Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en...

184
31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds- handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de machine. Dutch

Transcript of Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en...

Page 1: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

3120035610 Juli..2007

Bedienings- enOnderhouds-handleidingTH580B VerreikerS/N TBJ00100 & daarna

Houd dit handboek op elk moment met de machine.

Dutch

Page 2: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

Belangrijke veiligheidsinformatieDe meeste ongelukken die voorkomen bij de bediening, het onderhoud en reparaties van een product,worden door het niet opvolgen van de algemene veiligheidsregels of voorzorgsmaatregelen veroorzaakt.Vaak kan een ongeluk worden vermeden door in te zien dat een situatie gevaarlijk kan zijn, voordatzich een ongeluk voordoet. Men moet goed uitkijken voor mogelijk gevaarlijke omstandigheden. Menmoet ook over de nodige training, vaardigheden en gereedschappen beschikken om deze functies naarbehoren te verrichten.

Onjuiste bediening, smering, onderhoud of reparatie van dit product kan gevaarlijk zijn en ernstigof dodelijk letsel tot gevolg hebben.Gebruik dit product niet en voer er geen smering, onderhoud of reparatie aan uit voordat ude informatie over de bediening, de smering, het onderhoud en de reparaties hebt gelezen enbegrepen.De veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen worden in deze handleiding en op het product gegeven.Als deze waarschuwingen voor gevaren niet in acht worden genomen, kunt u of kunnen andere personenernstig of dodelijk letsel oplopen.

De gevaren worden aangeduid met het “gevaarteken” en gevolgd door een “woord” zoals “GEVAAR”,“WAARSCHUWING” of “VOORZICHTIG”. Het gevaarteken “WAARSCHUWING” is hieronder afgebeeld.

De betekenis van dit veiligheidssymbool is als volgt:

Opgelet! Wees op uw hoede! Uw veiligheid staat op het spel.De mededeling die onder de waarschuwing staat, legt het gevaar nader uit en kan een tekst of afbeeldingzijn.

Handelingen die schade aan het product kunnen veroorzaken, worden op het product en in dezehandleiding aangeduid met “OPGELET”.

Caterpillar kan niet alle mogelijke omstandigheden voorzien die gevaarlijk kunnen zijn. Dewaarschuwingen in deze handleiding en op het product beschrijven dan ook niet alle mogelijkegevaren. Indien gereedschap, een procedure, werkmethode of bedieningstechniek wordt gebruiktdie niet specifiek door Caterpillar wordt aanbevolen, moet u zich ervan verzekeren dat deze veilig isvoor uzelf en voor anderen. U dient zich er ook van te verzekeren dat het product niet beschadigdof onveilig gemaakt zal worden door de bedienings-, smeer-, onderhouds- of reparatieproceduresdie u kiest.De informatie, specificaties en illustraties in deze handleiding zijn gebaseerd op de informatie die tentijde dat de handleiding werd geschreven, beschikbaar was. De specificaties, aandraaimomenten,drukken, afmetingen, afstellingen, illustraties en andere items kunnen op elk moment veranderen. Dezeveranderingen kunnen de aan het product verrichte service, beïnvloeden. Verkrijg de volledige en meestrecente informatie voordat u aan een taak begint. Caterpillar dealers beschikken over de meest recenteinformatie.

Wanneer vervangingsonderdelen voor dit pro-duct vereist zijn, raadt Caterpillar het gebruikvan Caterpillar vervangingsonderdelen of on-derdelen met gelijkwaardige specificaties aan,inclusief, maar niet beperkt tot, afmetingen, type,sterkte en materiaal.

Het niet opvolgen van deze waarschuwing kan totvroegtijdige storingen, beschadiging van het pro-duct en ernstig of dodelijk letsel leiden.

Page 3: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

EFFECTIVITY PAGINA

31200356 i

14 Juli..2006 - A - Originele Kwestie van Handboek

2 Februari..2007 - B - Toegevoegd Tier III informatie. Herziene pagina's 9, 19, 41, 111, 127, 146, 147a, 147b, 148a, 148b,

150, 151.10 Juli..2007 - C - voegde LSI de informatie van het Knipsel over pagina's 51 toe en 52.Herzag de Informatie van de Band over pagina 108 en herzag de Procedure van de Aanpassing van de Keten van de Boom aangaande pagina's 118 thru 118b.

Page 4: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

EFFECTIVITY PAGINA

31200356ii

Page 5: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 3Inhoud

Inhoud

Voorwoord ............................................................... 4

Veiligheid

Veiligheidsberichten ................................................ 6

Aanvullende berichten .......................................... 20

Algemene veiligheidsvoorschriften ....................... 24

Preventie van beknellings- en snijwonden ........... 26

Preventie van brandwonden ................................. 27

Preventie van brand en explosie .......................... 28

Plaats van brandblusapparaat .............................. 30

Informatie over banden ........................................ 30

Preventie van letsel als gevolg van onweer .......... 30

Vóór het starten van de motor .............................. 31

Motor starten ......................................................... 31

Vóór het bedrijf ..................................................... 32

Bedrijf .................................................................... 32

Motor stoppen ....................................................... 33

Uitrustingsstukken ................................................ 34

Parkeren ............................................................... 34

Uitrustingsstukken neerlaten bij verlies vanhydraulische kracht ............................................. 34

Informatie over geluid en trillingen ........................ 35

Bedieningsstation ................................................. 35

Schermen (Bescherming van machinist) .............. 35

Productinformatie

Algemene informatie ............................................. 37

Informatie over identificatie ................................... 41

Bediening

Vóór het bedrijf ..................................................... 45

Machine bedienen ............................................... 47

Motor starten ......................................................... 95

Parkeren ............................................................... 97

Informatie over transport ....................................... 99

Informatie over slepen ........................................ 101

Motor starten (alternatieve methoden) ................ 104

Onderhoud

Toegang voor onderhoud .................................... 106

Informatie over bandenspanning ........................ 107

Smeermiddelviscositeiten en inhouden .............. 110

Onderhoudsondersteuning .................................. 112

Onderhoudsschema ............................................ 113

Naslagwerken

Referentiemateriaal ........................................... 168

Index

Index ................................................................... 171

Page 6: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

4 31200356Voorwoord

VoorwoordInformatie over documentatieDeze handleiding moet in de documentatiehouderin de cabine of in de opbergruimte in de rugleuningworden bewaard.

Deze handleiding bevat informatie over veiligheid,bedieningsinstructies en informatie over transport,smering en onderhoud.

Sommige foto’s of afbeeldingen in deze handleidingtonen details of uitrustingsstukken die kunnenverschillen van uw machine. Voor de duidelijkheidvan de afbeelding kunnen beschermplaten endeksels zijn weggenomen.

Door de voortdurende verbetering en vooruitgangin het ontwerp van het product kan het zijn dat uwmachine wijzigingen heeft die niet in deze publicatiezijn opgenomen. Lees, bestudeer en bewaar dezehandleiding bij de machine.

Raadpleeg uw Caterpillar dealer voor de meestrecente informatie als u vragen hebt over dezehandleiding of over uw machine.

VeiligheidIn het gedeelte Veiligheid staan de algemeneveiligheidsvoorschriften. Bovendien vindt uin dit gedeelte de tekst en plaats van dewaarschuwingsplaatjes en -labels die op de machineworden gebruikt.

Lees de algemene veiligheidsvoorschriften in hetgedeelte Veiligheid en zorg dat u ze begrijpt voordat udeze machine smeert en er onderhoud of reparatiesaan uitvoert.

BedieningHet gedeelte Bediening dient als referentie voorde nieuwe machinist en als herhaling voor deervaren machinist. In dit gedeelte worden de meters,de schakelaars, de bedieningselementen van demachine en van de uitrustingsstukken en informatieover transport en slepen besproken.

Aan de hand van foto’s en afbeeldingen leertde machinist de correcte procedures voor hetcontroleren, starten, bedienen en stoppen van demachine.

De in deze handleiding beschrevenbedieningstechnieken zijn elementair. Demachinist zal behendiger worden naarmate hij demachine en de mogelijkheden ervan beter leertkennen.

OnderhoudHet gedeelte Onderhoud is een hulpmiddel voorhet goed onderhouden van het materieel. Degeïllustreerde, stapsgewijze instructies zijn peronderhoudsinterval gegroepeerd. Onderdelenzonder specifieke onderhoudsintervallen zijn onderhet interval Wanneer nodig geplaatst. In de tabelmet de onderhoudsintervallen wordt naar meergedetailleerde informatie verwezen die verderopvolgt.

Onderhoudsintervallen

Gebruik de bedrijfsurenmeter om deonderhoudsintervallen te bepalen. De weergegevenkalenderintervallen (dagelijks, wekelijks, maandelijksenz.) kunnen in plaats van de intervallen van debedrijfsurenmeter worden gebruikt indien dit beteruitkomt en deze intervallen ongeveer overeenkomenmet het aantal uren op de meter. Het aanbevolenonderhoud moet altijd bij het interval wordenuitgevoerd dat het zich het eerste voordoet.

In zeer stoffige of vochtige omstandigheden moetwellicht vaker worden gesmeerd dan aangegevenstaat in de tabel met de onderhoudsintervallen.

Gecerti ficeerd mo to ron derho udHet ju is te o nde rh oud en de jui s te r ep ar ati es z ij nes se nti eel om de mot or en mac hi ne sy s t eme ngoe d t e l aten bl ij v en w er ke n. A l s d e e ig ena arvan een zwaaruitgevoerde dieselmotor voorter r ei ntoe pas s in gen b ent u v er ant woor d eli jk vo orhet ui tv oer e n v an he t v er ei s te ond er hou d d atin de G e br uik er s ha ndl ei din g, B ed ien in gs - e nO nde rh oud sh and le idi ng en Wer k pl aats ha ndl ei di ngwordt be schre ve n.

Page 7: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 5Voorwoord

Het is verboden voor elke persoon die een bedrijfheeft waar motoren of machines worden gerepareerd,onderhouden, verkocht, geleased of ingeruild, omenige met de emissie in verband staande apparatenof ontwerpelementen op of in een motor of machinedie aan de voorschriften (40 CFR deel 89) voldoet, teverwijderen, te wijzigen of buiten werking te stellen.Bepaalde elementen van de machine en motor zoalshet uitlaatsysteem, brandstofsysteem, elektrischesysteem, inlaatluchtsysteem en koelsysteem kunnenverband houden met de emissie en mogen alleenmet goedkeuring van Caterpillar worden gewijzigd.

Vermogen van machineAanvullende hulpstukken of wijzigingen kunnenhet vermogen van de machine volgens ontwerpoverschrijden wat de prestatiekenmerken nadeligkan beïnvloeden. Hieronder vallen stabiliteit- ensysteemcertificering zoals remmen, stuursysteemen ROPS-constructies. Neem contact op met uwCaterpillar dealer voor verdere informatie.

De Informatie van het contactVoor:

• De Publicaties van de Veiligheid van de Rapportering van het ongeval en van het Product

• De huidige Updates van de Eigenaar

• Vragen betreffende de Toepassingen en de Veiligheid van het Product

• De Informatie van de Naleving van normen en van Verordeningen

• Vragen betreffende de Wijzigingen van het Product

Contact:

Product Safety and Reliability DepartmentJLG Industries, Inc.1 JLG DriveMcConnellsburg, PA 17233USA

of Uw Lokaal Bureau JLG

In de Verenigde Staten van Amerika:Vrije tol: 877-JLG-SAFE (877-554-7233)

Buiten de Verenigde Staten van Amerika:Telefoon: 717-485-5161 or 717-485-6591

E-mail: [email protected]

Page 8: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

6 31200356VeiligheidVeiligheidsberichten

Veiligheid

Veiligheidsberichten

g01106545Illustratie 2

Page 9: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 7Veiligheid

Veiligheidsberichten

g01106569Illustratie 3

Page 10: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

8 31200356VeiligheidVeiligheidsberichten

g01106584Illustratie 5

Page 11: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 12: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

10 31200356VeiligheidVeiligheidsberichten

Niet onder de last gaan staan (2)Dit plaatje bevindt zich aan de zijkant van de giekkopaan weerszijden van de machine.

g00930659

Er is beknellingsgevaar wanneer de giek wordtneergelaten of wanneer een last valt. Blijf op vei-lige afstand van de giek wanneer de machine inbedrijf is. Als u niet op veilige afstand van de giekblijft, kan ernstig of dodelijk letsel worden veroor-zaakt.

Geen handen (3)Het plaatje bevindt zich aan de zijkant van hetgieksegment nummer één aan weerszijden van demachine.

g00930870

Er is beknellingsgevaar wanneer de gieksegmen-ten worden in- of uitgeschoven. Blijf op veilige af-stand van de giek wanneer de machine in bedrijfis. Als u niet op veilige afstand van de giek blijftwanneer de machine in bedrijf is, kan ernstig ofdodelijk letsel worden veroorzaakt.

Page 13: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 11Veiligheid

Veiligheidsberichten

Niet gebruiken (4)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich op het voorsteinstrumentenbord in de cabine.

g00936539

Verkeerde bediening of verkeerd onderhoud vande machine kan ernstig of dodelijk letsel tot ge-volg hebben. Bedien deze machine alleen en werker alleen aan als u de juiste training hebt ontvan-gen, bevoegd bent en de waarschuwingen en in-structies in de Bedienings- en Onderhoudshand-leiding hebt gelezen en begrepen.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Hefvermogentabellen”voor meer informatie.

Vorken (5)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich op het paneel aande rechterkant van het bedieningsstation.

g01059274

Door zijwaartse belasting van de vorken kunnende vorken het vroegtijdig begeven en dus eenbeknellingsgevaar vormen, wat ernstig of dode-lijk letsel kan veroorzaken. Duw de lading nooitmet de vorken en inspecteer de vorken dagelijksop verdraaiing en verbuiging. Mochten de vorkenverdraaid of verbogen zijn, vervang ze dan vóórverdere hefwerkzaamheden. Lees de Bedienings-en Onderhoudshandleiding voor meer informatieover het juiste gebruik van de vorken.

Page 14: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

12 31200356VeiligheidVeiligheidsberichten

ROPS-/FOPS-constructie (6)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich achter de stoelnabij de ruit.

g00932470

Constructieschade, omkantelen, wijzigingen ofonjuiste reparaties kunnen de bescherming diedeze constructie biedt, verminderen en dezecertificatie ongeldig maken. Las niet aan dezeconstructie en boor er geen gaten in. Hierdoorwordt de certificatie ongeldig. Raadpleeg eenCaterpillar dealer voor de beperkingen van dezeconstructie zonder de certificatie ongeldig te ma-ken.

Deze machine is gecertificeerd voor de normendie op de certificatiesticker staan. Het maximalegewicht van de machine, inclusief de machinist en deuitrustingsstukken maar zonder een last, mag hetgewicht op de certificatiesticker niet overschrijden.

Een karakteristiek voorbeeld van dewaarschuwingssticker en de certificatiestickerzijn hierboven afgebeeld.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Schermen(Bescherming van machinist)” voor meer informatie.

Geen handen (7)Het plaatje bevindt zich boven op de stempelcilindersaan weerszijden van de machine.

g00930870

Er is beknellingsgevaar wanneer de stempels om-hoog of omlaag worden gebracht. Verzeker u er-van dat personeel zich op veilige afstand bevindtwanneer de stempels omhoog of omlaag wordengebracht. Als de stempels worden bediend terwijlhet personeel vlakbij is, kan dit ernstig of dodelijkletsel tot gevolg hebben.

Page 15: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 13Veiligheid

Veiligheidsberichten

Beknellingsgevaar (8)Het plaatje bevindt zich aan de onderkant van destempelbalk aan weerszijden van de machine.

g00930659

Er is beknellingsgevaar wanneer de stempels om-hoog of omlaag worden gebracht. Verzeker u er-van dat personeel zich op veilige afstand bevindtwanneer de stempels omhoog of omlaag wordengebracht. Als de stempels worden bediend terwijlhet personeel vlakbij is, kan dit ernstig of dodelijkletsel tot gevolg hebben.

Veiligheidsgordel (9)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich op het paneel aande rechterkant van het bedieningsstation.

g00931188

Te allen tijde tijdens het bedrijf van de machinemoet een veiligheidsgordel worden gedragen omernstig of dodelijk letsel te voorkomen in gevalvan een ongeluk of omkantelen van de machine.Als geen veiligheidsgordel wordt gedragen tijdenshet bedrijf van de machine, kan dit ernstig of do-delijk letsel tot gevolg hebben.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Veiligheidsgordel” voormeer informatie.

Page 16: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

14 31200356VeiligheidVeiligheidsberichten

Motorkoelvloeistof (10)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich op dekoelvloeistoftank in de motoromkasting.

g00931247

Systeem onder druk! Hete koelvloeistof kan ern-stige brandwonden of ernstig of dodelijk letselveroorzaken. Om de vuldop van het koelsysteemte openen moet u de motor stoppen en wachtentotdat de componenten van het koelsysteem zijnafgekoeld. Draai de drukdop van het koelsysteemlangzaam los om de druk te ontlasten. Lees deBedienings- en Onderhoudshandleiding en zorgdat u hem begrijpt voordat u enig onderhoud aanhet koelsysteem uitvoert.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Koelvloeistofin k oel s ys t ee m - Ve rv er s en” vo or d e ju is teprocedure voor het verwijderen van de drukdop.

Lage brug (11)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich in hetbedieningsstation aan de rechterkant van het raam.Dit plaatje bevindt zich alleen op machines die in hetVerenigd Koninkrijk worden gebruikt.

g00931533

De koppeling/het uitrustingsstuk mag tijdens hetrijden op de weg niet hoger dan deze hoogte wor-den geheven. Lichamelijk letsel, materiële schadeof dodelijk letsel kan zich voordoen.

Page 17: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 15Veiligheid

Veiligheidsberichten

Elektriciteitskabels vermijden (12)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich in hetbedieningsstation aan de rechterkant van het raam.

g00936329

Elektrocutiegevaar! Houd de machine en uitrus-tingsstukken op veilige afstand van elektriciteits-kabels. Blijf op een afstand van 3 m (10 ft) plustweemaal de lengte van de lijnscheider. Lees de in-structies enwaarschuwingen in de Bedienings- enOnderhoudshandleiding en zorg dat u ze begrijpt.Het niet opvolgen van de instructies en waarschu-wingen veroorzaakt ernstig of dodelijk letsel.

Controleer altijd op elektriciteitskabels voordat u degiek omhoog brengt. Als u niet op elektriciteitskabelscontroleert voordat u de giek omhoog brengt,kan ernstig of dodelijk letsel door elektrocutieworden veroorzaakt. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Vóór het starten van demotor” voor meer informatie.

Hulpstartkabels (13)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich op een beugelnaast de accu’s.

g00931020

Explosiegevaar! Onjuiste hulpstartkabelverbin-dingen kunnen een explosie veroorzaken, waternstig of dodelijk letsel tot gevolg heeft. Accu’skunnen zich in aparte ruimten bevinden. Raad-pleeg de Bedienings- en Onderhoudshandleidingvoor de juiste procedure voor starten met start-kabels.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Motor startenmet hulpstartkabels” voor meer informatie.

Page 18: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

16 31200356VeiligheidVeiligheidsberichten

Ether (14)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich op de inlaat vanhet luchtfilter.

g00931562

Explosiegevaar! Geen ether gebruiken! Deze ma-chine is met een luchtinlaatverwarmer uitgerust.Gebruik van ether kan ontploffingen of brand ver-oorzaken, wat ernstig of dodelijk letsel tot gevolgkan hebben. Lees en volg de startprocedure in deBedienings- en Onderhoudshandleiding.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Preventie vanbrand en explosie” voor meer informatie.

Page 19: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 17Veiligheid

Veiligheidsberichten

Deze Pagina opzettelijk Verlaten Leeg

Page 20: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

18 31200356VeiligheidVeiligheidsberichten

Beknellingsgevaar (18)Dit plaatje bevindt zich aan weerszijden van demultifunctionele bak, boven op de bak.

g00951560

Tijdens bedrijf is er in dit gebied geen ruimte voorpersonen. Ernstig of dodelijk letsel als gevolg vanbeknelling kan zich voordoen. Blijf uit de buurt vanhet uitrustingsstuk terwijl het in bedrijf is.

Beknellingsgevaar (19)Dit plaatje bevindt zich aan weerszijden van devoorraadbak.

g00951560

Tijdens bedrijf is er in dit gebied geen ruimte voorpersonen. Ernstig of dodelijk letsel als gevolg vanbeknelling kan zich voordoen. Blijf uit de buurt vanhet uitrustingsstuk terwijl het in bedrijf is.

Beknellingsgevaar (20)Dit veiligheidsplaatje bevindt zich op de cilinderbeugelvan de giek.

g01063782

Een geheven giek kan vallen als een hydraulischecomponent het begeeft.

Een onverwachte beweging van de giek kan ern-stige of dodelijke verwondingen veroorzaken.

Neem alle belasting op het uitrustingsstuk weg,schuif de giek in en installeer de giekcilinderver-grendeling of een geschikte steun voordat u ondereen geheven giek gaat werken.

Wanneer de giek omhoog staat, moet u degiekcilindervergrendeling installeren voordat u enigonderhoud aan de machine uitvoert. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Giekcilindervergrendeling” voor meer informatie.

Page 21: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 19Veiligheid

Veiligheidsberichten

g00924889

Indien uitgerust met een luchtinlaatverwarmer(AIH) voor starten bij lage temperaturen, gebruikdan geen spuitbussen starthulp zoals ether. Hetgebruik daarvan kan een ontploffing en lichame-lijk letsel tot gevolg hebben.

Ether (21)

Tier II - Dit plaatje bevindt zich op de zijkant van hetkleppendeksel..

Tier III - Dit plaatje bevindt zich op de zijkant van hetkleppendeksel.

Gebruik aerosol geen soorten beginnende hulpzoals ether. Dergelijk gebruik kon in een explosieen een lichamelijk letsel resulteren.

Universele Waarschuwing (22)

Tier III - Dit bericht wordt gevestigd aan beide kanten

van de dekkingsbasis van het klepmechanisme.

Werk niet of werk aan dit materiaal tenzij u instructonen de waarschuwingen in de Handboeken van deVerrichting en van het Onderhoud hebt gelezen enbegrepen. Het nalaten om de instructies te volgen ofaan de waarschuwingen aandacht te besteden kon inernstige verwonding of dood resulteren.

Hand (Hoge Druk) (23)

Tier III - Dit bericht wordt gevestigd op de bovenkant

van de brandstofverzamelleiding.

Het contact met hoge drukbrandstof kan vloeibarepenetratie veroorzaken en gavaren branden. De hogenevel van de drukbrandstof kan een brandgevaarveroorzaken. Het nalaten om inspectie, onderhouds ende dienstinstructies te volgen kan lichamelijk letsel ofdood veroorzaken.

Page 22: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 23: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 24: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 25: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 23Veiligheid

Aanvullende berichten

g01059267Illustratie 17

Controleer de transmissie- en hydrauliekolie terwijlde olie warm is. Voeg geen olie toe terwijl hetsysteem koud is. Als het systeem koud is wanneeru olie toevoegt, kan het systeem te vol raken. Demachine kan hierdoor schade oplopen. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Transmissie en hydraulisch systeem - Oliepeilcontroleren” voor de juiste procedure.

Airconditioning (6)

Op machines die met een airconditioning zijnuitgerust, bevindt dit plaatje zich achter hetbeveiligingsluik aan de achterkant van de deur.

g00934175Illustratie 18

Werk pas aan het airconditioningsysteem nadat u dewerkplaatshandleiding hebt gelezen en begrepen.

Bandenspanning (7)

Dit plaatje bevindt zich achter het beveiligingsluikaan de linkerkant van de cabine.

g00931919Illustratie 19

Verkeerde bandenspanning kan lichamelijk letseltot gevolg hebben. Raadpleeg de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Informatie overbandenspanning” voor meer informatie.

Machinebeveiligingssysteem (8)

Dit plaatje, indien aanwezig, bevindt zich aan delinkerkant van de stuurkolom, vóór het contactslot.

g00951606Illustratie 20

Deze machine is met een beveiligingssysteemuitgerust. Lees de Bedienings- enOnderhoudshandleiding voordat u de machinebedient.

Handpomp (9)

Dit plaatje bevindt zich aan de achterkant van demachine onder de handpompen.

Page 26: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

24 31200356VeiligheidAlgemene veiligheidsvoorschriften

g01084001Illustratie 21

Deze machine kan met één of twee handpompenzijn uitgerust. De handpomp wordt gebruikt om degiek neer te laten wanneer er geen hydraulischekracht beschikbaar is. Steek de hendel in delinker handpomp om de giek in te schuiven.Breng de hendel naar de rechter handpomp omde giek neer te laten. Raadpleeg de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Uitrustingsstukkenneerlaten zonder hydraulische kracht” voor de juisteprocedures.

Algemeneveiligheidsvoorschriften

g00516949Illustratie 22

Bevestig een waarschuwingslabel “Niet gebruiken”of een gelijksoortige waarschuwing aan hetcontactslot of de bedieningselementen voordat uonderhoud of reparaties aan het materieel uitvoert.D ez e waar s ch uwi ngs l abe lsz ij n v er k ri jg baa r bij uw Cate rp il la r d eal er.

Zorg dat u de breedte van het materieel weet om dejuiste afstand te houden wanneer u het materieelnabij schuttingen, gebouwen e.d. gebruikt.

Pas op voor hoogspannings- en ondergrondsekabels. Als de machine in aanraking komt met dezegevaren, kan dat tot ernstig of dodelijk letsel leidenals gevolg van elektrocutie.

g00702020Illustratie 23

Draag een helm, een veiligheidsbril en andereveiligheidsuitrusting zoals vereist.

Draag geen loshangende kleding of sieraden die vastkunnen raken aan de hendels of andere delen vande machine.

Controleer of alle beschermplaten en luiken stevig ophun plaats vastzitten op het materieel.

Houd het materieel vrij van materiaal dat daar nietthuis hoort. Verwijder vuil, olie, gereedschap enandere voorwerpen van het bordes, de loopplatenen de treden.

Zet alle losse voorwerpen vast zoals lunchtrommels,gereedschap en andere zaken die geen deeluitmaken van het materieel.

Zorg dat u de op het werkterrein van toepassingzijnde handsignalen kent en weet wie bevoegd isom de handsignalen te geven. Volg de signalen vanslechts één persoon op.

Rook niet terwijl u onderhoud aan een airconditioninguitvoert. Rook ook niet als koelmiddelgas aanwezigkan zijn. Het inademen van dampen, afkomstig vaneen vlam die met koelmiddel van de airconditioningin aanraking komt, kan ernstig of dodelijk letselveroorzaken. Het inademen van gas, afkomstigvan het koelmiddel van de airconditioning, via eenaangestoken sigaret kan ernstig of dodelijk letselveroorzaken.

Giet onderhoudsvloeistoffen nooit in glazencontainers. Laat alle vloeistoffen in een geschiktecontainer lopen.

Houd u aan alle plaatselijke voorschriften voor hetafvoeren van vloeistoffen.

Page 27: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 25Veiligheid

Algemene veiligheidsvoorschriften

Wees altijd voorzichtig wanneer u reinigingsmiddelengebruikt. Meld alle noodzakelijke reparaties.

Laat onbevoegde personen niet op het materieel toe.

Voer het onderhoud uit met het materieel inde onderhoudsstand tenzij u andere instructieshebt ontvangen. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding voor de procedure om hetmaterieel in de onderhoudsstand te plaatsen.

Perslucht en water onder drukPerslucht en/of water onder druk kunnen rommelen/of heet water wegblazen. Dit kan lichamelijk letseltot gevolg hebben.

Draag veiligheidskleding, veiligheidsschoenenen oogbescherming wanneer perslucht en/ofwater onder druk voor reinigen wordt gebruikt.Oogbescherming bestaat uit een veiligheidsbril ofeen gelaatsmasker.

Voor reinigingsdoeleinden mag de maximaleluchtdruk niet meer bedragen dan 205 kPa (30 psi).De maximale waterdruk voor reinigingsdoeleindenmoet lager dan 275 kPa (40 psi) zijn.

Opgesloten drukDruk kan in een hydraulisch systeem opgeslotenzijn. Het ontlasten van opgesloten druk kan demachine of een uitrustingsstuk plotseling doenbewegen. Wees voorzichtig als u hydraulischeleidingen of koppelstukken losmaakt. Onder hogedruk vrijkomende olie kan een slang doen slaan.Onder hoge druk vrijkomende olie kan olie doenwegspuiten. Binnendringen van vloeistof kan ernstigof dodelijk letsel veroorzaken.

Binnendringen van vloeistof in hetlichaamHet hydraulische circuit kan nog lange tijd nadat demotor is gestopt onder druk staan. Door deze drukkunnen hydraulische vloeistof of voorwerpen zoalspijpstoppen met hoge snelheid wegschieten indiende druk niet correct wordt afgebouwd.

Verwijder of demonteer geen hydraulischecomponenten of onderdelen voordat de drukis ontlast; anders kan lichamelijk letsel wordenveroorzaakt. Raadpleeg de Werkplaatshandleidingvoor procedures die nodig zijn om de hydraulischedruk te ontlasten.

g00687600Illustratie 24

Gebruik steeds een stuk hout of karton wanneer uop lekken controleert. Lekkende vloeistof onder drukkan het lichaam binnendringen. Binnendringen vanvloeistof kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.Een haarfijn lek kan ernstig letsel veroorzaken.Indien vloeistof in de huid wordt gespoten, moet uonmiddellijk behandeld worden. Laat u behandelendoor een arts die bekend is met dit soort letsel.

Gemorste vloeistoffen insluitenPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoerenvan inspecties, onderhoud, tests, afstellingen enreparaties van het materieel ingesloten blijven.Wees erop voorbereid om de vloeistof in geschiktecontainers op te vangen voordat u een huis opent ofdemonteert dat vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Toolsand Shop Products Guide” (Gids voor gereedschapen werkplaatsproducten) voor het volgende:

• Gereedschap en apparatuur die geschikt zijn omvloeistoffen op te vangen

• Gereedschap en apparatuur die geschikt zijn omvloeistoffen in te sluiten

Houd u aan alle plaatselijke voorschriften voor hetafvoeren van vloeistoffen.

Page 28: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

26 31200356VeiligheidPreventie van beknellings- en snijwonden

Afval afvoeren

g00706404Illustratie 26

Als afval niet op de juiste wijze wordt afgevoerd,kan het milieu gevaar lopen. Mogelijk schadelijkevloeistoffen dienen volgens de plaatselijkevoorschriften te worden afgevoerd.

Gebruik altijd lekdichte containers wanneer uvloeistoffen aftapt. Giet geen afval op de grond, ineen afvoer of in een waterbron

Preventie van beknellings- ensnijwonden

Ondersteun het materieel naar behoren voordat uwerk of onderhoud eronder uitvoert. Vertrouw nietop de hydraulische cilinders om het uitrustingsstukomhoog te houden. Indien een bedieningshendelwordt bewogen of een hydraulische leiding breekt,kan een uitrustingsstuk naar beneden vallen.

Werk niet onder de cabine van de machine tenzijdeze op de juiste manier wordt ondersteund.

Probeer nooit afstellingen uit te voeren terwijl demachine rijdt of de motor draait, tenzij dit nadrukkelijkwordt vermeld.

Page 29: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 27Veiligheid

Preventie van brandwonden

Start de machine nooit via destartmotorrelaisklemmen. Dit kan onverhoedsebeweging van de machine tot gevolg hebben.

Bij stangenstelsels van het uitrustingsstuk verandertde vrije ruimte in het stangenstelselgebied al naargelang de beweging van het uitrustingsstuk of demachine. Blijf uit de buurt van deze gebieden waarplotseling de vrije ruimte op de machine of hetuitrustingsstuk verandert.

Blijf uit de buurt van alle draaiende en bewegendeonderdelen.

Als het nodig is om schermen te verwijderen omonderhoud uit te voeren, moeten de schermen altijdweer worden geïnstalleerd nadat het onderhoud isuitgevoerd.

Houd onderdelen uit de buurt van draaiendeventilatorbladen. Het ventilatorblad slingertvoorwerpen weg of snijd ze door.

Gebruik nooit geknikte of gerafelde staalkabels.Draag handschoenen bij het hanteren vanstaalkabels.

Een borgpen waarop met kracht wordt geslagen,kan wegspringen. De losse borgpen kan personeelverwonden. Verzeker u ervan dat mensen zich opveilige afstand bevinden wanneer u een borgpenergens in drijft. Draag een veiligheidsbril wanneeru op een borgpen slaat, om letsel aan de ogen tevoorkomen.

Als u op voorwerpen slaat, kunnen kleine deeltjeswegspringen. Zorg ervoor dat niemand doorwegspringende deeltjes kan worden geraakt voordatu op voorwerpen slaat.

Preventie van brandwonden

Raak geen enkel deel van een draaiende motoraan. Laat de motor afkoelen voordat onderhoudaan de motor wordt uitgevoerd. Ontlast alle drukin het luchtsysteem, oliesysteem, smeersysteem,brandstofsysteem of koelsysteem voordat leidingen,koppelstukken of aanverwante onderdelen wordenlosgekoppeld.

KoelvloeistofWanneer de motor op bedrijfstemperatuur is, is dekoelvloeistof van de motor heet. De koelvloeistofstaat ook onder druk. De radiator en alle leidingennaar de verwarmers of de motor bevatten hetekoelvloeistof.

In contact komen met hete koelvloeistof of stoomkan ernstige brandwonden veroorzaken. Laat decomponenten van het koelsysteem afkoelen voordathet koelsysteem wordt afgetapt.

Controleer het koelvloeistofpeil pas als de motor totstilstand is gebracht.

Verzeker u ervan dat de vuldop koel is voordat u hemverwijdert. De vuldop moet koel genoeg zijn om hemmet de blote hand te kunnen aanraken. Verwijder devuldop langzaam om de druk te ontlasten.

Corrosie-inhibitor bevat alkali. Alkali kanverwondingen veroorzaken. Laat alkali niet in contactkomen met de huid, ogen of mond.

OlieHete olie en hete componenten kunnen verwondingenveroorzaken. Laat hete olie of componenten niet inaanraking met de huid komen.

Draai de vuldop van de hydrauliektank pas los als demotor stilstaat. De vuldop moet koel genoeg zijn omhem met de blote hand te kunnen aanraken. Volgde standaardprocedure in deze handleiding om devuldop van de hydrauliektank te verwijderen.

Accu’sElektrolyt is een zuur. Elektrolyt kan verwondingenveroorzaken. Laat elektrolyt niet in aanrakingkomen met de huid of de ogen. Draag altijd eenveiligheidsbril tijdens het uitvoeren van onderhoudaan de accu. Was uw handen nadat u accu’s enconnectoren hebt aangeraakt. Er wordt aangeradenom handschoenen te dragen.

Page 30: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

28 31200356VeiligheidPreventie van brand en explosie

Preventie van brand enexplosie

g00704000Illustratie 27

Alle brandstoffen, de meeste smeermiddelen ensommige koelvloeistofmengsels zijn ontvlambaar.

Ontvlambare vloeistoffen die op hete oppervlakkenof elektrische onderdelen lekken of worden gemorst,kunnen brand veroorzaken. Brand kan lichamelijkletsel en materiële schade veroorzaken.

Verwijder alle ontvlambare materialen zoalsbrandstof, olie en vuil van de machine. Laatontvlambare materialen zich niet op de machineophopen.

Sla brandstoffen en smeermiddelen in gemarkeerdecontainers op uit de buurt van onbevoegde personen.Bewaar beoliede doeken en ontvlambare materialenin veilige containers. Rook niet op plaatsen waarontvlambare materialen opgeslagen worden.

Gebruik de machine niet in de buurt van een vlam.

Uitlaatschilden (indien aanwezig) beschermen heteuitlaatonderdelen tegen olie- of brandstofspatten ingeval van een breuk in een leiding, slang of afdichting.Uitlaatschilden moeten correct geïnstalleerd zijn.

Las niet op leidingen of tanks die ontvlambarevloeistoffen bevatten. Voer geen autogeensnijwerkuit op leidingen of tanks die ontvlambare vloeistoffenbevatten. Reinig dergelijke leidingen of tanks grondigmet een niet-ontvlambaar oplosmiddel voordat u erlas- of autogeensnijwerk op uitvoert.

Controleer alle elektrische bedrading dagelijks.Repareer losse of gerafelde kabels voordat u demachine bedient. Reinig alle elektrische verbindingenen zet ze goed vast.

Stof afkomstig van het repareren van niet-metalenmotorkappen of bumpers kan ontvlambaar en/ofexplosief zijn. Repareer deze componenten in eengoed geventileerde ruimte uit de buurt van openvlammen of vonken.

Inspecteer alle leidingen en slangen op slijtageof beschadiging. De slangen moeten op de juistemanier geleid worden. De leidingen en slangenmoeten voldoende ondersteuning en stevigeklemmen hebben. Span alle verbindingen volgenshet aanbevolen aandraaimoment aan. Lekkenkunnen brand veroorzaken.

g00704059Illustratie 28

Wees voorzichtig bij het tanken. Rook niet terwijl utankt. Tank niet nabij open vlammen of vonken. Stopde motor altijd vóór het tanken. Vul de brandstoftankbuiten.

Page 31: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 29Veiligheid

Preventie van brand en explosie

g00704135Illustratie 29

Dampen van een accu kunnen ontploffen. Houd openvlammen of vonken uit de buurt van de bovenkantvan een accu. Rook niet in ruimten waar accu’sgeladen worden.

Controleer de lading van een accu nooit door eenmetalen voorwerp over de accupolen te plaatsen.Gebruik een spanningsmeter of een hydrometer.

Verkeerde startkabelverbindingen kunnen eenontploffing veroorzaken wat tot letsel kan leiden.Raadpleeg het gedeelte Bediening in dezehandleiding voor specifieke instructies.

Laad een bevroren accu niet op. Dit kan eenontploffing veroorzaken.

BrandblusapparaatZorg dat een brandblusapparaat beschikbaaris. Zorg dat u weet hoe het brandblusapparaatwerkt. Inspecteer het brandblusapparaat en voerer regelmatig onderhoud aan uit. Houd u aan deaanbevelingen op het instructieplaatje.

Leidingen, buizen en slangenBuig hogedrukleidingen niet en sla er niet op.Installeer geen gebogen of beschadigde leidingen.

Repareer beschadigde of losse leidingen.Lekken kunnen brand veroorzaken. Raadpleeguw Caterpillar dealer voor reparaties of voorvervangingsonderdelen.

Controleer leidingen, buizen en slangen zorgvuldig.Controleer niet met de blote hand op lekken. Gebruikeen stuk hout of karton om op lekken te controleren.Span alle verbindingen volgens het aanbevolenaandraaimoment aan.

Vervang de onderdelen indien het volgende zichvoordoet:

• Eindaansluitingen zijn beschadigd of lekken.

• Buitenbekledingen zijn versleten of beschadigd.

• Draden liggen bloot.

• Buitenbekledingen vertonen blazen.

• Soepele gedeelte van de slangen is geknikt.

• Buitenbekledingen zitten vast in de pantsering.

• Eindaansluitingen zijn verschoven.

Zorg ervoor dat alle klemmen, beschermplaten enhitteschilden correct gemonteerd zijn. Dit helpt omtijdens het bedrijf trillingen, wrijving tegen andereonderdelen en overmatige hitte te voorkomen.

Page 32: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

30 31200356VeiligheidPlaats van brandblusapparaat

Plaats van brandblusapparaat

Zorg dat een brandblusapparaat op demachine aanwezig is. Zorg dat u weet hoehet brandblusapparaat werkt. Inspecteer hetbrandblusapparaat en voer er regelmatig onderhoudaan uit. Houd u aan de aanbevelingen op hetinstructieplaatje.

De aanbevolen plaats voor het monteren van hetbrandblusapparaat is op de plaat voor de stoel rechtsvan de machinist.

Als het brandblusapparaat op de ROPS-constructiewordt gemonteerd, bindt u de montageplaat aan eenpoot van de ROPS-constructie vast. Als het gewichtvan het brandblusapparaat meer dan 4,5 kg (10 lb) is,monteert u het brandblusapparaat zo laag mogelijkop één poot. Monteer het brandblusapparaat niet ophet bovenste derde gedeelte van de poot.

Opmerking: Las niets aan de ROPS-constructieom het brandblusapparaat te installeren. Boorook geen gaten in de ROPS-constructie om hetbrandblusapparaat op de ROPS-constructie temonteren.

Informatie over banden

Warmte-geïnduceerde gasverbranding in met luchtopgepompte banden kan leiden tot de ontploffingvan de banden. Ontploffingen kunnen veroorzaaktworden door hitte afkomstig van lassen, verwarmenvan velgonderdelen, brand of overmatig gebruik vande remmen.

Een ontploffing van een band is veel krachtiger daneen gewoon lek. De ontploffing kan de band endelen van de velg en de as wel 500 m (1500 ft) ofnog verder van de machine vandaan wegslingeren.De kracht van de ontploffing en de rondvliegendebrokstukken kunnen materiële schade en ernstige ofdodelijke verwondingen veroorzaken.

g00847810Illustratie 30(A) Ten minste 15 m (50 ft)(B) Ten minste 500 m (1500 ft)

Begeef u niet dichtbij een warme band. Houd eenminimale afstand zoals afgebeeld. Blijf buiten hetgearceerde gebied in illustratie 30.

Om te voorkomen dat de banden te hard wordenopgepompt is de juiste training in het gebruik vandeze apparatuur noodzakelijk. Het klappen van eenband of het defect raken van een velg kan het gevolgzijn van verkeerde of verkeerd gebruikte apparatuur.

Ga achter het loopvlak van de band staan engebruik een zelfbevestigende pompnippel voor hetoppompen van een band.

Onderhoud van en reparaties aan banden en velgenkunnen gevaarlijk zijn. Alleen daartoe opgeleidpersoneel dat het juiste gereedschap en de juisteprocedures gebruikt, mag dit onderhoud uitvoeren.Indien de juiste procedures niet worden gebruiktbij het onderhoud van en reparaties aan bandenen velgen, kunnen deze met explosieve kracht uitelkaar springen. Deze explosieve kracht kan ernstigeof dodelijke verwondingen veroorzaken. Volg despecifieke instructies van de bandenleveranciernauwkeurig op.

Preventie van letsel als gevolgvan onweer

Indien de bliksem in de buurt van de machine inslaat,mag de machinist nooit het volgende doen:

• In de machine stappen.

• Uit de machine stappen.

Page 33: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 31Veiligheid

Vóór het starten van de motor

Als u zich tijdens onweer in de cabine bevindt, moetu daar blijven. Als u zich tijdens onweer op de grondbevindt, moet u uit de buurt van de machine blijven.

Vóór het starten van de motor

Machinisten moeten de juiste training hebben gehaden bekwaam zijn in alle aspecten van de bedieningvan de machine. Om aan bepaalde plaatselijkevereisten te voldoen moet een machinist eenmachinistenrijbewijs of een certificaat hebben.

U moet bekend zijn met de machine om demogelijkheden van de machine te begrijpen.Bovendien moet u vertrouwd zijn met het werkterreinvoordat u de machine gebruikt. Verken het terrein zonodig te voet en let op de volgende zaken:

• Controleer het gebied op doorgang. Controleerzowel op verticale als horizontale doorgang.

• Controleer of er obstakels boven de grondaanwezig zijn.

• Controleer op elektriciteitskabels. Houd demachine en uitrustin gsstukken minsten s 3 m (10 ft)van elektriciteitskabels vandaan.

• Controleer op stoomleidingen. Controleer oppersluchtleidingen.

• Controleer op veranderingen in de stabiliteit vanhet oppervlak van het werkterrein. Controleeropgevulde sleuven. Controleer vervallen dakenvan kelders en tunnels.

• Controleer riool-, gas-, water- en elektrischeleidingen.

Wanneer een lading wordt opgepakt of de giek wordtuitgeschoven, moet u zich ervan verzekeren dat hetoppervlak van het werkterrein gelijkmatige weerstandaan de banden biedt. Wanneer een lading wordtopgepakt of de giek wordt uitgeschoven, moet uzich er bovendien van verzekeren dat de stempelsgelijkmatig in het oppervlak van het werkterreindringen.

Controleer of de hefvermogentabellen en deinstructieplaatjes zich op de juiste plaats bevindenen leesbaar zijn. Bedien de machine alleen alsu de juiste methode voor het gebruik van dehefvermogentabellen begrijpt.

Zet de deur in de gesloten stand vast op machinesdie met een cabine zijn uitgerust. Zet de ramen inofwel de open of de gesloten positie vast. Zorg datalle ruiten schoon zijn voor het beste zicht.

Inspecteer de conditie van de veiligheidsgordel ende bevestigingsonderdelen. Vervang beschadigdeof versleten onderdelen. Na drie jaar moet deveiligheidsgordel, ongeacht de conditie waarindeze zich bevindt, worden vervangen. Gebruikgeen verlengstuk op een veiligheidsgordel metrolautomaat.

Controleer of alle beschermplaten op de machinevastzitten.

Stel de stoel zodanig dat de pedalen volledigingedrukt kunnen worden terwijl de machinist metzijn rug tegen de rugleuning zit.

Controleer of de machine uitgerust is met eenverlichtingssysteem dat geschikt is voor dewerkomstandigheden. Controleer of alle lampen opde machine goed werken.

Controleer of de claxon, het achteruitrij-alarm en alleandere waarschuwingsinrichtingen goed werken.

Verwijder alle obstakels op de route van de machine.

Verzeker u ervan dat niemand zich onder, rondomof op de machine bevindt voordat u probeert omde motor te starten en met de machine te rijden.Controleer of personeel zich op veilige afstandbevindt. Doe de veiligheidsgordel om.

Motor starten

g00106795Illustratie 31

Page 34: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

32 31200356VeiligheidVóór het bedrijf

Bevestig een label Speciale instructie,“ N I ET G EB RUI KE N” of g eli jk s oor ti gwaarschuwingslabel aan het contactslot of debedieningshendels voordat u onderhoud of reparatiesaan de machine uitvoert. Dit waarschuwingslabel isverkrijgbaar bij uw Caterpillar dealer.

Start de motor niet indien een waarschuwingslabelaan het contactslot of de bedieningselementenvan de machine is bevestigd. Ook mogen debedieningshendels van de machine niet wordenbewogen.

Verzeker u ervan dat de transmissiehendel in destand NEUTRAAL (N) staat. De motor start alleen alsde transmissiehendel in de stand NEUTRAAL staat.

Zorg dat de parkeerrem is ingeschakeld.

De uitlaatgassen van een dieselmotor bevattenverbrandingsproducten die schadelijk voor degezondheid kunnen zijn. Laat de motor altijd in eengoed geventileerde ruimte lopen. Indien u zich in eengesloten ruimte bevindt, moeten de uitlaatgassennaar buiten worden afgevoerd.

Start de motor alleen terwijl u goed op de stoelin de cabine zit. Overbrug nooit de accupolenen overbrug nooit de accu’s. Hierdoor kan hetneutraal/startsysteem van de motor wordengepasseerd en kan de machine gaan rijden als hij inde versnelling staat.

Vóór het bedrijf

Houd iedereen uit de buurt van de machine en hetterrein.

Verwijder alle obstakels op de route van de machine.Let op voor gevaren zoals elektrische kabels,greppels enz.

Controleer of alle ruiten schoon zijn. Zet de deuren inde open of de gesloten stand vast. Zet de ramen inde open of de gesloten stand vast.

Controleer of alle spiegels (indien aanwezig) schoonzijn. Voor goed zicht dichtbij de machine moeten despiegels afgesteld worden. Alle spiegels moeten vooroptimaal zicht worden afgesteld terwijl de machinistop zijn stoel zit.

Controleer of de claxon van de machine, hetachteruitrij-alarm (indien aanwezig) en alle anderewaarschuwingsinrichtingen naar behoren werken.

Doe de veiligheidsgordel om.

Controleer of de hefvermogentabellen en deinstructieplaatjes zich op de juiste plaats bevindenen leesbaar zijn.

Bedrijf

Bedrijfstemperatuurbereik vanmachineDe uitvoering van de standaardmachine is bedoeldvoor gebruik bij een omgevingstemperatuurbereikvan −40 °C (-40 °F) tot 50 °C (122 °F). Erkunnen speciale uitvoeringen voor verschillendeomgevingstemperaturen leverbaar zijn. Raadpleeguw Caterpillar dealer voor meer informatie overspeciale uitvoeringen van de machine.

MachinebedieningControleer of de stuur- en rembediening van demachine goed werken terwijl de machine langzaamin een open gebied rijdt. Controleer de stuur- enrembediening terwijl de giek volledig is ingeschovenen het uitrustingsstuk vlak boven de grond is.Controleer of de andere bedieningselementen vande machine goed werken terwijl de machine stilstaat.Breng de giek alleen omhoog als het chassis vande machine horizontaal staat. De giek mag alleenworden uitgeschoven als het chassis van de machinehorizontaal staat. Schuif de giek verscheidene kerenuit en in om de hydrauliekolie op te warmen.

Rijden

Bedien de machine alleen terwijl u op de stoel zit. Deveiligheidsgordel moet vastgemaakt zijn voordat u demachine bedient. Gebruik de bedieningselementenalleen terwijl de motor draait.

Bij het rijden op de openbare weg mag de machinealleen met de modus Tweewielbesturing wordengebruikt.

Page 35: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 33Veiligheid

Motor stoppen

Voordat u de machine manoeuvreert moet ucontroleren of zich geen personeel tussen demachine en de uitrustingsstukken bevindt. Weesvoorzichtig bij het veranderen van rijrichting. Weesvoorzichtig wanneer u de giek bedient. Weesvoorzichtig bij het oppakken of neerzetten vanladingen. Rijd in de richting waarin u het beste zichthebt. Rijd met de giek volledig ingeschoven. Rijdook met de giek zo laag mogelijk. Bewaar voldoendeafstand tot de grond voor de omstandigheden. Rijdnooit met de lading hoger dan de rijstand. Weesvoorzichtig dat u alle bodemcondities vermijdt dietot het omkantelen van de machine kunnen leiden.Vermijd alle omstandigheden die tot het omkantelenvan de machine kunnen leiden. De machine kanomkantelen wanneer u op de volgende obstakelswerkt: oevers, heuvels en hellingen. Als de machinemet stempels is uitgerust, moeten deze volledigomhoog staan voordat u met de machine gaat rijden.

Hefvermogens

Houd de machine steeds onder controle. Overschrijdhet laadvermogen van de machine niet. Zorg datde juiste hefvermogentabel wordt geraadpleegd.De ladingen moeten binnen de gewichtslimiet enhet lastzwaartepunt van de machine vallen. Hethefvermogen neemt af naarmate de lading verdervan de machine wordt gebracht.

Opmerking: Als een 180-1637koppelingsadapterset voor een uitrustingsstuk opde snelkoppeling is geïnstalleerd, vermindert uhet laadvermogen van de machine met 200 kg(440 lb) voor alle uitrustingsstukken en met degiek in alle standen. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Hefvermogentabellen”voor meer informatie.

Zorg dat de banden bruikbaar zijn en tot de juistespanning zijn opgepompt.

Zorg dat het chassis altijd horizontaal staat voordatu de giek heft of de stempels neerlaat op machinesdie met een chassis-horizontaalschakelaar zijnuitgerust. Bedien de chassis-horizontaalschakelaarnooit wanneer de giek is geheven of de stempels zijnneergelaten. Controleer of het chassis horizontaalstaat nadat u de stempels hebt neergelaten. Stelhet chassis zo nodig bij. Gebruik de stempels voorhet bijstellen. Stel de stand van de stempels niet bijterwijl de giek is geheven. Hef de giek niet als hetchassis niet horizontaal staat.

De lading moet goed op de vorken of op hetuitrustingsstuk worden vastgezet voordat u de ladingvervoert of heft. Alle ladingen zoals pijpen, steigers,hout en balken moeten goed worden vastgezet.

Gebruik goedgekeurde, met een lading getestehijsstroppen. Alle staalkabels of kettingen moetenook goed worden onderhouden. De staalkabels enkettingen moeten aan de plaatselijke voorschriftenvoldoen. U moet het laadvermogen van dezeapparaten kennen en ermee om kunnen gaan.

Uitrustingsstukken

Het gebruik van niet goedgekeurde uitrustings-stukken op verreikers kan ernstige of dodelijkeongelukken tot gevolg hebben.

Voordat u een uitrustingsstuk op deze machi-ne installeert, moet u zich ervan verzekeren dathet door Caterpillar is goedgekeurd en dat eenCaterpillar hefvermogentabel voor het gebruikervan in de cabine aanwezig is.

OPGELETWanneer bepaalde uitrustingsstukken geïnstalleerdzijn, kunnen deze uitrustingsstukken in aanrakingkomen met de voorbanden of de voorspatborden.Deze situatie kan zich voordoen wanneer de giekis ingeschoven en het uitrustingsstuk volledig naarvoren is gedraaid. Controleer altijd op mogelijkeaanraking wanneer het uitrustingsstuk voor het eerstwordt bediend.

Voordat u een uitrustingsstuk gebruikt, moet ucontroleren of het uitrustingsstuk door Caterpillar isgoedgekeurd. Controleer ook of de machine eenCaterpillar hefvermogentabel heeft. Raadpleeg uwCaterpillar dealer voor informatie over de juistetoepassing en het juiste gebruik van een bepaalduitrustingsstuk.

Motor stoppen

Stop de motor niet onmiddellijk nadat de machineonder belasting heeft gedraaid. Hierdoor kan demotor oververhit raken en kunnen de componentenvan de motor sneller slijten.

Nadat de machine geparkeerd en de parkeerremingeschakeld is, laat u de machine vijf minuten lopenvoordat u hem stopzet. Hierdoor kunnen hete delenvan de motor geleidelijk afkoelen.

Raadpleeg de volgende onderwerpen in hethoofdstuk Bediening van de Bedienings- enOnderhoudshandleiding voor meer informatie:

Page 36: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

34 31200356VeiligheidUitrustingsstukken

• “Motor stoppen”

• “Motor stoppen als zich een elektrische storingvoordoet”

Uitrustingsstukken

Het gebruik van niet goedgekeurde uitrustings-stukken op verreikers kan ernstige of dodelijkeongelukken tot gevolg hebben.

Voordat u een uitrustingsstuk op deze machi-ne installeert, moet u zich ervan verzekeren dathet door Caterpillar is goedgekeurd en dat eenCaterpillar hefvermogentabel voor het gebruikervan in de cabine aanwezig is.

Als u twijfelt of een bepaald uitrustingsstuk geschiktis voor uw machine, kunt u uw Caterpillar dealerraadplegen.

Zorg ervoor dat alle benodigde beschermingaanwezig is op de machine en op het uitrustingsstuk.

Houd alle ramen en deuren op de machinegesloten. Draag altijd oogbescherming. Draagaltijd de beschermende uitrusting die in deuitrustingsstukhandleiding wordt aanbevolen. Draagook andere beschermende uitrusting die voor debedrijfsomgeving vereist is.

Om te voorkomen dat personeel door vliegendevoorwerpen wordt geraakt, moet u ervoor zorgen datzich geen personeel in het werkgebied bevindt.

Terwijl u onderhoud of tests uitvoert, ofuitrustingsstukken bijstelt, blijft u op veilige afstandvan messen, beknellende oppervlakken engevaarlijke oppervlakken.

Parkeren

Parkeer de machine op vlakke grond. Indien u demachine op een helling moet parkeren, moet u dewielen blokkeren. De giek moet volledig wordeningeschoven. Schuif de giek volledig in en laat hemneer tot het uitrustingsstuk op de grond is.

Schakel de bedrijfsremmen in om de machine testoppen. Plaats de transmissiehendel in de standNEUTRAAL. Breng de gashendel naar de standLAAGTOEREN ONBELAST. Schakel de parkeerremin.

Laat alle uitrustingsstukken op de grondzakken. Schakel de vergrendeling van debedieningselementen in.

Stop de motor.

Draai het contactslot naar de stand UIT en verwijderde contactsleutel.

Draai de accuschakelaar (indien aanwezig) naar destand UIT. Verwijder de sleutel van de accuschakelaarals u de machine voor langere tijd niet gebruikt.Hierdoor zal ontlading van de accu wordenvoorkomen. Kortsluiting in de accu, stroomafnamevan bepaalde componenten, en vandalisme kunnenontlading van de accu veroorzaken.

Uitrustingsstukken neerlatenbij verlies van hydraulischekracht

Voordat u uitrustingsstukken neerlaat bij verlies vanhydraulische kracht, moet u ervoor zorgen dat al hetpersoneel op veilige afstand van het uitrustingsstukis. De procedure om uitrustingsstukken neer telaten varieert al naargelang het type uitrustingsstukdat neergelaten wordt. De meeste systemengebruiken lucht of vloeistof onder hoge druk omhet uitrustingsstuk te regelen. De procedure kande druk in een hogedruksysteem ontlasten omhet uitrustingsstuk neer te laten. Draag geschiktebeschermende uitrusting. Volg de bestaandeprocedure voor het neerlaten van uitrustingsstukkenzonder hydraulische kracht in het gedeelte Bedieningvan de Bedienings- en Onderhoudshandleiding

Page 37: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 35Veiligheid

Informatie over geluid en trillingen

Informatie over geluid entrillingen

GeluidsniveauHet geluidsdrukniveau voor de machinist dat volgensde testprocedure in “EN 12053:2001” wordt gemeten,is 80 dB(A) voor een gesloten cabine. De cabine isnaar behoren geïnstalleerd en onderhouden. De testis met gesloten deuren en ramen uitgevoerd.

Gehoorbescherming kan nodig zijn wanneer demachine met een open cabine wordt gebruiktgedurende lange perioden of in een lawaaierigeomgeving. Gehoorbescherming kan nodig zijnwanneer de machine met een cabine wordt gebruiktdie niet naar behoren is onderhouden, of wanneer dedeuren en ramen gedurende lange perioden openstaan of in een lawaaierige omgeving.

TrillingsniveauDe handen en armen worden blootgesteld aan eengewogen, effectieve acceleratie van minder dan 2,6m/sec2 (8,20 ft/sec2).

Het gehele lichaam wordt blootgesteld aan eengewogen, effectieve acceleratie van minder dan0,5000 m/sec2 (1,70 ft/sec2).

De metingen worden op een standaard machineverkregen. De metingen zijn verkregen metgebruikmaking van de procedures in de volgendenormen:

• “ISO 2631-1:1997”

• “ISO 5349-1:2001”

• “SAE J1166”

Bedieningsstation

Eventuele wijzigingen aan de binnenzijde van decabine mogen niet in de bedieningsruimte uitsteken.Een radio, brandblusapparaat en andere uitrustingmoeten zodanig worden geïnstalleerd dat debedieningsruimte in stand wordt gehouden. Geenenkel voorwerp dat in de cabine wordt gebracht, magin de bedieningsruimte uitsteken. Een lunchtrommelof andere losse voorwerpen moeten wordenvastgezet. Voorwerpen mogen geen gevaar vormenop ruw terrein of in geval de machine omkantelt.

Schermen(Bescherming van machinist)

Er zijn verschillende soorten schermen die gebruiktworden om de machinist te beschermen. De machineen de machinetoepassing bepalen het type schermdat moet worden gebruikt.

De schermenmoeten dagelijks worden geïnspecteerdom te controleren of er gebogen, gebarsten of losseconstructies zijn. Gebruik nooit een machine met eenbeschadigde constructie.

De machinist wordt blootgesteld aan een gevaarlijkesituatie als de machine verkeerd gebruikt wordt ofals slechte bedieningstechnieken worden gebruikt.Deze situatie kan zich zelfs voordoen als eenmachine met de juiste bescherming is uitgerust. Volgde vastgelegde bedieningsprocedures die voor demachine worden aanbevolen.

Page 38: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

36 31200356VeiligheidSchermen

ROPS-constructie, FOPS-co nstructieDe ROPS/FOPS-constructie (indien aanwezig)op uw machine is speciaal ontworpen, getest engecertificeerd voor die machine. Graafmachineszijn niet met ROPS-constructies uitgerust.Alle veranderingen of wijzigingen aan deROPS/FOPS-constructie kunnen de constructieverzwakken. Hierdoor raakt de machinist in eenonveilige situatie. Ook wijzigingen of hulpstukkenwaardoor het gewicht van de machine dat ophet certificatieplaatje staat, wordt overschreden,plaatsen de machinist in een onveilige situatie. Eente groot gewicht kan de rem- en stuurprestatiesen de ROPS verzwakken. De bescherming diedoor de ROPS/FOPS-constructie wordt verschaft,vermindert als de ROPS/FOPS-constructiestructureel beschadigd is. Schade aan de constructiekan worden veroorzaakt door kantelen, een vallendvoorwerp, een aanrijding, enz.

Monteer geen voorwerpen (brandblusapparaten,eerstehulpdozen, werkverlichting enz.) door steunenop de ROPS/FOPS-constructie te lassen of doorgaten in de ROPS/FOPS-constructie te boren. Hetlassen van steunen aan of het boren van gatenin de ROPS/FOPS-constructie kan de constructieverzwakken. Raadpleeg uw Caterpillar dealer voormontagerichtlijnen.

Andere bescherming (indienaanwezig)Voor speciale toepassingen is bescherming tegenrondvliegende en/of vallende voorwerpen nodig.Toepassingen voor bosbouw en sloopwerk zijn tweevoorbeelden waarvoor speciale bescherming nodigis.

Een voorscherm moet worden geïnstalleerdwanneer een uitrustingsstuk wordt gebruikt datvoorwerpen doet rondvliegen. Voorschermen metplaatgaas die door Caterpillar zijn goedgekeurd ofvoorschermen met polycarbonaat die door Caterpillarzijn goedgekeurd, zijn verkrijgbaar voor machinesmet een cabine of een open dak. Op machines dievan cabines zijn voorzien, moet de voorruit geslotenzijn. Een veiligheidsbril wordt aangeraden wanneergevaar voor rondvliegende voorwerpen bestaat bijmachines met cabines en machines met een opendak.

Als het werkmateriaal boven de cabine uitsteekt,moeten boven- en voorschermen worden gebruikt.Karakteristieke voorbeelden van dit soort toepassingvindt u hieronder:

• Slooptoepassingen

• Steengroeven

• Bosbouwproducten

Extra schermen kunnen nodig zijn voor specialetoepassingen of uitrustingsstukken. In de Bedienings-en Onderhoudshandleiding van uw machineof uitrustingsstuk staan speciale eisen voor deschermen. Raadpleeg uw Caterpillar dealer voormeer informatie.

Page 39: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 37Productinformatie

Algemene informatie

Productinformatie

Algemene informatie

Hefvermogens

Een machine op banden heeft een anderhefvermogen dan een machine op stempels. Hethefvermogen van een machine verschilt ook voor elksoort uitrustingsstuk.

Een onstabiele machine kan leiden tot ernstige ofdodelijke ongevallen. Om de stabiliteit tijdens hetwerk te handhaven moet aan de volgende voor-waarden worden voldaan:

De banden moeten goed zijn opgepompt en dejuiste hoeveelheid ballast (indien daarmee uitge-rust) bevatten.

Het chassis van de machine moet horizontaal zijn.

Bedien de chassis-horizontaalschakelaar nooitwanneer de giek omhoog staat.

Bedien de chassis-horizontaalschakelaar nooitwanneer de stempels zijn neergelaten.

Bedien de schakelaars van de stempels nooit wan-neer de giek omhoog staat.

De juiste hefvermogentabel voor de machine zo-als hij is uitgerust, moet worden aangehouden ende opgegeven gewichten en lastzwaartepuntenmogen nooit worden overschreden.

Verplaats de machine nooit wanneer de giek om-hoog staat.

g00955167Illustratie 32

De hefvermogentabellen bevinden zich ophet instrumentenbord aan de rechterkant vande instrumentengroep. Zorg dat de juistehefvermogentabel wordt gebruikt. Een symboolboven aan de tabel geeft aan voor welk soortuitrustingsstuk de tabel is bedoeld. Symbolen gevenook aan of bediening op banden of stempels isbedoeld. De hefvermogentabellen kunnen metrischeeenheden (meters en kilogrammen) of Amerikaanseeenheden [voeten (ft) en Amerikaanse ponden (lb)]bevatten.

Als de machines banden hebben, wordt de maximalehoogte boven de grond bepaald door het gewichtvan de voorgenomen last. Het gewicht van devoorgenomen last bepaalt tevens de maximaleafstand tussen het lastzwaartepunt en de voorwielen.

Bij het werken met de stempels neergelaten wordtde maximale hoogte boven de grond bepaalddoor het gewicht van de voorgenomen last. Hetgewicht van de voorgenomen last bepaalt tevens demaximale afstand tussen het lastzwaartepunt en destempelvoeten.

De giek van de machine heeft twee schalen dieter referentie met de hefvermogentabel moetenworden gebruikt om het heffen te schatten. Dereferentieschaal voor de uitschuiving van de giekgeeft de lengte van de giek aan. De letters “B”, “C”en “D” komen overeen met dezelfde letters op dehefvermogentabel.

Page 40: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

38 31200356ProductinformatieAlgemene informatie

g00955168Illustratie 33

De referentieschaal (1) voor de giekhoek geeft dehoek van de giek aan.

Volg de onderstaande instructies om de voorgenomenlast te schatten:

1. Zet de machine voorzichtig op zijn plaats.De machine moet zo dicht mogelijk bij devoorgenomen last staan. Raadpleeg hetbetreffende onderwerp in het hoofdstuk Bedieningvan de Bedienings- en Onderhoudshandleidingvoor meer informatie over de bediening van demachine.

2. U moet de giek zo nodig heffen en uitschuivenzodat het uitrustingsstuk in de stand staat voorhet werk. Hef de last nog niet.

3. Kijk naar de referentieschaal voor degiekuitschuiving en de giekhoek en noteer dewaarden. Raadpleeg de hefvermogentabel enbepaal met behulp van deze twee waarden hetovereenkomstige hefgebied.

4. Als de voorgenomen last gelijk aan de waardein het overeenkomstige hefgebied is, kunt uvoorzichtig de last proberen te heffen. Als devoorgenomen last minder dan de waarde inhet overeenkomstige hefgebied is, kunt u ookvoorzichtig de last proberen te heffen.

5. Als de voorgenomen last zwaarder dan de waardein het overeenkomstige hefgebied is, kan de lastniet worden geheven.

Voorbeelden van schattenvan heffen met behulp vanhefvermogentabelOpmerking: De onderstaande voorbeelden zijnuitsluitend ter illustratie. Deze tabel heeft geenbetrekking op een bepaalde machine. Voor hetheffen dient u de in de cabine aangebrachtehefvermogentabellen te raadplegen. De eenhedenop de hefvermogentabellen kunnen kilogrammen ofponden (lb) zijn.

Elke hefvermogentabel bestaat uit twee delen:

• De tabel toont gebieden die aangeven of bepaaldelasten kunnen worden geheven.

• De correctietabel toont de lasten die in de in detabel weergegeven gebieden kunnen wordengeheven. Er zijn meerdere uitrustingsstukkenopgenomen en de machinist moet het in gebruikzijnde uitrustingsstuk selecteren. De voorbeeldenmaken gebruik van het standaard vorkenbord.

Voorbeeld 1

• Het gewicht van de voorgenomen last is 1000eenheden.

• De referentie van de giekhoek is 55 graden.

• De referentieschaal van de giekuitschuiving staatop “D”.

In de hefvermogentabel ziet u dat het punt waar dereferentiewaarden voor giekhoek en -uitschuivingelkaar kruisen, punt “X” is. Dit kruispunt bevindtzich in het hefgebied aangegeven door “G”. In decorrectietabel is het hefgebiedvermogen van hetuitrustingsstuk 2000 eenheden. De voorgenomenlast van 1000 eenheden is minder dan de waarde inhet hefgebied, dus de hefvermogentabel geeft aandat de last binnen het vermogen van de machine ligt.

Voorbeeld 2

• Het gewicht van de voorgenomen last is 3000eenheden.

• De referentie van de giekhoek is 40 graden.

• De referentieschaal van de giekuitschuiving staatop “B”.

Page 41: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 39Productinformatie

Algemene informatie

In de hefvermogentabel ziet u dat het punt waar dereferentiewaarden voor de giekhoek en -uitschuivingelkaar kruisen, punt “Y” is. Dit kruispunt bevindtzich in het hefgebied aangegeven door “E”. In decorrectietabel is het hefgebiedvermogen van hetuitrustingsstuk 3000 eenheden. De voorgenomenlast van 3000 eenheden is gelijk aan de waarde inhet hefgebied, dus de hefvermogentabel geeft aandat de last gelijk is aan het maximale vermogen vande machine.

Voorbeeld 3

• Het gewicht van de voorgenomen last is 600eenheden.

• De referentie van de giekhoek is 22 graden.

• De referentieschaal voor de giekuitschuivingbevindt zich op ongeveer 66 procent tussen “D”en volledige uitschuiving.

In de hefvermogentabel ziet u dat het punt waar dereferentiewaarden voor giekhoek en -uitschuivingelkaar kruisen, punt “Z” is. Dit kruispunt bevindtzich in het hefgebied aangegeven door “K”. In decorrectietabel is het hefgebiedvermogen van hetuitrustingsstuk 400 eenheden. De voorgenomen lastvan 600 eenheden bedraagt meer dan de waarde inhet hefgebied, dus de hefvermogentabel geeft aandat de last boven het vermogen van de machine ligt.De last mag niet worden geheven.

Als de hefvermogentabel aangeeft dat het heffenbinnen het vermogen van de machine valt, kunt uproberen de last te heffen, maar wees voorzichtig.Bedenk dat de last meer mag wegen dan wasgeschat. De hefvermogentabel is alleen bedoeld omhet heffen te schatten.

g01013841Illustratie 34Karakteristieke hefvermogentabel

Page 42: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

40 31200356ProductinformatieAlgemene informatie

Specificaties

g01078347Illustratie 35Zijaanzicht

g00855455Illustratie 36

Achteraanzicht

De specificaties worden weergegeven voorstandaardmachines zonder een uitrustingsstuk op desnelkoppeling.

Tabel 1

TH580B machine

Totale hoogte (A) 2715 mm (106,9 inch)

Totale lengte (B) 6622 mm (260,7 inch)

Totale breedte (C) 2515 mm (99,0 inch)

Wielbasis 2350 mm (92,5 inch)

Bodemvrijheid 521 mm (20,5 inch)

Gewicht bij benadering 13 000 kg (28 660 lb)

Page 43: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 44: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

42 31200356ProductinformatieInformatie over identificatie

Als de machine het plaatje voor de Europese Unieheeft, dan is dit plaatje aan het PIN plaatje bevestigd.Er is ook andere informatie op het CE plaatjegestempeld. Ter referentie moet deze informatie inde onderstaande ruimten worden genoteerd.

• Vermogen van motor (kW)_____________________________

• Gewicht van machine (kg)_____________________________

• Productiejaar_____________________________________________

Geluid

g00937584Illustratie 41

Dit plaatje bevindt zich aan de linkerkant van hethoofdchassis.

g00933634Illustratie 42

Er is een karakteristiek voorbeeld van deze sticker afgebeeld. Uwmachine heeft wellicht een andere waarde.

De certificatiesticker, indien aanwezig, wordt gebruiktom de milieugeluidscertificatie van de machine teverifiëren. De op de sticker opgegeven waardegeeft de gegarandeerde geluidsbelasting aan. Degegarandeerde geluidsbelasting wordt ten tijdevan de fabricage gemeten. De gegarandeerdegeluidsbelasting wordt volgens de condities in“2000/14/EG” gemeten.

Sticker ROPS-/FOPS-constructie

Dit veiligheidsplaatje bevindt zich achter de stoelnabij de achterruit.

g00932470Illustratie 43

Constructieschade, omkantelen, wijzigingen ofonjuiste reparaties kunnen de bescherming diedeze constructie biedt, verminderen en dezecertificatie ongeldig maken. Las niet aan dezeconstructie en boor er geen gaten in. Hierdoorwordt de certificatie ongeldig. Raadpleeg eenCaterpillar dealer voor de beperkingen van dezeconstructie zonder de certificatie ongeldig te ma-ken.

Deze machine is gecertificeerd voor de normendie op de certificatiesticker staan. Het maximalegewicht van de machine, inclusief de machinist en deuitrustingsstukken maar zonder een lading, mag hetgewicht op de certificatiesticker niet overschrijden.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Schermen(Bescherming van machinist)” voor meer informatie.

Machinebeveiligingssysteem

Indien aanwezig, wordt dit plaatje gebruikt om decertificatie van het Machinebeveiligingssysteemals een RF-zender te verifiëren. De volgendespecificaties worden verschaft om te verzekeren dataan alle plaatselijke voorschriften wordt voldaan:

Page 45: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 43Productinformatie

Informatie over identificatie

Tabel 2

Veldsterkte(1) 16,12 dB microampère/meter

Bereik vanbedrijfsfrequentie

134,2 kHz

Bedrijfstijd(2) 0,055 seconden (1/18seconde)

(1) Veldsterkte op 10 meter(2) De bedrijfstijd wordt gemeten nadat het contactslot voor heteerst wordt ingeschakeld.

g01015547Illustratie 44

Dit plaatje bevindt zich op de bedieningsset voorhet beveiligingssysteem van de machine. Debedieningsset bevindt zich in de motorruimte.

g00995393Illustratie 45

Neem contact op met uw Caterpillar dealer voorvragen over de bediening van het MSS in eenbepaald land.

Italiaanse homologatie voor rijden op deopenbare weg

g00937590Illustratie 46

Dit plaatje bevindt zich aan de rechterkant van demachine achter de voorband.

g00937218Illustratie 47

De volgende informatie is op het plaatje gestempeld:

• “Model” ____________________________________________________

• “Homologatienummer” _________________________________

• “I N” _______________________________________________________

• “Toegestaan totaalgewicht” ___________________________

• “Toegestaan voorasgewicht” _________________________

• “Toegestaan achterasgewicht” _______________________

• “Toegestaan sleepgewicht” ___________________________

• “Sleepgewicht zonder remmen” _____________________

• “Sleepgewicht met eigen remmen” __________________

• “Sleepgewicht met oplooprem” ______________________

Page 46: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

44 31200356ProductinformatieInformatie over identificatie

• “Sleepgewicht uitgerust met eenbekrachtigd remsysteem (hydraulisch ofpneumatisch)”____________________________________________

Sticker met emissiecertificatie

Opmerking: Deze informatie is van toepassing in deVerenigde Staten en Canada.

Indien aanwezig bevindt de EPA/EU sticker metemissiecertificatie zich aan de zijkant van hetmotorblok.

Een karakteristiek voorbeeld is afgebeeld.

g01148857I llustr a tion 4 8

Page 47: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 45Bediening

Vóór het bedrijf

Bediening

Vóór het bedrijf

In- en uitstappen

g00037860Illustratie 49

Karakteristiek voorbeeld

Stap de machine alleen in en uit op plaatsen waartreden en/of handgrepen aanwezig zijn. Reinig detreden en de handgrepen voordat u in de machinestapt. Inspecteer de treden en de handgrepen. Voeralle nodige reparaties uit.

Houd het gezicht steeds naar de machine gerichtwanneer u in- of uitstapt.

Houd steeds drie punten van het lichaam in contactmet de treden en de handgrepen.

Opmerking: De drie punten kunnen twee voeten enéén hand zijn. De drie punten kunnen ook één voeten twee handen zijn.

Stap nooit in een rijdende machine. Stap nooit uiteen rijdende machine. Spring nooit van de machine.Probeer niet op een machine te stappen of eraf testappen met gereedschap of benodigdheden in dehand. Hijs apparatuur met een touw op het platform.Gebruik de bedieningshendels niet als handgrepentijdens het binnengaan of verlaten van de cabine.

NooduitgangMachines die met een cabine zijn uitgerust,hebben een nooduitgang. Voor meer informatiekunt u de Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Nooduitgang” raadplegen.

Dagelijkse inspectie

Hete olie en hete componenten kunnen verwon-dingen veroorzaken. Laat hete olie of hete com-ponenten niet in aanraking komen met de huid.

Bij bedrijfstemperatuur is motorkoelvloeistof heeten staat deze onder druk.

Stoom kan verwondingen veroorzaken.

Controleer het koelvloeistofpeil alleen nadat demotor tot stilstand is gekomen en de drukdop vanhet koelsysteem koel genoeg is om hem met deblote hand aan te raken.

Verwijder de drukdop van het koelsysteem lang-zaam om de druk te ontlasten.

Corrosie-inhibitor bevat alkali. Vermijd aanrakingmet de huid en ogen om verwondingen te voorko-men.

OPGELETSmeervet en olie die zich op een machine ophopen,vormen brandgevaar. Verwijder dit vuil met stoom ofmet water onder druk minstens om de 1000 bedrijfs-uren of telkens wanneer een aanzienlijke hoeveelheidolie op de machine is gemorst.

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

Page 48: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

46 31200356BedieningVóór het bedrijf

Opmerking: Voor een maximale levensduur vande machine moet dagelijks een controlerondgangworden uitgevoerd voordat u de machine gebruikt.Inspecteer de machine op lekkage. Verwijdereventueel aanwezige rommel uit de motorruimteen onderwagen. Controleer of alle beschermplaten,deksels, luiken, kappen en doppen stevig vastzitten.Inspecteer alle slangen en riemen op beschadiging.Inspecteer alle lampen en spiegels op beschadiging.Als het zicht belemmerd wordt, moet u de lampenen spiegels bijstellen of vervangen. Inspecteer desteunen voor de lampen en spiegels. Vervang desteunen als beschadigd of geroest zijn. Controleer detoestand van de ventilatoraandrijfriem. Controleer debrandstofmeter. Vul het brandstofsysteem zo nodig.Voer de nodige reparaties uit voordat u de machinebedient.

Voer de volgende procedures dagelijks uit.

• “Achteruitrij-alarm - Testen”

• “Remsysteem - Testen”

• “Koelvloeistofpeil van koelsysteem - Controleren”

• “Motoroliepeil - Controleren ”

• “Waterafscheider van brandstofsysteem -Aftappen”

• “ Wa t er enbezinksel in brandstoftank - Aftappen”

• “Verklikkers en meters - Testen”

• “Veiligheidsgordel - Inspecteren ”

• “Bandenspanning - Controleren”

• “Transmissie en hydraulisch systeem - Oliepeilcontroleren”

• “Aandraaimoment van wielmoeren - Controleren ”

• “ R a men- Reinigen”

• “Uitrustingsstuk - Inspecteren/vervangen ”

Raadpleeg het gedeelte Onderhoud voor degedetailleerde procedures. Raadpleeg hetonderhoudsschema voor een volledige lijst vanperiodiek onderhoud.

Page 49: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 47Bediening

Machine bedienen

Machine bedienen

Nooduitgang

De achterruit kan op machines met een geslotencabine als nooduitgang worden gebruikt. Als dehoofduitgang is versperd, verlaat u de machine viade achterruit.

g00951976Illustratie 50

Trek met behulp van ring (1) op grendel (2) vande achterruit borgpen (3) eruit. Hierdoor wordt deachterruit ontgrendeld.

Voor reparatie of vervanging van de ruit moet ucontact met uw Caterpillar dealer opnemen.

Stoel

De stoel moet voor de machinist worden afgesteld.Wanneer u tegen de rugleuning zit, moet de stoelzo worden afgesteld dat u de pedalen volledig kuntindrukken.

Vergrendel de stoel op zijn plaats voordat u demachine bedient om te voorkomen dat de stoel gaatbewegen.

Gebruik altijd de veiligheidsgordel wanneer u demachine gebruikt.

Stoelafstelling

g00950445Illustratie 51

Voor-/achteruit hendel (1) – Breng devoor-/achteruit hendel omhoog en schuif de stoelnaar de gewenste stand. Laat de voor-/achteruithendel los om de stoel op zijn plaats te vergrendelen.

Hendel om rugleuning te verstellen (2) – Hierdoorkan de rugleuning in drie verschillende standenworden geplaatst. Druk de hendel om de rugleuningte verstellen naar achteren en breng de rugleuningonder de gewenste hoek. Laat de hendel los om derugleuning op zijn plaats te vergrendelen.

Wanneer u de stoel hebt afgesteld, moet u controlerenof alle hendels van de stoel zijn vergrendeld omonverwachte beweging te voorkomen.

Vering (indien aanwezig)

Afstelhendel (3) voor de stoelvering – Stel devering met de afstelhendel af. De stoelvering moetworden ingesteld terwijl de machinist op zijn stoel zit.De indicator voor de stoelvering moet in het groenegebied zijn.

Als de indicator voor de stoelvering in het rode gebiedis, trekt u de hendel van afstelhendel (3) naar buitenen draait u de hendel linksom totdat de indicator inhet groene gebied is.

Opmerking: De indicator mag overal in het groenegebied zijn. Hierdoor kan de hoogte voor eenbepaalde machinist worden afgesteld.

Wanneer u de stoel hebt afgesteld, moet u controlerenof alle hendels van de stoel zijn vergrendeld omonverwachte beweging te voorkomen.

Page 50: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

48 31200356BedieningMachine bedienen

Luchtvering (indien aanwezig)

g00950464Illustratie 52

Gewichtinstelschakelaar (4) –Stel de hoogte van de stoel met degewichtinstelschakelaar in. De stoelhoogte

moet worden ingesteld terwijl de machinist op destoel zit. Stel de stoelhoogte af totdat de verklikker inhet groene gebied staat.

Opmerking: De indicator mag overal in het groenegebied zijn. Hierdoor kan de hoogte voor eenbepaalde machinist worden afgesteld.

Wanneer u de stoel hebt afgesteld, moet u controlerenof alle hendels van de stoel zijn vergrendeld omonverwachte beweging te voorkomen.

OpbergruimteEr bevindt zich een opbergruimte aan de achterkantvan de stoel. Deze kunt u gebruiken om documentenof andere kleine voorwerpen in op te bergen.

Veiligheidsgordel

Opmerking: Deze machine was met eenveiligheidsgordel uitgerust toen de machine doorCaterpillar werd afgeleverd.

Controleer steeds de conditie van de veiligheidsgordelen de toestand van de bevestigingsonderdelenvoordat u de machine gebruikt.

Veiligheidsgordel afstellen voorniet-oprolbare veiligheidsgordelsStel beide einden van de veiligheidsgordel af. Deveiligheidsgordel hoort strak maar wel comfortabelte zitten.

Veiligheidsgordel langer maken

g00100709Illustratie 53

1. Maak de veiligheidsgordel los.

g00932817Illustratie 54

2. Om de speling in de buitenste lus (1) wegte nemen draait u gesp (2). Hierdoor komtde vergrendelingsstang vrij. Nu kan deveiligheidsgordel door de gesp schuiven.

3. Neem de speling uit de buitenste gordellus wegdoor aan de gesp te trekken.

4. Maak de andere helft van de veiligheidsgordelop dezelfde manier los. Als de veiligheidsgordelniet strak zit met de gesp in het midden, stelt ude veiligheidsgordel bij.

Page 51: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 49Bediening

Machine bedienen

Veiligheidsgordel korter maken

g00100713Illustratie 55

1. Doe de veiligheidsgordel om. Trek aan debuitenste gordellus om de veiligheidsgordelstrakker te maken.

2. Stel de andere helft van de veiligheidsgordel opdezelfde manier af.

3. Als de veiligheidsgordel niet strak met de gesp inhet midden past, stelt u de veiligheidsgordel bij.

Veiligheidsgordel vastmaken

g00932818Illustratie 56

Steek de sluiting (3) van de veiligheidsgordel in degesp (2). Zorg dat de veiligheidsgordel laag over deschoot van de bestuurder is geplaatst.

Veiligheidsgordel losmaken

g00100717Illustratie 57

Trek de ontgrendelhendel omhoog. Hierdoor wordtde veiligheidsgordel ontgrendeld.

Veiligheidsgordel afstellen vooroprolbare veiligheidsgordels

Veiligheidsgordel vastmaken

g00867598Illustratie 58

Trek veiligheidsgordel (4) met een constantebeweging uit de rolautomaat.

Steek sluiting (3) van de veiligheidsgordel in gesp(2). Zorg dat de veiligheidsgordel laag over de schootvan de bestuurder is geplaatst.

De rolautomaat past de lengte van de gordel aan ende rolautomaat wordt vergrendeld. Door de huls kande machinist beperkt bewegen.

Page 52: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

50 31200356BedieningMachine bedienen

Veiligheidsgordel losmaken

g00039113Illustratie 59

Druk de knop op de gesp in om de veiligheidsgordellos te maken. De veiligheidsgordel wordt automatischin de rolautomaat opgerold.

Veiligheidsgordel verlengen

Bij gebruik van oprolbare veiligheidsgordels mo-gen geen verlengstukken worden gebruikt. Dit kanernstig of dodelijk letsel veroorzaken.

De rolautomaat wordt soms niet vergrendeld af-hankelijk van de lengte van het verlengstuk en deomvang van de persoon. Als de rolautomaat nietvergrendeld wordt, houdt de veiligheidsgordel depersoon niet op zijn plaats.

Er zijn langere, niet-oprolbare veiligheidsgordelsen verlengstukken voor de niet-oprolbareveiligheidsgordels verkrijgbaar.

Caterpillar eist dat alleen niet-oprolbareveiligheidsgordels met een verlengstuk wordengebruikt.

Raadpleeg uw Caterpillar dealer voor langereveiligheidsgordels en voor informatie over hetverlengen van de veiligheidsgordels.

Page 53: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 51Bediening

Machine bedienen

Bedieningselementen(Zijconsole)

OAM1051

Opmerking: Uw machine heeft mogelijk niet allebedieningselementen die in dit onderwerp wordenbeschreven.

Ventilatorschakelaar (1)Ventilatorschakelaar – Draai de schakelaar naarrechts naar de eerste aanslag om de ventilatorvan de verwarming aan te zetten. De ventilatorvan de verwarming werkt met lage snelheid. Draaide schakelaar naar rechts naar de volgende drieaanslagen om de ventilator van de verwarming methogere snelheid te laten werken. Draai de schakelaarnaar links naar de laatste aanslag om de ventilatorvan de verwarming uit te zetten.

Temperatuurschakelaar (2)Temperatuurschakelaar – Als u detemperatuurschakelaar naar rechts draait,krijgt u warme lucht. Als u de temperatuurschakelaarnaar links draait, krijgt u koudere lucht.

Airconditioningschakelaar (3)Aan/uit-schakelaar airconditioning –Druk op het bovenste deel van deschakelaar om de compressor van

de airconditioning in te schakelen. Druk op hetonderste deel van de schakelaar om de schakelaarnaar de stand UIT terug te brengen. Gebruik deairconditioning samen met de temperatuurschakelaaren de ventilatorschakelaar om de temperatuurin de cabine te verlagen. De compressor van deairconditioning kan met tussenpozen werken terwijlde verwarming aan staat, om overmatig vocht uit decabine te verwijderen.

Ruitenwisser voorruit (4)Ruitenwisser voorruit – Wanneer hetonderste deel van de schakelaar isingedrukt, is de schakelaar in de stand UIT.

Druk één klik op het bovenste deel van de schakelaarom de ruitenwissermotor op lage snelheid te latenwerken. Om de motor op hoge snelheid te latenwerken moet u het bovenste deel van de schakelaarnaar de volgende aanslag duwen.

Ruitensproeier voorruit (5)Ruitensproeier voorruit – Houd hetbovenste deel van de schakelaar ingedruktom de ruitensproeiermotor te activeren.

Laat de schakelaar los. De schakelaar keert naar destand UIT terug.

Ruitenwisser/-sproeier dak (6)Ruitenwisser/-sproeier dak – Druk hetbovenste deel van de schakelaar in omde dakruitenwisser te bedienen. Druk op

de schakelaar en houd het bovenste deel van deschakelaar ingedrukt om de ruitensproeierpompen de dakruitenwisser in te schakelen. Laat hetbovenste deel van de schakelaar los. De schakelaarkeert naar de stand UIT terug.

Page 54: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

52 31200356BedieningMachine bedienen

Ruitenwisser en -sproeierachterruit (7)

Ruitenwisser/sproeier achterruit – Drukop het bovenste deel van de schakelaarom de ruitenwisser van de achterruit in

te schakelen. Druk op de schakelaar en houd hetbovenste deel van de schakelaar ingedrukt omde ruitensproeierpomp en de ruitenwisser van deachterruit in te schakelen. Laat het bovenste deelvan de schakelaar los. De schakelaar keert naar destand UIT terug.

Cabineschijnwerpers (8)Cabineschijnwerpers – Druk op hetbovenste deel van de schakelaar om decabineschijnwerpers in te schakelen. Druk

op het onderste deel van de schakelaar om decabineschijnwerpers uit te schakelen.

Giekschijnwerpers (9)Giekschijnwerpers – Druk op hetbovenste deel van de schakelaar om degiekschijnwerpers in te schakelen. Druk

op het onderste deel van de schakelaar om degiekschijnwerpers uit te schakelen.

Hydrauliekvergrendeling (10)Wanneer het rechter deel van de schakelaar wordtingedrukt, werken alle machinefuncties.

Wanneer het linker deel van de schakelaar wordtingedrukt, wordt de schakelaar in deze standvergrendeld. In deze stand werken alleen devolgende machinefuncties:

• Transmissie

• Stuur

Wanneer de linkerkant van de schakelaar isingedrukt, zijn de volgende machinefunctiesgeblokkeerd:

• Giek omhoog

• Giek omlaag

• Giek uitschuiven

• Giek inschuiven

• Snelkoppeling

• Hulpactuators

• Stempels

Wanneer u met de machine op de openbare wegrijdt, moet het linker deel van de schakelaar ingedruktzijn. Dit helpt om onverwachte beweging van dehydraulisch geregelde componenten te voorkomen.

Om de bediening van de hydraulische componentenweer mogelijk te maken beweegt u de rodevergrendeling op de schakelaar naar links en drukt uop de rechterkant van de schakelaar.

Bedieningselementen

Longitudinaal Knipsel van de Indicator van de Stabiliteit (11)

Lsi Knipsel - duw op de bodem van de schakelaar en de greep om de functie van de overbelastingsbescherming snel voorbijgaand onbruikbaar te maken. Geef de schakelaar vrij. De schakelaar zal aan WEG plaatst terugkeren.

Page 55: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 53Bediening

Machine bedienen

g01111461Illustratie 61(1) Schakelaar Automatisch/

Handgeschakeld (indien aanwezig)(2) Snelkoppelingsschakelaar(3) Neutraalschakelaar van transmissie(4) Stuurmodusschakelaar(5) Chassis-horizontaalschakelaar(6) Schakelaar voor linker stempel(7) Schakelaar voor rechter stempel

(8) Mistlichten(9) Waarschuwingsknipperlichten(10) Dimmerschakelaar voor koplampen(11) Koplamp-parkeerlichten(12) Zwaailamp(13) Joystick(14) Instelbare armleuning(15) Zijconsole

(16) Binnenverlichting(17) Parkeer- en noodremhendel(18) Gaspedaal(19) Bedrijfsrempedaal(20) Differentieelblokkeringsschakelaar(21) Transmissiehendel(22) Claxon

Page 56: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

54 31200356BedieningMachine bedienen

g01111391Illustratie 62(23) Richtingaanwijzerhendel(24) Contactslot(25) Kantelhendel van stuurkolom

Opmerking: Uw machine heeft mogelijk niet allebedieningselementen die in dit onderwerp wordenbeschreven.

Schakelaar Automatisch/Handgeschakeld (1)

Schakelaar Automatisch/Handgeschakeld – Deze schakelaar heefttwee standen. Deze schakelaar is een

optie op de machine als de machine met de PowerSynchro transmissie is uitgerust. Druk op het linkerdeel van de schakelaar om automatisch schakelentussen de versnellingen van de transmissie teselecteren. De machinist selecteert de hoogsteversnellingen en de ECM van de machine schakeltde transmissie automatisch tussen de laagste enhoogste geselecteerde versnellingen op grond vande rijsnelheid van de machine. Er gaat een lampjein de schakelaar branden. Druk op het rechter deelvan de schakelaar om met de hand een bepaaldeversnelling te selecteren.

Snelkoppelingsschakelaar (2)Snelkoppelingsschakelaar – Dit is een schakelaarmet drie standen, indien aanwezig. Schakelaar (2)keert terug naar de stand HOUDEN wanneer hijwordt losgelaten.

Uitschakelen – Breng de rode schuifop schakelaar (2) naar beneden en drukhet bovenste deel van schakelaar (2) in.Houd het bovenste deel van schakelaar (2)ingedrukt totdat de snelkoppelingspennenvolledig zijn losgekoppeld.

Houden – Schakelaar (2) keert terug naar de standHOUDEN wanneer hij wordt losgelaten.

Inschakelen – Druk op het onderste deelvan schakelaar (2). Houd het onderstedeel van schakelaar (2) ingedrukt totdatde snelkoppelingspennen volledig zijnvastgekoppeld.

Neutraalschakelaar vantransmissie (3)

Als de neutraalschakelaar van de transmissiein de stand AAN staat en het bedrijfsrempedaalis ingedrukt, schakelt de transmissie naar NEU-TRAAL. Wanneer het bedrijfsrempedaal wordtlosgelaten, duurt het even voordat de transmis-sie weer naar de oorspronkelijke versnellingschakelt. Als de machine op dat moment op eenhelling staat, kan de machine naar voren of naarachteren rollen. De onverwachte beweging van demachine kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolghebben. Raadpleeg de Bedienings- en Onder-houdshandleiding, “Transmissiehendel” voormeer informatie.

Neutraalschakelaar van transmissie –Deze schakelaar, indien aanwezig, heefttwee standen. Druk het bovenste deel van

schakelaar (3) in zodat de neutraalschakelaar van detransmissie werkt. Er gaat een lampje in schakelaar(3) branden. De transmissie wordt steeds in neutraalgezet wanneer de bedrijfsrem wordt ingeschakeld.Druk het onderste deel van schakelaar (3) in om detransmissie ingeschakeld te houden wanneer debedrijfsrem wordt ingeschakeld.

Stuurmodusschakelaar (4)

Als met demachine op de openbare weg wordt ge-reden in een andere stand dan tweewielbesturing,bestaat het risico op ernstige of dodelijke onge-lukken.

Zorg dat de achterwielen altijd recht staan en dattweewielbesturing geselecteerd is, als u met demachine op de weg rijdt.

OPGELETOm mogelijke beschadiging van het stuursysteem tevoorkomen, moeten de achterwielen altijd recht staanvoordat u de machine met tweewielbesturing gebruikt.

Page 57: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 55Bediening

Machine bedienen

Stuurmoduskeuzeschakelaar – Dezeschakelaar met drie standen regelt destuurmodus. Druk op het bovenste deel

van schakelaar (4) om de hondegang te selecteren.Plaats schakelaar (4) in de middelste stand om detweewielbesturing te selecteren. Druk op het onderstedeel van schakelaar (4) om de cirkelbesturing teselecteren.

Opmerking: Zet de voor- en achterwielen altijd rechtvooruit voordat u de stuurmodus verandert.

g01002252Illustratie 63

Modus Cirkelbesturing – Wanneer demodus Cirkelbesturing is geselecteerd,brandt verklikker (4A).

Modus Hondegang – Wanneer demodus Hondegang is geselecteerd, brandtverklikker (4B).

Modus Tweewielbesturing –Wanneer demodus Tweewielbesturing is geselecteerd,brandt verklikker (4C).

Gebruik van stuurmodi

De machine kan in de volgende stuurmodi wordenbediend:

• Tweewielbesturing

• Cirkelbesturing

• Hondegang

In de modus Tweewielbesturing kunnen alleen devoorwielen worden gestuurd. Deze modus moetworden gebruikt wanneer u op de openbare weg rijdtmet de machine. Gebruik de modus Cirkelbesturingvoor normaal bedrijf. Wanneer de machine in demodus Cirkelbesturing staat, draaien de voor- enachterwielen in tegenovergestelde richting. Hierdoorkan de machine scherpere bochten maken. Wanneerde machine in de modus Hondegang staat, draaiende voor- en achterwielen in dezelfde richting.Wanneer u de modus Hondegang selecteert, rijdt demachine vooruit en naar één kant. Of de machinerijdt achteruit en naar één kant. Hierdoor kan demachine op nauwe plaatsen werken.

Uitvoering van stuursysteem zonderautomatisch uitlijnende besturing achter

Wanneer u van stuurmodus verandert, is het mogelijkdat de besturing niet meer gesynchroniseerd is. Ditgebeurt onder de volgende omstandigheden.

• De achterwielen staan niet recht wanneer u vande modus Cirkelbesturing naar Tweewielbesturingoverschakelt.

• De achterwielen staan niet recht wanneer u vande modus Hondegang naar Tweewielbesturingoverschakelt.

• Alle vier de wielen staan niet recht wanneer uvan de modus Cirkelbesturing naar Hondegangoverschakelt.

• Alle vier de wielen staan niet recht wanneer uvan de modus Hondegang naar Cirkelbesturingoverschakelt.

Om de besturing te synchroniseren gebruikt u devolgende procedure:

1. Stop de machine terwijl de modus Hondegang ofCirkelbesturing is geselecteerd.

g00603627Illustratie 64

Page 58: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

56 31200356BedieningMachine bedienen

2. Draai het stuurwiel totdat het linker achterwiel inlijn is met de zijkant van de machine.

g00603632Illustratie 65

3. Schakel naar tweewielbesturing en draai hetstuurwiel totdat het linker voorwiel in lijn is met dezijkant van de machine.

4. Schakel naar de modus Hondegang ofCirkelbesturing, al naargelang wat van toepassingis.

Uitvoering van stuursysteem metautomatisch uitlijnende besturing achter

De machine kan met een automatisch uitlijnendebesturing achter zijn uitgerust. De automatischeuitlijning controleert of de achterwielen zijn uitgelijndvoordat de stuurmodus wordt veranderd.

Wanneer schakelaar (4) door de machinist wordtingedrukt, gaat de machine alleen naar de gewenstestuurmodus als de achterwielen recht vooruit staan.

Als schakelaar (4) door de machinist wordt ingedrukten de achterwielen van de machine niet zijnuitgelijnd, blijft de huidige stuurmodus geselecteerd.De verklikker voor de huidige stuurmodus op hetdisplay blijft aan en de indicator van de gewenstemodus knippert. Wanneer de achterwielen door demachinist recht vooruit worden gezet, verandert destuurmodus dan in de gewenste modus.

Chassis-horizontaalschakelaar (5)De chassis-horizontaalschakelaar (5), indienaanwezig, is een schakelaar met drie standen.

De chassis-horizontaalschakelaar wordt gebruikt omde machine op een ongelijk oppervlak horizontaalte stellen. De chassis-horizontaalschakelaar kanhet chassis naar links of rechts doen kantelen. Demaximale kantelhoek is 10 graden in elke richting.

Laat de giek zakken voordat u de chassis-horizontaalschakelaar gebruikt. De giek moet vlak bijde grond zijn.

Druk het rechter deel van schakelaar (5) in om derechterkant van het chassis omlaag te brengen. Hetchassis draait naar rechts ten opzichte van de assen.

Druk het linker deel van schakelaar (5) in om delinkerkant van het chassis omlaag te brengen. Hetchassis draait naar links ten opzichte van de assen.

De schakelaar (5) keert naar de stand HOUDENterug wanneer hij wordt losgelaten.

Gebruik het waterpas om te bepalen wanneerhet chassis horizontaal staat. Het chassis staathorizontaal als de luchtbel in het midden van hetkijkglas is.

Stempelschakelaars (6), (7)

Als niet aan de volgende voorwaarden wordt vol-daan, kan de machine onstabiel worden:

De juiste hefvermogentabel wordt gebruikt. Devermogens in de hefvermogentabellen wordenniet overschreden.

De giek is volledig ingeschoven en in de rijstandneergelaten voordat de stempels omhoog wordengebracht.

Er bevindt zich niets naast de stempels en er isgelijkmatige ondersteuning voor het gewicht vande machine en de voorgenomen last.

De machine is niet horizontaal gesteld met be-hulp van de chassis-horizontaalschakelaar terwijlde stempels werden neergelaten.

De stempels worden alleen gebruikt zoals be-schreven in de onderstaande instructies. Ver-keerd gebruik van de stempels kan ernstige ofdodelijke ongelukken tot gevolg hebben.

Bedien de stempels niet wanneer personeel in debuurt is. Zorg dat iedereen zich op veilige afstandbevindt wanneer de stempels omhoog of omlaagworden gebracht. Zorg dat beide stempels geheelomhoog staan voordat u met de machine rijdt.Wanneer u de stempels bedient terwijl personeelin de buurt is, kan dit ernstige of dodelijke onge-lukken tot gevolg hebben.

Page 59: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 57Bediening

Machine bedienen

Linker stempel (6) – Dit is een veerbelasteschakelaar met automatische terugstellingen drie standen. Druk op het rechter deel

van de schakelaar om de linker stempel omhoogte brengen. Laat de schakelaar los om het stijgenvan de stempel te stoppen. De schakelaar keertnaar de stand HOUDEN terug. Druk op het linkerdeel van de schakelaar om de stempel omlaag tebrengen. Laat de schakelaar los om het dalen vande stempel te stoppen. De schakelaar keert naarde stand HOUDEN terug. Wanneer de schakelaarnaar de stand HOUDEN is teruggekeerd, wordt deschakelaar vergrendeld.

Rechter stempel (7) – Dit is eenveerbelaste schakelaar met automatischeterugstelling en drie standen. Druk op

het rechter deel van de schakelaar om de rechterstempel omhoog te brengen. Laat de schakelaarlos om het stijgen van de stempel te stoppen. Deschakelaar keert naar de stand HOUDEN terug. Drukop het linker deel van de schakelaar om de stempelomlaag te brengen. Laat de schakelaar los om hetdalen van de stempel te stoppen. De schakelaarkeert naar de stand HOUDEN terug.

De machine kan met zwaardere lasten werken bijbepaalde combinaties van giekhoek en -lengtewanneer de stempels zijn neergelaten.

De stabiliteit van de machine in de lengte bij allecombinaties van giekhoek en –lengte is beterwanneer de stempels worden gebruikt. Vertrouwnooit op de stabiliteit van de machine als richtlijnvoor het maximale vermogen. Raadpleeg altijdde juiste hefvermogentabel. Overschrijd de in dehefvermogentabellen opgegeven vermogens nooit.

Gebruik de volgende procedure voor het neerlatenvan de stempels:

1. Laat de motor met een toerental draaien datvoldoende is om genoeg hydraulische kracht televeren.

2. Breng de machine horizontaal door dechassis-horizontaalschakelaar (5) te bedienenen naar het waterpas te kijken. Gebruik dechassis-horizontaalschakelaar niet nadat u destempels hebt neergelaten.

3. Druk het linker deel van schakelaar (6) in en houddit ingedrukt om de linker stempel neer te laten.Kijk naar het gebied rond de linker stempel om tecontroleren of zich geen personen of obstakels inde buurt bevinden.

g00855679Illustratie 66

4. Laat de schakelaar los wanneer de stempel degewenste stand heeft bereikt.

5. Druk het linker deel van schakelaar (7) in en houddit ingedrukt om de rechter stempel neer te laten.Kijk naar het gebied rond de rechter stempel omte controleren of zich geen personen of obstakelsin de buurt bevinden.

Mistlichten (8)Mistlichten – Druk het rechter deel vanschakelaar (8) in om de mistlichten inte schakelen. Druk het linker deel van

schakelaar (8) in om de mistlichten uit te schakelen.

Waarschuwingsknipperlichten (9)Waarschuwingsknipperlichten – Drukhet rechter deel van schakelaar (9) inom de waarschuwingsknipperlichten in

te schakelen. Alle richtingaanwijzers knipperentegelijkertijd. Druk het linker deel van schakelaar(9) in om de waarschuwingsknipperlichten uit teschakelen.

Dimmerschakelaar voor koplampen(10)

Dimmer – Druk het rechter deel vanschakelaar (10) in om het grootlicht inte schakelen. Schakelaar (11) voor de

koplampen moet in de stand KOPLAMPEN staan omhet grootlicht te kunnen activeren. De koplampenblijven op grootlicht totdat het linker deel vanschakelaar (10) naar de stand DIMLICHT wordtgedrukt.

Page 60: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

58 31200356BedieningMachine bedienen

Koplamp-parkeerlichten (11)Koplampen (dimlicht) – Druk hetrechter deel van schakelaar (11) in om deparkeerlichten en de achterlichten in te

schakelen. Druk nogmaals op het rechter deel vanschakelaar (11) om de koplampen, parkeerlichtenen achterlichten in te schakelen. Druk op het linkerdeel van schakelaar (11) om de koplampen uit teschakelen. Druk het linker deel van schakelaar (11)nogmaals in om de parkeerlichten en de achterlichtenuit te schakelen.

Zwaailamp (12)Zwaailamp (indien aanwezig) – Druk ophet rechter deel van schakelaar (12) om dezwaailamp in te schakelen. Druk het linker

deel van schakelaar (12) in om de zwaailamp uit teschakelen.

Joystick (13)

Verkeerd gebruik van de giek en uitrustingsstuk-ken kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg heb-ben. De machinist moet goed op de hoogte zijnvan alle functies van de joystick en de juiste be-dieningstechnieken.

De volgende informatie beschrijft twee soortenbedrijfsuitvoeringen van de joystick. Er bevindt zicheen sticker met de configuratie vóór joystick (13). Desticker geeft aan welke bewegingen de bedieningvan de joystick tot gevolg heeft.

U moet alle functies van de joystick begrijpenvoordat u de machine bedient.

Uitvoering type A

g01065251Illustratie 67Sticker voor joystick

Machines uitgerust met de uitvoering type A hebbende sticker (13A) die u hierboven ziet. De joystickwerkt als volgt:

g01050405Illustratie 68

Giek omhoog – Trek de joystick naarachteren om de giek omhoog te brengen.De joystick keert terug naar de stand

HOUDEN wanneer hij wordt losgelaten.

Giek omlaag – Duw de joystick naarvoren om de giek omlaag te brengen. Dejoystick keert terug naar de stand HOUDEN

wanneer hij wordt losgelaten.

Snelkoppeling (naar voren kantelen) –Duw de joystick naar rechts om desnelkoppeling naar voren te kantelen. De

joystick keert terug naar de stand HOUDEN wanneerhij wordt losgelaten.

Page 61: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 59Bediening

Machine bedienen

Snelkoppeling (naar achterenkantelen) – Duw de joystick naar links omde snelkoppeling naar achteren te kantelen.

De joystick keert terug naar de stand HOUDENwanneer hij wordt losgelaten.

Giek uitschuiven – Duw duimwiel (13B)naar voren om de giek uit te schuiven. Hetduimwiel keert naar de stand HOUDEN

terug wanneer het wordt losgelaten.

Opmerking: De giek schuift niet uit wanneer detransmissiehendel zich in de stand ACHTERUITbevindt. De functie voor het uitschuiven van de giekwordt hervat als de transmissie door de bedrijfsrem,de parkeerrem of de neutraalknop van de transmissiein neutraal is gezet.

Giek inschuiven – Trek duimwiel (13B)naar achteren om de giek in te schuiven.Het duimwiel keert naar de stand HOUDEN

terug wanneer het wordt losgelaten.

Snelheidsregeling van hydraulischefunctie – Houd schakelaar (13E) ingedruktom de precisiesnelheidsmodus in te

schakelen. Druk duimwiel (13C) naar voren om eenactuator voor een uitrustingsstuk in de positieverichting te bedienen. Trek duimwiel (13C) naarachteren om een actuator voor een uitrustingsstuk inde negatieve richting te bedienen. Schakelaar (13E)werkt niet proportioneel.

Opmerking: Zodra schakelaar (13E) wordtlosgelaten, stoppen alle hydraulische functies vande giek totdat de joystick naar de stand HOUDEN isteruggebracht. Wanneer de joystick naar de standHOUDEN wordt teruggebracht, wordt de gieksnelheidweer normaal.

De snelheid van de volgende functies hangt afvan hoe ver de joystick wordt bewogen en van hetmotortoerental.

• Giek omhoog

• Giek omlaag

• Snelkoppeling (naar voren kantelen)

• Snelkoppeling (naar achteren kantelen)

Voor een soepele werking moet het motortoerentaleerst van laag stationair worden opgevoerd.Verplaats joystick (13) vervolgens langzaam totdathet uitrustingsstuk met de gewenste snelheidbeweegt.

De snelheid van het uitschuiven en inschuiven vande giek wordt door de hoeveelheid beweging vanduimwiel (13B) geregeld.

Verplaats joystick (13) diagonaal om tegelijkertijdde snelkoppeling naar voren of naar achteren tekantelen terwijl de giek omhoog of omlaag wordtgebracht.

Verplaats joystick (13) diagonaal. Bedien op datmoment ook duimwiel (13B) om de snelkoppelingtegelijkertijd te kantelen terwijl de giek in tweerichtingen wordt bediend.

Uitvoering type B

g01065219Illustratie 69Sticker voor joystick

Machines uitgerust met de uitvoering type B hebbende sticker (13F) die u hierboven ziet. De joystickwerkt als volgt:

g01050405Illustratie 70

Page 62: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

60 31200356BedieningMachine bedienen

Giek omhoog – Trek joystick (13) naarachteren om de giek omhoog te brengen.De joystick keert terug naar de stand

HOUDEN wanneer hij wordt losgelaten.

Giek omlaag – Duw joystick (13) naarvoren om de giek omlaag te brengen. Dejoystick keert terug naar de stand HOUDEN

wanneer hij wordt losgelaten.

Giek uitschuiven – Duw joystick (13)naar rechts om de giek uit te schuiven. Dejoystick keert terug naar de stand HOUDEN

wanneer hij wordt losgelaten.

Opmerking: De giek schuift niet uit wanneer detransmissiehendel zich in de stand ACHTERUITbevindt. De functie voor het uitschuiven van de giekwordt hervat als de transmissie door de bedrijfsrem,de parkeerrem of de neutraalknop van de transmissiein neutraal is gezet.

Giek inschuiven – Trek joystick (13)naar links om de giek in te schuiven. Dejoystick keert terug naar de stand HOUDEN

wanneer hij wordt losgelaten.

Snelkoppeling (naar voren kantelen) –Duw duimwiel (13B) naar voren om desnelkoppeling naar voren te kantelen.

Het duimwiel keert naar de stand HOUDEN terugwanneer het wordt losgelaten.

Snelkoppeling (naar achterenkantelen) – Trek duimwiel (13B) naarachteren om de snelkoppeling naar

achteren te kantelen. Het duimwiel keert naar destand HOUDEN terug wanneer het wordt losgelaten.

Snelheidsregeling van hydraulischefunctie – Druk schakelaar (13E) in om deprecisiesnelheidsmodus te activeren. Druk

duimwiel (13C) naar voren om een actuator voor eenuitrustingsstuk in de positieve richting te bedienen.Trek duimwiel (13C) naar achteren om een actuatorvoor een uitrustingsstuk in de negatieve richting tebedienen. Schakelaar (13E) werkt niet proportioneel.

Opmerking: Zodra schakelaar (13E) wordtlosgelaten, stoppen alle hydraulische functies vande giek totdat de joystick naar de stand HOUDEN isteruggebracht. Wanneer de joystick naar de standHOUDEN wordt teruggebracht, wordt de gieksnelheidweer normaal.

De snelheid van de volgende functies hangt afvan hoe ver de joystick wordt bewogen en van hetmotortoerental.

• Giek omhoog

• Giek omlaag

• Giek uitschuiven

• Giek inschuiven

Voor een soepele werking moet het motortoerentaleerst van laag stationair worden opgevoerd.Verplaats joystick (13) vervolgens langzaam totdathet uitrustingsstuk met de gewenste snelheidbeweegt.

De snelheid van de snelkoppeling (naar vorenkantelen) en de snelkoppeling (naar achterenkantelen) wordt door de hoeveelheid beweging vanduimwiel (13B) geregeld.

Verplaats joystick (13) diagonaal om tegelijkertijd degiek uit of in te schuiven terwijl hij omhoog of omlaagwordt gebracht.

Verplaats joystick (13) diagonaal. Bedien op datmoment ook duimwiel (13B) om de snelkoppelingtegelijkertijd te kantelen terwijl de giek in tweerichtingen wordt bediend.

Verstelbare armleuning (14)

g01050409Illustratie 71

Armleuning (14) kan worden versteld. Om deafstelknoppen voor armleuning (14) te kunnenbereiken draait u armleuning (14) omhoog.

Draai knop (14A) om de hoek van armleuning (14) inte stellen. Draai de knop naar rechts om de hoek vande armleuning te vergroten. Draai de knop naar linksom de hoek van de armleuning te verkleinen.

Voor het afstellen van de hoogte van armleuning (14)draait u knop (14B) los en brengt u de armleuningnaar de gewenste hoogte. Draai de knop vast om dearmleuning op de gewenste hoogte vast te zetten.

Page 63: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 61Bediening

Machine bedienen

Zijconsole (15)De zijconsole bevat bedieningselementen voor devolgende functies:

• Verwarming en airconditioning

• Ruitenwisser en -sproeier

• Schijnwerpers voor de cabine

• Schijnwerpers voor de giek

• Hydraulische sleepkoppeling

• Hydrauliekvergrendeling

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Bedieningselementen(Zijconsole)” voor meer gedetailleerde informatieover elk van deze bedieningselementen.

Binnenverlichting (16)Binnenverlichting (indien aanwezig) – Drukop een van beide kanten van het lampje om debinnenverlichting in te schakelen. Druk op de anderekant van het lampje om de binnenverlichting uit teschakelen.

Parkeer- en noodremknop (17)

Parkeerrem

De parkeerrem wordt door een handbediende hendel(17) bediend, die zich aan de linkerkant van de stoelbevindt.

Opmerking: De parkeerrem werkt alleen op devooras.

Schakel de parkeerrem in nadat de machine totstilstand is gekomen en de transmissiehendel naarde stand NEUTRAAL is gebracht.

g00978894Illustratie 72

Parkeerrem ingeschakeld – Trek hendel (17)helemaal omhoog om de parkeerrem in te schakelen.Er bevindt zich een grendel aan de achterkant vanhendel (17). Wanneer de hendel (17) helemaal naarboven wordt getrokken, wordt de grendel vergrendeldom de parkeerrem in de INGESCHAKELDE standte houden. Schakel de parkeerrem in nadat demachine is gestopt. Wanneer de parkeerrem in deINGESCHAKELDE stand staat, staat de transmissiein neutraal.

Parkeerrem uitgeschakeld – Trek hendel (17) naarachteren en trek aan hendel (17A) om de grendelvrij te geven. Breng hendel (17) omlaag naar deUITGESCHAKELDE stand.

Opmerking: De parkeerrem heeft eenveiligheidsschakelaar om te voorkomen dat demachine rijdt terwijl de parkeerrem is ingeschakeld.De machine rijdt niet in VOORUIT of ACHTERUITwanneer de parkeerrem is ingeschakeld. De machinerijdt niet als de parkeerremhendel gedeeltelijk isingeschakeld.

Noodrem

De parkeerrem dient ook als noodrem. De parkeerremmag alleen worden gebruikt om de machine totstilstand te brengen als de bedrijfsremmen demachine niet kunnen stoppen. Als de parkeerrem alsnoodrem is gebruikt, mag u de machine pas weerverplaatsen of gebruiken als het bedrijfsremsysteemis gecontroleerd en noodzakelijke reparaties zijnuitgevoerd.

Opmerking: De parkeerrem werkt alleen op devooras.

Gaspedaal (18)Gaspedaal (18) bevindt zich op de vloer van decabine.

Druk pedaal (18) in om het motortoerental teverhogen.

Laat pedaal (18) los om het motortoerental teverlagen.

Bedrijfsrempedaal (19)Er zijn remmen op de vooras geïnstalleerd. Deremmen op de vooras worden ingeschakeld wanneerbedrijfsrempedaal (19) wordt ingedrukt.

Bedrijfsrempedaal (19) – Bedrijfsrempedaal (19)bevindt zich links van het gaspedaal.

Page 64: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

62 31200356BedieningMachine bedienen

Pedaal (19) regelt de bedrijfsremmen. Druk oppedaal (19) om de bedrijfsremmen in te schakelen.Laat pedaal (19) los om de bedrijfsremmen uit teschakelen.

Druk het pedaal in om de machine af te remmenof te stoppen. Het afremmen wordt geregeld doorde neerwaartse kracht die op het pedaal wordtuitgeoefend.

Pedaal (19) kan in combinatie met deneutraalschakelaar (3) van de transmissieworden gebruikt. Wanneer het bovenste deel vanschakelaar (3) wordt ingedrukt, wordt de transmissieautomatisch naar neutraal geschakeld wanneer hetrempedaal stevig wordt ingedrukt. Hierdoor is eenhoger motortoerental mogelijk voor betere reactietijdvan de hydrauliek wanneer u de uitrustingsstukkenvan de machine gebruikt. Deze bedrijfsmodusmag alleen worden gebruikt wanneer de giek isingeschoven en lager dan horizontaal staat. Wanneerhet onderste deel van schakelaar (3) wordt ingedrukt,blijft de transmissie ingeschakeld wanneer pedaal(19) wordt ingedrukt. Voor meer informatie kunt u hetonderwerp in dit hoofdstuk “Neutraalschakelaar vantransmissie” raadplegen.

Differentieelblokkeringsschakelaar(20)De differentieelblokkering kan worden geselecteerdom de normale werking van het voorasdifferentieel opte heffen. De differentieelblokkering helpt om tractiein zachte of glibberige grond te behouden. Wanneerde differentieelblokkering wordt geselecteerd, wordthet koppel naar beide wielen overgedragen, ook alheeft het ene wiel mogelijk geen tractie.

Differentieelblokkeringsschakelaar(20) – Differentieelblokkeringsschakelaar(20) bevindt zich links van bedrijfsrempedaal

(19). Differentieelblokkeringsschakelaar (20) iseen voetbediende, veerbelaste schakelaar metautomatische terugstelling. Houd schakelaar(20) ingedrukt om de differentieelblokkering in teschakelen. Neem de druk op gaspedaal (18) weg enlaat differentieelblokkeringsschakelaar (20) los om dedifferentieelblokkering uit te schakelen.

OPGELETGebruik de differentieelblokkering alleen onder om-standigheden waarbij de wielen slipten of zullen slip-pen. Als de wielen reeds slippen, geeft u minder gasen laat u het motortoerental voldoende afnemen omhet slippen van de wielen te stoppen voordat u de dif-ferentieelblokkering inschakelt. Het niet opvolgen vandeze procedure kan machineschade tot gevolg heb-ben.

Beperk het sturen tot het minimum wanneer de dif-ferentieelblokkering is ingeschakeld. Sturen terwijl dedifferentieelblokkering is ingeschakeld, kan machine-schade tot gevolg hebben.

De differentieelblokkering mag alleen wordeningeschakeld terwijl alle wielen recht vooruit staan.De differentieelblokkering mag alleen wordeningeschakeld terwijl de machine stilstaat.

Transmissiehendel (21)

Rijrichtingskeuze

Transmissiehendel (21) bevindt zich op destuurconsole.

Vooruit (F) – Duw hendel (21) helemaalomhoog om vooruit rijden te selecteren.

Neutraal (N) – Breng hendel (21) naarde middelste stand om NEUTRAAL teselecteren. Breng hendel (21) naar de

stand NEUTRAAL wanneer u de machine parkeert.Hendel (21) moet in de stand NEUTRAAL staanvoordat de motor kan worden gestart.

Achteruit (R) – Trek hendel (21) helemaalomlaag om achteruit rijden te selecteren.

Page 65: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 63Bediening

Machine bedienen

Versnellingskeuze

Power Synchro transmissie

g00978904Illustratie 73

Er zijn vier versnellingen die u kunt selecteren. Deversnellingen worden op kraag (21A) aangegeven.Draai transmissiehendel (21) tot de gewensteversnelling tegenover het streepje staat. Alle vier deversnellingen kunnen worden gekozen voor vooruitrijden. Sommige machines zijn met een automatischevijfde versnelling uitgerust. Machines die metdeze functie zijn uitgerust, schakelen automatischnaar de vijfde versnelling wanneer het geschiktemotortoerental is bereikt. De vijfde versnellingkan niet met de hand door de machinist wordengekozen. De eerste drie versnellingen kunnenworden gekozen voor achteruit rijden. Selecteerde juiste versnelling voor de toepassing. Gebruikde eerste of tweede versnelling wanneer u met demachine begint te rijden. Breng de transmissiehendelnaar de volgende, hogere versnelling om op teschakelen. Het is niet nodig om het gaspedaal los telaten. Breng de transmissiehendel naar de volgende,lagere versnelling om terug te schakelen. Sla geenversnellingen over wanneer u terugschakelt. Blijf opdeze manier tussen de versnellingen schakelen alsde omstandigheden dit vereisen. Om overtoeren vande motor te voorkomen mag u niet terugschakelenals het motortoerental hoog is.

Houd de juiste snelheid van de machine aan alnaargelang de omstandigheden. Houd rekening methet terrein, de weersomstandigheden en de last.

Opmerking: De machine hoort in de eerste oftweede versnelling te zijn wanneer u de richtingvan de machine van vooruit naar achteruit of vanachteruit naar vooruit verandert.

Kies de juiste versnelling voordat u een hellingaf rijdt. Kies de vereiste rijsnelheid voordat u eenhelling begint af te rijden. Verander tijdens hethellingafwaarts rijden niet van versnelling. Houddezelfde versnelling aan om een helling af terijden als de versnelling die nodig zou zijn om diehelling op te rijden. Laat de motor geen overtoerenmaken wanneer u hellingafwaarts rijdt. Gebruikde bedrijfsrem om overtoeren van de motor tevoorkomen wanneer u een helling af rijdt. Kies eenlagere versnelling voordat u dezelfde helling weeraf rijdt.

Wanneer u een helling op rijdt, kiest u een lagereversnelling als het motortoerental begint af te nemen.Rijd met de machine in de versnelling waarbij devereiste snelheid kan worden aangehouden. Zorgdat de koppelomvormer niet slipt en de motor nietoverbelast raakt.

Opmerking: Wanneer u een machine op eenhelling gebruikt, kunnen bepaalde omstandighedenvoorkomen dat de machine naar een lagereversnelling wordt geschakeld. Als de machinist eenlagere versnelling selecteert en de huidige versnellingdie naast de snelheidsmeter wordt weergegeven,begint te knipperen, schakelt u de bedrijfsremmenin. Wanneer de versnelling is veranderd, knippert deversnellingsindicator niet meer.

Claxon (22)Claxon – Claxon (22) bevindt zich in hetmidden van het stuur. Druk de claxon (22)in om hem in werking te stellen. Gebruik de

claxon om personeel te waarschuwen. Gebruik declaxon ook om personeel een signaal te geven.

Richtingaanwijzer (23)Richtingaanwijzer – Druk schakelaar (23)omhoog om de linker richtingaanwijzer teactiveren. Trek schakelaar (23) omlaag

om de rechter richtingaanwijzer te activeren. Demiddelste stand is de stand UIT.

Opmerking: De richtingaanwijzer werkt alleenwanneer het contactslot in de stand AAN is.

Contactslot (24)Contactslot (24) bevindt zich aan de rechterkantvan het instrumentenbord. Het contactslot heeft driestanden.

Wanneer de contactsleutel van de stand STARTENnaar de stand AAN terugkeert, worden de systemenin de cabine van elektrische stroom voorzien.

Page 66: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

64 31200356BedieningMachine bedienen

UIT – Wanneer u de contactsleutel in hetcontactslot steekt en eruit haalt, moet decontactsleutel in de stand UIT staan. Om

de stroom naar de elektrische circuits in de cabine uitte schakelen draait u de contactsleutel naar de standUIT. Draai de contactsleutel ook naar de stand UITom de motor te stoppen.

Wanneer de sleutel in de stand UIT is, blijven devolgende circuits geactiveerd:

• Waarschuwingsknipperlicht

• Binnenverlichting

• Parkeerlichten

AAN – Draai de contactsleutelnaar rechts naar de stand AAN omalle elektrische circuits behalve het

startmotorcircuit te activeren. De motor start alleenals transmissiehendel (21) in de stand NEUTRAALstaat. Draai de contactsleutel naar rechts van destand AAN naar de stand STARTEN om de motorte starten. Laat contactslot (24) los zodra de motoraanslaat. De contactsleutel keert naar de stand AANterug.

Opmerking: Als de motor niet aanslaat, moet ude contactsleutel naar de stand UIT terugdraaien.Dit moet gedaan worden voordat u probeert om demotor opnieuw te starten.

Opmerking: Terwijl de machine wordtgestart, doorloopt hij een aantal zelftests ensysteemcontroles. De machine kan gedurende vierseconden niet in bedrijf worden gesteld totdat dezelftest is voltooid.

Het is mogelijk dat uw machine met eenbeveiligingssysteem is uitgerust. Wanneer eenbeveiligingssysteem is geïnstalleerd, kan de motoralleen met de juiste, elektronisch geprogrammeerdesleutel worden gestart.

Kantelhendel van stuurkolom (25)

g01079849Illustratie 74

Breng hendel (25), indien aanwezig, omhoog om destuurkolom te ontgrendelen. Draai de stuurkolomnaar de gewenste stand. Draai hendel (25) naarbeneden om de stuurkolom te vergrendelen. Zorg datde stuurkolom altijd vergrendeld is voordat u met demachine rijdt of hem bedient.

Accuschakelaar(indien aanwezig)

Open de motoromkasting aan de rechterkant van demachine. De accuschakelaar bevindt zich aan derechterkant van de motorruimte boven de accu.

g00951966Illustratie 75

Accuschakelaar

AAN – Steek de sleutel in deaccuschakelaar en draai hem naar rechtsom het elektrische systeem in te schakelen.

De schakelaar moet AAN staan voordat u de motorstart.

Page 67: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 65Bediening

Machine bedienen

UIT – Draai de sleutel van deaccuschakelaar naar links om het geheleelektrische systeem uit te schakelen.

De accuschakelaar heeft een andere functie dan hetcontactslot. Wanneer de accuschakelaar uit staat,is het gehele elektrische systeem uitgeschakeld.Wanneer alleen het contactslot uit staat, blijft de accuop het elektrische systeem aangesloten.

Draai de sleutel van de accuschakelaar naar de standUIT en verwijder de sleutel wanneer u onderhoud aanhet elektrische systeem of aan andere componentenvan de machine uitvoert.

Draai de sleutel van de accuschakelaar naar de standUIT en verwijder de sleutel wanneer u de machinevoor een maand of langer achterlaat. Volg dezeprocedure ook om de volgende omstandigheden tevoorkomen:

• kortsluiting als gevolg van het ontladen van deaccu

• actieve onderdelen als gevolg van het ontladenvan de accu

• ontladen van de accu door vandalisme

Opmerking: De accuschakelaar mag nooit wordenuitgeschakeld terwijl de machine werkt.

Giekcilindervergrendeling

Een geheven giek kan vallen als een hydraulischecomponent het begeeft.

Een onverwachte beweging van de giek kan ern-stige of dodelijke verwondingen veroorzaken.

Neem alle belasting op het uitrustingsstuk weg,schuif de giek in en installeer de giekcilinderver-grendeling of een geschikte steun voordat u ondereen geheven giek gaat werken.

Wanneer u onder de giek werkt, moet u eengiekcilindervergrendeling op een van de giekcilindersinstalleren.

Installatie- enverwijderingsprocedures

Installeren

1. Parkeer de machine. Schuif de giek in enbreng hem omlaag. Zet de transmissiehendel inNEUTRAAL. Schakel de parkeerrem in en stopde motor.

2. Start de motor en breng de giek tot een hoek vanongeveer 20 graden omhoog. Stop de motor.

g01066075Illustratie 76

3. Installeer giekcilindervergrendeling (1) op degiekcilinder. Zet vergrendeling (1) met pen (2) ende splitpen vast.

4. Start de motor. Breng de giek langzaam omlaagtot er een ruimte van 6 mm (0,25 inch) tussen heteind van vergrendeling (1) en de giekcilinder is.

OPGELETGebruik de giek niet terwijl de giekcilindervergren-deling geïnstalleerd is. Wanneer u de giek metgeïnstalleerde giekcilindervergrendeling gebruikt,raken de giekcilindervergrendeling en de giekcilinderbeschadigd.

5. Stop de motor. Verwijder de contactsleutel.Bevestig een label “Niet gebruiken” of eensoortgelijk waarschuwingslabel aan de joystick.

Verwijderen

1. Start de motor. Breng de giek langzaam omhoogtot een hoek van ongeveer 20 graden. Stop demotor.

Page 68: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

66 31200356BedieningMachine bedienen

2. Verwijder de splitpen en pen (2). Verwijdergiekcilindervergrendeling (1).

3. Start de motor en laat de giek helemaal omlaagkomen.

Page 69: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 67Bediening

Machine bedienen

Deze Pagina opzettelijk Verlaten Leeg

Page 70: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

68 31200356BedieningMachine bedienen

Deze Pagina opzettelijk Verlaten Leeg

Page 71: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 69Bediening

Machine bedienen

Deze Pagina opzettelijk Verlaten Leeg

Page 72: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

70 31200356BedieningMachine bedienen

Informatie over bediening

Gebruik deze machine niet en werk er niet aanvoordat u de instructies en waarschuwingen inde Bedienings- en Onderhoudshandleiding hebtgelezen en begrepen. Het niet opvolgen van deinstructies of het negeren van de waarschuwin-gen kan leiden tot ernstige of dodelijke ongeval-len. Neem contact op met uw Caterpillar dealervoor nieuwe handleidingen. U bent verantwoorde-lijk voor het juiste onderhoud.

Een onstabiele machine kan leiden tot ernstige ofdodelijke ongevallen. Om de stabiliteit tijdens hetwerk te verzekeren moet aan de volgende voor-waarden worden voldaan.

De banden moeten goed zijn opgepompt en dejuiste hoeveelheid ballast (indien daarmee uitge-rust) bevatten.

De machine moet horizontaal zijn.

De chassis-horizontaalschakelaar mag nooit wor-den bediend wanneer de giek omhoog staat.

De chassis-horizontaalschakelaar mag nooit wor-den bediend wanneer de stempels zijn neergela-ten.

De schakelaars van de stempelsmogen nooit wor-den bediend wanneer de giek omhoog staat.

De juiste hefvermogentabel moet worden ge-raadpleegd voor het uitrustingsstuk dat op demachine is geïnstalleerd. De opgegeven gewich-ten en lastzwaartepunten mogen nooit wordenoverschreden.

De machine mag nooit worden verplaatst wanneerde giek omhoog staat.

Elektrocutiegevaar! Houd de machine en uitrus-tingsstukken op veilige afstand van elektriciteits-kabels. Blijf op een afstand van 3 m (10 ft) plustweemaal de lengte van de lijnscheider. Lees de in-structies enwaarschuwingen in de Bedienings- enOnderhoudshandleiding en zorg dat u ze begrijpt.Het niet opvolgen van de instructies en waarschu-wingen veroorzaakt ernstig of dodelijk letsel.

Page 73: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 71Bediening

Machine bedienen

Gebruik de chassis-horizontaalschakelaar om demachine op ongelijke grond horizontaal te zetten.Gebruik het waterpas om te controleren of hetchassis horizontaal staat.

Zet het chassis horizontaal voordat u een last heft.Zet het chassis ook horizontaal voordat u de stempelsneerlaat. Bedien de chassis-horizontaalschakelaarnooit wanneer u de giek hebt geheven of nadat u destempels hebt neergelaten.

Gebruik altijd de giek om de last met hetuitrustingsstuk op te pakken. Verplaats de machineniet om de last met het uitrustingsstuk op tepakken. Gebruik altijd de giek om de last met hetuitrustingsstuk op zijn plaats te brengen. Verplaatsde machine niet om de last met het uitrustingsstuk opzijn plaats te brengen. Gebruik altijd de giek om delast van het uitrustingsstuk af te nemen. Verplaatsde machine niet om de last van het uitrustingsstukaf te nemen.

Bedien de giek rustig om te voorkomen dat de lastbeschadigd raakt of zich loswrikt.

Rijd niet met de machine terwijl de giek gehevenof uitgeschoven is. Als de machine moet wordenverplaatst, moet u de giek eerst neerlaten eninschuiven.

De giek moet volledig zijn ingeschoven en in derijstand zijn neergelaten voordat u de stempelsneerlaat of omhoog brengt.

De neutraalschakelaar van de transmissie werkt incombinatie met de bedrijfsrem. De schakelaar moetin de stand UIT staan wanneer u op de openbareweg rijdt.

Gebruik de machine niet om samen met anderemachines lasten te heffen. De combinatie van hetgewicht van de last en de kracht van de anderemachine kan het vermogen van de machine te bovengaan. De machine kan hierdoor omkantelen.

Zorg dat de juiste hefvermogentabel voor hetgeïnstalleerde uitrustingsstuk wordt gebruikt. Zorgdat u de juiste hefvermogentabel van de machinevoor gebruik op banden of stempels gebruikt. Zorgdat u de hefvermogentabel begrijpt voordat u trachteen last te heffen.

Let voortdurend op of er veranderingen in deomstandigheden optreden die van invloed kunnenzijn op de stabiliteit van de machine.

Als de giek wordt uitgeschoven of neergelaten, wordtde reikwijdte van de last groter. Hierdoor worden hetvermogen en de stabiliteit van de machine kleiner.Schuif de giek in voordat u hem neerlaat.

Wees voorzichtig bij het neerzetten en opnemen vanlasten. Wees voorzichtig bij het gebruik van klemmenof cilinders. Wees ook voorzichtig wanneer u eenapparaat gebruikt dat in de last steekt. Verzeker uervan dat het werk kan worden voltooid zonder delast van de stapel af te duwen.

Opmerking: Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Bedieningselementen”voor de plaats en bediening van debedieningselementen van de machine.

1. Controleer of niemand zich op of nabij de machinebevindt voordat u de machine verplaatst. Houd demachine te allen tijde onder controle.

2. Voor bedrijf onder normalebedrijfsomstandigheden moet u zichervan verzekeren dat de achterlichten in dehoogste stand staan. Om met de machine opde openbare weg te rijden moet u zich ervanverzekeren dat de achterlichten in de laagstestand staan. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Op de weg rijden metde machine” voor meer informatie.

3. Start de machine.

4. Hef alle neergelaten uitrustingsstukken om overobstakels heen te kunnen rijden. Breng destempels geheel omhoog.

g01040816Illustratie 83

5. Trap het bedrijfsrempedaal in zodat de machineniet kan rijden.

Page 74: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

72 31200356BedieningMachine bedienen

g01040761Illustratie 84

6. Schakel de parkeerrem uit. De parkeerrem heefteen veiligheidsschakelaar om te voorkomendat de machine rijdt terwijl de parkeerrem isingeschakeld. De machine rijdt niet in voor- ofachteruit wanneer de parkeerrem is ingeschakeld.

g01040788Illustratie 85

7. Zet de transmissiehendel in de stand VOORUIT(F) of ACHTERUIT (R).

8. Draai de transmissiehendel totdat de vereisteversnelling is gekozen.

9. Laat het bedrijfsrempedaal los om de machine teverplaatsen. Druk op het gaspedaal.

Snelheid en rijrichting veranderen

g01042565Illustratie 86Transmissie

Begin met de machine in de eerste of tweedeversnelling te rijden. Draai de transmissiehendelnaar de volgende, hogere versnelling om op teschakelen. Het is niet nodig om het gaspedaal los telaten. Draai de transmissiehendel naar de volgende,lagere versnelling om terug te schakelen. Sla geenversnellingen over wanneer u terugschakelt. Blijf opdeze manier tussen de versnellingen schakelen alsde omstandigheden dit vereisen. Om overtoeren vande motor te voorkomen mag u niet terugschakelenals het motortoerental hoog is. Raadpleeg hetonderwerp “Transmissiehendel” in de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Bedieningselementen”voor meer informatie.

Houd de juiste snelheid van de machine aan alnaargelang de omstandigheden. Houd rekening methet terrein, de weersomstandigheden en de last.

OPGELETDe transmissie kan schade oplopen als de machinemet de transmissie in neutraal rijdt. De transmissiekan tevens schade oplopen als van richting wordt ver-anderd bij een zeer hoge snelheid. Laat de machineniet met de transmissie in neutraal rijden. Veranderde rijrichting alleen als de machine in de eerste ver-snelling staat en de machine langzamer dan 4 km/u(2,5 mph) rijdt.

Opmerking: Deze machines zijn niet metsnelheidsmeters uitgerust. Voordat u van richting(van vooruit naar achteruit of van achteruit naarvooruit) verandert, moet u de machine volledig totstilstand brengen.

Page 75: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 73Bediening

Machine bedienen

Kies de juiste versnelling voordat u een hellingaf rijdt. Kies de vereiste rijsnelheid voordat u eenhelling begint af te rijden. Verander tijdens hethellingafwaarts rijden niet van versnelling. Houddezelfde versnelling aan om een helling af terijden als de versnelling die nodig zou zijn om diehelling op te rijden. Laat de motor geen overtoerenmaken wanneer u hellingafwaarts rijdt. Gebruikde bedrijfsrem om overtoeren van de motor tevoorkomen wanneer u een helling af rijdt. Kies eenlagere versnelling voordat u dezelfde helling weeraf rijdt.

Wanneer u een helling op rijdt, kiest u een lagereversnelling als het motortoerental begint af te nemen.Rijd met de machine in de versnelling waarbij dev er ei s te s nel he id k an w or den aan geh oud en.

Hydraulische snelkoppelingDe machine kan met een hydraulische snelkoppelingzijn uitgerust.

De illustraties in de volgende procedure tonen eenvorkenbord dat met vorken is uitgerust. De procedureis van toepassing op alle uitrustingsstukken metdezelfde soort montagepunten.

Installatieprocedure

g01060075Illustratie 87

1. Breng het rode gedeelte van de schakelaar voorde snelkoppeling omlaag en druk op het bovenstedeel van de schakelaar. Houd het bovenstedeel van de schakelaar ingedrukt totdat desnelkoppelingspennen volledig zijn losgekoppeld.Laat de schakelaar los.

2. Laat de giek zakken en schuif hem ongeveer 2 m(6,6 ft) uit zodat de snelkoppeling vanuit de cabinezichtbaar is. Plaats de snelkoppeling op één lijnmet het vorkenbord.

g00975380Illustratie 88

3. Kantel de snelkoppeling naar voren tot desnelkoppelingsbuizen (1) zich onder het niveauvan haken (2) bevinden.

g00975278Illustratie 89

4. Schuif de giek langzaam uit tot desnelkoppelingsbuizen het vorkenbordraken. Breng de giek omhoog tot desnelkoppelingsbuizen in de haken grijpen.

g00975332Illustratie 90

5. Kantel de snelkoppeling terug tot het onderstedeel van het vorkenbord de snelkoppeling raakt.

Page 76: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

74 31200356BedieningMachine bedienen

6. Druk op het onderste deel van de schakelaar voorde snelkoppeling om de snelkoppelingspennenvast te maken. Laat de schakelaar los wanneer depennen volledig zijn vastgekoppeld.

Een verkeerd geïnstalleerd uitrustingsstuk kan tij-dens het bedrijf van de machine losraken. Dit kanernstige of dodelijke ongelukken tot gevolg heb-ben. Gebruik de machine pas als u zeker weet datde snelkoppelingspennen volledig zijn vastgekop-peld.

g00975388Illustratie 91

Linker snelkoppelingspen

7. Controleer de stand van de pennen aanweerszijden van de snelkoppeling. Beidekoppelingspennen moeten volledig zijnvastgekoppeld. Laat de giek zakken tot hetvorkenbord tegen de grond wordt gedrukt. Rijdde machine langzaam achteruit. Naarmate demachine begint te rijden, controleert u op spelingtussen het vorkenbord en de snelkoppeling.Speling betekent dat de snelkoppelingspennenniet op de juiste wijze zijn geïnstalleerd. Bediende machine alleen als de snelkoppelingspennenvolledig in de snelkoppeling en het vorkenbordzitten.

8. Installeer de hydrauliekleidingen van hetvorkenbord naar de wisselklep, indien aanwezig.

Verwijderingsprocedure

1. Kantel de snelkoppeling terug. Laat de giekzakken en schuif hem ongeveer 2 m (6,6 ft) uitzodat de snelkoppeling vanuit de cabine zichtbaaris.

2. Maak de hydrauliekleidingen van hetuitrustingsstuk los van de wisselklep, indienaanwezig.

g01060075Illustratie 92

3. Breng het rode gedeelte van de schakelaar voorde snelkoppeling omlaag en druk op het bovenstedeel van de schakelaar. Houd het bovenstedeel van de schakelaar ingedrukt totdat desnelkoppelingspennen volledig zijn losgekoppeld.Laat de schakelaar los.

g00975363Illustratie 93

4. Laat de giek zakken en kantel de snelkoppelingnaar voren tot het vorkenbord op de grondrust. Blokkeer het vorkenbord zo nodig om tevoorkomen dat het beweegt wanneer het vande snelkoppeling wordt losgekoppeld. Laat degiek zakken tot buizen (1) los van haken (2) zijn.Schuif de giek in tot de snelkoppeling vrij van hetvorkenbord is.

Handbediende snelkoppelingDe machine kan met een handbediendesnelkoppeling zijn uitgerust.

De illustraties in de volgende procedure tonen eenvorkenbord dat met vorken is uitgerust. De procedureis van toepassing op alle uitrustingsstukken metdezelfde soort montagepunten.

Page 77: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 75Bediening

Machine bedienen

Installatieprocedure

1. Laat de giek zakken en schuif hem ongeveer 2 m(6,6 ft) uit zodat de snelkoppeling vanuit de cabinezichtbaar is. Plaats de snelkoppeling op één lijnmet het vorkenbord.

g01060117Illustratie 94

2. Verwijder de borgklem uit pen (3). Verwijder depen.

3. Kantel de snelkoppeling naar voren tot desnelkoppelingsbuizen (1) zich onder het niveauvan haken (2) bevinden.

g00975278Illustratie 95

4. Schuif de giek langzaam uit tot desnelkoppelingsbuizen het vorkenbordraken. Breng de giek omhoog tot desnelkoppelingsbuizen in de haken grijpen.

g00975332Illustratie 96

5. Kantel de snelkoppeling terug tot het onderstedeel van het vorkenbord de snelkoppeling raakt.

6. Installeer pen (3) en de borgklem.

7. Installeer de hulphydrauliekslangen ofbedieningskabels op de machine (indienaanwezig).

Verwijderingsprocedure

1. Schuif de giek ongeveer 2 m (6,6 ft) uit zodat hetvorkenbord vlak boven de grond en vanuit decabine zichtbaar is. Kantel de snelkoppeling terug.Maak de hydrauliekleidingen of kabels van hetvorkenbord los van de giekkop (indien aanwezig).

g01060117Illustratie 97

2. Verwijder de borgpen en pen (3).

3. Laat de giek zakken en kantel de snelkoppelingnaar voren tot het vorkenbord op de grondrust. Blokkeer het vorkenbord zo nodig om tevoorkomen dat het beweegt wanneer het van desnelkoppeling wordt losgekoppeld. Laat de giekzakken tot buizen (1) los van haken (2) zijn.

4. Schuif de giek in tot de snelkoppeling vrij van hetvorkenbord is.

Page 78: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

76 31200356BedieningMachine bedienen

5. Steek de pen in de koppeling.

Gebruik van uitrustingsstukken

OPGELETWanneer bepaalde uitrustingsstukken geïnstalleerdzijn, kunnen deze uitrustingsstukken in aanrakingkomen met de voorbanden of de voorspatborden.Deze situatie kan zich voordoen wanneer de giekis ingeschoven en het uitrustingsstuk volledig naarvoren is gedraaid. Controleer altijd op mogelijkeaanraking wanneer het uitrustingsstuk voor het eerstwordt bediend.

Wanneer u een blad voor nivelleren of schrapengebruikt, moet de giek volledig worden ingeschoven.Werk met de onderkant van het blad parallel aan degrond.

Een aantal van de door Caterpillar goedgekeurdebakken kunnen als uitrustingsstukken voorverreikers worden gebruikt. Raadpleeg dejuiste hefvermogentabel voor het geïnstalleerdeuitrustingsstuk en overschrijd nooit de gewichten enlastzwaartepunten die in de hefvermogentabellenworden opgegeven. Wanneer u een bak laadt, moetde giek volledig zijn ingeschoven. Wanneer de giekwordt uitgeschoven, wordt de reikwijdte van de lastgroter waardoor de stabiliteit van de machine in delengte afneemt.

OPGELETHoud de giek volledig ingeschoven om te voorkomendat de giek tijdens graven en/of nivelleren schade op-loopt.

Haal materiaal zo van de voorraadhoop dat de hoopniet wordt ondergraven of overhangt.

Lasten hanteren en stapelenDe onderstaande illustraties tonen een machinedie met een uitrustingsstukdrager is uitgerust. Deuitrustingsstukdrager wordt als voorbeeld van eenuitrustingsstuk getoond dat op de snelkoppeling kanworden gemonteerd.

g00832849Illustratie 98

1. De machine moet haaks op de voorgenomen laststaan. Rijd langzaam naar de last toe met de giekin de rijstand en rijd tot zo dicht mogelijk bij de last.

2. Schakel de parkeerrem in en zet detransmissiehendel in de stand NEUTRAAL.

3. Zet het chassis zo nodig horizontaal voordat u degiek heft of de last opneemt. Zet het chassis niethorizontaal terwijl de giek omhoog staat.

g00832850Illustratie 99

4. Als u met stempels werkt, laat u deze neer totde voorbanden net boven de grond zijn en hetchassis horizontaal staat.

Page 79: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 77Bediening

Machine bedienen

g00832851Illustratie 100

5. Kantel de snelkoppeling tot de vorken horizontaalstaan. De machine is uitgerust met eenautomatisch systeem dat de snelkoppeling onderde gewenste hoek houdt wanneer de giek omhoogof omlaag wordt gebracht.

g00832852Illustratie 101

6. Zorg dat de vorken zo ver mogelijk uit elkaarstaan. Dit maakt de last stabieler.

g00832853Illustratie 102

7. Breng de giek omhoog en schuif hem uit. Devorken moeten op één lijn staan met de openingenin de last.

8. Gebruik de hefvermogentabel om devoorgenomen last te schatten. Dehefvermogentabel moet aangeven of devoorgenomen last binnen het vermogen vande machine ligt. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Hefvermogentabellen”.

g00832854Illustratie 103

9. Schuif de giek uit en laat hem neer. De vorkenmoeten gemakkelijk in de openingen van de lastgaan. De vorken moeten volledig in de openingenvan de last grijpen. Pas op dat u de last niet vanzijn plaats brengt.

g00832856Illustratie 104

10.Hef de last voorzichtig. Als u ervan overtuigdbent dat de machine stabiel is, kantelt u desnelkoppeling naar achteren om de last te heffen.Als u niet zeker weet of de machine stabiel is,kantelt u de snelkoppeling naar voren om de lastneer te laten. Ga niet verder. De machine moetworden verplaatst om de reikwijdte kleiner temaken voordat u de last weer probeert te heffen.

Page 80: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

78 31200356BedieningMachine bedienen

g00832857Illustratie 105

11.Gebruik de joystick om de last van de stapelvandaan te halen.

g00832858Illustratie 106

12.Schuif de giek in en laat de last tot de rijstandzakken voordat u gaat rijden of de stempelsomhoog brengt. Stel het chassis zo nodighorizontaal. Controleer of zich geen personeel ofobstakels achter de machine bevinden, voordat uachteruit rijdt.

g00832859Illustratie 107

13.Rijd langzaam naar de plaats van bestemming.Plaats de machine haaks. Kom zo dichtmogelijk bij de plaats waar de last moet wordenneergezet. Schakel de parkeerrem in en plaats detransmissiehendel in de stand NEUTRAAL. Stelhet chassis zo nodig horizontaal.Zet het chassisniet horizontaal terwijl de giek omhoog staat.

g00832860Illustratie 108

14.Als u met stempels werkt, laat u deze neer tot devoorbanden net boven de grond zijn.

g00832861Illustratie 109

15.Breng de giek omhoog en schuif hem uit tot delast direct boven de gewenste plaats is. Zorgdat u de maximale giekhoek en gieklengte nietoverschrijdt. Gebruik de hefvermogentabel om demaximale giekhoek en gieklengte te bepalen.

Wees voorzichtig wanneer u de maximale, inde hefvermogentabel aangegeven giekhoeken/of -lengte nadert. Als u niet zeker weet of demachine stabiel is, schuift u de giek in. Laat delast tot de rijstand zakken. Rijd de machine dichterbij de plaats waar de last moet worden neergezet.Als de machine daar niet dichterbij kan wordengebracht, ligt deze plaats buiten het vermogen vande machine. De last kan niet op de voorgenomenplaats worden neergezet.

Page 81: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 79Bediening

Machine bedienen

g00832862Illustratie 110

16.Kantel de snelkoppeling naar voren tot de lasthorizontaal is. Laat de last zakken en zet hem opzijn plaats.

g00832863Illustratie 111

17.Controleer of de last goed is geplaatst enstabiel is. Breng de giek met behulp van dejoystick zo omhoog en schuif hem zo in dat devorken onbelemmerd uit de last kunnen wordengetrokken. Trek de vorken niet uit de last door demachine achteruit te rijden.

g00832864Illustratie 112

18.Schuif de giek in en laat hem zakken tot derijstand voordat u met de machine rijdt of destempels omhoog brengt.

Uitrustingsstukken

Algemene richtlijnen voorbediening

Het gebruik van niet goedgekeurde uitrustings-stukken op verreikers kan ernstige of dodelijkeongelukken tot gevolg hebben.

Voordat u een uitrustingsstuk op deze machi-ne installeert, moet u zich ervan verzekeren dathet door Caterpillar is goedgekeurd en dat eenCaterpillar hefvermogentabel voor het gebruikervan in de cabine aanwezig is.

OPGELETWanneer bepaalde uitrustingsstukken geïnstalleerdzijn, kunnen deze uitrustingsstukken in aanrakingkomen met de voorbanden of de voorspatborden.Deze situatie kan zich voordoen wanneer de giekis ingeschoven en het uitrustingsstuk volledig naarvoren is gedraaid. Controleer altijd op mogelijkeaanraking wanneer het uitrustingsstuk voor het eerstwordt bediend.

OPGELETWanneer bepaalde uitrustingsstukken zijn geïn-stalleerd, kunnen deze de stempels raken. Dit kangebeuren wanneer de giek wordt ingeschoven en hetuitrustingsstuk volledig naar voren is gedraaid. Bijgebruik van een nieuw uitrustingsstuk moet steedsworden gecontroleerd of dit het geval is.

Rijd met het uitrustingsstuk zo laag mogelijk metvoldoende ruimte boven de grond. Rijd met de giekvolledig ingeschoven zodat u goed zicht hebt en demachine stabiel is.

Houd goede tractie door overmatige neerwaartsedruk op het uitrustingsstuk te voorkomen.

Wanneer de machine op een helling wordt gebruikt,plaatst u het zwaarste einde van de machineheuvelopwaarts gericht.

Page 82: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

80 31200356BedieningMachine bedienen

Zorg ervoor dat het gebruikte uitrustingsstukgeschikt is voor het werk dat wordt verricht. Hetoverschrijden van de limieten van de machineverkort de levensduur van de machine. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding, “Doorgo edg ek eur de u itr us ti ngs s tuk k en” v oormeer informatie.

Aansluitingen van hulphydrauliekEr zijn vele soorten uitrustingsstukken, van diversefabrikaten, die op de machine kunnen wordenaangebracht. Caterpillar kan niet elk mogelijkuitrustingsstuk en het gebruik ervan voorzien. Volgde richtlijnen en instructies van de fabrikant voor deinstallatie en bediening van het uitrustingsstuk. Als uvragen hebt, raadpleeg dan uw Caterpillar dealer. UwCaterpillar dealer kan u meer informatie verstrekkenover de juiste installatie en het juiste gebruik vanspecifieke uitrustingsstukken.

g00975155Illustratie 113

Op standaard machines is een enkele wisselklep mettwee snelkoppelingen geïnstalleerd. De wisselklepstelt de machinist in staat om hydrauliekolie naar defunctie van de hydraulische snelkoppeling of naar hetuitrustingsstuk te sturen.

Opmerking: De elektrische wisselklep is wellicht nietop bepaalde MA’s (Merchandising Arrangements)geïnstalleerd. Raadpleeg uw Caterpillar dealer voorhet installeren van de verbindingspunten voor dehulphydrauliek met handbediende snelkoppelingen.

Opmerking: Een dubbele wisselklep wordt als optiegeïnstalleerd.

Raadpleeg het onderwerp “Joystick” in de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Bedieningselementen”voor meer informatie over de bediening van de gieken de uitrustingsstukken.

Uitrustingsstuk vastkoppelenRaadpleeg de procedures in het onderwerp“Snelkoppeling” in de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Informatie overbediening” om de uitrustingsstukken te installeren.

Wanneer u uitrustingsstukken aansluit diehydraulische verbindingen nodig hebben, schuift u degiek ongeveer 1 m (3 ft) uit nadat u het uitrustingsstukop de snelkoppeling hebt geïnstalleerd. Deze extraruimte is nodig om de hulpslangen aan te sluiten.

1. Zet de machine op de juiste plaats. Laat desnelkoppeling of het uitrustingsstuk op de grondrusten.

2. Schakel de parkeerrem in. Plaats detransmissiehendel in de stand NEUTRAAL enstop de motor.

3. De hendels van de hydraulische functies moetenin de stand HOUDEN staan. Deze hendels gaanterug naar de stand HOUDEN wanneer ze wordenlosgelaten.

4. Inspecteer de hydraulische slangen of pijpenop het uitrustingsstuk zorgvuldig op tekenenvan beschadiging. De hydraulische slangenof pijpen mogen niet de volgende defectenvertonen: Sneden, slijtage, uitstulpingen, knikkenen deuken. Gebruik een uitrustingsstuk niet alsde hydraulische slangen en pijpen niet in goedestaat verkeren.

5. Sluit de snelkoppelingen op het uitrustingsstukaan op die van de machine. Controleer of desnelkoppelingen naar behoren ingrijpen. Deborgringen moeten zijn ingegrepen en stevigvastzitten.

Uitrustingsstuk loskoppelen1. Het uitrustingsstuk moet op de grond rusten.Ondersteun het uitrustingsstuk zo nodig metblokken.

2. Schakel de parkeerrem in. Plaats detransmissiehendel in de stand NEUTRAAL enstop de motor. Plaats alle bedieningshendels vande hydraulische functies in de stand HOUDEN.

3. Maak de snelkoppelingen schoon. Ontkoppelde snelkoppelingen door de borgringen naarachteren te trekken. Breng beschermdoppen aanop de snelkoppelingen van de machine en vanhet uitrustingsstuk.

Page 83: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 81Bediening

Machine bedienen

Vorkenborden en vorken

g00974120Illustratie 114

Karakteristiek vorkenbord en vorken

Alle door Caterpillar goedgekeurde vorkenbordendie op deze machines worden gebruikt, kunnenrechtstreeks op de snelkoppeling wordengeïnstalleerd.

Alle vorkenborden zijn met lastrekken ontworpen omde last te ondersteunen. Brede uitvoeringen moetenworden gebruikt voor extra ondersteuning wanneergrote lasten worden gehanteerd.

Vorken

Er is beknellingsgevaar wanneer de giek wordtneergelaten of wanneer een last valt. Blijf op vei-lige afstand van de giek wanneer de machine inbedrijf is. Als u niet op veilige afstand van de giekblijft, kan ernstig of dodelijk letsel worden veroor-zaakt.

Niet voldoen aan het laadvermogen kan lichame-lijk letsel of schade aan een uitrustingsstuk ver-oorzaken.

Zoek het laadvermogen van een bepaald uitrus-tingsstuk op voordat u gaat werken. Breng zo no-dig veranderingen in het laadvermogen aan.

Plotseling bewegen van demachine kan ernstig ofdodelijk letsel tot gevolg hebben.

Plotseling bewegen van demachine kan letsel ver-oorzaken van personen op of nabij de machine.

Om ernstig of dodelijk letsel te voorkomen moet uervoor zorgen dat zich geen personeel en obsta-kels rond de machine bevinden.

Raadpleeg het onderwerp “Lasten hanterenen stapelen” in de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Informatie overbediening”.

Juist gebruik van vorken

• Plaats de vorken altijd in de hefopeningen voordatu een last heft.

• Plaats de last altijd over alle vorken zodat hetgewicht gelijk is verdeeld.

• Hef de last alleen als de last binnen hethefvermogen is dat in de hefvermogentabel staat.De hefvermogentabel is op het instrumentenpaneelvan de machine bevestigd.

Onjuist gebruik van de vorken

Gebruik de vorken niet voor de volgende handelingen:

• Duwen of trekken van de last.

• Uitgraven van voorwerpen die in de grond zitten

• Bevestigen van kettingen of stroppen

• Heffen van een last met slechts één vork

Vorken die voor bovenstaande doeleinden zijngebruikt, moeten van de machine worden verwijderd.De vorken moeten worden vernietigd.

Opmerking: Stroppen en kettingen moeten met eenhijshaak worden gebruikt.

Page 84: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

82 31200356BedieningMachine bedienen

Bakken

OPGELETWanneer een bak wordt gebruikt om materiaal op eenterrein te verschuiven of om een terrein te ontginnen,houdt u het onderste vlak parallel met de grond. Hier-door wordt schade aan de voorste rand van de bakvoorkomen. Behoud de tractie van de machine doorgeen extra neerwaartse kracht op de bak uit te oefe-nen. Schuif de giek minimaal uit om verdraaien van degiek te voorkomen.

Gebruik een bak die voor het werk geschikt is.

g00974741Illustratie 115Karakteristieke bak

Bakken die voor zware toepassingen wordengebruikt, zijn voorzien van een mes. Bakkenvoor algemeen gebruik worden voor graven enmateriaaloverslag gebruikt. Karakteristiek materiaalis aarde, zand, cement en aggregaten.

Multifunctionele bakken

g01037342Illustratie 116

Karakteristieke multifunctionele bak

Multifunctionele bakken zijn van een mesvoorzien. Multifunctionele bakken zijn uitgerustmet hydraulische cilinders die op het hydraulischesysteem van de machine moeten wordenaangesloten. De kaken van de bak grijpen de last.Deze bakken zijn bedoeld voor gebruik bij hetafgraven van terreinen.

Rijd met de bak dicht bij de grond voor het bestezicht van de machinist.

Installeer de bak die geschikt is voor de voorgenomenwerkzaamheden. Installeer de juiste slijtplaat.

g01079924Illustratie 117

Draai duimwiel (1) vooruit om de grijper te openen.Draai duimwiel (1) achteruit om de grijper tesluiten. Raadpleeg het onderwerp “Joystick”in de Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Bedieningselementen” voor volledige informatie.

Giekverlengstuk

g00974780Illustratie 118

Page 85: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 83Bediening

Machine bedienen

Een giekverlengstuk kan worden gebruikt intoepassingen waar extra reikwijdte of hoogte nodig isom lichte lasten, zoals daksteunen, te plaatsen.

Raadpleeg de juiste hefvermogentabel en overschrijdhet vermogen van de machine niet.

Gebruik alleen goedgekeurde hefuitrusting met eengeldig onderhoudscertificaat wanneer u een last aaneen giekverlengstuk bevestigt. Korte stroppen zorgendat de last niet overmatig gaat zwenken.

Voordat u de last heft, plaatst u het hefpunt op hetgiekverlengstuk vlak boven het hefpunt van de last.Als u deze procedure niet volgt, kan de last tijdenshet heffen zwenken. Dit kan lichamelijk letsel ofschade aan nabijgelegen constructies en materialentot gevolg hebben.

Bij zeer lage temperaturen kan een last aan de grondvastgevroren zijn. Maak de last vrij voordat u hemprobeert te heffen. Als u dit niet doet, kan dat destabiliteit van de machine beïnvloeden bij het heffen.

Gebruik raailijnen voor lasten die precies geplaatstmoeten worden.

Wanneer een last wordt geheven met de giekuitgeschoven en omhoog, buigt de giek vanwege delast door. Hierdoor wordt de last van de machinevandaan verplaatst tijdens het heffen van de last.Houd rekening met deze afwijking.

Manoeuvreer de last naar de juiste plaatsdoor de giekfuncties te gebruiken. Gebruik desnelkoppeling niet om de last te plaatsen wanneerhet giekverlengstuk is geïnstalleerd.

De machinist moet bij de bedieningselementenvan de machine blijven wanneer een last aan hetgiekverlengstuk hangt.

Hijshaak

g00974785Illustratie 119

Voordat u de last omhoog brengt, plaatst u hethefpunt op de hijshaak vlak boven het hefpunt opde last. Als u deze procedure niet volgt, kan delast tijdens het heffen zwenken. Dit kan lichamelijkletsel of schade aan nabijgelegen constructies enmaterialen tot gevolg hebben.

Materiaaloverslagarm

g01037376Illustratie 120

Raadpleeg de juiste hefvermogentabel en overschrijdhet vermogen van de machine niet.

Gebruik alleen goedgekeurde hefuitrusting met eengeldig onderhoudscertificaat wanneer u een last aaneen materiaaloverslagarm bevestigt. Korte stroppenzorgen dat de last niet overmatig gaat zwenken.

Voordat u de last heft, plaatst u het hefpunt op demateriaaloverslagarm vlak boven het hefpunt opde last. Als u deze procedure niet volgt, kan delast tijdens het heffen zwenken. Dit kan lichamelijkletsel of schade aan nabijgelegen constructies enmaterialen tot gevolg hebben.

Bij zeer lage temperaturen kan een last aan de grondvastgevroren zijn. Maak de last vrij voordat u hemprobeert te heffen. Als u dit niet doet, kan dat destabiliteit van de machine beïnvloeden bij het heffen.

Gebruik raailijnen voor lasten die precies geplaatstmoeten worden.

Wanneer een last wordt geheven met de giekuitgeschoven en omhoog, buigt de giek vanwege delast door. Hierdoor wordt de last van de machinevandaan verplaatst tijdens het heffen van de last.Houd rekening met deze afwijking.

Manoeuvreer de last naar de juiste plaatsdoor de giekfuncties te gebruiken. Gebruik desnelkoppeling niet om de last te plaatsen wanneer demateriaaloverslagarm is geïnstalleerd.

Page 86: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

84 31200356BedieningMachine bedienen

Voorraadbak

g00974787Illustratie 121

Voorraadbak oppakken

Plaats de machine haaks op de voorraadbak. Schuifde giek uit en laat hem neer. De vorken moetengemakkelijk in de houders van de voorraadbakschuiven. De vorken moeten volledig in de houdersvan de voorraadbak grijpen.

g00974805Illustratie 122

Wanneer de vorken volledig zijn vastgekoppeld,wordt elke vork door een veerbelaste stang op zijnplaats vergrendeld. Verzeker u ervan dat de vorkenveilig op hun plaats zijn vergrendeld voordat u devoorraadbak omhoog brengt.

Voordat u de voorraadbak omhoog brengt, moetu zich ervan verzekeren dat de grendel voor deactiveringshendel goed is ingeschakeld.

Breng de voorraadbak omhoog. Kantel desnelkoppeling iets naar achteren om de voorraadbakbeter vast te zetten. Rijd met de giek volledigingeschoven zodat u goed zicht hebt en de machinestabiel is.

Voorraadbak lossen

Rijd de machine naar het werkterrein. Stop demachine en schakel de parkeerrem in. Breng devoorraadbak omlaag.

g00974801Illustratie 123

Trek de ontgrendelingshendel omlaag.

De voorraadbak kantelt naar voren en de last wordtgelost.

Om de voorraadbak te verwijderen laat u devoorraadbak op de grond zakken. De stang waarmeede vorken op hun plaats worden gehouden, wordtautomatisch losgekoppeld wanneer de voorraadbakop de grond wordt geplaatst. Trek de vorken uit dehouders door de giek in te schuiven.

Bezem

g01015331Illustratie 124

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 87: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 85Bediening

Machine bedienen

Bewakingssysteem

Waarschuwingslampjes

g01002552Illustratie 125

Motoroliedruk (1) – Deze verklikker brandtwanneer de motoroliedruk te laag is.

Alarmlampje (2) – Deze verklikkerbrandt wanneer een storing vanwaarschuwingsniveau 2 of hoger zich

voordoet. Als het lampje brandt, is de machinebinnenkort aan onderhoud toe. De kleur van dezeverklikker kan geelbruin of rood zijn. Er kan tevenseen hoorbaar alarm weerklinken wanneer dezeverklikker brandt.

Wanneer zich een waarschuwingsniveau 2 voordoet,knippert het rode alarmlampje en is er geen hoorbaaralarm. Om ernstige schade aan de componenten tevoorkomen, moet de machinist de bediening van demachine veranderen of onderhoud aan de machineuitvoeren.

Wanneer zich een waarschuwingsniveau 2Svoordoet, knippert het rode alarmlampje en is er eencontinu hoorbaar alarm. Om ernstige schade aan decomponenten te voorkomen, moet de machinist debediening van de machine veranderen.

Wanneer zich een waarschuwingsniveau 3 voordoet,knippert het rode alarmlampje en is er een hoorbaaralarm met tussenpozen. Om lichamelijk letsel ofernstige schade aan de componenten te voorkomen,moet de machinist de motor veilig stopzetten.

Wanneer de machine zonder modelaanduiding isgeconfigureerd, knippert verklikker (2) geelbruin enweerklinkt er geen hoorbaar alarm. In dit geval wordtgeen foutcode geregistreerd.

Wanneer de gegevensverbinding niet met het displaycommuniceert, knippert verklikker (2) geelbruin enweerklinkt er geen hoorbaar alarm. In dit geval wordteen foutcode geregistreerd.

Acculading (3) – Deze verklikker brandtwanneer de accu niet door de dynamowordt geladen.

Combinatie transmissie- enhydrauliekoliefilter (4) – Deze verklikkerbrandt wanneer het transmissie-oliefilter

moet worden vervangen.

Motorluchtfilter (5) – Deze verklikkerbrandt wanneer het motorluchtfilter moetworden vervangen.

Verklikkers

g01014331Illustratie 126

Linker richtingaanwijzer (6) – Dezeverklikker knippert wanneer de linkerrichtingaanwijzer aan staat.

Cirkelbesturing (7) – Deze verklikkerbrandt wanneer de modus Cirkelbesturingis geselecteerd.

Hondegang (8) – Deze verklikkerbrandt wanneer de modus Hondegang isgeselecteerd.

Tweewielbesturing (9) – Dezeverklikker brandt wanneer de modusTweewielbesturing is geselecteerd.

Page 88: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

86 31200356BedieningMachine bedienen

Motorstarthulp (10) – Deze verklikkerbrandt wanneer de motorstarthulp isingeschakeld.

Parkeerremverklikker (11) – Dezeverklikker brandt wanneer de parkeerremis ingeschakeld.

Rechter richtingaanwijzer (12) – Dezeverklikker knippert wanneer de rechterrichtingaanwijzer aan staat.

Richtingaanwijzers (13) van aanhanger –Deze verklikker knippert wanneer eenrichtingaanwijzer van de aanhanger aan

staat.

Grootlicht (14) – Deze verklikker geeftaan dat het grootlicht is ingeschakeld.

Stempels (15) – Dit lampje geeft aanwanneer de stempels omlaag staan.

Hulphydrauliek 2 (16) – Dit geeft aanwanneer de relais op de wisselklep zijnbekrachtigd om de oliestroom naar het

tweede hulpcircuit te sturen.

MetersDeze meters worden gebruikt om de machinist tehelpen trends of veranderingen in machinebedrijf tebewaken.

g01014333Illustratie 127Display met toerenteller

g01014335Illustratie 128Display met indicator voor stabiliteit in de lengte

Motorkoelvloeistoftemperatuur (17) –Deze meter geeft de temperatuur vande motorkoelvloeistof aan. Het groene

gebied geeft aan dat de temperatuur van demotorkoelvloeistof normaal is. Het rode gebied geeftaan dat de motorkoelvloeistof oververhit is. Stop demotor als de meter oververhitting aangeeft. Spoorde oorzaak van het probleem op. Controleer hetkoelvloeistofpeil. Controleer of de ventilatorriemgebroken of los is. Controleer of de radiatorribbenschoon zijn.

Toerenteller (18) – Deze meter, indienaanwezig, geeft het toerental van demotor in omwentelingen per minuut aan.

Raadpleeg illustratie 127.

Temperatuur van koppelomvormerolie(19) – Deze meter geeft de temperatuurvan de olie van het transmissie- en

hydraulische systeem aan nadat de olie door dekoppelomvormer is gestroomd. Het groene gebiedgeeft aan dat de temperatuur van de olie van hettransmissie- en hydraulische systeem normaal is.Het rode gebied geeft aan dat de temperatuur van dekoppelomvormer te hoog is.

Hydrauliekolietemperatuur (20) – Dezemeter geeft de temperatuur van de olie vanhet transmissie- en hydraulische systeem

in het carter aan. Het groene gebied geeft aan datde temperatuur van de olie van het transmissie-en hydraulische systeem normaal is. Het rodegebied geeft aan dat de olie van het transmissie- enhydraulische systeem oververhit is.

Snelheidsmeter (21) – Dit digitale display geeft dehuidige snelheid van de machine aan.

Page 89: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 87Bediening

Machine bedienen

Bedrijfsurenmeter (22) – Dit digitale display geefthet totaal aantal bedrijfsuren van de motor aan. Debedrijfsurenmeter hoort gebruikt te worden om deonderhoudsbeurten te bepalen.

Brandstofpeil (23) – Deze meter geeft dehoeveelheid brandstof in de brandstoftankaan. Vul de brandstoftank wanneer de

naald op de brandstofmeter het rode gebied bereikt.

Indicator voor stabiliteit in de lengte (24) – Dezemeter, indien aanwezig, geeft de stabiliteit in delengte van de machine aan. Raadpleeg illustratie128. Raadpleeg “Indicator voor stabiliteit in de lengte”voor meer informatie.

Indicator voor stabiliteit in delengte

Als de stabiliteitsgrens van de machine wordtoverschreden, kan het uitrustingsstuk omkante-len of defect raken. Ga de voorgenomen lading naop de hefvermogentabel. Probeer niet te heffenals de stabiliteitsgrens van de machine in delengte wordt overschreden. Omkantelen of defectraken van het uitrustingsstuk kan ernstig of do-delijk letsel van het personeel tot gevolg hebben.

Het is mogelijk dat uw machine met een indicatorvoor stabiliteit in de lengte is uitgerust. Deindicator voor stabiliteit in de lengte (indienaanwezig) geeft hoorbaar en zichtbaar delimiet van de stabiliteit van de machine in delengte aan. Het hoorbare signaal wordt metandere systeemstoringen gedeeld. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding voortoepassingen van het hoorbare signaal. De indicatorvoor stabiliteit in de lengte krijgt stroom van hetelektrische systeem van de machine dat wordtgeactiveerd wanneer de contactsleutel naar de standAAN wordt gedraaid.

Verzeker u ervan dat een Caterpillar uitrustingsstukop de machine is bevestigd en gebruik de juistehefvermogentabel om te controleren of hetvoorgenomen heffen binnen het vermogen vande machine valt. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Hefvermogens” voor deplaats van de hefvermogentabellen.

De stabiliteit van de machine in de lengte hangt vande volgende factoren af:

• Gewicht van het uitrustingsstuk

• Gewicht van de lading

• Hoek van de giek

• Lengte van de giek

• De stand van de stempels (indien aanwezig)

g01014337Illustratie 129

De indicator voor stabiliteit in de lengte heeft eenvariabele meter (24) die de stabiliteit in de lengte vande machine aangeeft. De indicator toont de statusvan het uit te voeren heffen in vergelijking met delimiet van de stabiliteit van de machine. De variabelemeter bevindt zich in het midden van het display.

Naarmate de belasting op de machine toeneemt,loopt de indicator door het groene gebied naar hetrode gebied van de meter.

De schaal op de meter heeft drie gekleurde gebieden.

Groen gebied (25) – De machine werkt binnen destabiliteitslimiet in de lengte.

Geelbruin gebied (26) – De stabiliteitslimiet van demachine in de lengte is bereikt of overschreden.

Rood gebied (27) – De stabiliteitslimiet van demachine in de lengte is overschreden.

Wanneer de visuele indicator (24) in het geelbruinegebied komt, weerklinkt een hoorbaar alarm continuen gaat een zichtbare waarschuwingslamp (2) aan.Dit hoorbare signaal geeft aan dat de stabiliteitslimietin de lengte is bereikt of overschreden. Ga nietverder met heffen als deze toestand zichvoordoet. Schuif de giek in als hij is uitgeschoven.Als de giek ingeschoven is, brengt u de last naar deoorspronkelijke stand terug. Als de indicator niet inhet geelbruine of rode gebied is, is het mogelijk dathet alarm door een ander systeem wordt veroorzaakt.Controleer de andere meters op een indicatie vanandere problemen. Verander de bediening van demachine.

Page 90: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

88 31200356BedieningMachine bedienen

Als de giek wordt uitgeschoven of een gehevengiek wordt neergelaten, wordt de reikwijdte vande last groter. De stabiliteit van de machine in delengte kan hierdoor worden verminderd. De ma-chine kan hierdoor omkantelen. Als de indicatorvoor stabiliteit in de lengte aangeeft dat de stabi-liteitslimiet van de machine wordt benaderd, magu de giek niet omlaag brengen of verder uitschui-ven. Schuif de giek in voordat u hem neerlaat. Hetomkantelen van de machine kan ernstig of dode-lijk letsel van de machinist of ander personeel ophet werkterrein veroorzaken.

De zichtbare indicator (24) en het hoorbare alarmkunnen even werken wanneer de machine met eenlast op het uitrustingsstuk rijdt. Dit kan zich vooral opongelijke grond of ruw terrein voordoen. Wanneeru het stuursysteem op de volledige vergrendelingdraait, kan hierdoor ook onverwacht het zichtbare enhoorbare alarm worden ingeschakeld.

Wanneer het contactslot van de machine van destand UIT naar de stand AAN wordt gedraaid, voertde machine de systeemtest voor de LSI (indicatorvoor stabiliteit in de lengte) uit. Raadpleeg deBedienings- en Onderhoudshandleiding, “Indicatorvoor stabiliteit in de lengte - Testen” voor meerinformatie. Als het systeem de test voor de LSImet goed gevolg voltooit, kan de machine normaalworden bediend.

Als het LSI systeem een probleem ontdekt, legt demachine de systeemtest niet met goed gevolg af.Hierdoor blijft indicator (24) in het rode gebied (27).U hoort een hoorbaar alarm met tussenpozen enhet waarschuwingslampje brandt. Raadpleeg deBedienings- en Onderhoudshandleiding, “Indicatorvoor stabiliteit in de lengte - Testen” voor meerinformatie als de test niet met goed gevolg wordtvoltooid.

Een andere functie van het systeem is deautomatische afstelling. Wanneer de machine vande stand UIT in de stand AAN wordt gezet, voertde machine een automatische afstelling van de LSIuit. Deze afstelling hangt van de toestand van demachine af wanneer het contactslot naar de standAAN wordt gedraaid. Voor optimale prestaties vanhet LSI systeem moet de machine op de volgendemanier worden geparkeerd:

• Parkeer de machine op vlakke grond.

• Schuif de giek volledig in.

• Breng de stempels volledig omhoog (indienaanwezig).

• Laat de giek volledig zakken.

• Maak het uitrustingsstuk leeg en laat hetvoorzichtig op de grond rusten.

• Verwijder de aanhanger van de koppeling.

Het LSI systeem is gevoeliger als de machine nietop deze wijze wordt geparkeerd. De LSI komt in hetgeelbruine gebied en het alarm wordt ingeschakeldmet lichtere belasting op het uitrustingsstuk.

Om het systeem weer de beste prestaties te latenleveren verricht u de volgende handelingen:

• Parkeer de machine op de bovengenoemdemanier.

• Draai het contactslot naar de stand UIT.

• Wacht 30 seconden.

• Start de machine en hervat de bediening.

Als er veranderingen aan de standaarduitvoeringvan de verreiker zijn aangebracht, moet het systeemwellicht opnieuw worden gekalibreerd. Neem contactop met uw Caterpillar dealer voor het opnieuwkalibreren van de LSI.

De volgende situaties zijn toestanden die een nieuwekalibratie vereisen:

• Het type wielen op de achteras is veranderd.

• Het type banden op de achteras is veranderd.

• Er is schuimvulling aan de banden toegevoegd.

• De achteras is veranderd.

• De sensor voor de LSI is veranderd.

De volledige test, die in de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Onderhoudsschema”,wordt vermeld, moet worden gevolgd.

Achteruitrij-alarm

Het achteruitrij-alarm bevindt zich aan de achterkantvan de machine. Dit alarm weerklinkt wanneerde rijrichtings- en versnellingshendel zich in destand ACHTERUIT bevindt. Het achteruitrij-alarmwordt gebruikt om personen achter de machine tewaarschuwen.

Page 91: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 89Bediening

Machine bedienen

Cabinedeur

Ontgrendel de cabinedeur.

Opmerking: De sleutel van de cabinedeur is nietdezelfde als de contactsleutel.

g00955706Illustratie 130

Trek deurgrendel (1) aan de buitenkant naar buitenom de deur aan de buitenkant te openen.

g00955718Illustratie 131

Duw deurgrendel (2) aan de binnenkant naar devoorkant van de cabine toe om de deur aan debinnenkant te openen.

De deur moet gesloten zijn terwijl u de machinebedient.

Uitrustingsstukken neerlatenzonder hydraulische kracht

Het neerlaten van de giek met gestopte motor kanernstige of dodelijke ongelukken veroorzaken.

Zorg dat iedereen uit de buurt van de giek blijftwanneer de giek met gestopte motor wordt neer-gelaten.

Het niet volgen van de aangegeven procedure kanlichamelijk letsel tot gevolg hebben.

Volg de aangegeven procedure om lichamelijk let-sel te vermijden.

Als een geheven giek wordt neergelaten, wordt dereikwijdte van de last groter. Hierdoor kan de sta-biliteit van de machine in de lengte minder wor-den, waardoor de machine kan omkantelen. Ditkan ernstige of dodelijke verwondingen van demachinist of ander personeel in het werkgebiedveroorzaken. Schuif de giek zo mogelijk altijd invoordat u hem omlaag brengt.

De cilinder voor het inschuiven van de giek en decilinders voor het neerlaten van de giek zijn metlaadregelkleppen uitgerust. De laadregelkleppensluiten olie in de cilinders op als de hydraulischekracht wegvalt. De opgesloten olie in de cilinderszorgt dat de giek niet beweegt.

In de meeste situaties kan de giek vanaf degrond worden ingeschoven en neergelaten als dehydraulische kracht wegvalt.

Als de hoek van de giek te klein is, kunt u de giekwellicht niet inschuiven.

Als u de giek niet kunt inschuiven, kan het mogelijkzijn om de last op de grond neer te laten zonder degiek eerst in te schuiven. Bepaal het gewicht van delast en raadpleeg de juiste hefvermogentabel omvast te stellen of de last op deze wijze kan wordenneergelaten zonder dat de machine naar voren kiept.Tracht alleen om de giek omlaag te brengen alsu ervan overtuigd bent dat de machine stabiel is.U moet er zeker van zijn dat de giek omlaag kanworden gebracht zonder een obstakel te raken.

Page 92: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

90 31200356BedieningMachine bedienen

Dankzij de grootte van de hydrauliekolietank ishet mogelijk om 12 l (3,17 Am. gallon) meer oliedan de tankinhoud naar de tank terug te sturen.Dit volume olie moet met de volgende procedureworden verwijderd voordat de giek na een volle slagingeschoven of neergelaten wordt zonder gebruikvan de handpomp.

Procedure voor het aftappen vande hydrauliekolietank

Hete olie en hete componenten kunnen verwon-dingen veroorzaken. Laat hete olie of hete com-ponenten niet in aanraking komen met de huid.

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

Opmerking: De hydrauliekolietank moet afgetaptworden wanneer de “procedure voor het inschuivenvan de giek zonder handpomp” of de “procedure voorhet neerlaten van de giek zonder handpomp” wordtgebruikt.

g00951114Illustratie 132Beveiligingsluik

1. Om beveiligingsluik (1) te openen ontgrendelt uslot (2) en trekt u grendel (3) naar buiten.

g01064684Illustratie 133Vuldop hydrauliekolietank

2. Breng grendel (4) omhoog en draai hemlinksom om de druk in het hydraulische systeemte ontlasten. Verwijder vuldop (5) van dehydrauliekolietank.

Page 93: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 91Bediening

Machine bedienen

g00964117Illustratie 134Aftapstop voor hydrauliekolie

3. Verwijder de aftapstop (6) aan de onderkant vande tank en laat 12 l (3,17 Am. gallon) olie in eengeschikte container lopen. Reinig de aftapstop.Installeer de aftapstop weer in de tank. Als de giekniet hoeft te worden ingeschoven, gaat u verdermet de “procedure voor het neerlaten van de giekzonder handpomp”.

Procedure voor het inschuiven vande giek met handpomp

g01080450Illustratie 135

1. Neem de hendel uit de opbergplaats. Steek dehendel in de handpomp om de giek in te schuiven.

2. Beweeg de hendel op en neer totdat de giekvolledig is ingeschoven.

3. Als de machine met twee handpompen isuitgerust, gaat u verder met de “procedure voorhet neerlaten van de giek met handpomp”. Als demachine met één handpomp is uitgerust, gaat uverder met de “procedure voor het neerlaten vande giek zonder handpomp”. Als de machine nietmet een handpomp is uitgerust, gaat u verder metde “procedure voor het inschuiven van de giekzonder handpomp”.

Procedure voor het neerlaten vande giek zonder handpompOpmerking: Als de hoek van de giek minder danongeveer 55 graden is, is het mogelijk dat de giekniet inschuift zonder handpomp. Als de giek onder55 graden is en er slechts een lichte last op hetuitrustingsstuk is, raadpleegt u de “procedure voorhet inschuiven van giek met handpomp”.

g01108371Illustratie 136

1. Zoek laadregelklep (1) op. Meet de afstand vande kop van stelschroef (2) tot de bovenkantvan borgmoer (3). Noteer deze meting. U hebtdeze meting later nodig wanneer stelschroef (2)opnieuw wordt teruggesteld. Laat borgmoer (3)los hangen. Draai stelschroef (2) met de hand aantotdat de kogel wordt geraakt. Breng een sleutelop stelschroef (2) aan en draai de schroef naarrechts totdat hij goed vastzit.

Opmerking: Gebruik geen overmatige krachtwanneer u stelschroef (2) met een sleutel draait.

Page 94: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

92 31200356BedieningMachine bedienen

g01080108Illustratie 137

2. Zoek het rechter toegangsluik aan de achterkantvan het chassis op. Verwijder de twee sluitringenen twee bouten waarmee het toegangsluik op hetchassis vastzit. Verwijder het toegangsluik om deregelklep te kunnen bereiken.

g01108516Illustratie 138

3. Zoek de regelklep (4) op.

4. Meet de afstand van de kop van de stelschroef (8)tot de bovenkant van de borgmoer (7). Verwijderde borgmoer (7) volledig. Draai de schroef metde hand naar rechts totdat hij vastzit. Gebruikeen inbussleutel om de stelschroef naar rechts tedraaien om de giek in te schuiven. Laat de giekvolledig inschuiven.

Opmerking: Draai de stelschroef (8) zo nodig naarlinks om het inschuiven van de giek te stoppen.

5. Wanneer de giek volledig ingeschoven is, draaitu stelschroef (8) tegen de klok in totdat destelschroef weer op zijn oorspronkelijke plaats is.

6. Draai borgmoer (7) vast. Als de giek neergelatenmoet worden, gaat u verder met de “procedurevoor het neerlaten van de giek zonder handpomp”.

Opmerking: Start de motor pas nadat u stelschroef(2) en (8) hebt teruggesteld.

7. Start de motor. Breng de giek omhoog en omlaag.Schuif de giek ongeveer 300 mm (12 inch) uit enin.

8. Plaats de giek in de volledig ingeschoven stand.Plaats de giek in de volledig neergelaten stand.

9. Verwijder de vuldop van de hydrauliekolietank.Voeg de 12 l (3,17 Am. gallon) olie toe diein stap 3 van “Procedure voor aftappen vanhydrauliekolietank” uit de tank was verwijderd.

10.Controleer het oliepeil in de hydrauliekolietank.Voeg zo nodig hydrauliekolie tot het vereiste peiltoe. Installeer de vuldop van de hydrauliekolietank.Ruim eventueel gemorste olie op. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Smeermiddelviscositeiten” en de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Inhouden” voor meerinformatie.

11. Installeer het toegangsluik op het chassis.

Procedure voor het neerlaten vande giek met handpomp

g01080451Illustratie 139

1. Neem de hendel uit de handpomp voor hetinschuiven van de giek.

2. Steek de handgreep in de handpomp voor hetneerlaten van de giek.

3. Beweeg de hendel op en neer totdat de giekvolledig is neergelaten.

4. Berg de hendel weer in de opbergruimte op.

Page 95: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 93Bediening

Machine bedienen

Procedure voor het neerlaten vande giek zonder handpomp

g01080104Illustratie 140

1. Zoek laadregelklep (1) voor het neerlaten van degiek op elke giekcilinder op. De laadregelkleppenzijn nabij de achterkant van elke cilindergemonteerd.

2. Meet de afstand van de kop van stelschroef (2)tot de bovenkant van borgmoer (3). Noteer dezemeting. U hebt deze meting later nodig wanneerde stelschroef (2) wordt teruggesteld. Laatborgmoer (3) los hangen. Draai stelschroef (2)met de hand aan totdat de kogel wordt geraakt.Breng een sleutel op stelschroef (2) aan en draaide schroef naar rechts totdat hij goed vastzit.

Opmerking: Gebruik geen overmatige krachtwanneer u stelschroef (2) met een sleutel draait.

3. Voer stap 2 voor de andere giekcilinder uit.

4. Zoek regelklep (4) op. Raadpleeg illustratie 138.

5. Meet de afstand van de kop van de stelschroef (6)tot de bovenkant van de borgmoer (5). Verwijderde borgmoer (5) volledig. Draai de schroef metde hand naar rechts totdat hij vastzit. Gebruikeen inbussleutel om de stelschroef naar rechtste draaien om de giek neer te laten. Laat de giekvolledig omlaag komen.

Opmerking: Draai de stelschroef (6) zo nodig naarlinks om het neerlaten van de giek te stoppen.

6. Wanneer de giek volledig omlaag is, draaitu stelschroef (6) tegen de klok in totdat destelschroef weer op zijn oorspronkelijke plaats is.

7. Draai borgmoer (5) vast.

Opmerking: Start de motor pas nadat u stelschroef(2) en (6) hebt teruggesteld.

8. Start de motor. Breng de giek omhoog en omlaag.Schuif de giek ongeveer 300 mm (12 inch) uit enin.

9. Plaats de giek in de volledig ingeschoven stand.Plaats de giek in de volledig neergelaten stand.

10.Verwijder de vuldop van de hydrauliekolietank.Voeg de 12 l (3,17 Am. gallon) olie toe diein stap 3 van “Procedure voor aftappen vanhydrauliekolietank” uit de tank was verwijderd.

11.Controleer het oliepeil in de hydrauliekolietank.Voeg zo nodig hydrauliekolie tot het vereiste peiltoe. Installeer de vuldop van de hydrauliekolietank.Ruim eventueel gemorste olie op. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Smeermiddelviscositeiten” en de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Inhouden” voor meerinformatie.

12. Installeer het toegangsluik op het chassis.

Ladingregelsysteem terugstellen

Laadregelkleppen terugstellen

1. Als u de procedure voor het inschuiven ofneerlaten van de giek met de handpomp hebtgebruikt, gaat u verder met het “Systeemontluchten”.

2. Als u de procedure voor het neerlaten van degiek zonder de handpomp hebt gebruikt, zet ustelschroef (2) terug op de meting die in stap 1 vande “Procedure voor het inschuiven van de giekzonder handpomp” werd genoteerd. Raadpleegillustratie 136.

3. Als u de procedure voor het neerlaten van degiek zonder handpomp hebt gebruikt, stelt ustelschroef (2) terug op de meting die in stap 2van de “procedure voor het neerlaten van de giekzonder handpomp” werd genoteerd. Raadpleegillustratie 140.

4. Zet stelschroef (2) met borgmoer (3) vast.

5. Repareer de machine voordat u hem weer inbedrijf neemt.

Systeem ontluchten

Er kan lucht het hydraulisch systeem zijnbinnengekomen. Zorg dat het hydraulische systeemwordt ontlucht voordat de machine weer in bedrijfwordt genomen.

Opmerking: Het ontluchten van het systeem moetop een onbelaste giek worden uitgevoerd.

Page 96: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

94 31200356BedieningMachine bedienen

1. Breng de giek volledig omhoog en omlaag.

2. Herhaal deze procedure driemaal om hethydraulische systeem te ontluchten.

3. Schuif de giek helemaal uit en in. De giek hoortsoepel te werken.

4. Herhaal deze procedure zo nodig om hethydraulische systeem te ontluchten.

Juiste instelling van laadregelkleppencontroleren

Procedure voor één handpomp

1. Installeer een uitrustingsstuk op de snelkoppeling.Breng de giek omhoog totdat het uitrustingsstukvan de grond komt. Schuif de giek ongeveer300 mm (12 inch) uit.

2. Kijk naar de referentieschaal voor degiekuitschuiving en de giekhoek en noteer dewaarden. Raadpleeg de hefvermogentabel enbepaal aan de hand van deze twee waarden hetmaximale gewicht dat met de giek in deze standkan worden geheven.

3. Hef de maximale last die in stap 2 werd bepaald.Raadpleeg de procedure in de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Lasten hanteren enstapelen”.

4. Schuif de giek ongeveer 300 mm (12 inch) uit enbreng de giek helemaal omhoog.

5. Stop de motor.

6. Op regelklep (4) draait u borgmoer (5) één slagtegen de klok in. Draai stelschroef (6) vier heleslagen tegen de klok in. Raadpleeg illustratie 138.

7. Controleer na 10 minuten de stand van de giek.De cilinder voor het inschuiven van de giek ende cilinder voor het heffen van de giek mogenniet zijn afgeweken. Als een van beide cilindersis afgeweken, dient u uw Caterpillar dealerte raadplegen. Bedien de machine pas weernadat alle nodige reparaties of bijstellingen zijnuitgevoerd.

8. Draai stelschroef (6) met de klok mee. Draai deschroef vast.

9. Draai borgmoer (5) vast.

Procedure voor twee handpompen

1. Voer stap 1 tot en met 5 van de “ procedure vooréén handpomp” uit.

2. Controleer na 10 minuten de stand van de giek.De cilinder voor het inschuiven van de giek ende cilinder voor het heffen van de giek mogenniet zijn afgeweken. Als een van beide cilindersis afgeweken, dient u uw Caterpillar dealerte raadplegen. Bedien de machine pas weernadat alle nodige reparaties of bijstellingen zijnuitgevoerd.

Procedure voor geen handpompen

1. Voer stap 1 tot en met 5 van de “procedure vooréén handpomp” uit.

2. Op regelklep (4) draait u borgmoeren (5) en (7)één slag tegen de klok in. Draai stelschroef (6) en(8) vier hele slagen tegen de klok in. Raadpleegillustratie 138.

3. Controleer na 10 minuten de stand van de giek.De cilinder voor het inschuiven van de giek ende cilinder voor het heffen van de giek mogenniet zijn afgeweken. Als een van beide cilindersis afgeweken, dient u uw Caterpillar dealerte raadplegen. Bedien de machine pas weernadat alle nodige reparaties of bijstellingen zijnuitgevoerd.

4. Draai stelschroef (6) en (8) met de klok mee.Draai de schroeven vast.

5. Draai borgmoer (5) en (7) vast.

Page 97: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 95Bediening

Motor starten

Motor starten

Motor starten

Uitlaatgassen van dieselmotoren bevatten ver-brandingsproducten die lichamelijk letsel kunnenveroorzaken.

Zorg dat u de motor altijd in een goed geventileer-de ruimte start en laat lopen, en, indien de motorin een gesloten ruimte is, moet u de uitlaatgassennaar buiten afvoeren.

1. Stel de stoel af. Raadpleeg de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Stoel” voor meerinformatie.

2. Stel de stuurkolom af. Raadpleeg deBedienings- en Onderhoudshandleiding,“Bedieningselementen” voor meer informatie.

3. Doe de veiligheidsgordel om.

g01117943Illustratie 141

4. Plaats de transmissiehendel (1) in de standNEUTRAAL (N). De motor start alleen als detransmissiehendel in de stand NEUTRAAL staat.

5. Zet de parkeerremknop (2) in deINGESCHAKELDE stand.

g01117946Illustratie 142

6. Draai de contactsleutel (3) naar deCONTACT-stand om de machine te initialiseren.De machine voert een zelftest uit die moet wordenvoltooid voordat u de motor start.

7. Druk het gaspedaal een klein beetje in voordatu de motor tornt.

8. Draai de contactsleutel naar de stand STARTENom de motor te starten. Laat de contactsleutel loszodra de motor aanslaat. Laat de motor met laagstationair toerental draaien.

Opmerking: Voordat u de motor opnieuw probeertte starten, plaatst u de contactsleutel 10 seconden inde stand UIT. Hierdoor wordt het diagnosesysteemter ug ges te ld.

OPGELETTorn de motor niet langer dan 30 seconden. Laat destartmotor twee minuten afkoelen voordat u de motorweer tornt.

Schade aan de turbocharger (indien aanwezig) kanveroorzaakt worden als het motortoerental niet laagwordt gehouden totdat het lampje/de meter voor demotorolie bevestigt dat de oliedruk voldoende is.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 98: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

96 31200356BedieningMotor starten

Starten onder 0 °C (32 °F)

Indien uitgerust met een luchtinlaatverwarmer(AIH) voor starten bij lage temperaturen, gebruikdan geen spuitbussen starthulp zoals ether. Hetgebruik daarvan kan een ontploffing en lichame-lijk letsel tot gevolg hebben.

1. Volg stap 1 tot en met 7 van demotorstartprocedure.

g01117947Illustratie 143

2. Als de temperatuur onder de vooringestelde grensvalt, gaat verklikker (4) op het instrumentenpaneelbranden.

3. Wanneer verklikker (4) uitgaat, draait u decontactsleutel naar de stand STARTEN om demotor te starten.

4. Laat de motor enkele minuten warmlopen. De tijdhangt af van de buitentemperatuur. Tijdens delaatste minuten hiervan laat u de hydrauliekolieopwarmen door de joystick te bedienen om degiek te heffen en neer te laten.

Voor het starten bij temperaturen onder -18 °C(0 °F) wordt het gebruik van bijkomendekoudstarthulpmiddelen aanbevolen. Een van devolgende kunnen vereist zijn.

• Een koelvloeistofverwarmer

• Een brandstofverwarmer

• Een olieverwarmer

• Een accu met extra capaciteit

Voordat u de machine bij temperaturen onder-23 °C (-10 °F) bedient, moet u uw Caterpillardea le r.

Motor en machine latenwarmlopen

OPGELETHoud het motortoerental laag totdat het waarschu-wingslampje voor de motoroliedruk uitgaat. Als hetwaarschuwingslampje niet binnen tien seconden uit-gaat, stop de motor dan en spoor de oorzaak van hetprobleem op voordat u de motor weer start. Het nala-ten hiervan kan motorschade tot gevolg hebben.

1. Voer het toerental van de motor niet hoger op danlaag stationair. Belast de motor niet tijdens deeerste tien seconden dat de motor draait.

2. Kijk naar alle andere meters en verklikkers. Allemeters en verklikkers moeten normaal bedrijfaanduiden.

3. Laat de motor minstens vijf minuten met laagstationair toerental draaien om de olie op tewarmen. Bij zeer lage temperaturen kan hetopwarmen langer dan vijf minuten duren. Gebruikdeze opwarmtijd om de hydrauliekolie op tewarmen door de joystick te bedienen om de giekte heffen en neer te laten.

Page 99: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 97BedieningParkeren

Parkeren

Machine stoppen

OPGELETParkeer op vlakke grond. Als op een helling gepar-keerd moet worden, blokkeer de wielen dan goed.

Schakel de parkeerrem in. Schakel de noodrem niet interwijl de machine rijdt, tenzij de bedrijfsremmen nietwerken.

g00953505Illustratie 144

1. Schakel bedrijfsrem (2) in om de machine testoppen. Houd bedrijfsrempedaal (2) ingedruktnadat de machine tot stilstand is gekomen.

2. Breng transmissiehendel (1) naar de standNEUTRAAL.

3. Schakel parkeerrem (3) in.

4. Laat rempedaal (2) los. Verzeker u ervan dat deparkeerrem de machine op zijn plaats houdt.

5. Schuif de giek volledig in en breng hemhelemaal omlaag. Indien aanwezig, zorg dat hetuitrustingsstuk op de grond rust.

Motor stoppen

OPGELETWanneer demotor onmiddellijk wordt gestopt nadat hijonder belasting heeft gedraaid, kunnen componentenvan de motor oververhit raken en sneller slijten.

Raadpleeg de volgende procedure om de motor te la-ten afkoelen en om te hoge temperaturen in het mid-dengedeelte van de turbocharger (indien aanwezig) tevoorkomen, wat problemen met koolvorming kan ver-oorzaken.

1. Laat de motor vijf minuten lang met laag toerentalbij nullast draaien. Deze procedure zorgt dat detemperatuur van de componenten gelijk wordt.

g00952425Illustratie 145

2. Draai de contactsleutel naar de stand UIT om demotor te stoppen.

3. Verwijder de contactsleutel.

Page 100: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

98 31200356BedieningParkeren

Motor stoppen indien zich eenelektrische storing voordoet

Draai het contactslot naar de stand UIT. Als de motorniet stopt, voer dan de volgende procedure uit.

1. Zoek de zekering van de brandstofpomp op.Deze zekering bevindt zich in de motorruimtenaast de automatische zekeringen. Verwijderhet beveiligingsluik om de zekering te kunnenbereiken. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Zekeringen en relais -Vervangen”.

2. Verwijder de zekering. De motor stopt.

Opmerking: Gebruik de machine pas weer nadatde storing is verholpen.

Machine verlaten

1. Draai de contactsleutel naar de stand AAN.Bedien elke hydraulische functie verschillendekeren om de druk in het hydraulische systeem teontlasten. Draai de contactsleutel naar de standUIT en verwijder de sleutel.

2. Sluit de ramen en controleer of deze op de juistemanier zijn vergrendeld voordat u de cabineverlaat.

3. Gebruik treden en handgrepen steeds wanneeru uit de machine stapt. Houd het gezicht naarde machine gericht en houd steeds drie puntenvan het lichaam in contact met de treden en dehandgrepen. De drie punten kunnen twee voetenen één hand zijn. De drie punten kunnen één voeten twee handen zijn.

4. Vergrendel de cabinedeur.

5. Blokkeer de wielen als de machine op een hellingis geparkeerd.

6. Inspecteer de motorruimte op rommel. Verwijderalle vuil en papier om brand te voorkomen.

7. Draai de sleutel voor de accuschakelaar naarde stand UIT. Als de machine gedurende éénmaand wordt achterlaten, moet u de sleutel vande accuschakelaar verwijderen. Of u kunt de accuverwijderen.

8. Sluit en vergrendel de motoromkasting.

9. Installeer alle antivandalismedeksels en -luikenvoordat u de machine verlaat.

Als de machine gedurende één maand of langerwordt achterlaten, doet u het volgende:

• Koppel de accu los en verwijder hem.

• Ontlast de hydraulische druk in het hydraulischesysteem.

• Dicht de luchtinlaat- en uitlaatopeningen af.

• Smeer de glanzende onderdelen.

• Bescherm de rubber componenten tegen directzonlicht.

• Vul de brandstoftank

• Verzeker u ervan dat de banden de juiste spanninghebben.

Page 101: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 99Bediening

Informatie over transport

Informatie over transport

Machine vervoeren

Zorg dat het gewicht van machine plus het gewichtvan het transportvoertuig overal langs de rijroutevoldoet aan de plaatselijke wetten en voorschriften.

Controleer of er op de voorgenomen rijroutevoldoende doorgang in de hoogte en de breedte isvoor het transportvoertuig wanneer de machine eropgeladen is.

Verwijder ijs, sneeuw of ander glibberig materiaalvan het transportvoertuig, de treinwagon of hetlaadplatform voordat u de machine laadt.

Blokkeer altijd de wielen van het transportvoertuig ofde treinwagon voordat u de machine laadt.

De giek moet geheel zijn ingeschoven. De giek moetook zo ver zijn neergelaten dat de snelkoppeling ofhet uitrustingsstuk op het transportvoertuig rust.

OPGELETNeem alle nationale en plaatselijke wetten in acht be-treffende het gewicht, de breedte en de lengte van delading.

Zorg ervoor dat het koelsysteem de juiste antivriesheeft als de machine naar een koeler klimaat wordtgebracht.

Neem alle voorschriften in acht betreffende brede la-dingen.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Specificaties”voor de standaard afmetingen en de gewichten voortransport van een standaard machine.

Op de weg rijden met demachine

Informeer bij de desbetreffende instanties naar devereiste vergunningen en andere dergelijke zaken.

Pomp de banden op tot de juiste spanning.Gebruik een zelfbevestigende pompnippel enga tijdens het oppompen achter het loopvlakvan de band staan. Raadpleeg de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Bandenspanning -Controleren”.

g01074041Illustratie 146

Zet de achterlichten in de LAAGSTE stand als u metde machine op de openbare weg rijdt.

Zet de achterlichten in de HOOGSTE stand als demachine onder normale bedrijfsomstandighedengebruikt.

Bedien de machine alleen in de modusTweewielbesturing wanneer u met de machine opde openbare weg rijdt. Raadpleeg de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Bedieningselementen”voor meer informatie.

Rijd met de giek volledig ingeschoven en zover mogelijk naar beneden terwijl u voldoendebodemvrijheid voor de koppeling of het uitrustingsstukhoudt. In sommige landen is het bij de wet verplichtom de giekfuncties en hulphydrauliekfuncties tevergrendelen voordat u met de machine op deopenbare weg rijdt. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Bedieningselementen”voor informatie over het blokkeren van alle giek- enhulphydrauliekfuncties.

Rijd met matige snelheid. Houd u aan demaximumsnelheid wanneer u met de machine op deweg rijdt.

Wanneer u over lange afstanden rijdt, moet u pauzesinlassen om de banden en de componenten te latenafkoelen. Stop gedurende 30 minuten na 40 km(25 mijl) of stop gedurende 30 minuten na elk uur.

Page 102: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

100 31200356BedieningInformatie over transport

Machine hijsen en vastsjorren

Een machine kan gaan schuiven als verkeerdeprocedures of apparatuur worden gebruikt voorhet voor vervoer hijsen en vastzetten van demachine. Zorg ervoor dat de juiste apparatuuren procedures worden gebruikt voor het voorvervoer hijsen en vastzetten van de machine. Alseen machine gaat schuiven, kan dit ernstig ofdodelijk letsel veroorzaken.

g00863232Illustratie 147

1. Gebruik uitrusting die geschikt is voor het gewichtvan de te hijsen machine.

2. De breedte van de spreidstangen moet voldoendezijn om beschadiging van de machine tevoorkomen.

3. Bevestig de uitrusting aan de vier aanwezigehijspunten.

g00863696Illustratie 148

4. Breng sjorkabels aan, die geschikt zijn voor hetgewicht van de machine. Breng de sjorkabels opalle vier de aanwezige punten aan.

5. Blokkeer de voorste en achterste wielen van demachine.

6. Schakel de parkeerrem in en zet detransmissiehendel in de stand NEUTRAAL.

7. Zorg dat de giek volledig is ingeschoven. Zorg datde giek omlaag staat.

8. Stop de motor en verwijder de contactsleutel.

9. Bedek de opening van de uitlaatpijp om mogelijkeschade aan de turbocharger van de motor tevoorkomen.

Als u ergens niet zeker van bent, raadpleeg dan uwCaterpillar dealer voor meer informatie.

Page 103: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 10 1Bediening

Informatie over slepen

Informatie over slepen

Machine slepen

Defecte machine slepen

Het verkeerd slepen van een defecte machine kanernstige of dodelijke ongevallen tot gevolg heb-ben.

Blokkeer de machine om beweging te voorkomenvoordat u de remmen uitschakelt. De machine kanwegrollen indien hij niet geblokkeerd is.

Volg de onderstaande aanbevelingen omde sleep-procedure naar behoren uit te voeren.

Opme rking: De T H58 0B m ac hi nehebben beperkt sleepvermogen op terrein wanneerde machines met een takelkoppeling zijn uitgerust.Het brutogewicht van de aanhanger mag niet meerdan 3 ton zijn. De verticale belasting die op dekoppeling wordt uitgeoefend, mag niet meer dan 0,5ton zijn. De takelkoppeling die zich aan de achterkantv an a ll e T H58 0B m ac hi nes b ev in dt, isbedoeld om de machine in veiligheid te brengenwanneer de machine defect is.

De volgende sleepinstructies gelden voor hetverplaatsen van een machine over een korte afstandmet een lage snelheid. Verplaats de machine met eensnelheid van niet meer dan 8 km/u (5 mph) naar eengeschikte plaats voor reparaties. Deze instructies zijnuitsluitend voor noodsituaties. Laad de machine altijdop een geschikt transportvoertuig indien de machineover een lange afstand moet worden verplaatst.

De parkeerrem van de defecte machine moet zijningeschakeld en de wielen moeten zijn geblokkeerd.

De giek moet volledig zijn ingeschoven enneergelaten en de last moet worden verwijderdvoordat de machine wordt gesleept. Als geenhydraulische kracht beschikbaar is, dient ude Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Uitrustingsstukken neerlaten zonder hydraulischekracht” te raadplegen om de giek in te schuiven enneer te laten.

Om beschadiging van de defecte machine tevoorkomen moeten de voorste en achtersteaandrijfas vóór het slepen worden verwijderd.Raadpleeg Disassembly and Assembly, RENR5186,“Drive Shaft - Remove and Install” (Demontage enmontage, Aandrijfas - Verwijderen en installeren).

Gebruik geen kettingen voor het slepen van eenmachine. De kettingschakels kunnen zondervoorafgaande waarschuwing breken. Gebruik eenstaalkabel met lussen of ringen aan de uiteinden ofeen stijve sleepstang. Voordat de machine wordtgesleept, dient u zich ervan te verzekeren dat desleepkabel of sleepstang in goede staat verkeert.Verzeker u ervan dat de sleepkabel of sleepstangsterk genoeg is voor de omstandigheden in kwestie.De sleepkabel of sleepstang moet minstens 150procent van het bruto gewicht van de gesleeptemachine kunnen trekken. Dit is van toepassing op hetslepen van een defecte machine die in de moddervastzit en op het slepen van een machine op eenhelling.

g01074069Illustratie 150

Page 104: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

102 31200356BedieningInformatie over slepen

Voor het slepen of in veiligheid brengen van demachine aan de voorkant moet sleepuitrusting aande hijspunten op het frame aan de voorkant van demachine worden bevestigd.

g00952474Illustratie 151

Voor het slepen of in veiligheid brengen van demachine aan de achterkant bevestigt u de sleepkabelof sleepstang aan de takelkoppeling aan deachterkant van de machine.

Normaliter moet de sleepmachine ten minste evengroot zijn als de defecte machine. Verzeker u ervandat de sleepmachine voldoende remvermogen,gewicht en vermogen heeft. De sleepmachine moetin staat zijn om beide machines onder controle tehouden voor de helling, afstand en omstandighedenin kwestie.

Om voldoende controle en remkracht te leverenwanneer een defecte machine hellingafwaarts moetworden gesleept, zijn een grotere sleepmachine eneen stevige sleepstang vereist.

Op beide machines moeten schermen wordengeplaatst. Hierdoor wordt de machinist beschermdals de sleepkabel of de sleepstang breekt.

Niemand mag zich op de defecte machine bevindenbehalve de machinist. Sta de machinist alleen op dedefecte machine toe als hij het sturen en/of remmenkan regelen.

Laat iemand, die op veilige afstand staat, deprocedure in de gaten houden. Deze persoon kan deprocedure stoppen als de kabel begint te breken of terafelen. Stop de procedure wanneer de sleepmachinerijdt zonder dat de gesleepte machine rijdt.

Schakel de parkeerrem pas uit of verwijder deblokken pas van de wielen als de sleepkabel ofsleepstang het gewicht van de defecte machine heeftovergenomen.

Snelle manoeuvres kunnen de sleepkabel of desleepstang overbelasten. Hierdoor kan de sleepkabelof de sleepstang breken. Geleidelijke, kalmebewegingen van de machine zijn effectiever.

Houd de hoek van de sleepkabel zo klein mogelijk.De hoek mag niet meer dan 30 graden bedragen tenopzichte van de stand recht vooruit.

De vereisten voor alle situaties kunnen niet wordenopgesomd. Zo zal voor het slepen van een machineop vlakke grond slechts een minimale trekkrachtvereist zijn, terwijl voor het slepen op een helling metslechte bodemcondities een maximale trekkracht isvereist.

Als er twijfel bestaat, raadpleeg dan uw Caterpillardealer voordat u tracht een defecte machine teslepen.

Slepen met de machineOpmerk ing: De T H 580 B mac hi ne shebben beperkt sleepvermogen op terrein.

Als het gecombineerde gewicht van de machi-ne, het gesleepte uitrustingsstuk en de lading inhet uitrustingsstuk het beschikbare remvermogenvan demachine plus het gesleepte uitrustingsstukoverschrijdt, kan de combinatie onbestuurbaarworden. De machinist moet controleren of hetgecombineerde gewicht het gecombineerde rem-vermogen niet overschrijdt. Onbestuurbaarheidkan ernstige of dodelijke ongelukken veroorza-ken.

Opmerking: Het maximale toegestane gewichtvan het uitrustingsstuk en de lading moet wellichtworden verminderd als het uitrustingsstuk niet opvlakke grond wordt gesleept. De snelheid van demachine moet wellicht ook worden verlaagd als hetuitrustingsstuk niet op vlakke grond wordt gesleept.

Gesleepte uitrustingsstukken die de hierbovenweergegeven gewichten overschrijden, moetenmet een geschikt type remsysteem zijn uitgerust.Het remsysteem moet voldoende remvermogenhebben om het remvermogen van de machine aante vullen.

Verzeker u ervan dat de remspecificaties voorhet gesleepte uitrustingsstuk aan de plaatselijkevoorschriften voor uw voorgenomen toepassingvoldoen. Zorg dat dit door de leverancier van hetgesleepte uitrustingsstuk is bevestigd.

Page 105: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 10 3Bediening

Informatie over slepen

Voor gesleepte uitrustingsstukken met een voldoendekrachtig remsysteem kunt u tabel 3 raadplegen.

Tabel 3

Soort koppeling TH580B

Maximaal gewicht vanuitrustingsstuk en lading

3000 kg (6600 lb)Takelkoppeling(1)

Maximale verticalegewichtscomponent opde koppelingsverbinding

500 kg (1100 lb)

(1) Alleen voor gebruik op terrein

Opmerking: Wanneer u de machine met eengesleept uitrustingsstuk gebruikt, controleer demotor- en transmissietemperatuur dan vaker.Controleer de temperaturen vaker wanneer u demachine op een helling gebruikt. Als een van beidetemperaturen boven het normale bedrijfsgebeid vande machine stijgt, gebruik de machine dan in eenlagere versnelling.

Takelkoppeling

g01068287Illustratie 152

Om het sleepuitrustingsstuk aan te koppelenverwijdert u pen (1). Lijn de machine en het sleepoogvan het uitrustingsstuk uit. Rijd de machine achteruitmet de hulp van een andere persoon om eengemakkelijke aankoppeling te verzekeren.

Zet pen (1) met verende pen (2) vast.

Opmerking: De takelkoppeling is alleen geschiktvoor gebruik op terrein.

Page 106: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

104 31200356BedieningMotor starten (alternatieve methoden)

Motor starten (alternatievemethoden)

Motor starten methulpstartkabels

Het niet naar behoren onderhouden van de accu’skan lichamelijk letsel veroorzaken.

Zorg dat geen vonken in de buurt van de accu’skomen. Ze kunnen dampen doen ontploffen. Zorgdat de uiteinden van de hulpstartkabels elkaar ofde machine niet raken.

Rook niet tijdens het controleren van het elektro-lytpeil in de accu’s.

Elektrolyt is een zuur dat lichamelijk letsel kan ver-oorzaken als het in contact komt met de huid ofogen.

Draag steeds een veiligheidsbril wanneer u eenmachine met behulp van hulpstartkabels start.

Het verkeerd verbinden van hulpstartkabels kaneen ontploffing veroorzaken met als gevolg licha-melijk letsel.

Wanneer u hulpstartkabels gebruikt, verbindt usteeds eerst de plusstartkabel (+) met pluspool(+) van de accu. Vervolgens verbindt u de min-startkabel (-) met het chassis bij de accu vandaan.Volg de procedure in de Bedienings- en Onder-houdshandleiding.

Start de machine alleen met behulp van een start-bron met dezelfde spanning als de machine metde lege accu.

Schakel alle lichten en accessoires op de machi-ne met de lege accu uit. Anders worden deze inwerking gesteld wanneer de startbron wordt aan-gesloten.

Deze machine heeft een 12 volt systeem. Wanneergeen hulpstartcontactdozen beschikbaar zijn, moetde volgende procedure gebruikt worden. Als de acculeeg is, is het mogelijk dat u de accu met een zwakkel aa ds tro om moe t op lad en.

1. Schakel de parkeerrem op de machine met delege accu in. Plaats de transmissie in neutraal.Laat het uitrustingsstuk op de grond zakken.Plaats alle bedieningselementen in de standHOUDEN.

2. Draai het contactslot op de machine met de legeaccu naar de stand UIT. Schakel alle accessoiresuit.

3. Draai de accuschakelaar op de machine met delege accu naar de stand AAN (indien aanwezig).

4. Rijd de machine die als startbron wordt gebruikt,dicht genoeg bij de machine met de lege accuzodat de startkabels de machine met de lege accukunnen bereiken. Zorg dat de machines elkaarniet raken.

5. Schakel de parkeerrem in van de machine die alsstartbron wordt gebruikt.

6. Stop de motor van de machine die als startbronwordt gebruikt. Als u een hulpstartbron gebruikt,schakel het laadsysteem dan uit.

7. Verzeker u ervan dat de dopjes van de accu’s opbeide machines goed vastzitten. Verzeker u ervandat de dopjes van de accu’s op hun plaats zitten.Verzeker u ervan dat de accu’s op de machinemet de lege accu niet bevroren zijn. Controleer ofde accu’s voldoende elektrolyt hebben. Draag bijhet uitvoeren van deze taak een gelaatsmaskeren beschermende kleding.

8. De pluseinden van de hulpstartkabel zijn rood.Verbind het ene pluseinde van de hulpstartkabelmet de plus-kabelpool van de lege accu. Sommigemachines hebben accusets.

Opmerking: Accu’s in serie kunnen zich inafzonderlijke ruimten bevinden. Gebruik deaansluiting die verbonden is met het startmotorrelais.Deze accu of accuset bevindt zich normaliter aandezelfde kant van de machine als de startmotor.

Zorg ervoor dat de plus-kabelklemmen alleen metde accupolen en niet met ander metaal in contactkomen.

9. Verbind het andere pluseinde van dehulpstartkabel met de plus-kabelpool van destartbron.

10.Verbind het ene mineinde van de hulpstartkabelmet de min-kabelpool van de startbron.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 107: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 10 5Bediening

Motor starten (alternatieve methoden)

11.Verbind ten slotte het andere mineinde van dehulpstartkabel met het chassis van de machinemet de lege accu. Verbind de hulpstartkabel nietmet de accupool. Zorg dat de hulpstartkabels nietin contact komen met de volgende componenten:brandstofleidingen, hydrauliekleidingen enbewegende onderdelen.

12.Start de motor van de machine die als startbronwordt gebruikt, of schakel het laadsysteem op dehulpstartbron in.

13.Wacht ten minste twee minuten voordat u demachine met de lege accu probeert te starten.Hierdoor kunnen de accu’s in de machine metlege accu gedeeltelijk worden geladen.

14.Probeer de motor van de machine met de legeaccu te starten. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Motor starten” voor dejuiste startprocedure.

15.Onmiddellijk na het starten van de motorvan de machine met de lege accu moetende hulpstartkabels in omgekeerde volgordelosgemaakt worden.

Page 108: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

106 31200356OnderhoudToegang voor onderhoud

Onderhoud

Toegang voor onderhoud

Toegangsluiken

g00954656Illustratie 153

Het motorluik (1) bevindt zich aan de rechterkant vande machine. Open toegangsluik (1) om de volgendecomponenten te kunnen bereiken:

• Accu’s

• Riem

• Automatische zekeringen

• Koelvloeistoftank en drukdop

• Thermostaat

• Motorluchtfilters

• Motorsteunen

• Motoroliepeilstok

• Motorolievuldop

• Motoroliefilter

• Motorcarteraftapleiding

• Brandstofverstuivers

• Brandstofsysteemontluchtingspomp

• Hoofdbrandstoffilter/waterafscheiderelement

• Radiator

• Turbocharger

g00954654Illustratie 154

Het deksel van de hydrauliekolie- en brandstofvulpijp(2) bevindt zich aan de linkerkant van de machine.Open toegangsluik (2) om de volgende componentente kunnen bereiken:

• Cabineluchtvoorfilter

• Zekeringen en relais

• Brandstoftank en vuldop

• Hydrauliekolietank en vuldop

• Kijkglas voor de hydrauliekolie

Page 109: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 10 7Onderhoud

Informatie over bandenspanning

Informatie overbandenspanning

Banden oppompen met lucht

Gebruik een zelfbevestigende nippel en ga tijdenshet oppompen achter het loopvlak van de bandstaan.

De juiste apparatuur en training in het gebruik vande apparatuur zijn nodig om te voorkomen dat debandenspanning te hoog wordt. Het klappen vaneen band of het defect raken van een velg kan hetgevolg zijn van verkeerde of verkeerd gebruikteapparatuur.

Installeer de band op de machine of zet hem ineen veiligheidsinrichting vast voordat u de bandoppompt.

OPGELETStel de regelaar van het pompmaterieel op niet meerdan 140 kPa (20 psi) boven de aanbevolen banden-spanning in.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Bandenspanningtijdens transport” voor bedrijfsspanning.

Ban den span nin g

Het verkeerd oppompen van banden kan ernstigletsel veroorzaken.

Indien de uitrusting onjuist gebruikt of misbruiktwordt, kan dat een klapband of een defect aan eenvelg tot gevolg hebben.

Gebruik een zelfbevestigende nippel en ga ach-ter het loopvlak van de band staan wanneer u eenband oppompt.

De juiste uitrusting voor het oppompen en trainingin het gebruik van de uitrusting zijn nodig om tevoorkomen dat de banden te hard worden opge-pompt.

Plaats de band in een veiligheidsinrichting voor-dat u de band oppompt.

De druk van de bandinflatie die in de volgende lijst wordt getoond is koude inflatiedruk

Ga achter het loopvlak van de band staan engebruik een pompnippel op de luchtslang meteen Caterpillar 4S-6524 bandenspanningsmeterof 1P-0545 bandenspanningsmeter. Als dezebandenspanningsmeters niet verkrijgbaar zijn,kunt u een gelijkwaardig product gebruiken om debandenspanning te controleren.

De ban den sp ann ing v oor b and en d ie in deEAME geb ied en w or den geb ru ik t, wo rd t in d e v olg end etabellen weergegeven.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 110: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

108 31200356OnderhoudInformatie over bandenspanning

Tabel 5

EAME normenBandenmaat Aantal lagen Bandenspanning

tijdens transport

14-24 16PR TG02 16 3.75 Bar (54 psi)

14-24 SGG-2A 16PR 16 5.5 Bar (80 psi)

Raadpleeg de onderwerpen in de onderstaande lijstvoor meer informatie over bandenspanning:

• “ Ba nde noppompen met lucht”

• “Bandenspanning bijstellen ”

Bandenspanning bijstellen

De bandenspanning in een warme garage tussen18 en 21 °C (65 en 70 °F) verandert aanzienlijk als ude machine naar temperaturen onder het vriespuntbrengt. Als u de band in een warme werkplaats totde juiste spanning oppompt, is de bandenspanningte laag bij temperaturen onder het vriespunt. Lagespanning verkort de levensduur van een band.

Page 111: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 10 9Onderhoud

De Schade van de band Voor pneumatische banden, wanneer om het even welk snijden, scheur of scheur wordt ontdekt die zijwand of loopvlakgebiedskoorden in de band blootstellen, moeten de maatregelen worden getroffen om het product uit de dienst onmiddellijk te verwijderen. De regelingen moeten voor vervanging van de band of de bandassemblage worden gemaakt. Voor polyurethaanschuim gevulde banden, wanneer om het even welk van het volgende worden ontdekt, moeten de maatregelen worden getroffen om het product uit de dienst onmiddellijk te verwijderen. De regelingen moeten voor vervanging van de band of de bandassemblage worden gemaakt.

• Vlot zelfs gesneden door de koordstapels die 7,5 cm (3 binnen) in totale lengte overschrijdt.

• Om het even welke scheuren of scheurt (haveloze randen) in de koordstapels wat 2,5 cm (1 binnen) in om het even welke richting overschrijdt.

Om het even welke puncturen die 2,5 cm (1 binnen) in diameter overschrijden. Als een band maar binnen de hierboven genoteerde criteria beschadigd is, moet de band worden geïnspecteerd dagelijks om te verzekeren de schade zich niet voorbij de toelaatbare criteria heeft verspreid.

De Vervanging van de band

Men adviseert dat een vervangingsband de zelfde grootte is, de vouw en het merk zoals oorspronkelijk geïnstalleerd. Verwijs naar het aangewezen delenhandboek voor het opdracht geven van tot informatie. Als het gebruiken van geen goedgekeurde vervangingsband, moeten de vervangingsbanden de volgende kenmerken hebben:

• Gelijke of grotere vouw/ladingsclassificatie en grootte van origineel.

• Van het het loopvlakcontact van de band de breedtegelijke of groter dan origineel.

• De diameter van het wiel, breedte en gecompenseerde afmetingen gelijk aan origineel.

• Goedgekeurd voor de toepassing door de bandfabrikant (met inbegrip van inflatiedruk en maximumbandlading).

De Vervanging van het wiel De geïnstalleerde randen zijn ontworpen voor stabiliteitsvereisten die uit spoorbreedte, banddruk en ladingscapaciteit bestaan. De veranderingen van de grootte zoals randbreedte, de plaats van het centrumstuk, grotere of kleinere diameter, enz., zonder geschreven fabrieksaanbevelingen, kunnen in onveilige voorwaarde betreffende stabiliteit resulteren.

De Installatie van het wiel en van de Band Het handvatnoten van de torsie vóór eerste gebruik en na elke wielverwijdering. Nota: Als de machine met richtingbandassemblage uitgerust is, moet de wiel en bandassemblage met het richtingloopvlakpatroon "pijlen" onder ogen ziend in de richting van voorwaartse reis worden geïnstalleerd.

1. Begin alle noten door hand om het dwars inpassen te verhinderen. Gebruik geen smeermiddel op draden of noten.

2. Haal handvatnoten in een afwisselend patroon aan. Torsie aan 400-520 NM (295-384 pond-voet).

UITEINDE OVER GEVAAR. De noten van het handvat moeten bij de juiste torsie worden geïnstalleerd en worden gehandhaafd om losse wielen, gebroken nagels en mogelijke scheiding van wiel as te verhinderen. Het nalaten te voldoen kon in dood of ernstige verwonding resulteren.

Page 112: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 113: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 111Onderhoud

Smeermiddelviscositeiten en inhouden

Inhouden

Tabel 7

INHOUDEN BIJ BENADERING VOOR DE TH580B

Huis of systeem liter Am.gallon

Eng.gallon

Koelsysteem (totaleinhoud zonderverwarmer)12 kW goudkleurigekoeler

22,5 5,9 5,0

Koelsysteem(totale inhoud metverwarmer)12 kW goudkleurigekoeler

23,5 6,2 5,2

Koelsysteem (totaleinhoud zonderverwarmer)20 kW zwarte koeler

23,5 6,2 5,2

Koelsysteem(totale inhoud metverwarmer)20 kW zwarte koeler

24,5 6,5 5,4

Brandstoftank(tankinhoud) 110 29 24,2

Totale motor(olie-inhoud)74,5 kW (99 pk) motor

Max.peil8,4

Min. peil7,1

Max.peil2,2

Min. peil1,9

Max.peil1,8Min.peil1,6

Totale motor(olie-inhoud)92 kW (123 hp) motorof 93.1kW (125pk)

Max.peil8,5

Min. peil6,8

Max.peil2,2

Min. peil1,8

Max.peil1,9Min.peil1,5

Differentieel vooras(1) 14,5 3,8 3,2

Differentieel achteras 14,5 3,8 3,2

Eindaandrijvingsna-ven (per naaf) 1,7 .44 0,37

Hydraulisch systeem(inclusief dehydrauliekolietanken de transmissie)

105,3 27,8 23,2

Sproeierreservoir 5 1,3 1,1(1) Hoeveelheden exclusief 0,4 l (0,11 Am. gallon) 197-0017wrijvingswijziger (as en rem).

Informatie over S·O·S

S·O·S service wordt sterk aanbevolen voorCaterpillar klanten om eigendoms- en bedrijfskostentot een minimum te beperken. Klanten verschaffenoliemonsters, koelvloeistofmonsters en andereinformatie over de machine. De dealer gebruikt degegevens om aanbevelingen aan de klant te doenvoor het beheer van het materieel. S·O·S service kanook de oorzaak van een bestaand probleem met eenproduct helpen opsporen.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Onderhoudsschema”voor een specifieke monsternameplaats en voorde onderhoudsperiode.

Neem contact op met uw Caterpillar dealer voorcomplete informatie en als u hulp nodig hebt bijhet opstellen van een S·O·S programma voor uwmaterieel.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 114: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

11 2 31200356OnderhoudOnderhoudsondersteuning

Onderhoudsondersteuning

Lassen op machines enmotoren met elektronischebedieningselementen

De juiste lasprocedures moeten worden gebruikt omschade aan de elektronische bedieningselementenen de lagers te voorkomen. Haal de component diegelast moet worden, zo mogelijk uit de machine ofmotor en las de component dan. Wanneer u nabijeen elektronisch bedieningselement op de machineof motor moet lassen, verwijdert u het elektronischebedieningselement tijdelijk om schade als gevolg vanhitte te voorkomen. De volgende stappen moetenworden gevolgd om op een machine of een motormet elektronische bedieningselementen te lassen.

1. Zet de motor uit. Plaats het contactslot in de standUIT.

2. Draai de accuschakelaar, indien aanwezig, naarde stand UIT. Als er geen accuschakelaar is,verwijdert u de min-accukabel bij de accu.

OPGELETGebruik GEEN elektrische componenten (ECM ofECM sensoren) of aardingspunten voor elektronischecomponenten voor het aarden van het lasapparaat.

3. Klem de massakabel tussen het lasapparaaten de te lassen component. Plaats de klemzo dicht mogelijk bij de las. Verzeker u ervandat de stroomweg van de massakabel naar decomponent niet via een lager loopt. Gebruikdeze procedure om de kans op schade aan devolgende componenten te beperken:

• Lagers van de aandrijflijn

• Hydraulische componenten

• Elektrische componenten

• Andere componenten van de machine

4. Bescherm draadbomen tegen de deeltjes diebij het lassen ontstaan. Bescherm draadbomentegen de spatten die bij het lassen ontstaan.

5. Gebruik standaard lasprocedures om dematerialen aan elkaar te lassen.

Page 115: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 113 Onderhoud

Onderhoudsschema

Onderhoudsschema

Opmerking: U dient alle veiligheidsinformatie, waarschuwingen en instructies te lezen en te begrijpen voordat u een bedienings- of onderhoudsprocedure uitvoert.

Voordat elke volgende onderhoudsbeurt wordt uitgevoerd, moeten alle onderhoudseisen van de vorige onderhoudsbeurt eerst worden uitgevoerd.

Wanneer nodig

Asontluchters - Reinigen/vervangen.....................115 Accu - Recyclen ...................................................115 Accu of accukabel - Inspecteren/vervangen ........116 Giekuitschuifcilinder-Ontluchten ....................... 120 Giek en frame - Inspecteren ............................... 123 Automatische zekeringen - Testen ...................... 127 Koelsysteemdrukdop - Reinigen/vervangen ...... 132 Voorfilterelement van motorluchtfilter - Reinigen/vervangen ......................................... 138

Secundair element van motorluchtfilter - Vervangen.......................................................... 140

Brandstofsysteem - Voorvullen ........................... 146 Dop van brandstoftank - Reinigen ...................... 148 Zekeringen en relais - Vervangen ....................... 150 Oliefilter- Inspecteren ........................................ 154 Parkeerrem - Afstellen......................................... 154 Radiatorblok - Reinigen ..................................... 155 Ruitensproeierreservoir-Vullen ......................... 164 Ruitenwisser-Inspecteren/vervangen ............... 164

Om de 10 bedrijfsuren of dagelijks

Achteruitrij-alarm - Testen ...................................115 Remsysteem - Testen ........................................ 125 Koelvloeistofpeil van koelsysteem - Controleren ....................................................... 130

Motoroliepeil - Controleren ................................. 141 Waterafscheider van brandstofsysteem - Aftappen............................................................. 147

Water en bezinksel in brandstoftank - Aftappen .. 149 Verklikkers en meters - Testen ........................... 152 Veiligheidsgordel - Inspecteren .......................... 158 Bandenspanning - Controleren .......................... 159 Transmissie en hydraulisch systeem - Oliepeil controleren......................................................... 162

Aandraaimoment van wielmoeren - Controleren .......................................................................... 164

Ruiten - Reinigen................................................. 164 Uitrustingsstuk - Inspecteren/vervangen ............ 165 Om de 50 bedrijfsuren Giekkopsegment - Smeren.................................. 120

Om de 100 bedrijfsuren of maandelijks

Indicator voorstabiliteit in de lengte - Testen ...... 153

Om de 250 bedrijfsuren

Motoroliemonster-Nemen………………………… 141 Na eerste 500 uur (voor nieuwe, opnieuw gevulde en omgeschakelde systemen) Koelvloeistofmonster uit koelsysteem (niveau 2) - Nemen .............................................................. 132

Om de 500 bedrijfsuren

Koelvloeistofmonster uit koelsysteem (niveau 1) - Nemen .............................................................. 131

Differentieeloliemonster - Nemen ....................... 136 Eindaandrijvingolie - Monster nemen ................. 145 Transmissie en hydraulisch systeem - Oliemonster nemen................................................................ 163

Om de 500 bedrijfsuren of 6 maanden

Spanning van giekketting - Controleren/ afstellen ..............................................................117

Scharnieras van giek-Smeren .......................... 120 Cabineluchtfilter-Reinigen/vervangen .............. 126 Differentieeloliepeil - Controleren ....................... 135 Aandrijfasspiebaan - Smeren ............................. 136 Bouten van aandrijfaskruiskoppelingen - Controleren ....................................................... 137

Voorfilterelement van motorluchtfilter - Reinigen/vervangen ......................................... 138

Voorfilterelement van motorluchtfilter - Vervangen ......................................................... 140

Secundair element van motorluchtfilter - Vervangen ......................................................... 140

Motorolie en -filter- Verversen en vervangen ..... 142 Eindaandrijvingoliepeil - Controleren ................. 145 Vork-horizontaalcilinderpen - Smeren ................. 146 Chassis-horizontaalcilinderpen - Smeren............ 146 Waterafscheiderelement van brandstofsysteem - Vervangen ........................................................ 147

Indicator voorstabiliteit in de lengte- Kalibreren ..153 Riemschijf voor giekuitschuifketting - Smeren .... 155 Riemschijf voor giekinschuifketting - Smeren...... 155 Stempel-en cilinderlagers - Smeren .................. 159

Om de 1000 bedrijfsuren of jaarlijks

Riem - Inspecteren/vervangen ............................. 116 Speling van giekslijtplaten - Inspecteren/ afstellen ............................................................. 121

Differentieelolie - Verversen ............................... 134 Eindaandrijvingolie - Verversen ......................... 144 ROPS-constructie (bescherming bij omkantelen) en FOPS-constructie (bescherming tegen vallende voorwerpen) - Inspecteren................................. 157

Olie van transmissie en hydraulisch systeem - Verversen........................................................... 159

Transmissie en hydraulisch systeem - Oliefilter vervangen ......................................................... 161

Page 116: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

11 4 31200356OnderhoudOnderhoudsschema

Uitrustingsstuk - Inspecteren/vervangen ............ 165

Om de 2000 bedrijfsuren of 2 jaar

Motorklepspeling - Controleren ........................... 143Koelmiddeldroger - Vervangen ........................... 156Tankontluchter van transmissie en hydraulischsysteem - Reinigen ........................................... 163Turbocharger - Inspecteren ............................... 163

Jaarlijks

Koelvloeistofmonster uit koelsysteem (niveau 2) -Nemen .............................................................. 132

Om de 3 jaar na de installatiedatum of om de5 jaar na de productiedatum

Veiligheidsgordel - Vervangen ............................ 158

Om de 3000 bedrijfsuren of 3 jaar

Giekketting - Inspecteren/smeren ........................ 117Thermostaat van koelsysteem - Vervangen ...... 133Motorsteunen - Inspecteren ............................... 141

K oe lv lo eis to f i n k oel sy s t ee m - Ver ve r se n . ............ 127

Page 117: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 11 5Onderhoud

Hoogwerkplatform - Inspecteren

Asontluchters -Reinigen/vervangen

1. Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif degiek volledig in en breng hem helemaal omlaag.Breng de transmissiehendel naar de standNEUTRAAL en zorg ervoor dat de parkeerrem isingeschakeld. Zet de motor uit.

g00979103Illustratie 155Asontluchter

2. Zoek de asontluchters rechts van de voor- enachterassen op. Reinig het gebied rond deontluchters. Verwijder de ontluchters uit de voor-en achterassen.

3. Was de ontluchters in een schoon,niet-ontvlambaar oplosmiddel. Veeg deontluchters schoon en controleer ze opbeschadiging.

4. Vervang de ontluchters als ze zijn beschadigd.Installeer de schone ontluchters weer in de assen.

Achteruitrij-alarm - Testen

Het achteruitrij-alarm bevindt zich aan de achterkantvan de machine.

Draai het contactslot naar de stand AAN om de testuit te voeren.

Schakel de bedrijfsrem in. Plaats detransmissiehendel in de stand ACHTERUIT.

Het achteruitrij-alarm dient onmiddellijk teweerklinken. Het achteruitrij-alarm blijft weerklinkentotdat de transmissiehendel in de stand NEUTRAALof VOORUIT is geplaatst.

Het achteruitrij-alarm heeft één geluidsniveau. Hetgeluidsniveau kan niet worden bijgesteld.

Accu - Recyclen

Recycle een accu altijd. Gooi een accu nooit weg.

Page 118: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

11 6 31200356OnderhoudAccu of accukabel - Inspecteren/vervangen

Breng gebruikte accu’s altijd naar een van devolgende plaatsen:

• Een acculeverancier

• Een erkende accuverzamelplaats.

• Een recycleplaats

Accu of accukabel -Inspecteren/vervangen

1. Draai de contactsleutel naar de stand UIT. Draaialle schakelaars naar de stand UIT.

2. De accuschakelaar (indien aanwezig) bevindtzich in de motorruimte boven de accu. Draai desleutel voor de accuschakelaar naar de stand UIT.Verwijder de sleutel. Raadpleeg de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Accuschakelaar”voor meer informatie.

3. Maak de min-accukabel los bij de accuschakelaar.

Opmerking: Sommige machines hebben tweeaccu’s. Laat de losgemaakte accukabel deaccuschakelaar of de machine niet raken.

4. Maak de min-accukabel los van de accu.

5. Maak de pluskabel bij de accu los.

6. Inspecteer de accupolen op corrosie. Inspecteerde accukabels op slijtage of beschadiging.

7. Voer zo nodig reparaties uit. Vervang deaccukabels, de accu of de accuschakelaar zonodig.

8. Sluit het einde van de pluskabel aan dat zich bijde accu bevindt.

9. Sluit de min-accukabel op de accu aan.

10.Verbind de min-accukabel bij de accuschakelaar.

11.Steek de sleutel in de accuschakelaar. Draai deaccuschakelaar naar de stand AAN.

Riem - Inspecteren/vervangen

InspecterenOpmerking: Als een nieuwe riem wordt geïnstalleerd,controleert u de sticker op de riemspaninrichting(2) na 30 minuten gebruik. Een riem wordt na 30minuten bedrijf als gebruikt beschouwd.

1. Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif degiek volledig in en breng hem helemaal omlaag.Zet de transmissiehendel in de stand NEUTRAALen schakel de parkeerrem in. Zet de motor uit.

2. Open de motoromkasting.

g00953133Illustratie 156

3. Inspecteer de conditie van riem (1).

4. Vervang de riem als een van de volgendeomstandigheden zich voordoet:

• overmatige barsten

• overmatige slijtage

• overmatige beschadiging

5. Inspecteer de vrije-armaanslag van deriemspaninrichting (2). De vrije-armaanslagmoet op één lijn liggen met de zwarte streepop de sticker van riemspaninrichting (2). Als devrije-armaanslag in het rode gebied is, vervangtu de riem.

6. Sluit de motoromkasting.

Page 119: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 11 7Onderhoud

Giekketting - Inspecteren/smeren

Vervangen1. Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif degiek volledig in en breng hem helemaal omlaag.Zet de transmissiehendel in de stand NEUTRAALen schakel de parkeerrem in. Zet de motor uit.

2. Open de motoromkasting.

3. Draai de accuschakelaar naar de stand UIT.

4. Verwijder de borgbouten van deventilatorbeschermplaat. Schuif de beschermplaatuit de motoromkasting.

g00953133Illustratie 157

5. Ontlast de spanning op de riem (1). Steek eenratel van 12,7 mm (0,50 inch) in het vierkantegat in de riemspaninrichting (2) en wrik deriemspaninrichting linksom los.

6. Verwijder de riem van de riemschijven. Installeerde riem over de ventilator.

7. Installeer de nieuwe riem rond de riemschijven.Wrik de riemspaninrichting rechtsom vast.Installeer de riem rond de riemspaninrichting.Draai de riemspaninrichting los om de riem tespannen. De baan van de riem wordt in illustratie157 afgebeeld.

8. Installeer de ventilatorbeschermplaat en draai deborgbouten aan tot een aandraaimoment van15 ± 3 N·m (11,1 ± 2 lb ft).

9. Draai de accuschakelaar naar de stand AAN.

10.Sluit de motoromkasting.

Giekketting - Inspecteren/smeren

Opmerking: De volgende informatie heeft alleenbetrekking op machines die een vierdelige giekhebben.

g01077942Illustratie 158

Voor inspectie moeten de giekuitschuifkettingen engiekinschuifkettingen van de giek worden verwijderd.Na deze verwijderd zijn, meet u de slijtage vande kettingen. Kettingen die nog bruikbaar zijn,moeten worden gesmeerd voordat u de kettingenweer aanbrengt. Voor de juiste procedure kuntu Systems Operation, Testing and Adjusting,“Boom Chain - Clean/Inspect/Lubricate” (Werking,testen en afstellen van systemen, Giekketting -Reinigen/inspecteren/smeren) van het hydraulischesysteem of uw Caterpillar dealer voor detailsraadplegen.

Spanning van giekketting -Controleren/afstellen

U moet de waarschuwingen en instructies inhet gedeelte Veiligheid van deze handleidinglezen. Voordat u deze machine gebruikt of eronderhoud aan uitvoert, moet u zorgen dat u dewaarschuwingen en instructies begrijpt.

Conditie controleren1. Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif degiek volledig in en laat hem neer.

2. Verwijder het luik aan de achterkant van hetchassis.

Page 120: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

11 8 31200356OnderhoudSpanning van giekketting - Controleren/afstellen

3. U kunt een beperkte inspectie van de kettingenuitvoeren via de achterkant van de giek. Degiekuitschuifketting kan worden geïnspecteerddoor de giek volledig uit te schuiven en bovenop het tussengedeelte te kijken. Als de kettingenzijn gecorrodeerd, moeten ze van de giekworden verwijderd om ze te reinigen en vooreen volledige inspectie. Als de kettingen moetenworden gesmeerd, moeten ze van de giekworden verwijderd om ze te reinigen en vooreen volledige inspectie. Raadpleeg SystemsOperation, Testing and Adjusting, “BoomChain - Clean/Inspect/Lubricate” (Werking,testen en afstellen van systemen, Giekketting- Reinigen/inspecteren/smeren) van hethydraulische systeem of uw Caterpillar dealer.

4. Breng het luik aan de achterkant van de giek aan.

Kettingspanning controleren enbijstellen

De giek kan vallen als een bedieningshendelwordt aangeraakt of als een hydraulische com-ponent defect raakt. Dit kan ernstige of dodelijkeongelukken veroorzaken. Ondersteun de giek metsteunen. Vertrouw er niet op dat de cilinder degiek omhoog zal houden.

g00836123Illustratie 159

1. Verminder de stabilisatorbenen en breid volledig de boom uit en hef het aan een geschikte hoek op om gemakkelijke toegang tot de intrekkenketen sluitingen onderaan de boom te geven.

g01208639

g01208641

2. Installeer een geschikte tribune in het kader van de eerste sectie om de boom te verhinderen onverwacht te vallen. Om de boom behoorlijk te steunen, gebruik de volgende hulpmiddelen:

Vereiste Hulpmiddelen

Het Aantal van het deel Beschrijving Hoeveelheid

8S-7641 Buis 1

4C-6486 Tribune 1

8S-7615 Speld 1

8S-7625 Kraag 1

8S-8048 Kraag 1

3. Verwijder borgmoeren (A & C) van de uitbreidingsketens en van de intrekkenketens. Verlaat op zijn plaats de aanpassingsnoten.

4. Maak de aanpassingsnoten (B) op alle kettingssluitingen tot los het eind van de sluiting is gelijk met het eind dat van de noot ervoor zorgt, dat de noot volledig op de sluiting is, maar geen draad is vooruitstekend door de noot.

5. Inspecteer de intrekkenketen sluitingen op de onderkant van de tweede boomsectie.

6. Duw de sluitingen achter door de opzettende gaten voor zover de resterende aanpassingsnoot zal toestaan. Zeker ben dat de sluitingen niet beschadigd of neiging zijn. Als er om het even welk teken van schade of het buigen is, vervang de sluitingen. Ga niet met de aanpassingsprocedure of de verrichting van de machine verder tot de nieuwe sluitingen zijn geïnstalleerd en deze aanpassingsprocedure is voltooid.

7. Trek de boom in 200 mm (7,87 binnen).

Page 121: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 118aOnderhoud

30 mm

OAM1450

15 mm

OAM1460E

90 mm

OAM1480

OAM1490

8. Haal aanpassingsnoten op intrekkenketens onderaan aan eerste boomsectie tot 30 mm (1,18 binnen) van draad tussen het buitengezicht van de noot en het eind van de draad op de sluiting uitpuilt.

9. Haal aanpassingsnoten op intrekkenketens op aan de onderkant van de tweede boomsectie tot 15 mm (0,59 binnen) van draad tussen het buitengezicht van de noot en het eind van de draad op de sluiting uitpuilt.

10. Haal aanpassingsnoten (D) op uitbreidingsketens op aan de eerste boomsectie tot de ontruiming tussen elke ketting en de boomsectie is 90 mm (3,54 binnen). Haal aan beide kanten gelijk kettingen aan.

11. Haal aanpassingsnoot (E) op uitbreidingsketen op aan de tweede boomsectie tot de ontruiming tussen elke ketting en de boomsectie is 90 mm (3,54 binnen).

90 mm

OAM1470

OAM1480

Page 122: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

11 8b 31200356Onderhoud

12. Verwijder de tribune uit onderaan de eerste boomsectie.

13. Trek volledig de boom in en breid dan volledig de boom uit verscheidene keren.

14. Trek de boom in 200 mm (3,54 binnen). 15. Vervang de tribune onderaan de eerste

boomsectie. 16. Verifiëer de ontruiming tussen de

uitbreidingsketens en de boomsecties. 17. Vervang borgmoeren (A) en haal de

borgmoeren aan een torsie van 120 ± 5 aan NM (88,5 ± 3,7 pond voet). Zorg ervoor dat de sluitingen voor de intrekkenketens gelijk met de basis van de boomsecties liggen.

18. Vervang borgmoeren (C) en haal de borgmoeren aan een torsie van 30 ± 5 aan NM (22,1 ± 3,7 pond voet). Zorg ervoor dat de sluitingen voor de intrekkenketens gelijk met de basis van de boomsecties liggen.

19. Verwijder de tribune en verminder de boom.

g01210222

g01210223

g01210229

Page 123: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 11 9Onderhoud

Ketting op slijtage metenDe nominale afstand tussen de schakels is 25,4 mm(1 inch).

De nominale hoogte van de plaat is 24,1 mm(0,95 inch).

1. Schuif de giek volledig in. Plaats de giekhorizontaal.

2. Schuif de giek 2 m (6 ft 7 inch) uit of tot degedeelten van de ketting die het vaakst over dekatrollen van de giekuitschuifketting lopen.

Schuif de gieksegmenten niet in voordat u dekettingen begint te meten.

g00747739Illustratie 164

3. Meet de hoogte van binnenplaat (A) en dehoogte van buitenplaat (A) met een krompasserover 15 openingen tussen schakels van hetgeselecteerde versleten gedeelte van de ketting.Als een kettingplaat een vermindering in hoogtevan meer dan 5% slijtage toont, moeten allekettingen worden vervangen. Als de gemetenlengte minder dan 22,89 mm (0,901 inch) is,moeten alle kettingen ook worden vervangen.

4. Gebruik een 6V-0028 kettingslijtagemeter omde ketting tussen de 16 penhartlijnen van hetgeselecteerde, versleten gedeelte (B) te meten.De nominale lengte van de 16 penhartlijnen is381 mm (15 inch). Als de kettingen meer dan2% zijn uitgerekt, moeten alle kettingen wordenvervangen. Als de gemeten lengte meer dan388,6 mm (15,30 inch) is, moeten alle kettingenook worden vervangen.

Page 124: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

120 31200356OnderhoudGiekkopsegment - Smeren

Giekkopsegment - Smeren

g01079928Illustratie 165

Smeer de giekkop via de smeernippel.

Scharnieras van giek - Smeren

g01080150Illustratie 166

Verwijder het achterluik van de giek.

g01080136Illustratie 167

Smeer de scharnieras van de giek via desmeernippels. De smeernippels bevinden zich aande onderkant van de scharnierassen van de giek.

Giekuitschuifcilinder -Ontluchten

Het is mogelijk dat de giekuitschuifcilinder moetworden ontlucht nadat de hydrauliekolie is ververst.Het kan tevens nodig zijn om de giekuitschuifcilinderte ontluchten na demontage van componenten vanhet hydraulische systeem.

Het hydraulische systeem wordt gewoonlijk ontlucht,maar lucht kan in de giekuitschuifcilinder opgeslotenraken. Lucht in de giekuitschuifcilinder kanonbeheerste bewegingen van de giek veroorzaken.

1. Warm de hydrauliekolie zo nodig op door de giekomhoog en omlaag te brengen.

Page 125: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 12 1Onderhoud

Speling van giekslijtplaten - Inspecteren/afstellen

g00837537Illustratie 168

2. Schuif de giek in en breng hem omlaag. Plaatsde machine op een neerwaartse helling. Schakelde parkeerrem in.

3. Schuif de giek zes maal volledig in en uit. Hierdoorworden de cilinders ontlucht.

4. Plaats de machine weer op vlakke grond encontroleer de bediening van de giekbeweging.

Speling van giekslijtplaten -Inspecteren/afstellen

In zware bedrijfsomstandigheden moet de spelingtussen de slijtplaten en het gieksegment vakerworden gecontroleerd.

Opmerking: Zand en gruis kunnen snellere slijtagevan de slijtplaten veroorzaken.

1. Parkeer de machine in een vrije ruimte op vlakkegrond en blokkeer de wielen.

De giek kan vallen als een bedieningshendelwordt aangeraakt of als een hydraulische com-ponent defect raakt. Dit kan ernstige of dodelijkeongelukken veroorzaken. Ondersteun de giek metsteunen. Vertrouw er niet op dat de cilinder degiek omhoog zal houden.

g00857793Illustratie 169

2. Breng de giek omhoog tot de horizontale stand enschuif de giek volledig uit. Plaats een geschiktesteun onder het vierde segment om te voorkomendat de giek onverwachts valt. Ondersteun deandere segmenten niet. Stop de motor.

g01074403Illustratie 170

3. Meet aan weerskanten speling (1) tussen deslijtplaten en de zijkant van de gieksegmenten.

4. Meet speling (2) tussen de slijtplaten en debovenkant van de gieksegmenten.

g00857785Illustratie 171

Page 126: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

122 31200356OnderhoudSpeling van giekslijtplaten - Inspecteren/afstellen

5. Breng de giek omhoog en verwijder de steun.Schuif de giek volledig in en ondersteun hem in dehorizontale stand. Om de giek te ondersteunen,brengt u een steun onder het derde segment ofstutten onder de snelkoppeling aan.

g01074404Illustratie 172

6. Verwijder het luik aan de achterkant van hetchassis en meet aan weerskanten speling (3)tussen de achterste slijtplaten en de zijkant vande gieksegmenten.

Opmerking: De speling mag op alle plaatsen nietmeer dan 0,75 mm (0,03 inch) zijn. Als de speling veelgroter is, moeten bijstellingen worden uitgevoerd.

7. Meet speling (4) tussen de achterste slijtplaten ende bovenkant van de gieksegmenten.

Opmerking: De speling moet op alle plaatsen0,75 mm (0,03 inch) à 1,5 mm (0,06 inch) zijn. Als despeling veel groter is, moeten bijstellingen wordenuitgevoerd.

AfstellenOpmerking: De bouten waarmee de verschillendeslijtplaten zijn bevestigd, hebben niet dezelfdelengte. Verwissel de bouten niet. Reinig allegebruikte bouten. Breng vóór de installatieschroefdraadborgmiddel op de bouten aan waarmeede slijtplaten vastzitten.

g01074430Illustratie 173

1. Draai bouten (5) los, waarmee de bovensteslijtplaten aan de achterkant vastzitten. Installeervoldoende vulplaten om de speling tot 0,75 mm(0,03 inch) à 1,5 mm (0,06 inch) te verminderen.Draai de bouten met een aandraaimoment van60 ± 5 N·m (44 ± 4 lb ft) vast.

2. Verwijder bouten (6) waarmee de zijslijtplaten aande achterkant vastzitten. Installeer voldoendevulplaten om de speling aan weerszijden tot0,75 mm (0,030 inch) te verminderen. Installeervoldoende vulplaten zodat aan weerszijden eengelijke speling tussen de gieksegmenten wordtverkregen. Het kan nodig zijn om aan de ene kantmeer vulplaten aan te brengen dan aan de anderekant. Draai de bouten met een aandraaimomentvan 60 ± 5 N·m (44 ± 4 lb ft) vast.

g00857793Illustratie 174

3. Breng de giek omhoog tot hij ver genoeg bovende steun is. Schuif de giek volledig uit en laat hemtot de horizontale stand zakken. Ondersteun degiek onder het tweede segment.

Page 127: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 12 3Onderhoud

Giek en frame - Inspecteren

g01074405Illustratie 175

4. Verwijder bouten (7) waarmee de ondersteslijtplaten vastzitten. Installeer voldoendevulplaten om de speling tot 0,75 mm (0,030 inch)te verminderen. Draai de bouten met eenaandraaimoment van 60 ± 5 N·m (44 ± 4 lb ft) vast.

5. Verwijder bouten (8) waarmee de zijslijtplatenvastzitten. Installeer voldoende vulplaten om despeling aan weerszijden tot 0,75 mm (0,030 inch)te verminderen. Installeer voldoende vulplatenom aan weerszijden gelijke speling tussen deslijtplaten en de gieksegmenten te verkrijgen. Hetkan nodig zijn om aan de ene kant meer vulplatenaan te brengen dan aan de andere kant. Draai debouten met een aandraaimoment van 60 ± 5 N·m(44 ± 4 lb ft) vast.

6. Schuif de giek helemaal uit en schuif hem weerin onder een hoek van 0 graden, 45 graden en70 graden. De giek moet soepel werken. Als degiek niet soepel werkt, moet hij met een last van500 kg (1100 lb) op het uitrustingsstuk wordenbediend. Schuif de giek helemaal uit en schuifhem weer in onder een hoek van 45 graden.Herhaal dit tienmaal.

g01074433Illustratie 176

7. Schuif de giek uit en laat het uitrustingsstukop de grond zakken. Laat de giek op de grondzakken en schuif hem helemaal uit. Controleerde temperatuur van het bovenoppervlak vande gieksegment nummer 2, 3 en 4. Controleerde temperatuur van de slijtplaten op tegenoverelkaar liggende plaatsen op punt (A) en (B).De temperatuur moet aan beide kanten van elksegment gelijk aanvoelen. Vergroot zo nodigde dikte van de vulplaten onder de achtersteslijtplaat die in aanraking is met de koele kantvan het gieksegment. Of verminder de diktevan de vulplaten onder de voorste slijtplaat diein aanraking is met de warme kant van hetgieksegment.

8. Breng het luik aan de achterkant van de giek aan.

Giek en frame - Inspecteren

Om onverwachte, dure reparaties en stilstandtijdtot een minimum te beperken, moeten inspectiesregelmatig worden uitgevoerd. De periode tussende inspecties hangt van bepaalde factoren af. Dezefactoren zijn hoe oud de machine is, hoe zwaar detoepassing is, lastcondities, hoeveel regelmatigeonderhoudsbeurten op de machine zijn uitgevoerd ende bedrijfsomstandigheden.

Oudere machines of machines die voor bijzonderzware toepassingen worden gebruikt, moeten vakerworden geïnspecteerd.

Als de machine betrokken is geweest bij een ongeluk,moet hij onmiddellijk buiten bedrijf worden gesteld.De machine moet opnieuw worden geïnspecteerd.

Om een goede inspectie uit te voeren, moet demachine grondig worden gereinigd. Het is onmogelijkde machine goed te inspecteren als hij vuil is.

Als defecten vroeg aan het licht komen en wordenverholpen, kan de machine in bedrijf blijven. Alsdefecten vroeg aan het licht komen en wordenverholpen, is de inzetbaarheid van de machinebovendien groter. Het verhelpen van defecten maakttevens de kans op ongelukken kleiner.

De machine mag alleen door een vakbekwameCaterpillar dealer worden gerepareerd. Als u echterbesluit om zelf reparaties uit te voeren, kunt ucontact opnemen met uw Caterpillar dealer voor deaanbevolen reparatietechnieken.

Page 128: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

124 31200356OnderhoudGiek en frame - Inspecteren

g00861901Illustratie 177Hoofdframe en steunframe

Schuif de giek in en breng de giek omhoog, van hethoofdframe en steunframe (1) vandaan. Ondersteunde giek met een geschikte steun. Inspecteer hetgehele hoofdframe en steunframe. Inspecteer hethoofdframe en steunframe vooral in de gelasteconstructies.

Let vooral op de montagepunten voor de volgendeonderdelen:

• Giek

• Cabine

• Assen

• Motor

• Transmissie

• Sleepuitrustingsstuk (indien aanwezig)

• Montagepunten op het frame

• Stempels

• Vastsjor-oren

g00836172Illustratie 178

Stempel en ROPS-constructie

Laat stempels (2) zakken tot de stempelvoetende grond raken. Inspecteer elke stempelgrondig. Inspecteer de balken, stempelvoeten,montagemiddelen, cilinders en scharnierpennen.

Inspecteerde de ROPS-constructie (3) of deFOPS-constructie (3), indien aanwezig. Inspecteerde ROPS- of FOPS-constructie zorgvuldig. Probeerde constructie niet recht te maken. Probeer deconstructie niet te repareren door deze te lassen.Raadpleeg uw Caterpillar dealer als de ROPS- ofFOPS-constructie is beschadigd.

g00836174Illustratie 179

Giek en snelkoppeling

Inspecteer alle segmenten van de giek (4). Inspecteerde giek nadat hij geheel is uitgeschoven en hetuitrustingsstuk op de grond rust.

Inspecteer de snelkoppeling (5) helemaal. Inspecteerook het uitrustingsstuk.

g01080214Illustratie 180Scharnierpennen en verankeringspunten

Inspecteer alle scharnierpennen en alleverankeringspunten op slijtage.

Page 129: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 12 5Onderhoud

Remsysteem - Testen

Remsysteem - Testen

BedrijfsremControleer het gebied rondom de machine. Verzekeru ervan dat personeel en obstakels zich op veiligeafstand bevinden.

Test de remmen op een droog, horizontaal oppervlak.

Doe de veiligheidsgordel om voordat u de remmentest.

De volgende procedure wordt gebruikt om te bepalenof de bedrijfsrem werkt. Deze procedure is nietbedoeld om de maximale remprestaties te meten.Het vereiste remkoppel voor het in stand houdenvan een motorkoppel bij een bepaald motortoerentalvarieert al naargelang de uitvoering van de machine.De variaties zijn de verschillen in motorafstelling,efficiëntie van de aandrijflijn, remvermogen enz.

Testprocedure

1. Verwijder het uitrustingsstuk en parkeer demachine in de rijstand.

2. Start de motor en schakel de parkeerremuit. Plaats de transmissie in de EERSTEVERSNELLING VOORUIT.

3. Schakel de bedrijfsrem in en druk het gaspedaalvolledig in om het motortoerental te verhogen.

4. De machine hoort tijdens deze test stil te blijvenstaan.

5. Zet de motor uit en schakel de parkeerrem in.

Als de machine tijdens het testen van de bedrijfs-remmen is gaan rijden, moet u contact opnemenmet uw Caterpillar dealer.

Laat de dealer de bedrijfsremmen inspecteren enzo nodig repareren voordat de machine opnieuwin bedrijf wordt genomen. Als u de bedrijfsrem-men niet laat inspecteren en repareren, kan dit li-chamelijk of dodelijk letsel tot gevolg hebben.

Refer entie:

ParkeerremControleer het gebied rondom de machine. Verzekeru ervan dat personeel en obstakels zich op veiligeafstand bevinden.

Test de remmen op een droog, horizontaal oppervlak.

Doe de veiligheidsgordel om voordat u de remmentest.

De volgende procedure wordt gebruikt om te bepalenof de parkeerrem werkt. Deze procedure is nietbedoeld om de maximale remprestaties te meten.Het vereiste remkoppel voor het in stand houdenvan een motorkoppel bij een bepaald motortoerentalvarieert al naargelang de uitvoering van de machine.De variaties zijn de verschillen in motorafstelling,efficiëntie van de aandrijflijn, remvermogen enz.

Testprocedure

1. Start de motor.

2. Schakel de parkeerrem in.

3. Als de machine met een standaard transmissieis uitgerust, beweegt u de transmissiehendelvolgens het volgende schema:

• TWEEDE

• NEUTRAAL

• TWEEDE

Dit wordt gedaan om de neutraalschakelaar vande transmissie voor deze test te passeren.

Opmerking: De verklikker van de parkeerrem hoortte gaan branden.

4. Als de machine met een Power Shift transmissieis uitgerust, beweegt u de transmissiehendelvolgens het volgende schema:

• TWEEDE VERSNELLING VOORUIT

• NEUTRAAL

• TWEEDE VERSNELLING VOORUIT

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 130: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

126 31200356OnderhoudCabineluchtfilter - Reinigen/vervangen

Dit wordt gedaan om de neutraalschakelaar vande transmissie voor deze test te passeren.

Opmerking: De verklikker van de parkeerrem hoortte gaan branden.

5. Voer het motortoerental geleidelijk op tot voltoerenbij nullast. De machine mag niet gaan rijden.

Indien de machine begint te rijden, moet u het mo-tortoerental onmiddellijk verlagen en het bedrijfs-rempedaal indrukken.

6. Verminder het motortoerental. Breng detransmissiehendel naar NEUTRAAL.

Als de machine tijdens de test is gaan rijden, voertu de onderhoudsprocedure in de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Parkeerrem - Afstellen”uit.

Cabineluchtfilter -Reinigen/vervangen

CabineluchtvoorfilterEr zijn twee cabineluchtfilters.

g00951114Illustratie 181

1. Het cabineluchtvoorfilter bevindt zich achterbeveiligingsluik (1) aan de linkerkant van decabine. Om het beveiligingsluik te openenontgrendelt u slot (2) en trekt u grendel (3) naarbuiten.

g00970467Illustratie 182

2. Open filterdeksel (4) door borgschroef (5) teverwijderen.

3. Verwijder het filter van achter filterdeksel (4).

4. Reinig het luchtfilter met perslucht als het luchtfilterniet is beschadigd. De maximale luchtdruk voorreinigen is 205 kPa (30 psi).

Richt de perslucht langs de plooien, niet dichterdan 160 mm (6 inch) bij het luchtfilter.

Vervang het luchtfilter als het beschadigd is.

Secundair cabineluchtfilterHet secundaire cabineluchtfilter bevindt zich in decabine. Het filter bevindt zich op de achterwand vande cabine achter de stoel.

g00970469Illustratie 183

1. Open filterdeksel (6) door borgschroeven (7) teverwijderen.

2. Verwijder het filter uit het filterhuis.

Page 131: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 132: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

128 31200356OnderhoudK oe lv lo eis to f in ko el sy s t eem - Ver v er s en

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

A ls de k oel v loe is tof i n de ma ch ineee n an der s oor t k oe lv lo eis t o fwordt overgeschakeld, moet u uw Caterpillar dealerraadplegen.

1. Laat de motor afkoelen.

g01081067Illustratie 185

2. Draai de drukdop (1) van de koelvloeistoftanklangzaam los om de druk te ontlasten. Verwijderde drukdop.

g00984483Illustratie 186

3. Open de aftapkraan (2) bij de rechterbenedenhoek van de radiator. Tap de koelvloeistofin een geschikte container af.

g00993488Illustratie 187

4. Verwijder de koelvloeistofaftapstop (3) die zich inhet motorblok boven de startmotor bevindt. Tap dekoelvloeistof in een geschikte container af.

Opmerking: Controleer de schroefdraad vande aftapstop op beschadiging. Controleer hetafdichtmiddel op de aftapstop op beschadiging.De aftapstop kan opnieuw worden gebruikt als deschroefdraad en het afdichtmiddel niet beschadigdzijn.

Page 133: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 12 9Onderhoud

K oe lv lo eis to f in ko el sy s t eem - Ver v er se n

g00993528Illustratie 188

5. Maak de slangklem (5) los die zich op dehydrauliekoliekoeler bevindt. Verwijder de slang(4). Laat de koelvloeistof in een geschiktecontainer lopen.

g00993544Illustratie 189

6. Als de machine met een cabineverwarming isuitgerust, draait u de verwarmingsknop, die zichin de cabine bevindt, naar de stand WARM. Maakde slangklem (6) los. Verwijder de slang (7). Laatde koelvloeistof in een geschikte container lopen.

7. Spoel het koelsysteem met schoon water doortotdat het uitstromende water helder is.

8. Sluit de aftapkraan (2).

9. Breng de aftapstop die zich in het motorblok (3)bevindt, weer aan. Draai de stop vast.

10.Sluit de slang (4) en (7) weer aan. Draai deklemmen (5) en (6) vast.

OPGELETVoeg de koelvloeistofoplossing met maximaal vijfliter per minuut toe. Hierdoor wordt de kans op op-gesloten lucht in het motorblok verminderd. Een gro-te hoeveelheid opgesloten lucht kan plaatselijke ver-warming tijdens het opstarten veroorzaken. Plaatse-lijke verwarming kan motorschade tot gevolg hebben,waardoor de motor defect kan raken.

11 . Voeg ko el vl oei s t of aan d ekoelvloeistoftank toe. Raadpleeg de volgendeonderwerpen:

• Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Inhouden”

12.Start de motor. Laat de motor draaien met dedrukdop van de koelvloeistoftank eraf totdat dethermostaat open gaat en het koelvloeistofpeilzich stabiliseert.

13.Houd het koelvloeistofpeil tot aan het merktekenFULL (VOL) op de koelvloeistoftank.

14. Inspecteer de pakking van de drukdop. Vervangde dop als de pakking beschadigd is.

15.Breng de drukdop op de koelvloeistoftank aan.

16.Stop de motor.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 134: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

130 31200356O n der ho udE x tend er v oo r ko el vl oei s t of va n k oe ls y ste em - Toev oe gen

Koelvloeistofpeil vankoelsysteem - Controleren

Hete koelvloeistof, stoom en alkali kunnen ver-wondingen veroorzaken.

Bij bedrijfstemperatuur is motorkoelvloeistof heeten staat deze onder druk. De radiator en alle lei-dingen naar verwarmers of de motor bevatten he-te koelvloeistof of stoom. Aanraking daarmee kanernstige brandwonden veroorzaken.

Verwijder de vuldop van het koelsysteem lang-zaam om alleen de druk te ontlasten wanneer demotor stilstaat en de radiatordop koel genoeg isom hem met de blote hand aan te raken.

Probeer geen slangverbindingen vast te zettenwanneer de koelvloeistof heet is; de slang kanloskomen en brandwonden veroorzaken.

Page 135: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 13 1Onderhoud

Koelvloeistofmonster uit koelsysteem (niveau 1) - Nemen

Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif de giekvolledig in en breng hem helemaal omlaag. Brengde transmissiehendel naar de stand NEUTRAAL enzorg ervoor dat de parkeerrem is ingeschakeld. Zetde motor uit.

g01057534Illustratie 190

De koelvloeistoftank voor het koelsysteem bevindtzich in de motorruimte.

Controleer het koelvloeistofpeil terwijl de motor koudis. Het koelvloeistofpeil hoort op de streep “FULL”(VOL) op de koelvloeistoftank te blijven.

Koelvloeistofmonster uitkoelsysteem (niveau 1) -Nemen

OPGELETGebruik steeds een speciale pomp voor het nemenvan oliemonsters en een speciale pomp voor het ne-men van koelvloeistofmonsters. Als u dezelfde pompvoor beide typen monsters gebruikt, kunnen de ge-nomen monsters verontreinigd raken. Deze verontrei-niging kan een verkeerde analyse en een incorrecteinterpretatie tot gevolg hebben wat bij zowel dealersals klanten vragen kan oproepen.

Opmerking: De resultaten van niveau 1 kunnenaangeven dat een analyse van niveau 2 nodig is.

g01081068Illustratie 191

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Toegangsluiken”voor de plaats van de onderhoudspunten.

Neem het monster van de koelvloeistof zo dichtmogelijk bij het aanbevolen monstername-interval.Om zo veel mogelijk profijt van de S·O·S analysete krijgen moet u consistent gegevens verzamelen.Hiervoor moeten consistent monsters wordengenomen na gelijke tijdsperioden. Benodigdhedenvoor het nemen van monsters kunt u bij uw Caterpillardealer verkrijgen.

Gebruik de volgende richtlijnen voor de juistemonstername van de koelvloeistof:

• Bewaar de ongebruikte monsternameflessen inplastic zakken.

• Houd de doppen op de lege monsternameflessentotdat u klaar bent om het monster te nemen.

• Vul de informatie op het label van demonsternamefles in voordat u met het nemen vanmonsters begint.

• Gebruik een speciale pomp voor het nemen vanhet monster om verontreiniging te voorkomen.

• Neem koelvloeistofmonsters rechtstreeks uit dekoelvloeistoftank. U mag de monsters niet uit eenandere plaats nemen.

• Plaats het monster onmiddellijk na het nemenervan in een verzendkoker om verontreiniging tevoorkomen.

• Neem nooit monsters uit de aftapkraan van eensysteem.

Dien het monster voor analyse van niveau 1 in.

Page 136: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

132 31200356OnderhoudKoelvloeistofmonster uit koelsysteem (niveau 2) - Nemen

Koelvloeistofmonster uitkoelsysteem (niveau 2) -Nemen

OPGELETGebruik steeds een speciale pomp voor het nemenvan oliemonsters en een speciale pomp voor het ne-men van koelvloeistofmonsters. Als u dezelfde pompvoor beide typen monsters gebruikt, kunnen de ge-nomen monsters verontreinigd raken. Deze verontrei-niging kan een verkeerde analyse en een incorrecteinterpretatie tot gevolg hebben wat bij zowel dealersals klanten vragen kan oproepen.

g01081068Illustratie 192

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Toegangsluiken”voor de plaats van de onderhoudspunten.

Neem het monster van de koelvloeistof zo dichtmogelijk bij het aanbevolen monstername-interval.Benodigdheden voor het nemen van monsters kunt ubij uw Caterpillar dealer verkrijgen.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Koelvloeistofmonster uitkoelsysteem (niveau 1) - Nemen” voor richtlijnenvoor de juiste manier van monsternemen van dekoelvloeistof.

Dien het monster voor analyse van niveau 2 in.

Koelsysteemdrukdop -Reinigen/vervangen

Hete koelvloeistof, stoom en alkali kunnen ver-wondingen veroorzaken.

Bij bedrijfstemperatuur is motorkoelvloeistof heeten staat deze onder druk. De radiator en alle lei-dingen naar verwarmers of de motor bevatten he-te koelvloeistof of stoom. Aanraking daarmee kanernstige brandwonden veroorzaken.

Verwijder de vuldop van het koelsysteem lang-zaam om alleen de druk te ontlasten wanneer demotor stilstaat en de radiatordop koel genoeg isom hem met de blote hand aan te raken.

Probeer geen slangverbindingen vast te zettenwanneer de koelvloeistof heet is; de slang kanloskomen en brandwonden veroorzaken.

g01081068Illustratie 193

De drukdop van het koelsysteem bevindt zich op dekoelvloeistoftank in de motorruimte.

1. Verwijder de dop langzaam om de druk teontlasten.

2. Inspecteer de dop en de pakking op beschadiging,ongewenst materiaal en afzetting.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 137: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 13 3Onderhoud

Thermostaat van koelsysteem - Vervangen

3. Reinig de dop met een schone doek of vervanghem zo nodig.

Opmerking: Controleer altijd de nominale druk vande oude dop voordat u hem vervangt. Vervang deoude dop door een nieuwe van dezelfde nominaledruk.

4. Installeer de dop weer.

Thermostaat van koelsysteem- Vervangen

Hete koelvloeistof, stoom en alkali kunnen ver-wondingen veroorzaken.

Bij bedrijfstemperatuur is motorkoelvloeistof heeten staat deze onder druk. De radiator en alle lei-dingen naar verwarmers of de motor bevatten he-te koelvloeistof of stoom. Aanraking daarmee kanernstige brandwonden veroorzaken.

Verwijder de vuldop van het koelsysteem lang-zaam om alleen de druk te ontlasten wanneer demotor stilstaat en de radiatordop koel genoeg isom hem met de blote hand aan te raken.

Probeer geen slangverbindingen vast te zettenwanneer de koelvloeistof heet is; de slang kanloskomen en brandwonden veroorzaken.

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

OPGELETAls de thermostaat van de motor niet regelmatig wordtvervangen, kan de motor ernstige schade oplopen.

OPGELETOmdat Caterpillar motoren een koelsysteem met om-loopleiding hebben, mag de motor uitsluitend met eenthermostaat worden gebruikt.

Afhankelijk van de belasting kan het niet gebruikenvan een thermostaat oververhitting of onderkoeling totgevolg hebben.

Vervang de thermostaat regelmatig om de kansop onvoorziene stilstandtijd en problemen met hetkoelsysteem te verminderen. De thermostaat moetook worden vervangen nadat het koelsysteem isgereinigd.

Vervang de thermostaat terwijl het koelsysteemvolledig is afgetapt of terwijl de koelvloeistof in hetkoelsysteem is afgetapt tot een niveau dat onder hetthermostaathuis is.

g00975677Illustratie 194

1. Maak de slangklem (1) los.

2. Verwijder de slang (2) uit het huis.

3. Maak de slangklem (3) los.

4. Neem de slang (4) uit het koppelstuk.

5. Verwijder de bouten en de sluitringen (5).

6. Verwijder het thermostaathuis (6). Verwijder dethermostaat en de pakking.

OPGELETAls de thermostaat verkeerd wordt geïnstalleerd, zalde motor oververhit raken.

Page 138: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

134 31200356OnderhoudDifferentieelolie - Verversen

7. Installeer een nieuwe thermostaat en een nieuwepakking.

8. Installeer het huis (6).

9. Installeer de sluitringen en bouten (5). Draai debouten vast.

10. Installeer de slang (4) Zet de slangklem (3) vast.

11. Installeer de slang (2). Zet de slangklem (1) vast.

12. Vu l h et ko els y st eem .

Differentieelolie - Verversen

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif de giekvolledig in en breng hem helemaal omlaag. Brengde transmissiehendel naar de stand NEUTRAAL enzorg ervoor dat de parkeerrem is ingeschakeld. Zetde motor uit.

Achterasdifferentieel

g01073930Illustratie 195

1. Reinig het gebied rond de stoppen. Verwijder devolgende stoppen van het achterdifferentieel:

• Aftapstop (1)

• Controle-/vulstop (2)

Laat de olie in een geschikte container lopen.

2. Reinig aftapstop (1) en breng hem weer aan.

3. Voeg verse olie toe aan de differentieelbehuizingvia vulgat (2) tot de olie tot aan de schroefdraadva n p ei ls t o p ( 2) r ei kt .

4. Reinig stop (2) en breng hem weer aan.

Voorasdifferentieel

g01073932Illustratie 196

1. Reinig het gebied rond de stoppen. Verwijder devolgende stoppen van het voordifferentieel:

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 139: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 13 5Onderhoud

Differentieeloliepeil - Controleren

• Aftapstop (3)

• Controle-/vulstop (4)

Laat de olie in een geschikte container lopen.

2. Reinig aftapstop (3) en breng hem weer aan.

3. Voeg verse 197-0017 as- en remolietoevoegingaan de differentieelbehuizing toe viagat (4). Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Inhouden” voor meerinformatie.

4. Voeg verse olie toe aan de differentieelbehuizingvia vulopening (4) tot de olie tot aan deschroefdraad van stop (4) reikt. Wanneeru de vooras met olie vult, moet u wachtentot de olie via het differentieel in de anderekant van de as is gelopen. Zorg dat dejuiste hoeveelheid olie aan de as wordttoegevoegd om het differentieel en ascarterte vullen. Het differentieel raakt beschadigdals u deze procedure niet volgt. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Smeermiddelviscositeiten” voor de juisteoliekwaliteit.

5. Reinig stop (4) en breng hem weer aan.

Differentieeloliepeil -Controleren

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif degiek volledig in en breng hem helemaal omlaag. Zetde transmissiehendel in de stand NEUTRAAL enschakel de parkeerrem in. Zet de motor uit.

Achterasdifferentieel

g01073989Illustratie 197

1. Reinig het gebied rond controle-/vulstop (1) voorhet achterdifferentieel. Verwijder stop (1) encontroleer of de olie gelijk staat met het gat voorde peilstop (1).

2. Voeg zo nodig olie toe door dezelfde opening.

3. Reinig en installeer stop (1).

Voorasdifferentieel

g01073991Illustratie 198

1. Reinig het gebied rond controle-/vulstop (2)voor het voordifferentieel. Verwijder stop (2) encontroleer of de olie gelijk staat met het gat.

2. Voeg zo nodig olie toe door dezelfde opening.

3. Reinig en installeer stop (2).

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 140: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

136 31200356OnderhoudDifferentieeloliemonster - Nemen

Differentieeloliemonster -Nemen

Hete olie en onderdelen kunnen verwondingenveroorzaken.

Laat hete olie en onderdelen niet in aanraking ko-men met de huid.

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

g01073989Illustratie 199Achterasdifferentieel

g01073998Illustratie 200Voorasdifferentieel

Schuif de giek volledig in en breng hem helemaalomlaag. Zet de transmissiehendel in de standNEUTRAAL en schakel de parkeerrem in. Zet demotor uit.

Neem een oliemonster uit elke as. Houd deoliemonsters gescheiden.

Reinig het gebied rond vulstop (1) van hetdifferentieel. Verwijder stop (1). Gebruik eenmonsternamepomp in het vulgat om een oliemonsterte nemen. Inspecteer stop (1) op beschadiging.Installeer stop (1).

De analyse van de olie uit elke as geeft eennauwkeurig beeld van de toestand van de olie in elksysteem.

Gebruik S·O·S olieanalyse om de conditie van deolie te bewaken.

Aandrijfasspiebaan - Smeren

OPGELETBreng uitsluitend met een handvetspuit smeermiddelin de smeernippels aan. Als een onder druk werken-de vetspuit wordt gebruikt, worden de afdichtingen be-schadigd.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 141: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 13 7Onderhoud

Bouten van aandrijfaskruiskoppelingen - Controleren

g00837541Illustratie 201Plaats van de aandrijfassen

De volgende aandrijfassen moeten wordengesmeerd:

• De voorste aandrijfas

• De achterste aandrijfas

g00864761Illustratie 202

Karakteristiek smeerpunt

Er is een smeernippel op de schuif van elkeaandrijfas.

Smeer de aandrijfasvertandingen via desmeernippels.

Bouten vanaandrijfaskruiskoppelingen -Controleren

g00856592Illustratie 203

Plaats van kruiskoppelingen

g00950658Illustratie 204

Zorg dat de bouten voor de voorste en achtersteaandrijfaskruiskoppelingen tot het juiste standaardaan dr aa imo me nt zi jn a ang edr aa id . Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 142: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

138 31200356OnderhoudVoorfilterelement van motorluchtfilter - Reinigen/vervangen

Voorfilterelement vanmotorluchtfilter -Reinigen/vervangen

Opmerking: Het voorfilterelement van het luchtfilterkan maximaal driemaal worden gebruikt alshet element naar behoren wordt gereinigd engeïnspecteerd. Vervang het voorfilterelement vanhet luchtfilter als het element 500 bedrijfsuren ofzes maanden gebruikt is. Dit moet worden gedaanongeacht het aantal keren dat het element isgereinigd.

g00950906Illustratie 205

1. Open de motoromkasting.

2. Schuif borgklem (1) naar buiten.

3. Haal deksel (2) van luchtfilterhuis (3) af doortegen de klok in te draaien. Verwijder het dekselvan het huis.

4. Neem voorfilterelement (4) uit filterhuis (3). Zorgdat u de zijkanten van het huis niet met hetelement aanraakt om te voorkomen dat stofloskomt. Inspecteer het voorfilterelement. Alsde plooien of afdichtingen beschadigd zijn, gooihet voorfilterelement dan weg. Vervang eenbeschadigd voorfilterelement door een schoonvoorfilterelement.

5. Als het voorfilterelement niet beschadigd is, kuntu het reinigen. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Voorfilterelementen vanluchtfilter reinigen”.

6. Wanneer u de plooien van binnen reinigt, richtu de lucht langs de plooien. Inspecteer hetvoorfilterelement nadat u het gereinigd hebt.

7. Reinig de binnenkant van het filterhuis enhet deksel. Let vooral op het sluitvlak van deafvoerbuis die in het voorfilterelement past.

8. Installeer een schoon voorfilterelement.

9. Installeer het deksel.

10.Stel de vervuilingsindicator van het motorluchtfilteropnieuw in door op knop (5) te drukken.

g00847436Illustratie 206

11.Start de motor. Als de vervuilingsindicator(6) van het motorluchtfilter op hetinstrumentenbord brandt, installeert u eennieuw voorfilterelement. Raadpleeg het hoofdstuk“Waarschuwingslampjes” van de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Bewakingssysteem”voor meer informatie. Als de uitlaatrook zwartis, installeert u ook een nieuw voorfilterelement.Vervang het secundaire element van hetmotorluchtfilter wanneer u het voorfilterelementvervangt. Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Secundair element vanmotorluchtfilter - Vervangen”.

12.Sluit de motoromkasting.

Page 143: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 13 9Onderhoud

Voorfilterelement van motorluchtfilter - Reinigen/vervangen

Voorfilterelementen van luchtfilterreinigen

OPGELETCaterpillar raadt gecertificeerde luchtfilterreinigings-diensten aan die verkrijgbaar zijn bij deelnemendeCa-terpillar dealers. Het door Caterpillar gebruikte reini-gingsproces maakt gebruik van bewezen proceduresom consistente kwaliteit en een levensduur van het fil-ter te verzekeren die lang genoeg is.

Neem de volgende richtlijnen in acht als u het filtere-lement probeert te reinigen:

Klop of sla niet op het filterelement om stof te verwij-deren.

Was het filterelement niet.

Gebruik perslucht onder lage druk om het stof uit hetfilterelement te verwijderen. De luchtdruk mag niet ho-ger zijn dan 207 kPa (30 psi). Richt de luchtstroomlangs de plooien aan de binnenkant van het filterele-ment omhoog en omlaag. Wees uiterst voorzichtig ombeschadiging van de plooien te vermijden.

Gebruik nooit luchtfilters met beschadigde plooien,pakkingen of afdichtingen. Als vuil de motor binnen-komt, lopen de componenten van demotor schade op.

OPGELETReinig de luchtfilterelementen niet door erop te slaanof te kloppen. Hierdoor kunnen de afdichtingenbeschadigd raken. Gebruik geen elementen metbeschadigde plooien, pakkingen of afdichtingen. Be-schadigde elementen laten vuil door. Motorschadekan het gevolg zijn.

Inspecteer het luchtvoorfilterelement op het oogvoordat u het reinigt. Inspecteer het luchtfilterelementop schade aan de afdichting, pakkingenen het buitendeksel. Gooi alle beschadigdeluchtfilterelementen weg.

Er zijn twee algemene methoden omvoorfilterelementen van het luchtfilter te reinigen:

• Perslucht

• Stofzuigen

Perslucht

Voorfilterelementen van het luchtfilter die niet meerdan tweemaal zijn gereinigd, kunnen met persluchtworden gereinigd. Perslucht verwijdert geen afzettingvan koolstof en olie. Gebruik gefilterde, droge luchtmet een maximale druk van 207 kPa (30 psi).

g00281692Illustratie 207

Opmerking: Begin bij het reinigen van devoorfilterelementen van het luchtfilter altijd met deschone zijde (binnenkant) zodat vuildeeltjes naar devuile zijde (buitenzijde) worden gespoten.

Richt de slang zodanig dat de lucht binnen in hetelement over de volle lengte van het filter stroomt, omschade aan de papierplooien te helpen voorkomen.Richt de luchtstroom niet rechtstreeks op hetvoorfilterelement van het luchtfilter. Vuil kan verder inde plooien dringen.

Stofzuigen

Stofzuigen is een andere methode voor het reinigenvan voorfilterelementen van het luchtfilter diedagelijks gereinigd moeten worden in een droge,stoffige omgeving. Er wordt aangeraden om vóórhet stofzuigen met perslucht te reinigen. Stofzuigenverwijdert geen afzetting van koolstof en olie.

Voorfilterelementen van luchtfilterinspecteren

g00281693Illustratie 208

Page 144: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

140 31200356OnderhoudVoorfilterelement van motorluchtfilter - Vervangen

Inspecteer het schone, droge voorfilterelementvan het luchtfilter. Gebruik een blauwe lamp van60 W in een donkere kamer of iets dergelijks.Plaats de blauwe lamp in het voorfilterelement vanhet luchtfilter. Draai het voorfilterelement van hetluchtfilter. Inspecteer het voorfilterelement van hetluchtfilter op scheurtjes en/of gaatjes. Kijk of lichtdoor het filtermateriaal van het voorfilterelement vanhet luchtfilter schijnt. Als u zeker wilt zijn, kunt u hetvoorfilterelement van het luchtfilter vergelijken meteen nieuw element dat hetzelfde onderdeelnummerheeft.

Gebruik nooit een voorfilterelement van een luchtfilterwaarvan het filtermateriaal scheurtjes en/of gaatjesvertoont. Gebruik nooit een voorfilterelement van eenluchtfilter met beschadigde plooien, pakkingen ofafdichtingen. Gooi beschadigde voorfilterelementenvan een luchtfilter weg.

Voorfilterelementen van luchtfilteropslaan

Als een voorfilterelement van een luchtfilter datin orde is bevonden, niet wordt gebruikt, kan hetopgeslagen en later gebruikt worden.

g00281694Illustratie 209

Gebruik geen verf, waterdichte afdekking ofplastic als bescherming voor het opslaan. Deluchtstroom kan dan worden beperkt. Wikkel devoorfilterelementen van het luchtfilter in VolatileCorrosion Inhibited (VCI) papier om ze tegen vuil enbeschadiging te beschermen.

Plaats het voorfilterelement van het luchtfilter in eenopbergdoos. Markeer de buitenkant van de doosen markeer het voorfilterelement van het luchtfilter.Noteer de volgende informatie:

• Reinigingsdatum

• Aantal reinigingsbeurten

Berg de doos op een droge plaats op.

Voorfilterelement vanmotorluchtfilter - Vervangen

OPGELETHet filter mag niet langer dan zes maanden of 500bedrijfsuren worden gebruikt.

Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Voorfilterelementvan motorluchtfilter - Reinigen/vervangen” voor devervangingsprocedure.

Schrijf de datum op het element wanneer het elementvervangen is.

Secundair element vanmotorluchtfilter - Vervangen

OPGELETVervang het secundaire filterelement altijd. Probeerhet element niet opnieuw te gebruiken door het te rei-nigen.

Het secundaire filterelement dient te worden vervan-gen op het moment dat het voorfilterelement voor dederde keer een onderhoudsbeurt krijgt.

1. Open de motoromkasting.

g01001933Illustratie 210

2. Schuif borgklem (1) naar buiten.

3. Haal deksel (2) van luchtfilterhuis (3) af doortegen de klok in te draaien. Verwijder het dekselvan het huis.

Page 145: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 14 1Onderhoud

Motorsteunen - Inspecteren

4. Neem voorfilterelement (4) uit filterhuis (3). Zorgdat u de zijkanten van het huis niet met hetelement aanraakt om te voorkomen dat stofloskomt.

5. Verwijder secundair filterelement (5).

6. Bedek de luchtinlaatopening. Reinig debinnenkant van het luchtfilterhuis.

7. Maak de luchtinlaatopening vrij. Installeer eennieuw secundair element.

8. Installeer het voorfilterelement en het deksel vanhet luchtfilter.

9. Sluit de motoromkasting.

Motorsteunen - Inspecteren

Controleer de motorsteunen op beschadiging.Controleer de bouten van de motorsteunen op hetjuiste aandraaimoment. Het juiste aandraaimomentvan de bouten voorkomt overmatige trilling van demotor, die door onjuiste montage wordt veroorzaakt.

Motoroliepeil - Controleren

Hete olie en hete componenten kunnen verwon-dingen veroorzaken. Laat hete olie of hete com-ponenten niet in aanraking komen met de huid.

OPGELETGiet niet te veel of te weinig olie in het motorcarter. Inbeide gevallen kan motorschade het gevolg zijn.

Parkeer de machine op vlakke grond.

Controleer het oliepeil in het carter terwijl de machinehorizontaal staat. Als de machine net is gestopt,moet u minstens één minuut wachten. In deze minuutkan de olie in het carter teruglopen.

g00951796Illustratie 211

1. Open de motoromkasting. De oliepeilstok bevindtzich aan de voorkant van de motor.

2. Houd het oliepeil tussen de merktekens “ADD”(BIJVULLEN) en “FULL” (VOL) op de peilstok.

Opmerking: Wanneer u op zeer steile hellingenwerkt, moet het oliepeil in het motorcarter bij hetmerkteken “FULL” (VOL) op de peilstok staan.

g01081071Illustratie 212

3. Reinig de olievuldop. Verwijder de olievuldop.Voeg zo nodig olie toe.

4. Installeer de olievuldop.

5. Sluit de motoromkasting.

Motoroliemonster - Nemen

Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif de giekhelemaal in en breng hem helemaal omlaag. Brengde transmissiehendel naar de stand NEUTRAAL enzorg ervoor dat de parkeerrem is ingeschakeld.

Page 146: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

142 31200356OnderhoudMotorolie en -filter - Verversen en vervangen

g01057330Illustratie 213

De oliemonsternameklep voor de motorolie bevindtzich op de motoroliefilterflens.

Gebruik een S·O·S olieanalyse om de conditie vanuw motor te bewaken.

Motorolie en -filter - Verversenen vervangen

Hete olie en hete componenten kunnen verwon-dingen veroorzaken. Laat hete olie of hete com-ponenten niet in aanraking komen met de huid.

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

Opmerking: Ververs de motorolie en vervang hetfilter om de 500 uur. Dit is de normale periode mitsaan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

• Er mogen uitsluitend originele Caterpillar filtersworden gebruikt.

• Er mag uitsluitend Caterpillar Multigrade DieselEngine Oil (DEO) volgens specificatie CG-4 of eenge li jk w a a r d ig p r odu ct wo rd en ge br ui kt .

• Er moet in een schone omgeving worden gewerkten de toepassingen moeten licht zijn. Neem eenS·O·S oliemonster na de eerste 250 uur om tebepalen of de olie vaker ververst moet worden.

• Het zwavelgehalte van de brandstof moet tussen0,05% en 0,5% liggen. Als het zwavelgehalte in debrandstof hoger is, moet de motorolie vaker wordenververst en het filter vaker worden vervangen. Bijeen zwavelgehalte van 0,5% tot 1,0% moet omde 250 uur de motorolie worden ververst en hetfilter worden vervangen. Bij een zwavelgehalte van1,0% tot 1,5% moet om de 125 uur de motorolieworden ververst en het filter worden vervangen.

1. Voordat u de motorolie aftapt, moet u de machineop vlakke grond parkeren en de parkeerreminschakelen. De motorolie moet warm zijn voordatu de olie aftapt. Stop de motor.

2. Open het motorluik.

g00975860Illustratie 214

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 147: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 14 3Onderhoud

Motorklepspeling - Controleren

3. Plaats het einde van slang (3) in een geschiktecontainer. Draai afsluitkraan (2) naar links omde motorolie uit het carter af te tappen. Draai deafsluitkraan naar rechts om hem te sluiten. Laatde olie uit de slang lopen.

4. Verwijder het oude filter (1) met een filtertang.

5. Reinig de filterhuisflens. Zorg dat al het materiaalvan de oude pakking verwijderd wordt.

6. Breng een dun laagje schone motorolie op denieuwe filterpakking aan.

7. Installeer motoroliefilter (1) handvast totdat deafdichting van motoroliefilter (1) de flens raakt.Noteer de stand van de indextekens op het filter inverhouding tot een vast punt op de filterflens.

Opmerking: Er staan draai-indextekens opmotoroliefilter (1) op 90° of 1/4 slag van elkaar.Gebruik deze draai-indextekens als leidraad wanneeru motoroliefilter (1) vastdraait.

8. Draai het filter vast volgens de instructies die ophet filter zijn gedrukt. Gebruik de indextekens alsleidraad.

Opmerking: U hebt wellicht een Caterpillarbandsleutel of ander geschikt gereedschap nodigom het filter zo ver vast te draaien als nodigis voor de uiteindelijke installatie. Zorg dat hetmontagegereedschap het filter niet beschadigt.

g01081070Illustratie 215

9. Verwijder vuldop (4) en vul het carter met verseolie.

Raadpleeg de Bedienings-en Onderhoudshandleiding,“Smeermiddelviscositeiten” voor meerinformatie over het vereiste soort olie. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Inhouden” voor meer informatie over dehoeveelheid vereiste olie.

10.Controleer of de parkeerrem is ingeschakelden de transmissie in NEUTRAAL staat en startde motor vervolgens. Laat de motor vijf minutenmet stationair toerental draaien. Inspecteer demotor op lekkage en voer eventueel noodzakelijkereparaties uit.

11.Stop de motor. Wacht twee minuten nadat u demotor hebt gestopt. Door de motor te stoppen kande olie in het carter teruglopen. Controleer hetoliepeil. Voeg zo nodig olie toe. Houd het oliepeiltussen de merktekens “ADD” (BIJVULLEN) en“FULL” (VOL) op de peilstok. Installeer de vuldop.

12.Sluit het motorluik.

Motorklepspeling - Controleren

Onderhoud wordt door Caterpillar aanbevolenvoor het afstellen van de motorklepspeling. Hetonderhoud voor de motorklepspeling maakt deel uitvan het smeerschema en het schema voor preventiefonderhoud om de motor zo lang mogelijk te latenmeegaan.

Opmerking: De motorklepspeling moet om de 2000uur of om de 2 jaar worden gecontroleerd.

OPGELETAlleen bevoegd onderhoudspersoneel mag dit onder-houd uitvoeren. Raadpleeg deWerkplaatshandleidingof uw Caterpillar dealer voor de complete procedureom de motorklepspeling af te stellen.

Verzeker u ervan dat de motor niet kan worden ge-start terwijl dit onderhoud wordt uitgevoerd. Ommogelijk letsel te voorkomen mag u de startmotorniet gebruiken om het vliegwiel te draaien.

Hete motorcomponenten kunnen brandwondenveroorzaken. Wacht lang genoeg tot de motor isafgekoeld voordat u de motorklepspeling meet ofafstelt.

Page 148: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

144 31200356OnderhoudEindaandrijvingolie - Verversen

OPGELETAls Caterpillar motoren met de verkeerde motor-klepspeling draaien, werkt de motor minder goed. Ditkan overmatig brandstofverbruik en/of een korterelevensduur van de motorcomponenten tot gevolghebben.

Meet de motorklepspeling met stilstaande motor. Omeen nauwkeurige meting te krijgen moet u minstens20 minuten wachten tot de kleppen tot de tempera-tuur van de motorcilinderkop en het motorblok zijn af-gekoeld.

Eindaandrijvingolie -Verversen

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

g00952214Illustratie 216

Stand van de stop voor aftappen van olie

1. Parkeer de machine op vlakke grond. Plaats deaftapstop in de in illustratie 216 afgebeelde stand.

2. Schuif de giek volledig in en breng hem helemaalomlaag. Zet de transmissiehendel in de standNEUTRAAL en schakel de parkeerrem in. Zetde motor uit.

3. Veeg het gebied rond de aftapstop schoon.Verwijder de stop en laat de olie in een geschiktecontainer lopen.

g00952220Illustratie 217Stand van de stop voor bijvullen van olie

4. Rijd met de machine tot de opening voor destop zich op de horizontale hartlijn van het wielbevindt. Deze juiste stand wordt in illustratie 217weergegeven.

5. Voeg olie toe aan de eindaandrijving via deopening voor de stop. Er hoort olie uit destop te druppelen wanneer de eindaandrijvingvol met olie is. Raadpleeg de Bedienings-en Onderhoudshandleiding, “Inhouden” ende Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Smeermiddelviscositeiten” voor meer informatie.

6. Reinig de stop en breng hem weer aan.

7. Herhaal de stappen die hierboven zijn uitgelegdvoor de drie andere eindaandrijvingen.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 149: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 14 5Onderhoud

Eindaandrijvingoliepeil - Controleren

Eindaandrijvingoliepeil -Controleren

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

g00952220Illustratie 218

1. Plaats de machine op vlakke grond om het oliepeilvan de eindaandrijving te controleren. Plaats destop van de eindaandrijving op de horizontalehartlijn van het wiel.

2. Schuif de giek volledig in en breng hem helemaalomlaag. Zet de transmissiehendel in de standNEUTRAAL en schakel de parkeerrem in. Zetde motor uit.

3. Reinig het gebied rond de stop. Verwijder de stop.

4. Controleer of de olie tot aan de vulopening reikt.Voeg zo nodig olie toe via de opening voor destop.

5. Reinig de stop en breng hem weer aan.

6. Herhaal stap 1 tot en met 5 voor de overige drieeindaandrijvingen.

Eindaandrijvingolie - Monsternemen

Hete olie en onderdelen kunnen verwondingenveroorzaken.

Laat hete olie en onderdelen niet in aanraking ko-men met de huid.

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

g00952220Illustratie 219

Schuif de giek volledig in en breng hem helemaalomlaag. Zet de transmissiehendel in de standNEUTRAAL en schakel de parkeerrem in. Zet demotor uit.

Neem een oliemonster uit elke eindaandrijving. Houdde oliemonsters gescheiden.

Kies een eindaandrijving om een oliemonster tenemen. Parkeer de machine op vlakke grond metde stop van de eindaandrijving op de horizontalemiddellijn van het wiel.

Page 150: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

146 31200356OnderhoudVork-horizontaalcilinderpen - Smeren

Reinig het gebied rond de stop en verwijder hem.Gebruik een monsternamepomp in het gat voorde stop om een oliemonster uit de eindaandrijvingte nemen. Inspecteer de stop op beschadiging.Installeer de stop.

Herhaal deze procedure voor de overigeeindaandrijvingen. De analyse van de olie uit debijbehorende eindaandrijving geeft een nauwkeurigbeeld van de toestand van de olie in elk systeem.

Gebruik S·O·S olieanalyse om de conditie van deolie te bewaken.

Vork-horizontaalcilinderpen -Smeren

g00977344Illustratie 220

Smeer de vork-horizontaalcilinderpen via desmeernippel.

Chassis-horizontaalcilinderpen -Smeren

g01073918Illustratie 221

De chassis-horizontaalcilinder bevindt zich rechtsaan de voorkant van de machine.

Smeer de chassis-horizontaalcilinderpen via desmeernippel op het bovenste montagepunt.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 151: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 147a Onderhoud Brandstofsysteem - Voorvullen

Brandstofsysteem - Voorvullen1. Draai het contactslot naar de stand AAN. Houd deschakelaar 3 minuten in de stand AAN.

OP G E L E TTorn de motor niet langer dan 30 seconden. Laat destartmotor twee minuten afkoelen voordat u de motorweer tornt.

Schade aan de turbocharger (indien aanwezig) kanveroorzaakt worden als het motortoerental niet laagwordt gehouden totdat het lampje/de meter voor demotorolie bevestigt dat de oliedruk voldoende is.

Tier II

2. Start de motor. Laat de motor stationair draaientotdat de motor rustig loopt.

Tier III

Het lichamelijke letsel of de dood kan uit het nalatenvoortvloeien om de volgende procedures aan tehangen.

Het contact met hoge drukbrandstof kan vloeibarepenetratie veroorzaken en gevaren branden.

De hoge nevel van de drukbrandstof kan eenbrandgevaar veroorzaken.

OPGELETZwengel niet de motor meer dan 30 seconden aan. Sta de beginnende motor toe om twee minuten te koelen alvorens opnieuw aan te zwengelen.

1. Stel pomp van de brandstofinstructie (1) in werking.2. Einde na 100 depressies van de pomp van de

brandstofinstructie.

3. Het systeem van de motorbrandstof nu moeten zou worden klaargemaakt.

4. Stel motoraanzet en onstabiele motor in werking. Nadat de motor is begonnen, werk onmiddellijk bij lage nutteloos voor een minimum van vijf minuten nadat de lucht is verwijderd uit brandstofsysteem.

OPGELET

De werkende motor voor dit periode van keer hulp verzekert het brandstofsysteem van lucht vrij is.

Maak de geen hoge lijn van de drukbrandstof los om lucht van brandstofsysteem te zuiveren.

OAM1340

Page 152: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 153: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 148a Onderhoud Waterafscheiderelement van brandstofsysteem - Vervangen

1. Parkeer de machine op vlakke grond. Schuif degiek helemaal in en breng hem helemaal omlaag.Breng de transmissiehendel naar de standNEUTRAAL en zorg ervoor dat de parkeerrem isingeschakeld. Zet de motor uit.

2. Open de motoromkasting.

g00976197Illustratie 232

3. Draai de klep (3) los en laat de inhoud van hethuis (2) in een geschikte container lopen. Draaide klep vast.

4. Ondersteun het huis (2) en draai het huis.Verwijder het huis.

5. Draai het element 90 graden naar links en haalhet element uit het huis (2).

6. Reinig het sluitvlak van de pakking op demontageflens (1). Vervang de O-ringafdichtingdie zich op het huis (2) bevindt. Steek een nieuwfilterelement in het huis en draai het element 90graden naar rechts om het te vergrendelen.

7. Breng een laagje schone dieselbrandstof op deO-ringafdichting van het nieuwe element aan.

8. Installeer het huis op de montageflens. Zet hethuis met de hand vast. Draai het huis niet te strakvast.

Opmerking: Zorg dat de O-ringafdichting nietbeschadigd raakt tijdens het installeren van het huis.Vervang de O-ring als hij beschadigd is.

9. Ontlucht het brandstofsysteem. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Brandstofsysteem - Voorvullen” voor nadereinstructies.

10.Start de motor en controleer op lekken.

Waterafscheiderelement vanbrandstofsysteem - VervangenTier III

Het lichamelijke letsel of de dood kan uit het nalatenvoortvloeien om de volgende procedures aan tehangen.

Brandstof die op hete oppervlakten ofelektrocomponenten wordt gelekt of wordt de gemorstkan een brand veroorzaken.

Maak gelekt of gemorste allen schoon brandstof. Rookniet terwijl het werken aan het brandstofsysteem.

Draai losmaken uitschakelen of losmaken de batterijwanneer het veranderen van brandstoffilters.

OPGELETHet nodige moet worden gedaan om ervoor te zorgen dat de vloeistoffen tijdens prestaties van inspectie, onderhoud, het testen, het aanpassen en reparatie van het product bevat zijn. Voorbereidingen getroffen om de vloeistof met geschikte containers te verzamelen alvorens om het even welk compartiment te openen of demonterend om het even welke component die vloeistoffen bevat.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Doe alle vloeistoffen volgens lokale verordeningen en mandaten weg.

Primaire Filter

1. Parkeer de machine op niveaugrond. Trek en volledig verminder volledig de boom in. Verplaats de transmissiecontrole in de NEUTRALE positie en zorg ervoor dat de parkerenrem bezet is. Zet de motor af.

2. Open de motorbijlage.

OAM1320

Page 154: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 155: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 14 9Onderhoud

Water en bezinksel in brandstoftank - Aftappen

g00951116Illustratie 225

2. Zoek brandstofvuldop (4) op en verwijder hethangslot, indien aanwezig.

3. Breng hendel (5) omhoog en draai de dopnaar links. Hierdoor wordt de brandstofvuldopontgrendeld.

4. Verwijder brandstofdop (4) en inspecteer hem.Vervang de brandstofdop als hij beschadigd is.

5. Breng de brandstofdop aan.

6. Installeer het hangslot, indien aanwezig.

7. Sluit het beveiligingsluik.

Water en bezinksel inbrandstoftank - Aftappen

Het niet opvolgen van de volgende procedureskan tot ernstig of dodelijk letsel leiden.

Brandstof die op hete oppervlakken of elektrischeonderdelen lekt of wordt gemorst, kan brand ver-oorzaken.

Ruim alle gelekte of gemorste brandstof op. Rookniet terwijl u aan het brandstofsysteem werkt.

Draai de accuschakelaar UIT of koppel de accu loswanneer u de brandstoffilters vervangt.

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

g00979514Illustratie 226

De aftapstop van de brandstoftank bevindt zich aande onderkant van de brandstoftank.

1. Draai de aftapstop los. Verwijder de aftapstopniet. Laat het water en bezinksel in een geschiktecontainer lopen en draai de aftapstop vervolgensvast.

2. Vul de brandstoftank met brandstof. Vul debrandstoftank aan het einde van elke werkdag.Hierdoor wordt vochtige lucht uitgedreven. Hetvullen van de tank helpt ook om condensatie toteen minimum te beperken. Vul de tank niet totbovenaan. Warme brandstof zet uit en de tankkan overstromen als hij te vol is.

Opmerking: Zorg dat de brandstoftank nooit leegraakt.

Page 156: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 157: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 15 1Onderhoud

Zekeringen en relais - Vervangen

Ruitenwisser voorruit (3) – 10 A

Ruitenwisser achterruit (4) – 15 A

Airconditioningventilator hoge snelheid(5) – 25 A

Airconditioningventilator lage snelheid(6) – 15 A

Hydraulisch hulpcircuit (7) – 10 A

Stuuruitlijning (8) – 10 A

Joystick (9) – 10 A

Reserveplaats (10)

PHS circuit (12) – 15 A

Richtingaanwijzers (13) – 10 A

Werklicht (14) – 10 A

Werklicht (15) – 10 A

Werklichten achter (16) – 10 A

Motor starten (17) – 10 A

Waarschuwingsknipperlichten (18) – 10A

Linker parkeerlicht, linker achterlicht ennummerbordlampje (19) – 15 A

Rechter parkeerlicht, rechter achterlichten mistlicht (20) – 15 A

Zwaailamp (21) – 10 A

Dynamoverklikker en oliedrukverklikker(22) – 15 A

Hoogte-afstelling van stoel (23) – 15 A

Radio, onafhankelijk van contactslot(24) – 10 A

Achterlichten links (25) – 10 A

Achterlichten rechts (26) – 10 A

Motor draait (27) – 10 A

Brandstofpomp (28) – Deze zekeringwordt niet op deze machine gebruikt.

Radio, afhankelijk van contactslot (29) –10 A

Claxon (30) – 10 A

Reserveplaats (11)

Page 158: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

152 31200356OnderhoudVerklikkers en meters - Testen

Elektronisch bewakingssysteem (31) –15 A

Elektronisch bewakingssysteem (32) –20 A

g01056973Illustratie 230

Voor Tier II machines bevindt de zekering voorde brandstofpomp zich in de motorruimte naastde automatische zekeringen. Verwijder hetbeveiligingsluik om de zekering te kunnen bereiken.

RelaisOpmerking: Het is mogelijk dat de machine nietalle hier genoemde relais gebruikt. U dient dezerelais uitsluitend door relais van hetzelfde soort tevervangen.

g00951212Illustratie 231

Illustratie 231 geeft de plaats van de relais ophet zekeringenpaneel weer. Er bevindt zich eenpictogram op het toegangsluik. De plaats van hetrelais komt overeen met de plaats van het pictogramop de sticker.

Brandstofpomp (33)

Massa voor snelkoppeling (34)

Voeding voor snelkoppeling (35)

Hondegang (36)

Achteruitrijlichten (37)

Cirkelbesturing (38)

Chassis horizontaal (39)

Massa voor hulpwisselklep (40)

Voeding voor hulpwisselklep (41)

Differentieelblokkering (42)

Brandstofpomp (43)

Motorrelais (44)

Verklikkers en meters - Testen

Controleer op kapotte verklikkers, schakelaar enlenzen van de meters op het instrumentenpaneel.

Page 159: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 15 3Onderhoud

Indicator voor stabiliteit in de lengte - Kalibreren

Start de motor. Laat de motor draaien tot de metersop het instrumentenpaneel de huidige waardeaanwijzen. Controleer of de meters goed werken.

Stop de motor en voer de nodige reparaties uitvoordat u de machine bedient.

Indicator voor stabiliteit in delengte - Kalibreren

Het gebruik van een defecte indicator voor de sta-biliteit in de lengte (LSI, Longitudinal Stability In-dicator) kan ertoe leiden dat de machine onstabielis. Gebruik de machine alleen als de LSI in goe-de staat verkeert. Een onstabielemachine kan ern-stig of dodelijk letsel veroorzaken.

Indicator voor stabiliteit in delengte - Testen

De volgende procedure moet worden gevolgdwanneer u de werking van het indicatorsysteem voorstabiliteit in de lengte test.

Eerste test1. Voer de volgende procedures op de machine uit:

a. Verwijder alle uitrustingsstukken van demachine. Verwijder alle belasting die op deachterste koppeling wordt uitgeoefend.

b. Plaats de machine op vlakke grond. Stel hetchassis van de machine zo nodig horizontaal.

c. Breng de stempels geheel omhoog .

d. Zorg dat alle wielen recht vooruit staan. Rijd demachine 3 m (10 ft) voor- en achteruit.

e. Kantel de koppeling volledig naar voren.

f. Laat de giek volledig zakken en schuif hem in.

g. Schakel de parkeerrem in en zet detransmissiehendel in de stand NEUTRAAL.

2. Draai het contactslot naar de stand UIT. Wacht30 seconden.

3. Draai het contactslot naar de stand AAN, maartorn de motor niet.

Opmerking: De machine voert de zelftestuit. Raadpleeg het onderwerp “Contactslot” inde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Bedieningselementen” voor meer informatie.

4. Nadat de zelftests zijn voltooid, test de machinehet indicatorsysteem voor stabiliteit in de lengte.

a. Als de test met goed gevolg is voltooid, werktde meter op de manier die in de Bedienings- enOnderhoudshandleiding , “Bewakingssysteem”is beschreven. Dit geeft aan dat het systeemnaar behoren werkt.

b. De naald van de indicator voor stabiliteit in delengte gaat naar het rode gebied van de meterals de test niet met goed gevolg is voltooid. Uhoort een hoorbaar alarm met tussenpozen.Het waarschuwingslampje wordt ingeschakeld.Draai het contactslot naar de stand UIT om hetalarm te stoppen.

Opmerking: Deze test wordt automatisch uitgevoerd.De test wordt uitgevoerd wanneer het contactslot vande stand UIT naar de stand AAN wordt gedraaid.

Tweede testVoer de volgende test uit als de machine desysteemtest van de indicator voor stabiliteit in delengte niet met goed gevolg voltooit.

1. Verzeker u ervan dat alle stappen zijn uitgevoerdin Stap 1 van “Eerste test”.

2. Herhaal de test voor het indicatorsysteem voorstabiliteit in de lengte.

Opmerking: Als de machine de systeemtests vande indicator voor stabiliteit in de lengte niet metgoed gevolg blijft voltooien, mag de machine nietworden bediend. Bel uw Caterpillar dealer om hetindicatorsysteem voor stabiliteit in de lengte opnieuwte kalibreren.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 160: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

154 31200356OnderhoudOliefilter - Inspecteren

Oliefilter - Inspecteren

Gebruikt filter op deeltjesinspecteren

g00100013Illustratie 232Het element is afgebeeld met deeltjes.

Snijd het filterelement open met een filtermes. Spreidde plooien open en controleer het element op deaanwezigheid van metalen en andere deeltjes. Eente grote hoeveelheid deeltjes in het filterelement kanwijzen op een mogelijk defect.

Als metalen in het filterelement worden gevonden,kan een magneet worden gebruikt om hetverschil te zien tussen ijzerhoudende deeltjes enniet-ijzerhoudende deeltjes.

IJzerhoudende metalen kunnen wijzen op slijtagevan stalen en gietijzeren onderdelen.

Niet-ijzerhoudende metalen kunnen wijzen op slijtagevan de aluminium onderdelen van de motor zoals dehoofdlagers, drijfstanglagers of turbochargerlagers.

In het filterelement kunnen kleine hoeveelhedendeeltjes worden gevonden. Dit kan wordenveroorzaakt door wrijving en normale slijtage.Raadpleeg uw Caterpillar dealer voor verdereanalyse indien een overmatige hoeveelheid deeltjeswordt gevonden.

Het gebruik van een oliefilterelement dat niet doorCaterpillar wordt aanbevolen, kan leiden tot ernstigemotorschade aan de motorlagers, de krukas enandere delen. Dit kan leiden tot grotere deeltjesin ongefilterde olie. Deze deeltjes kunnen hetsmeersysteem binnendringen en ernstige schadeveroorzaken.

Parkeerrem - Afstellen

Als de machine tijdens de test “Parkeerrem”in de Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Remsysteem - Testen” rijdt, voert u de volgendeprocedure uit om de parkeerrem bij te stellen.

1. Schakel de bedrijfsremmen in.

g00951281Illustratie 233

2. Schakel de parkeerrem uit.

3. Terwijl u naar de parkeerremhendel kijkt vanaf devoorkant van de machine en naar de achterkantvan de machine toe, draait u de hendel een halveslag naar rechts.

4. Herhaal de testprocedure “Parkeerrem” inde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Remsysteem - Testen”.

Als de machine tijdens de parkeerremtest rijdt,voert u de afstelprocedure nogmaals uit. Als ude parkeerremhendel niet verder kunt bijstellen,Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 161: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 15 5Onderhoud

Riemschijf voor giekuitschuifketting - Smeren

Riemschijf voorgiekuitschuifketting - Smeren

g01076995Illustratie 234

Smeer de riemschijf voor de giekuitschuifkettingvia twee smeernippels in gieksegment 2. Smeerde riemschijf van de giekuitschuifketting via éénsmeernippel in gieksegment 3.

Riemschijf voorgiekinschuifketting - Smeren

g00856690Illustratie 235

g01077016Illustratie 236

Verwijder het toegangsluik aan de achterkant vande giek. Breng de giek zo ver mogelijk omhoog ensmeer de inschuifkettingrollen via vier smeernippelsaan de achterkant van de giek.

Radiatorblok - Reinigen

Als de machine niet met een airconditioning isuitgerust, gebruikt u perslucht om stof en andererommel van het radiatorblok te verwijderen.

Als de machine met een airconditioning isuitgerust, moet de condensor uit de buurt van deradiator worden gekanteld om het radiatorblok encondensorblok goed te kunnen schoonmaken.

1. Open het motorluik.

g00950948Illustratie 237

Page 162: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

156 31200356OnderhoudKoelmiddeldroger - Vervangen

2. Open de grendel die zich boven op de condensorbevindt.

g00951345Illustratie 238

3. Kantel de condensor van de radiator vandaan.

4. Verwijder stof en andere rommel met persluchtvan het radiatorblok en condensorblok.

5. Kantel de condensor terug en vergrendel degrendel.

Koelmiddeldroger - Vervangen

Aanraking van koelmiddel kan lichamelijk letseltot gevolg hebben.

Aanraking van koelmiddel kan bevroren ledema-ten tot gevolg hebben. Houd gezicht en handen uitde buurt om letsel te helpen voorkomen.

Er moet altijd een veiligheidsbril worden gedragenwanneer koelmiddelleidingen worden geopend,zelfs als de meters aangeven dat er geen koelmid-del in het systeem is.

Wees altijd voorzichtig bij het verwijderen van eenkoppelstuk. Draai het koppelstuk langzaam open.Als het systeem nog onder druk staat, ontlast u dedruk langzaam in een goed-geventileerde ruimte.

Inademen van koelmiddelgas via een brandendesigaret kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.

Inademen van airconditioningkoelmiddelgas viaeen brandende sigaret of andere manier van ro-ken of inademen van dampen die door een vlamworden geproduceerd die in aanraking is methet airconditioningkoelmiddelgas, kan ernstig ofdodelijk letsel veroorzaken.

Rook niet tijdens het uitvoeren van onderhoud ofreparaties aan airconditionings of steeds wanneerkoelmiddelgas aanwezig kan zijn.

Gebruik een gewaarmerkte terugwinnings- enrecycleerwagen om het koelmiddel op de juistewijze uit het airconditioningssysteem te verwijde-ren.

g00980936Illustratie 239

Page 163: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 15 7Onderhoud

ROPS-constructie (bescherming bij omkantelen) en FOPS-constructie (bescherming tegen vallende voorwerpen) -Inspecteren

De koelmiddelaccumulator bevindt zich aan deachterkant van de motorruimte.

Opmerking: Wanneer u de machine bedient in eenklimaat met een hoge vochtigheidsgraad, moet u dekoelmiddelaccumulator om de 1000 bedrijfsuren of 6maanden vervangen.

ROPS-constructie(bescherming bij omkantelen)en FOPS-constructie(bescherming tegen vallendevoorwerpen) - Inspecteren

g00950870Illustratie 240

g00951451Illustratie 241

De voorste bouten (1) bevinden onder de linkerkantvan de cabine.

De achterste bouten (3) bevinden onder hetruitensproeierreservoir achter de cabine.

1. Verwijder de bouten (2) om hetruitensproeierreservoir te kunnen verwijderen.

2. Vervang beschadigde of ontbrekende boutenalleen door originele onderdelen. Draai de boutenaan tot 450 N·m (332 lb ft).

Opmerking: Breng olie op de bouten aan voordat uze aanbrengt. Het aandraaimoment kan verkeerd zijnals u geen olie aanbrengt.

3. Installeer het ruitensproeierreservoir en de tweebouten.

4. Gebruik de machine op oneffen terrein. Vervangde ROPS/FOPS-montagesteunen als deROPS/FOPS-constructie lawaai maakt of als deROPS/FOPS-constructie ratelt.

Probeer de ROPS/FOPS-constructie niet recht tebuigen of te repareren. Als er scheuren in de lassen,de gietstukken, of in enig metalen gedeelte van deROPS/FOPS-constructie voorkomen, dient u uwCaterpillar dealer te raadplegen voor reparaties.

Page 164: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

158 31200356OnderhoudVeiligheidsgordel - Inspecteren

Veiligheidsgordel - Inspecteren

Controleer de conditie van de veiligheidsgordel envan de bevestigingsonderdelen altijd voordat u demachine gebruikt. Vervang beschadigde of versletenonderdelen voordat u de machine bedient.

g00932801Illustratie 242

Karakteristiek voorbeeld

Controleer de bevestigingsonderdelen (1) vande veiligheidsgordel op slijtage en beschadiging.Vervang alle bevestigingsonderdelen die versletenof beschadigd zijn. Controleer of de montageboutengoed vastzitten.

Controleer gesp (2) op slijtage of beschadiging.Vervang de veiligheidsgordel als de gesp versletenof beschadigd is.

Inspecteer of het weefsel van de veiligheidsgordel (3)versleten of gerafeld is. Vervang de veiligheidsgordelals hij versleten of gerafeld is.

Neem contact op met uw Caterpillar dealer voorhet vervangen van de veiligheidsgordel en debevestigingsonderdelen.

Opmerking: Vervang de veiligheidsgordel binnendrie jaar na de installatiedatum of binnen vijf jaar nade productiedatum. Vervang de veiligheidsgordel opde eerstvolgende datum. Op elke veiligheidsgordelis een etiket genaaid voor het bepalen van deouderdom van de gordel.

Als de machine met een verlengstuk voor deveiligheidsgordel is uitgerust, voert u dezeinspectieprocedure ook voor het verlengstuk van deveiligheidsgordel uit.

Veiligheidsgordel - Vervangen

Vervang de veiligheidsgordel binnen drie jaarna de installatiedatum of binnen vijf jaar na deproductiedatum. Vervang de veiligheidsgordel opde eerstvolgende datum. Op elke veiligheidsgordelis een etiket genaaid voor het bepalen van deouderdom van de gordel.

g01118402Illustratie 243

(1) Installatiedatum (onderkant)(2) Installatiedatum(3) Productiedatum

Raadpleeg uw Caterpillar dealer voor het vervangenvan de veiligheidsgordel.

Als de machine met een verlengstuk voor deveiligheidsgordel is uitgerust, voert u dezevervangingsprocedure ook voor het verlengstuk vande veiligheidsgordel uit.

Page 165: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 15 9Onderhoud

Stempel- en cilinderlagers - Smeren

Stempel- en cilinderlagers -Smeren

g01013784Illustratie 244

Smeer de stempelcilinderlagers en de poten van destempel via acht smeernippels als de machine metstempels is uitgerust.

Bandenspanning - Controleren

Het verkeerd oppompen van banden kan ernstigletsel veroorzaken.

Indien de uitrusting onjuist gebruikt of misbruiktwordt, kan dat een klapband of een defect aan eenvelg tot gevolg hebben.

Gebruik een zelfbevestigende nippel en ga ach-ter het loopvlak van de band staan wanneer u eenband oppompt.

De juiste uitrusting voor het oppompen en trainingin het gebruik van de uitrusting zijn nodig om tevoorkomen dat de banden te hard worden opge-pompt.

Plaats de band in een veiligheidsinrichting voor-dat u de band oppompt.

Sommige machines zijn met luchtgevulde bandenuitgerust. Andere machines zijn met schuimgevuldebanden uitgerust. De spanning van luchtgevuldebanden moet worden gecontroleerd. De spanningvan schuimgevulde banden hoeft niet te wordengecontroleerd.

1. Parkeer de machine op vlakke grond. Schakel deparkeerrem in. Schuif de giek in en breng hemomlaag. Zet de motor uit.

2. Veeg het gebied rond de ventielsteel schoon.

3. Verwijder de stofdop van de ventielsteel.

4. Ga achter het loopvlak van de bandstaan en gebruik een Caterpillar 4S-6524bandenspanningsmeter of 1P-0545bandenspanningsmeter om de bandenspanningte meten. Als deze bandenspanningsmeters nietverkrijgbaar zijn, kunt u een gelijkwaardig productgebruiken om de bandenspanning te controleren.Pomp de band op als de spanning te laag is.

5. Breng de stofdop op de ventielsteel aan.

Raadpleeg de volgende aanvullende informatie overde bandenspanning:

• “Bandenspanning tijdens transport”

• “ Bandenspanning bijstellen”

Raadpleeg uw Caterpillar dealer voor meer informatieover de juiste bedrijfsspanning en de maximalebelasting.

Olie van transmissie enhydraulisch systeem -Verversen

Hete olie en hete componenten kunnen verwon-dingen veroorzaken. Laat hete olie of hete com-ponenten niet in aanraking komen met de huid.

Page 166: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

160 31200356OnderhoudOlie van transmissie en hydraulisch systeem - Verversen

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

g00951114Illustratie 245

1. Om beveiligingsluik (1) te openen ontgrendelt uslot (2) en trekt u grendel (3) naar buiten.

g01081139Illustratie 246

2. Breng grendel (4) omhoog. Draai de grendelnaar links om de druk in het hydraulischesysteem te ontlasten. Verwijder vuldop (5) van dehydrauliekolietank.

3. Verwijder aftapstop (6) aan de onderkant van dehydrauliekolietank en laat de olie in een geschiktecontainer lopen. Reinig de aftapstop. Installeer deaftapstop weer in de hydrauliekolietank.

g00955414Illustratie 247

4. Verwijder aftapstop (7) aan de onderkant vande transmissie en laat de olie in een geschiktecontainer lopen. Reinig de aftapstop. Installeer deaftapstop weer in de transmissie.

5. Vul de tank met verse olie en installeer de vuldop.Veeg eventueel gemorste olie op. Raadpleegde Bedienings- en Onderhoudshandleiding,“Smeermiddelviscositeiten” en de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Inhouden” voor meerinformatie.

Opmerking: Start de motor pas wanneer de tankmet verse olie is gevuld. Wanneer u de motor startvoordat u hem opnieuw met olie hebt gevuld, kan despoelpomp of de transmissie beschadigd raken.

6. Start de motor. Controleer op ruimte voor degiek. De giek heeft ruimte nodig om volledig uitte schuiven. U hebt voldoende ruimte nodig omde giek helemaal omhoog en omlaag te brengen.Breng de giek enkele keren omhoog en omlaag.Schuif de giek enkele keren uit en in.

7. Rijd de machine langzaam vooruit met de giekin de rijstand. Stuur de machine van links naarrechts.

8. Parkeer de machine en controleer het oliepeil.Voeg zo nodig olie toe.

9. Sluit het beveiligingsluik.

Page 167: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 16 1Onderhoud

Transmissie en hydraulisch systeem - Oliefilter vervangen

Referentie: Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Transmissie enhydraulisch systeem – Oliepeil controleren” voormeer informatie.

Transmissie en hydraulischsysteem - Oliefilter vervangen

Hete olie en hete componenten kunnen verwon-dingen veroorzaken. Laat hete olie of hete com-ponenten niet in aanraking komen met de huid.

OPGELETPas op dat vloeistoffen tijdens het uitvoeren van eeninspectie, onderhoud, test, afstelling en reparatie vanhet product ingesloten blijven. Wees erop voorbereidom de vloeistof in geschikte containers op te vangenvoordat u een huis opent of een component uit elkaarhaalt die vloeistoffen bevat.

Raadpleeg Speciale publicatie, NENG2500, “Cater-pillar Tools and Shop Products Guide” (Gids voorgereedschap en werkplaatsproducten) voor ge-reedschap en benodigdheden die geschikt zijn omvloeistoffen van Caterpillar producten op te vangen.

Voer alle vloeistoffen volgens de plaatselijke voor-schriften en verordeningen af.

g00951114Illustratie 248

1. Om beveiligingsluik (1) te openen ontgrendelt uslot (2) en trekt u grendel (3) naar buiten.

g01081694Illustratie 249Vuldop hydrauliekolietank

2. Breng grendel (4) omhoog en draai hem linksomom de druk in het hydraulische systeem teontlasten. Verwijder vuldop (5).

3. Open de motoromkasting.

g00951763Illustratie 250

4. Verwijder oliefilter (6). Gooi het oliefilter weg nadatu het hebt verwijderd. Het oliefilter bevat olie.

5. Reinig de aansluitflens van het oliefilter. Zorg datde oude filterpakking geheel verwijderd is.

6. Breng een dun laagje olie op de afdichting vanhet nieuwe oliefilter aan.

7. Installeer het nieuwe oliefilter met de hand totdatde afdichting van het oliefilter de filterhuisflensraakt. Noteer de stand van de indextekens ophet filter in verhouding tot een vast punt op defilterhuisflens.

Opmerking: Er staan draai-indextekens op hetoliefilter op 90 graden of 1/4 slag van elkaar. Gebruikde draai-indextekens als leidraad wanneer u hetoliefilter vastdraait.

Page 168: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

162 31200356OnderhoudTransmissie en hydraulisch systeem - Oliepeil controleren

8. Draai het oliefilter vast volgens de instructies dieop het filter zijn gedrukt. Gebruik deze tekens alsleidraad voor het vastdraaien van het oliefilter.

Opmerking: U hebt wellicht een Caterpillarbandsleutel of ander geschikt gereedschap nodigom het filter zo ver vast te draaien als nodigis voor de uiteindelijke installatie. Zorg dat hetmontagegereedschap het filter niet beschadigt.

Referentie: Raadpleeg de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Transmissie enhydraulisch systeem - Oliepeil controleren” voormeer informatie.

9. Draai vuldop (5) vast.

10.Sluit het beveiligingsluik.

Transmissie en hydraulischsysteem - Oliepeil controleren

Voordat u het hydrauliekoliepeil controleert, moet ude volgende procedures uitvoeren.

• Parkeer de machine op vlakke grond.

• Schuif de giek in.

• Laat het uitrustingsstuk op de grond zakken.

• Breng de stempels geheel omhoog.

g00951114Illustratie 251

De oliepeilstok bevindt zich achter beveiligingsluik(1) aan de linkerkant van de machine. Om hetbeveiligingsluik te openen ontgrendelt u slot (2) entrekt u grendel (3) naar buiten.

g01081701Illustratie 252

Opmerking: Laat de machine minstens vijf minutenlopen om het hydraulische systeem onder druk tebrengen.

Kijk naar oliepeilstok (4) om het oliepeil in hethydraulische systeem te controleren. Het oliepeil vanhet hydraulische systeem is juist wanneer het oliepeilde streep “MAX” heeft bereikt of als het oliepeilhalverwege tussen de rode en blauwe streep op deoliepeilstok is. Voeg zo nodig met behulp van devolgende methode TDTO olie tot het juiste oliepeiltoe.

1. Breng grendel (5) omhoog en draai vuldop (6)langzaam los om de druk in het hydraulischesysteem te ontlasten. Verwijder de vuldop.

2. Vul de hydrauliekolie bij tot het vereistepeil en breng de vuldop aan. Veegeventueel gemorste olie op. Raadpleeg deBedienings- en Onderhoudshandleiding,“Smeermiddelviscositeiten” en de Bedienings- enOnderhoudshandleiding, “Inhouden” voor meerinformatie.

3. Sluit het beveiligingsluik.

Page 169: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 16 3Onderhoud

Transmissie en hydraulisch systeem - Oliemonster nemen

Transmissie en hydraulischsysteem - Oliemonster nemen

g00956578Illustratie 253

De monsternameklep voor de transmissie enhydrauliekolie bevindt zich in de motorruimte op defilterflens voor het transmissie- en hydrauliekoliefilter.

Tankontluchter vantransmissie en hydraulischsysteem - Reinigen

De ontluchter voor de tank van de transmissie en hethydraulische systeem bevindt zich onder de tank.De ontluchter bevindt zich tussen de brandstoftanken het chassis.

g01081721Illustratie 254De brandstoftank en de houder zijn verwijderd zodat u deonderdelen beter kunt zien.

1. Maak slangklem (1) los en verwijder ontluchter (2).

2. Was de ontluchter in een schoon, niet-ontvlambaaroplosmiddel.

3. Installeer de schone ontluchter en sluit de slangweer aan. Zet de slangklem vast.

Turbocharger - Inspecteren

Als de turbocharger defect raakt terwijl demotor draait, kunnen het compressorwiel van deturbocharger en de gehele motor ernstige schadeoplopen.

Als de lagers van de turbocharger defect raken,kunnen grote hoeveelheden olie in het luchtinlaat- enuitlaatsysteem terecht komen. Verlies van motoroliekan ernstige motorschade veroorzaken.

Blijf de motor niet gebruiken wanneer een lagervan de turbocharger defect is geraakt en demotorprestaties aanzienlijk zijn afgenomen.Motorrook en verhoging van het toerental terwijl demotor onbelast is, zijn kenmerken van verlies vanmotorprestaties.

Referentie: Voor meer informatie over hetinspecteren van de turbocharger kunt u dedesbetreffende Werkplaatshandleiding voor de motorvan de machine raadplegen.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 170: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

164 31200356OnderhoudAandraaimoment van wielmoeren - Controleren

Aandraaimoment vanwielmoeren - Controleren

Controleer het aandraaimoment van de wielmoerenop nieuwe wielen en op gerepareerde wielen omde tien bedrijfsuren totdat het voorgeschrevenaandraaimoment wordt gehandhaafd.

Draai de wielmoeren vast met een aandraaimomentvan 460 ± 60 N·m (340 ± 45 lb ft). Wanneer u nieuweof gerepareerde wielen installeert, breng dan ééndruppel smeerolie op de schroefdraad aan voordat ude wielmoeren en sluitringen installeert.

Ruitensproeierreservoir -Vullen

OPGELETGebruik Caterpillar ruitensproeiervloeistof die niet be-vriest, of een in de handel verkrijgbare ruitensproeier-vloeistof om te voorkomen dat het ruitensproeiersys-teem bevriest.

g00951404Illustratie 255

g00950813Illustratie 256

1. Verwijder de vuldop.

2. Vul het reservoir met geschikteruitensproeiervloeistof.

3. Installeer de vuldop.

Ruitenwisser - Inspecteren/vervangen

Controleer de conditie van de ruitenwissers. Vervangde wisserbladen als ze versleten of beschadigd zijnof als ze strepen op de ruit veroorzaken.

Ruiten - Reinigen

g00856748Illustratie 257

Gebruik in de handel verkrijgbareruitenreinigingsmiddelen om de ruiten schoonte maken. Sta op de grond om de buitenkant van deruiten te reinigen, tenzij handgrepen aanwezig zijn.

Page 171: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 16 5Onderhoud

Uitrustingsstuk - Inspecteren/vervangen

Uitrustingsstuk -Inspecteren/vervangen

Om onverwachte, dure reparaties en stilstandtijdtot een minimum te beperken moeten inspectiesregelmatig worden uitgevoerd. De periode tussende inspecties hangt van de ouderdom van hetuitrustingsstuk en de bedrijfsomstandigheden af.

Oudere uitrustingsstukken en uitrustingsstukken diein zware bedrijfsomstandigheden worden gebruikt,moeten vaker worden geïnspecteerd.

Om een goede inspectie te kunnen uitvoerenmoet het uitrustingsstuk grondig worden gereinigd.Het is onmogelijk om het uitrustingsstuk goed teinspecteren als het vuil is.

Als defecten vroeg aan het licht komen en wordenverholpen, kan het uitrustingsstuk bedrijfsklaarblijven. Als defecten vroeg aan het licht komenen worden verholpen, is de inzetbaarheid van hetuitrustingsstuk bovendien groter. Het verhelpenvan defecten maakt tevens de kans op ongelukkenkleiner.

Het uitrustingsstuk mag alleen door een vakbekwameCaterpillar dealer in overeenstemming met deaanbevelingen van de fabrikant worden gerepareerd.Als u echter besluit om zelf reparaties uit te voeren,kunt u contact opnemen met uw Caterpillar dealervoor de aanbevolen reparatietechnieken.

Inspecteer het uitrustingsstuk voordat het aan demachine wordt bevestigd.

VorkenVorken kunnen verslijten. De cumulatieve gevolgenvan ouderdom, slijtende werking, corrosie,overbelasting en misbruik kunnen de vorkenaanzienlijk verzwakken.

Oudere uitrustingsstukken en uitrustingsstukkendie in bijzonder zware bedrijfsomstandigheden of ineen verhuurbedrijf worden gebruikt, moeten vakerworden geïnspecteerd.

Om een goede inspectie uit te voeren, moetende vorken grondig worden gereinigd. Het isonmogelijk om de vorken goed te inspecteren als hetuitrustingsstuk vuil is.

Inspecteer de vorken voordat deze aan de machineworden bevestigd.

Voer de jaarlijkse inspectie voor de vorken uit vóór deaanvang van elk contract voor alle machines die ineen verhuurbedrijf worden gebruikt.

Inspecteer de vorken op vervorming. Controleer ofde vorkhouder haaks op het blad van de vork staat.Controleer de vork op scheurtjes in het metaal.Inspecteer het gebied rondom de hiel van de vorknauwkeurig. Dit is het gebied van de vork dat aande grootste belasting wordt blootgesteld. Als eenscheurtje zichtbaar is, moet u de vork onmiddellijkuit bedrijf nemen totdat hij grondig onderzocht kanworden.

Houd documentatie van elke vork bij opdat de vorkenregelmatig worden geïnspecteerd. Neem de volgendeaanvankelijke informatie in de documentatie op:

• Fabrikant van de vork

• Vorktype

• Oorspronkelijke grootte van vorkgedeelte

• Oorspronkelijke lengte van de vork

Noteer de datum en het resultaat van elke inspectie.Zorg dat de volgende informatie is opgenomen:

• Hoeveelheid slijtage op het blad

• Eventuele beschadiging, defect of vervorming diehet gebruik van de vorken kan belemmeren

• Eventuele reparaties of onderhoud aan de vorken

Doorlopende documentatie van deze informatie helptbij het identificeren van de juiste inspectieperiodenvoor elk karwei, bij het identificeren en oplossen vanproblemen en bij het voorzien van het tijdstip waaropde vorken moeten worden vervangen.

Dagelijkse inspectie

1. Kijk of de vorken scheurtjes hebben. Zoek vooralnaar scheurtjes in de hiel van de vorken en rondde lassen. Zoek naar gebroken of verbogenvorkpunten. Zoek naar verdraaide bladen enschachten. Vorken die verdraaid zijn, dienen uitbedrijf te worden genomen. Vorken die scheurtjesvertonen, moeten ook uit bedrijf worden genomen.

2. Controleer of de bout voor het vergrendelen vande vork op zijn plaats zit en werkt. Vergrendel devorken voordat u ze gebruikt.

3. Neem alle versleten of beschadigde vorken uitbedrijf.

Jaarlijkse inspectie

Page 172: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

166 31200356OnderhoudUitrustingsstuk - Inspecteren/vervangen

g01001950Illustratie 258

1. Inspecteer de vorken zorgvuldig op scheurtjes. Letvooral op hiel (A) en montagesteunen (B). Zoeknaar scheurtjes rond alle lassen. Inspecteer debuizen op vorken die op assen zijn gemonteerd.

Vorken met scheurtjes dienen uit bedrijf te wordengenomen.

g01001964Illustratie 259

2. Controleer de hoek tussen het bovenvlak van blad(D) en het voorvlak van schacht (E). Neem de vorkuit bedrijf als hoek (C) meer dan 93 graden is.

3. Controleer met een richtliniaal of het bovenvlakvan blad (D) en het voorvlak van schacht (E) rechtzijn.

Neem de vork uit bedrijf als de gemeten afwijkingmeer dan 0,5 procent van de lengte van het bladis. Neem de vork uit bedrijf als de afwijking van dehoogte meer dan 0,5 procent van de hoogte vande schacht is.

g01001968Illustratie 260

4. Controleer het verschil in de hoogte van de puntvan één vork vergeleken met de hoogte van depunt van de andere vork wanneer de vorken ophet vorkenbord zijn gemonteerd. Als een vorkpuntvan hoogte verschilt, kan dit tot een ongelijkeverdeling van de last leiden. Dit kan problemenveroorzaken wanneer de vorken de openingenvan de last binnengaan.

Het maximale aanbevolen hoogteverschil vande punt van vorken (F) is 6,5 mm (0,25 inch)voor palletvorken. Het maximale aanbevolenhoogteverschil van de punt van vorken (F) is3 mm (0,125 inch) voor volledig taps toelopendevorken. Het maximale toegestane verschil in dehoogte van de punten tussen twee of meer vorkenis 3 procent van de lengte (L) van het blad.

Vervang één of beide vorken wanneer het verschilin de hoogte van de punt van de vork groter is danhet maximale toegestane verschil.

g01001977Illustratie 261

5. Controleer de dikte (J) van het blad en de dikte(H) van de schacht op slijtage. Let vooral op hiel(A). Neem de vork uit bedrijf als de dikte tot 90procent of minder van de oorspronkelijke dikte isverminderd.

Page 173: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 16 7Onderhoud

Uitrustingsstuk - Inspecteren/vervangen

De lengte van de vork kan ook door slijtageworden verminderd, vooral op taps toelopendevorken. Neem de vorken uit bedrijf wanneer delengte van het blad niet meer toereikend is voorde voorgenomen lasten.

g01001990Illustratie 262

6. Controleer of u markeringen (K) kunt lezen.Vervang de markeringen als ze niet leesbaar zijn.

Bakken

Montagesteun

Inspecteer de montagesteunen op de bak encontroleer of de montageplaten niet verbogen of opandere wijze beschadigd zijn. Inspecteer de schuineplaat en controleer of de plaat niet gebogen of opandere wijze beschadigd is. Als u vermoedt dat erslijtage of beschadiging is, dient u uw Caterpillardealer te raadplegen voordat u de bak gebruikt.

Bakmessen

Het vallen van de bak kan ernstige of dodelijkeongevallen tot gevolg hebben.

Plaats blokken onder de bak voordat u de bakmes-sen verwisselt.

1. Breng de bak omhoog. Plaats een blok onder debak.

2. Laat de bak op het blok zakken.

Zet de bak niet te hoog. Stut de bak zodanigdat de bak hoog genoeg is om de messen enhoekstukken te verwijderen.

3. Verwijder de bouten. Verwijder het mes en dehoekstukken.

4. Reinig de raakvlakken.

5. Gebruik de andere kant van het mes als deze kantnog niet afgesleten is.

6. Installeer een nieuw mes als beide kantenversleten zijn.

7. Breng de bouten aan. Draai de bouten tot hetopg ege ve n aa ndr aa im ome nt a an.

8. Breng de bak omhoog. Verwijder de blokken.

9. Laat de bak op de grond zakken.

10.Na enkele bedrijfsuren moet u de bouten op hetjuiste aandraaimoment controleren.

Bakslijtplaten

Het vallen van de bak kan ernstige of dodelijkeongevallen tot gevolg hebben.

Wanneer u met de bak omhoog onder of in debuurt van de bak of het stangenstelsel werkt, moetu blokken onder de bak en/of het stangenstelselplaatsen.

Vervang de slijtplaten voordat de bodem van de bakschade oploopt.

1. Breng de bak omhoog en plaats er blokken onder.

2. Draai de bouten los en verwijder de slijtplaten.

3. Installeer nieuwe slijtplaten. Draai de bouten tothet o pge gev en aan dr aai mo men t aa n.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Verwijs naar het correcte Handboek van de Dienst voor meer informatie.

Page 174: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

168 31200356NaslagwerkenReferentiemateriaal

Naslagwerken

Page 175: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 16 9Naslagwerken

Referentiemateriaal

Do or go edg ekeurd euitrustingsstukken

Het gebruik van niet goedgekeurde uitrustings-stukken op verreikers kan ernstige of dodelijkeongelukken tot gevolg hebben.

Voordat u een uitrustingsstuk op deze machi-ne installeert, moet u zich ervan verzekeren dathet door Caterpillar is goedgekeurd en dat eenCaterpillar hefvermogentabel voor het gebruikervan in de cabine aanwezig is.

OPGELETWanneer bepaalde uitrustingsstukken geïnstalleerdzijn, kunnen deze uitrustingsstukken in aanrakingkomen met de voorbanden of de voorspatborden.Deze situatie kan zich voordoen wanneer de giekis ingeschoven en het uitrustingsstuk volledig naarvoren is gedraaid. Controleer altijd op mogelijkeaanraking wanneer het uitrustingsstuk voor het eerstwordt bediend.

De uitrustingsstukken in deze tabellen zijn doorCaterpillar goedgekeurd voor gebruik op de machinesdie in deze handleiding worden beschreven. Hetonderdeelnummer van het uitrustingsstuk wordtop het identificatieplaatje van het uitrustingsstukaangeduid. Gebruik de volgende tabellen om tebepalen of het uitrustingsstuk door Caterpillar isgoedgekeurd. Er zijn wellicht meer uitrustingsstukkengoedgekeurd sinds deze handleiding werdgepubliceerd. U moet contact opnemen met uwCaterpillar dealer voordat u uitrustingsstukkengebruikt die niet in deze tabellen staan. Alleuitrustingsstukken moeten overeenkomstig debetreffende hefvermogentabel worden gebruikt.Gebruik de volgende tabellen om ervoor te zorgendat u de juiste hefvermogentabel gebruikt. U moethet laadvermogen van deze uitrustingsstukkenweten. Zorg ervoor dat u de juiste hefvermogentabelgebruikt.

Page 176: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

170 31200356NaslagwerkenReferentiemateriaal

Tabel 9

TH580B

Door Caterpillar goedgekeurde uitrustingsstukken

Onderdeelnummer Uitrustingsstuk

215-4350 Vorkenbordset

222-6210 Vorkenborduitvoering (sideshift)

174-7731 Vorkenbordset (breed)

231-3229 Draaiend vorkenbord

227-5748 Draaiend vorkenbord (breed)

252-1457 Palletvorkenset (1220 mm lang)

252-1458 Palletvorkenset (1525 mm lang)

252-1460 Blokvorkenset (1220 mm lang)

252-1459 Palletvorkenset (uitgeschoven schacht)

186-5838 Materiaalbakset

163-4261 Bakuitvoering voor standaard gebruik

163-4265 Multifunctionele bakuitvoering

229-9714 Materiaaloverslagarmset

190-0913 Voorraadbak

169-6460 Hijshaakset

169-3945 Dakspantgiekset

Page 177: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 17 1Index

Index

A

Aandraaimoment van wielmoeren - Controleren.. 164Aandrijfasspiebaan - Smeren .............................. 136Aanvullende berichten........................................... 20Accu - Recyclen.................................................... 115Accu of accukabel - Inspecteren/vervangen......... 116Accuschakelaar (indien aanwezig) ........................ 64Achteruitrij-alarm ................................................... 88Achteruitrij-alarm - Testen..................................... 115Algemene informatie.............................................. 37Algemene veiligheidsvoorschriften ........................ 24Afval afvoeren.................................................... 26Binnendringen van vloeistof in het lichaam........ 25Gemorste vloeistoffen insluiten.......................... 25Informatie over asbest ....................................... 26Opgesloten druk................................................. 25Perslucht en water onder druk........................... 25

Asontluchters - Reinigen/vervangen..................... 115Automatische zekeringen - Testen ...................... 127

B

Banden oppompen met lucht............................... 107Bandenspanning - Controleren............................ 159Bandenspanning bijstellen................................... 108Bandenspanning tijdens transport ....................... 107Bediening............................................................... 45Bedieningselementen............................................ 52Bedrijfsrempedaal (19)....................................... 61Binnenverlichting (16) ........................................ 61Chassis-horizontaalschakelaar (5)..................... 56Claxon (22) ........................................................ 63Contactslot (24).................................................. 63Differentieelblokkeringsschakelaar (20)............. 62Dimmerschakelaar voor koplampen (10) ........... 57Gaspedaal (18) .................................................. 61Joystick (13)....................................................... 58Kantelhendel van stuurkolom (25) ..................... 64Koplamp-parkeerlichten (11).............................. 58Mistlichten (8)..................................................... 57Neutraalschakelaar van transmissie (3)............. 54Parkeer- en noodremknop (17).......................... 61Richtingaanwijzer (23) ....................................... 63Schakelaar Automatisch/Handgeschakeld (1) ... 54Snelkoppelingsschakelaar (2)............................ 54Stempelschakelaars (6), (7)............................... 56Stuurmodusschakelaar (4)................................. 54Transmissiehendel (21) ..................................... 62Verstelbare armleuning (14)............................... 60Waarschuwingsknipperlichten (9) ...................... 57Zijconsole (15) ................................................... 61Zwaailamp (12) .................................................. 58

Bedieningselementen (Zijconsole) ........................ 51Airconditioningschakelaar (3)............................. 51Cabineschijnwerpers (8) .................................... 52Giekschijnwerpers (9) ........................................ 52

Hydrauliekvergrendeling (10)............................. 52Ruitensproeier voorruit (5) ................................. 51Ruitenwisser en -sproeier achterruit (7)............. 52Ruitenwisser voorruit (4) .................................... 51Ruitenwisser/-sproeier dak (6) ........................... 51Temperatuurschakelaar (2) ................................ 51Ventilatorschakelaar (1) ..................................... 51

Bedieningsstation .................................................. 35Bedrijf .................................................................... 32Bedrijfstemperatuurbereik van machine ............ 32Machinebediening.............................................. 32

Belangrijke veiligheidsinformatie ............................. 2Bewakingssysteem................................................ 85Indicator voor stabiliteit in de lengte................... 87Meters ................................................................ 86Verklikkers.......................................................... 85Waarschuwingslampjes ..................................... 85

Bouten van aandrijfaskruiskoppelingen -Controleren........................................................ 137Brandstofsysteem - Voorvullen............................ 146Buiten bedrijf nemen en van de hand doen......... 169

C

Cabinedeur ............................................................ 89Cabineluchtfilter - Reinigen/vervangen................ 126Cabineluchtvoorfilter ........................................ 126Secundair cabineluchtfilter............................... 126

Chassis-horizontaalcilinderpen - Smeren............ 146

D

Dagelijkse inspectie............................................... 45Differentieelolie - Verversen ................................ 134Achterasdifferentieel ........................................ 134Voorasdifferentieel ........................................... 134

Differentieeloliemonster - Nemen ........................ 136Differentieeloliepeil - Controleren ........................ 135Achterasdifferentieel ........................................ 135Voorasdifferentieel ........................................... 135

Door Caterpillar goedgekeurdeuitrustingsstukken.............................................. 169Dop van brandstoftank - Reinigen....................... 148

E

Eindaandrijvingolie - Monster nemen .................. 145Eindaandrijvingolie - Verversen........................... 144Eindaandrijvingoliepeil - Controleren................... 145

Page 178: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

172 31200356Index

G

Giek en frame - Inspecteren................................ 123Giekcilindervergrendeling ...................................... 65Installatie- en verwijderingsprocedures.............. 65

Giekketting - Inspecteren/smeren......................... 117Giekkopsegment - Smeren.................................. 120Giekuitschuifcilinder - Ontluchten........................ 120

H

Hefvermogens ....................................................... 37Voorbeelden van schatten van heffen met behulpvan hefvermogentabel...................................... 38

I

In- en uitstappen.................................................... 45Nooduitgang....................................................... 45

Indicator voor stabiliteit in de lengte - Kalibreren.. 153Indicator voor stabiliteit in de lengte - Testen ...... 153Eerste test........................................................ 153Tweede test...................................................... 153

Informatie over banden.......................................... 30Informatie over bandenspanning......................... 107Informatie over bediening ...................................... 70Gebruik van uitrustingsstukken.......................... 76Handbediende snelkoppeling............................. 74Hydraulische snelkoppeling ............................... 73Lasten hanteren en stapelen ............................. 76Snelheid en rijrichting veranderen ..................... 72

Informatie over geluid en trillingen......................... 35Geluidsniveau .................................................... 35Trillingsniveau .................................................... 35

Informatie over identificatie.................................... 41Informatie over S·O·S........................................... 111Informatie over slepen......................................... 101Informatie over transport ....................................... 99Inhoud...................................................................... 3Inhouden............................................................... 111

K

Koelmiddeldroger - Vervangen............................ 156Koelsysteemdrukdop - Reinigen/vervangen........ 132K oe lv lo eis to f in k oel sy s t ee m - Ve rv er s en .......... . 127Koelvloeistofmonster uit koelsysteem (niveau 1) -Nemen ............................................................... 131Koelvloeistofmonster uit koelsysteem (niveau 2) -Nemen ............................................................... 132Koelvloeistofpeil van koelsysteem - Controleren.. 130

L

Lassen op machines en motoren met elektronischebedieningselementen.......................................... 112

M

Machine bedienen ................................................. 47Machine hijsen en vastsjorren ............................. 100Machine slepen ................................................... 101Defecte machine slepen .................................. 101Slepen met de machine ................................... 102

Machine stoppen ................................................... 97Machine verlaten ................................................... 98Machine vervoeren................................................ 99Motor en machine laten warmlopen ...................... 96Motor starten ................................................... 31, 95Starten onder 0 °C (32 °F) ................................. 96

Motor starten (alternatieve methoden) ................ 104Motor starten met hulpstartkabels ....................... 104Motor stoppen.................................................. 33, 97Motor stoppen indien zich een elektrische storingvoordoet............................................................... 98Motorklepspeling - Controleren ........................... 143Motorolie en -filter - Verversen en vervangen...... 142Motoroliemonster - Nemen.................................. 141Motoroliepeil - Controleren .................................. 141Motorsteunen - Inspecteren................................. 141

N

Naslagwerken...................................................... 168Nooduitgang .......................................................... 47

O

Olie van transmissie en hydraulisch systeem -Verversen........................................................... 159Oliefilter - Inspecteren ......................................... 154Gebruikt filter op deeltjes inspecteren.............. 154

Onderhoud........................................................... 106Onderhoudsondersteuning................................... 112Onderhoudsschema ............................................. 113Op de weg rijden met de machine......................... 99

P

Parkeerrem - Afstellen......................................... 154Parkeren.......................................................... 34, 97Plaats van brandblusapparaat............................... 30Plaats van plaatjes en stickers .............................. 41Certificatie .......................................................... 41Serienr................................................................ 41

Preventie van beknellings- en snijwonden ............ 26

Page 179: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

31200356 17 3Index

Preventie van brand en explosie ........................... 28Brandblusapparaat............................................. 29Ether .................................................................. 29Leidingen, buizen en slangen ............................ 29

Preventie van brandwonden.................................. 27Accu’s ................................................................ 27Koelvloeistof....................................................... 27Olie..................................................................... 27

Preventie van letsel als gevolg van onweer .......... 30Productinformatie .................................................. 37

R

Radiatorblok - Reinigen....................................... 155Referentiemateriaal ............................................. 168Aanvullend referentiemateriaal ........................ 169

Remsysteem - Testen.......................................... 125Bedrijfsrem....................................................... 125Parkeerrem ...................................................... 125

Riem - Inspecteren/vervangen ............................. 116Inspecteren ....................................................... 116Vervangen......................................................... 117

Riemschijf voor giekinschuifketting - Smeren...... 155Riemschijf voor giekuitschuifketting - Smeren..... 155ROPS-constructie (bescherming bij omkantelen) enFOPS-constructie (bescherming tegen vallendevoorwerpen) - Inspecteren................................. 157Ruiten - Reinigen................................................. 164Ruitensproeierreservoir - Vullen .......................... 164Ruitenwisser - Inspecteren/vervangen ................ 164

S

Scharnieras van giek - Smeren ........................... 120Schermen (Bescherming van machinist)............... 35Andere bescherming (indien aanwezig)............. 36ROPS-constructie , FOPS-constructie .............. 36

Secundair element van motorluchtfilter -Vervangen.......................................................... 140Smeermiddelviscositeiten..................................... 110Aanbevolen smeervet ....................................... 110

Smeermiddelviscositeiten en inhouden................ 110Spanning van giekketting - Controleren/afstellen .............................................................. 117Conditie controleren.......................................... 117Ketting op slijtage meten................................... 119Kettingspanning controleren en bijstellen ......... 118

Specificaties .......................................................... 40Speling van giekslijtplaten - Inspecteren/afstellen ............................................................. 121Afstellen ........................................................... 122

Stempel- en cilinderlagers - Smeren ................... 159Sticker met emissiecertificatie ............................... 44Stoel ...................................................................... 47Opbergruimte ..................................................... 48Stoelafstelling..................................................... 47

T

Tankontluchter van transmissie en hydraulischsysteem - Reinigen............................................ 163Thermostaat van koelsysteem - Vervangen ........ 133Toegang voor onderhoud..................................... 106Toegangsluiken.................................................... 106Transmissie en hydraulisch systeem - Oliefiltervervangen.......................................................... 161Transmissie en hydraulisch systeem - Oliemonsternemen................................................................ 163Transmissie en hydraulisch systeem - Oliepeilcontroleren......................................................... 162Turbocharger - Inspecteren ................................. 163

U

Uitrustingsstuk - Inspecteren/vervangen ............. 165Bakken............................................................. 167Vorken.............................................................. 165

Uitrustingsstukken ........................................... 34, 79Aansluitingen van hulphydrauliek ...................... 80Algemene richtlijnen voor bediening .................. 79Bakken............................................................... 82Bezem................................................................ 84Giekverlengstuk ................................................. 82Hijshaak ............................................................. 83Materiaaloverslagarm ........................................ 83Uitrustingsstuk loskoppelen ............................... 80Uitrustingsstuk vastkoppelen ............................. 80Voorraadbak....................................................... 84Vorkenborden en vorken.................................... 81

Uitrustingsstukken neerlaten bij verlies vanhydraulische kracht.............................................. 34Uitrustingsstukken neerlaten zonder hydraulischekracht ................................................................... 89Ladingregelsysteem terugstellen ....................... 93Procedure voor het aftappen van dehydrauliekolietank ............................................ 90Procedure voor het inschuiven van de giek methandpomp ........................................................ 91Procedure voor het neerlaten van de giek methandpomp ........................................................ 92Procedure voor het neerlaten van de giek zonderhandpomp .................................................. 91, 93

V

Veiligheid ................................................................. 6Veiligheidsberichten................................................. 6Veiligheidsgordel ................................................... 48Veiligheidsgordel afstellen voor niet-oprolbareveiligheidsgordels............................................. 48Veiligheidsgordel afstellen voor oprolbareveiligheidsgordels............................................. 49Veiligheidsgordel verlengen............................... 50

Veiligheidsgordel - Inspecteren ........................... 158Veiligheidsgordel - Vervangen............................. 158Verklikkers en meters - Testen ............................ 152

Page 180: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

174 31200356Index

Vóór het bedrijf ................................................ 32, 45Vóór het starten van de motor ............................... 31Voorfilterelement van motorluchtfilter -Reinigen/vervangen........................................... 138Voorfilterelementen van luchtfilterinspecteren..................................................... 139Voorfilterelementen van luchtfilter reinigen...... 139

Voorfilterelement van motorluchtfilter -Vervangen.......................................................... 140Voorwoord ............................................................... 5Bediening ............................................................. 4

Gecertificeerd motoronderhoud ........................... 4Informatie over documentatie .............................. 4Onderhoud........................................................... 4Veiligheid.............................................................. 4Vermogen van machine ....................................... 5

Vork-horizontaalcilinderpen - Smeren ................. 146

W

Water en bezinksel in brandstoftank - Aftappen.. 149Waterafscheider van brandstofsysteem -Aftappen ............................................................ 147Waterafscheiderelement van brandstofsysteem -Vervangen.......................................................... 147

Z

Zekeringen en relais - Vervangen........................ 150Relais ............................................................... 152Zekeringen....................................................... 150

Page 181: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

JLG Industries, Inc.

EIGENDOMSOVERDRACHTAan: De eigenaar van JLG-, Gradall-, Lull- en SkyTrak-producten:

Als u momenteel de eigenaar bent, maar NIET de oorspronkelijke koper van het product dat in deze handleiding wordt beschreven, willen we graag weten wie u bent. JLG Industries, Inc. vindt het bijzonder belangrijk om over up-to-date gegevens te beschikken over de huidige eigenaren van JLG-producten, om hen veiligheidspublicaties te kunnen toezenden. JLG houdt de gegevens bij van de eigenaar van elk JLG-product en gebruikt deze informatie om de eigenaar zo nodig te informeren.

Maak gebruik van dit formulier om JLG te voorzien van bijgewerkte informatie met betrekking tot het huidige eigenaarschap van JLG-producten. Verzend het volledig ingevulde formulier per fax naar het Product Safety & Reliability Department van JLG of stuur het naar het onderstaande adres.

Hartelijk dank,Product Safety & Reliability DepartmentJLG Industries, Inc.1 JLG DriveMcConnellsburg, PA 17233-9533USATelefoon: (717) 485-5161Fax: (717) 485-6573

OPMERKING: Units die zijn geleased of gehuurd dienen niet op dit formulier te worden vermeld.

Productiemodel: ___________________________________________________________

Serienummer: _____________________________________________________________

Vorige eigenaar: ___________________________________________________________

Adres: ___________________________________________________________________

_________________________________________________________________________

Land: ____________________________ Telefoon: (_______) _____________________

Overdrachtsdatum: ______________________________

Huidige eigenaar: __________________________________________________________

Adres: ___________________________________________________________________

_________________________________________________________________________

Land: ____________________________ Telefoon: (_______) _____________________

Wie moeten we in uw bedrijf informeren?

Naam: ___________________________________________________________________

Aanspreektitel: ____________________________________________________________

Page 182: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de
Page 183: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

Product- en dealerinformatieOpmerking: Voor de plaatsen van het productidentificatieplaatje dient u het hoofdstuk “Informatie overproductidentificatie” in de Bedienings- en Onderhoudshandleiding te raadplegen.

Leveringsdatum:

ProductinformatieModel:

Productidentificatienummer:

Serienummer van motor:

Serienummer van transmissie:

Serienummer van generator:

Serienummers van uitrustingsstukken:

Informatie over uitrustingsstukken:

Nummer van materieel van klant:

Nummer van materieel van dealer:

DealerinformatieNaam: Filiaal:

Adres:

Contactpersoon bij dealer Telefoonnummer Uren

Verkoop:

Onderdelen:

Service:

Page 184: Bedienings- en Onderhouds- handleiding...31200356 10 Juli..2007 Bedienings- en Onderhouds-handleiding TH580B Verreiker S/N TBJ00100 & daarna Houd dit handboek op elk moment met de

Vervaardigd door JLG onder vergunning van Caterpillar