aangeschreven instanties, volgens de lijst aangeleverd door de … · 2017. 4. 4. · Onderwerp:...
13
maart 2017 P21842 12 │ │ (dossiernummer 16282) In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage werden op basis van een lijst aangeleverd door de dienst MER volgende instanties geraadpleegd: Provinciebestuur Vlaams-Brabant – Dienst Ruimtelijke Ordening Ruimte Vlaanderen Vlaams-Brabant Departement MOW Departement LNE – Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid OVAM Er werd advies uitgebracht door alle adviesinstanties, uitgezonderd Ruimte Vlaanderen. De adviezen en de lijst met de aan te schrijven instanties zoals aangeleverd door de dienst MER zijn opgenomen als bijlage bij deze nota. In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Wilderplein hebben de aangeschreven instanties, volgens de lijst aangeleverd door de dienst MER, het ‘verzoek tot raadpleging’ doorgenomen en hun advies overgemaakt. Alle adviezen, uitgezonderd MOW, stellen dat: er geen aanzienlijke milieueffecten verwacht worden als gevolg van het plan; het ‘onderzoek naar de significante milieueffecten’ op correcte wijze is gebeurd. Door het departement MOW werden opmerkingen gemaakt over de mobiliteitseffecten die afhankelijk zijn van het type grootwarenhuis. OVAM geeft een aantal standaardopmerkingen mee. De bemerkingen worden hieronder behandeld. Het departement Mobiliteit en Openbare Werken geeft een positief advies met de bedenking over de ontsluiting van het plangebied ‘Hoek Olmenlaan’. Het departement MOW stelt dat de mobiliteitseffecten voor de woonontwikkelingen niet als aanzienlijk beschouwd kunnen worden. Afhankelijk van het type grootwarenhuis dat er zich komt vestigen zijn er aanzienlijke mobiliteitseffecten mogelijk, vooral wat de in- en uitrijdende verkeersbewegingen tijdens de drukste periode betreft.
Transcript of aangeschreven instanties, volgens de lijst aangeleverd door de … · 2017. 4. 4. · Onderwerp:...
maart 2017 P21842 1 2 │ │
(dossiernummer 16282)
In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage werden op basis van een lijst
aangeleverd door de dienst MER volgende instanties geraadpleegd:
Provinciebestuur Vlaams-Brabant – Dienst Ruimtelijke Ordening
Ruimte Vlaanderen Vlaams-Brabant
Departement MOW
Departement LNE – Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid
OVAM
Er werd advies uitgebracht door alle adviesinstanties, uitgezonderd Ruimte Vlaanderen. De
adviezen en de lijst met de aan te schrijven instanties zoals aangeleverd door de dienst MER
zijn opgenomen als bijlage bij deze nota.
In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Wilderplein hebben de
aangeschreven instanties, volgens de lijst aangeleverd door de dienst MER, het ‘verzoek tot
raadpleging’ doorgenomen en hun advies overgemaakt.
Alle adviezen, uitgezonderd MOW, stellen dat:
er geen aanzienlijke milieueffecten verwacht worden als gevolg van het plan;
het ‘onderzoek naar de significante milieueffecten’ op correcte wijze is gebeurd.
Door het departement MOW werden opmerkingen gemaakt over de mobiliteitseffecten die
afhankelijk zijn van het type grootwarenhuis. OVAM geeft een aantal standaardopmerkingen
mee. De bemerkingen worden hieronder behandeld.
Het departement Mobiliteit en Openbare Werken geeft een positief advies met de
bedenking over de ontsluiting van het plangebied ‘Hoek Olmenlaan’. Het departement
MOW stelt dat de mobiliteitseffecten voor de woonontwikkelingen niet als aanzienlijk
beschouwd kunnen worden. Afhankelijk van het type grootwarenhuis dat er zich komt
vestigen zijn er aanzienlijke mobiliteitseffecten mogelijk, vooral wat de in- en
uitrijdende verkeersbewegingen tijdens de drukste periode betreft.
RUP Wilderplein
maart 2017 P21842 2 2 │ │
In de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP zal worden opgenomen dat
indien er een detailhandelszaak wordt ingericht de ontsluiting ervan maximaal
dient te gebeuren via de zijstraten, zoals de Olmenlaan. Een rechtstreekse
aantakking op de Bergensesteenweg N6 dient vermeden te worden. Het aantal
gemotoriseerde vervoersbewegingen wordt bovendien beperkt door de
ingeschreven maximale netto winkeloppervlakte (van 1500m²) binnen de zone
voor stedelijke functies.
Het departement Mobiliteit en Openbare Werken stelt dat het interessant is om een
doorsteek voor voetgangers en fietser in de richting van de halte van de Lijn op de N6
te behouden.
Binnen het plangebied ‘hoek Olmenlaan’ is er geen officiële doorsteek. De
Schindler-site heeft een toegang aan de N6 en aan de Olmenlaan. Deze toegangen
kunnen afgesloten worden (cf. privaat terrein). De toegang aan Parkplein leidt
enkel naar de achterliggende garageboxen (cf. privaat terrein).
Het departement Mobiliteit en Openbare Werken stelt dat bij de verdere detaillering
van het RUP er rekening dient gehouden te worden met de onteigeningsplannen van
het Agentschap Wegen en Verkeer voor de herinrichting van de Bergensesteenweg.
Bij verder detaillering van de plannen zal er rekening gehouden worden met de
onteigeningsplannen (cf. geen bemerkingen van AWV op de plenaire vergadering
en cf. adviesvraag aan AWV bij vergunningsaanvraag). Er is alvast op het grafisch
plan van ‘hoek Olmenlaan’ aan de N6 een bouwlijn aangeduid.
De opmerkingen van het departement Mobiliteit & Openbare Werken zullen zoals hierboven
besproken, worden verwerkt in het dossier. Na deze aanpassing dient gesteld te worden dat
het RUP Wilderplein geen aanzienlijke milieueffecten met zich mee zal brengen en dat het
‘onderzoek naar de significante milieueffecten’ op correcte wijze is gebeurd. Er kan dan ook
op voldoende wijze worden gemotiveerd dat de opmaak van een plan-MER niet vereist is.
Lijst adviesinstanties voor SCRPL16282 volgens het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de milieueffectrapportage
over plannen en programma’s van 12-10-2007
Provinciebestuur
Vlaams-Brabant
Dienst
Ruimtelijke
Ordening
Provincieplein
1
3010 Leuven ruimtelijkeplanning@
vlaamsbrabant.be
Ruimte Vlaanderen –
APL - Vlaams-Brabant
VAC Diestsepoort 6
bus 91
3000 Leuven [email protected]
en.be
Departement MOW t.a.v. Filip
Boelaert,
secretaris-
generaal
Graaf de
Ferrarisgebouw
Koning Albert
II-laan 20 bus
2
1000 Brussel advies.departement@m
ow.vlaanderen.be
Departement LNE Afdeling Milieu-,
Natuur- en
Energiebeleid
Dienst VR Graaf de
Ferraris-
gebouw
Koning
Albert II-
laan 20, bus
8
1000 Brussel [email protected]
OVAM Afdeling
Bodembeheer
Dienst
Databeheer
t.a.v. Natalie
Hoffmann
Stationsstra
at 110
2800 Mechelen [email protected]
1
Joris Thijs
Van: Joris Thijs
Verzonden: maandag 6 februari 2017 11:54
Aan: [email protected]
Onderwerp: 170206_P21842_RV_herinnering_mer_verzoek tot raadpleging_RUP Wilderplein te
SPL
Geachte, Eind december 2016 werd een verzoek tot raadpleging verzonden aan uw diensten in het kader van het onderzoek tot milieurapportage voor het RUP Wilderplein te Sint-Pieters-Leeuw. De decretaal voorziene termijn van 30 dagen voor het uitbrengen van advies is ondertussen verstreken. Wij willen u dan ook namens de gemeente Sint-Pieters-Leeuw herinneren aan dit verzoek tot raadpleging en hopen spoedig te vernemen of u over dit RUP advies wenst uit te brengen. Indien we binnen de 10 dagen geen reactie ontvangen, zullen wij overgaan tot het verzenden van het dossier naar de dienst MER. Alvast bedankt, Met vriendelijke groeten,
Joris Thijs
Ruimtelijk planner | geograaf
Meiboom 26, 1500 Halle
Tel: 02 371 02 57 GSM: 0472 53 60 05
E-mail: [email protected] www.da.be
Van: Joris Thijs Verzonden: dinsdag 20 december 2016 12:32
Aan: [email protected]; [email protected]; Adviesverlening Departement MOW
([email protected]); '[email protected]'; [email protected] CC: [email protected]
Onderwerp: 161220_P21842_adviesinstanties_mer_verzoek tot raadpleging_RUP Wilderplein te SPL
Geachte, De gemeente Sint-Pieters-Leeuw maakt als initiatiefnemer het RUP Wilderplein op. Voor dit plan werd een screeningsnota opgesteld waarin werd onderzocht of dit plan mogelijk kan resulteren in aanzienlijke negatieve milieueffecten. In naam van de gemeente Sint-Pieters-Leeuw maken wij u de screeningsnota over. Deze screening is terug te vinden via volgende link: https://we.tl/DICXZiiSud De screening bestaat uit:
een toelichtingsnota met geïntegreerde m.e.r.-screening stedenbouwkundige voorschriften, een plan feitelijke-juridische toestand en een grafisch plan
Als adviesinstantie heeft u expertise in één van de onderzochte milieudisciplines of bent u betrokken bij het plan. Graag vernamen wij van u of u het eens bent met ons gemotiveerd besluit dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke negatieve milieueffecten kan genereren. Opmerkingen op het plan zelf dienen gegeven te worden naar aanleiding van de plenaire vergadering en/of tijdens het openbaar onderzoek over het voorlopig vastgesteld RUP. Indien u vindt dat het plan in zijn huidige vorm toch aanzienlijke negatieve milieueffecten teweeg kan brengen, vragen wij u dit zeer duidelijk te motiveren. In dat geval geeft u ook best voorstellen tot wijziging van het plan mee of vraagt u om maatregelen op te nemen in het plan die ervoor kunnen zorgen dat de milieueffecten van het plan niet meer als “aanzienlijk” negatief te beschouwen zijn. Als u over gegevens beschikt die relevant kunnen zijn voor de beoordeling van de milieueffecten en die in de screeningsnota nog niet aan bod gekomen zijn, kan u deze ook in uw advies vermelden.
2
Uw advies zal samen met de screeningsnota en adviezen van andere geraadpleegde instanties voorgelegd worden aan de dienst Mer die een beslissing zal nemen over de plan-m.e.r.-plicht. Als de dienst Mer tot het besluit komt dat het plan geen aanzienlijke negatieve milieueffecten kan genereren, moet er geen plan-MER opgemaakt worden. Als de dienst Mer echter tot het besluit komt dat het plan wel aanzienlijke negatieve milieueffecten kan genereren, dan moet er alsnog een plan-MER opgemaakt worden. Deze beslissing wordt gepubliceerd op de website www.mervlaanderen.be. Gelieve ons uw advies te bezorgen binnen de decretaal daartoe voorziene termijn van 30 dagen na de datum van ontvangst van deze e-mail. Wij hopen u hiermee van dienst te zijn en wensen u een goede ontvangst van deze documenten. Met vriendelijke groeten,
Joris Thijs
Ruimtelijk planner | geograaf
Meiboom 26, 1500 Halle
Tel: 02 371 02 57 GSM: 0472 53 60 05
E-mail: [email protected] www.da.be
1
Joris Thijs
Van: MERadvies <[email protected]>
Verzonden: donderdag 19 januari 2017 15:13
Aan: Joris Thijs
Onderwerp: Re: 161220_P21842_adviesinstanties_mer_verzoek tot raadpleging_RUP Wilderplein
te SPL
Bijlagen: standaardopmerkingen bij mail.odt
Geachte heer, De OVAM heeft geen specifieke opmerkingen op dit RUP. Als bijlage vindt u onze standaardopmerkingen. met vriendelijke groeten, Natalie Hoffmann | Algemene Diensten - Team Klantenbeheer OVAM | Stationsstraat 110 - 2800 MECHELEN T 015 284 453| F 015 284 407 E [email protected] | www.ovam.be Samen maken we morgen mooier Heeft u onze nieuwsbrief al gelezen? Schrijf u in op www.ovam.be/nieuwsbrief.
Van: "Joris Thijs" <[email protected]> Aan: [email protected], "apl vlb" <[email protected]>, "Adviesverlening Departement MOW ([email protected])" <[email protected]>, [email protected], [email protected] Cc: "erik wuyts" <[email protected]> Verzonden: Dinsdag 20 december 2016 12:32:04 Onderwerp: 161220_P21842_adviesinstanties_mer_verzoek tot raadpleging_RUP Wilderplein te SPL Geachte, De gemeente Sint-Pieters-Leeuw maakt als initiatiefnemer het RUP Wilderplein op. Voor dit plan werd een screeningsnota opgesteld waarin werd onderzocht of dit plan mogelijk kan resulteren in aanzienlijke negatieve milieueffecten. In naam van de gemeente Sint-Pieters-Leeuw maken wij u de screeningsnota over. Deze screening is terug te vinden via volgende link: https://we.tl/DICXZiiSud
De screening bestaat uit:
een toelichtingsnota met geïntegreerde m.e.r.-screening
stedenbouwkundige voorschriften, een plan feitelijke-juridische toestand en een grafisch plan
Als adviesinstantie heeft u expertise in één van de onderzochte milieudisciplines of bent u betrokken bij het plan. Graag vernamen wij van u of u het eens bent met ons gemotiveerd besluit dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke negatieve milieueffecten kan genereren. Opmerkingen op het plan zelf dienen gegeven te worden naar aanleiding van de plenaire vergadering en/of tijdens het openbaar onderzoek over het voorlopig vastgesteld RUP. Indien u vindt dat het plan in zijn huidige vorm toch aanzienlijke negatieve milieueffecten teweeg kan brengen, vragen wij u dit zeer duidelijk te motiveren. In dat geval geeft u ook best voorstellen tot wijziging van het plan mee of vraagt u om maatregelen op te nemen in het plan die ervoor kunnen zorgen dat de milieueffecten van het plan niet meer als “aanzienlijk” negatief te beschouwen zijn. Als u over gegevens beschikt die relevant kunnen zijn voor de beoordeling van de milieueffecten en die in de screeningsnota nog niet aan bod gekomen zijn, kan u deze ook in uw advies vermelden.
2
Uw advies zal samen met de screeningsnota en adviezen van andere geraadpleegde instanties voorgelegd worden aan de dienst Mer die een beslissing zal nemen over de plan-m.e.r.-plicht. Als de dienst Mer tot het besluit komt dat het plan geen aanzienlijke negatieve milieueffecten kan genereren, moet er geen plan-MER opgemaakt worden. Als de dienst Mer echter tot het besluit komt dat het plan wel aanzienlijke negatieve milieueffecten kan genereren, dan moet er alsnog een plan-MER opgemaakt worden. Deze beslissing wordt gepubliceerd op de website www.mervlaanderen.be. Gelieve ons uw advies te bezorgen binnen de decretaal daartoe voorziene termijn van 30 dagen na de datum van ontvangst van deze e-mail. Wij hopen u hiermee van dienst te zijn en wensen u een goede ontvangst van deze documenten. Met vriendelijke groeten,
Joris Thijs
Ruimtelijk planner | geograaf
Meiboom 26, 1500 Halle
Tel: 02 371 02 57 GSM: 0472 53 60 05
E-mail: [email protected] www.da.be
Klik hier met de rech termuisknop als u afbeeldingen wilt downloaden. Ter
bescherming van uw privacy is deze afbeelding niet automatisch van interne
------------------------------------------
Disclaimer: http://www.ovam.be/disclaimer
Het bodemdecreet, in voege sinds 1 juni 2008, voorziet niet dat er door de OVAM advies wordt verleend bij de opmaak van BPA’s en/of MER-studies.
Concreet kan in dit dossier verwezen worden naar de bodemattesten die afgeleverd werden in het thans geviseerde gebied. Desgevallend kan u ook op de website www.ovam.be/webloket/ webtoepassingen en publieke lijsten/Geoloket: bodemonderzoeken en -saneringen een kaart raadplegen met informatie betreffende de locatie waarvoor bij de OVAM reeds onderzoeksgegevens beschikbaar zijn, en de fase waarin deze zich bevinden.
Als bijkomende informatiebron kan verwezen worden naar de bodemattesten die zijn afgeleverd geweest aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeenten waar de gronden zijn gelegen. Deze gegevens zijn aldaar raadpleegbaar. Verder moet rekening gehouden worden met de volgende standaardopmerkingen:
― indien er calamiteiten optreden die impact kunnen hebben op de bodem, dienen zo snel mogelijk de nodige acties ondernomen te worden om de verontreiniging weg te nemen. De nodige controlestalen dienen genomen te worden. Indien de calamiteit valt onder het toepassingsgebied van een schadegeval, dienen deze specifieke bepalingen nageleefd te worden (artikel 74 ev van het Bodemdecreet);
― indien gronden worden overgedragen, dienen de bepalingen van het Bodemdecreet te worden gevolgd (artikel 101 ev van het Bodemdecreet);
― indien gronden dienen onteigend te worden, dienen de bepalingen van het Bodemdecreet te worden gevolgd (artikel 119 en 119bis van het Bodemdecreet);
― de nodige aandacht dient te worden geschonken aan de regels van het grondverzet
― de nodige aandacht dient te worden geschonken aan de voorgenomen bestemming (wijziging) op reeds vastgestelde bodemverontreiniging:.
– Artikel 38 van het Bodemdecreet: indien een beschrijvend bodemonderzoek werd uitgevoerd op deze grond kan een mogelijk andere bestemming impact hebben op de ernst van de bodemverontreiniging/saneringsnoodzaak en urgentie;
– artikel 64 van het Vlarebo: indien het bestemmingstype van de grond in die zin wijzigt dat een lagere bodemsaneringsnorm van toepassing wordt, dient een nieuw oriënterend bodemonderzoek te worden uitgevoerd bij overdracht van de risicogrond.
Tevens willen wij ook nog aangeven dat het voorstel tot opmaak van een plan van aanleg of MER geen onderzoeksverplichting meebrengt in het kader van het Bodemdecreet.
