BRUZZ - editie 1520

23
N° 1520, WEEK 17: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VLAAMS-BRUSSELSE MEDIA VZW, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153 van 28 april tot 5 mei 2016 © SASKIA VANDERSTICHELE ERIC MIN In de voetsporen van Henri Evenepoel p 14 - 15 p 8 - 9 VERPLEEGKUNDIGEN Eindelijk weer genoeg MAALBEEK Nooit meer hetzelfde

description

BRUZZ van 27 april 2016

Transcript of BRUZZ - editie 1520

Page 1: BRUZZ - editie 1520

N° 1520, WEEK 17: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VLAAMS-BRUSSELSE MEDIA VZW, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153

van 28 april tot 5 mei 2016

© SASKIA VANDERSTICHELE

ERIC MIN In de voetsporen van Henri Evenepoelp 14 - 15

p 8 - 9

VERPLEEGKUNDIGENEindelijk weer genoeg

MAALBEEKNooit meerhetzelfde

Page 2: BRUZZ - editie 1520

EDITO Geen weg terugDeze krant heeft het idee van een au-tovrij centrum altijd een warm hart toegedragen. Met de publicatie van een opiniestuk door filosoof Philippe Van Parijs en de daaropvolgende Pic Nic The Streets kunnen we zelfs zeg-gen dat we er deels mee aan de basis van liggen.Het schouwspel dat we vandaag zien is niet mooi. Handelaars zijn het moe. Ze zijn razend omdat hun omzet kel-dert. De openbare ruimte ligt er scha-bouwelijk bij. ‘s Nachts is het soms inderdaad niet om aan te zien.En toch is er geen weg terug. De stad heeft niets anders gedaan dat wat ze moest doen: het stadscentrum nieuw leven inblazen door een openbare ruimte op mensenmaat te maken en de auto te weren.Het klopt dat handelszaken zullen verdwijnen. Zo gaat dat als de omlig-gende omgeving van de handelsza-ken verandert. Dat lag in de lijn van de verwachtingen. Het is een harde boodschap, maar ook Unizo gelooft dat de handel zal overleven.Om twee redenen blijft de beslissing van een autovrij centrum een goed idee. Eén. Steden met autovrije centra

zijn steden die economisch opleven. Er staan enkele grote shoppingmalls op stapel in de rand van Brussel. Eén wordt zelfs al gebouwd. De auto is er koning. Daar moet vanuit het hyper-centrum, en eigenlijk ook vanuit de bovenstad, een krachtig antwoord op komen. De voetgangerszone is zo’n antwoord.Twee. Iedereen lijkt het vergeten te zijn, maar Brussel heeft dure eden gezworen om het autoverkeer in het gewest met twintig procent terug te dringen. Een autovrij stadscentrum is een belangrijke stap.Twintig jaar geleden moest de stad Gent door een heftige periode. Ook toen werden straten autovrij ge-maakt. Ook toen stond de stad op stelten. Burgemeester en schepenen waren kop van Jut. Vandaag is het er aangenaam wonen en de toeristen smullen ervan. De stad Gent wil nog een stap verder gaan, met alweer nieuw aangekon-digd protest. Zo gaat het. Protest leidt tot debat en waar nodig tot aanpas-singen, maar het mag geen reden zijn om wat haast iedereen een goed idee vindt zomaar overboord te gooien.

WAUTER MANNAERT

STEVEN VAN GARSSE,Chef weekblad“Steden met autovrije centra zijn steden die economisch opleven”

Discriminatie is een feit, maar leerlingen gebruiken het ook als excuus”ETIENNE CHANSON, Directeur Serge Creuz School (in NRC Handelsblad).

De voetgangers-zone is een gedrocht. Dit is het werk van mensen die hier au fond niet in geloven”GERBEN VAN DEN ABBEELE, Fietsactivist (in De Morgen).

COLOFONBRUZZFlageyplein 18, 1050 Brussel02-650.10.65 

ABONNEMENTENJosiane De Troyer ([email protected]), 02-650.10.80, Gratis binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België 20 euro per jaar; IBAN: BE98 3631 6044 3393, BIC: BBRU BE BB van Vlaams Brusselse Media vzw. Buiten België 30 euro per jaar. 

OPLAGE 62.609 exemplaren. 

ADVERTEREN? Barbara Harter t 0478-84.01.93

ALGEMENE DIRECTIE Jo Mariëns

ALGEMENE HOOFDREDACTIE Jeroen Roppe

WEEKBLAD & MAGAZINE Steven Van Garsse (chef ) 

EINDREDACTIE Ken Lambeets 

ART DIRECTOR Heleen Rodiers

VORMGEVING Ruth Plaizier. 

REDACTIE Jean-Marie Binst, Christophe Degreef,

Bettina Hubo, Danny Vileyn.

MEDEWERKERS Michaël Bellon, An Devroe, Elien Haentjens, Wauter Mannaert, Tim Schoonjans, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet. 

FOTOGRAFEN Bar t Dewaele, Ivan Put, Saskia Vanderstichele, Jo Voets.

DISTRIBUTIE Ute Otten

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Steven Van Garsse, Flageyplein 18, 1050 Elsene. 

Bruzz is een uitgave van de Vlaams Brusselse Media vzw, wordt gedrukt op de persen van de nv Roular ta en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: [email protected]

2 I BRUZZ 1520 I DONDerDag 28 aprIL 2016

Page 3: BRUZZ - editie 1520

Nieuw leven voor Kruisstudio’s in FlageyELSENE - Half mei verhuist het be-drijf Memnon Archiving Services uit het Flageygebouw. Daarmee komen de legendarische Kruisstudio’s 7, 8, 10 en 11 opnieuw vrij. Een van de akoestische parels is nog authentiek gebleven. Langs de Belvédèrestraat, twee hoog op de tussenverdieping, werden bij de bouw (in 1933-1939) van het Belgisch Nationaal Instituut voor Radio-Omroep (NIR) vier Kruisstudio’s ingericht door architect Jo-seph Diongre (1878-1963). De Kruisstudio’s werden zo opgevat dat ze ofwel afzonderlijk, ofwel groepsgewijs gebruikt konden worden. Daarvoor zijn ze uitgerust met vensters op zithoogte, elk uitkijkend op het kruispunt van twee gangen – vandaar hun naam. Ook naar de achterliggende regie- en modulatiekamers hebben de vreemdvormige studio’s door-kijkramen (zie foto, red.).

KlankfabriekIn de pioniersjaren van de radio was die kruisinplanting belangrijk om luisterspe-len of radiodrama’s in alle professionaliteit op te nemen en uit te zenden. Bijvoorbeeld: voetstappen op een grindpad (nagebootst in een bak) maakten het hoorspel levensecht. Het NIR gaf in zijn beginperiode en zeker in de jaren 1950 een hoge prioriteit aan het radiotoneel. Bij de restauratie van het Flageygebouw eind jaren 1990 werden de Kruisstudio’s niet gerenoveerd, noch be-schermd. Daardoor kon Michel Merten (ook eerste directeur van Flagey in 1999-2001) met zijn bedrijf Musica Numeris (nu Memnon - Sony) als eerste huurder in 2001 zijn intrek nemen in de Kruisstudio’s. Merten behield een van de vier Kruisstudio’s in originele aankleding, wegens zijn akoestisch ka-rakter en houten lambrisering. De studio’s werden echter volgestouwd met techni-sche installaties – zo werden het eigenlijk ateliers van het numerieke archiverings-bedrijf. Al die tijd bleven de Kruisstudio’s door externen zeer begeerd. Het Brussels Philharmonic kon de hand leggen op een nieuw huurcontract, en gaat vanaf augus-tus de studio’s hergebruiken na renovatie.

Jean-Marie Binst

BRUSSEL – Het tekort aan betaalbare plaatsen in de Nederlandstalige kin-deropvang in Brussel blijft erg groot, zeker in de gemeenten met grote kans-armoede. “Het tempo van uitbreiding moet maal twee en zelfs dat is nog niet genoeg,” zegt UGent-professor Michel Vandenbroeck.

Vandenbroeck is medeauteur van de nieu-we cartografie, een onderzoek naar de stand van zaken in de Vlaams-Brusselse kinderopvang, uitgevoerd in opdracht van VGC-collegelid Bianca Debaets (CD&V). De studie werd afgelopen week gepresenteerd.In haar persbericht over de cartografie had Debaets vooral aandacht voor het goede nieuws: de dekkingsgraad voor Neder-landstalige kinderopvang in Brussel be-draagt 46,67 procent, bijna vijftig procent dus, het streefdoel van het nieuwe Vlaamse decreet kinderopvang.Dat Vlaamse decreet belooft een opvang-plaats voor de helft van de jonge kinderen. Rekening houdende met de Brusselnorm – Vlaanderen rekent dertig procent van de Brusselaars tot haar doelgroep – gaat het om 16.150 kinderen. In Brussel zijn er mo-menteel 7.044 Nederlandstalige opvang-plaatsen, goed voor een dekkingsgraad van 46,67 procent.In de cartografie staan echter nog andere cijfers die toch een flinke schaduw werpen op dat goede nieuws. Zo blijkt een belang-rijk aandeel van de opvangplekken niet in-komensgerelateerd te zijn. “Brussel heeft in vergelijking met Vlaanderen veel meer niet-inkomensgerelateerde plaatsen,” zegt Vandenbroeck. “Voor de overheid zijn die

goedkoop want ze zijn niet gesubsidieerd, maar voor de modale Brusselaar zijn ze niet betaalbaar. In Brussel liggen die prijzen im-mers ook veel hoger, tot zes- à achthonderd euro per maand.”Tweede kanttekening is de ongelijke sprei-ding. Die is nog altijd onaanvaardbaar groot. Vandenbroeck: “De meest kansar-me gemeenten, waar bovendien het hoog-ste aantal jonge kinderen woont, zijn het slechtst bedeeld. Anders gezegd: de meeste inkomensgerelateerde crèches bevinden zich in de gemeenten waar ze het minst no-dig zijn.”

Als je alleen met het inkomensgerelateerde aanbod rekening houdt, komen Sint-Joost-ten-Node en Vorst aan een dekkingsgraad van respectievelijk 7,56 en 8,94 procent terwijl Ukkel, Watermaal-Bosvoorde en Oudergem percentages van boven de veer-

tig procent behalen. Sint-Agatha-Berchem komt zelfs aan 54,69 procent en overstijgt, als enige, de Vlaamse vijftig-procentsnorm.De ongelijke geografische spreiding is vol-gens Vandenbroeck historisch en heeft er onder meer mee te maken dat kinder-opvang vroeger alleen een economische functie had, namelijk ouders toelaten om te werken. Dat was minder het geval in kans-arme gemeenten. Vandenbroeck: “Inmid-dels is algemeen aanvaard dat kinderop-vang ook anders functies heeft, sociale en pedagogische. Uit een grootschalige Britse studie blijkt dat kinderen die naar een kwa-

litatieve kinderopvang gingen het later beduidend beter doen.”Debaets wil dit jaar 409 nieuwe op-vangplaatsen creëren, waarvan een kleine helft niet-inkomensgerelateerd. Voor Vandenbroeck moet de snelheid van uitbreiding flink opgevoerd wor-den. “Er zijn in Brussel grote inspan-ningen geleverd voor uitbreiding van de kinderopvang en dat in budgettair krappe tijden. Probleem is dat het aan-tal geboorten net zo hard is gestegen. Zo blijf je natuurlijk ter plaatse trappe-len. Het tempo moet maal twee en zelfs dat is nog niet genoeg. Bovendien zou-den alle extra plekken inkomensgerela-teerd moeten zijn.”Uit de studie blijkt namelijk dat als je enkel in betaalbare plaatsen rekent, er

tegen 2020 maar liefst 4.182 extra plekjes nodig zijn om de Vlaamse norm in Brussel te halen. “Hallucinant,” zegt Vandenbroeck. “Er is niet minder dan een Marshallplan nodig.” Bettina Hubo

WELZIJN Cartografie wijst op groot tekort aan betaalbare kinderopvang

‘Marshallplan is nodig’

De meest kansarme gemeenten zijn het slechtst bedeeld met gesubsi-dieerde opvang. In Sint-Joost en Vorst bedraagt de dekkingsgraad 8 à 9 procent. Ukkel, Watermaal en Oudergem behalen percentages boven de 40 procent, Sint-Agatha-Berchem overstijgt zelfs de 50 procent.

© E

LKE

VANO

OST

“De meeste inkomensgerelateerde crèches bevinden zich in de gemeenten waar ze het minst nodig zijn”Michel Vandenbroeck Professor Pedagogiek UGent

erfgoed Eerste Flageyhuurder weg

DONDerDag 28 aprIL 2016 I BRUZZ 1520 I 3

50%-norm Vlaams decreet

10 20 30 40 50BRON: KIND EN GEZIN, ADSEI

DEKKINGSGRAAD INKOMENSGERELATEERDE OPVANG (2015)

SINT-JOOST-TEN-NODE 7,56

VORST 8,94

SINT-GILLIS 9,30

ELSENE 16,59

ANDERLECHT 17,29

SCHAARBEEK 17,79

KOEKELBERG 20,63

SINT-PIETERS-WOLUWE 23,06

SINT-JANS-MOLENBEEK 25,25

SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE 27,36

ETTERBEEK 27,85

EVERE 28,92

BRUSSEL 30,01

JETTE 34,77

UKKEL 40,54

WATERMAAL-BOSVOORDE 44,05

GANSHOREN 46,76

OUDERGEM 48,81

SINT-AGATHA-BERCHEM 54,69

De legendarische Kruisstudio’s worden binnenkort gerenoveerd.

Page 4: BRUZZ - editie 1520

4 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

DE WEEK

Nadat hem afgelopen week al de toegang werd geweig-erd tot een restaurant, krijgt burgemeester van Brussel-

Stad Yvan Mayeur (PS) nu de wind van voren van het

merendeel van de Brusselse horeca-uitbaters. Vooral in

en rond de voetgangerszone moet de burgemeester het

ontgelden.

in hEt niEUWSBewoners sloppenwijk Laken moeten wegDe Roma die in de sloppenwijk verblijven tussen Jette en Laken, moeten weg. Dat beslist een vrederechter op vraag van de eigenaar van het terrein, een projectont-wikkelaar. De gezinnen zelf zijn hierover nog

niet op de hoogte gebracht, maar dat zal nog gebeuren. Als ze weigeren het terrein te verlaten, zal de politie ingrijpen en hen van het terrein verwijderen. De Roma-gezinnen leven al sinds enkele weken op het braaklig-gende stuk grond aan de spoorweg tussen Laken en Jette. De gezinnen wonen in hutjes die ze zelf hebben gemaakt en was-sen hun kleren met vuil water uit een beek. Door de precaire leefomstandigheden helpt hulporganisatie SamuSocial de gezinnen.

Stefaniatunnel langer geslotenDe Stefaniatunnel blijft gesloten tot augustus. Dat werd beslist door Brussels minister van Mobiliteit en Openbare Wer-ken Pascal Smet (SP.A). Oorspronkelijk zou de tunnel opnieuw opengaan in mei, na een tijdelijke renovatie. Daarna zou de tunnel

een grondige renovatie krijgen die een jaar in beslag zou nemen. De minister besliste afgelopen week echter dat de tunnel nu al een grondige renovatie zal ondergaan. Smet bevestigde ook dat de regering het tunnelplan heeft goedgekeurd. Dat voorziet erin alle tunnels de komende vijftien jaar te renoveren voor een budget tot 50 miljoen euro.

Maalbeek terug openEen maand na de aanslagen gaat op maandag het metrostation van Maalbeek opnieuw open. Daarmee is het Brusselse metronet volledig actief. De metro rijdt ook opnieuw volgens de klassieke dienstrege-ling van voor de aanslagen. De opening van het metrostation op zaterdag gaat gepaard met een bezoek van enkele slachtoffers. In Maalbeek kunnen pendelaars en metro-gebruikers een boodschap achterlaten op een gedenkwand ter nagedachtenis. Op zaterdag penden slachtoffers en nabe-staanden hun boodschappen al neer. De herdenkingsmuur loopt trouwens goed vol. Binnenkort zal er ook een herdenkings-monument komen. Het treinverkeer naar de luchthaven van Zaventem is al sinds vrijdag hernomen.

Samengesteld door Michaël Michiels

Meer nIeUWS De Hele WeeK ronD op

©SV

©BD

W©IP

Page 5: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 5

UitgELicht Wijzigingen doen protest tegen piétonnier niet verstommen

Het was spitsroeden lopen maandag op de gemeenteraad voor burgemeester Mayeur (PS). Hij kreeg er niet alleen van de oppositie netelige vragen over

de voetgangerszone, er waren ook boze han-delaars naar het Stadhuis afgezakt. Zij zien hun omzet met 40 procent teruglopen in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar.De onvrede over de economische malaise kwam de laatste weken steeds meer aan de oppervlakte. Afgelopen donderdag had Mayeur nog een aantal wijzigingen aange-kondigd. Zo zou de Lakensestraat opnieuw tweerichting worden en gaat de Zuidstraat gedeeltelijk opnieuw open. Met de maatre-gelen is de storm echter niet gaan liggen. Integendeel, het protest wakkert nog verder aan. Een petitie die het ontslag van Mayeur vraagt, trok al meer dan 8.000 handteke-ningen.Dat de voetgangerszone nog verder inge-perkt wordt is in ieder geval niet onmoge-lijk. Brussels minister van Economie Didier Gosuin (Défi) pleitte er al voor om de zone te beperken tot het stukje tussen Beurs en de Wolvengracht. Gosuins partij zit wel in de oppositie in Brussel-Stad. De handelaars-federatie voor het centrum wil dan weer autoluwe centrale lanen, met een rijbaan

in elke richting voor (traag rijdende) auto’s.Ook de honger van de MR is niet gestild. Zij stellen nog verdere wijzigingen voor: De Brouckère moet opnieuw toegankelijk wor-den vanaf de Jacqmainlaan en er moet een lus komen via de Zuidstraat, Steenstraat en Anspachlaan. Dat betekent dat er opnieuw verkeer voor de deur van de AB zou rijden.Burgemeester Mayeur (PS) gaf op de ge-meenteraad in ieder geval aan dat hij “zal volhouden.” Dat de voetgangerszone zou sneuvelen lijkt voorlopig dus eerder verge-zocht. De Stad beseft ook dat ze iets moet doen aan haar verhaal. Daarvoor komt er een communicatiecel en dito plan.Het lijkt erop dat de voetgangerszone het slachtoffer is van een explosieve cocktail aan gebeurtenissen. De Stad heeft fouten gemaakt, bijvoorbeeld door een te beperkte participatie. Ook de communicatie kon be-ter, bijvoorbeeld in de Rand, waar veel win-kels een deel van hun publiek halen. Daarbij kan je nog tellen dat over de voetgangerszo-ne (en de bijhorende parkings) niet iedereen in het college op dezelfde lijn zit.Wat de handel volgens het stadsbestuur echt de das omdoet zijn de terreurproble-men en de gesloten tunnels, niet de voet-gangerszone. Er was in november al de

lockdown, en dan nog eens 22 maart. Door de aanslagen bleef ook de luchthaven dicht. Geen luchthaven betekent geen toeristen, en dus een knauw voor de economie. Tel daar nog bij dat Brussel en België de laatste maanden onmetelijke imago- en perceptie-schade hebben opgelopen in het buitenland.De tunnels worden door de Stad aangehaald als andere hoofdzaak voor de malaise. Mi-nister Pascal Smet (SP.A) verklaarde daar-over dat slechts een fractie van de Brusselse tunnels dicht is. Dat klopt, maar in het ge-val van de Stefaniatunnel gaat het wel om de link tussen Brussel en het zuiden. Wat hier misschien nog meer telt is opnieuw de perceptie van de onbereikbare hoofdstad, en gesloten tunnels versterken dat beeld.Ten slotte is er nog de houding van de han-delaars zelf. Door te blijven focussen op omzetverlies omdat de klanten niet tot in het centrum zouden raken met de wagen, geeft de handel het verkeerde signaal. Zo wordt het idee dat je met de wagen nergens raakt in Brussel nog versterkt.

De voetgangerszone doet op dit moment dus dienst als magneet voor alle onvrede bij de handelaars, hoteliers en horecamen-sen. De roep om wijzigingen wordt steeds luider, ook binnen het bestuur. De vraag is of Mayeur sterk genoeg staat om daaraan te weerstaan. Jelle Couder

BRUSSEL - De voetgangerszone is kop van Jut in de Stad Brussel. De han-delaars zijn woedend na zwaar omzetverlies en het stadsbestuur moet de klappen opvangen. Burgemeester Mayeur belooft standvastigheid, maar valt die ook vol te houden?

©IV

AN P

UT

De roep om wijzigingen van de voetgangerszone wordt steeds luider, ook binnen het bestuur.

Magneet voor onvrede

De spraakmaker

Jürgen BaatzschUnion Saint-Gilloise de grandeur van weleer terug-geven, met die ambitie nam

Jürgen Baatzsch de traditieclub in 2013 over. Ze zaten op dat moment in financiële moeilijkheden en flirt-ten zelfs met een degradatie naar vierde klasse. Maar drie jaar later en na een weldoordachte politiek heeft stamnummer 10 zich verze-kerd van een plaats in reeks 1B voor het seizoen 2016-2017.Jürgen Baatzsch heeft als succes-volle zakenman de middelen ver-gaard waarmee hij drie jaar geleden aanzienlijke investeringen deed in Union. Hij woont al een paar de-cennia in onze hoofdstad en is dus niet zomaar een buitenstaander die investeert in een voetbalclub.

De afgelopen jaren begon-nen de zaken bij de club uit Sint-Gillis vlotter te verlopen, werd de verstandhouding met de jeugdschool verbeterd, en waren de investeringen in het eerste elftal steeds zichtbaar-der.Ondanks dat ze nog maar in 2014 hun promotie naar tweede klasse afdwongen, draaide Union zowat heel dit seizoen mee in de top acht. Een plaats die hen zou verzekeren van een plek in reeks 1B, de tweede reeks van het betaald voetbal na de aankomende hervorming van het voetbal. Spits Cédric Fauré speelde een belangrijke rol in dat succes.

Zijn vertrek tijdens de winterstop naar voetbalclub Antwerp was dan ook een zure zaak voor de Brus-

selaars. Voorzitter Jürgen Baatzsch verzette zich lang tegen de transfer, maar vond uiteindelijk een financiële schikking met de Antwerpenaren. Toch kon hij het niet laten om terug te komen op de zaak met een cartoon die hij op zijn Facebookpagina post-te, waarin hij zinspeelde op het financiële aspect van de overgang.Na een paar moeilijke weken slaagde Union er afgelopen weekend tegen datzelfde Antwerp in om

zijn plaats bij de top acht vast te leg-gen. Het versloeg de bezoekers met 2-1 en verplicht hen zo om de laat-

ste thuismatch te winnen indien ze nog kampioen willen worden. Jür-gen Baatzsch en zijn club behaalden dus hun doel, maar dat is uiteraard geen eindpunt. De ambitieuze voor-zitter zal het Joseph Mariënstadion binnenkort laten aanpassen, VIP-tribune incluis, zodat het conform zal zijn aan de vereisten van reeks 1B. De thuismatchen van Union zullen daardoor begin volgend sei-zoen in het Koning Boudewijnsta-dion worden afgewerkt. En dat zal ongetwijfeld niet het laatste plan zijn van Jürgen Baatzsch. Veel za-kenmannen zijn even snel verdwe-nen als ze gekomen zijn in de voet-balwereld, maar hij is goed op weg om zijn ambities waar te maken. Tim Schoonjans

© G

R

Page 6: BRUZZ - editie 1520

6 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

Samen met de Congolese fotograaf Sammy Baloji heeft De Boeck de tentoonstelling Urban Now: City Life in Congo gemaakt, die volgen-de week opent in kunstencentrum Wiels. Vijftig foto’s, twee video’s en een vuistdik boek. De antropoloog, hoogleraar aan de KU Leuven, is niet aan zijn aan

zijn proefstuk toe als het gaat om multimedia-le projecten. In 2004 maakte hij met de Brus-selse fotografe Marie-Françoise Plissart het boek Kinshasa, Tales of the Invisible City, dat uitmondde in een bekroonde expo op de archi-tectuurbiënnale van Venetië.

Vanwaar uw interesse voor het stedelijke le-ven, met name in Congo?Filip De BoeCk: Misschien heeft het ermee te maken dat ik een echt stadsmens ben. Ik ben opgegroeid in het hartje van Brussel en ben er altijd gebleven. Mijn vader was gérant van de speelgoedwinkel Christiaensen op de Gras-markt. Wij woonden boven de winkel.Mijn Congolese parcours is overigens niet in de stad begonnen. In 1987, ik was toen 26, ben ik gaan wonen en werken in een heel klein

dorpje op de grens met Angola. Op een bepaald moment volgde ik jongeren die diamant smok-kelden tussen Angola en Kinshasa. Ik ben ge-woon met hen mee gegaan en heb Kinshasa als het ware door hun ogen leren kennen. Dat is totaal anders dan als je in Brussel op het vliegtuig stapt en in die gigantische stad landt.

U besloot toen om een boek te maken, samen met fotografe Marie-Françoise plissart?De BoeCk: Het trof me dat Kinshasa, toch een miljoenenstad, zo onzichtbaar was. Buiten Congo, toen nog Zaïre, bestond de stad niet. Er was bijvoorbeeld amper literatuur te vinden. Ik wilde proberen iets van die stad en haar dy-namiek bloot te leggen en ben op zoek gegaan naar een fotograaf die me daarin kon begelei-den. Ik had het gevoel dat ik die stad niet zou kunnen vatten met woorden alleen, dat er nog een ander medium nodig was. Het is mijn mo-dus operandi gebleven. Het kruispunt tussen tekst en beeld, tussen etnografie en fotografie vind ik interessant.

kinshasa is inmiddels nog verder uitgedijd. er wonen nu twaalf miljoen mensen. Maar de economische boom blijft vooralsnog uit, in te-

afgelopen jaren projecten ontwikkeld voor een soort nieuwe stad naast de bestaande stadskern. Veel is er nog niet te zien, soms alleen maar een stuk omheind land met de foto van het project. Zowel Sammy Baloji als ikzelf zijn geïnteresseerd in dat soort utopi-sche stedenbouw.Ook in Kinshasa is een Brits-Zambiaanse bouwpromotor sinds 2008 bezig met de ont-wikkeling van La Cité du Fleuve, een enorme gated community voor de nog onbestaande rijke middenklasse. Die moet verrijzen op twee artificiële eilanden in de Congostroom. Momenteel zijn er nog maar 200 apparte-menten klaar. Het is een soort spookstad, met amper bewoners. Nochtans is de vraag naar deze uiteindelijk toch banale suburbane woninginfrastructuur heel groot, vooral bij expats in Congo en Congolezen uit de dia-spora.Ook heel veel gewone Congolezen dromen van de Cité du Fleuve, zelfs al weten ze dat ze er nooit zullen wonen.Wat ons interesseerde, is dat spanningsveld tussen het ideaalbeeld en de realiteit, de moeilijke levensomstandigheden van miljoe-nen mensen in de stad. En ook het ontbreken van een brug tussen die twee.

Waarin verschilt de aanpak voor uw nieuwe boek met de samenwerking destijds met plis-sart?De BoeCk: Vorige keer onderzochten we hoe Kinshasa, een stad waar architectuur schaars is en infrastructuur rudimentair, toch een stad kan zijn. We zagen Kinshasa meer als een imaginaire stad, een mentale structuur in de hoofden van de bewoners.Nu hebben we het omgekeerde gedaan. In plaats van in de hoofden van de mensen te gaan kijken, hebben Sammy en ik het land-schap bekeken, navigerend van plek naar plek.Het is natuurlijk onmogelijk om zo’n stad in haar totaliteit te bestrijken. In het boek en de tentoonstelling doen we dan ook aan ‘stede-lijke acupunctuur’: een gebouw, een straat of een kerkhof uitkiezen en daar onze etnogra-fische of fotografische naald insteken. We beschrijven wat daar gebeurt, kijken hoe de plekken onderling verbonden zijn en wat ze vertellen over het samenleven. Vivre ensem-ble, hoe doen mensen dat en welke plekken in de stad maken dat mogelijk of onmogelijk?

genstelling tot steden als lagos, Addis Abeba en kigali.De BoeCk: Na de verkiezingen van 2006 lan-ceerde president Kabila zijn cinq chantiers, in-middels door hem omgedoopt tot révolution de la modernité, een groot plan voor verbetering van de wegeninfrastructuur, de ener gievoor-ziening, het onderwijs en de landbouw. Voor het eerst sinds het plan décennal van de Belgen in de jaren 1950 was er weer een soort van overheidsproject. Je had even het gevoel dat er iets gebeurde.Maar dat is ondertussen allemaal stilgeval-len. Alleen op gebied van infrastructuur is er iets verbeterd en dan nog alleen maar in be-paalde wijken van Kinshasa. Zo is de boule-vard Lumumba een achtbaansvak-autostrade geworden. Maar in de wijken links en rechts van de boulevard is niks veranderd. Het zijn de bidonvilles van Kinshasa waar miljoenen mensen wonen zonder behoorlijke water- of elektriciteitsvoorziening.

Wat was de aanleiding voor het nieuwe boek en de samenwerking met Baloji?De BoeCk: In verschillende Afrikaanse ste-den – Nairobi, Accra, Lubumbashi – zijn de

INTERVIEW Antropoloog Filip De Boeck ontvouwt ontemBAAr Beest kinshAsA

‘Door Congo beleef ik Brussel helemaal anders’

BRUSSEL - Antropoloog Filip De Boeck, opgegroeid in hartje Brussel, is al jaren gefascineerd door het stedelijke leven in kin-shasa. een ontembaar beest, zo omschrijft hij de congolese miljoenenhoofdstad liefdevol. “mijn onveiligheidsgevoel is hier in Brussel soms groter dan in kinshasa.”

“In Congo is er heel weinig staat, maar heel veel natie. Hier is het net andersom”Filip De Boeck, Antropoloog

Filip De Boeck en fotograaf Sammy Baloji hielden ook halt bij deze vroegere succursale van de post en telegrafie, die nu bewoond wordt door de werknemers.

© SAMMY BALOJI

Page 7: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 7

staat, maar heel veel natie. Bij ons is er heel veel staat, maar wij voelen geen persoonlijke betrokkenheid. Net het omgekeerde dus. Hier houdt iedereen zich toch een beetje in zijn ei-gen gettootje op. Weinig mensen gebruiken Brussel voor wat de stad waard is.

Hoe bedoelt u?De BoeCk: Ik ben zelf opgegroeid op een Vlaams eilandje in het centrum van Brussel. Mijn ou-ders migreerden vanuit Antwerpen naar Brus-sel toen ik zes was. Ik ging naar het Sint-Jan Berchmanscollege, in het Nederlands dus, en naar de scouts in de Vlaamse Rand. We leef-den als Vlamingen eigenlijk heel geïsoleerd,

we waren migranten zonder veel voeling met het hele Franstalige deel van de stad. Eigenlijk heb ik pas Frans leren spreken in Congo, ik was toen 26. Tegenwoordig speelt een groot deel van mijn sociale leven zich af in het Frans en beweeg ik mij, dankzij alle mensen die ik via Congo ken, in heel Brussel, van Ukkel tot Laken. Maar ik heb soms de indruk dat ik een van de weinige Vlamingen ben die dat doen. De Vlamingen waarmee ik een pint drink in de Dansaert-straat kom ik nooit tegen in Matonge. Zou het zo zijn dat de laatste Belgen gecreëerd worden door Congo?

Bettina Hubo

De expo Urban now: City life in Congo van Sammy Baloji en Filip De Boeck loopt van 08.05 tot 14.08.2016 in Wiels

> www.wiels.org

Speelt de koloniale architectuur daarbij nog enige rol? Die gebouwen brokkelen toch stil-aan af.De BoeCk: Dat is zo, maar ze zijn er nog. Neem bijvoorbeeld de vroegere succursale van de post en telegrafie in de wijk Masina, een mo-dernistische constructie uit de jaren 1950. Het gebouw fungeerde destijds als een soort Flagey, met ook een radio- en tv-station.Vandaag behoort het nog altijd toe aan het mi-nisterie van post en telecommunicatie, maar begin jaren 1990 werd alle infrastructuur geplunderd. Hoewel er geen werk is, zijn alle ambtenaren, journalisten en tv-mensen offi-cieel nog wel in dienst. Maar ze zijn al hon-derdvijftig maanden niet betaald omdat het ministerie geen geld heeft. Daarom mogen die mensen met hun familie gratis in het gebouw wonen. Er verblijven zo’n driehonderd mensen, die in de grote hal hutjes gemaakt hebben. Er is een restaurantje, een kerk, een radiostationnetje, een politiebureau en buiten ook een markt. Dit koloniale gebouw maakt dus een andere vorm van samenleving mogelijk.

Als u dezer dagen als antropoloog door Brussel wandelt, hoe kijkt u dan naar deze stad waar de terreurdreiging zichtbaar is in het straat-beeld? Veiligheid is relatief. kinshasa staat ook niet bekend als een veilige stad.De BoeCk: Dat valt goed mee. Mijn onveilig-heidsgevoel is in Brussel soms groter dan in Kinshasa. Ik ben hier jaren geleden ook in elkaar geslagen. Dat is me nog nooit overko-men in Kinshasa. Daar is de sociale controle veel groter. Anonimiteit is er onbestaande. Elk conflict of aanzet tot geweld wordt heel thea-traal uitgespeeld, met mensen die elkaar te lijf gaan en zo. Maar juist die theatraliteit zorgt ervoor dat er meteen honderd omstanders tussenbeide komen. Zo wordt het een collec-tieve discussie, de angel is dan uit het conflict. Toen ik in de Ribeaucourtstraat op klaarlichte dag uit de auto werd gesleurd, heeft niemand zich ermee bemoeid. Er waren nochtans ge-noeg andere automobilisten. Ikzelf zou waar-schijnlijk ook niet uit mijn auto gestapt zijn om die mensen te kalmeren.

De Brusselaars zijn minder betrokken?De BoeCk: In Kinshasa voelt iedereen zich Ki-nois. Deze stad is van ons. Dat gevoel heb je niet in Brussel. In Congo is er heel weinig

Filip De Boeck “ eigenlijk heb ik pas Frans leren

spreken in Congo, ik was toen 26.”

© SASKIA VANDERSTICHELE

Page 8: BRUZZ - editie 1520

8 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

“Het gebrek aan verplegers was vanaf eind jaren 1990 uitermate voelbaar in de Brusselse zieken-huizen. In Wallonië was dit een kleiner probleem, in Vlaanderen haast onbestaand.” Aan het woord is Paul Sonkes,

voorzitter van Association belge des praticiens de l’art infirmier (ACN), een van de belangrijk-ste koepelverenigingen van verplegers en ver-pleegsters in België. Toen het Schaarbeekse Brugmannziekenhuis met verzorgingscentrum Paul Brien in 1999 een fusie aanging, werd Paul Sonkes aange-zocht om het tekort aan verplegers op te lossen.

Kort door de bocht: mogen we stellen dat de tekorten ingevuld zijn met Afrikaanse verpleeg-kundigen?PAUL SONKES: Er diende zich hoofdzakelijk Afri-kaans personeel aan, maar dat kadert in een maatschappelijke evolutie. Een eerste genera-tie migranten maakte niet altijd haar humani-ora af. De tweede generatie ging al eens verder studeren. Daar moeten die zwarte verpleeg-kundigen, naast de Belgo-Belges, onder gezien worden. Dat al eens vaker gekozen werd voor een zwart-Afrikaanse verpleegkundige bij de solli-citaties is ook te wijten aan bepaalde skills, die cultuurgebonden zijn. Van nature meer respect tonen voor oudere mensen speelt daarbij een rol, zeker in een afdeling geriatrie. Maar ook hygiëne, kennis van techniek, of strikt een ver-zorgingsprotocol en procedure kunnen volgen is belangrijk voor de goede uitvoering van het beroep. En daar scoren Afrikaanse verpleeg-kundigen al eens minder goed op. Beide elementen, zowel empathie als techni-sche vaardigheden, snel inschattingsvermogen en accuraat handelen zijn aspecten die meetel-len bij rekrutering. Bij personeel van Maghre-bijnse origine stelt zich dat probleem niet. Daar komt enkel een discussie over de hoofddoek voor. Maar als het arbeidsreglement daarover duidelijk is, is er geen probleem. Buiten draag je wat je wilt, binnen kunnen geen religieuze kentekens.

Zijn zwarte Afrikanen gegeerd in de verpleeg-sector?SONKES: Het is een populatie die zachtaardig en geduldig is en heel wat relationele kwaliteiten in zich draagt. Voor de zorgsector, de senioren-hulp, de psychiatrie en bij reïntegratie zijn dat dankbare eigenschappen. Voor de urgenties, de intensieve zorgen en operatiekwartieren is dat minder van tel. Daar tellen adrenaline, stress-beheer en snel ageren.

De schaarste aan verpleegkundig personeel werd te laat ontdekt. Hoe komt dat?SONKES: Volgens de beroepsassociaties, waar-onder ACN, is het tekort een gevolg van een de-sinteresse voor de studierichting. Het is al ja-ren dat de beroepsvereniging de minister (eerst Laurette Onkelinx (PS), sinds 2014 Maggie De

Block (Open VLD), red.) attent maakt op het probleem. Vandaar de zogenaamde campag-nes ter promotie van de studies. Minister De Block heeft beloofd om die campagnes ver-der te zetten. Maar het dossier gaat tergend traag vooruit. Deze week ontvangt ze onze werkgroep voor de tweede keer in twee jaar tijd.Als de keuze voor de verplegingsopleiding er nadien toch is gekomen, is dat eerder wegens werkgelegenheidskansen dan wegens andere factoren. Ook de nieuwe vrijetijdsbeleving-maatschappij heeft het beroep ondergraven: verpleegkunde is geen nine to five job. Door de ochtend- en avondshiften werk je tot ne-gen of tien uur ‘s avonds. Voor velen te laat om nog van een privéleven te genieten.

Dat avonddienst minder gegeerd is, ligt ook aan mobiliteitsproblemen.SONKES: Een ontoereikend openbaar vervoer

in Brussel na tien uur ‘s avonds is één zaak. Erger is het gesteld met de veiligheid. De omgevingen rond enkele Brusselse zieken-huizen zijn niet ongevaarlijk. Het personeel weet niet op welke manier het veilig thuis-geraakt. Rond het Sint-Pieters- en Erasmuszieken-huis zijn er veel gevallen van agressie. Idem dito rond Erasmus. Daarom hebben de per-soneelsorganisaties ervoor gepleit om de uurroosters te systematiseren, zodat ieder-een tegelijkertijd buitenkomt. En niemand alleen de straat op moet.

Ook de vergrijzing zorgde voor een tekort aan verpleegkundig personeel.SONKES: Ondanks de promotiecampagnes die verpleegsters van Afrikaanse origine aan-trokken, was er tot enkele jaren terug een schaarste aan personeel. Komt daarbij dat heel wat mensen uit dienst zijn getreden.

Een van de maatregelen was dat je na 35 jaar dienst op 55-jarige leeftijd met prepensioen mocht, met behoud van 70 procent van het loon tot je 65 jaar. Tegen die voorwaarden is men en masse vertrokken. Een hele genera-tie met veel ervaring werd nadien opgevolgd door jongeren.

Vandaag is het gebrek aan verpleegkundigen opgelost door import.SONKES: Nuanceer maar dat het ‘artificieel’ werd opgelost. Niet de overheid heeft voor een oplossing gezorgd, wel de werkgevers. Zij zijn zelf personeel gaan zoeken in het buitenland. Dat gebeurde via gespecialiseerde interim-kantoren en rechtstreeks door openbare zie-kenhuizen, waaronder Brugmann. Achter-eenvolgens werd gerekruteerd in Roemenië – met wisselend succes van kwaliteit – en in Tunesië. Nadien in Libanon. Dan in de Fili-

© IVAN PUY

INTERVIEW PAUL SONKES, VOORZITTER ACN - FRANSTALIGE KOEPEL VAN VERPLEGERS

‘Importkrachten lossen het verplegerstekort op’BRUSSEL – Het nijpend tekort aan verpleegkundig personeel is zo goed als weggewerkt in het Brussels gewest. Hoofdzakelijk door aanwerving van verplegers van vreemde origine. Daarvoor zorgden private wervingsbureaus en openbare ziekenhuizen die over de grens arbeidskrachten ronselden. Brussel heeft zijn inhaalbeweging waargemaakt, Vlaanderen kampt nog met een achterstand. De medaille heeft echter ook een keerzijde.

ADVERTENTIE

Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs

te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor

personen met een handicap

Bezoeken enkel op afspraak

0800-15045�alle werkdagen van 9 tot 12u30,

maandag, dinsdag en donderdag van 13 tot 15u30

Puzzel

[email protected]

Page 9: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 9

pijnen, maar daarmee werd snel gestopt we-gens het ontoereikende studieniveau. Door de EU-crisis kon ook in Portugal en Spanje worden gevist, hun moedertaal leunt dichter aan bij het Frans. Door de hoge werk-loosheid ontstond daar een groot marktover-schot aan verpleegkundigen. Bovendien is de Portugese en Spaanse verpleegopleiding van hoog niveau. In Spanje volgen verplegers en-kele vakken samen met artsen en apothekers. Dertig jaar terug stond onze verpleegoplei-ding aan de top in Europa, nu bengelt België aan de staart van het peloton.

Er blijft sprake van het optrekken van ons op-leidingsdiploma met een vierde jaar.SONKES: Door toevoeging van een vierde ba-chelorjaar kunnen we aan het Europese normgemiddelde voldoen. Dat zou goed zijn voor het vrij verkeer van verpleegkundige werknemers in Europa, zodat we kunnen tip-pen aan de Spanjaarden met hun universitaire graad. Nu kost het grote aanbod aan pluridis-ciplinaire studierichtingen die de studie in-houd geven veel geld aan de staat. Maar onder de aantrekkingskracht van een volwaardigere studie op vier jaar tijd schuilt een adder. Het blijft een bachelor. In tegen-stelling tot de kinesitherapeuten die evolu-eerden naar een masterdiploma, heeft dit zijn gevolgen op de arbeidmarkt. Het verplegers-salaris wordt nog steeds op bachelorniveau betaald, voor een jaar langer studeren.

Waren de beroepsorganisaties niet bezorgd om de ethiek bij de rekrutering?SONKES: De arbeidskrachten werden niet ont-trokken aan het land zelf, er waren ginds overschotten op de markt. Het weghalen van arbeidskrachten is sterk georganiseerd, ook al is het de vrije keuze van de verpleegkundi-ge in kwestie om zijn of haar land te verlaten. Toch beseft men op ethisch vlak niet waar-mee men bezig is. Het is een eenrichtings-reis, een beetje zoals in het midden van de vorige eeuw met de mijnwerkers. Wel wordt hen niets verkeerds voorgehouden: er is werkzekerheid. Er wordt hen ook een

cursus Frans of Nederlands aangeboden. Op lange termijn weet men natuurlijk niet wie zal blijven en wie zal terugkeren. Vergeet niet dat zij hier vaak zonder gezin zijn, en het een tijdelijk arbeidscontract van vier jaar betreft. Daar schort het enigszins aan ethische waar-den.

De buitenlandse jacht kost wel een smak geld aan de werkgever.SONKES: Ik neem een voorbeeld uit het reva-lidatieziekenhuis Valida (Sonkes is directeur Verpleegkundigen en paramedici, red.). In Va-lida werden in 2010 vijf Libanezen aangewor-ven door Moving People (internationaal re-kruteringskantoor in de zorgsector, red.). Van de vijf zijn uiteindelijk drie mensen gebleven.Als een verpleegkundige tijdens het vierjarig contract vertrekt, moet in vervanging worden voorzien. Moving People zorgde er ook voor dat de ziekenhuisdirectie in het buitenland een intakegesprek kon voeren. Mijn voorgan-ger in Valida heeft dat tweemaal gedaan. Inmiddels werken we niet meer met Moving People, de bijdrage kost ons te veel, al daalt die per jaar dat het contract langer duurt. Re-ken snel 10.000 tot 15.000 euro per gerekru-teerd personeelslid, naast het salaris.

Valt er een cijfer op de multiculturaliteit onder verpleegkundigen te plakken?SONKES: Het blijft moeilijk in te schatten hoe-veel verpleegkundigen van buitenlandse ori-gine zijn, maar voor Brussel betreft het vijftig procent van het personeelsbestand. Een en ander is deels historisch gegroeid, want de paramedische sector is toch al twintig jaar multicultureel gekleurd. Zeker in Brussel, waar de ULB een pioniersrol speelde inzake multiculturaliteit. Komt daarbij dat de Belgen de studies minder aantrekkelijk vonden. Door de multicultura-liteit in ons beroep hebben we meer dezelfde samenstelling als de bevolking op straat.

Klopt de indruk dat het aantal Nederlands-sprekenden onder Brusselse verpleegkundi-gen daalt?SONKES: In een revalidatiecentrum als Valida, met 250 partiële personeelsleden (of 150 vol-tijdse, red.) is toch 15 procent van de werkne-mers afkomstig van de Rand tot Aalst. Maar het aantal Nederlandstalige verplegers daalt in totaal in Brussel, omdat jonge gedi-plomeerden meer dan vroeger eerst in een Nederlandstalig milieu willen werken. Ze ko-men enkel nog naar Brussel als ze elders geen werk vinden. Vroeger had je bijvoorbeeld veel Limburgers die lokaal geen werk vonden en daardoor naar Brussel pendelden. Ik weet dat Brugmann, waar ik voordien werk-te, verplicht 20 procent Nederlandstaligen moest hebben als openbare instelling. Daar komt men niet meer aan, ondanks vroegere

acties van het gewest om voor Vlamingen toe-lagen te geven voor werk, mobiliteit en huis-vesting in Brussel. Onze sector is nochtans al-tijd vragende partij, omdat Nederlandstaligen doorgaans goed tweetalig zijn, wat deze stad nodig heeft.

Al bij al bent u tevreden dat de schaarste is ge-ledigd door aanwerving van mankracht uit het buitenland?SONKES: Het probleem van het tekort is voor-lopig enkel voor Brussel opgelost. In Wallonië blijft het nog wat moeilijk. Komt daarbij dat de demografische cijfers aantonen dat Brussel en Wallonië verjongen, maar dat Vlaanderen veroudert. Over tien tot twintig jaar zie ik dus tekorten aan verpleegkundigen in Vlaanderen. Vlaanderen zal tegen dan met grote proble-men te kampen hebben, die wij de jongste ja-ren voor Brussel hebben opgelost. Voorlopig, want er is geen particuliere opvolging van de ingeweken verpleegkundigen. Elke werkgever - privaat of openbaar ziekenhuis - zorgt voor de best aanvaardbare condities voor die men-sen, maar wat met hun toekomst op langere termijn?

JEAN-MARIE BINST

“In het Brussels gewest is 50 procent van de verpleegkundigen van vreemde origine”

Paul Sonkes, Voorzitter Franstalige koepel van verplegers ACN

paUl soNkEs“onze personeelsleden

hebben dezelfde samenstelling als de bevolking op straat.”

ONDERNEEMSTERWORDEN

oriëntatie-TOUR

Traject Ondernemende VrouwenTraject Ondernemende VrouwenTraject Ondernemende Vrouwen

ADVERTENTIE

150.000 verpleegkundigen in Belgie, een correct recent cijfer per gewest is niet bekend.De gegevens van de Kruisbank dateren van de periode 2004-2009. “Omdat we geen beroep zijn met overschotten wordt de statistiek over de verpleegkunde niet prioritair behandeld,” stelt Paul Sonkes van ACN. De voorrang wordt gegeven aan apothekers, artsen en anderen. Het blijft wachten op een rapport over het verplegersberoep.” We kunnen er wel van uitgaan dat Brussel, gezien de grote concentratie aan ziekenhuizen voor het land, in verhouding de meeste verpleeg-kundigen tewerkstelt.

CIJFERS

© IVAN PUT

Page 10: BRUZZ - editie 1520

10 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

De Italiaanse fotograaf Silvano Magnone richtte in 2013 Studio Baxton op samen met de Belg Nicolas Lambert en de Fransman Vin-cent Bouchendhomme. “In het begin hadden we enkel een fotostudio, maar sinds afge-lopen zomer is er de winkel en de galerij bij gekomen. In de winkel verkopen we allemaal vintage fototoestellen en de bijhorende che-mische producten die we zelf maken aan de

hand van oude recepten. In de inkomhal staat ook een oud fototoestel uit 1920 dat verwijst naar wat wij doen en als je in de winkel naar boven gaat kom je uit in de galerij. Daar hangt ons eigen werk, dat van mij, Nicolas Lambert, Vincent Bouchendhomme, Pauline Caplet en Margaux Nieto.”Tot 1 mei stelt Studio Baxton nog tentoon in het kader van Expolaroid. Het product was in

2008 nog ten dode opgeschreven, toch is het een van de specialiteiten van het huis. “De specialiteit van het huis is eigenlijk het collo-diumprocedé, waarbij we een foto nemen op een natte glasplaat die bewerkt is met zilver-halogenide. In de fotografie staat dit beter be-kend onder de Engelse term collodion wet plate process. Dit is een oude techniek uit de negen-tiende eeuw. Daarnaast werken we ook veel

met Polaroid. Het collodiumprocedé is eigen-lijk de voorloper van de Polaroid, omdat het ook telkens een unieke foto is”, zegt Magnone.Volgens de fotograaf heeft Polaroid een be-paalde charme waardoor het nu aan een revi-val bezig is. “Een Polaroidfoto heeft verschil-lende charmes. Het feit dat je slechts één foto kan nemen van een uniek moment, maakt het net zo speciaal. In tegenstelling tot een foto op je iPhone, kan je het resultaat meteen vastne-men. Veel mensen kopen een Polaroid omdat je de foto kan houden als herinnering, maar je kan hem ook als een geschenk geven. Het is een aandenken aan een bepaalde belevenis en het maakt je herinneringen tastbaar.”

Nostalgie“Ik hou ervan om met Polaroid te werken om-dat die foto’s vol leven zitten. Ze zijn puur.” Magnone houdt niet van het artificiële en trekt dat door in zijn materiaal, maar ook in zijn manier van werken. “De toestellen die ik gebruik zijn allemaal handgemaakt. Zo heb ik een Polaroidcamera die handgemaakt is in Italië, met echt Italiaans hout. Ook mijn manier van werken is puur. Zo werk ik het liefst van al met naakte modellen omdat de puurheid dan naar voren komt. Kleren werken voor mij als lagen die een schild vormen en wanneer iemand naakt is, dan heeft die geen schild meer en dan zie je de ware persoon.”Volgens Magnone druist de Polaroid ook in tegen de snelheid waarmee we nu leven. “Het leven wordt alsmaar sneller en Polaroid gaat daar tegenin, want het vergt veel tijd. Soms kan het twintig minuten duren vooraleer je het eindresultaat ziet. Wat Polaroid zo doet verschillen van een digitaal toestel of je iP-hone is dat je moet nadenken voor je een foto maakt. Je kan de foto niet zomaar wissen als het resultaat je niet aanstaat.” Zo komen we ook bij de keerzijde van Polaroid. “Het is duur in vergelijking met digitale foto-grafie. Een rolletje van tien foto’s kost gemak-kelijk 30 euro. Net daarom denkt je meer na over het moment waarop je drukt.”“Bij ons kunnen mensen niet enkel terecht om een nieuw toestel te kopen, maar ook wanneer ze een oud toestel gevonden hebben op zol-der,” zegt Magnone. “Wij bekijken dan of het nog werkt en zo niet repareren we het. Elke week komen mensen langs met zo’n oud toe-stel. Het is echt ontroerend om te zien wan-neer we mensen vertellen dat ze het toestel nog kunnen gebruiken. Daarvoor doen we het ook. We brengen een stukje nostalgie terug tot leven.” Michaël Michiels

INTERVIEW Fotograaf Silvano Magnone over Polaroid

‘Polaroid maakt je herinneringen tastbaar’

SIlVaNo magNoNE heeft een polaroidcamera die handgemaakt is in Italië, met echt Italiaans hout.

FITNESS IN hET paRk Zowel in het De Mulderpark als in het sikkelparkje in de groot-Bijgaardenstraat blinken zes nieuwe fitness-toestellen.

© S

ILVAN

E M

AGNO

NE

BRUSSEL - Momenteel loopt in Studio Baxton ‘Expolaroid’, een tentoonstelling met het werk van vijf Polaroidkunstenaars: Peter Glendinning, Melanie Patris, Philippe Seynaeve, Silvano Magone (Studio Baxton) en Pauline Caplet (Studio Baxton). “Exact acht jaar geleden stond Polaroid nog aan de rand van de afgrond, maar nu leeft het op als nooit tevoren.”

Lessen op fitnesstoestellen in parkjes

Vanaf 27 april geeft de gemeen-telijke sportcoach vier weken lang op woensdag gratis uitleg bij de nieuwe fitnesstoestel-len in het De Mulderpark en het sikkelparkje in de Groot-Bijgaardenstraat. Nu al zijn de

parkhabituees enthousiast over de infrastructuur.

De vorige maanden werd een reeks van fitnesstoestellen geplaatst in het De Mulderpark (nabij de in-gang Zavelput) en in het naamloze

groenplantsoen in de Groot-Bij-gaardenstraat, ter hoogte van de Hoogveldlaan. Vorige week werden ze officieel in gebruik genomen. Het gaat telkens om zes robuuste fit-nesstoestellen van het merk Libra Play, dat al in andere Brusselse par-ken gebruikt wordt. Uit een gamma aan park- en sport-meubilair werd gekozen voor ge-bruiksvriendelijke tuigen voor spier- , stretch- en hartconditie-training: een mini-ski (al wiegend stappen), een pull down en power push challenger (opduwen en neer-halen van een gewicht), een push hands (wielen voor armrotaties), een health walker (een stapper voor 60 kcal verbruik op 5 minuten tijd), een ski-stepper (langlauftraining, 100 kcal verbruik in 5 minuten) en een handle boat of roeitoestel. De zes stuks staan telkens ingeplant op een grote valremmende kunst-grasmat.

Alle fitnesstoestellen zijn bedoeld voor grote tieners (vanaf 14 jaar) en volwassenen, valt op het signalisa-tiepaneel te lezen. Ook joggers en moslimmoeders op stap met hun klein grut maken al gebruik van de infrastructuur, stelden we ter plekke vast. Op elke console van een toestel staat een eenvoudige gebruiksaanwijzing. Toch zet de ge-meente in op extra kennismaking en gebruik van de fitnesstoestellen door elke woensdag van 27 april tot 16 mei (gratis) een gepersonaliseer-de begeleiding aan te bieden. Op die manier kan de reguliere passant nut halen uit de overheidsinvestering. De gemeentelijke sportcoach zal van 16 tot 17 uur in het De Mulder-park zijn. En van kwart na vijf tot kwart na zes in de Groot-Bijgaar-denstraat. De infrastructuur werd volledig gesubsidieerd door het ge-west, voor de som van 63.000 euro.

Jean-Marie Binst

SINT-agaTha-BERchEm Dankzij sportcoach van de gemeente

Page 11: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 11

RocaIllE op een negentiende-eeuwse postkaart lijkt de kunstgrotpartij aan de vijver deel uit te maken van de natuur.

‘Renovatie meets archeologie’

ELSENE – Een restauratieproces van drie maanden is gestart aan de kunst-grotpartijen op de oever tussen de laagste vijver van Elsene en de Gedach-tenissquare. Reeds op de derde dag van de werken heeft de équipe van archi-tect-’grottaiolo’ Gabriel Pirlet een 140 jaar oude trappenpartij ontdekt. Tot vandaag onbekend bij Monumenten en Landschappen en de gemeente.

Het imposante namaakgrotwerk aan de oever van de noordelijke vijver dateert van 1876 en is ontworpen door landschapsar-chitect Edouard Keilig, die ook het Ter Ka-merenbos ontwierp. Het is een van de eerste

parkornamenten van de Schaarbeekse firma Blaton-Aubert (gesticht in 1865), ook bekend van de rotswaterval op de Maria-Louizas-quare in Sint-Joost. Een gedenksteen in de kunstrots vermeldt ‘Blaton-Aubert – 1876’. De barokke kunstrotspartij werd aangelegd ter verfraaiing van de vijverpromenade en bestaat uit twee delen. Een grote, holle rots met ingangen, waarin een overloop voorzien is van de hoger gelegen vijver naar de onder-ste. En een neo-Romeins tempeltje van ioni-sche zuilen in ruïne. “Naar verluidt verwijzen de afgeknotte tem-pelzuilen naar de negentiende-eeuwse wijk in opbouw,” verklaart grottaiolo (kunstgrot-specialist, red.) Pirlet. Zijn équipe kreeg het

werk in onderaanneming van Monument Vandekerckhove, “dat de opdracht kreeg toegewezen, maar zelf niet vertrouwd is met rocaillewerk,” stelt Pirlet.“Gezien er geen plannen teruggevonden zijn, mogen we wat ontbreekt of stuk is in alle kunstvrijheid herinvullen,” stelt grottaiolo Fabien Ribassin, die voor Pirlet werkt. Op een oud ticket van de Tramways de Bruxel-les met tekening van de cascade des Etangs d’Ixelles is de tempel zelfs voorzien van kapi-telen en een kroonlijst.

Zuurstofpomp weggehaaldDe restauratieopdracht van om en bij het kwart miljoen euro stond in april vorig jaar op de agenda van de gemeenteraad, maar werd uiteindelijk pas deze lente goedge-keurd. De werken zullen drie maanden du-ren. Na het slopen van een vijftiental bomen – voorlopig gesnoeid – moet ook het woeke-rende klimop- en wortelgestel van jaren van tussen de rotspartijengehaald worden. Pirlet: “De renovatie van het stukwerk dat uit lavasteen, Brusselse zandsteen en gewapend beton (alles is in verdiepingen op metaalcon-structies gemetseld, jmb) bestaat, gaat ge-paard met een stuk archeologie. Een meter diep onder grond en boomwortels vonden we een trap die over de rotspartijen slingert. Die is nergens bekend. We informeren Monu-menten en Landschappen hierover.” In de grot zelf stond een verroest pompsys-teem om zuurstof in de vijver te brengen. Dat mocht weg. Het staat nog niet vast of na voltooiing van de rocailles in juli, de site met hekken wordt afgesloten.

Jean-Marie Binst

ElSENE Trap uit 1876 ontdekt onder kunstgrot vijvers van Elsene

ADVERTENTIE

siNt-agatha-berchem. Twee huizen in de Kerkstraat, nummers 12 en 14 meteen na het Schweitzerplein, zijn wegens veiligheidsrede-nen en onhygiënische toestand gesloopt. Met een deel van de afbraak worden de kelders gedicht. Tot zes jaar terug zat in nummer 12 een apotheek. In het aanpalende huis zetelden de vzw’s Aide et Milieu Ouvert, L’Oranger en Le Kiosque. Bedoeling is dat de site na de volledige ontmanteling een groenplein wordt, met hoge afsluiting. De gemeente creëert hiermee een open zicht op het voorplein van de kerk, dat ook heringericht wordt. +++ schaarbeeK. In tegenstelling tot Ukkel, waar het gemeentebe-stuur vanaf mei koppels in de echt wil verbinden in het Wolvendaalpark, komen er in Schaarbeek geen trouwceremonies in het Josaphatpark. Dat schrijft La Capitale naar aanleiding van een vraag van gemeenteraadslid Angelina Chan (MR) aan schepen Bernard Guillaume (MR). De schepen wees erop dat het officiële deel van de ceremo-nie in Ukkel nog steeds in het gemeentehuis gebeurt. “Een huwelijk is geen show, en een afgevaardigde van de staat is geen organisator van tuinfeesten,” aldus Guillaume. +++ LaKeN. Aan de Dieudonné Lefèvrestraat werd dinsdag Greenbizz ingehuldigd, het eerste bedrijvenpark in het gewest voor kmo’s en starters uit de duur-zame economie. Beneden in het passiefgebouw zijn achttien ateliers ingericht. Momenteel zijn er al een bedrijfje in biovoeding en een ramenpro-ducent. Boven is plaats voor 24 starters en een gloednieuw fablab. Greenbizz is een nv waarin onder meer het gewest en Citydev participeren. De bouw van het bedrijvenpark werd grotendeels gefinancierd met Europees geld. Ook Citydev stak een dik miljoen in het project. JMB/VEY/HUB

JoUW gEmEENTE

Beleef Brussel voluit

Page 12: BRUZZ - editie 1520

12 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

BRUZZ en de bommenAlgemeen hoofdredacteur Jeroen Roppe schrijft in zijn eerst BRUZZ-editoriaal (BRUZZ 1519, p.2) dat jullie van Brussel houden maar niet blind zijn. Vlak naast het editoriaal prijkt een New York Times-citaat van PS’er Yves Goldstein die zegt dat Molenbeekse en Schaarbeekse leerkrachten hem vertelden dat 90 pro-cent van hun leerlingen opkijken naar de terroristen. Dankjewel, Yves voor het geven van deze significante info. Maar ook jullie collage is significant. Hoe lijmt een lezer berichten aan elkaar?Sinds de perikelen rond de Vlaams-Brusselse Media hebben velen in Brussel het begrepen. Dit blad spoort niet met onafhankelijke journalistiek. De politiek beslist. Het mag niemand verbazen dat Sven Gatz en

Pascal Smet de spits afbijten met een groot dubbe-linterview. Ik schrok even van volgende uitspraak van de zelfverklaarde liberale socialist Pascal Smet: “Het klopt niet dat de Syriëstrijders jongeren zijn die geen kansen hebben gekregen. Er waren er zelfs bij die zeer goed geïntegreerd waren. Ze gingen naar fuiven, dronken alcohol en verleidden vrouwen en soms zelfs mannen.” Interessante parameters voor integratie: fuiven, alcohol en versieren! In één adem zet hij het onderwijssysteem buiten schot: ‘Toen extreemlinks en extreemrechts in de jaren 1980 bomaanslagen pleeg-den zeiden we ook niet: het onderwijs heeft gefaald.’ Kunnen we het onderwijs uit het pré-internettijdperk dan gewoon naast het huidige onderwijssysteem leg-gen? Rare reflectie voor iemand die niet zolang geleden minister van Onderwijs was.

Kris Kaerts, Jette

SpelregelS Voor leZerSBrIeVen: Mail uw bijdrage naar [email protected]. Schrijven kan naar BrUZZ-Brieven van lezers, Flageyplein 18, 1050 elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? neem dan eerst contact met ons op voor overleg via [email protected]. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.

Sinds we ons bewust zijn van de opwarming van de aarde en de gevolgen daarvan probe-ren we meer aandacht te schenken aan onze planeet. Dat doen we door de auto links te laten liggen en met de fiets of het openbaar vervoer naar het werk te gaan, maar ook door de verpakking van de producten die we kopen te sorteren en te recycleren. Maar klopt het dat ons gesorteerd afval opnieuw op één hoop gegooid wordt?Volgens Etienne Cornesse van Net Brussel klopt dit niet. “Het klopt niet dat wij gesor-teerd afval op één hoop gooien bij de ver-werking ervan, integendeel. We hebben de afgelopen jaren geïnvesteerd in de werking van ons sorteercentrum. De sorteerlijnen zijn vervangen voor een nog betere sorteerkwali-teit. Daardoor is de werking van ons sorteer-centrum haast volledig geautomatiseerd.”Enkele jaren geleden werden de blauwe en de gele zakken nog samen opgehaald, maar ook dat is nu verleden tijd. “Sinds 2013 worden de blauwe en gele zaken afwisselend één keer per week opgehaald. De ene week is het de gele zak voor papier en karton, de week daar-op halen we de blauwe zak op met PMD (Plas-tieken flessen en flacons, Metalen verpakkin-gen en Drankkartons). We hebben over de verandering van het ophalingspatroon veel gecommuniceerd naar de bevolking.”Ondanks de communicatie blijven veel men-sen toch denken dat al het afval op één hoop

terechtkomt. Cornesse: “Het is moeilijk om uit te leggen waarom mensen dat nog steeds denken. Wat de verwerking van de blauwe zak betreft, dat gaat in zeven stappen. Eerst gaan de zakken door een zakkenscheurder zodat de inhoud vrijkomt. De volgende stap is dat we handmatig het fout gesorteerde af-val eruit halen. Nadien haalt een windzifter de blauwe zakken uit het afval. Vervolgens haalt een magnetische scheider de metalen verpakkingen eruit. De optische scheider haalt het kleurloze PET, het blauwe PET, het groene PET, de HDPE en de drankkar-tons eruit en sorteert ze. Dan gaat het afval naar de Foucaultstroom scheiderwind waar de aluminium verpakking uit het afval ge-haald worden. Het resterende afval doorloopt het hele proces opnieuw vanaf de magne-

tische scheider totdat alles gesorteerd is.”“De verwerking van de gele zakken telt min-der etappes, vier slechts. Eerst wordt het grote karton van het kleine papier en karton gescheiden. Nadien scheurt een zakken-scheurder de gele zakken open zodat het afval vrijkomt. Een optische scheider haalt het papier van verschillende kwaliteit er-uit en sorteert dit volgens gemengd papier, archiefpapier en kranten, brochures en de lege gele zakken. Tot slot doorloopt het res-terende papier en karton een handmatige controle.”Wie nog steeds niet kan geloven dat al ons afval gescheiden wordt, kan zelf eens een kijkje gaan nemen bij Recyclis en deelnemen aan een gratis rondleiding.

Michaël Michiels

SANDRA SCHREURS Uit SCHAARBEEK:

Klopt het dat ons gesorteerd afval weer op één hoop wordt gegooid bij de verwerking?

“Over de verandering van het ophaalpatroon hebben we veel gecommuniceerd”

Etienne Cornesse is woordvoerder van Net Brussel

[email protected] MENING

Fabeltje “Het is moeilijk om uit te leggen waarom mensen nog steeds denken dat de blauwe en gele zakken samen worden opgehaald,” zegt etienne Cornesse van net Brussel.

StEl ZElF jE vRAAg op BRUZZ.BE/Big CitY

TE KOOP: DE BEN-WONINGVAN VERMEERSCH CONSTRUCT

(E-PEIL 30 OF LAGER)

[email protected]

ASSESTEENWEG 25-29 1740 TERNAT TEL: 02-582.75.09 FAX: 02-582.79.24

RUBENSSTRAAT, LOT 1 EN LOT 5RUBENSSTRAAT, LOT 1 EN LOT 5TE GRIMBERGEN

© E

LKE

VAN

OOST

Page 13: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 13

© URBIOS.EU

De bevolkingsgroei en bijbeho-rende wooncrisis bedreigen veel groen in het Gewest, van volks-tuintjes in Watermaal-Bosvoorde tot groen in Haren en Vorst. Groen in Brussel is broodnodig, ook in ons eigen belang, betoogt stadsecoloog Régis Ursini.

“Toen de plannen voor de heraanleg van het Sint-Gillisvoorplein beken-draakten, zamelde de buurt meer dan 3.000 protesthandtekeningen in,” vertelt de Italo-Zwitserse stadseco-loog. “Overal in de stad zie ik pleinen opduiken die vooral zo functioneel mogelijk moeten zijn, en makkelijk te onderhouden.”Het levende heeft geen plaats meer in de stad, concludeert Ursini. “En dat terwijl de burger juist méér groen wil, omdat hij/zij er door zijn levensstijl juist minder van ziet.”Het kind heeft zelfs een naam: biofilie. “Als we in de publieke ruimte overal groen voorzien waar dat kan, dan heb-ben mensen minder stress. Studies to-

nen aan dat mensen rustiger en crea-tiever, en minder snel ziek worden door een struik of plant in de buurt.”“Mensen hebben nood aan natuur om hen heen. Een beetje groen in een ruige buurt, zelfs al is het maar een pocketparkje, doet geweld en crimi-naliteit dalen. Die parkjes zorgen voor sociale controle.”Meer natuur zou de Brusselaar ook een betere gezondheid opleveren. “Steden zijn ‘hitte-eilanden’, waar het warmer is dan op het omringende platteland en zwakkere mensen snel-ler overlijden. Bomen kunnen als air-conditioning werken, zelfs al zijn het er maar een paar. Door de klimaat-verandering zal het in de Vijfhoek 6 tot 9 graden warmer worden dan net buiten de stad. Het verschil tussen een straat met bomen en een zonder wordt 2 à 4 graden.”Hoe meer groen in de straten, op ge-vels en daken, hoe minder luchtver-vuiling, én hoe minder geluidsover-last. “Fijn stof dringt tot in de longen door en ontregelt het hele systeem.

Voortdurend lawaai veroorzaakt al-lerlei stressklachten, en die kun-nen ook leiden tot hartkwalen. Meer struikgewas en ander groen dempt het geluid.”Maar investeren in groen heeft ook uit stedenbouwkundig oogpunt zin. “Voor groen in de stad is voldoende water een vereiste. 90 procent van de grond van Brusselse gemeenten als Sint-Gillis en Vorst is vandaag ver-hard. Dat leidt tot overstromingen, die de burger handenvol geld kosten.”De overheid kiest ervoor om schaarse lapjes groen systematisch op te of-feren voor woningen, hoewel er nog veel kantoorgebouwen leegstaan. “Maar dat is economisch niet haal-baar. Brussel zou beter een voorbeeld nemen aan Parijs, dat systematisch bomen aanplant. Telkens als het ge-west weer wil bouwen in een groene zone, zou het een gedegen impact-studie moeten uitvoeren. Leefmilieu Brussel heeft veel ambitie, maar wei-nig middelen.” Sara De Sloover

“Bomen kunnen als airconditioning werken, zelfs al zijn het er maar een paar”

Régis Ursini, Stadsecoloog

‘De burger wil juist meer groen’

MIJN

GED

acht

REgiS URSiNi

De Italiaans-Zwitserse stadsecoloog Régis Ursini woont in Sint-Gillis en is gespecialiseerd in ecologi-sche bouwmaterialen. Hij promoot ook Biodivercity, een keurmerk voor bouw-projecten die rekening houden met biodiversiteit.

Volgens régis Ursini heeft groen het alsmaar moeilijker in de stad, een beetje zoals deze bomen in de Berkendaalstraat in Vorst en elsene.

Page 14: BRUZZ - editie 1520

ERIC MIN: “Evenepoel is een

schilder die de overgang naar

het modernisme belichaamt.”

SCHAARBEEK – Als Eric Min een schildersleven optekent, dan speelt Brussel daarin altijd een rol. Traditiegetrouw gaan we dan met hem op zoek naar de sporen van zijn onderwerp. Dit keer wan-delen we met de auteur van ‘James Ensor’, ‘Rik Wouters’ en ‘De Eeuw van Brussel’ een blokje om in Schaarbeek, waar de huizen staan die een rol speelden in de Brusselse episode van het bewogen leven van Henri Evenepoel (1872-1899).

14 I BRUZZ 1520 I DonDERDAg 28 ApRIl 2016

Portret van de kunstenaar als jongeman

LITERATUUR Eric Min schrijft biografie van vroeg gestorven Henri Evenepoel

VADROUILLE

Page 15: BRUZZ - editie 1520

DonDERDAg 28 ApRIl 2016 I BRUZZ 1520 I 15

Eric Min, Een schrijver in Parijs – Henri Evenepoel (1872-1899), uitgeverij De Bezige Bij, 512 blz., 34,90€

Voorstelling in Passa Porta Bookshop met Marc Didden en Eric Rinckhout op zondag 24 april 2016 om 11u in boekhandel Passa Porta, Dansaertstraat 46, Brussel.

“Elk boek komt voort uit een vo-rig,” antwoordt Eric Min als we hem in de Poststraat in Schaarbeek vragen naar zijn drijfveer om ditmaal de vroege modernist Henri Evenepoel weer tot leven te wekken in een

kunstenaarsbiografi e. “Na de biografi eën over Wouters en Ensor heb ik heel wat losse eind-jes samengebracht en enkele minder gekende fi guren belicht in mijn ‘biografi e’ van Brussel tussen 1850 en 1914. Daarna kreeg ik weer zin om me nog één keer op een fi guur te con-centreren die me intrigeerde.”We staan voor de Poststraat 87 in Schaar-beek omdat het in deze nog vrij landelijke, kleinburgerlijke buitenwijk van Brussel was dat Evenepoel zijn aanloop nam naar een kort kunstenaarsleven in Parijs. Een aantal adres-sen zijn van belang: De Lochtstraat 88, waar de familie Evenepoel aanvankelijk woonde; de Dupontstraat 87, waar ze iets later naar verhuist en waar Evenepoel zijn eerste atelier heeft; de Normaalschool voor Tekenkunst in de Warmoesstraat van Sint-Joost, waar Henri van zijn tiende tot zijn zeventiende avondles-sen volgt; de Brabantstraat, waar zijn nichtje Louise van Mattemburgh de Villegas op dat

moment woont; en de Haachtsesteenweg en de Koningsstraat, waar zijn rijke tante Sophie achtereenvolgens twee inmiddels verdwenen stadspaleisjes betrekt. Poststraat 87 is het adres van de Franse kun-stenaar en leraar Ernest Blanc-Garin, die Evenepoel aan het begin van zijn carrière on-der zijn hoede nam. Daarmee kennen we met-een een aantal sleutelpersonages uit de bio-grafi e, die tegelijk leest als een roman waarin subtiele verwijzingen naar Henri’s zwakke ge-zondheid en verboden liefde hun fatale scha-duw vooruitwerpen.

WenteltrapAan de gevel in de Poststraat is evenwel niet veel te zien, dus leidt Min ons via de minus-cule Kleine Hulpstraat naar de achterbouw. Hij heeft pas uitgelegd dat Blanc-Garin hier in 1883 eerst een schildersatelier liet aan-bouwen voor zijn mannelijke leerlingen, en daarna nog eentje voor zijn vrouwelijke, en dat de vrouwen de hoofdingang in de Poststraat gebruikten terwijl de mannen omwille van de goede zeden de zijdeur in de Hulpstraat bezig-den – of een vrouw die net het pand verlaat, raadt onze bedoelingen en laat ons binnen. Zo staan we plots in de negentiende eeuw, op een stemmig koertje met een oorspronkelijk houten afdakje, een oude, wat zieke, notelaar, en zicht op de twee grote ramen waarachter de bewuste ateliers gevestigd waren. Daar heeft heel wat schoon volk staan schilderen. Min: “Blanc-Garin had zich uitstekend geïn-tegreerd in het Brusselse culturele weefsel en was lid van de Cercle Artistique et Littéraire, waar vader Edmond Evenepoel hem heeft le-ren kennen. Als leraar bouwde hij een hele reputatie op want hij kreeg onder meer prin-ses Ghislaine de Caraman-Chimay, mevrouw Lambert de Rothschild, de schoonzus van dichter Emile Verhaeren en de echtgenote van architect Henry Van de Velde over de vloer.”Dat verhaal herinnert de bewoonster dan weer aan haar inmiddels overleden buur, die beweerde dat van hieruit een netwerk van kar-rensporen of zelfs galerieën richting Konink-lijk Paleis leidde. Dat verhaal kan Min helaas niet bevestigen. Wel herkent hij het stuk van de smeedijzeren wenteltrap die op het koertje staat. “Er bestaat nog een foto van Evenepoel met zijn medestudenten Jean Vanden Eeck-hout en Frédéric Mommen, een zoon van verf-handelaar Félix Mommen, geleund tegen de ijzeren wenteltrap op de binnenkoer.”

Rijke tanteTerwijl Min verdergaat met Evenepoels le-vensverhaal, trekken we verder naar de Du-pontstraat. Daar woonden de Evenepoels met vijf mannen: grootvader Jacques Charles, va-der Edmond, oom Charles, broer Maurice en Henri. Henri’s moeder had immers net als haar zoon last van een wankele gezondheid, en stierf toen hij pas twee jaar oud was. De enige vrouwen die over de vloer kwamen wa-ren de huishoudster en de fascinerende ‘tante Sophie’ Devis, de halfzuster van Henri’s moe-der. Zij was getrouwd met Charles-Auguste Fraikin, die steenrijk werd als de beeldhouwer van zowel de patroonheiligen en de allegorie-en op de gevels van het Brusselse stadhuis, als van het bekende standbeeld van de hertogen van Egmont en Hoorne. “Het paar woonde in een stadspaleis aan de

Haachtsesteenweg, maar beleefde geen fraai huwelijk en Sophie wilde scheiden. Daarmee was zij één van de eerste vrouwen in België die een echtscheiding aanvroeg. Maar net voor de uitspraak, in 1893, stierf Fraikin en erfde zij zijn enorme vermogen. Ze nam haar intrek in een appartement in de Koningstraat dat je als een klein Versailles zou kunnen omschrijven. En ze ontfermde zich over vader Edmond en zijn kinderen, door als een soort substituut-moeder te fungeren.”Het huis in de Dupontstraat is ook belangrijk omdat Evenepoel er zijn grootvader ziet ster-ven, terwijl zijn eigen kunstenaarschap als het ware geboren wordt. Min: “De doodstrijd van de oude man duurt lang, maar Evenepoel wijkt niet van zijn zijde en maakt aan het sterfbed schitterende portretten. Het voelt bijna alsof hij met al die sublieme schetsen de dood te-genhoudt.”In zijn brieven uit Parijs denkt Evenepoel wee-

moedig terug aan dit huis. ‘De rommel, de sterke geur van verf. Overal stof. Buiten blinkt de zon, op de voorgrond zie je het groen dat de heuvel afdaalt. In de verte de kerk van Laken, gevat in het onzekere blauw van de horizon.” Minstens twee keer heeft hij dat uitzicht uit zijn raam ook geschilderd, en ook het interi-eur van zijn atelier is verschillende keren het voorwerp van schetsen.’

Kleine CharlesHet is niet met het geld van tante Sophie, maar met de kleine erfenis van zijn eigen moeder dat Henri Evenepoel in 1892 van het Zuidsta-tion naar de Franse hoofdstad vertrekt. Daar neemt de symbolist Gustave Moreau de rol van mentor en beschermheer over van Blanc-Garin, die zijn pupil wel nog blijft volgen. In Moreaus atelier wordt Evenepoel bevriend met Henri Matisse en Georges Rouault. Een echte artistieke doorbraak komt er in ze-ven jaar Parijs echter niet. Privé liggen de za-ken ook niet eenvoudig, weet Min. “In Parijs huurt hij goedkoop een kamer bij zijn nichtje dat daar woont met haar man en haar twee kinderen. Dat nichtje is inderdaad dezelfde Louise met wie Henri in zijn tienerjaren al

eens heeft gefl irt. Haar man deugt natuurlijk niet, en Evenepoel begint een liaison waar zelfs een kind van komt: het is le petit Char-les, het jongetje dat geportretteerd wordt op het schilderij Charles met streepjestrui maar dat nooit de naam Evenepoel zal dragen.” Louise en Henri proberen de zaak stil te hou-den. “Het is niet geweten of haar man iets van de zaak afwist, maar het huis wordt in ieder geval te klein voor dat gedoe, en Henri’s vader, die wél iets in de gaten heeft, stuurt zijn zoon voor zes maanden naar Algerije. Zogezegd voor zijn gezondheid en voor inspiratie, maar ongetwijfeld ook om het koppel uit elkaar te halen. Dat verblijf heeft inderdaad mooie schetsen en werken opgeleverd, en tijdens zijn verblijf in Algerije krijgt Evenepoel zelfs een ten-toonstelling in Brussel die zijn vader van zijn kunnen zal overtuigen. Maar wanneer hij terugkeert uit Afrika heeft hij nog maar een lang jaar te leven. Louise besluit te scheiden en naar Brussel te komen in afwachting dat Henri haar daar zal vervoegen. Maar net voordat Evenepoel naar Brussel komt - om een baantje als decoratieschilder te zoeken? - wordt hij ziek in Parijs. Drie we-ken later gaat hij dood. In de krantenstukken die bij zijn dood verschijnen en waarin onder meer Fernand Khnopff een lijkrede houdt, is van Louise geen sprake.”

ModernistEn wat is Mins appreciatie van Evenepoels kunstenaarschap? Uiteindelijk heeft de man toch een indrukwekkend oeuvre van meer dan driehonderd schilderijen, tientallen etsen en duizenden tekeningen nagelaten. Terwijl in de archieven ook nog eens talrijke schetsboekjes en bijna duizend foto’s zitten die hij met zijn kleine Kodak-boxcamera nam, en bijna vier-honderd brieven, hoofdzakelijk gericht aan zijn vader Edmond. “Evenepoel is een schilder die de overgang naar het modernisme belichaamt. Charles met streepjestrui is wat dat betreft een sleutel-werk. In bekende schilderijen als De Spanjaard in Parijs of het Portret van Paul Baignières is Evenepoel eigenlijk nog een klassiek por-tretschilder. Maar Charles met streepjestrui schildert hij om te beginnen naar een foto die hij zelf gemaakt heeft, en dat beeld transfor-meert hij tot een prachtig modernistisch werk. Zo laat hij delen van de achtergrond weg om in te vullen met monochrome kleurvlakken.”“Dat doek uit 1898-1899 wordt een van de eerste moderne werken uit de kring waarin hij zich ophoudt. In die periode verwijt hij zijn vriend Matisse, later een van de grootste artiesten van de twintigste eeuw, trouwens ‘namaakimpressionisme’, dat niets te maken heeft met de wereld zoals hij die ziet.”

Michaël Bellon

©ID

/SAN

DE D

E W

ILDE

“Evenepoel schilderde schitterende portretten aan het sterfbed van zijn grootvader”Eric Min, auteur

Portret van de kunstenaarals jongeman

EEN SCHILDER IN PARIJS

Page 16: BRUZZ - editie 1520

16 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

ELSENE - Wie zijn klasje of kroost nog niet meenam naar De Kinderstad in het Fonds pour l’Architecture, kan op woensdag 25 mei op kennismakingsbezoek. De aanvan-kelijk tijdelijke expo is wegens succes gebleven en richt zich nu ook op Nederland-staligen binnen en buiten Brussel.

de kindeRstad De tijdelijke expo

is wegens succes verlengd. Kinderen

leren er over architectuur, met

veel voorbeelden uit Brussel.

© MANDRAGORE-MICHEL BRIES

‘Van voetenkrabber tot steigergat’

eXPO De Kinderstad in het Fonds voor de Architectuur

ADVERTENTIE

“Verrassing!” zegt de gids Inge Taillie, op de vraag wat ze de jonge bezoekers wil meege-ven tijdens een tocht door De Kinderstad. “Als je voor een huis staat, maak je je ook een

voorstelling over hoe het binnen zal zijn. Als je dan binnengaat, zou de architect er moe-ten in slagen te verrassen.” Daarom vraagt ze de kinderen altijd naar hun verwachtingen van een stad vooraleer ze door de lage - volwassenen: búkken - deur-tjes stappen. Wat ze ook wil meegeven, aangepast aan het niveau van kinderen van 6 tot 15 jaar, is weetjes over de structuur, de textuur en zelfs het lichtgebruik van de stad: “Met de nieuwe glastechnieken brak de art nouveau met de traditie van de drie opeenvolgende kamers. En de sgraffitotechniek laat zien hoe je door versieringen in de verschillende lagen te krassen een kleurenpalet krijgt.”Je kan een wandeling bijbestellen naar het Tasselhuis van Victor Horta en het Ciamber-lani huis van Paul Hankar, en een workshop waar de kinderen na alle opgedane inspiratie zelf gevels ontwerpen.

Al spelendIn elke module in De Kinderstad - ont-spannen, wonen, leren en werken - kan er gespeeld worden. Kleinere kinderen rang-schikken de woon- en kantoortorens van

Brussel van klein naar groot, pubers die van vintage houden worden aangetrokken door het design van de stoelen waarbij ze de over-eenkomstige bouwstijl moeten zoeken. En groot en klein amuseert zich met de juiste woorden linken aan de architectuurelementen van een grote ma-quette van een herenhuis. Nu wijst zelfs al de vierjarige kleindochter van directrice An-ne-Marie Pirlot de décrottoir, de voetenkrab-ber, aan op de stoep. Maar wie kent ook nog het oeil-de-boeuf, de latei en het steigergat? Pirlot schreef samen met Maurice Culot een (Franstalige) catalogus om in de klas of thuis verder mee aan de slag te gaan. Net zoals op de expo wordt geput uit vele Brusselse voorbeelden, van historische tot hedendaagse (of futuristische). Van de spa-ghettilijnen van de Mirano-cinema in Sint-Joost tot het project van de Arenbergcinema op de site van Wielemans-Ceuppens, van een ontwerpschets uit 1953 van de rotonde in de Louizagalerij tot het hedendaagse com-plex Le Toison d’Or. Luc Schuiten toont eenzelfde straatzicht in 1850, 1900, 1950, 2000 en 2050: “Er komt steeds meer variatie in de architectuur, steeds minder en dan weer meer groen, de waterfonteintjes verdwijnen gaandeweg, en zullen er tegen 2050 geautomatiseerde huurwagentjes rondrijden?” Ook de kortfilm van Pathé uit 1910 met de avonturen van de ketjes Marcel en Jeanne wil je meer dan een keer bekijken. Zoeken naar de verschillen met nu op het Koningsplein, het De Brouckèreplein of de Grote Markt. Taillie maakt de jeugd attent op de trans-portmiddelen, de kledij, zelfs op de koffers.

Bedenkers en doenersEen ontwerptekening uit 1960 van Robert Schuiten van een woonerf in Ukkel heeft een luifel in lumineus sixtiesblauw, maar zijn de perspectieftekeningen en de grondplannen van architecten niet voor de gevorderde stu-dent? Taillie vindt van niet: “Je ziet hier de verschillende werkinstrumenten van de ar-chitect, nu al zeldzaam geworden door com-puterprogramma’s in 3D. Door een maquet-te van het huis van Paul Hankar uit 1893 kan je dwars door het eerste huis in art nouveau kijken. Maar naast de bedenkers van de ge-bouwen, heb je ook nog de ambachtslui van het erfgoed van de stad.” Je kan keramische tegels of celbeton raden

op de tast, of gereedschap bij de juiste per-soon leggen: puntbeitel bij de steenhouwer, spatel bij de stucbewerker. Blikvanger is een gered exemplaar van een smeedijzeren hek met draken. Wie na de expo een krul aan een gevel opmerkt, ziet daar voortaan ook de smid achter. An Devroe

> www.fondationpourlarchitecture.be

OP ZOEK NAAR EEN OPLEIDING?ONTDEK SNEL ONS NIEUW AANBOD.

OPENLESWEEKMAANDAG - ZATERDAG 23 - 28 MEI

Surf naar www.syntrabrussel.be en schrijf je in vanaf 1 mei.

“Je kan dwars door de maquette van het eerste huis in art nouveau van Paul Hankar uit 1893 kijken”Inge Taillie, gids

Page 17: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 17

“Philippe Favier (1957) is een plaaggeest die ons waarheden als onze sterfelijkheid en ij-delheid (vanitas) voorhoudt zoals destijds de hofnar de vorst,” zegt Daniel Abadie die in hetzelfde Erasmushuis ook al de curator was van de Alechinsky-expo: “Velen denken dat hedendaagse kunst alleen over het heden gaat, maar in deze kunst is het verleden ge-absorbeerd. Dit huis is zo’n brug tussen het verleden en het heden.”

PapiervisjeEen antifonarium van de Sint-Guidokerk, dat is een handschrift met antifonen of beurtzan-gen uit de liturgie, laat zien hoe Favier tekeer ging met zijn eigen achttiende-eeuws Antip-honarium de Sottet. Zoals een boekworm of papiervisje inkt onberoerd laat en zich enkel aan het bladmoes tegoed doet, zo vult Favier in horror-vacuistijl de lege plekken tussen de muzieknotatie en de Latijnse verzen. In de vierlijnige notenbalken stapelt hij bontge-kleurde skeletten en de neumen (Gregoriaan-se muziektekens) dienen als zitjes of sokkels voor allerlei fabeldieren die jojoën, op wieltjes rijden, of iets te zeggen hebben, zij het met lege tekstballonnetjes. Allerlei vegetaties en celachtigen doen de bladspiegel vibreren.

In tijden van opgeblazen kunst is het een ver-ademing om je nog eens alleen voor een werk te bevinden. Op de A3-vellen in de Renaissan-ce(Bosch)zaal is heel wat te ontdekken, een beetje een Waar is Wally?-zoekboekervaring.“Wat een plezier om op dat oude papier inkt en waterverf aan te brengen,” de tekenaar heeft het graag over het tekenproces zelf: “Bibliofielen gruwen ervan dat je aan oude manuscripten zit, maar de tijd - wormen en vocht - had ze al aangetast. Nee, met de mu-ziek zelf of de betekenis van de verzen hield ik geen rekening, ik eigende ze mij toe.”

Oude dragers De Franse filosoof en schrijver Michel Butor (1926) dacht aan Les griffonages de l’écolier van Victor Hugo toen hij een gedicht bij dit werk van Favier werk schreef. Een fragment uit Butors gedicht: “In de klas van het oude ly-ceum/als de vakantie in aantocht is/de ramen op een kier gezet/om wat lucht binnen te laten/stortte een vogel zich tegen de ruit/en blanco marges kweken kiemen/van verlangen naar een verblijf/aan zee of in de bergen”.In de Frescozaal is ook Faviers reeks Orlanda furioso (à C. Nez) te zien. Dit keer koos hij als drager platen uit een inventaris van por-

tretgravures uit het Kasteel van Versailles. Als een bezetene schilderde hij ze helemaal zwart, op het gezicht, de handen of soms de ogen na. Daarna verdierlijkte hij wat overbleef met een vacht, staarten, of een slangentong. Met braille en bolletjes rode verf, clownsneus of jongleerballen bracht hij reliëf aan, “om de zwakte van de platte tekening op te heffen.” De nummertjes en verklarende uitleg in ps-eudo-Latijn of -Frans verwijzen nergens naar. Als bezoeker betrap je je erop dat je tekst en tekens steeds weer probeert te ontcijferen. Ze herinneren aan de minutieuze tekeningen van de geïllustreerde Encyclopedie van Diderot en d’Alembert, die Favier een van de mooiste boeken op aarde vindt. Niets gaat verloren.

An Devroe

eXPO De paradox van de gek in het Erasmushuis

Vanitas om vrolijk van te worden

“Bibliofielen gruwen ervan dat je aan oude manuscripten zit, maar de tijd had ze al aangetast”Philippe Favier, kunstenaar

© FRANCOIS FERNANDEZ

ANDERLECHT - In het Erasmushuis is het vanitaswerk van de hedendaagse Franse kunstenaar Philippe Favier te gast. Het oude zangboek dat hij verluchtte met bonte skeletten en fabeldieren is op zijn plaats in deze omgeving van Vlaamse en Nederlandse schilderkunst.

Sociale Verhuurkantoren (SVK)

Gegarandeerde huur elke maand

Verzekerd verhuurbeheer

Onderhoud van uw woning

www.fedsvk.be02 412 72 44

a

a

a

a

a

Verhuur uw woning

zonder risico en zonder zorgen

Hulp bij renovatie

Fiscale voordelen

 

 

   

 De  vzw  FE.BI    

(Vereniging  van  de  federale  en  bicommunautaire  sociale  fondsen  van  de  social  profitsector)  coördineert  verschillende  sociale,  paritair  beheerde  fondsen  die  vooral  actief  zijn  op  het  vlak  van  

vorming  en  tewerkstelling  in  de  sectoren  van  de  gezondheidszorg.    

 De  vzw  FE.BI    

(Vereniging  van  de  federale  en  bicommunautaire  sociale  fondsen  van  de  social  profitsector)  coördineert  verschillende  sociale,  paritair  beheerde  fondsen  die  vooral  actief  zijn  op  het  vlak  van  

vorming  en  tewerkstelling  in  de  sectoren  van  de  gezondheidszorg.    

   

 

 

     

Zoekt  een  directeur  

(m/v)  

 

 Voor  een  team  van  30  medewerkers  zijn  we  op  zoek  naar  een  directeur  met  sterke  leidinggevende,  organisatorische  en  communicatieve  vaardigheden.  Je  hebt    relevante  ervaring  in  de  social  profit  en  bij  voorkeur  ook  ervaring  als  leidinggevende.  Ervaring  met  vormings-­‐  of  tewerkstellingsprojecten  en  –acties  is  een  pluspunt.    Dankzij  je  sterke  analytische  en  synthetiserende  vaardigheden  gecombineerd  met  een  kritische  en  proactieve  instelling  kan  je  verschillende  projecten  uitwerken,  coördineren  en  tot  een  goed  eind  brengen.  Je  bent  een  peoplemanager  met  een  luisterend  oor.    Gezien  je  zal  werken  in  een  tweetalige  omgeving  moet  je  je  uitstekend  in  het  Nederlands  en  het  Frans  kunnen  uitdrukken,  zowel  mondeling  als  schriftelijk.    Je  bent  in  staat  je  team  dagelijks  te  enthousiasmeren  en  motiveren  en  hebt  ervaring  met  algemeen  financieel  beheer.    Je  kan  onderhandelen  in  een  paritair  beheerde  structuur.        

 

 Interesse?  

 

We  bieden  een  gevarieerde  job  in  een  boeiende  sector.  Een  voltijds  contract  van  onbepaalde  duur.  Een  aantrekkelijk  loon  gebaseerd  op  de  barema’s  van  het  paritair  comité  330,  aangevuld  met  extralegale  voordelen.    

   

Meer  info  over  de  functie  en  het  gezochte  profiel  op  www.fe-­‐bi.org    Mail  voor  31/01/2016  je  cv  en  motivatiebrief  naar  info@fe-­‐bi.org  

Contactpersoon:  Cathy  De  Smet,  adjunct-­‐directeur  –  Sainctelettesquare  13/15  –  1000  Brussel  *  cds@fe-­‐bi.org    

 

De vzw FE.BI

(Vereniging van de federale en bicommunautaire sociale fondsen van de social profitsector) coördineert verschillende sociale, paritair beheerde fondsen die vooral actief zijn op het vlak van

vorming en tewerkstelling in de sectoren van de gezondheidszorg.

Zoekt een directeur

(m/v)

Voor een team van 30 medewerkers zijn we op zoek naar een directeur met sterke leidinggevende, organisatorische en communicatieve vaardigheden. Je hebt relevante ervaring in de social profit en bij voorkeur ook ervaring als leidinggevende. Ervaring met vormings- of tewerkstellingsprojecten en –acties is een pluspunt. Dankzij je sterke analytische en synthetiserende vaardigheden gecombineerd met een kritische en proactieve instelling kan je verschillende projecten uitwerken, coördineren en tot een goed eind brengen. Je bent een peoplemanager met een luisterend oor. Gezien je zal werken in een tweetalige omgeving moet je je uitstekend in het Nederlands en het Frans kunnen uitdrukken, zowel mondeling als schriftelijk. Je bent in staat je team dagelijks te enthousiasmeren en motiveren en hebt ervaring met algemeen financieel beheer. Je kan onderhandelen in een paritair beheerde structuur.

Interesse?

We bieden een gevarieerde job in een boeiende sector. Een voltijds contract van onbepaalde duur. Een aantrekkelijk loon gebaseerd op de barema’s van het paritair comité 330, aangevuld met extralegale voordelen.

Meer info over de functie en het gezochte profiel op www.fe-bi.org Mail voor 16/05/2016 je cv en motivatiebrief naar [email protected]

Contactpersoon: Cathy De Smet, adjunct-directeur – Sainctelettesquare 13/15 – 1000 Brussel [email protected]

ADVERTENTIES

Expo De paradox van de gek tot 25 september in het Erasmushuis, Kapittelstraat 31, 1070 Anderlecht, > www.erasmushouse.museum

Abracadavra (Faviers reeks visitekaartjes) tot 7 mei in Le Salon d’Art, Munthofstraat 81, 1060 Sint-Gillis

Page 18: BRUZZ - editie 1520

18 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

“Elke collega-journalist zei dat ik gek was toen ik drie jaar terug het liefelijke Malmedy – na ja-ren van vier uur pendelen per dag - verliet voor Anderlecht.” Gerd Zeimers is de enige Brus-seljournalist van de Duitstali-

ge krant GrenzEcho. “Maar als ik ‘s zondags vijf kilometer te voet ga, van Bizet tot hartje stad, langs de Bergensesteenweg, dan leef ik als in een droom met gratis cultuurtheater. Enkel in de Bronx kan je een soortgelijke er-varing beleven, al heeft Brussel veel meer na-tionaliteiten te bieden dan New York.”“Onze Duitstalige gemeenschap: dat zijn 80.000 mensen in negen gemeenten met fa-ciliteiten voor Franstaligen, maar die vormen geen issue. Het samenleven loopt er gemoe-delijk. Weten zij veel hoe het leven in Brussel is? Die stad maakt me elke dag vrolijk. In de geest van de mensen ligt de hoofdstad ver, ook al is 150 kilometer vlakbij. Niets vreemds.”

“Wat is de betrokkenheid van iemand uit Aken met Berlijn? Of van een Fransman uit de Côte d’Azur met Parijs? Dat is vergelijkbaar met de betrokkenheid van iemand uit Eupen met Brussel. In Brussel gebeurt alles: politiek, economisch, cultureel en maatschappelijk.”“Brussel is geen stad of metropool, maar een ‘iets’, dat voor vergaande consequenties zorgt. Alle belangrijke beslissingen hebben impact op mijn regio. Ik moet de brede waai-er tonen, de complexiteit van alle structuren ontrafelen, analyseren en becommentarië-ren. De affaire-Galant, een interview met de Proximus-baas, de fusie van politiezones. En criminaliteit? Die hoort bij elke grootstad. Viezigheid op straat daarentegen niet.”“Neem nu de opening van het MIMA, het museum van de 2.0-cultuur in Molenbeek. Uniek in de wereld! De lezers van GrenzEcho mogen ook positiefs nieuws vernemen na de tsunami aan media-negativisme. Alles is een kwestie van perceptie. Wel moet ik uitleg-

gen waarom Molenbeek door de wereld een jihad-city en België een failed state genoemd wordt. Honderd jaar terug noemde de wereld Molenbeek het kleine Manchester. Het was de economische motor van Brussel. Nadien vond de wereld ons sympathiek, nice and funny en surrealistisch: met Manneken Pis, Magritte en Kuifje. We zijn verdorie geen failed state, de VS hebben veel meer schulden. Wat we dan wel zijn: cool, altijd!”“Maar we moeten wel lessen trekken uit het verleden. We moeten toegeven dat er iets

voorafgegaan is aan de terreur van 22 maart 2016. Daar moeten politici de uitleg over ge-ven. En nadien, avanti. Brussel mag aan Eu-pen eens uitleggen of de complexe structuren in dit land, met overlappende administraties, een van de redenen zou kunnen zijn dat ons het failed state-stigma wordt opgespeld. De zes politiezones in Brussel hebben evenveel met de Rand als met Eupen te maken. Alles draait om macht – en bij ons is dat versnipper-de macht. Daar ligt het probleem.”“Ondertussen kick ik van de multicultura-liteit in de croissant pauvre over het kanaal. Ik wou eerst in Elsene, Ukkel of de Woluwes iets kopen. Ik zou dan vertrouwd zijn met het kleurloze, saaie Joséphine-Charlotte-metro-station. En enkel voor een persconferentie naar Anderlecht afzakken. Dat zou pas jam-mer zijn geweest. Nu bloei ik volop, dankzij de buurtdiversiteit. Die mix van Brusselaars maakt me iedere ochtend goedgeluimd.”

Jean-Marie Binst

In de geest van de inwoners

van de Duitstalige Gemeenschap is de hoofdstad ver weg, ook al is 150 kilometer vlakbij”

“ We zijn verdorie geen failed state. Brusselaars zijn cool, altijd!”

ENFANT TERRIBLE GERD ZEIMERS

© SASKIA VANDERSTICHELE

GERD ZEIMERS51 jaar en sinds 2006 correspondent Brussel voor het Duitstalige dagblad GrenzEcho.Ruilde met zijn Russische vrouw en dochter (Solvay-studente) zijn huis in Malmedy voor een appartement in Anderlecht. Verkocht meteen zijn Lexus.

coRRESPoNDENT BRUSSELGRENZEcHo

Page 19: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 19

De rijstbouw zou in Europa zijn ingevoerd door de Ara-bieren, nog voor het jaar 800.

Het recept voor de rijstpap die hier gegeten wordt sinds de tijd van Keizer Karel, kwam uit Spanje, land van de Moren, maar ook in Sicilië waren ze al vroeg met de rijstcultuur begonnen. In de Po-vlakte begon het wat later en ten slotte werd er af en aan rijst geteeld in de Camargue, de delta van de Rhône. Onze voorouders moesten dus geen rijst gaan halen in Indië of China, waar de plant oorspronkelijk vandaan komt.De risotto is eigenlijk een rijstpap, maar in tegenstelling tot onze volkse traditie gaat het om een pap van gebakken rijst en meestal ook nog om een hartige, al kennen ze daar over de Al-pen ook zoete risotti. Het gerecht is helemaal niet typisch Ita-liaans. Het is daarvoor veel te verwant met de paella uit Spanje (Valencia is een rijstgebied). Pilav, het heilige voedsel van de Janitsaren uit het Ottomaanse Rijk, wordt op dezelfde manier gemaakt en ook in Perzië en Indië bakt men rijst, tot en met de nasi goreng (letterlijk: gebakken rijst) van de Indonesiërs, maar die laatste wordt eerst gekookt, en dàn pas gebakken.Ik herinner mij mijn eerste bestelde risotto in Rome, het was in de buurt van het Termini-station. Er stond op de kaart ri-sotto alle nocciole en ik kreeg een bijzonder romig voorgerecht, helemaal wit, met castelmagno-kaas en gesnipperde verse, bijna groene hazelnootjes. Rijst, castelmagno en hazelnoten zijn kenmerkend voor het Noord-Italiaanse Piëmonte. De ha-zelnootreus Ferrero (Nutella!) is ook thuis in die streek. De rijstkorrels waren langs buiten bijna tot pap gewreven, maar met nog stevige kernen. Later vroeg ik aan een vriendin uit Italië hoe je ‘echte’ risotto klaarmaakt. En wat ik te zien kreeg, was een bereiding die ik eigenlijk al maak sinds mijn studententijd, wanneer ik alleen voor mezelf moet koken.

Haar risotto was helemaal niet romig. Maar evengoed lekker. Hoe sneller men kookt, hoe minder men roert, hoe meer de rijstkorrels apart zullen blijven. Romige (papperige, maar dat klinkt niet smakelijk) of droge risotto, de keuze ligt bij de kok.Voor een risotto/paella/pilav nemen we een brede, ondiepe pan waaruit vocht snel kan verdampen. We beginnen met rijst aan te bakken in een soffrito, dat kan enkel van gehakte ajuin, soms komen er ook gehakte worteltjes en peterselie bij. Elke rijst is bruikbaar, het hoeft echt niet altijd arborio, carnaroli of exclusieve vialone nano te zijn. Maar ook weer geen kleefrijst! Bakken gebeurt in boter, niet in olie (dit is Noordelijke keu-ken). De rijst wordt verhit tot die doorzichtig is, maar niet bruin! Blus met een glas wijn en laat al roerend uitdampen. Dan moet er goede bouillon bij, beetje bij beetje, pollepel per

pollepel, onder constant roeren en inkoken. De kwaliteit van de bouillon is bepalend voor het resultaat. Welke bouillon gebruikt wordt, hangt af van de ingrediënten die er straks bij gaan. Zorg ervoor dat de bouillon niet te sterk gekruid is. Let op met zout, want de hele soep wordt volledig uitgedampt en de smaken gaan zich concentreren, het zoutgehalte ook.Dan gaat de ‘toespijs’ erbij. Wanneer hangt af van hoelang die nog moeten garen. Je kan een risotto voorzien van enkel wat karaktervolle groenten, zoals witloof , groene asperges of Ita-liaanse bittere groenten als catalogna of de cime di rape die nu nog op de markt te vinden zijn. Risotto is ook een uitgelezen manier om dure ingrediënten ‘aan te lengen’. De rijst neemt dan het parfum op van bijvoorbeeld morieljes (nu in het sei-zoen) of bottarga (harderkaviaar). Je kunt met kleur spelen, met tomaat of inkt van de zeekat, die zwarte risotto oplevert. Ten slotte kun je er restjes in verwer-ken, of stukjes geurige worst of hesp. Op het einde wordt er ge-raspte kaas aan toegevoegd en nog een flinke klont boter. Voor het opdienen wordt alles krachtig geroerd met de houten lepel. “Mantecare” heet dat proces, wat de Spaanse roots van de ri-sotto bewijst: manteca / mantequilla is Spaans voor vet/boter. Eén van de eenvoudige oerklassiekers is risotto alla Milanese, volgens de legende zelfs uitgevonden door een Vlaming. De rijst (arborio) wordt aangebakken met gehakte ajuin, geblust met een glas wijn. Dan gaat er saffraan bij (getrokken in wat hete bouillon). Roerend laten garen met bouillon. Mantecare met boter en Parmezaanse kaas. Meesterkok Gualtiero Mar-chesi serveert dit met bladgoud bovenop, een oud gebruik uit de renaissance. Smakelijk.

“Romige of droge risotto, de keuze ligt bij de kok”

Brussel en de wereld culinair ontdektNICK TRACHET

ADVERTENTIE

De hele reeks nalezen? > BRUZZ.be/trachet

Vastgoedprojecten op toplocaties02/201 00 01

www.thechambon.be

CHAMBON. EEN LUXERESIDENTIE OP EEN HISTORISCHE SITE IN HARTJE BRUSSEL

RESIDENTIAL

SERVICES

INCLUDED

Aanbod van praktische

en persoonlijke diensten

NU 2 JAAR

GRATIS

WOON IN EEN ICONISCH PROJECT EN WORD BEDIEND OP UW WENKEN

• EEN VASTE WAARDE OP EEN UNIEKE LOCATIE

• Uniek historisch erfgoed: een duurzame investering

• Prime location in het hart van de Europese hoofdstad

• Met exclusief dienstenpakket

• Een “once in a lifetime opportunity”

De majestueuze hoofdzetel van de voormalige ASLK, gelegen tussen het Muntplein en het Martelarenplein, wordt in al zijn glorie hersteld dankzij een prestigieuze reconversie tot luxe -residentie. Dit unieke project, de Chambon, combineert historische grandeur met hypermodern comfort. Met als absolute primeur een exclusief pakket aan diensten: de Residential Services.

Page 20: BRUZZ - editie 1520

20 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

Veertig jaar geleden staken een aantal muzikanten die jazz en aanverwante muziek speel ­d en, de koppen bij el kaar om een eigen vere ni ging op

te richten en op te komen voor hun belangen. Plaats van het gebeuren: villa Hortense in Hoeilaart. En aan­gezien ze daar elke maan dagavond vergaderden, was een naam vlug gevonden: Les Lundis D’Hortense (LDH). Tweejaarlijks wordt een nieuwe raad van beheer en een nieuwe voorzitter gekozen of herkozen. Sinds 2015 kreeg de jonge pianiste Eve Beuvens (°1978) deze functie toevertrouwd.

Wat is het belang van een vereniging als Les Lundis D’Hortense anno 2016?EvE BEuvEns: De missie blijft dezelf­de: promotie en distributie van de

jazz. De context is wel radicaal ver­anderd. Om te beginnen zijn er nu meer muzikanten. Veertig jaar gele­den zat jazz ook nog helemaal in het verdomhoekje en was het voor velen een marginaal fenomeen. Dat is nu gelukkig al iets minder het geval. We krijgen ook ruimere aandacht in de media en er wordt meer en meer jazz geprogrammeerd in culturele centra. Zelf hebben we ondertussen een eigen magazine (Le Jazz d’Hor-tense, gtb) en zijn actief op verschil­lende sociale media. We zorgen ook voor de website www.jazzinbelgium.com. waar heel de actualiteit van de Belgische jazz terug te vinden is.

Waarom kwam er pas na vier decen-nia een vrouwelijke voorzitter?BEuvEns: (lacht) Het jazzmilieu blijft voorlopig nog een overwegend man­

nelijke wereld maar er komt stilaan kentering.

Tegenwoordig wordt de term jazz nogal heel breed uitgerokken. Fout of niet?BEuvEns: Dat is heel goed. Wat is jazz tenslotte? Jean­Paul Schroeder (stu­wende kracht achter Maison du Jazz in Luik, gtb) wist het onlangs goed te verwoorden: al de andere stijlen geraken opgesplitst in zeer enge specialisaties, een trechtereffect als het ware, terwijl de jazz net het te­genoverstelde doet en continu breder gaat door steeds meer invloeden te absorberen. Zo is jazz tenslotte ontstaan, een mengvorm van invloeden. Improvi­satie blijft daarbij belangrijk, maar vooral ook de vrijheid en de dialoog tussen de muzikanten zijn tekenend.

Hoe zit het met de jazzscene in Brus-sel?BEuvEns: Die bloeit volop. De centrale geografische ligging speelt daar een belangrijke rol in. Uit alle naburige landen komen jongeren naar België om te studeren en ze blijven hier daarna vaak rondhangen. De sfeer is tevens veel relaxter tegenover Pa­rijs, waar rivaliteit en competitiviteit overheersen. En we hebben toch een aantal clubs waar we fier op mogen zijn: Sounds, Jazzstation, Music Vil­lage en Bravo. Daarnaast heb je ook de grote con­certzalen die regelmatig jazz op de affiche zetten, zij het vooral de inter­nationale namen. Het zou mooi zijn mochten Belgische artiesten meer ruimte krijgen op deze podia en dat bekende sterren in kleine clubs zou­den spelen. Dan wordt het echt inte­ressant voor iedereen.

De veertigste verjaardag wordt ge-vierd met vier concerten op vier ver-schillende plekken. Wie en wat mo-gen we verwachten?BEuvEns: De belangrijke rode draad is de wisselwerking tussen jonge en oudere muzikanten. We willen het belang van de vorige generatie aan­tonen. Zonder hen zouden wij hier nu niet staan. Heel wat programmators vergeten dat vandaag en plaatsen al­leen nog de jonge en hippe groepen op hun affiche. Jazz was altijd al ge­baseerd op orale traditie. Voor onze feestdag vertolkt de jon­ge Bravo Big Band daarom werk van Michel Herr, een van de grondleg­gers van LDH. Andere anciens die aan bod komen, zijn Charles Loos en Jean­Louis Rassinfosse die de heruitgave op cd vieren van Sava, de eerste vinylplaat indertijd van het LDH­label. Er is tevens een homma­ge aan Pierre Van Dormael en Michel Hatzigeorgiou, met Aka Moon een van de vernieuwers van de Europese jazz, krijgt een carte blanche.

De internationale jazzdag op 30 april zit eveneens vervat in het program-ma. Wat stelt de Belgische jazz voor op internationaal vlak?BEuvEns: Het grote probleem is de nederigheid van de Belgen. Daar­naast zou de overheid meer geld moeten vrijmaken voor de promotie van Belgische jazz. Op de interna­tionale jazzmeeting in Bremen bij­voorbeeld zijn er standen waar je niet naast kan kijken. Veel landen hebben ook exportbureaus en professionele omkadering voor jazzmuzikanten, allemaal gesubsidieerd. Wij Belgen moeten het doen met zeer weinig middelen. Laten we nochtans niet vergeten dat jazz toch heel wat mensen tewerkstelt en zo een be­langrijke economische troef is.

Georges Tonla Briquet

jaZZ BELANGENVERENIGING LEs LuNdIs d’hoRtENsE BEstAAt VEERtIG JAAR

‘De Brusselse jazzscene bloeit volop’ BRUSSEL - Les Lundis d’hortense, de Belgische vereniging

van en voor jazzmuzikanten, viert haar veertigste verjaardag. Meteen wordt ook de Internationale Jazzdag (30 april) in het feestprogramma opgenomen. Bovendien hebben ze voor de eerste keer een vrouwelijke voorzitter.

40 JAAR LES LUNDIS D’HORTENSEVan 27 tot 30 april: 40 jaar Les Lundis D’Hortense op diverse locaties.1 concert € 12 / Pass 4 concerten € 36Expo 40 jaar LDH in Jazzstation> www.leslundisdhortense.be en > www.jazzinbelgium.com

“De overheid moet meer geld vrijmaken voor de promotie van Belgische jazz”Eve Beuvens, voorzitter Les Lundi’s d’Hortense

les lUndis d’hoRtense hebben voor het eerst in hun bestaan een vrouwelijke voorzitter: de jonge pianiste Eve Beuvens.

© S

ASKI

A VA

NDER

STIC

HELE

Page 21: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 21

KONINKLIJKE SERRES, LAKEN, WOENSDAG 20 APRIL, 10.00 UUR Failed state? In de wijde omgeving van de stulp­met­stolp van hunne koninklijke majesteiten is daar niet veel van te merken. Ondanks alle waarschuwingen dat het in België gevaarlijk is, zijn tal van toeristen in de rij komen staan, hunkerend naar de geur van meststof en begonia’s in de morgen. Alle agenten die elders niet kunnen worden ingezet staan hier om de liefheb­bers van groen en royalty eerst over de Koninklijke Parklaan, en dan door een grondige security check te krijgen. Iedereen volgt gedwee de procedures, en dat verdient een bloemetje.Als u de Koninklijke Serres nog nooit bezocht heeft, moet u het zeker eens doen. Voor de democratische prijs van twee en een half euro mag u uw neus in een brandkast vol planten­rijkdom en bloemenweelde steken. Het deel van het parcours voor het betreden van de eigenlijke serres is mij eigenlijk nog het liefst. Even binnen gluren in de leegstaande vleugels van het paleis, en profiteren van de vergezichten op het domein – met zijn glooiend en gemaaid gazon, zijn vijvers, paviljoentjes, bosschages, en decoratieve landschapselementen zoals de Ja­panse toren en Congoserre. Het is een riant lusthof dat zowel te hooi en te gras als in de boskes verschillende opties biedt. Zeker onder een stralende zon staat den hof van het Hof garant voor onbeperkt tuin­, dier­ en bakplezier.Ook wanneer je dan de eigenlijke serres binnenstapt, overvalt je een gevoel van weelde en weldaad. Warmte en water zijn getranssubstantieerd tot de fine fleur van de flora, met rotspar­tijtjes en riviertjes, mostapijtjes en nat grind. In het zompige zonlicht zijn de groenste vingers van het koninkrijk perma­nent bezig met snoeien, stekken en het aanharken van paadjes. Honderden leitabletjes zijn volgeschreven met Latijnse namen die allemaal rijmen op Arcadia: Camelia, Magnolia, Sophora Japonica Pendula, Fabiola en Paola.

Ik weet nog wat ik tijdens een vorig bezoek aan de serres vond. Dat deze stille pracht die voortkomt uit toewijding en vakman­schap wellicht alleen maar onder deze omstandigheden kon gedijen en de monarchie bijgevolg bestaansrecht gaf. Het ko­ninklijk domein wordt onderbenut door de happy few, maar in

het aanschijn van zoveel schoonheid leek rendementsdenken me en misplaatst. Zet je hier voor iedereen de deur open dan verwelkt alles. Democratiseren is in dat geval devalueren.Maar vandaag steekt tussen het groene kroos en de effici­ente bodembedekkers hetzelfde monstertje de kop op dat de beweegredenen van veel republikeinen in mijn ogen altijd automatisch verdacht maakte: jaloezie. Omdat ik zelf niet te klagen heb, heb ik de meerbedeelden in de samenleving altijd hun luxe gegund. Ook al bestond er gegronde twijfel over de manier waarop ze die verworven hadden, en de verdiensten die ze eraan hadden. Maar vandaag kan ik dat niet opbrengen. Als de koning zich op deze plek te rijk voelt, dan is dat wellicht terecht.Aangezien jaloezie wortelt in frustratie, begon alles waar­schijnlijk in de wachtrij aan de Grille d’honneur. Daarna is het gevoel braaf aan het handje te worden rondgeleid nooit meer weggegaan. Het gepeupel mag op bezoek, maar wordt in alle landstalen verzocht niet op het gras te lopen en het koordje naast het paadje te volgen. De agenten en lakeien vertonen dezelfde onderdanige goodwill als het personeel in Downton Abbey. Een paar gesluierde vrouwen stellen zich tevreden met wat ze een selfie noemen, terwijl wat er op staat helemaal niet van henzelf is. Tussen de paradijselijke palmen moet ik onwillekeurig aan de Panama Papers denken, en het verband tussen mondiale on­gelijkheid en die storende veiligheidscontroles aan het begin. Er is natuurlijk een verschil tussen de oude adel en de nieu­we dynastieke royalty van de belastingparadijzen, maar toe­komstperspectieven bieden ze geen van beiden.

Laptopia

Een parel van de 35-jarige kunstenares en fotografe Samra Habib, die we u laten ontdekken op de editie 2016 van het PrideFestival. Ze reisde de wereld rond om te fotograferen en getuigenissen te verzamelen van homoseksuele, lesbische, en transgender moslims… En van deze ervaringen spat de complexiteit af, van meervoudige identiteiten, die met elkaar botsen, die met elkaar trouwen, die zich krachtig doorzetten,… mensen die één ding met elkaar gemeen hebben, namelijk hun spiritualiteit. Geconfronteerd met

de blik van de kunstenares zijn ze alleen met Allah en laten ze zien hoe het geloof te verzoenen is met de liefde. We besloten van dit grote project een tentoonstelling te maken die de beelden toont en de talrijke getuigenissen tot in detail weergeeft.

Wanneer: Van 10 tot 14 mei 2016. Waar: Daarkom, Wolvengracht 18, Brussel

Vernissage: dinsdag 10 mei 2016 - 19.00 uurInschrijven via: http://rainbowhouse.be/nl/actualites/justmeandgod/

Kom mee feesten naast onze praalwagen, op zaterdag 14 mei om 14.00 uur. Je vindt ons in het Brusselse centrum bij de wagen van huisvandeMens Brussel, BASTA, de Brusselse Jeugdhuizen, Brussels Studentengenootschap GTGV en Studiekring Vrij Onderzoek.

Geïnteresseerd om meer te weten te komen over de georganiseerde vrijzinnigheid? Zin in een leuke foto? Of liever een tof gadget? Kom dan langs aan de stand van deMens.nu en neem een uniek aandenken mee van The Pride 2016! Je vindt ons achter de Beurs.

JUST ME & GODExpo

PRIDE 2016Feest mee

Partners voor deze activiteiten: huisvandeMens Brussel, BASTA, de Brusselse Jeugdhuizen, Brussels Studentengenootschap GTGV, Studiekring Vrij Onderzoek, RainbowHouse Brussels, Cavaria, LGBT-gemeenschap Virton, Daarkom en Merhaba.

#ALL

OV

ER

TH

E W

OR

LD

#

OVERAL IN DE WERELD #PAR

TOU

T DA

NS

LE M

ON

DE

ADVERTENTIE

“Als de koning zich op deze plek te rijk voelt, dan is dat wellicht terecht”

Michaël Bellon

De hele reeks nalezen? > BRUZZ.be/laptopia

Elke week scant Michaël Bellon met zijn laptop een plek in Brussel die tot de verbeelding spreekt, en geeft hij aan wat er eventueel nog aan kan verbeteren.

Page 22: BRUZZ - editie 1520

22 I BRUZZ 1520 I DonDerDag 28 aprIl 2016

gesprekken, maar dan moeten er op financieel vlak wel duidelijke akkoorden worden gesloten. “Het nieuwe RWDM is een mooi project, Thierry Dailly (manager RWDM, red.) doet dat goed. Maar als je een stadion deelt, moeten ook de kosten gedeeld worden. En niet 75 euro per (overdag, red.) gespeelde match zoals ze hebben voorge-steld. Waarom moet White Star al-les betalen? Er wordt met twee ma-ten en twee gewichten gewerkt.”“Over dergelijke zaken moeten we aan tafel gaan zitten, RWDM en White Star, los van de politiek. Sa-men afspraken maken en daarmee naar de gemeente gaan. Maar we zijn ver van een oplossing. Er zijn zoveel negatieve zaken gezegd, er zijn zoveel beledigingen geuit, waardoor we van heel ver moeten komen. Ik geef de mogelijkheid om een akkoord te vinden vijftig pro-cent kans.”Al de stress die op de schouders van voorzitter Simar en trainer/manager Bico rust, wordt voor een deel goedgemaakt door de uit-stekende resultaten van de club. Indien ze hun proflicentie toch te pakken krijgen, kunnen ze volgend seizoen in reeks 1B strijden voor de

promotie naar de hoogste klasse. Maar eerst moeten ze de strijd op de groene tafel winnen.“We zijn naar het Belgisch Arbitra-gehof voor de Sport getrokken om onze licentie alsnog te verkrijgen. Als we daar moeten voorkomen, moeten we een oplossing hebben. We hebben de mogelijkheid om in een ander stadion te spelen, details kan ik daar niet over geven. Die op-tie hebben we. Maar ik ben Brusse-laar en wil in Brussel blijven. Liefst in Molenbeek, maar niet volgens de huidige condities.”“Indien we uit Molenbeek moeten vertrekken, slepen we de gemeente langs alle kanten voor het gerecht. Laat dat duidelijk zijn. We heb-ben een conventie getekend waar-door we negen jaar in het Edmond Machtensstadion mogen spelen. Ze kunnen ons neerhalen door te voorkomen dat we de licentie krij-gen, maar als ze dat doen, dan ha-len wij hen neer. Ze zouden beter twee keer nadenken voor ze ons buiten zetten. We hebben heel wat argumenten die de gemeente kun-nen dwingen tot het behalen van veel geld. Zeer veel geld. En dat be-seffen ze precies niet goed.”

Tim Schoonjans

VOETBAL White Star-voorzitter Charles Simar wijst met vinger naar Molenbeekse politici

CHARLES SIMAR: “We hebben heel wat

argumenten die de gemeente kunnen dwingen tot het behalen van veel geld. Zeer veel geld. En dat beseffen ze precies niet goed.”

“Als we uit Molenbeek moeten vertrekken, slepen we de gemeente voor het gerecht”Charles Simar Voorzitter WS Woluwe

‘We zijn slachtoffer van intern politiek geruzie’

“Ik was de voetbal- en politieke wereld kotsbeu, daarom heb ik in september vorig jaar mijn ont-slag als voorzitter ingediend,” aldus Simar. “Ik wou wat recul nemen, maar

ben uiteindelijk toch gebleven. Om-dat White Star mijn club is. Over hoelang ik die functie nog zal op-nemen kan ik me echter nog niet uitspreken. Wat ik wel weet, is dat indien al dat negatieve blijft duren, het zonder mij zal zijn.”De voorzitter van White Star maakt dan ook een stressvol seizoen mee. Zijn club kwam de afgelopen maan-den vaak in het nieuws in verband met het dossier over het gebruik van het Edmond Machtensstadion. Dat moesten ze uiteindelijk de-len met het nieuwe RWDM, en nu mogen ze er zelfs niet meer spelen van de gemeente. “De Molenbeekse

politici zijn allesbehalve coherent in hun manier van doen. Vandaag is het ja, morgen is het nee. Burge-meester Schepmans heeft verschil-lende keren haar beloftes gebroken. Aanvankelijk moest ze niets heb-

ben van RWDM omdat er geen pro-ject of geld was, ze liep zelfs achter ons aan, en dan keerde ze ineens haar kar.”

“De meerderheid in Molenbeek is zo klein dat ze wel toegevingen aan elkaar moeten doen. Wat vandaag gezegd wordt, kan morgen niet meer gelden. Wij zijn het slachtof-fer van intern politiek geruzie. En van onwetendheid. Ze kennen het dossier gewoon niet, de schepenen zijn niet competent in dit dossier. Ze beseffen niet dat onze jongeren bij de elite spelen en dat indien wij weg moeten, zij wellicht in lagere reeksen zullen moeten uitkomen. Schepen Turine zegt dan weer dat we driehonderd jongeren hebben, terwijl dat er 654 zijn. Het is ge-woonweg belachelijk.”

Veel beledigingenSimar wijst dus naar de politiek, niet zozeer naar RWDM. Vier let-ters die ook voor hem speciaal zijn, want hij was zelf actief betrokken bij het teloorgegane stamnummer 47. Hij staat open voor nieuwe

BRUSSEL – Charles Simar beleeft een seizoen vol emoties. De uitstekende prestaties van zijn White Star Bruxelles worden al maandenlang overschaduwd door extra-sportieve perikelen. nu de gemeente het contract met White Star heeft opgezegd, zit de club zonder stadion en krijgt het dus geen proflicentie voor volgend seizoen. Maar voorzitter Simar laat het daar niet bij.

“Als je een stadion deelt, moeten ook de kosten gedeeld worden”Charles Simar Voorzitter WS Woluwe

Page 23: BRUZZ - editie 1520

DonDerDag 28 aprIl 2016 I BRUZZ 1520 I 23

Een van mijn favoriete zondagoch-tendwandelingen loopt van De Jacht in Etterbeek tot aan de Naamsepoort in Elsene, langs de - op dat moment nog autoluwe - Waversesteenweg. De desbetreffende steenweg prijkt op stadsplattegronden sinds het jaar 1550, en al voor 1670 lagen er pla-veien van de Naamsepoort tot aan de Maalbeek. Aan dat wegdek lijkt een goede 346 jaar later weinig veran-derd.Wanneer we met het oversteken van de Graystraat en de Etterbeeksesteen-weg de Maalbeek hebben overbrugd, is het klimmen geblazen langs het In-stitut Marie Haps. Die rijke adellijke dame was van mening dat vrouwen in de eerste plaats een goede echtgenoot en moeder moesten zijn. Om zich beter van die rol te kunnen kwijten, was volgens ‘la Haps’ een goede cul-turele opvoeding noodzakelijk. Haar pedagogische principes heten vandaag gelukkig prehistorisch; het instituut is thans onderdeel van de hogeschool Leonardo da Vinci. Iets voorbij een voedingswinkel waar ze kennelijk erg trots zijn op hun garam massala, steken we de treinsporen tussen Mouterij en Brussel-Luxemburg over. De kerk der Paters van het Heilige Sacra-ment ligt te blinken in de ochtendzon - dat doet ze al sinds 1874.We steken de Troonstraat over; vanaf hier vind je enkele nieuwe, trendy restaurantjes, doorgaans uit de mediterrane regio, vaak met een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding. Iets verderop neemt de steenweg een flauwe bocht naar rechts; aan de rechterkant wuiven we naar het letterkundig museum van Ca-mille Lemonnier, de ‘Belgische Emile Zola’. Naast enkele prachtige schilderijen van zijn tijdgenoten uit het fin de siècle herbergt het ‘s mans schrijftafel die zo goed als intact is gebleven, evenals enkele oude manuscripten.Souriez, beste wandelaar, want u bent in Matonge. Toen hier op het eind van de jaren 1950 een grote Afrikaanse gemeenschap neer-streek, werd de wijk vernoemd naar haar evenknie in Kinshasa.Maar ook voor de komst van de Afrikanen was de Naamsepoort al een levendige buurt. In de jaren 1930 is het de plek bij uitstek van het Elsense nachtleven. Vedetten uit Parijs treden er op in Théàtre Molière en in de buurt wemelt het van de cinemazalen, cafés en an-dere oorden van vertier. Tot 1936 is er overigens een bowlingzaal op de plek waar nu Cinéma Vendôme huist.Door het uitbreken van de Spaanse Burgeroorlog verkassen in het

late interbellum grote aantallen Span-jaarden naar België. Het betreft voor-namelijk Republikeinse ballingen, op de vlucht voor het regime van Franco. Ook een vijfduizendtal ‘oorlogskinde-ren’, beter bekend als los niños de la guerra, veelal uit Baskenland, zoeken onderdak. België blijft neutraal jegens de Spaanse Burgeroorlog, maar heel wat socialistische en communistische burgers zien hun kans om zich soli-dair te tonen met de Spaanse vluch-telingen. Veel kinderen krijgen onder-dak in Brussel, zowel in arbeiders- als middenklassegezinnen.Ook Elsene ontvangt de Spanjaarden met open armen. Op de Waverse-steenweg ontwerpt architect Camille Damman een spectaculaire zaal voor hen, le Fronton. De Jai Alai-zaal, waar het Baskische kaatsspel pelota wordt gespeeld, opent in 1936 de deuren. Het kleurgebruik van de binnenaan-

kleding is geïnspireerd op Baskische voorbeelden. Naast de eigen-lijke speelzaal is er een zaal waar weddenschappen kunnen worden afgesloten - de speelzaal is van de gokkerstribune afgesloten door een hoge afrastering. In de zomer wordt pelota ook al eens buiten gespeeld, vaak op het Fernand Cocqplein, voordat het in 1974 wordt omgetoverd tot een parking.Het is niet al pelota wat de klok slaat in le Fronton. Ook de eerste match van de vrouwelijke Belgische basketbalploeg, tegenwoordig Belgian Cats geheten, vindt er in 1946 plaats. Een van de deelne-mers is Josée, het nichtje van Philippe Thys, de drievoudige Tour de Francewinnaar zit in de tribune. België stunt tegen het grote Frank-rijk en wint met 41-38.Helaas, zoals wel meer Brussels moois wordt ook le Fronton ge-sloopt; in de plaats verrijst al in 1953 de Elsenegalerij, waardoor je van de Waverse- naar de Elsensesteenweg kunt wandelen. Eronder bevindt zich een parking en erboven niet bepaald aantrekkelijke ap-partementsgebouwen.Toch heeft Elsene nog steeds een band met Baskenland: op initiatief van twee voormalige inwoners van Biarritz die naar Elsene verkas-ten en één Elsenaar die de omgekeerde beweging maakte, besluiten de twee gemeentes om in 1958 met elkaar te verbroederen. Een stil-le getuige daarvan is de Square de Biarritz aan de Vijvers van Elsene, maar die is voer voor een andere wandeling.

Eindredacteur Ken Lambeets houdt van literatuur en van echte sporten

Een stukje Baskenland in

Elsene

ESTAFETTEken laMBeetS

SPORTAgEndA

Van 28 aprIl tot 2 MeIBRuSSELS TAngo FESTIVALVan donderdag 28 april tot en met maandag 2 mei zal Brussel in de ban zijn van tango. Op verschillende locaties in de stad zullen allerhande activiteiten plaatsvinden in het teken van de sensuele dans, zowel betalend als gratis. De Nuit des Maestros is bijvoorbeeld een show-concert dat zaterdag op de Grote Markt zal plaatsvinden (van 20 tot 21 uur) en gratis is, net als de initiatielessen van Tango in the Park, zondag van 13 tot 17 uur in het Warandepark. Het volledige programma is te raadplegen op www.brusselstangofestival.com.

zaterDag 30 aprIlSpoRTdAg VooR IEdEREEnTijdens de sportdag in het Koning Boudewijn-stadion zal zaterdag niet gefocust worden op één sport, maar zal er net een ruim aanbod zijn. Vanaf negen uur ‘s ochtends zullen er (Fransta-lige en Nederlandstalige) conferenties zijn, in de namiddag initiaties van meerdere sporten. Er zullen ook infostands aanwezig zijn van verschillende organisaties. De sportdag is gratis, inschrijven kan via [email protected].

STREET WoRk-ouTHet Maximiliaanpark krijgt vanaf zaterdag een ruimte om aan Street Work-Out te doen, en dat wordt feestelijk ingezet. Dat gebeurt vanaf half één en zal gepaard gaan met een demonstratie van Wolf’s Bar en een gezonde receptie. Iedereen is welkom.

STREETgRAppLIngZaterdag wordt er eveneens gesport in het Victo-riapark (Léon Autriquestraat in Koekelberg). De Brussels Brazilian Jiujitsu Academy organiseert er voor de twaalfde keer de Brussels Streetgrap-pling. Sporters van 4 tot 44 jaar zullen er vanaf 14 uur met elkaar worstelen. De inschrijvingen beginnen om 13 uur (twee euro voor –acht-tienjarigen, vijf euro voor +achttienjarigen). Alle informatie vindt u op www.bbjja.be.

zonDag 1 MeIRugBydERByHet is zondag alles of niets voor Bosvoorde Rugby Club (BRC) in de derby tegen Kituro Schaarbeek. BRC staat namelijk laatste in het klassement en moet deze laatste wedstrijd van het seizoen absoluut winnen. De Brusselaars zit-ten dus in een benarde situatie, en die is nog wat moeilijker geworden door de beslissing van de bond om hun degradatierivalen (ROC) een for-fait toe te kennen omdat hun tegenstanders van ASUB een niet-speelgerechtigde speler hadden opgesteld tijdens hun onderlinge confrontatie.

STRokE ACRoSS THE CITyLangs het kanaal zal het er een pak rustiger aan toe gaan. Royal Sport Nautique de Bruxelles organiseert zondag naar jaarlijkse gewoonte de Stroke Across The City, waarbij fietsers en roeiers samen een 24 kilometer lang parcours (heen en terug) langs het kanaal afleggen. Er zal omstreeks tien uur gestart worden. Op www.royal1865.be staat al de nodige informatie.

Tim Schoonjans

BEACHVOLLEyBAL Barbar girls organiseren nacht van de Volleybal

Beach in de stadELSENE – Hebt u zin in een potje beachvolleybal? Dan moet u zeker een van de wekelijkse trainingen bijwonen van de Barbar Girls. Zij sluiten dit weekend hun zaalseizoen af met hun Nacht van de Volleybal.

En het wordt een echte nacht van de volley-bal, want de winnaar van het tornooi dat komende zaterdag omstreeks 18 uur van start zal gaan, zal pas tegen drie uur ’s och-tends gekend zijn. Zowel professionele- als amateurspelers zullen in gemengde ploegen

aan dit eindeseizoenstornooi deelnemen. Niet enkel de prestatie zal van belang zijn, maar ook ambiance en gewoonweg plezier hebben.Dat zijn zaken die beachvolleybal ook wel kenmerken. De Barbar Girls zetten graag in op die discipline en beginnen in mei met hun vierde beachseizoen, waarmee ze voor (bijna) alle doelgroepen trainingen aanbie-den. “Van maandag tot vrijdag zullen er op onze twee beachvolleybalterreinen trainin-gen gegeven worden”, vertelt technisch di-recteur Philippe Vanescote. “Jonge meisjes

kunnen van maandag tot donderdag in de vooravond (van 17 tot 19 uur) trainen, ge-volgd door vrouwen (op maandag en woens-dag) of mannen (op dinsdag en donderdag) van 19 tot 21.30 uur. Voor jonge jongens hebben we geen aanbod omdat hier in het verleden geen interesse voor was.”“Wie een matig niveau heeft, komt best op vrijdag langs. Dan is er training voor de lief-hebbers, waar het niveau lager zal zijn dan de overige dagen. Zestig à zeventig procent van de deelnemers is lid van onze club, maar iedereen is welkom. Je koopt gewoon een tien- of twintigbeurtenkaart en komt zoveel langs als je wilt. Tot 15 augustus.”

Tim Schoonjans

> www.barbargirls.com