Lagen in het bos

Varenplanten

Type I: Wijfjesvaren (foto’s CD-rom)

1.1 Milieuin bossen en beschaduwde plaatsen, sloten, greppels

1.2 Stengelondergronds : wortelstok , verticaal gelegen

1.3 Bladerenontspringen aan de verticale wortelstok: in bundellang ovaal, spits toelopend, veervormig samengesteld (dubbel geveerd), blaadjes van 2de orde: sterk ingesneden!

1.4 Sporen 1.5 Voorkiem zie figuur1.6 Bevruchting

Adelaarsvaren (foto’s CD-rom)

1.1 Milieubossen met veel lichtinval, ook op open terrein (herfstexploratie!)

1.2 Bladeren

- tot 2 m hoog

- bladstelen afzonderlijk uit de grond door horizontale ligging van

wortelstok

- op doorsnede: adelaarsfiguur

- bladeren: driehoekig - samengesteld

- sporendoosjes: aan onderzijde: omgeslagen bladrand

Dubbelloof (foto’s CD-rom)

1.1 Milieuop vochtige plaatsen in bos, greppels

1.2 Bladeren

- 10 tot 50 cm lang

- in bundels

- bladeren: lancetvorm - samengesteld

- vruchtbare bladeren: rechtop en smallere bladslippen met aan

onderzijde : 2 lange rijen sporenhoopjes

- onvruchtbare bladeren: liggend en bredere bladslippen, GEEN

sporenhoopjes

Stekelvaren (foto’s CD-rom)

1.1 Milieubossen, beschaduwde plaatsen

1.2 Bladeren

- in bundels

- bladeren: langwerpig-driehoekig - samengesteld

- bladslipjes : kort stekelpuntje

- ronde sporendoosjes: aan onderzijde

Mannetjesvaren (foto’s CD-rom)

1.1 Milieurijke bosgrond, grachten en dijken (soms gekweekt: wormen)

1.2 Bladeren

- in bundels

- lang ovaal, spits toelopend, veervormig samengesteld (dubbel

geveerd), blaadjes van 2de orde: nauwelijks ingesneden!

- ronde sporendoosjes: aan onderzijde

ZwammenWat?

Meestal bovengronds verschijnende vruchtlichamen van fijne microscopisch kleine schimmelweefsels, die in de bosbodem, in en van dood of levend hout en in en van allerlei organisch afval leven.

Vgl met appelboom

Bouw van een paddenstoel

Meeste paddenstoelen in 3 hoofdgroepen:

- plaatjeszwammen

- buisjeszwammen

- buikzwammen

Ontwikkeling en vermeerdering bij paddenstoelen

Voedingswijze van schimmels

- geen planten: geen bladgroen : geen fotosynthese- geen dieren: kunnen zich niet voortbewegen

3 mogelijkheden:

- saprofyten- parasieten- symbionten

RA RA RADEN MAAR …