Cijfers voor de toekomst

99
Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

Transcript of Cijfers voor de toekomst

Cijfers voor de toekomst:20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

2Groei, werkgelegenheid en de crisis

NB: In de infografieken wordt een "." gebruikt als decimaalteken.

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

2.1 Jarenlange economische groei onderbroken

• Bbp groeide tot 2007 in de EU vrij constant

• Na de ‘crash’ van 2008 begon de economie te krimpen, met een daling van 4,6 % in 2009

• De Baltische staten werden het hardst door de crisis getroffen

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdec100)

Reëel bbp per hoofd van de bevolking in de EU-27In euro’s (aan deflatie onderworpen)

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

2.2 De EU is de grootste economie ter wereld

• Het bbp van de EU is per hoofd van de bevolking van 1995 tot 2011 toegenomen met 25%

• Het bbp per hoofd van de bevolking is van 1992 tot 2010 wereldwijd toegenomen met 40 %

• De economische groei was het snelst in midden-inkomenslanden als Brazilië, Rusland en China

Bron: Wereldbank Bbp per inwoner (US$)

De EU in vergelijking tot andere economieën in de wereld (2010)Bbp (in miljard US$)

= Bevolkingsaantal

India

China

Indonesië

Mexico

Brazilië

Rusland

Zuid- Korea

Zuid-Afrika

Australië

Japan

VSEU

Canada

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

2.3 Participatiegraad volgt de groei van het BBP op de voet

• Vanaf 1997 is de werkgelegenheid in de EU aanmerkelijk toegenomen,

• De arbeidsparticipatie van vrouwen is sterker toegenomen dan die van mannen

• De toename van de arbeidsparticipatie van vrouwen weerspiegelt de groei van de dienstverlenende sector

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdec410)

Absolute participatiegraad in de EU-27Percentage van de leeftijdsgroep van 20 tot 64 jaar

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

2.4 Langdurige afname van de zelfmoordcijfers

• Zelfmoordcijfers verschillen enorm tussen mannen en vrouwen en tussen leeftijdsgroepen

• Mannen plegen vaker zelfmoord dan vrouwen

• Zelfmoord komt het vaakst voor bij mensen van 85 jaar en ouder

• Houdt de toename in 2008 en 2009 verband met de economische crisis?

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode:: hlth_cd_asdr)

Sterftecijfer door zelfmoord in de EU-27Zelfmoorden per 100 000 personen

Mannen

Vrouwen

Totaal

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

2.5 Algemene toename van de schuld per land in de afgelopen tien jaar

Maastricht Treaty reference level

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdde410)

EU

-27

Est

land

Bul

garij

e

Luxe

mbu

rgR

oem

enië

Tsje

chië

Lito

uwen

Slo

veni

ë

Zwed

enS

low

akije

Den

emar

ken

Letla

nd

Finl

and

Pol

en

Spa

nje

Cyp

rus

Ned

erla

nd

Mal

ta

Oos

tenr

ijk

Ver

enig

d K

onin

krijk

Hon

garij

e

Fran

krijk

Dui

tsla

nd

Ierla

nd

Por

tuga

lB

elgi

ë

Italië

Grie

kenl

and

Noo

rweg

en IJsl

and

EU-272000

EU-272010

Overheidsschuld per landIn percentage van het bbp (tegen lopende prijzen)

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

2.6 De overheidsschuld per persoon is ook toegenomen

• De overheidsschuld per persoon (tegen lopende prijzen) is de afgelopen 15 jaar bijna verdubbeld, terwijl de inflatie in deze periode slechts met 30 % is toegenomen

• De scherpe toename sinds 2007 is een gevolg van de economische crisis

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdde410, demo_gind)

Overheidsschuld EU-27In euro per persoon (tegen lopende prijzen)

3Energie: meer verbruik, meer afhankelijkheid

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

3.1 Afhankelijkheid van andere landen voor energie

• De afhankelijkheid van de EU van geïmporteerde energie is in de afgelopen tien jaar gestaag toegenomen

• Vanaf 2004 is meer dan 50 % van de in de EU verbruikte energie afkomstig uit import

• Bij aardolieproducten is de afhankelijkheid is het grootst

• Circa een derde van de aardolie- en aardgasinvoer komt uit Rusland

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdcc310)

Energieafhankelijkheid van de EU-27

Steenkoolproducten Aardgas

Alle aardolieproducten Totaal

N.B.: ‘Totaal’ is niet het gemiddelde van de andere drie getoonde categorieën. Het omvat ook andere energiebronnen als hernieuwbare energie of kernenergie, die als interne energiebronnen worden beschouwd

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

3.2 Waar komt de in de EU ingevoerde energie vandaan?

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: nrg_122a, nrg_123a, nrg_124a)

Invoer van energie in de EU-27 (2010)

Noord-Amerika

Caraïbisch gebied

Centraal- en Zuid-Amerika

Afrika

Midden-Oosten

Rest van Europa buiten de EURusland

Azië

Oceanië

Niet gespecificeerd

GasIn terajoule

OlieIn miljoen ton

Vaste brandstoffenIn miljoen ton

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

3.3 Het energieverbruik neemt toe

• Het energieverbruik is sinds 1990 in de EU met 6 % toegenomen

• De ‘energiemix’ van de EU is sinds 1990 veranderd

• Het gebruik van vaste brandstoffen is afgenomen, terwijl het gebruik van aardgas met bijna 50 % is toegenomen

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdcc320)

Bruto binnenlands energieverbruik, per brandstof, EU-27In eenheden van 1 000 ton olie

Hernieuwbare energie+143.4 %

Nucleaire warmte+15.3 %

Aardgas+49.8 %

Alle aardolieproducten-2.5 %

Vaste brandstoffen-38.3 %

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

3.4 Hernieuwbare energie speelt een grotere rol

• Het aandeel hernieuwbare energie in het totale energieverbruik van de EU is sinds 1990 met 140 % toegenomen

• Het aandeel hernieuwbare energie is sinds 2002 gestegen naar bijna 10%

• Deze stijging is een gevolg van het toegenomen gebruik van biomassa en afval

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdcc320)

Het aandeel hernieuwbare energie in het bruto binnenlands energieverbruik in de EU-27%

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

3.5 Verbruik van hernieuwbare energie

• Biomassa en afval zijn de belangrijkste bronnen van hernieuwbare energie

• Hout en houtafval zijn goed voor bijna de helft van het gebruik van hernieuwbare energie in de EU

• De productie van wind- en zonne-energie is sinds 1999 vernegenvoudigd

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: nrg_1071a, nrg_1072a)

Verbruik van hernieuwbare energie in 2010 in de EU-27

Zonne-energie2 %

Windkracht8 %

Waterkracht18 %

Geothermische energie3 %

Biomassa en afval voor hernieuwbare energie 69 %

Hout en houtafval 49 %

Andere biomassa en afval20 %

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

3.6 Waar wordt de energie verbruikt?

• Drie sectoren – industrie, vervoer en huishoudens – verbruiken ongeveer 85 % van de gehele energievoorziening

• Het energieverbruik in de industrie is sinds 1990 met 20 % gedaald, terwijl het energieverbruik in het vervoer met 30 % is toegenomen

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc320)

Energie-eindverbruik in de EU-27

Andere1 %

Diensten10 %

Land- en bosbouw

3 %

Huishoudens26 %

Vervoer26 %

Huishoudens27 %

Vervoer32 %

Industrie25 %

Andere1 %

Diensten13 %

Land- en bosbouw2 %

Industrie34 %

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

3.7 Huishoudens verbruiken steeds meer elektriciteit

• Het elektriciteitsverbruik van huishoudens is in de EU vrij constant gegroeid

• In de afgelopen 20 jaar is het met ongeveer 40% gestegen

• Dit ‘rebound effect’ maakt het positieve effect van technologische verbeteringen ongedaan

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc310)

Elektriciteitsverbruik van huishoudensIn miljoen ton aardolie-equivalent

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

3.8 Huishoudelijk elektriciteitsverbruik in de EU

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc310, lfst_hhnhtych)

EU

-27

Est

land

Bul

garij

e

Luxe

mbu

rg

Roe

men

Tsje

chië

Lito

uwen

Slo

veni

ë

Zwed

en

Slo

wak

ije

Den

emar

ken

Letla

nd

Finl

and

Pol

en

Spa

nje

Cyp

rus

Ned

erla

nd

Mal

ta

Oos

tenr

ijk

Ver

enig

d K

onin

krijk

Hon

garij

e

Fran

krijk

Dui

tsla

nd

Ierla

nd

Por

tuga

l

Bel

gië

Italië

Grie

kenl

and

Kro

atië

FYR

OM

/Mac

edon

Elektriciteitsverbruik per huishouden per landIn kilogram aardolie-equivalent per huishouden

4Rol van het vervoer in de economie

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

4.1 Steeds meer auto’s op de weg

• Het aantal auto’s per 1000 mensen is sinds 1991 met 40 % toegenomen

• Tussen de lidstaten bestaan enorme verschillen

• In negen lidstaten is er ten minste één auto per twee mensen

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc340)

Autodichtheid in de EU-27Auto’s per 1 000 mensen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

4.2 Vervoer van goederen en passagiers in de EU

• Het wegvervoer is in de EU de meest gebruikelijke wijze van vervoer

• Het openbaar vervoer is goed voor minder dan 20 % van het reisverkeer

• Het aandeel van het vrachtvervoer is sinds 2000 ten koste van de spoorwegen gegroeid

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdtr210, tsdtr220)

Verdeling passagiers- en vrachtvervoer in de EU-27Totaal binnenlandse reizigerskilometers en tonkilometers in %

Passagier2008

Vracht2009

Trein7 %

Bus en touringcar10 %

Auto83 %

Spoorweg16 %

Binnenlandsewaterwegen6 %

Weg78 %

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

4.3 Vrachtvervoer in Europa

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdtr220)

Modal split vrachtvervoer per land (2009) Totaal binnenlandse tonkilometers in %

EU-27Weg77 %

EU-27Spoor17 %

EU-27Binnenlandse waterwegen6 %

EU

-27

Tsje

chië

Hon

garij

e

Por

tuga

l

Letla

nd

Bul

garij

e

Est

land

Pol

en

Cyp

rus

Roe

men

Den

emar

ken

Lito

uwen

Mal

ta

Oos

tenr

ijk

Italië

Ierla

nd

Dui

tsla

nd

Bel

gië

Luxe

mbu

rg

Ver

enig

d K

onin

krijk

Ned

erla

nd

Grie

kenl

and

Finl

and

Spa

nje

Slo

wak

ije

Slo

veni

ë

Zwed

en

Fran

krijk

Noo

rweg

en

IJsl

and

Kro

atië

VR

O M

aced

onië

Turk

ije

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

4.4 Verband tussen de hoeveelheid vervoerde goederen en economische groei

• Het vrachtvervoer en de economische groei zijn sterk aan elkaar gekoppeld

• Er is geen ontkoppeling tussen de economische groei en de behoefte aan vervoer zichtbaar

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdtr230, nama_gdp_k)

Hoeveelheid vervoerde goederen in verhouding tot het bbp, EU-27*Index 2000 = 100

*Ramingen van Eurostat; reeks in 2004 onderbroken

Binnenlandse tonkilometer

Bbp (gedefleerd)Tonkilometer/bbp

5Ongewenste effecten van het vervoer

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

5.1 Minder verkeersdoden

• Het aantal verkeersdoden op de weg is sinds 1991 gemiddeld met 2 300 per jaar gedaald

• Meer dan 60 % van de dodelijke ongevallen doet zich voor op landwegen en nog eens 30 % in de bebouwde kom

• Auto’s zijn verantwoordelijk voor 60 % van de verkeersdoden op land- en autosnelwegen

Bron: Europese Commissie (CARE database), Eurostat (onlinegegevenscode: tsdtr420)

Verkeersdoden in de EU-27Aantal sterfgevallen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

5.2 Nieuwe auto’s stoten minder koolstof uit

• De CO2-uitstoot per kilometer van nieuwe personenauto’s is sinds 1995 gedaald

• De overstap van benzine naar diesel en brandstofbesparende technologieën is de belangrijkste oorzaak van deze daling geweest

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdtr450)

Gemiddelde koolstofuitstoot van nieuwe personenauto’sGram CO2 per kilometer

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

5.3 Meer uitstoot van broeikasgassen door het vervoer

• De groei van het aantal auto’s en van de hoeveelheid vervoerde goederen zijn de oorzaken voor de toename van broeikasgasemissies door het vervoer

• Vervoer is de enige sector in de EU die nu meer broeikasgasemissies veroorzaakt dan in 1990

• De uitstoot door het internationale luchtverkeer en het zeevervoer is het snelst gegroeid

Bron: Europees Milieuagentschap, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdtr410)

Broeikasgasemissies door het vervoer in de EU-27In miljoen ton CO2-equivalent

Internationaal zeevervoer

Internationaal luchtvervoer

Vervoer (weg, spoorweg, binnenscheepvaart, binnenlandse luchtvaart)

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

5.4 Daling NOx- en VOS-uitstoot exclusief methaan

Bron: Europees Milieuagentschap, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc270, tsdtr430, tsdpc280)

Uitstoot stikstofoxiden en vluchtige organische stoffen exclusief methaan door vervoer in de EU-27

EMISSIEBRONNEN, 2009

Stikstofoxiden (NOx), miljoen ton

Stikstofoxiden (NOx)

Andere51 %

Andere81 %

Vluchtige organische stoffen exclusief methaan

Wegvervoer17 %

Ander vervoer2 %

Ander vervoer7 %

Wegvervoer42 %

Vluchtige organische stoffen exclusief methaan, miljoen ton

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

5.5 In de steden fluctueert de blootstelling aan luchtvervuiling door ozon

• Ozon op leefniveau veroorzaakt bij mens en dier problemen met de ademhaling

• Ondanks de daling van de NOx- en NMVOS- uitstoot geen vermindering van de luchtvervuiling door ozon

• Door hittegolven kan de blootstelling aan ozon worden versterkt

Bron: Europees Milieuagentschap, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdph380)

Luchtvervuiling door ozon in de EU-27Microgram per kubieke meter per dag

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

5.6 Vervuiling door fijn stof in steden

• Het vervoer is een belangrijke bron van emissies van fijn stof (PM10)

• Opnieuw heeft een dalende trend bij de PM10-uitstoot niet tot een corresponderende vermindering van de luchtvervuiling geleid

Bron: Europees Milieuagentschap, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdph370)

Luchtvervuiling door fijn stof in steden in de EU-27Microgram per kubieke meter per dag

6Regionale verschillen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

6.1 Concentratie van rijkdom

• De regionale verschillen in de EU zijn kleiner geworden

• De spreiding is minder groot in de oude lidstaten

• De economische inhaalrace in Oost-Europa heeft tot grotere ongelijkheden geleid

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: nama_r_e0digdp)

Spreiding van het regionaal bbp per inwoner in KKS*% van het nationaal bbp per persoon

* Gebaseerd op statistische regio’s van NUTS-niveau-2. Landen met slechts één regio op NUTS-niveau-2 (Estland, Cyprus, Letland, Luxemburg, Malta) kennen geen regionale ongelijkheid.

EU

-27

Fran

krijk

Grie

kenl

and

Hon

garij

e

Ned

erla

nd

Zwed

en

Oos

tenr

ijk

Bel

gië

Dui

tsla

nd

Slo

wak

ije

Finl

and

Den

emar

ken

Bul

garij

e

Slo

veni

ë

Pol

en

Kro

atië

Roe

men

Spa

nje

Italië

Por

tuga

l

Tsje

chië

Ierla

nd

Ver

enig

d K

onin

krijk

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

6.2 Bbp per persoon per regio

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: nama_r_e2gdp)

Bbp per inwoner, in KKS, perNUTS-2 statistische regio, 2008Index EU-27 = 100

Guadeloupe Martinique Frans-Guyana

Réunion Azoren Madeira

Canarische Eilanden Malta Liechtenstein

<=50

50-70

75-100

100-125

>125

Geen gegevens beschikbaar

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

6.3 Verandering van het bbp per persoon per regio

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: nama_r_e2gdp)

Verandering van het bbp per inwoner, in KKS, per NUTS-2 statistische regio, 2000-2008 Procentpunt van EU-27-gemiddelde

<= -10

-10 to -3

-3 to +3

+3 to +10

> +10

Geen gegevens beschikbaarGuadeloupe Martinique Frans-Guyana

Réunion Azoren Madeira

Canarische Eilanden Malta Liechtenstein

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

6.4 Regionale verschillen in werkgelegenheid

• De verschillen in werkgelegenheid in de EU zijn kleiner geworden

• De spreiding is voor vrouwen hoger dan voor mannen

• Vrouwen lopen de achterstand in als gevolg van de afnemende spreiding

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdec440)

Spreiding van de regionale participatiegraad naar geslacht, EU-27, NUTS-niveau-2Variatie-coëfficiënt van de participatiegraad (leeftijdsgroep 15-64 jaar) Vrouwen

Totaal

Mannen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

6.5 Participatiegraad per regio

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: lfst_r_lfe2emprt)

Participatiegraad van de leeftijdsgroep van 20 tot 64 jaar, per NUTS-2-regio, 2009In %

Guadeloupe Martinique French Guyana

Réunion Azoren Madeira

Canarische Eilanden Malta Liechtenstein

<= 60

60-65

65-70

70-75

> 75

Geen gegevens beschiikbaar

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

6.6 Ongelijke inkomensverdeling

• De inkomensverschillen in de EU zijn niet kleiner geworden

• De rijkste 20 % van de bevolking verdient ongeveer vijf keer zoveel als de armste 20 %

• De verdeling van het inkomen verschilt enorm per lidstaat van de EU

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdsc260, ilc_di01)

Ongelijke inkomensverdelingEU-27 Zweden Litouwen

Rijkste20 %

Armste20 %

verdient

verdient

EU-27 Tsjechië Spanje

7Armoede en sociale uitsluiting in Europa

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

7.1 Dimensies van armoede

• Monetaire armoede, materiële deprivatie en een gebrek aan toegang tot werkgelegenheid zijn de belangrijkste dimensies van armoede in de EU

• Bijna 81 miljoen burgers van de EU leven in monetaire armoede

• Ca. 40 miljoen mensen kampen met ernstige materiële deprivatie. Ca. 38 miljoen mensen leven in huishoudens waar ouders veel minder werken dan ze zouden kunnen.

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdsc100, tsdsc270, tscsc280, tsdsc310, tsdsc350, ilc_pees01)

Risico op armoede of sociale uitsluiting (2010)In aantal personen

81 miljoen met een armoederisico na

sociale overdrachten

40 miljoenmet ernstige materiële

deprivatie

38 miljoenleven in

huishoudens met een zeer lage

arbeidsintensiteit

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

7.2 Dimensies van armoede

• In 2010 liepen 116 miljoen mensen het risico van armoede of sociale uitsluiting

• Mensen kunnen tegelijkertijd door meer dan één dimensie van armoede worden getroffen

• Bijna 80 miljoen mensen werden door één dimensie van armoede getroffen, 28 miljoen door twee dimensies en bijna 8 miljoen door alle drie dimensies tegelijk

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdsc100, tsdsc270, tscsc280, tsdsc310, tsdsc350, ilc_pees01)

Risico op armoede of sociale uitsluiting (2010)In aantal personen

48 miljoenmet een armoederisico na sociale overdrachten

19 miljoenmet ernstige materiële

deprivatie

14 miljoenleven in huishoudens

met een zeer lage arbeidsintensiteit

3 million7.5 miljoen

11 miljoen

14 miljoen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

7.3 Monetaire armoede is de meest voorkomende vorm van armoede

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tscsc280, tsdsc350)

Armoederisico na sociale overdrachtenIn % van de bevolking

EU

-27

Bel

gië

Dui

tsla

nd

Italië

Tsje

chië

Den

emar

ken

Ned

erla

nd

Est

land

Roe

men

Hon

garij

e

Pol

en

Oos

tenr

ijk

Letla

nd

Slo

wak

ije

Por

tuga

l

Bul

garij

e

Finl

and

Fran

krijk

Grie

kenl

and

Ver

enig

d K

onin

krijk

Zwed

en

Spa

nje

Luxe

mbu

rg

Lito

uwen

Mal

ta

Cyp

rus

Slo

veni

ë

Ierla

nd

IJsl

and

Noo

rweg

enZw

itser

land

Kro

atië

EU-272005

EU-272010

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

7.4 Ernstige materiële deprivatie

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tscsc270)

Mensen die met ernstige materiële deprivatie kampenIn % van de bevolking

EU

-27

Bel

gië

Tsje

chië

Luxe

mbu

rg

Ver

enig

d K

onin

krijk

Zwed

en

Italië

Finl

and

Pol

en

Den

emar

ken

Ned

erla

nd

Lito

uwen

Dui

tsla

nd

Mal

ta

Letla

nd

Grie

kenl

and

Oos

tenr

ijk

Bul

garij

e

Fran

krijk

Roe

men

Slo

veni

ë

Slo

wak

ije

Spa

nje

Ierla

nd

Zwits

erla

ndIJ

slan

d

Noo

rweg

en

Kro

atië

Est

land

Por

tuga

lC

ypru

s

EU-272005

EU-272010

Hon

garij

e

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

7.5 Lage arbeidsintensiteit

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tscsc310)

Mensen die in huishoudens met een zeer lage arbeidsintensiteit levenIn % van de bevolking in de leeftijdsgroep van 0 tot 59

EU

-27

Ned

erla

nd

Por

tuga

l

Letla

nd

Cyp

rus

Oos

tenr

ijk

Luxe

mbu

rg

Est

land

Roe

men

Dui

tsla

nd

Tsje

chië

Zwed

en

Hon

garij

e

Grie

kenl

and

Bul

garij

e

Bel

gië

Den

emar

ken

Pol

en

Ierla

nd

Slo

wak

ije

Ver

enig

d K

onin

krijk

Mal

ta

Italië

Slo

veni

ë

Finl

and

Zwits

erla

ndIJ

slan

dN

oorw

egen

Kro

atië

Lito

uwen

Fran

krijk

Spa

nje

EU-272005

EU-272010

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

7.6 Armoede en sociale uitsluiting verschillen in geheel Europa

Fran

krijk

Slo

veni

ë

Den

emar

ken

Ierla

nd

Cyp

ru s

Mal

ta

IJsl

and

Por

tuga

l

Mensen die het risico op armoede of sociale uitsluiting lopen (2010)In % van de bevolking

EU

-27

Bul

garij

e

Pol

en

Hon

garij

e

Dui

tsla

nd

Roe

men

iëLe

tland

Ned

erla

nd

Tsje

chië

Est

land

Spa

nje

Finl

and

Lito

uwen

Luxe

mbu

rg

Bel

gië

Zwed

en

Grie

kenl

and

Slo

wak

ije

Ver

enig

d K

onin

krijk

Zwits

erla

nd

Oos

tenr

ijkIta

lië

Mensen met een armoederisico na sociale overdrachten EN met ernstige materiële deprivatie EN levend in een huishouden met een zeer lage arbeidsintensiteit

Mensen met ernstige materiële deprivatie EN levend in een huishouden met een zeer lage arbeidsintensiteit

Mensen met een armoederisico na sociale overdrachten EN levend in een huishouden met een zeer lage arbeidsintensiteit

Mensen die in een huishouden met een zeer lage arbeidsintensiteit leven

Mensen met een armoederisico na sociale overdrachten EN met ernstige materiële deprivatieMensen met ernstige materiële deprivatie

Mensen met een armoederisico na sociale overdrachten

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: ilc_pees01)

Noo

rweg

en

Kro

atië

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

7.7 Trends op het gebied van langdurige werkloosheid

• Mensen die meer dan een jaar werkloos zijn worden als langdurig werkloos beschouwd

• Van1994 tot 2008 vertoonde het aantal langdurig werklozen in de EU een dalende trend

• Mensen die aan het begin van de crisis hun baan verloren, zullen in toenemende mate tot de langdurig werklozen behoren

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdsc330)

Totale langdurige werkloosheidsgraad%

EU-27EU-15

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

7.8 Meer mensen blijven langer op school

• De cijfers van voortijdige schoolverlaters zonder diploma zijn in de EU vrij bestendig gedaald

• Er bestaat een duidelijk verband tussen opleidingsniveau en armoederisico

• Mensen die weinig onderwijs hebben genoten, lopen het hoogste armoederisico

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdsc410) NB: Reeks onderbroken in 2003

Voortijdige verlaters van onderwijs en opleidingIn % van de bevolking in de leeftijdsgroep van 18-24 jaar

8Het afvalprobleem (en hoe het kan worden opgelost)

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

8.1 Er wordt steeds meer afval geproduceerd

• De afvalproductie is van 1995 tot 2002 gestegen, maar is sindsdien stabiel

• Afvalverwerking middels verbranding, recycling en compostering is aanzienlijk toegenomen

• Daarom hoeft minder afval op stortplaatsen te worden gedeponeerd

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc240)

Gemeentelijke afvalproductie en –verwerking in de EU-27In kilogram per persoon

Niet gespecificeerd

Materiaalrecycling

Andere recycling (incl. compostering)

Verbranding (incl. energieherwinning)

Storting

(verandering)

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

8.2 Afvalverwerking per land

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc240)

Est

land

Letla

ndLi

touw

en

Bul

garij

eR

oem

enië

Hon

garij

e

Slo

wak

ije

Pol

en

Tsje

chië

Ver

enig

d K

onin

krijk

Dui

tsla

nd

Zwed

en

Bel

gië

Den

emar

ken

Luxe

mbu

rgFr

ankr

ijk

Finl

and

Ned

erla

nd

Italië

Slo

veni

ë

Oos

tenr

ijk

Ierla

nd

Por

tuga

lS

panj

e

Mal

ta

Cyp

rus

EU

-27

Grie

kenl

and

Zwits

erla

ndN

oorw

egen

IJsl

and

Kro

atië

Turk

ije

FYR

OM

/Mac

edon

EU-27Afvalstorting

EU-27Verbranding*

EU-27Materiaal- recycling

EU-27Andere

recycling

*met inbegrip van energieherwinning

Gemeentelijke afvalverwerking per land (2010)%

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

8.3 De hoeveelheid gevaarlijke afvalstoffen neemt toe

• Bijna de helft van de gevaarlijke afvalstoffen is afkomstig uit de industrie (26%) en de bouw (21 %)

• De toename van 2004 tot 2008 was te wijten aan een grotere hoeveelheid gevaarlijke afvalstoffen uit de bouwsector

• 2 % van de gevaarlijke afvalstoffen is afkomstig uit huishoudens

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc250)

Hoeveelheid gevaarlijke afvalstoffen in de EU-27In kilogram per persoon

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

8.4 Warmtekrachtkoppeling

• Warmtekrachtkoppeling (WKK) produceert tegelijkertijd warmte en elektriciteit

• De hoeveelheid door WKK geproduceerde elektriciteit is sinds 2004 iets toegenomen

• WKK-centrales kunnen door verschillende brandstoffen worden aangedreven, zoals aardgas, biobrandstoffen, biomassa of afval

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdcc350)

Warmtekrachtkoppeling in de EU-27In % van de bruto elektriciteitsopwekking

BRANDSTOF

WKKCENTRALE

ELEKTRICITEIT

WARMTE HUIZEN

9Bedreiging van de natuur

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

9.1 Bodemgebruik in Europa

Bron: Europees Milieuagentschap

Soorten bodemgebruik in Corine, 2006

Stedelijke gebieden

Waterlichamen

Weiden

Bosgebieden

Semi-natuurlijke vegetatie

Open vlakten/kale grond

Wetlands

Akkerland en blijvende gewassen

Nog geen gegevens beschikbaar

Buiten gegevensdekking

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

9.2 Verdeling bodemgebruikssoorten in Europa

• Meer dan 40 % van Europa bestaat uit landbouwgrond (akkerland, blijvende gewassen en weiden)

• Bosgronden komen op de tweede plaats met 36 %

• Stedelijke gebieden bedekken slechts 4 % van het landoppervlak, maar bieden plaats aan het merendeel van de Europese bevolking en haar economische activiteiten

Bron: Europees Milieuagentschap

Verdeling van bodemgebruikssoorten in Europa (2006)In % Totaal gebied Stedelijke

oppervlakte

Stedelijke gebieden

Akkerland en blijvende gewassenWeiden

Bosgebieden

Semi-natuurlijke vegetatieOpen vlakten/kale grond

Wetlands

Waterlichamen

Huisvesting, diensten, recreatie

Industrieel, handel, bouwsector

Vervoersnetwerk, infrastructuur

Mijnen, steengroeven, afvalstortplaatsen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

9.3 Veranderingen van het bodemgebruik

• Van 2000 tot 2006 werd 630 000 hectare land veranderd in stedelijk gebied

• De uitbreiding van de bebouwing en van weg- en spoorwegnetwerken had het grootste aandeel in deze verandering

• De landbouwgrond krimpt, terwijl het bosbestand gestaag groeit

Bron: Europees Milieuagentschap

Netto veranderingen bodemgebruik van 2000-2006 in Europa

Stedelijke gebieden

Akkerland en blijvende gewassen

Weiden

Bosgebieden

Semi-natuurlijke vegetatie

Open vlakten/kale grond

Wetlands

Waterlichamen

Totale oppervlakte in duizend hectare

Relatieve verandering in %

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

9.4 Veranderingen van de aantallen vogels

• De vogelpopulatie vertoont van jaar tot jaar een natuurlijke fluctuatie

• De langetermijntrend laat een daling van de biodiversiteit zien

• Deze daling was door de intensieve landbouw met name sterk bij de akkervogels

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdnr100)

Index van veel voorkomende vogels in de EUIndex 1990 = 100

Alle veel voorkomende vogelsVeel voorkomende akkervogelsVeel voorkomende bosvogels

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

9.5 Overbevissing van bedreigde visbestanden

• Sinds 1994 worden de door de EU beheerde wateren voortdurend overbevist

• Demersale soorten (die dicht bij of op de zeebodem leven) staan het meest onder druk

• Overbevissing vormt ook een economisch risico voor de visserijsector

Bron: Diensten van de Europese Commissie, ICES (onlinegegevenscode: tsdnr110)

Visvangsten buiten veilige biologische grenzen:stand van de door de EU beheerde visbestanden in de noordoostelijke Atlantische Oceaan (2010)

Totale visvangst

Demersaal(dicht bij of op de

zeebodem levende soorten, bv. kabeljauw,

schelvis, wijting)

Pelagisch(in de open zee levende soorten,

bv. haring, ansjovis, sardine)

Benthisch(op de zeebodem levende soorten,

bv. kreeft, garnaal, platvis)

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

9.6 Meer duurzaam bosbeheer

• De totale houtkap in de Europese landen blijft ver beneden de jaarlijkse aangroei

• Hieruit kan worden opgemaakt dat de bossen duurzaam worden beheerd

• Bossen slaan koolstof op en zijn als ‘koolstofputten’ een belangrijke factor voor de vermindering van broeikasgasemissies

Bron: ministeriële conferentie voor de bescherming van het bos in Europa (MCPFE) (onlinegegevenscode: tsdnr520)

Intensiteit van het bosgebruikHoutkap in % van de aangroei

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

9.7 Meer broeikasgassen door bossen geabsorbeerd

• Door aanplant van bossen en verbetering van het bosbeheer wordt de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer verminderd

• Sinds 1990 wordt de broeikasgasuitstoot per jaar met meer dan 300 miljoen ton teruggebracht door bodemgebruik, verandering van bodemgebruik en bosbouw

Bron: Europees Milieuagentschap

Vermindering broeikasgasemissies door bodemgebruik, verandering van bodemgebruik en bosbouw in de EU-27In miljoen ton CO2

10Mondiale klimaatverandering

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

10.1 Onze planeet wordt warmer

• De opwarming van de aarde staat buiten kijf

• De jaren van 2001 tot 2010 waren de warmste tien jaar ooit gemeten

• De opwarming is sterker op het noordelijk halfrond, waar het merendeel van het landoppervlak van de aarde is gelegen

Bron: Afdeling klimaatonderzoek, universiteit van East Anglia, en het meteorologisch instituut van het Verenigd Koninkrijk Hadley Centre

Mondiale jaarlijkse gemiddelde temperatuurafwijkingTemperatuurafwijking in °C, in vergelijking tot het gemiddelde van 1961 tot 1990

95% onzekerheidsmarge uit de gecombineerde effecten van alle onzekerheden

Jaarlijkse reeksen, aangepast

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

10.2 Mondiale CO2-uitstoot stijgt verder

• De mondiale CO2-uitstoot is sinds 1990 met bijna40 % gestegen

• In 2007 heeft China de Verenigde staten ingehaald als grootste emittent

• Elektriciteit en warmteopwekking zijn verantwoordelijk voor het grootste deel van de mondiale CO2-uitstoot

Bron: Internationaal Energieagentschap

Mondiale CO2-uitstoot door verbranding van brandstoffenIn miljoen ton CO2

WereldVerenigde StatenEU-27ChinaIndia

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

10.3 Veranderde aandelen in de mondiale CO2-uitstoot

• De CO2-uitstoot van China is de afgelopen 20 jaar meer dan verdubbeld

• De uitstoot in de rest van Azië (met inbegrip van India) is eveneens gestegen

• In tegenstelling hiertoe is de CO2-uitstoot in de EU en Rusland gedaald

Bron: Internationaal Energieagentschap

Aandeel van verbranding van brandstoffen in de CO2-uitstootIn % van de gehele mondiale uitstoot

21 000miljoen ton

29 000miljoen ton

Verenigde Staten -22 %

EU-27 -37 %

China +118 %

Rusland -50 %Azië +83 %Japan -20 %Latijns-Amerika +33 %

Afrika 0 %

Rest van de wereld -18 %

Midden-Oosten +66 %

Verandering van het aandeel in de uitstoot

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

10.4 CO2-uitstoot per persoon

• De CO2-uitstoot per persoon is in de VS, Rusland en de EUgedaald

• De uitstoot per persoon is in China en India gestegen, maar het niveau in deze landen ligt nog steeds ver onder dat van de geïndustrialiseerde landen

• Sinds 2007 ligt de CO2-uitstoot van China boven het mondiale gemiddelde van 4,3 ton per persoon

Bron: Internationaal Energieagentschap

Mondiale CO2-uitstoot per persoon door verbranding van brandstoffenIn ton per persoon

Verenigde Staten

Rusland

Japan

EU-27

China

India

Wereld

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

10.5 De emissies stijgen in de vervoerssector, maar dalen in andere sectoren

• De broeikasgasemissies zijn in de EU sinds 1990 met meer dan 17 % gedaald

• In 2009 is de uitstoot vanwege de economische crisis gekelderd

• De redenen voor de daling op de lange termijn hebben te maken met een efficiënter gebruik van energie en de overstap naar koolstofarme brandstoffen

Bron: Europees Milieuagentschap (onlinegegevenscode: tsdcc210)

Broeikasgasemissies per sector, EU-27In miljoen ton CO2

Andere(energiegerelateerd)

Afval

Landbouw

Industriëleprocessen

Vervoer

Verwerkende industrie en bouwnijverheid

Energiebedrijven

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

10.6 Energie-gerelateerde activiteiten veroorzaken de grootste uitstoot

• Meer dan driekwart van de broeikasgasemissies in de EU wordt veroorzaakt door verbranding voor energie

• Sinds 1990 zijn de emissies in de verwerkende industrie en bouwnijverheid sterk teruggedrongen

Bron: Europees Milieuagentschap (onlinegegevenscode: tsdcc210)

Broeikasgasemissies per sector, 2009%

EnergiegerelateerdNiet-energie gerela-teerd

Industriële processen

Landbouw

Afval

Andere (energie-gerelateerd)

Energiebedrijven

Verwerkende industrie en bouwnijverheid

Vervoer

EU-272009

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

10.7 Belangrijke emissieverminderingen sinds 1990

• In Oost-Europa is sprake van een enorme vermindering van de broeikasgasemissies sinds 1990

• De economische herstructurering heeft in veel van de “nieuwe” lidstaten in de jaren negentig tot een daling van de emissies geleid

• Sinds 2000 zijn steeds meer gerichte energie- en klimaatmaatregelen ter vermindering van de emissies genomen

Bron: Europees Milieuagentschap (onlinegegevenscode: tsdcc100)

Broeikasgasemissies in 2009 in verhouding tot het in het Kyoto-protocol vastgelegde basisjaar, per land In %

Relatieve verandering t.o.v basisjaar Kyoto

EU

-27

EU

-15

Est

land

Letla

ndLi

touw

enB

ulga

rije

Roe

men

iëH

onga

rije

Slo

wak

ijeP

olen

Tsje

chië

Ver

enig

d K

onin

krijk

Dui

tsla

ndZw

eden

Bel

gië

Den

emar

ken

Luxe

mbu

rgFr

ankr

ijkFi

nlan

d

Ned

erla

nd Italië

Slo

veni

ëO

oste

nrijk

Ierla

nd

Grie

kenl

and

Por

tuga

lS

panj

eM

alta

Cyp

rus

Doelstelling (2008-2012)

11Europa in een geglobaliseerde wereld

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

11.1 Europa heeft het grootste aandeel in de wereldhandel

• De EU is de grootste importeur en exporteur van goederen ter wereld

• De EU, de VS, China en Japan waren in 2010 samen goed voor ongeveer de helft van de wereldhandel

• China is in de afgelopen jaren een belangrijke mondiale handelsmacht geworden, en heeft in 2007 de VS als de op één na grootste exporteur ingehaald

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: ext_lt_introle)

Aandeel in de wereldimport en –export (2010)In %

EU-27 Verenigde Staten

China (exclusief Hong Kong) Japan Anderen

Importen Exporten

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

11.2 China wordt een steeds belangrijker handelspartner

• Het relatieve belang van de VS als handelspartner voor de EU is in de afgelopen jaren verminderd

• De handel van de EU met China is sinds 1999 meer dan verviervoudigd

• Het grootste deel van de invoer in de EU komt uit Azië, terwijl het aandeel van Afrika en Latijns-Amerika laag blijft

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: ext_lt_maineu)

EU-invoer uit landen buiten de EU per handelspartner%

Van de invoer uit

Azië

China (behalve Hong Kong)

Azië (behalve China en Japan)

Japan

Verenigde Staten

Rusland

Europa, niet-EU-27

Afrika

Latijns-Amerika

Rest van de wereld

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

11.3 De energie-invoer van de EU neemt toe

• 63 % van de invoer in de EU betreft industriële producten (machines en voertuigen, chemicaliën en andere industriële goederen)

• De invoer van basisproducten neemt echter toe

• In 2010 was de invoer van energieproducten vier keer zo hoog als in 1999

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: ext_lt_intratrd)

EU-invoer uit landen buiten de EU per productgroepIn %

van de invoer wordt gevormd

door industriële producten

Chemicaliën

Machines en voertuigen

Andere industriële goederen

Energie

Voedsel en drank

Grondstoffen

Producten n.a.g.

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

11.4 De invoer uit ontwikkelingslanden neemt toe

• De invoer uit ontwikkelingslanden in de EU is sinds 1999 verdrievoudigd

• In vergelijking is het totaal van de invoer in de EU ‘slechts’ verdubbeld

• In 2010 kwam bijna de helft van de totale invoer uit ontwikkelingslanden (inclusief China)

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp210, tet00038)

Invoer uit ontwikkelingslanden in de EU-27

Bovengemiddeld inkomen

Per inkomensgroep, in miljard euro (tegen lopende prijzen)

Ander laag inkomen

Benedengemiddeld inkomen

Minst ontwikkeld

China (inclusief Hong Kong)

DAC-landenDAC-landen (behalve China)

Totale invoer in de EU

Aandeel in totale invoer in de EU (%)

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

11.5 Het aandeel van de invoer uit de minst ontwikkelde landen is nog steeds klein

• In de minst ontwikkelde landen (MOL) woont ongeveer 12 % van de wereldbevolking, maar deze landen nemen minder dan 2 % van het mondiale bbp en ongeveer 1 % van de wereldhandel in goederen voor hun rekening

• In 2010 was van de gehele invoer in de EU ter waarde van 1 500 miljard euro slechts 22 miljard euro afkomstig uit de MOL

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp210, tet00038)

Het aandeel van de minst ontwikkelde landen aan de gehele invoer in de EU-27 uit landen buiten de EU %

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

11.6 Meer invoer van energieproducten uit de minst ontwikkelde gebieden

• In 2010 bestond de helft van de invoer uit de MOL uit industriële goederen, de andere helft bestond uit basisproducten

• De ‘alles behalve wapens’-regeling van de EU voorziet in vrijstelling van douanerechten voor de invoer van alle producten uit MOL, behalve voor wapens en munitie

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp230)

Invoer in de EU-27 uit de minst ontwikkelde landen per productgroepIn miljard euro (tegen lopende prijzen)

Industriële goederenMinerale brandstoffen, smeermiddelen en dergelijke producten

Voedsel, dranken en tabak

Grondstoffen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

11.7 Minder landbouwsubsidies in de EU

• Handelsbelemmeringen bemoeilijken de toegang van de ontwikkelingslanden tot de markten van de EU

• De EU heeft de handelsverstorende landbouwsubsidies sinds 1995 geleidelijk teruggeschroefd

• De steun van de EU voor de landbouw duikt ver onder het in de Landbouwovereenkomst van de WTO vastgelegde plafond

Bron: Diensten van de Europese Commissie, Wereldhandelsorganisatie, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp240)

Totaal geaggregeerde steun (AMS) voor de landbouw in de EU-27In miljard euro

AMS-plafond

12Komt Europa zijn internationale verplichtingen na?

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

12.1 Waar komt de financiële steun van de EU vandaan?

• Officiële ontwikkelingshulp (ODA) en particuliere geldstromen zijn de belangrijkste geldstromen naar de ontwikkelingslanden

• De geldstromen vanuit de EU naar ontwikkelingslanden zijn de afgelopen 20 jaar verviervoudigd

• Terwijl ODA-geldstromen vrij constant zijn gegroeid, fluctueren de particuliere geldstromen van jaar tot jaar

Bron: OESO, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp310)

Financiering van ontwikkelingslanden, per soort, EU-15In miljard euro (tegen lopende prijzen)

Steun van ngo’s

Andere officiële geldstromen

Particuliere geldstromen

Officiële ontwikkelingshulp

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

12.2 De EU is de grootste donor ter wereld

• De EU is de grootste donor van financiële steun voor de ontwikkelingslanden

• Sinds 1990 hebben alle donoren hun financiering voor ontwikkelingslanden verhoogd

• In 2009 was de totale steun aan de ontwikkelingslanden 4,5 keer zo hoog als in 1990

Bron: OESO, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp310)

Financiering voor ontwikkelingslanden, per donorIn miljard euro (tegen lopende prijzen)

Andere donoren

Canada

Japan

Verenigde Staten

EU-15

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

12.3 ... maar we hebben nog veel werk voor de boeg

• De EU heeft toegezegd de VN-doelstelling te zullen verwezenlijken om in 2015 0,7 % van haar BNI aan ODA uit te geven, met een tussentijds doel van 0,56 % in 2010

• Dit doel voor 2010 is echter niet gehaald

• Vijf Europese landen lagen in 2010 boven de VN-doelstelling van 0,7 % van het BNI

Bron: OESO, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp100)

Officiële ontwikkelingshulp (ODA) van de EU-27In % van het bruto nationaal inkomen (tegen lopende prijzen)

EU-27 EU-27 doelstelling VN doelstelling

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

12.4 Grote verschillen in de hulpverlening door de lidstaten

Bron: OESO, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp100)

Officiële ontwikkelingshulp (ODA) per landIn % van het bruto nationaal inkomen (tegen lopende prijzen)

Est

land

Letla

nd

Lito

uwen

Bul

garij

e

Roe

men

Hon

garij

e

Slo

wak

ije

Pol

en

Tsje

chië

Ver

enig

d K

onin

krijk

Dui

tsla

nd

Zwed

en

Bel

gië

Den

emar

ken

Luxe

mbu

rg

Fran

krijk

Finl

and

Ned

erla

nd

Italië

Slo

veni

ë

Oos

tenr

ijk

Ierla

nd

Por

tuga

l

Spa

nje

Mal

ta

Cyp

rus

EU

-27

Grie

kenl

and

Zwits

erla

nd

Noo

rweg

en

IJsl

and

Turk

ije

EU

-15

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

12.5 De officiële mondiale hulp is sinds 1990 verdubbeld

• De mondiale ODA-geldstromen zijn in de afgelopen 20 jaar verdubbeld

• Wereldwijd behoren de EU, de VS en multilaterale instellingen (met inbegrip van de instellingen van de VN) tot de belangrijkste donoren

Bron: OESO, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp100)

Officiële ontwikkelingshulp (ODA) per donorIn miljard euro (tegen lopende prijzen)

Andere donoren

Instellingen van de EU

Multilaterale instellingen

Japan

Verenigde Staten

EU-15

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

12.6 Betrouwbare steun via officiële kanalen

• In verhouding is het EU-aandeel van de totale geldstroom naar lage-inkomenslanden hoger voor ODA dan voor BDI

• Meer dan de helft van de ODA van de EU wordt aan lage-inkomenslanden toegewezen

• In 2009 beliepen de ODA-geldstromen naar lage-inkomenslanden ongeveer 11 miljard euro, terwijl de BDI-geldstromen ‘slechts’ 1,7 miljard euro bedroegen

Bron: OESO, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp320, tsdgp330)

Aandeel in de financiële toewijzingen aan lage-inkomenslanden In % van per land toegewezen ODA

Aandeel in de officiële ontwikkelingshulp, EU-15

Aandeel in buitenlandse directe investeringen, EU-lidstaten in de DAC

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

12.7 De kloof tussen donor en ontvanger

• De ODA uit de EU bedroeg 107 euro per burger van de EU

• De ontvangende landen ontvingen vanwege hun grotere bevolking slechts ongeveer negen euro per persoon

• De stijging van de EU-bijdrage aan ODA per persoon sinds 2005 leidt in de ontwikkelingslanden niet tot een hoger bedrag per persoon

Bron: OESO, Eurostat (onlinegegevenscode: tsdgp520)

Officiële ontwikkelingshulp per hoofd van de bevolking in donor- en ontvangende landenIn euro per persoon (tegen lopende prijzen)

EU-272010

DAC-landen

13Steeds minder kinderen in een vergrijzende maatschappij

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

13.1 De wereldbevolking groeit verder

• Naar verwachting zal de wereldbevolking vergeleken met 1950 tegen het jaar 2100 verviervoudigen en in 2080 10 miljard mensen tellen

• Het merendeel van de groei van de wereldbevolking vindt plaats en zal naar verwachting plaatsvinden in Azië en Afrika

• De bevolking van Europa zal in 2100 ongeveer 20 % groter zijn dan in 1950

Bron: Afdeling bevolking van het Departement Economische en Sociale Zaken van secretariaat van de Verenigde Naties, Ramingen van de wereldbevolking, herziene uitgave van 2010

Wereldbevolking, groei en ramingenIn miljard mensen

OceaniëNoord-AmerikaEuropaLatijns-Amerika en de Caraïben

AziëAfrika 

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

13.2 Het aandeel van Europa in de wereldbevolking daalt

• De samenstelling van de wereldbevolking zal er in 2100 volkomen anders uitzien dan in 1950

• De bevolking van Afrika zal naar verwachting "exploderen" en in 2100 3,6 miljard mensen tellen (35 % van de wereldbevolking)

• Europeanen zullen aan het eind van de eeuw minder dan 10 % van de wereldbevolking uitmaken

Bron: Afdeling bevolking van het Departement Economische en Sociale Zaken van het Secretariaat van de Verenigde Naties, “World Population Prospects: The 2010 Revision”

Wereldbevolking per werelddeelIn %

OceaniëNoord-AmerikaLatijns-Amerika en de CaraïbenEuropa

AfrikaAzië

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

13.3 Geboortecijfers te laag voor bevolkingsgroei

• Er is een vruchtbaarheidscijfer van 2,1 kind per vrouw nodig om de bevolking van de EU op het bestaande peil te handhaven

• Het vruchtbaarheidscijfer van de EU is licht gestegen, maar blijft beneden het vervangingsniveau

• In Europa heeft alleen IJsland een vruchtbaarheidscijfer boven het vervangingsniveau

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdde220)

Totaal vruchtbaarheidscijfer, EU-27In aantal kinderen per vrouw

Vervangingsniveau

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

13.4 Europeanen leven langer

• Een in 2009 geboren meisje leeft naar verwachting gemiddeld 83 jaar; een jongen ongeveer 77 jaar

• De levensverwachting in de EU neemt toe, wat betekent dat mensen steeds langer leven

• Dit leidt tot een natuurlijke toename van de EU-bevolking, maar deze trend zal naar verwachting binnenkort veranderen

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdph100)

Levensverwachting bij de geboorte,in de EU-27, per geslacht In jaren

VrouwenMannen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

13.5 Er komen meer mensen naar de EU dan er vertrekken

• Nettomigratie betekent het verschil tussen immigratie en emigratie

• In de EU was er in de afgelopen 20 jaar sprake van voortdurende immigratie uit landen buiten de EU

• Vanaf 2015 zal naar verwachting de positieve nettomigratie de enige factor voor bevolkingsgroei in de EU zijn

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdde230); NB: Reeks onderbroken in 1998

Ruwe cijfers nettomigratie (met aanpassing), EU-27Per 1 000 mensen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

13.6 Het veranderend gezicht van de bevolking van Europa

• Tot 2060 zal de bevolking van de EU naar verwachting met 15 miljoen mensen ofwel 3 % toenemen

• Ongeveer de helft van de lidstaten – voornamelijk in Oost-Europa – kan met een krimpende bevolking te maken krijgen

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tps00002)

Geraamde verandering bevolkingscijfer 2010-2060, per landIn %

Est

land

Letla

ndLi

touw

en

Bul

garij

e

Roe

men

Hon

garij

e

Slo

wak

ije

Pol

en

Tsje

chië

Ver

enig

d K

onin

krijk

Dui

tsla

nd

Zwed

enB

elgi

ë

Den

emar

ken

Luxe

mbu

rg

Fran

krijk

Finl

and

Ned

erla

nd

Italië

Slo

veni

ë

Oos

tenr

ijk

Ierla

nd

Por

tuga

l

Spa

nje

Mal

ta

Cyp

rus

EU

-27

Grie

kenl

and

Zwits

erla

ndN

oorw

egen

IJsl

and

Liec

hten

stei

n

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

13.7 De bevolking van de EU bereikt naar verwachting in 2040 een piek

• De bevolkingsgroei in de EU zal naar verwachting niet aanhouden

• De bevolking van de EU zal naar verwachting tot 2040 toenemen en daarna in 2060 geleidelijk tot 517 miljoen dalen

• De reden hiervoor is dat vanaf 2035 de netto migratie geen tegenwicht meer vormt voor de natuurlijke daling vanaf 2015

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tps00002)

Geraamde verandering bevolkingscijfer in de EU-27In miljoen mensen

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

13.8 Een vergrijzende bevolking

• De bevolking van de EU zal ouder worden, omdat mensen langer leven en het aantal geboorten afneemt

• De gemiddelde leeftijd van de bevolking van Europa zal naar verwachting stijgen van 41 jaar in 2010 naar 48 jaar in 2060

• In 2060 zullen mensen van 65 jaar en ouder 30 % van de bevolking van de EU uitmaken

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: demo_pjangroup, proj_10c2150p)

Bevolkingsstructuur, per leeftijdsgroep en geslacht, EU-27In % van de gehele bevolking

Mannen (2010) Vrouwen (2010) Mannen (2060) Vrouwen (2060)

85 jaar en ouder80 tot 84 jaar75 tot 79 jaar70 tot 74 jaar65 tot 69 jaar60 tot 64 jaar55 tot 59 jaar50 tot 54 jaar45 tot 49 jaar40 tot 44 jaar35 tot 39 jaar30 tot 34 jaar25 tot 29 jaar20 tot 24 jaar15 tot 19 jaar

Onder de 5 jaar5 tot 9 jaar

10 tot 14 jaar

14Is groene groei een oplossing?

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

14.1 Het gebruik van natuurlijke hulpbronnen in de EU

• De helft van de in de EU gebruikte materialen zijn mineralen

• Het materiaalgebruik houdt nauw verband met de economische cyclus

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc230)

Binnenlands materiaalgebruik in de EU-27, per soortIn miljoen ton

Fossiele energie materialen/dragers

Niet-metaalhoudende mineralenMetaalertsen (ruwe ertsen)

Biomassa

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

14.2 Om aan de EU-vraag naar grondstoffen te voldoen is import nodig

• De meeste materialen die in de EU worden gebruikt, worden hier gewonnen

• De invoer van grondstoffen wordt echter steeds belangrijker

• De invoer, de uitvoer en binnenlandse winning zijn tijdens de crisis gedaald

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc220)

Bestanddelen van het binnenlands materiaalgebruik, EU-27In miljoen ton

Binnenlands materiaalgebruik

Binnenlands gebruikte winning

Invoer

Uitvoer

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

14.3 Sterke daling van het materiaalgebruik per persoon tijdens de crisis

• In 2007 heeft iedere burger van de EU theoretisch per jaar 17 ton materiaal gebruikt, ofwel 45 kilogram materiaal per dag

• Vanwege de economische crisis daalde het materiaalgebruik in 2009 tot minder dan 15 ton per persoon

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc220, demo_gind)

Binnenlands materiaalgebruik per persoon in de EU-27In ton per persoon

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

14.4 Verschillen in gebruik van hulpbronnen binnen de EU

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc220, demo_gind)

Binnenlands materiaalverbruik per persoonIn ton per persoon

Est

land

Letla

nd

Lito

uwen

Bul

garij

e

Roe

men

Hon

garij

e

Slo

wak

ije

Pol

en

Tsje

chië

Ver

enig

d K

onin

krijk

Dui

tsla

nd

Zwed

en

Bel

gië

Den

emar

ken

Luxe

mbu

rg

Fran

krijk

Finl

and

Ned

erla

nd

Italië

Slo

veni

ë

Oos

tenr

ijk

Ierla

nd

Por

tuga

l

Spa

nje

Cyp

rus

EU

-27

Grie

kenl

and

Zwits

erla

ndN

oorw

egen

Mal

ta

Turk

ije

Kro

atië

EU-27

2000

EU-27

2009

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

14.5 Productiviteit en efficiëntie lijken te verbeteren...

• De productiviteit van de hulpbronnen is sinds 2000 gestegen. Dit betekent dat meer waarde in euro's werd gecreëerd met dezelfde hoeveelheid materiaal

• Tegelijkertijd is voor economische activiteiten minder energie benodigd. Per euro worden dus minder broeikasgassen uitgestoten

• Deze cijfers laten echter niet het hele plaatje zien

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc100, tsdec360, tsdtr250, tsdcc210, nama_BBP_k)

Veranderingen in productiviteit van hulpbronnen en energie-intensiteit in de EU-27Productiviteit van hulpbronnenEuro per kilogram

Energie-intensiteit van de economieIn kilogram olie-equivalent per 1 000 euro

Energie-intensiteit van het vervoerIn kilogram olie-equivalent per 1 000 euro

Intensiteit BKG-emissies van de economieIn kilogram CO2 per 1 000 euro

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

14.6 ... maar vertonen een minder goed beeld wanneer zij worden afgezet tegen het bbp

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdpc100, tsdpc230, nama_BBP_k, tsdec360, tsdcc320, tsdtr100, tsdtr250, sdcc210)

Productiviteit van hulpbronnen en energie-efficiëntieIndex 2000 = 100

Productiviteit van hulpbronnen

Bbp (gedefleerd)Binnenlands materiaalverbruik

Hulpbronnenproductiviteit

Bbp (gedefleerd)Bruto binnenlands energieverbruik

Energie-intensiteit

Bbp(gedefleerd)BKG-emissiesIntensiteit BKG-emissies

Bbp (gedefleerd)

Energieverbruik van het Vervoer/bbp

Energieverbruik van het vervoer

Energie-intensiteit

Intensiteit van de BKG-emissies

Energie- efficiëntie van het vervoer

Cijfers voor de toekomst: 20 jaar duurzame ontwikkeling in Europa?

14.7 De uitgaven voor O&O zijn niet voldoende gestegen

Bron: Eurostat (onlinegegevenscode: tsdec320)

Totale uitgaven voor onderzoek en ontwikkelingIn % van het bbp

Est

land

Letla

nd

Lito

uwen

Bul

garij

e

Roe

men

Hon

garij

e

Slo

wak

ije

Pol

en

Tsje

chië

Ver

enig

d K

onin

krijk

Dui

tsla

nd

Zwed

en

Bel

gië

Den

emar

ken

Luxe

mbu

rg

Fran

krijk

Finl

and

Ned

erla

ndItalië

Slo

veni

ë

Oos

tenr

ijk

Ierla

nd

Por

tuga

l

Spa

nje

Mal

ta

Cyp

rus

EU

-27

Grie

kenl

and

Noo

rweg

en

Zwits

erla

nd

IJsl

and

Turk

ije

Kro

atië