bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en...

41
bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving Stage specifieke opdracht: digitaal interactief product Naam: Alexander Dreijer Studentnummer: 271070 Opleiding: Communicatie & Multimedia Design Stagecoördinator: Rixt Froentjes Stagedocent: Thea Warringa Datum: 13-06-2018

Transcript of bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en...

Page 1: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

bNR: Co-leren en werken aan de

gebouwde omgeving

Stage specifieke opdracht: digitaal interactief product

Naam: Alexander Dreijer Studentnummer: 271070 Opleiding: Communicatie & Multimedia Design Stagecoördinator: Rixt Froentjes Stagedocent: Thea Warringa Datum: 13-06-2018

Page 2: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

1

Inhoudsopgave

1.0 Inleiding en projectkader .................................................................................................................. 2

1.1 Aanleiding ...................................................................................................................................... 2

1.2 Invalshoek ...................................................................................................................................... 3

1.3 Onderzoeksvraag ........................................................................................................................... 3

1.4 Doelgroep ...................................................................................................................................... 3

2.0 Theoretisch kader en ideegeneratie ................................................................................................. 4

2.1 Deskresearch ................................................................................................................................. 4

2.2 Ideeëngeneratie ............................................................................................................................ 6

2.3 Fieldresearch ................................................................................................................................. 7

2.4 Ontwerpvoorwaarden ................................................................................................................. 10

2.5 Concept ontwerp ......................................................................................................................... 12

2.6 Theoretisch kader ........................................................................................................................ 13

3.0 Prototype ......................................................................................................................................... 14

3.1 Beschrijving prototype ................................................................................................................ 14

3.2 Beschrijving interactie en screenshots ........................................................................................ 14

4.0 Methodologie .................................................................................................................................. 19

4.1 Taakscenario’s ............................................................................................................................. 19

4.2 Testlocatie ................................................................................................................................... 20

4.3 Testmethodes .............................................................................................................................. 20

4.4 Testpersonen ............................................................................................................................... 20

4.5 Test uitvoering ............................................................................................................................. 21

5.0 Resultaten ........................................................................................................................................ 22

5.1 Resultaten expert test ................................................................................................................. 22

5.2 Resultaten doelgroep test ........................................................................................................... 24

6.0 Conclusie ......................................................................................................................................... 30

6.1 Advies .......................................................................................................................................... 30

6.2 Suggesties .................................................................................................................................... 30

Literatuurlijst ......................................................................................................................................... 31

Bijlages ................................................................................................................................................... 33

1.0 Heuristieken van Nielsen ............................................................................................................. 33

2.0 Heuristieken Evaluatierapport .................................................................................................... 35

3.0 Vragenlijst .................................................................................................................................... 37

Page 3: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

2

1.0 Inleiding en projectkader

Het kenniscentrum NoorderRuimte doet praktijkgericht onderzoek naar de gebouwde omgeving in

Noorder-Nederland. Hierbij focussen zij zich op 4 thema’s: Aardbevingen, Krimp, Duurzaamheid &

Overvloed en Gezondheid & Welzijn. Binnen het kenniscentrum werken lectoren, onderzoekers,

studenten en professionals uit het werkveld samen om praktijkvraagstukken binnen hiervoor

genoemde thema’s te beantwoorden. (Hanzehogeschool Groningen, z.d.)

Het kenniscentrum NoorderRuimte ziet veel kansen in de ambitie van de Hanzehogeschool

Groningen om elke student tijdens de studie deel uit te laten maken een Innovatiewerkplaats. De

laatste jaren heeft ze daarom veel energie gestoken in de verdere ontwikkeling van bureau

NoorderRuimte voor afstudeerders, het Vastgoedlab voor derdejaars studenten Vastgoed en voor de

Buitenwerkplaats voor tweedejaars studenten Built Environment. Op veel verschillende manieren

probeert kenniscentrum NoorderRuimte een inspirerende, boeiende en verrijkende

werkleeromgeving te zijn voor studenten van allerlei soorten pluimage. Veel aandacht gaat naar het

formuleren van rijke vraagstukken, waar vanuit veel verschillende disciplines onderzoekers en

studenten oplossingen voor aandragen. Dat lukt steeds beter en roept de vraag op hoe de

begeleiding van deze teams eruit ‘moet’ zien. Wat heeft iedereen nodig om echt samen te werken,

hoe verhoudt dat zich tot fysieke aanwezigheid en hoe kan bureau NoorderRuimte de meerwaarde

van werkplek zowel fysiek als digitaal ondersteunen zodat ‘co-learning’ onderdeel wordt van elk

individueel leerproces? (Froentjes, 2018)

Bureau NoorderRuimte is de werkleeromgeving van het Kenniscentrum NoorderRuimte. Jaarlijks

schuiven er x studenten van allerlei verschillende opleidingen aan om in de rol van junior bij te

dragen aan het verbeteren van de kwaliteit van de gebouwde omgeving van Noord-Nederland.

Bureau NoorderRuimte doet veel om het leerproces van studenten te begeleiden: er zijn goede

faciliteiten (koffie, wifi, werkplek, expertise en coaching) en veel studenten kijken met voldoening

terug op hun tijd bij bureau NoorderRuimte. (Froentjes, 2018)

1.1 Aanleiding Bureau NoorderRuimte streeft steeds meer naar samenwerkende en samen lerende teams, waarin

de deelnemers een bijdrage leveren met impact rond een vraagstuk, ieder vanuit hun eigen discipline

en hun eigen talenten. De coördinator en de coaches van bureau NoorderRuimte begeleiden dat

proces en vormen tegelijkertijd zelf ook een lerende mini-organisatie binnen bureau NoorderRuimte.

Zij willen de teams zo goed mogelijk faciliteren. Tegelijkertijd merken ze dat studenten soms

helemaal niet de behoefte lijken te hebben. Ervaren druk van uit de opleiding, focus op het eigen

product, de voorkeur om thuis te werken, de noodzaak om naast de studie te werken, woon-werk-

afstand etc. kunnen ervoor zorgen dat junior-medewerkers weinig zichtbaar en minder te begeleiden

zijn. Bureau NoorderRuimte wil graag leren hoe zij medewerkers kan boeien en binden, zodat

samenwerkend leren en werken multidisciplinaire meerwaarde creëert. (Froentjes, 2018)

In de afgelopen twee jaar heeft bureau NoorderRuimte veel meer samenhang gebracht tussen de

verschillende thema’s. De context van de vraagstukken zijn vergroot en de opdrachtgevers zijn meer

op de voorgrond om samen te werken met de studenten bij bureau NoorderRuimte.

Ook is de fysieke omgeving veranderd. Er is een ruimte bij gekomen die studenten ook zelf mochten

inrichten. ‘Pimp je eigen werkplek’ werd deze actie genoemd. Dit ging echter niet helemaal goed,

want vanuit het facilitair bedrijf van de Hanze was niet alles mogelijk.

Page 4: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

3

1.2 Invalshoek Bureau NoorderRuimte wil graag leren hoe zij medewerkers kan boeien en binden, zodat

samenwerkend leren en werken multidisciplinaire meerwaarde creëert. (Froentjes, 2018)

Zij hebben ervoor gekozen om dit aan te pakken vanuit drie opleidingen namelijk: Facility

Management, Toegepaste Psychologie en Communicatie & Multimedia Design. Vanuit de opleiding

van ‘Communicatie & Multimedia Design’ wordt er onderzocht hoe een digitale omgeving ingericht

kan worden ter verbetering van de huidige werk- leeromgeving.

1.3 Onderzoeksvraag De onderzoeksvraag die bij deze invalshoek gesteld was is: ‘Hoe kunnen we een digitale omgeving

inrichten waardoor afstandsleren- en werken beter mogelijk worden?’

Omdat deze vraag al impliceert dat er behoefte is om afstandsleren- en werken te verbeteren, is

deze vervolgens aangepast naar: ‘Hoe kan een digitaal interactief product vormgegeven worden

zodanig dat het toegevoegde waarde aan de bestaande werk- leeromgeving van bureau

NoorderRuimte levert?’

Deelvragen hierbij zijn:

➢ Welke (online) communicatiemiddelen worden nu binnen bureau NoorderRuimte gebruikt?

o Waarvoor gebruiken ze deze?

o Wat maakt het dat ze voor deze middelen gekozen hebben? (Wat werkt?)

o Wat is de drempel om gebruik te maken van een nieuw digitaal interactief product?

➢ Wat zijn de behoeftes binnen bureau NoorderRuimte? (Wat mist er?)

➢ Hoe kunnen de behoeftes omgezet worden tot functies van een digitaal interactief product?

o Moeten de functies van de bestaande communicatiemiddelen hierbij in opgenomen

worden?

1.4 Doelgroep Zoals eerder aangegeven ligt de focus vooral op het leerproces van de studenten, daarom zijn de

studenten ook de hoofddoelgroep. Echter, omdat co-leren en community denken een groot

onderdeel is van bureau NoorderRuimte, mogen de andere groepen (onderzoekers en lectoren) niet

vergeten worden. Deze zullen dus ook meegenomen worden in het onderzoek. In hoofdstuk 2.4 zal

de doelgroep verder toegelicht worden aan de hand van persona’s.

Page 5: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

4

2.0 Theoretisch kader en ideegeneratie

Er is deskresearch gedaan naar werk- en leeromgevingen, bestaande community platformen,

communicatiemiddelen en referentieprojecten. Ook is er fieldresearch gedaan bij de doelgroep en

vergelijkbare omgevingen door middel van halfopen vragenlijsten. De lege vragenlijst is te vinden in

bijlage 3. En de ingevulde vragenlijsten kunnen opgevraagd worden bij de auteur, mocht hier

behoefte naar zijn.

2.1 Deskresearch

2.1.1 werk- en leeromgevingen

Figuur 1 - Hybride leeromgeving

Een werk- leeromgeving wordt ook wel een hybride leeromgeving genoemd. Zoals in figuur 1 (Zitter, I

& Hoeve, A, 2012, p. 16) te zien is wordt hierin de traditionele schoolgrens overschreden en

verbinding gelegd met het beroepsleven. Studenten, docenten en mensen uit het beroepsleven

werken samen om (lerende wijs) echte problemen in de maatschappij op te lossen.

De Hanzehogeschool Groningen gebruikt de term innovatiewerkplaats voor zo een hybride

leeromgeving. Hiervoor maken zij gebruik van twee definities: één komt uit het strategisch plan en

de andere beschrijft de meest ideale vorm van een innovatiewerkplaats. (Hanzehogeschool

Groningen, 2017)

In het strategisch plan van de Hanze Hogeschool wordt een innovatiewerkplaats omschreven als een

fysieke of virtuele vorm waar onderzoek, onderwijs en beroepspraktijk bij elkaar komen.

(Hanzehogeschool Groningen, 2017)

De tweede definitie beschrijft een innovatiewerkplaats als een sociale praktijk waarin partners uit

onderwijs, onderzoek, bedrijfsleven, overheden en/of maatschappelijke organisaties samenwerken

aan complexe vraagstukken waarvan de oplossing vraagt om het co-creëren van kennis op een

manier die de grenzen van traditionele structuren, sectoren, disciplines en vormen van leren

overstijgt. (Cremers P. H. M., 2016)

Binnen de verschillende innovatiewerkplaatsen van de Hanzehogeschool Groningen worden nog veel

meer verschillende definities of beschrijvingen van de term ‘innovatiewerkplaats’ gebruikt. Vaak

komt dit dan voort uit uit het thema waar zij zich op richten. Bij het Centre of Expertise ‘Healthy

Ageing’ is namelijk één van de kenmerken van een innovatiewerkplaats ook een

samenwerkingsverband met zorg- en welzijnsinstellingen. (Healthy Ageing, z.d.)

Voor dit onderzoek wordt ook naar werk- leeromgevingen gekeken die vergelijkbaar zijn met bureau

NoorderRuimte. Hierbij is gekozen voor Da Vinci en EnTranCe. Zij maken ook onderdeel uit van de

Page 6: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

5

Hanzehogeschool Groningen, zitten in dezelfde omgeving en werken op dezelfde wijze

(multidisciplinair aan maatschappelijke en economische vraagstukken).

Da Vinci is een honoursminor van de Hanzehogeschool Groningen. Zij hebben als doel om jou op te

leiden tot een innovatieprofessional. Je geeft onder anderen vorm aan je eigen onderwijs, bouwt een

netwerk op, geeft vorm aan maatschappelijke en economische vraagstukken en werkt samen met

studenten van verschillende opleidingen en hogescholen, externe opdrachtgevers en docenten. Het

gaat daarbij niet alleen om commerciële producten of diensten, maar ook om producten of diensten

die de wereld beter kunnen maken. (Hanzehogeschool Groningen, 2018)

EnTranCe is onderdeel van het Centre of Expertise Energie en is de proeftuin voor toegepast

onderzoek (Hanzehogeschool, 2018). Zij hebben als doel om je op te leiden tot een ‘Energy

Changemaker’. Dit is een innovatieve en creatieve professional die de energietransitie naar non-

fossiele brandstoffen kan versnellen. Je werkt dan ook samen met mensen van verschillende niveaus

en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan

hier ook bij centraal. En het gehele proces wordt begeleid door individuele en groepscoaching.

(EnTranCe, z.d.)

2.1.2 Community- en communicatieplatformen

Er zijn momenteel geen vaste communicatiemiddelen, -platformen of -programma’s die gebruikt

worden. Daarom is er ook onderzoek gedaan naar veel gebruikte community- en

communicatieplatformen. In tabel 1 (zie hieronder) worden deze kort toegelicht.

Type Kernfuncties

WhatsApp Communicatiemiddel ➢ Berichten/Afbeeldingen/Video’s verzenden

➢ Bellen ➢ Videochatten

Outlook Communicatiemiddel ➢ Mailen ➢ Agenda

Slack Communicatiemiddel ➢ Communiceren d.m.v. kanalen ➢ Videochatten (individueel en met

team) Telegram Communicatiemiddel ➢ Berichten/Afbeeldingen/Video’s

verzenden ➢ Bellen ➢ Videochatten ➢ Beter beveiligd (dan WhatsApp) ➢ Berichten kunnen zichzelf

‘vernietigen’ Trello Projectmanagement programma ➢ Projectvoortgang overzien

➢ Bestanden delen Facebook Social Media / Communityplatform ➢ Delen van verhalen, foto’s en video’s

➢ Contact houden met vrienden Instagram Social Media / Communityplatform ➢ Delen van foto’s en video’s Snapchat Social Media / Communityplatform ➢ Delen van foto’s en video’s LinkedIn Social Media / Communityplatform ➢ Netwerken

➢ Delen van nieuws, foto’s en video’s ➢ Zakelijk profileren ➢ Banen vinden/aanbieden ➢ Werven van medewerkers

Page 7: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

6

Twitter Social Media / Communityplatform ➢ Delen van tekst (nieuws), foto’s en video’s

Google Drive Opslag ➢ Opslaan en delen van bestanden ➢ Maken en verzenden van

formulieren/enquêtes ➢ Maken van documenten,

spreadsheets en presentaties Dropbox Opslag ➢ Opslaan en delen van bestanden

Tabel 1 - Veel gebruikte community- en communicatieplatformen

2.1.3 Referentieproject

In 2015 is er bij EnTranCe ook een vergelijkbaar onderzoek gedaan naar een digitaal platform voor

een Change Agency op Ameland, die zich op duurzaamheid richt. Een Change Agency is weer een

voorbeeld van een hybride leeromgeving, waar verschillende partijen en disciplines samen komen

om te werken aan een probleem. De hoofdvraag van het onderzoek was ‘Hoe kan een

communicatieplatform de processen van kennisontwikkeling en co-creatie ondersteunen binnen

change agency Ameland.’ De conclusie uit het onderzoek was dat er geen communicatieplatform

nodig was, maar dat de al gebruikte middelen beter ingericht kunnen worden. In dit geval de

herinrichting van Google Drive. Aan de hand van dit onderzoek is er ook gekeken naar de integratie

van eventueel gebruikte applicaties. (Groenewold, 2016)

2.2 Ideeëngeneratie Aan de hand van de deskresearch is er gebrainstormd. Dit is gedaan doormiddel van mindmapping

(zie figuur 2 op de volgende pagina). Per tak zal er een korte toelichting gegeven worden.

Community

De huidige community bestaat uit interne en externe personen. Intern gaat het om de medewerkers

van bureau NoorderRuimte. Dit zijn onderzoekers, lectoren en studenten. Daarnaast zijn er ook

externe personen verbonden aan bureau NoorderRuimte, namelijk de werkveldpartners. Dit zijn vaak

opdrachtgevers en/of projectleiders.

Integratie van gebruikte websites/apps

Er bestaan al veel communicatiemiddelen en applicaties voor het opslaan en delen van documenten

(zie tabel 1 in paragraaf 2.1.2). Voor deze communicatiemiddelen en applicaties hebben gebruikers al

een account, dus het is wenselijk om zo veel mogelijk hiervan te integreren. Zo hoeven gebruikers

geen nieuw account aan te maken.

Mogelijke functies

De mogelijke functies zijn afgeleid uit functies van bestaande community- en

communicatieplatformen (zie tabel 1 in paragraaf 2.1.2). Aan welke functies men behoefte heeft zal

uiteindelijk blijken uit de resultaten van de fieldresearch.

Mogelijke uitingen

De mogelijke uitingen van een digitale omgeving zijn een website of een app. Ook hier zal uit de

resultaten van de fieldresearch gaan blijken waar men behoefte aan heeft.

Page 8: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

7

Vervolgens is er aan de hand van de mindmap een vragenlijst gemaakt. Deze is tijdens de

fieldresearch uitgezet.

2.3 Fieldresearch Er zijn gesprekken gevoerd met, en vragenlijsten afgenomen bij de doelgroep. Zoals eerder vermeld

is in dit hoofdstuk is er ook onderzoek gedaan bij vergelijkbare organisaties. Dit waren de

honoursminor ‘Da Vinci’ en EnTranCe. De vragen zijn breder opgesteld om rekening te houden met

bestaande middelen die gebruikt worden en om eventuele behoeften om te zetten naar functies

voor het platform. Zoals in hoofdstuk 1 vermeld is, ligt de focus vooral op studenten, maar zijn de

onderzoekers en lectoraten ook meegenomen in het onderzoek.

2.3.1 Resultaten fieldresearch

Er hebben in totaal 60 personen uit drie verschillende organisaties de vragenlijsten ingevuld. Hiervan

waren 31 student, 18 medewerker en 11 onderzoeker. Uit het onderzoek is gebleken dat er veel

overlappingen zijn tussen de organisaties. Hieronder staan de resultaten per organisatie vermeld.

Bureau NoorderRuimte

Bijna iedereen (29/30) vindt het een (erg) leuke werk- en leeromgeving. Ongeveer 2/3 van de

participanten zijn 2-4 dagen per week aanwezig. Wat werkt bij bureau NooderRuimte is begeleiding,

toegankelijkheid, benaderbaarheid van collega’s/medewerkers, de informele sfeer, veel (en

verschillende) werkplekken, de multidisciplinaire setting, kennisdeling en evenementen zoals de

wekelijkse lunch. Wel heeft men behoefte aan een beter binnenklimaat, betere stilte werkplekken

(vanwege akoestiek en isolatie), een inspirerende/creatieve ruimte en meer uitwisseling van kennis

onder elkaar.

Merendeel geeft aan dat de perfecte werk- en leeromgeving bestaat uit een omgeving waar je in

stilte kunt werken, maar ook ruimte hebt om te overleggen en te praten. Er heerst een informele

sfeer, is er een goed binnenklimaat (frisse lucht, planten en licht) en zijn er aparte stilteruimtes.

Figuur 2 - Mindmap

Page 9: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

8

De meest gebruikte social media en communicatiemiddelen zijn Facebook, Instagram, LinkedIn,

WhatsApp en E-mail. Deze worden voornamelijk gebruikt voor het delen van nieuws en documenten

en het maken van afspraken. Ook gebruikt bijna de helft deze ook voor persoonlijke gesprekken.

In een online platform zoeken ze het kunnen delen van documenten, chatten/mailen met collega’s

en opdrachtgevers, een profiel met contactgegevens, functie, project/onderzoek, een kennisbank,

een overzicht van lopende projecten en een agenda/planner. Ook gaf de helft aan ook wel nieuws

met betrekking tot relevante thema’s te willen.

Da Vinci

Bijna iedereen (15/16) vindt het een (erg) leuke werk- en leeromgeving. Gemiddeld zijn ze 2-3 dagen

per week aanwezig. Wat werkt bij Da Vinci is de pro-activiteit/ondernemendheid, openheid,

menselijkheid en vrijheid die je krijgt. Wel heeft men behoefte aan structuur, duidelijkheid en aan

vaker aanwezig van mensen.

Merendeel geeft aan dat de perfecte werk- en leeromgeving bestaat uit een informele sfeer, een

creatieve ruimte met planten, een gedreven multidisciplinaire community, maar ook een plek heeft

waar het rustig is.

De meest gebruikte social media en communicatiemiddelen zijn Facebook, Instagram, Snapchat,

YouTube, LinkedIn, WhatsApp en Speakap. Deze worden voornamelijk gebruikt voor het delen van

nieuws en documenten en het maken van afspraken.

In een online platform zoeken ze het kunnen delen van documenten, chatten/mailen met collega’s

en opdrachtgevers, een profiel met contactgegevens, functie, project/onderzoek, coaching, een

overzicht van lopende projecten, een agenda/planner en nieuws met betrekking tot relevante

onderwerpen.

EnTranCe

Bijna iedereen (12/14) vindt het een leuke werk- en leeromgeving. Aanwezigheid is zeer verschillend,

maar de meesten zijn 1 dag per week aanwezig. Wat werkt bij EnTranCe zijn de gemotiveerde

mensen, vrijheid en openheid en dat stakeholders actief betrokken worden. Wel heeft men behoefte

aan meer betrokkenheid vanuit de docenten en collega’s bij projecten, een community gevoel en

sociale connectiviteit.

Merendeel geeft aan dat de perfecte werk- en leeromgeving bestaat een grote en open ruimte met

goede voorzieningen en een eigen werkplek.

De meest gebruikte social media en communicatiemiddelen zijn Facebook, Snapchat, LinkedIn,

WhatsApp en E-mail. Deze worden voornamelijk gebruikt voor het delen van nieuws en documenten

en het maken van afspraken en een klein deel voor persoonlijke gesprekken.

In een online platform zoeken ze het kunnen delen van documenten, chatten/mailen met collega’s

en opdrachtgevers en een overzicht van lopende projecten.

Page 10: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

9

2.3.2 Persona’s

Aan de hand van de resultaten van de fieldresearch is voor iedere doelgroep ook een persona

gecreëerd (zie figuur 4 t/m 6).

Figuur 3 - Persona Student

Figuur 4 - Persona Onderzoeker

Figuur 5 - Persona Lector

Page 11: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

10

2.4 Ontwerpvoorwaarden Aan de hand van literatuuronderzoek, gesprekken met de opdrachtgever en de resultaten van de

vragenlijsten (zie paragraaf 2.1 t/m 2.3) zijn er ontwerpvoorwaarden opgesteld (zie tabel 2

hieronder).

Aan iedere ontwerpvoorwaarde is ook een MoSCoW-prioriteit gekoppeld (zie paragraaf 2.6). Deze

komt voor uit de resultaten van de vragenlijsten. Als de behoefte onder 50% is, heeft deze een ‘Could

Have’ prioriteit toegewezen gekregen, bij +- 50% een ‘Should Have’ prioriteit en bij een behoefte

hoger dan 50% een ‘Must Have’ prioriteit (zie tabel 2).

Ontwerpvoorwaarde Onderbouwing MoSCoW-Prioriteit

1 Creative – inspirerende omgeving

Bureau NoorderRuimte streeft ernaar om een inspirerende werk- en leeromgeving te zijn. Ook is uit het onderzoek naar voren gekomen dat hen ideale werk- leeromgeving een creatieve en inspirerende omgeving is. De digitale omgeving zal hier daarom ook een bijdrage aan moeten leveren.

Must Have (vanuit de opdrachtgever)

2 Het kunnen delen van documenten

Bestaande middelen die gebruikt worden voor opslag van documenten zullen geïntegreerd worden zodat men met elkaar documenten kan blijven delen. Men werkt in themagroepen en deelt bestanden onderling, maar ook zal men, in het kader van kruisbestuiving, documenten met alle collega’s kunnen delen.

Must Have

3 Integratie van gebruikte middelen (opslag, communicatie en social media)

Verlengde van ontwerpvoorwaarde 2: Om ervoor te zorgen dat men niet 100 accounts hoeft aan te maken voor dezelfde middelen, zullen de gebruikte middelen geïntegreerd moeten worden. Hierdoor zal de eventuele weerstand om gebruik te maken van een nieuw platform dalen.

Should Have

4 Profiel met contactgegevens, functie en project/onderzoek

Er is momenteel een ‘wie is wie’ pagina op de website van bureau NoorderRuimte. Echter is de informatie daar heel beknopt. Door een echt profiel zal er een beter beeld van collega’s gecreëerd worden en weet men sneller of men iets voor elkaar kunnen betekenen. Ook staan er momenteel geen contactgegevens vermeld, dus je kunt elkaar niet makkelijk benaderen. Tevens wil de opdrachtgever ook graag dat de Alumni van bNR een profiel kunnen aanmaken. Dit zal het community gevoel vergroten, omdat met

Should Have

Page 12: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

11

makkelijker en meer in contact komt met elkaar.

5 Chat- en mailfunctie Verlengde van ontwerpvoorwaarde 4: Om de benaderbaarheid en toegankelijkheid met collega’s en opdrachtgevers te vergroten.

Should Have

6 Overzichtelijke kennisbank Momenteel is er een bestaande kennisbank. Echter kan men hier niet filteren, waardoor deze erg onoverzichtelijk is. Ook ziet men geen samenvatting o.i.d. en weet men pas of het relevant is als men het bestand heeft geopend.

Should Have

7 Overzicht van lopende projecten/onderzoeken

Momenteel staat er een overzicht van de projecten onder de noemer ‘Onderzoeksopdrachten’ op de website van bureau NoorderRuimte. Dit zijn echter vacatures die ruim voor de start van het semester zijn opgesteld. Er is dan vervolgens ook geen informatie over bijv. de betrokkenen, status en de duur van het project/onderzoek. Dit is wel terug te zien bij het Kenniscentrum NoorderRuimte, maar niet bij bureau NoorderRuimte.

Must Have

8 Agenda/Planner Men wordt overspoeld met e-mails over activiteiten die plaatsvinden op bureau NoorderRuimte en uitnodigingen voor externe evenementen. Door een agenda/planner kan men deze activiteiten zelf inzien en hoeft men niet voor iedere activiteit een mail te krijgen. Deze moet ook te synchroniseren zijn met eigen agenda’s.

Should Have

9 Nieuws m.b.t. de relevante thema’s

Trends en ontwikkelingen m.b.t. thema’s geeft de mogelijkheid tot het verkrijgen van nieuwe inzichten en vergroot de kennis van de gebruiker. Dit kan leiden tot innovatie, waardoor een beter product (onderzoek/project) opgeleverd kan worden.

Could Have

10 Statuszichtbaarheid (Online/Afwezig/Bezet/Offline)

Men vindt de benaderbaarheid van collega’s erg prettig. Hiermee wordt de benaderbaarheid visueel weergeven. Ook heeft men aangegeven dat men behoefte heeft aan fysieke (aparte) stilteruimtes. Door de mogelijkheid om je status op bijv. bezet te zetten, kun je een digitale stilteruimte voor jezelf creëren.

Could Have

Page 13: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

12

11 Notificatiefunctie Dit is een overkoepelende ontwerpvoorwaarde. Zoals bij ontwerpvoorwaarde 8 aangegeven is, wordt men overspoeld door e-mails. De notificatiefunctie zorgt ervoor dat men zelf kan kiezen waar men e-mails (of andere notificaties) over krijgt.

Should Have

Tabel 2 - Ontwerpvoorwaarden

2.5 Concept ontwerp Naar aanleiding van de ontwerpvoorwaarden is geconcludeerd dat het concept een digitale

werkomgeving gaat worden die onderdeel uitmaakt van bureau NoorderRuimte. Tijdens de

introductie zal iedere student/lector/onderzoeker/werkveldpartner hier een account voor aan

moeten maken.

In deze digitale werkomgeving heeft iedereen een profiel met zijn/haar contactgegevens, functie en

het project/onderzoek waar hij/zij aan werkt. Men kan met collega’s en opdrachtgevers mailen,

chatten en documenten delen. Daarnaast is er een overzichtelijke kennisbank aanwezig en is er een

overzicht van alle lopende projecten/onderzoeken. Tot slot zal er ook een nieuwspagina zijn m.b.t. de

thema’s en een agenda waarin alle afspraken, activiteiten en evenementen in worden opgenomen.

De meerwaarde ten opzichte van de interactie die de website oplevert is dat medewerkers elkaar en

opdrachtgevers nu makkelijker kunnen benaderen en vinden. Ook heeft men meer zicht op waar

iedereen mee bezig is en kan kennis op een toegankelijke wijze gevonden en gedeeld worden.

Daarnaast draagt dit ook bij aan de binding van studenten aan bureau NoorderRuimte, omdat dit een

samenhorigheidsgevoel creëert. Het laat de gebruiker echt onderdeel voelen van een organisatie en

niet van de Hanzehogeschool.

Page 14: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

13

2.6 Theoretisch kader In deze paragraaf worden de theorieën en modellen die tijdens het onderzoek en de testen

toegepast worden kort toegelicht.

Heuristieken van Nielsen

Dit zijn 10 vuistregels voor interactie design van gebruikersinterfaces. Het doel hiervan is om zo veel

mogelijk fouten uit de interface te halen voor dat de toekomstige gebruiker er gebruik van gaat

maken. (Nielsen, 1995) De heuristieken zijn opgenomen in bijlage 1.

MoSCoW-methode

De MoSCoW-methode is een

methode om prioriteiten aan eisen

van een project, proces of product te

geven (zie figuur 3).

MoSCoW is een acroniem en staat

voor Must Have (M), Should Have (S),

Could Have (C) en Won’t Have (W).

Eisen die geclassificeerd zijn als ‘Must

Have’ zijn een vereiste om het project

te laten slagen. ‘Should Have’ hebben

een hoge prioriteit, maar zijn niet

cruciaal. ‘Could Have’ zijn leuk om te

hebben als er genoeg tijd voor is en

‘Won’t Have’ zijn eisen die niet

meteen meegenomen worden in het

project, maar zouden op een later

tijdstip toegevoegd kunnen worden.

Figuur 6 – MoSCoW-methode (Patro, 2013)

Page 15: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

14

3.0 Prototype

3.1 Beschrijving prototype Zoals beschreven in het concept ontwerp (paragraaf 2.6) is het prototype een digitale werkomgeving

waarin alle dagelijkse werkzaamheden uitgevoerd kunnen worden en de daarbij benodigde

informatievoorziening aanwezig is.

Het prototype is gemaakt middels het programma Balsamiq. Balsamiq is een wireframing-tool

waarmee je een digitale schets kunt maken van een website of app.

Omdat Balsamiq het mogelijk maakt om interactie toe te voegen aan het prototype is het geen low-

fidelity (lo-fi) prototype meer maar een medium-fidelity (med-fI) prototype.

Hieronder zijn screenshots opgenomen van het prototype. Voor de interactieve pdf zie

“Prototype_V1.pdf” in de externe bijlagemap.

3.2 Beschrijving interactie en screenshots Voor de gebruikers is het mogelijk om er doorheen te navigeren middels het hoofdmenu, het menu

in het midden en de breadcrumbs (zie figuur 7).

Figuur 7 - Prototype_V1_Dashboard

Page 16: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

15

Daarnaast zijn alle taakscenario’s ook uitvoerbaar, zoals het kunnen klikken op profielen (zie figuur 8

en 9), het gebruikmaken van de filterfuncties (zie figuur 10 en 11) en het kunnen bekijken van

projecten (zie figuur 12-13).

Figuur 8 - Prototype_V1_Profielen

Figuur 9 - Prototype_V1_Profiel_Johan

Page 17: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

16

Figuur 10 - Prototype_V1_Kennisbank

Figuur 11 - Prototype_V1_Kennisbank_Filter

Page 18: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

17

Figuur 12 - Prototype_V1_Projecten

Figuur 13 - Prototype_V1_Project_Watertoren

Page 19: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

18

Het is in dit prototype echter niet mogelijk om te typen. Bij alle taakscenario’s waarbij je iets zou

moeten typen is het al voor de gebruiker ingetypt (zie figuur 14).

Figuur 14 - Prototype_V1_Inloggen

Page 20: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

19

4.0 Methodologie

Om alle testen zo gelijk mogelijk te laten verlopen zijn er een aantal vaste onderdelen waar iedere

test aan moet voldoen. Deze zullen in de sub-paragrafen toegelicht worden.

4.1 Taakscenario’s Om te testen of de functies allemaal werken en de website goed te begrijpen is, zijn er een aantal

taakscenario´s opgesteld.

1. Je bent aangenomen bij bureau NoorderRuimte.

Login op hun website en stel je profiel in.

2. Je zit in de themagroep Gezondheid & Welzijn en bent eigenlijk wel benieuwd waar

collega’s uit andere themagroepen zich mee bezighouden.

Bezoek het profiel van een collega uit het thema Krimp en bekijk waar deze persoon zich mee

bezighoudt.

3. Je groepsgenoot Johan ten Velde is vandaag niet aanwezig bij bureau NoorderRuimte,

maar toch heb je een aantal vragen voor hem.

Ga naar Johan zijn profiel om te kijken of hij online is en start een chatgesprek met hem.

4. Je wordt overspoeld met e-mails over algemene agendapunten van bureau

NoorderRuimte, maar wilt er toch op de hoogte van gehouden worden.

Ga naar de notificatie instellingen en zet de e-mailnotificatie voor algemene agendapunten

uit en zet de pushmeldingen ervoor aan.

5. Je hebt een briefing gehad met je opdrachtgever. De notulist heeft de briefing in de

gedeelde map van jullie themagroep gezet.

Zoek het document van de briefing op.

6. Je zou vandaag een e-mail krijgen over het onderzoek van de watertoren.

Kijk of je deze mail gekregen hebt.

7. Je schrijft voor de eerste keer een afstudeerscriptie en weet niet echt hoe je moet

beginnen.

Zoek naar afstudeerscripties die je als voorbeeld zou kunnen gebruiken.

8. Je schrijft je afstudeerscriptie over een gezonde werkomgeving.

Zoek naar wetenschappelijke artikelen die geschikt zijn voor je scriptie.

9. Je doet onderzoek naar krimp en bent opzoek naar het laatste nieuws.

Bekijk het laatste nieuws m.b.t. krimp in Groningen.

10. Je bent benieuwd welke andere projecten er lopen naast je eigen project.

Bekijk een lopend project.

Page 21: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

20

4.2 Testlocatie Om de testen zo gelijk mogelijk te laten verlopen zal de testomgeving iedere keer hetzelfde zijn.

Mocht dit niet mogelijk zijn zal er naar een alternatief gekeken moeten worden die beschikt over

vergelijkbare kenmerken.

De ruimte die voor de test zal gebruikt worden is een stilteruimte in H1.86. Hiervoor is gekozen

omdat deze gereserveerd kan worden en er dan ook geen afleiding zal zijn.

4.3 Testmethodes Om zo veel mogelijk informatie uit de test te halen wordt er gebruik gemaakt van een combinatie

van verschillende testmethodes. Deze zijn expert reviews en think aloud gepaard met observatie en

een kleine vragenlijst achteraf.

Expert review Voor de rapid testing met de experts zijn er een expert reviewformulieren opgesteld (zie

Heuristieken Evaluatierapport in bijlage 2. Deze zijn opgesteld aan de hand van de 10 heuristieken

van Nielsen. De expert kan hier aangeven wat het probleem is, onder welke heuristiek, wat de

omvang van het probleem is en een suggestie geven voor een oplossing.

Think aloud De testpersoon gaat hardop zeggen wat hij/zij denkt, voelt en gaat doen. Tijdens de test maakt de

testafnemer aantekeningen van wat er gezegd wordt. Hierdoor wordt er een goed beeld gecreëerd

van eventuele gebruikersvriendelijkheid problemen en functies die niet optimaal werken. Achteraf

wordt er nog een evaluatiegesprek gehouden met de testpersoon over het verloop van de test.

Hierdoor worden eventuele onduidelijkheden nog verhelderd.

4.4 Testpersonen Voor het testen van de website zijn er testpersonen nodig. Deze zijn onderverdeeld in 2 categorieën:

doelgroep en experts. De doelgroep testpersonen worden geworven door collega’s te vragen. Dit kan

door middel van persoonlijk contact of mailen. De expert testpersonen kunnen geworven worden

middels docenten van mijn opleidingen.

Doelgroep Zoals aangegeven in hoofdstuk 1.4 is de hoofddoelgroep studenten en daarnaast ook nog

onderzoekers en lectoren. Daarom is het van belang dat de website voor zowel jongeren en mensen

van middelbare leeftijd goed te begrijpen is.

In totaal zullen er 10 personen van de doelgroepen getest worden. Dit zullen vijf studenten en vijf

lectoren en onderzoekers zijn. Dit geeft een goede weerspiegeling van de doelgroepen en volgens

Jacob Nielsen daalt de waarde van informatie af vanaf de 6e persoon.

Expert Ook zal er een expert uitgenodigd worden voor rapid testing. Dit wordt gedaan met een usability

expert.

Page 22: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

21

4.5 Test uitvoering Hieronder is de introductietekst beschreven die de testpersonen te horen krijgen voor dat de test

begint. Ook is de pagina met de taakscenario´s en de inloggegevens toegevoegd. Deze dient aan de

testpersoon gegeven te worden bij aanvang van de test.

Introductie tekst

Welkom!

Ten eerste wil ik je bedanken dat je met mij wilt testen. Zoals ik had aangegeven in een eerder

gesprek, zal de test gefilmd worden. Je zult anoniem blijven en de gegevens zullen ook anoniem

worden verwerkt. Ook is het van belang dat je weet dat ik niet jou ga testen, maar de website.

Ik zal je nu eerst even uitleggen wie mijn opdrachtgever is en het product dat je met mij gaat testen.

Daarna zal ik de test uitleggen en mag je beginnen.

Hebt je tot zover al vragen?

Mijn opdrachtgever is Bureau NoorderRuimte en om hun werk- leeromgeving te verbeteren heb ik

een digitale werkomgeving ontwikkeld. Hiermee kunnen medewerkers elkaar en opdrachtgevers nu

makkelijker benaderen en vinden. Ook heeft men meer zicht op waar iedereen mee bezig is en kan

kennis op een toegankelijke wijze gevonden en gedeeld worden.

Voor het testen van deze digitale werkomgeving heb ik 10 taakscenario’s gemaakt. In deze scenario’s

ben je een medewerker van bureau NoorderRuimte en is het de bedoeling dat je deze allemaal

uitvoert. Tijdens het uitvoeren van deze taken is het ook de bedoeling dat je hardop denkt en vertelt

wat je gaat doen.

(Alleen voor de expert test: Na het uitvoeren van de taakscenario’s kunnen de expert

reviewformulieren ingevuld worden.)

Na afloop gaan we in een open gesprek even terugkijken naar de test (Alleen voor de expert test: en

de ingevulde expert reviews).

Als je verder geen vragen hebt, mag je beginnen.

Page 23: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

22

5.0 Resultaten

5.1 Resultaten expert test Zoals aangegeven is de expert test gedaan door middel van expert review formulieren. De resultaten

hiervan staan hieronder op een rijtje. Voor de ingevulde expert review formulieren zie

“Ingevulde_Expert_Review_Formulieren.pdf” in de externe bijlagemap.

1. Er is geen consistentie in de indeling van de website.

2. Als je inlogt veranderd de login-knop naar dashboard. Dit zorgt voor verwarring.

3. Er wordt niet aangegeven waar je je als gebruiker bevindt op de website.

4. De plaatsing van dashboard is onlogisch, gezien dit de home-knop is en hij normaliter links in

het menu zou moeten staan.

5. Het dashboard is onpersoonlijk.

6. Je krijgt geen mail of chat notificaties.

7. Nieuwsfeed is overbodig.

8. Als gebruiker weet je niet zeker wat het gevolg van een klik is of wat er van je verwacht

wordt.

Hieronder zijn screenshots opgenomen van de tweede versie van het prototype. Voor de interactieve

pdf zie “Prototype_V2.pdf” in de externe bijlagemap.

Over de gehele website is nu gebruikgemaakt van een grid bestaande uit vier kolommen. Ook is de

login-knop losgemaakt van het hoofdmenu (zie figuur 15).

Figuur 15 - Prototype_V2

Als je nu vervolgens inlogt zal de home-knop (mijn werkruimte) nu ook links staan en is de login-knop

veranderd in een log-uit-knop (zie figuur 16).

Door de gebruiker te verwelkomen in zijn/haar werkruimte is deze nu ook persoonlijker gemaakt.

Daarnaast is er meer nadruk gelegd op het woord ‘mijn’ (zie het hamburgermenu links). Hierdoor

krijgt de gebruiker ook meer het gevoel dat het zijn/haar persoonlijke omgeving is (zie figuur 16).

Page 24: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

23

Ook is op iedere pagina nu duidelijk waar je je als gebruiker bevindt, dit wordt nu namelijk boven het

hamburgermenu weergegeven (zie figuur 16).

Tevens zijn er nu ook notificaties zichtbaar zodra er een nieuwe mail of chatbericht is ontvangen of

een nieuwsartikel geplaatst is of document is toegevoegd aan de kennisbank (zie figuur 16). Dit zorgt

er ook voor dat nieuwsfeed daadwerkelijk overbodig is geworden en dus vervolgens is weggelaten.

Figuur 16 - Prototype_V2_Mijn_Werkruimte

Tot slot is er zichtbaar gemaakt wat er van de gebruiker verwacht wordt (zie figuur 17). En krijgt de

gebruiker ook feedback zodra deze een actie voltooid (zie figuur 18).

Figuur 17 - Prototype_V2_Mijn_Profiel

Page 25: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

24

Figuur 18 - Prototype_V2_Mijn_Profiel_Feedback

5.2 Resultaten doelgroep test Zoals aangegeven zijn de doelgroep testen gedaan door middel van het uitvoeren van taakscenario’s,

observatie van genoemde taakscenario’s en een evaluatiegesprek achteraf. De aantekeningen die

gemaakt zijn tijdens het observeren en de evaluatiegesprekken zijn met elkaar vergeleken en hieruit

zijn vervolgens de meeste overeenkomsten uitgezocht. De resultaten hiervan staan hieronder op een

rijtje. Voor de aantekeningen die gemaakt zijn, zie “Aantekeningen_Observatie_en_Evaluatie.pdf” in

de externe bijlagemap.

1. Inloggen door middel van het pijltje is onduidelijk

2. Bij nieuws is het onduidelijk welk artikel het nieuwste is

3. Algemene mededelingen zoals de NoorderRuimte lunch missen

4. Onduidelijk wat het verschil is tussen een notificatie en pushmelding

5. Het is niet geheel duidelijk wat het verschil is tussen ‘nieuws’ en ‘kennisbank’

6. Plaatsing van chatballon onlogisch

7. De term ‘wetenschappelijke artikelen’ zorgt voor verwarring met bijv. ‘krantenartikel’

8. De kennisbank is openbaar voor iedereen

9. Instellen van profiel is niet geheel duidelijk

10. Koppeling van Hanzehogeschool Research Portal (Pure) mist in de kennisbank

11. Er is behoefte aan handleidingen en tips voor bijv. het schrijven van een scriptie

12. Bij de knop ‘delen’ in ‘mijn documenten’ weet men niet wat er verwacht wordt

13. Het kunnen typen in de tijdlijn van ‘mijn themagroep’ en in een messenger is dubbelop

Het prototype is hier vervolgens weer op aangepast. Op de volgende pagina zijn screenshots

opgenomen van de derde vers ie van het prototype. Voor de interactieve pdf zie “Prototype_V3.pdf”

in de externe bijlagemap.

Page 26: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

25

Bij het inloggen is er nu gebruik gemaakt van een login-knop in plaats van een pijl-icoontje (zie figuur

19). Er is nu duidelijk waar men als gebruiker op moet klikken.

Figuur 19 - Prototype_V3_Inloggen

Zodra er ingelogd wordt, is ‘mijn profiel’ de eerste pagina die de gebruiker nu te zien krijgt (zie figuur

20). Dit is alleen bij de eerste keer inloggen, zodat de gebruiker zijn of haar profiel meteen heeft

ingesteld. De eerstvolgende keer is ‘mijn werkruimte’ de homepagina.

Figuur 200 - Prototype_V3_Profiel_Instellen

Page 27: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

26

De nieuwspagina heet nu ‘Algemeen nieuws’ in plaats van ‘Nieuws’. Hiermee moet het verschil

duidelijker zijn in vergelijking met de kennisbank. Ook is bureau NoorderRuimte toegevoegd als

filterfunctie en respectievelijk is er ook algemeen nieuws vanuit bureau NoorderRuimte geplaatst,

zoals de NoorderRuimte lunch. Om duidelijk aan te geven welk artikel het nieuwste is, heeft ieder

artikel nu ook een datum van plaatsing gekregen. Daarnaast is de kennisbank nu voor externe

bezoekers benaderbaar, omdat deze openbaar is (zie figuur 21).

Figuur 211 - Prototype_V3_Nieuwspagina_En_Menu

Bij mijn documenten is de knop ‘delen’ hernoemd naar ‘Gedeelde bestanden’. Hierdoor weten de gebruikers nu wat zij moeten verwachten als ze op deze knop drukken (zie figuur 22).

Figuur 22 - Prototype_V3_Mijn_Documenten

Page 28: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

27

Voor een deel van de gebruikers was het niet duidelijk wat het verschil is tussen notificaties en

pushmeldingen. Om de gebruikers deze begrippen en/of functies uit te leggen is er een ‘tool tip’

gebruikt. Als de gebruiker met de muis over het vraagteken gaat, verschijnt een tekstballon met de

uitleg over het begrip/de functie (zie figuur 23). In het prototype moet je echter klikken op het

vraagteken om de tekstballon te laten verschijnen.

Figuur 23 - Prototype_V3_Instellingen_Uitleg

‘Tijdschrift’ en ‘Krantenartikel’ zijn verwijderd uit de bronsoorten. Deze vallen onder ‘Internetbron’ of

‘Wetenschappelijke artikel’ en zorgden anders alleen maar voor verwarring. Ook is handleidingen

toegevoegd aan de bronsoorten. Zo kunnen de gebruikers ook handleidingen voor bijv. het schrijven

van een scriptie vinden. Daarnaast is ‘Pure’ gekoppeld aan de kennisbank omdat senior medewerkers

hier onderzoeksrapporten op publiceren, zoals op Researchgate (zie figuur 24).

Figuur 24 - Prototype_V3_Kennisbank

Page 29: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

28

Bij ‘mijn themagroep’ is het kunnen versturen van berichten op de tijdlijn weggelaten (zie figuur 25).

Deze functie zorgde ervoor dat er gesprekken op zowel ‘mijn themagroep’ als in ‘messenger’

gehouden konden worden. Dit werd als onoverzichtelijk ervaren.

Figuur 25 - Prototype_V3_Themagroep

Het chatballontje naast de naam van een medewerker voelde misplaatst voor gebruikers. Ook moest

men weten dat het ballontje ‘chatten’ betekend. Daarom is er gekozen om een ‘Chat met ….’-knop

toe te voegen (zie figuur 26).

Figuur 26 - Prototype_V3_Profiel_Chat

Page 30: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

29

Tot slot is het overzicht (mijn werkruimte) van het prototype vervolgens nog vertaalt naar een

statisch high-fidelity (hi-fi) prototype (zie figuur 27). Dit is gedaan om een beter beeld te geven aan

de opdrachtgever van hoe de digitale werkomgeving er eventueel uit zou kunnen komen te zien.

Figuur 27 - Prototype_V3_Hi-Fi

Page 31: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

30

6.0 Conclusie

Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat alle benodigdheden om goed te kunnen werken al

bestaan. Door middel van een digitale werkomgeving kan het werken en leren wel efficiënter en

gemakkelijker gemaakt worden voor de gebruikers. Het bundelen van alle nodige programma’s en

applicaties zorgt dus voor een toegevoegde waarde. Er kan dus geconcludeerd worden dat een

digitale werkomgeving een oplossing biedt voor het probleem van bureau NoorderRuimte.

Deze digitale werkomgeving bestaat het kunnen delen van documenten, een profiel met

contactgegevens, een mail- en chatfunctie, een overzicht van de lopende projecten, een agenda en

een overzichtelijke kennisbank. Wat hierbij van belang is, is de integratie van de applicaties die al

gebruikt worden.

6.1 Advies Het advies is om een digitale werkomgeving te gaan realiseren die al deze genoemde functies en

applicaties bij elkaar brengt. Ook is het advies om deze op te nemen in de introductieweek, zodat

iedereen ermee kan en gaat werken.

Daarnaast draagt dit ook bij aan de binding van studenten aan bureau NoorderRuimte, omdat dit een

samenhorigheidsgevoel creëert. Het laat de gebruiker echt onderdeel voelen van een organisatie en

niet van de Hanzehogeschool.

6.2 Suggesties Uit de evaluatiegesprekken met de gebruikers zijn er nog enkele suggesties voortgekomen. Deze

suggesties zijn geen eisen om de digitale werkomgeving succesvol te maken, maar bieden wel een

toegevoegde waarde voor bureau NoorderRuimte.

Healthy Workplace temperatuur/co2 plattegrond

Dit is een plattegrond die de temperatuur en het co2 niveau van het gebouw weergeeft.

Medewerkers kunnen aan de hand van deze plattegrond een bewustere keuze maken om ergens

(anders) te gaan zitten in het gebouw. Zo kan men bijvoorbeeld naar een koudere plek gaan als men

het te warm heeft of naar een plek met hogere co2-waarde gaan als men zich minder goed kan

concentreren of suf begint te voelen.

Partner- en stakeholderoverzicht

Met een partner- en stakeholderoverzicht kunnen medewerkers zien wie er verbonden zijn aan

bureau NoorderRuimte. Contactleggen met bedrijven en/of stakeholders die voor jouw onderzoek

toegevoegde waarde hebben wordt hierdoor eenvoudiger gemaakt. (Zie hiervoor ook het partner

overzicht van Healthy Aging: https://www.healthyageing.net/nl/partners)

Een beeldbank (of koppeling met de Hanzebeeldbank)

Met een beeldbank hebben de medewerkers toegang tot afbeeldingen en video’s die zij vrij kunnen

gebruiken voor presentaties en rapporten. De Hanzehogeschool heeft een eigen beeldbank, dus een

koppeling of link hiernaartoe zou ook een mogelijkheid kunnen zijn.

Personalisatie van ‘mijn werkruimte’

Er zouden meerdere functies (widgets) toegevoegd kunnen worden aan ‘mijn werkruimte’, zoals

bijvoorbeeld een to-do lijst, de temperatuur/co2 plattegrond of een klok/timer. De medewerker kan

dan vervolgens zelf kiezen welke functies (widgets) er in zijn/haar werkruimte getoond worden.

Page 32: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

31

Literatuurlijst

Cremers, P.H.M. (2016). Typologie Innovatiewerkplaatsen Hanzehogeschool Groningen.

Geraadpleegd op 26 februari 2018, van https://research.hanze.nl/ws/portalfiles/portal/16393471

Dreijer, A. (2017). Testopzet Elsdon Health B.V. (Rapport jaar 2 Communicatie & Multimedia

Design). Groningen: Auteur. Geraadpleegd op 26 februari 2018.

Energy Transition Centre. (2018). For Students. Geraadpleegd op 28 februari 2018, van http://en-

tran-ce.org/for-students/

Froentjes, R. (2018). bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving

(Stagevacature). Geraadpleegd op 26 februari 2018, van https://www.hanze.nl/assets/kc-

NoorderRuimte/bureau-

NoorderRuimte/Documents/Public/bNR%20inspirerende%20werkleeromgeving%5b2%5d.pdf

Groenewold, R. (2016). Behoeftenonderzoek naar het optimale communicatieplatform binnen een

change agency (Stageverslag). Hanzehogeschool Groningen, Groningen. Geraadpleegd op 14 februari

2018.

Hanzehogeschool Groningen. (2017, 11 maart). Typologie Innovatiewerkplaatsen Hanzehogeschool

Groningen. Geraadpleegd op 26 februari 2018, van

https://research.hanze.nl/ws/portalfiles/portal/16393471

Hanzehogeschool Groningen. (2016). Strategisch Plan. Geraadpleegd op 26 februari 2018, van

https://research.hanze.nl/ws/portalfiles/portal/16393471

Hanzehogeschool Groningen. (2018). Honoursminor Da Vinci. Geraadpleegd op 28 februari 2018, van

https://www.hanze.nl/nld/onderwijs/economie/instituut-voor-marketing-

management/opleidingen/honoursafstudeerprogramma/honoursminor-da-vinci

Hanzehogeschool Groningen. (2018). EnTranCe. Geraadpleegd op 28 februari 2018, van

https://www.hanze.nl/nld/onderzoek/speerpunten/energie/onderzoek/onderzoeksfaciliteiten/onde

rzoeksfaciliteit-entrance

Healthy Ageing. (2018). Wat is een innovatiewerkplaats? Geraadpleegd op 14 februari 2018, van

https://healthyageing.net/nl/innovatiewerkplaatsen-informatie

Hanzehogeschool (z.d.). Kenniscentrum NoorderRuimte. Geraadpleegd op 14 februari 2018, van

https://www.hanze.nl/nld/onderzoek/kenniscentra/kenniscentrum-noorderruimte

Invest Online (2013, 2 december). Het belang van de heuristieken van Nielsen. Geraadpleegd op 5

maart 2018, van https://www.investonline.nl/de-kunst-van-het-verleiden-met-een-goed-ontwerp/

Nielsen, J. (1995, 1 januari). 10 Usability Heuristics for User Interface Design. Geraadpleegd op 5

maart 2018, van https://www.nngroup.com/articles/ten-usability-heuristics/

Nielsen, J. (2000, 19 maart). Why You Only Need to Test with 5 Users. Geraadpleegd op 25 mei 2018,

van https://www.nngroup.com/articles/why-you-only-need-to-test-with-5-users/

Patro, A. (2013, 21 juni). MoSCoW Method for Requirements Prioritization. Geraadpleegd op 23 april

2018, van http://www.businessanalysis.in/2013/06/moscow-method-for-requirements.html

Page 33: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

32

Zitter, I., & Hoeve, A. (2012). Hybride leeromgevingen: Het verweven van leer- en werkprocessen

(Rapport). Geraadpleegd op 27 februari 2018, van https://surfsharekit.nl/publiek/hu/59d89e7e-

b03a-4603-abd7-51c31f836663

Page 34: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

33

Bijlages

1.0 Heuristieken van Nielsen

1. Visibility of system status (zichtbaarheid van de status)

Bezoekers hebben vaak geen hekel aan het wachten, mits zij weten waarop zij moeten wachten. Het

is belangrijk om de bezoeker duidelijk te maken waarop deze staat te wachten. Denk bijvoorbeeld

aan het aantal stappen dat de bezoeker nog moet doorlopen. Of als er iets geladen moet worden,

toon een loader. Zo is het voor de bezoeker direct duidelijk hoelang het nog gaat duren. Een ander

leuk voorbeeld is wanneer fietsers voor een stoplicht staan, ze veel geduldiger zij als er wordt

afgeteld dan wanneer dit niet het geval is. (Invest Online, 2013)

2. Match between system and the real world (relatie tussen website en bezoeker)

Communiceren in eigen taal werkt altijd beter. Hetzelfde geldt dus als u wilt communiceren met de

bezoeker op uw website. Een bezoeker voelt zich comfortabeler, beter aangesproken en meer

vertrouwd op uw website. Daarom is het erg belangrijk om de taal van de bezoekers te spreken, dit is

een belangrijk punt voor de beleving van de bezoeker. (Invest Online, 2013)

3. User control and freedom (zekerheid en controle)

Bezoekers willen graag het gevoel dat ze de ‘’touwtjes’’ in handen hebben. Als voorbeeld: wanneer

een bezoeker een product te vaak toevoegt tijdens het online shoppen, dan moet het mogelijk zijn

om het aantal te wijzigen. Deze controle geeft de bezoeker namelijk een beter vertrouwen en meer

zekerheid. (Invest Online, 2013)

Je zou het kunnen vergelijken met een automaat. Wanneer hier uw pas wordt ingenomen, is het

altijd even twijfelen of u deze wel terugkrijgt. Hierdoor nemen tegenwoordig veel automaten geen

pas meer helemaal op, het haalt namelijk een stukje zekerheid weg bij de persoon die gebruik wilt

maken van de automaat. (Invest Online, 2013)

4. Consistency and standards (consistentie en standaarden)

Bezoekers houden van consistentie, dit geeft namelijk een vertrouwd gevoel. Bepaalde onderdelen

worden altijd terugverwacht bij bezoekers, denk aan een logo van het bedrijf, een zoekfunctie of het

taalgebruik waarmee de bezoeker wordt aangesproken. Het maakt dat bezoekers zich goed voelen

met de huidige standaarden. Het klinkt vanzelfsprekend allemaal, maar dat is het niet. Veel mensen

gaan hier de fout in bij een nieuwe website. Je zou ook kunnen zeggen ‘’If it ain’t broke, don’t fix it!’’

(Invest Online, 2013)

5. Error prevention (voorkom fouten)

Voorkom fouten, het klinkt simpel en is het eigenlijk ook. Fouten zijn belangrijk om te voorkomen.

Wanneer een bezoeker iets ziet wat niet kan kloppen, is er een grote kans dat hij de website verlaat.

Denk bijvoorbeeld aan een formulier waar een geboortedatum geselecteerd moet worden en 2020

geselecteerd kan worden. (Invest Online, 2013)

Een ander voorbeeld is het ontwerpen van een wastafel. Belangrijk is dat hierbij het gaatje onder de

kraan zit, dit zit er namelijk om ‘’fouten’’ te voorkomen. Mocht de kraan te lang openblijven en de

wastafel bijna over gaan lopen, dan zorgt het gaatje er ten slotte voor dat het water op de correcte

manier werd wordt gedragen. (Invest Online, 2013)

Page 35: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

34

6. Recognition rather then recall (erken fouten, los ze op en informeer de gebruikers)

Herkennen van zaken is vaak handiger dan ze te onthouden. Zodat het voor jou bezoekers net zo

makkelijk wordt. Heeft een bezoeker geklikt op een link? Zorg dan dat dit duidelijk is door

bijvoorbeeld een andere kleur. Zo hoeft de bezoeker niet te onthouden dat hier al op geklikt is. Een

website moet dus altijd de belangrijke zaken moeten onthouden en anders aangeven waar nodig.

(Invest Online, 2013)

7. Flexibility and efficiency of use (flexibiliteit en efficiency)

Flexibiliteit, een erg belangrijk onderdeel tegenwoordig. Bezoekers hebben haast en alles moet snel

gebeuren, zorg dus ook dat uw website hierop is afgesteld. Stem de website dus goed af op de

bezoeker, zo registreren bezoekers vaak graag zonder een hele lange registratie omdat zij hier geen

behoefte of tijd voor hebben. Bied deze optie dus aan. (Invest Online, 2013)

Een ander goed voorbeeld is het aanbieden van gepersonaliseerde content, dit kan vaak op basis van

zoekgedrag of profielgegevens. Een uitgelezen mogelijkheid om beter te richten op de interesses van

de bezoeker. Ook een manier is om gebruikers de mogelijkheid te geven hun eigen omgeving aan te

passen, zodat zij zich beter voelen door het gevoel alsof het van hun zelf is. (Invest Online, 2013)

8. Aesthetic and minimalist design (vorm en minimalisme)

Bied alleen de informatie die belangrijk is, overbodige informatie kan beter worden geschrapt. Dit

zorgt vaak voor meer verwarring waardoor bezoekers eerder afhaken. ‘Schrijven is schrappen’, wordt

er ook vaak gezegd. (Invest Online, 2013)

9. Help users recognize, diagnose, and recover from errors (help gebruikers herkennen, herstellen

en diagnosticeren van fouten)

Fouten bestaan altijd, iedereen maakt ze. En niet alleen in het dagelijkse leven is het belangrijk om

fouten toe te geven, ook op het internet. Een duidelijke 404-pagina is een voorbeeld hiervan. Zo kan

een pagina opgehouden zijn te bestaan of kan een bezoeker een URL verkeerd hebben ingetypt. Geef

hierbij altijd een oplossing voor de bezoeker en leg de schuld nooit bij de gebruiker. Een 404-pagina

kan onder andere goed geoptimaliseerd worden met een zoekbalk, zodat bezoekers zo weer verder

kunnen zoeken op uw website zonder dat ze afhaken. (Invest Online, 2013)

10. Help and documentation (biedt een helpende hand)

Niks is fijner dan hulp voor een bezoeker wanneer dit nodig is. Een website moet ten eerste al

duidelijk zijn zonder hulp, maar soms is dit niet altijd even goed mogelijk en kunnen bezoekers hulp

gebruiken. Biedt hierbij dan een helpende hand om de bezoeker verder te helpen. (Invest Online,

2013)

Denk hierbij aan een chatfunctie aan de zijkant, waar bezoekers gemakkelijk een vraag kunnen

stellen waar binnen korte tijd antwoord op wordt gegeven. (Invest Online, 2013)

Page 36: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

35

2.0 Heuristieken Evaluatierapport

Getest door:

Naam ____________________________________

Paraaf ____________________________________

Datum ____________________________________

Naam van geëvalueerd systeem ____________________________________

Probleem # ____________________________________

Locatie van het probleem ____________________________________

____________________________________

____________________________________

Betreffende heuristiek

Zichtbaarheid van de status

Relatie tussen website en bezoeker

Zekerheid en controle

Consistentie en standaarden

Voorkom fouten

Erken fouten, los ze op en informeer de gebruikers

Flexibiliteit en efficiency

Vorm en minimalisme

Help gebruikers herkennen, herstellen en

diagnosticeren van fouten

Bied een helpende hand

Reden van negatieve beoordeling

____________________________________________________________________

____________________________________________________________________

____________________________________________________________________

____________________________________________________________________

Page 37: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

36

Omvang van het probleem ______________________________

Niveau van het probleem (hoog/middel/laag) ______________________________

Toelichting van toegewezen niveau ______________________________

______________________________

Suggestie voor een oplossing

____________________________________________________________________

____________________________________________________________________

____________________________________________________________________

____________________________________________________________________

____________________________________________________________________

Page 38: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

37

3.0 Vragenlijst

Page 39: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

38

Page 40: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

39

Page 41: bNR: Co-leren en werken aan de gebouwde omgeving · en disciplines (zowel studenten, docenten en bedrijven). Het delen van kennis en netwerken staan hier ook bij centraal. En het

40