kwaliteitsbeleid

78 5-2007 > zorg & financiering

uit van de zorgvraag van de cliënt. De hogerekosten van grootstedelijke zorginstellingenbetekenen ook dat verhoudingsgewijs mindergeld beschikbaar is voor de zorg in vergelijkingmet andere gebieden in Nederland. Omdat debehoefte aan AWBZ-zorg in de grote stedenalleen maar toeneemt, dreigt hierdoor een ver-schraling van de zorg. Inwoners van Amster-dam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht lopen hetrisico minder zorg te krijgen dan inwonerselders in Nederland. Een situatie die absoluutvoorkomen moet worden, aldus Agis, Achmeaen het PZGS.

De partijen hebben het rapport vrijdag 20 apriljl. aangeboden aan het ministerie van VWS. Zijroepen VWS op om bij de verdeling van deAWBZ-gelden meer rekening te houden met ver-schillen in de zorgvraag en kostprijs. Agis, Ach-mea en het PZGS pleiten dan ook voor het ont-wikkelen van een objectief verdeelmodel datrecht doet aan regionale verschillen. In het ge-sprek gaf het ministerie van VWS aan de signa-len serieus te nemen. Ook acht het ministeriehet plausibel dat er regionale verschillen be-staan in kosten en zorgvraag en -zwaarte.Bron: Agis Zorgverzekeringen, 23 april 2007<

637 naast keuze ook koopkracht

Persoonsvolgende financiering is een beter in-strument om de positie van de zorgconsumentin de thuiszorg te versterken dan een keuzever-gelijkingssite. Dat stelt de Nederlandse Patiën-ten en Consumenten Federatie (NPCF) in eeneerste reactie op het rapport Care voor de toekomstvan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).

Om de consument meer macht te geven, zet deNZa in op een keuzeplatform, waar consumen-ten uit het aanbod van verschillende aanbiederskunnen kiezen. Binnen de AWBZ-zorg valt opdit moment echter nog weinig te kiezen. Dekeuze wordt bepaald door de mogelijkheden vanhet zorgaanbod, informatie is nauwelijks voor-

handen en het lijkt onwaarschijnlijk dat dit bin-nen nu en anderhalf jaar beter zal zijn. Zo luidtde mening van de NPCF. Ervaringen in de cura-tieve zorg tonen aan dat de weg van prestatie-indicatoren naar consumenteninformatie eenlange weg is. Daarom vindt de NPCF dat ruimemogelijkheden voor een persoonsvolgend finan-cieringssysteem, zoals een persoonsgebondenbudget én een stevige juridische basis in devorm van een Zorgconsumentenwet meer garan-ties bieden voor een sterkere positie van de con-sument.Bron: Nieuwsbrief Zorg Vraag & Innovatie, 6 april2007<

> kwaliteitstoetsing

638 igz in beroep tegen uitspraak rectificatie mirates

De Inspectie voor de Gezondheidszorg gaat inhoger beroep in de zaak MiraTes. De IGZ is hetniet eens met de uitspraak van de voorzienin-genrechter dat de berichtgeving over het ver-scherpt toezicht op het bedrijf moest wordengerectificeerd.

Volgens de Inspectie bevat de rectificatietekstdie de rechter heeft opgelegd, op bepaaldeonderdelen onjuistheden en schept deze verwar-ring. Ook zou de rechter ten onrechte hebbenoverwogen dat van de kop van het persberichtvan de IGZ de suggestie uitgaat dat er sprake isvan een wettelijke maatregel.

kwaliteitstoetsing/ethiek

79zorg & financiering > 5-2007

MiraTes, een bedrijf dat in-vitrodiagnostica ver-koopt, werd in maart onder verscherpt toezichtgesteld omdat de tests niet veilig zouden zijn,

wat later door de rechter werd weerlegd.Zie ook: Z&F 2007, nr. 4, p. 93.Bron: www.mednet.nl, 20 april 2007<

> ethiek

639 kabinet stemt in met wijziging embryowet

Het verbod op het speciaal tot stand brengenvan embryo’s voor andere doeleinden danzwangerschap blijft de komende periode ge-handhaafd. De ministerraad heeft op voorstelvan staatssecretaris Bussemaker en ministerHirsch Ballin van Justitie met een daartoe strek-kende wijziging van de Embryowet ingestemd.

In de Embryowet staat een verbod op het speci-aal kweken van embryo’s voor andere doelein-den dan zwangerschap. Op grond van deze be-paling mogen er bijvoorbeeld geen embryo’sworden gekweekt met het doel er onderzoekmee te doen. Dit verbod vervalt op een bijkoninklijk besluit te bepalen tijdstip. De voor-dracht voor het koninklijk besluit dient gedaante worden binnen vijf jaar na inwerkingtredingvan de wet.

Met deze wijziging van de Embryowet wordt er-voor gezorgd dat de wet niet langer dwingt omop korte termijn een voordracht voor een ko-ninklijk besluit te doen. Dit betekent dat erruimte ontstaat om een beslissing over het aldan niet laten vervallen van het verbod na dezekabinetsperiode af te laten hangen van weten-schappelijke en maatschappelijke inzichten. Demogelijkheid om het verbod bij koninklijkbesluit te laten vervallen, blijft gehandhaafd.De ministerraad heeft ermee ingestemd dat hetwetsvoorstel voor advies aan de Raad van Statezal worden gezonden. De tekst van het wets-voorstel en van het advies van de Raad van Stateworden pas openbaar bij indiening bij deTweede Kamer.Bron: ministerie van VWS Nieuwsbericht, 20 april2007<

640 bussemaker: kritiek op coalitieakkoord onterecht

De kritiek op het onderdeel medische ethiek inhet coalitieakkoord is onterecht. Aan de moge-lijkheid voor abortus en euthanasie wordt nietgetornd.

Dat zei staatssecretaris Bussemaker tijdens eengastcollege in het Erasmus Medisch Centrum inRotterdam.‘Wie het coalitieakkoord op deze punten goedleest, ziet dat er helemaal geen sprake is van hetterugdraaien van de klok’, aldus Bussemaker.Volgens haar is er op dit gebied zeker geen ach-teruitgang.

De staatssecretaris wil er wel voor zorgen datmensen die voor de keuze van abortus komen testaan, zo goed mogelijk in staat zijn zelfstandigeen beslissing te nemen. Goede seksuele voor-lichting en het weer in het basispakket brengenvan de pil zijn hiervoor belangrijk. In het algemeen vindt Bussemaker dat de over-heid in dit soort waardekwesties geen leidenderol moet spelen, maar zich volgend moet opstel-len. Bron: ministerie van VWS, 18 april 2007<