Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

6
> n°3 jaargang 2 halaarlijks oplage: 250ex TAALSTIMULERING NEDERLANDS I VOORJAAR 2012 b l ad () Het Bru-taalb(l)ad is het werk van de anderstalige redaceploeg van vzw Bru-taal. Twee keer per jaar vragen we mensen die Nederlands leren om journalist te worden. Zo is onze krant interacef én een vorm van taalsmulering. Zo geven we het Nederlands in Brussel een gezicht. Marc Pasture trok naar Molenbeek en leerde bij over het industriële en talige verleden van deze gemeente. Francine Hubaille heeſt het in haar column over wandelen én de na- men van planten in het Nederlands. We brachten ook een bezoek aan de Nederlandstalige bibliotheek in Elsene en vroegen een aantal Babbeluers naar hun leesgewoontes in het Nederlands. Marco Pintacuda sluit af met een recensie van het boek “Eindelijk mezelf “ van Gorcha Davydova.

description

Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

Transcript of Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

Page 1: Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

> n°3jaargang 2halfjaarlijksoplage: 250ex

T A A L S T I M U L E R I N G N E D E R L A N D S I V O O R J A A R 2 0 1 2

b lad()Het Bru-taalb(l)ad is het werk van de anderstalige redactieploeg van vzw Bru-taal. Twee keer per jaar vragen we mensen die Nederlands leren om journalist te worden. Zo is onze krant interactief én een vorm van taalstimulering. Zo geven we het Nederlands in Brussel

een gezicht.

Marc Pasture trok naar Molenbeek en leerde bij over het industriële en talige verleden van deze gemeente. Francine Hubaille heeft het in haar column over wandelen én de na-men van planten in het Nederlands. We brachten ook een bezoek aan de Nederlandstalige bibliotheek in Elsene en vroegen een aantal Babbelutters naar hun leesgewoontes in het Nederlands. Marco Pintacuda sluit af met een recensie van het boek “Eindelijk mezelf “ van Gorcha Davydova.

Page 2: Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

BEG

RIJP

EN

TA

AL

ST

IMU

LE

RIN

G N

ED

ER

LA

ND

S I

VO

OR

JAA

R 2

01

2

2

Industrieel en talig erfgoed in Molenbeek

Journalist Marc Pasture stelde voor om op zoek te gaan naar het verhaal achter ‘La Fonderie’ in Mo-lenbeek. ‘La Fonderie’ organiseert tijdelijke ten-toonstellingen en rondleidingen over het econo-mische, sociale en industriële leven van Brussel en haar inwoners. De site in Molenbeek getuigt van een rijk industrieel verleden. Marc Pasture ging in gesprek met een Nederlandstalige gids en inwoner van Molenbeek: Marleen Verdegem.

InwonersIn Brussel Deze Week lazen we dat Molenbeek op dit moment bijna 94 000 inwoners telt. Maar het waren er ooit heel wat minder. “In 1786 telde Mo-lenbeek slechts 831 inwoners. In 1831 waren dat er 4100. In 1920 groeide het aantal aan tot zo’n78.777. Niet door een natuurlijke aangroei, wel door migratie. En die eerste migranten waren ondermeer Vlamingen. Molenbeek is dan ook lang gedeeltelijk Nederlandstalig gebleven.” Onze gesprekspartner Marleen Verdegem is zelf een Vlaamse inwijkeling. En ze houdt van Molenbeek. Dat is duidelijk. Tijdens het gesprek hoeven we nauwelijks vragen te stel-len. Graag vertelt deze gids over het leven in haar wijk. Over hoe het nu is en over vroeger.

IndustrieMarleen Verdegem vertelt over het ontstaan van La Fonderie. “‘La Compagnie des Bronzes’ was oor-spronkelijk gevestigd in het centrum van Brussel. In 1862 verhuisde de bronsgieterij naar de overkant van het kanaal. De plattelandsgemeente Molen-beek groeide op dat moment uit tot een industriële voorstad van Brussel. Naast het bestaande kanaal richting Willebroek had men immers ook het kanaal naar Charleroi aangelegd. Zo kwam er op een goed-kope manier steenkool naar Molenbeek. Bovendien waren ook de gronden goedkoop. Bedrijf na bedrijf vestigde zich aan het kanaal. En zo groeide Molen-beek uit tot één groot industriegebied en kreeg het de bijnaam ‘Klein Manchester’.”

La FonderieEn ook ‘La Compagnie des Bronzes’ zelf groeide: “Het werd de belangrijkste bronsgieterij van België. Vooral dankzij Leopold II kreeg het bedrijf een enorme duw in de rug. Alle beeldjes op de Kleine Zavel, de lusters in de troonzaal van het Koninklijk Paleis, heel wat beelden op pleinen en in parken zijn van de hand van ‘La Compagnie des Bronzes’. Zelfs de toegangspoort van de dierentuin van New York is in Molenbeek gegoten. En de firma heeft lang standgehouden. In 1979 ging het bedrijf fail-liet. De mode veranderde: formica en plastic deden hun intrede.”

Meer dan een museumMaar ‘La Fonderie’ is meer dan een museum. En daar gaat onze gids graag verder op in: “De eerste jaren na het faillissement gingen heel wat ontwer-pen, tekeningen en modellen verloren. In 1981 werd de Franse Gemeenschap eigenaar van de site. In 1976 stichtte Guido Vanderhulst, dé expert van de industriële archeologie in Brussel vzw La Rue. In de jaren 70 had de wijk het moeilijk. De indu-strie trok weg uit Molenbeek, fabrieken sloten de deuren, bewoners verhuisden. In de jaren 80 brak men heel wat huizen af om de metro te kunnen aanleggen. Wie zijn huis verloor in Laag-Molenbeek kreeg een huis in Hoog-Molenbeek. Ondertussen verkommerde Laag-Molenbeek. De migranten in de jaren 70 en 80 konden zo goedkoop een huis ko-pen. Maar ze werden aan hun lot overgelaten. La Rue hield zich vanaf dan bezig met basiseducatie en zet zich ook vandaag nog in voor de wijk.” In 1983 werd ‘La Fonderie’, de wetenschappelijke tak, ge-sticht en vanaf 1986 is het centrum op deze plaats gevestigd.

Verfransing?We vragen Marleen Verdegem naar de talige ge-schiedenis van Molenbeek. “Brussel was oorspron-kelijk een Nederlandstalige stad. De verfransing is geleidelijk gebeurd. De adel sprak Frans, maar bij de gewone mensen kreeg de verfransing pas na 1830 vaste voet aan de grond. Wie Frans leerde, zou hogerop geraken. Hogere studies bijvoorbeeld kon je enkel in het Frans volgen. Frans was een taal met een enorme uitstraling, de lingua franca of het Engels van vandaag. Het was de taal van wie iets wilde bereiken in het leven. Bovendien stond het ‘Vlaams’ niet sterk. Standaardnederlands kende men niet. De mensen spraken enkel hun eigen dia-

Page 3: Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

BEG

RIJP

EN

TA

AL

ST

IMU

LE

RIN

G N

ED

ER

LA

ND

S I

VO

OR

JAA

R 2

01

2

3

Twee vliegen in één klapWie van de natuur houdt, kan bij Bru-taal zijn Nederlands oefenen én rustig wandelen. Zo sla je twee vliegen in één klap. Ik heb al veel wandeling-en meegemaakt: in het park van Ter-vuren, het Josaphatpark, rondom het Rood Klooster, in het Laarbeekbos, het Zoniënwoud,…

Het uitstapje in het Terkamerenbos heb ik zelf mogen begeleiden. Dankzij een Nederlandstalige wandelaar die van bloemen en planten houdt, kan ik nu en-kele wilde bloemen herkennen. Zo her-ken ik nu de grote brandnetel die je best niet aanraakt en waarmee je lekkere

soep kan klaarmaken, de witte dovene-tel met witte bloemen, het robertskruid met talrijke roserode bloemetjes en het boerenwormkruid met goudgele bol-letjes.

En zo leer je ook wat Nederlands bij. De dovenetel heet niet voor niets dovene-tel. In tegenstelling tot de brandnetel, brandt hij immers niet. Hij is doof.‘Doven’ betekent ook ‘stoppen met branden’. En het boerenwormkruid dankt zijn naam aan de thee die van de bloemen en bladeren werd getrokken. Boeren gebruikten het kruid vroeger tegen wormen. Wat er allemaal niet achter een naam verborgen zit…

Met Natuurpunt maakte ik een padden-stoelenwandeling mee. Er bestaan gif-tige paddenstoelen, maar ook eetbare

die helemaal niet lekker zijn. We zagen witte paddenstoelen die een gesloten ring vormden, een heksenring waarin ’s nachts heksen hun geheime rituelen uitvoeren. Onze gids had een interes-sant verhaal over elke paddenstoel. Hijsprak over de vliegenzwam die een sterk hallucinerende werking heeft. Er zijn mensen die het vel drogen om LSD-achtige ervaringen op te doen. De groene knolamaniet verliest zijn giftig-heid niet na droging. Zelfs niet na jaren! Andere soorten zwammen veroorzaken een zweetsyndroom… Ik zag blauwe paddenstoelen midden het groene gras. “Dat zijn ‘pieds bleus’,” zei onze gids. Wandelen in de natuur én planten en hun namen ontdekken, een ideale com-binatie!

Francine Hubaille

Industrieel en talig erfgoed in Molenbeek

lect. Wat een groot nadeel is, ondanks de rijkdom van dialecten. Ook vandaag is dat soms een pro-bleem. Alle Nederlandstaligen zouden het Stan-daardnederlands moeten gebruiken met mensen die het Nederlands leren.”

MulticultureelOndertussen gaat het goed met Vlaanderen. “In de jaren 60 legde men de taalgrens vast. De verfransing is met andere woorden wel een halt toegeroepen.” Marleen woont zelf nog niet zo lang in Brussel. “Ik volgde extra lessen Frans, maar denk er niet aan te verfransen. Bovendien spreken heel wat mensen thuis een andere taal dan het Frans. En er komen meer en meer Afrikaanse migranten in Molenbeek wonen. Je hoort meer en meer Engels. Brussel is dan ook een multiculturele stad.”

NederlandstaligEn de kinderen van de Nederlandstalige migranten van tijdens de industriële revolutie? Zijn die ver-franst? “Heel wat inwoners van Hoog-Molenbeek hebben Vlaamse namen. Ze spreken Frans, maar soms ook nog wat Nederlands. Hun kleinkinderen

gaan soms opnieuw naar Nederlandstalige scholen. En de grootouders ontlenen dan in de bibliotheek Nederlandstalige boeken voor hun kleinkinderen.”We wandelen nog even door de winterse site van ‘La Fonderie’. “In de zomer is het hier mooi. Zeker wanneer de rozen in bloei staan,” zo ge-tuigt onze gids. Marc is tevreden met het interview. En zo heb-ben we Molenbeek weer wat beter leren kennen.

www.lafonderie.be

Marc Pasture

Page 4: Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

4

Nederlands in de bibliotheek

TA

AL

ST

IMU

LE

RIN

G N

ED

ER

LA

ND

S I

VO

OR

JAA

R 2

01

2

Redactielid Alain Mpetsi trok naar bibliotheek Sans Souci in Elsene en vroeg Eva Tack (publiekswerking en educatie) naar het aanbod boeken en ander materiaal voor mensen die Nederlands leren. Sinds 2007 huist de bibliotheek in een aangenaam, ruim en overzichtelijk gebouw. Het lijkt een plek waar het aangenaam toeven is. En dat is ook de bedoe-ling. “We wilden graag een openbare plaats creëren, zoals een park of een speelplein. Maar dan binnen. Iedereen is welkom,” vertelt Eva ons.

Wat vind je allemaal in deze bibliotheek?Je kan hier kennismaken met allerlei soorten informatie en entertainment. Van boeken over dvd’s tot videogames. De bibliotheek staat niet alleen open voor wie Nederlandstalig is. Iedereen die van het Nederlands houdt, die Nederlands leert, is welkom. We hebben ook een anderstalig aanbod. Zo hebben we literaire werken in het Italiaans, het Portugees, het Engels en het Duits.

Komen er veel Nederlandstaligen over de vloer?Er wonen niet zoveel Nederlandstaligen in Elsene. Wel heel veel anderstaligen waarvan er sommigen een beetje Neder-lands spreken. We krijgen hier bijvoorbeeld ook veel expats over de vloer. Ze ontlenen boeken in het Engels of maken ken-nis met het Nederlands.

Is er een specifiek aanbod voor mensen die Nederlandsleren? We hebben een heel rek vol met materiaal voor wie Neder-lands leert. Hier staan een paar cursussen, cd-roms, woorden-boeken, een beeldwoordenboek, een etymologisch woorden-boek. We hebben ook de Wablieft-boekjes. Dat zijn romans waarvan de taal is aangepast aan wie Nederlands leert. Het zijn dunne boekjes in eenvoudig Nederlands. Soms raden we ook jeugdboeken aan. Een taalleerder moet de thema’s wel leuk vinden. Jeugdboeken zijn soms wat ‘kinderachtiger’. Of een prentenboek. Dan heb je een combinatie van woord en

beeld. Franstalige jongeren geef ik soms ‘De helaasheid der dingen’ van Dimitri Verhulst als leestip mee. Het leest rela-tief vlot. Ik raad mensen zeker niet aan om bijvoorbeeld ‘Het verdriet van België’ van Hugo Claus te lezen. Dat is echt te moeilijk. Zulk boek leest een anderstalige beter in het Engels of een andere taal die hij meester is.

Hebben jullie nog andere plannen voor mensen die Nederlands leren? We willen graag verschillende Vlaamse series verzamelen zoals ‘FC De Kampioenen’ of ‘Flikken’. In die series spreken de acteurs vaak een tussentaal of één of ander dialect. Wie ernaar kijkt, maakt kennis met de Vlaamse tongval, met ver-schillende accenten. Via de ondertiteling kan je de gesproken taal vergelijken met het geschreven Standaardnederlands. We willen graag een aparte hoek inrichten, specifiek voor wie Nederlands leert. Met folders van het Huis van het Ne-derlands en van Bru-taal, met relevante dvd’s,… . De koepel van alle bibliotheken, het SBB (Streekgericht Bibliotheekbe-leid) maakte ook blauwe stickertjes om op alle boeken te plakken die met Nederlands leren te maken hebben. We zul-len ook tekstballonnetjes gebruiken om het niveau van het Nederlands aan te geven: van beginneling tot gevorderde. Voor kinderen is er ‘Taaljongleurs’. Dat zijn taalstimulerende ateliers op woensdagnamiddag. Ze spelen spelletjes, knut-selen, koken, gaan naar een museum. In het atelier spreken ze alleen maar Nederlands. Ze gaan op een leuke manier om met het Nederlands.

Hoe bereiken jullie mensen die Nederlands leren?Daar kunnen we in principe nog meer moeite voor doen. We gebruiken in onze communicatie eenvoudige woorden of vertalen naar het Engels en het Frans. In de toekomst zullen we ook gebruik maken van de taaliconen om het niveau van een activiteit aan te geven.

www.elsene.bibliotheek.be

Alain Mpetsi

Eindelijk MezelfMarco Pintacuda las “Eindelijk Mezelf” in kleine stukjes en in verschillende omstandigheden: op zijn slaapbank, op het toilet van zijn Brusselse appartement, in de wachtruimte op de luchthavens van Zaventem en Milano Linate, in bed, in Sicilië, bij zijn familie. Of hij het boek ook graag las en waarom lees je hieronder.

Het lezen van “Eindelijk Mezelf” van Gorcha Davydova was een dynamische ervaring. Een boek dat je makkelijk uitleest. Gorcha Davydova beschrijft haar leven als Koerdische die uit Kazachstan probeert weg te komen. Ze vertelt het verhaal over haar vlucht uit een ‘achterlijke maatschappij’ en haar zoektocht naar vrijheid, vrouwenrechten en... zichzelf.

“Eindelijk Mezelf” lijkt een beetje op “De vliegeraar” (2003) van Khaled Hosseini. In beide boeken laat het hoofdperso-nage zijn of haar geboorteland achter. Beiden keren ook te-rug als toerist. In “Eindelijk Mezelf” wil Davydova haar zoon tonen aan zijn papa. En ze wil haar familie weerzien. In “De vliegeraar” keert het hoofdpersonage terug naar Afghanistan op zoek naar zijn beste, verloren jeugdvriend. De ‘helden’ in de twee boeken voelen de roep van hun vaderland.

“Eindelijk Mezelf” heeft een eenvoudige, vloeiende structuur. De hoofdstukken zijn niet te lang en de zinnen zijn leesbaar en bondig. Davydova gebruikt bijna nooit te moeilijke woorden of zinsconstructies. De beschrijvingen van de verscheidene plaatsen en landen waar het verhaal zich afspeelt zijn opval-lend: eerst Kazachstan in Centraal-Azië, dan Rusland en Cen-traal-Europa en tenslotte: België. Een treffende uitdrukking die ik me herinner uit “Eindelijk Mezelf” is: van de ene dag op de andere dag leven. Gorcha gebruikt ook ‘kwalijk’ om ‘erg’ te zeggen.

TITEL : Eindelijk MezelfAUTEUR : Gorcha DavydovaUITGEVERIJ: HoutekietPUBLICATIEDATUM : 2008

De nieuwe Wablieft-boeken zijn er!

Wablieft geeft boeken uit die speciaal geschreven zijn voor mensen die Nederlands leren. Bekende auteurs schreven boeken in duidelijke taal voor volwassen beginnende lezers. De Wablieft-boeken zijn vlotte en makkelijke boeken. Ze spe-len in op de leefwereld en interesses van de lezers.

Wablieft stelt trots een nieuwe reeks van zes boeken voor. Ook deze keer hebben ze boeiende, spannende, ontroe-rende, interessante,... boeken voor iedereen. Vroeger heeft Wablieft reeds 18 boeken uitgegeven. Lees ze allemaal!

Luister je liever naar een boek? Dat kan. Wablieft biedt ook ingesproken boeken op cd aan. Benieuwd hoe dat werkt? Surf naar http://www.wablieft.be/Boeken/Luisterboeken

www.wablieft.be

Davydova heeft een heel beeldende stijl. Soms rook ik zelfs de onaangename geuren zoals die van de dieren in de geïso-leerde boerderij van Davydova’s man. Ik herinner me het best de stukjes over het leven van de schrijfster in de Kazachse prairie. Ook haar verblijf in Tsjechië waar ze wacht op haar beurt om naar West-Europa gesmokkeld te worden, herin-ner ik me goed. Of haar eerste maanden in België. Deze drie stukken zijn op een zeer ontroerende, emotionele manier geschreven.

Davydova vertelt over haar leven voor ze in België aankwam en verhaalt ook over haar eerste jaren in België. Het is een gevarieerd verhaal vol met zware, slechte, maar ook mooie ervaringen!

Marco Pintacuda

Page 5: Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

LEZEN

TA

AL

ST

IMU

LE

RIN

G N

ED

ER

LA

ND

S I

VO

OR

JAA

R 2

01

2

5

Lezen de deelnemers aan de Babbelut-conversatietafels boeken en kranten in het Nederlands?

Blessing Aigbogun nam microfoon, pen en papier in de hand en interviewde een handvol deelnemers aan de conversatie-tafels.

Waarom studeer je Nederlands?Ibrahim: Voor mijn werk. Ik ben manager bij de MIVB. 90% van de werknemers is Franstalig, maar sommige van mijn collega’s spreken Nederlands. En de MIVB heeft natuurlijk ook Neder-landstalige klanten. En voor mijn kinderen. Ze gaan naar een Franstalige school, maar leren er ook Nederlands. Ik wil hen kunnen helpen met hun huiswerk.Kwan: Ik zou graag in België blijven wonen. Ik studeer ook Nederlands omdat ik op zoek ben naar een goede job met een goed loon. Ik spreek geen Frans. Daarom is het voor mij moei-lijk om in de gemeenschap in België te ‘springen’.Julienne: Voor mijn plezier en om Nederlandstaligen te ontmoeten.Sevgi: Ik wil eerst goed Nederlands leren en zal dan op zoek gaan naar werk. Mijn vriend is Nederlandstalig.Marc: Ik studeerde Nederlands op school en nu verbeter ik mijn Nederlands om werk te vinden.Blessing: Ik wil verpleegkunde studeren aan de hogeschool.

Lees je boeken in het Nederlands?Julienne: Op dit moment lees ik ‘De kracht van het nu’ van Eckhart Tolle, een Duitser uit Canada. Ik lees de Nederlandse vertaling. Het is vergelijkbaar met ‘A la recherche du temps perdu’ van Marcel Proust.Marc: Ik lees graag boeken. Meestal in het Frans, maar ook in het Nederlands. Het laatste boek dat ik in het Nederlands heb gelezen, is ‘Ben X’ van Nic Balthazar. Het gaat over een jongen met autisme. Ik heb ook de film gezien. Wanneer je én naar de film kijkt én het boek leest, kan je alles goed begrijpen.Kwan: Eerlijk gezegd: het is moeilijk voor mij om een boek in het Nederlands te lezen. Ik probeerde al om een kinderboek te lezen, maar ook dat is moeilijk. Het is een andere taal dan de taal die je op straat met de mensen spreekt. Er komt veel ‘beeldspraak’ in voor.Ibrahim: Nooit. Ik lees vooral heel veel teksten, waaronder nieuwe reglementen op het werk. Maar wel in het Frans. Ze zijn opgesteld in de twee talen, maar ik lees ze in het Frans.Sevgi: Ik probeer, maar het is moeilijk.Blessing: Ik lees graag boeken in het Nederlands, maar ik ken de namen van de auteurs niet. Ik las bijvoorbeeld ‘Kind ver-mist’ uit de Wablieft-collectie.

Lees je kranten of tijdschriften in het Nederlands?Ibrahim: Ik heb geen tijd om de krant te lezen, ook niet in het Frans. Ik moet elke dag heel veel mails lezen en beant-woorden.Kwan: Het is heel moeilijk om de inhoud van de kranten te begrijpen. Ik lees Brussel Nieuws op het internet. Dat is

makkelijker. Ik gebruik dan ook software om de internettek-sten te vertalen.Julienne: Ik lees De Standaard, De Morgen en Metro. Ik be-grijp wel niet alles, maar zoek veel op in het woordenboek. Het helpt om beter Nederlands te leren.Sevgi: Ik lees graag kranten, maar meestal in het Turks. Ik probeer Metro te lezen in het Nederlands.Blessing: Ik heb ook een abonnement op Wablieft. En ik lees Metro en ook roddelblaadjes in het Nederlands.Marc: Verleden jaar was ik geabonneerd op de Wablieft-krant. Nu vind ik het te gemakkelijk. Ik heb geen abonnement meer. Maar ik lees wél Brussel deze Week.

En, helpt het om boeken of kranten in het Nederlands te lezen?Blessing: Het helpt om je Nederlands te verbeteren. Sinds ik Wablieft lees en naar de conversatietafels kom, durf ik meer Nederlands te spreken. Ik ben niet bang meer. Vroeger was ik heel verlegen, nu niet meer.Ibrahim: Zo’n tien jaar geleden leerde ik Nederlands bij de MIVB en nadien in Anderlecht. Ik heb drie jaar gestudeerd en mijn examen voor Selor gedaan, zowel mondeling als schrif-telijk. Maar ik heb nooit geoefend en ben dus veel vergeten. Daarom kom ik naar de conversatietafels.Kwan: Ik wil vooral veel kunnen praten. Liefst met Nederlands-taligen.Sevgi: Ik lees niet zoveel. Ik wil vooral spreken. Daarvoor zijn de conversatietafels goed.Marc: Om te leren niet. Maar om het Nederlands te onder-houden, te verbeteren. Om het Nederlands te leren, volg je beter een cursus. Ik heb ook nog een andere tip: kijk naar Vlaamse films mét ondertiteling in het Nederlands. Dat helpt! Blessing: Ik heb al veel films gezien in het Nederlands en keek ook naar de serie ‘Ella’, een telenovelle. Ik kijk naar verschil-lende series in het Nederlands. Het is moeilijk, maar onder-titels in het Nederlands helpen. Zo kan ik ook wennen aan de uitspraak van het Nederlands.

Naar welke bibliotheek ga je?Kwan: Naar de HOB (Hoofdstedelijke Openbare Bibliotheek). Ibrahim: Ik ga zowel naar de Franstalige als naar de Neder-landstalige bibliotheek in Anderlecht. Voor mijn kinderen wel-iswaar. Zij ontlenen films, strips en muziek.Julienne: Vroeger ging ik naar de bibliotheek. Nu koop ik mijn boeken.Marc: Ik ga nooit naar de bibliotheek. Ik hou heel erg van boeken. Ik koop mijn boeken om ze in mijn eigen bibliotheek te zetten. Blessing: Ik haal de boeken bij het ILT (Instituut voor Levende Talen) in Leuven. Het is geen bibliotheek, maar een plank met een tiental boeken. Ik ben nog nooit naar de bibliotheek ge-weest, maar zou het wel willen doen.

Blessing Aigbogun

Marc Pasture

Woonplaats: EtterbeekOrigine: België

Woont in België: 51 jaar

Blessing Aigbogun

Woonplaats: Laken, dichtbij de koningOrigine: Nigeria

Woont in België: bijna 2 jaar

Sevgi Yildiz

Woonplaats: BrusselOrigine: Turkije

Woont in België: bijna 5 jaar

Julienne Ngonyem

Woonplaats: BrusselOrigine: Kameroen

Woont in België: 9 jaar

Kwan Park

Woonplaats: MolenbeekOrigine: Zuid-Korea

Woont in België: 2 jaar en 6 maanden

Functioneel Nederlands!

Ibrahim Belmir

Woonplaats: AnderlechtOrigine: Marokko

Woont in België: 10 jaar

Page 6: Bru-taal b(la)d voorjaar 2012

Op het jaarlijkse Bru-taalfeest i.s.m. GC Maalbeek te Etterbeek verkozen de anderstaligen “genieten” als allermooiste woord uit de Nederlandse taal. Het schilderachtige “appelblauwzeegroen” eindigde op de tweede plaats, gevolgd door het typisch Belgische “pintje”. “Genieten” klinkt misschien minder mooi in de oren dan “flierefluiter”, de vorige win-naar, maar het wordt wel meer gebruikt. De ongeveer honderdzeventig feestvierders maakten er een vrolijke boel van, maar om 21u30 gingen de deuren -zoals elk jaar- onherroepelijk dicht, veel te vroeg naar de zin

van sommigen !

Meer foto’s vind je op www.bru-taal.be

Bru-taalfeest 2012

[ ]

[ COLOFON ]

> Redactieploeg: Alain Mpetsi, Marco Pintacuda, Blessing Aigbogun, Francine Hubaille, Marc Pasture> Eindredactie: Danielle Peeters & Nimfa Tegenbos> Fotograaf: Marc Pasture> Vormgeving: Marc Pasture & Nele De Zutter> Verantwoordelijke uitgever: Christopher Oliha, Voorzitter vzw Bru-taal

TA

AL

ST

IMU

LE

RIN

G N

ED

ER

LA

ND

S I

VO

OR

JAA

R 2

01

2

Vzw Bru-taal- het Brussels netwerk voor Nederlandse taalstimulering -

organiseertBabbelut-conversatietafels,

-groepen en anderetaalstimulerende activiteiten in het Brussels Hoofdstedelijk

Gewest.Binnen Babbelut light creëert

Bru-taal een opstap voorspecifieke doelgroepen.

Binnen Babbel & actie koppelt Bru-taal een activiteit aan het oefenen van de Nederlandse taal. Dit kan een cultuurgroep zijn, een kook & babbel of een

zanggroep.Daarnaast biedt Bru-taal deskundig advies rond taal-

stimulering en zet hetbedrijven en organisaties op

weg.Bovenal is Bru-taal een

organisatie die staat voorexperiment en uitbouw

van expertise.

Interesse?Ph. de Champagnestraat 23

1000 Brussel02-501 66 90

[email protected]

www.bru-taal.bevzw Bru-taal, de specialist in taalstimulering.

Volg onsvanaf nu op

6