijn bij dit project waarvoor debanksector een strategische positieinneemt.

Niet verplicht, maarevenmin verbodenVoor bankrekeningen houdt hetprincipe «no compulsion, noprohibition» in dat iedereen rekenin-gen zal kunnen hebben in euro ofin Belgische frank. Alle girale beta-

DE BANK IN DE SAMENLEVING

lingen (cheques, overmakingen,telefoonbankieren, PC-bankieren,enz.) zullen in euro's of in frankenkunnen worden verricht. De bankenzullen de omrekening gratis uitvoe-ren. Als Piet, die een rekening inBelgische frank heeft, bijvoorbeeldeen factuur in euro betaalt aan Jan,die een rekening in euro heeft,wordt Piet's rekening gedebiteerd inBelgische frank en Jan's rekeninggecrediteerd in euro.

Alle documenten betreffende dieverrichtingen werden aangepastwanneer dit nodig bleek. Voor decheque zijn er geen wijzigingen.Zoals vandaag moet de opdracht-gever zelf de munteenheid eropaanduiden. Daarentegen werd eenspeciaal «euro»-overschrijvings-

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 7: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

6

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

formulier uitgewerkt binnen deBVB. De oranje/okergele kleuronderscheidt dit model van dehuidige rode overschrijvings-formulieren in Belgische frank.

Alle interbancaire verrichtingen dieniet rechtstreeks op de cliënten be-trekking hebben, zullen evenwelintegraal in euro gebeuren.

De financiële markten schakelen alop 1 januari 1999 over op deeenheidsmunt: de beursnoteringenzullen uitgedrukt zijn in euro, netzoals de uitgiften van gedemate-rialiseerde overheidsleningen. Decliënten kunnen de verrichtingenvanaf hun rekening in voorkomendgeval natuurlijk in Belgische frankblijven afrekenen.

De BVB heeft de banken aanbevo-len hun tarieven in beide munteen-heden uit te hangen (principe vandubbele prijsaanduiding). Demeeste banken zullen bovendienook op de rekeninguittreksels dedubbele prijsaanduiding hanteren.Er zijn bijzondere regels vastgesteldvoor afrondingen bij de omreke-ningen zodat het oorspronkelijkebedrag altijd kan worden terugge-vonden, ongeacht het aantal uitge-voerde verrichtingen.

dat de banken geen verschillendeaankoop- en verkoopkoersen meerzullen afficheren, maar één koers,d.i. de officiële omrekeningskoers.De omrekeningskosten zullenduidelijk vermeld staan op hetborderel, in de vorm van eenprovisie uitgedrukt als percentagemet, al naargelang de bank, eenminimum- en/of maximumbedragen eventueel een vast recht.Sommige banken hanteren ditsysteem al, dat over het algemeentransparanter en voordeliger blijktte zijn voor de cliënt, zoals blijktuit het voorbeeld in de inzet.

Transparantetarifering voorwisselverrichtingenDe euro zal op zich natuurlijk geenwijzigingen meebrengen voor detarifering van de bankverrichtingen,overeenkomstig het algemene prin-cipe van de continuïteit van de con-tracten, dat bepaalt dat elk bedragin Belgische frank automatischwordt omgezet in zijn equivalent ineuro.

De tarifering van de biljettenwisselin de eurozone zal echter nood-gedwongen enigszins wijzigen.Aangezien het wisselkoersrisicowegvalt, zullen enkel de cash-behandelingskosten worden aan-gerekend tijdens de overgangs-periode waarin de nationalemuntstukken en biljetten nog inomloop zijn. Concreet betekent dit

Eerste optiesvoor de omwisselingvan muntstukkenen biljetten in 2002Vanaf 1 januari 2002 verdwijnen denationale munteenheden in giralevorm. Alle biljetten en muntstuk-ken in Belgische frank worden ge-leidelijk uit omloop genomen envervangen door euro's. Samen metandere sectoren, met name de dis-tributie, wenst de banksector eenkorte, tot drie maanden beperkteovergangsperiode. De fysiekeomwisseling van muntstukken(BEF voor EUR) wordt nadien on-mogelijk; enkel nog de rekeningvan de cliënt kan wordengecrediteerd voor het overeenstem-mende bedrag in euro. Om de over-gang optimaal te laten verlopendenkt de banksector aan de vol-gende procedure voor de courantebehoeften: de consumenten doenzoals normaal hun aankopen engeven volgens hunbetaalgewoontenhun cash (BEF) uitin de handel; nadiennemen ze al naarge-lang hun behoefteneurobiljetten op aaneen geldautomaat ofaan de balie van debank.

Omwisselingen vanBEF naar EUR voorgebruikelijke bedra-gen zullen gratisworden uitgevoerddoor de banken.

Mijnheer Jansen heeft een weekendjeBerlijn gepland maar om onvoorzieneredenen moet hij ervan afzien. Hij hadechter al 1.000 DEM gekocht die hijopnieuw in Belgische frank wil om-zetten.

Vóór 1 januari 1999

De aankoop- en verkoopkoersverschilde ongeveer 2% van demiddenkoers.

Met een middenkoers van20,625 BEF = 1 DEM zou hij 1.000 x21,038 BEF (= 20,625 BEF + 2%)hebben betaald, of 21.038 BEF.

Bij verkoop zou hij 1.000 x20,212 BEF (= 20,625 BEF – 2%)hebben ontvangen, of 20.212 BEF.

Hij zou dus tweemaal 413 BEFhebben verloren op de transacties,of in totaal 826 BEF.

Na 1 januari 1999

De nieuwe berekeningswijzevertrekt van de spilkoers. Een vastpercentage wordt aangerekend omde werkingskosten te dekken. Deaankoop van 1.000 DEM kost dus20.883 BEF :

20.625 (1.000 x 20,625) +258 (1,25% van 20.625) (1).

Als hij de 1.000 DEM opnieuwverkoopt, ontvangt hij 20.367 BEF :

20.625 (1.000 x 20,625)– 258 (1,25% van 20.625).

In totaal zal hij dus tweemaal258 BEF verliezen,of 516 BEF, i.p.v. 826 BEF.

(1) Bij wijze van voorbeeld

Z.M. Koning Albert II slaatde eerste Belgische euro-munten

Page 8: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

7

Ook de omschakeling van de BEF-rekening naar een EUR-rekening opverzoek van de cliënt (vanaf 1 janu-ari 1999) of automatisch, aan heteinde van de overgangsperiode(31 december 2001), zal gratis ge-beuren.

De banken zullen op dat ogenbliknooit geziene logistieke problemenmoeten oplossen. Het vervoer en deopslag van Belgische franken eneuro's tijdens die periode zijn eengrootscheepse onderneming: min-stens 20.000 ton aan muntstukkenmoeten worden vervoerd, waarvanongeveer 10.000 ton Belgische frankdie uit omloop worden genomen en10.000 ton euro's die moeten wor-den ingevoerd!

De banksector is bereid om de extrakosten voor het biljettenvervoer tedekken, maar heeft gevraagd dat deoverheid instaat voor het vervoer ende opslag van de muntstukken.

Het vervoerprobleem wordt mo-menteel grondig bestudeerd. Dewaardetransportreglementering laatgeen muntwissel binnen een rede-lijke termijn toe want alle Belgischefranken moeten uit omloop wordengenomen en in de plaats daarvanmoeten euro's komen. Het aantalbeschikbare erkende voertuigen isbeperkt. Een wijziging van dereglementering en soepelere trans-portvoorwaarden zijn dus hoog-nodig, zonder dat een en ander tenkoste gaat van de veiligheid.

Zowat een maand vóór de effectieveomruiling zullen startkits - dit zijn pak-ketten van 198 euro samengesteld uitde verschillende muntstukken - ver-krijgbaar zijn voor handelaars. Ookkleine coupures van eurobiljetten zul-len beschikbaar zijn in de loop van delaatste weken van 2001.

Vanaf 2 januari 2002 kunnen bijbanken of biljettenverdelers nogenkel euro's worden opgenomen.

De ECB heeft aan-gekondigd dat zijde kredietinstel-lingen vanaf 1 janu-ari 1999 reserve-verplichtingen zalopleggen. Diereserveverplich-tingen zullen eenvan haar mone-taire beleids-instrumenten zijn.De banken zullendan een percen-tage van sommigevan hun verbinte-nissen bij de cen-trale bank moetenuitzetten. Hetmechanisme is be-doeld om de stabiliteit van de geld-marktrente te bevorderen en devraag naar liquiditeiten bij de ECBte versterken (door via de reserveseen structureel liquiditeitstekort opde geldmarkt te scheppen of te ver-sterken).

De reservecoëfficiënt is vastgesteldop 2 %, wat voor de Belgische bank-sector neerkomt op een reserve-volume van 280 tot 290 miljard BEF,volgens ramingen van de NBB.

De Europese banksector heeft zichsteeds negatief uitgelaten over hetreserve-instrument. Onder meer deervaring van België heeft aange-toond dat zo'n instrument niet on-ontbeerlijk is voor een efficiëntmonetair beleid. Zelfs als de reser-ves worden vergoed, zoals de ECBaankondigt, komen ze nietteminvoor de banken neer op eensupplementaire administratieve lasten een moeilijker liquiditeiten-beheer. Het risico van eendelokalisatie van bepaalde finan-ciële activiteiten buiten Europa magniet worden onderschat.

Op 1 september 1998 voerde deNationale Bank van België (NBB)een overgangsregeling in die open-staat voor alle in België gevestigdebanken, zodat ze zich vertrouwdkunnen maken met dit nieuwe in-strument.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Euribor, nieuwereferentierentevoetvoor de geldmarktDe invoering van de euro zal ooktot gevolg hebben dat vanaf 1 janu-ari 1999 de in menige krediet-overeenkomst gebruikte nationalereferentierentevoeten voor de geld-markt (de Bibor voor België) ver-dwijnen. Om een homogene, liquideen goed georganiseerde geldmarktvlot te laten werken moesten denationale referentierentevoeten wor-den vervangen door één referentie-rentevoet.

Die rentevoet, in het specialisten-jargon «Euribor» (Euro InterbankOffered Rate) gedoopt, is de rente-voet waartegen de beste banken geldzullen kunnen uitlenen op de een-gemaakte Europese interbanken-markt. Hij zal dagelijks worden vast-gesteld door een groep van 57 ban-ken, waaronder vier Belgische. DeBVB heeft via de Bankfederatie vande EU actief meegewerkt aan de tot-standkoming van deze nieuwe«benchmark».

Monetair beleidverhuist geheelnaar EuropaDe Monetaire Unie houdt per defi-nitie een gemeenschappelijk mone-tair beleid voor de hele eurozone in.De bevoegdheden in dit vlak wor-den overgeheveld van het nationalenaar het Europese niveau, maar deuitvoering van het beleid blijft ge-decentraliseerd. Met andere woor-den, de nationale centrale banken,die het «Europese Systeem van Cen-trale Banken» uitmaken, zullen be-last zijn met de uitvoering van hetmonetaire beleid dat door de Euro-pese Centrale Bank (ECB) wordt be-paald.

Page 9: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

8

Dadelijk kostenvoor de banken, maarvoor de toekomst ookmogelijkhedenDe banksector heeft altijd pal ge-staan voor het project van de Euro-pese Monetaire Unie, die de groeizal ondersteunen en de positie vanEuropa in de wereldeconomie zalversterken, ondanks de aanvanke-lijk negatieve gevolgen, bekeken uithet oogpunt van de bankrenda-biliteit.

Hoe de betalingssystemen voorkleine bedragen zullen worden geïn-tegreerd, blijft dan ook een openvraag. Verscheidene oplossingenzijn hierbij mogelijk. Elk verreke-ningssysteem kan worden openge-steld voor het buitenland, wat nieterg efficiënt is. De onderlinge ver-binding van de verrekenings-systemen zou al een vooruitgangbetekenen, evenwel met het nadeeldat men verplicht is de facto zich opéén lijn te plaatsen met de minstgevorderde partner. De meest am-bitieuze oplossing zou vast en zekerzijn dat één supranationaalverrekeningssysteem wordt opgezet,maar de technische, economischeen zelfs politieke hinderpalen daar-voor blijven talrijk.

Voor grote betalingen zullen ver-scheidene betalingssystemen metelkaar concurreren. Naast hetTARGET-systeem, dat door de ECBis opgezet met het oog op de mone-taire beleidsvoering, maar dat ookvoor interbankentransacties zalkunnen worden gebruikt, werdenverscheidene privé-initiatieven ge-nomen waaruit de marktspelers zul-len moeten kiezen.

met het aantal deelnemende landenbij de start van de EMU. De verlie-zen zullen in hoofdzaak de wissel-verrichtingen en in de tweede plaatshet internationaal betalingsverkeertreffen. Daarbovenop komt nog deimpact van een toenemende concur-rentie ten gevolge van de groteremarkttransparantie en het verdwij-nen van de nationale munten.

Natuurlijk zal de euro de bank-sector ook nieuwe mogelijkhedenbieden die hij te baat zal moetennemen. De eurozone zou moetenuitgroeien tot een pool van stabili-teit in de wereld, wat alleen maarten goede kan komen aan de finan-ciële activiteiten. Bovendien zal deeruit verhoopte supplementairegroei de aanzet geven tot een toe-name van de investeringen en dusvan de te financieren bedragen. Tenslotte zal de omvang van Eurolandsfinanciële markt de Europese finan-ciële centra veel aantrekkelijkermaken voor institutionele beleggers,die veel belang hechten aan de diepteen de liquiditeit van de markten.

De BVB hield eind 1996 een enquêtenaar de kosten en inkomsten-verliezen die de invoering van deeuro zal meebrengen voor de ban-ken. De eenmalige kosten bij de in-voering van de euro, die moetenworden omgeslagen over deinvoeringsperiode, van 1996 tot2000, werden geraamd op 21 mil-jard BEF voor alle banken samen:daarvan dient 53 % voor de aanpas-sing van de computersystemen, 18 %dekt de communicatie-uitgaven (in-formatie aan de cliënten) en 9 %gaat naar personeelsopleiding. Deeindfase, de omzetting in euro vande biljetten en muntstukken, zalminstens 3 miljard BEF kosten, d.i.ongeveer 15 % van het kostenplaatjevan de overgang naar de euro.

In die kostenraming zijn de«opportuniteitskosten» echter nietmeegerekend. De enorme inzet vanmiddelen voor de euro gaat immersten koste van andere initiatieven, diehet met minder zullen moeten stel-len.

De geraamde inkomstenverliezenvoor de banksector in zijn geheelzouden om en bij de 25 miljard BEFper jaar belopen, rekening houdend

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Naar een EuropeesgeïntegreerdbetalingssysteemDe invoering van de eenheidsmuntzal in de nabije toekomst ingrij-pende wijzigingen teweegbrengenin de organisatie van het internatio-naal betalingsverkeer. Tot nu toewaren de betalingssystemen vooralop nationale leest geschoeid. Voorkleine betalingen bereikte het vo-lume van de verrichtingen tot nu toeniet de kritische massa die vanwegede banken investeringen verant-woordt vergelijkbaar met die voorhet nationaal betalingsverkeer.Daarom zijn kleine internationalebetalingen relatief duur gebleven.Met de euro ligt echter grote voor-uitgang in het vooruitzicht vermitshet volume van het grens-overschrijdend betalingsverkeer al-leen maar kan toenemen.

Page 10: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

9

IMAGO VANDE BANKEN:VEELEERPOSITIEF INDE PUBLIEKEOPINIE

Eind verleden jaar kon de BVB deresultaten van een enquête naar hetimago van de banksector inkijkendie Research International op haarverzoek bij een representatievesteekproef van de Belgische bevol-king hield.

Daaruit blijkt dat er tweemaal zo-veel Belgen zijn met een positiefbeeld van de sector als met een ne-gatief beeld. De cijfers zijn nog meerbemoedigend bij de jongeren van 18tot 24 jaar, bij wie er vier een posi-tief beeld hebben tegen slechts ééneen negatief.

Dit resultaat staat in contrast met deconclusies van diepgravende ge-sprekken in het kader van diezelfdeenquête, waaruit blijkt dat deopinieleiders (journalisten, politici,leerkrachten) daarentegen een min-der positief beeld hebben van desector. Hun bekommernissen zijnwellicht niet dezelfde als die van het

publiek, dat de banksector ook be-oordeelt op de kwaliteit van dedienstverlening. Op de vraag of zijbereid zouden zijn om hun bank aante bevelen in hun vrienden- of ken-nissenkring, antwoorden driekwart

van de ondervraagden im-mers bevestigend.

In de ogen van het publiekdraagt de banksector meer bijtot de economische ontwik-keling dan andere sectoren,zoals de distributie-, deverzekerings- of de tele-communicatiesector,ook al lijkt hij in de ogenvan de ondervraagden minderinnoverend en minder dynamischdan laatstgenoemde. De banksectorwordt echter aangezien als een sec-tor die weinig werkgelegenheidschept. Men kan nochtans niet be-weren dat de balans negatief is ver-mits het aantal personen werkzaamin de sector al jarenlang relatief sta-biel is gebleven.

De tarifering valt dan weer niet ingoede aarde en kan op weinig be-grip rekenen: 49 % van de cliëntenvindt het abnormaal dat zij voorsommige bankdiensten moeten be-talen. 71 % erkent evenwel dat deautomatisering hun verrichtingenheeft vereenvoudigd.

Uit de enquête blijkt ook eenenorme behoefte aan informatie:64 % van de ondervraagden vragenom objectieve informatie over debanken. De cliënten wensen voortseen eenvoudiger, praktischer envolkomen transparante informatieover de voor- en nadelen van de ver-schillende producten. Wat het pu-bliek vooral interesseert, behalve deeuro, is wat de banken doen methun geld en wat de redenen zijnvoor de tarifering.

Om in te spelen op die behoefte aaninformatie hebben de banken voorhet merendeel hun inspanningen

qua informatie verhoogd. Vooralvoor de euro is dat goed merkbaar.

De BVB heeft met name haar con-tacten met het onderwijs uitgebreid.Pedagogische fiches zullen begin1999 beschikbaar zijn op haarwebsite en in verscheidene provin-cies zullen informatievergaderingenvoor leerkrachten van het middel-baar onderwijs worden georgani-seerd.

Ook voor journalisten werdeninformatievergaderingen gehouden,met name omtrent de recente evo-lutie van de financiële technieken.

La banqueds lasociété

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 11: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

10

DE BANKENTEN DIENSTEVAN DEPARTICULIEREN

Gedragscodeen basisdienst:de banken gaaneen verbintenis aanIn april 1998 keurde het BVB-Directiecomité definitief de «Ge-dragscode van de Belgische Ver-eniging van Banken» goed. Diecode bevat de gedragsregels,samengebald in zeven basis-principes, die de banken be-loven na te leven in hun re-laties met hun cliënten. Hijpreciseert ook de verbin-tenissen van de sectorop bepaalde gebiedenzoals betalings-systemen, sparen enbeleggen, krediet,verzekeringen enafstandsbankie-ren. Alle bankendie diensten aanparticulieren aan-bieden, hebben degedragscode uitdrukkelijk onder-schreven.

De gedragscode is allereerst bedoeldom de consumenten duidelijk te

maken wat hun rechten zijn, in eenklare taal, ver van het jargon datmen in de meeste wetteksten aan-treft. De banken gaan een echte ver-bintenis aan: de consument kan zichimmers beroepen op de code, metname voor de hoven en rechtban-ken. Rechters moeten immers altijdrekening houden met de beroeps-gebruiken. Overigens is de Om-budsman van de sector belast methet toezicht op de naleving van decode door de banken-leden. In zijnadviezen zal hij natuurlijk hiermeezo nodig rekening houden.

Sommigen hadden een meer gede-tailleerde code met preciezere ver-

bintenissen gewenst. De BVB hieldhet liever bij algemene

principes omdatdie het voor-deel bieden

van soepel-heid in een snel

e v o l u e r e n d ewereld. Boven-

dien zijn alge-mene principes al-

tijd veel moeilijkerte omzeilen dan gede-

tailleerde regels wantze moeten worden na-

geleefd naar de geest,meer dan naar de letter.

De banksector is ervanovertuigd dat een gezonde

deontologie dikwijls te ver-kiezen is boven een gedetail-

leerde en vaak onstandvastigereglementering, die hoe dan ooknooit op alle concrete situaties voor-zien kan zijn. Tegen de overregle-mentering van de jongste jaren - ènhet afgelopen jaar - in wilde de BVBtonen dat er een geloofwaardig al-ternatief bestaat. De wet heeft van-zelfsprekend nog reden van bestaan,maar alleen wanneer het erom gaatop te treden tegen gedrag dat mani-fest ingaat tegen het algemeen be-lang, of om misbruiken te beteuge-len.

Door beroepsregels vast te leggenkunnen problemen meestal snel,soepel en pragmatisch worden af-gehandeld. Dat was ook het gevalvoor het charter betreffende debasis-bankdienst, waarbij iedereburger zonder voorwaarden, qua

inkomsten of andere, een rekeningkan openen bij meer dan twintig on-dertekenende banken, waaronderde grootste. Een gedragscode betref-fende de valutadata vormde eennuttige aanvulling op de wet diedeze aangelegenheid regelt. En desector hoopt tevens met een aange-paste gedragscode te kunnentegemoetkomen aan de bekommer-nissen die onlangs werden geuit inverband met de relaties tussen debanken en de gevolmachtigde agen-ten.

De zeven basisprincipesvan de Gedragscode

van de BVB1. Openheid en duidelijke

informatie2. Dialoog3. Discretie4. Vaardigheid en bekwaamheid5. Veiligheid en

betrouwbaarheid6. Integriteit van het

banksysteem7. Oplossen van problemenDe tekst van de Gedragscode kan worden verkre-gen bij de BVB en de banken-leden die dienstenaan particulieren aanbieden. Hij kan ook in viertalen worden geraadpleegd op de website van deBVB (www.abb-bvb.be).

code deconduite

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Ombudsman:pragmatische ensnelle oplossingenaanreiken voorde problemenDe werkwijze van de dienst van deOmbudsman sedert zijn ontstaan in1990 is een goede illustratie van devoordelen van een pragmatischeaanpak. Dankzij zijn bemiddelingkonden zeer vele geschillen tussende banken en hun particuliere cliën-ten immers snel, zonder nodeloosformalisme, worden beslecht.

In het jaar 1997 behandelde deOmbudsman 956 verzoeken. In 51gevallen ging het om informatievevraagstellingen. Die zijn dikwijls devoorbode van een klacht, maar decliënt wenst in een eerste stap nietaltijd de naam van de bank te noe-men. De cliënten van de bankenkregen steeds een uitvoerig schrif-telijk antwoord en de bijbehorendedocumentatie. Tevens werden ermeer dan 2.300 telefonische oproe-pen beantwoord van bankcliëntendie uitleg vroegen over de financiëledienstverlening en producten. DeOmbudsman gaf telkens een zo con-creet mogelijk antwoord op de ge-stelde vragen zonder echter advieste verstrekken over de kern van dezaak. De cliënten werden steeds ver-wezen naar de cliëntendienst van debank, voor zover ze dit nog niethadden gedaan. Uiteindelijk werden615 schriftelijke ontvankelijkeklachten geregistreerd.

De Ombudsman verstrekte aan 457klagers een gemotiveerd advies. Erdient te worden opgemerkt dat

Page 12: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

11

steeds meerk l a c h t e nbijkomendeinformatievergen, zo-wel van debank alsvan de kla-ger. Dithoudt uiter-aard ver-band meteen steeds

complexere bankmaterie.

De Ombudsman houdt toezicht opde toepassing van het charter betref-fende de basis-bankdienst. In hettotaal moest hij slechts 10 interven-ties doen bij de banken en spaar-banken die alle onmiddellijk tot eengunstig resultaat hebben geleid voorde cliënt.

De aard van de klachten was tijdenshet werkingsjaar 1997 niet werke-lijk anders dan tijdens de voor-gaande jaren. De kredietverlening -in de brede zin van het woord - gafaanleiding tot het grootst aantalklachten. Producten en dienstverle-ning in het kader van het betalings-verkeer waren tevens de bron vaneen belangrijk aantal klachten. DeOmbudsman merkt op dat oplich-ting bij loketverrichtingen - meerbepaald fraude bij circulairecheques - nog steeds een vaak voor-komend misdrijf uitmaakt. Noch-tans zou dit gemakkelijk kunnenworden voorkomen door een recht-streekse creditering op de rekeningvan de begunstigde.

Het jaarverslag over heel 1998wordt gepubliceerd in de eerstemaanden van 1999. Rekening hou-dend met name met de groeiendebekendheid van de Ombudsman, ishet aantal behandelde gevallen hetafgelopen jaar nog toegenomen.Eind september 1998 waren 850klachten geregistreerd.

Een aantal hervormingen inzake debevoegdheden van de Ombudsmanen van de Regelings- en Overleg-commissie (ROC) van de spaarban-ken vonden plaats met inwerking-treding op 1 september s1998. DeOmbudsman wordt, benevens zijnhuidige bevoegdheid voor particu-liere cliënten van de banken, ook

bevoegd de verzoeken van de cliën-ten van de spaarbanken te behan-delen. De ROC wordt omgedoopttot Ombudscollege en zal op ver-zoek van de Ombudsman - en al-leen op zijn verzoek - klachten be-handelen van de cliënten van debanken en van de spaarbanken, inhet bijzonder voor de gevallen dieeen grondige juridische ontledingvragen. De Ombudsman wordt vol-waardig lid van dit college.

Krediet aanparticulieren:complexiteitweinig compatibelmet EuropaHet krediet aan particulieren kan opzeer grote belangstelling vanwege deoverheid blijven bogen. In januari1998 keurde het Parlement defini-tief een nieuwe wet op hethypothecair krediet goed die een

wet van 1995 wijzigt waarvan deuitvoeringsbesluiten nooit warenbekendgemaakt en die zelf al een wetvan 1992 wijzigde. De Belgischewetgeving, die de veranderlijkheidvan de hypothecaire rente uiterstprecies en gedetailleerd reglemen-teert, is veruit de meest onstand-vastige en ingewikkelde van Eu-ropa. Van meet af aan rezen erinterpretatiemoeilijkheden, metname omtrent de commerciëleristorno's die al dan niet in het pros-pectus moeten worden vermeld.Momenteel vindt hierover overlegplaats tussen de Controledienst voorde Verzekeringen (CDV) en dekredietgevers.

Met de komst van de euro zal demarkt voor krediet aan particulie-ren geleidelijk een Europese dimen-sie krijgen. Vroeg of laat wordt eenharmonisatie van de wetgevingenonafwendbaar en bijgevolg zal hetvoor België wellicht aartsmoeilijkworden om zo'n ingewikkeldereglementering als nu te behouden.

Die opmerking geldt ook voor hetconsumentenkrediet, waar een ten-dens tot overbescherming van deconsument wordt vastgesteld dieover het algemeen veel verder gaatdan in de meeste Europese landen.De minister van Economische Za-ken heeft een voorontwerp van wettot wijziging van de wet van 1991op het consumentenkrediet uitge-werkt. De banksector pleit hierbijvoor een vereenvoudiging van hetformalisme dat die wet momenteeloplegt en waarschuwt tegen maat-regelen die een «deresponsabi-lisering» van de kredietnemers totgevolg zouden hebben. De bespre-kingen die in dit verband plaatsvon-den in de Raad voor het Verbruikwijzen erop dat een akkoord tussende kredietgevers en de vertegenwoor-digers van de consumenten-verenigingen, die een onwrikbaarvertrouwen blijven hebben in als-maar ingewikkeldere wetgevingen,nog veraf is.

Het probleem van de overmatigeschuldenlast trekt met reden de aan-dacht van de overheid. Al blijft dituit statistisch oogpunt een zeer mar-ginaal verschijnsel, de gevolgen er-van zijn daarom niet minder drama-tisch voor de getroffenen en hungezinnen. In juli 1998 nam het Par-lement een wet aan die personenmet overmatige schulden uit demoeilijkheden moet helpen. Er iseen systeem van bemiddeling opge-zet, met de mogelijkheid voor derechter om schuldverminderingen

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Paul Caeyers,Ombudsman

Page 13: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

12

op te leggen als geen akkoord wordtbereikt met de schuldeisers. Debanksector vindt een goed georga-niseerde bemiddeling voordeligvoor alle partijen. Hij betreurt ech-ter dat men de rechter de mogelijk-heid heeft gelaten om schuld-verminderingen toe te staan aanmalafide schuldenaars die willensen wetens valse informatie mee-delen aan de kredietgever met debedoeling een krediet te verkrijgen.Bedriegers aanmoedigen is zekergeen goede manier om de overma-tige schuldenlast te bestrijden. Menmag niet vergeten dat krediet, zon-der hetwelk er geen economischegroei kan zijn, in wezen berust opvertrouwen, en dus op de goedetrouw van de partijen.

De sector was verongelijkt over debepaling volgens welke het fonds terfinanciering van de bemiddelingenkel ten laste komt van de krediet-gevers, met uitzondering van deoverige schuldeisers. Dit is een fla-grante schending van hetgelijkheidsbeginsel. Daarom werdbesloten beroep in te stellen bij hetArbitragehof met het oog op eenmeer billijke verdeling van de las-ten.

De banksector blijft zich verzettentegen de invoering van een positieveconsumentenkredietcentrale, waar-van de kosten noch de nadelen voorde bescherming van de privacy inverhouding staan tot de resultatendie men ervan mag verhopen in hetkader van de bestrijding van deovermatige schuldenlast. Er bestaanandere middelen om die plaag effi-ciënter te bestrijden, zoals een gro-tere responsabilisering van dekredietmakelaars of de verplichtingvoor de kredietgever om dekredietnemer de lijst van al zijnkredietverbintenissen te vragen.

Tarifering van hetbetalingsverkeer:naar een objectieverdebat ?Dankzij een doorgedreven inter-bancaire samenwerking beschiktBelgië over een van de bestebetalingssystemen ter wereld, zoweluit het oogpunt van de kosten voorde consument als qua snelheid ofveiligheid. De toegevoegde waardevan zo'n systeem voor de economiein haar geheel is zeer belangrijk endoorgaans onderschat. Wat is er bij-voorbeeld belangrijker voor een on-derneming dan snel en regelmatigte worden betaald of alle in- en uit-gaande facturen automatisch te kun-nen beheren dankzij de gestructu-reerde mededelingen op de betaling-sopdrachten? Hoe comfortabel ishet niet voor particulieren dat zijhun aankopen in België of in het bui-tenland kunnen verrichten zonderdat zij grote geldsommen hoevenmee te nemen of dat ze talrijkebankverrichtingen op afstand kun-nen uitvoeren met behulp van eeneenvoudig telefoontoestel? Is hettrouwens niet nogal paradoxaal datde voor de consument meest «com-fortabele» verrichtingen meestaldikwijls ook het minst kosten. Eenrekenknobbel hebben hoeft niet omte weten dat een elektronische ver-richting de bank veel minder kostdan een verrich-ting op papierendrager of waarbijcash te pas komt.

Het debat rond detarifering van debetaa ld iens tenblijft moeilijkdoordat psycholo-gische en emotio-nele factoren mee-spelen. Daaromzijn de banken al-

tijd zeer voorzichtig gebleven inhun tariferingspolitiek, temeeromdat de onderlinge concurrentiescherp is. Tot nu toe is de tariferingveeleer bedoeld om de consumen-ten de weg naar de minst dure be-taalmiddelen te wijzen dan wel omde kosten integraal te dekken. Tochmoet men kunnen erkennen dat desituatie ongezond is als de kostenvan het ene product worden gefinan-cierd door de ontvangsten van eenander en de dienstverlening aan deene consument gedeeltelijk voorrekening van andere cliënten komt.Met de intensere concurrentie opEuropees niveau blijft zo'n situatienog moeilijk houdbaar. De koperszullen immers een concurrerendeprijs eisen voor elk product en dusook voor producten die vandaagdienen om het tekort in hetbetalingsverkeer te dekken.

In dit vlak is echter onbetwistbarevooruitgang geboekt. Het debatneemt objectievere allures aan, ookal is nog niet iedereen overtuigddoor argumenten die rationeel-economisch beschouwd nochtansmoeilijk te betwisten zijn.

Een grote stap werd met name ophet gebied van de betaalautomatengezet (betalingen met Mister Cash/Bancontact-debetkaart in de handels-zaken). De grootdistributie-bedrijven hebben aanvaard de toe-slag (5 BEF) af te schaffen die doorhen werd gevraagd van de koper diedit betaalmiddel gebruikt. De bank-sector heeft altijd al gevonden datdie toeslag niet gerechtvaardigd wasaangezien dit betaalmiddel meervoordelen inhoudt voor de hande-laar dan voor de consument zelf. Alstegenprestatie heeft Banksys, demaatschappij die het systeem be-

✗Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 14: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

13

heert, aanvaard om het aan de han-delaars aangerekende bedrag te ver-minderen. Dit akkoord leidde alsnel tot een toename van betekenisin de elektronische betalingen, tenkoste van de cashbetalingen, dieveiligheidsproblemen opleveren enhet duurst blijven. Iedereen ver-heugt zich hierover, maar betreurtuiteraard ook de dramatische om-standigheden rondom de onderhan-delingen, namelijk de drieste over-vallen op waardetransporteurs.

Moeilijkheden zijn opgedoken bijhet gebruik van circulaire

cheques, een makkelijk maarrelatief onveilig betaalmiddel,

zoals blijkt uit een aantalfraudegevallen, ondermeer na diefstallen vanidentiteitsbewijzen van

niet-ingezetenen, die makkelijker tevervalsen zijn dan de Belgische. Debanksector bestudeert momenteelmet De Post hoe dit betaalmiddelveiliger kan worden gemaakt. Deefficiëntste oplossing hiervoor zouechter zijn het gebruik van bank-rekeningen algemeen te verbreiden.Het charter betreffende de basis-bankdienst, dat iedere burger on-voorwaardelijk de mogelijkheidbiedt om een rekening te openen,heeft een van de grootste hinderpa-len uit de weg geruimd die hiervoornog overbleven.

Een noodzakelijketransparantieDe tarifering van de bankdienstenvergt natuurlijk een grotetransparantie ten opzichte van deconsument. Die moet correct kun-nen worden geïnformeerd zodat hijprecies weet waar hij aan toe is, detarieven kan vergelijken en aldus deconcurrentie laten spelen. Een ko-ninklijk besluit van maart 1998 be-vat verscheidene nieuwe bepalingenter zake. Een in juli 1998 aangeno-men wet legt voorts op dat op derekeninguittreksels de debetrentewordt afgedrukt wanneer een debet-saldo wordt vermeld. De BVB heeftaltijd positief meegewerkt aan elk

initiatief voor een reële verbeteringvan de informatieverstrekking aande consumenten. Laat het echterniet tot dirigistische maatregelenkomen. De banken moet een mini-mum aan vrijheid worden gelatenin de vorm van de informatiever-strekking aan de consumenten. Diemoet met name ook geëigend zijnvoor de nieuwe distributiekanalenvan de bankproducten.

Depositobescherminguitgebreid tot finan-ciële instrumentenDe huidige regeling, die tot een be-drag van 15.000 ecu (20.000 EURvanaf 1 januari 2000) deponentenbeschermt tegen het in gebreke blij-ven van een kredietinstelling, wordtbinnenkort uitgebreid tot de finan-ciële instrumenten. Vanaf 1999 zaleen eenheidsregeling niet alleen dedeposito's dekken, maar ook de bijbanken of beursvennootschappen inbewaring gegeven effecten. Naast debestaande dekking voor deposito'skomt er een gelijkwaardige dekkingvoor effecten. Het in het Parlementingediende wetsontwerp voorziettevens in het verdwijnen van hetHerdiscontering- en Waarborg-instituut (HWI), dat onder anderede depositobeschermingsregelingbeheerde. De nieuwe beschermings-regeling voor deposito's en finan-ciële instrumenten zal worden be-heerd door een nieuwe instantie,terwijl de meeste andere taken vanhet HWI worden overgenomen doorde Nationale Bank.

Handelspraktijken:onrechtmatigebedingen enkoppelverkoopOp verzoek van de minister vanEconomische Zaken maakte de In-spectie van Economische Zakenproces-verbaal op tegen bankenwaarvan de algemene voorwaardenvolgens haar niet conform de wetbetreffende de handelspraktijkenzouden zijn. Een overleg vondplaats met de administratie teneindede gewraakte bedingen aan te pas-sen en alle betwistingen in de toe-komst te voorkomen. Aan de meestekritieken kan worden tegemoet-gekomen gewoon door de tekstenvan de bedingen aan te passen. Dekloof tussen de letter en de concretetoepassing van een tekst is immersgroot. Alle banken in contact methet publiek hadden zich trouwensverbonden tot herziening van debedingen die niet conform de op1 september 1998 in werking getre-den Gedragscode van de banksectorwaren.

Hierbij moet worden onderstreeptdat de Europese richtlijn betreffendeonrechtmatige bedingen voor de fi-nanciële diensten voorziet in eenreeks afwijkingen die de Belgischewetgever tot nu toe niet in overwe-ging heeft willen nemen. Dat is metname het geval voor het verbod opeenzijdige prijswijzigingen, waar-van men kan begrijpen dat het overhet algemeen gegrond is maar datmoet worden aangepast voor definanciële sector, rekening houdendonder meer met de renteschom-melingen.

België is een van de weinige landenvan de Europese Unie met een prin-cipieel verbod op gezamenlijke aan-biedingen. Toch dient men rekeningte houden met de uitzonderingenwaarin is voorzien in bijzonderewetten, onder meer voor kredietenaan particulieren. Zo laat de wet ophet hypothecair krediet het verstrek-ken van voorwaardelijke rente-reducties toe, in het belang van decliënt zelf.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 15: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

14

BANKEN ENINFORMATIE-TECHNOLOGIE

Joodse tegoeden:positiefBVB-antwoordNaar aanleiding van internationalestappen door de joodse gemeen-schap riep de Belgische regering eencommissie in het leven die klaarheiddiende te brengen in het lot van debezittingen die tijdens de TweedeWereldoorlog toebehoorden aanburgers van joodse oorsprong die hetslachtoffer werden van de nazi-holocaust. Zodra die commissie wasopgericht, bood de banksector zijnmedewerking aan. De BVB ver-richtte een historisch onderzoeknaar de ordonnanties van de bezet-ter ter verbeurdverklaring van dejoodse bezittingen. De resultatenwerden meegedeeld aan de commis-sie. De BVB deed ook navraag bijhaar leden om te weten welke ban-ken nog beschikten over archieven

die de werkzaamheden van de com-missie konden vooruithelpen. Opverzoek van de commissie beval hetBVB-Directiecomité de BVB-ledenaan toegang tot hun archieven tegeven aan de vertegenwoordigersvan de commissie, mits zij zichverbonden tot de vertrouwelijkheidvan de ingewonnen gegevens.

Ook werd het advies van de Com-missie voor de bescherming van depersoonlijke levenssfeer gevraagdom te kunnen ingaan op het verzoektot mededeling van de namen vande houders van slapende rekenin-gen die werden geopend tijdens debeschouwde periode.

De BVB vereenvoudigde nog zoveelmogelijk de procedures die derechthebbenden moeten helpen omgoederen op te sporen die toebe-hoorden aan tijdens de oorlog over-leden personen van joodse afkomst.

Algemeen beval de BVB haar ledenaan de gegevens betreffende saldivan de rekeningen geopend in hunboeken op naam van spoorloos ver-dwenen personen te bewaren, zelfsna de verjaringstermijn van 30 jaar,zodat ze de betrokkenen precieskunnen informeren. Toch moet wor-den onderstreept dat de discretie-plicht in principe niet toelaat dathierover inlichtingen worden mee-gedeeld aan andere personen dan derekeninghouder zelf of diens recht-hebbenden.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Net zoals geld is informatie voor debanken een grondstof, om niet tezeggen een productiefactor. Voor demeeste economische actoren zijn debanken inderdaad een belangrijkeinformatiebron en er is een behoefteaan steeds krachtigere informatie-verwerkingssystemen voor de uit-oefening van het bankbedrijf, onge-acht of het bijvoorbeeldgaat om het beheer vanbetalingssystemen, deevaluatie van dekredietrisico's, hetactivabeheer of demarktactiviteiten.Voor elke bank is dit een kwes-tie van strategie en overlevings-kansen in een context van alsmaartoenemende concurrentie op Euro-pees en wereldniveau. Dat verklaartwaarom de banken, en meer be-paald de Belgische banken op datgebied steeds koplopers zijn ge-weest.

De internationalestandaardiseringvan rekeningnummersOnze banken hebben bijvoorbeeldeen pioniersrol gespeeld op het ge-bied van de standaardisering, dieonontbeerlijk is voor de werkingvan een systeem voor gegevens-uitwisseling. Dankzij de standaard-structuur van de bankrekening-nummers met 12 cijfers werd hetBelgische betalingssysteem bijzon-der efficiënt. Nu, vijfentwintig jaarlater, wordt het als model gebruiktvoor een internationale standaar-disering van de bankrekeningen diegeleidelijk zal worden ingevoerd tij-dens de komende jaren, wellicht on-middellijk na de overgang naar hetjaar 2000 in België.

Page 16: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

15

In die context is een efficiënttelecommunicatienet van levens-belang. Dat veronderstelt een vol-doende mate aan concurrentie. Hetis dan ook jammer dat België zo langheeft gewacht met de toepassing vande Europese richtlijn die de lid-staten ertoe verplicht hun marktenopen te stellen. Lange tijd verliepde dialoog tussen Belgacom en debanksector vrij stroef, maar de jong-ste maanden is daarin verbeteringgekomen. Onlangs heeft Belgacomeen interne kwaliteitscontrole vol-gens de ISO-normen ingevoerd enthans kunnen «service levelagreements» worden gesloten.Belgacom is met andere woorden instaat om diensten aan te biedenwaarvan de kwaliteit precies beant-woordt aan de behoeften van decliënten.

De elektronischehandtekeningVaak dreigt het gebruik van infor-matietechnologie op de lange baante worden geschoven doordat eenpassende regelgeving ontbreekt. Hetis dan ook verheugend dat de rege-ring onlangs een voorontwerp vanwet heeft goedgekeurd dat een op-lossing biedt voor het cruciale pro-bleem van de elektronische hand-tekening, die absoluut noodzakelijkis voor de ontplooiing van de elek-tronische handel. Hopelijk keurt hetParlement dit voorontwerp noggoed vóór het einde van de regeer-periode.

Het probleemvan het jaar 2000De invoering van de euro heeft totgevolg dat informatici massaal moe-ten worden ingezet. Vandaar de her-haalde vraag van de banksector aande overheid om geen nieuwe ver-plichtingen op te leggen die voor debanken nog meer werk zouden mee-brengen, tenzij daarvoor geldigeredenen bestaan. Er is immers nietalleen de euro maar ook het jaar2000 («Y2K» in het vakjargon). Alleinterne systemen bij de banken wor-den onder de loep genomen en deBVB is vertegenwoordigd in het«Millennium Forum 2000», dat deoverheid daartoe heeft opgericht. DeBVB heeft een standaardverklaringopgesteld die elke bank in staat steltde conformiteit van haar informa-ticasysteem te bevestigen. Deze ver-klaring is conform de normen vanhet British Standard Institute, diedoor het Millennium Forum 2000werden aangenomen. Ze is te lezenop de BVB-website.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Elektronische handel,elektronisch bankierenen bankieren op hetInternetHet Isabel-systeem voorziet in eencentrale communicatiemogelijkheidvoor de ondernemingen onderling,via één volkomen beveiligd kanaalvoor de communicatie tussen onder-nemingen en hun bankiers. Thansbieden een erg groot aantal krediet-instellingen aan iedereen de moge-lijkheid tot elektronisch bankierenvia de telefoon of via Internet. Deelektronische portemonnee Proton,die vooral handig is voor kleine uit-gaven en een product is van de firmaBanksys, die haar wortels heeft inde banksector, kent steeds meer suc-ces. Dankzij een akkoord met VISAen American Express alsmedeInterpay, staat Proton op het puntdoor te breken als een van de be-langrijkste modelsystemen opwereldniveau.

Page 17: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

16

BANKEN EN FISCALITEIT

Hoge fiscale lastenVoor de Schatkist zijn de banken eenbelangrijke bron van fiscale inkomsten:in 1997 bedroeg hun totale bijdrage inde vennootschapsbelasting bijna40 miljard BEF. Hun aandeel in devennootschapsbelasting betaald dooralle ondernemingen samen bedroeg15%, terwijl ze qua toegevoegde waardeop minder dan 5% komen. Bovendiengaat voor de banken een veel groter deelvan hun winst naar belastingen in ver-gelijking met de meeste andere secto-ren. Dat aandeel ligt op 24%, tegenover21% voor de handel, 13% voor de in-dustrie en 8,3% voor de gehele dien-

stensector. Tevens betalen de bankennog eens ongeveer 50 miljard BEF aanparafiscale lasten. Rekent men daarbij

nog de BTW en de lokale belastingen,dan komt men uit op een totaal bedragruim boven 100 miljard BEF.

AANDEEL VAN DE GROTE SECTOREN IN DE VENNOOTSCHAPSBELASTING

1994 1995 1996 1997

Aandeel van de banken in de vennootschapsbelasting 14,0% 13,7% 15,0% 15,0%- Door de banken betaalde belasting (in mld. BEF) 25,51 29,52 34,89 39,79- Belasting op de ondernemingswinsten (in mld. BEF) 182,0 215,0 232,0 267,0

Aandeel van de banken en verzekeringsmaatschappijenin de totale werkgelegenheid 3,8% 3,7% n.b. n.b.

Aandeel van de banken en verzekeringsmaatschappijenin de loonarbeid 4,4% 4,4% n.b. n.b.

Aandeel van de banken en verzekeringsmaatschappijenin de bruto toegevoegde waarde tegen marktprijzen 5,6% 5,4% 5,8% n.b.

Aandeel van de banken en verzekeringsmaatschappijenin de bruto vaste kapitaalvorming 1,6% 1,5% 1,6% n.b.

Bronnen: Nationale Bank van België, verslag 1997; BVB-berekeningen op Eurostat-gegevens, INR;Berekeningen op basis van het gedetailleerd boekhoudschema.

AANDEEL VAN DE BELASTINGEN IN HET COURANTE BRUTORESULTAAT

Gemiddelde in miljard BEF1995-1997 1995 1996 1997

Alle banken 34,7 21,6% 20,7% 23,8%- waaronder banken naar Belgisch recht 32,1 21,0% 20,2% 22,6%

Niet-financiële sectorIndustrie 63,7 13,3% 12,4% 12,9%

- Metaalverwerkende nijverheid 15,1 14,5% 14,6% 15,7%- Chemie 19,8 11,6% 11,3% 13,6%- Textiel 2,8 15,7% 14,2% 17,4%- Bouwnijverheid 8,8 14,2% 13,7% 15,4%- Hout en papier 4,6 13,2% 14,6% 13,6%

Handel 34,4 20,9% 22,3% 20,8%Vervoer 3,7 9,3% 9,5% 9,8%Energie 13,7 8,4% 5,1% 6,3%Diensten 28,0 10,7% 10,7% 8,3%

Bronnen: wat de niet-financiële sector betreft, berekeningen op basis van de gegevens van KBC betreffende de jaarrekeningenvan meer dan 58.000 ondernemingen; wat de financiële sector betreft, berekeningen op basis van de CBF-gegevens.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 18: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

17

Het bankgeheim iser voor de cliënten,niet voor de bankDe overheidsinitiatieven op fiscaalgebied hadden dit jaar niet in deeerste plaats betrekking op de be-lastingen voor de banken zelf. Opdat gebied waren de vorige jarenreeds tal van maatregelen genomendie in de opeenvolgende jaarversla-gen werden becommentarieerd.

Veeleer ging het om de rol die deoverheid aan de banken wil toebe-delen met het oog op een betere in-ning van de belasting op het inko-men van de cliënten.

De banksector heeft in dat verbandeen erg duidelijke gedragslijn aan-genomen: de banken onthoudenzich van enigerlei initiatief waar-door ze medeplichtig zouden kun-nen zijn aan belastingontduikingwaaraan hun cliënten zich eventueelschuldig maken. Tegelijk is de sec-tor echter van oordeel dat de ver-trouwensrelatie tussen bankier encliënt gevrijwaard moet blijven. Debanken mogen geenszins het auravan controleurs krijgen. Het «bank-geheim», dat echter meer als eendiscretieplicht moet worden be-schouwd aangezien er in dat op-zicht, in tegenstelling tot andere lan-den, geen strafrechtelijke sanctiesbestaan, is uitsluitend bedoeld alsbescherming voor die vertrouwens-relatie, in de eerste plaats in het be-lang van de cliënt. Het bankgeheimmag alleen in bepaalde door de wetvastgestelde gevallen - onder meerin het kader van een gerechtelijkonderzoek - worden opgeheven. Erdient overigens te worden op gewe-zen dat dit «bankgeheim» voor defiscaliteit op de bank zelf nooit heeftbestaan. De belastingadministratie

heeft toegang tot gegevens met be-trekking tot die fiscaliteit. De ban-ken genieten dus geen fiscaal voor-recht.

Tevens dient er een perfecte vertrou-wensrelatie te blijven bestaan tus-sen de banken en hun toezicht-houder, in België is dat de Commis-sie voor het Bank- en Financiewezen(CBF). De banken moeten zo vrijuitmogelijk kunnen spreken met huncontroleautoriteit zonder voort-durend te vrezen dat de verstrekteinlichtingen automatisch aan debelastingadministratie wordendoorgespeeld. Precies met het oogop een efficiënte prudentiële con-trole legt de tweede Europesebankenrichtlijn een beroepsgeheimop aan de daarmee belaste instellin-gen. Wel wordt aanvaard dat ditberoepsgeheim kan worden opgehe-ven in alle gevallen waarin een bankeen misdrijf begaat waarop een straf-rechtelijke sanctie staat.

In de meeste industrielanden zijndeze principes gemeengoed. Het isdan ook verbazingwekkend dat deKamer een wetsontwerp heeft goed-gekeurd dat aan de CBF de verplich-ting oplegt om de minister vanFinanciën in te lichten over eniger-lei mechanisme dat belasting-ontduiking in de hand kan werken,zelfs al is er geen sprake van eenmisdrijf. De Europese Commissiewas zelf van oordeel dat een derge-lijke bepaling in strijd is met hetEuropees recht.

Bijzonderemechanismen:de geest veeleerdan de letterSedert 1975 is de CBF wettelijk ver-plicht erop toe te zien dat de ban-ken geen «bijzondere mechanis-men» opzetten. Die opdracht pastin het kader van haar prudentiëlecontrole. In circulaires van 1976 en1977 gaf de CBF commentaar enpubliceerde ze een lijst met voor-beelden van praktijken die als bij-zondere mechanismen kunnen wor-den beschouwd. Eind december1997 bezorgde ze een bijwerkingdaarvan, om rekening te houdenmet de ontwikkelingen, meer be-paald op Europees niveau met hettoenemend aantal krediet-instellingen die hier werkzaam zijnin het kader van het vrij verrichtenvan diensten.

Onder «bijzondere mechanismen»worden verstaan stelselmatige pro-cédés die vreemd zijn aan de nor-male bankpraktijk en die tot doelof gevolg hebben de belasting-ontduiking door derden te bevorde-ren.

De Belgische Vereniging van Bankenstelde in juli 1998 een aantal ge-dragsregels op die de banksectordient te volgen om te voorkomendat dergelijke «bijzondere mecha-nismen» worden opgezet. Daarbijwerd rekening gehouden met debehoefte aan gemeenschappelijkeinterpretatieregels op dat stuk omte voorkomen dat krediet-instellingen de wijze van toepassingvan de CBF-regels zouden aangrij-pen om onderling te concurreren.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 19: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

18

BANKEN ENHUNMENSELIJKKAPITAAL

Evolutie van dewerkgelegenheid ensociale betrekkingenin de sectorDe soms erg pessimistische vooruit-zichten van de jongste jaren inzake deevolutie van de werkgelegenheid in debanksector, zijn tot nu toe niet uitge-komen: eind 1997 waren er 76.939 per-soneelsleden in de sector, tegenover76.133 eind 1996 en 76.281 eind 1995.De stijging in 1997 moet echter wor-den genuanceerd, omdat ze het gevolgis van een herziening van de bereke-ningsmethodes in sommige banken.Als dezelfde correcties voor de voor-gaande jaren worden toegepast, zoumen kunnen concluderen dat de werk-gelegenheid relatief stabiel blijft.

Het valt af te wachten hoe deconcentratiebeweging die zich dejongste maanden bij een aantalgrootbanken heeft voorgedaan, detotale werkgelegenheid in de sectortijdens de eerstkomende jaren zalbeïnvloeden. Er dient evenwel teworden vermeld dat de betrokkenbanken zich ertoe hebben verbon-den dat er bij hen geen ontslagenzullen vallen.

Een precieze evaluatie van de bij-drage van de sector tot de werkge-legenheid veronderstelt dat ook metde onrechtstreekse werkgelegenheidrekening wordt gehouden. In alleeconomische sectoren bestaat erimmers een tendens om taken dieniet tot de kernactiviteit behoren,toe te vertrouwen aan gespeciali-seerde bedrijven (catering- enschoonmaakbedrijven, informatica-diensten, consultants, enz.) en daar-door wordt die bijdrage doorgaansonderschat.

De werkgelegenheid in de financiëlesector zal in de toekomst vooral af-hangen van de samenwerking tus-

Vanuit die overweging besloot deBVB in haar interpretatie veeleer degeest dan de letter van de CBF-circulaires centraal te stellen.

De banksector heeft zich steeds be-hoed voor praktijken die de bankenrechtstreeks of onrechtstreeks mede-plichtig zouden kunnen maken aanbelastingontduiking waaraan cliën-ten zich eventueel schuldig maken.

Uiteraard doet die houding niets afaan de discretieverplichting, die debanken verbiedt inlichtingen om-trent de verrichtingen van huncliënten mee te delen aan derden,inclusief de fiscus.

In december 1997 verstuurde deCBF tevens een circulaire ter invoe-ring, in de banken, van eenvoorkomingsbeleid op fiscaal ge-bied, meer bepaald wat de bijzon-dere mechanismen betreft. Elkebank werd verzocht een actie-programma op te stellen om hetpersoneel meer aandacht enverantwoordelijkheidszin bij tebrengen inzake de inspanningen omte voorkomen dat de bank betrok-ken raakt bij belastingontduiking.Sedertdien zijn die actie-programma's meegedeeld aan deCBF.

Dat voorkomingsbeleid veronder-stelt ook een actieve medewerkingvan de interne controle- enauditdiensten in de banken.

BTW: de rechtszeker-heid ernstig in hetgedrang gebrachtDe toepassing van de BTW op debanken heeft geleid tot een contro-verse tussen de BijzondereBelastinginspectie (BBI) en verschei-dene leden van de Vereniging. Aan-gezien geen BTW op intresten ver-schuldigd is, zijn de banken slechtsgedeeltelijk BTW-plichtig. Ze mo-gen de hun aangerekende BTW al-leen recupereren in verhouding tothet gedeelte van hun omzetcijferwaarop BTW verschuldigd is. Vanbij de invoering van de BTW in 1971had de BVB een methode uitgewerktvoor de berekening van het recu-pereerbaar gedeelte; de belasting-administratie werd in kennis gesteldvan die methode, die gedurendemeer dan 25 jaar door haar werdaanvaard. In 1995 werd die methodegewijzigd onder druk van de Euro-pese Commissie, die ze als strijdigmet het Europees recht be-schouwde. Gezien de houding diede belastingadministratie tot danhad aangenomen, had de ministervan Financiën zich toen ertoe ver-bonden de regeling van vóór 1995ongemoeid te laten. Blijkbaar wil deBBI een andere weg inslaan, vermitsze te kennen heeft gegeven dat zetot het jaar 1992 wil teruggaan watde rechtzettingen betreft. Als ze bijhaar voornemens blijft, zouden deprincipes van rechtszekerheid engoed bestuur heel ernstig in het ge-drang worden gebracht.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 20: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

19

sen alle economische actoren ten-einde financiële activiteiten in Bel-gië te behouden of naar hier te lok-ken in de context van toenemendeconcurrentie.

De opleidingsgraad van het perso-neel in de banksector ligt steedshoger: 52% van de bedienden enkaderleden die momenteel in dienstzijn, en 82% van de personeels-leden die in dienst worden genomen,heeft een diploma hoger onderwijs.In 1990 bedroegen die percentagesrespectievelijk 35 en 69%.

Met betrekking tot het werk-gelegenheidsbeleid heeft de bank-sector met voldoening vastgestelddat hij in de toekomst niet meerverstoken zal blijven van de maat-regelen tot vermindering van de so-ciale bijdragen in het kader van hetMaribel-stelsel. In een eerste faseblijft het bedrag van de ristorno'sweliswaar bijzonder laag in verhou-ding tot de reële kosten van eenwerknemer, maar de regerings-beslissing is belangrijk vanuit hetoogpunt van de principes. Een doel-treffend werkgelegenheidsbeleidmoet inderdaad ook steunen op desectoren met blijvend goede voor-uitzichten voor arbeidsplaatsen meteen hoge graad aan toegevoegdewaarde. De zeer hoge sociale bijdra-gen in vergelijking met onze buur-

Opleiding: blijvendegroei van het aanbodSedert begin 1998 wordt een onder-scheid gemaakt tussen de opleidin-gen die de BVB voor haar leden or-ganiseert, en de opleidingen enconsultingtaken in een internatio-nale context.

De binnenlandse activiteiten voorde banken-leden worden door hetDepartement Opleiding van de Ver-

landen wegen ook op de uitbreidingvan dit type van betrekkingen. Be-langrijk is dat de overheid dit uit-eindelijk heeft ingezien.

De sociale dialoog in de sector hadvooral betrekking op de toepassingvan de in juni 1997 gesloten sector-CAO's en meer bepaald het pro-bleem van de overuren, de uitvoe-ring van de verbintenis inzakedeeltijds werk in samenhang metflexibiliteit.

De vakbondsorganisaties hebbenvan hun kant gewezen op het pro-bleem van de definitie van het «per-soneel belast met een directie- ofvertrouwensfunctie», en op de pro-blemen rond dochterondernemin-gen en «outsourcing».

Op Europees niveau hebben de con-tacten tussen Euro-FIET, een repre-sentatieve vakbondsorganisatie inde banksector, en de EuropeseBankfederatie voor de eerste maalgeleid tot een gemeenschappelijkstandpunt over het Groenboek vooreen nieuwe werkorganisatie.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

eniging georganiseerd. De interna-tionale opdrachten en de nationaleopleidingen voor niet-leden wordenvoortaan verzorgd door een speciaaldaarvoor gecreëerde dochter, devzw Belgian Bankers Academy.

Opleidingenvoor banken-leden

Het opleidingsaanbod van de Ver-eniging - traditioneel bestaande uitseminaries, studiedagen, afstands-onderricht en computeronder-steunde opleiding - kende in hetverslagjaar vooral in het domein vande seminaries een verdere groei.

Het seminarie-aanbod werd in hetbijzonder gekenmerkt door tweetendensen:

w een bestendiging van de pro-gramma's die in een recent ver-leden werden gecreëerd, en die,gelet op de blijvende interesse,als een rode draad door hetopleidingsaanbod lopen;

w de totstandkoming van punc-tuele programma's die - inspe-lend op nieuwe en op actuali-teitsbehoeften - in samenwer-king met vakspecialisten uit desector werden gerealiseerd.

Het aantal opleidingsdagen steeg tij-dens het verslagjaar naar 403 dagen(tegenover 323 vorig verslagjaar).Opmerkelijk bleek de toename vanhet aantal in-company seminaries:118 dagen (33 in het vorig verslag-jaar).

Page 21: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

20

Bilaterale contracten

Om de budgettaire weerslag vangefinancierde projecten door donor-organisaties te verlagen streeft deAcademy in toenemende mate naarbilaterale contracten vooropleidingsopdrachten uitgevoerd inhet kader van het interneopleidingsschema van de opdracht-gever.

In 1998 werden opdrachten uit-gevoerd in België, Duitsland,Litouwen, Nederland, Polen, Portu-gal, Rusland, Turkije en Zuid-Afrika.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Belgian Bankers Academy

De internationalisering van het De-partement Opleiding van de BVBkreeg in november 1997 concretevorm met de oprichting van eendochter, de vzw Belgian BankersAcademy.

In dit eerste jaar is werk gemaaktvan een verdere uitbreiding van hetaantal projecten, die daarenboven ineen ruimer geografisch kader moe-ten worden gesitueerd.

Momenteel zijn tien EU-projectenonder beheer van de Academy in uit-voering. De meeste van dezeopleidings- en consultancyprojectenworden gefinancierd in het kadervan de Europese Phare- en Tacis-fondsen. Voor de eerste maal is deAcademy ook actief in de Meda-projecten, en in een project van deWereldbank.

Een belangrijke tendens in dit onder-deel van de Academy-activiteiten is detoenemende grootte van de financie-ring en daarmee gepaard gaande eengroei in het aantal en de diversifiëringvan de te verrichten taken.

In 1998 was de Academy actief inAzerbeidjan, Bosnië-Herzegovina,Jemen, Litouwen, Polen, Rusland,Slowakije en Turkmenistan. Thansbevinden twee belangrijke projec-ten (Bosnië-Herzegovina en Zambia)zich in de evaluatiefase.

Page 22: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

21

BANKEN, PRUDENTIËLE CONTROLEEN RISICOBEHEERSING

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

De banken wenseneen efficiënteprudentiële controleDe recente gebeurtenissen op deinternationale bank- en financiëlemarkten hebben duidelijk aange-toond dat in alle landen een abso-lute behoefte bestaat aan een stevigbanksysteem. De prudentiëletoezichthouders hebben in dat op-zicht een fundamentele opdracht.Met het oog op een efficiënter toe-zicht heeft de Commissie voor hetBank- en Financiewezen (CBF) on-langs haar daarmee belaste dienstgereorganiseerd. In dat verband zalbijzondere aandacht worden be-steed aan een grotere mate aansynergie tussen allen die in welkopzicht ook een controlerende taakuitoefenen. Het gaat in essentie om

de diensten van de CBF zelf en meerbepaald om haar inspectiedienst, debankrevisoren en de kaderleden diebinnen de banken met de interneaudit en de interne controle belastzijn. Een dergelijke samenwerkingmoet het tevens mogelijk maken dekosten van de controle, die duide-lijk toenemen, binnen de perken tehouden. De BVB was verheugd overdit voornemen, dat tegemoet komtaan haar reeds sedert lang uitge-sproken wens. Uiteraard mag ergeen vermenging zijn van de ver-antwoordelijkheid en opdrachtenvan deze drie organen, die volledigonafhankelijk moeten kunnen wer-ken. Wel zal de controle veel effi-ciënter worden ten voordele van alleactoren van het Belgisch financieelcentrum, als de samenwerking zalverbeteren en overlappingen zullenworden voorkomen.

De vereffeningsrisico'sbij wisselverrichtingenin toom houdenGezien de omvang van de wissel-verrichtingen op wereldniveau hadde BIB in maart 1996 een rapportgepubliceerd met een analyse van devereffenings-, krediet- en liqui-diteitsrisico's waarmee de bankenrekening moeten houden bij wissel-transacties. Als de tegenpartij ingebreke blijft, kunnen de overigebetrokkenen inderdaad zwaar in deproblemen komen. De centrale ban-ken hadden zich ertoe verbonden nate gaan welke vooruitgang de privé-sector op twee jaar tijd zou hebbengeboekt, teneinde te bepalen of an-dere maatregelen nodig waren.

Na afloop van die periode stondende centrale banken positief tegen-over de werkzaamheden van bank-groepen zoals de ontwikkeling vanhet CLS-systeem (Continuous LinkSettlement), dat een aanzienlijke bij-drage tot risicovermindering zoumoeten opleveren. Tevens zijn zevan oordeel dat de invoering van«real time» brutovereffenings-systemen in vrijwel alle landen metdaarbij steeds langere openingsuren,zodat de werkuren van de diversesystemen continu op elkaar aanslui-ten, eveneens bijdraagt tot een be-ter beheer van de aan de wissel-verrichtingen verbonden risico's.

De centrale banken zijn echter vanoordeel dat de individuele bankennog een inspanning dienen te leve-ren wat hun eigen risicobeheer be-treft. Op dat gebied wordt dus eenscherper toezicht, via de nationalecontroleautoriteiten, in het vooruit-zicht gesteld.

De eigenvermogens-reglementering is involle ontwikkelingEen constante bekommernis van hetBazelcomité, waarin de controle-autoriteiten van de belangrijkste indus-trielanden zijn vertegenwoordigd, be-treft de dekking, dankzij voldoendeeigen vermogen, van de krediet- enmarktrisico's waarmee de krediet-instellingen en de beursvennootschap-pen worden geconfronteerd. Geleide-lijk aan vindt de regel inzake een ver-plichte minimumdekking voor dekredietrisico's (de zgn.«Cooke-ratio»)zowat overal ter wereld ingang. HetBazelcomité heeft nog andere regelsbetreffende de marktrisico's aangeno-men en op korte tijd bijgewerkt. Pas injuni 1998 konden die erg belangrijkewijzigingen, na een moeizaam tot standgekomen politiek compromis, in Eu-ropese richtlijnen worden omgezet.Vóór eind augustus 2000 zouden zevan toepassing moeten zijn. Bij die ge-legenheid werd de wegingscoëfficiënt

van 50% via de Europese regelgevinguitgebreid tot effecten die hypothecairekredieten vertegenwoordigen, en tot dehypothecaire schuldvorderingen methandelsgebouwen als waarborg. Het isimmers logisch dat voor die schuld-vorderingen dezelfde behandeling alsvoor schuldvorderingen met woon-gebouwen als waarborg wordt toege-past.

In samenwerking met de CBF werdvoor de verrekening van afgeleideproducten een procedure uitgewerktdie de banken moeten volgen om hetreglementair voorgeschreven eigen ver-mogen op nettobasis te mogen bere-kenen. Er werd ook vooruitgang ge-boekt in de besprekingen omtrent deverrekening van schuldvorderingenen schulden. De BVB heeft opmerkingengeformuleerd betreffende een ontwerpvan het Bazelcomité, dat - weliswaarin te beperkte mate - een in dat op-zicht essentiële mogelijkheid opent.Het definitieve standpunt van het Co-mité zou eind 1998 openbaar moetenworden gemaakt.

Page 23: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

22

DE BANKEN STEUNENHET «BELGIAN EXCHANGE»-PROJECT

De opties rond de fusie van de Beursvan Brussel, Belfox en de CIK krij-gen stilaan vaste vorm. Dit projectwil de internationale geloofwaardig-heid van het financiële centrumBrussel versterken en zijn competiti-viteit verbeteren. De Belgische ban-kiers ondersteunen het dan ook tenvolle.

De BVB werd in dit verband echterpas laat geraadpleegd. Een eerstestudie van de nog onvolledige tek-sten leverde al een aantal opmerkin-gen op. Het behoud van een aantrek-kelijke beursmarkt is immers voorde Belgische bankiers, ook na deinvoering van de euro, een top-prioriteit. Het dient te worden er-kend dat een verregaande samen-werking met één of meer buiten-landse beurzen in de nabije toe-komst waarschijnlijk nodig kanzijn. Het ware dan ook nuttig omzich nu reeds hierover te bezinnen.

Kortom, de Beurs van Brussel is involle mutatie. Het overgangsprocesdient zo vlug mogelijk te wordenafgerond rekening houdend met dekrachtverhoudingen die bestaanbinnen de financiële sector. Antici-perend op een toenemende concur-rentie met buitenlandse financiëlecentra is de creatie van een flexibeleorganisatie met een secundaireoverheidsinmenging een na te stre-ven ideaal.

In de rechtsvorm van een publiek-rechtelijke naamloze vennootschapimpliceert dit voor de Beurs in deeerste plaats het bestaan van eenslagvaardig algemeen bestuur datover voldoende vrijheid beschiktom snel maar overdacht markt-opportuniteiten te kunnen benut-ten. Een te sterke accentuering vande sui generis rechtsvorm van deBeurs zou toekomstige partners im-mers kunnen afschrikken. De mo-

gelijke interventiedomeinen waar-binnen de Koning zelfstandig kanageren, zouden dan ook best restric-tief worden geïnterpreteerd.

Tevens dient te worden gelet op dedaadwerkelijke invulling van éénvan de basisdoelstellingen van hethele project, nl. het creëren van eenonafhankelijke marktautoriteit. Demacht die aan dit orgaan toekomt,vereist daarenboven een tegenwichtin de vorm van een procedure terbescherming van de rechten van ver-dediging.

Ten slotte is het vooralsnog ondui-delijk of de oprichting van eennieuwe categorie beleggings-ondernemingen, met name de ven-nootschappen voor plaatsing vanorders in financiële instrumenten,zoals bepaald in het wetsontwerp,aan een duidelijke behoefte beant-woordt. Het ware nuttig deze be-hoefte kritisch te beoordelen.

BANKEN EN DEMILIEUWETGEVINGOok al behoren de banken tot dedienstensector, ze moeten nietteminrekening houden met de milieu-problematiek, waarmee een grootaantal van de bedrijven onder huncliënten te maken hebben. Vaak eistde overheid van die bedrijven uit-gebreide waarborgen ter dekkingvan eventuele milieuschade als ge-volg van hun industriële activiteit.In sommige gevallen worden zelfsbankwaarborgen geëist.

Het is evenwel niet vanzelfsprekenddat bankwaarborgen in dat opzicht demeest aangewezen oplossing zijn, ver-mits er zowel in de tijd als voor de ge-dekte bedragen noodzakelijkerwijzeeen beperking geldt. Geen enkele bankkan het zich veroorloven onbeperkteverbintenissen aan te gaan.

Over een en ander wordt momen-teel grondig overleg gepleegd tus-sen de banksector en het VlaamseGewest. Men denkt daarbij vooralin de richting van een recent op demarkt beschikbare verzekering eneen nog op te richten Waarborg-fonds waardoor een meer bevredi-gende oplossing voor die proble-men kan worden gevonden, wattrouwens ook de stelling is van eeninteruniversitaire commissie diedaarvoor is opgericht.

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 24: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

23

BANKEN EN DE STRIJDTEGEN DE CRIMINALITEIT

Geldtransport:de risico's beperkenDe herhaalde overvallen op geld-transporten in de periode eind 1997-begin 1998, waarbij verscheideneslachtoffers vielen, vormen ongetwij-feld het grootste probleem in het vlakvan de veiligheid waarmee de gespe-cialiseerde firma's, de overheid en debanken de jongste jaren zijn geconfron-teerd. Pas nadat strengere veiligheids-maatregelen waren genomen, hebbende geldtransporteurs een einde ge-maakt aan hun langdurige staking.Voor de «intercity» transporten is er nueen verplichte rijkswachtescorte. Deveiligheid zou ongetwijfeld nog kun-nen worden verhoogd dankzij hetgebruik van« i n t e l l i -gente» kof-fers, waarbijde inhoudbij een over-val automa-tisch wordtvernietigd.De vak-b o n d e nzijn ech-ter vanoordeeldat ditsysteem zijn waarde nog moet bewij-zen. De staking heeft dan ook de ver-plichting voor de geldtransporteurs omvanaf 16 maart 1999 gebruik te makenvan gehomologeerde intelligente kof-fers opnieuw op de helling gezet: degeldtransporteurs zullen de keuzehebben tussen het gebruik van

gehomologeerde koffers met twee be-geleiders of het gebruik van niet-gehomologeerde systemen met driebegeleiders. Op die manier kon ook aande vakbondseisen qua werkgelegen-heid tegemoet worden gekomen. Dienieuwe bepalingen moeten nog bij eenwet worden bekrachtigd.

Uiteraard kan de veiligheid opti-maal worden verhoogd als het risicozoveel mogelijk wordt beperkt doorenerzijds de transporten te rationa-liseren en anderzijds het aantalcashbetalingen te verminderen. DeBVB maakt nu een studie over decashstromen die het, dankzij meersamenwerking tussen de banken eneen betere coördinatie met de Na-tionale Bank (NBB), mogelijk moetmaken onnodige transporten tevoorkomen. De NBB zou in dat op-zicht een belangrijke bijdrage kun-nen leveren door ermee in te stem-men dat de biljetten die de bankenniet meer nodig hebben voor hunthesauriebehoeften, op rekeningkunnen worden gebracht zondermaterieel te worden vervoerd. Hetakkoord tussen Banksys en dedistributiesector bracht opmerke-lijke vooruitgang wat de vermin-dering van het gebruik van cashbetreft. Met een beter aangepastetarifering van de betaalmidddelenzou op dat stuk nog vooruitgangkunnen worden geboekt, maar zo-als men weet dienen de banken hiererg voorzichtig te werk te gaan om-dat deze aangelegenheid bij de pu-blieke opinie heel gevoelig ligt.

Witwassen van geld:in de eerste plaats dezware criminaliteitbestrijdenDe strijd tegen het witwassen vangeld in het kader van de zware cri-minaliteit is een voortdurende be-kommernis van zowel de overheidals de banksector. In zijn verslagmerkt de GAFI (Groupe d'actionfinancière, die de strijd tegen hetwitwassen op internationaal niveaucoördineert) trouwens op dat hetBelgische systeem voor de bestrij-ding van dit fenomeen zeker efficiëntwerkt. Wat inzonderheid de bankenbetreft, acht men de toestand zeerbevredigend.

In dat verband dient echter erop teworden gewezen dat de verplichtingvoor de banken om de overheid inkennis te stellen van de transactiesdie witwasvermoedens doen rijzen,een uitzondering vormt op de gang-bare bankpraktijken die eisen dathet bankgeheim wordt geëerbiedigden dat rekening wordt gehouden methet recht op de bescherming van depersoonlijke levenssfeer zoals inge-schreven in het Europees Verdrag in-zake de rechten van de mens. Alleengezien de ernst van de misdrijven diemen terecht wenst te bestrijden, isdie uitzondering aanvaardbaar.Daarom zijn zowel de Belgische Ver-eniging van Banken als de EuropeseBankfederatie van oordeel dat dieuitzonderingsregels niet mogen wor-den uitgebreid tot de belasting-ontduiking, behalve voor misdrijvendie door hun omvang en georgani-seerd karakter tot de zware crimi-naliteit moeten worden gerekend(BTW-carrousels bijvoorbeeld). Alsde banken worden verplicht om deoverheid in kennis te stellen van elketransactie met ook nog maar hetflauwste vermoeden van belasting-ontduiking, dan zou de noodzake-

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

Page 25: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

24

lijke vertrouwensrelatie tussen ban-kier en cliënt ernstig in het gedrangworden gebracht.

Een efficiëntesamenwerking metde overheidDe strijd tegen de criminaliteit vergteen constante samenwerking met deoverheid. In 1996 namen de minis-ter van Justitie en zijn collega vanBinnenlandse Zaken het initiatiefvoor de oprichting van een overleg-platform tussen de overheid en deprivé-sector (VBO).

Het hoofddoel van deze samenwer-king is een analyse van de verschil-lende vormen van criminaliteit dieeen bedreiging voor de onderne-mingen zijn, en de invoering vanconcrete operationele maatregelenom ze doeltreffend te bestrijden. Inde loop van 1996 werden enkelevergaderingen georganiseerd. Se-dertdien heeft de regering echterniets meer gedaan om dit algemeenoverleg tussen de verschillende sec-toren op gang te houden.

Ondertussen hebben de Rijkswachten de Belgische Vereniging van Ban-ken rechtstreeks diverse initiatievengenomen. In nauw overleg met deveiligheidsverantwoordelijken in debanken werden akkoorden inzakesamenwerking tussen de Rijkswachten de banken gesloten op lokaal ni-veau. Met het oog op een verruimingvan het project en het behoud vande samenhang tussen de initiatievendie naast elkaar in de verschillendedistricten zijn genomen, werd eenontwerp voor de oprichting van eenoverlegplatform op federaal niveauvoorgelegd aan de minister van Jus-titie en de minister van Binnen-landse Zaken. Dit ontwerp kreeg degoedkeuring van het College vanprocureurs-generaal.

DE AANVULLENDE PENSIOENENTOEGANKELIJK MAKEN VOORZOVEEL MOGELIJK MENSEN

De vergrijzing van de bevolking isde grootste uitdaging waarmee deregeringen op korte termijn zullenworden geconfronteerd in het vlakvan de overheidsfinanciën. De Sta-ten zullen ongetwijfeld steeds de no-dige middelen vinden om een be-paald bedrag aan wettelijk pensioente financieren. Er is dus geen redentot paniek. Wel mag niet uit het oogworden verloren dat de wettelijkepensioenstelsels aan de toekomstigegepensioneerden steeds minder demogelijkheid zullen bieden om hunlevenspeil op hetzelfde niveau tehouden als toen ze actief waren: hetwettelijk pensioen zal inderdaadniet meer even snel kunnen stijgenals de lonen. Daarenboven zal hetinkomen van een toenemend aan-tal werknemers in de toekomst bo-ven het huidige plafondbedrag in-zake pensioen liggen.

Alleen de privé-pensioenstelselskunnen de gepensioneerden uitzichtgeven op een aanvulling van hunpensioen die hen in staat stelt hunlevenspeil te behouden. In Belgiëstaat men op dat gebied echter veelminder ver dan in tal van andereEuropese landen. Jammer genoegwerd daarmee geen rekening gehou-den in het loonmatigingsbeleid.Doordat de voordelen op het gebiedvan aanvullend pensioen zijn opge-nomen in de loonnorm die de loon-stijging afremt, is een uitbreidingvan de aanvullende pensioenen inBelgië de facto onmogelijk. Ditkeurslijf moet nu worden doorbro-ken, aangezien de factuur ervan bin-nen enkele jaren erg hoog zou kun-nen oplopen.

Positief is wel dat het Parlement uit-eindelijk de zware beperkingenheeft opgeheven die het voor dekleine en middelgrote ondernemin-gen in de praktijk onmogelijk maak-ten om met de nodige soepelheidcollectieve pensioenfondsen aan teleggen en de voordelen te genieten

Voornaamste dossiers opgevolgd door de BVB in 1998

die ze, voor bepaalde van die on-dernemingen, bieden in vergelijkingmet groepsverzekeringen. Hopelijkwordt het koninklijk besluit tot in-voering van die bepaling nu snelgoedgekeurd.

Teneinde de aanvullende pensioe-nen voor een groter aantal werk-nemers toegankelijk te maken, heeftde BVB voorgesteld ze open te stel-len voor wie individueel ervan ge-bruik wil maken, zonder dat de on-derneming verplicht is een inbrengte leveren in de financiering. Er isinderdaad geen reden waarom aan-vullende pensioenen een voorrechtzouden blijven voor de werknemersvan ondernemingen die bereid zijnom die stelsels te financieren. Methet systeem dat wordt voorgesteld,komen de aanvullende pensioen-stelsels en de daaraan verbondenfiscale of parafiscale voordelen inhet bereik van de actieve bevolkingin haar geheel, zonder dat de on-dernemingen die niet over de no-dige middelen beschikken, daaromworden verplicht bij te dragen in definanciering van die stelsels.

Page 26: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

25

DE BEDRIJVIGHEID EN DERESULTATEN VAN DE BANKEN

DE ECONOMISCHE ENFINANCIËLE OMGEVINGBelgië kende, evenals de overige lan-den van de euro-zone, in 1997 entot midden 1998 een gunstige eco-nomische en financiële ontwikke-ling. De aantrekkende economischeactiviteit, samen met de positieveevolutie in het vlak van de saneringvan de overheidsfinanciën, deed hetvertrouwen van de particulieren toe-nemen. Zij voerden hun consump-tie-uitgaven en hun investeringen inwoongebouwen op. De traditioneelhoge gezinsspaarquote liep derhalvelicht terug.

De snellere economische groei heeftde inflatie en de verwachtingendaaromtrent geenszins aangewak-kerd. De rendementen op lange ter-mijn daalden en bereikten histori-sche dieptepunten. Onder meer tengevolge van een verhoging van hetcentraal tarief van de NationaleBank van België in oktober 1997,lagen de rentetarieven op korte ter-mijn aan het einde van de periodeiets hoger dan bij de aanvang ervan.De rendementscurve werd bedui-dend vlakker (grafiek 1).

De aandelenmarkten haalden pro-fijt uit de gunstige economische enfinanciële context. Mede dankzijeen klimaat van vertrouwen, kon deBEL-20 index een jaargroei van circa40% neerzetten.

Vanaf de zomer van 1998 had decrisis op de internationale financiëlemarkten die in juli 1997 in Oost-Azië inzette en naderhand ook Rus-land en Latijns-Amerika besmette,een negatieve impact op de finan-ciële markten en de economischeperspectieven van de westerse eco-

nomieën. De beurzen kenden eensterke terugval. De vlucht uit aan-delen en de wereldwijde ‘flight toquality’ leidden tot een verdere da-ling van de rendementen voor lang-lopende overheidsobligaties van eer-ste kwaliteit. De groeivooruitzichtenwerden neerwaarts herzien. Niet-tegenstaande de Economische enMonetaire Unie (EMU) nog geen feitis, bleef het in de landen die er vanbij de start deel van uitmaken zeerrustig op het monetaire vlak.

Grafiek 1:Rentestructuur: BEF-rendementen op korte en lange termijnop de secundaire markt (in %)

De bedrijvigheid en de resultaten van de banken

(1) De gegevens m.b.t. de bankbedrijvigheid zijnvoornamelijk gebaseerd op de globalisaties van degedetailleerde boekhoudstaten. Met ingang vanmei 1998 werd de boekhoudrapportering evenwelgrondig gewijzigd, teneinde te beantwoorden aande statistische vereisten van de Europese CentraleBank (ECB). Door de ermee gepaard gaandeproblemen en de breuk in de reeksen diende deonderhavige analyse te worden afgesloten op30 april 1998.

Dit deel behandelt de bedrijvigheid van alle in België gevestigdebanken, waarbij de klemtoon wordt gelegd op de periode eind april1997 tot eind april 19981.

De resultaten hebben betrekking op het kalenderjaar 1997.

Bron: BVB.

Page 27: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

26

INTER-BANKEN-ACTIVITEIT:VAN GROEINAARSTAGNATIE

VERRICHTINGEN IN DEVIEZENEN MET NIET-INGEZETENENSTEEDS BELANGRIJKERHet balanstotaal van de Belgischebanksector klom in het jaar eindi-gend in april 1998 slechts met 3%tot 30.682 miljard BEF. Die groeiwas vrijwel uitsluitend toe te schrij-ven aan de toename van de verrich-tingen in deviezen en met niet-ingezetenen. Het belang van die ver-richtingen in de balansen van de

Grafiek 2: Structuur van de balans

Geografische structuur

Bron: BVB-berekeningen op gegevens NBB.

Grafiek 3:Belang van de interbanken-verrichtingen in de bankbalansen

De bedrijvigheid en de resultaten van de banken

Cambiaire structuur

Belgische banken neemt structureeltoe (grafiek 2). Naast de steeds ster-kere verwevenheid van de interna-tionale financiële markten, speeldede stijging van de dollarkoers vande jongste jaren hierin een rol. Eenbelangrijk deel van de verrichtingenin deviezen luidt in dollar.

De interbankenverrichtingen verte-genwoordigen een belangrijk deelvan het balanstotaal. Onder meerdoor de sterke opmars van de repo-verrichtingen nam hun aandeel dejongste jaren voortdurend toe. Eindjuli 1997 bereikte het zowel langsde actiefzijde als langs de passief-zijde van de balans een (voorlopig)hoogtepunt (grafiek 3).

De markt van de repo-verrichtingenheeft inmiddels haar maturiteitsfasebereikt. Het Aziatisch financieel sys-teem verkeert in een diepe crisiswaardoor de Belgische banken hunvorderingen op de banken in dieregio versneld afbouwen. Beide ele-menten droegen bij tot de inkrim-ping van het uitstaand bedrag aaninterbankenverrichtingen de jong-ste maanden. Het belang van dieverrichtingen in de bankbalansennam eveneens af.

Bron: BVB-berekeningen op gegevens NBB.

Page 28: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

27

MEER DAN 20.000 MILJARD BEFAAN KREDIETEN

Tabel 1: Algemeen overzicht van de kredietverlening door de banken

(in miljarden BEF)

Einde periode 1993 1997 4.1998

Uitbetalingskredieten (*) 12.151,3 14.430,5 15.184,4

Opgenomen verbinteniskredieten (**) 1.189,0 2.083,3 2.251,9

Schuldtitels (***) 1.809,5 3.456,9 3.490,2

Totaal 15.149,8 19.970,7 20.926,5

Bron: BVB-berekeningen op gegevens NBB.

(*) Uitbetalingskredieten aan de Belgische privé-sector, aan het buitenland en aan de Belgische overheid.(**) Voornamelijk borgtochten, documentaire kredieten (posten buiten-balanstelling).(***)Voornamelijk obligaties van Belgische en buitenlandse privé-emittenten en van buitenlandse overheden;

met uitsluiting van Belgische overheidseffecten.

BELGISCHE PRIVÉ-SECTOR:BELANGRIJKSTE BEGUNSTIGDE VAN DEBINNENLANDSE KREDIETVERLENINGDankzij de lage rentetarieven en deopleving van de conjunctuur kendede kredietverlening aan de Belgischeprivé-sector de jongste twee jaaropnieuw een reële groei. De aanwasvan die kredietverlening werd even-wel afgeremd door de tendens totdesintermediatie.

De nieuwe verplichtingen van deBelgische ondernemingen betroffenin 1997 voor slechts 11,7% kredie-ten verstrekt door de Belgische ban-ken. Bijna 56% van hun nieuwe ver-plichtingen gingen ze rechtstreeksaan op de Belgische kapitaalmarkt,in de vorm van uitgiften van aande-

len (34,2 %), obligaties (18,3%) enthesauriebewijzen (3,3%).

De banken liggen evenwel ook zelfaan de basis van de toenemendedesintermediatie. Vooral op het stukvan de hypothecaire leningen en deconsumptiekredieten voerden ze dejongste twee jaar een aantaleffectiseringsoperaties uit. Van april1997 tot april 1998 werden alduscirca 60 miljard BEF aan bancairekredieten omgezet in effecten. Tochkende het uitstaand bedrag aanconsumptiekredieten en hypothe-caire kredieten in de balansen vande banken het jongste jaar een be-

duidende toename. De consumptie-kredieten expandeerden in het jaareindigend in april 1998 met 8,9%,de hypothecaire leningen met 9,8 %.

Een en ander bracht mee dat dekredietverlening aan de Belgischeprivé-sector opnieuw die aan deBelgische overheid overtrof. Eindapril 1998 vertegenwoordigden dekredieten aan de Belgische privé-sector 50,3% van de krediet-verlening aan de Belgische econo-mie, komend van een dieptepuntvan 45,6% in maart 1995 (tabel 2).

(vervolg blz. 28)

De bedrijvigheid en de resultaten van de banken

De financieringscapaciteit van deBelgische banksector is indrukwek-kend. Het totale kredietvolume, inde vorm van uitbetalingskredieten,opgenomen verbinteniskredieten enschuldtitels, overschreed begin1998 voor het eerst 20.000 miljardBEF (tabel 1). Eind april 1998 wasdat volume reeds opgelopen tot20.927 miljard BEF, of bijna 2,4 keerhet bruto nationaal product van Bel-gië in 1997.

Tabel 2: Uitbetalingskredieten aan de Belgische privé-sector en aan de Belgische overheid

Privé-sector Overheid (*) Totaal

Bedrag Jaargroei Aandeel in Bedrag Jaargroei Aandeel in Bedrag Jaargroei(in miljarden) (in%) het totaal (in miljarden) (in%) het totaal (in miljarden) (in%)

(in%) (in%)

12.93 5.228,8 - 0,7 49,1 5.421,5 8,9 50,9 10.650,3 3,9

12.94 5.424,2 3,7 46,9 6.141,2 13,3 53,1 11.565,5 8,6

12.95 5.453,6 0,5 46,7 6.216,7 1,2 53,3 11.670,2 0,9

12.96 5.794,3 6,2 47,9 6.294,6 1,3 52,1 12.088,9 3,6

12.97 6.121,2 5,6 50,8 5.938,1 - 5,7 49,2 12.059,3 - 0,2

4.98 6.265,0 5,1 50,3 6.179,8 - 1,9 49,7 12.444,8 1,5

Bron: BVB-berekeningen op gegevens NBB.

(*) Kredieten aan de Belgische overheid in de vorm van effecten en in de vorm van directe kredietverlening.

Page 29: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

28

De kredietverlening aan deBelgische overheid kromp het jong-ste jaar met 1,9%. Enerzijds heeftde sanering van de overheids-financiën de financieringsbehoeftenvan de overheid doen afnemen. An-derzijds heeft de overheid de jong-ste jaren een groter deel van haarschuld ondergebracht buiten deBelgische banksector. Eind april1998 hielden de Belgische banken44,7% van de lineaire obligaties aan;een jaar eerder was dat nog 46,9%.Op het stuk van de gedemate-rialiseerde schatkistcertificaten wasde terugloop nog sterker, van 52,3%eind april 1997 tot 42% een jaar la-ter. De Belgische overheid tracht, inhet vooruitzicht van de EMU, haarschuld te spreiden over meerkredietgevers. De uitgifte van OLO-lijnen in Franse frank en Duitsemark dient in dat kader te wordengesitueerd.

De kredietverlening aan het buiten-land kende evenals de voorgaandejaren, een zeer sterke expansie. Eindapril 1998 lag het uitstaand bedragervan 23,7% hoger dan een jaar eer-der. De problemen die de financiëlemarkten in een aantal regio’s ken-nen, kunnen in de toekomst even-wel een negatieve impact hebben opde groei van de buitenlandsekredietverlening. Zo hebben deBelgische banken de jongste maan-den hun kredietverlening aan eenaantal Aziatische landen reeds sterkafgebouwd.

DE EFFECTENPORTEFEUILLE:STRUCTUREEL IN EXPANSIE

De desintermediatie remt dekredietverlening door de banken af,maar tegelijkertijd brengt ze meedat de banken meer en meer optre-den als onrechtstreekse financiers,via het aanhouden van effecten. Hetuitstaand volume aan effecten2 bijde banken kende de jongste vijf jaarruim een verdubbeling en bedroegeind april 1998 4.032 miljard BEF.

De schuldtitels in deviezen vormenmet ruim 70% de belangrijkste cate-gorie van effecten (grafiek 4). Hetjongste jaar expandeerden ze met21,2%. De Belgische banken hebbenvooral meer belegd in schuldtitelsvan buitenlandse overheden. In hetvooruitzicht van de Economische enMonetaire Unie, spreidden ze hunbeleggingen over een belangrijkeraantal emittenten binnen deeurozone.

Niettegenstaande de banken sindsde wet van 22 maart 1993 vrij aan-delen mogen bezitten, met uitzon-dering van de gekwalificeerde deel-nemingen waarvoor nog bepaaldelimieten gelden, vertegenwoordig-den de door de banken aangehou-den aandelen eind april 1998 slechts3,2% van hun effectenportefeuille.Het belang van de deelnemingen inde effectenportefeuille van de ban-ken is de jongste vijf jaar wel opge-lopen, van 6,9% eind april 1993 tot10,2% eind april 1998. De sterkeopkomst van het verzekeringsban-kieren, de overnames en samenwer-kingsverbanden tussen banken on-derling en de filialisering door debanken van een aantal financiëleactiviteiten, hebben bijgedragen totdeze evolutie.

De bedrijvigheid en de resultaten van de banken

(2) De effectenportefeuille is de verzameling van deroerende waarden, exclusief de certificaten en deobligaties uitgegeven door de Belgische overheid.

Grafiek 4:Samenstelling van de effectenportefeuille van de banken

Bron: BVB-berekeningen op gegevens NBB.

Page 30: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

29

CLIËNTENDEPOSITO’S: DE DESINTERMEDIATIE-TENDENS VERSNELT

De deposito's die de banken bij huncliënten werven, kenden het jong-ste jaar een zeer zwakke groei. Hunuitstaand bedrag lag eind april 1998slechts 2,1% hoger dan een jaar eer-der. De structurele desintermediatie-tendens, waarbij een verschuivingplaatsvindt van beleggingen in tra-ditionele bankdeposito's naar anderebeleggingsvormen zoals deelbewijzenvan instellingen voor collectievebeleggingen (icb's), aandelen, euro-obligaties, verzekeringsbons, ...werd het jongste jaar bijkomendondersteund door tijdsgebondenfactoren. De lage rentestand maakterentedragende activa minder aan-trekkelijk. Samen met de sterkebeurshausse zette dat de beleggersaan om te kiezen voor aandelen eneraan gekoppelde producten.

De versterkte desintermediatie-tendens speelde in het voordeel vande icb's. Hun netto-actiefwaardenam van midden 1997 tot midden1998 met 37 % toe tot 3.612 mil-jard BEF. Die forse toename wasniet enkel het resultaat van deintekeningen, maar heeft ook temaken met het koersverloop. Vooralde aandelen-icb's en de index-icb'smet kapitaalbescherming genotenveel belangstelling. Ook structureelzit de netto-actiefwaarde van de icb'sin de lift: in de periode van einde1993 tot midden 1998 kende zebijna een verdubbeling. In vrijweldezelfde periode namen decliëntendeposito's bij de banken metslechts 20% toe tot 13.783 mil-jard BEF eind april 1998.

De Belgische banken spelen even-wel goed in op de desintermediatie.Zij zijn immers de belangrijksteinitiatiefnemers en aanbieders vanicb's.

Wat de vorming van bankdeposito'szelf betreft ging, ten gevolge van delage rentestand, de voorkeur van decliënten uit naar liquide, afwach-tende beleggingen. Dat speelde inhet nadeel van de kasbons. Hun uit-

staand bedrag bleef verminderen. Inhet jaar eindigend in april 1998 liephet met 13,6% terug tot 3.083miljard BEF (grafiek 5). Het aandeelvan de kasbons in de totalecliëntendeposito's bedroeg nogslechts 22,4 %, komend van eenhoogtepunt van 35,4% begin 1993,toen de kasbons de belangrijkstedepositocategorie vormden (gra-fiek 6).

De tegenovergestelde bewegingdeed zich voor in de gereglemen-teerde spaardeposito's. Hun volumeklom van een dieptepunt van1.881 miljard BEF eind maart 1993tot 3.665 miljard BEF eind april1998. De boekjes fungeerden, om-wille van de lage rentestand, vooralals afwachtende belegging. Boven-dien past de rentevergoeding voorboekjes zich minder snel aan aan deevolutie van de marktrendementendan die voor andere depositovor-

men. In een dalende rentecontextspeelt dit in het voordeel van deboekjes. De toegenomen desinter-mediatie heeft evenwel het groei-tempo van de gereglementeerdespaardeposito's afgeremd. Hun jaar-aanwas bedroeg eind april 1998 7%,komend van 12,9% eind april 1997en 24,7% eind april 1996.

De depositocertificaten vormen desnelst groeiende depositocategorie.De jongste twee jaar kende hun uit-staand bedrag meer dan eenverdubbeling. Hun belang in decliëntendeposito's klom van minderdan 1% in 1993 tot 3,7% eind april1998. Door de zeer lage rente-tarieven is er vanwege de beleggerseen grote vraag naar papier op kortetermijn. Tegelijkertijd bracht de sa-nering van de Belgische overheids-financiën en de consolidatiepolitiekdie de Belgische overheid op hetvlak van de overheidsschuld de

Grafiek 5:Evolutie van de cliëntendeposito’s (april 1997 – april 1998)

Grafiek 6:Samenstelling van de cliëntendeposito’s

De bedrijvigheid en de resultaten van de banken

Bron: BVB-berekeningen op gegevens NBB.

Page 31: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

30

GOEDE RESULTATEN DANKZIJTIJDSGEBONDEN ENUITZONDERLIJKE FACTOREN

jongste jaren voert mee dat er min-der schatkistcertificaten worden uit-gegeven. Een en ander leidde tot eendaling van het aanbod van papierop korte termijn dat niet volledigwerd opgevangen door de uitgiftevan commercial paper door de be-drijven. Om toch aan de vraag vande beleggers naar kortlopend papierte kunnen voldoen, geven een aan-tal banken zelf depositocertificatenuit.

BUITEN-BALANS-ACTIVITEITENALSMAARBELANGRIJKERDe buiten-balansactiviteiten kenneneen veel sterkere groei dan debalansverrichtingen. Vijf jaar gele-den bedroegen ze acht keer de om-vang van het balanstotaal; eind april1998 was dat cijfer opgelopen totveertien (zonder de open bewaar-nemingen van Euroclear was datrespectievelijk zes en elf keer hetbalanstotaal).

De open bewaarnemingen vormdenmet 108.736 miljard BEF eind april1998 de belangrijkste categorie vanbuiten-balanstransacties. Ruim drievierden van de open bewaar-nemingen zijn verbonden aan trans-acties in het kader van Euroclear.Door de sterke stijging van deaandelenkoersen en de grote belang-stelling voor deelbewijzen van deicb’s kenden de open bewaar-nemingen de jongste jaren een forseexpansie.

De termijnverrichtingen, een anderebelangrijke component van de bui-ten-balansverrichtingen, vertegen-woordigden in notionele termen87.832 miljard BEF eind april 1998.De termijnverrichtingen op rente,die 68% vormen van de totale

termijnverrichtingen, kennen eenbeduidend snellere groei dan die opvreemde valuta’s (grafiek 7). Boven-dien kan de komst van de euro degroei van de termijnverrichtingenop deviezen nog bijkomend afrem-men. De overige termijnverrichtin-gen, die evenwel nog vrij marginaal

Tabel 3: Rendabiliteits- en solvabiliteitsverhoudingen (in%)

De bedrijvigheid en de resultaten van de banken

(3) Zie ook «De resultaten van de banken in 1997»,Aspecten en Documenten, nr. 197.

Grafiek 7:Evolutie van de termijnverrichtingen op rente en op vreemde valuta’s(index april 1993 = 100)

zijn, kennen de sterkste groei. Diekan voor een stuk worden verklaarddoor het succes van de aan aande-len gelieerde beleggingsinstrumen-ten en de vraag naar opties op aan-delen en beursindexen die eruitvoortvloeit.

Bron: BVB-berekeningen op gegevens NBB.

Het rendement op eigen vermogenvan de banken naar Belgisch rechtklom van 9,47% in 1996 tot 9,91%in 1997 (tabel 3)3 . Die rendabili-teitsverbetering heeft, samen met deverdere daling van het rendement

op staatsfondsen, het positieve ver-schil tussen het rendement op eigenvermogen bij de banken naar Bel-gisch recht en dat op staatsleningendat sinds 1993 was ontstaan, ver-breed (4,3%). Dit is uiteraard ge-

1993 1996 1997

Banken naar Belgisch rechtIntermediatiemarge (*) 1,64 1,57 1,32Cash flow/ingezette werkmiddelen 0,53 0,58 0,48Winstmarge (ROA) 0,28 0,29 0,30Rendabiliteit van het eigen vermogen (ROE) 8,70 9,47 9,91Solvabiliteitscoëfficiënt op geconsolideerde basis (**) 11,0 11,7 11,3

Banken naar buitenlands rechtIntermediatiemarge 0,29 0,33 0,39Cash flow/ingezette werkmiddelen 0,21 0,06 0,11Winstmarge (ROA) 0,17 0,04 -0,01

Bron: BVB-berekeningen op basis van de globalisaties van de gedetailleerde boekhoudstaten.

(*) Resultaat uit de financiële intermediatie in verhouding tot de werkmiddelen van derden.(**) 1993: risk assets ratio; 1996 en 1997: berekend volgens het besluit van de CBF dd. 5.12.1995 inzake de nieuwe

CAD.

Page 32: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

31

De bedrijvigheid en de resultaten van de banken

makkelijker te verwezenlijken alsde rente van jaar tot jaar daalt. Bo-vendien is een beduidend positiefverschil verantwoord als risico-premie.

De winststijging bij de banken naarBelgisch recht was in sterke mate ge-baseerd op tijdsgebonden factoren.Door de toenemende concurrentie-druk en de vlakkere rentecurve inBelgische frank heeft de inter-mediatiemarge haar structurele in-krimping verdergezet. De diverseinkomsten liepen daarentegen forsop. Een belangrijk deel was afkom-stig van meerwaarden op vast-rentende effecten en op aandelen,die de banken konden realiserendankzij de dalende rendementen oplange termijn en de forse beurs-hausse. Meerwaarden hebben even-wel een eenmalig karakter en bie-den geen perspectief op een duur-zame rendabiliteitsverbetering. Dedalende trend van de cost/incomeratio die zich de voorbije jaren hadgemanifesteerd, werd onderbroken.Die ratio klom van 66,1% in 1996tot 68,2% in 1997. De waarde-correcties met betrekking tot denormale bankactiviteit stegen be-duidend. Nochtans dienden de ban-ken minder voorzieningen aan teleggen voor kredieten. Ze legden in1997 evenwel bijna dubbel zoveelvoorzieningen aan voor algemenerisico's als in 1996.

De banken naar Belgisch recht be-haalden een uitzonderlijk resultaatvan ruim 19 miljard BEF, vooraldankzij de realisatie van meerwaar-den op deelnemingen in anderekredietinstellingen. De courantewinst vóór toevoegingen aan devoorzorgsfondsen voor risico's envóór belastingen kende slechts eenbeperkte toename.

Door de hogere risicograad van deactiviteiten van de banken naar Bel-gisch recht, kende hun solvabili-teitspositie een lichte terugval.

De situatie van de buitenlandse ban-ken was minder rooskleurig. Bij diegroep van banken was het eind-resultaat in 1997 negatief. Dit kanevenwel voornamelijk worden toe-geschreven aan de resultaten vanéén enkel bijkantoor. De inkom-sten- en kostenstructuur van de bij-

kantoren verbeterde zelfs in 1997:de smalle rentemarge verruimde; dediverse inkomsten expandeerdenvrij fors; het beslag van de bedrijfs-kosten op de inkomsten liep terug.

IMPACT VAN DE EUROOP DE BANKACTIVITEITEN

De invoering van de euro op 1 janu-ari 1999 zal een fundamentele im-pact hebben op het bankbedrijf.

Vooreerst zijn er belangrijkeomschakelingskosten die vooral be-trekking hebben op informatica, op-leiding en communicatie. Gezien deeuro-uitgaven middelen afwendenvan andere doelen, brengt de invoe-ring van de euro ook opportuniteits-kosten mee. Daarnaast maken de ban-ken kosten voor de ontwikkeling vaneuroproductenen -diensten.Ook zijn err e c u r r e n t ei n k o m s t e n -verliezen uitw i s s e l -verrichtingen.Gelet op zijninternationaleopenheid is deBelgische bank-sector relatiefkwetsbaar opdat vlak.

Maar belangrijker nog dan die on-middellijke kosten- en inkomsten-effecten, is dat de Europese en Mo-netaire Unie de werkcontext van debanken grondig zal veranderen. DeMuntunie zal fungeren als katalysa-tor voor mutatiebewegingen die inhet jongste decennium reeds opgang kwamen: deregulering encompetitie, desintermediatie,effectisering en internationalise-ring. Bovendien zal zich een verster-kende wisselwerking voordoen metdie andere katalysator, met name deinformatietechnologie. Het hele

mutatieproces zal dus onvermijde-lijk in een stroomversnelling te-rechtkomen.

Door het wegvallen van de bescher-ming van de nationale munten, zalde euro voor een aantal markt-segmenten een zekere schaalvergro-ting inhouden. Dat geldt misschienminder of zal zich geleidelijkervoordoen in het retailsegment, maarde EMU-dimensie zal sneller enmeer uitgesproken doorzetten in het

vlak van de financiëlemarkten, de corporatebusiness en het assetmanagement. Een sig-nificante marktpartijzijn in die segmentenhoudt in dat men overvoldoende draag-kracht zal moeten be-schikken, financieel,qua expertise enplaatsingsvermogen.

In de Belgische bank-sector was de concen-

tratiebeweging tot vóór twee jaar be-perkt gebleven tot fusies van klei-nere en middelgrote instellingenonderling en tot overnames van dieinstellingen door de grotere banken.De belangrijke strategische positieswerden pas ingenomen vanaf hetnajaar van 1996.Van de negen grootste Belgischebanken volgens het balanstotaalmidden 1996, blijven vandaag nogvijf bankgroepen over. De meestevan die groepen maken deel uit ofhebben banden met buitenlandsebanken en/of met verzekeringsmaat-schappijen.

Page 33: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

32

Page 34: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

33

KENCIJFERS VAN DE BELGISCHEBANKSECTOR (*)

Deze gegevens hebben betrekking op de banksector in zijn geheel,d.w.z. alle instellingen die beantwoorden aan de Europese definitie vankredietinstelling.

De Belgische Vereniging van Banken publiceert meer gedetailleerdestatistieken over de banksector in een aantal brochures van de reeks«Aspecten en Documenten».

Zie onder meer: «Statistisch vademecum van de banksector - 1997»(nr. 195), «De resultaten van de banken in 1997» (nr. 197)en «De banken in 1996 - individuele gegevens» (nr. 196).

De website van de BVB geeft eveneens toegang tot statistischegegevens.

(*) Aanhalingen zijn toegelaten mits de bron wordt vermeld: Jaarverslag van de BVB, 1998.

Page 35: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

34

STRUCTUUR VAN DE BANKSECTOR1993 1995 1997

Aantal bankennaar Belgisch recht 112 105 94

naar buitenlands recht 39 40 40- uit EU-landen 24 24 25- uit niet-EU-landen 15 16 15

Totaal aantal in België gevestigde banken 151 145 134

Vertegenwoordigingskantoren 42 40 40

Banken aangemeld onderhet Europees stelsel van vrije dienstverlening 39 169 241

Personeelsleden (1) 76.281 76.133 76.939

Contactpunten (2)

Kantoren 7.890 7.668 7.358- Kantoren uitgerust met self-banking 1.592 2.465 3.643

Gevolmachtigde agenten 11.998 10.636 9.901- Gevolmachtigde agenten werkzaam in kantoren van de bank 2.131 1.659 1.874

Biljettenverdelers (3) 2.636 3.591 4.991

Betaalterminals (4) 34.010 43.076 50.022

Investeringen (6) (in miljarden BEF)

Roerende investeringen 13,0 12,1 15,1- Informatica-uitrusting 10,6 9,7 12,4

Onroerende investeringen 10,0 11,3 13,3

Totaal 23,0 23,4 28,4

Rekeningen (7) (in duizenden)

Zichtrekeningen 9.863 10.004 10.620

Termijnrekeningen 1.949 1.824 1.663

Gereglementeerde spaarrekeningen 18.581 19.064 19.603

Totaal 30.392 30.892 31.886

BetalingsverkeerUitgewisselde cheques (8) (in miljoenen) 78,8 64,6 52,3

Chequegarantiekaarten (9) (in duizenden) 3.460 3.397 3.403

Debetkaarten (4) (in duizenden) 6.071 6.715 7.432

Bron: BVB.

(1) Raming voor alle banken (BVB-enquête bij de leden, aangevuld met gegevens uit de gepubliceerde rekeningen).(2) De cijfers m.b.t. kantoren en gevolmachtigde agenten zijn afkomstig uit een BVB-enquête bij de leden.(3) ATM’s van Bancontact/Mister Cash, alsook privatieve automaten met geldafhaling bij de banken.

Vanaf 1995 ook Postomat inbegrepen.(4) Banksys.(5) De stijging is grotendeels een puur statistisch effect, wegens correcties in de gegevens meegedeeld door sommige banken. Zo dezelfde correcties retro-actief toegepast

zouden worden op voorgaande jaren, blijft de globale tewerkstelling ongeveer stabiel.(6) De cijfers m.b.t. de investeringen zijn afkomstig uit een BVB-enquête bij de leden.(7) Ramingen voor banksector in ruime zin.(8) UCV-cijfers m.b.t. het interbancaire verkeer, genormaliseerde cheques.(9) Enkel de Eurocheque-garantiekaarten.

Kencijfers van de Belgische banksector

(5)

Page 36: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

35

DE BANKBEDRIJVIGHEIDEinde periode 1993 1995 1997 III.1998

VOORNAAMSTE BALANSRUBRIEKENBalanstotaal 22.709,0 24.852,6 29.205,3 30.920,4

Kredieten :Cliëntenkredieten (1) 7.784,8 8.277,3 9.528,6 10.020,8- op België 6.572,4 6.819,0 7.373,3 7.508,0- op het buitenland 1.212,4 1.458,3 2.155,3 2.512,8Kredieten a/d Belgische overheid (2) 4.366,6 4.976,1 4.901,9 5.039,6Interbankvorderingen 7.382,0 8.151,0 9.333,2 10.091,4

Effectenportefeuille 2.107,9 2.267,6 3.949,9 4.262,3

Deposito’s :Cliëntendeposito’s 11.447,7 12.066,6 13.564,7 13.820,7- zichtdeposito’s 1.360,0 1.579,4 1.983,8 2.261,7- termijndeposito’s 3.865,4 3.424,1 4.031,6 3.991,1- gereglementeerde spaardeposito’s 1.954,8 2.832,5 3.647,8 3.685,9- depositocertificaten 132,4 157,2 437,2 520,3- kasbons en obligaties 3.884,7 3.823,3 3.256,9 3.153,7- overige 250,5 250,2 207,4 207,9Interbankschulden 9.025,2 10.111,8 11.919,4 13.135,2

Aansprakelijk vermogen (3) 899,6 1.071,9 1.388,8 1.452,8- eigen vermogen (3) 619,5 691,5 853,9 908,2- achtergestelde schulden 280,1 380,4 534,9 544,6

VOORNAAMSTE POSTEN BUITEN BALANSTELLINGToevertrouwde waarden en vorderingen 110.575,4 131.811,9 206.225,2 207.770,7waarvan : open bewaargevingen 58.850,0 66.351,5 102.590,3 101.609,4Termijnverrichtingen 36.393,3 45.400,1 80.801,8 83.095,4Waarborgen 16.804,0 20.165,0 32.528,1 35.140,5Betekende kredietlijnen 6.964,1 7.260,6 9.185,1 9.608,6Contantverrichtingen

in uitvoering 2.955,1 4.145,5 5.813,9 7.412,8Opgenomen verbinteniskredieten 1.189,0 1.385,0 2.083,3 2.293,9Overige rechten en verplichtingen 864,5 965,1 1.470,0 1.752,1Vooraf gedekte opbrengsten en kosten 173,6 258,8 349,2 366,7

Bron: BVB-berekeningen op gegevens NBB.

(1) Inclusief de vorderingen op de Belgische overheid in de vorm van directe kredietverlening.(2) Krediet aan de Belgische overheid in de vorm van obligaties en schatkistcertificaten, alsook het bij de centrale bank herfinancierbaar overheidspapier.(3) Fonds voor algemene bankrisico’s inbegrepen.

Kencijfers van de Belgische banksector

(in miljarden BEF)

Page 37: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

36

RESULTATEN VAN DE BANKEN (1)

1993 1995 1997

Opbouw van de inkomsten (in miljarden BEF)Resultaat uit de financiële intermediatie (2) 296,1 324,5 343,2Diverse inkomsten 144,0 140,6 192,0Totaal (bankproduct) 440,1 465,1 535,2

Aanwending bankproduct en uitzonderlijk resultaat (3)

(in miljarden BEF)Bedrijfskosten 312,3 328,9 368,3Waardecorrecties m.b.t. de normale bankactiviteit (4) 54,5 59,1 69,8Belastingen op het resultaat 23,7 29,5 39,8Resultaat van het boekjaar 57,8 53,0 76,5

Rendabiliteits- en solvabiliteitsratio’s (in %)Intermediatiemarge (5) 1,37% 1,35% 1,18%Winstmarge (6) 0,26% 0,21% 0,26%Rendabiliteit eigen vermogen (7) 8,70% 7,79% 9,91%Solvabiliteitscoëfficiënt (8) 11,00% 11,90% 11,30%

Bron : BVB.

(1) De analyse van de resultaten van de banken is voortaan gebaseerd op de globalisaties van de gedetailleerde boekhoudstaten en heeft betrekking op de kalenderjaren.(2) Renteresultaat, inkomsten van aandelen en van andere niet-vastrentende effecten en opbrengsten uit financiële vaste activa.(3) Uitzonderlijk resultaat : 8,2 mld. in 1993; 5,4 mld. in 1995 en 19,2 mld. in 1997.(4) Waardeverminderingen op kredieten, op beleggingspapier en -effecten, voorzieningen voor andere risico’s en kosten en toevoeging aan de voorzorgfondsen voor risico’s.(5) Resultaat uit de financiële intermediatie in verhouding tot de werkmiddelen van derden.(6) Resultaat van het boekjaar in verhouding tot de ingezette werkmiddelen.(7) Alleen banken naar Belgisch recht.(8) Gewogen risicocoëfficiënt; alleen banken naar Belgisch recht, op geconsolideerde basis (bron : CBF).

Kencijfers van de Belgische banksector

Page 38: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

37

DE ORGANENVAN DE VERENIGING

BUREAU (1)

W. Breesch,Voorzitter, Voorzitter van deRaad van Bestuur van de KBCBankverzekeringsholding.

D. Bruneel (2),Ondervoorzitter, Voorzitter vanhet Directiecomité van deBACOB Bank.

A. Philippson,Ondervoorzitter, Beherend Ven-noot van de Bank Degroof G.C.V.

M. Tilmant (3),Ondervoorzitter, Voorzitter vanhet Directiecomité van de BankBrussel Lambert.

G. Ravoet,Lid, Directeur-generaal van deBelgische Vereniging van Banken.

DIRECTIECOMITÉ (1)

M. Tilmant (2),Voorzitter van het Directie-comité van de Bank Brussel Lam-bert.

L. Vandewalle (3),Bestuurder, Lid van het Directie-comité van de Bank Brussel Lam-bert.

A. Van Houtte,Voorzitter van de afdelingnetwerkbanken, Voorzitter vanhet Directiecomité, GedelegeerdBestuurder van de Ippa Bank.

F. Verheeke,Voorzitter van de afdeling spaar-banken, Voorzitter van de Raadvan Bestuur van de VDK-Spaar-bank.

R. Vermeiren,Voorzitter van het Directie-comité van de KBC Bank.

H. Verwilst,Voorzitter van het Directie-comité van de Generale Bank.

(1) De leden van het Bureau zijn tevens leden vanhet Directiecomité.

(2) Vanaf 2 december 1998.(3) Tot 2 december 1998.

D. Bruneel (3),Voorzitter van het Directie-comité van de BACOB Bank.

G. Colonna,Voorzitter van de afdelingBelgische banken met buiten-landse affiliaties, Bestuurder-Directeur, Lid van het Directie-comité van de ING Bank(Belgium).

K. De Boeck,Voorzitter van het Directie-comité van de ASLK-Bank.

Chr. M. Jacobs,Voorzitter van de afdeling bui-tenlandse banken, ManagingDirector, Chairman of the Man-agement Committee, MorganGuaranty Trust Company ofNew York.

F. Narmon,Voorzitter van het Directie-comité van het Gemeente-krediet.

Ph. Romagnoli,Voorzitter van de afdeling zaken-banken, Voorzitter van hetDirectiecomité van de ArtesiaBank.

De organen van de Vereniging

Page 39: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

38

REGIONALEAFDELINGEN

J.L. Claessens,Voorzitter van de regionale af-deling Brussel, Directeur van deGroep Brabant-Limburg van deKBC Bank.

P. Coucke,Voorzitter van de regionale af-deling Noord-West-Vlaanderen,Provinciedirecteur West-Vlaan-deren van de KBC Bank.

L. Crahay,Voorzitter van de regionale af-deling Verviers, Onderdirecteurbij de zetel Verviers van de BankBrussel Lambert.

L. de Lamine,Voorzitter van de regionale af-deling Namur-Luxembourg,Directeur van de commerciëlezetel Namur van de Bank Brus-sel Lambert.

M. Dumortier,Voorzitter van de regionale af-deling Hainaut Occidental,Directeur van de zetels Tournaien Centre-Hainaut van de BankBrussel Lambert.

R. Haccour,Voorzitter van de regionale af-deling Leuven, Directeur van dezetel Leuven van de Bank Brus-sel Lambert.

M. Mikolajczak,Voorzitter van de regionale af-deling Liège, Directeur van dezetel Liège van de GeneraleBank.

J.-M. Moreau,Voorzitter van de regionale af-deling Mons-La Louvière-Nivelles, Directeur van de zetelMons van de Generale Bank.

L. Truyens,Voorzitter van de regionale af-deling Zuid-West-Vlaanderen,Directeur van de zetel Kortrijkvan de Bank Brussel Lambert.

K. Van Gerven,Voorzitter van de regionale af-deling Limburg, Directeur vande zetel Hasselt van de GeneraleBank.

C. Van Tilborgh,Voorzitter van de regionale af-deling Oost-Vlaanderen,Provinciedirecteur Oost-Vlaan-deren van de KBC Bank.

G. Verlodt,Voorzitter van de regionale af-deling Antwerpen, Directeur vande zetel Antwerpen van de BankBrussel Lambert.

Y. Wuyckens,Voorzitter van de regionale af-deling Charleroi, Inter-provinciaal Directeur Walloniëvan het Krediet aan de Nijver-heid (ASLK-Bank).

SECRETARIAAT

G. Ravoet,Directeur-generaal.

W. Abelshausen,Directeur van het Sociaal Depar-tement.

J. Bellefroid,Directeur van het DepartementOpleiding.

D. Mareels,Directeur van het Fiscaal Depar-tement.

G. Martin,Directeur van het Economischen Studiedepartement.

F. Sweerts,Directeur van het Juridisch De-partement.

J. Van den Nieuwenhof,Directeur van het DepartementOrganisatie en Bancaire Informa-tica.

P. Wouters,Hoofd van het Departement Ad-ministratie.

J. Zeegers,Secretaris-generaal, Hoofd vanhet Departement Communica-tie.

OMBUDSMAN

P. Caeyers,Ombudsman.

De organen van de Vereniging

Page 40: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

39

LEDEN (1)

3. Spaarbanken

ANHYP Spaarbank; AntwerpsBeroepskrediet; ARFIN KredietSpaarbank; Belgische Zee- enBinnenvaart Kredietmaatschappij,Creditmar; BHW Bausparkasse;Centea of HSA-Spaarkrediet; DeVaderlandsche Spaarbank; DIPO;Eural; HBK-Spaarbank; H.B.M.Spaarbank; Mauretus Spaarbank;SEFB-Record Bank; Upar;VDK Spaarbank; WestkredietSpaarbank.

4. Belgische bankenmet buitenlandse affiliaties(dochterbedrijven)

Banca Monte Paschi Belgio; Bancodo Brasil (Europe); Bank of Tokyo- Mitsubishi (Belgium); Bank ofYokohama (Europe); Banque del’Europe Méridionale - BEMO;BCH Benelux; Byblos BankBelgium; Commerzbank Belgium;Crédit Lyonnais Belgium (CLB);Europese Bank voor Latijns-Amerika (BEAL); ING Bank(Belgium); Joyo Bank (Europe);Mitsubishi Trust & BankingCorporation (Europe); OgakiKyoritsu Bank (Europe); ShizuokaBank (Europe); Suruga Bank(Europe); Toyo Trust & Banking(Europe); United Taiwan Bank.

5. Buitenlandse banken(bijkantoren)

Aachener Bank; ABN AMRO BankN.V., Belgian Branch; BancoCentral Hispanoamericano; BancoEspañol de Credito (Banesto);Banco Exterior de España -Argentaria; Bank of AmericaNational Trust and SavingsAssociation - Belgium; Bank ofBaroda; The Bank of New York;The Bank of Tokyo - Mitsubishi,Ltd; Banque Chaabi du Maroc;Banque Commerciale du Maroc;Banque Nationale de Paris;

Banque Paribas - Succursale deBruxelles; The Chase ManhattanBank - Belgium; Citibank N.A.;Commerzbank Aktiengesellschaft;Crédit Commercial de France(CCF); Crédit Lyonnais - Agencede Belgique; De NationaleInvesteringsbank; Deutsche BankAktiengesellschaft; FCE Bank PLC;Habib Bank Limited; IstitutoBancario San Paolo di Torino;Lloyds Bank PLC; MorganGuaranty Trust Company of NewYork; Rabobank InternationalAntwerp Branch; The Sakura Bank,Limited; The Sanwa Bank Limited;Schretlen & Co; Société Générale(succursale de la Société GénéraleFrance); State Bank of India; TheSumitomo Bank, Limited; TriodosBank; Volkswagen Bank;Wafabank; WestdeutscheLandesbank Girozentrale.

Geassocieerdevertegen-woordigingskantoren

Asahi Bank (Nederland); BancaCommerciale Italiana; BancaNazionale del Lavoro; BancaPopolare di Novara; Banca diRoma; Banco Ambrosiano Veneto;Banco Bilbao Vizcaya; Banco diNapoli; Banco di Sardegna;CARIPLO – Cassa di Risparmiodelle Provincie Lombarde;Confederacion Española de Cajasde Ahorros; Credito Italiano;Groupe des Banques C.I.C.; HelabaLuxembourg Landesbank Hessen-Thüringen International S.A.;Istituto Centrale delle BanchePopolare Italiane; MediocreditoCentrale; State Street Bank & TrustCompany; Turkiye Halk Bankasi.

De leden

Banken rechtstreeksvertegenwoordigdin het Directiecomité

ASLK-Bank

BACOB Bank (BACOB)

Bank Brussel Lambert (BBL)

Gemeentekrediet

Generale Bank (G-Bank)

KBC Bank

Gespecialiseerdeafdelingen

1. Netwerkbanken

AGF-Assubel Bank; AntwerpseDiamantbank; Bank Belgolaise(Belgolaise); Bank voor FinancieelBeheer (Gesbank); Bank J. VanBreda & Co; Bank Nagelmackers1747; Bank van De Post; Bankvoor Koophandel van Brussel(Bank voor Koophandel); Bankvan Limburg; Bankunie; BanqueCPH; Banque Drèze;Beroepskrediet; BrabantsBeroepskrediet - Bank (Bank vanBrabant); CBC Banque; CitibankBelgium; CPH Banque;Europabank; Generale BelgianBank; Groep Landbouwkrediet;IPPA Bank (IPPA) (ook genoemdRoyale Belge Finance); Private KasBank.

2. Zakenbanken

Artesia Bank; Bank Degroof; BankDelen; Bank De Maertelaere; BankDewaay; Bank MeesPierson; DeLaet, Poswick & Co, Banquiers-Bankiers; Kempen & Co België;F. van Lanschot Bankiers (België);J.P. Morgan Benelux; Parfibank;van de Put & Co Effectenbank.

(1) Op 9 november 1998.

Page 41: De bank in de samenleving - KU Leuven · kiezen. Iedereen, behalve de bank-sector natuurlijk, die de verbintenis is aangegaan om reeds op 1 janu-ari 1999 naar een hogere versnel-ling

40

WOORD VOORAF .............................................................................................................. 2

DE BANK IN DE SAMENLEVING .....................................................................................5

De banken zullen klaar zijn voor de euro .......................................................................5België aan kop in «Euroland»Niet verplicht, maar evenmin verbodenTransparante tarifering voor wisselverrichtingenEerste opties voor de omwisseling van muntstukken en biljetten in 2002Euribor, nieuwe referentierentevoet voor de geldmarktMonetair beleid verhuist geheel naar EuropaDadelijk kosten voor de banken, maar voor de toekomst ook mogelijkhedenNaar een Europees geïntegreerd betalingssysteem

Imago van de banken: veeleer positief in de publieke opinie ........................................9

De banken ten dienste van de particulieren ................................................................. 10Gedragscode en basisdienst: de banken gaan een verbintenis aanOmbudsman: pragmatische en snelle oplossingen aanreiken voor de problemenKrediet aan particulieren: complexiteit weinig compatibel met EuropaTarifering van het betalingsverkeer: naar een objectiever debat ?Een noodzakelijke transparantieDepositobescherming uitgebreid tot financiële instrumentenHandelspraktijken: onrechtmatige bedingen en koppelverkoopJoodse tegoeden: positief BVB-antwoord

Banken en informatietechnologie ................................................................................ 14De internationale standaardisering van rekeningnummersElektronische handel, elektronisch bankieren en bankieren op het InternetDe elektronische handtekeningHet probleem van het jaar 2000

Banken en fiscaliteit ..................................................................................................... 16Hoge fiscale lastenHet bankgeheim is er voor de cliënten, niet voor de bankBijzondere mechanismen: de geest veeleer dan de letterBTW: de rechtszekerheid ernstig in het gedrang gebracht

Banken en hun menselijk kapitaal ................................................................................ 18Evolutie van de werkgelegenheid en sociale betrekkingen in de sectorOpleiding: blijvende groei van het aanbod

Banken, prudentiële controle en risicobeheersing ....................................................... 21De banken wensen een efficiënte prudentiële controleDe eigenvermogensreglementering is in volle ontwikkelingDe vereffeningsrisico's bij wisselverrichtingen in toom houden

De banken steunen het «Belgian Exchange»-project ................................................... 22

Banken en de milieuwetgeving .................................................................................... 22

Banken en de strijd tegen de criminaliteit ................................................................... 23Geldtransport: de risico's beperkenWitwassen van geld: in de eerste plaats de zware criminaliteit bestrijdenEen efficiënte samenwerking met de overheid

De aanvullende pensioenen toegankelijk maken voor zoveel mogelijk mensen.......... 24

DE BEDRIJVIGHEID EN DE RESULTATEN VAN DE BANKEN ..................................... 25De economische en financiële omgevingVerrichtingen in deviezen en met niet-ingezetenen steeds belangrijkerInterbankenactiviteit: van groei naar stagnatieMeer dan 20.000 miljard BEF aan kredietenBelgische privé-sector: belangrijkste begunstigde van de binnenlandse kredietverleningDe effectenportefeuille: structureel in expansieCliëntendeposito's: de desintermediatietendens versneltBuiten-balansactiviteiten alsmaar belangrijkerGoede resultaten dankzij tijdsgebonden en uitzonderlijke factorenImpact van de euro op de bankactiviteiten

KENCIJFERS VAN DE BELGISCHE BANKSECTOR ....................................................... 33Structuur van de banksectorDe bankbedrijvigheidResultaten van de banken

DE ORGANEN VAN DE VERENIGING ........................................................................... 37

LEDEN ............................................................................................................................... 39