„De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in...

132
1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in de veertiende en vijftiende eeuw‟ a F. Buylaert, J. Dumolyn, b P. Donche, E. Balthau & H. Douxchamps (eds.) INLEIDING De Vlaamse adel als “historiografisch probleem” Terwijl de edelen in het graafschap Vlaanderen in de hoge middeleeuwen reeds in 1968 het onderwerp van een lijvige monografie werden, c is er voor hun veertiende en vijftiende eeuwse opvolgers nog geen vergelijkbare synthese beschikbaar. Pas vanaf de zestiende eeuw vindt de historicus weer een leidraad voor deze sociale groep met de inmiddels klassieke studie van Janssens over de relatie tussen adel en staatsvorming in de vroegmoderne Zuidelijke Nederlanden. d Die lacune is merkwaardig te noemen, omdat er bepaald geen gebrek aan belangstelling voor het onderwerp bestaat. Bovendien zijn er voor naburige regio‟s recent goede syntheses verschenen die, ondanks vanzelfsprekende verschillen, mogelijke onderzoeksdomeinen en werkbare hypotheses aanreiken voor vergelijkbaar onderzoek naar de adel in het laatmiddeleeuwse Vlaanderen. e Historici zijn het er over eens dat de Vlaamse adel in de late elfde en de vroege twaalfde eeuw een onbetwist economisch, sociaal, politiek en militair dominante groep was. Dit veranderde drastisch in de twaalfde eeuw. Tijdens de opvolgingscrisis na de moord op graaf Karel de Goede in 1127-1128 toonden de Vlaamse steden hun machtige politieke positie bij het aanstellen van een nieuwe graaf van Vlaanderen. f De plattelandsadel werd in de schaduw gesteld door de economische en politieke dynamiek a De auteurs danken prof. dr. Thérèse de Hemptinne (Universiteit Gent) voor de niet aflatende steun aan dit project. Ook zijn wij veel dank verschuldigd tegenover de andere leden van de leescommissie van de Koninklijke Commissie voor Geschiedenis, namelijk prof.dr.em. Walter Prevenier, dr. Pierre Cockshaw en prof. dr. Jean-Marie Cauchies, voor hun buitengewone hulpvaardigheid. Commissielid prof.dr.em. Jean-Marie Duvosquel was zo vriendelijk om eveneens deze uitgave na te lezen en vele suggesties en identificaties aan te reiken. Ten slotte willen we ook onze erkentelijkheid uitspreken tegenover Lieve de Mey, prof. dr. Dirk Heirbaut, prof. dr. Paul Janssens, prof. dr. Werner Paravicini, dr. Paul De Win, drs. Kristof Papin, dr. Jelle Haemers, dra. Tjamke Snijders, dra. Nele Vanslembrouck, dr. Maurice Vandermaesen en drs. Pieter-Jan Lachaert voor hun kritische bemerkingen en hulp. Mevr. Claudine Colyn stelde de index op. Alle fouten blijven natuurlijk enkel voor rekening van de uitgevers. b Frederik Buylaert en dr. Jan Dumolyn zijn respectievelijk werkzaam als aspirant en postdoctoraal onderzoeker van het F.W.O.-Vlaanderen. c E. Warlop, De Vlaamse adel vóór 1300, Handzame, 1968, 3 dln. (in Engelse vertaling: The Flemish Nobility before 1300, Kortrijk, 1975-1976), 4 dln.. d P. Janssens, De evolutie van de Belgische adel sinds de late middeleeuwen, Brussel, 1998 (in Franse vertaling: L‟évolution de la noblesse belge depuis la fin du Moyen Age, Brussel, 1998) e Zie M.-Th. Caron, La noblesse dans le duché de Bourgogne 1315-1477, Rijsel, 1987; Ph. Contamine, La noblesse au royaume de France de Philippe le Bel à Louis XII , Parijs, 1997; A. Janse, Ridderschap in Holland. Portret van een adellijke elite in de late Middeleeuwen (Adelsgeschiedenis 1), Hilversum, 2001; K.-H. Spiess, Familie und Verwantschaft im deutschen Hochadel des Spätmittelalters 13. bis Anfang 16. Jahrhunderts (Vierteljahrschrift für Sozial- und Wirtschaftgeschichte. Beihefte, nr. 111), Stuttgart, 1993; C. Given-Wilson, The English Nobility in the Late Middle Ages, Londen-New York, 1987; P. De Win, De adel in het hertogdom Brabant in de vijftiende eeuw (inzonderheid de periode 1430-1482), onuitgegeven licentiaatsverhandeling Ugent, Gent, 1979. f A. Demyttenaere e.a., De moord op Karel de Goede. Door Galbert van Brugge, Leuven, 1999.

Transcript of „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in...

Page 1: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

1

„De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in de

veertiende en vijftiende eeuw‟a

F. Buylaert, J. Dumolyn,b P. Donche, E. Balthau & H. Douxchamps (eds.)

INLEIDING

De Vlaamse adel als “historiografisch probleem”

Terwijl de edelen in het graafschap Vlaanderen in de hoge middeleeuwen reeds in 1968 het

onderwerp van een lijvige monografie werden,c is er voor hun veertiende en vijftiende eeuwse

opvolgers nog geen vergelijkbare synthese beschikbaar. Pas vanaf de zestiende eeuw vindt de

historicus weer een leidraad voor deze sociale groep met de inmiddels klassieke studie van

Janssens over de relatie tussen adel en staatsvorming in de vroegmoderne Zuidelijke

Nederlanden.d Die lacune is merkwaardig te noemen, omdat er bepaald geen gebrek aan

belangstelling voor het onderwerp bestaat. Bovendien zijn er voor naburige regio‟s recent

goede syntheses verschenen die, ondanks vanzelfsprekende verschillen, mogelijke

onderzoeksdomeinen en werkbare hypotheses aanreiken voor vergelijkbaar onderzoek naar de

adel in het laatmiddeleeuwse Vlaanderen.e Historici zijn het er over eens dat de Vlaamse adel

in de late elfde en de vroege twaalfde eeuw een onbetwist economisch, sociaal, politiek en

militair dominante groep was. Dit veranderde drastisch in de twaalfde eeuw. Tijdens de

opvolgingscrisis na de moord op graaf Karel de Goede in 1127-1128 toonden de Vlaamse

steden hun machtige politieke positie bij het aanstellen van een nieuwe graaf van Vlaanderen.f

De plattelandsadel werd in de schaduw gesteld door de economische en politieke dynamiek

a De auteurs danken prof. dr. Thérèse de Hemptinne (Universiteit Gent) voor de niet aflatende steun aan dit

project. Ook zijn wij veel dank verschuldigd tegenover de andere leden van de leescommissie van de

Koninklijke Commissie voor Geschiedenis, namelijk prof.dr.em. Walter Prevenier, dr. Pierre Cockshaw en prof.

dr. Jean-Marie Cauchies, voor hun buitengewone hulpvaardigheid. Commissielid prof.dr.em. Jean-Marie

Duvosquel was zo vriendelijk om eveneens deze uitgave na te lezen en vele suggesties en identificaties aan te

reiken. Ten slotte willen we ook onze erkentelijkheid uitspreken tegenover Lieve de Mey, prof. dr. Dirk

Heirbaut, prof. dr. Paul Janssens, prof. dr. Werner Paravicini, dr. Paul De Win, drs. Kristof Papin, dr. Jelle

Haemers, dra. Tjamke Snijders, dra. Nele Vanslembrouck, dr. Maurice Vandermaesen en drs. Pieter-Jan

Lachaert voor hun kritische bemerkingen en hulp. Mevr. Claudine Colyn stelde de index op. Alle fouten blijven

natuurlijk enkel voor rekening van de uitgevers. b Frederik Buylaert en dr. Jan Dumolyn zijn respectievelijk werkzaam als aspirant en postdoctoraal onderzoeker

van het F.W.O.-Vlaanderen. c E. Warlop, De Vlaamse adel vóór 1300, Handzame, 1968, 3 dln. (in Engelse vertaling: The Flemish Nobility

before 1300, Kortrijk, 1975-1976), 4 dln.. d P. Janssens, De evolutie van de Belgische adel sinds de late middeleeuwen, Brussel, 1998 (in Franse vertaling:

L‟évolution de la noblesse belge depuis la fin du Moyen Age, Brussel, 1998) e Zie M.-Th. Caron, La noblesse dans le duché de Bourgogne 1315-1477, Rijsel, 1987; Ph. Contamine, La

noblesse au royaume de France de Philippe le Bel à Louis XII, Parijs, 1997; A. Janse, Ridderschap in Holland.

Portret van een adellijke elite in de late Middeleeuwen (Adelsgeschiedenis 1), Hilversum, 2001; K.-H. Spiess,

Familie und Verwantschaft im deutschen Hochadel des Spätmittelalters 13. bis Anfang 16. Jahrhunderts

(Vierteljahrschrift für Sozial- und Wirtschaftgeschichte. Beihefte, nr. 111), Stuttgart, 1993; C. Given-Wilson,

The English Nobility in the Late Middle Ages, Londen-New York, 1987; P. De Win,

De adel in het hertogdom Brabant in de vijftiende eeuw (inzonderheid de periode 1430-1482), onuitgegeven

licentiaatsverhandeling Ugent, Gent, 1979. f A. Demyttenaere e.a., De moord op Karel de Goede. Door Galbert van Brugge, Leuven, 1999.

Page 2: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

2

van Gent, Brugge, Ieper en de kleinere steden.a Na de slag bij Kortrijk (1302) kwamen de met

de verstedelijking opkomende sociale klassen nog sterker voor het voetlicht: de patriciërs en

ambachtelijke middengroepen, die de autonome macht van de Vlaamse steden en hun

onafhankelijkheid van de heerlijk-feodale structuren beklemtoonden.b Daarna lijkt de adel

plots van het toneel verdwenen te zijn om pas in de vijftiende eeuw in volle glorie terug te

komen dankzij de impulsen van Bourgondisch-Habsburgse dynastie, althans, zo wil de

traditionele historiografische visie het.c Of er inderdaad sprake is van een „adellijke

restauratie‟ en hoe die tot stand is gekomen blijft een open vraag.

Afgezien van de problematiek van de veertiende en vijftiende eeuwse Vlaamse adel comme

problème en soi, is de adel ook discreet, maar steevast aanwezig in de grote naoorlogse

historische debatten. Vanaf de jaren 1950 barstte een felle discussie los over de

veronderstelde overgang van een versplinterde agrarisch-feodale samenleving naar een door

het Europese stedennetwerk gedragen kapitalistisch bestel, een beeld dat zijn wortels vond in

de klassiek-liberale commercialiseringsthese en het marxistische transitiedenken.d Daarbij

werden ook vraagtekens geplaatst bij de veronderstelde sociale pendant van die „historische

revolutie,‟ waarbij de door een crisis verzwakte adel gedwongen was om de fakkel door te

geven aan een burgerlijke elite van handelaren en technocraten. Onderzoek naar de

laatmiddeleeuwse crisis in het graafschap Vlaanderen reikte al snel nieuwe

onderzoekshypotheses aan. De enige beschikbare regionale studie over de landbouweconomie

voor het laatmiddeleeuwse Vlaanderen (in casu de kasselrijen Aalst en Oudenaarde)

bevestigde dat er in de veertiende eeuw een adellijke inkomstencrisis was. De rechtsheerlijke

rechtsmacht van de Vlaamse edelen - tot dan toe hun belangrijkste inkomstenbron - werd

gefnuikt toen de opkomende steden en de Vlaamse graaf erin slaagden om hun jurisdictie te

vestigen op het Vlaamse platteland.e

a W. Blockmans, G. Pieters, W. Prevenier & R. Van Schaïk, „Tussen crisis en welvaart: sociale veranderingen

1300-1500‟, in: Nieuwe Algemene Geschiedenis van de Nederlanden, IV, Haarlem, 1980, pp. 42-86; D.

Nicholas, Medieval Flanders, Londen-New York, 1992, p. 161; P. Stabel, De kleine stad in Vlaanderen:

bevolkingsdynamiek en economische functies van de kleine en secundaire stedelijke centra in het Gentse

kwartier (14de-16de eeuw), Brussel, 1995. b P. Trio e.a. (ed.), Omtrent 1302, Leuven, 2002; R.C. Van Caenegem (ed.), 1302: feiten en mythen van de

Guldensporenslag (in Franse vertaling: Le désastre de Courtrai. Mythe et réalité de la Bataille des Éperons d‟Or),

Antwerpen, 2002. c De klassieke formulering is afkomstig van H. Pirenne, Histoire de Belgique des origines à nos jours, Brussel,

1929, dl. II, pp. 23-24, die de laatmiddeleeuwse adel in de Zuidelijke Nederlanden gereduceerd zag tot „un

instrument docile du souverain‟ door de opkomst van de steden en de laatmiddeleeuwse crisis. d De belangrijkste publicaties in dit zeer uitgebreide debat over de crisis van het feodalisme zijn W. Abel,

Agrarkrisen und Agrarkonjunktur: eine Geschichte der Land- und Ernährungswirtschaft Mitteleuropas seit dem

hohen Mittelalter, Berlijn, 1935; R. H. Hilton, „Y eut-il une crise générale de la féodalité?‟, in: Annales.

Economies. Sociétés. Civilisations, 6, 1951, pp. 23-30; P. Sweezy, M. Dobb e.a., The transition from feudalism

to capitalism, Londen, 1987; T.H. Aston & C.H.E. Philpin (ed.), The Brenner Debate: Agrarian Class Structure

and Economic Development in Pre-Industrial Europe, Cambridge, 1988; G. Bois, Crise du féodalisme:

économie rurale et démographique en Normandie orientale du début du 14e siècle au milieu du 16e siècle,

Parijs, 1976; Id., La grande dépression médiévale: XIVe-XVe siècles: le précédent d'une crise systémique, Parijs,

2000. e E. Thoen, Landbouwekonomie en bevolking in Vlaanderen gedurende de late Middeleeuwen en het begin van

de Moderne Tijden. Testregio: de kasselrijen van Oudenaarde en Aalst (eind 13de - eerste helft 16de eeuw)

(Belgisch Centrum voor Landelijke Geschiedenis, 90), Gent, 1988, passim; Id., „A 'Commercial Survival

Economy' in Evolution. The Flemish Countryside and the Transition to Capitalism (Middle Ages - 19th

Century)‟, in: P. Hoppenbrouwers & J.L. Van Zanden (ed.), Peasants into Farmers? The Transformation of

Rural Economy and Society in the Low Countries (Middle Ages - 19th Century) in Light of the Brenner Debate

Page 3: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

3

Thoen wees erop dat dit vastgestelde falen van de klassieke exploitatievormen echter niet

eenduidig geïnterpreteerd kan worden als een algemene neergang van de Vlaamse adel.

Verschillende adellijke families werden in de veertiende eeuw geruïneerd, maar de

vrijgekomen inkomstenbronnen bleken in belangrijke mate naar andere edelen te vloeien. In

de laatmiddeleeuwse crisis ontstond een groep edelen met een nieuw profiel, die men sinds

het boek van Thoen de „heerlijkhedenverzamelaars‟ noemt. Dit waren de edelen die niet

alleen hun inkomsten op peil wisten te houden, maar die bovendien ook aanwendden om hun

patrimonium sterk uit te breiden door het opkopen van lenen en heerlijkheden van hun in

geldnood geraakte standsgenoten. Kortom, verhalen over verarmde edelen en zich in het

platteland inkopende burgers zijn legio voor de veertiende eeuw, maar de kwantitatieve

betekenis van die vastgestelde tendensen voor de adellijke gemeenschap als geheel blijft een

vraagteken. Naast verliezers waren er ook winnaars. De Vlaamse adel veranderde in de

veertiende eeuw duidelijk van karakter en samenstelling, maar het is voorlopig niet mogelijk

om te bepalen hoezeer de adel als geheel door de crisis werd getroffen.a

Naast het transitiedebat bleef de laatmiddeleeuwse adel ook onderwerp van discussie in dat

andere grote naoorlogse historiografische debat, namelijk dat over de opkomst van de

vorstelijke macht als voorloper van de negentiende-eeuwse nationale staat.b Ook deze

discussie kwam in de tweede helft van de twintigste eeuw in een stroomversnelling. In plaats

vanuit het tot dan toe gangbare institutionele perspectief gingen historici op zoek naar het

sociale draagvlak van de staat. Er werd beklemtoond dat de vorstelijke staat zich slechts met

succes heeft kunnen vestigen omdat hij kon rekenen op de steun van welbepaalde groepen in

de samenleving. Het voortdurende en soms snel wisselende spel van gedeelde

belangenbehartiging of belangenconflicten tussen de vorst, de adel en de stedelijke elites

stond vanaf nu centraal. Vanuit een strikt politiek-institutioneel oogpunt is het verhaal van de

laatmiddeleeuwse Vlaamse adel snel geschetst. Warlop beklemtoonde dat de adel in

Vlaanderen reeds in de twaalfde eeuw door de graven werd uitgeschakeld als zelfstandige

politieke macht. De snelle verzwakking van de positie van de belangrijkste Vlaamse

leenmannen in de grafelijke curia ten voordele van de grafelijke raad (consilium) in de

veertiende eeuw geeft aan dat ook de positie van de adel aan het grafelijk hof niet langer door

(Corn Publication Series), Turnhout, 2001, pp. 102-157; Id., „Transitie en economische ontwikkeling in de

Nederlanden, met de nadruk op de agrarische maatschappij‟, Tijdschrift voor Sociale Geschiedenis, 28, 2002, pp.

147-174 a Hetzelfde probleem stelt zich ook in naburige regio‟s. Zie specifiek voor de adel W. Paravicini, „Die Krise der

fransösischen Gesellschaft im Zeitalter des Hundertjährigen Krieges‟, in : F. Seibt & W. Eberhard (eds.), Europa

1400. Die Krise des Spätmittelalters, Stuttgart, 1984, pp. 214-216; J.-M. Morsel, „Crise? Quelle crise?

Remarques à propos de la prétendue crise de la noblesse allemande à la fin du Moyen Âge‟, Sources. Travaux

historiques, 14, 1988, pp. 17-42. Een duidelijk voorbeeld van een dertiende-eeuwse familie van

heerlijkhedenverzamelaars is de familie Van Gistel. Zie hiervoor hun stamboom in Warlop, Flemish nobility, dl.

3, pp. 844-8. b F. Autrand, „Noblesse ancienne et nouvelle noblesse dans le service de l'Etat en France. Les tensions du début

du XVe siècle‟, in: Gerarchie economiche e gerarchie sociale, secoli XII-XVIII. Atti della Dodicesima Settimana

di studio (18-23 aprile 1980), Prato, 1982, pp. 611-632.J.-Ph. Genet & G. Lottes (ed.), L'Etat moderne et les

élites. XIIIe-XVIIIe siècles. Apports et limites de la méthode prosopographique (Actes du colloque international

CNRS Paris I, 16-19 octobre 1991), Parijs, 1996; W. Reinhard (ed.), Power Elites and State-Building (Origins of

the Modern State, D), Oxford, 1996 (in Franse vertaling Les élites du pouvoir et la construction de l‟État en

Europe, Parijs, 1996).

Page 4: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

4

institutionele middelen afgeschermd werd.a Voor de Vlaamse representatieve instellingen kan

een soortgelijke vaststelling gelden. De veertiende- en vijftiende-eeuwse statenvergaderingen

werden volledig gedomineerd door de drie Vlaamse hoofdsteden (Gent, Brugge, Ieper) en het

Brugse Vrije, de zogenaamde Vier Leden van Vlaanderen, waarbij een convocatie van de drie

standen (met de clerus en adel als eerste en tweede stand) zeer zeldzaam was.b Die

vaststellingen zijn echter niet relevant voor de vraag in welke mate de Vlaamse adel als

sociale groep actief was in de zich vestigende vorstelijke staat. De krachtigste oproep tot

aandacht voor de betekenis van vorstelijke dienst voor het voortbestaan van de adel als sociale

groep kwam van Bartier, die beklemtoonde dat deze problematiek niet los gezien kon worden

van de veronderstelde gevolgen van de laatmiddeleeuwse economische crisis. Hij stelde dat

het overleven van grote segmenten van de traditionele dertiende- en veertiende-eeuwse adel in

de Bourgondisch-Habsburgse periode slechts te danken was aan vorstelijke begunstiging van

welbepaalde adellijke families, die zich bereid toonden om als ambtenaren in de

staatsinstellingen te werken. Bovendien werd de uitgedunde adel juist vanuit diezelfde

staatsinstellingen met het levensnoodzakelijke nieuwe bloed aangevuld door het klinkende

succes van burgerlijke technocraten, die hun enorme winsten onder meer investeerden in

allodiaal of feodaal grootgrondbezit.c Deze visie werd opnieuw geformuleerd in de recentste -

en eigenlijk enige - status quaestionis van de laatmiddeleeuwse Vlaamse adel.d De adel werd

in essentie geduid werd als een „staatsfeodale‟e adel van heterogene oorsprong. De vorstelijke

instellingen fungeerden als contactpunt van „oudadellijke‟ overlevers met ambitieuze juristen

en financiële ambtenaren.f

Deze invloedrijke stelling is ten dele bevestigd door recent onderzoek naar de samenstelling

van de belangrijkste Vlaamse staatsinstellingen, namelijk de Raad van Vlaanderen en de

Rijselse Rekenkamer (opgericht in 1386). De vijftiende-eeuwse Vlaamse ambtenaren

koesterden inderdaad sterke sociale ambities die ze vaak ook wisten te realiseren. Dit

gebeurde niet zelden in de vorm van veredeling van ambtenarenfamilies. Opvallend was dat

ambtenaren hier verschillende paden bewandelden. Zo is het typerend dat de voornaamste

begunstigden van de door de Bourgondische dynastie uitgevaardigde „lettres

d‟anoblissement‟ bijna zonder uitzondering financiële ambtenaren waren,g terwijl juristen

probeerden om in de adel op te klimmen door het aankopen van heerlijkheden, het huwen van

a M. Vandermaesen, „Curia comitis en grafelijke en hertogelijke raad (11

de eeuw- 1482)‟, in: W. Prevenier & B.

Augustyn (ed.), De gewestelijke en lokale overheidsinstellingen in Vlaanderen tot 1795 (Algemeen Rijksarchief

en Rijksarchief in de Provinciën, Studia, 72), Brussel, 1997, pp. 44-63. b W. Blockmans, De volksvertegenwoordiging in Vlaanderen in de overgang van Middeleeuwen naar nieuwe

tijden (1384-1506), Brussel, 1978; Idem, „La représentation de la noblesse en Flandre au XVe siècle‟, in: J.

Paviot & J. Verger (eds.), Guerre, pouvoir et noblesse au Moyen Âge. Mélanges en l‟honneur de Philippe

Contamine (Cultures et civilisations médiévales, nr. 22), Parijs, 2000, pp. 93-99. Soortgelijke vaststellingen zijn

gemaakt voor het hertogdom Brabant. R. Van Uytven, „Vorst, adel en steden : een driehoeksverhouding in

Brabant van de twaalfde tot de zestiende eeuw‟, Bijdragen tot de Geschiedenis, 59, 1976, pp. 93-122. c J. Bartier, Légistes et gens de finances au XVe siècle: les conseillers des ducs de Bourgogne Philippe le Bon et

Charles le Téméraire, Brussel, 2 dln., 1952-1955. d J. Dumolyn & F. Van Tricht, „Adel en nobiliteringsprocessen in het laatmiddeleeuwse Vlaanderen: een status

quaestionis‟, in: Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis van de Nederlanden, 115, 2000, pp.

197-222. e Voor een definitie, zie J. Dumolyn, „The Political and Symbolic Economy of State Feudalism. The Case of

Late Medieval Flanders‟, Historical Materialism, 2007, ter perse. f J. Dumolyn & F. Van Tricht, „De sociaal-economische positie van de laatmiddeleeuwse Vlaamse adel: enkele

trends‟, in: Handelingen van het Genootschap voor Geschiedenis te Brugge, 137, 2000, pp. 3-46. g Dumolyn & Van Tricht, „Adel en nobiliteringsprocessen‟, pp. 203-4.

Page 5: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

5

een edelvrouw of het ontvangen van de ridderslag na het ontplooien van militaire activiteiten,

kortom, door het volhardend imiteren van de adellijke levensstijl. Bovendien bleek een

adellijke status bijna onontbeerlijk voor een succesvolle carrière in de diplomatieke milieus

van de Bourgondische dynastie.a Onderzoek naar staatsvorming in het laatmiddeleeuwse

graafschap Vlaanderen en elders heeft dus de grote aantrekkingskracht en betekenis van de

adellijke status in sociale en politieke netwerken in de veertiende en vijftiende eeuw

bevestigd. Adeldom had als maatschappelijk ideaal in de late middeleeuwen nog niets aan

glans ingeboet en was - althans voor topambtenaren - kennelijk ook een haalbaar levensdoel

geworden.

Dat het staatsmilieu een van de bronnen was voor de voortdurende vernieuwing van de

laatmiddeleeuwse adel als sociale groep staat buiten kijf. Desalniettemin blijft het een open

vraag of de laatmiddeleeuwse adel inderdaad een „staatsadel‟ geworden was. De huidige stand

van het onderzoek geeft vermoedelijk niet de precieze betekenis weer van het vervullen van

overheidsambten voor het economische voortbestaan van de adel, omdat er tot nu toe

uitsluitend gefocust is op die edelen die ook inderdaad in staatsinstellingen werkzaam waren.

Alle beschikbare studies over individuele Vlaamse adellijke families - en dat zijn er slechts

een handvolb - zijn niet toevallig gewijd aan die geslachten die zich in vorstelijke dienst

hebben onderscheiden. Het aandeel van de Vlaamse adel in het Bourgondische hofmilieu en

in de Orde van het Gulden Vlies in het bijzonder was zeer gering.c De Vlamingen leverden

een aantal ambtenaren aan de Grote Raad. Zij waren echter zeker niet allemaal van adel en

bovendien ging het in totaal slechts om een zeer klein aantal personen.d In de Raad van

Vlaanderen en de Rekenkamer van Rijsel, de belangrijkste regionale staatsinstellingen,

vormden edelen en “overgangsfiguren” (in de adel opklimmende burgers) ongeveer een

derde tot de helft van het personeel, maar opnieuw blijft de vaststelling dat dergelijke

instellingen een vrij kleine staf hadden. Ook telden Raad en Rekenkamer een vrij belangrijke

a C. de Borchgrave, Diplomaten en diplomatie onder hertog Jan zonder Vrees, Standen & Landen, 95, Kortrijk-

Heule, 1992. b De belangrijkste beschikbare familiale monografieën zijn: R. de Liedekerke, La maison de Gavre et de

Liedekerke. I. Les Rasse, Brugge, 1961; E. Balthau, „La famille Van Massemen/De Masmines. Aspects sociaux

et matériels de la noblesse flamande ca. 1350 – ca. 1450‟, Publication du Centre Européen d‟Études

bourguignonnes, 37, 1997, pp. 173-194; M. Boone, „Une famille au service de l‟État bourguignon naissant.

Roland et Jean d‟Uutkerke, nobles flamands dans l‟entourage de Philippe le Bon‟, Revue du Nord, 77, 1995, pp.

233-255 ; F. Buylaert, „Sociale mobiliteit bij stedelijke elites in laatmiddeleeuws Vlaanderen. Een gevalstudie

over de Vlaamse familie De Baenst‟, in: Jaarboek voor Middeleeuwse Geschiedenis, 8, 2005, pp. 201-251; C.

D‟Hooghe & E. Balthau, „Een bijdrage tot de studie van het stadspatriciaat in de late middeleeuwen, de Brugse

familie de Vos‟, Castellum, 5, 1988, pp. 4-81; J. Van Acker, „De familie van Stavele (1289-1603) in de

kasselrijen van Veurne en Kortrijk‟, Handelingen van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring van

Kortrijk (nieuwe reeks), 54, 1988, pp. 5-242; H. Douxchamps, La famille de la Kethulle, 3 dln. (Recueil de

l‟Office généalogique et héraldique de Belgique, nr. 44-46), Brussel, 1996; E. Vercaemst, De adellijke familie

Vander Gracht van Moorsele (Kasselrij Kortrijk, 1220-1554), onuitgegeven licentiaatsverhandeling Katholieke

Universiteit Leuven, 1985 en P. Donche, „De familie van Drincham, gezegd van Vlaanderen (ca 1350 tot het

einde van de 16de

eeuw)‟, Vlaamse stam, 42, 2006, pp. 548-580. Een monografie van de adellijke familie Van

Haveskerke is in voorbereiding door H. Douxchamps. c W. Paravicini, „Expansion et intégration. La noblesse des Pays-Bas à la cour de Philippe le Bon‟, in: Bijdragen

en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden, 95, 1980, pp. 289-314; J. Paviot, „Le

recrutement des chevaliers de l‟ordre de la Toison d‟or (1430-1505)‟, in: P. Cockshaw & C. Van den Bergen-

Pantens (eds.), L‟ordre de la Toison d‟or, de Philippe le Bon à Philippe le Beau (1430-1505): idéal ou reflet

d‟une société?, Brussel-Turnhout, 1996, pp. 75-79. d A.J.M. Kerckhoffs-De Hey, De Grote Raad en zijn functionarissen 1477-1531. Biografieën van raadsheren,

Amsterdam, 1980.

Page 6: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

6

groep ambtenaren die zich in een tussenpositie tussen burgerij en adel bevonden, daar hun

familie juist door deze vorstelijke dienst geleidelijk tot de adel opkwam.a De kansen in de

Bourgondische legers waren vermoedelijk niet alleen wisselvallig door de risico‟s van het

krijgsbedrijf, maar ook hoofdzakelijk voor een relatief kleine groep edellieden gereserveerd.

De vraag blijft dan of de betrokkenheid van de adel in de lagere ambten, en dan met name

baljuws- en domaniale ambten, dermate groot en dermate lucratief was om het voortbestaan

van de traditionele veertiende-eeuwse adel in de daaropvolgende eeuw te verzekeren. Met de

huidige stand van het onderzoek was het nog onmogelijk het precieze aandeel van de adel in

deze lagere overheidsambten te berekenen, maar we hopen dat toekomstig onderzoek daarin

verandering brengt.b Ook het aandeel van de edellieden in de landelijke kasselrijbesturen is

nog niet goed gekend.c Het is duidelijk dat de opgang van de staat - in laatmiddeleeuws

Vlaanderen belichaamd door het bewind van Lodewijk van Male (1346-1384) en de

Bourgondisch-Habsburgse dynastie (1384-1506) - ingrijpende wijzigingen heeft veroorzaakt

in de hiërarchie van de adellijke gemeenschap door een kleine groep met uitzonderlijke macht

te belenen.d Desalniettemin blijft het een open vraag of de betrokkenheid van de Vlaamse adel

als groep in het staatsapparaat wel zo hoog ingeschat mag worden om de opkomst van de

vorstelijke staat als een reddingsboei voor de in de laatmiddeleeuwse crisis verdrinkende adel

te duiden. In elk geval moeten we vaststellen dat de lagere edellieden, zij die enkel op lokaal

en regionaal vlak actief waren, geen topfuncties in het staatsapparaat bekleedden of in een

neerwaartse spiraal van negatieve sociale mobiliteit terechtkwamen, nog al te weinig door

onderzoek werden belicht.

Adel en „adelslijsten‟ in het graafschap Vlaanderen: een overzicht

Dat noch de vraag naar de gevolgen van de laatmiddeleeuwse crisis voor de adel, noch de

relatie van de Vlaamse adel met de Bourgondisch-Habsburgse staat afdoende beantwoord kan

worden, is het rechtstreekse gevolg van het feit dat de sociale samenstelling van de Vlaamse

adel in de veertiende en vijftiende eeuw niet goed bekend is. Adel was in de

laatmiddeleeuwse Nederlanden immers een gewoonterechtelijk fenomeen. Men was edelman

als men door de samenleving - en dan in de eerste plaats door andere edelen - als dusdanig

werd erkend.e Pas in de laatste decennia van de zestiende eeuw werd adel – althans in de

Zuidelijke Nederlanden - geregeld door vorstelijke wetgeving.f Hoewel de laatmiddeleeuwse

a J. Dumolyn, Staatsvorming en vorstelijke ambtenaren in het graafschap Vlaanderen (1419-1477), Antwerpen-

Apeldoorn, 2003, pp. 152-153. Zie ook Idem, ‘De Vlaamse adel in de Late Middeleeuwen: staatsdienst en sociale

mobiliteit’, in: Centre de Recherches en Histoire du Droit et des Institutions. Cahiers, 16, Brussel, 2001, pp. 9-30. b Op basis van de lijsten in H. Nowé, Les baillis comtaux de Flandre, des origines à la fin du XIVe siècle,

Brussel, 1928, J. Van Rompaey, Het grafelijk baljuwsambt in Vlaanderen tijdens de Bourgondische periode,

Brussel, 1967 en T. Soens, De rentmeesters van de graaf van Vlaanderen: beheer en beheerders van het

grafelijk domein in de late Middeleeuwen, Brussel, 2002. c P. Donche, Schepenen-keurheren van Veurne-Ambacht, 1240-1586, Antwerpen, 2006; voor het Brugse Vrije is

een uitgave van de schepenlijst in voorbereiding door Jan Dumolyn, Naomi Hatta en Tim Soens. Zie ook J. De

Rock, Het bestuur van de kasselrij Kortrijk in de Bourgondische periode (1387-1453), onuitgegeven

licentiaatsverhandeling Universiteit Gent, 2006. d H. Cools, Mannen met macht. Edellieden en de Moderne Staat in de Bourgondisch-Habsburgse landen (1475-

1530), Zutphen, 2001 behandelt het ontstaan van een „bovengewestelijke aristocratie.‟ Meer specifiek voor

Vlaanderen, zie M. Boone, „Une famille au service de l‟État bourguignon‟ en op een lager niveau F. Buylaert,

„Sociale mobiliteit bij stedelijke elites in laatmiddeleeuws Vlaanderen.‟ e P. De Win, „Queeste naar de rechtspositie van de edelman in de Bourgondische Nederlanden‟, Tijdschrift voor

Rechtsgeschiedenis, 53, 1985, pp. 223-274. f P. Janssens, De evolutie van de Belgische adel, passim.

Page 7: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

7

samenleving zeer standsbewust was en de status van individuen en groepen voortdurend

uitgedrukt werd door de volgorde in processies, kledij en zelfs bij opsommingen in

documenten,a heeft die sociale consensus over wie van adel was slechts in geringe mate een

neerslag in het bewaarde bronnenmateriaal. Uitdrukkelijke vermeldingen van personen als

edellieden zijn zeldzaam, en vele - zoniet alle - elementen van de adellijke levensstijl waren

ook voor gefortuneerde niet-edelen toegankelijk. Verder onderzoek is daarom noodzakelijk

met betrekking tot voorschriften over kledingsstijl en wapendracht in het laatmiddeleeuwse

Vlaanderen.

De meest voor de hand liggende bron voor het traceren van laatmiddeleeuwse edelen zijn

zonder twijfel de bewaarde leenregisters van het graafschap, gezien de sterke band tussen

adellijke status en leen- of heerlijkhedenbezit. Desondanks is voorzichtigheid geboden,

omdat ook de gefortuneerde burgerlijke elites in Vlaanderen sinds de hoge middeleeuwen

leengoederen verwierven.b Zo verklaarde de Vlaamse edelman Roeland de Baenst in zijn uit

1480 daterende traktaat over leenrecht dat feodaal bezit de basis voor de adellijke status

vormde, om er meteen bij te verzuchten dat leenhouderschap reeds lang geüsurpeerd werd „bij

die schalke‟ waardoor de ware adel in het gedrang kwam.c De befaamde leenregisters die op

bevel van Karel de Stoute in de jaren 1470 werden opgesteld voor de gewesten van de

Nederlandend troffen niet alleen de adel, maar ook de stedelijke elites, die in deze poging om

consequent de vaak verwaterde feodale rechten te innen terecht een verkapte belasting

herkenden.e Om binnen de grote groep van leenhouders de adel uit te puren, moet de

historicus opnieuw beroep doen op andere indicatoren.f Leenhouderschap is dus geen

zelfstandig criterium voor het reconstrueren van de adel als sociale groep. Daarnaast moet

opgemerkt dat deze methode ook bemoeilijkt wordt door de complexiteit van de

laatmiddeleeuwse feodale structuren in dit graafschap. Naast de Wetachtige Kamer van

Vlaanderen en de kasselrijleenhoven telde het graafschap ook nog vele domein- en

abdijleenhoven.g Het bewaarde bronnenmateriaal voor elk van die leenhoven varieert niet

a R. Van Uytven, „Showing Off One‟s Rank in the Middle Ages‟, in: W. Blockmans & A. Janse (eds.), Showing

Status. Representations of Social Positions in the Late Middle Ages (Medieval Texts and Cultures of Northern

Europe, nr. 3), Turnhout, 1999, pp. 19-34. b D. Heirbaut, Over heren, vazallen en graven. Het persoonlijk leenrecht in Vlaanderen ca. 1000-1305, Brussel,

1997, pp. 79-86, met verwijzingen naar oudere literatuur. c Stadsbibliotheek Brugge, Hs. 442, f

o 15 r.; 31 r.

d R.-H. Bautier, J. Sornay & F. Muret, Les sources de l‟histoire économique et sociale du moyen âge. Les états

de la maison de Bourgogne. t. I. Archives des principautés territoriales. 2. Les principautés du Nord, Parijs,

1984, pp. 144-152. e J. Bartier, „Quelques réflexions à propos d‟un mémoire de Raymond de Marliano et de la fiscalité à l‟époque de

Charles le Téméraire,‟ Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden, 95, 1980, pp.

349-51. Zie ook A. Janse, „Het leenbezit van de Hollandse ridderschap omstreeks 1475. Een analyse van het

register Valor Feodorum‟, Jaarboek voor Middeleeuwse Geschiedenis, 1, 1998, pp. 163-204. f De enige bekende uitzondering hierop voor het graafschap Vlaanderen is een leenregister van omstreeks 1475

voor de kasselrij Kortrijk, waarbij de scribent zelf uitdrukkelijk aanduidde of de leenhouder in kwestie van adel

was of niet. Van de 165 hoofdleenhouders waren er slechts 44 van adel (Archives départementales du Nord,

Chambre des Comptes, B 4008/3). Ook moet opgemerkt dat de tijdgenoot de adel en leenhouders duidelijk van

elkaar onderscheidde. Molinet merkt op dat tijdens het beleg van Neuss in 1474 Karel de Stoute „gardoit nobles

et fievez et ceulx de son hostel …‟ G. Doutrepont & O. Jodogne (eds.), Chroniques de Jean Molinet, Parijs,

1935-1937, dl. I, p. 57. g Zie hiervoor de studie van R. Opsommer, “Omme dat leengoed es thoochste dinc van der weerelt.” Het

leenrecht in Vlaanderen in de 14de

en 15de

eeuw, Brussel, 1995, passim.

Page 8: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

8

zelden behoorlijk in omvang en chronologie.a De vele achterlenen van de in de bewaarde

leenregisters vermelde hoofdlenen verschijnen bovendien niet of onvolledig in het blikveld

van de historicus, indien hij niet de vele bewaarde leendenombrementen en de rekeningen van

het verheffingsgeld bestudeert. Het zou een misvatting zijn te denken dat die achterlenen te

onbelangrijk zijn om de basis van een adellijke levensstijl te vormen. Ten slotte verschaffen

de feodale registers vaak slechts een momentopname, wat niet noodzakelijk veel licht werpt

op diachrone evoluties.b Het eerste centrale leenregister voor het graafschap Vlaanderen

dateert van 1366.c Pas de vroege jaren 1470 vormen een tweede mogelijke peilmoment.

In deze context kan er van een verantwoorde afbakening van de Vlaamse adel als

onderzoeksgroep op basis van één enkel criterium geen sprake zijn. Slechts door een

consequent onderzoek naar indicatoren van adellijke status, zoals uitdrukkelijke vermelding

van adeldom, het dragen van de riddertitel en adellijke predikaten (bijvoorbeeld „joncheere‟),

leenbezit, huwelijksnetwerken etc.d kan men hopen om deze groep - met alle bijbehorende

grijszonese - in kaart te brengen. Voor dit onderzoek naar de Vlaamse adel is de ontdekking

van enkele bewaarde „adelslijsten‟ van groot belang (zoals we verderop zullen

beargumenteren verdient de term „adelslijst‟ de nodige terughoudendheid). Documenten die

overzichten aanreiken van de edellieden van een bepaald gewest zijn relatief zeldzaam in de

laatmiddeleeuwse Nederlanden: er zijn er slechts enkele bekend. In het graafschap Holland

zijn er voor de late Middeleeuwen en vooral voor de zestiende en zeventiende eeuw

verschillende adelslijsten bekend, die reeds voorwerp waren van intensief onderzoek.f

Gelijkaardige lijsten voor het hertogdom Brabant bestaan voor 1355 en 1415.g Vooral het

zestiende-eeuwse afschrift van een convocatielijst voor de generale statenvergadering van de

Nederlanden in 1464 is belangrijk. Dit geeft voor verschillende gewesten een overzicht van de a Zie hiervoor bijvoorbeeld L.P. Gachard, Inventaire des archives des Chambres des Comptes, précédé d‟une

notice historique sur ces anciennes institutions, dl. I, Brussel, 1837, nrs. 1059-152 voor het in het Algemeen

Rijksarchief Brussel bewaarde materiaal. b Een reconstructie van de adel van Waals-Vlaanderen aan de hand van het leenregister van Karel de Stoute is te

vinden bij H. Cools, „Le prince et la noblesse dans la châtellenie de Lille à la fin du XVe siècle: un exemple de la

plus grande emprise de l‟État sur les élites locales?‟, Revue du Nord, 77, 1995, pp. 387-406. Voor een aantal

Vlaamse leenhoven zijn bovendien rekeningen van de verheffingsgelden bewaard, die meer licht werpen op

diachrone evoluties. c Archives départementales du Nord, Chambre des Comptes, B 3679; zie ook R. Opsommer, “Omme dat

leengoed …, p. 142; J.-F. Nieus, „Féodalité et écriture. Observations sur les plus anciens livres de fiefs en France

et dans l‟Empire (fin XIIe – milieu XIIIe siècle)‟, in: Guerre, pouvoir, principauté (Cahiers Centre de recherches

en histoire du droit et des institutions, 18), Brussel, 2002, pp. 15-31 en D. Heirbaut, „The quest for the sources of

a non-bureaucratic feudalism: Flemish feudalism during the High Middle Ages (1000-1300)‟, in: J.-F. Nieus

(ed.), Les sources féodales, ter perse. d W. Blockmans & A. Janse (eds.), Showing Status. Representation of Social Positions in the Late Middle Ages,

Turnhout, 1999. e Zie voor deze problematiek ook de bijdragen in K. Andermann & P. Johanek (eds.), Zwischen Nicht-Adel und

Adel, Stuttgart, 2001. f A. Janse, Ridderschap in Holland, pp. 102-103 voor diens bespreking van de Hollandse adelslijsten die in 1490

zijn opgesteld door Jan van Leiden en H. Van Nierop, Van ridders tot regenten. De Hollandse adel in de

zestiende en de eerste helft van de zeventiende eeuw, Amsterdam, 1990. g A. Uyttebrouck, Le gouvernement du duché de Brabant au Bas Moyen Âge (1355-1430) (Université de

Bruxelles, Faculté de Philosophie et Lettres, nr. 59), Brussel, 1975, dl. 1, pp. 441-442 ; P. De Win, „De adel in

het hertogdom Brabant van de vijftiende eeuw. Een terreinverkenning‟, Tijdschrift voor Geschiedenis, 93, 1980,

pp. 391 (noot 4) en 409 met bijlage ; P. Avonds, Brabant tijdens de regering van hertog Jan III (1312-1356).

Land en instellingen (Verhandelingen van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone

Kunsten van België, Klasse der Letteren 53, nr. 136), Brussel, 1991, pp. 211-212; S. Boffa, Warfare in Medieval

Brabant 1356-1406, Woodbridge, 2004, pp. 126-127.

Page 9: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

9

toen geconvoceerde edelen.a Voor het veertiende- en vijftiende eeuwse graafschap

Vlaanderen kan de lijst van 1464 nu met zeven andere lijsten van uiteenlopende datum

aangevuld worden:

1362-1363 200 nrs. Afschrift Ontstaanscontext onbekend

1384-1386 168 nrs. Origineel Ontstaanscontext onbekend

1405 25 nrs. Origineel Algemeen ontvanger van financiën

1410 470 nrs. Origineel Algemeen ontvanger van financiën

1425 113 nrs. Origineel Raad van Vlaanderen

1437 631 nrs. Afschrift Ontstaanscontext onbekend

1464 116 nrs. Afschrift Kanselarij Bourgondië-Vlaanderen

1481 192 nrs. Afschrift Ontstaanscontext onbekend

De sporadisch bekende voorlopers van dergelijke lijsten zijn ontstaan binnen de context van

het hof van de graven van Vlaanderen, zoals een lijst van edelen en ridders in dienst van

Gwijde van Dampierre uit 1299-1300,b en lijsten van Vlaamse edelen die zijn opgesteld

tijdens de politieke crisis van Vlaanderen in de periode 1297-1305.c Verder is er ook een lijst

van livreihouders uit 1331 bewaard, die tenminste gedeeltelijk uit een opsomming van de

Vlaamse adel onder Lodewijk van Nevers (1322-1346) bestaat, evenals een overzicht van het

leger van de Vlaamse graaf toen die deelnam aan een veldtocht van de Franse kroon in 1340.d

a W. Blockmans (ed.), „De samenstelling van de staten van de Bourgondische landsheerlijkheden omstreeks

1464‟, Standen en Landen, 47, Kortrijk-Heule, 1968, pp. 57-112. Zie ook R. Wellens, „Les États généraux des

Pays-Bas des origines à la fin du règne de Philippe le Beau (1464-1506)‟, Standen en Landen, 64, Heule, 1972,

pp. 421-525. b Archives départementales du Nord, Chambre des Comptes, B 1266, nr. 234. Dit is uitgegeven door L.A.

Gheldolf, Histoire de la Flandre et de ses institutions civiles et politiques jusqu‟à l‟année 1305, Brussel, 1836,

dl. 2, pp. 518-20 en heruitgegeven in Engelse vertaling door M. Vale, The Princely Court. Medieval Courts and

Culture in North-West Europe, Oxford, 2001, pp. 327-328. c Deze zijn uitgegeven in J.-F. Verbruggen, De Slag der Guldensporen. Bijdrage tot de geschiedenis van

Vlaanderens Vrijheidsoorlog. 1297-1305, Antwerpen-Amsterdam, 1952, 213-37 (Engelse vertaling door D.R.

Ferguson: The Battle of the Golden Spurs. Courtrai, 11 July 1302. A contribution to the history of Flanders‟ war

of liberation, 1297-1305, Woodbridge, 2002, pp. 162-82). Een oudere lijst van baanrotsen van Vlaanderen,

daterend van1204-1207, is terug te vinden bij J.W. Baldwin (ed.), Les registres de Philippe Auguste (Recueil des

historiens de la France. Documents financiers et administratifs, 7), Parijs, 1992, dl. 1, pp. 314-5 en J.-F.

Verbruggen, Het leger en de vloot van de graven van Vlaanderen vanaf het ontstaan tot in 1305

(Verhandelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van

België – Klasse der Letteren, nr. 38), Brussel, 1960, pp. 74-5. d M. Vandermaesen, „Le droit de livrée à la cour de Louis, comte de Flandre, de Nevers et de Rethel en 1331', in

W. Blockmans, M. Boone & Th. de Hemptinne (eds.), Secretum Scriptorum. Liber alumnorum Walter

Prevenier, Leuven-Apeldoorn, 1999, pp. 279-306. De lijst van 1340 is tweemaal uitgegeven door J. Kervyn de

Lettenhove (ed.), Oeuvres de Froissart, dl. 21, pp. 211-247 en opnieuw als apart artikel „La bataille du comte de

Flandre au camp de Bouvines (1340)‟, Handelingen van het genootschap voor geschiedenis te Brugge, 24, 1874,

pp. 261-328. Hoewel Kervyn de Lettenhove geen verwijzing geeft naar de precieze herkomst van het door hem

uitgegeven document (hij vermeldt slechts dat hij het terugvond in de Bibliothèque Nationale de France), gaat

het vermoedelijk om een excerpt uit Bibliothèque Nationale de France, Collection Clairambault, nr. 846 (de

bewaarde rekening van ontvanger Olivier le Drach voor deze veldtocht). Ph. Lauer, Catalogue des manuscrits de

la collection Clairambault (Parijs, 1923-1924), dl. 2, p. 28. Voor het bewind van Lodewijk van Male moet

opgemerkt dat er rekeningen bewaard zijn voor zijn verblijf te Gent in 1380-1381, waarin ook de namen van 19

Vlaamse edelen uit zijn entourage terug te vinden zijn (Archives départementales du Nord, Chambre des

Comptes, B 3657). De bewaarde bronnen worden overvloedig voor het Bourgondische hof, maar met de opname

van Vlaanderen in een grote personele unie wordt het zeer moeilijk om te bepalen welke hofedelen uit

Vlaanderen afkomstig waren. Eerder onderzoek heeft overigens aangetoond dat de betrokkenheid van Vlaamse

Page 10: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

10

De hier gepubliceerde lijsten vermelden gezamenlijk iets meer dan 1900 namen. Hoewel

slechts van vier lijsten de ontstaanscontext bekend is, is het duidelijk dat de bewaarde lijsten

sterk verschillen in omvang, opbouw en functie. De bewaarde convocatielijst van 1464 is

weliswaar niet in origineel bewaard, maar is vermoedelijk zeer betrouwbaar inzake het sociale

statuut van de vermelde personen. Alle personen werden immers opgeroepen om de Vlaamse

adel te vertegenwoordigen,a zodat het ook allemaal daadwerkelijk edellieden moeten geweest

zijn. De lijst vermeldt weliswaar uiteraard geen vrouwen, maar ook - en dit in tegenstelling tot

de andere lijsten - geen jongere broers of minderjarige kinderen. Bovendien is ook geopperd

dat vooral de vorstgezinde edellieden - dus in zekere zin de kerngroep van het adellijke

„staatsfeodale‟ milieu - door de vorst geconvoceerd werden. Typerend is bijvoorbeeld het feit

dat Pieter Bladelin,b een in de adel opgeklommen topambtenaar van zeer bescheiden

oorsprong, wel vermeld is maar dat leden van enkele van de belangrijkste adellijke geslachten

niet werden geconvoceerd.

De andere in origineel bewaarde lijsten en de lijst van 1481 (waarvan een eigentijds afschrift

bewaard is) onderscheiden zich van die convocatielijst door twee elementen. Eerst en vooral

zijn ze relatief gelijk in lengte, namelijk respectievelijk 168 (kort vóór 1386), 113 (1425) en

192 nummers (1481; in deze lijst zijn 49 ambtenaren opgenomen). Ten tweede zijn ze

vermoedelijk alledrie vanuit een militair oogpunt opgesteld. De lijst die in de jaren 1384-1386

gesitueerd moet worden, is ingedeeld in baenrache (baanrotsen)c en ruddren met ghesellen,

edelen aan het Bourgondische hof bijna verwaarloosbaar klein was (het Vlaamse aandeel in het hofpersoneel

schommelde tussen de 1 en 4 %): W. Paravicini, „Expansion et intégration. La noblesse des Pays-Bas à la cour

de Philippe le Bon‟, in: K. Krüger, H. Kruse & A. Ranft (eds.), Werner Paravicini. Menschen am Hof der

Herzöge von Burgund, Stuttgart, 2002, p. 441. Voor de lijsten van het hofpersoneel, zie W. Paravicini (ed.), „Die

Hofordnungen Herzog Philipps des Guten von Burgund. Edition‟, Francia, 10, 1982, pp. 131-66; 11, 1983, pp.

257-301; 13, 1985, pp. 191-211; 15, 1988, pp. 183-229; 18, 1991, pp. 111-23. Een belangrijke uitzondering is

het befaamde „Banquet du Faisan‟ in Rijsel, waarbij er in de lijst van edelen die de kruisvaarderseed aflegden

ook 54 namen voor het graafschap Vlaanderen zijn vermeld (8 maart 1454 n.s.). Voor een uitgave, zie M.-Th.

Caron (ed.), Les voeux du faisan, noblesse en fête, esprit de croisade. Le manuscrit français 11594 de la

Bibliothèque Nationale de France, Turnhout, 2003, pp. 163-7. a Er zijn ook – summiere – vermeldingen bekend voor Vlaamse edelen die geconvoceerd werden voor de

Vlaamse statenvergaderingen. Zie hiervoor A. Zoete (ed.), Handelingen van de Leden van de Staten van

Vlaanderen (1405-1419). Excerpten uit de rekeningen der steden, kasselrijen en vorstelijke ambtenaren, Brussel,

1982, dl. I, pp. 458 (30 mei 1410), 638-9 (2-3 juni 1412) 662-3 (15-16 september 1412), 719 (12 april 1413); dl.

II, pp. 714 (8-9 april 1413), 716 (24 maart 1413), 791 (15-19 februari 1414), 1348-9 (22 augustus en 2-3

december 1419); W. Blockmans (ed.), Handelingen van de Leden van de Staten van Vlaanderen. Regering van

Filips de Goede (10 september 1419 - 15 juni 1467). Excerpten uit de rekeningen van de Vlaamse steden en

kasselrijen en van de vorstelijke ambtenaren, Brussel, 1990-1995, dl. I, pp. 35-6 (18 juli 1420), 133 (21 augustus

1422), 236 (21 december 1421), 442 (20 oktober 1429); dl. II, pp. 705 (10 december 1436), 751-2 (27 november

1437), 817 (11 september 1439); W. Blockmans (ed.), Handelingen van de Leden en van de Staten van

Vlaanderen (1467-1477). Excerpten uit de rekeningen van de Vlaamse steden, kasselrijen en vorstelijke

ambtenaren, Brussel, 1971, pp. 71 (juli 1469) 77-8 (14 september – 18 oktober 1469) 111-2 (20 - 23 januari

1471), 160-1, 343 (2-4 december 1472) 281, 342-3 (20 april – 2 mei 1476), 778 (14 september – 18 oktober

1469); W. Blockmans, W. (ed.), Handelingen van de Leden en van de Staten van Vlaanderen. Regeringen van

Maria van Bourgondië en Filips de Schone (5 januari 1477 - 26 september 1506). Excerpten uit de rekeningen

van de Vlaamse steden en kasselrijen en van de vorstelijke ambtenaren, Brussel, 1973, dl. I, pp. 36-8 (3 augustus

1477), 49-50(25-31 januari 1477), 250-1 (2 oktober – 15 december 1482). b G. Proost, „Bladelin (Pieter), Nationaal Biografisch Woordenboek, dl. 2, Brussel, 1967, kol. 61-63; M.

Martens, Pieter Bladelin en Middelburg, Middelburg, 1994. c J.F. Verbruggen, Het leger en de vloot van de graven van Vlaanderen vanaf het ontstaan tot in 1305

(Verhandelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van

België. Klasse der Letteren, nr. 38), Brussel, 1960, pp. 74 voor een lijst van baanderheren van Vlaanderen uit het

Page 11: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

11

wat erop wijst dat hier de militaire elite van het graafschap wordt opgesomd, in een

hiërarchische volgorde. Het gebruik van de titel van baanrots en ridders en hun gezellen wijst

erop dat deze moest dienen om de Vlaamse ridderschap onder de wapens te kunnen roepen.

Hoogstwaarschijnlijk stamt deze in het Nederlands opgestelde lijst dan ook uit het grafelijke

milieu. De vastgestelde datering is in dit opzicht ook suggestief. Aan het begin van de jaren

1380 was graaf Lodewijk van Male immers in een oorlog tegen Gent verwikkeld. De

kroniekschrijver Jean Froissart vermeldt een mogelijke aanleiding voor het opstellen van

dergelijke overzichten van de Vlaamse adel, voor de periode 1379-1380: „Li conte de

Flandres se parti de Malle, et tous ses hostels, et s‟en vint à Lisle et manda là tous les

chevaliers de Flandres et les gentils hommes qui de li tenoient, pour avoir conseil comment il

se poroit maintenir de ces besongnes et contrevengier de chiaulx de Gand qui li avoient fait

tant de despis. Tout li gentil homme de Flandres li jurèrent à estre bon et loial, ensi que on

doit estre à son signeur sans nul moyen.‟a Het bewaarde document refereert zeker niet naar de

door Froissart beschreven convocatie (de lijst dateert immers tenminste van ná 9 maart 1384),

maar het geeft wel aan dat er inderdaad herhaaldelijk dergelijke oproepen aan de Vlaamse

adel plaatsvonden. Het is verder treffend dat de lijst geen militair onbekwame personen

(kinderen of vrouwen) vermeldt. Vermoedelijk zijn hier ook slechts vorstgezinde personen

vermeld. Zo komen er geen telgen van het geslacht Van Vaernewijck voor, een adellijke

familie uit Gent die in dit conflict de zijde van de Gent had gekozen.b

De lijst is dus niet exhaustief, maar alle vermelde personen waren ridders, en dus van adel. Er

zijn nog vermeldingen van niet-adellijke ridders bekend uit de vroege dertiende eeuw, maar

zeker vanaf het midden van de veertiende eeuw geldt dat alle Vlaamse „milites‟ ook van adel

waren.c Het verlenen van deze titel door een ridderslag (al dan niet op het slagveld) was in de

laatmiddeleeuwse periode de belangrijkste manier om formeel te worden opgenomen in de

adel.d Hiermee was er echter geen juridische afbakening voor de adel tot stand gekomen. Dat

was een ontwikkeling die pas in de late zestiende eeuw plaatsvond.e De vraag of die adellijke

status beperkt bleef tot de geridderde persoon, of dat ook zijn nakomelingen (al dan niet in

combinatie met andere factoren zoals het imiteren van de adellijke levensstijl) tot de adel

gingen behoren, moet dus geval per geval bestudeerd worden. Typerend in dit opzicht is dan

ook de vermelding in de lijst van geridderde leden van de families Metteneye, Braderic,

Damman of Rijm, alle belangrijke Brugse of Gentse patriciërsfamilies,f waarvan verscheidene

begin van de dertiende eeuw. Voor de term baanrots in het hertogdom Brabant zie A. Uyttebrouck, Le

gouvernement, dl. 1, pp. 439 en P. Avonds, Brabant tijdens de regering van hertog Jan III, pp. 208-210. a J. Kervyn de Lettenhove (ed.), Oeuvres de Froissart. Chroniques, Brussel, 1873-1877, dl. 9, pp. 189-190.

b A. de Ghellinck d‟Elseghem & Vaernewyck (ed.), Chartes et documents concernant la famille van

Vaernewyck, 3 dln., Gent, 1899-1919. c Warlop, De Vlaamse adel, pp. 384-393 (met name noot 519) stelt terecht dat noblesse en chevalerie twee

verschillende zaken waren. Volgens deze auteur was de ridderschap in de dertiende eeuw nog steeds een klasse

van edelen en niet-edelen. Dit impliceert dat andere factoren dan de ridderschap, zoals de adellijke geboorte,

belangrijker waren om beschouwd te worden als edelman, terwijl anderzijds precies het formeel verkrijgen van

de riddertitel door leden van het stadspatriciaat, die er vaak een gelijkaardige levenswijze op na hielden als de

“oude” adel zorgde voor de – alleen al om biologische reden – noodzakelijke vernieuwing van de adel als sociale

groep. d W. Paravicini, „Soziale Schichtung und soziale Mobilität am Hof der Herzöge von Burgund‟, Francia, 5, 1977,

pp. 148. e P. Janssens, De evolutie van de Belgische adel, pp. 123-125

f D. Nicholas, Town and Countryside. Social, Economic, and Political Tensions in Fourteenth-Century Flanders

(Rijksuniversiteit te Gent. Werken uitgegeven door de faculteit van de letteren en wijsbegeerte, 152), Brugge,

1971, pp. 259-263 vermeldt tientallen voorbeelden van leden van het Gentse en Brugse patriciaat die de

Page 12: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

12

leden tenminste in de vijftiende eeuw tot de adel behoorden (bijvoorbeeld de Metteneye‟s en

de Braderics), maar van wie de adellijke status van andere telgen van die families in de jaren

1380 geenszins zeker is. Hier moet ook opgemerkt dat het veelgehoorde cliché dat het drie

generaties duurde vooraleer de familie volwaardig tot de adel gerekend werd voor het

graafschap Vlaanderen zeker foutief is. Verschillende kinderen van geridderde burgers zijn in

de bronnen al uitdrukkelijk als edellieden vermeld. Omgekeerd moet ook aangestipt worden

dat niet alle dragers van de klinkende adellijke namen (Van Massemen, Vilain, Van Gavere,

Van Gistel, Van Uutkerke, Van Leeuwergem...) noodzakelijk als edelen beschouwd werden.a

Alle vermelde personen op deze lijst waren ridders (uiteraard ook de baanderheren), en dus

edellieden, maar de adellijke status van de families van de betrokkenen blijft verder

onderzoek vergen.

De lijsten van 1405 en 1410 zijn „monsteringslijsten‟,b de schriftelijke neerslag van

troepenschouwingen voor de legers van Jan zonder Vrees in die jaren. Na het overlijden van

riddertitel verwierven in de veertiende eeuw. De omstandigheden waarin dit gebeurde, zijn echter in veel

gevallen duister. a Sommige leden van de familie van Massemen, die nochtans tot het midden van de vijftiende eeuw tot de hogere

adel van het graafschap Vlaanderen behoorde, werden wellicht niet of nog nauwelijks door hun tijdgenoten tot

de adel gerekend. Zie Balthau, „La famille Van Massemen/De Masmines.‟ Door hun naam en

verwantschapsbanden behoorden ze wel nog tot de sociale elite en konden ze terugvallen op de sociale

netwerken van hun adellijke familieleden en verwanten; zie M. Boone, „Élites urbaines, noblesse d‟État:

bourgeois et nobles dans la société des Pays-Bas bourguignons (principalement en Flandre et en Brabant), in: J.

Paviot (ed.), Liber amicorum Raphaël de Smedt. 3. Historia (Miscellanea Neerlandica, 25), Leuven, 2001, pp.

61-86. Een bekend voorbeeld is Georges Chastelain (geboren te Gent als Joris Kastelein), indiciaire van hertog

Filips de Goede, die ongetwijfeld zijn verwantschap met de familie van Massemen gebruikt heeft om toegang te

krijgen tot de hofkringen. Zie G. Small, George Chastelain and the Shaping of Valois Burgundy. Political and

Historical Culture at Court in the Fifteenth Century, Woodbridge, 1997, pp. 9-90. b Er is een oudere monsteringslijst bekend voor de troepenmacht van graaf Lodewijk van Male, bestaande uit

Vlaamse ridders en schildknapen, die geconvoceerd werden voor de veldtocht van de Franse koning Filips VI in

1340 (cfr. supra). Voor de navolgende periode zijn we systematisch op zoek gegaan in de militaire archieven van

de Bourgondisch-Habsburgse staat aan de hand van Bautier, Sornay & Muret, Les sources d‟histoire, dl. I, pp.

121-9, op zoek naar mogelijke lijsten van ridders en schildknapen. Hierbij kwamen verschillende types

documenten aan bod: vooreerst de rekeningen en kwitanties van de „tresorie générale de guerre‟ (Archives

départementales du Nord, Chambre des Comptes, B 3537-42, B 20169-72, Cumulus 16065) en de

monsteringslijsten van het garnizoen van het kasteel van Kortrijk in juli-november 1384 (B 3568-9). Met name

deze laatste monsteringslijsten zijn weliswaar wel van belang voor de studie van de Vlaamse adel, maar opname

in deze uitgave bleek niet gewettigd. Deze documenten ontbeerden een pretentie tot exhaustiviteit en vermelden

waarschijnlijk vele niet-Vlamingen. Voor dit archieffonds, zie ook P.-L. Garnier, „Les services de la Trésorerie

des guerres et de la Recette de l‟artillerie de Charles le Téméraire‟, Revue du Nord, 79, 1997, pp. 969-91. Dit

bronnentype is reeds uitvoerig geanalyseerd door B. Schnerb, „Le recrutement social et géographique des armées

des ducs de Bourgogne (1340-1477)‟, in: Guerre, pouvoir, principauté (Cahiers Centre de recherches en histoire

du droit et des institutions, 18), Brussel, 2002, pp. 55-67; Idem, „Les capitaines de Jean sans Peur, duc de

Bourgogne (1404-1419), in: A. Marchandisse, J.-L. Kupper (eds.), A l‟ombre du pouvoir. Les entourages

princiers au Moyen Âge (Bibliothèque de la Faculté de Philosophie et Lettres de l‟Université de Liège, fasc.

283), Genève, 2003, pp. 330-42. De in deze uitgave aangereikte monsteringslijst van 1405 en 1410 zijn

afkomstig uit een reeks monsteringslijsten die bewaard zijn te Dijon in de Archives départementales de la Côte

d‟Or. Verschillende van de daar bewaarde monsteringsrollen werden reeds het voorwerp van een selectieve en

slordige uitgave door J. de la Chauvelays, „Les armées des trois premiers ducs de Bourgogne de la Maison de

Valois‟, Mémoires de l‟Académie des Sciences, Arts et Belles-Lettres de Dijon (3e série), 6, 1880, pp. 9-335 (met

een afzonderlijke uitgave onder dezelfde titel als boekwerk te Besançon, 1880) en „Les armées de Charles le

Téméraire dans les deux Bourgognes‟, Mémoires de l‟Académie des Sciences, Arts et Belles-Lettres de Dijon (3e

série), 5, 1878-1879, pp. 139-369 (met een afzonderlijke heruitgave onder dezelfde titel als boekwerk te Parijs,

1879). De meeste van deze documenten hebben betrekking op de convocaties uit het graafschap en hertogdom

Bourgondië. Slechts de met zekerheid van Vlaamse edellieden afkomstige monsteringsrollen van 1405 en 1410,

die nog niet door De la Chauvelays behandeld waren, zijn hier uitgegeven.

Page 13: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

13

zijn vader Filips de Stoute in april 1404 lichtte Jan zonder Vrees troepen in de Nederlanden

om bij de leenhuldeceremonie te Parijs zijn militaire macht te etaleren tegenover Lodewijk

van Orléans, zijn tegenstander in de worsteling om de controle over het beleid van de

zwakzinnige Franse koning Karel VI. Een militair treffen met de troepen van Lodewijk

dreigde, maar beide partijen sloten uiteindelijk een vredesakkoord op 17 oktober 1405. Het

geconvoceerde leger van Jan zonder Vrees werd ontbonden en uitbetaald, zoals blijkt uit de

monsteringslijst van 1405. In september 1410 verzamelde Jan zonder Vrees opnieuw een

leger in de Nederlanden en Frankrijk om op te trekken tegen de zogenaamde „Armagnacs‟

(een anti-Bourgondische alliantie van de hertogen van Orléans en Bourbon en de graven van

Alençon en Armagnac). Door het verdrag van Bicêtre (2 november 1410) werd een open

oorlog opnieuw uitgesteld tot 1411-1412, waarbij Jan zonder Vrees uiteindelijk de Armagnacs

tot toegevingen dwong na een succesvolle veldtocht.a In beide jaren werden de hertogelijke

legers in belangrijke mate gevormd door het convoceren van de chevaliers bannerets

(baanderheren).b Deze baanderheren moesten elk een aantal eigen troepen lichten, bestaande

uit chevaliers bacheliers, escuyers en archiers (gewone ridders, schildknapen en

boogschutters). Deze namenlijsten, die het resultaat waren van deze lichting, werden

voorgelegd aan de algemene ontvanger van financiën teneinde de betaling van de gaiges te

verkrijgen. Deze lijsten weerspiegelen dus een militaire chevalereske hiërarchie. De archiers

of eventuele arbalestriers (boog- en kruisboogschutters) waren duidelijk niet van adel en zijn

dus niet opgenomen in de uitgave. De ridders waren ongetwijfeld allemaal edelen, maar voor

de schildknapen is het niet duidelijk of die allemaal tot de erfelijke adel behoorden. Dit

interpretatieprobleem rond de „escuiers‟ stelt zich ook voor de lijst van 1437.

De monsteringslijsten verschillen onderling sterk in lengte, waarbij met name de

monsteringslijst van Jan VI, heer van Gistel, de andere in lengte ver overtreft met een

opsomming van 42 ridders, 242 schildknapen en 85 boogschutters. Jan van Hembieze, zelf

slechts schildknaap, daarentegen kwam met de spreekwoordelijke twee man en een

paardenkop: een andere schildknaap en een boogschutter. Zelf stond hij overigens onder bevel

van de heer van Schorisse, een hoge Vlaamse edelman. Deze verschillen vormen echter geen

accurate afspiegeling van de financiële en militaire slagkracht. Jan van Gistel was als een van

de hoogste – zoniet de hoogste – Vlaamse edelen immers aangesteld tot aanvoerder van het

a Zie voor het leger van Jan zonder Vrees, B. Schnerb, „Un aspect de la politique financière de Jean sans Peur: la

question des dépenses de guerre‟, Publications du Centre Européen des Études bourguignonnes, 27, 1987, pp.

113-27. Voor de ontwikkelingen in 1405 en 1410 en de verwijzingen naar de convocaties, zie R. Vaughan, John

the Fearless. The Growth of Burgundian Power, Londen, 1966; L. Douet-d‟Arcq (ed.), Enguerran de Monstrelet.

Chroniques, Paris, 1857-1862, vol. II, pp. 80-89. Vele van de in 1410 geconvoceerde edelen sneuvelden

overigens kort nadien in de slag bij Azincourt (1415) tegen de Engelsen, zoals blijkt uit de lijsten van

gesneuvelden; G. Bacquet, Azincourt, Bellegarde, 1977. b Zie W. Meyer, „Bannerherr, Bannerträger‟, in: Lexikon des Mittelalters, vol. I, München-Zürich, 1980, kol.

1420. De lijst van baanderheren van Vlaanderen uit het begin van de 13de

eeuw is terug te vinden bij J.F.

Verbruggen, Het leger en de vloot van de graven van Vlaanderen vanaf het ontstaan tot in 1305, Verhandelingen

van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België, Klasse

der Letteren, nr. 38, Brussel, 1960, p. 74. Verschillende Vlaamse baanderheren en hun compagnieën traden in

het begin van de 13de

eeuw als huurlingen in dienst van de Engelse koning Jan zonder Land en komen voor in de

oudste Engelse monsterrol, uitgegeven door S.D. Church, „The Earliest English Muster Roll, 18/19 december

1215‟, Historical Research, LXVII, nr. 162, 1994, pp. 1-17. Zie ook G.G. Dept, Les influences anglaise et

française dans le comté de Flandre au début du XIIIme siècle, Universiteit Gent. Werken uitgegeven door de

faculteit der wijsbegeerte en letteren 59, Gent-Parijs, 1928, en S.D. Church, The Household Knights of King

John, Cambridge, 1999.

Page 14: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

14

Vlaamse contingent.a Waarom enkele edelen zoals Jan van Hembieze dan een aparte rekening

hadden is niet helemaal duidelijk.

Al bij al leveren deze monsteringslijsten verder weinig interpretatieproblemen op. Enkele

steekproeven in de rekeningen van de recette générale de toutes les finances van de hertogen

van Bourgondië tonen aan dat deze registers gelijkaardige militaire mobilisaties van

baanderheren en hun achterban vermelden, zonder evenwel de namen te expliciteren. Dit wijst

erop dat de hier uitgegeven lijsten administratieve hulpdocumenten waren voor convocatie en

betaling van deze compagnieën.b

Er is ook veel informatie beschikbaar over een gelijkaardige militaire lijst, die van 16 februari

1425 n.s. dateert en afkomstig is uit de rekening van de ontvanger van de exploten van de

Raad van Vlaanderen. De aanleiding voor deze lijst was de oorlog van Filips de Goede tegen

Jacoba van Beieren en Humphrey van Gloucester over de opvolging van de overleden Jan van

Beieren als graaf van Holland, Zeeland en Henegouwen.c In het kader van die

opvolgingsstrijd stuurde de Vlaamse Regentschapsraadd vanuit Gent vier bodes uit. Een ervan

trok naar Noordoost-Vlaanderen (het Gentse ommeland en de Vier Ambachten), een tweede

naar het Land van Waas en de streek rond Dendermonde, een derde zuidwestwaarts richting

Kortrijk en de kasselrij Kassel en tenslotte nog een laatste bode die Brugge en het Vrije

aandeed. Die boden brachten aan meer dan honderd personen een oproepingsbrief „que [...] ilz

se volsissent disposer et mettre sus et soubz et en la compaignie du seigneur de Commines,

capitaine general et souverain bailli de Flandres, les seigneurs de Steenhuuse, de Halewin,

d‟Uutkerke, messire Roland d‟Uutkerke, le seigneur de Masmines, messire Robbert et messire

Victor, bastars de Flandres ou autres gens et officiers de mondit seigneur de Bourgoingne de

par deca accoustuméz de mener gens, ilz se traissent par leur ordonnance et a tel jour qu‟ilz a J.-J. Lambin (ed.), Olivier van Dixmude: Merkwaerdige Gebeurtenissen vooral in Vlaenderen en Brabant en

ook in de aangrenzende landstreken, van 1377 tot 1443, Ieper, 1835, pp. 56-7. Item in dit jaer [1410], binden

maent van hoymaent, zo maecten deise heeren in Vrankeryke eene alyantse contrarie mynen heere van

Borgoingen … Myn heere van Borgoingen die dit verstoet,die was te Parys en hy zende alomme uut an sine

vrienden ende an sine landen ende bad elken te Parys te commene tser noot, want hy besief de alyantse van alle

die heeren ende dat zy met grooten hoopen ende macht up hem commen souden. Daer zoo ontboot hy myn heere

van Brabant, myn heere van Hollant, myn heere van Ludeke, duer wien hy vele ghedaen ense gheaventuert

hadde. Item dit zyn de heeren die myn heere van Borgoingen te hulpe quamen. Alvooren de coninc van Navere,

myn heere van Brabant, myn heere van Nevers, de grave van Savoyen ende menich groote heeren baenraetsen

met ruddren ende cnapen uut Bourgoingen ende uut Vlaendren menich rudder ende cnapen daer of dat hooft was

myn her Jan van Ghistele ende waren wel staerc de Vlaminghen van ruddren ende cnapen, vyf hondert glavien al

te scone een gheselscip ende wel upgheseten ende myn heere die ontboot sinen steiden van Vlaendren ende zy

maecten groote ghereeschepe te Brugge, tYpre ende int Vrye omme te Vrankeryke waert te treckene. […] ende

doe quammer Jan van Gistele metten Vlaminghen dat al te scone een volc was te siene buuten Parys, ende

quamen al logieren binder stede van Parys …‟ b Bijvoorbeeld Archives départementales du Nord, Chambre des Comptes, B 1931, f° 170r-171r; B 1957,

passim. De rekeningen van de recette générale de Flandre et d‟Artois leverden in dit opzicht niets op. We sluiten

de mogelijkheid niet uit dat in de te Rijsel bewaarde kwitantiebrieven bij de rekeningen en in de dienstbrieven

van de Rekenkamer nog meer dergelijke vermeldingen van chevaliers bannerets en hun gevolg te vinden zijn.

Daarnaast hebben wij een steekproef uitgevoerd in de „pièces comptables‟ (Archives départementales du Nord,

Chambre des Comptes, B 1958-62, B 2109). c R. Vaughan, Philip the Good. The apogee of Burgundy, Londen-New York, 1970, pp. 35-45. De convocatie

van deze Vlaamse edelen in 1425 wordt ook vermeld door de Ieperse kroniekschrijver Olivier van Dixmude.

Lambin (ed.), Olivier van Dixmude, p. 115

„… zo voer hy [Filips de Goede] alomme meest in zye steiden van Vlaendre ende van Artois, ende maecte een

groot mandement onder de eidele, omme te vaerne weider in Holland …‟ d J. Dumolyn, De Raad van Vlaanderen en de Rekenkamer van Rijsel. Gewestelijke overheidsinstellingen als

instrumenten van de centralisatie (1419-1477), Brussel, 2002, p. 119.

Page 15: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

15

leur feroient savoir le mieulx monté, armé, habillié et accompagnié que pourroient pardevers

monseigneur de Brabant pour lui aidier a secourir a l‟encontre du duc de Glocestre sans en

faillir aucunement sur la foy et loyauté qu‟ilz devoient a mon dit seigneur de Bourgoingne et

quanques ilz amassent son honneur et le leur et lui desiroient aussi complaire.‟ Deze lijst is

interessant omwille van de klemtoon op de feodale verplichting van de geconvoceerde

personen om „auxilium‟ te verlenen aan de vorst. Een dergelijke militaire convocatie, waarvan

we weten dat die op kleinere schaal plaatsvond in de eerste maanden van 1422 naar aanleiding

van Filips de Goedes conflict met de Franse dauphin,a geeft ook duidelijk aan dat de

Bourgondisch-Vlaamse kanselarij en de Raad van Vlaanderen ook een dwingende reden

hadden om er een basislijst op na te houden, zoals de lijst van vóór 1386 er kennelijk ook een

was. Dergelijke vermeldingen van convocaties van edelen in de rekeningen van de exploten

van de Raad van Vlaanderen zijn allerminst zeldzaam. Er zijn tenminste 19 gelijkaardige

vermeldingen in deze bronnenreeks vermeld voor de periode 1416-1477. Wat de lijst van

1425 uitzonderlijk maakt is het feit dat bij deze lijst alle namen van aangeschreven edelen in

de rekeningen zijn opgenomen. Bij de andere convocaties werd slechts vermeld dat de edelen

per kasselrij werden aangeschreven, waarbij in het gunstigste geval alleen de belangrijkste

edelen in de rekening werden vermeld.b

Ook de lijst van februari 1481 diende vermoedelijk voor een militaire convocatie. Deze lijst is

afkomstig uit Filips Wielants voorbereidende aantekeningen voor diens Recueil des Antiquitez

de Flandres (de lijst is niet in het uiteindelijke werk opgenomen).c Wielant heeft zijn afschrift

in de jaren 1498-1500 opgetekend, zodat het als een eigentijdse kopie kan gelden. Hij geeft

geen enkele aanwijzing voor de herkomst of de functie van de lijst, die zelfs geen titel draagt.

Deze lijst bestaat uit een opsomming van personen voor elk van de drie grote invloedssferen

van het graafschap, namelijk Gent, Ieper en Brugge (met het „Brugssche‟, namelijk het

Brugse Vrije, dat in 1477 haar positie van Vierde Lid van Vlaanderen verloor). Deze personen

zijn vermoedelijk bijna zonder uitzondering van adel en zijn vaak vermeld met hun

belangrijkste feodale bezittingen. De eerst vermelde persoon, namelijk Jean de Melun,

burggraaf van Gent,d is ook uitdrukkelijk geduid als standaarddrager. Per kwartier wordt deze

eerste opsomming dan gevolgd door een opsomming van de „officiers‟ - dat wil zeggen

baljuws, ontvangers en de kapiteins van de kastelen - van die regio. Hun aanwezigheid in deze

lijst wordt vermoedelijk verklaard door het feit dat regionale ambtenaren de verplichting

hadden om in oorlogstijd een aantal kruisboogschutters of wapenlieden te betalen op basis van

hun ambtsinkomsten. Zo bestond het Vlaamse troepencontingent in het leger van Filips de

Goede tijdens een veldtocht in Frankrijk in 1422 uit een vijftiental van de belangrijkste

a Vaughan, Philip the Good, pp. 11-16; zie ook noot 49.

b Algemeen Rijksarchief Brussel, Rekenkamers, Rekeningen en registers, nr. 21797, fol. 29 r.-v. (12 augustus

1419), fol. 36 v. – 37 r. (11 december 1419); nr. 21798, fol. 27 v. – 28 r. (2-9 oktober 1420); nr. 21799, fol. 16 v.

– 17 r. (21 augustus 1422), fol. 20 r.-v. (21 september 1422), fol. 23 v. (27 oktober 1422); nr. 21800, fol. 25 r.-v.

(5 augustus 1424); nr. 21801, fol. 21 v. – 22 r. (juni 1426); nr. 21802, fol. 4 r.-v. (22 februari 1427 n.s.), fol. 7 r.-

v. (27 juli 1427); nr. 21804, fol. 7 v. (20 oktober 1429), fol. 8 r.-v. (3 december 1429); nr. 21807, fol. 7 v. (10

december 1436); nr. 21808, fol. 5 r.-v. (27 november 1437), fol. 5 v. (3 december 1437); fol. 9 r.-v. (11

september 1439); nr. 21814, fol. 6 v. – 7 r. (16 juli 1446); nr. 21819, fol. 7 v. – 8 r. (6 november 1451); nr.

21844, fol. 8 v. – 21 r. (vermeldingen van 1 mei 1475 tot 1 mei 1476). c J. Monballyu, „Een autograaf van Filips Wielant (1441-1520) met voorbereidende aantekeningen voor zijn

Recueil des Antiquitez de Flandre‟, Lias, 10, 1983, pp. 165-173. d J. Devaux, „Jean de Melun‟, in: R. De Smedt (ed.), Les chevaliers de l‟Ordre de la Toison d‟or au XVe siècle.

Notices bio-bibliographiques (Kieler Werkstücke. Reihe D: Beiträge zur europaïschen Geschichte des späten

Mittelalters, 3), Frankfurt, 20002, pp. 64-67.

Page 16: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

16

Vlaamse edelen, hun gezellen (samen goed voor 109 personen) en een groep van 40

kruisboogschutters, die paarsgewijs bekostigd waren door de 20 baljuws van het graafschap.a

In februari 1481 waren de Nederlanden in oorlog met Frankrijk, wat erop wijst dat ook deze

lijst een militaire functie had. Op grond van deze vaststellingen kan vermoed worden dat

Wielant deze lijst heeft ontleend aan een stuk uit de administratie van de Raad van

Vlaanderen, de Rekenkamer te Rijsel of de Bourgondisch-Vlaamse kanselarij, instellingen

waar hij als topambtenaar (hij was raadsheer van de Grote Raad in de jaren 1498-1500)

toegang toe had. Ook is het mogelijk dat deze in het Nederlands opgestelde lijst is opgesteld

door Gent, Brugge en Ieper, die in 1481 nauw bij de oorlog tegen Frankrijk betrokken waren

en op dat moment in belangrijke mate de politieke macht in het graafschap in handen hadden.

Filips Wielant was in die tijd immers werkzaam als ontvanger voor het Brugse Vrije (dat toen

onder Brugge ressorteerde).b

Het is belangrijk om op te merken dat binnen elke lijst van de edelen per kwartier eerst alle

edellieden worden vermeld die het predikaat „mer‟ dragen (wat aangeeft dat zij ridders

waren), gevolgd door de edelen die dit niet hadden. Wat in deze lijst van 1481 verder ook

onmiddellijk de aandacht trekt is de aanwezigheid van vrouwen in het overzicht van edelen.

Voor Ieper zijn bijvoorbeeld „vrauwe Janne van der Clite, vrauwe van Comene‟ en „Adriane

van Halewin, vrauwe van Borre‟ vermeld. Deze vrouwen zullen ofwel mannen hebben

gestuurd (zogenaamde bezetmannen), ofwel het benodigde geld hebben gefourneerd om een

aantal mannen onder de wapens te roepen. Dit wijst erop dat het niet gaat om een strikte

opsomming van die personen die persoonlijk gewapend te velde moesten of wilden trekken,

maar van een aantal personen die heervaartplicht aan de vorst hadden.c Desalniettemin is het

ook duidelijk dat het niet gaat om een eenvoudige opsomming van alle personen die

leengoederen bezaten in Vlaanderen en daarom op feodale gronden dienst aan de vorst

verschuldigd waren (er waren veel meer dan 143 hoofdlenen in Vlaanderen). Er kan weinig

twijfel over bestaan dat bijna alle vermelde personen op die lijst daadwerkelijk edellieden

waren, duidelijk te onderscheiden van de veel grotere groep van burgers die in de jaren 1470

een feodale taks dienden te betalen voor hun leenbezit.d Slechts over enkele personen bestaat

enige twijfel. Zo is het treffend dat Jan Wielant, diens zoon Filips Wielant (de auteur zelf!)e

Jan van de Kethulle onder de vermelde edelen staan. De Van de Kethulles en de Wielants

waren typische ambtenarenfamilies, die hun fortuin hadden gemaakt in de Vlaamse

staatsinstellingen en dat in de loop van de vijftiende eeuw ook belegden in lenen en

heerlijkheden (Jan en Filips Wielant worden respectievelijk vermeld als heren van

Schoppegem en Landegem). Bovendien vonden zij ook een huwelijkspartner in het adellijk

a R. Vaughan, Philip the Good, pp. 11-16; B. de Lannoy, Hugues de Lannoy. Le bon seigneur de Santes, Brussel,

1957, pp. 201-221. Het document was reeds eerder vermeld door J. Kervyn de Lettenhove (ed.), Chastellain,

Oeuvres, Brussel, 1863, dl. 1, p. 274 (noot 1). b W. Blockmans (ed.), Handelingen van de Leden en van de Staten van Vlaanderen. Regeringen van Maria van

Bourgondië en Filips de Schone (5 januari 1477 – 26 september 1506). Excerpten uit de rekeningen van de

steden van de Vlaamse steden en kasselrijen en van de vorstelijke ambtenaren (Koninklijke Commissie voor

Geschiedenis), dl. I, Brussel, 1973, pp. 103-109 (nrs. 117 en 118). De vergaderingen van de Vlaamse Leden van

25 januari tot 24 maart en die van 24 tot 28 februari waren gewijd aan de financiëring van de oorlog tegen

Frankrijk. c Opsommer, Omme dat leengoed es thoochste dinc, dl. 2, pp. 711-724.

d J. Bartier, „Quelques réflexions,‟ passim.

e Voor Jan Wielant, zie Dumolyn, Staatsvorming en vorstelijke ambtenaren, bijlage op CD-Rom (biografische

fiche); voor Filips Wielant, zie de biografische inleiding bij J. Monballyu (ed.), Filips Wielant.Verzameld werk.

I. Corte instructie in materie criminele, Brussel, 1995.

Page 17: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

17

milieu. Filips Wielant, de auteur, was gehuwd met de edelvrouwe Johanna van Halewijn en

werd door de baljuw van een van zijn leengoederen als „eedelen ende waerden meester Philips

Wielant, raed mijns gheduchts heeren‟ vermeld, maar het blijft een open vraag of Wielant ook

in de ogen van de Vlaamse adel als edelman aanvaard werd.a Kortom, dit waren

overgangsfiguren die in de late vijftiende eeuw reeds in een veredelingsproces zaten, maar

waarvan de afstammelingen vermoedelijk pas in de zestiende eeuw onbetwist als edel werden

beschouwd.b

Algemeen genomen kan men de bovengenoemde lijsten van kort voor 1386, 1425 en 1481 als

„adelslijsten‟ duiden in die zin dat zij een opsomming geven van eigenlijke edellieden of

personen die men „overgangsfiguren‟ zou kunnen noemen: misschien nog niet van adel, maar

in elk geval met een zekere affiniteit met het adellijke milieu en de levensstijl. Of alle

vermelde schildknapen in de monsteringslijst van 1410 tot de Vlaamse adel behoorden, is al

heel wat minder duidelijk. Een soortgelijke vraag stelt zich ook voor twee andere lijsten die

niet in origineel zijn bewaard, namelijk die van 1362-1363 en 1437. Beide lijsten zijn slechts

bekend van laat-zestiende en zeventiende eeuwse afschriften van verzamelaars en genealogen

en zijn bijna steevast samen overgeleverd. Volgens bijna alle van de veertien bewaarde

afschriften waren de originele lijsten twee registers die op de zolder van de Rekenkamer van

Rijsel rustten (de lijst uit 1362-1363 was dan mogelijk overgebracht uit het grafelijk archief te

Rupelmonde na de oprichting van de rekenkamer in 1386). Deze twee lijsten laten zich niet

gemakkelijk interpreteren, niet in het minst omdat ze niet alleen door vele verschrijvingen in

de afschriften een hoge foutenlast torsen, maar ook omdat er interpolaties toegevoegd zijn

door latere kopiisten. Zo is het oudst bewaarde afschrift van deze lijsten (1565) van de hand

van een zekere Erasmus van Brakel, die niet aarzelde om zijn eigen familie aan de lijst van

1437 toe te voegen. Hoewel Erasmus‟ eigen adellijke status onbetwistbaar was, blijkt uit

onderzoek dat de Gentse familie van Brakel in het tweede kwart van de vijftiende eeuw

waarschijnlijk niet tot de Vlaamse adel behoorde. Ook de titel en de vermelde datering zijn

sterk vervormd overgeleverd. Bijna alle afschriften situeerden de eerste lijst van 200 namen in

het bewind van Lodewijk van Nevers (1322-1346), terwijl uit de oorsprongskritiek bleek dat

de lijst uit 1362-1363 dateerde. Iets soortgelijks was ook het geval voor de andere lijst, die

meer dan zeshonderd namen vermeldt en daarmee alle andere lijsten in lengte ver overtreft.

Deze dateert vermoedelijk uit 1437, maar wordt door bijna alle afschriften geduid als de lijst

van Vlamingen die in 1421 meetrokken op de veldtocht van Filips de Goede in Frankrijk. De

in later eeuwen gewijzigde titels vermelden ook meestal dat het gaat om de „nobles de

Flandres‟, maar het blijft een open vraag of de oorspronkelijke lijsten inderdaad als strikte

adelslijsten geduid werden.

De precieze ontstaanscontext en functie van de lijsten van 1362-1363 en 1437 blijft enigszins

onzeker. De oorspronkelijke registers kwamen duidelijk wel uit het milieu van de grafelijke

ambtenarij, en meer specifiek uit de Rekenkamer, maar details ontbreken. Het is vrijwel

uitgesloten dat het feodale registers waren of lijsten met een fiscaal oogmerk. Beide lijsten

a Rijksarchief Gent, Algemeen familiefonds, nr. 1306, ongefolieerd (rekening van 18 oktober 1485 tot 20 juni

1487 door Jan Butseel, baljuw van het hof Ten Poldere (Oostduinkerke) van Filips Wielant. De familie stierf

kort na 1500 uit, zodat het onduidelijk blijft of de familie inderdaad tot de adel is gaan behoren. De eerste

uitdrukkelijke vermelding van een Van de Kethulle als edelman dateert van 10 januari 1528 n.s. (het betreft de

zoon van de hier vermelde Jan van de Kethulle), Stadsarchief Gent, Reeks 330, register 50 (1528-1529), fol. 49

r.-v. b H. Douxchamps, La famille, dl. III, p. 223 e.v.

Page 18: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

18

zijn niet ingedeeld per leenhof maar per kasselrij en er is geen enkele consequente vermelding

van leenbezit of een andere mogelijke fiscale aanslagvoet.a De eerste lijst blijft in omvang

relatief dicht bij de in origineel bewaarde lijsten en is per kasselrij ook min of meer

hiërarchisch opgebouwd. Voor de kasselrij Kortrijk wordt de heer van Halewijn als eerste

vermeld. Te Dendermonde zijn dat de heren van Massemen en in Veurne-ambacht de

burggraaf van Veurne (een telg van de familie van Stavele). Dit waren inderdaad de

belangrijkste adellijke families in die kasselrijen. De getraceerde interpolaties terzijde gelaten,

kan deze lijst als toch een betrouwbaar - zij het opnieuw niet exhaustiefb - overzicht van de

Vlaamse edelen en ridders in de jaren 1360 gelden.

Kaart: het graafschap Vlaanderen met de kasselrij-indelingen en de vier kwartieren (14e-15e eeuw), met

uitzondering van de kasselrij Waasten.c

a Een eventuele fiscale lijst met edelen die niet in de beden moesten bijdragen zou door elke kasselrij

afzonderlijk worden opgesteld en niet voor het hele graafschap: dergelijke lijsten zijn bewaard voor de kasselrij

Kortrijk; Algemeen Rijksarchief Brussel, Rekenkamers, nr. 42890-43099 (1387-1566). Enkele van die lijsten

zijn uitgegeven in J. Ferrant, „Lijst der edelen en goede lieden, bezitters van heerlijkheden in de kastelnie

gelegen, van 1387 tot 1633‟, in: Handelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, 10,

1912-1913, pp. 227-278. Processen over de bijdrage van edelen in de beden vindt men terug in de registers van

de Raad van Vlaanderen; A. Zoete, De beden in het graafschap Vlaanderen onder de hertogen Jan zonder Vrees

en Filips de Goede (1405-1467), Verhandelingen van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren

en Schone Kunsten van België, Klasse der Letteren, 56, nr. 149, Brussel, 1994, p. 50, n. 35. Ook voor de Gentse

schepenen van de keure (Stadsarchief Gent, reeks 301) werden dergelijke processen gevoerd, hetgeen te

verklaren is door de functie van Gent als kwartierhoofd. b Na vergelijking met het leenregister van het graafschap Vlaanderen van 1366 (Archives départementales du

Nord, Chambre des Comptes, B 3679) bleek bijvoorbeeld de opvallende afwezigheid op deze lijst van telgen van

belangrijke adellijke families uit Waals-Vlaanderen (bijvoorbeeld de families Saint-Audegonde en Bailleul). c Blockmans, De volksvertegenwoordiging, p. 108

Page 19: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

19

Meer problemen stellen zich voor de lijst van (vermoedelijk) 1437. In het meest volledige

afschrift wordt binnen elke kasselrij een hiërarchisch onderscheid gemaakt tussen de

„chevaliers‟ en de „escuyers.‟ Deze lijst vermeldt meer dan driemaal zoveel namen als enige

andere lijst. Slechts ten dele wordt dit verklaard door het feit dat de lijst van 1437 een groter

geografisch gebied bestrijkt. Als enige van alle lijsten worden ook Rijsel en zelfs de

heerlijkheid Mechelen vermeld, wat voor een surplus van respectievelijk 94 en 6 namen zorgt.

Desalniettemin is het duidelijk dat er per kasselrij veel meer personen en families worden

vermeld dan in de lijst van 1362-1363 en de andere lijsten. Dit wordt ten dele veroorzaakt

door het verhoudingsgewijs veelvuldig vermelden van lagere edelen en van jongere kinderen.

In essentie wordt de meerlast – zowel voor de lijst van 1437 als die van 1410 - echter

veroorzaakt door de vele vermelde „escuyers.‟ De vraag of alle schildknapen tot de adel

behoorden (zoals dat voor de riddertitel het geval was) laat zich bijzonder moeilijk

beantwoorden. Ten dele was schildknaap een gangbare titel voor jongere edelen uit

gevestigde adellijke geslachten die nog geen riddertitel hadden verworven. Vele lagere

edellieden bleven dan weer hun leven lang schildknaap, zonder ooit ridder te worden. Er kan

echter niet uitgesloten worden dat de titel van schildknaap in deze lijsten in zijn meest ruime

zin gelezen moet worden, namelijk om ondergeschikte, dienende personen in de militaire

hiërarchie aan te duiden.

De aanleiding voor het opstellen van de lijst van 1437 is onduidelijk. De ene mogelijkheid is

het losbarsten van een opstand van de Brugse ambachten in mei 1437. De kroniekschrijver

Olivier van Dixmude vermeldt dat de hertog toen in Rijsel verbleef „ende maecte groot

mandement in Artois ende Pikardien, ende ooc onder de eidele van Vlaendre.‟a Een andere

mogelijkheid is de dreiging van een oorlog met Engeland in die periode. De kroniekschrijver

Enguerrand de Monstrelet vermeldt dat de Bourgondische hertog in 1436-1437 herhaaldelijk

met de staten van zijn Nederlandse gewesten beraadslaagde om zich voor te bereiden op een

dreigende invasie van de Engelsen, wat dus mogelijk de directe aanleiding voor de lijst van

1437. De dreiging van een Engelse invasie is de meer plausibele aanleiding voor de lijst van

1437, omdat deze lijst immers ook een aanzienlijk aantal ridders en schildknapen uit het

Brugse Vrije vermeldt. De lijst is ook tenminste vóór 15 juni 1437 opgesteld, zodat een

convocatie van de Vlaamse adel naar aanleiding van het conflict met Brugge dan zeer snel

verlopen zou moeten zijn.

Hoewel de verhalende bronnen ons inlichten over de vermoedelijke aanleiding tot het

opstellen van die lijst, blijft ook hier de betekenis van de titel „schildknaap‟ onduidelijk.

Monstrelet vermeldt dat omwille van de Engelse dreiging een oproep werd gedaan „à tous les

nobles de sesdiz pays et aultres qui se avoient acoustumé de armer, qu'ilz fussent prestz toutes

les fois qu'on les manderoit pour aler avec les capitaines qui estoient commis pou la garde et

deffence des pays.‟b Worden met die „aultres qui se avoient acoustumé de armer‟ de

schildknapen bedoeld (en dus de bemiddelde burgers die ook militair actief waren) of werden

die schildknapen toch tot de adel gerekend? Verder onderzoek zal moeten uitwijzen of de

schildknapen uit de lijsten van 1410 en 1437 de onderlagen van de adel vormden of dat zij

eerder als een soort „bijna-edelen‟ of als de krijgshaftige leden van lokale dorpselites of

Vlaamse steden gezien moeten worden.c Vandaar ook onze reserves bij de term „adelslijsten‟,

a Lambin (ed.), Olivier van Dixmude, pp. 155-6.

b L. Douët-d‟Arcq (ed.), Enguerrand de Monstrelet. Chroniques, vol. V, Parijs, 1857-1862, p. 279.

c Wat mogelijk pleit voor de these dat niet alle schildknapen van adel waren is een rekening van 26 november

1384 (Archives départementales du Nord, Chambres des Comptes, B 3568/131968) van enkele hoge Vlaamse

edelen „ensamble XI aultres chevaliers bachelers de sa compaignie, VIxx et I escuiers hommes d‟armez, XXII

Page 20: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

20

zeker voor wat deze specifieke reeks documenten van 1405, 1410 en 1437 betreft. Het valt

immers nog uit te maken of alle vermelde schildknapen ook daadwerkelijk tot de Vlaamse

adel behoorden.a Voor de andere lijsten is de zekerheid op dit vlak veel groter.

Adelslijsten als neerslag van de militaire functie van de Vlaamse adel

Algemeen genomen zijn er veel aanwijzingen dat de hier uitgegeven zeven lijsten zich van de

eerder bekende adelslijst van 1464 onderscheiden door hun militaire functie. De lijst van 1464

is opgesteld met het oogmerk de vertegenwoordigers van de Vlaamse adel op de

statenvergaderingen te convoceren. De andere lijsten lijken de schriftelijke neerslag te vormen

van de verschillende stadia van de procedure om de militaire verplichtingen van de Vlaamse

edelen aan hun vorst af te dwingen. De vermoedelijk uit het grafelijk archief afkomstige lijst

van vóór 1386 van de Vlaamse baanderheren en ridders vormde duidelijk een in de grafelijke

administratie bijgehouden formulierlijst van wie heervaartplicht diende te vervullen. Ook de

lijst van 1362-1363 lijkt een dergelijk document te zijn. Op dat moment was het relatief rustig

in het graafschap Vlaanderen (de Brabantse successieoorlog, waarin ook de Vlaamse adel

betrokken was, was reeds enkele jaren afgelopen), zodat een directe aanleiding voor het

convoceren van de Vlaamse edelen op dat moment lijkt te ontbreken.b De lijst was bovendien

hiërarchisch opgebouwd per kasselrij, waarbij de belangrijkste heren (dus vermoedelijk met

de grootste achterban aldaar) eerst vermeld worden. Tenslotte hoort ook de lijst van 1481,

zeer vermoedelijk afkomstig uit de centrale of gewestelijke administratie, in dit rijtje thuis, zij

het in dit geval aangevuld met de lijst van alle Vlaamse lokale ambtenaren die de verplichting

hadden om enkele kruisboogschutters te leveren bij conflicten (die ambtsverplichting is reeds

bekend in 1422). Dat de geografische indeling van deze lijst (per kwartier) afwijkt ten

opzichte van die van de jaren 1360 (per kasselrij) wordt verklaard door het feit dat de

staatsadministratie van Vlaanderen in 1481 in belangrijke mate gecontroleerd werd door de

drie Vlaamse hoofdsteden Gent, Brugge en Ieper. Op dat moment was Vlaanderen samen met

de andere Nederlandse gewesten in een oorlog met Frankrijk verwikkeld, wat die lijsten een

actuele betekenis verleent. Deze drie lijsten zijn gelijkaardig in opbouw (hiërarchische

opsommingen, al dan niet per kasselrij of kwartier) en lengte en kunnen als adelslijsten in

strikte zin getypeerd worden.

Aan de hand van die formulierlijsten werden dan bij een militair conflict convocatiebrieven

gestuurd naar die edelen door de Raad van Vlaanderen. Referenties naar dergelijke

convocaties in de bodenrekeningen van deze instellingen zijn legio. Een voorbeeld hiervan is

de lijst van 1425, waarbij de Raad een honderdtal ridders en de belangrijke schildknapen

aanschreef, in dit geval om deel te nemen aan de veldtocht van Filips de Goede tegen Jacoba

van Beieren. Deze ridders en belangrijke schildknapen, die we als de militaire top van de

Vlaamse adel kunnen aanmerken, waren dan verondersteld op de afgesproken plaats te

verschijnen met de aan hen ondergeschikte ridders, schildknapen, wapenlieden en

boogschutters. Na afloop van het conflict dienden deze compagnieleiders dan een lijst in van

hun troep ridders, schildknapen, wapenlieden en boogschutters bij de algemeen ontvanger van

archiers …‟ Men kan al of niet een komma plaatsen tussen „escuiers‟ en „hommes d‟armez‟, maar het blijft

opvallend dat de schildknapen en wapenlieden door de scribent zijn samengeteld. a Er moet aangestipt worden dat dit interpretatieprobleem zich niet alleen voor het graafschap Vlaanderen stelt.

Ook voor laatmiddeleeuwse Hollandse adel is de sociale status van de „cnapen‟ een groot vraagteken. Janse,

Ridderschap in Holland, pp. 87-92. b D. Nicholas, Medieval Flanders, Londen-New York, 1992, p. 226.

Page 21: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

21

financiën van de vorst, die hen dan de verschuldigde vergoedingen uitbetaalde. De hier

uitgegeven lijsten van 1405 en 1410 zijn dergelijke ingediende lijsten met de eraan

vastgemaakte kwijtingen. Zij vermelden als zodanig niet alleen de belangrijke Vlaamse

edelen, maar ook alle onder hen ressorterende schildknapen en soldaten. Zoals we hebben

aangestipt is het nog niet duidelijk of die vele vermelde schildknapen dan ook alle edellieden

waren. Tenslotte is er de lijst van 1437 die de bovengenoemde formulierlijsten in lengte ver

overtrof door de lange opsommingen van schildknapen. Dit lijkt dan een soort schriftelijke

neerslag post factum te zijn van een algemene convocatie van alle Vlaamse ridders en

belangrijke schildknapen mét hun achterban (althans de schildknapen: de boogschutters zijn

niet vermeld). Dat deze lijst afkomstig lijkt te zijn uit de Rekenkamer (en niet uit de Raad van

Vlaanderen), wijst daarop. Deze convocatie situeert zich net na de mislukte veldtocht tegen

Calais (1436) (en tijdens de Brugse opstand van 1436 - januari 1438),a en was zoals gezegd

mogelijk afgekondigd vanwege de dreigende invasie van Engelse troepen.

We kunnen besluiten dat de voor Vlaanderen ontdekte adelslijsten ontstaan zijn vanuit een

specifieke functie van de laatmiddeleeuwse Vlaamse adel, namelijk militaire dienst aan de

vorst. Opsommer heeft aangetoond dat in het veertiende- en vijftiende-eeuwse Vlaanderen de

klassieke leenplicht (het auxilium), net zoals in andere delen van Europa, reeds in het begin

van de veertiende eeuw sterk verwaterd was. Slechts voor lenen waarbij militaire dienst

uitdrukkelijk in het leendenombrement was vermeld, werd verwacht dat de leenman in

kwestie militaire leenplicht vervulde.b Nochtans werden op bepaalde momenten de adellijke

leenhouders, of toch een deel ervan, voor militaire dienst opgeroepen, waarschijnlijk tegen

betaling van een soldij. Het bestaan van de hier uitgegeven convocatielijsten van edelen (als

onderscheiden van de veel grotere groep van alle Vlaamse leenhouders) geeft aan dat

Vlaamse edelen apart van de leenbezitters werden opgeroepen voor de strijd. Dit wijst erop

dat de band tussen adeldom en militaire dienst aan de vorst in dit graafschap toch nog

belangrijker was dan vaak verondersteld wordt.c Hoe het ook zij, deze mobilisaties van de

Vlaamse adel vereisten een uitgewerkte administratieve praktijk, die eerst door de grafelijke

administratie van Lodewijk van Male en vervolgens door de Raad van Vlaanderen en de

Rijselse Rekenkamer werd uitgeoefend. Dit heeft zijn weerslag gevonden in verschillende

types namenlijsten. Hoewel het mogelijk is dat – zeker voor de compagnielijsten – niet alle

vermelde personen van adel waren, is hun betrouwbaarheid hoog in te schatten. Hoewel vele

details nog ontbreken is hun ontstaanscontext bekend. Deze lijsten zijn duidelijk niet ontstaan

vanuit een genealogisch-historische preoccupatie, wat de betrouwbaarheid van vele andere

lijsten heeft gehypothekeerd.d Wel moet opgemerkt dat de overlevering van de twee niet in

origineel bewaarde lijsten (1362-1363 en 1437) wel door dat milieu gedragen is. Dit maakte

een kritische editie van de tekstvarianten noodzakelijk.

Beperkingen en mogelijke onderzoeksperspectieven

a J. Dumolyn, De Brugse opstand van 1436-1438 (Standen en Landen, 101), Kortrijk-Heule, 1997, passim.

b Opsommer, Omme dat leengoed, pp. 711-724.

c De poging van Karel de Stoute om in de jaren 1470 de leenplicht schijnbaar opnieuw te introduceren, was in

feite een fiscale operatie. d Bijvoorbeeld de in 1490 door Filips van Leiden opgestelde lijst van de Hollandse adel omstreeks 1300, die

besproken wordt door A. Janse, Ridderschap in Holland, p. 103 of de in 1596 opgestelde adelslijsten voor alle

Vlaamse graven tot en met Filips II in J. Marchantius, Flandria Commentariorum, Antwerpen, 1596, pp. 245-6,

248-9, 252-3, 258-60, 268-9, 278-9, 291-3, 307, 318-9, 323, 329-30.

Page 22: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

22

Het is onzeker of de bewaarde lijsten een volledig overzicht van de Vlaamse adel aanreiken

en of alle vermelde personen van adel waren. Voor sommige personen zoals Filips Wielant en

vooral voor de vele „escuyers‟ blijft er twijfel bestaan over hun adellijke status. De

tekstoverlevering is voor sommige lijsten gecorrumpeerd. Bovendien moet nogmaals

beklemtoond dat deze documenten slechts met veel voorbehoud als „adelslijsten‟ te betitelen.

Deze lijsten maken immers geen onderscheid tussen personen die tot de erfelijke, oude

Vlaamse adel behoorden en zij die als ridder of eventueel als schildknaap persoonlijk tot de

adel werden gerekend. Of de nakomelingen van die tweede groep ook tot de adel behoorden,

hing af van hun levensstijl en de mate waarin zij met succes de sleutelelementen van adeldom

(riddertitels, feodaal bezit, heerlijke rechtsmacht, affiniteit met militaire activiteiten, adellijke

huwelijkspartners…) wisten te verzekeren. Kortom, verder onderzoek is nodig om de

oudadellijke families en succesvolle nieuwkomers binnen de door deze lijsten aangereikte

populatie te onderscheiden.

Ondanks deze beperkingen openen deze lijsten grote onderzoeksmogelijkheden. Eerst en

vooral laten deze adelslijsten toe om na kritische toetsing en aanvulling vanuit andere

primaire bronnen (oorkonden, leenregisters, grafschriften, kronieken...) een overzicht te

vormen van de Vlaamse adel als sociale groep voor een tijdperk waarin het al of niet tot de

adel behoren bepaald werd door sociale perceptie. Op dit moment hebben wij nog niet

gestreefd naar een exhaustieve identificatie van alle hier vermelde personen – we hebben ons

hierin enkel laten leiden door de doelstelling de lijsten indien nodig nauwkeuriger te dateren –

maar het spreekt vanzelf dat een uitgebreide prosopografie nu op de onderzoeksagenda staat.

De waarde van deze adelslijsten schuilt verder in de chronologische spreiding van deze

overzichten in de veertiende en vijftiende eeuw. Door de reconstructie van de adel op deze

verschillende „peilmomenten‟ kan onderzoek gedaan worden naar het mutatieritme binnen de

adel en de evolutie van het economische profiel en de sociaal-politieke positie van de adel in

het laatmiddeleeuwse Vlaanderen.a Met deze uitgave hopen we verder vooral ook nieuw

onderzoek naar adellijke families te stimuleren en een tot dan toe ontbrekend hulpmiddel te

bieden aan historici die onderzoek doen naar al dan niet „adellijke‟ gedragspatronen in

huwelijksnetwerken, giftpraktijken, religieuze schenkingen, universitaire opleiding,

boekenbezit…

Deze lijsten zijn ook waardevol voor onderzoek naar de adel in de zestiende en zeventiende

eeuw. In de zestiende eeuw veranderde de samenstelling van de Vlaamse adel vermoedelijk

sterk door de groeiende interactie met de onder de Habsburgers geïmmigreerde Duitse en

Spaanse aristocraten. Het blijft een open vraag of dit fenomeen zich ook voordeed bij de

lagere echelons van de adel.b De lijst van februari 1481 biedt een uitgangspunt voor het

broodnodige onderzoek naar deze ontwikkelingen. In de late zestiende eeuw wijzigden

bovendien de opvattingen over hoe bepaald werd wie van adel was. De vorst trok met name

na 1595 het recht naar zich toe om te bepalen wie tot de adel behoorde, zij het door het

toekennen van adelbrieven of het bevestigen van adellijke status door na onderzoek

a Dit onderzoek naar de laatmiddeleeuwse adel als sociale groep in het graafschap Vlaanderen is reeds aangevat

door F. Buylaert, die een doctoraatsverhandeling over de adel in het Vlaamse stedelijke netwerk voorbereidt

(Aspirant F.W.O.-Vlaanderen, Universiteit Gent). b F. Buylaert & J. Dumolyn, „L‟importance sociale, politique et culturelle de la haute noblesse dans les pays

Bourguignons et Habsbourgeois (1475-1526): un statut en question‟, in: J. Haemers, C. Van Hoorebeeck & H.

Wijsman (eds.), Entre la ville, la noblesse et l‟Etat. Philippe de Clèves (1456-1528), homme politique et

bibliophile (Burgundica XII), Turnhout, 2007, pp. 281-299.

Page 23: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

23

uitgereikte certificaten. Het is interessant om vast te stellen dat er aanwijzingen zijn dat in

deze nieuwe, door de staat gemonopoliseerde adelsprocedure, de lijsten van 1362-1363 en

1437-1438 gebruikt zijn om adellijke status te bevestigen. Een afschrift van de twee lijsten

was in de zestiende eeuw in het bezit van Alexandre Leblancq, waarbij het document na diens

dood in het bezit kwam van zijn schoonzoon Ferdinand de Maubus, heer van Schoondorp, die

de lijsten in 1625 met toestemming van Filips-Lamoraal Vilain, gouverneur van de

Sommesteden, liet ratificeren door diens auditeurs. Ook in meer algemene zin is

wijdverbreide interesse van genealogen en verzamelaars in de late zestiende en zeventiende

eeuw (wat aanleiding gaf tot tenminste 18 afschriften van die lijsten) treffend te noemen. De

herhaalde interpolaties en al dan niet opzettelijke verschrijvingen wijzen erop dat de lijsten

gebruikt werden voor het heronderhandelen of legitimeren van de sociale status van de

kopiisten en hun families in hun sociale netwerken of tegenover de staat, die een sterke greep

op de samenstelling van de adel wenste te vestigen. In de vroegmoderne periode zijn deze

lijsten dus gebruikt op een manier die ver afstaat van hun oorspronkelijke, militaire functie.

Ook dit aspect van de bewaarde adelslijsten van het graafschap Vlaanderen wettigt verder

onderzoek. Met de uitgave van deze lijsten hopen wij al deze onderzoeksvelden een nieuwe

impuls te geven.

Page 24: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

24

TEKSTUITGAVE

1. Een adelslijst van het graafschap Vlaanderen, daterend van 1384-1386

A ORIGINEEL.

Algemeen Rijksarchief Brussel, Oorkonden van Vlaanderen, 2e reeks (doos 9), nr. 234

1

Deze lijst is een losse akte (papier zonder watermerk; dorsale notitie van latere hand: „Nobles‟). Er is geen

aantoonbaar verband met de andere akten uit dezelfde reeks. De akte is niet gedateerd, maar op

paleografische gronden in de late veertiende eeuw te plaatsen. De lijst is opgesteld in het Nederlands en is

onderverdeeld in baanderheren en ridders. Aanwijzingen over de ontstaanscontext, de gebruiksfunctie of

eventuele bronnen ontbreken. Deze lijst vermeldt 168 namen.

Nota over de datering

Uit biografisch onderzoek naar de in deze ongedateerde lijst vermelde personen blijkt dat dit document met

zekerheid na 9 maart 1384 en vóór 10 september 1386 is opgesteld. De in de lijst vermelde Gerard van

Massemen, heer van Massemen en Beerlegem („Den here van Masmine‟) overleed tussen 14 januari 1384 en 4

maart 1391, terwijl Jan Hauweel overleed vóór 10 september 1386. Een terminus post quem wordt aangereikt

door de in de lijst vermelde Roeland Hauweel, die kort na 9 maart 1384 zijn broer Ingelram Hauweel heeft

opgevolgd in diens leenbezit (de eerste van 19 verhefgeldbetalingen in de verhefrekeningen van de baljuw van

Ieper voor de termijn 9 maart 1384 - 1386). Deze datering is met ruimere marges bevestigd aan de hand van de

biografische gegevens van andere in de lijst vermelde personen (zie notenapparaat). Voor deze datering aan de

hand van persoonsgegevens is selectief gekozen voor families en personen waarover betrouwbare studies of

primaire bronnen voorhanden waren.

Namen van den ridders van Vlaendren

Baenrache

1 De here van Ghistele

2 De borchgrave van Dixmude

3 Mer Roeger van Ghistele

4 De here van Gruuthuse

5 De borchgrave van Veurne

6 de Haze2

7 Mer Gheraerd van Ghistele

8 De here van Haelwine

9 De here van Axele

10 Mer Gheraerd van Raissighem3

11 Mer Heinric van Antoeng4

12 Mer Colaerd van den Clite5

13 De here van Nevele

Ruddren met ghesellen

14 Mer Philips van Masmine6

15 Mer Jan Vylain

16 De borchgrave van Ypre

17 Mer Pieters van Belle

18 De here van Zweveghem

19 Mer Ghy van Ghistele

Page 25: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

25

20 Mer Hector van Veurhoute

21 Mer Zegher van Ghend doude

22 Mer Joos van Haelwine

23 Mer Lodewijc de Bastaert

24 De here van Peenen

25 De here van Ekelsbeke

26 Mer Gheraerd van Uutkerkea

27 De here van der Capelle

28 De here van Scorsse

29 Mer Gheraerd van Spiere

30 De here van Leewerghem7

31 Mer Ghiselbrecht van Leewerghem8

32 De here van Erpe

33 Mer Jan uten Zwane

34 Mer Philips Vylein

35 Mer Philips de Jonghe

36 Mer Philips, zijn zone

37 Mer Gheraerd van Moerseke

38 Mer Gillis Scouteten

39 Mer Philips van der Couderborch

40 Mer Clais Vijd

41 Mer Kerstoffels Vijd

42 Mer Clais van Kets

43 De here van Boelaer9

44 De borchgrave van Aelst

45 Mer Jan Barnageb

46 Mer Zegher de Cortrisien

47 De here van Masmine10

48 Mer Jan van Masmine11

49 Mer Ghiselbrecht van Masmine12

50 Mer Wouter van Herzele

51 Mer Raes Mulaerd

52 Mer Philipsc van Steeland

53 Mer Zegher van Calkene

54 Mer Florens van Heule

55 Mer Wouter van Mulhem

56 Mer Roeland Hauweel13

57 Mer Wouter van Haelwine, sheren zone

58 Mer Wouter van Haelwine van Rosebeke

59 Mer Wouter van Haelwine van Calone

60 Mer Olivier van Haelwine

61 Mer Jan van Haelwine

62 Mer Willem van Haelwine

63 Mer Gheraerd van Haelwine

64 Mer Zegher van Ghend de jonghe

65 Mer Roeger Boetelin14

66 en hered van Yseghem

67 Mer Jan van Pouke

68 Mer Roeger de Tholnare

69 Mer Mathijs Scaec

70 Mer Jan Damman

71 Mer Jan Damman platvoeta

a Deze naam is doorstreept.

b Deze naam is doorstreept.

c Deze naam is doorstreept en vervangen door „Bouden.‟

d Dit is doorstreept en vervangen door „mer Roeger.‟

Page 26: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

26

72 Mer Jan van Heyle

73 Mer Ghildolf van den Gruuthuse

74 Mer Gheraerd van Spiereb

75 Mer Roeland van Spiere

76 Mer Heinric van Spiere

77 Mer Goossin de Wilde

78 Mer Philips van Beukemare

79 Mer Philips van Zedelghem

80 Mer Montfrant van Eessine

81 Mer Roeger van Lichtervelde

82 Mer Maertin van Eessine

83 Mer Jan metten Eye

84 Mer Matheeus van Scathille

85 Mer Joris Braderic

86 Mer Bouden de Vos15

87 Mer Jan van Ghistele

88 Mer Jacop van der Haghe

89 Mer Philipsc Damman

90 De here van Moerkerke

91 Mer Philips Buuc

92 Mer Jan van Caedzand

93 Mer Ghy, mer Ghys zone

94 Mer Symoen van Brugdamme

95 Mer Gadifer van Hazebrouc

96 Mer Pieter van Wulpen

97 De here van Oorscamp

98 De here van der Gracht

99 Mer Diederic van Dixmude

100 Mer Jan van Dixmude

101 Mer Franchois van Haefskerke

102 Mer Radolf van Nevele

103 De here van Morslede

104 Mer Jan van Morslede

105 Mer Clais Belle

106 Mer Heinric van Holbeke

107 Mer Willem van den Clite

108 Mer Boudin van Oultre

109 Mer Jan van den Houte

110 Mer Fransois de Vischd

111 Mer Diederic de Visch

112 Mer Jan van Bambeke

113 Mer Diederic van Lenseele

114 Mer Jan Veinse

115 Mer Robrecht van Huchy

116 De here vane Rolleghem

117 Mer Riquaerd van der Berstf

118 Mer Jacop van Meetkerke

119 Mer Jan Hauweel16

120 Mer Willem van Ebblighem

121 De here van der Vichtea

a Doorstreept en vervangen door „lancvoet.‟

b Deze naam is doorstreept.

c Deze naam is doorstreept en vervangen door „Pieter.‟

d Deze naam is doorstreept.

e Doorstreept: „Rob.‟

f Deze naam is tweemaal vermeld.

Page 27: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

27

122 Mer Jan Fer, de Bastaert

123 De here van Moerbeke17

124 Mer Jan van Houthem

125 Mer Robbrecht de Marscalc

126 Mer Lodewijc de Panetier

127 De here van Maldeghem

128 Mer Aleames van Brekin

129 Mer Jan Sporkin

130 Mer Symoen Rijm

131 Mer Pieter van der Delft

132 Mer Boudin Rijm

133 Mer Jan Mulaerd

134 Mer Jan Parys

135 Mer Philips van Poelvoorde

136 Mer Jan van Meenine

137 Mer Jan van Gryspere

138 Mer Philips van Haefskerke

139 Mer Gheraerd Damman

140 Mer Heinric van Borseleb

141 Mer Jan van Borsele

142 Mer Olivier van Sconeveld

143 Mer Arend van den Ghewedde

144 De here van der Scheele18

145 Mer Renaut van Steenbeke

146 Mer Jan van der Molen

147 Mer Goossin uten Hove

148 Mer Goossin van der Reingherstede

149 Mer Pieter de Bastaerd

150 Mer Hellin van Steeland

151 De here van Marke

152 Mer Jan van Aa

153 Mer Robbrecht van Asschen

154 De here van den Wedergrate19

155 Mer Wouter van Hemsrode

156 De here van Assche20

157 Mer Diederic van Benseele

158 Mer Pieter van den Zijpe

159 Mer Clais Bele f.

160 Mer Joris Belle

161 Mer Jan Belle

162 Mer France van Belle

163 Mer Jan Rijcassez

164 Mer Olivier de Ruusse

165 Mer Olivier van Loo

166 De here van Watene

167 De here van der Scheele

168 Mer Jan Blankaert

2. Een monsteringslijst van enkele Vlaamse edellieden, daterend van 14 september – 20

oktober 1405

A ORIGINEEL.

a Deze naam is doorstreept.

b Deze naam is doorstreept.

Page 28: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

28

Archives départementales de la Côte d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11761.

Dit is een monsteringslijst op perkament van de compagnie van de heer van Schorisse,

baanderheer, bestaande uit twee andere ridders, 21 schildknapen en tien boogschutters,

daterend van 14 september 1405. Hieraan is nog een ontvangstbewijs (daterend van 21

oktober 1405) gehecht van de heer van Schorisse, waarin hij erkent dat hij 493 francs

ontvangen heeft van Jehan de Velery, penningmeester en gecommiteerd voor de

algemene ontvangerij van de financiën van de hertog, voor de vergoedingen voor hem

en de leden van zijn compagnie voor de periode 14 september tot 20 oktober [1405] (37

dagen). Er is ook nog een kopie van deze monsteringslijst aangehecht door Jehan de

Vergy, daterend van 18 oktober 1405.

La monstre du seigneur d‟Escornays, chevalier banneret, de deux autres chevaliers bacheliers et de XXI escuiers

et X archiers de sa compaignie receus aprés par messire Jehan de Vergy, seigneur de Fouvans et mareschal de

Bourgongne le XIIII jour de septembre l‟an mil CCCC cincq.

Chevaliers

169 Ledit seigneur d‟Escornayz, chevalier banneret

170 Messire Daniel de Herselle, chevalier bachelier

171 Messire Sohier de Lannoya

Escuiers

172 Jehan de Hambise

173 Guillaume de Hambise

174 Andrieu de la Nieve

175 Lancelot, bastart d‟Escornaiz

176 Francois de Melle

177 Huart de la Gliseules

178 Jehan d‟Arcie

179 Melsion, bastart d‟Escornaiz

180 Elnou, bastart d‟Escornaiz

181 Jehan, bastart d‟Escornaiz

182 Godeffroy de la Haie

183 Jehan de la Haye

184 Soye Utenhove

185 Jehan de Mote

186 Tiry de le Donch

187 Jaque de Donch

188 Gesswin de la Mote

189 Ernoul de Marez

190 Jehan Piestre

191 Jehan Blanchetrain

192 Daniel de la Mote

Archiers

193 […]

a Een accolade op de aangehechte kwijting geeft aan dat ook Sohier de Lannoy „chevalier banneret‟ was.

Page 29: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

29

3. Tien monsteringslijsten van Vlaamse edellieden, daterend van 30 augustus, 11, 14, 15,

16 en 17 september 1410.

3a. Monsteringslijst van Jean de Tenremonde, daterend van 30 augustus 1410.

A ORIGINEEL.

Archives départementales de la Côte d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van Jean de Tenremonde,

schildknaap, bestaande uit nog één ridder, vijf schildknapen en 11 boogschutters,

daterend 30 augustus 1410.

C‟est la monstre de Jehan de Terremonde, escuier, d'un chevalier bachelier, de cinq escuiers et de onze archiers

de sa compaignie, venuz au mandement de monseigneur le duc de Bourgongne, veuz et passez a monstre lez

Paris le XXXe jour d‟aoust l‟an mil IIIIc et dix, par messire David de Brimeu, chevalier, conseillier et

chambellan de mondit seigneur et commis a ce de par icellui seigneur.

Et premierement

194 Le dit Jehan de Tenremonde, escuier

195 messire Jehan de Freville, chevalier baichelier

Escuiers

196 Amourri Rollantcourt

197 Lancelot du Harlin

198 Jehan du Vauhon

199 Jamot Pignoullet

200 Hannequin de Neveville

Archiers

201 […]

David de Brimeu, chevalier, seigneur de Humbercourt, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne, conte de Flandres, d'Artois et de Bourgongne, et commis de par icellui seigneur a veoir et recevoir

a monstre touz chevaliers, escuiers, archiers et autres gens de guerre que presentement mondit seigneur a mandéz

venir devers lui pour servir le Roy, notre seigneur, et ledit seigneur en armes ou il lui plaira. Jehan de Noident,

receveur general des finances de mondit seigneur, nous vous envoyons cy dessus escripte la monstre de Jehan de

Terremonde, escuier, d‟un chevalier bachelier, de cinq escuiers et de onze archiers de sa compaignie venuz au

mandement de mondit seigneur, lesquelz sont souffisament montéz et arméz et iceulx avons au jour d‟uy veuz et

receuz et passéz a monstre lez Paris pour servir le Roy, nostre seigneur, et ledit monseigneur le duc en ceste

presente armee. Si faites prest et paiement audit Jehan de Terremonde pour lui, pour ledit bachelier, pour les diz

cinq escuiers et pour les diz XI archiers dessus nomméz pour le temps qu‟ilz serviront a compter du jour de la

date de ces presentes, ainsi que mondit seigneur vous a ordenné. Donné le XXXe jour d‟aoust l‟an mil IIIIc et

dix.

3b. Monsteringslijst van de heer van Rosimbos, daterend van 11 september 1410.

A ORIGINEEL

Archives départementales de la Côte d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van de heer van Rosimbos, ridder,

bestaande uit nog vier schildknapen en vier boogschutters, daterend van 11 september

1410.

Page 30: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

30

La monstre de monseigneur de Rosimbos, chevalier baicheler, quatre escuiers et quatre archiers de sa

compaignie, venuz au mandement de monseigneur le duc de Bourgongne, veuz et receuz a monstre lez Paris le

XIe jour de septembre M CCCC et dix par messire David de Brimeu, chevalier et chambellan de mondit seigneur

et commis a ce de par icellui seigneur.

Et premierement

202 Le dit monseigneur de Rosimbos, chevalier

Escuiers

203 Guerart Declenquemeure

204 Guerart du Bos

205 Hennequin Poiret

206 Martinet de Beaucamp

Archiers

207 […]

David de Brimeu, seigneur de Humbercourt, chevalier, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne, conte de Flandres, d'Artois et de Bourgongne, et commis de par icellui seigneur a veoir et recevoir

a monstre tous chevaliers, escuiers, archiers et autres gens de guerre que presentement ledit seigneur a mandéz

venir devers lui pour servir le Roy, nostre seigneur, et ledit monseigneur le duc en armes ou il lui plaira. Jehan de

Noident, receveur general des finances d‟icellui seigneur, nous vous envoions cy dessus escripte la monstre de

monseigneur de Rosimbos, de quatre escuiers et quatre archiers de sa compaignie venuz au mandement de

mondit seigneur le duc, lesquelz et chascun d‟eulx sont souffisament montéz et arméz et ceulx avons au jour

d‟uy veuz, receuz et passéz a monstre lez Paris pour servir le Roy, nostre seigneur, et ledit monseigneur le duc en

ceste presente armee. Si faites prest et paiement audit seigneur de Rosimbos pour lui et les dessus nomméz pour

le temps qu‟ilz serviront a compter du jour de la date de ces presentes, ainsi que mondit seigneur le duc vous a

ordonné. Donné le XIe jour de septembre l‟an M CCCC et dix.

3c. Monsteringslijst van Hue de Lannoy, schildknaap, daterend van 14 september 1410

A ORIGINEEL.

Archives départementales de la Côte-d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van Hue de Lannoy, schildknaap,

bestaande uit nog 11 andere schildknapen en twee boogschutters, onder bevel van de

heer van Fontaines, daterend van 14 september 1410. Aan deze lijst is een tweede

perkament van 30 september 1410 gehecht, waarin Hue de Lannoy erkent dat hij 136

francs ontvangen heeft van Jehan de Noident, ontvanger-generaal van financiën van de

hertog van Bourgondië. Antoine van Haveskerke, heer van Fontaines, ridder, trad op als

getuige.

La monstre de Hue de Lannoy, escuier, onze aultrez escuierz et deux archiers, vues, receus et passés a monstre le

XIIIIe jour de septembre lan mil IIII et dix par messire David de Brimeu, seigneur de Humbercourt, conseillier

et chambellan de monseigneur le duc de Bourgongne, et commis a ce de par icellui seigneur, venuz soubz et en

la compaignie de monseigneur de Fontaines.

Et premierement

208 Lea Hue de Lannoy

209 George de Lannoy

210 Guillaume de Flechin

a Doorstreept: „b‟

Page 31: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

31

211 Jehan de Rincq

212 Willemet du Crocq

213 Baude de Fernehen

214 Hinaut de Liesces

215 Le borgne Lobegois

Escuiers

216 Pierre de Liesces

217 Boulet de Fontaines

218 Pierre des Janvois

219 et Regnart de Fontaines

Archiers

220 […]

Nous David de Brimeu, chevalier, seigneur de Humbercourt, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne, conte de Flandres, d'Artois et de Bourgongne et commis de par icellui seigneur a veoir, recepvoir et

passer a monstre tous chevaliers, escuiers, archiers et aultres gens de guerre que presentement ledit seigneur a

mandés venir devers lui pour le servir en armes ou il lui plaira a Jehan de Noydent, receveur general des finances

dudit seigneur. Nous vous envoions cy dessus escripte la monstre de Hue de Lannoy, escuier, XI aultres escuiers

et II archiers soubz et en la compaignie dudit Hue, lesquelx et chascun d‟eulx sont souffissament montés et

armés et yceulx avons au jour d‟uy veus, receus et passes a monstre pour servir le Roy, nostre seigneur et ledit

monseigneur le duc en ceste presente armee. Sy veulliés faire prest et paiement audit Hue pour lui et les dessus

nommés pour le temps qu‟ilz serviront a compter de la date de ces presentez, ainsi que ledit seigneur vous a

ordonné. Donné soubz nostre seel le XIIIIe jour de septembre mil IIIIc et dix.

3d. Monsteringslijst van de heer van de Hameide, daterend van 15 september 1410

A ORIGINEEL.

Archives départementales de la Côte-d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van de heer van de Hameide,

baanderheer, bestaande uit nog acht ridders, 64 schildknapen, 12 kruisboogschutters te

paard en 72 boogschutters, daterend van 15 september 1410.

La monstre de monseigneur de la Hamade, chevalier banneret, huit chevaliers baicheliers, soixante quatre

escuiers, douze arbalestriers a cheval et soixante douze archiers, veuz et receuz a monstre lez Paris le XVe jour

de septembre l‟an mil CCCC et dix par messire David de Brimeu, seigneur de Humbercourt, chevalier,

conseillier et chambellan de mondit seigneur et lieutenant du mareschal de mondit seigneur le duc.

Et premierement

221 Le dit monseigneur de la Hamade

222 Messire Ernoul, son frere

223 Messire Willem de Haluin

224 Messire Colart de Fosseux

225 Monseigneur de Lannaiz

226 Monseigneur de Poctes

227 Monseigneur de Zanzberghe

228 Messire Mikiel de Castelle

229 Monseigneur de Morchin

Escuiers

230 Henriet le Machefflien

Page 32: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

32

231 Jehan de le Loe

232 Rassequin de la Dause

233 Jaquemin Mathieu

234 Baudichon de Sennieres

235 Pieret de le Tendre

236 Bauduyn de Quinghien

237 Wateron, son frere

238 Ernoul Honyne

239 Jehan Steffrie

240 Maistre George

241 Maistre Gervaise

242 Le bastart d'Oisy

243 Le bastart du Castelle

244 Pierron du Moulin

245 Jehan du Moulin

246 Guillaume Dyen

247 Thierry Dyne

248 Colart de Vrach

249 Jehan Maure

250 Jehan du Buissot

251 Henry de Baudrenghien

252 Jacot Dubuz

253 Ernoul de Baudrenghien

254 Martin Dubuz

255 Riquart de Quinghiem

256 Colart de Brisseuil

257 Erart de Quinghiem

258 Ernoul Piechon

259 Robin du Bois

260 Loys de Fosseux

261 Hannequin Thurin

262 Jehan de Lannais

263 Jehan de Germe

264 Colin de Hyon

265 Bauderon Croy

266 Thierry le bastart

267 Jaquemart Colart

268 Gille de Waudripont

269 Adrian le Tolle

270 Huchon de Quartes

271 Guillaume de le Hove

272 Thomas Montoy

273 Thierry de Sontain

274 Ameux de Sontain

275 Jehan de Buillemont

276 Jehan Chezaire

277 Jehan Spillet

278 Willemet Cauffechier

279 Girart de Quinghiem

280 Jehan Maille

281 Jehan de Hon

282 Fastreignon de Juully

283 Jehan de le Porte

284 Simon Cloquentem

285 Willemet du Boz

286 Estienne de Sobrechies

287 Amoury Huart

Page 33: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

33

288 Hannin de le Porte

289 Guillaume Maure

290 Le borigne de le Porte

291 Hannequin de le Porte

Arbalestiers a cheval

292 […]

Archiers a cheval

293 […]

Jehan de Vergey, seigneur de Fouvens, mareschal de monseigneur de duc de Bourgongne, a Jehan de Noident,

receveur general des finances de mondit seigneur. Nous vous envoyons cy dessus escripte la monstre de

monseigneur de la Hamade, chevalier banneret, de huit autres chevaliers baicheliers, de soixante quatre escuiers,

de douze arbalestriers a cheval, et de soixante dix sept archiers de sa compaignie, venuz au mandement de

mondit seigneur, lesquelx et chascun d‟eulx sont souffisamment montéz, arméz et habilléz et iceulx veuz et

passéz a monstre le XVe jour de septembre lan mil IIIIc et dix a Paris par nostre lieutenant messire David de

Brimeu, pour servir le Roy, nostre seigneur, et le dit monseigneur le duc en ceste presente armee. Si faites prest

et paiement audit seigneur de la Hamade pour lui et les dessus nomméz pour le temps et en la maniere que

mondit seigneur vous a ordonné. Donné soubz nostre seel ledit XVe jour de septembre mil IIIIc et dix.

3e. Monsteringslijst van de heer van Caloen, daterend van 15 september 1410

A ORIGINEEL.

Archives départementales de la Côte-d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van de heer van Caloen, ridder,

bestaande uit nog twee schildknapen en zeven boogschutters, daterend van 15

september 1410. Aan deze lijst is een kwijtschrift aangehecht, daterend van 16 oktober

1410, waarin Everard, heer van Caloen, erkent ontvangen te hebben van Jehan de

Noident, algemeen ontvanger van financiën van de hertog van Bourgondië, de som van

78 francs en 15 solz tournois.

La monstre de monseigneur de Calonne, chevalier bachelier, deux escuiers et sept archiers, veuz et receuz a

monstre lez Paris le XVe jour de septembre lan mil IIIIc et dix par messire David de Brimeu, seigneur de

Humbercourt, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de Bourgongne et commis a ce de par icellui

seigneur.

Et premierement

294 Le dit monseigneur de Calonne, chevalier bachelier

Escuiers

295 Jaquemart le bastard

296 Willaume Croquevillain

Archiers

297 […]

Jehan de Vergey, seigneur de Fouvens, mareschal de monseigneur le duc de Bourgongne. Jehan de Noident,

receveur general des finances dudit seigneur, nous vous envoions cy dessus escripte la monstre de monseigneur

de Calonne, chevalier bachelier, deux escuiers et sept archiers en la compaignie d‟icellui seigneur de Calonne,

souffisamment montéz et arméz, veuz, receuz et passéz a monstre par messire David de Brimeu, chevalier,

Page 34: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

34

nostre lieutenant, pour servir le Roy, nostre seigneur, et ledit monseigneur le duc de Bourgongne en ceste

presente armee. Si vueillez faire prest et paiement audit seigneur de Calonne pour lui et les dessus nomméz pour

le temps que ledit monseigneur le duc vous a ordonné. Donné a Paris le dit XVe jour de septembre lan mil IIIIc

et dix.

3f. Monsteringslijst van de heer Eulard van Poeke, daterend van 16 september 1410

A ORIGINEEL.

Archives départementales de la Côte-d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van schildknaap Eulard van Poeke,

bestaande uit nog zeven andere schildknapen en zes boogschutters, daterend van 16

september 1410. Aan deze lijst is een kwijtschrift aangehecht, daterend van 14 oktober

1410, waarin Eulard van Poeke erkent dat hij 115 francs ontvangen heeft van Jehan de

Noident, algemeen ontvanger van financiën van de hertog van Bourgondië.

La monstre de Alart de Pouques, escuier, sept autres escuiers et six archiers, veuz et receuz a

monstre lez Paris le XVIe jour de septembre l‟an mil IIIIc et dix, par messire David de

Brimeu, seigneur de Humbercourt, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne et commis a ce de par icellui seigneur.

Et premierement

298 Ledit Alart de Pouques

299 Rembaut de Merler

300 Jehan de Bruges

301 Jaques Forliguet

302 Alart le Sec

303 Bertin la Vout

304 Jehan de Rely

305 Pierre de Caventemont

Archiers

306 […]

Jehan de Vergey, seigneur de Fouvens, mareschal de monseigneur le duc de Bourgongne. Jehan de Noident,

receveur general des finances dudit seigneur, nous vous envoions cy dessus escripte la monstre de Alart de

Pouques, escuier, sept autres escuiers et six archiers soubz et en la compaignie dudit Alart, lesquelz et chascun

d‟eulx sont souffisamment montéz et arméz, veuz, receuz et passez a monstre par messire David de Brimeu,

chevalier, nostre lieutenant pour servir le Roy, nostre seigneur, et le dit monseigneur le duc de Bourgongne en

ceste presente armee. Si vueillez faire prest et paiement audit Alart de Pouques pour luy et les dessus nommez

pour le temps que ledit monseigneur vous a ordonné. Donné a Paris ledit XVIe jour de septembre lan mil IIIIc et

dix.

3g. Monsteringslijst van Robrecht van Vlaanderen, daterend van 16 september 1410

A ORIGINEEL.

Archives départementales de la Côte-d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van Robrecht van Vlaanderen,

baanderheer, bestaande uit nog twee andere ridders, 13 schildknapen en één

boogschutter, daterend van 16 september 1410.

La monstre de messire Robert de Flandres, chevalier bacelier, deux autres chevaliers baceliers, treze escuiers et I

archier, veus et receus a monstre lez Paris le XVIe jour de septembre l'an mil IIIIc dix, par messire David de

Page 35: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

35

Brimeu, seigneur de Humbercourt, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de Bourgongne et commis a

ce de par icellui seigneur.

Et premierement

307 Ledit messire Robert de Flandrez, chevalier bacelier

308 Messire Louys de Aefskerke, chevalier bacelier

309 Messire Francois de Pollinchove, chevalier bacelier

Escuiers

310 Jacques de Flandres

311 Philippe de Lensele

312 Andrieu de Zinnenbeke

313 Regnault Knibbe

314 Lievin de Gant

315 Jehan le Scerpon

316 Vincent Moriton

317 Colard Aket

318 Henry de Bovequerque

319 Galbein de Visch

320 Jaques de Linde

321 Pitier de Grave

322 Roland de Ram

Archiers

323 […]

Nous David de Brimeu, seigneur de Humbercourt, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne, conte de Flandrez, d'Artoiz et de Bourgogne, et commis de par icellui seigneur a veoir et recevoir a

monstre tous chevaliers, escuiers, archiers et aultres gens de guerre que presentement ledit seigneur a mandés

venir devers lui pour le servir en armes ou il lui plaira a Jehan de Noydent, receveur general des finances dudit

seigneur. Nous vous envoions chy dessus escripte la monstre de messire Robert de Flandres, chevalier baceler,

deux aultres chevaliers baceliers, XIII escuiers et I archier soubz et en la compaignie d‟icellui messire Robert de

Flandrez, lesquelx et chascun d‟eulx sont souffissament montés et armés et yceulx avons aujourd‟uy veus, receus

et passés a monstre pour servir le Roy, nostre seigneur et ledit monseigneur le duc en ceste presente armee. Sy

veulliés faire prest et paiement audit messire Robert pour lui et les dessus nommés pour le temps qu‟ilz serviront

a compter du jour de la datte de ces presentes, ainsi que mondit seigneur vous a ordonné. Donné le XVIe jour de

septembre l‟an mil IIIIc dix.

3h. Monsteringslijst van de heer van Axel, daterend van 16 september 1410

A ORIGINEEL.

Archives départementales de la Côte-d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van de heer van Axel, ridder,

bestaande uit nog 51 schildknapen en 29 boogschutters, onder bevel van de heer van

Gistel, daterend van 16 september 1410.

La monstre de monseigneur d‟Axele, chevalier bachelier, cinquante et ung escuiers, vint neuf archiers soubz

monseigneur de Guistelle, veuz, receuz et passéz a monstre le XVIe jour de septembre l‟an mil CCCC et dix par

messire David de Brimeu, seigneur de Humbercourt, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne, et commis a ce de par icellui seigneur.

Et premierement

Page 36: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

36

324 Ledit monseigneur d‟Axele, chevalier bachelier

Escuiers

325 Louys de Masminez

326 Jehan de Masminez

327 Jehan de Bailleul

328 Sohier du Pré

329 Guerin d‟Axele

330 Hoste du Birent

331 Andrieu le Nectre

332 Roland de le Ecoucte

333 Jehan de Flandres

334 Baudin de Bauront

335 Guerin Lamwes

336 Jehan Scanezune

337 Amand Bevelare

338 Henry Nathegale

339 Ligier du Quesne

340 Colart de Bullegen

341 Gille Caillel

342 Favis le Grote

343 Clays de Halluin

344 Rogier de Lesquetrevelle

345 Willem du Suit

346 Pierre Dumolin

347 Goscalc de Valmerbeque

348 Clays de Hurtre

349 Wautier Blandermonstre

350 Jehan Hanton

351 Jehan de le Hove

352 Pierre Dancart

353 Clays le Bourgois

354 Willem du Bus

355 Werin Knible

356 Josse Wilemsone

357 Gille Lamsebert

358 Jaquemart de le Piere

359 Pierre le Dentre

360 Jehan de Wisflet

361 Arnoul de Wisflet

362 Jehan de Zuevezeulle

363 Willem le May

364 Louys de Havesquerque

365 Jaquet de la Mote

366 Robert de Banement

Escuiersa

367 Jehan de le Woustine

368 Jehan Bellot

369 Mahieu de Blandain

370 Henry de Hellen

371 Jehan de Martre

372 Jehan de le Garesne

a Herneming vanwege het begin van een nieuwe kolom.

Page 37: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

37

373 Willem de le Mote

374 Gillequin Lambresis

375 Pierre Sopart

Archiers

376 […]

Nous David de Brimeu, seigneur de Humbercourt, chevalier, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne, conte de Flandres, d'Artois et de Bourgongne, et commis de par mondit seigneur a veoir et recevoir

a monstre touz chevaliers, escuiers, archiers et autres gens de guerre que premierement ledit seigneur a mandez

venir devers lui pour le servir en armes ou il lui plaira a Jehan de Noydant, receveur general des finances dudit

seigneur nous vous envoyons cy dessus escript la monstre de monseigneur d‟Axele, chevalier bachelier de

cinquante et ung escuier (sic) et de vint neuf archiers soubz et en la compaignie de monseigneur de Guistelle,

lesquelz sont souffisament montez et armez et iceulx avons aujourd‟uy veuz, receuz et passéz a monstre pour

servir le Roy, nostre seigneur, et mondit seigneur le duc en ceste presente armee. Si vueillez faire prest et

paiement oudit seigneur d‟Axele pour lui et les dessus nomméz pour le temps qu‟ilz serviront a compter du jour

de la date de ces presentes, ainsi que mondit seigneur vous a ordonné. Donné le XVIe jour de septembre mil IIIIc

et dix.

3i. Monsteringslijst van Jan van Hembieze, daterend van 17 september 1410

A ORIGINEEL.

Archives départementales de la Côte-d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst op perkament van de compagnie van schildknaap Jan van Hembize,

bestaande uit nog één andere schildknaap en één boogschutter, onder bevel van de heer

van Schorisse, daterend van 17 september 1410.

La monstre de Jehain de Hembize, escuier, I aultre escuier et I archier soubz monseigneur

d‟Escornay, veus, receus et passés a monstre lez Paris le XVIIe jour de septembre l‟an mil

IIIIc et dix par messire David de Brimeu, seigneur de Humbercourt, conseillier et chambellan

de monseigneur le duc de Bourgongne et commis a ce de par icellui seigneur.

Et premierement

376 Ledit Jehan de Hembize

377 Colin de le Gliselle

Archiers

378 […]

Nous David de Brimeu, chevalier, seigneur de Humbercourt, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne, conte de Flandrez, d'Artoiz et de Bourgongne, et commis de par icellui seigneur a veoir, recepvoir

et passer a monstre tous chevaliers, escuierz, archiers et aultres gens de guerre que presentement ledit seigneur a

mandés venir deverz lui pour le servir en armes ou il lui plaira a Jehan de Noydent, receveur general des finances

dudit seigneur. Nous vous envoions cy dessus escripte la monstre de Jehan de Hembize, escuier, de I aultre

escuier et I archier en sa compaignie et soubz ledit monseigneur d‟Escornay, lesquelx et chascun d‟eulx sont

souffissament montés et armés et les avons au jour d‟uy veus, receus et passés a monstre pour servir le Roy,

nostre seigneur, et ledit monseigneur le duc en ceste presente armee. Sy veullez faire prest audit Jehan de

Hembize pour lui et les dessus nommés pour le temps qu‟ilz serviront a compter de la datte de ces presentes ainsi

que ledit seigneur vous a ordonné. Donné soubz nostre seel le XVIIe jour de septembre l‟an mil IIIIc et dix.

3j. Monsteringslijst van Jan van Gistel, daterend van september 1410

A ORIGINEEL.

Page 38: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

38

Archives départementales de la Côte-d'Or (Dijon), Chambre des Comptes, B 11775.

Monsteringslijst van de compagnie van Jan VI, heer van Gistel en Reigaarsvliet,21

ridder, baanderheer, bestaande uit nog 42 ridders, 242 schildknapen en 85

boogschutters, daterend van september 1410. Deze monsteringsrol bestaat uit twee

aaneengenaaide folio‟s perkament, met de bovenzijde aan elkaar vastgemaakt en

slechts beschreven op de rectozijde in drie kolommen. De bovenzijde van het perkament

is gedeeltelijk weggerot, evenals een deel van de onderzijde. Door deze beschadiging is

de vermelde datum onvolledig: slechts de maandnaam „septembre‟ blijft leesbaar. Door

deze aantasting zijn tien namen van ridders en tien namen van schildknapen verloren

gegaan.

fo 1 r.

La monstre de messire […] quarante et deux escuiers […] de septembre l‟an mil IIII […] et chambellan de

monseigneur […]

Et premierement

379 Ledit messire Jehan de Guistelle, chevalier banneret

380 Messire Loys de Guistelle

381 Monseigneur de Duzelle

382 Messire Guillaume de Stavlez

383 Monseigneur de Stienuuse

384 Messire Jehan de Vommez

385 Messire Jehan de Stavles

386 Monseigneur d‟Eclebecque

387 Messire Lancelot de Liques

388 Messire Jehan Sporquin

389 Monseigneur de Caurmes

390 Messire Jehan de Postelles

391 Monseigneur de Merquem

392 Messire Loys de Mourqerque

393 Monseigneur d‟Orsquamp

394 Messire Loys de Wulfsberghe

395 Messire Jacques de la Cappelle

396 Messire Philippe de la Cappelle

397 Messire Clayze Belle

398 Messire Jaques Zebelle

399 Messire Michiel d‟Escortes

400 Monseigneur Robert de Leureghien

401 Messire Josse de Heulle

402 Messire Bauduin du Breuc

403 Messire Vit de Wisch

404 Messire Jehan de Haluin

405 Messire Louys d‟Essines

406 Messire Jehan d‟Ougerlande

407 Messire Jehan Blanquart

408 Messire Jehan de Grisepaire

409 Messire Jehan de le Visquete

410 Messire Jehan d‟Orsqueque

411 Messire Josse de Haluim

412 Messire Louys Scacq

413 Messire Jehan le Brune

414 Messire Laurens Belle

Page 39: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

39

415 Messire George Belle

416 Messire Arnoul du Wes

417 Messire Arnoul de Zuevengien

418 Messire Jehan Bernage

419 Messire Roland de Wardenleque

420 Monseigneur de Drinquam

421 Messire Herlin de Stellant

Escuiers

422 Premierement Jehan de Messem

423 Phelippe le Bul

424 Jehan de Straictes

425 Jacques Robres

426 Henrry Mommin

427 Cassin Riquart

428 Pietre de Straictes

429 Martin de la Cappelle

430 Guillot du Fosse

431 Ettor du Fosse

432 Roland de le Grutuse

433 Jehan du Pré

434 Adrian de Straictes

435 Michiel Waie

436 Marquet de le Forge

437 Waultier Bernard

438 […]cuiersa

439 Premierement Jehan de Halluin

440 Phelippe de Cranne

441 Jehan de Wulfsb[…]e

442 Jehan du Fran[…]el

443 Gosset de Lannoy

444 Willem de Blequin

445 Jaspar de Quillan

446 Jehan Oendevelt

447 Jacques Oussin

448 Andrieu le Wes

449 Le bastart de Marchines

450 Baudin le Cot

451 Jehan Piersonne

452 Jehan Mectenaie

453 Louys de le Berghe

454 Enguerrand de le Walle

455 Jehan de Crovelt

456 Jehan Joris

457 Rique de le Haie

458 Rique Bieze

459 Jacques Teguelaire

460 Jaspar Lambrechs

461 Gillequin Zegles

462 Jehan Vainse

463 David Vainse

464 Ernoul de Heulle

a Herneming vanwege het begin van een nieuwe kolom.

Page 40: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

40

465 Robert le Courtrisien

466 Robert de Teufliers

467 Jaquemin Caulier

468 Ogier de Mamines

469 Jehan de le Weste

470 Louys de Wonic

471 Jacquemart d‟Esine

472 Pertre Joris

473 Henry de la Chambre

474 Gilles Welle

475 Baudin le Mariscal

476 Pierre le Mariscal

477 Jacques de Bave

478 Jaques Helledebole

479 Jehan Dupont

480 Arnoul Brantin

481 Jehan Zeurin

482 Ywain de Straictes

483 Rogier Canin

484 Thierry de Straictes

485 Jehan de le Poulle

486 Olivier de Morbeque

487 Philippe d‟Artrique

488 Loys de Temzeque

489 Jehan, bastart de Temzeque

490 Rogier de Bul

491 Fransse Belle

492 Jehan Belle

493 Jehan de Mourselere

494 Jehan de Scortes

495 Jehan Railla[…]

496 Gilles de l[…]

497 Gilles d[…]

498 Coppin […]

499 Jehan B[…]quaert

500 […]of

Escuiersa

501 Jehan de Banest

502 Anthoine de Banest

503 Robert de Behont

504 Louys de le Walle

505 Jacques Scotelaire

506 Vitor Videgoet

507 Gadiffer Bone

508 Jehan Desneulle

509 Jehan de le Haie

510 Jehan de Rames

511 Olivier Salart

512 Roland le Zoarte

513 Gille Prost

514 Rolland du Bois

515 Blanquet de Lactree

516 Gille Loque

a Herneming vanwege het begin van een nieuwe kolom.

Page 41: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

41

517 Jehan le Flamant

518 Pertre Alap

519 Galoys de Bannieque

520 Mataus de Teldere

521 Wautier de le Hoimille

522 Jehan de Oorloze

523 Thierry du Bois

524 Havel du Bois

525 Guillaume Minshere

526 Busart le Brune

527 Clays de Teldre

528 Fransse de Teldre

529 Charles du Bois

530 Jaques Lamot

531 Gilles Guebin

532 Jehan Gillon

533 Jehan de le Bouc

534 Carle de Belle

535 Marc d‟Iseghiem

536 Jehan de le Sande

537 Philippe Metenaye

538 Pierre le Visch

539 Jaques le Value

540 Wautier de Ram

541 Wincent de Ram

542 Jehan Host

543 Thierry le Roide

544 Guillaume de Melle

545 Henrry Belle

546 Victor de Stavlles

547 Loen de Stavles

548 Jehan le Clerc

549 Rolland le Josne

550 Baudin le Muth

551 Baudin de Bavencove

552 Pasques de Muth

553 Brigant de Stavles

554 Francois Heindois

555 Riques Couvent

556 Bernequin, bastart de Haluin

557 Oste de Heulle

558 Guildolf Dorwaerdre

559 Dierlay Galle

560 Oste du Castel

561 Hue, bastart de Haluin

562 Tristran de la Graitee

563 Wautier Despres

564 Guillaume de Stiennuse

565 Denis de Diquemue

fo 2 r.

Escuiersa

566 Michiel de Drinque

a Herneming vanwege het begin van een nieuw folio.

Page 42: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

42

567 Rogier le Tolnare

568 Jehan du Bois

569 Climent de Heut

570 Guillaume de le Mote

571 Guillaume Bellout

572 Guillaume Peut

573 Guilllaume le Langue

574 Jehan de Zieulande

575 Richart du Fosse

576 Jehan Mont

577 Clays de Haule

578 Le bastard d‟Esquiervellede

579 Jaques Sepeere

580 Hellin de Rabeque

581 Jehan de le Wal

582 Jaques de Zielbeque

583 Colart du Camp

584 Jehan de le Clite

585 Chretien Ellenare

586 Jehan du Camp

587 Tristran de Commines

588 Olivier de Morbeque

589 Jaques But

590 Baudin d‟Assenere

591 Henry de Vieselle

592 Jehan Mas

593 Pertre Aquet

594 Jehan Rollof

595 Jehan Aquet

596 Gautier Oultersone

597 Jaques le Gaitres

598 Jehan de Versenare

599 Guillaume, bastard de Halluin

600 Jehan de Vauquemare

601 Jaques de Vauquemare

602 Mahieu de l'Espinecte

603 Pierre de le Belle

604 Rolland de Oninghem

605 Willem de le Brande

606 Philippe Lanart

607 Jaques Grutpot

608 Pierre Dammart

609 Tassin Marin

610 Jehan de le Walle

611 Jehan de Conames

612 Jehan Andrieu

613 Louys de Hultre

614 Jehan le But

615 Flouridas le Crene

616 Francois de Diquemue

617 Andrieu Palinc

618 Cornille le Saage

619 Louys le Blanc

620 Louys Paling

621 Pasquier le Tour

622 Jehan le Saage

623 George de Wes

Page 43: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

43

624 Herron Tanay

625 Flouren de Selles

627 Guilfart de Oohigem

628 Jehan Thibert

629 Flourens du Mes

630 Jaques de Millan

Escu[…]a

631 Haine de Zuelne[…]

632 Guillaume du Bus

633 Flourien de Caples

634 Pertre de Zineghem

635 Jehan de le Tour

636 Jehan de Wisenelle

637 France Riquelan

638 Ernoult Raasin

639 Jehan de le Vest

640 France Robert

641 Ogier de Bruwere

642 Guerin de Zoonevellede

643 Wautier de Zoonevellede

644 Odin, bastart de Zuvinghem

645 Willem de le Hove

646 Rufflart, bastart de Havesquerque

647 Ector, bastart de Maminez

648 Hugue Bousart

649 France Pincalin

650 Jehan d‟Articre

651 Jehan de Douncamp

652 Abel de le Werve

653 France Pente

654 Olivier du Pré

655 Jehan Stevins

656 Jehan de Rainneghem

657 George de le Bourse

658 George de Lesque

659 Haine Dezwevelt

660 Olivier de Lannoys

661 Pierre de Rammeghen

662 Jacques de le Walle

Archiers

663 […]

Nous David de Brimeu, seigneur de Humbercourt, chevalier, conseillier et chambellan de monseigneur le duc de

Bourgongne, conte de Flandres, d'Artois et de Bourgongne et commis de par mondit seigneur de veoir et

recevoir a monstre touz chevaliers, escuiers, archiers et autres gens de guerre, que presente[…] mandéz venir par

devers lui pour le servir en armes ou il lui plaira a Jehan de Noident r[…]nces dudit seigneur, nous vous

envoyons cy dessus escript la monstre de messire […] de quarante et trois autres chevaliers bacheliers, de deux

cens quarante et deux escuiers […] en la compaignie dudit seigneur de Guistelle, lesquelz sont souffisamm[…]ur

d‟uy veuz, receuz [...] monstre pour servir le Roy nostre […]. Si vueill[…] paiement audit seigneur de Guistelle

[…] presentes lettres que mondit seigneur […]

a Herneming vanwege het begin van een nieuwe kolom.

Page 44: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

44

4. Adelslijst van het graafschap Vlaanderen, daterend van 16 februari 1425 n.s.

A ORIGINEEL.

Algemeen Rijksarchief Brussel, Rekenkamers, nr. 21800, fo 45 v. - 46 r.

22

Deze lijst is gedateerd op 16 februari 1425 n.s. Het betreft een post uit een rekening van Médard Dael,

ontvanger van de exploten van de Raad van Vlaanderen (register in perkament), lopend van 1 mei 1423

tot 1 mei 1425. De volledige post is doorstreept.a Deze lijst vermeldt 136 namen.

B AFSCHRIFT.

Algemeen Rijksarchief Brussel, Rekenkamers, Acquiten van de Rijselse Rekenkamer, doos 233 B (dd.

28 februari 1425).

fo 45 v.

A Jehan le Raed, messagier de pié de mondit seigneur de Bourgoingne, pour avoir porté le XVIe jour dudit mois

de fevrier par commandement et ordonnance de mesdiz seigneurs du gouvernement certaines lettres closes de

mondit seigneur de Bourgoingne que Jehan Benoit, son chevaucheur, leur avoit paravant apportees de Dijon par

devers:

664 le seigneur de Boelers

665 le chastellain d‟Alost

666 messire Daniel de Herzelle

667 messire Philippe d‟Erpe

668 messire Guerrart et messire Pierre d‟Escournay, freres

669 messire Fransois de Marke

670 Wouter van Mullem

671 le seigneur de Zandberghe

672 le seigneur de le Vichte

673 messire Jehan de Halewin, seigneur de Tronchiennes

674 le seigneur d‟Eyne

675 messire Baudin de Vos

676 Philippe de Mullem

677 Jehan de Imbise, seigneur de Bracle

678 Oudart Blondeel, seigneur de Pamele en Audenarde

679 Arend de Marke

680 Jehan de Huerne

681 Lancelot de Huerne

682 messire Henry de la Chambre

683 Guillaume de la Chambre

684 Roegier van Aerseele

685 Jacop, seigneur d‟Olsene

686 et Jehan de le Delft, escuiers,

faisant mencion lesdites lettres en conclusion que incontinent icelles veues ilz se volsissent disposer et mettre sus

et soubz et en la compaignie du seigneur de Commines, capitaine general et souverain bailli de Flandres, les

seigneurs de Steenhuuse, de Halewin, d‟Uutkerke, messire Roland d‟Uutkerke, le seigneur de Masmines,

messire Robbert et messire Victor, bastars de Flandres ou autres gens et officiers de mondit seigneur de

Bourgoingne de par deca accoustuméz de mener gens, ilz se traïssent par leur ordonnance et a tel jour qu‟ilz leur

feroient savoir le mieulx monté, armé, habillié et accompagnié que pourroient, pardevers monseigneur de

Brabant pour lui aidier a secourir a l‟encontre du duc de Glocestre sans en faillir aucunement sur la foy et

loyauté qu‟ilz devoient a mon dit seigneur de Bourgoingne et quanques ilz amassent son honneur et le leur et lui

desiroient aussi complaire. Ouquel voyage le dit Jehan le Raed tant en alant esdiz lieux et retournant a Gand

chemina par XXIX lieues, valent si comme par la dite certifficacion de mesdiz seigneurs du conseil par laquelle

l‟en lui a tauxé XII d. pour lieue escripte ledit darrain de fevrier cy devant rendue a court peut apparoir.

XXIX s.

a De rekening is typografisch een doorlopende opeenvolging van namen, die in deze uitgave omwille van

gebruiksvriendelijkheid onder elkaar zijn geplaatst.

Page 45: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

45

A Hanseel de Bruges pour avoir porté certaines samblables lettres closes que ledit Jehan le Raed avoit portees et

pour la dite cause ledit XVIe jour dudit mois du commandement expres de mesdiz seigneurs du gouvernement

par devers:

687 messire Jehan et messire Guy, chevaliers, et Charles de Guistelle, escuier, freres

688 messire Philippe de Steeland

689 Jehan de Steeland

690 Floreins, seigneur de Zamslacht

691 messire Wautier de Winghene

692 messire Jehan de Wilde

693 messire Adriaen Villain, messire Jehan Villain, chevaliers, Ector Villain, freres

694 Joris Braderic et Jacop Braderic, freres

695 Jehan de Masmines, seigneur de Calkene

696 messire Ghuerard de Maldeghem

697 messire Ghilain de Halewin

698 messire Olivier le Jaghere

699 messire Jehan de Pottelles

700 messire Fransois de Haveskerke

701 et Jehan Boccart,

ouquel voyage ledit Hanseel en alant et retournant chemina par XXXII lieues, valent si comme par la dite

certifficacion de mesdiz seigneurs du conseil par laquelle l‟en lui a tauxé XII d. pour lieue escripte ledit darrain

jour dudit mois de fevrier cy devant rendue a court peut apparoir.

XXXII s.

fo 46 r.

A Coppin Leepooghe, messagier de pié pour avoir porté certaines semblables lettres closes que ledit Jehan le

Raed avoit portees ledit XVIe jour dudit mois par devers

702 messire Louis Scaec

703 messire Guerard de Costre

704 messire Rogier de Tolnare, chevalier, Ghuerard et Daniel le Tolnare, escuiers, freres

705 Tierchelet de le Bare

706 messire Jehan de Halewin, seigneur de Zwevenghien

707 Ghildolf de Halewin

708 les seigneurs d‟Ysenghien, de le Gracht, de Halewin

709 Jehan de Morslede

710 Rogier de le Woestine, seigneur de Beselare

711 Tristran de le Woestine

712 messire Jehan de le Walle

713 les seigneurs de Lichtervelt, de Huele et de Rechem

714 Tiery Gheerbode

715 les enfans d‟Outerive

716 monseigneur de Commines, messire Colard son frere

717 le seigneur de Wartembeke

718 messire Gillis Walins

719 messire Pierre de le Delft

720 le seigneur d‟Ekelsbeke

721 messire Loys de Haveskerke

722 Henry de Steenbeke

723 Thiery de Hazebrouc

724 messire Jehan de le Houte

725 Guillaume de Rabeke

726 Jehan de Nieukerke

727 Jehan, seigneur de Moorbeke

728 Guy de le Val

729 Jacop de Halewin

Page 46: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

46

730 Wouter van den Tomme

731 Ettor Rijm

732 messire Jehan Barnage

733 et Ghuerard de Ghuistele, filz messire Loys,

ouquel voyage ledit Coppin en alant es domicilles desdits chevaliers et escuiers et retournant a Gand chemina par

LI lieues, valent si comme par la dite certifficacion de mesdiz seigneurs du conseil par laquelle l‟en lui a tauxé

XII d. pour lieue escripte le dit darrain jour du dit mois de fevrier cy devant rendue a cour peut apparoir.

LI s.

A Piere le Mey, pour avoir porté certaines samblables lettres closes de mon dit seigneur de Bourgoingne par

commandement de mes diz seigneurs du gouvernement ledit XVIe jour dudit mois de fevrier pardevers:

734 le chastellain de Furnes

735 messire Wijd de Visch

736 messire Willem le Visch

737 Charles de Pollinchove

738 David Veyse

739 messire Josse de Brune

740 messire Hellin de Steeland

741 les seigneurs de Merkem et d‟Oostkerke

742 messire Wautier Blomme

743 Guy de Flandres

744 Jehan de Versenare

745 messire Loys de Wulfsberghe

746 les seigneurs d‟Uutkerke, de le Gruuthuse

747 le damoiseau de Dudzele

748 le seigneur de Steenhuuse

749 messire Loys de Themzeke

750 messire Jehan de Steenhuuse

751 messire Jehan Blanckaert

752 Wouter Blanckaert

753 Jehan de Baenst

754 Jehan Gherlof

755 Jehan Zuerinc

756 messire Victor, bastart de Flandres

757 Jehan de le Woestine, seigneur de Praet

758 messire Clays Uutenhove

759 Jehan van Score

760 Jan van Caloen

761 Rollant van Calon

762 Archilles van den Berghe

763 messire Robbert Canin

764 le seigneur de Boesinghe

765 messire Michiel de Scoten

766 Ghuerard d‟Axpoele

767 messire Sohier de Bailleul

768 Pierre de Bailleula

769 Olivier de Bavelare

770 Galois de Bambeke

771 Walrave van Huchin

772 Jaque de le Ouvre

773 Jacop de Teghelare

774 Jacop, seigneur de Waelscappele

775 George de le Ywedde

776 et messire Jehan de Grijspere,

a Deze naam ontbreekt in B.

Page 47: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

47

ouquel voyage en alant aux domicelles desdiz chevaliers et eschuiers et retournant a Gand, ledit Pierre chemina

par LVI lieues, valent, si comme par la dite certifficacion de mesdiz seigneurs du conseil par laquelle l‟en lui a

tauxé XII d. pour lieue escripte le dit darrain jour dudit mois de fevrier cy devant rendue a court peut apparoir.

LXI s.

5. Twee lijsten van Vlaamse edellieden, samen overgeleverd en vermoedelijk daterend van 1362-1363 en

143723

[A] ORIGINEEL niet voorhanden.

De datering van het origineel is niet bekend, maar het ging zonder twijfel om twee aparte registers die

op de zolder van de Rijselse rekenkamer aanwezig waren en na hun ontstaan steevast samen

overgeleverd zijn. Vermoedelijk waren de registers in het Frans opgesteld. Volgens de overleverde

afschriften werden de laatste bladzijden van het register van Filips de Goede op onbekende datum

afgescheurd.

[B] AFSCHRIFT Hs. van de Foreeste

Dit afschrift is in de late zestiende of vroege zeventiende eeuw door de auteur van D geduid als een

„seer haut bouxken,‟ dat toebehoorde aan Wouter fs. Josse (sic) van de Foreeste, wiens zoon Lieven

omstreeks 1600 baljuw van het leenhof van de Gentse Sint-Pietersabdij was. Het handschrift is bekend

door het afschrift van Karel Rijm (geboren ca. 1535-1540; zie [C]). Het handschrift moet in elk geval

volledig geweest zijn (zie D). Het was vermoedelijk in het Frans en was vermoedelijk ingedeeld per

kasselrij en binnen de kasselrijen werden de ridders en schildknapen onderscheiden. De auteur van D

heeft overigens abusievelijk Wouter van de Foreeste een zoon van Josse genoemd: hij was een zoon van

Adriaan van de Foreeste. Zijn grootvader was wel Josse van de Foreeste.24

[C] AFSCHRIFT Hs. Karel Rijm

Deze maakte een afschrift van [B]. Karel Rijm is in 1533 geboren als de zoon van van Gerard Rijm,

heer van Eekenbeke, advocaat-fiscaal bij de Raad van Vlaanderen, en Barbara Claissone.25

Op grond

hiervan kan vermoed worden dat deze kopie tussen 1550 en 1600 is opgesteld. Deze was vermoedelijk

in het Frans. Deze lijst is bekend door de vermelding van D, die deze lijst als bron heeft gebruikt.

D AFSCHRIFT Bibliothèque municipale de Lille, Hs. 631, fo 26 r. - f

o 31 v.

Op paleografische gronden is dit handschrift vermoedelijk op het einde van de zestiende of het begin

van de zeventiende eeuw te dateren. De twee lijsten hadden aanvankelijk een eigen foliëring (fo 1 r. tot 6

v.), die geschrapt werd ten gunste van een foliëring van de verzamelband waarin de lijsten werden

opgenomen (fo 26 r. - 31 v.). De inleidende opmerkingen zijn opgesteld in het Frans en het Nederlands,

de lijsten zelf zijn in het Frans. Het betreft een afschrift van Karel Rijms kopie van het Hs. van de

Foreeste, aangevuld met een afschrift van beide lijsten van Antoine de Mol en diens vrouw Maria de

Baenst (zie [E]). Beide lijsten zijn ingedeeld per kasselrij. In de tweede lijst werd binnen elke kasselrij

worden ridders en schildknapen onderscheiden. Deze lijsten zijn volledig (algemene titel: „Extraict de

plusieurs nobles de Flandres, d‟une copie de mer Charles Rym, seigneur de Bellem, jadis extraict d‟un

viel livret appartenant au seigneur Antoine de Mol et de damoiselle Marie de Baenst filia Jean, et

d‟autres mémoires.‟; titel lijst Lodewijk van Male: „Nobles de Flandres au temps du comte Loys de

Male estans chevaliers environ l'an 1360', en verder vervolgd door „Nombre des nobles de Flandre du

temps du comte Loys de Nevers, quy commencha sa principauté anno 1322 et mourut la bataille de

Cressy anno 1346. Extraixt du rolle resposant en la chambre des comptes à Lille au grenier dessu la

chambre des renenghes,‟ eindigend met „Nulle mention de ceulx de Lille, Douay et Orchyes, quy lors

estoient immediatement soubz la couronne de France.‟; titel lijst Filips de Goede: „Extraixt van eender

copie ghemaect bij mer Charles Rym, ruddere, heere van Bellem voorseit, uuyt een anderen haudt

boucxken26

van jonker Anthonis de Mol also voorseit es. Ende uut een seer haut boucxken

toebehoorende wylent Wauter van den Foreeste Joos zone, nu mer Lieven zijn zone, bailliu van den

mannen van Sinte Pieters, vermeerdert uut den eenen dat int dander myn was, by mer Jan van

Pottelsberghe filius Joos‟ gevolgd door „Chevaliers, escuiers et autres gentilhommes et nobles de

Flaendres de l‟an M.o IIIIc.

o XXI.

o a, accompagnans le duc Philippe a la première journee qu‟il fit en

France pour la venganceb de son pere. Le rolle est reposant en la chambre des comptes a Lille au

a D vermeldde eerst „M.

o IIIIc.

o XXXVII,‟ wat werd doorstreept en overschreven met „XXI‟

b D vermeldde eerst „le duc Jean‟ maar dit is doorstreept.

Page 48: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

48

grenier dessus la chambre des renenghes,‟ eindigend met „Fin des deux vieux registres‟). De lijst van

Lodewijk van Male vermeldt 211 namen, waarbij 6 emendaties uit andere afschriften moeten worden

toegevoegd. De lijst van Filips de Goede vermeldt 654 namen, waarbij 18 emendaties moeten worden

toegevoegd.

[E] AFSCHRIFT Hs. Antoine de Mol & Anna de Baenst

Dit afschrift werd in de late zestiende of vroege zeventiende eeuw geduid als een „houd boucxken‟ of

„un viel livret‟ en is omstreeks 1560-1600 gekopieerd door Karel Rijm (zie [C] en D). Het afschrift was

vermoedelijk in het Frans. Deze lijsten waren ingedeeld per kasselrij en de tweede lijst was

vermoedelijk niet volledig. De door D vermelde „seigneur Antoine de Mol et de damoiselle Marie (sic)

de Baenst filia Jean‟ als bezitters van een handschrift met deze twee adelslijsten zijn in de tweede helft

van de zestiende eeuw te situeren. Anna de Baenst – de auteur van D vermeldt abusievelijk „Marie‟ -

was de tweede dochter van Jan de Baenst (overleden te Damme in 1571) en Elisa van Vyve. De familie

de Baenst behoorde tenminste sinds de vroege vijftiende eeuw tot de Vlaamse adel. Anna is in 1574-

1575 vermeld als echtgenote van Antoine de Mol (overleden in 1608) toen zij het leenverhef betaalde

voor een leen (gehouden van de Burg van Brugge) dat zij van haar moeder erfde. Zij is begraven in de

Gentse Augustijnerkerk (haar dochter Johanna de Mol betaalde in 1609-1610 het verheffingsgeld voor

een leen dat zij van haar moeder erfde).27

F AFSCHRIFT Stadsarchief Gent, Fonds Familiepapieren, nr. 800, fo 18 r. - f

o 27 r.

Deze kopie is opgesteld tussen 1565 en 1570, waarbij de opdrachtbrief van het werk, waarin de lijst is

opgenomen, dateert van 6 april 1565. Zowel de lijsten als het uitgebreide genealogische werk waarin ze

zijn opgenomen zijn in het Frans opgesteld, met uitzondering van de titel van de tweede lijst. Dit

afschrift is gemaakt door Erasmus van Brakel, heer van Varembeke en een jongere zoon van Raas van

Brakel, heer van Bois, Auterive, Morslede, Duffel etc. en Agnes van Kooigem, vrouwe van Varembeke,

Croÿ, Berles-de-Bouverie, Bassecourt etc. Blijkens de opdrachtbrief had Erasmus de uitdrukkelijke

motivatie om zijn adellijke tijdgenoot tot een groter adellijk standsbesef te stimuleren om zich te

wapenen tegen de door hem waargenomen toenemende usurpatie van de adellijke status en rechten28

Zeer opvallend aan dit afschrift is het stelselmatig ontbreken van vele namen die in de andere

afschriften wel voorkomen. Per kasselrij ontbreekt gemiddeld een vijfde van de namen, met

uitzondering van de Oudburg van Gent (dit was de thuisregio van de familie van Brakel). Bovendien

zijn de laatste en voorlaatste kasselrijen, namelijk Rijsel en Belle, weggelaten. Door de vermelding van

vele namen in deze lijst die verder slechts in D voorkomen blijkt echter dat dit afschrift althans ten dele

gebaseerd moet zijn op de meer volledige teksttraditie van [B], [C] en D. Er is geen duidelijke

verklaring waarom Erasmus van Brakel zoveel namen niet vermeldt ondanks zijn betrouwbare bron.

Die bron voor zijn afschrift was waarschijnlijk [C], het handschrift van Karel Rijm. De families Rijm en

Van Brakel kwamen allebei uit Gent en stonden in het midden van de zestiende eeuw met elkaar in

contact. Het handgeschreven boekwerk van Erasmus van Brakel waarin hij zijn afschrift F heeft

opgetekend, vermeldt het verslag van zijn oudere broer Jan van Brakel (overleden te Constantinopel in

1572) van diens reis naar Constantinopel. Jan van Brakel reisde samen met Karel Rijm, de auteur van

[C], die toen ambassadeur was van Maximiliaan II. Karel Rijm en Erasmus van Brakel waren

leeftijdsgenoten (ze zijn respectievelijk geboren in 1533 en 1538). In 1565 - het jaar waarin Erasmus

zijn handschrift van een opdrachtbrief voorzag – was Karel Rijm 32 jaar, wat hem niet te jong maakt

om door Erasmus van Brakel een afschrift van zijn eigen afschrift van de adelslijsten te laten maken

(titel lijst Lodewijk van Male: „Nobles de Flandres au temps du Loys de Male estans chevaliers‟a; titel

lijst Filips de Goede: „Edelen in Vlaenderen, rudders, heeren ende andere edelen sonder tytle anno

XIIIIc.o XXXVII‟).

G AFSCHRIFT Stadsbibliotheek Brugge, Hs. 442, fo 32 v., 33 r., 35 v., 36 r., 47 v., 48 r., 50 v., 51 r., 52 v.,

55 r., 56 v., 59 v., 131 r., 131 v., 132 r., 132 v., 133 r., 133 v., 134 r., 137 r., 137 v.

Dit afschrift bestaat uit aanvullingen uit de late zestiende of vroege zeventiende eeuw op eerder

beschreven bladzijden van een ouder handboek van Roeland I de Baenst (die zijn in dit werk

opgetekende traktaat over leenrecht op 4 april 1480 afwerkte) en diens zoon Antoine de Baenst (die

vanaf 10 januari 1487 n.s. zijn leendenombrementen optekende). Vermoedelijk gaat dit om een afschrift

van het handschrift van Antoine de Mol en Maria de Baenst (zie [E]): een geposeerde hand heeft in dit

handschrift herhaaldelijk „Baenst Mol‟ aangebracht, vaak in de nabijheid van de bladzijden die de

a In de rechtermarge is door dezelfde hand „1360' toegevoegd.

Page 49: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

49

lijsten vermelden.a De vermelde Antoine de Baenst is de grootvader van Anna de Baenst, die samen met

met haar man Antoine de Mol een afschrift van deze lijsten bezat (zie [E]). Antoine‟s derde zoon was

Jan de Baenst, een vooraanstaand Brugs politicus omstreeks 1553-1565, die bij zijn vrouw Elisa van

Vyve zijn tweede dochter Anna de Baenst had. Het is ondanks deze filiatie uitgesloten dat G het niet

teruggevonden handschrift [E] van Anna de Baenst en Antoine de Mol is. De auteur van D refereert

naar hun afschrift van de lijsten als „viel livret‟ of een „bouxcken,‟ een omschrijving die maar moeilijk

rijmt met het zeer omvangrijke handboek van Roeland en Antoine dat verschillende honderden folio‟s

telt. Wel is het erfrechtelijk gezien goed mogelijk dat het register uiteindelijk in het bezit kwam van

Anna en Antoine, wat dan de marginalia zou verklaren. De lijsten van G zijn ingedeeld per kasselrij en

de tweede lijst is niet volledig (algemene titel: „Noms des nobles de Flandres du temps du compte Loys

de Nevers etc. Pareillement les noms des nobles du Flandres accompaignans l‟an 1421 le duc Philippe

de Bourgoigne, a la journee premiere qu‟il fist en France pour venger la mort du duc Jean, son pere,

dont les rolles reposant en la chambre des comptes a Lille‟; titel lijst Lodewijk van Male: „Noms des

nobles de Flandres du temps du comte Loys etc.‟ eindigend met „Nobles de Flandres 1421 etc.

s‟ensuivent.‟; titel lijst Filips de Goede: „Nobles de Flandres 1421 accompaignans le ducq Philippes à

la journee premiere qu‟il fist en France pour la vengeance de son pere‟ eindigend met „Les feuilets

restans estoient deschirees. Cecy est tiré hors de certaine roole des nobles de la compte de Flandres.

Fin.‟).

[H] AFSCHRIFT Hs. Bernard van der Straten

Bernard van der Straten (Brugge 1581 - Brugge, 1636) bezat een afschrift van de lijsten van Lodewijk

van Male en Filips de Goede, wat blijkt uit een overgeleverd uittreksel van 7 namen uit deze lijst:

„Extraict uyt de copie van [...] bevonden ten sterfhuyse van dheer Bernaert van der Straete tot Brugghe,

eertijden ghecoren herault d‟armes van Serenissime Infante Isabelle, van de welke copie de originele

rolle is rustende in de camer van rekeninghe tot Rissel intitulé: “Noms des nobles de Flandres du tems

du comte Louys de Nevers. Pareillement les noms de nobles de Flandres accompagnans l‟an 1421 le

ducq Phelippe de Bourgogne a la tournée permiere qu‟il fit en France pour venger la mort du duc Jean,

son pere, dont les rolles reposent en la chambre des comptes a Lille.”‟ Bij vergelijking blijkt deze lijst

volledig overeenkomstig met G.29

[I] AFSCHRIFT Hs. Alexandre Leblancq

Alexandre Leblancq, schildknaap en heer van Meurchin (1525 - Rijsel, 1575), had als verwoede

verzamelaar van genealogische bronnen een afschrift van de twee adelslijsten in zijn verzameling. Na

zijn dood in 1575 kwam die verzameling papieren in het bezit van zijn schoonzoon Ferdinand de

Maubus, heer van Schoondorp (zie J, K en L). Dit afschrift was vermoedelijk in het Frans. De lijsten

waren ingedeeld per kasselrij en de tweede lijst was onvolledig.

[J] AFSCHRIFT Hs. Ferdinand de Maubus

Ferdinand de Maubus liet de in 1575 van zijn schoonvader geërfde adelslijsten (zie [I]) op 10 mei 1625

ratificeren door Martin de Blye en Louis Bouteleu, auditeurs van Filips-Lamoraal de Gand - dit Vilain,

graaf van Izegem en kapitein-generaal van Rijsel, Dowaai en Orchies.30

Dit document is niet bewaard,

maar er zijn wel twee afschriften van bewaard gebleven, namelijk K en L.31

K AFSCHRIFT Koninklijke Bibliotheek Brussel, Fonds Merghelynck - aanvullingen, Hs. 111bis, fo 1 r. -

15 r.

Dit is een in het Frans opgesteld afschrift van de op verzoek van Ferdinand de Maubus geratificeerde

manuscript van Alexandre Leblancq (zie [I] en [J]), en moet dus tenminste van na 10 mei 1625 dateren.

Beide lijsten zijn ingedeeld per kasselrij en de tweede lijst is onvolledig (algemene titel: „Noms des

nobles de Flandres du temps du conte Louys de Nevers‟ met bijschrift: „On trouveres que du temps du

comte Louys de Nevers et du ducq Philippe de Bourgoigne sont esté plusieurs nobles qui ont

accompaigné leurs princes en [...] oultre quattre familles desquelles Jan de Yedeghem, baron de

Busbeke, gentilhomme de sa Bouche del sérenissime Archicq (sic) d‟Austriche, conte de Flandre, doit

faire preuve de noblesse pour recepvoir l‟habit de l‟Ordre militaire de Saint-Jacques del Espada,

duquel Sa Majesté Philippe IV de ce nom, Roy de „Espaigne, l‟at honoré.‟; titel lijst Lodewijk van

a „Baenst Mol‟ is in het handschrift 12 keer vermeld (f

o 33 r., 44 r., 45 v., 46 r., 47 r., 48 r., 51 r., 52 r., 54 r., 55

r., 55 v. en 57 v.). Bij vergelijking met de sterk over het handschrift verspreide adelslijsten (zie foliëring) blijkt

dus dat „Baenst Mol‟ dus zeker niet altijd in correlatie met die adelslijsten voorkomt. Wat wel voor een correlatie

tussen deze marginale aantekening en de adelslijsten pleit is dat de eerste vermelding van de adelslijst (fo 32 v.)

samenvalt met de eerste vermelding van „Baenst Mol‟ (fo 33 r.). Ook op paleografische gronden is er geen

uitsluitsel voor of tegen een mogelijke correlatie te geven.

Page 50: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

50

Male: „Noms des nobles de Flandre du temps du comte Louis de Nevers‟; titel lijst Filips de Goede:

„Nobles de Flandres 1421 accompaignans le duc Philippe a la journee premiere qu‟il fit en France

pour la vengeance de son pere‟ eindigend met „Les foeuilets restans sont deschiréz.‟).

L AFSCHRIFT Bibliothèque municipale de Douai, Hs. 971, fo 1 r. - 24 v.

Dit is een in het Frans opgestelde kopie uit 1853 van de in 1625 geratificeerde lijst van Alexandre

Leblancq (zie [I], [J]), opgesteld door Eléonore Paul Constant du Chambge de Liessart (Dowaai, 1821 -

Dowaai 1859)32

(titel lijst Lodewijk van Male: „Noms des nobles de Flandre au temps du comte Louis

de Nevers‟; titel lijst Filips de Goede: „Nobles de Flandres 1421 accompagnans le duc Philippes a la

journee premiere qu‟il fit en France pour la vengeance de son pere,‟ eindigend met „Les feuilets restans

sont deschiréz.‟).

M AFSCHRIFT Bibliothèque municipale de Lille, Hs. 321, fo 96 r. - 118 v.

Dit afschrift is opgesteld door F.C.G. Comte de Cuypers de Rymenam (1731 - 1798), maar

aanwijzingen over de gebruikte bron ontbreken. Het is opgesteld in het Frans. Beide lijsten zijn

ingedeeld per kasselrij en de tweede lijst is onvolledig (titel lijst Lodewijk van Male: „Noms des nobles

de Flandre du temps du comte Loys de Nevers qui commenca la principauté l‟an 1322, mort à la

bataille de Cressi, l‟an 1346. Extrait du rolle reposant es (sic) la chambre des comptes à Lille, au

grenier dessues la chambre des renenghes‟ eindigend met „Nulle mention de ceulx de Lille, Douai et

Orchies, qui lors estoient immediatement soubs la couronne de France‟; titel lijst Filips de Goede:

„Nobles de Flandres 1421 accompaignans le ducq Philippes II en la journee premiere qu‟il feit en

France pour la vengeance de son pere.a Le rolle est reposant en la chambre des comptes a Lille la

grenier dessuz la chambre des renenghes,‟ eindigend met „Les fueilletz restans sont deschiréz.‟). De

lijst van Lodewijk van Male is eerder uitgegeven in AA.

N AFSCHRIFT Koninklijke Bibliotheek Brussel, Hs. II 1671, fo 299 r. - 308 r.

Dit afschrift is in het Latijn opgesteld door Christophe Butkens (1590 - 1650). Er zijn geen

aanwijzingen voor de gebruikte bron. Beide lijsten zijn ingedeeld per kasselrij en de tweede lijst is

onvolledig (titel lijst Lodewijk van Male: „Rolle des nobles sive catalogus nobilium comitatus Flandrie,

jussu Luduici comitis Flandrie dicti de Neversb collectus circa annum 1340, cuius autographum

asservatur Insulis in camara computuum sive rationum aut grener dessus la chambre des renenges.‟;

titel lijst Filips de Goede: „Nobiles comitatus Flandrie qui anno 1421 pro Philippo bono duce

Burgundie militarunt contra Francos in prima expeditione quam pro vindicta patris suis suscepit,

autographum suus catalogi asservatur Insulis in camara rationum in granaria sur la chambre des

Renenghes,‟ eindigend met „Reliqua folia defunct et sunt lacera.‟).

[O] AFSCHRIFT Ongeïdentificeerde kopie van E: vier afschriften, namelijk P, Q, R en S bevatten sterk

overeenkomstige fouten, wat een gedeelde afstamming van een ouder, niet bewaard afschrift [O] doet

vermoeden.

P AFSCHRIFT A. Sanderus, Flandria Illustrata, Keulen-Amsterdam, 1641-1644, 3 delen, dl. II

(„Auctarium ad tomum primum‟), pp. 6-9 en opgenomen in de herdruk (Den Haag, 1732, dl. I, pp. 79-

84).

Beide lijsten zijn in 1641 in het Latijn uitgegeven door Antonius Sanderus. Aanwijzingen over de

gebruikte bron ontbreken. De lijsten zijn ingedeeld per kasselrij en de tweede lijst is onvolledig. De

eerste lijst is aangereikt als een addendum bij Sanderus‟ hoofdstuk van Lodewijk Male (dl. I, p. 52) en

de tweede lijst als addendum bij het leven van Filips de Goede (dl. I, p. 61). Hoewel er geen zekerheid

is, is het aannemelijk dat Sanderus zijn lijsten heeft ontleend aan het handschrift van Alexandre

Leblancq (zie [I]). Hij vermeldt immers de catalogus van Leblancqs handschriften in zijn Bibliotheca

belgica manuscripta,33

een werk dat hij gelijktijdig met zijn Flandria Illustrata publiceerde. Het is goed

mogelijk dat Alexandre Leblancqs exemplaar van de lijsten in een van de handschriften uit zijn

verzameling was opgenomen die in de catalogus slechts een vagere omschrijving kregen (titel lijst

Lodewijk van Male: „Elenchus virorum in Flandria, sub Ludovico Cressiaco, anno 1328. Ex archivis

camerae Insulensis.‟; titel lijst Filips de Goede: „Elenchus virorum in Flandria. Nobilium sub Philippo

Bono ad annum 1421 in Franciam ad ultionem paternae necis eunte,‟ eindigend met „Et alii plures,

quorum nomina ob laceras paginas legi non potuerunt.‟).

Q AFSCHRIFT Stadsarchief Ieper, Fonds Kasselrij Ieper, 3e reeks, nr. 30/19, f

o 1 r. - 4 r.

Paleografisch gezien is dit zwaar beschadigde handschrift vermoedelijk in de zeventiende eeuw te

plaatsen. Dit in het Nederlands opgestelde afschrift geeft slechts de lijst van Filips de Goede, ingedeeld

a Een latere hand voegde „1422' toe.

b „Nevers‟ is doorstreept met superscript: „Crecy‟

Page 51: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

51

per kasselrij en onvolledig. Uit vergelijking bleek dat dit een afschrift was van P. Deze lijst is vrijwel

identiek aan die van Sanderus. Zelfs enkele zeer opvallende fouten uit P zijn overgenomen. Zo werden

enkele relatief bekende namen vervormd in Sanderus (bijvoorbeeld „de Demwaerdere‟ in plaats van „de

Duerwaerdere‟ en „de le Eenchoute‟ in plaats van „Eeckhoute‟) door zet- of leesfouten, die steevast ook

in dit afschrift voorkomen. Theoretisch is niet uitgesloten dat P en Q hun zeer sterke overeenkomsten te

danken hebben aan een gedeelde bron, maar een afschriftverwantschap is veruit de eenvoudigste

verklaring (titel lijst Filips de Goede: „Catalogue van de [...] die nu met Philips de Goede, hertoch van

Bourgondien int jaer 1421 op trocken naer Vranckerijc om te vrekene de doodt van syn vadere uuyt den

archief van den camer van rekeningen,‟ eindigend met „Ende veele andere wiens namen nie ghelesen en

connen worden in de gescheurde bladers.‟).

R AFSCHRIFT Rijksarchief Brugge, Fonds Thibault de Boesinghe, nr. 424b, ongefolieerd

Dit in het Frans opgestelde afschrift is paleografisch in de zeventiende eeuw te situeren. In hetzelfde

katern als het afschrift is ook een lijst van adelsverheffingen opgenomen door de dezelfde hand, waarbij

1623 het jongste vermelde jaartal is. Beide lijsten zijn ingedeeld per kasselrij en de tweede lijst is

onvolledig (titel lijst Lodewijk van Male: „Noms des nobles de Flandres du temps du comte Louys de

Nevers, tirés de la chambre des comptes 1328 a Lille‟; titel lijst Filips de Goede: „Nobles de Flandres

accompaignans le duc Philippe de Bourgogne a la journee 1ere qu‟il fit en France l‟an 1421 pour la

vengeance de son pere,‟ eindigend met „Les feuilles restans sont deschiréz.‟). Deze lijst is uitgegeven in

AC.

S AFSCHRIFT Koninklijke Bibliotheek Brussel, Hs. II 698, fo 7 r. - 10 v.

Paleografisch gezien stamt dit in het Frans opgestelde afschrift vermoedelijk uit de zeventiende eeuw.

Beide lijsten zijn ingedeeld per kasselrij en de tweede lijst is onvolledig (titel lijst Lodewijk van Male:

„Les noms des nobles de Flandre du temps du comte Louys de Nevers, tiréz hors des registres de la

chambre des comptes à Lille de anno 1328.‟; titel lijst Filips de Goede: „Nobles de Flandres

accompagnant le duc Philippe de Bourgogne a la journee premiere qui fit en France l‟an 1421 pour

venger son pere,‟ eindigend met „Les fueilles restants sont deschirees.‟).

[T] AFSCHRIFT Ongeïdentificeerde notariële kopie

Dit afschrift dateert in elk geval van vóór 1688 en is vermoedelijk in het Frans opgesteld.

Waarschijnlijk betrof het slechts de lijst van Lodewijk van Male. Deze lijst heeft als bron gediend voor

U.

U AFSCHRIFT Koninklijke Bibliotheek Brussel, Hs. II 6540, fo 113 r. - 114 r.

Dit afschrift, in het Frans opgesteld door Jean-Baptiste Houwaert (overleden in 1688), is gebaseerd op

[T]. Het bevat slechts de lijst van Lodewijk van Male, hoewel er ook melding wordt gemaakt van de

lijst van Filips de Goede (algemene titel: „Noms des nobles de Flandre du comte Louys de Nevers et

d‟autres accompaignans le duc Philippe a la journee premiere qu‟il fist en France pour la vengeance

de son pere anno 1421.‟).

V AFSCHRIFT Archives départementales du Nord (Lille), B1283 (15450), fo 1 r. - 4 r.

Op paleografische gronden in de zeventiende eeuw te situeren. Het betreft een in het Frans opgesteld en

op familienaam geordende alfabetische lijst met bijbehorende folionummers van de lijst van Lodewijk

van Male en Filips de Goede. Er zijn geen aanwijzingen over de gebruikte bron (titel: „Les noms de

ceulx qui en l‟an 1421 accompagnerent le bon duc Philippe pour venger l‟assinat (sic) de son pere, mis

en ordre d‟alfabet, et le chiffre des foeulletz ou ilz se trouvent en un registre reposant a la chambre des

comptes a Lille.‟).

W AFSCHRIFT Koninklijke Bibliotheek Brussel, Fonds Goethals, nr. 1663, fo 274 r. - 283 r.

Op paleografische gronden in de zeventiende eeuw te plaatsen. Op de binnenkant van de kaft is „1663'

vermeld. Dit in het Frans opgestelde afschrift is een op familienaam geordende alfabetische lijst met

bijbehorende folionummers van de lijst van Lodewijk van Male en Filips de Goede. Er zijn geen

aanwijzingen over de gebruikte bron (titel: „Les noms de ceux qui en l‟an 1421 ont accompagné le bon

duc Philippe en France pour vanger l‟assasinat de son pere Jan, mis en ordre alphabetique et le chiffre

des foeilles ou ils se trouvent en un registre reposant en la chambre des comptes a Lille.‟).

[X] AFSCHRIFT: Bewerkt afschrift van V of W in het bezit van R. Groverman (Gent 1860 – Brugge 1951).34

Dit was een in het Frans opgestelde en alfabetisch herordende (op de eerste letter) weergave van de lijst

van Filips de Goede, zonder de kasselrij-indeling. Dit is uitgegeven in AB.

Gedeeltelijke handschriftelijke kopiën

Y AFSCHRIFT Koninklijke Bibliotheek Brussel, Fonds Goethals, nr. 886

Page 52: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

52

Dit is een deellijst voor de kasselrij Ieper uit de lijst van Filips de Goede (deze lijst situeert zich in

1437), in het Frans opgesteld door een lid van de familie van de Woestijne. Er zijn geen aanwijzingen

over de gebruikte bron.

Z AFSCHRIFT Kroniek van J.-F. de Castro

Dit is een deellijst voor het Land van Waas uit de lijst van Filips de Goede, in het Frans opgesteld door

F.-J. de Castro. Er zijn geen aanwijzingen over de gebruikte bron. Deze lijst is gepubliceerd (zie AG)

(titel: „Den hertog Philips de Goede, om sijn vaders dood te wreken, was met een machtig leger tegen

den Dolphijn opgetrocken. Onder een groot getal van Vlaemsche edellieden die naar Vranckrijck mede

gegaen sijn, vind men die van het Landt van Waes, de naervolgende...‟).

UITGAVEN

AA E. Matthieu, „Noms des nobles de Flandres du temps du comte Louis de Nevers...‟, Jadis.

Questionnaire d‟Histoire et d‟Archéologie pour tout l‟ancien territoire de la Belgique féodale 17, 1913,

pp. 155-158. Dit is een zeer gebrekkige uitgave van de lijst van Lodewijk van Male uit Bibliothèque

municipale de Lille, Hs. 321 (zie M).

AB R. Groverman, „Les compagnons du duc de Bourgogne dans son expédition punitive de 1421', Le

Parchemin, 1965, pp. 211-217. Dit is een uitgave van [X], nu volledig alfabetisch geordend en postuum

uitgegeven.

AC W. Stevens, Analytische inventaris familiefonds de Thibault de Boesinghe, Knesselare, dl. II, 1991, pp.

118-137. Dit is een uitgave van R.

AD J.-M. van den Eeckhout, Le Grand Armorial équestre de la Toison d‟Or. L‟armorial de Flandre, Sint-

Niklaas, 1996, pp. 121-128. Dit is een alfabetische uitgave van de lijst van Filips de Goede.

GEDEELTELIJKE UITGAVEN

AE A. Sanderus, Flandria Illustrata, Keulen-Amsterdam, 1641-1644, 3 delen, dl. I, pp. 391. Naast de

volledige uitgave (zie P) geeft Sanderus ook een deeluitgave voor de kasselrij Ieper uit de lijst van

Filips de Goede (welke lijst in 1437 gesitueerd wordt).

AF Ch. Custis, Jaer-boecken der stadt Brugge, behelsende de gedenckweerdigste gheschiedenissen, de

welke soo binnen de selve stad, als daer-omtrent voorgevallen zyn, zedert haere eerste beginselen tot

den tegenwoordigen tyd toe, by-een vergadert uyt menigvuldige Autheurs, Brugge, 1738, 2 delen, pp.

340 e.v. Ook opgenomen in de heruitgave (Brugge, 1765, 3 delen). Dit is een gedeeltelijke uitgave van

Sanderus‟ uitgave van de lijst van Filips de Goede (zie P), meer bepaald voor het Brugse Vrije,

Oudenburg en Oostburg.

AG Kroniek van J.-F. de Castro (zie Z). De lijst voor het Land van Waas is uitgegeven in Annalen van de

Oudheidkundige Kring van het Land van Waas, 9, 1880, pp. 350 en overgenomen in L. de Groot,

„Overzicht van het leenwezen in Waasland vóór de 16de

eeuw‟, Annalen van de Oudheidkundige Kring

van het Land van Waas, 60, 1954, pp. 179-180.

Nota over de datering van het origineel [A]

De datering van het origineel van beide lijsten is omstreden. De eerste lijst wordt door bijna alle bewaarde

handschriften geduid als een lijst die de situatie onder het bewind van Lodewijk van Nevers (regnabat 1322-

1346) zou weergeven. Slechts D (die echter ook de datering van Lodewijk van Nevers vermeldt) en F reiken een

andere mogelijkheid aan, namelijk dat de lijst stamt uit het tijdperk van Lodewijk van Male (regnabat 1346-

1384), en dan meer bepaald uit 1360. Na onderzoek aan de hand van primair bronnenmateriaal blijkt deze laatste

datering de juiste. Vergelijking met het oudste leenregister voor het graafschap Vlaanderen uit 1366 en

leendenombrementen35

bevestigt dat de eerste lijst inderdaad personen uit de jaren 1360 vermeldt. Aan de hand

van persoonsgegevens van twee personen kon die datering verfijnd worden tot 1362-1363. De in de lijst

vermelde Jan van Oudenhove (kasselrij Aalst) is overleden op, of kort na, 15 juli 1362, terwijl Bernard van

Herzele (Oudburg) is overleden vóór 20 november 1363.

Page 53: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

53

Voor de tweede lijst uit het tijdperk van Filips de Goede (1419-1467) stellen zich vergelijkbare problemen. Bijna

alle bewaarde afschriften vermelden dat deze lijst uit 1421 dateert en opgesteld zou zijn naar aanleiding van de

veldtocht van Filips de Goede in Frankrijk. Ook hier moet echter de voorkeur worden gegeven aan de andere

datering die opnieuw wordt aangereikt door de afschriften D, F en ook Y, die het jaar 1437 vermelden (in het

geval van D is deze oorspronkelijke datering weliswaar doorhaald en overschreven ten voordele van 1421, met

de gebruikelijke opgave van reden). Hoewel die veldtocht zeer vermoedelijk een historische realiteit was (er zijn

convocatielijsten voor Vlamingen bewaard uit het voorjaar van 1422), blijkt na toetsing aan primair

bronnenmateriaal dat 1421 onhoudbaar is als mogelijke datum voor deze lijst.36

Zo vermeldt de lijst bijvoorbeeld

niet de naam van Robert van Massemen, heer van de gelijknamige heerlijkheid en in 1421 een van de

allerbelangrijkste edelen van het graafschap. Hij was samen met Roeland van Uutkerke de enige Vlaamse

edelman die werd opgenomen in de Orde van Gulden Vlies. De lijst vermeldt echter wel diens schoonzoon

Andrieu de Mastaing als heer van Massemen (kasselrij Aalst), welke na de dood van Robert in september 1430

inderdaad de nieuwe heer van Massemen werd. Deze datering kon bevestigd worden aan de hand van de in de

lijst vermelde personen met een baljuwsfunctie, namelijk Jan Utenhove (baljuw van Oudenaarde van 27 oktober

1436 tot 13 april 1439), Simon Utenhove (baljuw van Eeklo van tenminste 14 april 1427 tot 7 mei 1438) en Jan

de Proost (baljuw van Dendermonde van 19 oktober 1436 tot 1 september 1453). Hieruit blijkt dat de lijst na 27

oktober 1436 en vóór 15 juni 1437. De terminus ante quem is ontleend aan het overlijden van de in de lijst

vermelde Jan van Massemen, heer van Kalken, tussen 6 februari 1437 en 15 juni 1437. Deze datering werd ook

bevestigd - zij het met ruimere marges - aan de hand van persoonsgegevens voor verschillende andere personen

(zie notenapparaat).

Nota over de stemma codicum van de bewaarde handschriften

Van alle bekende afschriften van de oorspronkelijke twee registers uit de Rekenkamer zijn er 3 in alfabetische

volgorde opgesteld, namelijk (V, W en [X]): voor deze drie afschriften ontbreekt informatie over de gebruikte

bron. Van de overige, per kasselrij geordende afschriften ([B] tot en met U) zijn er 12 bewaard. Binnen die groep

van 20 bekende afschriften onderscheiden zich twee grote overleveringstradities. De oudste traditie gaat terug op

het handschrift van Wouter van de Foreeste [B] en is ons overgeleverd via [C] en uiteindelijk D. In deze traditie

zijn beide originele registers integraal overgeleverd, waardoor ze zich onderscheiden van alle andere bewaarde

afschriften (met mogelijke uitzondering van F), die pas opgesteld zijn op een moment waarop de laatste folio‟s

van het tweede register, namelijk de lijst van 1437, waren afgescheurd. Al die onvolledige afschriften (G tot en

Page 54: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

54

met U) bleken bij nauwkeurige vergelijking zeer gelijkaardig. Afgezien van hun gedeelde vermelding van de

afgescheurde laatste folio‟s van het origineel delen ze ook alle hun titel: al deze afschriften vermelden voor de

eerste lijst het bewind van Lodewijk van Nevers als ontstaansmoment, en alle situeren ze het ontstaan van de

tweede lijst in 1421, met vermelding van een wraakexpeditie van Filips de Goede tegen Frankrijk als aanleiding.

Ook een vergelijkende analyse bevestigde dat het - relatief kleine interpolaties en verschrijvingen daargelaten -

om lijsten uit eenzelfde afschriftentraditie gaat. Er zijn twee elementen die aangeven dat de oorsprong van deze

tweede traditie een afschrift van beide registers was dat in het bezit was van Antoine de Mol en Maria de Baenst,

wat kennelijk is opgesteld op een moment dat het origineel reeds beschadigd was (en dus van jongere datum dan

de eerste traditie van [B], [C] en D). Eerst moet opgemerkt dat er bij een later afschrift uit de tweede traditie,

namelijk G (ca. 1600-1650), vaak door een geposeerde hand „Baenst Mol‟ is toegevoegd, soms in nabijheid van

de adelslijsten: dit is dus slechts indicatief. Wel moet hier opgemerkt dat het erfrechtelijk zeer goed mogelijk

was dat Anna de Baenst en Antoine de Mol (ca. 1550-1600) dit register waarin G is ingeschreven in handen

hebben gekregen (cfr. supra). Ten tweede – en dit is belangrijker - wordt het handschrift van Antoine de Mol en

Maria de Baenst vermeld door de kopiist van D, die uitdrukkelijk stelt dat hij zijn afschrift van [B] en [C] heeft

aangevuld met het afschrift van Antoine de Mol en Maria de Baenst. Studie van de in D aangebrachte correcties

en doorhalingen bevestigt de verwantschap met G en de andere bewaarde afschriften. Belangrijk is vooral dat D

voor het eerste register de naam van Lodewijk van Male én die van Lodewijk van Nevers vermeldt en dat de

oorspronkelijke datering voor het tweede register, namelijk 1437, werd doorstreept en overschreven met 1421,

met opgave van de veldtocht van Filips de Goede, welke beide elementen we inderdaad ook in de afschriften G

tot en met U terugvinden. Op grond hiervan kan gesuggereerd worden – volmaakte zekerheid ontbreekt immers

– dat de afschriften G tot en met U inderdaad alle teruggaan op [E], het verloren gegane handschrift de Mol - de

Baenst. Binnen deze traditie kon nog een kleinere verwantschapsgroep geïdentificeerd worden. De handschriften

P, R en S hadden zeer overeenkomstige fouten. Zo bleek bijvoorbeeld voor de namenlijst van de kasselrij van het

land van Waas van 1437 dat P, R en S allen twee namen (namelijk „Jaques van Pottelsberghe‟ en „Gillis van

Coeleghem‟) misten en bovendien allen „Rijsselberghe‟ vervormden tot „Ristelberghe,‟ zodat een gedeelde

afstamming van [O] vermoed kan worden.37

Q is waarschijnlijk afgeschreven van P.

Tenslotte is er nog een afschrift dat een tussenpositie inneemt tussen de oude traditie ([B], [C] en D) en de Mol-

Baensttraditie (G tot en met U), namelijk F. Dit afschrift uit 1565 van de hand van Erasmus van Brakel heeft

opvallend veel namen weggelaten en eindigt als enige van alle afschriften van de lijst van 1437 met de kasselrij

Kassel (waarbij de kasselrijen Belle en Rijsel38

worden weggelaten), maar is wel duidelijk gebaseerd op beide

teksttradities. F geeft samen met D als enige van alle bewaarde afschriften de vermoedelijk correcte dateringen,

namelijk 1360 en 1437. Bovendien vermeldt F namen die uitsluitend in de oudere traditie terug te vinden zijn.

Om het voorbeeld van de kasselrij van Waas in 1437 te hernemen, slechts D en F vermelden Guyot Schouteete,

Gillis van Pottelsberge en Jean de Wytbaere/Wijwette en hebben bovendien samen een unieke volgorde in de

vermelde namen die niet in andere afschriften terug te vinden is. Er zijn aanwijzingen dat F zich heeft gebaseerd

op [C] (en dus niet van het oudere afschrift [B]). De families Rijm en Van Brakel kwamen allebei uit het Gentse.

Bovendien zijn er contacten bekend tussen Erasmus van Brakel en Karel Rijm (cfr. supra).

Op grond van dit stemma codicum is besloten tot een integrale uitgave van D, als weliswaar niet het oudste

afschrift, maar wel de enige integraal bewaarde neerslag van de oudere, volledige traditie van [B] en [C]. Deze

basistekst is aangevuld met met F (als onvolledig afschrift van de oudere traditie) en de belangrijkste

vertegenwoordigers uit de de Baenst- de Moltraditie, namelijk G, K, M, N, R en S.

3a. Een adelslijst van het graafschap Vlaanderen, vermoedelijk daterend van 1362-1363

fo 26 r.

Extraict de plusieurs nobles de Flandres, d'une copie de messire Charles Rym, seigneur de

Bellem, jadis extraict d'un viel livret appertenant au seigneur Anthone de Mol et de damoiselle

Marie de Baenst filia Jean, et d'autres memoires.a

Nobles de Flandres au temps du comte Loys de Male estans chevaliers environ l'an 1360.

Nombre des nobles de Flandre du temps du Comte Loys de Nevers quy commencha sa

principauté‚ anno 1322 et mourut [a] la bataille de Cressy anno 1346.

Extraict du rolle resposant en la chambre des comptes a Lille au grenier dessu la chambre des

a D: in de linkermarge: „1360.‟

Page 55: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

55

renenghes.

Gand

777 Le visconte de Ganda

778 Messire Gillesb de Pape

c

779 Messire Bauduin Rym

780 Messire Guilaume de Leeuwerghem39

781 Messire Jehan Parysd

782 Messire Sohier de Calckenee40

783 Messire Henryf de Jonghe

g

784 Messire Jehanh de Vaernewyc

785 Messire Simoni de Rycke

j

786 Messire Guillaume de Mellek

Oudenburgh

787 Monseigneur de Nevele

788 Messire Ywain de Vaernewyc

789 Messire Philippes de Jonghe

790 Messire Bernaerd de Herzele41

791 Le seigneur de Lovendeghem

792 [Messire Philippe de Jonghe]l

793 Messire Roelant de Pouckes

794 Messire Pierre Dammanm

795 Messire Gyselbrecht Utenhoven

Quatre Mestiers

796 Le seigneur d‟Axelles

797 Messire Philippes d‟Axelles

798 Le seigneur de Zaemslach

799 Messire Philippes Tollins Baensto

800 Messire Hellin de Steelant

801 Messire Guillaume, Baudinp et Philippes de Steelant, chevaliers

802 Messire Jehan de la Moere, filz de messire Jehanq

803 Messire Jean de la Moere, filz de Thiery

804 Messire Flouresr de Maelstede

a D: deze naam is onderstreept.

b R, S: „Guillaume.‟

c D: deze naam is onderstreept.

d M: „Paens‟; R: „de Paris.‟

e G: „Sohier Calonne‟; K, M, N, R: „de Calonne.‟

f S „Jehan.‟

g N vermeldt deze naam niet.

h R, S: „Bauduin.‟

i G: „Bauduyn‟; K: Baudin‟; M: „Boudin‟, R, S: „Bauduin.‟

j N vermeldt deze naam niet.

k F voegt „alias de Cortrosins‟ toe; N vermeldt deze naam niet.

l Deze naam is ermeld door G.

m D: deze naam is onderstreept.

n D: deze naam is onderstreept en doorstreept; F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

o D: „Baenst‟ is doorstreept; F vermeldt ook „Baenst.‟

p G, K, M, R, S vermelden „Baudin‟ niet.

q R vermeldt deze naam niet.

r F: „Florens‟; G, K, M, R,.S: „Florent‟; N: „Florentius.‟

Page 56: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

56

805 Messire Oliver van den Hove

806 Messire Pierre Passcharisa

Waes

807 Messire Simon van den Coudenburchb

808 Messire Jehan Vilainc

809 Messire Wulfaert Vilaind

810 Messire Jehan Mulaert

811 Messire Gauthier van den Voorde

812 Messire Reme de Schouteeten

813 Messire Guillaume vanden Damme

814 Le seigneur Josse de Pottelsberghe, seigneur de Puveldef

815 Le seigneur de Stoppeleerg

816 Le seigneur Triesth

Dendermonde

817 Le seigneur de Mamisnes

818 Messire Philippes de Mamisnes

819 Messire Guilbert et messire Ywaini de Leeverghem

42

820 Messire Gerard, bastard de Moersekej

821 Messire Regnier de Veselek

Alost

822 Messire Henry de Flandres43

823 Messire Gerard de Rassenghien

824 Le seigneur de Maercke

825 Messire Jehan van Oudenhove44

826 Le seigneur d‟Escornay

827 Le seigneur de Leeverghem

828 Messire Guillaume de Reyngersvliete

829 Messire Loys d'Outrel

830 Messire Gerard de Mamisnes

831 Le seigneur de Herzele

832 Messire Raesse de Herzelem

833 Messire Hector de Gusancourtn

834 Messire Arnoult de Lumene

835 Messire Sohier van den Kerchove

836 Le seigneur de Herpea

a R: „Pascharus.‟

b N: „Couderborg.‟

c D: deze naam is onderstreept.

d D: deze naam is onderstreept.

e F: „Ruam‟; G: „Romein‟; F, M, R, S: „Romain‟; N: „Romanus‟

f D: deze naam is doorstreept; F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

g D: deze naam is doorstreept; F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

h D: deze naam is doorstreept; F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

i S vermeldt „Ywein‟ niet.

j F: „Gherardt de Moerseke‟; G: „Geerard de Moerseke‟; K, R: „Gerard, bastard de Morsebeke‟; M, S: „Gerard de

Morsebeke.‟ k F: „de Viselin‟; G, N, S: Ursele.‟

l K, M, N, R, S: „Oultre.‟

m G vermeldt deze naam niet.

n K voegt „forte Gosaucourt‟ toe; M: „forte Gosancourt‟; R: „Ousancourt forte Gosancourt.‟

Page 57: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

57

837 Messire Philippes de Herpeb

838 Le visconte d'Allost Tollin Baenstc

839 Messire Jehan van der A

840 Messire Henry van der Camere

841 Messire Jehan van den Abeele

842 Le seigneur de Liekerke

fo 26 v.

Audenarde

843 Le seigneur de Steenhuuse

844 Messire Joosd de Halewijn

845 Le seigneur de la Vichtee

846 Le seigneur def Rechem

g

847 Messire Sohierh van de Voorde

848 Messire Daniel de Hembyze

849 Le seigneur de Herinnesi

850 [Messire Baudewijn Passcharis]j

851 Messire Sohier Bornaigek

852 Messire Jehan van den Bosschel

853 Messire Jehan Cabillau

854 Messire Loysm Clocman

n

Courtray

855 Le seigneur de Halewijn

856 Messire Daniel, Jehan,o et Gauthier de Halewijn, chevaliers

857 [Messire Gaulthier de Halewijn]p [d‟Eecke]

q

858 Le seigneur de Poucke

859 Messire Eylaert de Poucker

860 Messire Jehan de Menin

861 Messire Rogier de Ghistelles

862 Messire Jehan de Mamisnes

863 Messire Loys de Roesselaeres

a S vermeldt deze naam niet.

b F, S vermelden deze naam niet; R: „Hersee.‟

c F voegt „Baenst‟ toe; G, K, M, N, R vermelden „Tollin‟ niet.

d S: „Jehan.‟

e G: „Vichele.‟

f D: doorstreept: „Reckem‟; G: „Messire Josse, le seigneur de Rechem‟

g F: „de Kerchem.‟

h G, K, M, R: „Philippe‟; S: „Philippe‟ met superscript „Sohier.‟

i F: „de Heyne‟; M, R, S: „Herinnes.‟

j Vermeld door F, K, M, R, S; G vermeldt „Messire Bauduyn Passchauxs‟; N: „Balduinus Pascharis, miles.‟

k F, M: „Bernage‟; R, S: „Bernaige.‟

l D: deze naam is onderstreept; F: „Jehan de Bracle dict van den Bossche.‟

m D: doorstreept: „C[...]n‟ (dit was onleesbaar).

n F: „Coeman‟; G: „Cloocmans‟; K, M, N: „Croockman‟; R: „Crockman.‟

o G vermeldt „Jehan‟ niet.

p Vermeld door F.

q Vermeld door G; K: „Gautier de Halewyn, Eeke‟; M: „Gautier de Hallewyn, Eecke‟; N: „Walterus de

Haelewyn, Eecke, miles‟; R: „Gauthier de Halewin, d‟Eke‟; S: „Gautier de Halewin, d‟Eecke.‟ r G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

s G: „de Roulers, Rousselaere‟; K: „Roulers‟ met toevoeging in andere hand: „Rousselaere‟; M, N, R: „Roullers

Rousselaere.‟

Page 58: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

58

864 Messire Bauduin de la Woestijnne

865 Messire Soxhier et messire Rogiera Boetelin

b

866 Messire Gerard de Steenhuuse

867 Le seigneur de Haerlebecken

868 Messire Sohier de Gand

869 Messire Jehan d‟Outerivec

870 Messire Daneel de Pitthem

871 Messire Daneel de Meullem

872 [Messire Rogier de Steenhuuse]d

873 Le seigneur d'Axpoele

874 Messires Gerard ete Jehan

f Damman

875 Le seigneur de le Gracht

876 Messire Jehang Bornaige

h

877 Messire Loysi de le Walle

878 Messire Michel de Claerhoudt

879 Messire Guillaume van derj Straeten

880 Messire Henry van der Heyden

881 Messire Robert d‟Assche

Bruges

882 Le seigneur de Praet

883 Le seigneur de Dudsele

884 Messire Henry de Meetkeercke

885 Messire Jehan van de Poele

886 Messire Jehan van der Leyek

887 Le seigneur de Gruuthuusel

Terroir du Francq

888 Le seigneur de Ghistelle

889 Messire Jehan et Wulfaert de Ghistelle

890 Messire Ywainm de Vaersenare

891 Messire Inghelram Hauweel

892 Messire Goussinn de Wilde

893 Le seigneur de Reyngersvliet

894 Le seigneur de Maldeghem

895 Le seigneur de Moerkerkeo

896 Messire Vrancke de Moerkerkep

897 Messire Wulfaert de Moerkerkea

a G, M, N, R, S vermelden „Rogier niet.‟

b N: „Bottelin.‟

c F vermeldt deze naam niet; G: „Autrive‟; K, M, N, S: „Aultrive.‟

d Deze naam is vermeld door S.

e D: superscript: „messire.‟ Deze naam is onderstreept.

f G vermeldt „Jehan‟ niet.

g D: superscript: „de.‟

h F, G, K, M, N, R: „Bernaige.‟

i M: „Soyer.‟

j F: „van.‟

k S: „Lije.‟

l S voegt „Jean‟ toe.

m N: „Joannes.‟

n N: „Joannes.‟

o G: „Moerbeke.‟

p G: „Moerbeke‟; R, S vermelden deze naam niet.

Page 59: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

59

898 Messire Guy, le bastaert de Flandreb

899 Messire Ricwaert,c bastard de Flandre

d

900 Messire Simoen de Brugdammee

901 Messire Jehan Tant de Santvoordef

902 Messire Jehang de Volmerbeke

903 Messire Philippes de le Poele

Le Franch

904 Messire Lieven de Huutkerckei

905 Messire Wauterman de Gandj

906 Messire Fleurdask de Gand

l

907 Messire Ryckewaert de Gand

908 Messire Daneel de Keukemarem

909 Messire Gerard le Moor

910 Messire Casin de Mol

911 Messire Jehan de Busere

912 Messire Thieryn de Eessene

o

913 Messire Thieryp de Watervliet

914 Le seigneur de Lichtervelde

915 Le seigneur de Coolscamp

916 Messire Jehan de Lichtervelde

917 Messire Jehan de Houdtvivre

918 Messire Philippes de le Berstq

919 Messire Jacques de Dudsele

920 Le borghgrave de Dixmude

921 Messire Jehan de Vos

922 Messire Wolfaert de Borsele

fo 27 r.

923 Messire Jehan van Heijle

924 Le seigneur de Merckem

925 Messire Rogier vanr Wommene

s

a G: „Moerbeke‟; R, S vermelden deze naam niet.

b F: „Guy le bastard.‟

c G, K: „Rufflaert‟; M: „Wulfaert‟; N: „Ruflardus.‟

d F, R vermelden deze naam niet.

e N: „Brigdam‟; R: „Brugdam.‟

f F, G, K, M, N, R, S vermelden „de Santvoorde‟ niet.

g G, K, M, R: „Josse.‟

h G, K, M, N, R, S maken geen onderscheid tussen „Terroir du Francq‟ en „Le Francq‟ maar geven één lijst onder

de hoofding „Francq.‟ i D: deze naam is reeds eerder geschreven als voorlaatste naam („Levin‟) onder „Terroir du Franq,‟ maar daar

doorstreept. j R vermeldt deze naam niet.

k F: „Fleurdal‟; G, K, M, N: „Floridas‟; S: „Floridus.‟

l D: deze naam is reeds eerder geschreven als laatste naam („Floridas‟) onder „Terroir du Francq,‟ maar daar

doorstreept. m G: „Beukemaere‟; K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

n F: „Henry‟; K, M, R: „Henry‟; S: „Jean.‟

o G: „Jean Iehene.‟

p G, K, M, R, S: „Henry.‟

q G, K, M, R: „Brecht‟; N: „Philippu de Beerst‟; S: „Brecht‟ met toevoeging door andere hand „alias Berst‟

r D: doorstreept: „de Women.‟

s F: „Women.‟

Page 60: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

60

926 Messire Danckaert de Zedelghema

Ipre et Ipreambacht

927 Le viscomteb d‟Ipre

c

928 Messire Guillaume de Nevele

929 Le seigneur de Rolleghem

930 Messire Jehan de Morsleded

931 Messire Jehane de le Woestinne

f

932 Messire Guillaume de Vlenckeg

933 Messire Pierre de Belle

934 Messire Claeysh de Namur

935 Messire Bernaert de Nieuwekercke

936 Messire Philippes de Uppenbroucki

937 Messire Sohier de le Brouckej

Furnambacht

938 Le viscomte de Furnes

939 Messire Jehan de Lille45

940 Messire Guillaume de Nevele

941 Messire Baudin van der Burchtk

942 Messire Jacques de Hondeghem, seigneur de Commenel46

943 Messire Jehan de Baenstm

944 Messire Baudin de Heuchinn

945 Messire Vlaminc de Lokerneo

Berghambacht et Bourbourghambacht

946 Messire Jehan de la Plancke

947 Messire Guillaume Plateelp

948 Le seigneur d'Ekelsbeckeq

950 Messire Olivier de Jonghe

951 Messire Lauryns de Biere vel Bierner

952 Messire Lancelot Fenijss

953 Messire Jehan de Peenest

a G, K, M, N: „Ideghem‟; R: „Yedeghem‟; S: „IJdeghem‟ met superscript (door andere hand?): „alias

Zedelghem.‟ b D: doorstreept: „de Dixmude.‟

c F: „de Dixmude.‟

d M vermeldt deze naam niet.

e F: „Clays.‟

f D: doorstreept: „Loys‟ en in superscript: „Claeys.‟

g N voegt „aut Flenque‟ toe; S: „Vlancke‟ met toevoeging (door andere hand?): „alias Wincle.‟

h F, K, M, R, S: „Loys‟; N: „Luduvicus.‟

i S: „Oppenbrouck.‟

j K, S: „de Brouckere‟; M: „de la Brouckere‟; N: „van den Brouckere‟; R: „de le Brouckere.‟

k G, M, N, R, S: „Burch‟, K: „Burgh.‟

l G, M, N, R vermelden „seigneur de Commene‟ niet

m F: „Baen vel Baenst‟; K, M, N, R: „Baert‟; S: „Badt‟ met toevoeging (door andere hand?): „alias Bean.‟

n G: „Houchur.‟

o G, K, M, N, R, S: „Lokere.‟

p D: doorstreept: „ou Pradelles.‟; F: „Plattel.‟

q M: „Kelsbeke.‟

r G: „Messire Laidebers de [...]‟; K: „Lauwere de [...]‟; M: „Lauwers de [...]‟; N: „de Vierne‟; S: „Bierne.‟

s G, M: „Feys‟; K: „Feis‟; N: „Feuys‟; R, S vermelden deze naam niet.

t F: „Piennes.‟

Page 61: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

61

954 Le seigneur de Drinckam

Casselambacht

955 Le seigneur de Borre

956 Messire Gilbert de Borre

957 [Messire Jehan de Priesmes]a

958 Le seigneur de Piesnesb

959 Messirec Tristram

d Hondeghem

960 Messire Roelant van Eecken

961 Messire Collaert de la Clitee

962 [Messire Guillebert de Saint Audegonde]f

963 Messire Gilbert, son fils

964 Le seigneur de Wateneg

965 Messire Francois de Havesquerke

966 Messire Hustin de Havesquerckeh

967 Messire Loys de Haveskeerckei

968 Messire Thiery de Haesbrouck

970 Messire Jehan, seigneur de Moerbekej

971 Le seigneur de Thiennesk

972 Messire Basin de Beauvall

973 Messire Baudin d'Ellinghenm

974 Messire Henry de Waescappelen

975 Messire Vlaminc de Berghes

976 Messire Percheval de Gusencourt

Nulle mention de ceulx de Lille, Douay et Orchyes, quy lors estoient immediatement soubz la

couronne de France.

3b. Een adelslijst van het graafschap Vlaanderen, daterend van 1437

fo 27 v.

Copie.

Extraict van eender copie ghemaect by mer Charles Rym ruddere, heere van Bellem

voorseit, uuyt een anderen haudt boucxken van jonker Anthonis de Mol also voorseit

es. Ende uut een seer haut boecxken toebehoorende wylent Wauter van den Foreste

Joos zone, nu meestere Lieven zijne zone, bailliu van de mannen van Sinte Pieters,

vermeerdert uut den eenen dat int dander myn was, bij mijnheer Jan van Pottelsberghe filius Joos.

a Vermeld door F, K („de Pienes.‟)

b F: „Priesmes.‟

c D: doorstreept: „Testaerd.‟

d F: „Testan‟; G, K, S: „Testart‟; M, R: „Testaert‟; N: „Testardus.‟

e Vermeld door F.

f Vermeld door F, G, K, M, R, S.

g D: doorstreept: „ou Watou‟; G, N, R: „Watou Watene‟; K: „Watou‟ met aanvulling door andere hand: „Watene.‟

h S vermeldt deze naam niet.

i G vermeldt deze naam niet.

j K, R: „Morbeke.‟

k R: „Thiens.‟

l G, K, M: „de Tauval ou Bauval‟; R vermeldt deze naam niet.

m G: „de Hallinghes‟; K, M, N, R, S: „de Hallinghe.‟

n F: „Westcapelle‟; S: „Waelscapelle.‟

Page 62: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

62

Chevaliers, escuiers et autres gentilhommesa de Flaendres de l‟an M.

o IIIIc.

o XXI

b, accompagnans le duc

Philippe a la première journée qu‟il fit en France pour la vengancec de son pere. Le rolle est reposant en la

chambre des comptes a Lille au grenier dessus la chambre des renenghes

Gand

977 Messire Jehan de Potelles, seigneur d'Eecke

978 Messire Clais Utenhove, seigneur ded Bost

e

979 Messire Roelant d'Uutkerke, seigneur d'Eestretf

980 Messire Gauthier de Mullem

981 Messire Gilles de Grammezg

982 Messire Baudin de Vos, seigneur de Larne47

983 Messire Clais Triest

984 Messire Henry de la Chambre

Escuyersh

985 Jehan de Vaernewyc, seigneur d'Exarde

986 Gossin de Vaernewyc

987 Sanders de Vaernewyc, seigneur de Bosti

988 Yvain de Vaernewycj

989 Guilbert de Mamisnes

990 Louys de Mamisnesk

991 Jehan de Potelles, filz de messire Jehan, seigneur d'Eekel

992 Wulfaetm de Cuinghien

993 George de le Moere

994 Jacob de Winghene, seigneur de Coolscamp

995 Jehan de le Meerschn

996 Cornille de Jaghere

997 [Jacques de Jaghere]o

998 Jacques d‟Olsene

999 Jehan de la Kethulle, seigneur de la Haveryep

1000 Jan et Jacques de Berwaen,q freres

1001 Olivier van Bracle

1002 Jehan et Simon Clocman, freres

1003 Jacques et Guillaume de Raveschot, freres

1004 Jacques et Clays Utenhove, freres

a D: in de linkermarge werd „et nobles‟ toegevoegd.

b D vermeldde eerst „XXXVII,‟ wat werd doorstreept en overschreven met „XXI.‟

c D vermeldde eerst „le duc Jean‟ maar dit is doorstreept.

d D: oorspronkelijk „en‟ en overschreven met „de.‟

e M, R, S: „Borst.‟

f F: „Eestruyt‟; G: „Estruyt‟; K, M, N, R, S: „Eerstruyt.‟

g F, S: „Grammes.‟

h F vermeldt hier nogmaals „Gand.‟

i K: „Borst debet dicere Bost‟; M, S: „Borst.‟

j S voegt „seigneur d‟Exaerde‟ toe.

k F vermeldt deze naam niet.

l F, G, M, R, S vermeldt „seigneur d‟Eeke‟ niet.

m F: „Wulfert.‟

n N: „Mersch.‟

o Deze naam is vermeld door G.

p F: „de Kethulle‟, „Raverie.‟

q F: „Beverwane‟; G: „Berowaene‟; K: „Berewaene‟ met aanvulling door andere hand: „forte Beverwaen‟; M:

„Berewaene‟ zonder vermelding van „freres‟; N: „Berewaene, fratres, aut Beverwaene‟; R: „Berewaene, freres,

forte Beverwaen‟; S: „Bruwaen.‟

Page 63: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

63

1005 Jehan Utenhove, fils Simoena

1006 Jehan Utenhove, bailly d'Audenardeb48

1007 Simon et Jehan Utenhove, freres

1008 Clays vander Zickele

1009 Simon de la Chambre

1010 George Utenhove

1011 Jehan et Guillaume de Herzele, freres

1012 Daneel de Bouchautec

1013 Daneel de le Werded, seigneur de Wedergraete

1014 Simoen Utenhove, bailly de Eekelooe49

1015 Symoen de Gravef

1016 Baudin Braem

1017 Daneel de Munteg

1018 Lievin Dammanh

1019 Gheeromi Borluut

1020 Rasse Onredens

1021 Pierre Sersymoens

1022 Jehan d'Hodenveldej

1023 Jehan et Daneel Sersanders, freres

1024 Symoen Bette

1025 Jehan de Gruutere

1026 Gyselbrecht de Gruuterek

1027 Joos Triest et Christofle Triest

1028 Baudin, Jehan et Daneel Rym, freres

1029 Jehan van Huussel

1030 Jehan et Estienne de Formelles,m freres

1031 Jehan vander Zype

Du balliaige des 4 mestiers

1032 Messire Guy de Ghistelles

1033 Messire Philippes de Mullem

Escuyers

1034 Le fils de messire Jehan de Ghistelles

1035 Gerard de Ghistelle

1036 Charles de Ghistelle, bastardn

1037 Floreyns de Zaemslach

1038 Hector Vilain

fo 28 r.

a S vermeldt het patronymicon niet.

b F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet

c K: „Bochoute ou Bouchoute.‟

d D: „Leeuwerde‟ is doorstreept en overschreven met „le Voorde.‟

e F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

f F, S: „Crane‟; K, M, N, R: „Craene.‟

g N: „vander Mote.‟

h G: „Daelman‟; K: „d‟Amman.‟

i F: „Gheerten‟; G: „Jerosmes.‟

j F: „Doedevelde‟; G: „d‟Odevelde‟; K, M, N, R: „d‟Oodevelde‟; S: „d‟Oedevelde.‟

k F, G, R, S vermelden deze naam niet.

l G, K, N: „Huysen.‟

m G: „Cormelles.‟

n F, M vermelden „bastard‟ niet.

Page 64: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

64

1039 Roger Vilaina

1040 Loys de Steelant

1041 Jehan Hauweel

1042 Jehanb de Maldeghem

1043 Jacques de le Voorde, fils mer Restec

1044 Philippes Wielant, seigneur de Perboomed

1045 Clays de Pottelsberghe, seigneur de Perboome, fils Jacobe

Du baillage du paysf de Waesz

Chevaliers

1046 Messire Adrien Vilain

1047 Messire Jehan Vilain

1048 Messire Philippes de Steelant

1049 Messire Olivier de Jaeghere

Escuyers

1050 Hector van Vuerhoute

1051 Philippe Vilain

1052 Anthone de Roetselaerg

1053 Jehan de Steelant l‟aisné, fils Jan

1054 [Jehan de Steelandt fils Jans]h

1055 Jehan de Steelant, filz messire Philippes

1056 Baudin Schouteeten

1057 Guyot Schouteeteni

1058 Loys de le Moere

1059 George Braderic

1060 Rogier Bradericj

1061 Jehan Vyt et Loys Vyt

1062 Godewaert Braem

1063 Pieter van denk Bossche

1064 Philips de Vosl

1065 Gilles de Pottelsberghe, filsm Joos fils Zegher

n

1066 Guillaume de Pottelberghe, filso de Gilles

p

1067 Jaques de Pottelsberghe, filsq Jacob fils de Thiery filz de Jan fils de Zegher

r

a G vermeldt deze naam niet.

b M: „Jacques.‟

c F, G, K, M, N, R, S vermelden „fils mer ...‟ niet.

d M vermeldt de heerlijke titel niet.

e D: deze naam is driemaal doorstreept; G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

f D: „Du baillage du pays‟ is doorstreept.

g F, G, K, M, R: „de Rotselaere‟; S: „Rotselare.‟

h Deze naam is vermeld door F, G, K, M, N, R, S.

i G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

j F, M vermelden deze naam niet.

k M: „de Bossche.‟

l M: „Vis.‟

m D: het patronymicon is toegevoegd in een andere hand.

n F vermeldt het patronymicon niet; G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet

o D: het patronymicon is toegevoegd in een andere hand.

p F vermeldt deze naam niet; G, K, M, N, R, S vermelden het patronymicon niet.

q D: het patronymicon is toegevoegd in een andere hand.

r F vermeldt slechts „filius Jacobs‟; G, K, M, R, S vermelden deze naam niet; N vermeldt het patronymicon niet.

Page 65: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

65

1068 Bernaerd de Brakele

1069 Guillaume Sersanders

1070 Olivier Vaerkina

1071 Pieter Vaerkinb

1072 Robert de Meesterec

1073 Jacquesd de Duusse

1074 Geeraerd vander Helste

1075 Jehan metter Penninghen

1076 Gauthier de Carlebeke alias Cullebekef

1077 Jehan de Neveg

1078 Henry de Ameryckeh

1079 Pierre Porthals alias Danchalsi

1080 Lieven de Bugghenhout

1081 Jehan Dullaetj

1082 Jehan van Rysselberghek

1083 Olivier van Rysselberghe alias Rysbrugghel

1084 Thiery Jacobsm

1085 Gauthier de Ketsn

1086 Simon de Boulaero

1087 Henry de le Veldep

1088 Henry de Caluweq

1089 Le mayeur heeditabler (sic) de Sinay

s50

1090 Gilles de Coeleghent

1091 Gilles de Gavere

1092 Henry Plaschu

1093 Gilles Bertramv

1094 Jehan de Gand

1095 Jehan van Hapew

1096 Jehan d‟Exaerde

1097 Jehan Ruwelx

a D: de familienaam is doorstreept en gevolgd door „Vaentkin.‟; F: „Vaenkin‟; G: Vantkin‟; K, M, R, S:

„Vaentkin‟; N: „Vaintkin.‟ b F: „Vaenkin‟; G: „Vantkin‟; K, M, N, R, S: „Vaentkin.‟

c F: „le Moestier.‟

d K, M, N, R, S: „Jean.‟

e D: de familienaam is doorstreept en vervangen door „Elst.‟; F: „Helst.‟

f D: de familienaam is doorstreept en vervangen door „de Cruubeke.‟; F: „Carle[twee letters doorstreept]bekin‟;

G: „Cruubeke‟; N: „Crumbeke aut Cruubeke.‟ g G: „Jean Nevele‟; M: „Jehan Neve‟; N: „Joannes Neve‟; S: „Nevele.‟

h G: „Merycke.‟

i D: de familienaam is doorstreept en vervangen door „Gouthals‟; F: „Corthals‟; R, S: „Goethals.‟

j F vermeldt deze naam niet; G: „Dullard‟; K: „Dullart‟; M, N, E, S: „Dullaert.‟

k G: „Reysberghe‟; R, S: „Ristelberghe.‟

l F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

m F vermeldt deze naam niet.

n F vermeldt deze naam niet.

o K: „Boulare.‟

p F vermeldt deze naam niet.

q K, M: „Calve.‟

r F, M: „heritier.‟

s G: „... hereditaire de Saman‟; N: „Meyer suis preter hereditarius in Sinay.‟

t G, R, S vermelden deze naam niet; N: „Toelegem aut Coelegem.‟

u F vermeldt deze naam niet; K: „Plasck.‟

v F vermeldt deze naam niet.

w D: deze naam is doorstreept. F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

x F vermeldt deze naam niet; K: „Ruweel.‟

Page 66: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

66

1098 Philippes Lathouderea

1099 Jehan van Laneb

1100 Jehan de le Wytbaerec

1101 Jehan de Dansaertd

1102 Henry Beyaerte

Au balliage def Tenremonde

1103 Messire Gysling de Halewyn, seigneur de Bugghenhoute &

h

Escuyers

1104 Jehan de Mamisnes, seigneur de Calckenei51

1105 Louys de Mamisnesj

1106 Jehan de Mamisnes a Wetterek

1107 Ogierl de Mamisnes, seigneur d‟Huutberghe et d‟Overmeere

1108 Martin de Maldeghemm

1109 Gerard de Mamisnes

1110 Daneel de Calckene, Gislinn son filz

o

1111 Tristraen Uuterzwanep

1112 Gyslin son filzq

1113 Hector Uutenzwaener

1114 Jehan les Prost,

t baillu van

u Dendermonde

52

fo 28 v.

1115 Simon Bockaetv

1116 Reynier Bockaetw

1117 Jehan Godevartsx

1118 Jehan Pipenpoysy

1119 Jehan de Jonghe

a F vermeldt deze naam niet; S: „Lanthoudere.‟

b F vermeldt deze naam niet.

c F: „de Wijwette‟; G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

d F: „Jehan Danssare.‟

e F vermeldt deze naam niet.

f D: „Au baillage de‟ is later toegevoegd.

g F: „Guilain‟; R: een andere hand vermeldt „Guillaume.‟

h D: „&‟ is vermoedelijk te lezen als „etc.‟

i F vermeldt „seigneur de Calckene‟ niet; N voegt „miles‟ toe.

j F vermeldt deze naam niet.

k F: „Jehan de Mamisnes a net a.‟

l S: „Egide de Masminses, seigneur d‟Uutberghe.‟

m S vermeldt deze naam niet.

n F: „Gelain.‟

o G, K, M, N, R, S vermelden „Gislin son filz‟ niet.

p K: andere hand voegde „Gislain son fils‟ toe.

q F vermeldt deze naam niet.

r K, R: „Uuterzwaene.‟

s D: „le‟ is overschreven met „de.‟

t K: „Proost.‟

u D: „van‟ is overschreven met „de.‟

v F vermeldt deze naam niet; G: „Bookaert‟; M, R, S: „Bockaert.‟

w F vermeldt deze naam niet; G: „Bookaert‟; M, R, S: „Bockaert.‟

x F vermeldt deze naam niet; K: „Godevaert.‟

y K: „Pipenpoy.‟

Page 67: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

67

1120 Symon Arentsa

1121 Colin de le Mortieb

1122 Pierre de lec Driessche

d

1123 Pierre de lee Bossche

f

1124 Gilles de leg Bossche

h

1125 Guilbert et Loysi de Mamisnes

Pays d'Alost et des franq membres ensuivant Philippesj

1126 Messire Jehan de Luxembourg, seigneur de Roden et de Bornehemk

1127 Le seigneur d‟Antoing, seigneur de Zotteghenl

1128 Le seigneur de Rubaix,m seigneur de Herzelles

1129 Le seigneur de Croysilles,n seigneur d'Amougyes

o

1130 messire Guy Turpin, seigneur de Gavere

1131 L‟evesque de Cambray, seigneur de Liedekerke et de Rasseghem53

1132 messire Josse Tollin,p vicomte d‟Allost

1133 Le seigneur de Zandbergheq

1134 Le seigneur d‟Enghien et de Grameghenr

1135 Le seigneur d'Heyne

1136 messire Jaques Steemaer

1137 messire Gilbert de Steenhoutes

1138 messire Thieryt Danvain

u

1139 messire Gilles d‟Anghereelv

Escuyers

1140 Jacques de la Hamaide, seigneur de Renaixw

1141 Pierre de Boulers, seigneur dudit lieux

1142 Jehan de Jeumont, seigneur de Quaremont, Zulseke et Orresty

a F vermeldt deze naam niet.

b F vermeldt deze naam niet; G, K: „Gobin de la Mote‟; M: „Gobin de le Motte‟; N: „Gobinus de le Mets‟; R, S:

„Gosuin de le Mote.‟ c D: „de le‟ is overschreven met „van den.‟

d F vermeldt deze naam niet.

e D: „de le‟ is overschreven met „van den.‟

f F vermeldt deze naam niet.

g D: „de le‟ is overschreven met „van den.‟

h F vermeldt deze naam niet.

i G vermeldt „Loys‟ niet; K: „Loys‟ op de navolgende regel met accolade om aan te duiden dat dit bij de

voorgaande naam hoort; M: „Loye [...] op de navolgende regel. j D: „Pays de‟ en „et des ... membres ...‟ is later bijgevoegd.

k F: „Bornem‟; G: „de Rodes et de Brouchel‟; K: „Borneham‟

l F: „Zotteghem‟; K: „Sottenghien‟

m F: „Roubais‟; K: „Robais‟; R: „Robaix‟

n N: „Croyelles.‟

o F: „d‟Aumoingnies.‟

p S: „Collins.‟

q R voegt „qui estoient de la famille de Dixmude‟ toe; S voegt „de la famille de Dixmude‟ toe.

r F: „Graveghem.‟

s F: „Guillame de Steenhaut‟; G, K, M, R: „Guillaume‟; N: „Willelmus‟; S: „Guillaume de Steenhuuse.‟

t G, K, M, R, S: „Henry‟; N: „Henricus.‟

u F: „Thiery Damiaen‟; R: „d‟Huvain.‟

v G, K, R, S: „Hanghereel.‟

w K: „Reny‟; M: „Renty‟; R: „Renay.‟

x K, R: „seigneur de Boulers.‟

y F: „Sulseke et Couroit‟; G, K, M, N vermelden de heerlijke titels niet; R, S: „seigneur de Quarmont.‟

Page 68: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

68

1143 Oudarta Blondel, seigneur de Pamele

1144 Andrieu de Mastaing, seigneur de Mamisnes54

1145 Jehan d‟Oostquerke, seigneur de Voorde

1146 Percheval de Schoore,b seigneur d'Oultre

c

1147 Philippes, seigneur d‟Herped

1148 Josse d'Herpee

1149 Jehan de Steelant, seigneur de Piestre

1150 Philippes van der Meersch, seigneur d‟Oomberghef

1151 Jehan van Hembyze, seigneur d‟Upbracleg

1152 Jehan de le Bouverie, seigneur de Viane

1153 Arnoul de Gavre, seigneur d‟Escornay

1154 Jehan Tollin, filz de messire Josseh

1155 Wenselin de Santberghe, filz du seigneuri

1156 Christiaenj de le Gracht, seigneur de Melsene

1157 Jehan de Vos, seigneur de Pollaerek55

1158 Estienne de Liedekerke

1159 Guillame de le Dieuse,l seigneur d'Etichove

1160 Jehan de Grymberghe, filz au seigneur d‟Asschem

1161 Gillard, bastard d‟Axele,n seigneur de Lyefrynghe

1162 Jehan de Ydeghem, par sa seigneurie de Bieseo56

1163 Le filz du seigneur d‟Enghien, seigneur de Ackere

1164 Gyselbrecht de Luu

1165 Robert Bocaet alys Boeranp

1166 Jehan Godevartsq

1167 Francoisr des Prez

s

1168 Jehan du Forest

1169 Florens de Maercket

1170 Jehan d‟Yedeghemu a Grammont

1171 Jehan de Litsau est de Vilea

a G: „Omar.‟

b D: „Schoore‟ doorstreept met superscript „Schore Sone‟, welke laatste onderstreept is; F: „du Schore‟; G: „de

Somme‟; K, N: „de Sone‟; M: „de Zone.‟ c S: „Percheval, le fils du seigneur d‟Oultre.‟

d K: „Philippe d‟Erpe.‟

e G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

f S: „Homberghe.‟

g F: „Bracle.‟

h F: „Jehan‟; G, K, M, R, S: „Jean‟; N: „Joannis.‟

i F, K, M, N, R, S vermelden „filz du seigneur‟ niet.

j K: „Chrétien.‟

k R: „Poulaere.‟

l D: „Dieuse‟ is doorstreept met superscript „Deuze‟; G, M, N, S : „de la Deuse‟; R: „de la Deuze.‟

m F: „Jehan de Grimberghen, seigneur d‟Assche.‟

n D: „d‟Assche‟ is doorstreept en overschreven met „‟d‟Assche.‟; F: „Gherart le d‟Assche, seigneur de

Liefrijnghe‟; G, K, M, R, S: „Gerard, bastard d‟Assche, seigneur de Liefinghe‟; N: „Gerardus, bastardus

d‟Assche, dominus de Liefringe aut Lieftnge.‟ o D: „par sa seigneurie de Biese‟ is doorstreept met superscript „seigneur de Renesse.‟; F: „Biest‟; G, K, M, N, R,

S: „Wiese.‟ p D: „alys Bouran‟ is in lichtere inkt en in kleinere letters toegevoegd; F vermeldt deze naam niet; G: „Vooran‟;

K, M, R, S: „Boerau‟; N: „Boera[...].‟ q F vermeldt deze naam niet.

r G, M: „Florens‟; N: „Florentius.‟

s R: „Florens d‟Espies‟; S: „Florens d‟Espierre alias Despretz.‟

t F vermeldt deze naam niet.

u F: „Dieghem‟, K: „d‟Yeghem.‟

Page 69: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

69

1172 Gilles le Duvereb

1173 Denys Gilloenc

1174 Lancelot de Reyngersvliete

1175 Rogierd et Jehan

e d‟Escornay

1176 Jehan de Waesberghe

1177 Hector de le Berghe

1178 Hector uuter Wulghenf

1179 Adriaen vander Motte

1180 Henryg de Haec

h

1181 Rasse d‟Embyse

1182 Godevaert vander Hoyen

1183 Robrecht de le Gracht

1184 Collarti de Forest

j

1185 Cornille de Blaesvelt

1186 Jehan Hanghereelk

fo 29 r.

1187 Bon de Vile alys Vilainl

1188 Arnoul de Reystm

1189 Louys de Blaesvelt, seigneur de Zantberghen

1190 Jehan de Blaesvelt, son frere

Ninove et le pays

1191 Jehan de Wedergraete

1192 Loys de Montignyeso

1193 Lieven le Bruwere

Ville et chastelenie d'pAudenarde

1194 Le seigneur de Steenhuuse

1195 Messire Gerard d‟Escornay

1196 Messire Pierre de Gavre etq d‟Escornay

r

1197 Les seigneur de la Vichte

1198 Le seigneur de Rocquenghiena

a F vermeldt deze naam niet; G: „dict de Ville‟; K: „dict de Vile‟; M: „dit de Bilde‟; R: „dit de Vile‟; S: „dict le

Ville.‟ b F vermeldt deze naam niet.

c F vermeldt deze naam niet.

d F vermeldt „Rogier‟ niet.

e G, K, M, N, R, S vermelden „Jean‟ niet.

f F vermeldt deze naam niet

g D: doorstreept met superscript „Gilles‟; M: „Gileen.‟

h F vermeldt deze naam niet.

i G, K, M, R, S: „Colin‟; N: „Colinus.‟

j F vermeldt deze naam niet.

k F vermeldt deze naam niet; K, M, R, S: „Bon de Vilain‟; N: „Bonus de Vilain.‟

l F vermeldt deze naam niet; G: „de Vilain.‟

m F vermeldt deze naam niet; G, K, R, S: „de Reyse.‟

n F, K, M, N, R, S: „de Fanteghem.‟

o F: „Montoignies‟; G, K, M, R, S: „Montargis‟; N: „Montargys.‟

p D: „Ville et chastelenie de‟ is later toegevoegd.

q S: „dict.‟

r K vermeldt deze naam niet.

s D: sterk overschreven, mogelijk „Olivier.‟; F, G, K, M, S: „Olivier.‟

Page 70: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

70

1199 Loys de Rocquenghien,b son frere

c

1200 Le seigneur de Maerke

Escuyers

1201 Arnoult, seigneur d‟Escornay

1202 Arnoul bastardd d‟Escornay

e

1203 Rogier d‟Escornayf

1204 Pierre d‟Escornay;g George bastard d'Escornais

h

1205 Guillaume de la Vichte

1206 Jacques de Hemsrode, seigneur de Landreghem

1207 Pierre de le Walle

1208 Bernaerdt de Maercke

1209 Jacques de Maerkei

1210 Jehan de Clessenairej

1211 Andrieu d‟Anvaingk

1212 George de Cordes

1213 Rasse de Cordesl

1214 Gerard de lem Motte

1214 Guillaume de len Motte, filz de Gauthier

o

1215 Collart de Croisp

1216 Arnoul Blanstrainq

1217 Josse et Jehan d‟Estrisser

1218 Arnoul de les Varent

t

1219 Josse de leu Vivere

v

1220 Robert Lodinsw

1221 Jehan lex Meere l‟aisné

y

1222 Jehan lez Meere le jeusne

a

a F: „Rokinghem‟; K, M: „Rockenghien‟; S: „Rockeghem.‟

b K, M: „Rockenghien‟, S: „Rockeghem.‟

c G vermeldt deze naam niet.

d D: „bastard‟ is later als superscript toegevoegd tussen naam en familienaam.

e F, G, R vermelden deze naam niet.

f M, R vermelden deze naam niet.

g R vermeldt deze naam niet.

h D: deze tweede naam is later toegevoegd. Deze lijst vermeldt deze naam tweemaal; F, S vermeldt „George,

bastard d‟Escornais‟ niet. i G vermeldt deze naam niet.

j K: „Clessener‟; M, N, R: „Clessenere‟; S: „Cuessenaere.‟

k G, K: „Adrien d‟Aubin‟; N: „Andries d‟Anvain‟; R: „d‟Auvin.‟

l S vermeldt deze naam niet.

m D: „de le‟ is doorstreept met superscript „van de.‟

n D: „de le‟ is doorstreept met superscript „van de.‟

o D: „filz de Gauthier‟ is vermoedelijk later toegevoegd; F vermeldt deze naam niet.

p F vermeldt deze naam niet; G: „Collart de Critz‟; K, M, N, R, S: „Crits.‟

q F vermeldt deze naam niet; G: „Blainestain‟; K, N, R: „Blancstain‟; M: „Blanckstain‟, S: „Blancsteyn‟

r F vermeldt deze naam niet; G: „Gossaert et de Clotissaert‟; K: „d‟Estotissart‟; M, S: „de Stotissaert‟; N:

„Gossardus et Joannes de Stotissaert‟; R: „Storissaert.‟ s D: „de le‟ is doorstreept met superscript „van den.‟

t F vermeldt deze naam niet.

u D: „de le‟ is doorstreept met superscript „van den.‟

v F vermeldt deze naam niet.

w F vermeldt deze naam niet.

x D: „le‟ is doorstreept met superscript „van den.‟

y F vermeldt „l‟aisné‟ niet; M vermeldt deze naam niet.

z D: „le‟ is doorstreept met superscript „van den.‟

Page 71: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

71

1223 Gilles leb Meere

c

1224 Adriaen led Meere

e

1225 Adriaen et Danielf de le Bossche

1226 Jehan de Heurneg

1227 Andries vander Meereh

1228 Chambelin d‟Escornayi

1229 [Gillis de Bracle, seigneur du Bois en Bracle]j

1230 [Adrien de Bracle dict du Bois]k

Balliage del Courtray

1231 Le seigneur de Gruuthuusem

1232 Le seigneur de Halewyn

1233 Le seigneur de Lichtervelde

1234 Messire Gherard de Ghistelle

1235 Le seigneur d‟Isenghien

1236 Messire Jehan de le Walle

1237 Le seigneur de le Gracht

1238 Le seigneur de le Mouwe,n seigneur Jehan de Bornaige

o

1239 Messire Rogier de Tollenaere

1240 Messire Jehan d‟Uutkerke, seigneur de Desselghenp

1241 Messire Pierre d‟Espieresq

1242 Messire Gerard de Costere,r seigneur de Derlyke

s

Escuyers

1243 Wouter, Josset et Percheval de Halewyn, freres

1244 Rogier Botelin, seigneur de Heule

1245 Jehan Botelin,u seigneur de Verdbois,

v freres

1246 Jacques Estaimbourgw

a S vermeldt deze naam niet.

b D: „le‟ is doorstreept met superscript „van den.‟

c F vermeldt deze naam niet.

d D: „le‟ is doorstreept met superscript „van den.‟

e G, R vermeldt deze naam niet.

f G, M, R, S: „Andrieu et Gilles‟; K: „Adrien et Gilles‟; N: „Andries et Egidius.‟

g G, K, N, R, S: „de Plume‟; M vermeldt deze naam niet.

h D: Deze naam is doorstreept; K vermeldt deze naam niet; M, R, S: „Andrieu.‟

i F, K vermeldt deze naam niet.

j Deze naam is vermeld door F.

k Deze naam is vermeld door F.

l D: „Baillage de‟ is later toegevoegd.

m N voegt „dominus d‟Espieres‟ toe.

n F: „de Monde.‟

o G: „Messire Jean de Bornaige, seigneur de Moue‟; K, M, R: „Jean Bernage, seigneur de Moue‟; M: „Joannes de

Bernage, dominus de Moue, miles‟; S: „Jean Baronaige, seigneur de Mouwe.‟ p F heeft de heerlijke titel afgesplitst als een navolgende naam, namelijk „Le seigneur de Oesselghem.‟

q G: „Espere.‟

r G: „le Camere‟ en geen vermelding van „seigneur de Derlyke‟; K, M, N, R, S: „Coutere‟ en geen vermelding

van „seigneur de Derlyke.‟ s F: „de Coustre‟ en vermeldt „seigneur de Derlyke‟ niet.

t F, G, K, M, N, R vermelden „Josse‟ niet.

u F, G: „Jehan de Huele.‟

v K: „Verbois‟, M: „d‟Unberbois‟; N: „Joannes de Heule, dominus de Berbois, frater ejus‟; R, S: „Jean de Heule,

seigneur de Verbois, son frere.‟ w F: „Stainbourg‟; G, K: „d‟Estembourg‟; M: „d‟Esteinbourg/de Stembourg‟; R: „Esteinbourg‟, R: Estienbourg.‟

Page 72: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

72

1247 Jan, seigneur de Poucques

1248 Bauduin de le Gracht

1249 Guillaume de le Gracht

1250 Olivier de le Gracht, freres

1251 Les 4 freres de Deurwaerdere: Guidolf, Louys, Jehan, et Oliviera

1252 Josse de Calonne

1253 Jehan Hadinb filius Willems

c

1254 Rogier de Halewyn,57

seigneur de Zweveghem et de Roesbeked

1255 Tiercelet de le Barre, seigneur de Mouscron

1256 Jehan de Leeuwergheme

1257 Roelant de Cuinghienf

1258 Jehan de le Hoveg

1259 Jacob Schaechh

1260 Rogier de le Brande, seigneur de Bavinchovei

1261 Loys de Cokerej

1262 Josse de Cokerk

1263 Gerard lel Tollenaere

1264 Eylart de Claerhoute

1265 Percheval de le Woestynne

1266 Guillaume de le Walle

1267 Jehan de Dadizeele

1268 Josse de Langhe, seigneur de Schiervellem

fo 29 v.

1269 Josse de len Stoct,

o seigneur de Gheluvelt

1270 Jan et Jacques de Moerkerke

1271 Roelant Luyxp

1272 Cornille de Eechoute, chastelin de Roullers ou visconteq

1273 Jacquesr et Josse de Gherbode

1274 Jacques de Lichtervelde

1275 Bauduin de Stavele

1276 Pierre et Wulfaert d‟Aultryves

1277 Louys de Valckenaeret et son frere

a

a D: Gidolf, Lodewijk, Jacob en Olivier de Deurwaerdere zijn tweemaal vermeld; F: „Les quatre freres des

Duerwaerders, Ghidolf, Loys, Jehan, Olivier de Courtray‟; G, K, M, N, R, S vermelden deze namen niet. b G, K, N: „Adin.‟

c F, R, S vermelden deze naam niet.

d N, R: Roosbeke.‟

e F: „Leureghem.‟

f G: „Cainghien.‟

g D: Deze naam is tweemaal vermeld; G, K, M, N vermelden deze naam niet.

h F: „Schaec‟; G, K, M, N: „Smet‟; R: „Smet. Je treuve une Isabelle Smet, dame de la Douvie à Watou‟; S:

„[doorstreept: „Smet‟] Schaeck.‟ i K: „Bavichove.‟

j F vermeldt deze naam niet.

k F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

l D: „le‟ is overschreven met „de.‟

m F, K, R: „Schiervelde.‟

n D: „de le‟ is doorstreept met superscript „van den.‟

o F: „de le Scaec.‟

p F, G, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

q F, K, N, R vermelden „ou visconte‟ niet.

r F, G, K, M, N, R, S vermelden „Jacques‟ niet.

s F: „d‟Auterive.‟

t S: „Valckene.‟

Page 73: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

73

1278 [...] de Calonneb

1279 Gauthier Oudonec

Bruges

1280 Le seigneur de Moerkerke,d Louys

e

1281 Messire Jehan de Flandres, seigneur de Praet et de le Woestynne

1282 Messire Josse de Halewyn, seigneur d‟Uutkercke

1283 Messire Jacques de Bevere, seigneur de Nivellef58

1284 Messire Louys de Themsekin

1285 Messire Jehan Witton,g seigneur d‟Oorscamp

h

1286 Messire Jehan d‟Ogierlande, seigneur de Vormiselle

1287 Le seigneur de Merckemi

1288 Messire Josse de Brunej

1289 Messire Jehan Blanckaert

Escuyers

1290 Jacob de Ghistelle, seigneur de Dudzelle et de Straeten

1291 Jehan de Aertrycke, seigneur de Tilleghem, fils Jeank

1292 Louys de Haveskercke

1293 Thiery de Halewyn

1294 Guillaume de Halewynl

1295 Jacques Boudins, Flandres bastardm

1296 Daneel de Themseken, filz de messire Loysn

1297 Roelant de Calonne

1298 Henry de Meetkerke et Jean, son filz

1299 Jehan de Varsenaereo

1300 Monfrant et Joris Wyts,p freres

q

1301 Josse de le Berghe filz de Jehan

1302 Collaet de Huele

1303 Lyonnelr Belle

1304 Jehan Boonin

1305 Clays de Hurteres

1306 Jacques Robbrechtsa

a F vermeldt deze naam niet.

b D: Deze naam is doorstreept. F: „Josse‟; G, K, M, N, R vermelden deze naam niet.

c S: „Gauthier Oudone alias Calonne.‟

d G vermeldde eerst „Moerkercke‟, maar dit is overschreven met „Moerbeke.‟

e D: Deze naam is tweemaal vermeld (als „messire Louys de Moerkeerke‟); M vermeldt „Loys‟ niet.

f D: Deze naam is later nogmaals vermeld onder „escuyers‟; F: „Jamelle‟; G, K, M, N, R vermelden deze naam

niet; S: „Jacques de Bevere, seigneur de [doorstreept: „Nivelle‟] Oevelles.‟ g G: „Wittoen ou Witthem‟; R: „Wittem‟; S: „Witt[doorstreept: „hem‟]oen.‟

h K: „Oostcamp‟, aangevuld met andere hand: „puto Wittem.‟

i F: „Marke.‟

j D: in de marge: „nota‟ toegevoegd door latere hand.

k F, G, K, N, R, S vermelden het patronymicon niet.

l F, G vermeldt deze naam niet.

m G: „Guillaume Bloudins‟, zonder vermelding van „Flandres bastard‟; K, M, N, R, S: „Jacques Boudins‟, zonder

vermelding van „Flandres bastard.‟ n M, R, S: „filz de messire Jehan.‟

o F: „Lieven.‟

p G: „Wils.‟

q F vermeldt deze naam niet.

r S: „Lioen.‟

s F vermeldt deze naam niet; G: „Quintere.‟

Page 74: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

74

1307 Hector le Haseb

1308 Gautier de le Gatec

1309 Jehan, Guy, Anthone et Olivier de Baenst, freres

1310 Bauduin de Cotd

1311 Jacob Donsee

1312 Jehan de Ghistelle

1313 Jehan de Boonen,f le jeusne

1314 Josse de le Stichele Schietereg

1315 Martin Hooninh

1316 Josse Hoonin,i filz de Jehan.

Ardenburghj

1317 Charles de Jonghe

1318 Roelant de Cleynk

1319 Casin de Bovenkerckel

1320 Jehan de le Hove

Oostbourgh

1321 Michiel de Splectelinewerrem (sic)

1322 Wautier de Vrezen

1323 Victor de Straeteno

1324 Loys de Moerkerckep

1325 Jehan de Moerkerckeq

1326 [...]r

Nieuport

1327 Messire Regnault Knibbe

1328 Louys et Pierre de Bailleul, freress

1329 Jehan de Gand

1330 Jacques le Theeghelande alys Teghelaret

a F vermeldt deze naam niet.

b F vermeldt deze naam niet.

c D: in latere hand aangevuld met „alias [...]‟ (deze naam was onleesbaar).

d F vermeldt deze naam niet.

e F vermeldt deze naam niet; K, M, R, S: „Once‟; N: „Oncel.‟

f F, K, M: „Boonem‟; G, N: „Booneem‟; Q: „Bonem.‟

g D: in latere hand aangevuld met „nota‟; F, M, N, R, S vermelden „Schietere‟ niet; G: „de Schietere.‟

h D: „Hoonin‟ doorstreept met superscript „Bonijn‟; F: „Honin‟; K, M, N, R: Oonin‟; S: „Gobyn alias Honijn.‟

i D: „Hoonin‟ doorstreept met superscript „Bonijn‟; F: „Honin‟; K, M, N, R: „Oonin‟; S: „Gobijn filius Jean alias

Honijn.‟ j G, K, M: „Audenbourg‟; N: „Audenburgum‟; R: „Audenbourch‟; S: „Audenbourgh.‟

k F: „Cleyem‟; S; „[doorstreept: „Cleene‟] Weghem.‟

l G, K: „Bomkerke‟; M, N: „Boukercke.‟

m F: „Speerteliuwere‟; G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

n D: „Vreze‟ doorstreept en vervangen door „Veyze‟; F: „Vreese.‟

o F: „Stralez‟; R: „Stralen.‟

p F vermeldt deze naam onder de aparte hoofding „Ardenburghambacht‟; G, K, M, N, R, S vermelden deze naam

niet. q F vermeldt deze naam onder de aparte hoofding „Ardenburghambacht‟; G, K, M, N, R, S vermelden deze naam

niet. r F vermeldt hier „Ardenburchambacht‟, met de laatste twee namen van Oostburgambacht.

s F vermeldt „freres‟ niet.

t F: „de Teeghelaer‟; G: „Tegelare‟; K: „Teghelare‟; M, R, S: „Teghelaere‟; N: „Tegelaere.‟

Page 75: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

75

Furnes et le paysa

1331 Messire Wydt de Visch alias vander Cappelle, seigneur de Nieucapelleb

Escuyers

1332 Pierre de Stavele

1333 Charles, Louys, Jan et Christiaen de Pollinchove, freres

1334 Jehan de Pollinchove, filz de messire Francois

1335 Messire Francois Hustin Velle Hustin Vellec

1336 Pierre de le Burchtd

1337 Hustyn Belle

1338 Lancelot Veysee

1339 Achilles de le Berghe

1340 [Guillaume Voet]f

fo 30 r.

1341 Sohier de Visch alias vander Cappelleg

1342 Foriaen d‟Ekelsbecke,h bastard

1343 Hector de Stavele

1344 Lion de Stavelei

1345 Omaer, Regnaultj et Walrant Knibbe

1346 Thiery de Stavele

1347 Floridas de Crane

1348 Omar de Cranek

1349 Jehan Knibbel

1350 Jacques lem Bourg

n

1351 Sohiero de Craene

p

1352 Gilles de Piesnesq

1353 Thiery de la Thorr

1354 Tristiaens de Craene

1355 Robert de Waerhemt

1356 Jehan Boudinsa

a D: „et le pays‟ is later toegevoegd.

b F, G, K, M, N, R, S vermelden „alias vander Capelle, seigneur de Nieucapelle‟ niet.

c D: deze naam is doorstreept; F heeft deze naam samengenomen met de voorgaande naam: „Jehan de

Polinchove, filz messire Franc Husten vell‟; G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet. d F: „Buuch‟, K: „Burgh‟, N, S: „Burch.‟

e G: „Doeise.‟

f Deze naam wordt vermeld door S.

g F, G, K, M, N, R, S vermelden „alias vander Capelle‟ niet.

h N: „Florianus de Kelsbeke.‟

i G vermeldt deze naam niet.

j G, K, M, N, R, S vermelden „Regnault‟ niet.

k G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

l G vermeldt deze naam niet.

m F: „de le‟

n G vermeldt deze naam niet; N: „van der Bourch aut Bourg‟; R: „Burch‟; S: „de le Burch.‟

o F: „Christiaen.‟

p G vermeldt deze naam niet.

q F: „Piesmes.‟

r D: „Thor‟ is doorstreept en vervangen door „Thour.‟

s G: „Christiaen‟; R: „Tristram.‟

t G: Valkin‟; K, M: „Wackan‟, N, R: „Wacken.‟

Page 76: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

76

1357 Jehan Bousseb

1358 Jehan Colinc

1359 George d‟Oyed

1360 Adrien Minnaerte

1361 Jehan et Louys de Wulfsberghe, freresf

1362 Guillaume de Melle alias Nelleg

1363 Jacques Zoetinh

1364 Wydt de Visch alias vander Capellei

1365 Vincent Veyse alys Wyschj

1366 Vigoureux de Crane

1367 Jehan Akel ou Akerek

1368 Hector de Reninghesl

1369 Paschierm Muts

n

1370 Jacques le Valeweo

1371 Wyd Belle

1372 Francois Hooft et Jehanp Hooft

q

1373 Willem de le Waller

1374 Christiaens Paeldinc

1375 Ebboudt van Ryselet

1376 Eboudt de le Bogdeu

1377 Guillaume Caesv

1378 Michiel de Jonghew

1379 Jehan Valckex

1380 Godefroy le Visscherey

1381 Jehan de le Weeges [...]z

1382 [[...] Donche]aa

1383 [[...] Clichthove]a

a F vermeldt deze naam niet.

b F vermeldt deze naam niet.

c F vermeldt deze naam niet; G: „Colon.‟

d F vermeldt deze naam niet.

e F vermeldt deze naam niet; G: „Minaere‟; K: „Mimaere‟; R: „Mimare‟, S: „Numaere.‟

f F, G, K, N, S: „Wulfberghe.‟

g F, R: „de Melle‟; G, K, N: „de Nelle‟; M: „de Melle [gevolgd door het doorstreepte: „Melle‟].

h D: deze naam is tussengevoegd; F vermeldt deze naam niet.

i F, G, K, M, N, R, S vermelden „alias vander Capelle‟ niet.

j D: „alys Wysch‟ is later toegevoegd en doorstreept.

k F vermeldt deze naam niet; G: „Abel ou Ackere‟; K: „Akel‟ met toevoeging van latere hand: „ou Acquel‟; S:

„Ackere.‟ l D: deze naam stond na de vorige naam op de voorgaande regel; F: „Reeninghen‟; S: „Reneghem‟

m K, S: „Passchin‟; M: „Paschin‟; N: „Passchinus.‟

n F vermeldt deze naam niet; G: „Mitz.‟

o F vermeldt deze naam niet; N: „Valeue‟, S: „Valuwe.‟

p G, R, S vermelden „Jehan‟ niet.

q N vermeldt tweemaal „Heuft.‟

r G vermeldt deze naam niet.

s K: „Chrétien.‟

t D: „Rysele‟ is doorstreept en vervangen door „Ysele‟; F: „Rijssele; G, M, N, S: „Ewout van Yssele.‟

u D: Deze naam is doorstreept en vervangen door Ernoult de le Bogaerde‟; F vermeldt deze naam niet.

v F vermeldt deze naam niet.

w F vermeldt deze naam niet.

x F vermeldt deze naam niet.

y F vermeldt deze naam niet.

z D: laatste woorddeel is overschreven en onleesbaar; F: „de le Weghelshoede‟; G: „Weghelstelde‟; K, M, R:

„Weghesteede‟, S: „Weghestede.‟ aa

Deze naam is vermeld door G.

Page 77: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

77

Berghes St Winocx

1384 Gauthier de Ghistelles, seigneur d‟Ekelsbekeb59

1385 Jacques Drincham, seigneurc60

1386 Pierred de Longpré

e

1387 Pierre ouf de Haveskeerke

1388 Jaecques de Waerhem

1389 Guillaume de Brouckerckeg

1390 Jehan de Hoymyleh

1391 Jehan de le Busschei

1392 Pierre du Buissonj

1393 Olivier de Bavelaere et Christoffle, son frerek

1394 Jehan filz d‟Olivier de Bavelaerel

1395 Adriaen de Bueres alias Bernesm

1396 [Gaultier de Hoymile]n

1397 George de Biereso

1398 Denys de Fiennes estp de Vielgay

q

1399 Jacques du Louvre

1400 Henry Walynsr

1401 Matthieu et Pierre Ghibbin,s freres

t

1402 Jacquesu Ghibbim

v

1403 Sohier Ghibbimw

1404 Thieryt Tantx

1405 Jehan Steelvoety

1406 Jehan de le Spicke

1407 Lauwereyns de Hoyrez

a Deze naam is vermeld door G.

b F, K, M: „Kelsbeke.‟

c G, K: „Jacques, seigneur de Drinckam‟; R, S: „Jean, seigneur de Drinckam.‟

d G: „Philippe.‟

e K, M, N, R, S: „Philippe de Lompré.‟

f D: Doorstreept en vervangen door „Philippes.‟

g K vermeldt deze naam niet.

h F: „Gaulthier de Hoymye.‟

i F vermeldt deze naam niet.

j F vermeldt deze naam niet.

k F vermeldt deze namen niet; G, K, M, R, S: „Olivier de Bavelare, et Jean son fils‟; N: „Oliverius de Bavelaere

et Joannes, filius ejus.‟ l F vermeldt deze naam niet; G, K, M, R, S: „Christophe de Bavelare, fils d‟Olivier‟; N: „Christophorus de

Bavelaere, filius Oliverij.‟ m F: „Andrieu de Bieres‟; G, K, R: „de Hermes‟; N: „Andreas de Hornes‟; S: „Hernes.‟

n Vermeld door G, K, M, S.

o G, K, N, R: „Biernes.‟

p M: „dit.‟

q F: „dict Vielghen‟; R: „dict de Bielgny‟; R vermeldt „Denys de Fiennes‟ niet en maakt een contractie met de

voorgaande naam: „George de Bierne dict de Rielgny.‟ r F vermeldt deze naam niet.

s D: „Ghibbin‟ is doorstreept met superscript „Gibben.‟

t F vermeldt deze namen niet.

u K, R, S: „Jean; N: „Joannes.‟

v F vermeldt deze naam niet; G: „Gibben.‟

w F, R, S vermelden deze naam niet.

x F vermeldt deze naam niet.

y G, K, M, R, S: „Stoclurel‟; N: „Stocvurel.‟

z F: „Hoijen‟; K, N, R, S: „Hoye.‟

Page 78: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

78

1408 Francois de le Woestynnea

1409 Christien de Visschereb

1410 Francois Dringhamc

1411 Jehan Lamerd

1412 Francois et Guillaume de Zynneghene

1413 Francoisf de la Chapelle

1414 Marius de Zinnegheng

1415 Laurens Spreuweh

1416 Reynoult d‟Oyei

1417 Pierre le Schelewej

1418 Michiel le Visscherek

1419 [Michiel Strabout]l

1420 [M. [...] Masin]m

Bourbourg

1421 Jehan de Drincham

1422 Walrand de Heuchin

1423 George de Heuchin

1424 Jehan de Heuchin, freres

1425 George du Wezn

1426 Jacques et Pierre le Wickeo

fo 30 v.

Iperep

1427 Messire Jehan de Dixmude, bastardq

1428 Messire Olivier de Schoten

Escuyers

1429 Loys de Lichtervelde, seigneur de Stadenr

1430 Victor de Lichterveldes

1431 Jehan de Lichtervelde, freres

1432 Arturt de Lichtervelde

1433 Montfrant Belle, seigneur de Boesinghea

a F: „Wostine.‟

b F vermeldt deze naam niet.

c D: „Dringham‟ is doorstreept en vervangen door „Drincham.‟

d G, K: „Lame‟; N: „Lande‟; S: „Lamde.‟

e F: „Zommerghem‟; G: „Yveghem‟; K: „Syneghem‟; M: „Zyneghem.‟

f F: „Ferian‟; K: „Forian‟; M: Florian‟; N: „Florianus‟; R, S: „Floriaen.‟

g F,G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

h F vermeldt deze naam niet; G: „Specue‟; K, M, N, R: „Sprecuwe.‟

i F vermeldt deze naam niet.

j F vermeldt deze naam niet.

k F vermeldt deze naam niet.

l Deze naam is vermeld door G.

m Deze naam is vermeld door G.

n F: „Wede‟; G, M, R, S: „Wes‟; K, N: „du Wes.‟

o F: „Witte.‟

p F vermeldt de lijst voor Ieper tussen de lijst voor Kortrijk en Brugge.

q F vermeldt „bastard‟ niet.

r F vermeldt „seigneur de Staden‟ niet.

s F vermeldt deze naam niet.

t F, G, N, S: „Artus.‟

Page 79: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

79

1434 [Walrave, son frere]b

1435 Willem Bellec

1436 Jehan Belle, freres

1437 Cornille de Dixmude

1438 Olivier de Dixmuded

1439 Jehan, seigneur de Morsledee

1440 Gauthier de Morslede, freres

1441 Gauthier Gilloenf

1442 [Josse Bride ou Breyels l‟aisné]g

1443 Josse Bridel le jeusneh

1444 Roelant Bridei

1445 Georgej Paeldinck

1446 Danckaert Belle

1447 Christofle le Maetsk

1448 Pierre le Brouckerel

1449 Jehan de le Vestem

1450 Olivier de le Woestinne, [seigneur de Becelaere]n

1451 Rogier de le Woestinneo

1452 Jehan le Picp

1453 Jehan de Langhemersch, seigneur de Rumbeke

1454 Oste de Cuinghien, seigneur de Roden61

1455 Loys de le Steenbrugghe, seigneur de Roden en partie62

1456 Godscalc de Valmerbeke, l‟aisnéq

1457 Seigneur de Volmerbeke

Warneston

1458 Pierre le Waghenare

1459 Wulfaert de Hollebecke

1460 Gerard de Flancquesr

1461 Guy de le Val

1462 Gerard de Houpliness

1463 Henryt de Vick

u

a G voegt „[et] Walrave, son frere‟ toe.

b Deze naam is vermeld door F, M, N, R, S.

c G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

d F vermeldt deze naam niet.

e G: „Morsele‟, waarbij de volgende naam bij deze naam is bijgeschreven.

f F vermeldt deze naam niet.

g Deze naam is vermeld door G; K: „Josse Bride „aisné‟, met toevoeging door andere hand: „Breyele‟; M: „Josse

Bride l‟aisné Breyele‟; N: „Judocus Bride, senior, Breydele‟; R: „Brijde‟; S: „Josse Brijde l‟aisné.‟ h F, S vermeldt deze naam niet; G: „Brikele‟; R: „Brijde.‟

i F vermeldt deze naam niet; R: „Brijde.‟

j M: „George [doorstreept: „Josse‟].‟

k F vermeldt deze naam niet; K: „Maetz.‟

l F vermeldt deze naam niet.

m G: „Jean le Vestere.‟

n Deze heerlijke titel is vermeld door K.

o G vermeldt deze naam niet.

p F vermeldt deze naam niet.

q F, G, K, M, N, R, S vermelden „l‟aisné‟ niet, maar wel „Goldschalc, seigneur de Volmerbeke,‟ waarbij de

volgende naam „Seigneur de Volmerbeke‟ weggelaten wordt. r G, N, R: „Flencques.

s G: „Huplenes.‟

t F: „Huery‟; S: „Jehan.‟

u D: „Vick‟ is doorstreept en vervangen door „Vicq.‟

Page 80: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

80

1464 Roelant de Wartebeken,a seigneur de Linselles

b

1465 Pierre de Rabecque

Bailleulc

1466 Guillaume de le Houted

1467 Victor de Schotene

1468 Francois de Wulff

1469 Oreytg de le

h Ackere

i

1470 Jehanj Tasseel

k

1471 Ghislainl de Waghenare

m

1472 Jehan van der Coorunhuusen

1473 Martin de leo Houte

p

1474 George de le Niepeq

1475 Oreyt Walinsr

1476 Gauthier Mandekins

1477 George Anseelt

Cassel

Chevaliersu

1478 Messire Collart de Commines, seigneur de Ruwerschurev

1479 Messire Jehanw du Bois

1480 Messire Pierrex de le Delft

1481 [Jaques de le Delft]y

Escuyersz

a F: „Wachtenbeke‟; G, K, M, N, R, S: „Waterbeke.‟

b M: „Lenselle.‟

c F vermeldt „Bailleul‟ en de bijbehorende lijst niet en gaat meteen over naar Kassel.

d F vermeldt deze naam niet.

e D: „de Schoten‟ doorstreept en vervangen door „van Stockt‟; F vermeldt deze naam niet.

f G: „Wolf.‟; F vermeldt deze naam niet.

g K, Q: „Greit‟; S: „Gerard.‟

h D: „de le‟ doorstreept met superscript „van.‟

i G: „Greit van Ackere‟; F vermeldt deze naam niet.

j G, K, M, R, S: „Adam‟; N: „Adamus.‟

k F vermeldt deze naam niet.

l G, K, R, S: „Adam‟; N: „Adamus.‟

m F vermeldt deze naam niet.

n K: „Cornhuuse‟; F vermeldt deze naam niet.

o D: „de le‟ doorstreept met superscript „van.‟

p M, F vermelden deze naam niet.

q F, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet

r F vermeldt deze naam niet; G: „Greit Wallens‟; M: „Walens‟; S: „Greit.‟

s F vermeldt deze naam niet.

t F vermeldt deze naam niet.

u D: dit is later toegevoegd.

v D: „Ruwerschure‟ doorstreept met superscript „Renescure‟; F: „Runerschure‟;G: „Ruweschure, Gallion

Renescure‟; K: „Ruwerschuer‟, met toevoeging door andere hand: „gallice Renescure‟; M: „Ruwerscure gallico

Renescure‟; S: „Ruuscheure.‟ w G vermeldt „Jehan‟ niet.

x G: „Jacques.‟

y Vermeld door F, K, M, S; N: „Jacobus de le Delft sive van der Delft.‟

z D: dit is later toegevoegd.

Page 81: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

81

1482 Jehan, seigneur de Morbekea

1483 Thiery de Haesbrouck

1484 Jehan de Staplesb

1486 Bauduin de Bavinchovec

1487 Jehan Lonisd

1488 Gilles Walinse

1489 Jacques et Christiaen de Vergelo,f freres

g

1490 Gilles Ghiselinh

1491 Jehan de Winnezeelei

1492 Henry de le Bryaerdej

1493 Pierre ouk de Coornhuuse

l

1494 Henry de Steenbeckem

1495 Ogier de Steenberghenn

1496 Francois et Hustin de Haveskercke, frereso

1497 Jacques de Waelscapellep

1498 Charle de Hondeghemq

1500 Ghilbertr de Zuutpienn

1501 Valentin et Guillaume de Zuutpene, freress

1502 Pierre de Penest

1503 Jehan de le Borreu

1504 Henry de le Torrev

1505 Gilles Hauweelw

1506 Hector du Brekinx

1507 Jacques de Cousencourt

fo 31 r.

a F: „Moerbeke.‟

b K: „Stapels.‟

c G: „Bruuchove.‟

d F vermeldt deze naam niet; K: „Loonis.‟

e F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

f S: „Viegelo.‟

g F vermeldt deze naam niet.

h F vermeldt deze naam niet.

i G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

j G, K vermelden deze naam niet.

k D: „Pierre ou‟ is doorstreept en vervangen door „Philippes.‟

l F: „Philippe de Coorenhuuse, Steenbeke, Westcapelle, Hondeghem, Zuutpeene‟; R: „Coorhuuse.‟

m F vermeldt deze naam niet.

n F vermeldt deze naam niet; G voegt deze naam samen met de vorige: „Henry et Ogier de Steenbeke‟; K: „Ogier

de Stenbeke‟; M, R, S: „Ogier de Steenbeke‟; N: „Rogerius de Steenbeke.‟ o F vermeldt deze namen niet.

p F vermeldt deze naam niet.

q F vermeldt deze naam niet.

r N: „Gerardus.‟

s D: deze regel is tussengevoegd; F vermeldt deze namen niet.

t D: deze naam is doorstreept; F, G, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

u F vermeldt deze naam niet; N: „Tauwe forte van der Tauwe.‟

v F vermeldt deze naam niet; G: „Touwe‟; K: „Jean de le Tauwe‟ met toevoeging van andere hand: „forte van der

Tauwe‟ en navolgend „Thierre de le Tauwe‟; M: „de le Tantre forte van der Tauwe‟; N: „Theodorus de le

Tauwe‟; R: „Jean de le Tauwe‟met navolgende naam „Thiery de le Tauwe‟; S: „Jean de le Tauwe‟ met

navolgende naam „Henry de le Tauwe.‟ w F vermeldt deze naam niet; G, K, M: „Trauweel.‟

x D: „Brekin‟ is doorstreept en vervangen door „Berquin‟; F: „de Berkin‟; G: „Becouin.‟

Page 82: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

82

1508 Philippes de Waterleeta

1509 Pierre de Waterleetb

1510 Clays, bastard de Morbequec

1511 Gadifer Walins

1512 George de la Clited

1513 Sohier le Stocke

1514 Rolland du Quesnoytf

1515 Jehan Vlaminckg

1516 Pieterh Walins

i

1517 Reyne Maesj

1518 Guillaume Thoreelk

1519 Gauthier de Castrel

1520 Charles de Quienvillem

1521 Mouroy le Cerfn

1522 Vincent de Cortewilleo

1523 Jehan de Hondeghemp

1524 Bauduin de Teteghemq

Lille

1525 Le seigneur de Wavrinr

1526 Le seigneur de Lannoys

1527 Le seigneur de Roubaist

1528 Le seigneur de Rosimbosu

1529 Le seigneur des Aubeauxv

1530 Le seigneur de Croisillesw

1531 Le seigneur de Santesx

1532 Le seigneur de le Hovardriey

1533 Le seigneur de Landasz

a G: „Watervliet.‟

b G, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

c F: „Clays de Moerbeke‟; G: „Clays, bastard de Moerbeke.‟

d Dit is de laatste naam die vermeld wordt door F.

e F vermeldt deze naam niet.

f K: „Quesnoy‟; F vermeldt deze naam niet.

g F vermeldt deze naam niet.

h G: „Philippe‟ met toevoeging van „et Ricque‟; K, M, N: „Rique [...]‟; Q, R vermelden „Reyne Maes‟ of

„Ricque‟ niet i F vermeldt deze naam niet.

j F vermeldt deze naam niet.

k F vermeldt deze naam niet; G: „Tirel‟; K, M, N, R, S: „Thirel.‟

l F vermeldt deze naam niet; G, K, M, N, R vermelden „de Straselle‟ en S: „Strazeele‟

m F, G, K, M, N, R, S vermeldt deze naam niet.

n F, G, K, M, N, R, S vermeldt deze naam niet.

o F, M vermelden deze naam niet.

p F, M vermelden deze naam niet.

q G: „Guilinden‟; K: „Quilinde‟; F, M, R, S vermelden deze naam niet; N: „de Que[...].‟

r F vermeldt deze naam niet.

s F vermeldt deze naam niet.

t F vermeldt deze naam niet.

u F vermeldt deze naam niet; G: „Rosiners.‟

v F vermeldt deze naam niet; G, K, N: „Obeaux.‟

w F vermeldt deze naam niet.

x F vermeldt deze naam niet; G: „Santers.‟

y F vermeldt deze naam niet.

z F vermeldt deze naam niet.

Page 83: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

83

1534 Le seigneur de Comminesa

1535 Le seigneur de Croixb

1536 Le seigneur d‟Anstaingc

1537 Le seigneur de Cauramesd

1538 messire Baudin de Lannoye

1539 Le seigneur de Hemf

1540 Le seigneur de Bondues, chevaliersg

Escuyers

1541 Pierre de Roubaish

1542 Jehan de Comminesi

1543 Hue de Hasmes,j seigneur de Bondues

k

1544 Jehan et George de Rosimbos, freres, alys Ramburesl

1545 Gringnaert de Landasm

1546 Jehan de Hingettesn

1547 Pierre de Fretino

1548 [Mahieu de la Madre]p

1549 Mahieu de Lannoyq

1550 Pierre de Lannoyr

1551 Jehan de Lannoys

1552 Jehan de Marchenellest

1553 Philips de Berniesu

1554 Anthone de Poucquesv

1555 Oste de Fosseuxw

1556 Baltazarx du Quesnoy

y

1557 [Pierre de Broukercke]a

a F vermeldt deze naam niet.

b F vermeldt deze naam niet.

c F, G, R vermelden deze naam niet.

d F, G, R vermeldt deze naam niet.

e F vermeldt deze naam niet.

f F vermeldt deze naam niet.

g D: een accolade duidt aan dat „chevaliers‟ op alle voorgaande namen betrekking heeft; F vermeldt deze naam

niet; h F vermeldt deze naam niet.

i F vermeldt deze naam niet.

j G: „Hughes de Hem‟; F vermeldt deze naam niet; K: „Hugues de Hem.‟

k F vermeldt deze naam niet; G: „Hughes de Hem‟; K, N, S: „Hugues de Hem,‟ zonder vermelding van „seigneur

de Bondues.‟ l D: „alys Rambures‟D: is toegevoegd in een kleiner handschrift; F vermeldt deze naam niet; G, K, M: „de

Rambures‟; N, R, S: „Rosimbos.‟ m F vermeldt deze naam niet; G, M: „Thibault‟; K: „Tibaut‟, N: „Theobaldus‟; S: „Thibaut.‟

n F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

o F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

p Deze naam is vermeld door G, K, N.

q F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

r F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

s Deze naam is vermeld door G, K, M, N, R, S vermeldt deze naam.

t G: „Merchenelle‟; K, M: „Marchenelle‟ met toevoeging door latere hand: „Il y avoit Mattenelle‟; R: „Jean de

Marchenelle, il y avoit Mattenelle‟; S: „Marchenelle‟ u F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

v F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

w F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

x G: „Roeland‟; N: „Mattenelles forte Marchenelle.‟

y K, M, N: „Roland du Quesnoit‟; R, S: „Rolandt du Quesnoy.‟

Page 84: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

84

1558 [Jean de Saint Omer]b

1559 [Jacques de Carnin]c

1560 Gilles de Douvrind

1561 Jehan de Douvrine

1562 Porins de Douvrinf

1563 Guillaume de Preneghemg

1564 Pierre de Preneghemh

1565 Le bastard de Wavrini

1566 Le bastard de Hasmesj

1567 Hubert Gommetk

1568 Bauduin Gommetl

1569 Gerard de Hocronm

1570 Jehan de Hocronn

1571 Percheval de Hocrono

1572 Philips de Rassep

1573 Arnoultq de la Haye

1574 Jehan des Wastines est Weytensr

1575 Jehan des Wastines est Porinss

1576 Galois des Wastinest

1577 Robert de Lannoyu

1578 Colart du Busv

1579 Jehan de le Vingnew

1580 Jehan, seigneur d‟Escamaingx

1581 Robert d‟Ablaing, d‟argent à 3 lions de sinopley

1582 Huez du Bois

1583 Le seigneur de Dauehaing, escuyeraa

1584 Jacques de Calonnebb

1585 Le seigneur de Bruyelle, escuyera

a Deze naam is vermeld door G, K, M, N, R, S.

b Deze naam is vermeld door G, K, M, N, R, S.

c Deze naam is vermeld door G, K, M, N, R, S.

d F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

e F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

f F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

g F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

h F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

i G: „Antoine, bastard de Baurin‟; K, M, R, S: „Antoine, bastard de Wavrin‟; N: „Antonius, bastardus de Wavrin.‟

j F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

k F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

l F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

m F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

n F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

o F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

p F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

q G: „Roeland‟, K, M: „Renault‟, N: „Renaldus‟; R: „Renaudt‟; S; „Regnaut.‟

r F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

s F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

t F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

u F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

v G, K, N, R, S: „du Bois‟

w F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

x F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

y F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

z G, K, M, N, R, S: „Antoine.‟

aa F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

bb F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

Page 85: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

85

1586 Le bastard de Hovardrieb

1587 Hues de Halewync

1588 Pouvins de Leauwed

1589 Jehan d‟Englose

1590 Rolant du Gardinf

1591 [Roeland de Croix]g

1592 Alart le Royh

1593 Jehan de Saint Aubyi

1594 Jehan le Boucqj

1595 Jehan du Forest k

1596 Loys du Forestl

1597 Robert du Chastelm

fo 31 v.

1598 Jehan d‟Escauberghesn

1599 Pierre de Tenremondeo

1600 Philippes Fremaultp

1601 Jehan et Guillaume de Rocquesq

En la seigneurie de Malines

Chevaliers

1602 Messire Jehan Baver

1603 messire Anthone de Aynghems

1604 messire Floris de Hemstelet

Escuyers

1605 Anthone Vlamyncku

1606 Arnoul de Voysdoncv

a F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

b F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

c Vermeld door K, M, N, R, S; G vermeldt „Servaes‟ als voornaam.

d F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

e F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

f G: „Jardin‟; K, M, R, S: „Gardin‟

g Deze naam is vermeld door G, K, M, N, R, S.

h F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

i D: „Auby‟ is doorstreept en vervangen door „Aubin‟; G, K, M, N, R, S: „Aubin.‟ Dit is de laatste naam die

vermeld wordt door G, K, M, N, R, S. j F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

k F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

l D: deze naam is gevolgd door een schets van een wapenschild, voorstellend een schuinbalk met links en drie

rechts twee stippen; F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet. m F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

n F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

o F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

p F, G, K, M, N, R, s vermelden deze naam niet.

q F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

r F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

s F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

t F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

u F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

v F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

Page 86: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

86

1607 Jehan de Schopfa

fin des deux vieux registres.

6. Een convocatielijst van de Vlaamse adel voor de generale statenvergadering van 1464

[A] ORIGINEEL: niet voorhanden.

Het origineel is vermoedelijk gebruikt als convocatielijst voor de generale statenvergadering van de

Bourgondische Nederlanden in 1464 en dus vermoedelijk opgesteld voor intern kanselarijgebruik.

B AFSCHRIFT Algemeen Rijksarchief Brussel, Staat en Audiëntie, nr. 1213, fo 44 v. - 45 r.

Een afschrift van [A] is bewaard in een papieren formulierboek dat zelf slechts gedeeltelijk bewaard is

gebleven (slechts fo

41 r. - 54 r.). Het bevat een volledig overzicht van alle leden van alle staten van de

Bourgondische landsheerlijkheden (slechts Lotharingen ontbreekt). Het document is ongedateerd, maar

op paleografische gronden in de zestiende eeuw te situeren. Deze lijst bevat 118 namen (83 voor het

graafschap Vlaanderen en 35voor de afzonderlijk vermelde kasselrij Rijsel).

UITGAVE

A W. Blockmans (ed.), „De samenstelling van de staten van de Bourgondische landsheerlijkheden

omstreeks 1464', Standen en Landen, 47, 1968, pp. 57-112.

Nota

De uitgave van Blockmans geeft een geannoteerde editie van de volledige convocatielijst met een

herkomstkritiek.63

Omwille van de volledigheid en vanuit de wens om een gebruiksvriendelijk overzicht te

bieden van alle bewaarde overzichten van de edellieden van het laatmiddeleeuwse graafschap Vlaanderen is

ervoor gekozen om hier een heruitgave van B aan te reiken van het overzicht van de Vlaamse adellijke stand (fo

44 v. - 45 r.) en de edelen van de afzonderlijk vermelde kasselrij Rijsel. Voor de talrijke activiteiten van Vlaamse

edelen in de statenvergaderingen als vertegenwoordigers van Vlaamse steden of in de statenvergaderingen van

andere gewesten blijft de uitgave van Blockmans aangewezen.

De door Blockmans aangereikte terminus post quem (het aantreden van Wouter vander Gracht als nieuwe heer

van de gelijknamige heerlijkheid op 13 september 1463) voor deze lijst kan wel aangescherpt worden. De in de

lijst vermelde „Bauduin, bastard, seigneur de Somirghem‟, ontving als bastaard van Filips de Goede op 14

februari 1464 de heerlijkheden Zomergem en Lovendegem van zijn vader.64

fo 44 v.

Nobles du pays de Flandres

1608 Monseigneur de Ravestain

1609 Monseigneur de Marle

1610 Messire Bauduin, bastard, seigneur de Somirghem

1611 Monseigneur de la Gruithusent

1612 Monseigneur de Beaugny

1613 Monseigneur deb Commines

1614 Messire Josse de Halewin, souverain bailli de Flandres65

1615 Messire Wouter de Halewin, seigneur de Borre

1616 Monseigneur de Halewin

1617 Monseigneur de Maldeghem

1618 Messire Christoffe Vilain

1619 Messire Ghuy de le Gype, seigneur de Denterghem

1620 Monseigneur le bastard de Bourgoigne

1621 Messire Guilleme, seigneur de Heult

a F, G, K, M, N, R, S vermelden deze naam niet.

b „Des‟: door latere hand doorstreept.

Page 87: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

87

1622 Messire Gaultier, seigneur de le Grach

1623 Messire Adryen de le Grach, son filz

1624 Messire Jehan de Halewin

1625 Jehan de Leverghem, escuyer

1626 Messire Jehan de Dadizelle

1627 Messire Rolant, seigneur de Pouckes, viscomte d‟Ypre

1628 Anthoine, seigneur de Derlicke

1629 Ector de Halewin, escuyer

1630 Jehan de Heule, seigneur de Lichtervelde, escuyer

1631 Messire Jaques de Heule, son filz

1632 Messire Felix de Gistelle

1633 Monseigneur d‟Yseghem, chevalier

1634 Loys Flandres, escuyer, bailli de Waze66

1635 Le seigneur d‟Axele, chevalier

1636 Le signeur de d‟Iscornay

1637 Monseigneur de Moerkerke

1638 Messire Charles de Flandres

1639 Jacques, seigneur de Dixmude, escuyer

1640 Messire Jehan de Baenst

1641 Jehan de Herzelles

1642 Cornille de le Barre, seigneur de Mosqueron

1643 Messire Rasse de Liekerke

1644 Messire Lievin Won Holle

1645 Messire Adrien de Clarout

1646 Messire Adrien de Werhout

fo 45 r.

1647 Messire Josse de Bailluel, chevalier

1648 Messire Jehan du Bos, bailly de Cassel

1649 Monseigneur de Steembecq

1650 Messire Robert de Lambist, chevalier

1651 Messire Piere le Cherf

1652 Elias de Castre, escuyer

1653 Messire Josse de Morbecke

1654 Jehan de le Briarde, escuyer

1655 Piere de Baillul, seigneur de Elle, escuyer

1656 Jaques et Tiery de Haesbourg, freres, escuyers

1657 Messire Piere Metteneye, escuyer

1658 Messire Estienene de Liekerke, chevalier

1659 Messire Loys d‟Escornay

1660 Jacques de Creyeghem, escuyer

1661 Philippe du Chigne

1662 Messire Gille Hagheline

1663 Messire Josse de Wassemire

1664 Le viscomte de Ghand

1665 Le seigneur de Duzeelle

1666 Le visconte du Furnes

1667 Messire Gerart de Creyghem

1668 Philippe d‟Escornay, escuyer

1669 George d‟Iscornay, escuyer

1670 Henry de Bie, escuyer

1671 Henry de Vues, escuyer

1672 Messire Omae de Crane, chevalier

1673 Guilleme du Bos et Guilleme, son filz, escuyers

1674 Monseigneur de Doinckem, chevalier

1675 Jehan du Cherf le joine, escuyer

Page 88: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

88

1676 Monseigneur de Havesteke, escuyer

1677 Messire Blaix Triest

1678 Messire Josse Triest, chevalier

1679 Monseigneur de Pamele

1680 Messire Daniel de Morkerke, seigneur de le Merwede

1681 Guilleme et Jehan de Cornhuse, freres, escuyers

1682 Jehan de le Booedt, escuyer

1683 Le bastart du Brequin

1684 Messire Jehan de Hoynide

1685 Messire Josse de Heughem, chevalier

1686 Jehan de Henthin

1687 Piettre Bladelin

1688 Guilleme de le Chambre, escuyer

1689 [...]

fo

46 v.

Nobles de la chastellenie de Lisle

1690 Monseigneur Jacques de Saint Pol

1691 Monseigneur de Fiennes

1692 Monseigneur d‟Anthoinga

1693 Le signeur de Wavrin

1694 Le signeur de Forestel

1695 Le signeur de Santes

fo

47 r.

1696 Le signeur de Croisilles

1697 Le signeur de Roubaix

1698 Le signeur de Saint Venant

1699 [...]

fo

48 r.

1700 Le chastellerie de Lisle67

1701 [...]

Nobles

Les quattres haulx justiciers

1702 Monseigneur de Saint Pol

1703 Monseigneur le seneschal de Haynnau

1704 Messire Urbain, seigneur de Wavry

1705 Messire Jehan, seigneur de Communs

1706 Messire Piere, seigneur de Roubaix

1707 Messire Jehan, seigneur de Croix

1708 Messire Walleran, seigneur de Landas

1709 Messire Jehan, seigneur de Hem et des Obeaux

1710 Monseigneur de Croissilles, chevalier

1711 Messire Jehan de Waucrin, seigneur du Fo

a Een accolade verbindt de eerste 3 namen en vermeldt „cousins.‟

Page 89: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

89

1712 Messire Anthoine de Verguigneul, seigneur de Beaufremez

1713 Messire Piere de Miraumont, seigneur de la Boutillerie

1714 Monseigneur de Halennes, chevalier

1715 Messire Jehan de Hinguettes, signeur de Fretin

1716 Messire Jehan, seigneur de Molinguehem

1717 Monseigneur de Scaubourg

1718 Piere de Fretin, seigneur de Peronne

1719 Anthoine, seigneur de Rosimbos

1720 Luuc de Hem, seigneur de Foricreulles

1721 Bauduin de Croix

1722 Jehan, signeur de Heingnies68

1723 Le signeur d‟Ostrrees

7. Een lijst van edelen en regionale ambtenaren uit het graafschap Vlaanderen in februari 1481 n.s.

[A] ORIGINEEL niet voorhanden

Dit was een verloren gegaan administratief document dat een overzicht gaf van de edelen en

voornaamste ambtenaren van het graafschap Vlaanderen in februari 1481. De precieze oorsprong van

het document is onzeker. De voornaamste mogelijkheden zijn de kanselarij van Vlaanderen-

Bourgondië, de Grote Raad, de Raad van Vlaanderen of de Rijselse rekenkamer. Het is ook mogelijk

dat dit document opgesteld is door de Drie Leden van Vlaanderen (Gent, Brugge en Ieper) die na 1477

voor enkele jaren vele bevoegdheden van de Bourgondische staatsinstellingen in het graafschap naar

zich toetrokken.

B AFSCHRIFT Koninklijke Bibliotheek Brussel, Hss. 20642-20668, fo 102 v. - 106 r.

Dit afschrift is afkomstig uit de autografe aantekeningen van Filips Wielant, de bekende Vlaamse jurist,

die hij maakte als voorbereiding van diens werk „Recueil des Antiquitez de Flandres.‟69

Deze codex

(179 folio‟s; het papier dateert uit de jaren 1468-1474) is beschreven door 3 handen, waarvan Wielant

de derde was. Het in de codex opgenomen afschrift is in zijn hand geschreven.70

Deze lijst van 192

namen is niet opgenomen in Filips‟ uiteindelijke werk. Er moet opgemerkt dat de lijst geen titel heeft.

Er worden slechts voor Gent, Ieper en Brugge en de ommelanden van de drie Vlaamse hoofdsteden een

reeks namen gegeven (impliciet een opsomming van edelen), gevolgd door een aantal vorstelijke

ambtenaren in die regio. Deze lijst geeft de namen van 143 edellieden met 49 ambtenaren. Ook de

namen van de ambtenaren zijn in de uitgave weerhouden, omdat velen van hen de riddertitel droegen

(en dus van adel waren) en de gecombineerde opsomming van edellieden en baljuws een essentieel

element is voor de correcte interpretatie van dit document als een militaire bron (cfr. Inleiding). Wielant

zelf geeft geen enkele informatie over de herkomst en functie van deze lijsten. Hij heeft het afschrift en

zijn andere aantekeningen gemaakt tussen 30 november 1498 en 24 maart 1500, dus tenminste

zeventien jaar na het origineel, dat de situatie van februari 1481 weergaf. De afwezigheid van

doorhalingen en de opvallende in het Latijn opgestelde datering wijzen erop dat Wielant zich gebaseerd

heeft op een document uit de administratie van de vorstelijke staat of van de Drie Leden. Hij had

toegang tot al deze instellingen. In 1478 en de navolgende jaren tot en met 1481 was hij immers

ontvanger van het Brugse Vrije, terwijl hij in de jaren 1498-1500 (dus tijdens de redactie van zijn

aantekeningen) raadsheer was in de Grote Raad.

fo 102 v.

Te Ghend ende int Ghendssche

Actum mense februarii annoa M

o. CCCC

o. LXXX

o

1724 Jan de Melun, buerchgrave van Ghend, die den standaert draghen moetb

1725 Hughen de Melun, zijn zone

a Doorstreept: „LXXX‟

b Elke naam wordt voorafgegaan door het opsommingsteken „+‟ wat echter zeker geen overlijden van de

vermelde persoon aanduidt.

Page 90: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

90

1726 Mer Pieter van Luxenborch, grave van Saintpol etc., heere van Duunkerke, van Borborch, van den

lande van Roden, van Bornem, van den tol van Brugghe, van Ghistele, van Ghisen etc.

1727 Mer Jan van Luxenborch, heere van Zotteghema van Scorisse ex parte uxoris eius

1728 Mer Jacop van Luxenborg, heere van Fiesnes, van Vyane etc.

1729 Mer Phelips van Bourgoignen, mer Anthoine zone, heere van Bevere

1730 Min heere van Laval, heere van Gavere

1731 Mer Wolfaert van Borsele, heere van der Vere, grave van Bochem ende van Grantpré, heere van

Heemstede etc.

1732 Mer Jacop, heere van Mastaing,71

van Haishove, van Massemine etc.

1733 Mer Joost de Lalaing, heere van Montigny, Nederbrakele, Paerke, Salaerdinghe etc.

1734 Min heere den hertoghe van Cleven, heere van Inghelmunstre etc.

1735 Mer Phelips van Lannoy, heere van Dronghene

1736 Mer Jan Tollin, buerchgrave van Aelst

1737 Mer Godevaert Vilain, heere van Huusse, Borchiene, Zwijndrecht etc.

1738 Mer Wouter, heere van der Gracht, van Morslede etc., capitain van den casteele van Curtrike

1739 Mer Wouter van der Gracht, zijn zone, heere van Vollandreb

1740 Mer Willemc, heere van Huele, van Leeuwerghem, van Zelene ende van Cruusparc

1741 Mer Jan, heere van der Vichten, ervachtich marscalc van Vlaenderen

1742 Mer Roelant, heere van Pouke, van Tomme ende van Winghene

1743 Mer Adriaen, heere van Vuerhoute

1744 Mer Jan, heere van Dudzeele, heerd

1745 Mer Wencelin, heere van Zandberghe

1746 Mer Jacop van Halewin, heere van Zweveghem, van Rosbeke, van Meerkem etc.

1747 Mer Jan van Stavele, heere van Yseghem

1748 Mer Arnout van Scorisse, heere van Nokre

1749 Mer Adriaen van der Gracht, heere van Scardau

1750 Mer Daneel van Herseele, heere van Lielaer

1751 Mer Phelips van Digone, heere van Heyne, beer van Vlaenderen72

fo 103 r.

1752 Mer Jacop van der Hameyde, heere van Ronsse

1753 Mer Raesse van Liedekeerke

1754 Mer Adriaen Vilain, heere van Raesseghem, van Calkene etc.

1755 Mer Joos van Ghistele, heere van der Moere

1756 Mer Adriaen van Ravescote

1757 Mer Roelant de Baenst

1758 Mer Willem van Berchem

1759 Mer Hendric van Renesse

1760 Mer Clais van Reymerswale73

1761 Mer Gheraert Triest

1762 Mer Jan van Vaernewijc, heere van Exaerden

1763 Mer Maillart du Bacq, heere van Relenghes

1764 Mer Wijt van der Zipe, heere van Dentreghem

1765 Mer Jacop du Vinage, heere van Perenchies

1766 Mer Joos Blondeel, heere van Pamele, beer van Vlaenderen

1767 Mer Perchevael van Heemsrode

1768 Mer Jan van Cohem, heere van Axele

1769 Mer Anthonis, bastaerd van Brabant, heere van Crubeke

1770 Mer Phelips Vilain

a Superscript: „ende.‟

b Mogelijk ook Zelem.

c Superscript: „Boetelin.‟

d Deze naam is doorstreept. Deze man overleed in oktober 1481, wat suggereert dat het origineel een tijdlang is

bijgehouden.

Page 91: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

91

1771 Jan van Bochoute, heere van den lande van Boulaer, beer van Vlaenderen

1772 Jan van Vaernewijc, heere van Bost

1773 Phelips van der Zickelen, heere van Nazareth

1774 Phelips uuter Zwane, heere van Wackene

1775 Jan van Claerhoud, heere van Pitthem, van Coolscamp, van Hardoye etc.

1776 Cornelis van den Barre, heere van Mosschroen

1777 Jan van der Kethulle, heere van der Haverie ende in Deerlike

1778 Meester Phelips Wielant, heere van Landreghem

1779 Jan Wielant, heere van Scoppeghem

1780 Robrecht van Rokeghem

1781 Olivier van Hembise, heere van Obbrakele

1782 Ogier van Massemine, heere van Overmeere

1783 Matheeus Scaec, heere van den Hamme

1784 Colaert van Coeyghem

1785 Gheeraert van Coyehema

fo 103 v.

1786 [...]b

1786 Rikewaert van der Gracht, heere van Zinnebeke

1787 Meester Jan van der Gracht, heere van Melsene

1787 Ghiselbert van der Gracht

1788 Adriane van der Gracht, vrauwe van Westoutere

1789 Willem van Stavele

1790 Jan van Halewin, Perchevaels zone

1791 Phelips van Scorisse

1792 Godefroy van Scorisse, heere van Zandvoorde

1793 Joose Triest

1794 Perchevael Triest

1795 Karele van Halewin, bastaerd van Bugghenhout

1796 Jooris van der Moere, heere van Laerne

1797 Geraert, heere van Axpoele

1798 Janc van Pooteelet, heere van Eeke

1799 Meester Pieter de Wale, heere van Hansbeke, ex parte uxoris

1800 Jan Hauweel, heere van Avesote in Lembeke

1801 Vrauwe Beatrice van den Rine, vrauwe van Zwevezeele

fo 104 r.

Officiers int Ghendsschen

1802 Mer Jacop van Ghistele, heere van der Moten, souverain bailliu van Vlaenderen74

1803 Mer Jan,d heere van Dadiseele, hoochbailliu van Ghend

75

1804 Jan van Pottelsberghe, onderbailliu van Ghend76

1805 Jan van Nieuwenhove Michielszone, watergrave van Vlaenderen77

1806 Roelant le Fevere, ontfanghere generael van Vlaenderen78

1807 Mer Jan van Formelis, bailliu van der Oudtbuerch79

1808 Jan,e heere van der Walle, hoochbailliu van Curtricke

80

1809 Willem van der Woestine, onderbailliu van Curtricke

1810 Mer Wouter, heere van der Gracht, capitaine van der casteele van Curtricke81

a Doorstreept: „seigneur‟, met toevoeging van dezelfde hand: „heere van Pech.‟

b Doorstreept: „Officies int Ghentsschen.‟

c „Jan‟ is doorstreept, gevolgd door superscript „Anthonis.‟

d Doorstreept: „van Dud.‟

e Doorstreept: „Dauye‟ (onzekere lezing door doorhaling.)

Page 92: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

92

1811 Mer Pieter van Lannoy, hoochbailliu van den lande van Aelst82

1812 Jacop de Heere, bailliu van Vierambochten83

1813 Jan van Douvrin, bailliu van Audenaerde84

1814 Pieter Metteneye, capitaine van den casteele van Audenaerde85

1815 Jacop Donce, bailliu van Dendermonde86

1816 Jacop van der Moere, bailliu van den lande van Waes87

1817 Mer Jooris van Scorisse, heere van Muelenbeke, bailliu van Thielt88

1818 Colaert van Halewin, heere van Olsene, bailliu van Doinze ende van Peteghem89

1819 Roelant van Anvain, capitaine van den casteele van Peteghem binnen Audenaerde

1820 Joos de Baenst, capitaine van den casteele van Biervliet90

1821 Mer Jacop de Gouy, capitaine van den casteele van Rupelmonde91

1822 Mer Adriaen van Vuerhoute, capitaine van den casteele van Saeftinghe

1823 Jan van Fretin, bailliu van Meenen92

1824 [...],a bailliu van Weerveken

b93

1825 Jacop van der Straten, ontfanghere van den casselerie van Audenaerde

1826 Willem de Coninc, bailliu van Haerlebeke94

ende ontfanghere van den casselrie van Curtricke

fo 104 v.

Te Brugghe ende int Brugssche

1827 Mer Lodewijc van Brugghe, heere van Gruuthuse, prince van Steenhuse, grave van 1828 Winchestere,

here van Avelghemc, van Orscamp etc.

1829 Mer Lodewijc van Vlaendren, heere van Praet

1830 Mer Lodewijc, zijn zone

1831 Mer Jan van Brugghe, heere van Spiere, svoorseits mer Lodewijcx zone

1832 Jan van der Gruuthuuse, seneschal van Anjoud95

1833 Mer Jacop van Ghistele, heere van Dudzeele

1834 Mer Karele van Halewin, heere van Uutkerke

1835 Mer Archebout van Aveskeerke, heere van Dixmude

1836 Mer Jacop van Huele, heere van Lichtervelde

1837 Mer Jan de Baenst, heere van Sent Jooris

1838 Mer Jan de Baenst, heere van Lembeke

1839 Mer Joos van den Berghe, heere van Watervliet

1840 Mer Daneel van Moerkerke, heer van den Merwede, buerchmeestre van den Vryen96

1841 Mer Willem van Grijspeere, heere van Edeghem97

1842 Mer Cornelis van Boonem

1843 Mer Lodewijc de Baenst

1844 Mer Ancelmus Adorne

1845 Mer Joos van Varssenare

1846 Mer Adriaen van Haveskeerke

1847 Mer Jacop de Voocht

1848 Mer Phelips van Huerne, heere van Hondscote, burchgrave van Berghen etc.

1849 Mer Adolf van Cleven, heere van Ravestein etc., heere van Beselaere, van Winendale

1850 Mer Jooris Ghiselin, heere van der Bolle98

1851 Mer Lodewijc de Crane

1852 Jan de Baenst mer Jans zone, heere van Sent Jooris

1853 Meester Jan le Gros, tresorier van den orde van der toyson99

1854 Adriane van Stavele, burchgraefnede van Vuerne, vrauwe van Crombeke

1855 Martin Lem, buerchmeester van Brugghe100

a Deze naam was blanco gelaten en door eenlatere hand ingevuld: „Jan van [...]‟ (de familienaam was

onleesbaar). b Deze naam is doorstreept.

c Doorstreept: „etc.‟

d Deze regel is door dezelfde hand later tussengevoegd.

Page 93: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

93

1856 Jan, heere van Heys, erfachtich marscalc van Vlaendren

1857 Min vrauwe van Watene, buerchgraefnede van Roesselare

fo 105 v.

Officiers int Brugssche

1858 Mer Roelant van Halewin, bastaerd, bailliu van Brugghe101

1859 Mer Anthoine van der Vichte, heere van Nieuwenhove, scouteet van Brugghe102

1860 Mer Joos de Lalaing, capitaine van den casteele ter Sluus103

1861 Jan de Voocht, capitaine van den torre van Bourgoignen ter Sluus

1862 Charles van Halewin, capitaine van Berghen

1863 Mer Daneel van Moerkerke, capitaine van Berchambacht ende van Vuernambachta

1864 Mer Jooris van Scorisse, capitaine van den lande vanden Vryen104

1865 Mer Arnoud van Huerne, heere van Brimeu, capitain van der Nieuwpoort

1866 Simon van Drincham, bailliu van Vuerne ende Vuernambacht105

1867 Joos van Halewin, bailliu van der Sluus106

1868 Mer Joos van Varssenare, bailliu van den watre

1869 [...],b bailliu van den Houdsschen

107

1870 Martin van Halewin, bailliu van Oostende108

1871 Jan de Vos, bailliu van Ardemburch

1872 [...],c bailliu van Oudembuerch

109

1873 Jan Reverday, bailliu van Eeclo, Caprike ende Lembeke110

1874 Hendric van der Camere, bailliu van Thorout ende van Winendale

1875 Joris van den Burch, ontfanghere van Vuernambacht

Officiers int Yperssche

1876 Mer Joos Cortewille, heere van Reyninghelst, hoochbailliu van Ypre111

1877 Oreit van Scoten, bailliu van den zale tYpre112

1878 Baudrain, heere van den Torre, hochbailliu van Cassele

1879 Jan Massiet, ontfanghere ter Cassele

1880 Cornelis Veranneman, bailliu van Oostyperambocht113

1881 [...],d bailliu van Weerveke

114

fo 106 r.

tYpre ende int Yperssche

1882 Mer Jan van Vlaendren, heere van Drincham

1883 Mer Lodewijc van Halewin, heere van Peene

1884 Mer Phelips van Comene, heere van der Ruwerscuere115

1885 Mer Jan van Halewin, heere van Boesinghe

1886 Mer Colaert van Halewin, zijn zone

1887 Mer Joos van Sentomaers, heere van Moerbeke

1888 Mer Jacop van Ghistele, heere van der Mote

1889 Mer Robrecht van Lombise, heere van Caestre

1890 Mer Karels van Vlaendren

1891 Mer Jan van Lichtervelde, Victors zone

1892 Mer Oudaert van Renty, heere van Hondeghem ex parte uxoris

1893 Mer Hector, heere van Hoolbeke

1894 Mer Jan van der Viesville, heere van Anvain

a Deze regel is doorstreept.

b Naam niet ingevuld.

c Naam niet ingevuld.

d Naam niet ingevuld.

Page 94: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

94

1895 Charles Hughonet, buerchgrave van Ypre, heere van Middelbuerch

1896 Andries van der Woestene, heere van Beselaere

1897 Anthonis van den Houte, heere van Vleterne ende van Straseele

1898 Willem, heere van den Houte

1899 Mine vrauwe van Valmerbeke, Jans van Dixmude wijf

1900 Meester Joos Gilloen, heere van Coyeghem

1901 Meester Pauwels de Baenst, heere van Voormezeele, ex parte uxoris

1902 Jan, heere van Doingnies ende van Watene

1903 Jacop van Haesbrouc, heere van Oflande

1904 Meester Anthonis Haneron, heere van Steenvoorde

1905 Heudin van Belle, heere van Zoeterstede

1906 Anthonis de Elslande, heere van Winnezeele, ex parte uxoris

1907 Adriane van Halewin, vrauwe van Borre

1908 Pieter van Belle, heere van Eeke in Casselambacht

1909 [...],a vrauwe van Elverdinghe, van Vlamertinghe etc.

1910 Olivier van Vergelo, heere van Vlenerhoute

1911 [...]b van Staden

1912 Joos van der Poorte, heere van Morslede

1913 Jooris, heere van Halewin

1914 Vrauwe Janne van der Clite, vrauwe van Comene

1915 Robrecht van Scoonevelde, heere van der Potterie in Waestene

a Naam niet ingevuld.

b Naam niet ingevuld.

Page 95: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

95

NAAMINDEX

[…] (Coppin), 323, 500, 1326, 1689, 1699, 1701, 1786, 1824, 1872, 1881, 1909, 1911

[…] (Gilles d), 418, 496, 497

A, zie Aa

Aa, A (Jan van), 152 ; (Jehan van der), 839

AALST, Aelst, Alost, Allost, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst ; -

baljuw van, 1811 ; – burggraaf van, 44, 838, 1132, 1736 ; - heer van, 665

AALST, LAND VAN, lande van Aelst, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst

; – opperbaljuw van het, 1811

AARDENBURG, Ardemburch, Nl., oud. gem., prov. Zeeuws-Vlaanderen, gem. Sluis ; – baljuw van, 1871

ARDOOIE, Hardoye, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt ; – heer van 1775

Aartrijke, Aertrycke, Articre, Artrique (Jehan d‟) ; 650 (Jehan de), 1231 ; (Ph(ilipp)e d‟), 487

Abeele (Jehan van den), 841

Ablaing (Robert d‟), 1581

Ackere – heer van 1163 ; (Oreyt de le), 1469

Adorne (Ancelmus), 1844

Andrieu (Jehan), 612

Aefskerke, zie HAVESKERKE

Aerseele (Roegier van), 684

Aertrycke, zie Aartrijke

AISHOVE, Haishove, heerlijkheid in de gem. Kruishoutem, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde ; – heer

van, 1732

Akel (Jehan), 1367

Akere, zie Akel

Aket, Aquet (Colard), 317 ; (Jehan), 595 ; (Pertre), 593

Aksel, zie AXEL

Alap (Pertre), 518

Allost, zie AALST

Alost, zie AALST

Amerycke (Henry de), 1078

Amougie, zie AMOUGIES

AMOUGIES, Amougie, Amougyes, B., oud. gem., prov. Henegouwen, arr. Doornik, gem. Mont de l‟Enclus ; –

heer van, 1129

Amougyes, zie AMOUGIES

Anghereel, Hanghereel (Gilles d‟), 1139 ; (Jehan), 1186

ANJOU, hertogdom in F.; – seneschalk van, 1832

Anseel (George), 1477

ANSTAING, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1536

ANTOING, Anthoing, Antoeng, Antoing, B., prov. Henegouwen, arr. Doornik ; - heer van, 1127, 1692 ; (Heinric

van), 11

Anthoing, zie ANTOING

Antoeng, zie ANTOING

ANVIN, Anvain, Anvaing, F., dept. du Pas de Calais, arr. Arras ; – heer van, 1894 ; (Andrieu d‟), 1211 ; (Roelant

van), 1819

Anvain, zie ANVIN

Anvaing, zie ANVIN

Aquet, zie Aket

Arcie (Jehan d‟), 178

Ardemburch, zie AARDENBURG

Arents (Symon), 1120

Articre, zie Aartrijke

Artrique, zie Aartrijke

Assche (Robbrecht van), 156 ; (Robert d‟), 881

Assche, zie ASSE

Asschen, zie ASSE

Page 96: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

96

ASSE, Assche, Asschen, Asse te Deerlijk, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk; - heer van, 156

Assenere (Baudin d‟), 590

AUBEAUS, Aubeaux, heerlijkheid in de gem. Lens, F., dept. du Pas de Calais, arr. Lens; – heer van, 1529

Aubeaux, zie AUBEAUS

Audenaerde, zie OUDENAARDE

Audenarde, zie OUDENAARDE

Aultryve, Outerive - kinderen van, 715 ; (Jehan d‟), 869 ; (Pierre d‟), 1276 ; (Wulfaert d‟), 1276

AVELGEM, Avelghem, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; – heer van, 1828

Avelghem, zie AVELGEM

Aveskeerke, zie HAVESKERKE

AVESCHOOT, Avesote in Lembeke, heerlijkheid in de oud. gem. Lembeke, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Eeklo,

gem. Kaprijke ; - heer van, 1880

Avesote, zie AVESCHOOT

AXEL, Aksel, Axele, Axelles, Nl., prov. Zeeland ; - Gillard, bastaard van, 1161 ; – heer van, 9, 324, 796, 1635,

1768 ; (Guerin d‟), 329 ; (Philippes d‟), 797

Axele, zie AXEL

Axpoele (Ghuerard d‟), 766

AXPOELE, heerlijkheid in de gem. Ruiselede, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt ; – heer van, 875, 1797

Aynghem (Anthone de), 1603

B[…]quaert (Jehan), 499

Bacq (Maillart du), 1763

Baenst, Banest (Anthone de), 502, 1309 ; (Guy de), 1309 ; (Jan de), 1837, 1838 ; (Jan de, zijn zoon), 1852 ;

(Jehan de), 501, 753, 943, 1309, 1640 ; (Joos de), 1820 ; (Lodewijc de), 1843 ; (Marie de), (Olivier de), 1309 ;

(Pauwels de), 1901 ; (Philippes Tollins de), 799 ; (Roelant de), 1757 ; (Tollin de), 838

Bailleul, Bailluel, Baillul (Jehan de), 327 ; (Josse de), 1647 ; (Louys de), 1328 ; (Pierre de), 768, 1528, 1655 ;

(Sohier de), 767

bailliu van den watre, zie waterbaljuw

Bailluel, zie Bailleul

Baillul, zie Bailleul

Bambeke (Galois de), 770 ; (Jan van), 112

Banement (Robert de), 366

Banest, zie Baenst

Bannieque (Galoys de), 519

Bare, Barre (Cornelis de le), 1642, 1776 ; (Tiercelet de le), 705, 1255

Barnage, zie Bernage

Bastaard, Bastaerd, Bastaert (Jan-Fer de), 122 ; (Lodewijc de), 23 ; (Pieter de), 149

Bastaerd, zie Bastaard

Bastaert, zie Bastaard

Baudrenghien (Ernoul de), 253 ; (Henry de), 251

Bauront (Baudin de), 334

Bave (Jacques de), 477 ; (Jehan), 1602

Bavelaere, zie Bavelare

Bavelare, Bavelaere (Christoffle de), (Jehan de), 1394 ; (Olivier de), 769, 1393, 1394

Bavencove, zie BAVIKHOVE

BAVIKHOVE, Bavencove, Bavinchove, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk – heer van, 1260 ; (Baudin de),

551, 1486

Bavinchove, zie BAVIKHOVE

Beaucamp (Martinet de), 206

BEAUFREMEZ, heerlijkheid in de gem. Linselles, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1712

BEAUGNY – heer van, 1612

Beauval (Basin de), 972

Becelaere, zie BESELARE

Behont (Robert de), 503

Bele, zie Belle

BELLE, Bailleul, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, F., dept. du Nord, arr. Duin-kerke; – heer van

Belle (Carle de), 534 ; (Clais), 105 ; (Clayze), 397 ; (Danckaert), 1446 ; (France van), 162 ; (Fransse), 491 ;

(George), 415 ; (Henry), 545 ; (Heudin van), 1905 ; (Hustyn), 1337 ; (Jan), 161 ; (Jehan), 492, 1436 ; (Joris), 160

Page 97: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

97

; (Laurens), 414 ; (Lyonnel), 1303 ; (Montfrant), 1433 ; (Pierre de la), 603 ; (Pierre de), 933 ; (Pieter van), 1908 ;

(Pieters van), 17 ; (Rique), ; (Walrave), ; (Willem), 1435 ; (Wyd), 1371

Bellot (Jehan), 368

Bellout (Guillaume), 571

Benseele (Diederic van), 157

Berchem (Willem van), 1758

Bergen, zie SINT-WINOKSBERGEN

Berghe, Berghen, Berghes (Achilles de le), 1339 ; (Archilles van den), 762 ; (Hector de le), 1177 ; (Jehan de le),

; (Joos van den), 1839 ; (Josse de le), 1301 ; (Louys de le), 459 ; (Vlaminck de), 975

Berchambocht, zie SINT-WINOKSBERGEN-AMBACHT

Berghen, zie SINT-WINOKSBERGEN

Berghes, zie SINT-WINOKSBERGEN

Berghes St Winocx, zie SINT-WINOKSBERGEN

Bernage, Barnage, Bornaige (Jan), 45 ; (Jehan), 418, 732, 876, 1238 ; (Sohier), 851

Bernard (Waultier), 437

Bernes (Adriaen de), 1395

Bernies (Philips de), 1553

BERQUIN, Brequin, heerlijkheid in de gemeenten Vieux-Berquin of Neuf-Berquin, F., arr. Duinkerke, dept. du

Nord ; – bastaard van, 1683

Berst (Philippes de le), 918 ; (Riquaerd van der), 117

Bertram (Gilles), 1093

Berwaen (Jacques de), 1000 ; (Jan), 1000

Beselaere, zie BESELARE

BESELARE, Becelaere, Beselaere, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Zonnebeke ; – heer

van, 710, 1450, 1849, 1896

Bette (Symoen), 1024

Beukemare (Daneel de), ; (Philips van), 78

Bevelare (Amand), 337

Bevere (Jacques de), 1283

Bevere, zie BEVEREN

BEVEREN, Bevere, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Sint-Niklaas; – heer van, 1729

Beyaert (Henry), 1102

Bie (Henry de), 1670

Biere vel Bierne (Lauryns de), 951

Bieres (George de), 1397

BIERVLIET, Nl., oud. gem., prov. Zeeland, gem. Terneuzen ; – kasteel van, 1820

BIESE, zie: WIEZE

Bieze (Rique), 458

Birent (Hoste du), 330

Blaesvelt (Cornille de), 1185 ; (Jehan de), 1190 ; (Louys de), 1189

Bladelin (Piettre), 1687

Blanc (Loys le), 619

Blanchetrain (Jehan), 191

Blanckaert, zie Blankaert

Blankaert, Blanckaert, Blanquaert (Jan), 168 ; (Jehan), 751, 1289 ; (Wouter), 752

Blandain (Mahieu de), 369

Blandermonstre (Wautier), 349

Blanquart, zie Blankaert

Blanstrain (Arnoul), 1216

Blequin (Willem de), 444

Blomme (Wautier), 742

Blondeel, Blondel (Joos), 1766 ; (Oudart), 678

Blondel, zie Blondeel

Bocaet, Boeran (Robert), 1165

Boccart (Jehan), 701

Bochem, zie BUCHAN

Bockaet (Reynier), 1116 ; (Simon), 1115

Page 98: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

98

Bochoute, Bouchaute (Daneel de), 1012 ; (Jan van), 1771

Boelaer, zie BOELARE

Boelaere, zie BOELARE

Boelers, zie BOELARE

BOELARE, Boelaere, lande van Boulaer, Boulers, heerlijkheid in de gem. Geraardsbergen, B., prov. Oost-

Vlaanderen, arr. Aalst ; -heer van (Pierre de), 1141, 1771

BOELARE, LAND VAN, lande van Boulaer, zie BOELARE ; – heer van het, 1771

Boelers, zie BOELARE

Boulers, zie BOELARE

Boeran, zie Bocaet

Boesinghe, zie BOEZINGE

Boetelin, Botelin (Jehan), 1245 ; (Roeger), 65 ; (Rogier), 865, 1244 ; (Sohier),

BOEZINGE, Boesinghe, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Ieper ; – heer van, 764, 1433,

1885

Bogde (Eboudt de le), 1376 Bois (Charles du), 529 ; (Havel du), 524 ; (Hue du), 1582 ; (Jehan du), 568, 1479 ; (Robin du), 259 ; (Rolland

du), 514 ; (Thierry du), 523

BOLLE – B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge; heer van - , zie Ghiselin

BONDUES, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1850

Bone (Gadiffer), 507

Booedt (Jehan de le), 1682

Boonem, Boonen (Cornelis van), 1842 ; (Jehan de), 1313

Boonen, zie Boonem

Boonin (Jehan), 1304

Borborch, zie BROEKBURG

Borchiene, zie BORCHT

BORCHT, Borchiene, de heerlijkheid Borcht en Zwijndrecht, B., prov. Antwerpen, arr. Antwerpen ; – heer van,

1737

Borluut (Gheerom), 1019

Bornaige, zie Bernage

BORNEM, B., prov. Antwerpen, arr. Mechelen ; – heer van, 1726

BORRE, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 955 ; – vrouwe van, 1907

Borre (Gilbert de), 956 ; (Jehan de le), 1503

Borsele (Heinric van), 140 ; (Jan van), 141 ; (Wolfaert de), 922 ; (Wolfaert van), 1731

Bos, Boz (Guerat du), 204 ; (Guilleme du), 1678 ; (Jehan du), 1648 ; (Wilement du), 285

Bossche (Adriaen de le), 1225; (Daniel de le), 1225; (Gilles de le), 1124; (Jehan van den), 852; (Pierre de le),

1123; (Pieter van den), 1063

BOST, heerlijkheid in de oud. gem. Roborst, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Zwalm ; – heer

van, 978, 987, 1772

Botelin, zie Boetelin

Bouchaute, zie BOEKHOUTE

Boucq (Jehan le), 1594

Boudins (Jacques), 1295 ; (Jehan), 1356

Boulaer (Simon de), 1086

Bourbourg, zie BROEKBURG

Bourg (Jacques le), 1350

Bourgoigne, zie BOURGONDIË

Bourgoignen, zie BOURGONDIË

Bourgois (Clays le), 353

Bourgoignen (Phelip van), 1276 ; (Anthoine van), 1356

BOURGONDIË, Bourgoigne, Bourgoignen, hertogdom in F.;– de bastaard van, 1620

Bourse (George de le), 657

Bousart (Hugue), 648

Bousse (Jehan), 1347

BOUTILLERIE – heer van, 1713

Bouverie (Jehan de le), 1152 Bovenkercke, Bovequerque (Casin de), 1319 ; (Henry de), 318

Page 99: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

99

Bovequerque, zie Bovenkerke

Boz, zie Bos

BRABANT, hertogdom – bastaard van, 1769

Bracle, zie BRAKEL

Braderic (George), 1059 ; (Jacop), 694 ; (Joris), 85, 694 ; (Rogier), 1060

Braem (Baudin), 1016 ; (Godewaert), 1062

BRAKEL, Bracle, Brakele, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde ; – heer van, 677 ; - heer van het bos,

1229

Brakel (Adrien de), 1230 ; (Bernaerd de), 1068 ; (Gillis de), 1289 ; (Olivier de), 1001

Brakele, zie Brakel

Brande (Rogier de le), 1260 ; (Willem de le), 605

Brantin (Arnoul), 480 Brequin, zie BERQUIN

Brekin (Aleames van), 128 ; (Hector du), 1506

Breuc (Bauduin du), 402

Briarde, Bryaerde (Henry de le), 1492 ; (Jehan de le), 1654

Bride (Josse), 1442 ; (Josse de jonge), 1443 ; (Roelant), 1444

Brimeu, zie BRIMEUX

BRIMEUX, F., dept. Pas-de-Calais, arr. Montreuil-sur-Mer ; – heer van, 1865

BROEKBURG, Borborch, Bourbourg, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke –

heer van, 1726

Broekkerke, Brouckercke, (Guillaume de), 1389

Broucke (Sohier de le), 937

Brouckercke, zie Broekkerke

Brouckere (Pierre le), 1448

Broukercke, zie Broekkerke

Brugdamme (Simoen de), 900 ; (Symoen van), 94

BRUGGE, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge ; – baljuw van, 1858 ; – burgemeester van, 1855 ; – heer van

de tol van, 1726 ; – schout van, 1859

Brugghe (Jan van), 1831 ; (Jehan de), 300 ; (Lodewijc van), 1827 ; (zie ook Gruuthuze)

BRUGSE VRIJE, lande vanden Vryen ; - burgemeester van het, 1840 ; – kapitein van het, 1864

Brune (Busart le), 526 ; (Jehan le), 413 ; (Josse de), 739, 1288

Bruwere (Lieven le), 1193 ; (Ogier de), 641

BRUYELLE, B., oud. gem., prov. Henegouwen, arr. Doornik, gem. Antoing ; – heer van, 1585

Bryaerde, zie Briarde

BUCHAN, graafschap in Schotland ; – graaf van, 1731

Bueres (Adriaen de), 1395

BUGGENHOUT, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde ; – bastaard van, 1795 ; – heer van, 1103

Bugghenhout, Bugghenhoute, (Lieven de), 1080

Bugghenhoute, zie Bugghenhout

Buillemont (Jehan de), 275

Buisson (Pierre du), 1392

Buissot (Jehan du), 250

Bul (Philippe le), 423 ; (Rogier de), 490

Bullegen (Colart de), 340

Burch, Burcht (Baudin van der), 941 ; (Joris van den), 1875 ; (Pierre de le), 1336

Burcht, zie ook Burch

Bus (Colart du), 1578 ; (Guillaume du), 632 ; (Willem du), 354

Busere (Jehan de), 911 Bussche (Jehan de le), 1391

But (Jaques), 589 ; (Jehan le), 614

Buuc (Philips), 91

Cabillau (Jehan), 853

Caedzand (Jan van), 92

Caes (Guillaume), 1377

CAËSTRE, Caestre, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke – heer van, 1889

Caillel (Gille), 341

Page 100: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

100

Calckene (Daneel de), 1110 ; (Gislin de), ; (Sohier de), 782 ; (Zegher van), 53

Caloen, Calon, Calone, Calonne, monseigneur de, 294 ; ([…] van), 1278 ; (Jacques de), 1584 ; (Jan van), 760 ;

(Josse de), 1252 ; (Roelant de), 1297 ; (Rollant van), 761 ; (Wouter van), 59

Calon, zie Caloen

Calone, zie Caloen

Calonne, zie Caloen

Caluwe (Henry de), 1088

Cambray, zie KAMERIJK

Camere, Chambre (Guillaume de la), 683 ; (Guillaume de le), 1688 ; (Hendric van der), ; (Henry de la), 473,

682, 984 ; (Henry van der), 840, 1874 ; (Simon de la), 1009

Camp (Colart du), 583 ; (Jehan du), 586

Canin (Robbert), 763 ; (Rogier), 483

CAPELLE, heerlijkheid in de oud. gem. Nieuwkapelle, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Diksmuide, gem.

Diksmuide ; - heer van, 27

Caples (Flourien de), 633

Cappelle, Chapelle (Jacques de la), 395 ; (Francois de la), 1413; (Martin de le), 429 ; (Philippe de la), 396 ;

(Sohier vander), 1341 ; (Wydt vander), 1331

Caprike, zie KAPRIJKE

Carlebeke, zie Cullebeke

Carnin (Jacques de), 1553

Cassel, zie KASSEL

Casselambacht, zie KASSEL AMBACHT

Cassele, zie KASSEL

Castel, Chastel (Oste du), 560 ; (Robert du), 1597

Castelle - bastaard van, 243 ; (Mikiel de), 228

Castre (Elias de), 1652 ; (Gauthier de), 1519

Cauffechier (Willemet), 878

Caulier (Jacquemin), 467

Caurames, Caurmes – heer van, 389, 1537,

Caurmes, zie Caurames

Caventemont (Pierre de), 305

Cerf, Cherf (Jehan du), 1675 ; (Mouroy le), 1521 ; (Piere le), 1651

Chambre, zie Camere

Chapelle, zie Cappelle

Chastel, zie Castel

Cherf, zie Cerf

Chezaire (Jehan), 276

Chigne du, zie Uterzwane

Claerhoud, Claerhoute, Clarout (Adrien de), 1645 ; (Eylart de), 1264 ; (Jan van), 1775 ; (Michel de), 878

Claerhoute, zie Claerhoud

Clarout, zie Claerhoud

Clerc (Jehan le), 548

Clessenaire (Jehan de), 1210

Cleven, zie Kleef

Cleyn (Roelant de), 1318

Clichthove [...], 1383

Clite (Colaerd van den), 12 ; (Collaert de la), 961 ; (George de la), 1512 ; (Janne van der), 1914 ; (Jehan de le),

584 ; (Willem van den), 107

Clocman (Jehan), 1002 ; (Loys), 854 ; (Simon), 1002

Cloquentem (Simon), 284

Coeleghem, zie Kolegem

Coeyghem, zie Coyeghem

Cohem (Jan van), 1768

Cokere, Coker (Josse de), 1262 ; (Loys de), 1261

Colart (Jaquemart), 267

Colin (Jehan), 1358

Comene, zie Commines

Page 101: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

101

Commene, zie Commines

Commines, Comene, Commene, Communs (Colard de), 716 ; (Collart de), 1478 ; (Jehan de), 1542 ; (Phelips

van), 1884 ; (Tristran de), 587

Commines, zie KOMEN

Communs, zie Commines

Conames (Jehan de), 611

Coninc (Willem de), 1826

Contrecœur, zie WEDERGRATE

Coolscamp, zie KOOLSKAMP

Coornhuuse, Coorunhuuse, Cornhuse (Guilleme de), 1681 ; (Jehan de), 1681 ; (Jehan van der), 1472 ; (Pierre ou

de), 1493

Coorunhuuse, zie Coornhuuse

Cordes (George de), 1212 ; (Rasse de), 1213 Cornhuse, zie Coornhuuse

Cortewille (Joos), 1876 ; (Vincent de), 1522

Cortrisien, Courtrisien (Robert le), 465 ; (Zegher de), 46

Costere (Gerard de), 1242 ; (Guerard de), 703

Cot (Baudin le), 450 ; (Bauduin de), 1310

Coudenburch (Philips van der), 39 ; (Simon van den), 807

Courtrisien, zie Cortrisien

Cousencourt, zie Gusancourt

Couvent (Riques), 555 Coyeghem, zie KOOIGEM

Coyeghem, Coeyghem, Cuinghien, Quinghien (Bauduyn de), 236 ; (Colard van), 1784 ; (Erart de), 257 ;

(Gheeraert van), 1785 ; (Girart de), 279 ; (Oste de), 1454 ; (Riquart de), 255; (Roelant de), 1257 ; (Wateron de),

; (Wulfraet de), 992

Craene, Crane, Crene (Floridas de), 1347 ; (Flouridas le), 615 ; (Lodewijc de), 1851 ; (Omae de), 1672 ; (Omar

de), 1348 ; (Sohier de), 1351 ; (Tristiaen de), 1354 ; (Vigoureux de), 1366

Crane, zie Craene

Crene, zie Craene

Creyeghem, Creyghem (Gerart de), 1667 ; (Jacques de), 1660

Creyghem, zie Creyeghem

Crocq (Willemet du), 212

Crois, Croix (Bauduin de), 1721 ; (Collart de), 1215 ; (Roeland de), 1591

CROISILLES, Croisilles, Croysilles, F., dept. du Pas-de-Calais, arr. Atrecht ; – heer van, 1129, 1530, 1696, 1710

Croissilles, zie CROISILLES

CROIX, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1535, 1707, 1803

Crombeke, zie KROMBEKE

Croquevillain (Willaume), 269

Crovelt (Jehan de), 455

Croy (Bauderon), 265

Croysilles, zie CROISILLES

Crubeke, zie KRUIBEKE

Cruusparc, zie KRUISPARK

Cuinghien, zie Coyeghem

Cullebeke, Carlebeke (Gauthier de), 1076

Curtricke, zie KORTRIJK

Dadiseele, zie DADIZELE

Dadizeele, zie DADIZELE

DADIZELE, Dadiseele, Dadizeele, Dadizelle, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Roeselare ; – heer van, 1803 ; (Jan

van), 1803 ; (Jehan de), 1267, 1626

Dadizelle, zie DADIZELE

Damman (Gerard), 874 ; (Gheraerd), 139 ; (Jan), 70, 71 ; (Jehan), 874 ; (Lievin), 1018 ; (Philips), 89 ; (Pierre),

794

Dammart (Pierre), 608

Damme (Guillaume van den), 813

Dancart (Pierre), 352

Page 102: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

102

Dansaert (Jehan de), 1101

Danvain (Thiery), 1138

DAUEHAING – heer van, 1583

Dause (Rassequin de la), 232

Declenquemeure (Guerart), 203

Deerlicke, zie DEERLIJK

DEERLIJK, Deerlicke, Deerlike Derlyke, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; - heer van, 1777, 1242, 1628 ;

(Anthoine), 1628

Deerlike, zie DEERLIJK

DEINZE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent ; – baljuw van, 1818

Delft (Jaques de le), 1481 ; (Jehand de le), 686 ; (Pierre de le), 719, 1480 ; (Pieter van der), 131

DENDERMONDE, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde ; – baljuw

van 1114, 1815

DEN HOUTTE, heerlijkheid in de gemeente Kortrijk en de oude gemeenten Bellegem en Bissegem, B., prov.

West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; – Willem, heer van, 1898

DENTERGEM, Denterghem, Dentreghem, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt ; – heer van, 1619, 1764

Denterghem, zie DENTERGEM

Dentre (Pierre le), 359

Dentreghem, zie DENTERGEM

Derebout (Jehan),

Derlicke, zie DEERLIJK

Derlyke, zie DEERLIJK

Desneulle (Jehan), 508

Despres (Wautier), 563

DESSELGEM, Desselghen, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; – heer van, 1240

Desselghen, zie DESSELGEM

Deurwaerdere, Dorwaerdre (Guidolf), 1251, 558 ; (Jehan), 1251 ; (Louys), 1251 ; (Olivier), 1251

Dezwevelt (Haine), 659

Dieuse (Guillame de le), 1159

Digone (Phelips van), 1751

DIKSMUIDE, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Diksmuide ; – burggraaf van, 2, 920 ; – heer van, 1639, 1835

Diksmude, Diquemue (Cornille de), 1437 ; (Denis de), 565, 99 ; (Diederic van), 99; (Jan van), 100, 1899 ; (Jehan

van), 1427 ; (Francois de), 616 ; (Olivier de), 1438

Diquemue, zie Diksmude

Doinckem, zie DRINCHAM

Doingnies, zie OIGNIES

Doinze, zie DEINZE

Donce, zie Donche

Donch (Jaque de), 187 ; (Jehan de), ; (Tiry de le), 186

Donche, Donse, […], 1382 ; (Jacop), 1311

Dorwaerdre, zie Deurwaerdere

Douncamp (Jehan de), 651

Douvrin (Gilles de), 1560 ; (Jan van), 1813 ; (Jehan de), 1561 ; (Porins de), 1562

Driessche (Pierre de le), 1122

DRINCHAM, Drinquam, Doinckem, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 420, 1674, 1882

Drincham (Jacques), 1385 ; (Jehan de), 1421 ; (Francois), ; (Simon van), 1856

Drinquam, zie Drincham

Drinque (Michiel de), 566

DRONGEN, Dronghene, Tronchiennes, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent; – heer van, 673, 1735

Dubuz (Jacot), 252 ; (Martin), 254

DUDZELE, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge ; – heer van, 883, 1290, 1744, 1833 ; – vrouwe van, 747

Dudsele, Dudzeele, Dudzelle, (Jacques de), 919

Dudzeele, zie Dudsele

Dudzelle, zie Dudsele

DUINKERKE, Duunkerke, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 1726

Dullaet (Jehan), 1081

Dumolin (Piere), 346

Page 103: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

103

Dupont (Jehan), 479

Duunkerke, zie DUINKERKE

Duusse (Jacques de), 1073

Duvere (Gilles le), 1132

Duzeelle, zie DUDZELE

Dyen, Dyne (Guillaume), 246 ; (Thierry), 247

Ebblighem (Willem van), 120

Eclebecque, zie EKELSBEKE

Ecornayz, zie Schorisse

Ecoucte, zie Schouteeten

Edeghem, zie EGEM

EDINGEN, Enghien, B., prov. Henegouwen, arr. Soignies ; - heer van, 1134, 1163

Eechoute, zie Eekhoute

Eecke, Eecken, Eeke, (Roelant van), 960

Eecken, zie Eecke

Eeclo, zie EEKLO

Eeke, zie Eecke

Eekeloo, zie EEKLO

Eeckhoute (Cornille van), 1272

EEKLO, Eeclo, Eekeloo, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Eeklo ; – baljuw van, 1014, 1873

Eessene, Eessine, Esine, Essines (Jacquemart de), 471 ; (Maertine van), 82 ; (Monfrant van), 80 ; (Louys d‟), 405

; (Thiery de), 912

Eessine, zie Eessene

Eestret, zie HEESTERT

EGEM, Edeghem, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt, gem. Pittem ; – heer van, 1841

EINE, Eyne, Heyne, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Oudenaarde ; – heer van 674,

1135, 1751

EKE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent ; - heer van, 850, 977, 991, 1798, 1908

EKELSBEKE, Esquelbecq, Eclebecque, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; - heer van, 25, 386, 720, 948, 1384

Ekelsbecke, (Floriaen d‟), 1342

EKSAARDE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Sint-Niklaas, gem. Lokeren ; – heer van, 985, 1096

ELLE – heer van, 1655

Ellenare (Chretien), 585

Ellinghen (Baudin d‟), 973

Elslande (Anthonis de), 1906

ELVERDINGE, Elverdinghe, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Ieper ; – vrouwe van, 1909

Elverdinghe, zie ELVERDINGE

Embyse, zie Hembiese

Enghien, zie EDINGEN

Englos (Jehan d‟), 1589

ERPE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Erpe-Mere ; - heer van, 32, 667, 836, 1947, 1948

ESCAMAING, heerlijkheid in de gem. Baisieux, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; - heer van, 1580 ; (Jehan), 158

Escauberghes (Jehan d‟), 1598

Escornais, zie Schorisse

Escornaiz, zie Schorisse

Escornayz, zie Schorisse

Escortes (Michiel de), 399

Esine, zie Eessene

Espieres (Pierre d‟), 1241

Espinecte (Mahieu de l‟), 602

Esquelbecq, zie EKELSBEKE

Esquiervellede, zie SCHIERVELDE

Essines, zie Eessene

Estaimbourg (Jacques), 1246

Estrisse (Jehan d‟), 1217 ; (Josse d‟), 1217

ETIKHOVE, Etichove, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Maarkedal; – heer van, 1159

Exaerde, Exaerden, Exarde (Jehan d‟), 1096

Page 104: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

104

Exaerden, zie EKSAARDE

Exarde, zie EKSAARDE

Eyne, zie EINE

Fenijs (Lancelot), 952

Fernehen (Baudin de), 213

Fevere (Roelant le), 1806

FIENNES, F., dept. Pas-de-Calais, arr. Calais ; – heer van, 1691

Fiesnes (Denys de), 1398

Flamant (Jehan le), 517

Flancques (Gerard de), 1460

Flandre, zie Vlaenderen

Flandres, zie Vlaenderen

Flechin (Guillaume de), 210

FO – heer van, 1711

Fontaines (Boulet de), 217 ; (Regnart de), 219

Forest (Collart de), 1184 ; (Jehan du), 1168, 1595 ; (Loys du), 1596

FORESTEL – heer van, 1720

Forge (Marquet de le), 436

FORICREULLES – heer van, 1720

Forliguet (Jaques), 301

Formelis, Formelles (Jan van), 1857 ; (Jehan), 1030 ; (Estienne), 1030

Formelles, zie Formelis

Fosseux (Colard de le), 224 ; (Loys de), 260 ; (Oste de), 1555

Fran[…]el (Jehan du), 442

Fremault (Philippes), 1600

FRETIN, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1715

Fretin (Jan van), 1823 ; (Pierre de), 1547, 1718

Freuille (Jehan de), 195

Furnes, zie VEURNE

Gaitres (Jaques le), 597

Galle (Dierlay), 597

Gand, Gant, Ghand, Ghend (Fleurdas de), 906 ; (Jehan de), 1094, 1329 ; (Lievin de), 314 ; (Ryckwaert de), 907 ;

(Sohier de), 868 ; (Wauterman de), 905 ; (Zegher van), 21, 64

Gant, zie Gand

Gardin (Rolant du), 1590

Garesne (Jehan de le), 372

Gate (Gautier de le), 1308

GAVERE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent ; - heer van, 1130, 1730

Gavre (Arnoul de), 1153 ; (Gilles de), 1091 ; (Pierre de), 1196

GELUVELD, Gheluvelt, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Zonnebeke ; – heer van, 1269

GENT, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent ; – burggraaf van, 777, 1664, 1764 ; – onderbaljuw van, 1804 ; –

opperbaljuw van, 1803

George ; - meester, 240

GERAARDSBERGEN, Grammont, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst ; (Jehan d‟Yedeghem a), 1170

Germe (Jehan de), 263

Gervaise ; -meester, 241

Ghand, zie Gand

Gheluvelt, zie GELUVELD

Ghend, zie Gand

Gherbode, Gheerbode (Jacques), 1273 ; (Josse de), 1273 ; (Tiery), 714

Gherlof (Jehan), 754

Ghewedde (Arend van den), 143

Ghibbin (Jacques), 1402 ; (Matthieu), 1401 ; (Pierre), 1401 ; (Sohier), 1403

Ghiselin (Gilles), 1490 ; (Jooris), 1850

Ghisen, zie GUISE

Ghistele, Ghistelle, Ghistelles,Ghuistelles, Guistelle (Charles de), 687, 1036 ; (Gautier de), 1384 ; (Gerard de),

1035 ; (Gheraard van), 7 ; (Gherard de), 1234 ; (Ghuerard de), 733 ; (Guy de), 687, 1032 ; (Ghy van), 19 ; (Jacop

Page 105: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

105

de), 1802, 1833, 1888 ; (Jacop van), 1290 ; (Jan van), 87 ; (Jehan de), 379, 889, 1034, 1312 ; (Joos van), 755 ;

(Felix de), 1632 ; (Loys de), 380 ; (Roeger van), 3 ; (Rogier de), 861 ; (Wulfaert de), 889

Ghistelle, zie Ghistele

Ghistelles, zie Ghistele

Ghuistele, zie Ghistele

Ghy (zoon van Ghys), 93

Gilloen (Denys), 1173 ; (Gauthier), 1441 ; (Jehan), 532 ; (Joos), 1900

GISTEL, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Oostende ; – heer van, 1, 888, 1726

Gistelle, zie Ghistele

Gliselle (Colin de le), 377

Gliseules (Huart de la), 177

Godevarts (Jehan), 1117, 1166

Gommet (Bauduin), 1568 ; (Hubert), 1567

Gouy (Jacop de), 1821

Grach, zie Gracht

GRACHT, heerlijkheid in de gem. Moorsele, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; heer van de, 98, 708, 875,

1237, 1623, 1737, 1788, 1810

Gracht, Grach, Fosse, (Adriaan van de), 1749 ; (Adriane), 1788 ; (Adryen de le), 1623 ; (Bauduin de le), 1248 ;

(Christiaen de le), 1156 ; (Ettor du), 431 ; (Gautier) (Ghiselbert), 1787 ; (Guillaume de le), 1249 ; (Guillot du),

430 ; (Jan), 1787 ; (Olivier de le), 1250 ; (Richart du), 575 ; (Rikwaert van der), 1786 ; (Robrecht de le), 1183 ;

(Wouter), 1738, 1739, 1810

Graitee (Tristran de la), 562

GRAMEGHEN ; - heer van, 1134

Grammez (Gilles de), 981

Grammont, zie GERAARDSBERGEN

GRANDPRÉ, F., graafschap in de Champagne ; - graaf van, 1731

Grantpré, zie GRANDPRÉ

Grave (Pitier de), 321 ; (Symoen de), 1015

Grijspeere, Grisepaire, Gryspere (Jan van), 137 ; (Jehan de), 408 ; (Willem van), 1841

Grisepaire, zie Grijspeere

Gros (Jan le), 1853

Grote (Favis le), 342

Gruithusent, zie Gruuthuse

Grutpot (Jacques), 607

Grutuse, zie Gruuthuse

Gruuthuuse, zie Gruuthuse

Gruuthuse, Gruithusent, Grutuse, Gruuthuuse (Ghildolf van den), 73 ; (Jan van der), 1832 ; (Roland de le), 432

GRUUTHUZE, heerlijkheid in de oud. gem. Assebroek, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem. Brugge ; –

heer van, 4, 746, 887, 1231, 1611, 1827

Grymberghe (Jehan de), 1160

Gryspere, zie Grijspeere

Guebin (Gilles), 531

Guilleme, 1621, 1673, 1681, 1686

GUISE, Ghisen, F., graafschap in Picardië, 1726

Guistelle, zie Ghistele

Gusancourt, Cousencourt, (Hector de), 853 ; (Jacques de), 1507 ; (Percheval de), 976

Gype, zie Zijpe

Hadin (Jehan), 1253 ; (Willem), 1253

Haec (Henry de), 1180

Haefskerke, zie HAVESKERKE

Haelwine, zie Halewijn

Haerlebecken, zie HARELBEKE

Haerlebeke, zie HARELBEKE

Haesbourg (Jacques de), 1656 ; (Tiery de), 1556

Haesbrouc, zie HAZEBROEK

Haesbrouck, zie HAZEBROEK

Haghe (Jacop van der), 88

Page 106: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

106

Hagheline (Gille), 1662

Haie, zie Haye

HALLENNES-LES-HAUBOURDIN, Halennes, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1714

HALEWIJN, Halluin, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; - bastaard van, 556, 599, 599 ; - heer van, 8, 708, 855, 1232,

1616

Halewijn, Haelwine, Halewin, Halewyn Halluin, Haluin,Haluim (Adriaene van), 1907 ; (Bernequin de), 556 ;

(Charles van), 1862 ; (Clays de), 343 ; (Colaert van), 1818 ; (Daniel de), 856 ; (Ector de), 1629 ; (Gauthier de),

856, 857 ; (Ghilain de), 697 ; (Ghildolf de), 707 ; (Guillaume de), 1294 ; (Gyslin de), 1103 ; (Hues de), 561 ;

(Jacop de), 729 ; (Jacob van), 1746 ; (Jan van), 61, 1790, 1885 ; (Jehan de), 404, 439, 673, 706, 856, 1624 ;

(Jooris de), 844, 1913 ; (Joos van), 22, 1867 ; (Josse de), 411, 1281, 1614 ; (Gheraerd van), 63 ; (Karele van),

1795, 1834 ; (Lodewijc van), 1883 ; (Martine van), 1870 ; (Olivier van), 60 ; (Perchevael), 1243 ; (Rogier de),

1254 ; (Roelant van), 1858 ; (Thiery de), 1293 ; (Willem de), 223 ; (Willem van), 62 ; (Wouter van), 57, 58, 59 ;

(Wouter de), 1615

Halewin, zie Halewijn

Halewyn, zie Halewijn

Halluin, zie Halewijn

Haluin, zie Halewijn

Hamade, zie Hamaide

Hamaide, Hamade, Hameyde ; - heer van, 221 ; (Jacob van der), 1752 ; (Jacques de la), 1140

Hambise, zie Hembise

Hameyde, zie Hamaide

HAMME – heer van den, 1783

Haneron (Anthonis), 1904

Hanghereel, zie Anghereel

HANSBEKE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent, gem. Nevele ; – heer van, 1799

Hanton (Jehan), 350

Hape (Jehan van), 1096

Hardoye, zie ARDOOIE

HARELBEKE, Haerlebecken, Haerlebeke, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; – baljuw van, 1826 ; - heer

van, 867

Harlin (Lancelot du), 197

Hase, Haze (de), 6 ; (Hector le), 1307

Hasmes ; bastaard van, 1566 ; (Hue de), 1543

Haule (Clays de), 577

Hauweel (Gilles), 1505 ; (Inghelram), 891 ; (Jan), 1800 ; (Jehan), 1041 ; (Roeland), 56

HAVERIJE, Haverie, Haverye, heerlijkheid in de oude gemeenten Ertvelde en Kluizen, B., prov. Oost-

Vlaanderen, arr. Gent, gem. Evergem ; - heer van, 999, 1777

HAVESKERKE, Haverskerque, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; - bastaard van, 646

Haveskerke, Aveskeerke, Haefskerke Haveskeerke, Havesquercke, Havesquerke Havesquerque (Adriaene van),

1846 ; (Archebaut van), 1835 ; (Francois de), 700, 965 ; (Francois van), 101 ; (Hustin de), 966 ; (Louys de), 308,

721 ; (Loys de), 364, 967 ; (Pierre de), 1387 ; (Philips van), 138 ; (Ruflart), 646

Haveskeerke, zie Haveskerke

Haveskercke, zie Haveskerke

Havesqerque, zie Haveskerke

Havesquercke, zie Haveskerke

Havesquerke, zie Haveskerke

Havesquerque, zie Haveskerke

Haye, Haie (Arnoult de la), 1573 ; (Godeffroy de la), 182 ; (Jehan de la), 183, 509 ; (Rique de le), 457

Haynnau, zie HENEGOUWEN

Hazebrouc, Haesbrouc, Haesbrouck, Hazebrouc (Gadifer van), 95 ; (Jacob van), 1903 ; (Jacques de), ; (Tiery

de), 1656 ; (Thiery de), 968, 1483, 723

Heemsrode, zie Hemsrode

HEEMSTEDE, Nl., prov. Noord-Holland ; – heer van, 1731

Heere (Jacop de), 1812

HEESTERT, Eestret, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Zwevegem ; - heer van, 979

Heijle, zie Heyle

Heindois (Francois), 554

Page 107: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

107

HEINGNIES ; zie OIGNIES

Helledebole (Jaques), 478

Hellen (Henry de), 370

Helst (Geeraerd vander), 1074

HEM, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1599, 1709 ; (Jehan de), 1539, 1709 ; (Luuc de), 1720

Hembise, Hambise, Embyse, Hembize, Hembyze, Imbise (Daniel de), 818; (Ernout), (Guillaume de), 173 ; (Jehan

de), 172, 376, 677 ; (Jehan van), 1151 ; (Olivier van), 1781 ; (Rasse d‟), 1181

Hembize, zie Hembise

Hembyze, zie Hembise

Hemsrode, Heemsrode (Jacques de), 1206 ; (Perchevael van), 1767 ; (Wouter van), 155

Hemstele (Floris de), 1604

HENEGOUWEN, Haynnau ; graafschap, – seneschalk van, 1703

Henthin (Jehan de), 1686 Herinnes, zie HÉRINNES-LEZ-PECQ

HÉRINNES-LEZ-PECQ, Herinnes, B., oud. gem., prov. Henegouwen, arr. Doornik, gem. Pecq ; - heer van, 849

Herpe (Josse d‟), 1148 ; (Philippes d‟), 667, 1147 ; (Philippe de), 837

Herselle, Herzelles (Bernaerd de), 790 ; (Daniel de), 170 ; (Guillaume de), 1011 ; (Jehan de), 1011, 1641 ;

(Raesse de), 832 ; (Wouter van), 50

HERZELE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst; - heer van, 831, 1128

Herzelles, zie Herselle

Heuchin (Baudin de), 944 ; (George de), 1423 ; (Jehan de), 1424 ; (Walrand de), 1422 ; (Walrave van), 771

Heughem (Josse de), 1685

HEULE, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Kortrijk ; – heer van, 1244, 713, 1740, 1621

Heule, Heulle, Huele, Heult (Collart de), 1302 ; (Jacob van), 1836 ; (Ernoul de), 464 ; (Florens van), 54 ;

(Jacques de), 1031 ; (Jehan de), 1630 ; (Josse de), 401 ; (Oste de), 557

Heulle, zie Huele

Heult, zie Huele

Heurne, Huerne (Arnoud van), 1865 ; (Jehan de), 680, 1226 ; (Lancelot de), 681 ; (Phelips de), 1848

Heut (Climent de), 569

Heyden (Henry van der), 880

Heyle, Heijle (Jan van), 72 ; (Jehan van), 923

Heyne, zie EINE

Heys, zie KNOKKE-HEIST

Hinguettes (Jehan de), 1546, 1715

Hocron (Gerard de), 1569 ; (Jehan de), 1570 ; (Percheval de), 1571

Hodenvelde (Jehan d‟), 1022

HOFLAND, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke, gem. Rubrouck ; - heer van, 1903

Hoimille, zie Hoymyle

Holbeke, zie Hollebecke

Holle, zie Won

Hollebecke, Holbeke, Hoolbeke, (Hector), 1893 ; (Heinric van), 106 ; (Wulfaert de), 1459

HOLLEBEKE, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Ieper ; – heer van, 1893

Hon (Jehan de), 281

HONDEGHEM, Quienville, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 1892 ; (Charle de), 1498 ; (Charles de),

1520 ; (Jacques de), 942 ; (Jean de), 1523 ; (Tristram), 959

HONDSCHOTE, Hondscote, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 1848

Hondscote, zie HONDSCHOTE

Honyne, zie Hoonin

Hooft (Francois), 1372 ; (Jehan), 1372

Hoolbeke, zie Hollebecke

Hoonin, Honyne (Ernoul), 238 ; (Jehan), ; (Josse), 1316 ; (Martin), 1315

Host (Jehan), 542

HOUDSCHEN, heerlijkheid in de oude gemeenten Loppem, Oostkamp en Zedelgem B., prov. West-Vlaanderen,

arr. Brugge ; – baljuw van, 1869

Houdtvivre (Jehan de), 917

Houplines (Gerard de), 1462

HOUTE ; – heer van, 1898

Page 108: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

108

Houte (Anthonis van den), 1897 ; (Guillaume de le), 1466 ; (Jan van den), 109 ; (Jehan de le), 724 ; (Martin de

le), 1473

Houtem, Houthem (Jan van), 124

Houthem, zie Houtem

Hovarderie, zie HOWARDRIES

HOWARDRIES, Hovardrie, B., oud. gem., prov. Henegouwen, arr. Doornik, gem. Brunehaut ; – heer van, 1532

Hove (Guillaume de le), 271 ; (Jehan de le), 351, 1258, 1320 ; (Oliver van den), 805 ; (Willem de le), 645

Hove, uten, zie Utenhove

Hoyen (Godevaert vander), 1182

Hoymyle, Hoimille (Gaultier de), 1396 ; (Jehan de), 1390 ; (Wautier de le), 521

Hoynide (Jehan de), 1684

Hoyre (Lauwereyns de), 1407

Huart (Amoury), 287

Huchin, zie Heuchin

Huchy (Robrecht van), 115

Huele, zie HEULE

Huerne, zie HEURNE

Hughonet (Charles), 1595

HUISE, Huusse, heerlijkheid in de gemeenten Kruishoutem en Zingem, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr.

Oudenaarde ; – heer van, 1737

Hultre (Loys de), 613

HUMBERCOURT, F., dept. Somme, arr. Amiens ; -heer van,

Hurtere, Hurtre (Clays de), 348

Hurtre, zie Hurtere

Hustin (Francois), 1335 ; (Velle), 1335

Huusse, zie HUISE

Huusse (Jehan van), 1029

Huutberghe, zie UITBERGEN

Huutkercke, zie Uutkercke

Hyon (Colin de), 264

IEPER, Ipren, Ypre, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper ; – baljuw van,

1877 ; – burggraaf van, 16, 1627, 1895 ; – opperbaljuw van, 1876

Imbise, zie Hembiese

INGELMUNSTER, Inghelmunstre, B, prov. West-Vlaanderen, arr. Roeselare ; – heer van, 1794

Inghelmunstre, zie INGELMUNSTER

Ipren, zie IEPER

Iscornay, zie SCHORISSE

Iseghiem (Marc d‟), 535

IZEGEM, Isenghien, Yseghem, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Roeselare ; – heer van, 66, 1235, 1633, 1747

Jacobs (Thiery), 1084

Jaghere (Cornille de), 996 ; (Jacques de), 997 ; (Olivier le), 698

Janvois (Pierre des), 218

Jaquemart ; - bastaard, 295

Jeumont (Jehan de), 1142

Jonghe (Charles de), 1317 ; (Henry de), 783 ; (Jehan de), 1119 ; (Michiel de), 1378 ; (Olivier de), 950 ;

(Philippes de), 789 ; (Philips de), 35, 792

Joris (Jehan), 456 ; (Pertre), 472

Josne (Rolland le), 549

Juully (Fastreignon de), 282

KALKEN, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde, gem. Laarne ; - baljuw van ; - heer van, 695,

1104, 1754

KAMERIJK, Cambray, Cambrai, F., dept. du Nord, arr. Kamerijk ; – bisschop van, 1131

KAPRIJKE, Caprike, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Eeklo ; – baljuw van, 1873

KASSEL, Cassel, Cassele, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – baljuw van, 1648 ; – opperbaljuw van, 1878 ; –

ontvanger van, 1879

KASSEL AMBACHT, Casselambacht, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, 1908

Kerchove (Sohier van den), 835

Page 109: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

109

Kethulle (Jan van der), 1777 ; (Jehan de la), 999

Kets (Clais van), 42 ; (Gauthier de), 1085

Keukemare, zie Beukemare

KLEEF, Cleven, hertogdom in Duitsland, Nordrhein-Westfalen ; – hertog van, 1734 ; (Adolf van), 1849

Knibbe, Knible (Jehan), 1349 ; (Omaer), 1345 ; (Regnault), 313, 1327, 1345 ; (Walrant), 1345 ; (Werin), 355

KNOKKE-HEIST, Heys, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge – heer van, 1856

KOMEN, Comene, Commene, Commines, Communs, B., oud. gem., prov. Henegouwen, arr. Moeskroen, gem.

Komen-Waasten, evenals Comines, F, dept. du Nord, arr. Lille; – heer van, 716, 942, 1534, 1613, 1705 ; –

vrouw van, 1914

KOOIGEM, Coyeghem, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Kortrijk ; – heer van, 1900

KOOLSKAMP, Coolscamp, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt, gem. Ardooie ; – heer van, 915, 994,

1775

KORTRIJK, Curtricke, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; – kasteel

van, 1810 ; – onderbaljuw van, 1809 ; ontvanger van, 1826 ; – opperbaljuw van, 1808

KROMBEKE, Crombeke, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Poperinge ; - vrouwe van, 1854

KRUIBEKE, Crubeke, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Sint-Niklaas ; - heer van, 1769

KRUISPARK, Cruusparc, heer van -, 1740

KWAREMONT, Quaremont, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Kluisbergen ; – heer

van, 1142

L[…] (Gilles de), 487, 496 LAARNE, Laerne, Larne, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde ; – heer van, 982, 1796

Lactree (Blanquet de), 515

Laerne, zie LAARNE

Lalaing (Joos de), 1860 ; (Joost de), 1733

Lambist (Robert de), 1650

Lambrechs (Jaspar), 460

Lambresis (Guillequin), 374

Lamer (Jehan), 1411

Lamot (Jaques), 530

Lamsebert (Gille), 357

Lamwes (Guerin), 335

Lanart (Philippe), 606

LANDAS, F., dept. du Nord, arr. Dowaai ; – heer van, 1533, 1708

Landas (Gringnaert de), 1546 ; (Walteran), 1708

Lande van Aelst, zie AALST, LAND VAN

Lande van Boulaer, zie BOELARE

Lande van Roden, zie RODE, LAND VAN

Lande van Waes, zie WAAS, LAND VAN

Lande vanden Vrijen, zie BRUGSE VRIJE

LANDERGEM, Landreghem, heerlijkheid in de oude gem. Anzegem, Tiegem en Ingooigem, B., prov. West-

Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Anzegem ; – heer van, 1206, 1778

Landreghem, zie LANDERGEM

Lane (Jehan van), 1099

Langhemersch (Jehan de), 1453

Langhe (Josse de), 1268 Langue (Guilllaume le), 573

LANNAIS, Lannaiz ; - heer van, 225 ; (Jehan de), 262

Lannaiz, zie LANNAIS

Lannoy (Baudin de), 1538 ; (George de), 209 ; (Gosset de), 443 ; (Hue de), 208 ; (Jehan de), 1551 ; (Mahieu de),

1549 ; (Olivier de), 660 ; (Pierre de), 1550 ; (Phelips van), 1735 ; (Pieter van), 1811 ; (Robert de), 1577 ; (Sohier

de), 171

LANNOY, tegenwoordig Lannoy-du-Nord, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1526

Larne, zie LAARNE

Lathoudere (Philippes), 1098

LAVAL, F., dept. de la Mayenne, arr. Laval ; – heer van, 1790

Leauwe (Pouvins de), 1588

LEEUWERGEM, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Zottegem ; – heer van, 827, 1740

Page 110: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

110

Leeuwerghem, Leewerghem, Leeverghem, Leverghem (Ghiselbrecht van), 31 ; (Guilaume de), 780 ; (Jehan de),

1256, 1625 ; (Robert de), 400 ; (Ywain de), 819

Leeverghem, zie Leeuwerghem

Leewerghem, zie Leeuwerghem

Lem (Martin), 1855

LEMBEKE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Eeklo, gem. Kaprijke ; – baljuw van, 1873

LEMBEKE, heerlijkheid in de oude gem. Oostkerke, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem. Damme ; –

heer van, 1800, 1838

Lenseele, Lensele (Diederic van), 113 ; (Philippe de), 311

Lensele, zie Lenseele

Lesque (George de), 658

Lesquetrevelle (Rogier de), 344

Leureghien, zie Leeuwerghem

Leverghem, zie Leeuwergem

Leye (Jehan van der), 886

LICHTERVELDE, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Roeselare ; – heer van, 914, 1630, 1836

Lichtervelde (Arthur de), 1432 ; (Jacques de), 1272 ; (Jan van), 1891 ; (Jehan de), 916, 1233, 1431 ; (Loys de),

1429 ; (Roeger van), 81 ; (Victor de), 1430

LIEDEKERKE, B., prov. Vlaams-Brabant, arr. Halle-Vilvoorde ; - heer van, 842, 1131

Liedekerke, Liedekeerke, Liekerke (Estienne de), 1158, 1658 ; (Raesse van), 1753 ; (Rasse van), 1643

LIEFERINGE, Lyefrynghe, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Ninove ; – heer van, bastaard

van Axele, 1161

Liekerke, zie LIEDEKERKE

Lielaer, zie LILARE

Liesces (Hinaut de), 214 ; (Pierre de), 216

LILARE, Lielaer, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Sint-Maria-Oudenhove); - heer van, 1750

Lille, zie RIJSEL

Linde (Jaques de), 320 Linselles, zie LINZELE

LINZELE, Linselles, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1464

Liques (Lancelot de), 387

Litsau est de Vile (Jehan de), 1171

Lobegois, 215

Lodins (Robert), 1220

Loe (Jehan de le), 231

Lokerne (Vlaminc de), 945

Lombise (Robrecht van), 1889

Longpré (Pierre de), 1386 Lonis (Jehan), 1487

Loo (Olivier van), 165

Loque (Gille), 516

Louvre (Jacques du), 1399

LOVENDEGEM, Lovendeghem, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent ; - heer van, 791

Lovendeghem, zie LOVENDEGEM

Lumene (Arnoult de), 834

Luu (Gyselbrecht de), 1164

Luxenborch (Jacop van), 1728 ; (Jan van), 1727 ; (Pieter van), 1726

Luyx (Roelant), 1271

Lyefrynghe, zie LIEFERINGE

Machefflien (Henriet le), 230

Madre (Mahieu de la), 1548

Maelstede (Floures de), 804

Maercke, Maerke (Arend de), 679 ; (Bernaerdt de), 1208 ; (Florens de), 1169 ; (Fransois de), 669 ; (Jacques de),

1209

Maerke, zie Maercke

Maes (Reyne), 1517

Maets (Christofle le), 1447

Page 111: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

111

Maille (Jehan), 280

MALDEGEM, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Eeklo ; – heer van, 127, 894, 1617

Maldeghem (Ghuerard de), 696 ; (Jehan de), 1042 ; (Martin de), 1108

Mamines, zie Massemine

Maminez, zie Massemine

Mamisnes, zie Massemine

Mandekin (Gauthier), 1476

Marchenelles (Jehan de), 1552

Marchines - bastaard van, 449

Marez (Ernoul de), 189

Marin (Tassin), 609

Mariscal (Baudin le), 475 ; (P(ier)re le), 476

MARKE, B, oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Kortrijk ; - heer van, 151, 824, 1200

MARLE, F., dept. Aisne, arr. Laon ; – heer van, 1609

Marscalc (Robbrecht de), 125

Martre (Jehan de), 371

Mas (Jehan), 592

Masin (M.), 1420

Maminez, zie Massemine

Masmine, zie Massemine

Masmines, zie Massemine

Masminez, zie Massemine

MASSEMEN, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde, gem. Wetteren ; – heer van, 47, 1732 ; -

bastaard van, 647 ; (Ector), 647

Massemine, Mamines, Maminez, Masmine, Masmines, Masminez, Massemine (Gerard de), 830, 1109 ;

(Ghiselbrecht van), 49 ; (Guilbert de), 989 ; (Jan van), 48 ; (Jehan de), 326, 695 ; (Louys de), 325 ; (Louys de),

325; (Ogier de), 468 ; (Ogier van), 1782 ; (Philippes), 818 ; (Philips van), 14

Massiet (Jan), 1879

MASTAING, F., dept. du Nord, arr. Valenciennes ; – heer van, 1732 ; (Andrieu de), 1144 ; (Jacob), 1732

Mathieu (Jaquemin), 233

Maure (Guillaume), 289 ; (Jehan), 249

May (Willem le), 363

Mectenaie, zie Metteneye

Meenen, zie MENEN

Meenine, Menin (Jan van), 136; (Jehan de), 860

Meere (Andries vander), 1227 ; (Adriaen le), 1224 ; (Gilles le), 1223 ; (Jehan le, de oude), 1221 ; (Jehan le, de

jonge), 1222

Meersch (Jehan de le), 995 ; (Philippes van der), 1150

Meestere (Robert de), 1072

Meetkeercke (Henry de), 884, 1298 ; (Jacop van), 118 ; (Jean de), 1298

Melle (Francois de), 176 ; (Guillaume de), 544, 786, 1362

MELSEN, Melsene, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent, gem. Merelbeke ; - heer van, 1156

Melsene, zie MELSEN

Melun (Hughen de), 1725 ; (Jan de), 1724

MENEN, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; – baljuw van, 1823

Merckem, zie MERKEM

Merquem, zie MERKEM

MERKEM, Merckem, Merquem, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Diksmuide, gem. Houthulst ; – heer

van, 391, 741, 924, 1287

Merler (Rembaut de), 299

MERWEDE, heerlijkheid in het graafschap Holland, Nl., prov. Holland, land van Heusden; – heer van, 1680,

1840

Mes (Flourens du), 629

Messem (Jehan de), 422

Metenaye, zie Metteneye

Metteneye, Mectenaie, Metenaye, metten Eye (Jan), 83 ; (Jehan), 452 ; (Philippe), 537 ; (Piere), 1657 ; (Pieter),

1814

Page 112: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

112

MEULEBEKE, Muelenbeke, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt ; – heer van, 1817

Meullem, zie Mullem

MIDDELBURG-IN-VLAANDEREN, Middelbuerch, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Eeklo, gem.

Maldegem ; – heer van, 1895

Millan (Jaques de), 630

Minnaert (Adrien), 1360

Minshere (Guillaume), 525

Miraumont (Pierre de), 1713

MOEN, Mouwe, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Zwevegem ; - heer van, 1238

MOERBEKE, Morbecque, F., arr. Duinkerke, dept. du Nord; – bastaard van, 1510

Moerbeke, Moorbeke, Morbecke, Morbeke, Morbeque (Clays de), 1510 ; (Jehan de), 1510 ; (Josse de), 1653 ;

(Olivier de), 486, 588 ; - heer van, 123

MOERE, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Oostende, gem. Gistel ; – heer van, 1755

Moere (Goerge de le), 993 ; (Jacop van der), 1816 ; (Jehan de la, zoon van Jehan), 802 ; (Jean de la, zoon van

Thiery), 803 ; (Jooris van der), 1796 ; (Loys de le), 1058

Moerkercke, zie MOERKERKE

MOERKERKE, B., oud. Gem., arr. Brugge, prov. West-Vlaanderen ; - heer van, 1324

Moerkerke, Moerkercke, Morkeke, Mourquerque (Daneel van), 1840, 1863 ; (Daniel de), 1680 ; (Jacques de),

1270 ; (Jan de), 1270 ; (Loys de), 1324 ; (Vrancke de), 896 ; (Wulfaert de), 897

Moerseke (Gerard de), 820; (Gheraerd van), 77

MOERZEKE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde, bastaard van -, 820

MOESKROEN, Mosqueron, Mosschroen, Mouscron, B., arr. Moeskroen, prov. Henegouwen; – heer van, 1642,

1776, 1255

Mol (Casin de), 910

Molen (Jan van der), 146

MOLINGHEM, Molinguehem, F., oud. gem., dept. Pas-de-Calais, arr. Béthune, gem. Isbergues ; - heer van, 1716 ;

(Jehan), 1716

Molinguehem, zie MOLINGHEM

Mommin (Henrry), 426 Mont (Jehan), 576

Montigny (Loys de), 1192

Montigny, zie MONTIGNIES-SAINT-CHRISTOPHE

MONTIGNIES-SAINT-CHRISTOPHE, B., oud. gem., prov. Henegouwen, arr. Thuin, gem. Erquelinnes ; – heer van,

1733

Montoy (Thomas), 272

Moor (Gerard le), 909

Moorbeke, zie MOERBEKE

MOORSLEDE, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Roeselare ; – heer van, 103, 1439, 1738, 1912

Morbecke, zie MOERBEKE

Morbeque, zie MOERBEKE

MORCHIN ; - heer van, 229

Moriton (Vincent), 316

Morkerke, zie MOERKERKE

Morslede (Gauthier de), 1440 ; (Jan van), 104 ; (Jehan de),709, 930

Mortie (Colin de le), 1121

Mosqueron, zie MOESKROEN

Mosschroen, zie MOESKROEN

Mote, zie MOTTE-AU-BOIS

Mote, Moten (Adriaen vander), 1179 ; (Daniel de la), 192 ; (Gauthier de le), 1214 ; (Gerard de le), 185 ;

(Gesswin de la), 188 ; (Guillaume de le), 570, 1214 ; (Jaquet de la), 365 ; (Jehan de), 185 ; (Willem de le) 373

Moten, zie Mote

MOTTE-AU-BOIS, Mote, heerlijkheid in de gem. Niepkerke (Nieppe), F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer

van, 1802, 1888

Moulin (Jehan du), 245 ; (Pieron du), 244

Mourquerque, zie MOERKERKE

Mourselere (Jehan de), 493

Mouscron, zie MOESKROEN

Page 113: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

113

Mouwe, zie MOEN

Muelenbeke, zie MEULEBEKE

Mulaerd, Mulaert (Jan), 133 ; (Jehan), 810 ; (Raes), 51

Mulaert, zie Mulaerd

Mulhem, zie Mullem

Mullem, Meullem, Mulem, Mulhem (Daneel de), 871 ; (Gauthier de), 980 ; (Philippe de), 676 ; (Philippes de),

1033 ; (Wouter van), 55, 670

Munte (Daneel de), 1017

Muth, Muts (Baudin le), 550 ; (Paschier), 1369 ; (Pasques de), 552

Muts, zie Muth

Namur (Claeys de), 934

Nathegale (Henry), 338

NAZARETH, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent ; – heer van, 1773

Nectre (Andrieu le), 331

NEDERBRAKEL, Nederbrakele, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent, gem. Brakel ; – heer van, 1733

Nederbrakele, zie NEDERBRAKEL

Nelle, zie Melle

Neve (Jehan de), 1077

NEVELE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent ; - heer van, 13, 787

Nevele (Guillaume de), 928, 940 ; (Radolf van), 102

Neveville (Hannequin de), 200

Niepe (George de le), 1474

Nieucapelle, zie NIEUWKAPELLE

Nieukerke, Nieuwekercke (Bernaert de), 935 ; (Jehan de), 726

Nieuwekercke, zie Nieukerke

NIEUWENHOVE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Geraardsbergen ; – heer van, 1859

Nieuwenhove (Jan Michielszone van), 1805

NIEUWKAPELLE, Nieucapelle, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Diksmuide, gem. Diksmuide ; – heer van, 1371

NIEUWPOORT, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Veurne ; – kapitein van, 1865

Nieve (Andrieu de la), 174

NIVELLE, - heer van, 1283

NOKERE, Nokre, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Kruishoutem ; - heer van, 1748

Nokre, zie NOKERE

Obbrakele, zie OPBRAKEL

Noordpeene, zie PEENE

Obeaux, zie AUBEAUS

Oendevelt (Jehan), 446

Oflande, zie HOFLAND

Ogierlande, Ougerlande (Jehan d‟), 406, 1286

OIGNIES,Heingnies, Doingnies, F., dept. du Pas de Calais, arr. Lens ; – heer van, 1722, 1902 ; (Jan van), 1902

Oisy, zie OISY-LE-VERGER

OISY-LE-VERGER, Oisy, F., dept. du Pas de Calais, arr. Atrecht ; – bastaard van, 242

OLSENE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent, gem. Zulte ; – heer van, 685, 1818

Olsene (Jacob), 685 ; (Jacques d‟), 998

Oninghem (Rolland de), 604

Onredens (Rasse), 1020

Oohigem (Guilfart de), 627

OOMBERGEN, Oomberghe, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Zottegem ; – heer van, 1150

Oomberghe, zie OOMBERGEN

Oorloze (Jehan de), 522

Oorscamp, zie OOSTKAMP

OOSTENDE, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Oostende ; – baljuw van, 1870

OOSTKAMP, Oorscamp, Orscamp, Orsquamp, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge ; – heer van, 37, 393,

1285, 1828

OOSTKERKE, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem. Damme ; – heer van, 741

Oostkerke, Oostquerke, Orsquerque, (Jehan d‟), 1145

Oostquerke, zie Oostkerke

Page 114: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

114

OOSTIEPERAMBACHT, Oostyperambocht, oostelijk deel van de kasselrij Ieper in Vlaanderen ; – baljuw van, 1880

Oostieperambocht, zie OOSTIEPERAMBACHT

OPBRAKEL, Obbrakele, Upbracle, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Brakel ; – heer

van, 1781, 1151

ORREST; - heer van, 1142

Orscamp, zie OOSTKAMP

Orsquamp, zie OOSTKAMP

Orsqueque, zie Oostkerke

OSTRREES – heer van, 1723

OUDBURG, Oudtbuerch, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, gebied rond Gent ; – baljuw van, 1807

Oudembuerch, zie OUDENBURG

OUDENAARDE, Audenaerde, Audenarde, kasselrij in het graafschap Vlaanderen, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr.

Oudenaarde ; – baljuw van, 1006, 1813 ; – kasselrij, 1825 ; – kasteel van, 1814, 1819

OUDENBURG, Oudembuerch, Oudtbuerch, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Oostende ; – baljuw van, 1807, 1872

Oudenhove (Jehan van), 825

Oudone (Gauthier), 1279

Oudtbuerch, zie OUDBURG

Ougerlande, zie Ogierlande

Oultersone (Gautier), 596

Oultre (Boudin van), 108 ; (Loys d‟), 829

Ouvre (Jacque de le), 772

Oussin (Jacques), 447

OUTER, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Ninove ; - heer van, 1146

Overmeere, zie OVERMERE

OVERMERE, Overmeere, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde, gem. Berlare ; – heer van, 1107, 1782

Oye (George d‟), 1359 ; (Reynoult d‟), 1416

Paeldinc Paeldinck (Christiaen), 1374 ; (George), 1445

Paerke, zie PARIKE

Palinc, Paling (Andrieu), 617 ; (Louys), 620

Paling, zie Palinc

PAMELE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Oudenaarde ; – heer van, 678, 1143, 1679, 1760

Panetier (Lodewijc de), 126

Pape (Gilles de), 778

PARIKE, Paerke, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Brakel ; – heer van, 1733

Parys (Jan), 134 ; (Jehan), 781

Passcharis (Baudewijn), 850 ; (Pierre), 806

PEENE, Peenen, Piesnes, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 24, 953, 958, 1883

Peene, Peenen, Peenes, Penes, Piesnes, Noordpeene, Zuutpeene, Zuytpeene, Zuutpienne (Ghilebert de), 1500

(Ghilles de), 1352 ; (Guillaume de), 1501 ; (Jehan de), 953 ; (Pierre de), 1502 ; (Valentin de), 1501

Peenen, zie Peene

Peenes, zie Peene

PEERBOOME, overstroomde heerlijkheid bij Axel, Nl., prov. Zeeland ; - heer van, 1044, 1045

Penes, zie Peene

Penninghen (Jehan metter), 1075 Pente (France), 653

Perboome (Jacob de), 1045

PERENCHIES, Perenchies, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1765

PERONNE, F., dept. du Somme, arr. Péronne ; – heer van, 1718

PETEGEM, Peteghem, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Wortegem-Petegem ; – baljuw van,

1818 ; – kasteel van, 1819

Peteghem, zie PETEGEM

Peut (Guillaume), 572

Pic (Jehan le), 1452

Piechon (Ernoul), 258

Piere (Jaquemart de le), 358

Piersonne (Jehan), 451

Piesnes, zie PEENE

Page 115: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

115

Piesnes (Gilles de)

PIESTRE; - heer van, 1149

Piestre (Jehan), 190

Pignoullet (Jamot), 199

Pincalin (France), 653

Pipenpoys (Jehan), 1118

PITTEM, Pitthem, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt ; – heer van, 1, 1175

Pitthem (Daneel de), 1870

Plancke (Jehan de la), 946

Plasch (Henry), 1092

Plateel (Guillaume), 947

Poctes, zie Pouke

POEKE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent, gem. Aalter ; – heer van, 226, 858, 1247, 1627, 1742

Poele, Poulle (Jehan de le), 485 ; (Jehan van de), 885 ; (Philippe de le), 903

Poelvoorde (Philips van), 135

Poiret (Hennequin), 205

POLLARE, Pollaere, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Ninove ; – heer van, 1157

Pollinchove (Charles de), 737, 1333 ; (Christiaen), 1333 ; (Francois de), 309 ; (Jan de), 1333 ; (Jehan de), 1334 ;

(Louys de), 1333

Poorte, Porte (de le), 290 ; (Hannis de le), 291 ; (Hannequin de le), 291 ; (Hannin de le), 288 ; (Jehan de le),

283 ; (Joos van der), 1912

Pooteelet, zie Potelles

Porins, zie WASTINES

Porte, zie Poorte

Porthals (Pierre)

Potelles, Pooteelet, Pottelles (Jan van), 1798 ; (Jehan de), 977, 991, 699

Pottelles, zie Potelles

Pottelsberghe (Clays de), 1045 ; (Gilles de), 1065 ; (Guillaume de), 1066 ; (Jacob de), 1045 ; (Jacques de), 1067

; (Jan de), (Jan van), 1804 ; (Josse de), 814 ; (Thiery de), 1067 ; (Zegher de), 1067

POTTERIE, LA; een heerlijkheid te Waasten, B., prov. Henegouwen, arr. Moeskroen - heer van de, 1915

Poucke, zie Pouke

Pouckes, zie Pouke

Poucques, zie Pouke

Pouke, Poctes, Poucke, Pouckes, Poucques, Pouques (Alaert de), 298 ; (Anthone de), 1554 ; (Eylaert de), 859 ;

(Roeland de), 793 ; (Jan van), 1247

Pouques, zie Pouke

PRAAT, Praet, heerlijkheid in de oude gem. Oedelem, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem. Beernem ;

– heer van, 757, 882, 1281, 1829

Praet, zie PRAAT

Pre (Jehan du), 433 ; (Olivier du), 654 ; (Sohier du), 328

Preneghem (Guillaume de), 1563 ; (Pierre de), 1564

Prez (Francois des), 1167

Priesmes (Jehan de), 957

Prost (Gille), 513 ; (Jehan le), 1114

PUIVELDE, Puvelde, heerlijkheid die zich uitstrekte over de gemeenten Belsele, Lokeren en Kemzeke, B., prov.

Oost-Vlaanderen, arr. Sint-Niklaas, gem. Sint-Niklaas ; - heer van, 814

Puvelde, zie PUIVELDE

Quaremont, zie KWAREMONT

Quartes (Huchon de), 270

Quesne, du (Ligier), 339

Quesnoy, Quesnoyt (Baltazar du), 1556 ; (Rolland du), 1514

Quienville, zie HONDEGHEM

Quillan (Jaspar de), 445

Quinghien, zie Coyeghem

Raasin (Ernoult), 638

Rabecque, zie Rabeke

Rabeke, Rabecque, Rabeque (Guillaume de), 725 ; (Hellin de), 580 ; (Pierre de), 1465

Page 116: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

116

Rabeque, zie Rabeke

Raesseghem, zie Rasseghem

Railla[…] (Jehan), 495

Raissighem, zie Rasseghem

Ram (Roland de), 322 ; (Waitier de), 540 ; (Wincent de), 541

Rambures, zie ROSIMBOS

Rames (Jehan de), 510

Rammeghen, Ranneghem (Jehan de), 656 ; (Pierre de), 661

Rasse (Philips de), 1572

Rasseghem, Raissighem, Rassenghien; (Gheraerd van), 10 ; (Gerard de), 823

Rassenghien, zie Rasseghem

RAVENSTEIN, Ravestain, heerlijkheid in de gem. Oss, Nl., prov. Noord-Brabant, gem. Oss ; – heer van, 1608

Raveschoot, Raveschot, Ravescote (Adriaen van), 1756 ; (Guillaume de), 1003 ; (Jacques de), 1003

Raveschot, zie Raveschoot

Ravescote, zie Raveschoot

Ravestain, zie RAVENSTEIN

Rechem zie REKKEM

REIGERSVLIET, heerlijkheid in oud. gem. Westkapelle, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem. Knokke-

Heist ; – heer van, 893

Reimerswaal, Reymerswale (Clais van), 1760

Reingherstede (Goossin van der), 148

REKKEM, Rechem, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Menen ; – heer van, 713, 846

Relenghes, zie: RENINGE

Rely (Jehan de), 304

Renaix, zie RONSE

Renescure, zie RUISCHEURE

Renesse (Hendric van), 1759

RENINGE, Relenghes, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Diksmuide – heer van, 1763

RENINGELST, Reyninghelst, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Poperinge ; – heer van, 1876

Reninghes (Hector de), 1368

Renty (Oudaert van), 1892

RESSEGEM, Rasseghem, Raesseghem, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Herzele ; - heer van,

1131, 1754

Reverday (Jan), 1873 Reymerswale, zie Reimerswaal

Reyngersvliet, Reyngersvliete (Guillaume de), 828 ; (Lancelot de), 1174

Reyngersvliete, zie Reyngersvliet

Reyninghelst, zie RENINGELST

Reyst (Arnoul de), 1198

Rijcassez (Jan), 163

Rijm, Rym (Baudin), 1028 ; (Bauduin), 779 ; (Boudin), 132 ; (Daneel), 1028 ; (Ettor), 731 ; (Jehan), 1028 ;

(Symoen), 130

Lille (Jehan de), 939

Rincq (Jehan de), 211

Rine (Beatrice van den), 1801

Riquart (Cassim), 427

Riquelan (France), 637

Robbrechts (Jacques), 1306

Robert (France), 640

Robres (Jacques), 425

Rocquenghien, zie ROKEGEM

Rocques (Guillaume de), 1601 ; (Jehan de), 1601

RODE, LAND VAN, Land van Rode, heerlijkheid in de oud. gem. Schelderode en omgeving, B., prov. Oost-

Vlaanderen, arr. Gent, gem. Merelbeke ; – heer van, 1126, 1454, 1555, 1726

Roesbeke, zie ROZEBEKE

ROESELARE, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Roeselare; – burggravin van, 1857 ; - heer van, 1272

Roesselaere, Roesselare, Roullers, (Loys de), 863

Page 117: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

117

Roesselare, zie Roesselaere

Roetselaer, zie ROTSELAAR

Roide (Thierry de), 543

ROKEGEM, Rokeghem, Rocquenghien, B., arr. Oudenaarde, prov. Oost-Vlaanderen, gem. Sint-Maria-Horebeke; -

heer van, 1198

Rokeghem, (Loys de), 1199 ; (Robrecht van), 1780

Rollantcourt (Amourri), 196

ROLLEGEM, Rolleghem, heerlijkheid in de gem. Zonnebeke, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper; – heer van,

116, 929

Rolleghem, zie ROLLEGEM

Rollof (Jehan), 594

RONSE, Renaix, Ronsse, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde ; – heer van, 1140, 1752

Ronsse, zie RONSE

Rosebeke, zie ROZEBEKE

ROSIMBOS, heerlijkheid in Fournes-en-Weppes , F., dept. du Nord, arr. Rijsel; – heer van, 202, 1528, 1719

Rosimbos (George de), 1544 ; (Jehan de), 1544

Rotselaar, Roetselaer (Anthone de), 1052

Roubais, Roubais, Rubaix (Pierre de), 1541

ROUBAIX, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1527, 1128

Roullers, zie Roesselaere

ROZEBEKE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Zwalm ; - heer van, 1254

Rozebeke, Roesbeke, Rosebeke (Wouter van), 58

Roy (Alart le), 1592

Rubaix, zie Roubais

RUISCHEURE, Renescure, Ruwerschure, Ruwerscuere, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; - heer van, 1478, 1884

RUMBEKE, B., oud.gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Roeselare, gem. Roeselare ; – heer van, 1453

RUPELMONDE, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Sint-Niklaas, gem. Kruibeke ; – kasteel van, 1821

Ruusse (Olivier de), 164

Ruwel (Jehan), 1097

Ruwerschure, zie RUISCHEURE

Ruwerscuere, zie RUISCHEURE

Rycke (Simon de), 785

Rym, zie Rijm

Rysbrugghe, zie Rysselberghe

Rysele (Ebboudt van), 1375

Rysselberghe, Rysbrugghe (Jehan van), 1082 ; (Olivier van), 1083

SAAFTINGE, Saeftinghen, Nl., prov. Zeeland, gem. Sint-Laureins ; – kasteel van, 1822

Saage (Cornille le), 618 ; (Jehan le), 622

Saeftinghe, zie SAAFTINGE

Saint Auby (Jehan de), 1393

Saint Audegonde (Guillebert de), 962 ; (Gilbert de), 963

Saint Omer, Sentomaars (Jean de), 1558 ; (Joos van), 1887

SAINT-POL, Saintpol, F., graafschap in Artesië, nu Saint-Pol-sur-Ternoise, F., dept. du Pas-de-Calais, arr. Arras ;

– graaf van, 1726 ; – heer van, 1690, 1702

Saint Pol (Jacques de), 1690

SAINT-VENANT, F., dept. du Pas de Calais, arr. Béthune ; – heer van, 1698

Salaerdinghe, zie ZARLARDINGE

Salart (Olivier), 511 Sande (Jehan de le), 536

Santberghe (Wencelin de), 1745 ; (Wenselin de), 1155

SANTES, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; – heer van, 1531, 1695

Scaec, Scacq, Schaech (Jacob), 1259 ; (Louis), 702 ; (Louys), 412 ; (Matheeus), 69 ; (Mathijs, heer van Den

Hamme), 1783

Scacq, zie Scaec

Scanezune (Jehan), 336

Scathille (Matheeus van), 84

SCAUBOURG – heer van, 1717

Page 118: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

118

Scerpon (Jehan le), 315

Schaech, zie Scaec

SCHEELE - heer van, 144, 167

Schelewe (Pierre le), 1417

SCHIERVELDE, Esquiervellede, Schiervelle, heerlijkheid in de gem. Roeselare, B., prov. West-Vlaanderen, arr.

Roeselare ; – bastaard van, 578 ; – heer van, 1268

Schiervelle, zie SCHIERVELDE

Schietere (Josse), 1314

Schoonvelde, Sconeveld, Scoonevelde (Olivier van), 142 ; (Robbrecht van), 1915

Schopf (Jehan de), 1607

Schore, Schoore, Score (Jehan van), 759 ; (Percheval de), 1146

SCHORISSE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Maarkedal ; - bastaard van ; 175, 179,

180, 181, 1202 ; – heer van, 28, 169, 826, 1153, 1201, 1636, 1727

Schorisse, Scorisse, Scorsse, Escornay, Escornais, Escornaiz, Escournay, Ecornayz, Iscornay, (Arnoul d‟) 1202

; (Arnout van), 1748 ; (Chambelin d‟), 1228 ; (Elnou d‟), 180 ; (Georges d‟), 1669 ; (Gerard d‟), 1195 ;

(Godefroy van), 1792 ; (Guerrat d‟), ; (Jan van ), ; (Jehan d‟), 181, 1175 ; (Jehan de), 494, 1175 ; (Joris van),

1817, 1864 ; (Lancelot d‟), 175 ; (Loys d‟), 1659 ; (Melsion d‟), 179 ; (Philippe d‟), 1791 ; (Philips van), 1791 ;

(Pierre d‟), 1196, 1204 ; (Rogier d‟), 1175, 1203

Schoten, Scoten (Michiel de), 765 ; (Olivier de), 1428 ; (Oreit van), 1877 ; (Victor de), 1467

Schouteeten, Ecoucte, Scouteten (Baudin), 1056 ; (Gillis), 38 ; (Guyot), 1057 ; (Rem de), 812

Sconeveld, zie Schoonvelde

Scoonevelde, zie Schoonvelde

SCOPPEGHEM, heerlijkheid in de gem. Zwevegem, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; – heer van, 1779

Score, zie Schore

Scorisse, zie Schorisse

Scorsse, zie Schorisse

Scortes, zie Schorisse

Scotelaire (Jacques), 505

Scoten, zie Schoten

Sec (Alart le), 302

Selles (Flouren de), 625

Sennieres (Baudichon de), 234

Sent Jooris, zie SINT-JORIS-TEN-DISTEL

Sentomaers, zie Saint-Omer

Sepeere (Jacques), 579

Sersanders (Daneel), 1023 ; (Guillaume), 1069 ; (Jehan), 1023

Sersymoens (Pierre), 1021

SINAAI, Sinay, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Sint-Niklaas, gem. Sint-Niklaas ; – meier van, 1089

Sinay, zie SINAAI

SINT-JORIS-TEN-DISTEL, Sent Jooris, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem. Beernem ; – heer van, 1837,

1852

SINT-WINOKSBERGEN, Berghues-Saint-Winoc, Bergues, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – burggraaf van ; –

kapitein van,

SINT-WINOKSBERGEN-AMBACHT, kasselrij in het graafschap Vlaanderen ; – kapitein van

SLUIS, Sluus, Nl., prov. Zeeland ; – baljuw van, 1867; – kasteel van, 1860, 1861

Sluus, zie SLUIS

Sobrechies (Estienne de), 286

Somirghem, zie ZOMERGEM

Sontain (Ameux de), 274 ; (Thierry de), 273

Sopart (Pierre), 375

Spicke (Jehan de le), 1406

SPIERE, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Spiere-Helkijn ; - heer van, 1831

Spiere, Espieres (Gheraerd van), 29, 74 ; (Heinric van), 76 ; (Roeland van), 75

Spillet (Jehan), 227

Splectelinewerre (Michiel de), 1321

Sporkin, Sporquin (Jan), 129 ; (Jehan), 388

Sporquin, zie Sporkin

Page 119: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

119

Spreuwe (Laurens), 1415

STADEN, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Roeselare ; – heer van, 1429, 1911

Staples (Jehan de), 1484

Stavele, Stavles, Stavelez, Stavlles (Adriane van), 1854 ; (Bauduin de), 1275 ; (Brigant de), 553 ; (Guillaume de),

382 ; (Hector de), 1343 ; (Jan van), 1747 ; (Jehan de), 385 ; (Lion de), 1344 ; (Loen de), 547 ; (Pierre de), 1332 ;

(Thiery de), 1346 ; (Victor de), 546 ; (Willem van), 1789

Stavles, zie Stavele

Stavelez, zie Stavele

Stavlles, zie Stavele

Steeland, Steelant, Stellant (Baudin de), 801 ; (Guillaume de), 801 ; (Hellin de), 150, 740, 800 ; (Herlin de), 421

; (Jan de), 1053, 1054 ; (Jehan de), 689, 1054, 1059, 1055, 1149 ; (Loys de), 1040 ; (Philips van), 52 ; (Philippes

de), 801, 1048

Steelant, zie Steeland

Steelvoet (Jehan), 1405

Steemaer (Jaques), 1136

Steembecq, zie STEENBEKE

Steenbecke, zie Steenbeke

STEENBEKE, Steembecq, Steenbecque, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 1649

Steenbeke, Steenbecken (Henry de), 722, 1494 ; (Renaut van), 145

Steenberghen (Ogier de), 1495

Steenbrugghe (Loys de le), 1455

Steenhoute (Gilbert de), 1137

STEENHUIZE, B., prov. West-Vlaanderen, gem. Avelgem ; – heer van, 383, 748, 843, 1194, 1827

Steenhuse, zie Steenhuuse

Steenhuuse, Stiennuse Stienuse, Stienuuse (Gerard de), 866 ; (Guillaume de), 564 ; (Rogier de), 872 ; (Jehan de),

750

STEENVOORDE, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 1904

Steffrie (Jehan), 239

Stellant, zie Steeland

Stevins (Jehan), 655

Stichele (Josse de le), 1314

Stiennuse, zie Steenhuuse

Stienuse, zie Steenhuuse

Stienuuse, zie Steenhuuse

Stock (Sohier le), 1513

Stoct (Josse de le), 1269

STOPPELEER – heer van, 815

Strabout (Michiel), 1419

Straeten, zie STRATEN

Straeten, Straictes (Adriaen de), 434 ; (Guillaume van der), 879 ; (Jacop van der), 1290 ; (Jehan de), 424 ; (Pietre

de), 428 ; (Thierry de), 484 ; (Victor de), 1323 ; (Ywain de), 482

Straictes, zie Straeten

Straseele, zie STRAZELE

STRATEN, Straeten, heerlijkheid in de oude gem. Sint-Andries, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem.

Brugge ;– heer van, 1290

STRAZELE, Straseele, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; - heer van, 1897

Suit (Willem du), 345

Tanay (Herron), 624

Tant, Tand (Jehan de), 901 ; (Thiery), 1404

Tasseel (Jehan), 1470

Teghelare, Theeghelande, Teguelaire (Jacop de), 773 ; (Jacques), 459 ; (Jacques le), 1330 ; (Jehan),

Teldere, Teldre (Mataus de), 520 ; (Clays de), 527 ; (Fransse de), 528

Teldre, zie Teldere

Temzeque ; bastaard van, 489

TEN HOUTE, heerlijkheid in de (oude) gemeenten Kortrijk, Bellegem en Bissegem, B., prov. West-Vlaanderen,

arr. Kortrijk, gem. Kortrijk ; - heer van, 1898

Tendre (Pieret de le), 235

Page 120: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

120

Tenremonde (Jehan de), 194 ; (Pierre de), 1599

Teteghem (Bauduin de), 1524

Teufliers (Robert de), 466

Theeghelande, zie Teghelare

Themseken, Temzeque, Themsekin, Themzeke ; (Daneel de), 1296 ; (Jehan de), 489 ; (Loys de), 488, 749 ;

(Louys de), 1284

Themsekin, zie Themseken

Themzeke, zie Themseken

Thibert (Jehan), 628

Thielt, zie TIELT

THIENNES, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 971

Thierry – bastaard, 266

Tholnare, zie Tollenaere

Thor (Thiery de la), 1353

Thoreel (Guillaume), 1518

Thorout, zie TORHOUT

Thurin (Hannequin), 261

TIELT, Thielt, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt ; – baljuw van, 1817

TILLEGEM, Tilleghem, heerlijkheid in de oude gem. Sint-Michiels, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem.

Brugge ; – heer van, 1291

Tilleghem, zie TILLEGEM

Tolle (Adrian le), 269

Tollenaere, Tolnare, Tholnare (Gerard le), 1263; (Roeger de), 168; (Rogier de), 1239; (Daniel de), 704 ;

(Ghuerard de), 704 ; (Rogier de), 567; (Rogier le), 567

Tollin (Jan), burggraaf van Aalst, 1736; (Jehan), 1154 ; (Josse), 1132

Tollins, zie Baenst

Tolnare, zie Tollenaere

TOMME, heerlijkheid in de gem. Tielt, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt ; – heer van, 1742

Tomme (Wouter van den), 730

TORHOUT, Thorout, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge ; – baljuw van, 1874

TORRE ; - Baudrain, heer van, 1878

Torre (Henry de le), 1504

torre van Bourgoignen ter Sluus, fortificatie te Sluis, Nl, prov. Zeeland, kapitein van, 1860

Tour (Jehan de le), 635 ; (Pasquier le), 621

Triest (Blaix), 1677 ; (Christofle), 1027 ; (Clais), 983 ; (Gheraert), 1761 ; (Joose), 1793 ; (Joos), 1027 ; (Josse),

1687 ; (Perchevael), 1794 ; („le seigneur‟), 816

Tronchiennes, zie DRONGEN

Turpin (Guy)`, 1130

UITBERGEN, Huutberghe, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde, gem. Berlare ; – heer van,

1107

UITKERKE, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge, gem. Blankenberge ; – heer van, 746, 1834

Upbracle, zie OPBRAKEL

Uppenbrouck (Philippe de), 936

Utenhove, Uutenhove, Hove (Clais), 978 ; (Clays), 758, 1004 ; (George), 1010 ; (Goossin uten), 147 ;

(Gyselbrecht), 795 ; (Jacques), 1004 ; (Jehan), 1005, 1006, 1007 ; (Simoen), 1007, 1014 ; (Soye), 184

Uterwulgen, Wulghen (Hector uuter), 1178

Uterzwane, Chigne, Uuterzwane, Zwane (Gyslin), 1112 ; (Hector), 1113 ; (Jan uten), 33 ; (Phelips uuter), 1774 ;

(Philippe du), 1661 ; (Tristraen), 1111

Uutkercke, Huutkercke (Gheraerd van), 26 ; (Jehan d‟), 1240 ; (Lieven de), 904 ; (Roelant d‟), 979

Vaarnewijk, Vaernewijc (Gossin de), 986 ; (Jan van), 1762, 1772 ; (Jehan de), 985 ; (Sanders de), 987 ; (Yvain

de), 988 ; (Ywain de), 788

Vaerkin (Olivier), 1070 ; (Pieter), 1071

Vaernewijc, zie Vaarnewijk

Vaersenare, zie Varsenare

Vainse (David), 463 ; (Jehan), 462

Val (Guy de le), 728, 1461

Valcke (Jehan), 1379

Page 121: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

121

Valckenaere (Louys de), 1277 ; (zijn broer), 1277

Valewe (Jacques le), 1370

Valmerbeke, zie VOLMERBEKE

Value (Jaques le), 539

Varent (Arnoul de le), 1218

Varsenaere, zie Varsenare

Varsenare, Vaersenare, Varssenare, Versenare (Jehan de), 598, 744 ; (Joos van), 1845, 1868 ; (Ywain de), 890

Varssenare, zie Varsenare

Vauhon (Jehan du), 198

Vauquemare (Jaques de), 601 ; (Jehan de), 600

Vere, zie VEERE

Veinse (Jan), 114

Velde (Henry de le), 1087

Velle, zie Hustin

Veranneman (Cornelis), 1880

Verdbois, zie VERT-BOIS

VEERE, Vere, Nl., prov. Zeeland, gem. Veere ; – heer van, 1731

Vergelo (Christiaen de), 1489 ; (Jacques de), 1489 ; (Olivier van), 1910

Verguigneul (Anthoine de), 1712

Versenare, zie VARSENARE

VERT-BOIS, heerlijkheid in de gemeenten Bondues en Marcq-en-Baroeul, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; - heer

van, 1245

Vesele (Regnier de), 821

Vest, Veste, Weste (Jehan de le), 469, 639, 1449

Veste (Jehan de le), 1449

Veurhoute, Vuerhoute, Werhout ; - heer van, 1743 ; (Adrien de), 1646 ; (Adriaen van), 1743, 1822 ; (Hector

van), 20, 1050

VEURNE, Furnes, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Veurne ; – baljuw van, 1866 ; - burggraaf van, 5, 734, 938,

1666, 1854

VEURNE AMBACHT, Vuernambacht, kasselrij in het graafschap Vlaanderen ; – baljuw van, 1866 ; – kapitein van,

1863 ; – ontvanger van, 1875

Veyse (David), 738 ; (Lancelot), 1338 ; (Vincent), 1365

VIANE, Vyane, B, oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Geraardsbergen ; – heer van, 1152, 1728

VICHTE, B, oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk, gem. Anzegem ; – heer van, 121, 672, 845, 1197,

1741

Vichte (Anthoine van der), 1859 ; (Guillaume de la), 1205

Vick (Henry de), 1463

Videgoet (Vitor), 506

Vielgay (Denys de), 1398

VIER AMBACHTEN, Vierambochten, kasselrij in het graafschap Vlaanderen ; – baljuw van, 1812

Vierambochten, zie VIER AMBACHTEN

Vieselle (Henry de), 591

Viesville (Jan van der), 1894

Vijd, Wijts (Clais), 40 ; (Joris), 1300 ; (Kerstoffels), 41 ; (Montfrant), 1300

Vilain, Vylain, Vylein (Adriaen), 1754 ; (Adrien), 1046 ; (Christoffe), 1618 ; (Ector), 693 ; (Godevaert), 1737 ;

(Hector), 1038 ; (Jan), 15 ; (Jean), ; (Jehan), 808, 1047 ; (Phelips), 1770 ; (Philippe), 1051 ; (Philips), 34 ;

(Philips de jonge), 35, 36 ; (Roger), 1039 ; (Wulfaert), 809

Vinage (Jacop du), 1765

Vingne (Jehan de le), 409, 1579

Visch, Wisch, Wysch (Diederik de), 111 ; (Fransois de), 110 ; (Galvein de), 319 ; (Pierre le), 538 ; (Sohier de),

1341 ; (Vincent de), 1365 ; (Vit de), 403 (Wijd de), 735 ; (Willem le), 736 ; (Wydt de), 1331, 1364

Visquete (Jehan de le), 409

Visschere (Christien de), 1409 ; (Godefroy le), 1380 ; (Michiel le), 1418

Vivere (Josse de le), 1219

VLAANDEREN, graafschap ; – algemeen ontvanger van, 1806 ; – bastaard van, 756, 898, 1295 ; – heer van, 1751,

1766, 1771 ; erfachtige maarschalk van, 1741, 1856 ; - souverein baljuw van, 1614, 1802 ; - watergraaf van,

1805

Page 122: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

122

Vlaenderen, Vlaendren, Flandre, Flandres (Charles van), 1638 ; (Guy van), 743 ; (Henry van), 822 ; (Jacques

van), 310 ; (Jan van), 1882 ; (Jehan van), 333, 1281 ; (Karels van), 1890 ; (Lodewijc van), 1829 ; (Lodewijc van,

zijn zoon), 1830 ; (Loys van), 1634 ; (Robert de), 307

Vlaendren, zie Vlaenderen

VLAMERTINGE, Vlamertinghe, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper ; – vrouwe van, 1909

Vlamertinghe, zie VLAMERTINGE

Vlaminck, Vlamynck (Anthone), 1605 ; (Jehan), 1515

Vlamynck, zie Vlaminck

Vlencke (Guillaume de), 932

VLENERHOUTE, – heer van, 1910

VLETEREN, Vleterne, Flêtre, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 1897

Vleterne, zie VLETEREN

Voet (Guillaume), 1340

VOLANDERE, Vollandre, heerlijkheid in de gemeente Wevelgem, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; - heer

van, 1739

Vollandre, zie VOLANDERE

VOLMERBEKE, Valmerbeke, Valmerbeque, heerlijkheid in de gemeente Hooglede, B., prov. West-Vlaanderen,

arr. Roeselare ; – heer van, 1457 ; – vrouwe van, 1899 ; (Godscalc de), 1456 ; (Jehan de), 902

Vommez (Jehan de), 384

Voocht (Jacop de), 1847 ; (Jan de), 1861

VOORDE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Ninove ; - heer van, 1145

Voorde (Gauthier van den), 811 ; (Jacques de le), 1043 ; (Reste de le), ; (Sohier van de), 847

VOORHOUTE, Veurhoute, Vuerhoute, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Sint-Niklaas, gem. Stekene ; - heer van,

1743

Voormezeele, zie VOORMEZELE

VOORMEZELE, Voormezeele, Vormiselle, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Ieper ; – heer

van, 1286, 1901

Vormiselle, zie VOORMEZELE

Vos (Baudin de), 675, 982 ; (Bouden de), 86 ; (Jan de), 1871 ; (Jehan de), 921, 1157 ; (Philips de), 1064

Vout (Bertin la), 303

Voysdonc (Arnoul de), 1606

Vrach (Colart de), 248

Vreze (Wautier de), 1322

Vuerhoute, zie VOORHOUTE

Vuernambacht, zie VEURNE AMBACHT

Vuerne, zie VEURNE

Vues (Henry de), 1671

Vylain, zie Vilain

Vylein, zie Vilain

Vyt (Jehan), 1061 ; (Loys), 1061

Waas, Waze, zie LAND VAN WAAS

WAASTEN, Waestene, B., prov. Henegouwen, arr. Moeskroen, ge. Komen-Waasten ; 1915

Wackene, zie WAKKEN

WAALSKAPPEL, Wallon-Cappel, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; - heer van, 774

WAAS, LAND VAN, lande van Waes, kasselrij in het graafschap Vlaanderen ; – baljuw van het, 1816

Waelscapelle, Waelscappele, Wallon Cappel (Henry de), 974 ; (Jacop de), 774 ; (Jacques de), 1497

Waelscappele, zie Waelscapelle

Waerhem (Jacques de), 1388 ; (Robert de), 1355

Waesberghe (Jehan de), 1176

Waestene, zie WAASTEN

Waghenare (Ghilain de), 1471 ; (Pierre le), 1458

Waie (Michiel), 435

WAKKEN, Wackene, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt, gem. Dentergem ; – heer van, 1774

Wal (Jehan de le), 581

Wale (Pieter de), 1799

Walins (Gadifer), 1511 ; (Gilles), 718 ; (Oreyt), 1475 ; (Pieter), 1516

WALLE ; – heer van, 1808

Page 123: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

123

Walle (Enguerrand de le), 454 ; (Guillaume de le), 1266 ; (Jacques de le), 662 ; (Jan), 1808 ; (Jehan de le), 610,

712, 1236 ; (Louys de le), 504 ; (Loys de le), 877 ; (Pierre de le), 1207 ; (Willem de le), 1373

Wallon Cappel, zie Waescapelle

Walyns (Henry), 1400

Wardenleque (Roland de), 419

Wartebeke, zie Wartembeke

Wartembeke,Wartebeken (Roelant de), 1464

WARTENBEKE, heerlijkheid in de gem. Komen-Waasten, B., prov. Henegouwen, arr. Moeskroen ; - heer van, 717

Wassemire (Josse de), 1663

Wastines, zie Woestine

Watene, zie WATTEN

Waterleet (Pierre de), 1509 ; (Philippes de), 1508

WATERVLIET, B., heerlijkheid te Handzame, B., gem. Kortemark, arr. Diksmuide, prov. West-Vlaanderen – heer

van, 1839

Watervliet (Thiery de), 913

WATTEN, Watene, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 166, 964, 1902 ; – vrouwe van, 1857

Waucrin (Jehan de), 1711

Waudripont (Gille de), 268

WAVRIN, Wavry, F., dept. du Nord, arr. Rijsel ; bastaard van, 1565 ; – heer van, 1525, 1693, 1704 ; (Urbain),

1704

Waze, zie WAAS

Wedergraete, zie Wedergrate

WEDERGRATE, heerlijkheid in de gem. Denderwindeke, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst ; - heer van, 1013

Wedergrate, Contrecoeur, Wedergraete (Jehan de), 1191

Weeges (Jehan de le), 1381

Weerveke, zie WERVIK

Weerveken, zie WERVIK

Welle (Gilles), 474

Werde (Daneel de le), 652

Werhout, zie Veurhoute

Werve (Abel de le), 652

WERVIK, Weerveke, Weerveken, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper; – baljuw van, 1824, 1881

Wes (Andrieu le), 448 ; (Arnoul du), 416 ; (George de), 623

Weste, zie Vest

WESTOUTER, Westoutere, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Heuvelland ; - vrouwe van,

1788

WETTEREN, Wettere, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde ; 1106

Weytens, zie WASTINES

Wez (George du), 1425

Wicke (Jacque le), 1426 ; (Pierre le), 1426

Wielant (Jan), 1779 ; (Phelips), 1778 ; (Philippes), 1044

WIEZE, Biese, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst; - heer van, 1162

WIJNENDALE, Winendale, B., heerlijkheid in de gem., Torhout, prov. West-Vlaanderen, arr. Brugge; – baljuw

van, 1874 ; – heer van, 1849

Wilde (Goossin de), 77 ; (Goussin de), 892 ; (Jehan de), 692

Wilemsone (Josse), 356

WINCHESTER, Winchestere, graafschap in Engeland ; – graaf van, 1828

Winchestere, zie WINCHESTER

WINGENE, Winghene, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt ; - heer van, 1742

Winghene (Jacob de), 994 ; (Wautier de), 691

WINNEZELE, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 1906

Winnezeele (Jehan de), 1491

Wisch, zie Visch

Wisenelle (Jehan de), 636

Wisflet (Arnoul de), 361 ; (Jehan de), 360

Witton (Jehan), 1285

Page 124: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

124

WOESTIJNE, heerlijkheid te Aalter, Knesselare, Ursel, Ruiselede, Tielt, Zomergem, Bellem, Lotenhulle,

Waarschoot en Beernem , B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent - heer van, 1281

Woestijnne, zie Woestine

Woestine, Wastines, Woestene,Woestijnne, Woestinne, Woestynne, Woustine (Andries van der), 1896 ;

(Baudouin de la), 864 ; (Galois des), 1576) ; (Jehan de le), 757, 931 ; (Jehan des), 1574, 1575 ; (Francois de le),

1408 ; (Olivier de le), 1450 ; (Percheval de le), 1265 ; (Rogier de le), 710, 1451 ; (Tristran de le), 711 ; (Willem

van der), 1809

Woestinne, zie Woestine

Woestynne, zie Woestine

Wommene (Rogier van), 925 Won Holle (Lievin), 1644

Wonic (Louys de), 470

Woustine, zie Woestine

Wulf (Francois de), 1468

Wulfsb[…]e, zie Wulfsberghe

Wulfsberghe, Wulfsb[…] (Jehan de), 441, 1361 ; (Louys de), 1361 ; (Loys de), 394, 745

Wulghen, zie Uterwulgen

Wulpen (Pieter van), 96

Wysch, zie Visch

Wytbaere (Jehan de le), 1100

Wyts, zie Vijd

Yedeghem (Jehan de), 1170

Ypre, zie IEPER

Yseghem, zie IZEGEM

Ysenghien (d‟), zie IZEGEM

Ywedde (George de le), 775

ZAAMSLAG, Nl., oud. gem., prov. Zeeland, gem. Terneuzen ; – heer van, 798

Zaemslach (Floreyns de), 1037

ZANDBERGEN, Zandberghe, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Geraardsbergen ; – heer van,

671, 1133, 1745

ZANDVOORDE, B., oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper, gem. Zonnebeke ; – heer van, 1792

ZARLARDINGE, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst, gem. Geraardsbergen ; – heer van

Zebelle (Jaques), 398

Zedelghem (Danckaert de), 926 ; (Philips van), 79

Zegles (Gillequin), 461

ZELE, Zelene, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Dendermonde ; heer van -, 1740

Zelene, zie ZELE

Zeurin (Jehan), 481

Zickele, zie Zickelen

Zickelen, Zickele (Clays vander), 1008 ; (Phelips van der), 1773

Zielbeque (Jacques de), 582

Zieulande (Jehan de), 574

Zijpe, Zipe, Zype (Jehan van der), 1031 ; (Pieter van den), 158 ; (Wijt van der), 1764

Zineghem, zie Zinneghem

Zinnebeke, zie ZONNEBEKE

Zinneghem, Zineghem, Zynneghem (Francois de), 1412 ; (Guillaume), 1412 ; (Marius de), 1414 ; (Pertre de), 634

Zinnenbeke, zie ZONNEBEKE

Zipe, zie Zijpe

Zoarte (Roland le), 512

ZOETERSTEDE, Le Doulieu, F., dept. du Nord, arr. Duinkerke ; – heer van, 1905

Zoetin (Jacques), 1363 ZOMERGEM, Somirghem, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Gent ; – heer van, 1610 ; (Bauduin), 1610

ZONNEBEKE, Zinnebeke, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Ieper ; – heer van, 1786 ; (Andrieu de), 312

Zoonevellede (Guerin de), 642 ; (Wautier de), 643

ZOTTEGEM, Zotteghem, Zotteghen, B., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Aalst ; – heer van, 1127, 1727

Zotteghem, zie ZOTTEGEM

Zotteghen, zie ZOTTEGEM

Page 125: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

125

Zuelne[…] (Haine de), 631

Zuerinc (Jehan), 755

Zuevengien, zie Zweveghem

Zuevezeulle (Jehan de), 362

Zulseke, zie ZULZEKE

ZULZEKE, Zulseke, B., oud. gem., prov. Oost-Vlaanderen, arr. Oudenaarde, gem. Kluisbergen ; - heer van,

1142

Zuutpeene, zie Peene

Zuutpienne, zie Peene

Zuvinghem ; - bastaard van, 644 ; (Odin), 644

Zuytpeene, zie Peene

ZWEVEGEM, Zweveghem, Zwevenghien, Zuevengien, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Kortrijk ; – heer van,

18, 1254, 1746

Zuevengien (Arnould de), 417

Zwevenghien, zie Zweveghem

ZWEVEZELE, Zwevezeele, B., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt, gem. Wingene ; – vrouwe van, 1801

ZWIJNDRECHT, B., prov. Antwerpen, arr. Antwerpen ; – heer van, 1737

Zynneghem, zie Zinneghem

Zype, zie Zijpe

Page 126: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

126

1. Dit document is vermeld in R.-H. Bautier, J. Sornay & F. Muret, Les sources de l‟histoire économique et

sociale du moyen âge. Les États de la maison de Bourgogne. t. I. Archives des principautés territoriales. 2. Les

principautés du Nord, Parijs, 1984, p. 144 (noot 2).

2. Lodewijk de Haze, bastaard van de graaf van Vlaanderen, sneuvelde in de veldslag bij Nicopolis op 25

september 1396. (P. Rogghé, „Gent in de 14e en 15

e eeuw‟, Appeltjes van het Meetjesland, 19, 1968, p. 252. Hij

was ook heer van Wessegem (bij Ursel), R. Moelaert, „Wessegem en zijn heren‟, Appeltjes van het Meetjesland,

24, 1973, pp. 206-38. Voor de grafelijke bastaarden, zie ook. P. de Lichtervelde, „Les bâtards de Louis de Male‟,

Handelingen van het Genootschap voor Geschiedenis te Brugge, 78, 1935, pp. 48-58).

3. Gerard van Ressegem, heer van Baasrode, is vermeld in primaire bronnen vanaf 4 september 1349 en overleed

vermoedelijk kort na oktober 1393 (T. de Limburg-Stirum, Cartulaire de Louis de Male, comte de Flandre,

Brugge, 1898, dl. 1, pp. 121-122; J. Buntinx, De audientie, pp. 85-87; A. Le Glay, Inventaire sommaire des

Archives Départementales antérieures à 1790. Nord. Archives civiles. Série B. Chambre des comptes de Lille,

Rijsel, 1863, pp. 234).

4. Hendrik van Antoing is vermeld in november 1388 (Buntinx, De audientie van de graven van Vlaanderen.

Studie over het centraal grafelijk gerecht (c. 1330 – c. 1409) (Verhandelingen van de Koninklijke Academie

voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten, Klasse der Letteren, 24), Brussel, 1949, pp. 414).

5. Colard de la Clite, heer van Nieuwenhove, Renescure en Komen, is vermeld van 1351 tot 1391 (Buntinx, De

audientie, pp. 78-80).

6. Filips van Massemen, heer van Eke, Hundelgem en Sint-Joris-ten-Distel, is vermeld vanaf 7 februari 1346 en

overleed op 18 april of 6 juni 1391 (Stadsarchief Gent, Reeks 301, nr. 1, 1345-1346, fo 20 v.; A. De Vlaminck,

L‟église collégiale Notre-Dame à Termonde et son ancien obituaire (Gedenkschriften van de Oudheidkundige

Kring der stad en des voormaligen Lands van Dendermonde. Buitengewone uitgaven 8), Gent, 1900, dl. 2, p.

70).

7. Goessin van Leeuwergem, heer van Leeuwergem, is in 1381 vermeld (Stadsarchief Gent, Reeks 301, nr. 12

(1389-1390), fo 53 r.).

8. Giselbrecht van Leeuwergem, heer van Leeuwergem, souverein-baljuw van Vlaanderen van 10 oktober 1390

tot 9 oktober 1396 (Van Rompaey, Het grafelijk baljuwsambt, pp. 614). In opdracht van Filips de Stoute vertrok

hij samen met Jean de Vergy en Robert Dangeul op 20 januari 1397 naar het hof van sultan Bayazit om Jan van

Nevers (de latere hertog Jan zonder Vrees) vrij te kopen uit gevangenschap na de nederlaag in de slag bij

Nicopolis in 1397. Hij overleed tijdens de terugreis in de zomer van 1397 bij Mytilene (Lesbos, Griekenland) (R.

Vaughan, Philip the Bold. The Formation of the Burgundian State, Woodbridge, 20022, pp. 76).

9. Lodewijk van Reigersvliet, heer van Boelare, is vermeld van 1378 tot na 1431 (M. Van Trimpont, Het Land

en de Baronie van Boelare, Geraardsbergen, 1998, pp. 142-147).

10. Gerard van Massemen werd heer van Massemen en Beerlegem na het overlijden van zijn vader Gerard in

1374. Hij overleed tussen 14 januari 1384 en 4 maart 1391 (A. Verkooren, Inventaire des Chartes et Cartulaires

des duchés de Brabant et de Limbourg et des Pays d‟Outre-Meuse, Brussel, 1961; Stadsarchief Gent, Reeks 330,

nr. 9, 1390-1391, fo 30 v.).

11. Jan van Massemen, heer van Kalken, is vermeld vanaf 18 oktober 1357 als minderjarige en overleed tussen

25 februari en 3 juni 1399 (Stadsarchief Gent, Reeks 330, nr. 2, 1357-1358, fo 116 r.; nr. 11, 1398-1399, f

o 37

v., fo 64 v.).

12. Giselbrecht van Massemen, heer van Hollebeke, is als minderjarige vermeld op 18 oktober 1357 en overleed

op 12 juli 1402 (Stadsarchief Gent, Reeks 330, nr. 2, 1357-1358, fo 116 r.; J. Béthune, Épitaphes et monuments

des églises de la Flandre au XVIe siècle d‟après les manuscrits de Corneille Gaillard et d‟autres auteurs,

Brugge, 1900, p. 93).

13. L. Van Hollebeke (ed.), „Un rôle des feudataires du comté de Flandre, dans la châtellenie d‟Ypres, redigé

vers la fin du XVIe siècle‟, Handelingen van het Genootschap voor Geschiedenis te Brugge, 19, 1867, p. 329:

„messire Rollant Hauwel‟ verhief kort na 9 maart 1384 de lenen die hem toevielen door de dood van „Engherran

Hauwel, sen frere‟ in de parochie Beselare (leenhof Ieper): het was de eerste van 19 inschrijvingen in de

rekening die liep van 9 maart 1384 tot 1386).

14. Rogier Boetelin is vermeld als heer van Heule en raadsheer van Lodewijk van Male in mei 1388 (Buntinx,

De audientie, pp. 389).

15. Boudewijn II de Vos, heer van Pollare, is voor het eerst vermeld als ridder in 1380 en hij overleed op 5

januari 1424 (Algemeen Rijksarchief Brugge, Oud Kerkarchief, nr. 341, Cartularium van de Kartuizerinnen, fo

11 v.; Béthune, Épitaphes et monuments, p. 306).

16. Jan Hauweel overleed vóór 10 september 1386 (Buntinx, De audientie, p. 309).

Page 127: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

127

17. Moerbeke of Morbecque (arr. Dunkerque, dept. du Nord, F.), niet te verwarren met Moerbeke (arr. Aalst,

prov. Oost-Vlaanderen).

18. Mogelijk Scheel in Kalmthout (A. Houet & R. Cleeren, Dictionnaire moderne géographique, administratif,

statistique des communes belges. Modern woordenboek, aardrijkskundig, administratief, statistisch der

Belgische gemeenten, Brussel, 1967, p. 696).

19. Wedergrate (Fr. „Contrecoeur‟), een leengoed te Aarsele dat Meerbeke, Neigem, Denderwindeke en

Appelterre-Eighem omvatte (arr. Tielt, prov. West-Vlaanderen) (J. Van Twembeke, Lijst der heerlijkheden van

het Land van Aalst, Gent, s.d., pp. 287-290. Hoste V de Trazegnies, heer van Wedergrate, overleed tussen 27

september 1383 en 10 juni 1388 (D. van de Perre & R. Van Hauwe, „De geschiedenis van Denderwindeke. Deel

II: de middeleeuwse heren (ca. 1100-1487)‟, Het Land van Aalst, 44, 1992, pp. 36; Stadsarchief Gent, Reeks

301, nr. 11, 1387-1388, fo 84 r.).

20. Het betreft Asse te Deerlijk (arr. Kortrijk, prov. West-Vlaanderen), niet de gelijknamige heerlijkheid Asse in

hertogdom Brabant (prov. Vlaams-Brabant, arr. Brussel) (Douxchamps, La famille, II, pp. 333-50).

21. J. Van Acker, „Bijdragen tot de geschiedenis der heren van Gistel‟, in: M. Denduyver, A Ghyselbrecht, O.

Titeca (eds.), Gestella 1988: duizend jaar Gistel: bijdragen tot de geschiedenis, archeologie en genealogie van

Gistel, Gistel, 1988, pp. 165-225.

22. Deze lijst en het afschrift worden vermeld door P. de Lichtervelde, Un grand commis des ducs de

Bourgogne. Jacques de Lichtervelde,sSeigneur de Coolscamp, Brussel, 1943, pp. 306.

23. In deze uitgave is ervoor gekozen om deze lijsten als één geheel uit te geven. Het onstane verlies van de

chronologische volgorde van de bewaarde lijsten wordt gewettigd door de onderzoekswaarde van de gedeelde

overleveringstraditie van deze adelslijsten in de navolgende eeuwen.

24. Stadsarchief Gent, Fonds Familiepapieren, nr. 2241 (leendenombrement van de heerlijkheid Mullem te

Dadizele van 4 februari 1534 n.s.).

25. P. van Peteghem, De Raad van Vlaanderen en staatsvorming onder Karel V (1515-1555). Een

publiekrechtelijk onderzoek naar centralisatiestreven in de XVII Provinciën, Nijmegen, 1990, pp. 328; J.

Christiaens, De Vlaamse staatsman en humanist Karel Rym (1533-1584) (onuitgegeven licentiaatsverhandeling

Universiteit Gent), 1980 (zie ook diens lemma over Karel Rijm in het Nationaal Biografisch Woordenboek, 10,

1983, kol. 559-565).

26. De uitdrukking „een anderen haudt bouxcken van jonker Anthonis de Mol also voorseit es,‟ lijkt te

suggereren dat deze tweede lijst van Filips de Goede uit een ander boek van Antoine de Mol komt dan het eerder

vermelde „viel livret appertenant au seigneur Anthone de Mol‟ dat de lijst van Lodewijk van Male bevatte.

„Anderen‟ moet hier echter gelezen worden in de betekenis van „naastvolgend‟ gezien de uitdrukking „also

voorseit es.‟ Het gaat dus wel degelijk om slechts één boekje van Antoine de Mol en Maria de Baenst dat

kennelijk beide lijsten bevatte (Verwijs & Verdam, dl. 1, kol. 408-411).

27. Algemeen Rijksarchief Brussel, Rekenkamers, nrs. 17719, 17723, 17750 (denombrementen leenhof Burg

van Veurne); J.-J. Gailliard, Bruges et le Franc, ou leur magistrature et leur noblesse avec des données

historiques et généalogiques sur chaque famille, Brugge, 1857, dl. 1, pp. 22 en volgende („De Baenst‟)

28. SAG, FP, nr. 800, f° 34r°-f° 35r°: „En recommandation de la presente Genealogie Jodocus a Bracle.

Philippe, Catholicis Hispanae Regis in Flandria Consiliarius anno 1570. Combien que pour le jourdhui voyons

l‟estat de la noblesse par nonchalantes et maulvaisses conduits tant bas et derrye que a grandt peyne en on le

puisse decerner du mechanique et que samble quasi a ung chascun estre licite de sugerer es rancx des nobles, se

forger des armes et sa poste, usurper et rober secretement leurs privileges. Ce neantmoings ce doit estre chose

bien aggreable a tout homme aymant la vertu de ses predecesseurs, de trouver par les histoires conservees leurs

preudhommes, de veoir les eglises parees de leurs belles sepultures, et anchiens lettres et inscriptions et les

fenestres remplus de leurs quartiers et alliances, d‟aultant que de nous mesmes. Samblons naturellement estre

inclus a cognoistre et estimer les faicts nobles, vies exemplaires, dicts, et aultre choses notables des Grecqz,

Romains ou altres nations estrangieres, pourquoy a plus forte raison ne conserverons nous les exemples

domestiques advenus es personnes de noz anchestres propres. Lesquels nous propose la presente deduction,

genealogie ou histoire de la maison de Courtreij, et nous monstrer a l‟eoil de degré en degré l‟affection que les

personaiges de ladite maison ont tousiours eult envers nostre religion Catholique par leurs fondations

d‟abbayes, cloystres, cappelryes, messes, anniversaires etc. Item leurs faicts d‟armes, alliantses et plusieurs

autres actes et exemples nobles dignes de recrit pour leur posterité. Ilz declairent assés a leurs continuelz

partaiges faicts a leurs descendants passe d‟eulx rend aux successivement jusques au jour present 1569 le

virtueulx song qu‟ilz ont eult de conserver leur maison et maintenir leurdicts hoir et successeurs en toute paix,

unio et concorde ...‟ De auteur beklemtoont nogmaals de stichtelijke betekenis van „ce tresor de recuil‟ en tekent

met: „Erasme de Bracle, Seigneur de Varembeke et donné grandement sa vraye magnanimité et bon zele envers

Page 128: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

128

ses hoirs et successeurs leur ayant remijs en lumiere ce que desia par la grande nonchalance des ancestres,

estoit quasi mort, oublié et ensevely, affin que animés et incitéz par telz exemples ilz seoynt d‟aultant plus

prompté et deliberés a les ensuivre a quoy je prie que jamais ilz ne feront faulte.‟ De tekst wordt vervolgens

afgesloten met een hele reeks „bon mots‟ en aan klassieke auteurs ontleende uitspraken over adeldom. De

inleiding werd afgerond met een opdracht (f° 38r°-f° 39r°): „Lettre dedicatoire Erasme de Bracle, sr. de

Varembeke, auteur de ce present recueil. A Messeigneurs ses freres et autres bons amys, lecteurs d‟icelui.‟ Het

werk werd opgedragen aan „a voz nobles et vertueuses personnes‟, die afstammen van het huis van Kortrijk-Van

Brakel. Deze opdrachtbrief dateert van 6 april 1565 en is getekend te Gent.

29. Rijksarchief Brugge, Fonds de Thibault de Boesinghe, nr. 42a. De titels van [H] en G zijn volledig

overeenkomstig, ook met het gebruik van „pareillement,‟ wat in geen enkel ander bekend afschrift gebruikt is.

Bovendien deelden beide versies specifieke naamvarianten (bijvoorbeeld „Houchur‟ in plaats van „Heuchin‟).

30. De ratificatieformule is bewaard: Bibliothèque Municipale de Douai, Hs. 971, f° 23 r. - 24 v.: „A tous ceux

qui ces presentes lettres verront ou arront, messire Philippes Lamoral de Gand dit Vilain, comte d‟Isenghien etc,

conseiller du Roy, nostre sire, gouverneur et capitaine general des villes et chastellenie de Lille, Douay et

Orchis, et des appartenances salut. Scavoir faisons que pardevant Martin de Blie et Loys le Bouteleu, auditeurs

commis et deputez de par nous au nom dudit sieur Roy aprendre, ouir et recevoir les contrats, convenances,

marchez et obligations qui se font et passent sous le seel de souveain baillage dudit ville comparut en sa

personne messire Ferdinand de Maubie, chevalier, sieur de Schoondorp etc., lequel a declaré et pour verité

afirmé que s‟estant allié par mariage en l‟an quinze cens nonante quatre a la fille de lors decedée Alexandre le

Blancq escuyer sieur de Meurchin etc., le sieur de Meurchin son beaufrere luy montra et laissa quelques temps

entre mains divers recueils de genealogies et antiquitéz dont ledit feu avoit esté studieux merveilleusement et au

moyen de cela ledit sieur comparant s‟affectionna a cet estude genealogies et antiquitez qu‟il a continué jusques

a peu d‟annees en ça que l‟age et les maladies l‟en ont retiré ayant tandis qu‟il sy occupoit en delai

conversation et correspondances au ce divers autres embrassans mesme plaisir, des papiers desquels et de ceux

de sondit beaufrere de genealogies, et des notes et extraits qu‟il a de la son advis plus de dix rames de papier

tirés des registres et papiers reposant en la chambre des comptes du Roy a Lille, gouvernance, baillage et halle

d‟icelle ville, halle de Tournay, et d‟autres fermes de lieux pieux et quelques maisons principalles registres des

nottaires epitaphes etc. lesquels extraits et nots il a trouvé par experience avoir etés faits fidellement a

chacunefois que ses amis et autres ayans besoing de quelque titre y mentionné l‟ont fait recherchier la part

qu‟ils renvoyent, parmy lequel amas de notices et extrait est la coppie du roole des nobles du comté de flandre

au temps du comte Louis de Nevers et d‟un autre dont la fin estoit dechiree des nobles de Fandre qui en l‟an mil

quatre cens vingt un accompagnans le Duc Philippe de Bourgogne a la journée premiere qu‟il fit en France

pour vengier la mort du duc Jean son pere, desquels deux roles les originaux doivent estre parmy lesdits papiers

reposant en laditte chambre des Comptes a laquelle copie desdits deux roles reposans en mains dudit sieur de

Schoondorp la copie cy dessus transcrite a esté collationnee de mot a autre et trouvee concorder par les dits

auditeurs en tesmoing de ce nous a la relacion desdits auditeurs par leurs seings manuels apposé a ces

presentes, avons icelle fait sceller du scel dudit souverain baillage, sauf le droit dudit sieur Roy eslantré en tout

ce fut ainsy affirmé et collationné ce dixieme jour du mois de may mil six cens vingt cinq signé Schapelinck, M.

De Blie, L. Boutelers, et seelé d‟un seel pandant en cire verte.‟

31. Het is uitgesloten dat K het in 1625 geratificeerde document is, aangezien in de opdrachtbrief in L

uitdrukkelijk is vermeld dat de ratificatie bevestigd werd met een groen zegel, en K geen enkel spoor van een

aangehecht zegel vertoont.

32. Blijkens diens Notes historiques relatives aux offices et aux officiers du Bureau des finances de la généralité

de Lille, Rijsel, 1855 was deze goed vertrouwd met het bewaarde archiefmateriaal te Rijsel.

33. A. Sanderus, Bibliotheca belgica manuscripta, Rijsel, 1641-1643.

34. G. de Haveskercke, „Propos généalogiques autour de Robert Groverman (1860-1951)‟, Recueil de l‟Office

généalogique et héraldique de Belgique, 36, 1986, pp. 161-180.

35. Archives départementales du Nord, B 3679. Verder werd ook een vergelijking uitgevoerd met E. de

Coussemaker, „Fiefs et feudataires de la Flandre Maritime‟, Annales du Comité Flamand de France, 5, 1860, pp.

279-383; 13, 1875-1877, pp. 17-157, welke reeksen leenhouders bevat voor de late 13e en 14

e eeuw.

36.B. de Lannoy, Hugues de Lannoy. Le bon seigneur de Santes, Brussel, 1957, pp. 201-211.

37. Het is uiteraard niet uitgesloten dat [O] uiteindelijk een van de vier afschriften P, Q, R of S is, maar hierover

valt geen uitsluitsel te geven.

38. De kasselrijen Rijsel, Dowaai en Orchies werden opnieuw onderdeel van het graafschap Vlaanderen in 1369.

A.G. Jongkees, „Vorming van de Bourgondische staat‟; in: Nieuwe Algemene Geschiedenis der Nederlanden, dl.

4, Haarlem, 1980, pp. 184-200.

Page 129: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

129

39. Willem van Leeuwergem was baljuw van Aalst in 1348 (Nowé, Les baillis comtaux, pp. 393).

40. Zeger van Kalken is vermeld in primaire bronnen vanaf 23 juli 1361 en hij overleed in 1401 of 1402

(Stadsarchief Gent, Reeks 301, nr. 1, 1360-1361, fo 46 r.).

41. Bernard van Herzele overleed na 26 september 1357 en vóór 20 november 1363 (Stadsarchief Gent, Reeks

330, nr. 2, 1357-1358, fo 113 v.; nr. 3, 1363-1364, f

o 258 r.).

42. Iwein van Leeuwergem overleed vóór 10 januari 1366 (Algemeen Rijksarchief Brussel, Kerkelijk Archief

Brabant, nr. 4629, Cartularium van de abdij van Affligem, pp. 441-445).

43. Hendrik van Vlaanderen overleed vóór 14 juni 1367 (Stadsarchief Gent, Reeks 330, nr. 4, 1366-1367, fo 23

r.).

44. Jan van Oudenhove overleed tussen 15 juli 1362 en 19 december 1365 (C. Vleeschouwers, Het archief van

de abdij van Boudelo te Sinaai-Waas en te Gent. Deel II. Regesten der oorkonden, Brussel, 1983, dl. 2, pp. 534,

546-547).

45. „Jan van Ryssele, rudder‟, was baljuw van Veurne van 23 september 1351 tot 14 juli 1356 (Nowé, Les baillis

comtaux, pp. 390) Hij overleed vóór 1366-1367 (Algemeen Rijksarchief Brugge, Rolrekeningen, nr. 1880

vermeldt „mins vrauwe mins heere Jhans van Risle wedewe‟ in de leenverheffingen van 24 juni 1366 tot 23 juni

1367.

46. Het gaat vrijwel zeker niet om Komen of Comines (arr. Mouscron-Comines, prov. Henegouwen): de

heerlijkheid Komen is immers nooit in bezit geweest van de familie Van Hondegem.

47. Boudewijn IV de Vos werd heer van Laarne na de dood van zijn vader Boudewijn III, heer van Lovendegem,

Laarne en Pollare, op 3 juli 1432 (C. D‟Hooghe & E. Balthau, „Een bijdrage tot de studie van het stadspatriciaat

in de late Middeleeuwen: de Brugse familie de Vos in de 14de-15de eeuw‟, Castellum, 6, 1989, p. 31.

48. „Jehan Utenhove filz Jehan‟ was baljuw van Oudenaarde van 27 oktober 1436 tot 13 april 1439 (Van

Rompaey, Het grafelijk baljuwsambt, pp. 640).

49. Simon Utenhove was baljuw van Eeklo, Kaprijke en Lembeke van 10 mei 1429 tot 7 mei 1438 (Van

Rompaey, Het grafelijk baljuwsambt, pp. 625).

50. In 1435 waren de twee terzake doende geïnfeodeerde ambten, namelijk de meierei van Sinaai en Belzele op

de lenen en de meierij van Sinaai en Belzele op de erven, in bezit van Pieter de Zaman fs. Jan. Deze familie had

deze ambten in bezit tenminste vanaf 1383 en tenminste tot 1528 (A. de Schoutheete de Tervarent, Inventaire

général et analytique des archives de la ville et de l‟église de St.-Nicolas (Waes), Brussel, 1872, nr. 28, pp. 21;

Idem, Livre des Feudataires des Comtes de Flandre au Pays de Waes aux XIVe, XVe et XVIe siècles

(Publications extraordinaires du Cercle archéologique du Pays de Waes, 9), Sint-Niklaas, 1873, pp. 24, 80).

51. Jan van Massemen, heer van Kalken, overleed tussen 6 februari 1437 en 15 juni 1437 (Stadsarchief Gent,

Reeks 301, nr. 34, 1436-1437, fo 83 r.; Reeks 330, nr. 21, 1436-1437, f

o 65 r.).

52. Jan de Proost was baljuw van Dendermonde van 19 oktober 1436 tot 1 september1453 (Van Rompaey, Het

grafelijk baljuwsambt, pp. 623).

53. Jan van Gavere, heer van Liedekerke, was bisschop van Kamerijk van 5 juli 1412 tot zijn overlijden op 30

maart 1439 (E.I. Strubbe & L. Voet, De chronologie van de Middeleeuwen en de moderne tijden in de de

Nederlanden, Antwerpen-Amsterdam, 1960, p. 266).

54. Andrieu de Jauche, heer van Mastaing, werd in september 1430 heer van Massemen na het overlijden van

zijn schoonvader Robrecht van Massemen, heer van Massemen. Hij overleed in 1456 en werd met zijn

echtgenote Margaretha van Massemen begraven in de kerk van Brugelette (E. Balthau, „Robert de Masmines‟,

in: R. De Smedt (ed.), Les Chevaliers de l‟Ordre de la Toison d‟or au XVe siècle. Notices bio-bibliographiques

(Kieler Werkstücke. Reihe D: Beiträge zur europaïschen Geschichte des späten Mittelalters 3), Frankfurt, 2000,

pp. 39-42; H. Cools, Mannen met macht. Edellieden en de Moderne Staat in de Bourgondisch-Habsburgse

landen (1475-1530), Zutphen, 2001, pp. 238 en E. Balthau, „La famille van Massemen/de Masmines. Aspects

sociaux et matériels de la noblesse flamande ca. 1350 - ca. 1450', in: J.-M. Cauchies (ed.), Images et

représentations princières et nobiliaires dans les Pays-Bas bourguignons et quelques régions voisines (XIVe -

XVe s.) (Publication du Centre européen d‟Études bourguignonnes (XIVe-XVIe s.), nr. 37), Neuchâtel, 1997, pp.

173-193.

55. Jan de Vos werd heer van Pollare na de dood van zijn vader Boudewijn III de Vos, heer van Lovendegem,

Laarne en Pollare, op 3 juli 1432 (C. D‟Hooghe & E. Balthau, „Een bijdrage tot de studie van het

stadspatriciaat‟, p. 31).

56. Dit is een verschrijving voor Wieze (arr. Aalst, prov. Oost-Vlaanderen). SAG, Reeks 330, 17 (1421), fol. 335

v. en ARA, RK, nr. 1068, fol. 149 r. vermelden respectievelijk voor de jaren 1421 en 1473 een Robrecht van

Idegem als heer van Wieze.

Page 130: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

130

57. Rogier van Halewijn kocht in 1437 de heerlijkheid Zwevegem (leenhof Kasteel van Kortrijk) van Gerard van

Gavere-Schorisse. Van zijn vader, Jan van Halewijn, had hij de heerlijkheid Zwevegem-ter-Kerken (leenhof

Dendermonde) geërfd, maar gezien het feit dat Rogier onder de kasselrij Kortrijk vermeld is, zal met Zwevegem

wel degelijk de in 1437 aangekochte heerlijkheid bedoeld worden (A. Ovaere, Sprokkelingen uit Zwevegem‟s

verleden, Zwevegem, 1968-1970, pp. 34; G. Gesquiere, De Roede van Tielt, Kasselrij Kortrijk (XIVde eeuw -

1502): heerlijkheden en lenen gehouden van het kasteel van Kortrijk en leenhof van Tielt, onuitgegeven

licentiaatsverhandeling Katholieke Universiteit Leuven, 1982, pp. 324; P. Hellin, De heerlijkheden Ten Assche

in Deerlijk en Ten Kastele in Zwevegem (1365-1502); met een uitweiding over de heerlijke rechten in het

graafschap Vlaanderen, onuitgegeven licentiaatsverhandeling Katholieke Universiteit Leuven, 1990, pp. 157-

158).

58. Het betreft zeker niet de heerlijkheid Nevele (arr. Gent, prov. Oost-Vlaanderen), die tenminste vanaf 1422 tot

ver in de zestiende eeuw in bezit was van de familie De Montmorency, niet van de familie Van Beveren.

59. Wouter van Gistel, heer van Ekelsbeke, La Motte, Beveren en Proven, volgde zijn vader Jan van Gistel op

als heer van Ekelsbeke na diens dood op 22 september 1434 (Gailliard, Bruges et le Franc, I, pp. 100-101; D.

Schwennicke, Europaïsche Stammtafeln, dl. VIII, 1979, nr. 98).

60. Uit primaire bronnen blijkt dat het ging om „Jehan, seigneur de Dryncham et de Scuervelt, fils feu messire

Jehan, seigneur de Dryncham.‟ Zijn broer Jacob is nooit heer van deze heerlijkheid geworden (P. Donche, De

familie van Drincham, gezegd van Vlaanderen, ca. 1350 tot eind 16de

eeuw, Vlaamse Stam, 42, 2006, pp. 453-

459; 495-511).

61. Het Hof van Roden in Kachtem (J. Catteau, Ieperse lenen en heerlijkheden in Oostieperambacht (1365-

1515), onuitgegeven licentiaatsverhandeling Universiteit Leuven, 1995.

62. Lodewijk van Steenbrugge verkocht zijn derde van het Hof van Rode (leenhof Zaal van Ieper) aan Gerard

van Kooigem, wat werd genoteerd als 14e van 17 posten in de leenverheffingsrekening van de Zaal van Ieper van

7-15 juli 1437 tot 7-15 juli 1438. De verkoop vond dus vermoedelijk plaats in mei of juni en in elk geval vóór

juli 1438 (J. Catteau, Ieperse lenen, pp. 75-77).

63. W. Blockmans, „De samenstelling van de staten‟, pp. 60.

64. Het gaat hier niet om Boudewijn IV de Vos, heer van Lovendegem, Laarne en Zomergem, zoals Blockmans,

„De samenstelling van de staten‟, pp. 64, 78 beweerde, gezien deze Boudewijn IV reeds kort vóór 27 juli 1454

was overleden (Stadsarchief Gent, Reeks 330, nr. 26, 1453-1454, fo 24 r.). Wel gaat het om Boudewijn, bastaard

van Bourgondië en heer van Zomergem sinds 14 februari 1464 (J.-M. Cauchies, „Baudouin de Bourgogne (v.

1446 – 1508), bâtard, militaire et diplomate. Une carrière exemplaire?‟, Revue du Nord, 77, 1995, p. 274).

65. Josse van Halewijn, ridder, heer van Peene, Buggenhout en Baasrode, was souverein-baljuw van Vlaanderen

van 1 maart 1454 tot 6 juni 1472 (Van Rompaey, Het grafelijk baljuwsambt, pp. 615).

66. „Loys de Flandres‟ was baljuw van Waas van 30 november 1453 tot 1 april 1469 (Van Rompaey, Het

grafelijk baljuwsambt, pp. 650).

67. De adel van de kasselrij Rijsel is in dit document twee maal vermeld, namelijk bij Vlaanderen en bij

Picardië, wat vermoedelijk het gevolg is van het feit dat kleinere deellijsten de basis hebben gevormd van deze

algemene convocatielijst.

68. Het betreft waarschijnlijk Oignies (F., dept. du Pas de Calais, arr. Lens).

69. Er is een gebrekkige uitgave voorhanden. J.-J. De Smet, Recueil des chroniques de Flandre, IV, Brussel,

1865, welke gebaseerd is op latere afschriften, zodat men beter de autograaf raadpleegt. Zie ook de bespreking

van dit handschrift door J. Monballyu, „Een autograaf van Filips Wielant (1441-1520) met voorbereidende

aantekeningen voor zijn Recueil des Antiquitez de Flandre‟, Lias, 10, 1983, pp. 165-173. 70. Dit werk is voor het eerst beschreven door L.Th. Maes & G. Dogaer, „De oudste tekst van de stichtingsakte

van het Parlement van Mechelen (1473)‟, Handelingen van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren

en Kunsten te Mechelen, 76, 1972, pp. 42-44.

71. Jacques de Jauche, heer van Mastaing, Hérimez, Brugelette, Massemen en Sint-Martens-Lierde, was een

zoon van Andrieu de Jauche en Margaretha van Massemen. Hij overleed in 1499 of 1500 en werd zoals zijn

ouders begraven in de kerk van Brugelette (H. Cools, Mannen met macht. Edellieden en de Moderne Staat in de

Bourgondisch-Habsburgse landen (1475-1530), Zutphen, 2001, pp. 238).

72. Dit is vermoedelijk de Bourgondisch-Franse edelman Filips Damas, zoon van de in 1481 overleden

Vliesridder Jean Damas, heer van Digoine, Clessy en Saint-Amour. J. Richard, „Jean Damas, seigneur de

Digoine, Clessy et Saint-Amour‟, in: R. de Smedt (ed.), Les Chevaliers de l‟Ordre de la Toison d‟or au XVe

siècle. Notices bio-bibliographiques publiées sous la direction de Raphaël de Smedt (Kieler Werkstücke, Reihe

D: Beiträge zur europaïschen Geschichte des späten Mittelalters, 3), Frankfurt-am-Main, 1994, p. 137

Page 131: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

131

73. Nicolaas van Reimerswaal is een Zeeuwse edelman die de heerlijkheden Lodijk (op Zuid-Beveland),

Reimerswaal en Yerseke bezat, evenals verschillende goederen in het graafschap Vlaanderen. Hij was gehuwd

met Antoinette vander Zickelen, een Gentse patriciërsdochter. P. De Win en F. Van der Jeught, „De grafzerk van

Josine van Reimerswaal (+ 1528) te Mechelen. Een luisterrijke grafsteen voor een eigengereide schoonboeder‟,

Handelingen van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen, 109, 2005, pp. 217

en 223-224. Voor de huwelijksbanden met andere Zeeuwse adellijke geslachten, zie A.W.E. Dek, De heren van

Reimerswaal en het Zeeuwse geslacht Blok, Den Haag, 1957, pp. 15-29.

74. Zie J. Proost, „Recherches historiques sur le souverain bailliage de Flandre,‟ Messager des Sciences

Historiques, 1876, p. 296.

75. Er is een rekening bewaard van het baljuwschap van Jan, heer van Dadizele, van 8 september 1478 tot 20

oktober 1481 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 384.

76. Er is een rekening van het onderbaljuwschap van Jan van Pottelsberge bewaard van 15 oktober 1485 tot 26

juni 1486 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 384. Zie ook J. Kervyn de

Lettenhove (ed.), Gedenckschriften van mer Jan, heer van Dadizeele, Brugge, 1850.

77. Zie ook Archives départementales du Nord, B 5346-7.

78. Er is een rekening bewaard van Roeland de Fever als algemeen-ontvanger van Vlaanderen en Mechelen van

1 januari tot 31 december 1487 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 500). De

rekeningen van februari 1481 n.s. zijn niet bewaard.

79. Er is een rekening bewaard van het baljuwschap van Jan van Formelis, ridder, heer van Oostkerke, van 6

maart 1479 tot 22 juni 1481 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 387).

80. Er is een rekening bewaard van het baljuwschap van Jan van de Walle, schildknaap, van 2 april 1477 tot 1

januari 1481 en van 1 januari 1481 tot 10 februari 1485 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des

comptes, dl. II, pp. 367).

81. Zie ook J. Dumolyn, Het hogere personeel van de hertogen van Bourgondië in het graafschap Vlaanderen

(1419-1477), ongepubliceerde doctoraatsvehandeling Universiteit Gent, 2001, pp. 1029

82.Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van Pierre de Lannoy, ridder, heer van Fresnoy, van 15

september 1477 tot 21 april 1482 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 348).

83. Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van Jacob de Heere, raadsheer, „écuyer domestique‟ van

Maximiliaan van 9 september 1480 tot 1 april 1482 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des

comptes, dl. II, pp. 408).

84. Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van Jean de Douvrin van 6 maart 1480 tot 29 mei 1483

(Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 352).

85. Zie ook G. Doutrepont & O. Jodogne (eds.), Chroniques de Jean Molinet, Parijs, 1935-1937, dl. I, pp. 440

86. Blijkens de baljuwsrekeningen was Zeger de Spot baljuw van Dendermonde van 18 september 1479 tot 13

februari 1481, om dan opgevolgd te worden door Jan van Idegem van 13 februari 1481 tot 17 juli 1483. De

rekeningen van Jacob Donche als baljuw van Dendermonde zijn bewaard, maar bestrijken de periode van 1

januari 1486 tot 13 november 1487 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 413).

87. Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van Jacob van der Moere van 2 april 1477 tot 15 april 1483

(Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 418).

88.De rekeningen van het baljuwschap van Tielt zijn niet bewaard voor de betreffende periode.

89. Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van Colard van Halewijn, schildknaap, van 1478 tot 16 april

1482 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 373).

90. Zie ook F. Buylaert, Crisis en continuïteit. De strategie van adellijke staatsfeodale families in de crisis van

de late vijftiende eeuw in de Bourgondisch-Habsburgse Nederlanden (1477-1492). Een vergelijkende case-study

van de Vlaamse familie de Baenst en de Hollandse familie van Boschuysen, ongepubliceerde

licentiaatsverhandeling Universiteit Gent, 2003, dl. II, fiche XXXV.

91. Zie ook Rijksarchief Gent, Archief van de Raad van Vlaanderen, nr. 34315, fo. 27 v. en 29 v.

92. Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van Jean de Fretin van 9 maart 1481 tot 23 maart 1484. De

voorgaande baljuw, met een baljuwsrekening van 3 november 1480 tot 8 maart 1481 was Mathieu Vitse

(Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 398).

93. Er zijn baljuwsrekeningen bewaard van Jean de Commynes, schildknaap, baljuw van Wervik van 1 februari

1481 tot 31 januari 1482 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 421).

94. Er zijn rekeningen bewaard voor het baljuwschap van Harelbeke van Willem de Coninc van 24 november

1479 tot 1 augustus 1485 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 391).

95. Zie Cools, Mannen met macht, pp. 179.

Page 132: „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap Vlaanderen in …belufgs/biblio/CG01.pdf · 2018. 9. 11. · 1 „De adel ingelijst. “Adelslijsten” voor het graafschap

132

96. Hij is in september 1480 tot burgemeester benoemd (F. Priem & O. Delepierre, Précis analytique des

documents que renferme le dépôt des archives de la Flandre occidentale à Bruges, Brugge, 1840-1842, dl. 10,

pp. 164.

97. Het betreft Egem (oud. gem., prov. West-Vlaanderen, arr. Tielt, gem. Pittem), niet te verwarren met Edegem

(arr. Antwerpen, prov. Antwerpen)

98. In 1432 kocht Matthias Giselin, griffier van de Brugse Vierschaar, het Hof ten Hille, een goed te Sijsele met

een omvang van 182 gemet, waarbij niet duidelijk is of dit een feodaal goed was, van het O.L.V.-kapittel van

Brugge. Dit goed droeg vaak de naam „Ter Bolle‟ in de vijftiende eeuw, wat verwees naar het vlakbij gelegen

Hof Ter Bolle lag in de parochie Sijsele. Of de in 1479 geridderde Joris Giselin aan dit goed Ten Hille zijn titel

van „heer van Bolle‟ ontleende of ook dat eigenlijke Hof Ter Bolle bezat is niet duidelijk (D. Verstraete, „Het

Hof “Ten Hille” op Sijsele‟, Bos- en Beverveld 7 (1973), pp. 7-15).

99. Jean le Gros was in 1481 inderdaad tresorier van deze ridderorde (F. Koller, Au service de la Toison d‟Or:

les officiers, Dison, 1971, pp. 65-67).

100.Maarten Lem was burgemeester van de schepenen van Brugge van 2 september 1480 tot 1 september 1481

(Databank Wetsvernieuwingen Stadsarchief Brugge).

101.Er zijn rekeningen bewaard voor het baljuwschap van Roeland van Halewijn, van 15 september 1479 tot 1

mei 1482 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 360)

102. Er zijn rekeningen bewaard voor het schoutschap van Antoine van der Vichte van 3 februari 1480 tot 3

februari 1481 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 363).

103. Zie M.J. Van Gent, „Een middeleeuwse crisismanager: Joost van Lalaing, stadhouder van Holland en

Zeeland, 1480-1483‟, in: J. Paviot (ed.), Liber Amicorum Raphaël De Smedt. 3. Historia (Miscellanea

Neerlandica, XXV) Leuven, 2001, pp. 165-181.

104. Zie ook Doutrepont & Jodogne, Chroniques de Jean Molinet, dl. I, pp. 303, en Rijksarchief Brugge, Fonds

Brugse Vrije, Registers, nr. 217, fo 179 v.

105. Er zijn rekeningen bewaard voor het baljuwschap van Simon van Drincham, schildknaap, van 1 april 1477

tot 12 januari 1485 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 380).

106. Er zijn rekeningen bewaard voor het baljuwschap van Josse van Halewijn van 19 april 1477 tot 14

december 1483 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 377).

107. De baljuw van het Houtse was in februari 1481 Jan de Laubeel (Archives départementales du Nord, B 33,

nr. 602).

108.Er zijn rekeningen bewaard voor het baljuwschap van Martin van Halewijn, schildknaap, van 22 maart 1478

tot 11 september 1484 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 404).

109.Uit de bewaarde baljuwsrekeningen blijkt dat Donaas de Coene baljuw van Oudenburg was van 29 augustus

1480 tot 3 juli 1482 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 406).

110. Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van Jan Reverdinc, schildknaap, van 16 augustus 1480 tot

16 september 1485 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 376).

111. Uit de bewaarde baljuwsrekeningen van de stad Ieper blijkt dat deze functie achtereenvolgens werd

uitgeoefend door Gillis Ghiselin (van 16 juli 1479 tot 9 februari 1481) en door Adriaan de Wale (van 9 februari

1481 tot 29 december 1484). Josse de Cortewille, schildknaap en heer van Reningelst, was blijkens bewaarde

rekeningen baljuw van 6 juni 1477 tot 16 juli 1479 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes,

dl. II, pp. 425).

112. Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van „Isaure Descotes‟ van 9 april 1477 tot 1 september

1485 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 428).

113. Er zijn rekeningen bewaard van het baljuwschap van Cornelis Verranneman van 1 april 1477 tot 16 oktober

1481 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 430).

114.Uit bewaarde rekeningen blijkt dat Jean de Commynes, schildknaap, baljuw van Wervik was van 1 februari

1481 tot 31 januari 1482 (Gachard, Inventaire des archives des chambres des comptes, dl. II, pp. 421).

115. De literatuur over de befaamde kroniekschrijver Philippe de Commynes is overvloedig. Een inleiding wordt

aangereikt door J. Blanchard, Philippe de Commynes, Parijs, 2006.