29 JANUARI 2016 VOORAF BEBOUWINGSLINTEN · die dichtbij het water lagen met scheepjes van 15 tot 25...

5
Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 1 online nieuwsbrief 29 – januari 2016 ONLINE NIEUWSBRIEF 29 JANUARI 2016 VOORAF Allereerst wens ik u een voorspoedig 2016 toe. Wat zal dit jaar ons brengen? Een vraag die velen al zullen heb- ben gesteld. Vooraf kun je fantaseren en achteraf con- cluderen. Op de vraag wat het jaar ons als Boerderijbe- minnende mensen zal brengen is evenmin een antwoord te geven. Er is steeds minder zekerheid. Op alle gebied. Moderne boerderij in Lexmond. Toch kunnen wij – voor zover het binnen ons vermogen ligt – iets aan die toekomst doen. Door steeds opnieuw aandacht te vragen voor ‘de boerderij’. Overal en aan iedereen. Voor alle boerderijen; ik schreef al eens eer- der dat ook ruilverkavelingsboerderijen waardevol zijn. Denk maar aan die langs de A27 bij Lexmond. Toen ze net waren gebouwd, waren het parels in het landschap. Dick de Jong BEBOUWINGSLINTEN Bebouwingslinten zijn kenmerkend voor onze streek, zelfs voor het hele Groene Hart. Een rij historische boerderijen, daglonershuisjes en opstallen langs de weg of de dijk, met bijbehorende erven en hoogstamfruit- boomgaarden, leilindes of ander struweel. Die bebou- wingslinten hebben een grote cultuurhistorische waarde en zijn daarnaast erg belangrijk voor natuur en land- schap. De beplanting kan dienen als ecologische ver- bindingszone en de afwisseling van bebouwing met daartussen zicht op de weilanden erachter geeft een uniek landschap. Door nieuwbouw, verandering in be- volkingssamenstelling van boeren naar buitenlui en door intensivering van de landbouw worden deze waarden steeds meer aangetast. Er wordt veel tussen- en bijge- bouwd en boomgaardjes en andere groene elementen worden minder onderhouden of verdwijnen. Het Groene Hart omarmde tussen 2009 en 2013 een project: ‘Groene bebouwingslinten in het Groene Hart’. Dat had als hoofddoel het herstellen en verbeteren van de cultuur-, landschaps- en natuurwaarden. Mensen bewust maken en actief betrekken. Maar met de beëin- diging van het project zijn we er nog niet. Met elkaar moeten we de bestaande linten blijven koesteren en bewaren. Het bijzondere van linten is dat ze tegelijkertijd verbin- den en scheiden. Zeker als het om bebouwinglinten gaat. Ze verbinden dorpen en ze scheiden vaak polders. Ze verbinden ook gelijk denkenden, ze onderscheiden de mensen die de linten willen behouden van degenen die hier onverschillig tegenover staan. Een stukje grotendeels ongeschonden bebouwingslint in Ottoland.

Transcript of 29 JANUARI 2016 VOORAF BEBOUWINGSLINTEN · die dichtbij het water lagen met scheepjes van 15 tot 25...

Page 1: 29 JANUARI 2016 VOORAF BEBOUWINGSLINTEN · die dichtbij het water lagen met scheepjes van 15 tot 25 ‘last’ (een last is 2.000 kg) werd aangevoerd. Dat pulp rijden of kruien deed

Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 1 online nieuwsbrief 29 – januari 2016

ONLINE NIEUWSBRIEF 29 JANUARI 2016

VOORAF Allereerst wens ik u een voorspoedig 2016 toe. Wat zal dit jaar ons brengen? Een vraag die velen al zullen heb-ben gesteld. Vooraf kun je fantaseren en achteraf con-cluderen. Op de vraag wat het jaar ons als Boerderijbe-minnende mensen zal brengen is evenmin een antwoord te geven. Er is steeds minder zekerheid. Op alle gebied.

Moderne boerderij in Lexmond. Toch kunnen wij – voor zover het binnen ons vermogen ligt – iets aan die toekomst doen. Door steeds opnieuw aandacht te vragen voor ‘de boerderij’. Overal en aan iedereen. Voor alle boerderijen; ik schreef al eens eer-der dat ook ruilverkavelingsboerderijen waardevol zijn. Denk maar aan die langs de A27 bij Lexmond. Toen ze net waren gebouwd, waren het parels in het landschap.

Dick de Jong

BEBOUWINGSLINTEN Bebouwingslinten zijn kenmerkend voor onze streek, zelfs voor het hele Groene Hart. Een rij historische boerderijen, daglonershuisjes en opstallen langs de weg of de dijk, met bijbehorende erven en hoogstamfruit-boomgaarden, leilindes of ander struweel. Die bebou-wingslinten hebben een grote cultuurhistorische waarde en zijn daarnaast erg belangrijk voor natuur en land-schap. De beplanting kan dienen als ecologische ver-bindingszone en de afwisseling van bebouwing met daartussen zicht op de weilanden erachter geeft een uniek landschap. Door nieuwbouw, verandering in be-volkingssamenstelling van boeren naar buitenlui en door intensivering van de landbouw worden deze waarden steeds meer aangetast. Er wordt veel tussen- en bijge-bouwd en boomgaardjes en andere groene elementen worden minder onderhouden of verdwijnen. Het Groene Hart omarmde tussen 2009 en 2013 een project: ‘Groene bebouwingslinten in het Groene Hart’. Dat had als hoofddoel het herstellen en verbeteren van de cultuur-, landschaps- en natuurwaarden. Mensen bewust maken en actief betrekken. Maar met de beëin-diging van het project zijn we er nog niet. Met elkaar moeten we de bestaande linten blijven koesteren en bewaren. Het bijzondere van linten is dat ze tegelijkertijd verbin-den en scheiden. Zeker als het om bebouwinglinten gaat. Ze verbinden dorpen en ze scheiden vaak polders. Ze verbinden ook gelijk denkenden, ze onderscheiden de mensen die de linten willen behouden van degenen die hier onverschillig tegenover staan.

Een stukje grotendeels ongeschonden bebouwingslint in Ottoland.

Page 2: 29 JANUARI 2016 VOORAF BEBOUWINGSLINTEN · die dichtbij het water lagen met scheepjes van 15 tot 25 ‘last’ (een last is 2.000 kg) werd aangevoerd. Dat pulp rijden of kruien deed

Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 2 online nieuwsbrief 29 – januari 2016

HET VOEREN OP STAL

Een stukje nostalgie… of toch niet? Het voeren in de winter op stal was nog een hele klus. Het hooi, dat vroeger los op de zolder of in de berg lag opgetast - en bij heel oude boerderijen nog op de staling op de deel - werd tweemaal per dag afgegooid of aan-gesleept in het hooigat en voor de koeien uitgeschud. Maar eerst moest nog worden gewaterd. De pompbak voor in de stal, werd met de hand uit de onder iedere boerderij aanwezige grondwaterput - van soms wel acht meter diep - volgepompt. Als de bak vol was werd de met een lap omwikkelde prop eruit geslagen en begon het water in de schoon geveegde goot te lopen. Wat hadden die koeien een dorst! De eerste koe bij de pomp was er het best aan toe, want die kon direct gaan drinken, terwijl de rest nog stond te gunzen (reikhalzen en trappelen). Soms brak er een stok bij dit geweld. ‘Hé koei!’ riep dan de boer en een driftig uitgevallen persoon gaf het dier soms een hijs met een bezem of de steel van een hooivork. IJlings moest dan een nieuwe stok worden geplaatst. Vooral in het voorjaar, als een koe gekalfd had, was het dier zeer dorstig en dronk het wel meer dan veertig liter water per dag. Voor de oorlog waren er enkele boeren die een waterbak op zolder hadden en een vlotterbak. Hiermee konden de betonnen drinkbakjes, die inmiddels in de goot waren geplaatst, vol gehouden worden. Die bak op zolder was al op de waterleiding aangesloten, maar de vlotterbak beneden moest nog wel eens enkele keren per dag met de hand vol worden gepompt.

Dikwijls werden voerbieten gevoerd. Die moesten dan eerst met het ‘bietenmessien’ worden gemalen. Er wa-ren boeren die er een elektromotortje had aangebouwd! Ook werden wel spruitenstokken gevoerd. Als je voor de koeien heenliep, moest je oppassen dat je niet een opta-ter kreeg als een koe al knagend met zo’n stok van meer dan een halve meter stond te worstelen. Als de prijs gunstig was, werden ook aardappelen gevoerd. En bijna iedereen voerde natte bietenpulp, die bij de boerderijen die dichtbij het water lagen met scheepjes van 15 tot 25 ‘last’ (een last is 2.000 kg) werd aangevoerd. Dat pulp rijden of kruien deed men gezamenlijk met de buren. Gezellig! Tegen de middag een paar borrels drinken, staande op de kuil, die warm uit het scheepje kwam.

Het schilderij De verloren zoon van Peter Paul Rubens toont de beperkte hoeveelheid vee in de stal.

Behalve het hooi, werd al het voer voor de koeien ge-kruid, dat wil zeggen met de kruiwagen aangevoerd. Ook het kuilgras, dat al voor de oorlog in zwang geko-men was. Het gras werd netjes voor de koeien uitge-schud om te voorkomen dat de koe om de plakken te ontwarren alles door de schuur slingerde met haar ster-ke kop. Wat kon die natte, primitieve zogenaamde war-me kuil stinken! Toen de kuilmethoden verbeterden was ook de stank minder. Het hooi was echter toen nog het hoofdbestanddeel. Als het hooi bij gunstig weer gewonnen was, zei de boer: ‘Alles zit er nog in’. Vooral toen er nog weinig of geen kunstmest werd gebruikt was het grasbestand veelzijdig. Met veel kruiden. Het gras en ook het hooi bevatte vroeger veel meer ruwvezel en had daardoor minder voedingswaarde, maar was juist daardoor kern-gezond. Een koe ging dan ook heel lang mee en kon heel oud worden. Als de gemiddelde leeftijd van een stal nu vijf jaren is, is dat al hoog voor wat melkkoeien be-treft. Dat wordt ook veroorzaakt door het feit dat eerder wordt geselecteerd dan vroeger. Men heeft steeds weer aanwas van jongvee met een hoger verwachtingspa-troon. Een stal met een gift van gemiddeld 4.000 liter in een lactatieperiode van driehonderd dagen was heel gunstig, terwijl er nu stallen zijn met een gift van 8.000 tot zelfs 10.000 liter (hoewel tegenwoordig over kilo’s gesproken wordt).

Page 3: 29 JANUARI 2016 VOORAF BEBOUWINGSLINTEN · die dichtbij het water lagen met scheepjes van 15 tot 25 ‘last’ (een last is 2.000 kg) werd aangevoerd. Dat pulp rijden of kruien deed

Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 3 online nieuwsbrief 29 – januari 2016

Voor de oorlog voerde de boer ook wel lijnmeel of lijn-schilfers, gemengd met wat maïs. Soms ook kokosmeel en grondnotenmeel. Deze grondstoffen gingen in een bak of een kuip waarna er water aan werd toegevoegd en door elkaar geschept. Het spul ging dan ‘dijen’. Als het uitgedijd was, werden er ballen van gekneed, van zo’n 8 tot 10 cm doorsnee. Er werd dan wat maïsmeel overheen gestrooid om het aan elkaar kleven te voor-komen. Ze werden namelijk in een grote emmer gedaan, waarmee de boer de koeien langs ging. Iedere koe kreeg wel een verschillend portie, want naarmate het dier meer melk gaf, kreeg het ook meer krachtvoer. Om-streeks 1936 ging de Olieslagerij Bertels als eerst slofjes persen. Dit waren de eerste gemengde veekoeken, waarbij meer grondstoffen bij elkaar konden worden gevoegd. Dat was goedkoper, maar ook minder smake-lijk. Dit laatste verbeterde door de toevoeging van me-lasse. De oliefabrieken werden van lieverlee ook veevoederfa-brieken en dit feit luidde al het einde in van de plaatselij-ke meelboer of molenaar.

Schilderij van een onbekende schilder.

Toen door de oorlog het veevoer op de bon kwam, was het afgelopen met ballen maken. Er mocht alleen ge-mengd voer worden gemaakt met een samenstelling die van hogerhand werd voorgeschreven. Van dit mengvoer kon men moeilijk ballen maken omdat het kleverige lijnmeel ontbrak. Men ging toen over op slobberen. Het meel werd in een bak water geschept, soms nog met toevoeging van droge pulp of gedroogde bostel en vervolgens tot een brij geroerd. De slobber dus. Als de slobber in de goot werd geschept, nadat het hooi er voor even was uitgeveegd, begon het geruk en getrek aan de stokken weer opnieuw, want de koeien waren er dol op. Bovendien kregen ze, vergeleken met nu maar een matige portie. Al in de jaren vijftig werden door de steeds groeiende mengvoederfabrieken brokjes geperst van het gemeng-de meel. Calvé was hiermee begonnen onder de naam Biks. Andere fabrieken volgden en gaven ze andere namen, zoals Wessanen, Zwaardemaker en Bertels. Maar de boeren noemden ze allemaal Biks.

Bob Pestman: Winter in westbroek; weliswaar niet in ons gebied, maar wel een herkenbaar silhouet.

Het is nu bijna niet meer voor te stellen hoe primitief dat voeren in zijn werk ging. Alles werd nog in jutezakken, (met statiegeld) van vijftig kilo aangevoerd en uitgestort in kisten of tonnen. De zakken werden weer teruggeven, maar zuinig als de boer was, dienden die zakken vaak ook nog even als deurmat. Menig meelboer heeft zo lange tijd zijn voeten geveegd aan zijn eigen voederzak. Alles wordt nu aangevoerd per bulkauto, met kwantums van soms twaalf ton en meer en iedere koe krijgt zijn toekomende portie gedoseerd in de melkstal. En dat al lang niet meer met een ruk aan een touw of een druk op een knop, maar volledig computergestuurd. Op grote bedrijven wordt steeds minder in de melkstal gevoerd, maar in een gecomputeriseerde automaat die ergens op stal is neergezet. De koe heeft een chip om haar nek en het schuifje gaat niet meer voor het dier open als zij het voor haar geprogrammeerde portie heeft opgenomen, maar ze doet er ook de hele dag over.

Huib de Kok

Winterwerk achter de boerderij.

BOEKWINKEL UITGAVEN VAN BOERDERIJ & ERF A-V Van de eigen uitgaven zijn te koop: Boer en Boerderij € 35,00 Van oud naar behoud € 10,00 (laatste stuks)

Page 4: 29 JANUARI 2016 VOORAF BEBOUWINGSLINTEN · die dichtbij het water lagen met scheepjes van 15 tot 25 ‘last’ (een last is 2.000 kg) werd aangevoerd. Dat pulp rijden of kruien deed

Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 4 online nieuwsbrief 29 – januari 2016

Boerderijspecial € 4,50 Routeboekje Boerderijen Bekijken € 4,95 De Boerderij het behouden waard € 14,95 Hoeve – Hofstee - Herbestemming € 14,95 Misschien zoekt u een boek of wilt u boeken verkopen. Het kan ook zijn dat u een voorwerp in bezit heeft waar-van u niet weet waarvoor het werd gebruikt. Voor dit soort zaken kunt u hier een gratis zoeker laten plaatsen. Boerderij & Erf A-V is alleen maar intermediair. U kunt hiervoor een e-mail zenden naar [email protected]. De eerste boeken, die voor verkoop worden aangebo-den zijn: Bouwen aan boerderijen - ideeënboek voor herstel en vernieu-

wing van oude boerderijen € 15,00. Kleurrijk platteland – zicht op een nieuwe land-m en tuinbouw €

7,50. Dansen op de deel – Ideeënboek voor een nieuwe bestemming

van boerderijgebouwen € 7,50. De straat waarin wij wonen – Straatnamenboek van Papendrecht

€ 7,50.

Op de akker naast de boerderij staat nog best veel boerenkool. DE BOTERMARKT Naast kaas is boter altijd een belangrijk zuivelproduct geweest in Nederland. De Friese boeren maakten van hun melk als eerste boter. Daarna werd van de afge-roomde melk kaas gemaakt. In Zuid-Holland werd rond de steden Leiden en Delft veel boter gemaakt, maar ook de Alblasserwaard droeg hieraan zijn steentje bij. Evenals de kaas werd ook de boter door de boeren zelf op de markt gebracht. Om deze goed te kunnen vervoe-ren werd de boter in houten tonnen of vaatjes opgesla-gen. De duigen van die vaatjes werden bijeengehouden door hoepels, zoals die in de hoepelmakerijen werden gemaakt. Boter was ook een belangrijk exportproduct. Vooral in Engeland werd veel Nederlandse boter gebruikt. De belangrijkste uitvoerhavens waren Harlingen en Rotter-dam. Het bereiden van boter op de boerderij was zwaar zwerk. De room werd in karntonnen met een stok met een breed uiteinde heen en weer geschud, zoals nu bijvoorbeeld de slagroom met een garde wordt geklopt.

Het karnen gebeurde tot in de 18e eeuw met de hand. Daarna kwamen er karnmolens. Hierbij werd de stok via een tandrad voortbewogen. Het tandrad zelf bleef in beweging doordat een paard, vastgeketend aan de mo-len, rondjes liep. Later kwamen er ook handkammolens, waarbij de karnstok met een slinger en een tandrad werd aangedreven.

Bovenstaand tegeltableau komt uit een vestiging van een winkel van De Gruyter in Den Haag. Het tableau, getiteld 'Boter', bestaat

uit 84 keramische tegels en is gemaakt door de Plateelbakkerij Zuid-Holland in Gouda, ergens tussen 1920-1940.

Met de komst van de zuivelfabrieken aan het eind van de 19e eeuw werd het maken van boter licht werk. Voor het ontromen van de melk was de centrifuge uitgevon-den. Daarnaast kon de karnton met stoomkracht worden aangedreven. Zo werd in de fabriek al binnen enkele uren een product verkregen waar men vroeger op de boerderij dagen over deed. Dat was ook een van de redenen waarom de meeste boeren in Friesland hun melk al snel aan een fabriek leverden. Op www.zuivelgeschiedenis.nl is nog veel meer te zien en te lezen over de geschiedenis van zuivel.

Nog een stukje lintbebouwing.

UIT DE ORGANISATIE VERGADERNIEUWS Hier volgt informatie, die afkomstig is van de laatste bestuursvergadering. Bestuursvergaderingen worden in

Page 5: 29 JANUARI 2016 VOORAF BEBOUWINGSLINTEN · die dichtbij het water lagen met scheepjes van 15 tot 25 ‘last’ (een last is 2.000 kg) werd aangevoerd. Dat pulp rijden of kruien deed

Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 5 online nieuwsbrief 29 – januari 2016

Museum De Koperen Knop gehouden en het dagelijks bestuur vergadert steevast in het streekcentrum Liesvelt. De stichting heeft al lange tijd een aantal begunstigers, dat schommelt rond de 250. Er komen er wat bij en er vallen er wat af. Dat laatste vanwege leeftijd of overlij-den. De penningmeester worstelt jaarlijks met wat achterblij-vende betalingen. Veelal blijkt dan dat begunstigers zijn verhuisd of inmiddels niet meer in leven zijn. Een van de vaste agendapunten zijn de ingekomen en uitgegane stukken. Bij alles wat daartoe aanleiding geeft, wordt even stil gestaan. Ook het inmiddels afge-ronde Masterplan is al jaren een middelpunt van de be-sprekingen. Daarover verderop meer. De activiteiten van de Stichting Agrarisch Erfgoede Nederland, de landelijke koepel van boerderijstichtingen, om het populair uit te drukken, worden toegelicht. Alle werkgroepen komen aan bod, waarbij hun activitei-ten in de afgelopen periode worden gemeld. Veelal leidt dit tot aandachtspunten of nadere afspraken. De laatste keren is er ook gesproken over mogelijke gesprekspun-ten als een delegatie van het bestuur gemeenten gaat bezoeken om specifieke aandacht te vragen voor be-houd en herstel van boerderijen.

Winter in de waard.

MASTERPLAN Inmiddels is er een slotbedrag van € 31.625,39 ontvan-gen. De penningmeester is van mening dat dit te weinig is en dus heeft het bestuur bezwaar aangetekend. Voor-lopig worden de ontwikkelingen afgewacht. NIEUWE LEADERPERIODE Er komt een nieuwe Leaderperiode Polders met Waar-den. Inmiddels is er een werkgroep ingesteld, die zich hiermee gaat bezig houden. Dat zal deze moeten in samenwerking met de Krimpenerwaard en met het ge-bied Gouwe Wiericke.

REDACTIE EN SAMENSTELLING NIEUWSBRIEF: Dick de Jong - Bureau Tekstwerk m.m.v. Jenny Mollema-Gons Buitendams 51 - 3371 BA Hardinxveld-Giessendam - 0184-615094 - [email protected] FOTO’S: Collectie Boerderij & Erf A-V, Bureau Tekstwerk en Internet

SECRETARIAAT BOERDERIJ & ERF A-V: Sluis 57 2964 AT Groot-Ammers 0184-661425/06-53759618 [email protected] bank NL14RABO0325074739

website: WWW.BOERDERIJENERF.NL

Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling Europa investeert in het platteland

Zo’n foto vertelt een hele geschiedenis…