Beeld Insectenboekje

14

description

In dit insectenboekje kan je een beeldles vinden rond 'kriebelbeestjes'. Dit is een les voor de eerste graad --> het eerste leerjaar.

Transcript of Beeld Insectenboekje

Page 1: Beeld Insectenboekje
Page 2: Beeld Insectenboekje

Geschikt voor de eerste graad, eerste leerjaar.

Page 3: Beeld Insectenboekje

Sfeerschepping

Een luizenleven:

We zouden samen met de leerlingen een stukje uit de film “Een luizenleven” kunnen bekijken. In deze film komen er heel wat insecten aan bod, waardoor ze inspiratie kunnen opdoen rond kriebelbeestjes.

Page 4: Beeld Insectenboekje

Woordspin:

In de klas kunnen we ook starten met een woordspin rond insecten.

INSECTEN

Libel

Vlieg

Wesp

Bij

Kever

MierVliegmier

Vlinder

Rups

Page 5: Beeld Insectenboekje

Waarnemen en beschouwen

1. Beestjes zoeken

We zouden op boswandeling kunnen gaan, waar we naar insecten kunnen zoeken. Deze zouden we dan kunnen bekijken en ideetjes opdoen voor ons werkje later in de klas.

Je zou de kinderen ook de opdracht kunnen geven een beestje te zoeken samen met mama en papa in hun eigen tuin. Ze kunnen dat beestje dan meebrengen in een potje. En deze dan aan elkaar laten zien. (Na dat we de beestjes bekeken hebben, is het wel de bedoeling dat deze terug in de natuur gezet worden.)

2. Foto’s van kriebelbeestjes

We kunnen natuurlijk ook nog enkele foto’s laten zien van insecten.

Page 6: Beeld Insectenboekje

Creëren

• Materiaal

Kleurpotloden Schaar

Wit tekenpapierPlakband

Groot groen papier (A3) met twee lijnen op. Vooraan elke lijn

is een gaatje.

Satéstokjes

Page 7: Beeld Insectenboekje

Vlinder

Lieveheersbeestje

Rups

Hier zie je drie van de eventuele sjablonen.(Deze kunnen gebruikt worden, wanneer er leerlingen zijn die niet meer verder kunnen).

Page 8: Beeld Insectenboekje

• Stappenplan + toelichting

DEEL 1:2 Willekeurige kriebelbeestjes (bv: rups of vlinder)

Stap 1: Neem al het nodige materiaal klaar:

- een wit blad tekenpapier - kleurpotloden- plakband- 2 satéstokjes- schaar- eventuele sjablonen

Stap 2: Hoe ga je tewerk?

Teken twee kriebelbeestjes op een wit blaadje. (Niet te klein.) Voor de leerlingen waar het tekenen te moeilijk is en die geen uitweg zien zijn er sjablonen voorzien van verschillende “kriebelbeestjes”. Zo kunnen ze zelf nog kiezen welke beestjes ze willen en hoe ze die gaan versieren.

Neem je potloden en geef je diertjes de gepaste kleur + oortjes, oogjes, …

Neem je schaar en knip je beestjes uit.

Neem een satéstokje en kleef het beestje bovenaan op het stokje.

Leg je stokjes even opzij.

Page 9: Beeld Insectenboekje

DEEL 2 : De leuke tuin voor de kriebelbeestjes…

Stap 1: Neem al het nodige materiaal klaar:

- een groen A3 blaadje met twee lijnen en twee gaatjes. - kleurpotloden- schaar

Stap 2: Hoe ga je tewerk?

Knip op de lijnen start bij het gaatje. (Knip enkel op de lijnen, niet verder!)

Leg nu je schaar aan de kant, en maak een tekening van een tuin op je groene blad. Er mogen verschillende dingen in staan, dit mag je zelf kiezen.

Nu heb je een tuin en je kriebelbeestjes. Steek nu je beestjes door de opening en laat ze vliegen of kruipen.

Page 10: Beeld Insectenboekje

• Eindproduct

De kriebelbeestjes

1

2

Page 11: Beeld Insectenboekje

3

4

Page 12: Beeld Insectenboekje

De kriebelbeestjes in de tuin…

Page 13: Beeld Insectenboekje

Beeldaspecten

1) Het beeldaspect “lijn” ervaren en toepassen.- Het gebruik van lijnen in de omgeving illustreren

2) Het beeldaspect “ruimte” ervaren en toepassen- De oppervlakte van het tekenpapier functioneel aanwenden.- Ruimte suggereren door dichtbij de kleuren feller en de vormen

duidelijker te maken.

3) Het beeldaspect “kleur” ervaren en toepassen- Een middel van kleur een bepaald element in een werkstuk of een deel

ervan in het oog laten springen.

4) Het beeldaspect “vorm” ervaren en toepassen- Vormen kunnen voorstellen door een omtreklijn, door vlakken of volumes.- Een vorm zodanig versieren dat het karakter ervan wordt versterkt.

Leerplansituering

Waarnemen / beschouwen: 2) Bewust zijn van het feit dat beelden een zeggingskracht hebben 2.4 Informatie halen uit beelden (bijvoorbeeld foto’s)2.7 Ervaren dat bewegende beelden veel invloed hebben.

Creëren: 5) Beeldende middelen exploreren en ermee experimenteren.5.1 Experimenteren met allerlei materiaal.5.3 De mogelijkheden van materialen en technieken leren kennen.

8) Strategieën aanwenden bij het creëren.

Dat houdt in dat kinderen:8.2 Intens observeren en verbeelden om het creëren te bevorderen.8.4 Zich goed concentreren tijdens het creëren.8.6 Een moeilijk detail afzonderlijk inoefenen.

“Streefdoel”:

Vreugde beleven aan het creëren van werkstukken.

Techniek

Kleuren Knippen Tekenen van insecten

Page 14: Beeld Insectenboekje

Nabespreking

• Evaluatie

Product- en procesevaluatie via vraagstelling.

Vond je de opdracht moeilijk?Wat was er dan zo moeilijk aan?Was het leuk?Wat vond je er zo leuk aan?Welk werkje vind je speciaal?Waarom?

• Tips

Hier vind je nog een aantal ideeën van wat we nog kunnen doen met de kriebelbeestjes.

1) Wanneer er weinig tijd is, zouden we gewoon de kriebelbeestjes kunnen maken op een stokje zonder de tuin. Daarna kunnen we ze ook in een bloempot zetten als versiering.

2) We kunnen de kinderen een klein verhaaltje laten vertellen bij hun werkje.

3) We kunnen de kriebelbeestjes op een stokje ook gebruiken als bewegingstussendoortje. Ze kunnen zich dan vrij bewegen in de klas en de beestjes laten rondvliegen en kruipen.

4) We kunnen ook lesoverschrijdend werken. We kunnen werken met die beestjes in wereldoriëntatie.