Cedrus n°1 - 2012/2013

28
jaargang 6 nummer 1 oktober 2012 CDS CHRISTEN DEMOCRATISCHE STUDENTEN CEDRUS TIJDSCHRIFT VOOR HET ANTWERPS CHRISTENDEMOCRATISCH STUDENTENVOLK Seksisme, A probleem? Politiek & media Dossier: GAS-boetes Minder wapens = meer oorlog? Christendemocratie for dummies

description

Cedrus Oktober 2012. Academiejaar 2012-2013

Transcript of Cedrus n°1 - 2012/2013

jaargang 6nummer 1

oktober 2012CDSC H R I S T E NDEMOCRATISCHES T U D E N T E N

CEDRUSTIJDSCHRIFT VOOR HET ANTWERPS CHRISTENDEMOCRATISCH STUDENTENVOLK

Seksisme, A probleem?

Politiek & media

Dossier: GAS-boetes

Minder wapens = meer oorlog?

Christendemocratie for dummies

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 2

colofon inhoud‘CEDRUS’ is een uitgave van CDS Antwerpen onder V.U. Sven Wassenaar.

CDS ANTWERPEN

Sint-Jacobsstraat 12000 [email protected]

REDACTIE

Sven [email protected]

P.R.

Helena Caluwé[email protected]

AUTEURSRECHT

© 2012 bij CDS Antwerpen en de auteurs.Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van de uitgever of auteur. De redactie is niet verantwoordelijk voor artikels die niet in eigen naam werden geschreven.

BIJDRAGEN?

zelf gebeten door het christendemocratische virus? een eigen stuk bijdragen aan de volgende editie van Cedrus? Dat kan! Mail je bijdrage naar [email protected] en de redactie laat je weten of je artikel gepubliceerd wordt.

DRUK

Quickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen

voorpagina 1

colofon & inhoud 2

praeses dixit 3

kalender 4

introductie 5

waar staan we voor? 6

bestuur 7

christendemocratie for dummies 8

duopinie: politiek & media 10

VWEC 13

seksisme, A probleem? 14

cartoon 17

reflectie 18

sudoku 19

dossier: GAS-boetes 20

analyse 25

lid worden? 27

sponsors 28

MET DANK AAN:

Alle auteursOnze peters, ereleden en ledenGert Van LangendonckOnze sponsors

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 3

praeses dixitCDS’ers,

Een nieuw jaar is aangebroken en CDS Antwerpen heeft er enorm zin in om jullie, zij het leden, ereleden, vrienden of sympathisanten, de leukste activiteiten van ’t Stad aan te bieden! Uiter-aard gepaard met een flinke brok Christendemocratie. Van onze Christendemocratie for Dum-mies met Rik Torfs tot deze cedrus, uw honger zal gestild worden!

Die brok is niet kortbij vervaldatum en het recept moet ook niet heruitgevonden worden. Nee, onze ideologie van personalisme, rentmeesterschap en subsidiariteit is nog steeds actueel en van toepassing. Zelf ben ik sterk geïnspireerd door de “Ne quid nimis” of “Van niets te veel” waarin ik ook alle Christendemocratische kerngedachten terugvind. Zowel de solidariteit met verantwoordelijkheid, als de inter- en intragenerationaliteit als een overheid die initiatief neemt waar het middenveld in de gemeenschappelijke noden van de maatschappij niet kan voldoen.

Kunnen we het anders, misschien nog zelfs simpeler, toepassen op jouw enigma? Zeker en vast! Ga gerust met ons praesidium in discussie of ontdek het bij het vragenuurtje van Rik Torfs!

“Laten we, zoals steeds, CDS houden wat het altijd geweest is: een blijvend genot in een wereld van verandering.”

Met studentikoze groet,

Bart SipsPraeses 2012-2013

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 4

kalender

FACEBOOK.COM/CDSANTWERPEN

@CDSANTWERPEN

CDSANTWERPEN

KALENDEREERSTE SEMESTER 2012-2013

WANNEER? WAT?

02/1010/10

16/1022/10

29/10

RONDLEIDING STADHUIS

KOPSTUKKENDEBAT UA

CDS KROEGENTOCHT

CRISISCOMMUNICATIEMET O.A. MINISTER VAN QUICKENBORNE

CHRISTENDEMOCRATIEFOR DUMMIES

05/11

27/11

AMERICAN NIGHT

CANTUS

20/11 MIDDAGCOLLEGE

06/11

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 5

introductieWIE ZIJN WE?

CDS Antwerpen, voluit Christendemocratische Studenten Antwerpen, is een geëngageerde politieke filosofische studentenvereniging.

In de eerste plaats streven wij ernaar om studenten, los van enige partijpolitiek, op een informele manier in contact te brengen met politiek in het algemeen en de christendemocratische ideologie in het bijzonder. Dit doen weopverschillendemanieren.Klassiekmetgespreksavonden en debatten maar ook met panelgesprekken en interne discussieavonden.

CDS Antwerpen engageert zich ertoe een sterk inhoudelijk, kwalitatief en actueel programma aan haar leden aan te bieden. Zo proberen we jaarlijks prominente politici en bedrijfsleiders naar de Antwerpse auditoria te lokken om de studenten toe te spreken over zeer actueel maatschappelijke en economische thema’s.

Naast het inhoudelijke is zeker ook het studentikoze element binnen CDS van belang. Wij willen de grenzen van het louter politieke overschrijden en we hechten als studenten veel belang aan het groepsgevoel. Zo is er steeds plaats voor kroegentochten, cantussen en veel meer!

Onze werking met vrijwilligers is doorspekt met hechte vriendschapsbanden. Samen studenten warm maken voor politiek, daar draait het om!

CDS NATIONAAL

De nationale kern van de Christendemocratische Studenten ondersteunt de verschillende lokale kernen waar nodig. Daarnaast organiseert CDS nationaal elk jaar het nationaal congres in het Vlaamse Parlement waar de verschillende kernen samenkomen om gezamenlijk onze visie vast te leggen en te bepalen.

Maar het gaat ook verder dan enkel het congres, want samen hebben we al meerdere malen opiniestukken en persberichten de wereld ingestuurd.

De laatste jaren maakte CDS een sterke evolutie door. Kernen werden nieuw leven ingeblazen en nieuwe afdelingen werden uit de grond gestampt. Momenteel zijn er actieve kernen in Antwerpen, Gent, Hasselt en Leuven. Samen slagen we er ieder academiejaar weer in om gevarieerde en druk bijgewoonde activiteiten aan te bieden om op deze manier studenten te prikkelen voor het christendemocratische verhaal.

EUROPEAN DEMOCRAT STUDENTS

Founded in 1961, the three pillars of EDS stood for Conservatism, Liberalism and Christian-Democracy. Today, EDS grew into a large family which

has an outlook that is various, rich and unique, represented by the name ‘Democrat’. Here, student organisations, political youth organisations and other centre-right organisations come together to shape modern centre-right policies for Europe. For Belgium, CDS and EDH (Etudiants Démocrates Humanistes) are both members of the pan-

European centre-right student and youth political association.

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 6

waar staan we voor?CHRISTENDEMOCRATIE is een personalistische ideologie. Wat opvalt is dat men steeds dezelfde kernwoorden tegenkomt bij het onderzoeken van deze ideologie: subsidiariteit, gerechtigheid, solidariteit en rentmeesterschap.

Subsidiariteit is gebaseerd op de autonomie van het menselijke individu en stelt dat alle maatschappelijke instellingen (familieverband, staat, internationale orde ...) zich ten dienste van de mens dienen te stellen. Het is “positieve subsidiariteit”. Dit wil zeggen dat gemeenschappen, instellingen en overheden de sociale condities moeten scheppen waarin het individu zich ten volle kan ontplooien.

Gerechtigheid stoelt op het principe van rechtvaardigheid. Iedereen moet zich kunnen ontplooien, en er moet een zeker normen- en waardenstelsel zijn. Christendemocraten zien uiting hiervan in de joodschristelijke waarden, die volgens hen een sterke samenleving mogelijk maken.Het programma kan echter niet alleen vanuit dat christelijke geloof worden afgeleid, maar wel is de conceptie van de mens die daaruit voortvloeit een morele basis voor het vormen van een verantwoorde politiek. Christendemocratie is net daarom een pluralistische ideologie. De westerse waarden die we vandaag de dag kennen komen traditioneel voort uit het christelijk geloof, maar zijn geëvolueerd tot gemeen bezit van gelovigen en ongelovigen.

Solidariteit zegt dat we voor de zwakkeren in de samenleving moeten zorgen. Dit vloeit voort uit de christelijke caritas en naastenliefde. Deze term hangt samen met gespreide verantwoordelijkheid. Hierbij stelt men dat het individu niet alles alleen kan, en er dus een sterk maatschappelijk middenveld nodig is om hem op te vangen. Christendemocraten geloven met andere woorden in de civil society. Een andere vorm van verantwoordelijkheid is de generatie overschrijdende verantwoordelijkheid, die we ook omschrijven als het beginsel van rentmeesterschap. Volgens dit principe zijn we ten opzichte van de volgende generatie slechts houders van deze planeet. Dit houdt in dat we met de nodige zorg en voorzichtigheid met ons milieu, onze wereld moeten omgaan en haar niet nodeloos mogen uitputten.

Jaarlijks besteed CDS Antwerpen dan ook de nodige aandacht om deze ideologie voort te dragen, en dit door een sessie ‘christendemocratie for dummies’.

Je kan het volledige verhaal lezen op onze website: http://www.cdsantwerpen.be

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 7

bestuur

Bart SipsPraeses

Yasmine HufkensVice-Praeses

Helena CaluwéP.R.

Sven WassenaarScriptor

Tom WautersMedia

Thomas BraeckmansPolitiek Secretaris

Orry Van De WauwerPolitiek Secretaris

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 8

christendemocratie for dummieseen inleiding voor beginners door pro-seniors Sam & Jan

DE SAMENLEVING

Vandaag de dag leven we in een geïndividualiseerde maatschappij. Mensen leven veel meer op zichzelf in plaats van met elkaar. De term ‘samen-leven’ wordt gezien als een anachronisme, een gedateerd concept dat slechts nog bij naïeve enkelingen een positieve weerklank kent. Door wereldwijde veranderingen zoals de globalisering, verliezen we meer en meer de binding met onze eigen gemeenschap. Enerzijds trekken we ons terug op kleinere schaal (bv. Vlaanderen). Anderzijds winnen transnationale gemeenschappen aan belang (bv. de EU).Een tijd geleden was ons leven veel gestructureerder. Dit kwam door gezagsinstanties die bepaalde vormen en culturen hanteerden als maatschappelijke maatstaf en leidraad. Maar het zijn nu net deze instanties die aan gezag hebben ingeboet (denk maar aan de meirevolte). Dit heeft als gevolg dat personen hun identiteit grotendeels zelf moeten samenstellen. Langs de ene kant maakt dat het leven veel kleurrijker en pluralistischer. Langs de andere kant zien we ook een toenemende onvoorspelbaarheid. Meer dan eens zijn we onzeker over wie we zijn en wat er met ons gaat gebeuren. Vereenzaming en verdampend sociaal kapitaal staan hier niet los van.

VERSCHILLEN MET HET LIBERALISME EN SOCIALISME

De titel van deze paragraaf zou aanleiding kunnen zijn voor een duizendtal bladzijden tellend epistel. Daarmee ga ik jullie niet bezig houden. Wel zal ik trachten kort enkele aandachtspunten te duiden, maar vergeef me het gebrek aan nuance.Een eerste punt dat ik wil bekritiseren is de individualistische visie op de samenleving. De ideologie van de individuele vrijheid gaat uit van evenwichtige, succesvolle en gezonde mensen. Maar zijn we allen zo? Of we dat nu willen of niet, we zijn niet rationeel en perfect geïnformeerd (ken jij alle politieke programma’s?). Dat heeft als gevolg dat de liberale ideologie (soms ook wel plombeus ‘het recht van de sterkste’ genoemd) leidt tot een dualisering in de maatschappij: sommigen kunnen mee, anderen niet.Daartegenover plaatst een christendemocraat de notie van gedeelde verantwoordelijkheid. Het personalisme, de officiële ideologische grondslag, gaat uit van een menselijke vrijheid. Dit wil zeggen dat we in relatie staan met de samenleving. De mens heeft zijn wortels in de ander. Dat heeft tot gevolg dat een menselijke vrijheid aanzet tot solidariteit. Het is deze solidariteit waarvoor een gedeelde verantwoordelijkheid nodig is.Socialisme gaat dan weer uit van een solidariteit die streeft naar meer gelijkheid. Indien men streeft naar gelijkheid beschouwd men de mens meer in het collectief en minder als doel op zich. Bij een doorgedreven gelijkheidsdenken leidt dit zelfs tot de stelling dat de staat primeert op het individu. Gelijkheid zou echter niet mogen lijden tot egalitarisme. Egalitarisme stelt dat iemand maar vrij kan zijn, indien hij gelijk is aan de anderen. In dit streven naar de gelijkheid komt de gemeenschap op de eerste plaats. Volgens deze leer zullen mensen omwille van deze gelijkheid vrij worden. Men zou dit kunnen omschrijven als de democratie van het scheermes. Indien iets boven het gemiddelde uitsteekt, wordt dit afgetopt. Dit laat minder ruimtevoor initiatief en excellentie. Gelijkheid moet echter begrepen worden in om gelijke kansen en om het corrigeren van de ongelijkheden na de maatschappelijke participatie.

Waar ongelijkheden tot instabiliteit en conflicten leiden, bevorderen gelijke levensomstandigheden de sociale solidariteit en de identificatie met de groep. Dit is een wezenlijk verschilpunt met de personalistische visie van de christendemocratie. De mens is een sociaal wezen maar is meer dan alleen maar een deel van de maatschappij. De mens kan niet herleid worden tot een deel van een gemeenschap, omwille van zijn vrijheid en het daarbij horende menswaardige bestaan.

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 9

Christendemocratie is echter geen mengvorm van de vrijheidsleer van het liberalisme en de gelijkheidsleer socialisme. Het legt de nadruk op de wisselwerking tussen staat en individu, die voor beiden een meerwaarde creëert.

WAAROM WE NODIG ZIJN

Christendemocraten verzetten zich tegen de klassieke links-rechts indeling van het politieke spectrum. De klassentegenstelling is ongetwijfeld een enorm belangrijk maatschappelijk fenomeen geweest, maar lang niet meer volledig determinerend.

Desalniettemin wordt de christendemocratie vaak afgeschilderd als conservatief. Maar conservatief en progressief dekken niet alles. Ja, wij hechten veel belang aan waarden en een morele orde (conservatief?). Ja, wij wijzen de volledige autonomie van een individu af (conservatief?). Maar langs de andere kant zijn we ook voor een sterk herverdelingsmechanisme dat meer gelijkheid brengt (en hiermee bedoel ik geen nivellering van de verschillen, stof voor later). En is dat dan weer niet progressief? De christendemocratie hoort bijgevolg al decennia dat ze vis noch vlees is. Maar is een centrumpositie werkelijk een teken van ideologische zwakheid? Is het werkelijk zo dat je voor a of b moet gaan? Extremen hebben nog nooit heil gebracht. Wij laten ons niet vangen in een kortzichtig hokjesdenken.

De christendemocraten zijn mensen die antwoorden op problemen formuleren vanuit een sterk gemeenschapsgevoel. Solidariteit en verantwoordelijkheid zijn sleutelwoorden in onze maatschappelijke visie. Net daarom is de christendemocratie zo interessant – en meer nog: broodnodig.

Sam Voeten Voorzitter 2008-09

Jan Braeckmans Voorzitter 2009-10

CHRISTENDEMOCRATIE FOR DUMMIESMET RIK TORFS

‘T WAAGSTUKSTADSWAAG 20

29/10/2012START 20u

CDSANTWERPEN

presenteert

Meer weten over christendemocratie? Brandende vragen die je absoluut kwijt wil? Kom ze gewoon

stellen aan de huisspecialist van CD&V: Rik Torfs! We verzamelen op 29 oktober 2012 aan ‘t Waagstuk en

starten om 20u.

In een gezellige omgeving, met toffe mensen en een verfrissend glas gerstenat kom je alles te weten over de

fundamenten van onze ideologie.

christendemocratie for dummieseen inleiding voor beginners door pro-seniors Sam & Jan

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 10

duopiniePolitiek en (sociale) media, het blijkt meer en meer een gevoelig thema te zijn. We verzamelden twee opinies over politiek en media, elks met hun eigen insteek. Komen de opinies overeen of zijn er grote breuklijnen? Lees verder en kom het te weten!

GEMEENTELIJKE DEMOCRATIE EN SOCIALE MEDIA: POTENTIEEL HUWELIJK OF KALVERLIEFDE?door Philippe Heeren

Madame Soleil of de dames met het Hollandse accent van Astro-tv (kijk maar eens naar VTM om een uur of 4 in de ochtend, gezellige boel) zouden er bijna jaloers op worden, maar ik weet wat u doet op zondag 14 oktober. U sleept zichzelf, waarschijnlijk na een kort ontbijt en in vele gevallen met enige tegenzin, naar het u toegewezen stemlokaal waar u zich vakkundig uitspreekt over het bestuur voor de komende 6 jaar. Zes jaar. Sechs, six, VI. Een eeuwigheid. Zes jaar waarin u zich verder weinig aantrekt van de gemeentepolitiek, tenzij u last heeft van een niet gesnoeide boom of een losliggende stoeptegel. Of indien u zelf verkozen bent uiteraard.

Maar daar komt verandering in. Althans, volgens een aantal ‘Predikers van het geloof der sociale media’. Sociale media zouden een oplossing bieden voor de politieke passiviteit van de burgers. Ze zouden mogelijkheden bieden om de burgerzin te verhogen. Ze zouden, algemeen gesteld, kansen creëren voor de stem van de gewone man. Kansen die vandaag reeds bestaan, gecodificeerd in één of andere wet, maar die vaak een te grote drempel vormen, zelfs op gemeentelijk vlak. Denk maar aan de volksraadpleging vermeld in artikel 41 van de grondwet, een zeer onhandig en weinig effectief vehikel. Of de mogelijkheden in het leven geroepen door het Nieuwe Gemeentedecreet van 2007, waarbij men vragen kan stellen aan het gemeentebestuur of voorstellen kan agenderen op de gemeenteraad. Stuk voor stuk mogelijkheden om, zij het in beperkte mate, te wegen op het beleid, maar steeds is een stevige inspanning (verzamelen van handtekeningen, neerleggen van een gemotiveerd verzoek,...) vanwege de burger vereist. Bovendien valt het resultaat steeds af te wachten.

En dan, zo wil de theorie, bieden de sociale media een waardig alternatief voor deze conventionele vormen van inspraak. Een minimale inspanning maakt het mogelijk om een groot aantal burgers op dezelfde lijn te krijgen en een voorstel te lanceren. Mooi voorbeeld is hier ‘De Vragende Partij’, een initiatief van de openbare omroep (via deredactie.be) dat het mogelijk maakt om een voorstel te lanceren én hiervoor bijval te vinden. Reageren is mogelijk en enig veldonderzoek leert dat ook lokale gemeenteraadskandidaten deze kans niet laten liggen. Verkiezingsprogramma’s worden geschreven aan de hand van voorstellen van de burgers gelanceerd via deze website. Bovendien legt De Redactie ook op regelmatige basis de meest populaire voorstellen voor aan het betreffende gemeentebestuur, kwestie van meteen tot actie over te kunnen gaan. Gemeentebesturen moeten snel ageren en zijn tot op zekere hoogte gebonden aan de geformuleerde voorstellen, want de hedendaagse schandpaal, in de volksmond ‘het internet’ genoemd, is onverbiddelijk. Betere opvolging en evaluatie van het bestuur is mogelijk onder invloed van de sociale media en de ‘open government’, en de besturen handelen hier dan ook naar.

Maar het is niet al goud wat blinkt. Immers, populaire ideeën al snel tot vervlakking. De evolutie die zich vandaag ontplooit lijkt een speeltuin voor het populisme te worden en van diepgang is nog weinig sprake. Er moet dus een meer inhoudelijk systeem ontwikkeld worden, dat dan opnieuw zou kunnen leiden tot een zekere deelnamedrempel. Hier een evenwicht vinden is uiterst moeilijk;

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 11

vraag is zelfs of dit überhaupt mogelijk is. Daarnaast is er het probleem van het democratisch deficit. Bij wijze van voorbeeld: het aantal 60-plussers actief op het internet is en blijft beperkt; hun stem zal te beperkt zijn in verhouding tot de omvang van de groep van ouderen. Op langere termijn zal dit probleem, wat ouderen betreft, zichzelf mogelijk oplossen. Maar er zijn ook andere groepen in de samenleving die niet of in mindere mate beschikken over internet en voldoende vaardigheden om een voorstel of idee te lanceren. Het traditionele probleem van het democratisch deficit wordt dus, naar mijn mening, niet verholpen of verbeterd.Tevens moet men zich de vraag stellen in hoeverre zo’n internetgebonden systeem kan worden geleid en door wie. De ongebondenheid van de sociale media bieden ongekende voordelen voor de gebruikers (vooral de anonimiteit en vrijheid), maar laat het nu net die voordelen zijn die nefast zijn voor het in goede banen leiden van een dergelijk systeem van democratie. Op grote schaal is bijvoorbeeld de anonimiteit een zegen voor de democratie (denk o.a. aan de rol die de sociale media in de Arabische Lente hebben gespeeld), maar op gemeentelijk vlak geldt helaas het omgekeerde. Gebondenheid is dus nodig om bestendigheid te creeëren in het democratische systeem, maar de sociale media zijn quasi per definitie ongebonden en onbestendig.

Conclusie: zijn de sociale media de redders van de democratie op lokaal vlak? Neen. Daarvoor is het systeem niet diepgaand en voldoende verspreid genoeg voor. Bieden de sociale media nieuwe mogelijkheden voor de democratie? Uiteraard. En laten we dat vooral aanmoedigen.

Philippe Heeren Philippe is voorzitter van CDS Nationaal en actief in het mooie Edegem. Hij studeert rechten aan de UA.

Democratie is tevens het onderwerp van onze eerste Christendemocratische Discussieavond die plaatsvindt op 8 november te Brussel. Meer informatie volgt.

GEEN COMMENTAAR. POLITIEK ONDER DRUK VAN INSTANT-MEDIAdoor Benoit Lannoo

‘Geen commentaar’, klonk het steevast bij een bekend Vlaams staatsman. Die boutade was geen uiting van misprijzen voor media of publieke opinie. Integendeel, ze ging uit van de eerlijke vaststelling dat een beleidsoptie pas een verschil op het terrein maakt als je er een meerderheid in eigen partij voor vindt, als je de neuzen in je coalitie in dezelfde richting krijgt, als je wetgevende of reglementaire teksten klaar hebt, als je die tegen allerlei beroepen weet te verdedigen, als je de administraties op één lijn krijgt, noem maar op. Dat alles doe je best in de luwte van een mediastilte. Daarna kan je duidelijk communiceren: ‘Dit was het probleem, dit waren de verschillende opties, om deze of gene reden gaan we voor deze of gene optie, en die nieuwe beleidsoptie treedt daar en dan in werking.’

De politiek lijdt vaak onder immobilisme. Maar beseffen de roepers die haar dat verwijten wel dat ze de blokkeringen met hun geschreeuw in de hand werken. Ik was jarenlang vanop de eerste rij getuige van de lijdensweg van de nieuwe regeling voor de studentenarbeid die begin januari in

duopinie

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 12

werking trad. In mijn opiniestuk ‘Studentenarbeid nog versoepelen kan nauwelijks’ (http://opinie.deredactie.be/2012/08/04/studentenarbeid-nog-meer-versoepelen-kan-nauwelijks/ ) beschreef ik al hoe het drammen in de media het sociale overleg ter zake drie jaar lang vertraagde.Ziehier een belangrijke anekdote die ik nooit eerder prijsgaf. Tijdens de communautaire onderhandelingen werd in een late namiddag overeengekomen een High Level Group aan het werk te zetten om de nieuwe Bijzondere Financieringswet met concrete en becijferde pistes voor te bereiden. Meteen hing een Vlaams radiojournalist aan mijn lijn. ‘En die klus zal op acht dagen geklaard worden?’ klonk het na een lek uit Vlaams-nationalistische hoek. Even kortsluiten bij de andere onderhandelaars leerde dat daar ‘acht weken’ voor uitgetrokken werden. Het leugentje over de ‘acht dagen’ haalde het radionieuws van zes uur niet, een nieuwe rel was in de kiem bedwongen, de High Lever Group kon in betrekkelijke rust aan de slag.

‘Nooit eerder was de burger zo mondig – en tegelijk zo machteloos. Nooit eerder was de politicus zo zichtbaar – en tegelijk zo radeloos’, stelde het Manifest van de G1000 vorig jaar vast. Ik herhaal de oproep die ik toen al lanceerde (http://opinie.deredactie.be/2011/11/10/neem-de-analyse-van-g1000-serieus/ ): jonge christendemocraten – alle jongeren trouwens die zich nog om politiek bekommeren – staan voor de uitdaging onze democratische procedures en hun relatie met de publieke opinie te innoveren. Onze beleidsverantwoordelijken kunnen (nog) nauwelijks met de druk van de instant-media om. Deze kwestie is zo prangend dat de dotcom-generatie – zij levert de ervaringsdeskundigen bij uitstek – hieromtrent best zo snel mogelijk uit haar pijp komt.

Benoit LannooErelid van CDS, Benoit Lannoo, is al een kwarteeuw actief op het snijpunt van christendemocratische actie, interreligieuze dialoog, journalistieke scherpzinnigheid en liefde voor Afrika. Hij was vroeger onder meer kabinetsmedewerker van Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking Réginald Moreels, redacteur van het christelijk opinieweekblad Tertio, nationaal secretaris van de Pauselijke Missiewerken (Missio vzw)-Kinderen en -Opleidingen en woordvoerder van Vice-Eerste minister, minister van Werk en van Gelijke Kansen, Joëlle Milquet.

duopinie

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 13

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 14

seksisme, A probleem?de dames van CDS aan het woord

Naar aanleiding van recente gebeurtenissen in onze hoofdstad, ontsproot bij de CDS-studentes het idee om een rondetafelgesprek te organiseren rond seksisme in de straten van Antwerpen. Deelnemers waren Yasmine Hufkens, Helena Caluwé, Bart Sips en Sven Wassenaar.

WHAT’S IN A NAME: SEKSISME?

Na een korte internetsessie vertelt wikipedia ons dat seksisme: “het vellen van een waardeoordeel is op grond van iemands sekse. Dat dit kan leiden tot discriminatie en situaties waarbij mensen verschillend behandeld worden, bijvoorbeeld in taalgebruik, en dit louter en alleen op basis van hun geslacht/sekse. Seksisme zou bijgevolg ook kunnen leiden tot vormen van onderdrukking. Het omgekeerde van seksisme is overigens sekseneutraliteit.” Een meer klassieke bron, Van Daele, geeft een gelijkaardige beschrijving, namelijk dat het seksisme ten eerste discriminatie is op grond van geslacht, en ten tweede een woord, uitdrukking of taaluiting is die discrimineert op grond van geslacht.

MEDIA

Het begon allemaal met het ophefmakende stukje film van Sofie Peeters, het reeds wel bekende ‘Femme de la rue.’ Nog diezelfde avond kon u naar het obligate uurtje van reflectie kijken in een aflevering van Terzake. Als de media springt, begint het steevast bij politici te kriebelen en zo trok ook Bianca Debaets op straat. Kortgerokt en met enkele sensibiliserende flyers ging ze de probleemwijken opzoeken. Ook een reactie van Sharia4Belgium kon niet ontbreken, wat leidde tot het verwijderen van de filmtrailer op de meeste internetsites. Enkele tijd later zijn daar ook de vele opiniestukken, het ene al verontwaardigder dan het andere, zoekend naar de redenen achter dit seksisme, of de gevolgen hiervan op de Westerse vrouw.

BRUSSEL VS. ANTWERPEN

Een ding is zeker, dit onderwerp ligt gevoelig. In Brussel legt men alvast boetes op. Op 24 september werden er al 69 GAS-boetes uitgeschreven naar aanleiding van homofobie of seksisme op straat. Moet dit ook in het Antwerpse reglement komen te staan? Is de situatie in Antwerpen zo erg als deze in Brussel? Is het effectief de schuld van de Westerse vrouw die een werkloze man niet meer in aanmerking laat komen voor een adequate huwelijkskandidaat? En zijn zulke uitlatingen dan wel de juiste reactie op die frustraties? Ook een interessante vraag is of het ook omgekeerd gebeurt, vrouwen die mannen lastig vallen op straat?Twee zaken staan centraal in deze, discriminatie en geslacht. Dit brengt genoeg stof tot nadenken in een wat betreft sekse gelijk verdeelde groep.

BEVINDINGEN NA HET RONDETAFELGESPREK OVER DE FILM FEMME DE LA RUE VAN SOFIE PEETERS.

Het meisje in de reportage, Sofie Peeters, had volgens onze mening geen uitdagende kledij aan. Een bloemenkleedje tot juist boven de knie, bruine laarsjes tot onder de knie, en korte schouderbedekkende mouwen. Maar indien dit toch te uitdagend zou zijn, mag er aan vrouwen gevraagd worden zich minder verhullend aan te kleden? CDS Antwerpen denkt van niet. ‘Zij was uitdagend gekleed’ mag nooit als excuus gebruikt worden voor het wangedrag van sommige mannen in deze maatschappij. Bepaalde types van vrouwen zouden sneller deze reacties aantrekken dan andere types. Dit is echter nog steeds geen excuus hiervoor, hoe een vrouw er

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 15

ook bijloopt, mannen hebben niet het recht hierover opmerkingen te maken, tenzij met Halloween of carnaval. Wanneer vrouwen uitgescholden worden voor hoer, of zinnen naar het hoofd geslingerd krijgen die dit impliceren, ligt dit dan aan een bepaalde geloofsovertuiging? Ervaringen in de praktijk tonen dit aan. Dit kan ook waargenomen worden in de film Femme de la Rue. Elke bevolkingsgroep kan je betrappen op seksisme, het zou kunnen dat mensen deze uitingen doen op een manier eigen aan hun cultuur. Sommige mensen hebben meer temperament en staan veel opener naar andere mensen toe, mannen of vrouwen. Zij spreken iedereen op straat aan, en wanneer er geen reactie komt wordt al snel naar het volgende slachtoffer gegaan. Een verschil dat wel eens opgemerkt wordt is dat de mannen van dezelfde cultuur als de lastiggevallen vrouw, zijn seksistische uitingen op straat veel agressiever doet, met meer de (door die vrouw) aangevoelde intentie om hierna ook te ageren. Er spelen verschillende aspecten een rol, je kan dit niet enkel gaan zoeken in een cultuur of in een bepaalde sociale klasse. Wat wel vaststaat is dat door te provoceren deze mannen aandacht krijgen, door er net iets over te gaan draait een vrouw haar hoofd wel om, wat zij voor een simpele ‘hallo’ misschien niet gedaan zou hebben. Een vaak geopperde verklaring: Seksisme is een gevolg van frustraties. De frustratie dat een hoogopgeleide hardwerkende vrouw zelden voor een man zou vallen die niet-hoogopgeleid en zelf hardwerkend is. Is seksisme het gevolg van frustraties? En ik welke bevolkingsgroepen zie je die frustraties dan terug komen? Deze vragen zijn interessant om onderzocht te worden. De belangrijkste vraag is echter hoe dit gedrag kan gestopt worden.

OP DE WERKVLOER.

Niet alleen op straat hebben vrouwen last van deze opmerkingen, ook op de werkvloer. De indruk is dat sommige vrouwen het niet zo erg vinden, en blij zijn met de aandacht, of zij tonen niet dat het hen stoort. In de situatie die hier beschouwd werd, waren dit ongeschoolde mannen. Geschoold of ongeschoold heeft ook met je opvoeding te maken, en de cultuur van de omgeving waarin je bent opgegroeid. Stereotypering komt vaak voor op de werkvloer, ook op die platformen waar het verschil tussen man en vrouw miniem is. Bijvoorbeeld op kantoor, dit soort werk kan een vrouw net zo goed als een man. Wanneer er fysieke kracht bij komt kijken, is dit een ander verhaal natuurlijk.

GEVOLGEN VAN DEZE INTIMIDATIE.

Vrouwen in onze omgeving passen zich aan aan deze opmerkingen, tijdens zomerweer kiezen vrouwen door deze opmerkingen die ze krijgen op straat sneller voor een (te warme) lange broek dan voor een luchtig zomerjurkje wanneer zij naar Antwerpen gaan. Studentes in Antwerpen krijgen te maken met een natuurlijke avondklok. Vanaf een bepaald tijdstip is het onmogelijk om nog veilig alleen over het straat te wandelen, tenzij er een mannelijke student bij is. Dit verschilt tussen zomer en winter, en hangt bijgevolg af van het tijdstip waarop de zon ondergaat. Ook de mannelijke student voelt de gevolgen van dit gedrag, na een kleine rondvraag stellen wij vast dat studenten die met een groep meisjes zijn weggeweest vaak nog een hele wandeling voor de boeg hebben voor ze naar hun eigen kot kunnen keren. Geen enkele student laat tegenwoordig studentes alleen naar huis wandelen. Niet alleen omdat deze meisjes bang zijn, ook omdat het nodig is volgens de resultaten van dit gesprek. Dit geldt niet voor studentes die binnen de studentenbuurt op kot zitten: grofweg de omgeving rond de ossenmarkt. Vanaf het kot 300m verwijderd ligt van de ossenmarkt brengen mannelijke studenten de vrouwelijke studenten naar hun kot.

seksisme, A probleem?de dames van CDS aan het woord

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 16

VERSCHIL ANTWERPEN-BRUSSEL

Wat maakt dan het verschil tussen Antwerpen en Brussel? Een van de mogelijkheden die vaak wordt geopperd is dat in Antwerpen verschillende culturen meer apart leven, moet je niet in de buurt zijn, dan kom je er ook niet. Terwijl in Brussel belangrijke plaatsen zoals (metro)stations vaak wel in deze buurten liggen, waardoor er sneller een letterlijke cultuurclash valt waar te nemen dan ergens anders. Een volgend argument zou kunnen zijn dat in Antwerpen de prostitutiebuurten veel meer gecentraliseerd zijn dan in Brussel. In Antwerpen kan je deze terugvinden rond de falconrui, terwijl dit in Brussel een veel ruimer oppervlak betreft. Een derde verschil is de werkloosheid. In Brussel ligt de werkloosheidsgraad nog een pak hoger dan in Antwerpen. En wat doet een mens heel de dag wanneer hij niet kan gaan werken? Op straat rondhangen zo blijkt.

GAS-BOETES

De GAS-boete voor seksuele intimidatie is vanaf september van kracht in Brussel. Wat is hier nu goed en slecht aan? Een GAS-boete is zeer subjectief, en bewijsvoering is moeilijk. Zoals Sofie Peeters het stelt: “Je kan zo’n man moeilijk meenemen naar het politiebureau en hem vragen om nog eens te herhalen wat hij net naar je riep.” Langs de andere kant is het signaal belangrijk. Waar er voorheen niets gebeurde wanneer je een vrouw seksueel intimideerde op straat, kan je er nu een boete voor krijgen. Dit is belangrijk, op deze manier wordt duidelijk gemaakt dat een dergelijk gedrag niet door de beugel kan.

BESLUIT

CDS Antwerpen is van mening dat elke vorm van (verbaal) geweld ten opzichte van vrouwen, en mannen, veroordeeld moet worden. Elk individu moet veilig en ongestoord in eender welke stad kunnen rondwandelen, ook in Antwerpen en ook in Brussel. Wij zijn er van overtuigd dat de eerste stap in die richting erkenning van het probleem moet zijn. Vanaf er erkenning is, kan dit niet meer weggewuifd worden als zijnde iets banaal, ‘je moet er maar tegen kunnen.’ Op deze manier krijgen de getroffen vrouwen meer zelfvertrouwen om met hun verhaal naar de politie of een bevoegd persoon in het bedrijf te stappen. CDS Antwerpen erkent dat dit probleem zich voornamelijk voordoet in een kleine groep van mannen van een bepaalde gemeenschap die er een andere man-vrouw-visie op na houdt. Dit wil niet zeggen dat al deze mensen zo zijn. Dit wil ook niet zeggen dat niet gezegd mag worden dat het probleem voornamelijk uit die hoek komt. Het belangrijke is dat wij van mening zijn dat alle mannen en alle vrouwen, ongeacht hun culturele afkomst, ongeacht hun seksuele voorkeur, en ongeacht hun geslacht, veilig en gelukkig over straat moeten kunnen wandelen.

Met (vrouw-) Vriendelijke Groetjes,Yasmine Hufkens & Helena Caluwé

seksisme, A probleem?de dames van CDS aan het woord

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 17

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 18

OVER PARTICIPATIE EN CHRISTENDEMOCRATISCHE STEDELIJKHEID

PARTICIPATIE is in de meeste campagnes het modewoord. Iedereen lijkt er van overtuigd dat men inwoners van een stad of gemeente nauwer moet gaan betrekken bij het beleid. In de steden eisen mondige burgers steeds meer hun plaats op in de beleidsdiscussies.

Deze participatie is bijzonder belangrijk. Het zorgt ervoor dat de inwoners van een stad met hun ideeën bij het bestuur terechtkunnen. Het zijn nog altijd de inwoners zelf die de enige echte ervaringsdeskundigen zijn voor hun buurt, hun straat, hun onderneming of de vereniging waarin ze actief zijn. Het is dan ook essentieel dat er voldoende informatie doorstroomt, zodat de goed geïnformeerde Antwerpenaren op tijd hun suggesties kunnen formuleren.

Goed georganiseerde participatie draait eigenlijk om twee belangrijke christendemocratische principes. Ten eerste is participatie de uiting bij uitstel van de subsidiariteit. In het geval van gemeente politiek, of zelfs nog kleiner de wijk, zijn het inderdaad de burgers die het meest efficiënte niveau uitmaken. En zelfs bij gelijke efficiëntie tussen twee bestuursniveaus moet men kiezen om zo dicht als mogelijk bij de burger te besturen.

Naast een uiting van de subsidiariteit is participatie vooral ook een prachtige uiting van gemeenschapsvorming. Al naar gelang het thema vormen er zich groepen van inwoners die samen met het bevoegde bestuur op zoek gaan naar de beste oplossing voor hun problemen. De ene keer verenigen zich de bewoners die bezig zijn met mobiliteit de andere keer zijn het zij die verenigingen en jeugdwerking mee vorm willen geven. Deze vormen van gemeenschapsvorming kunnen dan wel minder gestructureerd, want meer ad hoc dan wat wij onder het traditionele middenveld verstaan. Toch gaat het hier om gemeenschapsvorming die uiterst waardevol is voor een samenleving.

Participatie geeft hiermee aan wat we als christendemocraten al langer aanvoelen. Onze ideologie is niet verouderd of niet meer van deze tijd. Het grote kader, de vorm die het middenveld aanneemt en hoe burgers hiermee omgaan, is veranderd. Christendemocraten zitten niet zonder oplossingen voor het stedelijke verhaal. Het stedelijke verhaal is een uiting van gemoderniseerde christendemocratische waarden. Het is dan ook een taak van jonge christendemocratische stadsbewoners om deze boodschap verder uit te dragen. Christendemocraten van de toekomst zullen zoals de stedelingen zijn of zij zullen niet zijn.

Jan BraeckmansJan Braeckmans is pro-senior van CDS Antwerpen en was voorzitter van 2009-2011. Nu is hij voltijds advocaat en zet hij zich ten volle in voor de Antwerpse politiek. Hij schrijft deze bijdrage in eigen naam.

reflectie

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 19

spelletjes

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 20

dossier: GAS-boetesOVER ZIN & ONZIN VAN DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES (GAS)

In de aanloop naar de gemeente- en provincieraadsverkiezingen van 14 oktober staat ‘veiligheid’ hoog op de campagneagenda’s van de opkomende partijen. Er is één onderdeel van de veiligheidsdiscussie dat meer nog dan andere aspecten in de belangstelling is komen te staan: de gemeentelijke administratieve sancties of ‘GAS’. De standpunten over de GAS-boetes zijn uiteenlopend en situeren zich volgens mij op twee verschillende ‘assen’. Enerzijds heb je de as waarop we de verschillende politieke partijen terugvinden, anderzijds de as waarop alle Vlaamse gemeenten zich bevinden. Zo spreekt het voor zich dat het ‘nationale’ standpunt van Groen over het GAS-systeem anders is dan dat van Vlaams Belang. Echter zijn de meningen ook enorm verschillend van gemeente tot gemeente. Zo heeft de Antwerpse Stadslijst een andere mening over de GAS-boetes dan SP.a-Gent of CD&V-Genk. Wat zeker is, is dat de GAS polariseren. Je hebt fervente voorstanders en even overtuigde tegenstanders, niet zelden te situeren bij de jongere generaties en hun organisaties (zoals Scouts & Gidsen Vlaanderen en Chiro die beiden van zich lieten horen). Het is niet mijn bedoeling het ‘proces’ van de GAS te maken. Wel een kort overzicht te geven van de oorsprong van het systeem, de achterliggende gedachte, de evoluties en de voor- en nadelen.

A. WAAR KOMEN GAS VANDAAN?

De mogelijkheid voor de gemeenten om op hun grondgebied GAS uit te delen, werd ingevoerd door de Wet tot invoering van de gemeentelijke administratieve sancties van 13 mei 1999. De wet zorgde voor een kader waarbinnen de gemeenten bepaalde ‘minder ernstige feiten’ die tóch als ‘storend’ aangevoeld worden, kunnen bestraffen. De bedoeling was tweevoudig. Enerzijds werd expliciet verwezen naar de straffeloosheid die bestond (en bestaat) t.a.v. de in het strafrecht vastgelegde ‘kleinste’ misdrijven. Door de werklast bij de parketten worden die vaak geseponeerd of de daders worden wel veroordeeld maar zitten geen minuut van hun straf uit door plaatstekort in de Belgische gevangenissen. Bij de burger zorgt dit, begrijpelijkerwijs, voor een gevoel van straffeloosheid, onbegrip, woede en willekeur. Anderzijds bood de wet aan gemeenten de mogelijkheid om ook zaken die niet tot het klassieke strafrecht behoren maar wel als ‘vervelend’, ‘storend’ of als ‘overlast’ aangevoeld worden, te sanctioneren. We zouden het GAS-systeem als onderdeel van een ‘lik-op-stuk-beleid’ kunnen kwalificeren.

Concreet wijzigde de GAS-wet de bestaande Nieuwe Gemeentewet op drie vlakken.- De gemeentelijke bevoegdheden op het vlak van ‘openbare overlast’ werden uitgebreid. Voorheen was deze materie erg onduidelijk geregeld. Hoewel de gemeente van oudsher politionele bevoegdheid heeft, was er geen eenduidigheid over hoe ver deze bevoegdheid reikte. Wat viel wel en wat niet onder ‘openbare overlast’ waarvoor de gemeente bevoegd was? De GAS-wet maakte de gemeenten algemeen bevoegd voor alle vormen van lokale, openbare overlast. De verstandige lezer zal opmerken dat de GAS-wet een nieuwe onduidelijkheid introduceerde. Wat is immers ‘overlast’? Het betreft echter een bewuste keuze die moet toelaten aan maatwerk te doen, aangepast aan de noden van de eigen gemeente. Immers, wat overlast is in Hamont-Achel, is het niet per se in Antwerpen. - De bevoegdheden van de burgemeester werden uitgebreid. Bij hoogdringendheid kan hij overgaan tot de schorsing van een vergunning of de sluiting van een zaak. Die sluiting kan in dat geval maximum drie maanden duren, in het belang van de openbare orde.- De GAS-wet – en nu komen we to the point – introduceerde een nieuw artikel 119bis in de

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 21

Gemeentewet dat de gemeenteraad de mogelijkheid biedt om gemeentelijke administratieve sancties vast te leggen voor inbreuken op de gemeentereglementen en het college van burgemeester en schepenen machtigt om die sancties op te leggen. Het artikel voorziet bovendien in een mogelijke administratieve afhandeling van de zaak.

B. ADMINISTRATIEVE SANCTIONERING?

Tot 2004 bleef de GAS-wet in grote mate dode letter. Dat kwam omdat in de GAS-wet werd vermeld dat de gemeente enkel mocht optreden indien de overtreding niet reeds op een andere wijze (bv. in een strafwet) strafbaar was gesteld. De facto betekende dat een bijzonder beperkte manoeuvreerruimte voor de gemeentebesturen. De wetgever paste hier in 2004 een ‘dubbele’ mouw aan door enerzijds een heleboel in het Strafwetboek vermeldde overtredingen te depenaliseren. Door de overtredingen uit het strafrecht te lichten, werd het voor de gemeenten plots wel mogelijk ze te bestraffen. Anderzijds voorzag de wetgever een nieuwe categorie ‘gemengde inbreuken’ die zowel via de klassieke strafrechtelijke weg als via administratieve vervolging kunnen worden bestraft.

Over welke overtredingen ging het eigenlijk? - Onder de ‘gedepenaliseerde overtredingen’ vallen zaken zoals het afscheuren van officiële aanplakbiljetten en door de moderne tijd achterhaalde misdrijven als ‘moeskopperij’ (het stelen van groenten of gewassen), waarzeggerij,… - Belangrijker is echter de nieuwe categorie ‘gemengde inbreuken’. De ‘gemengde inbreuken’ vallen uiteen in twee categorieën. Ten eerste is er een groep ‘lichtere’ misdrijven. Het gaat o.m. om het vernielen of beschadigen van monumenten, standbeelden, grafstenen e.d., nachtlawaai, het beschadigen van andermans goederen, etc. Ten tweede is er een groep ‘zwaardere’ misdrijven zoals iemand bedreigen met gebaren, opzettelijke slagen en verwondingen, beledigingen, diefstal. Kort door de bocht komt het erop neer dat bij de gemengde inbreuken het parket voorrang krijgt om de zaak te vervolgen, maar indien het parket dit niet verkiest te doen, heeft de gemeente de handen vrij om het GAS-systeem in werking te stellen.

C. WAT KAN ZO’N GAS INHOUDEN?

De belangrijkste administratieve sanctie is de geldboete. Die kan opgelegd worden door een ter zake door de gemeente aangestelde ambtenaar. Thans bedraagt deze boete maximum 250 EUR voor volwassenen en maximum 125 EUR voor minderjarigen, met een minimumleeftijd van 16 jaar. Recent konden we echter via de media vernemen dat de grenzen aangepast zullen worden. Voor meerderjarigen zal de maximale geldboete op 350 EUR komen te liggen, voor minderjarigen op 175 EUR. Bovendien werd de minimumleeftijd om een GAS opgelegd te krijgen verlaagd tot 14 jaar. Sommigen pleiten nu al voor een verdere verlaging tot 12 jaar. Eveneens nieuw is dat een GAS kan gekoppeld worden aan een (tijdelijk) plaatsverbod: een verbod om gedurende een bepaalde periode op een bepaalde plek te verschijnen.

Andere potentiële GAS zijn de schorsing of de intrekking van een vergunning of de tijdelijke, dan wel definitieve sluiting van een zaak. Over deze kwesties beslist het college van burgemeester en schepenen.

dossier: GAS-boetes

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 22

D. GAS: DE CIJFERS

Alvorens de voor- en nadelen van de GAS kort te analyseren, wil ik graag nog enkele cijfers meegeven om de verspreiding van het systeem in de Vlaamse gemeenten te kaderen. De cijfers zijn terug te vinden in een studie van de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten (VVSG) en zijn actueel tot 1 augustus 2012.

Thans zijn er gemeentelijke administratieve sancties in voegen in 242 van de 308 Vlaamse gemeenten. In nog eens 12 van die 308 gemeenten zit de invoering van GAS in een afrondende fase. In 21 op 308 gemeenten wordt de invoering van GAS onderzocht. Slechts in 33 van de 308 Vlaamse gemeenten staat GAS voorlopig niet op de agenda.

Opgesplitst per provincie en uitgedrukt in percentages van de gemeenten in die provincie zien de cijfers er zo uit.

GAS van toepassing

GAS in afrondende fase

GAS worden onderzocht

GAS niet van toepassing

Antwerpen 87,14% 1,43% 8,57% 2,86%Limburg 52,27% 4,55% 9,09% 34,09%Oost-Vlaanderen 92,31% 1,54% 3,08% 3,08%West-Vlaanderen 53,13% 12,50% 14,06% 20,31%Vlaams-Brabant 98,46% 0,00% 0,00% 1,54%

Op zich is het niet zo verwonderlijk dat de GAS duidelijk meer worden toegepast in de meer geürbaniseerde Vlaamse provincies. De typische stedelijke problemen lenen zich per definitie meer tot het toepassen van GAS. De meest landelijke provincies, Limburg en West-Vlaanderen, tonen een duidelijk afwijkend beeld.

E. EEN ANALYSE: VOOR- EN NADELEN VAN DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES

Laat ons beginnen met de onmiskenbare voordelen van GAS. Eerst en vooral hebben ze ontegensprekelijk een gevoel van straffeloosheid weggenomen of verminderd. Bijzonder storende zaken die in het verleden al eens ‘blauwblauw’ werden gelaten, worden thans wel aangepakt. Denken we maar aan wildplassen, kleine diefstallen, het vernielen van stadsmeubilair of sluikstorten. Zulke zaken kunnen als een kanker snel het sociaal weefsel van een stad of gemeente verzieken. Dat ze gesanctioneerd worden, valt dan ook toe te juichen.

Wat door sommigen als een zwakte van het GAS-systeem aangemerkt wordt, de vaagheid van het begrip ‘overlast’, kan ook – we wezen er eerder al op – een voordeel zijn. De invulling ervan wordt overgelaten aan het lokale bestuur en, à la limite, aan de rechtspraak en rechtsleer. Op zich is een vage norm geen probleem in ons rechtssysteem. ‘Openbare orde’ is nog zo’n gangbare term die niet is gedefinieerd in ons recht. Het zijn evolutieve begrippen. De vage en dus ook ruime definitie van ‘overlast’ laat maatwerk toe. Elk gemeentebestuur kan zelf uitmaken welke zaken voor haar grondgebied en voor haar burgers duidelijk als overlast kunnen bestempeld worden en welke niet. Desgevallend kan dan opgetreden worden. Ik vind het bijzonder amusant hoe politici van allerlei slag over elkaar struikelen om te benadrukken dat de verkiezingen van 14/10 over lokale thema’s

dossier: GAS-boetes

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 23

gaan, maar eens GAS ter sprake komt er nood is aan ‘algemeen bindende richtlijnen’ over wat wel en niet overlast kan zijn. Op het ‘Grote Debat’ op de VRT van zondagavond 7 oktober 2012 lieten o.m. Jean-Marie DEDECKER (LDD) en Bruno VALKENIERS (VB) zich hierop betrappen. Als je ‘voordelen’ oplijst, is de vaagheid net een troef. Misschien is ‘flexibiliteit’ vanuit het oogpunt van een veiligheidsplan een beter gekozen woord.

Bovendien bieden GAS de mogelijkheid om kort op de bal te spelen en er vroeg bij te zijn, vóór een situatie escaleert. Vergeten we immers niet dat het daadwerkelijk opleggen van een geldboete – in principe – de laatste stap in een hele keten zou moeten zijn die begint met bemiddeling en overleg met de ouders/opvoeders. De boete is een last resort. GAS laat een lik-op-stuk-beleid toe. Vandaag iets mispeuterd? Volgende week de boete in je bus. Op je 14 jaar iets misdaan en bemiddeling haalde niets uit? Een GAS-boete in de hoop dat het ontradend werkt en je niet verder in de richting van steeds ernstigere feiten evolueert.

We mogen echter niet blind zijn voor de nadelen of ‘gevaren’ van het GAS-systeem. Het gevaar van een hellend vlak, een slippery slope, loert steeds om de hoek. We moeten er steeds waakzaam voor zijn dat we niet evolueren naar een politiestaat of een samenleving waarin geen

enkele stap meer verkeerd mag worden gezet. Zulk een samenleving zou enerzijds verstikkend zijn voor zij die erin leven en anderzijds op gespannen voet komen te staan met de principes van de rechtstaat en de individuele rechten en vrijheden. Mensen moeten het ‘recht’ hebben om fouten te maken. De vraag moet steeds zijn welke prijs je als samenleving wenst te betalen voor je ‘veiligheid’ of ‘comfort’. Is het OK om veiligheidscamera’s op te hangen om inbraken, diefstallen en geweldfeiten

te bestraffen? Weinigen zullen het betwisten. Is het echter even OK om die camera’s op te hangen om een wildplasser te beboeten? Of een sluiktstorter te vatten? Hoe veel van je vrijheden, bv. van je privacy, ben je bereid op te geven?

Evenzeer moeten we waakzaam zijn voor willekeur. In dat opzicht mag niet uit het oog verloren worden dat GAS-boetes vaker wel dan niet worden uitgereikt door speciaal daarvoor aangestelde ambtenaren. Vergissen is echter des mensen. Het zou niet goed zijn voor de rechtszekerheid als GAS-ambtenaar X in dezelfde stad voor eenzelfde feit anders oordeelt dan GAS-ambtenaar Y. Bovendien blijven GAS-ambtenaren een onderdeel van de gemeentelijke hiërarchie. De geïnde GAS-boetes komen volledig ten bate van de gemeentelijke schatkist. Laat ons hopen dat er nooit druk wordt uitgeoefend om, ten gunste van de gemeentelijke financiën, meer of minder met GAS-boetes te zwaaien. Dat de Brusselse burgemeester THIELEMANS in een interview met De Standaard zei dat ‘de GAS-boetes in Brussel vorig jaar goed waren voor meer dan 100.000 EUR’, is niet bijzonder geruststellend.

Laat ons ook de focus bewaren en de juiste zaken met een GAS-boete bestraffen. Gebruik GAS-boetes waarvoor ze bedoeld zijn. Via de pers konden we immers al vernemen dat meer en meer gemeenten feiten met een GAS-boete bestraffen die we, met alle respect voor die gemeenten,

dossier: GAS-boetes

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 24

als ‘bagatellen’ kunnen bestempelen. Zitten op de leuning van een zitbank? Het verslepen van dozen over de grond? Op een openbaar basketbalveld basketten in een zwembroek? Een sigaret opsteken in een telefooncel? U kan het zo gek niet bedenken of er zijn gemeenten die het bestraffen met een GAS-boete. Dat kan en mag niet de bedoeling zijn. Ik weet niet hoe het met u zit, maar ik verkies te leven in een open, welgezinde samenleving en niet in een cynische, onverdraagzame.

Ook de bestraffing met een GAS-boete van ‘zwaardere’ misdrijven baart mij zorgen. Ik denk hierbij aan het Brusselse initiatief om zaken als ‘gay bashing’ of opzettelijke slagen en verwondingen te bestraffen met een GAS-boete. Mijns inziens moeten dergelijke feiten het prerogatief van het strafrecht en het parket blijven. Ik breng hier graag het algemeen rechtsbeginsel ‘non bis in idem’ in herinnering. Dat komt erop neer dat je nooit meer dan een keer voor eenzelfde feit bestraft mag worden. Een hypothetisch voorbeeld dat, helaas, niet ver van de realiteit staat: in een Brusselse straat wordt een homoseksuele man aangevallen, geslagen en geschopt omwille van zijn geaardheid. In het strafrecht zou dat gekwalificeerd worden als ‘opzettelijke slagen en verwondingen’, bovendien met de verzwarende omstandigheid dat het was omwille van ’s mans geaardheid. Een feit strafbaar met behoorlijke boetes en dito gevangenisstraf. Zoals boven aangegeven, zou dit feit in het GAS-systeem vallen onder de ‘gemengde inbreuken’. Zowel het parket (vervolging) als de gemeente (GAS) kunnen hier optreden. Het parket heeft evenwel voorrang. Stel nu dat het parket vaststelt dat het gewoon niet rond raakt met het vele werk en het parket de gemeente toelating geeft om een GAS uit te schrijven. In dat geval komt de dader ervan af met, waarschijnlijk, 350 EUR. Indien het parket later wel tijd heeft om de man te vervolgen, kunnen ze dit niet meer doen. De dader is immers reeds gestraft voor dat feit. Dat het GAS-systeem ervoor gezorgd heeft dat zaken die vroeger niet bestraft werden thans wel gesanctioneerd worden, staat buiten kijf. Het kan echter niet de bedoeling zijn dat ernstige feiten ‘slechts’ bestraft worden met een relatief kleine administratieve boete die bovendien niet in het strafregister van de dader terechtkomt.

Tot slot nog iets over de verlaging van de GAS naar 14 jaar (en binnenkort misschien 12 jaar?). Ook hier pleit ik voor een correcte focus. Dat niet alle pubers doetjes zijn, staat vast. Zaken die echt niet door de beugel kunnen, moeten bestraft worden. Vaak gaat het – opnieuw – over zaken die te licht zijn om steeds voor de jeugdrechter te komen, maar wel bijzonder storend zijn. Typevoorbeeld: een handtassendiefstal door een jong boefje. Dat zulk een feit bestraft wordt met een GAS-boete is m.i. geen probleem. Beter dan niets. Maar laat ons niet de fout maken om ‘normaal’ en ‘experimenteel’ jongerengedrag te bestraffen. Jongeren moet nog altijd gewoon jong kunnen zijn. En daar hoort nu eenmaal een aftasten van de grenzen, een zekere rebelsheid, bij. Bedenk eerst en vooral hoe je zelf was op 12 of 14 jaar. Diefstal bestraffen met een GAS, na het doorlopen van een bemiddelingstraject en gesprekken met ouders en opvoeders? Ja. Jongeren bestraffen die op de rugleuning van een bank zitten met een radio bij de hand? Neen. Dat mag een vrije maatschappij niet dulden. Kinderen en jongeren moeten nog altijd normaal en onbekommerd jong kunnen zijn.

Maxime PENENDe auteur is medewerker bij Ceder, de studiedienst van CD&V en voormalig assistent staatsrecht aan de Faculteit Rechten van de Universiteit Antwerpen. Hij is ook voorzitter van Jong CD&V District Antwerpen en erelid van CDS Antwerpen. Maxime schrijft deze bijdrage in eigen naam.

dossier: GAS-boetes

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 25

analyseEEN GEMEENSCHAPPELIJK DEFENSIEBELEID:HOE MINDER WAPENS TOT MEER OORLOG LEIDEN.

Hoe ver kan je een efficiëntieredenering doortrekken? Enkel zo ver dat de burger zijn democratische vertegenwoordiger nog ter verantwoording kan roepen voor het beleid. Bij een verregaand gemeenschappelijk defensiebeleid is dat niet langer het geval, zelfs de verkozen mandatarissen zullen de controle over het gebruik van de gedeelde militaire capaciteit verliezen; het einde van een soeverein België. Sire, il n’y aura plus de Belges. Mais aussi ni de Flamands, ni de Wallons.

Waarom?

Een eigen leger is niet noodzakelijk om een land te “zijn”. Denken we hierbij maar aan de zogenaamde lijst van landen zonder defensie. Waaronder Monaco, Liechtenstein, IJsland. Ze staan vaak voor hun landsverdediging onder bescherming van een andere staat, in het geval van Monaco onder Frankrijk. Ze hebben nog wel een kleine eigen militaire politiemacht. Nouja klein, Monaco’s militaire politiemacht is eigenlijk dubbel zo groot als de Belgische defensie in verhouding met de bevolking.

Maar to the point: “Wat is er mis met gezamenlijke defensie?” Het bespaart aanzienlijke kosten en kan meer veiligheid garanderen voor alle leden dan de optelsom van alle individuele capaciteiten. Het samenspannen en militaire allianties sluiten is geen nieuwe tactiek om een vijand op afstand te houden en eventueel krachtdadiger aan te pakken. In de recentere geschiedenis hebben we voor België de NAVO maar ook de EU en de Benelux militaire samenwerking in beperkte mate.

Dit is dan ook geen betoog tegen het samenleggen of “poolen” van resources en het intensief coördineren van individuele capaciteiten. Staten kunnen immers voor zichzelf bepalen of acties ingaan tegen de eigen veiligheidsbelangen en kan het defensiebeleid legitiem teruggekoppeld worden naar het parlement. Zo heeft de NAVO, die tot nu toe vooral aan poolen deed, de North Atlantic Council waar alle resoluties unaniem goedgekeurd moeten worden. Het Smart-defense program van Chicago 2012 gaat echter verder tot “resource sharing” of het delen van militaire capaciteiten. Volgens dat principe sloot België met bondgenoten Nederland, Frankrijk, Duitsland en Luxemburg een akkoord voor de oprichting van een “multinationale eenheid”. Deze evolutie naar een gemeenschappelijk defensiebeleid is huiveringwekkend!

Waar wringt het schoentje dan? Ten eerste de vijand uit de 21ste eeuw is niet onder de indruk van een tegenstander die qua militaire capaciteiten hemzelf een paar keer overklast. Daarbovenop is de besluitvorming van de VN Veiligheidsraad, die een legaal kader moet geven voor militaire acties, stroef of het wordt gesaboteerd. Een land dat aangevallen of bedreigd is, moet onmiddellijk op die bedreigingen reageren met tegenaanvallen, troepenverplaatsingen,… Als dat land deel uitmaakt van een multinationale transporteenheid zal het niet vliegtuigje per vliegtuigje zijn troepen

CEDRUS - OKTOBER 2012 pagina 26

verplaatsen. Nee, de gehele transporteenheid, gezamenlijk betaald of niet, wordt ingeschakeld als respons op die dreiging. Misschien nog snel een telefoontje naar de collega ministers van defensie, maar daar zal het bij blijven. De troepen moeten nu eenmaal zo snel mogelijk in positie worden gebracht. Zo verliest een land de -democratische- controle bij resoursce sharing over de eigen bijdrage aan de multinationale eenheid en wordt het meegetrokken in een conflict.

Dat is ervan uitgaande dat er een dreiging is en België met dat land in een multinationale militaire eenheid zit, dat is toch nog niet voor morgen?! Wat dan met Turkije, NAVO-lid sinds 1952 en toch ook kandidaat lidstaat voor de EU, in zo’n EU leger of multinationale eenheid Belgische belastinggeld gebruikt voor het afdwingen van een no-fly zone? En Turkije voelt zich al, terecht, bedreigd! Syrië schiet een Turkse vliegtuig neer en voert aanvallen uit op Turks grondgebied. Syrië zou dan, ook terecht, kunnen claimen dat België de Turkse acties ondersteund. Het Belgisch aandeel in de multinationale eenheid kan represailles, eventueel van substatelijke actoren, uitlokken op Belgische bodem. Zo wordt België mee getrokken in een conflict waar het nooit iets mee te maken wilden hebben.

Zo’n vaart zal het niet lopen. België kiest zijn bondgenoten voor resource sharing zorgvuldig uit, toch?! Think again! Zoals voorzien in resolutie 1483, stuurde Nederland troepen voor de stabilisatiemacht. Daar waar Nederland daarbovenop ook politieke steun verleunde aan de invasie in Irak en behoorde tot de coalition of the willing behoorde België duidelijk tot de kritische landen tegenover Operation Iraqi Freedom. Zo ook verleende Spanje steun aan de coalition of the willing en hoef ik je werkelijk te herinneren aan de acties van Al-Qaida in de Madrileense stations?Een gemeenschappelijk defensiebeleid, resource sharing, het einde van België.

Bart SipsPraeses CDS Antwerpen & Voorzitter Nato-Russia Council bij Model Nato Youth Summit 2012

analyse

CEDRUS - OKTOBER 2012pagina 27

lid worden?

LID WORDEN

Wens je op de hoogte gehouden te worden van onze activiteiten, wil je de christendemocratie ontdekken, wil je mee discussiëren over onze ideologie en de huidige politiek of ben je simpelweg een sympathisant, dan kan je lid worden van de Christendemocratische Studenten Antwerpen. Hoe word je lid? Door simpelweg te surfen naar http://www.cdsantwerpen.be/site/index.php/word-nu-lid of een bestuurslid aan te spreken. Een lidkaart kan de jouwe zijn voor slechts de kleine kost van 5 euro !

ERELEDEN

De werking van CDS Antwerpen zou niet mogelijk zijn zonder de steun van al haar ereleden. Daarom zetten we hen hier in de verf! Wenst u ook erelid te worden van CDS Antwerpen? Dit kan door een bijdrage van € 50,00 te storten op het rekeningnummer (IBAN) BE12 7350 2946 9392.

CDSc h r i s t e ndemocratisches t ud en t en