5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL...

12
Geheimen van het Nederlands 5

Transcript of 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL...

Page 1: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

Geheimen vanhet Nederlands

5

Page 2: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

2 DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER INHET NEDERLANDS?

Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten. Als de Nederlandse woordenschat er opelk moment van de dag woorden bij krijgt,kun je nooit zeggen hoeveel woorden er ei-genlijk zijn.

Stel dat je vanmiddag nog een spelletje be-denkt met een vingerhoed. Dan noem je datje vingerhoedspel. Iedereen zal dat woordbegrijpen, hoewel het in geen woordenboekstaat. Jij bent de eerste vingerhoedspeler,maar als ook anderen het leuk vinden, komter misschien wel een vingerhoedspelcompe-titie van. Als dat spel op de zenuwen van jeleraren begint te werken, wordt op je schoolmisschien een vingerhoedspelverbod afge-kondigd. Daartegen kunnen vingerhoed-spelfanaten zich misschien wel verenigen invingerhoedsspelverdedigingsactiegroepen.En zo zou je kunnen doorgaan. Wat we doenis telkens weer nieuwe samenstellingen ma-ken met de woorden die ons ter beschikkingstaan.

Die heel lange woorden (spaghettislinger-woorden?) maken we natuurlijk niet, wantze worden op den duur onhanteerbaar. Maarhet zijn wel perfecte Nederlandse woorden,gemunt volgens de regels van de kunst.

Een blik in een woordenboek leert ons dat demeeste woorden die daarin staan ook sa-menstellingen zijn. Achter het woord geldbijvoorbeeld, staan in de dikke Van Dale nietminder dan 222 samenstellingen, van geld-aanmunting tot geldzuivering. En woordenals gelddrukmachine, geldrover en geldver-zamelaar staan er niet eens bij!

Kortom, de dikke Van Dale, met zijn 260.000trefwoorden, is nog lang niet volledig. Demogelijke woordenschat is vele malen gro-ter. Zeg maar oneindig.

2. HOEVEEL NIEUWE WOORDENKRIJGT HET NEDERLANDS ELKJAAR?

Uitgeverij Van Dale publiceert elk jaar eenboek met nieuwe woorden, het JaarboekTaal. Daarin staan tussen twee- en vierdui-zend nieuwelingen, dus grofweg tien perdag. Veel van deze woorden zijn eendagsvlie-gen. In het Jaarboek Taal 2010 verscheen bij-

voorbeeld noodbank: een door de overheidopgerichte tijdelijke bank waar financiëleinstellingen waardeloze leningen kunnenstallen. Samen met de woorden bankendo-mino, rommelkrediet en zombiebank is heteen woord uit de bankencrisis van 2009. Alswe die eenmaal verteerd hebben, zullen ookde woorden wel verdwijnen.

Een andere categorie zijn woorden die opeen bepaald ogenblik in de media komen,maar waar de woordenboekmakers niet vankunnen voorspellen of ze zullen doordrin-gen tot het dagelijkse taalgebruik. Voorbeel-den uit datzelfde Jaarboek Taal 2010 zijn ge-doogroken (roken waar dat eigenlijk nietmag, maar waar het gedoogd wordt), Mekka-prik (vaccinatie voor islamieten die op bede-vaart gaan naar Mekka), tripknol (een soortpaddenstoel waar je hallucinaties van krijgt)en wokarm (ontstoken elleboog door vaak inde wok te roeren).

En dan worden er elk jaar woorden opge-merkt die al jaren bestaan, maar die om on-duidelijke redenen door de mazen van hetnet zijn geglipt. Gek genoeg is het pas in hetJaarboek 2010 dat woorden als kaas-en-wijnavond, ouderwens en winterprik zijnverschenen.

3. WAT IS HET LANGSTE WOORDIN HET NEDERLANDS?Omdat je van twee woorden heel vaak eenderde kunt maken, kun je elk woord nog eenstukje langer maken. In principe bestaat erdus niet zoiets als het langst denkbare Ne-derlandse woord.

Maar dat wil niet zeggen dat woorden alsaardappelmesjesslijpersvakbondsverga-derlokaal ook echt voorkomen. En als ze nietvoorkomen, bestaan ze ook niet. Dus gaanwe kijken naar lange woorden in het woor-denboek. In de huidige Van Dale is het lang-ste: meervoudigepersoonlijkheidsstoornis.Een woord dat met zijn 34 letters zo onhan-dig is, dat mensen die het soms nodig heb-ben, er een afkorting van hebben gemaakt:MPS.

In een vorige editie van hetzelfde woorden-boek kon je zandzeepsodemineraalwater-steenstralen tegenkomen. 37 letters om uit tedrukken dat iemand maar beter kon ‘ophoe-pelen’.

4. WAT IS DE LANGSTE PLAATS-NAAM IN HET NEDERLANDS?Volgens het Nationaal Instituut voor de Sta-tistiek is de langste naam van een Belgischefusiegemeente: Ottignies-Louvain-la-Neuve(23 letters en 3 streepjes). Daarna komenChapelle-lez-Herlaimont (21 tekens en2 streepjes) en Saint-Georges-sur-Meuse(20 letters en 3 streepjes). De langste ge-meentenamen in Vlaanderen zijn Lange-mark-Poelkapelle en Scherpenheuvel-Zi-chem, beide 21 letters en 1 streepje.

De langste gemeentenaam in Nederland is(hou je vast): Grijpskerke, Poppendamme,Buttinge, Zantvoort en Hoogelande (50 te-kens, exclusief spaties en komma’s). Als hetmaar één woord mag zijn, wordt het Gassel-terboerveenschemond (27 letters).

5. WAT IS DE LANGSTE STRAAT-NAAM?Straatnamen liggen officieel vast. Het zijneigennamen. Daardoor zou je in lijsten kun-nen zoeken welke de langste is.

Je kunt het ook aan de bevolking vragen. HetRadio 1-programma Mezzo is twee jaar gele-den op zoek gegaan naar het langste straat-naambord in Vlaanderen. Toen kwam hetOost-Vlaamse Malderen als winnaar uit debus met de Burgemeester Charles Rotsart deHertainglaan (40 letters). Ook Kortrijk deedhet niet slecht, met de Volksvertegenwoordi-ger De Jaegerelaan (35 letters). Tot 1999 wasAffligem een sterke kandidaat, met de Paral-lelweg van ’t klein Kapelleveld (31 letters).Die straat was maar zo’n 200 meter lang. Hetstraatnaambord kon er net op, zou je zeggen.Maar het gemeentebestuur heeft de naamtoen veranderd in Parallelweg.

6. WAT IS HET KORTSTE WOORDIN HET NEDERLANDS?Het kortste woord bestaat uit één letter oféén klank. En dat kan elke letter van het alfa-bet zijn. Je kunt namelijk zeggen ‘schrijf eena, een b, een c’ enzovoort. De meeste wordenook nog eens gebruikt als afkorting. De a bij-voorbeeld voor are, de b voor bruto, de c voorcirca. En de positieve wetenschappen bezor-gen ons symbolen als K voor kalium en r voorde straal van een cirkel.

Ons geheimzinnig

Page 3: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

3DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

Ten slotte hebben we woorden die uit éénklinker bestaan, zoals à (10 à 15 personen), o(o zo groot!) en u (u zegt?).

7. WANNEER IS EEN WOORD EENWOORD?Een woord is een zelfstandig in een zin voor-komende vorm met een betekenis. Dat kunje het duidelijkst zien aan zelfstandigenaamwoorden zoals zwembad, werkwoor-den zoals struikelen en bijvoeglijke naam-woorden zoals blauw. Maar ook minder metbetekenis gevulde vormen als niet (roken)en (verboden) te (roken) noemen we zonderproblemen woorden.

En toch volstaat de betekenis niet om aaneen vorm de status van een woord toe te ken-

nen. Neem grobber. Je hoeft het niet op tezoeken, want het woordenboek kent dit niet.Dat komt doordat het geen betekenis heeft.Oké, dan geven we er een betekenis aan. Eenjongen die probeert overeind te blijven opeen skateboard, maar daar niet in slaagt,noem ik vanaf nu een grobber.

Is het Nederlands daardoor een woord rijkergeworden?Nee. Er is nog een ander wezenlijk kenmerkvoor een woord: het moet behoren tot eentaal. Dat wil zeggen: tot een systeem waar-mee mensen informatie kunnen uitwisselenmet elkaar. Zolang ik de enige ben die grob-bers kent, kan ik niets aanvangen met dat‘woord’. Maar misschien verandert dat nu?

8. HOEVEEL WOORDEN KENT EENMENS?Een Nederlandstalig kind van vier jaar kentongeveer 3.200 woorden. Dat kind begrijptdie woorden als het ze hoort (‘passieve’woordenschat). Het aantal woorden dat hetuit eigen beweging zal gebruiken (‘actieve’woordenschat) ligt veel lager. Tot en met hetachtste jaar komen daar jaarlijks zo’n 600woorden bij. Dat zijn er bijna twee per dag.Op dat ogenblik kent het kind ook de regelsom zinnen te maken en heeft het dus de taaleigenlijk onder de knie.

De ontwikkeling van de woordenschat gaatdaarna heel snel door: tussen de 1.700 en3.000 woorden per jaar. Op ons twaalfdekennen we ongeveer 17.000 woorden, als wetwintig zijn, ongeveer 60.000.

Mensen leren woorden bij zolang ze leven.

Nederlands

Page 4: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

4 DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

Een volwassene komt gemakkelijk aan75.000 woorden. Maar zelfs dat is nauwe-lijks een kwart van de dikke Van Dale. Jehoeft geen woordenboek van buiten te ken-nen om een taal te spreken. Men heeft uitge-rekend dat Shakespeare bijvoorbeeld voorzijn hele werk niet meer dan 15.000 verschil-lende woorden nodig heeft gehad.

Wat staat er dan nog meer in dat woorden-boek? Om te beginnen veel woorden die al-leen sommige mensen kennen. De woorden-schat van vissers, bijvoorbeeld, of van land-bouwers of van postzegelverzamelaars.Daarnaast ook veel woorden die niet meertot onze dagelijkse taal behoren. Sla maareens een willekeurige pagina van een woor-denboek open, en je weet niet wat je ziet:doerak, doesgaatje, doesoen, doetebolten,doezelboekje, doezelkrijt…

9. WAT IS EEN SPOOKWOORD?

Sommige woorden bestaan alleen in éénwoordenboek. Dat noemen we spookwoor-den. Ze kunnen in het woordenboek terechtzijn gekomen door een domme tikfout. Zostond in het Groene Boekje ooit kennings-makingsgesprek en in de dikke Van Dalemisteoreolen (mistevreden).

Andere spookwoorden zijn verzonnen enmet opzet tussen de bestaande woorden ge-plaatst. Pater J. Verschueren bedacht voor degrap ooit het woord roltrappist, als een com-binatie van roltrap en trappist en zette datin het woordenboek dat naar hem werd ge-noemd. In de vorige Van Dale (13de editie)stond een woord voor het papiertje dat deslager tussen verschillende plakjes ham ofkaas legt, om te vermijden dat ze aan elkaar

plakken. Dat woord was honduree, maar nie-mand had er al van gehoord. Ooit stond erook de spookuitdrukking stromen als deRijn bij Detiger (Pim Detiger was toen direc-teur van Van Dale en de spreuk leek op stro-men als de wijn bij de Tiger).

Het oudst bekende spookwoord in het Ne-derlands zou het werkwoord vermisten kun-nen zijn. Dat staat in het woordenboek vanKiliaan (1599) als synoniem van verkwisten.Het zou kunnen ontstaan zijn uit de uitdruk-king in mist doen opgaan.

De reden waarom woordenboekenmakersspookwoorden opnemen, is dat ze plagiaatwillen voorkomen. Het verzamelen vanwoorden kost de redactie een hoop tijd en deuitgever een pak geld. Andere uitgevers zou-den op het idee kunnen komen met een mi-nimale inspanning en een maximale brutali-teit een compleet woordenboek te kopiëren.Maar als in dat boek spookwoorden staan,die de dief alleen in dat ene boek heeft kun-nen vinden, kan dat plagiaat gemakkelijkworden aangetoond.

10. HET NEDERLANDS HEEFT26 LETTERS OMDAT ER 26 KLAN-KEN ZIJN. KLOPT DAT?

Nee, het Nederlands heeft 35 spraakklankenof fonemen. Daarmee kunnen we dus dehonderdduizenden woorden vormen die on-ze woordenschat telt. Die 35 bestaan uit16 klinkers (zoals /a/ en /e/) en 19 medeklin-kers (zoals /b/ en /d/). Bij die 35 zijn niet in-begrepen de spraakklanken die alleen inleenwoorden voorkomen, zoals /zj/ (in jury)en /èè/ in beige.Wij gebruiken het Latijnse alfabet. Daarinzijn er 26 letters.

Het aantal beschikbare letters is dus te kleinom alle spraakklanken weer te geven. Daar-om zijn we gedwongen om een en dezelfdeletter te gebruiken voor verschillendespraakklanken. En zo klinkt de /e/ in de heelanders dan in rek en in bezig. De /a/ van daken de /aa/ van daken schrijven we met het-zelfde teken. Voor de klank /ch/ hebben wehelemaal geen letter. Daarvoor moeten weeen combinatie van twee letters gebruiken.Dat doen we bijvoorbeeld ook voor de klan-ken /oe/, /ui/ en /ij/. Gewone geschreven let-ters en combinaties die we voor een specifie-ke spraakklank gebruiken, noemen we gra-femen.

Page 5: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

5DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

11. ZITTEN ER GATEN IN DE TAAL?

Met een gat in de taal wordt bedoeld: eenbegrip dat we allemaal kennen, maar waarwe geen woord voor hebben. Zo hebben zegeen woord voor het ongeduldige nog-eens-duwen op de knop, bijvoorbeeld van een liftdie maar wegblijft. Er bestaat wel een woordvoor ’u en uw zeggen’: vousvoyeren. Maarnaast ’tutoyeren’ bestaat ’jij-jouen’, en ’vous-voyeren’ heeft dat inheemse synoniem niet.Een heleboel onderdelen en plaatsen op onslichaam hebben een naam, maar niet de bin-nenkant van onze elleboog.

We hadden in het Nederlands geen woorddat het omgekeerde van heimwee uitdrukt:het verlangen om weer op reis te gaan, tot deluisteraars van radio Klara het woord weg-wee suggereerden. Hetzelfde gebeurde methet latje dat je op de transportband aan eenkassa legt om je boodschappen te begrenzen.Dat heet nu beurtbalkje en het woord is zelfsopgenomen in Van Dale.

Een gat in de taal valt vaak pas op, als er inandere talen wel een woord voor is. Vertalersen makers van tweetalige woordenboekenstaan dan ineens voor een probleem. Meest-al wordt dat gat dan gevuld door het vreem-de woord te adopteren tot een leenwoord. Zokomen we aan het werkwoord klunen (uithet Fries: op schaatsen een stukje weg op hetland afleggen waar het ijs te slecht is) en aande aha-erlebnis (uit het Duits: het plezier alsje plots een inzicht hebt gekregen).

Dat de invoer van vreemde woorden niet au-tomatisch gaat, bewijst het geval sibling. Inhet Nederlands hebben we wel ouders enkinderen, maar geen woord voor ‘broers-en-zusters’. In het Engels hebben ze siblings, inhet Duits Geschwister. In het Nederlandshebben we een gat in de taal.

12. WELKE WOORDEN GEBRUI-KEN WIJ HET MEEST?Dat kan gemakkelijk worden geteld als je bij-voorbeeld bedoelt: welke woorden komenhet meest in de krant, of op het internet, of inromans. Gesproken woorden zijn daar nietbij.Het boek Stijlwijzer van P.J. van der Horstgeeft dit overzicht van meest geschrevenwoorden in het Nederlands:de, van, een, en, het, in, is, te, niet, op, dat,die, voor, hij, ik, zijn, was, aan, ook.De meest voorkomende zelfstandige naam-woorden: mensen, tijd, man, jaar, plaats, vrouw, le-ven, dag, aantal, werk.De meest gebruikte bijvoeglijke naamwoor-

den: groot, nieuw, goed, laatst, klein, later, lang,heel.De meest gebruikte werkwoorden: zijn, hebben, worden, zullen, kunnen, moe-ten, zeggen, komen, maken, doen.

13. WAAR KOMT HET WOORD NEDERLANDS VANDAAN?Het heeft geen haar gescheeld of onze taalwerd Nederduits genoemd. Dat komt zo.

Tot aan de zeventiende eeuw bestond er inons gebied geen standaardtaal. De dialectenliepen in elkaar over zonder scherpe gren-zen. In elk dorp werd een taal gesproken dielichtjes afweek van de taal in de buurdorpen.Pas later is men die talen gaan indelen ingroepen.

Het Zeeuws, Hollands, Vlaams en Brabantswaren Nederfrankische dialecten, en ze be-hoorden tot de groep van het Westgermaans,waar ook het Engels, het Fries en het Duitsuit voortgekomen zijn.

Vanaf de vierde eeuw deed zich de ‘tweedeGermaanse klankverschuiving’ voor. Men-sen begonnen hun taal lichtjes anders uit tespreken. In plaats van t gingen ze s zeggen(van straat naar Strasse) en p werd pf (vanpaard naar Pferd). De ‘mode’ begon in hetzuiden van Duitsland en verspreidde zich alseen vloedgolf naar het noorden en het wes-ten. Maar op een bepaalde plaats stopte ze,waardoor er twee onderscheiden groepenkwamen: in het noorden de Nederduitse(straat) en in het zuiden de Hoogduitse(Strasse).

Tegelijk bestond in de middeleeuwen bij onshet woord Diets of Duyts, wat betekende‘taal van het volk’, ‘moedertaal’. Alles watniet Latijn was, noemden de mensen toenzelf Diets. Daardoor is er verwarring ont-staan en gingen sommige taalkundigen zeg-gen dat de oude vormen van het Nederlandsbehoorden tot die Nederduitse dialecten.Dat werd toen zelfs de gewoonte en er ver-schenen nog heel lang boeken in het Neder-duyts, bijvoorbeeld in de zeventiende eeuwde werken van de wetenschapper Simon Ste-vin.

Het woord Nederlands komt voor de eerstekeer voor als titel in een boekje dat in Ant-werpen gedrukt werd in 1514: Pronosticatievan den jare 1514 uten overlantschen ghe-trocken in den nederlantschen. Met ‘over-lands’ werd Hoogduits bedoeld. Het is waar-schijnlijk ook in de zuidelijke provincies dathet woord Nederlands eerst populair wordt.In 1550 schrijft de Gentenaar Joos Lam-

brecht zijn Nederlandsche Spellijnghe. Indezelfde periode waren soms ook de provin-ciale varianten als Vlaams of Hollands gang-baar voor het geheel. En tegelijk bleef de be-naming Nederduits in gebruik tot de negen-tiende eeuw.

Dat het zo lang geduurd heeft om een goedenaam vast te leggen voor onze taal, heeft zozijn gevolgen gehad. In het Engels noemenze onze taal nog altijd Dutch.

14. WAT IS HET OUDSTE NEDER-LANDSE WOORD?Dat weten we niet. We kunnen wel op zoekgaan naar het eerste woord dat werd opge-schreven. Volgens de etymologe Nicolinevan der Sijs is dat te vinden in de Historiaevan de geschiedschrijver Tacitus. Die ver-meldde in 107 na Christus het woord vadam,wat volgens hem het woord was dat de Ger-maanse stammen in onze gebieden gebruik-ten voor wat we vandaag een wad noemen,een doorwaadbare plaats.

Na wad zijn de oudst bekende woorden vol-gens Van der Sijs twee (tussen 222 en 235 op-getekend) en trecht (rond het jaar 300, metde betekenis ‘overvaart’ en nog te herkennenin woorden als Utrecht).

Daarbij moet opgemerkt worden dat voorhet jaar 400 nog geen sprake was van welkNederlands dan ook. In het gebied dat Taci-tus bezocht, werd Germaans gesproken. Alsje wacht tot na de opdeling van het Westger-maans in Oudengels, Oudfries, Oudneder-lands, Oudsaksisch en Oudhoogduits, komje bij ann, de verleden tijd van unnan, wat‘gunnen’ betekende. Dat is rond 450 opge-schreven en zou dus het oudste Nederlandsewoord kunnen worden genoemd.

Nog enkele oude woorden met hun geboor-tejaar:639: zaal698-699: mond701-800: acht, ander, boom, borst, dorpel,duizend, geit, haan, hand, negen, oor, tien,twaalf, vee, vogel, zes, zeven741: hout776-800: duivel, geest, geloven, god, heilig,ik, vader, werk, woord, zoon777: schoot790-793: gouw, noord793: eend, woud, zee

15. WAT IS DE OUDSTE NEDER-LANDSE ZIN?Het bekende Hebban olla vogala nestas ha-

Page 6: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

6 DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

nu (‘Alle vogels zijn al aan het nestelen, be-halve jij en ik; waar wachten we nog op?’) isniet het oudste Nederlandse zinnetje. Je zouhet wel het oudste literaire zinnetje kunnennoemen, want het komt waarschijnlijk uiteen soort liefdesgedicht dat een monnikrond 1100 op een stuk perkament zou hebbenneergekrabbeld om zijn pas gesneden gan-zenveer uit te proberen. Er wordt trouwensaan getwijfeld of het wel Nederlands is, wantdie pennentrek gebeurde in het graafschapKent.

Het oudste Nederlands is volgens de redac-tie van het Oudnederlands Woordenboek eenstukje uit de Salische wet (begin zesdeeeuw). Daarin staat een officiële verklaringdie iemand moest afleggen om een laat (eenhalfvrije slaaf ) vrij te laten: maltho thi afriolito (‘ik zeg je: ik maak je vrij, halfvrije’).

Enkele andere oude Nederlandse zinnen:Gelobistu in got alamehtigan fadaer (‘Geloofje in God de almachtige vader?’ – doopgelof-te uit het eind van de achtste eeuw). Visc flot aftar themo uuatare (‘Een vis zwomin het water’ – negende-eeuwse paarden- enwormbezwering)

An âuont in an morgan in an mitdon dagetellon sal ic in kundon, in he gehôron sal(‘’s Avonds en ’s morgens en ’s middags zal ikvertellen en verkondigen, en hij zal horen’ –Wachtendonckse Psalmen, tiende eeuw)

16. DE GROOTSTE TAAL TER WERELD EN DE KLEINSTEChinees is de moedertaal van 1,3 miljardmensen. Bijna een op de vijf aardbewonersspreekt het dus. Daarbij moeten we zeggendat ‘het’ Chinees eigenlijk een verzamel-naam is van een heleboel verschillende ta-len.De tweede plaats wordt op een haar na ge-deeld door het Spaans (329 miljoen) en hetEngels (328 miljoen). Op de derde plaatsstaat het Arabisch (221miljoen), op de vierdehet Hindi (182 miljoen) en op vijf het Bengali(181 miljoen).

We hebben het hier over moedertaalspre-kers. Als we ook mensen tellen die later inhun leven een taal geleerd hebben, staat hetEngels er gunstiger voor. Volgens sommigeschattingen zijn er zeker twee miljard men-

sen die Engels beheersen, en daarmee zouhet wél de grootste taal ter wereld zijn.

Er zijn volgens recente tellingen 133 talendie nog door minder dan tien mensen wor-den gesproken. Een bekend voorbeeld washet Eyak, een Eskimotaal die nog gesprokenwerd door één moedertaalspreekster: MarieSmith, die op 21 januari 2008 is overleden.Het Dyirbal wordt nog gesproken door vijfmensen in het noordoosten van Queensland(Australië) en in hetzelfde gebied sprekennog een kleine 100 mensen het Unser-deutsch, een taal die op het Duits is geba-seerd.

17. NEDERLANDS IS GEEN KLEINE TAALHet Nederlands staat volgens recente tellin-gen op de 42ste plaats in de wereldranglijst.Dat lijkt misschien laag, maar als je bedenktdat er ruim zesduizend talen in de wereld ge-sproken worden, dan valt dat mee: het Ne-derlands zit in het ene procent van degrootste talen.

Page 7: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

7DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

Dat komt doordat er naast de 6 miljoen Vla-mingen die Nederlands spreken, ook nogeens ruim 16 miljoen Nederlanders zijn eneen half miljoen Surinamers. Samen dus on-geveer 23 miljoen. Vergelijk dat met hetGrieks (13 miljoen), het Zweeds (8 miljoen)en het Deens (5 miljoen).

Maar er zijn andere manieren om de groottevan een taal te tellen, behalve het aantalmoedertaalsprekers. In 2008 stelden Fransewetenschappers een lijst voor van de ‘be-langrijkste’ talen van de wereld. Zij namenonder meer deze factoren in rekening: aan-tal sprekers, landen waar de taal officieel is,artikelen in Wikipedia, aantal literatuur-prijswinnaars, kinderaantal per vrouw, ont-wikkelingsgraad, internetgebruik, aantalvertalingen van en naar de taal.

Dit is het resultaat:

1. Engels 2. Frans3. Spaans4. Duits5. Japans 6. Nederlands7. Arabisch 8. Zweeds9. Italiaans10. Deens

18. NEDERLANDS OP HET WEB

Hoe groot is het Nederlands op het wereld-wijde web? Die vraag is moeilijk te beant-woorden. Maar volgens sommige statistie-ken zou 2,4 procent van de internetpagina’sNederlandstalig zijn. Dat ziet er bescheidenuit, maar het is niet niks. Het Russisch haaltbijvoorbeeld maar 2,7 procent.

De grootste taal op internet is het Engels,met 35,2 procent. Het wordt op een afstandgevolgd door het Chinees, met 13,7 procent.Experts zien het Chinees snel oprukken enverwachten dat het binnen vijf tot vijftienjaar ook digitaal groter zal zijn dan het En-gels.Achter het Nederlands, dat op de elfde plaatsstaat, komen talen als het Maleis, Arabischen Pools.

Het tijdschrift BiZReport keek begin dit jaarnaar twitterberichtjes (‘tweets’) en vond datdie ook vooral in het Engels geschreven zijn(50 %). Daarna komen Japans (14 %), hetPortugees (9 %), het Maleis (6 %) en hetSpaans (4 %). Het Nederlands prijkt metzo’n 1,5 procent op de zevende plaats, na hetItaliaans en vóór het Duits.

Hoe kan het dat het Nederlands op internettussen grote wereldtalen te vinden is? Eenbelangrijke omstandigheid is dat Vlaande-ren en Nederland zeer welvarende landenzijn, met een hoog percentage computer- eninternetgebruikers.

19. UIT WELKE TAAL KOMEN DE MEESTE LEENWOORDEN?Uit het Engels, zul je misschien denken. Delaatste jaren is dat zeker zo, denk maar aanalle computertermen, woorden uit de me-dia, het sociale leven en de sport. Maar in hetEtymologisch Woordenboek (1997) van VanDale is 68,8% van de leenwoorden van Ro-maanse oorsprong (voornamelijk Frans enLatijn); 10,3% komt uit het Engels en 6,2%uit het Duits. De Franse woorden hebben wevooral in de negentiende eeuw opgeraapt. Zegaan over wetenschap, kenmerken van men-sen, en overheid. In dezelfde eeuw haaldenwe nog veel Latijnse woorden binnen, vooralvoor de wetenschap en religie. Duitse leen-woorden zijn over het algemeen iets jonger.Ze gaan over de menswetenschap, de posi-tieve wetenschap en de overheid.

Deze schatting wordt bevestigd door eensteekproef die etymologe Nicoline van derSijs deed met de eerste vier pagina’s van eenwillekeurig gekozen editie van NRC Han-delsblad. Hier bleek zelfs 82,1% van de leen-woorden van Romaanse herkomst, tegen7,4% voor het Engels en 6,8% voor het Duits.Voorts bleek dat 16,2% van alle gebruiktewoorden een leenwoord was.

20. MET WELKE LETTER BEGIN-NEN DE MEESTE WOORDEN?Dat kun je tellen in een woordenboek, en ineen elektronisch woordenboek gaat dat hetsnelst. Bijna 11 % van woorden uit de woor-denlijst van de elektronische Van Dale be-gint met de letter s. Dat is duidelijk meer danmet de b (7,6%), de k (7,2%) en de v (6,9%),die hun succes als beginletter deels te dan-ken hebben aan voorvoegsels als be- en ver-.

De eerste klinkers zijn de a (5,9%) en de o(5,3%), die in de totaallijst respectievelijk opde zesde en de zevende plaats staan. Doordater veel voorvoegsel met deze letters zijn(aan-, achter-, af-, anti-, op-, om-, on- enover-), blijven ze de e (2,1%) ver voor – en datterwijl de e de frequentste letter van het Ne-derlands is. Slechts 0,11% van onze woordenbegint met een q en 0,04% met een x. Hetslechtst af is de y: niet meer dan 0,03% vanonze woordenschat begint met die letter.

21. NEDERLANDSE WOORDENIN HET RUSSISCHHet Nederlands heeft opvallend veel woor-den uitgeleend aan het Russich. Veel van diewoorden kun je zelfs nog goed herkennen.Het gaat vooral om woorden die met zee-vaart en visserij, met schepen en met gebou-wen te maken hebben. Bijvoorbeeld admi-raal (admirál), dek (dek), galerij (galleréi),kajuit (kajúta), ansjovis (anèóus), baars(berš).

De meeste Nederlandse woorden vind je na-tuurlijk in de talen rondom ons. Met diemensen zijn de contacten altijd het grootstgeweest. Maar het valt op dat er meer Neder-landse woorden in het Russisch zijn dan bij-voorbeeld in het Japans of het Schots en zelfsdan in het Duits. Dat kan komen door de in-vloed van één man, tsaar Peter de Grote. Inde laatste jaren van de zeventiende eeuw be-zocht hij de Republiek der Nederlanden. Hijnam Nederlandse handwerkslieden meenaar de nieuwe stad Sint-Petersburg, vooralscheepslieden en architecten. Daarna ble-ven er goede contacten bestaan tussen Rus-land en de Nederlanden.

22. NEDERLANDS LEREN IN SIBERIËIn Kemerovo aan de Kemerovskij Gosu-darstvennij Universitet kun je Nederlandsstuderen. Kemerovo ligt in het midden vanSiberië. De stad is vooral bekend om haarsteenkool. Kemerovo was oorspronkelijkeen internationale kolonie. Ze ontstond uitde gedachte van de eerste Sovjetleider, Vla-dimir Lenin, om de rijke natuurlijke hulp-bronnen van Siberië te ontginnen met mo-dern westers management. De kolonie werdgeleid door Nederlandse en Amerikaanse in-genieurs. Zo zijn in de jaren twintig van devorige eeuw de allereerste wijkjes ontwor-pen door de Nederlandse architect Han vanLoghem. Enkele gebouwen van hem zijn nogsteeds in Kemerovo te zien, bijvoorbeeld ty-pisch Nederlandse rijtjeshuizen, die de Rus-sen kolbasa’s (‘worsten’) noemen.

Nu studeren elk jaar een achttal studentenNederlands als bijvak aan de universiteitvan Kemerovo. Ze doen dat omdat ze hopenwerk te scheppen uit de goede verhoudingvan hun stad met Nederland, of uit culturelebelangstelling, of uit historische nieuwsgie-righeid. Of gewoon omdat Nederlands voorhen een heel verre en vreemde taal is, en datheeft ook z’n charme.

Page 8: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

8 DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

23. GEEN NEDERLANDS IN ZUID-AFRIKAOngeveer 13 procent van de bevolking vanZuid-Afrika spreekt een taal die wij hier aar-dig goed begrijpen. Maar Nederlands is hetniet. Het Afrikaans is een zustertaal van hetNederlands. Het ontstond uit de taal vanZuid-Hollandse en Zeeuwse kolonisten diezich in de Kaapkolonie vestigden na de stich-ting van Kaapstad in 1652.

Het Afrikaans lijkt een beetje op het dialectvan Zeeland. Er zijn wel een paar eigenaar-digheden. Het maakt negatieve zinnen meteen dubbele ontkenning, zoals in ‘ik het ditnie gedoen nie’. Er zijn geen woordgeslach-ten en de vervoeging van werkwoorden iszeer beperkt: ik ben = ek is; jij bent = jy is; hijis = hy is.

Veel Nederlandstaligen zijn jaloers op demooie nieuwvormingen die het Afrikaansheeft in plaats van leenwoorden. Bijvoor-beeld deze computertermen: rekenaar(computer), inmandje (inbox), aanlyn (onli-ne), inprop (plug-in), kortpad (shortcut),strooipos (spam).

24. NEDERLANDS DE ENIGE OFFICIËLE TAAL?In België wordt Nederlands, Frans en Duitsgesproken (en nog een heleboel andere niet-officiële talen). Dat is niet uitzonderlijk.Meertaligheid is de regel, met Papoea-Nieuw-Guinea als recordhouder: daar wor-den niet minder dan 830 talen gesproken.En het land heeft maar vier miljoen inwo-ners!

Er zijn wel landen met maar één taal. Vati-caanstad, bijvoorbeeld, of Noord-Korea.Maar over het algemeen spreekt de overheidmeer dan één taal. Er is maar één land waaralleen het Nederlands de officiële taal is.

Dat is niet Nederland. Want in de provincieFriesland (Fryslân) is ook het Fries een offi-ciële taal. Het is wel Suriname. Vreemd ge-noeg net het land waar behalve het Neder-lands het grootste aantal andere talen ge-sproken wordt: zo’n twintigtal. In zeventigprocent van de gezinnen wordt Nederlandsgesproken, maar andere grote talen zijn hetSranantongo, het Surinaams-Hindoestaansen het Javaans.

25. BARVODSEXNYMFZWIJG-PLICHTJUKHet vreemde woord hierboven betekent: demoeilijkheid om te blijven zwijgen over…

Nee, het betekent helemaal niets. Maar hetzou kunnen bestaan, want het is een samen-stelling volgens de regels van de kunst. Enwel een heel unieke. Het woord bevat elkeletter van het alfabet één keer (waarbij de ijen de y als verschillende letters tellen). Zulkwoord wordt een isogram genoemd (isos:gelijk; gramma: teken).

Strikt genomen is een isogram een woordwaarin elke letter even vaak voorkomt, maargewoonlijk wordt daarmee bedoeld: éénkeer.

Isogrammen met weinig letters kan ieder-een bedenken. Als je probeert er meer dantien letters in te stoppen wordt het moeilij-ker. Hieronder een rij isogrammen, verzon-nen door P. van Caldenborgh, waarin elkwoord één letter meer telt dan de al gebruik-te:

uui rui ruin ruïne urines rasuien uilenras stalruïne truienhals nachtluiers nachtsluimer nachtsluimerij ijsruimklachten rijkeluisonmacht foklijnruitschema

Page 9: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

9DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

rijksmachtgolfunie zakschrijftuigmolen schrijfblokmuizengat blokschriftnagumwijze opschriftblankgumwijze bomknapwijzevlugschrift zwijnmopvlugschriftbakje zwijnkampvlugschriftboxje bravosexnymfzwijgplichtjuk barvodsexnymfzwijgplichtjuk

26. HIPPOPOTOMONSTROSES-QUIPEDALIOFOBIEIn de medische en psychologische weten-schappen worden vaak woorden gemaaktmet elementen uit het klassieke Latijn ofGrieks. Het voordeel is dat al die woorden tebegrijpen zijn voor wie de elementen kent.Alle woorden op -itis, bijvoorbeeld, duidenop een aandoening, meestal een ontsteking,terwijl alles op -ose ook een ziekte is, maarniet het gevolg van een ontsteking.

Veelgebruikt zijn ook de achtervoegsels -fo-bie en -manie. Het eerste duidt op overdre-ven angst, het tweede op ziekelijke belang-stelling. Enkele voorbeelden van fobieën uitWikipedia:

Arachnofobie: angst voor spinnenAviofobie: vliegangstBathofobie: dieptevreesClaustrofobie: engtevreesGlossofobie: angst voor het spreken in hetopenbaarHomofobie: afkeer van homoseksuelenHydrofobie: watervreesHippopotomonstrosesquipedaliofobie:angst voor lange woordenMysofobie: smetvreesNecrofobie: angst voor lijkenParaskevidekatriafobie: angst voor vrijdagde dertiendeTachofobie: angst voor snelheidTaphefobie: angst om levend begraven tewordenToxicofobie: angst voor vergiftigingTriskaidekafobie: angst voor het getal 13Xenofobie: angst voor vreemdelingenZoöfobie: angst voor dieren

27. AUTOLOGIE

Wat is er vreemd aan het woord tifkout? Dathet is wat het uitdrukt. Het verschijnsel heetautologie en de woorden zijn zelfvervullers.Daar zijn nog interessante voorbeelden van:

elfletterigEnglishHOOFDLETTERS

isogramkortnaamwoordNederlandsverkleinwoordjevijflettergrepigwoord

28. MORSDOOD

Samengestelde woorden bevatten somsmerkwaardige koppeltjes van woorden. Jestaat er niet bij stil, maar in volledig, basalt,meermin, boosaardig en leedvermaak spre-ken de twee delen elkaar tegen.

Kun je ook achterhalen wat er aan de hand ismet morsdood, Waterloo, brandmerk enkindvriendelijk?

29. EEN NEDERLANDSE SNELLE VOS

The quick fox jumps over the lazy dog. Datzinnetje moest je eindeloos herhalen als jevroeger blind leerde typen. Het voordeel wasdat elke letter van het alfabet erin voor-kwam. Zo een zin heet een pangram (pan:alles, gramma: teken).

Er bestaan ook Nederlandse pangrams. DeNederlandse krant Het Parool schreef eind1977 een prijsvraag uit, en onder meer dezezinnen kwamen binnen:Ik gaf z’n quasi sexy vrouw acht bedlampjes.Lex bederft uw quiz met typisch vakjargon.Ach, yoghurt is ‘n exquis drankje, proef zelfwaarom ’t u bevalt.De export blijft qua omvang typisch zwak.Zelfs Coby vindt het exportquotum wijn ka-rig.

30. TAAL IS ALTIJD IN BEWEGING

Wat we Nederlands noemen, is veel mindereen eenheid dan we vaak denken. Met eenlichte overdrijving zou je kunnen zeggen datiedereen zijn eigen Nederlands spreekt. Eenbakker spreekt anders dan een postbode,een meisje anders dan een jongen, iemanduit Antwerpen anders dan iemand uit Suri-name, een achtjarige anders dan een dertig-jarige, een arme anders dan een rijke…

Met ‘anders spreken’ wordt dan bedoeld: an-dere woorden gebruiken, ze anders uitspre-ken, een ander type van zinnen maken ensoms zelfs andere grammaticale regels toe-passen. Kortom: het Nederlands is, zoals alle

talen, eigenlijk een abstract begrip dat je zoukunnen omschrijven als ‘de verzameling vande talen die in ons gebied te horen zijn’.

Daarbij komt nog dat die ‘talen’ voortdurendveranderen. Op elk moment komen er woor-den bij en worden uitdrukkingen populair,terwijl er weer andere verdwijnen of tijdelijkuit de mode geraken.

Dat gebeurt zelfs met regels die volgens taal-gebruikers op een bepaald ogenblik met be-ton zitten vastgegoten in de Nederlandsetaal. Neem de werkwoorden. Die verdelenwe in zwakke (werken – werkte – gewerkt)die een verleden tijd krijgen met -de/te eneen voltooid deelwoord op -d/t, en sterke (lo-pen – liep – gelopen) waarvan vooral de klin-kerwisseling opvalt.

Nogal wat mensen zullen spontaan denkendat die sterke werkwoorden afwijken van deregel. Maar dat is niet zo. Specialisten in degeschiedenis van onze taal zijn erachter ge-komen dat de sterke werkwoorden vroegerde regel waren. In het Germaans waren allewerkwoorden sterk. Zo was de correcte ver-voeging aanvankelijk wassen – wies – ge-wassen en lachen – loeg – gelachen. Pas in demiddeleeuwen ging men zeggen wassen –waste – gewassen en lachen – lachte – gela-chen. Dat er iets vreemds is aan deze werk-woorden zie je nog aan het voltooid deel-woord, dat niet eindigt op d of t, maar op -en.

De zwakke werkwoorden zijn hun carrièredus begonnen als taalfout. Maar in de loopvan de middeleeuwen maakten ze al demeerderheid van de werkwoorden uit endaarna ging het snel. De regelmaat vanzwakke werkwoorden is in het hedendaagseNederlands zo krachtig dat kinderen moe-ten leren dat het niet slaapte is, maar sliepen niet zingde, maar zong.

Hoe gaat zo’n verandering? Eerst heb je bij-voorbeeld een generatie die zegt: ik wies.Dan beginnen sommigen ik waste te zeggen.Die eerste generatie vindt dat natuurlijkfout, om niet te zeggen kinderachtig. Zewijst de jongeren op die fout en sommigejongeren gaan ook ik wies zeggen. Maar devorm ik waste kan toch niet helemaal wor-den uitgeroeid. Jaren later blijken de tweenaast elkaar te bestaan zonder dat de nieuwevorm nog als fout wordt aangemerkt. Maarin taal blijven twee vormen die precies het-zelfde voorstellen zonder nuanceverschil,meestal niet naast elkaar bestaan. En door-gaans is het de gemakkelijkste vorm dieoverblijft. In dit geval: ik waste, want die isvolgens de regels van de meeste anderewerkwoorden.

Page 10: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

10 DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

Conclusie: wat vandaag geldt als een taal-fout, kan morgen net de correcte vorm zijn.Nou ja, morgen, doorgaans is het een procesvan eeuwen.

31. MARTINE SPREEKT HET MOOISTE NEDERLANDSVorig jaar hield de Nederlandse Taalunie eenenquête bij duizend Nederlanders, Vlamin-gen en Surinamers. Het ging over variatie inde Nederlandse taal. Een van de vragen was:wie spreekt volgens u het mooiste Neder-lands? De Nederlanders moesten een Neder-lander aanwijzen, de Vlamingen een Vla-ming en de Surinamers een Surinamer.

In Vlaanderen won VRT-nieuwsanker Mar-tine Tanghe op overtuigende wijze de poll. InNederland nieuwslezer Philip Freriks en in

Suriname nieuwslezeres Anne-Marie San-ches.Dat Martine Tanghe en Philip Freriks op hetschavotje mochten klimmen, zal wel te ma-ken hebben met het Groot Dictee der Neder-landse Taal. Sinds ze dat samen presenteren,gelden ze voor veel mensen als dé manierwaarop het moet. De reactie van Freriks wasdan ook: ‘Dit is bijna te zwaar om te dragen.Ik zal nauwelijks nog mijn mond durvenopen te doen.’

32. HET GROOTSTE WOORDEN-BOEK TER WERELDHet omvangrijkste woordenboek ter wereldbeschrijft niet het Chinees, het Arabisch ofhet Engels, maar het Nederlands. Het Woor-denboek der Nederlandsche Taal (WNT) be-schrijft de betekenis van alle woorden die in

Nederlandstalige geschreven bronnen vanafhet jaar 1500 tot het jaar 1921 voorkomen.Het eerste deel (van A tot Aanhaling) ver-scheen in 1864, en het duurde bijna 135 jaarvoor het negenentwintigste en laatste deel(van Zuid tot Zythum) in 1998 van de persenrolde. De oplage was erg beperkt: zo’n acht-honderd exemplaren. Het boek was dan ookzo goed als onbetaalbaar voor particulieren.Maar vandaag kan iedereen het gratis raad-plegen via internet.

Met zijn 45.800 bladzijden en ruim 400.000trefwoorden is het WNT groter dan de be-faamde Oxford English Dictionary of hetDeutsches Wörterbuch van de gebroedersGrimm. Dat komt ook doordat van elk woordde oudste vindplaats met een citaat wordtopgenomen, en bij elke betekenis staan dannog eens citaten en verwijzingen. De spel-ling van het WNT is niet meer van vandaag.Ze werd in 1863, even voor de aanvang vanhet redactiewerk, speciaal voor dit woorden-

Van Dale woordenboeken

Bestel nu op www.standaardshop.be

Van Dale Groot woordenboek hedendaags Nederlands74,50 euro i.p.v. 99 euroVan Dale Groot woordenboek hedendaags Nederlands37,50 euro i.p.v. 42,50 euro

tot-24,50 euro

korting

aanbod geldig tot 3 november 2010

Page 11: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

11DE STANDAARDVRIJDAG 29 OKTOBER 2010

boek vastgelegd door de eerste redacteuren,Matthias de Vries en L.A. te Winkel. Hetboek wordt dan ook niet meer gebruikt omde vorm van een woord te controleren, maarvooral om na te gaan hoe de betekenis is ge-evolueerd.

Zo kun je bijvoorbeeld in het lemma stomnagaan dat het woord in de oudste bronnenuitsluitend ‘niet sprekend’ betekent en pasop het einde van de negentiende eeuw de be-tekenis ‘dom’ kreeg. Je vindt er ook dat hetwoord vliegtuig voor het eerst opduikt in1663, en dat we al in 1515 wisten wat een man-go is.

- ONLINEhttp://gtb.inl.nl

33. VLAMINGEN TRAGER DAN NEDERLANDERSDrie Vlaamse taalkundigen hebben een be-wijs gevonden voor wat iedereen al dacht:dat Nederlanders sneller praten dan Vla-mingen. Ze vergeleken veertig uur spraakdoor tachtig Nederlandse en tachtig Vlaam-se moedertaalleerkrachten. Daarvoor ge-bruikten ze het Corpus Gesproken Neder-lands, een verzameling bandopnames dievolledig uitgeschreven zijn én voorzien vanaantekeningen. Ze telden hoeveel lettergre-pen de leraren gemiddeld uitspraken per mi-nuut. Als iemand zei ‘op een geven ment’,werden toch de zeven lettergrepen geteldvan ‘op een gegeven moment’.

Alle proefpersonen samen produceerden ge-middeld 4,63 lettergrepen per seconde.Maar de verschillen per regio waren opval-lend. De gemiddelde Nederlander klokte afmet 5,05 lettergrepen per seconde, terwijl de

Vlaming bleef steken op 4,22. Dat is maarliefst 25 procent trager.

Dat neemt niet weg dat er zowel binnen Ne-derland als Vlaanderen verschillen inspreeksnelheid zijn. Zo spreekt men in deRandstad sneller (5,42 lettergrepen per se-conde) dan in de rest van Nederland. InVlaanderen zijn de inwoners van de provin-cie Oost-Vlaanderen kampioen, met 4,43 let-tergrepen. De Limburgers spreken, niet on-verwacht, het traagst: 4,19 lettergrepen.

En er kwamen nog meer details naar boven.In tegenstelling tot de alledaagse indruk,spreken mannen sneller dan vrouwen. Enjongeren spreken sneller dan ouderen. Hoedat te verklaren is, is weer stof voor later on-derzoek.

1.b. Een dialect is een taal. Er is dus geenverschil. Soms wordt wel gezegd dat eentaal een dialect is met een leger en een vlag.Bedoeld wordt: we noemen een dialect eentaal als het gesproken wordt in een geheelland. Voor het Nederlands klopt dat al niet,want dat wordt officieel gesproken in drielanden: Nederland, België en Suriname.

2.b. Als spreekwoorden altijd de waarheidspraken, dan zouden ze elkaar niet tegen-spreken. En dat is toch het geval. Bijvoor-beeld: Waar rook is, is vuur, dat het omge-keerde zegt van Schijn bedriegt. Andere te-genspraak is er in deze spreuk: Uitgesteldis niet verloren. – Van uitstel komt afstel.

3.a. Er bestaat geen instantie die beslistwat goed Nederlands is. Dat doen de taal-gebruikers zelf, een beetje zoals bezoekersaan een festival bepalen hoe je je hoort tegedragen bij zo’n gelegenheid. Er zijn welmensen die het gebruik van woorden envan constructies optekenen in woorden-boeken en grammatica’s. Maar zij beschrij-ven de taal die de meeste mensen gebrui-ken; ze schrijven niets voor. De Nederland-se Taalunie legt alleen de spelling vast voorde overheid en het onderwijs.

4.a Je zou de ijkunnen beschouwen alseen combinatie van ien j. Maar dan zoudenwe het woord IJslandmet een kleine jschrijven. De ijmoeten we dus zien als éénletter. Die verschilt van de y. Die sprekenwe immers uit als /j/ (in cowboy) of als /ie/

(in baby), niet als /ij/.

5.a Gek genoeg is het woord bliksem (900-1000) zo’n tweehonderd jaar ouder dan hetwoord donder (1240). Tenminste, als wemogen afgaan op de oudste vindplaatsenvan die woorden.

6.b. Het is omgekeerd: het Standaardne-derlands is voortgekomen uit de dialecten,meer bepaald uit het dialect van Noord-Holland, met elementen van andere dialec-ten.

7.b. Er is geen verband tussen bijvoorbeeldde klanken van het woord mond en het ge-baar voor ‘mond’. In gebarentaal wordt hetbegrip rechtstreeks omgezet in een tekenmet de hand. Het is wel zo dat in Nederlandeen gebarentaal gebruikt wordt, die ver-schilt van bijvoorbeeld de Franse, en zelfsvan de Vlaamse.

8.a. Het Perzisch (de taal van Iran) is eenIndo-Europese taal, net zoals het Neder-lands en de meeste talen die in Europa ge-sproken worden. Het Fins behoort met hetEsts, het Hongaars en het Turks tot de Fins-Oegrische talen. Die staan in de stamboomvan talen verder van ons af.

9.b. Sommige ontleningen zien er hele-maal uit als Nederlandse woorden. Eenvoorbeeld: fit. Andere worden vertaald metinheemse woorden en zijn dan niet te her-kennen als uitheems. Een voorbeeld is we

gaan ervoor, dat is gebaseerd op het Engel-se we go for it. Zulke ontleningen wordenvertalende ontleningen genoemd.

10.b. Volgens het Nationaal instituut voorde statistiek is Noah de naam die het vaakstgegeven wordt aan pasgeboren jongens.(Tot 2008. Latere gegevens zijn nog niet be-schikbaar.)

11.a. Volgens het Nationaal instituut voorde statistiek is Emma het zesde jaar na el-kaar de naam die het vaakst gegeven wordtaan pasgeboren meisjes. (Tot 2008. Lateregegevens zijn nog niet beschikbaar.)

12.a. Volgens het Nationaal instituut voorde statistiek kwamen er in België eind 200833.329 verschillende voornamen voor jon-gens voor en 40.374 meisjesnamen. De po-pulairste zijn respectievelijk Jean en Ma-ria.

13.a. Als we een streepje mogen plaatsen:astma-aanval, diana-aap, java-aap, ma-laria-aanval, media-aandacht, na-aap-ster, valuta-aankoop.

14.b. Jazzzanger en jazzzangeres.

15.a. De eerste woordenboeken warentweetalige lijsten bedoeld om Latijn te le-ren.

ANTWOORDEN QUIZ BLZ. 12

Page 12: 5Geheimen van het Nederlands - De Standaard · 2 DE STANDAARD VRIJDAG 29 OKTOBER 2010 1. HOEVEEL WOORDEN ZIJN ER IN HET NEDERLANDS? Iets wat de hele tijd groeit, kun je niet me-ten.

1.Er is een groot verschil tussen een taal eneen dialect.a. waarb. niet waar

2.Een spreekwoord bevat altijd een diepewaarheid.a. waarb. niet waar

3. Wie beslist wat goed Nederlands is?a. geen enkele instantieb. de Nederlandse Taalunie

4.De ij is een andere letter dan de y.a. waarb. niet waar

5.De bliksem is ouder dan de donder.a. waarb. niet waar

6.De dialecten zijn voortgekomen uit hetStandaardnederlands.a. waarb. niet waar

7.Gebarentaal is een manier om Nederland-se woorden uit te beelden met gebaren.a. waarb. niet waar

8.Het Nederlands staat het dichtst bija. het Perzischb. het Fins

9. Een leenwoord ziet er altijd een beetjebuitenlands uit.a. waarb. niet waar

10.De populairste jongensnaam in Vlaande-ren vandaag is Jan.a. waarb. niet waar

11.De populairste meisjesnaam in Vlaande-ren vandaag is Emma.a. waarb. niet waar

12.Er zijn in ons land meer meisjesnamen inomloop dan jongensnamen.a. waarb. niet waar

13. Er bestaan in het Nederlands minstens ze-ven woorden met drie keer een a achter el-kaar.a. waarb. niet waar

14.Er bestaat in het Nederlands geen woordmet drie keer een z achter elkaar.a. waarb. niet waar

15. Welk soort woordenboeken is het oudst:a. vertaalwoordenboekenb. verklarende woordenboeken

AFLEVERING 5: QUIZ

Wat weet jij over taal? Doe de taalquiz!Je vindt de antwoorden binnenin dit boekje, op blz. 11.

Hoofdredacteurs: Karel Verhoeven en Bart Sturtewagen. - Teksten: Ludo Permentier. - Illustraties: Zaza. - Vormgeving: Jan Goossens. -Eindredactie: Astrid Houthuys.COLOFON